Uîliversiteit Utrecht
11 I De politieke kracht van internet
14 I Docent achter de tralies 18 | Een beetje huis heeft een huishond
De beste docent is een onderzoeker
Alumni over de kwaliteit van het onderwijs
Uit de Toren
Kweekvlees: vlees eten zonder dieren te doden
De sprong van Jeroen Steeman
De politieke kracht van internet
Beroep: docent op de middelbare school
'Jij doet tenminste normaal'
De zijsprong van Suzan Rotteveel
Docent achter de tralies
Kiek
Foto met verhaal uit het album van Dries de Winter
Utrechtse stellingen
Prikkelende, humoristische en intrigerende stellingen uit Utrechtse proefschriften
Vrijwilligerswerk, waarom zou Je?
'Als we het allemaal doen, dan komt het wel rond'
Een beetje huis heeft een huishond
Bovenaan de trap eerst door de muil van Doktor
Aymara
Bericht uit Utrecht van Ingmar Heytze en Ivar Pel
Illuster 44, jaargang 11, september 2006 Illuster is een uitgave van de Universiteitnbsp;Utrecht en het Utrechts Universiteitsfonds.nbsp;in samenwerking met faculteiten en verenigingen. Illuster verschijnt vier keer per jaarnbsp;en wordt toegezonden aan afgestudeerdennbsp;van de Universiteit Utrecht in een oplagenbsp;van 69.000 • Hoofdredacteur; Ludo Koksnbsp;• Eindredacteur: Richard van Galen •nbsp;Redactie: Armand Heijnen, Manon Renaud,nbsp;Jacomijn Timmermans • Redactieraad:nbsp;Piet van Asseldonk, eindredacteur NOVA;nbsp;Lex Heerma van Voss, hoogleraar faculteitnbsp;Sociale Wetenschappen, Jenny Huttings,nbsp;communicatieadviseur Tappan Communicatie; Tom Peijster, communicatiemanager inter-nadonaai Rabobank ThHs Potlmann. emeritus |
hoogleraar Letteren; Frieda Pruim, redacteur Opzij; Winnie van Rossem, excreative directornbsp;Magazine Partners; Arie Smit, voorzitternbsp;U-fonds en oud-directeurTeleac/NOT • Aannbsp;dit nummer werkten verder mee:nbsp;Wanda Dijksba, Sylvia den Hengst, Ingmarnbsp;Heytze, Roy Meijer, Irene Mol, Carina Nijssen,nbsp;Wijbrand Schaap, Chiara Soldati, Olaf Stomp,nbsp;Janneke Voskamp, Charlotte Wurfbain •nbsp;Foto's: Marijn Alders, Maarten Hartman,nbsp;Edwin Janssen, Ivar Pel, Steven Snoep •nbsp;Foto omslag; Ivar Pel • illustraties;nbsp;Bemet Ragetii • Ontwerp en opmaak:nbsp;WRIK (8N0), Utrecht • Druk; Hoontetijlnbsp;• ISSN: 1338-4703 • Voor toezending isnbsp;gebruik gemaakt van het alumnibestand vannbsp;de Univefsiteft Utrecht______________________ |
© Universiteit Utrecht Illuster, periodiek voor alumni van de Universiteit Utrecht. Overname van artikelen is - met bronvermeldingnbsp;- toegestaan. De volgende Illuster (nr. 45) verschijnt op 29 november 2006.nbsp;Reacties, suggesties en ingezondennbsp;mededelingen kunt u sturen voor 2nbsp;oktober. De redactie houdt zich hetnbsp;recht voor ingezonden mededelingennbsp;te weigeren of in te korten. Redactieadres: Illuster, Postbus 80125, 3508 TC Utrecht, (030) 253 2572,nbsp;illusterOuu.nl. |
Zeger Knops voorspelt een korte impuls van het bruisende leven op De Uithof. Op de achtergrond het nieuwe studentencomplex De Bisschoppen.
Nieuw leven op De Uithof
Decennialang was De Uithof een bolwerk van alleen onderwijs en onderzoek. Met de bouw van de eerste studentenflat op de Cambridgelaan kwam er ook in de avond een beetje leven op de Utrechtsenbsp;campus. Anno 2006 is het nog verder aan het veranderen. De SSH Utrecht liet in rap tempo twee hogenbsp;torens verrijzen: De Bisschoppen. Deze twee eerbiedwaardigheidsbekleders bieden vanaf septembernbsp;onderkomen aan 552 studenten. Wordt De Uithof nog echt leuk om op te wonen? Zeger Knops,nbsp;bewoner van het eerste uur, kijkt terug op de begintijd.
Zeger Knops was een van de pioniers op De Uithof. In 1999 streek hij als een van de eersten neer op de Cambridgelaan. 'Iedereen was nieuw. Omdat we allemaalnbsp;even oud waren en voor je gevoel ver weg van pa en ma,nbsp;heerste er een soort campingsfeer. Het saamhorigheidsgevoel was groot. Iedere avond belden we bij elkaar aannbsp;om een partijtje te voetballen. En direct werden de eerstenbsp;feesten georganiseerd. Nee, eenzaam waren we niet. ' Vanwege de nieuwbouw was er geen sprake van een huiscultuur waarin het gewoon was voor aanstaande bewoners om te hospiteren. 'De SSH zette gewoon mensennbsp;bij elkaar. Het was afwachten of het onderling een beetjenbsp;klikte. In ons huis pakte dat goed uit', vertelt Knops. Denbsp;wat kille nieuwbouwsfeer maakte al heel snel plaats voornbsp;het vertrouwde stedelijke studentenhuisgevoel. Zo is bijnbsp;de inmiddels afgestudeerde Zeger en zijn huisgenotennbsp;de gehele gangmuur van zo'n vier meter lengte aan hetnbsp;zicht onttrokken, omdat daar de bierkratten tot aan hetnbsp;plafond staan opgestapeld. Omdat er nauwelijks voorzieningen waren, ontmoetten de bewoners elkaar in de begintijd vooral buiten. De huizen zelf waren (en zijn) te klein om daar met veel mensennbsp;te bivakkeren. De geluidsoverlast van de 'hangstudenten'nbsp;veroorzaakte irritatie bij andere bewoners. Zo ontstondnbsp;het idee voor een eigen stek. Er bleek een ruimte overnbsp;die door de SSH gebruikt mocht worden. Een klein deelnbsp;werd in gebruik genomen voor vergaderingen van hetnbsp;bewonersoverleg. In de rest van de ruimte verscheen denbsp;Cambridgebar, die nu nog steeds functioneert. |
Zeger was een van de initiatiefnemers. 'Al snel draaiden we goede omzetten. Elke avond is de bar open, behalvenbsp;op vrijdag. Dan kan de ruimte worden gehuurd, bijvoorbeeld voor afstudeer- of huisfeesten.' De bar is innbsp;eigendom van een stichting; zes bewoners die samen hetnbsp;bestuur vormen. Daarnaast zijn er talloze vrijwilligers dienbsp;bardienst draaien, te vergelijken met het reilen en zeilennbsp;van een studentenvereniging. Met name in de begintijd werd nogal eens gemopperd op de supermarkt in de buurt, weet Knops. 'In het begin wasnbsp;het assortiment echt gericht op de universiteitsmedewerkers. Dan kon je alleen een halfje brood kopen', verteltnbsp;de Cambridgebewoner. 'Ook waren er veel luxe artikelen,nbsp;veel te duur voor een student.' Toen de eigenaar van denbsp;winkel op het forum van uithofnet.nl de klachten hadnbsp;gelezen, belegde deze een bijeenkomst met de bewoners.nbsp;Vervolgens zijn de wensen van de studenten voor eennbsp;deel ingewilligd. En was het mogelijk om bijvoorbeeldnbsp;een heel brood te kopen. De sportfaciliteiten op De Uithof zijn uitstekend, vinden de bewoners. Maar volgens Knops gaan ze voor het uitgaan toch het liefste naar de stad. Hij is ook sceptisch watnbsp;betreft een bruisende Uithof. 'Als je veel nieuwe mensennbsp;bij elkaar zet krijg je zeker een impuls. Dat zal met Denbsp;Bisschoppen ook zo zijn. Er zullen leuke dingen wordennbsp;georganiseerd. Maar na een jaar zwakt dat weer af, dannbsp;is de nieuwigheid eraf voor de nieuwe bewoners. Dat wasnbsp;ook zo bij de Cambridgelaan en bij La Capanna.' Tochnbsp;hoopt hij wel dat het blijft leven, en ook de Cambridgebar er een nieuwe groep bezoekers bij zal krijgen. Wenbsp;zullen zien.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;[Janneke Voskamp] |
Illuster 44 ( Universitelt Utrecht | 09/06 3
-ocr page 4-Mr. Rieke Samson-Geerlings eerste vrouwelijke procureur-generaal
Akinina Kieke Samson-Geerlings (1952) is op i maart 2006 toe-gctrcden tot het college van procureurs-generaal. De procureursgeneraal bepalen het landelijke opsporings- en vervolgingsbeleid van het Openbaar Ministerie. Na haar studie Nederlands rechtnbsp;in Utrecht heeft Samson-Geerlings diverse functies bekleed binnen justitie en tot haar benoeming als procureur-generaal was zijnbsp;hoofdofficier van justitie in Utrecht.
Drs. Henk Hagoort algemeen directeur EO
Alumnus Henk Hagoort (1965) is per i maart 2006 de nieuwe algemeen directeur van de Evangelische Omroep. Hagoort maakte sinds 2000 al deel uit van de directie van de EO. Hij studeerdenbsp;Letteren met als specialisatie middeleeuwse geschiedenis.
Drs. Maarten Pronk landenmanager Rusland Fortis Fortis heeft op 3 juli 2006 alumnus Maarten Pronk (1974) benoemd tot landenmanager Rusland, met de opdracht om de bestaande activiteiten van Fortis in Rusland verder uit te bouwen.nbsp;Pronk is alumnus sociale geografie met als specialisatie Ontwikkelingslanden.
Prof.dr. Lex Bouter nieuwe rector magnificus VU
De Raad van Toezicht van de Vrije Universiteit heeft per 1 september 2006 professor Lex Bouter (1956) als rector magnificus benoemd. Bouter, nu nog directeur van het Instituut Extramuraalnbsp;Geneeskundig Onderzoek (EMGO) van het VU medisch centrumnbsp;volgt professor Taede Sniinia op. Bouter studeerde medische biologie aan de Universiteit Utrecht.
Utrechtse klimatoloog debuteert als schrijver
'Poolreizen' is de debuutroman van Richard Bintanja. Bintanjanbsp;was als meteoroloog-klimato-loog 15 jaar verbonden aan denbsp;Universiteit Utrecht en heeftnbsp;aan drie expedities naar Antarctica, Groenland en Ijslandnbsp;deelgenomen. In totaal bivakkeerde hij meer dan zevennbsp;maanden in het Zuidpoolgebied. 'Poolreizen' is eennbsp;avontuurlijke en filosofischenbsp;roman, die grotendeels opnbsp;Antarctica speelt: 'een zoektocht naar de grenzen van hetnbsp;menselijk kunnen en denken,nbsp;op een intrigerende maniernbsp;verweven met een meeslependnbsp;en avontuurlijk reisverhaal.'
Poolreizen, Uitgeverij Servo, ISBN 9057869020, prijs € 16,95.
Kijk voor een actueel en uitgebreid nieuws- en agendaoverzicht van de Universiteit Utrecht op www.üümï/nieuws.
Wim Kardux neemt afscheid Collegelid Wim Kardux heeft na 32 dienstjaren de universiteit voorgoed verlaten. Na zijn studie natuurkunde en enkele jaren wetenschappelijk onderzoek ging Wim Kardux in 1974 in het Bestuursgebouw (toen nog aan de Kromme Nieuwegracht 29) werken. In 2000nbsp;verwisselde hij zijn werk als secretaris van de universiteit in voor hetnbsp;lidmaatschap van het college. Kardux is opgevolgd door Hans Amman,nbsp;voormalig lid van het college van de TU Eindhoven. 4 Illuster 44 | Universiteit Utrecht | 09/06 |
MSFU 'Sams' meest beschaafde studievereniging Wie schreef de roman 'Onder Professoren?' Wat is het oudste evangelie? En hoe dient een heer een dame mee te vragen naarnbsp;een gala? Tijdens de tergend spannende Ublad Algemene Bescha-vingsquiz lieten negentien studieverenigingen zien wat zij wetennbsp;van triviale en andere wetenschappelijke need-to-know-facts.nbsp;Uiteindelijke winnaars en daarmee de beschaafdste studenten vannbsp;Nederland: Hub Latten en Mark Huisman van de medische studievereniging MSFU 'Sams'. |
Eindfeest Lustrum
Rechtenstudente uitgeroepen totnbsp;Miss Utrecht
De twintigjarige, tweedejaars rechtenstudent Eske Pillen isnbsp;onlangs uitgeroepen tot Missnbsp;Utrecht 2006. De jury vond datnbsp;zij een 'glamouruitstraling'nbsp;had en stelde haar kandidaatnbsp;voor de nationale verkiezing.nbsp;Tot Miss Nederland wist ze hetnbsp;net niet te brengen; dat werdnbsp;Miss Zuid-Holland.
