Schrijf u nu in voor het najaars-

programma pag 16

Gelijk hebben is niet hetzelfde als gelijk krijgen pag 4,

F U komt toch ook?

Het najaarsprogramma staat voor de deur. In zeven verschillende regio'snbsp;kunt u een Utrecht Lezing over eennbsp;actueel onderwerp volgen.nbsp;Kijk op www.uu.nl/alumninbsp;in gesprek met een studiogast dienbsp;duidelijk niets met deze vorm vannbsp;communiceren had. De fervente

twitteraar legde uit dat we in het huidige informatietijdperk direct opnbsp;de hoogte willen zijn van nieuws ennbsp;dat verklaart het succes van Twitter.

“Twitter is geen trend, die snel weer zal overwaaien. Het is een manier vannbsp;leven”, was zijn stellige overtuiging.nbsp;Dezelfde dag vroeg de journaliste dienbsp;me interviewde (zie pag 10) via welkenbsp;social media alumni van de Universiteit Utrecht op de hoogte kunnennbsp;blijven van nieuws en andere relevante onderwerpen aangaande hunnbsp;alma mater. Verheugd kon ik haarnbsp;melden dat we ons best doen alumninbsp;op allerlei manieren te bereiken. Ooknbsp;via Twitter.

Die avond had ik geen afspraak in mijn agenda. Ik had alle gelegenheidnbsp;om de gesprekken van de dag nognbsp;eens rustig te overdenken. Twitternbsp;liet me niet los, dus ik ga me er maarnbsp;eens in verdiepen. En u? Volgt unbsp;@uualumni al?

Iedereen heeft wel ooit ervaren dat gelijk hebben nog niet betekent datnbsp;je gelijk krijgt. Bekend is het grafop-schrift ‘Ja maar, ik kwam van rechts’.nbsp;Het is de ultieme vorm van gelijk hebben en niet krijgen, maar dan met eennbsp;fatale afloop”, aldus communicatie- ennbsp;gedragstrainer Jos van Langen. Hijnbsp;verzorgt de workshop ‘Gelijk hebbennbsp;en gelijk krijgen, hoe doe je dat?’ Dezenbsp;workshop geeft inzicht in doelgerichtnbsp;communiceren, zodat je anderennbsp;voortaan positief weet te beïnvloedennbsp;en dat ze voortaan wel gecommitteerdnbsp;‘Ja’ tegen je zeggen.

Van Langen heeft de workshop vooral jezelf te leren kennen, voordat je denbsp;ander kunt overtuigen. En je moetnbsp;precies weten wat je wilt bereiken.nbsp;Praten met iemand die geen beslissernbsp;is, heeft niet zo veel zin. Zoek de sleutelfiguren op en verdiep je in degenenbsp;die je wilt overtuigen. Wat drijft denbsp;ander? Welke belangen en behoeftennbsp;heeft hij? Gaat het om macht en statusnbsp;of wil hij gezamenlijk iets bereiken?nbsp;Zoek aansluiting bij de ander ennbsp;probeer te achterhalen in hoeverre denbsp;ander wil veranderen. Waar zit zijnnbsp;weerstand? Probeer te overbruggen ennbsp;te sturen! En uiteindelijk ga je onderhandelen en afspraken maken.”nbsp;dagelijks dat sommige mensen drammerig zijn, terwijl anderen het juistnbsp;moeilijk vinden om voor zichzelf op tenbsp;komen. “De meeste mensen weten datnbsp;goed van zichzelf. Dat is belangrijk,nbsp;want pas als je iets erkent en herkent,nbsp;kun je het veranderen.”nbsp;Deze twee verschillende groepennbsp;mensen lopen tegen dezelfde soortnbsp;problemen aan, aldus Van Langen.nbsp;Beide groepen hebben bepaalde verwachtingen van de mensen waarmeenbsp;ze werken en moeten communiceren.nbsp;“Het probleem is dat de verwachtingen een eigen leven gaan leiden.

