-ocr page 1-

Ronald Plasterk

En het wormpje c. elegans


Dick Swaab

Over de ziekte van Alzheimer



.r

taaibiad voor de afgestudeerden van de Universiteit Utrecht • Nr 18

• Maart 2000 • Oplage 55.000


Universiteit Utrecht


-ocr page 2-

Column

Wat doet die jongen in Leiden?

Tijdens de levensavond van mijn oudoom Gerard brachten mijn ouders hem geregeld, iknbsp;vermoed één keer per jaar, een bezoek. Bij eennbsp;van die gelegenheden - het moet in 1975 zijnnbsp;geweest - lieten zij zich ontvallen dat hun oudste zoon (mijn broer) in Leiden geneeskundenbsp;studeerde. Dat was een mooie opleiding,nbsp;beaamde oom Gerard. Om vervolgens te informeren naar de wederwaardigheden van hetnbsp;overig kroost.

's Avonds tegen twaalven werd er gebeld. Oom Gerard. Hij klonk nogal ontdaan. 'Zei je vanmiddag dat je zoon in Léiden studeert?', vroegnbsp;hij mijn vader. Die moest dat beamen. 'Watnbsp;doet die jongen in Léiden?', vervolgde oomnbsp;Gerard. 'Is hij uitgeloot in Utrecht?' Een anderenbsp;toedracht kon hij zich niet voorstellen. Wantnbsp;studeren - dat deed je in Utrecht. Zoals hij datnbsp;zelf ook had gedaan - in de jaren twintig.

En sindsdien was hij Utrechter. Ook al bezocht hij de stad misschien slechts een keer per vijfnbsp;jaar - tijdens het lustrum. De band had eeuwigheidswaarde, en diende ook door het nageslacht te worden gevoeld.

Voor de hoogleraren moet ongeveer hetzelfde hebben gegolden. Een enkeling wisselde welnbsp;eens van betrekking, maar in de regel betoonden zij zich honkvast. Zelfs na het emeritaatnbsp;bemoeiden zij zich met de gang van zaken opnbsp;het instituut, en gaf men gehoor aan de convocaties voor de hooglerarenkrans. Zo gingen dienbsp;dingen.

Inmiddels is de Frank de Boer in de hoogleraar opgestaan. Transfers van illustere geleerdennbsp;zijn aan de orde van de dag. Sociale mobiliteitnbsp;wint het van loyaliteit. En dat is ook helemaalnbsp;niet erg. Althans: zolang vrijkomende plaatsennbsp;niet vacant blijven. Dat echter, is steeds vakernbsp;het geval. Het personeelstekort op de universi-teiten geldt onderhand als een serieuze bedreiging voor hun welzijn.

De universiteit van Bologna kampte aan het einde van de twaalfde eeuw, toen ze concurrentie kreeg van jonge zusterinstellingen, metnbsp;hetzelfde probleem. De brain drain nam zulkenbsp;verwoestende vormen aan dat de rector magnificus zich ontvankelijk toonde voor een oplossing die - in al haar eenvoud - spoorde met denbsp;toenmalige tijdgeest; vertrek naar een anderenbsp;universiteit werd als desertie beschouwd, ennbsp;werd met de dood bestraft. Voor zover bekendnbsp;heeft geen academische jobhopper zijnnbsp;gespring met de dood hoeven bekopen.nbsp;Integendeel; zij werden met veel geld, hermelijnen toga's en emolumenten verleid. Precies denbsp;benadering dus, waarmee ook de hedendaagsenbsp;universiteit probeert coryfeeën aan te trekkennbsp;danwel binnenboord te houden. Het zal allemaal wel onvermijdelijk zijn. Maar of er op termijn veel zegen op zal rusten?

[Sander van Walsum, onderwijsredacteur De Volkskrant,nbsp;studeerde geschiedenis in Utrecht]



Gebruik je hersens nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;6

Dick Swaab over Alzheimer


Vrouwen aan universitaire top nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8

Doorstroom is mager


Universitair Medisch Centrum Utrecht 12

Geneeskunde vernieuwt


Verder:


Kort nieuws

Risicoloze proefschriften, nieuw collegelid, eredoctoraten.

De Sprong/Literatuurwetenschap

'Al dat getwijfel!'

Promotor van de eeuw

Ornstein: 93 promovendi in 23 jaar

Vakgenoten/Geschiedenis

Docent van het Jaar Leen Dorsman

Bachelors en masters

Lezersoproep: wat is uw titel u waard?

Ter Zake


Universiteitsfonds, concerten, cursussen en veel meer


Universiteitsdag 1 april

De sprekers, het programma, de aanmeldingsbon


Publicaties


Nieuwe titels


Gastcolumn


Hendrik Spiering

Zijsprong

Televisiemaker Camiel van den Boogaard


illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000


10


11


14


15


23


24


-ocr page 3-

Ronald Plasterk, directeur Hubrecht Laboratorium

'Utrecht kan


genoomcentrum worden'


Toen Ronald Plasterk op i februari aantrad als directeur van het Hubrecht Laboratorium,nbsp;Nederlands Instituut voor Ontwikkelingsbiologie, werd Utrecht behalve een onderzoeker vannbsp;naam ook een bekend columnist rijker. Tochnbsp;ligt Plasterks hart bij de wetenschap. 'Het isnbsp;leuk om in de Volkskrant of in Buitenhof af ennbsp;toe je mening te kunnen geven. Maar elkaar nanbsp;een wetenschappelijke ontdekking aankijken ennbsp;weten: wij zijn nu de enigen die snappen hoenbsp;dit werkt, dàt is echt een uniek gevoel.'

Het nieuws dat Ronald Plasterk naar het Hubrecht Laboratorium zou komen, zorgde afgelopen najaarnbsp;voor opwinding in De Uithof. Niet alleen komt metnbsp;de Amsterdamse geneticus een van 's lands toppersnbsp;op het gebied van het biomedisch onderzoek naarnbsp;Utrecht. Maar bovendien neemt hij C. elegans mee,nbsp;een minuscuul wormpje dat de afgelopen vijftiennbsp;jaar het troeteldier is geworden van veel genetici.nbsp;Plasterk: 'Centraal in mijn werk staan twee vragennbsp;die aan het wezen van ons bestaan raken. Hoe ontwikkelen wij ons en hoe denken wij? Zulke vragennbsp;laten zich alleen beantwoorden door te experimenteren. Daarom is in de jaren zestig gezocht naarnbsp;een eenvoudig dier met hersenen en met eennbsp;zenuwstelsel, dat ook nog verschillende soorten cellen bezat, zoals spiercellen en geslachtscellen. Hetnbsp;simpelste dier dat aan die eisen beantwoordt is denbsp;'Caenorhabditis elegans', een draadwormpje vannbsp;nog geen millimeter lengte. Het dier heeft inmiddels een schat aan informatie opgeleverd. Wenbsp;weten dat het 302 hersencellen heeft, waarvan wenbsp;ook precies de verknoping kennen. We weten datnbsp;zijn lichaam bestaat uit 959 cellen en het is nognbsp;steeds het enige meercellige dier waarvan we denbsp;volledige DNA samenstelling en alle 19099 genennbsp;kennen. We weten dus ontzettend veel, maar tegelijkertijd weten we nog vrijwel niets, want we hebben geen idee wat die genen precies doen.'nbsp;Plasterk probeert dat te ontdekken door de eiwitten te onderzoeken die door die genen wordennbsp;aangemaakt. 'Elk gen codeert voor een bepaaldnbsp;eiwit. We kijken waar en op welk moment we datnbsp;eiwit aantreffen. Als we een eiwit bijvoorbeeldnbsp;alleen in de zenuwcellen vinden, is het niet waarschijnlijk dat dat gen een rol speelt bij de spijsvertering. Het is klassiek experimenteren. Wat doet eennbsp;bougie van een auto? Trek hem eruit en kijk wat ernbsp;misgaat. Wij doen iets soortgelijks door een gen innbsp;C. elegans uit te schakelen.'

Uiteindelijk gaat het de biomedische onderzoekers om de werking van het menselijk genoom. Het lijktnbsp;misschien vreemd dat ze voor dat doel een wormpjenbsp;gebruiken, maar dat is het niet. 'Het komt vaaknbsp;voor dat we menselijke genen onveranderd in onzenbsp;worm terugvinden.'

Computertechnologie

Plasterks komst naar Utrecht is mede ingegeven door de gedachte dat er in Nederland geen beterenbsp;plek te vinden is voor het werk dat hij wil gaannbsp;doen dan De Uithof. 'Ik wil zoetjes aan ook ietsnbsp;gaan doen met een gewerveld dier. De zebravis,nbsp;waarmee in Utrecht al veel gewerkt wordt, is daar

Genetisch onderzoek kun je primanbsp;automatiseren

ideaal voor. Ik taxeer dat dat dier de worm onder de gewervelden zal worden, een simpel en goednbsp;hanteerbaar modelsysteem, waarmee de grote vragen van de ontwikkelingsbiologie en de neurobiologie van gewervelden (dus ook van mensen)nbsp;kunnen worden opgelost.' Nog een voordeel van Denbsp;Uithof is dat hier vijf andere groepen uit de landelijke toponderzoekschool 'Biomedische Genetica'nbsp;zijn gevestigd. Vier daarvan zitten in de medischenbsp;faculteit. 'Ik wil proberen het Hubrecht Laboratorium, naast zijn verankering in de biologie, ook ietsnbsp;meer op de medische sector te richten. Ik wil proberen in Utrecht een genoomcentrum van de grond tenbsp;krijgen, waar ons onderzoek met behulp van denbsp;nieuwste technieken op het gebied van de dataverwerking op een veel grotere schaal kan worden uitgevoerd. Er komt veel genetische informatienbsp;beschikbaar en die kunnen we alleen de baas doornbsp;gebruik te maken van de nieuwste computertechnologie. Zoals Ford heeft ontdekt dat je auto's efficiënter aan de lopende band kunt bouwen dan eennbsp;voor een, ontdekken biologen nu ook dat je genetisch onderzoek prima kunt automatiseren.'

Literaire belangstelling

'De drang om te weten heb ik altijd al gehad', vertelt Plasterk. 'Ik kan me van thuis nog een grote atlas met platen van dinosaurussen herinneren ennbsp;boeken over Neanderthalers en het ontstaan van denbsp;mens. De gedachte dat we door evolutie zijn ontstaan, vond ik als kind al heel fascinerend, zekernbsp;omdat ik toen in de kerk nog leerde dat het allemaal heel anders was. Ik denk dat ik al vroeg denbsp;neiging had om te willen ontmaskeren hoe het dannbsp;wel zit.'

Is dat wellicht ook de drijfveer voor de columns die hij sinds kort in De Volkskrant schrijft en in Buitenhof uitspreekt? 'Misschien wel! Maar daarnaastnbsp;speelt ook een rol dat ik van taal houd. Ik heb vannbsp;jongsaf aan veel belangstelling gehad voor literatuur. Ik heb ook lang getwijfeld of ik niet beter eennbsp;taal kon gaan studeren. Maar ja, biologie vond iknbsp;een mooi vak en je kunt nu eenmaal niet alles.nbsp;Dankzij die columns heb ik nu toch de kans om watnbsp;met mijn liefde voor taal te doen. Ik schrijf ze weliswaar om een punt te maken, maar daarnaast ben iknbsp;ook heel bewust bezig met de vorm. Het is niet toevallig dat mensen als Komrij en Karei van het Reve,nbsp;de twee columnisten die ik het meest bewonder,nbsp;literaire columnisten zijn en niet alleen mensen dienbsp;een mening hebben.'

[Erik Hardeman]

Universiteitsdag 1 April

Ronald Plasterk verzorgt tijdens de Universiteitsdag op 1 april a.s. een ochtendlezing in het Edu-catorium. Titel: De functie van genen

Zie pagina 7 9


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 4-

Secretaris Kardux wordt collegelid

De Raad van Toezicht van de Universiteit Utrecht heeft drs.nbsp;Wim Kardux met ingang van 1nbsp;januari 2000 benoemd tot lidnbsp;van het college van bestuurnbsp;van de Universiteit Utrecht.nbsp;Kardux (1944) studeerdenbsp;natuurkunde aan de Universiteit Utrecht en werkte vervolgens als wetenschappelijknbsp;medewerker bij de Stichtingnbsp;voor Fundamenteel Onderzoeknbsp;der Materie. Vanaf 1974nbsp;bekleedde hij bij de Universiteit Utrecht diverse functies,nbsp;waaronder die van directeurnbsp;van de afdeling strategischenbsp;beleidsvorming. Sinds 1993 isnbsp;hij de secretaris van de universiteit.

Tijdens de nieuwjaarsreceptie van het college van bestuur

lichtte collegevoorzitter Veldhuis een tipje van de sluier op over een van de toekomstigenbsp;aandachtsgebieden van Kardux: de universiteit zou meernbsp;georganiseerd moeten wordennbsp;langs de lijnen van onderwijsnbsp;en onderzoekinstituten, ennbsp;minder langs die der faculteiten. De realisatie hiervan zounbsp;een belangrijke opdracht zijnnbsp;voor het nieuwe collegelid.nbsp;Kardux heeft daar oren naar:nbsp;'Dit wordt ongetwijfeld hetnbsp;taaiste deel van mijn portefeuille. Maar ik bepleit al langer dat de instituutsvormingnbsp;krachtig ter hand genomennbsp;moet worden, wil de universiteit beter kunnen aansluitennbsp;op maatschappelijke ontwikkelingen.'



ocentenprijs Dorsman


Wisseltrofee, uitgereikt aan de Docent van het Jaar.



en



Op 7 januari is tijdens de achtste Utrechtse universitaire onderwijsconferentienbsp;'Het Onderwijs Meester' denbsp;prijs 'docent van het jaar'nbsp;uitgereikt. Winnaar is dr.nbsp;Leen Dorsman, docent bijnbsp;de opleiding geschiedenisnbsp;van de faculteit Letteren.nbsp;Voor het eerst werd ook eennbsp;prijs uitgereikt aan het bestenbsp;jonge docententalent. Dezenbsp;ging naar drs. Saskia van dernbsp;Hel, docente bij de faculteitnbsp;Geneeskunde.




Leen Dorsman (zie ook interview Vakgenoten pagina 9) is sinds 1982 docent bij de specialisatie 'Cultuur, Mentaliteitsnbsp;en Ideeëngeschiedenis vanafnbsp;de Verlichting' bij de opleidingnbsp;Geschiedenis. Hij is voorgedragen door de Utrechtse Historische Studentenkring, eennbsp;studievereniging. Volgens denbsp;studenten is Dorsman open ennbsp;bescheiden, en lokt hij uit totnbsp;zelfreflectie. Daarmee is hijnbsp;een voorbeeld voor anderen.nbsp;Saskia van der Hel is voorge


dragen door de studievereniging Mebiose. Zij werkt sinds juni 1998 bij de sectie Functionele Anatomie van de opleiding Geneeskunde, waar ze denbsp;cursussen Algemene Anatomienbsp;amp; Embryologie en Neurowetenschappen voor eerstejaarsnbsp;studenten verzorgt. Studentennbsp;omschrijven Van der Hel alsnbsp;een toegankelijke docente dienbsp;op een creatieve didactischenbsp;wijze haar studenten enthousiast weet te maken om tenbsp;(leren) leren.


Hans Vliegenthart

Prof. dr. J.F.G. Vliegenthart, voorzitter van het Utrechtsnbsp;Ufonds, is per 1 januari 2000nbsp;benoemd tot decaan van denbsp;Faculteit Scheikunde. Vliegenthart volgt bij Scheikunde prof,nbsp;dr. G. van Koten op, die hetnbsp;decanaat de afgelopen 5 jaarnbsp;vervulde.

Desiree Verberk

Mw. drs. Désirée Verberk (1958) wordt per 15 maartnbsp;2000 de nieuwe voorzitter vannbsp;de Universiteitsraad van denbsp;Universiteit Utrecht. Zij is opnbsp;dit moment directeur bedrijfsvoering van de faculteit dernbsp;Letteren van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zij studeerde wijsbegeerte aan denbsp;Katholieke Universiteit in Nijmegen en werkte achtereenvolgens aan de universiteitennbsp;in Nijmegen, Groningen ennbsp;Amsterdam, zowel bij de Universiteit van Amsterdam als bijnbsp;de Vrije Universiteit. Verberknbsp;volgt mr. Johan Janssen op dienbsp;een functie heeft aanvaard bijnbsp;de provincie Gelderland.

Willem Hendrik Gispen

Op 25 januari heeft prof. dr. Willem Hendrik Gispen eennbsp;eredoctoraat ontvangen vannbsp;de Universiteit van Milaan. Hijnbsp;kreeg dit eredoctoraat voornbsp;zijn baanbrekend werk op hetnbsp;gebied van de neurale ennbsp;synaptische plasticiteit in denbsp;hersenen. Prof. Gispen (1943)nbsp;is hoogleraar in de neurofar-macologie en de moleculairenbsp;farmacologie aan de Universiteit Utrecht en is wetenschappelijk directeur van het Rudolfnbsp;Magnus Instituut voor Neurowetenschappen van het Universitair Medisch Centrum innbsp;Utrecht. Eerder ontving hij eennbsp;eredoctoraat van de State University van New York, te Binghamton NY, USA.

Roel van den Broek Afgelopen december heeftnbsp;prof.dr. Roel van den Broek,nbsp;oud-decaan van de faculteitnbsp;Godgeleerdheid van de Universiteit Utrecht een eredoctoraat aan de Ecole Pratique desnbsp;Hautes Etudes, section desnbsp;Sciences Réligieuses, van denbsp;Sorbonne Universiteit in Parijsnbsp;ontvangen. Van den Broeknbsp;kreeg dit eredoctoraat vanwege zijn grote verdienstennbsp;op het gebied van onderzoeknbsp;met betrekking tot gnostiek,nbsp;hermetisme en vroegchristen-dom binnen het brede kadernbsp;van de GrieksRomeinse cultuur. Van den Broek (1931)nbsp;was in Utrecht onder meernbsp;werkzaam als bijzonder hoogleraar Godsdienstgeschiedenisnbsp;van het Hellenisme en alsnbsp;hoogleraar Geschiedenis vannbsp;het christendom en van denbsp;leerstellingen van de christelijke godsdienst.

Sherman de Jesus

Sherman de Jesus is door staatssecretaris Rick van dernbsp;Ploeg (cultuur), per 1 februarinbsp;voor vier jaar benoemd in hetnbsp;bestuur van de Stichting Stimuleringsfonds Culturelenbsp;Omroepproducties. De Jesusnbsp;(1947) is geboren in Willemstad, Curacao. In 1970 vertroknbsp;hij naar Nederland, studeerdenbsp;rechten in Utrecht, schreefnbsp;filmkritieken voor diverse dagbladen, scenario's, en regisseerde en produceerde diversenbsp;voorlichtings en opdrachtfilms.nbsp;Hij was lid van de Raad vannbsp;Advies van de RVU en stuurgroeplid van het Internationale Documentaire Festival innbsp;Amsterdam. Sherman de Jesusnbsp;is een van de oprichters vannbsp;Stichting Jazz in Utrecht (SJU)nbsp;en was de eerste directeur vannbsp;het Nederlands Filmfestival.


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 5-

Promovendi mijden risico's

In de meeste Utrechtse proefschriften ontbreekt hetnbsp;aan een deugdelijke probleemstelling. Kennelijknbsp;missen veel promovendi ennbsp;dus ook hun promotoren denbsp;vaardigheid om het doel ennbsp;de relevantie van hun onderzoek duidelijk te formulerennbsp;en te presenteren. Het isnbsp;daarom hoogst noodzakelijknbsp;dat studenten en promovendi tijdig leren hoe zenbsp;moeten rapporteren.

Dit concludeert de Utrechtse didacticus dr. Heinze Oost innbsp;zijn proefschift, waarin hij denbsp;kwaliteit van de probleemstellingen in het werk van 341 col-legapromovendi onderzocht.nbsp;Oost beoordeelde voor zijnnbsp;onderzoek alle Utrechtsenbsp;proefschriften die in het studiejaar 19941995 in het Academiegebouw werdennbsp;verdedigd. Hij keek uitsluitendnbsp;naar die aspecten die zondernbsp;vakinhoudelijke kennis kunnennbsp;worden beoordeeld en zijnnbsp;conclusie is niet mals. Zelfs alsnbsp;de criteria waaraan een probleemstelling volgens hemnbsp;hoort te voldoen zeer welwillend worden toegepast, kannbsp;minder dan een kwart van allenbsp;proefschriften de toets der kritiek doorstaan. Het grootstenbsp;struikelblok voor de promovendi van vijf jaar geledennbsp;vormde de eis van methodische herkenbaarheid, waaraannbsp;een wetenschappelijke probleemstelling volgens Oostnbsp;moet beantwoorden. Vooral innbsp;bètadissertaties was vaak nietnbsp;duidelijk of de promovendusnbsp;een verschijnsel alleen wildenbsp;beschrijven of ook wilde verklaren. Volgens Oost komt datnbsp;met name omdat veel promovendi bang zijn hun ambitiesnbsp;hardop uit te spreken, 'terwijlnbsp;een probleemstelling daar nunbsp;juist voor bedoeld is'. Hij verwijt de promovendi in kwestienbsp;vaagheid en risicomijdendnbsp;gedrag en pleit voor een herwaardering van het adagiumnbsp;van wetenschapsfilosoof Karlnbsp;Popper, die al in de jaren dertig riep om 'stoutmoedige uitspraken in heldere taalnbsp;gesteld'.