Eske wil dit jaar gebruiken om de provincie, FC Utrechtnbsp;én de Universiteit Utrechtnbsp;te promoten.
Foto: Ivar Pel
Professor Frenkel gekozen tot lid Royal Society Londen
Prof.dr. Daan Frenkel, hoogleraar Fysische Computersimulatie-kunde aan de Universiteit Utrecht en verbonden aan het FOM-Instituut voor Atoom- en Molecuulfysica (AMOLF), is gekozen tot een van de zes nieuwe buitenlandse leden van de Royalnbsp;Society. 'Daarmee is hij toegetreden tot de rangen der grotennbsp;uit de wetenschap', aldus de Royal Society. Frenkel is een vannbsp;de weinige Nederlanders die nu lid zijn van de Royal Society.
Prof.dr. Jeroen Stumpel ontvangt Aby Warburg Wissenschaftspreis 2005
De Utrechtse hoogleraar ikonologie en kunsttheorie Jeroen Stum-pel (1951) heeft in Hamburg de gerenommeerde Aby Warburg Wissenschaftspreis 2005 ontvangen voor zijn gehele oeuvre. Stumpel schrijft over Italiaanse, Nederlandse, Franse en Duitse kunst. Denbsp;prijs wordt uitgereikt aan wetenschappers die zich hebben onderscheiden door bijzondere bijdragen op het gebied van de kunst-,nbsp;cultuur- of geesteswetenschappen. Stumpel studeerde en promoveerde aan de Universiteit Utrecht.
NWO-Spinozapremies voor hoogleraren Scheres en Sensing
Twee Utrechtse hoogleraren hebben de hoogste Nederlandse onderscheiding in de wetenschap ontvangen, de NWO-Spi-nozapremie. Hoogleraar moleculaire genetica Ben Scheresnbsp;ontvangt de Spinozapremie 2006 voor zijn grensverleggendenbsp;werk op het gebied van de planten-ontwikkelingsbiologie.nbsp;Hoogleraar klinische psychologie en gezondheidspsychologienbsp;Jozien Bensing krijgt de prestigieuze toekenning voor haarnbsp;baanbrekende bijdragen aan de medische communicatie. Aannbsp;de Universiteit Utrecht is een kwart van alle Spinoza-laureatennbsp;verbonden.
Prof.dr. Gerti Hesseling benoemd op Koningsberger leerstoel
De Stichting VredesWetenschappen heeft professor Gerti Hesseling benoemd tot bijzonder hoogleraar ‘Vredesopbouw en de Rechtsstaat’ op de V.J. Koningsberger leerstoel. Hesseling heeft als juristenbsp;grote kennis van de problematiek van de rechtsstaat, democratienbsp;en goed bestuur en gaf tijdens haar loopbaan blijk van een bredenbsp;multidisciplinaire belangstelling. Ze is de eerste bekleder van denbsp;leerstoel, ingesteld ter nagedachtenis aan de Utrechtse hoogleraarnbsp;Victor Jacob Koningsberger. Tijdens de oorlogsjaren was hij eennbsp;voorbeeld voor velen en gold hij al.s vertrouwensman voor studenten en het studentenverzet.
UU-studente nieuwe voorzitter LSVb
Studente sociale geografie Irene van den Broek (24) is de nieuwe Landelijke Studenten Vakbond (LSVb)-voorzitter geworden. Zijnbsp;was eerder voorzitter van USF Studentenbelangen en actief innbsp;D66-jongercnorganisatie Jonge Democraten.
Eerste alumni logopediewetenschap Op 11 juli 2006 zijn voor het eerst studenten afgestudeerd in de voor Nederland unieke universitaire masterprogrammanbsp;logopediewetenschap. Studenten logopediewetenschap lerennbsp;wetenschappelijke kennis te ontwikkelen, te integreren en tenbsp;verspreiden in de logopedische praktijk, om zo de kwaliteitnbsp;en doelmatigheid van de logopedische zorg te verbeteren.nbsp;De deeltijd master valt onder de Academie Gezondheidszorgnbsp;Utrecht (AGUtrecht), een samenwerkingsverband van het Universitair Medisch Centrum Utrecht, de Hogeschool Utrecht ennbsp;de Universiteit Utrecht. |
Utrechtse vrouwelijke alumni aan kop in Volkskrant Top 200 In de Volkskrant Top 200 zijn de eerste drie vrouwen uit deze lijst Utrechtse alumni. De Volkskrant Top 200 heeft de bestuurlijke elitenbsp;van Nederland in kaart gebracht. Dit zijn invloedrijke personen dienbsp;op grond van hun (bestuurlijke) functies geacht kunnen wordennbsp;invloed uit te oefenen op het beleid in Nederland. Het gaat omnbsp;Agnes Jongerius (voorzitter FNV, plaats 14), Trude Maas-de Brouwer (president Hay Vision Society, plaats 37) en Yvonne van Rooynbsp;(voorzitter College van Bestuur Universiteit Utrecht, plaats 39). |
Illuster 44 ) Universiteit Utrecht | 09/06 5
-ocr page 6-Alumni over de kwaliteit van het onderwijs
De beste docent
Het lijkt niet goed te gaan met het onderwijs, zoals mag blijken uit de stroom van publicaties in de landelijke dagbladen en de vakpers. Illuster sprak erover met vijfnbsp;direct betrokkenen, allemaal alumni van de Universiteit Utrecht, die werken in hetnbsp;onderwijs. 'De kinderen van nu leven natuurlijk ook in een heel andere omgevingnbsp;dan wij. Toen was een computer een volstrekte uitzondering.' Wie dacht dat het middelbaar onderwijs in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw beter was dan nu, heeft het verkeerd. Elisabeth Al, die zelf eind jaren zestignbsp;eindexamen deed, weet het zeker. Het huidige vwo-eind-examen dat meer dan twintig vakken omvat, is veel beternbsp;dan het lespakket van vroeger. Haar tafelgenoten, althansnbsp;diegenen onder hen die in de jaren zeventig en tachtig opnbsp;school zaten, zijn volgens haar slecht opgeleid: 'Ik heb nognbsp;in dertien vakken examen gedaan, maar jullie komen uitnbsp;de tijd van de mammoetwet. Je moest in wel zeven helenbsp;vakken eindexamen doen. In die periode, de zeventiger ennbsp;tachtiger jaren van de vorige eeuw, was het onderwijs echtnbsp;heel erg slecht. Dat is een zwarte bladzijde uit de geschiedenis.' Volgens de voormalige directrice van het Zoeter-meerse Erasmus College, die sinds kort een eigen praktijknbsp;voert als consultant, is het eigenlijk een wonder dat denbsp;dertigers en veertigers van nu goed terecht zijn gekomen.nbsp;'Er is maar één periode waarin je de kans hebt om breednbsp;opgeleid te worden en alles te leren over kunst, wetenschap, cultuur en talen. Dat is de middelbare school. Het isnbsp;bijna misdadig om dat onderwijs dan zo te versmallen totnbsp;die zeven vakjes die je vroeger op het vwo kreeg.'nbsp;De vijf alumni, die aan dit gesprek deelnemen, zijn hetnbsp;over dat gegeven eigenlijk wel eens. Naast Elisabeth Al,nbsp;zijn dat haar echtgenoot Titus Al, onderwijsdirecteur opnbsp;het Erasmus College Zoetermeer, Jetty Schaap, afgestudeerd in 1982 en nu instituutsdirecteur bij de Hogeschoolnbsp;Arnhem Nijmegen, leke Rozendaal, afgestudeerd in 1995nbsp;'Leerlingen van tegenwoordignbsp;zijn snel in reproduceren, maar denbsp;diepte ontbreekt' |
en nu docent biologie en Algemene Natuurwetenschappen op het Erasmuscollege in Almelo en Adri Thomas, die begin jaren tachtig afstudeerde en nu werkt als onderzoeksleider aan de Utrechtse Faculteit Bètawetenschappen. Hijnbsp;werd onlangs uitgeroepen tot 'Docent van het jaar'. Popper op het vwo leke Rozendaal vond bij het opruimen laatst collegeaantekeningen terug uit haar eerste jaar op de universiteit: 'Daarin stonden wetenschapsfilosofische zaken die ik toennbsp;pas voor het eerst leerde, maar die ik nu in 4 vwo behandel: over Karl Popper, over de ontwikkeling van wetenschapsfilosofie. Dat kreeg ik vroeger niet op het vwo.'nbsp;Wetenschapsfilosofie in 4 vwo klinkt inderdaad opmerkelijk voor iemand die in de jaren zeventig op school zat,nbsp;erkent ook Adri Thomas. Maar er is ook een keerzijde, zonbsp;meent hij: 'Het belangrijke mopperpunt is nu dat leerlingen veel vaardigheden hebben, maar niet meer goed innbsp;staat zijn om hun kennis te toetsen op grondigheid, opnbsp;diepgang, op waarheid: ze zijn snel in het reproduceren,nbsp;maar de diepte ontbreekt.' Volgens Elisabeth Al is die |
6 Illuster 44 [ Universiteit Utrecht | 09/06
-ocr page 7-IS
een
onderzoeker
• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;t
Illuster 44 1 Universjteit Utrecht | 09/06 7
'Evenwichtskunst is niet mannelijk'
'diepte' een relatief begrip: 'De kinderen van nu leven natuurlijk ook in een heel andere omgeving dan wij. Toen was een computer eennbsp;volstrekte uitzondering. Bronnen uitzoeken betekende zwaar werk,nbsp;terwijl je het nu op internet zo gevonden hebt. Misschien verwarrennbsp;we dat zware werk van vroeger wel met diepgang.' Is het onderwijs van nu dus inderdaad veel beter dan, pakweg, 15 jaar geleden? Volgens Titus Al zijn er goede ontwikkelingen, maar zolangnbsp;het er nog niet zo aan toe gaat als op de Luxemburgse school waarnbsp;hij werd opgeleid, is er nog veel te doen: 'Ik heb in de jaren zestignbsp;de ideale middelbare school gehad. Ik zou ervoor zijn om die nu ternbsp;plekke landelijk in te voeren. Ik had docenten die elke dag experimenteerden met het opbouwen van zelfstandigheid bij de studenten. Jenbsp;deed bij voorkeur Gymnasium Alfa en Bèta tegelijk. We kregen 15 uurnbsp;filosofie en de moderne talen hoorden alle vijf tot het basispakket. Jenbsp;kreeg scheikunde van een docent die alleen Italiaans sprak. Dan konnbsp;je ervoor kiezen om het onderwijs op hoog niveau in het Italiaans tenbsp;krijgen, of op laag niveau door zelfstudie. Zo gold dat voor alle vakken: leerlingen bepaalden zelf op welk niveau ze geëxamineerd wildennbsp;worden. Het CITO presenteert dit al jaren als mogelijkheid. Maar niemand wil eraan.' 'Vroeger was een computer een volstrekte uitzondering' Angst voor vernieuwing Middelbaar onderwijs volgens het ideaal van Titus Al zou een grote vernieuwing betekenen. Maar onderwijsvernieuwingen hebben eennbsp;imagoprobleem, sinds in de late 20ste eeuw de ene vernieuwing na denbsp;andere door het ministerie werd opgelegd. Ook al hebben scholen nunbsp;meer vrijheid in het bepalen van hun onderwijs, dan nog is het toepassen van nieuwe vormen vaak lastig. Jetty Schaap ondervindt dat dagelijks: 'In het hbo wordt nu gewerkt met totaal nieuwe programma's,nbsp;zoals een gemeenschappelijke propedeuse voor eerstejaars HEAO-stu-denten. Dan moet je als docent je vak los durven laten en tegelijkertijdnbsp;nieuwe methoden ontdekken. Dat kost veel tijd en die is niet altijdnbsp;beschikbaar.' De snelheid waarmee de samenleving en de techniek zich momenteel ontwikkelen vereist juist wel dat je als leraar je oude zekerheden opnbsp;het spel zet. Daar is ook durf voor nodig. 'Er zijn soms leerlingen dienbsp;van een bepaald onderwerp meer afweten dan ik', vertelt leke Ro-zendaal. 'De eerste keer dat je dat tegenkomt is dat heel raar, maarnbsp;je moet het wel kunnen accepteren. Ik krijg ook vragen van leerlingen waar ik geen antwoord op heb. Een leerling wilde weten hoenbsp;MP3-compressie werkte. Ik zei: quot;ik weet het ook niet, maar ga hetnbsp;uitzoeken en vertel mij er alles over, want ik wil het ook weten.quot; Dat isnbsp;uiteindelijk prachtig.' Toch blijft zo'n open houding een uitzondering op de regel. Er is, zo concluderen de aanwezigen, grote behoefte aan docenten die hunnbsp;onderwijstalent combineren met wetenschappelijke nieuwsgierigheid.nbsp;Want wetenschappers zijn opgeleid om hun hele leven nieuwsgierig tenbsp;blijven. Dat is het logische gevolg van de academische vorming. Onderzoeker als onderwijzer Meer wetenschappelijk gevormde docenten op het middelbaar onderwijs is ook een ideaal van KNAW-president Frits van Oostrom: het onderzoekende onderwijs, waar de universiteiten zich op zouden moeten kunnen richten. Dat zou niet alleen goed zijn voor de relatie met denbsp;middelbare scholen, ook het hbo heeft baat bij zo'n vernieuwingsslag.nbsp;Tenslotte komt momenteel het leeuwendeel van de docenten nog al- 8 Illuster 44 I Universiteit Utrecht | 09/06 |
