-ocr page 1-


De opinie


'Leraar is een mooi beroep'


Vakgenoten

Filosofie is nutteloos.


Maarten van Rossum


Lucht


Fossiele planten vertellen



Nederlandse cultuur in de


over stokoude lucht.


Hollandse wolken in de


schilderkunst. Vijf verhalen


over het element lucht.


Verder

in dit nummer:

Nieuws

3

Universiteitsfonds

8

De groep

13

lllusterzake

14

Universiteitsdag

17

Kwartaal

19

De zijsprong

20


Utrechtse afgestudeerden doen het goed op

de arbeidsmarkt

Het arbeidsmarktperspectief voor Utrechtse afgestudeerden is over het algemeen goed.

Een half jaar na afstuderen is gemiddeld nog maar 7,9 procent werkzoekend zonder baan.

Dit blijkt uit een groot arbeidsmarktonderzoek dat de universiteit heeft laten uitvoeren door het onderzoeksbureau STOGO en de faculteit Sociale Wetenschappen.


Onder medici is helemaal geen werkloosheid. Alfa's werken het vaakst onder hun niveau. Gamma's en alfa's blijken vaak al tijdens de studie een baan te vinden. Daarmeenbsp;wordt het afstuderen zelf een minder hardnbsp;omslagpunt in de loopbaan. Dat geldt nietnbsp;voor medici en bèta's. Meer dan drieduizendnbsp;alumni die in het studiejaar '95-'96 afstudeerden zijn telefonisch benaderd metnbsp;een vragenlijst. 73 procent heeft meegedaannbsp;aan het onderzoek.

Enquête onder drieduizend alumni

De Utrechtse universiteit is de eerste die op deze schaal de beroepsperspectieven vannbsp;alumni heeft onderzocht. Gekeken werdnbsp;onder andere naar werk en werkloosheid,nbsp;het niveau van de banen en de overgangnbsp;van studie naar werk. De universiteit wilnbsp;met haar onderzoek aansluiten bij hetnbsp;landelijke arbeidsmarktonderzoek dat denbsp;Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten gaat uitvoeren.nbsp;Verschil is dat in Utrecht de enquête viernbsp;jaar na afstuderen herhaald zal wordennbsp;om ook zicht te krijgen op de ontwikkelingnbsp;van loopbanen.

Prof. dr. mr. P. J. van den Hoven, vanuit Letteren betrokken bij de arbeidsmarkt-monitor, is niet ontevreden over de resultaten. quot;Maarquot;, zegt hij, quot;pas erg op wanneernbsp;je de clusters met elkaar vergelijkt.quot; Dat denbsp;medici allemaal fulltime werken is mooi,nbsp;maar het wil niet zeggen dat de alfa's metnbsp;ze zouden willen ruilen, denkt hij. quot;Datnbsp;mensen voor een alfastudie kiezen kannbsp;ook iets zeggen over hun levensvisie.

Een musicoloog gaat meestal in het volle bewustzijn van de arbeidsmarkt studeren.nbsp;Misschien vindt hij de inhoud van de opleiding belangrijker dan een fulltime baan.nbsp;Het zijn ook keuzes van de mensen zelf,nbsp;daar moet je heel goed rekening meenbsp;houden als je de resultaten interpreteert.quot;nbsp;(AvD)

Zie verder pagina 6.

Studenten tandheelkunde aan het werk op de patiëntenzaal aan de Jutfaseweg, anno 1929.

Tandheelkunde terug in Utrecht?

In de jaren '80 werd de tandheelkunde-opleiding in Utrecht gesloten. Hoe groot is de kans op terugkeer?nbsp;De 100-jarige Tandheelkundige Reünisten Verenigingnbsp;'John Tomes' heeft er alles voor over.

Zie pagina 12.


-ocr page 2-

2

illuster • december 1997

Huiselijk geweld

Ik ben ontsnapt! Een gevoel van opluchting doortrekt mijn botten, als ik de krant uit heb. quot;Miljoenen slachtoffer vannbsp;huiselijk geweldquot;, opent de Volkskrant.nbsp;quot;Miljoenen mensen zijn in hun eigen huisnbsp;geslagen, geschopt, geestelijk geterroriseerd of tot seksuele handelingennbsp;gedwongen.quot; Ben ik altijd op mijn hoedenbsp;voor zinloos geweld in Hoog Catharijnenbsp;en metrostation Wibautstraat, loert hetnbsp;grootste gevaar aan de keukentafel!nbsp;Als ik even later op de redactie van denbsp;Volkskrant arriveer, hangt er een lacherigenbsp;sfeer. Het doet me een beetje denken aannbsp;de biologieles op de middelbare school.nbsp;In de jaren zeventig plachten lerarennbsp;integratiebevorderend op te merken datnbsp;tien procent van de populatie uit homoseksuelen bestond. Statistisch geziennbsp;moesten er dus minstens drie homo's ofnbsp;lesbo's in de klas zitten. Iedereen spieddenbsp;rond. Dat stevige meisje met die cowboylaarzen misschien? Die zachtaardigenbsp;jongen in de hoek met zijn perzikwange-tjes? Of zou ik zelf....

Die dag bekijken de redacteuren van de Volkskrant elkaar extra oplettend. Is dienbsp;bureauredacteur altijd zo stil omdat zenbsp;behoort tot quot;het half miljoen mensen datnbsp;ooit is gedwongen zich voor de dader uitnbsp;te kleden, of onder dreiging van geweldnbsp;moest kijken naar seks van anderenquot;,nbsp;zoals de krant schrijft? Statistisch geziennbsp;moeten ter redactie minstens honderdnbsp;slachtoffers rondlopen, leder met hunnbsp;eigen verschrikkelijk verhaal! Dit land isnbsp;een hel achter vitrages.

In deze postmoderne flexmaatschappij bestaat een enorme honger naar hardenbsp;cijfers, die orde scheppen in een verwarrende werkelijkheid. Sociaal-wetenschap-pers zijn gaarne bereid die honger tenbsp;stillen. Daarom weten wij dat een derdenbsp;van de vrouwen ooit misbruikt is en datnbsp;gehuwden gemiddeld twee keer per weeknbsp;met elkaar naar bed gaan. Maar hoenbsp;serieus moeten we die cijfers nemen?nbsp;Leidse wetenschappers beweren al jarennbsp;dat de belangstelling voor politieknbsp;gestaag toeneemt. Gemakshalve ziennbsp;zij ook de groeiende non-respons over hetnbsp;hoofd. De onverschilligen nemen niet denbsp;moeite om te antwoorden, de enthousiastelingen feliciteren elkaar met de overweldigende belangstelling voor politiek.nbsp;De helft van de Nederlanders slachtoffernbsp;van huiselijk geweld. Ik gelukkig niet,nbsp;hoewel mijn moeder ons soms met denbsp;houten lepel op de billen sloeg. Maarnbsp;dan dringt de verschrikkelijke werkelijkheid tot me door. Als de ene helftnbsp;slachtoffer is, wat is de andere helft dan?

Het valt niet langer te ontkennen. Ik ben een dader.

U kunt me herkennen aan de foto hiernaast.

Peter Giesen, redacteur

De Volkskrant

Meteen aangenomen bij AMC


De sprong

Afgestudeerd, en dan?

Naam: Moenja Jansen (2j) Opleiding: Biologienbsp;Afgestudeerd: 24 maart 1997nbsp;Baan: onderzoeker bij Organon,nbsp;daarna analist bij het AMC

Illusterz ij de

Citaten uit de krant

Hans van Ginkel, oud rector magnificus Universiteit Utrecht,nbsp;in Trouw

quot;Een paar jaar geleden waren we in Utrecht bezig met het maken van een toekomstplan.nbsp;We wilden een discussiepanel organiseren.nbsp;Wat bleek: de rector van een zeer bekendenbsp;Franse universiteit, nee ik zeg niet welke,nbsp;kon niet naar dat panel komen. Want hijnbsp;sprak geen Engels. Als jurist had hij dat innbsp;z'n vak nooit zo erg nodig. Met anderenbsp;woorden: voor het welslagen van 'internationale samenwerking' is het binnen West-Europa al erg belangrijk of een rectornbsp;magnificus een hoogleraar Engels is, of uitnbsp;de exacte vakken komt. Dan kun je welnbsp;nagaan hoeveel sterker dat buiten West-Europa zal zijn.quot;

Willem Hendrik Gispen, hersenonderzoek faculteit Geneeskundenbsp;in de Telegraaf

quot;Ik begrijp de angst voor het nieuwe, het onbekende heel goed. Terecht heerst er altijdnbsp;Een echte sprong in het diepe was hetnbsp;niet voor Moenja Jansen - de overgangnbsp;van studie naar werk. Via haar stage roldenbsp;ze in een tijdelijke baan, en nog voor hetnbsp;aflopen daarvan werd ze aangenomen bijnbsp;het AMC.

Voor Moenja zat de 'sprong' tussen haar eerste en tweede stage. Eerst liep ze negennbsp;maanden stage op de universiteit, bij ontwikkelingsbiologie. Ze voerde DNA-analyses uitnbsp;en identificeerde eiwitten die verantwoordelijk zijn voor de ontwikkeling van een cel. Innbsp;haar geval ging het om een cel die trilhaartjesnbsp;kreeg. Fundamenteel onderzoek was dat.nbsp;Ze vond het leuk, en het ging haar goed af.nbsp;Bij Organon, haar tweede stage, ging het ernbsp;heel anders aan toe. Wat ze daar precies heeftnbsp;gedaan is geheim. Maar het heeft alles tenbsp;maken met het ontwikkelen van een nieuwnbsp;anticonceptiemiddel. Veel toegepaster onderzoek dus. En dat beviel haar nog beter dannbsp;het fundamentele onderzoek.

De regels in het Organon-lab waren veel strikter: er werd geklokt, de labjas moest altijdnbsp;aan, en er stond van te voren vast wat zenbsp;moest doen. Bovendien waren de verhoudinweer bezorgdheid. Maar die kan omslaan innbsp;ongefundeerde angst. Zeker als 't gaat omnbsp;genetisch manipuleren van de hersenen.nbsp;Mensen vragen zich dan af: als ze het bijnbsp;dieren kunnen, wie garandeert mij dan datnbsp;ze het ook niet bij mensen doen? Maar innbsp;ons onderzoeksklimaat zijn daar legionbsp;waarborgen voor. Alleen al die commissies!nbsp;Wildgroei is hier absoluut onmogelijk.quot;

J.A.N. van Dijk, voorzitter raad van toezicht Universiteit Utrechtnbsp;in de Volkskrant

quot;Wat in de politiek nog steeds een taboe is, maar toch overwogen moet worden isnbsp;differentiatie naar studierichting. De stellingnbsp;dat voor minder courante studies de studiefinanciering zou kunnen vervallen gaatnbsp;mij veel te ver. Maar juist omgekeerd zou hetnbsp;prima zijn om via extra toelagen studentennbsp;aan te sporen om studies te kiezen waar veelnbsp;vraag naar is.quot;

NJ. Schoemaker, onderzoeker faculteit Diergeneeskundenbsp;in Trouw

quot;Bijna alle papegaaien in Nederland zijn ongezond. Ze gaan te vroeg dood, lijden aan schim-melinfecties, veerafwijkingen of zitten aan hun veren te plukken. Soms zijn ze zo ziek datnbsp;ze letterlijk van hun stokje vallen. Die kwalennbsp;zijn het gevolg van het slechte voedsel dat denbsp;gen hiërarchischer. Daar moest ze wel evennbsp;aan wennen. Op de universiteit staan professoren en studenten immers veel dichter bijnbsp;elkaar. Het aantrekkelijke van Organon vindtnbsp;ze dat de apparatuur en de stoffen altijdnbsp;beschikbaar zijn, waardoor het makkelijk isnbsp;om een proef op te zetten. Universitairenbsp;onderzoekers moeten vaak meer omwegennbsp;maken om te bereiken wat ze willen.

Vlak voor haar afstuderen werd Moenja door haar stagebegeleider gebeld. Of ze belangstelling had voor een tijdelijke baan. In hetnbsp;laboratorium van Organon ging iemand metnbsp;zwangerschapsverlof. Daar hoefde ze nietnbsp;lang over na te denken.

Moenja merkte geen verschil tussen stagelopen en werken. Ze kende de mensen in het laboratorium immers al en zij kenden haar.nbsp;Tijdens de stage namen ze haar al volkomennbsp;serieus, en dat bleef zo toen ze er eenmaalnbsp;werkte. Ondanks haar leeftijd. Want met haarnbsp;23 jaar was ze verreweg de jongste.

Onlangs heeft ze gesolliciteerd - haar contract bij Organon loopt af. Het was haar eerstenbsp;brief. Ze vond het leerzaam. Ging voor hetnbsp;eerst wat dieper nadenken over wat ze wildenbsp;en waarom. Ze werd meteen aangenomen.nbsp;In de nabije toekomst gaat Moenja als analistnbsp;werken bij het AMC. (MB)nbsp;dierspeciaalzaken verkopen. Hun menu bevatnbsp;te veel vet en te weinig mineralen en vitamines. Papegaaien kunnen tachtig worden, maarnbsp;sterven meestal al na 10 tot 15 jaar.quot;

Niek Pas, afgestudeerd historicus in de Volkskrant

quot;De geschiedenis van het studentensyndi-calisme is tot dusver vooral bestudeerd vanuit het beperkte sociologische perspectief.nbsp;Nu pas is er ruimte voor een bredere kijk,nbsp;waarbij ook het culturele klimaat wordtnbsp;bekeken. Ik ben niet op zoek naar de anderenbsp;Ton Regtien, maar ik wil de gelaagdheidnbsp;laten zien van ontwikkelingen bij denbsp;studentenorganisaties in de jaren vijftignbsp;en zestig. Regtien was daarbij een archetypenbsp;voor wat zich in Nederland afspeelde.quot;

L. Koelmens, theoloog en filoloog in de Telegraaf

quot;Vroeger stelde vaderlandse geschiedenis nog wat voor, maar nu niet meer. Mijn vaknbsp;historische taalkunde, zowel het middel-nederlands als het 17de-eeuws, is ooknbsp;buiten de belangstelling gevallen. Het heeftnbsp;kennelijk zijn tijd gehad en is naar denbsp;verwaarloosde hoek gedrongen. Er zijnnbsp;weinig mensen die zich ermee bezighouden;nbsp;men volgt de mode van de dag. Toch voelnbsp;ik een onderstroom. Het komt terug. Zoalsnbsp;de slinger van de klok terugslaat.quot;


-ocr page 3-

nieuws

december 1997 • illuster

3

Onderzoek naar Utrechtse economie-opleiding


De Universiteit Utrecht moet op korte termijn onderzoeken of er een markt is voor eennbsp;volledige Utrechtse economie-opleiding.nbsp;Ook zal ze bekijken of de vier bestaande eco-nomie-varianten een gezamenlijkenbsp;propedeuse kunnen krijgen. Die aanbevelingnbsp;doet het Coördinerend Opleidingsbestuurnbsp;Economie in een recent rapport aan het college van bestuur.

De suggesties voor de uitbouw van het Utrechtse economie-aanbod volgen op eennbsp;evaluatie van de vier bovenbouwopleidingen

RUU wordt UU

De aanduiding 'ruu' in internetlokaties en e-mailadressen wordt volgend jaar vervangennbsp;door 'uu'. Vorige week gingen de systeembeheerders van faculteiten en dienstennbsp;akkoord met het voorstel om de wijzigingnbsp;op 1 april 1998 door te voeren. Het 'ruu'-domein houdt overigens pas op 1 januarinbsp;2003 definitief op te bestaan.

Het voorstel om de elektronische naamgeving te wijzigen is een laat gevolg van het feit datnbsp;de Rijksuniversiteit Utrecht vijf jaar geledennbsp;het voorvoegsel 'rijks' uit haar naam schrapte.nbsp;Aanvankelijk was het de bedoeling om denbsp;domeinnaam meteen aan de nieuwe situatienbsp;aan te passen. Voorwaarde was echter dat denbsp;namen 'uu' en 'ruu' gedurende langere tijdnbsp;naast elkaar konden worden gebruikt. Andersnbsp;zou de Utrechtse universiteit voor veel relatiesnbsp;onvindbaar worden.

Vooral voor abonnees op mailinglists en voor de enorme hoeveelheid 'links' naar universitaire www-pagina's zou een abrupte naamsverandering catastrofaal kunnen uitpakken, was denbsp;vrees. Toen duidelijk werd dat de beheerdersnbsp;van Internet een langdurig gebruik van tweenbsp;namen niet toestonden, werd besloten om allesnbsp;in de faculteiten Letteren, Rechten, Ruimtelijke en Sociale Wetenschappen. Duidelijk isnbsp;dat die programma's, die ruim vijfjaar geleden van start gingen, gezien de instroom vannbsp;bijna tweehonderd studenten per jaar in eennbsp;behoefte voorzien. Maar met name op hetnbsp;gebied van de onderlinge samenwerking isnbsp;verbetering mogelijk. Ook ontbreekt het denbsp;Utrechtse economie als gevolg van de versnippering over vier faculteiten aan eennbsp;herkenbaar gezicht.

Om aan deze bezwaren tegemoet te komen bij het oude te laten, zeker omdat verschillendenbsp;systeembeheerders grote problemen haddennbsp;met het extra werk dat de in hun visie onnodige verandering met zich mee zou brengen.nbsp;Dat het college van bestuur nu toch heeftnbsp;besloten tot de naamsverandering hangtnbsp;samen met het feit dat de vorig jaar opgerichte Stichting Internet Domeinregistratie Nederland de bezwaren tegen het naast elkaarnbsp;bestaan van verschillende namen heeft latennbsp;vallen. Ook de systeembeheerders hebben hunnbsp;verzet opgegeven.

Een voorstel om de in het elektronisch verkeer gebruikte afkortingen voortaan af te leidennbsp;van de Engelse namen van de onderdelennbsp;werd met name door de faculteit Letteren vannbsp;de hand gewezen. Deze faculteit vreesde datnbsp;de domeinnaam 'arts' te veel associaties metnbsp;de medische collega's zou oproepen. Omnbsp;ongewenste associaties te vermijden zal voornbsp;studenten waarschijnlijk juist wél een nieuwenbsp;domeinnaam worden gecreëerd. De huidigenbsp;domeinnaam 'stud' (dekhengst) zou bij Engelstalige relaties een verkeerde indruk kunnennbsp;wekken over de 'core-business' van denbsp;Utrechtse universiteit. (EH)

vroeg het college van bestuur het opleidingsbestuur vorig jaar om voorstellen te doen voor meer inhoudelijke en organisatorische samenwerking tussen de opleidingen. Op termijnnbsp;zou dit moeten leiden tot een 'geprofileerdenbsp;volledige economische opleiding aan de Universiteit Utrecht', aldus de opdracht. Uit hetnbsp;nu verschenen rapport blijkt dat het opleidingsbestuur weliswaar veel voor een dergelijke mogelijkheid voelt, maar niet te hard vannbsp;stapel wil lopen. Een opleiding waarin economie de hoofdmoot vormt is op dit moment


Genomineerde docenten


Op 9 januari 1998 organiseert de Universiteit Utrecht voor de zesde keer de conferentie 'Het Onderwijs Meester'. Op deze dag, getiteld 'het Utrechts Onderwijsgezicht' zullennbsp;studenten, docenten, bestuurders en andere belangstellenden van gedachte wisselen overnbsp;wat het Utrechtse Onderwijs karakteriseert. Ook wordt er weer een 'Docent van het jaar'nbsp;gekozen. De genomineerden zijn (v.l.n.r.) dr. ir. A. Cremers (voorgedragen door denbsp;biologenvereniging UBV), dr. E. Stronks (voorgedragen door de neerlandici van Awater),nbsp;prof. dr. C. Andriesse (voorgedragen door de Stichting OER-boek) en prof. dr. L.nbsp;Jenneskens (voorgedragen door de scheikundestudentenvereniging Proton).


nog een brug te ver, aldus het rapport, waarin wordt gepleit voor een subtiele ennbsp;voorzichtige benadering.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;•'

Voornaamste reden voor deze terughoudendheid is dat nog onduidelijk is of er naast de economie-opleidingen in onder meer Amsterdam, Rotterdam en Tilburg in ons land nog welnbsp;behoefte Is aan een nieuwe voltijdse variant.nbsp;Tevens moet zeker zijn dat een nieuwe, volledige opleiding niet zal gaan concurrerennbsp;met het bestaande Utrechtse aanbod en metnbsp;soortgelijke initiatieven die in voorbereidingnbsp;zijn in de sfeer van de gezondheidszorg ennbsp;van wiskunde amp; informatica. (EH)

Bèta’s gaan uitwaaieren



De bèta-opleidingen van de Utrechtse universiteit gaan binnen enkele jaren wezenlijk veranderen. Studenten studeren dan méérnbsp;themagericht en interdisciplinair. Dat staat innbsp;het in opdracht van de decanen van de bètafaculteiten geschreven plan 'Bèta-waaier'.nbsp;Bèta-opleidingen worden volgens het plannbsp;opgedeeld in drie fasen: een selecterende propedeuse, een verwijzende 'rangeerperiode'nbsp;van twee jaar en een afstudeerfase van tweenbsp;jaar. De laatste fase van elke opleiding wordtnbsp;weer opgesplitst in een promotievariant ennbsp;een 'maatschappij'-variant om studenten reedsnbsp;tijdens de studie gelegenheid te geven zich tenbsp;bekwamen in hetzij onderzoek, hetzij eennbsp;beleids- of bedrijfsfunctie. Voor beide varianten komen er toegespitste, verplichte stages.nbsp;De roosters van alle opleidingen lopennbsp;parallel, zodat studenten gemakkelijk tussennbsp;de opleidingen kunnen switchen. Een studentnbsp;kiest niet zozeer voor een discipline (zoalsnbsp;natuurkunde of biologie), maar voor eennbsp;thema (zoals mens en gezondheid, aarde ennbsp;heelal, of landschap en milieu).

Het plan maakt deel uit van het zogeheten project 'Bèta-groei', waarmee de universiteit innbsp;1995 is begonnen en dat volgend jaar afloopt.nbsp;Bèta-groei beoogt het grote aandeel vannbsp;twintig procent dat Utrecht heeft in de landelijke bèta-technische opleidingen vastte houden of zelfs uit te breiden. Dit mede tegen denbsp;maatschappelijke achtergrond van de stijgendenbsp;behoefte aan bèta-opgeleiden enerzijds en denbsp;afnemende belangstelling onder scholierennbsp;voor een exacte studie anderzijds.

Tot nog toe heeft het project Bèta-groei zich vooral beziggehouden met de instroomnbsp;van studenten (via voorlichtingsdagen, eennbsp;scriptiehandboek of het netwerk met scholennbsp;voor voortgezet onderwijs) én met de uitstroom van afgestudeerden (via bijvoorbeeldnbsp;de Arbeidsmarktmonitor of de bedrijvendagen). Met de Bèta-waaier hoopt de universiteit nu de aandacht te kunnen vestigennbsp;op de doorstroom van studenten,-vanuit denbsp;veronderstelling dat groei bij exacte disciplinesnbsp;voor een belangrijk deel te halen valt uit eennbsp;beperking van de studie-uitval. (AH)

Opleiding politietop van start


Twintig topmensen van de Nederlandse politie zijn in december gestart met denbsp;tweejarige leergang 'Politie Leiderschap' aannbsp;De Utrechtse School (DUS). Hoofddoel vannbsp;de opleiding is een bijdrage te leveren aannbsp;de verdere professionalisering van denbsp;Nederlandse politie-organisatie.

De politieopleiding - die in opdracht van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Justitienbsp;is ontwikkeld in nauwe samenwerking met denbsp;Nederlandse School voor Openbaar Bestuur innbsp;Den Haag en de Universiteit Nijenrode - is denbsp;eerste grote opleiding die in het kader vannbsp;De Utrechtse School van start gaat. Deelnemers aan de opleiding zijn politiemensennbsp;die minimaal vijf jaar ervaring hebben innbsp;een leidinggevende functie op het niveaunbsp;van commissaris van politie. Ook dienen zijnbsp;te beschikken over 'academische geschiktheid'.nbsp;De deelnemers volgen een programma dat isnbsp;opgebouwd uit veertien modulen op tal vannbsp;maatschappelijke terreinen, zoals 'rechtsstaatnbsp;en politie', 'crisismanagement' - met alsnbsp;onderdeel mediatraining -, 'economie ennbsp;bedrijfsleven' en 'samenleving in beweging'.nbsp;Het programma beslaat 1500 uur en bestaatnbsp;naast de veertien modulen, waarvoor denbsp;deelnemers telkens een week lang bij elkaarnbsp;komen, uit twee stages van zes weken,nbsp;waarvan één in het buitenland.

Voor de opleiding, die 80.000 gulden per deelnemer gaat kosten en de titel executive master oplevert, zijn docenten aangezocht vannbsp;verschillende universiteiten. Decaan van denbsp;opleiding wordt de Utrechtse hoogleraarnbsp;juridische informatica prof. dr. A. Koers. Denbsp;komende tijd zal elk jaar een nieuwe groepnbsp;van start gaan. Het contract voor de groepnbsp;van 1998 is inmiddels getekend. (EH)nbsp;Informatie: De Utrechtse School, (030) 2307373


-ocr page 4-

4

illuster . december 1997

Geneeskunde aangespoord tot vernieuwing

wie zijn diploma Geneeskunde haalt, is medisch goed onderlegd. Maar of hij als artsnbsp;plezierig en respectvol met zijn patiëntennbsp;omgaat, is nog maar de vraag. Dat blijkt uitnbsp;het half november verschenen visitatierapport over de kwaliteit van de acht Nederlandse geneeskunde-opleidingen. Utrecht scoortnbsp;slecht, maar timmert hard aan de weg naarnbsp;vernieuwing.