Ook aan de precisie waarmee het probleem in het gemiddelde proefschrift wordtnbsp;gesteld kan nog veel verbeteren, vindt Oost. In meer dannbsp;eenderde van de gevallennbsp;slaagde hij er niet in uit denbsp;probleemstelling af te leidennbsp;wat de centrale vraag wasnbsp;waarop het onderzoek eennbsp;antwoord moest geven. Eennbsp;bijna even groot aantal promovendi liet na de wetenschappelijke ofnbsp;maatschappelijke relevantienbsp;van het verrichte onderzoek innbsp;hun boek aan de orde te stellen. Oost, die verbonden is aannbsp;het Interfacultair Instituutnbsp;voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Studievaardigheden (IVLOS) van denbsp;Universiteit Utrecht, erkentnbsp;dat wetenschappelijk onderzoek ook van goede kwaliteitnbsp;kan zijn zonder dat de probleemstelling voldoet aan allenbsp;eisen. Maar hij noemt hetnbsp;plausibel dat er een relatienbsp;bestaat tussen de maniernbsp;waarop een probleemstellingnbsp;is geformuleerd en de inhoudelijke kwaliteit ervan. Hijnbsp;pleit er dan ook voor dat studenten al in de doctoraalfasenbsp;leren hoe ze over onderzoeknbsp;moeten rapporteren. Ook zouden zij in een vroeg stadiumnbsp;moeten worden getraind innbsp;het expliciteren van door hennbsp;gemaakte keuzes en gehanteerde vooronderstellingen.nbsp;(EH/Ublad)


Nisine als alternatief antibiotica

Nisine, een stof die kort na de oorlog werd geïntroduceerd als conserveringsmiddel, zou een opmerkelijknbsp;alternatief kunnen vormennbsp;voor bestaande antibiotica.nbsp;Dit meldt de Utrechtsenbsp;onderzoeker dr. EeQannbsp;Breukink in het vooraanstaande blad 'Science'.

Breukink deed zijn ontdekking tijdens een speurtocht naarnbsp;nieuwe soorten antibiotica.nbsp;Die zijn nodig omdat steedsnbsp;meer bacteriën resistent worden tegen de middelen die opnbsp;dit moment gebruikt worden.nbsp;Een van de richtingen waarinnbsp;wordt gezocht, is die van denbsp;antibacteriële peptiden. Datnbsp;zijn delen van eiwitten die zichnbsp;aan de celwand van ziekteverwekkende bacteriën hechtennbsp;en daarin een gaatje boren.nbsp;Daardoor lopen de bacteriënnbsp;letterlijk leeg en gaan zenbsp;dood. Bestaande antibioticanbsp;hechten weliswaar ook aan denbsp;celwand, maar doen er veelnbsp;langer over om de bacterie tenbsp;verzwakken en te doden. Hoewel nisine, een peptide van 34nbsp;aminozuren dat wordt uitgescheiden door de melkzuurbacterie, al van oudsher geldtnbsp;als effectief 'groen' conserveringsmiddel in onder meernbsp;smeltkaas, is nooit eerdernbsp;gedacht aan de mogelijkheidnbsp;om de stof te gebruiken alsnbsp;basis voor de fabricage vannbsp;antibiotica. Breukink vermoedtnbsp;dat dat komt omdat consumenten bezwaar zouden kunnen maken tegen eennbsp;antibioticum dat ook als conserveringsmiddel wordtnbsp;gebruikt. Maar nu steeds meernbsp;bacteriën resistent wordennbsp;tegen de bestaande antibiotica, besloot de Utrechtsenbsp;onderzoeker, die op ditnbsp;moment in Oxford vertoeft,nbsp;toch om de eigenschappen vannbsp;antibacteriële peptiden nadernbsp;te onderzoeken. Hij koos daarbij voor nisine, omdat die stofnbsp;krachtiger is dan andere peptiden. Uit het onderzoek bleeknbsp;dat nisine zijn krachtige werking vooral dankt aan het feitnbsp;dat het zich vast kan hechtennbsp;aan een molecuul dat een cruciale rol speelt bij de vormingnbsp;van de celwand van de bacterie. Vandaar dat het effectiever is dan andere peptiden innbsp;het doorboren van die celwand. Dit gegeven, gecombineerd met het feit dat ook nanbsp;vijftig jaar gebruik als conserveringsmiddel geen bacteriënnbsp;zijn gevonden die resistent zijnnbsp;tegen nisine, biedt volgensnbsp;Breukink voortreffelijke aanknopingspunten voor het ontwikkelen van een nieuwenbsp;generatie zeer effectieve antibiotica. (EH/Ublad)



Eredoctoraat voor Koopman ennbsp;Goldman-Rakic


Eredoctor Ton Koopman ’draagt bij aan de hedendaagse muzikale verbeeldingnbsp;van het christelijk geloof'.

De Universiteit Utrecht verleent eredoctoraten aan neur-obiologe prof.dr. Patricia Goldman-Rakic en aan musicusnbsp;Ton Koopman. Het eredoctoraat voor Patricia Goldman-Rakic wordt uitgereikt tijdensnbsp;de viering van de 364ste Diesnbsp;van de Universiteit Utrecht, opnbsp;27 maart 2000. Ton Koopmannbsp;ontvangt zijn eredoctoraat opnbsp;vrijdag 24 maart, tijdens eennbsp;speciale bijeenkomst. Dezelfdenbsp;avond vindt de Nederlandsenbsp;première plaats van de doornbsp;Ton Koopman gereconstrueerde en gedirigeerde Markusnbsp;Passion van Johan Sebastiannbsp;Bach in het Utrechtse Vreden-burg.

Musicus en muziekweten-schapper Ton Koopman krijgt het eredoctoraat voor zijn bijdragen aan het onderzoeknbsp;naar en de vertolking van hetnbsp;oeuvre van Bach, met namenbsp;van de passies en de cantates.

De Diesrede op maandag 27 maart wordt uitgesproken door prof.dr. W.P.M.nbsp;Hoekstra onder de titel:nbsp;'Meer dan DNA alleen'nbsp;Lezers van Illuster kunnennbsp;voor deze plechtigheidnbsp;kaarten bestellen via (030)nbsp;2533068 of email;

p. vanderveer@bs.uu.nl


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 6-

Hersenonderzoeker Dick Swaab over de ziekte van Aizheimer

Gebruik je hersens

Hem valt de twijfelachtige eer te beurt dat een stukje van de menselijke hersenen naar hem genoemd is. Het 'kwabje van Swaab' - bij homoseksuele mannen groter dan bij heteroseksuelen - hield in 1989 denbsp;gemoederen danig bezig. Tegenwoordig houdt prof. dr. Dick Swaabnbsp;(55), hoogleraar Neurobiologie aan de Universiteit van Amsterdam ennbsp;directeur van het Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek, zichnbsp;vooral bezig met onderzoek naar de ziekte van Alzheimer. Op 14 aprilnbsp;verzorgt hij de David de Wiedlezing in Utrecht.

'Ik heb mij altijd geïnteresseerd voor seksegerela-teerde verschillen in de hersenen', zegt Swaab. 'Sekseverschillen in de hersenen blijken ook terugnbsp;te komen bij de ziekte van Alzheimer.'

Bij de ziekte van Alzheimer wordt het geheugen langzaam uitgewist. De patiënt legt de ontwikkeling van baby tot volwassene in omgekeerde richting af. Wat ooit geleerd werd, wordt vergeten. Denbsp;patiënt raakt volkomen ontredderd en eindigtnbsp;veelal in foetushouding op bed. Hoewel Alzheimernbsp;al in de 19e eeuw bekend was en al in 1907 goednbsp;werd beschreven was de ziekte lange tijd zeldzaam.nbsp;De vroege vorm viel wel op, maar die kwam weinignbsp;voor. De meest voorkomende vorm is Alzheimer opnbsp;latere leeftijd. Dat die vorm nu zoveel voorkomt, isnbsp;een gevolg van het feit dat mensen steeds oudernbsp;worden. 'Je kunt Alzheimer zien als de tol die wenbsp;daarvoor moeten betalen', stelt Swaab. 'Maarnbsp;accepteer je dat? Je kunt bij zo'n ontluisterendenbsp;ziekte niet zeggen dat die nu eenmaal bij het eindenbsp;van het leven hoort. Om de kwaliteit van het levennbsp;te bewaken, moet je er iets aan doen.'

Nederlandse Hersenbank

Nog steeds is de aanwezigheid van veranderingen in de hersenen (de 'neuritische plaques' en 'neurofi-brillaire tangles') de enige echt betrouwbare diagnose voor Alzheimer. Daarvoor moeten de hersenennbsp;na het overlijden worden onderzocht. Voor onderzoek zijn ook hersenen nodig van pas overledennbsp;patiënten en gezonde mensen. Om hersenonderzoek te kunnen doen, richtte Swaab in 1985 denbsp;Nederlandse Hersenbank op. 'Inmiddels heeft denbsp;Hersenbank zo'n tweeduizend hersenen ter beschikking gesteld aan 360 onderzoeksgroepen in twintignbsp;verschillende landen', meldt Swaab.

De Nederlandse Hersenbank is in staat binnen zes uur na een overlijden de hersenen uit te prepareren. Die snelheid is nodig omdat de chemie van denbsp;hersenen zo min mogelijk mag veranderen.nbsp;De ziekte van Alzheimer is aanvankelijk vooralnbsp;bestudeerd in families die erfelijk belast zijn met denbsp;ziekte. 'Dat heeft de aandacht te sterk gericht opnbsp;de stapeling van eiwitten die toxisch voor de hersencellen zouden zijn en zo tot celdood en dementie leiden', zegt Swaab. Hij meent dat de familiairenbsp;aandoening een verbijzondering is van de senielenbsp;dementie die op latere leeftijd optreedt. 'Zulknbsp;onderzoek belicht slechts een deel van het verhaal.nbsp;Celdood vind je slechts in enkele hersenstructuren.nbsp;Naar mijn indruk is het veel belangrijker dat de hersencellen weliswaar blijven leven, maar kleiner ennbsp;minder actief worden.'

Dat is een constatering die verstrekkende conse-

Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 7-

quenties heeft voor therapie, meent hij. 'Dode cellen kunnen niet tot leven gewekt worden. Bij kleine, inactieve, maar levende cellen is er altijd denbsp;kans dat ze door therapie gevitaliseerd kunnennbsp;worden.'

De gangbare theorie voor de ziekte van Alzheimer is dat door het gebruik van de hersenen steedsnbsp;meer schade in de cellen ontstaat, wat uiteindelijknbsp;leidt tot onherstelbare schade en celdood. De aanwezigheid van een bepaalde genetische opmaaknbsp;(zoals het ApoE-4 gen) versnelt dit proces van 'wearnbsp;and tear', evenals hart en vaatziekten, roken en hetnbsp;hebben van het vrouwelijke geslacht. Dat laatstenbsp;waarschijnlijk omdat na de menopauze de productie van oestrogeen wegvalt. Oestrogeen en - bijnbsp;mannen - testosteron beschermen tegen Alzheimer.

Biologische klok

Swaab zet daar zijn 'use it or lose it theorie tegenover. Het gebruik van de hersencellen houdt ze juist jong, stelt hij. Dit in tegenstelling tot de cellen innbsp;de rest van het lichaam. 'Kijken naar sport is gezonder dan zelf sporten', zegt Swaab, die niet denbsp;indruk maakt een fanatiek sporter te zijn, met pretoogjes. 'Je hersencellen zijn dan wel actief, maar jenbsp;lichaamscellen niet.' Vanuit die gedachte is hetnbsp;begrijpelijk dat goede scholing en een veeleisendenbsp;baan blijken te beschermen tegen de ziekte vannbsp;Alzheimer.

Omdat de hersencellen er nog liggen kunnen ze

Kijken naar sport

is gezonder dan zelf sporten

met therapie gereactiveerd worden. Verschrompeling van het gebied van de biologische klok verstoort bijvoorbeeld het slaapwaakritme van Alzheimerpatienten. Daardoor doen ze hazenslaapjes overdag en spoken ze 's nachts rond. 'Licht stimuleert de biologische klok. Dagelijks een paar uurnbsp;buiten lopen is al voldoende om deze cellen te activeren', zegt Swaab, die het daarom betreurt datnbsp;veel ouderen nauwelijks buiten komen vanwegenbsp;personeelsgebrek of het ontbreken van zorgzamenbsp;familieleden. 'In China zit een familielid naast hetnbsp;bed van elke Alzheimerpatient. Die gaat ook metnbsp;hen naar buiten', weet Swaab, die in Beijing betrokken is bij de oprichting van het eerste Chinese Alzheimercentrum.

De 'use it or lose it'-hypothese biedt ook perspectieven voor andere technieken die de hersencellen stimuleren. Een vroege diagnose van de ziekte is daarbij echter wenselijk, maar tot nu toe is die niet eenvoudig. Als therapie komen cognitieve inspanningen in aanmerking, maar ook techniekennbsp;waarbij de cellen door elektrische signalen van buitenaf worden geprikkeld. En natuurlijk de biochemie, waarbij op hersencellen gerichte chemischenbsp;boodschappers en groeifactoren kunnen wordennbsp;ingezet. 'Daar is nog een lange weg te gaan', waarschuwt Swaab. 'In Amerika is men begonnen metnbsp;gentherapie met groeifactoren. Er worden genen innbsp;de hersenen gebracht die de verschrompelde cellennbsp;stimuleren, maar er zijn nog geen eenduidige resultaten.'

Euthanasie

Swaab meent dat het huidige onderzoek pas bij een volgende generatie wereldburgers vruchten zalnbsp;afwerpen. De komende decennia zullen er twee totnbsp;drie keer zoveel patiënten met de ziekte van Alzheimer zijn dan nu. 'Dat feit zouden we niet uit denbsp;weg moeten gaan. We moeten ons de vraag stellennbsp;wat we dan zouden doen.'

Als je bij je volle verstand een euthanasieverklaring opstelt voor het geval je later dement wordt, is dienbsp;niet rechtsgeldig als dat inderdaad gebeurt. Innbsp;tegenstelling tot een testament, constateert Swaabnbsp;oprecht verbaasd. 'Euthanasie wordt nog nauwelijksnbsp;geaccepteerd door de samenleving, maar een goednbsp;voorbereid afscheid kan blijvend goede herinneringen voor de nabestaanden betekenen.' Artsen zouden daar vaker met hun patiënten over moetennbsp;praten, vindt Swaab. En natuurlijk over de mogelijkheid om door het afstaan van de hersenen voornbsp;obductie mee te werken aan betere kansen voornbsp;toekomstige generaties. Je bent directeur van eennbsp;hersenbank of je bent het niet.

[Maarten Evenblij]

Uitnodiging David de Wiedlezing

14 april 2000

Op 14 april houdt professor dr. D.F. Swaab de jaarlijkse David de Wiedlezing. De titel van zijnnbsp;lezing: 'Alzheimer onderzoek, het begin van eennbsp;beter einde'.

Lezers van Illuster zijn van harte uitgenodigd deze bijeenkomst bij te wonen.

Voor nadere informatie en opgave: zie llluster-zake, pagina 18.

lliusterzijde

De Universiteit Utrecht in de pers

Bestuursvoorzitter Jan Veldhuis over het verschil tussen universiteit en hogeschool: 'Universiteitennbsp;verschillen hemelsbreed van hogescholen, en datnbsp;moet vooral zo blijven. In plaats van naar hetnbsp;HBO te lonken, moeten universiteiten zich richten op instellingen waar het echt om gaat: denbsp;buitenlandse universiteiten. Universiteiten moeten hun studenten voor een deel van hun studienbsp;naar het buitenland sturen en buitenlandse studenten onderwijs bieden.'

[NRC Handelsblad, 15 januari 2000]

Dr. Nienke Endenburg van de faculteit diergeneeskunde op een landelijke hondenpoepconfe-rentie. 'Veel Nederlandse gemeenten weten zich geen raad met hondenpoep. De meeste dorpennbsp;en steden kennen wel een opruimplicht voornbsp;drollen of hebben hondentoiletten aangelegd,nbsp;maar vaak met weinig succes. Het beleid innbsp;Nederland staat nog in de kinderschoenen, ennbsp;dat terwijl de drol de grootste irritatiebron isnbsp;voor Nederlanders.'

[Volkskrant, 14 januari 2000]

Bijzonder hoogleraar klinische genetica F. Beemer over prenatale preventie. 'Steeds meer mensen willen van tevoren weten of hun kind gezond is. Begrijpelijk, mensen van nu willennbsp;hun leven zoveel mogelijk uitstippelen. Ze krijgen dus laat en weinig kinderen die dan ook zonbsp;gezond mogelijk moeten zijn. Maar de illusienbsp;moet niet worden gewekt dat ouders het levennbsp;van hun kind altijd in handen hebben. De perfecte, maakbare mens bestaat niet.'

[Utrechts Nieuwsblad, 8 januari 2000]

Professor in de gedragsbiologie J. van Hooff over de drijfveer van zinloos geweld. 'Elke vormnbsp;van geweld geeft de dader een zekere voldoening. Uit onderzoek naar het gedrag van apennbsp;kunnen we concluderen dat geweld in de dierenwereld altijd een functie of motief heeft.nbsp;Onder de chimpansees wordt agressie of geweldnbsp;gebruikt om de sociale orde in de groep tenbsp;handhaven. De opvatting dat het menselijknbsp;geweld te verklaren is uit evolutie, is in opmars.nbsp;In de mens is meer beestachtigheid dan wenbsp;dachten. Maar het gros van de tijd leeft eennbsp;apenkolonie vreedzaam. Net als de mensensamenleving.'

[Utrechts Nieuwsblad, 21 december 1999]

Miriam Fris van het Centrum voor verslavingsonderzoek over gokverslaafden. 'Gokverslaafden en mensen uit hun directe omgeving hebbennbsp;baat bij gespreksgroepen met lotgenoten. Veelnbsp;gokkers komen hierdoor definitief van hun verslaving af. Het grote succes van de gespreksgroepen zit in de nauwe samenwerking tussennbsp;verslaafden en hun familie of andere naasten.'nbsp;[Trouw, 1 december 1999]


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 8-

De sprong

Afgestudeerd, en dan?

'In mijn wanhoop overwoog ik zeifs de IT'


Mei 1998. Niks nieuwe lente nieuw geluid als Floor Gerritsma afstudeert in de Literatuurwetenschap. Wel een gapend, zwart gat. 'Ik wist bijnbsp;god niet wat ik kon, wat ik wilde. Daar maaktenbsp;ik me flink zorgen over, want hoe kom je daarnbsp;achter?'

'Trainee bij een grote organisatie? Starten als office manager om daarna door te stromen? Accountnbsp;manager? Ik kwam er niet uit, uit die wirwar vannbsp;vage terminologieën en functies waarvan ik geennbsp;benul had wat het inhield. Ik ben met veel mensennbsp;gaan praten, en heb me laten voorlichten door eennbsp;uitzendbureau. Dat proces van wikken en wegennbsp;heb ik heel intensief en bewust doorgemaakt. Iknbsp;kon alles en tegelijk ook helemaal niets. Overigensnbsp;durfde ik pas later tegen de mensen in mijn omgeving te zeggen dat ik er nog geen idee van hadnbsp;welke kant ik op wilde. Dan werd ik schaapachtignbsp;aangekeken, want 'men' verwacht alles van je,nbsp;behalve deze onzekerheid.'

Ook haar studiekeuze was van het type hinkstap-sprong: na een paar maanden rechten deed ze een jaar Nederlands. Studie nummer drie. Literatuurwetenschap, vond ze daarentegen meteen 'waanzinnignbsp;leuk', omdat de literatuur daar in een breed perspectief wordt geplaatst, en theoretischer en filoso-fischer wordt benaderd dan bij Nederlands. 'Ik hebnbsp;nou eenmaal niets met mensen die alles van Hermans hebben gelezen.'

Na een studentenstage bij Prometheus/Bert Bakker bleef ze op freelancebasis bureauredacteur bij dezenbsp;uitgeverij. 'Ze hadden genoeg werk voor me, maarnbsp;geen vast contract. Ik zocht verder en zag dat voornbsp;de leuke functies steeds een econoom of juristnbsp;gevraagd wordt. In mijn grootste wanhoop heb iknbsp;er zelfs aan gedacht mezelf in de IT los te laten.nbsp;Ondertussen kreeg ik een contract bij Prometheusnbsp;van drie dagen, maar dat zag ik alleen als broodwinning, niet als serieuze baan. Ik bleef om menbsp;heen kijken en besloot bij de letteren te blijven.nbsp;Eerst werkte ik twee dagen per week bij een tekst-bureautje, later deed ik organisatorische klussennbsp;voor een hip snowboardmagazine. Het grote keerpunt kwam afgelopen najaar, toen Prometheus menbsp;een contract bood van een halfjaar, voor viernbsp;dagen in de week. Als bureauredacteur. En ik zei ja!nbsp;Mijn omgeving moest daar wel om lachen natuurlijk. Al dat getwijfel lijkt voor niets te zijn geweest,nbsp;maar ik wilde goed om me heen kijken. Deze baannbsp;is het nu helemaal, met een vast contract. Ach, iknbsp;doe alles met een waanzinnige omweg. Saai is hetnbsp;in elk geval niet.'