Frits van Oostrom, mediaevist en president van de Koninklijke Nederlandse Academie voornbsp;Wetenschappen, hield in mei van dit jaar eennbsp;opmerkelijke jaarrede. In onverwacht fellenbsp;bewoordingen sprak hij zich uit voor meernbsp;overheidsinvesteringen in fundamenteel wetenschappelijk onderzoek, omdat de invloed vannbsp;het bedrijfsleven te groot aan het worden was.nbsp;Maar niet alleen de overheid moest het ontgelden. Ook de universiteiten leden in zijn visie teveel aannbsp;versnippering. Studenten moeten een studie kiezen uit eennbsp;studieaanbod dat 'veel overeenkomsten vertoont met denbsp;menukaart van een slechte Chinees', maar mochten zelf ooknbsp;wel weer wat harder gaan werken. Dit alles in een grootnbsp;pleidooi voor 'onderzoekend onderwijs': onderwijs dat nauwer verwant is aan het hoogwaardige onderzoek dat op denbsp;universiteit wordt uitgevoerd. Heeft de speech het beoogde resultaat gehad? 'Als ik het huidige studieaanbod vergelijk met de menukaart vannbsp;een goedkope Chinees, dan werkt dat snel door. Uiteindelijk is hetnbsp;grote verhaal dankzij dat soort prikjes wei goed overgekomen. Iknbsp;heb dus geen spijt van de speech. Dat moet ik misschien maar eensnbsp;vaker gaan doen: iets bedenken waarmee ik wat opschudding kannbsp;veroorzaken.' Politici vinden dat onderzoek direct en meetbaar rendement moet opleveren. Tegen zo'n tijdgeest valt toch niet op te vechten?nbsp;'Let wel: ik heb niets tegen toegepast onderzoek 'an sich'. Het isnbsp;alleen belangrijk dat er meer ruimte komt voor creativiteit. Daarnbsp;moeten ook middelen voor komen. Niet eindeloos, dat kun je ooknbsp;niet van de bevolking vragen, maar het denken moet wel om. Uitnbsp;alles blijkt dat we nu te maken hebben met een overheid die pernbsp;se de regie wil voeren. Die heel duidelijk wil aangeven waar hetnbsp;met de wetenschap naar toe moet. Dat werkt verlammend.' Theoretisch fundamenteel onderzoek heeft heel veel rust en heel veel tijd nodig. De bijna eeuwige student van vroeger had zo zijnnbsp;nut. Toch roept u: de studenten van nu zouden wel eens wat harder mogen werken. Is dat geen contradictie? 'Ik geloof ook wel in het nut van een zekere rijping bij studenten. Maar mijn context is anders. Ik had het ook over dat enorme keuzeaanbod, terwijl de studietijd is teruggebracht. En dat niet alleen.nbsp;Een student van nu kan met behulp van de 'leerrechten' in principenbsp;elke maand van studie veranderen. Je ziet nu de cumulatie van effecten die allemaal bij elkaar niet heilzaam zijn. Studenten zijn nerveuzer geworden. En dan is het helaas ook nog zo dat het systeemnbsp;van de studiefinanciering tegenwerkt. Ze geven aan iedereen iets,nbsp;maar aan iedereen ook te weinig. Zo dwing je studenten om erbijnbsp;te gaan werken. Men is pizzakoerier en studeert daarnaast chemie.nbsp;Tel uit je winst.' Wat kunnen we eraan doen? 'Bijna iedere rector opent het academisch jaar met de stelling: we moeten keuzes maken. Dat roepen ze al twintig jaar. Intussen zijnnbsp;er al heel wat keuzes gemaakt, maar toch zullen ze het volgendnbsp;jaar weer roepen. Ik vind dat het besturen van een universiteitnbsp;natuurlijk met keuzes maken te maken heeft, maar nog veel meernbsp;met evenwichtskunst. Dat is natuurlijk veel minder hip om te zeggen onder mannen. Ik heb al langer gezegd: bij elke studie aannbsp;de universiteit hoort een honours-traject voor studenten die meernbsp;willen en die meer kunnen. Kwaliteit heeft een prijs. Kijk: er ligtnbsp;inmiddels wel een Betuwelijn, een H5L. Er zijn straaljagers besteld.nbsp;Daar was geld voor. Hoe idioot het ook heeft uitgepakt, en hoezeer men ook van tevoren wist dat ze onzinnig waren. Durf dannbsp;toch op zijn minst te investeren in onderwijs, dan zijn je investeringen heel wat nuttiger.' |
'Mopperen helpt niet' Gerard van Koten is een hartstochtelijk voor-stander van vernieuwing in het bètaonderwijs, zowel in het voortgezet, als in het wetenschap-pelijk onderwijs: 'We hebben een ongelofelijknbsp;boeiend vak, maar we laten dat niet zien aan denbsp;13 en 14-Jarigen van nu. Mijn kleindochter vannbsp;drie zit achter de computer. Ben Je dan op Jenbsp;¦ fll dertiende toe aan het bekijken, op de computer,nbsp;van een proteïne, en Je af te vragen, wat is dat?nbsp;En kun Je zoiets ook zelf maken? Spannend. Moeten we hetnbsp;daar dan niet over hebben?' Gerard van Koten (64), decaannbsp;van de nieuwe Bètafaculteit van de Universiteit Utrecht, isnbsp;nauw betrokken bij de ontwikkeling van een nieuwe lesmethode voor het middelbare onderwijs in de bètavakken. Hoofdthema van de nieuwe benadering is het idee 'Context-Concept'. Wat moeten we ons daarbij voorstellen? 'De context is het geheel aan verschijnselen in de wereld om ons heen, en die gebruiken we als inspiratie voor de les. Zo kunnen wenbsp;een stuk verwondering laten voelen, een stuk uitdaging, waarmeenbsp;we de leerlingen het besef kunnen bijbrengen dat wetenschap nietnbsp;af is, maar continu in ontwikkeling. En zo hopen we de leerlingennbsp;te kunnen verleiden om ook de onderliggende concepten te lerennbsp;herkennen. Bijvoorbeeld: veel mensen weten niet hoeveel bètawetenschap er in een mobiele telefoon verborgen zit.' 'Je kunt ook heel goed laten zien wat een scheikundige of een natuurkundige in de industrie doet. Daarmee biedt je leerlingen een heel andere kijk op wat dat schoolvak voor de maatschappij en jenbsp;eigen carrière kan betekenen.' Maar er zijn toch juist nauwelijks gemotiveerde en goed opgeleide docenten te vinden? 'Dat klopt. We moeten de docenten van nu weer het gevoel geven dat zij zelf degenen zijn die de stof ontwikkelen. Daarmee spreeknbsp;je leerlingen ook directer aan. Doe je dat niet, dan kiezen ze gewoon voor iets anders. Dat geeft ons een geweldig probleem, wantnbsp;we hebben structureel nu al te weinig bètastudenten. De leerlingnbsp;van vandaag heeft zo verschrikkelijk veel keuzemogelijkheden,nbsp;die moet je aantrekkelijk onderwijs bieden dat aansluit op zijnnbsp;belevingswereld. Dan kun je dat zien als kwaliteitsvermindering,nbsp;maar ik zie het liever anders. Bijvoorbeeld dat je ze zo primair aanspreekt datje uiteindeiijk misschien juist versneld de kennis erinnbsp;kunt pompen, omdat ze zo enorm geïnteresseerd zijn.' Hoe sluit je de scholen dan weer beter aan op de universiteit? 'Als decaan van de bètafaculteit maak ik mij er erg sterk voor datnbsp;universitaire docenten ook les gaan geven op middelbare scholen. En dat dan niet op incidentele basis, maar juist structureel. Innbsp;Utrecht hebben we daarvoor een uniek scholennetwerk opgezet.nbsp;Bovendien hebben we in Utrecht het Junior College. Dat richtnbsp;zich speciaal op die aansluiting tussen VWO en WO. Op die schoolnbsp;bieden we de leerlingen die daarin geïnteresseerd zijn en die datnbsp;ook kunnen, een uitdaging om hun kennis verder te verdiepen. Zenbsp;krijgen een stuk onderwijs in de tweede fase, waarbij ze les krijgennbsp;van hun eigen leraren en van docenten uit het bacheloronderwijsnbsp;van de universiteit. Zo raken de docenten in het bacheloronderwijsnbsp;veel beter op de hoogte met wat er in het middelbaar onderwijsnbsp;gedaan wordt.' Hebben de 'grumpy old men' dan helemaal ongelijk? 'Ze hebben een beetje gelijk. Ze hebben er gelijk in, dat wij als maatschappij onvoldoende geld over hebben om die innovatienbsp;te kunnen doen. Maar we moeten natuurlijk zelf wel initiatievennbsp;nemen. Er is een nieuw elan nodig. Eenzelfde soort opwinding alsnbsp;waarmee ik in de jaren zestig de universiteit binnenkwam. Voornbsp;mij was de inspiratie dat er nieuwe plastics gemaakt werden, ennbsp;medicijnen toegankelijk werden, en nieuwe kledingstoffen werdennbsp;ontwikkeld. Nu zijn er minstens even fascinerende dingen aan denbsp;hand, maar je moet ze wel zichtbaar maken, anders blijft iedereennbsp;achter die econoom aanlopen die kennelijk wel de baas kan worden.' |
tijd van het hbo. Wanneer de daar opgeleide leraren ook wetenschappelijker naar hun vak kijken, is er veel bereikt. Maar het hbo-onderwijs is praktijkgericht, en universiteiten zijn huiverig om met hbo-institutennbsp;samen te werken. Dat staat een meer wetenschappelijke vorming vannbsp;aanstaande leraren in de weg, volgens Jetty Schaap: 'Er is nog steedsnbsp;een soort strijd tussen hbo's en universiteiten of hbo-studenten wel zomaar mogen doorstromen naar de universiteit. De instroom op het hbonbsp;is immers afkomstig van mbo en havo. Zijn die studenten na het hbonbsp;wel in staat om de wetenschap in te gaan? Dat is de primaire kwestie.'nbsp;Is er nog een wereld te winnen met een betere aansluiting van het hbonbsp;op de universiteit, het is ook hard nodig dat wetenschappers zich weernbsp;meer interesseren voor het onderwijs. Want ook uit eigen ervaring weten alle aanwezigen dat middelbare scholieren veel meer opsteken vannbsp;een docent die ook een bevlogen onderzoeker is. Adri Thomas ziet wel mogelijkheden: 'Vijf procent van onze afgestudeerden gaat door voor promotie. Daar krijgen ze vier jaar voor. Ik zou het heel fijn vinden als ze een halfjaar extra zouden krijgen en dat zenbsp;die tijd kunnen besteden aan het geven van onderwijs op een middelbare school. Heel vaak blijkt dat ze dat leuk vinden.' Zoiets zou volgens Titus Al weer heel goed te combineren zijn met het nieuwe plan dat hij heeft ontwikkeld. Dat plan behelst zogenaamdenbsp;'Masterclasses', waarin leerlingen een project doen waarbij ze uiteindelijk beoordeeld worden door iemand die dat vak ook zelf doet.nbsp;'Het zou natuurlijk prachtig zijn als we daarin ook samenwerken metnbsp;universiteiten. Wetenschappers die een deel van hun onderzoek delennbsp;met middelbare scholieren. Dat zal iedereen spannend vinden. En aannbsp;het geld hoeft het niet te liggen. Zoveel extra kosten komen daar nietnbsp;bij.' Met zulke plannen kan het reguliere onderwijs ook weer aantrekkelijk worden voor wetenschappers. Want daar ligt volgens de aanwezigennbsp;toch het grootste probleem, en niet bij de middelbare scholier van nu.nbsp;Die scholier is wel degelijk te motiveren. Wanneer het voor een wetenschapper weer een normale en gerespecteerde keuze wordt om aannbsp;onderwijs te doen, stijgt dus ook het aantal voor wetenschap gemotiveerde scholieren vanzelf. Voor het zover is, is er echter nog veel werk te doen, concludeert Adri Thomas. Bij veel wetenschappers staat lesgeven nog altijd niet hoognbsp;aangeschreven: 'De Universiteit Utrecht heeft dan toch, ondanks allenbsp;tegenwind van bezuinigingen en reorganisaties, de afgelopen tiennbsp;jaar zoveel in het onderwijs geïnvesteerd, dat het inmiddels dé 'onder-wijsuniversiteit' van Nederland is. We zijn beroemd vanwege het hogenbsp;niveau van onderwijs dat hier gegeven wordt. Collega-universiteitennbsp;vinden dat maar zozo, maar ik vind het iets om trots op te zijn.' [Wijbrand Schaapj Meediscussiëren over de stand van het onderwijs? Op 8 september is er om 16.00 uur in de Faculty Club in Utrecht een lezing door prof.dr. Robbert Jan Simons met de titel 'Help! Het onderwijs verzuipt!'. Aansluitend is er om 17.00 uur een Alumniborrelnbsp;in het Academiegebouw. De alumni Titus en Elizabeth Al zullen hetnbsp;woord nemen en hun mening geven over de stand van het onderwijs. Alumninetwerk Den Haag organiseert daarnaast op 13 oktober om 15.30 uur een Utrecht Lezing met als thema 'de toekomst van onsnbsp;onderwijs'. Er zijn lezingen van prof.dr. Frits van Oostrom en prof,nbsp;dr. Gerard van Koten. Locatie: Sociëteit De Witte, Plein 24, Dennbsp;Haag. Kijk voor meer informatie over deze en andere activiteiten innbsp;de meegestuurde brochure met het najaarsprogramma of opnbsp;www.alumni.uu.nl. Illuster 44 | Universiteit Utrecht | 09/06 9 |
Uit de Toren Maatschappelijke relevantie van Utrechts onderzoek
Kweekvlees: vlees eten zonder dieren te doden
In een laboratorium van de faculteit Diergeneeskunde werken onderzoekers aan het runder-
ƒ lapje van de toekomst: kweekvlees. Als het
; meer naar het slachthuis.
