-ocr page 1-

Universiteitsdag

1 april: De toekomst door dc oi^cii umi de meteiiseimp


Utrechts fl

Univcrsitcitsl«


Z4.


Älumnimaga

Wlaart 2017


AS.Î


‘'fS


S3/:as


Öoriog, vrede en künst ln het Nationaalnbsp;Militair Museum


•.\:1


KS


Opening Johanna Westerdijkjaar


Babydarmpjes nabootsen


Nieuwe aanpak taaislijmziekte werkt


i

-ocr page 2-

Illuster


De aftrap



Na twee volle bestuurstermijnen is het moment gekomen om hetnbsp;stokje binnen het Utrechts Uni-versiteitsfonds over te dragen.nbsp;Het bestuur heeft Mr Lodewijknbsp;Hijmans van den Bergh (alumnusnbsp;1988) daartoe unaniem uitver


koren. Met enthousiasme stel ik u hem bij deze als mijn opvolger voor.

In 2010 mocht ik als penningmeester beginnen, in 2012 werd ik vicevoorzitter en wnd. voorzitter ennbsp;nog geen jaar later voorzitter, als opvolger van Andrénbsp;Bolhuis. Het zijn bewogen jaren geweest, tijdensnbsp;welke ik het Universiteitsfonds door allerlei woeligenbsp;perikelen heb zien groeien. College van Bestuur uu,nbsp;bestuur en bureau van het Universiteitsfonds kendennbsp;nogal wat verloop, totdat vorigjaar Fenna Hanraetsnbsp;aantrad als nieuwe directeur van het Bureau, die metnbsp;veel élan het bureau weet op te stuwen.

Voordeel van deze wisselingen is dat ik met veel verschillende mensen heb mogen samenwerken;nbsp;aan mooie projecten, wel te verstaan. In 2011 en 2016nbsp;vierde de universiteit haar lustrum; in 2011 was hetnbsp;fonds zelfjarig. Het vierde zijn 25“' lustrum, waaraannbsp;wij de mooie campagne Doorgeven hebben overgehouden. Wij hebben prachtige Universiteitsdagennbsp;gehad, onder meer in de Stadsschouwburg en denbsp;Domkerk en de Heilige grond van het Academienbsp;Gebouw (de enige juiste plek!). Nog recent zag denbsp;Agnitis Vrolikprijs het licht. Mijlpalen die ik nunbsp;achter me laat.

De wetenschap dat ik het stokje overdraag aan een voortreffelijke opvolger en een geweldig bestuurnbsp;maakt het afscheid lichter. Het was mij een eer ennbsp;genoegen om dit werk voor mijn alma mater te hebbennbsp;mogen verrichten; alles onder het motto “Learning,nbsp;earning amp; returning”.

Ik dank allen die mij hierbij hebben geholpen en hoop van u op de Universiteitsdag persoonlijknbsp;afscheid te mogen nemen. Ik wens het Utrechtsnbsp;Universiteitsfonds voor zijn toekomst het allerbestenbsp;en u allen ... “Adieu”.

Mr. Robert S. Croll voorzitter Utrechts Universiteitsfonds


Inhoud


4 In Utrecht

6 Generatie UU

8 De loopbaan van... Merlijn Hurx

10 Goed besteed

12 JAN — Jonge Alumni Netwerk

14 UU centraal

22 In de spotlight

28 In beeld




Medicijnen testen metnbsp;minidarmpjes



Afwijkende wetenschappelijkenbsp;carričrepaden



Generatie UU



' Universiteitsfonds schenkt Goed besteed


Nationaal ' Militair Museumnbsp;IL

Alumni Interview


Bericht uit... Londen 2:

Q

Een intellectueel uitdagendenbsp;omgeving


2 Illuster Maart 2017

-ocr page 3-

‘InclUUsion geeft mij de kans om iets te doen,

om te reageren Elena Valbusa, pagina 12 ?

De opening

Tekst Armand Heijnen Foto Iris Tasseron

De balans tussen valorisatie en Begeisterung


Colofon

Illuster is een uitgave van de Universiteitnbsp;Utrecht en het Utrechtsnbsp;Universiteitsfonds,nbsp;verschijnt drie keer pernbsp;jaar en wordt toegezondennbsp;aan alumni van denbsp;Universiteit Utrecht.

Redactie Xander Bronkhorst, Joost Dankers,nbsp;Robbert Jan Feunekes,nbsp;Armand Heijnen (eindredacteur a.i.), Stephanienbsp;Helfferich, Inge Mathijssennbsp;en Manneke Olivier.nbsp;Redactieraad Mariannenbsp;Hoornenborg. ondernemernbsp;De Recht amp; Kromnbsp;Producties; Olfert Koning,nbsp;communicatieadviseurnbsp;GGZ Nederland; Arie Smit,nbsp;oud-directeur TeleacNot;nbsp;David Veldman, blad-manager/tekstschrijvernbsp;Uitgeverij Virtůmedia.

Art direction amp; vormgeving Plow designnbsp; communicatie. Utrecht.nbsp;Druk Xerox.

ISSN 1338-4703 22e jaargang, #79.nbsp;© Universiteit Utrechtnbsp;Overname van artikelennbsp;met bronvermelding isnbsp;toegestaan. Illusternbsp;wordt gedrukt op milieuvriendelijk fsc-papier.

Volg ons op Facebook en LinkedIn: Alumninbsp;Universiteit Utrechtnbsp;E-mail: dlumni@uu.nl


Het Universiteitsfonds heeft twee hoofddoelstellingen; het versterken van de band tussen alumni en de universiteit en het financieel ondersteunen vannbsp;onderzoeks- en onderwijsprojecten. Onder leidingnbsp;van mijn voorganger Kobert Croll is op die onderwerpen veel bereikt. Denk bijvoorbeeld aan denbsp;vernieuwde opzet van de Universiteitsdag, denbsp;vernieuwing van de huisstijl — waaronder Illuster —,nbsp;maar ook aan de groei van het aantal donateurs.nbsp;Als nieuwe voorzitter hoop ik deze trend door tenbsp;kunnen zetten en daarbij een verbindende rol tenbsp;spelen. Natuurlijk moeten we de mouwen opstropennbsp;om concrete resultaten te bereiken. Ik hoop dat wijnbsp;de grote en diverse groep van vrienden en donateursnbsp;flink kunnen uitbreiden en bij het werk van onzenbsp;alma mater kunnen betrekken.

Gaat het daarbij, wat u betreft, meer om kennis dan om kassa? Het gaat niet om of-of. Het is een oversiniph-ficatie om te stellen dat het bij universiteiten omnbsp;kennis gaat en bij ondernemingen om geld. Ze komennbsp;elkaar tegen in de kenniseconomie waar wij allen deelnbsp;van uitmaken. Op de universiteit is de laatste jarennbsp;veel aandacht voor ‘valorisatie’. Het is dus veel meernbsp;een kwestie van kennis én kassa. De oplossing zit innbsp;het vinden van een juiste balans.

Andere tegenstelling dan: fundamenteel of toepassingsgericht? Ook én-én. Veel ondernemingen zijn gebaat bij toegepast onderzoek. De Universiteit Utrecht isnbsp;succesvol in dat soort samenwerking, getuige bijvoorbeeld de partners binnen het Utrecht Science Park.nbsp;Maar daarnaast is fundamenteel onderzoek van enormnbsp;belang, uitgevoerd door wetenschappers die gedrevennbsp;worden door honger naar kennis. Met slechts aandacht voor het hier en nu leggen wij een hypotheeknbsp;op onze toekomst. Gelukkig is er ook een groeiendnbsp;aantal ondernemingen dat dat erkent en ondersteunt.

Qua onderwijs dus niet alleen vakbekwame academici afleveren, maar ook afgestudeerden die 'begeistert'nbsp;zijn? Precies. In mijn kantoor wordt wel eens gekscherend over aankomende kantoorgenoten gezegd:nbsp;wij willen dat ze op de universiteit hebben lerennbsp;denken, kennis van het recht, dat brengen wij ze welnbsp;bij. Op die enigszins studentikoze stelling is vast welnbsp;wat af te dingen, maar er zit een belangrijke kernnbsp;van waarheid in. ?


Illuster Maart 2017 3

-ocr page 4-

In Utrecht Q

Cursus Utrechtse Stadsgeschiedenis van start

'Gilde Utrecht' heeft in samenwerking met de gemeente en enkele partners, waaronder de universiteit, een cursus Erfgoednbsp;ontwikkeld over de cultuurhistorie van Utrecht. De cursus is innbsp;februari gestart en bestaat uit dertien lezingen met bijzonderenbsp;sprekers, waaronder voormalige hoogleraar Stadsgeschiedenisnbsp;Renger de Bruin. Ook de locaties zijn bijzonder, zoals hetnbsp;Academiegebouw, museum/sterrenwacht Sonnenborgh en hetnbsp;Universiteitsmuseum. Elke bijeenkomst wordt afgesloten met eennbsp;stadswandeling. De stad wordt vanuit diverse hoeken benaderdnbsp;en zaken als religie, cultuur, economie en wetenschap komennbsp;uitgebreid aan bod. Het is de bedoeling dat de cursus na dezenbsp;eerste editie jaarlijks, in steeds gewijzigde vorm, terugkeert.

? ? www.gildeutrecht.nl

Beeld 'gekleurde elite' behoeft bijstelling

“We bezien die slaventijd vaak zwart-wit, maar de werkelijkheid was genuanceerder,nbsp;en juist dat boeit me. Er is weinig bekendnbsp;over vrijgelaten of vrijgekochte slaven,nbsp;en al helemaal niet als die tot een elitenbsp;behoorden. Maar in de Surinaamse,nbsp;stedelijke samenleving van die dagennbsp;vervulde deze elite een belangrijke rol.nbsp;Bijvoorbeeld op gebied van charitas.nbsp;Het waren zeer welgestelde ambachtslieden, juristen, artsen of planters, die somsnbsp;ook zelf weer slaven hielden.”

Opvallende uitkomst van Neslo’s onderzoek is dat deze gekleurde elitenbsp;een goede opleiding heel belangrijknbsp;vond. Cornelis Vlier, Hendrik Focke ennbsp;Johannes Palthe Wesenhagen bijvoorbeeldnbsp;promoveerden in Utrecht in de Kechts-geleerdheid. Focke werd zelfs lid van denbsp;KNAW.

Neslo zelf is ook een nazaat van deze groep. Van Paulina van der Meer om precies te zijn. Zij was rond 1830 concubinenbsp;van de blanke molenmaker Klaas van dernbsp;Meer, met wie ze drie kinderen had. Haarnbsp;zonen hadden slavinnen als partners, die zenbsp;echter vrijkochten. Daarbij stond moedernbsp;Paulina borg voor het gigantische bedragnbsp;van 20.000 gulden. Via stamboomonderzoek is Neslo dan ook terecht gekomennbsp;bij haar promotie-onderwerp.

De belangstelling voor de promotie was zo groot dat een deel van de toehoorders in een andere zaal via een schermnbsp;de plechtigheid moest volgen. Neslo heeftnbsp;haar geldelijke cadeaus een bestemmingnbsp;gegeven in het Yvoor fonds, het doornbsp;voormalige collegevoorzitter Yvonnenbsp;van Kooy ingestelde fonds dat talentvollenbsp;Utrechtse studenten wil stimuleren metnbsp;aanmoedigingsbeurzen voor korte,nbsp;internationale studieverblijven.

Méér vrouwelijke hoogleraren

Op vrijdag 10 februari opendenbsp;onderwijsministernbsp;Jet Bussemakernbsp;hetjohannanbsp;Westerdijkjaar.nbsp;Deze hield op dienbsp;dag, precies 100 jaarnbsp;geleden, haar oratienbsp;als eerste vrouwelijke hoogleraar in Nederland. In denbsp;bomvolle Aula van het Academiegebouwnbsp;werd dit historische feit gevierd.

Bussemaker droeg een van de T-shirts die speciaal voor dit herdenkingsjaar zijnnbsp;gemaakt, met daarop de levensmotto’snbsp;van de schimmeldeskundige Westerdijk:nbsp;‘Werken en feesten vormt schoone geestennbsp;Of‘Van een saai en eentonig leven gaat zelfsnbsp;een schimmel dood’.

Ze was geen feministe, maar zich wel bewust van de verbittering die veelnbsp;vrouwen hadden omdat ze niet kondennbsp;werken of studeren zoals ze wilden.nbsp;“Maar in plaats van activisme koos zenbsp;voor de academia. De proefopstellingennbsp;in het lab waren haar barricaden”, aldusnbsp;Bussemaker. Bijna de helft van haar 56nbsp;promovendi was vrouw. ‘Mijn meisjes’.


4 Illuster Maart 2017

-ocr page 5-

? ? www.uu.nl/nieuws

noemde Westerdijk haar studenten.

Een van die studenten was Berendina Hulshof, een oudtante van Bussemakers.nbsp;De minister herinnerde zich dat haar tantenbsp;vertelde dat ze “het vrolijkste en meestnbsp;actieve werk bij professor Westerdijknbsp;deden. Eens in het jaar hield ze een avondnbsp;voor studenten, bij haar thuis. Dan zongnbsp;zij en speelde piano. Ze was heel muzikaal.nbsp;En zij kon jodelen.”

Bussemaker maakte bij deze gelegenheid bekend 5 miljoen euro beschikbaar te zullen stellen om 100 extra vrouwelijkenbsp;hoogleraren te kunnen benoemen.

? ? Meer over Westerdijk: zie pag 24.