gebaseerd op ervaringen uit zijn eigen leven. “De Griekse filosoof Socratesnbsp;zei het al: ‘Als je jezelf kent, ken je denbsp;wereld!’ Het is dus belangrijk om eerst

Drammerig

Van Langen is mateloos geïnteresseerd in het menselijke gedrag. Hij merkt

De drammer heeft er geen begrip voor dat hij niet begrepen wordt. Hijnbsp;zeker op tijd af wilt maken, maar datnbsp;je een hoger budget nodig hebt ennbsp;ze duidelijk kunnen maken aan hunnbsp;chef dat ze behoefte hebben aan extra

probeert iets af te dwingen. De ander vraagt zich af waarom de drammernbsp;gaat dwingen en voelt zich daar nietnbsp;prettig bij. Het gevolg is dat de tweenbsp;tegenover elkaar komen te staan. Denbsp;drammer en de ander zetten beidenbsp;sterk in op de inhoud, meer budgetnbsp;om de klus te klaren bijvoorbeeld ofnbsp;juist meer mankracht. De ander verzetnbsp;zich omdat hij zich daar niet prettignbsp;bij voelt.”nbsp;dat je het niet in je uppie voor elkaarnbsp;krijgt. Dan ontstaat er ruimte voornbsp;onderhandelen en afspraken maken.”nbsp;Bij mensen die niet goed voor zichzelfnbsp;kunnen opkomen, werkt het ongeveernbsp;op dezelfde manier. Deze mensennbsp;voelen zich vaak overruled, ze zijnnbsp;bang voor conflicten en ze makennbsp;makkelijk dingen persoonlijk. Vannbsp;Langen: “Ze denken snel dat zenbsp;worden afgeserveerd, maar ook hiernbsp;budget en mankracht, kan het onderhandelen beginnen.”

Alumna Gladys Klaasse volgde de workshop ‘Gelijk hebben en gelijknbsp;krijgen, hoe doe je dat?’ Benieuwd naarnbsp;haar ervaringen? Lees het interview opnbsp;WWW.uu.nl/ illuster

‘De essentie van veranderen is de nieuwste film Jos van Langen. Bekijk de

voorkomt hart-

pil

¦en vaatziekten

De epidemiologie heeft de afgelopen twintig jaar een enorme bloei doorgemaakt”, stelt prof. dr. Ricknbsp;Grobbee. “Traditioneel onderzochtnbsp;de epidemiologie het voorkomen ennbsp;de verspreiding van ziektes in grotenbsp;groepen van de bevolking en de factoren die daarop van invloed zijn. Ditnbsp;onderzoek omvat heel veel variabelen,nbsp;waarvoor specifieke onderzoeksmethoden zijn ontwikkeld. Deze methoden, en de principes die daaraan tennbsp;grondslag liggen, blijken nu uitermatenbsp;geschikt te zijn voor toepassing in denbsp;geneeskunde. Ook op kleine schaal, bijvoorbeeld om wetenschappelijk bewijsnbsp;te leveren dat een behandeling of pilnbsp;werkt. Evidence based medicine stoeltnbsp;daarmee voor een belangrijk deel opnbsp;methoden uit de epidemiologie.

In het verleden waren de keuzes voor behandelingen in de geneeskunde sterknbsp;gebaseerd op meningen, ervaringen

