V ADERLAND S CH E
HISTORIE.
VIER- EN- TWINTIGSTE DEEL.
|
||||
VADERLANDSCHE
HISTORIE,
VERVATTENDE DE
GESCHIEDENISSEN
DER
VEREENÏGDE NEDERLANDEN,
Uit de geloofwaardigfte Schryvers en egie
Gedenkftukken zamengefteld. Met Plaat en.
VIER- EN- TWINTIGSTE DEEL.
BEGINNENDE MET DEN JAARE 1765 EN EINDIGENDE MZT
DEN JAARE 1774, BEVATTENDB HET TÏDPERK DEIt MEER-
DERJAARIGHEID DES ERFSTADIIOUDERS , WILLEM
DEN V, TOT DE AMERICAANSCHE ONLUSTEN.
TEN ONMIDDELYKEN VERVOLGE VAN
/-'^pV^AGENAARS VADERLANDSCHE f$ï l OSra\ HISTORIE. |
||||||
Te AMSTERDAM, bï
Johannes.allart.
MDCCLXXXlX.
|
||||||
VADERLANDSCHE
|
||||||
HISTORIE.
|
||||||
NEGEN- EN- TACHTIGSTE BOEK,
|
||||||
INHOUD,
|
||||||
Eenigen in Friesland willen willem lxxxix.
ben V eene Infiructie by zyne Meerderjaa- boek. righeid geeven. Wensch van. den Raad van - Staaten by het overleveren der Petitie voor dit
Jaar. Voorafgaande Schikkingen by de Al- gemeene Staaten tot de Mcerderjaarig ver- klaaring van zyne Hoogheid. De Uitfchry- ving van den Dank- Fast- en IBededag ■maant de Ingezetenen aan om des te geden- ken. Begroetingen by zyne Hoogheid. Hy bezweert de Commisjien van zes Geweßen. Legt den Eed by de Algemeene Staaten af: In den Raad van Staaten ingeleid. Com- inisfie van Staaten van Holland aan zyne Hoogheid op ge draa gen. Willem d e V legt op dezelve den Eed af Wordt ten Hove van Holland', Zeeland, en Friesland inge- XXIV. deel A leid. |
||||||
wpw^—— i i i ■ i. —^^^^^mmmmmm
|
||||||
a VADERLANDSCHE
LXXXix. leid. Schikking by hun Hoog Mogenden op
Boek. de Patenten. De Hertog van ïrunswyk, _—. uit naam der Algemeene Staaten, bedankt, en verzogt in Dienst van dën Staat te blyvem Staaten van Holland draagen aan zyne Hoogheid het begeevcn der Krygsampten, ah mede het Opperhoutvefier of Jaagcrmeefler- fchap, op. Erkentenis van twee maal honderd duizend Guldens door hun aan den Hertog van brunswïk gefchonken. Vreugde- bedryven by de Meer der jaar igheid. De Joo- den neemen 'er byzonder deel in. Verders Geluhvcnfchingen, en Bevorderingen in Krygs- bedieningen. Het Opperbewindhebber - en Gouverneurgeneraalfchap der Oost - Indifche Maatfchappye aan zyne Hoogheid op- gedraagen. De Prins legt een bezoek te Leyden af, als mede te Delft, Rotterdam en Dordrecht. Vreugde in Zeeland op den achtfien van Lentemaand. Neemt daar ver- volgens zitting in de Staatsvergadering. Tot- Markgraaf van Veere en Vlisfingen ingehul- digd, en Zittingnecming in de andere Zeeuw- fihe Vergaderingen. Verwelkomingen te Ber- gen op Zoom, Breda, en in 's Hertogen- bosch. Zyne Hoogheid te Utrecht ingehaald. In Gelderland ingehuldigd. Pragtig ont- haal op Rofcndaal. In Overysfel ontvangen. Inhaaling te Kampen, te Zwolle, en te De- venter. Vreugdebetooningen in de Oost- en West-Indien over de Meerderjaarigheid van- den Prins. Z.yne Hoogheid tot Opperbefcher- mer en Opper deken van Pictura in 's Gra- venhaage aangefleld. De Tekenfchool te Anv- fierdam bloeit. De Maatfchappy der Ne- der- |
||||||
ï
|
||||||
HISTORIE« T 3
(kriandfche Letterkunde te Leyden opgeregt. LXXXIX*
Aanvang van het Kunstgenootfchap y Kunst Boek» wordt door Arbeid verhreegen, te Leyden. «*—-«» Honderdfle Verjaardag van het Aalmoefeniers- huis te Amßerdam gevierd, . Zwaare Brand te Hilverfum. Redding de? OngelukMgen* Deerlyke Brand te Leyden. De Grensfchei- dingen van Gelderland, en het Hoogfiifi Munfler geregeld. Gefchil in Friesland tus- fchen het Hof en de Staaten, door zyne Hoogheid, ten voordeelewan de laaifien, be* flist. De Stadhouder handhaaft de Magi* ftraat van Harlingen tegen een Befluit van. Gedeputeerde Staaten van Friesland^ Doei zulks ook de Magifiraat van Sneek. Voor- fiel van de Meerderheid des Kwartiers va/i Oofiergo, Oordeel van zyne Hoogheid over 't zelve. - Het Gefchil in Friesland over het zem den van Grietmannen . en Edelen ten Lands» dage. Ongemeene laagte der Rivieren in 'è einde des Jaars mdcclxvi en 't begiri des Jaars mdcclXvil Ondethandelin" gen. over de Rivieren._ Befluittn tot beteuge* ting v;m het Haarlemmer Meer. Dankzeg* ging deswegen in het Aalsmeerder Ambagt, Droogmaakeryen en Bedykingen in Holland gunftig toegeflaan. Tivee foorten van Wa- termolens , door J< JONGENEEL Ètt L. Smit uitgevonden, met Octroy door Staaten van Holland begiftigd. Plakaaten ten vooi"* deele van -de Katoendrukkeryen in deeze Ge-> wefien* Maaking van Pieter. moöge tot het opregten eener Hoogefchoole te Zierik- zee. ..Handelingen in Zeeland daar over* Leyden kant 'er zich tégen. Qnderhdndelin- ■ Ä z gen |
||||
4": VADERLANDS CHE
|
||||||||||||||
ixxxix. gen met Holland. Door Staaten van Zee«
BOEK. land dit verzoek afgefiaagen. Opregting van ■--------de Maatfchappy tot behoudenis der Dren- kelingen. Door hoog Gezag onderßeund, en elders gevolgd. Lastontheffingen aan eenige Dorpen der Meierye van 's Hertogenbosch ge- fchonken. |
||||||||||||||
D
|
||||||||||||||
i;'66.
Eenigen
in Fries- tand wil- len WIL- LEM DEN V. eene
Inftructie
by zyne
Meerder-
jaarigheid
geeven.
|
||||||||||||||
e Minderjaarigheid des Erfftadhou-
|
||||||||||||||
ders, die, op eenige plaatzen in den Lan-
de, gelyk onze Befchryving van dat Tyd- perk uitwyst, aanleiding gegeeven hadt tot deeze en geene ftoorenisfen , fchoon van geenen geweldigen aart, en meest ge- weerd door de hand te houden aan de Schikkingen op de Voogdyfchap in de on- derfcheide Geweflen beraamd en aangeno- men, liep met den vervulden Achttienden Jaardag, den aehtflen van Lentemaand deezes Jaars. mdcclxvi invallende, ten einde. De flond, dien het Kwartier der Zevemvouden in Friesland ée'n jaar hadt willen vervroegen (*), verfcheen met de daad. By deszelfs aannadering betoonden de Meerderheid der Volmagten van Oofier- go , in geheel andere begrippen omtrent het Stadhouderfchap te flaan dan die Voor- baarigen. Zj beftonden den Prins voor te houden het Ontwerp van een Staatsbefluit, in
|
||||||||||||||
F(*) Zie het XXXIII Deel der Vuiirt. WßtrU
M. 364. |
||||||||||||||
HISTORIE. $
in de gedaante van eene Inßructie, waar lxxxïx.!
by de vermeerderde Magt, aan willem boek. den IV, en deszelfs Afftammelingen, -----—
opgedraagen , Jiern zou worden onttrok- 1766*
ken, en hy dus verftooken van een wettig verkreegen Regt : eene onderneeming, door een emftig Vertoog, den dertienden van Sprokkelmaand ter Staats vergader ing, ingeleverd is tegen gegaan en verydeld (*). De Raad van Staaten de Petitie voor dit Wenscft
Jaar aan hun Hoog Mögenden overleve- «andderi rende , verzuimde geenzins de kort aan- Staaten by ftaande Verheffing van zyne Hoogheid in het over- aanmerking te neemen, en liet dezelve ver- leveren^ gezeld gaan van een buitengewoon Vertoog ^f Petï" over 't Staatsbelang en de gronden van het welzyn eens Lands, welker overweeging zy hun Hoog Mögenden, op 't ernftigst, aanpreezen. Ten flot vuurig wenfchende „ dat het Tydmerk, 't welk zyne Hoogheids „ Meerderjaarigheid in zyn Leeven maa- „ ken zou , tevens een Tydmerk mögt „ worden in de Gefchiedenisfèn, van waar „ men den aanvang van 's Lands herftelde „ Magt en Luifter telde. Daar toe was de „ medewerking van allen, die deel in 's „ Lands
|
|||||
C*) In deezer voege drukt zich zyne Hoogheid
daar over zelve uit, in eenen Brieve den 6 van Juny 1767 aan Staaten van Friesland gefchreeven. Nedcrl. Jaarh, 1767. bl. 1020, 't Was deeze bedoelde Inftructie, over welker weigering c. l. van beyma, in den Jaare 1786, ten Landsdage zfch zo fterke taal liet ontvallen. Vtrecht. Cour, S Febr. 1787. A 3
|
|||||
6 VADERLANDSCHE
|
|||||
•T.XXXÏX, „ Lands Regeeiïng hadden noodig. Har«
boek, „ ten en Handen moeften veréénigd wor- —*—- „ den. De Naamen van Prinsgezind en 1^6(5, 5, Staatsgezind moeften dezelfde betekenis ,j krygen, of liever geheel verbannen wor- 9, den." En hoopten zy dat de thans ge- daane Petitie daar toe zou ftrekken ( * ). Schlkkin- Te gewigtig was dit Tydftip om niet by gen by de xy&$ bedagt te weezen op het maaken van ne^taateïa Schikkingen toen de jonge Vorst de hooge tot de Waardigheden en Ampten hemwagtende, .Meerder' zou aanvaarden. Ter Algemeene Staats- mrjgvBF« vergaderinge regelde men, in Slachtmaand vajizyne ^es venoopen Jaars, alles wat, op dien Hoogheid, ftaatlyken Dag daar, en in den Raad van Staaten, zou gefchieden, als mede de noo- dige Bekendmaakingen van deeze gewïgti- ge Gebeurtenis, met de Aanfchryvingen aan allen , die belang hadden deswegen Staatswyze onderrigt te worden. Men be- paalde, dat de Af beelding van zyne Hoog- heid , door een der bekwaamfte Schilderen vervaardigd en geplaatst zou worden in de fewoone Vergaderkamer van hunne Hoog
logenden; en beftelde het'maaken van Vier Gouden Doozen, gefneeden -met het -Wapen der Generaliteit, twee ter waarde van omtrent drie duizend Gulden, de een ©m te dienen tot het Groot Zegel, en de ander om de Agte van Commisüevan zyne Hoogheid, als Erf-Capitein en Admiraal van de Unie te bevatten, en nog twee ati- .'/,; de*
(*) Mtfah vmHott, 3 Jan, 176Ö,
|
|||||
HISTORIE. /
|
|||||
dere, ieder van omtrent achttien honderd lxxxïx;
Gulden,ter plaatzing der Actens van Com- boek. misfie van zyne Hoogheid, als Erf-Stad--------■
houder, Erf - Gouverneur en Erf- Capi- 1766.
tein-Generaal, over Brabant, Vlaanderen s en het Overkwartier van Gelderland, en die van deeze zelfde Waardigheden der Landen van Overmaaze ( * ). 's Lands vaders wekten, in de Uitfchry- De Uit-
.ving van den gewoonen JaarlykfchenDank- fchryving Vast- en Bededag, "op den negentienden ^ank-11 van Sprokkelmaand bepaald, de Ingezetenen Vast- en op om de aanftaande Gebeurtenisfe te ge- Bededag denken. „ Het Jaar, waar in wy getree- maant de „ den zyn," luidt hunne taal, „ opent, nerf aan" „ onder gods zegen , een alleraange- om des te „ naamstuitzigt aan de Republiek, het ver- geden- „ toont ons de aannadering van dat voor- *on' .,, naam en aanzienlyk Tydftip , waar iu „ een Prins, die de liefde en hoop is van „ deeze Natie , de dierbaare Spruit van „ een Geilacht, waar van de wederga niet „ dan fpaarzaam aan de Wereld is gegee- „ ven, merkwaardig bewaard door de hand 5, der Voorzienigheid, tot de edelfte ver- .,, rigtingen opgeleid door een groot en va- s, derlyk Leidsman, en niet alle gewensch- „ te talenten en hoedanigheden begaafd, „ in de hooge Bedieningen van het Erf- 9, ftadhouderfchap zal treeden, en de zit- „ plaats neemen van die onfterflyke Hel- sj den, die, ondes 's Hemels zegen, ze~ „ dert
£*) Refol. General. Merc. 27 Nov, 1765.
A 4 |
|||||
6 VADERLANDSCHE
Lxxxix. „ dert den tyd van twee Eeuwen, de voor«
boek. „ naamfte Werktuigen, tot de opregting en ■-------„ beveiliging van deezen vryen en onaf-
176.6. „#hanglyken Staat zyn geweest, en welker
„ Naamen geheiligd zyn in de Harten van „ alle Liefhebberen van Godsdienst en „ Vryheid, en in de dankbaare geheuge- „ nis van een vry en gelukkig Volk." — De Regeeringen der meefte Steden van Holland', voor ongeregeldheden, uit over- maat van vreugd gebooren, vreezende, lie- ten by tyds Afkondigingen doen , tegen alle balddaadigheden, of wat eeniger wyze aanleiding kon geeven tot (loorenis de* blydfchap. Begroe- Daags voor den Jaardag, die alle de voor- ringen by gaande zo verre overtrof, vervoegden H^o'hc'd Zlc^> overeenkomftig met de vastgeftelde fchikkingen, eene Bezending uit het mid- den van hunne Hoog Mogenden, by den Prins, om hem, met den kort aanftaanden heuchlyken Dag zyner Meerderjaaiïgheid, geluk te wenfchen, en te verneemen, wan- neer het zyne Hoogheid zou behaagen om de Vergadering van. hunne Hoog Mogen- den met zyne tegenwoordigheid te veree- ren, en, naa aflegging van den Eed, den Erfftadbouderlyken Zetel te beklimmen. Hy betuigde gereed, te zyn om tegen elf uuren die ftaatlyke verrigting te volvoeren. De Raad van Staaten en de Generaliteit-s Rekenkaamer ftortte dien Dag reeds, met de gewoone plegtigheden, de Gelukwen- fchiugen uit. 't Vorst-
|
||||
HISTORIE. 9
|
|||||||||||||
?t Vorstlyk 's Qrovenhuage hoorde den xxxxix.
Jaardag aankondigen door het gebalder van boek. |
|||||||||||||
één- en- twint
|
xz>
|
Hukken kanon. Reeds
|
|||||||||||
vroeg ontving zyne Hoogheid de Geluk- 1766.
wenfchingen der Heeren Generaals en ver- Hy be- dere Officieren: vervolgens die der Afge- zweert de vaardigden van Gelderland, Zeeland,Utrecht, fien ^" Friesland, Overysfel en van Stad en Lande, zes Ge- Voorts begaf zich de Erfftadhouder, in weiten, een vertrek naast de gewoone Gehoorzaal, waar hy de Gelukwenfchingen ontvangen en beantwoord hadt, en bezwoer daar de Commisfien, hem door ieder deezer Ge- weften in handen gefteld. Onder deeze verrigtingen was het be- Legt den
paalde uur genaderd , op 't welke zyne Eed by de Hoogheid, by hunne Hoog Mögenden, en jf^ltTaten in den Raad van Staaten, ftondt ingehul- af, digd te worden. De Heeren van wasse* NAAR TWICKEL, en VAN VOORST
tot Bergentheim, Afgevaardigden
van Friesland en Overysfel, benoemd om den Prins af te haaien en ter Algemeene Staatsvergaderinge in te leiden , volvoer- den dien last. Hy verfcheen, van hun verge- zeld, voorgegaan door zyne Levery be( dienden, Edellieden en Generaals Adju- danten , en gevolgd door zyne Kamerhee- ren en Pages. De voorzittende Heer van bronkhorst verwelkomde hem met eene gepafte Aanfpraak, op eene verplig- tende wyze door denPrins beantwoord, eti nam hem vervolgens den Eed af op de Commisfien van Erf-Capitein en Admiraal Generaal der Vemnigde Nederlanden i van A 5 Erf- |
|||||||||||||
lo VADERLANDSCHE
|
||||||||||
Erf-Stadhouder, Erf-Gouverneur, Erf-
Capitein - Generaal van Brabant, Vlaande- ren , en het O verkwartier van Gelderland, als mede van de drie La.nden van Overmaa- ze en van Wedde en Westwoldingerland, ge- Iyk ook op het Formulier in Lentemaand des Jaars mdcxlvh vastgefleld, en op de Inftructie van den Raad van Staate. Twee Heeren geleidden den beëedigden Vorst na den Stadhouderlyken Stoel. De Raad van Staaten ter Vergadering befchei- den kreeg kennis dat zyne Hoogheid, vol- gens den gedaan.en Eed, de op hem ver- vallene Waardigheden en Bedieningen aan- vaard hadt. Drie Heeren uit het midden van hunne
Hoog Mögenden geleidden zyne Hoog- heid, in de Vergaderplaats van den Raad van Staat en , waar de Heer van was- senaar catwyk, hem met eene Aan- fpraak aanbeval, door den Heer van boetzelaar, toen Voorzitter, be= antwoord : naa het vertrek der Heeren, die zyne Hoogheid ingeleid hadden, woon- de deeze eene korte poos de Raadpleegin- gen by, en vier Heeren vergezelden hem na't Stadhouderlyk Vertrek. . Was zyne Hoogheid, onmiddelyk naa de
Gelukwenfchingen der Afgevaardigden van de zesiGeweftenj met hun: in een afzon- derlyk smsiofo gegaan om de Commisfien tebezweeren (*). ^ulks.gefchiedde in ■"■> r-o Tß l .;' ; .■.-,,,: ... , : , HqU
|
||||||||||
•txxxix.
BOEK.
1766.
|
||||||||||
In den
Raad van Staaten ingeleid. |
||||||||||
Commis- •
fie van Staaten van Hol- land aan zyne Hoogheid opgedraa- gen. |
||||||||||
<£%) Ziehier boyen, bl.9.
|
||||||||||
HISTORIE. ii
Bolland, als het Gewest, waarhy ziehte- lxxxix.
genwoordig bevondt, met meer ftaatlyk- boe e. heids. Men hadt ter Staatsvergaderinge--------
van Holland en Westvriesland de noodige 1766.
fchikkingen gemaakt om zyne Hoogheid, ten deezen Dage, tot de Waardigheden en Bedieningen van het Erffladhouderfchap in te huldigen. Eene Commisfie, door den Raadpenfionaris vervaardigd, en by een Befluit van den zeven- en- twintigften van jongst verloopen Sprokkelmaand , welge- vallig verklaard , hoofdzaaklyk van den Inhoud als die voor Prins willem den IV in den Jaare mdccxlvii vastgefteld was, luidde woordlyk. —- „ De Staa- „ ten van Holland en Westfriesland, doen „ te weeten. Dat wy , uit confideratie „ van de kommerlyke conftitutie van ty- „ den en zaaken, en om, onder gods ,, zegen den Staat deezer Landen des te „ beter te redden uit den zorglyken en ge- „ vaarlyken toeftand, waar in dezelve „ zich bevindt, als mede uit aanmerking „ van de goede, getrouwe , notable en „ aangenaame dienften, die uit zonder- „ linge affectie, by voorige Heeren Prin- „ fen van Oranje, hoogloflyker memorie, „als fuccesfivelyk Stadhouders, Gouver- ,, neurs, en Capiteinen Generaals en Ad- „ rriiraals der voorfchreeve Landen, vee- „ Ie Jaaren lang, in veele en menigvuldige „ zwaare tyden, gelegenheden en pericu- „ len, tot gods Eer , bevrydinge en „ weivaaren van denzelven Lande waren „ beweezen , zyne Hoogheid den Door- f> tag-
|
||||
13 VADERL ANDSCHE
lxxxix. „ lugtigen Fürst en Heere wilhelm SOEK. „ CAREL HENDRIK FRISO, PrinS
—-----■ M van Oranje en Nas/au &c. &c. &c, tot
1766. „ Stadhouder Capitein Generaal en Admi-
„ raal over de Militie te Water en te Lan- „ de van onze Provincie, met alle zodani- „ ge Digniteiten en Waardigheden , als 5, dezelve hooge Charges voor deezen by „ voorige Printen van Oranje hoogloflyker „ Gedagtenisfe zyn bekleed geweest, heb- „ bende onthouden, gecommitteerd, ge- „ field en geordonneerd, en voorts by on- „ ze Refolutie van den zeftienden Novem- „ ber Mp e c XL vu, dezelve hooge Dig- „ niteiten en Charges, aan hooggemelde „ zyne Hoogheid alzo Érflyk hebbende ge- „ defereert, op hoogst deszelfs zo Manly- „ ke als VrouwlykeDefcendenten, in wet- „ tig Huwelyk geprecreëerd, in maniere als „ breder daar by is geftatueerd, — zo is „ 't dat wy, vastlyk betrouwende, dat by „ zyne Hoogheid den doorlugtigften Fürst „ en Heere wilhelm Prins van Oranje „ en Nas/au , Grave van Catzenelleboge, „ Vianden, Dietz &c. <%c. &c, in navol- „ ging van de exempelen en voetftappen „ van hoogstdeszelfs Heer Vader, en van „ voorige Heeren Prinfen vwo. Oranje, zy- „ ne Hoogheids Voorzaaten, den voorfz. „ Onzen Lande uit gelyke affectie en me- „ de tot voorftand van de waar e Chris tlyke „ Religie, zo die tegenswoordig by publj- „ que authoriteit in den voorfz. Lande ge- „ exerceerd wordt, insgelyks goede dien§- „ ten zullen mogen beweezen worden, „ nie.?
|
||||
HISTORIE. 13
|
|||||
,, met goede kennisfe van zaaken, en met lxxxix.1
„ deliberatie van Raade, den hooggemel- boek. „ den Heere wilhelm, Prince van--------
,j Oranje hebben onthouden , gecommit- 1766«
„ teerd, gefield en geordonneert, onthou- „ den, committeeren, ftellen en ordon- „ neeren mits deezen jegenwoordige, als „ Erf- Stadhouder , Erf- Gouverneur en ^ Erf- Capitein Generaal en Admiraal van „ den voorfz. onzen Lande van Holland „ en Westfriesland, met den Brielle en „ Voome, weezende gekegen en behoo- „ rende aan den voorfz. onzen Lande van „ Holland, geevende den hooggemelden „ Heere Prinfe wilhelm volkomene „ magt, authoriteit en bevel, der voorfz. „ Staat van Erf-Stadhouder, Erf-Gou- „ verneur, Erf-Capitein Generaal en Ad- ,-, miraal, voortaan te houden, exercee- ,, ren , en bedienen , daar inne voor te „ ftaan, te vorderen en bewaaren de Hoog- „ heid, Geregtigheid, Privilegien en wel- „ vaaren der voorfz. onzen Lande, Lee- „ den en Ingezetenen van dien, mitsga- „ ders het gebruik van de voorfchreeve ,, Christlyke Religie dezelfde te confer- „ veeren en te befchermen van alle over- „ last en foulen, disorder, oneenigheid, „ afbreuk en fchade: voorts in den voor- ,-, fchreeven Lande te doen gebruiken en „ adminiftreeren Regt en Juftitie, de pro- „ vifien van de Juftitie behoorlyk te doen „ verleenen allen den geenen , die zulks „ verzoeken zullen, en dezelve te doen „ executeeren; alles aangaande de zaaken „ van
|
|||||
mmmmmmmmmmmmmmmmmmmim
|
||||||
14 VADERLANDS CHE
ixxxix. „ vanjuftitie met advis van den Prefident$
B o e K. „ en Raaden over onzen Lande van Hol- ----— „ land en Westfriesland. Verders, naa
1766. „ genomen advis van gemelden onzen Ho-
„ ve te verkenen Brieven van Gratie, re- „ misfien, pardon en' abolitie, des dat de „ voorfz. refpective Brieven zullen moeten „ worden geinterineerd als na behooren; „ vvelverftaande nogthans dat van gequali- „ ficeerde Doodflagen, en andere enorme „ Delicten, gecommitteerd met gelegder ,, laage en opzetter wille, geen remisfie of „ pardon zal worden verleend, of gegee- „ ven. En aangaande de zaaken van Oor- ,, log en Policie van den voorfz. onzen „ Lande by goeddunken van Ons, en met ,, advis van onze Gecommitteerde Raaden „ in conformiteit van derzelver Inftructie. „ De Burgemeefteren, Schepenen en Wet- „ ten te veranderen naar behooren, en ag- „ tervolgende de Privilegien van de re- „ Ipective Steden en Plaatzen; te doen „ houden goede opzigt, ordre en wagte „ in de Steden, en Sterkten aldaar, zo te „ Water als te Lande, daar 't zelve van „ nooden weezen zal, en voorts in 't ge- „ neraal en 't particulier alles te doen, dat j, een goed en getrouw Erf-Stadhouder, „ Erf- Gouverneur, Erf- Capitein en Ad- „ miraal van den voorfz. onzen Lande ver- „ mag en behoort te doen, waar op den „ hooggemelden Heer wilhelm, Prins „ van Oranje en Nas/au gehouden wordt „ te doen den behoorl}'ken Eed aan Onzen „ handen; Lallen en bevelen daarom den n Pre"
|
||||||
1
|
||||||
HISTORIE. i$
|
|||||
„ Prnfident en Raaden van den voorfz. on- lxxxix,'
„ zen Hove, en alle andere Jufticieren en boek. „ Officieren van meergemelden onzen Lan---------*
„ den van Holland en West-friesland, dat i?66%
„ zy den hooggemelden Heere Prins ,j wilhelm houden en refpecteeren als „ Erf- Stadhouder, Erf - Gouverneur, Erf- „ Capitein Generaal en Admiraal voör- „ noemd, denzelven te bewyzen alle Ee- „ re en Reverentie in alle het gunt het be- „ leid en gebruik van den voorfz. Staat „ aangaan mag, en het gunt daar aan „ kleeft, hem te obedieeren en te doen al- ,,.le addres en adfiftentie (*)•" Zyne Hoogheid betuigde gereed te wee- Willem
zen om, op die Commisfie, den Eed, in de V legt de Vergadering van Staaten van Holland. °P dezel- n -i VG don
af te leggen. Derwaaxds begeleid door Eed af
een Heer uit de Ridderfchap en drie Bur- Ten Hove gemeefteren uit de Steden Dordrecht, Am- van iM- flerdam en Alkmaar, met den Raadpenfio- {.aiu*' z*em naris steyn, begroette de laatstgemelde jrr;„/fl„j hem met eene Aanfpraak, en nam den Eed ingeleid, af. Een korten tyd woonde de Erfftad- houder de Vergadering by, om vervolgens in de Raadkamer van den Hove en ter Rol-? Ie te verfchynen, waar alles tot eene pleg- tige ontvangst in gereedheid was. Gelas- tigden uit Holland en Zeeland bragten hem daar binnen, de Raadpenfionaris steyn voerde weder het woord van verwelko- ming, en werd daar in vervangen door den Raad-
C*) Refot.vanHël. 27 Feb, 1-766.}
|
|||||
VADERLANDSCHÊ
|
|||||||||
16
|
|||||||||
fcxxxix. Raadpenfionaris van Zeeland van e i t-»
Boek. ters, die eene Aanfpraak naar tydsge* --------legenheid deedt aan den Voorzitter en
1/66. Raaden van den Hove ; de eerfle beant-*
woordde dezelve uit aller naam, en ver- klaarde zyne Hoogheid zyne bereidvaardig- heid,, om, aan 't hoofd van dit aloud en aanzienlyk Geregtshof geplaatst, alles aan te wenden tot het handhaaven en befcher- men van het Regt deezer Landen. — Ter Gehoorzaale van de Rolle ingeleid namen de vier Advocaaten, by het Pleit, de gele- genheid waar om zyne Hoogheid te be- groeten. Naa het bepleiten en uitfpreeken der hangende Regtzaake weder in de Raad- zaal gekomen, geleidde men den Vorst na 't Stadhouderlyke Kwartier, en de Voor- zitter van den Hove voerde daar andermaal het woord tot zyne Hoogheid, die ook an- dermaal zyne gereedheid betuigde om met den Hove de Regtoefeningen te helpen on- derfteunen. (*). Schikkin- Zo ter Vergaderinge van hunne Hoog j>en bJ Mogenden, als in die der Staaten van Hol- Mogen- land •> vielen , ten deezen Dage , eenige den op de zaaken voor, die eene byzondere melding Patenten, verdienen. Ter eerstgemelde Vergaderin- ge ftelde men op nieuw vast, wat voor- heen |
|||||||||
Q * ) Extract uit de Refolutien van de Hove van
Holland, JZeeland en Friesland, agter de Notulen van Jfeeland 1766. bl. 17. Alle deeze Aanfpraa- ken, met derzelver Beantwoordingen vindt men in de N. Nederl, Jaarb. 1766. bl. 127. enz. |
|||||||||
HISTORIE.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
*¥
|
||||||||||||||||||||||||||||||
fieeri (*) bepaald was, tèn opzigte van de
Patenten, de Bekendmaakingen aan de Am- basfadeurs en Minifters der vreemde Mo- gènhederi 5 het gebruiken van den Naam van zyne Hoogheid in dé Sententien, Ee- den, en andere Acten van dëCollegien ter Admiraliteit, en andere tot Hoogstdenzeï- ven betrekkelyke zaaken. Hadt zyne Hoogheid, in de Beantwoor-
ding der Aanfpraake hem te deezer Verga- |
||||||||||||||||||||||||||||||
LXXXIÄ*
BOERi
1766.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
De Her-
tog van Brunswyk, uit naam der Alge- irieené Staaten,- bedankt en ver- zogt in dienst vaiï den Staat te blyve».'. |
||||||||||||||||||||||||||||||
deringe gedaart, verklaard,
|
»
|
Ik erken
|
||||||||||||||||||||||||||||
Gods goede Voorzienigheid over rriy f
dat, daar- ik 5 in myne tedere Jaaren ,• een |
||||||||||||||||||||||||||||||
geliefden Vader en Moeder heb veflöo
ren, myne Opvoeding beftüurd is, door |
||||||||||||||||||||||||||||||
•>•>
|
een zo groot en waardig Prins als de
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Hertog Van Brumwyk, aan wieri ik al
j, myn leeven blyken van myrië dankbaar- „ lieid zal geeven, als gevoelende wat ik ,, aan Hoogstdenz'elven ben verfchuldigd;" hunne Hoog Mögenden benoemden eene Bezending om den Hertog plegtig te bedan- ket! ,j voor de uitmuntende Dienften door ,j denzelven deri Lande gedaan,, zo in deri. ,j nooit genoeg geprezen y ver ^ on vermoei- „ den arbeid, en tedere zorg, met welke „ hy de Opvoeding vän den Erfftadhouder „ hadt beftüurd, als in de geduurige waak? h zaamheid, en oplettenheid, met welke ,, hy het Erf-Capiteinfchap hadt waarge- ü nomen, en hem te verzekeren van de •# duur-
|
||||||||||||||||||||||||||||||
C*) Te wèetëri óp 27 van Slachtmaand- clès
Jaars 1765.- |
||||||||||||||||||||||||||||||
XXIV deélj
|
||||||||||||||||||||||||||||||
B
|
||||||||||||||||||||||||||||||
ld VADERLAND SC HE
■fcxxxix. „ duurzaame hoogagting en toegenegen-
boek.„ heid van hun Hoog Mögenden.'" ■------- -Zyne Hoogheid, van deeze benoemde
i^6ó. Bezending verwittigd, gaf deswegen zyn
genoegen te kennen, en teffens te verftaan; dat, „ gelyk hem niets aangenaam er zou „ weezen dan deezen Staat nog lang te zien „ genot trekken van de uitmuntende Ta- „ lenten van den Hertog, en tevens om „ voor zich zelven gelegenheid te hebben s „ om zich van deszelfs wyzen raad en by- ,, ftand te bedienen, hy het ten dien einde „ dienftig keurde het Hof van tVeenen, 5, tot het welk de Hertog eene zo naau- „ we betrekking hadt, daar van te ver- „ wittigen." ------- De Heer van bur-
mania, buitengewoon Gezant ten dien
Hove, werd aangefchreeven, 't zelve te verzoeken, om de bewilliging dat de Her- tog verder in dienst van den Staat mögt ' blyven (*). Haare Keizerlyke Majefteit bewilligde hier in ten vollen.
Staaten Staaten van Holland vonden, ten dien van Hol- ])age n}et alleen goed, dat aan alle Gou-
gen aan*" verneurs,Commandeurs, en Militaire Offi- iyne eieren, in dit Gewest kennis zou gegeeven Hoogheid worden van de Inhuldiging en Beèediging
op de Be- van Zyne fjooghejd ? met last om denzel- derKrygs- ven in zyne Waardigheden te erkennen,
atnpten, de Orders en Patenten door hem gegeeven, als mede getrouwlyk te gehoorzaamen } maar daß perhout- aan hem 0ok de ßegeevinS van alle KrYgs-
|
||||||||||
amp-
CO fcfot> Gw- Sabbathi 8 Maart 176Ö, |
||||||||||
vester-
fchap. |
||||||||||
._____
|
||||||||||
HISTORIE. 19
|
|||||
amptett, op de lyst en ter betaalinge van lxxxi*.
Holland ftaande, van Vaandrig tot Collo- Boek, nel toe, zou worden opgedragen, bene- *- vens het Opperhoutvefler- ofjaagermeefler* 1766+ fchap. — In het verleenen deezer laatfte . Waardigheid bewilligden alle Steden van Zuid-Holland', doch de Afgevaardigden van Hoorn, Enkhuizen en Medemblik daar op niet gelast, verklaarden het wel te willen laaten doorgaan, op den zelfden voet als, in den Jaare MDCLXXii en mdccxlvii, zonder daar mede de oude Vryheid van West-Friesland te benadeelen. Ook deeden de Afgevaardigden van Edatn, Monniken- dam en Purmerende aantekenen, dat zy, in de gemelde opdragt, toeftemden, behou- dens en onverminderd de Privilegien van de Jagt, Vogelvangst en Visfcherye, by de Inwoonderen dier Steden oudtyds ver» kreegen.— Men beflootby een Plakaat in 't Gooiland te verbieden het Jaagen, het Wei* fpel te oefenen, of ook eenig Wild te van- gen, op dat zyne Hoogheid het vermaak van de Jagt aldaar ongeftoord en met meer genoegen mögt genieten. -—— En kree- gen de Steden last om de Benoemingen der Magiftraatsbeftellingen aan den meerderjaa* rig geworden Stadhouder toe te zenden. Streelend was voor den Hertog van Erkente»
Brunswyk het omtrent hem gebeurde en be- nis doof flootene by hunne Hoog Mögenden, dan jU"^n, Staaten vmiHol/and? in overweeginggeno- tog van " men hebbende of men, by eene dergelyke Brunsu>yk Dankbetuiging, niet iets daadlyks zou voe- gefchoa- gen om daar van ten klinkenden blyk te kön> B a ftrek" |
|||||
ao V A D E R L A N D S C Iï E
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
t xxxix. ftrekken, werden te raade hem te ver-
boek. zoeken, van hunnen wege, eene erkente- -------- nis van 200,000 Guldens te willen aanvaar-
1766. den (*).
Vreugde- Naa het verrigten van zo veele zaaken,
bedryven en iiet volvoeren van alle deeze ftaatlykhe-
leWnheki ^en' aanfchouwdé 's Gravenhaage den groot-
fchen optocht van den Erfftadhouder, van
de Algemeene Staaten, en den Raad van
Staaten, na het Oude -Hof om daar onthaald
te worden op een pragtigen maaltyd, door
zyne Hoogheid voor honderd "en twintig
Per-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
(* ) Refol. van Holt. 8 Maart 1766. Deeze er-
kentenis gelden, zo van de byzondere Geweften» als van zyne Hoogheid zelve , beliepen 611,000 Guldens. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gelderland gaf voor Zyn aandeel ƒ 50000
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ƒ 611000 - : - :
De Prins hadt , daarenboven, ten blyk zyner
erkentenisfe aan dien Voogd, hem aangefteld tot Collonel en Ritmeefter Commandant van het Es- quadron Gardes du Corps, in welke hoedanigheid hy, op den dag der Inhuldiginge, voor den Raad: van Staaten, den Eed dëedt, |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
HISTORIE.
|
|||||||
si'
|
|||||||
Perfoonen aangerigt. —■— Het gefchut lxxxix.'
in de Hofplaatze, 't welk de aankomst van boek. deezen Dag aangekondigd hadt, liet zich ■ weder op den Middag, en ten derden maale 1766. 's avonds omtrent acht uuren, hooren. De tyd, tot het verlichten der Huizen be- ftemd, was niet verfcheenen of men zag, als in één oogenblik, de duiflernis wy- ken , en den nagt in een helderen dag herfchapen. Niets pragtiger niets ver- rukkender , kan men zich verbeelden, dan 't geen Kunst en Vernuft in de verlich- ting van openbaare en byzondere Gebou- wen ten toon fpreidde, en vol genoegen door zyne Hoogheid, vergezeld van den Hertog vmBrunswyk, befchouwd werden. Tot byzonderheden kunnen wy niet af- daalen; wy mogen van deezen Dag zeg- gen, dat op denzelven, in alle Steden, Dorpen en Gehugten van Holland, de Blydfchap, en Vrolykheid ten reie gingj dat de Illuminatien, bykans overal, in vinding en kunst, die men in de Jaaren MD cc XL vu en mdccxlviii aan^. fehouwd hadt, overtroffen, Dewyl deeze Dag op Saturdag inviel DejW*«
betoonden de Joodfche Gemeenten in dit neemen Land , byzonder te Amfierdam en in V de^^eef" Grayenhaage, welk een deel zy namen in in. deezeGebeurtenisfe, door, behalvenbyde Gewoone Godsdienstoefening een plegtig Gebed uit te ftorten voor de Staaten van. Holland en West- Friesland, den Erfllad-v houder, en de Magiftraat, afzonderlyke daar toe opgeftelde Lofzangen aan te hef-, B 3 f en.,. |
|||||||
as VADERLANDSCHE
|
|||||
Lxxxix. fen , en de Boeken van Mozes te vertoó«
boek. nen op eene wyze alleen by de grootlla —«-^— Hoogtyden gebruiklyk (*). Deeze ge- 1766. denkwaardige Dag en Nagt liep, zonder ftoorenis, en in volle vreugd, ten einde. Verdere Den volgenden Dag werd deels den GTelur"h- Godsdienst, deels aan Gelukwenfchingen eenden*" der vreemde Gezanten, en andere aanzien- bevo'rde^ lyke ferfoonen, gewyd. Zyne Hoogheid ringen in woonde den openbaaren Godsdienst by, en Kxygsbe- hoorde uit den mond van den Eerw. t. geil] van spaan, eene Redenvoermg naar tydsgelegenheid ingerigt, en met zegen-
bede heflooten (f). - In de Vergadering van Gecommitteerde Raaden deezes Ge- wests nam zyne Hoogheid des Maandags, -zonder eenige plegtigheid, bezit van den Stadhouderlyken Stoel ; en ontving, zo verre de tyd wilde gehengen, de begroe- tingen der Afgevaardigden van het Land- fchap Drente, van de Riddcrfchap en Ste- den van Holland, van de Gecommitteer- de Raaden van het Zuider- en Noorder- kwartier en van andere Hooge Collegien; Welke laatften dien Dag ter Maaltyd ont- haald (*') Byzonderder vermelding vindt men inde
1^. Ncderl. Jaarh, 1766. bl. 185. * (t) Ten dien Dage werden veele Leerredenen
over dit Onderwerp gehouden, van welken eeni- ge, met die van den Eerw. j, van spaan, het licht zien. En niemand twyfelt dat de Dichter* hunne maaren (panden om deeze Gebeurtenis te bezingen. Zie eene beoordeeling, zo van de Leer- redenen, als Gedichten, inde Vaieri, Lmeretf* VüDeel, bl 37 en 170. |
|||||
HISTORIE. #g
|
|||||
ïtaald werden. Die zelfde eer genooten, lxxxix^
twee dagen laater, de Afgevaardigden van boek. de zes overige Geweften, die van het--------
Landfchap Drente, die van de Collegien 1766.
ter Admiraliteit, met de in 'sGravenhaage tegenwoordig zynde Generaals en Admi- raals. - By deeze gelegenheid gefchiedde, op voorftdlinge van zyne Hoogheid, door de Algemeene Staaten, eene talryke bevor- dering van Generaals Perfoonen, gevolgd door de opdragten van de mindere Krygs- waardigheden, in meest alle de Regimen- ten onder bezolding van deezen Staat flaan- de, door zyne Hoogheid zelve, ingevolge van de Magt hem opgedraagen. Geen minder Eers en Voordeels dan Het Op-
de ióngst overleden Stadhouder bekleed pe.rbj!". J & , . , windheb«
en genooten hadt, dagt men zynen nu berfchap,
Meerderjaarigen Zoon toe. De Maat- in de Oos't-
fchappyen van 's Lands Vaftigheden en Sn.?rf"'" Volkplantingen in de Oost- en West-Indien yfiïlt- toonden zulks. Die van de Oost - Indi- fchappyen [che Maatfchappye, daar toe naar eisch ge- aan zyne magdgd door de Algemeene Staaten (*), Hoogheid vaardigden eene aanzienlyke Bezending, °j^ raa* beftaande uit Bewindhebberen en Hoofd- deelgenooten , en de Advocaaten der on- derfcheide Kameren, tot zyne Hoogheid af, die den tweeden van Grasmaand ge- hoor kreegen, en de Aanftellingsbrief tot het Opperbewindhebber - Gouverneur> Gene« raaU
■'■:> . .> ••'
(*) Refot, Gen. Luns 24 Maart, Jovis 37 Maart
I766. B 4
|
|||||
VAPERLANDSCHE
|
|||||||
*4
|
|||||||
&XXXIX. raalfchap over de geheele Oost - Indifehe Com-!
I? o EK. pagnie overleverden. Uit kragte van dee.- ———: zen Lastbrief verkoos de Erff|adhouder I7l>§. den Heer thomas hope om zyn Per* foon te verbeelden in alle Vergaderingen der Maatfchappye, tot welke aanzienlyke Waardigheid hy den tienden dier Maand, met de gewoöne Plegtigheden, werd inge- huldigd, Staaten van Holland hingen hef zegel hunner goedkeuringe aan het ver- rigtte ter Algemeene Staatsvergaderinge, piet bygevoegde verklaaring, dat de verr kiezing van Bewindhebberen in de Kamers •van dit Gewest, uit een Drietal van be- voegde Perfoonen, aan zyne Hoogheid zou Worden overgelaaten (*). — De West-hi- ^/cÄeMaatfchappy volgde het voetfpqorder Oots - Indifehe Maatfchappye , en bragten penige Bewindhebbers en Hoofddeelge- nooten, daar toe , door 's Lands Hoogs ßtaatsvergaderingen gevqlmagtigd, op den achtften van Grasmaand ? in een Gouden Doos, den Opdragtsbrief van het Gouver- ' peur- Generaal- en Opperhewindhebberfchafi van de West - Indifehe Compagnie deezer Landen aan zyne Hoogheid (f). De Prins Mogten, op den Dag der Inhuldiginge, legt een allé Steden en Plaatzen deezes Gewests, bezoek te buiten het Vorstlyk 's Gravenhaage, haare èeyden af- vreugde betponen, zonder het Voorwerp van,
C*) Refol. van Hott, 33 April iy<5<5.
- £t) Mefol. van Holl. a| April 17(^6. .N'. Nedtrk gaarb, 1760". bl. 333 — 352. |
|||||||
HISTORIE, £5
|
|||||
van dezelve te aanfchouwen, welhaast had- lxxxix«
den eenige het genoegen om die Vreugde- boek. bedryven, te hervatten, als de ÉrfftadhW-------
der dezelve naet een bezoek vereerde. Ley-1766'.
den viel dit eerst tendeele, werwaards zich zyne Hoogheid, op den vyf- en- twintig- ften van Grasmaand, vervoegde vergezeld van den Hertog van Brumwyk, en verder aanzienlyk gevolg. De Magiftraat der Stad, en de Leden der Hoogefchqole, be- fchikten alles wat tot voorkoming van On-> gelukken, en ter ftaatlyke Inhaalinge, kon dienen, 't Losfen van 't Gefchut, het lui» den der Klokken, het Klokkenfpel, en Trompetten gefchal, kundigden de naade- ring van zyne Hoogheid aan. Plegtig wa- ren de begroetingen op het Stadhuis, zo van de Regeering als van de Hoogleeraa-. ren, en de Kerkenraaden derProteftantfche Gemeentens. Deels door degefchaardeBur- gerye, deels door de in orde gefchikte ryen van de Studeerende Jeugd heen, ge- fchiedde de optocht na de Gehoorzaal van 's Lands Hqogefchool ; eenigen uit de laatstgemelden betuigden onder den weg3 by monde van den Heer b o re el, het genoegen van alle de Leden der Hoo- gefchoole, over dit bezoek. De Hoog- leeraar Andreas weiss, die zyne Hoogheid eenige Jaaren in verfcheideWee- tenfchappen onderweezen hadt, hieldt eene Redenvoering, waar in 's Vorften bekwaam- heden, op den trant der Redenaaren wer- deil voorgefteldj waar naa de Hoogleeraar &DRIAHUS van Roijen, beroemd, B $ wc- |
|||||
&6T VADERLANDSCHE
|
|||||
Lxxxix. wegens zyne hanteering der Romeinfche
boek. Lier, eene Heilgroete der Leydfche Zang" -----~ godinnen, in Latynfche Verzen liet vol-
1/55. gen (*). Op den Doele verleende de
Prins gehoor aan den Krygsraad der Bur- gerye, en begaf zich na de plaats waar de Studenten in deRegtsgeleerdheid een prag- tig Vuurwerk vervaardigd hadden; welks affteeken hy bywoonde, en, naa dankbe- tuiging over de eere hem beweezen, in den avond weder na 's Gravenhaage vertrok. Als mede De Steden Delft, Rotterdam en Dord- %Mdrdl rec^ verwittigd, dat zy den Prins, opzy- en Dord- ne re*ze na Zeeland, in 't laatst van Bloei- retht. maand, binnen haare muuren zouden zien, vervaardigden alles om hem met luifter te verwelkomen en te ontvangen. • In Eer- en Vreugd-betooningen poogden die Ste- den elkander voorby te flreeven, en liep 'ef alles, ondanks de woelingen der menigte, door de welgemaakte fchikkingen, geluk- kigaf(t). " ' Vreugde Schoon in Zeeland, by openbaare af-
vn.Zeeland kondiging, bekend gemaakt was, dat men Maart" de Vreugdebedryven over de Meerderjaa- righeid van den Erffladhouder, en het aan-
(*) Van deeze Heilgroete zien twee ÜTeder*
duitfche Naavolgingén het licht, de een van Dr. H. de bosch; de ander van den Eerw. a. van ASSENDELFT in de Werken van de Maatjehappy der Nederlandfche Letterkunde te Leyden II Deel, bl. i. , Ct) W. Nederl. Jaarb. 1766. bl. 356. 43a. 438;
473-
|
|||||
HISTORIE. ä/
aanvaarden dier Waardigheid, zou lütftel- lxxxix«
lentot den tyd dat hy ter Staatsvergade- boek. ring in dat Gewest Zittinge zou nee----------
men (*), hadt het den achttien vanLen- 1766.
teraaand te Middelburg? en in eenige ande- re Steden, aan geene Vreugdbetooningen ontbrooken. Vlisfingen en Veere ftaaken boven alle andere uit; en de eerstgemeld© deezer twee Steden, die op zyne Hoog- heid, als Heer en Markgraaf, eene nadere betrekking hebben, was, zo verre wy weeten , de eenige , die deezen Dag ter byzondere Godsdienstoefening befremde , . • en den Voormiddag fleet in de Groote Kerk zo onder 't gehoor des Orgels en van verfcheide Speeltuigen, als van eene Redenvoering, des oudften Leeraars g. vrolïkhert; op den Middag ftaatly- ke Maaltyden hieldt, en aan 't Volk Bier ten befte gaf om zich , onder het losfen, van 't Kanon, het afvuüren der Bezetting, en het geftadig gelui der Klokken vrolyk te ma aken. Dit alles was een voorfpel van der Neemt
Zeeuwen verknogtheid aan 't Stadhouder- daar .zit"* lyk Huis: want toen zyne Hoogheid naa sTaatsver- eene voorfpoedige Reize den twee- en-gadering. twintigften van Bloeimaand te Middelburg landde werd hy in die Hoofdftad op'tftaat- lykst ontvangen, en daags naa zyne aankomst door de regeerende Burgemeefters der Zes ftemmende Steden, uit 's Lands Huis van den Eerften Edelen in deAbtdye, hem ten Ho-
(*) Kat. van Zeel. 3 Feb. 1766.
|
||||
äft VADERLANDSCHE
|
|||||
LXxxix. Hotel vervaardigd, afgehaald en naar de
po EK. voorgemaakte fchikkingen ter Staatsver- ■-------gadering ingeleid (*). Alle de Huizen
1766. dier Stad waren 's avonds op 't fraayst en
kostbaarst verlicht, en werd een künftig vuurwerk, in 'tbyzyn van zyneHoogheid, afgeftooken. — De Raadpenfionaris Wil- lem van citters, voorheen door den Prins benoemd om, by voorraad, de Plaats van Eerften Edelen te bekleeden, kreeg hier toe thans de volledige aanftellin- ge, en werd, het Raadpenfionarisfchap aan ADRIAAN STEENGRACHT Opgedraa-
gen (f).
Tot Mark- Hoogftaatlyk gingen de Inhuldigingen graaf van tot Markgraaf van Veere en Vlisfingen toe. £'f'en Van Middelburg, de plaats waar zyne ingehuf^" Hoogheid beftendig overnagtte, begaf hy digd, en zich, den acht - en - twintigften van Bloei- Zitting- maand, na Veert. De poorten dier Stad na- neeming derende verwelkomde hem de Magiftraat in ändere
Zeeuwjche en Raad, en handigde de Sleutels over.
Vergade- In vorstlyken trein reedt hy door eene me- ringen. nigte Eerepoorten en Zegeboogen na het Stadhuis: voor 't zelve waren de Burger Compagnien vergaderd; op de puie van dat Gebouw, met een heerlyk verhemelte bedekt en vercierd, verfcheen de Mark- graaf, ontving onder 't zelve de hulde der Burgerye, en deedt den Eed ter handhaa- ving haarer Voorregten. Twee
£* ) Not. van Jteei. 22 en 23 Mey 1766.
Ct) Not. vaneed. 14 April 26Mey 1766. |
|||||
HISTORIE, *9
Twee dagen laater verrigtte men te Vlis- lxxxi3
fingen dezelfde Inhuldiging, genoegzaam boek» met dezelfde plegtigheden. In beide de ■ Steden waren de Huizen verlicht, en een 1766.
Vuurwerk befloot den Vreugdedag, welker heugenis door gegeevene Gouden en Zil- veren Gedenkpenningen, bewaard bleef. Geduurende zyn verblyf op dit Eiland nam zyne Hoogheid Zitting in het Collegie der Admiraliteit van Zeeland, in de Vergade- ring van Bewindhebberen der Oost-Indi- fche Maatfchappye, als mede in 't Collegie der Staaten van Walcheren. De Steden Tooien, Goes en Zierikzee, fchoon niet ver- eerd met 's Prinfen tegenwoordigheid, deelden in de Vreugdebetooningen der drie andere. Op de herwaards reize bezogt de Städ- Verwei-
houder het welverilerkt Bergen op Zoom, komingen 't welk hem, onder 't driemaal afbranden "^f^" des Gefchuts , met alle Krygseere, ont- Sredaen ving ; hy bezag de Vellingwerken , en in 'j Her- Schansfen, deedt de Wapenfchouw over de togenbosck Bezetting; de vreugde der Burgeren ver- toonde zich in de gewoone tekenen , die by uitftek groot waren te Breda , welke Stad hun Heer en Baron , eenige dagen daar naa, zag binnen ryden, geen ftraat zo gering of dezelve pronkte met Eereboo- gen, de aanzienlyke met Eerepoorten, naar verfchillende Bouworders vervaar- digd, met toepaslelyke Opfchriften en Cieraaden voorzien. -------- De Vryheid
Oofierhout onthaalde den Prins op het fchie-
ten met den Handboog ; en de Nonnen eens
|
||||
30 VADERLANDSCHE
|
|||||
kxxxix. eens Kloofters in de nabuurfchap van deeze
boek. Heerlykheid op het zingen van het Te -------- Deum. ------- 's Hertogenbosch, 't welk
i?66. reeds den Jaardag volvrolyk gedagt, en op
de flaatlykfle wyze den veertienden van Lentemaand, het Staatsbefluit van hunne Hoog Mögenden, waar by zy dien Prins het Erfftadhouderfchap over Staats-Bra- bant opdroegen , van het Stadhuis afge- kondigd hadt, deelde in 't genoegen van den Vorst te ontvangen. De Burgery en de Bezetting hadden zich in de Straaten gefchaard, door welke zyne Hoogheid na het Gouvernement des Hertogs van Bruns- •wyk reedt, die, als Gouverneur dier Stad, de Bezetting opleidde om den Prins Krygs- eere te bewyzen. Het verlichten der Hui- zen, het affteeken van een pragtig Vuur- werk, befloot de Eer en Vreugdbetoonin- gen , die zyne Hoogheid op deeze Zeeuw- fche Reize vergezeld hadden : en vondt hy, by zyne wederkomst, m'sGravenhaa- ge., de Schuttery. om hem te verwelkomen op 't kostbaarst üitgedoscht in de wapenen gefchaard. Zyne Hoewel te Utrecht, en in het Sticht, de Hoogheid achtile van Lentemaand niet ongevierd
*e *h"aid Weef, wagtte men met de volle Eer- en
Wge a . yreUg(jbetooningen tot (Jen tyd der ]j0m„ fte van zyne Hoogheid om Zittinge te
neemen in de Hooge Vergaderingen van dat Gewest. Deeze Dag brak den acht- ften van Hooimaand aan , en waren de ftaatlykheden geèvenredigd aan den gerui- men tyd befteed in de gereedjnaaking van al-
|
|||||
HISTORIE; 31
alles wat tot Eer enVreugdbewys kon die- Lxxxitó
nen, zo van de zyde der Staats- en Stads- boek. Regeeringeen derBurgerye, als der H00-——— ge Schoole. Wy kunnen, zonder langwylig 1766. te worden, alles wat geduurende dit ver- blyf voorviel niet opnaaien; alleen moeten wy aan flippen, dat Utrechts Burgery, die in Uniform verfcheen, en zints een geruimen tyd in den Wapenhandel by uitftek geoe- fend was, de lof betuiging van den Prins weg droeg, „ dat hy in onderfcheide Ne- „ derlandfche Steden, geen fraaijer en beter „ gefchikte Burgery gezien hadt." Deeze vergezelde zyne Hoogheid toen hy, in ftaatlyken trein, reedt na de Vergadering van Staaten, om in den Hove Provinciaal, als Stadhouder, Zitting te neemen, en ge- lyk ze hem by het inkomen opgewagt hadt, deedt zy hem ook uitgeleide. ——— De Academie Jeugd van Utrecht wilde het die der Hollandfche Hooge Schoole niet ge- wonnen geeven; zy toogen in onderfcheide afdeelingen, met twee Vaandels, en ont- bloot zydgeweer uit om zyne Hoogheid te ontvangen, by monde van den Heer de ridder te begroeten, en geleidde hem na de Domkerk om de Redenvoering van den Hoogleeraar johan frederik reitz , gepaard met een overheerlyk Muzyk, te hooren, en vergezelden hem, by den uittocht. Het pragtig Vuurwerk, op hunne koften vervaardigd, 't geen de Prins zelve aanftak , voldeedt even zeer als de achthoekige Tempel, die met de fchoonfte Zinnebeeldige Cieraaden pronkte. Heer-
|
||||
■■ '
|
|||||
$a VA'ÖÈkLANDSC II Ë
LXXxix. Heerlyk werd geheel Utrecht verlicht ori*
boek. der de operrbaare Gebouwen ftak de Dann- —------toorerii de Staaten Kamer ^ het Hof, het
1766. Duitfche Huis, de Voorgevel van de St^
Jans Kerk, en het Fundatie Huis der Vrou- we van Renswoude uit. In Gelder- Van Utrecht begaf zich zyne Hoogheid land inge-iia de Lustplaats het Loo> om in Gelder- huldigd* land den dertienden van Oogstmaand, te ; Arnhem tot de Hooge Waardigheden in- gehuldigd te worden; De gedaane Af-
kondigingen in de Steden Nymegen, Zut- phen en Arnhem, om de openbaare Vreug- de tekenen, tot dien tyd, uit te Hellen y hadden de Ingezetenen niet bewoogen oni zich des geheel te onthouden ; in Zut- phen betoonde eene zints drie Jaaren opge- rigte Sociëteit > op dien Jaardag , haare blydfchap door het affteeken eens künfti- gen VuurWerks. Werkte de verkleefdheid der Landzaaten van dat Gewest aan het Huis van Oranje, by voorraad, zo fterkj men verbeelde zich dan hoe zeer zy zich Vertoonde, wanneer de gelegenheid, om daar van volle blyk te geven, geboren Werd, en de Magiftraat van Arnhem, van den bepaaldenDag der komfte zyner Hoog- heid aan de Burgerye kennis gaf, niets werd 'er gefpaard , wat ter eere van den jongen Vorst en ter Vreugdbetooninge over die gewenschte Gebeurtenis, kon dienen^ De Intrede was zeer pragtig , zo ook de Zittingneeming ter Vergadering der Staa- ten , waar de Graaf van lyndes, Heer van Hemmen, Burggraaf des Ryks yan
|
|||||
HISTORI E; 33
VänNymegen, als Voorzitter, hem verwei* LXXXiX*
komde. De Verlichtingen van Stadswegè boek, gedaan, een Kolom en Tempel ten dien -----—
einde opgerigt, als mede dié der Ingeze- if66*
tenen, weezen uit dat men moeite, noch koften gefpaard hadt. Meer byzonder, als van alle andere on- practig
derfclieiden , verdient vermeld te worden onthaal of» liet Onthaal aan zyne Hoogheid gegeeven op R°ßndaäl> het bekende zo verniaaklyke Rofendäal, eene Vrye Heeiiykheid, een uur van Zut- phen gelegen* De Heet en Vrouwe van Rofendaal,en een groot getal van den Adel, ontvingen den Prins, die niet lang in huis vertoefde;maar verkoos eene wandeling te doen , om van naby , de fchoonheden , waar mede Natuur en Kunst,als om ftfyd, deeze Lustplaats vercierd en verrykt heb- ben te bezigtigen. Het aanzienlyk Gezel- fchap verfpreïdde zich door de aangenaams Wandeldreeven, die het oog verrukten, terwyl het oor geftreeld werd door een keurig Muzyk , vermengd met het ge- druis der Fonteinen en Watervallen. Naa deeze betoverende wandeling werd in ver* fcheide vertrekken gefpeeld , tot dat de gevalle avond gelegenheid gaf tot nieuwe vermaaken. Een kostbaar Vuurwerk ver- wekte, door zyne ongemeene heevigheid^ en geftadige veranderingen, de bewonde« rende goedkeuring van alle Aanfchouwe- ïen. Geduurende het affteeken hoorde men een geftaadig Veldmuzyk van Pau- ken en Trompetten, het gebulder van "t XXIV. deel. C zm%t |
||||
t^fomm^i^^^^mmmmmmimmmm
|
||||||
34 VADERLANDS CHE
Lxxxix. zwaar Gefchut, verzelde onoplioudelykliet
boek. Vuurwerk; alles wrogt mede om het luis- -------- terryk en ontzaglyk te maaken. — Nauw-
ifó'ö. lyks waren de felflikk erende lichten van
dat Kunstvuur uitgebluscht, of, ze wer- den van zagter vervangen, die op nieuw de duifternis verdreeven. Een oimoeme- I lyk getal Lampions, in een oogenblik aan-
geftooken, verlichtten het groote Bloem-
perk, de fchoone Grotwerken, benevens derzelverkleine Kabinetten, de beide groo- I te Watervallen, als ook de bovenfte Ter-
ras en het geheele Theater; het Cyfer
van zyne Hoogheid maakte een einde aan dit luifterryk verfehlet. Tusfchen ieder Oranje-boom in 't groote Bloemperk was een Pyramide van licht; de Boord van de Gragt, als mede die van de Terras , de trappen voor de Grot, en de geheele bo- ven randen van dezelve, waren alle met Lampions , die een vierdubbeld licht ga- ven, bezet. De onderfte Waterval was, tot aan de Gragt., op ieder trap verlicht, vallende telkens het water over 't licht heenen; by deeze vertooningen, volmaakt éénig in haare {bort, kwam het onophoude- lyk {bringen der Fonteinen: ftil en fchoon weder begunftigde dit Tooneel van ver- lichting, in welks befchonwen het oog zich nauwlyks kon verzaaden. ------ Op nieuw
-werd dit ftil vermaak afgewisfeld door het
woeliger van een Bal, door het verkwik- kende van een Soepé aan, voor meer dan hon- derd Perfoonen, reeds vervaardigde tafels; naa
|
||||||
s
|
||||||
HISTORIE. 35
|
||||||||||
aaa 't welk men het Bal hervatte door zy- lxxxix,
|
||||||||||
ze Hoo
|
'S
|
heid tot drie uuren in den mor* boek,
|
||||||||
genftond bygewoond: die, onder het te —----
rug ryden, den geheelen weg van Rofen- 1766,
daal na Arnhem met Pekkransfen verlicht vondt, terwyl boven op den zogenaamden Kapellenberg, eene zeer hooge Pyramide van Pektonnen, in volle vlam, een verbaa- zend licht verfpreidde. De Steden Nymegen en Zutphen bleeven Nymegen
niet onbezogt, en ontbrak het in deeze, ex} ^" even min als te Arnhem, aan blyken van £™ ** hoogagting en liefde, op de kunftigfte en kostbaarfte wyze ten toone gefpreid; wat de Regeering, de Burgery,- en de Krygs- bezétting in dezelve daar toe kon bydraa- gen aanfchouwde de vergenoegde Vorst. Even als in Zeeland, Utrecht en Gelder- In Overyt»
land,da ftaatlyke Eer- enVreugdbetoonin- /^ontvan- gen , wegens de Meerderjaarigheid des F": la" Erfftadhouders waren uitgefteld, tot dat Kampen. hy in die Geweften ter Staatsvergaderinge Zitting zou neemen , zo ftondt het ook met Overysfel gefchaapen. Men wagtte zulks deezen Zomer en befteedde den tyd in toeruftingen om de Ontvangst niet min luifterryk te doen zyn dan in andere Ge- weften. Te Kampen , waar de Inleiding ter Overysfelfche Staats vergadering zou ge- fchieden, werden eenigen bedagt, oms door het opregten van een Cadetten Corps, die Plegtigheid iets by te zetten, wat el- ders geen plaats gevonden hadt, en over- eenkwam met eene vroegere Inhuldiging C % • daar |
||||||||||
$6 VADERLANDSCHE
txxxix. daar ter Stede (*). Op het verzoek eeni-
BoTEic.ger ongetrouwde Heeren van den eerften ----:—-rang, die zich verbonden om zulks, op
4766.hunne koften, werkfteilig te maaken, be-
kwamen zy daar toe van de Magiftraat ver- lof, als mede de vryheid, om het Vaandel aan vroeger Vry Compagnie vereerd en by 't zelve gebruikt, te mogen voeren. Bc- halv'en de Officieren zou dit Cadetten Corps uit twee - en- zeventig Man beftaan. De fchikkingen van alles, wat door 't zelve, by de Inhaalinge, en voorts, zou gefchie- den, werden met de Magiftraat beraamd, en waren zy in gereedheid toen, op den acht en- tvvintigften van Oogstmaand, die lang gewenschte Dag aanbrak. E ene Bezending uit de Ridderfchap en
Steden van Overysfel ging op de grenzen van dat Gewest zyne Hoogheid, van het Loo komende te gemoet, verwelkomde en bege- leidde hem tot het grondgebied der Stad Kam'
|
||||||
(*) De oprigting van zulk een Cadetten Corps-,
of Vry Compagnie, was 'm Kampen geene nieuwig- heid, 't Zelfde was gefchied toen wi dlem de III in denjaare md clxx v, naa het vertrek der Fran- fchen, tot Stadhouder van Overysfel werd ingehul- digd. De Vry Compagnie, ten dien tyde opgerigt, en op 't verzoek van dien Vorst op een vaften voet gebragt, werd, geduurende deszelfs leeven, in ftand gehouden; zy nam haare gewoonc wagten waar, nevens de andere Burger-Compagnien, en werd niet afgedankt dan naa den dood van dien Vorst, wanneer het Vaandel, door den zelven gefchonken, op liet Stadhuis gebragt en bewaard werd. - |
||||||
HISTORIE. $?
Kampen, waar eenigen uit de Magiflraat lxxxix.
hem opwagtten, begroetten, en ter Stad boek. inleidden, en de gemelde Vry Compagnie, —■—- op het heerlykst uitgedoscht, binnen de 1766. Poort ftondt, om den binnen rydenden Stad- houder Krygseere te bewyzen. Door van Stads wege opgeregte en andere Eerepoor- ten ging de vorstlyke trein, tot aan het Raadhuis, waar de Burgery in de wapenen gefchaard flondt, en voorts onder het ge- luid van Klokkenfpel en andere Speeltui- gen, tot het Huis ten verblyve van zyne Hoogheid gefchikt; in 't welk hy van ver- fcheide Collegien de begroetingen ontving, om vervolgens, door eene aanzienlyke Be- zending afgehaald en ter Staatsvergade- ring, voorgegaan dopr het Cadetten Corps, begeleid te worden. In dezelve gekomen nam hy Zitting, en werd verwelkomt door den Drost van Twente. Daar uit te ruggekomen hadt de Capitein met de Offi- cieren van het Cadetten Corps de eer van een afzonderlyk gehoor by zyne Hoogheid, die hun niet alleen minzaam ontving, maar ook verzogt dien nagt, en den volgenden dag, de wagt by zyn Logement te willen houden: dewyl de Grenadiers, aldaar an- ders de wagt houdende , zouden aftrek-, ken, om 's anderen daags de Wapenoefe- ning te kunnen verrigten: zy volvoerden dit met alle wilvaardigheid. Aan plegtige Maaltyden, en heerlyke Verlichtingen ont- brak het niet: en gaf de ligging der Stad, als mede de lange fsfelbrug gelegenheid om gene eene verlichting éénig in haare foort P 3 " ea |
||||
* 8' V A D E R L A N D S C H E
kxxxix. en zeer grootsch te vertoonen. De vlakke
boek. en ftille Tsfcl kaatfte , met eene wondere --------uitwerking , het licht zagtlyk te rugge,
l?66. terwyl op 't Kamper Eiland, drie hooge
Pyramiden van brandende pektonnen, door de Huislieden van dit Eiland aangeftooken, een ontzettend vertoon opleverden. — Op eene groote Vlakte buiten de Stad, de Green- te gehegten, verrigtte 's anderen daags, een Bataillon Infantery eerst den Wapen- handel voor zyne Hoogh :id, en hieldt daar op een Spiegelgevegt.Deeze dag werd voorts in Begroetingen en Affcheidswenfchen ge- fleeten, enhadtdeHeer n. wonneman, Muntmeefter van Overysfel, de eer om den Stadhouder en den Hertog van Bruns yk ieder een Gouden Gedenkpenning, tot ver- eeuwiging deezer gebeurtenisfe geflaagen, aan te bieden. Het Cadetten Corps, 't welk byna zes- en- dertig uuren onder de wa- penen geweest was, werd door zyne Hoog- heid bedankt, en verfchoond hem 's ande- ren daags, by zyn vertrek te vergezellen; gelyk hy ook voor alle plegtigheden by het uittrekken bedankte. Te Zwol- TeZ rotte was alles in gereedheid omzy- fc« ne Hoogheid, met allen luifter, te ontvan- gen. Een Bouwgevaarte, den Tempel der
Eendragt verbeeldende, de g heele hoogte en breedte van het Stadhuis befiaande, ftak hier boven alles uit; en hadt tot wederga- de , agter het Stadhuis , tegen de zoge- naamde Raad Tooren , eene zeer zinryke Illuminatie, ter hoogte van honderd voe« ten, in den fmaak van een Tent vervaat* digd.
|
||||
HISTORIE. 39
digd. Den dag in 't ontvangen van Eer- lxxxix.
betooningen, in Onthaal, en 't bezigtigen boek. der vervaardigde kostbaare Illuminatien ge- ——-— fleeten hebbende, vertrok zyne Hoogheid, 1766. terwyl de Zwollenaaren den avond en nagt zich verluftigden in de Vreugdelichten ter eere van den Vorst, van Stads wege, en door byzondere Perfoonen, ontftooken. Deventer wagtte het bezoek van den Erf- Te Z>«-
ftadhouder op den tweeden van Herfst- venter. maand, en werd van 't Loo derwaards ko- mende op de Grenzen van Overysfel, door de twee oudfte Burgemeefteren begroet, reedt de Stad in tusfchen de gefchaarde Burgerye, en na de Stads weide om de Wapenhandeling der Bezettinge te bezig- tigen. Op 't Stadhuis toefde de Magiftraat den Stadhouder ten maaltyd, tot de. val- lende avond het affteeken van een over- heerlyk Vuurwerk op den Brink begunftig- de; onder zyn vertrek werden de Illumina- tien door de ganfche Stad aangevangen:. en was by deeze gelegenheid de Vreugde van Deventers Ingezetenen niet minder, en wa- ren de Eerbewyzingen niet geringer, dan m eenige Stad van ons Vereenigde Ge- meenebest, die zyne Hoogheid deezcn Zomer met zyn bezoek vereerde (*). Friet-
(*) Wy hebben van alle die Eer- Vreugdebe-
tooningen , met zo veel verfcheidenheids , als ons mogelyk was, eenig verflag willen geeven. De Dagpapieren van dien tyd verleene'n omflagtige befchryvingen, en kan men bet voornaamfte vin- den in de N. Nederl. Jaarb. 1766. bl. 432, 438, 473- 571. 611. 681. 808. 849. 99D. |
||||
40 V A D E R L A N D S CIÏ E
|
|||||||||
Lxxxix. Friesland, als mede Stad en Lande mog-
ÏOEK. ten den achtflen van Lentemaand vrolyk —------gedenken; doch moeiten de ilaatlyke be^
if66. tooning van het deel 't geen zy namen in
Vreugde- deeze Gebeurtenisfe dit Jaar uitftellen: de- tetooniii- Wy\ geen Bezoek van zyne Hoogheid daar ifw/-11 en toe gelegenheid verfchafte. — In de Volk- West-In- plantingen van den Staat, waar zodanig die-a ever iets niet te wagten was , beyverde men de Meer- ^jj m net vieren van de Meerderjaarig- hebvan" ^e^ ^es Erfftadllouders, ten eigenften da-
den Prins. ge. Batavia, de Hoofdplaats van Neder- landsch Indie, kondigde denzelven aan, door 's morgens het Kanon van alle de Bolwerken , en het gefchut van alle de Schepen op de Reede leggende, te losfen, 't welk men 's avonds, naa dat den gan- fchen Dag van de Schepen de Vlaggen en Wimpels gewaayd hadden, herhaalde. De geheele Stad was des nagts geïllumineerd i en de Lusttuinen der Vermogendften praalt den met verlichtingen, die een zweem van Ooflerfche grootheid hadden ; welke zich in Bloeimaand des volgenden Jaars, by de . openlyke Voorftelling van zyne Hoogheid, |
|||||||||
als Opper Gouverneur van Neder landsch Indie
|
•>
|
||||||||
in vollen glans ten toon fpreidde, met
vorstlyke Staatfie ging zulks toe, en het Vreugdefeest hieldt, met alles wat fraay en kostbaar mögt heeten , eenige dagen gan. ------>- Zeer plegtig gefchiedde, ten
dien zelfde dage, de Vooritelling van zy-
ne Hoogheid in die Waardigheid, te Soiir racarta , eene der Hofplaatzen van den ïveizer van Mataram, gelegen @p Jav.a$ Noords
|
|||||||||
HISTORIE.. 41
|
|||||
Noord-Oost Kust, waar de Oost - Indifche. lxxxix.'
Maatfchappy een Kantoor en haare Bedien- b o eic. den heeft. De Keizer , deedt door den--------
Javaanfchen Secretaris, de Voorftelling 1766»
aan zyn Volk bekend maaken, 't welk daar op, naar der Chimefen wyze, vreugde be- toonde , terwyl de Vorst, de Vorftin, en hun Zoon, de Vrolykheden der Nederlan- dcrcn niet alleen bywoonden; maar 'er werklyk deel in namen. ------- Op Ceilon
deedt men, in Wynmaand diens Jaars, de
Voorftelling met veel plegtigheids (*). — Het handeldryvend Eiland St. Euflatius vierde den achtften van Lentemaand met alles wat de Geneigdheid voor den Meer- derjaarig geworden Vorst aan den dag kon leggen; de Gouverneur ontving de Geluk- wenfchingen van de Burgery, van de Ca- piteins der Schepen , en de Kooplieden; het draagen van Oranje Cocarden en Strik- ken was zo algemeen dat de Negerflaaven zelfs 'er zich mede vertoonden (f). In 's Gravenhaage, het middelpunt der De Prins
Feeftvermaaken in onze Vereenigde Ge- tot Opper* weften, mögt men nogmaals dit Jaar, in ^^het" Wynmaand, een verluftigend deel neemen Opperde- aan eene Plegtigheid, die wel tot een be- ken van paald Kunstgenootfchap behoorde; maar fic*u™ in door een pragtig Vuurwerk aller oogen in iaagfllZ de gefield.
(*) N. Nederl. Jaarh. 1766. bl. 1249. Voor 't
Jaar 1767. bl. 1460, Voor 't laar 1768. bl. 56a, ?5Q- Ct) N. Ntderl. Jaarb. 1766, bl. 796,
C5
|
|||||
4-2 VADERLANDSCHE
|
|||||
lxxxix. de Hofplaats trok. 't Behaagde zyne Hoog-
s o e K. heid het Kunstgenootfchap Pictura, 't --------welk, zints lang eenige Vertrekken boven
1766. het Koornhuis, ten gebruike heeft (*)
voor de eerfle maal met zyne tegenwoor- digheid te vereeren, om als Opperbefeher- mer en Opperdeken der Teken Academie ontvangen te worden. De toebereidzelen tot deezen Vierdag waren groot. De Re- genten en de Secretaris van het Genoot- fchap, ontvingen in hunne kamer de Bur- gemeesters en Oudburgemeefters van 's Gra- venhaage, als gewoone Befchermers en eer- fte Raaden des Genootfchaps, vervolgens de gewoone Raaden en den Advocaat van 't zelve. Deeze Heeren, met den anderen de groote Regeering van die Broederfchap uitmaakende, hadden allen de beeldtenis van Pictura, aan een Oranje lind om den hals hangen. Eenige Heeren hielden zich in twee Vertrekken, gereed om zyne Hoog- heid, en de gewoone Leden, te ontvan- gen, welke laatflen allen verfcheenen met het teken van Pictura aan een Oranje ftrik voor de borst. Tot het bywoonen van deeze Plegtigheid waren als Gallen genoo- digd de Prins van Nas•)"au Weilburg, de Her- tog van Brunswyk, de Griffiers fagel, Vader en Zoon, die 'er kwamen kort vóór dat zyne Hoogheid in ftaatfie zich derwaard vervoegde, en onder veel eerbetoons bin- nen C* ) Tegenwoordige Staat van Holland VI Deel^
fel. 70. |
|||||
HISTORIE.
|
|||||||
43
|
|||||||
neu tradt. Verwelkomd zynde hing de lxxxix.
Jr. FREDERIK HENDRIK Baron Van BOEK,
Wasfenaar, den Prins het Gouden Orde- —
teken , of de Beeldtenis van Pktura om 1766.
den hals, waar op hy door dien Her, en de overigen, als Opperbefehermer en Op- pcrdek.n van de Kunstkanier en Teken- Academie begroet werd. De Prins van Nas/au Weilburg , en den Hertog van Brunswyk, werden desgelyks het Orde - te- ken aangeboden. Een pragtige en vorst- lyke maaltyd verving deeze plegtige in^ huldiging. By het Naageregt deedt de Heer ellinkhuizen, uit naam der Regenten, eene cierlyke aanfpraak, de Kunstmin van zyne Hoogheid in 't alge- meen , en zyne zugt voor de Schilderkunst in 't byzonder, in top haaiende. Door zyne Hoogheid werden, naa het uitdrinken van den zilver vergulden Beker van Pktura , de Hertog van Brunswyk, de Prins van Nas- fau Weilburg, de Griffier fa gel, en Opperfchenker bigot, de Kamerheer Baron Voigt van Elfpe en de Edelman Ba- ron van Heeckeren tot Kei, tot Leden van de Broederfchap ingehuldigd. Een heerlyk Vuurwerk, door zyne Hoogheid zelve aangeftooken, befloot dit Feest. Het Ge- bouw daar toe vervaardigd dro -g alleszins de merktekens van het vi dingryk ver- nuft en de bekwaame hand der Leden van de Broederfchappe, die 't zelve ge- fpitst, en het uiterite huns Kunstvermo- gens aangewend hadden om het fraay en op de tydsgelegenheid toepasfelyk te maa- kenj
|
|||||||
44 VADERLANDSCHE
VKXxix. ken -v 't was dien avond , en vervolgens
boek. nog ééns, ïieerlyk verlicht ( * ). -------- Zette de toevoeging van zulke aanzien-
1766. lyke Leden der Teken - Academie van de
De Te- Hofplaats luifter by; de Tekenfchool te Am~ kenfchool fier dam, die in den Jaare mdcclviii, Jam m^er"htt hoofd, naa eene lange kwyning, weder bloeit, begon op te beuren, was, op 't einde des verloopen Jaars, door de keuze van be- kwaame Beftuurders en Mecfters, zo verre gevorderd, dat ze op de gemaakte Schik- kingen de goedkeuring der Burgemeefteren verzogten, en bekwamen, mits de Teken- fchool bleef onder het opzigt van den Bür- gern eefter jonas witsen, die, door het Genootfchap als Hoofdbeftuurder ver- kooren, zich des niet onttrok, maargun- iïig die post ter kunstbevordering 'aan- vaardde (f). Van dit alles gaf de Heer CORNELIS PLOOS VAN AMSTEL,
één der Beftuurderen, den Leden kennis.
De vlyt der Kunstbeoeffenaaren, uitge- lokt door de drie gefielde Eerepryzen, welke 's Jaarlyks ftonden uitgedeeld te worden, ontving in Grasmaand deezes Jaars, voor de eerfte keer, die Eerbe- looning, met veel plegtigheids, by welke uitdeeling de Heer j.acob otten husley eene gepafte en aanmoedigen- de Redenvoering hieldt. Behalven den eer-
(*) N, Neierl. Jaarh. 1766. bl. 1172.
Ct) Wagenaar Befth. van Amßsrdam, VIIÏ Stuk, bl, 770, |
||||
HISTORIE. 45
eerften Eerprys droeg de uitmuntende Jon- lxxxïX?
geling juRiAAN A N dries s en een boe& Open Brief weg op pergament gefchree----------
ven, met verlof om dien aan ieder, en 1766,
overal wäarhy het noodig zou oordeelen, en zyne Eer het vorderde, te vertoo- nen (*). D2 bloei en aanwasch deezer Kunstfchoole was zo groot dat Bürge- meefters en Thefauriers van Amflerdam, als Befchermers van alle nutte Kunften en Weetenfchappen, eer dit Jaar terr ein- de liep, beflooten, aan de Leden van de Tekenfchool eene Kamer te verkenen in het benedenfte gedeelte van het Stadhuis, in plaatze van het vertrek hun voorheen boven de Leydfche Poort toegeftaan, en tot hier toe gebruikt (f). Kunften en Weetenfchappen gaan als De Maafc*
hand aan hand, en Tyden, die de eerfte fchappy bevorderen , kweeken ook doorgaans de ^tewT- laatfte. Althans dit Jaar leverde "hier van /che Let- ten voorbeeld op, daar in het Letterlie- terkundi vend Leydeu eene Maatfchappy gebooren teLeydeP werd, die niet alleen den opbouw der Ne- opgensr*' derlandfcheTaalkunde, Dichtkunst en Wel« fpreekenheid ten doel hadt; maar ook de Oudheid en Hiftoriekunde beoogde bevor- derlyk te zyn. De bedenking hoe veel in- vloeds de Taal op onze wyze van den- ken heeft, hoe veel derzelver befchaa- Ving en uitbreiding toebrengt tot de juis- te C*) N. Ncderl. Jaarh. i?66. bl. 367,
Cf) N. Nedsrl. Jaarb. 1767. bl. 29, |
||||
40 VADERLANÜSCHE
pxxxix. te vorming, nette onderfcheiding en klaare
boek. uitdrukking onzer denkbeelden, als mede --------tot de wezenlyke vermeerdering onzer
1766. Kundigheden; dat de beoefening der Dicht-
kunst en Welfpreekenheid het vernuft aan- kweekt, dat zy beiden, door de gemoe- deren aangenaam te beweegen, dezelve te ge- lyk verlcevendigen en verzagten, en zich rechtsreeks den weg tot het menschlyk hart baan en ; dat de Oudheidkunde aller- noodzaaklykst is tot een recht verftand on- zer oude Vaderlandfche Wetten, van wel- ke veele nieuwe Wetten niet zelden licht ontvangen; en dat de grondige Kennis der Hiftorien, onontbeerlyk is voor allen, die zich in Staats- of Stadsbeftuur geplaatst vinden, wees de nuttigheid eener Maat- fehappye, die zich met de beoefening dee- zer Kunften en Weetenfchappen, met een oog op 't Vaderland geflaagen, zou bezig houden, ten overtuiglykften aan by allen, die zich dermaate niet ingenomen vonden met een vooroordeel ten aanzien van de Weetenfchappcn der Ouden en Vreemden, dat zy waanen deeze geene hulde te kunnen doen dan ten kofte en met veragting der Vaderlandfche Letterkunde. Uit geringe beginzelen hadt deeze
Maatfchappy haaren oorfprong. Een klein Gezelfchap van Letterminnaaren te Ley- den, ten Zinfpreuk voerende Minima crefcunt, was, omtrent tien Jaaren gele- den, gewoon ter beoefening der Taal- Dicht- Oudheid- en Hiftoriekunde, zom- tyds by een te komen, ennoodigde., door ee-
|
||||
HISTORIE. \?
|
|||||
eenen pryslyken yver voor de fraaye Let- lxxxï&I
teren gedreeven , eenige Beminnaars der boek« Vaderlandfche Letterkunde , waar onder de voornaanifte Leden van twee foortgely- l?66, ke Gezelfchappen, het een te Hoorn onder de Zinfpreuk Magna molimur'parvi, en het ander te Utrecht, onder de Zinfpreuk Dulces ante omnia Mtifie, Letterkundige Byeenkom- ften houdende, om eikanderen de vrugtea van hunnen arbeid, ter meerdere uitbrei- ding , mede te deelen. In eene Vergadering van deeze Kunstgenooten werd het denk- beeld om eene Maatfchappy der Nederland" /che Letterkunde op te rigten , gebooren:, en waagden zy het, dit, fchoon van el- ders niet onderfteund, op eigen koften, een daadlyk beftaan te geeven. Het klein getal van Letterminnaaren, waar uit dit gezel- fchap, in den beginne , beftondt, ont- dekte dit oogmerk aan anderen, met ver- zoek om in de volvoering hun de behulp- zaame hand te bieden. En, fchoon zom- migen, bevooroordeeld tegen alle nieuwe Onderneemingen, anderen, om den gerin- gen Oorfprong van het Ontwerp, aan ee- nen gelukkigen uitflag wanhoopende, hun de verzogte hulp weigerden, ftelde de gulhartige toetreeding van anderen., met eene zugt om dit Plan tot volkomenheid te brengen bezield, hun in ftaat om een vry aanzienlyk getal van Leden, in Hooimaand deezes Jaars, by een te roepen, en de eerfte grondflagen te leggen tot den opbouw eener Maatfchappye, die den naam van maat- SCHAPPY DER NED E B.L A N D 5 C HE
LET-
|
|||||
1$ VADERLANDSCl-IE
|
|||||||
tXxxix. letterkunde zou voer en, en welker
boek. Zetel te Leyden zou geveftigd blyven ( * ). -------' Te dier zelfde Stede nam, in Slacht-
1766. maand van 't zelfde Jaar ^ een ander Kunst-
Aanvang genootfchap eenen aanvang, 't welk deels Kunstore- eel1 dergelyk oogmerk hadt 5 doch zich nootfchap meer tot de Dichtkunst en Toneel-poëzy Kunst bepaalde, en ter Zinfpreuk koos kunst Wordt door WORDT DOOR ARBEID VERK.REE-
ArT gen m ■«*.
Verkregen. 2. V. I J'
Honderd- Mögt Kuiist- en Lettefmrft'zich óver zo
jaarig veels genooten goeds, en met zulke gunfti- Feest in 't ge vooruitzigten , verheugen, dankbaare niersHuis Vrolykheid ging ten reiè in de Jmfielßad, te Amßer- wanneer het kinderryk Aalmoesniers Huis, dam. plegtige Gedagtenis vierde van de honder- fte Verjaaring' der betrekking diens zo veel bezeugenden Geftigts. Regenten en Re-
|
|||||||
(*) Hoe zeer deeze Maatrehappy in luifter aan-
wieseb, de befcherming niet alleen der Leydfche Regeeringe, maar ook van Neerlandsch Erfftad« houder Willem den V, verkreeg, en eerlang met ecii Openbrief, door Staaten van Holland begunftigd werd, is té zien in de Voorre^ dens der Werken van de Maatfihappy der Neder- iandjche Letterkunde te Leyden, I en III Deel. Men flaa ook, boven al wat den eerften aanleg betreft, naa d. v. alphens Vervolg op mieris Befchry- ving van Leyden Byvoegzel, bl. i enz. (t) In het boven aangehaalde Byvoegzel des
Heeren van alphen bl. 10. word de Herkomst en Voortgang van dit bloeiend Genootfchap opge- geeven; dit, en hoe het verder in aanzien is toe- genomen vindt men breedvoerig, in de Voorre~ den van het I Deel der Taal - en Diehtlievende- .Oefeningen van het Genootfchap, Kunst wordt door Arbeid verkreegen. |
|||||||
HISTORIE. 4$
Regentesfen, met de regeerende Burgemee- lxxxijü?
fters, woonden deeze Feestviering by; en boek. zaten, naa het onthaal van tusfchen de dui------»-
Zend en elfhonderd Kinderen (*) byge- 1766.
woond te hebben, aan eenen deftigen. Maaltyd in 't Regenten vertrek aangerigt* waar elk der Gallen een Gedenkpenning ontving, op deeze onlftandigheid betrek- kelyk, door de Regenten en Regentesfen, op hunne koften, vervaardigd. Den vol- genden Zondag maakten de Stadspredikan- ten in alle Kerken dankbaar gewag van dit Eeuwgetyde, en werd deeze Weldaad, in de drie Kerken, waar de Kinderen uit dit Huis alle Zondagen hun Godsdienst ver- rigten, wel diep op 't harte gedrukt (f). Twee Branden van meldenswaardig aan- Zwaare
belang wisfelden de Vreugdtooneelendeezes fend te Jaars in tooneelen van Droef heid en kom- ƒ««»ƒ mer af. De eerfte dreigde, op den vyf- en- twintigften van Zomermaand, het groot en welvaarend Dorp Hüverfutn in 't Gooiland, uit zeven honderd en tien Hui-* zen beftaande, en door elfhonderd Huis- gezinnen bewoond, geheel in de asfche te leggen. Te midden van het Dorp ont- ftondt dit verwoeftend vuur ten huize een« Joodfchen Vleeschhouwers , omtrent den middag. De vlammen floegen, door een Herken Ooften wind gedreeven , fchielyk tot
(*) Wacenaaü Èefcti. van Amptrdam Vïfl
Stuk, bl. 382. Ct) Neierl, Jaarb, 1766, bl, ie.,
XXIV. DEEL. D |
||||
* &Q VADERLAND SCHE
pxxxix. tot de andere Huizen over, zo dat dé
boek. Brand op-veele plaatzen als te gelyk uit- ■? 1766. ver puinhoopen nederftortende , fcheenen nieuwe vuurkolken te openen , die door den wind aangeblaazen, allerwegen ver- derf dreigden, en aanbragten. Alles wat dienst kon dóen was in de
weer; maar wat vermogten de zwakke poogingen dier verlegene helperen, onder zulk een algemeenen Brand in Rieten Da- ken , by een onvermydelyk gebrek aan Water, op eene plaats, waar geen Gragten zyn, en reeds veele Pompen waren afge- brand. Zy deeden ondertusfchen alles wat zy, in deeze algemeene verwarring, doen konden, om den Brand te blusfen, of het voortflaan te fluiten, terwyl anderen be- zig waren om hunne Goederen, zo zy jneenden, veilig te bergen in Huizen, wel- ke, fchoon op een verren afftand van de brandende, en van fteen opgehaald, een ©ogenblik daar naa, op 't onverwagtst, in ivlam Honden , en met alles , wat- 'er in ;was., yerteerden. Dit was het noodlottig gevolg van het brandend Dakriet, van 't eene Huis op 't ander overwaaijende» Zulks vermeerderde de vrees van de Zie- ken door de doodlyke vlammen te zien verteeren; en verdubbelde de beweeging om de tilbaare Have. heen en weder te voe- ren , na eene plaats, waar men ze 't eene oogenblik veilig en het volgende in gevaar keurde. De verwarring groeide aan, en byflere wanhoop klom ten hoogden top» |
||||
ü ï s t o R i %i m
Men werd eindelyk te raade de Zieken, de lXxXIè*
kraamvrouwen, de Stokouden en Kin- boers deren, na 't open veld te brengen; ~—«* De Kerktooren, reeds vroeg in brand 1766«
geraakt j flortte ondertusfchen , met een ysfelyk geweld, neder, vermeerderde de verflaagenheid en 't gejammer van groot en klein* De Kerk, op een vry groöten af- ftand van het Huis waar dit leed begoßs was ter bergplaats van veele Goederen ge- bruikt ; doch ftondt eerlang in ligterlaaije vlam, welke in dit fchoon Gebouw zulk een geweld baarde, dat niet alleen de ge- borgen Goederen daar aan ten prooije wier- den 5 maar dat zelfs de Grafzerken bor- ften, en de Beenderen der Lyken den vol- genden morgen nog even heftig brandden g tot ze tot asche verteert waren. — Vef* fcheide Menfchen werden, terwy! zy edel- moedigen byftand beweezen, verzeerd eri gekwetst* E ene blinde Vronw kwant deerlyk in 't midden der vlammen om; een onheil te deerlyker voor haaren Egtge- nootj terwyl hy haar uit een Huis, dat te* gen verwagting gefpaard bleef, hadt over* gebragt in 't geen Waar zy, ondanks zyii yverig poogen om haar met het dreigendst leevensgevaar te redden, met een Kind dat fchriklyk einde vondt. In zo veel leeds eindigde de Dag,- efi
fchoon de Vlammen , met het vallen var/, den Avond, op de meefte plaatzen# ver- wonnen waren j deeden de nog van tyd.tot tyd opblaakende, het ergfle dugten* dat: D 2, ook |
||||
"5* VA DER LA ND SC HE
X.XXXIX- ook het gevolg zou geweest hebben, in1-
BOEK. dien de Wind na 't Wellen gefchooten ------- was en met dezelfde kragt hadt blyven
1750. aanhouden. Dan fchoon men voor dat
leed bewaard bleef, bragt de aankomende Nagt onvermydbaare elenden voort voor de-Ongelukkigen, die, van Huis en Have beroofd, en geen hulp by Vrienden enMaa- gën kunnende vinden , als welken zelven of in de uiterfle rouwe gedompeld, of door de grootfle verlegenheid benard wa- ïeri , door het open veld troostloos om- zworven , aan de knaagendfte droefheid, zo niet aan byftere wanhoop overgegee- ven, te midden van de uitgebragte Kran- ken, even bevallene Vrouwen, Zuigelin- gen , Grysaarts , alle voorwerpen wier hulplooze flaat de akeligheid vermeerder- de in 't oog der berooiden, die uit hun welvaard gefchopt, Kleederen , Voedzel en Dekzel misten. De Dorpleeraar, wiens Huis verbrand was en zich ten nauwen noode met zyne Huisvrouw uit de vlam- men gered hadt, wel verre van troost aait de Gemeente te kunnen geeven, behoefde deeze balzem der Ongelukkigen. De Ge- neesheeren der Plaats waren, in den alge- meenen ramp ingewikkeld, buiten flaat om den Zieken en Kranken den noodigen by- fland te bieden. De Huizen en Ovens der Bakkers vernield deeden het deezen onmo- gelyk worden om den Hongerigen brood te verfchaffen , en andere Eetwaaren vondt men niet voor handen. Wm-
|
||||||
HISTORIE. 53
Wanneer de eerffce verwarring over was lxxxix.
ruimden de Dorpgenooten, van 't woedende boek. Vuur vry gebleeven, een gedeelte hunner --------
Huizen en Schuur en in, namen 'er tien, i?66-.*J-
twintig, en meer, op. De Menschlykheid Redding zegepraalde over Gezindheidsyver Room- dier onge- fchen en Onroomfchen befchouwdeu elkander lukklSen' niet anders dan als Chriflenen en Medebur- gers. Ontoereikend was hun Mededoogen om in alle, om zelfs in de dringendfte be- hoeften te voorzien. ----- Welhaast kwam 'er byftand uit bet nabuurig 's Grareland,
waar de Bezitters derBuitenplaatzenvandit bekoorelyk Dorp, grootlyks deel namen in dien ramp en dagelyks een wagen met Brood derwaards zonden ; Mevrouw bikker wordt geroemd als die het eerfle voorbeeld van dit Liefdewerk gaf. Andere nood- wendigheden werden welhaast van elders aangevoerd. Dan dit reikte niet toe tot een eenigzins
duurzaamen byftand der Bewoonderen van twee honderd en drie afgebrande Huizen; welker fchade men op e'énMillioen begroot- te: dewyl de meefte Fabrieken van La- kens, Baaien, en Streepten, in dit Dorp menigvuldig, geheel verdelgd waren ; en zou dit verlies nog grooter geweest zyn, indien men geene byzondere en welgelukte zorg voor de WerkftofFen gedraagen en een groot gedeelte daar van behouden hadt. De Regenten en Armbezorgers van het
Dorp lieten by eene fchriftlyke en aan-
geflaage Beede weeten, waar men, tot
D 3 Lee-
|
|||||
^j j.
|
|||||
£4 VAD EU LANDS CHE
y,?«xix. Leevensonde'rhoud en Lyfsdekking van
p£K. veele honderden Menfchen zyne Liefdega- ■Jf&Gi gvenmaatige uitdeeling. Schoon dit geene
geringe baate aanbragt, vonden Regeerders f-an Hilverfum, om tot herfiel der geknakt te welvaard te komen, het noodig Staaten Van Holland aan te gaan niet een verzoek tot de Vryheid om zich te mogen vervoe- gen by Burgemeefleren en Regeerderen van zodanige Steden en Plaatfen, waar zy oordeelden met vrugt aanzoek tot het ver- yigten eener Inzameling te kunnen doen; 't welk werd ingewilligd onder zekere be-? paalingen om de Penningen ten meeflen nutte der Ongelukkigen te befleeden. Ook verwierven zy, op hun verzoek, verlenen- de Gunstbetooningen, Kwytfcheldingen, en Ontlastingen , voor zekeren tyd van 's Lands wege, om Kerk, Paflory en School te herbouwen, en weder in voorigen bloei te geraaken (*). Poerlyke Kleinder van begrip, minder in fchade; grand t<? (joch deerlyker in het omkomen van Men- &ey*fni fchen, was eene tweede Brand, dien wy meldenswaartlig keurden. Deeze viel voor te Leyden in dèn nacht tusfehen den twee- den en derden van Wynmaand. In een jfluis by de Vischkrug ontflaan, ftak. der ze.1-
(*) Brief van een Ooggetuigen, den Schryver-
yan den Philofooph toegezonden, 2ÄZ het I Deel ym dit Zedefchrift bl. 209. N. Nedert. Jaarb, \j66, bl. 5Ö7. Ö75. Refol. van Boß. 2. 4 July eß ^oy/i766.joJulyi7(57I |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
SS
|
|||||||
zelve drie nevens/taande Huizen aan, die lxxxix*
het zelfde onheil ondergingen. Het holst boek. van den Nacht, de ongereedheid der-------<
Brandfpuiten, de Brandftoffen met welke 1766.
deeze Huizen opgevuld waren, het digte verband waar in ze Honden, liep alles za- . men om deezen Brand zo breed te doen uitflaan, zich toorenshoogte in de lugt te verheffen, en een allervreeslykst gezigt te verwekken; 't geen egter min aandoenlyk was voor de Aanfchouwers dan het ysfe- lyk gefchreeuw en gekerm der Ongelukki- gen, die in het Huis, waar uit de Brand ontftondt, omkwamen. Hun aanhoudend roepen om Hulp kon niet baaten: geene middelen konden die toebrengen,. Alles liep zamen om dit akelig te maaken. De Bewoonder was met zyne Vrouw , door een Kelderdeur, het brandend Huis ont-* vlugt; doch het gejammer van' vier zyner Kinderen hoorende, door die zelfde deur weder na binnen gekeerd, om, indien mo- gelyk , zyn Kroost te redden; dan de Muur inftortende verfparde den weg langs welken hy met zyne twee Dogters meende te ontkomen , en verbrandde hy nevens haar op de Kelder trappen. Twee zyner Zoonen hadden de wyk na boven geno- men, en, door doodlyken angst gedree- ven, beflooten, Ichoon onvoorzien van touw, of eenig ander gereedfchap, van de vorst langs de muur zich te laaten afzak- ken. De oudfte hielp daar toe den jongften Broeder; doch beiden op den Vorsttop ko- mende, geraakte de oudfte overwigtig: D 4 de« |
|||||||
VADERLANDS CHE
|
|||||||
'56
|
|||||||
S.XXXIX. dewyl hy zyn Broeder by de hand hadt, en
boek. vondt zich toen genoodzaakt hem los te --------laaten , die in den vuurgloed nederftor-
i?66, tende, in 't lot van Vader en Zufters deel-
de ; terwyl de Oudfte, met het uiterfte leevensgevaar, langs de muur afzakte, en behouden bleef. Ten nauwen noode ont- toogen zich de overige Bewoonders en Huisgenooten aan den Brand, eeneDienst- maagd met een Kind, nog in ilaap toen de vlam hunne Kamer aantastte, zouden ge- flikt geweest zyn, indien de deur niet ge- lukkig hadt opengeftaan. Het keeren van den Wind, terwyl de Brand woedde, Wendde het dreigend gevaar af van de aan- gelegen e agterhuizen, meest met brand- voedende ftoffen opgevuld, en daar onder cenige vaatjes B uskruid. Uit het eene Huis was niets, uit de twee andere eenig goe- deren geborgen, de Bewooneresfe van het vierde hadt het meefte behouden. • De Weduw, die Goed en Bloed verloo- ren hadt, en twee haarer Gebuuren, die Hjeest van alles beroofd waren, vervoeg- den zich by de Regeering, met ootmoedig verzoek, dat 'er in de Stad eene algemee- ne Inzameling, ten hunnen behoeve, mögt gefchieden; die dit gereedlyk inwilligden, en de vierde lotgenoot deeden aanbieden of zy deel wilde hebben aan de ingeza- melde Penningen; doch deeze Weduwe van GYSBERT Waller, wier naam verdient gemeld te worden, bedankte be- leefd en edelmoedig voor dit aanbod, en verzogt, in tegendeel, wel eriiftig dat men
|
|||||||
HISTORIE. ST
men Het Huis, waar in zy haar Winkel zou lxxxix. .
doen, terwyl haar Huis weder werd op- boek. gebouwd, by de Inzameling niet mögt -------»
voorby gaan. De Inzameling gefchiedde 1766.
naa voorafgedaane Bekendmaaking ftaatlyk door die van den Geregte, Vroedfchap- pen, Veertigen, Kerkendienaaren, Ou- derlingen en Diakenen, mitsgaders de Meefters van de Huis - Armen, en bedroeg de fom van veertien duizend negen hon- derd zeven- en-vyftig Guldens (*). Over de Grensfcheidingen van Gelder- De Grens-
land en het Hoogftift Munfier waren , in fcheidin- de voorgaande Eeuwe, eenige fchikkingen |?n tL^", by voorraad gemaakt, en de hervatte On- derlandcn derhandelingen in het negen - en - twintig- Munfier fte Jaar deezer Eeuwe vrugtloos afgeloo- bepaald. pen. Men werd te raade dit te hervatten en benoemde in 't Jaar mdcclxv van wederzyden Gelaftigden om dit werk 3 op nieuw te onderneemen, die 't zelve met zo gelukkig een uitilag volvoerden, dat men, in Wynmaand, de Grensfcheidingen . ... volftrekt bepaalde, en overeenkwam, om, tot wegneeminge van alle onzekerheden, en voorkoming van verdere onluften, die fcheidingen door fteenen paaien af te per- ken. By het daadlyk zetten deezer Scheid- paalen in den Jaare mdcclxvj kreeg al- ,
(*) N. Nederl. Jaarb. 1766. bl. 1050. Deeze
droeve Gebeurtenis is vereeuwigd door vier Af- beeldingen ; met eene daar by gevoegde Befchry- ving van dit Ongeluk te Leyden by c. VAN hoc»- veen Junior. . -DS
|
||||
58 VADERLANDSCHE
|
|||||
irXxxix. alles de behoorelyke bekragtiging, en ver-
so e k. effende men een toen nog hangend Gefchil ------- over zeker regt van Weide, Koppelweide
1/66. of Compafcum genoemd, waar uit niet zel-
den hooggaande onaangenaamheden tus- fchen de Ingezetenen van wederzydfche Landen reezen. De Gelderf che Gelaftig- den lagen, ten befluite van dit alles, een bezoek af, by den Keurvorst van Keulen, die ook tevens Bisfchop van Munfler was, en zich toen te Ahaus bevondt, die hun minzaam met groote eerbetooning, ont- ving en pragtig ter middagmaal onthaal- de (*). ©efchïl in Reeds in den Jaare mdcclxi hadden Friesland verregaande moedwilligheden ecniger Jon- hetHofen gelingen, Leden van de Hooge School te de Staaten Fr aneker aanleiding gegeeven, dat het Hof ten voor- den Procureur Generaal gelastte, tegen drie defaatften ^er ßhuldigften jn Regten te handelen, en door zyne dus de zaak der Academifcha Vierfchaar te Hoogheid onttrekken. De Senaat zyn Regtsdwang beflist. verkort agtende, beklaagde zich, over het gedrag van den Hove,zo in dit als in ande- re gevallen, ten zynen opzigte gehouden, by de Curatoren, die dit Beklag, verge- zeld van een Vertoog by Gedeputeerde Staaten inleverden, met bede dat de Voor- regten der Hooge Schoole mogten gehand- haafd worden; 't welk aanleiding gaf tot onderhandelingen tusfchen Gelaftigden uit Gedeputeerde Staaten en uit den Hove, waar
£*) N.Nederl.Jaarh. 1767. bl, 14,
|
|||||
HISTORIE. 69
|
|||||
waar in zy het niet eens konden worden, lxxxix«
Het Hof Helde den Staaten een Betoog- boek. fchrift ter hand, Gedeputeerde Staaten------
bleeven niet in gebreke om 'er op te ant- 1766.
woorden , en te verilaan te geeven, dat het Hof, zints een geruimen tyd, getragt hebbende zyn Regtsgebied verder uit te ftrekkpn, en voornaamlyk zich in te men- gen in zaaken het Collegie behoorende, fchoon 't zelve daar over het ongenoegen van den Souverain te meermaalen hadt moeten ondervinden, nu ook den Aeade- mifchen Senaat befprongen hadt, en aan 't Collegie het wettig Regt omtrent de zorg en 't beftuur, aan 't zelve toevertrouwd, gogt te ontwringen. De gevoelens der Staaten verdeeld zynde bleef deeze zaak jÉleepende en onbeflist tot de Meerderjaarig- heid van den Erfftadhouder, wien men, als Curator Magnificentißimus. dezelve ter beflisfing opdroeg, Deeze deedt uitfpraak , dat de zaak zou gelaaten worden aan den Academifchen Senaat, en gelastte het Hof zich daar in niet verder tfe mengen; die ook ieder der Studenten in eene Geldboeta verwees, Zyne Hoogheid gaf wyders te kennen, dat, indien 'er, in 't vervolg, ïiieuwe Verfchillen van dien aart mogten ontftaan, hy, als hun Ed. Mögenden zulks goedvonden, zich der beflisfinge in zulke onverhoopte gevallen, niet zou onttrek- ken. Schoon de Staaten dit Befluit goedkeur-
den, oordeelde, het Hof gegronde reden te hebben om zigh daar over te beklaagen, m
|
|||||
éo VADERLANDSCHE
äxxxix. en de bezwaaren deswegen zyne Hoogheid
Boek. onder 't oog te brengen, gelyk zy deeden -------' by eenen breedfpraakigen Brieve. Het
1766. Antwoord behelsde de bevreemding van zy-
ne Hoogheid over dit fchryven ; en dat hy, volgens verzoek, de zaak beflist heb- bende , zo als hij ten meeften nutte van den Lande meende te behooren, zich gaar- ne buiten de noodzaaklykheid gezien hadt om den Hove te moeten voorhouden „ dat, „ zo lang als Onderwerping aan de Uit- „ fpraake der Heeren Staclhouderen in den „ tyd, het bekwaamfte en toereikendfte „ middel tot Vereeniging der verfchillende „ gevoelens, en tot wegneeming van Ver- „ fchillen en Oneenigheden zyn zou, en „ zo lang het Reglement Reformatoir op 5, de Regeering vane'én- en- twintig De- „ cember mdccxlviii, de onwrikbaa- „ re grondflagen van zyn erllyk Regt en „ Gezag in Friesland zou uitleveren; het „ zo lang eene ontegenzeggelyke waarheid „ zou zyn en blyven, dat de verbindende „ kragt en legislative uitwerking van zyne j, Decifien en Üitfpraakeh by niemand min- „ der dan bij de Raaden van een Hof van „ Juftitie, aan welkes Hoofd hy geplaatst „ was, in twyfel moest getrokken wor- „ den." — Te minder betuigde hy ver- wagt te hebben een aandrang van het Hof op eene intrekking van zyne Uitfpraak: dewyl 'er 'm dien Brief geen nieuwe reder nen daar tegen waren aangevoerd ; waar om hy zich aan de ééns gegeevene Uit- spraak hieldt, ter overboodige opheldering liet
|
||||
■
|
|||||
HISTORIE. 6v
liet Hof verwittigende „ dat aan den Aca- Lxxxix:
„ demifchen Senaat van 's Lands Univerii- boek. „ teit, ook mhetCrimineele,eenige meer--------•
„ dere Jurisdictie, dan welaan de Neder- 1766.