[Chiara Soldati]


Ornstein promotor van de eeuw

De meest productieve Utrechtse promotor van de afgelopen eeuw is de natuurkundige Leonardnbsp;Salomon Ornstein. Met 93 promoties in 23 jaarnbsp;blijft hij de tweede op de ranglijst, David denbsp;Wied, nipt voor. Het Utrechts Universiteitsbladnbsp;maakte een top 25 van proefschiftbegeleiders innbsp;de twintigste eeuw.

Ornstein werd in 1914 in Utrecht tot hoogleraar benoemd maar mocht zijn laboratorium na meinbsp;1940 vanwege zijn joodse afkomst niet meer betreden. In die relatief korte periode wist hij het tochnbsp;klaar te spelen om liefst 93 promovendi te begeleiden. Daarmee staat hij bovenaan de ranglijst van denbsp;25 meest succesvolle promotoren van de twintigstenbsp;eeuw. Hij wordt op de voet gevolgd door de far-macoloog David de Wied, die vanaf zijn benoemingnbsp;tot hoogleraar in 1963 86 promovendi onder zijnnbsp;hoede had. De meest succesvolle vrouwelijke promotor was de biologe Johanna Westerdijk. Na haarnbsp;benoeming tot hoogleraar in 1917 begeleidde zij 42nbsp;promovendi, nét niet genoeg voor een plaatsje innbsp;de top-25.

Het U-blad turfde ook de promoties in 1999. Promotor van het jaar is J. Verhoef (Geneeskunde) met een indrukwekkend aantal promovendi: 11 in éénnbsp;jaar. De tweede plaats wordt gedeeld door viernbsp;hoogleraren, die ieder goed zijn voor zes promoties. Dit zijn W. van den Akker (Letteren), P. Baehrnbsp;(Rechten), R. Kaptein (Scheikunde) en J. Sixmanbsp;(Geneeskunde).


De Utrechtse natuurkundigen in 1922. Zittend links

Ornstein met rechts naast hem met witte baard

Julius. Geheel rechts Minnaert.

Ook het aantal promoties in 1999 per faculteit is geteld. Geneeskunde staat bovenaan met 101 promovendi. Wijsbegeerte is de hekkensluiter met 3nbsp;promovendi. In totaal promoveerden in Utrecht 374nbsp;personen. Daarvan is 37% vrouw. Het percentagenbsp;vrouwen is niet gelijkelijk over de faculteiten verdeeld. Zo bedraagt het percentage vrouwelijke promovendi bij Natuur- en Sterrenkunde 10%, maar bijnbsp;Rechten en Sociale Wetenschappen respectievelijknbsp;59 en 55%.

[Erik HardemanlUblad]

1

L. Ornstein (Natuurkunde, 1914)

93

2

D. de Wied (Geneeskunde, 1963)

86

3

J. Sixma (Geneeskunde, 1975)

79

4

J. Verhoef (Geneeskunde, 1980)

73

5

J. Overbeek (Scheikunde, 1946)

71

6

J. Geus (Scheikunde, 1980)

69

7/8

H. Zwaardemaker (Geneeskunde,1897)

J. Vliegenthart (Scheikunde, 1980

67

9

C. Went (Biologie, 1896)

64

10

P. Endt (Natuurkunde, 1955)

63

11/12

H. Kruyt (Scheikunde, 1916) W. Gispen (Geneeskunde, 1980)

62

13/14

J. Gonda (Letteren, 1943)

W. Seinen (Biologie / Dierg. 1984)

61

15

C. de Vooys (Letteren, 1915)

58

16

S. de Laat (Biologie, 1987)

56

17

F. Kögl (Scheikunde, 1930)

54

18

G. Blasse (Scheikunde, 1970)

52

19/20

K. Winkler (Geneeskunde, 1947)

  • L. van Deenen (Scheikunde, 1961)

51

21/22

C. de Langen (Geneeskunde, 1938)

A. Haspels (Geneeskunde, 1969)

50

23/24

C. Drooger (Aardwetenschappen, 1966) O. Schuiling (Aardwetenschappen, 1972)

49

25

H. Westenbrink (Geneeskunde, 1946)

47

J. Westerdijk (Biologie, 1917)

42


In deze lijst zijn alleen promoties aan de (Rijks)Uni-versiteit Utrecht meegeteld.


Illuster I Universtiteit Utrecht I maart 2000

-ocr page 9-

Vakgenoten

Docent en afgestudeerde over elkaar, de opleiding en de arbeidsmarkt

Ons vak biedt schoonheid en troost

Leen Dorsman over Maartje Janse: 'Maartje legt wel even uit hoe het zit.'

Maartje Janse over Leen Dorsman: 'Leen heeft echt belangstelling voor zijn studenten'

Ze delen hun liefde voor de negentiendeeeuwse burgerij en hebben beiden het vermogen omnbsp;altijd weer die ene essentiële vraag te stellen:nbsp;waar ben ik als historicus eigenlijk mee bezig?nbsp;Leen Dorsman en Maartje Janse. Hij is toegevoegd universitair docent historiografle, zij isnbsp;net bij Leen afgestudeerd in de cultuurgeschiedenis. Nu Leen gelauwerd is tot 'Docent van hetnbsp;jaar' van de Universiteit Utrecht, geven Maartjesnbsp;onderwijsaspiraties hun meester-leerling-relatienbsp;een extra dimensie.

Leen Dorsman

'Je staat voor zo'n zaal met een man of honderd, en dan begint er langzaam iets van onderuit je rugnbsp;naar boven te kruipen. Dat is het 'goedcollegege-voel'. Dan kan het niet meer stuk. Een paar keernbsp;kreeg ik applaus na afloop, zoals na mijn uitweiding over lesgeven. Ik vertelde dat ik ook nog welnbsp;eens nerveus ben voor een college, dat ik me vroeger met twee handen vasthield aan de lessenaar.nbsp;Dat heeft met aarding te maken, met veiligheid. Tijdens mijn colleges leren studenten in het openbaarnbsp;te spreken, dat vinden ze verrekte lastig. Maartjenbsp;niet, die is van zichzelf verbaal sterk. Ik wist nietnbsp;wie mijn kandidaatstelling als docent van het jaarnbsp;zou verdedigen, maar toen ik stomtoevallig Maartjenbsp;bij de jury vandaan zag komen, wist ik: 'Aha, mijnnbsp;kansen zijn enorm gestegen.'

De Utrechtse Historische Studenten Kring droeg Leen Dorsman voor als 'Docent van het jaar', omdatnbsp;hij niet alleen wordt gezien als de verpersoonlijkingnbsp;van de vraag: waar ben ik als historicus precies meenbsp;bezig, maar ook omdat hij zijn studenten in staatnbsp;stelt daarop een zinnig antwoord te formuleren. Hijnbsp;was bovendien favoriet vanwege zijn wervelendenbsp;hoor en werkcolleges, zijn persoonlijke toegankelijkheid en zijn actieve rol in de onderwijsvernieuwing. 'De prijs zie ik als waardering van de mensennbsp;met wie ik de hele dag werk. Ik was trots op mijnnbsp;studenten, omdat het schriftelijke rapport dat zenbsp;over mij opstelden, met kop en schouders uitstaknbsp;boven de rest. Het was geen obligaat geklets, maarnbsp;een goed geformuleerd verhaal.' Leen heeft denbsp;laatste jaren al in zoveel onderwijscommissies gezeten, dat hij zijn didactische vaardigheden niet nognbsp;meer zal 'uitventen'. 'Ik blijf gewoon mijn werknbsp;doen. En genieten. Bovendien: kan ik het een andernbsp;wel leren? Ik kan alleen maar zeggen: probeer hetnbsp;enthousiasme te pakken te krijgen, daar gaat hetnbsp;om in het onderwijs.'

Door zijn persoonlijke betrokkenheid storten veel studenten hun hart bij hem uit. 'Ik vind dat ik altijdnbsp;een luisterend oor moet bieden, omdat het vak datnbsp;ik geef een hoop kan losmaken. Alleen al door mijnnbsp;vraag: is geschiedbeoefening wel een wetenschap?'

Maartje Janse

Maartje Janse was, net als Leen Dorsman, als kind al gefascineerd door de geschiedenis. Op de lagerenbsp;school wist ze zelfs: ik kan het beter uitleggen. 'Datnbsp;is nou typisch Maartje', zegt Leen. 'Zij zal wel evennbsp;uitleggen hoe het zit. Ze hoort tot de mensen vannbsp;wie je blij bent dat je ze onder je hoede hebtnbsp;gehad. Voor ons allebei heeft het vak een culturelenbsp;dimensie. Het biedt schoonheid en troost.'

Geschiedenis tot

leven laten komen

Maartje Janse studeerde in november af bij Leen Dorsman. Haar scriptie, die binnenkort wordt uitgegeven in de reeks Utrechtse Historische Cahiers,nbsp;gaat over de negentiende-eeuwse Maatschappij totnbsp;Nut van den Javaan. Maartje volgt nu een postacademische lerarenopleiding van een jaar bij hetnbsp;IVLOS.

'Ik vond Leen een aardige docent en bij aardige docenten doe je meer je best. Dat komt je studieresultaten ten goede.' Ze vindt dat Leen een positievenbsp;instelling heeft. Als voorbeeld noemt ze het bespreken van papers. 'Dat is altijd spannend, want daarnbsp;heb je drie maanden aan gewerkt. Andere docenten zeggen: je had harder kunnen werken, je hebtnbsp;kansen laten liggen. Dat is misschien ook de strekking van Leens woorden, maar hij geeft je nooit hetnbsp;gevoel dat je het slecht hebt gedaan. Hij licht zijnnbsp;beoordeling altijd toe.' Ze voegt eraan toe: 'Docenten hebben er geen idee van hoe groot de persoonlijke betrokkenheid van studenten is. Ook Leen wasnbsp;verbaasd toen ik eens zei dat ik een paar nachtennbsp;had wakker gelegen van m'n scriptie.'nbsp;Maartje merkt op dat ze niet alleen veel geleerdnbsp;heeft over de geschiedenis, maar ook over hetnbsp;onderwijs. 'Net als Leen vind ik het belangrijk dat jenbsp;kennis niet overdraagt om de kennis, maar dat jenbsp;studenten opleidt tot zelfverzekerde kritische mensen, die met enige afstand naar de maatschappijnbsp;kunnen kijken. Ik denk dat je ook mensen die vannbsp;huis uit minder geletterd zijn, veel van de geschiedenis kunt meegeven. Kinderen moeten de helenbsp;dag op school lullige oefeningetjes doen, maar bijnbsp;geschiedenis krijgen ze eindelijk iets wezenlijks tenbsp;horen. Dan moetje natuurlijk niet met dorre feitennbsp;aankomen, maar de geschiedenis levend maken.nbsp;Laat de kinderen maar een familiestamboom makennbsp;in de les, en vertel dan over hun overgrootvadersnbsp;en de industriële revolutie.'

Volgens Maartje probeert Leen altijd zo snel mogelijk de namen en voorkeuren van zijn studenten te kennen. 'Ook al zijn het er 80, hij onthoudt watnbsp;hun favoriete periode of schrijver is. Hij heeft echtnbsp;belangstelling voor zijn studenten. Ik zou ook bestnbsp;op universitair niveau willen werken, maar ik bennbsp;erachter gekomen dat ik in het academischenbsp;wereldje te veel op mijn tenen moet lopen. Hetnbsp;ging allemaal maar net.'nbsp;Leen roept uit: 'Maar nét? Je bent cum laude afgestudeerd!' 'Maar dat wilde ik ook graag', zegtnbsp;Maartje. 'Dat maakt het zo moeilijk, snap je? Iedereen die iets wil bereiken in het leven heeft eennbsp;soort faalangst. Stel dat het niet lukt. Ik ga niet eennbsp;studie beginnen en er niet goed in worden, datnbsp;vind ik zonde van mijn tijd. Ik ga het liefst voor denbsp;negen.'

[Chiara Soldati]

Zie ook Nieuwspagina 4


Illuster [ Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 10-

'Universitair systeem belemmert interne loopbaan'

Vrouwelijke wetenschappers bereiken


'Ik heb lang verdrongen dat ik ambitieus ben. Met dat woord wilde ik niet geassocieerd worden.' Vrouwen genoeg op de Nederlandse universiteiten, ook in Utrecht. Maar hun aandeel in het hooglerarencorps is nognbsp;altijd minimaal. Zeker als je op zoek gaat naar wetenschapsters uit eigen kweek. Hoe komt het toch dat zij

zo slecht doorstromen naar de top?

De opdracht luidde: interview een Utrechtse vrouwelijke hoogleraar die zelf aan de Universiteit Utrecht gestudeerd heeft. Dat viel niet mee. Uiteindelijk vond de redactie van Illuster er een: Joziennbsp;Bensing (1950), hoogleraar gezondheidspyschologie.nbsp;We maken een afspraak voor een interview op hetnbsp;Nivel (Nederlands instituut voor onderzoek van denbsp;gezondheidszorg), waar Bensing al vijftien jaarnbsp;directeur is. Ze is niet verbaasd als ze hoort hoenbsp;moeizaam de speurtocht is verlopen. 'Een tijd geleden hadden we een bijeenkomst van vrouwelijkenbsp;hoogleraren uit heel Nederland. Ik hoorde opmerkelijk veel buitenlandse accenten en ben toen eensnbsp;gaan turven: zes van de dertig vrouwelijke hoogleraren kwamen uit het buitenland: uit Italië, Ierland,nbsp;Engeland, Libanon en België. De meeste anderen,nbsp;onder wie ikzelf, hadden ook niet via de eigen universiteit carrière gemaakt. Heel merkwaardig. Toennbsp;ik dat eenmaal geconstateerd had, zag ik hetnbsp;overal. Er moeten in het universitaire systeemnbsp;onzichtbare belemmeringen zijn die een internenbsp;loopbaan voor vrouwen bemoeilijken. Ik denk datnbsp;een vrouw 'van buiten' begerenswaardiger is, minder gezichtsverlies oplevert dan een vrouw dienbsp;intern promotie maakt en haar collega's dus passeert.'

Zelf heeft Bensing nooit het hoogleraarschap geam-


10

Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 11-

zelden de top

bieerd. 'Ik ging al tijdens mijn studie bij het Nivel werken. Daar ben ik langzamerhand opgeklommen.nbsp;Een jaar na mijn benoeming tot directeur, in 1985,nbsp;kreeg ik mijn eerste kind. Tijdens mijn zwangerschapsverlof had ik zeeën van tijd en bedacht ik datnbsp;ik toch maar eens moest promoveren. Zet maar in jenbsp;artikel dat een zwangerschapsverlof een uitstekendnbsp;sabbatical kan zijn. Je hebt meer afstand tot jenbsp;werk en je kunt er beter over nadenken. Mijnnbsp;tweede kind kreeg ik in 1987 en in 1991 ben iknbsp;gepromoveerd. Binnen enkele weken lagen er drienbsp;aanbiedingen voor een hoogleraarschap. Ik hebnbsp;toen gekozen voor Utrecht. Ik heb hier als studentnbsp;een goede tijd gehad. Dat geeft toch een emotionele verbondenheid. En Utrecht was de eerste dienbsp;mij vroeg.'

Macht of status

'Wat ik na mijn promotie wil worden?' Els Rose (1972) moet om zichzelf lachen als ze het antwoordnbsp;geeft. 'Professor natuurlijk!' Dan serieus: 'Ik snapnbsp;ook wel dat de universiteit me zo'n baan nietnbsp;onmiddellijk na mijn promotie in de schoot zal werpen. Ik wil wel heel graag in de wetenschap blijvennbsp;werken. Hoewel, ik zou na mijn promotie niet nognbsp;eens vier jaar met mijn neus tegen de muur willennbsp;zitten. Onderzoek is heerlijk, maar eigenlijk ben iknbsp;het gelukkigst als ik onderwijs geef, hoewel datnbsp;veel intensiever is dan onderzoek doen.'nbsp;Rose ontvangt nu nog een beurs om in haar levensonderhoud te voorzien, maar binnenkort wordt zenbsp;aio bij mediaevistiek. Dan heeft ze de status vannbsp;universitair medewerker, met alle voordelen vandien. Ze werkt aan een proefschrift over vroegmiddeleeuwse, Gallische liturgie. Een jaar lang heeft zenbsp;gewerkt aan de vertaling van een boek dat stamtnbsp;uit 700. Nu is ze bezig met het commentaar erop.nbsp;Over een jaar loopt haar aanstelling als aio af. Hoenbsp;groot schat ze de kans dat ze aan de universiteitnbsp;kan blijven? 'Wat ik om me heen zie, stemt me nietnbsp;vrolijk. Vacatures voor vaste banen zijn er nauwelijks. Collega's zwerven van postdoc- naar postdoc-plaats. Die voortdurende onzekerheid over jenbsp;toekomst lijkt me vreselijk.'

Zwangerschap is uitstekend sabbatical

Overigens betwijfelt Rose of het hoogleraarschap de ideale baan is. 'Hoogleraren zijn vooral manager.nbsp;Dat lijkt me niet aantrekkelijk. Het gaat me niet omnbsp;besturen, ik wil met mijn kennis aan de slag. Dus alsnbsp;je vraagt wat ik wil worden, is het eigenlijk: onderzoeker en docent. Wat dat betreft jaag ik geen status na. Of macht.'nbsp;Op de middelbare school behoorde Rose tot denbsp;doelgroep die volgens de overheid vaker moest kiezen voor 'exact'. 'Belachelijk. Ik ben altijd een letterenkind geweest. Ik heb nooit begrepen waaromnbsp;letteren een b-keuze zou zijn. Eigenlijk heb ik op denbsp;universiteit weinig last gehad van het feit dat iknbsp;een vrouw ben. Ook geen voordeel trouwens. Volgens mij is het voor je loopbaan veel belangrijker

dat je weet wat je wilt en dat uitstraalt. Ik denk dat dàt me tot nu toe het meest geholpen heeft.'

Andere cultuur

Jozien Sensing is zowel hoogleraar als directeur van Nivel. 'Extern heb ik veel bestuursfuncties met prestige. Zo ben ik bestuurslid van de Sociaal Wetenschappelijke Raad van de KNAW, en lid van denbsp;Adviesraad voor Wetenschap en Technologiebeleidnbsp;(AWT), die minister Hermans adviseert. Ook binnennbsp;NWO ben ik bestuurlijk actief. Maar binnen mijnnbsp;eigen faculteit worden de bestuurlijke functies tochnbsp;automatisch onder mijn mannelijke collegae verdeeld, al roept iedereen dat dat toeval is.'

Op het Nivel heeft Sensing relatief gemakkelijk carrière kunnen maken. Op de universiteit ging het moeizamer. Ze werd decaan van de faculteit Socialenbsp;Wetenschappen, maar stapte na grote meningsverschillen op. Afgezien van het voorzitterschap vannbsp;een adviescommissie van het college van bestuurnbsp;heeft Jozien Sensing binnen de universiteit geennbsp;bestuurlijke functies meer. 'Nu concentreer ik me bijnbsp;de universiteit op onderwijs en onderzoek.'nbsp;De verschillen in cultuur tussen beide organisatiesnbsp;zijn immens, beaamt ze. 'De universiteit is heel individualistisch. Iedereen is bezig met zijn eigen loopbaan, zijn eigen publicaties, zijn eigen positie. Hetnbsp;Nivel is veel meer teamgericht. We zijn blij alsnbsp;iemand van ons een project binnenhaalt of een artikel publiceert. Vrouwen, ik ook, voelen zich prettiger bij dat teamgerichte werken. Ik heb heel langnbsp;verdrongen dat ik ambitieus ben. Met dat woordnbsp;wilde ik niet geassocieerd worden. Maar ik ben hetnbsp;natuurlijk wel, alleen op een andere manier dannbsp;mannen het vaak zijn. Ik kan heel trots en tevredennbsp;zijn als de dingen goed lopen. Een voorbeeld: wenbsp;hebben net met 140 Nivelmedewerkers op de heinbsp;gezeten, om te brainstormen over de toekomst. Hetnbsp;programma was heel goed. Daar beleef ik veel lolnbsp;aan. Maar ik hoef niet zo nodig op het podium: kijknbsp;eens hoe goed ik dit allemaal heb bedacht.'nbsp;Hoe luidt haar advies aan jonge meiden die nognbsp;aan het begin van hun universitaire loopbaannbsp;staan? 'Het belangrijkste is: word zichtbaar. Roepnbsp;het als je iets wilt. Als je wacht tot je gevraagdnbsp;wordt, eindig je aan de zijlijn en raak je waarschijnlijk gefrustreerd.' Haar belangrijkste oplossing voornbsp;het gebrek aan vrouwen op hoge posities op denbsp;universiteit klinkt eenvoudig: er moeten er veelnbsp;tegelijk komen. 'Vrouwen branden snel op in denbsp;huidige universitaire cultuur. Als er meer zijn, moetnbsp;die cultuur wel veranderen. Daarom ben ik voornbsp;maatregelen om het aantal vrouwen kunstmatig tenbsp;verhogen. Als we het natuurlijk verloop moetennbsp;afwachten, komen we er nooit.'