De faculteiten keken al enige tijd ongedurig uit naar het visitatierapport. Na afloop vannbsp;hun bezoek aan de opleidingen eerder dit jaarnbsp;spuiden de commissieleden in een mondelingenbsp;rapportage namelijk ongewoon harde kritiek.nbsp;De toon in het definitieve rapport is milder.nbsp;Toch liegen de oordelen er niet om: Utrecht,nbsp;Leiden en Rotterdam worden als de zwakstenbsp;opleidingen aangewezen en krijgen bovendien het verwijt dat zij de aanbevelingen vannbsp;de visitatie uit 1991 hebben genegeerd. Maarnbsp;in feite schiet het wetenschappelijk niveau vannbsp;alle geneeskunde-opleidingen te kort. Eennbsp;voornaam punt van kritiek op vrijwel allenbsp;opleidingen is dat studenten te weinig wordennbsp;geprikkeld om kritisch en onafhankelijk tenbsp;denken. Ze moeten zelden zelf informatienbsp;opzoeken, selecteren en beoordelen. Ook is ernbsp;kritiek op de laatste twee jaar van de opleiding, waarin studenten praktijkervaringnbsp;opdoen tijdens hun co-assistentschappen.nbsp;Volgens de commissie staan deze 'co-schap-pen' te los van de eerste vier jaar van denbsp;studie, waardoor er een breuk bestaat tussennbsp;theorie en praktijk. Bovendien zijn ze eennbsp;optelsom van losse, afzonderlijke onderdelen.nbsp;Studenten moeten bij elk co-schap aannbsp;andere medisch-inhoudelijke eisen voldoen.nbsp;De commissie wil dat studenten voortaannbsp;regelmatig worden beoordeeld op hunnbsp;persoonlijk functioneren. Wie zich niet goednbsp;ontwikkelt, zou ook tijdens zijn co-schappennbsp;nog een negatief, bindend studie-adviesnbsp;moeten krijgen. Als proef op de som, zo steltnbsp;de commissie voor, moet een student aan hetnbsp;eind van zijn opleiding minstens vier wekennbsp;zelfstandig patiënten onderzoeken, behandelen en begeleiden.

Groningen is de topper in deze visitatie. Studenten leren er kritisch en onafhankelijknbsp;denken, zelfstandig werken en krijgen hetnbsp;besef mee dat een goede arts meer is dan eennbsp;vat vol medische kennis. Ook Nijmegen ennbsp;Maastricht doen het goed en gaan met hunnbsp;tijd mee. Leiden, Rotterdam en Utrecht kunnen volgens de commissie veel verbeteren aannbsp;de 'studeerbaarheid' en de uitdagendheid vannbsp;hun programma's. In Utrecht is het onderwijsnbsp;ouderwets en theoretisch met weinig aandacht voor praktische vaardigheden. De propedeuse, de overige drie jaar en de co-schappen sluiten niet goed op elkaar aan. Ooknbsp;krijgen de onderwijsfaciliteiten een onvoldoende. Men doet weinig met computers.nbsp;Co-assistenten worden uit nood vaak op denbsp;kamer van arts-assistenten gepropt. Overigensnbsp;is dit oordeel al voor een deel achterhaald.nbsp;Na de mondelinge rapportage in februarinbsp;heeft de faculteit de hand in eigen boezemnbsp;gestoken en is gestart met een omvangrijkenbsp;vernieuwingsoperatie die moet leiden tot eennbsp;compleet aan de eisen van de tijd aangepastnbsp;curriculum dat in blokken zal worden gegeven. In dat curriculum komt vanaf het beginnbsp;van de studie veel nadruk te liggen op onderwijs aan de hand van concrete ziektebeelden.nbsp;Ook zullen studenten veel vroeger in de studienbsp;in contact komen met patiënten. Op kortenbsp;termijn zal een skills-lab worden ingericht,nbsp;waar studenten praktische vaardighedennbsp;kunnen oefenen. (U-blad)


AZU en medische faculteit onder één bestuur

Het Academisch Ziekenhuis en de medische faculteit gaan vanaf volgend jaarnbsp;verregaand samenwerken. Onder de naamnbsp;Universitair Medisch Cluster Utrecht (UMCU)nbsp;krijgen de twee organisaties niet alleen éénnbsp;bestuur, maar op termijn ook een gezamenlijke beheersorganisatie. Het nieuwe bestuurnbsp;staat vanaf 1 januari 1998 onder leiding vannbsp;drs. G. Cerfontaine, voorzitter van denbsp;raad van Bestuur van het AZU.

Het bestuur van het Universitair Medisch Cluster Utrecht zal zich voorlopig vestigen op de nieuwe zevendenbsp;verdieping van faculteitsgebouw het Stratenum.

Met het al eerder aangekondigde samengaan van de twee besturen zetten faculteit ennbsp;ziekenhuis een forse stap op weg naar hetnbsp;geleidelijk in elkaar schuiven van de tweenbsp;organisaties. Zowel ten aanzien van onderwijsnbsp;en onderzoek als op het gebied van de patiëntenzorg zal er in de toekomst sprake zijn vannbsp;één gezamenlijke bedrijfsvoering. De ondersteunende diensten en de ambtelijke afdelingen kunnen samensmelten tot één centralenbsp;beheersorganisatie.

Een belangrijke reden voor deze ingrijpende operatie is de toenemende financiële kraptenbsp;in zowel de gezondheidszorgnbsp;als het hoger onderwijs.nbsp;Volgens een dit najaar gepubliceerde toekomstvisienbsp;dreigt het geldgebrek vannbsp;de twee partners in toenemende mate te leiden totnbsp;conflicterende belangen.nbsp;In het recente verleden hebben ziekenhuis en faculteitnbsp;enkele malen fors met elkaarnbsp;in de clinch gelegen, ondernbsp;meer over door de faculteitnbsp;af te stoten leerstoelen.nbsp;Het samengaan van de tweenbsp;organisaties moet zulkenbsp;conflicten in de toekomstnbsp;voorkomen en zal naar verwachting leiden tot maximalenbsp;benutting van de mogelijkheden voor synergie, aldus denbsp;hoopvolle tekst van de toekomstvisie.

Van volledige integratie, zoals in het geval van denbsp;Amsterdamse faculteit ennbsp;het AMC, zal in Utrechtnbsp;geen sprake zijn, zo stellen denbsp;twee partners met nadruk.

De medische faculteit blijft deel uitmaken van de universiteit en zal ook in de toekomstnbsp;onder de eindverantwoordelijkheid van hetnbsp;college van bestuur vallen. Ook houdt denbsp;faculteit een eigen begroting en een eigennbsp;jaarrekening. Het bestuur van het Universitairnbsp;Medisch Cluster Utrecht, dat op 1 januari

Ethiek in kaart gebracht


Het Centrum voor Bio-ethiek en Gezonds-heidsrecht (CBG) en het Centrum voor Management en Communicatie Onderzoeknbsp;(CMCO) hebben samen een methode ontwikkeld om het normen- en waardenpatroon vannbsp;organisaties in kaart te brengen. Deze 'Valuenbsp;Performance Scan' komt voort uit een groeiende behoefte van organisaties om ethischnbsp;verantwoord te opereren.

Bedrijven krijgen steeds meer te maken met een kritisch publiek van consumenten, medianbsp;en belangengroeperingen die eisen stellennbsp;aan de normen en waarden die het bedrijfnbsp;hanteert. Toen Heineken zich in Birma wildenbsp;vestigen kwam er een storm van protest. Er isnbsp;aandacht gekomen voor kinderarbeid bij denbsp;productie van kleding en Solvay Duphar isnbsp;hard op de vingers getikt toen ze de Vogel-meerpolder vergiftigd bleek te hebben.nbsp;Bedrijven voelen zich meer dan vroeger geroepen om ethisch verantwoord te werk tenbsp;gaan. Dat concludeerden het CBG en CMCOnbsp;uit het feit dat ze beiden verschillende kerennbsp;benaderd zijn door organisaties die ondersteuning vroegen bij de opzet van 'maatschappelijk verantwoorde' strategieprojecten.nbsp;aantreedt, zal bestaan uit drie bestuursledennbsp;van AZU-kant en drie facultaire leden. Decaannbsp;prof. dr. W. Gispen wordt vice-voorzitternbsp;van het bestuur, dat onder leiding staat vannbsp;AZU-topman Cerfontaine. Het nieuwe bestuurnbsp;zal zich op de nieuwe zevende verdieping vannbsp;het Stratenum vestigen. (EH)

Het Centrum voor Bio-ethiek en de communi-catie-onderzoekers hebben nu hun krachten gebundeld en samen de Value Performancenbsp;Scan ontwikkeld. Met behulp van dit instrument wordt allereerst het waardenpatroon vannbsp;de organisatie in beeld gebracht. Vervolgensnbsp;wordt een analyse gemaakt van de verwachtingen die de omgeving van de organisatienbsp;heeft. De derde stap is om vast te stellen welkenbsp;normen en waarden het bedrijf eigenlijk wilnbsp;hanteren en tenslotte doen de adviseurs aanbevelingen over gewenste interventies en eennbsp;passende communicatiestrategie.

Volgens Babs van den Berg van het CBG kunnen het feitelijke waardenpatroon en hetnbsp;gewenste waardenpatroon sterk van elkaarnbsp;verschillen. quot;In de gezondheidszorg zie jenbsp;bijvoorbeeld dat mensen zeggen dat hetnbsp;welzijn van de patiënt centraal staat. In denbsp;praktijk blijkt echter dat ze collegialiteit veelnbsp;en veel belangrijker vinden.quot;nbsp;Of de methode gretig aftrek zal vinden moetnbsp;nog blijken. Van den Berg is een beetje bangnbsp;dat het vooral de ideële organisaties zijn dienbsp;er belangstelling voor hebben. quot;En die hebben het eigenlijk niet zo nodig.quot; Ze hooptnbsp;dat de Scan gauw getest kan worden. Daarnanbsp;kunnen organisaties er, tegen betaling vannbsp;ongeveer dertigduizend gulden, gebruik vannbsp;maken. (AvD)


-ocr page 5-

december 1997 • illuster

5

Duits is een vak van uitersten

‘Alleen wie echt wil, wordt nog leraar’

De opinie

Een wetenschapper spreekt zich kritisch uit

Naam: prof. dr. Wolfgang Herrlitz (54) Functie: hoogleraar Duitse Taalkundenbsp;aan de Utrechtse letterenfaculteit ennbsp;directeur van het Expertisecentrum Duits


Vroeger, weet prof. dr. Wolfgang Herrlitz, stroomde negentig procent van zijn studenten door naar het onderwijs. Met de invoering van de tweefasenstructuur luidde echternbsp;de boodschap: zorg dat de studenten ooknbsp;iets anders kunnen kiezen, anders zitten wenbsp;straks met een gigantisch overschot aannbsp;leraren. Dat pakte wel even heel anders uit.

LEO MUDDE

'Tekort aan leraren te verwachten'. 'Bijna niemand wil nog leraar worden'. 'Ritzennbsp;bestrijdt lerarentekort met academici'. Dit zijnnbsp;enkele recente krantenkoppen. Het leraarschap is een stuk minder populair dan vroeger,nbsp;en dat moet veranderen - vindt onderwijsminister Jo Ritzen. Om het dreigend tekort aannbsp;docenten in basis- en middelbaar onderwijs opnbsp;te vangen moeten werkloze academici daaromnbsp;binnen enkele maanden worden omgeschooldnbsp;tot leraar, zo luidde een van zijn plannen.nbsp;Maar leraar worden, dat doe je niet in eennbsp;achternamiddag.

Neem nu Duits. Dat is een vak van uitersten. Enerzijds zijn er de parels van de wereldliteratuur: het Duits van Goethe, Schiller, Heine.nbsp;Maar wie herinnert zich anderzijds niet de valkuilen van de naamvallen, de geniepige vertaling van woorden als manchmal en der Zug,nbsp;en wat was ook alweer het verschil tussen dernbsp;Tor en das Tor? De parels leggen het nu afnbsp;tegen de valkuilen, want Duits is steeds minder in de gratie bij leerlingen van havo ennbsp;vwo. Met Engels kom je overal, lijken ze tenbsp;denken. Er zou dus, volgens de wetten dernbsp;logica, een overschot aan leraren Duits moeten zijn. Maar niets is minder waar. Duitsnbsp;scoort samen met natuur- en scheikunde, economie en geschiedenis hoog in de categorienbsp;'vakken met dreigend docententekort'. Rondnbsp;2004 gaan hele cohorten leraren met pensioennbsp;en zij zullen niet worden vervangen, domwegnbsp;omdat er nu onvoldoende studenten zijn.

Duitslandplan

Ritzen zoekt de oplossing onder andere in het buitenland. Wat ligt meer voor de hand dannbsp;Duitse academici, die in eigen land wordennbsp;geconfronteerd met een werkloosheid die velenbsp;malen hoger ligt dan bij ons, hierheen tenbsp;halen? Maar zo simpel is het niet, legt prof. dr.nbsp;Wolfgang Herrlitz uit. Hij is hoogleraar Duitsenbsp;Taalkunde aan de Utrechtse letterenfaculteitnbsp;en directeur van het Expertisecentrum Duits.nbsp;Dat centrum is in 1996 door de regering ingesteld als onderdeel van het 'Duitslandplan'; denbsp;stimulering van het Duits in het Nederlandsnbsp;onderwijs alsmede van de lerarenopleidingennbsp;Duits zijn enkele van zijn belangrijkste taken.

Als we de krantenkoppen moeten geloven heeft het lerarentekort dramatische vormennbsp;aangenomen.

Herrlitz: quot;We moeten dat voorzichtig interpreteren. Ja, het is zo dat steeds minder studenten Duits kiezen voor het onderwijs. Maar we ziennbsp;gelijktijdig dat veel leraren met vervroegd pensioen zijn gegaan, of arbeidsongeschikt zijnnbsp;verklaard, of door fusies en schaalvergroting innbsp;het voortgezet onderwijs op wachtgeld zijnnbsp;gezet. Er is dus een verborgen reserve aanwezig, waarvan moeilijk is in te schatten hoenbsp;groot ze is en hoe groot de bereidheid van dienbsp;mensen is om terug te keren in het onderwijs.nbsp;Dat geldt overigens niet alleen voor Duits.quot;nbsp;Herrlitz: quot;In Utrecht hebben we geprobeerdnbsp;op het lange tijd dreigende overschot in tenbsp;spelen door nieuwe specialismen in te voeren,nbsp;beroepsgerichter te werken. Van onze afgestudeerden is nu na één jaar tien tot vijftiennbsp;procent werkloos. Ruim tachtig procent heeftnbsp;werk, van wie ongeveer de helft in het onderwijs. De andere helft komt terecht bij grotenbsp;organisaties of het bedrijfsleven. Studentennbsp;Duits hebben tegenwoordig dus meerderenbsp;beroepsperspectieven doordat de studienbsp;inhoudelijk is veranderd: door stages, bijvak-combinaties, dat soort zaken. Daarbij komt denbsp;geringe financiële aantrekkelijkheid van hetnbsp;leraarschap. Alleen de mensen die écht willen,nbsp;kiezen nog voor het onderwijs.quot;

Roeping

Ze zijn er dus nog wel, jonge mensen die het onderwijs als roeping zien. Die niet opziennbsp;tegen het jaar in, jaar uit werken voor eennbsp;klas met onhandelbare pubers, voor eennbsp;modaal salaris. quot;Het is ook een mooi beroepquot;,nbsp;zegt Herrlitz enthousiast. quot;Ik vind onderwijsnbsp;geven zelf ook een van de leukste kanten vannbsp;mijn werk. De term 'hoogleraar' bevalt menbsp;daarom goed; in het Duits kent men alleen dernbsp;Professor, daar wordt de hoogleraar geassocieerd met een 'geleerde' in plaats van metnbsp;een gewone lesboer. Het complexe en daarmee ook het aantrekkelijke van het vak isnbsp;dat het zo veel verschillende aspecten heeft:nbsp;vorming, sociaal werk, criminaliteitsbestrijding.


Dat alles in combinatie met een inhoudelijk spannend vak - ja, dat is een zeer grote aantrekkelijkheid voor mensen die het aankunnen. Een leraar is goed te vergelijken met eennbsp;ambtenaar van de burgerlijke stand die nietnbsp;alleen formeel mensen trouwt, maar er ooknbsp;nog eens voor zorgt dat het huwelijk in standnbsp;blijft. Je bent als docent betrokken bij iemandsnbsp;hele toekomst.quot;

Herrlitz is niet zondermeer geporteerd van Ritzens idee om Duitsers naar Nederland tenbsp;halen om hier les te geven. Daar zitten veelnbsp;haken en ogen aan. quot;Ik ben daar voorzichtignbsp;positief over, maar wel onder voorwaarden.nbsp;Openstelling van nationale grenzen, ook watnbsp;betreft leraren, is een goede zaak. In z'n algemeenheid ben ik voor een internationalenbsp;mobiliteit. Maartegelijk constateer ik echternbsp;flinke problemen.

quot;Binnen drie maanden leraar worden lijkt me erg extreem. Je moet goed voor ogen hebbennbsp;aan welke afgestudeerde je denkt. Zo zijn ernbsp;de mensen die Duits hebben gestudeerd aannbsp;de universiteit in Duitsland, aangevuld metnbsp;een tweejarige lerarenopleiding. Hun probleem is dat ze Duits als moedertaal onderwijzen. Ze kunnen het Duits dus niet alsnbsp;vreemde taal onderwijzen, temeer omdat zenbsp;het Nederlandse onderwijssysteem niet kennen. Dan zijn er de Duitsers die wel hebbennbsp;geleerd les te geven in een vreemde taal -Engels, Frans of Nederlands -, maar zij hebbennbsp;weer geen ervaring met Duits als vreemdenbsp;taal. Ook zijn er academici die Duits als vreemde taal hebben gestudeerd, maar geen onderwijsbevoegdheid hebben. Het is dus allemaalnbsp;niet zo eenvoudig en eenduidig als de ministernbsp;het voorspiegelt.quot;

Voor Herrlitz is er maar één conclusie mogelijk: als ad-hoc maatregel is Ritzens plan uitvoerbaar, mits gericht op de juiste mensen. Iederenbsp;buitenlander die hier instroomt moet eennbsp;aanvullende opleiding krijgen, die moet zijnnbsp;gesplitst in een school- en een opleidingsdeelnbsp;om ook kennis te maken met het Nederlandsenbsp;onderwijssysteem. quot;We moeten hiermee gaannbsp;experimenteren. Nog beter zou het zijn wanneer niet de afgestudeerde academici naarnbsp;Nederland kwamen, maar de Duitse studenten.nbsp;Die dan vervolgens in Nederland kunnen blijven, zoals ik hier destijds ook ben gebleven.quot;

Is dat goed bevallen? Als Duitser heb je het in Nederland toch niet gemakkelijk?

quot;Ik heb in negentien jaar nooit negatieve reacties gehad. Kijk, je hebt twee soortennbsp;Duitsers: de ene ervaart de maatschappelijkenbsp;discussie over de Duits-Nederlandse relatie alsnbsp;een persoonlijk probleem; de andere heeftnbsp;daar geen last van. Ik hoor bij de laatste.nbsp;Natuurlijk word ik soms met gevoelighedennbsp;geconfronteerd. Mijn jongste zoon is acht jaarnbsp;en zit in groep 5 van de basisschool. Daarnbsp;werd onlangs uitgebreid gesproken over denbsp;Tweede Wereldoorlog en een klasgenootje zeinbsp;toen: 'Tobias is ook een Duitser'. Dat soortnbsp;reacties, daar moetje altijd op rekenen. Mijnbsp;overkomt het ook dat een gesprekspartnernbsp;zegt: 'Ik reken het jou niet aan hoor, maar innbsp;de oorlog ...' Je kunt van dergelijke confrontaties met het verleden een probleem maken, iknbsp;zie ze liever als een verrijking die ik niet hadnbsp;willen missen. Het zijn fascinerende illustratiesnbsp;van de unieke denkstructuur in de Nederlandse samenleving. Niet afwijzend, niet vijandig.nbsp;Maar Duitsland en de Duitsers vormen hiernbsp;nog steeds een bijzonder probleem dat veelnbsp;aandacht behoeft.quot;


-ocr page 6-

december 1997 • illuster

7

Stof tot nadenken

‘Je moet als filosoof de cultuur bedienen’

Vakgenoten

Docent en afgestudeerde over elkaar, de opleiding en de arbeidsmarkt

Willem van Reijen (1938) is als hoogleraar sociale en politieke filosofie verbonden aannbsp;de faculteiten Wijsbegeerte en Sociale Wetenschappen. Zijn voormalige student Wil Artsnbsp;(1950) is docent aan de hbo-theologieoplei-ding in Diemen. Filosofie behoort volgensnbsp;beiden tot de 'nutteloze', maar niet zinlozenbsp;vakken.

Willem van Reijen

Zijn kleine kamertje in het Bestuursgebouw van de universiteit is volgepakt met boekennbsp;en wandversieringen. Een allegorische prentnbsp;van het smalle en het brede pad, dat leidtnbsp;naar respectievelijk hemelse gelukzaligheidnbsp;óf naar verdorvenheid en verval. Zo'n tweedeling komt vaker terug in het gesprek.nbsp;Filosofie blijkt in hoge mate te gaan overnbsp;tegenstellingen: tussen goed en kwaad,nbsp;mooi en lelijk, pluriformiteit en individualiteit, zekerheid en onzekerheid, Franse ennbsp;Duitse denkers...

quot;Het gekke van filosofie is dat iedereen denkt te weten waar het over gaatquot;, meent Vannbsp;Reijen. quot;Als het vak tijdens verjaardagen ternbsp;sprake komt hoor ik de gasten al zeggen: 'Ohnbsp;filosofie, daar doe ik óók aan'. Van de voorstelling die beginnende studenten bij de discipline hebben, blijft in de praktijk van de studie weinig over: filosofie is toch iets heelnbsp;anders dan ze dachten. Een filosofische praxisnbsp;in strikte zin bestaat niet. Een filosoof is primair een onderzoeker; iemand die tekstennbsp;leest, ze tracht te begrijpen, de context erbijnbsp;betrekt.quot;

'Nuttig' is dat niet direct, en in het koude en van 'efficiency' doordrongen kikkerlandjenbsp;dat Nederland is heeft de filosofie daar totnbsp;op zekere hoogte last van. Waar de Duitsenbsp;en Franse filosofen zich geweldig druknbsp;kunnen maken over de tegenstelling rationaliteit- irrationaliteit, is de Nederlandsenbsp;reactie op dat debat al gauw: 'Wind je tochnbsp;niet zo op'.

Maar dat werken met teksten is wél uitermate zinnig, meent de hoogleraar. quot;In mijn vaknbsp;gaat het toch óók over sociale vaardigheden,nbsp;of over het vermogen om te begrijpen hoenbsp;anderen denken en voelen. Kennis op ditnbsp;gebied dient niet de verbetering van persoonlijkheidstests of de verhoging van de arbeidsproductiviteit, maar geeft wél inzicht in denbsp;betekenis van wederzijds respect en vannbsp;concepten als vrijheid en rechtvaardigheid.nbsp;Dat is niet zozeer kost voor twintigjarigen,nbsp;alswel kost die je je hele leven en uitgerekend


op wat latere leeftijd tot je zou kunnen nemen. Als een soort 'éducation permanente'.nbsp;In die zin blijft het vak stof tot nadenkennbsp;bieden. Je moet als filosoof de cultuurnbsp;bedienen.quot;

quot;Wil Arts is iemand die dat kan, vind ik. Als een van haar opvallendste eigenschappen herinner ik mij dat ze vriendelijk, maar ook zeernbsp;beslist verder vraagt als ze iets onduidelijknbsp;vindt. Daarnaast was en is ze zeer geïnteresseerd in alle mogelijke dwarsverbanden, vooral wat filosofie en beeldende kunst betreft.nbsp;Met haar grote culturele competentie én haarnbsp;bijbelkennis zorgt ze, bij mij althans, voornbsp;steeds weer verrassende visies op de centralenbsp;thema's in onze geschiedenis. We zien elkaarnbsp;zelden, maar als ik beeldmateriaal zoek ofnbsp;Wil iets specifieks wil vragen, is het contactnbsp;er snel.quot;

Wil Arts

quot;Neem nou de pluriforme samenlevingquot;, vult Wil Arts aan. quot;Dat is toch een heel concreetnbsp;onderwerp. Het gaat om vragen als: hoe ga jenbsp;met allochtonen om, welke eisen stel je aan denbsp;inburgering, wat moeten buitenlanders wetennbsp;van de Nederlandse cultuur om deel te nemennbsp;aan deze samenleving? Om op die vragennbsp;antwoord te krijgen moet je óók de discussienbsp;durven aangaan over wat nou zo typischnbsp;Nederlands is - méér dan louter hagelslagkun-de. Heeft Nederland nog wel een eigen identiteit, is die wel wenselijk, is het niet veel beternbsp;om de gefragmenteerdheid van onze samenleving te accepteren...? Dat zijn in hoge matenbsp;vragen met praktische consequenties. Socialenbsp;en politieke filosofie kan discussies over dezenbsp;onderwerpen, en daarmee ook persoonlijkenbsp;(voor-)oordelen, helpen verhelderen.quot;nbsp;Wil heeft met name bij Van Reijen geleerd omnbsp;over die vragen na te denken. quot;Ik ben mijnnbsp;studie begonnen in Groningen. Daar heerstenbsp;toen nog de geest van de jaren zeventig, vannbsp;de kritische filosofie die permanent op zoeknbsp;was naar de loszittende steentjes die eennbsp;wijsgerig bouwwerk konden doen instorten.nbsp;De kritische filosofie - en met name hetnbsp;historisch-materialisme - kende een grootnbsp;engagement, maar alles wat er niet in paste ofnbsp;niet rationeel was (in de klassieke betekenisnbsp;van het woord) werd verketterd.

quot;Toen ik overstapte naar Utrecht heb ik echt een gevecht met mezelf moeten leveren. Hoenbsp;los te komen van dat loutere bekritiseren ennbsp;open te staan voor bijvoorbeeld het Fransenbsp;denken van mensen als Derrida of Lyotard, dienbsp;juist aandacht schenken aan de rol van hetnbsp;niet-rationele. Van Reijen was de man die

Ons vak gaat óók over sociale vaardigheden

reeds in die jaren het debat in Nederland op gang bracht tussen het van beargumenterennbsp;doortrokken modernisme en het meer opnbsp;sensibiliteit georiënteerde post-modernisme.nbsp;Hij betrok zijn studenten in dat debat. Je hoefde van hem niet een zomer lang te worstelennbsp;met Kant, maar je kon een mening formulerennbsp;over zaken 'die ertoe doen'.quot;

In haar huidige werk aan de Hogeschool Holland heeft ze veel profijt van die aanpak waarin je eigen keuzes kunt maken. quot;Ik kreeg in Diemen de opdracht een soort seculierenbsp;variant te ontwikkelen binnen de afdelingnbsp;theologie, een vrije studierichting waarin denbsp;relatie kunst, religie en wijsbegeerte centraalnbsp;staat. Het ging dus om andere zingevingsbron-nen dan de louter religieuze. Op een gegevennbsp;moment is die vrije studierichting geïntegreerd in het hoofd-programma. Wat steedsnbsp;duidelijker wordt is dat het erom gaat datnbsp;studenten léren leren, dat ze hun eigen vraagstelling en leerroute ontwikkelen, juist metnbsp;het oog op de latere beroepspraktijk.

quot;Dat heb ik van mijn opleiding geleerd: filosofie heeft te maken met persoonlijke vorming. Je moet óók leren omgaan met je eigen foutennbsp;en successen. Je moet een zoekhouding aanleren. Als filosoof ben je primair probleem-genererend bezig, niet probleem-oplossend.quot;

Armand Heijnen

Faculteit Wijsbegeerte

(peildatum januari 1997)

studenten

410

afgestudeerden

39

medewerkers

50

van wie 34 wetenschappelijk promoties 1996nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4

budget nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;fl. 6.4 miljoen


-ocr page 7-

6

illuster ¦ december 1997

Arbeidsmarktperspectieven beter dan gedacht

Utrechtse academici snel aan het werk


Afgestudeerden met een gamma-opleiding.