'In de j ar en tachtig heerstenbsp;de opvatting datnbsp;maagzwerennbsp;het gevolg zijnnbsp;van stress.nbsp;Totdat de veroorzakende bacterienbsp;werd ontdekf

en op wat pathofysiologisch redeneren wordt genoemd: je denkt dat je weetnbsp;hoe iets werkt en stelt je behandelingnbsp;daarop in. Een klassiek voorbeeld hiervan is de behandeling van maagzweren.nbsp;In de jaren tachtig was de heersendenbsp;opvatting dat maagzweren het gevolgnbsp;zijn van stress. Daardoor produceertnbsp;de maag te veel zuur dat vervolgensnbsp;de maagwand aanvreet. Mensen metnbsp;een maagzweer kregen psychologischenbsp;begeleiding en chirurgen haalden eennbsp;stuk van de maag weg of sneden de zenuwen voor de zuurvoorziening door.nbsp;Dit waren in die tijd gebruikelijke ennbsp;ingrijpende operaties. Totdat een Australische onderzoeksgroep ontdekte datnbsp;een maagzweer werd veroorzaakt doornbsp;de bacterie Helicobacter pylori. Sindsdien worden maagzweren behandeldnbsp;met antibiotica en is de werkzaamheidnbsp;van deze behandeling wetenschappelijknbsp;bewezen.

Minder ritmestoornissen

Grobbee doet al jarenlang epidemiologisch onderzoek naar hart- en vaatziekten. Ook op dit gebied zijn talloze voorbeelden bekend van de kracht ennbsp;impact van wetenschappelijk bewijsnbsp;op wat vroeger gangbare behandelingen waren, zoals bij de behandeling

van hartritmestoornissen. Door een ritmestoornis functioneert het hart nietnbsp;goed meer en krijgen mensen uiteindelijk een hartstilstand. Dit mechanismenbsp;was bekend. Om ritmestoornissennbsp;te onderdrukken, kregen patiëntennbsp;het verdovingsmiddel lydocaïnenbsp;toegediend, dat ook wordt gebruikt bijnbsp;operaties. Grobbee: “Lydocaïne legtnbsp;zenuwen plat en inderdaad zag je datnbsp;de ritmestoornissen afnamen. Dat isnbsp;dus een rationele, effectieve therapie. Innbsp;de tijd dat ik assistent interne geneeskunde was, was het gebruikelijk om ditnbsp;middel voor te schrijven aan mensennbsp;met ritmestoornissen. Totdat in Nederland onderzoek werd gedaan met eennbsp;groep die wel lydocaïne kreeg en eennbsp;groep die dit niet kreeg. Het bleek datnbsp;de lydocaïnegroep weliswaar mindernbsp;ritmestoornissen had, maar wel eerdernbsp;doodging. Inmiddels zijn we er in denbsp;geneeskunde van overtuigd dat je ditnbsp;soort bewijs van de werkzaamheid vannbsp;een therapie nodig hebt. Dat verklaartnbsp;de liefde die geleidelijk aan is ontstaannbsp;tussen het klinisch wetenschappelijknbsp;onderzoek en de epidemiologischenbsp;methoden. De sleutel ligt bij de opzetnbsp;van het onderzoek. Die moet zodanignbsp;zijn dat je de gegevens krijgt waar jenbsp;de vraag mee kunt beantwoorden.

‘Artsen willen dat iedere Irnbsp;individuele patiëntnbsp;de optimalenbsp;combinatienbsp;van geneesmiddelennbsp;krijgt. Dat is nietnbsp;haalbaar

Daaraan besteden we de meeste tijd en het meeste denkwerk. Wat is preciesnbsp;de vraag? Hoe beantwoorden we dezenbsp;overtuigend? Statistiek gebruiken wenbsp;om toevalsbevindingen uit te sluiten,nbsp;maar is niet leidend.”