goed is, hoeft over tien jaar geen koe of varken Mystery meat, plusvlees, la Brund, kreas en happy meat. Het weten-schapsprogramma Noorderlicht van de VPRO had er zelfs een prijsvraagnbsp;voor in het leven geroepen. Wie verzint de beste naam voor wat hetnbsp;vlees van de toekomst moet worden? Creatieve inzendingen genoeg,nbsp;zo blijkt uit de opsomming hierboven.
Voorlopig is het consumeren van kweekvlees nog toekomstmuziek. 'Ons onderzoek bevindt zich nog in het beginstadium', zegt Bernardnbsp;Roeien. Hij is onderzoeker aan de faculteit Diergeneeskunde en verbonden aan het project Vitro Meat. De crux van het onderzoek: spiercellen kweken die zich ontwikkelen tot een smakelijk stukje vlees.nbsp;Bij het onderzoek zijn behalve Utrechtse researchers ook collega's vannbsp;de Universiteit van Amsterdam en die van de TU Eindhoven betrokken.nbsp;In Amsterdam ontwikkelen de onderzoekers de kweekvloeistof dienbsp;nodig is voor de cellen om te groeien in het Utrechtse lab. Eindhovennbsp;richt zich op de vraag hoe de ongedifferentieerde cellen die in Utrechtnbsp;tot wasdom zijn gekomen, omgezet kunnen worden in spiercellen. Immers voor een stukje mals vlees is een behoorlijke massa nodig.nbsp;Bernard Roeien durft geen toekomstvoorspellingen te doen of kweekvlees over een jaar of tien de varkenslapjes, biefstukken en kippenboutjes heeft weten te verdringen in de schappen van de supermarkt.nbsp;'Dat hangt van heel veel factoren af die nu moeilijk te voorspellennbsp;zijn, de kosten bijvoorbeeld. Als de ontwikkeling ervan duur blijft, dannbsp;zal niemand het gaan kopen. Maar wetenschappelijk gezien moet hetnbsp;kunnen en zullen er genoeg mensen interesse in hebben.'nbsp;Het onderzoek heeft al veel aandacht getrokken van de media. Bijnanbsp;gretig lijkt de interesse en dat is niet verwonderlijk: het zou prachtignbsp;zijn als geen dier meer hoeft te worden geslacht en we tegelijk vannbsp;onze portie vlees kunnen blijven genieten.
Illustratie: Bernet Ragetii
'De bio-industrie zal natuurlijk niet blij zijn met het onderzoek.'
Bernard Roeien wil al te hoge verwachtingen op korte termijn temperen. 'Wat we aan het doen zijn, is veel moeilijker dan een aantal populair-wetenschappelijke tijdschriften suggereren. Er zijn twee lastige punten waarvoor we een oplossing moeten vinden. Allereerst moet jenbsp;een grote hoeveelheid cellen vermenigvuldigen die zich om kunnennbsp;zetten in spiercellen. Anders heb je geen vlees. Die cellen moeten tegelijk de capaciteit behouden om allemaal spiercellen te worden. Dat isnbsp;moeilijk.' Een tweede breinbreker is het antwoord op de vraag hoe jenbsp;überhaupt van de stamcellen spiercellen maakt. Roeien: 'in een lichaamnbsp;werkt dat prachtig, dat gaat helemaal vanzelf. In een lab Is het lastigernbsp;voor elkaar te krijgen.'
In de bio-industrie gaat enorm veel geld om. Die zal natuurlijk niet blij zijn met het onderzoek, of wel? Roeien haalt zijn schouders op. 'Henknbsp;Haagsma (de hoogleraar onder wiens leiding het onderzoek wordt verricht, OS) heeft wel eens de vergelijking gemaakt met Shell. Die houdtnbsp;zich bezig met onderzoek naar andere dan fossiele brandstoffen.nbsp;Logisch, want die raken uitgeput. Ik denk dat de bio-industrie ook opnbsp;zo'n manier naar ons onderzoek zal kijken.'
[Olaf Stomp]
10 Illuster 44 I Universiteit Utrecht | 09/06
-ocr page 11-De politieke kracht van internet
Jeroen Steeman schreef een scriptie over de politieke kracht van internet. Na zijn studie kon hij aan het werknbsp;als redacteur van de website www.linkselente.nl, eennbsp;initiatief waarmee Groenlinks progressieve burgers eennbsp;stem wil geven op internet.
Je eigen website heet minitrue.nl, naar het Ministerie van Waarheid in het boek '1984' van George Orwell. Zelf bennbsp;je in 1982 geboren. Wat heb je met 1984?
Het boek stond in de boekenkast van mijn vader. Ik heb het gelezen, vooral omdat de omslag mij fascineerde, metnbsp;die grote Stalinachtige kop van Big Brother erop. Tijdensnbsp;mijn studie heb ik een nota geschreven over de invloednbsp;van de overheid op de gewone burgers dankzij de nieuwenbsp;media. Dat ik de naam van mijn eigen website aan Orwellnbsp;zou ontlenen lag dus in de lijn der verwachting.
Je afstudeerscriptie heette 'Blogocratie: hoe weblogs burgers weer bij de politiek betrekken', en ging over nieuwe media en politiek. In oktober 2005 was je scriptie af. Innbsp;december 2005 was er die nieuwe website van De Linksenbsp;Lente. En jij was redacteur. Heb je je eigen baan geschreven?nbsp;Ik was erbij toen in Nijmegen in september van 2005 opnbsp;een festival De Linkse Lente werd uitgeroepen. Daar zatnbsp;een website bij waar niemand echt tevreden over was. Hetnbsp;was technisch allemaal heel geavanceerd, maar qua vormgeving paste hij niet bij het gedachtegoed van GroenLinks.nbsp;Uiteindelijk hebben ze aan mij gevraagd om een nieuwenbsp;opzet te bedenken. Zo is het gaan rollen.
Maar je bent geen websitebouwer.
Ik weet wel iets van de techniek, maar ik heb meer verstand van de gedachten achter een website. Veel mensen stappen met nauwelijks uitgewerkte ideeën naar eennbsp;sitebouwer toe, en die maakt vervolgens iets waar ze helemaal niet mee uit de voeten kunnen.
En jij weet dat weblogs de toekomst hebben.
Op internet gaat alles heel snel. Twee jaar geleden hoorde je voor het eerst over weblogs, en inmiddels zijn ze al denbsp;standaard geworden waarmee bedrijven communiceren.nbsp;Maar in Nederland is er een aantal shockerende weblogsnbsp;die zo in de picture staan, dat ze de ideeën over weblogsnbsp;negatief beïnvloeden. Het is dus belangrijk dat je ook denbsp;alternatieven laat zien.
Maar er zijn nog altijd veel mensen die internet hoe dan ook eng vinden.
Op dit moment kan iedereen zelf journalist zijn, iedereen heeft zijn eigen podium. Journalisten zijn bang dat ze hunnbsp;baan kwijtraken. Ik denk dat dat wel meevalt. Er blijft behoefte aan kwaliteit, aan deskundige selectie en berichtgeving die klopt en die behoefte zal alleen maar toenemen.nbsp;Maar er gaat zeker iets veranderen. Allroundjournalistennbsp;moeten nu concurreren met specialisten die over een bepaald onderwerp veel meer weten dan zij.
Heb je zelf politieke ambities?
Nee. Ik heb vroeger altijd al zelf krantjes gemaakt en aan de schoolkrant meegewerkt. Dat bevalt me. De wereld vannbsp;de actieve politiek trekt me niet zo.
[Wijbrand Schaap]
Illuster 44 | Universiteit Utrecht | 09/06 11
Beroep: docent op de middelbare school
Het onderwijs in na je universitaire studie? Zij deden het. Nu staan ze voor de klas en geven op creatieve manier invulling aan de lessen. Hun leerlingen hangen niet achterover, wachtend op de bel. Nee, dezenbsp;docenten bedenken actieve werkvormen, stimuleren zelfstandigheid en zetten aan tot nadenken.
'Jij doet tenminste normaal!'
Wilma Kruithof (39, studie Duits) is docent Duits en geeft les op ORS Lek en Linge in Culemborg. Ze stapte, na de eenjarigenbsp;lerarenopleiding, het onderwijs niet in vanuit een diepe overtuiging, maar ze is er nooit meer uitgekomen. Zo leuk.
'Ik denk met veel plezier terug aan mijn eigen middelbare schooltijd. Al vind ik dat er meer in mij zat dan er toen is uitgekomen. Ik had eennbsp;onsamenhangend pakket waarvan niemand iets zei. Ook binnen denbsp;vakken zelf hadden de lessen zoveel leuker kunnen zijn. Minder traditioneel, minder uit de boeken.
Je ziet het traditionele lesgeven nog veel bij leraren Duits; heel erg gericht op het systematisch leren met woordjes en naamvallen stampen. Ik heb een ander uitgangspunt. Ik wil kinderen Duits leren spreken ennbsp;schrijven. Daarvoor heb je ook woordjes en grammatica nodig, maarnbsp;ze staan ten dienste van het gebruik.