[Tanny Dobbelaar]

Vrouwen in de wetenschap

In het studiejaar 2000/2001 vindt een doorbraak plaats. Voor het eerst in de geschiedenis van denbsp;Nederlandse universiteiten zijn er meer vrouwennbsp;dan mannen ingeschreven als eerstejaarsstudent.nbsp;Het is weliswaar geen ruime voorsprong, maarnbsp;toch: 50,1% vrouwen tegenover 49,9% mannen.nbsp;Ook binnen de totale Nederlandse studentenpopulatie doen vrouwen het niet slecht, want opnbsp;dit moment is 47% van de studenten vrouw. Wienbsp;denkt dat het wetenschappelijk personeel van denbsp;universiteiten hiervan een afspiegeling is, vergistnbsp;zich. Hoe hoger de rang, hoe minder vrouwen.nbsp;Van de aios' is 36.6% vrouw, van de docentennbsp;18.9% en van de hoofddocenten 7.2%.nbsp;Vrouwelijke hoogleraren zijn helemaal schaars.nbsp;Slechts vijf procent van hen is vrouw. Internationaal gezien scoort Nederland daarmee nèt ietsnbsp;beter dan Botswana.

De situatie in Utrecht is ietsje gunstiger dan het landelijk gemiddelde. Het percentage vrouwelijke studenten/medewerkers aan de Universiteitnbsp;Utrecht:

1989

1997

Studenten

54

57

aio's

31

48

docenten

18

25

hoofddocenten

7

10

hoogleraren

3

6


Stimuleringprogramma Aspasia

Van de 22 aanvragen die de Universiteit Utrecht eind Januari heeft ingediend voor een subsidienbsp;uit het Aspasia-stimuleringsprogramma voornbsp;vrouwen in de wetenschap, is er slechts éénnbsp;afkomstig uit de bèta hoek. Letteren is met achtnbsp;aanvragen Utrechts topscorer.

Het Aspasiaprogramma werd vorig najaar gelanceerd door de landelijke onderzoeksorganisatie NWO om vrouwelijke onderzoekers in een ud-functie de kans te bieden door te stromen naarnbsp;een seniorpositie (vroeger universitair hoofddocent geheten). Op die manier hoopt NWO hetnbsp;aantal ‘professorabele' vrouwen in ons land tenbsp;vergroten. In totaal worden er dertig voorstellennbsp;gehonoreerd.

Utrecht mag gezien zijn omvang rekenen op ongeveer vier plaatsen. Maar omdat ook hetnbsp;Utrechtse college van bestuur voorstander is vannbsp;een snellere doorstroming van vrouwelijk talent,nbsp;heeft het bestuur zich garant gesteld voor innbsp;totaal tien extra uhd-plaatsen voor vrouwen.


Illuster I Universtiteit Utrecht [ maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;11

-ocr page 12-

Universitair Medisch Centrum Utrecht

Geneeskunde vernieuinrt onderwijs en


Eén gezamenlijk Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) in plaats van een Academischnbsp;Ziekenhuis Utrecht (AZU) èn een medischenbsp;faculteit. Alle biomedisch onderzoek in éénnbsp;overkoepelend Academisch Biomedisch Clusternbsp;(ABC). En als klap op de vuurpijl een splinternieuw curriculum. Maar nog het meest spectaculair zijn de veranderingen in de studieopzet.

Ouderwets, theoretisch en niet uitdagend.' Het oordeel dat de visitatiecommissie Geneeskunde eind 1997 over de Utrechtse medische opleiding velde,nbsp;loog er niet om. Maar veel zorgen baarde dat denbsp;Utrechtse medici niet, want al voor het bezoek vannbsp;de visitatiecommissie was men bezig met denbsp;opbouw van een compleet nieuw curriculum, dat denbsp;algemeen erkende achterstand in één klap moestnbsp;omzetten in een voorsprong. Ruim twee jaar laternbsp;lijken de Utrechtse medici in hun opzet geslaagd. Innbsp;september ging een compleet nieuw curriculum vannbsp;start, dat ondanks de aanloopproblemen al veel lofnbsp;heeft geoogst.

Prof. dr. G. Visser vat de zaak bondig samen. 'In het vorige curriculum, dat ruim tien jaar geleden werdnbsp;opgezet om Utrecht een biomedische en meernbsp;wetenschappelijk gerichte opleiding te geven, gingen studenten in de eerste jaren heel ver de dieptenbsp;in. Ze leren alles over de anatomie van het lichaamnbsp;en over de chemie van de cel om maar wat te noemen. Maar daarna duurt het nog jaren voordat zenbsp;hun eerste patiënt zien en voordat duidelijk wordtnbsp;wat je in de praktijk aan al die theoretische kennisnbsp;hebt. Toen ik in 1991 uit Groningen kwam, wist iknbsp;niet wat ik hier meemaakte. De zaak was volledignbsp;verstard. Op een gegeven moment introduceerdennbsp;wij bij verloskunde in het vierde jaar een praktischenbsp;dag, waarbij studenten een patiënte mochten aanraken. Ik weet nog goed hoe blij verrast, ja zelfsnbsp;dankbaar de studenten waren voor die ene dag, dienbsp;in feite natuurlijk nog helemaal niets voorstelde.'

Onder leiding van Visser en zijn collega prof. dr. Theo Voorn werd een nieuw curriculum ontworpennbsp;dat meer aan de eisen van de tijd beantwoordde.nbsp;Centraal in het nieuwe curriculum staat een blokkensysteem, waarin per blok een herkenbaarnbsp;medisch thema wordt behandeld. Zo is er hetnbsp;thema 'circulatie', waarin docenten van onder meernbsp;anatomie, celbiologie, cardiologie en chirurgienbsp;samenwerken. Al vanaf het eerste jaar krijgen studenten dus te maken met theoretische basisstofnbsp;(hoe het hartvaatstelsel in elkaar zit), gecombineerdnbsp;met de praktijk van de behandeling van zieken. Studenten krijgen hierdoor in de eerste twee jaar eennbsp;brede inleiding in de medische problematiek,nbsp;waarna de verschillende thema's in latere jarennbsp;terugkomen voor verdere verdieping.

Revolutionaire ontwikkeling

Opmerkelijk is dat het reguliere onderwijs in de nieuwe studieopzet studenten nog maar tien uurnbsp;per week kost. Het grootste deel van hun tijd besteden zij tegenwoordig aan zelfstudie, onder meer innbsp;het speciaal voor dit doel aangelegde studielandschap, waar een zestigtal hypermoderne computersnbsp;toegang verschaffen tot een enorme hoeveelheidnbsp;databestanden.

Uniek in de Utrechtse aanpak is het feit dat studenten al in het derde jaar hun eerste praktijkstage in het ziekenhuis gaan lopen. Op dit moment vindennbsp;de coassistentschappen niet alleen in Utrecht, maarnbsp;in heel Nederland pas in het vijfde en zesde jaarnbsp;plaats, na afloop van de theoretische studie. Hoewel in het ziekenhuis uiteraard niet zonder scepsisnbsp;op dit voornemen werd gereageerd, hielden denbsp;Utrechtse initiatiefnemers voet bij stuk. Hierdoornbsp;loopt Utrecht voorop in wat Visser twee jaar geleden 'een revolutionaire ontwikkeling' noemde.nbsp;Tegelijk met de meer praktijkgerichte benaderingnbsp;van het nieuwe curriculum ligt er in de eerste jarennbsp;ook meer nadruk op handvaardigheid. Onderdelennbsp;als het opnemen van de bloeddruk en het metennbsp;van de hartslag, die vroeger pas in het vierde jaarnbsp;aan bod kwamen, worden nu al in het eerste jaarnbsp;getraind. Dat gebeurt in een speciaal voor dit doelnbsp;ingericht 'skillslab', dat voorlopig is ondergebrachtnbsp;in de kelders van het ziekenhuis, naast het calamiteitenhospitaal. Ook krijgen studenten al in hetnbsp;begin van de studie communicatie en attitudeon-derwijs.nbsp;Andere innovaties zijn een forse toename van denbsp;vroeger vrijwel afwezige keuzeruimte, het vervangen van een deel van de hoorcolleges door kleinschalige werkvormen en de introductie van hetnbsp;zogeheten klinisch lijnonderwijs. In dit laatste studieonderdeel leren studenten aan de hand vannbsp;klachten van patiënten diagnoses stellen. Visser:nbsp;'Een deel van het medisch ambacht is in feite nietnbsp;meer dan goed puzzelen. Je moet uit een vage ennbsp;slecht omschreven klacht kunnen afleiden wat ernbsp;aan de hand is. Maar ook dat werd studenten vroeger onvoldoende geleerd.'

Jaloezie

Een half jaar na de start van het nieuwe curriculum is iedereen tevreden. Douwe, een studentassistentnbsp;die de nieuwe eerstejaars in het skillslab begeleidt,nbsp;kijkt dan ook met enige jaloezie naar wat zijnnbsp;opvolgers allemaal aangeboden krijgen. 'Ik vind ditnbsp;een heel leuke manier van onderwijs, heel jammernbsp;dat het er nog niet was toen ik begon. De samenhang tussen praktijk en theorie is erg goed. In mijnnbsp;tijd was het praktijkgerichte onderwijs nog ergnbsp;oppervlakkig. Nu zitten ze er met hun neusnbsp;bovenop. Daar heb je in je latere studie profijt van.'nbsp;'Het is qua computers, werkgroepen, echt qua allesnbsp;leuker dan vorig jaar', aldus een in 1998 uitgelotenbsp;student die het jaar overbrugde bij Earmacie, maarnbsp;die intussen ook al regelmatig bij Geneeskundenbsp;rondkeek. 'Het klinkt misschien raar, maar nu ik innbsp;dit nieuwe curriculum kan beginnen, ben ik eigenlijk wel blij dat ik vorig jaar ben uitgeloot.'

[Erik Hardeman - Ublad]


12

Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 13-

organisatie


Een meisje met een paardenstaart staat lachend voor de spiegel. quot;Ik heb nog geennbsp;maag, maar wel al nieren. quot; Een collega-eerste-jaars bekijkt haar aandachtig. quot;Ze zijn meinbsp;heel mooi die nieren. quot; Verderop in de zaalnbsp;klinkt gegrinnik: quot;Kietelt het? Wat is zo'nnbsp;lever trouwens groot?quot;

Plaats van handeling is het nieuwe instructielab klinische vaardigheden in het AZU, waar eerstejaars studenten bezig zijn met het practicum anatomie innbsp;vivo. Doel van dat al langer bestaande studieonderdeel is een kennismaking met de ligging van denbsp;belangrijkste organen. Tot nu toe gebeurde dat metnbsp;een wenkbrauwpotlood, maar nadat hoogleraar

Anatomie met de verfkwast

Anatomie prof.dr. Berend Hillen een artikel had gelezen over bodypainten, besloot hij om de verfkwast in Utrecht te introduceren.

quot;Het gaat erom dat studenten al vroeg in de studie een idee krijgen waar de organen zitten en watnbsp;hun onderlinge verhouding is. Je kunt ze dat wel opnbsp;een plaatje laten zien, maar als ze de organen opnbsp;eikaars lichaam moeten schilderen op de plaatsnbsp;waar ze ook echt zitten, heeft dat veel meernbsp;effect.quot;

In december vond het eerste prakticum plaats en het enthousiasme van de studenten was groot.nbsp;Vooraf kregen zij een video te zien, waarop grimeur Annemiek Bohnenn de techniek demonstreertnbsp;met begeleidend commentaar van SBS 6-omroepsternbsp;Carla Honing. Daarna gingen zij zelf aan de slagnbsp;onder de goedkeurende blik van Hillen en diensnbsp;medewerker Jeroen op den Akker, die in Lichtstraat,nbsp;het maandblad van het UMC Utrecht, zegt: quot;Eennbsp;half jaar geleden belandde het als een soort grapnbsp;op mijn bureau. Nu is het een echt practicum. Het isnbsp;heel mooi om te zien dat zo'n formule aanslaat ennbsp;een succes blijkt.quot;


Vaten, genen, afweer, hersenen, beeld

Een samenhangend beleid op het gebied van onderzoek, onderwijs en patiëntenzorg. Datnbsp;was de inzet van het beleidsplan, waarmeenbsp;prof. dr. Geert Blijham zijn visitekaartje afgafnbsp;als nieuwe 'baas ' van het Universitair Medischnbsp;Centrum Utrecht (UMCU). Inmiddels is de fusienbsp;tussen AZU en medische faculteit een feit.

Aan de horizon doemen de contouren op van één Academisch Biomedisch Cluster (ABC), waarin hetnbsp;medischgetinte onderzoek uit de faculteiten Biologie, Diergeneeskunde, Farmacie en Scheikundenbsp;onder een gezamenlijke noemer gebracht gaat worden met het fundamentele onderzoek in het UMCnbsp;Utrecht.

Volgens het UMC Utrecht-beleidsplan gaat het medisch cluster zich zowel in het onderzoek als innbsp;de patiëntenzorg concentreren op de vijf bestaandenbsp;hoofdlijnen. Een van de eerste besluiten van 'praktijkman' Blijham was om die speerpunten een meernbsp;herkenbare naam te geven. Daardoor kan hetnbsp;Utrechts medisch profiel nu worden samengevat innbsp;de pakkende slogan: 'vaten, genen, afweer, hersenen, beeld'. Blijham: 'Zo'n naam als 'Biomembra-men en artherosclerose', dat zegt bijna niemandnbsp;wat. Voor de buitenwacht heet die hoofdlijn nunbsp;simpelweg 'vaten'. Dan begrijpt men tenminste watnbsp;we hier doen.'

Blijham bevestigde bij de presentatie van het plan dat de keuze voor vijf hoofdlijnen op termijn voornbsp;zowel het onderzoek als de patiëntenzorg gevolgennbsp;zal hebben. 'De kliniek zal niet alle patiënten meernbsp;opnemen en zich meer gaan concentreren op denbsp;'moeilijke gevallen'. Samenwerkingsverbanden metnbsp;andere ziekenhuizen in de regio moeten ervoor zorgen dat patiënten op die plek worden opgenomen,nbsp;waar voor hen de meest adequate zorg beschikbaarnbsp;is.

'Ook het onderzoek zal binnen een van de vijf hoofdlijnen moeten passen. Dat betekent overigensnbsp;niet dat we onderzoek dat er nu buiten valt vannbsp;vandaag op morgen stop gaan zetten. Maar we zullen de betrokken onderzoekers wel stimuleren omnbsp;het accent van hun onderzoek te verleggen, zodat

Ziekenhuisstage al in het derde jaar

het straks binnen een hoofdlijn past. Gezien de toenemende grootschaligheid van het onderzoek is het niet zinvol er allerlei geïsoleerde eilandjes op na tenbsp;houden.'

Rechtspositie

Hoewel de vorming van een sterk UMC Utrecht hier en daar wordt gezien als bedreiging voor de univer-siteit, hamert Blijham juist op de voordelen voor denbsp;Uithofbuurman. 'Het lijkt misschien of de universi-teit een faculteit kwijt geraakt is. Maar mijn stellingnbsp;is dat ze er een UMC Utrecht bij heeft gekregen.nbsp;Vroeger bepaalde het AZU zelf waar het zijn onderzoeksgeld in stak. Nu wordt dat geld gebruikt voornbsp;het gezamenlijk onderzoeksbeleid van universiteitnbsp;en UMC Utrecht, dat vorm moet krijgen in het ABC.nbsp;Voor dezelfde hoeveelheid geld krijgt de universiteit dus veel meer invloed.'

Een consequentie van de groeiende verwevenheid van onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg is hetnbsp;feit dat iedereen in het UMC Utrecht dezelfdenbsp;rechtspositie dient te hebben. Vandaar dat juristennbsp;van het AZU en de universiteit hard hebbennbsp;gewerkt aan een waterdichte regeling voor eennbsp;overgang van het personeel van de medische faculteit naar het UMC Utrecht. Kort voor Kerstmis zetten Blijham en voorzitter Veldhuis van het collegenbsp;van bestuur van de Universiteit Utrecht hun handtekening onder het document dat de fusie tussen AZUnbsp;en faculteit bezegelde. Alleen de hoogleraren zijnnbsp;in dienst gebleven van de universiteit.


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;13

-ocr page 14-

Utrecht harmoniseert onderwijs

Europa vraagt om


masters


De Universiteit Utrecht heeft serieuze plannen om haar opleidingen te gieten in het bachelor-mastermodcl. In driejaar krijgen studenten eennbsp;algemene basisopleiding (undergraduate),nbsp;waarna zij zich nog twee jaar in een graduate-opleiding kunnen bekwamen voor een beroepnbsp;of onderzoek, eventueel uitmondend in eennbsp;doctoraal of Phd, zoals het dan zal heten. Datnbsp;alles opdat Utrecht in internationaal - vooralnbsp;Europees - opzicht niet het nakijken zal hebben.

Het Angelsaksische onderwijsmodel doet denken aan het oude universitaire systeem van een driejarignbsp;kandidaats, gevolgd door een tweejarig doctoraal.nbsp;De hernieuwde belangstelling voor dit model komtnbsp;voort uit het 'Verdrag van Bologna', waarin de lidstaten van de Europese Unie vastgelegd hebben datnbsp;de onderwijsmodellen van de lidstaten meer opnbsp;elkaar afgestemd moeten worden (zie kader). Denbsp;harmonisatie betreft niet alleen vakinhoudelijke ennbsp;onderwijsorganisatorische aspecten, maar ook denbsp;titulatuur. Waarschijnlijk zal in de toekomst denbsp;Angelsaksische trits 'bachelor', 'master' (doctorandus) en 'PhD' (doctor) gebruikt worden.

Hernieuwde belangstelling dus voor het Angelsaksische model. De Katholieke Universiteit Nijmegen is er al ver mee en in Utrecht zijn de plannen ook serieus. Eigenlijk wordt het model daar al enigszins innbsp;de praktijk gebracht. Aan het nog jonge, Engelstalige University College Utrecht (UCU) volgen studenten een driejarige algemene academische opleiding.nbsp;De enige specialisaties zijn 'social sciences', 'sciences' of 'arts' en voor iedereen is het onderdeel 'academie core' oftewel academische vorming verplicht.nbsp;De lichting die volgend jaar als eerste UCU verlaat,nbsp;heeft dan een undergraduate- of bacheloropleidingnbsp;gevolgd en kan eventueel aan een andere binnennbsp;of buitenlandse universiteit nog een graduate halennbsp;in de vorm van een masteropleiding.

Bèta's voorop

In november 1999 hebben de zes Utrechtse bètade-canen, samen met hun collega's van Ruimtelijke Wetenschappen, de mogelijkheden besproken voornbsp;een of meer 'undergraduate schools' voor de 'sciences'. Deze moeten dan gevolgd worden door 'graduate' opleidingen die nauw gelieerd zijn aan denbsp;bestaande onderzoekscholen, of - als het om eennbsp;masteropleiding in de educatieve sector gaat - aannbsp;het instituut voor de lerarenopleiding IVLOS.

'Het is het Utrechts window of opportunity', vindt prof. dr. Hans van Himbergen, decaan Natuur-, ennbsp;Sterrenkunde. 'Utrecht is al tien jaar bezig met hetnbsp;ontwikkelen van onderwijs en onderzoeksbeleid datnbsp;op internationale erkenning kan rekenen. Met denbsp;ondertekening van het Verdrag van Bologna heeftnbsp;minister Hermans de weg vrijgemaakt om eennbsp;onderwijsstelstel in te richten waarmee die erkenning definitief gestalte kan krijgen.'

In het Hoger Onderwijs- en Onderzoekplan (HOOP) gaat de minister nog een stap verder. Hij wil komennbsp;tot een accreditatiesystematiek, wat inhoudt datnbsp;studies een internationaal keurmerk krijgen als zenbsp;aan bepaalde minimumeisen voldoen. Opleidingennbsp;die niet aan de eisen voldoen, krijgen geen of minder overheidsgeld. Nederland, Denemarken, Engeland en enkele Duitse deelstaten zijn al bezig metnbsp;een accreditatieproef. 'Wij willen schitteren metnbsp;internationaal aantrekkelijk onderwijs, slagvaardignbsp;inspelen op internationale ontwikkelingen in hetnbsp;onderzoek, de beste promovendi uit de wereld aantrekken, maar ook briljante studenten die hier hunnbsp;bachelordegree behalen de kans gunnen hun specifieke talenten elders verder te ontplooien', aldusnbsp;Van Himbergen.

Ook in de alfa en gammahoek vindt inmiddels bestuurlijk overleg plaats om het bachelor-master-model in te voeren. Het zijn echter vooral denbsp;Utrechtse bèta's die er vaart achter zetten, want denbsp;ideeën uit het 'Verdrag van Bologna' passen goednbsp;in de 'bètawaaier'. Hiermee probeert Utrecht meer

Wij willen schitteren met aantrekkelijk onderwijs,nbsp;de beste promovendi uitnbsp;de wereld aantrekken

studenten voor een bètastudie te interesseren en de studie-uitval te beperken. Dat gebeurt ondermeernbsp;door afstudeertrajecten die toegesneden zijn op denbsp;arbeidsmarkt. Met name de masteropleiding spoortnbsp;goed met de drie afstudeerprofielen van de bètawaaier. Er zijn profielen voor studenten die laternbsp;onderzoek willen doen, die een loopbaan bij denbsp;overheid of het bedrijfsleven ambiëren of die hetnbsp;onderwijs of de voorlichting in willen. Over die laatste groep zegt prof. dr. Theo Wubbels, hoogleraar-directeur van het IVLOS: 'Ik zou graag samen metnbsp;de sectie Onderwijskunde van de sociale faculteitnbsp;zoiets als een opleiding tot 'master of education'nbsp;willen ontwikkelen.' En hij is niet de enige innbsp;Utrecht die broedt op mastervarianten voor zijnnbsp;instituut.