Over activiteiten i.h.k.v. het Westerdijkjaar: zie www.uu.nl/westerdijkjaar

der Zwaan is benoemd tot voorzitter van de LERU, the League of Europeannbsp;Research Universities. De rectoren vannbsp;de bij het netwerk aangesloten universi-teiten, kozen hem unaniem als opvolgernbsp;van prof. Alain Beretz.

Beretz was rector van the University of Strasbourg en is nu Director-Generalnbsp;for Research and Innovation bij hetnbsp;Franse Ministry for Higher Educationnbsp;and Research in Parijs. Van der Zwaannbsp;bekleedt de voorzittersfunctie vanuitnbsp;zijn positie als rector magnificus vannbsp;de Universiteit Utrecht.

Bert van der Zwaan: quot;LERU heeft een krachtige stem in Europa en in de wereld.nbsp;Ik voel me bevoorrecht om dit prachtigenbsp;netwerk van onderzoeksuniversiteitennbsp;te mogen leiden in deze spannendenbsp;en uitdagende tijden voor het hogernbsp;onderwijs.quot;

LERU

De LERU is een gerenommeerd internationaal onderzoeks- en onderwijsnetwerk van drieëntwintig grote, vooraanstaandenbsp;onderzoeksuniversiteiten die doornbsp;samenwerking invloed uitoefenen opnbsp;de Europese beleidsagenda. Het netwerknbsp;pleit voor fundamenteel grensverleggendnbsp;onderzoek, excellent onderwijs in eennbsp;onderzoeksintensieve omgeving ennbsp;voor het beter valoriseren van de rol dienbsp;Europese universiteiten kunnen spelennbsp;in innovatieprocessen.


Utrechtse paus gerehabiliteerd

Dl

Nlihl KI..ANDSL l’AHS

( ¦ j/ilri .iini'

tan Dtrcihl

“De goede persoon, op de goede plek,nbsp;maar op het verkeerde moment.”nbsp;Zo kenschetstnbsp;Twan Geurts pausnbsp;Adrianus, over wienbsp;hij medio januarinbsp;een biografie uitgaf.nbsp;Hij is de enige

Nederlandse paus, afkomstig uit Utrecht, maar staat in deze overwegend Calvinistische stad eigenlijk alleen op het netvliesnbsp;vanwege Paushuize — de residentie die

Adrianus precies 500 jaar geleden liet bouwen maar nooit bewoonde.

Het is de niet geringe verdienste van Geurts om Adrianus nu wél een kandidatuur te bezorgen voor de Canon van Grotenbsp;Nederlanders. Geurts, nu zelfstandig journalist maar ooit verbonden aan de afdelingnbsp;Communicatie van de universiteit en innbsp;die hoedanigheid de allereerste eindredacteur van Illuster, heeft alle literatuur die ernbsp;over Adrianus te vinden was bestudeerd,nbsp;en hem bovendien nagereisd naar Leuven,nbsp;Zaragoza en Rome.

Adrianus Floriszoon (1459—1523) was de zoon van een Utrechtse scheepstimmerman aan de Oude Gracht. Hij studeerdenbsp;theologie in Leuven en werd rector vannbsp;die universiteit. Vervolgens trad hij op alsnbsp;opvoeder van keizer Karei V, waarna dezenbsp;hem aanstelde als stadhouder in Spanje.nbsp;Adrianus was een vriend van Erasmusnbsp;en kwam in conflict met Luther. Hij wasnbsp;er zelf niet bij toen 39 kardinalen hemnbsp;in 1522 in de Sixtijnse Kapel, na 10 stemrondes, tot paus kozen.

Adrianus had met een bijna bovenmenselijke opdracht te maken toen hij in Rome arriveerde. Het geloof raaktenbsp;verscheurd, terwijl de kerk op een financiële en morele afgrond balanceerde.nbsp;Daar kwamen nog eens een pestepidemie,nbsp;een vijandige Romeinse bevolking ennbsp;oprukkende Turken bij. Met zijn hervormingsvoorstellen en vooral karige levensstijl van hutspot, haring en bier maaktenbsp;paus Adrianus VI zich in het wulpsenbsp;Vaticaan van die dagen niet geliefd.

Na een pontificaat van amper zeshonderd dagen overleed hij, moegestreden, onder verdachte omstandigheden.nbsp;Geurts heeft enkele forensische medicinbsp;laten kijken naar het overlijdensberichtnbsp;van Adrianus. Die concluderen dat denbsp;doodsoorzaak waarschijnlijk geen moordnbsp;is geweest maar een infectie.

Geurts heeft een meeslepend verhaal afgeleverd, waarin hij Adrianus feitelijknbsp;rehabiliteert. Hij kwam op het verkeerdenbsp;moment, zo concludeert Geurts. Te laat,nbsp;omdat de invloed van Luther niet meer tenbsp;stoppen was, te vroeg omdat het Vaticaannbsp;nog niet rijp was voor versobering.

Tijd om hem ook in Utrecht weer een plek te geven. Dat is vorigjaar al deels gebeurd met een standbeeld nabij Paushuize,nbsp;maar het nu verschenen boek van Geurtsnbsp;is een minstens even belangrijk standbeeldnbsp;voor deze grote stadsgenoot.


Illuster Maart 2017 5

-ocr page 6-

Generatie UU

Rozanne Goedhart rondde in 2016 de Utrechtse master Strategisch Human Resource Management af. Niets bijzonders zou je zeggen. Maar een universitaire graad was allesnbsp;behalve vanzelfsprekend toen de alumna j aren eerder startte op het vmbo-basis/kader.nbsp;Ook Willem Koops, emeritus universiteitshoogleraar ontwikkelingspsychologie,nbsp;bewandelde niet de klassieke route naar de universiteit.Wat was bepalend voor hunnbsp;schoolcarričres en wat heeft hun onorthodoxe weg hen gebracht?

Van vmbo tot master, van ulo tot prof

Afw˙kende wetenschappel˙kenbsp;carričrepaden

Voor de kleine Willem ligt het voor de hand dat hij -net als zijn vader- boer wordt. “In mijn hele familienbsp;waren geen intellectuelen te bekennen. Maar denbsp;hoofdmeester van de lagere school op het Groningsenbsp;platteland zei tegen mijn vader: ‘Zorg dat die jongennbsp;geen boer wordt, daar wordt hij ongelukkig van.’nbsp;Hij vond dat ik schoolmeester moest worden.

Voor hem de hoogst intellectuele positie denkbaar.’’ Maar Willem wil niet naar de kweekschool en

doet toelatingsexamen voor de hbs. Geplaagd door verlegenheid zegt hij tijdens een mondeling onderdeel

‘Bij de start van het hbo was ik nog watnbsp;onzeker. Gaat mijnbsp;dit lukken?’

vrijwel niets en wordt afgewezen. Dus volgt tochnbsp;de route die de onderwijzernbsp;voor ogen had: eerst ulo,nbsp;daarna kweekschool.nbsp;“Die hele kweekschoolnbsp;vond ik niks. Ik spijbeldenbsp;als een gek en speelde

vooral saxofoon. Omdat ik het gęnant vond tegenover


mijn ouders als ik zou blijven zitten, zorgde ik wel steeds dat mijn laatste rapport bestond uit zessen.”

'Hij had mij geraakt'

En weer is er een oplettende leraar: ‘Jij moet niet voor de klas gaan staan, wantje hebt meer talenten.’nbsp;Ook een andere docent ziet iets in Willem en geeftnbsp;hem een hoger cijfer dan waar hij recht op heeft.nbsp;‘Meneer Koops, ik geef cijfers voor wat mensennbsp;kunnen en niet voor wat mensen doen.’ “Zeernbsp;beschaamd ben ik vertrokken”, herinnert Koops zich.nbsp;“Hij had mij geraakt. Want hij zei eigenlijk: je bentnbsp;lamlendig. Als dit soort mensen niet op mijn padnbsp;gekomen waren, was ik nooit gaan studeren.” Preciesnbsp;na Willems examenjaar wordt ingevoerd dat eennbsp;diploma van de kweekschool toegang geeft tot denbsp;universitaire opleiding psychologie. “Gewoon geluk”,nbsp;stelt Koops vast.

Bloedfanatiek

Op de weg van Rozanne Goedhart spelen geluk en welwillende docenten een beduidend minder prominente rol. Na een zwakke cito-score belandt ze op hetnbsp;vmbo-basis/kader. “De leraar vond me nog onzekernbsp;en mijn ouders dachten dat het niet goed was voornbsp;mijn zelfvertrouwen als ik te hoog begon en zounbsp;afzakken.” Maar het eerste jaar gaat Rozanne bijzonder makkelijk af. “Toen werd ik bloedfanatiek ennbsp;wilde in elk geval naar vmbo theoretische leerweg.”nbsp;Na een jaar ‘kader/theorie’, lukt het Rozanne inderdaad op te klimmen naar vnibo-tl. Met een diplomanbsp;op zak, heeft ze inmiddels een nieuw doel: hbo.nbsp;“Havo vond ik te breed; wéér al die vakken. Toennbsp;ben ik de versnelde mbo-opleiding communicatie


6 Illuster Maart 2017

-ocr page 7-

Tekst Hanneke Olivier Foto's Ivar Pel


en marketing gaan doen. Dat bleek niet mijn ding. Rondje zestiende al kiezennbsp;welke richtingje op wilt, is ook heel lastig.nbsp;Gelukkig was de opleiding maar twee jaarnbsp;en kon ik daarna snel naar het hbo.

‘Ik bezocht alle promoties en wist:nbsp;ik ga zorgen dat iknbsp;daar straks ook zit’

Inmiddels had ik gevonden wat wél bij me paste: Human Resource Management.nbsp;Bij de start van het hbo was ik nog watnbsp;onzeker. Gaat mij dit lukken? Maar iknbsp;werkte keihard en werd gelukkig beloondnbsp;met goede cijfers. In het derdejaar kon jenbsp;een selectietraject doen voor een pre-master. En na die premaster hoefde je nognbsp;maar één jaar naar de universiteit. Ik wasnbsp;meteen gedreven. Ik ging door die selectienbsp;komen en die master doen.”

Missie

“Jij had echt een missie”, zegt Koops tegen Rozanne. “Ik had dat helemaal niet, maarnbsp;vanaf de dag dat ik op de universiteit aankwam, voelde ik die gedrevenheid wél.nbsp;Ik bezocht alle promoties en wist: ik ganbsp;zorgen dat ik daar straks ook zit. Daarvóórnbsp;ben ik nooit op mijn plek geweest.”

Er zijn mensen die vraagtekens zetten bij de wenselijkheid van ‘diploma’s stapelen’. Koops kent de bezwaren. “In mijnnbsp;tijd waren erbij die zich met hand en tandnbsp;verzetten tegen de mogelijkheid om nanbsp;de kweekschool psychologie te mogennbsp;studeren. Zonder gymnasium kon je datnbsp;gewoon niet, was de gedachte.”

“Die mensen bestaan nog steeds”, valt Rozanne bij. “Maar gelukkig krijg ik uitnbsp;mijn omgeving alleen positieve reacties.nbsp;Een advies op de basisschool zegt niet alles.nbsp;Je kunt je nog ontzettend ontwikkelen.nbsp;Als je daarnaast ook ambitie hebt, moetnbsp;je toch de kans krijgen om door te gaan?”

Niet gangbaar

Koops is het met Rozanne eens, maar plaatst een kanttekening. “Cito’s ennbsp;andere voorspelmiddelen zijn vrij goed.nbsp;Maar voor een klein deel zitten ze er naast.nbsp;Dat deeltje moet de mogelijkheid hebbennbsp;het juiste pad te vinden. Maar het moetnbsp;niet gangbaar zijn en er uitzien als eennbsp;routine die iedereen wel even kan doen.”nbsp;Rozanne: “Cito meet bijvoorbeeld geennbsp;doorzettingsvermogen en dat heeft mijnbsp;juist zo veel gebracht. Doordat ik dingennbsp;heel graag wilde, werden ze mogelijk.nbsp;Ik had er wel baat bij gehad als ze opnbsp;school verder hadden gekeken dan alleennbsp;de momentopname cito.” Toch levertnbsp;de afgelegde route Rozanne ook wat op.nbsp;“Mijn studiegenoten op de universiteitnbsp;hadden tijdens hun bachelor al veel meernbsp;meegekregen van de wetenschap, maarnbsp;ik kon de theorie beter koppelen aannbsp;de praktijk. Ik had al vier stages gelopen!nbsp;In die zin had ik misschien zelfs eennbsp;streepje voor.”

Ook Willem Koops heeft profijt van de relatief lange weg die hij bewandelde.nbsp;“Als ik meteen naar de universiteit wasnbsp;gegaan had ik nooit zoveel gespijbeld.nbsp;En tijdens het spijbelen verkocht ik metnbsp;een bakfiets brood langs de deuren.nbsp;Ik heb nooit meer zoveel over psychologienbsp;geleerd als van de oude bakker waarvoornbsp;ik werkte.” Toch blijft de emeritus hoogleraar erbij : “Mijn bakkerservaring is geennbsp;reclame voor iedereen om maar diploma’snbsp;te gaan stapelen.“ ?


Illuster Maart 2017 7

-ocr page 8-

De loopbaan van... Merlijn Hurx

Merlijn Hurx

‘Elke civilisatie verlegt de grenzen door het ónmogelijkenbsp;te willen bouwen’

Met deze stelling vat architectuurhistoricusnbsp;Merlijn Hurx zijnnbsp;onderzoek over hetnbsp;ontstaan van het beroep van architectnbsp;in de Nederlanden samen. In 2010nbsp;verdedigde hij zijn proefschrift aan denbsp;Technische Universiteit Delft. Voor ditnbsp;proefschrift, waarvan in 2012 eennbsp;handelseditie verscheen onder de titelnbsp;Architect en aannemer, De opkomstnbsp;van de bouwmarkt in de Nederlandennbsp;1350-1530, ontving hij de prestigieuzenbsp;Karei van Manderprijs van de Verenigingnbsp;van Nederlandse Kunsthistorici. Momenteel is hij als universitair docent middeleeuwse architectuurgeschiedenisnbsp;verbonden aan de Universiteit Utrecht.