Ik ben sowieso een docent die schrapt uit lesboeken. In 5 en 6 vwo gebruik ik helemaal geen boeken. Ik werk veel vanuit de actualiteit.nbsp;Ik koop Duitse kranten, neem Duitse televisieprogramma's op of vraagnbsp;leerlingen zelf op zoek te gaan naar een actueel onderwerp. Laatstnbsp;heb ik 5 vwo'ers gevraagd een minilesje voor te bereiden. Zo haddennbsp;we een powerpointpresentatie met quizvragen.
Ter voorbereiding op het vervolgonderwijs probeer ik ze gefaseerd zelfstandigheid bij te brengen. In 5 vwo begeleid ik leerlingen nog innbsp;hun werkplanning en geef ik ze kaders mee bij een opdracht. In 6 vwonbsp;doe ik dat niet meer. Verder vind ik het belangrijk dat ze niet kritiekloos reproduceren wat ik zeg. Ik hou van discussie in de klas.
Ik zie het als mijn taak om kinderen te laten nadenken over Duitsland. Je merkt het al tijdens de open dagen op school. Wanneer kinderennbsp;met hun ouders mijn lokaal binnenkomen, hoor je de negatieve klanknbsp;direct in de stemmen van de ouders: quot;Oh, dit is het Duitse lokaalquot;. Innbsp;mijn lokaal hangt trouwens sinds kort een prachtig schilderij van denbsp;tweedeling van Berlijn, gemaakt door drie leerlingen. Deze meidennbsp;zijn op een creatieve manier bezig geweest met de Duitse geschiedenis. Daar kan ik super van genieten.'
Hoe ik bekend sta? Ik denk als redelijk eisend en leerlinggericht. Mijn kracht ligt in het coachen. Ik heb oog voor leerlingen en pak ze verschillend aan. Tegen de een zeg ik quot;Verdorie, waarom heb je dat gedaan?quot; en tegen de ander quot;Wat is er aan de hand?quot;.'
12 Illuster 44 j Universiteit Utrecht | 09/06
-ocr page 13-
Klaas Huijsman (29, studie Biologie) is docent biologie op het Pantarijn College in Wageningen. Hij komt uit een onderwijsgezin, maar hij ontdekte zijn liefde voor het onderwijs halverwege zijn studie Biologie. 'Nee, ik heb geen sandalen, ik loop niet elke week op groene laarzen door de bossen, ik eet wel vlees en toch geef ik biologieles. Dankzij hetnbsp;vak Oriëntatie op de Educatieve Praktijk tijdens mijn studie kwam ik terecht op een middelbare school en ik dacht direct: quot;Hier moet ik zijnquot;.nbsp;Het voelde meteen goed. Ik wilde vervolgens zo snel mogelijk afstuderen en beginnen aan de eenjarige lerarenopleiding bij het IVLOS.nbsp;Ik probeer leerlingen erbij te houden door de stof dichtbij hun belevingswereld te houden. Je moet het spectaculair maken, met verhalennbsp;over witte haaien. Of over giftige slangen als je het onderwerp ecosystemen behandelt. Als ik een les begin, heb ik altijd iets te vertellen.nbsp;Als leerlingen zien dat jij er werk van hebt gemaakt, luisteren ze eerder dan wanneer je een les afdraait. Een keer per jaar gaan we op veldwerk naar de uiterwaarden van de Rijn: een dagje plantjes en insecten verzamelen en ze daarna opnbsp;school determineren. Practica is belangrijk, zeker voor vwo-leerlingen.nbsp;Hier leren ze voor het eerst een onderzoeksvraagstelling formulerennbsp;en een onderzoeksopzet en verslag te schrijven. Leerlingen doen hiernbsp;erg hun best voor. Ik krijg geregeld de vraag wanneer we weer practicum gaan doen. We zijn in de klas zeker bezig met academisch denken. Zo haal ik grafieken en diagrammen uit 'Biology' van Campbell, het boek waarmee eerstejaars biologiestudenten werken. Ik laat leerlingen nadenkennbsp;over wat een grafiek of diagram vertelt. Ik gebruik dit boek trouwensnbsp;ook nog steeds bij mijn lesvoorbereidingen. Wat ik terughoor van leerlingen is dat ze me enthousiast en betrouwbaar vinden en iemand die voor z'n vak gaat. Hoe ik mezelf zou typeren? Als een combinatie van de betrokkenheid van de onderwijzer uit Ciske de Rat en het enthousiasme van Huub van der Lubbe, de zangernbsp;van de Dijk. Ik sta als een Van der Lubbe les te geven, terwijl de Ciskenbsp;de Rat docent in mij bezig is met het welzijn van de leerlingen. Zoalsnbsp;met twee jongens uit mijn mentorklas die zoveel ellende hebben meegemaakt. Ze waren bijna afgehaakt. Zodra de examenuitslag bekendnbsp;was, heb ik als eerste naar hun namen op de lijst gezocht. Toen ik zagnbsp;dat ze waren geslaagd, was ik zo trots.' |
Bjorn Wansink (29, studie Geschiedenis) werkt als docent geschiedenis op het Griftland College in Soest en hij gaat werken als trainer bij de lerarenopleiding van het IVLOS. Hij komt uitnbsp;een onderwijsfamilie. Met opa, de geschiedenisleraar, als zijnnbsp;grote voorbeeld. 'Op de havo was ik een vrij drukke leerling. Een docent van vroeger zei: quot;Leuk om te zien dat de meest besproken jongen van de rapportenvergadering nu zelf voor de klas staat.quot; Het voordeel is dat ik menbsp;goed kan inleven in drukke leerlingen. Ik herken en snap het wel: datnbsp;slopende lange stilzitten. Daarom ga ik vaak met actieve werkvormennbsp;aan de slag. Ik laat ze bijvoorbeeld een samenvatting van een hoofdstuk in stripvorm tekenen of laat ze een dagboek schrijven over een dag uit het leven van een Romein. Een andere keer krijgen ze de opdracht om eennbsp;reisfolder over het Romeinse Rome te maken. Geschiedenis herbeleven is heerlijk. Dat lukt goed bij de brugklassers. Bij hen doe ik vaak een soort 'imaginary training': quot;Iedereen zijn ogennbsp;dicht, we gaan 2000 jaar terug in de tijd. We worden wakker in Rome.nbsp;Wat hoor je?quot; Deze leerlingen kunnen hier helemaal in opgaan.nbsp;De valkuil voor docenten is dat ze teveel focussen op hun eigen vak.nbsp;Leerlingen hebben zoveel vakken en zoveel andere dingen aan hunnbsp;hoofd. Ik vind het daarom ook belangrijk om aandacht voor hun welzijn te hebben. Daarom investeer ik veel in de groep. Bij het opstartennbsp;van de les volg ik de energie van de groep. Als ze druk zijn, laat ik zenbsp;uitrazen en pas ik de werkvorm erop aan. Mijn kracht als docent? Ik ben goed in groepen, ben enthousiast en creatief. Ik wil leerlingen graag kritisch opleiden, zodat ze niet meernbsp;bleu de krant lezen. Bronnenanalyse is een manier om kritisch te lerennbsp;denken. Een zo'n opdracht gaat over de Eerste Wereldoorlog. Ik vraagnbsp;ze om op basis van spotprenten uit de verschillende deelnemende landen te beantwoorden wie er schuldig is aan deze oorlog. Bij hun profielwerkstuk gaan ze naar het archief in Utrecht. Ze kunnen kiezen uit een aantal onderwerpen. Vervolgens moeten ze een helderenbsp;vraagstelling formuleren waarna ze het archief induiken. Leerlingen vinden het leuk als ze verantwoordelijkheid krijgen. Het is ook goed om ze niet als kinderen te behandelen. Een leerling zei ooitnbsp;tegen me quot;Je doet tenminste normaal.quot; Dat is, denk ik, het mooistenbsp;compliment dat je kunt krijgen als docent.' [Carina Nijssen] |
Illuster 44 | Universiteit Utrecht | 09/06 13
-ocr page 14-De zijsprong
Opmerkelijke loopbanen
Suzan Rotteveel studeerde in 1996 af in de psychologie. Korte tijd werkte ze als selectiepsycholoog. Daarna volgde ze een lerarenopleiding Engels. Nu werkt zenbsp;als docent in een Huis van Bewaring. Met veel plezier.
Docent achter de tralies
Welke ambitie had je vroeger? Na het behalen van mijn eindexamen zei ik iets te willen gaan doen in het personeelswerk of in de reclassering. Innbsp;elk geval een baan waarin je mensen kunt helpen. Als selectiepsycholoog vond ik het contact met de kandidaten tenbsp;vluchtig; ik kon ze niet echt helpen. Wat voor onderwijs volgen gedetineerden in een Huis van Bewaring? Alle gedetineerden mogen een cursus of opleiding volgen. Vaak is dat rekenen of Nederlands als voorbereiding opnbsp;een ROC-opleiding. Anderen volgen een vakgerichte opleiding, bijvoorbeeld in de bouw of de horeca. Daarin kunnen ze ook een diploma halen, vaak hun eerste. |
Waarom boeit het onderwijs in de inrichting jou? In de inrichting ontmoet ik mensen die ik normaal nietnbsp;zou leren kennen. Ze komen letterlijk en figuurlijk uit eennbsp;heel andere cultuur, en toch voel ik me er thuis. Ik vindnbsp;het een heel levendig, interessant wereldje. Misschien datnbsp;deze mensen mij - onbewust - als psychologe meer boeiennbsp;dan bijvoorbeeld middelbare scholieren. Een ander voordeel is dat het onderwijs hier kleinschalig is en ik individuele aandacht kan geven. Als deelnemers hier een diplomanbsp;halen geeft me dat veel voldoening. Zit je als psycholoog hier niet op de verkeerde stoel? Veel mensen vragen me dat. Ik ambieer geen baan alsnbsp;psycholoog in een inrichting. Ten eerste moet ik dan weernbsp;een aanvullende opleiding doen en dat wil ik nu niet.nbsp;Bovendien moet je als psychologisch therapeut lange tijdnbsp;luisteren en ik houd juist van praten. Juist het informelenbsp;contact met de gedetineerden hier vind ik heel plezierig. Als docente heb ik gelegenheid om veel met hen tenbsp;spreken. Over de lesstof maar ook over andere, meernbsp;persoonlijke onderwerpen. Ik help mensen graag om hunnbsp;leven op orde te krijgen. Ze voorbereiden op een tweedenbsp;kans. Met een certificaat op zak heeft iemand als hij vrijkomt ook echt een nieuwe kans. Dat geldt ook voor hogernbsp;opgeleiden. Nu zit hier bijvoorbeeld een jongeman die innbsp;opleiding was tot registeraccountant: die opleiding kan hijnbsp;niet voortzetten. Hij studeert nu wel rechten aan de Opennbsp;Universiteit. Als ik zie dat niet alleen kansarmen maar ooknbsp;iemand met goede vooruitzichten gedetineerd kan raken,nbsp;dan komt het dichterbij. De gedetineerde is dan bij wijzenbsp;van spreken iemand die uit 'mijn wereld' komt. Is het een voordeel dat je van huis uit psycholoog bent? Dat vind ik moeilijk te zeggen. Iemand met een goed invoelingsvermogen kan net zo met mensen omgaan als ik,nbsp;denk ik. Wel neem ik nog wel eens een beknopte beroeps-keuzetest af, net als in mijn eerste baan. Ik vind het nognbsp;steeds leuk om te helpen bij het maken van een beroepskeuze of schoolkeuze. [Charlotte Wurfbain] |
Suzan Rotteveel: 'Als gedetineerden hier een diploma halen geeft me dat veel voldoening.'
14 Illuster 44 I Universiteit Utrecht | 09/06
-ocr page 15-
Kiek! |
Kobus prikt Het is 27 januari 1949 en we zijn in café Dikke Dries, gevestigd in de Waterstraat in Wijk C sinds 1937. Dries de Winter (vierde van links, met zwarte hoed) was dik van postuur en noemde zijn |
Uit het album van een alumnus |
café naar zichzelf, zoals elke kroegbaas dat deed in Wijk C. Dit café heet nu de Ouwe Dikke Dries. |
Kobus Straatman geeft de aanwezigen, op hun verzoek, een demonstratie hoe hij te werk zou gaan, als hij een groot zeilschip op de blote borst van De Schele (Gerrit Cats) zou tatoeëren. Kobus noemde zich destijds 'de enige elektrische tatoeateur van Nederland'. Het verhaal ging datnbsp;zijn ouders wilde dat hij dominee zou worden. Hij koos voor de grote vaart waar hij leerde tatoeëren. Van De Schele werd gezegd dat hij met zijn schele oog in zijn broekzak aan de anderenbsp;kant kon kijken. Ook hij is later een café gestart, De Witte Vrouwenpoort.