[Armand Heijnen]


Het Verdrag van Bologna


Ter gelegenheid van de 800e verjaardag van de Sorbonne, in 1998, zetten Frankrijk, Duitsland, Italiënbsp;en Engeland hun handtekening onder de Sorbonne-verklaring. Snel daarna volgden de ondertekeningen van België, Roemenië en Frankrijk. Met denbsp;'Sorbonne-verklaring' verplichtten deze landen zichnbsp;tot harmonisatie van het hoger onderwijs. Ze kozennbsp;de lijnen van initieel (undergraduate) en post-ini-tieel (graduate) onderwijs. Met andere woorden:nbsp;het universitaire traject wordt opgesplitst in eennbsp;bacheloropleiding van minimaal drie jaar, en eennbsp;masteropleiding van twee jaar.

In juni 1999 tekende de Nederlandse Minister van Onderwijs, Loek Hermans, samen met 23 collega'snbsp;van andere EUIanden, het 'Verdrag van Bologna',nbsp;een nadere uitwerking van de 'Sorbonneverklaring'.nbsp;Een betere afstemming van de verschillende Europese onderwijssystemen binnen een termijn vannbsp;tien jaar is noodzakelijk om de 'open grenzen' ennbsp;de 'vrije mobiliteit' uit het Schengen-verdrag tenbsp;realiseren, aldus de onderwijsministers. Studentennbsp;uit heel Europa moeten overal in de EU kunnen studeren en terugkomen met studiepunten die meetellen voor hun bul. Ook mag die bul niet veelnbsp;afwijken van bullen die elders in Europa wordennbsp;uitgereikt. Eenmaal afgestudeerd moet een academicus overal aan de slag kunnen, zodat bijvoorbeeld een medicus of een dierenarts in elke lidstaatnbsp;een praktijk kan beginnen.

[Armand Heijnen]

De waarde van uw titel

Kijk eens diep in uw academische ziel en beschrijf wat uw titel uw waard is.

Oproep aan de lezers van Illuster. Bent u trots op uw doctorandus- danwel meester-titel?

Gebruikt u uw titulatuur ook in het buitenland? Zou u het stiekem wel sjiek vinden om Masternbsp;voor uw naam te kunnen zetten?

Wat vindt u in het algemeen van de adoptie van het Angelsaksisch onderwijsmodel?

Maximaal 300 woorden, inzenden voor 10 april 2000.

Redactie-adres:

Illuster, postbus 80125, 3508 TC Utrecht.

E-mail: illuster.redactie@csc.usc.uu.nl.


14

Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 15-

Utrechts

Het Utrechts Universiteitsfonds is van oudsher de organisatienbsp;die de contacten met oud-stu-denten onderhoudt. Samennbsp;met de universiteit heeft hetnbsp;Universiteitsfonds het alumni-bureau ingericht, dat verantwoordelijk is voor denbsp;communicatie met alumni.nbsp;Ook kunnen alumni, net alsnbsp;andere leden van de universitaire gemeenschap, begunstiger worden van hetnbsp;Universiteitsfonds. Daarmeenbsp;steunen ze de doelstelling vannbsp;het fonds, namelijk de groeinbsp;en de bloei van de Utrechtsenbsp;Universiteit.

Bijzondere leerstoelen

Op 7 december aanvaardde professor Schröder het ambtnbsp;van bijzonder hoogleraar in denbsp;Kindernefrologie met zijn oratie 'Versnipperde zorg voornbsp;enkelen'. In zijn betoog gingnbsp;professor Schröder in op denbsp;aard van nierziektes bij kinderen. Kenmerkend daarvoor isnbsp;een groot aantal op zich zeldzame aandoeningen. Datnbsp;maakt concentratie tennbsp;behoeve van zowel de zorg alsnbsp;het wetenschappelijk onderzoek noodzakelijk, stelt Schröder. Op dit moment kentnbsp;Nederland vier kinderdyalise-centra voor een beperktenbsp;patiëntenpopulatie en er zijnnbsp;diverse lokale initiatieven omnbsp;dit aantal uit te breiden. Dezenbsp;ontwikkeling leidt tot versnippering van de zorg. Voor iedernbsp;centrum is zeer gespecialiseerdnbsp;personeel nodig, zoals kinderartsen met aantekening nefro-logie, verpleegkundigen metnbsp;kinderaantekening plus dialy-seaantekening, diëtisten,nbsp;gespecialiseerde maatschappelijk werkers, psychologen,nbsp;pedagogen en leerkrachten.nbsp;Schröder zou daarom eerdernbsp;een omgekeerde ontwikkelingnbsp;willen bepleiten: concentratienbsp;in twee centra voor kinderdya-lise, zodat het makkelijkernbsp;wordt om alle noodzakelijkenbsp;medewerkers aan te trekken.

Universiteitsfonds

De oratie van professor Schröder is in druk verschenen onder ISBNnummernbsp;909013106X. Het bureaunbsp;van het Universiteitsfondsnbsp;heeft enkele exemplarennbsp;beschikbaar voor belangstellenden.

Benoemingen

  • 1. Per 1 januari is bij de faculteit Sociale Wetenschappennbsp;(optredend voor het IVLOS)nbsp;de bijzondere leerstoel 'Denbsp;didactiek voor het opleidennbsp;van leraren' ingesteld. Dr.nbsp;F.A.J. Korthagen is voor eennbsp;termijn van 5 jaar benoemdnbsp;tot hoogleraar.

  • 2. Bij de faculteit Rechtsgeleerdheid is per 1 januari denbsp;bijzondere leerstoel 'Arbeidsnbsp;en emancipatieeconomie'nbsp;ingesteld. Dr. J.J. Schippers isnbsp;voor een termijn van 5 jaarnbsp;benoemd tot hoogleraar.

  • 3. Per 1 januari 2000 is dr. ir.nbsp;E.J. Balder benoemd tot bijzonder hoogleraar 'Mathematische Economie ennbsp;Besliskunde' bij de faculteitnbsp;Wiskunde en Informatica,nbsp;voor een termijn van vijfnbsp;jaar.

  • 4. Dr. B.J.G. Scheres is per 1nbsp;januari benoemd tot bijzonder hoogleraar 'Moleculairenbsp;ontwikkelingsgenetica, innbsp;het bijzonder van planten'nbsp;bij de faculteit Biologie,nbsp;voor een termijn van vijfnbsp;jaar.


    Gratis boeken lenen met de Alumnipas

    Ufonds-alumnipas

    Gratis lenen bij de Universiteitsbibliotheek, korting op postacademisch onderwijs, gereduceerde tarieven bij de Faculty Club en het Universiteitsmuseum, speciale aanbiedingen bijnbsp;het sportcentrum Olympos en het cultureel centrum Parnas-sos; allemaal mogelijkheden die de

    Ufondsalumnipas biedt. Elders in dit blad vindt u een bon waarmee u zich kunt aanmelden als Ufondsbegunstiger ennbsp;in het bezit kunt komen van de Ufondsalumnipas.


  • 5. Per 1 januari is de bijzondere leerstoel 'Plantensystematiek' bij de faculteitnbsp;Biologie opnieuw ingesteldnbsp;voor een periode van vijfnbsp;jaar. Prof. dr. P.J.M. Maas zalnbsp;deze leerstoel opnieuwnbsp;bezetten.

  • 6. De bijzondere leerstoelnbsp;'Fysica en chemie van denbsp;dunne lagen' is bij de faculteit Natuur en Sterrenkundenbsp;is per 1 januari opnieuwnbsp;ingesteld voor een periodenbsp;van vijf jaar. Prof. dr. W.C.nbsp;Sinke is wederom benoemdnbsp;tot hoogleraar.

Eervolle ontslagen

  • 1. Per 1 december 1999 is prof,nbsp;dr. Friso Wielenga eervolnbsp;ontslagen. Wielenga, bezetter van de bijzondere leerstoel 'Moderne Duitsenbsp;Geschiedenis', is benoemdnbsp;tot directeur van het Zentrum für Niederlandestudiennbsp;in Münster.

  • 2. Per 1 januari is prof. dr. P.nbsp;Kamerling, bezetter van denbsp;bijzondere leerstoel 'Organische chemie der natuurstof-fen', eervol ontslagennbsp;wegens zijn benoeming totnbsp;gewoon hoogleraar 'Bioor-ganische chemie van koolhydraten'.

  • 3. Tenslotte is per 1 januarinbsp;prof. dr. J.l. Dijkhuis, bezetter van de bijzondere leerstoel 'Laseroptica vannbsp;halfgeleiders' eervol ontslagen. Dijkhuis is benoemdnbsp;tot gewoon hoogleraarnbsp;'Experimentele natuurkundenbsp;van de gecondenseerdenbsp;materie'.

Bestuur

Prof. dr. Hans Vliegenthart, de voorzitter van het Universiteitsfonds, is per 1 januarinbsp;benoemd tot decaan van denbsp;faculteit Scheikunde. Gelukkignbsp;voor het Universiteitsfondsnbsp;blijft Vliegenthart in functienbsp;als voorzitter.

James Muller, lange tijd penningmeester van het Utrechts Universiteitsfonds, heeft zijnnbsp;bestuursfunctie beëindigd. Hijnbsp;is opgevoigd door mr. Han vannbsp;Manen, evenals Muller reünistnbsp;van het Utrechtsch Studentennbsp;Corps. Van Manen is lid van denbsp;directie van Van Gend amp; Loosnbsp;en in die functie verantwoordelijk voor strategie en ontwikkeling. Zijn financiëlenbsp;expertise heeft hij ondernbsp;andere opgedaan als fiscus vannbsp;de Maskerade Commissie 1971.nbsp;Tijdens de laatste bestuursvergaderingen heeft hetnbsp;bestuur zich gebogen overnbsp;het Strategisch Plan voor denbsp;komende jaren. De verandering in het takenpakketnbsp;van het Universiteits- fonds,nbsp;door de toevoeging van denbsp;universiteitsbrede taken opnbsp;het gebied van alumnirela-ties, betekent een verandering in de positie van hetnbsp;fonds. Het bestuur heeftnbsp;een koers uitgestippeldnbsp;voor de komende Jaren ennbsp;een activiteitenplan opgesteld. De sleutelbegrippennbsp;hierin zijn 'voortgaandenbsp;betrokkenheid' en 'versterking van de academischenbsp;identiteit'.

Exemplaren van het Strategisch Plan en het activiteitenplan 2000 zijn op te vragen bij het bureau vannbsp;het Universiteitsfonds.

Informatie

Wilt u meer weten van het Universiteitsfonds of denbsp;Ufondsalumnipas? Bel ofnbsp;schrijf naar:

Utrechts Universiteitsfonds / alumnibureau

Bestuursgebouw

Heidelberglaan 8 3584 CS Utrechtnbsp;(030)253 80 25nbsp;fax: (030)253 80 26nbsp;email: ufonds@ufonds.uu.nlnbsp;www.ufonds.uu.nlnbsp;www.aiumni.uu.nl


-ocr page 16-

Lustrumconcert UBE en Zoroaster

Verbouwing Veritas

Het Utrechts Blazers Ensemble en Strijkorkest Zoroasternbsp;geven gezamenlijk een uitdagend en vernieuwend lustrumconcert. Onder de naamnbsp;UBOASTER brengen de tweenbsp;studentenorkesten, die zichnbsp;uitsluitend op hedendaagsenbsp;muziek toegeleggen, een programma van Oude Amerikaanse Heren, zoals Ives ennbsp;Adams, en Jonge Utrechtsenbsp;Meiden, waaronder Nathalienbsp;Boogers, violiste in Zoroaster.nbsp;Beide orkesten zullen zowelnbsp;samen als opgesplitst in verschillende bezettingen vanafnbsp;diverse plekken in de zaalnbsp;vraag- en antwoordstukkennbsp;spelen. Zo staan onder anderenbsp;The Unanswered Question van


De orgelconcerten van Haydn worden gespeeld op het Universiteitsorgel in de aula van het Academiegebouw


Orgelconcerten Haydn


Qrganist Jan Raas en het Raphael Kwartet, uitgebreid met een contrabassist, spelen eennbsp;paar orgelconcerten vannbsp;Haydn die nauwelijks bekendnbsp;zijn. De organisatie van ditnbsp;concert is in handen van denbsp;Nederlandse Joseph Haydnnbsp;Stichting in samenwerking metnbsp;de Universiteit Utrecht.

In de Nederlandse concertzalen worden van Joseph Haydn steeds weer dezelfde symfonieën, strijkkwartetten en oratoria gespeeld. Daardoor krijgtnbsp;de doorsnee concertbezoekernbsp;een erg eenzijdig beeld vannbsp;Ives en de Answered Unanswered Question van Kurtag opnbsp;het programma.

De Utrechtse componiste Caroline Berkenbosch schreef speciaal voor dit unieke samenwerkingsproject eennbsp;compositie waarin niet alleennbsp;de twee orkesten samenspelen, maar waarin ook de dirigenten het stuk samennbsp;dirigeren.

Het Utrechts Blazers Ensemble is in 1980 opgericht door eennbsp;groep enthousiaste Utrechtsenbsp;studenten. Zij spelen hedendaagse blaasmuziek. Paulnbsp;Janse is sinds 1996 de vastenbsp;dirigent.

Strijkorkest Zoroaster is vijftien jaar geleden opgericht omnbsp;deze componist. Het is een vannbsp;de doelstellingen van denbsp;Nederlandse Joseph Haydnnbsp;Stichting geïnteresseerden denbsp;kans te bieden ook de verwaarloosde en daardoor onbekendenbsp;composities van Haydn tenbsp;horen. In het nabije verledennbsp;resulteerde dat in een reeks bijzondere kamermuziekconcerten. De orgelconcerten vindennbsp;plaats op 14 juni a.s. in denbsp;Uniezaal van het Academiegebouw aan het Domplein. Aanvang 20.15 uur. Lezers vannbsp;Illuster kunnen kaarten bestellen voor ƒ 15„ de prijs die ooknbsp;amateurmusici de gelegenheidnbsp;te geven gezamenlijk muzieknbsp;uit de twintigste eeuw uit tenbsp;voeren. Zoroaster staat ondernbsp;leiding van dirigent Qttonbsp;Tausk.

Het lustrumconcert van Strijkorkest Zoroaster en het Utrechts Blazers Ensemble,nbsp;onder de naam UBQASTER,nbsp;vindt plaats op vrijdag 7 aprilnbsp;a.s. om 20.15 uur in de Grotenbsp;Zaal van Muziekcentrum Vre-denburg.

Kaarten zijn verkrijgbaar via de kassa van Vredenburg,nbsp;(030) 231 45 44 en kostennbsp;f 20, (j 15, voor studenten,nbsp;CJP en 65 ). Meer informatie: vvwvv.uu.nl/~uboaster

voor donateurs van de Nederlandse Joseph Haydn Stichting geldt (de normale prijs is ƒ 25,)

Kaarten zijn verkrijgbaar door tijdige overmaking van hetnbsp;verschuldigde bedrag op gironbsp;438 89 08 van de Nederlandsenbsp;Joseph Haydn Stichting innbsp;Utrecht, onder vermeldingnbsp;van 'concert 14/6', het aantalnbsp;kaarten en het adres. Denbsp;kaarten liggen dan op 14 juninbsp;klaar. Inlichtingen: Nederlandse Joseph Haydn Stichting, (030)231 15 05.

Dit jaar staat Veritas een grote verbouwing te wachten. Sindsnbsp;1953 zit Veritas, de grootstenbsp;gemengde vereniging vannbsp;Utrecht, in het Sociëteitsgebouw aan de Kromme Nieu-wegracht. 'Het Eigen Huis' isnbsp;rond 1700 gebouwd en denbsp;laatste verbouwing dateert uitnbsp;1957. De aanleidingen voor denbsp;toekomstige verbouwing zijnnbsp;het groeiende ledenaantal,nbsp;waardoor Veritas op drukkenbsp;avonden uit haar voegennbsp;barst, en de Wet Milieubeheer.

Vrouwen in de

Aardwetenschappen


Van de aardwetenschappers die bij verschillende bedrijvennbsp;en instellingen werkzaam zijn,nbsp;is zo'n 5 tot maximaal 10%nbsp;vrouw, terwijl het percentagenbsp;vrouwen onder afgestudeerdenbsp;geologen, geohydrologen ennbsp;fysisch geografen 25 tot 30%nbsp;bedraagt. Dit kwam naarnbsp;voren in de workshop 'vrouwen in de aardwetenschappen', tijdens de loopbaandagnbsp;die georganiseerd werd doornbsp;de studentenvereniging Geo-VUsie en het Koninklijk Nederlands Geologisch ennbsp;Mijnbouwkundig Genootschapnbsp;(KNGMG) in oktober 1998. Denbsp;workshop leidde in decembernbsp;1998 tot de oprichting van eennbsp;netwerk voor vrouwen in denbsp;aardwetenschappen, GAIAnbsp;genaamd, naar de Grieksenbsp;godin van de aarde.

Het netwerk ressorteert als kring onder het Koninklijknbsp;Nederlands Geologisch ennbsp;Mijnbouwkundig Genootschapnbsp;en als werkgroep onder hetnbsp;Koninklijk Nederlands Aard

Roeien, roeide, geroeid


Qp 1 juni a.s. vindt de jaarlijkse Oudledendag plaats van de Algemene Utrechtsenbsp;Studentenroeivereniging Qrca,nbsp;Charon en De Batavier.

Vanaf 12.00 uur zijn de deuren van de roeiloods 'De Driewerf'nbsp;aan de Hoogravenseweg 13 innbsp;Utrecht, geopend. Uiteraard is

Op dit moment is de begroting, een bedrag van 2,7 miljoen gulden, nog niet helemaal sluitend. Degenennbsp;die geïnteresseerd zijn innbsp;financiële ondersteuning vannbsp;de verbouwing of die lid willen worden van de reünistenvereniging van Veritas, kunnennbsp;contact opnemen met de prae-ses collegii: Mark Dessing,nbsp;(030) 231 62 60, email: prae-ses@veritas.nlnbsp;rijkskundig Genootschapnbsp;(KNAG). Het doel van het netwerk is het behartigen vannbsp;belangen van vrouwen in denbsp;aardwetenschappen. Tijdensnbsp;symposia, excursies en dinersnbsp;leggen werkende en studerende vrouwen contact metnbsp;elkaar en wisselen ze ervaringen uit. Qok biedt het netwerk ondermeer mentoring,nbsp;stage en arbeidsbemiddeling.nbsp;GAIA stelt werkgevers in denbsp;gelegenheid vacatures en stageplaatsen onder haar ledennbsp;te verspreiden. Via onderzoeknbsp;en database-ontwikkelingnbsp;wordt deskundigheid opgebouwd. GAIA wil meer inzichtnbsp;krijgen in de omstandighedennbsp;waaronder vrouwelijke aardwetenschappers een baan zoeken en werken.

Meer informatie: Netwerk Vrouwen in de Aardwetenschappen, Lekstraat 753nbsp;1079 EM Amsterdam, email:nbsp;a.vanmierlo@dbo.iwaco.nl,nbsp;(020) 404 48 46.

het voor de oudleden mogelijk om te roeien!

Informatie: Monique van Maare, voorzitter Oudleden-stichting, (030) 254 42 57,nbsp;email: mvanmaare@xs4all.nlnbsp;ofJ. Henfling (oud-charonlid),nbsp;(035) 6936232.

Email: jan-henfling@wxs.nl


16

Illuster I Universtiteit Utrecht I maart 2000

-ocr page 17-

Lustrum 2001:

Kennis à la

Carte

26 Maart 2001 wordt een memorabele dies natalis vannbsp;de Universiteit Utrecht. Nietnbsp;alleen bestaat de universiteitnbsp;dan net zoveel jaar ais ernbsp;dagen in een (niet schrik-kel)jaar zitten - het is ooknbsp;de de eerste lustrumdies innbsp;het nieuwe millennium.nbsp;Reden genoeg om in denbsp;periode van 26 maart 2001nbsp;tot de opening van het academisch jaar 2001/2002 lustrum te vieren. De eerstenbsp;voorbereidingen worden ainbsp;getroffen. Alumni wordennbsp;uitgenodigd om mee tenbsp;doen en te denken.

De lustrumcommissie zal een aantal uiteenlopende activiteiten organiseren, initiëren,nbsp;adopteren en stimuleren,nbsp;waarbij steeds rekening wordtnbsp;gehouden met verschillendenbsp;doelgroepen, zoals studenten,nbsp;medewerkers, alumni en relaties van de universiteit.

De lustrumcommissie wil overbrengen dat de universiteit een instelling is om trots op tenbsp;zijn. De universiteit is innbsp;diverse opzichten excellent,nbsp;participeert wereldwijd innbsp;internationale netwerken ennbsp;neemt daarin frontposities in.

Maar bovenal wil de lustrumcommissie benadrukken dat de universiteit een leuke plek isnbsp;om te werken en te studeren.nbsp;Het 73e lustrum biedt mogelijkheden om te laten ziennbsp;waar de universiteit goed in is,nbsp;waar zij voor staat, hoe boeiend en uitdagend het is omnbsp;met wetenschap bezig te zijnnbsp;en om onderzoek te doen ennbsp;onderwijs te geven en te ontvangen. Het grensverleggendenbsp;karakter van het onderzoek,nbsp;de diversiteit van het onderwijs, de grote verscheidenheidnbsp;aan kennis en kunde die aannbsp;de universiteit aanwezig is,nbsp;biedt een ieder de mogelijkheid naar eigen keuze inzichtnbsp;te verkrijgen en kennis te vergaren. Geen standaardprogramma's, maar onderwijsnbsp;voor iedereen; geen vastgelegde patronen, maar voor elknbsp;wat wils; geen strakke regimes, maar Kennis à la Carte.