Merlijn Hurx studeerde Kunstgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht waar hij in 2004 cum laude zijn bul behaalde.nbsp;Hij zette zijn studie voort met eennbsp;Research Master Art History innbsp;Utrecht die hij twee jaar later eveneensnbsp;cum laude afsloot. Daarna vertrok hijnbsp;naar de afdeling architectuur van denbsp;faculteit Bouwkunde in Delft waarnbsp;hij onderzoek deed naar de bouw vannbsp;grote werken in de Lage Landen aan

het einde van de Middeleeuwen.

Hoe zag zo’n bouwplaats er in die tijd uit? “Eigenlijk heel anders dan wij ons nu vaak voorstellen. Er liepen meestal geennbsp;honderden arbeiders tegelijk rond. Het was eigenlijk maar een



‘Wat opviel was dat sommige kerken, zoalsnbsp;de Pieterskerk in Leiden,nbsp;wat slordig in elkaar lekennbsp;te zijn gezet — MerlIjnHurxnbsp;kleine vaste ploeg van tien tot twintignbsp;steenhouwers en wat losse werkliedennbsp;die daarjaar in jaar uit aan het werknbsp;waren. Ze hakten de grote blokkennbsp;steen die vanaf de groeve in de zuidelijke Nederlanden ofDuitsland pernbsp;schip waren aangevoerd tot bruikbarenbsp;stenen en ornamenten. Dat kon tientallen of zelfs honderden jaren duren.nbsp;Zo werden bijvoorbeeld de Domkerknbsp;in Utrecht en de St. Jan in Den Boschnbsp;gebouwd.”

Een goede pul bier

Maar in dat traditionele bouwproces kwam juist in de door Merlijn Hurxnbsp;bestudeerde periode een opvallendenbsp;verandering. Dat is de grote ontdekking van zijn onderzoek.

“Ja, wat opviel was dat sommige kerken, zoals de Pieterskerk in Leiden,nbsp;wat slordig in elkaar leken te zijn gezet.nbsp;Bovendien vond ik overal merktekensnbsp;die kennelijk bedoeld waren alsnbsp;instructie voor de bouwers. Het leeknbsp;wel of er een prefab kerk was aangeleverd, een beetje zoals tegenwoordignbsp;een kast van ikea of een huis in eennbsp;Vinex wijk.”

In de bronnen, oude rekeningen

en contracten, vond Merlijn hier ook allerlei aanwijzingen voor. Door deze gegevens te combineren met zijn waarnemingen innbsp;oude kerken en gebouwen, kreeg hij een heel ander beeld vannbsp;de bouw van dergelijke grote projecten.



8 Illuster Maart 2017

-ocr page 9-

Tekst Joost Dankers Foto Koos Bommelé

? ? www.uu.nl/alumni

Het bleek dat zich in deze periode in de Nederlanden een uitzonderlijke ontwikkeling voltrok. Anders dan in de rest vannbsp;Noord-Europa werden grote publiekenbsp;bouwwerken als kerken en stadhuizennbsp;steeds vaker openbaar aanbesteed. Daarbijnbsp;speelden architecten een centrale rol.

“Die architecten ofbouwmeesters hadden goede contacten met de aannemers die de bouw uitvoerden en met denbsp;groeven die de natuursteen voor de bouwnbsp;leverden. Zij werden door de opdrachtgever, vaak een kerkelijke gemeente ofnbsp;stedelijke overheid, in de arm genomennbsp;om de bouw zo voordelig mogelijk tenbsp;realiseren. Dat ging dan zo: de architectnbsp;maakte een gedetailleerd plan voor denbsp;bouw en besprak dit met verschillendenbsp;aannemers. Die kwamen vervolgensnbsp;samen om met een goede pul bier innbsp;de hand rond een brandende kaars eennbsp;bieding te doen. Zolang de kaars brandde,nbsp;mocht er geboden worden en als de kaarsnbsp;op was ging de klus naar de laagste bieder.”

Centrale figuur

Maar wat was er nu zo vernieuwend aan deze manier van werken? “Dat zat hemnbsp;in de afstemming tussen de aannemer ennbsp;de leverancier van het bouwmateriaal.nbsp;Om goedkoper en sneller te kunnennbsp;werken, werden de stenen onderdelennbsp;voor een kerk of stadhuis bij de groevenbsp;op maat gehouwen. Daardoor konden


Mijn Utrecht

Merlijn

Studie Kunstgeschiedenis 2000-2006 Huis ‘Ik heb nooit in Utrecht gewoond,nbsp;wel al met al bijna een Jaar opnbsp;het Nederlands Interuniversitairnbsp;Kunsthistorisch Instituut in Florencenbsp;verbleven en in Leuven gestudeerd.nbsp;Dat was een prachtige tijd!'nbsp;Favoriete plek 'Het Pieterskerkhof, eennbsp;beetje het oog van de storm in denbsp;dynamische binnenstad. Mooi, ooknbsp;omdat de tijd daar stil lijkt te staannbsp;en de immuniteit van het kapittel nognbsp;zo goed te herkennen is.'

Benoemingen

? ? Merlijn Hurx

Kunstgeschiedenis (2006) winnaar van de Karei van Manderprijs van de

Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici voor zijn proefschrift/boek over denbsp;opkomst van de bouwmarkt in Nederland.

aannemers als het ware prefab bouwpakketten in natuursteen leveren die ter plekke in elkaar werden gezet tot eennbsp;compleet gebouw. Zo werd bijvoorbeeldnbsp;de St. Bavo in Haarlem gebouwd. Datnbsp;was een ware revolutie in de bouw en eennbsp;manier van werken die we tot op de dagnbsp;van vandaag kennen.”

Die nieuwe werkwijze vergde ook een andere rol van de architect. Hij wasnbsp;niet langer de voorman op de bouwplaats,nbsp;maar een adviseur van de opdrachtgevernbsp;die zich specialiseerde in het ontwerpnbsp;en de coördinatie van het bouwproces.nbsp;“De architect werd de centrale figuur innbsp;de bouw. Het meest succesvolle voorbeeldnbsp;van dit nieuwe type ontwerper isnbsp;Rombout Keldermans. Hij had in opdracht van het hof, de kerk of de stedelijkenbsp;overheid, de supervisie over wel tien ofnbsp;twintig grote bouwprojecten per jaar,nbsp;verspreid over de hele Nederlanden.nbsp;Per project had Keldermans slechts enkelenbsp;dagen perjaar tijd om de bouwplaats tenbsp;bezoeken, net als beroemde architectennbsp;tegenwoordig. Daarmee was hij eigenlijknbsp;de Rem Koolhaas van zijn tijd.” ?

Jochem Wijten

Scheikunde (2016) heeft de Unilever

Research Prijs gewonnen voor zijn masteronderzoek naar een efficiënterenbsp;opslag van zonne-energie.

Esther Kluwer

Sociale Psychologie (1993)

is benoemd tot bijzonder hoogleraar Duurzame Relaties aan de Radboudnbsp;Universiteit Nijmegen.

Peter Kok

Wijsbegeerte (1990) is met ingang van komende zomer benoemd alsnbsp;ambassadeur van Ierland.

Floris de Gelder

Nederlands Recht (1995) ontving bij zijn afscheid als directeur van het

Utrecht Science Park de Provinciale Erepenning 2016.

Bart Rutte

Algemene Letteren (1997)

is benoemd ais directeur van het Centraal Museum Utrecht.

Martin van den Berg Diergeneeskunde (1986 promotie)nbsp;is winnaar van de UU Publiprijs 2015nbsp;voor een Utrechtse wetenschappernbsp;die prominent in de media is geweest

Paul van Vlijmen Kunstgeschiedenis (1982) en Harm Janssen Geofysicanbsp;(1997) zijn beide benoemd als lid van denbsp;raad van toezicht van Utrecht Marketing

Willem van der Pijl

Informatica (1994) is benoemd tot CEO bij Macaw.

Rijk van Ark sociale geografie (1982) is benoemdnbsp;tot directeur Utrecht Marketing.


Illuster Maart 2017 9

-ocr page 10-

Goed Besteed

Tekst Armand Heijnen Foto Ivar Pel


‘Het museum is de plek waar wetenschapnbsp;en samenleving bijnbsp;elkaar komen’

quot;Het Universiteitsmuseum Utrecht wordt het eerste echte onderzoeksmuseum van Nederland. We richtennbsp;ons op 100.000 bezoekers per jaar. De universiteit wil vianbsp;het museum wetenschap delen met de samenleving ennbsp;het publiek actief betrekken bij Utrechts onderzoek. Hetnbsp;museum wordt een plek waar bezoekers en onderzoekers elkaar ontmoeten. Het bezoek maakt niet alleennbsp;kennis met actueel onderzoek, maar krijgt ook inzicht innbsp;hoe onderzoek werkt. Dat is heel relevant in een tijdnbsp;waar resultaten van wetenschappelijk onderzoek steedsnbsp;vaker in twijfel worden getrokken.quot;

Aldus Monique Mourits, directeur van het Utrechtsnbsp;Universiteitsmuseum.

Het Utrechts Universiteitsfonds heeft eind vorig jaar uit denbsp;nalatenschap van mevrouw Annanbsp;Catharina Vercruijsse-Brouwers,nbsp;alumna Geneeskunde en aan denbsp;universiteit jarenlang werkzaam als jeugdarts,nbsp;een gift ontvangen. Die heeft een bestemmingnbsp;gekregen bij dit museum. Monique Mourits lichtnbsp;het belang van zo’n gift toe.

“Dankzij campagnes als Doorgeven ontvangen wij met regelmaat bijdragen van alumni aan projectennbsp;ten behoeve van collectie of educatieve projecten.nbsp;Nog nooit eerder echter ontvingen wij van hetnbsp;Universiteitsfonds zo’n groot bedrag.

Voor iedereen die nieuwsgierig is

“Het museum is de plek waar wetenschap en samenleving bij elkaar komen. Zeg maar: eennbsp;‘familiemuseum’ voor iedereen die nieuwsgierig is.nbsp;Net als jeugdarts mevrouw Vercruijsse-Brouwersnbsp;werken ook wij voor de jeugd. Maar we zijn uit onzenbsp;jas gegroeid: in 1996 werd het gebouw ontworpennbsp;voor 20.000 bezoekers per jaar. Vier jaar geledennbsp;ontvingen we al 55.000 bezoekers en de afgelopennbsp;twee jaar tegen de 75.000. Willen we al die kinderen,nbsp;jeugdigen en hun families blijven ontvangennbsp;en bedienen, dan moeten we het museum gaannbsp;vergroten en vernieuwen.

“Bij zo’n exercitie maakt een gift van deze omvang werkelijk verschil. Het museum heeft grote ambitiesnbsp;en voor het vernieuwingsproject zijn veel externenbsp;middelen nodig. Deze gift helpt ons heel veel verder.nbsp;De komende anderhalfjaar hopen we de laatste tweenbsp;ton bij elkaar te krijgen.


10 Illuster Maart 2017


-ocr page 11-


? ? www.uu.nl/alumni


Wilt u het Universiteitsmuseum ooknbsp;steunen? Dat kan. Help mee omnbsp;het werk van Johanna Westerdijknbsp;voort te zetten en te exposeren innbsp;het Universiteitsmuseum.

? ? nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2



“In het nieuwe museum komen oud en nieuw bij elkaar. We gebruiken de prachtige erfenis die we beheren van honderdennbsp;jaren onderzoek en onderwijs met werkelijk bijzondere stukken. En we gebruikennbsp;nieuwe onderwijsmaterialen uit de faculteiten. In datlandschap van wetenschapnbsp;van vroeger en nu creëren we plekkennbsp;—Fieldlabs— waar de bezoeker kennis kannbsp;maken met actueel onderzoek. Daarmeenbsp;zijn we echt vernieuwend, en hiervoornbsp;zijn de gelden uit de nalatenschap vannbsp;mevrouw Vercruijsse-Brouwers bestemd.

Data voor onderzoek verzamelen

“In zo’n Fieldlab maken kinderen en hun ouders of grootouders live kennis metnbsp;onderzoek en onderzoekers. Ze wordennbsp;uitgenodigd zelf aan onderzoek bij tenbsp;dragen als citizen scientist of proefpersoon.nbsp;Tegelijk heeft de wetenschapper daarmeenbsp;een podium—én om zijn wetenschap tenbsp;tonen, én om data voor zijn onderzoeknbsp;te verzamelen. In februari is een Fieldlabnbsp;pilot geopend, het Schimmellab— een

‘Het mooie is dat veel van de bijzonderenbsp;coUectiestukken eindelijknbsp;het depot uit zullennbsp;komen en gedeeld wordennbsp;met het publiek’

onderwerp mede naar aanleiding van 100 jaar Johanna Westerdijk, de eerstenbsp;vrouwelijke hoogleraar van Nederlandnbsp;die was gespecialiseerd in schimmel-onderzoek. (Zie ookpag. 24, red.)