Utrechtse studenten kijken mee op dit tafereel. Op de foto staan onder andere Jan Blok (later huisarts geworden), links onder Dikke Dries. Rechts van Dries staan v.l.n.r. Bob Janssen (kinderarts), Aak Molenaar (hoogleraar histologie) en Bernard Kostanje, ook met nette scheiding (socinbsp;aie geografie). Gehurkt vooraan zit Alexander Koot (jurist).
Utrechtse stellingen
Prikkelende, humoristische en intrigerende stellingen uit Utrechtse proefschriften
| ||||||||
Illuster 44 j Universiteit Utrecht | 09/06 15 |
Vrijwilligerswerk, waarom zou je?
'Als we het allemaal doen,
dan komt het wel rond.'
Heb je een universiteitsbul op zak, dan ligt de wereld voor je open. Het is tijd om je titel te verzilveren. Prettig, dat je - mede dankzij je goede opleiding - je hypotheek kunt aflossen, regelmatig met vakantie kunt en je kinderen kunt kleden naar de laatste mode. Maar bijna iedereen stelt zichzelf wel eensnbsp;de vraag; is dit het nou? Is dit waar ik zo hard voor geleerd heb? Geld is heerlijk om te hebben. Maarnbsp;wat is er nog meer? Niet zelden kiezen mensen ervoor om niet al hun tijd in geld om te zetten. Ongeveer de helft van hen is hoogopgeleid, blijkt uit cijfers van het CBS. Wat drijft hen? Illuster sprak metnbsp;twee alumni over hun vrijwilligerswerk.
sen leven. Er zitten onwijs aardige lui tussen, met wie je de leukste gesprekken kunt voeren. Het is zo afwisselend, zo veel verschillendenbsp;mensen.'
Clary Stäb (63) studeerde veertig jaar geleden als biologe af aan de Universiteit Utrecht. Na een gevarieerde carrière en een late studie
'en de Jonge is 23 jaar en net aan de Universiteit Utrecht afgestu-erd in de psychologie. Al tijdens haar studie begon zij als vrijwil-er bij dakiozenopvang Sleep-Inn in Utrecht. Waarom? 'Ik was bezig t afstuderen en ik werd een beetje gaar van het werken aan dienbsp;ptie. Toen zag ik een oproepje in het Ublad. Dat leek me wel wat.nbsp;ind het echt superleuk. Het boeit mij om te zien hoe deze men
lluster 44 | Universiteit Utrecht | 09/06
-ocr page 17-
Humanistiek, werkt zij nu als vrijwilliger bij Humanitas. Daar coördineert zij het project Studiemaatjes. In dit project krijgen studenten met een psychische handicap of aandoening begeleiding van medestudenten - ook vrijwilligers. Voor Clary is het doen van vrijwilligerswerk geen onderwerp van discussie: 'Vrijwilligerswerk heb ik met denbsp;paplepel binnen gekregen; daar moet je het niet over hebben, datnbsp;doe je gewoon. Het hoort bij het leven. Als het kan, dan doe je vrijwilligerswerk. Ik heb het er altijd wel bij gedaan.' Kick Ook bij Ellen speelt haar achtergrond een rol, zij het op een heel andere manier: 'Ik kom uit een ontzettend beschermd, braaf milieu. En nu zie ik dingen die ik van mijn leven nog nooit gezien heb. Dat vindnbsp;ik allemaal machtig interessant. Als ik zou willen, dan zou ik alleennbsp;maar in aanraking kunnen komen met hoogopgeleide mensen dienbsp;het goed voor elkaar hebben. Maar daar kies ik niet voor. Dat wil iknbsp;nou juist niet. Want eigenlijk ben ik een sensatiezoeker. Al die verhalen. Ik kick daar wel op. De zelfkant van de samenleving interesseertnbsp;me ook in de psychologie het meeste.' Gat Ellen komt net van de universiteit en zit in de beginfase van haar carrière. Clary heeft juist recent het betaalde werk achter zich gelaten en geniet van haar prepensioen. Vrijwilligerswerk doen in die levensfase heeft grote voordelen: ‘Het is heel erg leuk om vrijwilligerswerknbsp;te gaan doen net na je pensionering. Het voorkomt natuurlijk datnbsp;je in het beruchte gat dondert, maar je brengt ook nog wat mee. Jenbsp;netwerk is nog vers. Zeker als je wat op wilt zetten is dat prettig.'nbsp;Wat haar betreft is vrijwilligerswerk iets wat iedereen kan: 'Iedereennbsp;neemt wel iets mee. Of je neemt mee datje heel goed kunt luisteren,nbsp;of je bent goed wegwijs in de stad en kan gemakkelijk een andernbsp;op sleeptouw nemen. En als je iets doet wat bij je past, dan lukt hetnbsp;vaak ook prima om het naast je werk te doen.' Verzekering Dat de vrijwilliger iets te bieden heeft, is haast vanzelfsprekend. De legitieme vraag dringt zich op, wat er in zit voor de vrijwilliger. Denbsp;mens doet nou eenmaal weinig zonder dat hij of zij er zelf iets meenbsp;opschiet. Ook de motivatie van Clary gaat verder dan de eerdergenoemde vanzelfsprekendheid om vrijwilligerswerk te doen: 'Ik hebnbsp;veel gekregen in mijn leven door mensen die toevallig op mijn padnbsp;'Vrijwilligerswerk voegt veel toe aan jenbsp;eigen ontwikkeling.' |
kwamen. En ik vind het prettig om iets terug te doen. Ik vind het fijn om ook wat te kunnen betekenen. Andere mensen zijn van belangnbsp;voor mij geweest. Dat is het ene. En het andere: het is ook een soortnbsp;sociale verzekering in natura. Het kan iedereen overkomen datjenbsp;afhankelijk wordt van de aandacht of de ondersteuning van anderenbsp;mensen en dat dat verder gaat dan professionele hulp. Ik doe watnbsp;en ik doe dat met plezier. En stel dat mijn schoonmoeder het nodignbsp;heeft dat er iemand op bezoek komt en ik woon daarvoor te vernbsp;weg, dan hoop ik dat er ook iemand is. Als we allemaal wat doen,nbsp;dan komt het wel rond.' Aanraking Clary heeft naast haar eigen ervaring ook te maken met de ervaringen van de studiemaatjes: 'Wat ik terughoor is dat het ze een goed gevoel geeft om iets voor een ander te kunnen doen. Ze vinden hetnbsp;belangrijk dat ze in aanraking komen met mensen met psychiatrischenbsp;makken. Daardoor leren ze het niet groter of kleiner te maken dannbsp;het is. Ze leren dat ze het een beetje kunnen laten. Zo van 'ja, datnbsp;bestaat ook en daar hoefje niet van ondersteboven te vallen, daarnbsp;kan je gewoon wat mee.' En heel veel zetten het ook op hun cv: iknbsp;heb meer gedaan dan alleen maar studeren.' Nobelheid Voor Ellen is dat geen hoofdmotivatie, maar het is duidelijk dat ook voor haar geldt dat het vrijwilligerswerk veel toevoegt aan haarnbsp;ontwikkeling. Zij geniet er bovendien met volle teugen van: 'Het isnbsp;niet uit pure nobelheid dat ik dit werk doe. Natuurlijk wil ik graagnbsp;mensen helpen; ik wil niet dat ze daar zitten. Het is verschrikkelijknbsp;voor ze. Maar ik haal er ook voor mezelf heel veel uit. Ik vind het zonbsp;fascinerend, echt hartstikke leuk. Dus het is interessant en ik help ernbsp;een ander mee. Dat is ideaal.' Zij vult haar levenservaring aan metnbsp;het werk in de Sleep-Inn: 'Je leert verder kijken dan je neus lang is. Jenbsp;leert grenzen stellen. En je leert incasseren. Dat zijn belangrijke dingen. Verder zie ik het als werk. Als ik naar huis fiets heb ik niet zoietsnbsp;van quot;wauw, wat ben ik weer goed geweestquot;.' [Wanda Dijkstra] |
Illuster 44 ] Universiteit Utrecht | 09/06 17
-ocr page 18-Een beetje huis heeft een huishond
Bovenaan de trap eerst door de muil van Doktor
De huishond, zo'n beetje de enige constante factor in een studentenhuis, bepaalt samen met zijn baasjes het imago van het huis. Het liefst groot en sterk, maar lelijk en slim is ook een dankbarenbsp;combinatie. Over de huishond wordt nog jaren nagepraat. 'Pilou ging zelf met de bus naar de stad.'
Zet een paar oud-huisgenoten bij elkaar en dan gebeurt het vanzelf. De verhalen over de studententijd komen los, waarbij de gloriemo-menten van de huishond iedere keer weer breed uitgemeten worden. Dat de herinneringen aan het dier met het verstrijken der jarennbsp;steeds flamboyanter worden, is alleen maar toe te juichen. Zodoendenbsp;wordt verhaald hoe de hond aanzat aan het kerstdiner en met mesnbsp;en vork zijn kalkoen at. Hoe hij na een weekend zeilen in Frieslandnbsp;per ongeluk achterbleef, een dag later in Heeg werd herkend doornbsp;een jaarclubgenoot en werd thuisgebracht. Hoe hij de camping-smokings van een paar Wijk C-ers onderpiste en er vervolgens metnbsp;een arrogant smoelwerk vandoor kuierde. Hoe de nuldejaars bij hetnbsp;hospiteren vriendschap moesten sluiten met Meneer den Hond, en |
samen blaffen. Hoe hij gek werd van vreugde als je 'kandelaar' riep, omdat hij 'wandelen' verstond. Raar al die anekdotes? Welnee, denbsp;huishond is immers altijd overal bij; de borrel, boodschappen doen,nbsp;gezamenlijk tv kijken, de huizenhockeytoernooien, de vakanties innbsp;het buitenland, ja, zelfs bij de begrafenis van andere huishonden ennbsp;de buluitreikingen in de Senaatszaal. Karaktervol menneke Net zo vrolijk als de kasteleins hun vaste klanten begroeten, verwelkomden de slagers van centrum Utrecht Pilou, eigenzinnige huishond van Bemuurde Weerd Westzijde 7. Pilou verliet regelmatig geheelnbsp;zelfstandig zijn huis, stapte in de bus en schuimde in het nabijgelegen centrum de slagers af voor een smakelijk stuk worst. Terugnbsp;ging hij lopen. Bij de zebra's wachtte hij tot iemand anders overstaknbsp;zodat hij wist dat ook hij veilig over kon. Zijn bestaan als huishondnbsp;aan 'Weerd 7' had Pilou te danken aan Michel Sleutelberg. Het wasnbsp;1980 en Sleutelberg kampeerde samen met zijn vriendinnetje innbsp;Normandie. Ze raakten aan de praat met een boer die vijf pups opnbsp;hun schoot legde met de boodschap: deze worden morgen allemaalnbsp;verzopen. Sleutelberg (toen student Nederlands, nu hoofdredacteurnbsp;van Ajax Magazine) nam 'een van de moeilijkste beslissingen' van zijnnbsp;leven, koos een poepbruin exemplaar uit het nest en doopte hem 'Pilou': Normandisch voor 'schatje'. Vanuit zijn vakantieadres in Frankrijk vertelt Sleutelberg per telefoon: 'Eenmaal thuis besloten mijn 21nbsp;huisgenoten dat Pilou huishond zou worden, dus niet mijn exclusievenbsp;eigendom. Ik vond dat prima. Al snel begon het beest met zijn eigenzinnige fratsen. Het was een karaktervol menneke, een overwinnaar.nbsp;Hij paste zich listig aan.' Ook Rutger van Ruyven (oogarts in Rotterdam, afgestudeerd in 1994) was baasje van Pilou, maar jaren laternbsp;dan Sleutelberg. Van Ruyven wordt sentimenteel maar ook vervuldnbsp;van trots als hij terugdenkt aan zijn huishond. 'Ach, Pilou....' verzuchtnbsp;hij, 'iedereen kende hem.' Moeiteloos somt hij Pilous kernkwaliteitennbsp;op: 'Hij was een kleine bastaard met een majesteitelijk karakter. Lief,nbsp;gauw tevreden. Kon zichzelf goed vermaken. Pilou hoorde bij hetnbsp;meubilair, lag altijd op de bank. Hij zorgde voor gezelligheid en gingnbsp;overal mee naartoe.' Altijd een speelkameraad Doktor heette de grote, zwarte, dominante huishond die eind jaren tachtig, begin jaren negentig prominent aanwezig was in het stu- |