Goedkope geneesmiddelen

Inmiddels maken meer elementen uit de epidemiologie opgang in de geneeskunde. Zo zorgt nu ook het risicoden-ken voor een ommekeer. Zo’n zevennbsp;jaar geleden ontstond de gedachtenbsp;om één pil te maken, bestaande uitnbsp;verschillende geneesmiddelen tegennbsp;hart- en vaatziekten. Hiermee kunnennbsp;in een klap alle risicofactoren wordennbsp;aangepakt. “Eén pil met cholesterolverlagers, bloeddrukverlagers en aspirinenbsp;om hart- en vaatziekten de wereld uitnbsp;te helpen. Een prachtig idee dat op veelnbsp;weerstand stuitte, waardoor het jarennbsp;heeft geduurd voor het onderzoeknbsp;op gang kwam”, aldus Grobbee. “Ernbsp;heerste grote scepsis tegen het principe.nbsp;Daarbij is de polypil natuurlijk geennbsp;goed verhaal voor geneesmiddelenfabrikanten. Zij zien liever dat patiëntennbsp;de nieuwste pillen krijgen, terwijl denbsp;polypil toekan met goede en goedkopenbsp;geneesmiddelen waarvan het patentnbsp;was verlopen.”nbsp;Bovendien is het idee van één standaardpil met verschillende geneesmiddelen strijdig met de manier vannbsp;denken binnen de geneeskunde, meentnbsp;Grobbee. “Artsen hebben geleerd tenbsp;kijken naar de individuele patiënt opnbsp;wie ze de behandeling afstemmen. Zenbsp;willen dat iedere individuele patiënt denbsp;optimale combinatie van die geneesmiddelen krijgt. Dat is niet haalbaar.nbsp;Een derde van de hart- en vaatpatiën-ten krijgt nu al geen aspirine. Vanuitnbsp;dezelfde opvatting werpen artsen ooknbsp;vaak tegen, dat ze geen groepen behandelen, maar individuele patiënten. Mijnnbsp;antwoord is altijd: dat kun je wel denken, maar elke handeling die je uitvoertnbsp;bij die individuele patiënt, kun je alleennbsp;maar kiezen omdat je dat geleerd hebtnbsp;op basis van andere patiënten. Stel, er

van alles een beetje. Zij zijn een beetje te dik, hebben een beetje verhoogdenbsp;bloeddruk of een niet echt gunstig cholesterol, ze hebben misschien beginnende suikerziekte en bewegen te weinig.nbsp;Grobbee: “Dit besef dat je naar dienbsp;optelsom van factoren moet kijken, isnbsp;de afgelopen vijfjaar in de medischenbsp;wereld wel doorgedrongen. Je ziet datnbsp;ook terug in de richtlijnen. Tot voornbsp;een paar jaar hadden we nog een richtlijn voor hoge bloeddruk, nu hebbennbsp;we een richtlijn voor cardiovasculairnbsp;risicomanagement. De volgende stapnbsp;is dan ook logisch: we behandelen nietnbsp;meer één individuele risicofactor, maarnbsp;behandelen het risico door tegelijkertijdnbsp;een aantal risicofactoren te verminderen. De polypil, die verschillendenbsp;risicofactoren tegelijkertijd aangrijpt,nbsp;sluit daar naadloos op aan.”

Geen geld

Na een hartaanval krijgt de patiënt tegenwoordig op aparte recepten denbsp;heel belangrijk: verhoogt de polypilnbsp;de therapietrouw? Want we weten datnbsp;een derde van de mensen die veel pillen krijgen, deze niet slikken. Als ditnbsp;één pil wordt, is de kans dat hij gesliktnbsp;wordt veel groter.”nbsp;Voor het onderzoek worden tweenbsp;groepen patiënten vergeleken. De ene

‘Geneesmiddelenfabrikanten zien liever dat patiëntennbsp;de nieuwste geneesmiddelen

terwijl de nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;X

polypilgoed en goedkoop is'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;“nbsp;landen zo dadelijk bij elkaar vegen,nbsp;hebben we zo’n grote groep patiëntennbsp;dat we ook kunnen zien of de sterftenbsp;aan hart- en vaatziekten daalt.”nbsp;Er zit bovendien nog een anderenbsp;dimensie aan het onderzoek, verteltnbsp;Grobbee. “Miljarden mensen in denbsp;wereld hebben nu geen toegang totnbsp;geneesmiddelen, terwijl bijvoorbeeld innbsp;India en Brazilië hart- en vaatziektennbsp;enorm toenemen. Dan biedt zo’n polypil een geweldig alternatief. Zeker innbsp;de veel minder florissante economischenbsp;situatie van die landen. De polypil kannbsp;in India geproduceerd worden voor 15nbsp;dollar per jaar. In Europa is dat naarnbsp;schatting 150 dollar. Dat is geen geldnbsp;voor een krachtige beschermer tegennbsp;hart- en vaatziekten.”