“We gaan voor de herinrichting van het museum veel bijzondere collectie-stukken restaureren en tentoonstellingennbsp;ontwerpen. Het mooie is dat veel van denbsp;bijzondere coUectiestukken eindelijk hetnbsp;depot uit zullen komen en gedeeld wordennbsp;met het publiek. Daarnaast wordennbsp;onderzoeksgebieden over het hele bredenbsp;veld van de universiteit begrijpelijknbsp;gemaakt worden voor bezoekers.


mogelijk. De Hofvijverkring is vastbesloten dit succes te herhalen met een nieuw initiatief: een beurzenprogramma dat jonge veelbelovende onderzoekers een financiële onderzoeksimpuls geeft. Ook langs deze weg wil de Hofvijverkring toponderzoek aannbsp;de Universiteit Utrecht ondersteunen.



“Natuurlijk beveel ik dit project van harte aan bij alumni die zich hierdoornbsp;aangesproken voelen. En ik wil ze graagnbsp;uitnodigen om een kijkje te komen nemennbsp;in het Schimmellab. ?

Tijdens de jaarbijeenkomst van het Universiteitsfonds waren enkele familieleden van mevrouw Vercruijsse-Brouwersnbsp;aanwezig om de gift van 100.000 euro aannbsp;het Universiteitsmuseum te overhandigen.nbsp;Het betreft een van de hoogste giften uitnbsp;de geschiedenis van het fonds. Mevrouwnbsp;Vercruijsse-Brouwers was al vanaf de jarennbsp;zeventig vriend van het fonds.


Illuster Maart 2017 11

-ocr page 12-

JAN Äi

netwer

Voor alumni tot 35 jaar is er het Jonge Alumni Netwerk (JAN). Het bestuur van het JAN organiseert activiteiten en evenementennbsp;waarbij jij op een informele manier je netwerk kunt uitbreiden.

Onder de naam InclUUsion biedt de Universiteit Utrecht sinds kort gratis cursussen aan voor vluchtelingen (met- of zonder status) met een academische achtergrond. Zij kunnennbsp;bij de universiteit losse vakken volgen in afwachting van hun verblijfsvergunning of vannbsp;andere documenten die hen in de gelegenheid stellen verder te studeren in Nederland.nbsp;Het JAN spreekt projectleider ElenaValbusa over dit bijzondere project.

Studenten, docenten en alumni aan het werknbsp;met vluchtelingen

‘Hij heeft een groep uu studenten verzameld en gaat metnbsp;hen Engelse lessen aannbsp;vluchtehngen bieden.’

Hoe is InclUUsion ontstaan? “Het idee voor InclUUsion komt van twee PhD studenten: Marije Swinkels ennbsp;Hilke Grootelaar. Ze waren al een tijd geďnteresseerdnbsp;in de vluchtelingenstroom en de daaruit voortvloeiende uitdagingen voor integratie. Ze merkten bijvoorbeeld dat studenten met een migratieachtergrondnbsp;vaak lang moeten wachten tot ze volwaardig deelnbsp;kunnen nemen aan een bachelor- of masteropleidingnbsp;en vroegen zich af wat zij als docenten en onderzoekers aan de uu op korte termijn konden realiserennbsp;voor deze mensen. Eén jaar geleden, in maart 2016,nbsp;besloten ze dat ze zelf tot actie moesten overgaan ennbsp;zich, in samenwerking met de Stichting voornbsp;Vluchteling-Studenten (uaf), te richten op studentennbsp;die ‘in de wacht’ staan.

“Ikzelf ben pas eind juni- begin juli in contact gekomen met Hilkenbsp;en Marije, toen zij bij de Summerschool aanklopten met de vraagnbsp;of ook wij cursussen open wildennbsp;stellen voor vluchtelingen.nbsp;Directeur Jeroen Torenbeek wasnbsp;zeer bereid om mee te denken ennbsp;ook mede dankzij het enthousiasmenbsp;van de uss-docenten konden we binnen twee wekennbsp;vijftien studenten in verschillende cursussen plaatsen.nbsp;InclUUsion, in de huidige vorm, bestond toen nognbsp;niet ‘officieel’. Pas eind september hebben we van hetnbsp;college van bestuur van de universiteit gehoord datnbsp;het project financiële ondersteuning zou krijgen voornbsp;een jaar. Vanaf dat moment ben ik als projectleidernbsp;verbonden aan InclUUsion en is mij gevraagdnbsp;het verder uit te bereiden en een vaste plek te gevennbsp;binnen de universiteit.”

Waarom ben jij IndUUSion gaan ondersteunen?

“InclUUsion geeft mij de kans om iets te doen, om te reageren op een van de meest dramatische gebeurtenissen van deze eeuw. De omvang van gebeurtenissennbsp;zoals oorlog, dictatuur, honger, migratiestromen ennbsp;dergelijke werkt verlammend. Je voelt dat als gewonenbsp;burger de wereld niet zomaar kan veranderen.nbsp;InclUUsion geeft mij het gevoel dat ik wel wat kannbsp;doen. Die energie die ik daar uit haal heeft resultaat:nbsp;in slechts tien maanden tijd hebben al meer dan tachtignbsp;studenten een plek gekregen in ons onderwijs! ”

Waarom past InclUUsion bij de Universiteit Utrecht? “Onderzoek van de Wetenschappelijke Raad voornbsp;Regeringsbeleid wijst uit dat wachten integratienbsp;belemmert. Als opleider van de toekomstige generatienbsp;heeft de universiteit een belangrijke maatschappelijkenbsp;taak om scholing voor een brede groep mogelijk tenbsp;maken en daarbij inclusief te werk te gaan.


12 Illuster Maart 2017

-ocr page 13-

Tekst Koen van Vliet Foto's Nazier Kariembaks

? ? www.uu.nl/jan


InclUUsion biedt niet alleen vluchtelingen een kans op een beter bestaan, maar geeftnbsp;ook docenten en studenten de mogelijkheid om iets te doen. Alle partijen lerennbsp;van elkaar en dat draagt bij aan wederzijdsnbsp;begrip.

Jullie leggen ook contacten tussen Utrechtse studenten en alumni en buitenlandse studenten, hoe werkt dat precies? “Sinds beginnbsp;november hebben we een buddysysteem,nbsp;‘uu students for InclUUsion students.’nbsp;Het initiatiefis mede dankzij de medewerking van drie studentleden van denbsp;Universiteitsraad ontstaan. Samen organiseren we verschillende sociale activiteiten.nbsp;Van het Utrechts Universiteitsfonds vianbsp;het Jonge Alumni Netwerk hebben wenbsp;daar een financiële bijdrage voor gekregen. De buddy’s zijn uu studenten die zichnbsp;graag inzetten voor vluchtelingen.nbsp;Eigenlijk gebruik ik liever de naamnbsp;InclUUsion studenten. Denk aan ondersteuning bij het gebruik van Osiris,nbsp;Blackboard, de bibliotheek, het vindennbsp;van klaslokalen in Utrecht, bij het schrijven van een paper in het Engels, of bijnbsp;het voorbereiden van een presentatie.nbsp;Of om gewoon samen ergens koffie tenbsp;gaan drinken. Het buddysysteem is opennbsp;voor alle uu en exchange studenten.nbsp;We hebben op dit moment meer dannbsp;honderd studenten die zich als buddynbsp;hebben aangemeld.


“Als InclUUsion ondersteunen we ook een nieuw initiatief dat door Philipnbsp;Wozny, een masterstudent uit de vs is opgestart. Hij heeft een groep uu studentennbsp;verzameld en gaat met hen Engelse lessennbsp;aan vluchtelingen bieden. InclUUsionnbsp;studenten kunnen daarvan ook profiteren.nbsp;Dit initiatief lijkt veel op “Welnu” vannbsp;rechtenstudent Roos Ykema die taallessennbsp;voor Azc-bewoners organiseert.”

Wat zijn de lange termijnplannen voor InclUUsion en kunnen alumni daar nog een rolnbsp;in spelen? “quot;Nothinggreat was ever achievednbsp;without enthusiasm’, zei Ralph Waldonbsp;Emerson. Zijn quote is een beetje hetnbsp;motto van Hilke, Marij en mij geworden.nbsp;Onze volgende stap is het project een pleknbsp;geven in de organisatie. Het zou mooi zijnnbsp;als de vluchtelingen uiteindelijk officieelnbsp;toegelaten worden tot een studie.nbsp;Daarvoor moet een officiële toelatingsprocedure plaatsvinden. Daar valt nognbsp;veel winst te behalen, in termen vannbsp;informatieverstrekking, wegwerken vannbsp;deficiënties, skills ontwikkeling, studiebegeleiding, enzovoort. Ik ben wel positief, de uu beweegt zich in deze richting.nbsp;Hopelijk wordt InclUUsion binnen hetnbsp;diversiteitsplan van de uu opgenomen.”nbsp;“Ik zou graag met alumni in gespreknbsp;willen gaan om te kijken hoe we vluchtelingen verder kunnen helpen op denbsp;arbeidsmarkt. Alumni zouden eennbsp;waardevolle bijdrage kunnen leverennbsp;door bijvoorbeeld het aanbieden vannbsp;werkervaringsplekken, stages ofmeeloop-dagen. Zo krijgen onze studenten eennbsp;kijkje in de keuken en dat kan hen helpennbsp;in de zoektocht naar passend werk! ” ?


Illuster Maart 2017 13

-ocr page 14-



Z

Tekst Myrna Tinbergen Beeid Shuü^tock


teti met minidarmpj es



Onderzoekers, artsen en patiëntenorganisatie slaan de handen ineen bij de aanpak

I nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;van taaislijmziekte


Ging je in de jaren vijftig nog binnen enkele jaren dood


aan Cystic Fibrosis, tegenwoordig bestaat de kans datje met deze ‘taaislijmziekte’je pensioen haalt. De ‘minidarmpjestest’van het


UMC Utrecht en een unieke samenwerking tussen ziekenhuis en patiëntenorganisatie helpen de behandeling een flinke stap verder.


Een gesprek met Jeffrey Beekman, moleculair bioloog in het umc Utrecht, en Jacquehen Noordhoek, directeur vannbsp;de Nederlandse Cystic Fibrosis Stichting (ncfs).“Zonder dezenbsp;samenwerking was dit nooit zo snel gelukt.”



-ocr page 15-

? ? www.uu.nl/onderzoek/life-sciences



Jacqueiien Noordhoek is directeur van de Nederlandse Cystic Fibrosis Stichtingnbsp;(NCFS) en president van CF Europe,nbsp;waarin 41 landen zijn vertegenwoordigd.nbsp;Daarnaast is zij lid van de Raad vannbsp;Toezicht van het Flevoziekenhuis.nbsp;Noordhoek studeerde Sociale Wetenschappen (orthopedagogiek) aan de Vrijenbsp;Universiteit Amsterdam en Bedrijfskundenbsp;aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

Jeffrey Beekman is moleculair bioloog en universitair hoofddocent bij het UMCnbsp;Utrecht. Hij leidde het onderzoek naarnbsp;de ontwikkeling van de test om de werkzaamheid voor individuele patiënten tenbsp;bepalen van nieuwe medicijnen tegennbsp;taaislijmziekte (zie kader). Beekmannbsp;studeerde moleculaire biologie aan denbsp;Universiteit Utrecht en promoveerdenbsp;in 2004. Hij ontving onder meer onder-zoeksprijzen van het Nederlandsenbsp;Longfonds en de Europese CF society.


(wKz) op de kamer van kinderlongarts Kors van der Ent, die zich net als Beekmannbsp;en Noordhoek al jaren bezighoudt metnbsp;taaislijmziekte. Stafsecretaresse Myriamnbsp;Oiling brengt cappuccino en chocolade-koekjes, want zij gokt dat Beekman zijnnbsp;lunch weer eens heeft overgeslagen.

Stofwisselingsziekte, geen longaandoening Er zijn in Nederland ruim 1.500 mensennbsp;met taaislijmziekte. “De meeste mensennbsp;denken dat Cystic Fibrosis een longaandoening is, maar dat is het niet”, zegtnbsp;Noordhoek, die dat misverstand graagnbsp;meteen uit de weg ruimt. “Het is een stofwisselingsziekte op celniveau. Patiëntennbsp;hebben vaak last van luchtwegproblemen,nbsp;maar taaislijmziekte heeft ook effect opnbsp;je spijsverteringsorganen, zoals darmen,nbsp;lever en alvleesklier — dat is een heelnbsp;gevoelig orgaan. In een later stadiumnbsp;heeft CF zelfs invloed op je hart, omdat datnbsp;veel meer arbeid moet verrichten tijdensnbsp;de steeds terugkerende longinfectie.”nbsp;Bij mensen met CF is vaak de alvleesklier-functie om voedsel te verteren verstoord.nbsp;Als mensen ouder worden, krijgen zenbsp;ook vaak last van diabetes.

Cystic Fibrosis heeft een grote impact op iemands leven, weet zij als geen ander.nbsp;“De gemiddelde patiënt slikt zo’n acht totnbsp;tien verschillende medicijnen per dag.nbsp;Vooral antibiotica en middelen die denbsp;spijsvertering ondersteunen, soms welnbsp;tachtig pillen per dag! Iemand moetnbsp;bijvoorbeeld per maaltijd en ook bijnbsp;tussendoortjes zes ŕ zeven pillen metnbsp;spijsverteringsenzymen slikken, anders

‘Er zijn in Nederland een half miljoennbsp;mensen drager vannbsp;dit gen. Dat weet bijnanbsp;niemand!’ — Jacqueiien Noordhoek

worden vetten en vitamines niet goed opgenomen. De gemiddelde patiëntnbsp;heeft twee keukenkastjes uitgeruimdnbsp;om alle medicatie kwijt te kunnen.”

“En als zij op vakantie gaan, nemen ze vaak een extra koffer met medicatienbsp;mee”, vult Beekman aan. “Daarnaastnbsp;krijgen ze nog fysiotherapie en inhalatie-therapie.” “Iemand met een vergevorderdenbsp;vorm van CF is zo drie uur per dag aannbsp;therapie kwijt”, zegt Noordhoek.