Waar komen afgestudeerden uit de diverse studierichtingen terecht? Hoe lang zijnnbsp;ze werkloos? Hoeveel verdienen ze?

Deze en andere vragen worden steeds belangrijker nu de studentenaantallennbsp;teruglopen en scholieren al dan niet innbsp;opdracht van hun ouders willen wetennbsp;wat hun beroepsperspectieven zijn nanbsp;een universitaire opleiding.

ALETTE VAN DOGGENAAR * U-BLAD

In oktober verscheen een rapport dat veel vragen over de arbeidsmarktperspectievennbsp;van Utrechtse afgestudeerden beantwoordt.nbsp;Wat betreft de werkloosheid blijkt de situatienbsp;minder somber dan wel eens wordt verondersteld. Eén jaar na afstuderen heeft bijna 90nbsp;procent werk. En zo'n 77 procent van denbsp;werkenden heeft een functie op hbo/wo-niveau. Acht maanden na afstuderen is mennbsp;gemiddeld iets langer dan één maand werkloos geweest.

Dit goede resultaat behoeft en krijgt de nodige nuancering in de rest van het rapport.nbsp;Er zijn nogal wat verschillen tussen de diversenbsp;clusters van opleidingen. Grofweg gezegdnbsp;hebben afgestudeerden uit het medischenbsp;cluster de beste vooruitzichten, terwijl denbsp;alfa's veel moeilijker werk op niveau vinden.nbsp;Bèta's en gamma's zitten daar ergens tussenin.nbsp;Uiteraard zijn er ook per opleiding weer verschillen. Zo springen muziekwetenschappen,nbsp;theaterwetenschappen en kunstgeschiedenisnbsp;er in negatieve zin uit met een werkloosheidspercentage van 19 procent op het momentnbsp;van enquêteren.

Een algemene conclusie van het onderzoek is dat de arbeidsmarkt academici vooralnbsp;waardeert omdat ze gestudeerd hebben.nbsp;De opleidingsrichting is vaak minder belangrijk. Voor nog maar 37 procent van de banennbsp;op hbo/wo-niveau geldt dat deze preciesnbsp;aansluiten bij de gevolgde opleidingen.nbsp;Voor 40 procent was de eigen opleidingnbsp;of een verwante opleiding vereist en innbsp;24 procent van de gevallen werden helemaalnbsp;geen eisen gesteld aan de opleidingsrichting.

? Geen baan

Onder HBO

r~~] Deeltijd HBO

Voltijd HBO

Deeltijd academisch

DD Voltijd academisch

Bovenstaande grafieken laten zien na hoeveel maanden en op welk niveaunbsp;afgestudeerden een baan vinden.

Arbeidsmarktmonitor

Het rapport is de neerslag van een eerste enquêterende in een universiteitsbredenbsp;'arbeidsmarktmonitor'. Die werd uitgevoerdnbsp;door het onderzoeksbureau STOGO in samenwerking met de faculteit Sociale Wetenschappen. Met dit onderzoek wil de universiteitnbsp;tegemoetkomen aan de groeiende vraag omnbsp;informatie waarop studenten en scholierennbsp;hun keuzes kunnen afstemmen. De enquêtenbsp;geeft ook weer wat afgestudeerden vindennbsp;van hun opleiding. Die informatie wordtnbsp;ingezet bij de vernieuwing van het onderwijsprogramma.

Alle afgestudeerden uit de periode 1 september 1995 tot 31 augustus 1996 werden telefonisch benaderd. Het is de bedoeling datnbsp;dezelfde groep alumni in 1999 opnieuwnbsp;ondervraagd wordt over het verdere verloopnbsp;van de carrière en de eventuele behoeftenbsp;aan nascholing.

Er blijken vooral grote verschillen te bestaan in het niveau van de banen. Het percentagenbsp;werkenden ligt twee maanden na afstuderennbsp;al op 75. Slechts 53 procent heeft echter eennbsp;baan op minstens hbo-niveau. Bèta's zoekennbsp;gemiddeld iets langer, terwijl alfa's er langernbsp;over doen om een baan op minimaal hbo-niveau te vinden. Een kwart van de ondervraagde alfa's heeft op het moment van denbsp;monitor zelfs een functie op niet meer dannbsp;havo/mbo-niveau. Aan de andere kant van hetnbsp;spectrum bevinden zich de medici die bijnanbsp;allemaal direct na afstuderen een baan opnbsp;academisch niveau bemachtigen.

Wie veel geld wil verdienen kan beter niet

Alumni worden in J999 opnieuw ondervraagd

Prof. dr. J.E.J.M. van Himbergen van de faculteit Natuur- en Sterrenkundenbsp;is door de resultaten van de arbeidsmarktmonitor bevestigd in wat hij alnbsp;wist: quot;Bèta's komen goed terecht ennbsp;bestrijken ook een breed gebied van denbsp;arbeidsmarkt. Lang niet iedereen wordtnbsp;uiteindelijk onderzoeker en het is goednbsp;dat dat nu ook duidelijk is voor aankomende studenten.quot; Om die breedte nognbsp;meer te stimuleren krijgen studenten dienbsp;dat willen in de toekomst de mogelijkheid om 'uit te waaieren' en hun blik tenbsp;verruimen. Dat kan door een deel vannbsp;de opleiding bij een andere faculteit tenbsp;volgen. quot;Maar ook door een externenbsp;stage te doenquot;, aldus Van Himbergen.nbsp;quot;Daarnaast zijn er bijvoorbeeld plannennbsp;voor een educatieve variant van denbsp;bètastudie.quot;

voor een alfastudie kiezen. Zestig procent van de werkende alfa's verdient minder dannbsp;2500 gulden bruto per maand; 77 procentnbsp;van de medici verdient tussen 3500 en denbsp;5500 gulden bruto per maand. Ruim 36 procent van de bèta's verdient ten tijde van denbsp;monitor ook niet meer dan tussen de 1500 ennbsp;2500 gulden bruto, maar dat komt omdat ernbsp;binnen de exacte vakken relatief veel afgestudeerden aio of oio worden.

Vooral alfa's (51 procent) en gamma's (63 procent) werken vaak in deeltijd. Vannbsp;de ondervraagden met een baan is 45 procentnbsp;in vaste dienst, heeft 14 procent uitzicht opnbsp;een vaste baan en is 35 procent in tijdelijkenbsp;dienst.

Vrouwen

De ondervraagde alumni hebben zich ook uitgesproken over de opleiding. De meestennbsp;geven aan met veel plezier te hebben gestudeerd. Ongeveer 60 procent van de ondervraagden vindt dat de opleidingen tekortnbsp;schieten als het gaat om het aanleren vannbsp;sociale vaardigheden en mondelinge uitdrukkingsvaardigheden.

Saillant detail in het hele onderzoek: 66 procent van de respondenten is vrouw,nbsp;iets hoger dan het percentage afgestudeerdennbsp;in de betreffende periode (55 à 60 procent).

Mw. C.M. de Bruijn-de Jong

is belast met het alumnibeleid bij Sociale Wetenschappen. Ze ziet mogelijkhedennbsp;genoeg voor nuttig gebruik van gegevens uit het arbeidsmarktonderzoek.nbsp;Zo heeft men bij Sociale Wetenschappennbsp;een Alumni Informatie Systeem opgezetnbsp;waardoor het voor opleidingen mogelijknbsp;is de eigen afgestudeerden te benaderennbsp;voor bepaalde activiteiten. quot;Tot nog toenbsp;zijn het vooral studenten geweest dienbsp;iets met het AIS doenquot;, vertelt De Bruijn,nbsp;quot;bijvoorbeeld bij het organiseren vannbsp;bedrijvendagen waar alumni wordennbsp;uitgenodigd om te vertellen over hunnbsp;werk.quot; Maar er zijn meer mogelijkheden.nbsp;quot;Zoals het opzetten van discussiegroepen rond bepaalde werkvelden metnbsp;docenten, studenten en alumni. En eventueel zelfs een inhoudelijke aanpassingnbsp;van de studie als die niet naar verwachting blijkt aan te sluiten op de arbeidsmarkt.quot;

Of dit gegeven de arbeidsmarktperspectieven op enigerlei wijze vertekent, wordt in hetnbsp;onderzoek niet uitgewerkt. Volgens Yvonnenbsp;Kops, vanuit Sociale Wetenschappen betrokken bij het onderzoek, kan dat zeker op denbsp;lange duur een interessante vraag zijn. Uitnbsp;gegevens over de gammarichtingen blijkt datnbsp;vrouwen geneigd zijn om hoe dan ook in tenbsp;stappen op de arbeidsmarkt, al is het maar vianbsp;een uitzendbureau. Mannen wachten vaaknbsp;langer op een passender baan. Dit kan denbsp;gemiddelde zoektijd en het niveau van denbsp;banen beïnvloeden.

De respons op de enquête was zeer hoog. Alleen bij geofysica (33 procent), geochemienbsp;(28 procent), meteorologie en oceanografienbsp;(27 procent), wiskunde (25 procent) ennbsp;milieukunde (25 procent) was het percentagenbsp;niet-bereikte afgestudeerden aan de hogenbsp;kant.


-ocr page 8-

•3ü'.

illuster • december 1997

Alumnivereniging nieuwe stijl zoekt leden

‘Iedereen heeft er profijt van’

“Afgestudeerden zijn van levensbelang voor de universiteitquot;, stelt mr. J.J. Stael,nbsp;aftredend voorzitter van het Universiteits-fonds. Stael heeft de afgelopen jaren samennbsp;met collegevoorzitter drs. J. Veldhuis denbsp;banden tussen de universiteit en het Univer-siteitsfonds stevig aangehaald. Hij kijkt terugnbsp;op een geslaagde operatie.

VAN DE REDACTIE

Een grote, universiteitsbrede alumnivereniging. Dat wilde het college van bestuur van de Universiteit Utrecht. En daarvoor heeft hetnbsp;samenwerking gezocht met de Verenigingnbsp;Utrechts Universiteitsfonds, die met haarnbsp;4300 leden en universiteitsbrede karakternbsp;de natuurlijke partner is om dat doel te bereiken. Maar dan moest er wel het een en andernbsp;gebeuren; aan de vereniging, aan het aantalnbsp;leden en aan de inhoud van de relatie met denbsp;universiteit.

Stael steekt een sigaartje op en grinnikt vrolijk. quot;Het was een mooie tijd om voorzitternbsp;te zijnquot;, zegt hij. quot;Een goede band met jenbsp;afgestudeerden wordt nu weer door iedereennbsp;belangrijk gevonden. Dat is wel eens andersnbsp;geweest, maar daar heb ik geen last vannbsp;gehad. Eigenlijk hebben Veldhuis en ik vannbsp;het begin af aan gewerkt met hetzelfde doel;nbsp;alumni zijn belangrijk voor iedereen, voor denbsp;vereniging, voor de vakgroep, voor de faculteit en voor de universiteit.quot;

Alumnibeleid is niet van één club of organisatie, maar hoort thuis op alle niveau's, meent Stael. quot;Wat wij moeten doen is dat mogelijknbsp;maken. De universiteit heeft een enormenbsp;investering gedaan met een centraal adressenbestand en het blad Illuster. Wij gaan nunbsp;samen investeren in een nauwere band metnbsp;onze alumni door ze uit te nodigen lid tenbsp;worden van onze vereniging, en daar ook ietsnbsp;tegenover te stellen.quot;

Bijzondere leerstoelen

De universiteit heeft de afgelopen jaren inderdaad niet stilgezeten. Zo is het periodieknbsp;Illuster in het leven geroepen, en heeft denbsp;universiteit samen met het Universiteitsfonds,nbsp;de faculteiten en de verenigingen gewerktnbsp;aan het opzetten van een goed beheerdnbsp;adressenbestand. De universiteit heeft inmiddels 65.000 van de in totaal 100.000nbsp;afgestudeerden getraceerd.

De Vereniging Utrechts Universiteitsfonds is goed bekend bij faculteiten en studentenverenigingen. Als insteller van Bijzonderenbsp;Leerstoelen draagt het U-Fonds bij aan eennbsp;verrijking van het curriculum. De aanstellingnbsp;van Maarten van Rossem als bijzondernbsp;hoogleraar is daar slechts één voorbeeld van.nbsp;Recent is ook de leerstoel 'Godsdienstonderwijs in een multiculturele omgeving', door hetnbsp;fonds nuttig geacht nu de Nederlandsenbsp;samenleving in recordtempo verschillendenbsp;culturen en godsdiensten moet integreren.nbsp;Als begunstiger van de universitaire gemeenschap subsidieert het fonds ook studentenactiviteiten. Zo kon vierdejaars studentenbsp;geologie Kike Beintema als enige Nederlandsenbsp;deelnemer mee op reis met een expeditie naarnbsp;Antarctica. Het U-Fonds kan dit doen, omdatnbsp;de leden dat mogelijk màken met hun contributies aan de vereniging. En dat aspect, hetnbsp;verenigingskarakter, zal meer gestalte moetennbsp;krijgen, zo menen universiteit en vereniging.nbsp;Dat dat kan, bewijzen de huidige leden regelmatig. De inzamelingsactie voor de vleugel innbsp;het Cultureel Centrum ParnassQs, de restauratie van de Bleulandkast, en het trouwe bezoeknbsp;aan de jaarlijkse Universiteitsdag, zijn voorbeelden van de verbondenheid met hun universiteit die een groeiende kern alumni keernbsp;op keer in beweging brengt.

Klankbord

Stael; quot;De afgestudeerden zijn net zozeer deel van de universitaire gemeenschap alsnbsp;studenten en medewerkers. Eigenlijk vormennbsp;ze het belangrijkste maatschappelijke klankbord voor de universiteit. Zij kennen uit eigennbsp;ervaring de universiteit en de samenlevingnbsp;waarin ze nu werken. Zij weten hoe er overnbsp;ons gedacht wordt. Zij weten of hun opleiding toereikend was voor het werk dat zenbsp;nu doen. Zij zijn van vitaal belang voor denbsp;evaluatie van ons onderwijs en onderzoek.quot;nbsp;quot;Ook komen alumni vaak terecht op crucialenbsp;functies in de samenleving. Wij willen graagnbsp;dat zij een juiste indruk hebben van onzenbsp;universiteit. Dat betekent dat wij moetennbsp;bouwen aan een goede relatie. Die begint alnbsp;bij de eerstejaars studenten. Wij leggen denbsp;nadruk op een goede relatie met onzenbsp;studenten. Pas dan mag je verwachten dat jenbsp;ze als alumni kunt vasthouden.quot;

Niet alleen vóór studenten, maar met name ook dóór studenten wil de vereniging beternbsp;verweven raken in het universitaire leven.nbsp;Studenten worden actief met het organiserennbsp;van activiteiten die variëren van een feestelijkenbsp;begeleiding van aantredende bijzonder hoogleraren tot het behulpzaam zijn bij het aanvragen van subsidies. En alles wat daartussen ligt.

Faciliteiten

quot;Het zou mooi zijnquot;, zegt Stael, quot;als alle alumni op een of andere manier na hunnbsp;studie verbonden blijven met hun universiteit.nbsp;Het lidmaatschap van de universiteitsbredenbsp;alumnivereniging Universiteitsfonds pastnbsp;natuurlijk prachtig in dat streven. Bovendiennbsp;is het een aardige manier om iets te doennbsp;voor de generatie studenten die na jou komt.nbsp;Je draagt als afgestudeerde bij aan diezelfdenbsp;mogelijkheden voor je opvolgers. We moetennbsp;er wel voor zorgen dat onze leden iets voornbsp;hun lidmaatschap terug krijgen. Zolang jenbsp;hier studeert of werkt, zijn er een hoopnbsp;faciliteiten voor je geregeld. Korting op verzekeringen, een eigen e-mailadres, toegangsfaciliteiten voor bibliotheek, museum ennbsp;Botanische tuinen. Zo kun je nog een poosjenbsp;doorgaan. Met de universiteit onderzoekennbsp;we de mogelijkheid om voor onze afgestudeerden diezelfde faciliteiten mogelijk tenbsp;maken. En natuurlijk gaan we door met denbsp;jaarlijkse Universiteitsdag. Die heeft doornbsp;onze samenwerking met de universiteit ennbsp;de faculteiten een mooi universiteitsbreed

Van Universiteitsfonds naar universiteitsbrede alumniverenigingnbsp;De Vereniging Utrechts Universiteitsfonds - opgericht in 1886 - is met 4300nbsp;leden de oudste en grootste reünistenvereniging in Utrecht. De Vereniging isnbsp;opgericht om de 'groei en bloei van denbsp;Universiteit Utrecht te bevorderen'.

Dat gebeurt door:

  • - het vestigen van bijzonderenbsp;leerstoelen - in totaal telt de universiteit veertig bijzondere leerstoelennbsp;vanwege het Universiteitsfonds;

  • - het verlenen van subsidies aannbsp;wetenschappelijke, culturele ennbsp;sportieve activiteiten van studentenverenigingen;

  • - sociale zorg voor studenten;

  • - individuele hulp ter bevorderingnbsp;van de wetenschap.

De Vereniging kan dit mogelijk maken door bijdragen van de leden. Dat zijnnbsp;meestal afgestudeerden van de universiteit, maar ook medewerkers ennbsp;studenten zijn gewaardeerde leden.nbsp;De contributie bedraagt f 10,- voornbsp;student-leden en f 25,- of meer voornbsp;afgestudeerden en medewerkers.

karakter gekregen. Twee jaar achtereen hebben we nu 1500 alumni op bezoek gehad, daar is zelfs Leiden jaloers op....quot;nbsp;quot;Alumnibeleid heeft veel gezichtenquot;, besluitnbsp;Stael. quot;Iedere generatie, iedere studierichting,nbsp;iedere vereniging heeft zijn eigen invalshoek.nbsp;De sociale relaties, de aansluiting tussen denbsp;studie en de arbeidsmarkt, de onderwijsevaluatie, het post-academisch onderwijs, en nietnbsp;in de laatste plaats de gezelligheid, ze horennbsp;er allemaal bij. Daarom is de samenwerkingnbsp;zo belangrijk. We mogen blij zijn dat hetnbsp;gelukt is om in harmonie met al die verschillende groeperingen te komen tot een gezamenlijk alumnibeleid. Er moet nog een hoopnbsp;gedaan worden, maar de basis is gelegd.quot;

Meer informatie over de activiteiten van de Vereniging en over de mogelijkheden van eennbsp;lidmaatschap, kunt u aanvragen bij hetnbsp;bureau van de VUUF: drs. I. van de Meene,nbsp;Achter de Dom 20, 3512 JP Utrecht, (030)nbsp;2538025, fax (030) 2538026, e-mail:nbsp;ufonds@bur. ruu. nl.

Zie ook illusterzake, pagina 15.


-ocr page 9-

december 1997 • illuster

9

Maarten van Rossent, bijzonder hoogleraar

‘In Nederland ben je al gauw deskundig’

Amerikaspecialist en Utrechts bekendste TV-bête noire dr. Maarten van Rossem is medio oktober door het Utrechts universiteitsfondsnbsp;benoemd tot bijzonder hoogleraar in denbsp;Letterenfaculteit. De omslachtige leeropdrachtnbsp;luidt: Nederlandse cultuur van de twintigstenbsp;eeuw in internationale context. quot;Ach, Ameri-ka-deskundigequot;, relativeert hij. “In Nederlandnbsp;ben je al deskundig als je enkele boekjesnbsp;méér hebt gelezen dan de rest, en als je denbsp;krant en CNN een beetje bijhoudt.quot;

ARMAND MEUNEN

Zijn omslachtige leeropdracht past hem wel. quot;Ik ben hier al geruime tijd aangesteld als universitair hoofddocent cultuurgeschiedenis vannbsp;de twintigste eeuw. Met Amerika houd ik menbsp;nog slechts zijdelings bezig. Als ik er twintignbsp;procent van mijn onderwijstijd aan besteed, isnbsp;het veel. Bovendien: dat bijzonder hoogleraarschap betreft slechts een tweetiende aanstelling, één dag per week, en daarbinnen kun jenbsp;niet zoveel. Ik stel mij voor één werkcollege tenbsp;gaan verzorgen, en dan met name over denbsp;vraag wat nou zo typisch Nederlands is aannbsp;onze cultuur. Geen vaag geleuter over nationale identiteitsvraagstukken, maar heel concreet: 'Waarom drinken wij Nederlanders méérnbsp;koffie dan de Belgen', bijvoorbeeld. Daarnbsp;bestaat ook prima cijfermateriaal over.quot;nbsp;Van Rossem ontvangt me in zijn huis nabij hetnbsp;Wilhelminapark: quot;Ik heb wel een eigen studeerkamer, maar daar is het zo'n gigantischenbsp;rotzooi. Het grootste euvel in mijn leven is denbsp;chaos waarin ik voortdurend verkeer.quot;

Hij staat bijna wekelijks ergens in een krant of verschijnt op de beeldbuis. Toch vraagt hij zichnbsp;af of hij iets interessants heeft te melden. Vannbsp;Rossem vindt die televisie-optredens vooralnbsp;'leuk. quot;Die drang tot optreden heb ik ontdektnbsp;als werknemer van de universiteit. Colleges ennbsp;werkgroepen geven, daar geniet ik van. Iedereen zegt: 'Je komt op tv uit ijdelheid'. Dat isnbsp;ook zo, maar neem nou dat VPRO-boekenpro-gramma... Boeken lezen is leuk, praten is leuk,nbsp;dus een combinatie van die twee is wel héélnbsp;aantrekkelijk. Veel aantrekkelijker dan zelfnbsp;schrijven, want dat is toch een gedisciplineerde, moeizame bezigheid.quot;

Cynisch

In pakkende one-liners ligt zijn kracht, maar Van Rossem ontkent bij hoog en bij laag datnbsp;hij zijn gedrag en dictie gecultiveerd zounbsp;hebben. quot;Ik ben en doe toch nog hetzelfde alsnbsp;begin jaren zeventig toen ik als een anoniemenbsp;medewerker van het Instituut voor Geschiedenis aantrad? Ik heb ook altijd ontkend dat iknbsp;cynisch ben. Ik klink misschien cynisch, maarnbsp;wat ik zeg is vanuit het oogpunt van eennbsp;geschoold historicus juist realistisch. Als denbsp;Amerikaanse president roept: 'Binnen vier jaarnbsp;heb Ik de drugs onder controle', dan zeg ik:nbsp;'Nou, dat lijkt me sterk'. Mijn cynisme heeft


meer met de vorm te maken dan met de inhoud.quot;

Inhoud lijkt Van Rossem genoeg te hebben; althans, hij laat zich met van alles en nog watnbsp;in en schroomt niet over uiteenlopende zakennbsp;op te treden als 'deskundige'. quot;Deskundigenbsp;ben je in Nederland al gauwquot;, vertelt hij.nbsp;quot;Maar daarnaast ben ik beslist behept metnbsp;een soort infantiele weetgierigheid. Mijn probleem is dat ik van alles ontzettend leuk vind;nbsp;of het nou over de skeletbouw van de dinosauriër gaat of over poolreizen, ik lees hetnbsp;allemaal. Ik wil zoveel mogelijk weten, bennbsp;gek op feitjes en statistieken... en die onthounbsp;ik ook gedeeltelijk. Niet dat ik ze van buitennbsp;leer; het blijft gewoon 'hangen'. Bij een vaknbsp;als geschiedenis is zo'n geheugen handig.nbsp;Als ik morgen op straat sta, ga ik acuut wéérnbsp;studeren, veldbiologie of kunstgeschiedenis,nbsp;het doet er niet toe... Eigenlijk ben ik meernbsp;een weetgierig jongetje dat de Kijk wil lezennbsp;dan een échte wetenschapper.quot;

quot;Dat veel mensen als ze ouder worden dat infantiel enthousiasme kwijt raken vind iknbsp;schrijnend. Die raken dan gesetteld en lezennbsp;geen letter meer; avond in-avond uit televisienbsp;- wat heel vermakelijk kan zijn - maar er isnbsp;toch méér. Kennelijk droogt bij een aantalnbsp;dertigers die belangstelling op.quot;

Ook wat het vak geschiedenis betreft blijkt de belangstelling van Van Rossem geen grenzennbsp;te kennen: quot;Toen ik studeerde vond ik hetnbsp;allemaal even leuk. Oudheid, Middeleeuwen...nbsp;Maar al snel werd duidelijk dat contemporainenbsp;geschiedenis mijn specialisatie zou worden.nbsp;Daarin interesseert de petite histoire - hetnbsp;sappige hapje - me evenveel als de grote lijn.quot;

Luie stoel

De Zeistenaar begon na de middelbare school, enigszins onder pressie van zijn familie, eerstnbsp;aan een farmaciestudie. quot;Ik had wonderlijkenbsp;fantasieën bij het beroep apotheker: de meisjes zouden vóór in de winkel aspirientjes verkopen, en ik zou dan in een achterkamertje innbsp;een luie stoel boeken kunnen lezen. Dat leeknbsp;me temeer aantrekkelijk omdat ik ergens gelezen had dat niet de apotheker aansprakelijknbsp;was als er iets mis ging met die medicijnen,nbsp;maar die meisjes. quot;De studie was echter vreselijk, en met name dat stupide werk tijdens dienbsp;practica elke middag. Bovendien bleek iknbsp;ongelooflijk onhandig te zijn. Ik liet voortdurend de zuurkast openstaan en de bunsenbrander omvallen. Dus het was snel duidelijknbsp;dat farmacie niets voor mij was. Ik ben toennbsp;overgestapt op geschiedenis en dat vond iknbsp;gelijk héél aardig. Ik kon naar hartelust lezen,nbsp;en als iemand een aardig college gaf, dan gingnbsp;ik daar heen... tenminste, als dat 's middagsnbsp;gegeven werd.

quot;En toch heb ik maar acht jaar over mijn geschiedenisstudie gedaan - inclusief die mislukte opmaat bij farmacie. Dat lijkt lang, maarnbsp;vier jaar kandidaats en twee jaar doctoraal wasnbsp;toen heel gewoon. En ik heb inderdaad binnennbsp;vier jaar mijn kandidaats gehaald, en twee jaarnbsp;van mijn goede doctoraalleven verspild aan denbsp;Studenten Vakbeweging. Het enige wat ik vannbsp;die twee jaren geleerd heb is dat ik voor denbsp;politiek volkomen ongeschikt ben.