Programma

Onder het motto 'Kennis à la Carte' organiseert en coördineert de lustrumcommissie eennbsp;scala van feestelijkheden. Hetnbsp;zwaartepunt van het lustrum-programma ligt in de openingsweek, dus van 26 tot 31nbsp;maart 2001. Noteer deze datanbsp;alvast! In deze week wordt hetnbsp;lustrum officieel geopend en is

Voor de organisatie van deze 73e lustrumvieringnbsp;heeft het College vannbsp;Bestuur een lustrumcommissie geïnstalleerd. Voorzitter is prof. dr. Tj.B. vannbsp;Wimersma Greidanusnbsp;(Rudolf Magnus Instituut,nbsp;Geneeskunde). Mw. drs.nbsp;M.H. Broekhoven is hoofdnbsp;van het lustrumbureau.nbsp;er een grootse kennismarkt.nbsp;Op zaterdag 31 maart wordtnbsp;de week afgesloten met denbsp;universiteitsdag, 's Avonds is ernbsp;natuurlijk een bruisend feest!

Voor ideeën of wensen voor het lustrumpro-gramma of meer informatie kunt u contact opnemennbsp;met het lustrumbureau,nbsp;(030) 253 58 53 of email:nbsp;lustrum@bureau.uu.nl


Centrum voor Frankrijkstudies

In Memoriam

Is communiceren met juridisch Frankrijk lastig? Beslist niet!nbsp;Volg de cursus 'Juridische ennbsp;fiscale aspecten van het zakendoen met Frankrijk' en uwnbsp;kennis is binnen drie dagen opnbsp;peil. Onderwerpen die aannbsp;bod komen, zijn het opzettennbsp;van een onderneming innbsp;Frankrijk, vestiging en overname van bedrijven, commerciële transacties, hetnbsp;belastingsysteem, geschillen innbsp;civiele commerciële en arbeidszaken, en Frans onroerendnbsp;goedrecht. De cursus vindtnbsp;plaats op 12, 19 en 16 mei a.s.

Meer informatie:

mw. drs. L.M. Klumpers (030) 253 64 42 / 81 59,nbsp;email cfs@let.uu.nl,nbsp;internet wwwcfs.let.uu.nl

Op vrijdag 14 januari is Jan Prevoo overleden, na gedurende drie jaar ernstig ziek tenbsp;zijn geweest. Jan, die 58 jaar isnbsp;geworden, was gedurendenbsp;meer dan dertig jaar alsnbsp;docent verbonden aan hetnbsp;Economisch Instituut van denbsp;faculteit Rechtsgeleerdheid. Innbsp;die functie kenmerkte hij zichnbsp;door een grote gedrevenheidnbsp;en een brede oriëntatie, waarvan vele generaties studentennbsp;profijt hebben gehad. Dienbsp;brede oriëntatie blijkt in denbsp;eerste plaats uit de grotenbsp;variatie in vakken die hij heeftnbsp;gedoceerd: uiteenlopend vannbsp;statistiek (nog voor zijn komstnbsp;naar Utrecht, aan de UvA) totnbsp;geld, krediet en bankwezen ennbsp;van macroeconomie tot belastingrecht. Maar zij wordt ooknbsp;weerspiegeld door de velenbsp;functies die hij binnen en buiten de universiteit bekleedde,nbsp;variërend van lid van hetnbsp;bestuur van zijn faculteit totnbsp;functies in de provinciale ennbsp;landelijke politiek en zijnnbsp;kroonlidmaatschap van denbsp;Sociale Verzekeringsraad. Alsnbsp;econoom werkzaam in eennbsp;juridische faculteit groeide zijnnbsp;belangstelling voor het recht.nbsp;Dit leidde ertoe dat hij zelf denbsp;rechtenstudie opvatte, die hijnbsp;cum iaude afsloot. Jan was eennbsp;bruisende persoonlijkheid,nbsp;gekenmerkt door een tomeloze energie. Met hem was hetnbsp;'never a dull moment'. Hetnbsp;maakt het contrast met nu desnbsp;te pijnlijken Wij wensen zijnnbsp;familie en vrienden veelnbsp;sterkte toe.

Namens het Economisch Instituut, Prof. dr. J. J.

Siegers, voorzitter


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17

-ocr page 18-

Universiteits csi 1.4.2000


De twee centrale gastsprekers 's ochtends zijn Gerard 't Hooft en Ronald Plasterk. 's Middags pakken de


faculteiten uit met verrassende lezingen en workshops. De Faculty Club Helios zorgt voor een borrel en diner, 's Avonds kunt u feestvieren bij de studentengezelligheidsverenigingen. Het programma van denbsp;Universiteitsdag op i april is interessant, prikkelend, informatief en ontspannend tegelijk. U bent van harte


uitgenodigd om op die dag uw universiteit te bezoeken.


Ochtend

Educatorium, De Uithof 9.30 - 12.00 uur

Lezingen van twee topwetenschappers

Sprekers: Prof. dr. Gerard 't Hooft, winnaar van de Nobelprijs 1999 voor de Natuurkunde en hoogleraar Theoretische Natuurkunde aan de Universiteitnbsp;Utrecht, en prof. dr. Ronald Plasterk, hoogleraar Moleculaire Biologie aan denbsp;Universiteit van Amsterdam, winnaar van de Spinozaprijs 1999 en sinds februnbsp;directeur van het Hubrecht Laboratorium in Utrecht


Middag

Verschillende locaties in de binnenstad en De Uithof

14.00 uur - 17.00 uur

Faculteiten ontvangen hun alumni, medewerkers en studenten. Deelname aan interessante workshops.

Avond

Vanaf 17.00 uur


Lunch

Educatorium, De Uithof 12.00 - 14.00 uur


Borrelen en dineren (Universiteitsdagmenu) in de Faculty Club. Sociëteiten van de studentengezelligheidsverenigingennbsp;19.00 - 21.00 uur borrel en rondleidingen


Aperitief en lunch in het restaurant van het Educatorium. Op de infomarkt pre-


vanaf 21.00 uur cabaret en bands


senteren alumni hun bedrijf of organisatie.


Aanmelden vóór 24 maartnbsp;met de bon dienbsp;u elders innbsp;deze Illusternbsp;vindt



Ronald Plasterk (L) en Nobelprijswinnaar Gerard 't Hooft: gastsprekers

Wetenschappers van wereldformaat


De Universiteit Utrecht is bijzonder trots dat zij in hetnbsp;ochtendprogramma tweenbsp;wetenschappers van wereldformaat als gastspreker kannbsp;introduceren:nbsp;Nobelprijswinnaar prof. dr.nbsp;Gerard 't Hooft en moleculair bioloog en winnaar vannbsp;de Spinozaprijs 1999 prof,nbsp;dr. Ronald Plasterk.

't Hooft, hoogleraar Theoretische Natuurkunde, is werkzaam bij de faculteit Natuur-en Sterrenkunde, het Spinoza Instituut, van de Universiteitnbsp;Utrecht. In 1999 ontving hij denbsp;Nobelprijs voor de Natuurkunde voor het werk waarmeenbsp;hij begin jaren zeventig,nbsp;samen met de natuurkundigenbsp;prof. dr. Martinus Veltman, denbsp;deeltjesfysica uit een diep dalnbsp;heeft getrokken.

Zijn recente werk heeft betrekking op de quantummechanische theorie van denbsp;zwaartekracht. Dit intrigerende onderwerp staatnbsp;momenteel sterk in de belangstelling van de internationalenbsp;fysische gemeenschap. De concepten en ideeën van 't Hooftnbsp;worden alom gezien alsnbsp;belangrijke bijdragen aan ditnbsp;onderzoek. In zijn lezing 'Kleiner dan de atoomkern' gaat 'tnbsp;Hooft in op nieuwe theorieënnbsp;over de elementaire deeltjes.nbsp;Ronald Plasterk, hoogleraar innbsp;de Moleculaire Biologie, isnbsp;sinds februari 2000 directeurnbsp;van het Hubrecht Laboratorium in De Uithof. Hij hoortnbsp;tot de briljante Nederlandsenbsp;onderzoekers op het gebiednbsp;van de moleculaire biologie.nbsp;Gezien zijn leeftijd (41 jaar),nbsp;speelse geest en fundamentelenbsp;belangstelling voor biologischenbsp;fenomenen, kunnen we verwachten dat Plasterk nognbsp;jaren op zijn huidige niveaunbsp;verder zal gaan. In een Interview op pagina 3 vertelt Plasterk meer over zijn werk. Innbsp;zijn lezing, 'De functie vannbsp;genen', gaat hij in op denbsp;gevolgen van kennis van denbsp;totale DNA samenstelling vannbsp;de mens.

Lunch en infomarkt

Na afloop van de lezingen staat een feestelijke lunchnbsp;klaar in het restaurant van hetnbsp;Educatorium. Er zijn tafelsnbsp;gereserveerd voor faculteitennbsp;en reünistenverenigingen. Opnbsp;de informatiemarkt presenteren alumni diensten of producten van hun bedrijf ofnbsp;organisatie, die zowel Interessant zijn voor studenten alsnbsp;voor mensen uit de beroepspraktijk. (U kunt zich nognbsp;opgeven; zie oproep.)nbsp;Kijk ondertussen goed om unbsp;heen. Voor het ontwerp vannbsp;het Educatorium ontving architect Rem Koolhaas vorig najaar de Utrechtse Rietveldprijs.

Herhaalde oproep In forma tiemarkt!

Tijdens de lunch in het Educatorium kunnennbsp;alumni hun bedrijf of organisatie (kosteloos) presenteren op de informatiemarkt. Denkt u dat de producten of diensten van uwnbsp;bedrijf/organisatie interessant zijn voor anderenbsp;alumni, stuur dan voor 10nbsp;maart een email met relevante gegevens naarnbsp;Germaine Custersnbsp;(g. Custers® CSC. use. uu.nl).nbsp;U krijgt zo spoedig mogelijk bericht.


Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;19

-ocr page 19-

utrechtse stellingen

Stellingen uit recente Utrechtse proefschriften

Grijze wijzen; emeriti aan het woord.

De belasting op sigaretten zou moeten worden aangewend omnbsp;de tekorten in de gezondheidszorg te verlagen. Dit kan wordennbsp;gezien als een vorm van voorafnbsp;betalen. (Jan Jacob Wever,nbsp;Geneeskunde)

Soep dient heet opgediend te worden. (Sander Roosendaal,nbsp;Natuurkunde)

Televisie kijken leidt tot ontevredenheid, onverschilligheid en overgewicht. (Roos Coverde,nbsp;Diergeneeskunde)

Hoe groter de auto, hoe sneller de man. (Charlotte van Iperen,nbsp;Geneeskunde)

De spectaculairste interlandwedstrijden tijdens het EK voetbal zullen wellicht buiten de stadionsnbsp;plaatsvinden. (Bart de Valk,nbsp;Geneeskunde)

Het meervoud van lef is leven. (Jan Jacob Wever, Geneeskunde)

Wetenschap kan men best parttime beoefenen; liefde daarentegen behoeft dagelijks onderhoud. (Roos Coverde, Diergeneeskunde)

Een dokter is voor de patiënt als een PC: ondoorgrondelijk, volnbsp;kennis en mogelijkheden; indiennbsp;onzorgvuldig gehanteerd weigertnbsp;hij dienst. (Otto Quartero,nbsp;Geneeskunde)

Statistiek is voor de filosoof wat formele logica is voor de socialenbsp;wetenschapper. (Heinze Oost,nbsp;Sociale Wetenschappen)

'NS zet bussen in' doet denken aan 'Oranje wordt kampioen'.nbsp;Zolang er niet bij gezegd wordtnbsp;wanneer kun je er beter niet opnbsp;rekenen. (Sander Houweling,nbsp;Natuurkunde)

Oprechte desinteresse is te verkiezen boven geveinsde belangstelling. (Heinze Oost, Sociale Wetenschappen)

18


illuster [ Universtiteit Utrecht | maart 2000


Dit voorjaar start Studium Generale van de Universiteitnbsp;Utrecht samen met de facultynbsp;Club Helios een origineel initiatief dat ook voor afgestudeerden heel aanlokkelijk kannbsp;zijn. Oud-hoogleraren vannbsp;naam en faam geven eennbsp;lezing over een thema naarnbsp;eigen keuze. Met als motto:nbsp;wat u graag had willen vertellen maar in uw college nietnbsp;kwijt kon. Op 7 februarinbsp;opende David de Wied, emeritus Geneeskunde, de reeksnbsp;met een verhaal onder denbsp;nietszeggende titel: over vannbsp;alles en nog wat. Maandag 6

Juridisch Post Academisch Onderwijs


Het bureau voor Juridisch Post Academisch Onderwijs, verbonden aan de Faculteitnbsp;Rechtsgeleerdheid, biedt denbsp;mogelijkheid tot professionelenbsp;na- en bijscholing. De cursussen worden verzorgd doornbsp;docenten van de faculteitnbsp;Rechtsgeleerdheid in samenwerking met externe, veelal innbsp;de praktijk werkzame juristen.nbsp;Voor alumnipashouders geldtnbsp;een aantrekkelijke kortingsregeling.

Programma voorjaar 2000: Arbeidsrecht

Actualiteiten Arbeidsrecht; 23 maart 2000

Ambtenarenrecht; 23 mei 2000

Uitnodiging David de Wiedlezing 14 april 2000


Op 14 april a.s. spreekt professor dr. Dick Swaab de tiende David de Wiedlezing uit (zienbsp;interview op pagina 6 en 7).nbsp;De titel: 'Alzheimer onderzoek,nbsp;het begin van een beter einde'.nbsp;Geïnteresseerde lllusterlezersnbsp;zijn van harte uitgenodigdnbsp;deze bijeenkomst bij te wonen.nbsp;Met de bon kunt u (kosteloos)nbsp;kaarten reserveren voor dezenbsp;bijeenkomst. Doet u dit snel:nbsp;de verwachte belangstelling isnbsp;groot, en het aantal plaatsennbsp;in de Theatronzaal van hetnbsp;Educatorium is beperkt.nbsp;maart is prof. dr. F. van der Blijnbsp;(Wiskunde) aan de beurt. Historicus Herman von der Dunknbsp;spreekt op maandag 3 aprilnbsp;over de maakbare samenleving.

Maandag 6 maart: Het weten van wetenschap,nbsp;prof. dr. F. van der Blij. ¦nbsp;Maandag 3 april: De maakbare samenleving, prof. dr.nbsp;H. W. von der Dunk.

Plaats: Faculty Club Helios, Achter de Dom 7, Utrechtnbsp;Aanvang: 20.00 uur precies.nbsp;De lezingen zijn gratis ennbsp;vrij toegankelijk.

Bestuursrecht

Algemene Beginselen van Behoorlijk Bestuur onder de Awb; 15, 22 juni 2000

Algemene Wet Bestuursrecht: Actualiteiten en Vierde Tranche; 11, 18 mei 2000

Actualiteiten Handhaving Bestuursrecht; 12 mei 2000

Bestuurlijke handhaving financiële toezichtwetgeving; 6 april 2000nbsp;Verdieping Milieurecht; 13, 20 april,nbsp;3, 11 mei 2000

Privaatrecht

Aansprakelijkheid en schadevergoeding bij letselschade,'16 mei 2000 Actualiteiten Burgerlijk Procesrecht:nbsp;13 april 2000

Contracten maken; 27 maart, 10, 17 april, 8, 15 22, 29 mei, 19 juni 2000

Ondergetekende zal aanwezig zijn bij de DAVID DE WIEDLEZING 2000

op vrijdag 14 april om 16.00 uur, in de Theatronzaal van het Educatorium, Leuvenlaan 19, universiteitscampus De Uithof, Utrecht.

Naam: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;--------------------------------------------------------------

Organisatie: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;---------------------------------------------------------------------------

Postadres: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;---------------------------------------------------------------------------

Postcode/plaats: ——--------------------------------------------------------------

Aantal gewenste toegangskaarten: --------------------------------------------------

Deze bon per omgaande retourneren. De kaarten worden u dan thuis gestuurd.

Aanmeldingen worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen.

Retouradres: Universiteit Utrecht - CSC, David de Wiedlezing, Antwoordnummer 8428,

3500 VW Utrecht. Kaarten reserveren kan ook telefonisch: (030) 253 35 50



Internationaal echtscheidingsrecht;

16, 23 maart 2000

Internationale handel; 24 mei 2000 Nieuw Verzekeringsrecht (ontwerpnbsp;Boek 7 Titel 17); nader bekend tenbsp;maken

Recente Jurisprudentie Verbintenissenrecht: Niet nakoming

31 maart 2000

Recente Ontwikkelingen Media- en Communicatierecht; 24 mei 2000nbsp;Recht rond de elektronischenbsp;snelweg

Elektronische overheid vanuit staats- en bestuursrechtelijk perspectief; 25 mei 2000

Intellectueel Eigendom en de elektronische snelweg; 10 mei 2000 Strafrecht

Recente Strafrechtelijke Jurisprudentie ; 12 april 2000

Bijzondere Opsporingsbevoegdheden; nader bekend te maken Overig

Nieuw Recht I; 31 maart, 7, 14 april 2000

De patroon als coach; 23 mei, 29 juni 2000

PAO-specialisatie Gezondheidsrecht; 15, 22, 29 maart, 5, 12, 19, 26 april 2000

Voor informatie of het aanvragen van onze brochure kunt u contact opnemennbsp;met Juridisch PAO, tel. 030-25370211 2537022, E-mail:nbsp;jpao@law.uu.nl. U kunt ooknbsp;onze website raadplegen:nbsp;WWW. law.uu.nl/pao


-ocr page 20-

Universiteitssäscgi 1.4.2000 Inspirerende middagprogramma's

Maakt u een ’sentimental journey’ naar uw oude instituut? Of gaat u nog verder terug in de tijd en vergaapt u zich vanuit een lye-eeuwse collegebank in het Universiteitsmuseum aan een vonkende demonstratie van statische elektriciteit. Of verdiept u zich als eigentijdse 2ie-eeuwer in de geavanceerdenbsp;Internetsystemen van de Universiteitsbibliotheek? Het middagprogramma is zo gevarieerd dat het nog lastig wordt om keuzes te maken!

Faculteiten

Op deze pagina's vindt u de programma’s van de deelnemende faculteiten. Ze beginnen om 14.00 uur, tenzijnbsp;anders is aangegeven. Nadrukkelijk worden ook studentennbsp;en medewerkers uitgenodigd.

BIOLOGIE

wetenschap van 21e eeuw

Biologie staat aan de basis van ontwikkelingen die bepalendnbsp;zijn voor de wereld van morgen. Denk maar aan het eerstenbsp;genoom, stress en DNA-profie-len. De faculteit Biologie biedtnbsp;in aansluiting op het ochtendprogramma (lezing Ronaldnbsp;Plasterk) het thema 'Biologie:nbsp;de wetenschap van de 21stenbsp;eeuw'. Welke spectaculairenbsp;ontwikkelingen zijn ernbsp;gaande? Wat staat ons denbsp;komende jaren te wachten opnbsp;het gebied van hersenonderzoek, biotechnologie, ontwikkelingsbiologie of ecosystemen? De onderwerpen worden ingeleid door deskundigenbsp;sprekers, waarna een discussienbsp;volgt. Na de Universiteitsdagnbsp;leest u de krant met anderenbsp;ogen! Uiteraard is er gelegenheid om bij een hapje en eennbsp;drankje met elkaar bij tenbsp;praten.

Locatie: De Uithof Informatie: Dorinne Raaima-kers, (030) 253 28 22 (di. t/mnbsp;vr.), email T.H.J.M.Raaima-kers@bio.uu.nl

GENEESKUNDE het brein binnenste buitennbsp;Het facultaire middagprogramma voor alumni Geneeskunde en Medische Biologie,nbsp;maar dit jaar ook voor studenten, medewerkers van het Universitair Medisch Centrumnbsp;Utrecht (UMCU) en huisartsennbsp;uit de regio, laat zich vangennbsp;onder de titel 'Het brein binnenste buiten'. Centraal staatnbsp;het onderzoek van het Rudolfnbsp;Magnus Instituut (RMI) voornbsp;Neurowetenschappen. Vooraanstaande onderzoekersnbsp;maken u deelgenoot van denbsp;stand van zaken op het gebiednbsp;van schizofrenie amp; imaging,nbsp;eVA en neuropeptiden. Op denbsp;wetenschapsmarkt maakt unbsp;kennis met de breedte van hetnbsp;RMI-onderzoek. De onderzoekers zelf informeren u overnbsp;verslaving, ruggenmergletsel,nbsp;afgifte van neurotransmitters,nbsp;epilepsie, bedrading van vatennbsp;in de hersenen, neuromusculaire ziekten en autisme. Denbsp;middag wordt afgesloten metnbsp;een borrel.