Half miljoen dragers in Nederland

Cystic Fibrosis is een aangeboren, erfelijke aandoening. Kinderen erven het ‘cftr-gen’ van beide ouders. “Er zijn in Nederland een half milj oen mensen drager vannbsp;dit gen, dat weet bijna niemand”, zegtnbsp;Noordhoek. “Dat is bijna één op de dertignbsp;mensen.”

Het moeilijke is dat er wel tweeduizend ! verschillende mutaties van het gen bekendnbsp;zijn. “Die leiden niet allemaal tot dezelfdenbsp;ziektelast”, aldus Beekman. “Zelfs tweenbsp;mensen met dezelfde mutatie kunnennbsp;nog een heel ander verloop van de ziektenbsp;hebben. Ook de ernst kan erg variërennbsp;en de leeftijd waarop de ziekte zichnbsp;openbaart.”

Een van de eerste mogelijke symptomen is als een kind vlak na de geboorte niet kan poepen, vertelt Noordhoek.nbsp;“Dan krijgt zo’n baby een bolle buik en zie !nbsp;je op een echo dat de darmpjes vol zittennbsp;met ontlasting. Dat krijgje met een klysma !nbsp;vaak niet weg en moet dus operatiefnbsp;worden verwijderd. Vaak ruikt ontlastingnbsp;van een kindje met CF ook heel raar, vooral !nbsp;moeders merken dat snel, die geur is ooknbsp;een duidelijke indicatie voor cf.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;; ?


Illuster Maart 2017 15

-ocr page 16-

Medicijnen testen met minidarmpjes


Sinds kort bestaat er een test die de werkzaamheid van nieuwe medicijnen tegen Cystic Fibrosis (taaislijmziekte) snel ennbsp;makkelijk kan voorspellen. De test is ontwikkeld door onderzoekers van het UMCnbsp;Utrecht en het Hubrecht Instituut, ondernbsp;wie moleculair bioloog Jeffrey Beekman.nbsp;quot;Met deze test kunnen wij vooraf bepalennbsp;of een nieuw medicijn wel of niet zal aanslaan bij een patiënt.quot; De test maakt gebruik van stamceltechnologie, ontwikkeldnbsp;in het lab van geneticus Hans devers.nbsp;quot;We halen eerst wat weefsel weg uit denbsp;darmwand van een CF-patiënt. Deze cellennbsp;kunnen we via stamceltechnologie oneindig vermeerderen. Zo maken we eennbsp;model met 'minidarmpjes'. Daarin wekkennbsp;we vervolgens quot;diarreequot; op door eennbsp;chemisch stofje (forskoline) toe te dienen.nbsp;dat hetzelfde effect heeft als cholera.nbsp;De minidarmpjes zijn een soort kleinenbsp;ballonnetjes, die opzwellen als je datnbsp;stofje toedient. Bij mensen met CF is datnbsp;zwelproces volledig afwezig. Dit is ooknbsp;afhankelijk van de ernst van de mutatienbsp;van het CFTR-eiwit. CF-minidarmpjesnbsp;kunnen pas zwellen wanneer medicijnennbsp;het CFTR-eiwit repareren.quot; quot;Met deze

test kunnen we CF en de effecten van medicijnen dus individueel meetbaarnbsp;maken en dat is nieuw. Onze test is snelnbsp;en op grote schaal uitvoerbaar, en daardoor kosteneffectief.quot; Bovendien is denbsp;test ook bruikbaar in andere weefselsnbsp;en voor andere toepassingen, waardoornbsp;we tevens de meer gebruikelijke experimenten in muizen en konijnen kunnennbsp;verminderen of zelfs overbodig maken.quot;


? Kinderen kunnen vlak na de geboorte een longontsteking ontwikkelen. Dat is

; vreemd, want een pasgeboren baby heeft afweer nieegekregen van zijn moeder.

; Ook het zweet van zo’n kindje smaakt vaak zout, dat merkje als je het knuffelt.

! Er is dus een brede range van symptomen.” De eerste levensjaren kunnen ooknbsp;redelijk normaal verlopen, doordat het

¦ kind een milde (re) variant heeft. “Zo’n

; kind is dan wel vaak kucherig, makkelijk verkouden en snel moe”, zegt Beekman.nbsp;“Hopelijk legt een kinderarts dan de linknbsp;met CF. Er zijn ook zeldzame mutatiesnbsp;bekend die alleen tot vruchtbaarheidsproblemen leiden bij de man. Dan blijkennbsp;de zaadleiders niet of slecht aangelegd als

; gevolg van een milde vorm van cf.”

Bij de behandeling is het belangrijk om

: te weten welke mutatie iemand heeft. Het

; NCFS zette tien jaar geleden een database op waarin alle gegevens van CF-patiënten

; worden geregistreerd. “Wij zeggen altijd: ‘Ken je mutatie’ tegen patiënten”, zegt de

; NCFS-directeur. “Er zijn in Nederland zeven CF-behandelcentra die hun datanbsp;bij ons aanleveren. Zo kunnen wij preciesnbsp;zien wie van de 1.532 patiënten innbsp;Nederland welke mutatie of combinatienbsp;heeft. Deze informatie is erg belangrijk bijnbsp;de ontwikkeling en toelating van nieuwenbsp;medicijnen op de markt.”

Levensverwachting verdubbeld

Tot voor kort waren er geen geneesmiddelen om de aandoening aan te pakken. “We deden enkel aan symptoombestrijding”, vertelt Noordhoek. Daarmee isnbsp;inmiddels wel enorme winst geboekt.nbsp;“In de jaren vijftig was de gemiddeldenbsp;levensverwachting van CF-patiëntjesnbsp;vijf ŕ zes jaar. Twintigjaar geleden wasnbsp;dat zo’n 23 jaar en nu zitten we al op ruimnbsp;veertig jaar. Een verdubbeling van denbsp;levensverwachting, enkel door symptoombestrijding. Dat stijgt nog steedsnbsp;en ook de snelheid waarmee het gebeurt.nbsp;De verwachting is dat kinderen die nunbsp;geboren worden zelfs hun pensioen gaannbsp;halen. Daar word ik ontzettend blij van.”nbsp;Maar de grootste winst zal wordennbsp;geboekt met nieuwe medicijnen.

De eerste zijn inmiddels op de markt en er zijn nieuwe op komst. “Het mooie vannbsp;deze nieuwe medicijnen is dat ze zorgennbsp;dat het CFTR-eiwit weer functioneert.nbsp;De medicijnen zijn alleen erg duur ennbsp;de effectiviteit hangt erg af van het typenbsp;CFTR-mutatie. Zelfs mensen met dezelfdenbsp;mutatie reageren nog verschillend erop.nbsp;Daarom is onze test zo prachtig! Met denbsp;minidarmpjes kunnen wij kijken of eennbsp;medicijn voor een bepaalde patiënt zalnbsp;werken (zie kader hierboven). Zo kunnennbsp;we nieuwe medicijnen vanuit de industrienbsp;vooraf testen.”

Onderdeel van de hielprik

Sinds 2011 is de controle op Cystic Fibrosis onderdeel van de hielprik bij baby’s. “Wijnbsp;hebben veel onderzoek gefinancierd ennbsp;veel gelobbyd om dat mogelijk te maken,nbsp;samen met het rivm”, zegt Noordhoek.nbsp;“Er zijn nu negentien ziektebeelden opgenomen in de hielprikscreening, waarondernbsp;dus CF. Een belangrijke stap voorwaarts.”nbsp;Als baby’s met cf bij de hielprikscreening binnen vier tot zes weken eruit


16 Illuster Maart 2017

-ocr page 17-

? ? www.uu.nl/onderzoek/life-sciences

worden gehaald, wordt hun prognose zóveel beter. “Hoe eerder je ingrijpt, hoenbsp;beter hun levensverwachting. Luchtwegproblemen brengen immers onomkeerbare schade toe. Als je vroeg kunt ingrijpen,nbsp;kun je ook preventief gaan behandelen.”

De meeste CF’ers slikken onderhouds-doses antibiotica om te voorkomen dat zij slachtoffer worden van een luchtweg-infectie en er littekenweefsel in de longennbsp;ontstaat. Ook bescherming van de alvleesklier is erg belangrijk, stelt Beekman.nbsp;“De aanleg van de pancreas is meestal alnbsp;tijdens de zwangerschap verstoord geraakt.nbsp;Dan ontstaan er direct problemen metnbsp;de vetopname en zie je dat kindjes nietnbsp;goed groeien. Dat heeft weer invloednbsp;op hun afweer. Daarom is goede voedingnbsp;zo belangrijk bij CF.”

‘Wij kunnen wel mooie oplossingennbsp;bedenken in het lab, maarnbsp;die moeten uiteindelijknbsp;wel terechtkomen bijnbsp;de patiënt. — Jeffrey Beekman

Patiënten hoeven geen streng dieet te volgen, maar moeten volgens Noordhoeknbsp;vooral goede, gezonde voeding krijgennbsp;met extra calorie-inname. “cp-kinderennbsp;moeten veel meer eten dan anderenbsp;kinderen en ook voldoende bewegen.nbsp;Maar het lastige is dat hun eetlust vaaknbsp;is verminderd. Het is zoeken naar eennbsp;goede balans.”

Zorgketen stroomlijnen

Beekman: “Als je met onderzoek dingen wilt bereiken, moetje zorgen datnbsp;onderzoekers met clinici en patiëntennbsp;samenwerken, zodat de hele keten wordtnbsp;gestroomlijnd. Wat kunnen we als onderzoekers bieden en wat hebben patiëntennbsp;nodig? Die vertaalslag is ontzettendnbsp;belangrijk. Wij kunnen wel mooie oplossingen bedenken in het lab, maar dienbsp;moeten uiteindelijk wel terechtkomennbsp;bij de patiënt. Pas als het één geďntegreerdenbsp;club is, kun je meters maken. Zo hebbennbsp;we in vier jaar tijd een vertaalslag gemaaktnbsp;naar de patiënt: van de eerste observatienbsp;dat minidarmpjes zwellen naar de eerstenbsp;succesvolle behandeling.”

Uniek is dat deze minidarmpjes ook in een biobank worden opgeslagen, zodatnbsp;toekomstige medicijnen getest kunnennbsp;worden zonder opnieuw naar de patiëntnbsp;te hoeven gaan. Deze biobank, die doornbsp;stichting Hubrecht Organoid Technologynbsp;(hub) wordt opgezet, werkt inmiddelsnbsp;samen met de meeste industrieën dienbsp;nieuwe CFTR-gerichte geneesmiddelennbsp;maken. Zo kunnen we kandidaat-medicijnen op effectiviteit selecterennbsp;en tegelijkertijd aangeven wie er innbsp;klinische studies baat bij kunnen hebben.nbsp;Zo wordt het ontwikkel- en zorgtrajectnbsp;nog verder gestroomlijnd met als doelnbsp;de patiëntbelasting en kosten te drukken,nbsp;en versneld nieuwe medicijnen beschikbaar te krijgen.

Op II januari ondertekenden het UMC Utrecht en de ncfs een overeenkomstnbsp;voor samenwerking in (inter) nationaalnbsp;onderzoek. De ambitie is om de komendenbsp;vijfjaar een geďndividualiseerde behandeling voor alle mensen met Cystic Fibrosisnbsp;in Nederland te realiseren. Als dat lukt,nbsp;zal CF in de toekomst voor patiënten geennbsp;dodelijke ziekte meer zijn. “Zo’n nauwenbsp;samenwerking tussen een ziekenhuis ennbsp;een patiëntenorganisatie is in Nederlandnbsp;uniek, ook wereldwijd”, concludeertnbsp;Noordhoek. “Bij de Cystic Fibrosisnbsp;Foundation in Washington zeiden zenbsp;onlangs: ‘You guys are far ahead of us.’nbsp;Daar zijn we ontzettend trots op.” ?

Schade aan weefels en organen herstellen

De Universiteit Utrecht en het UMC Utrecht nemen deel aan RegMed XB,nbsp;een nieuw instituut voor regeneratieve geneeskunde. In RegMed XBnbsp;(REGenerative MEDicine crossingnbsp;Borders) werken gezondheidsfondsen,nbsp;wetenschappers, ondernemersnbsp;en artsen in Nederland samen aannbsp;nieuwe oplossingen voor patiëntennbsp;met ziekten als diabetes, nierziektennbsp;en osteoartritis (artrose).

Regeneratieve geneeskunde heeft tot doel zieke of beschadigde weefsels en organen te herstellen. Hiermeenbsp;kunnen we chronische ziektes in denbsp;toekomst mogelijk genezen. Regeneratieve geneeskunde is één van denbsp;speerpunten binnen het strategischnbsp;onderzoeksthema Life Sciences vannbsp;de Universiteit Utrecht.


Illuster Maart 2017 17

-ocr page 18-

Bouwjaar 1979 Tom Wennekes — De student anno 2017

Foto Maarten Hartman

Tijdens de viering van de verjaardag van de universiteit worden de eerste 24 ledennbsp;van de nieuw opgerichte Utrecht Youngnbsp;Academy (UYA) voorgesteld. Excellente,nbsp;veelbelovende onderzoekers die nog nietnbsp;zo lang hun PhD op zak hebben, maarnbsp;wel in aanmerking komen voor eennbsp;'tenure track' richting hoogleraarschap.