Infantiele weetgierigheid

quot;Die hele studentenbeweging van de jaren zestig, dat was toch een façade? Dat was voornbsp;negentig procent onzin. Het ging over niks!nbsp;Dan had het studententijdschrift Trophoniosnbsp;weer eens een artikel gepubliceerd waar eennbsp;groepje rechtse studenten zich kwaad overnbsp;maakte, en dan moest er weer avonden langnbsp;gediscussieerd worden om een 'afkeuring' tenbsp;verwoorden. En die Grondraad - de laterenbsp;Universiteitsraad... Dat rare gedoe om te protesteren tegen het kolonelsregime in Patago-nië. Alsof die kolonels zich iets aantrokkennbsp;van het oordeel van de Grondraad van denbsp;Rijksuniversiteit Utrecht...?!quot;

Schertsdemocratie

Nog steeds wordt Van Rossem ongeduldig in vergaderingen. quot;MUB of WUB... ik lig daarnbsp;niet wakker van; fundamenteel verandert ernbsp;niets. Je wordt gerund vanuit Den Haag ofnbsp;Zoetermeer en kunt hooguit in de margesnbsp;wat roepen. Een faculteitsraad kan toch nietnbsp;zeggen: 'We zijn tegen bezuinigingen, dusnbsp;die gaan niet doorl'? Een schertsdemocratie,nbsp;waarvoor ik althans ongeschikt ben. Trouwens, ik ben toch geen medewerker van denbsp;universiteit geworden om te vergaderen?nbsp;Als ik dat ambieerde was ik wel directeurnbsp;geworden van een spaghettifabriek innbsp;Venezuela... Al dat gedoe kost zoveel tijd.quot;nbsp;Politiek onverschillig is Van Rossem echternbsp;niet. Afficheerde hij zich vroeger wel alsnbsp;'anarcho-liberaal', nu vindt hij zich eerder eennbsp;links-liberaal met een sociaal verantwoordelijkheidsgevoel. quot;Ik ben al sinds St. Juttemis lidnbsp;van de PvdA en vind het onvergeeflijk van dienbsp;partij dat ze mijn 25-jarig lidmaatschap voorbijnbsp;heeft laten gaan zonder me een zwaar verzilverd theelepeltje toe te zenden.quot; En weernbsp;serieus: quot;Ik ben één jaar actief geweest binnennbsp;de PvdA, maar dat vond ik al even triest alsnbsp;die Grondraad. Sindsdien is het misschiennbsp;beter me 'donateur' van de PvdA te noemen.quot;


-ocr page 10-

10

illuster • december 1997

Miljoenen jaren oude lucht


Oude lucht, stokoude lucht, staat tegenwoordig volop in de belangstelling van klimatologen die het broeikaseffect door denbsp;eeuwen heen bestuderen. In gletsjers en opnbsp;de zuidpool speuren ze naar diepgevrorennbsp;lucht. Sinds een jaar of tien zoeken ze ooknbsp;paleobotanic! in hun warme studeerkamersnbsp;op. Die kunnen namelijk iets vertellen overnbsp;de hoeveelheid kooldioxide in de luchtnbsp;miljoenen jaren geleden.

Net als mensen hebben planten lucht nodig om in leven te blijven. Alleen ademen plantennbsp;geen zuurstof in maar kooldioxide, dat zenbsp;gebruiken om suikers en zetmeel te produceren. Om te kunnen ademen zitten er innbsp;bladeren kleine openingen, zogeheten huid-mondjes. quot;Een jaar of tien geleden hebbennbsp;wetenschappers ontdekt dat het aantal huid-mondjes afhangt van de hoeveelheid kooldioxide in de luchtquot;, zegt prof. dr. Hans Kerp,nbsp;die als paleobotanicus is verbonden aan denbsp;Universiteit van Münster.

Het klinkt logisch: als er weinig kooldioxide in de lucht zit, krijgt de plant het 'benauwd'nbsp;en wil graag meer ademopeningen hebben.nbsp;Als de hoeveelheid kooldioxide in de loop dernbsp;eeuwen is veranderd, moet dat dus op fossielenbsp;bladeren te zien zijn, maar ook in antieke herbaria. Paleobotanic! zijn bij die laatste begonnen, hoewel het niet altijd meeviel om denbsp;eigenaars ertoe te bewegen stukjes uit hunnbsp;waardevolle collecties af te staan.

Maar de informatie uit de blaadjes van de vorige eeuw is onmisbaar. Van die tijd isnbsp;namelijk ook de hoeveelheid kooldioxide innbsp;de lucht exact bekend. Zo was een standaardnbsp;op te stellen waarmee onderzoekers vervolgens verder terug in de tijd konden. De oudste onderzochte fossiele plantenresten zijnnbsp;vierhonderd miljoen jaar oud. Ter vergelijking:nbsp;gletsjer- en poolijsonderzoek levert hooguitnbsp;honderdzestigduizend jaar oude gegevens op.nbsp;Van dat verre tijdperk is nu dus het kooldioxi-degehalte te schatten en klimatologen kunnennbsp;die gegevens gebruiken om hun klimaatmodellen te toetsen. Die klimaatmodellen dienen opnbsp;hun beurt om de gevolgen van het broeikaseffect in de toekomst te vóórspellen. Kerp waarschuwt er echter voor om niet al te klakkeloosnbsp;huidmondjes te tellen zonder na te denkennbsp;over de leefomgeving van een plant. Plantennbsp;zijn grillig. Zo zijn er bijvoorbeeld zon- ennbsp;schaduwbladeren die verschillende dichthedennbsp;van huidmondjes hebben, terwijl de hoeveelheid kooldioxide in de lucht toch hetzelfde is.nbsp;Alleen kenners kunnen verantwoord tellen.nbsp;quot;De relatie tussen het aantal huidmondjes ennbsp;de hoeveelheid kooldioxide is slechts eennbsp;basisprincipequot;, zegt Kerp. quot;Ik probeer eennbsp;compleet beeld van de ecologie uit die tijd tenbsp;krijgen. We kammen op dit moment eennbsp;kolenveld in centraal Frankrijk systematischnbsp;uit. Ik kijk daarbij niet alleen naar het aantalnbsp;huidmondjes, maar ook naar kenmerken alsnbsp;de beharing of de mate waarin de opening isnbsp;ingezonken in het bladoppervlak.quot;nbsp;Die kenmerken zeggen iets over de vochtigheid; dat is een factor die óók invloed heeftnbsp;op het aantal huidmondjes. Het is meestalnbsp;geen gemakkelijke speurtocht. Kerp: quot;Wenbsp;vonden een plant die in een natte omgevingnbsp;gestaan moet hebben, dat zagen we aannbsp;allerlei kenmerken. Toch wezen de vorm ennbsp;de verdeling van de huidmondjes op droogte.nbsp;Uiteindelijk bleek het een liaan te zijn dienbsp;vanwege zijn dunne stengel moeilijk waternbsp;uit de grond kan halen en er dus zuinig meenbsp;moet zijn. Toen vielen alle dingen gelukkignbsp;weer op hun plaats.quot; ( F.v.M.)

Prof. dr. Hans Kerp studeerde in Utrecht geologie van 1972 tot 1979. In 1986 promoveerde hij, ook in Utrecht. Sinds zes jaar isnbsp;hij als paleobotanicus verbonden aan denbsp;Universiteit van Munster.

Lucht



De derde aflevering in een reeks over de vier klassie elementen: aarde, water, vuur en lucht. Wat weten we J

XTXzars

lucht? Wat zeggen fossiele planten ons over de samenstelling?

Hoe zagen zeventiende-eeuwse landschapsschilders de Hollanjdse luchten? Zal ons land ooit volgebouwd worden met windmoiia:^^

Wordt astma wel of niet veroorzaakt door luchtvervui,nng?'^;.;^%i.jE;


van 06



En hoe zit het met ammoniak in de lucht?



Windenergie rendabeler

Door wind opgewekte elektriciteit is bijna twee keer zo duur als conventionele, doornbsp;kolencentrales geleverde stroom. De rentabiliteit van windturbines stijgt echter ieder jaarnbsp;met zo'n dertig procent, weet dr. Ernst vannbsp;Zuylen 'van Ecofys, een groot bureau voornbsp;energie- en milieuprojecten in Utrecht.

De mogelijkheden van wind als energiebron zag de mens ai vroeg in: in het Nijldal zijnnbsp;rotstekeningen gevonden van zeilschepen uitnbsp;3300 voor Christus. De eerste windmolensnbsp;verschijnen pas 4000 jaar later, in Perzië, ennbsp;vanaf de dertiende eeuw komen ze ook innbsp;onze contreien voor. Rond 1850 telt ons landnbsp;9000 windmolens. Daarna daalt hun aantalnbsp;snel. Windenergie wordt vervangen doornbsp;stoommachines en diesel- en elektromotoren.nbsp;Pas in de jaren zeventig, toen de discussienbsp;rond de noodzaak van schone en duurzamenbsp;energie oplaaide, kwam windenergie weer innbsp;de belangstelling. In het landschep verscheennbsp;een nieuwe generatie 'windmolens', die nietnbsp;uit hout of steen zijn opgetrokken maar uitnbsp;staal, geen wieken hebben maar rotorbladen,nbsp;en eigenlijk geen molens zijn maar windturbines.

Op dit ogenblik telt ons land 1110 werkende windturbines met een gezamenlijk vermogennbsp;van 310 megawatt. De grootste hebben eennbsp;vermogen van 1 megawatt (=1000 kilowatt),nbsp;de kleinste van 75 tot 80 kilowatt. Gezamenlijk produceren deze windturbines éénnbsp;procent van onze totale elektriciteitsbehoeftenbsp;en ruim drie procent van het huishoudelijknbsp;verbruik.

Van Zuylen analyseert data over de prestaties van windmolenparken in Nederland en is alsnbsp;adviseur betrokken bij het windenergiebeleidnbsp;in Nederland. quot;Als de trend van stijgendenbsp;rentabiliteit doorzet zitten we binnen 5 à 10nbsp;jaar op het kostprijsniveau van conventionelenbsp;stroom.quot; Dat wil echter niet zeggen dat dannbsp;heel Nederland op windenergie overgaat.nbsp;Daarvoor legt windenergie een te grote claimnbsp;op de beschikbare ruimte. Omwonendennbsp;klagen dat windturbines hun uitzicht bederven. Opmerkelijk is dat ook natuur- en milieugroeperingen zich tegen windturbines keren,nbsp;onder meer vanwege de vermeende vogelsterfte. quot;Maar dat speelt vooral op lokaalnbsp;niveauquot;, zegt van Zuylen. quot;Op nationaalnbsp;niveau werken we inmiddels goed samen metnbsp;de Stichting Natuur en Milieu, die daardoor innbsp;een zo vroeg mogelijk stadium bij de planningnbsp;van windmolenprojecten betrokken kannbsp;worden.quot; Volgens Van Zuylen heeft Nederlandnbsp;nog zeker ruimte voor vijf keer het huidigenbsp;ge'installeerde vermogen aan windenergie.nbsp;quot;Een gebied van 10 bij 10 kilometer is in feitenbsp;genoeg om die extra 1000 megawatt neer tenbsp;zetten.quot; Op de lange termijn biedt zonne-energie veruit de beste perspectieven. quot;Maarnbsp;zonne-energie is nu nog veel te duurquot;, weetnbsp;Van Zuylen: quot;Het zal zeker nog 25 tot 30 jaarnbsp;duren voordat we dat concurrerend kunnennbsp;produceren.quot; (KV)

Dr. Ernst van Zuylen is in 1983 afgestudeerd in de experimentele natuurkunde aan denbsp;Universiteit Utrecht. In 1988 promoveerde hijnbsp;aan dezelfde universiteit.


-ocr page 11-

december 1997

illuster

II

Hollandse luchten


De luchten in de Nederlandse schilderkunst van begin zeventiende eeuw waren verrassend natuurgetrouw. Luchten zijn door denbsp;eeuwen heen niet veranderd. Daardoor kunnen we heel goed nagaan of de schilderijennbsp;op dit punt realistisch zijn.

Dr. R.L. Falkenburg, adjunct-directeur van het Rijksbureau voor Kunsthistorischenbsp;Documentatie, vertelt dat schilders als Jannbsp;van Goyen uit Leiden en Pieter de Molijn uitnbsp;Haarlem veel faam hebben verworven metnbsp;hun realistische landschappen. quot;In eerderenbsp;perioden vertelden schilderijen een religieusnbsp;verhaal. Weersverschijnselen stonden symboolnbsp;voor iets anders. Een dreigende donkerenbsp;wolk duidde op het naderende laatste oordeel. Begin zeventiende eeuw verandert dit.nbsp;Het landschep zelf wordt onderwerp van denbsp;schilderkunst. Mensen en dieren wordennbsp;minder belangrijk. Het gaat veel meer om denbsp;sensatie van ruimte en atmosfeer. De horizonnbsp;zakt, waardoor de nadruk op de luchtpartijnbsp;komt te liggen. Soms neemt de lucht viernbsp;vijfde van het vlak in. Het platte Nederlandsenbsp;landschep leent zich hier goed voor.quot;nbsp;Deze zeventiende-eeuwse landschapsschildersnbsp;zijn ook in het buitenland beroemd met hunnbsp;'typisch Hollandse' wolken en vochtige atmosfeer. quot;Van Goyen is er heel goed in geslaagdnbsp;deze treffend weer te geven. Een van zijnnbsp;schilderijen - 'Panoramisch landschep metnbsp;molen' - laat een weids rivierenlandschap zien,nbsp;met wolken die door de wind voortgedrevennbsp;worden. Typisch 'half tot zwaar bewolkt'nbsp;zouden wij zeggen. En bij wintertaferelen zie jenbsp;van die herkenbare rozige en gele luchten.quot;nbsp;Mistig en druilerig weer bootste men na doornbsp;nat-op-nat technieken. Volgens Falkenburg kannbsp;het ook om economische redenen zijn dat dezenbsp;schilders hun verflagen niet liet drogen. Sommigen haalden een enorme productie. Van Goyennbsp;schilderde in anderhalve dag een schilderij,nbsp;in de Gouden Eeuw bloeide niet alleen denbsp;economie maar ook de kunst in de Republieknbsp;der Verenigde Nederlanden. Er waren schildersnbsp;die zich toelegden op zee- en riviergezichten,nbsp;duinlandschappen en vergezichten. Van hetnbsp;totale aantal schilderijen dat in die tijd geproduceerd werd - plusminus een miljoen exemplaren - schat Falkenburg het aantal landschappen op een kwart.

De bloeiende schildercultuur ontketende een ware wedkamp. quot;Men probeerde de natuur zonbsp;realistisch mogelijk na te bootsen. Je ziet datnbsp;de kunstenaars elkaar proberen te overtreffen.nbsp;Ze leggen zich toe op weersverschijnselen dienbsp;zeer moeilijk te schilderen zijn, zoals wind.


'Korenveld nabij de kust', een schilderij van Jacob van Ruisdael. Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam.


bliksem, onweer, een wolk die het land overdrijft of plotselinge weersveranderingen. Een schilderij van Jacob van Ruisdael, 'Korenveld nabij de kust' in Boijmans Van Beuningen,nbsp;is hier een goed voorbeeld van. Links op hetnbsp;schilderij is de lucht deels onbewolkt, rechtsnbsp;zie je een zware donkere lucht met regenstre-pen. Boeren rusten bij het korenveld uit vannbsp;hun werk. Vroeger werden dit soort schilderijen allegorisch of religieus geduid. Het zou opnbsp;de vergankelijkheid van al het aardse wijzen.nbsp;Mijn idee is echter dat er vooral een artistiekenbsp;wedkamp aan de gang was. Men probeerdenbsp;het onmogelijke te schilderen en zelfs denbsp;natuur te overtreffen. Dit schilderij zet de tijdnbsp;als het ware stil om een snel betrekkendenbsp;lucht weer te geven. Dat is dus veel realistischer dan veelal is aangenomen.quot; (AvV)

Dr. R.L, Falkenburg is adjunct-directeur van het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie (RKD). De RKD participeert in de Onderzoekschool Kunstgeschiedenis, waarvan denbsp;Universiteit Utrecht penvoerder is.


Smog veroorzaakt geen astma

Astma komt tegenwoordig steeds meer voor. Drijvend op hun intuïtie wijten mensen datnbsp;aan luchtvervuiling. In die theorie is een flinke barst gekomen.

quot;Artsen zien de link tussen luchtvervuiling en astma nu heel anders, mede door een goednbsp;onderzoek in 1994 van dr. Erika von Mutiusnbsp;van de Universiteit van Münchenquot;, zegt drs.nbsp;Hein Brackel, hoofd van de afdeling Kinder-longziekten van het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht.

De val van de Berlijnse muur creëerde een buitenkans voor longonderzoekers. De voormalige Oost- en West-Duitsers hadden een verwante erfelijke achtergrond maar leefdennbsp;in totaal andere omstandigheden. Een mooienbsp;onderzoekspopulatie dus. Oost-Duitse stedennbsp;waren berucht om hun zware industrie dienbsp;ongehinderd haar adembenemende dampennbsp;kon uitstoten. Leipzig en Halle stonden stijfnbsp;van de walm. Het West-Duitse München wasnbsp;daarmee vergeleken schoon en modern.nbsp;Mutius ging na in welke stad astma het meestnbsp;voorkwam en veronderstelde dat Leipzig ofnbsp;Halle als kampioen uit de bus zou komen. Neenbsp;dus. Hoewel de Oost-Duitsers meer last vannbsp;luchtweginfecties zoals bronchitis hadden lietnbsp;München, die schone stad aan de Alpenflanken, de andere twee achter zich als het omnbsp;astma of hooikoorts ging. Hoe kan dat?nbsp;quot;Het is niet zo dat we al weten waaromnbsp;iemand astma krijgtquot;, zegt Brackel, quot;maarnbsp;onze westerse levensstijl lijkt allerlei factorennbsp;te versterken die met name jonge kinderennbsp;gevoeliger maken voor allergische prikkels.nbsp;We hebben onze huizen geïsoleerd, en wenbsp;ventileren te weinig. Daardoor wordt de luchtnbsp;in huis vochtiger.quot; De voornaamste boosdoener, de huisstofmijt, komt dan in zijn element.nbsp;Hij vermenigvuldigt zich in de donkere, vochtige holletjes van onze matrassen en dekbedden. Ademen we de uitwerpselen van denbsp;naarling in dan worden we astmatisch.nbsp;Huidschilfers van onze honden en katten doennbsp;er nog een schepje bovenop.

quot;Een ander punt is dat we tegenwoordig kleinere gezinnen hebbenquot;, zegt Brackel.nbsp;quot;Baby's en peuters lopen daardoor later, ennbsp;mogelijk minder virale infecties op. De hypothese is dat door erfelijke aanleg, en eerdernbsp;en meer contact met prikkelende stoffennbsp;het afweerapparaat zich in allergische richtingnbsp;ontwikkelt. Kinderen krijgen dan eerdernbsp;astma.quot;

quot;Toch is het gevoel dat luchtvervuiling een rol bij astma speelt niet helemaal fout. Vervuilingnbsp;is weliswaar niet de oorzaak, maar kan er welnbsp;voor zorgen dat mensen die al astmatisch zijnnbsp;eerder benauwd worden.quot; (LL)


Ammoniakbeleid onvoldoende gebaseerd op kennis

Ammoniakgas, afkomstig uit onder meer dierlijke mest, kunstmest, zeeën en verbranding van biomassa, werkt zowel vetmestendnbsp;als verzurend. In West-Europa heeft Nederland de hoogste uitstoot, met dierlijke mestnbsp;als voornaamste bron. Inmiddels is veelnbsp;geld uitgegeven aan maatregelen, maar hetnbsp;resultaat is (nog) niet te zien. Er is beleidnbsp;gemaakt zonder voldoende kennis. Ditnbsp;betoogt Willem Asman, onderzoeker bij hetnbsp;National Environmental Research Institute innbsp;het Deense Roskilde.

In de lucht reageert ammoniakgas met zure gassen en deeltjes tot ammoniumhoudendenbsp;deeltjes. Via zogeheten droge depositie ofnbsp;(zure) regen worden gas en deeltjes uit denbsp;atmosfeer verwijderd. Ammoniumhoudendenbsp;deeltjes kunnen tot duizenden kilometersnbsp;ver weg getransporteerd worden voordat zenbsp;neerslaan als zure regen.

Hoewel er de afgelopen tien jaar veel meer bekend is geworden over het atmosferischnbsp;ammoniak, met name over de emissienbsp;(uitstoot) en de droge depositie, zijn ernbsp;nog steeds veel belangrijke aspecten onvoldoende bekend. De emissie hangt bijvoorbeeld ten dele van de meteorologischenbsp;omstandigheden af. Hiermee is in Nederlandnbsp;tot nu toe vrijwel geen rekening gehouden.nbsp;Als het hard waait blijkt de emissie groternbsp;te zijn en wordt ammoniak verder wegnbsp;getransporteerd. Daardoor zal er meernbsp;ammoniak geëxporteerd worden dan tot nunbsp;toe is aangenomen.

In Nederland zou de emissie volgens de officiële schattingen afgenomen moeten zijnnbsp;met circa veertig procent door maatregelennbsp;als het overdekken van mestopslag en hetnbsp;injecteren van mest in de bodem. Dit is echternbsp;nog niet te merken in de gemeten concentraties in de lucht, die voor ongeveer tachtignbsp;procent door Nederlandse bronnen wordennbsp;veroorzaakt. Er is dus veel geld uitgegevennbsp;aan maatregelen, maar het resultaat is nognbsp;niet te zien. Dit wordt wellicht ten dele veroorzaakt door natuurlijke variaties in de concentraties, doordat de meteorologischenbsp;omstandigheden van jaar tot jaar verschillen.nbsp;Het is echter aannemelijker dat het te makennbsp;heeft met processen die wij nog niet goednbsp;kennen. Misschien zijn er nog bronnen waarmee nu geen rekening wordt gehouden,nbsp;maar die relatief belangrijker worden aisnbsp;de emissie van de bekende bronnen afneemt.nbsp;Het kan ook zijn dat de reactie langzamernbsp;verloopt dan vroeger, doordat er door verminderde zwaveldioxide-emissies mindernbsp;zuur in de lucht zit waarmee ammoniak kannbsp;reageren.

Door: Willem A.H. Asman, wetenschappelijk medewerker aan het National Environmentalnbsp;Research Institute te Roskilde (Denemarken)nbsp;en het Max-Planck-Institut für Chemie tenbsp;Mainz (Duitsland). Hij is in 1973 aan denbsp;Universiteit Utrecht afgestudeerd in denbsp;analytische chemie en meteorologie. In 1987nbsp;promoveerde hij aan de Landbouwuniversiteitnbsp;Wageningen.


-ocr page 12-

12

illuster . december 1997

Studentenvereniging John Tomes loo jaar

opheffing tandheelkunde ‘zwarte bladzijde’

quot;Toen tandheelkunde in Utrecht werd opgeheven, was dat een enorme schok. We waren de oudste opleiding, haalden de beste resultaten en er was net een nieuw gebouw vannbsp;ruim honderd miljoen gulden neergezet.quot;nbsp;De tandheelkundige studentenverenigingnbsp;'John Tomes' bestaat honderd jaar. De drangnbsp;naar heroprichting van de faculteit lijkt ondernbsp;de oudgedienden onstuitbaar. Maar hoenbsp;realistisch is die wens? Tandarts Bob A. Mesman Schultz blikt terug op 'een zwarte periode' in de geschiedenis van de Universiteitnbsp;Utrecht.

MAARTEN EVENBLIJ

De 58-jarige Mesman Schultz studeerde van '56 tot '63 in Utrecht, was van '60 tot '61nbsp;penningmeester van 'John Tomes' en werdnbsp;begin jaren tachtig docent aan de subfaculteitnbsp;Tandheelkunde. quot;Toen ik studeerde was ernbsp;een groot tekort aan tandartsen. Elk jaarnbsp;begonnen er in Utrecht ongeveer 120 studenten. De enige andere opleiding was toen innbsp;Groningen.quot;

Maar de opleidingscapaciteit van de Nederlandse tandheelkunde leek wel een jojo. Toen in de jaren zestig duidelijk werd dat ernbsp;een tandartsentekort was, werden er drienbsp;nieuwe opleidingen uit de grond gestampt; innbsp;Nijmegen, en aan de Gemeentelijke Universiteit en de Vrije Universiteit in Amsterdam.