Verder lezen?

Zie ook de website over het onderzoek: www.spacecollaboration. org

Er ligt een duidelijke link tussen de wetenschappelijke studie vannbsp;André Bolhuis (63) en zijn liefde voornbsp;de hockeysport. Op jonge leeftijdnbsp;was hij een begenadigd hockeyer.nbsp;Als zestienjarige speelde hij in hetnbsp;Nederlands jeugdelftal en daarnanbsp;in Oranje. Hij werd kampioen vannbsp;Nederland (1969) met Kampong,nbsp;Europees kampioen (1978) en wereldkampioen (1973) met het Nederlandsnbsp;elftal en nam twee keer deel aan denbsp;Olympische Spelen (München, 1972nbsp;en Montréal 1976).

In 1980 stopte Bolhuis stopte hij met zijn actieve topsportcarrièrenbsp;om vervolgens diverse functies als

(bonds)coach, bestuurslid en -voorzitter op zich te nemen. Tijdens zijn topdagen als hockeyer studeerde hijnbsp;Tandheelkunde in Utrecht. In 1987nbsp;promoveerde hij met een proefschriftnbsp;over tandletsel in de hockeysport.nbsp;Over de combinatie wetenschap ennbsp;topsport zegt hij nu; “De sportwereldnbsp;en de universiteitswereld zijn totaalnbsp;verschillend. De mensen die zichnbsp;daarmee associëren zijn zo verschillend. Die beleving is niet met elkaarnbsp;te vergelijken. Voordeel van je innbsp;beide werelden begeven, is dat je leertnbsp;breder te kijken dan alleen naar datnbsp;ene waar je goed in bent.”

NOC*NSF

Voordat Bolhuis de voorzittershamer overnam van Erica Terpstra, was hijnbsp;al twee jaar actief als bestuurlid vannbsp;NOC*NSF. De Algemene Vergaderingnbsp;droeg hem unaniem voor. Bolhuis;nbsp;“Het is een uitgebreide functie heb iknbsp;gemerkt. Erica Terpstra deed dit fulltime, maar ik heb ook nog mijn werknbsp;als tandarts in De Kliniek voor Tandheelkunde en het voorzitterschapnbsp;bij het U-fonds. Of ik deze functiesnbsp;allemaal tegelijk kan bekleden, zal denbsp;tijd uitwijzen. Gelukkig loop ik al eennbsp;hele tijd mee in de sportbestuurswe-reld, dus ik weet hoe het in elkaar zit.nbsp;Dat helpt.”

Groter en meer

Sinds 2007 is André Bolhuis voorzitter van het U-fonds. In grote lijnen heeft hij het beleid gecontinueerdnbsp;dat zijn voorganger Arie Smit heeftnbsp;ingezet. Het is wel allemaal groter ennbsp;meer geworden. Zo worden er bijvoorbeeld meer netwerkbijeenkom-sten georganiseerd, is de frequentienbsp;van de Utrecht Lezingen verhoogd ennbsp;is het aantal bezoekers aan activiteiten flink toegenomen. “De Utrechtnbsp;Lezingen worden niet alleen doornbsp;heel Nederland verzorgd, maar ook innbsp;plaatsen als New York, Stellenboschnbsp;(Zuid-Afrika), Brussel, Barcelona ennbsp;Madrid. De lezingen worden doornbsp;hoogleraren van de Universiteitnbsp;Utrecht gegeven. Alumni kunnennbsp;hier kennis nemen van de nieuwstenbsp;ontwikkelingen op hun vakgebied ofnbsp;kunnen zich verdiepen in onderwerpen waar ze gewoonlijk niet mee innbsp;aanraking komen”, licht Bolhuis toe,nbsp;niet zonder trots.