Een van die UYA leden is chemicus

, die aan de bčtafaculteit onderzoek doet naar de complexenbsp;suikerlaag rondom cellen. quot;Alle cellennbsp;hebben zo'n laag en die werkt als eennbsp;communicatiemiddel tussen de cellennbsp;onderling. Als we de werking van dienbsp;suikermoleculen daar beter begrijpen,nbsp;kunnen we hiermee op termijn nieuwenbsp;medicijnen ontwikkelen.quot;

Wennekes is enthousiast over zijn eigen onderzoek, quot;maar het is ooknbsp;bijzonder stimulerend om af en toenbsp;eens uit dat kleine kringetje te komennbsp;en te praten met onderzoekers uit heelnbsp;andere disciplines.quot; En dat is preciesnbsp;de bedoeling van de UYA.

e eigen kleine kringetje tnbsp;komen’

quot;We hebben laatst onze missie vastgesteld; de UYA wil een kritische blik bieden op hoe onderzoek en onderwijsnbsp;binnen en buiten onze universiteit wordtnbsp;bedreven, het beleid erachter en de communicatie erover naar de samenleving.quot;nbsp;quot;Er bestaat een duidelijk spanningsveldnbsp;tussen presteren, omdat je wordt afgerekend op citaties, publicaties en beurzen,nbsp;en de toenemende roep om 'slownbsp;science': de tijd nemen, je zaken overdenken. Onze generatie zit middennbsp;in dat krachtenveld en wij zijn dannbsp;ook de aangewezen club om daar eennbsp;mening over uit te dragen.quot;


18 lUuster Maart 2017

-ocr page 19-

DU

dub.uu.nl

DUB, het Digitale Ublad, is het onafhankelijk medium van de Universiteit Utrecht. Op wwvv.dub.uu.nl vind je het meest actuele nieuws, achtergrondverhalen, discussienbsp;en columns op het gebied van onderwijs, onderzoek en studentenleven.

Studenten boos over duur wonen in The Student Hotel

Met een hotelvergunning stiekem huurwetten omzeilen. Zo bestempelen veel studenten de activiteiten van The Student Hotel.

In onder meer Amsterdam, Groningen en Den Haag zijn er de laatste jaren vestigingennbsp;van The Student Hotel geopend. De hotelsnbsp;bieden studentennbsp;voor maximaal eennbsp;jaar een gemeubileerde kamer aannbsp;en verzorgen verschillende anderenbsp;faciliteiten, zoalsnbsp;schoonmaak ennbsp;beveiliging. Ook innbsp;het stationsgebiednbsp;in Utrecht komtnbsp;binnenkort mogelijk een locatie.

Omdat ze werken met een

hotelvergunning, hoeven de hotels zich niet aan het huurrecht te houden en zijnnbsp;studenten wettelijk niet zo goed beschermdnbsp;als gewone huurders. Zo kunnen ze veelnbsp;gemakkelijker op straat worden gezet dannbsp;studenten die een reguliere kamer huren.nbsp;De tarieven voor een hotelkamer zijnnbsp;bovendien hoog, beginnend vanaf zo'nnbsp;635 euro per maand.

The Student Hotels maken misbruik van de woningnood in studentensteden ennbsp;glippen door de mazen van de wet,nbsp;waarschuwen studentenbonden. Ook denbsp;Utrechtse politieke partij Student amp; Starternbsp;uitte dergelijke bezwaren. The Student Hotelnbsp;herkent zich niet in het geschetste beeld.nbsp;Het bedrijf zegt zich vooral te richten opnbsp;internationale studenten die vaak maarnbsp;een korte periode in Nederland blijven.

Het Utrechtse gemeentebestuur laat weten weinig problemen te hebben met denbsp;constructie. The Student Hotel wordt geziennbsp;als een goede aanvulling op het regulierenbsp;kameraanbod in Utrecht. De universiteit,nbsp;die vaak grote problemen heeft om internationale studenten te huisvesten, houdtnbsp;er een vergelijkbare opvatting op na.





Universiteitsbibliotheek digitaliseert oude Ubladen

De Utrechtse Universiteitsbibliotheek gaat zo'n veertig jaargangen van het Ubladnbsp;digitaliseren. Het onafhankelijke universiteitsblad werd vier decennia lang gratisnbsp;verspreid in universiteitsgebouwen.

Het Ublad verdween in 2009. In 2010 ging het Ublad online verder als de nieuwssitenbsp;DUB (Digitaal Universiteitsblad). De oudenbsp;papieren jaargangen zijn nu alleen in denbsp;bibliotheek of op de redactie te raadplegen.nbsp;DUB ontving onlangs een subsidie van 9.800nbsp;euro van het K.F. Heinfonds om de artikelennbsp;ook online beschikbaar te maken.

UIT van vier naar vijf dagen

De Utrechtse Introductie Tijd (UIT) duurt vanaf dit jaar een dag langer. Ook het maximaal aantal deelnemers wordt uitgebreid,nbsp;van 4.000 naar 4.200. Volgens de organisatienbsp;van het evenement dat beginnende studenten kennis laat maken met de stad Utrecht ennbsp;het studentenleven passen alle activiteitennbsp;niet meer in een programma van vier dagen.nbsp;Er is zoveel te beleven dat een extra dagnbsp;noodzakelijk is geworden. De UIT vindt ditnbsp;jaar plaats van 14 tot en met 18 augustus.

Een vluchteling in huis

Bewoners van SSH-complexen die dat willen, kunnen gaan samenwonen met jonge vluchtelingen. Huizen waar een kamer vrijkomtnbsp;kunnen vragen of er een jonge statushoudernbsp;komt hospiteren. Bij een wederzijdse kliknbsp;krijgt de vluchteling de kamer toegewezen.nbsp;Studentenhuisvester SSH werkt voor het project samen met de ideële stichting Academienbsp;van de Stad. Die heeft ook enkele bewonersnbsp;van SSH-huizen geworven die als vraagbaaknbsp;optreden en bewoners en vluchtelingen gaannbsp;ondersteunen.


Illuster Maart 2017 19

-ocr page 20-

Alumni Interview

Je kan niet ‘niks’ van het leger vinden. Daarvoor zijn onze samenleving, cultuur en identiteit er te zeer mee verbonden. Dat is de stellige overtuiging vannbsp;Hedwig Saam, directeur van het Nationaal Militair Museum en Paul van Vlijmen,nbsp;directeur van de overkoepelende Stichting Defensiemusea. Een gesprek met tweenbsp;kunsthistorici over oorlog, vrede en — hoe kan het ook anders — kunst.

‘Rembrandts Nachtwacht zou hier ook prima op z˙n plek zijn’

Als je hier bent geweest, moetjenbsp;voelen dat vrede ietsnbsp;heel kwetsbaars is, ennbsp;absoluut niet vanzelfsprekend. —Hedwig Saam

Van Vlijmen: “Hebben jullie nou de Rus hier neergezet?” Saam: “Ja, tegenovernbsp;de Amerikaan.” Van Vlijmen: “Mooi,nbsp;spannend hoor! ” Op het asfalt buiten hetnbsp;Nationaal Militair Museum (nmm), vlak naast de landingsbaan van de voormalige vliegbasis Soesterberg,nbsp;staan twee straaljagers dreigend tegenover elkaarnbsp;opgesteld. Het is, in de ogen van beide kunsthistorici,nbsp;een esthetisch plaatje. Ze staan op de plek waar innbsp;Nederland ruim een eeuw geleden de militaire luchtvaart begon. “Zo’n sterke directe binding met denbsp;omgeving, dat is echt het allermooiste watje je alsnbsp;museum kunt wensen”, aldus Saam.

Veel meer dan in de kunstmusea waar Saam ruim zestien jaar werkte, speelt in het nmm de vraag wienbsp;de doelgroep is en hoe deze het beste bereikt kannbsp;worden. Vragen waarmee Saam doornbsp;haar journalistieke achtergrond welnbsp;vertrouwd is. “In de kunstwereld bennbsp;ik zelfde doelgroep: blank, hoogopgeleid, boven de vijftig. Ik vind hetnbsp;een enorm leuke uitdaging om in eennbsp;museum te werken dat zich tot een veelnbsp;grotere doelgroep verhoudt.” Niet datnbsp;ze zich ooit voor had kunnen stellen datnbsp;ze in een museum over de krijgsmachtnbsp;terecht zou komen. “Ik liep tijdensnbsp;mijn studie zelfs nog met een PLO-sjaal in protestennbsp;tegen de neutronenbom! ”

De stap naar defensiemusea was voor Van Vlijmen —wiens vader naar de Koninklijke Militaire Academienbsp;ging—wellicht iets minder groot. Hij heeft in zijnnbsp;carričre altijd de drukte opgezocht, ook waar dat nietnbsp;heel gebruikelijk was. “In het Catharijneconvent vondnbsp;de directeur dat ik teveel lawaai maakte, dat paste nietnbsp;bij het museum.” Een veel betere match was er metnbsp;Het Spoorwegmuseum, waar Van Vlijmen een groeinbsp;van 120.000 naar 400.000 bezoekers realiseerde. “Datnbsp;was te danken aan het feit dat er mensen kwamen dienbsp;nog nooit eerder in een museum geweest waren.”

Tachtigjarige oorlog

Het NMM zou elke Nederlander moeten aanspreken, vinden Saam en Van Vlijmen. “De thematiek vannbsp;oorlog en vrede is volstrekt verweven met onzenbsp;identiteit als Nederlander én als mens. Het gaat overnbsp;primaire drijfveren en over macht”, licht Saam toe.nbsp;Ook de wijze waarop onze samenleving is vormgegeven is onlosmakelijk verbonden met het militaire.nbsp;Naast geografie —zoals onze landgrenzen- noemt Vannbsp;Vlijmen ook de geschiedschrijving. “Kijk eens goednbsp;naar hoe we over ons verleden praten. We hebben hetnbsp;nooit over veertigjaar vrede, we hebben het over denbsp;tachtigjarige oorlog. Het zijn conflicten die ons hetnbsp;beste bij blijven.” Saam: “Dat geldt ook zeker voornbsp;muziek, voor kunst en de literatuur. Hele musea zijnnbsp;gevuld met stukken die het militaire als inspiratiebronnbsp;hebben. Rembrandts Nachtwacht bijvoorbeeld, dienbsp;zou hier ook prima op zijn plek zijn. Ik zou heel graagnbsp;een keer een grote tentoonstelling met schuttersstukken willen maken, om zo mensen te laten ziennbsp;dat het militaire in onze cultuur zit.”

De maatschappelijke relevantie van het museum is voor beiden de belangrijkste drijfveer. “We kunnennbsp;in deze huidige tijd niet om het onderwerp oorlognbsp;heen. Overal in de wereld heeft men het over uit-


20 Illuster Maart 2017

-ocr page 21-

Tekst Inge Mathijssen Foto's Ed van Rijswijck

Benieuwd naar het Nationaal Militair Museum?nbsp;Op zaterdag

24 juni spreken Paul van Vlijmen en Hedwig Saam verder over oorlog,nbsp;vrede en kunst. Kijk voor meernbsp;informatie over dit alumni-event innbsp;de agenda op

Rr



sluiting, insluiting, veiligheid, onveiligheid”, zegt Van Vlijmen. Het museum confronteert bezoekers met de consequenties van oorlog—en van vrede— ennbsp;daagt ze uit hier iets van te vinden. Juistnbsp;ook, zo benadrukt Van Vlijmen, omdatnbsp;eenieder in een parlementaire democratienbsp;invloed heeft op wat er met het legernbsp;gebeurt. “Je kunt op geen enkele maniernbsp;onverschillig zijn ten opzichte van ditnbsp;onderwerp.”

Brazilië, Singapore, Rusland en Polen, vallen hier allemaal om van verbazing.nbsp;In veel landen zijn militaire musea eennbsp;soort tempels van persoonsverheerlijking,nbsp;voor verheerlijking van macht.

Het Nationaal Militair Museum doet dat absoluut niet. Wat dat betreft zijnnbsp;we een heel Nederlands museum.”

Het valt op dat Saam en Van Vlijmen consequent naar het nmm verwijzen alsnbsp;een museum over oorlog én vrede. Dat hetnbsp;verschil tussen oorlog en vrede soms flinterdun kan zijn, dat is de enige boodschapnbsp;die Saam de bezoekers mee wil geven.nbsp;“Als je hier bent geweest, moetje voelennbsp;dat vrede iets heel kwetsbaars is, en dat hetnbsp;absoluut niet vanzelfsprekend is.” Dat verhaal vertelt Saam met twee straaljagers,nbsp;een Rus en een Amerikaan, op een stuknbsp;asfalt in Soesterberg. ?


Persoonlijke verhalen

Het NMM nodigt dan ook uit tot kritisch nadenken. Uiteenlopende persoonlijkenbsp;verhalen van militairen laten de dilemma’snbsp;van oorlogsvoering zien. Van Vlijmen:nbsp;“We vertellen bijvoorbeeld het verhaalnbsp;van de militair Hueting over de kolonialenbsp;oorlog in Nederlands-Indië. Maar we vertellen ook de versie van zijn baas, kapiteinnbsp;Westerling. Die verhalen zijn volkomennbsp;contrair: de één roept ‘oorlogsmisdaden’,nbsp;de ander ‘dit was de opdracht’.” Hetnbsp;museum is dan ook zeker geen pleknbsp;die oorlog verheerlijkt. Dat is in hetnbsp;buitenland nog wel eens anders. Saam:nbsp;“Internationale delegaties met mensennbsp;van vergelijkbare musea in bijvoorbeeld




Mijn Utrecht

Paul

studie Kunsthistorie (1973-1982)

Studentenhuis 'Ik woonde in een USC-huis op de Hugo de Grootstraat.

Favoriete plek in Utrecht 'Rondom de

Oude- en de Nieuwegracht, daar gebeurt het. En ook de geheimenbsp;binnentuinen middenin de stad.'