Lange tijd studeerden er jaarlijks zo'n 450 tandartsen af. Maar toen eind jaren '70 de eerste berichten over werkloosheid zich aandienden,nbsp;adviseerde de Nederlandse Maatschappij totnbsp;Bevordering der Tandheelkunde het aantalnbsp;terug te brengen naar 280. De Utrechtsenbsp;opleiding werd het grootste slachtoffer. Vanafnbsp;september 1985 mocht Utrecht geen eerstejaars meer aannemen. En de tandheelkundigenbsp;opleidingen van de twee Amsterdamse univer-siteiten moesten fuseren tot het ACTA. Tweenbsp;jaar later ging ook Groningen dicht en werdnbsp;de Nijmeegse opleiding 'slapend' met jaargroepen van slechts dertig studenten.


Nog geen vijf jaar daarna kwam men echter tot de conclusie dat er al te rigoreus in denbsp;opleidingen was gesneden en dat 120 afgestudeerde tandartsen per jaar wel erg weinignbsp;was: Nijmegen mocht weer groeien tot 60nbsp;eerstejaars en ACTA naar 120. Maar ook dienbsp;180 opleidingsplaatsen leken niette kunnennbsp;voldoen aan de toekomstige behoefte aannbsp;tandartsen. Dus ging in 1995 Groningen weernbsp;open voor dertig eerstejaars. Nu wil ministernbsp;Borst van Volksgezondheid, Welzijn en Sportnbsp;graag nog 30 extra opleidingsplaatsen innbsp;Groningen.

Koehandel

Maar waar blijft Utrecht in deze opgeleefde aandacht voor de tandheelkunde? In 1984nbsp;heeft het Utrechtse college van bestuur zelf denbsp;tandheelkundige opleiding - die al sinds 1877nbsp;bestond - laten vallen, is de mening van denbsp;meeste betrokkenen. De wonden lijken bij eennbsp;aantal van hen nog niet volledig geheeld tenbsp;zijn. Dat het college, gemangeld tussen denbsp;noodzaak van minder tandartsen en de opgelegde universitaire bezuinigingen, farmacienbsp;heeft behouden ten koste van tandheelkundenbsp;zien zij nog steeds als een pijnlijke koehandelnbsp;die weinig met argumenten, maar alles metnbsp;geld en politiek te maken had.

In 1994 was er de mogelijkheid Utrecht weer open te krijgen, maar de lobby voor Utrechtnbsp;ten koste van Groningen was wat suffig.nbsp;Mesman Schultz: quot;Ik heb de indruk dat niet denbsp;juiste argumenten aangevoerd zijn door denbsp;lobbyisten. De visie op de tandheelkunde wasnbsp;ook veranderd - minder technologisch ennbsp;meer sociaal. Terwijl Utrecht juist technischnbsp;altijd goed geweest is.quot;

Bovenbouwopleiding

Nu er, eind jaren negentig, opnieuw een opleidingstekort dreigt, is er een nieuwe kansnbsp;de Utrechtse tandheelkunde te doen herrijzen.nbsp;Prof. dr. C. de Putter maakt zich daar sterknbsp;voor. De Putter is hoogleraar bijzondere tandheelkunde, een discipline die aan de Utrechtsenbsp;medische faculteit is behouden. Hij pleit voornbsp;een driejarige bovenbouwopleiding op denbsp;studie medicijnen of medische biologie. Eennbsp;opleiding waarvan het praktijkgedeelte vooralnbsp;plaats heeft in tandartspraktijken in de regionbsp;in plaats van op de universiteit. Studentennbsp;(of hun werkgever) moeten zelf hun opleidingnbsp;- zo'n vijftigduizend gulden per jaar - betalen.nbsp;quot;Utrecht is uitermate geschikt voor zo'n opleiding. We hebben een ruim patiëntenaanbod,nbsp;er is al een goede opleiding tot mondhygiënistnbsp;en de kennis is aanwezig, onder meer bijnbsp;onze vakgroepquot;, verwoordt De Putter in sneltreinvaart z'n plannen.

Maar vijftigduizend gulden per jaar? De Putter: quot;In 1986 kostte het 450 duizend gulden om een praktijk over te nemen. Tandartsennbsp;zijn nog steeds bezig dat af te betalen. Nanbsp;2000 zullen de overnamekosten gering zijn.nbsp;Dus de totale investering om tandarts tenbsp;worden is gering in vergelijking met de jarennbsp;tachtig. Er is behoefte aan zo'n opleiding;nbsp;jaarlijks melden zich meer dan duizendnbsp;studenten aan voor slechts 210 opleidingsplaatsen. Ik wacht nu op een reactie van hetnbsp;college van bestuur.quot;

Die zal De Putter ongetwijfeld teleurstellend vinden. Collegevoorzitter drs. J.F.G. Veldhuis:nbsp;quot;Wat de infrastructuur betreft, zou het goednbsp;kunnen. Maar allereerst vragen we ons af watnbsp;zo'n opleiding betekent voor de huidigenbsp;numerus fixus in de gezondheidswetenschappen. We vragen ons ook af of zo'n particuliernbsp;gefinancierde opleiding wel strookt met hetnbsp;uitgangspunt dat studierichtingen voor iedereen gelijk toegankelijk moeten zijn, ongeachtnbsp;de financiële situatie. Bovendien vinden we datnbsp;de overheid primair verantwoordelijk is voornbsp;opleidingen in de gezondheidswetenschappen.nbsp;Dus wij zeggen dat we graag een tandheel-kunde-opleiding in Utrecht willen, maar dannbsp;onder de verantwoordelijkheid van de overheid en onder reguliere condities.quot;nbsp;En de decaan van de medische faculteit, die innbsp;de lustrumbundel van 'John Tomes' zulkenbsp;opbeurende woorden schreef over eerherstelnbsp;van de tandheelkunde in Utrecht? Prof. dr.nbsp;W.H. Gispen: quot;Wij steunen elk initiatief omnbsp;tandheelkunde in Utrecht terug te krijgen,nbsp;maar wat De Putter wil, is niet haalbaar.

Zo'n private financiering ligt politiek niet goed en er bestaat ook onduidelijkheid over denbsp;erkenning van het diploma. Maar als er mogelijkheden binnen het reguliere systeem zijn,nbsp;graag. De medische faculteit vindt tandheelkunde belangrijk, maar zij gaat er niet opnbsp;voorhand een miljoen gulden in steken. Alsnbsp;minister Borst zegt dat er meer tandartsennbsp;moeten worden opgeleid, dan moet ze daarnbsp;ook geld voor vrijmaken.quot;

Utrechts alumnus Mesman Schultz juicht de inspanningen voor een tandartsopleiding innbsp;z'n oude studiestad toe. quot;Maar ik kan me ooknbsp;voorstellen dat het ministerie voor een anderenbsp;locatie kiest. Geografisch gezien komen ooknbsp;Rotterdam en Maastricht in aanmerking. Maarnbsp;ik hoop natuurlijk dat het Utrecht wordt.quot;

John Tomes

Op 8 november 1897 werd de Tandheelkundige Studenten Vereniging 'John Tomes' opgericht. Tandheelkunde wasnbsp;toen geen universitaire studie en dusnbsp;mochten tandartsen in spe geen lidnbsp;worden van de gezelligheidsvereni-gingen. Dat zou pas in 1948 geschieden.nbsp;'John Tomes' is genoemd naar denbsp;negentiende-eeuwse Britse pionier innbsp;de tandheelkunde Sir John Tomes.nbsp;In 1985 werd, door het sluiten van denbsp;subfaculteit tandheelkunde, de studentenvereniging omgezet in de Tandheelkundige Reünisten Vereniging 'Johnnbsp;Tomes'. Ondanks de grote gezelligheidnbsp;en de jaarlijkse activiteiten voor de afgestudeerden is John Tomes er begin jarennbsp;tachtig niet in geslaagd haar oud-ledennbsp;te mobiliseren voor het behoud van denbsp;Utrechtse opleiding. Er was wel sympathie, maar hun echte belangenbehartiging was inmiddels overgenomen doornbsp;de Maatschappij tot de Bevordering dernbsp;Tandheelkunde. Die had besloten dat hetnbsp;aantal eerstejaars landelijk terug moestnbsp;van 450 naar 280, om werkloosheidnbsp;onder tandartsen te voorkomen. Op 14nbsp;november 1997, na precies honderd jaar,nbsp;is 'John Tomes' - wegens de onmogelijkheid van nieuwe aanwas - in rustenbsp;gegaan met een plechtige bijeenkomstnbsp;in de Janskerk en een bruisend eeuwfeest elders in de stad. De verenigingnbsp;blijft echter paraat ten aanzien van eennbsp;mogelijke heroprichting.


-ocr page 13-

december 1997 • illuster

13

Groep ^86: een veilige plek

Met de neus op de feiten

De Groep

Afgestudeerden zoeken elkaar op

Groep ’86:

V.l.n.r. op de foto Esther Daals (jo), sociologienbsp;Carla van de Bürgt (2^),nbsp;algemene sociale wetenschappennbsp;Nicolle van de Wiel fo),nbsp;psychologie en pedagogiek

Lenette van Buren (jo), psychologie Allen afgestudeerd in iQg2

Het begon tijdens een SWAK-feest en kreeg uiteindelijk een vrolijk vervolg in café Denbsp;Wolkenkrabber: de vier leden van Groep '86nbsp;hebben zich in de loop der jaren ontpopt alsnbsp;ware feestvierders. Maar eens per maandnbsp;gaat het er serieus aan toe. Tijdens eennbsp;etentje praten de sociaal-wetenschappersnbsp;uitvoerig over eikaars werk en carrière.nbsp;LEONIE VAN DEN SCHOOR

Een eetkamer in een nieuwbouwflat in Zuilen. Het rondje thee en koffie is net voorbij, gastvrouw Esther trekt de flesjes biernbsp;open. Carla, Lenette en Nicolle laten het vochtnbsp;schuimen in hun glazen. quot;Eigenlijk zou iedereen een groepje zoals het onze moetennbsp;hebbenquot;, vindt Lenette. quot;Social support ennbsp;feedback in je werk is zó belangrijk. Je werkgever doet er niets aan, dus je zult het welnbsp;zelf op móeten pakken.quot;

Al vijf jaar komen de vier leden van Groep '86 maandelijks bij elkaar om te praten overnbsp;praktische zaken die ze in hun werk tegenkomen. Lenette: quot;Hoe ga ik om met eennbsp;functioneringsgesprek, hoe zorg ik dat ik nietnbsp;overwerkt raak, neem ik een schoonmaaksternbsp;voorthuis? Dat soort dingen.quot; Ook lezen zenbsp;eikaars sollicitatiebrieven en leren ze grenzennbsp;stellen. quot;We zijn van een generatie die maarnbsp;alles doet en dóórgaat in het werk. Soms geefnbsp;je te veel van jezelf en moet je elkaar eennbsp;beetje afremmen.quot;

Alle vier begonnen ze in 1986 met studeren. Ze kwamen elkaar wel eens tegen op denbsp;SWAK-feesten, maar ze leerden elkaar pasnbsp;een half jaar na het afstuderen echt kennen.nbsp;Lenette: quot;In de afstudeerperiode ben jenbsp;zo solistisch bezig, je ziet nauwelijks medestudenten.quot; Nicolle: quot;Na het afstuderen val jenbsp;in een zwart gat. Wat wil ik, wat doe ik? Hoenbsp;kom ik aan werk? Hoe ga ik aan de slag?nbsp;Je wordt in het diepe gegooid en zwemt innbsp;principe helemaal alleen.quot; Lenette: quot;Eigenlijknbsp;zou er een afstudeervak 'oriëntatie op denbsp;arbeidsmarkt' moeten zijn waar je vier studiepunten voor krijgt. Net zoals je in het eerste


jaar studiegroepjes vormt, kun je in het laatste jaar werken met eindgroepjes om je voor tenbsp;bereiden op de arbeidsmarkt.quot;

Lease-auto

Tijdens een SWAK-feest besloot het viertal samen op zoek te gaan naar betaald onderzoek. De eerste bijeenkomst vond plaats innbsp;café De Vriendschap. quot;We pakten het heelnbsp;serieus aan, keurig met een blocnote opnbsp;schootquot;, grinnikt Nicolle. Ze smeedden voortvarende plannen quot;met een eigen pand ennbsp;lease-autoquot;. Al gauw werden ze, via eennbsp;tip van een vriendin, ingeschakeld bij eennbsp;onderzoek voor het ministerie van Justitie.nbsp;Esther: quot;Kinderen van gedetineerde oudersnbsp;werden gekoppeld aan mentoren, als vervanging van de thuisbasis. Wij zochtennbsp;uit hoe de kinderen daarop reageerden.nbsp;Eigenlijk wisten we helemaal niet of we welnbsp;met elkaar konden samenwerken, maar hetnbsp;ging perfect. Door onze verschillende achtergronden konden we elkaar inhoudelijk primanbsp;aanvullen.quot;

Het initiatief van de groep werkte mee in de sollicitatiegesprekken. Binnen een jaar haddennbsp;ze allemaal een betaalde baan, het onderzoeknbsp;deden ze er in de avonduren bij. Toen de klusnbsp;na anderhalf jaar klaar was, dreigde hetnbsp;samenwerkingsverband in elkaar te storten.nbsp;Het viertal zocht naar een nieuwe invullingnbsp;voor de groep. Nicolle: quot;Dat zoeken heeftnbsp;ongeveer een jaar geduurd. Toen hebben wenbsp;ons commitment uitgesproken: we kozen ernbsp;heel bewust voor om contact te blijven houden en elkaar te steunen in ons werk. Eennbsp;soort intervisiegroep, zeg maar. Toen werd hetnbsp;opeens heel helder hoe we verder moesten.quot;

Sociaal rondje

De agenda van een avondje Groep '86 ziet er eenvoudig uit: eten, een sociaal rondje waarinnbsp;ieders privé-leven aan bod komt en een uitgebreid rondje over het werk. Iedereen krijgtnbsp;bij toerbeurt alle aandacht. Esther: quot;Het werktnbsp;heel goed, iedereen houdt in de gaten of denbsp;verdeling wel gelijk is.quot; Belangrijke beslissingen in eikaars loopbaan worden uitvoerignbsp;besproken. Nicolle heeft bijvoorbeeld veelnbsp;steun van de groep gehad toen ze twijfelde ofnbsp;ze haar baan bij een kinderdagverblijf welnbsp;moest aanhouden. quot;De anderen herkendennbsp;het: werken om het werk en geen tijd hebbennbsp;om te solliciteren. Ze zeiden; 'joh, je moetnbsp;gewoon stoppen'. Ik heb die baan opgezegdnbsp;en drie maanden later kon ik aan de slag bijnbsp;het AZU. Ik doe nu promotie-onderzoek in denbsp;kinderpsychologie.quot;

Carla kon een baan krijgen bij een psychiatrisch ziekenhuis. Ze twijfelde heel erg, omdat ze net met een erg leuke vrijwilligersbaan wasnbsp;begonnen. Ze koos voor het onbetaalde werk.nbsp;Dat mondde uiteindelijk uit in een betaaldenbsp;baan als coördinator bij het landelijk informatiepunt voor patiënten. Carla: quot;Je moetnbsp;je afvragen: waar leg ik mijn prioriteiten?

De feedback uit zo'n groep is dan heel belangrijk. Ze drukken je met de neus op de feiten.quot; Lenette werkte een tijdje als studieadviseur,nbsp;maar koesterde een stille wens: een leidinggevende functie bij de politie. De groepnbsp;stimuleerde haar die droom te realiseren.nbsp;Inmiddels heeft ze er een jaar bij de politieacademie in Apeldoorn opzitten. Esther raaktenbsp;na vijf jaar uitgekeken op het opbouwwerk innbsp;Zuilen. Met steun van de groep stapte ze overnbsp;naar de GGamp;GD, waar ze nu een project overnbsp;psycho-sociale gezondheid opzet.

Carnavalsfreaks

Natuurlijk kun je ook met collega's over jé werk praten, geven de vier toe. quot;Maar onzenbsp;groep is een veiliger plekquot;, legt Esther uit.nbsp;quot;Bovendien kan het heel verfrissend zijn.nbsp;Iedereen reageert vanuit een andere invalshoek en heeft weer een andere kijk op denbsp;zaak.quot; Nicolle: quot;Er zit een zakelijk aspect aannbsp;onze bijeenkomsten, terwijl we toch bij elkaarnbsp;betrokken zijn.quot; Carla: quot;Bij vriendschap ligtnbsp;dat anders. Vrienden proberen meer metnbsp;elkaar op één lijn te komen, terwijl wij elkaarnbsp;juist aanvullen. We hebben allemaal onzenbsp;eigen inbreng.quot;

Lenette: quot;Het is verbazend hoe serieus het kan zijn, terwijl we toch ook zoveel gein metnbsp;elkaar kunnen hebben. We komen allemaalnbsp;uit Eindhoven, zijn echte carnavalsfreaks ennbsp;houden van Nederlandstalige muziek. Eens innbsp;de twee maanden zoeken we die sfeer op innbsp;de kroeg, een hele zondagmiddag feesten innbsp;De Wolkenkrabber. Op maandag hebben wenbsp;bijna geen stem meer over.quot;


-ocr page 14-

14

illuster ¦ december 1997

illus ter zake

Berichten voor Illusterzake kunt u vóór 28 januari iggS sturen naar de redactie. Adres zie colofon, pagina 18.

Algemeen

Utrechtsch Studenten

Concert

  • ? nbsp;nbsp;De studenten die in 1823 hetnbsp;initiatief namen om het Utrechtschnbsp;Studenten Concert op te richten,nbsp;konden niet vermoeden dat ditnbsp;gezelschap zijn 35ste lustrum nognbsp;eens zou meemaken. In 1998 bestaatnbsp;het Utrechtsch Studenten Concertnbsp;175 jaar. Gedurende deze tijd heeftnbsp;het USConcert zich ontwikkeld vannbsp;een concerten organiserend tot eennbsp;zelfmusicerend gezelschap. Hetnbsp;heeft dan ook een rijke historie metnbsp;veie hoogtepunten. Al in de vorigenbsp;eeuw trad het USConcert opnbsp;met beroemde solisten als Claranbsp;Schumann, Joseph Joachim, Henrynbsp;Vieuxtemps en Camille Saint-Saëns.nbsp;Aan het USConcert zijn ook diversenbsp;composities opgedragen, waarondernbsp;de Kuhnau-variaties van Hendriknbsp;Andriessen en kort geleden de Drienbsp;dansen voor orkest van Roel vannbsp;Oosten.

Het Utrechtsch Studenten Concert was tot begin jaren tachtig een sub-gezelschap van het Utrechtsch Studenten Corps. In 1982 werden denbsp;officiële banden met het Utrechtschnbsp;Studenten Corps verbroken, waardoor het USConcert een zelfstandigenbsp;vereniging werd. Het ledental groeide daarna sterk en ook het niveaunbsp;van het orkest werd met de jarennbsp;hoger.

De voorbereidingen voor de viering van het 35ste lustrum zijnnbsp;inmiddels in volle gang. Het Lus-trumjaar zal op 4 januari (aanvangnbsp;15.00 uur) geopend worden met eennbsp;sfeervol Nieuwjaarsconcert in denbsp;Domkerk, met aansluitend een officiële openingsborrel in het Academiegebouw. Onder leiding van Basnbsp;Pollard brengt het USConcert eennbsp;programma, bestaande uit traditionele nieuwjaarswerken, zoals o.a.nbsp;Kaiser-Walzer van Strauss. Ook staannbsp;delen van Bizets opera Carmen opnbsp;het programma, evenals de Blumenwalzer en delen uit de Notenkrakers-suite van Tsjaikovski, Le carnavalnbsp;Romain van Berlioz, Le Nozze dinbsp;Figaro van Mozart en Donner amp; Blitznbsp;van Strauss. Dit nieuwjaarsconcert isnbsp;een gezellige en sfeeryolle start vannbsp;1998! De toegang bedraagt f 17,50/nbsp;f 12,50 (CJP, Stud.krt., pas-65).

  • ? nbsp;nbsp;De borrel is tevens het ope-ningssein voor een tentoonstellingnbsp;over 175 jaar Utrechtsch Studentennbsp;Concert, waarbij in de gangen vannbsp;Cultureel Centrum ParnassOs ondernbsp;andere fotomateriaal, recensies ennbsp;organisatoren hebben ruimschootsnbsp;ervaring met het opzetten van ope-raprojecten op locatie: zij waren innbsp;1990 en 1992 nauw betrokken bij denbsp;producties van Suor Angelica ennbsp;Tosca. Deze opera's spelen zich af innbsp;een kerk, als theater/decor koos hetnbsp;USConcert toen de Janskerk.

    concertaankondigingen die de tand des tijds overleefden voor het voetlicht zullen treden. Een bijzondernbsp;deel van deze tentoonstelling zalnbsp;worden gewijd aan Het Haas. Hetnbsp;Edel Dier kreeg Hets functie alsnbsp;Beschermheer van het USConcert 65nbsp;jaar geleden en deze Edele Leeftijdnbsp;is reden om Hets, hoewel in nevelennbsp;gehulde. Historie te reconstrueren.

    Bij de viering van zo'n unieke verjaardag worden natuurlijk denbsp;oud-leden niet vergeten. Alle nog tenbsp;traceren reünisten zijn uitgenodigdnbsp;voor deelname aan het reünistenorkest. Dit orkest zal, naast tweenbsp;repetitiedagen in maart, op de Lus-trumdag op 4 april 1998 een concertnbsp;geven. De eerste aanmeldingen zijnnbsp;inmiddels binnen. Reünisten dienbsp;geïnteresseerd zijn in deelnamenbsp;maar geen uitnodiging ontvingennbsp;zijn niet met opzet vergeten: in hetnbsp;snelle studentenwereldje is hetnbsp;natuurlijk niet vreemd dat adressennbsp;soms verloren gaan. U wordt daaromnbsp;vriendelijk verzocht contact op tenbsp;nemen met de lustrumcommissie vannbsp;het USConcert. Behalve het concertnbsp;van de reünisten zullen er op denbsp;lustrumdag allerlei activiteiten voornbsp;de oud-leden en leden georganiseerd worden. De dag wordt afgesloten met een spetterend gala opnbsp;een nog geheime locatie. Voorafnbsp;worden danslessen georganiseerdnbsp;voor de deelnemers. Kortom: er isnbsp;ruim voldoende gelegenheid omnbsp;weer eens met uw oud-orkestgeno-ten bij te praten.

    Begin maart is het orkest al begonnen met de repetities voornbsp;het klapstuk van dit lustrumjaar: hetnbsp;uitvoeren van de opera Pagliacci vannbsp;de Italiaanse componist Ruggieronbsp;Leoncavallo. Het bijzondere van ditnbsp;project is, dat de opera op locatie zalnbsp;worden uitgevoerd. Het verhaalnbsp;speelt zich af rond een klein reizendnbsp;circusgezelschap en dus zal hetnbsp;USConcert zich voor deze gelegenheid verschansen in een circustent!nbsp;Deze tent wordt opgezet in hetnbsp;Wilhelminapark en zal niet alleennbsp;fungeren als theater, maar ook alsnbsp;onderdeel van het decor. In juninbsp;zullen in Utrecht zes voorstellingennbsp;worden gegeven, die het karakternbsp;krijgen van een 'echt' circusspekta-kel. Aansluitend vertrekt de 'troupe'nbsp;voor een buitenlandse tournee vannbsp;een maand. De organisatie van ditnbsp;huzarenstukje ligt in handen vannbsp;een speciaal daartoe in het levennbsp;geroepen stichting 'Pagliacci'. De

'Vermiste' oud-leden Utrechtsch Studentennbsp;Concert

Het use is op zoek naar de volgende oud-leden: Saskia Baan (hobo);nbsp;F.A.W. Bannier; A. van Beek; Jhr.

mr. C.R. Bloys van Treslong; Jeanette de Boer (viool); D.M. Boland (viool);nbsp;Marie-Louise Bot (viool); Mevr. E. ternbsp;Braak (fluit); B. Braam (viool); P.H.nbsp;Suiting (viool); Mw. L.A. Burger;nbsp;Corneel Canters (slagwerk); Marleennbsp;Cremers (klarinet); prof. P.H. Damsténbsp;(cello); Mr. J.J. Degenaar (viool);nbsp;P.M. van Dijk (hoorn); Lydianbsp;Dijkshoorn (hoorn); A.J.L. Docternbsp;(trompet/hoorn); Joke van Doornennbsp;(harp); J. Dronkers (viool); M.M.D.nbsp;van Eeghen (hoorn); W.P. Fergusonnbsp;(viool); Tamara Goei (viool); A. vannbsp;der Gronde (viool); Mr. H.W.A.nbsp;Haeck; Nico Haenen (hobo); Mw. C.nbsp;Haitjema (viool); Babette Hamburgernbsp;(viool); Mw. M. Harmsen-van 't Hagnbsp;(hobo); F. Hartsuiker (clarifoon);

Drs. J.H. Hekking (cello); K. van Herk; Iris Hes (viool); F.J. Hesseling (viool);nbsp;C.F.W. Hillen (viool/altviool); Mariekenbsp;Holwerda (viool); R. van Hoornnbsp;(hoorn); R. van Houdt (fagot); B.H.nbsp;Huisman (viool); Mw. E. Hulsebosch-Heering (viool); Jhr. mr. J.L.R.A. Huy-decoper (fagot); N. Jenster (slagwerk); Mr. J. Jolles; Mw. E. Jongmannbsp;(cello); Mw. T. van de Ketterijnbsp;(fagot); M. Klomp (viool); F. Koersel-man (viool); R. Koldenhof (trombone); Mw. M. de Kraker-Sangsternbsp;(viool); A.A. van Leeuwen; Ds. P.P.nbsp;Lelyveld; Mw. S. Lelyveld-vannbsp;Lanschot (viool); Mw. S. Lulofs;nbsp;A.D.A. Monna (hobo); A. van Morsel;nbsp;Elsbeth Nagtegaal (viool); Ewout vannbsp;Noort (viool); E. van Ooyen (klarinet); F. Pameyer; Philip Peetersnbsp;(trompet); Doortje van der Poelnbsp;(fluit); Mw. P. Pouw-Legênenbsp;(viool/altviool); Renke Prins (cello);nbsp;René Ravelli (contrabas); Mw. G.nbsp;Roos-Schalij; Geerten Rooze (trompet); Justus Rozemond (viool);

Dr. H.G. Scholten; W.G.J. Silveren-tand (hobo); N.G. Simoncelli (slagwerk); Mw. M. Soeters (viool); Mw. C. van Staalen (cello); Paulien Ter-louw; Jop Veerman (cello); Mw. C.nbsp;van de Ven; Monique Verhoevennbsp;(viool); Drs. R.J.I. Vermeer; C.H.W.nbsp;Waardenburg (viool); Ingmar


Wassenaar (klarinet); Mw. E.D.H. Weeda (viool); Drs. G. van der Werfnbsp;(viool); Reinout Woltjer (klarinet).nbsp;Reacties kunnen gestuurd wordennbsp;naar USConcert, Postbus 760,nbsp;3500 AT Utrecht.

