BteiiiHÄ*<r©4&ü^mAi4^
|
||||||||||||||||
I
|
||||||||||||||||
■
|
||||||||||||||||
m
|
||||||||||||||||
■
m
|
||||||||||||||||
\'%Ll
|
||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||
fifl
|
||||||||||||||||
AMSTERDAM,
IN Z Y N E
OPKOMST, AANWAS, GESCHIEDENISSEN,
VOORREGTEN,KOOPHANDEL,
GEBOUWEN,
K ER KENSTAAT, SCHOOLEN,
SCHUTTERYE, GILDEN REGEERINGE,
BESCHREEVEN,
|
||||||||||
JAN F/ A G E N A' A R,
HISTORIESCHRYVER UEK STAD.
ZESDE STUK. |
||||||||||
TE AMSTERDAM,
By I 5 A A K T ƒ R I O N. M D C C L X I V.
Met frivihs^.vin de Edele Groot-Mogende Heeren Staaten vin
Holknd en Weftfnesland. |
||||||||||
KUNSTHi
DER RIJKSUNIVERSITEIT UTKECMÏ j |
||||||||||
TWEEDE D E E L.
■
GESCHIEDENISSEN
VAN
■
|
||||||||||||||||
-
|
||||||||||||||||
•
|
||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||
TWINTIGSTE BOEK.
|
||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||
Amsterdams Geschiedenissen,
van het jaar 1673, tot in het jaar 1084. Zo dra't gevaar van den intogtderFran-De Stad
fchen in Holland verdweenen was ,zorgt keerde de Vice Admiraal Sweers, met de voor de matroozen onder zyn bevel, in January des bewaa' jaars 1673 , van de Goudfche Sluis naarden** deeze Stad , daar zy, in de buitenpoften poften, rondsom dezelve , verdeeld werden (a). 1673. Doch voor 't einde van Maart, werdt goed- gevonden, dezelven af te danken(3). Men verzuimde , ondertufTchen , niet, zorg te draagen voor de polten, die de toegangen herwaards dekten. In February, werdt be- llooten, zes Compagnien Stads foldaaten, op verzoek van Prinfe Joan Maurits, tot verfterking van de poft te Muiden, af te zenden. Ten zelfden tyde , werden vyf diergelyke Compagnien naar Weesp ge- fchikt
(*) COMMF.LIN, tl. 1209.
(*) Refol. Vröedfcli. Lr. I. 20 Maart IÓ73. ƒ. 153.
VI. Stuk. A 2
|
||||||||||||||||
KUNSTHISTORISCH INSTITUUT
DER RIJKSUNIVERSITEIT UTKfcCHÏ |
||||||||||||||||
-.'
|
|||||||||||
■ -*r
|
|||||||||||
4 AMSTERDAMS II. Deel;
1673. fchikt (c). En in 't begin van May, tegen
dat het Leger in 't veld verfchynen moeft, werden, uit ieder der zeftig Compagnien Schutters,vyfentwintig man geloot, of vry« williglyk gekooren, die, onder de Kapiteinen Jacob van der fVaayen en Nicolaas van Loon Bevor- Willemszoon r in Weesp gelegd werden. De dert het Stad Amfterdam nam, van wege den Staat, va? de ^et verßerken van Weesp op zig. Ook Sluis te werdt, eerlang, eene fterke fchans gelegd Muiden, aan de Nieuwerfluis. De Huis aan den Hin- , derdam, die insgelyks verfterkt was , werdt weggenomen, en in de plaats derzelve,op den voorflag van Amfterdam, eene fchoo- ne. (luis te Muiden gelegd, door welke men zig, met meer gemak dan te vooren, van 't overtollig Lekwater ontlaften kon (d); behalve dat de Provincie van Holland eene Huis in haare magt kreeg, die te vooren tot de Provincie van Utrecht behoord hadt. Brand- Doch terwyl men, op deeze en andere ft'£ter wyzen, bezig was om Amfterdam te ver- ende- ze^eren tegen aanvallen van buiten, liep de ik aft. Stad inwendig gevaar van brandftigting. Op den negenden February, raakte hier in heg- tenis een Schotsman-, JohnFrazer genaamd, die beleedt, in Engeland, gehuurd te zyn, om hier ter Stede brand te ftigten: ook , twee Zweeden, Andrics Andrieszoon en Paul Andricszoon Ritter, gebroeders, te hebben priigekogt, om het Óoltindifche huis,of eeni- gen van 'sL'ands Oorlogsfchepen in den brand te
|
|||||||||||
8
|
) Refol. Vroedfch. U. I. 2, ; Febr. 1671. f. 119»120.
) COMMïLiN, bl. 82*»1212, 1211, Vadetï. Hift. XIV. |
||||||||||
Deel, bi. 12.+sAant. (z)
|
|||||||||||
XX.Boek. Geschiedenïsse-n. 5
te fteeken. Men hadc verfcheiden' brand- iöW
gereedfchappen by hem gevonden rook ee- nigen, die hy bekende zelfgemaakt te heb- ben. Hy werdt, den zeftienden, veroor- deeld om geradbraakt en in 't aangezigt met een brandend bos ftroo geblaakt te worden: welk vonnis, twee dagen laater, aan hem uitgevoerd werdt (e). Men zogt,ten dee- zen tyde, vergeefs, naar zyne medepligti- gen. Doch eenige jaaren laater, werdt een derzelven , William Mader genaamd , te Rotterdam gevat, en insgelyks met de dood geftrait (ƒ). Men hieldt, omtrent den aan- vang deezesjaars, te Amfterdam, zo naauw een opzigt over de Engelfchen, dat menze hier, niet ronder byzonder verlof van Bur- gemeefteren, toeliet (g). De zwaare laften, die Amfterdam, ten De Stad
deezen tyde, draagen moeft, hadt den Baad verkoopt doen belluiten, lyfrenten ten lafle der Stede Lyfren- te verkoopen. Zulks was, in 't vqprleeden jaar, nog eens gefchied: en toen hadt men honderd guldens renten beloofd, van iooo guldens, op lyven van i tot onder' 2© jaaren.
950----------■--------------------• 20 —-------'30-------.
900------'—————-----------30---------- 40 ———
850-------------------------------40 W-------•' 45 ■-------
. . g00 —.——p—,------,— 45 ;----------5o-------,
750-------------------------------1 50----------55 ——
(575-----------------~T--------55 ---------60 '-------
600------------'-------------------------60------------65 ---------•■
- COO 11.
t I 400 —\-----1-------S--------70--------- 75------
300
1 Doch
|
||||||||||
(e) COMMELIN, hl. lipo.
|
||||||||||
(f) Hoil. Mcic. van 1677. hl. 232.
(X) Gioot-Mpmor. X. VI. f. 119, A3
|
||||||||||
V /
|
|||||
6 AMSTERDAMS II. Deel.
1673. Doch men hadt toen bevonden, dat'er veel
lyfrenten gekogt werden op hoog bejaarden, die hooge renten ontvingen, en 'tCapitaal, binnen zo korten tyd, te rugftondentekry- gen, dat 'er de Scad weinig gebruik van hebben kon. Men befloot , derhalve, al vroeg, geene lyfrenten te verkoopenop lui- den boven de vyftig jaaren: en toen men, in den aanvang deezes jaars , een beHuit nam, om op nieuws lyfrenten te verkoopen, vondt men raadzaam, zulks te bepaalen aan perfoonen onderde vyftig jaaren,belooven- de wederom honderd guldens rente van 1000 guldens, oplyven van 1 tot onder de 20 jaaren. pSo---------------20 ----- 30 ----
poo —;------;-------30------40 ——
850---------------40 ----- 45 ----
800---1------!------45 —---- 50-----
Men befloot, by voorraad, een millioen, op
deeze wyze, te ligten (h): welke fomme, binnen weinige dagen, ingefchreeven was; Doch alzo de Stad veel gereed geld noodig hadt,ligtte zy, in April,nog omtrent drie- maal honderd duizend guldens, tegen een half ten honderd ter maand (7), welke fntreft, naderhand, op vier ten honderd in 't jaar verminderd werdt, voor zulken,die hunne penningen niet afgeloft begeerden te heb- ben (£). Die van De Franfchen, die Naarden nog inhiel- Amfter. jjen, ziende de onzen zig, te Weesp, te daui Mui-
■
(h) Refol. Vroedfch. Zr. I. ig Jan, 1*7?. ƒ. nj.
(i) Refol Vroedfch. iJ. I. 14. April 1673./. 169. (i) COMWKL.IN, hl, J20J, Iill , 12JZ. |
|||||
V
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 7
Muiden en elders verfterken, vielen ook 1673.'
aan 't beveftigen van Naarden, en wierpen noodzaa. zelfs eene fchans op by Muiderberg, tus*ken de fchen Muiden en Naarden, daar zy eeneFran- doorfnyding maakten in den dyk, in welke fchen, eene (luis gelegd werdt , waardoor zy fcJJjJ^JJjJi water, beooften de Vegt op 't Land (laan-poft te de, dagten af te tappen in de Zuiderzee, en Muider- zig dus den toegang naar Muiden te openen. berë te Men begreep , te Amfterdam , terftond , J^Iaa" welk een gevaar deeze Stad loopen zou, zo de Franfchen de poft te Muiderberg inhiel- den , en middel vonden, om 't Land van water te ontlaften. Men verzuimde, der- halve, niet, uitleggers te fchikken naar de Zuiderzee, voor Muiderberg, en dryvende batteryen te houden op de Naarder Meer, beide rykelyk geftoffeerd met gefchut, waar- door de Franfchen verhinderd werden» hun- ne werken aan den Muiderberg te voltrek- ken , naar behooren. Het grof gefchut, welk van Amfterdam naar Muiden gezon- den was, hieldt ook niet op van fpeelen op den vyand, die eindelyk de poft aan den Muiderberg, in 't begin van Juny, weder- om verlaaten moeft (/). De Franfchen, in Auguftus, een gedeel-Het h,er-
te van hunne magt, uit deeze Landen, ge-winnen trokken hebbende , oordeelde de Prins van ™n , Oranje de gelegenheid gunftig tot het her-^eaea/c eQ winnen van Naarden, waarop hy, reeds in ruimte September des voorleeden jaars, eenen aan- aan Am- flag gefmeed hadt, die vrugteloos was af-fterdam* ge-
(/) Valkenier llt Dtd, hl. 2+s enx., A4
|
|||||
•
|
|||||
8- AMSTERDAMS iL Deel/
IÓ73. geloopen, doordien het Krygsvolk , welk hy
van Amfterdam verwagtte, te lang weg bleef (in). Doch 'nu gelukte de toeleg beter. De Graaf van Waldek onthieldt zig, ten deezen tyde, te Amfterdam, daar Krygs- volk verzameld, en gefchut en andere be- hoeften ingefcheept, en door Ouderkerk, Abkoude en de Nieuwerfluis, naar Loenen gevoerd werden. De Ruitery toog, langs de weftzyde van den Amftel, tot aan den Omval , daar zy, langs eene fchipbrug , over den ftroom, en voorts, door Weesp, insgelyks naar Loenen trok. De Graaf van Waldek, over Vreeland derwaards geko- men , rukte met de manfchäp voort naar de oude Loosdrecht, zig verzekerende van eene poft aan eene brug over de vaart naar 's Graa* venland, die door de Franfchen verlaaten was, enterftond verfterkt werdt. 's Graa- venland en Kortehoef werden, insgelyks , bezet- In 't begin van September, kwam zyne Hoogheid in 't Leger in de Loosdrecht. De Franfchen deeden , uit Naarden, nu en dan eenen uitval op de jpoften der on-* zen; doch werden, geduuriglyk, met eenig verlies, afgeflaagen. Kort hierna, werdt het Leger verfterkt, door eenige Spaanfche Ruitery, die insgelyks langs den Amftel der- waards getrokken was; en toen deedt de Prins •Naarden berennen, door den Graave van Waldek. Op den agtften, begon men de Stad te befchieten, met kanon, welk van Amllerdam in 't Leger gezonden was. 't Be-
(m) VALKENIER I. Detl, bl. 824.
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 9
Beleg werdt zo wakkerlyk voortgezet, dat 1673,
men, op den elfden, 's nagts ten elf uuren, het ravelyn voor de Huizerpoort begon te beftormen. 't Ravelyn werdt veroverd, en den volgenden dag, werdt de Stad,by eer- lyk verdrag, opgegeven («). Het overgaan van Naarden, hadt geluk- Gevol-
kige gevolgen voor Amfterdam. De Fran- gen vaa fchen verlieten , terftond , hunne poften het zel' langs de Vegt, en namen de wyk naar U- trecht: waardoor Amfterdam eene ruimte kreeg, die de Stad, in meer dan een jaar tyds, niet genooten hadt. Eenige Staatfehe Ruitery , herwaards getrokken , om zig eenige dagen te ververfchen, werdt, fchoon zy flegts Patent van den Graave van Wit' genflein, haaren Overfte , toonde, binnen gelaaten, en op de Offenmarkt geplaatft. Men hadt egter, te vooren, getwyfeld, of menze wel anders, dan op byzonder Patent van zyne Hoogheid, behoorde te ontvan- gen (0). Doch zy keerde, binnen weinige dagen, naar 't Leger. . Drie dagen na 't overgaan van Naarden, uittogt
trokken, op Patent van zyne Hoogheid, en van vyf. in gevolge van een befluit van Burgemees- l^n teren en Raaden, vyftien CompagnienBur-„ig|Jlpas" gers, ieder van honderd man, naar Gouda, burgers. daar zy flegts vier dagen bleeven: waarna zy, op gelyk patent, herwaards keerden. Midlerwyl j hadt zyne Hoogheid dertien- hon-
, (n) VALKENIER II. Deel, bl.jioenz. COMMELIN, bl,
1215» 1216. (0) Refol. Vroedfch. Zr. i. 2,90a, 1673. ƒ, 240, 2^5.
Aj
|
||||||||||||
/
|
||||||||||||
■ -
|
|||||
io AMSTERDAMS RDeez.
1673. honderd en vyftig Hoornfche burgers in dee-
ze Stad gelegd, die 'er niet langer vertoef- den (ƒ>). Twee Het beleg van Bon, welk in O&ober on- toege- dernomen werdt, noodzaakte deFranfchen metfelde gantfch Holland, de Stad en Provincie van poorten Tjtrecht, en verfcheiden' Steden van Gelder- geopen . j^j ^ ru}men; waarover, op den zesden . December, een algemeene dankdag gehou- den werdt. Amfterdam werdt dus , nog voor 't einde des jaars, geheellyk verloft van de vrees voor de aanflagen van eenen vyand, die zo digt by de Stad gelegen hadt. Ook befloot men deRaam-enZaagmolens- poorten , die, tot meerder verzekering der Stede, toegemetfeld geweeft waren, wedet- De vry- om te doen openen (4). De drie Compag- wiïlige nien vrywillige Ruitery, uit de jongkheid Ruitery ^er Stad, werden, ten zelfden tyde, voor ^ek"t haare gedaane dienften, bedankt (r). De geruftheid nam toe, na dat de Vrede met Groot-Britanje, op den negentienden Februa- ry des jaars 1674, geflooten was (x). Amfter- Den Prinfe van Oranje, in den aanvang damflaat des gemelden jaars, tor Erffladhouder ver- voor,den klaard zynde, namen fommige Leden der Pnns van yergac{eringe van Holland hieruit gelegen- vw%eï\ê heid , om zyne Hoogheid tot trouwen te fchutd raaden. Doch Burgemeefleren van Amfter- van twee dam, die thans waren de Heeren Gillis Falc-
millioe- f,e. (p) Refol. Vroedfch. Lt. I. 14. Sept. 1673./. tjo. Groot-
Mcmor. N, VI. ƒ. j++ verfo. Commelin, il. 8Z4. (e) Refol. Vroedfcb. L*. I. 4 Des. 167J. ƒ. 291. JLï.K,
ISjunj 1674. ĥ il-
(r) Refol. Vroedfch. Lr I. 4 Dec. 1671. f. ijj,
(/; Yaderl. Hift. XIV. £>"/, il. 4>y. |
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. ir
kenier, Nicolaes Pancras, Joan Munter en 1674.
Louis Trip, bezeffende, dat 's Prinfenboe- nen te del met veele fchulden bezwaard was, en onthef- dat dit, waarfchynlyk,zyneHoogheid weder- fen. houden zou van naar een Huwelyk, welk zynen Staat betaamde, te fragten; deeden den Raade een voorftel, in gevolge van welk, beflooten werdt, ter Vergaderinge voor te flaan, dat men den Prins behoorde te ont- heffen van eene fchuld van tweemillioenen guldens, die ten zynen latte liep , dezelve overneemende, voor rekening van de Pro- vincie (t). De Leden bewilligden in deezen voorflag. Amfterdam hadt zelf nog vier- maal honderd duizend guldens te vorderen van zyne Hoogheid, zynde een gedeelte der twee millioenen, die de Stad, in't jaar 1650, aan wylen Prinfe Willem den II. verftrekt hadt (u). En zy verwiflelde ook, in't jaar 1679, haare fchuldbrieven ten lafte van zyne Hoogheid, in fchuldbrieven meeftten lafte van de Provincie, en voor een klein gedeelte,ten lafte van het Markgraaffchap van Bergen op Zoom (v). In de Lente deezes jaars, zag men,hier Schïely-
te Lande en omtrent deeze Stad i wederom ke ve.r" een zonderling blykvande fchielyke veran andennS *<-J J J \/*il"ï VETE**
denng van weder, waaraan de Lugtftreek der>
hier onderhevig is. De Vorft, die in Fe- bruary begon,was zo fel, en hieldt zolang aan, dat het Y, tot in 't laatft van Maart, nog
(t) Refol. Vroedfeh. /,' K. 19 Maart 1674./. +1.
(«> Zie II, Deel, XVl. Boe{, bl. 7j. (f) Refol. Vroedfeh. Lt. N. 18, t6 Dec 1675. ƒ. JJ,4J. GïOOt-Meraor. N. VI. ƒ. ij« verf*, t$t verfu |
||||
->
|
|||||
12 AMSTERDAMS IL Deel.
1674. nog begaan werdt. Zelfs gingen, op den
derden April, nog zes perfoonen van Uit* dam naar Marken, en des anderendaags, reedt nog iemant op de Haarlemmer-Meer op fchaatfen; maar den zevenden, was 't reeds zo warm, dat de jongens, even buiten de Stad , in de Haarlemmer Trek vaart 9 zwommen, terwyl het Y en de Zuiderzee, nog wel eene week daarna, fterk met dryf- ys bezet waren (w). Zwaare Op den eerften Auguftus, werden deeze ftorm. Landen bezogt met eenen verfchrikkelyken ftorm, die ook aan deeze Stad groote fcha- de toebragt. De wind ftak hier iles avonds ten agt uuren op, met een geweldig onwe- der van blikfem, donder, hagel en regen. De fchepen, die voor de paaien lagen, wer? den, voor 't grootfte gedeelte, in een oogenr blik, van hunne ankers gedreeveu: negen gingen te gronde. De Hamei voor de Haarlemmer-Poort, het kruis op den too- ren dier poorte, en dat der EngelfcheKer-r ke op 't Begynhof werden om verre gerukt. Het zwaare kruis van den tooren der Wes- ter; Kerke ;Werdt geheel krom geboogen. Aan de data der meefte Kerken , werde zwaare fchade geleeden. Het lood van voornaame gebouwen, al? de Beurs, het Dia- conie-Weeshuis, en het Huis van den Heere Burgemeelter Louis Trip, werdt opgerold. Weinige huizen waren 'er, die niet, aan da- ken, fchoorfteenen, gevels, meer ofmin, zwaar befchadigd waren. Door de gantfche Stad
(») COMAt^LIN, hl. II84»
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 13
Stad lagen de boomen om verre,op fommi- 1674.
ge plaatfen in zulk eene menigte, dat men de burgwallen niet, of naauwlyksgebruiken kon. Op de nieuwe Markt, werdteenzwaa- re boom uit den grond gerukt, en wel hon- derd en tagtig voeten verre voortgefmeeten. Om de Stad,raakten twee en twintig zaag- molens, en op de wallen zes korenmolens om verre. Kortom, de uitwerkfels van den geweldigen wind vertoonden zig aan alle zy- "den (x). Aanmerkelyk was, ondertufTchen, 't gene fommigen aantekenen, dat men, te Haarlem, naauwlyks drie uuren gaans van Amfterdam gelegen, dit vreeflelyk weder niet gewaar geworden was (y). Holland en de Vereenigde Provinciën nu Twaalf
geheellyk verloft zynde van den vyand , Jf'* fchoon de oorlog met Frankryk nog bleef nienPf<fi- duuren, beflooten Burgemeefteren en Raa- daaten den van Amfterdam, in 't begin van Oóto-befloo- "ber, twaalf Compagnien Stads foldaatenaf^en af te te danken, en niet meer dan drie, onder ken* den Major Jacob Bicker en de Kapiteinen Lambert Wit/en en Cornelu Geehinck , in dienft te houden. Men veranderde nogtans, eerlang, een weinig van gedagten, ter be- geerte van zyne Hoogheid, op wiens ver- zoek, geraaden gevonden werdt, de twaalf Compagnien nog eenigen tyd aan te hou- den , en naar Breda in bezetting te fchik- ken (z). De
t? >■....
(*) Holl. Merc. van IS74, hl. 163.
(y) COMMELIN, 6/. 1185. (*J Kefol. Vioedich. Z.t. K. 4, iz Oft, K74. ƒ. nj>, 124. »
|
||||
14 AMSTERDAMS ILDêel.
167$. De Provinciën Gelderland, Utrecht en
Gelder- Overyffel van den vyand verlaaten, en we- iand derom met de overigen vier vereenigd ge-
biedt den worden zynde , vonden de Staaten der Printe eerflgemelde Provincie geraaden,den Prin- ranje de **e van Oranje de hooge Regeering des Vor- hooge ftendoms Gelder en des Graaffchaps Zut- Regee- fen aan te bieden, onder den titel van Her* ring aan, t0ge van Gelder en Graave van Zutfen Zyne Hoogheid vondt egter niet goed, zulk eene waardigheid te aanvaarden, voor hy des- wege geraadpleegd hadt met de andere Provinciën, en onder anderen met de Staa- ten van Holland (0). 't Stuk kwam, der- halve , ter overweeginge van de Vroedschap- pen der Steden. Te Amflerdam werdt ver- ftaan „ dat men vooraf de gcdagten der „ voorzittende en andere Leden behoorde „ te weeten; om welken te verneemen de „ Gedeputeerden ter Dagvaart lall kree- Amfter- » gen (*)•" Midlerwyl, werden de Heeren dam be. regeerende Burgemeefleren , benevens de fluit, Heeren Mr. Gillis t'alckenier, Mr. Henrik ihem het jj00ß ^ jac0]j Jacobsz. Hinloopen , Cornelis den d\itï Bäckery Jacob van Nek Jacobsz, Mr. Ja- waardig cob Boreel, Mr. Cornelis Roch, Jean Appel- heid te man, Dr. Gerard Bors en Dirk Blom, met ontraa- toevoeging van den Penfionaris Mr. Cornelis Hop, gemagtigd, om de zaak nader te on- derzoeken , en den Raad te dienen van der- zelver cenfideratien en advys (c). En dit gefchiedde, den volgenden dag, loopende de
{*) Vadert. Hift. XIV. Deelt bl. 3** enz..
{b) Reib'. Vrotdfcti. L*. K. 4 Febr. 1-571. ƒ. 171.
(t) Refol. Vioedich. Lr. K. s Febr. 1675. f. 171.
|
||||
.----
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 15
de bedenkingen der Heeren CommiffarifTen 1675.
op deezen zin „ dat 's Prinfen verzoek om „ den«goeden raad der Heeren Staaten, in ,, eene zaak, die , in verfcheiden' opzigten, „ kon worden aangemerkt als zyne Hoog- „ heid in 't byzonder raakende, voor een 9, zonderling blyk van agtinge en vertrou- a, wen moeft worden aangemerkt; dat ook „ de opdragt der hooge Overheid van Gel- „ derland een bewys was van de hoogde 3, toegenegenheid, in de Staaten dier Pro- „ vincie, tot 's Prinfen perfoon. Doch dat „ zo veel luifters en gezags zelf niet kon „ opweegen tegen de liefde en gunffc der „ goede gemeente, die, federt deafzwee- 9, ring van Koning Filips , een' innerlyken „ afkeer gehad hadt van Vorftelyke, Graaf- „ lyke en diergelyke titels, en daarentegen 3, veel genoegen gevonden in de Stadhou- „ derlyke Regeering, welke, onlangs,met „ ongemeenen yver en drift van 't volk, 3, herfteld geworden was. Dat men, voor- 3, al in deeze tyden, zorg draagen moed, 3, dat het volk niet in den waan gebragt „ werdt, dat de Prins zyn eigen belang „ zogt, boven dat van 't gemeen. Dat 3, hierom, van wege deeze Stad, ter Ver- j, gaderinge der Staaten, behoorde geflemd 3, te worden, dat men zyne Hoogheid , 3, voor de gedaane bekendmaaking en ver- „ zoek om goeden raad, op de beleefdfle 3, wyze, moefr. bedanken; doch te gelyk 3, het aanneemen der hooge Overheid van 3, Gelderland, als flrydig met zyn waarag- „ tig belang, trouwhertiglyk ontraaden,in « ver.
|
|||||
1
■ . "
i6 AMSTERDAMS II. Deel.
„ verwagting, dat hy deezen raad , als
j, voortkomende uit eene wei beproefde ge* „ negenheid te hemwaards , niet anders „ zou willen opneemen." Burgemeefteren en Raaden omhelsden dit advys, in allen deele (i). De Leden van Holland ver* fchilden onderling in gevoelen. De Edelen, Dordrecht, Gouda , Rotterdam , Gorin- chem, Schiedam, Schoonhoven , Briele, Hoorn, Edam en Medenblik neigden, om zyne Hoogheid tot het aanvaarden der hoo- ge Overheid van Gelderland te raaden. Alk- maar en Purmerende verftonden, dat men 't niet afraaden moeft, maar aan 'sPrinfen eigen verkiezing laaten. Maar Haarlem, Delft, Leiden, Amfterdam, Enkhuizen en Monikendam ftemden duidelyk voor de ontraading. De Raadpenfionaris Fagel oor- deelde „ dat men't befluitopmaaken moefti „ volgens de ftemmen der Leden." Men kreeg hiervan , nog dien zelfden avond, kennis te Amflsrdam. De Raad werdt, 's nagts ten twaalf uuren, byeen geroepen, en verftondt eenpaariglyk „ dat zy geraaden „ hadden, zo als zy 't voor God en de na- „ komeüngfchap dagten te verantwoorden, „ en zo als zy 't beft oordeelden te zyn „ voor den Staat en voor zyne Hoogheid, „ welker beider belang zy hielden een en „ het zelfde te zyn." Zy oordeelden, wy- ders „ dat de gevoelens der Leden afzon- „ derlyk aan den Prinfe moeften worden j> opgegeven, zonder dat 'er een algemeen » be*
(dj Refol. Vroedfch. Lr. K. 6 f*br. Ujs, ƒ. 173.
|
||||
XXBoêk. Geschiedenissen. 17
„ befluit uit opgemaakt was; alzoeenezaak 1675.
„ als deeze niet eigenlyk behoorde ter over- „ weeginge der Staaten; maar dat daarover „ alleenlyk het gevoelen van ieder byzonder „ Lid gevraagd was (e)" Hoezyne Hoog- heid, ziende de voornaamfte Steden van Holland en Zeeland neigen om hem het aanvaarden der hooge Regeeringe van Gel- derland te ontraaden, weinige dagen laater, de aangebooden waardigheid van de hand wees, hebben wy elders te boek gefield (ƒ), en behoort niet byzonderlyk tot de gefchie- deniflen der Stad Amfherdam. In Juny, werdt de Stad bezogt van denDeKeur-
Keurvorll en Kèurvoritin van Brandenburg,vorft en ■die door Prinfe Toan Maurits en andere ?.eurvor*
^ ,, J 1 . ftin van Grooten verzeld waren,en, den zeventien-Branden-
den , op de groote zaal van 't Stadhuis, def- burg ko- tig onthaald werden (g). 'nen te De oorlog tegen Zweeden, die ,kort hier- Atnfter- na, verklaard werdt, gaf gelegenheid tot het q^ beflaan van alle de goederen der Ingezete-om de nen van deezen Staat, die onder 't gebied Zweed- des Konings van Zweeden gevonden wer^ ^che §oe* den. Doch hierop volgde een diergelyk be- secreta-' flag hier te Lande. Én te Amfterdam in 't ryeaante byzonder werdt, op den eenendertigden Ju- geeven. ]y, afgekondigd, dat elk, die eenige Zweed- fche goederen onder zig hadt, dezelven, bin- nen agt dagen, ter Secretarye moeft ko- men aangeeven, met verbod omze,zonder na«
(e) B-efoI. Vroedfch. Lt K. 9 Febr. 1*7j. 'tnagtt tenl*
uuren , ƒ. 177. (f) Vaclerl. Hift. XIV. Deel. bl. 3j$ enx,,
(g) COMMEL1N, bl, 121».
VI. Stuk. B
|
||||
,
|
|||||||
ï8 AMSTERDAMS ILDsEt.