„ reaters in de Steden en Landen, moest „ worden toegekend. Het Hof, in aanmerking neemende, dat-
het Staatsbefluit, by 't welke de Uitfbraak van den Stadhouder bevestigd was, niet alleen eene Beflisfing van de Zaak in ge- fchil; doch ook een Reglement voor het toekomende inhieldt,waar door hetRegts- gebied van 't Hof voor altoos verminderd, en dat van den Senaat boven de aloude Vastftellingen uitgebreid werdt, oordeelde zich verpligt deswegen een nader Vertoog by de Staaten te moeten doen, gelykzy dit in Sprokkelmaand des Jaars mdcclxvii, overleverden. De Staaten meenden een middelweg in te flaan, met het Geval, waar over zy in gevolge der Uitfpraake van zyne Hoogheid, beflooten hadden, alleszins te laaten als zynde dit vonnis op eene wettige wyze geveld, ------doch ver- klaarden van gevoelen te weezen, dat, voor het toekomende, het Befluit in den Jaare mdccxvii omtrent de Academifche Ju- risdictie genomen, in volkomen kragt dien- de te blyven, ende grondflag, op welken de voorkomende gevallen moeiten worden beflist. Welhaast werd zyne Hoogheid van ter
zyde onderregt, dat de Staaten , by het ontvangen zyner Uitfpraak, zich daar me- de wel veréénigd; maar op een Vertoog door
|
|||||
*
|
|||||
te VaDËRLANDSCHË
&XjïXïx. doof het Mof ingeleverd, ook van zicfï
boek. verkreegen hadden, om de Voorziening - 1766. deelte te vernietigen, endoor het inroepen van een door hem in dit geval, gewraakt Staatsbefluit, de Uitfpraak, zo niet voor 't geheel, althans met betrekking tot een voornaam gedeelte, buiten kragt te Hellem Dit wekte 's Vorften misnoegen , die by eenen Brieve antwoord verzogt op twee vraagen den Staaten van Friesland voorgo.* houden „ of zy van gevoelen waren, dat ?, het Befluit van den Jaar e mdccxvii? 5, tot een Regel en Rigtfnoer, in de be- s, handelinge van zaaken en gefchillen tus* 5, fchen het Hof en den Senaat zou moe* „ ten ftrekken? - Maar voor al, of het hun „ ernst ware, om een Befluit, in 't ge- „ melde Jaar genomen , en dat dus den „' oorfprong verfchuldigd was aan de om- ?, Handigheden van dietyden, waar in de „ Stadhouderlyke Waardigheid over Fries*. 3, land beroofd en ontbloot was van de ge* „ noegzaame Authoriteit om de Regeering w „ haare wettige Confiitutie te bewaaren, —« „ een Befluit, waarby aan den Hove Pro- 5, vinciaal, met opzigte tot twyfèlagtige ge* 5, vallen, de volkomene befchikking op de 3, Uitlevering en te Regtftelling der Over* ,, treederen wordt toegekend, tegen zyn „ Regt van Cognitie en Decifie te doen gel- „ den ? " -----• Het antwoord op die vraa- gen was, gelyk men ligt kon denken, de Intrekking van het Befluit op 't Vertoog des Hofs genomen, en het volharden by hes Staats
|
|||||
HISTORIE: <%
|
|||||
Staatsbefluit des voorgaanden Jaars. ---------lxxxijG
Zyne Hoogheid kreeg hier van kennis en boek.
betuigde zyn genoegen over den uitflag der ---------.
zaake, die aan zyne hoop, en verwagting 1766«
voldeedt (*). De Magiftraat der Stad Harlingen vondt Zyne
zich, zedert het Jaar mdcclxii, inge- J^f^ wikkeld in gefchil met Gedeputeerde Staa- JeMagE ten van Friesland, over't gebruik der Stads (haatte gragten om 'er Hout in te leggen om tot Harlingen verkoop gevoerd te worden onder het ^eSen. eea Regfesgebied der Grietenye Barradeel, 't Gedep«-f° welk dezelve onder zekere Geldboete, ver- teerde boodt. De daar in belang hebbende ver- Staateju voegden zich by Gedeputeerde Staaten, die de Magiftraat bevel gaven, hun onge- moeid te laaten, onder bedreiging eener Geldboete, in gevalle zy anders handelden. Zy beklaagden zich, ten deezen Jaare, by den Meerderjaarigen Stadhouder over dee- zen indragt op hun wettig gezag, verzoe- kende dat het Befluit tegen hun genomen mögt werden ingetrokken. Zyne Hoogheid verzogt de Overzending
van Stukken, en Opening van zaaken by de Gedeputeerde Staaten. 'De Overlevering der Stukken was zeer onvolkomen, en de gevraagde Opening kon niet wel gegeven worden: dewyl meest alle Leden, die over deeze zaak geoordeeld hadden, reeds af- fcheid van het Collegie hadden genomen en hun-
(*) N. Nederl. Jaarb. 17Ö6. bl. 594. Voof '*
jaar 1767. bl. 939-958. |
|||||
64 VADERLAND SC HE
■fcxxxix. hunne Zitting in 't zelve geëindigd was. -i
boek. Uit de traaglyk ontvangene befcheiden oor- • deelde zyne Hoogheid in Sprokkelmaand 1/66. des volgenden Jaars, het,daar voor te moe-
ten houden „ dat de Heeren Gedeputeer- „ den 5 door 't verleenen van het Straf- „ dreigend Verbod, zich ten dien tyde even „ dat zelfde Regt hadden aangemaatigd, en „ daadlyk uitgeoefend, 't welk door den „ HoveProvinciaal, inpolitique endomefii~ „ quezaaken, voorheen te meermaalen was ?, geufurpeerd, dan tegen welke ondernee- ^, mingen van den Hove, door eene uit- „ druklyke Landswet in Friesland, tot „ handhaaving van het Politicq Gezag van „ de Magiflraaten in de Steden en Diftric- „ ten op 't kragtdaadigst was voorzien. — „ Hadt de Magiflraat van Harli/igen zich, „ geduurende zyne Minderjaarigheid, be- „ roofd gevonden om een voegelyk herfiel „ haarer bezwaaren te erlangen, het Regt „ en de Magt thans erflyk op hem geko- „ men, om de Regeering van Frieslandby „ derzelver wettige Conflitutie te bewaar en y „ en kennis te neemen en beflisfende uit- „ fpraak te doen in gevallen van Oneenig- „ heid, gaf hem overvloedige en alleszins „ gewigtige redenen en beweegmiddelen „ aan de hand, die Hem niet toelieten 5, onverfchillig te zyn omtrent zodanige „ Gebeurtenisfen, welke, afwykende van „ de wettige Conflitutie der Regeeringe, „ en derzelver beflaan alleen aan zyne Min- „derjaarigheid verfchuldigd waren, geen- „ zins tot een Model van navolging moes- |
||||
ä i S; Ï Ö K. t Et' ££
% ten verflrekken j maar als nu veel eer^ lxxxix„'
$, door een gepast gebruik van zyn Gezag, bo èk. h herfteld en verbeterd behoorden te wor- -—:— b> den." 1766, Naardemaal den Stadhouder nergens ge-
bleeken was^ dat Gedeputeerde Staaten ooit het Regt bekomen hadden van eerie Hoogere Kennisneeming wegens Domeßique Siedelyke zaaken, waar van het Hof zo duidlyken last hadt zich te onthouden, bragt hy deeze zaak ter tafel van Staaten van Friesland, met verzoek dat Gedepu- teerde Staaten zouden gelast worden het Stuk tegen de Magiflraat van Harlingen weder, in te trekken: ten waare zy meen- . den gegronde reden te hebben, om deezeri zulk eene Oppermagt in het Huishoudely» ke van Stedelyke zaaken toe te kennen* — De Staaten vonden zich, gelyk zy by we= derfchryven betuigdenjniet weinig.-verle- gen, over het gedaane verzoek, aan derf eenen kant wilden zy gaarne voldóen aan' de begeerte en de aanbeveelirig van zyne Hoogheid; doch vermeenden, aan den an- deren kant, niet bevoegd te Weezen ora hunne Magt, als Staaten en Reprefentan- ten van den Sou verain, te gebruiken, tot het veranderen of vernietigen van eene Be- ftelling, door het Collegie, deels voor ee» nigejaaren, verleend, dewyl zulks" ftreedt met de heilzaame Grondwetten,- en het be- ftendig nog in kragt zynde Gebruik,^ dat wie zich, wegens Bepaalïngen van het Collegie, bezwaard vondt, daarvan', bm- heri tien dagen moest beroepen en dit voort- 2IXIV» deel. E zet- |
||||
$$ VADERLANDSCHË
jLXXxix. zetten; eene zaak door de Harlmger Ma*
boek. giftraat niet gedaan: weshalven die Beftel- r l?66. kón vernietigd worden. Dit tegenfparte- len. om in de beflisfinge mede te werken bleek geheel ydel te weezen. In eenen' Brieve van den Stadhouder aan de Magiftraat van Harlingeti, waar in hy de gemaakte üitvlugten wederfpreekt en zich op het hem toegekende Regt van Beflisfing beroept, gelastte hy dezelve 't Verbod, wegens 't leggen van Hout in de Stadsgragten, te ver- nieuwen zonder zich daar van, door eenige Bevelen, verbiedende Beftellingen., of an* derzins, te laaten aftrekken. Met dank werd deeze last door de Magiftraat ontvan- gen en uitgevoerd (*). f5oet Op dezelfde wijze ging zyne Hoogheid de*M °.ofe te werk in een geval ie Sneeft, waar de Ma-
ftraat vim ë^iaat zich, zints den Jaare mdcclx Sneek. verkort oordeelde in de aanftelling van den- Ontvanger der Eigenerfde Staats Floreen te dier Stede. Men hadt naamlyk eene Zamenroeping der Eigenaaren van de Flo- reenpligtige Landen van de Magiftraat ge- vorderd , om eenen nieuwen Ontvanger te benoemen; deeze oordeelde datdeBegee- ving van dit Ampt haar toekwam, en be- Jdaagde zich over dien eisch by Gedepu- teerde Staaten. Wel verre van 'tgewensch- te gehoor te verwerven, werd zy gelasC die Zamenroeping binnen acht dagen te dóe-u.
l*yjV. Ntderl. Jaarè. 1767. bl. 959,
|
||||
Historie; s?
éoen. Zy beriepen zich op de Staaten van lxxxhT;
Friesland; doch werden afgeweezen met boek. het kört befcheid „ dat in deezen niet ge- ——■-, I, treeden kon worden." Waar op zy zich 1/6$.- genoodzaakt vonden tot die Zamenroe^ ping, by welke, fchoon onder tegenbetui- ginge als eene ongehoorde nieuwigheid, die Stemming ondernomen, en uitgebragt werd op eene wyze, in twee voornaams öpzigten ftrydig met 's Lands Wetten: de- Wyl 'er zodanigen fremden , die daar toe nietgeregtigd waren, en de geftemde onbe- voegd was, uit hoofde zyneir Gezindheid9' onder de Doopsgezinden behoorende, tot de waarneeming van dit Amipt. De Magi- ftraat van Sneek hadt deezen Ontvanger moeten aanneemen, en in zyn post laaterï blyven; doch vervoegde zich, het voet- fpoor der Harlingfche betreedende, met- het afïoopen deezesjaars,by den nuMeer- derjaarïgen Stadhouder, met verzoek dat het Gewysde der Gedeputeerde Staaten $ met den aankleeve van dien, mögt vernie- tigd worden; Zyne Hoogheid verzogt aan Gedeputeer-
de Staaten een omftandig verflag van derf ganfchen toedragt der zaake , te kennen geevende niet te kunnen verwagten ,- dat zy zich aan 't geeven der vereischte ope- rtinge zouden onttrekken door het bybreh- gen der veranderingen in de Zitting êt% Leden zints den Jaare mdcclx voorge- vallen ; by ontftentenisfe van zulk èeïié volledige openinge zou lïy het daar' voöt moeten houden, dat hun Ed> Mögenden! Ë a ' rH |
||||
t% VADERLANDSCHE
Lxxxix. in 't bewyzen van de dugtigheid en ge»
Boek. grondheid der genomene Befluiten, te kort -------- fchooten , en zich ten overvloede gewet-
1766. tigd oordeelen, om over de zaak vanSneek
en Harlingen (*) zonder eenig verder verwyl, zodanige beftelling te maaken, als hy oordeelde met de oorfpronglyke en wet- tige Regeerings gefleltenisfe overeen te ko- men. ------ Geen volledig verflag moeften de Gedeputeerde Staaten erkennen të kun-
nen opleveren ; doch gaven zyne Hoogr heid, dit vermeldende, in bedenking, „of „ het hun wel geoorlofd was over eene „ questie, reeds in kragt van een gewysde „ overgegaan, op nieuw, te delibereeren;. „ dan of hun de magt gefchapen was j, onï het verband, dat uit hoofde van- j, eene Refolutie van den twaalfden May ■ & MDLxxxix, op het Collegie lag, te „ ontduiken (f)-" Zy voegden 'er by, dat het Hoofdverfchil hun zodanig voor- kwam , dat zy, waren zy ten dien tyde 'er als Regtersover geroepen geweest, ook ee- ne andere uitfpraak zouden gedaan hebben j. dewyl zy meenden, dat de Regten van de Stad Sneek, door de verleende Vastftelling, geen-
(*) Deeze Brief was den 2 van Jan. 1767 ge-
fchreeven toen de zaak van Harlingen nog niet was afgedaan. Ct) By deeze Refolutie verbieden de Staaten
hunne Gedeputeerden, in geenerlei wyze te re- tracteeren, ofte veranderen, 't geen hyderzel- ver Voorzaaten in Officie , ééns gedisponeerd r geappointeerd of geordonneerd is. |
||||
•PP^
|
|||||
C -HISTORIE. 69
geenzins gehandhaafd, doch zigtbaar ver- lxxxix.
kort waren, 't welk zy erkenden mede boe k. plaats te vinden ten aanziene van het ge- —-— val der Stad Hattingen. 1766. Het wederfehryven van zyne Hoogheid
aan Staaten van Friesland, hieldt in , dat hy de Stad Sneek in haar wettig Regt ver- kort oordeelde, het gehouden gedrag van Gedeputeerde Staaten, alseene nieuwigheid wraakte, en uit kragte van de aan hem Erf- fyk opgedraageu Magt en Gezag, het 1100- dig keurde hun te verzoeken, dat Collegie te gelaften, het bewuste Stuk in te trek? ken, in 't zelve met den aankleeve van dien, buiten werking te ftellen; met verde- ren last om zich voortaan zorgvuldig te onthouden van alles, waardoor aan de Reg-, ten inde Steden en aan de Grondwetten van den Lande, eenig nadeel kon worden toege- bragt. '-----— Staaten van Friesland hoc
zeer geneegen om gehoor te leenen aan de
verzoeken van den Stadhouder, vreesden, gelyk zy, in hun antwoord te kennen gaven, dat het geval in gefchil tusfehen de Magi- ftraat der Stad Sneek en de Floreenpligtige Eigenaaren , niet in alle deszelfs omftan- digheden was voorgefteld, en geene ge- noegzaame Opening gegeeven van de oud« Bepaalingen in deezen, volgens welken, die Eigenaars beweezen, altoos en van onheuglyke tyden af, eene byzondere be- ftuuring over de Floreenen ten hunnen lafte komende gehad te hebben, zonder dat de Magiftraat zich daar mede.bemoeide; eene openlyke erkentenisfe daar van, in den, E 3 Jaa- |
|||||
J* VADERLANDSCHE
töxxix. Jaare MDccxiv gedaan, tot ftaavingby«
BOEK, brengende. Hier op waren Gedeputeerden ■-------in den Jaare mdcclx te werk gegaan:
1766. en hadt de Magiftraat van Sneek, indien zy
zich door die uitfpraak bezwaard geoordeeld hadt, binnen tien dagen zich daar van moeten beroepen, 't welk niet gefchied was : waarom Staaten van Friesland zich niet bevoegd oordeelden tot het verande- ren of vernietigen van het geweezene door hunne Gedeputeerden : dewyl zulks zou aanloopen tegen de heilzaame Grondwetten van hun Gewest: waarom zy den Prins verzogten, hun in deezen te verontfchuldi- gen, en het niet aan onwil, maar aan onbe- voegdheid toe te fchryven, datzyaandes- zelfs verzoek niet konden voldoen. De Magiftraat van Sneek ontving daar op
een Brief van den Stadhouder, ingerigt om de Wettigheid haars beklags te erkennen; de ingeleverde zwaarigheden der Staaten te wederleggen, en de ongegrondheid aan te toonen van de jongst bygebragte Beken- tenisfe, als een doorflaand Bewys tegen de Magiftraat aangevoerd, en teffens den aan- geftelden Ontvanger, als onwettig benoemd, en in zich zelven onbevoegd, terftond van zyn Ampt te ontzetten, en een ander in, diens plaatze te ftellen: gelyk zy onmidde- lyk deeden, en des den Stadhouder kund- fchap lieten toekomen. -----— Zyne Hoog- heid verwylde niet aan de Gedeputeerde Staaten te fchryven, dat de uitflag van ver- fcheide gewigtige Raadpleegingen op den laatst afgelOQpen Landdag, en wel inzon* der-
|
||||
HISTORIE. pt
derheid de twee Antwoorden op zyne Brie- lxxxix.
yen, raakende de klagten der Magiltraaten b oel van Harlingen en Sneek , voor hem het-------
tydftip werklyk daar gefteld hadden, waar 1?66.
in hy, hoe ongaarne ook, zo ter handhaaving van de wettige Conftitutie der Regeerin- ge, als van de hooge Voorregten aan het Erfftadhouderlyk Gezag wettig verknogt, zich genoodzaakt hadt gevonden om, op de klagten dier Steden, zodanige Voorzie- ningen te doen als de Brieven aan dezelve gefchreeven uitweezen (*). Ter Staatsvergaderinge raadpleegde men Voorftel
over den ingekomen Brief, en bragt de ïin d? Meerderheid des Kwartiers van Oofiergo, heid des in 't midden, „ dat zy, over de Sneeker Kwartiers „ Ififiorie, wegens het Ontvang der Flo- van Oojitr« „ reenpligtige Eigenaars buiten Sneek als %"■ w nog volhardden by hun Advis, op den „ voorgaanden grooten Landdag gegee- „ ven:" 'er by voegende, „ en vermits, „ de Wettige Regten en de Souverainiteit „ van het Land, den Volke toebehooren- „ de, gelyk ook de Wettige Regten van „ zyne Doorlugtigfte Hoogheid, aan de „ Volmagten ten Landsdage , door Jaar- „ lykfcheProcuratien, worden aanbevolen j, te conferveeren en heilig te bewaaren, „ en aan de Naakomelingen naa te laaten, „ zo zyn wy van Advis, dat geen Vol- » magt te« Landsdage 'Zulk* kan of ver- » mag
(*) Aflchriften dier Brieven ware« by deeze»
tageflooten. E 4
|
|||||
\
|
|||||
f% VADERLANDSCHE
jkxxxix. „ mag te breeken , öf te renverfeeren»
boek. „ maar een ieder by zyn regt en posfesfie - „ te laaten ; zouden even daarom , tot 1766, „ weeringe van verdere confufie in den
„ Staat, en tot confervatie van de liefde j, en agting des Volks voor de Heeren „ Staaten, en voor zyne Doörlugtigfte „ Hoogheid, eene Misfive aan zyne „ Doorl. Hoogheid laaten afgaan, en, in „ dezelve, op eene zeer decente manier; „ aan toonen zo als voorfchreeven is, dat „ wy Volmagten, door de Procuratien, ?, niet bevoegd zyn, iemand, wiehyzy, ?, uit zyne Wettige Regten te ontzet- „ ten, en dus de fundamenteele Wetten ,, des Lands te vertreeden; edoch, is het „ noodig, dat 'er verandering in 's Lands „ Regeering gemaakt worde, zou het nut „ en dienftig zyn, dat alle gequalificeerde „ Ingezetenen by een geroepen wierden, „ om de Volmagten, by fchriftlyke Pro- „ curatien, te authorifeeren." De Min-: derheid dit Advis tegenfpreekende ver- klaarde, „ geen deel te willen hebben „ in een Advis dat haar toefcheen alleen „ te ftrekken om de rust en de geveftig- „ de Regeering des Lands te turbeeren, „ deszelfs Wetten te vertreeden." —:—: De Meerderheid deedt eene fcherpe Te- genaantekening , boven al haare verwon- dering betuigende „ dat 'er onder de ?, protefteerende Leden veelen gevonden „.werden, die, by het neemen des Be- ,, fluits, ten grooten Landsdage over dee- ?, ze zaak, toen de yverigften en fterkften 7I daar
|
||||
HISTORIE. 73
~, daar voor waren (*)."------- Weßergo lxxxix;
hieldt de zaaken voor afgedaan, en trok de b oek.
gewraakte Belluiten op den dertienden van -------
Lentemaand genomen in. ------- Zevenwou- 1766.
den bragt geen Ad vis uit, ------- De Ge^
volmagtigden der Steden, lieten niet alleen
het verrigtte van zyne Hoogheid zich wel- gevallen , met intrekking der gemelde Staatsbefluiten; maar werd, uit naam van dat Kwartier, een Brief aan zyne Hoog- heid afgevaardigd vol betuigingen van de grootfte erkentenisfe en hartlykile dank- baarheid voor de verleende befcherming en handhaaving van de Regten en Voor- yegten der Steden. De Stadhouder, door Staaten van Fries- Oordeel
land onderregt van het voorgevallene op van zyne deezen buitengewoonenLanddag,en verzoat ;;'iog!,ie!<'1
e? o-* " over t ßm zyne beflisfing in de gevallen van Har- zeive.
(*) De Meerderheid beftondt uit de Heeren
Jr. j. H. u. v. burmania; p. v. scheltin- ga; Jr. H. D. e. v. aylva; z. gerrold- sma; c. v. scheltinga; m. v. schel- tinga; d. b. v. haersma; c. v. .coenen; h. w. v. altena; j. v. sminia; ■ l. v. hairsma; cv. haersma; c. v. schel- tinga (wegens Tdaerderadeel~) ; Jr. l. v. bur- M A N I A ; P. E. F R I E S W Y K ; Jr. T. M. J. H. V. E Y SING A eil W. V. GLINSTRA. ------------ De Minderheid uit de Heeren Mr. jo. henr..
voorda; e. j. de schepper; Jr. h. l. v. heemstra; w. bergsma; Jr. w. h. v. heemstra; h. h. v. haersma; Mr. b. schultens; A. c. visscher; Jr. M. p. D. v. sytzama; g. b. de wendt; Dr. joh, CASP, BERGSMA en J. VOORD A,
£ 5
|
||||
74- VADERLANDSCHE
lxxxix. tingen én Sneek, beantwoordde dit in 't
boek. breede, verklaarende, de zaak dier twee ■-------Steden voor afgedaan te houden. Terwyl
1760'. hy zyn genoegen betuigde, wegens de uit-
gebragte Raadilagen van Weflergo en de Steden, en het ftilzwygen des Kwartiers van Zcvenwwden ten beften duidde, liet hy zyn ongenoegen over het Voorftel van Oofiergo > op de fterkfte wyze blyken, noemende 't zelve „ een hoogvliegend, „ alleszins verbaazend, en teffens op de „ onderwerpen van zyne verrigtingen „ gansch ontoepasfelyk Voorftel;" hetze- gel zyner goedkeuring hangende aan de te- genverklaaring der Minderheid van dat Kwartier. „Wy willen," luidde zyne taal, dien voorflag betreffende, „ niet ontveins „ zen, datWy, hartgrondig deel neemen- y, de in de bewaar ing en vermeerdering „ van den aiouden roem en luifter, die eene ,, Provincie, aan welke Wy met de teder- „ fte banden zyn verbonden, door de wys- ,, heid haarer Staatsbefluiten, en door het „ gewigt en de welgefchiktheid haarer Ka- „ mer-Advifen, zich heeft verworven, „ niet dan met fmerte kunnen zien , dat „ dit Kamer - Advis van Oofiergo in de Re- „ gifters van U Ed. Mogenden geinfereerd „ blyvende, even daar door aan dien alou- „ den roem en luifter geene geringe at- ,, teinte en eene ^igtbaare vermindering „ zal werden toegebragt: want wat zien 9, onze oogen? -------Het Kwartier van
„ Oofiergo ftelt voor eene Byeenroeping
„ van alle de Gequalificeerde of Stem- „ draa-
|
||||
HISTORIE. fs
w draagende Ingezetenen des Lands; en lxxsix«
, waar toe? Om, is het nood, verande- boek. w ring te maaken in de Regeering; om de ——*- 9, Volmagten, by nadere ibhriftlyke autho- 1766. „ rifatie te geeven eene bevoegdheid s w welke zy tot hier toe niet hebben, en welk eene bevoegdheid? Eene bevoegd- 5, heid om iemand uit zyne wettige Regten te „ ontzetten, en dusdefundamenteeleïVetten „ des Lands te vertreeden. ----- Wat mon-
„ iler is dit! Hoe vreemd, hoe wonder?
„ baar klinkt die Voorflag in de ooren? „ En welke toch vraagen Wy zyn de Wet- „ tige Regten, die in de onderwerpen van w onze verrigtingen, nopens de beide zaa- „ ken der Steden Harlingen en Sneek ge- „ raakt zyn , en daar in belang zyn heb- „ bende? Dit vraagen Wy en doen deeze „ Vraag in 't volmaakfte vertrouwen op „ een met Ons eenflemmig Antwoord van „■ het kundig en onzydig Publiek, en van „ allen en een iegelyk, die dqor geene „ verkeerde driften gedreeven , niet ge- „ woon zyn hun oog voor ?t licht der „ waarheid geflooten te houden; het zyn „ de Wettige Regten van de Magiftraat der „ Stad Harlmgen, die door onze Brieven „ van authorifatie zyn verdeedigd; het is „ het Stedelyk Gezag aan de Magiftraaten „ in alle de Steden der Vereenigde Neder- 5, landen ontwyfelbaar competeerende, dat „ door ons is gemaintineerd en gehand- ,, haafd, met afdoening van alle turbatie „ en hindernisfe daar inby de Magiftraat, 5, geduurende Onze Minderjaarigheid, ge- „ Ie-
|
||||
?6 VADERLANDSCHE
Lxxxix. ,i leden. Het is eene Politicque Dispofi*
boek. „ tie door het Collegie der Heeren Ge- --------„ committeerde Raaden voormaals ver-
1766.,, leend, waar aan Wy eene uitwerking
„ hebben benomen, die, door andere s, voorbeelden gevolgd, de Burgers en In- „ gezetenen der Steden van Friesland wel- „ haast zoude hebben onttrokken aan de „ betragtinge van alle, zelfs tot de minfte ,j der pligten, welke zy in alle gepoliceerde „ Landen en Staaten aan de Burger - Over- „ heid verfchuldigd zyn: het is eene Poh> „ tique Dispofitie, omtrent welke de Ge- „ deputeerde Staaten, wel verre van de- „ zelve als eene wettige daad van hunne „ Predecesfeurs aan te zien , of ftaande te „ willen houden, niet duifter erkennen, „ dat tot verkortig van de Stadsregten „ flrekte: het is eene Dispofitie door het ,, opgemelde Collegie geheel buiten eeni- „ ge bevoegdheid gegeeven, en waar uit „ die geenen, die dezelve hebben weeten „ te verkrygen, nimmer zonder de groot- „ fte der ongerymdheden, een wettig Regt „ kunnen afmeeten: het is dusdanig eene j, Dispofitie, die Wy, uit kragte van de j, erflyke, onherroepelyke en onverander- „ lyke delatie van de genoegzaame Autho-^ „ riteit, tot bewaaring der wettige Confti- „ tutie van Regeering, aan wylen onzen „ Heer Vader by 's Lands Staaten plegtig „ opgedraagen , in haare verdere uitwer- „ king hebben gefluit èn buiten effect ge- „ fteld." |
|||||
Maar
|
|||||
HISTORIE. 77
|
|||||
Naa ten opzigte van het gebruik te lxxxix.
Sneek dergelyke aanmerkingen gemaakt en boek. beweerd te hebben, dat hy daar niet alleen —■— de Stads Regten gehandhaafd; maar ook de 1766. Schennis van het Reglement Reformatoir in de verkiezing van een onbevoegd Perfoon t gewrooken hadt, vervolgt de Stadhouder ; „De Wet, geduurende onze Minderjaa- „ righeid geinfringeerd, is door ons be- „, fchermd en verdeedigd; en tot dat eincfè j, alleen hebben Wy Ons bediend van het 9, Gezag Ons wettiglyk opgedraagen; en ?, het is op die wyze dat Wy, door de ver- „ deediging en handhaaving van 's Lands „ Wetten, Ons kwytende van deverplig- „ tingdie op ons is liggende, Ons op den „ weg hebben gefield, dien wy altoos 011- „ veranderlyk zullen betreeden, vastftaan- „ de in het vertrouwen , dat Wy dus „ voortgaande fteeds meer en meer by den „ Volko. van Friesland zullen verfterken „ die gevoelens van agting en liefde voor „ Ons en Onze Regeering, waar van de „ Confervatie, langs dien weg, en dien „ weg alleen, Ons waardig en Ons dier- „ baar zal zyn: en waarlyk het Volk van ,, Friesland, de Gequalificeerde of Stem- „ geregtigde Ingezetenen van die Provin- „ cie, zyn te zeer verlicht nopens den aart ?j hunner weezenlyke belangen , te wel „ bewust hoe dat in ons Erffladhouderlyk „ Gezag het fterkfle Bolwerk ter befcher- „ minge van hunne Wettige en welver- „ kreege Regten en Vryheden gelegen zy; » ja, wat zeggen Wy ? de Gevoelens van » lief-
|
|||||
?È VADERLAND'SCHÈ
ZrXxxixs,, liefde' en aankleeving voor Ons en Ons
koek.,, Huis zyn in de Harten van alle edel- -------- j, moedige en regtgeaarte Friezen te diep
1766\ ,, geworteld, dan dat wy anders dan met
,, veragtinge zouden aanzien de flinkfche 3, wegen , en Landverderflyke kunftenaa- ,, ryen van zommigen, wien het aan geen „ verkeerde lust en geneigdheid zou ont- ,, breeken, om den Volke van Friesland 3, tegenovergeftelde gevoelens in te boeze- „ men. -------- Trouwens de Meerderheid
,, der Heeren Volmagteö van Oofiergo
j, houden het Ons ten bellen , dat wy de „ Middelen tot Qonfervatie van de liefde en „ ügting des Volks voor de Heeren Staaten „ en voor Ons, by die Heeren voorgeflaa« „ gen , even zo weinig als hunne denk- „ beelden omtrent den aart van wettige en „ welverkreege Regten, ooit of ooit zouden ^ overheemen, of de Onze maaken: im- „ mers het geheugt diezelfde Heeren van ,, Ooßergo, en het geheugt Ons, hoe dat? „ weinige dagen vóór het bepaalde Tyd~ „ flip wanneer Wy, onder het gunftige „ Befluur der Godlyke Voorzienigheid, „ door de Wet geroepen wierden, om de „ Erfftadhouderlyke Digniteiten ook over ,, de Provincie van Friesland te aanvaar- 3, den, en te treeden in de daadlyke Ex- „ ereitie van alle de Regten en Prerogati- „ ven, met welke het Stadhouderfcliap in „ denJaare mdccxlviii, was vermeer« „ derd, hoe dat als toen werd onderno- „ men om Ons voor te honden 't Ontwerp' „ van een Staatsbefluit, by forme van In- # ftrüc»;
|
||||
Historie. ^
ij rtruetie, waar by de vermeerderde lxxxix,
Magt, en de genoegzaame Authori- boek^ ', teit aan wylen onzen Heer Vader en --------
j, aan zyne Defcendenten, by wettig i?66,
Befluit van 's Lands Staaten, den elfden
i5 Jan. mdöcxlviii, gedefereert, van „ Ons werd afgetrokken , en waar door J5 Wy dus van een wettig en welverkree- j, gen Regt zouden zyn ontzet en verftoo- j, ken geworden; dan welke ondernee- „ ming , door een ernftig en nadruklyk „ Vertoog, by Misfive van den dertien- „ den Febr. mdcclxvi is tegengegaan „ en verydeld (*). ------■ Dan wy fchui-
j, ven het Gordyn agter de Voorwerpen,
„ waar door wy meer dan ééns geleerd 5, zyn, wat wy te wagten hebben van de j, zodanigen, by wien eene volftrekte af- „ keerigheid van Ons, en van Onze wet- „ tige Regeering, zelfs midden onder 't „ genot van gediftingueerde weldaaden, „ zo van onze Vorstlyke Ouders als van „ Ons ontvangen, alle andere gevoelens „ heeft uitgedoofd (f)." Met dien Brief, zeer verfcheidenlyk be-
oordeeld, liep de netelige zaak in Fries- land ten einde, en hebben wy, om alles wat dezelve aankleefde by een te voegen, als mede om te toonen op welk eene wyze deErfftadhouder zich, in dat Gewest, van den aanvang zyns Bewinds, deedt gelden, de
|
|||||||
(■*} Zie hier boven, bl. i.
iO N,Nedert. faarb. 1767. bl. 9&1 ■.
|
|||||||
^__
|
|||||||
t% VADEjRLANDSCHE
LXXXix. van de Uitgaande Regten; en ftonden zy
boek. weder, voor twee Jaaren, den vryen en ■-------onbelaflen Uitvoer toe van Suikeren en
1766' Syroopen in Suiker-Rafinaderyen van dee-
ze Geweften gemaakt (*). Desgelyks keurden zy het noodig om, by een ftreng Plakaat, de Wervingen van Krygs- en Scheepsvolk, ten dienfte van vreemde Mo- genheden en Staaten, te verbieden, opdat het Land, van Perfoonen tot deezen dienst bekwaam, niet mögt ontbloot worden ( f ). 1767. Te meermaalen gewaagden 's Lands Jaar- Laagte boeken, by 't flot, of het begin, eens Jaars , der Rivie- van deerlyk Waterwee, door de hoogge- fen* zwolle Rivieren veroorzaakt, zeldzaam van gebrek aan water in dezelve, 't welk
fiogthans het geval was in 't laatst des Jaars Mdcclxvi, en in den aanvang van het volgende. Berigten uit Manheim hielden in , dat de Rhyn niet alleen op ondiepe plaatzen doorwaadbaar was; maar zelfs dermaate uitgedroogd , dat het water naauwlyks, waar het omtrent die Stad op het diepfte was, den buik van een paard bereikte. Te Keulen werden de grondflagen van
een Steenen Brug, tot nog onbekend daar ooit over de Rivier gelegen te hebben , zigtbaar. Overeenkomftig hier mede was de laagte van die Rivier, en van de Waal, in de Nederlanden. —— In 't laatst van Herfst«
|
||||||
(*) Refol. General. 21 Feb. 1765.
Ct) Mf/ot. Gentrat. 17 Sept. 176& |
||||||
H I S f O R ï Ë; &S
Herfstmaand des Jaars mdcclxvï kon lxxxïx,;
men te Deventer$ door de laagte van den boeje;
Tsfei, met geene Schepen óf Sehuitèn aan ——— den wal komen; liet daalde in Slagtmaand 1707; hoglaager, de Scheepvaard ftondt ftil, de Kooplieden moeiten hunne Waaren , met Wagens ^ of kleine platboomde Schuitjesi iaaten af haaien. —~ Do. Lek was dp zom- mige plaatzen boven Freeswyk, gezegd de Faard, weinig breeder dan een Wéetering, en kon men met Rydtuigen daar doortrek- ken. De Schepen en eenigzins belaaderi Vaartuigen laägen op het drooge geklemd; zelfs was de vaard op deeze Rivier;, bene- den het gemelde Dorp, niettegenftaandé • de Vloed der Zee tot niet verre van daar oploopt, ten uiterfte bezwaarlyk; en in 't begin van Louwmaand vondt mett aldaar niet meer dan vyf- en - twintig of dertig duimen. Waters ; eene laagte, door gee« Mensch , ten minften zedert de graaving van het P anderfche Kanaal ? op deeze Ri- vier waargenomen; De zaak der Rivieren, die zo menigmaal Öntó-
verwoeftende Overflrooriiingen dreigen, hancj,e!ff1| bleef niet buiten bewerking, en werd, üTm& van de Holland/ehe zyde., meer dan door ren: ändere belanghebbende aangebonden (*). In Bloeiniaand des voorleeden Jaars veree- iiigden de Stichtenaars zich met hun in het doen eener Aanbiedinge aan de Gelderfchëh örii
C f). Zie het XXXJli Deel der VSclerh Hilkrtè
bl. 37*^ F a
|
||||
82 VAD E[R LANDSCHE
lxxxix. van de Uitgaande Regten; en ftonden zy
boek, weder, voor twee Jaaren, den vryen en -------■ onbelaften Uitvoer toe van Suikeren en
1/66. Syroopen in Suiker -Rafinaderyen van dee-
ze Geweften gemaakt (*). Desgelyks keurden zy het noodig om, by een ftreng Plakaat, de Wervingen van Krygs- ert Scheepsvolk, ten dienfte van vreemde Mo- genheden en Staaten, te verbieden, op dat het Land, van Perfoonen tot deezen dienst bekwaam, niet mögt ontbloot worden ( f ). 1767. Te meermaalen gewaagden 's Lands Jaar- Laagte boeken, by't flot, of het begin, eens Jaars, der Rivie- van deerlyk Waterwee , door de hoogge- fen' zwolle Rivieren veroorzaakt, zeldzaam van gebrek aan water in dezelve, 't welk
nogthans het geval was in 't laatst des Jaars Mdcclxvi, en in den aanvang van het volgende. Berigten uit Manheim hielden in , dat de Rhyn niet alleen op ondiepe plaatzen doorwaadbaar was; maar zelfs dermaate uitgedroogd , dat het water naauwlyks, waar het omtrent die Stad op bet diepfte was, den buik van een paard bereikte. Te Keulen werden de grondflagen van
een Steenen Brug, tot nog onbekend daar ooit over de Rivier gelegen te hebben , zigtbaar. Overeenkomftig hier mede was de laagte van die Rivier, en van de Waal, jn de Nederlanden. —— In 't laatst van Herfst-
(*) Refol. General. 21 Feb. 1766.
(t) Rtfol' Gentrat. 17 Sept. 176e. |
||||
ft f S f O R ï Ê; H
Herfstmaand des Jaars mdcclXV'i kort Lxxxix,»
men te Deventer $ door de laagte van den boek, Tsfet, met geene Schepen of Schuiten aart noglaager, de Scheepvaard ftondt ftil, de Kooplieden moeiten hunne Waareri , met Wagens ^ of kleine platboomde Schuitjes^ kat en af haaien. —Ä De Lek was op zoro- mige plaatzen boven Freeswyk, gezegd de Vaard, weinig breeder dan een Weetering , en kon men met Rydtuigen daar door trek- ken. De Schepen en eenigzins belaaderi Vaartuigen laagen op het drooge geklemd 5 zelfs was de vaard op deeze Rivier-4. bene- den het gemelde Dorp, niettegenftaandè - de Vloed der Zee tot niet verre van daar oploopt, ten uiterfte bezwaarlyk; en in 't begin van Louwmaand vondt men aldaar niet meer dan vyf- en- twintig of dertig duimen Waters ; eene laagte, door geen Mensch , ten minften zedert de graaving van het Panderfche Kanaal, op deeze Ri* vier waargenomen: De zaak der Rivieren, die zo menigmaal Onder- _
verwoeftende Overftrooriiingen dreigen, k31"^!'."? bleef niet buiten bewerking, en werd, deftig van de HoUandfche zyde, meer dan door ren; ändere belanghebbende aangebonden (*). In Bloeimaand des voorleeden Jaars veree- irigden de Stichtenaars zich met hun in het doen eener Aanbiedinge aan de Gelderfcheh ö'rii
. .(*> Zie het XXXiliDeel der Vadert. Hißorlt
F a |
||||
84 VaDERLANDSCHE
txxxix. om het verfchilpunt wegens Herwen te veri
boek. effenen ; maar 't Kwartier van Nymegen.
•—:— verwierp dezelve (*■). Dit gaf aanleiding
1767. tot den voorflag, en het daar mede over-
eenkomftig Befluit der Staaten van Holland,
om zyne Hoogheid te verzoeken , zyne
veelvermogende poogingen aan te wenden
tot vereeniging der ftrydige gevoelens, ten
einde Gelderland en Utrecht een toegee-
vend Befluit op het Werk der Rivieren
mogten neemen (f). De Landmeeters
EEYERINCK en BOLSTRA werden
gezonden om de gefleldheid der Rivieren
naauwkeurig op te neemen: de Hoog- leeraar lulofs gaf zyne bedenkingen op het Verflag deezer Heeren, en werd vervolgens in eigen Perfoon derwaards afge- vaardigd om met eigen oog de gefehaapen- lieid der Rivieren, en de veranderingen daar voorgevallen , te bezigtigen. Zyii berigt, zowel als dat der Landmeeteren, was. van een ontzettenden aart. Men zag belemmering van Scheepvaard en Over- ftrooming beide te gemoet (§-). Andere middelen moeiten 'er aangewend om aan de Rivieren een beter loop te geeven. De- ze werden aan Staaten van Holland voorge- flaagen, die goedvonden hier over een Brief aan de Staaten van Gelderland, Utrecht en .Cverysfel te fchryven, en den voorflag te ...... doen
(*) N. Nederl. Jaarh. 1766. bl. 898.
(t) Refol.vanBoH. i4july 1766.
C§) N. Nederl. Jaarb. 1766. bl. 917. 935.
|
||||
HISTORIE/ 8$
doen om de Onderhandelingen m 's Graven- lxxxix:
haage te houden, ten einde de Stadhouder, b o-ek. door zyne tegenwoordigheid en veelvermo- —-— gende tusfchenipraak, tot een gewenschte 176%* uitflag mögt medewerken ( * ). Dit vondt een gunfligen ingang. Overysfel, zich dus lang deezer Onderhandelingen onttrokken hebbende , ftemde met de twee andere Landfchappen in de Byeenkomst te 'sGra- venhaage. Eene aanzienlyke Bezending van Gevolmagtigden kwam zamen, én ver- gaderdeden twee- en-twintigften vanWyn- maand in de Treves-kamer. Eer men tot het overweegen der Middelen, die ter be- reiking van het algemeen oogmerk zouden vereischt worden, overging, werd'er een Brief ter tafel gebragt, van de Kleeffcfie Regeering aan die van Gelderland? behel- zende een voorftel om een Schutdyk, tot bëfcherming van den Millingfchen Dyk, en van de Water-werken aldaar, aan te leggen ; 't zelve vondt zich onderfleund door de Duffelfche Geërfden, en een uitge- werkter voorflag van den Dykgraaf er- eerfeld. De gevoelens der Leden wa- ren, op nieuw, zo verfchillende, datdee- ze Onderhandelingen j buiten het vastftel- len van eenige punten , vrugtloos aflie- pen (f). Kundige Lieden' vervoegden zich, op last der belanghebbende Gewes- ten, ter nadere bezigtiging van de Gefteld- .. heid
(*") Refol. van Holt. 16Sept. 1766,
Ct) N.JXederl. Jaarb. 1766. bl. 1064, |
||||
»
|
||||
85 VADERLANDSGHE
txxxix. heid der Rivieren, welker Verflag 4^9
boek. Hoogleeraar lulofs ter hand gefteijL
■ en met zyne Bedenkingen daar op by G£
; 17^7. committeerde Raaden ingeleverd werd.
Die van Utrecht keurden de door hem
voorgeflaagene middelen af, floegen ande- ren voor, en de Hoogleeraar gaf zyn tegen bedenkingen^*). In Lentemaand deezes Jaars hervatten de
Gemagtigden der vier Geweften, by welr ker eerfte Zittinge ook de Stadhouder ver- fcheen, en dezelve met eene gepafte Aan- ipraak opende, hunne Onderhandelingen. Die van Overysfel toonden zich min dan ant deren gelast; om tot iets te befluiten. Om- flagtig waren de Voordellen, en elk bleef zyne gevoelens aankleeven. De Vergade- ring fcheidende vastgefteld hebbende om op alles het Antwoord en de Bemiddeling van zyne Hoogheid af te wagten, die in Zomermaand aan de Staaten der vier Ge- weften kennis gaf, hoe hy, uit aanmerking dat de verfchülende Gevoelens van des kundige Lieden te wederzyden te werkge- fteld, grootlyks de vertraaging van dit Werk der Rivieren veroorzaakten, geen Veiliger en gepafter weg meende te kunnen inflaan, dan' door een gelyk getal kundige Lieden uit Gelderland', Hollanden Utrecht te ^benoemen , die hy vervolgens gelast hadt, alles te bezigtigen, en aan hun toe- gevoegd twee van 's Lands Officieren, op, wel-
0) MMtyt: faori. 1767M.5.6s*
|
||||
HISTORIE. t?
welker beproefde bekwaamheid, in het lxxxix.
ftuk der Rivieren en Waterwerken, hy zich boek. volkomen verlaaten kon, naamlyk den Lui------'*—
tenant Collonel Directeur der Fortificatien, 1767.
de Roy, en denCapiteinIngenieur van such telen. Deezen maakten met el- kander een Plan om te ftrekken tot eene Vereeniging in de verfchillen over de zaak der Rivieren, door zyne Hoogheid aan de vier Geweften gezonden. Het voldeedt die van Hollanddermaate, dat het een vol- komene goedkeuring wegdroeg, en zy aan den Stadhouder in bedenking gaven of het niet dienftig zou weezen, om, zo ras de Belluiten der Staaten van de overige Ge- weften waren ingekomen , eene Vergade- ring in 's Gravenhaage te beleggen om over de uitvoering te raadpleegen. Doch Staa- ten van Holland warm de eenigen, die het Ingeleverde Plan goedkeurden. Gelderland en Utrecht vonden 'er verfcheiden zwaarig- heden in. Ter wegruiming hier van ge- lastte de Prins de twee gemelde Lands Of- ficieren om de zes kundige Lieden weder te doen by een komen, en, op nieuw, te be- proeven of zy geen ander algemeen fmaa- kender Plan konden uitdenken. Dewyl op die zamenkomst de verfcheidenheid der ge- voelens een weinig verminderd fcheen, werden de Gelaftigden, in Herfstmaand, weder in ' s Gravenhaage befchreeven. Van weinig meer vrugts dan de voorgaande wa- ren deeze Onderhandelingen, alleen werd 'er vastgefteld het fchryven van een Brief aan den Koning vanPruisfen om de behulp- F 4 zaa- |
||||
$8 VADERLANDSCHS
f^Kxxix. zaame hand te bieden tot de werken, dis
po EK. op het Kleeffche Grondgebied zouden dien ,-------. nen gemaakt te worden, en de Voorziening
1767. van den Zomerdam, by Herwen, met het
herftellen van de twee Doorbraken in den Kruisdyk. De Befteeding dier Verbete- ringen aan de Gelaftigden van Gelderland verzogt, liep zo hoog, dat die van Gel- derland 'er niet in konden bewilligen, en daar over aan die van Holland en Utrecht fchreeven. Eerstgemelden oordeelden, dat het werk, kon het vóór den aanflaandeii Winter worden uitgevoerd, om de hoor gere fomme dan men gedagt hadt daar toe te zullen moeten beiteeden, niet be- hoorde agter wege te blyven. Laatstge- noemden waren verre van in die hoog- loopende eifchen te willen toeftemmen. In deezer voege bleef alles dit Jaar ftee- ken (*). Reduit tot. yan fp0ediger voortgang ging verge- iinïvan" ze^ het raadpleegen over en het te
%et Haar- Werk ftellen van de middelen ter beteu- Ummet gelinge van het Haarlemmer Meer, die M?er', verväarlyke en fteeds toeneemende Wa- terplas in 't hart van Holland (f). Naa zo veele inzwelgïngcn van Dorpen en yrugtbare Landen lag het bloeiend en yolk-
|
||||||
(*) Rcfol. van Holt. 17 19 en 26 Juny en 2iJ
'Nov. 1767. N. Nederl, Jaarb. 1767. hl. 762. 819., Ï213. 1397. 1401- (t) J- *•• F- v- BERiciiEY, Nat. Hißorie yan
Hoitand I ©eel, bl. 221, |
||||||
HISTORIE. / O9
volkryk Dorp Aakmeer aan: de beurt om lxxxix,:
een zelfde deeiiyk lot te ondergaan. In boek. Lentemaand des Jäars mdcclxiv was ------—
de afneeming der Landen reeds tot op 17&7?
vyf- en- veertig Roeden aan de Kerk- deur genaderd. Thans bevonden zich de. Waterfcheiding van Rhpiland en Amflel* land, en de daar binnen gelegene Polders in het uiterfte gevaar; onuitoogelyk wa- ren de rampen, indien, naa het verder wegdaan der Oevers, het Meer, dat reeds ruim twintig duizend. Morgens bevat- te (*), zich met de daar aan gelegene uitgeveende Plasfen vereenigde. Staaten van Holland, op voorziening tegen die ge- vreesde onheilen bedagt, hadden in Bloei- maand des Jaars mdcclxvi Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, Op.- zienders van dit Meer, gemagtigd om,, zo veel mogelyk, de gevaarlyke plaatzen, 20 wel onder Leimuiden als onder Aals^ meer gelegen, tegen de woede te beveilig gen. Zonder tydsverzuim werden 'er Lieden des kundig derwaards gezonden om die Oevers te bezigtigen , en opgave te doen van de gefchiktfte red- en huh> rnicU
• (*) Volgens de opgave, van de Heer davtd
m e e s e , in zyn Antwoord op de Vraage Welke
zyn de befie en minst kostbaare middelen , om het
afneemen der oevers van het Haarlemmer Meer te
beletten? door de Haarlemfche Maatfchappye in
den Jaare 1764 eerst en in den Jaare 1766 ten
tweede maale voorgefteld. Verhand. der Haar- I
hmjche Maatfchappye X Deel, bl. 1.
F 5
|
||||
|
|||||||
5)0 VADERLANDSCHE
lxxxix. middelen (*): zy herhaalden dit geduu«
boek. rende dien Zomer, en hunne ingeleverde --------Stukken, door den Hoogleeraar lu-
1767. LOFS, als Inlpecteur van 's Lands Ri-
vieren, onderfteund, werden gunftig ont- vangen. En kwamen de middelen ter voorzieninge, hoe hoog loopende in de koften, Gecommitteerde Raaden, mitsga- ders Dykgraaf en Hoogheemraaden van Rhynland, als de bekwaamfte, zo niet de éénigfte, voor tot beteugeling van dat in- vreetende Meer, waarom zy geene zwaa- righeid maakten dezelve ten kragtigflen in Wintermaand aan te pryzen (f). Dan het eindelyk en gewigtig Befluit van Staa- ten van Holland kwam eerst den twaalfden van de volgende Lentemaand, en hier op neder „dat de Voorzieningen, begroot op », Zevenmaal honderd één- en- zeventig „ duizend vier honderd Guldens, ten „ kofte van den Lande zouden worden „ gemaakt, mits dat dezelve, door 't „ Hoogheemraadfchap vmRhynlarid, altoos „ in goeden ftaat zouden worden gehou- „ den. En dewyl alle Voorzieningen „ vrugtloos zouden zyn, zonder de be- „ zor-
|
|||||||
(*) De Landmeeter m. bolstra, één der
benoemden, hadt van den Jaare 1764 tot het voor- jaar 1766, in een en ander ftuk, een Ciering der koften opgegeeven. N.ÏÏcderl. Jaarb. 1766. bl. 625. (t) Rcfal. van Holt. 7 Mey4juny 12 Dec. 1766.
N. Nedtrl, faarh. bl. 626. 632. 638. 646. 64g. JIOI.. t208. I2IQ.
|
|||||||
HISTORIE. 9.1
|
|||||
'S9 zorging van den Oever van Leimuiden lxxxix,
„ langs de Grietpolder, en de Bedykers boek. „ van djen Polder en de Friefekoopfche Poe-----.—.
„ kn, daar toe onmagtig waren , zou de 1767.
3i verzorging daar van mede ten kofte van ,, den Lande gefchieden , welke begroot 3, was op vyf- en- vyftig duizend acht „ honderd eri zeven- en- dertig Guldens, „ mits die Bedykers aanDykgraafenHoog- ,, heemraaden van Rhynland eene opge- „ bragte en belegde fomme van ruim vyf- ,, tien duizend Guldens in vollen eigen- j, dom overdroegen. Gemelde Dykgraaf 3, en Hoogheemraaden werden gelast nog „ dit Voorjaar de hand aan 't werkteflaan; „ en Gecommitteerde Raaden om aan dee- „ zen de benoodigde Penningen, vantyd „ tot tyd, op te fchieten en daar van 's Jaar- „ lyks aan hun Ed. Groot Mogenden ken- „ nis te geven, met verflag hoe verre de „ Werken gevorderd waren. Ook moes- ,, ten de Werken 's Jaarlyks door kundige „ Lieden opgenomen en het gebrekkige „ terftond herfteld worden (*)." Zo zeer voelden Schout, Schepenen en Dankdag
Ingelanden van het Aalsmeerder Ambagt deswegen zich getroffen, door dit gunftig Staatsbe- ^«/me/r- fluit, 't welk het kommerlyk vooruitzigt der Am- van 't verlies des overfchots hunner Bezit- bagt. tingen, in een bly vooruitzigt om dezel- ve, onderden Godlyken zegen, tebehou- 4en, veranderde,, dat zy vastftelden, op den
C*) 2?eM van Meli, ia Maart 1767.
|
|||||
92 VADERLANDSCHE
|
|||||||||
txxxix. den één- en- twintigften van Grasmaand.,
boek. dit Jaar, en vervolgens 's Jaarlyks op den -—— Verjaardag des Erfftadhouders, in 't ge- 1767. heele Ambagt, een plegtigen Dankdag te vieren, en 's Hemels zegen over de aange- wende Middelen af te fmeeken (*). Droog- Lieten Staaten van- Holland zich zo veel maakery- gelegen leggen om dit inknaagend landver-
lancPwe-' äerf, met groote koften, te keer te gaan, geftaau. zy leenden een gunftig oor aan verzoeken Octroyen tot eene en andere Droogmaakery ingediend ; aan n^eu- dit ondervonden de Regeeringen van Enge- termo-3" ^en, Vlymen en Heedikhuizen, omtrent de. lens. Bedyking van een Buitenpolder (f); de Schouten en Ambagtsbewaarders van Zoe- termeer, Stompwyk en Wilsveen, ten aan- ziene van het droogmaaken hunner Bepol- dering in 't eerstgemelde Ambagt (§); als. mede de Regeering van Berkel en Rodenrys ten opzigte eener Droogmaakerye (§§)• Allen deezen vonden zich, door gunftige fchikkingen op de ingeleverde Plans ten meeften nutte hunner Plaatzen, in ftaat gefteld om een arbeid aan te vangen, zon- der deeze tusfchenkomst des Spuverains niet te. onderneemen. De reeds drooggemaakte Meeren enPlas^
fen moeten, door kostbaare Watermolens |
|||||||||
drooggehouden, en tot het uitmaalen der
|
|||||||||
meu
|
|||||||||
(*) N. Nederi. Jaari. 1767. bl. 411,
CO Refol. van Roll. 24Jan. 1767, (§ ) Refil. van Holl. 24 jan. 1767,' CSS) Refill van Holl, 8 JDec, 1767, |
|||||||||
HISTORIE;
|
|||||||
1 9$
|
|||||||
nieuwe, ten aanwinst van Land, andere ge- lxxxïxï
bouwd worden. Meermaalen fcherpte boe&« zich, gelyk wy optekenden ? het vernuft-------■
der Werktuigkundigen om die hóogstnoo- 1767*
dige Uitvindingen, ware het mogelyk, te verbeteren en tot grooter maate van volko* menheid te brengen,, en nooit lieten Staa- ten van Holland dit vlytbetoon,. wanneer de getoonde Proeven eenen gunftigen uit* flag beloofden, van aanmoediging verftoo* ken , door het verleenen van: Octroy aart den "Uitvinder: ; zodanige Octroyen ver- wierven , tendeezen Jaare, jagob j ó Ni geneel te Rotterdam: en laurens s M i T te 'Amflirdam,. voor de Watermor lens door hun uitgedagt, en van welke men eene meerdere werking dan van de ge- woone Scheprad-molens mögt verwag^- ten (*). .'. r .1 ;..<,.-, ■-•vMf, ; - .-. >..} Valschheid en Bedrog^ die dikwyls een ïHakaaten;
kortftondig voordeel geeven, berokkenen, 'en .vo°r"" in' 't einde, den ondergang der Hand!wer- Katoen--^, ken, waar in ze haar verderflyke rol fpee- drukke-.' len. Dit voorzagen de Katoendrukkers ryeii iaio> deezér Landen: dewyl baatzugtige Perfoö- dce|e,Ge,- tien zich'niet ontzagen, op eene heimjyke wyze- Katoehelywaatën ,> met valfche; en onbeftendige kleuren te drukken , door 't oog van aninkundigen niet te onderfcheiden van de met vafte kleuren vervaardigden.; 't weik deeze Fabriek, die zo .veel Hand- werkslieden aan de kost hielp , zo veel diensts
£*) Refol. van ffett. 18 Dec..i$67,viï /•
|
|||||||
■f4 VAÜÊRLAftÜSCHË
tï*xxxix. diënsts dëedt aan 't vertier der -Katoerieïy»
.boek. waaten door de Oost - Indifche Maatfchap- ——- pye hier te lande ingevoerd, en aan de ver- 1767. koop der Veffftoffen, met een zwaaren flag drejgde. <Zj vervoegden zieh met verzoek •om voorziening tegen dit onheil by Staaten van Holland ; die een Plakaat daar tegen lieten afkondigen, beveelende, dat de Ka- toenen met vahche en onbeftendige kleürefi gedrukt j van die met egte en beftendige moeften ónderfcheiden worden, door een zwart lystje 'aan-de ongedrukte zyde langs de beide zelf kanten ( * )'. Een foort gelyk Plakaat, ter voorkoming dier valschheid * lieten hun Hoog Mögenden uitgaan , op dat minkundigen in den Lande niet be- droogen wierden, en de Handel buitens- lands., -door die flinksheid, geen onherftel- baaren krak kreege ( f ). Mïaking Eènezaak, die, door 't -lang verwyl, van-p. ais ,in't vergeetboek geraakt fcheeh, kwam torene dit Jaar weder ter baane, en aan een ein- Hooge- de. De Heer piet er mogge, die fchöol te te Zierikzee de aanzienlykfte Stadswaar- •&i«tikzee. digheden, ;en wegens Zeeland in 's Lands hooge Vergaderingen de gewigtigfte pos- ten met lof, bekleed hadt, fchoon hy, in ■deö Jaare ;mdccxlvii, ten doel ftondt iaan de ihoogstgaande tekenen van hoon en; Jdeinagting van het dom Gemeen, die by zyne groote Middelen allen een voorbeeld va»
(*) Refol. van Hott. 3 Nov. 1767.
Ct) i^/e^.<a«i.-a5Nov. 1767. 'J
|
||||
HISTORIE. 5>5
van Zedigheid ftrekte, der Geleerdheid lxxxix«
en den Geleerden groote agting toedroeg, boek. hadt, in den Jaare mdcclvi, door--------,
zynen Dood een Uiterftenwil bekragtigd, 1767.
waar in hy de Uitvoerders van denzelven beval, Staaten van Zeeland te verzoeken om in Zierikzee eene Hoogefchool op te rigten, met zodanige Voorregten als dezelve behoefde; in deeze zouden zes Hoogleeraa- ren, met bepaalde Jaarwedden van Acht- tien honderd tot Veertien honderd Guldens werden aangefteld; in gevalle Staaten van Zeeland dit toeftonden befprak hy ten die» einde de aanzienlyke fom van Viermaal honderd en twintig duizend Guldens ( *). De aangeftelde Heeren tot het volvoe- Handelln-
ren van deezen Uiterftenwil, doordrongen^11»1 van het zelfde gevoelen als de Overledene ^r "ver- dat dusdanig eene Inrigting tot Zeelands weiweezen, en tot heil van Zierikzee in 't byzonder, zou ftrekken, en begeerig om deeze Maäking, overeenkomftig met de be- geerte huns Bürgerlievenden Stadgenoot* uit te keeren , vervoegden zieh, met dit Verzoek by Staaten van Zeeland. Deezen ftelden het, in Grasmaand des Jaars MDCCLVii, in handen der Regeeringe van Zierikzee oo* te verneemen of zy van oordeel zouden zyn, dat rde gefteldheid der Stad tot het oprigten van zulk eene Hoogefchool gefchikt zou weezen. 'Hier toe, en teffens om na te gaan, op welke gi'on?
|
|||||
C* ) Nednt. Jaafh. 1756. bl. 1191.
|
|||||
VADÈRLANDSCHE
|
|||||||
96
|
|||||||
liXxxix. gronden, men de zWaarighéid zou kunnen
èoek. oplosfen, die daar tegen zou kunnen wor- -----— den ingebrägt, uit het Octroy van Koning
176/. Philips den lij als Graaf van Hol*
land en Zeeland aan die van Leyden, in denJaare mdlsxv,verleend, werdenee» nige Regeeringsleden van Zierikzee ge- magtigd, die in Zomermaand een Verflag uitbragten, behelzende eene bekwaamkeu- ïing der Stad tot de Hoogefchool, als me- de hoe j volgens hun inzien, het gemelde Octroy , tot geen beletzel kon ftrekken,; Indien het den Staaten van Zeeland $ uit de volheid van hunne Magt, behaagde Zie- rikzee met eene Hoogefchool te begunfti- gen; met nevensgaand verzoek, dat, tot het fpoedig bevorderen der zaake, eenige Heeren, met den Heer.van borsse» l e n , als Eerfte Edele , in onderhande- ling zouden treeden , - het gevoelen der Gouvernante in neemen, en de zwaarighe- den, Welke de Provinciaale Rekenkamer zou mogen maaken, op losfen. De Raad van Zierikzee keurde deezen Voorflag goed. Dan de Heeren der Rekenkamer van Zee- land bleeken $ by eene gehoudene onder- handeling,, in een ftrydig begrip te ftaan met het uitgebragte Verflag, en beweerden in een bfeedfpraaking Vertoog, dat het voldoen aart het Verzoek rechtdraads zou ftryden met het Octroy aan Leyden ver- leend. <------- Het leedt tot in Herfstmaand des Jaars mdcclviii eer de Regee-
ring van Zierikzee gereed was met een Vertoog ter wederlegging van dat des Re«
|
|||||||
HISTORIE.
|
|||||||
97
|
|||||||
Rekenkamers ingerigt, aan Staaten van lxxxix,
Zeeland in tè leveren. Dit Stuk by hün boek. onderzogt zynde , gaven zy te verftaan, —>—* dat, alvooïens men, in eene zaak van dat 1767* aanbelang, iets met viaigt zou kunnen doen, de gedagten van de Gouvernante daar over behoorden te worden ingenomen; weshal- ven zy die van Zierikzee verzagten hunne poogingen by deeze Vörflihne aan te wen- den , op dat zy mögt goedvinden haaf e 'bedenkingen, daar over te verkenen. De Burgers van Zierikzee, veel voordeels uit. 2ulk eene Hoogefchóol voor hunne Stad fpellende, vervoegden zich by B'urgemee- fteren met bede om een Verzoekfchrift ik mogen opflellen en aan de Gouvernante óver te leveren, ten einde haar te b'e\yee- gen om giïnftïg de hand te willen leenen, én Staaten' van Zeeland in het voldoen aan den Uitef ftén wil van hunnen Burgervriend te onderiTeunen. Dit werd töegeftaanj' het Verzoekfchrift opgefteld , ingeleverd, ën in Louwmaand des Jaars MDcctii goedgekeurd. , ... \ Maar eer de Bezending van dé Magr-
ftraat, reeds' inden Jaare MDccLVfri bëflootèii; doch, om fedenen, agtef ge- bleeven, en nu' op nieuw beraamd, af* niede de overlevering van lier Verzoek- fchrift, Voortgang haddèri, kwam de ty- ding des öveiiydens van haafe Koning- ïyke Hoogheid, die al dit vöorgeriomenè verydelde , én de Regéering van Zierik* zee. noodzaakte zich wederom by de Stäs? XXIV DEEL, & M
|
|||||||
|
|||||
$ VAUERLANDSCHf
ï,xxxix. ten te vervoegen: met zulk een gewensch^
boek. ten uitflag, dat de Eerfte Edele , de Ste- -------- den Middelburg, Goes en Tholen, eene
1767. volkomene toeflemming verleenden , en
de andere Staatsieden zich niet ongene- gen verklaarden. Zierikzee zag niets an- ders dan een gunftig Staatsbefluit te ge- moet ; wanneer dit heuchlyk vooruitzigt beneveld werd. 'Zeyden De Bezorgers der Leydfche Hoogefchoole kant'er hadden, reeds in den Jaare mdcclvii,; ^en te~ ^y Staaten van Holland verzogt, het op- "' * rigten van eene Hoogefchool te Zierikzee te beletten; zich voornaamlyk grondende op het Octroy, luidende, fonder dat <wy nog- tans willen dat eenige andere gelyke Schooien 9 tot eeniger tyd, in Holland of Zeeland, ge- fundeerd en opgerecht worden , het welk wy voor ons , of onfe Succesfeurs, expresfelyk verboden hebben : en vonden deezen goed in Herfstmaand des Jaars mdcclix, een Brief aan Staaten van Zeeland af te vaardigen, en hun op 't ernftigst aan te maanen om van het opregten eener Acade- mie in hun Gewest af te zien. Onder- In Zierikzee was men, middelerwyÊ handelin- yoorteevaaren met het vervaardigen van
f?e'T met
Staaten een P^n, wegens den voet en wyze op
van Hot- welke de nieuwe Hoogefchool zou worden
land. ingerigt, dit droeg de goedkeuring vanden
Raad weg, en leverde men 't zelve ter Stäats-
vergadering in. — 't Liep tot Oogstmaand
MD cc lx aan eer Staaten van Zeeland
gereed waren met een Antwoord aan hun
Ed*
|
|||||
Ü i S T Ö R I Èi m
Ed. -Groot Mögenden.; waar fn zy ver- ixxxix.
trouwden hun Regt öntwyfelhaar getoond boek. te hebben; ddcH verklaarden, vóór het nee- - inert van een volllrekt befluit $ gaarne de na- if6f. dere bedenklykhedeh# van hun Ed. Groot Mögenden te willen afwagten, bereid oni daarop zodanig agt te nemen ^ als zy oor- deelden , behoudens 's Lands Hoogheid en Geregtigheden, te moeten doen. —*-? By het afzenden van dit Antwoord drongen die yari Êierikzee.&mi dat^ indien de zaak by Staaten van Holland op de lange baan ge- houden wierd ,■ Zulks aan de vrye Over- leggingen der Staaten van Zeeland geeri belet zou mogen toebrengen; waarom zy ook, tot in Grasmaand des Jaars mdcclh gewagt hebbende , die Staaten aangingen, met een voorflel om de raadpleegingen op het Plan te hervatten. Middelerwyl had* den die van Holland^ de Bedenkingen in- genomen der Bezorgeren van de Leydfchë Hoogefchoole, en van Burgemeefleren dief' Stad, die redenen bybragf en om het Uit» fluitend Regt zaxiLeyden verleend, te hand- haaven tegen allen, welken 't zelve in twy* fel mogten trekken. Overeenkomftig hief mede was de Brief van hun Ëd, Groot Mo* genden, de Staaten van Zeeland nogmaals aanmaanende van die zaak af te zien. Van de Leden der Zeemvfche Staatsver* gaderinge verklaarden zes derzelven den Raadflag van Zierikzëe te zullen afwag? ten; doch deeze Stad, toen onge- tast 3 drong vervolgens op het houdba G a ya$ |
||||
aoo VADERLAND SC HË
Lxxxix. van een Commisforiaal Befoigne ('t welk
EoEK. werd toegeflaan,) onder aanbod van de --------noodige wederleggingen des Briefs van
l?6?. Staaten van Holland te zuilen inleveren-.
Zy poogden ook de bygcbragte bewysre- denen tegen hun aangevoerd te ontzenu- wen , in een breed uitgewerkt Vertoog aan de Staaten van Zeeland ingeleverd;, doch deezen maakten geen haast om de zaak voort te zetten, tot dat zy ééns en ander- maal ter afdoeningeaangedrongen, de over- weeging en beantwoording van den Brief der Staaten van Holland, andermaal aan 't Commisforiaal Befoigne overlieten: waar in men weder een Vertoog, tot beveiliging van Zeelands Regt ontwierp. Boor In. deezer voege bleef de zaak ileepen- Staaten de, tot dat die vmZierikzee, in dit Jaar
Wafee- mdc.cl'xvii, wederom ter Staatsvergade- flaagen. ring, op het afdoen aandrongen, en een breed Vertoogfchrift by Staaten van Zeeland, inle- verden. De Leden oordeelden eenpaarig die vmZierikzee te moeten verzoeken, om van deezen hunnen zo dikwyls herhaalden aan- drang af te zien, fchoon de Afgevaardigden- van Middelburg, Goes en Tholen, dien on- verminderd, verklaarden, volkomen over- tuigd te weezen, dat Zeeland het Regt tot het oprigten eener Hoogefchoole toekwam, Zy gehoorzaamden, hoewel met betuiging van leedweezen, en zagen het Staatsbe- fluit aan, dat in het Verzoek der Uit- voerderen des Laatftenwils van wylerr Mr, piet er Mo G ge, tot het oprig* 1. ten |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
IOI
|
|||||||
ten eener Academie binnen Zierikzee, niet lxxxix,
Jcon getreeden worden (*). boek. De Menschlievenheid, die beminnelyke
Hoofdtrek der Nederlanderen , vondt dit 1767. Jaar gelegenheid, om zich, in 't oog van Oprigting g-cheel Europa, voorbeeldig te doen uit-der Maat fchitteren, door het oprcgten eener Maat- [^t^dTou- fchappye, welker wedergade nergens werd cienis der aangetroffen; De Maatfchappy tot Behou- Drenke- denis der Drenkelingen. Zeker is het, datlin£en? in een Land zo vol waters als het onze, en van zo veel fcheepvaards, 's Jaarlyks eene menigte Menfchen in 't water ver- drinkt , en het gaat niet min vast, dat de meeften dier ongelukkigen, by gebrek ee- ner goede behandelinge, naa dat zy uit het water gehaald zyn, omkomen. De On» dervinding, hadt reeds veele Lesfen tot eene betere behandeling opgegeeven , en 'er verbaazende Voorbeelden van getoond. Dit bewoog eenige edelmoedige Menfchen^- vrienden, om, by de bekendmaaking der befte Red - en Hulpmiddelen, den prikkel eener Eerbelooning en Schadeloosftelling van de gemaakte koften te voegen. De eerfteAanleggers en Beftuurders dier Maat* fchap*
(*) Not. van Zeel. 16 en 29 O et. 1767. en By-
lagen bl. 1. Zie alle deeze Stukken in de N. Nc- derl. Jaarb. 1768. bl. 918 — 1093. Men vindt ze by een, en ten voordeele van Zeeland aangedron- gen, in een Stuk getyteld Betoog van jteel'and's Regt tot het ßigten eener Hoagefchools briefswy ze voorgedraagen, door pietér paulus, te Z,ey* denby p, v. D. eyk; en d, vyqh 1775. G 3
|
|||||||
soa VADER LAN DSPHE
LXxxix. fchappye, wier Naamen eene dankbare
boek. yereeuwiging verdienen, waren claude ——— NOORT fYGK, JACOB DE CLERQ_,
1767. je an scipionverneqe, Leeraar
in de tValfche Gemeente te Amfterdam , p y s? BERT ANTWERPEN VERBRUGGE
TAN FREYHQFF, PIETER MEÏER, JOAN GOLL.VAN FRANKENSTEIN j PORNELIS VO LLENHOVEN, PPR- NELIUSVAN ENGELEN, JOH. ALB.' 6CHLQSSER, M.D. Lid der Kon. Maat-
jehappy te Landen en jqannes lu- blink de jonge. Het eerfte berigt van dit menschlievend
Plan zag de Landzaat met verrukking, in een Weeklyks Zedefchrift, onder den Ty- tel van denPJülofooph uitgegeeven, en door een der Beftuurderen, van engelen, naderhand vppr zyn Werk erkend. In dit Vertopg werd voor allen, die met dugtige bewyzen, konden aantoonen, een Mensch óf Kind, 't welk, zonder eenige Bewee- ging of tekenen van Leeyen, uit het water Was gehaald, weder tot zich zelven gebragt te hébben , een Gouden Penning beloofd met den Naam des Redders op den kant ? en zou zich deeze uitbieding over de Ze- ven yereenigde Geweften uitftrekken; ook kon de Redder, zulks liever verkiezende\ zes Dukaaten ontvangen. —— Ben daar- by geroepen Genees - of Hèclmeèfter kon, ingeyalle ny. niet ryklyk voor tyd en 'ään* gewende zorgen mqgt beloond zyn , de ■Rekening by de Maatfchappye inleveren. — En, by a'l&ien 'er-, -'m 'een. Herberg of Huis, |
||||
HISTORIE. xog
eenige Onkoflen mogten gedaan zyn, zou- lxxxix?
den dezelve, mits niet meer dan vier Du- boek. kaaten beloopende, boven de Eerbeloo- - ning, door de Maatfchappy betaald wor- 1767;» den, 't zy de Verdronkene gered ware, of niet, wanneer men behoorelyk bewees j dat die Onkoften alleen ten nutte van den Drenkeling gemaakt waren. Ter gerustftellinge van een ieder , dat
de Belooning wel betaald en de verdere be- loften wel nagekomen zouden worden ver- Zekerde de Schryver van den Philofooph9 een Papier in handen te hebben, waar op reeds eenige Duizenden, tot dit liefderyk Oogmerk waren ingefchreeven, daar by voegende; „ Meer zou ik in de daad „ vreezen, dat men, in weerwil van onze „ welmeenende poogingen, nog al met „ geen genoegzaamen yver handen aan 't „ werk mögt flaan; meer zou ik vreezen, „ dat men ons niet genoeg, dan dat men „ ons te veel Premien kwame afvraagen: „ want wanneer het gevolg van ons Plan. „ aan onzen hartlyken wensch beantwoordt, „ en men dus hoopen kan, (zodanig im- „ mers is de aart eener blymoedige Lief- „ de,) dat 'er meer Gelds zal noodig „ zyn, zo vlei ik my met eene volmaakte M gerustheid, dat 'er onder de Chrißenen „ en Nederlanders, eene menigte welge- „ plaatfte Harten zullen gevonden wor- j, den, waar in eene genoegzaame Edel- 9, moedigheid en Menschliefde gloeit otn 9, een gering, een zeer gering gedeelte g, flegts van hunnen overvloed te willen G 4 9, be» |
||||
VADERLANDSCHE
|
|||||||
104
|
|||||||
tyxxix. „ befteeden om het Leeven hunner Mede«
ïioEK. „ menfchen, hunner Landgenooten, hun- ———— „ ner Broederen, te behouden. En, in *t&7'p dit geval, 't welk wy nogmaal wen- „ fchen , dat gebeuren mag, zullen wy „ onze Maatfchappy verder uitftrekken, j, en in tyds nadere Schikkingen beraa- p men (*)." DoorHoog _ Op den eigen naamiddag van den vier - Gezag on- gn. twintigflen van Oogstmaand, dat dit e^ekiers' Vertoog voormiddags, het licht zag, gaf gevolgd, de Redding van een braaf Man te Amfler- dam den Beftuurderen reeds gelegenheid om de eerfte Eerbeloonirig met hartlyk ge- noegen uit te deelen (f). —— Men be- greep, ondertusfchen, dat deeze Bekend- maaking in een Weekblad, 't welk alleen door lieden van Smaak geleezen werd, niet genoegzaam was om deeze zaak de noodi- ge algemeene bekendheid by te zetten; en kende teffens het heerfchend begrip in ons Land, dat het, wanneer een Dren- keling uit het water gehaald, geene te- kens van Leeyen gaf, het niemand vry ftondt,' den zelven in huis te neemen, én zelfs niet aan te raaken, dan alleen om hem aan den wal, met 't hoofd bo- ven 't water op t,e hangen , en dat de t)renkeUng, in dier voege éénmaal vastge- maakt, van niemand dan door daar toe ge- fiiag£igde Perfoonen mögt los gemaakt wor- J ■• ■■-'■• ' ' den, O Ï3j PMlofoopk, II Deel, bl. 3.(55:
Ct.). De JPhitofooph, aid, bl. 286. •• "-*
|
|||||||
HISTORIE. iGrf
den (*). Naardcmaal dit vooroordeel, als lxxxixJ
een der fterkfte hinderpaalen van den goe- b o ek. den uitflag der Onderneeminge, elk in 't —_— oog liep, beflooten de Beftuurders , naa 176?. des geraadpleegd te hebben met den Hoofd? fchout der Stad Amflerdam j. sweers, dat verkeerd begrip te keer te gaan, door eene Bekendmaaking te laaten drukken, waar in het Ontwerp , de Bedingen, en Schikkingen in het redden der Drenkelin- gen vervat waren, en tot kennis van't alge- meen gebracht werden. Deeze Bekendmaa- king werd wel ras het geheele Land door yerfpreid. De Regeeringen der Steden wrog- ten hier in mede; en 't leedt niet lang, of meer dan zes duizend Afdrukken, waren in handen. In alle Nederland]che Gewes- ten, in alle Steden, bevlytigden zich de Overheden om dit Menschlievend Werk te onderfteunen, en toonde men in eenige zo veel genoegen te neemen in deeze Inrig- ting, dat van Stadswegen, boven de uit- geloofde Eerbelooning , eene aanzienlyke Gifte werd toegezegd, en ook ten opzigte van de koften zorgegedraagen (f). Voorts fielden de Beftuurders der Maatfchappye, hoogst
(*) De Baljuw van Amßeltan& hadt, in Louw-
maand deezes Jaars, een Berigt ter weeringe van dit vooroordeel laaten aanplakken, en daar by ee- ne Onderrigting hoe met de Drenkelingen tot der- zelver herfiel te handelen. DeJPhilofooph II Deel, bl. 284. Ct) N. NederU Jaarh. 1769. bl. 237. 361-
372, GS
|
||||||
io6 VADERLAND SCHE
jLXXxix. hoogst verheugd en dankbaar over de fa&-
jäOEK. gunftigende medewerking der Overheden? --------middelen voor en te werk om die Stigting
.1767. beftendig en van duur te doen zyn (*).
Het nut deezer Inrigtinge bleef niet be- paald by ons Land, 't welk op derzelver' eerfte Uitvinding en Invoer roem mag draagen; maar, gelyk ze de toejuiching ontving van 't geheel befchaafd Europa „ £0 diende ze ten voorbeelde yan verfcheide Maatfchappyen op derg'elyk een voet aaiir gevangen, die éénpaarig aan de Oorfprong- lyke, de welverdiende Eer toekennen van haar opgewekt te hebben, om ook, waar 't mogelyk, verborge Leeyeusvonkjes aan te blaazen (f). Lastont- De Ingezetenen van verfcheide Dorpen heffingen in de Meyerye van 's Hertogen foschvondei\ aan eemge zjcn jn groote verlegenheid en behoefte ge? zwaar^ dompeld, door een Onweer, 't welk, met Q:iwecr een alles overftroqmenden Stortregen, getroffene fchriklylcen Hagejflag, en geweldigen Storm- ?°^en rv wm& vergezeld, op den twintigften van gefchcm- Hooimaand nederviel. Behalven de onge- ken. lukken daarby aan Menfchen en Beeften overgekomen, waren 'er eenige Huizen en
•Schuurèn geheel, andere gedeeltlyk inge- ftort,
|
||||||||
(*) Hißorie en Gedenkschriften van de Maat-t
fchappy tot Redding der Drenkelingen, Q) Men vindt dit kortlyk by een getrokken in
Säe Scheis van de Hißarie der Maatfchappy tot Red- ding der Drenkelingen, door JOANNES HJBLINï§ ■de Jonge. In de Verh. der Holl. Maatfcliappy te Haarlem, XVII D. ÏI St. % 35'. der Berigten. |
||||||||
HISTORIE. 307
gort, of zwaar befchadigd; de hoop van Lxx3qrce>
den Landman, die een ryken oogst van boek. Rogge, byna ryp. verwagtte, verdween--------
eensklaps; andere Veldvrugten, als Boek- 1767«.
weit, Erten, en Boonen, waren geheel9 Haver en Gerst meerendeel, weg; buiten de Vrugtboomen by één Dorp vyf honderd- Eiken pn andere Boomen, uit den grond gerukt; de beëedigde fchade deezer Dor- pelingen beliep ruim 2.22062 Guldens» De Regenten vervoegden zich, in deezen cleerniswaardigen toeftand, by hunne Hoog Mögenden om eene Milde Gifte of Vry- dom van 's Lands lallen voor eenige Jaa- ren. Hun klaagftem werd verhoord, zy verwierven deels Ontfiag van Verpondin- gen, Beden en Gemeene Middelen, deels yrywillige Giften , naar de opgegeevene fchaden uitgereikt, tot herftel der Gebou- wen, en gefchikt om onder de meest be- hoeftigen uitgedeeld te worden (*). |
||||||
£?D KMederl. Jaarb. 176?. bl. 180«,
|
||||||
VA-
|
||||||
YADERLANDSCHE
|
||||||||
HISTORIE,
|
||||||||
NEGENTIGSTE BOEK,
|
||||||||
INHOUD.
|
||||||||
xc. Willem de V geeft kennis van zyh
hoek. beoogd Hmvelyk met frederica so- --------PHiA Wilhelmina. Goedkeuring
van hun Hoog Mögenden en van de byzondere
Geweften. Lyfrenten door Staaten van Hol- land voor haare Koninglyke Hoogheid befiemd. Ondertrouw. Voltrekking des Hwwelyks. 'S Vorstlyk Paar onder den weg begroet. Op liet Huis de Oranjezaal ingehaald en geluk gewenscht. Intreede in 's Gravenhaage. Openbaare Vreugdbetooningen deswegen in den Lande. Gedenkpenningen deezer Ge* beurtenisfe. 't Vorstlyk Paar te Haarlem begroet. Reis door Hollands Noerdlyk Ge- deelte. Water vermaak het Hooge Gezelfchap 9p de Texelfehe Reede aangedaan. In Am- fierdam ingehaald. Vreugdeblyken. De Prins
|
||||||||
VADERLAND SC HE enz. 109
Prins neemt zitting in de Admiraliteit. Zeil- XC^
party op het f. Als Qpperbewindhebber der boe k* Oost- en West - Indifche Maatfchappyen ont- ■ aangedaan < Vertrek uit Amß er dam. Fre- de R IK DE GROOTE Op't LoO. Gouda door het VorstlykPaar en Prins Hendrik
van Pruisfen bezogt. Frederik Wil- lem den Prins van nassau weil- burg gebooren. Gefehil tusfchen Dord- recht en Gornichem over het Stapelregt. Twist te Monnikendam over de Magifiraats- befielling. Gefehil tusfchen de Vroedfchap, Burgemeefteren en Schepenen van 'sGraven- haage. Den Raadpenfionaris van Zeeland de Plaatsbekleeding van Eerfien Edelen ter Admiraliteit door Middelburg betwist. De Aanflelling van den Heer van der par- re dempt dit gefehil. Vordering fan zyne Hoogheid deswegen. Uilvinding der Teken- prentkunst van c. p. van amstel j. c. Haare Koninglyke Hoogheid bevalt van een doo- den Prins. De HeerlykheidMontfoort aan den Prins van oranje afgeflaan. Bezending des Basfas van Tripoli by de Staaten. Jan hop legt het Thefaurier - Generaalfchap der Unie neder, en wordt hier in opgevolgd door PAULUS ADRIAANGILLES.DsÄßfirf-
penfionaris pieter steyn vangt zyn
vyfde vyfjaarigen dienst aan. 't Gefehil we- gens de Wedde van Ferdinand van Collen, als Reprefentant van zyne Hoog- heid by de West-IndifcheMaatfchappy beflist. De Stadhouder maakt een einde aan de twee- dragt tusfchen den Procureur Generaal van Gefc
|
||||
iió VAÖERLANDSCHE
xc. Gelderland en de Magiftraat der Stad Ny-
isoEK. megen, wegens het Lyffiraflyk Regtsgebied. -
Muntweezen. Het Zeeuwfche Genootfchap
der IVeetenfchappeii te Vlisfingcn opgerigt: Het Bataafsch Genootfchap der Proefonder- vindelyke Natuurkunde te Rotterdam, ondanks do tegenpoogingen der Haarlemfche Maat' fchappye, tot ft and gebragt. De Sterfie on- der het Rundvee ontfieekt niet nieuw geweld. Voorzorgen daar tegen in onderfcheide Ge- beften aangewend. Doorbraak in denRhyn- dyk, als mede in den Lingedyk. Bezorging der Noodlydenden. Traage voortgang fats Tiet werk der Rivieren. Overeenkomst met den Koning van Pruisfen' tot herfiel des Rhyn-» dykSi, Dankzeggingen voor haare Koningly- ke Hoogheid wegens de Herfielling van de Kinderziekte. Voorbiddingen voor haar in Zwangerheid: Zy verlost van' eene Prinfes. Zyne Hoogheid oordeelt de llluminatien in 's Gravenhaage en Holland best agtergelaaten, met aanpryzing van Milddaddigheid aan den Armen. Dit voorbeeld in de meefte Geweften. gevolgd. Doopplegtigheid van frederi- CA LOÜISA WILHELMINA, Pilk-
giften en Gefchenken in de Kraamkamer*
Den Prins van nassäu weilbürg eene Dogter, geboot en en een Zoon ontfiorven. Een Maroccaanfche Afgezant verzekert den Staat van de vreedzaame Gevoelens zyns Kei- äers. Handelgefchil met den Keurvorst van de Paltz. Staaten van Holland fiaan voor-% den Handel met diens Staaten voor zes wee- ken op te fchorten. Hunne Hoog Mögenden |
||||
ÏÏISTORIÈ; Ui
heßuiten hiertoe, 't Gefchil bygelegd. De xc-
Staat gerustgefield, wegens de Rusfifche b o e k> Vloot in de Middellandfche Zee. Gefchil —-~ tusfchen de Bewindhebberen der West-Indi- fche Maatfchappye té Amßerdam en de Hoofddeelgenooten in Zeeland, over ds Vaard op EJfequebo en Demerarp Staaten van Holland dryyen dit fiuk hoog* Staaten van Zeeland kanten 'er zich tégen. Gevoe- lens der onderfcheidene Gewefien op dit fiuk. Men fielt voor den Stadhouder tot Scheids- man te verzoeken. Op welk een voet Holland hier in bewilligt. Hoe Zeeland dit toeftemt. Zyne Hoogheid neemt op zich Scheidsman te weezen,- Uit/praak. Nadere fchikkingen hier op gemaakt,- Bezending uit hun Hoog Mögenden en den Raad van Staaten na Zee- land. De Grietslieden en Magifiraaten in Friesland gemagtigd om hunne Procureur Fiscaals af te zetten. Poogingen tot het be- teugelen der Drukpersfe. Ontworpen Pla- kaat tegen Godslafierlyke Boeken en Gefchrif- ten. Daar tegen ingeleverde Verzoekfchrif- ten der Boekhandelaaren doen het agter bly- ven. Het Steedje Bronkhorst brandt ge- deelt lyk af. Inbreuken in de Rhyn- Tsfei- en Betuwedyken in hit Naajaar van MDCCLXX. Watervloeden in 't Voorjaar van MDCCLXXi in Gelderland. Onder- fiand aan de Behoeftigen. Holland me$ Waterwee gedreigd. Verdre gevreesde en ort- dervondene Waterelenden. Ruime Inzame- lingen in Holland ten behoeve der verarmde Gelderfchen. Mindere Wateronheilen deezes Jaars. Schaarsheid en Duurte. Vrees yoor
|
||||
iia VASERLANDSCHE
|
|||||||
XC. voor Pest ziekte, en voorzorgen daar tegen.
boek. De Verzameling van bernard s i è g- ~----— Fried Älbinus door de Bezorgers der
Leydfche Hoogefchoole gekogt. Herman-
NUS NOORDKERKg^. ÄND RIES
GEORGE ECKHART kljgt Octroy V00T zyn uitgevonden Waterfcheprad. Bepaaliri-
gen den Zuikerhandel betreffende. Vrugtloo- ze aandrang van Holland op de verbetering ran het Zeeweezen; |
|||||||
1767. lYJLen hadt geenzins hagelaaten in dè
Willem oegioetingen van den Stadhouder, by zy- ü'e Vgee t ne Meerderjaarigheid eft het aanvaarden zyTbe— ^er hoogaanzienlyke Staats- eh Krygs- pog.1 Hu-Ampten, de werifchen uit te boezemen, *èlyk. dat eerlang eene Egtverbintenis zyn Ge- luk mögt voltooijén. De vervulling dier wenfchen aanfchouwde het tegenwoordig Jaar. Het voorwerp van 's Prinfen keu- ze was Mevrouwe de Prinfesfe frede- RIC.A SOPHIA WILHELMINA Vafl
Pruis/en, ée'nige Zufler van zyne Hoog-
heid, den Prins van Pruisfen , Nigt van Koning FRED ERIK DEN GROOT EN.
's Erffladhouders Geheimraad en Request-
meefter de Baron de larre'y, aan wieh hy het vraagen des Huwelyks aanbevolen hadt, daar in gelukkig geilaagd zynde gaf zyne Hoogheid van deeze eenpaarige Toe- ftemming der Koninglyke Familie kennis aan hunne Hoog Mögenden, en de Staaten der byzondere Geweften; in den Bekend- fhasE-
|
|||||||
HISTORIE.
|
|||||||
*Ï9
|
|||||||
Hiaakings Brief betuigende j, dat gelyk xc.
^ de alleszins voordeelige gefteldheid van b' ö e k.
„ eene Vorftinne , uit een der magtigfte ———
„ Huizen van Europa, met de uitneemend- ijtóf«-
„ fte hoedanigheden begaafd, en met Hem
„ van een en denzelfden Godsdienst b ely-
^ denis doende 3 de vafbe waarborgen wa-
4, ren, die Zyn geluk in deeze Egtveree-
5j niging, zouden verzekeren; zo durfde
s, Hy zieh ook vleijen , dat deeze Zyné
„ Verbintenis , uit hoofde van eene ge-
,, pafte overeenkomst niet de belangen van
,j den Staat, hun Hoog Mögenden niet
„ onaangenaam zou weezen ; en hoogst *
jj derzelver goedkeurende toeftemming-
„ wegdraagen."