Ook de Universiteitsdag is een activiteit die al jaren steeds groternbsp;groeit. Bolhuis; “Meer dan vijfhonderd personen bezoeken inmiddelsnbsp;deze jaarlijks terugkerende dag waarnbsp;alumni, studenten en medewerkersnbsp;van de universiteit worden bijgepraatnbsp;over actualiteiten in de wetenschap.nbsp;De attendance is nog steeds groeiende.”

Ook met verschillende faculteiten is onder Bolhuis een intensieve samenwerking opgebouwd. “De faculteiten ¦

verzorgen lezingen en het U-fonds neemt dan een belangrijk deel van denbsp;organisatie op zich. Zo bieden wijnbsp;Utrechtse alumni de gelegenheid eenvoudig in contact te komen en te blijven met jaargenoten en vakgenoten.”nbsp;Jammer vindt Bolhuis de bezuinigingen die vanuit de overheid wordennbsp;doorgevoerd. “De bezuinigingennbsp;treffen de hele universiteit en ons dusnbsp;ook. Het gevolg is dat we met mindernbsp;mensen het werk moeten klaren ennbsp;dat bijvoorbeeld dit blad, Illuster,nbsp;minder vaak kan verschijnen. Datnbsp;vinden we best moeilijk.”

Vrienden

Een recente wijziging is dat alumni die het U-fonds financieel steunen voortaan als Vrienden wordennbsp;betiteld. Bolhuis legt uit waarom.nbsp;“Begunstiger stamt uit de begintijdnbsp;van het Utrechts Universiteitsfonds.nbsp;Het impliceert dat je iemand iets gunt.nbsp;Waar we tegenwoordig naar streven,nbsp;is dat men zich meer verbonden voelt,nbsp;dat alumni ook iets kunnen halen.nbsp;Het is niet alleen maar geven, het isnbsp;ook krijgen in de vorm van lezingen,nbsp;informatie en contact met oud-stu-diegenoten. Die wederkerigheid vannbsp;de relatie willen we ook benadrukkennbsp;met de titel ‘Vriend’. Wij willen graagnbsp;dat, als je aan de Universiteit Utrechtnbsp;hebt gestudeerd, je er later ook bijnbsp;wilt zijn als daar iets leuks gaande is.nbsp;Dat je het gevoel hebt dat je daar nognbsp;steeds kennis kunt halen.”

Andere bronnen

Als Bolhuis naar de nabije toekomst kijkt, ziet hij één belangrijk doel: hetnbsp;verder vergroten van de betrokkenheid van alumni. “Het aantal Vrienden moet uitgebreid worden. Tennbsp;eerste omdat het door financieringnbsp;uit Den Haag steeds moeilijker wordtnbsp;en we geacht worden ook uit anderenbsp;bronnen te putten.We zouden hiernbsp;meer het model van Angelsaksischenbsp;landen willen hebben. De verbondenheid met de universiteit is daar veelnbsp;groter.”

Om die reden worden alumni voortaan intensiever benaderd via internet. Bolhuis: “Zo kun je het alumni-nieuws volgen via Twitter en kun je in aanloop naar de 375e Dies Natalisnbsp;in 2011 op onze website de Alum-niLustrumBlogs volgen. De websitenbsp;krijgt overigens heel wat hits en alum-ni kunnen zich daar ook aanmeldennbsp;voor onze digitale nieuwsbrief metnbsp;nieuws, informatie over aankomendenbsp;promoties en oraties, en evenementennbsp;van de universiteit.”