1675. nader verlof van den Staat, te vervreemden
of te vervoeren (h). Hoog Een geweldige florm uit den Noordwes- water. ten. dje 's nagts tuffchen den vierden en vyfden November opflak, jaagde het zee- water zo hoog op tegen 's Lands dyken, dat zy, op verfcheiden' plaatfen, doorgingen, onder anderen tuflehen Haarlem enAmfter- dam, en tuflehen Muiden en Naarden, 't Water flondt, hier ter Slede, tot aan de Waage op den Dam, en liep zelfs over den Nieuwen Dyk, zo dat zeer veele kelders en laage pakhuizen onder raakten (i). Doch het wenden van den wind ontlaflte de Stad fpoedig. Veele ( Men was, in deezen jaare, vlytiglyk be- hauten zjg geweefl aan het maaken en herfiel len geleld" van veelerlei Stads werken. Inzonderheid, werden 'er een groot getal van nieuwe hou- ten bruggen gelegd. De hamei voor de Haarlemmer Poort, die, in den florm van 't voorleeden jaar, om verre gerukt was, werdt insgelyks volmaakt (k). Kortom, men verzuimde niet, al het vermogen der Stad aan te wenden, om dezelve veilig, gemakkelyk en aangenaam te maaken voor de bewooners. Midde- Doch alzo men dikwils ondervonden hadt, len aan- dat de kelders, niet flegts in 't laage, maar gewend Zelfs in 't hooge gedeelte van de Stad, bloot om het flonden voor overftrooming, was men ook Stads wa-°P middelen bedagt om deeze zwaarigheid te
(h) COMMELIN, hl. I2I8,
(i) Tweejaar. GefchiedeniiT. II. 780.
\kj Refol. Yroedfch. lx. K. i% 7an' *«7f• ƒ• i«4*»«»
|
|||||||
1.
0
|
|||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 19
te voorkomen. Menhadt, al voor eenigen 1675^
tyd, vaftgefteld, denAmftel, waar nu de tér bui- groote fluis gelegd was, te houden buiten ten den befmetting van 't brakke Stads water; en ^'plJel to beflooten, ten dien einde, Ooftwaards van °uk®"/ de Stad, eene vaart te graaven, agter het ders en Braakje fVaterryk, federt tot land gemaakt; pakhui- die (trekken zou tot aan de nieuwe Vaart, zei\van en dienen tot een' bekwaamen boezem, om °0nopeern het Stads fchutwater daardoor te brengen te bevry-i tot aan 't Nieuwe Diep, daar men 't, met den. de ebbe, zou können doen afloopen. De Stad hadt j op den zevenentwintigften Sep- tember deezes jaars, O&roi verworven van 's Lands Staaten, om de land ery en, die tot het graaven van het nieuwe Kanaal, en tot het leggen eener bekwaame kaade langs het zelve, vereifcht werden, by fchattinge van de Geregten , onder welken dezelven ß gelegen waren, over te neemen; mids zy
zorg droege, dat het fluisje, ten einde van het Kanaal te leggen, met dubbele deuren, voorzien, en geen water in 't Nieuwe Diep geloosd werdt, dan met afloopend water, by ebbe, in 't Y,tegen de Ypeflooter-fluis aanftaande (/). Teritond na 't verkrygen van dit Oétroi, werdt het graaven van 't Kanaal ondernomen (tn). Doch men moeft, ten zelfden tyde, op middelen bedagt zyn, om 't water in de Stad te houden uit de kelders , die , by hoogen vloed en hoog Amftelwater, dikwils onderliepen. Men hieldtj
|
||||||||
/) Handv. bl. J54>
m) R.cfol. Vïoedfch. U. K. 21 Oö. 1675. ƒ, 2JJ,
B a
|
||||||||
I
|
||||||||
'
|
||||||
----- —
|
||||||
so AMSTERDAMS IL Deel.
Ï675. hieldt, in zulke ongelegenheden, de Y- en
Amftelfluizen wel digt: doch hierdoor werde de vaart geftremd, tot groot nadeel van den Koophandel, behalve dat ook de Amftel- landfche Landeryen onderliepen : en zo 't gebeurde, dat het Y- en Amftelwater te gelyk hoog was, lekte het water, al fchoon de fluizen digt gehouden werden, zo fterk aan alle kanten door, dat de boezem der Stad, in den tyd van een uur, een vierde, een halve, en fomtyds een geheele duim rees. Men zag dan geene andere kans, om deeze zwaarigheden te voorkomen, dan dat men zig van zekere werktuigen bedien- de , door welken zo veel waters uitgemaa- len werdt, als, op den zelfden tyd, door lekking, fchutting, regenwater, huiswater en op andere wyzen, binnen den boezem der Stad werdt gebragt. Burgemeefteren floegen daartoe drie rosmolens voor, di$ in den Stads tuin zouden gezet worden, en wanneerze met eene bots werden overdekt, niet meer dan drie duizend agt honderd gul- dens koften. En men befloot, in 't begin van December, tot de opregting der ver- eifchte rosmolens («). De Ad- Den Luitenant-Admiraal de Ruiter, in miraal de eenen zeeflag, by Sicilië, in April des jaars ?-ulier 1676, gekwetft geworden, en aan dewon- ^7<5 de overleed en zynde, werdt het Lyk, eer- lang, herwaards gevoerd, en op den agt- tienden Maart des jaars 1677 , hier ter Stede, in de Nieuwe Kerke, begraaven (0). De
(»} Refol. Vroedfch. L*. K. 6 Vee, 1675. f. 2*1.
(•j ÜKANDT de Ruit«, kt. 1006. |
||||||
*
|
|||||||||
XX.BoEK. Geschiedenissen. 21
De Weduwe en Kinderen van den Heere de io^tf.
Ruiter hadden, in Juny te vooren, op Bur-Wordt, gemeefleren begeerd, dat hun mögt wor-i" de den toegelaaten, de wapens van den over- £'e£we leeden voordeszelfs huizing op te hangen. bewra'a. Doch Burgemeefteren vonden 'er eenigeVen. zwaarigheid in, om dat diergelyke verzoe- ken , telkens, voordeezen, waren afgeflaa- gen. Zy zouden 't egter hebben aangezien, indien 'er de vrienden des Admiraals flerk op geflaan hadden (p) : 't welk ik nogtans niet vinde gefchied te zyn. TufTchen de aanhangers der Leere van De Ker-
Voetius en de aanhangers der Leere vankenraad Coccejus, was, al federt eenige jaar en, hier gee*er ter Stede, zo wel als elders, eenig gefchil werLpt geweeft, welk nu hooger fcheen te zullen eenige loopen, doordien de eerften zig veel lieten Vrede- voorftaan op de byzondere gumt des Prin- Punte,n»
r r\ • • j- • ■ die,door fen van Oranje, die zy zig, door eenen meer d predi-
dan gemeenen yver voor het Stadhouder-kanten
lyk Huis, boven anderen, meenden waar-en Ou-
dig gemaakt te hebben. In Holland, zogtderIin" ,
|
|||||||||
men egter de zaaken te beleiden tot eenig- jfej'^
|
aan-
|
||||||||
heid. En de Noordhollandfche Sinode hadt, geno-
in 't jaar 1674, tien punten ontworpen, die men.
daartoe ftrekten. Burgemeefteren van Am-
fterdam fcheenen niet ongenegen, om deeze
punten, ook hier ter Stede, te doen agter-
volgen; doch verkooren eerft af te wagten,
of dezelve ook, door de Zuidhollandfche
Sinode, zouden worden goedgekeurd (g).
Maar
(f) Groot-Memor. N. VI. ƒ. igo.
(?) Groot-Memo*. N. VI. ƒ. ijö. B3
|
|||||||||
/
|
|||||
r
Ü AMSTERDAMS U. Deei.
1677. Maar omtrent den aanvang des jaars 1677,
. . bragt de Regeering deezer Stad den Ker- kenraad tot een befluit op het bewaaren van de eenigheid en vrede in de Kerke, onder deeze zes voorwaarden: ,, 1. Datmenbly- „ ven zou by de regtzinnige waarheid, waar- „ in alle Gereformeerde Leeraars eens wa« 3, ren, en die, in Gods Woord en de For- „ mulieren van eenigheid , den Catechis- „ mus , de Belydenis en de Regels derDor- ,, drechtfche Sinode, was begreepen; en „ dat men, gevolgelyk, zou erkennen,dat „ 'er, ten opzigte van de Godgeleerdheid „ en Godsdienft, geen hoofdverfchil was „ onder de broeders, die egter, zo veel „ mogelyk ware, tragten zouden, het zelf- „ de te gevoelen en te fpreeken. 2. Dat „ men zig hoeden zou voor alles, wat de „ eendragt ftooren kon; en eikanderen, „ noch by de Heeren van de Regeering , „ nochby de Gemeente, zwart of verdagt 3, maaken. 3. Dat men de ftukken, waar- „ over men verfchilde, niet zou houden „ van zulk een gewigt, dat, zonder de- s, zelven, de Schrift niet wel noch ter za- • 3, ligheid zou können verflaan of gepredikt, 3, noch Chriftus Ryk bevorderd worden. 4. „ Dat men zig, in Predikatien en Catechi- „ fatien, van onfchriftuurlyke fpreekwyzen „ en ftellingen, die den grondflag der Leere 3, niet betroffen, en ligtelyk misnoegen zou- „ den können verwekken, zou wagten; of „ zo men 'er zig, fomtyds, van bediende, „ dezelven zo verklaaren , dat duidelyk „ bleeke 3 dat men niet van de Gereformeer- u de
■> ■ ,
|
|||||
'0
XX.Boek. Geschiedenissen. 2$
„ de Leere afweek. 5. Dat men, in het 1677.
„ beroepen van Predikanten, zien zou op „ gemaatigde en vreedzaame Perfoonen , „ zonder in aanmerking te neemen, op wat j, Akademie dezelven geftudeerd hadden: „ en dat men daarover, vooraf, in't vrien- „ delyke famen fpreeken zou. 6. Dat men j, hem, die hiertegen aangaan mögt, eerft „ Broederlyk zou vermaanen, om alle ver* „ wydering voor te komen." Men maakte van deeze punten een Kerkenraads befluit van Predikanten en Ouderlingen, welk den agtentwintigften January getekend was. Men ftelde vaft, dat men het den inkomenden Predikanten, zo dra zy zitting in den Ker- kenraad namen, zou voorleggen, om zig daar naar te voegen (r); gelyk federt ook gefchied is. Ook wordt het, jaarlyks, voor 't vernieuwen van den Kerkenraad, voor- gelezen. De Prins van Oranje, aan wien 't gemel- oordeel
de Befluit tot vrede der Kerke, door den van Am- Burgemeefter Nicolaas Witfen, uit den naam fterdara van Burgemeefteren, fmaakelyk gemaakt JJ^ren was (f), voltrok, in November deezes jaars, huwelyk. zyn huwelyk met de Prinfefle Maria, Dog- ter des Hertogs van Jork (t). De Stad Amfterdam was onder de eerften gereed, om het zelve goed te keuren (ü); fchoon Te MPLe aantekent, dat de Franfchen al- daar argwaan hadden weetea te. ver wekken over
(r) Holl. Merc. van 11577. hl. 91. CoMMELiN, bl. nis,
(/} Vit Aantek. van Bürgern. N. WitSkn.
(t) Vaderl. Hift. XIV. Deel, bl.4.66.
\u) Refol. VioeJfcU. L*. L. 9 Nov. 1*77, ƒ. z%^.
B4
|
||||
14 AMSTERDAMS II. D^
16*77. over dit huwelyk,als ware hetnadeeligge*
weeft voor de vryheid des Vaderlands, en als hadt Koning Karel de II., door middel van het zelve, den Prins geheellyk overge- haald tot zyn ontwerp van eene aanftaande vrede. Hy voegt 'er by, dat men, hier te Lande,eene ongeneeslyke agterdogt opge- vat hadt tegen het Engelfche Hof,endaar- om den Prins zo veel niet vertrouwde, als hy verdiende (u). Doch men heeft re- den om te twyfelen, of de Ridder Temple naar behooren onderregt geweeft zy van 't gene te Amflerdam omging. Amfter- Men handelde, ten deezen tyde, te Nieuw- dam be- megeri) over dQ Vrede, op welke de Regee- deVrede. Tmë van Amflerdam fterk gezet was. Alle 1678. de Refolutien, die, van tyd tot tyd, door Burgemeefteren en Raaden, genomen wer- den (w), liepen uit op de bevordering van een werk, welk men aanzag als ten hoog- ften heilzaam en noodzaakelyk voor den Staat in 't gemeen, en voor deeze Stad in 't byzonder. De Graaf d'Eflrades, Ambas- sadeur des Konings van Frankryk, hadt, zo de Raadpenfionaris Fagel verzekerde, aan iemant te Amfterdam, die 'er veel gerugts van maakte, gefchreeven, dat de Prins al- leen de Vrede tegenhieldt (#). En de Heer Mieronimus van Beverningk, die, wegens de Staaten, tot de Vredehandeling gevolmag- tigd was, fchreef, op den zevenentwintig- ften
(v) Memoirs p. J47, H?«
\w) RcfU. Vioedfch. Li. M. 9, 19 May, zj July 1C78«
ƒ. 47. 54. <si. (f.) Refol. Holl. 28 Mtart 167». bl. 149.
|
||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 25
ften Juny des jaars 1678 „ hoe een Franfch 167«,
„ Koopman van Amfterdam denFranfchen „ inboezemde, dat 'er niets zo onredelyk „ bedagt kon worden, dat de Regenten vaii „ die Stad niet zouden toeftaan, om de „ Vrede te bekomen, tot welk een prys het „ ook zyn mögt (y)" Doch 't bleek by de uitkomft, dat de Stad niet dan op redelyke voorwaarden wilde fluiten. De Vrede werdt, eindelyk, getroffen,op den tienden Augus- tus: na dat men, op den vyfden te vooren, hier ter Stede, nog werving zonder trom- flag, tot voltalÜgmaaking van eenige Rege- menten, toegeftaan hadt, mids men geene minderjaarigen, die onder Ouders of Voog- den (tonden, aanname (2). Temple teltBurge- Burgemeefter Hooft, die in de jaaren 1677 reeller en 1678 regeerde, onder de voornaamltear^t bewerkers der Vrede (0). Ook verhaak'er t0e. hy, dat de Prins van Oranje, zig, kojt na 't fluiten der Vrede, naar de Veluwe op de jagt begeven hebbende, hem, die naar Am- cv fterdam ftondt te verreizen, verzogt hadt, „ zyne groete te doen aan Burgemeefter j, Hooft, en hem te zeggen, dat hy niet |
||||||||||||
5>
|
begeerde, dat hy zyne belangen bevor-
|
|||||||||||
derde , dan zo lang hy, zyne Hoogheid,
de belangen van den Staat voorflaan zou." Temple kweet zig van deeze boodfchap: en de Heer Hooft verzogt hem, vrymoe- Tot hoe moediglyk en edelmoediglyk, den Prinfe telanghy's zeggen „ dat hy doen zou, 't gene op hem frjnfen „ be-belang
(?) Munim. Regiftèr , N. i. ƒ. 159.
(*.) Groot-Meinor. N. VI. ƒ. 203 verfa, («; Memoirs p. stz. B 5
|
||||||||||||
*
|
||||||||||||
s
|
|||||||||||
26 AMSTERDAMS II. Deel.
1678. » begeerd was, en zo lang in 's Prinfen be- dagt te » lanS zyn»a^s ^e ^r'ns *n 'l belang van zyn
bevorde- j> Vaderland was. Doch zo zyne Hoogheid ren. „ dit immer verwaarloosde, zou hy de „ eerfle zyn, die zig tegen hem verzetten j, zou. Tot dien tyd toe, zou hy zyn ge- „ drag noch berispen noch miftrouwen, „ alzo hy zeer wel will, dat onderling mis- „ trouwen tuffchen de Staaten en den Prins „ tot bederf van 't Vaderland flrekken „ moeil: (Z>)." Op deeze wyze, verhaalt de Ridder
Temple deeze byzonderheid in zyne Ge- denkfchriften, die in 't Franfch en in 't Ne- derduitfch overgezet, en in elks handen zyn. Doch in een zyner onvertaalde Brieven, den zevenden October deezes jaars, uit den Haage gefchreeyen, gewaagt hy 'er uitvoe- riger en naauwkeuriger van: waarom wy der moeite waardig geagt hebben, zyne ei- gen woorden, vertaald, hier in te lauen: Gefprek » Toen zyne Hoogheid," fchryft hy, tuffchen M onlangs, van hier vertrok, beval hy my den Rïd- j} zeer ernftelyk, een' keer te doen naar pfeende» Amfterdam, niet flegts om de gemoeden Bürge- y, aldaar te polfen, omtrent het punt der meefte- „ handhaaving van de Vrede, waarvan ik lenHooft^ ^en jjeer Secretaris verflag gedaan heb; 5" y*lc" „ maar ook, omtrent de wyze , waarop Keiner. * .. 1 rt * /* j
zy zig jegens den Pnnfe gedraagen zou-
|
|||||||||||
5»
5>
|
den , nu de Vrede geflooten was; naar-
dien hun gedrag, in het jongfte gefchil |
||||||||||
jj wegens Maaftricht, hem hadt doen ver-
„ moe«
(b) Meraous p. 377, 17».
|
|||||||||||
XX.BoEK. Geschiedenissen. 27
„ moeden, dat zy, by alle gelegenheden, tffa
„ openlyk zouden aanwerken tegen zyne „ belangen, hoe zeer dezelven ook over- ,, eenkwamen met het gevoelen der andere „ Provinciën, en zelfs met dat der overige j, Steden in deeze. Ten minfte, dagt hy „ dat de Heer Valckenier z\x\k een' rol fpee- „ len zou. Doch op dat zyne Hoogheid „ zyne maatregels te beter neemen mögt, „ begeerde hy eenig duidelyker licht, zo j, met betrekking tot zyne eigen befluiten, „ als ten opzigte der wy ze, waarop de Heer „ Hooft hem daarin onderfteunen zou; dat „ is, hoe ver hy onderfteund, en hoe ver „ hy verlaaten ftondt te worden. Want de „ Stad Amfterdam wordt volftrektelyk ge- „ regeerd door deeze tweeperfoonen, zon« „ der dat 'er iemant anders is, die flegts „ voorgeeft, daarin eenig deel te hebben. „ Ik heb lang met beide gefproken , niet ,; alleen gezamenlyk, maar ook afzonder- §i lyk, en, zo als de Prins meent, zeer ten „ voordeele van zyne zaaken en dienft in ,-, deeze Stad. DeHeerValckenier, die een „ peins agtig, loos en bedekt man is, kwam „ egter zo ver tegen my uit, dat hy, ten „ laatfte, rondelyk zeide, dat, wat hem „ betrof, hy altoos zo veel agting als iemant 3, in 't Land toonen zou voor zyne Hoog- 3, heids Perfoon en belangen, zo lang hy 3, zig hieldt binnen de vaftgeftelde wetten 3, van den Staat; maar zo hy, by de eene 0 of de andere gelegenheid, ondernam de- ,', zelven te overfchryden, was hy verpligt, M zig zo zeer als hy konde daartegen te 3, ver-
|
||||
28 AMSTERDAMS IL Dm:
167$. » verzetten: en hy geloofde, datzyneStad
„ niet alleen ook zo doen zou; maar dat de- „ zelve daarin zou toegevallen worden van „ alle de andere Steden van deeze Provin- „ cie, fchoon zy, ter Staatsvergaderinge, „ in andere opzigten, verfchillend met Am- j, fterdam Hemmen mogten.Dat hier twee „ foorten van luiden waren, van welken de „ Prins gebruik maaken kon: zulken, die „ hemtenHove, en in zyne jagtpartyen „ en andere uitfpanningen, verzeilen kon- ,, den; en zulken, die gefchikt waren om „ het Land te regeeren, en in 't algemeen „ den naam hadden, niet flegts dat zy goede j, Patriotten waren; maar ook luiden van „ bekwaamheid en van eerlykheid, en zul- „ ken, waarop het volk in 't gemeen zig „ gaarne verliet. Dat hy geene van deeze 3, luiden behoefde te noemen, alzo zy niet „ nalaaten konden bekend te zyn by den „ Prinfe: want, zo hyze al niet uit eigen „ opmerking kennen mögt; 't gemeen ge- „ rugt zou hem zeggen, wiezyin elke Stad „ waren. Dat, eindelyk, zo de Prins heb- „ ben wilde, dat alles hier gemakkelyk en „ eendragtiglyk ging; hy, wanneer hy iets „ ter Staatsvergaderinge voor te Hellen ,, hadt, eerft eenigen van deeze luiden uit „ de verfcheiden' Steden ontbieden, en met „ dezelven afzonderlyk fpreeken moeit.: zo „ hy bevondt, dat zy omtrent zyn voorltel „ eenerlei gevoelen hadden, mögt hy wel „ rekenen, dat de zaak, zekerlyk en ge- „ makkelyk, in de Staatsvergadering door- 5, gaan zou : zo zy verfchiilden, moefl » hy-
|
||||
XX.Boek. Geschiedenïsen. 29
,y hyze andermaal ontbieden, en 'er geza-
iy menlyk met hen over fpreeken , hun „ 'voorhoudende, dat hy bevondt, dat zy „ van verfchillende begrippen waren , en „ dat hy daarom begeerde, dat zy in zyne „ tegenwoordigheid eens met eikanderen „ fpraken: hieruit zou, op de eene of de „ andere wy ze, eene overeenkom!!: tuffchen „ hen ontdaan: even als, door de over- en j, wederfpraak in de Staatsvergaderingen, „ altoos, meer of min, te wege gebragt t> was: en hiernaar zou zyhe Hoogheid al- 5, toos vafte maatregels neemen können. „ De Heer Hooft, die veel openhertiger
„ man is, en veel meer gezags , fchoon „ minfler verbeelding, heeft dan de andere, „ liet zig nog verder tegen my uit. Want s, na dat hy eenigen van dezelfde dingen „ gezeid hadt, wegens 's Prinfen raadplee« „ ging met vertrouwde en geagtte Perfoo- „ nen in de byzondere Steden, na dat hy „ vooraf zyne maatregels met die van Am- „ fterdam genomen hadt, zo wel als met „ zulken uit andere Steden,die men open- „ lyk will van hem af te hangen, zyneon- „ derhandelingen niet bepaalende aan zeer „ weinige perfoonen van eene andere foort» „ noch zaaken van gewigt alleenlyk over- „ leggende met een'of twee Luiden; zobe- .„ floot hy, ten laatfte, het gefprek in dee- „ zer voege: dat niets hier zo noodzaake- „ lyk was , als eene volkomen eendragt Bj tuffchen den Prins en de Staaten; dat de 3, minfte fchyn van verfchil tuffchen beide », moeft weggenomen worden, alzo zulks „ Frank-;
|
||||
3o AMSTERDAMS IL Deel;
• 1678. j» Frankryk maar aanleiding geeven zou, ,
„ om het dan met de eene en dan met de „ andere party in den Staat te houden; en „ met elk van beide juifl zo veel, als met „ zyne tegenwoordige inzigten beft over- ,, eenkwame. Dat, wat hem betrof, hy ,, hiervan zo wel overtuigd was, en zulk „ een goed gevoelen van den Prinfe hadt, „ zo ten opzigte van deszelfs gemaatigd- „ heid, als van deszelfs regtfchaapen be- j, grip van zyn waaragtig belang, welk ge- „ heellyk verknogt was met dat van het „ Vaderland, dat, onaangezien al den arg- „ waan , die hier ongelukkiglyk verwekt ,, was, en veelligt, na deezen,looslvk ver- ,, wekt ftondt te worden; hy volftrektelyk „ beflooten hadt, den Prins te vertrouwen, „ tot dat hy hém zou zien ingewikkeld in „ onderneerriingen, ftrydig met het belang 5, en de vryheid van den Staat. Dat hy, „ in zulk een geval, de goede party kie- ,, zen, en zig tegen die onderneemingen, „ volgens zynen pligt, verzetten zou; doch „ dat hy, midlerwyl, geen' flap zou doen, ,, waar door hy 't Land en den Prins beide „ zou können benadeelen,door het voeden „ van tweefpalt tufTchen beide, op vermoe- „ dens en argwaan, waar voor hy geenen „ genoegzaamen grond zag. „ Voorts, voorzag hy nu,na de Vrede,
„ geene byzondere gelegenheid tot verfchil „ tuffchen den Prins en de Staaten , ten „ ware dat eene tweede vermindering van *£ Krygsvolk, op zulk een' voet, dat het L uit de gewoonlyke inkomften van het „ Land
|
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 31
„ Land kon onderhouden worden, daartoe 1678.
„ aanleiding gave. Doch toen ik hem zeide, „ dat men den tyd om zulk een' voorflagte „ doen vooral in aanmerking neemen moeft, „ en wagten, tot na't (luiten der algemee- ,, ne Vrede, of tot dat Frankryk zig ook be- „ gon te ontwapenen; en dat men, dan zelfs, ,, 't ftuk eerft afzonderlyk met den Prinfe ' „ van Oranje overleggen moeil, eer men 't „ in de Staatsvergaderinge bragt; antwoord- „ de hy, dat hy dagt dat ik gelyk had,en „ dat hy van dit verftand zyn zou. Hy be- 5, floot met betuiginge van de hoogfte ag- „ ting voor den Prinfe, en van veel zugt „ tot deszelfs perfoon en belang, waarvan „ hy begeerde, dat ik zyne Hoogheid ver- „ zekeren zou. „ Toen ik den Prins van dit alles verflag
deed, fcheen hy 'er by uitfteekendheid 9, mede in zynen fchik te zyn, zeggende, 9, dat myne reis wonderlyk wel geflaagd 3, was; en dat hy van't gehandelde zulk
4, een goed gebruikmaaken zou,dat hyniet
3, twyfelde, of hy zou deezen Staat wel . j, weeten te regtvaardigen ten opzigte van 3, het deel, welk dezelve behoorde te nee- j, men in de algemeene belangen van 't
3, Chriftenryk, zo zyneMajefteit [van Groot- . ,, Brkanje] maar beftendig blyven wilde by „ het agtervolgen van deszelfs maatregels „ hier te Lande (V)." Doch Burgemeefter Hooft hadt weinig Burge-
gelegenheid, om te doen blykën, hoe hyS^* (0 TaMW.es Woikl Tm. IV. p. f«a»
|
||||
j r
32 AMSTERDAMS II.Deeh.
1678. z'&» na ^e Vrede, omtrent den Prinfe dagt
te gedraagen. Hy overleedt, maar ruim twee maanden na zyn gefprek metTemple, op den twaalfden December deezes zelfden jaars (d). Temple verhaalt nogtans,dat hy, in deezen korten tulfchentyd, te wege bragt „ dat de groote en agterdogtige Stad „ veel meer vertrouwen kreeg op den Prin^ „ fe van Oranje, en op deszelfs gantfche „ beleid in Staatszaaken (*)." De Raad ^n May deezes Jaars » was een gevaarly- befluit ke oproer ontftaan aan den Zaankant, over eenige het invoeren eener nieuwe Turftonne , die J?™n' elders omftandiglyk befchreeven is (ƒ), naadden Burgemeefteren en Raaden beilooten , op Zaan- den eenentwintigden, twintig, dertig, veer- kant te tig of meer Stads foldaaten naar Zaandam zenden, te Zenden , tot flillinge van den oproer(g). line van Doch ik weet niet,of ditbefluk uitgevoerd een op- werdt. roer. Tuflchen de Steden Amfterdam en Weesp
Over- was ^ jn \ jaar 1650, e.ene Overeenkomft ge-
tuffchen* troffen °P het onderhoud van eenen weg,
Amfter- van ouds den Broedyk en ook ten öeele dam en den Looijendyk genaamd, loopende, door Weesp, vVeesperkarfpel, van de Uiterrneerfche fluis WekereS *n ^e V*&> a^ >tot aan ^en Harden of's Graa-
gabeiïe venland toe. Men hadt deezen weg federe in Wees- tot een zandpad gemaakt: en de Stad Weesp perkar- hadt, in 't jaar 1675, op haaren naam, Oc- p troi verworven van 's Lands Staaten, om eene
(d) Regeer. Lyft voor de Hand/, op 't /aar 167U
(e) Memoirs p. 37«.
(f) Holl. Merc. van 1678. hl. loo enz. Zte eo^Vadetl.
Hift. XIV. Dedybl. 473 enz. (s) Refol. Viocdfch. U. M. zi M*j 167%. f. ti*.
|
|||||
#
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 33
eene gabelle te mogen heffen s tot onder- j^g^ houd van het gemelde Zandpad. Doch al- zo het, door beide de Steden, onderhouden werdt, verklaarde Weesp, op den agtften September des gemelden jaars, dat de ga- belle ook ten voordeele van de beide Ste- den ftrekken zou (#). Doch het Zandpad De twee tufïchen de twee Steden, en de Vaart nevens Steden het zelve, die in 't jaar 1638 aangelegd wa- gedoe- ren , hadden tegenwoordig meer onderhoud tr0i, om noodig. Het onder water zetten der naafte de gabel- Landeryen, in 't jaar 1672; de overftroo-Je °P ming in't jaar 1675, en andere rampen had- ÏJJJjjJ den dit Zandpad zo zeer bedorven, dat het vaart te niet dan met zwaare koften herfteld konverhoo- worden, 't Pad was daarentegen zo weinig S«11» gebruikt» dat de inkomften der Gabellege- weldiglyk verminderd waren. Men bevondt,' 1679. in den aanvang des jaars 1679, dat de las- ten van 't Zandpad, in de laatfte zes jaa- ren, de inkomften wel veertig duizend gul- dens te boven gingen. En nog was de Vaart nevens het Zandpad, op verfcheiden' plaat- fen, zo ondiep geworden, dat 'er geene wa- terfchuiten vlooten konden. De zwaare kos- ten , die tot het onderhouden van 't Zand- pad en 't verdiepen der Vaarte vereifcht wer- den , bewoogen 's Lands Staaten, om den twee Steden, op derzelver verzoek, den negenentwintigftenMaart des gemelden jaars, O&roi te verleenen, om, in plaats van twee ftui-
|
|||||||||
(h) Handv. bl, 4+1.