Mijn Utrecht

Hedwig


Studie Journalistiek (1979-1982), Kunsthistorie (1982-1986)nbsp;Studentenhuis 'Ik woonde op denbsp;Admiraal van Gentstraat.'

Favoriete plek in Utrecht 'Je kan me bijna iedere zaterdag op de bloemenmarkt op het Janskerkhof vinden.'


Illuster Maart 2017 21

-ocr page 22-

In de spotlight

In de jaren negentig liep Nederland internationaal voorop als het ging om preventieve bescherming van de volksgezondheid en van het milieu. Die status zijn we in rap temponbsp;kwijtgeraakt, stelt hoogleraar toxicologie Martin van den Berg. Als bij hem in het labnbsp;de alarmbellen gaan rinkelen, dan kan het soms nog wel jaren duren voordat er in denbsp;praktijk maatregelen worden genomen.

Gezondheid en economie staan op gespannen voet

Een toxicoloog is vrijwel nooit t de brenger van goed nieuws.nbsp;Hij rapporteert bijvoorbeeldnbsp;over gevaarlijke stoffen innbsp;de verf van treinen, over de risico’s dienbsp;jonge voetballertjes lopen op kunstgrasvelden en over verpakkingsmaterialen die schadelijke stoffen lekken innbsp;voedingsmiddelen. “Goed nieuws isnbsp;journalistiek minder interessant.nbsp;Dus kom ik alleen in het nieuws alsnbsp;er iets mis is”, zegt Van den Berg,nbsp;verbonden aan het iras (het Institutenbsp;for Risk Assessment Sciences (iras)nbsp;van de faculteiten Diergeneeskundenbsp;en Geneeskunde) en in 2016 winnaarnbsp;van de uu Publiprijs. Maar dat is dannbsp;00k een logisch gevolg van wat denbsp;toxicoloog doet; hij onderzoekt bijnbsp;welke dosis een bepaalde stof eennbsp;nadelig effect heeft op de gezondheidnbsp;of op het milieu.

Nuanceren en waarschuwen

De dosis, dat is het sleutelwoord in de toxicologie. Pas als je weet innbsp;welke concentratie een stof zich in hetnbsp;lichaam bevindt, kan er een conclusienbsp;worden getrokken over de schadelijkheid. Dat betekent datnbsp;Van den Berg zich geregeld geroepen voelt om enige nuancenbsp;aan te brengen in onder meer de discussie over de veiligheid

‘Een van de hot items voor

toxicologen op dit moment is voedingsverpakkings-

materiaal.’-

Martin van den Berg

van ons voedsel. “Veel van wat er verteld wordt over voedselveiligheidnbsp;is overdreven. Je kan bijvoorbeeld bestnbsp;dagelijks een hoeveelheid dioxinesnbsp;binnen krijgen zonder dat het ook maarnbsp;enig effect heeft op je lichaam.”nbsp;Mensen hebben tegenwoordig innbsp;grote mate last van wat toxicologennbsp;kennen als ‘chemofobie’: een extremenbsp;angst voor chemische stoffen. Het isnbsp;een angst die onterecht is - de meestnbsp;giftige stoffen zijn juist van natuurlijkenbsp;oorsprong. Daarbij wordt vaak vergeten dat het uiteindelijk draait omnbsp;de dosis. Toch begrijpt Van den Bergnbsp;wel waar het gevoel vandaan komt.nbsp;“Die cheniofobie is overgenomen uitnbsp;de jaren zestig, zeventig en tachtig,nbsp;toen allerlei stoffen zijn gemaakt dienbsp;achteraf gezien erg slecht waren en nunbsp;zijn verboden. Asbest is een voorbeeld,nbsp;maar ook odt en pcb’s.”

Belangrijker misschien wel, zijn de waarschuwingen die uit toxicologischnbsp;onderzoek voortkomen. Er wordennbsp;nog al eens concentraties ontdektnbsp;die ronduit benauwend zijn, zo steltnbsp;Van den Berg. “Een van de hot itemsnbsp;voor toxicologen op dit moment is voedingsverpakkingsmate-riaal. Om verpakkingen van een coating te voorzien, wordt denbsp;stof bisfenol A of andere bisfenol A-achtigen gebruikt.


22 Illuster Maart 2017

-ocr page 23-

Tekst Inge Mathijssen Foto's Ed van Rijswijck

Meer weten? Kom naar de Universiteitsdag opnbsp;zaterdag 1 april!


Dat is een soort plastic gemaakt van polycarbonaat en dat lekt in het product.nbsp;De waarden bisfenol A die wij in etenswaar terugvinden moeten echt drastischnbsp;naar beneden.” Met name de risico’s vannbsp;dergelijke stoffen op foetussen, zwangerenbsp;vrouwen en kinderen baart Van den Bergnbsp;zorgen. “Je probeert deze kwetsbare groepen tenbsp;beschermen, maarnbsp;omdat we onsnbsp;meestal baserennbsp;op proefdieronderzoek, is er altijd een mate van onzekerheid over de schadelijkheid van een stofnbsp;op mensen.”

Economisch belang gaat voor

Juist door die onzekerheid is er baat bij voorzichtigheid. Daar lijkt de moderne,nbsp;sterk economisch georiënteerde politieknbsp;echter lang niet altijd prioriteit aan tenbsp;geven. Volgens Van den Berg is er sprakenbsp;van een trend. “Als toxicologisch onderzoek wijst op een nieuw mogelijk negatiefnbsp;effect voor het milieu of de volksgezondheid, en er zijn economische belangennbsp;in het spel, dan zal er vanuit de politiek ennbsp;het bedrijfsleven veel worden geďnvesteerdnbsp;om het onderzoek af te doen als ‘nognbsp;onvoldoende bewezen’.” Op die maniernbsp;wordt nieuwe regelgeving uitgesteld, metnbsp;alle potentiële risico’s van dien. Zo kannbsp;het gebeuren dat wetenschappers vanuitnbsp;toxicologisch oogpunt onacceptabel hogenbsp;concentraties bisfenol A constateren, maarnbsp;dat erjaren later-nu dus- nog niks aannbsp;de regelgeving is aangepast. Een ontwikkeling die volgens Van den Berg onverantwoord is. “Juist ook als je niet precies weetnbsp;wat de risico’s zijn, moet het voorzorgsprincipe altijd toegepast worden. Vooralnbsp;voor kinderen en zwangere vrouwen.nbsp;Als namelijk blijkt dat de concentratie vannbsp;een stofte hoog is, komen we daar misschien pas decennia later achter en is het


‘ Wetenschapsj ournalisten zijn naar mijn idee eennbsp;stuk kritischer.’


mogelijk voor bepaalde bevolkingsgroepen te laat.”

Om de politiek te overtuigen van de noodzaak van een langetermijnvisie,nbsp;werkten Van den Berg en zijn medewerkers in 2015 in het iras aan een studienbsp;getiteld Putting a price on your exposednbsp;brain. Zowel datnbsp;rapport als eennbsp;daaropvolgendenbsp;uitgebreidere studienbsp;die de financiëlenbsp;gevolgen vannbsp;blootstelling aannbsp;schadelijke stoffen becijfert, vond nauwelijks weerklank in de politiek. “Ook dit isnbsp;langetermijnvisie die berust op statistiek,nbsp;en daar heeft de moderne politiek geennbsp;boodschap aan. Nederland is de afgelopennbsp;decennia helaas op het gebied van bescherming van de volksgezondheid en hetnbsp;milieu afgegleden van gidsland naar denbsp;status van volger. Zweden, Denemarkennbsp;en nu zelfs Frankrijk doen het wat datnbsp;betreft een stuk beter.”

Zo kritisch als Van den Berg is over de overheid, zo lovend is hij over denbsp;hedendaagse onderzoeksjournalistiek.nbsp;Regelmatig zoekt hij in opdracht vannbsp;tv-programma’s (Zembla, Radar) of kranten (Volkskrant, nrc) uit of iets vanuitnbsp;toxicologisch oogpunt een broodje aapnbsp;is of niet. Dat leidt soms tot veel media-aandacht, zoals het onderzoek naarnbsp;rubbergranulaat op kunstgrasvelden.nbsp;Voor Van den Berg is de journalistiek eennbsp;onmisbare partner voor de wetenschapnbsp;geworden. “Wetenschapsjournalistennbsp;zijn naar mijn idee tegenwoordig een stuknbsp;kritischer, vooral ook ten opzichte vannbsp;de overheid. Het zijn vaak academici metnbsp;een bčta of life sciences achtergrond,nbsp;waardoor ze ook in staat zijn op het gebiednbsp;van onderzoek sneller het kaf van hetnbsp;koren te scheiden. En zij kunnen helpennbsp;om de nodige publieke en politiekenbsp;aandacht te creëren.” ?


Prof.dr. Martin van den Berg verzorgt de plenaire lezing tijdens editie 2017nbsp;van de Universiteitsdag, met alsnbsp;thema Bright Minds, Better Futurenbsp;— de toekomst door de ogen van denbsp;wetenschap. Daarnaast zullen in tweenbsp;lezingenrondes tien hoogleraren metnbsp;hun promovendi vanuit hun vakgebied vooruitblikken op de toekomst.




ten Berge vertellen over de


onderzoek staat de relatie tussen


werk en gezin centraal. Van der Lippe heeft uitgebreid gepubliceerd overnbsp;thema's als tijd, tijdsdruk en arbeidsmarktongelijkheden.



samenleving. Benieuwd naar de mogelijkheden van games nu en innbsp;de toekomst? Kom dan naar de lezingnbsp;van prof.dr. Remco Veltkamp ennbsp;promovendus Marries van de Hoef.nbsp;Zij zullen niet alleen vertellen overnbsp;serious gaming, maar zetten bezoekers aan het werk om een nieuwe


game te ontwerpen.


? ? Volledig programma en inschrijven: www.uu.nl/udag


Illuster Maart 2017 2 3

-ocr page 24-

In beeld, toen

Foto UvA bijzondere collecties, Artis bibliotheek

‘Werken en feesten vormt schoone geesten’

100 jaar vrouwelijke hoogleraren

Op 10 februari 2017 was het 100 jaar geleden dat Johanna Westerdijk haarnbsp;oratie hield aan de Universiteit Utrechtnbsp;als eerste vrouwelijke hoogleraar innbsp;Nederland. In 2017, het 'Westerdijkjaar',nbsp;staan verschillende organisaties stil bijnbsp;haar verdiensten voor de wetenschapnbsp;en de positie van vrouwen in de wetenschap. Jet Bussemaker, minister vannbsp;OCW, kwam het Westerdijkjaar in hetnbsp;Academiegebouw openen.

Met haar motto ‘Werken en feesten vormt schoone geesten’ liet Westerdijknbsp;een frisse wind waaien door denbsp;conservatieve, exclusief man nelijkenbsp;universitaire wereld. “Johanna wasnbsp;dol op walsen, iets dat zij eindeloosnbsp;kon volhouden”, schreef haar colleganbsp;Koningsberger in een kort na haarnbsp;dood verschenen gedenkschrift.nbsp;“Ik herinner mij een avond waarop allenbsp;jongens waarmee zij danste, het tegennbsp;haar aflegden, waarna zij met de meisjesnbsp;verder walste.”

Dat zij al op 34-jarige leeftijd het tot hoogleraar had geschopt mag overigensnbsp;een wonder heten, want veel medewerking was er aanvankelijk niet. Van haarnbsp;Amsterdamse docent, botanicus Hugonbsp;de Vries, kreeg ze geen toestemming omnbsp;practica te volgen of academische examensnbsp;af te leggen. Ze week daarom uit naarnbsp;München en Zürich, waar zij in 1906 hetnbsp;uiteindelijk toch tot doctor in de biologienbsp;wist te brengen. Een ontmoeting metnbsp;de Utrechtse hoogleraar Frits Went innbsp;1913 zette pas vaart achter haar wetenschappelijke carričre.

Van het in Baarn gevestigde Laboratorium voor Plantenziekten maakte zij eennbsp;bruisend centrum waar studenten,nbsp;promovendi en buitenlandse gasten hardnbsp;werkten. Baarn c’est une féerie, verzuchttenbsp;een Franse collega-onderzoeker.nbsp;Westerdijk had veel vrouwelijke promovendi, maar ook mannen konden bijnbsp;haar aankloppen als ze onderzoek wildennbsp;doen naar de oorzaak en de bestrijdingnbsp;van plantenziekten. Met name schimmelsnbsp;hadden haar aandacht. In 1952 dwongennbsp;leeftijd (69) en gezondheid haar omnbsp;afscheid van de universiteit te nemen.

In 1961 overleed zij, 78 jaar oud.

Ter ere van het Westerdijkjaar is een portrettengalerij met alle vrouwelijkenbsp;hoogleraren van de Universiteit Utrechtnbsp;en het UMC Utrecht in de maak en staannbsp;er diverse andere activiteiten en tentoonstellingen op stapel, waarbij het aandeelnbsp;van vrouwen in de wetenschap centraalnbsp;staat. Volgens het strategisch plannbsp;2016-2020 wil de Universiteit Utrechtnbsp;een diverse gemeenschap zijn. In dat kadernbsp;streeft de universiteit naar een gelijkenbsp;man-vrouw verhouding in de wetenschap. De faculteit Bčtawetenschappennbsp;bijvoorbeeld heeft sinds eind 2014 eennbsp;diversiteitbeleid. Belangrijk onderdeelnbsp;daarvan is het Westerdijk fellowship;nbsp;een tenure-trackpositie voor talentvollenbsp;vrouwelijke wetenschappers.

» ? Zie ook de website www.uu.nl/westerdijkjaar.