Van deeze gaven zy blyk in vyf Brie- Goedkeu*
ven, ingerigt om niet alleen den Erfftad- Pn£ ,van houder voor de Bekendmaaking te bedan- zeve* ken; maar ook den Koning $ de Koningin- \. , ne, de Prinfes Douariere en de Prinfesfe van Praisfen j wegens deeze Huwelyks - verbintenisfe, geluk te wenfehen. Zy be- tuigen onder anderen, in den Brief aan zy- ne Pruisftfchc Majefteit, „ dit HuWelyk „ niet alleen aan te zien als eene Zaak* e, die het hoogfte genoegen moest geeven j' ,'i aan den Prins, Hun z;o dierbaar, en aan „ wiens Huis Zy zo groote- verpligtingen ,j hadden; maar ook als een Band van die „ Vriendfchap j welken Zy zich vleiden ,, dat daar door onverbreekelyk zou ge- ^ maakt worden, tusfchen zyne Koning'' ,j lyke Majefteit en Hunnen Staat," —• De Afgezanten van vreemde Mogenhe-
XXlV. de et. H dcfij |
|||||||
114 VADERL AN DSC HE
xc. den, in "!'s Gravenha'age hun verblyf hou«
boek. deude, kreegen allen van Staatswegen ken-
1267. Dienaars van den Staat buiten's Lands by
eenen Brieve des kundfchap, met last om
'er, daar 't behoorde, bekendmaaking van
te doen. ------- De Heer verelst, Af-
geza nt van deezen Staat aan 't Hof van.
JPrwsfin, ontving, by de overgave der Brie- ven , de hartlykfte betuigingen van deel- neemend genoegen der Vorsüyke Familie,. Waar mede de Brieven in antwoord ge- fchreeven overeenflemden. De Brieven, der onderfcheide Geweften aan zyne Hoogheid ademden niets dan gelukwen- iching en goedkeuring, tyfrente Tot meer dangenoegenbetoon met woor- door Ho/- den, en hartlyk gelukwenfchen, kwamen eer- haareK01" 'anS Staaten vmMottand. By hun was in Hoogheid overweeginge genomen, om, ten blyk van beftcmd, hun volkomen goedkeuring, voor ééns, zyne Hoogheid eene aanzienlyke fomrrie te ver- eeren; doch onderrigt hoe het den Stad- houder aangenaamer zou weezen, dat men een Jaar of Lyfrente , ten behoeve van haare Koninglyke Hoogheid' bepaalde, be- flooten zy, eene Jaarrente van twintig dui- zend Guldens, in een gouden Doos, ter waarde van achttien honderd Guldens, deezer Vorftinne aan te bieden; gelyk by haare aankomst in de Hofplaats, en de ge- lukwenfching, met veel itaatlykheids ge-. fchiedde (*>. De
(*) R'fii- van Holt. 2g Oct 3 Nov. 1767.
|
||||
HISTOR IE. 115
De Ondertrouw van liet Doorlugtig Paar xc
werd, den zeven- en- twintigfïen van boék. Hooimaand, op 't LuStflot Charlottenburg —«— voltrokken. Het behaagde den Koning die 1767. Plegtigheid zelve te verrigten. Het Hof Onder- was op 't feestftaatlykst uitgedoscht: De trouw» Prinsfen eri Prinfesfen van 't Koninglyk Huis bevonden zich in een byzonder ver- trek. Ineen ander, naast het zelve, waren dB Baron de Larrey,de Heer verelst en eene menigte zo van Staats- en Buiten- landfche-Minifters, als van verdere Per- foonen van den eerften Rang. Zyne Maje- fteit hadt den Heer verelst genoodigd om de Plegtigheid by te woonen, en deedt/ in 't vertrek der Koninglyke Familie geko- men, eene korte aanfpraak, ontving ver- volgens van de Prinfes-Bruid haar Ring^ ryklyk met Gefteenten omzet, voor den- Prins haaren aanftaanden Egtgenoot ,■ eri van den Baron de Larrey, dien varr zyne Hoogheid. Hy verwisfelde die beide- Ringen ftak dien van den Prins -Bruide'gorrf aan den vinger van haare Koninglyke Hoog- heid, en ftelde dien van de Prinfesfe den Heere de Larrey in handen. Dé* Koning wenschte, dat verrigt hebbende ,- onder eene tedere omhelzing, zyne Nigtë geluk, en werd daar in gevolgd door de? Koninglyke Familie, en alle de aanweezërtdé' Stäätsdienaaren. De Heer de Larrey boodt het Afbeeldsel vatï zyne Hoogheid^ ryklyk met brillanten omzet,' der Vorstly- ke Bruid aan, die hem het Haare, deSge'Ä lyks met brillanten verrykt, voor detß H z Prins., |
||||
ti6 VADERLANDSCHË
xc. Prins ,• haar en Bruidegom , overhandig*
ïsoEK.de. -------- Het Vorstlyk 's Gravenhaage ontving*
1767. onder veel Eer- en Vreugdbetooiis, den
Voltrek- Erfftadlioiider, toenhy, vóór zyn vertrek king des na'Pruis/en , eene keer derwaards deedt. .,kuswe" Naa het tekenen der Huwelyks Voorwaar- "'"" den, door de hier toe Gevolmagtigden, ¥Jng zyn Hoogheid de Reis aan, en kwam den. eerften van Wynmaand te Potsdam, waar de Koning hem met alle blyken van genegenheid ontving ^deeze genoot hy ook te 'Berlyn, werwaards hy zich met het Hof begaf, en zyne Majefteit, daags voor den Trouwdag , de hand zyner Nigte in die van haaren Prinslyken Bruidegom lag. —-— Staatlyk en luifterryk , was het geheele Hof, byde Huwelyks Inzegening, op den vierden van Wynmaand, verrigt door den Heer sack, Opper-Confiftoriaal Raad en eerften Hof prediker van zyne Majefteit. Zyne taal drukte de hooge gevoelens uit, die hy koefterde van eene Prinfes, door. hem „ Pruisfens fchoonfte Kleinood" ge- heeten, als mede van den Vorstlyken Brui- degom, „ Oranjes fchoonfte Bloed" ge- noemd : van zyne lippen vloeyden de hart- lykfte zegebeden over het Dooilugtig. Paar. — Onder het verwisfelen der Rin- gen werden, ter aankundiging twaalf Stuk- ken Kanon in de Tuin van 't Koninglykflot geplaatst, drie keeren afgebrand: waar op de Koning, de Koninglyke Familie, en alle Perfoonen van Rang by de Plegtigheid te- genwoordig, hunne Gelukwenfchingen uit* ftort-
|
||||
HISTORIE.
|
|||||||
117
|
|||||||
ftortten. Een pragtige Maaltyd, gevolgd xc.
van den gebruiklyken Fakkeldans, befloot boek. den Trouwdag van het Vorstlyk Paar, door
hünne Majefteiten, de Prinsfen en Prinfes- l^o'f.
fen na 't Huwelyks bedde geleid. De weinige dagen, die de jonggetrouw- 't Vorstlyk
den te Berlyn doorbragten werden in ver- Paar onder; lufligingen en vreugdebedryven gefleeten. den weg Teder was het aftcheid. De Prins van * Pruisfen, en de geheele Vorstlyke Bruns* •wykfche Familie, deedt hun uitgeleide tot het Lustflot Vechelde. De Graaf van wassenaar oBDAM ontving het hoo^ f e Paar op het Huis Twikkelo , waar de
lertog van erunswyk, uit 's Graven*- haage na 't Loo getrokken s om hunne Hoog- lieden te verwelkomen, hun op het aange- naamst verraste. Te Deventer was alles in gereedheid gebragt om den Stadhouder, met zyne Egtgenoote, in te haaien, te begroe- ten, en op de reis na 't Loo ververfchingen aan te bieden. Dit Lusthuis, fraay verlicht ontving de nieuw Getrouwden, die 'er tot den negen- en- twintigften van Wyn- maand vertoefden. De Steden Utrecht, Woerden en Leyden, op den weg na 's Gra- venhaage doorgetrokken, zogten elkander' in Eer - en Vreugdbetooningen de loef af te fteeken, en waren deeze niet minder dan in Lentemaand des voorgaanden Jaars. De Hertog vanBrunswyk en de Prins van Op de O«
Nasfau Weilburg, wagtten in 't Huis de ^nje{~ _ Oranje-Zaal, de nieuwGetrouwden op,die gehaald êiv 'er den dertigften van Wynmaand aankwa- geiukge- ffien. Van den volgenden dag af, tot den wenscht, H 3 ze- |
|||||||
u8 VADERLANDSCHE
|
||||||||||||||||
xc. zevenden van Slagtmaand, waren de hoo-
b'oek. ge Staatsvergaderingen, en de laagere, die
------- in 's Grayenhaage vergaderen, als mede de
1767. Gezanten der vreemde Mogenheden, de
Magiftraat der Hofplaatze, en de Kerkly- ken, bezig om het Vorstlyk Paar te be- groeten en 's Hemels Zegen toe te bidden. Alles haakte intusfchen na den negenden dier Maand, beflemd ter ftaatlyke Intrede van hunne Hooglieden, om welke grootsch en luifterryk te maaken alles zich vereenigd en men een toeftel vervaardigd hadt van Ee- repoorten , die, in fraayheid van Vinding en fchoonheid van Schilderwerk, voor geene immer hier te Lande vertoond behoefden tewyketi. |
||||||||||||||||
Intrede
in 's Gra- venkaage.
|
||||||||||||||||
Het losbranden van één- en- twintig
Stukken Gefchuts kondigde den Dag der |
||||||||||||||||
Intrede den Ingezetenen der Hofplaats
aan. Het Krygsvolk en de Schuttery ver- zamelde vroegtyds op de bepaalde plaat- zen, om den Vorstlyken Trein van de Oranje - Zaal, na het Stadhouderlyk Kwar- tier te vergezellen; of onder den weg, in |
||||||||||||||||
de voornaamfte Straaten, te begroeten.
|
Op
|
|||||||||||||||
den voortocht, uit Krygsvolk en Hof bedien-
den te paard beftaande, volgden acht Koet- zen , ieder met zes paarden befpannen, de vyfde, waar, in het Doorlugtig Paar zat, werd voorgegaan en gevolgd , door een onderfcheiden ftoet van meer en min aan- zienlyke Hof bedienden, Lyfwagten, en de Trein door twee Esquadrons Guardes Dragonders beflooten. Deeze door de pragtige Eerepoort van de Magiftraat ver- ■ *" " '..':' vaar- |
||||||||||||||||
HISTORIE.
|
|||||||
tit)
|
|||||||
vaardigd rydende , verwelkomde dezelve xc.
hunne Hooglieden, tervvyl de in ryen 'ge- boek. fchaarde Schuttery, onder het roeren der-----—
trommen, hun begroette. Geduurende 1767.
dien optocht, onder den toevloed eener ongelooflyk groote menigte aanfchouweren van heinde en ver gekomen, om dien by te woonen , werd het kanon losgebrand, en dit gebalder vervangen door 't gelui en het fpeelen der klokken. -- Groot en kost- baar waren de toebereidzelen om den Nagt, op dien Dag volgende , door een gloed van Kunstlicht r als in een dag te herfchep- pen, en elkander voorby te ftreeven in ver- lichte Schilderftukken en Opfchriften tot deeze heuchlyke Gebeurtenis betrekkelyk. Een fterke wind, 's naamiddags ontftaan, dreigde het genoegen, 't welk men zich met grond van zo veel toeftels beloofde, te zullen ftooren; en kwam die ftoorenis met de daad. Die wind aanhoudende, bluschte de Verlichtingen van den Tooren der groote Kerke, van de beide EerePoor- ten , van het ganfche Muurwerk langs den langen en korten Vykerberg , van het Ei- landje in den Vyver,: 't welk een heerlyke achtkante zaal vertoonde, van de Hotels van den Hertog van Brumwyk, den Prinfe van Nas/au Weilburg, en verfcheide buiten - landfche Gezanten, en van de Huizen van veele andere Lieden van Rang, die een verrukkend gezigt zouden hebben opgele- verd, zodanig uit, dat zeer weinig gedeel- tens van dezelve eenig zweemzel vertoon- den van de eierlykheid, welke de kunst H 4 daar |
|||||||
i*> VADERLANDSCHÉ
|
|||||
xc. daar aan hadt meenen by te zetten. Men
Boek. beiloot deeze grootendeels mislukte Illumi- ------- natiën, weinig dagen daarnaa,te hervatten;
1767. wanneer een gunftiger weer en wind toe-
liet dat ze zich in voller luider- konden yertoonen. ppqnbaa- De openbaare Vretigdebedryven , waar re Vreug- mede de Regeeringen en Ingezetenen van nineen°~ -e Vereenigde Geweften hui ne blydfehap deswegen over deeze hooge Egtverbintenisfe, zo op gehouden, den dag der Voltrekkinge als op dien der Gedenk- jntrede van hunne Hooglieden in 'sGra- gen""1" venhaage betoond hebben, op te haaien loopt buiten ons plan: wy hiaaken ons aan geene grootfpraak fchuldig met te vermel- den, dat 'er geen Dorp geweest is, of tuen vierde den Dag op welken willem van Oranje zich aan wilhelmiba van Prukfen yerbondt. -----r Ook is dezelve
vereeuwigd door Gouden en Zilveren Ge-
denkpenningen, van onderfcheide Maakers, die in keurigheid van werk en gepastheid van zinnebeelden, met elkander om den voorrang dingen (*). $768. Een gouden Gedenkpenning op dit Hu- welyk werd, in 't volgend Jaar, door den Erfihidhouder, aan den Baljuw en Bürge-. Ttieefteren van 'sGravenhaage, onder 't ont- haal op een pragtigen Maaltyd uitgedeeld; en vervolgens aan de andere Heeren der Regeeringe van de Hofplaats ter handge- fteld j en werd een Zilveren, pp. den zelf- " den
(*3 N: Nedtrl. J-aari. 1767. bl. 1273 -1300.
^331-1350- ''•"" ' -'■■> |
|||||
HISTORIE. lAi
den ftempel geflaagen, niet alleen aan de xc.
Officieren, der Schutterye, maar ook aan bobk, alle Schutters en Brandmeefteren gefchon--------
ken (*). — Een en ander Speekeisje van 1768.
hunne Hooglieden maakten dit Jaar ge- denkwaardig. De Dagpapieren en byzoi-w dere Befchryvingen van het daar by vooi> gevallene in eenige Steden en Plaatzen, draagen getuigenis van de Eer en Vreugd- betooningen, het hooge Reisgezelfchap aangedaan, wy mogen niet meer doen dan het voornaamfte aanftippen. Haarlem, wervvaards de Bloeityd der 'tVorstlyk
Hyacinthen 's Jaarlyks eene menigte van ^ar,te Menfchen lokt, om 't oog te onthaalen op begroet! een Bloemgezigt nergens in die uitgeftrektr beid, juistheid en fraayheid aan te treffen, 't welk zich ruim ter helfte van Grasmaand doorgaans in volle heerlykheid vertoont, mögt het Doorlugtig Paar, op den zes - en- twintigften dier Maand, eerst in de Bloemifteryen der voornaamfte Bloemiften, en vervolgens in haare muuren ontvangen. Buiten de Stad van wegen de Regeering door Burgemeefteren begroet, bezagen zy die pragtige vertooning der wederont* luikende Natuur: en reeden met hun Ge- volg, in vier koetzen met zes paarden be- fpannen, door Dragonders begeleid, ter Stad in, door de in de wapenen gefchaarde Bur- gery, ontvingen ten Huize van den Bürge« meefter mattheus willem van val«
C*0 N. 'jSTtdtrt. Jaarh. 1768. W. 324.
H 5 |
||||
ia» VADE1LANDSCHE
xc. valkenburg, waar een ontbyt hun
boek. wagtte, de Begroetingen der Regeeringe, -------- der Officieren van de Burgery, enderPredi-
1768. kanten van de Neder duitfcfie en Walfche
Gemeentens. De eerfte Drukken van J-AURENS koster, op welke die Stad , met zo veel regts , roem draagt, vertoonde men aan hunne Hoogheden. Het heerlyk Orgel in de Groote Kerk liet zich, terwyl zy deeze bezagen, door een kunstryke hand geroerd, hooren. Gelyk het Kanon van de Wallen gelost en het Klokkenfpel de aankomst aangeduid hadt, herhaalde men dit beide , toen het Reis- gezelfchap , met twee binnen trekjachten, na 'sGravenhaage te rug keerde.. Reis door Een uitgeftrekter Speelreisje, in't laatst Hollands van Bloei- en 't begin van Zomermaand, Gedeeke ^oor '£ Vorstlyk Paar gedaan , verfchafte eenige Steden en Plaatzen gelegenheid om 't zelve, elk op zyne wyze, te vereeren. - TFasfenaar, Katwfk en Noordwyk mogten eerst dit Bezoek genieten; Overveen, op de Lustplaats van den Amfierdamfchen Burge- meefter gualteru>s petrus bou- üaan, hunne Hoogheden ten Middag- maal onthaalen, en Beekeßcin, in 't verruk- lyk fchoon Kwartier van Velzen, den Heer jacob BOREEL jANSz., Raad én Advocaat Fiscaal in 't Collegie ter Admi- raliteit van Amflerdam toebehoorende, hun- ne Hoogheden ten nagtverblyve dienen. — Alkmaar had zich gereed gemaakt om, op de plegtigfte wyze, het hooge Gezelfchap te ontvangen. Onder 't losbranden des Ge-
|
||||
HISTORIE,
|
|||||||
123
|
|||||||
Gefchuts, door de gewapende Burgery bin-
nen gereeden, en op 't Stadhuis begeleid, begroette de Hoofd Officier rutgeru s paludanus hunne Hooglieden; en 1768. werd daar in gevolgd, door de Officieren van het daarliggend Krygsvolk, als mede door de Gereformeerde en Lutherfche Predi- kanten, ook hadden de Officiers der Bürget rye gehoor. Te Alkmaar ftaatlyk uitgeleid zette het Waterver-
Reisgezelfchap de reis voort na Hollands maak op Noordlykften Uithoek, de Helder, om op Y\^ïi de Texelfche Reede, een Watervermaak te hethoogV neemen, 't geen van wegens de zonder- Gezel- lingheid eene eenigzins breeder befchry- fchap aan- ving vordert. De Batteryen, by Kykduin ge aan" en op 't Strand geplaatst, begroetten met Eerefchooten het Vorstlyk Paar, verge- zeld van den Hertog van Brunswyk , en een maatig gevolg van Hofftoet. Vyf Oorlogfchepen, waar over de Vice Admi- raal roemer VLACQ het gezag voer- de , lagen op de Reede, benevens zeven Admiraliteits Jachten. Zo ras hunne Hoog- lieden op een dier Jachten kwamen, woei de Vlag van den Admiraal Generaal van 't zelve; de Oorlogfchepen begroetten deeze met één - en - twintig fchooten, met twee- en- twintig fchooten van de Battery by het Jacht bedankt. Als in een oogenblik waaiden Van alle de Oorlogfchepen te ge- ïyk de Vlaggen van alle bekende Volken: welk vreemd,doch aartig gezigt tot zonne- ondergang duurde, wanneer die flodderen- de Vlaggen, zo fpoedig als ze ontrold wa- !.....' ren, |
|||||||
i<>4 VADERLANDSCIIE
|
|||||
xc. ren, weder werden ingehaald. Alles was
Boek. in gereedheid om de Schepen in den avond -------- op 't heerlykst te verlichten ; doch , ter
176%. oorzaak van den fterkenwind, werd men
te raade dit agterwege te laaten. ------ De
Vice Admiraal 's avonds bevel gekree-
gen hebbende van 's anderen daags 't Ge- zelfchap na Texel te brengen , vervoegde zich in den vroegen morgenftond na 't Jacht, waar in de Hertog van Brunswyk overnagt hadt, en werd, kort daar op het Jacht, 't geen ten Nagtverblyf van hunne Hoogheden diende, by het Admiraal Schip de Phenix gebragt, zo dat zy ontwaakende zich reeds voor 't zelve bevonden. Aan boord getreeden waaide de Vlag des Admi- raal Generaals van 't zelve, alle de Sche- pen deeden een welkomst groete uit het gefchut, en gingen met de Jachten onder Zeil. Onder het Ontbyt zag het hooge Ge- zelfchap de Schepen verfcheide verrigtin- gen doen, zo in 't zeilen, als in 't feinen, aan boord leggen, en jagtmaaken op een invallend Oorlogfchip. Aan boord van Ca- pitein van reynst hadt voor eenige weeken een Matroos zyn Makker een fteek t^egebragt, en zat deswegen gevangen. Men voerde den ichuldigen na 't Admirali- teits-Schip, waar deKrygsraad, in welken zyne Hoogheid voorzat, hem ter Kielhaa- ling veroordeelde ; doch bekwam" hy, te deezer gelegenheid, uit monde van den Vorst, vergiffenis deezes misdryfs. Een Koopvaardyfchip, verzuimd hebbende zy- ne behoorelyke Vlag te laaten waaijen, werd
|
|||||
HISTORIE.
|
|||||||||
125
|
|||||||||
werd door een Kogel van het Admiraalsj xc.
Schip daar toe genoodzaakt. Uit het zei- boek. ve begaven zich hunne Hoogheden, den--------
Texelfchen wal genaderd zynde , in het 1768*
Jacht, om op dat Eiland de Battery, en ee- nige andere zaaken te bezigtigen. Van de- zelve brandde, by 't aan land flappen, het Gefchut los , de Dorp Klokken luidden* de Schepen vlagden, de lugt weergalmde van'vreugde geroep. Vreemd was het dat de verwelkoming, uit naam van Baljuw, Burgemeefleren en Schepenen deezes Ei- lands , in zeer welgepaile en fchoone ver- zen gefchiedde; doch die bevreemding verdwynt als men weet dat de Heer bal- thazar HUIDECOPER. Oudfchepen van Amflcrdam , Baljuw van Texel, die verzen vervaardigd en zyne Eilanders die heufche Groetenisfen in den mond gelegd hadt (*-). Het Doorlugtig Gezelfchap , wel vol- Ampr-
daan over dit alles , keerde na de Lust- ^?"1 maakt plaats Beekefiein te rugge, om naa een Dag fèed^m rullens, en het bywoonenvan den openbaa- het Vorst- ren Godsdienst, in de Kerk te Felzen,. op lykPaar te 't woeligst tooneel, in 's Werelds Koop- ontvm~ ftad, te verfchynen. In deeze Stad repte gen* elk de handen om tegen den dertigften van Bloeimaaad in gereedheid te hebben wat kon dienen om hunne Hoogheden, by de hoogdeEere, het meefle Vermaak, geduu- ren-
|
|||||||||
(*) Medegedeelde Bengten. N.Nedert Jaarb.
%j6%. bl. 395, 691. |
|||||||||
126 VADERLANDS CHE
xc. rende het verblyf daar ter Stede, aan té
boek. doen. Het Stadshuis nooit tot zulk een —■—* einde gebezigd, was, om, dit hooge Paar i?6B. te huisveften, binnen weinig weeken, zo- danig veranderd, dat het in een ruim en aanzienlyk-Hof hervormd fcheen. — De meefte Kamers, tot de aanzienlykfté Stads- vergaderplaatzen gefchikt, werden tot ee- nig Hoflyk gebruik beftemd , en, naar eisch , mët kostlyk Huisraad opgepronkt: De Hofftoet, die uit omtrent honderd Per- foonen bellaan zou, kon in 't Stadshuis niet wel geborgen worden , voor deezen be- fchikte men andere voeglyke vërblyfplaat- zen, naar den rang der Perfoonen. Dé Heeren van den ti-eregte droegen , by tyds, zorge om, door heilzaame Waar- fchuwingen, Schikkingen, en ongewoone .Bepaalingen over 't gebruik der Straaten, alle wanorde, verdringing en ongelukken, als mede om de gevaarlyke gevolgen van. onverhoedfchen Brand te voorkómen. Des- gelyks beraamden de Collonellen de Orde aan welke zich de SchUttery, by de plegti- ge Intrede, moest houden. Jn Amfiev Op den befteftiden dag verliet het Vorst- dam inge- lyk Paar, in den morgenftond, het aange- haald. naam ßeekeßem , en vondt by het Tolhek Op den Haarlemmerweg At Staatfie koetzen' gereed. Daar in overgetreeden, bereik- ten zy Stadsgrondgebied niet of het los- branden des Gefchuts van de Wallen en het luiden der Klokken , gaf hier van kund- fchap aan de Inwoonderen.. Twee Secr&- trarisfen daniel hooft én piet er |
|||||
ci-
|
|||||
III STÖR IE.
|
|||||||
127
|
|||||||
CiPRiAAN tbstart Verwelkomden xc.
hunne Hoogheden. Dit werd binnen de boek« Stad by de Slagboom, aan 't begin van -------
den Haarkmmerdyk herhaald, door de twee 1768.
jongfte Heeren Schepenen joanfrede- rikd'orville, zacharias ben- rik a l e w yn , den Penfionaris engel- bert FRANCOIS VAN BERCKEL, en-den Secretaris cornelis g raaf-
eand by monde van den Penfionaris van BERCKEL. Om deeze Begroeting, als mede die der Collonellen te dier plaat- ze te ontvangen, was zyne Hoogheid uit de Koets getreeden. Hier op volgde een tweede begroeting met het Gefchut. Door de Bur- gery, ten getale van zes duizend en ruim drie honderd man, op 't best uitgedoscht, langs de Haarlemmer- en Niemvendyken, tot aan het Stadhuis gefchaard, kwam de ftaatlyke Trein, voor dat ten hunnen dienfte gefchikt verblyf. Ten derdemaale brandde men 't Gefchut los; 't Gelui der Klokken werd door het Klokkenfpel ver- vangen , en dit weder door een Choor Muzikanten , die met keteltrommen, en trompetten van. het bordes der Stadswage een keurlyk Veldmuzyk lieten hooren.. By het in leiden en op treeden hief een an- der Choor, op de groote Zaal, een tref- felyk muzyk aan. In de Raadkamer ver- welkomde de Hoofd - Officier izaak s. w e e R s, het Vorstlyk Paar uit naam des Magiflraats. De Heer en van den Geregte^ ende Oudburgemeefters, voor zo verre zy geen Vroedfchappen waren, vertrokken, |
|||||||
ï*8 VADÉRLANDSCHÊ
xc. die tot de Vroedfchap behoorden vergader-
jB o EK. den, en verzogtèn gehoor; wäär in de "-*-—Penfionaris van berckel, van wegen i?68, de Vroedfchap, het verwelkomend woord voerde. Eene en andere Aanfpraak beant- woordde 2yne Hoogheid toet betuigingen vari zyne onwankelbaare gezindheid om de welvaard van déezen Staat, en van Amfter- dam in 't byzonder, naar zyn uiterfte ver- mogen, te bevorderen. Vervolgens ver- leenden hunne Hooglieden gehoor aan het Collegie der Admiraliteit, aan de Bewind- hebberen der Oost- en West - Indifche Maat- fchappyen;aan de Directeuren der Sociëteit van Surinamen; aan bet ganfche Lichaam der Kooplieden, verbeeld door eenigen daar toe uitgekoözene Heeren van de aanzien- lykfte Koopkantooren, met den Heere Hendrik bikker aan 't hoofd; aan de Collonellen, aan het Gollegie van den Levantfchen Handel, en eindelyk aan de Leden van den Gereformeerden Nederduit- ycÄc«Kerkenraad,als mede aan die der WaU /che, Engelfche en RemonfirantfcheKevken. ' De Afgezondenen der Luterfche, Doopge- Xinde en Roo'mfche Gemeenten, benevens die der Joodfche Synagogen, werden, daar de tyd te verre verloopen was, tot een anderen dag uïtgefteld, op welke zyzich ook van hunne eerbiedenis kweeten. Een gezelfchap uit omtrent zeftig Perfoonen be- ftaande woonde den Middagmaaltyd by;- de groote Zaal fchonk in den avond een allerfchoonst Concert, waar zich de be-- vallige Stemmen van een ItatiaanfchenZzn.- ger
|
||||
HISTORIE.
|
|||||||||||||
129
|
|||||||||||||
geren twee Italiaanjbhè Zangeresferi tus- xc.
fchen het geluid van veelerlei Speeltuigen boe k» lieten hooren. , -------- Onder dit alles was het uur gekomen op 1^68.
't welke alle Huizen van jdmßerdam, op Vreugde weinig minder dan dertig duizend geteld, bl>'ken» volgens eene Waarfchuwing der Regeerin- ge, moeften verlicht worden. De Open- baare Gebouwen, en boven al het Stads- huis , ftaaken in die algemeene Verlichting toet onverdoofbaaren glans uit; de T00- ren van dit grootsch Gebouw eri de Voor- gevel leverden een allerverrukkendst. gezigt öp, een luifterryke Zon in 't midden van duizenden van lichten .flikkerende, maakte eene vertooning die alle befchryving over- trof.' Hunne. Hooglieden bezagen., met een aanzienlyk Gevolg $. vergezeld van Heeren en Dames uit de Regeering, deeze Verlichting, deels de Stad door ryden- de, deels in Jachten vaarende, om, naar de plaatslyke gelegenheid j alles op de best mogeiyke wyze .te zien, en te dee- len in de vreugd , die längs de krielen- de Gragten en Straaten groot en klein ver- Vulde; |
|||||||||||||
De Priné
neemt |
|||||||||||||
Den volgenden dag nam zyne Hoogheid ^
|
|||||||||||||
als Admiraal Generaal, Zitting in het Ccile- gitting -m
gie ter Admiraliteit, öp 't flaatlykst der- de Kdmfr waards begeleid, ontvangen, én begroet raiiteit. v, toet eene Aanfpraak van den Voorzitter ZeilPa"? MARIUS ANTHONY CAREU VAN
Boerst, tot borgel. ------— Hejt
gfoot Jacht van de Admiraliteit met dé
XXIV. ©Eel. I twee' |
|||||||||||||
130 VADERLAND SC HE
xc. twee Jachten der Oost - Indifcbe Maatfchap»
8öEK. :pye lagen gereed om een Zeiltogtje op 't T -*-—- te doen : op deezen verdeelden zich de 1768. Heeren van de Admiraliteit, dien dag de Gastheeren van het hooge Gezelfchap. De Standaard van de Admiraliteit werd op- geheefen op het groote Jacht, 't welk hunne Hoogheden voerde, en begroet door het Oorlogfchip de Triton. DeKoopvaar- dyfchepen, op Stroom en in de Laag lig- gende , vuurden en vlagden om ftryd. Het Koop-, Scheep- en Handelryk Zaandam "was de bedoelde plaats van de Zeilparty; de Baljuw van blois, de Regenten en Kerkenraaden van West- en Oost-Zaan- ■dam, verwelkomden het Vorstlyk Paar, 't Welk met den Stoet het merkwaardigfte van, die aanzienlyke en na aan elkander verwan- te Dorpen bezigtigden. Een wakkerende wind voerde de Jachten, onder 't houden Van denMiddagmaaltyd, de Zaan uit, het ¥ door, de Stad voorby, na den mond van 't Pampus tot aan de Durgerdammer Vuur^ tooren. T en Zaan krielden van Jachten , Boeijers, Zeilfchuiten, die deel aan dee- ze verluiligende Waterparty namen. De Oost-Indifche-Werf begroette de Jachten onder 't voorby zeilen met Eerefchooten. -'t Oorlogfchip de Triton, fraay verlicht, op Stroom liggende, verrukte de hooge Zeil- genooten, terwyl zy in'tvóór ankerliggend Jacht den Avondmaaltyd hielden , en tot overmMdernagt dien dag rekten. |
|||||
> Als
|
|||||
HISTORIE.
|
|||||||
131
|
|||||||
Als Opperbewindhebber der Oost-Indi- xc.
/che Maatfchappye nam 's anderen daags boek. zyne Hoogheid Zitting in het Oost-Indi- •- [che Huis, in die hoedanigheid verwel- 1768. komd door den eerften Advocaat corne- Neemt lis van der hoop: 't zelfde deedt Zitting by -vervolgens de Advocaat der West - Indifche ^jfSj-^. Maatfchappye op het West - Indifche Huis; difthe wanneer zyne Hoogheid daar de plaats van Maat- Opperbewindhebber dier Compagnie be- fchaP~ kleedde. pyen' Een luifterryk Cour op de Zaal van 't Vermaan
Stadhuis, waar by alle Heeren van de Re- vorstiyk geering en derzelver Vrouwen j andere voor- Paar aan-» naame Burgers, Ingezetenen en Vreemde- gedaan* lingen zelve, gelegenheid hadden van hun- ne Hooglieden te zien, en hun hof by de- zelven te maaken, gevolgd van een groote Maaltyd, bragt dien dag ten avond, welke gefchikt was om ten Schouwburg te gaan, Een prachtig gevaarte in dezelve bouwkun- ftig vervaardigd, beftaande in een groote Vorstlyke Tent, van boven koepelswyze gedekt, cierlyk verguld, en in de ope* ningen van vooren behangen met roode flu- weele gordynen, omzet met gouden kan- ten en franje, wagtte op de tegenwoordig- heid dier aanziènlyke Perfooaadien 9 die niet eene grootfehen ftoet derwaards ree- den. By het openen van 't gordyn aan- fchouwden zy het Tooneel het Zonnehof, Waar in de beroemde Toneelfpeeler jan punt, eene Aanfpraak aan hunne Hoog- lieden en de verdere Regeer ing in Dicht- regelen uitïlortte. Een Treur - en Klugt- I 2. fpelj |
|||||||
132 VADERLANDSCHE
xc. fpel, voorgegaan en gevolgd van een Bal-
is o e K. let hielt het hooge Gezelfchap tot Midder- --------nagt bezig.
1768. Een groot gedeelte van den volgenden
dag werd befteed in het bezigtigen van 't geen de^«//e//?öialsKoopvorftinne doet uit- munten; het in 't water loopen vaneen vol- timmerd Oost-Indifch Schip ,■ was bewaard om het Vorstlyk oog op dit bewonderens- waardig ftuk der Werktuigkunde te onthaa- len. — Men hadt den Avond bepaald tot het Vreugdefeest en 't uitmuntend Bal in de Zaal van 't Stadshuis. Op 't zelve ver- fcheenen, behalven de Vorstlyke Perfoo- nadien, ter welker Eere het Feest was aan- gelegd, de Prins van hessen, verfchei- de Vreemdelingen van Rang, als de Prins van LAMBAiSE, Groot-Stalmeefter varr Frankryk, de Marquis del puente f u er te, Afgezant des Korüngs van Spanje by onzen Staat, benevens andere Grooten en Heeren van aanzien, uit on- derfcheide Geweflen deezer Landen her- waards gevloeid, de Leden der Regeerin- ge van Amfierdam, derzelver Vrouwen en Kinderen , en een groot getal der voor- ïiaamfte Ingezetenen, met elkander een ge- tal van ruim elfhonderd Perfoonen uitmaa- kende, allen op het kostbaarfte uitge- dosclit, fchitterende van Edelgefteenten, een verftommenden rykdom en luifter ten toon fpreidende, in eene Zaal door meer dan zevenduizend lampen, zo verrukkelyk verlicht, dat 'er aan de fchoonheid en orde jtoi 't Gebouw, door zo veel lichts niet te kor*
|
|||||
f
|
|||||
HISTORIE:
|
|||||||
£33
|
|||||||
kort gedaan werd, maar dat dit fterke licht xc.
zelve, en de byzondere kleuren der lam- boek,. pen, door elkander gefchakeerd, de even—------■
redigheid en kunst van alles te treffclyker 1768.
deeden uitkomen. De Dans begon ten tien, en eindigde omtrent één uuren, wel-? ken tyd, die niet danften, noch zich met het aanichouwen van den Dans verkoozen te vermaaken, met het Kaartfpel doorbrag? ten. Hunne Hooglieden, derzclver Ge- volgde Gastheeren en, de aanzienlyke Ge^ noodigden, begaven zich ten Maaltyd in de Schepenskamer, het overige Gezelichap in de Gaanderyen daar groote en kleine tafels gedekt ftonden, Naa den Maaltyd werd de Dans hervat. Wanneer omtrent drie uu- ren hunne Hooglieden vertrokken, zweeg, op een gegeeven teken, de Muzyk, het dans* fen hieldt op, en het Gezelfchap fcheidde in alle ftilte. De aatfte dag des verblyfs befteedden
hunne Hooglieden in 't bezien van nog on- beziene Geflächten, van 't beroemd Kabi- net des Heeren o. braamkamp. De Jooden, zo Portugeefche als Hoogduitfchc ? hadden hunne Synagogen van binnen fraay vercierd, de Rabbis boezemden hunnen Zegen over den Vorst en Vorftinne uit als zy in die Kerken getreeden waren. Naa het houden' van den Maaltyd, met keur van aanzienlyke Gallen, werd 's avonds de Schouwburg nogmaals bezogt, eenBly- en Klugtfpel, met een Ballet tusfchen beiden, voerde men thans ten tooneele. Hadt de geroemde Tooneelfpeeler jan punt de |
|||||||
I ■■ ■. ■ I
|
|||||
134 V ADE RL AND SC HE
xc. eerfte keer met eene Aanfpraak het Too-
B o e K. neelvermaak geopend , zyn niet min be- ■-------roemde Mededinger in het Treurfpel, de
1768. bejaarde izaak duim, floot thans 't
Zelve in 't Zinnebeeldig kleed van 't Schouw- burg , met eene Dankzegging in Dicht- maat. Verrek Op den vierden van Zomermaand, den uit Am- dag tot net vertrek beflemd, 'kwamen de fisr am, zeßjg Burger Compagnien vroegtydig in 't geweer, en fchaarden zich langs den weg, dien 't Reisgezelfchap zou neemen van den Dam af tot de Utrechtfche Poort. Die van den Geregte, en anderen, benoemd om de Affcheidneeming by te woonen en 't Uit^ geleide te doen, verfcheenen op 't Stad- huis. De Hoofd - Officier fprak het Vaar- wel uit. De Prins en Prinfes betuigden op 't fterkst hun hoogfte genoegen over de wyze waar op zy van Stadswegen, ontvan- gen en onthaald waren. Het uitgeleide gefchiedde met een aanzienlyken trein van Koetzen tot buiten de Utrechtfche Poort, waar hunne Hooglieden, uit de koets ge- treeden, het laatfte affcheid van de Heeren der Regeeringe namen onder herhaalde dankbetuiging. In de Jachten gegaan, en na de Weesper zyde des Jmflekoveigeiloo- ken zynde, hoorde de Stad de affcheid groe- te van 't Gefchut der Eatterye omtrent de Utrechtfche Poort. ------- Burgemeefters
hadden den Prins, kort naazyne aankomst.,
verzogt, om, zo lang hy de Stad met zy- ne tegenwoordigheid vereerde, hetWagt- woord te willen geeven aan den Hoofd- Of-
|
|||||
HISTORIE. iS$
Officier van 't Guarnifoen, die de Wagt ftondt xc.
te hebben. Het werd, door deezen, be- boek. kend gemaakt aan den Voorzittenden Bürge—■------
meefler, op wiens last het, volgens ge- if68.
woonte, door den Woordfchryver, aan de Capiteinen der vier Compagnien Burgers, die eiken nagt waaken moeften, werd rond- gebragt. De Hertog van Brunswyk woonde alle
deeze Eer - en Vreugdbetooningen in Am-* fier dam by; dan, gelyk hy, om, zonder Staatfie ontvangen te worden, op den dag der komfte, 's morgens vroeg derwaards was gereeden, en, onder 't naderen van hunne Hoogheden, uit het Huis des Heeren BOREEL, zich na het Stadhuis vervoegd hadt, waar Burgemeefters hem beleefdlyk ontvingen, zo vertrok hy, op den dag des Affcheids, in den vroegen morgen, in ftil- te na 's Gravenhaage. Burgemeefters betuigden, by de weder-
komst op 't Stadshuis, hun genoegen aan de Collonellen, wegens den betoonden yver en goedwilligheid der Schutterye, by't in- haalen, vergezellen, bewaaken en uitleiden van hunne Hooglieden. ------ Zy lieten
vervolgens Zilveren Gedenkpenningen
vervaardigen , die van drie onderfcheide Grootens aan de Hoogere en Laagere Offi- cieren en aan alle wagtgehouden hebbende Schutters, tot een altoos duurend aanden- ken , werden uitgedeeld (* ). Groot was on-
C*) UT. tfederl. Jaarb. 1769. fel. 34a
I4 |
||||
«■MMMMM
|
||||||||
S36 VADERLANDSCHE
xc. ongetwyfeld de begeerte der Burgeren en
floEK. Ingezetenen, welke den toegang niet hadt '-----—- opengeftaan tot de Zaal van 't Stadshuis en
176B, de Vertrekken, die hunne Hooglieden ten
' verblyf en onthaal gediend hadden , om daar aan te voldoen werd toegedaan, dat ieder dezelve zou mogen bezigtigen. Eenige Dames en Heeren, die hunne
Hoogheden, geduurende dérzelver ver- blyf, meest opgewagt en overal geleid had- den, ontvingen, ten betoon van genoe- gen, van den Prins fraaye en kostbaare ge- fchenken; dit viel ook eenige Amptenaars en Bedienden van 't Stadhuis ten deele. De milde Giften, in de bezigtigde Godshui- zen," in den Schouwburg aan de Tooneel- fpeelers, "op Werven; en elders, uitge- reikt, deeden de Ontvangers 's Prinfen Edelmoedigheid roemen (*). f'RT.DERtK ' Het vermaak en genoegen te Amßerdam DEGR.00TE geriooteri, fchakelde zich aan een ander, ®P ti#o. het Yorstiyk paar op »t £00 befchooren; werwaards zy gingen om het bezoek van
Frederik den GR00TEN af te wag- ten. Deeze Vorst was reeds den negen- den van Zomermaand, te Wezel aangeko- men , vergezeld van den Prins van Pruis-* fen, en de Prinsfen f rede rik en Wil- lem van Bnmswyk Wolfenhuttel, én daar, door vier Afgevaardigden , uit naam va« hun«
|
||||||||
C*) Wacënaar 't Jterheugd\ ÄmßeriüW,, psj
sjiedegedeeWe Berigteri,' "' ' "
|
||||||||
.
|
||||||||
f
|
|||||
HISTORIE. 137
hunne Hoog Mögenden, begroet (*). xc.
Zyne Hoogheid reedt zyn Koninglyken boe k. Oom op de grenzen, aan geene zyde van------>-.
Doesburg, te gemoet, en geleidde hem na 1768.
't gemelde Lusthuis, waar zyne Majefteit drie dagen vertoefde, tot onuitfpreeklyk genoegen zyner Nigte. Prins Hendrik van Pruis/en, met Gouda
regt voor een der grootfle Krygshelden door hat deezer Eeuwe gehouden , gaf in Oogst- p£** g^ maand een Bezoek aan zyne Nigte. Staa- prjns HEN ten van Holland, van diens komst verwit- drik van tigd,benoemden eene Bezending om hem op Pruis/e» 't Huis in 't Bosch te verwelkomen; doch e?°st by 't vraagen na den tyd, wanneer het zy- ne Koninglyke Hoogheid gelegen zou ko- men , ([*)■ Gelderland, Holland, Zeeland en Utrecht
fiadden ieder uit de haaren een Heer voorgedraa- gen om het begroetend Gezantfchap uit te maa- ien; doch de Voorzitter ter Algemeene Staats- yergaderinge hadt kunnen goedvinden , een Af- gevaardigden uit Friesland, met agterftelling van den door Zeeland voorgedraagenen, te benoemen. De Afgevaardigden van .Zeeland, dit voor eene kleinagting van hun Gewest, het derde in den rang der Bondgenootfchaplyke Geweften, hou- dende, hadden zich tegen dit befluit verzet; en zich aan geene fchikking of looting willen on- derwerpen, en beklaagden zich over het onge- lyk hun Gewest aangedaan, het regt vorderende der Staaten van Zeeland om des te raadpleegen, en nadere Aantekening te doen. Dan de overi- ge Geweften betuigden, dat 'er geen oogmerk geweest was om Zeeland met eenige kleinag- ting te behandelen. Staaten van Zeeland keur- den het gedrag hunner Afgevaardigden goed, fifah Vän Zeel, 29 Aug. 1768. *5
|
|||||
ï33 VADERLAND SCHE
xc. men, om die Bezending te ontvangen, be-*
boek. dankte hy voor dit bedoelde eerbetooiK --------Om dien Prins te vermaaken beraamde het
1768. Vorstlyk Paaf een Speelreisje na Gouda.
De Regeering dier Stad, des verwittigd, en tevens verzogt dat de Sehuttery niet in de wapenen zou verfchynen, als by een flaatlyk bezoek, wilde nogthans die Vorst- lyke Perfoonadien op eene voeglyke wyze ontvangen, en vergallen. De noodige ontwerpen werden daar toe vervaardigd en zodanige Bevelen aan de Burgery ge- geeven als flrekken konden om alle goede Orde te bewaaren, in eene Stad, die men voorzienkon dat, ten dien Dage, opgevuld zou weezen met Vreemdelingen uit de na- buurige Steden en Dorpen, door de maare dier Overkomfle , derwaards gelokt, en door nieuwsgierigheid gedreeveu. De groote Kerk was beilemd om de hooge Gallen te ontvangen. Zy naderden in vyf Koetzen , gedekt door een Ruiterwagt, Op den middag, de Stad, het Klokkenfpel gaf hier van kennis. De Trein, door de. Stads Wagtmeefter geleid , reedt flaatlyk na de Kerk, waar hunneHoogheden, door de Magiftraat ontvangen en verwelkomd, de beroemde Kerkglazen in 't klein ge- fchilderd, en voorts in 't groot, bezig- tigden onder het fpeelen van het deftig Orgel. De Voorzittende Burgemeefter verwittigde zyne Hoogheid, dat Burge- meefters de vryheid hadden genomen om, ïn de Stads Doelen, een Middagmaal te doen aanrigten, 't welk zy hoopten |
||||
HISTORIE.
|
|||||||||
139
|
|||||||||
dat hunne Hoogheden gunftig zouden aan- xc.
neemen; en voorts toeilaan, dat by der- boek. zelver vertrek, de gewoone Eerbewy- _____-
zing met het Stadsgefchut gegeeven 1768.
mögt worden. Het een en ander nam zyne Hoogheid aan. Naa het bezigri- gen eener Pypenmaakerye, de Hoofdfa- bryk der Stad, en eenige andere byzon- derheden, namen zy deel aan den ver- vaardigden Maaltyd ; by het uittreeden van de Doelen, by het komen op de Markt, en by het uitryden van de Poort gefchiedden de vergunde begroetingen met het Gefchut van de Wallen der Stad, die zich met dit Bezoek zo zeer vereerd vondt, als hunne Hooglieden over 't ont- haal voldaan waren (*). De Prins van Nasfau Weilburg, zag op Frederik
den vyf- en- twintigften van Wynniaand willem zyn Huis vermeerderd met een Zoon, ge ooren- die, by den Doop, met Vorsdyke ftaat- lykheid verrigt, den naam van frede- rik Willem ontving. 't Ontbrak in den Lande, waar de Gefchil
Vreugd en Vrolvkheid zo by aanhouden- tusfchen heid ten rye gingen, aan geene rustlloo- en Qorni. rende Gefchillen, fchoon dezelve niet van chem, over den belangrykften aart of het verfle voor- ^et Sta- üitzigt waren: eene korte vermelding zal pe regt* volftaan kunnen. —— Een der uitftee- kesdfte voorregten van Hollands oudfte Stad
|
|||||||||
(*) Refot. van Helt, 3 en 9 Aug. 1768. 2T. JSfe-
derl. Jaarb. 17Ó8. bl. 654 en 906. |
|||||||||
HO VADERLANDSCHE
xc. Stad is het Stapelregt, onder de Graafly*"
$oek. ke Regeering gefchouken, uitgebreid, b§-
■------- veftigt, en tot den huidigen dag aan dezel-
ï/oö, ye eigen gebleeven. Ingevolge van 't zel-
ve kan men verfcheide Koopmanfchappen, die, voorby dezelve de Rivieren op of af komen, doen ontlaaden, eenige dagen te koop veilen, en van de verkogte zekere Regten vorderen. De overige Hollandfche Steden, alsmede eenige Dorpen, hebben niet zelden, over dit Stapelregt, als een handeldrukkend bezwaar, geklaagd; de- wyl het haar niet flegts ongelegen kwam de voorby gevoerde Goederen te veilen; maar boven al om dat zy niet goedvonden, de Ongelden door de Dordrechtfchen op den Sta- pel gefield, en allengskens verhoogd, te betaalen. 't Noodwendig gevolg hier van is geweest het maaken van overeenkom- flen met verfcheide Steden; die, egter, plaats lieten tot veele hoogst onaangenaame ge- fchillen (*). In den Jaare mdgclxvi, pntftondt 'er dus een tusfchen Dordrecht en Gormchem, welke laatstgemelde Stad meermaalen hier over te kampen hadt. Drosfaart en Burgemecfters deeden, ter Vergaderinge van hun Ed. Groot Mogen- den, by monde van de Afgevaardigden der Stad, een Voorftel, wegens de druk- kende wyze op welken die van Dordrecht» het
(*) Tegmw. Staat IV Deel, bl. 327. J. kok;
Vaierl. Woordenboek, Art.. DORDRECHT. jR« fil. van Hall. 5 Nov. 1766. |
||||
HISTORIE. 141
het Stapelregt, ten hunnen opzigte, uit- xcJ
oefenden. Deezen verdeedigden het ge-boek* houden gedrag in een verzogt Berigt aan------—
Staaten van Holland, beweerende, dat de 1768*
zaak door den gewoonen Regter, en niet door hun Ed. Groot Mögenden, behoorde afgedaan te worden. Die van Gomichem hielden, in een breedfpraakig Tegenver- toog, flaande, dat het beflisfen deezes ge- fchils den Staaten toekwam, 't Welk de Dordrechtfchen, in den aanvang deezes Jaars, op hunne beurt, tot handhaaving van hun Stapelregt tegen gingen. De zaak werd aan het groot Befoigne over- gegeeven (*). Byfter hoog was een Twist over de Twist tu
Magiftraatsbeftelling in Monnikendam ge- Momiken- loopen, die in dit Jaar, door tusfchen- ^"mTI- komst van 't Hoog Gezag, eindigde. De ftraatst*s verkiezing tot de Ontvangers plaatze der (telling. Gemeene Middelen te dier Stede gaf aan- leiding tot oneenigheden, en deeze we- derom aan zommige Leden der Regee- ringe gelegenheid om zich te ontflaan van eene voorheen onderling aangegaane ver- bintenisfe , en te befluiten om alle Amp>- ten, Commisfien, en de gantfche Magi- ftraatsbeftellinge der Stad aan den Erf- iladhouder af te ftaan, en op te draagen, en, zonder eenige bepaaling, aa# diens vrye
(*) Refol.van Hott. 28 Jan. 16 Sept. 1767.
en 30 Jan. 1768. N. Nedcrl. Jaarh. 1767. bl. 64» Voor 't Jaar 1768. bl. 1378.- |
|||||
~
|
|||||
142 VAD ER LAND SC HE
xc. vrye befchikking aan te bevelen (*). Vee->
Boek. Ie Papieren hier toe betrekkelyk zagen het
——— licht, by welken men elkander over en we*
•1768. der van kwaade trouw en vervalfching in
de vernaaien befchuldigde, doormengd met eene menigte van haatlykheden. In ftede van de Eensgezindheid, door
Staaten van Holland, den Regenten deezer Stad aangepreezen, te betoonen, zag men op nieuw den geest van Onmin heerfchen by de Verkiezing van Burgemeefteren in Oogstmaand des Jaars mdcclxvii, Het toen ontftaande Gefchil beftondt hoofdzaakiyk hier in, of de Boonlieden, die zwarte Boonen getrokken hadden, ver* pligt waren, de eerfte kiezing van drie Perfoonen tot nieuwe Burgemeefteren te doen uit de overige Leden van de Vroed» fchap, dan of dezelve vryheid hadden om ook andere Perfoonen , buiten de Leden der Regeeringe , te benoemen. Burge- meefters en Vroedfchap hielden toen de eerfte Benoeming op drie Perfoonen, geen Leden van de Vroedfchap zynde, gevallen was, het eerfte; doch de Hoofdfchout der Stad, benevens nog drie Heeren uit de Regeering, het laatfte ftaande. Elk lever- de by Staaten van Holland de bewyzen in, -welke zy meenden te hebben voor de Par* ty door. hun omhelsd. Het voorgevallene by
■ ■(*) ïïerigt aangaande 3e Oneenigheld ontßäan
tusfihen de Regenten der Stad Monnikendam, te Amft. by j. schreuder. |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
143
|
|||||||
by het maaken der betwifle Benoeming, xc.
werd door de Meerderheid in zodanig een boek licht gefield, en by Staaten van Holland--------■
iroorgedraagen,als of de Minderheid, niets 1768.
minder bedoeld hadt dan om, door Opfland en Geweld, haare zaak door te dryven, een der Vroedfchapsleden befchuldigende van geroepen te hebben, WapentUBurgers, wy hellen eene vrye Verkiezing, en ziet hoe dat uwe Privilegiën gekrenkt worden! Eene taal die van de andere Party ontkend en da£ Lid det Vroedfchappen alleen in den mond gelegd wordt, dat hy, by 't uitgaan des Burgemeeflers van sanen, zeide; Ziet, Burgers, daar gaat hy, welke de Pri- vilegien wilde overgeeven, en zo wordt met de Privilegien gehandeld; doch men hadde niet kunnen verwagten, dat de Kans (*) ons zo wel zou dienen! Voorts zyn de wederzyds ingeleverde Berigten van het voorgevalle- ne, fchoon met Eede en aanbod van Eede geflaafd, zo wyd verfchillende, dat men ze naauwlyks voor befchry vingen van de toe- •dragt eens zelfden gevals zou houden. Al- lerflerkst weerden de drie Heeren claus-, •nahuis en HouTiNG, by Staaten van Holland, de betigting af als of zy •hun best zouden gedaan hebben om deBur- gery tot Oproer aan te zetten; daar om- trent verklaarende , dat die befchuldiging Hit loutere kwaadaartigheid voortiproot, eii
C*) Dit wooïd ziet op den Kant der Boontrek-
'feinge.
|
|||||||
144 VADERLANDSCHE
xn. en de betigters niet gefchroomd hadden.»
jg o £ K. door veele onbefchaamde leugenen , den' -------Souverain te misleiden ; dat zy niets ge-
1768. daan hadden dan het goed Regt hunner
Stad en Burgerye te verdeedigen; dat dit alles alleen een gevolg was van het tegen- hun opgevatte ongenoegen, dat zy eerst^ tegen den zin van zommigen hunner Me- deleden ., zich zelven gelyk wilden hande- len, in hét bewyzen van behoorelyke ag- ting aan het Eminente Hoofd der Regee- ringe, dan, by vervolg, zo zy meenden op goeden grond, zwaarigheid hadden ge- maakt, zich, zo als veele andere Leden,te Voegen by den Voorflag van den Heer Bur- gemeefter van sanen, om naamlyk de Stad , en alles wat tot de Magiftraatsbe- ftelling behoorde ^ aan den Erfftadhouder op' te draagen, en by eene byzondere Com- misfie daar van overdragt te doen; welke handelwyze men gaarne hadt willen bedekt houden. By Staaten van Holland werd de Benoe-
ming op drie Perfoonen buiten de Vroed- fchap, onbeftaanbaar met de Privilegiert der Stad Monnikendam gekeurd, en ge- houden als niet gedaan; voorts Boonhee- ren gelast eene andere Benoeming te ver- vaardigen uit de overige Leden der Vroed- fchap. Wordende aan Burgemeefteren en Vroedfchappen onverlet gelaaten, om voor het vervolg , omtrent de Verkiezing van: Burgemeefteren, overeenkomftig de Privi- legien , zodanig een Verzoek aan hun Ed.- Groot Mögenden te doen, als zy ten mee- |
||||
Historie; t$
ften dienfte van hunne Stad en Burgéfy xc;
zouden te raade worden (*). Wyders Boeé« k reegen de Leden der Regeeringe last zieh ■-*——-» voortaan te onthouden van eenige verdere 17684 Gefchriften betreffende de ontflaane Ver- fchillen te verfpreiden, veel min met den druk gemeen té maaken. Toen men, in gevolge van dit Staatsbe«
fluitj de Verkiezing van Burgemeefteferi hervatte, ontftonden, op nieuw, hevige oneenigheden: dewyl een en dezelfde Per» foonen op twee onderfeheide Benoemingen gebragt wierden: beweerende de eene Par- ty dat zulks beflaanbaar^ de andere dat het onbeftaanbaar was^ tot eindelyk, door de meerderheid beflooten werd voort te gaan .> en totBargemeefters te ftemmen, die op de derde Benoeming waren gebragt geweest. De drie meergemelde Heeren verklaarden *er zich niet alleen weder tegen; doch leverden ook, op nieuw, een Verzoek- fchrift aan Staaten van Holland over, zicH, beklaagende over de onwettigheid der Ver» kiezinge,met verzoek, dat hun Ed. Groot Mögenden dezelve voor onwettig zouden verklaaren; doch kreegen zy, in Sprokkel-* maand deezes Jaars, ten antwoord, dat zy zich ten onregte tegen deeze Benoeming 9 (* ) Refot. van Holt. 14 Mey 25 juny 4 Aug. 9 en
19 Sept. 28 Oct. 7 en 12 Nov. 1767. De Afge- vaardigden van Amßerdam verklaarden, omtrent dit ftuk der Vrylaatinge, het Befluit wel nantezien; doch 'e.r zich niet mede te kunnen conformeeren, Refol. van Boil. \é Dec. 17Ó7. XXIV. DEEL, K
|
||||
%Éfi VADERLANDSCHË
xc. en daar uit gevolgde Verkiezing $ aange~
boek. kant hadden; en derhalven deeze beide iir ■------- kragt zouden blyven (*).
1768. Wie zich in zyn Regt verkort agt, laat
Het ge- niet ligt eene gelegenheid, om 'er in her- ^ho m<\~ ^e^ te worden, voorbyglippen: dit oor- Vroed- ° deelden de Vroedfchap van 's Grayenhaage , fchap en dat zy gedaan was, door Burgemeefleren Magiftraat en Schepenen, waar om- zy, kort naa de van 'sGra- Verheffing van den jongst overleden Stad- beilist. houder, by hem om herfiel aanhielden. Naa' 's Vorflen dood herhaalden zy haare felagteir by Mevrouwe dg Gouvernante 5* doch hun bezwaar, doof' geen van beiden- afgedaan zyn de, verleevendigden zy, voï hoope van een fpoediger en gunfliger uit-- flag, in den voorleden Jaare, haare Ver- zoeken by den nieuwlings in zyne hooge' waardigheden gekomen Erffladhouder. De Magiftraat, verre van 'm- 't begrip der Vroedfchap te flaan, of zich door de byge- bragte redenen te laaten overtuigen, oor- deelde dat de laats tgemelde, wel verre van> in nragt of gezag eenigzins verkort te zyn # thans meer genoot dan dezelve toekwam y gelyk zy zogt té betoogen in een weder- ieggend Gefchrift aan zyne Hoogheid over^ geleverd. De Vroedfchap vatte de pe» weder op, en zogt, in een nader Betoog- fchriït, de Regten te ftaaven, welke zy oor-
|
||||||
(*■) Refol. van Holl. 2 Feb. 1768. N. Neäerh-
Jaarb. 1767. bl. 1381.1352 — 1383. Voor'tjaa 1768,, bl. 10. 52. ioö. 141. 152.
|
||||||
HISTORIE.
|
|||||||
UT
|
|||||||
oordeelden^ dat hun als Medevertegen- ±öï
woof digers der Burgeren toekwamen, met boe ki een volkomen vertrouwen de geheele------&
zaak övergeevende aan den Erfftadhöu- 1768,;
der. Even dit zelfde deedt de Magi- ftraat, toen deeze het laatfte tegen hun in- geleverde ftük teti toetze bragten. Het feheen, door 't lang verwyl, als of zyne Hoogheid, zo min als zyne Heer Vader én Vrouw Moeder,~ deézen twist tusfehen de Magiftraat en Vroedfchap derHofplaatze zou beilisfen. Maar de Magiftraat, in Gras- maand des volgendenJaars mdcclxix^ ónderrigt; dat zyn Hoogheid deeze zaak ter hand genomen hadt, en gereed ftondt, die verfchillen eens geheel af te doen, werd te raade eénige Regels vast te.Hel- len, die voortaan in het zamènroepen der Vroedfchap, in eene bepaalde foort van zaa* ken, zouden werden waargenomen. Van dee* ze leverden zy, door eeiïe Bezending uit hun midden, een Affchrift over met ver- zoek, dat zynè Hoogheid, in het bepaa- len der lang gehangen hebbende verfchifc len, daar op zo veel agts zou flaan als hy oordeelde te behooren. Dit baande den weg. tot een Uitfpraak, te dierzelfde maand, inhoudende,' dat de Magiftraat van 's Gravenhoage, met de flipte naakoming der thans opgegeevene Regelen, gegrond op het Octroy door Keizer kar el, den V, in den Jaare mdxxv aan de Vroedfchap verleend, nu, en ten allen iyde, zou kunnen en mogen volftaan, en dat gevolglyk, in de verdere en andere Ver- K 2, zoe* |
|||||||
Ï43 V A D E R L A N D S C lï Ê
xc. zoeken der Vroedfchap, niet kon worden
boek. getreeden (*). •—'— Wanneer zyne Hoogheid, den Heer I768. WILLEM VAN CITTERS ZVn OTltfiag
DenRaad- als Vertegenwoordiger van Eerften Edelen
penfiona- verleend hebbende, by eenen Brieve Seeland Staaten van Zeeland aanfchreef, dat hy de Plaats- goedgevonden hadt den Raadpenfionaris beklee- A dr i A A N s T e e N G R A c H T, die deeze Ein^VaiE- Plaats tusfchen beide bekleedde, te volmagv delendoor ^Sen orft •> % voorraad, ook van zynen Middel- wege, in het Collegie der Gecommitteer- $urg,bsn ,je Raaden ter Admiraliteit van Zeeland', «wist. te verfchynen ^ en advys- uit te brengen * narrïera de Steden het over^ Dit bevreem- de' zyne Hoogheid', en hy agtte zich, op eene onwettige en ongehoorde wyze, te leurgefteld van zyn regt, om een Verte- genwoordiger in dat Collegie te benoemen, met herhaalden eisch, dat zulks zou ge* fchieden. Middelburg en Tholen betuigden gereed te zyn om haaren raadflag hier over uit te brengen, wanneer de Raadpenfiona- ris steengracht, geduurende de raadpleegingen over dit onderwerp , bui- ten ftondt, en den Secretaris van het Land verzogt, het beftuur der Vergadering te aanvaarden : waar toe de Raadpenfionaris niet bereid was; dewyl hy dan de plaats' van Eerften Edelen zou moeten laaten open-
(*) N.Nederl. Jaarb. 1767. bl. 265. 37I-104K
Voor 't Jaar 1767. bl. 209. Voor 't Jaar 1769. bil 74S. ' . |
||||
HISTORIE. 149
©penftaan. Thokn viel Middelburg af, en xeï
wendde de Heer steengracht alle boek, moeite aan om 5 ook die Stad over te haa- --------
len, tot het afzien van dien eisch; welken 1768.
dezelve in eenen breeden Brief beweerde te fteunen op het Reglement tot beleid van zaaken in Zeeland vastgefteld. De Raad- penfionaris bragt hierop het zynein, aan- biedende buiten te zullen ftaan by de raad- pleegingover dit ftuk,wanneer zyneHoog- heid , dien hy aannam kennis van al het voorgevallene te zullen geeven, een ander Heer zou gevolmagtigd hebben om diens ftem en raadflag, als Eerfte Edele, uit te brengen. Het antwoord des Erffladhou- ders behelsde eene volkomene goedkeuring des gedrags van den Raadpenfionaris, met bygevoegden last om, in de raadpleegingen over deeze zaak, zyne Stoel te blyven be- kleeden, zonder daar toe een ander te mo- gen volmagtigen. Eenige Steden bragten een raadflag
uit, overeenkomftig met het voorftel van zyne Hoogheid, en wilden de verzogt e Brieven van voorfchryving aan den Raad- penfionaris verleend hebben; dan Middel- burg hieldt deeze ftemming van onwaarde: dewyl het verfchil, wegens het uitblyven van den Raadpenfionaris by de onderhande- linge, niet afgedaan was. De Heer steen- gracht verzogt die van Middelburgs op 't ernftigst, om deeze Tegenaanteke- ning agterwege te laaten, en wanneer zy die in Gefchrifte overgeleverd hadden, Voegden zich eenige Steden by den Raad- K 3 pen- |
||||
ï5o VA DE RL A ND SG HE
|
|||||
xc. penfionaris met verzoek dat dezelve uit de
S o E K. Notulen mögt geligt worden. —— Mid- -2------delburg ftondt nu geheel alleen, alledeSte-
17^8. den waren gereed om, in 't byweezen van
den Raadpenfionaris, hun gevoelen uit te brengen: als deeze de plaats van Eerflen Edelen bekleedde, en de Secretaris van het Land het beftuur der Vergadering op zich nam. Te deezer gelegenheid verklaarde de Raadpenfionaris, door zyne Hoogheid in 't byzonder gelast te zyn om te verklaar ren, dat deeze hoogstgevoelig was over de handelingen der Heeren van Middelburg, en het afwyzen van de yoorgeflaagene fchikking, niet anders kon aanzien, dan als een flap daar heen gaande om zyne Hoog- heid, niet alleen in dit geval, maar ook by andere gelegenheden, in hpogstdeszelfs Regt, tpt de vervulling van het vertegen- woordigen des Eerflen Edelen, hem alleen toekomende, te flporen; doch dat hy niet gezind was daar van in 't minde af te flaan. Voorts betuigde de Raadpenfionaris deeze raadpleegingen niet langer te kunnen uit- ftellen, en, aangezien de Heeren van Mid- delburg niet te beweegen waren , verzogt hy, eiit naam van de meerderheid der Le- den van Staat, den Secretaris van het Land het beftuur derVergaderinge, geduu- ïende de verdere raadpleegingen over dit fluk, op zich te neemen, tenyyl hy den Stoel van den Gecommitteerden van den Heer Eersten Edelen ging bekleeden. De Afgevaardigden van Middelburg, verlieten flaar op allen de Vergadering; een Penfio- • na-
|
|||||
HISTORIE» 15t
«aris laatende ora alleen te hooien en te xc»
zien. . boek. Een brief, vol klagten ©ver deezen flap ------—
.der Middelburgeren , werd aan hun af ge- 1768^
vaardigd, en deeze door die van Middel- burg met klagten over 't gedrag van den Raadpenfionaris, enden Secretaris van het Land, beantwoord. De Raadpenfionaris, voor de Eerften Edelen Hemmende, keur- de het doen van den Secretaris van den Lande goed, en wilde eene Bezending aan die van Middelburg gedaan hebben ; doch .die van Zierikzce, het beklag der Middel- burgfche over de kortheid van tyd aan hun vergund in opmerking neemende, wilden hun nog veertien dagen tyd geeven, 0111 zich breeder te verklaaren. 't Welk zy dee- den, aanhoudende op het buitenftaan van den Heer steemgracht, terwyl men over de Begeeving van een Ampt hem toe* gefchikt handelde, daar hy, of den Stoel van Raadpenfionaris, of dien van Eerften Edelen vervullende, altoos in Perfoon te- genwoordig was : betuigende gereed te weezen, om, zo ras zy hier van genoeg- zaame kennis of verzekering hadden, Af- gevaardigden, naar gewoonte, ter Staats- vergaderinge te zenden. Wanneer de zaak tot die hoogte geklom- De aan-
men was, ftelde zyne Hoogheid, als Eerfte ftelling Edele van Zeeland, den Heer johan™rrv'b' ADRIAAN VAN DER PERRE aan, tOt dempt dif
bewaaring van die plaats in de Staatsverga- gefcbil,
dering, in het Collegie van Gecommitteer- de Raaden, en in de Admiraliteit van Zee- K 4 fond, |
||||
ï5s VADERLAND S CHE
?£G, land. Hier op leverde een Afgevaardigde
3BQEK, van Middelburg eene fchriftlyke verklaa,-» «-------ring in, behelzende, dat de Heeren van
X/6tt, Middelburg niet hadden willen afzyn , op
het ontvangen berigt dier benoeming, hern af te vaardigen , ten einde geene vertraa- ging aan die zaak toe te brengen, en zyne- Hoogheid eene ontwyfelbaare preuve te geeven , hoe verre hun Ed. Agtb, altoos geweest waren , om Hoogstdenzelven in het wettig Regt van voorftelling in de Ad- miraliteit te ftooren, en van het Regt van Vertegenwoordiging in dat Collegie , en andere Vergaderingen, zyne Hoogheid als Eerfte Edele van Zeeland antegenzeggelyk toebehoorende, te ontzetten. Verder aan-r merkende , dat zy hier door het voorge^ vallene tusfchen hun en de Raadpenfionaris steen gr acht voor afgedaan reken- den, gereed om, als voor heen, op voorko- mende zaaken de item in te brengen, en als deHeer van der perre in deAd- miraliteitgezeeten zou zyn, hun Afgevaar- digden, in genoegzamen getale, en behoor- lyk gelast, wederom ter Staatvergadering te willen afzenden: moetende in allen ge- valle verklaaren geen vryheid te hebben om van hun voorig gefielde af te gaan; maar 't zelve nog in allen deele te blyven aan- kleeven, Vordering De Aanflelling van den Heer van der Tran,f7"j perre kreeg haar.volle beflag, en fcheen jäö°,\Ie-' c*e zaak hier mede afgedaan; doch 't leedt gfsi}, ' niet lang of een Brief van zyne Hoogheid beftrafte, aan den eenen kant, het gehou- den |
||||
HISTORIE. 153
|
|||||
den gedrag der Middelburgeren fcherplyk, xc,
en prees, aan den anderen kant, dat van boek» denRaadpenfionaris steengrachï. In-----—
deezen betuigde de Stadhouder, tot hand- 1768,
haaving van zyne Voorregten, zich onver- mydelyk yerpligt te agten, de Staaten te verzoeken, om, by een StaatsbeQuit, voor het toekomende, te verftaan en vast te ft&U len „ dat Wy, en onzen Succesfeuren in „ den tyd, als Eerfle Edele, onverlet „ zullen zyn en blyven, om by eventuee- „ Ie vacatures van de effective Reprefeu- „ tants Plaatzfi, den tydlyken Raadpenfio- „ naris der Provincie, tot het uitbrengen j, van Stem enAdvys, zo wel inhetColle- „ gie van de Admiraliteit, als in de Staats „ Vergadering by de Heeren Gecommit- j, teerde Raaden, te mogen employee? „ ren (*), 't Was reeds in den Jaare mdcclxiv Uitvin-
dat het oog der Kunstkenneren, op eene ding der aangenaame wyze , verrast wierd , door tf^' „. eene nieuwe uitvinding, om eene Teke- van c. p"v. riing, in haare juiste grootte, en met alle ams'tei» haare kleuren , en met eene nauwkeurig- heid, dat 'er geen het minfte flreepje aan ontbreekt, in Plaat te brengen. De Uit- vinder was de kunstminnende Heer cor- NELIS PLOOS VAN AMSTEL Jacob
Cornetisz. te Amfierdam. Aanleiding hier
toe kreeg hy door 't befchouwen van eini- ge (*) Not. van Zeel. 2 Juny 1 Aug. 5. 8, 12. 19.
22. 33, 2ö Sept. 13 en 31 Oct, K5
i
|
|||||
554 VADERLANDSCHE
xc. ge Franfche Prenten, als Tekeningen van
poEK. rood- en zwart-kryt in 't licht gekomen. -------- Zyn werkzaame en vindingryke geest baar- if 68. de eene kunst geheel verfchillende van die
der Franfchen; en fchoon zy in eenige opzig- ten gemeenfchap mögt hebben, met die der in den fmaak van Tekeningen gedrukte Kunstplaaten in Engeland■, door knap- ton en pont uitgegeeven, egter, door hem uitgedagt envoltopidwas, eer ooit het werk dier Engelfche Kunftenaaren hem on- der 't gezigt kwam, en, naar 't algemeen oordeel der Kunstkenneren, door onzen Vaderlandfchen Kunftenaar, verre overtrof- fen werd. £o groot was de gelykheid tus- fchen deeze Afdrukken en de Qrigineelen, dat de Uitvinder, om alleen bedrog, zo pmtrent Liefhebberen als Onkundigen, yoor te komen, ze van agteren met zyn wapen tekende/------: Geen wonder dat
hy, de moeite en koften aan dit werk vast
in aanmerking genomen zynde , het ge- heim dier Kunst aan niemand openbaarde; fchoon hy openlyk verklaarde in geenen. deele ten oogmerk te hebben de Naakome- lingfchap te berooven van eene zo bevalli- ge als nutte kunstbewerking ( * ). Doch daar deeze Prenten niets gemeens
hadden, met alle andere foorten, dan dat ze even als deeze Plaatdrukken waren, zo fcwamen zy de oorfpro'nglyke Tekeningen zo, yeel nader, dat het pnderfcheid tusfchen bei-
£*) Vadert, Leperoeff. VD. I St. bl. ^67, ■
|
||||
HISTORIE. tjfS
beide " nauwlyks ■ te befpeuren zynde, de xc,
Prenten eigenlyke Tekeningen fcheenen. boek« ht' Ontbrak aan geen gisfingen, ook niet--------
aan kunst- en roembenyders, die in be- If68,
denking gaven, dat dit Kunstwerkniet en- kel door . Plaaten zou vervaardigd wor- den j maar dat de hand 'er boven dien behendiglyk, met rood- of zwart-kryt. Inkt, of Sappen, de eigenartige ge- daante eener Tekeninge aan gaf. Hoe- wel dit vermoeden moest wyken op de pnbevooroprdeelde befchouwing van de eénftemmighejd der Afdrukken eener Plaat met elkander vergeleeken, die onder zo. veelen niet befpeurd zou worden, indiende Hand, buiten de Plaat, 'er aan gewerkt hadt, nam de Uitvinder een middel te baat om aljen twyfcl, wegens het ver- vaardigen zyner Prenten , te verbannen. Ten deezen Jaare Lid geworden van de HoUandfche Maatfchappy der Weetenfchap- pen te Haarlem, verzogt hy vier Heeren Directeuren, met den Secretaris van der aa om, onder geheimhouding, het werk- tuiglyke zyner behandelinge in deeze Kunst te komen befchouwen. In hun- ne tegenwoordigheid vervaardigde hy ee- ne Kunstplaat, die hy tot hun volkomen genoegen, met alle kleuren, gelyk aan 't Órigineele op zyne pers met olieverf drukte, waar van zy hem een volledig Ge- tuigfchrift gaven: terwyl de Afdruk in tegenwoordigheid dier Heeren gemaakt, by de Maatfchappye, ten aandenken hier yan? bewaard wordt. Zo beveiligde onze Kuns-
|
||||
Ï5<? VADERLANDSCHE
xc. Kunstenaar zyn' Kunstroem tegen alle
60EK. verdonkeringen, en zette zyn Werk, waar --------door men anders nauwlyks verkrygbaare
1768. Prenten, voor een maatigenPrys bekomt„
met lof voort (*).
1759. De wenfehen van Vrugtbaarheid over Haare het Huwelyk des Erfftadhouders uitge- Hoogheid boezemd, vvagtte men daty in Lentemaand een^doo1-11 des Jaars mdcclxix, vervulling zou- den Prins. den erlangen. Zyne Hoogheid hadt, in Wintermaand aan hun Hoog Mögenden en Ed. Groot Mögenden , kennis van de Zwangerheid zyner Gemalinne gegeeven, die het doen van Gebeden, te dier gele- genheid in de Kerken bevallen; en booden Staaten van//o//<z//6?zyneHoogheid hetGeva- derfchap aan over de verwagte Sprake ( f }, Overal, en byzonder by Staaten van Hol- land, waren de vereischte fchikkingen gt- maakt , om, op het hooren dier blyde maare, de deelneemende. Vreugde de* Landzaaten te betoonen. Eene verwag- ting te leurgefteld doordien haare Koning- lyke Hoogheid , tusfehen den drie- en vier- en- twintigften, verlofte van een wel voldraagen, doch doode, Vrugt. De droefheid hier over, ten Hove, en elders y hoe
(*) Verh. der Holt. Maatfchappy X D. Voarb^
bl. VUL Medeged; Berigten. N. Nederl, Jaarb. 1768. bl. 1118. Veertig deezer Plaaten zien thans het licht. Naavolgers heeft hy verwekt, die hem naby komen; doch geenen die hem overtreffen. (t) Refol. va» itoü, 2 en 3 Dec. 1768, en 18
Maart 1769. |
||||
HISTORIE!
|
|||||||
*5?i
|
|||||||
hoe zwaar ook, kreeg Verligting door de XCl
gerustftellende tyding, dat de Prinfes, boek,' ichoon door eenen langduurigen , zwaaren ■ naar gelange dief ömftandigheden-, zich redelyk bevondt* Zyne Hoogheid liet van dit fmertlyk geval aan de Staaten der on- derfcheide Landfchappen kennis; geeven,' en werd overal bevolen, in de Kerken Dankzeggingen ten Hemel op te zenden voor de Bewaaringe dier Vorftinne, en Ge- beden uit te Horten voor haare Herftellin- ge. Den dooden Prins bragt een klein ge~ volg, naa dat dezelve twee dagen op een Paradebed gelegen hadt^ 's nagts na Delft over, om in de Stadhouderlyke Grafkel- der te worden bygezet ( * ). Alle de Heerlykheden in Holland, by De Heer-*
de verdeeling der Naalaatenfchap vanwiL-1^11^ LEM den III, aan den Koning van aa°"^r* Pruis/en gekomen, waren, in den Jaare Prins van M D c c L1 v, door de Gouvernante anna, Oranje af» voor haaren Zoon gekogt ( f ), Op het ßeftaan« •' Grondgebied van den Staat in Opper -Gel- derlandWerd deHeerlykheidilfoKtf/ow-iJ, by die Verdeeling. den Koning van Pruisfeti toegeweezen, door hem tot nog ter leen bezeten van de Algemeene Staaten, aan welken de Oppermagt over dezelve, by het Barrierre Tractaat, was afgeftaan: doch den
C*) 2V. Nedert. Jaarb. 1769. bl. 353.
CD Zie het XXXII Deel der Vadtri tflßorii U, 131. |
|||||||
im VADERLAND SCHE
xc; den achtfteri van Zomermaand deezes Jaars
boek. is die Heerlykheid , op nieuw,. aan het -—— Huis van Oranje overgegaan, by eène plegr 1769. tige overgifte van den Koning vail Pruisfen^ met alles wat 'er toebehoorde aan zyneri Neef den Erfftadbouder. Wederzydfchë Gevölmagtigden volvoerden dit, in tegen- woordigheid van alle Officieren, Magiilraa* ten en Amptenaaren der Heerlykheid, teri dien einde door den Drosfaard by een ge-^ roepen. Het losfen van 't Gefchut,' en het luiden der Klokken1 $ kundigde deeze over- gave in alle de Steedjes en Dorpen aan; eit een pragtige Maaltyd befloot dit Werk^ Waar mede alles, wat uit de Naalaatenfchap' Van Willem den III, op 't Grondge- bied van deezen Staat gelegen was , ten c: laatflén weder aan den Huize van Oranje kwam (*).
Öezen- ,; M A H M o u d b É G ï, Afgezant van den
ding des Basfa en Regeering van Tripoli, hier te Lan-
Basfas yan de gekomen,- kreeg in Sprokkelmaand
STfipak. ftaatiyK Zyn eerfte Gehoor by de Algemee-
ne Staaten, hun van dé voortduurende
Vriendfchap der Tripotitaanfche Regeering
verzekerende; en onder andere gelukwen-
fchende met de komst van zyné Hoogheid
tot de StadhouderlykeRegeering,en het Hu-
welyk van dien Prins, die zich by deeze Ge-^
hoorverleening- tegenwoordig bevoiidt ( f:)t
Thans
C*> Tegcnw. Staat II 0. bl. 583. flf.'Nfdtrh
Jaarb. 1769. bl. 829. Ct) 27. Nedsrl. Jacpb. 1769. bl. 197, >* |
||||
HISTORIE! Ify
Thans hadt de Heer jan hop zeitig xc.'
Jfaaren bereikt, en van deeze tusfchen de bqeiü vier- en vyf- en- dertig Jaaren, gedeelt- ———.• lyk in dienst van Holland en Zeeland, ge- 1769. deeltlyk in diender Generalitek, gefleeten, j. hop'legi zints Hooimaand des Jaaré mdccliiï ^et The- de gewigtige post van Raad én Thefaurier j^^jj^ Generaal der Unie waameemende. Een ge- neder ea ruimen tyd geleden hadt hyzich voorgefteld wordt het laatfte gedeelte zyns leevens-, waare door v- **' het mogelykj buiten zorge voor 's Lands gev^jL^' zaakea door te brengen, en liet dit zyn voprneenien der nederlegginge zyns Ampts by de Algemeene Staaten bekend maakem Dit gefchied en hem ontflag, op de loflyk- fte wyze* verleend zynde, verfcheen hy met dit Staatsbefluit in Lentemaand ter Vergaderinge van den Raad van Staaten, leverde 't zelve ter leezinge over, ftelde aan hun Ed. Mögenden de Sleutel van de zogenaamde Zilverkamer ,■ van welke hy geen gebruik hadt behoeven te maaken, als mede de fleutels der Kasfen waar in de Ländspapieren, zyner zorge toe vertrouwd, bewaard werden, ter hand, en nam, met eene aandoenlyke Aanfpraake, affcheid van die Vergaderinge; door den Voorzitter op ee- ne voor hemftreelendftewyze beantwoord,1 verzekerende, „ dat hun Ed. Mögenden s, altoos met het uiterfte genoegen zou- „ den gedenken aan de uitmuntende be- i, kwaamheid, waar mede hy die gewig- s, tige Post bekleed hadt, als mede aan 5, het goed beftuur en de zonderlinge 5, naarftigheid door hem, geduurende dien » tyd?
|
||||
iSo VAD ËRLANDS CHË
xc. „ tyd, betoond; dat zy hooit zouden na«
ö ö E t. „ laaten te erkennen de nitfteekende dieii- --------„ ften, welken hy aan den Staat en by-
1769. j, zonder aart het Finäntie wezen van de
„ Generaliteit hadt gedaan: deWyl de Raad „ zich Wel herinnerde de gefleldheid van „ die Finahtie , zo by den aanvang van „ zyn Thefaurier Generaalfchap, welker „ voorfpoediger én meer bloeiende ftaat „ zy aan zyne verlichte poogingen toe- ,j fchreeven; en terwyl zy zich moeiten j,, beklaagen over het gemis van een zo „ kundig en vaardig Staatsdienaar; be- „ dankten zy hem op 't hartlykst voor alle „ Dienfteh den Vaderlande, in 't alge- „ meen, en den Raad van Staaten in 't „ byzonder, beweezen." De Voorzitter gaf, uit naam zyner
Hoogheid $ in bedenking of men niet zoiï kunnen goedvinden, deezen Heere, tot erkentenis zyner Dienften, en ten betoon van de agting des Raads voor zyn Per- fooiï, eene Gedagtenis aan te bieden; dit voorftel. behaagde en men befloöt tot het geeven eener Gedagtenisfe, ■------- De
overgereikte Sleutels werden overgegee-
ven aan den Heer paulus adriaan gilles, Secretaris van den Raad van Staaten, die in Grasmaand, op voorftellin- ge des Erfftadhouders, de Opvolger was van den Heer hop (*). De
C*) Refot. General Ven. 31 Maart 1769. Zf.
Nederl. Jaarb. 1769. bl. 507. 517. |
||||
HISTORIE. i6i
|
|||||
De vierde vyfjaarige dienst van den xc.
Heer piet er steyn, als Raadpenfio- boek.' naris van Holland, liep met Hooimaänd--------
teneinde; fchoon deeze, omtrent dezelfde 1769.
Jaaren als de Heer hop telde, toonde hy p. steyn zich genegen en gereed, toen hy voor de °P nieuw dus verre gedaane dienften bedankt en met p0^^". eenpaarige ftenimen verzogt werd, dat rjS aange* hoogwigtig Staatsaiiiptj op den zelfden fteld; voet, weder, voor vyf Jaaren, te aanvaar- den , om 't zelve op de fchouderen te neemért, en zich met Eede , op nieuw, daar toe te verbinden. In Slachtmaand des voorleden Jaars had- 't Gefchii
den de Bewindhebbers der West- Indifcfie ^ew"ddé
Maatfchappye tér Vergadering van Tienen van F- v.
een Befluit genomen om den Heer f er- collen,
DINAND VAN COLLEN, Oud-Sche- «fis Repre-
pen en Raad van Amfierdam, inde hoeda- ^6"*!"'
•i-i T. r TT van zyne
nigheid van Repreientant van zyne Hoog- Hoogheid
heid, als Gouverneur Generaal en Opper- by de
bewindhebber der West-Indifehe Compag- ^ff'1"* iiie, eene Jaarwedde van zes- en- dertig Maat- honderd Guldens toe te leggen, in deeze fchappyj fomme begrypende alle de koften, welken beflist; die Heer, in deeze hoedanigheid, ten dienfte der Maatfchappye, zou maakert, en daar op de goedkeuring by hunne Hoog Mogenden verzogt. De Hoofddeelgenoö- ten dier Maatfchappye ter Kamer van Am- fierdam ftonden verfteld over dit Befluit, genomen zonder agt te Haan op het daaï van verfchillencl begrip, door hunnen Be- windhebber, in hunnen naam, verklaards,- XXIV. DEEL. L \
|
|||||
ïó"2 VADERLANDS CHE
^c. 't weïk Bewindhebbers , hoe zeer ftrydig
isoEK.rriet de gewoonte,' in hunne Aantekenin- -=------gen niet geboekt hadden; zy (tonden niet
176 t,. minder verbaasd 5 dat men de goedkeuring
van hunne Hoog Mogenden verzogt hadt, 'zonderditBeiluit,zo als men gewoon was, hun onder 't oog te brengen; om dus ''t zelve als éénpaarig genomen te doen voor- komen. Zy vaardigden, door hunne Hoog Mögenden om Bef igt verzogt, een Brief aan die Hooge Vergadering af, den garifchen •töedfagt der zaake blootleggende: waar op zy aanweezen, dat dit Beiluit op eerie gansch onwettige 'wyze was genomen. en daar én boven zodanig tegen de Geftelte- ïiisfe derMaatfchappye aanliep, als mede zo weinig met het beläng der Deelhebberen over een te brengen was, dat het, huns oor- deels , de goedkeuring van 'hunne Hoog Mögenden niet zou kunnen weg draa- gen.
De Hoófddeelgëtïoötén hadden begree-
pen, dat men aan den Reprefentant niet al- leen eéne fortlme van zeven 'honderd en vyftig Guldens, tot'betaaling van eenen Se- 'cretafis, moest toeleggen; maar ook zes 'honderd Guldens voor 'Reiskoftên; en dat 'men dien Heer geen béter erkentenis kon geeven voor de diénftén en zorgen, door denzelven reeds aan de Maatfchappye ' he- fteed , en die iriè'n verder van hem ver- wagtte, dan zulk eene die gefchikt was naar de geftelteiiisfe van de Compagnie,;en .'.gelykfoortig "met het géén 'zyne Hoogheid |
||||
H I S T ORI.L 163
gelvé trok, en het Honorarium van Heeren xc.
Bewindhebberen; dat daar aan zyne Hoog- b oee; heid vier ten honderd van de Uitdeelingen fcheen den Reprefentant twee ten honderd van die Uitdeelingen aan te bieden (*). Zj gaven eene Schets van den tegen-
Woordigen geenzins voordeeligen Staat der Maatfehappye, en toonden, dat, in den Jaare mdcclvi, de laatfte Afgifte vari ,twee ten honderd gefchied was, en meri twyfelde of men in de twee eerstkomende Jaaren tot dergelyk eene Afgifte wel zpjt kunnen komen! doch dat, die Uitdeeling volgende, het inkomen van zyne Hoogheid, voor den tyd van vier Jaaren, zich zou bepaalen tot zes duizend en vier honderd Guldens, terwyl de toeleg aan de.ezen ReT prefentant, geduurende dat tydsverloop, veertien duizend en vier honderd Guldens zou uitmaaken. Eene in 't oogloopende ongerymdheid, door de Hoofddeelhebbe- ren breed er ontwikkeld. ------ Zy oordeel- den en heweezen dat de bepaalde Toeleg aan den Reprefentant niet beftaanbaar was met
!<J*3 Refol. van Holt. I4junyi760i De Heereji
Jan .v: .marcelis en thomas hope, door Willem den IV, tot zyne Reprefentanten by de West - Indifche Maatfehappye aangefteld / had- den nooit eenig Honorarium, ja zelfs geene ver- goeding vairReiskoften, genooten. Wel eens was in overweeging geweest, hun eene Üitdeelingj nevens Bewinihebberen, aan te bieden; doch fculks niet tot ftand gekomen: dewyl door dea dood van dien Vorst, hun Character ophieldt. L a |
||||
t<?4 VADERLANDS CHE
kó'. met den daadlyken Toeftand der Maat«
Èo EK. fchappye en het Belang der Deelhebbe- ■-------ren; hier voor moeften zy zorgen, en
17&9' konden dus, door hun ililzwygen, of
toeftemmen, geen Befluit doen ftand gry- pen, 't welk de Compagnie zou druk- ken, de Actiën in waarde doen vermin- deren, en de Mäatfchäppy zelve met den ondergang dreigen (*). Weshalven zy •verzogten dat hét gedaane verzoek van Goedkeuring,op het zo wraakbaare Befluit der Vergadering van Tienen, mögt van de hand geweezen, en over dit ftuk eene na- dere Vergadering, overeenkomftig met de Inrigting der Maatfehappye, gehouden worden. Om dit verzoek te onderfchraagen had-
den de Hoofddeelhebbers den Prins Erf- ftad-
|
||||||
(*) In de blootfeggJng vaè den Staat der Maat-
fehappye, toonden zy; dat, zedert het Jaar 1748 tot heden toe, de Uitdeelingen niet ineer dan twee- en- twintig; ten honderd bedraagen hadden. En egter was dit Tydperk, zedert 1748 , tot nu toe dat geen, in 't welk de Compagnie, by gelegen- heid van den jongften Oorlog tusfehen 'Engeland, Franiryk en Spanje, het meest gebloeid hadt, zo als de kort op een volgende Uitdeelingen van drie ten honderd in 1758 en 1760, van vyi*ten honderd in 1762, van vier ten honderd in 1764 en eindelyk van twee ten honderd in 1766 uitweezen ; terwyl voor het overige alle de Afgiften , zedert dat in den faare 1730 de Vaard op de West-lndie was opengezet, tot 1748 toe, niet meer dan vyftien ten honderd en dus niet veel meer dan omtrent drie vierde ten honderd, het eenc Jaar door het ande- re gerekend, bedraagen hadden. |
||||||
HISTORIE. 16$
|
|||||
ftadhöuder desgelyks eenen Brief toege- xc.
fchikt. Het leedt niet lang of deeze neteli- boek. ge zaak werd uit de wereld geholpen, -----•—
door de verklaaring van zyne Hoogheid, 1769.
dat hy, tot kennelyk wederzcggens toe, ten behoeve van zynen Reprefentant van collen, afftand deedt van 't geen Hem, by de Opdragt van het Opperbewindheb- berfchap, was aangeboden. De Hoofd*- deelgenooten, hier van verwittigd, be- dankten voor de Bekendmaaking. Van welk alles aan hun Hoog Mögenden werd kennis gegeeven ( * ). Zedert langen tyd waren 'er gefchillen Een einde
gereezen tusfchen den Procureur Gene- gemaakt raal van Gelderland, aldaar Momber ge- doi'r de11 noemd, en de Magiftraat der Stad Ny- <jer aan"'t megen, wegens het uitoefenen vanhetLyf- gefchil ftraflyk Regtsgebied in het Ryk van. Ny- tusfchen megen. De eerstgemeide hieldt Itaande, dat de" .q~_ de Hoogheid van den Lande daar in be- neraal van trokken was; de Magiftraat beweerde, dat Gdder- Schepenen van de Stad, als Schepenen land <r"'de van het Ryk, de Regtsdwang aldaar toe- ^en y~ kwam , zonder dat derzelver Vonnisfen, aan den Hove, door den Burggraave des Ryks , behoefden medegedeeld te worden. Herhaalde keeren werd deeze zaak ter Gelderfche Staatsvergaderinge gebragt, en laatstlyk, in den Jaare mdccixvi, op nader aanzoek van den Momber, in die y.ergaderinge behandeld. De ftrydigheid der
I,*) ZT. Nedtrl. Jaarh. 1769. bl. 1026. 1349,
L 3 |
|||||
i66 VADERLANDS CHE
xc, der gevoelens in de Drie Kwartieren bragt
|5 o e ie. te wege, dat men het Gefchilftuk ter -----— beflisfmge aan zyne Hoogheid overliet j
1760. die eerst in Zomermaand deezes Jaars-
MDCCLxix, daar aan een einde maakte, door een Uitfpraak, in Slachtmaad van de Staaten goedgekeurd,met-last dat men weder- zyds zich ftiptlyk zou gedraagen naar de Regelen door zyne Hoogheid ter nederge- fteld, die wilde, dat Schepenen der Stad Ny-> piegën de Crimineele Jurisdictie in het Ryk van Nymegen zouden blyven uitoefenen, onder het beleid van den Burggraaf, als Landelyken Officier van het zelve Ryk; voorts de noodige Punten in onderfcheide Regtsgevalïen bepaalende ( * ). Aanzoek Staaten van Zeeland, die reeds in den vzw Zee- Jaare MDccLv, een voorflag gedaan had- véxbete- den om *ierftel 'm '* Muntweezen, by hun
ring in het Hoog Mögenden ie bewerken, van 't welk ]fyfunt- tot nog niets gekomen was, gelafteden hun- weezen. ne afgevaardigden, ten deezen Jaare, op het hervatten en voortzetten van dit voor den Staat in 't algemeen, en voor Zeeland in 't byzonder, belangryk Onderwerp. Zy bragten in dit Staatsbefluit, tejl naderen aandrang, by; hoe het Muntweezen een van de allergewigtigfte Stukken der Staat- kunde was, en van een oneindigen invloed op den Koophandel; hoe de groote veran- dering in de Muntfpecien, door de fchaars- fieid en daar uit volgende fteigering der- Munt? |
|||||
(*) N.tftdert. Jaarb, 1770, bl. 629,
|
|||||
HISTORIE. 167
Muntmateriaalen, de ernftigfte aandagt xc.
van den Sonverain vorderde, ten einde de boek. eerstgemelden eens met de laatstgenoem---------.
den in eene juifte evenredigheid raogten 17ÓC?.
gebragt worden; en hoe de voorbeelden van veele Mogenhedeu en Staaten in Euro- pa, die, om boven gemelde omftandighe- den, deeze zaak ten onderwerp hunner Raadpleegingen genomen en veranderingen gemaakt hadden, de Souverainen der •/<%- eenigde Gewefien, tot naavojging aanlpoor- den. De oorfprong van de verlegenheid in Zeeland, door het meer en meer toenee- mend gebrek aan Zilver Kasgeld, zou ook, huns oordeels, de andere Geweften, den eenen of anderen tyd, kunnen bemaauwen. -- De Afgevaardigden der zes Qe weiten ua- men dit Stuk ter nadere beraading'over, en zonden hun Hoog Mögenden een Af- fchrift des Voorftels van Zeeland; aan de Raaden en Generaal Meefters van de Mun- ten deezer Landen, om derzelver beden- kingen daar op te ontvangen. • Deezen lie- ten ze niet lang agter blyven. Doch, fchoon zy, in de groote hoofdzaak, het voorgeflaigene van Staaten van Zeeland moeften toeftemmen, en hun Hoog Mogen- den op 't ernftigst aanraaden, de onderhan- delingen , over de befte middelen tot herfiel in 't gebrek aan Standpenningen, te doen hervatten, konden zy aan den aangepree- zen Zilveren Standpenning van veertig Stuivers, en derzelver gedeeltens, zo als de- zelve van Gehalte was voorgefteld, hunne, goedkeuring niet geeven; maar raadden L. 4 veel |
||||
i58 VADERLANDSCHE
|
||||||||||
veel eer tot het flaan van nieuwe Gouden
Ryders, en van deeze ook vierde gedeel- tens te minften , 't welk het gebrek aan Zilveren Standpenningen zeer te gemoete zou komen; en oordeelden zy dit het bes- te en vaardigste middel om Staaten van Zeeland uit hunne verlegenheid te hel- pen (*). Mislukte het in Zeeland de Stad Zierik-
zee eene bedoelde Hoogefchool op te rig- ten (f), ten deezen Jaare mögt Vlisfingen het onbetwist voorregt genieten van eene. Geleerde Maatfchappy, uit kleine beginzels aangegroeid, binnen haare muuren,te zien tot itand komen, die den Tytel voerde van het Zeemvsch Genootfihap der JVeetenfchap- pen te Vlisfingen, Eenige Liefhebbers van Kunften en Weetenfchappen te dier Stede hadden een Genootfchap, onder Befcher- minge van den Prins Erffiadhouder, opger rigt, en in Lentemaand deswegen eene openbaare Bekendmaaking gedaan, by het uitfchryven eener Prysvraage, op welker befte Beantwoording zy een Gouden Eer- prys uitloofden. Twee der Beftuurderen IZAAK WINCKELMAN en ROBBERT
pendrik du pon, Regeerings Leden
van Vlisfingen, vergezeld van den Eerw. jusTus tjeenk, Leeraar in de En- gel- |
||||||||||
xc.
|5 0 E E.
1769, |
||||||||||
't Zeeuws
(Jenoot-
fchap te Vlisfingen ppgeregt. |
||||||||||
£*) JVot. van Zeel. 27 April 1 Mey 1769. Re»
Jol. Gener, i7july 1769. N.Ntfarl.ffaan. 1771, 'bl. 20 en 74. £ƒ) Zie hier boven, bl. 94.
|
||||||||||
HISTORIE, 169
|
|||||
gelfche Gemeente, eerfle Secretaris van het xc.'