VI. Stuk.
|
|||||||||
*
|
|||||||||
34 AMSTERDAMS II. Deel;
1679. ftuivers van alle Schepen zonder onder-
fcheid, vier Huivers te heffen van alle vaar- tuigen grooter dan Snebfchuiten; zes Hui- vers , van alle Waterfchepen, Smakfchuiten, Aaken en Samoreuzen; een en een halve fluiver van ieder perfoon, die, boven de twee, tot beftuuring van 't vaartuig vereifcht, met eenig fchip, de Veerfchuiten uitgenomen, werden gevoerd, en vier penningen van ie- der Verken of Schaap , het Zandpad ge- De Prins bruikende (i). van o- Wy hebben elders (k) verhaald, dat de
verbiedt ont(fekking van een waar °f gewaand ver- den Am- raad in Engeland^ den Hertog van York, 's fterdam- Konings Broeder, verdagt gemaakt zynde, £hen dat hy 'er de hand in hadt, in Maart des tïwieV Jaars l^9' noo^zaa^tie net ^y^ ■voor eenen
van'den lJ^» te rui1*160» en een' keer te doen naar Hertog Holland;daar hy, zelfs van zynen Schoon- van York zoon, den Prinfe van Oranje, met onge- te fchry- meene koelheid, bejegend werdt. Wy voegen 'er hierby, dat dit laatfle af te nee- men is, uit eenen brief, die zyne Hoog- heid aan den Amfterdamfchen Courantier, en waarfchynlyk ook aan anderen , deedt fchryven. My is van deezen brief een af- fchrift ter hand gekomen, welk, woorde* lyk, aldus luidt: (i) Handy, hl. 4jï.
(O Vadeil. Hift. XV. Dttl, hl. 23.
|
||||||||||
Mon-
|
||||||||||
J
|
||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 35
Monsieur, 1679.
|
||||||||||||
Defe is om geen anderen eynde als om UE
bekent te maecken dat fyn hoogh\ my expres* fel. heeft gelafl UE uyt des f elfs naem aen te fchryven, dat UE figb fal hebben te wagbten in UE volgende couranten eenige de minfle mentie te maeken van de perfoonen van hare hoogbede% den beere bartogh en vrou-we hartogin- ne van Torck, van haere aenkomfie, vertrek, ofte yets dat baer foade mogen raecken. Wil- lende hooggedagte fyne hoogh*. UE gewaer- |
||||||||||||
fchouwt hebben, dat indien UE figh fal ver-
|
||||||||||||
vorderen daervan yetwes te fchryven 'tfy in 't
goede, oft quade, dat fyn hoogh. feekerlyk UE feer qualyck fal doen traäeeren Dit fynde bet gene defelve my in laß heeft gegeven UE. te Jèggen. Blyven hier mede Monsieur,
UE Dienftwill. vriendt
(getekend)
C. HUYGENS.
Hage 19 Martii 1679. In 't laacfl: van Auguftus , kwam, voor Orde
deeze Stad, een fcheepje op llroom leggen, £ie*ter welk niet meer dan agttien laften groot, ^eoen en van Salée, daar thans de peil woedde, komend» C a- ge-
|
||||||||||||
35 AMSTERDAMS II. Dsst;
.1679. gekomen was. 't Geregt kreeg 'er terflond
ran met Kennis van, en verboodt, eenige goederen peft be- uit het zelve, hier ter Stede, te loflen, in fmette den tyd van zes maanden. Ook werdt, ten plaatfen. zelfden tyde , bevolen, dat geene fche- pen, van Salée of andere befmette plaat- fen komende, verder onder de Stad zou- den mogen naderen dan tot aan den Paar- denhoek (/). DeDig- In 't jaar 1679, zag men twee ongewoo- terjoofl: ne begraafeniflen hier ter Stede, eene in de de? wordt Nieuwe, en eene in de Oude Kerke. Op in de den agtften February, werdt de beroemde Nieuwe, Digter Joofl van Vondel, die den vyfden te en de Vooren overleeden was, door veertien Dig- maar- ters»^e 'l V* droegen, in de nieuwe Kerke, fchalk ter aarde befteld. Men fchonk den draage« Wirtz,inren eenen zilveren penning, die, aan de, de Oude eenezyde, 's mans beeldtenis, en aan de Kerke, ancjere, eene zingende Zwaan vertoonde; ren[aa waarby men 't jaar van zyne geboorte en dood las, met deeze woorden : D'oüdt- STE EN GROOTSTE POËET (til). Het
Lyk van den Veldmaarfchalk Paul Wirtz,
die reeds in 't jaar 1676 te Hamburg over- leeden , en over wiens nalaatenfchap groot verfchil geweeft was, werdt, eerfl in den Herfft deezes jaars , herwaards gevoerd, en op den vierentwintigften Oótober met veel flaatfie begraaven in de Oude Ker- ke. De Wethouderfchap verzelde het Lyk O). |
||||||||||||
De
|
||||||||||||
(/) Keurb. £r. P. ƒ. 214 verf* t »1/,
(m) Vondils Leven, hl. 741 7S- (>>) Heil. *l«ic. van 16-5. hl. al«« |
||||||||||||
»
|
||||||||||||
----- —
|
|||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 37
De nood des jaars 1672 hadtde Stad Am- 1679;
fterdäm, onder zekere voorwaarden, doen Nieuw« bewilligen in de verfterking van Naarden,r^d- waarin zy, eenige jaaren te vooren , nog^1"' merkelyke zwaarigheid gemaakt hadt (0). >t verfier- Doch deeze verfterking was niet of naauw- ken van iyks ondernomen, toen de Franfchen de Stad Naarden, innamen; welke, niet voor *tjaar 1673, den Prinfe van Oranje wederom in handen viel. De Staaten hadden, op den vierden May des jaars 1674, en op den twee-entwintigften Ja- nuary des jaars 1675, beflooten, Naarden, aan den Gooifchen kant, daar de grond hoog was, af te zanden (p); doch omtrent de verdere verfterking der Veftinge, geen uitdrukkelyk befluit genomen. Zyne Hoog- heid , die zeer op 't verfterken van Naar- den gefteld was, hadt de zaak wederom op het tapyt gebragt, in den aanvang deezes jaars 1679. De Regeering van Amfterdam kreeg 'er , terftond , kennis van , uit den Heere Coenraad van Heemskerk, die thans, wegens deeze Stad, in de Gecommitteerde Raaden zitting hadt. Zy zogt de raadplee- gingen te doen verfchuiven,tot op denaas- te Vergadering der Staaten (q). En federt Amfter- werdt beflooten, te verklaaren „ dat ded™. be" „ Stad niet kon bewilligen in het verfter- J?jj^ „ ken van Naarden, zonder een vooraf- uaélng', „ gaand uitdrukkelyk befluit der Staaten; doch niet „ al-in «te
(o) Zie IT. Deel, XVIII. B>ek, bl. 21? ent.,
O) Refol. Vrocdfch. L*. M. 14 Ma*rt 1679- ĥ 3o|,
U) Rcfol. Vrocdfch. Ir. M. 4 Febr. 1679. ƒ• 17«.
C3
|
|||||||
t
|
|||||||
3? AMSTERDAMS II. Deel;
1679. „ alzo men hier verftondt, dat Naarden,
verfter- 5» naar den Gooifchen kant wordende afge- kingvan „ zand, genoegzaam onwinbaar te maaken deeze 9i was;daar deeze Veiling, voor deafzan- Stadf „ ding, verfterkt zynde, nadeelig voor Hol- land zou können worden , wanneer zy „ eens door den vyand mögt worden inge-" ..-.' „ nomen." Men voegde hier een verzoek . ♦ by „ dat met de verfterking van Naarden, „ voor de afzanding , niet mögt worden „ voortgevaaren, dan na dat men Holland, „ ook aan andere oorden, verfterkt hadt." En men verzogt, eindelyk „ 1. dat zyne „ Hoogheid een ontwerp wilde doen maa- „ ken van de verfterking der gantfche Pro- j, vincie. 2. dat Gecommitteerde Raaden „ mogten onderregt worden, dat zy, zon- „ der nader befluit der Staaten, niet be- „ voegd waren, om met de verfterking van „ Naarden,voor dat de afzandinggefchied „ ware, voort te vaaren. 3. Dat hun ook „ mögt worden aangezeid, dat zy zouden „ gelieven af te wagten, waar de Staaten „ de penningen, die zy tot de verfterking 5) van Naarden gefchikt hadden , wilden „ befteed hebben (r)." Doch hierop volg- de een befluit der Staaten „ om Gecommit- 3, teerde Raaden te verzoeken en te gelas- „ ten, om de verfterking, zo wel als de af- „ zanding, ten fpoedigfte voort te zetten; en „ om op zyne Hoogheid het maaken van „ een ontwerp der verfterkinge vandegant- „ fche
(r) Rcfol. Vrocdfch, £». M. zo Febr. 1679. f. 17«.
|
|||||||
s.
f
|
|||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 39
„ fche Provincie te begeeren:" in welkbe- 1670;
fluit, Amfterdam, nogtans, niet bewilligd hadt (O- Terwyl men hierover in den Haage han- De Heer
delde , werdt den Heere van Heemskerk van naargegeven, dat hy zig uitdrukkingen zoupeems' hebben laaten ontvallen, die te kennen ga-^e0lrdt ven, hoe men, te Amfterdam, bedugt was, befchui- dat zyne Hoogheid op het verfterken vandigd,dat Naarden drong, om, door middel-van diehv mis" Vefting, meerder magt over Amfterdam,"p1^11 en gevolgelyk over den gantfchen Staat inpnnfe handen te krygen. Onder anderen zou hy verwekt gezeid hebben „ dat de verfterking vanhadu ., Naarden flegts driehonderd duizend gul- B, dens koften zou; doch dat de tyd ligte- „ lyk komen kon, dat Amfterdam wel om „ drie millioenen willen mögt, dat Naarden ,, nimmer verfterkt geweeft was." DeRid- derfchap, zeer verftoord op die van Am- fterdam , en op den Heere van Heemskerk in 't byzonder, hadt niet gefchroomd, ter Vergaderinge, aan te merken „ hoe zulken, 5, die wantrouwen tuflchen zyne Hoogheid j, en de Leden verwekten, voor veritoor- „ ders der onderlinge rufte moeften gehou« ,, den worden (f)." Burgemeefteren en Raa-rje sta(j den,kennis gekreegen hebbende van'tgeneverde- hun in den Haage naargegeven werdt, ver* diS* hem. klaarden zig afkeerig van 't verwekken van argwaan jegens zyne Hoogheid, en oordeel- den , dat niemant ligtelyk geloof geeven moeft
(*) Refol. Holl. 23 Febr. 1679. bl. zja.
(t) Aantck. vun een Reg. van Delft <>ƒ> 23 Febr, \6j9* MS,
C4
|
||||
40 AMSTERDAMS II. Deei.
1679. moeft aan vertellingen, ten tegendeelever-
fpreid. Ten opzigte van den Heere van Heemskerk in 't byzonder, verklaarden zy, „ dat, zo hy al gezeid mögt hebben, dat „ Amfterdam zig het verfterken van Naar- „ den wel zeer zou können beklaagen, zulks „ niet behoefde te zien op 't gene van we- „ ge zyne Hoogheid zou mogen onderno- „ men worden; maar op het nadeel, welk „ Amfterdam van het verfterkte Naarden „ zou te dugten hebben, wanneer het eens, „ door den vyand , overmeefterd was." Voorts, verzogten zy den Raadpenfionaris, dat hy de jongfte Refolutie der Staaten, te- gen welke zy reeds eene aantekening gedaan hadden , niet wilde uitgeeven. Doch de Staaten verftonden, dat hy, met dit uitgee- ven , 't welk reeds begonnen was, zou voortgaan. Amfterdam beweerde hiertegen „ dat wel de afzanding, maar niet de ver- „ fterking van Naarden, ter Vergaderinge „ der Staaten, in beraad gelegd was; waar- „ om de Raadpenfionaris, zelfs tot het „ laatfte, niet hadt mogen befluiten, veel „ min het befluit uitgeeven, en doen uit- Zyne M voeren." Zyne Hoogheid nam, federt, b*°dS" genoe§en» m 'l Sene ^e Sta£*» ten zy"eri
misnoe- opzigte, hadt doen verklaaren (m). Doch gen op men bleef, van hier, nog al dringen op de tegen noodeloosheid van 't verfterken'van Naar- |
|||||||||||||
^
|
dam.
|
er" den; daar toe gebruik maakende van eeni-
|
|||||||||||
gen der redenen, van welken men zig, in,
't
(u) Kefol. Vrocdfeh. Lr. M."17 Frbr. s Maart 1679, ĥ
Itzenx,. 299» Gioot-Meaior. AT. VJ. ƒ. zit. |
|||||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 41
't jaar 1668, bediend hadt, en die wy, ter 1679«
zyner plaatfe (v), gemeld hebben. Einde- lyk, boodt men aan „ het onderzoek, of de „ Refolutien der Staaten, op het afzanden „ van gaarden genomen, ook eene refolu- j, tie tot verilerking der Stad inflooten, te „ willen verblyven aan de uitfpraak van „ den Hove, mids zulks niet in gevolg ge- „ trokken wierdt." Te gelyk, werdt den Heere van Heemskerk gelaft, dat hy zig altoos verontfchuldigen zou van iet te raa- den of te doen, tot uitvoering der Refolu- tie van den drieentwintigflenFebruary dee- zes jaars, de verilerking van Naarden be- - treffende (w). Onder de redenen, die de Stad, tegen de verilerking van Naarden, hadt ingebragt, was ook deeze „ dat de ., Koop luiden, zo hier als buitens Jands,uit „ de verilerking van Naarden , argwaan „ zouden können opvatten; die, hoe onge- „ grond ook, ligtelyk nadeelig zou kon- „ nen zyn voor 's Lands Koophandel, daar „ de welvaart, en zelfs 't gantfche beilaan „ van den Staat van afhing." Doch deeze aanmerking hadt nieuw misnoegen verwekt by zyne Hoogheid, als of die van Amiler- dam daar mede getoond hadden, dat zy hem miftrouwden. Van wege de Stad, werdt ernflelyk het tegendeel betuigd; doch te ge- lyk verklaard, dat men niet nalaaten kon, voor te ftellen, dat anderen , al ware 't geheel ongegrond, een' argwaan zouden kon-
(v) Zie II. Deel, XVIII. Bot{, hl. jo2 ent..
(*>) Refol. Vrocdfcli. £r. **. 14Mtmn U79. ƒ. |od,jop,
C5
|
||||
42 AMSTERDAMS U.Deei.
1670. können opvatten, die voor den Staat, en
voor zyne Hoogheid, niet dan nadeelig zyn kon (#). Met de De verklaaring van Amfterdam tegen 't afzan- verflerken van Naarden was van dat ge- ding van volgs dat dit werk, voor eerft, niet fterk wordt6n wercfc voortgezet. Met de afzanding werdt een be- een aanvang gemaakt. De Stad ftondt toe, gin ge- dat de Zandfchuiten ontheeven werden van maakt, jen tol der Huis te Muiden, en van de ga- belle van het Trekpad tulTchen Muiden en Naarden, fchoon zy daarby merkelyk bena- 1680. deeld wierdt. Doch in't volgende jaar, maakte zy zwaarigheid, om op zekere fchik- king in het afzanden te bewilligen, zo lang men haar niet fchadeloos ftelde, ter zaake van de koften, door haar gedaan, in 't maa- „ ken der Muider-fluis (y). Zyne Hoogheid zag dit ongaarne; doch de Stad bleef by haar gevoelen (2). Zy ftondt 'er, nog in 't begin van Auguftus, op, dat de zaak der vergoeding van haar verfchot,op denaafte Vergadering, afgedaan werdt (V). Doch dit gelukte zo fpoedig niet: waardoor ook het werk der afzandinge vertraagd werdt. Men ar- Burgemeefteren en Raaden van Amfter- beidt aan dam waren, federt eenigen tyd, bedagt ge- »tverbe- weefl- 0p middelen, om de laften der Stad, de^Stede die» geduurende den oorlog, fterk toege- inkom- nomen waren, te verminderen, en derzel- ften. ver inkomften te verbeteren. Zy hadden, on-
(x) Refol. Vroedfeh. L*. M. 17 .Apr. KS79, ƒ. 346 »**■
(y) Refol. Viocdfch. Lr. N. 26 July 1680. ƒ. 19?. (x,) Refol. Vroedlch. Lt. N. 29Jttty 1680. ƒ. 198» 200, (a) Relol. Vioedich. L'. N. z *Aag. 1680. ƒ. üo. |
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 43
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
onder anderen, in Oftober des jaars 1679, i<58o.
beflooten „ de Profeflbren der Doorlugtige „ Schoole, die toen zes in getal waren, „ tot op drie te laaten uitfterven; de In- „ treft, die dé Stad betaalen moeit, van „ vier op drie en een half ten honderd te j, verminderen; de Obligatien, ten lafte „ der Stad loüpende, ten fpoedigften af te „ taffen; de eenige Compagnie Stads fol- j, daaten af te danken, met behoudenis van „ gaadje voor den Kapitein, Luitenant en j, Vendrig, en de vafle goederen van de |
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
„ Stad, en van de Kerken en Godshuizen,
„ die weinig opbragten en veel onderhoud „ vereifchten, te verkoopen (£)." Op ge- lyke wyze, wilden zy ook de geldmiddelen des gemeenen Lands verbeterd, en te raa« de gehouden hebben. Doch alzo zy het groot verval, welk in 's Lands zeemagt ge- komen was, met leedwezen zagen, floegen zy, in 't begin des jaars 1680, het aanbou- wen van een goed getal van Oorlogsfche- pen voor ; waartoe , eerlang, beflooten werdt (e)- Het timmeren deezer fchepen ging egter niet zo fpoedig voort, als men gehoopt hadt. Amfterdam hadt, dikwils, zwaarlyk ge- Eene
leeden van hooge zeevloeden, en liep 'er nieuwe grooter gevaar van , doordien een groot J^at"" gedeelte der Stad aan den Y-kant niet be- gemaakt polderd, en laag gelegen was. Men bragt langs den dit ftuk ter overweeginge van den Raad, in Y-kant. Au-
(b) Refol. Vroedfch. Lt. N. 16 OB. 1679. f. 4. 4
(cj Refol. Vroedfch. /.*. N. 9 Jan. 6 Febr. i6%o.f. 47,
77. Zit «e^COMMÊJLlN, bl, llio. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
44 AMSTERDAMS II. Bufë
l6So. Anguflus deezes jaars. 't Werdt toen ge-
field aan eene Commiffie, beflaande uit alle de regeerende Burgemeefleren, en uit de Heeren Cornelis Geehinck, Heere van Kaftrikum , Mr. Gillis Valckenier, die op den zesden November daaraan overleedt (d), Cornelis van Vlooswyk, Heer van Vloos - wyk, Johannes Hudde , Louis Tripy Johan de Vries en Cornelis Bäcker ( e ). Zy over- woogen verfcheiden' voorflagen, die tot beveiliging der Stede gedaan werden, en 1681. deeden , eerft in Maart des jaars 1681 ,
verflag van een Ontwerp „ om de Stad aan 5, den Y-kant, door vier fleenen Waterkee- „ ringen, ieder met twee paar ebdeuren, „ te fluiten, de Haringpakkery, de oude „ Teertuinen,en weinige huizen meer, op „ begeerte der bewooneren zelven, daar- „ onder niet begrypende. De vier Water« „ keeringen moeften gelegd worden in het „ Damrak, daar de nieuwe brug lag; naar „ 't einde van de Gelderfche Kaai, voor 't j, Frans - Talingen - fleegje; daar de Kraans- „ bn\g lag, ten einde der Oude Waale; en 5, ten einde van den Montelbaans burgwal, „ daar de Y-brug lag, by 't oude Weflin- „ difche Huis. En om de nieuwe Water- „ keeringen bekwaamlyk te hegten aan die „ van den Haarlemmerdyk en het Nieuwe- n Waals-Eiland, moeftmen denNieuwen- dyk, van de nieuwe Haarlemmer fluis [9 tot aan de Ramskooiof Hafïelaars-fteeg, „ met
(i) Zie COMMELIN, il, »M.
(e) Rcfol. Tioedlch. Lt. N. 19 **-J. !«<»• ƒ• i*j.
|
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 45
„ met eene fleuf klei in 't midden, hoogen l0"8i.
„ tegen 't inkolken. y*an 't einde van de 9, eene of de andere fleeg af, tot aan den „ voet der nieuwe brugge, moeft, door 't „ leggen van muurwerk, 't verhoogen van ., ftraaten, of op eenige andere wyze, ee- „ ne beftendige Waterkeering worden ge- „ maakt, die voortgaan moeft, van de „ ooftzyde van de nieuwe brug, langs den „ Kamper • fteiger en Zeedyk, tot op de 9, ooftzyde van den Oude • zyds - Kolks- „ burgwal: van daar, door het eerfte Pak- j, huis en Frans - Talingen - fteegje, tot aan 5, de Waterkeering in de Gelderfche Kaai, „ aan de weftzyde: en van de ooftzyde der „ gemelde Kaai, door het naafte flopje en „ huis, regt toe regt aan op de Kraansbrug. „ De gantfche Waterkeering, zo in de 9, graften als op het land , zou moeten „ worden gemaakt, ten minfte op de hoog« 9, te van drie voeten beneden het bovenfte 9, van den dekfteenvandenOofterhoek aan 9, den zeekant van de fluis te Muiden. En „ men oordeelde ook, dat, door den tyd, 9, de Haarlemmer-dyk binnen de wallen, 9, het Nieuwe-Waals-Eiland , de Y-burg- „ wal, en de dyk tuflchen de Raapenburger j, fluis en de Stads wallen, op dezelfde hoog- j, te, behoorden te worden gebragt. De „ koften waren op driemaal honderd dui- 5, zend guldens gerekend, die men begreep „ op alle de huizen en pakhuizen van de „ Stad, zo buiten als binnen de Zeedyken „ gelegen, te moeten omflaan. De tyd, „ tot het maaken der Wstterkeeringe ver- „ eifcht,
|
||||
—■T***T'
|
|||||
46 AMSTERDAMS ILDeel.
1681. » eifcht, werdt op twee jaaren gegift. En
„ men oordeelde, dat Burgemeefteren en 5, Thefaurieren , telkens op den eerften „ Maandag inSeptember, behoorden te zien, j, of alles by der hand en in orde ware, om 'er „ zig, des noods, van te können dienen: 3, en na 't voltrekken van 't werk, ten min- j, fte tweemaal 's jaars, den fchouwtedoen „ langs de gantfche Waterkeering, eens in „ 't najaar, by hoogen vloed, en eens in „ den Zomer, op den eerften Dingsdag in „ Auguftus." De Raad nam een befluit, in allen deele overeenkomftig met het ver- flag van CommiflariiTen (ƒ). De Stad Midlerwyl, hadden Burgemeefteren, reeds verkrygt 0p den dertienden der zelfde maand Maart, P?Toi O&roi verworven van 's Lands Staaten, om omflaan de koften der Waterkeeringe te vinden uit der kos- eenen omllag op de ingezetenen (g), die, ten. federt, onder den naam van Wat er keer geld, betaald wordt. Met den arbeid aan de Wa- terkeering werdt zo vlytiglyk voortgevaa- ren, dat men 'er, in November deezes jaars, Men al ver mede gevorderd was. Men befloot maakt toen, by nadere overweeging, de Water- eenige keering tmTchen de Spaarnedammer fluis en rSTin6" Nieuwe brug te maaken, door de Ramskooi het eer- en langs de Texelfche Kaai, daar men den fte Ont- grond met klei hoogen, en voorts beftraa- werp derten zou . ter wederzyde, naar de huizen keedn- en naar ^en water^ant > zagtjes af glooijen-
ge> de. Langs den Nieuwen-dyk, tünchen de Haar-
(f) Refol. Vroedfch. L*. N. 19 Maat* u%u f. 305 tnx.,
(x) Handy, bl, 716, |
|||||
XX. Boek. Geschiedenissen. 47
Haarlemmer-en Spaarnedammer - fluizen, itfgi,
zou men de ftraat in 't midden, op gelyke wyze, hoogen, doch drie duimen laager, en wat fteiler glooijende, om de huizen zo weinig te befchadigen als* mogelyk ware. Eindelyk, werdt ook, op verzoek der eige- naaren van de huizen en pakhuizen op de GelderfcheKaai, en om andere goede re- denen , goedgevonden, de Waterkeering daaromtrent te leggen, van de Kolks Huis, langs den Kolks-burgwal, tot aan den Schrei- jers hoek, en binnen den Schreijers tooren om, regt over de Gelderfche Kaai; en van daar voort, langs den buitenkant, tot aan de Kraans-brug (h). Maar in de Lente des volgenden jaars, verzogten de bewooners der Oude Teertuinen, dat de wal aldaar verbreed en verhoogd mögt worden; dat 'er nood • of fchotdeuren voor de Kolk mogten worden gemaakt, en dat de nieuwe fluis buiten om den Schreijers tooren mögt wor- den gelegd: in welk verzoek, terftond be^ r willigd werdt (1). By gelegenheid der ver- hooginge van den buitenkant van het nieu- we Waals-Eiland, tot eene Waterkeering aldaar, zou men, langs 't water, gaarne eene fteenen jukking gemaakt hebben. Doch " de eigenaars der huizen, aanziende tegen de •koften, verzogten, dat men hen alleenlyk van eene houten jukking voorzien wilde : waarin, insgelyks, bewilligd werdt (k). De Waterkeering werdt, binnen den beftem- den
(h) Refol. Vroedfch. Li. O. 7 Nav. iögi. ƒ. 78.
(i) Refol. Vroedfch. Lr. O. 9 Maart 1682. ƒ. ijz. CO fcefol. Vroedfch. Lx, O. 11 Maj i6»z. f. zo*. |
|||||
•v
|
|||||
48 AMSTERDAMS II. Deel.
[ 'ï68i. der* tyd, in den jaare 1682, voltrokken.
Sommigen hebben de eer van't werk, voor- naamlyk, gegeven aan den Burgemeefter Johannes Hudde (/). Men kan, uit eene Grond- tekening van Amflerdam , ligtelyk zien, hoe groot een gedeelte der Stad, door het maaken deezer Waterkeeringe, voor hoo- gen vloed bevryd geworden zy. De Stad In de Lente des jaars 1681, werdt, by fchenkt Burgemeefleren en Raaden, aan Diakenen conie13" ^er Gereformeerde Kerke , op derzelver den verzoek, toegeftaan een erf in de nieuwe grond tot Vergrootinge, tot het ftigten van een Bes- *:en °u" jes' of Onde-Vrowwen • huis (jri). 't Gebouw wen?°U" werdt, federt, voltrokken aan den Amftel, Huis. 1 tuffchen de Heeren- en Keizers - graft; en de oude Vrouwen, die, tot hiertoe, door de Diaconie, afzonderlyk plagten befteed te worden, werden 'er in geplaatft. DeFran- Sedert eenige jaar en, onthieldt zig, hier Tchen ter Stede, een Franfchman, die zig Graaf tragten van Sedan of van S. Paul noemen liet. Lo- hetaeïyk dewyk de XIV., Koning van Frankryk, dee- uit Am. zen man fchuldig houdende aan frioode eu- fterdam veldaaden, ondernam hem heimelyk te doen te ligten. 0pligten en vervoeren, ten dien einde ne- gen dragonders, met eenen Luitenant aan 't hoofd, uit de bezetting van Yperen her- waards zendende. Doch alzo men,bytyds, de lugt gekreegen hadt van den toeleg , werdt deeze manfchap, tegen 't einde des jaars, te Rotterdam, vaflgehouden, en naar den
(/) COMMELIN, bl. JJZ, lig«.
(m) Refol. Vtocdfch. L\ N. 3 Jjfftl itfSi. ƒ, 3 J*t
|
|||||
)
|
|||||
XX. Boek. Geschiedenissen. 49
den Haage gebragt, daar 't den Graaved'A- I6gI#
<uaux, Ambafïadeur des Konings vanFrank- ryk, vry wat moeite koftte, eer hyze op vrye voeten kon doen Hellen (»)i De Gereformeerden in Frankryk begon- veete
den, federt meer dan een jaar, meer of Franfch* min, verdrukt te worden. De Koning wilde v}uëie~ geene Gereformeerde Vroedvrouwen meer ^^ toelaaten (0). Hy verboodt allen Roomfch ven zig Katholyken, op zwaare ftraffen, de Gere-naar Am- formeerde Leer te omhelzen. De belyders fterdaffl> deezer Leere werden van verfcheiden' kleine ampten uitgeflooten. De verdrukking nam toe, in't jaar 1681. De Koning beval, by een ,Edi& van den zeventienden Juny, dat de kinderen der Gereformeerden, zo dra zy zeven jaaren zouden bereikt hebben , toe den Katholyken Godsdienft zouden mogen worden aangenomen. Men verfpreidde dit Edi& in Holland; en het bragt veel toe, om de gemoeden te vervreemden van Frank- ryk. Te Amfterdam, werden klaagliederen gezongen langs de ftraaten, die 't medely- den met de verdrukte Gereformeerden in Frankryk flerk gaande maakten onder *c volk: welk toenam, toen men veele Fran- fche Gereformeerden, met hunne kinderen, naar Holland zag overkomen (ƒ>)• In den nazomer, kwamen reeds eenige Franfche vlugtelingen hier ter Stede, en in Septem- ber, vervoegden Pierre Poulain, Matthieu Ie NO-
tn) Zie VaderL Hift. XV. Dttl, U. 7j en*. (•) Negociat. du Comte D'AVAUX Tot». I. f. jj. (?) Negociat. du Comte d'Avaux Tom, I. pt xji, 154 Ij7,i«ï. Vaderl. Hift, XV. Deel, bt. 31*. VI. Stuk. D
|
||||
5<J AMSTERDAMS II. Deel.