Alumninieuws volgen? www.uu.nl/alumni. Volg ook denbsp;dagelijkse verse AlumniLustrumBlogsnbsp;in aanloop naar de 375e Dies Natalis

• ¦ Geertekerk, Geertekerkhof 23, Utrecht

• ¦ Meer weten? www.sg.uu.nl

ruimte is voor zakelijke én informele afspraken. Dagelijks kunt u hier genieten van lunch en diner. Regelmatig organiseert de Faculty

Theaterdebat 'Nano is groot'

¦ Donderdag 21 oktober, van 20.00 tot 22.00 uur ¦ Aula van het Academiegebouw ¦ Meer weten? www.sg.uu.nlnbsp;heeft in Anchorage (Alaska) een belangrijke wetenschappelijkenbsp;prijs in de wacht gesleept.

het Advanced Thematic Network in European Women's

Studies waarvan de Universiteit Utrecht coördinator is, heeft een

Kijk voor de actuele agenda op www.uu.nl/illusternbsp;prestigieuze European Award for Lifelong Learning gekregennbsp;van de Europese Commissie.

spelen?”

Ik moest even nadenken. Opleidingen betrekken alumni er vooral bij als studenten de keuze voor hun afstudeerrichtingnbsp;moeten maken, maar inderdaad, bij mijnnbsp;weten spelen alumni nagenoeg geen rolnbsp;als leerlingen een keuze moeten makennbsp;voor een universiteit. Helemaal niet zo’nnbsp;gek idee om eens na te denken over hoe ditnbsp;vorm te geven.

We zijn weer uitgedaagd!

Frans Verstralen is hoogleraar psychologische functieleer aan onze universiteit Illuster is een uitgave van de Universiteit Utrechtnbsp;en het Utrechts Universiteitsfonds, in samenwerking met faculteiten en verenigingen. Illuster verschijnt drie keer per jaar en wordt toegezondennbsp;aan afgestudeerden van de Universiteit Utrechtnbsp;in een oplage van 86.900 Uitgever Utrechts Uni-versiteitsfonds/Alumnibureau (Catharien Hamerslag) Bladconcept amp; realisatie Bergenwerktnbsp;(Anne-marie van Bergen en Kika van der Putten).nbsp;Hoofdredactie Anne-marie van Bergen. Redactie Anne-marie van Bergen (Bergenwerkt),nbsp;Xander Bronkhorst (U-blad), Catharien Hamerslag (U-fonds), Nicoline Meijer (faculteiten), Kikanbsp;van der Putten (Bergenwerkt), Peter van der Wiltnbsp;(persvoorlichter) Redactieraad Thijs Pollmann,nbsp;emeritus hoogleraar Letteren; Arie Smit, oud-directeurTeleacNot, oud-voorzitter U-fonds; Lexnbsp;Heerma van Voss, hoogleraar faculteit Socialenbsp;Wetenschappen; Tom Peijster, managementconsultant directoraat communicatie Rabobank

Nederland; Ludo Koks, adjunct-directeur Communicatie Service Centrum, persvoorlichter, Universiteit Utrecht; David Veldman, marketingcom-municatiespecialist Uitgeverij Virtumedia; Olfert Koning, redacteur/verslaggever bij NCRV Radio,nbsp;Marianne Hoornenborg, senior communicatieadviseur, Amsterdams Bureau voor Communicatie.nbsp;Coverbeeld Anne Hamers Art-direction amp;nbsp;vormgeving Grete Laedre, Utrecht. Basisontwerp: Wrik BNO Utrecht. Druk Thieme Rotatienbsp;Zwolle. ISSN 1338-4703.16e jaargang Voornbsp;toezending is gebruik gemaakt van het alumni-bestand van de Universiteit Utrecht. © Universiteit Utrecht. Illuster, periodiek voor alumni vannbsp;de Universiteit Utrecht. Overname van artikelennbsp;is - met bronvermelding - toegestaan. Illusternbsp;wordt gedrukt op milieuvriendelijk fsc-papier.

Hebt u een mening of bijdrage? Mail de redactie: aiumni@uu.nl