Utrechtse Muziekacademie Kamerorkest de Utrechtse Muziekacademie (UMA) geeft op zaterdagnbsp;31 januari 1998 een bijzonder concert in de Silokerk te Utrecht.nbsp;Marco Bons dirigeert. Het UMAnbsp;heeft geprobeerd een interessant ennbsp;afwisselend programma samen tenbsp;stellen. Daarvoor is de getalenteerdenbsp;hoboïst Bram Kreeftmeijer aangetrokken die soleert in het hobocon-cert van B. Martinu. Daarnaastnbsp;worden bijzondere, nooit eerder uitgevoerde schetsen van de tiendenbsp;Symfonie van Mahler in de bewerking van Gijs van Dijk gespeeld.nbsp;Verder staat de eerste Ouverture uitnbsp;Leonore van Beethoven op hetnbsp;programma, alsmede Symfonienbsp;nr. 104 - ook wel de Londensenbsp;genoemd - van J. Haydn. Het concertnbsp;van het UMA vindt plaats in denbsp;Silokerk, Herenstraat 36 en begintnbsp;om 20.15 uur. De toegangsprijsnbsp;bedraagt f 15,-/f 10,- (CJP/college-kaart/U-pas/Pas 65).

Het kamerorkest de Utrechtse Muziekacademie is in 1994 opgerichtnbsp;door oud-studenten die na hunnbsp;studententijd op hoog niveau wildennbsp;blijven musiceren. Sinds de oprichting heeft het orkest al diversenbsp;succesvolle concerten gegeven,nbsp;waarbij uiteenlopende klassieke ennbsp;twintigste-eeuwse werken op hetnbsp;programma stonden. Behalve innbsp;Utrecht wordt het concert ook innbsp;Amersfoort gegeven en wel op 24nbsp;januari 1998 (20.15 uur). Daar vindtnbsp;het concert plaats in de Johannes-kerk aan de Westsingel 30.

USKO

Al meer dan vijftig jaar beleven vele Utrechtse Studenten onvergetelijkenbsp;muzikale momenten bij het Utrechtsnbsp;Studenten Koor en Orkest. Hetnbsp;bestuur van het USKO wil de bandennbsp;met haar oud-leden versterken middels een nieuwsbrief die eenmaalnbsp;per jaar zal verschijnen. Hierin worden de recente ontwikkelingen binnen het ÙSKO besproken, en metnbsp;name de activiteiten die op oud-leden gericht zijn. Om het oud-ledenbestand te actualiseren, wordtnbsp;alle oud-Uskieten verzocht hunnbsp;huidige adres, en het adres vannbsp;hen bekende oud-Uskieten, aannbsp;onderstaand adres door te geven.nbsp;Op deze manier kunt u zeker zijnnbsp;van ontvangst van deze interessantenbsp;informatie.

Voor het (gratis) ontvangen van de nieuwsbrief entof meer informatie:nbsp;USKO, Kruisstraat 201, 3581 GKnbsp;Utrecht, (030) 2538785.

De Salon Utrecht

In oktober 1997 is alweer het zevende seizoen van De Salon Utrecht van start gegaan. Elke derde zondag vannbsp;de maand, van oktober tot en metnbsp;april, organiseert de Salon eennbsp;publiek debat. Deze debatten vinden plaats in het Polmans's Huisnbsp;(hoek Keistraat/Jansdam) in Utrecht.nbsp;Het debat begint om 14.30 uur, denbsp;zaal is open vanaf 14.00 uur.nbsp;Reserveren wordt aanbevolen.nbsp;De onderwerpen in het voorjaarnbsp;1998 zijn: 'Kicks for living' (18 januari 1998), 'De maakbaarheid vannbsp;geluk' (15 februari), 'De jeugd vannbsp;tegenwoordig' (15 maart) en 'Hetnbsp;juk van de vrije tijd' (19 april).

Aan de hand van drie pittige stellingen komen de thema's aan bod.

Vier panelgasten brengen doorgaans de discussie op gang, waarna hetnbsp;publiek alle ruimte krijgt om mee tenbsp;debatteren. Dit alles onder leidingnbsp;van één van de presentatoren: Paulnbsp;Schnabel, hoogleraar geestelijkenbsp;gezondheidszorg en Marcel Hulspas,nbsp;redacteur van Intermediair ennbsp;hoofdredacteur van Scepter. André


-ocr page 15-

illusterzake

december 1997 • illuster

15

Klukhuhn, hoofd van het Bureau Studium Generale van de Universi-teit Utrecht, leidt het debat in metnbsp;een gesproken column. Vooraf en innbsp;de pauze is er een muzikaal intermezzo.

Voor meer informatie en reserveringen: De Salon Utrecht, Postbus 80125, 3508 TC Utrecht, (030)nbsp;2535489, e-mail: salon@bur.ruu.nl.

STUDIUM GENERAIÆ


Wetenschap in de toekomst

studium Generale

In het voorjaar '98 organiseert Studium Generale weer een aantal lezingenseries:

Op de dinsdagavonden 10, 17, 24 en 31 maart en 7 april vindt in hetnbsp;kader van 75 jaar vereniging Oudnbsp;Utrecht de serie 'Utrecht en hetnbsp;water' plaats. Op de maandagavonden 26 januari, 30 maart en 25 mei isnbsp;het vervolg van de serie 'Wetenschap in de toekomst'.

Op de woensdagavonden 18, 25 maart, 1, 8, 15, 22, 29 april en 6 meinbsp;is er de serie 'De maakbare student'.nbsp;Deze serie is tot stand gekomen innbsp;samenwerking met de faculteitnbsp;Sociale Wetenschappen en de facul-teitsvereniging sociale wetenschappen Alcmaeon en beschikt over eennbsp;eigen thuispagina op internetnbsp;(http:www.fsw.ruu.nl/wetfil). Aannbsp;de orde komen vragen als: hoenbsp;'maakbaar' is een student/afgestu-deerd wetenschapper en wat voornbsp;student/wetenschapper moet er dannbsp;'gemaakt' worden in de ogen van denbsp;politicus, het bedrijfsleven, de uni-versiteit, de belastingbetalendenbsp;burger, de literaire intellectueel.nbsp;Informatie Studium Generale (030)nbsp;2532436, http://vvww.ruu.nl/UU_nbsp;algemeen/studium_generale.

Hoger Onderwijs voor Ouderen (HOVO)

Eind januari/begin februari start het voorjaarsprogramma van HOVOnbsp;Utrecht: een samenwerkingsverbandnbsp;van vier instellingen van hogernbsp;onderwijs in de regio Utrecht. Denbsp;HOVO-cursussen worden speciaalnbsp;voor de leeftijdscategorie van 50 nbsp;gegeven.

Cursussen beslaan als regel een periode van 6 tot 12 weken, eennbsp;middag per week. De cursusprijs isnbsp;afhankelijk van het aantal bijeen-komsen en bedraagt 180 tot 240nbsp;gulden.

De Universiteit Utrecht verzorgt in het voorjaar van '98 de volgendenbsp;HOVO-cursussen:

Gesproken, geschreven en gedrukte teksten in Oudheid ennbsp;Middeleeuwen, docent mw.nbsp;prof. dr. H.W.A.M. Sancisi-Weerdenburg e.a.

Geschiedenis van het dagelijks leven II, dr. G.M.T. Trienekensnbsp;Wetenschap van denbsp;Wetenschap, prof. dr. H.A.nbsp;Becker e.a.

Algemene en bijzondere gezinsrelaties, prof. dr. R.A.C.nbsp;Hoksbergen e.a.

Een studiegids met informatie over bovenstaande cursussen en anderenbsp;cursussen van de Stichting HOVOnbsp;Utrecht is verkrijgbaar bij het secretariaat van HOVO, Postbus 80125,nbsp;3508 TC Utrecht, telefoon ma t/m vrnbsp;9.00-17.00 uur (030) 2533483.

Symposium 'Wetenschap vroeger en nu'

De wetenschappelijke kennis groeit hard, in de ene discipline harder dannbsp;in de andere. Men zou verwachten,nbsp;dat dit de wetenschap minder overzichtelijk maakt. In vele disciplinesnbsp;is de praktijk gelukkig anders. Innbsp;deze disciplines zien wetenschappersnbsp;kans hun functioneren en de uitkomsten van hun inspanningen juistnbsp;meer overzichtelijk te maken. Dezenbsp;paradoxale ontwikkeling danken wijnbsp;aan een nieuw wetenschappelijknbsp;specialisme: de 'science of science'.nbsp;Dit is een samenwerkingsverbandnbsp;van wetenschapsgeschiedenis,nbsp;wetenschapsfilosofie, wetenschapssociologie en nog enkele andere specialismen.

In de wetenschap van de wetenschap worden methoden ontworpen en beproefd om de kwaliteit van hetnbsp;werk van wetenschappelijke disciplines te meten en overzichteiijk weernbsp;te geven. Heel wat disciplines zorgennbsp;reeds voor periodieke overzichtennbsp;van hun doen en laten, onder andere door een 'state of the art' op tenbsp;maken en bij te houden. Daarnaastnbsp;zijn individuele wetenschappers ennbsp;wetenschappelijke instituten meernbsp;aandacht gaan besteden aan hetnbsp;ook aan niet-specialisten duidelijknbsp;maken van wat zij doen en wat denbsp;resultaten van hun werk zijn. Ook isnbsp;een vooruitgang dat bij documenta-ties de kaartenbak door elektronische databestanden is vervangen,nbsp;die meer en meer op cd-rom zijnnbsp;opgeslagen. Niet-specialisten verschaft de wetenschap van de wetenschap op overzichtelijke wijze eennbsp;indruk van nieuwe ontwikkelingennbsp;in de wetenschappelijke kennis.nbsp;De tendens tot grotere overzichtelijkheid en enkele nieuwe ontwikkelingen in de wetenschappelijke kennis komen aan de orde in hetnbsp;symposium 'Wetenschap vroeger ennbsp;nu', dat op 19 januari 1998 innbsp;Utrecht wordt gehouden. Sprekersnbsp;zullen zijn prof. dr. H.A. Becker (Universiteit Utrecht), prof. dr. A.F.J. vannbsp;Raan (Rijksuniversiteit Leiden) ennbsp;mw. prof. dr. H.W.A.M. Sancisi-Weer-denburg (Universiteit Utrecht). Hetnbsp;symposium is bedoeld voor 50-plus-sers, die belangstelling hebben voornbsp;'hoger onderwijs voor ouderen'.


Kennismakingskorting

Bij inlevering van deze bon in

de Universiteitswinkel Solaris:

  • ? nbsp;2 flessen Vinum Solare (rood en wit) samen voor f 21,50

  • ? nbsp;2 flessen wijn (Côtes du Rhône en Muscadet)

samen voor f 37,00 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/

  • ? nbsp;2 flessen Vinum Solare (wit en j'^od) 2 flessen wijnnbsp;(Côtes du Rhône en Muscade^ samen voor f 50,00



Het symposium wordt georganiseerd door de Universiteit Utrecht, innbsp;samenwerking met 'Vrienden vannbsp;HOVO Utrecht'. Het symposiumnbsp;wordt op 19 januari 1998 van 9.30nbsp;tot 12.45 uur gehouden in de Jacobi-kerk te Utrecht. Kosten f 25,- per persoon. Lunch f 12,50 per persoon. Vannbsp;13.30 tot 17.30 uur houden de 'Vrienden van HOVO Utrecht' in de Jacobi-kerk hun Nieuwjaarsbijeenkomst.nbsp;Programma voor symposium: Barbaranbsp;de Lange, Universiteit Utrecht,nbsp;vakgroep Sociologie, Postbus 80140,nbsp;3508 TC Utrecht. Telefoon maandag,nbsp;woensdag en donderdag 9.00-11.00nbsp;uur: (030) 2534748.

Programma voor Nieuwjaarsbijeenkomst: Stichting Vrienden van HOVO Utrecht, Hester Wolhoff, Postbus 103,nbsp;3970 AC Driebergen. Telefoon ennbsp;fax: (0343) 512575.

Solaris

In de vorige Illuster heeft u al kunnen lezen over de Universiteitswin-kel. De winkel is op 9 september officieel geopend door de heer Veldhuis, voorzitter van het college vannbsp;bestuur van de Universiteit Utrecht,nbsp;middels het onthullen van de nieuwe naam voor de winkel: Solaris. Ditnbsp;is Latijn voor 'van de zon' en heeftnbsp;dus alles te maken met de Sol Justi-tiae uit de huisstijl van de universiteit. De winkel heeft inmiddels haarnbsp;collectie fors uitgebreid en zal ooknbsp;de komende maanden nieuwe artikelen met het logo van de Universiteit Utrecht blijven toevoegen aannbsp;het assortiment. Nieuwe artikelennbsp;zijn onder andere: rugbyshirts, collegejacks, wijn, een mok, calculator,nbsp;visitekaarthouder en een golfpara-plu. Loop eens binnen bij Solaris ofnbsp;bel voor een prijslijst. De artikelennbsp;zijn voor llluster-lezers natuurlijknbsp;ook te bestellen. Tevens staan wijnbsp;open voor suggesties met betrekkingnbsp;tot nieuwe artikelen.

Naast onze eigen huiswijn Vinum Solare (a.c. Côtes du Roussillon ennbsp;a.c. Bordeaux Blanc) bieden we u ooknbsp;speciale wijnen voor de kerst:nbsp;Côtes du Rhone St. Gayan 1995 a.c.nbsp;Côtes du Rhône. Een typische Côtesnbsp;du Rhône uit het zuiden van de onsnbsp;zo bekende Rhône-streek. De familienbsp;Roger Mèffre produceert van denbsp;beroemde Grenache druif in denbsp;Gigondas, een vele malen onderscheiden Côtes du Rhône Domainenbsp;St. Gayan. Een uitstekende volle, fruitige, zon doorstoofde Rhône-wijn.nbsp;Muscadet Les Ferronnieres 1994/nbsp;1996 a.c. Muscadet de Sèvre et Mai-nés, Tiré sur Lie. 'Tiré sur Lie' is eennbsp;kwaliteitsbegrip dat slaat op eennbsp;methode van muscadet maken. Denbsp;wijn rijpt na de gisting 5 à 7 maanden op Sur Lie (bezinksel). Het geeftnbsp;een verfijnde, fruitige wijn. Ferron-nières behoort tot de absolute topnbsp;kwaliteitswijnen in het district Sèvrenbsp;et Maines.

Solaris Universiteitswinkel b.v.. Drift 13, 3512 BR Utrecht, (030)nbsp;2536053/45, fax (030) 2536010.nbsp;Openingstijden: maandag-vrijdagnbsp;13.00-17.00 uur.

Ufonds

Dinsdag 21 oktober vond de jaarlijkse ledenvergadering van hetnbsp;Utrechts Universiteitsfonds plaats. Ernbsp;hadden zich zo'n honderd leden aangemeld, die met elkaar in de Botanische Tuinen discussieerden over denbsp;plannen die het bestuur aan hen hadnbsp;voorgelegd. Kern vormde de uitnodiging van het college van bestuur aannbsp;de VUUF om uit te groeien tot uni-versiteitsbrede alumnivereniging dienbsp;in gezamenlijk overleg met de universiteit het alumnibeleid formuleertnbsp;en zorgt voor de aansturing van denbsp;uitvoering. De conclusie was snelnbsp;bereikt: de leden van de verenigingnbsp;gaan akkoord met deze koerswijziging en hebben volmondig 'ja'nbsp;gezegd op de uitnodiging. Met ditnbsp;'ja' is een proces begonnen vannbsp;een nadere uitwerking in taken ennbsp;verantwoordelijkheden, inrichtingnbsp;van de vereniging en formuleringnbsp;van de relatie tussen de universiteitnbsp;en de Vereniging. Dat proces heeftnbsp;tijd nodig en krijgt werkenderwegnbsp;gestalte. Maar het vereist ook eennbsp;aantal randvoorwaarden waarinnbsp;de ledenvergadering heeft toegestemd.

Een klein en slagvaardig bestuur is een eerste vereiste om aannbsp;de veranderende eisen te voldoen.nbsp;De scheiding tussen Algemeennbsp;Bestuur en Dagelijks Bestuur zal vervallen, zo heeft de ledenvergaderingnbsp;besloten, en de omvang van het helenbsp;bestuur wordt teruggebracht tot 7nbsp;personen. Omdat de meeste ledennbsp;van het AB en een aantal leden vannbsp;het DB op het punt van aftredennbsp;stonden wegens het verstrijken vannbsp;hun termijn, was dit het juiste tijdstip om dit besluit te nemen.nbsp;Afgetreden zijn: mr. J.J. Stael (voorzitter), prof. dr. F. Nemeth (lid DB),nbsp;mr. A. Cohen Stuart, (lid DB), drs. P.h.nbsp;van Setten, (lid AB), mw. drs. Y.A.nbsp;Jansen-Linse, (lid AB), prof. dr. M.F.nbsp;Kramer, (lid AB), prof. dr. J. van Gijn,nbsp;(lid AB), mr. A.F. Guepin, (lid AB),nbsp;mw. mr. M.M. Kallen-Morren, (lidnbsp;AB), drs. E. Konijnenberg, (lid AB).nbsp;Aangetreden zijn: prof. dr. H.J.nbsp;Tieleman (decaan faculteit Godgeleerdheid, UU), mw. prof. dr. J.nbsp;van Doorne-Huiskes (hoogleraarnbsp;Emancipatieonderzoek EUR), mw.nbsp;drs. M.E.A. Damen (RABOBanknbsp;Utrecht, afd. Communicatie).

De voorzittershamer is in handen van het zittende bestuurslid prof. dr.nbsp;J.F.G. Vliegenthart.

De groeiende samenwerking tussen universiteit en vereniging vereist een fysieke nabijheid van de beide bureau's, zodat de slagvaardigheid van de uitvoering wordtnbsp;vergroot. De verhuizing naar hetnbsp;bestuursgebouw heeft de voorkeur,nbsp;zo vinden beide besturen, en denbsp;ledenvergadering is daarmeenbsp;akkoord gegaan. Er wordt hardnbsp;gewerkt aan een zichtbaar en laagdrempelig onderkomen, dat beginnbsp;volgend jaar bedrijfsklaar is.

Het bestuur heeft het activiteitenplan voor de komende periode vastgesteld. De activiteiten richtennbsp;zich op de bijzondere leerstoelen,nbsp;de studenten, de alumni, de inrichting van de vereniging en hetnbsp;bureau. Exemplaren kunnen


-ocr page 16-

i6

illuster • december 1997

worden opgevraagd bij het bureau. Bureau VUUF, drs. I. van de Meene,nbsp;Achter de Dom 20, 3512 JP Utrecht,nbsp;(030) 2538025, fax. (030) 2538026,nbsp;e-mail: ufonds@bur.ruu.nl.

,-----------------------

I

Bon I

[ Bij inlevering van deze bon ; ! in het Universiteitsmuseum !nbsp;Inbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;t ••nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;r rnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;•

[ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gratis I

[ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;exemplaar van

I

j nbsp;nbsp;nbsp;*Wij Utregtze

! nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;studenten.

! nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Wit leven

! nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;al zoo vnj...

X-.......................

'Wij Utregtze studenten.

Wij leven al zoo vrij...'

Omstreeks 1820 waren de meeste studenten afkomstig uit welgesteldenbsp;families en voelden zij zich hoognbsp;verheven boven het gewone volk.nbsp;Wie niet studeerde en bijvoorbeeldnbsp;een kamer verhuurde, was een ploertnbsp;of een ploertin. Echte studentennbsp;waren ontgroend en droegen als eretekenen een zijden pet en eennbsp;degen, later een wandelstok.

'Wij Utregtze studenten. Wij leven al zoo vrij...' geeft een beeld van hetnbsp;studentenleven in de negentiende ennbsp;begin twintigste eeuw. Wie hetnbsp;wereldje van toen vergelijkt met denbsp;situatie van tegenwoordig, ziet grotenbsp;verschillen, maar ook markante overeenkomsten.

Het boekje is verschenen op 1 december 1997 ter gelegenheidnbsp;van de opening van de Utrechtzaal innbsp;het Universiteitsmuseum. Daarnbsp;laat de tentoonstelling 'Geleerd innbsp;Utrecht' zien met welke hulpmiddelen wetenschap vroeger werdnbsp;beoefend en gedoceerd.

Voor lezers van Illuster die de tentoonstelling bezoeken, isnbsp;(op=op!) tegen inlevering van denbsp;bon, een gratis exemplaar van dezenbsp;uitgave verkrijgbaar aan de balie.nbsp;Een extra reden om het nieuwenbsp;museum aan de Lange Nieuw-straat te bezoeken.

Het Universiteitsmuseum ligt in het museumkwartier Utrecht. Bezoekadres: Lange Nieuwstraat 106,nbsp;Utrecht. Infolijn: (030) 2538007.nbsp;Openbaar vervoer: buslijn 2 en 22nbsp;vanaf Utrecht CS 15 minuten lopennbsp;door de oude binnenstad. Open:nbsp;dinsdag t/m vrijdag van 10.00-17.00nbsp;uur; zaterdag, zon- en feestdagennbsp;van 13.00 uur-17.00 uur. Entreeprijzen: volwassenen: f 7,-, tot 18 jaarnbsp;f3,50, studentenkaart, pas 65 ,nbsp;CJP, U-pas, 50% korting. Museum-jaarkaart gratis.

Minnaertgebouw

Op 5 maart 1998 wordt het nieuwe Minnaertgebouw op De Uithofnbsp;officieel geopend door dr. R. vannbsp;Duinen, voorzitter van het NWO. Hetnbsp;gebouw, ontworpen door architectnbsp;W.J. Neutelings, is het nieuwe onderkomen voor de faculteiten Natuur-en Sterrenkunde, en Wiskunde ennbsp;Informatica.

Gedurende het hele jaar '98 worden er festiviteiten georganiseerd die innbsp;het teken staan van de ingebruikname van het gebouw.

Het Natuurkundig Gezelschap organiseert lezingen op 10, 17 en 24nbsp;maart door achtereenvolgens K.J.nbsp;Lenstra, H. de Waard en M. Kuperus.nbsp;Nobelprijswinnaar Paul Crutzen zalnbsp;op 12 mei een voordracht houden.nbsp;Ook de Emancipatie Commissienbsp;houdt een lezing.

De faculteiten en afdelingen die in het Minnaertgebouw worden gehuisvest hebben eveneens tal van activiteiten in petto. Op stapel staat ondernbsp;meer een demonstratie over een opnbsp;afstand bestuurd experiment door denbsp;werkgroep fysische informatie (FYI).nbsp;Samen met het Julius Instituut en hetnbsp;ACCU organiseert het FYI bovendiennbsp;een symposium over de onderwijskundige kant van Informatie en Communicatie Technologie. Het Centrumnbsp;voor Didactiek van de Exacte Wetenschappen houdt een mini-symposiumnbsp;over het natuurwetenschappelijknbsp;onderwijs op de middelbare school.nbsp;De studievereniging A-Eskwadraatnbsp;organiseert drie dagen met elk eennbsp;ander thema. Op 4 maart gaat denbsp;vereniging van start met een actie-avontuurdag. Tijdens een forum opnbsp;9 maart praten politici uit Den Haagnbsp;over de bèta-opleidingen.

De opening van het Minnaertgebouw staat ook centraal tijdens een aantal bekende jaarlijks terugkerende dagen, zoals de bèta-bedrijven-dag (10 en 11 maart), de alumnidagnbsp;(28 maart), de voorlichtingsdag (21nbsp;maart) en de PION olympiade.


Faculteiten


Biologie

Utrechtse Biologen Vereniging

Op 19 februari 1924 richtte de botanicus prof. dr. F.A.F.C. Went de Utrechtse Biologen Vereniging (UBV)nbsp;op. De UBV vindt haar oorsprong innbsp;een comité, opgericht door prof. dr.nbsp;Went en mej. dr. A. Hartsema. Ditnbsp;comité had tot doel botanici uit Centraal Europa naar Nederland te latennbsp;komen om voordrachten te houdennbsp;en hen van de nodige financiële middelen te voorzien.

In de vele jaren die de UBV nu oud is, heeft zij zich ontwikkeld tot een grote, zeer actieve studievereniging. Denbsp;activiteiten beperken zich al lang nietnbsp;meer tot het organiseren van lezingen. Naast een lezingencommissienbsp;heeft de UBV zeer vele commissies (opnbsp;dit moment ongeveer 25) die op allerlei gebieden actief zijn, zoals bijvoorbeeld de symposiumcommissie, feestcommissie en toneelcommissie. In alnbsp;die jaren, dat de UBV nu bestaat, zijnnbsp;erg veel biologen actief geweest innbsp;één of meer van die commissies, ennbsp;een nog groter deel is wel eens opnbsp;een UBV-activiteit geweest. En naarnbsp;deze biologen zijn wij op zoek!

In 1999 bestaat de Utrechtse Biologen Vereniging namelijk 75 jaar. Redennbsp;voor een groot feest! Aan dit feestnbsp;willen we zoveel mogelijk Utrechtsenbsp;biologen deel laten nemen. Daaromnbsp;zijn wij op zoek naar de adressen vannbsp;biologen, die aan de Universiteitnbsp;Utrecht gestudeerd hebben. Bent unbsp;één van die biologen, dan zoudennbsp;wij graag uw naam, adres en telefoonnummer ontvangen. Ook als unbsp;adressen van andere oud-Utrechtsenbsp;biologen weet, zijn deze van hartenbsp;welkom.