ïóSr, Noble en eenige anderen zig, met een Ver-
zoekfchrift, aan Burgemeefteren , waarby zy begeerden, dat hun gelegenheid gege- ven werdt, om hier de weevery op te reg- ten, diezy, in Frankryk, hadden moeten ty wor- verlaaten. Ook bewilligde men in dit ver- den hier zoek. Aan zes huisgezinnen werdt, op den gunftig- drie en twihtigften September, het Burger- wmgta, ^naP en drie jaaren vrydom van Stads Ex- cynzen gefchonken, benevens verlof, om hunne handwerken buiten de Gilden te mo- gen oefenen. Daarenboven, werden Bur- gemeefleren gemagtigd, om diergelyke vry- heden aan diergelyke perfoonen te mogen toeft aan. De Heeren Mr. Jacob Bor e el, Mr. Nicolaas Witfen en Jean Appelman werden benoemd, om het oog te houden over de aankomende Franfche vlugtelingen, en zorg te draagen , dat dezelven aan werk geholpen werden. De zieken werden in 't Gafthuis befteld: de armen den Ouderlingen en Dia- kenen der Walfche Gemeente aanbevolen, en nog voor 't einde des jaars, tweemaal tienduizend guldens uit Stads CaiTe gefchikt, tot onderfteuning der behoeftige Franfche 1682. vlugtelingen (q). De vervolging wies aan» # in 't volgende jaar, na dat de Franfche Geeftelykheid een Ontwerp van vereeniging
gemaakt hadt ,**"welk door de Gereformeer* den verworpen was; waarop zy, door dra- gonders , tot aanneeminge van het zelve ge- dwongen werden, 't Getal der vlugtelingen ver-
(?) Réfol. Vroedfch. L*. O. ia, 2J Stpt, 7 Ofl, « JDec,
ZétJ. ƒ. SIj S9,ti, loj. |
||||||
»
XX.Boek. Geschiedenissen. 51
vermeerderde toen üerk.. Onder anderen, j682.
begaf zig Pierre Baillcyeen voornaam Koop- man uit Clermont in Languedoc, naar Am- fterdam, wien hier het gewezen Aalmoes- feniers - Ziekenhuis tot een Werkhuis werdt toegedaan; daar hy, voor eeril, honderd Franfche vlugtelingen aan werk helpen zou, waartoe de Stad hem tienduizend guldens, zonder Intrefl te rekenen, fchoot (r)." In 't volgende jaar, toen tiy, in de plaats van veertig , reeds zeitig getouwen opgeregt hadt, en het gantfche INoordfche Bofchmet zyn werkvolk bezet was, werden hem nog tienduizend, en wat laater,nog vyftiendui- zend guldens verftrekt. Ook betaalde de Stad* voor hem vierduizend vierhonderd guldens Bankgeld op WiiTelbrieven, mids hy zyne boeken liete naarzien , gelyk hy aangebooden hadt. Ten zelfden tyde, wer- den hem, uit het Weeshuis, Aalmoeffeniers- huis en Diaconie-huis, tweehonderd en veer- tig Meisjes toegedaan, om Point de Venife en andere kanten te naaijen (j). Aan Jean Pineau waren, te vooren al, drie- of vier- duizend guldens verftrekt, mids hy de Ser- ges de Nismes, welken hy maakte, der Stad in handen ftelde. Ook hadt men Dinant Loures het opregten vanjvyftig getouwen, tot het weeven van Wollenftoffen , onder gunftige voorwaarden , toegeftaan. Men vergunde den Markgraave de Venours eene wooning voor jonge Franfche Juffrouwen, die
(r) Refol. Vroedfch. Lt, O. 26 Sept. ifigz. ƒ. 2pj.
0} Gioot-Memoi. N. VU. ƒ. ti. D %
|
|||||||
1
|
|||||||
—
|
||||||||
52 AMSTERDAMS IL Deel.
1682. die kant werken zouden. En men beiloot,
in January des jaars 1683, twee Collecten *s jaars te doen, ten behoeve der Franfche vlugtelingen, en de penningen, die 'er van kwamen, der Walfche Diaconie in handen te (tellen (0- Kort te vooren, was vaftge- fteld, de zolders boven 't Stads Magazyn, op den Singel by den Heiligen - Weg , te fchikken tot een Stads Zydewindhuis. om te voorkomen, dat de zyde, die hier verwerkt werdt, niet buiten de Stad werdt gevoerd, om gewonden te worden («). Tot onder- houd van dit Huis , werdt, in den jaare 1688, een Godspenning van een gulden ten minfte gelegd op ieder baal zyde, die ver- kogt, en ter waage gewoogen werdt ( v ). In 't jaar 1684, kwamen 'er nog meer vlug- telingen over , die ook, voor een groot ge- deelte, hier ter Stede geplaatft werden ; gelyk wy beneden zien zullen. Nieuwe In de nieuwe Vergrooting der Stad, om- Plan- trent de Muider Poort, lagen, tuffchen den taadje en Amftel en de Raapenburgergraft, van de tttahieV^eeren-graft tot aan de Stads wallen, nog ter Stede veele erven ledig, een gedeelte van welken aauge* men, in den aanvang deezes jaars, befloot tefid. iQ beplanten, aan tuinen uit te geeven, en tot houtwallen te verhuuren (w) , gelyk, federt, gefchiedde. En is zulks het begin geweeft der nieuwe Plantaadje, die, nader- hand, (:) Refol. Vroedfch. Lr. P. jg, t* Jam. u Maart, z$
Juny i«5«a. ƒ. 17 » 20, 21 , ij, 49, 85. (tt) Refol. Vroedfch. Lr. t. n Dec. itfga. f. i.
(v) Handv. l>l. 1169, 29».
(a>) Refol. Vrucdfcli. L*. O. 16 Jan. \&%i. ƒ. 121, ,
|
||||||||
v.
|
||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 53
hand, in verfcheiden' opzigten, verbeterd i6"8z.
is, en nog zeer wel onderhouden wordt. In November, werdt geraaden gevonden, in de plaats van den ouden Hortus Medicus of Jrtfeny-tuyn, die in 't Reguliers - Hof ge- weeft , en met de nieuwe Vergrooting weg- geraakt was, eenen nieuwen aan te leggen: waartoe eene bekwaame plaats , aan den ingang der Plantaadje, gefchikt werdt (jc). De Gemaalin van Ferdinand Albrecht, De Stad
Hertog van Brunswyk - Lunenburg, op den ^aat jllf veertienden Maart deezes jaars, van tweeovJrCgn. Zoonen verloft zynde, werden Burgemees-Zoon des teren en Raaden van Amfterdam totGeva-Hertogi ders over een' deezer Zoonen, Ernfi Ferdi-™n nand, verzogt. De Stad aanvaardde deeze wyk_LU- eer, en fchonk den jongen Prinfe een ftuk nenburg. Zilverwerk , ter waarde van zeshonderd guldens (y). De Volkplanting van Suriname hadt, Zy bc»
tot in den Herfft des jaars 1682, toebe- komt een hoord aan de Staaten van Zeeland ; doch ^i0 V? werdt toen , voor tweehonderd en zeftigpfant°n * duizend guldens , aan de Weftindifche van Su- Maatfchappye afgedaan. De Stad Amfter- riaame. dam hadt lang het oog gehad op deeze Volk- planting , en het overneemen derzelve be- werkt (z). Zy zogt ten minften een ge- deelte van den eigendom voor zig te ver- krygen. En men kwam, in May des jaars 1683, overeen, dat de Volkplanting, voor een
(x) Refol. Vroedfch. Li. O. ia Nov. i6tz. ƒ. ju.
(j) Reiol. Vroedfch, Li. O. i« April i6«i. ƒ. 17$. (*.) Refol. Vroedfch. L*. O. 7 Ociob, 17 Nev.16%1. \6 f*»* 7* %Sept. $ Dec, IÓS2. ƒ■ <» ,il> UI, Z2I,2S3|34Z< D3
|
||||
54 AMSTERDAMS ILDezu
een derde gedeelte, door de Stad, voor een
derde gedeelte, door de WeftindifcheMaat- fchappye, en voor het overige derde ge- deelte, door den Heere Corneas van Aars- fen. Heer van Sommehdyk, bezeten zou wor- den (a). Van Stads wege, werden, eer- lang , toe eerfte Direfteurs verkooren de Heeren Coenraad van Klenk, Gillis Sautyn en Cornelis Valckenier. Men beraamde eenige punten, naar welken zy zig, in het waar« neemen deezer Gommiflie, zouden hebben te gedraagen. De Heer van Sommclsdyk gaf aan de Stad Obligatie, voor den beloop van zyn aandeel in de Volkplanting, welk, door haar, uitgefchooten werdt (£). De Staaten van Holland verleenden Schepenen van Amflerdam, by Refolutie van den twin- tigften July des jaars 168 j., verlof, om mis- daadigen, die anders tot het Tugthuis zou- den veroordeeld geworden zyn, te mogen doen vervoeren naar Suriname, omze al- daar, aan openbaare werken, te doen ar- beiden CO- Het toeneemen van het getal der inwoo- neren, federt de nieuwe Vergrooting der Stad, moefl noodwendig gevolgd worden van het toeneemen der kinderenen de Wees- huizen , met naame in het AalmoefTeniers- Weeshuis, dat, voor omtrent twintig jaa- ren, opgeregt, en voor maar agthonderd kin- deren gefchikt was, daar 'er nu wel der- tien- fa) Munim.-Reg. N. 4. f. 29 J. Handv. hl. 2<fj. (b) Refol. Vroedfch. I.t. P. 20 May, 11 J**Jt zi A*£* J6S*. ƒ. So, 81 , UJ.
{() Zit Handy, bl. 57g,
|
||||||||
1(583.
|
||||||||
De Re-
geering geeft verlof tot het bouwen van een nieuw Aal- moefle- |
||||||||
•
|
||||||||
■III»"""' .
|
|||||||||||
■
|
|||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 55
tienhonderd in gehuisvefl werden; waardoor j 63 3. het Huis derwyze vervuld en opgepropt was, nlers. dat 'er de kinderen niet konden gehavend huis» worden naar behooren. De Regenten ver- zogten , derhalve , verlof tot het bouwen van een nieuw Huis; waartoe bydeVroed- fchap,inJuny deezesjaars, beflooten werdt. Burgemeefterenvwerden gemagtigd, om het opzigt te hebben over 't bouwen, en zorg te draagen, dat de middelen der Stad, die 'er, naar allewaarfchynlykheid, toezonden vereifcht worden, zo veel mogelykware, gefpaard werden (d). In Engeland en Schotland, waren, federt Een ige
eenigen tyd, de Presbyteriaanen, 't zy o- Engel- penlyken of heimelyken, vervolgd, zelfs J^* onder voorwendfel, dat zy een ontwerp had- lingeil den gefmeed, om den Koning te ontzetten begee- van de Regeeringe (<?> Eenigen van deeze ven zig Luiden begaven zig, omtrent het einde dee- ^^ zes jaars, naar Amfterdam, daar zy, als om den Godsdienft geweeken zynde, ver- , zogten met het Burgerfchap en met eenige andere voorregten te mogen befchonken worden, 't Verzoek werdt, in de Vroed- fchap, overwoogen, en Burgemeefteren ge- magtigd, om daarin te doen, zo als zy, ten dienfte van de Stad, zouden geraaden vin- den ( ƒ)• De Graaf van Shaftsbury , die, in Onder 't raar 1672, Lid van 't Parlement van En- <lnd£renf geland zynde , met de fpreuk delenda efi v\n raa CanhagQ, beweerd hadt,dat de vereenigde shaftsbu- , .... Staat ry. ld) Refol. Vroedfch. £«. P. 15 J«ny l«*j. ƒ. 8+.
(4,) RAPIN T»m. IX. p. 5X9, Sil- (f) Refel. Viaedfcli. L* ?• ™ *>«. uu. ƒ. 2*7,
D 4
|
|||||||||||
y.
|
|||||||||||
\
|
|||||||||||
$6 AMSTERDAMS II. Deel.
, Staat nitgeroóid moeft worden, was, in 't
voorleeden jaar 1682,00k eene fchuilplaats in Holland komen zoeken (g), en hadt zig naar Amflerdam begeven; daar hy,op den derden February deezes jaars 1683 , aan de jigt in de ingewanden, overleeden was (b). De Oorlogsvloot, diedeStaat,indeezen jaare , naar Gottenburg gezonden hadt , werdt, op de terug reize, den zeftienden November , van eenen geweldigen llorm beloopen, waardoor de fchepen, die hier ter Stede en in 't Noorderkwartier t'huis hoorden, veel ieeden. Vier fchepen ver- gingen voor 't gat van Texel en voor Kam- perduin , met het meefte volk. Ter laatfl- gemelde plaatfe, bleef het fehip Woerden^ gevoerd door Joan de Witte, die 'er, ne- vens zynen Zoon , Michiel de Witte, het leeven by infchoot. Beide deeze Lyken wer* den, den vier en twintigften, in de Nieuwe Kerke alhier begraaven. De ltorm trof de Beurs van Amfterdam ook zwaarlyk, door het vergaan van veele Koop vaardyfche- pen (i). |
|||||||||||||||||
Zwaare
zeefcha |
|||||||||||||||||
Aanlei-
ding tot een ge- fchi! tus- fchen den Prins van O- *anje en |
De Nieuwmeegfche Vrede was naauw-
lyks geflooten, of men was, hier te Lande, bedugt, dat dezelve van geenen langen duur zyn zou, ter oorzaake der eifchen van Frank* ryk op een gedeelte der Spaanfche Neder- landen. In de Lente des jaars 1681, hadt |
||||||||||||||||
Lodewyk de XIV., om zyne eifchen te doen
tßfß
(g) RAPIN Tom. IX. f. j«.
(h) Negociat du Comte D'AvAUX Tom. I. p. 177.
(i) COMMFXIN, bl. 459, |t|], Vtytx. aujfi Negociar^ du Cemte p'AVAUX T»m. II. /. 1,4, y, |
|||||||||||||||||
'
|
|||||||||||||||||
I
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 57
gelden, een Leger gezonden naar de Ne- 1683.
derlanden , en Luxemburg geblokkeerd: de St ^ doch die blokkeering werdt, een jaar laa- Amfter- ter, opgebroken. De Franfchen floegen,dam. federt, den Koning van Groot-Britanje voor tot zegsman in de gefchillen met Spanje; doch de Spaanfchen mistrouwden het En- gelfche Hof, en lieten den tyd verloopen, die hun tot het aanneemenvandeezenvoor- flag verleend was, zonder zig op den zel- ven te verklaaren. De Franfchen vielen toen wederom irr de Spaanfche Nederlan- den, in September deezes jaars. En deeze inval gaf gelegenheid tot een gefchil tus- fchen den Prinfe van Oranje en de Stad Amfterdam, waarvan wy den afloop hier, met de vereifchte naauwkeurigheid , ont- vouwen moeten. Zo dra kreeg men, hier te Lande, geeneDe Stad
kennis van den inval der Franfchen, of men bewilligt befloot, de Spaanfche Regeering te onder-JJefnï" fleunen, met agtduizend man, die,' s jaars onder-e& te vooren, beloofd waren (£). De Stad Am-fteunen flerdam hadt egter, niet dan fchoorvoeten-^an de, bewilligt in dit befluit. Zy verftondt,Spanje' dat men vooraf behoorde te beproeven,of Frankryk niet te beweegen zou zyn tot een minnelyk Verdrag;en beweerde, dat de Le- den den onderftand onder geene andere voorwaarde beloofd hadden. Doch het hoog gefteegen gezag des Prinfen van O- ranje, die zig voor het verleenen van den onderftand verklaard hadt, bragt te wege9 dat -
(i) VadcrI. Hift. XV. Deel, hl. i}i.
Ds
|
|||||
■
|
||||||||||||||||||||||||
—"
|
||||||||||||||||||||||||
AMSTERDAMS IL Deel.
dat het zonder ukflel werdt afgezonden
(/). Zelfs bleek, eerlang, dat zyne Hoog- heid veel meer dan agtduizend (m), en, zo fommigen aantekenen (w), wel veertiendui- zend man hadt doen optrekken. DeRegeering van Amfterdam, bedugt dat zuik een (lap den Staat ligtelyk, op nieuws, inwikkelen zou in eenén lalligen oorlog, fchroomde niet zig daartegen rondelyk te verklaaren: 't Welk den grondflag lei van de verwydering cuflchen zyne Hoogheid en haar, die, van tyd tot tyd , toenam. |
||||||||||||||||||||||||
1683.
|
||||||||||||||||||||||||
Zy ftelt
eene
Comi fie aan tot on |
't Stondt nu gefchaapen, dat 'er, fchier
dagelyks, zaäken van gewigt zouden voor- vallen in den Haage, waarop de Steden, en Amfterdam in 't byzonder een fpoediger be* |
|||||||||||||||||||||||
derzoek fluit moeften neemen, dan mogelyk ware,
van't ge- indien, op al wat 'er gewigtigs voorkwam Be '?r op de Dagvaart,de Vroedfchap vergaderd tieTter wer^c»om Commiflariflen tot het overwee- Dagvaartgen daarvan te benoemen. Men befloot voor- hier, derhalve, de Heeren Joannes Hudde, |
||||||||||||||||||||||||
kwam.
|
||||||||||||||||||||||||
Mr. Joan torver', Mr. Jacob Boreel, Joan
de Fries, Jean Appelman en M\ Gerrit Hooft |
||||||||||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||||||||||
te verzoeken en .te magtigen, tot het on-
derzoeken der befcheiden, die uit den Haa- ge komen zouden, om daarop der Vroed- fchap van hunne bedenkingen en raad te dienen (0). Zy maakt Weinige dagen na 't neemen van dit Be- fluit, (/) Refol. Vroedfch. L'. T. ij , 16 Sept.Ut%.f. i\6,141.
(m) Refol. Vroedfch. L*. P. 19 Dec. i<583. ƒ. joz. (re) Negcclat. du Comte d'Avaux Ttm. 1. p. 330,34e« Tim. II. p. 105. («_) Refol, Vroedfch. I*. P. 1« Sipt. ut}, f. 143,
|
||||||||||||||||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 5^
|
||||||||||||||||||||||
*■»
|
||||||||||||||||||||||
fluit, deedt de Raad van Staate, op 't be- j^g«
geeren van zyne Hoogheid, de vermaarde Petitie tot de aanwerving van vyfenveertig y^ 0*n honderd Ruiters, vyfcien honderd Dragon- te bewil- ders en tienduizend Voetknegten, in allesUgen in zeftienduizend man, die zo veel gerugtsge-eene maakt heeft.. . De Vroedfchap van Amfter-JJa^g°" dam befloot niet over deeze Petitie te raad- werving pleegen, dan na dat men gezien zou heb- van zes- ben, van welk een uitflag zouden zyn detien<jui*'' poogingen, welken men' hoopte te zullen ^"n# doen aanwenden, om de Vrede, door on- derhandeling , te herffcellen. Zj merkte aan „ dat de oorlog voornaamlyk in de „ Spaanfche Nederlanden flondt gevoerd, „ en zelfs op den bodem van den Staat overgebragt te worden, zo dra de Staat zig in den zelven liete inwikkelen. Dat |
||||||||||||||||||||||
-'
|
||||||||||||||||||||||
5>
|
de Koophandel, in zulk een,geval, te
|
|||||||||||||||||||||
,, water en te lande, zou gellremd worden,
„ 't welk Holland buiten ilaat Hellen zou, „ om den laft dés oorlogs te draagen. Dat „ de andere Provinciën hun aandeel ook „ niet zouden können opbrengen. Dat nieu- |
||||||||||||||||||||||
35
|
we beladingen de inkomflen uit de loo-
|
|||||||||||||||||||||
pende middelen zouden doen afueemen.
„ Dat de tegenwoordige beladingen zelven „ reeds te zwaar waren, en den Staat te |
||||||||||||||||||||||
5»
|
gronde brengen zouden. Dat de Verdra-
|
|||||||||||||||||||||
„ gen den Staat niet verbonden, om Span-
je je, voor als nog, teonderfteunen. Dat „ Spanje de befcnerming zyner Nederlan- „ den zou laaten aankomen op zyne Bond- f, genooten, welker magt niet opgewoogen „ was
|
||||||||||||||||||||||
(So AMSTERDAMS II. Deel.
1683. » was tegen die van Frankryk , welk, in
„ den jongden kryg , eenen ftaat van oor- „ log van omtrent zeventig millioenen hadt „ können opmaaken, en nu, daar het met „ verfcheiden' Verbonden gefterkt was, en „ verfcheiden' Landen aangewonnen hadt, „ niet minder zou behoeven te doen. Dat „ de ingezetenen van Holland, geduurende „ den jongften oorlog, met vyf millioenen „ 's jaars, belafl geworden waren; naauw- „ lyks de helft van 't inkomen hadden, 3, welk zy, vóór dien oorlog, hadden ge- 3, had: en dat, aan de agterftallen aan 't 3, Krygsvolk, en aan de Legertallen bleek, 3, dat de middelen, thans ingevoerd, nog „ niet genoegzaam waren, om den Staat 3, van de gemaakte fchulden te ontheffen. 3, Dat de voorgeflaagen werving van zes- „ tienduizend man den Staat 3253166, en 3, Holland 1896900 guldens , in 't eerfte 3, jaar, koften zou. Dat de arbeid aan de 3, Veftingwerken dien laft nog zou vergroo- „ ten. Dat de Legerlaflen Holland, in den 9, jongften oorlog, meer dan een millioen „ guldens gekoft hadden. Dat Frankryk 3, thans magtig ter zee was, 't welk den „ Staat ook zou noodzaaken, om eeneaan- „ zienlyke Vloot van zeftig fchepen ten „ minften uit te ruften, die, in de zeven 3, maanden, 4575404 guldens zou moeten 3, koften. Dat Holland , in den jongften „ oorlog, eenige jaaren agtereen, zo voor „ deszelfs aandeel in de gemeene , als „ voordeszelfs byzondere laften, 2610000a |
||||
XX.BoEK. Geschiedenissen. 6t
„ guldens 's jaars hadt moeten opbrengen;
„ en dat daarentegen deszelfs inkomften, |
|||||||||||||||||||||||||
„ in het voorleeden jaar , niet meer dan
|
|||||||||||||||||||||||||
13000000 beloopen hadden, die, naar
alle waarfchynlykheid, met de tiende ver- hooging op verfcheiden' middelen, in dit |
|||||||||||||||||||||||||
~ jaar, maar op 14050000 guldens zouden
„ können worden gebragt: waaruit klaar- „ lyk volgde, dat men, uit van nieuws aan „ te (lellen middelen, nogi 2100000 guldens „ zou moeten vinden, boven het verval, „ dat, door denoorlog,inde tegenwoordi- „ ge middelen te wagten was, en zou moe- „ ten vergoed worden. Dat men geene „ nieuwe lallen zou können opleggen in „ Holland, daar de vafte goederen zo veel „ bezwaard waren, als zy draagen konden; „ daar de perfoonlyke latten niet konden * „ worden verhoogd, zonder de vermogende
|
|||||||||||||||||||||||||
9»
9»
|
luiden ten Lande uit te dry ven; en daar de
middelen op de verteering de kleine Ge- |
||||||||||||||||||||||||
„ meente reeds boven maate zwaar vielen.
„ Dat het opneemen van penningen zonder „ fonds verderfelyk was, en 't Land zyn „ credit beneemen zou. Dat verfcheiden' |
|||||||||||||||||||||||||
5»
M »>
5» |
Provinciën haar aandeel in de gemeene
lallen niet konden opbrengen; en dat, eindelyk, de Staat, zo hy zigindenoor- log Hete inwikkelen, toch in 't kort, tot |
||||||||||||||||||||||||
'„ eene fchandelyke en nadeelige Vrede zou
3, genoodzaakt worden." Alle welke re- denen de Stad bewoogen, om eerder te ar- beiden aan de herflelling der Vrede tufTchen de oorloogende Mogendheden, dan, door 'e aanwerven van meerder Krygsvolk, den |
|||||||||||||||||||||||||
■ ■ :■ ■' ■■■■ , ' ■■
|
|||||||||||||||||||
6t
|
AMSTERDAMS KDbxl;
|
||||||||||||||||||
1683. Staat in te wikkelen in eenen verderfelyken
oorlog (p). |
|||||||||||||||||||
Misnoe
gen van zyne Hoog- heid hier- over. |
De meefte Ledenvan Hollandverftonden
nogtans, dat de werving behoorde voort te gaan. Delft alleen meende, dat men 'er niet toe befluiten moeft dan met eenpaarig* heid. Maar Amfterdam ftemde beftendig- |
||||||||||||||||||
lyk tegen de werving (q). Kort hierna, op
den vyfden November, deedt de Graaf d'A* vaux, Ambafladeur des Konings van Frank« ryk by de Staaten, hun eenen voorflag,in- houdende, dat de Koning, zyn Meefter , zig, in de plaats van Luxemburg, welk hy gevorderd hadt, met eenige andere Plaat- fen, 't zy in de Spaanfche Nederlanden, of in Katalonie of Navarre, te vrede zou hou- den (r). En deeze voorflag fterkte de Stad Amfterdam in de gedagten, om de Vrede te bevorderen door Verdrag, en de werving af te ftemmen. Doch zyne Hoogheid, die de Vergadering van Holland, ten deezen ty- de, met zyne tegenwoordigheid vereerde, nam het gedrag der Afgevaardigden van Amfterdam zo kwalyk, dat hy verklaarde, |
|||||||||||||||||||
5»
»
3>
3> ■
-
|
dat de Graaf d'Avaux,zo hy hier tegen-
woordig geweeft ware, geene andere taal zou hebben können voeren; dat Bürge- meefter van Beuningen, die meeft in de Vergadering gefproken hadt, zyn hoofd kwyt zyn zou, zo men alles ten fcherp- ften onderzoeken wilde; dat hy, Prins van Oranje, zo veel belang by 's Lands wel- |
||||||||||||||||||
„ waart
(p) Refol. Vroedfch. Zr. P. $ oä. I68«. ƒ. 145.
(<j) Refol. Vroedfch. I'. P. 3 Nof. I68j. ƒ. 164.
(rj 'Negociat. du Comte d'A'vaüx Tem, I.p. 374&fuii/t
|
|||||||||||||||||||
XX.Boäk. Geschiedenissen. 63
|
|||||||||
9>
|
waart hadt als de Stad Amflerdam; dat 168«.
|
||||||||
hy zig van deeze Stad niet zou laaten
ringelooren, en nog veel minder zig vlyen „naar de * grilligheden van van Beunin-*Gifw- „ gen," die by den Prinfe en deszelfsvrieri-cw. den werdt aangezien, als de voornaame oor* zaak waarom Amfterdam zo zeer tegen de werving was (/). De Edelen en de meefte andere Leden gebruikten zo veele redenen als zy bedenken konden, om de Stad te doeri veranderen van gedagten. Doch zy bleef De s^ byhaar gevoelen. De Vergadering vaar-blyft.<ie digde toen eenen Brief af aan de Stad, die JSE^ den tienden November in de Vroedfchap men. gelezen werdt. Men merkte deezen brief i>eVer- hier aan, als het werk van den Raadpenfio- f**£S naris Fagel in 't by zonder: vooral, om dat^ .-■ daarin verfcheiden' punten gevonden wer-fchryft den, die in den mond van hunne Edele ha**- Groot: Mogendheden, om verfcheiden' ge- wigtige redenen, niet konden worden gelee- den. Men las 'er in „ dat de Leden der 0 Vergaderinge, eenpaariglyk, de Vrede „ fielden boven den Oorlog, zo dezelve op „ grondflagen van regtvaardigheid kon ver- „ kreegen worden." Van de Nieuwmeeg* fche Vrede, meeft door Holland bewerkt, werdt, in den brief, doorgaands met af- keuring , en zelfs met veragting gefpro- ken. Het gedrag des Konings van Frank- ryk, na de Nieuwmeegfche Vrede, werdt, in den zelven, met haatelyke verwen, af- gefchilderd,.en zelfs duidelyk te verftaan |
|||||||||
ge-
|
|||||||||
O) Vifod. HiÄ. XV. Dtil, hl. ifü !
|
|||||||||
(54 AMSTERDAMS II. Deel.
l68i. gegeven» dat die Vorft toeleide , om zig
meefler te maaken van deezen Staat. De Leden fcheenen, volgens deezen brief, te denken, dat Amfterdam alleen zwaarigheid maakte in de werving, om hen te verplig- ten tot het bewilligen in zulk een verdrag, als deeze Stad geraaden vondt. Met één woord, men vondt hier zo veele wanvoeg- lykheden in den gemelden Brief, dat men befloot, ter Vergaderinge aan te houden, dat dezelve geligt werdt uit de openbaare ZyklaagtRegifters. Ook verzuimde men niet, het over ' onbenoegen der Stad te kennen te geeven, fcharape- 0ver de ichampere en vinnige bejegeningen, ie beje- ^Q ^e Afgevaardigden der Stad, ter Ver- gen! haar geringe der Staaten, hadden ondergaan, door de en welken men hieldt te ftryden met de Leden vryheid van Hemmen, den Leden toebe- *jjange" hoorende; met bygevoegde verklaaring aan den Raadpenfionaris, dat de Raad zulks, indien 't wederom gebeuren mögt, niet on- aangeroerd zou können laaten voorbygaan, maar daarop antwoorden , zo als dezelve verftondt, aan de eer en de agting van dee- ze Stad te betaamen (f). DePrfoj Doch 't was 'er zo ver van af, dat de Le- van O- den zouden beflooten hebben, den brief, aan ranje de Stad gerigt, in te trekken, dat de Ver* ftekzig,gac[ering, oordeelende, dat Amfterdam al- zoeïïêrleen ^e werving tegenftemde, fchoon Delft, Vergade- flegts onder voorwaarde , bewilligd hadt» ringe befloot, eene aanzienlyke bezending her- yan Hol-waarcjs te doen, aan 't hoofd van welke,
land, aan d (t) Refol.Vïoedfch. Lu l. xo N»v. létlh ƒ. 171 <»**
|
||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 6$
de Prins van Oranje, als Stadhouder van 1683.