Genootfchap, vervoegden zich by den boek.' eeriten regeerenden Burgeraeefter cly- de Regeering kennis te geeven van deszelfs oprigting, als mede de goedkeuring en befcherming te verzoeken. Zulks bekwam het terflond op de verpligtendfte wyze, met aanwyzing van eene Vergaderplaats, van Stadsvvege, tot zo lange het van eene bekwaamere zou voorzien weezen. Even gelukkig Haagden de bovengemelde Hee- ren in 't verwerven der verzogte befcher- ming by Staaten van Zeeland, die het Ge- nootfchap, onder en met den Tytel van het Zeeuwsch Genootfchap der Weetenfchap- pen teVlisfingen, goedkeurden, alsmede de Spreuk non sordent undis, door 't zelve aangenomen, beveiligende ook het daar op zinfpeelend Zegel, verbeeldende de Zeven Vrye Kunflen op eene Rots in Zee, met het randfchrift Siglllum Societa- tis Scientiarum Batavo Vies fingen fis. Het eerile Stuk der Verhandelingen, door dit Genootfchap uitgegeeven, pronkt met een agtbaare Naamlyst van Beftuurders en Ler den (*). Schoon de oudfleMaatfchappy der Wee-'t Ba*
tenfchappenhierte Lande,de Haarlemfche jaafschGe* de geboorte van die Zufler, in een nabuu-"00^^
° ■■■■'■ .te Kotter* nëdam.
(_*") Verhandelingen uitgegeeven van het Zeeuwsch
Genootfchap der Weetenfchappen te VLisfingen I Deel, Mot. van Zeeland 23 Maart 17Ó9. L5
|
|||||
17© VADERLANDSCHE
xc. rig Gewest, niet met het gunftigst oog aan-
BoEK. zag, kon de Goedkeuring aan de Holland' „------fi/ie, door denSouverain verleend, opgee-
1769. nerlei wyze in aanmerking komen, tot wee-
ringe van eene dergelyke Maatfehappy in Zeeland. Maar anders dagt deeze eerfte Maatfehappy, wanneer, in dit Jaar, door? de zonderlinge edelmoedigheid eens Lief- hebbers van 't wehveezen zyns Vader- lands;, die verkoozen hadt om, geduuren- de zynen Leeftyd, openbaar als Stigter des Genootfchaps, niet bekend te ftaan ( * ), een Fonds gefehikt was ter Oprigting eens Genootfchaps , tot het voortzet- ten van de Proefondervindelyke Wys- begeerte, te Rotterdam; en de Beftuur- ders van 't zelve, de Heeren salomon, DE MONCHY, LEONARD PATYN,
LAMBERTUS 15IKKER, CORNELIUS NO ZE MAN eil MARINUS SCHOU- TEN, zich by Staaten van Holland ver- voegden , om dit Genootfchap, 't welk de Vroedfchap van Rotterdam, als Meeenaa- ten begunïtigd , en zyn Hoogheid in zy- ne veclvermogende befcherming genomen hadt, door de goedkeuring en 't gezag van 'stands Souverain, te doen bekragtigen, en
d (*~) De Heer steven hoogendyk, die de
opkomst en bloei van dit Genootfchap een reeks van Jaaren mögt aanfchouwen, daar hy den der- den van Hooimaand des Jaars 1788, in den ouder- dom van één- en- negentig Jaaren, te. Rotterdam overleedt. -Algemene Kunst- en Letterbode I Peel bl. 13. |
||||
HISTORIE. 17*
en niet de Haarhmfche Maatfchappye in ce- xc.
nen rang te Hellen. Immers Beftuurders boek. der laatstgemelde Maatfchappye bekwamen ——- geen naarigt van deeze poogingen der Rot- 1769. ierdammeren , of zy leverden een Smeek-' fehrift by Staaten van Holland in, opnaa- iende de aanmerkelyke bezwaaren, en de nadeelige gevolgen, welke zy vermeenden, dit uit de Vergunning en Beveiliging van> etat Genootfchap, in een en het zelfde Ge- west, zouden gebooren worden: gepaard met een verzoek, dat, noch aan dir Rot- terdamsch Genootfchap, noch aan eenige an- dere Inrigting van dien aart, eenig Octroy mögt verleend worden, 't welk de verkrec- gene Voorregte'n der Hollandfche Maat- fchappye te Haarlem, eenigzins zou kun- nen verkorten. De Rotterdamfche Beftuurders kreegen
geen kennis van dit betwhten huns verzog- ten Voorregts, of zy betuigden by de Staa- ten hunne hooggaande verwondering over deeze handelwyze der Haarhmfche Maat- fchappye , en leverden teffens breedvoerige aanmerkingen over,flrekkende om te toonen, dat men, ten onregte, hun van het Octroy zogt te verfteeken, en dat de redenen van bezwaar, als zo gewigtig aangevoerd, op verre na dat gewigt niet hadden. In dee- zer voege oordeelden Staaten van Holland mede, waarom zy, inHooimaand desjaars MDCCLXx, met hun gezag bekragtigden Het Bataafsch Genootfchap der Proefonder- viiidelyke Wysbegeerte te Rotterdam, ondeir de Zinfpreuk, geb.tosfee.bt bxpe- rien-
|
||||
172 VADERLANDSCHE
xc. RiENTiA fructus, een Zegelvoe»
ij-o EK. rende met dit opfchrift Sigillum Societatis -—— Philofophia Experimentalis Batavo Rottero* 1769- damenfis. 't Hoofdoogmerk deezes Ge- nootfehaps was, het verbeteren van Kunst en Werktuigen, die ftrekken konden ten voordecle van den Landbouw, Zeevaard, en alle werk tuiglyke Kunften en Fabrieken, ter inftandhouding en verbeteringe van Ri- vieren, Dyken, Wegen en Landeryen, of ten nutte van eenige voornaame takken der Nationaale Huishoudinge. Wyders zou 't zelve zyn werk maaken van het ontdekken, en door ontwyfelbaare Proeven bevefligen, van nieuwe waarheden of kundigheden in de Natuurkunde, Scheikunde, Natuurlyke Hiftorie, practicaale Genees- en Heelkun- de, het uitvinden van nieuwe Genees- en Heelmiddelen j en wat meer van dien aart mögt weezen,------ Aan deezen aan- leg beantwoordde het Genootfchap volko- men; de uitgefchreeven Prysvraagen ftrek- ken hier van ten blyke; en de Verhande- lingen , die vervolgens het licht zagen, beveiligden het nog kragtiger. Terwyl de Naamlyst der Leden uitwees, dat dit Ge- nootfehap met het Zeeuwfche en de Holland* [che Maatfchappy te Haarlem, om den voorrang dong (*). Zag
(*) Refol. van Bolt. * July 17.70. Verhandelin-
gen van het Bataafsch Genootfihap der Proefonder*. vindelyke Wysbegeirte te Rotterdam, I Deel. |
||||
HISTORIE. 173
|
|||||
Zag dit Jaar deeze twee Genootfchappén x'c.1
oprigten, waar van men zich veel goeds boek; mögt belooven, de Yver, welke thans on---------
ze Landsgenooten, tot bevordering van 1769-
Kunften en Weetenfchappen bezielde, ver- 't Genoot- toonde zich ook te Amfhrdam, waar ver- fcnaP -F'0-1 fcheide Liefhebbers, fchoon in een kleiner *X'J™« kring werkende, hunne poogingen zamen- te Amßer* fpanden, om als een Genootfchap, onder ^»»ge- de Zinfpreuke, florbant l i b e r a- VeftlSd- les artes, het huiiiic tot bevordering van den Bloei der Vrye Kunden toe te brengen, 's Jaarlyks een Eerprys van der- tig Gouden Dukaaten ophangende voor een ieder die eene voorgeftelde Vraage, naar hun oordeel , best beantwoord- de (*). De Ziekte en Sterfte onder 't Rund- De fterfte
vee was in de Vereenigde Geweften wel ^f^r het niet geheel opgehouden; maar in zo verre 0ntfteekt verminderd geweest, dat dezelve niet meer met nieuw als eene Landplaage in 't oog liep; doch geweld, begon die Kwaaie, in den voorleden Taare, Vool'2or- in de naby gelegene Geweften, .als mede tegen aan- in de Generaliteits Landen, en hier en daar gewend. in Holland,met nieuwe kragt, te woeden: waar om Staaten van Holland een fhreng Plakaat tegen den Invoer van allerlei'Rund- vee , en wat kon dienen om der Befmetting te, verfpreiden, in Sprokkelmaaud deezes Jaars, deeden afkondigen, en alle PvLgi- ftraä-
, (*) Verhandlungen van het Genootfchap onder Je
*?infpreuk, Floreant Liberales Artes, I Deel. |
|||||
IM V AtD E R L AN D 'SCHE
-xc ftraaten in de Steden , en Baljuw en .ten
■boek. platten Lande, aanfchryven, de Leeraars te --------gelaften,in hunne openbaare gebeden, den
.1769. Hemel vuurig om de afwending en het op-
houden dier Plaage te fmeeken. Dit ftreng PJakaat gaf aanleiding tot verfcheide verzoe- ken om verzagting,en nadere bepaalingen. De Sterflyften, in gevolge van een Staatsbefluit door de Schouten of Geregten ten platten Lande gezonden, leverden een droevig: vertoon op van het woeden deezer Ziek- te (*). ----*- Het Veeryk Friesland, hier door mede aangetast, poogde, door een en
jander Plakaat, den voortgang te weeren, en deeden Staaten van dat Gewest, in Slachtmaand een Vast- en Bededag uit- fchryven , byzonder ingerigt om het af- wenden dier Plaage af te bidden (f). -----• Gelderland zugtte mede onder dien geesfel.
Om de verarming van veele goede Ingeze- tenen, zo in de Steden, als op 't platte Land, te gemoete te komen, bepaalden de Staaten des laatstgemelden Gewefts eene ibmme van eenige duizenden Guldens, om aan dezulken, die door deeze Landplaage geleden hadden, en het begeerden,zo ver- re zulks gefchieden kon, naar evenredig- heid, uitgereikt te worden: terwyl zy niet verzuimden, door heilzaame Plakaat en, mid-
|
||||||
(*) N. NederU Jaarb. 1769. bl. 183. 337. 505.
746. 778. 1054. 1087. Ct) N. Nederl. Jaarb. 1769. % 1075. 1383,
Ï384. |
||||||
HISTORIE. 175
middelen ter ftuitinge van den verderen xc?
voortgang aan de hand te geeven (*). -boek.' In Utrecht en Overysfel, als mede in Stad en Landen, ma'akte men de best geoordeelde 1769.
fchikkingen in deezen nood (f). -------.
En fchoon in Zeeland die Sterfte zich ka-
ter openbaarde, of althans fpaader eene groote verwoefting aanrigtte , was men aldaar mede op de gewoone beletmiddelen der verfpreidinge bedagt (§). By deeze Veefterfte kwamen, ten 1770.1
zwaardrukkenden last van een gedeelte on- Door- zer Landgenooten, in den Winter deezes ^raafcJ11 en des volgenden Jaars, herhaalde Over-^ yn' ftroomingen. Door de menigvuldige Re- gens in den Herfst des Jaars mdcclxix, was het water in onze Rivieren zo hoog gezwollen, dat, tegen het afloopen van Wintermaand, eette Doorbraak in den Lek" dyk onvermydelyk feheen, en was de Menve "by Gornichem, tot zulk eene hoogte ge- 'klommen, dat een groot gedeelte dier Stad onder water ftondt. De gevreesde Inbraak viel's nagts, den acht - en- twintigften van 'Wintermaand voor op eene plaats waar ~men dezelve minst verwagtte, in den Rhyndyk op het Kleeffche Grondgebied tus- fchen het Steedje Huufen en het Dorp An- geren, één uur boven Arnhem. Door-die In-
(*) N. Nederl. Jaarb. 1769. bl. 411. 835.
(t) N. Nederl. Jaarb. 1769. bl. 62. 385.515. Sil. 82O. 1355. 1392. 1468. • (§) N. Nederl. Jaarb. 1769. bi. 1333. Voör*t
Jaar 1770. bl. 143.
|
||||
, • ifö VA DER LAN DS CHË
xe. Inbraak werden alle Landen, t-üsfchen èoti
,Bo eK. Ä//J« en de Waal, van iZ»«/e« en httPan- .;;------; <fe,/cfo Kanaal af, ter wederzyde van de
.1770- Zrage, tot aan den Dkfdyk en Gornichem
toe gelegen , overftroomd : eene uitge- strektheid van 55544 morgens lands. De Dkfdyk, als mede dzLingedyk, zich in ee- nen goeden flaat bevindende, keerden het water, 't welk de Vyf Heeren Landen, ne- vens de Alblasferivaard, anders met eene Overftrooming dreigde, gelyk aan die deeze ftreeken in dit Jaar mdccxli •■•' trof(*> Door- De Waterboden , die by hoog water,,
braak in onophoudelyk langs de Rivierdyken ryden,
jn £*'»£*- maakten de Doorbraak des Rhyns by Huu- - fin, binnen weinig uuren, in dien gehee- len oord bekend. Het gelui der Klokken,
het gebalder der Seinfchooten van de wal- len der Steden, kundigden den Landman het droevig onheil aan; hem wäarfchuwen- de zich met Vee en Haave, by tyds, op Zolders, Hoogten of in de Steden, te ber- gen. Dewyl het Gat niet zeer diep, en de boezem, waar in het Vloedwater ftortte, zeer groot was, vondtmen, op de meefte plaatzen, tyds genoeg ter berginge. Waar men kans zag om het inbreekend
watergeweld te keeren, Helde men alle po- girr-
(*)Wagenaar Vadert. Hiß. XÏX Deel,
bl 329. Verzameling van eenige geloofwaardige Be- rmen en Brieven, de overßroomde Landen betrtf* f ende. TeAmft. by J. flRtoN 1741. |
||||
fr i s t o R i e* ifr
gingen, en op zomriiige piaatzen met veel xcï. -.
vrugts, te werk. Dan den läätften dag boek» desjaars hoorde nlen, in 't Graaffchap Kai* ——-»_ lenburg-, het water met groot gedruis van i?7o» verre aanrollen, eri zag het Land voor eeni-- ge maanden als in een Zee veranderem De. Lingedyk by Rumpt bezWeek,waar door dat. Dorp, en Geliikum, in de Tielerwaard ge- legen, ondervloeiden. ——*->■ Om verdere gevreesde Dykbreuken voor te komen,' en de met water overdekte Landen eene fpoedige verlosfing te bezorgen , maakte, men Overlaaten, die eene gewenschte uit-? Werking deedem • j »_ De£e£y zo wel als de Waaïy met M-r.^ *%»-.
kn aanhoudende, voedde men hoope, dat myaJdoor^. het water ras géweekeh en de geleede fcha- gebroo~ de gering zou zyn \ te meer daar noeile ken. vlyt de handen "repte om de Doorbraak by Huufen te bekrammen, ten einde, by het Wederwasfen van den- Rfyn s eene ■nieuwe Overftrooining te verhoeden. Dan deeze hoop werd deerlyk verydeld, wan^ neer, op den zeven- en--twintigften van Louwmaand desjaars -mdcclxx, de nieuw gemaakteBeflaglcaden, op drie plaat- • ' <:. zen, door het hooggèreezen Rhynwatef "-'•,' Overweldigd werd. Onbefchryfbaar was de neerflagtigheid en druk onder de Be- woonders van meer dan dertig Dorpen^ die, voor de tweede keer,- iü één maand tyds, hunne Landeryen geheel door den. Vloed bedekt zagen. Thans rekende de Landman, by het verlies aan Vee, door- de Sterfte in 't verloopen Jaar geleden 9 XXIV. Dit el, M zyn |
||||
ï?8 VAPËR.LAN0SCHË
SC. zyn Wintergewasfen onherftelbaar bedof«
'boek. vgn,- de Arbeider was verftooken van het .——- werk 't geen hem anders, in't behoeftig 1770. Winterfaifoen, den mond open hqudt; bei-- den, voelden zy het nypen der bittere Kou- de, gefchérpt door Honger en Gebrek, in de laagfte Landen verleenden de ar-nioed^. ge Hutten- omgeflaagen, of dreigende voor 't geweld des waters te bezwyken, geea veilige fchuilplaats. In beide de Vloeden, fchoon de laatfte min hoogliep dan de eer- ile, vertoonde Zich het Land gelyk eer* wyde Waterplas, uit welke hier en daaft Kerken en Huizen de kruin, bpyen ftaken. Dyken,, Hoogten, folders yan de befte Wooningen wa^en de Wykpïaatzen voor- Menfchen., de Bergplajatzen voor Vee eif Have. Gevaar en Gebrek; waarden, ronds-, om hun heen. De zoj.;g der Regeering va» v,erfcheide Elaatzen voorzag in beide-, dooK Schuiten na 't verdronken Land te,, zen- den, om die zich onveilig vonden af tekfä*, len, en in veiliger ftede te brengen;, en-al* fen de vojftrekfte Leevensnopdwendigljie?« den aan,, te voeren,. Bczerging Door deeze Onderfteuning werd de, eer-! der Nood- fte nypendeNood eenigzins vervuld, en de ïydenden. £.hreien(ifte Behoefte geftild. Dpc-h- de* wyl, door de tweede Oyerftrooming., de Elende grooter en 't Gebrek van langet duur.fcheen te zullen weezen, zagmenujc 13a kragtdaadiger onderftand, en wendde laet oog op 't weldaadig. Holland, Ho£ daar welseplaatfte Harten de hand diep, ij» de beurfe deeden ta.ften> lag zo welby, |
||||
:h tl is /torIë, if$
eenigse der Oiigelukkigdn ,; al? by hunne xc.'
Bezorgers nog diep in gehèugenisfe. Br-lé1 Söëè Ven, derwaards afgevaardigd, "bekwamen hing volgde, i Drie Broeders iL ilï fc, te FÄM wöonagtigij liaddeh reids» ve«f'ge- daan in de bezorging dei:NtóÜydendetf» en- belatten, zieh byzönder. met dien verde* ren arbeid der Liefde. De-"Meer H. ji rink, Amptsontvangèr in-.de' Neder- Bet-u- 'we j droeg den nood der Bouderen- Voor aan eën zyner Vrienden te Rmvpdötny zyn Brief kWarri • in handen van eMigerï:€e dier Stede, die in de RótterdamfeJtetJh« deelinge dés Jaars wmcsgamMt wetkzaäni geweest waren, en. zich' weder opgewekt vonden Om,-ten nutte hunne» ongelukkige Medevaderlanderenj eenigë> metf dan 'ge^ hieêne poögingen aaii te-wetïdenv Zy oor-> deeldeii, in idinfgenjeldêff ÄnTptSöhtvängei'i den'; regten Mali gevonden te' hébbenv'öfi* eene uitgebreide Toereiking 'behöörlyk^t^ beftüuren*; "^an. hem veijzekerihg bek®* men. hebtoeMe, da* de Uitdeeling* Z&. önpartydigf als- mogelyk was, en zbüdfetf- aatizien van Gezindheid^ allee» naar even* redigheixl der Behoeftens, zöu'gefchiedenv. én dat' zyne Broeders hem: in- mt Liefet* werk de behülpzaame hand zouden- bieéenv gingen zy te Rotterdam aan 't inzamelen, en i bezorgden dat, in ändere Höllandfche Steden j eenigen hunner Vrienden, iets on- der, hunne, .bekenden zouden zoeken te be- komen,; ohi, een Nood" te vullen, die wel. niet te noemen-was byj die van den Jaa* M i té |
||||
i8o VADERLANDSCHS
3£0. re MDCCXti, doch eene meer dan ge»
»qek, meene milddaadigheid veeier handen eisctv * $770. ruim negen- en- dertig honderd Guldens in geld by een-, behalven 't geen door anderen in Geld, Eetwaaren, of Wollen- Itoffen, reehtftreeks aan den Heer rink= gezonden werdy die de op zieh geno- men Uitdeeligmet veel lofsi in de Neder- Betuwe verrigtta- Middelerwyl kreegen de Rotterdamfchs
Inzamelaars aanfchryvens van den nood der door 'é Waterleed diep getroffene In- woondere». te Vuuren, Daalhem, en Spyh by eenen Brieve- van den Eerw. pe- $B.us pALubaNüs, toen Leeraar op de twee eerstgemélde Dorpenj zy wer- den te raade een gedeelte der Penningen te fchikken tot onderftand dier Behoefti- gen, byzonder tot het herftelkn der Woo- ningeii welke in deezen Oord, daar 't; /water fcooger dan elders hadt geftaan, zwaar befehadïgd waren. Be Eerw. p a- 1BDANBS namr met de Heeren, jan HENDRIK BAKKER. e» WILLEM
kok, de bezQfging op zich. Ruim ne-
gentien honderd Perfoonen werden door deeze Liefde gaven', geholpen, verkwikt, eiv onderfteund (*). ; . .' . M : :■ Men
(*) Verhaal, wegens de twee laaiße Overßroo*
mingtn in de Betuwe enz, bl. 7 enz. Te Rotten" dam by %. arrenberg 1773. |
||||
HISTORIE. i3i
Men hadt ondeitusfchen, in de dikmaals xc.1
hervatte onderhandelingen over de Rivie- boek. ren, die zo veel Jammers te wegebragten, derde. De Koning van Pruhfen, in den 'Traage Jaare mdcclxyii, over dit fluk ge- voortgang fchreeven (*), antwoordde in 't volgende ™erk der Jaar, het hervatten eener Onderhandelinge Riviere»», voorflaande; doch 't bleek, uit een byge- ^voegd Vertoog, dat hy,zo wel in de bron- «en van het kwaad, als in de voorgeflage- ne middelen tot herftel, wyd en breed ver- fchilde van de gedagten hier gekoefterd. Dit zag men nader uit de aanmerkingen op dat Antwoord, waar in men zich by Staaten van Holland beklaagde over de weinige een- stemmigheid der belanghebbende Land- schappen , die alle vrugt eener nadere Onder- handelinge zeer onzeker maakte. Gelder- .\ land, Utrecht en Overysfel kreegen, egter». . •..;.. Staatswyze aanfchr^ving van 't geen Hol- land over 't herfiel der Rivieren dagt. Gel- derland en Utrecht beantwoordden dit met b/gevoegde Bedenkingen op het Pruisfich ontwerp. Te midden van deeze Briefswy- ze voortgezette Onderhandelingen over- leedt de Vraagbaak der Hollandfche Hee- ren, de Hoogleeraar joh an lulofsj waar op de Stukken hier toe betrekkelyk in handen gefield werden, van den door- kundigen Heer christiaan brUr- ning s, Opziender van het Hoogheem- raad- C*') Zie hier boven bl. 87.
M 3 |
||||
i8s VADERLANDSCHE
xc» raadfchap vmRhynland, door den overleden
o e%. Hoogleeraar daar toe aangepreezen. Diens mede gedeelde en goedgekeurdeBedenkingen |
|||||||||
I770. bewrogten eene nadere Byeenkouist in
'sGmvenhmge, in Sprokkelmaand des Jaars • MDccLXix, dan de Afgevaardigden der vier Geweften bleeven even zeer verwy- derd. Doch daar die van Holland befloo- %er\ dën Erfftadh ouder te verzoeken om die GefchiÜen tusfchen de Geweften, en wel hyzonder wegens de betwistte Byland- fche Doorfnyding ? door zyne uitfpraake, onder zekere voorwaarden , te beflisfen ^ bewilligden dje van Gelderland gereed- lyk (*).
Overeen- Schoon de VQorgeflaagene Onderhande- komst met üng met die van de Pruisfifche zyde nog 'Pruisjen Qpgefchort bleef, kon in het floppen van herftel des ^e Doorbraak, en het herfteMen van den ffliyndyks. ingefcheurden Dyk by Huufen ophsxPruh- fischGrondgebied,nietsgedaan worden zon- der bewilliging en medewerking des Kö- rtings. Dit leedt geen uitftel. Weshalven hunne Hoog Mögenden aan zyne Majefteit fchreeven. Van wederzyden werden GevolT magtigden benoemd. In 't eerst was men / bedugt voor vertraaging in dit noo.dzaaklyk werk, wegens de nog hangende Gefchillen pver de Waterwerken en Rivieren. Maar «Je Onderhandelingen tusfchen de Gelder^ fche en/(/^jTc^eGeyolm^gtigden, fchikten zich
|
|||||||||
£*) N.Nedert. ^aarb.iyóS. U. 57.1. 615. Voor.
<{Jastr 1769. bl, 130. 263. 310« 394. 521. s68. |
|||||||||
H I S T O K ! É. i§3
£ich ra's naar wenscli. Zy flöbten, met xc?
voorkénnisfe van den Effftadhouder, in boek* verwagte Goedkeuring vän zytte Pfuïsfifcfte . eene Overeenkomst zeer tot genoegen der Gelderfchen. Jloófdzaaklyk kwam dëzèïtfè ,-/; . hier op neder. ZynePrüiififcheMaiëRüt ïiet höt maaken en herftellen van den ÊJi'yndyk by Hïtufeh geheel aan de Gelderfchen over% . ' om daar mede naar Welgevallen te häriäe* len, als of het hun eigen Dyk ware. Bé Gemagtigden tot de Dykfèhouwe,wegene het Ampt van Overbetuwe zouden met twee Gemagtigden van de Kleeffche zydè 's, jaar- lyks de Schouwe over deèZéh Dyk voëréh , die door eene Scheidpaal, met het opfchrïft ANGEREU ENBETÜWSCHOUWjÄ
den anderen Dyk zou onderfeheiden' wor-
den, 't Herftellen vän de Wällen én' dé omgefpoelde Muuren vän Hüufen Heef voor Rekening van die Stad. Höfe hoog de koften van dit Dykheïftel voor Gelder- land ook liepen, waar inzy, door Staaten van Holland, wegens het aandeel dät de Landen van Af peren, Heukelum en Spyk. hier in hadden, te gemoete gekomen wé'ft den, bewilligden zy daar in gèreedlyk: de- wyi 'er anderzins geen middel was om d'é Betuwe voor nieuwe Overftroomingeri tê dekken, dan beneden het Kleef f che Grond» gebied, op den Gelderfchen Bodem, dwars door de Overbetuwe, een zwaar en Dyk te leggen, die ter Borstweering voor de gêr heele Betuwe, en de verdere Landen tus- fchen de Rhyn-, Lek- en Waalßroomen M 4 i ge» |
||||
i84 VADERLAND SCHE
|
|||||
xc, gelegen, zou verftrekt hebben. Een werk
boek. dat jbehalvende meer, dere koften, met groto* -—----- te zwaarigheeden vergezeld ging, In Slacht*
Vj'jo.. maand was dit Werk voltooid (*).
pankzeg- De herftelling van haare Koninglyke gingen Hoogheid de Prinfesfe van Oranje ^ in de herfteilhig Jaasr.verloopen Wintermaand door de Kin^ der Prin- derziekte aangevallen , voor. welke voor- fesfe van biddingen bevolen waren (f), deedt niet d^icTd111- 'a^een *n ^e Hofplaatzej op bevel des Hofs ziekte. " van Holland en de Magiftraat, maar ook in Voorbid- alle lierken 4er Vereenigde Geweften, in dingen 't begin van Louwmaand , op aanichryving fn°Zwan.- ^er Overheden, Dankzeggingen uitftort- gerheid. £en (§). Voorbiddingen voor die Vorftin? rje vervingen, op hoog Bevel, dezelve, wanneer zyne Hoogheid, in Zomer ^ maand, in de Hooge Vergaderingen, den gezegenden ftaat zynerGerflalinne bekend, gemaakt hadt (?*)• >. £y vterlost Haare Koninglyke Hoogheid verlofte, op vaneene den acht- en- twintigften van Slachtmaand , Pfinfasie. van eene prinfesfe. De Oranje vlag van de St. Jacobs Tooren uitgeftooken, het luiden en fpeelen der Klokken , en het driemaal. Josb.ra.nden van eenigeftukkeli Kanon, maak- te deeze Geboorte 'm'sGravenhaage bekend. Afgevaardigde B.ooden van aanzien bragten die tydmg na den Koning van Pruis/en, ..) '" ~ na i {*) Ver-haal, wegens de twee laatfte Qverßrao?.-
fähigen in de Betuwe enz. bl. 27. (t) Refal. van Holt. i4D.ec. 1760, ,;
CO Refol, van Holt. 17 Jan. 1770.
• £**) M<0. Van.Höll. 27'Juny 1770. |
|||||
HISTORIE. 185
|
|||||
na de byzondere VaderlandfcheGeweften, xe;
en de Nasfaufche Hoven. Zyne Hoogheid boek» zelve, vervoegde zich, naa de Gelukwen- Standsperfoonen in de Hofplaats ontvan- ". gen te hebben, na de Hooge Vergaderin* gen des Lands om dezelve van deez& Gebeurtenis kennisfe te geeven; en werd daar op, door Afgevaardigden uit dezelve» in 't Stadhouderlyk Kwartier ftaatlyk, begroet; biedende den Afgezondene uit hunne Hoog Mögenden, by de begroeting,, het Peterfchap over de thans geboorene Prinfesfe aan (*). Van hunnen wege kreeg de Groot - Brittannifche Afgezant, de Ridder yorke, plegtige kennis geeving, terwyl deeze aan de overige buitenlandfche Afgezanten gefchiedde, door hunnen Agent. By aanfchryving deeden zy de weete aan de onderfcheide Geweften. . In verfeheide Steden van Holland dien- tym, .,
den Vlaggen en Klokkenfpel om deeze Ge- oordeeUe beurtenis aan te kondigen; welke zy, wyders de iiiumi-, by Afkondiging bekend maakten,teffensde |iaji,en in Ingezetenen aanzeggende, dat zy, by aldien, ^^en"" te deezer gelegenheid, eenige openbaare Holland Vreugdebedryven zouden gefchieden, des bestagtar« nader berigt Honden te ontvangen. Staa-^ gel«aten' ten van Holland hadden den Doopdag, by het maaken van fchikkingen tot de Doop-* plegtigheid,beftemd, om in 's Qravenhaage, met Illuniinatien, ten betoon van vreugde, ver-»
i*) Rißt, van Heil. 28 Nov. 1770.
|
|||||
k%6 VADEPvLANDSCHE
XC. vereerd te worden j en zou zeker dit voöï*
$0ik. beeld ten baak aan 't geheele Land geftrekt ------- hebben; dochby eene openbaare Afkondi-
JE/70. ging gaven zy te vérftaan, dat zyne Hoog?
t heid, wel verzekerd van de bereid wülig- Jieid en genegenheid met welke zulks zou
gefchieden, uit aanmerking van tegenwoor? dige bezwaarende omftandigheden, en in 't byzonder de groote duurte der rneestbenöo* digde Leevensmiddelen, van oordeel was * dat 4e Illumlnatien zó in 's Gravenhaage, als die verder in dit Gewest zoude kunnen ge- fchieden , behoorden agter gelaaten, en da-ar door aan een ieder, zo hy het mögt goed- vinden, aanleiding gegeëven worden, om de Kollen daar toe noodig, tot Liefdega- ven aan Armen en Behoeftigê'n te beftee- den(*). * Een oordeel Van alle verftandk gen toegejuicht. pit voor- Te Utrecht deedt men eene bekendmaak beeld in king,dat'er, of» den Doopdag, geene Illu« Ge^eften minatien zouden gefchieden, en 'er veel gevolgd, min eetiige Vuurwerken afgeftooken wor- den. -—— Staaten van Frjesland ftelden een Dank- Vast- en Beëedag vast, te vieren zo ras men volkomen zeker herigt ontving van de Hérftellinge häarer Koning- lyke Hoogheid, om daar door de meest- gegoede Ingezetenen eene byzondere ge-r legenheid te verfchaften tof het mededee- ïen van Liefdegaven aän hunne behoefd-? ge Medemenfchen, eü dus ru-ünne erkent te
00 Refol. van Holt. f, 7 en 18 ÖCC 177Q,
|
||||
'.
|
|||||
HISTORIE. iß?
lenis met daad en te betoonen. Zullende xcu
de helft der Penningen, in zo verre die by böE3L, de Diakens en voor de Weeshuizen werden ~—-» ingezameld, alleen voor deezen Dag, aan ï27q, jde Buiten Armvoogden worden uitge- keerd. —;---- In Groningen, vondt de Ma- giftraat der Stad goed, in plaats van Illur minatien, en andere openbaare Vreugdebe- dryven, by gelegenheid van den Doop der Jonge Brinfesfe, daags te vooren eene bui- ten gewqone Inzameling, ten behoeve van deDiakqniederStad,te laaten doen (*). — Gecommitteerde Raaden, der Staaten van Z,eeland., de tyding der gelukkige Verlos* fing verftaan hebbende, gaven bevel tot openbaare Dankzeggingen in de Kerken. Te Vlisfwgen bepaalde de Regeering een Dag tot openbaaren Vreugdebetoon, dien men in gulle vrolykheid vierde. Op den negentienden van Wintermaand Doop-
aanfchouwde het Vorstlyk 's Gravenhaage P^gtig- den grqotfchen Trein der Doopplegtigheid,in p^£,van welken Staaten van Holland den voorrang louisa""* uit beleefdheid gegeeven hadden aan de Af- wilhfx- gevaardigden uit hun Hoog Mögenden ( f ), ^na. Zyne Hoogheid zelve hieldt de Prinfesfe ten Doop, die de Eerw. munnekemo- len verrigtte, haar den naam geevendè Van FREDERICA L0U1SA WILHELt
MI-
(*) De Verzamelde fomwas8.205 Guld. ioStuiv.
uit 's Stads Kasfe voegde men 'er2500 Guld. by, en uit die der Provincie 1500 Guldens, Zo dat dit Liefdewerk de fom van i220sGuld. 19 Stuiv, beliep. • Ct) MefiL van Ho.U. 4 Dec, 1770. |
|||||
188 VADERLAND SC HE
xc. mina. De Liefde gaven, toen ingezameld,
boek. bedroegen 4352. Guldens. Op 't Oude Hof 1770. die de Doopplegtigheid hadden byge- woond, en was 't zelve dien avond fraay verlicht. Het driemaal losbranden van één- en- twintig {tukken Gefchut, het Klokkengefpel en Gelui, behelsde al het uitwendig betoon van Blydfchap. Dan be- flooten de Diakens der Neder duitfche Gere- formeerde Gemeente, ten betoon der Mild- daadigheid zo van den Erfïtadhouder als, van 's Lands algemeene en byzondere Va- deren aan de Armen, by de Doopplegtig^ heid beweezen, aan alle arme bedeelde Le-~ demaaten, één Gulden buiten gewoon, m% I te reiken \ de Oude Vrouwen en Kin- deren in het Diakonie Huis op eene Maal-
tyd te onthaalen, en de kleine Kinderen* ten blyke dat men het oude Landsgehruik , by Kraamtyden nog niet vergeeten hadt, Wittebrood met Zuiker te doen geeven. PiHeiïïften Op dien eigen dag dat de Armen dee- en Ge- ze Liefde- en Vreugdeblyken genooten» fciienken joegen de Heeren, die het Peterfchap by Kraamka- den Doop der Prinfesfe bekleed hadden, in. sier. de Kraamkamer, een plegtig Gehoor by de Vorstlyke Kraamvrouwe. Zy overhandig- den te dier gelegenheid, de Pillegiftesi voor de Jonggeboorene en de Gefchenken yoor de Kraamkamer (*).------ Om deer
ze
. . (*) De aanzlenlyke Pillegiften, zo van de Aï-r
gemeene Staaten» als van de byzondere. Geweften, ■ * ' ... als
|
||||
HISTORIE. &$
|
||||||||||
gse Geboorte te vereeuwigen fpanden drie x
|
iu*
|
|||||||||
Medailleurs hun viridingryk kunstvermo- boekJ
gen in, en vervaardigden Gedenkpennin- ----—
gen met toepasfelyke Zinnebeeiden en Op- 1770.
fthriften (f). .; ,'. . ';;; :• .,■'■;;. ■■•; :: . Het ••
|
||||||||||
als mede van eenige Holland/ehe Steden bedroegen
36300 Guldens, en de Giften in de Kraamkamer, die van zyneHoogheid daarby gevoegd, 2023 Du- kaaten. Ryke gefchenken en kostbaare gedagte- nisfen werden door hunne Hoogheden toegelegd, aart den Lyfarts gaubius, den Vroednieefter T1Ts 1NG, den Leeraar van staveren die de Redenvoering gedaan en munnekemoo« len die den Doop verrigt hadt. Ook vereerden hunne Hoog Mogenden aan de Freule dankec- man, die in perfoon aan den Griffier fagel, wegens den toeftand van haare Koninglyke Hoog- heid berigt gegeeven hadt, een kostbaare Dia-» mantring. N. Nederl. Jaarb. 1771. bl. 6. In de daar opgegeevene byzondere lyst, de bovenge- melde fomme der Pillegiften en Gefchenken in'de Kraamkamer uitmaakende, is zeker een misflag: dewyl Zeeland, in beide de gevallen op niets ge- field wordt, en de Notulen van Zeeland het tegen- deel uitwyzen. Zie dezelve, wat. de Gifte in de Kraamkamer betreft 13 en 24Dec. 1770. Schoon het veel overweegens in Zeeland kofte de Pillegif- te te bepaabn, fchikte men daartoe 300Ponden Vlaams 's Jaarlyks; doch zyne Hoogheid , Zee- iands genegenheid gezien hebbende, en het onver- mogen van dat Gewest overweegende, ftelde voor , dat die Pillegift, welke, volgens Staatsbefluit, op den Dag des Doops, een aanvang ftondt te nee-s men , niet eer, dan wanneer de Prinfes achttien Jaaren zou bereikt hebben, zou aanvangen. De Staats Leden namen hier in een dankbaar genoe- fen. Not. van Zetl. 14. 21 en 13 Jan. 18 en 28
'ebv 1771. (*) N. Nedexl. Jaarb. 1770. bl 90.748. \%\i
«IS- 1450^1450. |
||||||||||
m VADERLANDSCHE
|
||||||||||||||||||||
XC: 'Het- Huis des Prinsferi vaii NASSAU
b o e K. w e x l B u rG, die $ met zyn Gezin > ön4 —------ langs [s Gra^mhaagè verlaaten en zyn: ver-^
t,f1 :>. blyf in zyne Duitfche Staaten genomeii
Den Prins hadt, om, gelyk Zomniigen willen, veeR van nas- erfei onaangenaamheden henï hier aange« SAU weil- daan, en (jje hy te gemoet zag, te ontwy- |
||||||||||||||||||||
ken (*). werd den veertienden van Sprok-
|
||||||||||||||||||||
Dg
|
||||||||||||||||||||
keimaand vermeerderd met een Priniesfe„
hy den Doop Carolina lo u i s &\ ftorven3"*"FREDE^1 c Ageheeten. De Plaats haarec "" ' Geboorte, Rirchhém Boland', ftrekte in Grasmaand ter Grafplaatze van will e m LflBEwijR carel, Erfprins van Nas* fm Weilhurgi, Proost van St. Jan te Ut- recJH$ en Collöuel van een Regiment Voet- volk in, dienst van deezen Staat, den ou- derdömi van ruiiii acht Jaaren bereikt heb» bende ("f}i - -■^"Verzekerde, in den voorleden jaare,
een (§) Afgezant vm Tripoli den Staat van de vreedzaame gevoelens der Regee- ring diens Ryks, thans kwam hAgdi |
||||||||||||||||||||
rfzz
|
||||||||||||||||||||
MAHOEE.XH REsiNi, door den Kei-
|
||||||||||||||||||||
den Staat
|
||||||||||||||||||||
van de
|
ZjQf. vanMarocco herwaards gezonden,
|
hui*-
|
||||||||||||||||||
ne Hoog Mögenden verzekererf van de-:
VsD&'zyas Vjiendfehap des Maroccaanfcheti Keizers» Keizers. Te Amfimdam, door den Hofmeefter van den Staat begroet, en met het binnen Jaeht1 va« den Raad van Staaten na ''s• Grayenjiaage |
||||||||||||||||||||
m
|
||||||||||||||||||||
<*) Hifi. of the Dutch Republic. Vol. I. p. 54»
iCjó M. Nederli Jaarh.ï-jqo. b'1. 142, 627. C§) Zie hier boven bl. 158. .ii. |
||||||||||||||||||||
HISTORIE; x9t
pvqei-d, gaf hy kennis van zyn aankomst sie?
sjäfl eenige Leden van Staat, en leverde boEK* zyne Geloofsbrieven over. In een open- hy deezen, ten gefchenke aan een: jongen Leeuw en een Afncaansch Rheebokje. Op den zesden van Herfstmaand*; to.t de ftaat- 3yte Gelioorverleening by hunne HopgjMo« genden beftemd, verfcheen hy, door daar toe- Gelaftigden ^gehaald, ter- Staatsverga? deringe, waai:, zich; zyne tjopgheid be? tl^l^lï- In zyn ^a-nfpraake niet onopge- merkt ïaatends, dat hy thans. voor de der» de-maal. de eergenootyan, doorzynen Heep en Meester, naa Hoügnd,, gezonden te zyn,* Oïr|; 't Gemeene best te vergewisfen van dé goede Verftandhouding tusfchen; 't zely«. en- 't Keizerryk zyns Vorften^, , .Welhaast yerliet hy de Hofplaats weder, en: werd 09 dezelfde wyzf als hy yan- Amjierdam geke~ men was,, derwaards; gebragi;, waar; hya de inkoop yan yerfcheide zaaken voor den ïieize1■.», he<; hoofddoel zyner, Reize na Etfr ?^.,, verrigtte.•(*)».. > ,..••■. ■ outrhb .-j 1% een-, 4i?fonaai5g^aamst;|ïan,dplgefehn;: Handei-
^erd de Staat, ingewikkeld met den: Keur- verfi*jl vorst van den fiyltz. ■ De aanhaaling van Keurvorst eenige Vaaten: Ruiker, die gelegenheid gaf van den tot een, kng ?leitgedfng,hier te^ande (;f:),;Poitz. .-..>■ I ■ • :'i--ïl"om , ■ '■»*!? '.:■ mo%M
|
|||||
f*) -JV. l$j:f}frlK$aarb, iwpj bh ïofe' _, ....
Cf3 Alles wat tot dat Pleitgeditig behoort; "J^
èaiMndig geboekt, ia de-i^. mdtrisjawh i-ffti .%?, Vjnsfci). ......1 ; ,'i-.. [Jir !„•;: |
|||||
19a VAÖË R L Ä ÏNf D S" C tt Ë
xè. aan een zyner Onderdaanêii té Dusfëldofp
jSoEK, afgezonden, deedt hem de eenige Schepen ,-
———' te Dordrecht en Rotterdam t' huis hoören-
1770. de, en den Rhyn met Kóopgoederen be-
vaarende*, aanhouden, ert van dezelve zwaarder Tollen vorderen dan die van Am* fier dam kwameft, of daarheen nloeften. De Kooplieden der twee eefstgemelde Steden leverden1 by' hunne Hocg Mögenden een Klaag en Vefzoekfchrift in over deeze pat- tydige behandeling. De Graaf v a n w a r * Tensleben, Gevolmagtigde Staatsdie- naar vaii den Staat, by de drie Geestlyke Keurvorften j mitsgaders by de Opper-Rhyfi- fche, Neder"Rhynfche en JVestphaalfchs ■Kreitzen-, kreeg last zich ten Hove des Keurvorsts van den Paltz te Vervoegen,-: ïnet beklag over dit onderfcheidend bezwaar de Kooplieden deezer Steden opgelegd* ert de noodige ophelderingen te vraagen of zy- ne Keurvorstlyke Döorlugtigheid, derge* lyke bevelen gegeeven hadt, en, in dat ge-' val * ten ernftigften op de herroeping aan te dringen ; met voordragt, dat hunne Hoog Mögenden , wanneer dit antwoord ,;, verwylde, niet zouden kunnen nalaatert deeze zaak-met allen yver te vervorderen j'
M om aan alle Ingezetenen van den Staat eene gelyke Vryheid in Vaard eii Handel te doen bezorgen, 't Was, moeften zy bekennen, 't oogmerk van hunne Hoog Mögenden geenzins zich, te mengen in de heffing der Regten en Tollen van Goederen, in de Staaten des Keurvorsts gelost, of van daa$ uitgefcheept; maar zy meenden ten opzig-« te
|
||||
HISTORIE. t9ä
té van overgevotrde Goederen regt te heb- xc7
ben om,zo veel mogelyk, alle willekeurige Bo.ÈiW heffing der Tollen, te helpen keeren, en ■------«
te zorgen, dat de Koophandel, teeds door 1770»
de verhooging der Tolregten boven vermo- gen bezwaard, niet geheel en al verbaniien wierd, en voor alles daar op het oog te houden, dat geene Ingezetenen vanden Staat boven anderen gedrukt mogten wox-' t den. Wanheer de Kooplied en vän JÖordrechP
en Rotterdam, te hunner groote fcliade, ver- namen , dat de poogingen tot hcrftel niets uitwerkten, gingen zy andermaal 's Lands Vaderen aan met een Verzoekfehrift, ten . betoöge > dat dé zaakeri op dien voet bly- Vende j de Koophandel, uk hunne Steden, op Duitschländ langs dmRhyn, in verfchei- de aanmerkelyke takken gedreeven, geheel zou verdorren* In een voorgeflaagene Onderhandeling
eeniger Leden uit hunne Hoog Mögenden iiiet den Heer co rist et, Buitengewoon Gezant des Keurvorsts van den Paltz by onzen Staat,, gaf deeze een Antwoord ovcf van zyn Hof, 0111 't zelve té ontheffen van de ingebragte bezwaaren, in tegendeel be- weerende, dat hunne Hoog Mögenden, om. de Trasmolens en Zuiker-Rafllnaderyeh van dit Land te begunfligcn, en die Fa- brieken in DuitscMand, en wel inzonderheid de'Zuiker-Rarriiiadery in Dusfeldorp, ie verderven en te vernielen, goedgevonden hadden, om niet alleen eene gansch nieu- we Belafting te leggen op het inkomen, vari XXIV. DUEL- N ■'— Jêm |
||||
194 VADERLA ND SCHE
xc. de gemaaleri Tras uit Diiitschlatvd, maat
Boek* zelft toe te itaan dat men eenige Vaten
—------ Zuiker op 't alleronregtvanrdigfle aanhaal-
1770. de. Dit hadt bcm bewoogen de Kooplie-
den van Dordrecht en Rotterdam, meer dan anderen op die Fabrieken in Buitschland gebceten, de Tolregten ftrenger, en volgens de oude Tollyftcn, af te vorderen, als me- de het vertoon hunner Vragtbrieven, om 1' de bedriegeryen,, aan welke die Schippers gewoon waren, te beletten. De ernst met welken hun Hoog Mo-
genden zich de zaak der twee gedrukte 'Steden aantrokken, en 't verneemen dat liet by hun in overweeging kwam, de ganfché Vaard uit dit Gemeenebest, langs den Rhyn, na Duitschland, te verbieden, om daar door het fteeds verwyld herftelvan de verongelykte Ingezetenen te bewerken,be- woog verfcheide Kooplieden ter Beurze vmdmfierdam, zich met een Smeekfchrift by die Hooge Vergadering te vervoegen ; in 't zelfde voordraagendc het deerlykvoor- tiitzigt op een volftrekt bederf des Duit- fchen Handels, indien zulk een Verbod mögt ftand grypen ;en hoe onbillykhet ware, aan 't belang der Steden Dordrecht en Rotter- dam , dien ganfehen Handel op te offe- ren. ----■ Een hier tegen aangekant Ver- zoekfehrift, eerlang vergezeld van eenver-
deedigend Vertoog, leverden die twee Steden in (*). Staa,-
C*} Kifat' van Hill, 2 en 11 Mey 1770,'
|
||||
. Staaten van Holland * het fluk in over- . xc~ ~
•wéeginge genomen hebbende,: verftonden^ boek^. -dat, van wegen dit Gewest, ter Älgemeene * Staats vergadering zou -verklaard worden.,. 1770. j, hoe hun Ed. Groot Mögenden, met de staateft ■5, uiterfte verbaasdheid vernomen.hadden, vmHoj» „ de floute en gansch onbehoorelVke. han- tand flaaS „ delingen van het Hof vanüen ,PaUz,_ 't x^l™ <,, welk niet alleen hadt kunnen goedvin- voof Zqs i, den, zonder voorgaand beklag, fert/fyk weeken» „ zich te wreeken op de Vaard en Handel °P te „ der Ingezetenen van de Steden s-D.Qr4- cllor£ê* „ recht exiRotterdam, ter pprzaake dathijtï 3, Hoog Mögenden, in den voorleden Jaare, <,, een meerdere Belafling op^de-ingekonie- |
|||||||||
5?
|
ne gemaale Tras gelegd, en in den Jaa-
|
||||||||
re MDCcixvui,.. Zuiker aangehaald
„ hadden, welk laatflegefchil nog hing; „ maar daar en boven* op de yeftöögeii ,, door den Staatsdienaar van. hun Hoog „ Mögenden by het Paltzifnhe Hof gedaan, •„ door den Gezant cornet-, alhier öp een „ zeer hoogen toon die • Wraakneeming- „ was goedgekeurd,- met betuiging dat in dd t>, gefielde bevelen tot het heffen der nieer- -,, dere Tollen van, de-Schepen uit de\ ge- knielde. Steden, dan van die, uit Amße'r* 3, dam,:gmn verandering zpu worden ge« •j, maakt, tot dat by hun Hoog Mögenden s „ de Belafling op de Tras zou ingetrok- „ ken, en wegens de aangehaalde Zuiker- j-, vaten voldoening zougegeeven zyn.^Dat ^, zy deeze behandeling,, het volÄrekt bc- „ derf dier Steden rnedefleepende onlyde- •v lyk oordeelden, uit ..hoofde van het-ou- N 3 p, regt* |
|||||||||
«§ff VADEkLANDSCÖË
• Yc. „ regt, daar door deeze onfchuldige Inge-*-
•1ÏOEK/,, zetenen aangedaan, die geen oorzaak
-—■*- „ waren of van de Belafting of van Aan-
177°'->s> houding, en buiten ftaat ora het bezwaar,
„ door het Paltzifehe Hof hier over opge-
„ vat, af te weeren: Dat hier uit nood-
,-, wendig zou moeten volgen verwarring
„ binnen 's Lands , en eene fchandelyke
„ onteering van 't Gemeenebest in 't oog
5, van gansch Europa, in gevalle niet alle
5, middelen, die van eenigen klem enna-
,j druk zouden- kunnen worden geoordeeld,
j5 onverwyld by de hand genomen wier.-
j, den^ om deeze beledigde Ingezetenen
„voor httn bederf te bewaaren, en de On-
„ afhanglykheid van het Gemeenebest te
„ handhaaven. - Dat zy, ten dien
s> einde, beflootetï hadden alle Vaard langs
„ den Rhyn en Maaze na eenige Landen of
„ Plaatzen, gelegen onder het Gebied van
j, den Keurvorst van den Paltz, als mede
„ op alle Plaatzen, gelegen boven Roeroort
„ en Duisburg', uit dit Gewest te belet*
„ ten» >—-—Én hun Afgevaardigden ge-
w last, van dit alles-hun Hoog Mögenden
5, opening te geeven, en met de gezamenly-
3> ke Bondgenoöten de zaaken daar heen
3, te helpen ftuuren, dat alle Vaard en
,, Handel uit deezen Staat op alk de Lan-
„ den en Plaatzen, als mede met alle On-
3, derdaanen van zyne Eeurvorstlyke
„ Doorlugtigheid van de Paltz, en ver-«
„ volgens ook met die van het Heitogdorn
„ Gulik en Berg, voor den tyd van ze$
3, weeken? mögt worden gefchorst en vet«
„ boü
|
||||
«, .j ,HI S T O R IE; - *$?.
^ boden ; en voor gelyken tyd ook, alle xo;
,„ Vaard langs den Rhyn na eenige Landen'b o e; k;
„ of Plaatzen, boven, Roeroort en Duu~\
„ burg." •—— Naahet voordraagen, van; 177p,
de Befchikkingen daar toe noodig, en hetï
verdeedigen van den gehouden Handel in-'t
Bezwaar van de Tras, en het Aanhaalen des
Zuikers, en om deswegen het, Hof te Bom
en dat van Pruis/en te onderrigten, wilden
zy eindelyk vastgefteld hebben, „ è&t,
„ indien 'er, binnen Icort, geen voldoend
s, antwoord van het PaltzifcJie Hof mögt
„ in komen, .als dan aan de Keurvorften
„ van Begeren en Keulen zou kennis gegee-
„ ven worden, dat hun; Hoog Mögenden
„ den Heer cornet, Staatsdienaar van
„ opgemelde Hoven, als mede Gezant des
„ Keurvorsts ,van äen.,Paltz> niet lan-
„ ger in die hoedanigheid,, uit hoofde
„ van zyn gehouden gedrag , konden er-
,j kennen;^).",- imi)]{:-i Lbr -.:.;<• 'I
. Overeenkomftig met deezen Voordragt Hun Hoog
der Staaten, van Holland., viel het Befluit Mogen-
deFHooge Vergaderinge;, Zeeland zich in ^Thier"1"
deeze. zaak niet inlaatende. Welhaast hoor- to^.
de men,; by openbaare afkondiging, de
Vaard en Handel op den Paltz, voor den
tyd-,vanzes'Weeken, verbieden (f). De
Heer cornet leverde een Vertoog over,
nog op een hoogen toon geftemd, waar in ;, ,.
de Keurvorst.de bevelen op,de Tollen ge-r .
(*) Refot. van Holt. n Mey 1770»
CfÓ Refol. Gen. 29 Mey 1770. N 3
|
||||
fjflP VADÉU'ANDSCHS
sc. geeven betuigde te: zullen herroepen op 't
8 o1&'K:; zelfde Oógenblik:: als hun Hoog Mögenden ïffol Kende tot--vernietiging van de Tras-belas- ting en de Wedergave des ZuikersV Heß antwoord liuhher Hoog Mogenden \ klonk geenzins zagb, zy :'-hoemden de- w^ze van handelen docir den,Keurvorst gehouden, iï ftrydigniét 'het'Régt der Volkeren; by ,-, gecne befehaafde Natie gebruiklyk, dee- J5 ze hadt hüh tgëhöodzaaktf, tot het voor j5 een tyd öpfchorten van de Vaard en „ Handel op. en'raet zyne Landen. Zy j,--waren niet -gezind "daarin eënige veran- iy dering te maakeh, zo lang Hy by de ge- ^ dagtenbleef öm<hetgegeeyèn'e bevel, te- „ gen de Dbrdrechtfche eii RoiteMamfcha ij1 Kooplieden, fhtnd te doen houden; wan- s, neerHy goetlyóndt dit eerst uitétfek- ,, ken, dan zou Hy hunne Hoog'Mogen-r >, den bereid vinden, om de pezwaaren ' „ die Hy tegen 'Hun 'of 'de Regtshäridhaa« ?, ving hier* 'te 'Lände mögt hebben , te $ hooren, en in-alle1 redelykheid daar 'aan „ te gemoeté'te komen; <ïöcTï:;kón de „ Keurvorst volkomen' verzekerd; weezen, j, dat zy zich nimmer, door middelen van 5, -dwang, daartoe zoudenlaaten over- „ haaien (*j/'- ■"■••' 'm' tw-Ki-o iy,U 't GefchU De Keurvorften van Mentz % Kéükn en gelegd. Trier, waren met Brieven hun Hoog Mo* genden aan, om deeze bittere onaangenaam- he»
,C*D Mot. G;*'.-8 Jun? 177,"
|
||||
HISTORIE:
|
|||||||
S99
|
|||||||
feeden, door eene minnelyke overeen- xe.'
komst, uit den weg te ruimen, hunne tus- boek, fchenkomst en hulpe aanbiedende. Onze ——— 4-fgezant vereest hadt 'er ten Hove 177O. van Berlyn over gefprooken (*). — Ten einde van de bepaalde zes weeken geen antwoord van het Paltzifche Hof gekomen zynde, werd het Verbod verlengd. Doch 't leedt niet lang of de. Heer cornet verfcheen met een Vertoog, waar uit,bleek, dat de Keurvorst niet meer ftondt op de opheffing der Belading op de Tras^, dat hy de zaak van de aangehaaldeZuiker vaten overliet aan de Beflisiing des Regts hier te Lande, en bereid was om de Kooplieden van Dord- recht en Rotterdam op den zelfden voet te behandelen als anderen uit dceze Gewes-» ten, die den RJiyn bevoeren. Dus verviel alle oorzaak van de onmin tusfchen den Staat en den Keurvorst gereezen; het ge* geeven en verlengde Verbod werd inge- trokken (f). De Koning van Pruisfen, als. ., mede de Keurvorften van Staatswegen on- derrigt aangaande dit Gefchil, en die hun- ne goede dienften ter vereffening aange- wend hadden, kreegen by monde der My gezanten, kennis van het: herfiel der eens- gezindheid, met dankbetuiging voor de ge* nomen. moeite. Van 't begin van Gras- maand, tot het einde van Hooimaand, hadt deeze oneenigheid , en van Blo ei - maand
(*) Re f at. van Holt. 28 Juny 1770.
Ct) 'Jfofil. van üqU. 6 en 7 July 1.7,70* N4 '
|
|||||||
SQO VADERLANDS CHE
|
|||||||
h'c maand de opfchorting des Handels ge-
»OEK. duurd (*). -------- Eene Rusfifehe Vloot ftondt dit Jaar de
1770. Midddlandfche Zee in te itevenen, om van
pe Sta^- dien kant de Porte te beftooken. De Be- ten ge- ftuurders van den Levantfihen Handel za- rustgefteld gen ,jaar ujt mogelyke onheilen te gemoet, ~ó2^Rusn- zo voor ^e Onderdaanen van den Staat in
fche Vloot de Levant woonende, als voor den Koop- in de Mid- «handel en Zeevaard, Om deezete voorko- 4Mandfch? men vervoegden zy zich met een verzoek by 's Lands Vaderen, 't geen gunftig gehoord en gevolgd werd van een Onderhoud onzes Gezants ten Rusßfehen lïove, die, by mon- de van den Geheimraad pan in, alle ver- langde gerustftelling ontving, en deeze ' aan. hun Hoog Mögenden overzondt ( f ). Göfehil , Het is eene uitgemaakte zaak, dat de l?Stt?CT ri Volkplantingen van den Staat in andere We- Kamer te' relddeelen, een hoogstgewigtigen tak van Amtier- Koophandel en Zeevaard opleveren; en daar* dam en om geen wonder, dat dezelve, by aanhouden- ^edand heid, het oog des Souverains tot zich trek* 9méq ^en, Meermaalen, gelyk 's Lands Gefchie- denisfen te over uitwyzen«^ reezen tus* fchen de Bondgenootfchaplyke Geweften 'deswegen Gefehillen. Een der- langduu- rigfte, en tot nog tpe door ons onopgete- &end gelaaten, was, het Gefchü tusfchen ; Be- |
|||||||
£*) N, Nederl. Jaarb. 1771. bl. 358.403.442,
'0tl. - : ~ - .'- ' "■ - ,*..' •' (t) Rißt, van Holl. 18..i7.Ja.u-.0n .7 ApriL
|
|||||||
HISTORIE. aor
|
|||||
Bewindhebberen der West-Indifche'Maat* xc.<
fchappyetervoorzittendeKamer^w/?erißf», boek. en Hoofddeelgenooten ter Kamer Zeeland,--------
ten opzigte van de Volkplanting aan de i?7Q.
Rivier Esfequebo, en het daar aan onder- hoorige? reeds voor twintig Jaaren aange- vangen. •----- Geen enkel Blad, maar een geheel Boekdeel, zou het naauwkeurig ver-
flag van deezen twist beflaan. 't Hoofd- zaaklyke alleen ftaat ons op te tekenen. Het Hoofdverfchil was „ of de Ingezete- ?, nen van Zeeland, een afzonderlyk en „ uitfluitend Regt tot de Vaard op Esfe- „ quebo zouden hebben?" en verder we- gens de Aanbieding van Hoofddeelhebbers der West-Indifche Maatfchappye „om Esfi~ j, quebo met haare onderhoorige Rivieren, 5, op zekere voorwaarden, overteneemen: „ of de Rivier Demerary, onder Esfequebo, j, in die overgave zou begreepen worden, ,, dan niet?" en eindelyk „ of gemelde 5, Hoofddeelhebbers, by de overgave, zou- „ den verpligt zyn tot vergoedingen van j, fchade , of voldoeninge van zodanige „ fömmen GtKs, -als vóór of naa den Jaare „MDccl, uit dealgemeene kasfe vande- „ Maatfchappye , tot verbetering van de „ Volkplanting zouden befteed, of'ten „ diende van dezelve, tot de eindelyke af« „ doening der Gefchillen, zedert den elf- M den van Herfstmaand des Jaars mdccl, „ meer uitgegeeven dan ontvangen mogteji ■?, weezen?"BeHoofddeelgenooten der/F«?-* 'Indifche Maatfchappye ter Kamer Zeeland geweerden het ftellige der twee eerfte Vraag- N 5 ftuk- |
|||||
fco» VADERLAND SC HE
xc,J ftukken, en 't ontkennende van het laatfte.
jBoosK. De Bewindhebberen der Maatfchappye wa- -------ren van het tegengefteld gevoelen.
1770. Vervolgens hadden zich ook veeleKoop^
lieden der Stede /Imflerdam by Verzoek- fchriften aan de Algenieene Staaten ver- voegd, om in hun Regt tot de Vrye Vaard op Esjequebo en Demerary gehandhaafd te worden; ten welken einde de Hoofddeel^ hebbers ter Kamer Amfterdam een Ver- zoekfchrifl hadden ingeleverd; waar tegea de Zeemvfche' Kooplieden , de behoudenis en verdeediging van hun uitfluitend Regt op die Vaard verzogten ; daar in gerug- fteund door eenen byzonderen Brief der Staaten van Zeeland aan hunne Hoog Mo- genden. Hier op volgde eene menigte van ingediende voor - en tcgenfchrifteii. Pfau veele vrugtlooze poogingen .tot. het .treffen eener overeenkomst, bragten de Af- gevaardigden uit hun Hqpg Mogenden tot 4e zaaken over Esjequebo, en Demerary ter Algemeene Staatsvergadering, in Zomer- maand des Jaars m d c c l x 1 x een breed- voerig Berigt; en Verflag iqg, behelzende den uitflag hunner raadpleegingen over de Voorwaarden, op welkenÈsfequebo aan de Zeemvfche. Hoofddeelgenooten zou worden -jöver gegeéven (*)> jvb • t. --.f:.: , '. 'U ixi ; ir:-bv,x- ,::. :l;,\: . /. i ; . « , Hier C*> WAGENAAR Tatert. Hiß, XX Deel, bl.
3?5-— 405. 'Alle dee^e'Stukken verfehaffen ons de $Ti Ntdrert. Jdarb.' 1770. bl. .252.-307. 436. 458. 460. 501,636. 642. 653. Zie ook wegens het be? .gin des Gefchils, Xo £ Vaierl. Woordenboek &rU .RS.SEfiWBBO.
|
||||
HISTORIE. 203
|
|||||||||||||||||
'Hier op herleefde dit Gefchil. Staa- xc.;
ten van Holland betuigden ten fterkilen, boek* daar in geen genoegen te mogen, noch te
kunnen, neemen. Zy verklaarden „c1 at ï7?c\.
„hoe zeer, in den uiterlyken fchyn, ten Staaten opzigte van de Vaard en Handel op de.. Yan Hoi' Rivieren' Esfequebó en Demerary, Zich, v?"n ^J' verfchillen hadden opgedaan tusfchenBe- Huk hoog. windhebbers van de Algemeene West- Indifcbe,- Maatfchappy deezer Landen ter eenere,en de Hoofddeelgenooten der ger |
|||||||||||||||||
w
fa
fa 99
|
melde Maatfchappy ter .Kamer- Zeeland
ter andere zyde , nogthans in de daad door deeze Hoofddeelgenooten, onder- fteund door Staaten van Zeeland, 'by die |
||||||||||||||||
gelegenheid, de Souverainiteit van hun
„ Hoog Mögenden, als mede de weezen» „ lyke belangens van 's Lands Ingezeten „ nen, met betrekking tot .de Vaard en |
|||||||||||||||||
95
v> V
55 fa
|
Handel, voornaamlyk Waren aange-.
tast, -------* Dat zy nooit zouden kun- nen gedoogen, gelyk zy ook" niet van de Staaten der andere Geweften vérwagt- ten, dat, aan een, Geregtshof,. hoe 1 on- |
||||||||||||||||
9i partydig %et ook zou mogen weezen,
„ werd overgelaaten; of wel aan de be- „ flisfinge van eenige Leden uit een of meer „ Hoven Van Juftitie, uit deeze Vereer „ tiigde' Geweften, of wel van zodanige „ andere kundige en onpartydige Leden „ van Regeering of Regtsgeleerden, als $ de Erfftadhouder daar toe zou vexkier a, Zen, de Vraag' wegens het Regt der In- „ gezetenen van Zeeland omtrent de uit- a fluitende Vaard en Handel op Bsfiqueb? |
|||||||||||||||||
Sö4 VADERLAND SC HE
xc.' „ en Demerary, met alle de gevolgen -en
ftoEK. „ aankleeven van dien v zou worden voor- ■-----— „ gefteld : dewyl het eene ongehoorde
.1770. „ zaak zou weezen, dat een Souverain zy*
„ ne onbetwistbaar e Regten van Souverai- y, niteit, in gefchil zou laaten trekken, en „ ftellen aan het oordeel van Gedelegeerde ,, „ Regters. 'tBeflisfen van zodanig een ?> Vraagftuk werd nogthans, by het Ver- „ flag ter Vergadering van hun Hoog Mq- „ genden voorgedraagen." . ., . Naa de onvoeglykheid hier van aange-
toond, en de onbegaanbaarheid der byge- bragte gronden voor het Regt der Ingeze- tenen van Zeeland in 't breede ontvouwd te hebben, merken hun Ed. Groot Mogen- den , aan den eenen kant, op; „ dat, „ dewyl door Hoofddeelgenooten van de „. Kamer Zeeland niet hadt kunnen byge- 3, bragt worden eenige Refolutie , Privile- 3> gie of Ocfroy van hun Hoog Mögenden, ,., waar by ! aan de Zeeuwfche Ingezetenen 9, het Regt vergund zou weezen om, met ,, uitfluiting van alle andere Ingezetenen „ der Republiek, op die Volkplanting te 3, vaaren en te handelen: en ook niets van „ dien aart aan hun Ed. Groot Mögenden ,, was voorgekomen, en't zelve, volgens •33 den'aart der zaake, ook niet beftaan w kon, maar dat, in tegendeel, by hetOc- 5, troy. van hunne Hoog Mögenden, met 3, zamenftemming der Staaten van Zee- 3, land, 'm den Jaar e mdclxxiv aan de 9, Algemeene West - Indifihe Compagnie^ •r? verleend3 en. in den Jaare jvjDcaiiXj '■'- J. ' * n ver«; |
||||
HISTORIE: ao5
|
|||||
'v verlengd, geheel anders was voorzien, xc."
„ zy, by noodzaaklyken gevolge, moeften boeksJ j, befluiten, dat de aanfchryving, op last ——— „ der Staaten van Zeeland', aan den Land- 1770- „ voogd van Esfequebo gedaan, om geen „ Schepen, komende uit de Havenen deezer „ Landen, die niet voorzien waren met een „ Hout- ofZoutbrief,afgegeeven by de Kamer „ Zeeland', te Esfequebo of aangelegene Ri- „ vieren, toe te laaten om te laaden of te los- „ fen, blykbaar van geene waarde was. —» „ Dat hun Ed. Groot Mögenden, aan den „ anderen kant, in overweeging neemen- „ de, de belangen van de Republiek; het „ zy men 't oog vefligde op de algemeene „ nadeelen voor den Handel; 't zy men „ agtfloeg op den elendigen Staat der „ Volkplantinge en der Inwoonderen aan „ de Rivieren Esfequebo en Demerary, die „ ongelyk meer in Hollanderen dan 'mZeeu- „ wen beftonden, uit het fluiten vangemel- „ de Vaard ontftaande; 't zy men in aan- „ merking nam den flegten Staat der West' „ Indifche Maatfchappye, die door ver- „ meerdering van Recognitien moest opge- j, beurt worden; 'tzy men eindelyk bedagt ,,, de verzekering welke aan Zeeland zou „ kunnen gegeeven werden, om een ge- „ deelte van de rechtftreekfche Vaard eri „ Handel te behouden, en de meer dan y, waarfchynlyke ja, genoegzaame zekere „ vermeerdering van de Vaard uit Zeeland „ over Afrioa op gemelde Volkplanting^, „ niet anders konden befluiten, dan dat 5, alle deeze belangen de openilellinge van |
|||||
So6 VADËRLANDSCHE
.xc. „ de Vaard en.Handel voor alle dé Inge*
Aoek. „ zetenen van deeze Republiek onbetwist-
--------„ baar vorderden, en ten uiterften nood-
*77°- 5j zaaklyk maakten. Datzy, overzulks,
;,, oordeelden, dat hun Hoog Mögenden, „ denbovengemeldenLastbriefbuitenkragt „ behoorden te ftellen, de Vaard open te '„ zetten, hier van aan Directeur en Raa- •j, den der Volkplantinge aanfchryving,. en „ in de Vereenigde Geweften openbaare j,- Afkondiging, te laaten doen. •—-—■ Al* % les nogthans met dien verftande, dat de „ Vaard en Verzending derVoortbrengzelen „en andere Goederen van en uit die Volk- „ planting na deeze Landen, op dien voet „ zou kunnen worden beraamd, dat dezel- „ ve zou gefchieden met Zeeuw [che Sche- 5, pen van Zeeland, naar evenredigheid ■„ van het aandeel der Kamer Zeeland in de 5, West - Indifche Compagnie." Hun Ed. Groot Mögenden, betuigden,
in 't flot, „zich te verbeelden, dat de „ verdere Bondgenooten, in eene zaak van „ die billykheid, blykbaarheid, en belangy ,, met hun in dezelfde begrippen zouden „ ftaan, en niet te kunnen verwagten, „ dat, daar zy zo veel toegeevenheids ge* „ bruikt, en een zo lang en taay geduld „ geoefend hadden, van wegen Zeeland, „ 't geen deeze zaak nu omtrent twintig „ Jaaren fleepend hadt weeten te houden „ „ eenige zwaarigheden of vertraagingen in < „ den nu gedaanen billyken voorflag zou- „ den worden gemaakt. Dat zy, over- „ zulks , het Befluit der Bondgenooten s „ om
|
||||
H IS T O R JE.
|
|||||||
207
|
|||||||
j, onl met hun tot het algemeene welwee- x'C.'
,, zen van de Ingezetenen en den Koop- boek. „ handel van deezen Staat op de West-In----------
'„ dien, en om verligting toe te brengen 1770.
„ aan de West-Indijche Compagnie deezer „ Lande, welke zulks hoognoodig hadt, „ mede te werken, hoe eer hoe liever te „ gemoet zagen: terwyl zy niet konden „ verbergen, dat, indien de raadpleegm- „ gen daar over wederom, onder deeze of* „ geene voorwendzelen, op de lange baan „ gefchooven wierden, en het Befluit van „ hunne Hoog Mögenden daar op. niet „ fpoedig mögt volgen, zy zich naar de „ wederregtlyke en blykbaar niets beteke- „ nende aanlchryving door Bewindhebbe- „ ren ter Kamer Zeelcmd aan den Bevel- „ hebber van Esfequebo gedaan, niet ver- „ der meenden te gedraagen; maar zich „ genoodzaakt zouden vinden om daar te- „ gen zodanige maatregelen te neemen* „ als zy met het regt en de belangens van „ hunne Ingezetenen, en, met den aart „ en het gewigt der zaake overeenkom- „ ftig zouden oordeelen." By dit fterk Befluit, den negen- en-Staaten
twintigften van Lentemaand des JaarsYan.lp*"* MDCCLxx, ter Algemeene Staatvergade- ™n >e*°" ring ingeleverd, voegden Staaten van Hol-zich te-< land een uitgewerkt Plan, fchikkingen be-an- heizende, welke hun bekwaam toefcheenen om de Gefchillen uit den weg te ruimen, en Zeeland van een redelyk aandeel in de Vaard op en van Esjequebó en D:merary^ niet tegenftaan.de. de anders vrye Vaard op die
|
|||||||
so8 VADERLANDSCÖË
xc. die Volkplantingenj te verzekeren.-------«*
Boek. Noch het een, noch het ander, viel in den
--------(maak der Staaten van Zeeland, die in.
.1770. Grasmaand gereed waren met een tegen*
ftreevend Beïluit, waar in zy beweerden, dat de Souverainiteit niet was aangetast«, dat de zaak van dien aart, als het ituk in gefchil , door Gedelegeerde Regters , be- hoorde afgedaan te worden. Zy verklaar- den „ zich te vleijen, dat de verdera „ Bondgenooten, in eene zaak van ditbe- „ lang, met hun zouden ftaan in die begrip- „ pen, dat van hunne zyde gehandeld was 5, met die billykheid als ooit van eenïg „ Bondgenoot zou kunnen gevergd of vef- „ wagt worden, als inftemmende met een 3, Verflag, door Gedeputeerden uit hun 5, Hoog Mögenden met ryp overleg, en 5, op zeer goede gronden fteunende, uit* „ gebragt; niet fchroomende hunne zaak, „ ter bellisfinge van een onzydig Geregts- „ hof te laat en. -----■ Vondt men in Hol-
„ land nogthans goed zich zelven te reg-
„ ten, beflooten hun Hoog Mögenden, 3, niet fpoedig tot den uitflag deezer zaä- j) ke; zagen de Bondgenooten ftilzwygend „ aan, dat Zeeland deeze haar genoegzaam „ nog eenig overgeblevene tak van Handel, „ via facti, wierd ontnomen, zy zouden „ het moeten aanmerken als een kennely- j, ken indragt, tegen de gronden van de „ Unie, en zich, met meerder regts dan „ Staaten van Holland, genoodzaakt vin- „ den, in dat onverhoopt geval, daar te- „ gen zodanige maatregelen te neemen, |
||||
HISTORIE. 20£
5, als zy met het regt en. de belangens van xc;
„ dé Ingezetenen hüns GeWests, eil over-boek» „ eenkomftig het gewigt der zaake, zouden'--------
*,, oordeelen."------- Zy voegden by dit 1770,
Befluit eehige nadere aanmerkingen op hét (
Voorftel, om Zeeland ëen geëvenredigd
aandeel in de meergemelde Vaard te gee- yen, 't zelve als onfedèlyk én öhüitvoer- lyk wraakende. Op aanmaanirig zo der Staaten vin Hol- Gevoé-
iand als van Zeeland, die zo lyn rechtte- lens der gen elkander Honden, leverden de Bond- 9nhde^"e Senootén, van tyd tot tyd, hunne Raad- £eWeftëii
ageh in. Friesland was eerst gereed; doch 0p ditftüki gaf geen anderen last, dan om deezé zaak met de Gelaftigden vari Holland en dèr ove- rige Bondgenooteh, te fchikken en af te doeri. —— Overysjèl oordeelde, dat men deeze zaak behoorde te laaten verblyve.n aan een Önzydig Geregtsliof binnen de Vereenigdt Gewefien, en dat nleii de zaak, tot die regterlyke bëflisfing töe, in haar geheel zou laaten blyven; en wilde het be- . dreigende in 't ftot van 't Belluit der Staaten van Holland gevoegd> meer aanzien als een prikkel om de zaak ten einde te brengen, dan als een eigenlyk voorneemen , om 't zelve daadlyk uit te voeren.— Utrecht oor- deelde , dat de Afgevaardigden van hunne Hoog Mogenden verzögt moeften worden,; nog ééns deeze zaak té hervatten, om mid- delen vän verzoening te befaanien, vooï te flaan, en langs dien weg dit verfchil, tot onderling genoegen, te vereffenen; of, iii- dien zulks onverhoopt niet kon worden.gé^- XXIV. deel. Q " " Voïh |
||||
aio VADER LANDSCHE
xc. vonden, als dan hun Hoog Mögenden over
»oEK. deeze geheele zaak hunne Bedenkingen en -r—•■- Gevoelens op te geeven , volgens welke ï/7° v dit Verfchil, door hunne Hoog Mögenden, "zou dienen beflist te worden. -—- Stad en Lande verklaarde eenvoudiglyk zich te voegen by het üitgebragte Gewysde. -—- öeiaèrTahd wafij fiaa eenige voorloopige aanmerkingen [over de gevolgen deezer • ,Verfchiilén, van oordeel, dat de Staaten der twee twiftende Geweften , den Stad- houder behoorden te verzoeken, gelykzy by deezen deeden,. ten einde het Hoogst- denzelven mögt behaagen, tot vereffening: van .zodanige oneenigheden, zyne goede en veel vermogende dienften te willen aanwenden. Dit te verneemen zou Staaten jvan dat Gewest hoogst aangenaam wee- zen.. —7T Of Haagde dit niet, dan dien- den, huns agteiis, Staaten van Holland en Zeeland zyne Hoogheid te verzoeken, orti als Scheidsman de beflisfing dier Verfchü- len op zich te nemen, in hoop en .ver- trouwen , dat deeze weg, als overeen- komftig met de Unie, enten opzigte van de tegenwoordige gefteltenis van de Re- publiek, de natuurlykfte en eenvoudigfte, by gemelde Geweften zou worden inge- ïlaagen. —■— Ingevalle dir mede, vrugt- loos mögt weezen, wilden zy onfchuldig gehouden worden aan de heillooze gevol- gen, welke, tot last van den een of an- deren , vermoedelyk daar uit zouden ontftaan. Bewindhebbers van de West-Indifihè Blaat-
|
||||
HISTORIE. au
|
|||||
Haatfchappye ter Kamer Amßerdam, als me- xc»
de de Hoofddeelhebbers ter Kämet Zee- BftEK,' land, werden, ingevolge deezeringebrag- te gevoelens, aangefchreeven om ten fpoe- 1/70« digflen, ieder zodanige fchikkifigen te be- raamen, als zy de.bekwaamfle oordeelden om de gereezene Gefchillen te vereffenen. De Onderhandelingen der Afgevaardigden van hun Ed. -Mögenden, zo met dé Gë- lafligden der Bewindhebberen als met die der Hoofddeelhebberen baarden weinig vrugts. De Afgevaardigden tot de zaaken der j|en fteït
West-Indifche Maatfchappye de Befluiten voor om der Gewellen onderzogt hebbende, brag- den Stad- ten in 't midden, dat deeze Verdeeldheid s^gy^01 in de gevoelens der Bondgenooten, hun man ta" eenigzins in verlegenheid gebragt hadt, verzoo-s wegens den bekwaamflen weg, welken zy ken. hun Hoog Mögenden zouden voorfläan» om dit fluk ten einde te brengen. Wel hadden zy, voorheen, als hun raadflag verklaard, dat, in gevalle hun,MoogMo- genden, deeze gefchillen niet door hunne eigene ujtfpraak zouden willen bëflïsfen, dezelve behoorden gefield te worden ter beflisfmge van een onpartydig Geregtshof , of ter befchikkingê van eenige door zynö Hoogheid daar toe te verkiezene Scheids- mannen. Dat zy ook, deeze zaak op zich zelven befchouwd zynde, geene reden zou- den vinden om daar vanaf te gaan; maar dat dezelve, zedert den loop van één Jaar, zo door de behandeling, als door de zich daar mede paarende ©mftandigheden, -^.-i. O a der- |
|||||
hïl VADÈRLaNDSCHÊ
xC. derraaate van gedaante veranderd was, è(k
tioiiK. zy vreesden geene geringe zwaarigheden, ■ *77°- gene middelen, té zullen ontmoeten.' Reeds hadderi verfcheide Geweften getoond over te hellen, om die géfchillen niet op eene regterlyke wyze af te doen. Anderen had- den begreepen dat ze niet zeer gefchikt wa- ren voor eeri Staatkundig onderzoek,en al- zo ook weinig om by hun Hoog Mögenden ie worden afgedaan. Dat daarenboven 'Holland en Zeeland zich over en weder als belanghebbende Partyen aanziende , zulks de overige Geweften befchroomd zou rnaa- ken om haar oordeel te geeven in de raad- pleegingen ovéf zulk ëënebeflisfing: 't Welk wederom gelegenheid zou kunnen verfchaf- fen tot onaangenaame twiflen, en een mer- keiyk onvermydbaar ongenoegen. -------
Hier om hadden zy bedagt moeten weezen
óp een middel van de voorige verfchillen-1 de; doch 't geen hün, in zodanige omftan- dïghederi en onder zulk een form van Re- geeringe als de tegenwoordige zeer gepast fcheen: om naamryk den Erfftadhouder als Scheidsman in te roepen. Hunne Hoog Mögenden behoorden, huns oordeels, zyne, Hoogheid te verzoeken, om op zich te wil- len neemèn deeze zaak, met alle de gevol- gen én aankleeven van dezelve, door zyne jiooge Üitfpraak, te bepaalen; of wel daar- omtrent zodanige Schikkingen te beraamen als hy de voegïykfte oordeelde, om tot ee- ne afkomst te geraaken. ----- Zy twyfel- den niet aan de bereidwilligheid van den Erf-
|
||||
HIS TO RIE. *ï3
/badhouder, en vertrouwden, dat alle de xc.
Bondgenooten met hun wel zouden over-, boek« cenftemmen, dat deeze voprflag geheel on-------=-
zydig en gevefligd was pp gronden van de 1770.
Unie. Dat de Afgevaardigden, die niet genoegzaam op dit ftuk gelast mpgten wee- zen , aangemaand behoorden te worden, om ten Jpoedigften dien last te bekomen; als mede dat men Ifolland en Zeeland in 't byzonder behoorde te verzoeken om, mid delerwyl, de zaaken te Iaaten in dien ftaat in welken zy zich tegenwqordig bevonden , en zich, zonder eenigevooringenomenheid voor de byzondere belangens hunner Inge-- zetenen, voproogen te flellen de gevolgen , die uit een tegenovergeftelde onderneeming zouden kunnen vportvloeijen, deverwyde- ring, welke daar uit tusfehen tweezonaauw verbondene Geweften zou ontftaan, de min- agting, welke daar door aan de Republiek , zo bmnen- als buiten 'stands, zou worden toegebragt, en de pnaangenaame beraadfla- gingen tot welke de overige Geweften, die dit zeker metgeene onverfchilligheidzouden kunnen aanzien, tot behoud van him Gezag in zaaken de Souverainiteit van het gemee- ne Land raakende, zouden mqeten komen, Gelderland, Overysfel? Stad en Lande Op welk
waren met hunne toeftemming terftond ge- ^a.,voet reed, die van Utrecht en Frieslandvolgden hiertn'be- welhaast, Staaten van Ifolland betuigden willigt. „ niets liever tewenfehen dan om van hun- „ ne zyde alles toe te brengen, wat tot „ bewaaring en vermeerdering van de Een- „ dragt tusfehen de Bondgenooten ikon O 3 „ ftrek- |
||||
ai4 VADERLAND SC HE %
xe. ,,-ftrekken, en bereid te weezen om alle
isoer. „ vooroordeelen, die men tegen hun zou --------„ kunnen of willen opvatten , als o£ zy
1770. „ Regters in hunne eigene zaak begeerden
„ te zyn, of aan hunne Bondgenooten wil* „ den voorfchryven hoedanige Befluiten in >, dit geval moeften genomen worden;' zy „ 'meenden geene gelegengeid te moeten 5, 'laatën voorbygaan om de zekerfte bewy- 5, zen van het tegendeel tegeeven; waar „ oni zy geene de minfte zwaarigheid 5, maakten, deeze Gefchillen,met de volko- „ menfte gerustheid, aan het onzydig oor- j, deel van zyne Hoogheid te onderwer- ,, pen. —-™--■ Zy waren voorts bereid om „ alles in den tegenwoordigen ftaat te laa- „ ten, tot zo lang het zyne Hoogheidbe* ',, hagen zou deeze zaak tot een gewenscht „ einde te brengen: in die verwägting, eg- ,, ter,'datdeBondgenootendaadlyk, en ten ,, fpoedigften, den Erfftadhouder in ftaat „zouden ftellen, om de gefchillen, door 9y zyne Uitfpraak te bepaalen; en met dien „ verftande, dat, by aldien onverhoopt ., daar in door eenige Bondgenooten zwaa- „ righeid zou worden gemaakt; en dat daar - „ door die Beflisfing of niet fpoedig plaats w zou kunnen hebben, of wel de uitvoe- * „ ring daar van worden gedwarsboomd, dé /-^verdere Bondgenooten niet langer zou- w den marren om de Ingezetenen van de „ gezamenlyke G-eweften de voordeelen te „ doen genieten van een Vaard en Handet, 9? die^ uit kragte van de Öctroyen door het jj Bondgenootfithap verleend P aan allen 4P Gß
|
||||
HISTORIE. £15
9 en een iegelyk gemeen, en .eigen wa- xe.
» ren." " ' boek. Zo ruimfchootig ftemden Staaten van -——
Zeeland niet in den gedaanen Voorflag. Wel 1770. konden zy, ten blyk van hunne volkome- Hoe Zeet ne bereidwilligheid , om van hunne zyde lanci- nogmaals alles toe te brengen wat tot be- houd en vermeerdering der zo noodige Eensgezindheid onder het Bondgènootfchap dienftig kon zyn, mede het voorgefteld.e middel omhelzen \ en met de overige Bondgenooten den Stadhouder verzoeken 9 „ om, door zyne hooge Uitfpraak, deeze „ zaak, met alle de gevolgen en aankleeven „ van dezelve, te bepaalen;zo als Hoogst- „ dezelve, naar de gronden van Regt en „ Billikheid, zou oordeelen te behooren." Doch zy hoopten, dat de Staaten der ande- re Geweften , als mede zyne Hoogheid, het niet kwalyk zouden duidden, als zy zich niet wel konden fchikken naar het an- der voorgedraagene, om naamlyk zyne Hoogheid ook te verzoeken, „ daarom- „ trent zodanige Schikkingen te .beraamen „ als HoQgstdezelve, om, tot een vóegly- „ ke afkomst van zaaken te geïaaken, .,, meest dienftig zou oordeelen." Zy zagen alle Schikkingen, voor al die zou- den kunnen ftrekken om de Vaard met de Ingezetenen van eenige andere Geweften, 't zy in evenredigheid, of op eenige an- dere wyze, te deelen, voor hun Gewest als ten uiterften gevaarlyk aan, ja, fcha-> delyker, dan eene nadeelige Beflisfing; ea beklaagden zich nogmaals bitter over O 4 het |
||||
aitf VADERLANDS CHE
|
|||||||||
het beftaan van Holland om Zeeland een
zo lang bezeete byzondere Yaard te be- twifteri; met de gewoone beroeping op, onvermogen. Genoegen namen zy in de, bepaaling, dat inmiddels alles In den te- genwoordigen ftaat zou blyventot de Uit- spraak van den Vorst. Van wegen de Algemeeqe' Staaten werd
Zyne Hoogheid, in Oogstmaand, op 't na- druklykst verzogt, overeenkomftig met den Voorflag, Scheidsman in deeze zaak te weezen, Hy nam die post volvaardig op zich, en voldeedt 'er aan zonder lang ver- wyl. Binnen zes weeken vorderde hy het inleveren der benoodigde Stukken. Dezel- ve ontvangen hebbende verklaarde hy, by eenen Brieve in Wynmaand, gaarne ge- wenscht te hebben, dat hy," ingevolge van het eerfte Lid der aan hem gedaane opdrag- te, zyne goede dienften, tot vereffening <ler ontftaarie gefchillen, door een of ander gepast middel, hadt kunnen aanwenden; doch 't geen hy wist van de gevoelens'en gefchikthèflen der beide hooge Partyen, gaf hem daar toe geen de minfte hoppe: terwyl. ook twee zo zeer tegen elkander overftaan- de en rechtdraads ftrydende begrippen, als die van een byzondere en ujtfluitetide Vaard cler Ingezetenen van Zeeland op de Volk- planting , en die van de vrye en gemeene Vaard voor d& gezaamjyke Ingezetenen der Republiek, aan de andere zyde, geen ge- Voeglyke overeenbrenging fcheenen toe te ïaaten: hier uit fproot voort, dat hy zich niet houden kon buiden de onaangenaams " nood-
|
|||||||||
xc.
BOEK.
1770;
|
|||||||||
Zynt;
Hoogheid neemt op zich Scheids» man te |
|||||||||
HISTORIE, nif
jaoodzaaklykheid om dat hoofdverfchil, xc.
tioor eene beflisfende üitfpraak, te eindi-BoEK. gen. —;— De Üitfpraak, gegrond op den on wrik 177a.
baaren grondflag, dat het Regt tot de by- üitfpraak, zondere Vaard en Handel op eene Volk- planting, die over en weder erkend werd onder de Squverainiteit van het Bondge- nootfchap gezamenlyk te behooren , door geen Lid van 't zelve afzanderlyk, en met uit fluiting der verdere Leden, anders dan uit kragte van eene Wet, Privilegie of Concesfie, van hun Hoog Mögenden wet- tig verkreegen, en deugdlyk uitgeoefend kon worden, kwam hier op neder. „Dat „ aan alle Ingezetenen deezer Republiek „ het Regt toebehoorde om op de Volk- „ planting van Esfequebo en Demerary vry „ en onverhindérd te mogen handelen; en „ dat dien volgens de bewufte Aanfchry- „ ving, van wegen de Kamer Zeeland aan „ den Bevelhebber van die Volkplanting, „ behoorde vernietigd te worden." ------r
Door deeze Üitfpraak zou de geheele
zaak voor afgedaan hebben kunnen gerer kend worden; dan het behaagde zyne Hoogheid het oog te veftigen op de billyk- heid en redenen, dat aan de Ingezetenen van Zeeland een voegelyk en redelyk aan- deel werd verzekerd in die vrye Vaard en Handel: waar om hy het dienftig oor- deelde, dat de volkomene uitwerking der gedaané Uitfpraake opgefchort zou. blyven lot den tyd, dat de middelen en maatre- gelen ter verzekering van dit aandeel be> O 5 raarad |
||||
ai8 VADERLAND SC HE
|
|||||
Xe. raamd zouden weegen. En, ten einde ia-
BOEK. middels de. Ingezetenen der overige Ge- --------werten niet langer verftoöken zouden bly-
1770. ven van hun onbetwistbaar Regt, llondt
zyne Hoogheid toe, dat, tot nader order, drie Schepen, uit andere Havenen der Re- publiek, buiten die van Zeeland, en niet voorzien van ttriHout- of Zout-brief, af- gegeeven by de Kamer van Zeeland, Wd.Es- fcquebo zouden mogen worden afgezonden. Nadere Zyne Hoogheid voor den betoonden fchikkin- vver en gedaane moeite bedankt en het
genhieropnoodige tot bekendmaaking aan de hier gemaakt. fa betrokkene Vergaderingen en Perfoo- nen, bewerkftelligd zynde, hadt hy, in 't begin van Wintermaand, eea Regle- ment op die Vaard en Handel in gereed- heid, behelzende de Bepaalingen onder welken dezelve, met den'eerftenvan Louw- maand des Jaars mdcclxxi, zou wer- den opengefteld voor alle Handeldryvende Ingezetenen vanden Staat. —Hoe zeer ook de Uitfpraak den Hollanderen v.oldeedt wa- ren deeze nadere Bepaalingen van dien aart 9 dat de Handel zich daar door te zeer be- ïemmerd oordeelde: althans zo dagten 'er verfcheide aanzienlyke Kooplieden terBeur- fe vanJmßerdam over,die zich deswegen, met een breedfpraakig Verzoekfchrift, by den Erfftadhouüer vervoegden: en in Zo- mermaand des volgenden Jaars e enigen een 'VerzoekfchriFt by de Bewindhebberen der West-lndifche Maatfehappy ter Kamer Am- per dam inleverden, om Paspoorten voor hun- ne gereedliggende Schepen, wslke zy ter- • * , kree* |
|||||
HISTORIE. stj)
|
|||||
feireegen, in gevolge waar van eëfiïgë Sehe- xc;
pen, in Oogstmaand van.'t gemdde Jaar, boek; rechtftreeks uit Texel na Esfequebo en Deme- rary vertrokken, 't Liep aan tot het begin des I77°« Jaars mdc clxxii eer de noodige veran- deringen in het Reglement, van wegen zyne Hoogheid, in gereedheid waren, met wel- ke deeze zo lang fleepende zaak, vol onaangenaamheden , geheel was afge- daan (*). Zists lang hadt Zeeland, by veelvuldige Bezen-
gelegenheden, geklaagd over het te hoog ?illgjVit aandeel, 't welk dat Gewest droeg in de Mogen-°5 Laden des Algemeenen Bondgenootfcliaps, den en den en, niet te vrede met de verligtingen door Raad van de andere Geweften , in veele gevallen,'Staaten na toegebragt, aangedrongen op eene daadlyke Vermindering van het gezegde Aandeel. Thans over dit onderwerp met nieuwen ernst handelende, hadden hun Hoog Mö- genden Staaten van Zeeland getragt over te haaien, om met de andere Bondgenoo- ten , zyne Hoogheid te verzoeken, van door zyne beflisfing te willen bepaalen, hoe- „ danig, en op welk eene wyze, Zeeland, „ in den tegenwoordigen toeftand, by „ voorraad, door de Bondgenooten,, be- „ hoorde te gemoet gekomen te worden en w in ftaat gefield om nevens dezelven aan 3, de verpligting, in het draagen der laften 5, van de Unie, te kunnen voldoen." Ge- reed (*) Men zie alle de wydloopige Stukken, hier
toe behoorende, in de N. Neèerl. Jaarb. 1774. M. 628-738. |
|||||
;aa© VADERLAND SC HE
XC. reed was Zeeland om zyne Hoogheid tot
Bqek. Scheidsman te neemen ; doch verfchildcn
—r-— de Beftuurders 'van dat Gewest in 't be-
177Q. paald voorwerp 't geen den Stadhouder ter
beflisfinge zou worden aangebeden ; zy wilden hem verzogt hebben, te bepaalen, „ welke vermindering van Quota, of an- 3, der temporeel Soulaas provifioneelyk aai' „ de Provincie van Zeeland, jn haare te-, » genwoordige fituatie, zou behooren te s, worden geaccordeerd." -r-r- Veel ver- fchilde wel ingezien het een en ander. Ak Ie de Geweften ftemden zamen, en hadden a by breedberedeneerde Befluiten, zulks ter Vergaderinge van hun Hoog Mögenden te verftaan gegeeven a dat Zeelands begrip on- aanneemelyk was,. Gedeputeerden tot de; zaaken van de Financien werden te raade pm een voorheen meer en met goed gevolg betreeden weg in te flaan om een Gewest, van de andere verfchillende*.te overtuigen, naamlyk het doen eener Bezendinge. Hun Hoog Mögenden oordeelden dit
middel niet onbeproefd te moeten ^aaten, en, door eene Bezending by Staaten van Zee- land op 't ernftigst aan te houden, dat zy zich, zonder verder uitftel, vervoegden by het eenparig gevoelen der zes andere Geweften. En. in gevalle zy onverhoopt, daar toe niet waren tebeweegen, hun aan te kundigen, dat hun Hoog Mogenden zieh niet langer konden onthouden om de zaa- ken des Gemeenen Bondgenootfchaps, naar de Orde der Regeeringe, te behandelen, tn genoodzaakt zouden zyn den gedaanen," voor-;
|
||||
H ï S T O R I El tel
vöorflag, volgetls de lieïgitfg de? zes Ge- xti:
werten ten uitvoer teibrengen, ende uit-BOEnL' fpraak van zyne Hoogheid, op zyn tyd,-------
door alle bekwaameen kragtda/'dige rriidde-1770.
, len, te onderfteunen en uitWeïfetóg te doen erlangen. Tot het waarneemen deezer Bézendinge
benoemde men uit hun Hoog Mögenden-, de Heeren brantzenj wegens Gelder- land, quarles wegens Holland eh d'aBLAING VAN GIESSENBURG
wegens Utrecht )> uit den Raad vän Staaten
den Heer pesters» en den Thefaurier Generaal gilles^ die in Louwmaand des volgenden Jaars, met twee Jachten, te Middelburg kwamen, en, naar de gemaakte fchikkingen, op 't ftaatlykst en vrietldlykst ontvangen, gehoor kreegen in de Zeeuw- fche Staats vergadering. Naa veele traag voortgaande en in 't einde vrugtloos afloo- pende onderhandelingen, die omtrent der- tien weeken aanhielden, eindigde deezeden Lande kostbaare Bezending (*). Wan- neer de nog gebleevene drie Heeren der Bézendinge ftaatlyk uitgeleid werden, on- der aanbod van twee Oxhoofden Eerewyn voor ieder der Afgevaardigden (f); Veel bezwaars vondt zyne Hoogheid,Uitfpraag
eni de hem opgedraagen Beflisüng der zes van zYne
0 * Qe. Hoogheid
C*) Refot. van Èoll. 31 Maart 23 Aug. 28 Sepi
7 Nov. 1 en ai Dec. 1770. en 6 July J771. Jfeh van JZeel. 7 en 12 Jan. 1771. Ct) Not. van £nl. 9 April 1771, ';. ..
|
||||
a*z VADERLANDS CHE
Xe. Geweften op zich te neemen. Danbytia«-
jfcoEK. deren aandrang, op den voorflag van Gel- -----— der land aanvaardde hy dezelve , en ve't-
177°' klaarde ,rhy,wege van Uitfpraak. „ Dat de
JS|V Proviijfiièi van Zeeland, provifioneelyk, „ voor den tyd van Zeven eerstkomende 5, Jaaren.; een aanvang neemende met het 5, Jaar mdcclxxii en eindigende met „ het einde des-Jaars mdcclxxviii, „ by de verdere Bondgenooten zou wor- 5, den gefoulageerd en te gemoet gekomen, „ door middel van het Jaarlyks profyt van „ de volle ;post voor de Fortificatien buiten „ de Provinciën, ter fomme van driemaal „ honderd duizend Guldens, op den ordi- „ naris , Staat .van Oorlog voorkomende, „ met dien verftande j dat de Provincie van „Friesland, ter zaäke van den minvoor- ?, deeligen toeftand haar er Financien, van „ de reëèle contributie in het opgemelde „ foulaas zou blyven geëximeerdi, en by „ continuatie haar aandeel in de voor- j, fchreeve post ter fomme van 34638 GL „ zou 1 profiteerem En dat diens volgens, „ by het fonneeren der Staaten van Oorlog „voor de gemelde Jaar en, waar in dit fou- „ laas by Zeeland zou worden genooten, „ de post voor dé Fortificatien buiten de „ Provinciën tot de fom van 334638 Gul- .,, dens zou worden verhoogd; en dat van „ deeze alzo verhoogde Post eene fomme van driemaal honderd duizend Guldens op ,, de Provineie vaa Zeeland, en het overi- j, ge tötvier- en- dertig duizend zes honderd „ acht- en- dertig Guldens op de Provincie „ vau
|
||||
HISTORIE. ä23
5, van Friesland zou gerepartitiëerd wor- xc.