U kunt uw reacties opsturenldoorbel-len naar: Lustrumcommissie, Utrechtse Biologen Vereniging, F.A.F.C. Wentgebouw, kamer Z103, Sorbon-nelaan 16, 3584 CA Utrecht, (030)nbsp;2536741, fax (030) 2537430, e-mail:Ubv@studver. ruu. nl.

Letteren

Cercle

Hallo oud-studenten Frans. Denken jullie ook nog vaak terug aan dienbsp;goede tijd die op de universiteitnbsp;genoten is? Dan denken jullie vastnbsp;ook terug aan de Cercle, de studievereniging die sporttoernooien,nbsp;films, culturele avonden en feestennbsp;organiseerde. Deze verenigingnbsp;bestaat vanaf 1954 en is nog steedsnbsp;actief. We kunnen ons indenken datnbsp;na het afstuderen de belangstellingnbsp;voor Franse films, lezingen ennbsp;theater niet ineens weg is. Daaromnbsp;willen we ook oud-studenten denbsp;mogelijkheid geven nog steeds lidnbsp;te blijven, zodat zij op de hoogtenbsp;gehouden worden van de activiteitennbsp;en daar ook aan deel kunnen nemen.nbsp;Bovendien krijgen zij ook denbsp;Circonflexe thuisgestuurd, het tweemaandelijkse blad van Frans metnbsp;filmrecensies, chansonsanalyses, ingestuurde verhalen en gedichten.nbsp;Lid worden doe je door f25,- (pernbsp;jaar) over te maken op bankrekeningnbsp;(ABN Amro) 55 55 11 561 ten namenbsp;van M. Westerbeek o.v.v. Cerclelid.

Middelnederlandse letterkunde

In juni 1998 gaat de cursus 'Willem van Affligem en Lutgart van Tongeren. Literair-historische achtergronden van het Kopenhaagse Levennbsp;van Lutgart' van start. Het Kopenhaagse Leven van Lutgart (ca. 1270)nbsp;is door zijn ontdekker wel betiteldnbsp;als 'het merkwaardigste onzernbsp;berijmde heiligenlevens'. Hoewelnbsp;zo'n jubelende kwalificatie van denbsp;vinder op zichzelf enige argwaannbsp;verdient, is zij niet misplaatst. Denbsp;ontdekking van Van Veerdeghem innbsp;Kopenhagen, in 1997 precies eennbsp;eeuw geleden, bracht inderdaadnbsp;een bijzonder handschrift aan hetnbsp;licht. Het gaat om een van de oudstenbsp;Middelnederlandse tekstgetuigennbsp;van enige omvang: zonder het verloren eerste boek telt het werknbsp;20.000 verzen. De wijze waarop denbsp;bewerker met zijn voorbeeldtekst,nbsp;de Vita Lutgardis van Thomas vannbsp;Cantimpré (ca. 1248), is omgesprongen is in menig opzicht opmerkelijk.nbsp;De dichter heeft Thomas' bondige,nbsp;hagiografische verslag van Lutgartsnbsp;leven bewerkt tot een vloeiend ennbsp;aanschouwelijk verhaal. Daarbijnbsp;heeft hij het levensverhaal van denbsp;maget vri voorzien van prologen ennbsp;epilogen die zicht bieden op eennbsp;levendige voorstelling van een voordracht. De bewerker hanteert bovendien vlekkeloos de jambische versmaat op een moment dat hetnbsp;heffingenvers nog alomtegenwoordig is. En het (enig bewaarde) handschrift, dat is voorzien van een drietal miniaturen, is vermoedelijk totnbsp;stand gekomen onder toezicht vannbsp;de dichter.

Bijeenkomsten: vier maandagavonden in juni 1998 (8, 15, 22 en 29 juni). Docent: Erwin Mantinghnbsp;Inschrijvingskosten: f 150,-

Adam Simons-reeks

In de 'Adam Simons-reeks' zijn verschenen: 'C.G.N. de Vooys en de explosie van de neerlandistiek' ennbsp;'Dameskoor quot;Het zingend vedertjequot;nbsp;of de geschiedschrijving van denbsp;moderne Nederlandse poezie'.

In de lezing 'C.G.N. de Vooys en de explosie van de neerlandistiek'nbsp;blikt prof. dr. W.P. Gecritsen terugnbsp;op de ontwikkelingen in de Utrechtse neerlandistiek vanaf de instellingnbsp;van de eerste leerstoel in 1815. Denbsp;tekst van deze lezing is opgenomennbsp;in de eerste uitgave in de 'Adamnbsp;Simons-reeks' van de vakgroepnbsp;Nederlands. Tijdens de lezing, die opnbsp;de eerste alumnidag van de vakgroep werd gehouden, gaf Gerritsennbsp;ook zijn persoonlijke visie op recentenbsp;ontwikkelingen in de vakbeoefeningnbsp;en op de taak van de neerlandicus innbsp;de samenleving.

? Op de tweede alumnidag van de vakgroep Nederlands op 5 april jl.nbsp;heeft prof. dr. Wiljan van den Akkernbsp;een lezing gehouden onder de titelnbsp;'Dameskoor “Het zingend vedertjequot;nbsp;of de geschiedschrijving van denbsp;moderne Nederlandse poezie'.nbsp;Sinds twee jaar voeren Wiljan vannbsp;den Akker en Gillis Dorleijn eennbsp;onderzoek uit dat zal uitmonden innbsp;een geschiedenis van de Nederlandsenbsp;poëzie van 1880 tot 1940. In ditnbsp;onderzoek nemen zij het literairenbsp;veld als uitgangspunt en stellen zijnbsp;vragen als: wie nemen op welknbsp;moment de dominante posities innbsp;binnen het literaire circuit? hoe vindtnbsp;de beeldvorming rond auteurs ennbsp;groeperingen plaats? en welke factoren spelen daarbij een rol? Ze latennbsp;zich leiden door de gedachte dat hetnbsp;literaire speelveld complexer is dannbsp;wat de filters van de geschiedenisnbsp;hebben doorgelaten.

Adam Simons (1770-1834) was de eerste hoogleraar in de Nederlandse letteren en geschiedenis aannbsp;de Utrechtse universiteit, waar hijnbsp;van 1815 tot 1834 doceerde. In denbsp;reeks die naar hem is vernoemd, verschijnen teksten die te maken hebben met de (alumni-)activiteiten vannbsp;de vakgroep en die zich lenen voornbsp;publicatie. De reeks wordt fraai uitgegeven en de boekjes zijn voorziennbsp;van een stofomslag.

Beide boekjes zijn te bestellen door tien gulden over te maken op girorekening 564085 t.n.v. U.U. faculteitnbsp;Letteren, Kromme Nieuwegracht 46,nbsp;Utrecht o.v.v. 1512401 ‘Gerritsen'ofnbsp;‘Van den Akker'. Bij betaling vianbsp;Girotel dienen ook de adresgegevensnbsp;te worden vermeld.

Alumni-almanak Nederlands

Afgelopen april verscheen de tweede editie van de alumni-almanak van denbsp;vakgroep Nederlands van de faculteitnbsp;Letteren. De almanak is een naslagwerk waarin de adressen van ongeveer 700 oud-studenten te vindennbsp;zijn. Bovendien wordt hun huidigenbsp;werkplek vermeld. Dat is handig voornbsp;mensen die bijvoorbeeld op zoek zijnnbsp;naar een tekstschrijver of corrector.nbsp;De 'Alumni-almanak' kost tiennbsp;gulden (inclusief verzendkosten) ennbsp;is te bestellen door tien guldennbsp;over te maken op girorekening


-ocr page 17-

december 1997 • illuster 17

illusterzake

564085 t.n.v. U.U. faculteit Letteren, Kromme Nieuwegracht 46, Utrechtnbsp;o.v.v. 1512401 en 'almanak’. Bijnbsp;betaling via Girotel dienen ook denbsp;adresgegevens te worden vermeld.

Scheikunde

Alumnivereniging

In het vorige nummer van Illuster heeft u kunnen lezen dat denbsp;faculteit Scheikunde een Alumnivereniging opricht. Deze verenigingnbsp;zal activiteiten voor alumni organiseren en u via een nieuwsbrief op denbsp;hoogte houden van facultaire ontwikkelingen. Aan het lidmaatschapnbsp;van de Alumnivereniging zijn geennbsp;kosten verbonden.

In oktober is een aanmeldingsformulier verstuurd naar alle geregistreerde scheikunde-alumni, samen met het eerste nummer van de nieuwsbrief 'Utrechts Destillaat'. Inmiddelsnbsp;hebben zich enkele honderden ledennbsp;gemeld. Misschien heeft u ooknbsp;belangstelling voor de Alumnivereniging, maar is het formulier blijvennbsp;liggen; stuur het dan alsnog terug.nbsp;Heeft u geen aanmeldingsformuliernbsp;ontvangen, neem dan contactnbsp;op met Jos de Kooker, Bureaunbsp;Faculteit Scheikunde, Postbus 80083,nbsp;3508 TB Utrecht, (030) 2533793,nbsp;fax (030) 2533072, e-mail:nbsp;j.a.dekooker@chem.ruu.nl.

Sociale Wetenschappen

Alcmaeon

Inmiddels is 1997 alweer bijna ten einde. Voor de Utrechtse Faculteits-vereniging der Sociale Wetenschappen, Alcmaeon is het weer een intensief jaar geweest, met veienbsp;interessante activiteiten. Maar ook innbsp;1998 zal Alcmaeon niet stil blijvennbsp;zitten. Inmiddels is het achtstenbsp;bestuur alweer aangetreden en wijnbsp;zijn vol enthousiasme bezig er weernbsp;een energiek jaar van te maken. Zonbsp;hebben we op 20 januari een lezingnbsp;van de commissie Arbeid, Organisatienbsp;en Management, op 3 februari eennbsp;lezing van de commissie Cultuur,nbsp;Mens en Maatschappij en op 17nbsp;februari zal de commissie Gezondheid en Hulpverlening een lezingnbsp;verzorgen. Zo is er voor elk weer watnbsp;wils. Naast deze lezingen organiserennbsp;wij ook groots opgezette congressen,nbsp;symposia, fora, bedrijfsbezoeken ennbsp;workshops, deze zijn elk gekoppeldnbsp;aan actuele, sociaal-wetenschappelij-ke onderwerpen. Een lidmaatschapnbsp;kan ook voor u interessant zijn. Omnbsp;te beginnen ontvangt u namelijk vijfnbsp;keer per jaar een sociaal-wetenschap-pelijk magazine, de Geestig. Hierinnbsp;wordt aandacht besteed aan actuelenbsp;onderwerpen en onderzoeken, maarnbsp;het ontbreekt ook zeker niet aannbsp;ontspannende teksten en columns.nbsp;Daarnaast wordt u door nieuwsbrieven en folders op de hoogte gehouden van ons activiteitenaanbod. Lastnbsp;but not least kunt u tegen korting ofnbsp;geheel gratis deze activiteiten bezoeken. Voor slechts f 25,- bent u alnbsp;begunstiger en steunt u een jongenbsp;en dynamische maar vooral ooknbsp;enthousiaste vereniging.

Informatie: Alcmaeon, Heidelberglaan 1, 3584 CS Utrecht,nbsp;(030) 2533200, e-mail:nbsp;alcmaeon@fsw.ruu.nl.

De Utrechtse School Beginnende trainers, opleiders ennbsp;consultants bemerken vaak dat zij,nbsp;ondanks hun doctoraaldiploma,nbsp;tekortkomingen hebben zowelnbsp;qua kennis als qua vaardigheden.nbsp;Anderen die beschikken over meernbsp;praktijkervaring, merken dat zenbsp;weliswaar steeds beter ingespeeldnbsp;raken op de eisen die het trainingsen consultancywerk stelt, maar ooknbsp;meer zicht krijgen op hun eigennbsp;capaciteiten èn beperkingen.nbsp;Beide groepen (zullen) wordennbsp;geconfronteerd met ontwikkelingennbsp;op de markt die een verdergaandenbsp;professionalisering vergen. Metnbsp;name trainers/adviseurs krijgennbsp;steeds meer te maken met activiteiten als: het ontwerpen en uitvoerennbsp;van trainingen als interventie binnennbsp;organisatieveranderingstrajecten; hetnbsp;verzorgen van trainingen on the job;nbsp;het beleggen van werkconferenties;nbsp;teambuilding; het coachen van zelfsturende of projectteams; individuelenbsp;counseling; behandeling vannbsp;chronische interpersoonlijke en inter-groepsconflicten.

Speciaal voor trainers, opleiders en consultants biedt het Utrechtsnbsp;Instituut voor Groepstraining en -consultancy (IGC) diverse opleidingsmogelijkheden.

Het IGC richt zich met zijn opleidingen op meerdere doelgroepen: groepstrainers/consultants die bijscholing wensen en/of in lacunesnbsp;willen voorzien al of niet met hetnbsp;oogmerk op een NIP-registratie;nbsp;opleiders die de technische kantnbsp;van opleidingen beheersen maar zichnbsp;verder willen ontwikkelen op hetnbsp;gebied van het hanteren van interpersoonlijke en groepsdynamieken;nbsp;organisatie-adviseurs die zich willennbsp;ontwikkelen op het gebied vannbsp;procesmatige begeleiding van individuen, groepen en organisaties.

De ontwikkeling van deze opleiding is een initiatief van medewerkers vannbsp;de vakgroep Sociale- en Organisatiepsychologie van de Universiteitnbsp;Utrecht. Ook docenten uit anderenbsp;vakgroepen en/of universiteiten, ennbsp;ervaren trainers/adviseurs en opleiders werkzaam in de praktijk, leveren inmiddels een substantiële bijdrage. Dr. B. Kuypers is directeur vannbsp;het IGC en heeft jarenlange ervaringnbsp;met het opleiden en superviserennbsp;van trainers en aspirant trainers. Hetnbsp;IGC wordt organisatorisch ondergebracht bij De Utrechtse School, hetnbsp;postdoctorale opleidingsinstituut vannbsp;de Universiteit Utrecht.

Het IGC richt zich met name tot diegenen die hun doctoraalexamen bij de vakgroep Sociale en Organisatiepsychologie hebben behaald (of daarnbsp;aan 'vitale' studieonderdelen deelgenomen hebben). Als je geïnteresseerd bent om op de hoogte gehouden te worden van verderenbsp;ontwikkelingen, en ook als je vannbsp;anderen weet of denkt te weten datnbsp;ze geïnteresseerd zijn, zorg dan datnbsp;het IGC op de hoogte komt van jouwnbsp;en/of haar/hem/hun juiste adres.nbsp;Informatie: Utrechts Instituut voornbsp;Groepstraining en -consultancy. Admiraal Helfrichlaan 1, 3527 KV Utrecht,nbsp;(030) 2967879, fax (030) 2967290.


Uitnodiging Universiteitsdag

zaterdag 28 maart

De Universiteit Utrecht en het Utrechts Universiteitsfonds nodigen alumni van harte uit om op zaterdag 28 maart naar Utrecht te komen voor denbsp;jaarlijkse Universiteitsdag. Het programma is zeer divers, 's Ochtends ennbsp;'s avonds is er een algemeen programma, 's Middags ontvangen de volgendenbsp;faculteiten hun alumni:

'Si

Aardwetenschappen, Biologie, Geneeskunde, Letteren (Arabische, Nieuwperzische en Turkse talen en culturen, Franse taal- en letterkunde. Geschiedenis, Kunstgeschiedenis en archeologie. Mediëvistiek, Muziekwetenschap, Nederlands,nbsp;Theater-, film- en televisiewetenschap. Vrouwenstudies), Natuur- en Sterrenkunde,nbsp;Rechtsgeleerdheid, Ruimtelijke Wetenschappen, Scheikunde, Sociale Wetenschappen, Wijsbegeerte, Wiskunde amp; Informatica.

De volgende (reünisten)verenigingen richten voor oud-leden een ontmoetingspunt in: Biton, Unitas, USC, UVSV/NWSU, SSR-NU, Veritas, SIB en USKO.

Wilt u komen? Reserveer dan zaterdag 28 maart vast in uw agenda. In februari krijgt u een uitgebreid programma en een aanmeldingskaart thuisgestuurd.nbsp;Voor meer informatie: Informatiecentrum Universiteit Utrecht: (030) 2532651.

*h'

¦-

-ocr page 18-

l8 illuster . december 1997


studentenleven


SIB

De Studentenvereniging voor Internationale Betrekkingen (SIB) is niet alleen interessant voor leden, dochnbsp;ook voor oud-leden! Bovendiennbsp;zijn onze activiteiten vrij toegankelijk,nbsp;dus ook geïnteresseerde niet-ledennbsp;zijn van harte welkom. De SIB organiseert onder andere lezingen overnbsp;politieke, maatschappelijke en culturele ontwikkelingen in de wereld. Hetnbsp;thema van de SIB-Nederland-campag-ne van komend jaar wordt 'Mensenrechten'. Door heel Nederland zijnnbsp;dan diverse activiteiten te bezoekennbsp;die met dit onderwerp te maken hebben. En in april staat de reünisten eennbsp;activiteit ter ere van onze dies tenbsp;wachten! Oud-leden, ook u kunt nognbsp;reünist worden!

Voor informatie kunt u mailen naar sib@fys.ruu.nl, bellen (030) 2532884nbsp;of faxen (030) 2538775. Kom gerust

Publicaties

De inhaalrace

In 'De inhaalrace’ vertellen tien studerende en afgestudeerde allochtone Nederlanders over hun ervaringen tijdens de studie. Migranten ennbsp;vluchtelingen met doorzettingsvermogen blijken het ver te kunnennbsp;schoppen in het hoger onderwijs. Innbsp;het boek komen de persoonlijkenbsp;ambities, de studie-omgeving en denbsp;culturele achtergrond van deze tiennbsp;mensen naar voren.

Eén van hen is Josta Straal; 28 jaar en van Creools-Surinaamse afkomst. Zenbsp;behaalde haar vwo-diploma in Suriname, waarna ze diergeneeskunde innbsp;Utrecht ging studeren. Volgens Jostanbsp;is diergeneeskunde een zeer zwarenbsp;studie. Niet alleen mentaal, maarnbsp;ook fysiek. De studieduur van zesnbsp;jaar met een uitlooptermijn van tweenbsp;jaar is voor veel Surinamers een struikelblok. Meestal moeten ze zelf hetnbsp;geld opbrengen. Josta ziet echternbsp;ook veel voordelen in haar studie.nbsp;quot;Het leverde mij niet alleen maatschappelijke maar ook sociale voordelen op. De kennis die ik heb opgedaan, maakt mij tot een completernbsp;persoon en de contacten die ik hebnbsp;gelegd zijn ook belangrijk voor mijnnbsp;latere werk.quot;

'De inhaalrace' is bestemd voor iedereen die geboeid is door de integratie van mensen met verschillendenbsp;culturele achtergronden. Het boek

Informatie voor deze rubriek gaarne toezenden aan denbsp;redactie onder vermelding vannbsp;'Publicaties'nbsp;eens langs bij Cultureel Centrumnbsp;ParnassCls, Kruisstraat 201, kamernbsp;204 in Utrecht, of breng een virtueelnbsp;bezoekje: www.fys.ruu.nll-sib.

Triton

Vanaf september dit jaar heeft de Utrechtsche Studenten Roeiveree-niging Triton een technisch directeurnbsp;binnen haar gelederen: Henk-Jannbsp;Zwolle. Hij zal zich vooral bezighouden met het opleiden en begeleiden van coaches. De werkwijze vannbsp;Henk-Jan Zwolle houdt in dat er pernbsp;sectie een coördinator is, die fungeert als het eerste aanspreekpuntnbsp;voor de coaches. De coördinatorennbsp;zijn bij de Damesch Anne de Langenbsp;en bij de Heeren Geert-Jan Becke-ringh. Deze laatste was coach vannbsp;Henk-Jan Zwolle toen hij goud wonnbsp;in de dubbeltwee op het WK vannbsp;1991.

bevat een vademecum met adressen en telefoonnummers van enkelenbsp;organisaties die zich inzetten voornbsp;migranten en vluchtelingen die studeren of afgestudeerd zijn.

'De inhaalrace', geschreven door Roline Redmond en Sabah Makhlou-fi, is een uitgave van het Netwerk-ZMV Utrecht, Postbus 85376,nbsp;3508 4J Utrecht, (030) 2331772.nbsp;ISBN: 90-9010532-8.

Alles moet Anders!

Voor veel mensen is het doen van wetenschappelijk onderzoek eennbsp;vaag verschijnsel. Om de mystieknbsp;rond het verschijnsel wetenschapnbsp;enigszins op te helderen bieden vijftien assistenten-in-opleiding van denbsp;faculteit Sociale Wetenschappen eennbsp;blik in de keuken van hun promotieonderzoek waarin de mens centraalnbsp;staat. In het boek 'Alles moet Anders'nbsp;stellen de onderzoekers de veranderingsprocessen in individu, omgevingnbsp;en maatschappij aan de kaak. Opgesplitst in vier onderdelen gaan ze innbsp;op veranderingsprocessen in respectievelijk kinderen, adolescenten,nbsp;(jong) volwassenen en de maatschappij. Meer specifiek wordt in het eerste deel de samenhang bestudeerdnbsp;tussen stoornissen in de lichamelijke,nbsp;cognitieve en/of sociaal-emotionelenbsp;ontwikkeling van kinderen en hunnbsp;functioneren. In het tweede deelnbsp;worden veranderingen beschrevennbsp;die optreden tijdens de adolescentie.nbsp;Centraal staan onder andere de vragen, hoe veranderingen in de relatienbsp;met ouders en leeftijdgenoten gerelateerd zijn aan het ontstaan vannbsp;afwijkend gedrag en welke veranderingen in de afgelopen jaren plaatsvonden in de morele ontwikkelingnbsp;en politieke voorkeur van adolescenten. In het derde deel van het boeknbsp;verdiepen de auteurs zich in diversenbsp;veranderingsprocessen bij (jong)vol-wassenen. Men stelt zich bijvoorbeeld de vraag of reclame eennbsp;gunstige invloed heeft op hetnbsp;veranderen van gezondheidsgedragnbsp;en of emoties een goede ingang zijnnbsp;om ontwikkelingen bij volwassenennbsp;te bestuderen. Tenslotte komen innbsp;het vierde deel de veranderingsprocessen in de maatschappij aan denbsp;orde. In dit deel bespreken de onderzoekers de relevantie van maatschappelijke veranderingen vanuit eennbsp;gezondheidskundige, politieke ennbsp;onderwijskundige invalshoek.

Alles moet Anders: Veranderingsprocessen in individu, omgeving en maatschappij is verschenen ondernbsp;redactie van: Joan van Horn, Mariëlienbsp;Klerks, Marc Noom, Marco Strik.nbsp;ISBN 90-5187-276-3.

Het boek is te bestellen bij: Universiteit Utrecht, Afdelingnbsp;Repro/Magazijn FSW, Centrumnbsp;Gebouw Zuid, Heidelberglaan 1,nbsp;3584 CS Utrecht.

Behandelingsmogelijkheden van vitiligo

Vitiligo is een aandoening waarbij delen van de huid geen pigmentnbsp;meer bevatten. Het komt bij ongeveer een procent van de bevolkingnbsp;voor. Het rapport 'Behandelingsmogelijkheden van vitiligo' is het resultaat van literatuuronderzoek dat denbsp;Wetenschapswinkel Geneesmiddelennbsp;heeft gedaan op verzoek van de Landelijke Vereniging voor Vitiligonbsp;Patiënten. Eerste keus in de behandeling zijn corticosteroïden op denbsp;huid en de PUVA-therapie, waarbijnbsp;de patiënt wordt bestraald metnbsp;langgolvige ultravioletstraling (UVA).nbsp;De Landelijke Vereniging voornbsp;Vitiligo Patiënten wilde weten of hetnbsp;risico op huidkanker bij de PUVA-therapie is verhoogd. De kans opnbsp;huidtumoren blijkt bij de behandeling van vitiligo veel lager te zijn dannbsp;bij de behandeling van psoriasis,nbsp;waarbij hogere doseringen wordennbsp;toegepast.

'Behandelingsmogelijkheden van vitiligo' door I. van den Broek.

illusterzake


ISBN: 90-74772-25-0.

Het rapport is te bestellen door overmaking van f 12,50 op giro 228947 t.n.v. UU, faculteit Farmacie, Utrechtnbsp;o.v.v. PUGI97-7, naam en adres.

Personalia

  • ? nbsp;nbsp;Drs. Niek Pas, Utrechts historicusnbsp;en onderzoeker, heeft eind september uit handen van de Franse ambassadeur de Prix de Paris ontvangen.nbsp;De prijs bestaat uit een beurs van 25nbsp;duizend gulden.

Pas heeft Franse letterkunde en moderne geschiedenis gestudeerdnbsp;aan de Universiteit Utrecht. Hijnbsp;onderzocht de geschiedenis van denbsp;studentenbewegingen in Frankrijk ennbsp;Nederland. Met de beurs kan denbsp;historicus een jaar lang onderzoeknbsp;doen in Frankrijk naar de verbandennbsp;tussen studentengroepen in beidenbsp;landen.

  • ? nbsp;nbsp;Prof. dr. J.M. van Ree, hoogleraar psychofarmacologie en verbonden aan het Rudolf Magnusnbsp;Instituut voor Neurowetenschappen,nbsp;is benoemd tot eredoctor van denbsp;Pavlov Universiteit in Sint Petersburg.nbsp;Hij krijgt de onderscheiding voor zijnnbsp;onderzoek naar verslaving en hersen-aandoeningen. Van Ree werkt alnbsp;jaren samen met de Russische universiteit op het gebied van het experimentele verslavingsonderzoek. Dienbsp;samenwerking spitst zich toe op denbsp;rol van endorfinen (lichaamseigennbsp;'drugs') en andere stoffen in de hersenen bij verslaving. Van Ree is voorzitter van de Centrale Commissienbsp;Behandeling Heroïneverslaafden ennbsp;is daardoor nauw betrokken bij hetnbsp;experiment om verslaafden gratisnbsp;heroïne te geven. Ook is Van Reenbsp;vice-voorzitter van de Hersenstich-ting Nederland.