Holland, verzogt werdt zig te ftellen. Voorts, ,t hQQ^ beftondt zy uit de Heeren van Waffenaer, eener van Villers en van Rhoon uit de orde van de bezen- Ridderfchap, en twee Heeren uit ieder der jjinge volgende negen Steden, Dordrecht, Haar-^earards lern, Delft, Leiden, Gouda, Rotterdam, Alkmaar, Hoorn en Enkhuizen» benevens den Raadpenfionaris. De bezending kwam, den vyftienden November, te Amfterdam, en nam haaren intrek in 't Oude-zyds-Hee- ren Logement, van waar zy, den volgenden morgen, door de regeerende Burgemeefte- ten, Nicolaes Opmeer en Gerard Bors van JVa- ren, verzeld van den Penfionaris, met koet- fen werdt afgehaald , en geleid naar't Stad- huis , daar Burgemeefteren en Raaden ver- gaderd waren. Op de eerfte tyding, dat de koetfen den dam naderden, traden de twee andere Burgemeefteren , de Heeren Joan Munter en Coenraad van Beuningen, van twee SecretarhTen verzeld, van 't Stadhuis, en ontvingen den Prins en de andere Heeren, by 't uittreeden der koetfen. Zyne Hoog- heid werdt, door de SecretarifTen, naarde |
||||||||
Vroedfchaps Kamer geleid, terwyl Burge-
meefteren de overige koetfea bleeven af- wagten. De Prins werdt, in 't Wefïen van De be- 't vertrek, alleen aan eene tafel geplaatft. zending Over hem zaten de vier Burgemeefteren, jïïjj^ insgelyks aan eene tafel, agter welke, de in de ' Penfionaris en de twee Secretariflen ook Vroed-, aan eene tafel geplaatft waren. Ter reg- fchap. terhand van zyne Hoogheid, in 't Zuiden, zaten de Raaden; en ter linkerhand, in 'c VI. Stuk. E Noor- |
||||||||
66 AMSTERDAMS IL Deel.
1683. Noorden, de twee en twintig Heeren der
bezendinge, in twee ryen: de drie Edelen naaft aan den Prinfe \ daarna de Raadpen- fionaris, en vervolgens de Gemagtigden der Steden, in hunnen rang. De Raadpen- fionaris, den Geloofsbrief der Staaten van Holland hebbende overgeleverd, deedt eene lange redevoering, om Burgemeefleren en Raaden te beweegen tot bewilliging in de werving (k). Men beloofde, by monde van denPenfionaris Jacob Hop, op denvoorflag te zullen letten, en zulk eenbefluit te zullen neemen, als met den eed en pligt van goe- de en getrouwe Regenten overeenkwame. Zyne Hoogheid en de andere Heeren wer- den toen, op gelyke wyze, afgeleid, en de voorflag, die fchriftelyk overgeleverd was, gefteld in handen der Commiflariflen van den Raad , in September benoemd (ü) , by welken nu de Heeren Cornelis Geehinck, Heere van Kaftrikom, en Nicolaas Wit Jen gevoegd werden (w). De Stad Zyne Hoogheid en de andere Heeren biyft by werden, dien dag en den volgenden, op haar ge- gtacjs koften, deftig onthaald. Ondertus- oe en' fchen, hadden Commiflariflen den voorflag onderzogt, en deeden 'er, den agttienden , verflag van, welk op het afftemmen van de wervinge, en het bewerken der aannee- minge van de voorwaarden, door Frankryk aangebooden, uitkwam. Men vondt geraa- den, eer men hierop nog befloote , zyne Hoog-
(») Munim.-B.eg. N. +. ƒ. 499 ir feqq.
{v) Zie hier voor, bl. $i.
(»; Refol. Vroedfch. Lv P. 16 Nov. z«S3. AU»
|
|||||
,'
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenisen. 67
Hoogheid en den anderen Heeren , door 1683.
Burgemeefteren en CommiftarifTen van den Raad, kennis te geeven van de redenen , waarop dit verflag fleunde, met byvoeging» dat Burgemeefteren en Raaden van hun ein- delyk befluit, op 't gehandelde met de be- zendinge , ter naafier Dagvaart, opening zouden doen (#). Doch dit byvoegfel werdt niet wel genomen door den Prinfe, die 'er zeer op gezet was, dat Burgemeefteren en Raaden zig , zonder uitflel, verklaarden. Men befloot dan, der bezendinge kennis te geeven, dat de Stad bleef by haar gevoe- len (y). Zyne Hoogheid was 'er zeer over gefloord. De bezending begeerde, tegen den een ent wintigften November, andermaal gehoor, in de volle Vroedfchap. DeRaad- penfionaris leverde toen eene aanfpraak,by wege van Proteft, over, tegen het befluit der Stad; waarna zyne Hoogheid, het woord Aan^ opneemende, zeide „ dat de Raadpenfiona- fpraak „ ris geuit hadt de middelen, die, byhem ™n z^n9 „ en de Gemagtigden der Staaten, waren he°^f" „ beraamd, om deeze Stad te beweegen tot „ bewilliging in de werving. Dat de vraag „ tegenwoordig alleen was, of de Stad zig „ by de overige Leden geliefde te voegen, „ niet of Spanje Frankryks voorflag behoor- „ de aan te neemen. Dat men alleenlyk „ zwaarigheid fcheen te maaken om zig te „ fchikken, of, om dat men, van 't begin 5> der raadpleegingen, met de andere Le- „ den
(*) Refol. Vroedfch. Is. P. i8 Nov. 1683. ƒ. ivJ '»*..
\y) Refol. Vroedfch. Lx. P. 20 N«v% i6*j. ƒ. 230 tnx,. |
||||
d8
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AMSTERDAMS II. DEEt;
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1683. » den verfchild hebbende, nu voor kleinig-
„ heid hielde van zyn gevoelen af te ftaan; >, of, om dat men Frankryks voorflag den |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
'
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
33 |
anderen Leden overdringen wilde, en
hierom weigerde zig in ftaat van tegen- |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3»
|
weer te flellen. Dat het, in eenen Staat
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5»
5» 3> 33 5»
33
|
als deeze, uit zo veele Leden beftaande,
een onverdraaglyke grondregel was, dat één Lid alle de overigen zou willen re- geeren. Dat hy van 't voorgevallene ver- flag doen zou aan hunne Edele Groot- Mogendheden, op dat deezen daarna mog- |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
|
ten befluiten, wat 'er verder diende ver-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3>
|
rigtte worden. Dat hy, als Stadhouder
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
5» 33 |
der Provincie, zig onfchuldig hieldt aan
alle de onheilen , die den Staat, door deeze weigering, zouden mogen overko- |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3, men. Dat hem niet onbewufl was, hoe
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
|
hy, in dezelfde hoedanigheid, gehouden
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ware, de gefchillen onder de Leden te
bemiddelen; doch dat hy zig even zeer gehouden rekende, elk Lid te houden by zyn regt, volgens welk, niemant hunner zig het gevoelen van een zyner Medele- den behoefde te laaten overdringen. Al 't welke hy goedgevonden hadt, tot zyne ontlaflinge, voort te brengen." Toen de Prins gefproken hadt, werdt, |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
5» 3» 3» 53 33 31 |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
An
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
woord
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van
|
den op de aanfpraak van den Raadpenfionaris
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Penfio- en op 't gene 'er zyne Hoogheid hadt by-
naris gevoegd, uit lafl van Burgemeefteren, door Hop, uit jen Penfionaris Hop, in 't algemeen, ge- van BuT antwoord „ dat het hun fmertte, dat de |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Befluiten van deezen Raad den Prinfe en
den anderen Heeren Gemagtigden geen 3> g*
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
gemees- 33
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
teren en
|
»3
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Raaden.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 60
„ genoegen gegeven hadden. Dat men zig 1683.
„ niet verklaard hadt, dan op de uitdruk- „ kelyke begeerte van zyne Hoogheid. Dat „ de Raadpenfionaris ook hadt verzogt, dat „ men niet wederom in 't breede, by mon- „ de of gefchrifte, zou antwoorden , alzo 3, de Staat met fchryven en wryven niette „ behouden was; maar dat men, voor 't „ vertrek van den Prinfe en van de andere |
||||||||||
3>
|
Gemagtigden, een vaft befluitname. Dat
|
|||||||||
„ de Raad, wyders, de Afgevaardigden
„ ter naader Dagvaart zou lafteh, om te „ zien, op welk eene wyze,de zaakenzou- 3> den können worden gefchikt. Dat Bur- „ gemeefleren en Raad , eindelyk , voor j, God en de weereld, verklaarden, dat zy, „ in alle hunne raadflagen , niets anders , „ bedoelden, dan den welfland des Vader- „ lands, en om, ten dienfte van zyne Hoog- „ heid, en tot bevordering van eenpaarig- „ heid onder de Leden, alles toe te bren- „ gen, wat men van eerlyke Regenten, die „ pligt en eed ter herte namen, zou können „ verwagten: waarvan zy verzogten, dat „ aan de Leden der Staaten kennis gegeven „ mögt worden (2)." Sommigen tekenen aan, dat de Prins van De be-
Oranje dit antwoord naauwlyks gehoord zending hadt, of hy tradt ten Stadhuize af, in 'tke^n» heengaan zeggende „ dat hy klaarlyk zag, r;gter „ met wien men verftand hieldt," het oog zaake, hebbende op den Graave d'Avaux, Ambas- naar den fadeur van Frankryk; „ doch dat men't zig Haage* „ deer-
(*,) Rcfo'. Vroedfch. U. P. 21 Nev. 1683. ƒ. 134.
E3
|
||||||||||
?o AMSTERDAMS II. Deel:
1683. j» deerlyk beklaagen zou (a)" Maar hier-
van vind ik niets gemeld in de Regifiers der Vroedfchap. Men voegt 'er by, dat zyne Hoogheid, terftond hierna , verzeld van den Heere van Rhoon en den Raadpenfio- naris Fagel, ter Stad uit vertrok, zonder, gelyk gebruikelyk was, van iemant der Re- genten affcheid genomen te hebben. De andere Gemagtigden volgden hem : en de gantfche bezending, zes dagen te Amfter- dam vertoefd hebbende, keerde onverrigter zaake in den Haage te rug. Hande- Twee dagen hierna, magtigde de Raad ling van de Afgevaardigen der Stad ter Vergaderin- de AÄe. Se van Holland, om de jongfte aanfpraak den der van den Raadpenfionaris, en 't gene'er door Stad op den Prinfe bygevoegd was, omftandiglyk, de Dag- te wederleggen. Men wees aan ,, dat Fr ank- vaart. ^ ryks voorllag, inderdaad > een punt van „ overweeging geworden was , zo men „ den oorlog vermyden wilde. Dat men „ zelfs, na dat men lang en onzeker geoor- „ loogd hadt, geene kans hebben zou, om „ zig betere voorwaarden te belooven. Dat „ de werving den oorlog onvermydelyk „ maaken zou, terwyl de laft daarvan on- „ draaglyk zyn zou voor den Staat. Dat 3, men altoos gezind geweeft was, de toe- „ geevendheid der andere Leden, met ge- „ lyke toegeevendheid, te beantwoorden, „ fchoon de bejegening, die de Afgevaar- 5, digden der Stad , federt eenige'n tyd , „ ontmoet hadden, gantfch niet overeen „ kwa«
(4) Negociat. du Comte D'AVAUX Tom. II. p. j*.
|
||||
XX-Boek. Geschiedenissen. 7t
„ kwame met zulk eene toegeevendheid, 1683.
|
|||||||||
3J
3>
|
hebbende fommigen zelfs, in een byzon-
der gefprek, gewaagd van 't gene der Stad,
in de jaaren 1577 en 1578, overgekomen
|
||||||||
,, was; 't welk, in de tegenwoordige om-
„ Handigheden, niet hadt können gefchie-
„ den dan door zulken , die Amiïerdam
„ geen goed hert toedroegen. Dat de Stad
„ dikwils van haar byzonder gevoelen was
„ afgeftapt, ten gevalle der andere Leden,
„ en dat men 't haar hierom te minder
9, kwalyk neemen kon, dat zy, in een ftuk
„ van zo veel gewigt als het tegen woordï-
„ ge, eens op haar ftuk ftaan bleef. Dat
„ zy getoond hadt, hoe zeer haar 's Lands
„ behoudenis ter herte ging, in den jong-
„ flen oorlog, toen zy zo diep in de beurze
„ getaft hadt, dat de Staat haarer byzonde-
„ re geldmiddelen daardoor vyfentwintig-
„ honderd duizend guldens agteruit gezet
„ was; doch dat het nu niet op 's Lands be-
3, fcherming aankwam, konnende men vre-
„ de krygen, als men in Frankryks eifch
„ bewilligde ; daar de werving alleenlyk
„ dienen zou, om Spanje ongenegener te
„ maaken tot het befchermen zyner Ne-
„ derlanden (£)."
Zyne Hoogheid en de Gemagtigden der De Prins '
Staaten, die te Amfterdam geweeit waren, en ande-.
federt gevraagd zynde, wat zy, in den te-J£" radaa"*
genwoordigen toeftand der zaaken, raaden meenn'} bay
zouden, verklaarden rondelyk, dat men tot meerder*
de werving behoorde te belluiten by meer- heid va«
^gj.^ ftemmen,
(h) Rcfol. Vioedich. U. P. U Nqv. i6lj. ƒ. 2jg.
E4
|
|||||||||
7* AMSTERDAMS II. Deel.
1(583. derheid van ftemmen. En deezeraadwerdt:
de overgenomen, om 'er in de Vroedfchappen werving ^er Steden op te raadpleegen. De Stad Am- befluite. fterdam vondt, gelyk men ligtelyk denken Amfter- kan, geen genoegen in deezen raad, en be- damkantweerc]e^ dat9 in zaaken van belaftinge, ge- tcgcnf lyk ^6 werving was, naar de orde der Re- geeringe, geene overftemming vallen kon (je). Dordrecht en Delft maakten, federt, een Ontwerp, dat tufTchen beide ging, en ftrekken zou om Amflerdam te vereenigen met de overige Leden; doch de Stad vondt ook geen gevallen in dit Ontwerp, en vol- hardde by haare mening (d). Zelfs, be- floot zy, tegen 't einde des jaars, ter Ver- gaderinge van Holland, te klaagen, dat 'er meer Krygsvolk naar de Spaanfche Neder- landen gezonden was, dan men, volgens de Verdragen, verpligt was te leveren; en te gelyk te wege te brengen, dat het alleen tot bezetting van fterke Plaatfen mögt worden gebruikt (e). Hande- De Graaf d'Avaux , Ambafladeur des derSAm- Konings van Frankryk, verftaan hebbende, fterdam noe zeer Amflerdam de werving tegenftem- fche Re- de, en hoe fterk deeze Stad yverde tot be- genten vordering der Vrede, door het aanneemen e?1" van eenen ^er voorflagen van 't Franfche zelvenr Hof; zogt, midlerwyl, op den twee en twin- met den tigften December, met de Afgevaardigden Graave van Amflerdam in een vertrouwelyk gefprek d'Avaux,te komen> en hen in hunne gedagten te ver- fter- (c) Refol. Vroedfch. L". P. 2 Dec I6gj. ƒ. z6u
(d) Refol. Vroedfch. L*. P. 10 Dec, isjj, ƒ. 29,$.
(e) Refol. Vtocdfch. Lt. P. 25 Dec. 161]. ƒ. 302. i
|
||||
XX.BoEK. Geschiedenissen. 7$
fterken, of nader tot de zynen te bewee- 168*.
gen. D'Avaux geeft, in zyne Handelingen, Ajnbaffa- die,voor eenige jaaren,in 't licht gegeven deur des zyn, te kennen, dat hy, van 't begin zyner Konings AmbafTade af, na 't fluiten der Nieuwmeeg-Y.an fche Vrede , veel verkeering gehad hadt ryk" met de Amfterdamfche Regenten, of met eenigen derzelven, die hem, reeds in 't jaar 1679, geraaden hadden, den Prins van O- ranje,opwien de Koning vanFrankryktoen zeer misnoegd was, niet geheellyk tefchu- wen (ƒ). Ook zou de Stad,op zynen raad, in September des gemelden jaars, een Ver- bond met Frankryk hebben voorgeflaagen, zo de Prins haar niet hadt doen veranderen van gedagten (g). Naderhand, zou d'A- vaux, volgens zyn verhaal, herwaards ge- fchreeven hebben, om de Stad af te maa- nen van een Verdrag, tot handhaaving der Nieuwmeegfche Vrede (£), waarover toen gehandeld werdt. Hy verhaalt, wyders, dat hy zig, in 't jaar 1680, bediend hadt van een' Arminiaanfch' Predikant te Am- fterdam, een man, fchryft hy, van verfland en van veel vermogen by de Amßerdamfche Heeren, en die geen ander dan de Remon- ftrantfche Leeraar, en bekende Hiflorie- fchryver , Geeraerdt Brandt , kan geweefl zyn; om eene naauwe gemeenfchap uit te werken, tiuTchen Burgemeefter Valckenier of de Stad in 't gemeen en de Provinciën Fries-
•
(f) D'Avaux Tom. 1, f, 7, 8.
(g) Le merae T»a». I. ƒ>. ai, 2a, yy.
(b) Le memc Tom. I. f.34, 4J. j
|
|||||
>
|
|||||
74 AMSTERDAMS IL Deel.
. Friesland en Stad en Lande (i). Hy zegt ook, dat hem, door eenen der Raaden van Amfterdam, in November des jaars 1682, berigt was, dat de Raad beflooten hadt, de werving der zeftienduizend man af te ftem- men (k). Doch hier begaat hy een' blyk- baaren misflag, alzo 'er, niet voor den vyf- den Oótober des jaars 1683, in de Vroed- fchap deezer Stad, geraadpleegd is, over de werving, die eerfl,opden negenentwin- tigften September te vooren, voorgeflaagen was. Voorts, verhaalt d'Avaux, dat hy, in Juny des jaars 1683 , te Amfterdam ge- weeft, en door eenen der Raaden, met wien hy briefwifleling onderhieldt, van eenige geheimen onderregt geworden was (l). In February te vooren, hadt hem, fchryft hy, een Burgemeefter van Amfterdam verhaald,' hoe de Heer van Jmerongen, Gezant der Staaten aan 't Hof van Berlyn, hem verze- kerd hadt, dat de Keurvorft van Branden- burg eene lyn trekken zou met de Staaten, zo men zynen tweeden Zoon uit het eerfte Huwelyk, Prinfe Lodewyk, de opvolging in het Stadhouderfchap deezer Provinciën, na 't overlyden des Prinfen van Oranje, beloo- ven kon (mj. In 't begin van Oótober, had- den, volgens zyn verhaal, de Heeren van Amfterdam hem nog iemant toegezonden, om hem te vraagen, of zy zig konden ver- zekerd houden, dat de Koning den oorlog niet
(i) d'Avaux Tom. ï. p. ioi, 102, 109, 135.
(k^) Le meme Tom. I. p. 2jj.
(/) Le meme Tom. I. p. joj, 304.
(m) Le meme Tom. I. p, 27». <
|
||||
. '.
|
|||||
XXBoEK. Geschiedenissen. 75*
niet voortzetten zou, zo zy de werving af- rffy flemden (n) ? In November, zou hem nog een Schepen van Amfterdam,uit den naam van twee Burgemeefteren, vier uuren van den Haage, in den nagt, gefproken hebben, hem bekend maakende , dat de gantfche Raad, op Burgemeefter van Beuningenna, den voorflag des Konings van Frankryk tot herftelling der Vrede met Spanje redelyk gevonden hadt (o)- En op 't einde der ge- melde maand, hadden,fchryft hy, Burge- meefter van Beuningen en een ander Am- fterdamfch Regent nog iemant aan hem af- gezonden, om met hem te fpreeken over 't . werk der Vrede: met welken perfoon, hy, volgens zyn verhaal, naderhand, nog meer dan eens gefproken hadt (p), eer hy, op den twee en twintigften December, gelegenheid zogt, om met de Afgevaardigden der Stad in een vertrouwelykgefprekte komen. Doch Twyfe«' hoe veel ftaats 'er te maakenzy,op het ge- Hngov« ne de Graaf d'Avaux van zyne gefprekken JJJj ^er" met de Amfterdamfche Heeren, of met ee- wegens nigen derzelven, verhaald heeft, beken ikdezel- niet te weeten. Vaft gaat, dat de Regee-ven. ring van Amfterdam, naderhand, verklaard heeft „ dat de Graaf d'Avaux, op den ge- „ melden twee en twintigften December, „ gelegenheid gezogt hadt, om met haare „ Afgevaardigden vertrouwelyk te fpree- „ ken, en dat Burgemeefteren en Raad of „ de Afgevaardigden ter Dagvaart, voor „ dien
(») D'AVAUX Tom. I. />. 34J.
(o) Le meme Tom. I. ƒ>♦ »89« {f) Le meme T«m, II. f» *o, «» 3«, 3«, 4«> *ï« |
|||||
76 AMSTERDAMS II. Deei^
t68q. » ^en Q^»*w i^r *w ^£ > geene ^e minfte
„ gemeenfchap met hem gehad hadden." En hieruit fchynt ten minfte te volgen, dat
de Amfterdamfche Regenten hem, binnen dien tyd, niet van wege de Stad, maar flegts als byzondere Perfoonen, gefproken had- den; fchoon het tegendeel, in eenigen der aangehaalde[Plaatfen uit zyne Handelingen, niet donkerlyk te kennen gegeven wordt. De Hee- Wat 'er van zy, de Afgevaardigden der renHooft Stad, befpeurende, dat zy, by den Prinfe en Hop en by 's Prinfen vrienden, reeds verdagt JwMi^oD waren van ongeoorlofden handel met den laft hun- Graäve d'Avaux, vonden ongeraaden hem ner Prin- te fpreeken, zonder uitdrukkelyken laft hun- cipaalen, ner Principaalen. Twee hunner, de Heeren AmbafTa- Gerrit Hooff' °ud-SchePen en Raad, en
deur. Jacob Hop, Penfionaris der Stad, kreegen hierop terftond laft om den Ambafladeur te hooren (q). Hy gaf hun te kennen „ dat „ de Koning, zyn Meefter, den tyd, die „ Spanje gegeven was, om zig op zynen „ voorflag te verklaaren, verlengen wilde |
|||||||||||
5>
|
tot den eerften February des jaars 1684;
|
||||||||||
, en dat hy niet ongeneigd was, om zyne
„ wapenen te trekken uit de Spaanfche „ Nederlanden, en elders te gebruiken." De Heeren Hooft en Hop, een' keer naar Amfterdam gedaan hebbende, om verflag te doen van 't gehandelde , kwamen den negen en twintigften in den Haage te rug, met laft van Burgemeefteren , die in de volle Vroedfchap bekragtigd was, om uit d'A-
(<l) Vêicx, Negociat. du Comtc d'Avaux Ttm.U.p. 76.
|
|||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 77
d'Avaux te verftaan „ wat grond by badt, 1683: „ tot het voorgeeven, dat Frankryk zyne „ wapenen naar elders zou willen overbren- „ een." Ook moeften zy op hem begee- ren „ dat hy den Staaten, of eenigen voor- „ naamen Leden kennis gaf van 't gene hy „ hun, in 't byzonder, verklaard hadt: en ,| zo hy hierin zwaarigheid maakte, moes- , ten zy 'er zelven opening van doen aan '', den Raadpenfionaris, en daar zy 't ver- der ^eraaden vonden (r)" De "Heeren Hooft en Hop voltrokken Zyn hunnen laft by d'Avaux, zonder eenig uit-^JJS ftel; doch vonden hem ongeneigd, om zig zo duidelyk en openlyk aan de Staaten te verklaaren, als hy zig aan Amfterdam ver- klaard hadt. Hy zogt hen, daarentegen, te beweegen tot eene mondelinge verkJaaring van hunne beftendige genegenheid toe be- vordering der Vrede, en om met hem in onderhandeling te treeden, over het gene, tot geruftftelling beide van Frankryk en van deezen Staat, ftrekken kon. Doch de Am- fterdamfche Heeren weigerden rondelyk zig zo verre te verbinden (j). D'Avaux heeft nogtans können goedvinden te fchry- ven „ dat men beloofd hadt, dat de Stad de werving tegenftaan zou uit al haar vermogen, en haar beft doen, om de Staatfche hulptroepen uit de Spaanfche |
||||||||||||
9>
|
||||||||||||
Nederlanden te rug te doen ontbieden,
„mids
(r) Refol. Vroedfch. Lr, P. c9 T)ec. i«8j. ƒ. J02. Ma-
«im.-Regift. *T. 4- ƒ• 6o+ &M* ,
{:) Verhaal van deConvcil. tnx,, in rftConfidei. van Staatsz. tOtm, XIV. bl. «7«
|
||||||||||||
------------------1— '■ ■'■'■■■«■^^(^^^lp^"^BJ
|
|||||||||||
78 AMSTERDAMS II. Deel;
1683. j> mids de Koning van Frankryk zyne wa-
„ penen naar Katalonie, of naar Italië over- „ bragte (1)." Misnoe- De handeling der Heeren Hooft en Hop gen van met den Graave d' Avaux gefchiedde op g£® uitdrukkelyken lad der Vroedfchap van heiden Amderdam, en daarom geenszins zo be- vaneeni-dekt, ofzyne Hoogheid en eenige Leden ge Leden der Vergaderinge van Holland moeden 'er van "ol"kennis van krygen. D'Avaux hadt,ter al- over'de genieene Staatsvergaderinge , fchriftelyk hande- verklaard, dat de Koning, zyn Meeder, Hng van den tyd van beraad, die aan Spanje ver- Amfter- ]eend was , tot den laatden January ver- den1 met lengde: 't welk men hieldt te drekken om Graave de werving te beletten, en een gevolg te d'Avaux. zyn van de gefprekken met die van Amder- dam. De argwaan op deeze Stad nam dan, hand over hand, toe , by allen, die den Prinfe meed naar de oogen zagen. Zyne Hoogheid, zeer verdoord op de Stad, begaf zig, den eenendertigden December, naar de Vergaderinge van Holland, den Leden voorhoudende „ hoe die van Amderdam |
|||||||||||
verhaald hadden, dat de Kngelfche Ge-
zant aan den Heere Nkolaas Wit/en, Oud- Burgemeeder en Raad, zou verklaard hebben, dat men ontwyfelbaar oorlog te wagten hadt, zo de werving voort- ginge. Doch dat de Engelfche Gezant, hiernaar gevraagd zynde,ontkend hadts in dier voege te hebben gefproken. Dat |
|||||||||||
„ men , zo Amderdam in zulker voege
5, voortginge, zekerlyk oorlog hebben, en . n on-
(t) D'AVAUX Tom. II. ƒ». 1% , 50.
|
|||||||||||
\
|
|||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 79
„ onder den oorlog bezwyken zou. Dat i$8«;
„ men hem, te Amfterdam, befchuldigde, „ dat hy oorlog zogt, zonder dat men zul- „ ke lafteringen ftrafte, en terwylze, mis- „ fchien, door de Regenten zelven gevoed „ werden; daar menze, zekerlyk, omtrent „ eenen Burgemeefter, niet ongeftraft ge- „ doogenzou, Hy zou z\g9 voer hy voort, „ niet beroemen, over 't gene hy gedaan „ hadt, om oorlog te voorkomen; maar hy „ hieldt zig verzekerd, dat de handelwy- >, ze, die van Beuningen, federt eenigen „ tyd, gevolgd hadt, oorlog te wege bren- „ gen zou. Men zogt Frankryk te behaa- „ gen, en hieldt 'er, 't gene onverdraaglyk „ was, heimelyk verfland mede. 't Kwam „ 'er tegenwoordig op aan, of men zig, door „ Amfterdam, zou laaten brengen tot on- „ derwerping aan Frankryk. Doch dit zou „ hy tegenftaan, zo lang 't in zyn vermo- „ gen ware. Men fprak van Vryheid, en „ dwong, ondertmTchen, de Leden, om zig „ niet te wapenen. Maar April zou moge- „ lyk niet in 't Land zyn, of de kneppel „ zou op ftraat geworpen, en de zaaken ge- „ bragt wezen in den ftaat, waarin zy, in „ 't jaar 1672, waren. En dan zou blyken, „ wien 't hoofd vafter op de fchoudersflaan „ zou, en welke Regenten eed en pligt be- „ tragt hadden; welken niet. De Vroed- „ fchap van Amfterdam, vervolgde hy , „ fprak na, 't gene haar, door den Fran- „ fchen Ambalfadeur, voorgefproken was; „ ja gebruikte redenen, die deFranfchen zel- „ ven niet gebruikten. Hem,PrinfevanOran- » je»
|
|||||||
i
|
|||||||
M
|
|||||||
go AMSTERDAMS H.Dee£,
683. J' Je» van w*en men Z1*S»™ '£ Jaar I(^72» be-
„ diend hadt, om den Staat te redden , „ werdt nu te laft gelegd, dat hy 's Lands
„ bederf zogt. Doch hy zou zig Frankryk „ niet onderwerpen; maar den tegenwoor- „ digen vorm der Regeeringe, met zyn „ bloed, handhaaven." Zyne Hoogheid eerfl gefproken hebbende, verklaarde de Ridderfchap, met geenen minderen ernfl, 3> dat zy 't zeggen, dat de Prins oorlog zogt, „ hieldt voor loutere laflering , alzo zy „ wilt, hoe zeer hy voor de Vrede gey- „ verd hadt. Dat Amflerdam over alle de „ Leden zogt te heerfchen, daar men al- „ toos gezien hadt, dat de Leden eens wer- „ den, wanneer 'er zeflien of agttien eens 3, waren. Dat Amflerdam de vryheid en s, de welvaart van den Staat in gevaar ftel- „ de, en dat men zulken, die hiervan oor- „ zaak waren, by naame bekend maaken 3> zou, en aan 't licht brengen, wat ver- „ fland zy met Frankryk gehouden hadden, „ zo door 't afzenden van poftloopers, als „ op andere wyzen." Doch al deeze he- vigheid llrekte flegts, om Amflerdam te beweegen tot bewilliging in de werving. Maar de Stad bleef by haar gevoelen. Ee- nige Steden begonden haar toe te vallen. De Edelen, zulks befpeurende, lloegen voor „ of men den byzonderen Leden der „ Vergaderinge de verflandhouding met uit- „ heemfche Gezanten niet behoorde te be- „ letten ?*' Sommigen neigden hiertoe («). Doch
(») Aantek. vanden Heere HOP van 31 Dec. 1683, Aant*
VA» ten Regent van Delft van 31 Dec, «83, AfSS, |
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 8i
Doch de Afgevaardigden van Amfterdam i68g.
verklaarden „ dat zy daartoe niet zouden Die van „ können verdaan, ten ware zulks, by eene Amfter- |
||||||||||
33
33 33 31 |
duidelyke wet, verbooden werdt, of dat m be"
de Staat in openbaare vyandfchap ware ^t het' met de Mogendheden, van welken de hun vry- Gezanten waren afgezonden. Welwil-fta> met |
|||||||||
„ den zy belooven ,dat zy van 't gene hun, ^[j16^
„ den Staat in 't gemeen betreffende, door Zantenw „ uitheemfche Gezanten, mögt voorgehou- fp; ee- „ den worden, opening geeven zouden aan ken. „ de verdere Leden der hooge Regeeringe. „ Met den Ambaffadeur van Frankryk, „ meenden zy zo wel te mogen fpreeken, „ als met de andere uitheemfche Gezan- „ ten, onder welken de Zweedfche, nog „ onlangs, door den Heere Raadpenfiona- „ ris, aan hun gezonden was, om te ver- „ flaan> hoe 't ftondt met hunne raadplee- „ ginge op 't ftuk der wervinge ? Ook be- „ hoorden zulke gefprekken hun zo wel „ vry te liaan als anderen Leden der hooge „ Regeeringe, die zy, dagelyks, met uit- „ heemfche Staatsdienaars zagen verkee- „ ren." Doch alzo 'er eenige Refolutien lagen, die't handelen met uitheemfche Ge- zanten , door byzondere Leden, fcheenen af te keuren, verklaarden zy, wat laater, aan den Raadpenfionaris „ dat deeze Refolu- „ tien, zo menze al op het geval in gefchil j, toepaflelyk maakenwilde, de Leden al- „ leenlyk bragten onder de verbindtenis, „ om 't gene den Staat in 't gemeen betrof „ te brengen ter overweeginge der Leden ., van den Staat. Dit haddenze reeds ver- Vi. Stuk. F „ klaard |
||||||||||
82 AMSTERDAMS II. Deel.
1683. „ klaard te willen doen: en onder deeze
„ verklaaring, meenden zy, zonder temis- „ doen, te können voortgaan in hunne 011- „ derhandelingen met ukheemfche Gezan- „ ten, en zelfs met den Ambafladeur van „ Frankryk, zo lang deeze Kroon niet in „ openbaare vyandfchap geraakt was met „ de Staaten (v)" Zy ver- De Graaf d'Avaux, nog voor't einde des
volgen jaars 1683 , lad ontvangen hebbende van hunne den Koning, zynen Meefter, om de Re- ken met geer*ng van Amfterdam te verzekeren, dat den Am-zvne Majefteit geene fterke Plaats in de ba(TadeurSpaanfche Nederlanden zou belegeren, zo d'Avaux. de Staaten geene nieuwe werving deeden, noch hun Krygsvolk lieten gebruiken, om Franfche Plaatfen aan te taften; begaf zig, 1684. ten dien einde, in 't begin des volgenden
jaars, naar deeze Stad (w). De Afgevaar- digden derzelve fpraken hem ook, op den agtflen January, in den Haage, hem drin- gende om, 't gene hy hun mondeling voor« hieldt, in gefchrifte te vervatten , en ter Generaliteit in te leveren: waartoe hy ver- D'Avaux klaarde geenen laft te hebben. De Graaf
fchryfc d'Avaux fchreef, den volgenden dag, aan houd van den Konin£ omflandiglyk over wat 'er, in één der- 9& gefprek, welk die van Amfterdam, na- zeiven derhand , verklaarden, zeer kort geweeft over te Zyn Qfy t ware voorgevallen, onder an- F?ank- ^eren.»gewaagende van dingen, die ligtelyk ryk. misduid konden worden, ten nadeele van dQ
(v) Verhaal van de Converf.