„ den." —- Voorts zouden Staaten van boek, Zeeland alles- moeten aanwenden ten befte--------
Van den Staat der Geldmiddelen huns Ge- 1770.
wests; en van deeze hunne verrigtingen, naa verloop dier Zeven Jaaren, aan Gede- puteerden van hun Hoog Mögenden, en den Raad van Staaten, optn-'ng geeven, en den Staat der Geldmiddelen bloot leggen. Ge- fchiedde dit, tot genoegen der overige Bond- genooten , ten befteniden tyde, dan zou, voor nog Zeven andere jaaren, en dus tot den Jaare mdccl.xxx v, by Zeeland dit zelfde voordeel, op den zelfden voet, ge- nooten worden. •------- Zeeland berustte
In deeze Schikking, fchoon onder veele
tegenverklaaringen, wegens het gehouden gedrag der Zes Geweften. Ook aanvaardde het met dankbaarheid het aanbod desStadhou- ders vari honderd duizend Guldens, uit zyne eigene Gelden te verftrekken,. zonder daar vóór eenige Intrest te begeeren, en alleen onder voorwaarde, van wedergave, wanneer de kas des Gewests zulks zou toe- laaten (*). Eer deeze beflisfing des,Stadhouders in-
kwam, hadden de Zes Geweften,,,op de zeer onvoldoende toeftemming van Zeeland in den gewöönen Staat van. Oorlog , een redmiddel beraamd, om ten lafte van Zee- land, , (*) Rtfot. van Hall, 6 July 30 Äug. en a8 #0%
f771. Not. vm Zeel. 4, 7. ii. 18; 22 Nov. en f<G Dec, 1771. |
||||
&&4 VAÖERLANDSCHE
xc. land, zo veel als het te kort komende be=
boek. droeg, ten Cofnptöire Generaal van.de --------Uniej tégen de gewoone intresfen, op te
±7?o. neerhen , en daar uit de betaalingen ,te
doen; welke Gelden Zeeland'$ vóór het ein- de des Jaars, weder moest bezorgen, on- der bedreiging Van het anders b'y Executie Op dat Gewest te verhaalen (*). Dit ver- wekte by de Staatsleden van Zeeland geene geringe aandoening, en zy beklaagden zich zo over de gemaakte Schikking „als wegens de gedaane Bedreiging ten hoogflen. (f). tÜéGricts- Meermaalen zagen wy den Erfftadhou- Üeden en der, in Friesland, de gerezene Oneenighe- Magiftraa-'^en tusfchen de Regeeringsleeden beflis- jFwJw *"en (§)> t^isas maakte hy een emde aan
gemagtigd den twist wegens het Regt en de Bevoegd- om hun heid der Grietslieden en Magiftraaten, om Procu". hunne Procureur - Fiscaals af te zetten, eft caaïs'af re' anderen in derzelver plaatze aan te ftellen. zetten. Het Hof Provinciaal hadt de zaak eens Procureur-Fiscaals, tegen den Grietman en diens Medeleden, in dit geval, gehand- haafd. Deezen zich daar over beklaagende en het Hof Provinciaal befchuldigende van het te buiten treeden der paaien van des- zelfs wettig gezag* tradt zyne Hoogheid> des verzogt, tusfchen beiden, aan de Grietslieden en Magiftraaten het Regt en de
(*) Refat. van tioll. 16 en 18 Öct. 1771.
Cf) Net. van Zeel. ai Oct. 7. 11. 18 en 22
Nov. 1771. C §) Zie onder anderen hier boven bl. 58.63,C6,
73 enz. |
||||
.••""-HISTORIE* . 225
de Bevoegdheid toekennende, om de Pro- xc2
curéür-Fiscaals, die, alleen als Lasthebbers j boek» uit naam van de Grietenyen en Steden in —------
Regtzaaken handelden:, by bloote opzeg- 177°*
ging en intrekking van hunnen Last, af té zetten, en anderen in derzelver plaats te benoemen, zonder dat het den dus afge- zetten eenigermaate vry zou ftaan, om, langs den weg van Regten, herfiel in zyne Bediening te zoeken, én Werd het Hof Provinciaal onbevoegd verklaard, om zich dusdanig eene zaak aan te trekken. Over- eenkomftig met deeze verklaaring Was hét Staatsbefluit der Staaten van Friesland, in Sprokkelmaand bekend gemaakt (*). De verlichtendfte aller Kunften 5 op wel- Poogln-
ker Vinding ons Vaderland, en Haarlem gj;11 tot hei in 't byzonder, met zo Veel regts','röem de^Druk-* draagt, en de grootfte nuttigheden het persfe. Menschdom aanbragt, kan niet ontkend worden ■> ook zomtyds naadeelige uitwer- kingen te baaren. Niet „zelden meende daarom de Regeering in; de noodzaaklyk- hëid te weezen, om deeze en geqne Boe- ken té verbieden , welker verfpreidiilg zy den Godsdienst of den Staat nadeelig keur- den, of welke zy oordeelder deii .goeden Naam van byzondere Genootfchap.pen ö£ Perfoonen, te krenken. Ron'er, een alge- meen en altoos werkend middel ter weerin- ge des lVIisbruiks, zonder indragt op het Nut te maaken, uitgevonden worden,zulks zou C' Mdk
. ,-r-. I' ■■'. >ra
C*!> N. Nederl. Jaarh. itfü bl. 208, '■
XXIV. DEEL. P
|
||||
3ätf VADERLANDSCHE
xe. aller braaven lof verdienen en wegdraagen.»
»oei. Reeds van den aanvang onzes Gemeene-
■
iffbï wy'ze'hiér van ftrèkken het Plakaat, in deii
Jaarè sïdlxxXi uit gegeeven, als mede dat van Prins willem:den I (*). Dan de moeilykhe'd om het eene kwaad te ftciiten, zonder een grooter te veroorzaa- kehj toonde de Mägiitraat van Leyden, 'm een Vertoogfchrift,: twee maanden naa de bekendmaaking des Pkk.aats.van den Jaare MDLX xxi, aan Staaten van Holland ovet- gelever'd, onder ändere voordraagende, dat dit Plakaat in Wele Steden wel was afge- leezen; doch door geene Vroedfchappen, uitgevoerd : dewyl dit katfte onmogelyk was (f). Iiï het Dertigfte Jaar deezer Eeuwe wer-
den Staaten van Holland te raade Gelastig- dën té benoemen om, wat 'er in den Lan- de tegen dê ongebondenheid der Drukpers- ■fe bepaald was, ha te zien, en te overwee- gen of zulks niet behoorde vernieuwd en welke veranderingen , of byvoegzels, 'er dienden gemaakt te worden. Zy ontwier- pen een Plakaat; maar des verilag gedaan zynde, hadt deeze zaak geen ander gevolg dan dat de Staatsieden 'er Affchriften van Teïzogten, en hetBeiluit tot eene nadere raad-
I ■■".■■ < ' \" '
(*) Groot Plakaat Boek IDeel, bl. 211, als
iaede bl. 213. 451 enz. Ct) Bor Nedert. Oorlogen. Bylagea van heS II Deel, bl. 115.
|
||||
'1 H mV&Jj Q &&MJ-: > UZ?
raadpleéging werd uitgefteld. V Opnieuw- xc.
werd,het denkbeeld, óra. de vryhèid der boek. Drukpersfë.te beteugelen, in den Jaare. —■—— MB cbjLXV; weder leevendig (*) en gaan- i??Q* de gehouden, tot het, Jaar mdccl xi x y toen 'er een Plan ter baane kwam, om doop middel van aangeftelde Cmfam Librotüin^ of' KmrmeefierS yän Boeken, hetrverkoopen. van fchadelyke < Boeken ::te: beletten. Dit- Plan maakte veeier Pennen gaande, ©ra, het voor te ftaan ^ dan nog. meer cmi;hefc t©; beftryden ;;idoch de menigvuldige bezwaar ïén door de Boekvérkoopers en Boekdruk- kers Gilden, in verfcheide Steden äaa de Magifliraatên by geRhrifte overgele- verd ,. déeden het als onaanneemelyk ter zyde leggen; : ,:.. ■; olurrr, •..■ Het Hof ontwierp,: dit Plan afgekeurd Ontwor-
zynde,: :ëen hieuw-Plakaat tegen Gbdsfes?*j^" ^jj~ terlyke Boeken. en Gefchriften, in 't zelve, Godsias- verbiedende" „ het maaken^-drukkenv en terlyke „ uitgeeven van alle zodanige Boeken en ^fenen * Geiëhriften ,, waarby . de Gronden- van ^ "* £ den Christlyken Godsdienst aangetast of- ,1 de Heilige Schrift, als mede de waaret jy Gëréformeerde„Religie, op eene fpötag- ^ tige wyze behandeld 'Wierden, gelyk ook ,-, alle- zodanige Boeken;, Gefchriften en ,, Prenteity van waf. natuur dezelve zöu- ,", den niogénzyn, die door hunne obfcce- ii nen inhoud gefchikt waren om inbreuk te - til&ik,! l\hïh:'A> r^n-y. ":■»'/ ':: ■ „doen |
|||||
• (*) Ziehet' XXIII Dëet'der Vadert. Hißvrii
N. 3564 P 2
|
|||||
VABÈRfcANDS'CHÊ
|
|||||||
ëi8
|
|||||||
Xe.' ,", doen op de'goede zeden, én ftrékkent-
BOEK. „ tot bederf der jeugd." Onder bedrei- -------1 ging van Geldboete, Ban, of Gevangenis-
,1770. i'e, naar mäate de Boeken meerder of min-
der ;fchadelyk zouden geoordeeld worden en het boosaartig opzet der Overtreederen zou verdienen. ~ Wyders zouden ,;, geen „• Boekverkoopers , of Drukkers,' eenige „ .Boeken drukken of doen drukken ^ zon- #< der in handen te hebben een blyk wie de ?-, Maaker of Uitgeever was, en zy gehou- 5, den zyn diens Naam,' des gelast zynde, & aan den Procureur Generaal, of Officier ■# hunner woonplaatze, te openbaaren, op -, verbeurte van Zes honderd Guldens voor 5, de eerfte en van Twaalf honderd. Gul- 5, dens voor de tweede reize: zo nogthans •'■ -/('-• -■' ';3, dat hier van zouden uitgezonderd zyn, 'j>, de Boekdrukkers en Boekverkoopers,- 99 welke eenig Boek of Gefchrift, buiten 3, 's Lands gedrukt, en hier openlyk ver- s, kogt 4 zouden herdrukken. 3, gelyke' verbeurte zou ook niemand eenig 3, Boek,- of Gefchrift, mogen drukken, of 3', hier te Lande gedrukt uitgeeveri, dan op y, welks Tytelblad de Naam en Woon- st plaats van den Boekdrukker of Verkoo- 3, per voor wiens Rekening, en het Jaar- ,j tal, waar in het zelve gedrukt was, ge- ,5 fteld ware; doch', ingevalle de Naam #, van een Boekdrukker of Verkooper door j, een ander voor eenig Gefchrift valschlyk „ mögt zyn geplaatst, zou die geen, wiens j, Naam valschlyk daar voor mögt geplaatst ■'» wee«
|
|||||||
.. ., H j s T 0;R. I E.. *
«, weezen, gehouden zyn, ten tyde zulks xo;
„ tot zyiie kennisfe mögt komen, hier van b oeku]
y, aan den Procureur Generaal, ofdenOffi- ■■—--—*
„ cier zyne Woonpiaatze, aangeevinge te 1770«
„ doen, of by gebreke van dien verant-?
„ woordelyk zyn, even als of hy het
„ Werk zelfs gedrukt en uitgegeeven hadt'j
„ en zou dezelve ook gerekend worden
„ kennis daar van gehad te hebben, indien
„ hy zodanig een Boek of Gefchrift zou
„ verkogt en verzonden hebben , fchoon
„ hy mögt voorgeeven daar van onkundig
„ geweest te zyn: die eens anders Naam
„ valschlyk voor eenig Boek of Gefchrift
„ hadt doen ftellen, zou Zes honderd
„ Guldens verbeuren , als het niet onder
„ de by dit Plakaat verbodene behoorde;
„ doch Twaalf honderd, wanneer het blyk-r
„ baar daar onder moest gefield wor^
„ den."
Dusdanig een Plakaat oordeelden de Hee- Daar te«
ren Gecommitteerden tot het Befoigne dat getl ^S^ van hun Ed. Groot Mogenden vastgefteld vci'zoek-< en afgekondigd behoorde, te worden; doch fchriften de Heeren van de Ridderfchap en de ver-? der Boek-«. dere Leden der Vergaderinge verzogten haud^0aean een affchrift ter nadere over-weeginge, en het agte? het Befluit bleef gevolglyk, voor een tyd, blyvea, agter. Van deezen tusfchen tyd wilden ^ onder anderen de Leydfche Boekhandelaars, C. VAN HOOGEVEEN Junior, P. VAN
der EYK en D. vYGH, die met zo veel
vrugts, nevens hunne Medeboekhandelaar
ten te dier Stede, zich verzet hadden te-
P 3 gen
|
||||
&&> VADER.LANDSCHE
jECi gen het Plan der Keurmeefieren van Boeken,
po. EK; gebruik maaken, om dien nieuwen flag der — '■'■ Vryheid van de Drukpersfe gedreigd af te- 177Q. weeren, maar vonden hunne Medehoofd* lieden van het Boekverkoopers Gilde daar toe niet geneegen. Zj vernamen intus- fchen , dat drie der Voornaamfte Boekhan- delaars teAmfterdam a r k s T e e en m e r- CUS, V. MEYER'en Z. CHATELAIN
en Zoon-, goedgevonden hadden, tegen dit
Ontworpen Plakaat hunne Bedenkingen aan het Boekverkoopers en Boekdrukkers Gil- de over te geeven, ten einde dezelve in handen der Vroedfchapp te flellen; door dit voorbeeld bemoedigd vervoegden zy zich met een Verzoeklchrift by de Regee- xing van Leyden, om te bewerken, dat ook dit Plakaat by hun Ed. Groot Mögenden «iet tot ftand kwame: 't zelve onderfteu- nende met een meefterlyk Vertoog, door de Heeren elias luzac Adv. enizAAK EEiAS luzac Proc. op de rug gete- kend. De Tegenbedenkingen der Amfler- damfche Boekhandelaaren waren zeer klem- mende; en dit Opftel, door de Leydfche by hun Verzofkfchrift gevoegd, was 'een • Meefterftuk, ftrekkende ten betooge, dat j aan het Ontworpen Plakaat, behalven ver-
fcheide gebreken, welken 'er in voorkwa- men, twee weezenlyke vereischtens ont- braken, die in eene flrafdreigende Wet inoeften gevonden worden. — Dat het, behalven meer andere onvoeglykheden, als «itvoerelyk veronderftelde zodanige din- *-* - gen» |
||||
'■"■ -"'" • ■ -' ■'■•■• " - '-''---------------■---------------------
|
|||||
Hl S T O R IE. 231
gen, welke de Inleveraars des Verzoek- xc.
Ichrifts onuitvoerelyk oordeelden. — Dat boel het in 't werkftellen van het Plakaat, de
ruïne van den Boekhandel naa zich zou 1770.
fleepen, en de Boekdrukkers en Boekver- koopers aan oneindige plaageryen blootftel- len. ------- Dat dus een Plakaat zou ftry-
den met de Natuurlyke Vryheid der Inge-
zetenen zo wel als met de Burgerlyke, die, on- der de, zagte en billyke Regeering van hun Ed. Groot Mögenden, elk toekwam. — Dat het onbeftaanbaar zou weezen met de Gefteltenisfe van ons Land ten aanzien van den handel, en byzonder ten opzigte van het aankweeken der Weetenfchappen. — En, eindelyk, dat het, wel verre van 't heil- zaam uitwerkzel, 't welk 'er van fcheen verwagt te worden, te wege te brengen, weinig of geene uitwerking zou baaren, en eerder het tegendeel bewerken ( * ). --------
Deeze Vertoogen, gepaard met den blyk-
baaren weerzin der verlichtften in den Lan- de, in verfcheide leezenswaardige Gefchrif- ten ten toongefpreid, hadden zo veel in- vloeds by Staaten van Holland, dat van dit bedoelde Plakaat even weinig kwam 'als van de aangepreezen Keurmeefiers der Boeken. Het Steedje Bronkhorst, een der vier >t steedje
Banneryen in het Graaffchap Zutphen, Bronk- 't welk niet meer dan zeitig Huizenhorst telt brandtgc
teit> decltlyk af. (*) Men vindt deeze Stukken in de W. Ne&erU faarb. 1770. bl. 789 — 896. |
|||||
SS* VAQERLANDSC II E
XG. telt (*), zag tusfchen den negen-. en -
Bo EK. twintigften van Bloeimaand, door een -------- zwaaren Brand , één- en- twintig van.
1770. dezelve, nevens twee Schuuren. en één
Koornberg vernielen, en dertien fluks Hoornvee, in de vlamme, omkomen. Dit bykans ontebovenkombn.ar onheil werd verzagt, doordien de toenmaalige Heer van Brenkhorst , 2eno didïrik walraven , Baron van Tcngnagel, wanneer de tyding van deezen Brand kwam, zich te Nywegen op de Staats ver- gadering bevondt, en zulks gelegenheid gaf, dat onder de Leden, die doorgaans talryk zyn , eene aanzienlyke inzameling voor de Ongelukkigen gedaan werd. De Staaten des Graaffchaps Zutphen fielden op hunne Kwartiers Vergadering den Grond- heer van Bronkhorst zeven honderd Guldens ter hand, om uit te deelen aan de meest befchadigden. Deeze voorbeelden wekten anderen op, om, tot weder inftandbrenging 4ier ongelukkigen, milde uitreikingen te doen (f). Inbreuken Vingen wy de Gebeurtenisfen deezes in de Gel- Jaars aan met het vermelden van een deer- ARhn^m tyken Water-vloed, wy moeten dezelve ïsjddy- eindigen, en aan die des volgenden Jaars 'k&n. hegten, met het ophaalen van dergelyken Nood, deels dezelfde oorden, deels ande-
re treffende. De aanhoudende Regens in den Zomer, en hoven al in de Herfst» dee-5
C*) Tegenw. Staat III Deel, bl. 39Ö.
£t) N.Nederl, Jaarb. 1770. bj. 7.55. , ' .- |
||||
HISTORIE. 233
deeden reeds vroeg nieuwe zorg voor Win- xc.
tervloeden by veelen opkomen: eene vrees boek; welker gegrondheid eene droeve uitkomst —■—; maar al te gevoelig leeraarde, De eerfte 1770. aanftoot leedt "het Kwartier van Zutphen, door twee Inbraken van de Gelder/eheRhyn- en Tsfeldyken. Den tweeden van Winter- maand viel 'er een Gat in den Lymerfchen Dyk boven de Schans by Weflervoort, en den volgenden dag een ander in den Tsfel- dyk by Lathim.' " Door deeze Inbraken overftroomden alle de laageLandei} des ge- heelen Kwartiers van Zutphen, en het aan- grenzende gedeelte van Overysjel: den vyf- den der gemelde maand beefde men te De- venter van vreeze voor Inbraak van den hooggezwallen Ysfelftroom $ doch kwam met vreeze vry, De zwaarfte ramp trof de Betuwe- Dy ken, In de Be-
die voor den aandrang des Waters bezwee- tvw-Dy* ken. Verfcheide Verzinkingen, gelukkig *"" gekeerd, deeden hoop fcheppen van dezel- ve te benouden, wanneer, op den eerften van Wintermaand, tusfehen Lakemond en Opheusden, ter plaatze waar men geen ge? vaar vermoedde, en dus geen wagt hieldt, de Rhyndyk doorbrak. Op nieuws wer- den , door deeze Inbraake, de geheele Ne- der - Betuwe, de Graaffchappen van Buuren en Kuilenburg, de Baronny van Acquoy, en alle verdere laage landen tusfehen de Lek- en Lingedyken, tot aan den Dief dyk toe, die het water keerde , Qverftroomd; ook liep de Polder de Marsclt onder. De Laiir den van dsperen, Ifeukelum en Gellikum, P 5 fchoon |
||||
234 VADERLANDSCHE
xci fêhoöri door den Vloed niet bedekt, flon-
BOEic. den onder het kwelwater, 't geen ook de Tie* ——- Ierut•aar-d, de Dorpen Ever dingen en Zyder- jf70; veld zeerdeedt lyden. Aller drukkendst viel deeze Watervloed
den Inwoonderen van het Graaffchap Kui- lenburg , nevens die van de Ampten Ag* quoy, Beest en Renoy, in den zak derOver- ftroominge gelegen. De grootfte helft, ja veelligt twee derden, der Landeryen in dee- ze Oorden, waren niet droog geweest zints den jongften Vloed in Wintermaand des Jaars mdcclxix; maar hadden een ge- heel Jaar onder water geftaan. Onbe- fchryflyk nypende was de armoede ten plat- ten Lande; de hooggaande duurte der Leevensmiddelen, deedt het getal der Be- hoeftigen zeer toeneemen; de meest ge- goede "Ingezetenen vonden zich buiten flaat der aangroeiende fchamele Gemeente eeni- gen onderftand van belang te bezorgen; aanhoudende Veeflerfte vergrootte de ake- ligheid van dit tooneel. —i— Wanneer de Doorbraak by Lakemond de Landen weder in barre zee veranderde, drong de bittere nood veelen tot bedelen; hun geringe voor- raad was bedorven; de, vóór de Vorst in de aarde bedolven Veldgewasfen werden door het water ten -onbruike, die men, by 't aankomen des waters , op de zolders tragtte te beveiligen geraakten verlooren door de harde Vorst, die, weinig weeken, op den Vloed volgde, het ondergeloope Land met Ys bedekte, en onnoemelyke fchade t-oebragt aan het jonge Kaphout e»
|
||||
II ï S^T O R IJS. a35
|
|||||
en de Vrugtboomgaarden. Ook vondt men. xc,
naderhandby deezen Watervloed, gelyk ook b-oïk;' fey de voorigen, in de laage Landen, het ——• meefte Winter-Graan en Zaad, of wegge- 1770. fpoeld of verdronken en verftikt; het wei*" ii.ige 't geen opkwam leverde niet veel uit. Terwyl het Water, of liever het Ys, 1771.
op de Landen ftondt, voegde, in Louwmaand Waten- des Jaars mdcclxxi, een harde Storm- vloeden in wind fchade aan deeze fchade toe, niet F*rf er~ alleen aan de Huizen of Hutten, die in't veld ftonden; maar boven al aan Schnuren en Hooibergen, als mede aan de Appel- en Kersfe - Boomen, die door de weekheid van den grond , tegen het geweld des Winds niet beftand, do'or de golving des Waters ontworteld, of door het driftig Ys afgefneeden en weggefleept werden. Het geheele Graaffchap Buuren, de Stad
alleen uitgenomen, lag onder 't water be- dolven. Veele Inwoonders namen uit de Huizen de vlugt in de Kerken. De vroege Vloed hadt in deeze ftreeken de meefte te veld ftaande Wintergraanen bedorven; en het voornaamfte voortbrengzel van deezen oord, de Aardappelen, waren bevroozen, -en rotten by den Dooi. In deezen nood moest de Weldaadig- Onder-
heid, opnieuw, de hand toefteeken. De ^a"d am Heeren des Ampts van &t Neder-Betmvi tigen. kweeten zich, ter vervullinge der onmidde- lyk dringende behoeften; en deelden in twee keeren,- de een in Wintermaand des Jaars mdcclxx^ en de ander in Sprok- kel- |
|||||
»36 VADERLANDSCHE
XC. keimaand des volgenden Jaars, ruim zes-
Boek. en- dertig honderd Guldens aan behoef- --------ten uit. '—.— In de Stad Tfiiel ge-
.1771. fchiedde, van huis tot huis., eene Inza-r
meling ; doch de Penningen ïtrekten niet meer dan acht dagenlang, wegens de toe- vloeiende menigte van Behoeftigen, die air leen onder het Regtsgebied van Thiel en het Dorp Zqnchvyk woonden, Pe Graaf van WELDEREN, Afgezant van onzen Staat te Londen, Amptman, Regter etv Dykgraaf des Ampts Neder-Betuwe, ver- gat zyne lydende Landgenooten niet en maakte ten hunnen behoeve eenige honderd Guldens over, by welke zyn Vrouw Moe- der eene goede gifte voegde. Deeze redmiddelen dienden wel om de
Ongelukkigen eenigzins te helpen \ doch konden, op den duur, den door en door ver&rmden, geen genoegzaamen onder- ftand bieden. Op de meeste plaatzcn wa- ren de Diakonie-kasfen in {legten Haat, en, veelen, die tot nog zonder onderfleuning hadden kunnen leeven, vonden zich thans gedrongen die te verzoeken. Verfcheiden onder, de Gelderfchcn fchreeven aan hunne vermogende en licfdaadige Vrienden in Holland. Onder anderen, bevlytigde zich 4e Menfchenvriend h, j. rink, die ge- ■ lukkig flaagde, om by dezelfde Vrienden die, in den voorleden Jaare mdcclxx,zo veel ten nutte hunner Gelderfche Medevader- landeren gedaan hadden, aan te houden,tot het vernieuwen hunner milddaadigheid.. Schoon
|
||||
HISTORIE. 337.
: Schoon het deezen aah gjeené welwil- xc7
ienheid mangelde, zagen zy op tegen het bö£k2 hervatten van een werk, welks lastzy zo -=s=— even ondervonden hadden$ en'tgeen, zou 1771. het geregeld gefchieden, thans van veel Holland grooter uitgéftrektheid zou worden. Dit daar mede alleen nogthans zou hun niet hebben doen gedrelg marren; de vdornaame rede, die hun, in den beginne, te rug hieldt om de hand aan dit. Liefde werk te flaan, was dehachlyke ftaat' der Rivier-Dyken in Holland zelve»: door vetfcheide zwaare Ysdammen, die, in. 't laatst van Louwmaand, in de Lek en de Waal, een dreigend vöoruitzigt baar* •-■■•'■-'■ den (*). Het grootfte gevaar was naby Schoonhoven. Beneden die Stad, van Lek- kerkerk tot Krimpen, hadt zich een Ysdam ; J ; ge-.
■ (*) Dit dreigend en hoogklimmeiid gevaar der
Ysdammenzette ouusnicolaideoérman, Onderluitenant in de Artillerie deezer Landen, aan , om een middel tot verbreeking derzelven uit te denken , beftaahdö in dezelve, op verfcheidene, plaatzenen op verfchillende dieptens, te ondermy- nen, niet Kruidbusfen te Vullen, en te laaten fprin- fen, of zulks door met Buskruid gevulde Water-
ogels te verrigten. Hy ftelde 't zelve aan Staaten van Holland voor, met verzoek, om 'er, by voor- komende gelegenheid, de proeve'van'te-mogen neemen, en tot goedmaaking der koften" zes hon- derd Guldens uit 's Lands kasfe te ontvangen. Schoon de Algemecne Öpzigter van 's Lands Ri- vieren bruinings, hierover geraadpleegd, geen gunftig denkbeeld van dit middel vormde, befloot men egter, om niets, in een zaak van dat aanbe- lang , onbeproefd te laaten, en wegens de gering- heid der gevorderde fomme, dit verzoek toe te ftaan. Refol. van Holt. 17 Oct. 1771, |
||||
s38 VADERLANDS CHE
xc. gezet 5 welke de Alblasferwaard, zo Wel
Boek. als de Krimpe fier- en Loopikerwaarden, in" - 1771, dompelde. Alle waakzaamheid en voor- %a. zorge was werkzaam in de weer, en voor- kwam, ondanks verfcheide Verzinkingen, het doorbreeken der Dyken. De Ysdam brak los, en deedt het Gevaar der Doorbraake te dier plaatze wyken. Verdere Omtrent deezen tyd geraakte itl&eWaal, gevreesde voor Bommel, het Ys desgelyks vast, met vondene1" eene Hoogte der Riviere, die de oudfte Watere- Lieden niet geheugden; doch wanneer het lenden, water als tot de lippen geklommen was1, fchoot het Ys na beneden en de Bommeler- waard kwam. met de vreeze vry. De Ys- gang alleen wierp te Brakel een ige Woo- ningen, en Boomen aan den Dyk (taande, om verre, en befchadigde op veele plaat- een den Dyk zelve. Door dien Ysgang ftootte by Lith in den Maasdyk een Gat, hierfpoelden negen groote Wooningen weg, en een uitgeftrekte ftreekLands indeMeye- rye van 'sMertogenbosch Ieponder. — Ook déedt eene Yskropping in de. Linge, by de Stad Gomichem, die Rivier zo hoog zwel- len , dat,, op den eerften van Sprokkel- maand, de Dyk tusfehen dè Dorpen Spyk en Daalhem bezweek; nogthans kwam 'er, ten dien zelfden tyde, gelukkig fchot in hét Ys,, en Val in de Riviere: waar door men de gevalle Inbraak fpoedig kon bevan- gen. Anders ware ook de Tiekrwaard överftroomd, en de Neder - Betuwe, nevens Bet Buurenfche en Kuilenburgfche, door de In-
|
||||
HISTORI E.
|
|||||||
a39
|
|||||||
Inbraak van den Rhyn by Lakemond reeds xo.
ondergeloopen zynde, zou dit gedeelte in boek. Gelderland, tusfehen de Lek en Waal, ter--------
weder zyde van de Linge gelegen, op ge- 1771.
lyke wyze als by den yoorigen Vloed, door de Inbraak van den Rliyndyk by Huu- fen, van de Vloedwatcren geheel zyn over- dekt geworden. Het gevaar der Ysdammen, door het af- Ruime In-
dryven, en de vrees voor överftróomingen zam.eltil- door het volgende Dooiweer, van Holland f^1 "oor afgeweerd- zyude, lieten de Rotter damfche ^e Gelder» Menfchenyrienden de gedagten nader gaan fchen. op eene inzameling voor de Gehkrfcjien, die het leed, van hun gunfïigst afgeweerd, in zulk eene groote maate proefden. Doch zy verkoozen niet zich tot eene Inzameling in te laaten, of dezelve moest eene Uit- deeling ten gevolge hebben, die niet,gelyk in den voorleden Jaare, over een gedeelte > maar over de geheele uitgeftrektheid der- overftroomde Landen liep; Alle Behoefd- gen waren hunne Liefde even-na; ook vor- derden zy,; gelyk toen, dat de Uitdeeling onpartydig, zonder aanzien va« Gezind- heid j, alleen naar gelange van de behoefte, gefchiedde. De Gelderfchen ftemden in de voorgefèhreevene Schikkingen, en werden overal vertrouwde Perfoonen benoemd. De Inzameling ving aan, en de voldoende Re- keningen van voorgaande welbefteedde Uit- deelingen , grooten deels door de Bezor- ging derzelfde Lieden gefchied, openden de handen der verftandig Liefliaadigen der- maate, dat men'in Bloeimaand bevondt, 'Acht-
|
|||||||
24b VADERLÄNDSCHE
xö. Achttien duizend zes honderd een- ëh-.né-
IöeK. gentig Guldens verzameld te hebben. Van
—-----tyd tot tyd wareit Geldfömmen hä de
i 771. önderfcheide Uitdeelers afgezdnden ^ en dobir
hun op de befte wyze befteedt. Niet al- Jeen werden zy gevoed en gekleed; maar de ruimte der penningen deedt beiluiten tot de aankoop vari Aardappelen ; aan de behoeftigftén uitgedeeld,ten einde zy,hun- ne landen droogwordende, dezelve tërftond zouden kunnen beteelen met een Gewas 't welk daar 't gewöone Winter voedzel is der gemeene Lieden, en thans tot een buiten- fpoorig höogën prys gefteegen , zonder nieuw gewas, op eigen grond geteeld, den fchamelen Landman een derden Winter 'dreigde nog armoediger dan de twee voor- gaande. Zo zoekt welgeregelde Mildaa- digheid het meefte mit met het aanver- trouwde Geld te doen. En de uitgegeevene Verantwoording ftrekt tot lof van allen * die deel in dit Liefdewerk hadden. Bui- ten de Inzameling door de Rotterdammers gefchiedt, kwamen van elders aanzienlyke Giften, in de regte handen; die Uitdeelers gingen met de anderen te raade, om alle dubbele Bedeeling voor te komen, en de Liefdegaven, overeenkomftig met het oog- merk der Schenkeren, tebelteeden (*). •■: Van
(-*} Verhaal^ wegens de twee laatße Overßroo-
mingen in de Betuwe enz. bl. 32 enz. Te Rotter- dam by R. ARRENBERG I773. |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
241
|
|||||||
r Van veel minder aanbelangs, doch niet xc.
geheel onmeldenswaardig, was het hoog-boek* wasfen des Lehvaters in Zomermaand, de . terwaarden overftroomende, tot groot on- Mindere geluk der Ingezetenen des Lands van Via- Water on- nen, die voor hun Vee, niet danfchaars, heilen- voedzel konden bekomen; als mede de Doorbraak, die in Oogstmaand viel in de westzyde des Nauwernaafchen Dyks, en. het Noordjykst gedeelte van het Veeryk Asfendelft onder water zette, de Boeren met hun Vee in groote ongelegenheid bragt, het Hooi, nog te velde leggende, in deezen duuren tyd bedierf (*). , Een hevige brand, in 't holst van den HetAdmi* nagt, in Louwmaand te Harlingen ont- raliteits- ftaan , vernielde het Adrairaliteits - Huis #ul-* • *Lfl van Friesland zo verre dat de muuren brand af. enkel ftaan bleeven, en de geheele Secre- tary benevens alle de Papieren een.prooy, der. vlammen wierden, zonder dat men, iets kon redden; de Pakhuizen, te we- derzyden van 't zelve ftaande, met Zei- len, Touwwerk en andere Scheepsbe- hoeften vervuld, brandden tot den grond toe af. Groot was deeze fchade, en de vrees voor veel grooter greep den ont- zetten Burger aan: dewyl de brand in de -.,;., ■.. ■„$ Huizen, als mede in de Schepen, thans .!■»</-* in de winterlaage liggende, dreigde over te.flaan, in welk geval de halve Stad ge- vaar * (*-) Nederl. Jdarb, 1771. bl. 1145.
XXIV. DE EI.. Q |
|||||||
fct VABERLANDSCHÈ
|
|||||||||||||||
vaar liep. ■ Veelbfagt• aan de afwending'vaö
dit onheil toe, dat de Schepen met Sneeuw bedekt lagen, fchoon anders de ftrenge Vorst het brandblusfen en fluiten zeer moeiiyk maakte: om de Brandfpuiten aart den gang te houden, kookte men groots Ketels met water, 't geen men van tyd tot tyd bezigde om de anders onbruikbaar wor- dende Spuiten- te ontdooijent Het Huis heeuwenburg , aan- Frieslands Admiraliteit toebehoorende, werd vervolgens tot- eene iVergad-erplaats en Secretary. aangelegd e» Vertimmerd? men bouwde op-de plaats der afgebrande Huizingen- ruime Magazynen,, die thans, benevens de vlak daartegenover^ ftaande Admiraliteits Seheepstimmerwerf , eene deftige vertoonihg maaken ( *). De fchaarsheid en duurte van Veld - en
Aardgewasfen in alle de Gewefèen de-s Bondgenootfchaps bragt te wege, dat, ÜV meest allen, bepaalingen, op denUitvoes gefield of volftrekte Verboden deswegen af- gekondigd wierden; gelyk- ook de aanhou^ dende Veefterfte nadere Voorzieningen om« trent het Vee deedt maaken, By zo veel drukkenden ramp; va»
binnen dreigde, reeds in 't verloopen* Jaar, van buiten een nog veel erger. Iw Po-dolien, Folhynien, en daar omftreeKs ge- legene Plaatzen, was,- zints eenigen tyd, een* befrnettende Pestziékte ontftooken» Om,
|
|||||||||||||||
, slaafs-
held" en PUurte, |
|||||||||||||||
Vrees
voor Fest- ziekte ca voorzor- gen daar legen. |
|||||||||||||||
(*) JV. Niderl. Saark. 1771. bl.^Ct.
Staat van Friesland III D. bl. '15. |
TegmH'
|
||||||||||||||
J
|
|||||||||||||||
'..O'
|
|||||||
HISTORIE. «$
bïli', 2b" veel niênschlykë■' Vdörzlgiighéïd xë;
kan toebrengen, tot het afkeer en dief;PMg, 13 o e #1 te werk te ilellén, diende een Plafcaaï doof-----—
hunne Hoog Mögenden in Oogstmaand i??ii
'è'mïs Jaars verbonden 5 inBloeufiaand dee- zes Jaaïs Vernieuwd ^ niet eenige bepaalin« g-eiï, wegens de goederen uit MQasiteè ko- oiende, en irt Wyiiniaand by het wedët öntfteêkën irt Poóleïï, en het Vérfpfëideri tot MoscóW} nader aangebonden ( * )> *■*«* Staaten' Vän ZeelaM, dèeze dfükkëndé eiï dreigende Lands onheilen in ernïtige op- faerMiigrieerriende, hadden reeds ia'tvöóis gaande Jäftf een voorftel gedaan om eëh-M- gëhiëenen Dank- Vast- en Bedèdag té• hou- den , en van B edeftonden in Zeeland gërpfoó- fcëh. Het houdërt van Määndlykfche"Beie- ftotfdèn1 werd in Wintermaand déezés Jaaïs aldaar-gèbodëri f f)$, . ■ Héëft niet zelden dën Vaderlandérën hët De Verzi*
vefwyi: Magegaan,- dät 2y " Kunstvéfeaihé- meling lingehy die- dëh Lartdë tot eert cier-aad, ëff ïï"^*'- riufr,- ftfektëri, mët oneindige moeite' ëii ,foor de gröoté köftêrt'^ ópHiün gforid, by. eèïi gë* teydfihe bragt, in- de liandëri van V/èëmdëltngM H°oge- by kööpliëüeri overgaan^ te'vëëPGëld1- M•■£«" g* te weinig Kunst-minsbetóönendë'j d&Bë^ zörgérs dei' Le^dföhe HöögfefëhOole' hëbbëri &ieh voor dMtverwyt gedekt ? doof, By épëi*»
,. (*) Refol. van Holi. 27 Sept. 2 en 5 Oct. 1770.
N. JTedert. Jaarh. 1770. bl. 999. Voor 't Jaar 177.1".'bi;-5BO. 122-t; , .3 ." ' * '■
ÓtJ'-Ww; vavZftl. 13 Ofct. 20 Deo. tfl&fitéf,
Nedtrt. Jaarb. 1771, bl. mpÊR r vvjV Q a
|
|||||||
«44 VADERLAND S CHE
xc. openbaare opveiling, voor een hoogen prys }
B oek.aan te koopen de Verzameling der Ont- —^—— leedkundige Bereidzels van den wydver- 'iJTa. maarden Hoogleeratr bernard Sieg- fried albinus (*), die met zo veel lofs de voetftappen van t. ruisch druk- te en verder tradt $ eene Verzameling, wel- ke het oog der Vreemdelingen trok, en de grootfte nutheid opleverde aan allen, die het geluk hadden, om de lesfen diens groo- ten Mans by te woonen. Thans kan dezel- ve, daar zy de Gedagtenis diens Ontleed- kundigen op de befte wyze leevendig -houdt, een beftendig nut doen aan de Be- .oefenaaren deezer zo verre gebragte Wee- tenfchap. r o o R d-^ »t yerwyt van hoogstverdienstlyke Man- agt.* ge" nen te vergeeten'zou ons Gefchiedblad aan- kleeven, indien wy den Naam onvermeld lieten van den Heere hermannus noordkerk, den zesden van Slacht- maand deezes Jaars ixvAmfierdamazyne Ge- boorte Stad, overleden, en te Haarlem begraaven. Hoewel met geene dubbelver- diende Eertytels pronkende, noch tot hoo- ge Eeretrappen opgevoerd, ( waar toe zy- ne Belydenis der Luterfche Leere hem ver- 'moedelyk den weg floot,) bezat hy zulk een voorraad van Verdienften, en deelde zo diep in de Agting zyner Tydgenooten, dat
(* ) B. %i albinus overleedt den 9vatv Herfst»
émaand 1770. N. Nedert. Jaarb. 1770. bl. 123. Voor 'f Jaar 1771. bl. 1129. -,--\ |
||||
HISTORI E/ 245
dat geen Regtsgeleerde hier te lande hem xc.
immer daar in evenaarde. Eenige trekken boek Van zyn Character als Regtsgeleerden kun- -------•
nen wy zyne Naagedagtenisfe niet weige- 1771..
ren hier plaats te geeven. De roem zy- ner Kundigheden, de klaarheid zyner Ant- woorden , de heilzaamheid zyner Onder- rigtingen, en zyne onkreukbaare Eerlyk- heid, maakten hem ten algemeenen Vraag- baak. Wel verre van de Pleitzugt te voe- den , zogt hy dezelve te dempen, en zon- der de waarheid te kort te doen heeft hy meer zaaken uit de Pleitzaal gehouden dan 'er ingebragt. „ Hoe veele Kinderen," dit is de taal van wagenaah, die hem van naby kende, „ leeven'er niet, die de „ door eerlyke en recht edelmoedige „ noordkerk met hunne , met regt s, vertoornde, Ouderen bevredigd heeft! „ Hoe veele Egtgenooten, door 't wange- ,, drag van beiden, of één van beiden, op s, eikanderen verbitterd, heeft zyn be- „ fcheide en Christlyke raad niet voor „verdere verwydering, en zelfs voor vol- s3 flaagene Egtfcheiding, behoed! Onder .,, hoe veele twiftende Medeêïfgenaamen is ,, hy geen onzydige Bevrediger der geree- p3 zene gefchillen geweest! Hoe veele on- „ eenigheden , onder maatfchappyen van „ twee of meer Kooplieden, zyn, door „ hem, niet tot wederzyds genoegen weg- „ genomen! Hoe veele twiften in Kerkly- „ ke Genootfchappen heeft hy niet weten „ te beflisfen!" ——— Godsdienftige Gez- eigten allerlei Gezindheden diende hy om. Q3 niet; |
||||
-v
|
|||||
244 VATERLANDS GH E
xc. niet; nimmer ontving hy eenige belooning
Boek. van Lieden, die hy yoor behoeftig aan* '•-------■ zag. Voor geringe Weduwen, voor ver*
1771. drukte Weezen, en andere elendigen was;
hy altoos een trouwe Raadsman en eei}
ylytig Voorftandgr voor de Regtbank; 'm 't
pleiten muntte hy niet minder uit. „ De
3, Amfterdamfihe Pleitzaal," onv de woor?
Een van den zelfden Schryyer te bezigen,
'3> heeft altoos , ' op verfcheide geoefende
35 Advocaaten, mogen roemen; maar nooi^
,, heeft 'er zich een laaten hooren, die
3, noordkerk, in Zedige yrymoedigt
33 heid, in' heufdie befcheidenheid, ifl
>t, mihzaa,iTfe deftigheid, overtrof (*)■"
A. G.Eck- De Heer anpries george eck-
hart hart, reeds door yerfcheide Werktuig?
troyVoór' 'amdige Uitvindingen in den Vaderlande
zyn uitge- bekend, deedt, in den voorleden Jaare,een§
vondcWa-pooging om de Watermolens, die ■hoogst-?
tcrfchep- noodige Werktuigen, te verbeteren ? door.
r?A: een Hellend Waterfcheprad voorteftellen .
't welk de gewoone Schepraaden, naar zy-
% """'■ •: .:.'".' n^
(*) Schets van het Zeeven, den Aart, en het Ge*
drag van den Heere Mr. HERMANNtfs poSDi KBKK, Advocaat te Amflerdarn, door WA Gg- ^AAR. Een Stukje waar in de Braafheid de Braafheid prees. 'Aan den iïccrc e. j. yE kn^dé wordt een Eloge de Monfieur PAvacat Noop» jt e R K toegefchreeven , en de Dichtkundige Hoog? feeraar petrus rurmaninus seCunpps ver- eerde hem, die in Geleerdheid beide en Deugd het cieraad zy'ner Ecüwe was, tenvyl hy derf jtegtsgelèerdhêid eciïcn byzonderen luillcr by* jfeite," met een Latymch Graffchrlft. . v~~ |
|||||
HISTORIE. è#
|
||||||
tic berekening en proeven in 't klein, in vee^ xc.r
f e öpzigten zou overtreffen ; hy verzögt B o ë ftP deswegen 3 gelyk zyne Voorgangers in die troy, 't welk hem, de Proeve in 't groot niet öen voordeeligen uitilag onder 't oog- van daar toe benoemde Heeren genomen zynde, in deezen Jaare verleend werd,ter- wyl hem eene fom van Duizend zilveren Dukatons tot goedmaaking van door hem gedaane koften van 's Landswege werd toe- geteld (*). De aanhaaling eeniger Vaatën Zuiker, Bepaaiin*
die deels ten oorzaake llrekte van het Han- gen den \ delgefchil met den Keurvorst van den iZul^e,r7 ^ PaltZ) (f) gaf gelegenheid tot eene me- treffende/ iiigte Vertoogen den Zuiker handel betref- fende , zo van Zuiker - Rafinadeurs, als van Kooplieden in deeze Waare handelen- de ; die op dit ftuk hunne WydverfchÜlen- de gedagten aan de Staaten der byzondere Geweften als mede aan hunne Hoog Mo- genden voordroegen. Laatstgemelden ga- ven j naa alle die ftukkeii ryplyk overwo- gen te hebben, in Herfstmaand eene Pu- blicatie, ftrejckende om het ohderfcheiden verftaan en uitvoeren van 't geen in den Jaare mdccxxv op de Lyst dergemee- ne
i ,'L'i "■' '.,.
(*) JV. ~KcAer\. Jaarb, 1771. bis ist 4$. Dé
voordeelen -aan dit Hellend WaterfcKéprad VeTBoif»
ftötl Zyn'door veelen betwist: doch, door denliecr ff, N e m, op Wiskundige gronden beweerd. (!) Zie hier boy en bl. 191? ^ -,.- .. ■;■■, |
||||||
Q4
|
||||||
S48 VADERLANDS CHE
|
||||||||||||||||||||||
xc. ne Middelen te Water ten aanzien van den
boek. Zuikerhandel vastgefteld was, wat onder- 1 fcheide feorten betrof, te vernietigen, en I/7I. voor den tyd van zes Jaaren de inkomende
en uitgaande Regten te bepaalen ( * ). Vrugfloo- Wanneer, in Lentemaand deezes Jaars, ze aan- Staaten van Holland^ ter Vergadering der Hoïïandop Algerneene Staaten, in deGewoone en Bui- de verbe- tengewoone Staaten van Oorlog bewillig- tering van den , betuigden zy „ hun leedweezen, |
||||||||||||||||||||||
weezen.
|
55 over de fteeds aanhoudende flaauwheid
|
|||||||||||||||||||||
en agterlykheid der meefte Geweften om-
trent alles wat tot verbetering van 's Lands Zeemagt voor lang benoodigd was geweest, en nu vooral vereischt werd, om het Zeeweezen van den Staat voor een geheelen Ondergang te behoe- den : en hoe zy niet zonder aandoening gewaar werden den traagen voortgang der Raadpleegingen over de middelen* waar van de verbetering der Zeemagt geheel moest afhangen. Op eene ge- daane Petitie tot den aanbouw van een voegelyk getal Liniefchepen , was by verre de meefte Geweften, nietïegen- ftaande den herhaalden aandrang, zo van zyne Hoogheid en van den Raad van Staaten, als van zyne Hoogheid afzon- derlyk, tot dus verre geene toeftem- ming ingekomen. Zy wilden dat de |
||||||||||||||||||||||
3>
|
||||||||||||||||||||||
5?
|
||||||||||||||||||||||
55
55
|
||||||||||||||||||||||
55
|
||||||||||||||||||||||
}3 Bondgenooten zich herinnerden den ernst
|
||||||||||||||||||||||
en nadruk, waar mede dqor zyne Hoog-
„ held,
■ . '■ f ■ Ij ■ ■
(*) N. Nederl. Jaarb. 1772. bl. €7. • -^
|
||||||||||||||||||||||
55
|
||||||||||||||||||||||
HISTORIE. 049
|
|||||
l, heid, gebruik maakende van eene gele- xf;
„ genheid, welke zich daartoe in Lente- boe k2 „ maand des voorleden Jaars hadt opge- ——— „ daan, was aangedrongen, ten einde de Ad- 177 j $. s3 miraliteits Collegien, door de toeftenv 3, mingen en daadlyke opbrengingen vari ,, de gezamenlykeBondgenooten, de voet- je flappen drukkende der twee voorzitten- 3, de Provinciën, in ftaat mogten wordeii „ gefield om Schepen van Linie aan tê „ bouwen, met verderen aandrang van dè 3, hooge noodzaaklykheid, om met geen ,} minder yvers dan voorheen te zorgen 3, voor het behoud der Zeemagt, op dat 9, de Naam van Zeemogenheid 3 van vu ds 5, aan dit Gemeeiiebest toebehoorende, niet „ wierd een bloote tytel; maar de Vlag van, 5, dm Staat over al ontzien mögt, blyven ! „ Ondanks dit alles konden zy zich niet
3, genoeg beklaagen, dat hier op door dé „ Bondgenooten zo weinig agts was ge- „ flaagen, dat niet alleen geen Befluit op „ de gemelde Petitie was gevallen; maar „ dat ook de loop der Raadpleegingén over „, het in flandhouden van de buitenge- „ woone Uitruftingen ter Zee, in 't ver- s, loopen Jaar voorgeflaagen, en waar om« .„ trent Gelderland aan de andere nalaatige 3> Geweften een pryzenswaardig voorbeeld S5 gegeeven hadt, dogh door geen derzel- 33 ven gevolgd, niet dan al te zigtbaar uït> „ wees met hoe weinig yvers de zaaken „ van de Zee by de meerderheid van s, het Bondgenootfchap ter harte genomen t> wierden, en hoe gegrond de klagtenwa« Q 5. «ren, |
|||||
*tfö VADERLANDSCHE
|
||||||||||||||||
&& 1\ ren, welke zyn Hoogheid en de Raad
Jsoek. ^ van Staaten thans moeflen hemieu- i——— „ wen."
$77\* 2y gaven wyders te kennen, ,, dat zy
niets verzuimd hebbende om de Gewes- |
||||||||||||||||
i
?■■>
f
s>
»> &
5'
;■>
S>
5'
5' |
ten, door hun voorbeeld, aan te moedi-
gen tot het in tyds beraamen, en daad- lyk in 't wat (tellen, van alle zodanige maatregelen, als men tot beveiliging van ''t Gemeenebest noodig en dienflig oor- deelde, zich by hunne Bewilligingen in de Staaten van Oorlog , voor de drie laatfte Jaaren, niet ongeneegen hadden betoond om de Verbetering der Zeemagt met eene modique Verflerking der Militie gepaard te doen gaan: dat zy nog in die zelfde gevoelens ftaande, en byzonder ook in de tegenwoordige tyds omftaiit digheden , niet nalieten op de Verfter- kirrg derLandmagt hunne aandagt tever^ |
|||||||||||||||
dubbelen; doch dat de veiligheid der Re-
publiek te vergeefsch alleen daar in zou worden gezogt, en dat, in allen geval- le, door eene zamenge voegde voorzor- ge omtrent de Verdeediging zo te Water als te Lande, de gemeene belangen van het Bondgenootfchap bevorderd en de ,, zekerheid van den Staat gehandhaafd 9, kon worden; dat het verval van de Zee- magt merkelyk grooter was dan dat van |
||||||||||||||||
J3
|
de Landmagt, die daarenboven de ge-
|
|||||||||||||||
wigtige voordeden genoot van den on-
vermoeiden arbeid en zorge zyner Hoog- heid : en al wilde men de redenen, die in 't algemeen en op zichzelven 'er voos -= " » pMi |
||||||||||||||||
BIST 0 R f E. ♦ W
|
|||||
;, rieken dat aan de Voorzienjnge op de xc.
?, Zeemagt den voorgang boven die op de pobkj ?, Landmagt wordt gegeeven , ter zyde —<—— '?, pellen j dan nog zou men moeten toe- 1771* ■9i ftemmen dat de zaaken van Europa zich ä zodanig op deeden * dat de Republiek ,9 eerlang genoodzaakt zou kunnen worden. „ ,om den' Handel en jZeevaard haarer On- p derdaanen in meer dan ééne Zee te ge- fi lyk te moeten befehermen; terwyl ook si de Ondervinding nog onlangs geleerd „ hadt9hoe ligt de aanzienlyke en vrugt- iP baare Bezittingen van den Staat, in een 3} ander Werelddeel , zich in het geval „ konden befinden van eene bukengewoo- s, ne hwljp te vereifchen,.'* Zy voegden 'er nevens ? „ dat het inr
„ tusfehen met de'Zeemagt zodanig gele- ,, gen was, dat, zonder eene onverwylde t,- en tpereikende voorziening ? het minder jj zou aankomen op de bewaaring van den ,, Naam van Zeemogenheid, van ou4§ p met zo veel roems en luifters verkree- }, gen, dan op 't behoud van 't Gemeene- .? best zelve, daar men te laat zon onder- 'A vinden, dat de middelen tot inftandhour >} ding en verzekering© van de eenigfte s, bronnen, waar aan het Vaderland zyn op- s, komst en beftaan verfchuldigd was, niet p verwaarloosd óf verzuimd konden wor- ?, den, zonder het Vaderland, met al het, „ dierbaare in 't zelve, aan een onvermyda- p lyk bederf bloot te fteljen. «* Zy verhoop? £ ten en vertrouwden, dat deBondgenooten% ja de nadeelige en fehroomlyke ge.volgenÄ . :" _... uit |
|||||
a5a VADERLAN-DSCHE
xc. s3 uit het verder verval der Zeemagt oóg-
Boek. p Ichynlyk te dugten, weegende , niet -----— 3, langer zouden vertraagen, om doctcdei
l77l- j3 voldoening aan deezen aandrang daad*
j, lyke bewyzen te geeven van een ernftig 3, voorneemen, om de verbetering der s, Zeemagt, ten minftenpari pasfit (of op 3, gelyken voet) met die van de Landmagt -, te behartigen. Zy waren in dat vertrouw s, wen bereid om met de verdere Bondge- 3, nooten zamen te ftemmen , om zyne y, Hoogheid en den Raad van Staaten te j3 verzoeken om een Plan tot Verfterking s, van de Troepen van den Staat, zo als by s, de Petitie voor den Jaare mdccl,xx „ was voorgefteld, aan hun Hoog Mogen-». „ den open te leggen, om, naagenomen ■3, Befluit door den Raad van Staaten, daar „ toe eene Petitie gedaan, en verder, over* „ eenkomftig de orders van den Lande, „ daar op beflooten te worden, onder uit- ,j druklyk beding nogthans, dat hun Ed. „ Groot Mögenden eene vrye Raadplee- „ ging zouden hebben over't plan zelve, „ en om in de Petitie, naar de omftandig* ,, heden, waar in de raadpleegingen over. „ 's Lands Zeemagt zich zouden bevinden r „ al of niet toe te ftemmen. s, Ten flot, betuigden zy te moeten ver*
j, klaaren , dat, byaldien de gedaane aan- „ drang en aanbiedingen by de verdere ,, Bondgenooten, tegens alle billyke verwag* ,, ting, geen ingang mogten vinden, en dezel- „ ve weigerig mogten blyven, om, tot het „ zo noqdig herfiel der Zeemagt, op eene » kragt-
|
||||
" r HI ST O R I E. 053
|
|||||||
33 kragtdaadige wyze mede te werken, zo- xc.
3, danig eene onverhoopte weigering een boek; ,, noodwendigen invloed zou moeten baa- —■----
w ren op de Confenten, welke in 't vervolg I771*
3, van hun zouden kunnen verwagt wor- „ den." Overeenkomftig met deeze dringende taal
kwam 'er een Plan ter tafel van hunne Hoog Mögenden, tot den aanbouw van Vier- en- twintig Schepen van Linie, teweeten Zes Schepen van zeitig, en Achttien van vyf- tig Stukken; de daar by gevoegde begroo- ting der koften beliep 4178508 Guldens. DeGeweften naamen dit over. Gelderland alleen ftemde eenige dagen naa de Inleve- ring in den aanbouw dier vier-;en- twin- tig Schepen toe, teffens aandringende op eene voeglyke vermeerdering der Land* magt. Voorts werd deeze zaak van zo .. .. veel aanbelang , even als voorheen, flee- , .."- pende gehouden (*).;' |
|||||||
■ C*3 Verzameling van Authentyke Stukken betref-
fende de Augmentatie der Land- en JZeemagt van de Republiek, 1782. Memorie van zyn Hoogheid, M. ia "•■ - ■:■'-'■ ' v. V-iv; " \- -sv-S-av ,
|
|||||||
VA-
|
|||||||
VADÈRLANDSCHE
HISTORIE.
|
||||||||
EEN- EN- NEGENTIGSTE BÖEï^
_
|
||||||||
l" ft. Kt Ö Ü l£
XCli Twee honderdjäarig Peest der Fryheid id
Boek. dm Br iel, te• Vlisfingen, Middelburg, VeWè — aan de vóór honderd 'Jaaren betoonde Dapper•- "heidi Groningen doet het op geene byzondere wyze, Willem Frederik Erf prins fiü<: Oranje geboorem Iltuminatïen' in' ïiblj land verboden* Dóopplegtigheid. Piß legiften en Kraamgéfchenken, tfreugdbetoot- ningen in Holland. Ongeregelde in Utrecht« Schikkingen in Friesland op het Vreugdebe- toon gemaakt. Op welk eene wyze Zeeland zich hier gedroeg. De fchaarsheid en Fee- fterfte verminderen. Den Prins van Nas- sau weiLB uRG een Zoon geboorën. De vrees voor eenen Oorlog met de Maroccaanen wykt. De Koning van Poolen vervoegt zich |
||||||||
,V A B É R L A N D S- C H E enz; s$
èy de Verdeeling zym Ryks by de Staaten met xfciJ
beklag en verzoek om hulpe. Het Hof be- bo er* klaagt zich over de Militaire Jurisdictie. Antwoord van zyne Hoogheid. De Raadpen,- fionaris pieter steyn fierfi. De Heer ben tin ck benoemd om de Roß en des overledenen, % voorraad',. ter bekle&den. De Infiructim van den Raadpenfionaris zyne Hoogheid ter naazieninge; overgeleverd!.. B e,n- tinck tot Groolzegelbwaarder,, Sladbour des en Regifiermeefter dm Leenen. van, Hofc. land en West!> Friesland',. aangefieldi: Uit een overgeleverd'Drietal pryst zyne Hoogheid den.Heer Bieter van b-leiswyk. top Raadpenfionaris aan. Hier toe\ verkaozem Op welke - voorwaarden: hy dat Ampt aan-' vaardde. Nieuwe Schikking, op de- Zeevonden langs de geheele Phllandfihe: kusi.< Schuif* fluizen door de/iHeer c. rejse,lyk.hei]ï uitgevonden: Belooning hem door Staaten mn Holland toegelegd. Octray aan hem op eens Diep-machine. verleend. Mem', Academie de$ Tekenkunst te Haarlem mi. fiand gebragfj Het Kunstgenootfchap Kunstliefde fpaart, geen vlytin. 's Gravenhaage opgerigt. Graf- teken voor v oND Ei» vervaardigd. 'Mi Schouwburg te Amflerdam brand: af. H& Steedje Heukelüm. vaar geen gering gedeelte door. den. brand* verwoest. Opfhmd op Suri? name en hulp demaardi gezonden. Planta* dien. te Effèquehai en Dememry afgebopma Orkaan, op St: Euflatiüs. Zwziam Rank* breuken. Ongelegenhedem daar- door, vwooa?* zaakti Redmiddelen voorgeflawgsn en.taegs* bmgt, Btimnngshtnk t&'A^fivrdaiwvans |
||||
'ÄtfJ VADËRXANDSCHE
XCi. 'wegen de Stad geopend. De Koophandel we«
jj o e K. der aan den gang geholpen. Zyne Hoogheid ———. trekt door Noord-Holland. Steekt na Fries- land over. Aan de Lemmer begroet. In- haaling te Leeuwaarden. Begroetingen. Vreugdebedryven. Zittingneeming in de Hoo- gs Vergaderingen. Bezoekt Franeker, als ■mede Harlingen. De Prins trekt na Gronin- gen. Inhaaling aldaar. Neemt zitting in de ^Staatsvergadering van dat Gewest. Ver- -rigtingen in de Hoogefchool. Vreugdebedry- ven op den Verjaardag van haare Koninglyke Hoogheid.. In 't Landfchap Drente begroet en onthaald. Keert weder na 't Loo. Alk- maar viert het Tweede Eeuwfeest van 't Ont- zet. Gedenkteken voor Joannes van m i g- g r o d # te Veere opgerigt. Eene an- dere pfalmhryming in de Kerk voorgefleld. Poogingen in Holland en Friesland daar toe onlangs aangewend. Overleggingen daar op 'by de Algemeene Staaten. Voorflag. van Hol- land omtrent dit werk. Befluit der Algemeene Staaten in de benoeming der daar toe Gelas- tigden. Het werk voortgezet en voltrokken. De Nieuwe Pfalmberyming ingevoerd. Gé- fchillen- ter gelegenheid van marmon- tel's• Relifarius ontflaan. Plakaat tegen Boeken, die den Christlyken Godsdienst, of de Kerkleer deezer Landen, beledigden. Onlus- ten over den Hoogleer aar f red e rik adolph van der MÄRCK te Gro- ningen ontflaan. Zyne zaak tot kennis des- Stadhouders, gebragt', . diens Voorflag. . Regts- vordering .door van der marck. ge- daan. .Levert.eene nadere Verklaring zyner. |
||||
Ë x s T ö R ï Ê: m
'gevoelens in. Door den Academie-raad fchul- TUCtl
<4ig verklaard omtrent eenige Stellingen: BOBIJ Biedt aan eetïe nadere Verklaaring te geeven. ■ ■ te leggen, 't Zelve niet kunnende onderteke- nen van zyn Hoogleeraarampt vervallen ver- klaard. Te Lingen tot Hoogleeraar beroe- pen en -tot Ouderling aangeßeld. Affcheid van den Groningfchèn Kcrkenraad, Rede- nen welke hy van zyne Afzetting geeft: Den Jefiiiteh Maafirie-ht ontzegd; en hunneGoedC' ren in beflag genomen. Nieuwe gefchillen met Zeeland over Esfequebo. Groote Indy^ king in Zuidheveland. De Zeeweeringen arm de Helder herfieldi Willem georg frederik gehören. Deï$- _ enting der Kinderziekte krygt, twee Kinderen ■ ban zyne Hoogheid gelukig ingeënt zynde, hief vieer opgangs. Leyden viert het Tweehon- derd paarig Feest van 't Ontzet■» J, le francq Van berkhey gedenkt in'% openbaar in Dichtmaat aan Leydens Ontzet*. Nieuwe Schouwburg te Amflerdant-Kingewyd,' Het Genootfchap Servandis Ciyïbus aldaaf opgerigt. Vrees voor den ondergang der Aard- de uit den fand der Planeeten gèboorem In Friesland te- keer gegaan door een Berigt- fehrifi van hooger hand. Ongemeen hoog Water in Meymaand. Middelen tot verbeten ring van Frieslands Inkomflen beraamd. Hei Regt van Aubame tusfchen deezen Staat' en Frankryk,als mede Zweéden^geheel afgefchufti Engelands verzoek dat de Noord* Ameri* kaanfche Volkplantingen met geene Krygsbe* toeften van hier mogten voorzien worden. Dé deel. R, Oor* |
||||
253 VADERLANDSCHE
*Cï. Oorlog tuffchen Engeland m Frankryk dreigt
boe K. te zullen- uitbarften. Staaten van Holland Verfterking derl Zeemagt aan. Redenen, waarom de andere Geweßen niet vaardig her willigen, ■■ N-adere aandrang door Staaten van Holland^ in den Jaar e möcclxxiii. Raad/lagen der andere Gewesen. Plan tot vermeerdering der'Landmagt in dat Jaar, Staatsbefinit van Holland deswegen, 't zelve in overweeging genomen. Bef igt daar op in- gebragt. Alles loopt vrugtloos af. Koi&tner* lyke gefieldhcid van deezen Staat. •, |
||||||
1772. VV as het Jaar^MDCCLXxi meest ia
Het Twee «Druk geflceten; het daar op volgende gaf honderd ftoffe tot Vreugde, zo van wegen de her- ^nSNd- denkiiig der vóór Tweehonderd Jaarert iandfche £'erst opdaagende Vryheid der Verèènig- Vryheid in de Nederlanden , als uithoofde van het den BrielWy^en der geheerscht hebbende Schaars- gevierd„ j^j ^ ^ nu -m mjyen Overvloed veranderd was : dan het deelde nog*
thans , volgens 't lot der ondermaanfche • zaäken, ook in rampfpoed van verfcheide- nerlei. aart. 't-Een en ander maakt dit Jaar aanmerkelyk, en levert ruime fchryfftoff© op. Ongevoeliger en ondankbaarder, dan hy
in de daad is, moest de Nederlander wee- zen , wanneer hy de -Grondvefting zynes .Vryheid > dat onfehatbaar Volksheil, in Pergetelnisfe ftelde, en zich, by het ver- j*6-
|
||||||
: HISTORIE-
|
|||||
jaaren der groote Gebetutenisfen,.daar toe xci."
äanleidelyk, en met de daad medewerken- BO EK- de, niet opgewekt voelde tot eene dank-_____ baare Gedagtenisviering. Naardem-aal dit I^^a,
Jaar den Tweehonderden Jaardag van het heuchlyk aanbreeken des dageraads xm Ne- derlands Vryheid voor den geest herriep, betoonde men zich bykans allerwegen met hartlyke Dankbaarheid vervuld., liigen- aartig moest deeze kragtdaadigst werken, en 't zigtbaarst zich vertoonen, op die Plaatzen, waar het lang gedraagen Juk der Spaanfche Slavernye , eerst werd afge- fchud, en de Vryvegters van dit Gemee- nebest, met dien zegen opdaagden. Nie- mand derGefchiedenisfe kundig zal dit voor- legt aan den Briel betwiften. Hoe klein en oogfchynlyk gering de eerfte grondfla- gen der Vryheid', daa'r gelegd,. ook mogen weezen, op dezelve is dat grootsch Ge- bouw , tot verbaazing van de geheele We- reld , op getrokken. 't Was ook deeze Stad, die andere voortradt in het geden- ken aan deeze groote Staats - omwenteling.- De Regeering beftemde den eerften van Grasmaand, den Dag op welken vóór twee honderd jaaren, de Briel, onder het beleid van Willem G ra are van der Mar ck, Heer van Lumey , en andere Hoofd - Officieren der zogenaamde Watergeuzen v ingenomen, den Spanjaarden ontweldigd en aan de zy- de van Willems den I, Prins van Oran- je, overgebragt werd, tot eene Gedenkdag, van de grondlegging der Vryheid van dit Gemeenebest. Wayende Vlaggen van de, Ra Kerk- |
|||||
Uä VADERLANDSCHÊ
±Cï. Kerktoorens en andere Gebouwen, van cfé
Boek. Schepen op Stroom of in die Maasiandfchö -------- Haven liggende, het losbranden van 't Ge-«
1772,. fchut der Wallen,' gevolgd van 't Klokken-
fpel, afgewisfeld door 't Gelui, kundigde, deezeiï blydeif Dag aan: en werd dit wyd- klinkend vreugdebetoon verfcheide kéeren* op voeglyke tydperken, herhaald. De groote Kerk ontfloot de deuren om de dankbaare Schaare te ontvangen, de Heei- Willem lodewïk, Baron van Wasfe^ naaf, Baljuw der Stad, vergezeld door alle Regeeringsleden, vervoegden zich in ftaat- lyken optocht derwaards, de Oudfle Leeraar coRNELis cleyn tradt op, en hielde eene Kerkreden over dit groot Onderwerp, een Zilver Schenkbord met Stadswapen en een gepast Byfchrift werd hem uit erkente- nis, door de Magiflraat gefehonken. By een deftigen Middagmaaltyd voor de Le- den der Regeering, de Staf- Officieren der Bezetting, de Predikanten zo der Neder duit- j'che als ÏValfcbe Kerken, in de Stads Doe- len aangerigt, verfcheen op 't Naageregt een fraaye Tempel met het Beeld der Vry- Tieid, welker verkryging men gedagt met.» pp de Oud Hoilandfche wyze, uit een daar toe vervaardigd en vereerd Glas te drinken. In Latynfche en Nederdiiitfche Verzen' werd deeze heuchlyke Gebeurtenis middelerwyl opgehaald. ï)e Inwoonders, met de Vreemdelingen derwaards toege- vloefd, herdagten aan hunne Tafels dit Ge- luk; en gaven door Verlichtingen in den avond- zo van de vervaardigde Eereboo- §en3
|
||||
r ï, : H I S T O R I E.
|
|||||||
s6i
|
|||||||
gen, als van hunne Huizen , hunne blyd- . xcn
' fchap voor het opdagen van het Licht der B o-e k. Vryheid te verftaan. Een treffelyk Vuur- ——— werk. van de Major der Plaatfe zette aan dit 1772» Vreugdbetoön luifter by. Grooter toeftei, om die Gedagienis te Te F7*Vh
vieren was te Vlisfingen gemaakt, als wel- fingen ker Burgery, toen al va, op de ontvan- ^3^? gene kundichap van het gebeurde in den Brielv eenige Vaandelen Spanjaardender- waards zondt, om die Stad, voor den fleu- jtel der Nederlanden gehouden, te bezet- ten , de Baniere der Vryheid opgeftooken, het Vaandel Waakn, daar in Bezetting lig- gende , ter poorte uitgedreeven, en het befluit genomen hadt, om de aannaderende Spanjaarden buiten te houden. Een beüuit 't geen dezelve, wat ook de Gouverneur ANTHONIS VAN BOURGONDIEN,
mögt vleijen, belooven, of dreigen, met
een onverzettefyken moed, volvoerde en den toegang opende voor de Grondvefters der Vryheid, met de fcheldnaamen van Zeeroovers , Lcdiggangers, Kwaadgeboefie, Weerfpannigen, Voortvlugtigen en Geban- nenen betyteld. De zesde van Grasmaand was door de Regeering bepaald tot dit Tweehonderdjaarig Jubelfeest. Gaarne zou dezelve gezien hebben , dat zyne Hoogheid dit Vryheidsfeest met zyne te- genwoordigheid vereerde, waarom zy twee Heeren na 's Gravenhaage afzonden om den Prins uit te noodigeh : dän deeze Vorst vondt zich genoodzaakt voor die pitnoodiging te bedanken, Beter jaagden R-3 zy
|
|||||||
iSffa VADERLAN DS CHE
<Wk* 'èy in hun verzoek by Staaten van Zeeland,
«oEK. dat Afgevaardigden uit.hun midden, met
~
•ÏJ72. genwourdigende den Eerflen Edele, na
Vlisfingen mogten overkomen, om dit
».' Feest mede te vieren ( * ).
Deeze Heer, met de eerfte Regeerende
Burgemeefters der zes Stemmende Steden, <den Raadpenfionaris, en Secretaris van Zee- land, vervoegden zich, ten gemelden Da- ge, na Vlh-fingen. Dit aanzienlyk gezel- ■fchap werd itaatlyk ontvangen en inge- -haald in de Middelburgfche Poort, op wel- ice men, onder 't- aanraderen van 't zelve, •den Standaard der Vryheid, behangen met een Vlag, befchilderd met een geharnaften Arm, met een Sabel in de vuist, naast het Beeld der Vlisfingfche Maagd plantte, ter- wyl, by diePtegtigheid, en onder het binnen ïydeii hunner Edel Mögenden, een helder- klinkend Veldrauzyk zich liet hooren. Die Poort was voorts met toepasfelyk Schilder- iverk en Opfëlwiften voorzien : binnen de- zelve rees een plegtige Eeretempel met Zinnebeelden enByfchriften;, den hachlyken toeftand eiv het moedig bedryf der Vlis- fingfche Burgeren fchetzende: op dezelfde wyzewas de Puye van het Stadhuis,"en de Ingang der groote Kerke vercierd. Be- halven een Vry Compagnie van Wakkere Jongelingen ftondt de Burgery en deKrygs- bezettißg der 'Stad in de wapenen. '■■'■■ '~ :' '-' >' 'Van 't*) Wvt. van )Zeé. 30 Maart 17^ "Sl"-H': ;
|
||||
HISTOR I?E. s53
Van het Stadshuis begaven zich hun Edel xc i.
Mögenden met de Magiftraat na de Grooto n o ?> r. Kerky om, ingevolge der gemaakte Schik' -——■«■ kingen, het Godsdienftig deel deezer Pleg- iff^ tige Gedagtenisviering by te woönen , 't welk de Eerw. jo'h A]Nf jAräc o B bra- Hé aldaar met eene Leerreden verrigtte,- terwyl diens Amptgenoot de Eerw. j o na Willem te water, in de Kleine Kerk,. eene Hiftorifche Redenvoering hieldt (*). . De Magiftraat, onthaalde de Afgevaardigd
den van hun Ed. Mögenden, de Oud Raa? den, eenige aanzienlyke Officieren, dö Leeraars der NedèrduitfcJie, Walfcho ei« Engclfche. Kerken: 't losbranden van 't Ge- fchut gaf heinde en verre het drinken der hooge Gezondheden te kennen, en boodt de Penfionaris sonseeek, uit naam der Magiftraat, alle de aanzittende Gallen een Gedenkpenning aan, op Stads koften, te deezer gelegenheid geflaagen, aan de Hee- ren Staaten in Goud, aan de overigen in Zilver. 't Ont- '.
X*} Beide döeze ziea het licht, en behelst ds
Iledenvoering van de Eerw. te water, in ds Aantekeningen en Bylagen, véele weetenswaardi- ge byzonderheden het gevierde'Tydperk betreffen- de. In welk opzjgt de Schriften van de Heeren V.AN .DER SLOOT,, 'S GRAVfSAHD'B en VfN
3! per en, ter gelegenheid van dit tweede Eeuw-
getyde iiitgegeeven, desgelyks verdienen gemeld te vrorden, en voege men daar by van de spie- gels Hifiyrie 4t* Satisfactie van ds Stad faoe's. |
|||||
«.4
|
|||||
*«4 V A D E R L A N Dfc S C H E
Kei. 3t Ontbrak der Stad niet aan Eereboo-
J5 0EE. gen op koften der Burgerye vervaardigd*
«a-------De Poort, waar men de Spaanfche Bezet-
177». ting, meest' Waaien % voor Tweehonderd
Jaaren, hadt uitgezet, praalde boven andere met toepasfelyke cieraaden. Het Stadshuis, veele Eerepoorten, en Huizen, waren's a-r vonds cierlyk verlicht; het branden van Pektonnen, het affteeken van eenige Vuur- werken, befloot dit jubelfeest. De Bin- nen-armen werden in Huis onthaald, de Buiten y armen genooten eene dubbele uit- deeling. De genoodigde Staatsieden had-, den, van wegen de Staaten, eene Liefde- gave gedaan (*). De Reetor der Laiynfche, Schoole, DIDERICUS VAN CRÜIS-
SELBERGEN, verleevendigde twee da-,
gen laater dit herdenken, door eene cier- lyke Redenvoering, gelyk ook de Conreci tor JOANNES JACOBUS WAGENAAR,
dit onderwerp in fraaye Latynfche Verzen
bezong,
'Als mede Te Middelburg hadt de Eerw. 's gra- ïe MiddeU- VESANDE by gelegenheid van het hou-, &UY& Gil o o
Yfm* ^en ^er Maandlyklche Bede-uure, op den
Derden van Grasmaand, de Gedagtenis van Neerlands Tweehonderd Jaar gcledene Ver- losfing van 't Spaanfche juk, en de Grond- legging van dit Gemeenebest gevierd.— De Magiftraat van Veem beftemde den derden van Bloeimaand om Godsdienftig; deezen Vryheidsftond te gedenken ;' dè? Eerw*
C*) N$t. van Jgteh 3 en 9 April 1772» -
|
||||
HISTORIE. 265
E erw. j. van iPEREN ging zyne Ge- ?er,-
ineente vooj. boek, EnkJiuizm, 't geen nu Twee Eeuwen ge-------*
Jeden zich zelven, zonder raagt of byftand 1772.
van buiten, der SpaanfeheT)wmgt$gzmxig ^0Kl* onttrokken, en aan 't Bewind des Prinfen ~* """ s~\ T '11* **vtl*
Van Oranje, willem den 1. vrywillig
overgegeeven hadt, ontving van de Magi- ftraatlast, om den één - en - twintigften van Bloeimaand, den dag dier groote Gebeur- tenisfe, Godsdienftig te vieren,gelyk voor en naa den middag gefchiedde, 't Ontbrak hier zo min als in den Eriel en in de ge- melde ZeeimfiheSteden, aan vreugdhetooii by dit ftaatlyk bedryf, het Klokkengelui en Spel, het losbranden van 't Stadsgefehut, het in de wapenen verfchynen der Burge- rye, waar van een gedeelte optrok, onder een nieuw Oranje Vaandel, waar op de Stedemaagd was afgebeeld, leunende met den flinker arm op den Bybel, met de regr te hand een Speer vasthoudende, waar op de Hoed der Vryheid ftondt, met het ge-* woone Byfchrift der Vryheids Maagd, HAC NITIMUR, HANC TUEMUR;
Op deeztji fleunen wy-, deezen befchermen ivy.
Voorts was het Raadhuis, waar de Heeren der Regeeringe eene deftige Maaltyd gaven, op welke de Kerkenleeraars der Hervorm- de Gemeente genoodjgd waren,- fraay ver- licht. Het Twee honderfteverjaaren eener za
gewigtige Gebeurtenisfe, bleef elders niet Qngedagt j fchoon het voegelykst gefchied- R 5 dV |
||||
666 VADERLAND SC HE
|
|||||
xci. de op de gemelde Plaatfenl, toen tentyde
ïioEic. op eene byzondere wyze daar*ln betrok- —■-----ken, en, om zo te fpreeken , Drempels
1772. waar over de Vryheid binnen tradt. De
Dichters lieten dien Heildag niet onbe-
zongen. •
Aarden- In Staats - Vlaanderen kon het geringe
burg her- Aardenburg niet nalaaten prat te weezen
de voor311 °P ^en moe& •> 'm Zomermaand, nu Hon-
honderd dérd Jäaren geleeden, betoond; wanneer Jaaren be- dit Steedje, door den Koning van Frank- toonde ry£-belegerd en bellormd, eene groote j)eid.er" overmagt, met een handvol Volks , we- derftand boodt, affloeg, en noodzaakte te wykeh; een getal van Gevangenen binnen brengende, 't geen bykans het dubbel haalde- van 't getal der weerbaarc Man- fchap binnen de Veste. De Eerw. p. moens hieldt hier over eene deftige Leerreden; en werdt voorts de Dag in Feesthoudèn, Krygsbedryf, en Vreugdbe- toon gefleetcn; de Avond getuigde van deeze Herdenking, door Verlichtingen en Vuurwerken. Groningen Vreeffid deedt het veelen, dat Gronin- doethetop gen,'t welk nu Honderd Jaaren geleeden, geene by- den g^^op vail Mi/fifier,4ie, als Bond- wyze. genoot ■ van lodewykpn XIV. en ca re e den II, naa het te onderbren- gen van Överysjïi, m het veroveren van Koeverden, met eene gedugte Krygsmagt, deeze Stad benaauwde en aantastte, dien Overwinnaar in zyn loop geftuit en afge- keerd hadt ,■ niet goedvondt het , eerfte Eeuw»
|
|||||
HISTORIE. «6>
Eeuwgetyde dier heuglyke Gebeurtenis- xdi.
fe, op eene byzonderder en plegtiger wyze b o e k, te vieren. De Staaten van dit Gewest, ------_
welke redenen zy daar voor mögen gehad tj%k.
hebben, lieten het beruften by de Uit- fchryving van een Dank- en Bededag, op den agtien-twmtigften van Oogstmaand in de Stad, en op den Volgenden Zondag door 't geheele Latidfchap , om dus het Eeuwfeest te houden der Verlosfinge, en de Inwoonders, door 't herdenken aan de dagen van ouds, op te wekken tot Dank- erkentenisfe (*). De Erfftadhouder , gaf, in Lente- Willem
maand , aan de Hooge Vera;aderingen F R E D E~ kennis , van den gezegenden itaat zy- booren. ner Gemalinnc , voor wier gelukkige Verlosung, op bevel der Algemeene Staa- ten, en die der byzondere Gewefteri, itl alle- de Kerken gebeden werden uitge- ftort (f). Zy verloste, den vier-en-twin- tigften van Oogstmaand , zeer ■ voorfpoe- dig, van een Prins. Een drievoudige vuuring der Krygsbende, in de Maliebaan ter wapenoeffening verzameld, gaf reeds in den vroegen morgen, te kennen , dat dezelve van 't Huis in 'z Bosch, deeze ty- ding ontvangen hadt» "'t Losfen van het Gelohnt breidde deeze maare wyder uit; ,..'..•■■"" - ' t ,.»■■ het |
||||||
(*,) N. Neiïtrl. Jaäri. 171z. bl. 317-330. G17.
Ct> Ktfoh Dan Soll, xo Maart 1772* |
||||||
s58 V A[D ERLANDS CHE
|
||||
jscï. het luiden enfpeelen der Klokken,, en het
Boe k. uitfieeken der Oranje Vlaggen:, in. 's Gra* •-------venhage, verzelde deeze openlyke bekende
%??2.. maaking. De Erfftadhoüder deedt dezelve
in de Hooge Vergaderingen, en ontving daar op uit dezelve de plegtige Geluk-? wenfchingen. Hun Hoog Mögenden en Gecommitteerde Raaden, by afweezigheid «der Staaten van Holland,hooden, agtervol- gens een genomen befluit, zyne Hoogheid het Peterfchap over den jongen Prins aan, i die dit aanbod vriendlyk omhelsde (■*), Men maakte terftond de noodige Schik-
kingen, om, zo yan wegens de Staaten, als van zyne Hoogheid, deeze Gebeurtenis by de Hoven aan 't Stadhouderlyk Huis vermaagfchapt, en aan de byzondere Ge-r wellen, hoogstftaatlyk te doen bekend maaken, Eerlang kwamen de Afgevaar-> digden uit dezelve om den Erfftadhoüder, wegens de Geboorte van den Erfprins, te begroeten. lüumina- Groot was de begeerte van het meeren- tien hi deel < der Ingezetenen om hun inwendig ge^ ^•boden noegen over deeze Gebeurtenis, door uit- terlyké bedryven, aan den dag te leggen, en hadden Staaten van Holland den Dag des Doops daar toe beftemd ; doch, de- zelfde redenen, die zyne Hoogheid bewoo^ gen om, by de Geboorte der Prinfesfe, de llluminatien af te raaden (f), nog ftand. hou^
(*) Refol. van HM. 13 Aug. 9 Sept. 1772«' ■ .
(tO Zie hi«r. boven bl. 185.:;i . :■;.-.; ,' v ' :, . ,i. |
||||
HISTORIE: &6§
houdende verzogt hy,dat dezelve ook nu xcïT
niet mogten gefchieden, waarom gemelde boek« Staaten, by openbaare Afkondiging, zulks ——=- dën Ingezetenen lieten weeten (*). 177a. Allervorstlykst was de Trein , die , de Doop-
Doopplegtigheid, op den zeventienden van P1^^,« HerfstmaandpVergezelde, en de toeftel in de w^ e"jj Kerk zeer pragtig. De Eerw. j, mün- Kraamge- NEKEMöLEN deedt de Redenvoering, fcheakeo,i zyn Amptgenoot petrus nieuw- land verrigtte den Doop, by welken de jonge Prins, door deszelfs Heef Va-; der zelve onder den Doop gehouden, ds Naamen van willem frederik be-^ kwam. De ingezamelde Liefdegaven be- liepen 4927 Guldens. Zo ras de Doop' volvoerd was brandden een- en- twintig fbkken Kanon drie maaien los; gelyk het fchieten uit dezelve deezen Dag hadt aan- gevangen Zöbefloot het zelve dien 's avonds; wanneer het Oude Hof, waar zyne-Hoog- heid de aanzienlyke Afgevaardigden op' eeil pragtig Middagmaal onthaald hadt, fraay verlicht was. — In dezelfde orde en rang als de Afgevaardigden by den Doop van den jongen Vorst in agtgenomen hadden, begaven zy zich om de Pillegiften voor den Erfprins,en de Gefchenken voor de Kraam- kamer, te overhandigen (f). Op
(*) Rifol. van Holt. 9 Sept. 1772.
' C i) Öe PiKegiftdn bedroegen dezelfde fomme .f& voorheen aandePrinfesfe gefchonken; Zie hief |
||||
2-0. VA DE RL AN DS CHE
sei. Op den Dag der Doopplegtigheid' be-
B o e K. paalde zich , in de meeste Holkmdfche Ste-
------- den %
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
i
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
//:
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vreugd-
bctooaiti- boven bl. 189. de verdeeling wordt in deezer voe*
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Te zamen ƒ 36300 Guit?
De Geichenken in de Kraamkamer beliepen
1870 Dukaten, hier van gaven |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
2\f. N-tderl. Jaarb. 1772. bl. 772. Not. ran
geil. 1 Sept. .1772. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
HISTORIE.
|
|||||||
a^i
|
|||||||
den, uit hoofde der gedaane Afkondiging xci.
tegen de Illuminatien, en andere der Gé-BÓE-K. raeente geldkoftende uitwendige Vreugd---------
betooningen, alles tot het losbranden van 1772.
't Gefchut, het Klokkengelui en Spel, en het laaten waayen van Vlaggen. Dit laat- fte hadt inzonderheid plaats te Amfierdam , waar, op de Admiraliteits Werf en het Ma- gazyn, op alle de Ooriogfehepen in 't Dok liggende, als mede op de Magazynen der Oost- en PFest - Indifchs Maatichappyen,die Vreugdetekenen zich vertoonden, de Sche- pen in de Laag, op 't Y, en op Stroom, volgden dit voorbeeld. , Schoon men in 't Sticht, zo wel als in Ongere-
Holland, de aanduiding zyner Hoogheid, geldhedeii om de Gemeente van noodlooze gelduitgif-te Utreiht- ten te verfchoonen, het doen van Illiimi- natien verbooden hadt, belette zulks niet dat het Gemeen in Utrecht, op den Dag der Doopplegtighefd, en vervolgens, on- der voonvendzel van Vreugdebedryven, zich .dermaate te buiten ging,in 't fchieten met Snaphaanen, het afiteeken en werpen van Vuurwerken, en het pleegen van daar mede maar al te dikwyls verknogte baldaa- digheden, dat de Magiftraat dier Stad het noodig vondt daar tegen door een e ftrenge Waarfchuwinge te voorzien. Staaten van Friesland maakten aan de Schikkm-
Steden bekend, dat men, wegens de om- |f'? ln . ftandiglieden des tyds, en naar't voorbeeld ™\<x by de Geboorte der Prinfesfe frederi- Vreugdbe- ca LouiSA WILHELMINA, de Pen- t001! ge- lungen, die ter gelegenheid Van de Geboor- maakt- te
|
|||||||
2>a VADEPvLANDSCHE
jtci. te des Pfinfen zouden befteed worden tot
BoËit. het doen luiden der Klokken, en het gee- ■^------ven van Bier aan de Ingezetenen, zou fiel-
1772, len in de handen der Geregten, ten einde
dezelve aan de Armen in de Dorpen en Steden , te hunner onderhouding , zou- den gefchonken wordem Zy hadden , op de ontvangene tyding der Bevallinge van de Prinfesfe > een Bevel na de Ste-* den afgevaardigd, om de Gebeden, voof haar uitgeftort, in Dankzeggingen te ver* wisfelen. "Seelands De vreugde in Zeeland, wegens de Ge* gedrag in boorte van den Erfprins klom zeer hoog» tieszen. De Staaten, onlangs van de Pillegifte aan de Prinfes, voor eenigen tyd, ontflaagen (*), vonden nu ruimte om eene aanzienlyke te geeven, en teffens goed den Doopdag des jongen Vorsts te beftefnmen tot een Dag van openlyke Dankzegging, en by die ge- legenheid, een einde te maaken aan de Be- deftonden,in den voorleden Jaare,ingefteld en dus lang maandlyks gehouden (f)- Schaars- De redenen, die Staaten van Zeeland vei»fte" bewoogen hadden tot het beveelen dier
verminde- Bedeftonden , hielden grootendeels opo ren. Schaarsheid van Leevensmiddelen en Vee- pest, troffen dit Gewest, en drukten ook
de andere, fchoon de laatfte in zeer onge- lyke maate j alle waren zy gedreigd met het
|
||||||
(*) Zie hier hoven bl.. 189.
QÓ JSfot. van Zeel. 31 Aug. 1 en 3 Sept. 17724
|
||||||
HISTORI E. m
ïaet gevaar eeiier befmetlyke Ziekte onder xci.'
de Menfchen. Een voordeelige Oogst en boe%ir ryke teelt van Veldvrugten , deedt thans--------
het kommerlyk uitzigtvan gebrek wyken, 177s».
en de bepaalingen op 't verzenden van Graa« nen en Aardappelen, op veele plaatfen, in- trekken. De Sterfte onder de Runderen verminderde, en hielt hier endaar geheel , op. Het verbod des uitvoers werd, onder andere in Friesland, uit hoofde van het groot aantal Runderbeeften in dit Gewest,^ voor een tyd, en onder zekere bepaalin- gen, opengefteld. De gedugte Pestpïaage hadt, onder 's Hemels Voorzienigheid, door het aanwenden van gepafte voorzor- gen , in onze Landen & geene vernieling 011^ der de Menfchen aangèïfgt. Dit alles open- de blyde vooruifzigtëm-j Middelerwyl was het Huis des Prinfen DenHuize
van nassau weilburg, die zich van Nas- nog te Kirchheim Boland onthieldt, ver- (au "eiI~ meerderd met eene Manlyke Spruite, den zoon gc„ drie-en-twintigfte van Hooimaand,geboo- boren en ren; doch acht dagen daar naa overle- ontftor- den (*). Reeds vroeg in den Voortyd was men De vrees
niet vry vantedugten voor onaangenaame voor een ontmoetingen met de Maroccaanen, waar Oorlog om het Admiraliteits Hof van Amftcr'dam ^r^ en Friesland, de Ingezetenen deezer Lan-, caanen den, die hunne Schepen zonden na Plaat- wykt, |
||||||
■'<*) Rtjol, van Hoil, 23 july 6 Aüg. f772. ■
XXIV. DEEL. -'""''S.' '• ': "; "T |
||||||
274 VADERLANDS e HE
xci. zen, waar dezelve In 't geval zouden kun-
BoEK. nen komen van eenige Kruisfers des Kei-: j------- zers van Marocco. te ontmoeten-, waar-
1772. fchuwden-, die Schepen te voorzien, van
Tufkfche Paspoorten, ten einde alle onaan- genaame gevolgen,, die uit gebrek aan de- zelve zouden kunnen ontftaan, tevermy- den. De reden van bekommernis voor deeze Zeeroovers groeiden dermaate aan, dat hun Hoog Moge'tiden, in Bloeimaand, eene Waarfchuwing- na alle de ■ Gewefteü rond zonden,'bekend ffiaakende, dat' de Reizer van Murocco- genoegzaam den Oor-* log tégen deezen Staat verklaard hadt, Waarom een ieder op zyn hoede moest weezen tegen de Maroccaanfche Käapers, en alle omzigtigheid/'ïgebruiken , op dat * aan den eenen kantfpde Koopvaardyfchip« pers geene vyandlykheden mogten begin- nen, en, aan den anderen kant, zorge draagen, tegen onverhoedfche overrompe- ling. Dan, in 't einde van Zomermaand, kwam de gerustftellendetyding, dat de ver* fchillen tusfchen de Staaten der Vereenigdt Geweflen en den Maroccaanfchen Keizer ge* reezen,vry veel verminderd waren,en 'er zich een middel opdeedt om ze uit den weg te rui- men, 't Geen ook verandering maakte hï de bedoelde uitrusting van eenige Fre- gatten na de Middelandfche Zee (.*). Dart ■ > > . Op
(*) N.Nederl. Jaarb. 1772. bl. 193. 43a 623.
'Jtefol. van HolL 29 April 2 en 15 Mey. 9 en 23 Sept. 1772. 30 Juny 7 July 1 Sept. 3 Nov. 1773- |
||||
HISTORIE. 2^5
op nieuw overgezondehe ontrustende ty- xcr;
dingen, in het volgende Jaar, noodzaak-b o e k.' ten den Staat om op fterker maatregelen ■ bedagt te zyn, die egter mede niet be-1772; hoefden uitgevoerd te worden. Het plan der Ryksverdeeling van Poolen, De Ko-
door den Koning van Pruisfen ontworpen, "In8jvari met overleg des Keizers vervorderd, en ve°rvoegt door de toetreeding van de AUeenheerfche- zich by resfe der Rusfen voltooid, eene geruime den Sta*i wyle in het duistere der Kabinetten voort- om huipr gezet, kwam thans aan den dag (*); Dé Afgezant der Rusfifthe Keizerinne * des Konings van Pruisfen, als mede die van hei JVeener - Hof, deelden de Vertoogen dief Mogenheden, raakende de regten en eis- fchen op Poolen, aan onzen Staat mede: Koning stanslaus augustus /bè* klaagde zich over den ongelukkigen toe-' ftand van zyn Ryk, welks beste en gröot- fte Landfchappen, door de Krygsmägt der ■;•'• r drie Nabuur-Vors ten overftroomd $ vöóf* het drukkend Regt des Magtigften hadden' moeten bukken t, hy verzogt hun Hoog Mögenden, om het verlegen Poolen te hulp te komen, en het werkftük van Onregt en Verdrukking, gelyk hy het ty telde-, te Ver** freekeh. Teffens een Antwoord zendende' doof
|
||||||
(*) Zie over deeze Ryksverdeeling WilLiä^
fcoXE Travels'm to Poland, Rusfw, Sweden zndDan- tnark Vol, I. p. 43. In 't Nederd. de Befchouwing fier Maatfihappy en ^eden. in Poolen , Rusland + tweeden en' Zietnemarktn tloor W, c oxE I Deel; ki. >30. S A
|
||||||
- ~-—.—... ...._--_..
|
|||||||||
z?6 VADERLANDSCHE
door het Hof van Warfchau, op de gedaa-
. ne eifchen der Nabuur-Vorsten. Deeze • ongelukkige Vorst liet het hier by niet' be- . rusten; hy fmeekte, by een1 naderen Brie- ve, om de Tusfchenfpraak van hun Hoog Mögenden by de Hoven van Weenen, Pe- tersburg en Berlyn, om de wedergaave van het hem ontnomene te bewerken, in den- . zelven de dienften ophaalende, welke dit Gemeenebest, in vroegeren dage, aan dat van Poolen beweezen hadt, en hei weder- zydsch Koopbelang ten dien einde aandrin- gende (*). Men nam het een en ander in beraadilaaging: waar uit niets ten baate van Poolen fproot. En moest dit Ryk, fchoon de Hoven van Londen , Parys, Stokholm en Koppenhaagen, zich tegen dee- ze overweldigingen verklaarden , zonder eenigen byftand te verkenen; zich aan de gemaakte Verdeeling onderwerpen. Het dikmaals gereezcn , en nooit ten
vollen afgedaan gefchil over .het Regtsge- bied des Militairen enBurgerlykenRegters., kwam thalis weder ter baane. De Voor- zitter en Raaden des Hofs van Holland, Zeeland en Friesland, bragten hun Ed.. Groot Mögenden onder 't ooge, hunne verlegenheid omtrent dit ftuk; dewyl do» Regtsdwang, welke hun toekwam, uit den boezem van den Souverain zelve voort- vloeijende , zich belemmerd vondt, als dee-
(*.) Refoï, van Halt. 19 Scpt. 6 en 27 Nov.
|
|||||||||
XGI.
BOEK. 1772,
|
|||||||||
Het Hof
beklaagt
zich over Militaire Jurisdic- tie. |
|||||||||
177
|
|||||||||
HISTORIE. 277
deezen moest gcoeffend worden omtrent xcr.