Prof. dr. H.A. van der Vorst en dr. G. Sleijpen van de vakgroep wiskunde krijgen een belangrijke prijsnbsp;voor hun artikel dat gaat over hetnbsp;efficiënt bepalen van instabiliteitennbsp;in matrixproblemen. De Society fornbsp;Industrial Applied Mathematicsnbsp;bestempelde het artikel van Van dernbsp;Vorst en Sleijpen als het beste in denbsp;periode 1993-1996. Realistische berekeningen van instabiele fysischenbsp;processen kennen een grote matenbsp;van onnauwkeurigheid en nemennbsp;vaak veel tijd in beslag. Van dernbsp;Vorst en Sleijpen vonden een goedenbsp;techniek om instabiliteit efficiënternbsp;te beschrijven. De techniek wordtnbsp;inmiddels op grote schaal toegepast.

Informatie voor deze rubriek gaarne toezenden aan denbsp;redactie onder vermelding vannbsp;'Personalia'

Colofon

Illuster 9, jaargang 3, december *1997

Illuster is een gezamenlijke uitgave van de Universiteit Utrecht en de Verenigingnbsp;Utrechts Universiteitsfonds. In samenwerking met faculteiten en verenigingen, het Alumniplatform en de Stichtingnbsp;Utrechts Universiteitsblad.

Illuster verschijnt vier keer per jaar en wordt toegezonden aan afgestudeerdennbsp;van de Universiteit Utrecht in een oplagenbsp;van 60.000.

Hoofdredacteur: Twan Geurts Redactie: Karin Beneken Kolmer, Noornbsp;van Haaren, Désirée Majoor, Armandnbsp;Heijnen

Redactie-advies: Roeland Dobbelaer, Sandra van Dillen, Lex Linssen, Esthernbsp;Lusse, Ted Sanders, Harry van den Tweel

Redactie-raad: Jo Groebel, hoogleraar massacommunicatie; Willem Kardux,nbsp;(voorzitter), secretaris Universiteitnbsp;Utrecht; Joop Kessels, hoofd programmanbsp;Communicatie; Joke Mat, redactie NRC-Handelsblad; Herre van Oostendorp,nbsp;Stichting Utrechts Universiteitsblad;nbsp;Mascha Damen, Vereniging Utrechtsnbsp;Universiteitsfonds; Leon vannbsp;de Zande, studievereniging Awater

Aan dit nummer werkten verder mee: Willem Asman, Mirke Beckers, Bastiaannbsp;Bommeljé, Tanny Dobbelaar. Alette vannbsp;Doggenaar, Maarten Evenblij, Peternbsp;Giesen, Erik Hardeman, Armand Heijnen,nbsp;Frans van Mieghem, Leo Mudde, Lexnbsp;Linssen, Leonie van den Schoor, Keesnbsp;Volkers, Anne van Voorthuizennbsp;Fotografie: Maarten Hartman, Ivar Pel,nbsp;Stijn Rademaker, Herman de Voogdt,nbsp;Bert Verhoeff/HHnbsp;Cartoon: Niels Bongers

Ontwerp en opmaak: Jeske van der Poel, Hans Lodewijkx visuele communicatienbsp;Druk: Drukkerij Dijkman BV, Amsterdam

© Universiteit Utrecht. Illuster, periodiek voor alumni van de Universiteit Utrecht.nbsp;Overname van artikelen is - ondernbsp;bronvermelding - toegestaan.

Het U-blad stelt op verzoek van de redactie eerder in het U-bladnbsp;verschenen artikelen en illustratiesnbsp;beschikbaar aan Illuster.

ISSN: 1383-4703

Voor toezending is gebruik gemaakt van alumnibestanden van:

Vereniging Utrechts Universiteitsfonds Reünistenvereniging BITONnbsp;Reünistenvereniging SSR-NUnbsp;Reünistenvereniging Unitas S.R.

'lungit lunctus' Reünistenvereniging USCnbsp;Reünistenvereniging UVSV/NWSUnbsp;Reünistenvereniging Veritasnbsp;Faculteit Farmacienbsp;Faculteit Godgeleerdheidnbsp;Faculteit Letterennbsp;Faculteit Natuur- en Sterrenkundenbsp;Faculteit Rechtsgeleerdheidnbsp;Faculteit Ruimtelijke Wetenschappennbsp;Faculteit Sociale Wetenschappennbsp;Faculteit Scheikundenbsp;Faculteit Wijsbegeertenbsp;Faculteit Wiskunde en Informaticanbsp;A-Eskwadraat, Avirus, ESN, JSVU,

PHEPH, SIB, SAMS, SVKIU, John Tomes, UGV, URIOS, UH5K, KNGMG, KNMG,nbsp;KNMvD, KNMP, NIBI, NIP

Redactie-adres:

Illuster, postbus 80125, 3508 TC Utrecht,nbsp;(030) 2534073,nbsp;fax; (030) 2533685,nbsp;e-mail: k.beneken@bur.ruu.nl


-ocr page 19-

kwartaal


december 1997 • illuster


19


Een kwartaalkeuze uit de persberichten van promoties, oraties, en onderzoek.

Fraude met vlees


Hoogleraren


Heupbreuk ingrijpend


Fraude met vleesproducten, zoals kip als kalkoen verkopen, kan metnbsp;behulp van een DNA-methode snelnbsp;worden opgespoord. Deze methodenbsp;is gebaseerd op het zogenoemdenbsp;niet-coderende deel van het DNA.nbsp;Dit evolueert veel sneller en is kenmerkend voor een bepaalde diersoort of nauw verwante diersoorten.nbsp;De DNA-methode kan ook sterknbsp;bewerkte voedingsmiddelen identificeren en fraude hiermee opsporen.

Allochtone kinderen net zo gezond


Allochtone kinderen zijn net zo gezond als autochtone kinderen.nbsp;Wel bestaan er onderlinge gezond-heidsverschillen. Deze zijn grotendeels te verklaren door verschillennbsp;in cultuur en minder door economische aspecten, zoals beroep ennbsp;inkomen. Zo hebben Nederlandsenbsp;kinderen meer astmatische klachten, terwijl allochtone kinderennbsp;meer last hebben van bedplassen.nbsp;Diabetes komt vaker voor bijnbsp;Marokkaanse kinderen, maar bijnbsp;Surinaamse en Turkse kinderen juistnbsp;minder vaak. Een cultureel verschilnbsp;is bijvoorbeeld het wel of nietnbsp;geven van borstvoeding. Turksenbsp;moeders geven vaker en Surinaamse moeders minder vaak borstvoeding dan Nederlandse moeders.nbsp;Het beschermende effect tegennbsp;infectieziekten van borstvoedingnbsp;ontbreekt dus bij sommige

Ijzer bestand tegen roest


Een laag ijzernitride maakt Ijzer bestand tegen roestvorming ennbsp;slijtage. In een nieuwe methodenbsp;versnelt een laagje nikkel op hetnbsp;ijzeroppervlak de vorming van zo'nnbsp;beschermende laag (nitreren).nbsp;Hierdoor kan dit proces bij lagerenbsp;temperaturen plaatsvinden (300°Cnbsp;in plaats van 550°C). Dit heeft alsnbsp;voordeel dat het gevormde ijzerni-tridelaagje stabieler is en beternbsp;beschermt tegen roesten. De methode vindt zijn toepassing in situatiesnbsp;waarin een dunne aaneengeslotennbsp;nitridelaag gewenst is, zoals bijnbsp;scheerkoppen, assen en tandwielen.

Anders dan eiwitten verandert DNA namelijk niet definitief vannbsp;vorm na verhitting. Dat concludeertnbsp;evolutiebioloog Jaap Buntjer innbsp;zijn proefschrift 'DNA repeats in thenbsp;vertebrate genome as probes innbsp;phylogeny and species identification'. Op 23 oktober promoveerdenbsp;hij bij de faculteit Diergeneeskundenbsp;(promotores: prof. dr. A. Ruiter,nbsp;prof. dr. B.A.M. van der Zeijst;nbsp;co-promotor: dr. J.A. Lenstra).

Surinaamse baby's.

Wel is de sterftekans van Turkse en Marokkaanse kinderen tweenbsp;keer zo hoog als die van Nederlandse kinderen. Opvallend was datnbsp;de sterfte in het buitenland Innbsp;belangrijke mate bijdroeg aan dezenbsp;verhoogde sterftekans. Het gingnbsp;voornamelijk om ongevallennbsp;(auto-ongelukken), infecties (maag-en darminfecties) en aangeborennbsp;afwijkingen. Tot deze conclusiesnbsp;kwam de epidemioloog Marcel vannbsp;der Wal in zijn proefschrift 'Etnische ongelijkheid in gezondheidnbsp;bij kinderen. Een epidemiologischenbsp;studie binnen de jeugdgezondheidszorg in Amsterdam bij kinderen van 0-14 jaar'. Op 21 oktobernbsp;promoveerde hij bij de faculteitnbsp;Geneeskunde (promotores: prof,nbsp;dr. T.W.J. Schulpen, prof. dr.nbsp;Verloove-Vanhorick).

Dit blijkt uit het proefschrift 'Low-temperature nitriding of iron'nbsp;van Dieuwert Inia. Op 16 oktobernbsp;promoveerde hij bij de faculteitnbsp;Natuur- en Sterrenkunde (promotores; prof. dr. F.H.P.M. Habraken,nbsp;prof. dr. D.O. Boerma; co-promotor;nbsp;dr. A.M. Vredenberg). Op denbsp;nieuwe methode is inmiddelsnbsp;octrooi aangevraagd.

In het komende kwartaal houden de volgendenbsp;hoogleraren hun oratienbsp;(Aula van het Academiegebouw, Domplein 29,nbsp;Utrecht om 16.15 uur):

Mw. prof. dr. M.J. Schwegman, faculteit Letteren, 23 januarinbsp;Prof. dr. F. de Clerck, faculteitnbsp;Farmacie, 4 februarinbsp;Prof. dr. G.F. Koerselman,nbsp;faculteit Geneeskunde,nbsp;10 maartnbsp;Prof. dr. M.A.M. Taverne,nbsp;faculteit Diergeneeskunde,nbsp;12 maart

Prof. dr. O. van Nieuwenhuizen, faculteit Geneeskunde, 20 maart

Boeddhisme niet voor wereld-verlaters


Het moderne boeddhisme komt niet overeen met de kernleer van Boeddha zelf. Het wordt te veel geziennbsp;als een religie die, via meditatie,nbsp;een weg naar individuele verlossingnbsp;biedt voor 'wereld-verlaters'. Westerse vertalingen zitten vol metnbsp;metafysische begrippen, zoals goed

Beroepscultuur artsen obstakel


De heersende opvatting van medisch specialisten over hun vaknbsp;vormt nog altijd een obstakel voornbsp;de loopbaan van vrouwelijke artsen.

Het breken van een heup is voor ouderen vaak een ingrijpend keerpunt in hun leven. Slechts een kwartnbsp;van de patiënten kan na de behandeling hetzelfde leven lelden alsnbsp;voor het ongeluk. Tien procent overlijdt binnen een maand na de val.nbsp;Dit blijkt uit het proefschriftnbsp;'Heupfracturen bij ouderen in denbsp;stad Utrecht. Een prospectievenbsp;studie' van Nicóle Koot. Zij is vannbsp;mening dat veel problemen te voorkomen zijn door patiënten snellernbsp;terug te laten keren naar hun eigennbsp;omgeving en oude niveau vannbsp;activiteiten. Hierbij moeten goedenbsp;hulp en revalidatlemogelijkhedennbsp;voorhanden zijn. Desnoods moetnbsp;de familie bijspringen om bij denbsp;dagelijkse bezigheden te helpen.nbsp;Een lang verblijf van enkele maanden In het ziekenhuis kan lelden totnbsp;complicaties zoals doorliggen ennbsp;depressiviteit. Op 23 september proen slecht, geest en lichaam. Volgensnbsp;Boeddha zijn deze tegenstellingennbsp;een bron van conflict en geweld.nbsp;Het oorspronkelijke boeddhismenbsp;maakt geen onderscheid naar ras,nbsp;volk, klasse of geslacht. Dit steltnbsp;Nalin Swarin in zijn proefschriftnbsp;'Magga: The Buddha's way to

In de huidige opvatting van professionaliteit heeft de arts een zo groot mogelijke persoonlijke ennbsp;eenzijdige verantwoordelijkheidnbsp;voor de patiënt. De arts moetnbsp;continu beschikbaar zijn om denbsp;patiënt zelf onder toezicht tenbsp;kunnen houden. Korter werken ennbsp;deeltijdwerk passen niet in dezenbsp;opvatting, waardoor met namenbsp;vrouwen minder kans maken op eennbsp;bevredigende carrière.

Er blijken dan ook grote verschillen te bestaan tussen mannen en vrouwen als het gaat om de verhoudingnbsp;tussen arbeid en de privésituatie.nbsp;Vrouwen zijn minder vaak vrijgevestigd en werken vaker in academische ziekenhuizen dan mannen.

Myra Keizer: quot;Korter werken past niet in beroepscultuur artsen. quot;nbsp;moveerde Koot bij de faculteitnbsp;Geneeskunde (promotor: prof. dr.nbsp;Chr. van der Werken, co-promotor:nbsp;dr. G.J. devers).

Nicole Koot: quot;Patiënten moeten sneller terug naar eigen omgeving. quot;

human liberation. A socio-historical approach' waarin hij de overeenkomsten behandelt tussen de denkbeelden van een grote groep filosofen (o.a. Nietzsche) en Boeddha.

Op 9 oktober promoveerde hij bij de faculteit Godgeleerdheid (promotor:nbsp;prof. dr. M.A.G.T. Kloppenborg)

Zij werken gemiddeld een dag minder per week. Zij leven vakernbsp;alleen, en als ze samenwonen ofnbsp;getrouwd zijn heeft de partner vaaknbsp;een beroep dat minstens zo veeleisend is. Vrouwelijke specialistennbsp;hebben minder vaak kinderen, ennbsp;als er kinderen zijn is dat een argument om minder te gaan werken ofnbsp;te stoppen met klinisch werk.nbsp;Bovendien verdienen vrouwelijkenbsp;specialisten minder dan hun mannelijke collega's.

Dit blijkt uit het proefschrift 'De dokter spreekt. Professionaliteit,nbsp;gender en uitsluiting in medischenbsp;specialismen' van Myra Keizer.nbsp;Op 28 november promoveerde zijnbsp;aan de faculteit Sociale Wetenschappen (promotores: prof. dr.nbsp;S.L. Sevenhuijsen, prof. dr. C.D.A.nbsp;Brinkgreve)


-ocr page 20-

Adressen

20 illuster • december 1997


i ltu


s tr att e


Universiteit Utrecht Bestuursgebouw

Heidelberglaan 8, 3584 CS Utrecht (030) 2533550 Fax: (030) 2533388


Vereniging Utrechts Universiteitsfonds

Bureau: Achter de Dom 20.

3512 JP Utrecht (030) 2538025


ufonds@bur.ruu.nl



Geen last meer van najaarsmoeheid


De zijsprong

Opmerkelijke loopbanen

Marc Jon Ming (34) studeerde in 1990 af als sociaal geograaf. Nunbsp;ontwerpt hij meubels en interieurs.

Mare Jon Ming wijst naar het dressoir in zijn huiskamer. Het meubel heeft een fraai mahoniehoutennbsp;blad, vijf laatjes en gebogen deurennbsp;van roestvrij staal. quot;Kijk, dit is mijnnbsp;eerste project, uit 1992. De foutennbsp;erin kan ik dromen, maar ik ben ernbsp;nog steeds trots op.quot;nbsp;Het eenmansbedrijf Material isnbsp;gevestigd in een klein kamertje vannbsp;Marc's huis. Hier maakt hij zijn ontwerpen. In het begin waren datnbsp;voornamelijk kasten en tafels;nbsp;tegenwoordig zijn het completenbsp;interieurs van woonhuizen ennbsp;bedrijven. Op dit moment werkt hijnbsp;aan het ontwerp van een bar.

Oproep voor deze rubriek Bent u na uw studie ook ietsnbsp;heel anders gaan doen of kentnbsp;u iemand die een 'zijsprong'nbsp;heeft gemaakt, laat het dannbsp;weten aan de redactie vannbsp;Illuster, telefoon: (030)nbsp;2534073, fax: (030) 2533685,nbsp;e-mail; k.beneken@bur.ruu.nl.

Een raadsel

Behalve de zin van het leven is er geen grappiger probleem dan de zin van een universitaire opleiding.nbsp;Het enige - en ook werkelijk het enige - voordeelnbsp;een alumnus te zijn (is men zoiets? het klinkt alsof jenbsp;subsidie behoeft vanwege een ernstige ziekte), blijktnbsp;dat men met een zeker aplomb deze kwestie kannbsp;ophelderen.

De werkelijkheid is zelden helder en ook niet vaak erg interessant, maar soms wordt men getroffennbsp;door iets van inzicht in de kosmische samenhangnbsp;der dingen - of dan tenminste door een gedachte dienbsp;langer dan een minuut begrijpelijk blijft. Daarvoornbsp;behoeft men niet noodzakelijkerwijs een academischenbsp;vorming te hebben genoten, maar als men oudernbsp;wordt, en zich meer en meer alumnus voelt omdatnbsp;de gebreken met de jaren komen, krijgt men vannbsp;dergelijke zaken af en toe te lijden.

Zo is er in mijn huidige werkkring (een uitgeverij van half-wetenschappelijke boeken), grote behoefte aannbsp;goed opgeleide academici, nou ja, aan academici, nounbsp;ja, aan mensen die kunnen spellen, weten hoe je ietsnbsp;opzoekt in de bibliotheek en die een briefje kunnennbsp;tikken dat niet begint met 'Hoi!'. En hier treedt mennbsp;dan meteen binnen in het domein van het probleem


dat thans ter tafel ligt: wat is de zin van een academische opleiding?

Juicht volkeren der aarde, want hier komt het antwoord: de zin van een academische opleiding is dat men leert spellen, iets in een bibliotheek kan opzoeken, en een briefje kan tikken dat niet begint metnbsp;'Hoi!'. Voor het overige behoeft men niets te wetennbsp;om vooruit te komen in het leven: het is handiger omnbsp;over brute kracht te beschikken dan over brute kennisnbsp;- die is alleen maar een belasting voor het intellect.nbsp;Stop dus alle kopieerapparaten, ontmantel denbsp;koffiemachines, onderbreek de zinloze vergaderingennbsp;en maak een einde aan alle tussentijdse rapportagesnbsp;inzake onderzoekscholen en speerpuntenonderwijs.nbsp;Dat zijn even zovele symptomen van het autismenbsp;waaronder het universitaire klimaat in dit land zonbsp;gebukt gaat. Wanneer men mij vraagt naar de ontwikkelingen aan de universiteit, geef ik nimmernbsp;antwoord. Ik wijs slechts naar buiten. Daar schijnt denbsp;zon, en is er vraag naar mensen die kunnen spellennbsp;(en een briefje schrijven dat niet begint met 'Hoi!').

Bastiaan Bommeljé, uitgever en publicist



bestemd voor een nieuw café in Utrecht.

Mare studeerde in 1990 af in de sociale geografie, met als specialisatie regionale geografie. Een leukenbsp;studie, vond hij. quot;Maar waar kun jenbsp;terecht als sociaal geograaf?quot; Marenbsp;wilde geen aardrijkskundeleraarnbsp;worden, en ook geen beleidsmedewerker. quot;Al die plannenmakerij vindnbsp;ik te droog, te abstract.quot; Hij zochtnbsp;iets in het bedrijfsleven, maar wistnbsp;niet wat. Na wat uitzendbaantjesnbsp;liet hij zich omscholen tot logistieknbsp;manager. Hij ging werken bijnbsp;computerbedrijf Raet waar hijnbsp;bestellingen van klanten begeleidde. quot;In het begin was dat nieuw ennbsp;spannend, maar na een tijdje voeldenbsp;ik me een uitvoerend pion. Ik wasnbsp;niet meer vooruit te branden. Iknbsp;miste creativiteit. Die ging ik ergensnbsp;anders zoeken.quot;

Inmiddels was hij begonnen aan een cursus houtbewerking. quot;Ik had nognbsp;nooit een beitel vastgehouden,nbsp;maar ik had er veel plezier in.quot; Hijnbsp;maakte het dressoir. Zijn schaarsenbsp;vrije tijd ging op aan meubelsnbsp;maken voor vrienden en kennissen.nbsp;Mare begon na te denken: quot;Misschien had ik industrieel ontwerpennbsp;moeten studeren, of naar de Rietveld moeten gaan. Maar ja, ik hadnbsp;al zo lang gestudeerd. Ik wilde nietnbsp;terug naar school.quot;nbsp;Op zijn werk ging het wel beter,nbsp;maar zijn besluit stond vast. Hij zounbsp;voor zichzelf beginnen. Het wachten was op het juiste moment.nbsp;quot;Ik wilde met opgeheven hoofdnbsp;kunnen vertrekken.quot; In de zomernbsp;van 1995 had Mare drie opdrachtennbsp;op zak en een aantal potentiëlenbsp;klanten in het vizier. Hij nam ontslag - tot grote verrassing van zijnnbsp;collega's. quot;De tamtam ging doornbsp;het bedrijf: Mare gaat meubeltjesnbsp;zagen! Daar heb ik nog wel watnbsp;klanten aan overgehouden.quot;nbsp;Material bestaat nu twee jaar.nbsp;Mare kan van zijn inkomsten leven,nbsp;maar een vetpot is het nog niet.nbsp;quot;Vroeger kreeg ik automatisch mijnnbsp;salaris, nu is het afwachten wanneernbsp;mensen betalen. En als ik geld heb,nbsp;koop ik liever een stuk gereedschapnbsp;dan een nieuwe broek.quot; Terug naarnbsp;een vaste baan wil hij zeker niet. quot;Iknbsp;hoef me niet langer te verheugennbsp;op het weekend of op de jaarlijksenbsp;drie weken vakantie. Ik leef nu ennbsp;heb plezier in mijn werk.quot; Marenbsp;werd vroeger in de herfst vaaknbsp;overvallen door najaarsmoeheid.nbsp;quot;Sinds het ontstaan van Material isnbsp;het twee keer herfst geweest. En iknbsp;heb nergens meer last van.quot; (TD)

Illuster 10 verschijnt op 14 maart 1998nbsp;Reacties, suggesties ennbsp;ingezonden mededelingennbsp;kunt u toezenden aan denbsp;redactie vóór 28 januari 1998.nbsp;De redactie behoudt zich hetnbsp;recht voor ingezonden mededelingen in te korten of tenbsp;weigeren.

Coördinator alumnibinding

Mw. drs. D.T.M. Majoor, Heidelberglaan 8, 3584 CS Utrecht (030) 2534072

E-mail; d.majoor0bur.ruu.nl

Aardwetenschappen

Budapesttaan 4, 3584 CD Utrecht

Postbus 80021, 3508 TA Utrecht

(030) 2535050 Fax: (030) 2535030

E-mail: i.beekman©earth.ruu.ni

Biologie F.A.F.C. Wentgebouw

Sorbonnelaan 16, 3584 CA Utrecht

Postbus 80088, 3508 TB Utrecht

(030) 2532276 Fax: (030) 2534526

E-mail: w.j.c.amesz0boev.biol.ruu.nl

Diergeneeskunde Androclusgebouw Yalelaan 1, 3584 CL Utrecht

Postbus 80163, 3508 TD Utrecht

(030) 2534851 Fax: (030) 2537727

Farmacie F.A.F.C. Wentgebouw

Sorbonnelaan 16, 3584 CA Utrecht

Postbus 80082, 3508 TB Utrecht

(030) 2537313/2532525 Fax: (030) 2513953 E-mail: h.m.dobbelaar©far.ruu.nl

Geneeskunde Stratenum

Universiteitsweg 100, 3584 CG Utrecht Postbus 80030, 3508 TA Utrechtnbsp;(030) 2538888 Fax: (030) 2539025

E-mail: bureau0med.ruu.nl

Godgeleerdheid Willem C. van Unnikgebouw

Heidelberglaan 2, 3584 CS Utrecht

(030) 2531853 Fax: (030) 2533241

E-mail: theology©cc.ruu.nl

Letteren

Kromme Nieuwegracht 46, 3512 HJ Utrecht (030) 2536105 Fax: (030) 2536083 E-mailnbsp;medewerkers: lt;naamgt;©let.ruu.nl

Natuur- en Sterrenkunde

Princetonplein 5, 3584 CC Utrecht

Postbus 80000, 3508 TA Utrecht

(030) 2533284 Fax: (030) 2539282

E-mail: facbureau0fys.ruu.nl

Rechtsgeleerdheid

Janskerkhof 3, 3512 BK Utrecht

(030) 2537018/2537017 Fax: (030) 2537300 E-mail medewerkers: lt;voorletters.voor-voegselsachternaamgt;©rgLruu.nl

Ruimtelijke Wetenschappen

Willem C. van Unnikgebouw

Heidelberglaan 2, 3584 CS Utrecht (030) 2532044 Fax: (030) 2540604nbsp;E-mail: r.vanderlinden©frw.ruu.nl

Scheikunde F.A.F.C. Wentgebouw

Sorbonnelaan 16, 3584 CA Utrecht

Postbus 80083, 3508 TB Utrecht

(030) 2533791/2533792 Fax: (030) 2533072 E-mail: bureau0chem.ruu.nl

Sociale Wetenschappen Centrumgebouw

Zuid, Heidelberglaan 1, 3584 CS Utrecht (030) 2534700 Fax: (030) 2531619

E-mail: bureau0fsw.ruu.nl

Wijsbegeerte Bestuursgebouw

Heidelberglaan 8, 3584 CS Utrecht (030) 2531831 Fax: (030) 2532816

E-mail: bureau0phil.ruu.nl

Wiskunde en Informatica

Budapestlaan 6, 3584 CD Utrecht

(030) 2531515/2533536 Fax: (030) 2518394

E-mail: hurk©math.ruu.nl

IVLOS Bestuursgebouw

Heidelberglaan 8, 3584 CS Utrecht

(030) 2533400 Fax: (030) 2532741

E-mail: ivlos0ivlos.ruu.nl