(w) D'AVAUX Tom, II. p. HJ. fx) Verhaal van tic Convctf,
|
||||||
XX. Boek. Geschiedenissen. 83
de Stad, of van derzel ver Afgevaardigden. 1684,
Hy deedt die van Amfterdam, onder an- deren, zeggen „ dat men, in Holland, vrees „ hadt voor den Prinfe van Oranje; dat zy „ wenfchten, dat hy zyn voorftel in ge« „ fchrift vervatten wilde, niet zo zeer om „ daarop ter Generaliteit te doenraadplee- ,, gen , als om 's Konings goede gevoelens „ omtrent deezen Staat rugtbaar te maa- „ ken onder 't gemeen. Dat zy dagelyks „ eene Stad overhaalden, om de werving „ tegen te ftemmen, en Friesland en Stad „ en Lande ook haaft hoopten te winnen." Hy voegde hierby „ dat Amfterdam, in- j, derdaad, fterk werkte onder de andere j, Steden , en in verfcheiden' derzelven „ * kuiperyen hadt aangefteld; dat de Raad- * brigues4' „ penfionaris Fagel, gefterkt met het ver- „ mogen des Prinfen van Oranje, zulk een „ befluit kon doen neemen als hy goed- „ vondt, zelfs tegen de wetten van den „ Staat; doch dat hy, op deeze wyze, doen- „ de befluiten tot de werving, geen genoc ,, zou können trekken van zulk een befluit, „ zo lang Amfterdam 'er niet in bewilligd „ hadt; alzo niemant den Solliciteuren mi« „ litair geld zou willen verftrekken, tot ., het doen der wervinge. Dat het, nog- ,, tans, den Prinfe en deezer Stad ligter „ viel, eikanderen te dwarsboomen, dan „ elk zynen eigen toeleg te doen gelukken. 3, Dat elk zig, ondertuiTchen,metAmfter- „ dam vereenigde, en dat zyne Hoogheid, „ iet geweldigs onderneemende, meer te- „ genftand ontmoeten zou, danhy verwagt F 2 „ hadt/*
|
||||
S4 AMSTERDAMS II. Deel.
JÖ34. »» hadt." Doch in den zelfden brief, flon-
den ook dingen, uit welken de oogmerken en het gedrag der Stad Amfterdam konden geregtvaardigd worden: als, onder anderen, 5> dat zy den Koning geene byzondere ver- „ zekering hadt willen geeven, en verklaardf „ hadt, dat zulks, door de algemeene Staa- „ ten, behoorde te gefchieden,die zy nog „ hoopte, daartoe te zullen können bewee- » gen {y)r De brief Doch deeze briefen eenige anderen, die wordt in 't zelfde pakket met een' renbode naar fchtpt' Ffankryk gezonden waren,kwamen,kort hier- na, in handen van den Prinfe van Oranje, 't Is altoos een geheim gebleeven, op welk eene wyze. Van wege zyne Hoogheid, werdt gezeid, dat het Pakket door den Markgraaf van Grana, Landvoogd der Spaanfche Ne- derlanden , onderfchept was. Doch in de Handelingen vanden Graave d'Avauxy die in 't jaar 1752 uitgekomen zyn, wordt deeze zaak in een ander licht geiteld. De Am- bafladeur verhaalt „ dat de Prins van O- „ ranje, om de Amfterdamfche Heeren te „ bederven ,t.hadt doen befpieden , wan- „ neerhy, Graaf d'Avaux, een' renbode „ afzondt naar Frankryk; dat hy, vernomen „hebbende, dat 'er, op den negenden Ja- „ nuary, poilpaarden gevraagd waren, den ,„ Renbode, die zynen weg overLuiknam, „ deedt volgen; dat de laft, dien hy gaf, „ om de poorten van 's Hertogenbofch en •, an-
ty) Zie dtn Brief in de Confid. van Staatsz. Num. I. II.
' II. I, 9> 'n HolJ. Heic. **» Ï6g4. bl. iy, z^. |
||||||
.
|
||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 85
„ andere Staatfche plaatfen te doen openen, ^g^-
„ hem gelegenheid verfchafte, om den Fran- • „ fchen Renbode te agterhaalen te Maas- „ tricht, daar hy hem , door den Bevel- „ hebber, eenen geraimen tyd deedt op- „ houden, eer men hem van poftpaarden „ voorzage; dat hy, midlerwylj drie par- „ tyen, van zeven man ieder, ter poorte „ uitzondt, met lad om den Renbode,een „ vierdendeel uurs buiten Maaftricht, in te wagten en op te ligten. Dat de party, die hem aantrof, tot de Staatfche Rege- |
||||||||||||||||
tl
5»
|
menten van Berlau en Tilly behoorde.
Dat zy hem ontkleedden, en van zyne |
|||||||||||||||
9, brieven beroofden, zonder hem tebeftee-
„ len, en dat zy zyne laarzen en overrok aan „ zynen poftlooper gaven, die hem weder- |
||||||||||||||||
5»
J) 3» 5> |
om naar Maaftricht bragt; van waar hy
zig naar den Haage begaf, den Ambas* fadeur kennis geevende van 't gene hem overgekomen was; dat hy, Ambafladeur, |
|||||||||||||||
„ in'teerft, klaagde over zulk eene onder-
„ neeming, zonder egter den Prins van O- „ ranje te befchuldigen; doch dat hy, gee- „ nen lad van zyn Hof krygende om zyne „ klagten te vervolgen, daarvan afliet, om „ eerfttezien, wat gebruik de Prins van 3, Oranje van de onderfchepte brieven maa- „ ken zou (2)." Terwyl zyne Hoogheid, of de Markgraaf Ter Ver-
van Grana, op deszelfs verzoek, de brie gaderin- ven, die grootendeels in Cyfer gefchreeven W Ym, waren, deedt ontcyferen , werdt de zaak wordat ' van
(*) D'AvAUX Tgm, II, p. nz & fuiv,
F 3
|
||||||||||||||||
te AMSTERDAMS IL Drei.
1684. van de werving wederom op het tapyt ge-
• bragt, ter Vergaderinge van Holland. De
meerder- Afgevaardigden van Amfterdam deeden 'er,
heid van den dertienden Jauuary, een wydluftigVer-
ftemmen, toog tegen (a). Doch alzo de meefte Le-
ten tot ^en ne^^en tot ^e werving, vondt zyne
de wer- Hoogheic^ geraaden, daartoe te doen beüui- ving. ten, met meerderheid van Hemmen, onaan- gezien zulks gehouden werdt te ftryden mee de grondwetten van den Staat, volgens wel- ken , in zaaken van oorlog, vrede, verande- ring van Regeeringe en belaftingen, een- paarigheid vereifcht wordt. De Afgevaar- digden van Amfterdam lieten , ondertus- fchen, niet na, te ipreeken met den Graa- ve d'Avaux, over 't gene de Vrede bevor- deren kon; doch gaven, in gevolge van hun- nen lall: (b), opening van 't gene hun voor- kwam aan den Raadpenfionaris, en aan de Leden der Vergaderinge. Maar zy konden niet voorkomen, dat, op den een en der- tigften January, ter Vergaderinge van Hol- land, met meerderheid van (temmen, tot de Amfter- wervinge beflooten werdt. Zy deeden 'er dam doet eene korte, en naderhand eene uitvoerige 'er eene en fcherpe aantekening tegen , by welke nimf e" laat^e»net genomen befluit verklaard werdt tegen, voor ftrydig met de grondwetten van den Staat, en gevolgelyk voor nietig en van on- waarde , met byvoeging, dat de Stad nim- mer iet tot de koften der wervinge betaalen zou (c). Maar ' (a) Zie Vadeil. Hift. XV. Deel, bl. 170 enz.,
(b) Refol. Vroedfch. Lt. P. 28 Jan. 1684. ƒ• 3°g.
(c) Refol. Vroedfch. U. P. +, 7 Febr. i6t^. ƒ. Jitf, 3Z4.
B-efol. Holl. 31 J*n, 1684. bl. 14. Zie «»/^ Vadetl. Hift. XV. Deel, bl. xjt. |
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 8?
Maar Amfterdam kon zulke fterke be- i6$*
fluiten, en die zo zeer aanliepen tegen 'tBekom- gevoelen des Prinfen van Oranje, niet nee- mering men, zonder dat men aldaar in eene mer-£ier ter kelyke bekommering geraakte, voor eeni-^®* gen geweldigen toeleg van 's Prinfen zyde, eenige om de Stad te doen veranderen van maat- geweidi- regels. Men was nog niet vergeten, hoe§° on" Willem de IL, Prins van Oranje, zig, in't^e" jaar 1650, gefield hebbende aan't hoofd eener bezendinge, onder anderen gefchikt om Amfterdam tot andere gedagten te bren- gen; toen deeze bezending vrugteloos uit- gevallen was, zig van de wapenen van den Staat hadt gezogt te bedienen,om Amfter- dam tot onderwerping te brengen. De aan- zienlyke bezending, die, met zyne Hoog- heid aan 't hoofd,in 't voorleeden jaar, hiejr ter Stede was geweeft, hadt ook geene vrugt voortgebragt. Men hadt, derhalve, reden om voor eenig geweldig uitwerkfel van 's Prinfen ongenoegen bedugt te zyn. D'A- vaux heeft aangetekend, hoe hem, in 't laatft van November des voorleeden jaars, kort na dat zyné Hoogheid te Amfterdam was geweeft, een brief was medegedeeld, ten dien tyde, uit den Haage naar Amfter- dam gefchreeven, en meldende „ dat de „ Prins gezeid hadt, dat men twee Bürge" „ meefiers van Amfterdam, die hy noemde, „ buiten flaat fiellenmoefi, om zig te k.inten „ tegen zyne oogmerken. Waarop iemant „ anders hadt geantwoord, dat menze naar „ de andere weereld zenden moefi: en de Prins j, wederom, dat menze, door tien anderen, F 4 ,» moefi
|
||||||
88 AMSTERDAMS ILDeel.'
16S4. ii tnoeß doen verzetten." D'Avaux verhaalt,
wyders, dat de Regeering, in dien tyd, hier- op reeds beflooten hadt, de wagten in de Stad te verdubbelen (d). Doch wat ook van de waarheid van dit verhaal zyn moge; vafl: gaat het, dat, terwyl men,in den Haa- ge, nog raadpleegde op de wervinge der zeflienduizend man; hier ter Stede, befloo- ten werdt, het getal der Stads foldaaten , welk, na de Nieuwmeegfche Vrede, tot op vierhonderd man, die in 's Lands foldye ftonden, verminderd was, met zeshonderd man te vermeerderen (e). En na dat men, ter Vergaderinge van Holland, met de meerderheid, tot de werving beflooten hadt, werdt geraaden gevonden, eene nieuwe or- de te ftellen op hetopbyten van't ys ronds- om de Stad:'t welk, by de tegenwoordige ftrengë vorft, tot beveiliging derzelve,ten hoogfte noodzaakelyk geoordeeld werdt (f). Zyne Doch de bekommering alhier nam toe, P°J|5" na dat men berigt gekreegen hadt van 'c
deHee-etSene' °P den zeftienden February,ter Ver- ren gaderinge van Holland, voorgevallen was. Hooft Zyne Hoogheid begaf zig", dien dag, des en Hop morgens ten elf uuren, naar de Vergadering, uit de met fan onderfchepten brief van den Graa- deringe ve d'Avaux, die nu ontcyferd was, by zig. van Hol- Zo dra hy gezeten was, gaf hy te kennen, land dat hy der Vergaderinge iet van het hoog- gaan. ße gewigt hadt mede te deelen, te gelyk be-
(d) D'AVAUX Tom. II. p. 11.
(e) Refol. Vroedfch. £*. P. 28 Jan. KÏ84. f- JJ4-
(f) Refol. Vroedfch. Lt, P. 4 Febr. I«g<j. ƒ. 3Ig. Vtit\
Aulji D'AVAUX Tem. II. p. 140, 177. |
||||
\
|
||||||||
XX.Boek: Geschiedenissen. 89
begeerende, dat de deuren vooraf gefloó- \6%^ ten werden, en den deurwaarderen bevolen, elk, die tot de Vergadering behoorde, bin- nen., doch niemant wederom uit te laaten, zonder laft van hunne Edele Groot Mo- gendheden, De Raadpenfionaris gaf, hier- op , terftond, zulk bevel aan den deurwaar- der , zonder vooraf omvraag gedaan te heb- ben, gelyk eenigen, naderhand, meenden, dat hadt behooren te gefchieden. Zyne Hoogheid verklaarde toen „ dat het gene 3, hy hadt voor te draagen ook eenigszins „ betrof de Heeren Gerrit Hooft, Oud- „ Schepen en Raad, en Jacob Hop, Pen- „ üonaris der Stad Amfterdam," waarom hy verzogt „ dat deezen twee zig,zo lang „ de raadpleegingen duurden, in 't vertrek „ der Staaten, begeven wilden,*' gelyk zy deeden. De Prins deedt toen den onder- fchepten brief van d'Avaux leezen, door den Raadpenfionaris. Hy was nog onver- taald ; en alzo veele Leden de Franfche taal niet of naauwlyks veritonden, kon de zin van denzelven,ten minde door/leezen, niet gevat worden. Na 't leezen, beweer En be- de zyne Hoogheid, dat de, Heeren Hooftfchuldige en Hop, wegens hunne verftandhouding methen var^ d'Avaux, te befchuldigen waren De Raad-^q00^ penfionaris hadt ook, zo fommigen verhaa» verftand- len, aan veele punten van den brief eene houding zeer haatelyke uitlegging gegeven. Zy voe-J" gen 'er by, dat fommige Leden reeds fpra- ken van de twee Heeren in hegtenis te nee- men , toen deezen, anderhalf uur in 't ver- trek getoefd hebbende , wederom binnen |
||||||||
F 5 tra-
|
||||||||
oo AMSTERDAMS 11. Deel.
1684. traden, zonder geroepen te zyn. Sommi-
gen vonden dit vreemd; doch de Burge- meefter Joan Huydecoper, Heer van Maar- feveen , die de dagvaart wegens Amfter- dam ook bywoonde, en in de Vergaderka- mer gebleeven was; en zy, verftonden, dat, naardemaal hunne naamen niet genoemd werden in den brief van d'Avaux, zy niet verpligt waren, zig te onthouden uit eene Vergadering, van welke zy erkende Leden waren. Wyders, begeerden zy, dat hun de brief nog eens mögt voorgelezen wor- den, op dat zy 'er zig op mogten verant- woorden. Doch dit werdt hun geweigerd. De Edelen, Dordrecht, Haarlem en ande- re Leden beweerden zelfs, met veel ernfl, . dat zy behoorden buiten te ftaan. Delft, Leiden, Gouda, Rotterdam en de Steden van 't Noorderkwartier zogten hen over te haaien, dat zy 't, uit infchikkelykheid, dee- den. Doch zy oordeelden, dat zy behoor- den te blyven. Men tradt dan tot de raad- De Rid- pleegingen in hun byzyn. De Ridderfchap, derfchap zyne Hoogheid voor de opening bedankt fteDlt, hebbende, klaagde zeer, dat Amfterdam verzege- a^eS overleide■ met d'Avaux , en nog be- ien der weerde, daartoe bevoegd te zyn. Voorts, papieren flemde zy, dat men de Stads Papieren, die van Am- jn »t Logement der Afgevaardigden in den Se in?' Haage beruflten, nevens die van den Pen- den Haa- fionaris Hop, behoorde te verzegelen, en ge waren; op de Charterkamer te brengen, omze daar- na te leezen, of ongelezen te rug te gee- ven, naar dat de Leden zouden geraaden Oordeel vinden. Maar Dordrecht zeide „ dat de „ Hee-
|
||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 91
„ Heeren van Amfterdam eerfl ftrafbaar I0-g^
„ zyn zouden, als de brief waarheid fprak: der ' „ 't welk men vooraf onderzoeken moeft." derP Haarlem merkte aan „ dat, zo men onder- Leden. „ ftelde, dat de brief, in allen deele, de „ waarheid fprak , zulk een gedrag , als „ Amfterdam gehouden hadt, den Staat „ het onderfte boven keeren zou. Doch „ men wilde gaarne afwagten, watAmfter- „ dam van zelf doen zou, en den zagtften „ weg kiezen." En dit laatfte hadt Dor- drecht , fchoon de verzegeling redelyk hou- dende , insgelyks, te verftaan gegeven. Delft was 't, in dit opzigt, ook eens met deeze Steden; doch verftondt, daarenboven, dat men Amfterdam een afïchrift van d'Avauxs brief toeftaan moeft. Zo begreep het ook Leiden. Amfterdam verklaarde, niet te kön- nen gedoogen, dat de Stads Papieren ver- zegeld werden; doch was gereed om op den brief te berigten, en ondertiuTchen den Principaalen kennis te geeven. De Edelen fielden, wyders, voor, dat men de Papie- ren, door drie Heeren, zou können doen verzegelen, en onderden Heere vanMaar- feveen laaten, mids hy, op den eed, aan- name , daarvan niets te verduifteren. Dor- drecht oordeelde ook, dat 'er verzekering zyn moeft. Doch Delft enLeiden begree- pen, dat men zo fcherp niet behoorde te gaan. Gouda hadt vertrouwen in Maarfe- veen; doch voegde zich met de Edelen, indien de voorzittende Leden verder gaan wilden. Rotterdam en Gorinchem beriepen zig op naderen laft. Schiedam mögt wel zien,
|
||||
92 AMSTERDAMS UÜtiüi
1684. z*en> dat de Papieren , verzegeld zynde,
onder den Heere van Maarfeveen gelaaten werden: en de overige Leden Hemden al- len met de Ridderfchap. 't Befluit viel dan „ dat men den Leden een affchrift van „ den onderfchepten brief zou toezenden; „ dat de Heer van Maarfeveen de bewaa- 5, ring der Papieren in 'tComptoirvan Am- „ fterdam op zig neemen zou, en dat de j, brieven van den Penfionaris Hop by el- „ kanderen zouden worden gelegd: alles on- „ der 't zegel van den Heere van Maarfe» „ veen, en van twee andere Heeren." Doch Amflerdam kantte zig ernftelyk tegen dit befluit, onaangezien zyne Hoogheid aan- boodt, de raadpleegingen geheim te willen houden, enze niet, dan onder gelyke belof- te van geheimhoudinge, aan de andere Pro« vinden te zullen mededeelen. De Raad- penfionaris zeide toen ,, dat, naardemaal „ Amflerdam niet gedoogen wilde, dat ie- „ mant, nevens den Heere van Maarfe- „ veen, de papieren in bewaaring hieldt, ,, de Ridderfchap niet zou können nalaa- „ ten, alles nader te onderzoeken, en zelfs „ in 't licht te geeven." De andere Leden k-wamen genoegzaam overeen met de Rid-> derfchap. Eindelyk, werdt, na datdeRaad- penfionaris, tot vyfmaalen toe, de ftemmen opgenomen hadt, by meerderheid van ftem- men, vaftgefteld „ dat de verzegeling door „ drie Heeren gefchieden zou, en dat de „ Papieren zouden blyven onder den Heere „ van Maarfeveen. Voorts, zou men den „ brief, in de Vroedfchappen , geheim „ hou-
|
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 93
„ houden, en al 't gehandelde insgelyks. ^g^ „ Alleenlyk behieldtzyne Hoogheid de vry- heid aan zig, om den brief te mogen 9i mededeelen aan de Gecommitteerden tot " de buitenlandfche zaaken, die hem hun- M nen Principaalen zouden mogen toefchik- " ken (g)." Doch 't leedt maar weinige dagen, of daar kwam eene vertaaling van den brief in't licht, waarin nog verfc-heiden' plaatfen oningevuld gebleeven waren, die men, naar 'tfcheen, niet hadt können ont- |
||||||||||
.
|
||||||||||
cyferen ; en welken, naderhand, in eene
tweede uitgave, werden aangevuld. De Heeren Franco van der Goes, Bürge- De Stads
meeller van Delft, Jdriaan Baart, Penfio Papieren naris van Alkmaar, en Simon van Beawnont ^JJ1 Secretaris der Staaten van Holland , wer- gelc!# den, nog op den zelfden zeftienden Februa- rv, gemagtigd, om de verzegeling der Pa- pieren van Amfterdam te doen, met hun eigen zegel, enze te laaten onder den Hee- re van Maarfeveen, tot dat de Leden zou- den geoordeeld hebben , c?f menze nader behoorde te onderzoeken, of niet. Zy kwee- ten zig terftond van deezen laft. De Hee- ren Hooft en Hop vertrokken , nog dien zelfden avond, naar Amfterdam, daar de tyding, die zy bragten,Burgemeefterenge* weldiglyk ontftelde, met naame Burgemees- ter van Beuningen, die, 't voorleeden jaar geregeerd hebbende, en nu als Oud-Burge- meeller aangebleeven zynde, de meefte ken- nis hadt van't gehandelde met d'Avaux, en ■ 'er
(j) Aantek. van Atn Hcere HOE va» iS Feh. i6S*.
|
||||||||||
*
|
||||||||||
........ 111»—™——^
|
|||||
94. AMSTERDAMS II. Deel.
1684. 'er verfcheiden'brieven over hadt gewhTeld
met den Penfionaris Hop, die nu ook on- der 't zegel lagen. De ontfteltenis van Bur- gemeefteren fproot, nogtans, gelyk zy na- derhand verklaard hebben, niet uit eenige bewuftheid van fchuld; maar uit eenbezef, datzy, inden Haage, onheufch en onre' Bürge. delvk bejegend waren. Ook werdt, op den meefte- negentienden, toen de vertaaling van den ren en brief van d'Avaux reeds in't licht gekomen Sven was' uit den naam van B«rgemeefteren en
aan de Kaad, eenen brief afgezonden aan alle de
Steden. Steden van Holland, behelzende eene ern-
ftige betuiging, dat de Regeering van Am-
flerdam haakte naar gelegenheid, om haare
volkomen onfchuld in 't gehandelde met
d'Avaux,middagklaar,te doen blyken (h).
D'Avaux OndemuTchen, hadt de Graaf d'Avaux,
veront- volgens zyn verhaal, op den zeflienden des
fchuldigtavoncjSj reecjs kennis gekreegen van 't ge-
fterdam. ne> dien daS» in de Vergadering van Hol-
fche land, was voorgevallen. Hy fchreef ter- Heeren. ftond aan de Regeering van Amfterdam,dat hy bereid was ten zynen Jafle te neemen 't gene men, uit zynen brief, ten haaren nadeele, meende te zullen können trekken. Men deedt hem fchriftelyk bedanken, door den Penfionaris Hop. Ook hieldt hy zyn woord, aanwyzende „ dat men ten onreg- „ te twee Heeren met naame hadt befchul- „ digd, daar hy niemant in 't byzonderge- 3, noemd hadt; dat men zynen brief ook, 3, op
(h) Refol. Holl. 2+ Febr. KÏ84. *'• »5. Zie ookConM.
van staatsz. N. VI. bl, si« Holl, Merc. van 1684. t/.ji.