24 Illuster Maart 2017

-ocr page 25-

Bericht uit... Londen

Tekst Nikmah Salamia Idris


Een intellectueel uitdagendenbsp;omgeving



De Indonesische Nikmah Salamianbsp;Idris is cardioloognbsp;en momenteel werkzaam als onderzoekernbsp;in Londen.Tussennbsp;2011 en 2015 verbleefnbsp;ze voor studie ennbsp;onderzoek zowelnbsp;in Utrecht als innbsp;Australië.

Mijn baas in Indonesië, prof. Sudigdo Sastroasmoro, weesnbsp;me op de mogelijkheid om innbsp;Utrecht een PhD te gaan doen.nbsp;De Utrechtse hoogleraar Cunonbsp;Uiterwaal was 'visiting professor'nbsp;bij onze universiteit, en op dienbsp;manier is dat lijntje tot standnbsp;gekomen. Ik schreef me in ennbsp;werd toegelaten. Ik voelde menbsp;aangetrokken tot de helderenbsp;aanpak van het onderwijs innbsp;Nederland en hoopte dat dienbsp;me zou helpen om een goedenbsp;onderzoeker te worden.

In het laatste jaar van mijn PhD-programma ben ik nognbsp;naar Melbourne gegaan, omdatnbsp;ik daar een fellowship klinischenbsp;cardiologie kreeg aangeboden.nbsp;Die kans kon ik niet laten lopen,nbsp;want daar bevindt zich een vannbsp;de beste hartcentra van denbsp;wereld. Bovendien wilde iknbsp;graag onderzoek combinerennbsp;met klinische zorg.

Dankzij de medewerking van mijn promotor Diederick

Grobbee en de Australische begeleiders om mijn Nederlandse en Australische activiteiten te combineren, lukte hetnbsp;me mijn promotie epidemiologienbsp;in Utrecht en master geneeskunde in Australië tijdig af tenbsp;ronden, en allebei zelfs metnbsp;goede resultaten!

In Nederland was alles zo goed georganiseerd, punctueelnbsp;en efficiënt, dat beviel me wel.nbsp;En ik genoot van de landschappen. Het was plezierig om aannbsp;mijn PhD te werken in een omgeving die intellectueel uitdaagt-dat mis ik heel erg in Indonesië.

In Nederland was alles zo goed georganiseerd, punctueel ennbsp;efficiënt, dat beviel me wel.

Door mijn korte verblijf heb ik de Nederlandse taal niet zo goednbsp;leren beheersen. Het was ooknbsp;lastig om aansluiting te vindennbsp;bij Nederlandse studenten.nbsp;Ik ben vooral opgetrokken metnbsp;andere internationale collega's.nbsp;Met sommigen heb ik nognbsp;steeds contact.

Ik woonde aanvankelijk samen met een collega in eennbsp;huis dat zij had gehuurd. In mijnnbsp;derde jaar verhuisde ik naar eennbsp;'international house'. Dat wasnbsp;leuk! Ik fietste meestal naar denbsp;universiteit of maakte tochtjesnbsp;in de omgeving van Utrecht.

Hoewel ik door sneeuw en vorst daarbij een paar keer onderuitnbsp;ben gegaan, vond ik het heerlijk.

Na mijn studie ben ik eerst teruggegaan naar Indonesië,nbsp;maar inmiddels ben ik verbonden aan het Great Ormondnbsp;Street Hospital in Londen.nbsp;Voor de toekomst hoop ik datnbsp;we onze internationale samenwerking kunnen behoudennbsp;en uitbreiden. Ik zou zo graagnbsp;nog een keer terug willen komennbsp;naar Nederland. En voor mijnnbsp;moederland Indonesië hoop iknbsp;dat het ooit een efficiënt hogernbsp;onderwijssysteem zal hebben,nbsp;met een bloeiende, academischenbsp;omgeving die belangrijk kannbsp;bijdragen aan een verbeteringnbsp;van de samenleving.

Om eerlijk te zijn: het is voor mij een dilemma of ik wel ofnbsp;niet -en wanneer dan- terug zalnbsp;gaan naar Indonesië. Enerzijdsnbsp;besef ik dat ik een bijdrage zounbsp;moeten leveren aan de opbouwnbsp;van mijn land, ook al omdatnbsp;ik het aan de mensen dââr tenbsp;danken heb dat ik ben gekomennbsp;waar ik nu ben. Als iedereen wegnbsp;gaat, verbetert er nooit wat.nbsp;Anderzijds hebben mijn jongstenbsp;ervaringen in Indonesië nognbsp;eens duidelijk gemaakt dat denbsp;omgeving me te weinig uitdaagtnbsp;om te groeien en mijn potentieelnbsp;tot zijn recht te laten komen.nbsp;Lastig dus.


Illuster Maart 2017 25

-ocr page 26-

Een greep uit de agenda



Speciaal voor alumni

? ? Volledige agenda op www.uu.nl/alumni

Donderdag 30 maart

Brasserie Berlage Den Haag 41ste Themadiner

Met als spreker Antoine Steenkamer, die met zijn initiatiefSpelendergrijsnbsp;de uu studentenprijs voor Bijzonderenbsp;Verdiensten 2016 won.

Donderdag 6 april

Grapedistrict Amsterdam Wijnproeverij

Aangeboden door de drie alumni die samen Grapedistrict opzetten: een kansnbsp;om niet alleen te leren over verschillendenbsp;soorten wijn, maar ook over het ontstaannbsp;en de oprichting van deze onderscheidende winkelketen door drie ondernemende j u risten.

Donderdag 20 april

JAN coachcafé Ubica Utrecht

Speciaal voor jonge alumni! Ga aan de slag met vragen als: wat zijn mijn talenten?nbsp;Hoe kan ik ze aanwenden en waar wordnbsp;ik gelukkig van? Na afloop is er een levendnbsp;LinkedIn en een netwerkborrel waarjenbsp;veel nieuwe contacten op kunt doen.

Zaterdag 22 april

Jubileum opleiding Interculturele communicatie

De master Interculturele communicatie heeft in 12,5 jaar tijd meer dan 360 alumninbsp;voortgebracht. Hetjubileum wordtnbsp;gevierd met een event voor alle oud-studenten, waar herinneringen zullennbsp;worden opgehaald en lezingen ennbsp;workshops worden gegeven.

Donderdag 18 mei

JAN Young Alumni Academy de Kargadoor Utrecht

De YAA is programma vol inspirerende workshops op het gebied van loopbaanontwikkeling, persoonlijke kwaliteitennbsp;en professionele keuzes. Ervaren coachesnbsp;en workshopleiders helpen je deze dagnbsp;graag een stap verder om dichterbijnbsp;jouw droombaan of nieuwe uitdagingnbsp;te komen.

Zaterdag 24 juni

Nationaal Militair Museum Soesterberg Alumni-evenement en rondleiding

Voor jong en oud: bezoek aan het museum en de Genghis Khan tentoonstelling ennbsp;ontmoeting met alumni kunsthistorie Paulnbsp;van Vlijmen, directeur Stichting Defensie-musea en Hedwig Saam, directeur nmm.nbsp;Zie ook het interview oppag. 20—21.

Maandag 27 maart

Dies Natalis Domkerk

De Universiteit Utrecht viert haar 381e verjaardag in de Domkerk.nbsp;Maarten Hajer, hoogleraar Urbannbsp;Futures, verzorgt de diesrede.

De twee eredoctoraten die zullen worden uitgereikt sluiten aannbsp;bij het strategisch onderzoeksthemanbsp;Life Sciences. Sangeeta Bhatianbsp;(mit) bestudeert met behulp vannbsp;gekweekt nienselijke leverweefselnbsp;diverse leverziektes en ze zet nano-materialen in ten behoeve van denbsp;diagnostiek en behandeling vannbsp;kanker. Peer Bork (Heidelberg)nbsp;is bio-infomaticus en analyseertnbsp;enorme hoeveelheden gegevensnbsp;omtrent eiwitten.

Tevens reikt de universiteit de Docentenprijzen uit, wordt denbsp;Alumnus van het Jaar bekendnbsp;gemaakt en is er een presentatie vannbsp;de Utrecht Young Academy.nbsp;Zie ookpag. iS.

? ? Meer informatie en aanmeiden: www.uu.nl/dies


26 Illuster Maart 2017

-ocr page 27-

Voor uitgebreide en actuele informatie over het alumniprogramma ? ? www.uu.nl/alumni/agenda

Studium Generale

Het podium voor kennis en reflectie van de Universiteit Utrecht. Altijdnbsp;voor iedereen gratis toegankelijk.

? ? www.sg.uu.nl

Woensdag 5 april

Het spook Srebrenica Aula Academiegebouw Politicoloog dr. Erna Rijsdijk vertelt overnbsp;één van de gevoeligste gebeurtenissennbsp;uit de recente geschiedenis. Hoe werdnbsp;‘Srebrenica’ een nationaal trauma?

Woensdag 26 april

Voorbij de witte onschuld

Aula Academiegebouw

Antropoloog prof. Gloria Wekker kijkt naar het verleden om hedendaags racismenbsp;te begrijpen. Wat is de invloed van 400nbsp;jaar kolonialisme op ons denken?

Maandag 1 mei

Movies amp; Science: Alice Cares

Filmtheater 't Hoogt

Na vertoning van de documentaire Alice Cares is er een discussie metnbsp;hoogleraar industrieel ontwerpennbsp;Steven Vos over hoe technologie onsnbsp;fit houdt. Voertaal Engels.

Dinsdag 28 maart

Finale Breaking Science Café Hofman

In de wetenschapscommunicatie competitie Breaking Science strijdennbsp;jonge uu-onderzoekers om hun passienbsp;voor wetenschap als beste over tenbsp;brengen. Deelnemers worden beoordeeldnbsp;op de mate waarin ze hun onderzoeknbsp;begrijpelijk maken. De twee winnaarsnbsp;gaan door naar de Nationale Famelabnbsp;Finale op 3 mei in TivoliVredenburg.nbsp;De internationale finale vindt plaatsnbsp;op het Times Cheltenham Sciencenbsp;Festival in juni 2017.

? ? Lees meer op: www.uu.nl/breakingscience


Zaterdag 1 april

Academiegebouw

Universiteitsdag 2017, Bright minds, better future


Dagelijks bouwen duizenden onderzoekers van de Universiteit Utrecht aan een betere toekomst. Maar hoenbsp;zal die toekomst eruit zien? Kom opnbsp;zaterdag i april naar het Academiegebouw en hoor van hoogleraren ennbsp;hun promovendi over hun onderzoeknbsp;en hun visie op de toekomst. Naastnbsp;een inspirerende plenaire openingnbsp;met een lezing door prof dr. Martinnbsp;van den Berg, hoogleraar toxicologienbsp;aan het Institute for Risk Assessmentnbsp;Sciences en de uitreiking van denbsp;Vliegenthart Scriptieprijs, zijn ernbsp;twee rondes lezingen, waaruitnbsp;bezoekers een keuze kunnen maken.nbsp;Zie ook pag. 22—23.

16 mei-4 juli

Filmreeks Science amp; Fiction: Mind the gap

Tussen i6 mei—4juli 2017 vindt de achtste editie van de usbo filmreeks Science amp;

Fiction plaats. Prikkelende wetenschap en films van betekenis komen samen in deze

Een greep uit de sprekers:

  • • Prof dr. Tanja van der Lippe ennbsp;promovendus Jannes ten Bergenbsp;over de toekomst van het werken

  • • Prof dr. Roos Masereeuw ennbsp;promovenda Katjajansen:nbsp;Can me bioengineer kidneys?

  • • Prof nir. Marleen van Rijswick ennbsp;promovenda nir. Daphina Misiedjannbsp;over waterrecht en mensenrechten

  • • Prof dr. Remco Veltkamp ennbsp;promovendus Marries van de Hoefnbsp;over de toepassing van serions games

En nog vele anderen !

? ? Volledig programma en inschrijven: www.uu.nl/udag

reeks. Het thema is Mind the gap en belicht verschillende facetten van de groeiendenbsp;kloof in de samenleving. Wetenschappersnbsp;leiden iedere film kort in en na afloopnbsp;kunnen bezoekers met hen in gesprek.

? ? Lees meer op www.uu.nl/usbo/sciencefiction


Illuster Maart 2017 27

-ocr page 28-

Andre Mischke, onderzoeker experimentele deeltjesfysica aan denbsp;Universiteit Utrecht, loopt mee in denbsp;Utrecht Science Park (USP) Marathon.nbsp;quot;De routine van het hardlopen helpt menbsp;op nieuwe ideeën te komen. Tijdens hetnbsp;schrijven van mijn subsidievoorstel gingnbsp;ik ter afwisseling hardlopen. Lopen helptnbsp;om gedachten te verwerken en ruimtenbsp;te maken voor nieuwe ideeën. De langenbsp;adem die ik in mijn werk nodig heb, hebnbsp;je ook nodig wanneer je traint voor eennbsp;langere afstand. Halverwege wil je somsnbsp;stoppen — zowel in de wetenschap alsnbsp;in de sport — maar je zet door om ietsnbsp;te bereiken. Het mooie aan zowel wetenschap als hardlopen vind ik dat je ineensnbsp;bondgenoten hebt. Zo loop ik nu elkenbsp;donderdagmiddag een rondje over hetnbsp;Utrecht Science Park met een van mijnnbsp;studenten die zich ook heeft ingeschreven voor de halve marathon. quot;

Op 19 maart 2017 wordt de derde USP Marathon georganiseerd. De universiteitnbsp;is een van de partners van dit evenement.nbsp;De Universiteit Utrecht hecht veel waardenbsp;aan sport. Sport verbindt, houdt lichaamnbsp;en geest gezond en draagt bij aan eennbsp;positief studie- en werkklimaat.

Foto Bram Delmee