Militairen, door het iterk onderileund be-.BOEK. grip, dat den Burgerlyken Regter, ten dien —-— opzigte , geenerhande Gezag zou toeko- 177s. . men5 maar de Militaire, daar en tegen, over dezelve een algemeene en byzondere Jurisdictie zou hebben; in zo verre, dat hooge of laagere Krygsraaden, zo in Bur- gerlyke als in Lyfftraflyke Misdaaden, zonder onderfcheid van Genieene of Mili- taire Misdry ven, de eenige bevoegde Reg- lers van de Militairen zouden weezen. — Een begrip, zints eenigen tyd, zo verre gedreeven , dat niet alleen de Militairen zelfs, maar ook hunne Vrouwen, Kinde- ren en Dienstboden, als maakten zy eene geheel andere orde vaii Meirichen uit, 'aan den Burgerlyken Regter werden onttrokken. Terwylnimmer, door den Souverain, zoda- nig een Regtsgebied aan den Militairen Regter was opgedraagen, en zy zich be- riepen op het Staatsbefluit van den Jaare MDCLiv. Dan zy vonden zich verlegen in het verdeedigen van dit hun begrip; naardemaal zy in verdenking vielen als of zy daar door eenig nadeel zouden toebren- gen aan de Regten en Preëminentien van den Capitein Generaal. -----— Dit denk- beeld ten verften van zich verwyderd- hebbende, als geheel ongegrond, verzog- ten zy; „ dat, by aldien hun Ed. Groot „ Mögenden, mogten verftaan, dat de Ju>- „ risdictie omtrent de Militairen , door „ den Politieken Regter, niet meer op gj denzelfden voet behoorde geoeffend, te S 3 ,,wor» |
||||
2?8 VADERLANDSCHE
XGf. „ worden, als vóór het heuchlyk Evene-
Soek. „nent der verheffinge van willem
• „ den IV, het als dan Hoogstderzelver
-J772. „ welbehaagen mögt zyn, by een Staats-
„ befluit te verklaaren, hoe verre de Ju-
0 risdictie van den Politieken Regter ten
„ deezen opzigte bepaald zy; en hoe ver-
„ re hun Ed. Groot Mogenden goedvon-
„ den, dat door den Militairen Regter
„ Jurisdictie geoefend wierd."------ Zy
voegden 'er by een Brief door willem
den III. aan't Hof gefchreeven, met het Antwoord des Hofs op den zelven. Men vondt goed den Brief met de Bylagen aan den Capitein Generaal toe te fchikken, en 'er diens bedenkingen op in te nemen (*), Antwoord Welhaast kwamen deeze ter tafel van van zyne Staaten van Holland. Zyne Hoogheid be- l-loogheid, tuigde in dezelfde begrippen te liaan om- trent dit Huk als zyn Heer Vader geuit hadt aan Commisfarisfen van den Hove hem, kort naa zyne Verheffing, hierover onderhoudende: welken hy te gemoet voer- de , dat het Staatsbefluit van den Jaaré MD c Li v, 't, welk men weder inriep,door hem werd aangezien als zeer nadeelig voor het Gezag en de Magt der Stadhoudere^ en Capiteins Generaals; dat deeze by de» Hove genaamde Landwet, in een Stad^ houderloozen tyd gemaakt, met de oprig*- ting van het Stadhouderfchap van wil- lem den III vervallen, en dat hy zeey yefE
|
|||||
C*) Mtfit. v# HolL 7 Maart 177a.
|
|||||
HISTORIE.
|
|||||||
m
|
|||||||
verre Was om te treeden'fn een'Platt vän xéi.'
fehikkingen door wiLlem pen III olffit boek. worpen; doch toen' door het Hof niet aan- ■■ het Hof Om by Staaten7 van Holland, nu vier- en- twintig Jaä'feh geleeden, zteM met dérgelyk een vertoog te Vervoegen, - als men thans gedaan hadt, was door zyn Vader verklaard, s, 'dät, Wat aanging-hét ,$ 'te doeiïe Addres ovei" deeze Zaak, Ööör „ het Hof-, by huil Ed/ Groot Mögenden y „ hy 't zelve aan het Hof niet konde of ,, wilde beletten'; maar evenwel het zelve 9,©ök niet Zou aanmerken als éen blyk va» ff Vtiendlykheid en Attentie van het Hof jjvoor Hem." ■ '< Dah de tegenwoordige Stadhouder liet
het niet berusten by het eenvoudig verh'aaj van de gevoelens en begrippen zyiis Va- ders , en de betuiging dat hy diens vöe'tfläp- pen drukte; maar voegde'er een Vertoog nevens, waar in hy* zyns oordeels, gas* toonde, dat de Militaire Jurisdictie> gé* grond Was, op het Robmfche Regt, 't Welk reeds van. den tyd vän caebl1 dèn V af-, dóór den Soüverain van den Lande * by dêSzelfs'Plakaateh'xïitdruklyk was ihgè- róepën'i, en tot een Landregt gemaakt;- op de : Grifriinèele Ordonnantie van den Jaare Mi3Li*, Welke, van dien tyd af, tot he- den, als' een Landwet aiängefnerkt en be- ftendig iri agtgenonleh Was; op de Primiti- ve Conflitutie van ds Republiek, agtefvolgeiis rfé Unie van Utrecht; en op de verdere Wct- • ten en Plakmten vän den Lande. Inzóhder« S 4 heid |
|||||||
a8o VADER LAN DS CHE
xot„ heid zonden hun Ed. Groot Mogende»
boek. daar in aangeweezen vinden, hoe het 1772. in het eerfte Tydperk der Stadhouderlooze
Regeering genomen, en met de Regten van den Capitein Generaal weinig beftaanbaar,, ook telkens, by de herftelling der Stad- houderlyke Regeeringsvorm, geflaapen hadt, en buiten kragt was gebleeven. — Eindelyk zouden zy zien , wat 'er te denken ware van de bybrenging, die zy- iie Hoogheid, niet zonder verwondering, in de pen van Voorzitter en Raaden van den Hove ontmoet hadt, als of de waar- iieeming van den inhoud des gemeldet Staatsbefluits, ook in een tyd, dat de Re- publiek een Capitein Generaal aan 't hoofd der Militie hadt, van hunEd. Groot,Mo- genden zou bevolen zyn. Hy betuigde in 't verzekerd vertrouwen te liaan, dat hy, die de Waardigheden van Stadhouder en Capitein Generaal op geen anderen voet dan zyne Voorzaaten aanvaard hadt, ook door hun Ed. Groot Mögenden,, zou ge- handhaafd worden, en geveftigd blyven in alle de Voorregten en Eeren, waar mede zyne Voorzaaten die Waardigheden be- kleed en uitgeoefend hadden, waar onder hy, als het Hoofd van de Militie ytin den Staat, het doen oefenen van eene Univ.er- feele Militaire Jurisdictie over de Officieren ■ en het Volk van Oorlog geenzins voor; het minite kon houden ( * ). -v;*\ >■:■•':.-: ■',-,, '■- •M'w.-o' -ttvA De (*3 Refol, van .Holt. 15 Mey 177a,'J/i ':■?-, i
|
||||
HISTORIE. 7 a8i
De Raadpenfionaris pieter steyn, xci.
xnet den Jaare äidcclxix, in zyn vyf- boek. den vyfjaarigen dienst van Holland ge-------!—■*>
getreeden (*), mögt dit laatfte gedeelte 177^
van een vierde eener Eeuwe op die ge- De Raad* wigtige post nietten vollen flaan, de dood penfiona- rukte hem den vyfden van Slachtmaand ^ü, weg. De Heer bentinck, Heer van Rhoon, Voorzittend Lid by Gecommitteer- de Raaden, kennis van dit overlyden ge- kreegen hebbende, deelde die der Ver- gadering mede , welke hem , benevens twtt andere Heeren , benoemde om het Rouwbeklag by de Weduwe en Naast- beftaanden af te leggen, de afzondering . ,- van 's Lands papieren van die des Over- . ■■■/ ledenen, en het zenden der inkomende Brieven aan deezen als Raadpenfionaris gerigt, te verzoeken, en om het Groot Ze- gel van den , Lande te rug te vraagen. Dit werd alles ftaatlyk volvoerd. In de Vergadering van Holland ftelde De Heer
de Heer bentinck, by het bekend- bentinck maäken des overlydens van den Raadpen- om^dè"' fionaris, voor, of hun Ed. Groot Mogen- poften des •den, niet by voorraad iemand zouden be- Overiede* noemen en magtigen, om diens post ter voorraad -hooge Vergaderinge waar te neemen.------ te bekiee-
'Zints de Ziekte van den Raadpenfionaris den,
Mdt de Heer bentinck, daar toe ver- zogt door de Staatsieden, diens plaats bekleed, en benoemden zy hem, om, ge« -wvr« dUU- V '■■-■■'.
't'*) Zie hier boven bl. 161; .
ß 5 |
||||
28a VADERLANDSE HE
|
||||||||||
dtmrende het openftaän van dit Ampt, hier
in te volharden: ook zouden 's Lands Ze- gels hem worden toevertrouwd, tot men in het Ampt van Groot Zegelbewaarder zou hebben voorzien, en hy ook het Ampt van Stadhouder en Regiftermeefler - der Leenen waameemen (*^ <•'>. Ëermen tot het 'begeeveïi dier hoogwigti-
ge Ampten overging,befloot de Vergadering van 'Holland', de lnfeuctie voor den Raad- •penfidnaris, van den Jaare mdccxlix, benevens de vroegere Inftructien van dejaa- ren mbclxxii en mdclxxxix, aan zyne Hoogheid ter hand te Hellen, met dè vraage of hy eenige aanmerkingen op dé eerstgemelde hadt, en welke die mogten weezen ? Op 't voorftel van den Heet besTtinck, zouden de Gelaftigden om zyne Hoogheid dit voor te draagen, hem teffens van hét openvallen der Ampten van Groot - Zegelbewaarder , mitsgaders van Stadhouder en Registérmeester der Leenen vati Holland ert West*Friesland\ kennis geeven om diens raad daar op in te ueênien. » " ,• . :: In 'de Inftrüëtie vööf den Raadpenßo*
naris, zó als' dezelve: in den Jaare m u e c x & x opgeileld j en éom den ovef- ledënén opgevolgd was, oordeelde de Erf- stadhouder dat geéne verandering behoefde gemaakt te' worden. Maar Wat de Ampten va» Gröet-Zègelbéwaarder, alk mede &ta& hou*
(*) Refol. van Hall. 4 éir &-tlW. rffa.- •>
|
||||||||||
xci.
li'OEK.
1772. |
||||||||||
De In-
ßructie
van den Raadpen- fionaris aan zyne Hoogheid ter naazie- ninge o- vergele- verd. |
||||||||||
tcrtGröói-
•£égelbé- ■waardef en Stad^ houder der Leenen van Hol- land en Westfries~ land aan* gefield. |
||||||||||
HISTORIE.
|
|||||||
283
|
|||||||
houder en Regiftermeefter der Leenen van xci.
Holland en ÏFest - Friesland aanbelangde, boejc» dié de Heer steyn, door zyn dood,--------
desgelyks ontruimd hadt, betuigde zyne 1773.
Hoogheid dat het hem aangenaam zou weezen, deeze te zien opdraagen aan den Heere bentinck, reeds by voor- raad door hun Ed. Groot Mogenden tot het waarneemen dier Poften gemagtigd. Zulks gefehiedde (*). Tot het Raadpenfionarisfchap benoem- uit een
den hun Ed. Groot Mögenden een Drie- overgeie- tal, de Heeren pieter van bleis- verdorie« Wyk, Raad en Penfionaris van Delft, ^Ljf^1 ENGELBERT FRANCOIS VAN BERC- Hoogheid
KEL, Penüornxis v&nAmfi'erdam, en da- den Heer
Ni el ras, Raad in de Vroedfchap en vanbleis- gewoon Afgezondene der Stad Alkmaar, WYKaan* ter' Vergadering van Holland. Vier Le- den der Staatsvergaderinge werden, met dit Drietal, na zyne Hoogheid gezonden, met verzoek, dat hy zou gelieven te verklaaren of hy, omtrent iemand der benoemde Heeren, eenige twyfeling hadt, of zwaarigheid maakte. Het behaagde hem te erkennen, dat, zyns oordeels, in ieder der voorgeftelde Heeren de hoedanigheden gevonden wierden, tot het bekleeden var* e.en zo zwaarwig,tig Ampt vereischt; doch, dat het hem niet onaangenaam zou weezen, in»
(*} Refol. van Helt. 25. 26 en 27 Nov. 1772.
Naa den dood van bentinck, werden, op aan- pryzen van zyne Hoogheid, aan den Raadpenfiona- ris bleis Wyk deeze Ampten opgedraagen. Re* Jtl. van ffotl. 17 en 18 Nov. 1774. |
|||||||
c84 VADE R LAND SC H E
xci. indien de keus op den eerstbenoemdeii
koek. mögt vallen. —------ Op dit ingebragte antwoord begaf zich
177s. de Penfionaris van bleïswyk uif de
Daartoe Vergadering, en met éénpaarige Hemmen verkoo- verkoos, dezelve dien Heer tot Raadpenfio- *ea* naris; hier van kennis ontvangen hebbende verzogt hy, eenige weinige dagen om zich;,
op een ftuk van dat aanbelang, te beraa- den, en te fpreeken met de Regeering van Delft, in wier Eed en Dienst hy ftondt. Dit tyüsuifftel werd hem vergund , met verzoek om, 't zelve zo kort mogelyk te neemen, en was men teffens de Afgevaar- digden van Delft aan, om ter bevorderinge van het oogmerk hunner Ed. Groot Mo- genden, het ontflag van den Penfionaris te willen uitwerken. Op welke De Heer van bleïswyk oordeelde voorwaar- gjch verpligt het opgedraagen Raadpeniio- Sveaan- 'Mrisfchap te aanvaarden, indien de Staa- vaart. "" ten in drie voorwaarden bewilligden. Te weeten, dat het hem geoorlofd zou wee- zen, om zich, van dat Ampt te ontdaan, wanneer hy , geduurende het bekleeden van 't zelve, zulks mögt goedvinden. —• Ten anderen, dat hy den Eed op de In« ftructie hem overgeleverd zou mogen doen op dezelfde wyze als de voorige Raadpen- fionarisfen gedaan hadden; naamlyk dat hy zyne Inftractie zo nauwkeurig na zou ko- men , als een eerlyk en trouw Minifter die kon nakomen, en als de voorige Räadpen- fionarisfen, en die welken de nauwkeurigften daar in zouden mogen geweest zyn, de- • ... . zei-
|
||||
HISTORIE. a8$
ïelve nagekomen hadden. —- Eindelyk, xci."
dat hem zou vergund worden het Curator- boe k. fchap van 's Lands Hoogefchool te Leyden,-----—
waar toe hy in den Jaare mdcclXix 177a.
was aangèfteld, te mogen behouden. Gee- ne zwaarigheid maakte de hooge Vergade- ring om deeze voorwaarden in te willigen; waar op de Heer van bleiswyk. het Raadpenfionarisfchap aanvaardde, en naa het doen eener zeer nadruklyke Aanfpraak aan hun Ed. Groot Mögenden, en aan zyne Hoogheid, den Eed arlei in handen van den Heer van bentinck, die de dankzeg- ging der Leden ontving, voor de moeite, yver en waakzaamheid, in hetwaarneemen van het nu wederom bekleedde Ampt, ge- duurende het openftaan, betoond. Ook werd, door dien Heer, uit naam der Rid- derfchap, de Raadpenflonaris, volgens oude gewoonte, voor Penfionaris der Rid- derfchap verklaard ( * ). Zeevaard en Koophandel, verdienen Nieuwe
het altoos oplettend oog van 's Landsvade- Schikking ren, en kan aan de inagtneeming van de- °^en ^ zelve niet getwyfeld worden, als men na- Holland. gaat de gemaakte Schikkingen om de ge- vaaren , waar aan ze op onze Kullen zyn -blootgefteld, zo veel mogelyk te vermin- deren, en in allen nood onverwylde hulp en bylland te bieden. Hier toe dient de aanflelling van bekwaame Lootslieden op de Zeeplaatzen, hier toe ftrekken de Re- ' C*D Refol. van fiotl. 27 Nov. en 1 Dec. 1772.
|
||||
m V ADE RLANDSCHE
xCi. g!ementen: onitrent' het bergen van Goede-
&aek. ren uit verongelukte Schepen, dé Ordo- -*•*"— nantien op het ftuk- der Pilotage, benevens W7-z-'- eene menigte van Plakaaten, van tyd tot tyd, daar omtrent, naar vereisen van orn- ftandigheeden,. afgegecven: Dan hoe veel- vuldig ook de bepaalingen ter onderfchei- ding der gevallen mogeri weezen, zyn dee- ze, met de bykomende byzönderheden, meer- der dan de Wetgeever voorzien kan , of bepaald uitdrukken : dit veroorzaakt me- nigmaal duifierheden in de toepasfing en geeft aanleiding tot gefchil over den zin der Wet. Hier van hadden Staaten van Mol' tó«^eenemoeilyke ondervinding. Zintsden Jaare MDCCLXX gaf het verongelukken van zeker Schip, aanleiding tot een hoog- loopend gefchil over het XII. Artykel van de Ordönantie op het Stuk der Pilotage' benoorden de Maaze AtZeevonden betref- fende , en 't geen by Plakaaten deswegen ,was vastgefteld (*). Tusfchen beiden: ''•; ..:' ' k0-
|
||||||
(èy De;Plakaaten op de JZeevonden fragten tóe^
Bij' „ dat de Goederen, welke uit Zee opgeviseht ir werden, • finnen zekeren bepaalden tyd, aan de „Jientmeeftérs, derEpargnes of hunne Subftitute« „ g'ebragt moeften worden. Het XU Artykel vart „ de • Ordonantié' op< de Pilotage benoorden de „Maaze behelsde, dat de opgevisebte Goederen; „ met de daad gebr;agt en gezonden moeiten wor- jj den ter Plaatze daar die t'hüis behoorden, of „ waar zy den wil hadden die te losfen, en zulks „in de handen der Eigenaaren overgeleverd," zonder dat, by eenige Wet of Staatsbefluit be- paald was , in welke gevallen , de Bergers en Hek
|
||||||
H I; S TORI E.\ V ä8?
komende gevallen' van foortgelyken aart xcr.
verleevendigden 't zelve. Naa het afdoen boek»' dier Gefehillen, werd men thans te raade--------
jeene algemeene bepaaling; te maaken, we- 177a.
gens de wyze^opwelkede geborgene Goe- deren uit gezonkene Schepen voortaan zou- den worden behandeld. Gelaftigden;tot deeze zaake benoemd leverden een Ontwerp in, 't welk grootendeels gevolgd, werd in «en Plakaat,. den twee- en- twintigften van Hooimaand vastgefteld, {trekkende tot voorkoming van dergelyke moeilykheden, ensomde Goederen, of.Schepen, die zoda- nig een noodlot hadden moeten ondergaan; doch egter geborgen 1 of gered hadden kun- nen worden,, zo fpoedig en zo min kost- baar-, als mogelyk, den Eigenaaren over te geeven; en teffens.: om; de Ordonantien op de.Pilotage benoorden de Maaze,. op de Berging: en Overgifte dier Goederen en Schepen ook bezuiden de Maaze, en dus «ver geheel Holland, te. doen ftand gry? pen (*). De Steden van het Noorder- kwartier leverden een breede Tegenven- klaaring in , door.de Ridderfchap en de Steden van het Zuiderkwartier beantr woord; (f). '. ,;. Dc
|
||||||
Helpers zich naar. het voorfetarift der Plakaaten ,
of wel naar dat. dpr i Qrdonantis.n\oeften gedraai gen. (*) Refol. van Holt. 22. 23 en 29 Jan. 5 Feb.
t.4 Mey 18 en 22 July 1772. CD ReßhvanlftU. s<jJuly.»3.4?$Bptri772>
|
||||||
288 V A D E R L A N D S C H E
|
|||||
xcï. De ontheffing der Laften van de
So EK. Groote Visfchery of Haringvaafd deezer
■--------Landen , in denJaare mdcclxix ver*
1772.. leend, en thans ten einde loopende, werd,
zo verre die van hunne Hoog Mogen- den afhing, op nieuws*, tot het Jaar mdcclxxv, verlengd. — Dan Staaten van Holland en West -Friesland vonden het noodig, ter onderfchraaging van 's Lands Fi- nantieh, een honderdften en twee honderd- ften Penning te heffen (*). » Schuifllui- By zo veele poogingen van Werktuig- zca door kundigen, als wy, tot in gedagtenishou- c. ^rede- ding hunner Naamen , en teffens tot lof Bitgevon- ^er aanmoediging van nutte Kunften door den en be-'s Lands Vaderen verleend, in ons Ge- looning fchiedblad hebben opgetekend, moeten wy gelegt}06" tnans voegen, dat het den Heere cor- N NELis REDELYKHEiD, die reeds Jaaren lang in Waterwerken den Lande
ten diende geftaan en veele blyken van vin- dingrykheid en onvermoeiden yvergegee- ven hadt, gelukt was eene foort van Slui- zen, door hem Schuifflimèn geheeten, uit te denken. Deeze waren noch in, noch buiten 's Lands bekend, en.konden in vee- le gevallen, waar in andere Sluizen en Wa- terwerken te kort fchooten , gebruikt worden, en den Vaderlande, in veele ge- wigtige opzigten, van de grootfte nuttig- heid weezen. Zonder verbaazende koffen kon hy in- 't groot geen Model van dee- .-yi V.-*i- : • ZJS
(*} RebUvwHoU. \ï m 23 Jan. 1772,, ' •;
|
|||||
HISTORIE. »8$
ke Sluizen maaken: weshalven hy zieh xcii*
met deeze Vinding, door plans, tekenin- BOEKi gen, en befchryvingen 'opgehelderd, by-------s
hun Ed. Groot Mögenden vervoegde, on- I77ai
der aanbod j, om op zekere bepaalde grootte , dusdanig eene Sluis te laaten. vervaardigen, met verzoek ■, dat, in gevalle deeze Uit- -• ■' vinding aan de verwagting ten vollen moge '-■'...-•■ beantwoorden, hem eene Beloöning, toe vergoeding der kdfteh, mögt worden . toegelegd : te meer daar eene Uitvinding van dien aart,"' het voordeel van eeri- uitfïuitend Gctröy niet wel kon verwer* ven, . .. Met plan deezër wonder vernuftig be-
dagte Schuiffluizeh kwam Staaten Van Hol- ... land voor het neemeri dei* voorgefteldè . Proeve waardig. En ilaagde dezelve zo gër lukkig ^ dat zy deh Uitvinder één duizend Gouden Dukaateri vereerden, zo tot ver- .; goedihg der kbfteri, als tot een Gefchenk ".'■ voor zyn aangewenden vlyt in 't nafpeureii . Van 't geeri den Lande kori dienen. * *■' " Hier door aangemoedigd bragt hy eeir- öcti-oy
lang het Ontwerp van een ander Werktuig aan heni zyner Vindingé , gefehikt tot uitdieping °P eene vari opgeflyktè Wateren , tot verbetering cjiine'^r' der Rivieren, welker beddingen, door den leenti, tyd, boven maate verhoogd waren, onder 't oog van hun Ed. Groot. Mögenden, met verzoek om öctröy op dit Werktuig van SLÜe andere Diepmaehines verfchillende en dezelve, naarzyne vbordragt, overtreffen'' jde. De Gelaftigden tot de Nieuwe Uit- XXlV. übel. T vin- |
|||||
,
|
|||||
fe
|
:-j
|
o VADERLAND SC HE
|
|||||||||
xci. vindingen vonden deeze het verzogte Oc-
B ö ë ie. troy waardig ( * ). —----- In-Haarlem, dat zo wel op eerfle Lich-
■1774. ten in de Schilderkunst (f) als óp Uitvin-
Een Aca- diiig der Drukkunst roemen mag,, was demie der deeze met de Tekenkunst in diep verval Teken- geraakt. , Kunstmin Van veelé Leden der Haarlem &egeerhige en aridere Lieden van Aanzien, tot ftand ftrekte de hand ter opbeuiïnge Vän de Té* è'ebragt. kenkünst uit, en zag rrien te dier Stede, op Äzag, en onder goedkeuring dér Magi- itraat, thans éerie/Academie dér Teken- kunst veftigen, gefchikt om den gröhdilag te leggen, op welken Haarlems. Schilder- roem Weder kon opgebeurd worden ( § ). 'tKimftge- Een klein Gezelfchap van Beöefenäareh nootfchap der Nederlandfche Dichtkunde in 's Gra>- Kunßhef- veniiaage, groeide tot een Kunst-Génoot- ceen "vlyt, fcnaP aan- Doof aanzienlyke Heeren be- in v Gra- Fchermd, met een reeks lofwaardige Lederi venhaage vereerd, en ónder zeer regelmaatige fchik- opgeregt. |^ji:fgen ? de bevoi'dering der Neäerduitfchä Dichtkunst bedoelende, koos het ten Zinfpreuk kunstLiefbb spaart geen vlyt, en hieldt de eerfle,. Verga- dering den vyftienden van Wynmaand, in -■■/' ~ * . '■■"'', een |
|||||||||||
:,, (*5 Wol. van Holt. 8 Sept. 7 Oct.. 17,73,'/.-M
Nedcfl. Jaarb. I77I. hl. 974. Voor 't Jaar 1773. BK 1170. 1201. Zie ook de Nieuiv uitgevondene 'Sluis- en Diep - Machine afgebeeld en be/chreeven door C. REDELYKHEID.-Te Alllft. fey XN.TE- MA eil TIEBOEL. . ' Ct) Zie ik'. LoosjES p. z. Haarlems Schilder*
&>ƒ.. 1788. ' ■■ i ,'flMh (§) N, Ntderl. Jaarh. 1773. bl. 815.
|
|||||||||||
'tl :>H(ial T.P;'R,tjE/ / xpl
•een 4êr Z#a-len v#n 't Ggbouw' öfl<ïfër den rxc^
naam van het Huis van jPrins Maurits ws^jp.oejc, Nasfau bekend: de Opzkjndérs van 't ze]- - vergund X*}- - ; ; • - : ..Schaars ontmoet men;in ons yaderland Graftekea
Eergrafüekenen, voor V#ïtnu#: of Geleerd- voorvoi*- Jieid opgerigt;: en verw-ylt . hecnjet zelden DEL ,vef"
ro o •> v ' *. • ' lTf vaardige. .lange woor dat iinen. ze iveryaardjigt, #ls
moetende de: Tyd het 2#gel ;zyner goeel-
keuring o.p. behaalden Lettejqroem drukken. Dit aläiansis het geval gßwmsPvm ^.pjr- BEL,, aiiet.'ifieti onregte met den naa-m yap den Vad&r dir NüdwMitfchßMdchferm iv-ea^ eekd.: Brie •. paren kg fey*,jn ,de $$em& Kerk te jlmßerdßM, -onder jee.11^onbeken- den ;Steeh: wanneer de Heer i jjqa.>$. s i $ •op 's ©ichtersGrafzerk liet JiQujven; |
|||||||||
Ml /OEM 0 AlG -SI m. S LS" A« C#£.
|
|||||||||
»Een iopfehrift .niet zeer in't föog<va;}ltndé,
en nu. door den.tjd xecds-meest «erfleeten. ■ -lEen xbnflcrdmmch i\.Qnstgenootfchap0 sten -JSinfpreuk .vöerómde ku.vitGwiitß.^ prM- , N ia, fceiirde^yner /Dichteilyke .iVerdien- ßen ;;eene jQpeulyker »ten toon „gebalde Ge- dag-
|
|||||||||
•' .!(■*,) Bro:eve van Bottifdte MengéfivfffA, 4oor 1li'>
'iDiehttie.vendJCunst-ßmßofßkap, ï Kunstliefde ifpastit geen [vlyt, I Deel, 1773. . ; 1 ,.;.-:.,.••, i T a
|
|||||||||
fc^a VADERLANDSCHE
Xci. dagtenisfe waardig, en liet-, met göedketi-
3oEK. ring' der Burgemeefteren van Amfierdamy --------tegen een Pylaar , Weinig treden van 's 1772. Mans Grafftede, een Marmeren Gedenk-
teken ten deezenjaare, bykans eeneEeuw naar zyn overlyden , oprigten. 't Zelve beflaat in een Tombe, van wit en zwart Marmer, naar de Dorifche Orde gehouwen, en voert enkel den naam van vondel-, duidt het Jaar zyns overlydens aan , en teffens het Jaartal met de Spreuk des Kunst-Genootfchaps, 't geen dit Gedenkte- ken vereerde. Op de Tombe ftaat een deftige Lykbusch van wit Marmer, waar uit, als uit derzelver.ingeflootene asfche, een reeks Lauweren fchynt te groeijen, en het dekzel op te ligten, terwyl zy zyde- lings tot op èn over den Gedenkfteen af- hangen. — Dit bedryf des Kunst-Genoot- fchaps werd, door veelen ongunftig beoor- deeld; doch met hoe weinig gronds toonde een der Leden, in eene Redenvoering Voor het opregten van een Gedenkteken aan JOOST VAN DEN VONDEL (*).
De Dit zelfde Jaar , 't welk vondels
Schouw- Naam openlyk vereeuwigde, zag door den
hT%tQ* brand een Gevaarte vernielen, aan welks rfambrandt oprigting hy zo veel deels hadt, en waar af, de ftukken van zyn verheeven Dichtgeest, van den aanvang af, tot deezen tydtoe,
zo
|
||||||
(*) Letteroefeningen van het Kunst-Genoot'
Jchop, onder de Spreuk, Diligentia omnia, Amft* by Maserus, 1774. |
||||||
HISTORIE. ü93
zo' dikmaals met voldoening gehoord en xci«
tpegejuichd werden, den Amfierdamfchen boek. Schouwburg, naamlyk. Een ongeluk 't--------
welk ons, van wegen den roep, dien 't 1772.
verwekte, en de deerlyke gevolgen, wat breeder ftaat te boeken. De Vlaamfche, Operijien op deezen Schouwburg, den elf- den van Bloeimaand, een Stukje vertoo- nende, 't welk zeer veel aanfehouwers trok, hadden, naar eisch van 't zelve, het tooneel moeten donker maakèn, en dus' de lichten door fchuivcn gedekt; dit ver- oorzaakte damp enftank; doch, zulks mee£ gebeurende, dagt men geen kwaad, tot dat een zwarte rook, onmiddelyk van vlam gevolgd, verfchrikking baarde, en het ake- lig geroep, Brand! Brand! den Schouw- burg doorklonk. De herhaalde verzeke- ringen , dat men maar bedaard zou wee- zen; dewyl alles fpoedig gered zou zyn? betekenden luttel in de reeds ontftaané verwarring , welke toenam , wanneer by de poqgingen om den brand te blusfehen, de vlam met meer hevigheids uitborst, met gedruis na de zoldering fteeg, 'er door heen floeg, de bovenfte Schermen, en als in een oogenblik het geheele Too- neel in ligterlaye vlam zette, Vrugtloos poogde de y ver een brandende Scherm om ver te werpen en het overflaan des vuurs tot de overige te beletten, zy hadden 't reeds gevat, en het Tooneel vertoonde een vuur? gloed. Onbefchryflyk was de verbaasdheid,
fchrikj angst en verwarring onder een$
T 3 ?a
|
||||
294 VADERLANDSCHE
jfci. zo gro'ote menigte Menfchen van allerlei
p ó è ie. Staat , Ouderdom én Kunne ; elk poogde .. ,
1772. tè dritvlugten. Eenigen beneden digt by
den uitgang, ontkwamen het vroegtydig, en met zo veel gemaks, dat zy, naderhand betuigden, zich üauwlyks te kunnen ver- beelden , hoe dit geval anderen op zo veel jtrigst, gevaafs, eh 't leevenzelf, te flaan kwam. De verbyfterdheid geen gereed open vindende liep herwäards en der^ wäärds. Op het vallen van het brandend Gordyn vloodt men fterker na de deuren. Het heftig voortflaan van den Brand, de ttinkende damp welke de togt van het Yooneel, met vlammende ftukken doeks, over de fchouwplaats joeg , de kommer van Ouders voor hun Kinderen, van Kin- deren Voor hun Ouders , van Egtgenoo- teh, Vriêndeh en NaästbefLaanden voor el- kah'dererï, Vervulde het gehëele ruim met êën erbarmtyk gekerm en naar gefchreeuw. Ongelukkig bragt de Schikking by het ;Spèel'en eéhër Opera mede, dat verfcheide uitgangen, anders een gereed open verfce- tieriue, gèfloóteri wären, *t Welk veel ver* fegenheids , vèrwarriïlgs , .gedrangs , eil Unheils baarde. De deuren van het Voor- portaal na de Plaats, waar de dóodbeang- ïre menigte een uitkomst meende te, vin- den geraakten töé, en zt>gt men diè door ïréh gahgje, waar in de op eifernder drin- genden elkander perften, kneusden, en Verpletten. In dit angstvallig oogenblik Vto v^ahhöope, hamen Zohimigen het be* |
||||
,,: HISTORIE. ays
fluit, om hier en daar een, venfter te. zoe- xci.
ken,-het glas.in ftukken te liaan en 'er ziel} 5qek, pit''te 'werpen. De gefloote deuren wer- —— <dên eindelyk geopend, tot veeier behoud.^ 177?. niaar anderer verderf: dewyl de zugt ipt Jtyfsberging de agterften zo zeer 'drpng, dat zy de voorften onder den voet liepen , én vertrapten : dewyl anderen, ifipnmagt gevallen, buiten ftaat waren zich zelven tp redden, of van anderen gered te worden. De Kroonen , een yqor een nedcrgcftoit? bragten het vuur daadlyk' beneden in dé Bak, terwyl de vlam v.an boven het Top.- neel zo ylings na vooren, over de Schouw- plaats heen en ten dak uitfloeg, dat', W minder dan twee minuuten tyds, het gan- fche Gebouw van vooren' tot agteren ia vollen brand ftondt, ; ., •.'.' Ondanks dit gevaar eter pvërw.eldigent|.e
vlamme hadden eenigen, nog weinig tycf.s vóór het uitbarften, hunne poogingen aan- gewend om, ware het mogelyk, den brand je keeren, en met alles na beneden te d.ocn ftooten, het voortflaan te beletten. Onder 'deezen waren de eerfte Stadsbonwmeeftejr RAVws, de Tooneelmeefter bri^jk,- M A N, de Opzigter der Werktuigen j e f- JFE5.s5.en twee vafte Timmerlieden; dan buiten ,de mtt laatstgemelden, che nog evea by tyds een veilig heen komen zogteh en vonden,, hebben de anderen hunnen yver ten," algemeenen befje , met . bun Jleeyep moeten bekoopen.' Van een der twee. pntkomene Timmerlieden wordt verhaald, dat hy het doodsgevaar ontworiteld, de \T 4 trouw- |
||||
&96 VADERLANDS CHE
xci. trouvyhartigheid betoonde om terftond voof.
B o e K. in den Schouwburg te gaan , verfcheide, f-------Menfchen te redden, en zich, eene kaars
ïfT2- ontftooken hebbende, na de Bak te begee-
yen, om daar pok hulp te bewyzen j doch de fterke rook verftikte zyn kaarslicht ? waar 'om hy een.Lantaarn te baat nam, en weder na ,binnen fpoedde '% doch ook dit licht werd door den damp uitgedoofd, zo dat hy, niets kunnende zien, riep of 'er nog iemand was om geholpen te worden? Maar de ftem der overgebleevenen was yeeds door damp, rook en nette gefinoord $ hy hoorde alleen het donderend geluid der Eyenwigten van de Schermen, die afge- brand niét geweld in den vuurgloed plof- ten. Het ganfche Gebouw ylings in volle
vlam gezet, braakte een geweldig vuur, en baarde een ontZachlyke vertooning. Niet alleen verlichtte het de toppen der Gevels en de Toorens der Stad in zulker yqeger dat men op de Uurwyzers gemaklyk kon zien, dat zy het uur van, Negen aanwee- zenj'maar in verfcheide Noord- Hollandfche Dorpen, vreesde men, dat in een naby geT legen Dorp, een vreeslyke Brand woedde, en zondt derwaards hulp ; ja men yerzer- kert dat op Tkxd en de Helder de Brand zeer duidelyk is waargenomen,, Gansch Amßerdam 'was in rep en roer.
Het verlegen qog apwaards geflaagen aan- fchouwde met verbaasdheid de, hoogftygen- J3e -flikkering, men wrong de handen, zugt- te; kermde $ het gerügt breidde'het over7 |
||||
HISTORIE.''' zw
liaan van den brand' uit, en vergrootte het xcr.
getal der verhakten , vertrapten oFyer- boek.' brandden. Onverbëeldlyk was de verle------—
genheid en kommer der geenen, die wis- 177a.
ten, dat hunne Ouders, Kinderen, Egt- genoQten, of andere dierbaave Panden, dien avond ten Schouwburg gegaan, en wegens derzelyer lot onzeker waren,zich het ergfte voorftellende. De nieuwsgierigheid om het te weeten , werd bykans dqör de fchrik voor de ontdekking gefluit. *it;',Qèen geringe vrees, dat de Brand in hunne Huizen zou overflaan, vervulde al-r len de omftfeeks woonende. Veelen bor- gen hunne Goederen; doch waren 'er trouwlooze helpers, die zich met het ger borgene verrykten: ja ging de verzaaking van Menschlykheid by eenigen zo verre, dat zy, onder yoorwendzel van hulpe te willen toebrengen, in het Voorportaal van den Schouwburg ingedrongen, de verlegene Vrouwen , naauw den dood ontkomen, Hals en Oorcieraaden afrukten, en de des klaagenden floutlyk in die verwarring te gemóet voerden; „ Zy behoorden wel te „ vrede te zyn het leeven maar te be- ?, houden, en weinig om Ringen en andere p Kostlykheden te geeven!" Een-en-veertig aangevoerde Brandfpui-
ten,wel geplaatst, en meesterlyk beheerd, 'dienden, de onbluschbaarheid. van den Schouwburg zelve in aanmerking genomen zynde., pm de Huizen, die in oogenbliklyk gevaar ftonden, en telkens werden aange- ftqoken, te blusfchen: waar door van <*» " T 5 wel |
||||
M VADERLAN.riSCHE
$.§1'. wel dertig befchaadigde Wooningen, flegt§
&q$. ic. tweelf nisjes en een Stal geheel af brandden, .lf72. beteugeld was, fchoon de puinhoopen nog ettelyke dagen fmeulden, waar om 'er eeni- ge Brandfpuiten by bleeven. , Schoon het gerügt het getal der Omge- komenen byfter vergrootte en deswegen de fchrikbaarendfte vertellingen , door de •Stad en verder liepen, vondt men by het opruimen, flegts zeftien Lyken, door de jVerfchrpeiende hitte ingekrompen en on- kenbaar, dan alleen uit het een en ander? 't welk men by dezelve vondt. Deeze werden, op de ftaande gebleeven Regenten -kamer gebragt, en aan de Naastbeftaanden, zo veel zy kenbaar waren , ter begraavinge uitgeleverd, t^t ße pntfteltenis, dever^ ilaagenheid > de deelneeming • in den ramp der ongelukkige Gezinnen, onder welken eenigen van 't eerfte Vermogen gevonden vverden, was den volgenden Dag te Am* ■fterdam zo algemeen, dat eene lustloosheid . ajlen fefeee-n bevangen te hebben j de wper ilge Beurs bleef ledig en onbezogt, en men Tchegn zo zeer door dit onheil getroffen dat jnjn yergat Koophandel te dry ven. . orn' feet jammer Jyk overfehot te ^ien van „eiefi.Sehpujyb^irg, die vyf- en- dertig Jaa» yen meer dan eene Eeuw» M Vermaafc,- pjaats der Inwponeren en Vreemdelingen ■, de Oefenfchpol van Vernuft en Kunst,, m 4e verwondering van UitheemfchW ge- weest W.as •: |ie boven al 4e künftig gefchij* |
||||
Hl S T O R Il,;;
|
|||||||||
299
|
|||||||||
derde Schermen,' door de hand der êerfte xci'
Meefteren vervaardigd, preezen, en be- boek. tuigen moeften , dat het Amfierdamsch--------
Tooneel, in dit opzigt, de -vooruaamftej 1779.
Schouwtooneelen van Europa overtrof.- Dit nauwlyks boetbaar gemis lag met alle; de verdere pragt, pronk, en praaicieraa- den, en kostlykheden, geene, geringe waaf-> de bedraagende, in puin en asfche. . De' Dichters betreurden het verlies.eener Plaat- ze, waar het Kunstvermogen ten hoogften top geklommen, zich in■.Treur- en Bly- vSpel, vertoonde. Geenen, dan Tegenftan- ders van den Schouwburg., bleeven hier on- gevoelig; ook lieten eenigen zelfs hun ge- noegen zo in Gefprekkenals in Gefchriften blyken over het verbranden varj die School der Ydelheid , Ligtvaardigheid en Tyd- fpillinge, gelyk zy den Schouwburg bety- telden; terwyl de Voornanders van dat Vermaak, 't welk wel ingerigt zo leerzaam is, by het beklag over 't verlies, de ge- oorlofdheid en 't nut verdeedigden' (*). ■■ Het droevig Noodlot van Brand trof, in HeuMmn
Oogstmaand het Steed)t Heukelu^. Een brandt ontaart Mensch hadt de boosheid om, op v00.r ^eer klaaren dag, 's voorrniddags,het Huis door deelt! al iemand zyner Naastbeftaanden bewoond, in brand te zetten, Geen der Bewoonde- ren
|
|||||||||
(*) Uit verfcheide Papieren, deswegen uitge-
geeven en mede gedeelde Berigteh. Een aantal bekende Kunstplaaten vereeuwigt dit droevig Voorval. ," ~". |
|||||||||
3oo VADERLANDSCHE
sei. ren t'huis en 't zelve gefloaten zynde ónt»
J5 0EK. dekten de Buuren het ongeval zo laat, dat ■<-------de beginzels niet konden gefluit worden, 3/72? en de uitgeborfte vlam welhaast het eene
Huis voor het andere naa aanftak: de wind joeg dezelve in de ligt ontvlambaare rieten daken; zes- en- dertig Huizen van ruim Honderd, 't geheel getal der Huizen in dit Steedje (*), verteerden , nevens eenige Hooibergen, de Kerktooren ftak boven in den appel aan", brandde van binnen geheel uit, de Klokfprong en het Uurwerk werd bedorven. Een volkomen ondergang dreig- de het geheele Steedje, zeer veelen der In- woonderen waren, ter oorzaake der Gorni- chemfcHe Jaarmarkt, van huis, hier door ging het blusfehen traaglyk toe , en was het bergen der Goederen niet noemens- waardig. De nabuurige Steden Leerdam, jffperen en Garmchem bragten alle mogely- ke hulpe aan: de Glasblaazers der eerst-- gemelde Stad, aan hevig vuur gewoon * gingen de woedende vlammen in de rier ten daken te keer, rukten 'er het vuur met de hand uit; aan haare wakkerheid hadt men 't overblyfzel, grootendeels dank te weeten (f). De Inwoonders, die on- langs, door de overftrooming der Lande- ryen, zo veel geleden hadden, vonden zieh op nieuw in de uiterfte armoede gedom- peld „ '(_*") Tcgêr\\v. Staat van Holland VII Deel, bl,
Sao.
(;t) N.Nederl. Jaarh. 1770, bl. 724. |
||||
ÖISTORI E. 301
péld, en waren rechte voorwerpen van 't xct,
liulpryk mededogen, 't geen hun de hand boekJ boodt, toen die ongelukkige Stad by Staa- ■ ten van Halland verlof tot het doen eener 1772. i'nzamelinge, bekomen hadt (*). Ontrustende tydingen uit Suriname, we- Opftand
gens een opftand der Negeren, liepen dee- ops««»«- zen Zomer in, en verwekten grooten kom- jerwaards mer by allen, die belang hadden in deeze gezonden. Volkplanting van den Staat., De Souverain vondt zich opgewekt tot het beraamen van middelen om het dreigend gevaar af te weeren. Twee Fregatten, ieder van vier- entwintig Stukken,, werden, door de Ad- miraliteit van Amfterdam, met goedvinden van den Admiraal Generaal,, terftond in dienst gefield, en derwäärds beftemd, als mede door den Staat eene Bende Krygs- volk geworven, om de Muitelingen te be- teugelen. Schoon men in Wynmaand ver- nam , dat de Regeering van Suriname * door het afzenden .van Krygsvolk, onder- fteund van vrye Negers,, .gelukkig geflaagd was in het bemagtigen van een Burgt, op- geworpen door de Muitelingen, van wel- ken eenigen gedood, en veel meer gevan- gen genomen waren, met weder verove- ring van 't Krygstuig,,en den Voorraad, door hun van de geplunderde Plantadien weggevoerd, en men de veiligheid weder herfteld rekende: dewyl in den Regentyd de Leevensmiddelen, .den ontvlugtte en fteeds
(*) Re/d. van HM. 7 Nov. 1772'.'
|
||||
42 VADERLANDSCHE
|
|||||||||
o
|
|||||||||
fccr. ' fteeds. näagezette' Opr-oerigen, afgefnceden
'B o EK. -warenyvertrokken nogthans ^de gemelde "
-i77i/'gëworvëh; Krygsvolk ; vöör 't welk zyn
Hoogheid, by de" wederkomst in 't Vader-
r ^.fv!° "5Ädc, 't 'Zeffde-Verwierf,''t geen, in vroe-
"'.[;,''.'i.'.,. gere/tyde, «den Demperen 'der Onlusten op
•.'; -:.:<• ■■:■!■<■\ mtbice Wk's-^b'egeflaän (*). Zeeland, door
,.iv.' ;vi;-a h'et-hiét- bewlffiéeïi -van SmdMHk®, kwam
'fpaade, en' ;rnet;VèÈl inoeite, tot toeitem-
Onluften . ^Brieven auf Berbice, Ësfequebo -en Deme*
teEsfeque^yär'y:, ^Qtmeldden 'van afgéloopene Planta-
feo en Dt- &jerr;J döeh relferis' dat rons 'Vork, door de
gedempt, '^üraibijche- Ihdiaänen geholpen , de Mui-
^telingen'-^Bedwongen haêt.-' ; ^ Eén'daar lig-■
;gend; Ööi-tögfcliip van den «Staat', gaf hoo-
' pe dat tf e ^rust; goedig geheel herfteld zou
" Weezen ■(§!)y;.". : ' .' :
Orkaan op" :vOp :Si;;M^ö/m:hadi:;<eeh ;;vreeslyke Or-
St. Eiißa--kaan, "m.Oogstmaand-wöedehdéy■■' eene al-
tius. ^terfehriklykrte ''véïwoës.ciug: 'aangerigt'; 'het,
gröótfté gedeelte-der' Gebouwen-op ft JGe-
. Sërgtètér neder "geworpen-jkqp-de (Planta-
tïién waren: Mt'' Huizen,' ëp' vier 'na, ge-
~fiegt| het' jZüikérriet lag ter'äärde gêflaagen
^nJpedoi7ën'f de''Vesting-, dfe Kerk en de
'JködfilièJSyhagógè-, hadden grobtefchaade,
ltiët Gebouw 'dër -Griffie 'was :ingeftort.
|
|||||||||
i X*3 £ie tót XXftl <D'eél det Taüirl. -Hißaris
'CtD-'-JVo». van Zeel. 14 Feb. 17.24611 31 Maart
18 April 2 en-5,Mey-17.74. . . * ,« , CS) Refii. vän mit. 14'Juny en i8T>ec. 1773s
|
|||||||||
Vèeièn verlodren in dien hóod het leeven, Xci.
èttdeh overblyvendeti ontbraken; dé nóodig- e o e'kÏ ïtébfehoeftens; aUé dé Schepen deelden ryk* ïyk in dit onheil: ï?7~» Troffen deëze onheilen,, van verfchéide- Zwaare
néfïei aart, inde 'ffiëst-ïhdifthe Volkplan-■ Bankbreui tingen, byWédefflag vooriiaaihlyk dê.zo-ken' daiïigen irt jÜtén Länder die 'er Bezittingen hadden, óf Handel dreeven, :eer dit Jaar ten einde hepy werd óns geheel handel- dryvend Geiiieënebëst gèfchokt, door een ftööt, niet ongelyk aart dien 't zelve', in den Jaare mdcclxïil, deedt jehüd* deh ( * )'." Even als 'toen, verklaarde' zien. èèh voornaam Huis van Koophandel té 'Afnftèrdam, meer dan eene Eeuw, met een. bykatis onbepaald vertrouwen, z*ó binnen als buiten 's Lands', Vereerd,eh laiigentyd Vóór een der geagtfte èn grootfte 'in Earh-pa aangezien, op een maal buiten ftaat' om té betauten.' De Beurs beefde op: dit 'óntzëf* tend nieuws, de Handelkunde bevroeddei dat'die flag zich wVd en zyd zou doëh, ge- voelen, en, Fchoon in de eérltii plaats het Vaderland treffen, 2i<±. tot,het zelve niet bepitalen; maar' üitftrèkken tot hieest alle liändeldryvende Volken in Europa,,'en in andere Werelddeëleti. Veelèh waren, over ïziclï zelvert, nog. nlëer wegens anderen, in een e vertwyfèlelide ongerustheid. herinnerde zich hét', voor den 'Handel , :;; ' * ; '.; ,fchrik-
::vvJ: -v -f! t wdyfcfi UèïfüD.iolzw fraft
-: Cf 3 Zie het X£iy. Beel der Fifderl. Wjlorjt U, 331, " .
|
||||
304 VADERLAND SCHË
XCL fchrikbaarend Jaar mdcclxiii; en durf»
Boek. de zich naauwlyks een zo fpoedig herltel •
1772' oorzaakeh fchreef men den val van dit
Huis toe, naamlyk de onbepaalde Wisfel- handel, die, in't gemelde Jaar, foortgely- .'■■- ken kommer verwekte,; ■L-— de Verbinte- nisfen in Geldopneemingen, thans in Hol- land zo veelvuldig j —— eri boven al de Actie-handel.----— Omtrent deeze laatfte
wordt niet ten onregte aangemerkt, hoe
liet te verwonderen is,dat Gebeurtenisfen, in het ver afgelegene Indie, de voor- en tegénfpoeden van een ander Volk in het Oofien, Van zulk een invloed op de Koop- beurs konden zyn, dat derzelver welvaard daar door aan 't wankelen gebragt wordt* Öndertusfchen hadden de voordeden der Èngelfchen in dien Oord der Wereld, zints eénigen tyd, veelen dermaate getroffen, en door het lokaas van winst weggeileept, dat zy meenden daar in deel te moeten rieemen. Dit wekte anderen op* om van deeze win- zugt zich te bedienen, en een nieuw foort van Handel te onderftaan, waar door men .zieh Verbeeldde, binnen kort, fchatten te zullen Verzamelen. Hier aan is de Actie- handel de geboorte verfchuldigd; en, fchooii dezelve op verfcheidene wyzéii gedreeverï wordt, gaat het vast, dat het minfte ge- deelte^ weezenlyk , en het groQtfte ydele Windhandel is, en hoofdzaaklyk beftaat iri eene Wedding, wegens den Prys der Ac- tiën, tusfchen de Handelaars, in twee deelen verdeeld, waar van de eene op hetdaalen, eu
|
||||
HISTORIE; 305
feil de ander op het klimmen van den Prys xciï
der Actiën, door allerlei middelen werken- bóëK; de, een ieder doet hóopen en poogen om -----—
op de puinhoopen yan eens anders onder- 1772.
gang zyn gelukte bouwen; . ' De val van dit Huis,, vari cliffort Ongele^
en ^ooifENj eii van veele andere, daar |enh*1etli in mcdegefleept, door zommigen meer aan veroor,° het heersehzugtig en kwaalyk geregeld ge- zaakt». drag der Éeftuurderen van de Engelfche Bank, onderfteund door het Minifierie en het Parlement, dan aan den eigenlyken Ac- tiehandel tqegefchreeven, hoewel het on-« voorzigtig, dryyen van dehzelven niet ont* kend wordt (*), deedt het vertrouwen ophouden , de . Discontanten der Wisfel- brieyen hunne beurzen fluiten. Zy wei- gerden op nieuws aaii Papier geloof te geeven, en vorderden de uitftaande Gelden in : dewyl 'er nu veel meer Papiers dan, gereed Gelds in den Handel rond liep , werd deszelfs loop niet alleen gefluit; maar 't gebrek aan gereede Penningen nam hand over hand toe : dewyl een ieder.de fchuldén, welke hy tegoed hadt,opeischte< Dit dompelde Handelhuizen, andeys^ryk eii Wel gevestigd j in de uiteïfte verlegenheid^ De verwarring vermeerderde niet het ont- dekken van meer en meer Bankbreuken,; De betrekking , die veele Jóoden tot het eerst*
, C*) aanmerkingen bver de laatße Bankroeten ,pt
Engeland en Holland, en het gedrag van hel Mn- gclsck Miniflerie, 1774. XXIV. DEEL. V
|
||||
3ö6 VAD E RLANDSCHE
jffci. eetstväiterid Huis hadden, als mede de
B ö ë K. fterké Wisfel- en Actiehandel, die dit Volk -----__ dry'ft, deedtjiet diep deelen in dit onge-
ïfyi.. luk. Het eërlyk gedrag van veeten hun-
ner , te midden van dien ramp, heeft hun .; tot roem geïlrekt. De gevolgen van deeze
• Bankbreuken vérfchlden niet -die van het noodlottig Jaaï MBcetxm., daar in,. dat toen zo veele min aanzienlyke Burgers in 'de ongelukken niet medegetleept wier- den, en door 't verlies van met moeite gewönne, längbeipaarde, en met veel gerust- heid vertrouwde, Gelden, in geen nypen- den nood kwamen. Ook werden, in dié dagen> de Buiténlandfche Geldopneemin- gen, onder Vbéftuur van voornaame Hui- den, niet zo zeer gekrenkt als tegenwoor- dig- Änderzins deedèii zieh foortgelyke ver-
•fchynzels op. Niet vreemd was het dat dè Rentenier, onkundig hoe dit alles zich èöu ontwarren, zich traag en ongenegen betoonde om Geld te fchieten. Dit kon dèr bedagtzaamheid niet euvel. geduid Worden : dan kwalyk nam men het en fprak met fchande van veeten, die, ruim- te van ledigliggend Geld hebbende , zich zo weinig 't algemeen welzyn bekreun- den ij dat zy weigerden voldoende Pan- den, op welken geen hag liep, te be- ieenen, en door woekerzugt gedreeven, de Geldkisten geflooten hielden, om dus <de vertegenen té dwingen, tot een verkoop "verre beneden de waarde. |
|||||
In
|
|||||
HISTO'R I E. ,
In deeze ftremmin'g van den omloop des xcï.
Gelds ontbrak het niet aan Plans, tot wee- boek. ring van dit kwaad, en het herftel van den--------
kwynenden Handel, door zommigen voor 1^73.
bekwaame Redmiddelen gekeurd | doch Redmid- door anderen als onvoldoende en fchadelyk delen gewraakt. —-----De vreesx dat de. Handek n°^|^"
ongelegenheden in ?s Wereldskoopftad, en °toeg'e.,
een heilloozen invloed zouden hebben op bvbgu; - buitenlandfche Handelhuizen j bleek bin* tien kort maar al te gegrond te zyn. Meii vernam uit Engeland, dat verfcheide ään> zienlyke Eantooren met betaalgn moeftèti ophouden 5 maar teffens dat men j in dit Ryk yverig uit was op maatregelen om redding te verleenen* De Bank van Èni geland verklaarde, dat dezelvej hoe ze&g tegen de vafte bepaalde infigtirtgen rteydig, ook op den dag aan den Godsdienst gehek iigd , zou openflaan, oni aan een ieder», die het begeerde ,, alle vreemde Geldfpf? cien ter verzendinge uit te leveren- Hiöï door kwam eene menigte van Gemuntgeld üit Londen herwaards over. Te Barpm eldeifs zonden de aanziehlyklle Kooplieden aan de Hollandfchß Huizen, tot welke zy betrekking hadden, gereed Geld om de- zelve in dit hachlyk tydsgewricht ftaanda te houden* Een daadlyk werkend".red? rniddel voor veelen. De: nieuwspapiereH fchreeven uit geen Koopftad van Europa of ze gewaagden van de bekommering der Kooplieden, en teffens van de opïetten- heid en zorge der Regeerderen om den , Koophandel en 't vertrouwen te han41ja-» V 2, veris |
||||
3o8. Vaderlands che
xci.. ven. Veelen j buiten de daadlyk ongèlukki-
BOEK. gen, bedienden zich van dit Tydsgewricht -----— om de fchelmagtigfte Bankbreuken te maa-
1773. ken. Het Hof van Holland ontwierp een
ftreng Plakaat daar tegen , 't welk hun Ed. Groot Mögenden in overweeging na~ . men (.*)* gelee- Geen wonder dat dit ftuk het bepaald en ningsbank beftendig onderwerp wierd der gewigtige
cfam vaa raa<iplegmg van dmfiels Raad, op middelen wegen de bedagt om het algemeen aangroeijend wan- Stad, ge- trouwen te weeren, de vrees der Rente- opend. nieren weg te neemen, en hun te noopen j om, door het opfchieten van gereede Pen- ningen , den noodigen omloop des Gelds te herftellen, en den .Koophandel voor een geheel verval te behoeden. Geen gebrek aan Goederen van weezenlyke waarde, maar mangel aan gereed Geld^ deedt den Handel ftil itaan. Hier om werd de Re- geering van Amfierdam te raade , uit 's Stads Schatkist, twee Millioenen te nee- men, om 'er goede Panden voor te belee- nen ; en werd die Beleeningsbank, den vyftienden van Louwmaand des Jaars MDccLxxiu, ter Regenten - kamer van het Burgerweeshuis geopend, onder het beftuur van acht Heeren , twee uit den Raad, en zes uit het Lichaam, der Koop- lieden. De eerfle waren volkert van je ver en v. hartsink, de laatfte AI>RIAAN FLORIS RAAP, ABRA-
HAM |
|||||
C*) Rffol. van K»U. 14 July 1773.
|
|||||
HISTORIE. 309
HAM DEDEL, JAN CAREL VAN XCI.
MOTTEN, JAN NICOLAAS VAN BOEK. EYS, FRANC01S LILAAR eH COR------------
NELIS JACOB GILLES. I?73'
Hoewe.1 Twee Millioenen op zichzel- De Koop-
ven befchouwd, geenzins genoegzaam wa- handel ren om het verftramde rad van den omloop ^^^n des Gelds weder in beweeging te brengen, geholpen, pp eene Beurs, die zo veele Millioenen fchats omzet j hoewel de volkomene zeker- heid ? welke de Stad voor de uitgefchoote* ne Penningen behoorde te hebben, de Be- leening bezwaarlyk maakte; hoewel het discqnteeren der Wisfelbrieven, waar aan het 'er zeer haaperde, hier door niet kon herfteld worden, hadt dit middel eene ge- wenschte uitwerking. Niet alleen konden veele Kooplieden, anders verlegen zitten- de, op hunne Goederen, de benoodigde Gelden by die Beleeningsbank bekomen^ maar veele fchatryken, vonden zich uitge- lokt om dat voorbeeld te volgen, als mede om de voor eene wyl geflootene Kiften te openen, en de ingehoudene Penningen, op eene redelyke Rente, uit te zetten. Dit bragt veele Millioenen by die twee te Am- fier dam in beweeging, en dit Geld,met het van buiten ingevoerde, door de aderen des Koophandels flroomende, gaf denzelven een nieuw leeven, -----« Gelukkig hadt de
fchrik en verflaagenheid de tydingen, we-
gens de waggelende Huizen buiten's Lands, hoe veelen 'er ook, boven al in Engeland, vjejen, zeer vergroot, en dedaadlyke na- V 3 deey |
||||
,-------------
|
|||||||
gi© VADERLAND SC HE
xci, deelen haalden niet by de gevreesde. Näa
so ek. het wyken der eerfte verwarringe, toen men »*----- bykans allen uitftel van betaalitig weigerde,
Iff3' vergunde men dit weder, en gaf zulks ge-
legenheid aan veele Kooplieden, die eer overrompeld dan daadlyk in 't geval waren van niet te kunnen betaalen, om hunne zaa- ken weder te regelen$ en op den ouden voet te dryvén. Burgemeefters van Amflerdüm handhaafden, te deezer gelegenheid, het Wisfelrëgt, op eene manlyke wyze> ten fteun des Handels (*). Zyne ; Frksland, Groningen en Ommelanden Hoogheid^ m j^ Lant}fchap BreiiH hadden In
jyaorc!„ Hoöimaand het genoegen om den Erf»
Holland, ftadhouder op eigen bodem te begroe- ten. Haare Koninglyké Hoogheid in den "Zomer eene réis na Berlyn doende, ving de Prins, in Hooknaatid, den tocht na opgemeldè Geweften aan, den weg nee- mendé over Noord-Holland. Het beroem* dé Harkkamp, de Lustplaats van den Äm- fterdaiiifchenBurgemeefter p. clifPoéï ontving hém op 't Ontbyt, Beekënfteiü, hét Buiten, van den Raad en Advocaat Fiscaal B ok e e L, boodt hem het Middagmaal aan, Jachten beftemd om den Vorst het T over te voeren ^ namen hem te Späürendam in, en zeilden na het Tolhuis, onder 't los-* branden dés Gefchuts van drie Bätteryert der Stad jfmfterdami dóór 't Jacht van den Prins
|
|||||||
(*) Nt NêAerl, $/iart, 1773, bl. 79. 308. 24^,
Voor 't Ja?r 1774. bl. 8$, |
|||||||
HISTORIE. 3u
Prins beantwoord. By het Tolhuis aan, jjgi.
land geflapt kon de Schout, en de Secreta- b p e k, risfen eeniger WaPerlandfche Dorpen, het ■
bezwaarlyk eens worden, wie de eer zou 1773,
hebben zyne Hoogheid met eene Aan- fpraak te verwelkomen, 't £indelyk Broek werd in 't voorbygaan bezogt; Monniken- dam ontving hem ftaatjyk ; gelyk ook Edam en Purmerende. Hadden de Boeren in de Purmer het hunne gedaan, om met vreugdebetoon den Vorst te ontmoeten, niet minder bevlytigden zich hier in die van Noord- Hottandscji Tempe, de Beem* fier, waar naar zyne Hoogheid aftradt om door den Ëerw. Kerkleeraar wolf f be- groet te worden. Uit handen van diens Huisvrouwe, de bekende Beemfier Dichte- res/e, Elisabeth bekker., aanvaardt de hy een Dichtfluk te dier gelegenheid vervaardigd. Hoorn, Medemblik en Enk' Tiuizen, weeleen niet voor de andere Steden van het Noorder-Kwartier, thans opgetoo- . • -; gen van vreugde, waar de Stadhouder, ge- lyk elders, het voornaamfle bezigtigde. Van de laatstgemelde Stad ftak zyne Steekt na
Hoogheid na Friesland over. De Eerbe- Friesl"nd tooningen Hem in dit Gewest aangedaan, over' moeten wy wat breeder vermelden: op dat; ons Gefchiedblad, deeze zo wel bewaare> v als die in andere Gewesten, by zyne aan- komst in dezelve plaats greepen ( * ). D§ Staaten, van 's Prinfen oogmerk verwit» ïigd,
(*} Zie hier fepven bl. 25 enz, „
|
|||||
V4
|
|||||
Sï2 VADE RL ANDSCHE
Kei. tigd, hadden, by eene openbaare Afkon-
ïj p E K. diging , de Ingëzeetenen tot openbaare -------. Vreugde - betooningen over die langge-
1773. wenschte tegenwoordigheid opgewekt, en
bepaald dat de Illuminatien aHëen in Fries-
lands Hoofdftad zouden gefchieden.
Aan cie De Lemmer ontving de Stadhouder m
X,emnizr haare Haven. De Grietman van Lemfier-
^SfPf^ land REGNERUS LI VI US A NDR IN-
GA DE kempenaar, met het Geregï, als mede de Kerkleeraar g. van b l e 1 s- wyk, met den Kerkenraad, hadden ge- hoor by zyne Hoogheid, hem met de be- houdene aankomst in Friesland gelukwen- fchende, Eereboogen, Vlaggen en Wim- pels van Huizen en Schepen, duidden de Vreugd der Invvoonderen van de Lemmer aan, vanwaar de Vorst zyne reis na zyn Lusthuïs het Oranje -woud voortzette. 'inliaafin« Groot was de toeftel te Leeuwaarden, te teen- thans het middelpunt der Eer- en Vreugd- wqirAm. bewyzen. De Burgery vericheen, op &t\\ vier- en-: twintiglïen van Hooimaand , met Oranjeftrikken'op de hoeden, ten be- ftemden dage der aarikomfte, in de wape- , nen'. Voor eenige Vaandels gingen Kinde- ren , die eene byzondere vertooning maak- ten , door de veirfcheidenheid hunner Klee- dingen, zynde deeze als een oude Friesch9 geeiie als een Huzaar, auderen op zyn Romeinsch) Spaansch en Turksch, gekleed. Grootfcher vertoon leverden een elftal Perfoons verbeeldingen op, die in 't Ra- -meinsch gewaad , de Zeven Vrye Kunsten verbeeldden ,■ door'de 'Eer geleid, door |
||||
. ? HISTORIE. 313
pfaarßigheid en Ver fl and vergezeld , en xci.
dppr de Qnflerflykheid gevolgd. Welke b o £ k. zinnebeeldige Stoet de Burgery voorging, ■——~ als dezelve zich na de Poort vervoegde, 1773? om den Prins op te wagten: by welke op.-; wagting de Burgers uit de Voorflad, het V/ut, zich mede lieten vinden. — De Af- gevaardigden van de Staatsieden der onder- iiheidene Vergaderingen, en de Regeering ' der Stad, ieder op hunne gevvoone plaatzen vergaderd , begaven zich, op de tyding der aannadering van zyne Hoogheid, ift hunne Koetzqn , en werden voorgegaan (Joor eene Bende Ruitery. Dß Vorst tot 's Stads grondgebied genaderd zynde, tra- den de Afgevaardigden uit de Koetzen, vervyehvomden Hoogstdenzelven, en reeden 9 met een gansch grootfehen trein, ter Stad in, onder het luiden der Klokken, het, lpsbranden des Gefchuts; van een pragtige Eerepoort liet zich een verrukkend Mu- zyk hooren. Aan 't voorplein van 't Prin- fenhof, waar mede eene ftaatlyke Eere-* poort was opgeregt, ontvingen de Afge? vaardigden zyrie Hoogheid, die daar bin-? nen tradt, waar op zy affcheid namen e» .. -:, te voet na hunne Vergaderkamer gingen. ".?.'; Voorby het Prinfenhof zag de Vorst de zinnebeeldige Staatfie, de Burgery, en 't Krygsvolk, heenen trekken, en ontving de begroetingen. , • De Hqoge Staatsvergaderingen en ande- -Begroe-
te,-van de aankomst zyner Hoogheid ver- tingen, wittigd, yerzogten, en verwierven** naar jpg, Gehoor, om hem te verwelkomen. , - ' • V 5 Zy |
|||||
v-*\
|
|||||
314 VADERLANDSCHE
|
|||||
xcr. Zytoogen, ftaatlykbegeleid, omringd van
boek. alles wat luifter kon byzetten aan die be- lT73' Op 't Landfchaps - Huis hadt de Hooge Vreugde- Regeering een kostbaaren Maaltyd doen bedryven. vervaardigen , werwaards zyne Hoogheid zich te voet begaf; onder denzelven ftreel- de een aangenaam Muzyk, gemaakt in een Tent tot dat einde in 's Lands - Tuin ver- vaardigd , het oor. 's Avonds ten tien uu- ren ving de verlichting der Stad aan, en waren de Huizen als in een oogenblik ver- licht. Onder alle ftaaken uit het Stads- huis, de Oldenhoof, de Niéuwe Tooren, de Hoofdwagt, en de twee Eerepoorten, Met een klein gevolg van Heeren en Ho- velingen bezigtigde de Erfftadhouder deeze Verlichtingen, de ganfche Stad doorwan- delende , onder den toevloed van een zo groot aantal Buitenliedenj, dat Leeuwaarden nooit zulk ëene meenigte binnen de muu- ren bevatte, Zitting- Naa dat zyne Hoogheid den Godsdienst neemin- 0^ Zondag daar aan volgende hadt byge- Hooge L woond, nam hy 's anderen daags Zitting, Vergade- In de-Vergadering der Staaten van Fr'ies- ringen. land., Voorts by de Gedeputeerde Staaten , en in het Hof van Friesland. Alles met de Pïegtigheden by zulke gelegenheden ge- bruiklyk. Bezoekt Franeker en Harlingen verbeidden de Franeker. j-^ des Erffladhouders. Het Dorp Belkum muntte onder het doortrekken na de Academie-flad in Eerbétöoningen uit. Franeker begroette den aankomenden Vorst met
|
|||||
HISTORIE. ps
met het Gcfchut van de Wällen. Eene xct.
bezending van wegen de Regeering reedt ß o e K. hem te gemoete, geleide hem binnen töt in —— de Raadkamer, Waar de Heer o uwens, 1773. zyne verwelkoming herhaalde. Hier leen- de de Prins , naa dat de Regeering de Raadkamer verlaaten hadt, gehoor aan het Gerecht van Franekeradeel, aart den Bfee- den Raad der Hóogefchoole en den Ker-1 kenraad, «—*« De Rector ; Magnificus, de Curatoren, de Hoogleeraars en Secre- tarisfen der Hóogefchoole haalden zylie Hoogheid af, en geleidden hem door dê gefchaarde Burgers na de Academie. —— Ter oorzaakè van de Groote Väcantie zou, zonder de genomene voorzorge der Beftuurderen van Frièslands Hoogeichool, Franeker, op dien tyd meest van Acade- mie-Burgers ontbloot geweest zyn, dan hadden dêezen de Letteroefenende Jeugd verzogt by de plegtige Inhaaling van den Curator Mägnificentisßmus tegenwoordig te Weezen. Zy Was vérfcheenen, en de Stu- dent van beVma begroette hem uit al- ler naam. De Hoogleeraar j. schra- per, huldigde met eerte plegtige Reden-1 voering in de Academie-Kerk, den Vorst in tot Curator Magnificentisfimiis, die al- les Wat tot de Academie behoord bezige tigd hebbende, de Réis na Harlingen voortzette. -----»*• Op den weg na die Ha-
venftad, moest zyne Hoogheid Groot-Lan-
k'um Voorby ryden; hier hadt de Griet- man en Raad Fiscaal vanwydenburg een pragtige Eereboog met Wapens, Zin- ne- |
||||
3ï6 VADERLAND SC HE
xci. neheelden en Opfchriften yercierd, vervaar-
boek. digd, en praalde dit Buiten 's avonds met -—:— eene Illuminatie, die den volgenden avond, 1772,. hoe veel aanfchpuwers zy de eerrte keer ook gelokt hadt, op verzoek yan vielen», herhaald werd. Als mede Te HarUngcn was de B.ufgery, niet mirt fiarUngen, dan te Leeuwaarden, toegerust tot die op. wagting, Twee Compagnien Burgers-te paard waren 'er opgerigt, die .de. Bürge- rneeHers, afgezonden om zyne Hoogheid, aan de Poort op te wagten, onder het gefchal van twee voor uit rydende Trom-, petters, begeleidden. Het grof Gefchut van de Wallen maakte de aannadering be- kend, 4e Byrgemeefters van plet- TENBERG en VAN DER MEVLEN
fpoeden zich hem. te gemoetQ, en reeden,
naa eenes korte Aanfpraak, weder ter Koetze ingeftapt, hem vooi en ter Stad in, van welker Wallen, zich een aange- naam Muzyk lieï hooren. Op 't Stads- huis hadden, behalven de Regeering, de Bevelhebbers der Burgerye , de Kerken- ra,aden der Hervormden, Luterfehen en Doopsgezinden gehoor. Van daar begaf zich zyne Hoogheid na de Admiraliteit, waar hy Zitting genomen hebbende, de- zelve, met alles wat 'er toebehoorde, en ook het voornaanifte der Stad bezigtig- de, waar in het aan geen Eerepoorten ont- brak. Het AdmiralUeits-Huis Leeuwenèurg onthaalde hem op 't Middagmaal, voor 't welk de Burger - Ruitery op 't Plein de wagt hieldt. 's Avonds verliet de Prins "met.
|
||||
HISTORIE.' 317
met een Jacht het verheugd Harlingen, xCï'
waar de vlaggende Admiraliteits Jachten, en boeè' de Uitleggers op Stroom, het fchieten van '— 's. Stads Wallen beantwoordden. — Kort i773« Meldt zich zyne Hoogheid, met het Jacht weder in Frieslands Hoofdflad gekomen, al- daar Op, en vertrok, onder herhaald Eerbe- toon , affcheid van de Hooge Vergaderin- gen genomen hebbende, na Groningen. Niets, 't geen eenigermaate kon flrek- Zyne
ken, om de Vreugd - en Eerbewyzen der Hoogheid Ingezetenen van dat Gewest aan den dag^«L'n* te leggen, was verwaarloosd. De Acade- geni ■ mifcheRaad hadt, by tyds, zorge gedraa- gen om de Academie Burgers, wegens den Jaarlykfchen grooten Viertyd afweezig, by brieven te verzoeken ten fpoedigften derwaards te komen: om het hunne toe te brengen aan het inhaalen van den Rector Magnificentisfimus en Curator Primarius der Hooge School van Stad en Lande. De Burgemeefters en Raad van Groningen had- den , by openbaare afkondiging, doen weeten, dat ten tyde wanneer zy zich eerstdaags vereerd zouden vinden , met de tegenwoordigheid des Erfftadhou- ders, de Verjaardag van haare Koning- lyke Hoogheid, 's Vorften Gemalinne, in- viel , waarom zy het gevoegelykst oordeel- den dien Dag te beftemmen tot het be- toon der byzondere Vreugdetekenen en'het , verlichten der Voorgevels van der Bur- geren en Ingezetenen Huizen. De
|
|||||
;
|
|||||
3i8 VAD ERLAND SC HE
xcr. DeBurgery, en het daar gelegerd Krygs-
Boek. volk, was, op den derden, van Oogst- ------— maand, den dag der Inkonifle, vroeg in de
i?2a- wapenen, en elk op zyn hoefflag. Gedepu-
Inhaaling teerde Staaten verwelkomden , in vier aldaar. Koetzen uitgereeden, den naderendenVorst, die onder hun geleide, eh omftuwd met een grootièhen trein, In een pragtige Staat- fie Koets gezeten, binnen reedt, en zyn béwelkomden Intrek «am in 't Stadhou-; derlyk Hof. Groningen daverde door het losbranden van één- en- vyftig ftukken Gefchuts op de Wallen, en werd dit ver- Vangen, door het fpeelett en 't lulden der" Klokken, afgewisfeld door het Stads - Mu- zyk. De Gedeputeerde Staaten, de Bur- gemeeflers en Raad der Stad Groningen, de Gecommitteerde Raaden der Ommelanden, de Leden van het Hof Provinciaal, van de Pro vinciaale Rekenkamer, vanhetjagtgeregt, de Curatoren en Hoogleeraars der Hooge- fchoole, de Taalmannen en Gezwoore Ge- meente, de Deputaten en Gecommitteer- den der zeven Clasfen., de Overfte en an- dere Officieren der Burgerye, de hooge en laage Officieren van het Land- en Zee- Krygsvolk,de Kerkenraaden der Hervorm- de Nederduitfche en Franfche, als mede def Luterfihe en Doopsgezinde Geineentens, la- gen hunne Gelukwenfchingen af. zittingfiri 's ^aags naa zVne aankomst nafii Zyne de Verga- Hoogheid , door Afgezondenen der Hee- deringvan ren Staaten van het Hof afgehaald ^ Zitting dat Ge- m ^e Vergadering der Staaten van Stad en west- ~ Uft- |
|||||
i
|
|||||
H I ST O R I E.
|
|||||||
3*9
|
|||||||
Landt en bezag vervolgens het geen de xci.
Stad merkwaardigs opleverde. De Krygs- boek. oefeningen der Bezettinge, enhetpleitgeding —-----...
inde Hooge Gerigts Kamer, verfchafte hem 1773.
den volgenden dag bezigheid. Terwyl de woelige drukte de ganfche Stad vervulde, . daar elk zich om 't zeerst toerufte in 't ver- vaardigen van toebereidzelen tot. het vie- ren van den Verjaardag van 's Printen Ge- raalinne , die den zevenden ftondt aan te breeken. De Magiftraat den buitentnari,. op de gemaklykfle wyze willende doen dee- len èn de Vreugd der Stad, en het befchou- wen der Illuminatien, liet aankondigen, dat, op dien nagt, een ieder, voor't gewoo- ne fluitgeld, tot één uuren de Stad in en uit zou kunnen komen. 't Gefchut kondigde deezen Verjaardag Verrigtin-
aan. Zyne Hoogheid verleende openbaar ^eon '" _de Gehoor om de Gehikwenfchingen te ont- school. vangen. Byzonder ftaatlyk en eene voor- bereiding tot een andere Plegtigheid was de begroeting der Curatoren en Hooglee- raaren, die benevens de Studenten, van de Academie na het Stadhouderlyk Hof trokken, waar de breede Raad der Hooge- School in een Zydvertrek en de Studenten in de Eetzaal geplaatst werden. De eerst- gemelde ter gehooi binnen gelaaten, deedt de Rector Magnificus, G. kuipers, de Gelukwenfchings Aanfpraak., waar op zy- ne Hoogheid vaor 't Vertrek verfcheen, in ^," ■ 't welk zich de Academie Jeugd bevandt, die by monde' van Jr. alb.erda van BLOEM-ERSijvra, de Zegenwenfchen uit- te. |
|||||||
gib VABÉRLANDSCHË
xdi. te. Een hoogstftaatlyk Geleide bragt, on-'
ü o EK. der een ongelooflykeh toevloed van aan- -1—— fehouwcren , den Prins in 't Gebouw der I773' Hoogefchoolé, waar hy , in de Raadka- mer als Voorzitter zich zette in een prag- tigen Stoel. De Hoögleeraar 's g r a u- Wen, als Secretaris;, de Vergadering,met het gewoon gebed , geopend hebbende, verwelkomde de Rector Magnificus den Vorst; Van de Raadkamer begaf hy zich, wederom deftig begeleid na de Academie- Kerk, onder een uitvoerig Muzyk nam hy plaats in zyn Geftoelte, en hoorde de pleg- tige Gelukwenfchings Redenvoering van den Rector Magnificus kuipers. De Heer martinus van marum ver- deedigde, in tegenwoordigheid dier luis- terryke Vergadering een Wysgeerig Ver- fchilfchrift i, in dë Raadkarher wederge- keerd, deedt de Rector Magnificentisfimus de gewoone ömvraage, liet daar op den Heer van marüm binnen komen, hem betuigende dat de Breede Academie Raad hem toeliet de waardigheid, van Leeraar in de Wysbegeefte en Meefter in de Vrye Knnften te aanvaarden, met welke de Hoög- leeraar brügäians hem voorts vereer- de , en de Vergadering beflooten werd. Vreugde- Een tweede losbranden van 't Gefehut „ bedryven 0p den Middag, diende om de voortzet- Verjaar- tm% van ^et Vfeugdebetoon aan te. dui- dag der den. De Studenten trokken, met Vaan- Prinfesfe. del en uitgetoogen Zydgeweer, het Stad- houderlyk Hof voorby, en begroetten zy- ne Hoogheid in de Voorpoort ftaande; zo dee«
|
||||
HISTORIE. 3af
|
|||||
deedén de achttien Burgervaandels in den XCi»
avond wanneer de Vorst op de Markt in 't boe4« Heeren Wiynhuis, dit aanfchouwde, en dee-------=»
zen herhaalde keeren afvuurden. : 't Ge- 1773»
fchut liet zich ten acht uUren weder hoo- ien. Twee uuren laater vingen de Illumi* natiën aan> waar onder de St. Mariens Too- ren, met meer dan vyf honderd Lantaarneh verlicht, uitftak. Het Wynhuk was met veele cieraaden en toepasfelyke Zinnebeel- den voorzien; zo ook het Gebouw van 't Gerechts-Hof; de Academie $ en het Toorntje van het Provincie- en het Ommelmder- Huis waren pragtig verlicht. Naa een kost* baar Avondmaal reedt zyne Hoogheid • irt een Koets het verlicht en juichend Gronin- gen door, 't welk ten deezen ftönde meer Menfchen bevatte, dan de oudfte Lieden ooit heugden er binnen gezien te heb- ben.------ Der Jooden Rabbi en Parnasfyns gedagten, naa zyne Hoogheid gelukge-
wenscht te hebben, wegens de Verjaaring zyner Gemalinne, in hunne pragtig opge- pronkte Synagoge, deeze Gebeurtenis op hunnen Sabbath invallende , en verlichtten hun Kerk dien avond cierlyk. ------. Des
Zondags hoorde zyne Hoogheid in de
Groote- en in 6e Academie Kerk twee Leerredenen op de tydsomftandigheden gepast. Verfcheide volkryké pläatzen in de Om- in't Land«
meiernden hadden het genoegen om zyne *£llaP ... Hoogheid te ontvangen, en Myk van Eer- groeVeti" betoon te ge even, toen hy , den laatften onthaald, dag zyns verblyfs in Groningen beftcedde XXIV. deel. X • öm |
|||||
3*2 VADERLANDSCHE
|
|||||
xci. om- de Bourtagne, Dclfzyl en andere Schans*-
Boek. fen , te bezigtigên.-*- Affcheid van die Stad j—— genomen eii dezelve, onder 't losfen van 't 1773 • Gefchutjdoor de gefchaarde Burgery trekken- de, verlaaten hebbende, bereikte hy, op den elfden van Oogstmaand, de grenzen van het Landfchap jDw^e niet of eene Bezending uit de Ridderfchap en Eigenerfden, Staa- ten deezes Landfchaps, wagtte hem op, en verwelkomden hem by monde van den Graaf van heïbes-, Drosfaart van- Drente > en boodën onder eenige'Tenten,■= bewaakt door eene bende Ruitery, van we- gen het Landfchap, een Ontbyt aan. 't Mögt gemeiden Landdrost gebeuren het hooge Gezelfchap op zyn Landgoed te toeven en te onthaalen, zo dat het den avond te As- fen medebragt.j. welke Hoofdplaats in 't midden des Landfchaps gelegen, ten zetel der Regeeringe ftrekt ? en zich toegerust ïiadt tot het ontvangen van dit ongewoort bezoek, 't Onthaal was pragtïg, het vreugd- betoon in den fmaak van Landlieden. Naa gehoorverleening op den volgenden Dag aan de tegenwoordig zynde Amptenaaren, Leden van Staat, of Krygsdienst, en de Afgevaardigden van de Drentfche Synode^ geleidden benoemde Afgezondenen den Vorst na de Hooge Vergaderinge des' Landfchaps , om daar zyne plaats te be- kleedden. igeehwe«- Onder veel vreugdbetoons verliet hy As- dfer na 't ßn ? en wer(^ te ]{ocverjen plegtig inge- ' haald. Hier een nagt verbleeven, de Wal- len, 's Lands Tuighuis, Kruid Magazyn,
ea
|
|||||
HISTORIE,
|
||||||||
323
|
||||||||
en de Krygsoefening der Bezettinge bezig- xci.
tigd hebbende , zette hy zyne reis door boek. Zwolle na 't Loo voort. Geen Gewest nu —— of het hadt de tegenwoordigheid des Erf- 1773. ftadhouders genooten. En dongen dezel- ve, by die gelegenheden, 0111 elkander te evenaaren, ofte overtreffen, in alles wat kon dienen om de zugt voor Hehl en zyn Huis , op het fpreekendst , aan den dag: te leggen (*)'.,„, Vierde, in den voorleden Jaafe ,'Brie-:
Ie, Vin fingen, Middelburg, Veere en ßnk- huizen'4 het tweede Eeuwfeest der Vry-> heid (f), óp den aèhtften van Wynmaand» deezes Jaars, mögt Alkmaar, 't welk vóórl twee Eeuwen, naa een benauwd Beleg ze- ven weeken lang Van de Spanjaarden te hebben dóorgeftaan, dit Krygsgeweld zag" wyken , dien roemryken Dag dankend en juichend vereeren ; zich het ro'emrugtig getuigenis, 't welk zy in 's Lands Gedenk- boeken verworven heeft;, „ dat Alkmaar, ,, eene Stad in Noord- Holland, de eerfte I, geweest is,, die, door een onverwinne- „ lyke tegenweer, 't geweld en den aanval j, der Spanjaarden gebrooken heeft," her- innerende. Dewyl de groote en drukke Week-Markt juist op dien Dag inviel, vef- fchikte de Regeering dênzelven op dèn voor- gaan-
, (*) N. Mederl. faarh. , 1773. bl. 946-961..
ï'309—1406. En eene menigte van Berigterv deeze Reis betreffende. (t) Zie bier hqven bl'. 258. enz. |
||||||||
X 2
|
||||||||
324 VADERLAND SC HÈ
xci. gaanden, ten einde de Godsdienstoefening
boek. gen, waar in die Gedenkdag grootendeels .-------zou befteed worden, gerust en ongeftoord *77o- ^en ëan§ nlogten gaan. Van de zo roem-
ryk verdeedigde Wallen brandde men drie herhaalde keeren het Gefchut los j de flilte van den met veel hartlykheids byge- woonden Godsdienst, wisfelde af met eene algemeene Vreugdbetooning, die de ge- woone Jaarlykfche Herdenking verre over- trof, verfcheide Vuurwerken droegen ge- tuigenis van der Ingezetenen blydfchäp? doch werden alle overtroffen door 't geen op de Kaasmarkt vervaardigd was en uit een Tempel beftondt met gepafte Beelden y Cieraaden en Zinfpreuken (*). Wanneer , by het Tweede Eeuwgetyde
van Neerlands Vrybeid, de Eerw. j. van iïeren zyne Veerfche Gemeente voor- ging (f) gaf hy te kennen, dat 'er, aan 't Noorderhoofd der Stad, onder de ruwe keien en lompe zinkfteenen, onagtzaam weggefmeeten lag eene brok der Grafzer- ke, pronkende met het Wapen en den Naam van den Edelen en Eerwaardigen JOANNES VAN MIGGRODE, wiens
Naagedagtenis, als Zeelands eerfte Her-
vormer, aan die verfchoovenheid ver* diende ontrokken, en met meer luifters bewaard te worden. Een genoegzaame wenk voor de Regeering van Veere, om, zon-
(*} N. Ncderl. Jaarh. 1773. bl. 11ÖQ. I2CO,
Ct) Zie hier boven bl. 264. |
|||||
■
|
|||||
HISTORIE. w$
zonder uitftel, dit ter hand te neemen: xci.'
's anderen daags reeds werd dit 'overfchot boek» van die onvoegelyke plaats weggenomen en --------
in de Stadsfchuur gebragt. Dan deeze ver- 1773.
geete brok fteens was grooter eer befchoo- ren. Men befloot eene deftige en gepafte Gedenknaalde te ftigten, dat gedeelte der Grafzerke in derzelver voet künftig in te werken, en deeze Praalnaalde, ter gedag- tenisfe van dien beroemden Man, in de groote Kerk te plaatzen ter Stede waar hy reeds, in denjaare mdlxxii, den dienst van gewoon Leeraar waarnam; uit Enge-' land, werwaards hy gevlugt was, terftond overkomende naa het veroveren van den Briel en het opfteeken van de Vryheids baniere te Vlisfingen en Kampveere. Ge- melde Kerkleeraar, die zich des vergeete- nen zo zeer aantrok, hieldt, den eerften. van Wintermaand deezes Jaars , wanneer dit pragtig Gedenkftuk voltrokken en voor aller oogen ontdekt was, op verzoek der Regeerderen van Veere, eene Redenvoe- ring de Afkomft en Verrigtingen van dien Man vermeldende (*). Langen tyd waren 'er allergegrondfte Eene an,-»
klagten uitgeftort over de Pfalmberyming ^f\ , by de Hervormde Kerk deezer Landen in rymin/ln gebruik : en in de daad was dezelve , deKerkin-j ichoon de eerst gereede en daarom met een gevoerd, eer-
C*) J- V. SPEREN Biß. Rtdenv. by het ontdek'
ken der Gedenknaald opgerigt ter eer e yan 10 AIS* ffïS VAN MICGRODE.
|
|||||
X3
|
|||||
326 VADERLANDSCHE
xci. • eerprys van 's Lands wege bekroonde Be«
.boek. ryming, de llegtfte, en ftrekte tot fchande --------van den Openbaaren Eerdienst, Veele
■177Z' Dichters hadden, kort naa dat dathe-
nus zyn Ryinelwerk overgeleverd hadt, en 't zelve ten gebruike aangenomen was, en vervolgens, de hand aan het beryrnen . van Davids Pfalmen geflaagen, en allen - hem verre overtroffen; inzonderheid wis- ten de laatere Dichters, onze Taal zo veel befchaafd en onze Dichtkunst tot zo hoog : een trap verbeterd zyude, die verheevene en Godvrugt ademende Zangftukken, in een Nederduitsch Dichterlyk Gewaad te Idee- den, 't welk aan dezelve voegde, en de goedkeuring van alle verftandigen weg- droeg. Eenige Gemeentens in qns Vader- land , niet verbonden aan de van Staatswege Ingevoerde Pfalmberyming, hadden die voor 'betere verwisfejd. Geenzms hadt het ont- brooken aan poogingen om ook die verande- ring, in de Hoofdkerk te wege te brengen; eene verandering die noodzaaklyk gekeurd moest worden : dewyl Zangftukken in den Godsdienst te gebruiken, die vol onzin wa- ren , alle kenmerken van verKaafte zamen- flansfing droegen, alles wat Dichtkunst 'tnag heeten volftrekt ontbraken > en daar om der openlyke befpotting ten doele fton- den, de grootfte onvoeglykheid was, om het geen erger naam te geeven; deeze aan- ftoot en ergernis groeide met den tyd aan, en was thans ten hoogften top geklom- men. |
|||||
De
|
|||||
HISTO-RI E:
|
|||||||
327
|
|||||||
De dus lang mislukte poogingen, om de xci.
oude paaien te verzetten, waar aan men, boek. reeds van den aanvang deezer Eeuwe, ge----------•
arbeid; doch telkens onoverkomelyke hin- 1773.
dernisfen aangetroffen hadt, werden om- Poogingen tretot het midden van dezelve hervat, en in Holland gaven aanleiding tot de gewenschte veran- f^j^ar" dering, welke dit Jaar mögt zien'tot fland toe on- brengen. In den Jaare mdcclviii Ie- langs aan- verden de Synodens van Zuid- en Noord- gcw?n<Jr Holland aan.de Staaten van dat Gewest een Verzoekfchrift over, om verandering of verbetering in de Rym Pfalmen. Kortte vooren hadt de Synode van Friesland, by de Staaten diens Gewests door Afgevaar- digden , de verwisfeling van dathenus Beryming voor die van halma, of van GHYZEN doen voordraagen. 't Léedt tot het Jaar mdcclxi eer de Gecom- mitteerden van hun Ed. Groot Mögenden tot de Kerklyke zaaken, een Befluit uit- bragten, by 't welk zy verklaarden wel te mogen lyden, dat de Pfalmen van d a- thenus of geheel voor andere ver- wisfeld, of anderzins verbeterd wierden: onder voorwaarden dat die verandering, of verbetering, onder hun oog gebragt en ter beoordeeling overgeleverd zou wor- den. Voorts gaven zy te verdaan, be- flooten te hebben de zaak ter Algemeene Staatsvergaderihge daar heen te wenden, dat een dergelyke Volmagt, onder dezelf- de bepaaling, mögt verleend worden aan alle Kerklyke Vergaderingen by de Bond- genooten.
X 4 Ge-i
|
|||||||
VADERLANDSCHE
|
||||||||||||||
3&8
|
||||||||||||||
xci, Gereeden ingang vondt die voorïlag by
Boek. de Algemeene Staaten, Eenpaarig was, in •-------* den Jaare mdcclxii de bewilliging, en
1773. het verzoek dat elk zich zou toeleggen op
Overleg- het uitdenken van de bekwaamfte middelen gingen om dit heilzaam oogmerk te volvoeren, |
||||||||||||||
de Alge-
meene
Staaten,
|
Friesland merkte te recht op, dat men'er
eene gemeene zaak van behoorde te maa-^ ken: dewyl elk Gewest eene nieuwe Bery^ |
|||||||||||||
ming inleverende, de overeenbrenging
zeer moeilyk zou vallen, langen tyd duur ren , of misfchien wel geheel onafgedaan blyven. Het benoemen der befte middelen hadt veel werks in. Dan liep, op voorgang van Gelderland, het gevoelen van zes Gewes-* ten daar heen, dat de Pfalmheryming door den Dichter j. e. voet ontworpen, ten gïondflag van de verandering der Rym-? Pfalmen behoorde gelegd, of daar aan de voorkeure gegeeven te worden, dat die van voet, GHYSEN, halma en het Kunstgenootfchap laus deq salus populo, eene Keurpoëzy , ten dienfte der Nederlandfche Kerke zou kunnen ople- veren. Zo verre hadt men het in 't Jaar M D c c L x v gebragt, en fcheen dit werk, met zo veel yvers begonnen, door eene en andere hindernisfen, geheel te fluimeren. Staaten van.Holland hadden den uitflag
hunner beraadflaagingen alleen nog niet in- geleverd. De Afgevaardigden van Utrecht gaven in Wynmaand des Jaars mdcclxix ter Vergaderinge van hun Hoog Mog. te kennen, last te hebben, om de zaak der Pfalmberyminge, met algemeene ftemmen :L van |
||||||||||||||
Voorflaj?
Van flat-
ternd om- trent dit werk.
|
||||||||||||||
HISTORIE. 329
Van de hoogfte noodzaaklykheid gekeurd, xcr.
weder leevendig te maaken, en by Staaten boe ».♦ van Holland aan te dringen, om derzelver-------
goeddunken , nevens dat van de andere 1773*
Geweften, in te brengen. De agterlykheid van Holland ontftondt geenzins uit onver- fchilligheid omtrent de groote zaak , of traagheid in het bewerkftelligen ; maar hadt men dit verwyl toe te fchryven aan een ryp onderzoek en nauwkeurig agt gee^ ven op alles, wat het gewigt dier omflag- tige zaak vorderde, en om teffens de mid- delen te kunnen voorflaan , die een ge- wenschten en fpoedigen uitflag aan het werk konden geeven , wanneer het werd ter hand genomen. Dit alles liep aan tot in Bloeimaand des Jaars mcclxxii, wanneer Staaten van Holland ter Algemeen ne Staatsvergadering in bragten. „ Dat j, alle Geweften deezer Landen hier in „ overeenftemmende, dat geene Verbete- „ ring van batheens Pfalmen; maar „, eene geheel nieuwe B~eryming van dezelve „ in Nederlands Kerken behoorde te wor- n den ingevoerd, het thans aileenlyk hier „ op aan kwam, of uit de Berymingen, „ die voor handen waren, of aan ééne (by „ voorbeeld aan die van j. e. vo et) de „ voorrang moest gegeeven, dan wel uit de „ verfcheide Berymingen eene keuze ge- ,, maakt worden. Dat hun Ed. Groot Mo- „ genden gemeend hadden ,• in dit verfchil „ zich voor het läatfte te moeten bepaalen: 3, dewyl hier door natuurlyker wyze de 3, befte Beryming zou worden ingevoerd: ■-; . x 5 „ de- |
|||||
/
|
|||||
330 VADERLANDSCHE
xci. „, dewyl onder verfcheide Pfalm - Dichters
B o e K. „ de een deeze , de ander geene Pfalm be- l772>- 55 daar beide de Kerkvergaderingen in
„ Zuid- en Noord-Holland tot zulk eene „ keuze hadden overgeheld. Hoe zy „ verder oordeelden, dat de keuze moest „ gedaan Avorden, uit de Berymingen van „ j. e. voet, H. GHYZEN en van 't „ Kunstgenootfchap laus deo salus „ populo; zodanig, egter, dat uit dee- „ ze drie Berymingen geheele Pfalmen van „ een en denzelfden Dichter zouden moe- „ ten worden overgenomen, en niet ftuks- „ wyze uit de eene Beryming een gedeel- „ te, en uit de andere Beryming weder j, een ander gedeelte. Dat, wyders, een „ zeker getal van Predikanten , de ver- „ eischte bekwaamheid van Taal- en „ Dichtkunde hebbende, tot dit werk be- „ hoorden te worden benoemd. Dat, ten „ dien opzigte wel in overweginge was 5, genomen, om, volgens de gedagte der „ Kerkvergaderinge van Gelderland, daar „ toe de gewoone Castus Hagienfts o£ „ Haagfche Vergadering tot het naazien „ van de Autographa of Oorlpronglyke „ Gefchriften, te magtigen; maar, dat be- „ halven nog andere zwaarigheden, het ge- -„ tal. der Leden van die Vergaderinge hun ^, te groot was voorgekomen. Dat het, ver» „ volgens, aanneemelyker hadt toege- „ fcheenen, dat tot zodanig eene verrig- „ tinge, door de Heeren Staaten der Pro- „ vincien zelve, uit ieder Provincie één? |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
33T
|
|||||||
'„ en wegens het Landfchap Drente? ook xct.
„ één Kerkenleeraar, de gemelde bekwaam- boek. „ heid bezittende, wierd benoemd, (met —.—. „ dien verftande nogthans, dat hun Ed. 1773. „ Groot Mögenden aan zich het vermogen „ behielden om , wegens hunne Provincie, „ naardien in dezelve twee onderfcheide „ Kerkvergaderingen werden gehouden , ?, tweeKerkenleeraars te benoemen,) wel- „ ke ter bevordering deezer zaake, zo dra „ hunne raadflagen eenen aanvang zouden ge- „ nomen hebben,met de aanweezende Leden „ zouden moeten voortgaan en beraaden, „ zonder naa" 4e afweezigen te wagten. ?, Dat zodanig een benoemd getal van Ker- „ kenleeraaren vastgefteld zynde, dezelve „ hunne Vergadering in 's Gravenhaage zou- „ den behooren te houden, en aan ieder ?, der Predikanten, tot deeze verrigting be- „ Hemd, voor tydverzuim en verdere on- ?, koften,zou toegelegd worden zo veel daags j, als ieder der Provinciën, en 't gemelde „ Landfchap Drente, zou oordeelen te be- „ hooren, te betaalen, uit de afzonderly- P, ke Kas van ieder der voorz. Provinciën „ en 't Landfchap, die daar toe eenen Ker- ?, kenleeraar gémagtigd hadden. — Dat, „ door hun Hoog Mögenden twee Heeren „ behoorden te worden benoemd om, uit „ Hoogstderzelver naam, voorgemelde „ Vergadering by tewoonen,en teweeg te „ brengen, dat aan het oogmerk, zofpoe- „ dig mogelyk wierd voldaan, die voor „ tydverzuim en moeite daags eene te be- „ paalene fomme zpuden trekken: doch „ waar
|
|||||||
332 VADERLANDS CHE
|
|||||
xci. „ waartoe, in gevalle de Beraadflaaging i«
Jjoek. „ in 's Gravenhaage mögt gehouden wor- -------• „ den, zy meest gefchikt oordeelden de
1773.,, Heeren Commisfarisfen Politiek, die de
„ twee Kerkvergaderingen in Holland 's ,, Jaarlyks gehouden wordende van wegen j, hun Ed. Groot Mogenden bywoonden.-- ,, Dat, eindelyk de Keuze der Rym-Pfal- „ men voltrokken zynde, daar van aan „ hun Hoog Mögenden kennis behoorde „ gegeeven te worden, met inleevering 5, van die gekoozene Pfalmen, om, naa on- „ derzoek van dit Werk, een Belluit te „ neemen." Benuitder Overeenkomftig met dit gevoelen door Algem. Holland geuit, viel het Belluit ter Alge- Staaten, meene Staatsvergadering; alleen moesten, ming der m ftede der twee Commisfarisfen Politiek, Gelaftig- door dit Gewest voorgellaagen, twee Hee- den. reil ujt (je Vergadering hunner Hoog Mo- genden gevolmagtigd worden. Gelyk
ook daar toe, in Wintermaand des Jaars MDCCLXxii, benoemd werden Wil- lem, Baron van Lyndcn tot Hemmen, Af- gezonden wegens Gelderland ter Alge- meene Staatsvergadering , ^en thomas h o o g h , Raadsheer in den Hooge Raade over Holland, Zeeland en Friesland', die ieder voor zich eenen Affchryver mogen- de kiezen, op de Advocaaten j. visser en P. L. VAN DE KASTEELE, de
keuze lieten vallen. De Kerken Leeraars
tot die Pfalmverbetering aangefteld, waren AHASTTERUS VAN DEN BERG, we-
gms Gelderland;Joannes van spaan
|
|||||
HISTORIE.
|
|||||||
333
|
|||||||
en rut Ger us schutte, wegens xci.'
Holland; josua van iperen wegens boek* Zeeland jjäcobijs hinlopen wegens --------•
Utrecht; georgius lemke wegens 1773.
Friesland; dirk semeins van bin- nevest^ wegens Overysfel; theodo* rus lubbers, wegens Stad en Lande, eil HENRIGUS JOHANNES FOLMER
wegens het La.ndCcha.p Drente, De wyze van
't beftuur deezer Vergaderinge was Heeren. Commisfarisfen aanbevoolen. Het zoge- naamde Huis van Prins Maurits in 's Gra~ venhaage zou ter Vergaderplaats dienen, en men hier mede een aanvang maaken op den twaalfden van Louwmand des Jaars MDCCLXXIII.