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 95
„ op meer dan'ééne plaats, kwalyk ontcy- I0-g ,
„ ferd hadt; en dat aan hem ftondt, de „ zaaken, over welken hy handelde, op „ zulk eene wyze, aanzynen Meeflervoor „ te draagen, als hy geraaden vondt; zon- „ der dat iemant regt hadt, om daaruit be- „ fchuldigingen te trekken, ten nadeele „ van eenen derden (i)." 't Gebeurde met de Heeren Hooft en»t Ge-
Hop werdt, midlerwyl, fpoedig rugtbaarmeen in den Haage, daar elk den mond vol hadt fpreekt van befchuldigingen der Heeren van Ara-^na^m> fterdam. „ Zy hadden, riep men/tLandftej-dam. „ verkogt aan den Koning van Frankryk, „ en 't geld daarvoor van d'Avaux ontvan- „ gen; doch de Prins van Oranje hadt het „ verraad ontdekt. Men moeft hen dan te „ regt ftellen, of handelen, gelykmende „ Witten gehandeld hadt."Maar dit kwaad- Doch fpreeken hieldt op, na dat men den onder-laat 'er fchepten brief van d'Avaux, waaruit hetfpoed^ verraad zou hebben moeten blyken, gele- zen hadt. Men vondt, in deezen brief, niets, dan eene fterke begeerte tot vrede in de AmfterdamfcheRegeeringe, die haar, op zyn ergft genomen, gebragt hadt tot on- derhandelingen met den AmbafTadeur van Frankryk, welke niet met de gewoone wy- ze van handelen overeenkwamen, zonder dat 'er in 't allerminft uit bleek, dat men zig aan hem tot iet onbetaamlyks verbon- den hadt (fy Bur-
(i) D'AVAUX Tom, II. p, 504 if fi*iv%
\kj D'AVAUX Tom» II. p, ioy, au« |
||||
-- ——
|
||||||
96 AMSTERDAMS ILDEEt.
1684. Bürgemeefteren en RaacTen, federt, be-
De Stad ^00ten hebbende, ernftelyk aan te houden befluic op de ontzegeling hunner Papieren, deeden gecne te gelyk een verhaal overleveren aan de Atge^ Vergadering van Holland van 't gene zy, derf tif' ^e^ert den twee en twintigften December, Dagvaart met den Graave d'Avaux gehandeld had- te zen- den (/). Men liet dit verhaal ook in druk den; uitgaan, en het bragt veel toe, om 't ge- meen, welk men gezogt hadt te vervullen met argwaan tegen de Arniterdamfche Hee- ren , beter te onderregten. De Vergadering van Holland, ondertufichen , de ontzege- ling der Papieren hebbende afgeflaagen, befloot men, van hier, geene Afgevaardig- den meer ter Dagvaart te zenden; maar de- zelve alleenlyk te laaten bywoonen, door de SecretaruTen Dirk Geehinck en Cornelis Mun- ter, die, van tyd tot tyd, verflag deeden van 't gene in den Haage voorgevallen was Noch op W- De gewoonlyke Vergadering tegen de pun- aen zevenden Maart befchreeven zynde, ten van vondt men hier ongeraaden, eenig be{luit befchry- te neemen op de overgezonden punten van Va" M tS befchryvinge. Zelfs weigerde men t in 't gen.P CC eerft» te bewilligen in den voortgang der loopende middelen; hoewel men, hierom- trent , naderhand , eenigszins veranderde van gedagten , en toeftondt, dat eenige middelen, óp den gewoonlyken tyd, ver- pagt werden (n). De
(/) Refol Vroedfch. Lt. Q. 2J Febr. i<sg4. ĥ !ĥ
(m) Refol. Vroedfch. L*. Q^. is? Febr. 168+. ƒ• 45 > 49. (n) Refol. Vroedfch. L". Q. zl Febr, s Maart 1684, ƒ, |
||||||
-\
|
||||||
XX. Boek. Geschiedenissen. 97
De Ridderfchap en eenige Steden be- 1684.
weerden, wat laater, dat men de verzegel- Eenige de Papieren behoorde te onderzoeken. Zy Ledetf hielden den anderen Leden voor. „ 1. Dat ree^eed"aÈ „ die van Amfterdam den Graave d'Avaux men de s, kennis gegeven hadden van de zwakheid verze- „ van den Staat, en van de verdeeldheid gelde „ in den zelven: en dat zy zig, hierdoor, b*Pl«rt» „ met reden, verdagt gemaakt hadden. 2 te on(jer Dat zy hem ook gezeid hadden, dat zy zoeken, " de werving beletten , en 'er niet in be- „ willigen zouden. 3. Dat zy hem hadden s, onderregt van hunne kuiperyen, tot ftrem- „ ming van de werving; en van de Leden, „ die zy tot hun gevoelen hadden overge- „ haald. 4. Dat zy met hem hadden ge- „ fproken van byzondere verzekeringen „ „ welken men hem , des noods , geevert „ zou. 5. Dat zy hem, eindelyk, gedron- „ gen hadden tot het inleveren eener Me- „ morie, niet zo zeer op dat men 'er ter „ algemeene Staatsvergaderinge over raad- „ pleegen, als op dat dezelve onder 't ge- meen rugtbaar worden zou. Alle welke Il dingen, huns oordeels , fmaakten naar , ongeoorlofde verstandhouding, ten nadee- 11 Ie van den Staat, en oorzaak gaven,om „ de verzegelde Papieren te onderzoeken." Doch verfcheiden' Steden konden haare ftem nog niet geeven tot dit laatfte (0). En Burgt- Burgemeefteren van Amfterdam # beant-^e^ woordden de vyf gemelde redenen, in eenen Amftei> brief aan de afgezondenen ter Dagvaart , dam we* waar-
(») D'AVAUX Tom. II, p. tzo, »40, 14««
VI. Stuk. G
|
|||||
- »
|
|||||
9* AMSTERDAMS IL Deel.
1684. waarvan zy allen Hemmenden Steden een
<ïerleg- affchrift toezonden. Zy merkten, op de gen han-eerfte, aan „dat de brief van d'Avaux, ner« «e rede- ^ gens ? zo vee] Zy hadden können befpeu- „ ren, té kennen gaf, dat hy het zwakke* 5, van den Staat en de oneenigheid in den „ zelven uit hun verftaan hadt. Dochdee- „ ze dingen waren weereldkundiggeweefl:, ,y voor dat zy, in December, met hem in „ gefprek getreden waren, en konden lig- „ telyk geweeten worden,door eenen Am- „ baiïadeur, van wien de Raadpenlionaris „ Fagel dikwils gezeid hadt, dat hy alles 5, wifb uit te vorfchen, wat in den Staat „ omging." Op de tweede reden, zeiden- 1 ze „ dat zy, omtrent het ftük der wervin- „ ge, nooit iet aan d'Avaux verklaard had*- „ den, waardoor hunne vrye raadpleegin- „ gen op ditftuk, in 't allerminfl, konden 3, gehinderd worden. De derde reden moeit, „ vervolgdenze, geheel, ongegrond voor- „ komen, aan elk, die wifl, wat 'er, van „ den aanvang des jaars, op de werving M geraadpleegd was; hebbende Amfterdam „ alleen Schiedam nevens zig gehad, in *t „ afftemmen derzelve,terwyl Delft geoor- „ deeld hadt,dat men 'er niet dan meteen- „ paarige flemmen toe behoorde te beflui« „ ten. Zy wilden nogtans niet ontveinzen, „ dat zy aan d'Avaux gezeid hadden, dat „ omtrent het raadpleegen op zyne Memo- „ rien verfcheiden'. voornaame Leden, en „ zelfs, volgens zyn eigen getuigenis, de „ Raadpenfionaris Fagel in hun gevoelen „ wa-
|
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. £9
„ waren: 't welk men ten onregte op de 1684.
„ wervinge geduid hadt." Op de vierde re- den , verklaardenze „ niet alleen geene „ beloften gedaan ; maar zelfs geene de „ minfte hoop gegeven te hebben van , „ t'eenigen tyde , eenige byzondere ver- „ bindtenis te zullen aangaan; waarom zy „ niet konden begrypen, wat den Ambas- „ fadeur mögt bewoogen hebben, om in 't „ flot van zynen brief te fchryven, dat zy j» >c gefprek hierover zouden verfchooven „ hebben, tot dat zy alle hoop,om hunne „ oogmerken te bereiken, zouden hebben „ verloor en." Eindelyk, zeidenze, op de vyfde reden , dat hun oogmerk , in het > • „ dringen op het inleveren eener Memorie, „ geen ander geweeft was dan dat dezelve „ komen mögt ter kennilTe van zulken, die „ 'er over moeften raadpleegen. Doch , „ alzo zulk eene Memorie noodwendig naar M de Provinciën zou moeten verzonden „ worden, zo hadt het den Ambafladeur \ s> vrygeftaan, te fchryven, dat hy daaruit „ iet goeds noopte, tot bevordering van , een Verdrag; zonder dat zy zien kon- **y den, hoe zulk fchryven hun tot nadeel, i% veel min tot zo hooge misdaad , zou „ können worden toegerekend." Voorts, booden Burgemeefteren aan, gelyk zy reeds te vooren gedaan hadden, om hunne on* fchuld, zo men 'er nog eenigszins aan twy- felen mögt, ook door het openleggen der verzegelde Papieren, zo verze hiertoe die- pen konden , nog volkomener te doen bly- G 2 ken
|
||||
iöo AMSTERDAMS ILDEEt;
ï6$4. ken (p). Doch op deezen brief volgde voor
eerft niet anders, dan dat het onderzoeken . der Papieren , waarop eenige Leden ge- drongen'hadden, werdt uitgefteld. Gerug- Kort na 't afzenden van deezen brief, ten van werdt , volgens 't verhaal van d'Avaux , fla?0apn"uit ^en ^äaSe» naar Amfterdam gefchree- de^Stad. ven » dat mm * ter eerftgemelde plaatfe *, naar middelen uitzag om Amfterdam aan „ te taften, te bombardeeren , en aldaar „ eenen opftand te verwekken onder 't „ graanw (5)." Doch 't zy dit berigt ee- nigen grond hadt, of niet; men befloot, den drie en twintigften Maart, op nieuws, boven de vierhonderd man Lands foldaa- ten, die hier in bezetting lagen, nog zes- honderd of agthonderd man in dienft der Stede aan te neemen (r). Toeleg In de Stad,waren de Regenten niet zon- op het der bekommering. Van Burgemeefter van leeven Betinin2;en wordt verhaald, dat hy , om- Vnn Mut" ^ <»■
gemees."trent deezen tyd, niet uit Amfterdam durf?
ter van "de gaan, uit vreeze van opgeligt en vaft« Beunin- gezet te zullen worden. Zelfs liepen 'er, SeJ1- ten deezen tyde, zulke fterke gerügten van eenen toeleg op zyn leeven,dat myneHee- ren van den Geregte niet fchroomden, op den een en twintigften Maart, af te kondi- gen , dat hun de gegrondheid van die ge- rugten genoegzaam gebleeken was, te ge- lyk
(p) Miffive van Bürgern van Amft. van tg Maart \6tn-.
in de Ho!!. Merc. van iöïf. bl. 70 enz. m Cunfidet. vafl SMatsz. Num. XXVI. bl. S9. (q) D'AVAUX Tom. II. p. z6$ , Z"o.
(t) fcefol. Vfocdfch. Cr. Q,- 1} Maart 1684. ƒ• **•
|
||||
XX.BOEK. Geschiedenissen, ioi
lyk duizend zilveren Ducatons beloovende j684-
aan die de fchuldigen aanbragt (x). De Stad werde ook, door de Staaten, gemag- tigd , om den medepligtigen ftrafvryheid toe te zeggen ( O- Joan van Bankhem en Samuel Bofih werden , ten deezen tyde, ; voor anderen, van den aanflag op Bürge- meefter van Beuningen verdagt gehouden. Van Bankhem hadt, in 't jaar 1672,Sche- pen van den Haage zynde , de hand gehad in den toeleg op de Broeders de Witt, en was , daarna , door zyne Hoogheid , tpt Baljuw van den Haage bevorderd. Doch in de waarneeming van dit Ampt, hadt hy zig zulks gekweeten, dat hy, van verfchei- den' euveldaaden befchuldigd zynde , op deVoorpoorte van den Hove, vaftgezet, en eerlang veroordeeld werdt,om onthalsd te worden. Doch hy beriep zig van dit vonnis op den Hoogen Raade, Terwyl 't geding daar onafgedaan hing, ontfnapte hy uit de hegtenis, en week, ten deezen tyde, naar Amfterdam , daar hy andermaal ge- vat werdt. Men bragt hem wederom op de Voorpoorte in den Haage; daar hy, na lang gezeten te hebben , ovejleeden is. Bofch, die te Amfterdam woonde, werdt, terwyl van Bankhem daar nog vaft zat, o- penlyk ingedaagd («). Doch ik vind niet, dat hy te voorfchyn gekomen is. De verwydering uuTchen den Prins van Schriften Oran»vooren
(s) Keutb. Q; ƒ. Jf. en hier Agter Bylaage /.». A.
(t) Relol. Holl. 14. Masrt 16S4. bl. 170.
{») Vad«l, Hift. XIY. Deel, bl. \19. XV.DcèU R104»
G3
|
|||||
/
|
|||||
, ' •■>
|
|||||
fo» AMSTERDAMS II. Dkee,
16&4. Oranje en de Stad Amfterdam nam, mid«
tegen lerwyl, hand over hand, toe,en werdt ge- Amfter- voed door fcherpe fchriften, die, van de dam in 't eene en de andere zyde, verfpreid werden, licht ge- Onder anderen, kwam 'er eene zogenaam- geven. ^Q MiJJive van een' Regent ter Fergaderinge van Holland, op den naam van Philalethes, in 't licht, welke men hieldt door den Raad- penfionaris Fagel gefchreeven te zyn (V), en waarin het gedrag der Heeren van Arn- flerdam vinnig doorgeftreeken werdt. De Regeering deezer Stadt vondt geraaden , dit Gefchrift openlyk te wederleggen, 't Regende, daarenboven, fchimpfchriften van allerlei föorte: in eenigen van welken, ook de Prins van Oranje niet gefpaard werdt. Het drukken en verkoopen van fibandelyke Libellen over Staatszaaken was, onlangs, door 's Lands Staaten, wel fcherpelyk ver- booden (1»). Zelfs kwam 'er, hier ter Stede, op den tienden May, eene Keur te- gen uit (#). Doch de drift van 't gemeen om zyne Overheid door te ftryken, fcheen aan te wafTen tegen 't verbod. Te Amfter- dam , aasden de ingezetenen , die thans zeer overtuigd waren van de goed e oogmer- ken der Wethouderfchap, op al wat 'er te- gen den Prinfe van Oranje, meer of min openlyk, in 't licht kwam : fchroomende men niet, hem te laft te leggen,dat hyden Staat zogt in te wikkelen in eenen verderfe- ly-
(v) Voicx. D'AVAOTC Tom. II. f, itf.
(m) Groot-l'lakaatb. IV. Dedt bl, 3*0, 3S4,
{*) Handv. bl, 1044,
•
|
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 103
lykenoorlog(y). Sommigenverhaalen zelfs, ifä^
dat de Regeering van Amfterdam in beraad zou gelegd hebben , om Henrik Kafimir, Prins van Naflau en Stadhouder van Fries- land en Groningen, te verkiezen tot Bevel- hebber der Stad (2). Doch hiervan heb ik geen het minfte blyk gevonden, in de Rt- gißers der Stad. In 't begin van April, vaardigde zynevoor-
Hoogheid, die klaarlyk befpeurde, dat hyzorghiei? weinig nut trekken kon, van het befluit totter St^" de wervinge, welk, buiten bewilliging van gewekt Amfterdam, genomen was; volgens het ver- p4 on- haal van d'Avaux , iemant af naar deeze dernee*. Stad, om te beproeven of men zig aldaar, mingen, op eenigerlei voorwaarden, met hem zou können verdraagen. Doch deeze pooging hadt geen gevolg O). Weinige dagen laa- ter, maakte Burgemeefter van Beuningen, aan de Burgemeelleren Hudde en Huyde- coper en aan den Penfionaris Hop bekend, hoe de Profeflbr Joannes van der fVaayen, die ten dien tyde gebruikt werdt, om de Prinfen van Oranje en NafTau met eikande- ren te verzoenen, hem, dien ogtend, zyn- de den veertienden April, kennis gegeven hadt van de middelen, die daartoe, van de zyde des Prinfen van Oranje, waren aange- wend , en die beide in beloften en bedrei- gingen beftonden; en hoe hy 'er bygevoegd Hadt „ dat de Prins van Oranje ook het jj OOg
(y) Voiex, D'AvMJX Tam. II. /. i$6.
(X.) ttUBNET V«i. 1. f. J5>4.
(4) D'AVAUX Tim. 11. p. 2S*t 31<J.
G4
|
||||
104 AMSTERDAMS II. Deel.
1684. i9 oog hadt op Amfterdam (bT De be-
kommering hier ter Stede nam, derhalve, zo zeer toe, dat men,voor 't einde van May, befloot nog vierhonderd Stads foldaaten aan te neemen, en de Veftingwerken, die, tus- fchen de Haarlemmer-Poort en de Wefter- beer, merkelyk vervallen waren, te ver- fterken (c)- Ook werdt, wat eerder, by een befluit van den Krygsraad, het getal der Burgercompagnien, welk, voor eenigen tyd, op vyftig verminderd was, wederom op zeftig gebragt (d): waarop het, federt, geblee- ven is. En op den agtften September, werdt een algemeene orde vaftgefteld op 't ïtuk van den AUarm; wanneer de gantfche Bur- gery in de wapenen komen, en niet dan op bevel van Burgemeefteren of Kolonellen van haare loopplaatfen fcheiden moefi; (e). De Stad Midlerwyl, hadt zyne Hoogheid alle de dringt Provinciën niet können overhaalen tot een fterk op befluit op <je wervinge,naar zyn genoegen. zegeHng *n Zeeland, was 'er, met meerderheid van haarer ftemmen, toe beflooten. Friesland en Stad Papie- en Lande hadden 'er vlak uit tegen geflemd. jen. De algemeene Staaten neigden ook, meer en meer , om, volgens den voorflag van Frankryk, in onderhandeling te treeden over eene Vrede of twintigjaarig Beftand. De zaaken fchikten zig, derhalve, allengskens naar
•
Jb) Aafitek. van d$n Heere Pcnfio«. J. Hop van 14 w<-
fril i«84. MS. (e) Refol. Vroedfch. U. Q; 24 M*y> 13 J»»y 168^. ƒ.
134% Ui$ Hi-
fi) Handv. bl. tfy. (f) Ham|v. */. 83«,
|
||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 105
naar de oogmerken der Stad Amfterdam. 1684./1.
Zy hadt, in 't midden van May, haare Af- gevaardigden wederom gezonden inde Ver« gaderinge van Holland; doch die gantfche maand de ontzegeling haarer Papieren niet können verwerven. Burgemeefteren en Raa- den, zulk een' hoon niet langer konnende verdraagen , beilooten, eindelyk , op den tweeden Juny, den Leden aan te zeggen, „ dat, zo men ten laatfte geene orde ftelde „ tot de lang gevorderde ontzegeling; zy „ niet zouden bewilligen in den ophef van „ eenige gemeene middelen binnen hunne „ Stad, noch langer met goede oogen aan- „ zien, dat, zonder hunne toeftemming, „ betaalingen gedaan werden op de poften „ van den Staat van oorloge. Zo men, a, nogtans, onverhoopt, goedvonde, hierme- „ de voort te gaan, zouden zy zig genood- „ zaakt zien, daar tegen zulke befluiten te „ neemen,en zulke middelen te gebruiken, 5, als zy, tot voorftand van hun regt, en „ van de waardigheid der Stad, zouden „ dienftig ©ordeelen: terwyl zy betuigden „ onfchuldig te willen zyn aan alle de 011- „ heilen , welken hieruit zouden können „ opryzen (ƒ)." Doch deeze ernftige ver- klaaring was nog niet in ftaat, om de Leden tot de begeerde ontzegeling over te haaien. Burgemeefteren en Raaden beflooten, der- halve , eenige dagen laater „ niet alleen ,, niet te bewilligen in de aanftaande ver- » pag-
<ƒ) RefoJ. Vrocdfch. Lt, Q, z Jmy 16S4. ƒ• U».
GS
|
||||||||
-
|
||||||||
•is
|
||||||||
106 AMSTERDAMS II. Deel.
1684. 5» pagting der gewoone loopende middelen;
„ maar den Ontvanger David de frühem ook „ te belaften, by provifie, geene pennin« „ gen uit de ontvangft der Verpondinge of |
||||||||||||
der andere gemeene middelen te zenden
naar 's Lands Comptoir in den Haage, zo lang de Stads Papieren nog verzegeld |
||||||||||||
t Ge- „ gehouden werden (g)." Men gaf der
fchiedt Vergaderinge van Holland kennis van dit Jjj£ aat' befluit: 't welk, eindelyk, te wege bragt, dat de Staaten, den Heer van Maarfeveen eerft van de bewaaring der verzegelde Pa- pieren ontflaagen hebbende, bevel gaven, dat dezelven ontzegeld en den Afgevaardig- den van Amfterdam in handen gefteld wer- den (A); gelyk, ruim vier maanden na de verzegeling, op den vierentwintigftenjuny, gefchiedde (i). Terfïond hierna, bewillig- de de Stad in den Staat van oorlog, over* eenkomftig met het ad vis van Gecommitteer- de Raaden, en in de gemeene middelen, die, volgens gewoonte, in 't kort,verpagt moeflen worden (k). De algemeene Staa- ten flooten ook een Verdrag mqt Frankryk, waarby zy zig verbonden , om Spanje te beweegen tot het aanneemen van een twin- tigjaarig Beftand, welk, op den vyftienden Auguftus , zo wel met het Keizerryk als met Spanje, gedooten werdt. De Stad Am- sterdam bereikte dus haar oogmerk, en ver-
ff) Refol. Vroedfch. L*. Q. ij Juny ut*, ƒ. 14.1.
(h) Refol. Holl. 19 , Z3 Juny 16S4. bl. ïj>j>, 305. (i) D'AVAUX Tem. III. p. zz$. f<J fcefol. Vwadfck. U, Q; it Juny i«g4. ƒ, n+J i#;k
|
||||||||||||
XX.Boek. Geschiedenissen. 107
verkreeg, in de herftelling der rufte onder 1684. denabuurige Mogendheden, het loon haa- rer onbezweeken' Standvaftigheid, onaange- zien de hevigfte tegenkantingen. De wak- kerheid en het beleid, in 't moediglyk voor- draagen en aandringen haarer befluiten, door den Heere Penfionaris Hop , beweezen , werdt ook eerlang erkend, toen zy hem, die, in 't jaar 1680, voor vyf jaar en, aan- genomen geweeft was, uit aanmerking van de goede en getrouwe dienfien, door hem , aen de Stad gedaen, en die nog voor het toe- komende van deszelfs yver, vigilantie en on- terneene bequaemheid te verwagten waren , zonder bepaaling van tyd, in zyn ampt be- veiligde (/)• De Stad deedt hem, 111 't jaar 1689, ook de eer van hem op de Nominatie tot Raadpenfionaris van Holland te bren- gen (ra), In 't jaar 1684 , niet lang na 't voorgevallene met den Heere Hooft en hem, ter Vergaderinge van Holland, tradt hv, hier ter Stede, in de egt met Jongk- vrouwe Izabelle Hooft, Zufter van gemelden Heere. De Digter Joachim Oüdaan maakte een deftig vers op dit Huwelyk, waarin hy zig, zinfpeelende op het gebeur- de in deezen jaare, onder anderen , dus hooren liet («): Maar 't had wat in de klem te zetten op
dat werk:
Twet
(l) Refol. Vroedfch. Lu Q.- t» 7"1} »«*• f' »*»•
(m) Refol. Vroedfch. L*. S. z6 May i«s». ƒ. JI7« \n) ïoèzy II. Detl, bU J»*. |
||||
ioft AMSTERDAMS IL Deel;
1684, Twee helden, Hooft en Hop, de dom'
fc mekracht tefierk, (*) Try- /Ftftfr Me£ w^« u (*) <?« /«y (f) heeft zee*
Jf'^L fo» M ondermanen, *«*rf. Z)öf» /;ztff onkreuk'bren moed 't gevreeß ge-
vaar verdwynen:
(§)Pr • '* ^ tyd dan, dat ook Gy (§) J/ff vadzig»
bsid, beid verlaat, JE« «tfffr te voorfchyn treed tot welßand van
den Staat ; Geen macht van Koningen , noch Vorßen
zal u hinderen; Men ziet het eerlyk bloed derFad'ren in bun
kind'ren
■
Herleven: A Msterdam, dat aan 't Ge*
meenebefl De levens ader ßrekt, verlaat zich op geen
vefly Noch weerbaar ravelyn der diep gefchott
grachten, Noch wel geworven heir van Land- en wa-
t ermachten, Noch fchotdeur om een zee te zetten op het
veld, Noch verd're tegenweer daar 't zyne vry»
beid geld; Zoo zeer als op den moed en trouw derJBur»
gerheeren; 't Gematigd wederwicht van 't Vorßelyk
regeren* B y-
|
|||
XX.Boek. Geschiedenissen. 109
B Y L A A G E
9p bet II. Deel, XX. Boek.
Lr. A.
■
NOTIFICATIE,
Wegem eer? aanßag op het Leeven van den
Heer Mr. Coenraed van Beuningen, reget- rend Burgemeefler der Stad Amfterdam, ge- dagtekent* den ai Maart 1684. • A lfoo op de geruchten, welke als kennelyk
-**- is, federt eenigen tyd geloopen hebben van eenig deiïeyn tegens het leven van den heer Burgermeefter van Beuningen, myn hee- ren van den gerechte door verfcheyde overeen- ftemmende informatien ende inditien genoeg- faem feekerlyk is gebleeken, dat eenige boos- wigten, ten getalle van fes , feven ofte meer, omtrent het huys van gedagte heer van Beu- ningen, op voorleeden donderdag, die ge- weeft is den 16 defes, des avonts 't famenge- rot , het felve deflêyn (dog God lof te ver- geefs) hebben getragt te executeren: ende dat 'er voor de veyligheyd van een yder, ende fpe- cialyk van de gene die part aen de Regeringh> hebben ten hoogden aen gelegen is, dat foda- nig ongehoort en verfoeyelyk moortdadigh on- dernemen , op 't klaerft werde ontdeckt, ende dat de gene diè daeraen fchuldig fyn , behoor- lyk werden geftraft, als mede voorfien ten eyn- de het felve deiïèyn als nog niet werde uytee- foert, vermits aen welgedagte beeren van dea ge-
|
||||||
!,
|
|||||
iio AMSTERDAMS II. Deeê.
laacegeregte by goede informaden is gebleken, dat
A. na de voorf. dag van den 16 defes binnen de- fe Stadt nog booswichten fyn gevonden , die haer hebben laten ontvallen dat het nog uitge- voert foude werden, Soo is 't , dat haer Ed: achtb. om daertegens naer behoren te voorfien goetgevonden hebben aen een yder Ingefetenen van defe Stad te ordonneren, ten fpoedigften aen den heere hooft Officier bekent te maken alle het gene hem of haer van het voorf. moort- dadigh toelegh, of andere diergelyk magh be- kent zyn, op arbitrale correctie, by aldien y- mant daer in naerlatigh foude mogen werden gevonden, en maken haer Ed: achtb. vorders by defen bekent ende beloven, dat by foo verre ymant een ofte meer complicen van 't voorf. jnoortdadigh deflèyn fal weten aen te melden, diermaten dat defelve daer op in hechteniffe fal werden bekomen, en van fyn misdaet overtuygt, voor die goede dienft aen de Juftitie, en aen de gemeene faeke gedaen, fal genieten een be- looning van duyfent filvere Ducatons, en dat fyn naem fecreet fal werden gehouden: en dat by aldien den aenbrenger felfs een van de Com- plicen foude mogen fyn, haer Ed: achtb. alles füllen doen wat in haer is, om hem pardon en impuniteit te procureren, ende dat defelve daer en boven insgelyks fal genieten de voorf. prae- mie van duyfent filvere ducatons, by aldien als vooren gemelt, een of meer van fyne Compli- cen daer op in hechtenifïè werden bekomen, en van haer misdaet overtuyght. Ordonneerende haer Ed: achtb. daer en boven wel expreflelyk, dat niemant 't zy Herbergier, Drogafteryhouder, of houders van flapers, of andere, wie 't ook foude moogen fyn, binnen defe Stadt althans yemant van buyten ingekomen,logerende,voor welkers onfchuld hy niet verantwoorden wil of kan, niet fal vermogen van defe tydt af vorders |
|||||
XX.Boek. Geschiedenissen, iii
in fyn huys te houden, fonder de naem endedegYLAAGC
qualiteytvan de perfoon, aenftonts bekent te ma-t/, a. ken aen de Capiteyn, ofte in fyn abfentie aen de naefte hooft officier van de wyk, in dewelke hy woont, Hamerende en ordonneerende daer- enboven haer Ed. achtb. dat alle herbergiers , Droogegaftery houders, houders van flapers en diergelyke, die vreemde luyden fyn gewoon te logeren, van dagh tot dagh aen de Capiteynen oft" hooft officieren hier boven geroert, van de geoe die fy logeren notificatie fallen hebben te geven, en eea Billet over te leveren, inhouden- de hare naem en qualiteyt. En indien defelve Capiteyn, of in fyn abfentie de naefte hooft- officier van de wyk eenigh het minfte nabeden- ken op de voorf. aen gegeven perfonen foude mo- gen hebben, dat defelve daervan aenftontsken- riiftè füllen nebben te geven aen den heer Op- perfchout defer Stad, en in gevalle ymant in 't aengeven van perfonen die hy logeert gebreckigh blyftfal verbeuren een fomme van ioo guldens, en boven dien arbitralyk werden gecorrigeert. Waerfchouwende eyndelyk haer Ed. achtb. een yder forgvuidelyk in achting te nemen, dat by haer niet werden ontfangen, fonder groote om- fichtigheyt, luyden die van quaet bedryf ver- dacht können zyn. Aldus gearrefteert den 21 maert 1684 pref.
de heeren Burgermeefteren Joannes Hud- de en Mr. Joan Huydekoper, Ridder, Heer van maerfieveen, neerdyck &c. en de hee- ren Schepenen Mr. Jacob Jacobsz, Hin- lopen, Albert Bentes, Cornelis Valkenier^ Mr. jeronimus de Haze de Georgio, Ja- cob Elias, en Mr. Fieter Huift. En ten fel ve dage gepubliceert, prefentibus Mr. Jacob Jacobz, Hinlopen , praefiderende Schepen, als Stedehouder van de heer Mr. |
||||
--------------------------------—^«P"
|
|||||||||||||||
112 AMSTERDAMS Gesch. II. Deel.
Bylaage Jacob Boree^ hooft-officier, Joannes Hud-
Lr.. A. de, Burgermeefter; Cornelis Falkenier en
Mr. Pieter Huift, Schepenen.
In kenniflè van my Secretaris.
(Was getekend; W.Valckesier. |
|||||||||||||||
TWEE-
|
|||||||||||||||
^
|
|||||||||||||||
na
TWEEDE.DEEL.
<
GESCHIEDENISSEN VAN-
AMSTERDAM.