Locatie: De Uithof Informatie: Trea Fakkeldij,nbsp;(030) 253 62 40 (dagelijks tussen 13.00 en 14.00 uur), email:nbsp;T.M.V.Fakkeldij@med.uu.nl

GODGELEERDHEID nieuwe spiritualiteitnbsp;Ontkerkelijking en secularisatie gaan niet gepaard metnbsp;afname van 'religiositeit' in denbsp;betekenis van aandacht voornbsp;zingevingvragen, geloof,nbsp;belangstelling voor levensbeschouwelijke thema's en ethische kwesties. Op allerleinbsp;plaatsen waar dat tot voornbsp;enkele decennia een taboenbsp;zou zijn, wordt aandachtnbsp;besteed aan levensbeschouwing en spiritualiteit. Geennbsp;managementcursus kan tegenwoordig nog zonder een bloknbsp;'spiritualiteit', het bedrijfsleven sponsort de komst van denbsp;Dalai Lama naar Nederland, ennbsp;de Mattheus Passion in Naarden is een ontmoetingsplaatsnbsp;voor politici en vertegenwoordigers van de haute finance.nbsp;Wat betekent dit voor denbsp;theologie?

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Monique Bosch,nbsp;(030) 253 18 53, email:nbsp;mbosch@theo.uu.nl

DUITS onderwijsvernieuwingennbsp;De ontwikkelingen in de maatschappij en dus ook in hetnbsp;onderwijs volgen elkaar snelnbsp;op. Hoe speelt de 91-jarigenbsp;opleiding Duitse taal- en letterkunde daar op in? Verschillende generaties komen bijnbsp;elkaar om te praten en tenbsp;leren. Workshops en demonstraties van hedendaagsenbsp;onderwijsvernieuwingen staannbsp;vanmiddag centraal. Metnbsp;medewerking van prof. dr.nbsp;Wolfgang Herriitz en prof. dr.nbsp;Ton Naaijkens worden digitalenbsp;mogelijkheden voor taalkundenbsp;en vertalen besproken, zoalsnbsp;ze in het onderwijs aan derdejaars worden ingezet. De middag wordt afgesloten met eennbsp;borrel.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Dr. Ewout van dernbsp;Knaap, (030) 253 61 82, email:nbsp;ewout.vanderknaap@let.uu.nl

ENGELS creativiteit en High Tea

In het jaar 2000 benaderen wij het alumnigebeuren vanuitnbsp;een ander perspectief. Natuurlijk kijken we naar de positienbsp;van de studie Engels, maar denbsp;aandacht is in het bijzondernbsp;gericht op de creativiteit vannbsp;studenten en alumni. Na denbsp;inleiding van drs. Kristinenbsp;Steenbergh (Alumni Officer)nbsp;zijn er lezingen van drs. Has-snae Bouazza ('Rap van Tong:nbsp;over Rappers en Rapmuziek'),nbsp;dr. Erik Kooper ('The Challengenbsp;of English') en drs. Diane But-terman-Dorey ('Poetry is thenbsp;search for oneness', over denbsp;toekomst als dichteres). Opnbsp;verzoek van velen wordt denbsp;middag afgesloten met eennbsp;traditionele High Tea.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Ton Hoenselaars,nbsp;(030) 253 78 45/61 93, emailnbsp;ton.hoenselaars@let.uu.nl, ofnbsp;Kristine Steenbergh, email:nbsp;kristine.steenbergh@let.uu.nl

GESCHIEDENIS de Duitse bezetting

Twee inleiders schetsen een nieuw beeld van de Duitsenbsp;bezetting. Dr. Gerard Trienekens spreekt over 'Voedsel ennbsp;voedselvoorziening tijdens denbsp;Tweede Wereldoorlog' en dr.nbsp;Hein A.M. Klemann over 'Hetnbsp;economisch leven tijdens denbsp;bezetting'. Trienekens conclu-ceerde in zijn proefschrift datnbsp;de voedselvoorziening innbsp;Nederland tot september 1944nbsp;modelmatig geregeld was. Zijnnbsp;beeld week sterk af van hetnbsp;gangbare, wat tot een stormnbsp;van protest leidde. Inmiddelsnbsp;heeft Klemann berekend datnbsp;het in de eerste bezettingsjaren economisch over een veelnbsp;breder front goed ging. Na denbsp;lezingen volgt een discussie.nbsp;Het programma wordt afgesloten met een borrel.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Linda Westerink,nbsp;(030) 253 78 69, emailnbsp;Linda.Westerink@let.uu.nl

ITALIAANS

recht en vertalen


We gaan een eigen alumnivereniging oprichten, waarvoor een comité een actieplan zalnbsp;presenteren. Verder aandachtnbsp;voor het thema 'recht en vertalen' vanuit verschillendenbsp;invalshoeken, namelijk rechtsvergelijking (een jurist over denbsp;verschillen tussen Italiaans ennbsp;Nederlands recht), vertaalpraktijk (een vertaler van de Europese Unie) en literatuur (denbsp;procesterminologie van Scias-cia en wat zijn vertalers ermeenbsp;doen). Maar we willen ooknbsp;onze alumni zelf horen. Velennbsp;zijn bezig met vertaalwerk opnbsp;juridisch terrein en hebbennbsp;een eigen termenbestandnbsp;opgebouwd. Bestaat ernbsp;behoefte aan uitwisseling vannbsp;gegevens? Minne de Boer wilnbsp;uw ideeën bundelen voor eennbsp;discussie op de alumnidag. Wenbsp;sluiten de middag af met eennbsp;cena bij een plaatselijke Italiaan.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Minne G. de Boer,nbsp;(030) 253 64 27, email:nbsp;m.g.deboer@let.uu.nl

KUNSTGESCHIEDENIS en MUZIEKWETENSCHAPnbsp;muziekinstrumentennbsp;Kunstgeschiedenis en Muziekwetenschap organiseren ditnbsp;jaar samen een bijeenkomst.nbsp;Er zijn lezingen van prof. dr.nbsp;E.S. de Jongh (kunstgeschiedenis) over de betekenis vannbsp;muziekinstrumenten in de 17e-eeuwse beeldende kunst, ennbsp;van dr. Martin van Schalknbsp;(muziekwetenschap), die zichnbsp;met muziekinstrumenten vannbsp;de Griekse Oudheid bezighoudt. Ook wordt de scriptieprijs Kunstgeschiedenisnbsp;uitgereikt. De bijeenkomstnbsp;wordt afgesloten met een borrel.

Locatie: Museum Het Catharij-neconvent

Informatie: Christian Klamt, (030) 253 62 63

NEDERLANDS op de digitale snelweg

De alumnivereniging Nedwerk van Utrechtse neerlandicinbsp;organiseert een middagprogramma over het themanbsp;'NL2000: neerlandistiek op denbsp;digitale snelweg'. Prof. dr.nbsp;Carel Jansen, tegenwoordignbsp;verbonden aan de KU Nijmegen, opent de middag. Innbsp;workshops worden toepassingen van de nieuwe media opnbsp;het gebied van de neerlandistiek gedemonstreerd. De middag wordt afgesloten met eennbsp;markt waarop de alumni innbsp;contact kunnen komen metnbsp;verschillende bedrijven ennbsp;instellingen die zich bezighouden met multimediatoepassingen in de neerlandistiek. Tot


20

Illuster I Universtiteit Utrecht I maart 2000

-ocr page 21-

Universiteits 1.4.2000

slot een borrel. Alle geregistreerde alumni Nederlands ontvangen begin maart hetnbsp;definitieve programma. Ofnbsp;bezoek de website:nbsp;www.let.uu.nl/nederlands/ned-werk.nl

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Antoinette Bolt,nbsp;(030) 253 80 00, email: Antoinette. Bolt@let.uu.nl

SPAANS oprichting alumnivereniging

Op deze derde alumnidag van Spaans vindt de oprichtingsvergadering van een alumnivereniging plaats. Hiervoornbsp;bestaat veel belangstelling.nbsp;Het middagprogramma wordtnbsp;ingeleid door Peter Slagter. Totnbsp;slot is er een borrel. Graagnbsp;horen we vooraf ideeën ofnbsp;wensen ten aanzien van denbsp;alumnivereniging, zodat wenbsp;die mee kunnen nemen in hetnbsp;programma. Stuur deze naarnbsp;Peter Jan Slagter, Krommenbsp;Nieuwegracht 29, 3512 HD


Utrecht of email (zie hieronder).

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Peter Jan Slagter,nbsp;(030) 253 64 19, email:nbsp;Peter.J.Slagter@let.uu.nl

TAALWETENSCHAP (ALGEMENE TAALWETENSCHAP en FONETIEK)nbsp;nieuwe wegen

Het middagprogramma voor oudstudenten van Taalwetenschap - zoals we tegenwoordignbsp;heten - begint met een inleiding door Sieb Nooteboom,nbsp;hoogleraar Fonetiek en coördinator van de Opleiding Taalwetenschap, over de onderwijsontwikkelingen. Na denbsp;inleiding volgen presentatiesnbsp;door - vooral jonge - onderzoekers, die duidelijk makennbsp;welke kant het uitgaat metnbsp;het taalkundige en fonetischenbsp;onderzoek. Tot slot is er eennbsp;reünie.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Bert Schouten,nbsp;(030) 253 60 69/62 65, email:nbsp;bert.schouten@let.uu.nl

THEATER, FILM, en TELEVISIEWETENSCHAPnbsp;studiegenoten

Kom langs en ontmoet vroegere studiegenoten. Wat is er van ze terechtgekomen? Hoenbsp;staat het met de oude gardenbsp;docenten? Zijn ze er nog allemaal? Wie is er nieuw? En wienbsp;studeren er tegenwoordignbsp;Theater, Film, en Televisiewetenschap?

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Clara Pafort-Over-duin, (030) 253 63 39, email:nbsp;Clara.PafortOverduin@let.uu.nl

NATUUR en STERRENKUNDE bijpraten

Het programma van de faculteit Natuur- en Sterrenkunde is vooral bedoeld om de alumninbsp;en huidige leden van de facultaire gemeenschap met elkaarnbsp;te laten praten bij een hapjenbsp;en een drankje. Er wordennbsp;wel, onder voorbehoud, activiteiten aangeboden die hetnbsp;sociale karakter van de bijeenkomst onderstrepen. Het programma wordt bekend gemaakt via FacNieuwS, het informatiebulletin van de faculteitnbsp;en via de facultaire activiteitenkalender op internet:nbsp;http://www.phys.uu.nl/-fcagennbsp;da/

Locatie: De Uithof Informatie: Peter Mertens,nbsp;(030) 253 27 25, email:nbsp;P.C.J.Mertens@phys.uu.nlnbsp;of Jenny Andriese, (030)nbsp;253 17 58, email:nbsp;J.Andriese@phys.uu.nl

RECHTSGELEERDHEID georganiseerde misdaadnbsp;Door criminologisch onderzoek, onder andere voor denbsp;commissie Van Traa, zijn wenbsp;goed op de hoogte van denbsp;aard en omvang van de zogenaamde georganiseerde misdaad in Nederland. Wij wetennbsp;welke economische sectorennbsp;worden bedreigd en welkenbsp;beroepsgroepen het risiconbsp;lopen in hun integriteit tenbsp;worden aangetast. Er is eennbsp;reeks nieuwe strafrechtelijkenbsp;maatregelen om de georganiseerde misdaad te bestrijden.nbsp;Zijn deze maatregelen proportioneel en effectief? Daarovernbsp;praat prof. dr. F. Bovenkerk,nbsp;cultureel antropoloog en nunbsp;hoogleraar criminologie aannbsp;de Utrechtse rechtenfaculteit.nbsp;Bovenkerk, bekend van tal vannbsp;publicaties, maakte deel uitnbsp;van de criminologische onderzoeksgroep ten behoeve vannbsp;de parlementaire enquêtenbsp;opsporingsmethoden.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Jorunn Labordus,nbsp;(030) 253 93 05, email: j.labor-dus@fbu.uu.nl

RUIMTELUKE WETENSCHAPPENnbsp;wandeling Blauwe Kamer

Een meeslepende wildernisi Zo is het rivieroeverreservaat denbsp;Blauwe Kamer het best tenbsp;omschrijven. In deze uiterwaard aan de voet van denbsp;Grebbeberg heeft de Stichtingnbsp;Het Utrechts Landschep eennbsp;natuurontwikkelingsprojectnbsp;uitgevoerd. De invloed van denbsp;rivier is toegenomen, de oorspronkelijke hoogteverschillennbsp;zijn hersteld en er zijn konik-paarden en gallowayrunderennbsp;in het gebied uitgezet. Doornbsp;natuurlijke begrazing in combinatie met overstromingen,nbsp;ontstaat meer afwisseling innbsp;hoogte, dichtheid en soortsamenstelling van de planten.nbsp;De Blauwe Kamer is veranderdnbsp;in een prachtig wilde ennbsp;levende oever vol natuur. Denbsp;faculteit Ruimtelijke Wetenschappen organiseert ondernbsp;leiding van een gids een wandeling.

Locatie: Blauwe Kamer (vertrek vanaf De Uithof) Informatie: Robert van Ginne-ken, (030) 253 15 59, emailnbsp;R.vanGinneken@geog.uu.nl

SCHEIKUNDE

chemie en voeding

De faculteit Scheikunde, alumnivereniging 'Carolus de Maets' en studieverenigingnbsp;Proton organiseren een themaprogramma over 'Chemienbsp;en voeding’. Voedselvoorziening, de veiligheid van onsnbsp;voedsel en middelen om voedsel te conserveren of te verbeteren zijn allemaal zakennbsp;waarbij de chemie een belangrijke rol speelt. Denk maar aannbsp;begrippen als genetisch gemodificeerde voedingsmiddelen,nbsp;dioxine, BSE, E-nummers, anti-oxidanten en functional foods.nbsp;Deskundigen lichten dit toe.nbsp;Daarna volgt een discussie. Bijnbsp;een hapje en een drankjenbsp;krijgt u gelegenheid om bij tenbsp;praten. Voorafgaand aan hetnbsp;programma vindt de Algemene Ledenvergadering vannbsp;'Carolus de Maets' plaats. Hetnbsp;programma staat open voornbsp;alle belangstellenden.

Locatie : De Uithof Informatie: Jos de Kooker,nbsp;(030) 253 37 93 (ma. Vm do.),nbsp;email:nbsp;j.a.dekooker@chem.uu.nl

SOCIALE WETENSCHAPPEN culturele verschillen

Binnen het onderzoekszwaar-tepunt Sociale Cohesie speelt 'multiculturalisme' een belangrijke rol. Omgaan met etnischenbsp;en culturele verschillen staatnbsp;vanmiddag centraal. Het programma bestaat uit lezingennbsp;van prof. dr. A. de Ruijter ennbsp;prof. dr. P. Verweel, eennbsp;workshop 'omgaan met culturele verschillen in werk amp;nbsp;privé' en een forumdiscussienbsp;over een actueel maatschappelijk vraagstuk. Het forum legtnbsp;u dilemma's voor over actuelenbsp;situaties in de stad Utrecht,nbsp;waarover u kunt stemmen.nbsp;Tenslotte is er een borrel.nbsp;Locatie: De Uithofnbsp;Informatie: Renske de Graauwnbsp;en Evelijn Kooman van denbsp;faculteitsvereniging U.F.S.W.nbsp;Alcmaeon, (030) 253 32 00,nbsp;email: Alcmaeon@fss.uu.nlnbsp;Lolita van Toledo en Marianbsp;Splinter, (030) 253 46 33, (030)nbsp;253 48 34 of (030) 253 67 28,nbsp;email: L.vanToledo@fss.uu.nlnbsp;of M.Splinter@fss.uu.nl

WIJSBEGEERTE

Spinoza

Tijdens de alumnimiddag van de wijsgeren staat Spinozanbsp;centraal. De universitairenbsp;docenten Piet Steenbakkers ennbsp;Jan Bransen zullen hierop vanuit hun eigen wetenschappelijk historische, respectievelijknbsp;wijsgerig-antropologische achtergrond ingaan.

Locatie: binnenstad Utrecht Informatie: Erna Kas, (030)nbsp;253 2097, email:nbsp;Erna.Kas@phil.uu.nl

WISKUNDE en INFORMATICAnbsp;robocup, datamining,nbsp;paasfeest

Na de ontvangst door de decaan van de faculteit, prof,nbsp;dr. D. Siersma, gaat dr. W. vannbsp;der Hoek in op de deelnamenbsp;van het Informatica Instituutnbsp;aan Robocup, wat u inzichtnbsp;geeft in de wijze waaropnbsp;robots functioneren. Prof. dr.nbsp;A.P.J.M. Siebes biedt zicht opnbsp;datamining, een deelgebiednbsp;van de informatica waarop hetnbsp;Informatica Instituut in denbsp;nabije toekomst onderzoeknbsp;verricht. Prof. dr. F. Oort houdtnbsp;een lezing met de titel 'Algebra of meetkunde? Gewoonnbsp;wiskunde!' Dr. J. Hogendijknbsp;verzorgt een practicum waarinnbsp;de wiskunde van het paasfeestnbsp;centraal staat. Na een kortenbsp;inleiding kunt u zelf aan denbsp;slag om het verschil tussen hetnbsp;kerkelijke en het astronomische paasfeest uit te rekenen.nbsp;Het programma wordt afgesloten met een borrel.

Locatie: De Uithof Informatie: O. Möller (030)nbsp;253 35 36, email:nbsp;o.moeller@math.uu.nl (zie ooknbsp;www.math.uu.nl/faculteit).


Illuster I Universtiteit Utrecht I maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Zquot;!

-ocr page 22-

Universiteits 1.4.2000

Workshops

De bibliotheek in cyberspace Universiteitsbibliotheek 2050.

De wereldbibliotheek bevat een digitale collectie met eennbsp;omvang van zo'n 25 miljoennbsp;complete Britannica's. Er isnbsp;geen hoofdingang. Je hoeftnbsp;geen catalogi te raadplegen,nbsp;je hoeft niet bang te zijn datnbsp;je iets mist en 'uitgeleend' isnbsp;er niet meer bij. De deelnemers krijgen een overzicht vannbsp;de virtuele collecties en van denbsp;instrumenten om relevantenbsp;informatie te putten uit eennbsp;overvloed aan gegevens. Unbsp;leert uw studie of onderzoeks-behoefte te vertalen in eennbsp;concrete vraag aan de diversenbsp;geautomatiseerde Internetsystemen. Dit gebeurt via oefeningen en opdrachten die unbsp;zelf onder individuele begeleiding opstelt. Directe toepassing van de leerresultaten innbsp;uw studie of beroepspraktijk isnbsp;mogelijk. Er kunnen maximaalnbsp;20 mensen deelnemen.nbsp;Locatie: binnenstad Utrechtnbsp;Informatie : Natalianbsp;Grygierczyk, (030) 253 65 16,nbsp;email:

N.Grygierczyk@library.uu.nl

Informatie- en communicatietechnologienbsp;in het onderwijs

De meeste studenten gebruiken dagelijks informatie- en communicatietechnologie (ICT)nbsp;voor hun studie en dit zal denbsp;komende jaren sterk toenemen. ICT biedt mogelijkhedennbsp;om onderwijs aan te biedennbsp;dat toegesneden is op de individuele wensen van de student. De workshop geeft eennbsp;overzicht van diverse vormennbsp;van ICT die in gebruik of innbsp;ontwikkeling zijn. Deelnemersnbsp;kunnen vanuit hun eigen achtergrond meedenken over denbsp;consequenties van ICT-gebruiknbsp;voor het karakter van het universitaire onderwijs.

Locatie: De Uithof Contactpersoon: Jan van Tartwijk, (030) 253 37 78, email:nbsp;j.vantartwijk@ivlos.uu.nl

De parel van Cleopatra

Sinds ruim vijf jaar is de Uni-versiteit Utrecht actief in het Hoger Onderwijs voor ouderennbsp;(HOVO). Samen met de Univer-siteit voor Humanistiek, denbsp;Hogeschool van Utrecht en denbsp;Hogeschool De Horst biedtnbsp;HOVO Utrecht ieder semesternbsp;ongeveer 25 cursussen aannbsp;voor de leeftijdscategorienbsp;vanaf 50 jaar. De onderwerpennbsp;bestrijken disciplines alsnbsp;geschiedenis, kunstgeschiedenis, wijsbegeerte en godsdienstwetenschappen. Ooknbsp;thema's uit de sociale wetenschappen, rechten en natuurwetenschappen komen aannbsp;bod. Om een indruk van denbsp;aanpak van HOVO te geven,nbsp;verzorgt mevrouwnbsp;H.W.A.M.Sancisi Weerdenburg,nbsp;hoogleraar in de oude geschiedenis en antieke cultuur, eennbsp;college met als titel 'De parelnbsp;van Cleopatra'. Aansluitendnbsp;volgt informatie over de betekenis van HOVO voor ouderenbsp;alumni. Ook horen wij graagnbsp;suggesties.

Locatie: Nog niet bekend. Informatie: Coen Görts (030)nbsp;253 46 06, email:nbsp;c.gorts@usp.uu.nl

Achter de schermen van het academisch onderwijsnbsp;Een koninklijk besluit uit 1815nbsp;bepaalt dat iedere universiteitnbsp;moet beschikken over eennbsp;bibliotheek en een kabinetnbsp;met demonstratiemodellen.nbsp;Veel daarvan verhuisde sindsdien van de instituten naar hetnbsp;museum. Een bezoek aan hetnbsp;Universiteitsmuseum betekentnbsp;een kijkje achter de schermennbsp;van het academische onderwijsnbsp;vanaf de 19de eeuw. Anatomisch materiaal van mensennbsp;en dieren, natuurkundigenbsp;modellen en archeologischenbsp;vondsten tonen de breedtenbsp;van het universitaire veld. Tijdens de rondleiding kunt unbsp;plaatsnemen in negentiende-eeuwse collegebanken en naarnbsp;een vonkende demonstratienbsp;statische elektriciteit kijken.nbsp;Aanvangstijd: 14.00 uur, bijnbsp;veel belangstelling een tweedenbsp;rondleiding om 15.30 uur.nbsp;Locatie: Universiteitsmuseumnbsp;Informatie: Bettina Althaller,nbsp;(030) 253 8731 (b.g.g. 253nbsp;8008), email: bettina.althal-ler@museum.uu.nl

Percussie, Theatersport en Zang

ParnassLJs, het Cultureel Centrum van de Universiteit Utrecht, biedt in samenwerking met het Ufonds drienbsp;workshops aan. Ze durennbsp;anderhalf uur en er is plaatsnbsp;voor maximaal 15 deelnemers.