Doktor in 1992, vretend uit de vuilnis-bakken, zijn geliefde bezigheid. dentenhuis aan de Oudegracht 345 bis. Een corpshuis met veertien man. Tamelijk getraumatiseerd maakte hij zijn entree vanuit het asielnbsp;in het studentenhuis, waar hem geen oase van rust wachtte. Mennonbsp;Hessels (studeerde in 1993 af als jurist en is nu freelance tekstschrij-ver/copywriter) was indertijd een van de baasjes van Doktor. 'Ik wasnbsp;dol op Doktor. Eigenlijk had hij een strakke opvoeding moeten krijgen. Maar dat is een beetje moeilijk, met zoveel man in huis. Hoewelnbsp;hij een kruising was tussen een herder en een labrador, was hij geennbsp;makkelijk dier. Hij was een reu, wij woonden bis. Wie de trap opnbsp;kwam naar boven, moest eerst door de muil van Doktor die daar keihard stond te blaffen. Hij beet niet, maar maakte ongelooflijk veel lawaai. Verder was hij enorm speels, was tuk op vreten en kakte graagnbsp;op iets hoogs, een paaltje of zo. Hij had het best goed bij ons, wenbsp;lieten hem vaak uit en gaven hem op tijd zijn voer. Hij was loeisterk.nbsp;Als je in het park een tak aanwees, dan sprong hij op, beet zich erinnbsp;vast en bleef daar gewoon piepend hangen. Geschift!'nbsp;huisgenoten. 'Dexter was een bindend element, zorgde voor gezelligheid. Mijn huisgenoten en ik waren echt allemaal gek op hem. Denbsp;generatie onder ons veel minder, die zag hem als lastpak. Hij kaktenbsp;op de rokkostuums die klaarlagen voor het gala. Dat was ook niet zonbsp;leuk.' Toen een oud-huisgenoot voorstelde om hem in huis te nemen,nbsp;werd dat met blijdschap aanvaard. Zo leefde Dex nog zeven jaar innbsp;een burgergezin. Omdat hij ook daar niet alleen wilde zijn, mocht hijnbsp;twee keer per week mee met zijn baasje naar het werk, een advocatenkantoor. Daar hebben ze de urinevlekken nooit meer uit het tapijtnbsp;gekregen. |
Doodziek op de huisbank Vlak voor Kerst 1996 lag Pilou, zestien jaar oud, opeens doodziek op de huisbank. Hij kreeg een spuitje en werd begraven in de tuin. Zijnnbsp;baasjes stuurden een rouwkaart aan alle andere Utrechtse huishonden. Niet alleen de jongens misten hem, ook de andere huishondnbsp;Zorro kon niet zonder Pilou en besloot zijn oude makker op te graven. Om die reden kreeg Pilou een mooie, zware steen op zijn laatstenbsp;rustplaats met een sierhekje eromheen. Dex Dexter werd zeventiennbsp;jaar. Doktor bereikte de leeftijd van twaalf jaar en moest wordennbsp;afgemaakt. Volgens Hessels was de hond er toen fysiek slecht aan toenbsp;en werd hij steeds onaangenamer gezelschap. Niets menselijks is denbsp;huishond vreemd. Imago Getraumatiseerd of niet, deze drie honden werden allemaal oud. Is een hond nu wel of niet goed af in een studentenhuis? Dat hangtnbsp;helemaal af van het karakter van de hond, meent Van Bonzel. 'Hijnbsp;moet een allemansvriend zijn die naar iedereen luistert en die tegennbsp;chaos kan. Het trieste is dat je dit pas merkt als je de hond al enigenbsp;tijd in huis hebt.' Volgens Sleutelberg moetje als huishond ongelooflijk gelukkig zijn, want al die baasjes gaan liever met je stoeien ennbsp;wandelen dan studeren. Hessels denkt dat alle huishonden wel eennbsp;beetje raar zijn, hoewel hij de uitzonderingen kent. Een hond lijktnbsp;onlosmakelijk verbonden met studentenhuizen, lees corpshuizen.nbsp;Sterker nog, volgens Van Ruyven herken je een huis aan zijn hond.nbsp;Hij bepaalt immers mede het imago van een huis: sterk en stoer, ofnbsp;klein en slim. Volgens Hessels klopt dat wel: 'Een huis dat een beetjenbsp;stoer is, heeft geen miezerhond.' Van Bonzel: 'Een corpshuis bepaaltnbsp;gezamenlijk het beleid, kent een groot aantal regels. Er is veel structuur in huis. Zo'n klimaat leent zich uitstekend voor een huishond.'nbsp;Sleutelberg denkt dat het gewoon een heel oude traditie is: 'Eennbsp;beetje huis heeft een hond. En wij vonden het heel terecht dat wij denbsp;slimste hond van heel Utrecht hadden.' [Chiara Soldati] |
'Een huis dat een beetje stoer is, heeft geen miezerhond.' Piesend lastpak Minstens zo getraumatiseerd als Doktor verruilde Dex Dexter het asiel Houtense Pad voor het studentenhuis Prinsenstraat 11/11 bis. Hetnbsp;was 1983 en hij kon zijn geluk niet op toen twee jongens ('van denbsp;elf') hem meenamen. Dex Dexter, vanwege zijn hese blaf vernoemdnbsp;naar de in die jaren populaire filmheld uit Dynasty, zou er maar eennbsp;paar jaar wonen. Voor Evert van Bonzel staat Dexter voorgoed in zijnnbsp;geheugen gegrift. 'Lief, sympathiek, verknipt, nerveus. Hij kon nietnbsp;alleen zijn en was niet zindelijk. Als het lawaaierig was in huis, hieldnbsp;hij niet op met blaffen en plaste tegen zijn favoriete plekjes, waaronder mijn antieke kist in de gang. Daarvan is het ijzeren beslag doornbsp;al die urine verroest.' Van Bonzel (afgestudeerd in 1986, nu hoofdnbsp;afdeling medezeggenschap en juridische zaken bij de SER) herinnertnbsp;zich Dex als 'een soort vriendje'. Als hij 's avonds in zijn kamer denbsp;krant las, kwam Dexter altijd naast hem liggen op de oranje bank.nbsp;Ook sliep hij bij Van Bonzel, wat leidde tot vunzige insinuaties van de |
.............Utrechts Universiteitsfonds/Alumnibureau
In 1886 is het Universiteitsfonds opgericht door alumni van de Univer-siteit Utrecht. Sindsdien zet het U-fonds zich actief in voor de Utrechtse universitaire gemeenschap. Het Universiteitsfonds is tevens het Alum-nibureau van de universiteit en organiseert een uitgebreid programmanbsp;voor alumni in binnen- en buitenland en voor jonge alumni. Jaarlijksnbsp;verschijnt de nieuwe Ufonds-alumnipas waarmee alumni die begunstiger zijn van het Universiteitsfonds gemakkelijker en goedkoper toegangnbsp;krijgen tot het universitaire aanbod. Meer weten? Kijk op deze pagina,nbsp;in bijgevoegde najaarsbrochure (begunstigers hebben deze brochurenbsp;reeds met het jaarverslag ontvangen) en op www.alumni.uu.nl. Dank voor het lustrumcadeau! Het Universiteitsfonds/Alumnibureau bedankt iedereen die heeft bijgedragennbsp;aan het lustrumcadeau voor de 370-jarigenbsp;universiteit. Ruim 850 personen hebbennbsp;meegedaan, een aantal waar wij zeer trotsnbsp;op zijn. Ten opzichte van het vorige lustrumnbsp;in 2001 is het resultaat meer dan een verdubbeling. De totale opbrengst van de actienbsp;is 27.173,95 euro (stand per 10 juli 2006).nbsp;De verdeling voor de bestedingsdoelen isnbsp;ais volgt: 5.734 euro voor de lustrum-dvd,nbsp;6.434,95 euro voor het Mentor-Menteenbsp;systeem en 14.005 euro zonder specifiekenbsp;voorkeur voor een van beide. Bij wijze van experiment zijn 500 alumni telefonisch benaderd. Dit persoonlijkenbsp;contact leverde over het algemeen heelnbsp;positieve reacties op, hetgeen ook bevestigd wordt door de respons die met 27%nbsp;fors hoger ligt dan bij de mensen die nietnbsp;zijn gebeld (9%). |
Najaarsprogramma Hieronder vindt u in kort bestek de kalender van het najaarsprogramma voor Utrechtsenbsp;alumni dat onder andere door de zeven Regionale Alumninetwerken en het Jonge Alumninbsp;Netwerk wordt georganiseerd. Uitgebreide informatie en het aanmeldformulier vindt u in denbsp;brochure die bijgevoegd is bij deze Illuster ennbsp;op www.alumni.uu.nl.
-19.00 uur, Pubquiz Jonge Alumni Na 2 succesvolle edities is er 14 septembernbsp;weer een Pubquizzzzzzzz! Ga de strijd aannbsp;met het Alumnipanel, bestaande uit rectornbsp;Willem Hendrik Gispen, Maarten van Rossem,nbsp;Lianne Peters en Everine van de Kraats. Presentatie: Larry Kendrick. •19 september
Het Alumninetwerk regio Amsterdam organiseert in samenwerking met de Kamer van Koophandel te Amsterdam de workshop: 'Hetnbsp;starten van een eigen bedrijf'.
|
Lezingen door prof.dr. Henk Tieleman en mw. dr. Jo Spaans. •12 oktober
'Toekomstvisie op Brabant als (nieuw) dynamisch hart van Nederland'. Bijdragen van mw. drs. Cora Steffens, drs. Paul Rüpp, en prof.dr.nbsp;Frank van Oort.
Onder de titel 'De bijdrage van stedenbouw aan culturele integratie' wordt gediscussieerdnbsp;over stedenbouw in relatie tot culturele amp;nbsp;economische integratie.
Pianoconcours (Vredenburg, Utrecht) |
20 Illuster 44 I Universiteit Utrecht ] 09/06
-ocr page 21-
'De noodzaak van een democratisch-pedagogisch offensief'. Lezing door prof.dr. Micha de Winter.
De Utrecht Lecture in Stellenbosch wordt gegeven door dr. Henk van Rinsum. Onderwerp is diens publicatie 'Sol lustitiae aan denbsp;Kaap: een geschiedenis van de banden vannbsp;de Utrechtse universiteit met Zuid-Afrika'.
Drie promovendi vertellen in een (academisch) kwartiertje boeiend en begrijpelijk wat hun onderzoek inhoudt. Het publieknbsp;bepaalt met applaus wie dat het beste doet.
'De grenzen van de energiemarkt' Bijdragen van prof.dr. Oedzge Atzema, prof, dr. Sweder van Wijnbergen en drs. Hermannbsp;Mulder.