Ten geftelden tyde lieten zich de be- Het werfe
noemde Heeren in 's Gravenhaage vinden, voortge- De Vergadering werd , op eene ftaatlyke trokken.' wyze geopend, en door Afgezondenen uit de Zuidhollandfvhe Kerkvergadering be- groet. Zy bragten, in honderd en een- en- twintig zittingen, dit lang gewenschte werk, binnen den tyd van zes maanden, op den negentienden van Hooimaand, ten einde, Minzaame eendragt heerschte, ftaande dien arbeid, onder de Ampt- en Kunstgenooten. De Hoofdregels , welke zy zich voorftelden, waren om uit die drie bepaalde Pfalmberymingen, de zodanige te kiezen , welke den zin des Heiligen Dichters best trof; die der Staaten Over- zetting het naast bykwam; die meest vol» tleedt aan de -begrippen van den Gerefor- meer-
|
|||||||
334 VADERLANDSCHE
|
|||||
XCT. meerden Godsdienst, die de klaarfle en
boek. bevatbaarfte was voor de Gemeente ; die .-------meest beantwoordde aan de keurigfte wet-
1773. ten der zuivere Vaderlandfche Taal en
Dichtkunde; die in de verdeeling der Zangverzen met die der oude Pfalmbery- ming meest overeenkwam ; die de minfte fmeltingen en affnydingen in de woorden- hadt, die het hart en de verbeeldingskragt het fterkst aandeedtj die de minfte aan- vulligen of uitweidingen1 gebruikte ; of, daar ze noodig waren | dezelve uit de Heilige Schryveren ontleende; die einde- lyk in de woordfchikkingen minst ge- dwongen was en 't gladst vloeide.' De nieu- Naar deeze welbedagte regelen kreeg we Pfalm- de Kerk van ons Vaderland een Pfalni- Smre-™^ boek, 't welk, fchoon niet onverbeterlyk ♦oerd- te noemen, egter, de goedkeuring van de meesten wegdroeg. Dwaas vooroordeel, zotte verkleefdheid aain 't oude, mögt deeze hoogstnoodige verandering , in een' zo weezenlyk gedeelte' van de operibaare Godsdienstoefening wrakken, en op eene wyze, dier vérkeerdheden eigen, zich daar tegen verzetten, liet hoog Bevel der In- voeringe ftopte den mond. ' En werd met den druk en verfpreiding zulk een fpoed* gemaakt, dat men, in eénige Gewesten,- reeds in liet volgende Jaar dezelve aan- hief, en de laatst gereede , met den aan- vang des Jaars mdcclxxv, hier mede" begonnen. Terwyl veele Leeraars, by de Invoering in hunne Gemeeiitens, zichf be«
|
|||||
HISTORIE. 335
|
|||||||
bevlytigden , om hunne Toehoorders tot xci.
een verflandig en God verheerlykend zin- boek. gen op te wekken ( * ). Een kleine vonk kan ecne grootehoop .177.3.
houts aanfleeken; dit zag men bewaarheid Gefchiilen door de gevolgen der uitgave van een ter ge.i?- klein Werkje, in Frankryk gevloeid uit de ^"^ar- meesterlyke pen van den fchranderen MONtels marmontel, wiens bekwaamheid in Belifarius 't opftellen van treffende verhaalen, naauw- ontftaan- lyks wedergade kent. Een Boekje, Beli- farius getyteld, verwierf hem grooten roem by veelen in zyn Vaderland , en 't werd voor een puikftaal van vernuft ge- houden ; fchoon anderen het vernuftige wel preezen, doch eenige daar in inge- vlogte Hellingen wraakten, en de Sorbonnt te Parys 't zelve daar om veroordeelde. 't Leedt niet lang of eene Nedcrduitfche Vertaaling zag het licht. Kort daar op reezen 'er in Holland hoogloopende ge- fchiilen, die eerst, het Lot der Vroome Heidenen naa dit leeven, en vervolgens dé Kerklyke Verdraagzamheid in 't algemeen betroffen. Ten opzigte van het eerfte poogden eenigen den goeden naam der grootfte Mannen, die voor omtrent twee duizend jaaren leefden , te verdonkeren, en
|
|||||||
C*) Zie dit alles in 't bf'eedé in "'t Kunstkeu-
rig JP/almboek 1776, en J. V. IPEREN Kcrklylte Hißorie van het Pfalmgezang der Chrißenen 1778 als mede de Kérkreden van j. van spaan ter inwydinge van de nieuwe en verbeterde Pfalmhc- ryming 1774. |
|||||||
33* v;aderlandsche
|
|||||||||
Xci. en hunne naagedagtenis met den vuilfteri
B o e K. zwadder te. bevlekken, terwyl anderen --------hunne verdeediging op zich namen ^ en
1773. alles aanwendden, om hun vry te pleiten
van de fchendigfte misdaaden, hun ten laste gelegd. Ten aanzien van het laatfte ontftak de Belifarius, op eene bykans on- begrypelyke wyze, een yver in 't betwis- ten en voorflaan van de Verdraagzaamheid in 't Huk van den Godsdienst, die vee- Jen, wegens de ontydigheid en ongepast»- heid, leed deedt. Schoon een en ander gefchil, onder eene menigte ganseh ver- werpelyke flukken , Schriften ter baane bragt, die de merktekens van Geleerd- heid, Oordeelkunde, Schranderheid en Vernuft droegen, verlooren veelen daar in gemengd de grooie hoofdzaaken uit het oog, lieten zich in tot andere twist- vraagen, gepaard met bittere verwyten eri perioonlyke verongelykingen, Plakaat te- 't Gevolg van dit alles was een Plakaat gen Bog- van Staaten van Holland, by 't welk men de de"c! d''n ^chryvers ■> Drukkers en Verfpreiders van Godsd. of z°danigeBoeken ofGefchriften, waar inden de Kerk- Christlyken Godsdienst in 't algemeen, leer dee- 0f de Leerftukken van denzelven , welke den bele- in de °Penbaare Kerken deezer Landen digden- geleerd, en beleden worden , in 't byzon- der, op eene veragtlyke wyze tegenge- fprooken of op eene befpottende wyze |
|||||||||
werden voorgefteld, aanmerkt als lieden
|
9
|
||||||||
die zich tegen de Hooge Overheid ver^
greepen en aan ftoorenis der gemeene rust fchuldig gemaakt hebbe«, die naar be- vind |
|||||||||
HISTORIE. 33;
vind van zaäken, zelfs met Bannisfeméht xcr;
zouden geftraft worden; terwyl zy een boe k} Belooning van duizend Guldens beloofden -*—— aan den Ontdekker van een Overtreeder i?f§. deezer Afkondiginge, met ftrafloosheid voor den Aanbrenger, indien hy medepligtig mögt weezen (*) Onder dit woelend twistfchryven, ter Onluflen.
gelegenheid van marmontels Belifa- over den rius9 groeide een bnweer over't hoofd van ^°0Fslee^ den Groningfchen Hoogleeraar, f re de- d> marcb^ RIKADÖLPH VAN DER MAR CK., ge- ÖlUftaan«
ftadig aan, en borst met een feilen flag, teri
deêzen Jaare, op zyn hoofd uit. ZintS twaalf Jaaren hadt hy aan de Hoogefchool van Stad en Lande , door Mevrouwe da Gouvernante tot Hoogleeraar in het Regt der Natuur, der Volken en het algemeene Staatsregt aangeftéld, die post met veel luifters bekleed ^ in gemelde Weetenfchap- pen, met gtooten toeloop, onderweezenä en een meer dan gewoon aantal Kweekelin* gen gevormd, wier uitfteekende kundighe- den , tot lof van hunnen Leermeester: fpraaken. Zyne Leertraiit, niet alzins op den ouden leest gefchoeid, berokken- de hem het misnoegen van Regts- ent Godgeleerden, daar in beiden overeenftern- mende, dat hy van het Natuur Regt te; grooten ophef maakte, voor 't zelve te itérk pleitte, en op alles invloed liet hebbent De Regtsgeleerden meenden, dat hy te- kort (*) Éefol. van Holt. 1 Mëy 17731
XXIV* DEEL. Y |
|||||
1
|
|||||
g33 VADERLANDSCHE
XCT, kort deedt aan hstRomeinfche Regt, by hun
roek. hoogst bewonderd, geëerbiedigd, en met "«—-----diep ontzag bejegend. De Godgeleerden
*itfêi vreesden,dathy door te veel aan de Rede
en de Natuurleere toetefchryven, het ge- wigt en de Noodzaaklykheid der Ciirist- lyke Openbaaring verkleinde, en althans ten deezen aanziene uitdrukkingen bezig- de , welke zyne aankleeving aan de Leer der Hervormde Kerk in verdenkinge bragt. 't Was reeds in den Jaare md c c l x x, dat eenigeKerkenleeraars te Groningen, in hun- ne openbaareLeerredenen, fterk uitvoeren tegen den verbaazenden en buitenfpoori- gen ophef der Natuurwet, zeer gefchikt om den bekenden Voorffonder van dezel- ve , den haat op den halze te fchennen. De Hoogleeraar, wel verre van den ftorm te ontwyken, zeilde 'er op in, en liet openlyk Stellingen verdeedigen, die niet misfen konden het ontftooken misnoegen nog meer op te wekken. Die de Heer j. campstede onder zyne Voorzittin- ge beweerde, bewoog den Predikant de beau om 'er in de Kerklyke Acten eené aantekening over te doen. Hier by kwam, dat hy byzondere Lesfen gaf over 't Na- tuurlyk Regt op de Godgeleerdheid toe ge- past, bepaald ten dienfte der Studenten in 4e Godgeleerdheid; en in uitgegeeven Stellingen het Algemeen Kerklyk Regt der Hervormde Chrißenen, naar het oordeel der Godgeleerden, binnen te enge perken om- fchreef, en zich alzins een volyverig voor- ftan-
|
||||
HIS T O RÏE. J39
ftarider betoonde van Godsdienftige Vry- xcrv
heid eii Verdraagzaamheid. , , boek.' Van der marck tradt, in het Jaar--------
MDCCLXXi, öpenlyker te voorfchyiiji^g.
door de uitgave zyner Academiefche Lesßn, Tot ken- in welken eenige uitgeleezene hoofdzaaken nis des van de oefenende Wysbegeerte, het Na- ^^se- tuurlyk Regt en voornaamlyk de Pligten bragt; omtrent god behandeld werden.. Vier Diens Kerkenieeraars, leverden, uit naam van de voofflag;, Clasfis van Groningen en het Gerecht, een Gefchrift by Curatoren en Hoogleeraaren - der Hoogefchoöl van Stad en Lande in, be- helzende eenige bezwaaren én bedenkingêliï óver dit Werk, met de aanhaaling/ vani I^eeringen uit hét zélve, die, huns ooi> deels, van de aangenoniene Leere derHer4 yormde Kerke, en de Formulieren vaa Êenigheid, fcheerien af te wyken. .-— Cu*. ratoren oordeelden, dat deeze zaak ter ken-; nisfe van den Prins Erfftadhouder, als Eer- ften Curator, móest gebragt en diens ant-; woord afgevraagd worden:. waar van zy elft. Hoogleeraars kennis gaven. In Slacht- maand kwam het antwoord, behelzende,,' aan den eenen kant, „ dat het ingeleverd ,*, Gefchrift der Clasfis een garisch yfyert, „ en onvérhinderden loop behoorde te ge-J ^, winnen;", en, aan den anderen kant*. „ dat aan den Hoögleeraar van der? # marck niets behoorde te worden on^ „ houden, 't geen tot zyne verdeediging ». ,-, enßknariedefenße, zou kunnen verarek- i, ken." Verder „ dat, indien by d® y- eindelyke beoordeelinge eenig verfchiï k Y's „ni
|
||||
340 VADERLANDSCHE
xci. „ van gevoelens onder de Leden van deri
boek. „ Senatus Amplisfirrius nlogt op ryzen, --------„ het als dan volftrekt dienftig en noodig
I77d' » zou weezen, vóór de eindelyke beflis-
s, fing, de Schriftlyke Advifen van de Theo- „ logifche Faculteiten der vier overige „ Academiën van deeze Republiek, over „ die zaak te verzoeken en in te nee- „ men." Rfegtsvor- -De ^aar °P vergaderde Senatus Amplisfi- «lering mus, befloot een behoorelyk Affchrift der «loor v. D. Bezwaarenisfen en Bedenkingen, en van het gedaanK Antwoord des Erfftadhouders, aan deir Hoogleeraar van der marck overte- leveren, en hem drie Maanden tyds» te gun- nen , om 'er by Gefchrift het zyne tegen in te brengen. Hy merkte op, dat de woorden een Frye en Onverhinderde Loop, aan de Clasfis door den Vorst toegeftaan, geen Buitenfpoorigen Loop, maar een Loop met het Regt beflaanbaar betekende } en dat de Plenarie Defenfie hem verleend, alle Exceptive Middelen, ( gelyk men in Regten fpreekt,) die tot zyne Verdeediging kon- den (trekken, bevatte: waar om hy geene zwaarigheid maakte, by den Senatus Am- plisfimus , in Lentemaand mdcclxxii, een Schriftlyk Antwoord Exceptioneel in te leveren, en teffens eene Verklaaring op en tegen de Bezwaar en in 't licht te geeven. In 't eerstgemelde antwoord merkt hy aan, dat de Bezwaaren der vier Kerken- leeraaren , zo min wat de vorm of wyze van dezelve in te dienen, als wat de ftoffe «n inhoud aanbelangde ? gefchikt waren |
||||
HISTORIE. 341'
am, daar over, in den Senatus Amplisß- xci.
mus, tusfchen Partyen, by een volkomen b o ek» beflisfend Vonnis, regt te doen. Weshal- --------
ven hy eerbiedig verzogt, in de eerfte 1773.
plaats, van die Bedenkingen en Bezwaaren, by volkomen vonnis , ontheeven te wor- den , en in de tweede plaats, dat de Aca- demifche Raad, desgelyks by vonnis gelief- de te verftaan, -dat de Vier Predikanten fchuldig en gehouden waren, binnen zeke- ren bepaalden tyd, de Bedenkingen, uit naam der Clasfis van Groningen en het Go- recht overgegeeven, in eenige vafte Stellin- gen te vervatten, hunne bevoegdheid daar hy aan te toonen, en dezelve naar genoe- gen regtens te bewyzen: vermids het geen- zins verantwoordelyk was met Bloote Be- denkingen tegen iemands beledene Regts- zinnigheid in regten te verfchynen, en wel byzonder tegen iemand door den Souverain aangefteld om openbaar te leeren, enkel om daar door zyn goeden naam en faam te hezwalken. Verzoekende, eindelyk, in- gevolge der gunftige voorfchryvinge van zyne Doorlugtige Hoogheid, hem toe te ftaan een gewoon Pleitgeding ter Plenarie Defenfie; of dat anderzins die Heeren, by gebrek van de in te leveren Bezwaaren ia forma „ naa verloop van het te bepaalen Tydsbeftek, als Diffamanten zouden wor- den veroordeeld, en vervolgens, wegens de ingebragte Bedenkingen tegen zyne uitge- geevene Lesfen, een eeuwig Stilzwygen op- gelegd, met de koften. |
|||||||
Y3
|
£>•
|
||||||
342 VADERLANDSCHE
|
|||||||
Xei. De Breede Academieraad oordeelde, dat
boek. de twee uitzonderingen des Hoogleeraars |
|||||||
moesten van de hand geweezen en in de
1773. gedaane verzoeken niet getreeden worden; V/n der P^3* nen* gevraagd,, of hy zyne gedrukte MARCK Ie- Verklaaring begeerde gehouden te hebben, yert ecne - voor het gevorderde Berigt, en zyne vol- v^kiaa- "komene Verdeediging, in welk geval hy rin^zyner '* zelve, binnen den tyd van acht dagen, Gevoe- - hadt in te leveren; of dagt hy deeze té |^ns in. jnoeten vermeerderen, of iets anders, te -zyner verdeediging te mogen en te moe- -ten inbrengen , en daar toe nog eenigen tyd noodig te hebben, van hem te ver- vorderen, dit binnen den geftelden tyd by •den Senatus AmpMsfimus te moeten ver- zoeken. — Hy gaf te kennen, de Gedrukte Verklaaring ter uitrooying van nadeelige ■opgevatte vooroordeelen aan 't gemeen 'medegedeeld en 'er verfcheide flukken in 'gemengd te hebben , die niet ter beoor- deeling van den Senatus Amplisfimus fton- -dén; dat hy, zo tot bevordering van den 'luister der Academie, als tot zyne vol- 'feomene Verdeediging, meende verpligt te 'xyn tot' het inleveren eener nadere Ver- 'kkaringe,'waar toe hy tyd verzogt. Drie maanden werden hem vergund; dan dee- ze ten einde loopende moest hy, wegens •onpasfelykheid, nog vier , drie, of ten ;jhinften twee weeken uitftels verzoeken; -men willigde den tyd van vier weeken in 5 -ten einde van,welke hy met zyn nader Berigt gereed was, 't geen hy fehriftlyk indiende, en teffens met den druk gemeen 4'"". ■ maakr |
|||||||
HISTOR IE; Ui
maakte ; waar in hy de tegen hem inge- xcr.
bragte Bedenkingen en Bezwaarcn flap voor boek, flap naging, en wederfprak, het gefielde _,------
in zyne Lesfen verdeedigde, en verzogt 1773.
van alle verdenking wegens Onregtzinnig- heid, vrygefprooken te worden. Dit Berigt, met veel naauwkeurigheids
gefield, en vol vuurs , beflooten met een eisch om de Verklaarder zyner eigene woorden te weezen , met de betuiging van nooit den minflen toekg 'gehad ta hebben om iets te leeraareri eenigzinS; flrydig met de aangenomene 'Hervormde Kerkleere, en aandringende op het voor- regt van de Hoogleeraaren der Academie van Stad en Lande om, in gevalle van afwy- king, wettig vermaand, en buiten zulks niet, als hardnekkig en onvcrbeterlyk veroordeeld te worden; terwyl hy nog opregt kon ver? zekeren tot heden niet te weeten, in wel- ke flukken zyne Lesfen eigenlyk zoudei* afwyken van de Kerkleere, door hem, by 't aanvaarden van zyn Ampt, ondertekend, Dit Berigt, veroorzaakte den Leden der Vergaderinge geene geringe ZAvaarigheid, Zy namen den noodigen tyd om deeze zaak, van zo veel gewigts, van. welker beflisfmg de welvaard afhing van een ge- leerd en eerlyk Man, aan wien de Hoo- gefchool groote verpligting hadt, en wiens talryk Huisgezin in zynen ramp flondt ingewikkeld te worden, te overweegen; ja wil men dat zommige Hoogleeraars eenig© dagen hunne Lesfen hebben opgefchoit ora Y4 ..... ® |
|||||
^^HMMMHH^^i^BIHHgnBB
|
|||||
144- VATERLAND SC HE
|
||||||||||||||||||
xcr. te meer tyds te hebben tot derzelver on*
po EK. derzoek, ——— De vast bepaalde tyd, om des te raad*-
1773. pleegen, en te ftemmen,verfcheenen zynde, Dóór de werd zulks uitgelleld, om de afweezigheid Acade- van twee Quratoren; en fchoon die zelfde aaiieerri- Heeren zich afweezig bevonden op een na- ge Stellin-der beftemden tyd, verklaarde de Breede gen fchul- Academieraad, by meerderheid van twee djg ver- fternmen , naamlyk negen tegen zeven $ „ dat de Bedenkingen en Bezwaaren der 9, Clasfis van Groningen en het Gor echt „ tegen de Lesfen des Hoogleeraars welge? „ grond waren, zo veel de drie volgende „ Stellingen betrof. Dat de wyze op wel? „ ke hy zich in zyne Schriften uitgelaat en „ hadt, I. Omtrent het oorfpronglyk en „ algemeen bederf van den gevallen „ Mensch , deszelfs aaugeboorene Blindr „ heid in Geestlyke en Godlyke zaaken, „ en doodlyk onvermogen, om door eiger s, tie natuurkragten, zyn waaragtig en eeu-r „ wig heil te bevorderen; —?r— II. Om- „ trent de Wedergeboorte en de vol.ftrekte M noodzaaklykheid der kragtigwerkende „ verlichtende en vernieuwende Genade „ van den Heiligen Geest, om in de ge- |
||||||||||||||||||
5)
|
nieting van het hoogfte goed gefteld te
|
|||||||||||||||||
worden, -—r- HL en omtrent de By?
zondere Genade en toepasfing der Ver-r dienften des Middelaars, en, den aart der 5, Voldoeninge zelve , onbeftaanbaar was „ met en rechtftreeks aanloopende tegen |
||||||||||||||||||
»
|
de. keer der ftef vormde Kerke van iVe*
|
|||||||||||||||||
dtrn.
|
||||||||||||||||||
3>
|
||||||||||||||||||
HIST0RI E. 545
|
|||||
y, derlsnd." 's Hoogleeraars Berigt hieldt xci.
dezelve onvoldoende, en ontzeide hem al- b o e k," Ie eifchcn in 't zelve gedaan, voor zo verre ■ ■ die hem, in voorigeRegtshandelingen, niet 1773. reeds geweigerd waren. Van der marck nam geen genoe-Btedt aan
gen in deeze Uitfpraak, als geenzins be-> eene na- paald opgeevende in welke gevallen zich ^® üyetr" de vermeende ftrydigheid tusfchen de Lee- geeveif re der Hervormde Kerke en zyne Stellingen op deedt; eene ftrydigheid van welke hy, by aanhoudenheid, betuigde onbewust te zyn. Hierom leverde hy aan Curatoren, den zesden van Louwmaand deezes Jaars, een Verzoekfchwft in, waar m hy onder andfre verklaarde, „ des vereischt wor- „ dende, vaardig te zyn om over de drie „ opgenoemde Stukken, zo verre ze tot „ zyne gedrukte Lesfen, Verklaaring en „ Berigt hetreklyk mogten weezen, zyne „ waare meening verder, duidlyker, ja, t, zo hy hoopte, voldoende, op te gee- „ ven ; zelfs aanbiedende , als men dit „ vorderde, nooit op de Hoogefchool „ over deeze drie ftukken iets te zullen „ leeraaren, of door anderen te laaten be- v weeren." Op dit Verzoekfchrift befloot men geen Ueüuic om
ggt te neemen ; en verder , dat, indien hem e.en_ hy mögt goedvinden by zyne Gevoelens onderte^ te volharden, als mede by het begrip, kening dat hy geene Onregtzinnigheid yi zyne voor te Stellingen kon zien 5 of weigeren mögt leë2«n< een Opftel, zo als het hem zou worden yqorgelegd, to,e te ftemmen, en te onder- Y 5 te- |
|||||
34-6 VADERLANDSCHE
xcr. tekenen , of daar in verandering begeer-»'
Ipek. de gemaakt te hebben ■; het dan daar voor <---------zou gehouden worden, dat zyne Door-
1773. lugtigé Hoogheid en de Heeren Curato-
ren , aan den Hoögleèraar van der. marck, alles hadden gedaan , wat de menscblievenheid vorderde , om hem te ;, behouden, dat hy derhalvén aan zich zel- ven zou te wyten hebben, het geen hem verder overkwam.-----• Te weeten dat,
in zulken geval, hem zou worden aan-
gezegd , dat zyne Stellingen, by Befluit van zynen Bevoegden Regter, onbcftajiïi- baar en ftrydig met de Leer der Her- vormde Kerke, verklaard zynde , hy te houden was voor iemand, die niet vol- daan hadt aan de Voorwaarde van zyne Beroepinge, en daaren boven geweigerd, dat Befluit goed te keuren, en zyn Dwaa- iingen te herroepen.; en, ingevolge daar van,.ontzet van zyn Hoogleèraarfchap. 't Zelve Het Opftel, den Heer van der met kun- marck ter ondertekening voorgelegd» dertckc- was van ^ien aart '^at ^f met belluiten
nen, van kon, 't zelve, zo als het daar lag, te on* zyn Moog- xfcrfchryven ; echter »deedt hy een nade- ^mp^ver- ren ^ap5 en toonde zich daar toe bereid* vallen ver- indien Men lieöi Hechts in twee Artyke- kiaard. len eene kleine verandering vergunde. Om deeze hieldt hy aan by een Vörzoek- fehrift, aan zyne Hoogheid en de Cura- toren ingeleverd , gepaard rflèt eèn Af- fchiift zyner Geloofsbelydenisfe, omtrent die drie Stukken, in Welke «de Breede Academiemad hem'Veroordeeld'»hadt, ottt du?
|
||||
. HISTORIE. 347
$us alle verdenking van Onregtzinnigheid xci.
te voorkomen. Hoe veel hy zich hier boek. van ook mögt belooven , 't was vrugt----------
loos. Men liet hem aanzeggen , dat in 1773..
dit verzoek , begaanbaar niet het reeds genomen Befluit, niet kon getreeden wor- den. ----r Op den tyd ter Öndertekeninge bepaald, yerfcheen de Heer van der.
marck. Op de vraag of hy 'er toe ge- reed ware ? antwoordde hy zich te hou- den aan 't laatst ingediende Verzoek- fchrift, en als dan bereid te weezen; doch dat hy anderzins, behoudens Eer eii Geweeten, het nooit' zou doen : aandrin- gende dat Heeren Curatoren Zyne Hoog- heid daar van gunstig zouden berigten, ten einde deeze daar in genoegen mögt neemen, en h'y met den voorigen yver zyn post volvoeren; vermeenende dat hy door de Gouvernante tot zyn Ampt aan- gefteld zynde, daar van, zonder een by-r zondere toeftemming van zyne Hoogheid, niet behoorde ontflaagen te worden. ■ Naa beraadflaaging vonden zy goed op het gedaane Voorftel geen de minfte agt te flaan ; dewyl de Hoogleeraar zich juist in het geval bevondt van het Befluit met goedvinden van zyne Hoogheid onlangs genomen ; 'nien las het voor en voegde 'er deeze uitfpraak by. ?, En alzo wordt, uit naam van zyn Door- „ lugtigfte Hoogheid , en Heeren Curato- ?, ren, aan U Edele Hooggeleerde Heer ,„ Profesfor f. a. van der marck, „ de Pr@fesß& Juris Publica Natura & „ Ge-
|
|||||
________
|
|||||
34^ VADERLANDSCHE
|
|||||
xci. ?? Gentium op de Academie van Stad e'k
isoEK. » Lande opgezegd, en dezelve Vacant --------„ verklaard."------ De Heer van dek.
1773. mar CK mögt antwoorden, dat hy op
zyn Verzoek bleef aandringen , en ver- langde, dat zyn Verzoekfchrift mögt ver- zonden worden, de oudfte Curator voerde hem te gemoet, „dat hy, een Befluit ge- „ vallen zynde, wel begreep , dat men „ geen Verzoek of tegen Verklaaring kon „ aanneemen , dat zyn Edele afgedaan „ hadt (*)." Te Zingen De Hoogleeraar van dbr marck, tot Hoog- van zyn Ampt dus ontzet, verliet Gronin- roepen ^' Sm-> en zette Z]c^ neder te Nymegen, om door het beoefenen der Regtsgeleerdheid zyn beftaan, en 't onderhoud zyns talrykcn Gezins te zoeken. Veelen beklaagden zyn lot,en het gemis-, 't geen de Hoogefchoole by dit vertrek leedt. Doch 't liep niet lang ■aan of de Regeering der Stad Lingen beriep hem, onder goedkeuring des Konings van Pruisfen, tot Hoogleeraar in de Regtsge- leerdheid op het Atheneum daar ter Stede- Een roepftem die hy-bereidvaardig volg- de. Tot Ou- Maakte de Kerkenraad te Groningen derling zwaarigheid hem een Getuigfchrift te gee- ftelcT" Af- ven' om ten Avondmaal toegelaaten te fcheid van worden, die van Lingen liet hem , op den Gro- fret overleveren van zyn voorheen gedrukt ningfehen -y-pr
Kerken- v CA"
ra<id.
(*) F. A. v. D. MARCK Waaragtig Verhaal,
i?55. N. Nederl. Jaarh. 1773. bl. §65-1086.. |
|||||
HISTORIE. 349
Verzoekfchrift en Brief aan den Groninger xci.
feerkenraad met de Bylage, in ftede van boek. een Kerklyk Getuigfchrift, niet alleen ten ■» Avondmaal toe; maar verkoos hem, uit 1773.
eigen beweeging, met eenpaarige ftemmen tot Ouderling der Gereformeerde Gemeen- te. In den ftyl van een beledigd en zege- praalend Man, nam hy daar op openlyk af* ïcheid van den Groninger Kerkenraad, de- zelve ontflaande van de onaangenaame moeite om over zyne Recht - of Onrecht- zinnigheid verder te handelen, verklaaren- de, „ Geene Groningfche Kerklyke Atte- „ ftatie, tenbewyzezynerRegtzinnigheid, „ ooit te zullen begeeren; dewyl hy die „ te hingen niet noodig hadt, daar hy s, geen het minfte Odium Theologicum te- „ gen hem befpeurde; maar in de Kerk «,, en met de Kerklyken in gewenschte rust „ en vrede leefde, zonder dat zyne To- „ lerante Grondbeginzelen in het Kerklyk „ Regt aan de braave en uitmuntende „ Godgeleerden daar ter Stede eenig ©n- „ genoegen gaven, en zonder dat zy ,, hem vergden, om de Politia Ecclefias- „ tica van den anders voortrefFelykeii j, GYSBERTus voet te moeten hel- „ pen handhaven (*)." In Wintermaand deezes Jaars deedt hy P-edenet»
te Lingm zyne Openbaare Intree - reden- welke hf voering, in welke hy de redenen opgaf, Afmtfnjj waar geeft.
(*) Affcheiis Britf van F. a. v. d. MARCK
#«« den Kerktnraad te Groningen, 1774. |
||||
VADERLAND S.C HE
|
|||||||
So»
|
|||||||
xci. waar aan hy zyne Afzetting te Groningefi
Boek. toeichreef. Met dankbaarheid gedenken-
-------. de aan de weldaaden, hem door het Huk
*-77o- yan franje gefchonken , en zyn Eerbied
voor Neerlanch Erfftadhouder Willem den V. betuigende, geeft hy te kennen niet te vermoeden, dat eenige Staatkun- dige inziglen zyrien Val bewerkt hadden, j, 't Is," zegt hy, ,, geheel iets; anders, j, dat nly den Nyd ten doel gefield heeft, j, Te weeten , een ligtgeraakt flag van „ Geestlyken, heeft myne Grorrdbegin- „ zeis van 't Kerklyk Regt ten kwaade j, opgenomen: voornaamlyk, om, dat ik „ het fchoonlchynencle blanketzel van de $, zonderling opgeftelde Politia ■ Ecchfias* „ ticd van den anders hooggeagten God- „ geleerden gysbertus voet, afge- „ wischt, en 'er de franje afgetrokken. „ heb. Hier uit is dit ongeval ontdaan'. ,, Voor myne Leerftellingen. hadden zy „ niet te vreezen; als die, fchoon nieuw' ^, naar 't hun toefcheen, myns oordeels, „ egter ftrekten j ter bevordering van al j, wat éerlyk is, ter afwending van Over- ^, heerfching in 't Godsdienstige, en ter # aanfpooringe van gewillige • Onderwer-
,, pinge aan de Burgerlyke Overheid. ,, Dan de nydige Onderzoekers myner ,-, Schriften, zogten, terwyl zy de öpge- # melde oorzaak verborgen hielden, een
,, voorwendzel van Önregtzinnigheid, op' ^ dat zy my mogten doen vallen. Het ,, kwaad my hier door, op de Hooge- & fchoole van Groningen en Ommelanden, „ to£
|
|||||||
HISTORIE. 55*
|
|||||||
$, toegebragt, fchryf ik in geenen deele xci*
^ toe aan zyne Doorlugtige Hoogheid, bo.er. j, die den grootilen lof waardig is ; maar • j, ik zulks geenzins verwagtte, (*)•" De lang voorbereidde val der Je/uiten De: JefuU
Was eindelyk in Oogstmaand, deezes Jaars fó» Aa- gekomen, als-wanneer de Paus die Ovde-^^ °^" geheel vernietigde. In geen der Vereenig* hunne de Gewefien 'waren de Leerlingen van Goederen LOYOLA geduld (f)? alleen was -te;ïn beuaS Maaflricht, in de GeneraliteitsLanden,die, |^°" Orde toegelaaten. De Affehafiing deezer Geestlyken allerwegen daar zynde , ver-» klaarden de Algemeene Staaten zich onver-, mydelyk verpligt om , uit kragte hunner SoaveraineMagt, zonder eenig agt te flaaii op Pauslyke Bullen of Bevelen, de noodi- ge voorzieninge te doen omtrent allen van die Orde, welken zich in Maaflricht mog- ten bevinden , ten einde zy, door het voortzetten van hunne Geestlyke Ampts- Verrigtingen, en het onderwyzen der Jeugd, van geen fchadelyken invloed zou- den weezen. De Leden dier door allé, Roomfche Mogendheden verdreevene, ert door den Paus vernietigde, Maatfchappye ,• moesten die Stad, waar hun dus lang de Inwooninge. vergund was, verlaaten , en . wer-
|
|||||||
C*) F- A. v. o. MARCk Oratio inauguralis4
de Gloria'Dei fuprema Natura Lege 17 Decenïb. 3773-
(t) Moshe im Kerklyh Gefchied. XjDeel,
IL 21. Vergeleeken met bl. 6óg |
|||||||
35a VADERLANDSCHË
|
|||||
xci. werden de onroerende en roerende Goecfe»
Boe k. ren dezelve toebehooréhde in beflag geno* --------men (*).
1773- Naaüwlyks waren de Gefchilleii, wegens
Nieuwe de Vrye Vaard en Handel op E$f$quebo$ Gefchuien ^oor tusfchenkomst van zyne Hoösheid, met Zee- ... j- 1 /j_\ o , J , ° '
land over geëindigd (f), ot er njezen nieuwe tus-
Èsfeqmboi fchen Bewindhebberen der West- Indifchi Maatfchappye te Amflerdam en in Zeeland, zo over het verleenen van een Octroy tot het gfaaven van een Kanaal tusfchen de Ri- vieren Esfequebo en Demerary, en het toe- flaan van den eigendom van alle de Landen" daar aan gelegen, als wegens het vervullen of fplitzen eeniger opengevallene Bedienin- gen in die Volkplanting, en 't verkoopeil Van de Plantadien der Maatfchappye. De Kamer van Zeeland hadt zich,metuitfluking der andere Kameren. het regt tot het doeii van dit alles aaiigemaatigd. Hier iii vöndd dezelve fterken tegenftand, en ontbrak het nu zo min als in het voorgaande geval, aan voor- en tegenfehriften, ter Algemeenc Staatsvergadering ingeleverd <, die de Ka- mer van Zeeland in 't ongelyk Helden* Waar op Staaten van Zeeland zich zeef be- klaagden over eene zonderlingen verhaast- te handelwyze, en het meerdere gezag, 't geen de andere Geweften zich over Zee* land aanmaatigden, te dier gelegenheid ee- ne menigte van bezwaaren opnaaiende 3 die
(*> N. Ncderl. Jaarb. 17?*. bl. 122?.
Ct3 Zie hier boven bl. 219. |
|||||
HISTORIE.. g-53
die hün zouden kunnen dringen om zich xëfl
zelven regt te verfchaffen , door zulke b b e Ki middelen, als ieder önafhangelyk Souvü - halven zy om. ópfchorting en overneeming Van dit Staatsbeiluit aandrongen. Zulks Werd geheel van de hand geweezén ( ^ sf> Terwyl het voorgaande ftuk nog hing rees 'er ftoffe tot nieuw misnoegen voor de Kaxatx ■ Zeeland ï ■ deWvl de -Ver-gade- ring van Tienen, oriaangezien de Tegen- verklaaring van derzelver Afgevaardigden^ met dé ; meerderheid , geoordeeld hadt '<$ dat Demerary eene Volkplanting was. bp zich zelve, geheel van Esfequebo afgezon- derd, en . de Bevelhebber van die Rivier niet meer onderhooiïg aan den Algemee- neu Bevelhebber over de Volkplanting van Esfequebo ; en ook aan Zeeland ontnomen hadt, het beftuur der verzorginge vaniVi Ëuflatüis-, St. Martin en Saba. Hun Hoog Mögenden hielden , het eerile voor afge- daan by het Staatsbeiluit bp den _v*yf- fin- twintigften van' Louwmand genomen!, im het tweede, voor . eeile Huishoudelykë ichikking der Maatfchappye , waai; mzy zich niet behoorden in ;te laaten. /vHoè veel- beWeegings Zeeland hier tegen maak* te f bragt zulks geene, verandering te.we-* ge(t>
Aa»
(*) Rf/ol, Gen. as Jan. en 28 April 1773, 3Sfgf_,
tan Zeel. i.'6. S. ii en 18 Maart -fjjp, K~-" ■. (t) Refol. Gen. 25 April 1773. N*i. van J&èsh, XXIV. DEEL. Z 22 |
||||
354 VADERLAND 5 CHE
£Cïu Aan geftaage verandering is. ons, Land,
B,o e K. waar 't aan Zee paalt, en door geene da -------a Zee aiweerende Zandduinen of zwaare
1773-D.yken befchut wordt, bloot gefteld. \
Groote In- Geen de eene Eeuw neemt geeft de an-? ZuUhve- ^Ët n*et ze^en weder s bovenal wanneer land. de hand der kunst zich uitftrekt om 't geen zich aanbiedt aan te grypen. Ner- gens doet dit verfchynzel zich merkbaar- der op, dan op het vrugtbaar Eiland van- ze;: Goes of Zuidbevelaud. Een gedeelte van 't zelve, waar de beroemde Stad Reimerwaal, met veele fchoone Dorpen, gelegen was , bleef naa herhaalde zwaare Watervloeden , in dg Zestiende Eeuw-, overftroomd (*). Thans werd men te raade veele Schorren en ver-, dronken Landen op, die hoogte, onder da üaamen Bath> Maire en Rtlland bekend, te zamen twee duizend Gemeten of dui- zend Morgens groot, te beverfchen, en in te dyken. By de drie duizend Werklie- den arbeidden daar aan; het drooge Voor- jaar begunstigde deeze Droogmaakerye. Doch in Zomermaand werd het ver- traagd , door een geweldig oproer onder de Werklieden , meest uit Oost-Frieslani derwaards overgekomen ; waar toe, zo men meent, de onmaatig hoog gefieege prys
|
|||||||
in en 39 Maart 8 en 13 April 17 Mey 28 Juny a
Aug. 1773.
£*) Tegtnwaord, Staat van beland bl 365 OU |
|||||||
T
|
|||||||
HI S TO RIE, s55
|
|||||
prys der Eetwaaren aanleiding gaf. Twaalf x,ci.
Soldaaten, gezonden om 't zelve te ftui- boek.' ten, konden, onder zulk een aantal mis-'——- noegden, niets uitvoeren, welhaast werden 177$, zy overweldigd; fterker arm was daartoe noodig. Honderd vyftig ft/Tan uit Bergen op Zoom dempten den opftand, die .een veragtering in 't werk te wege bragt; en een geheel ftaaken dreigde. De Belha- mels werden gevangen genomen. De Hoog Baljuw en Rentmeester bewesten 4e Schelde, met eenige Schepenen van Mid- delburg, fpanden 'er als 's öraavenmannen de Vierfchaar. Op een opgeregt Schavot werd, onder een daar opgeplaatftegaïg,een der voornaamfte Dproermaakeren gegees* feld , en een getal van omtrent drie hon- derd in Schepen, onder 't geleide van . Krygsvolk, na Oost -Friesland te rug ge- zonden. De Krygsbende bleef den gan- fchen Zomer in die Polder leggen , bet werk werd hervat, voltooid, en haat fte- vigheids genoeg om de ftormen en Iiqo- ge vloeden van het Najaar te kunnen we- derftaan (*.)• Groot was het gevaar, fchroomlyk het Zeewee-
vooruitzigt van den ftaat der JZeew^eringen ringen aan aan ä&Hddßr. De verzakkingen en weg- ^x^^er' vallingen der benedenjje jronden dreigden eeneOveräroomißg, die, naar allen fchyn, nooit zou kannen herfteld worden, en t&n ge-
4
,(*) 2T* Nfderl. Jaarb. 1771. bl. 351. 795. Yeor ''t Jaar 1774. bl. 44.' ■ ■■ ^* |
|||||
i§6 V ADE RL A NÖ S C H Ë
$èi. gevolge zou hebben niet alleen' * ëeüe
ioÉK. gaftsch nadeelige verandering in den loop der '- Ï773- ö°k eene groote onveiligheidyoof dé Texel- fche Reede, aan welke de Helderfchè Wal ter befchutting vefftrekt. Gecommitteer- 1 de Raaden in West-Friesland en 't Noor- '■'derhvartter bragteh dit ., by 't afloo- 'pen deèzes JaarS', bün Ed. Groot Mo- rgenden onder ?t böge. Gélaftigdeir daar ■ t'pë benoemd trokken, in 't vól|erid Jaar', derwaards, ven /volvoerden Met- groote 'koften het noodige : teffèns öpgeeyeiide hoe zeer veel nog benoodigd bleef om "eene gewenfchte vaftigheid aan dien Noördlyken 'uithoek onzes Lands, van zo veel aanbe- langsvoor de Zeevaard, te'geeven (*). '} 1774. Door de Bekèndmaaking, in Herfstmaand Willem des Jaars MDCCtxxm, vän zyneHoog- GEORo - heid aan de Hooge Staatsvergadferingèn,! dat |
||||||||||
J: REDERIK
gebooren,
|
||||||||||
;zyne Gemalinne, zich weder in'eenen ge-
|
||||||||||
'zegenden Staat bevöndt, in*gevolge-van
"welke aanfchryvens gedaan was der' ge- "bruiklyke Voorbiddingen ,: • leefde' men in de verwagting van eerlang het' Vorstlyk Huis, op nieuw, met eene Sprüitë1 ver- meerderd te zien. De gelukkige ver- losfing van een Prins , op èên vy f tien- den van Sprokkelmaand , van 'tv Jaar MDCCLXXiv, werd in "s Gravenhääge, op dergelyk eene wyze als; wy äby" voor-« * -; gaan- ('*) 'Refil. van Uoll. 'ioDe«. i$%% Mey ty
Dec 1774. |
||||||||||
31, . H I S T O R I E. sSf
gaande Bevallingen vermeld hebben , be- xgï.
kend gemaakt; gelyk ook de Gewesten,, boek. de Steden, en de Afgezanten der Vreem- • |
||||||
de Mogenheden des kundlchap kreegeiL.1774.
Den zeventienden yerfcheen de Stadhouder in de Hooge Vergaderingen, om daar van. mondeling; berigt te doen; en ontving de Geluk\yenfchingen. De Afgezondenen van Gelderland begaven zich na het Stadhou- deriykHof, om, van wegen dat Gewest, het Peterfchap over deeze tweede rVlaniy- ke Spruite aan te bieden; een aanbo4 door zyne Hoogheid aanvaard. Met den gewoqnen grootfchen trein geichiedde de, Doopplegtigheid, door den Eerw. p. nieuwland verrigt., en ontving de Prins de naamen van willem~ georg f R e jD e R i K, De Afgezondenen van Gel- derland, als Gevaders over den Doopling geftaan hebbende, hadden eerlang gehoor . ,,.*. by haare Koninglyke Hoogheid > wanneer zy . de Pillegift voor den jongen Vorst en de Gefchenken vo.or de Kraamkamer overhan? digden. „n De thans woedende Kinderziekte deedt Twee der
de Vorstlyke Ouders beeven voor het drie- Vorstlyke tal Kinderen, en befluiten om de toevlugt de Kinder- te neemden tot de Inenting der twee Oud-, ziekte in- ften; dewyl men den jongften tot het on- geënt. Dit dergaan daar van nog .niet gefchikt oor- jj£?jï hjer deelde. De Hoogleeraar van doeve- meer op*. B.en, een yverig voorflander en gelukkig'gangs, toediender van dit Kunstmiddel, verrigtte zulks met eenen gewenschten uitflag, yoor welken, in alle Kerken van 's Gravenfiaage, z 3 pleg- |
||||||
g£B VADÈRLANDSCHE
xei. plegtigé dankzeggingen werden uitgeftort.
boek. Dit voorbeeld, gevolgd door verfcheide Per- ■ 1774. dèedt de Inenting, die langen tyd met veel wederfpraaks en hindernisfèn, hier te Lan- de, hadt moeten kampen, algemeener dan -ooit worden ; waar aan niet weinig toe- bragt dat veele Kerkleeraars, die Voorbe- hoedende Kunstbewerking aanpreezen, en de zwaarigheden, uit Godsdienftige begin- zelen, daar tegen ingebragt, uit de gemoe- deren zogten te dry ven. De Inenting, als een vry algemeen middel, mag van dit Jaar in deeze Gewefteh, haar tydftip reke- nen (*). Leyden Hadt Leydm, op den. derden van Wyn- viert het maand, zihts twee Eeuwen, beftendig ge-
2w?e"H dagt aan de gedenkwaardige Verlosung van iaar;°r het benauwend Beleg, meteene bykans gade- Feest vanlooze ftandvaftigheid verduurd, ender ge- 't Ontzet, trouwe Burgery tot onfterflyken roem ftrekkend'e, toen deeze dag dit Jaar ftondt aan te Hchten , kon die Stad niet in ge- breeke blyven, om het Tweehonderftc Vérjaaren van denzelven, met meer dan géwoone plegtigheid te gedenken, en de véetftappen van andere Steden onzes Va- derlands, die, in dé twee laatst verftree- ke Jaareii, elk op haare beurt, Vryheid en Verlosung met Tweehonderd Jaarige FfceHtea vereerden (f), te drukken. 't Los-
C*\ È, ïftdtrt. -$aarb.. IfiA, bl. 83. 189, 401^
gQ Ztèfilèf boven bl. 83*-^-8ö. tag. |
||||
HISTORIE.
|
|||||||
»'»
|
|||||||
't Losgebrand Gefcliut van Stads Wal- xcr.'
ïen, het Klokkenfpel en Trompetgefchal boek; van de Stadshuis Tooren, önderfchéidde dee- -------
ken Gedenkdag. De Heeren vari den Ge- 1774.
regte, gevolgd door den Krygsraad der Schutterye, begaveh zich, in ftaatlyke or- de , van het Stadshuis na de St. Pieters Kerk , waar, gelyk in alle Kerken, ten tien uuren, de opefibaare Godsdienstoefe- ning eenen aanvang nam, de hcirtlykfte Dankzeggingen met de vuurigfte Gebeden paarde, en Leydens Verlosfing vrolyk ver- meldde. ------ Het losfen van 't Kanon; het Klokkenfpel en Trompetgefchal werd
ten twee uuren voor de tweede en ten vyf uuren voor de laatfte keer herhaald. On- gelooflyk groot was de toevloed niet alleen van de veelvuldig na by liggende Dorpen en Steden ; maar ook uit wyder afgelegene Plaatzen onzes Vaderlands. Deèze' propte Kerken en Straaten met Menfchën op, bo- ven al in den Avond om 't gezigt te neenten van de Verlichtingen der hier in uitfteekende Logementen. Het eene, hét Zwynshoofd geheeten, hadt den in 't Beleg zo beroemden Burgemeefter p. a. vau eer. werf ten woonhuis gediend 3 en vondt de tegenwoordige Bewoonder het zeer gepast dit Gebouw, by deeze gede- genheid, te doen uitblinken, met gepafte Zinnebeelden en Opfchriften te verderen; het ander de Burg, welke van boven tot beneden met een groot aantal Lampions verlicht was, en op een doorfchynend Z 4 Scherm |
|||||||
góo VADERLANDSCHB
xci. Scherm" de Leydfche Maagd met'Byfchrifte»
Boek. vertoonde. -------- Met deezen Dag was de Herdenking
1774. niet afgeloopen, maar de volgende beftemd
j. LE om zulks te hervatten, en door de. beto- 'f R A N c Q verende kragt der Dichtkunst, der harten heY Esre>~ ^ Vereeuwiging in te drukken. J. le denkt in FRANCQ VAN BERKHEY, M. D. en
Dichtmaat Lector in de Natuurlyke Hiftorie aan de
openlyk Leydfche Hoogefchoole, hekend door zyne Qiitzet weelderige dichtader, hadt zich toege- rust om in Nederduitfche Dichtmaat eene Redenvoering te houden. Na de St. Ca- tharina Gasthuis Kerk, de daar toe be- noemde plaats, geleidden de Beiluurders van het Leydfche Dichtlievend Genootschap Kunst, wordt door Arbeid verkreegen, als mede die van het 's Graye'nhaagfihe, Kunstliefde fpaart geen vlyt, den Dichter- ïyken Redenaar. Regeerings- Krygs- en Kerkenraads - Leden , te gemelder Kerke gekomen, zynde, onthaalde een keurlyk Muzyk, onder 't gefehal van Pauken en Trompetten , beftuurd door den beroem- den Muzykmeefter. c. Vermeulen,, de zamenvloeijende. menigte, die het Ge- bouw tot verdringens. toe vervulde, Hoe groot de ver.wagting ware voldeedt^ de. Re- denaar aan dezelve volkomen, en Haagde, in de uitvoering, zo gelukkig, dat hy zich, ■ niet alleen van aller aändagt; -maar oök van aller harten , ■ volkomen meefter. maakte. Ieder was, naar 't eenftcmmig getuigenis: 4er oorgetuigen-, onder de taa.1-, die. van, (\v zyne |
||||
HISTORIE. 5<U
|
|||||
^yne lippen rolde, enkel gehpor. en ge- xci,
voel; de hartstochten van Droefheid en boek. ÏVIedelyden over den veegen ftaat der Stad, --------
van Verontwaardiging over de Spaanfche 1774.
Dwinglandy en 't onderdrukken der Vry- lieid , of van Blydfchap op het heuchlyk. Ontzet van Leyden ; deeze en dergelyke hartstochten tekenden zich op Ieders ge- laad, naar maate dat de Redenaar verfchil- lende voorwerpen voordroeg; de aandoe- ningen van aller harten volgden op zyne klanken. Men ondervangt rQ~n zo zeer als immer het vermogen eener kunstlooze Welfpreekenheid. Op het eindigen was het een verrukkend tooneel te zien, hoe Herken indruk zulks gemaakt hadt, aller monden juichten tot 'des Redenaars lo.f, een ieder yerfpreidde denselven langs de ftraaten, gansch Leyden weergalmde, toen de Dichter, begeleid door die zelfde Kunst- genooten, na nuis tradt.' En treffend Mu- zyk liet zich tusfehen de tydperken, in welken de Redenvoering verdeeld was, en by 't eindigen, hooren. De overgiftc èener nieuw gegraveerde Afbeelding van den nooit, volpreezen Burgemeester van der werf, aan Leydens Magiftraat,door den Redenaar, befloot zeer eigenaartig dee- ze Feestlyke plegtigheid. En hadt het Kunstgenootfchap Kunst w,orch door arbeid verknagen,, den voorgaanden avond, die groote Gebeurtenis vrolykigedagt, een an- der daar ter Stede, bekend onder de Zinfpreuk Veniam pro, laude, vierde dit Z 5 'Eeuw- |
|||||
gda VADERLANDSCHE
|
|||||||
rxci. Eeuwgetyde dien avond. Twee Gedenk«
Boek. penningen ftrekten tot beftendige herden- -----— fcings middelen aan den zegeryken Dag
1774. van Ley'dens Verlosfing. Wat hand dicht-
Nieuwe &aaren roeren kon, fpande dezelve oiü Schouw- ze dien ter eere te tokkelen (*). burg te Wanneer de Brand den Amftei■darhfchèn dwüZige- ScIl0uwburg in asch en puin verkeerdf
wyct.' Iiadt (f) hing het by de Regeering dier Stad in beraad of men eene nieuwe zou! oprigten. Gewigtige redenen béwoogeri dezelve om weder een Kweekfchóol vari fchuldloos vermaak, en een Öefenperk der dichterlyke bekwaamheden, zo in het hooge Treurfpel, als in 't vrolyk Bly- fpel, en de boertende Klugt, te doeit bouwen. De bekrompe plaats, waar dé oude geftaan hadt, wilde men gaarne voor éene ruimere verwisfelen: bezwaarlyk was die in eene zo volkryke en digtbebouw- dé
|
|||||||
f *5 Bifchryving der Pïegttglieden én Trri«.gd'i*
hc dry veil, b'y lm tweede Eeuwgetyde van de Stad Eeyden. Gevierd op 3 en 4 van Wynmaand 1774 , by c. v. hoge veen JUNIOR, dié médé eene' keurige Verzameling van Verzen op Ley'dens Tweede Jub'élfeest" in 't licht , gcbrag't heeft. Ookf ontving men het Verheerlykt Leyden vau den Dichter le franc q van berkhey, waar mede den Nederlander niet weinig té vrecfe en ingenomen was-, ét> waa* door zy , die gèene' gelegenheid gehad1; hadden oni deeze Rédenvoe- ring te hooren, hier in eenige fchavergoeding ve£- kreegen. £t} Zie hier bovenbl.292. |
|||||||
HISTORIE. 363
de Stad te vinden , zonder dat 'er zich xcr."
eenige ongelegenheden opdeeden. Ein- boe k. delyk bepaalde men op het Leydfche Plein ,--------
by de Leydfche Poort, naar 't plan van 1774.
j. e. de witte, Directeur Generaal van Stads Werken en Gebouwen, een nieuwen Schouwburg van hout te ftigten. Het werk werd aangevangen in Gras- maand desJaars mdcclxxiii., en was in Herfstmaand des volgenden Jaars vol- tooid, en de noodigfte Schermen waren door de bekwaamde meesters gefchilderd. Op den vyftienden dier maand werd het nieuw Tooneel plegtig ingevvyd, door een klein ftukje van bartholömeus roelofs, Capelmeester van het Or- chcst j gevolgd van het Treurfpel Jacob Simonszoon de Ryk, gevloeid uit de pen der beroemde Vaderlandfche Dichteresfe LUCK.ETIA WILHELMINA VAN WIN-
TER, gehören van merken. Dit ge- fchiedde in tegenwoordigheid der Regeeringe en van verfcheide daar toe genoodigde per- foonen. Dit zelfde Treurfpel opende, twee dagen laater, den nieuwen Schouwburg voor allen, en werd dezelve, even als de oude, waar men eerst den Gysbrecht van Amftel, van vondel gefpeeld hadt, eerst ge- opend met een oorfpronglyk Hoüandfch Tooneelftuk, uit de Vaderlandfche Ger fchiedenis ontleend, en tot Amflerdam be- trekkelyk. Eene enkele vertooning kon den verbaazenden toeloop van nieuwsgie- rigen en Tooneelliefhebberen niet vol- doen, vetfcheide keeren herhaalde men voor
|
||||
S<ï4 VADERLANDS C H E
xci. voor een opgepropten Schouwburg, die
B-o EK. gevoeglyk plaats verleent aan zestien hon- ------~ derd Toekykeren,. dit Stuk. — Schoon
1774, 'er altoos lieden gevonden worden aan
het, oude dermaate gehegt, en daar mede, zo ingenomen, dat zy iïceds daar aan, de voorkeus geeven , voldecdt deeze nieuwe Schouwburg, zo in deszelfs aanleg, als in de Tooneel-cieraaden, en pragtige Kleede- ren aan den fmaak van kundige en onbe- vooroordeelde Tooneelminnaaren , die zich verheugden over het herbouwen eener plaatze , waar zy hun lust konden, boe- ten (*). Het Ge- Te dier zelfde Stede nam thans een. nootfehap, nieuw Genootfchap, tot opbouw der Ge- ScP'ibud"\- neeskunde, 't welk ten Zinfpreuk voerde daaropge- SERVANDisciviBus, eenen aanvang% rigt. en maakte zich bekend, 'door de uitgave van eene openbaare Aankondiging, by welke
zy verklaarden, dat een klein Gezelfchap van bekwaame Mannen, overtuigd van het nut, 't welk Geneeskundige Genootfehap- pen, in andere Landen, hadden te wege gebragt, zich reeds voor eenigen tyd ver-, eenigd hadt, om alle de waarneemingen van hunne wyduitgeftrekte Praktyk-met elkander te vergelyken , en;dilcwyls, hoe- wel nooit dan met de uiterfie voorzorge^ nieuwe Proeven, ter uitbreidinge van de Kunst te neemen. De ruime verftandhou-, ding der Leden van dit Gezelfchap, met? : ., ■',;.; ?-:>;. ....,.'•;.- ;,,-ver-i (*) N. Ihderl. Jaarb. T774, b\.:l?i(j. . •-.;• ■■':;
|
||||
HISTORIE. 365
|
|||||
verfcheide Geneesheeren van den eerften xcf.'
rang, gaf gelegenheid, om nu en dan deszelfs boek. .Lichaam met nieuwe en voortreffelyke •-------
Leden te vergrooten. Aan de volkomen- 1774«
freid ontbrak, dat het zich, ten meerderen nutte, als een Genootfchap, wereldkundig maakte , hoe wel de byzondere Leden, voor eerst niet konden goedvinden hunne Naamen te doen kennen,' gelyk zulks by andere Genootfchappen •gebruiklyk is; -Zy wilden zich eensdeels aan geen afgunst blootftellen , en dagten anderdeels, dat het geenzins de Naamen, maar wel dee- gelyk de Zaaken waren, die het Gemeen beoordeelen moest. Die geheimhouding der Naamen beloofden zy, dat een einde' zou neemen', zo- ras de meerderheid der Leden , om gèwigtige redenen, zulks dienstig keurde. Jaarlyks loofde dit Ge^ nootfchap.een'Gouden en Zilveren Pen- ning uit, aan het beste en daar aan naast- komende Antwoord, op eehe Vraag de Ge- nees- of Heelkunst betreffende (*). ;; "' J .Ramp en onheil- uit de Letteren derVrees Lugt te fpellen, of uit ongewoorie ver-voor deri fchynzelen, in den loop en ftand der He-^Iardf mellichten, de akeligfte gebeurtenisfen te uit den voorzeggen^, was j van onheuglyke tyden Stand der af, het bedryf des fchroomvalligen Byge- Planeeten loofs ,- dat: van'eenen befmettenden aart, £ebooren* akoos'veele zwakke' gemoederen ontrustte, h•.>.' ÏS'.H i\Siï>) ;l .V:; /üT 6ri
n'-ïo 'iWv f ,"r)'jnrü) y Vjhno' ■y/,tvi:ï :> <
"(>) Verhandelingen/van het Genootfchap Ser*
vandis Civiius IDeel... .<;-■■•.. |
|||||
S66 VAD ER LANDS CHE
xci. en ora welks aangevangen werk te vol-
n o eK. «tooijen eene onkundige, of niet zelden -------- bedrieglyke, Priesterfchap de hand leende. 1774- Hoe gedugt was altoos in 't oog des By-
geloofs, de verfchyning van Staartltarren: dan, waar de fakkel der Weetenfchappen ontftooken is, doet dezelve de duisternis- fen Yan Waan- en Bygeloof, met de daar door verwekte vreeze, verdwynen. Kun- de van den loop der Hemellichten, de berekening van de verfchyning der zel- zaam zich vertoonende, door de uitkomst geftaafd , heeft dien ydelen fchroom ver- bannen by elk oplettenden , en zou men naauwlyks in een Land, waar de kundig- heden zo algemeen verfpreid zyn als in het onze, verwagten , eene ongerustheid uit den ftand der Hemellichten te zien ge- booren worden, welke beter voegde aan de diepe onweetenheid dier Eeuwen, waar in Onkunde met Bygeloof ten zetel zaten. Dit was nogthans het geval. De Starrekun- digen hadden waargenomen, dat de Planee- tenMerwrius en Mars, in dit Jaar, zeer na voorby onzen , Aardbol zouden loopen: zommigen hadden zich uitgelaaten oveE de mogelykheid,. ■■■. dat de nahyheid van een deezer Dwaalflerren aan onze Aarde op de- zelve eenigen invloed zou kunnen hebben. Dit ontruftend gerügt waaide uit Frankryk welhaast in andere Ryken, en ook in ons» Vaderland, over; 'er ontftond veel bekom- merings onder 't Gemeen , 't welk den achtften van Bloeimaand met fchrik zag na- deren , als 's Aardbols jongften. dag. Dan ner-
|
||||
HISTORIE; 36?
|
||||||
nergens in onze Gewesen liep die benard- xci."
heid tot zulk een uiterfteals in Friesland, boek, waar een dweepend Schoolmeefter den Pro----------
pheet fpeelde, en de akeligfte Gebeulte- 1774.
ïlisfèn vQorfpelde. Zo veel geloofs vondt hy by zommigert , dat zy hunne Brood- Winningen, lieten ftilflaan, in het denkbeeld dat zy» naa den achtflen van Bloeimaand, d„es n\et zouden behoeven. De hoQge Regeering oordeelde het al- In Friet*
daar noodig, ter bedaaringe van de zo ^, J£_ zeej ontrustte Gemoederen, en tot voorko- gaan door ming van meerder verwarringe , een Be- eenBerigt- rigt te doen opilellen eri wereldkundig te fchnft van raaaken , 't welk, om der zeldzaamheids ^f™ wille, verdient afgefchreeven te worden. r-T „ Men is van eene kundige hand on-
„ derrigt, dat de beweegingen van Mercu- „ nys en j\fars geenen invloed op de Aar- ,j dp hebben} dat 4e Conjunctie van Venas „ met de Zon reeds den 2,2, van Maart is „ gefchied (zonder dat men haar, wegens „ dpr^elver groote goorder Breedte, voor „ 4.e. Zon, gelyk in de Jaaren mdcclxi „ en MDccLXjx heeft gezien), en dat ,,, de Conjunctie yan Mercurzyt met de Zm „ den 11 4prjl voorgevallen is. Byge- „ volg- daf beide djgez.e Plan.eeten, op de „ gemeldLe; tyden ?i het allernaaß; aan de „ Aß%de zyn geweest, en zich, nu weder- .,? om, dagelyks yan dezelve ve.rwyd.eren.. „ Vopri;s dat het zeer klein vermogen van „ jmßißer op de Aarde, den 8 May byna „ op het allerkleinfte is, en op dien Dag „ niets byzondqr,s, ftaat te gebeuren a.an- |
||||||
„ gaan-
|
||||||
S^S VADERLANÖSCHE
Xci. ■>•> gaande de Planeeten, dan dat men' 'S'
boek. 5, morgens vóór den Opgang der Zorane^ ------- s, by helder weer , Jupiter, Mars,'Venusi;
Ï774. 55 MercüHus en de Maan., in het Zodiaks-
„ Teken Wn Artes zal zien;daar naa, met „ het begin van Juni', in Taurus, en ver- „ der in zeer verfchiïlende Tekens van den 5, Zodiak, volgens den beltendigeri loop „ der Planeeten, zal waarneemen; en dat „ daarom ztrlkeri, die vermoeden dat, op >■: ,, den acfitjïen Mey, waarfchynlyk eenige „ veranderinge in de beweeginge der Aar- ,', 'de en Planeeten zou, ontftafii , ifl de „ daad hunne onkunde belydeii in dé wet- „ ten der beweeginge van dezelven: naar- „ dien deeze Lichaamen, ieder in 't by- „ zonder, hunnen loop, in hunne eigene, „ en Zeer van elkander verfchiïlende, Krin- „ gen, zonder daar uit te wykeii', vol- ,, brengen. Zo dat de Starrekundigen $ „ vóór honderden van Jaareiij ivat het „ zaaklyke betreft, indien zy ooit hadden „ gedagt, dat eene vertóoning aan den 5, Hemel, als dïe van den gemeldeh Dag, ,^ nadeeelige gevolgen in het Zamenftel „ der Planeeten zou maakeri,. dezelve „ hadden kunnen voorzeggen (* ). ----—
Dusdanig eene verklaaring veroorzaakte
wel eenige gerustheid in de gemoederen; doch de vrees verliet de beklemdfte harten niet te eenemaal, dan naa dat de angftig te gemo'et gezie/ie achtfte van Bloei- fnaand,
|
|||||
(*) N. Fttderl. Jaari, 1774. bl. 414,
|
|||||
%H
|
|||||||
HISTORIE;
|
|||||||
maand, zonder dat 'er op denzelyen iet. xcï.
zonderlings, door de Werking,der Dwaal-boek. ftarren veroorzaakt, ten .einde geloopen —-----
was; wanneer het Bygeloof, naar gewoon- i?74\
te , zweegj, .en het gegrond.belachen van kloeker Verftanden, met geduld, moest verdraagen. , Een ongewoone Voorjaars - ramp, geheel Onge«
geene gemeenfchap hebbende met dien P1?^11 ydel gevreesden ftänd der Hemellichten,te°r0fnw trof, in 't einde van Bloeimaand, eenige Mey- plaatzen in onze Geweftem Naa dat de n^and, Lugtsgefteltenis in 't midden dier Maand 9 ten aanziene van Hette en Koude j zeer on« gelyk geweest was, zo dat., pp één dag de Thermometer een onderfcbeid van twintig tot acht- en- twintig Graaden tekende (*) ftak den zeven- en- twintigften een harde Storm uit het Noord -Weiten op^ die het T- water voor Spaarendam tot zulk eene hoogte deedt ryzen als de; oudfte Lieden, in een zo ver gevorderd Voorjaar ^ nooit, beleefd hadden; De Siaaperdyk ftroomde over, op eene wyze in den Winter niet ongewoon^ en deedt de hoop op een gunfti- gen Hooibduw, welken het weelig 'ftaandè Gras in die ftreeken beloofde , in den vloed verdwyneri; De Zuider *Zee zwol, door deezen Storm, op onze kuften der* maate dat geen menfehen geheugen daar vaii.
(*} Weerkund. Waarn. van A. w. scha Et;
1)1 de Redend: ~P~ade~rt, Letteroefeningen IJl Diïe! S Stuk. bl. 320. ' ' . XXIV. DEEL. Aä
|
|||||||
y«to.. V A D- E R L A N D S C H E
|
|||||||
xci. van kennis droeg. Op bet Moegrmïbnfi
Boek. Kalantsoog verdronk, door 't opzetten defr .------- Noord-Zee, veel Vees. De Vïsfehsrs dia
1774. Zee bevaarende leeden niet alleen groot©
fchade; maar ook één Ratv/yksch Vis-, ifchuitje floeg, op de-hoogte vzaTer Heyde. oni % geen der Manfchap bragt 'er het lee-» ven al ('*■'). ■Mjddelen Reeds zints den Jaare mdcclxvxis tot verjbe- waren 'er in Friesland, op voorftel des *5n.n8;va?' Erfftadhouders , door-de Staaten van dats Inkomfteii Gewest-,eenige< bekwaame Leden benoemd*, beraamd, tot het onderzoek van den toeftand den Bands Inkomftem Zy leverden, in den voorleeden Jaare, berigt in van hunne Be^ vindinge , als mede van. de Middelen^ van Ipaarzaamheid' en- andere , welke zy toe herfiel der Geldmiddelen bekwaam en noodig. oordeelden. Staaten- van Friesland zonden'fc éelve aan den Stadhouder, die, in Sprok--. keimaand deezes Jaars, zyrt- gevoelen daari ever- bekend maakte, 't welk het beraamen én vastftellen- van verfeheide Plakaaten en Publicatien , des betreffende, ten gevolge hadt (f). Of dezelve alle van dien aar« waren, ttk zy het kwaad in de beginzels aantaften , en-'er dus geneezingvan. tever- hoopen was-, werd verfcheidenlyk beoor- deeld. |
|||||||
C*3 27. Nederl. Jaarb, 1774. bl. 525. 587.
Ct) Ze zyu te vinden in de N.Ncdcrt- SiWH. Ï774. bl. 543. 579. 590----616. 853. |
|||||||
H I S TORll
Allen, die over. de Albis of de£/i>f* de xtu
Grensfcheiding van het, oude Franfih boek* 'Grondgebied jgebooren waren,en vandaar ——- Albani en Aubena genaamd werden j 't jJ?J^4- welk zo veel zegt ais Vreemdelingen % riiog- fiel Regt ten, volgens eene Wet van carrl^^"" Den GHooTENj, geen© Goedéren in rchend'eë- Frankryk erven 1 dé naalaafcenlëhappeiijj.die zen Staat anderzins hun zouden hebben moeten aan- en Frank* komen , vervielen aan 's Lands Schatkist rJk * als , „■ > ' lil Pil f*
Dit Regt werd Jus Albinatus ,, Jus Athiha- tweeden
gil, en Jus Aubania geheete%hl 't Framch geheel a£ DrohtfAubaine^hy ons het Regt van Alf- ëefchat't. mine. Andere Volken* door dit ï^egj:^ in Frankryk flipt uitgeoefend? gedrukte, lie- ten 't zelve, volgens de- Wet vaa Weder* vergelding, tegen, de Frafifchen gelden..,- en wasditvry algemeen onder de Volkeren,- Be* fchaafder tyden en heufcher- Zeden deedea 't zelve hier en daar aflèhaffefi* Ook werst liet reeds,,by den Kamerykfehm Vredety jtl de Jaare mdxxix^ voor de NetkHumkrs in Fmnkryki en voor. de Fmnfehen-'m de ■ . < ... Meckrioftden, vernietigd -% en. deeze' veinieBi- ;;. ging bekrägtigd dbor een byzond-er Ver- drag in den Jaare MB-c-xeL-vra (**)>< ff- Doch men; vondt in- Frmkryk niet soedf, ""v'T" omtrent de Franfeh Vlugtelk)gfe»,-die. d«ii Jtaatlyken Geloofsd-waing, ontweeken-, dee?« Godsdienst-vryheid ademendeGe^eften-ter 't',.'•'» 'l ièhuiiienyerblyf^laatzegenometthadden^iGh , aan
f*) Groot Plakaat Boek II Deel, bl. 2223, ook
Snader.1634'. ->*&£ IT/Deéli, bl. Ï3&5. Ên iw een Tractaat'vaffl Véietïdfóhap'J662-: Aid:. MV- at?» ij, •+*'■ ..i/tri
|
||||
■tf& VADËRLANDSCHE
|
|||||||||||
aan dat Verdrag van Vernietiging te ;höü-
i den, zelfs niet wanneer die Vlugtelingenj ■in deeze Lauden < als Inboorelingen aange- ■ nomen waren i, 'gelyk een Plakaat des Jaars mdcclïX dit Regt van Inboorlingfchap aan die Vlugtélingen verleende (*). Me- ïiigmaalen vielen hier over klagten, welker, vrugtloosheid de Staaten in 't einde be- woog te verklaaren, dat men, ter weder- vergelding , den Franfchen ook niet zou toe laaten tot de Erfenisfe der Goederen van Vlugtelingen hier ter Lande (f). In deezen voor de Menschlykheid onvoegly- ken ftand bleef dit ftuk tot dat, in Lente- maand deezes Jaars, de Kroon van Franryk en deeze Geweilen, ten voordeele der we- derzydfche Onderdaanen, een Verdrag flooten, by 't welk het Regt van Aubaint volkomen afgefchaft en vernietigd werd. -* Een zelfde Verdrag werd ook tusfchen het Ryk van Zéeedëh en deezen Staat, om deezen tyd, aangegaan ( § ). Schreef men de gemaklykheid, waar me-
de het Hof van Frankryk zich daar toe liet beweegen, misfchien niet zonder grond, toe- aan Frankryks oogmerk, om, door dit -betoon van hoogagting voor 't Gemeener best,'t zelve aan zyne belangen te verbind- den:, 't welk de welwikkende Staatkunde van veel gewigts moest oordeelen by het toenëemen van den dagelyks aanwakkeren- deiï
|
|||||||||||
Mi.
BOEK,
|
|||||||||||
Engeland
verzoekt
dat de
Jfoord-
Amtricaa-
nen , uit
deeze
Landen ,
met geen
Krygsbe-
hocften
|
|||||||||||
C*) Groot Plakaat Boek V Deel, W. 73.
<t5 Groot Plakaat Boek V Deel, bl. 74. , (j) N, Ntdtrl. Jaarb, 1774. bl, 527 en |
|||||||||||
HISTORIE. 3f3
|
|||||
(len twist tusfchen Engeland en de Noord- xci.
dmericaanfche Volkplantingen, waar in boe K.
Frankryk, vroeg of laat, ftondt deel te ———
neemen. liet gedrag des Engelfchen Hofs 1774.
was, by den aanvang dier onlutten, by lange mogen
zo vriendlyk niet, en diende, het voor- voorz)«s
n. 1 j a> u j ai "Worden, itel des Argezants yorke by de Alge-
meene Staaten geenzins om de gemoederen in
een handeldryvend Gemeenebest ten zynen voordeele in te neemen. 't Zelve behelsde, - ..; dat de Koning zynMeefter zich vleidde,dat •>'•-•' hun Hoog Mögenden, uit hoofde van de aanhoudende Oneeniglieden tusfchen Groou Brittanje en de Engelfche Volkplantingen, in America , aan derzelver Ingezetenen wel ernftig zouden willen verbieden, deeze oproerige Volkplantingen, 't zy 'phddelyk of onmiddelyk, met Geweer; of Krygsbehoeftens te onderfteunen ; dat zyne Groot-Brittqnjüfche Majefteit, uit, aanmerking van de Vriendfchap en goede verftandhouding, welke zo gelukkig tus- fchen Engeland en 't Gemeenebest plaatze. hadt, verwagtte, dat hun Hoqg Mögenden de noodige voorzieningen zouden doen tot het beletten van dusdanige verzen- dingen. ----'r-^-r Men wil dat Engeland het by dit verzoek , niet liet beruften j
doch -dat 'er daadlyk op 't T twee Engelfche Vaartuigen lagen, om een waa- kend Aog te houden, op 't geen van daar verzonden werd; en welke Schepen, zO ras zy vermoeden kreegen eener verzen- ding van Oorlogsbehoeften na Boflon, ge- reed waren enze Koopvaajcders in het uit- Aa 3 " ' aei>-......'•'-•'S
|
|||||
3?4 VADERLANDSCHE '
xci, zeilen te volgen, misfchien met oogmerk
li o e K, om dezelve in Zee te onderzoeken. -------■ .De toeftand der zaaken in Noord- Ameri-«
1774. ca-> Frankryks blykbaare genegenheid, om
De Oorlog die Volkplantingen, in het Vryheids-pleit
»sf^ni te onderfteunen , en Engelands bepaald oog-
en°En&t mer'c onl a^es °P te zetten by het onder*
land dreigt werpen der Volkplanteren , deedt elk
uit te zul-eenigzins vooruitzienden , vastftellen, dat
Jen bar- faQt xwistvuur, in de Nieuwe Wereld eerst
ontftooken, dat des Oorlogs in de Oude
Wereld zou doen ontvlammen, De be»
trekking, waar in onze Staat [ftondt tot
de twee Mogenheden, die eerlang tegen
elkander het harnas zouden aangorden,
fpelde ten minften het vertoon derzelfde
tooneelen, als in den laatstgevoerden Kryg
tusfchen Frankryk en Engeland, zich op-
deeden, "en by de meesten nog in verfche
geheugenisfe lagen. Twyfelingen of de On-»
zydigheid, toen met zo veel Staats beieids
gehouden, door è&:Fereenigde Gewesten zoii
kunnen bewaard worden, bekroopen veelen,
die den tegen elkander werkenden invloed
des Hofs Van Verfailles en van Londen*
in den Lande kenden, en berekenden hoe
hoogst bezwaarlyk het zou vallen, buiten
eenen Oorlog te blyven, waar in men den
Staat gaarne zag ingewikkeld; fchoon men
van den kant dier ten Oorlog gereede
Mogenheden, niet naliet op Onzydigheid
van onzen kant aan te dringen.
Staaten Niets kan beter tot opheldering van de
VnjHA°rt inwendige Staatsgefteltenisfe , ten deezen
land arm- . o . <\ , ,. ? - -
ffwiaanopopzigte , hier te Lande , dienen dan een
'" ■ ' ■ na-
|
|||
Hi'STORi e; &$
|
|||||
verilag van 't fgeeii 'er, omtrent de xci.
vérfterking der Land- en -Zeemagt, ten b^oeki deezen tyde, voorviel." ïn deb. Jaare--------
üdcclxxii hadden Staaten van -Hol- 177$.
'länd niet nagelaaten aan te dringen op de de verfter« hoogstnoodige Verbetering van 's Lands king der Zeemagt, en wel >byzonde-r, dat de overi- ^aaroln' ge Gewesten de Aandeden in de Petitien ^e anders van de Jaaren mdccl xx en mdcclxxi Gewerten tot buitengewoone Uitrustingen ter Z-ee I1ict £e~ Zouden opbrengen, als mede tot den verzog- ^ii^eq, ten aanbouw der vier-en-twintig Schepen van Linie (*); doch zy vonden de Bondge- nooten min bereid dan zy verlangden om ■de Zeemagt tot die hoogte te brengen. ',, Zy waren misfchien," dus drukt zyne Hoogheid zich over deeze agterlykheid uit, „niet gezind om alhxm vermogen aan ,j de Zeemagt te befteeden-, en wilden, ifi „ de toeftemming tot dezelve b niet al ia „ fchootig zyn, uit vreeze dat, wanneer „ die Zeemagt, op de door Holland be- „ doelde hoogte, zou gebragt, zyn, min- >,, der gelegenheids voor hun zou overbly- „ ven , om zich ook van de Landzyde, „ de zo lang gewenschte , en by hun zo j, noodig geoordeelde, zekerheid, te be- „ zorgen (f). Hier door bleeven de zaaken in den zelf- Nader
den ftaat tot den Jaare mb c clxxiiï. aandrang Holland, de langs hoe erooter Wordende door Staa*- ten V3ii
noodzaaklykheid bezeffendeom die Verfter- Holland
king gedaan,
C*3 Zie hier boven bi. 248.
(t) Memorie van zyn Hoegheid 6 Oct. 17834
&U II: Aa 4
|
|||||
IfG VAD E RL AND SC HE
Kei. kingterZee ot ftand te brengen > herhaalde
boek. toen den tot nog vrugtloozen aandrang by --------hunne Hoog Mögenden, die beflootenby alle
1774. de overige Geweften, het hunne te zullen
aanwenden om in de billyke eifchen van Holland te Hemmen; en verder goedvon- den zyne Hoogheid, en den Raad van Staa- ten , te verzoeken om een Plan tot verfter- king der Troepen van den Staat ter Alge- meene Staatsvergadering te willen open- leggen, om daar op, avereenkomftig de Orde van den Lande, te beiluiten. OverysfeU De raadflagen der onderfcheidene Ge- raadflag. werten konden nu niet wel agterwege bly- ven; zy kwamen in. Overysfel zou met ge- noegen een Plan tot eene maatige Vermeer- dering der Landmagt te gemoet zien. Wat de vervallen Staat van 's Lands Zeemagt betrof, was het aangemerkte, zo. van hun Hoog Mögenden, als van Staaten van Hol- land, niet ongegrond; doch dat daar om- trent geen meerder voorziening hadt plaats gegreepen, moest aan Ridderfchap en Ste- den niet geweeten worden, en mogteri zy zich op voorgaande toeftemmingen in die Lallen, boven al van den Jaare mdcclxxi, beroepen. Zj wilden niet ontveinzen, dat ze nu nog agterlyk waren in zich te verklaaren over de Petitie tat den aanbouw van Vier- en- twintig Oorlagfchepen; doch, behalven dat dit hun geval niet in 't byzonder was: dewyl de meefte Geweften ?ei' nog niet in toegeftemd hadden, waren zy hier in voornaamlyk wederhouden, door ««lö Onregèlmaatigheid en Onbillykheid. waar |
||||
HISTORIE. 3?f
friede dit gedeelte van het ftnk der Confen- xci.
ten werd behandeld, op welker verbete- boek,] ring zy aandringende by deezen betuigden--------
9, dat, indien de gezaamlyke Bondgenoo- 1774.
,, ten, in de Petitie tot den aanbouw van w vier- en- twintig Oorlpgfchepen een ■„ gaaf Cv.nfent geliefden te draagen, dat „ Confmt op zyn tyd met reè'ele prefiatie tg •„ agtervolgen, en daar van ter Vergade- :„ ringe van hun Hoog Mogenden verklaa- „ ring te doen, zy mogten lyden, dat „ nimmermeer eenige aandrangen herhaald „ wierejen by de Geweften, die in de Pe- „ titie tot den aanbouw van Schepen van „ den Jaare mdcclxxi, of in 't geheel j, niet, of maar ten deele toegeftemd had- „ den, maar zy des geheel ongemoeid ge- „ laaten: zy hoopten dat deeze Verklaa- „ ring, door de overige Geweften, mögt „ worden gevolgd, en de gebrekkige Ge- „ weften aanmoedigen om te befluiten op „ en toe te ftenimen in de Petitie tot de „ Vier- en- twintig Oorlogfchepen." É>an konden zy niet voorby aan de Bond- genoqten voor te houden, dat, zouden de vervalle zaaken van de Zee zodanig behar- tigd en verbeterd worden als noodig fcheen, zulks voor een grqot gedeelte be- hoorde gezogt te worden in den fta&t der middelen ten lafte van de Collegien ter Admiraliteit, Utrecht was voor de verbetering van Utrechts
Zte.- en Landmagt, beriep zich, om zy-gevoelen, ne bereidwilligheid tot het toebrengen van <zyn aandeel aan het Zeeweezen te toanen, ; .■■: ,% Aa 5 op |
||||
$?* VADERLANDSCHE
|
|||||
Xci. op de gedraagene toeftemming in de Pètï-
«Bo EK. tie van den Jaare mdccxli, . op de ■ '1774' wyl andere Geweften of niets, of merkc- lyk minder, hadden betaald; op de katere ;betooningen van bereidwilligheid om het gemeene Vaderland, en dcszelfs afgelege- ne Bezittingen, zo wel ter Zee als te hm\- de, te helpen befchermen. Verklaarden Staaten van Utrecht zich omtrent eenige voorgeflaagene buitengewoone pooging tot vermeerdering van de Land- of Zeemagt der Republiek niet overeenkomftig den wensch van zommige Bondgenooten , dit moest aan geen gebrek van bereidwilligheid\ maar aan de bekrompenheid van Geld- middelen , worden toegefchreeven, welke , zonder het bezwaaren der Ingezetenen a die veel eer verligting behoefden, in geen beter Haat konden geraaken. „ Zy ver- ?, trouwden dat de Bondgenooten, dentoe- „ Hand van hun Gewest behoorelyk over- „ weegende, het verlangen van hun Ed. „ Mögenden niet vreemd Zouden vinden, „ dat cindelyk eens met ernst wiefd ge- „ dagt, om door eenegelyke én geregelde „heffing'van de Middelen te Water, en „ door het betragtèn eener behoörêlyke ■„ Oeconomie by dé Admiraliteits Cölle- „ gien, het Fonds b tot de- Zeemagt ge- „ fchikt, zo veel mogelyk te bevoördee- „ len , en dat de onderhandelingen daar „ over, voormaals begonnen , ölet ernst „ voortgezet en tot een fpóédig einde ge- „ bragt wierden, bereid zynde öm, ,öp $j het
|
|||||
HISTORIE. 379
w het bekomen der noodige onderrigtingen xci.1
j, van het geen tot verbetering der Zee- boek. „ niagt van den Staat, en de befcherming--------
„ des Handels, zo uit de Inkomften der 1774.
„ Admiraliteit,als anders, zou kunnen ge- „ vonden worden, op de Petitie van den „ Jaare mdcclxxi tot den aanbouw „ van vier- en- twintig Schepen van Li- „ nie, zodanig te beüluiten als de omflan- „ digheden der Geldmiddelen eenigzins 9, zouden toelaaten. Gelyk zy ook by „ herhaaling betuigden bereid te zyn, „ om op gelyke wyze te belluiten, op „ eene voeglyke Verfterking van de „ Landmagt, zo ras zyn Hoogheid en de „ Raad van Staaten eene nadere Petitie j, en Plan ter overweeginge der Bondge- „ nooten, zouden ingeleverd hebben: „ voor de Verbetering van de Land- en „ Zeemagt, waren huns oordeels dezelf- „ de redenen." Gelderland., terftond in de Petite tot Gelder-
meergemelden aanbouw van Oorlogfchepen landt geltemd hebbende (*), herhaalde die toe- denj^" (lemming, deeze gelegenheid aangrypende ' om by hunne Bondgenooten, die tot nog
hier in niet bewilligd hadden , aan te , dringen, dat zy 'er zich toe zouden laa- ien beweegen, ten einde men fpoedig met eenpaarigheid daaromtrent een Befluit mögt neemen ; dan teffens oordeelden zy het tegenwoordig aantal van 's Lands Krygs- volk
|
|||||
£*") Zie bier boven bl, 3,53.
|
|||||
3So VADERLANDSCHE
•xei. volk niet toereikende om tot beveiliging
Boek. van den Staat de noodige gerustheid te -------- geeven; waarom zy ook bleeven aandrin-
1774. gen op eene maatige vermeerdering, en
het Plan daar toe te gemoet zagen, Seelands Geheel anders klonk de taal door Zee- bcfluit, land geuit, Staaten van dat Gewest s „ zouden geene zvvaarigheid maaken, om, ,, ten aanzien van de Zee- en Landmagt, „ het gevoelen van Staaten van Holland „ te omhelzen; waare het niet, dat zy daar „ in verhinderd wierden, door de bekrom- „ pene gefteldheid hunner Provinciaale ^ Finantien; die niet toereikten, om de „ gewoone uitgaven te kunnen draagena „ en veel min iuftaat waren , om aan „ eenige buitengewoone uitgaven te ge- „ moet te komen , en wel inzonderheid j, aan een zo merklyke fommc , als het „ aandeel van Zeeland in de Petitie tot „ den aanbouw van vier- en- twintig Qor- „ logfehepen; als mede in tiet geene een „ voeglyke vermeerdering der Land- „ magt zou beloopen , waar om zy s „ hoewel met leedweezen , moesten be- „ tuigen, geheel buiten Haat te zyn, om „tot zodanig eene Toeftemming te koT „ men, welke zy met geen daadlyke „ Geldopbrengingen zouden können he- „ kragtigen, ten ware de Eondgenooteii „ konden overgehaald worden, om Sta.a- „ ten van Zeeland? daar toe meer, inftaat. „ te ftellen , dan tot heden was gefchied."— Voorts bragtcn zy een ganfche lyst van kezwaaren, van verkortingen, en van verpn- |
||||
H IS TOR I E. ' 381
|
|||||
gelykingen5 in 't midden, zich over de xcn
Behandelingen der overige Zes Gewes- boeks' ten beklaagende; ■ — Staaten van Friesland, fchoon zy mede i?74-
't bezwaar der Geldmiddelen van hun Frieslands Gewest, in 't breede ophaalden, ,3 twyfel- raadflaS- ,j den niet, gelyk zy zich uitdrukten , „ of hun Hoog Mögenden zouden daar ,, uit ligtlyk opmaaken ^ in welk eene ver-, si legenheid zy zich thans bevonden; aaii- „ den eenen kant gedrongen wordende, ,'j door de nuttigheid;,en meerdere of min- # dere noodzaaklykheid, der voorgeflaage-1 „ ne maatregelen , en aan den anderen ; •„ , , 5, kant fchroomende, in dezelve te tree-» j, den, uit hoofde van onmagt en het voor- ,t, uitzigt, dat op zulk eene "wyze hun ,;, Gewest nimmer tot verhaal zou komen, ,v of inftaat gefteld worden, om het ge- ,<, meene Bondgenootfchap , ingevalle van ,;, nood, met eenige nadruk, ter hulpe te j, verftrekken , dat zy dus tusfchen beiden y1, ftaande,hun Hoog Mögenden, kondeii ver*> „zekeren van hunne geneigdheid, om met ^ de ^overige Bondgenooten zamen te ftem- „ 1 men, in het: béraamen van maatregelen, ^Mte men ter beveiliging van den Staat, ,, herftelling van deZeemagt, en befcher" „• ming van den Koophandel, noodig zou „ oordeelen: hier om zouden zy het Plan „ en de Petitie, wegens de vermeerdering j, der Landmagt afwagten, endaar over, „ zo wel als over den aanbouw der Sehe- „ pen van Oorlog, raadpleegen en vrugt- 5, baare Befluiten uitbrengen; zo veel.de » t«e-
|
|||||
332 VADE R LA N D S C H E
xci. „ toeftand der Geldmiddelen van het Ge*
boek. „ west eenigzins zou toelaaten, Terwyï --------„ zy tevens , met de andere Gewesten,
1-774. „ wel wenschten , dat de Onderhandelin-
„ gen, wegens het onderzoeken van de „ middelen der onderfcheide Admiraütei- „ ten aangevangen, van zulk een goed ge- „ volg- mogten weezen , dat ten minften „ een gedeelte van de Buitengewoone „ Uitrustingen , daar uit konden worden „ goedgemaakt." :•■ . : . r . „, Stad en Lande keurde de redenen voor
van Stad den Aanbouw der Oorlogfchepen byge-
en Lande bragt onwederleggelyk ; doch kwam het Staaten van dit. Gewest niet min ontegen- fpreekelyk voor, dat men even zeer be- dagt moest zyn, op de middelen,, om dien aanbouw te volvoeren. Zy gaven hun misnoegen j over het agterblyven van herftel by 's; Lands Admiraliteiten, op eene fterke wyze te kermen, i 1 Bleeven de zaa- ken in dien ftané, dan hadt men grond om te dugten,, dat de kosten tot dien Aanbouw op: de: icuouders der Gewesten gefchooven > eene; voorgewende onmagt zommige zou te rus; houden van, toe-te ftemmen, of aanleiding geeven , om da hulp van andere Bondgenooten te-ver- zoeken, of dat zy,, gaaf toègetemd heb-, bende, de Betaaüng zeer traaglyk zouden laaten volgen., -—1— Het. aandeel 't geen Stad en Lande tot dien 'aanbouw zou ftioe- ten opbrengen, de kosten van de bedoel- de vermeerdering der Landmagt, en het in dienst houden der Zes Fregatten,.zon* -...,. ' 4<s |
||||
JMS/fEQs Bellt. 3S3
<£è Geldmiddelea yaa hun: Gewest'ten XiGi.'
gronde helpen; .- bark» Naa een beklaaglyk tafereel gemaald te —'-----
hebben van den bezwaarden Staat van 1774».
Stad m Lande,. zints het zeventiende jaar deezer Eeuwe, van de Lasten op de In- gezetenen,, en de verkoop van Goederen, om fchulden aftelosfen , bragt de: beden- king, dat hun niets overbleef, dan uit twee kwaaden het: minfte te kiezen^ en het onbetwistbaar- veiliger was,^ zich vrocgtydig te. wapenen, en; daar toe alles op te brengen- wat men kon, dan- bloot te liaan voor ds« begeerte van ieder,, die lust hadt- den Laude te befpringen , hun tot de -volgende verklaaring. -----— „Datzy
,-,. zouden; wmftemmen in den, aanbouw
5> van-, een zodanig getal Oorlogfchepen „ als, in: 't; J-äarc Mittfi G. t x.x.i, door- den ,j Raad; van Staaten; hun, Hoog Mögenden. „ was overgegeevert', en- aan* de.-Gewalten „ verzonden >. Qf zo. veel minder. al& waar „ over deBondgenooten het. zouden, ééns „ worden ,, onverkort- de vrye. raäd- „ pleegingen-: vam Stad. en-, Lander, omixent „: de Blans r welke mon deswegen zou „. voorftellen. Bat, zy,, zo ras: alle, Ge- „. weilen-; zuiver; zouden hebben- toege- „ ftemd;,. daadlyk, daar toe.- zouden betaa- „, len den eerften Icermyri en verder „ hunne; tOeftemm'mg 5i zov&el-zy ee- „.nigzints; vermogten,. :met de-daadlyke „ voldoeningen zouden beveiligen, zelfs „, door, de. Penningen, uit- de- verkoop, van■. j,,. hunner laatfter; Dsmeimn. daar-, toe (des, „ no®ds)
|
||||
iU VaDEFLLANDSCHË
Xcï. i, noods) te befteeden, onder de volgende
Boek. „ voorwaarden. ------- Dat alle Bondge^
•-------„ nootén in gemelde Pétitien gaaf, en zon-
1774. „ dereenige bedingen, of bepaalingen, toe-;
„ ftemden, én zulks daadlyk agtervolg- „ den ; in voege dat zy zich öntflaagen- •s, hielden vän de betaalinge van een twee^- „ den Terrnyn, indien alle Bondgenooten ,-i, den eerften, op den verfchyndag van ,5 den tweeden", nog niét betaald mogten ,-j hebben ,■ ert zo vervolgens met de an- „ dere Terrhynén." —1—»• Ten anderen,- ji, dat zy inmiddels overtuigd wierden van „ de ernftige en daadlyke genegenheid van j, hun Hoog Mögenden en de Bondge- ,j nooten om de Geldmiddelen der Admira- ,j liteiten té verbeteren." —— En einde- Iyk „ dat zy, naa afloop van het beloop „ van den töegeftaanen onderftand , aan ji, één der Bondgenooten , de volduuring, 3, daar van, of eenig ander middel in diens „ plaatze , nlits deezen weigerden , en ,j voor nu en als dan van de hand weezen; „ tot zo lange de Staaten van zodanig Ge- „ west, niet gekomen waren tot dergelyke. ,j middelen van onderzoek en befchikking „ over hunne Financien, als zy zelve, en het „ by uitfpraak bleeke, dat de Ingezetenen „ van dat Gewest, naar evenredigheid. & zwaarder belast waren dan die vmStad j, en Lände, en de Geldmiddelen in 't ,j zelve met gelyke näauwkeurigheid be- ,j fluurd wierden^ ten einde daar uit, als „ zynde de eenige redelyke oorzaak om- ji hulp van" anderen te verzoeken * de » on*
|
||||
Pipjyp.Lij,1:!
|
|||||
HISTORIE*
;; ónmogelykheid om zich zelven te kun- xcr;
„ nen redden, openbaar werd. Boek; „ Dat zy , belangende de Vermeerde- ———
,5 ring der Landmagt zich daar omtrent 1774, „ nooit ongenegen betoond hadden, en „ nog, niet ongenegen waren. Het Plan „ daar toe verwagtende om'er nader op te „ befluiteru" Het leedt niet lang of dit Plan was gevormd, Pten tot
en in Hooimaand des Jaars mdcclxxiii vermeer- aan de Geweften rond gezonden; ten ein- ^{"5^ de, zo in 't zelve,als in den Aanbouw van 1T,agt" vier- en- twintig Linie Schepen, toe te ftemmen. Volgens 't zelve zou 's Lands Krygsmagt met 1368 Paarden j en 8927 Hoofden, vermeerderd worden. De kofterx van het Jaarlyks onderhoud hadt men be- groot op 1560654 Guldens, en de Recruut en Aanritsgelden daar en boven op 65398/ Guldens* Hoewel, eef Wynmaand ten einde liep, Staatsbea
Stad en Lande, Friesland, Overysfel, Gel- ^lir va|J der land en Utrecht, in de beide Plans zui- J^w« verlyk bewilligden , duurde het, tot be- gen, vreemding veeier Bondgenooten, tot Gras- maand MDCCLxxiv. eer Holland deswe- gen zyn gevoelen te kennen gafi Die Staatsbelluit, van alle de voorige verfchil- lende, en de bron van veele andere Raad- pleegingen, verdient een breeder verflag* Staaten van Holland verklaardenb „ dat, „ naa lang en kragtig aanhouden by des „ Bondgenooten op het geeven van daad- ,5 lyke bewyzen, om de" verbetering def „ Zeemagt , ten minften met gelykerA XXIV. D e e L. B b „ tred,' k |
|||||
VADERLANDSCHE
|
|||||||||||||
386
|
|||||||||||||
net. 5J tred, met die van de Landmagt te-bea
boek. 3, hartigen, hun niets aangenaamer zou ge«; -------- „ weest hebben, dan de blyken van zoda-
3774. y} nig een ernftig voorneemen by de Bond-
„ genooten te ontmoeten , als wanneer y, voor hun het tydftip zou gebooren zyn, M waar in zy niet langer zouden vertraagen y, met de verklaaring om hunne bereidwil- yy ligheid, tot eene voeglyke vermeerdering y, der Landmagt, daadlyk geftand te doen; s, doch 't was verre van daar dat dit ge- yy wenschte tydftip zou genaderd weezen: y, want zy moeften, tot hun leedweezen ? „ betuigen, in de uitgebragte Befluiten der yy Geweften , vergeefsch gezogt te heb- Sy ben, 't geen vereischt zou worden om s, hun de noodige gerustheid te geeven, y, dat de Bondgenooten de verbetering der y, Zeemagt zodanig ter harte namen, als 9y eenigzins overeenkwam met den aart en a, het gewigt der zaake: van welke niets minder dan de welvaard of het verderf |
|||||||||||||
33
|
van Holland, en by onvermydelyken
|
||||||||||||
,, gevolge, het behoud of de ondergang*
s, van 't Gemeenebest, moest afhangen. - jjWel was waar de meefte Geweften had» Sy den tot den Aanbouw van vier- en- jy twintig Oorlogfchepen geftemd; doch si hoe zeer zulks door hun gaarne werd Sy aangenomen, als eene waarborge voor „ de daadlyke voldoening der aandeelen in 3) gelde, het nogthans zeker ging, dat de y-y verbetering' der Zeemagt door den Aan-. „ bouw alleen niet kon uitgewerkt wor- 9? den; maar dat het Jaarlyks in Zee ,, bren-
|
|||||||||||||
HISTORIE. 38?
|
||||||||||
brengen van een bekwaam getal Oorlog- xcr^
|
||||||||||
»
Vi
|
fchepen het middel was om de zwakke b o eK.
en kwynende Zeemagt te herflellen, het_____
|
|||||||||
handeldryvend gedeelte der Ingezetenen 1774,
„ van den Staat, naar behooren, te be- 3, fchermen, en de ileeds afneemende s, Vaard en Handel voor een geheel verval 3, te behoeden. „ Welke begrippen men ook, over de.