Percussieworkshop

Handdrums bespelen is een sociaal gebeuren. Het samenspel en het luisteren naarnbsp;elkaar is zeer belangrijk, zekernbsp;als de ritmes complexer worden. Kom dit ervaren.

Theatersportworkshop

Bij deze vorm van improvisa-tietheater is er een wisselwerking tussen spelers en publiek. Spelers vragen het publiek omnbsp;suggesties voor de invullingnbsp;van de spelvormen en wordennbsp;zo uitgedaagd tot het spelennbsp;van absurde, alledaagse ofnbsp;ontroerende scènes.

De workshop theatersport is voor iedereen die dit eens wilnbsp;uitproberen.

Zangworkshop

Zingen heeft iedereen wel gedaan in zijn studententijd.nbsp;Laat die tijden herleven ennbsp;beleef nog eenmaal het harmonieuze gevoel.

Locatie:

ParnassQs (binnenstad) Informatie: (030) 253 84 48,nbsp;email:nbsp;parnassos@parnassos.uu.nl


En *s avonds.


Borrelen op de FACULTY CLUB!

Van 17.00 tot 21.00 uur is Helios, de Faculty Club van denbsp;Universiteit Utrecht, geopendnbsp;voor bezoekers van de Universiteitsdag. Na een druk middagprogramma zal eennbsp;aperitief op deze historischenbsp;locatie goed smaken. Stijlvolnbsp;genieten: à la carte of van eennbsp;Helios dagschotel in de Facultynbsp;Club kan 's avonds, mits u vannbsp;tevoren reserveert (030)

253 99 10, fax: (030) 253 33 66. Op werkdagen zijn leden welkom. Zij kunnen binnenlopennbsp;voor een drankje, de krantnbsp;lezen in de Huiskamer of biljarten in de Biljartkamer. Ooknbsp;kunt u vergaderen in Helios.nbsp;Medewerkers en alumni vannbsp;de Universiteit Utrecht wordennbsp;van harte uitgenodigd om lidnbsp;te worden.

Locatie: Achter de Dom 7 Informatie: Faculty Club,nbsp;(030) 253 99 10, of email:nbsp;faculty.club@helios.uu.nl

Sociëteiten van studentenverenigingennbsp;Hoe lang is het geleden dat unbsp;tot diep in de nacht in denbsp;Joosbar praatte over de zinnbsp;van het leven? Doorswingdenbsp;tot de lichten aangingen?nbsp;Beleef het gevoel weer ennbsp;kom naar een van denbsp;Utrechtse studentengezellig-heidsverenigingen. Vanafnbsp;19.00 uur kunt u terecht bijnbsp;Unitas, Veritas, SSRNu, USC,nbsp;UVSV/NVVSU en Biton voornbsp;een borrel, cabaret en eennbsp;rondleiding, waarna om 22.00nbsp;uur ook op hun sociëteiten denbsp;DIESfeesten losbarsten voornbsp;alumni, studenten en medewerkers.

Praktische informatie

U kunt zich aanmelden door de antwoordkaart vóór 24 maart in te sturen. Het ochtendprogramma, inclusief lunch, kost ƒ 15,-. Aanmelding voor de lunch opnbsp;de dag zelf is niet mogelijk. Voor sommige middagprogramma's wordt een bijdrage gevraagd van ƒ 10,-. Op de antwoordkaart staat dat vermeld. Met denbsp;kaart machtigt u de universiteit het totaalbedrag van uw rekening af te schrijven. Wie zich aanmeldt, ontvangt eind maart informatie over tijden, locaties ennbsp;de route.

Tijdens de Universiteitsdag is er een informatiepunt in het Educatorium, waar u met vragen terecht kunt. Hier is ook het avondprogramma van de Utrechtsenbsp;studentengezelligheidsverenigingen te verkrijgbaar.

Nog vragen? Bel het Communicatie Service Centrum van de Universiteit Utrecht, (030) 253 35 50 of kijk op internet: www.ufonds.uu.nl


22

Illuster I Universtiteit Utrecht | maart 2000

-ocr page 23-

Publicaties

Colofon

Illuster 18, jaargang 5, 1 maart 2000

Illuster is een gezamenlijke uitgave van de Universiteit Utrecht en de Verenigingnbsp;Utrechts Universiteitsfonds, in samenwerking met faculteiten en verenigingen.nbsp;Illuster verschijnt vier keer per jaar ennbsp;wordt toegezonden aan afgestudeerdennbsp;van de Universiteit utrecht in een oplagenbsp;van 55.000.

Ho o fdredacteur:

Twan Geurts

Redactie:

Armand Heijnen, Helene Ruys, Noor van Haaren

Redactie-advies:

Mascha Damen, Peter Giesen, Ted Sanders, Harry van den Tweel

Redactieraad:

Piet van Asseldonk, NOS eindredactie; Paul van den Hoven, hoogleraar linguïstiek UU; Joop Kessels, directeur communicatie UU; Bas Mesters, redacteur denbsp;Volkskrant; Frida Pruim, redacteur Opzij;nbsp;Arie Smit, directeur NotTeleac.

Aan dit nummer werkten verder mee: Sander van Walsum, Erik Hardeman,nbsp;Wilma van Hoeflaken, Johan Vlasblom,nbsp;Armand Heijnen, Chiara Soldati, Lenekenbsp;Visser, Roy Meijer, Hendrik Spiering,nbsp;Tanny Dobbelaar

Foto's:

Maarten Hartman, Ivar Pel, Tony Stony Images, Universiteitsmuseum, Renk Ruiter,nbsp;Chris Timmers/ UMC Utrecht,nbsp;Lara Croft©Core Design/Eidos Interactive

Cartoon:

Niels Bongers, Jos Collignon

Ontwerp en opmaak:

WRIK (BNO), Utrecht

Druk:

Brouwer Rotatie

© Universiteit Utrecht

Illuster, periodiek voor alumni van de Universiteit Utrecht. Overname van artikelen is -met bronvermelding- toegestaan. Hetnbsp;U-blad stelt op verzoek van de redactienbsp;eerder in het U-blad verschenen artikelennbsp;en illustraties beschikbaar aan Illuster.nbsp;Illluster is een productie van het Bureaunbsp;Journalistieke Producties, een samenwerking tussen het Communicatie Servicenbsp;Centrum van de Universiteit Utrecht ennbsp;het Utrechts Universiteitsblad.

ISSN:

1338-4703. Voor toezending is gebruikgemaakt van het alumnibestand van de Universiteit Utrecht

Oproep aan de lezer Illuster 19 verschijnt op 9 juni 2000.nbsp;Reacties, suggesties en ingezondennbsp;mededelingen kunt u toezenden aan denbsp;redactie voor 10 april. De redactie houdtnbsp;zich het recht voor ingezonden mededelingen te weigeren of in te korten.

Redactie-adres: Illuster, postbus 80125,nbsp;3508 TC Utrecht,nbsp;tel.: (030) 253 26 51,nbsp;fax: (030) 253 36 85.nbsp;e-mail: illuster.redactie@csc.use.uu.nl.nbsp;Voor adreswijzigingen:nbsp;illuster@csc. use. uu. nl

'Anna

Roe,mersdochter

Visscher

f De AMAZOsr-urriu

Hollandse Sappho

Amsterdam University Press besteedt de komende jarennbsp;aandacht aan belangrijkenbsp;Nederlandse en Vlaamsenbsp;schrijfsters vanaf 1500 totnbsp;heden. Dit gebeurt met eennbsp;nieuwe serie vrouwenliteratuur, de Amazonereeks. Hetnbsp;eerste deel behandelt denbsp;eerste dichtende vrouw in denbsp;Nederlandse Renaissance,nbsp;Anna Roemersdochter Visscher (1583-1651), zuster vannbsp;Maria Tesselschade en dochter van koopman/rederijkernbsp;Roemer Visscher. De bundelnbsp;is onder andere voortgekomen uit een werkcollege vannbsp;de Utrechtse Letterendecaannbsp;Riet Schenkeveld van dernbsp;Dussen. De promovendinbsp;Annelies de Jeu en Simonenbsp;Veld en enkele studentennbsp;hebben een bijdrage geleverd. Van vrouwelijkenbsp;auteurs uit die tijd is nietnbsp;veel bekend. Wel weten wenbsp;dat Anna en Maria een voornbsp;die tijd vrije opvoeding kregen, die aan de idealen vannbsp;de Renaissance voldeed. Zenbsp;werden opgeleid om 'in eennbsp;hoogstaande omgeving' cultureel goed te kunnen functioneren. Anna Roemers gingnbsp;om met P.C. Hooft, Heinsiusnbsp;en Cats. Deze dichters zorgden voor haar bekendheidnbsp;door de lofdichten die zenbsp;voor haar schreven. Denbsp;bloemlezing van Schenkeveldnbsp;en De Jeu geeft een aardignbsp;beeld van Roemers' tijd en denbsp;functie van de poëzie. Denbsp;samenstellers zijn erinnbsp;geslaagd de poëzie van Roemers interessant te makennbsp;voor hedendaagse lezers. Hetnbsp;kan een veelbelovende reeksnbsp;worden.

Riet Schenkeveldvan der Dossen en Annelies denbsp;Jeu (red.) Gedichten vannbsp;Anna Roemersdochternbsp;Visscher. Amazonereeks.nbsp;Amsterdam Universitynbsp;Press, f29,50

Relimarkt

De grote kerken hebben geen research- en develop-mentafdeling om in de pasnbsp;te blijven met de wensennbsp;vanuit de markt, maar buiten de kerk groeit de relibu-siness als kool. De oudenbsp;gemeenschappen ruziënnbsp;gewoon door, zonder zich tenbsp;bekommeren om wat er vandaag de dag van hen verlangd wordt. Toch gaat hetnbsp;niet slecht in de geloofsgemeenschappen, aldus denbsp;Utrechtse emeritus hoogleraar Communicatiewetenschappen en dominee Annenbsp;van der Meiden. Waaromnbsp;kreeg Nico ter Linden denbsp;Westerkerk wel vol? Van dernbsp;Meiden laat in zijn boek ziennbsp;dat veel mensen niet in eennbsp;geloofscrisis zitten, maar innbsp;een kerkcrisis. Aan de kerkennbsp;dus daar iets aan te doen,nbsp;willen ze niet ontsokkelen.

Anne van der Meiden De markt van geloven. Ont-sokkeling, vernieuwing ennbsp;verandering in geloofsgemeenschappen. Ten Have,nbsp;f 27,90

Olympische Spelen

Onder redactie van hoogleraar oude geschiedenis Heleen Sancisie-Weerden-burg en historicus Thomasnbsp;van Maaren werd vier jaarnbsp;geleden ter gelegenheid vannbsp;honderd jaar moderne Olympische Spelen een boekjenbsp;samengesteld over denbsp;geschiedenis van dit evenement. Diverse wetenschappers leverden een bijdragenbsp;aan de bundel, die geschreven is voor een breednbsp;publiek. Interessante lectuurnbsp;met het oog op de aanstaande Spelen in 2000.

Heleen Sancisi-Weerden-burg en Thomas van Maanen De lokroep vannbsp;Olympia. Uit de geschiedenis van de Spelen. Universiteit Utrecht innbsp;samenwerking metnbsp;NOC*NSF. Verkrijgbaar bijnbsp;de boekhandel.


Publieke schandpaal

Promovendus Meeldraad, juffrouw Annie, professornbsp;Van Dam, de corpsleden Vannbsp;Buffelen en zijn vriendnbsp;Maliepaard, het zijn allemaalnbsp;fictieve personen. De afgelopen tien jaar speelden zijnbsp;een rol in de wekelijkse satirische column 'Schreef' in hetnbsp;Ublad. Hun geestelijkenbsp;vaders, redacteur Erik Hardeman en cartoonist Niels Bongers van het Universiteitsblad, hebben nu een selectienbsp;uit hun werk gemaakt vannbsp;53 columns en tekeningen.nbsp;Het resultaat isnbsp;een beeld van de ontwikkelingen van het wetenschappelijk onderwijs in de jarennbsp;negentig. Dat is genoeg stofnbsp;voor satire. De bestuurdersnbsp;moeten het dan ook geregeld ontgelden. In het voorwoord bedanken denbsp;samenstellers de Utrechtsenbsp;collegevoorzitter Jan Veldhuis en oudminister Jo Ritzen voor de wijze waarop zijnbsp;elkaar jarenlang betwistnbsp;hebben voor de mooistenbsp;plaats aan de schandpaal, ennbsp;voor de blijmoedigheidnbsp;waarmee Veldhuis zich dezenbsp;behandeling heeft laten welgevallen.

ƒ 5,- LEZERSVOORDEEL

SPECIAAL VOOR DE LEZERS VAN ILLUSTER


Bij inlevering van deze bon bij betaalt u voor

Een zonovergoten kamer

10 Jaar hoger onderwijs over de Schreef

bij de boekhandel slechts ƒ 19,90 in plaats van ƒ 24,90. Deze voordeelaanbieding geldt tot 1 april 2000


Poseidon Pers - ISBN 90-5546-039-7 - Actienr: 089-14286


[Janny Ruardi]

Niels Bongers amp; Erik Hardeman Een zonovergoten kamer. Tien jaar nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;i

hoger onderwijs over de \ Schreef. Poseidon Persnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;!

f24,90.


Illuster 1 Universtitelt Utrecht [ maart 2000 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;23

-ocr page 24-

Column

Tijdens een koffiepauzedebat over de bedroevende kwaliteit van een of ander werkcollege zei ooit een studiegenoot iets wat me altijd isnbsp;bijgebleven. Hem was opgevallen dat geschiedenisstudenten die op de middelbare schoolnbsp;eindexamen wiskunde hadden gedaan meestalnbsp;aanzienlijk beter waren dan de 'echte' alfa's.nbsp;Een vreemde zaak, maar de verklarende factoren liggen voor de hand. Zoals dat deze bèta-middelbaargeschoolde historici de échtenbsp;belangstellenden zijn. Want ze hadden gemakkelijk iets heel anders kunnen gaan studeren,nbsp;maar kozen toch geschiedenis. Volgens dezenbsp;wetmatigheid zouden dus de beste wiskundigen precies die studenten moeten zijn die óóknbsp;eindexamen Frans hebben gedaan. Een anderenbsp;kwaliteitsfactor is dat de vakken wis en waarschijnlijk vooral natuurkunde het causale denken aanscherpen. Dat is natuurlijk nooit wegnbsp;voor een historicus die zich meestal een wegnbsp;moet banen door een duister woud van vagenbsp;factoren en tegengestelde ontwikkelingen.

Maar helaas is de belangrijkste verklaring van het voordeel van wiskunde voor de geschiedenisstudie waarschijnlijk een ellendige. Namelijknbsp;dat er voor de doorsnee intelligente scholiernbsp;veel meer te beleven is bij bètavakken dan bijnbsp;alfavakken. De overheid, de universiteiten ennbsp;wie eigenlijk niet maken zich al jaren grote zorgen over het dreigende verval van de interessenbsp;in bètavakken. Die zorg lijkt me terecht, maarnbsp;veel zorgelijker is eigenlijk dat zo weinig mensen zich zorgen maken over de onverschilligheid die heerst omtrent de alfavakken. Denbsp;inmiddels beruchte TweedeFasevernieuwing opnbsp;het VWO en Havo was mede bedoeld om hetnbsp;niveau van de alfavakken op te trekken, en denbsp;plannen waren veelbelovend. Maar die pogingnbsp;wordt door de universiteiten vrij effectief denbsp;grond ingeboord door het alfavakkenpakketnbsp;(het 'Cultuurprofiel') niet verplicht te stellennbsp;voor het studeren van een alfavak. Praktischnbsp;gezien hebben de universiteiten misschiennbsp;gelijk, maar strategisch is het fout. Want nunbsp;blijven Duits, geschiedenis en aardrijkskundenbsp;het domein voor hen die 'geen wiskunde kennen' (dat wil zeggen voor hen die denken datnbsp;ze geen wiskunde kennen), maar wel net slimnbsp;genoeg zijn voor een 'pretpakket'. Een kleinenbsp;optrekking van het niveau zou al gauw eennbsp;massaslachting veroorzaken, vrees ik, èn eennbsp;opleving van hoogstaande alfacultuur.nbsp;Overigens ben ik van mening dat de meestenbsp;'echte alfa's' en 'echte bèta's' even treurige alsnbsp;domme figuren zijn, want in letzter Instanz zijnnbsp;ze beide trots op een gebrek aan kennis. Beternbsp;is het om van allebei zo veel mogelijk af te (willen) weten.

[Hendrik Spiering is wetenschapsredacteur van NRC Handelsblad en studeerde van 1981 totnbsp;1989 geschiedenis in Utrecht]


Televisiemaker

Camiel van den Boogaard (1967) studeerde in 1992 afin de Algemene Letteren. Tegenwoordignbsp;is hij programmamaker bij GBTV, een bedrijfnbsp;voor televisieproducties. Op dit moment werktnbsp;hij aan een tiendelige natuurdocumentaire overnbsp;'wetlands'.

Na zijn studie Algemene Letteren ging Camiel aan de slag als tekstschrijver. 'Ik schreef op bestellingnbsp;advertenties voor fietsen en wielrenbroeken. Nanbsp;een tijdje dacht ik: dit gaat werkelijk nergens over.nbsp;Ik zocht wat anders. Het liefst wilde ik bij de televisie werken, maar het was destijds moeilijk omnbsp;ertussen te komen. Toen heb ik een stagepleknbsp;gevonden via de Mediaacademie. Eerst zou ik bijnbsp;'Het spijt me' stage gaan lopen, dat vreselijke programma. Dat ging gelukkig niet door. Ik kwamnbsp;terecht bij productiebedrijf GBTV. Die stage wasnbsp;een investering, ik verdiende niets, 's Avondsnbsp;schreef ik teksten om aan de kost te komen.' Nanbsp;drie maanden trad Camiel in vaste dienst. 'Dat gingnbsp;lekker soepel'.

Hij werkt voornamelijk aan natuurdocumentaires. Nu zit hij in de montagefase van een tiendeligenbsp;serie over wetlands. Daarvoor reisde hij naar ondernbsp;andere Brazilië, Kameroen en Sri Lanka. 'Wetlandsnbsp;zijn overgangsgebieden tussen water en land. Zenbsp;hebben een rijk ecosysteem en zijn enorm vruchtbaar. Dus trekken ze heel veel mensen aan, wat dienbsp;prachtige gebieden heel kwetsbaar maakt.' In dezenbsp;productie is Camiel zowel regisseur, producer, tekstschrijver als geluidsman. 'We hebben weinig geld,nbsp;vandaar'.

Cabaret

Heeft Camiel in zijn huidige werk veel aan zijn studie Algemene Letteren gehad? 'Achteraf bezien heb ik geen spijt', zegt hij. 'Ik heb vakken als sociologie, filosofie, Spaans en kunstgeschiedenisnbsp;gedaan. Dat geeft een brede ontwikkeling en daarnbsp;heb ik nu profijt van. Maar tijdens de studie had iknbsp;wel aarzelingen over mijn keuze. Ik deed twee specialisaties, communicatiekunde en cultuurgeschiedenis van de twintigste eeuw. Aan het eind van denbsp;studie volg je cursussen, samen met doctoraalstudenten geschiedenis en Nederlands. Daar merkte iknbsp;dat ik de basis van beide studies mis. Dat klopt niet.nbsp;Door de aanwezigheid van Algemene Letterenstudenten gaat het niveau van de werkgroepennbsp;omlaag.'

Tijdens zijn studie deed hij veel aan cabaret. 'Zo'n twintig uur per week, de studie deed ik ernaast.'nbsp;Met de groep Truswalsky won hij in 1989 het Groninger Studentencabaretfestival. 'Bij communicatiekunde leer je ook schrijven maar het meest hebnbsp;ik toch geleerd van het cabaret. Als je met je teksten het podium opgaat en afgaat dan krijg jenbsp;een goede leerschool.'

Had hij eigenlijk geen cabaretier willen worden? Een droge glimlach: 'Tja, het had gekund, maar hetnbsp;is niet gebeurd. Ik vind mezelf niet goed genoeg.'nbsp;Dan: 'Laatst werd er een filmpje van me live uitgezonden, op tv en tegelijk in een zaal waar grotenbsp;schermen hingen. Ik keek eerst mee met hetnbsp;publiek, maar op een gegeven moment heb ik menbsp;omgedraaid om de reacties van de mensen te zien,nbsp;er zaten ook wat grappen in dat filmpje. Fantastisch was dat! Toen miste ik het cabaret opeensnbsp;ontzettend. In de zaal krijg je onmiddellijk feedback. Als televisiemaker gooi je alles in een zwartnbsp;gat.'

[Tanny Dobbelaar]

Documentaires over de wetlands te zien vanaf

29 maart op TV2; 23.30 uur.