Bijzondere Leerstoelen Benoeming Het bestuur van het Utrechts Universiteits-fonds: |
MMS Word Mentor of meld je aan als Mentee! www.uu.n l/mms Ben je eindejaars student of recentelijk afgestudeerd en heb je behoefte aan advies over (het begin van) je loopbaan of overweeg jenbsp;een stap in je carrière waar je graag eens overnbsp;van gedachten zou wisselen met een ervarennbsp;kracht? Of ben je juist een alumnus met ruimenbsp;werkervaring, die als mentor wil optreden ennbsp;antwoord kan geven op deze vragen? Sinds kort heeft het Universiteitsfonds/Alum-nibureau een website om deze twee groepen - mentoren en mentees - met elkaar in contact te brengen. Dit Mentor Mentee Systeemnbsp;(MMS) stelt studenten en jonge alumni innbsp;staat om via een zoekmachine een geschiktenbsp;mentor te vinden voor loopbaangerelateerdenbsp;vraagstukken. Het MMS is nadrukkelijk nietnbsp;bedoeld als banenmarkt of jobservice. Heb je vragen over het MMS of wil je je aanmelden als mentor of mentee? Stuur dan een e-mail naar mms@uu.nl of bel (030) 253 9624.nbsp;Wilt u meer weten over het MMS, kijk dan opnbsp;www.alumni.uu.nl/mms. |
Alumnicontactpersonen Contactpersonen faculteiten
3584 CS Utrecht, (030) 253 8025, ufonds@uu.nl
3584 CA Utrecht, (030) 253 5116, n.meijer@geo.uu.nl
(030) 253 2276, c.m.jansen@bio.uu.nl
(030) 253 4836, m.e.martens@vet.uu.nl
3508 TB Utrecht, (030) 253 7313, d.a.ondaatje@pharm.uu.nl
(030) 253 6420, h.dobbelaar@med.uu.nl
(030) 253 1853, mswarte@theo.uu.nl
(030) 253 4494, m.vanrijswijk@ivlos.uu.nl
(030) 253 9756, voorlichting@let.uu.nl
(030) 253 3284, j.andriese@phys.uu.nl
(030) 253 7018, n.vanderputten@law.uu.nl
3584 CS Utrecht, (030) 253 2044, y.langen@geo.uu.nl
(030) 253 3793, m.vandergarde@chem.uu.nl
3584 CS Utrecht, (030) 253 6718, h.j.vanrinsum@fss.uu.nl
(030) 2537416, p.vandermeer@econ.uu.nl
(030) 253 1831, e.kas@phil.uu,nl
3584 CD Utrecht, (030) 253 1515, Ria.vanVlimmeren@math.uu.nl Contactpersonen nationaal
Contactpersonen internationaal
|
Illuster 44 ( Universiteit Utrecht | 09/06 21
-ocr page 22-Berichten voor alumni
Zonder waardeoordeel te geven signaleert deze rubriek activiteiten en publicaties dienbsp;voor Utrechtse alumni interessant zijn.nbsp;Bijdragen zijn welkom: llluster@uu.nl. 7e Internationaal Studenten Pianoconcours Op donderdagavond 19 oktober 2006 vindt in Muziekcentrum Vredenburg de finale plaatsnbsp;van het 7e Internationaal Studenten Piano-concours. Getalenteerde studenten uit binnen- en buitenland strijden om de eer - ennbsp;een hoofdprijs van 2.500 euro - om door eennbsp;professionele jury tot beste pianist gekozennbsp;te worden. De finalisten spelen elk een zelfgekozen stuk en een vaststaand pianoconcert. Ze worden begeleid door het Utrechtschnbsp;Studenten Concert, onder leiding van Basnbsp;Pollard. De presentatie van de avond is innbsp;handen van prof.dr. Wiljan van den Akker.nbsp;Het pianoconcours wordt georganiseerd doornbsp;de Universiteit Utrecht in samenwerking metnbsp;het Utrechts Universiteitsfonds en Parnassosnbsp;Cultuurcentrum. Het eerste Internationalenbsp;Studenten Pianoconcours vond plaats in 1994nbsp;en werd door zowel deelnemers als publieknbsp;als media enthousiast ontvangen. 'Misschien wel zonder het je bewust te zijn, ben je de finalist van de pianocompetitienbsp;voor je hele leven geworden', aldus de Russische winnaar van het concours in 2004, Pavelnbsp;Chistyakov. |
Kaarten voor de finale kosten 12,50 euro en zijn verkrijgbaar via www.pianocompeti-tion.uu.nl en bij Parnassos, Kruisstraat 201,nbsp;Utrecht, telefoon (030) 253 8448. Voor alum-nipashouders, studenten en medewerkers vannbsp;de Universiteit Utrecht geldt het kortingsta-rief van 7,50 euro. Arbeidsmarktonderzoek Medische Biologie/Biomedische Wetenschappen De opleiding Biomedische Wetenschappen houdt in het najaar van 2006 een grootscheeps arbeidsmarktonderzoek onder allenbsp;afgestudeerden van de opleidingen Medischenbsp;Biologie (doctoraal). Biomedische Wetenschappen (doctoraal en bachelor) en Biomedical Sciences (master). De resultaten van dezenbsp;enquête zullen worden verspreid onder denbsp;betrokkenen. We hopen op een zo groot mogelijke respons bij dit arbeidsmarktonderzoeknbsp;en hebben daarbij de juiste adresgegevensnbsp;nodig. Als die niet bij het U-fonds en/of denbsp;alumnivereniging PHEPH bekend zijn, geefnbsp;deze dan s.v.p. door aan: Kirsten Boersma-vannbsp;Nierop, e-mail: k.vannierop@umcutrecht.nl. |
Symposium NWSV Helix amp; NWamp;I Op donderdag 26 oktober organiseert de Natuurwetenschappelijke Studieverenigingnbsp;Helix samen met de opleiding natuurwetenschap amp; innovatiemanagement eennbsp;symposium ter ere van het llle lustrum. Hetnbsp;onderwerp van het symposium is 'innovatienbsp;amp; evolutie - de impact van een veranderendenbsp;omgeving'. Ben je afgestudeerd NWBB ofnbsp;NWamp;I en ben je geïnteresseerd in dit symposium? Schrijf je dan in via de website! Hetnbsp;symposium vindt plaats in zaal Blauw, Marinus Ruppertgebouw, De Uithof. Meer informatie: NWSV Helix (030) 253 6984, info®innovatiesymposium.nl, www.innovatie-symposium.nl. Oud-leden SIB gezocht Ben je lid geweest van de Studentenvereniging voor Internationale Betrekkingen? Wil je ook weten hoe het de vereniging nu vergaat? En wil je in contact blijven met ledennbsp;uit jouw tijd? Word dan reünist! Via het jaarlijkse Ad Infinitum en Nieuwsbrieven blijf jenbsp;op de hoogte van SIB en word je uitgenodigdnbsp;voor de reünies. In 2007 viert SIB-Utrechtnbsp;haar 5de Lustrum en dit wordt groots gevierd! Ook reünist worden? Neem dan evennbsp;contact op via info@sib-utrecht.nl. |
Werkervaring ontmoet kwaliteit De Utrechtse School voor Bestuurs- en Organisatiewetenschap koppelt uw persoonlijke werkervaring aan onze bewezen academischenbsp;kwaliteit in onze executive amp; masterpro-gramma's. Binnenkort starten de volgendenbsp;programma's;
Alumnipasbezitters ontvangen 10% korting op de cursusprijs (tot max. € 1.100,-)nbsp;Meer informatie: (030) 253 8101, usbo.nbsp;info@uu.nl, www.usg.uu.nl/emp. Faculty Club dit najaar De Faculty Club is de huiskamer van de Uni-versiteit Utrecht. Een historische plek in de binnenstad, aan de voet van de Domtoren.nbsp;Een sfeerrijke omgeving om (buitenlandse)nbsp;gasten mee naar toe te nemen. Om te lunchen, te dineren ofte borrelen met collega's,nbsp;vrienden en oud-studiegenoten. Maar ooknbsp;om er lezingen van prominente UU'ers bij tenbsp;wonen. Het programma voor dit najaar:
La France, un pays d'exception?
Nog geen lid? Alumni die begunstiger zijn van het Universiteitsfonds betalen geen € 65,-maar € 45,- per jaar. Meer informatie: Noor van Haaren, Achter de Dom 7, 3512 JN Utrecht, (030) 253 9911,nbsp;n.vanhaaren@helio5.uu.nl, www.helios.uu.nl. Herman Verstappens zwerftocht door de wereld |
In 1942 begint Herman Verstappen met zijn studie fysische geografie in Utrecht. Na denbsp;oorlog vertrekt hij naar Nederlands-Indië,nbsp;om er te gaan werken bij de Topografischenbsp;Dienst en de lokale universiteiten. Hij maaktnbsp;vele avontuurlijke reizen door Indonesië; hetnbsp;hoogtepunt is zijn deelname in 1959 aan denbsp;expeditie naar het Sterrengebergte (het tv-programma Andere Tijden wijdde er ooit eennbsp;uitzending aan, waarin ook Verstappen aannbsp;het woord kwam). Later wordt hij hoogleraarnbsp;geomorfologie en voorzitter van denbsp;Internationale Geografische Unie en reist hijnbsp;als onderzoeker van natuurrampen de wereldnbsp;door. Zijn leven heeft hij nu geboekstaafd innbsp;'Zwerftocht door een wereld in beweging'.nbsp;Het is een levendig relaas, waaruit een grotenbsp;betrokkenheid spreekt met de aarde en denbsp;mensen die er leven. Het boek verscheennbsp;afgelopen voorjaar bij Van Gorcum, telt 170nbsp;pagina's en kost € 19,50. Meer informatie:nbsp;WWW.vangorcum.nl. Alumni vrouwenstudies gezocht De leerstoelgroep Vrouwenstudies van de faculteit der Geesteswetenschappen/Letterennbsp;is op zoek naar alumni Vrouwenstudies ofnbsp;alumni van andere opleidingen die een geschikte stageplaats hebben voor studentennbsp;van de master Comparative Women's Studiesnbsp;in Culture and Politics (zowel Nederlandstalige als Engelstalige studenten). Een stagenbsp;bedraagt 10 weken en omvat 1,0 fte. Een on-derzoekscomponent (gender en/of etniciteit)nbsp;moet tot de mogelijkheden behoren. Meer informatie: Iris van der Tuin, (030) 253 6447, iri5.vandertuin@let.uu.nl. Lustrum Drift '66 In oktober van 2006 bestaat studievereniging Drift '66 veertig jaar. Om deze lustrumweeknbsp;in stijl te openen wordt er een reünie georganiseerd voor alle mensen die fysische geografie in Utrecht hebben gestudeerd. Dezenbsp;reünie vindt plaats op zaterdag 14 oktobernbsp;van 12.00 tot 16.00 uur. De kosten voor denbsp;reünie bedragen € 10,-. Aanmelden: via hetnbsp;aanmeldingsformulier op www.drift66.nl ofnbsp;via drift@geo.uu.nl. Word mentor! Hebt u affiniteit met het feministische gedachtegoed? Doneert u graag aan een persoonlijk en duidelijk goed doel? Steun dan nu een (pre-)masterstudent Genderstudiesnbsp;uit de Derde Wereld of Oost-Europa! Dezenbsp;studenten hebben vaak niet de financiëlenbsp;middelen om zelf hun studie aan de Universi-teit Utrecht te bekostigen en kunnen ook eennbsp;emotioneel steuntje in de rug wel gebruiken.nbsp;U kunt helpen hen wegwijs te maken in denbsp;Nederlandse samenleving. Geef hen een kansnbsp;een studententijd te beleven zoals u die ooknbsp;gehad heeft! Word mentor van een studentnbsp;en/of bied financiële ondersteuning tijdensnbsp;de opleiding aan de Universiteit Utrecht.nbsp;Meer informatie: Prof.dr. G.D. Wekker, gloria.nbsp;wekker@let.uu.nl. |
Buys Ballotstraat te boek Hebt u ooit in een studentenhuis in de Buys Ballotstraat gewoond of woont u er nog?nbsp;Dan bent u wellicht geïnteresseerd in hetnbsp;boekje getiteld 'TERUG' van Willem Jansen,nbsp;alumnus scheikunde. Het betreft een onlangsnbsp;in eigen beheer gepubliceerd geschiedkundignbsp;verhaal met persoonlijke invalshoeken overnbsp;de Utrechtse Buys Ballotstraat. Een straatnbsp;die vanaf het begin waarschijnlijk eennbsp;studentenstraat geweest is. Het boekje kostnbsp;€ 11,- en is te bestellen bij uitgeverijnbsp;Gigaboek, info@gigaboek.nl. Geologische reizen De Stichting Geowetenschappelijke Activiteiten organiseert:
Meer informatie: www.georeizen.nl. De Stichting Geowetenschappelijke Activiteiten is een non-profit organisatie, die 'geologie voor niet-geologen' in het veld laat zien. Geïnteresseerde alumna/alum-nus gezocht als vrijwilliger Het Universiteitsfonds/Alumnibureau zoekt een geïnteresseerde en ter zake kundigenbsp;vrijwilliger die het bureau wil ondersteunennbsp;bij het plegen van research naar relaties vannbsp;de Universiteit Utrecht die een belangrijkenbsp;rol spelen in de samenleving. Concreet gaatnbsp;het om het zoeken in gedrukte en digitalenbsp;media naar vermeldingen van deze relaties.nbsp;Waarmee zijn zij bezig, welke (neven)functiesnbsp;bekleden zij en welke rol spelen zij in de samenleving? De tijdsinvestering hiervoor is ongeveer 4 uur per week. De werkzaamheden vinden plaatsnbsp;op het bureau van het Universiteitsfonds.nbsp;Bent u geïnteresseerd of wenst u naderenbsp;informatie, neemt u dan contact op met drs.nbsp;R.J. (Robbert Jan) Feunekes, telefoon (030)nbsp;253 8680, r.j.feunekes@uu.nl. |
Illuster 44 | Universiteit Utrecht ] 09/06 23
-ocr page 24-