„ Gefteldheid en 't Befluur van de Admi* s, raliteits Collegien, veeltyds mögt vor- ,, men, het was eene bewysbaare waar- P? heid, dat die Collegien, buiten behulp 9, der Bondgenooten, aan den Zeehandel 3, de noodige befcherming niet konden ver- „ leenen; en even onbetwistbaar, dat de a, gebrekkige opbrengingen der Geweflen „ tot de buitengewoon e Uitruftingen, „ voor eene der beklaaglyke oorzaaken ,, gehouden moeiten worden , waar aan. „ men het onvermogen dier Collegien hadd „ toe te fchryven. „ Te deezer oorzaake hadden zy, by
s, voorgaande gelegenheden, aan de Bond- „ genooten vertoond, de hooge noodzaak- ■s, lykheid tot het vastftellen van een •„ Fonds , waar uit- de kollen van eene 3, Jaarlykfche Uitrufting , door de rigti- „ ge Önderftandgelden der gezamenlyke ,, Bondgenooten, konden komen; doch j, die vertoogen, hoe billyk ook en regt- ,, maatig, waren, tot hier toe, van geen de ,, minfte uitwerking geweest......, jj Met het' verval der Zeemagt van den
i5|Staat,en het daar uit afneeraen des Hau-
Bb j „ dels3
|
||||||||||
385 VA.DERLANDSCHE
|
||||||||||||||
xci. „ dels, was het, ondertusfchen tot dat ui-
BOEK.J, terfte gekomen, dat zy dch zelven, en --------„ hunne Bondgenooten zouden misleiden,
,1224- » wanneer zy het akelig vooruitzigt, in 't
„ welke de waare gefchapenheid der zaa- „ ken zich vertoonde, langer wilden ver- ,, bergen; daar immers de geringe over- S} blyfzels van eenen voorheen bloeyenden „ Koophandel, welke zonder Befcherming, 93 en zonder vertooning van's Lands Vlag, ,, in die Oorden, waar toe dezelve zich „ voornaamlyk uitflrekte , niet behou- >} den, veel min opgewakkerd en bewaard 9, konden worden, eerlang na elders zou- s, den verhuizen, en geheel tot niet loo- „ pen, daar het Lichaam van den Staat, ,, door inwendige kwaaien aangetast, by 3, verzuim en verwaarloozing der hulp- ,, middelen, welke daar tegen in tyds „ hadden kunnen aangewend worden, den |
||||||||||||||
3?
|
oever zyns ondergangs , zelfs zonder
|
|||||||||||||
den minften aanftoot van buiten,zou zien
3, genaaken; en daar Holland, ontzet en be- ,, roofd van de medewerking der Bondge- „ nooten, tot bewaaring en befchermingder „ eenige bronnen van den bloei en wel- 3, vaard, haast zou ophouden, met die in- ■i3 vloeden van zyn finantieel vermogen )9 over het Bondgenootfchap te verfpreï- s, den, welke, in bezwaarende tyden,door 5, de Bondgenooten zo menigmaal, ten |
||||||||||||||
S>
|
hunnen nutte en welzyn, waren onder-
|
|||||||||||||
vonden.
s, Nimmer zouden hun Ed. Groot
n Mögenden, zo lang tegen die gedugte |
||||||||||||||
HISTORIE. %H
|
|||||
£ onheilen niet op eene kragtdaadige en xci.'
s, voldoende wyze , door de verbetering boek „ der Zeemagt, zo in den Aanbouw als in --------
„ de jaarlykfche Uitrusting zou voorzien 1774,
,, weezen, in de tegenwoordige gefteld- Si heid der zaaken, van zich kunnen ver- P, krygen, om hunne Provinciaale Finan-* „ tien, door eenigen verderen of meer- ,, deren last, voor en ter zaake van de „ verdeediging ■ te Lande te bezwaaren ; ,, doch veel eer in de onaangenaame , s, maar tefFens onvermydelyke, verpligting s, gebragt worden, om de verklaaringen , 3j by 't Hot der laatst gedraagene Toeftem- „ ming, daadlyk werkflellig te maaken." „De Gemeene Verdeediging van de
„ Republiek, zo te Water als te Lande, ,, kon nimmer op vaste gronden geves- ,, tigd worden , zo lang de middelen, ,, daar toe dienende, niet met eenpaarige ,, fchouderen gedraagen werden; en zo 55 lang men die zelfde, en vooral geen ,5 minder zekerheid voor de opbrenging „ der toegeftaane Lasten tot het werk ,, van de Zee niet invoerde en vast fiel- ,, de , als omtrent het toegeftaane voor „ de Verdeediging te Lande. ,, Van ouds waren Staaten ^an Oorlog,
55 te Water, bekend geweest, by welken ,, het beloop der Penningen, die de Ad- ,, miraliteiten te kort kwamen , over de „ Gewesten geflaagen werden , dit hadt s) opgehouden, en waren de Buitengewoo- „ ne Petitien in ftede gekomen, die veel ,j tyds geen beter of voordeeliger lot bad« . Bb 3 „ den
|
|||||
390 VADERLANDSCHE
xei; "), den ondergaan, dan dat liet zeer groot
ioEK. „ en befchreienswaardig verfchil tusfchen --------„ de toegeftaane en de daadlyk opgebrag-
Ï774. 3' te Lasten te zigtbaar was daargefleld,
„ en de zaaken der Zee in een verval s, geraakt waren, over 't welk men zich „ thans niet genoeg kon beklaagen. —* |
|||||||||||||||
2>
|
Dat, tot herftel van dit verval,geen an-
|
||||||||||||||
der middel voor handen was , dan de
byzondere Beftemming van een genoeg- |
|||||||||||||||
it>
|
zaam Fonds voor de kosten van eene
|
||||||||||||||
Jaarlykfche Uitrusting, gepaard met dus-
|
|||||||||||||||
93
|
danige Schikkingen, waar door de over-
|
||||||||||||||
-.,, betaalingen en in gebrekeblyvingen ,
„ die in de toelagen der Gewesten op ',, het Fonds mogten vallen, met andere j, posten, op den Staat van Oorlog, de 9, verdeediging te Land betreffende, on-» .,, derling vereffend wordende, aan de „ Collegien ter Admiraliteit, zo veel ge- ■?, rustheids verfchaften, als dezelve noo* s, dig hadden, om Schepen uit te rusten, '?, zonder aan de nadeelige en verclerflyke ,, gevolgen van gebrekkige Opbrengingen „ blootgefteld te blyv'en." ' ,, Zy konden niet nalaat en dit middel „ den Bondgenooten ten fterkften aan te f, pryzen \ op dat het eens väst gefield zyn- „ de, even daar door de weg mögt gebaand „ worden , om de Raadpleegingen, over ,,, het herftel van de Zeemagt, te gelyk „ met eene voeglyke Verfterking van de -f3 Landmagt, tot eene gewenschte afkomst s, te brengen, > ga ten hun Ëd. Groot Mögenden, dan dat |
|||||||||||||||
HISTORIE.
|
|||||||
391
|
|||||||
^ zy hunne eigene Provinciaale Finanti- xci*
„ en, en die hunner Bondgenooten, in bqek 'i} dien Hand konden beichouwen, dat _____
„ eene meerdere Jaarlykfche uitgave van 1774.
s, ver over de Vyftienmaal honderd dui- >y zend Guldens , gevoegd by het geen 9, uit het boven gemeld Fonds voor de 9, Zeemagt vereischt zou worden, een 9, niet al te bezwaarend aanzien kreeg j 3, waar door dan ook de raadpleegingen, s, omtrent het voorgeftelde Plan zich zou- t, den bepaalen tot een onderzoek over ,, de meerdere of mindere noodzaake, a, om, in de tegenwoordige tydsomftan- 5j digheden, tot eene zo aanzienlyke ver« s, meerdering van Troepen te komen; s, doch dat, het Finantieweezen zich geeu- 3, zins in eene zo voordeelige gedaante t, opdoende, zy het uit dien hoofde ge- ,, heel ongeraaden zouden vinden , om, 9, tot de beide voorwerpen p zo van de 5> begrooting van het voornoemde 's Jaar-r >} lyks Fonds ten behoeve van de Zee- >:t magt, als tot de verflerking der Land- „ magt, de gemelde fomme te boven te t» gaan." „ Niet te hoog zou men het Hellen als
's, men de begrooting, van 't geen de Col- „ legien .ter Admiraliteit in Vredes tyd „ noodig zouden hebben, om 's Jaarlyks i3 een bekwaam getal Schepen, tot dek- M king van den Koophandel en Zeevaard, >3 in Zee te houden, op Zevenhonderd ea. M tachtig duizend Guldens bepaalde; terwyl ,a liet overige gedeelte der bovengemelde Bb 4 9i meer- |
|||||||
'|9ä VADERLANDS CHE
|
||||||||||||||||
&CT. 33 meerde Uitgaave toereikende zou wee-
Boek, „ zen , om tot eene maatige Verflerking „ „ der Landmagt aangewend te worden." J/74. -Zy vorderden 3> dat hunne Afgevaardig»
„ den, voor eerst en voor alles, en als „ een voorwaarden, zonder welke niet, „ zouden aandringen op de Beftemming t, van een Jaarlyks Fonds van Zevenhon- 3, derd tachtig duizend Guldens tot den Zee- 33 dienst.—-— En voorts, om de zo noo- 93 dige gerustheid wegens de daadlyke op^ „ brengingen daar te ftellen, wilden zy tef» v fens bepaald hebben, dat de Geweften 33 op zich zouden neemen hunne aandeelen „ vroegtydig te bezorgen aan 't Comptoit 33 Generaal der Unie om vervolgens aan de ,, Collegien der Admiraliteit te worden 33 uitgedeeld. -=■ Dat door den Raad van 3, Staaten, uiterlyk voor den eerften van 3, Wynmaand van ieder Jaar aan hun Hoog 3, Mögenden zou over gezonden worden „ een netten ftaat zo der gedaane Opbren^ „ gingen, als van de gebreken en niet be-< 33 taalingen daar opgevallen: en dat tot j, zuivering der laatftgemelden, Staaten va» s, Holland zich zouden verbinden om die |
||||||||||||||||
gebreken te verhelpen; zodanig nogthans
dat, by het opmaaken van den Staat van |
||||||||||||||||
Oorlog voor "t volgend Jaar, zo veel
|
||||||||||||||||
3>
|
meer Krygsvolks op den Staat der inge-
|
|||||||||||||||
.„ breke gebleevene Geweften zou moeten
9, gebragt en met het beloop van de ver- 93 ftrekte Penningen Hollands Staat ont* 3, last worden ; als mede dat zyn Hoog« 8? heid en de Raad van. Staaten, telkens « in
|
||||||||||||||||
HISTORIE. 393
|
|||||
5, in dat Jaar, waar in die Gebreken en xci.
„ Wanbetaalingen zouden vallen, tot het boek. s, doen dier Gelykmaakinge, op den Staat --------
93 van Oorlog, zouden worden gelast." i?74-
Ten laatften hieldt dit Befluit der Staa-
ten van Holland in , „ dat zy , wanneer „ op al 't voorfchreevene, in dier voege iy volftrekt beilooten zou weezen , als s, dan bereid zouden zyn, om toe te „ ftemmen , dat de overfchietende fom P, tot de Verdeediging te Lande en ten be- 3, hoeve van den Krygsdienst werd hefteed; s, als mede , dat men zyne Hoogheid, 33 met den Raad van Staaten, verzogt „ een nader Plan , ten dien einde op te ,} maaken-, en 't zelve derwyze in te rig- „ ten, dat de meerdere Jaarlykfche Uit- S3 gave, het laatstgemelde beloop der 33 fomme niet te boven ging. ------- Zy
„ vleiden zich met de hoop , dat de Ge-
3, westen, die reeds, in het volle beloop 3, van 't Plan der vermeerderinge, toeftem- s, ming gedraagen hadden, te minder zwaa- 3, righeids zouden maaken in eenen voorflag , 33 welke voor die Gewesten, geen meerder „ bezwaar , maar alleen een nuttige en 3, hoognoodige fchikking medebragt, om- 33 trent het gebruik van de geheele fom, 3, waar in zy bereids voor hun aandeel 33 toegeftemd hadden." De Afgevaardigden der andere Gewes- 't Zeigte
ten namen dit Befluit van Holland, aan-'" over- gedrongen door de bedenking, dat de ban- v^eeg'"§ den, welke de Leden van het Bondge- s nom n* nootfchap onderling vereenigen, nooit Bb 5 min,- |
|||||
594 VADERLANDSCHE
xci. minder gevaars loopen van gekreukt of
n o e K. verbrooken te worden , dan wanneer aan --------'t meest opbrengend Lid, het genoegen
1774. niet werd onthouden van zyne poogingen,
tot redding en herfiel van vervallene zaa- ken, welken op het Lichaam des Bond- genootfchaps van eenen algemeenen en zo weezenlyken invloed moesten zyn, door de zamenftemming zyner Böndgenooten, onderfleund te zien, over, om 't zelve hunnen Magtigeren mede te deelen, en zich nader te verklaaren. Middelerwyl werden de Gedeputeerden van hun Hoog Mögenden tot de zaaken van den Oor- log verzogt dit Befluit te onderzoeken, het Advis van den Erfftadhouder in te neemen, en des de Vergadering te be- rigten. Beriet Dit Berigt kwam hier op neder, „dat daar op J? in de verfchillenheid van begrippen,
ragebragt. ^ tusfchen vyf Gewesten en Holland, „ hun niets wenschlyker was voorgeko- ,, men, dan dat men een Middel kon uit- „ vinden, om dit verfchil uit den weg j, te ruimen ; dat zyne Hoogheid ook .,, met dat oog de zaak ingezien hebben- „ de, tot een nieuw blyk van Hoogstdes- „ zelfs aanhoudende waakzaamheid en „ yver' voor de belangen van den Staat, „ en tot bevording van de noodige eens- 3, gezindheid, tusfchen de Böndgenooten, j, omtrent eene zaak van zo veel aanbe- sy langs, als een bekwaam redmiddel tot „ vereeniging van de verwyderde Ge- „ voelens, wel hadt willen opleveren, "" .„ een
|
||||
'm"~*—^^mmm
|
||||||||||||||
HISTORIE. 395
£ een Plan en Confiliatoir, waar by hy xci.
s, gemeend hadt te moeten voorflaan, of boek. s, de Heeren Staaten der Vyf Gewesten--------
9) niet zouden kunnen beüuiten, om der- 1774.
f, zelver Toeftemmingen in de Vermeer- j,, dering der Landmagt en Aanbouw van s> Schepen te vernieuwen ; doch teffens „ derzelver Toeflemming in de Land- 93 magt zo verre te veranderen, dat zy 37 verklaarden wel te mogen lyden, dat „ de fom daar, toe voorgeflaagen, vermin- ,j derd werd, op omtrent Negen Tonnen „ Gouds, en een post gebragt op den Staat „ van Oorlog van Zes Tonnen Gouds, 0111 „ te dienen tot Uitrusting van Schepen, s, door zyne Hoogheid en den Raad van 9, Staaten te verdeelen , zodanig als zy 3, oorbaar zouden agten, om alle vreeze 33 van niet betaaling , of immers voor klag- |
||||||||||||||
9>
|
ten van niet betaaling, te voorkomen;
|
|||||||||||||
doch in verwagting, dat de eene post
zonder de andere niet zou verminderd |
||||||||||||||
1'
|
worden, en wel naar evenredigheid in dier
|
|||||||||||||
voege, dat, wanneer de beflootene Ver-
„ meerdering met eenhonderd en vyf tig dui~ -„ zend Guldens verminderd wierd, als dan „, de post voor de Zeemagt met honderd s, duizendGuldens zou moeten worden ver- p3. minderd, en zo ook omgekeerd; mitsga- $3 ders, dat men alle poogingen zou aan- P, wenden, om door eene behoorelyke s, bezuiniging en affchaffing van alle on- s> noodige Uitgaven by de Admiraliteiten, p3 en door een rigtiger invordering van g? Middelen te Water,1 die Collegien in- 2) ilflill'
|
||||||||||||||
59^
|
VADERLANDSCHE
|
||||||||||
xci. „ ftaat te ftellen, om, boven den gegee«
5 o e ie. „ ven onderftand, uit derzelver middelen Jaarlyks eenige Fregatten uit te rusten, |
|||||||||||
1774. „ tot Befcherming van den Handel dee-
„ zer Landen. Alles loopt Gelderland, Friesland, Overysfel, Stad vrugtloos en £a„je ? lieten zich door zyne Hoog- heid overhaalen, om uit infchikkelykheid, dat Plan te omhelzen. Zeeland en Ut- recht namen het over, Holland kon men 'er geen fmaak in doen vinden. Ingevol- ge waar van dit alles bleef haperen; en de geringe meerderheid van nog geen Twee Tonnen Gouds , waar in Holland alleen vyf negende deelen moest draa- gen, deedt dit Ontwerp in duigen val- len (*). Kommer- De tyd ging zwanger van de grootfte, lyke ge- en voor onzen Staat hachlykfle, Gebeur- en d^e- tenisfen ■> wier geboorte alle Liefhebbers zen Staat, des Vaderlands met fchroom te gemoete zagen. Een fchroom gegrond op de be- wustheid van de zwakheid onzes Lands, om op eenigerlei wyze deel te neemen in een Kryg, die binnen kort, alles ronds- om
|
|||||||||||
C *) Verzameling van Authentyke Stukken , be-
treffende de Augmentatie der Land- en JZeemagt van de Republiek 1782. Memorie van zyne Hoog- heid bl. 11. 12. JST. Nederl. Jaarb. 1775. bl. 845 — 877. 1229 —1252. Zeven Jaaren verliepen 'er eer op de Petitie tot den Aanbouw der vier- en- twintig Oorlogfchepeii, in den Jaare 1771». gedaan, een Befluit viel. |
|||||||||||
HISTORIE. §97
om ons in rep en roere zou ftellen. 't Ge- xcr.
brek aan Zee- en Landttiagt was zigt-BoEK,1 baar; aan de zo dikmaals gebleeke Party----------
fchap, om het verfterken van een en ander 177A:
te vertraagen, of geheel te beletten, ftondt het niet te ontbreeken; de oude zaaden van Tweedragt, die zo vaak een oogst van rampen teelden, waren gereed uit te botten, en de wrangfte vrugten op te le- veren. De Koophandel en Zeevaard za- gen dagen van doodlyke kwyning en vol- ilagen onheil te gemoet. .Met één woord alles liet zich, aanzien, dat wy vast na- derden tot een Tydftip , 't geen in 's Lands gefchiedenisfen een altoos gedenk- waardig Tydperk zou opleveren. ■ gehangen, en Zullen wy, in een Nieuw Werk, ten Vervolge 'van het Tegenwoordige gefchikt, 's Lands Lotgevallen, in dat Tydperk, boeken. |
||||||
Einde van het Vier- en- tmntigfie DeeL
|
||||||
BLAD-
|
||||||
BLADWYZER
|
||||||||||
:o e R
|
||||||||||
VOORNAAMSTE ZAAKEN^
|
||||||||||
Affry fD') fielt de Staaten
gerust wegens een Leger op de grenzen XXII. 311 Ver- klaart zich by den Staars wegens het leggen van Fran- fcbe Bezetting in Oostende en Nieuwpeort, 319. —--------■ Levert een Vertoog in
om den Staat tot Onzydig-
heid aan te maanen XXIII, 71. Klaagt over de belet- zelen in den uitvoer van Kiygsbehoeften, 76. Neemt affcbeid van den Staat, 206 Africa ( De vrye Vaard op )
verlengd XXII. 1O7. Albinus (B.S.) diens Ver-
zameling door de Leydfcbs Hoogefchool gekogt XXII. 243-
Algerynen ( Voorzorgen van den Staat om den Vrede met de) te bewaren XXII. 180. Vermoorden van den Dei, 181. Gerügten en Ty dingen eer.er Vredebreuke met hun , 182. De Dei ver- |
||||||||||
Jlalsmeer in hoe groot gevaar
XXIV. a, 9. Dankdag in het Aalsmeerder Ambagt in- gefield, 91. Aardbeeving zeHelmtmd gevoeld
XXII. 236. Met eene Wa- terberoering in de Neder- landen, op den 1 Novemb. MDCCLV. 237. Op Bede- dag den 18 van February MDCCLVi. 278. ,_____.-------- hier in t Jaar
MD cc lx. gevoeld XXIII.
or. Twee Aardbeevingen in 't Jaar mdcclxi, 192. Aardenburg gedenkt aan de
vóór Honderd jaaren be- toonde Dapperheid XXIV. admiraliteit. De Hollandfcbe
en Zeeuwfcbe hebben gefchil over de Verlofgelden XXII. 68. Door de Gouvernante beflist, 69- |
||||||||||
■
|
||||||||||
SLADWYZEK.
|
|||||||
fchappe , 3§z. De ver-
meerdering der Landmagt ga« niet door, 386. Hunne Klagten over Engelfiben Zee- roveryen , 387. De Koop- lieden leveren een Lyst der fchade door deEngelfcben ge- leeden ÏH , 390. Amflerdam (Brand in he£
Stadhuis van) XXII!. 220« -------------De Tekenfchool
aldaar bloeit, Eerepryzen
daar eerst uitgedeeld, eft verplaatzing van die School in 't Stadhuis XXIV. 44. Viert het honderdjaarig be- trokken Aalmoesniers Huis, 48. Maakt toeftel om Wil- lem den V. met zyrse Gemalinne te ontvangen , I2S. Inhaaling aldaar 126. Wat 'er ten tyde van diens verblyf voorvalt 129—-134. Vertrek uiü de Stad, 134. Gedenkpenningen den Bur- geren gefebonken, 13 $.'tGe» nootfehap Floreant Liberales Artes aldaar gevestigd , 173- Grafteken voor vondel aldaar opgerigt, 29t. De Nederduitfebe Schouwburg brandt af, 292. Beleenragü kas van Stads wegen opge- rigt, 308. Nieuwe Schouw- burg aldaar opgerigt, 362. , Ingewyd en geopend , 363.
Het Genootfchap Servanda Civibus, aldaar tot üand gebragt, 364. Andriessen (j.) door de
Teken School te Amft. met een Prys en Openbrief be- giftigd XXIV. 45. Anna neemt, als Gottver«
narite, Zitting in de Hoogs
Ver-
|
|||||||
verklaart dan Oorlog, 183-
Hoop dat de Porte hun tot den Vrede zou beweegen, 187. Oorlogstoeruftingen, tegen hun, 189. Verplig- terade Convoyverleening der Spanjaarden in de Mid- dellaudfcbe Zee aan onze Schepen, i(jr. Ontmoe- ting van ADRIAAN VAN der kam met de Algery-
nen, 192. Vrede met hun gefiooten, 332. Algerien ('t Vredesverdrag
met de) nader opgehelderd XXIII. 102. Zeven Fregat- ten tot beteugeling der Al- gerynen beltemd 380. Alkmaar begroet de Gouver-
nante XXII. 142. America (Vyandlykheden in")
tust'chen Frankryk en Enge' land XXII. 249. Am stel (C. P. v.) Uitvin-
ding zyner Teken prent- kunst XXII. 153. Amflerdam Oproerige Schriften
aldaar verboden en verbrand XXII. 165. De Franfcbe Schouwburg buiten de Stad verbrandt, 175. DeKoom- koopers leveren hunne be- denkingen in op het ont- worpen Plakaat om den Uit' voer der Graanen te verbie- den,361. Aantekening dee- zer Stad in 't geval der Re- geeringsbeftelljnge te Haar- lem , 352. 't Honderdiaa- rig Feest van het Diaconie- huis gevierd,359. Raadfiag dier Stad op bet vooniel der vermeerdering van de Landmagt, 3-fi. Tegen aantekening der Ridder- |
|||||||
Y Z E R;
|
||||||||||
B L A D W
|
||||||||||
teren te Haarlem, 339.
Meerderheid der Vroed- fchappe handhaaft haar Regt, 343. De Meerder- heid van de Leden der Ver- gaderinge vallen haar toe, 35 r. Steden die met Haar» lern van haar verfchillen, 3SI. Afloop deezerzaake, 3S4- Dringt by Staaten van Holland op vermeerdering van Landmagt aan, 372. Herhaalt dien aandrang, 375. Raadflag der Regee« ginge van Amfterdam op dit ftuk, ftrekkende om't zelve te wraaken, 376. Door de Ridderfchap geholpen,382. De vermeerdering gaat nies door, 386. Kooplieden vervoegen zich by haar met klagten over de Engelfcbe Zeerooveryen,388. Die van Amflerdam leveren een lyst van fchade in , 390- Gaan ter derde maale tot haar,392. Inhoud van hun Vertoog» 393. Haar antwoord, 395. Zes Kooplieden by haar in in den Haage ontboden, verflag hun gegeeven, 397. Talryke Bezending aan haar afgevaardigd, 399. Inhoud huns Vertoogs, en 't ant- woord op 't zelve , 400. Haar misnoegen over deeze Bezending, 410. Zy dringt op het vermeerderen der Land- en Zeemagt, Aldaar veelen tegen haar misnoegd, 425. Haar gehouden gedrag in de verkiezing van s.v. echten tot Burgemeester te Haarlem, 425. Zie verder Haarlem. Ar»'
|
||||||||||
Vergaderingen XXII. 17.
Voordel by Staaten van Holland tot vermindering 't Krygsvolk, 18. Waarom zy voor de Landmagt zorgt en het Zeeweezen onaange- nierkt gelaaten wordt, 23. Beflist een Gefchil tusfchen de Holland/ehe en Zeeuwfcbe Admiraliteit over de Verlof- gelden, 09. Onderfteunt de Staaten van Friesland tegen het Hof Provinciaal, over het te regtftellen van Misdaadige Militairen, 79. Benoemt Perfoonen 0111 dit gefchil te onderzoeken , 80. Beflist het zelve, 82. Ont- vangt de nieuwe Stedepen- ning van Friesland, 85. Stelt der Haagfche Schuttery een Gouden Beker van wylen haaren Egtgenoot ter hand, 92. Begunstigt de Inland fche Fabrieken, 93- Reist met haar Gezin na Friesland, 136. Te Haarlem begroet, 140. Onder den weg op de Dorpen vereerd , 141. Te Alkmaar ontvangen 14a. Eerbetooningen te Hoorn, 144. In de Streek en te Enkbuizeii, H5- Steekt na l Friesland over, Onthaal te Leeuwaarden, Aid. Neemt op haare te rugreize Zitting by Gecommitteerde Raaden van 't Noorderkwartier, 148. Als mede by de Admi- raliteit, 153- Komt inden Haag te rug, 154 Ktüet de Kabinetten van de Heeren bisschop te Rotterdam, 155. Haar antwoord wegens de verkiezing van Burgemees- |
||||||||||
(
|
||||||||||
BLADWY2ER.
|
||||||||
Batavia Schouwburg aldaar op-
girigt XXII. 358.
Bengale zie Oost Indien Bentinck by het overlyden van steyn benoemd om diens Posten, by voorraad, te bekleeden XXIV. 28 r, Tot Groot Zegelbewaarder, en Stadhouder der Leenen van Holland en Westfriesland aangefteld, 282. Berbice gevaarlyUe opftand in die Volkplanting XXII 1.307. Hoe gedempt, 313. Schrik- lyke flrafoefening aan da Muiters, 316. Beraadflaging totherftel dier Volkplantin» ge, 317. Bergen op Zoom (De nieuwe Kerkte) ingewyd XXII.62. Begroet wi LLEM denV. naa diens Meerderjaarigheid XXIV. 23. Berk-h eY (J. L. F. v,) ge« denkt openlyk in Dichtmaat aan Leydens Tweehonderd jaar geleden Ontzet XXJV. 360. Beroeringsweri in de Kerken door eenBefluit indeClasfls van Scbieland tegengegaan en1 geftuit XXII. 99. Bettino (A. L.) Moed- betoon tegen de Engel/eben XX1U. 68- B i K K e s C JO redt twee Koop- vaarders uit handen dsï En- gelfcben XXII. 420.I Bleiswyk (P. v.) door zyne Hoogheid uit een Drie- tal tot Raadpenfionaris aan« gepreezen XXIV. 283. Daar toe verkooren 284. Op wel» Cc |
||||||||
A K N A'!Gefchil met haar wegens
het plaatzen van p. j. v. b o r s s e L e onder de Geëli- geerden in 't Stiebe, 444- Haare ziekte en Dood XXIII. 4. HaarPeerfoon en Charakter, 5. Bekendmaak- ingen van haar Overlyden, 8. ilouwbeklagen ten Stad- houderlyken Hove , IJ. Befchikkingen op haare Be- graafenisfe, 17. De Be- graafenisfe zelve, 20. Wa- penkas te haarer Gedagte- nisfe, 13. LykredeneH o- ver haar gehouden, 25. Welke Voogden zy over de Vorstlyke Spruiten be- noemd hadt, 26. Haar toe- ftemming in het Huwelyk van Carolina inet den Prins van Nassau weil- iiUBG en verzoek om toe- ftemming van de Staaten, 33- ..
Aubaine CHet, Regt van) tus- fchen deezen Staat en Frank- ryk, als mede Zweden ge- heel afgefchaft XXIV. 37r. B.
ankbreuken (_ Zwaare) in
MDCCLXiii. Waar door veroorzaakt XXUI. ijr. In den Jaare mdcclxxh. XXIV. 303. Ongelegenheden daar door veroorzaakt, 305. Red- middelen voorgeflaagen en toegebragt, 307. Beleen ings- bank te Amflerdain, van wegen de Stad , geopend. 308. De Koophandel weder
aan den gang geholpen, 309. :
|
||||||||
*
|
||||||||
BLADWYZER.
|
||||||||
wefke voorwaarden hy het
aanneemt. Aid. ?10M (C.) Predikant te te Leeuwaarden, zyn zonder- ling gedrag in een gefchii • roet de Magiftraat XXIII.
• 252. De zaak loopt ten
zynen nadeele af, 258. De Clasfls van Leeuwaarden wraakt zyneStellingen, 059. Boeken Q Keurmeesters van~) be;
oogde aanflelling van dezel- ve gaat niet door XXIII. 356. —-------■ (Twee Franfcbe ) ver-
brand XXIII. 355. Boe RH ave Grafteken voor
hem opgeregtXXHI. 218. Betmnelerwaafd Onheilen der-
zelve in den Watervloed van MDCcLvii overgeko- men XXII. 297. "---------—— Breekt op nieuw
door in Jaar mdcclxiv.
XXIII. 260.
Mommel (Gefchïl tusfchen de
Maeiftraat en de Gilden te) XXIV. 373, Ten voordele
der Gilden üitgeweezen, 374-
'poa.\c Qde') Franfcbe Afge-
zant , legt een Bezoek by •W ii 1 e M D e M V. af XXII. 40. Ontvangt een tegen- bezoek 41. Zyne ftaatlyke Intreede als. Afgezant, 8s. ■ Heeft het eerde openbaar Gehoor by hunne Hoog Mögenden', 89. Eindigt zyn Gezantfcbap en neemt - affchekt van hun Hoog Mo- genden , 266. Bureel C J- ) tot een Ge-
zantfcbap na het Hof van |
||||||||
Londen benoemd XXFIL
56. Begroet george den 111. 168. Borssele (J. v.)Dooppleg« tigheid van zyn Zoon Wil- lem zeelakdus XXII. 355. Vreemde Pillegifie
door Staaten van Zeeland, aan dien Zoon gefchonken, 356. Zyne Dogter Caro-
lina MEDIOBURGEN- sis geheeten, 356. ---------------; (P. J, v.) Gefchii
met de Gouvernante wegens
het plaatze van dien Heers onder de Geeligeerden in 't Stiebt XXII. 444. Bovenkerken Polder EedykE
XXIII. 281. Breda Burgerweeshuis aldaar
begiftigd XXn. 65 Begroet Willem den V. naa diens Meerderjaarigheid XXIV. 29. Britten ( Het Huis te) vertoont
zich by zeer laage Zee XXII. 63. Briel ( Het Tweehonderd jaa-
' rig Feest der Vryheid 'm den) XXIV. 258. Bronkbont Brandt af XXIV.
'231. Brukswyic (lob. Hertog
van) Lege den Eed af tèn op?-igte van het Krygsvolk van den Staat géduurende de Minderjaarigbetd van. WILLEM DEN V. XXHI,
IO. ----------------Uit naam der AI-
gemeene Staaten bedankt, en
verzogt in dienst van den St^at te. blyven XXIV. 17» Erkentenisfen gefchonken, doos |
||||||||
- i.« «*.%$-
|
||||||||
BLADWYZËRï
|
|||||||||
dit Staatsbefluft, 361. bé
Leden van de Leeuwaard- Jcbe Claslis vinden by zyné Hoogheid geen heul, 362^ Beweegnisfen over deeze zaak op de Clasfis van Scbieland, 363. Collema (j. v.) begiftigt:
het Burgerweeshuis te Brg. da XXII. 65. Collen (f. v.) Gefchil wel
Kens zyne Wedde by de West Ind. Maatfibappy beflisfc XXIV. 1Ö1. Colety (n.) Cönful te Ma-
rocco , met de Kei?er in on- genoegen XXIII. 320. Ver- zoend, 324. Cotivoyen traaglyk verleend
XXII. 274. Verzoek om dezelve by den Staat, 275. Verworven, 277. -------'■— beter verleend XXIIIi
ö7.
|
|||||||||
$oor de Staaten en door
ayne Hoogheid 19. Ver- fezelt den Prins op zyn
.eis door Noordbolland, 123 en is nevens hem te-Amfter- dam, 135. 1^ and ia (Overwinningen
op den Koning van) op Cey/on behaald XXIII. 300. Canunnik te Utrecht te weezen
fluit iemand niet uit om Lid ter Vergaderinge van hun Ed. Groot Mögenden te zyn XXIV. 375- Carolina door den Prins
van Nas/au Weilburg ten Hu« welyk verzogt XXIII. 32. Zie voorts Nas/au Weü- burg. Chardon epent in 's Gra-
vsnbaage een MilitairKweek- fchool XXII. 98. Gitters (w. v.") totPIaats-
bekleeder van Willem »en V. als Eerfte Edelen van Zeeland aangetteld XXIV. 28. Clerc (p. le) geeft aanlei-
leiding tot het houden ee- Kerkvergadering der Janfe- niflen te Utrecht XXUI. 24Ö. Aldaar veroordeeld^ 249. Zyn gedrag in dee- zen, 250. Cock (o. c. de) van'Ön;
regtzinnigheid verdagt en befcbuldtgd XXIII. 356. Be- fluit der Gedeputeerde Staa- ten van Friesland ten zynen yoordeele, 358. Beklaag, fchrift tegen hem ingele« V«rd, 3<3o. Volharding in |
|||||||||
A M ( j A N v. D.) vervaar*
digt eene Sphera Perfecte XXII. 173. Dedrl (s.) Capitein wei* t gert den Engelfcben het door* zoeken zyns Con voys XXIif« 203., Vegt, moet over- mand zich overgeeven, 204« Hoe men zyn Gedrag be-i oordeeide. 205. De g er man (O.N ). Voor-J llag om de Tsdammen te doen fpringen XXIV. 247. Dekker (j.) een Koop vaar- dySchipper,redt zich moe- dig XXllI. 70. Delft door wittEja des V* Cc 2 aai |
|||||||||
BLAD W f Z E R.
|
|||||||
ma zyne Meerderjarigheid
bezogt XX1V. 26. Demerary Verdeediglooze (laat deezerVolkplatuingeXXlH. -----—— Onluften aldaar ge-
dempt XXIV. 302. Doorbraaken in de, Rbyn- Waal-
en Maasdyken XXI1. -206. •—------------in de Rbyn- en
Lingedyken'&KlV. 175.176.
Dekhyntiyk andermaal door- gebrooken, 177. Bezorging der Noodlydendeü, 178. r-—*---------in de'Rbyn- en
Tsfeliyken XXIV. 232. In
de Btiuwedyken, 233. Dordrecht Gefchil over de Re-
geeringsbeftelling XXIII. Jóp. DOor WILLEM DEN
V, naa-zyne Meerderjaarig-
heid bezogt XXIV. 26. Ge- fehH van deeze- Stad met Gomichem over het Stapel- regt, 139- Drente zeldzaame oude Graf-
ftede aldaar gevonden XXII. 204. Drukpersfe (Poogingen tot het
bepaalen der) XXIV. 125. 't Plan van Keurmeefters der Boeken ter zyde gelegd ■, 226,Ontworpen Plakaat te- gen Godslafterlyke Boeken en Gefchriften, 227. Daar tegen ingeleverde Verzoek- fchriften der Boekhandelaa- refi doen het agter blyven. 229. Düitscbland (Oorlog in) Ver-
wekte hierStaatsbekomtner- nisfen XXli. 309- Verzoe- ken , Klagten en Schadeboe- tingen , wegens de Oorlog öp de grenzen, 371. |
Dykiverkers (Bepaaling by Hol*
land omtrent de) XXII. 25. 17 E-
CcHTE8(S. van) wat 'er
wegens diens verkiezing tot Burgemeester te Haarlem, te doen viel XXU. 425. Zie verder Haarlem. Eckbart ( É. G.) Krygt Octroy
voor zyn uitgevonden Wa- terfcheprad XXIV. 246. Elizabeth Keizerin van
Rusland fterft XXXlil. 195. Emigranten (Bepaaling omtrent
de) XXIII. 336- Engeland ('tBeginzel des Oor>
logs tusfchen) en Frankryk XXU. 248. Welke goede* ren dit Ryk, in de Oorlogs verklaaring aan Frankryk,. voor Contrabanden rekent 259 Ongunstig verflag uit dit Ryk wegens de klagten van hier den Koophandel betreffende, 396- "Onder- handeling daar over aange- vangen, 413. Eirenen des Konings, 414. _----------_ (Schepen van St.
Euflatius en Curaca komen«
• de en in) opgebragt op 't punt om verbeurd ver- klaard te worden XXIII. 45. Het vonnis uitgefteld, 47. Verbeurtverkiaaring der Laadingen, 48- Een Gezandfchap des wegen na Engeland benoemd , 50. Ontwerp van overeenkomst door Engeland voorgeflaa- gen , 57. — Verklaart den Oorlog aan Spanje, 194. -----,----- verzoekt dat de Noord-
Ams->
|
||||||
B X A D W Y Z E R.
|
|||||||
en In Zeeland over") XXIV;
200. Staaten van Holland dryven dit ftuk hoog, 203. Staaten van Zeeland kanten 'er zich tegen, 207. Ge- voelens der onderfcheide Gewesten op dit ftuk, 209. Men ftelt voor om den Stadhouder tot Scheidsman te verzoeken , 211. Op welk een voet Holland hier in bewilligt, 213. Hoe Zeeland, 215. ZyneHoog- heid neemt ©p zich Scheids- man te weezen, 116. Nade- re fchikkingen hier opge- maakt, 218. Onlusten al- daar gedempt, 302. Nieuwe Gefchillen met Zeeland over EsfiquebD, 352. y F. - —
abrisken (Vrugtlooze poo-
ginging- om de Inlandfche) te begtinftigen XXII, 93. Franeker ( De Senaat der Aca~ -
demie'te) door Willem »e Vi tegen het Hof ge- handhaafd XXIV. s8. Door zyne Hoogheid bezogt, Eer- betooningen hem aangei- daan, 314; Frankryk (Beginzel des Oorlogs
tusfchen)en Engeland'KXIL 248. Vyandiykheden inj . America, 249. Deezehad- den invloed op onzen Staat. 251; Vraagt wat de Staat - in dat geval zal doen, 252. Beantwoord, 253. Vordert een nader Antwoord, 254*.....
N«emt genoegen in der Staa-
ten verkiaaring van Onzy* digheid, 265. c 3 . jFrank-
|
|||||||
Americaanen uit deeze Lan-
den metgeeneKrygsbehoef- ten mogen onderfteund wor- den XXIV. 37*- De Oor- log tusfcben Engeland en Frankryk dreigt uit ie zullen barsten, 374. Engeljcben hunne Zeerooveryen indenJaareMDccLXi XXII. 261. Gaan in mücclvii den ouden gang, 321. Verbeurtverklaaring der genomene Schepen , 322. Vertoogen en klagten des wegen ten Hovè gedaan, 324. Vrugtloosbeiddeezer klagten, 331. De Zeeroo- veryen blyven in mdcclviii aanhouden, en zyn byzon- der op de West-lndievaar- ders gemunt, 387. Gaan in MD cc L ix op den ouden voet voort XXIII. 43; De Beroovingen en verbeurt- verklaariugen on'zer Sche- pen houden in mdcclx aan, 97. Valfche Betich- tingen pnzer Zeehandelaa- ren;, 981 Hun Krygsvolk denDoortocbt over 't grond- gebied van den Staat toege- ffaan-, 199. Nederlanderen over 't voorj- gevallene in- Oost-Indien XXIII. 285, Zie verder Oost-Indien. Enkbuizen viert het Twee hon-
derdjaarig Feest des- Vryheid XXIV: 2f?3; Esfequebo Verdeediglooze (laat
deezer Volkplantinge XXIII 316. C Gefcliil tusfchen de W.' I. Kämer te Amßtrdam |
|||||||
BLÄDWYZER.
|
|||||||
Frnnkryk Verzamelt een Leger
aan den Neder-Rhyn XXII. 310. Stek de Staaten we- gens dit Leger op de Grenzen gerust, 311. Verzoekt door rocht voor Krygstuig door Namen en Majlricht, 312. Het eerfte toegeftaan en *t jaatfte, naa eenige weder- fpraakbewilligd,313. Klag- ten j over het fchenden des Grondgebieds door Franscb Krygsvolk, krygen gehoor, 314. Kaaperyen der Fran- Jchen, 332. Geeft vier aan- gehoudene Wagens met geld te rug, 366. Verdeedigt het bezetten van Oostende en Nieuwpoort 369. Ver- leent den vryen invoer van gezouten Haring, 456. i------■— Sluit met Spanje ee-
neallernaauwfteVerbintenis
XXIII. 194. Verklaart Por- tugal den Oorlog. Aid. ,-----------(Het Regt van Aubaine
tusfchen) en deezen Staat
geheel afgefchaft XXIV. 371. Staat gereed om deel te neemen in den twist tus- fchen Engeland en America, 373. De Oorlog met En- geland gereed om uit te bai- ften, 374- Frederik degroote hoe
uit den Zevenjaarigen Oor- log gered XXIII. 195' i________.-----—.—.-----Staats-
befluit op zyn Voorftel der
Handel betreffende 239. ,___i_________■•—.-----Bezoek
door hen op 't Loo afgelegd ,
en door eene Bezending van hun Hoog Mögenden ver- welkomd XXIV. 130. |
|||||||
Frederica louiza wil**
h e L M1N A gebooren XXIV. 184. Doopplegtigheid, 187. PiUegiften en Gefchenken in de Kraamkamer, 188,189. Friesland (Twist tusfchen de
de Staaten van) en het Ho» Provinciaal, over het te regt ftellen van MisdaadigeMili- tairen XXII. 71. De Staa- ,t|T| door de Gouvernante ónderfteund, 79. Zy be- noemt Perfoonen om dit ftuk te onderzoeken , 80. Staatsbefluit volgens haar gevoelen genomen , 82. Nieuwe Stedepenning aldaar vervaardigd, 85. DeGou- vernante reist na Friesland, 139. Onthaal haar te Leeu- waarden aangedaan , 145. Voorziening op de Voogdf fchsp, 199. ---------■ ( Wat in) geduurende
de Minderjaarigheid van
wille den V. aan ma« ria LoisA wordt opge- dragen XXIII. 26. Den Prins zitting in de Provinci- aaleStaatsvergaderingen ver- gund 229. Eenigen willen de Meerderjaarig Verklaa- ring van WILLEM D E M V. e'én Jaar vervroegen, 364.
Tegenverklaaring der Prin- fes Douariere van Orange en Nas/au, 365. De yver- aars verzogt dit voorftel in te trekken, 367- 't Wordt als niet gedaan aangemerkt« 368. --------- (Eenigen in) willen WILLEM DEN V., by ZV-*
neMeerderjaarighdd, eenè
18- |
|||||||
W Y Z E R.
Gelderland Watersnood Aid.
'm 't Jaar mdcclxiv, XXIII. 273- -------------(Willem de v
in) als Stadhouder inge-
huldigd XXIV. 3*. Degrens- fcheiding tusfchen Gelder- land-en Munßer bepaald , 57. Gefchil tusfchen den Pro- cureur Generaal van Gel- derland en de Stad Nyme- gen befiist, 165. ——--------(Watervloeden in)
MDCCLXXi, XXIV. 235.
Onderltand aan de Behoef- ligen Aid, Ruime Inzame- lingen in Heiland, 239. Oehkete (L.) Doet zich
als een Waterwerktuigkun- dige kennen XXIII. 189. 1 Overeenkomst met hem aan- gegaan , 1R1. Zyn werk ver- wylt, hy vertrekt en blyft uitlandig, 183. De Proef beantwoordt in geenen dee- le, 185. De gemaakte over- ! eenkomst vernietigd, 1S6. Geoboe de II. Koning van
Engeland fterft XXIII. 95. George de III. volgt hem op AU. Met zyn komst op den Throon, van wegen den Staat, gelukgewenscht. 168. Gilles (P. A.) volgt ƒ.
kop op als Thefaurier Ge- neraal XXIV. 160. Goes Bepaaling van een Arti-
kel in het Regeerings Re- glement te dier.Stede XXIII. 135. Gauda door Prins Hendrik
van Pruis/en met hunne Hooghed.bezogtXXIV.137. Graanhandel Optiepartyen in
des |
||||||
f BLAD
ïnftructie geeven XXIV. 4.
Gefchil tusfchen het Hof en deScaaten ten voordeele der Staaten door wiuem ben V. befiist, 58. DeHar- lingefMagiftraat tegen deGe- deputeerde Staaten gehand- haafd, 63 Zo ook die van Sneek.66 Voorftel des Kwar- tiers van Oostergo, in deeze zaak ,71. Hoe door zyne Hoogheid beantwoord, 73. Handelingen tusfchen zyn Hoogheid en Friesland we- gens het zenden van Grietlie- deß enEdelen ttnLandsdage, 80. De Grietslieden en RÏa- giftraaten gemagtigd om hunne 1'rocureur-Fiscaalsaf te zeEten , 224, Friesland door zyne Hoogheid be- zogt, 31T. Friesland Middelen tot ver- betering van de Inkomftesi van dat Gewest XXIV. 370. UEERTZEMA (J ) te Gro-
ningen in zyne Eer herfteld XXII. ir».. Gelderland (Overftroomingen
in) in den Jaare mdccliv. XXII. 124. Maakt fchiS-
' king op de Voogdy in ge- valle van hst overlyden der Gouvernante, 158. Yzer- hutte aldaar aangelegd, 292. -- -----: (Gefchillenin)over
de uitvoering van het Re-
glement van Voogdyfchap XXIII. 135. Bedeftonden
in den Jaare mdcclvi in- gefield in mdcclxiii ge- ëindigd, 228. |
||||||
BLADWYZER.
|
|||||||||
den zelven verbooden XXII.
287. Beraamd Plakaat by de Algeineene Staaten tegen den Uitvoer van Graanen , 3or. De Koornkoopers te Jlmflerdam leveren hunne tegenbedenkingen in, 30t. 't Gaat egter door, 306. . Weder ingetrokken, 307. Het Plakaat tegen de Qptie- - partyen opgehelderd, 309.
's Gravenhaage (willem de V voegt zich aan 't hoofd
, der Schuttery in) XXII.
91. Gouden Beker van wy-
- len Willem de iV aan
dezelve gefchonken, 92. Militaire Kweekfchool al- daar opgerigt, 98. De Eed .. der Schutterye aldaar ver-
meerderd met dien aan den Stadhouder,at9. Brand op de Kennis, 450. __. ,-----, .—, £Zyne Hoog-
heid tot Opperbefchermer van Pietura in) aangefteld XXIV. 41. Gefchil tusfcben de Vroedfchap, Burgemee- fteren . en Schepenen door zyne Hoogheid heflist, 146. Het Kunstgenootfch Kunst- ■ fiefiieyjpaart geen vlyt aldaar opgerigt, 293 't Gravefande Q Gevegt, van
.e©i Engelscb en Frmscb Schip by) van eeflige aan- .tnerkelyke omftandkheden .vergezeld, XXIII. 167. Gróenewegen (J ) met
Octroy voor zyn Water- •werktuig begiftigd XXIII. 188. Groenland aldaar gelaateneScbe-
pen door <de Staaten in be- |
|||||||||
fcherminge genomen XXII.
si. Groningen (De Hoogefchoo!
te) herfteld XXII. 60. . ------,------. 't Genootfchap Pro
exeokndo Jure Patrio al-
daar opgerigt XXIÏL 190. ------------< hoe het aan de hon-
derd Jaaten geleden Ver- losfing gedenkt XXIV. 266, Door zyne Hoogheid be- zogt, 317. Zyne Verrig« tingen aldaar 316. |
|||||||||
aarlem begroet de Gouver-
nante XXII. 140. De Fa- bryken aldaar aangemoe- digd, 192. Gefchil oveï het aan (lellen van Bürge- meefteren , 335. Gelas- tigden tot het onderzoek deezer zaake door de Gou-', vernante benoemd . 336. De meerderheid der Regeer in- ge befluit dezelve voor Staaten van Holland te bren- gen , 337. De Meerderheid ' doet een voorftel terStaats- vergaderinge, wegens het niet befchryven eener ver- zogte buitengewoone Ver- gaderinge, 338. Zy beft by een tweede, de ingebragte zwaarighedenop, 339 Ant- woord der Gouvernante» 339 De Meerderheid hand- haaft haar Regt, 343- Wat deswegen terStaatsvergade- ringe voorviel, 349- Haar- lem wordt, wegens den eisch tot eene buitengewoone Vergadering, in 't gelyk ge- field, 350. Doch de Meer- |
|||||||||
I L A Ö W Y Ê I I.
|
|||||||||||
éfcrheid der Vergäderinge is,
wat de Verkiezing betrof, op de zyde der Gouvernante, g5i. Steden welke met Haarlem 'er van Verfcfailien, 351. Aantekening vmtlm- flerdam, 352. Van Reiter' dam 353. Afloop deezer zaake, 353. De (Souver- nante verkiest s. v. e'ch- %eh, die niet óp het acht- tal ftondt, totBurgerneefter aldaar, 415. Bezendingaan haar Om zich deswegen te beklaagen, 427. Zy iaat eene Waarfchuwingte Haar- lem, tot bekragtiging der Verkiezing van van ech- ten, afkondigen 4*9. De Meerderheid «.lerVroedfcfcap vervoegt zich by Staaten van Holland, 430. Brief der Gouvernante aan Staaten #an Holland over bet gedrag dtr Hsarie?n/c&eVroedfcbap, 43 t. Die van Haarlem ver- zoeken Uitflel van huilge- drag te verdeedigen, 436. Hunne Verantwoording, 437. Afloop deeze zaake, 442.
Ontvangt -Wil-
|
|||||||||||
ftbuldiging tegen nemingè»
bragt, 208. Vertrek uifc , Holland, wederkomst.- tJït üe StaatsvergadeVing ge» weerd, 210.. Openbaars Twistfch riften', a 1 i. Voort- zetting desGéfthils én Uit- rpraak des Hofs yän fries- land, 215. ; Habitsgsma bewaart zyu Convoy ,vppr "t onder-, zoek der Èrigelfcben XXTTf.. Huringvisfchery(Dfi voordeden
aan de) gefc'hdnkén, ver- lengd XXII. 28p. Bevoor- deeld door het verlof de« vryen Invoërs in Frankryk9 456. . —-----; ---——PlakaatwegéöS
bet on vermengd boudenvaa
den Haring na Ffatóryk ce- ; voerd,XXIIl.-77. ,' *
——------------voorregteö vafj
dezelve vefleöjgd XXIV.
81', 288. . Harlingen {Dè Eäagifträat van)
door zyne Hoogheid .ge- handhaafd tegen een Jäeftuic van Gedeputeerde Staaten XXIV. 63. 't Admirälitefcs- huis brandt af, «41. Door zyne Hoogheid bezogt ,316. Helder ( Zeeweeringen aan de )
herfteld XXIV. 355. 's Hertógenboscb ontvange wil*
LF.M den V. naa diens Meerderj'aarigbeid XXIV. 3®. Lastontheffingen eérit* ger Dorpen in de Meyerye. 106. Hesfen-Casfil GeichilJen meÊ
den 'Staat, wegens den Af- gezant de» Graaf vari w a"u- d T E N 5»!
|
|||||||||||
lem de:V met zyne Ge-
malinne XXIV. 1.21. Een Academie der Tekenkunst aldaar tot ftand gebragt, 290. Hamburg (Vóbrflag van) orh een voorhaaitn Handelhuïs te helpen niet aanvaard XXIII. 233. ijS.
Haken (O.Z. v.) Aanzien- lyke Poften door hem be- ileed XXIII. a©7. Be- |
|||||||||||
D
|
|||||||||||
BLADWYZER.
|
|||||||
TENSLEBEN. Zie WAS-
TÉ.KSLEBEH. Seukelum brandt voor geen
gering gedeelte af XXIV. . 299r ' Ar7 "; '■'..
Hilvetfum zwaare brand aidaar
xxiv. 49.;
Hoogend Y-k ( S.) de grond-
vester van hei BetaafscbGe- neatfibap te Rotterdam XXIV.
170. •«•-;• ;•-
ïfffar« Ontvangt de Gouvernan-
te, XXli."144. Zy neemt .'er (Zitting, by Gecomnait*- teerde . Raaden van het Noorderkwartier, 148. By de Admiraliteit, 153. Holland ( Voorziening by Staa- ten van) gemaakt, indien de Gouvernante , ftaande de Minderjaarigheid eens Opvolgers, overleedtXXÜ. " 5."• VoQtftel' van de Gou- vernante tot vermindering ■van 't Krygsvolk by de Staa- ten van Holland, 18. Pla- taat tegen Oproerige Schrif- ten, IC5. De zaak der Ver- kiezing van Burgemeerteren te Haarlem voor dezelve ge- . tragt,,337- De toëdragt hier van: zie Haarlem. De Gouvernante dringt by Staa- ten vm Holland op de ver- meerdering der Landmagt, 37a. Herhaalt dien aan- " drang, .375. Raadflag va« Jlmflerdamop dit Stuk, 376. Tegen aantekening der Ridderfchappe, 382. De Vermeerdering gaat niet door, 386. De Kooplie- den van Amflerdam en Rot~ teriam vervoegen zich by |
|||||||
hun, 412. De Gouveman»
te beklaagt zich byhun over 't Gedrag der Haarlemfche Vroedfchap, 431. Die zich by deStaaten verantwoordt, •,437. Doen deeze zaak af.
443- -r-— Neemen, by het Over-
lyden der Gouvernante, de voorheen gemaakte Schik- kingen aan XXIII. 9. Doen den Hertog van Brunswyk, ten aanzien van het Krygs- volk, den Eed afleggen, 10. Aanfchryving aan de Stedtn &c wegens de Magiftraats- beftellingen by het overly- den der Gouvernante, 12. Aanvaarden met de Bondg- nooten de gemaakte Voor- zieningen, 12. -------(Gefchil van) met die
van Stad en Lande over de
Lyfrenten XXIII. 138. Nee- men de Goederen en Sche- pen der Groningeren in be- flag, 141. Verdeed igen bun gehouden Gedrag, 144, De zaak ter bemiddeling aan hun Hoog Mögenden ge- field, I4S- De bardigbe- den verzagten, het GefchiL bygelegd , 147. Vraagen Groot Brittanje Voldoe- ning wegens de Schennis van het Grondgebied by 's Gravefande, 167. Geeven een Plakaat wegens het uit- geeven der Godgeleerde Schriften, 1 go. Bewilligen in eene vermeerdering van Landmagt,- doch willen een vafte post op den Staat yan Oorlog voor den Zee- disn« |
|||||||
ELADWYZER.
|
|||||||
dienfte gebragt hebben,
3*5-
Holland ( Commisfie door de
Staaten van)aan Willem d e n V. opgedraagen XXIV. 10. Befluiten tot het beteuge- knvan het Haarlemmer Meer, 88. Begunftigen verfchei- de Droogmaakeryen, 92. "-------- ( Staaten van ) drin-
gen aan op de verfterking der Zeemagt, waar in an- dere Staaten niet gereed be- willigen XXIV. 374. Na- der aandrang, 375. Staats- befluit van Holland wegens de Plans tot vermeerdering der Zee- en Landmagt, 385. Op welke voorwaarden zy in beide bewilligen , 390, 392. 't Zelve door de An- dere Bondgenooten in over- weeginge genomen, 393. Berigt daar op ingebragt en Confiliatoir Plan, 394. *t Zelve ("maakt Holland niet, 396.
Holt ms over zyne Schrif- ten door den Raadpenfio- naris onderhouden, XXIII. 179-
Hop ( J. ) legt het Thefaurier Generaalfchap , met veel lofs, neder, enwerdtdoor p. A. gilles opgevolgd XXIV. 159.
Hope (Thomas) tot Tle-
prefentant van zyne Hoog- heid, by de O. I. Maatsch. XXIV. 24. Hovtbandelaaren hun Verzoek
■ vindt ingang by de Staaten XXIII. 206. Moutzaagery (J5e uitvoer van
|
't geen tot de) behoort
verbooden XXII. 25^" aagermeeflerfcbap. Zie Op-
perhoutvefierfcbap. Janfeniflen. Hoe zy de Waar-
digheid hunner Kerke hier te Lande poogeh ftaande te houden XXUI. 243. By welk eene Gelegenheid zy in den Jaare mdcclxhi eene Kerkvergadering te l/t- recbt hielden, 246 Hoe het op dezelve toeging, 247. Befluiten daar geno- men, 248. Jefuiten ( Den) wordt Maa-
flricbt ontzegd , en hunne Goederen in beflag geno* men XXIV. 351. Inenting ( Proeve van ) op het
Rundvee genoomen XXII, 237-
1-----■----- der Kinderziekte krygt
hier te Lande meer opgangs
XXIV. 357. Jonseneel (J.) krygt een
Octroy op een Watermo- len van van zyne uitvin- ding XXIV. 93- Joris (Ridder Orde van St.)
Willem de V en veele andere tot dezelve ingehul« digd XXII. 136. Jurisdictie Militaire (Het Hof
van Holland beklaagt zich over de) XXIV. 276. Ant- woord van zyne Hoogheid j 278. Kamerling (Joh. C.)
Schelmftukken, en Straf Pd 2 dee*
|
||||||
B L Ä D W
|
|||||||||
Y 1 E R.
|
|||||||||
deezas Bedriegers XXIII.
348. •; fëampen. De Meente aldaar
verzet zich tegen het Regle- ment des Vo,o>*dyfehappe XXII. 21a, Het invoeren ontmoet aldaar befugen we-* derftand XXIU. 37. Ge- fehlt aldaar avter de Regee- rings beftetlirjg, 132. De Magiftraat zegepraalt oj> de Meente, 13 t. LEM D;£N ,V' te) Cadet- ten- en Pry-Corps aldaar ©p nieuw in train gebragt, 35-' -
Katoendpukkeryen Platkaaten ten
voordeele van dezelve XXIV. S3- Kazilo'tten ( G-reo.s aantal van )
op* onae Stranden XXIH. 221. Keurmeefle.rs van Boeken be-
oogd* aan' te (tellen , gaat niet door XXILI. %$&■ Knip ha us en behaalt in de
Oßst-fnttien veel Eecs en VoO'i-dtfels XXII. \i% Koaphaudel kwync in 't Jaar
W o c c L X111 Ooraaaiitn hier wam, sag. Het HaEf- del vetloop neemt toe. 2.35. Middeteai «an herftel ver- ge efs ch voorge Haagere,,. 2:3 7. Herleeft , 2>3'J. StSiaisbe-. fluk op een- «aorftefc des Konfcigs van Pruisjen den Handel beseffende, 230/- Kooplieden (De) van Dord-
rsebt, Rotterdam en Am- ßerdam letreren Klagten in fey de Staaten en de Gou- vernante , wegens de En- |
|||||||||
, gelfche Zeeroo verven XXII,
387- ' Die van Amßurdam leveren by den Staat Lyften van de fchade in, 390. Schade der Rotterdamfche, 391. De Koeplieden der drie Steden vervoegen zich ten derde maaie by de Gou- veimarMe, g<j2. Inhoud van hun Vertoog , 303. Ant- woord der Gouvernante, 395. Weder in 's Graven- haage ontbooden, 397. Ver- ftaan een ongunftig verflag uit Engeland, 398. Beraa- rnera een talryke Bezending uit Veertig Perfoonen be- ftaande, 400, Inhoud huns Vertoogs by de Gouvernan- te, Aid. Hoe beantwoord, 407. Verder na de lar- - BEY verbonden, 408.. Ont-
moeting by deezen Geheim- Raad, 409 Misnoegen de? Gouvernante over die Be- zending * 410.. Vervoegen zich by Staaten van Mol~ lani, 412. Ie 'A.eeuwjcbe flotten hunne Klagten uit, 42G'.
Kooplieden Leveren bydeÄIgem.
Staaten IHagten in wegens de in Engeland opgebrape St. Eufl'atim en Cuvqcaos Vaar- de» XX! H. 47- 't Vonnis uitgeteld, 48- Verbeurt- - Vcrklaaring der Laadingen,"
49. Zy klaageni deswegen by eten Staat en krygen be- loften van Voorziening,, 50. : Gei-wntfchap na 't Hof saa
Londen over deeze zaak be- noemd . Aid. Gedagten der Jmfitrdmnmetifcbe Kooplie-* |
|||||||||
BLADWYZER.
|
|||||||
Zeedienst gebragt hebben
XXIII. 3?5-
Landmagt t Plan tot vermeer-
dering der) XXIV. 385. Door Stad en Lande, Fries* land, Overysfel, Gelderland en Utrecht aangenomen Ali. Staatsbefluit van Holland deswegen, 385. 't Zelve jn overweeging genomen, 393. Berigt daar op inge- bragt, met een Plan Confi- liatoir, 394. Alles loopc vrugtloos af, 396. Leenregt (Bet Hooge) te
Zutpben onder een Eiken- boom gehouden XXIII. 337. Leemvaarden Onthaai aldaar
de Gouvernante aangedaan XXII. 145. 't Landfchaps Tugt- en Werkhuis ver- brandt , 176. Herbouwd, 179. —--------------• ( Vreugdebetoo-
tooningen ) by de komst
van zyne Hoogheid en diens verrigtingen aldaar XXIV. 312.
Lek (Nassau LA)StaatIy-
ke Doopplegtigheid zyner Dogter CAROLINA WIL-
HELM INA TRAJECTINA, XXII. 357.
Leyden ioor willem de V
naa zyne Meerderjaarigheid bezogt XXIV. 25. De Maat- febappy der Nederlandfibe Letterkunde aldaar opgerigt, 45 't Genootfchap Kumt wordt d«or Arbeid verkreegen neemt te Leyden een aan- vang , 48. Zwaare Brand aldaar, 54. Viert het Twee- honderdjaarig Feest van het • d 3 Ont-
|
|||||||
den over een ingeleverd
Ontwerp van 't Engelfcbe Hof, 58 Valfche Betich- tingen in Engeland, 98. Kooplieden te Dordrecht en te
Rotterdam beklangen zieh over den Keurvorst van den Pfl/nsXX'V. '9*. Kousjeband 'Ridder Orde van
de) welke XXII. 18. PlegT tigheden byde Inhuldiging, Aid. Krygsvolk (Voorftel van de
Gouvernantente tot vermin-, dering van 't) XXU. 18. Beüuit daar op genomen Voordeden gehegt aan dit Plan, 19. Schikking op de Kleeding, 23, Zie verder Landmagt. Krygsvoorraad hoe fterk aller-
wegen heen uit deeze Lan- den gevoerd, XXII!. 77. Kuilenburg Oude Munten al-
daar ontdekt XXU. 230. T L-
JLjandloopers Plakaaten in ver-
fcheide Geweften tegen de- zelve« XXIII. 346. Landmagt voorftel der Gou-
vernante om dezelve te vermeerderen by Holland XXII. 372. Breedvoerige Raadflaag van Amflerdam cp dit ftuk, 37e. ïegenaan- tekening der Ridderfchap- pe, 382. De vermeerde- ring gaat niet door, 386. >--------— (Staaten van Hol-
land bewilligen in de ver- meerdering der) doch wil- len een vafte post op den Staat van Oorlog voor den |
|||||||
BLADWYZER.
|
|||||||||
ondertekening voor te !eg»
gen, 345. 't Zelve niet kunnende ondertekenen van zyn Hoogleeraarsaropt ver- vallen verklaard, 346. Te hingen tot Hoogleeraar be- roepen , Tot Ouderling, aldaar tiangefteld, 348. Af- fcheid van de Groninger Kerken raad. Aid. Rede- nen , welke hy van zyne Afzetting geeft. 34.0. 1/3ARIA LouiSA komt in 's.
Qravenhage XXIII. 25. Wat haar in Fnesland,gedaatende Willem den V. Ivlhider- jaarigheid , was opgedraa- gen, 26 Levert eene Te- genverkiaaring in toen ee- nigen in Friesland,de Meer- derjaarigheid van willem den V. één jaar wilden vervroegen 365. Sterft, haar Charakter, 3fio. Manaccaanen ( Vrede met de)
geOooten XXII. 51- De- zelve bevestigd, 277. De vrees voor een Vredbreuk met de Marroccaanen ver- dwynt XXII!. 320. —:------------ ( Vrees voor een
Ooi log met de) wykt
XXIV. 273- Mastenbroek onderwater gezet,
hoe liefddaadig geholpen, XXII. 129. Maubicius (J. J.) wat hem
■ in zyne Landvoogdye op Surinaame wedervoer XXII. 114. Keert na 't Vaderland, verdeedigt zich, ii(S. Lege geregtvaardigd zyn Ampt ne- der, 117, Meerman( G.) tot een Ge-
zant-» |
|||||||||
Ontzet, 358. J. L. r. van
berkhey gedenkt 'er in Dichtmaat openlyk aan, 360. Lig Ni EK e (F. X. d'Ao. ) met Octroy voor zyne uit- vindingen begiftigd XXiil. 188.
Luik (De PrinsBisfchop van) krygt by den Staat den Ty- tel van Doorlugtige Hoog- heid XXII. 96. |
|||||||||
JtKlaalfcbappy (Holland/ehe') der
IVeetenfchappen te Haarlem opgerigt XXII. 53. Eerde kleine beginzels van dezel ve,s6. Hoofdbedoelingen, 58.
-!---------------Met opene Brie-
ven der Staaten van Holland vereerd XXüt. 188. ----------------! tot behoudenis der
Drenkelingen opger igtXXIV.
101. Door Hoog Gezag onderfteund, en elders ge- volgd, 104. M A B c e. (F. A. v. D.) On-
luiten tegen dien Hoogleer- aar ontftaan XXIV. 337. Tot kennis des Stadhouders gebragt en diens Voorflag, 339. Regtsvordering door hem gedaan, 340 Hy le- vert eene nadere Verklaa- ring zyner gevoelens in, 34a. Door den Academie- raad aan eenige Stellingen fchuldig verklaard , 344. Biedt aan eene nadere Ver- klaaring te geeven, 345. Be- fluit om hem een Opttel ter |
|||||||||
Y Z E R.
|
|||||||||
B L A D W
|
|||||||||
XXIII. 32. De Gouvernan-
te hadt bet toegeftemd, en de bewilliging der Staaten verzogt, 33. Zwaarigbeid om daar in te bewilligen, uic hoofde dat die Prins de Lutberjcbe Leer omhelsde, 34. Drie Geweften bewil- ligen. De Ridderfchap in Ütrecbt maakt zwaarighrid, Aid. In Holland is men het over dit ftuk niet eens, en omhelst het bemiddelend Plan van Delft niet, 39. Zeeland als mede Stad en Lande draagen toeftemming» 40. Het Huwelyk voort- gezet, 104. Bekendmaaking daar van in onderfcheidene Geweften, 105. Hoe Hol- land zich in deeze zaak ge- droeg, 106. Hoe Utrecht. Holland kant zich ter Alge« meene Staats vergadering aan tegen het doeneenerGeluk- wenfehing, die egter ge- fchiedt, 107. Zwaarigbeid by Holland gemaakt om, we- gens dit Gewest,eenGeluk- wenfehing te doen, io3. Gelukwenfchingen, iro.Tot Generaal der Infantery van den Staat verheeven, iir* Huwelyk« gaven van Fries- land en Overysjel aan Ca- rolina, 112. Voltrek- king des Huwelyks , Aid. Vreugdebedryven, 113. Ge- lukwenfching der Staaten van Holland, 114. Begroe- tingen der Nieuwgetrouw- den, Aid. TweeMaaltyden door dien Prins gegeeven» 115«
Nas-
|
|||||||||
xantfchap na Londen be-
noemd XXIII. 50. Meer (Haarlemmer) grootekos-
. ten tot beteugeling van het
zelve aangewend XXIV. 88.
Merkes (.Het geval der
Broeders) die tot de Vry- metzelaars behoorden XXII. ÏOI.
Middelburg ■! ( De Haven te}
verbeterd XXII. 97- ,--------------• ( Gefchil van )
met zyne Hoogheid over de
Plaatsbekleeding vanEerften Edelen by de Admiraliteit door den Raadpenfionaris XXIV. J48. Viert bet Teehonderd jaarig Feest der Vryheid , 164- Monnikendam (Twist te) over
de Magiftraats beftelling XXIV. 141. Montfoort (De Heerlykheid)
aan Willem den V. af- gedaan XXIV. 157. Mossel (J.) word Gouver-
neur Generaal van Neer- ■ landscb Indien XXII. 16. . Voorfpoed der O. I. Zaa* ken, onder zyn Bewind, J19. De zaaken gaan min voorfpoedig, i<58. Pragt bepaalende Wetten aldaar gegeeven , 169- Pragtig Huwelyks-Feest zyneï Dog- ter, 357, Muller ( P. L. S ) Kerk-
twist met hein te Leeuwaar* den XXU. 22.5. TM N'
INassau weilbubq (De
Prins van) verzoekt ca-
hqlina ten Huwelyk |
|||||||||
BLÄDWurZER.
|
|||||||
Nassau weilburg (De
Prinfes van) bevalt van WILLEM OÈORGE BEL-
eicus, 121. Piliegift van
bun Hoog Mogenden, ml Diens dood, 223. Wil- lem CAREL LODEWYK gebooren, 222. Aanvaart
de Magifrraats bettelling in de Friefcbe Steden, naa den dood van maria loüi» sa, 372- ---------------------------------Ver- lost van FREDRIK WIL- LEM XXIV. 139. zyne Duitßbe Staaten ge-
trokken, 190. CAROLINA IODIZA WILHELMINA gebooren , en w 1 l l e m lo-
. DEWYK CAREL geftorven. AU. Een Zoon dit Huis ge- booren en ontftorven, 273. N00RDKERK ( H. ) gedagt
XXIV. 244. Noord-plasfe by Hazaardswoude
drooggemaakt XXJII. F3. Nyenburg {Het O. I. C. Schip)
afgeloopen XX UI. 302. Straf de Muitelingen , zo in Surinaame, als aan de Hel- der, 304. Nymwegen (Gefchil tusfchen
de Stad) enden Procureur Generaal van Gelderland be- llist, XXIV. 165. n °-
Uost-Friesland (De zwaang-
heid wegens «Ie Inkomften van) uit den weg geruimd XXII. 364. Oostende en Nieuwpoort met
Fransch Krygsvolk bezet |
|||||||
XXII. 31 s. Klagten van
York des wegen Aldauk Verklaaringen van het Wee tier ea Franfcbe Hof op dit ftuk, 319. Verdeediging hier van 3159. Oost - Indiefcbe Maatfchappy
deezer Landen in Ge- fchil met de Engelfcbea XXIII. 285. Klagten van
York e ©ver de Handelwy- ze der Nederlanderen in Bengale, 286. Verdeediging der Bewindhebberen , 287. Verdere klagten Tan de zy~ de der Nederlanderen, 290. De Bewindhebbers door de Staaten verzogt de bezwaar- punten op te fiellen, 292, Antwoord der Engeljcben, Aid. Gelastigden trekken ter Onderhandelinge na En- geland, 293. Nieuwe ver- ongelykihgen derEngelfcben, 294. De. wederkomst der
Nederlandfcbe Gelastigden vergund, 294-, Verflag, 295. Verfchil over dén zin
der uitftaande Verdragen, 265. Nieuwe klagten o»er de mishandelingen der En- gelfcben , 29Ö. Wegens üoornisfen in den Handel, 297. Last aan van wel« beren gegeeven om op af- doen van zaaken aan te dringen, 298. —---------------- ( het Opper*
bewindhebber-, Gouver-
neur - en Generaalfchap der ) Maatfchappy aan wille m' deh V opgedraagenXXIV. 23. Om*
|
|||||||
B LADWYZËR.
|
|||||||
ommelanden Ongeregeldheden
by het Inwyen van een Roomscb Kerkhuis aldaar ge- pleegd XXII. 105. Öpperboutvesterfchap en jaager
éieeflerfchap aari willeM D e N V. opgedraagen XXIV. 18. Onder welke bepaaliri- gen in het Noorderkwartier, 19. oranjewoud (Bet Schip ) zinkt,
XXII. 417. Ourïks (J. Dol van)
Moedbetöon tegen de En- gelfcben XXIII. ó8. Överysfel ( Dykbraaken in) ili
't Jaar mdcchv XXII. 127. Aangëzogt om op de Voorziening der Voogdy- fchappe bedagt te weezen, ä04. Dit werk haapert te Zwolle, waar de Meente 'er geen genoegen in nam, 28$. Te Hasfelt en Stèenwyk is de Meente niet te vrede. De Itidderfchap heeft ook eem- ge bedenkelykheden, 112. De Gouvernante geeft eene verzagting op de Bedenke* lykheden der Ridderen. Dei Voorziening vaêtgèfteld , 214. Een der Ridderen doet een Tégenaantekening Aid. Volkomen Befluit daar op genomen, 116. «*—i ---- Watervloed in het
Jaar mdcclxiv, XXIII.
271; PP-
altz (Handel verfchil met den Keurvorst van den) XXIV. 190 Staaten van Heiland flaanvoor den Han- |
|||||||
del pp de Landen van ciieti
Keurvorst voor zes wee-ï ken op te féhorten, . igfa Hun Hoog Mogèhdeii be« fluiten hier toe, 197. HeC • gefchil bygelegd, 198.
Patenten Schikking daar op
door hun H. Mogenden ge~ maakt by de Meerderjaarig« heid vafi willem denV . XXIV. 16, ;.'
Perre (J.Ä.. van der) toi
Plaatsbekleeder van Eerfteii Edelen benoemd XXlVi ' »5*.
Pestziekte (Vrees Voor) .; èii
voorzorg daar tegen XXlV» 242- .
Péxer III beklemt de Rum*
JcbenilnobnXXIII. 195. Zy- ne vooringenomenheid met FREDERIK DEN GRÖß-
TEN, wordt diens Bó'ndge* , noot, 196. Planeeten (Vrees voor den On«
detgang der Aarde uit deri ftandder) gebooren XXIV« 36s. In Friesland te keet gegaan door een BerigP fchrift van hooger hand-, 3Ö7. . , :, Poolen (De Koning1 van) Ver-
voegt zich, byde RyksVei- deeliflg , by de Staat oßi hulp XXIV. 275. P o l (f. v. D.) tot een Gé=
gantfchap na Londen be- , noernd XXIII. 50. Portugal, door Frankryk eé
Spanje\ in de Engtegebragt j vraagt Onderftand by deé- zen Staat XXIII. 194. Eé E. Ka
|
|||||||
bladwyzër.
|
||||||
righeid te ) XXIV. ag.
Het Bataafsch Genootfebap der Proefondervindelijke IVys- begeerte aldaar, ondanks het tegenftreeven der Haarlem- fcbe Maatfchappye, opgerigt, 170.
Rousseau het drukken en uitgeeven zyner Emile ver-
booden XXlII. 217.
Rundvee (De Sterfte onder het) begint opnieuw te woeden«
Voorzorgen daar tegen aan»
gewend XXIV. 173.
Rusland Helt de Staaten gerust wegens de Vloot na de
Middellandfcbe Zee gezonden
XXIV. 200.
c s-
ucbieland (De Clasil's van)
gaat door een Befluit het Beroeringswerk in de Ker- ken te keer, en ftutt dezelve XXII. 99. Scbermerhom het voorgevallen aldaar wegens een Eereboog in de Beemfier XXII. 142. Schhyvek (J F.) Oost-ln- difcbe Schipper zyn moedig gedrag XXU. 263. Sebouwburg (De Franfcbe) buiten Amfierdam brandt af. XXII. 174. Herbouwd, 176. te) jimfterdam brandt af.
XXIV. 292.Herbouwd.362.
Sels (JO moedbetoon tegen
de Engelfiben XXIII. 67.
Senserf ( W'AltkiO zyoe - lnflelling te Rotterdam ten voordeele van den Gods- dienst, XXII. 61.,:,. Sïcüien ( Handelverdag.raeaden KO; |
||||||
Jtv E.Ö E L T K H E [ D (CO Schuif-
fluizen door hem uitgevon-
den, en belooning hem daar voor toegelegd XXIV. 288. Octroy aan hem op eene Diepmachine verleend,289. Renswoude (Stigting der Vrou-
we van) XXII. 173. Rivieren (Handelingen Qver de)
tusfchen Gelderland, Holland en Utrecht XXIII, 272. Klagten des Konings van Pruisfen over het plan hier tot verbetering der Rivie- ren gemaakt XXIV. 377. Door Holland beantwoord, 378. —•------- .( Bukengewoonelaag-
te der) in mdcclxvi en MDCCLXVII XXIV. 82.
Onderhandelingen over de
Rivieren in 't laatstgemelde Jaar 83. ïraage voortgang van het werk der Rivieren, 181. Overeenkomst met der Koning van Pruisfen tot herftel des Rhyndyks, 182. Eoldanus Burgemeelter ie Kampen hoe behandeld, 133. Rotterdam (De Gouvernan- te beziet te) de Kabinetten van de Heeren bisschop XXII. 155. Sterke Aante- kening dier Stad ten opzigte van de Regeeringsbeftelling van Haarlem, 353. Kooplie. den van daar leveren klag- ten in, wegens de Zeeroo- veryen der Engelfchen. Zie Kooplieden. Lyst der Rot- terdamfche fehade 351. „=_-._-----, (willem de V.
komt naa zyne Meerderjaa-
|
||||||
BLADWYZEÉ.
|
|||||||
Koning der beide) XXII.
>. 9I-
Sneek ( De Magittraat van )
door zyne Hoogheid gehand-
haafd tegen Gedeputeerde Staaten XXIV. 66. Smit (L} krygt Octroy op
een Watermolen van zyne vindigXXIV. 93- Sollenburg ( De Kruidmaakery)
aan den Overtoom/c ben weg fpringt XXII. 453. Spanje ( Vryhedeu aan de Han»
delaars op) verleend XXII, 26. Schenkt op eene ver- pligtende wyze Convoy aan onze Schepen in de Midielandfcbe Zee, 191. "-------- Verklaart Engeland den
den Oorlog XXIII. 193.
Sluit metFrankryk eennaau- we Verbintenis en verklaart den Oorlog aan Portugal, I94. Schent ten onzen op- zigte het Tractaat van Ma- rine, 202. Speelkaarten en Dobbelfteenen
Oogmerk om dezelve te belasten niet volvoerd XXII. 98. Spikoel (L.P.v.d.) tot Raad
van Gees aangefteld, wat des te doen viel XXUI. 135. Staaten (Algem.) beantwoor-
den de vraag van Frankryk, wat dezelve in den ontftaa- ne Oorlog tusfchen Frankryk en Engeland zouden doen, XXII. 253. Door Engeland ÖmHulpbendeh verzogt Aid. De Franjeben zoeken zulks te ftuiten,en vorderen eeri nader antwoord, 254. Ver- ïlaaren Onzydig te zullen |
blyven, 256 Franhyk néémt
'er genoegen in, 96j. Gee= ven een Reglement wegens de vreemde Kaapers en Com« misilevaarders, 271. -----,---------:—, ontrust we- gens den Oorlog in Duitscb'i land ontftooken XXII. 310. Gerustgefleld door Frankryk wegens het Leger op de grenzen verzameld, 31 j. Vërleenen doortogt aan Krygstuig deor Namen en Maaflricbi, 312. Krygen gehoor op hunne klagten^ wegens het fchehden des Gronc|gebieds door Franscti Krygsvolk ,314. Laateii klagten tenEngèlfchenHovü doen, wegens de Zeeröve^ ryen en het prysverklaaréii der Schepen, 324. DeGou- vernante dringt by dezelve aan op 't vermeerderen der Land- en Zeemagt, 410. Dit Voordel by de Gewes- ten rondgezonden, 412. i' ■'------------- verbieden
de Wervingen van Krygs-
en Zee - volk voor, vreemde Mogendheden XXIV. 84* Stad en Lanie ftelt de Voorzie-
ning op de Voogdyfchäp vast XXII. 217. —---------CGefchiltusfcfcen3
en Staaten van Holland over
de Lyfrenten XXlIJ. 138. Houden de Hollandftbi Schepen en Goederen aan^ 142. Vervoegen zich by dé Bondgenooten, fy.3. Ver- antwporddeh zich. De zaak aan hun Hpog Mögenden5 ter béuüddelingvoörgefteldi 2 lASi
|
||||||
BLADWYZER.
|
|||||||||||||||||
Schip XXII. 267. York e
klaagt deswegen 268. De Staaten vorderen dien Prys van Frankryk te rugge en verkrygen denzelven Aid. '--------- (aan) agter de Hont
vinden de Schepen eene
veilige Legplaats XXIII. 148. Dezelve wordt ver- waarloosd, 15 i. __------■ (Willem de V met
zyneGemaltnneop) begroet
XXIV. 125. Tripoli (Een Gezant van)
komt met Gefchenken in 's Graver.baage XXII. 333. Mahmoud begi als Ge- zant aan deezen Staat ge- zonden XXIV. 158. |
|||||||||||||||||
145- 't Gefchil bygelegd,
147.
»tefnoracht (A.) word
Raadpenfionaris vznZeeland XXIV. 28 •-----------------:-------------Raad-
penfionaris van Zeeland, ge- fchil, wegens hem , tusfchen zyn Hoogheid en de Stad Middelburg zie Zeeland. Steenen aan* de Zeedyken van
Wormen doorgeknaagd XXllI, 78. De Vrees des wegen bedaard, 70. Stenis ( H C.) Verzeilt zyn
Fregat op de Moarfcbe Kust XXII. 46. Ellendige Staat der Schipbreukelingen,' 47. Verlost nevens andere Ge- vangenen, Losprys , 48. Wederkomst in't Vaderland 5°-
Steyn (P.) voor de vyfde keer tot Raadpenfionaris
aangefteldXXIV. 161. Sterft
281.
Stolp (J. )lnftelling van dien Heer, en opgaave van zyn
Character XX11. 107.
Slryen ( Het Dorp ) brandt • meerendeels af XXIII. 81. Suriname Verandering der Re- geeringe XXIII. 118.
i-------------Mtfn zoekt 'er te vergeefsßh het getal der
Blanten ■ te vermeerderen
XXII. 3-<8.
Opftand aldaar,en
|
|||||||||||||||||
ü.
|
|||||||||||||||||
U
|
treebt maakt fchikking op
de Voagdy, ingevalle van het Overlyden der Gouver- nante XXII. 157'. (Gefchil tusfchen dé
|
||||||||||||||||
Staaten van) en Directeu-
ren van de Sociëteit van Suriname XXIII, 240. Kerk- vergadering der Roomfcbé Geestlykheid te Utrecbt ge- houden, 24.2 (WILLEM DE V als
|
|||||||||||||||||
Stadhouder van) ingehaald
XXIV. 30. |
|||||||||||||||||
+7 V'
fraais (Ofroerige beweegin-
gen en Godsdienstftoore- nisfen der Proteftanten") van Staatswegen tegenge- gaan en gefluit XXIII. 328. Veere. Geval aldaar met een
Fron- |
|||||||||||||||||
hulp derwaards gezonden
XXIV. 301. n T.
exel, een Franfibe Kaaper
ïïeemc aldaar een Mngelscb |
|||||||||||||||||
B LA DW Y ZE R.:
|
|||||||
en Ber/yn XXIII. 156 .Frank'
ryk wil een byzondere Vre-; de fluiten, 157. Wederzyd- fcheGezanten afgevaardigd, 158- De Onderhandelingen begonnen, eh voortgezet, ï59. Geftrerod, 160. Afge- brooken, tfi3 Tusfchende Oorlogende Mogenheden geflooten, 198. WW,
ARTGNSLT. BE N(f)eGraaf van) teCasfel verongelykt, XX II.260. OeAlgemeene Siaiten trekken zich zyns aan en vorderen voldoening, 261 f)e Landgraaf van HeJ-r Jen Casfel zoekt het te ont- duiken, 262. De Staaten blyven op voldoening aan- dringen, 263. De Landgraaf geeft dezelve, 2155. Nadere bepaaling omtrent de Graaf van WARTEMSLE BEN,
265.
Water ( Ongemeen hoog ) in Meymaand mdcclxxiv
XXIV. 369. *; .
Waterberoering op den !■ Nov.
mdcclv. XXII. 237.
Watervloed van 't Jaar jvidcciX XXIII. 87,
rr.----------------e»-! van 't Jaaf MDCCLXIII. XXIII.269.
,___------------__ van het Jaar
mdcclxx en Lxxi.in
Gelderland XXIV. 232. Hol. land daar mede gedreigd, 237. West-Indie. De Handel daar
op door de Evgelfcben ge- drukt XXII. 387. DeCom- pagnie beklaagt zich daar E e 3 over |
|||||||
Franfcbe Kaaper, en een
Scbotscb Scheepje XXlIl. 270. Veere Willem de V tot
Markgraaf van) ingehul- digd XXIV. 18 Viert het Tweehondetdjaarig Feest der Vryheid, 264. Veilgeld (het buitengewoon)
verdubbeld XXI[ 100. De Deenen 'er zich tegen ver- 2euende moeten het egter betaalen, iei. Voltaires Verhandeling o-
vct de V'erdraag/.aamheid in Friesland verboden XXlIl. 35Ó. Vlisfmgen (het Dok te) her-
lteld XXil. ofi. Geval van een Franfcbe Kaaper met een EngelscbScheepjt: aldaar 269. —------------(WILLEM DEK V
tot Markgraaf van) inge-
huldigd XXIV. 27 en 28. Zeewwscb Genootfcbap der Weetenjcbappen aldaar opge- rigt, irt8. Het Tweehon- derdjaarig Feesr der Vry- heid aldaar gevierd , 261. Vlugtelingen ( Liefdaadige On-
derfteuningaan de Franfcbe') XXII. 42 inzamelingen ten hunnen behoeve gedaan , 45. Vondel \]. v.) Grafteken
voor hem te Amßsrdam op gerigt XXtV. 291. Vorst (Sirenge) in het Jaar
MDCCLVIl XXII. 06.
Vrede (Voorflag van) < an de
Engeljcbe en Pruisfifcbe zy- de beantwoord , 94. Van geen gevolg, 55. m------ (Nieuwe Voorflag van)
aan de Hoven van Londen
|
|||||||
W L A D W
over by yorke, wordt
door hem in 'c ongelyk gefteld, 388. •--------—; Het Octrooy der
West • Indifcbe Maatfcbappy
verlengd XXIII. 191. ------------■ het Opperbewind-
hebberfchäp der West-lndi-
Jcbe Maatfcbappy aan wil- l e m D e N V. opgedraagen, XXIV. 24. ffieersgeßekenis. in den Jaare
mdcclv. XXII. 234. Vol ftonn en Onweer in den Jaare MDCCLV 1. 28s. Zeer natte in den jaar mdcclvhi. 455-
W 1L L e M C. H- F R1 s o Schik- king op de Regeering naa diens dood XXII. 4. Be- lluit om hem op kosten des Lands te begraaven, 9. Be- graafenis bepaald; waarom noch de Buitenlaridfche Af- gezanten, noch de Ilaad van Staaten, in deLykftatie ko- men, 10. De Begrafenis en kosten van dezelve, 11. Rouw hier, en vervolgens tot op Batavia aangenomen, 1(5- ": WitLEM de V. tot Ridder '"' yan den Kousfeband verhee- ven JCXii- 27. Door den Franfchen Afgezant de Bonac bezogt, zyn tegen bezoek, 40,41. Vervoegt zich aartv het hoofd dtr HaagJ'che Scbutiery,Qi. Koopt'«enige Heerlykheden van den Ko- ningvan Z>ni.\syè"-.ï3i» Der- pelser Bezitneeming, 153. Gefchenken te dier gelegen- heid, 135« Wordt Ridder |
Y ZE E.
van St. Joris 136. De Eec$
der Haagfibe Schuttery met dien aan den Stadhouder, vermeerderd, 219. Woont de Schutters maaltyd in den Haag by , vereert aan de- zelve zyn Pourtrait en dat zyner Zuster, 334. Vreug- de bedryven toen hy in zyn Elfde jaar tradt, 450, Wordt op zyn Elfden Jaardag ter Vergadering van hun Hoog Mögenden ingeleid XXIII. 41. Visen en Jagtvermaak hem aangedaan , 42. Detyd dat hy ter Hooge Staatsver- gaderimgeri Zitting zou nee- men nadert, 223. Schlkkin» gen daar toe gemaakt Aid. By de Algemeene Staaten ingeleid, 224. In den Raad van Staaten verwelkomd, 225. Maaltyd en Vreugd- betooning te dier gelegen- heid, 227. Friesland en Bolland verleeuen den Prins Zitting in de Vergaderingen, 229. Van de Kinderziekte berlteld, 228. Tot Lid der Hervormde Kerk aangeno- men , 332. Eenigen in Friesland willen zyne Meer- derjaarigverklaaring één Jaar vervroegen , 364. Te- genverklaaring van de Fr in- fes Douariere van Orangs en Nasfau, 365. De Inlc- veraars verzogt dit voorftel in te trekken, 367. 't Wordt als nooit gedaan aangemerkt, 368.. ' ' illem de V. Eenigen in
Friesland willen heb eene Inftructie, by zyne Meer-ter« |
||||||
'jaa-
|
|||||||
B L A D W Y Z E R.
|
|||||||
land, 27. Tot Markgraaf
van Veere en Flisßngen in- gehuldigd, 28. Willem de V. Te Bergen op Zoom, Breda en 's Herto? genboscb verwelkomdXXIV 29. Te Utrecht ingehaald,
30. In Gelderland ingehul-
digd, 32. Pragtig onthaald op R of end aal, 33. Bezoekt Nymegen en Zutpben, 35. In Overysfel ontvangen. In« haaling te Kampen, 35. Te Zwolle, 3&. Te Deventer, 39, Oost- en West ■ Indien vieren zyne Meerderjaarig- heid en Verheffing , 40. Tot Opperbefchermer en. Opperdeken van Pictura in den Haage aangefteld.. 4r.. Beflist een gefchil tusichen JtHof en den Senaat der Aca-* deiiiie in Friesland ten voor-; deele van den laatfte, 58. Handhaaft deMag.' van Har- Iingen tegen het befluit van Gedeputeerde Staaten, 63. £0 ook die van Sneek, Co". Voorftel der Meerderheid des Kwartiers van Oostergo , deswegen, 71. £yn oor-* deel hier over ter handha» ving zynsGezags, 7}. Han- delingen tusfehen Friesland en hem wegens het zendeiï van Grietslieden en Edelen ten Landsdage , go. De zaak der Rivieren aan zyne bemiddeling opgedraagen,84 Geeft kennis van zyn be- oogd Huwelyk met f re- de ri ca SOPHIA WIL- HELMINA, 112. Goed- keuring van 't zelve, 113. E e 4 Siaa-*
|
|||||||
jasrigheid, geeven XXIV. 4.
Wensch van den Raad van Staa en by hetTydperk van die Meerderjaarigbeid , 5. Schikikingen by de Algemee- ns beraamd tot den Meer- derjaaringiverklaaring, 6". De Uitfcbryving van den Algetneenen Dank- Vast- en Bededag maant de Ingezete- nen aan om des tegedenken, 7. Bezweert de Commis- lien van zes Gtwesten, 9. Legt den Eed by de Alge- meene Staaten af. Aid. In den Raad van Staaten inge- leid, 10. Commisfie van Staaten van Holland aan zy- ne Hoogheid opgedrsagen Md. Hy legt daar den Eed af, 15. Ten Hove vanHol~- land , Zeeland en Friesland ingeleid , 4ld. Schikking by hun Hoog Mögenden op de Patenten, 16. Staaten van Bolland draagen hem de Begeeving der Kry;;san>p- ten, als mede het Opper- houtvester of Jaagermeester- fchap op, 18. Vreugdebe- dryven in den Haage by zyne Meerderjaarigheid ,20. De Jioden naamen 'er by- zonder deel in , ar. Geluk- wenfebingen en bevorderin- gen in Krygsbedieningen, 22. Het Opperbewindheb- berfchap in de Oosten West- Indifche Maatfcbappyen aan hen opgedraagen, 23. Legt een Bezoek te Leyden, Delft, Rotterdam en Dodrecbt af, 25, 26. Neemt Zitting in de Staatsvergadering in Zee- |
|||||||
B L Ä ö W
|
|||||||||
Y Z E R.
|
|||||||||
(Staaten van Holland beftem-
inen eene Lyfrente voor haareKeningliyke Hoogheid, 314 Ondertrouw, 115. VaU trekking des Huwetyks,t i<5, "c Vorstlyk Paar onder den weg begroet, 117. Op de Oranje Zaal ingehaald, en geluk gewenscht, 117. In- trede in 'sGravenbaage, ti8- Openbaafe Vreugdebetoo- Jijngen deswegen gehouden. Gedenkpenningen, f20. 't Vorstlyk Paar te Haarlem begroet, tji. Reis door TiïollandscbïsToordlyk gedeel te, 122. Water vermaak op de Reede van Texel, 123. In Amflerdam ingehaald, 126. ÏMeemt Zitting in dt- Admi- raliteit, 129. In de Oost- era West- Indifcbe Maatfchappy 53oVermaaken het Vorstlyk Paar aangedaan , 131. Ver- trek iiit Amfterdam , 134. JSezogt' door f re de Rik PEN GROOTE, 137- Met
Prins hè ND rik van Pruis-
fgnnzGouda, 136. Beflisteen gefchil tusfchen de Vroed- fthap, Burgenieefteren en Schepenen' van 's, Graven- laage, 146. Gefchil tusfchen hem en de Stad Middelbutg, wegens de Plaatsbekleeding van den Raadpenfionaris STEERGRAPHT» 153. Een doO-
de Prins hein gebooren, 156.
Ffrederiea lóuisa Wilhelmina gebooren, 184 Hy oordeelde de Illumi- natie in 'sGravenbaage en Hilland best agtergelaaten, 584. Welk voorbeeld de |
rneefte Geweften volgen, ,
18s, 186. Doopji'egtigheid „ 187. Willem frede- rik gebooren, 207. Zie Verder Willem frede r 1 K. Doortrekt Noord-Hol- land, 310. Steekt over na Friesland, 311. Begroet aan de Lemmer Aid. Begroetin- gen , Vreugdebedryven, eri Zittingneemingen indeHoo- ge Vergaderingen , 3'3, 314. Bezoekt Franeker, 314. Als mede Harlingen, 3 6 Trekt na Groningen, 317. inhaa- ling aldaar en Zitiingnet- roing in de Vergadering vari dat Gewest, 318. Verrig- tingen in de Hoogefchooi, 319. Vreugdebedryven op den Verjaardag der Prinfes- fe, 310. Willem frederik geboo-
'■ ren XXIV. 267. Üooppleg-
iigheid, P.illegiften enK raam- gèfchenken, 2fig Vreugdbe- tooningen in Holland, 270» Ongeregelde in Utrecht, 271. Schikking in Friesland daar opgemaakt, Aid. Zeelands gedrag in deezè, 272. ■Willem Georg frede-
' rik gebooren XXfV. 357. Winter (^Strenge) des Jaars
mdcclxi'ii, 266. ffiyveriplaagers zonderlinge
Voiksftrafoefening in de Meyery vari 's Hertogenboscb denzelve aangedaan XXIII, 345. Y.
Yorke verzoekt om Hulp- benden XX11. 253. Dringt niet |
||||||||
BLADWYZER.
|
|||||||||
gezag tüsfchen beiden, 178.»
Zeeland (Vreugde in) op den 8 Maart m!p c c lx v i ; wi l- lem du V neemt Zitting in de Hooge Vergaderingen van dat Gewest XXIV. 26, 27, 28. handelingen in Zee* land over de Hoogefchool te Zierikzee, 95. Staaten flaan dit verzoek af, 100. '.. „---------, (Staaten van) oor-
deelen zich met kleinagtiag
bejegend in de Vergadering van hun Hoog Mögenden xxiy. 137-
»'■■ (Dè Raadpenfionaris
van) de plaatsbekleeding
van Eerften Edelen in de Admiraliteit door MiddeU burg betwist, 148. Deaan- ftelling van v. d. perIte dempt dit gefehlt, 151. Vor«- dering van zyne Hoogheid hier opgevolgd, T52. Aan- zoek van Zeeland omverbe- tering in het Muntweezen, 166. ":j ' Zeeland (Gefchil tüsfchen HoJ-
land en) over Esfequebo, Zie Esfequebo. -----'----- (Bezending na) uit
hun Hoog Mögenden en den
Raad van Staat over de" Qjiota XXIV. 219. Uitfpraak van zyne Hoogheid, 221. Zeemagt waarom deeze min
dan de Landmagt, door do. Gouvernante bezorgt XXII.' 23 De Gouvernante dringt op't vermeerderen der Zee- ën Landmagt aan en wil dit ftuk ten einde gebragt heb- ben , 411- Traage toerus- ting, 117. E e 5 Zee- |
|||||||||
piet meer op Hulpbenden
aän 257. Zyn verzoek .om Oorlogfchepen afgeflaagen, 273 Stelt de Klaagers, we- gens de mishandelingen in de Weit - Indien, in 't onge- lyk , 388. Vangt een Onder- handel ing aan ,412 Eifchen des Konings door hem voor- gefield, 4H- Yorkk (Voorflag door) by hun Hoog Mögenden, we- gens de Gefchillen over de Vaard XXili: 52. Ontwerp vanOvereenkqmstdoor hem ingeleverd, 57. Leverteen Vertoogin.wegens deKrygs- behoefcens aan Frankryk yérfchaft, 73. Tot Buiten 'gevioon Gezant by deezen Staat benoemd, 169. |
|||||||||
Zaandam door het Vorstlyk
Paar bezogt XXIV. 130. Zeedienst (de vyfde Man der
Koopvaarders en de Tiende voor de Groenlandsch Vaar ders tot den) genomen XXUI. 67. Dit Plakaat we- der in getrokken, 102. Zeeland fielt het Reglement van
Voorziening vast XXII. 219. Befteuit eene vreemde Pillegifte voor den' Zoon van van BORSELE, 355. De Kooplieden aldaar klaa- gen by de Staaten over de Rooveryen der Engelfcben, 420.
—,,—^»(Kerktwist in) tus-
fchen j 3 BRAHé en v. T). sloot XXUI. 174. De Staaten treden met hun |
|||||||||
B: L A D W Y Z E R.
|
||||||||||||
%imagt ('s Lands) verfterkt
XXUI. 66. Poogingen va
Holland in m d c c %. x 11 om
■ de Zeemagt te verfterken,
i 200, Hoe andere, Geweften
daar op dagten, 201.
van Heiland op de jverbete- 1 ring der) XXIV. 248. (Staaten van Holland
|
||||||||||||
Zeevaaard veelen v/illen dezel-
ve kragdaadiger befchermd hebben XXII. 272. Zeevonden < Nieuwe 'fchikking
op de) in Holland XXIV. Zierikzee ( p. m o o g e maakt
een fomme om te) eene Hoogefchool op te regten XXiV. 94. Handelingen daarover, 95. Leyden kanc 'er zich tegen, 9*. Onder« handelingen met Staaten van Holland Aid. Door Staaten van Zeeland afgeflaagen , r 00. Zuidbeveland groote Indyking
aldar XXIV. 354. Zuikerbandel (Bepaalingen den)
betreffende XXiV. 247. Zwolle. De Meente neemt 'er
geen genoegen in bet Re- glement van Voorzieninge XXÜ. 205. Ernftige be- tuiging van dezelve, 206, Neemt geen genoegen in het Antwoord der Gouver- nante, 211, |
||||||||||||
dringen aan op verfterking
der) XXIV. 374. Nadere aandrang van Halland, Over- ysfels raadflag, 376. Utrechts gevoelen, 377. Gelderlands denkbeeld, 379- Zeelands befiuit, 380. Frieslands raad- flag, 381. Gevoelen van Stad en Lande , 382. Op welk eene wyze Holland de Zee- eti Landmagt beide Wil verbeterd hebben 39T. Dit ftuk in overweeging genomen door de Bond- genooten, 393. Berigtdaar op ingeleverd, en een Plan Confiliatoir voorgefteld , 394. Alles loopt viugtloos af, 396. |
||||||||||||
DRUKFEILEN.
|
||||||||||||
D. XXII. BI. 68. in de kanttekening flaat Verlofgavg'.rs lees
,; Verlof"gelden. foXXIV. BI. 199. reg. 18. Itaat van der ïarre lees vak
DER PEERE.
|
||||||||||||
BERICHT voordek BINDER;
De Plaaten moeten tegen over de volgende Bladzy*
den ingevoegd worden. De Overftrooming van den Rhyndyk, over bl. 176
Gehoor van den Maroccaanfchen Gezant by
hun Hoog Mogenden, <■ - 190 De Raadpenfionaris van bleiswyk, 284
|
|||||
/
|
|||||