■
|
|||||||||||
EENENTWINTIGSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen,
|
|||||||||||
van bet jaar 1684, tot bet jaar 1695.
|
!
|
||||||||||
\ /^vntzeeelen der Papieren van Amfter- Zyne
i) dam, en de Verdragen, die 'er op Hoog- gevolgd waren , fcheenen de verzoening zoekf z{g tutrchen zyne Hoogheid en deeze Stad te volko. hebben moeten uitwerken. Ook fchryven menlyk fommigen, dat de Prins en de Prinfes, fe- te ver dert, door de Regeering herwaards geno-^» digd, en treffelyk onthaald werden (Ä;.Regee- Doch de Stad kantte zig, in dit en in 't vol- ring van gende jaar,. zo ernftelyk tegen zulken van Amftet- 's Prinfen onderneemingen, die zy meldt te • ftrekken, tot krenking van her regt en de * vryheden der Steden, dat daaruit of nieuw misnoegen ontftondt , of klaarlyk bleek, dat de verzoening niet zo volkomen ge weeft was, als zyne Hoogheid gewenfcht hadt. Hv liet noetans niet na, zelfs na het fluiten van het twintigjaarig Beftand, onder de hand, («t) BURNET Vtl. I. p. J94«
VI. Stuk. H
|
|||||||||||
114 AMSTERDAMS II.Deel:
1684 door middel van den Heere van Bevermngk en anderen, te arbeiden,om Amfterdam te winnen (b). Men wil zelfs , dat hy Burge- meefteren beloofde, dat hy zig, voortaan , in 't waarneemen zynerhoogeampten,ftip- telyk zou houden aan de grondwetten van- den Staat; en dat men hem, daarop, ver- klaard hadt, dat men het voorgevallene niet meer gedenken wilde (c). Ook melden fom- migen, dat Burgemeefter van Beuningen in V byzonder zyn beft deedt, om 's Prinfen gunft te herwinnen, en zelfs, om eene vol- komen verzoening te bewerken , tufTchen Hy rydt zyne Hoogheid en de Stad (ä). Doch hoe door de wejnig ny hierin nog gevorderd ware, bleek, zonder volgens fommiger verhaal, in 't begin van voor't O&ober. De Prins bevondt zig toen, op Stadhuis een Luflhuis, naby Haarlem, vermoedelyk tewillen 0p 't Huis Zwaanenburg, op halfweg, tus- den!e* fcnen deeze Stad en Amfterdam, met voor- noemen, om, van daar, naar Zoeftdyk te ryden, daar hy eenige weeken dagt te ver- toeven. De naafte weg derwaards was door Amfterdam. Een Neef van Burge- meefter van Beuningen , zyne Hoogheid verzeilende, gaf zynen Oom kennis van 's Prinfen voornéemen, om door Amfterdam te trekken. Van Beuningen verzuimd e niet, de andere Burgemeefteren hiervan te ver- wittigen. Men befloot, de middagmaaltyd voor zyne Hoogheid te bereiden; doch na- derhand verftaande dat hy niet voor vier uuren
(h) D'AVAUX Tom. IV. p. 81, 80, 96.
{>) D'AVAUX Tom. IV. p. 99* «07. (d) D'AvAUX Tom, IV. />. U), |
||||
XXLBoEK. Geschiedenissen. ii|
uuren aankomen zou, vondt men geraaden, 1684.
de middagmaaltyd in een nanoens-onthaal te veranderen. De gantfche Raad kwam * op 't verzoek van den Heere van Beunin- gen, byeen, op 't Stadhuis. Doch zyne Hoogheid, met vollen ren, van den Nieu- wendyk, op den Dam komende, nam zy- nen weg digt langs de Waage, en fcheen • 't Stadhuis te willen myden. Drie Burge- meefteren, Cornelis Geehinck , Heer van Kaftrikpm, Coenraad van Beuningen en Jocrn Huydccoper, Heer van Maarfeveen, zynde ♦den Heere Joannes Hudde afwezig, hadden naauwlyks zo veel tyd gehad, dat zy, ten Stadhuize afgetreden, de koets deeden ftil- houden. De Heer Geelvinck, die thans voor- zat in Burgemeefters - Kamer, verzogt den Prins, dat hy hun de eer wilde aandoen van eenige ververfching, die op 't Stadhuis ge- reed gemaakt was, te komen nuttigen. Doch hy weigerde het fierlyk, zonder eenig teken van beleefdheid tegeeven,dan dat hy 't hoofd een weinig voorwaards boog naar 't poortier van de koets: waarna hy, zonder zig eenigszins op te houden, de Kalverftraät in, en ter Stad uit reedt. En de-eze onvriende- lykheid werdt genomen voor een blyk van '5 Prinfen aanhoudend misnoegen op de Re- geering van Amfterdam. Men wil ook, dat dit voorval Burgemeefter van Beuningen, hier, by de Regeeringe, in ongunft bragt, alzo hy verzekerd hadt, dat zyne Hoog- heid kwam met oogmerk om te fpreeken van de bekwaamfte middelen , om het H 2 on-
|
||||
tió AMSTERDAMS II. Déeï,;
i<584- onderling g°e^ verftand te herftellen (e).
Men Ohdertufichen, duurde de bekommering vaart nog hier ter Stede. De aangenomen Stads
voort foldaaten bleeven in dienfl, en Burgemees- met voor teren Werden, voor 't einde van Oébber, ketdhehi°P nieiws> ëPm2L8Üëd* om> door het op-
der Stad maaken van ingeftorte wallen; door 't ver- zorg te plaatfen van 't gefchut; door het toemaa- draagen. ken van de Amftelfluis, en andere bruggen en fluizen; door hetftellen van paalwerk, of wat 'er meer noodig mögt zyn, alles ta doen, wat tot het befluiten en verzekeren der Stad en der toegangen derwaards ver- eifcht werdt (ƒ). Ook tekenen fommigen aan, dat de zwakke plaatfen om de Stad met paaien bezet; de wallen met oorlogs- behoeften voorzien; gefchut op zekere af- ftanden geplaatiï; fchuiten met gefchut in •den Amftel en andere wateren, en twee ge- wapende vaartuigen in 't Y gelegd werden: alle welke voorbehoedfels toegefchreeven werden aan de vrees, welke men hiei* hadt voor eene geweldige onderneeming des Prinfen van Oranje (g); die, egter of nooit beraamd geweeft, of ten minfte nooit ter uitvoeringe gebragt is. 't Getal Den dienft der Predikanten alhier, federt jj" Pre' het bouwen der Oofter-Kerke, merkelyk wordt16" zwaarder geworden zynde, vooral, om dat met een onder derzelver getal ook eenige ouden en vermeer- zwakken gevonden werden; verzogt de'Ker- derd. kenraad, in de Lente deezes jaars, om ver- meer- (e) Voiez, D'AVAUX Tam. IV. ƒ>. IIJ & fitiv. Jij» /
(fj Refol. Vroedfch. Ij. Q,. 27 Oii, 1684./. Jj>3. U) D'AVAUX Tom. lVi p. JJtf. |
|||||
•
|
|||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 117
meerdering van Predikanten; sWaarop de 1684«
Vroedfchap befloot, het gewoone getal met een te verhoogen (/?). Wat laater, werdt geraaden gevonden, De in-
den Intreft der Capitaalen, die ten laftevantreft va» de Stad liepen, van drie en een half op drie '^ie £n,c t ii • 1 'ii een ria.ii
ten honderd te verminderen, mids dat aan op ^ie
zulken, die hunne Capitaalen, tot deezen ten hon- Intreil, niet aan de Stad begeerden te laa-derd ver- ten, de aflosfing derzelven aangeboodenmmderd# werdt (i). Zyne Hoogheid , zo men meende, on- Amfter-
• derregt, dat 'er, in 'f benoemen der goede dam kieft Luiden van Agten te Dordrecht, welk door J^jDor- de Gilden gefchiedt, eenige onbehoorlyk- drecht, heden hadden plaats gehad, bragt te wege, in een idat eenige Gemagtigden uit den Hoveder-gefchil waards gezonden werden, die , zonder de J^ooe-"* Wethouderfchap te kennen, een begin maak- held en ten van het onderzoeken der Nominatie, het Hof. Doch hun werdt, van Stads wège, belet , daarmede voort te vaaren, en zy genood- zaakt, onverrigter zaake, te rug te keeren. De Regeering van Dordrecht klaagde, fe- dert, over 't Hof, ter Vergaderinge van Holland, en werdt daarin onderfleund door de Stad Amfterdam, 'die verftondt,dathet Hof geen regtsgebied hadt in de Steden; fchoon zy, van de andere zyde, het regt des Stadhouders wilde blyven handhaaven (£). Zy
(b) Refol. Vroedfch. Lr. Q_. 2,0 Maart 1684. ƒ. «7.
(f) Rèfol. Vroedfch. U, q_. 28 Juny 1684. ƒ, 1+6. (kj Relol. Vroedfch. L*. <$, 7, ij N*v. 18, zo Dee, 1684-ƒ« I»6, 20; , 212, 2ji. |
||||
ii8 AMSTERDAMS II. Deel.
1685. Zy leverde zelfs, in den aanvang des vol-
genden jaars, een uitvoerig Vertoog ter Ver- gaderinge van Holland over , waarin het regt des Stadhouders, om onderzoek te doen op de Nominatien, naauwkeuriglyk, werde naargefpoord, en onder anderen getoond, |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
5»
|
dat aan de Staaten ftondt kennis te nee-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
men van de gefchillen, die over de uit-
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
9»
|
gebreidheid en paaien van het Stadhou-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
5»
|
derlyk gezag, tuflehen den Stadhouder
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
9»
|
en de Steden, mogten voorvallen (/)•"
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||
Doch eer de Staaten hierop eenig befluit na-
men, hadt zyne Hoogheid te wege gebragt,' dat 'er, te Dordrecht, eene nieuwe Nomi- natie van goede Luiden van Agten gemaakt werdt; waaruit hy, terftond, de verkiezing deedt. Wy hebben, elders (ift), omftandig- lyk gehandeld van dit gefchil, welk Amfter- dam niet regelregt betrof; waarom te min- der noodig is, dat wy 'er hier breeder van gewaagen zouden. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zyne
Hoog |
De Prins van Oranje, die ongaarne ge-
zien hadt, dat de Stad zig voegde aan de |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
heid ver-zyde van Dordrecht, vatte nieuw misnoe-
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
z
|
volko
menlyk met de Stad Am fterdam. |
gen tegen haar op, toen zy, na 't fluiten
van het twintigjaarig Beltand, fterk begon te dringen op vermindering vanLandmagt, terwyl zy zig zeer geneigd toonde, om den |
|||||||||||||||||||||||||||||||||
aanbouw van Oorlogsfchepen te helpen be-
vorderen. De Regeering befloot zelfs, gee- ne penningen meer naar den Haage te zen- den, tot betaalinge van 's Lands Krygs volk; en
(l) Refol. Vroedfch. Lr. Q^ 8, i< Jan. 6 Febr. \6%$, f.
J4J, zj8 , z66, Munirn.-Reg. N, $. f. 370 &ft^. (m) Vadcrl. Hift. XV. Deelt »l, i$9 cnx,. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
my«*"
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||
XXLBoek. Geschiedenissen 119
en de Ontvanger David de Wilhem kreeg 1685.
laft, om hiermede, tot nader bevel,op te houden (n): terwyl zy nieuwe zorg droeg voor de veiligheid der Stad, door het getal der gewoonlyke Ratelwagt, met tweehon- derd man, te vermeerderen (0). Zy liet zig, nogtans, eerlang, overhaalen om van de afdanking af te zien, mids de aanbouw van zes en dertig Oorlogsfchepen, waartoe, reeds in't jaar 1682, beflooten was, fter- ker werdt voortgezet (p). Haar befluit bragt veel toe, om haar te herftellen in de gunft van zyne Hoogheid, en de verzoening te volmaaken, die, in 't voorleeden jaar,ge- brekkelyk gebleeven was. D'Avaux ver- haalt , dat Burgemeeftcr Hudde, die thans, als Oud-Burgemeefter, aangebleeven was, en 't meefte gezag hadt in de Stad, meer dan anderen, fchroomde, den Prinfe te mis- haagen. Ook vervreemdde de vervolging der Gereformeerden in Frankryk de Regen- ten van Amfterdam, meer en meer, van het volgen van maatregels, die met de in- zigten en belangen van het Franfche Hof overeenkwamen, en tot hiertoe den Staat in vrede bewaard -hadden. Voor 't einde des jaars, werdt de verzoening getroffen. Men beloofde, het voorgevallene, ter we- derzyde, te zullen vergeeten. Ook zou men, Blyfc volgens 't verhaal van d'Avaux, van denmis- een' en den anderen kant, niets van gewigt "oesd °P in * •
(») Kefol. Vroedfch. L*. Q. 19 Maart 16S$. ƒ. 290,291. .
(o) Refol. Vroedfch. Lt. Q. jo Dcc. 1684. 8 Jan. i6ï$. f. zj2, 248. (f>) Zie Vadetl. Hift. XV. Deelt hl. ig3 enz..
Ö4
|
||||||
120 AMSTERDAMS ILDeel.
1685. m de Vergadering van Holland brengen ,
meefter zonder 'er eikanderen, vooraf, over gehoord van Beu. te hebben. Doch de AmbafTadeur voegt magen. >er by , dat Burgemeefter van Beuningen niet in 't Verdrag begreepen was. De Prins bleef te zeer op hem geftoord: en hy hadt, ook in Amfterdam, in ver na, het aanzien niet, welk hy voorheen aldaar gehad hadt (#)• Wy laaten egter deeze byzonderhe- den, die alleen op 't gezag vanD'AvAUx fteunen, geheellyk voor zyne rekening. Gelyk ook ter zyner verantwoordinge blyft de vertelling, dat de Prins, na 't fluiten van 't Verdrag, gaarne gezien zou hebben, dat men hem verzogt hadt, in Amfterdam te komen: doch dat, zulks door zyne vrien- den in de Vroedfchap gebragt zynde, al- daar beflooten werdt, dit bezoek, onder voorwendfel van het ongunftig jaargetyde, beleefdelyk, van de hand te wyzen (r). Immers, ik vind hiervan geene melding al- toos , in de Regiflers van de Vroedfchap. De Stad Karel de IL, Koning van Groot - Britan- d'^tzis Je' *n February deezes jaars , overleeden wegens' zynde, was opgevolgd, door zynen Broe* eene be- der, Jakobden II., die den Roomfchen Gods- fchuldi- dienft beleedt. De Prins van Oranje, Schoon- glng van ZQQn ^ i^onfngs, was nooit onverfchillig r h*floh gewee^» omtrent den toeftand der zaaken ah of zy in Engeland; doch begon 'er zig nu ernfti- de on- ger mede te moeijen. £n meenen eenigen, dernee- dat hy niet onkundig geweeft zy van den aan-
(q) Negociat. du'Comte. d'Avaux Tem. V. p. I37»i8s,
I90, 191.
(r) D'Avaux Tem. v. f. *oj.
|
|||||||
j.,.. 1
|
|||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 121
aanflag tegen de Regeeringe van Koning Ja- ID*g5. kob, die, in den voorzomer deezes jaars, m. des door den Hertog van Monmouth, natuurlyken Heitogs* Zoon van Karel den IL, ondernomen werdt. vanMon« Monmouth hadt zig, eerftin den Haage,mouth en daarna, zeer in 't heimelyk, te Amfter-^!g|jn" dam onthouden , daar hy den toeleg be- h^t> raamde, met den Graaf van Argyle, die ins- •gelyks herwaar ds geweeken was (j). De Faatfte bekwam hier, zo Burnet fchryft, honderd duizend guldens vaneene rykeWe- duwe , en kogt 'er voorraad van krygsbe- hoeften voor, met welken hy, in 't midden van May, naar Schotland zeilde. Mon- mouth volgde hem, omtrent drie weeken laater, zig begeven hebbende aan boord van een klein Oorlogsfchip van dertig Huk- ken, welk hier ter Stede van Klaas Jakobs- zoon de Fries gekogt, en de Helderenberg ge- naamd was. Het werdt gevoerd door den Kapitein Pieter Abrahamszoon Brakel. De Regeering van Amfterdam hadt geene ken- nis gekreegen van deeze ukrufhng , voor dat het te laat, en de Helderenberg reeds vertrokken was. Zy hadt zelfs niet gei weeten, dat Monmouth zig in de Stad ont- hieldt; doch 'er, op 's Konings begeerte, onderzoek naar gedaan, met oogmerk om hem te doen vertrekken, zo men hem hadt können vinden. Zelfs was zeker Blaauw- boekje, genaamd An impartial Enquiry, of Onzydïg Onderzoek , welk , waarfchynlyk, door de vrienden des Hertogs van Mon- mouth, (0 Zie Vadeil. Hift. XV. Deel, i/. z9S„
H5
|
||||
■ ■
122 AMSTERDAMS II. Dzet.
mouth, verfpreid was, en fcherpe befchul-
digingen inhieldt tegen Karel den II., die toen nog leefde, en deszelfs Broeder, den Hertog van Jork, hier ter Stede, den zes- den February, door 't Geregt verbooden (£). Al 't welke bewees, dat men, te Amfter- dam, den Koning van Groot-Britanje niet ongeflraft wilde laaten hoonen. Monmouth, in 't wellen van Engeland geland zynde , hadt zig, terftoïid, voor Koning doen uit- roepen, en eene Oorlogsverklaaring tegen Jakob den II. in 't licht gegeven, die ook hier te Lande verfpreid ; doch terflond , door 't Hof, en ook door 't Geregt van Ara- fterdam («), verbooden werdt. Men weet, hoe beide Monmouth en Argyle hunne roe- kelooze onderneeming, federt, met den hals geboet hebben (v). Koning Jakob klaagde zeer over de Regeering van Amflerdam, die 't fchip den Helderenberg niet in beflag geno- men hadt ,fchoon het, door den Engelfchen Gezant Skelton, verzogt, en door de Staa- ten bevolen geweeft was. Doch de Stad verdedigde zig zo volkomenlyk, in eenen brief aan de Staatfche Gezanten in Enge- land , dat 'er 't Hof, zo 't fcheen, genoe- gen in nam. Kapitein Brakel, eenen tyd lang te Londen in hegtenis gezeten hebbende, verwierf zelfs, ten laatfte, vergiffenis van den Koning. Doch 't fchip de Helderenberg, vart eigenaar veranderd , en, op 't einde des jaars, voor deeze Stad gekomen zynde, werdt
(t) Kenrb. Q^ ƒ. «7.
(«) Keurb. Q. ƒ. 91 vtrfo.
\v) Ztt Vadcrl. Hift. XV. Deelt hU 3c© enz.
|
||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 123
werdt daar in beflag genomen, en ten be^ 1^85,
hoeve des Konings verbeurd verklaard. De tegenwoordige eigenaar werdt nogtans, uit 's Lands kafle , met elfduizend guldens » fchadeloos gefteld (w). Burgemeefteren van Amfterdam, geraa- De Stad
den gevonden hebbende, den weg tuflchen verkrygt Duivendrecht en Abkoude, die zeer verval-oaroi tot ver-
len was, te herftellen, en om den zelven betering
rydbaar te maaken, eene Valbrug te leggen Van den over de Ringfloot van de Diemermeer; ver- weg tus- wierven, op den drie en twintigften Maart ^hen deezes jaars, O&roi van 's Lands Staaten, drelthte"n- om de Landeryen,tot verbreedingevanden Abkou- weg vereifcht, van de eigenaars, volgens de. fchatting van de Geregten, te mogen over- neemen, en om, tot vergoedinge der on- koften , eenen draaglyken Tol te mogen heffen (x). Men trof, op den eenentwin- tigden May des volgenden jaars, eene Over- eenkomft met de Poldermeeflers en Inge- landen vandegroote DuivendrechtfchePol- der , wegens het gebruik en de hoogte van den nieuwen weg: en de weg- en brugtol werden, ten zelfden tyde, geregeld (y). De twee Latynfche Schooien , die , al 't Verval
federt eenige jaaren, tot één gebragt wä-der ka- ren (z) , vervielen egter tegenwoordig zOcf^oole zeer, door de opregting van andere byzon- herfteld, > dere Latynfche Schooien, waarin beter on- der« (») Zie Vadetl. Hift. XV. Deel, hl. 304 enz,.
(x) lil. Privileg, bock, ƒ. 120 verfo. Handv. hl, 4Jf. ■vtrg. Groar-Memor. N. Vil. ƒ. 147. (y) Handv. bl. 435, +?«• («,; Schier na, mdtßefdryv, rfcrLATYNSCHESCHOOLE. |
||||||
V
|
||||||
(
|
||||||
124 AMSTERDAMS ïï. Dm;
1685. derwys gegeven werdt,dat Burgemeefteren
en Raad, in Maymaand deezes jaars, te raade werden, den tegenwoordigen Re&or te beweegen, om van zyn ampt af te ftaan, en hem enden anderen Meefteren, welken men mögt goedvinden te ontflaan, een be- hoorlyk jaargeld toe te leggen. Men be- floot, wyders,naar bekwaame mannen om te zien, om de plaatfen der bedankten te vervullen; en, op dat men hierin te beter flaagen zou,de wedde van Re&orenMees* ters te verhoogen (a). ' 't Her- Het Ediót van Nantes, waarby den Ge-
roepen reformeerden, in den jaar e 1598, vryheid viïfï van Godsdienftoefeninge in Frankryk toege- Nantes30 ^aan was' *n Oftober deezes jaars, zynde geeft ge-ingetrokken, begon de vervolging aldaar, legen- op nieuws, heviger dan te vooren. Geboo- heid, dat ren Hollanders, die zig in Frankryk hadden nieuw? nedergezet, werden zelfs niet verfchoond. veele Het vlugten werdt nog algemeener dan het Franfche geweefr, was. Kortte vooren, hadtmen, vlugte- in Frankryk, en byzonderlyk te Bourdeaux hngen en te Rouan j beflag gelegd op de bezittin- waards gen van veele Gereformeerde Koopluiden, "begee- die penningen en goederen vanHollandfche ven« Koopluiden onder zig hadden. Zeftig Atn- ïterdamfche Koopluiden hadden zig, in Sep- . . tember, met een Smeekfchrift vervoegd aan Burgemeefteren, om , door derzelver voorfpraak, herflelling van fchade te beko- men. De Penfionaris Hop fprak 'er over met den Graave d'Avaux, die goede woor- den (<0 Refol. Vioedfch. Lr. Q.. n May 168;. ƒ. is9-
|
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 125
den gaf (b). Doch ik vind niet aangete- 1685. kend, welk een gevolg deeze zaak gehad hebbe. De Regeerirtg van Amfterdam ver- zuimde , ondertuffchen, niets, om de Fran- fche vlugtelingen hier wel te ontvangen. In Hunne Oaober , befloot zy, aan agt van de be-^; kwaamftë Predikanten onder dezelven, elkworden tweehonderd guldens 's jaars toe te leggen, van 0n- mids zy zig hier ter Stede onthielden, enderhoud den Predikdienft waarnamen (O: en in Ja- voor- nuary des volgenden jaars , werdt gelyke fomme aan nog vier anderen toegelegd (d). By de verdeeling, die, naderhand, door de Staaten van Holland, op het onderhouden der gevlugte Franfche Predikanten, werdt gemaakt, werden 'er aan Amfterdam zes- tientoegeweezenO). Aan Jcan Cabrier, Andere die hier de Taffetas lußreerde zo goed als voorde^ te Lions, werdt een gefchenk van vyi hon-hier ter derd guldens, en tweehonderdguldens jaar- stede, lvks toegelegd, mids hy zyne kond aan toege- geene buitenluiden leerde (f). De twee jaar- voegd. lvkfche Colle&en ten behoeve der Franfche vlugtelingen, die, in 't jaar 1683,voortwee iaaren, vergund waren, werden, na t her- roepen van 't Ediét van Nantes, nog voor '■ twee jaaren, toegedaan (g). En alzo het J&heji* getal dier Vlugtelingen , na dien tyd-, zo^OTdttol fterk toenam, dat de Walfche Kerk te klein
eene
bevonden werdt, om het zelve te bevatten, nieuwe
werdt
(b) D'AVAUX Tom. V. p. UJ, »fï* i«J«
Ie) Refol. Vroedfch. £'. Q^ H OÜ. i«8j. ƒ. 34*.
(d) Refol. Vroedfch. L'. R. s Jan. 1686. ƒ. 40.
(e) Holl. Merc. van 1686. bl. 128.
(f) Refol. Vroedfch. U. R. 23 03. «gj. ƒ. 4.
(/) Refol. Vroedfch. IS. R. 9 N»v. ms. ƒ. «. |
||||
126 AMSTERDAMS ILDeel.
|
|||||||||
I
Kerk
|
5. werdt het Schermfchool op de Prinfengraft
by 't Molenpad tot eene tweede Kerk be-
|
||||||||
voor hun kwaam gemaakt, en van Stads wege twee
£eSr?eefü w°onin^n voor dezelve, tot ga-
gemaaxt. bmik der Djaconie en voor den Kolter, Se- fchikt (£). Aan de maakers van gouden zilveren, zyden en wollen Stoffen werde plaats tot het opregten van werkhuizen ge- fchonken (t). Te Rotterdam, volgde men den zelfden voet. De Franfche handwer- ken werden, m zo grooten getale, overge- bragt naar Amfterdam, naar Rotterdamen elders, dat de AmbaiTadeur d'Avaux zulks met geene goede oogen kon aanzien,en 'er deerlyk over klaagde, in zyne brieven (*). Men De Koopluiden hier te Lande deeden on- vryen der,tuffchen> hun beft, om Paspoorten te uittogt verkrygen van den Koning van Frankryk, uit voor zulken hunner bloedvrienden, die on- Frank- der 't gebied van den Staat „gebooren wa- vSwer- ren\ en z3 m Frankrykhadden nedergezet,
ven voorzonder aldaar genaturalifeerd te zyn: 't welk
Hollan- meen ik, fomtyds gelukte. Een Amfter-
ders, en damfch Koopman , Vincent genaamd ver-
deXk" ?*gt zu\ ee? PasP°ort voor zynen broeder,
voor Am-die eene Papiermaakery by Angoulême hadt!
ßerdara- waaraan wel vyf honderd arbeiders de kolt
mers wonnen (/). En ik meen, dat hem zyn ver-
iCSö. zoek toegeltaan werdt. De Regeering van
Amfterdam fprak zelve voor eenige luiden
vaanaame, welker bloedvrienden hier ter
See-
(h) Refol. Vroedfch. L\ R. 2Z Dec. x6%s r ,.
O) Reiol. Vroedfch Lr. R. z? ,^prU mê'2 ,'„.. ■ f O D'AVAUX Tom. V. p. z«7. Tom, Vf. * {, (l) D'AVAUX Tom. V. £ l9i. V1* f' *' |
|||||||||
I
|
|||||||||
XXL Boek. Geschiedenissen. éï?
Stede in de Regeeringe waren : en onder IÖ3£# anderen, voor Mevrouwe van Oudshoorn , die reeds zeventig jaarenbereikte,en wiens man verlof voor den tyd van zes maanden hadt, om zig buiten 't Koningkryk te ont- houden; voor den Heere van Heemftede 9 die ook reeds buiten Frankryk was; doch aldaar nog eenig goed hadt; voor Mevrouwe de |
||||||||||||||
fffeduwe van der Meer en voor den Heere
ter Smitten, die geen van beide genaturali- -•• feerd waren. Voorts, verzogt de Stad ver- giffenis en vryheid voor den Heer Dutry, die in hegtenis genomen was, om dat hy de kinderen van den Heer de la Sabliere, een* ylugteling, naar 't fchynt,in zyne herberger bewaard hadt. D'Avaux ftelde 't verzoek <ler Heeren van Amfterdam gunftiglyk voor aan den Koning (m): en 't fchynt, dat 'er,
ten rninfte gedeeltelyk, in bewilligd is.
Wat laater, verzogt een Burgemeefter van
Amfterdam vryen uittogt voor de vrouw en
kinderen van eenen zyner nabeftaanden,
mn den Bofih genaamd, die uit Frankryk
geweeken was (»). De Staaten Generaal
hadden, te vooren, verzogt om de vryheid
van twee Hollanders, de Heeren Ploos van
Anfiel en van HuJJen, die, befchuldigd dat
zy eenige Franfche Gereformeerden hadden k
tielpen ontvlugten, in Frankryk, in hegte-
nis genomen waren (0): en ik meen, dat ook dit verzoek hun toegeftaan is. De vlug-
telingen, die herwaards kwamen, bragten, zo
(m) D'AVAUX Tom. V. f. joj , 304.. Tom. VI. f. «•
(n) D'AVAUX Tom. VI. p. IS' {») D'AVAUX -Tom, V. /. 2J J. , |
||||||||||||||
I
|
||||||||||||||
1
|
||||||||||||||
f£3 AMSTERDAMS II. Deu,
1686. zo zy eenig vermogen hadden, zo veel van
hunne goederen mede als zy konden, of maaktenze,voor hun vertrek, in wiflelbrie- De Stad ven over (p). En naardemaal veelen van neemt nun Z]-g genegen toonden, om aan deeze ge?d5van Stad eenige penningen op Lyfrente te gee- de vlug- ven, werdt beflooten, hun daarmede te ge- telingen ryven; een honderd en vyftig duizend gul- °P Lyf- dens van hun op te neemen,enjaarlyks-van honderd guldens te geeven Op een lyf van iojaaren en daar onder ƒ 4. —. ——.
van 10 tot 15 jaaren-------«4. 2 — — 20 — 25 —— .
— 25 — 30 '------ -—* 4. 9 —
•—30— 35 -------■ -------* 4-ï2 —
— 35—40 --------------*4.i6 —
— 40 — 45---------------e 5. 2 —.
■—45 — 50 ------- ■------9 5.10 —
|
|||||||||||||||
----.5°---- 55~----- '----r-*<5.----------
|
|||||||||||||||
■
|
|||||||||||||||
— 55 — 60---------------. 6.14 —
boven de 60 ■ 9 7.14 -—
Men hadt, reeds te vooren, eenige pennin-
gen van de Franfche vlugtelingen op Intreft genomen. Doch nu befloot men eerft, tot het geeven van Lyfrenten. Men nam egter geen hooger Capitaal dan zesduizend gul- dens op één lyf, en maar op een perfoon uit uit elke familie, die nog verklaaren moeft, dat dit Capitaal hem alleen in eigendom toekwam (q). Bürge- Omtrent den aanvang deezes jaars i< meefter verfcheen de Oud - Burgemeefter Coenraacl nfngcn" van leuningen 9 die, zo men op't verhaal van (p) D'AVAUX Tom, VI. f. ïoy.
(?) Refol. Vroedfch, U, R, ij A»fr U%6. f. iSi*.
|
|||||||||||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 129
b'Avaux ftaat maakenmoge, nog in de i68o\
ongunft (londt van zyne Hoogheid, en wiens yerzoekt4 aanzien in de Stad ookflerk afgenomen was, van zyne in de Kamer van Burgemeefleren, verzoe- ampten kende, van zyne ampten^van Burgemeefter ontflaa~ en Vroedfchap ontilaagen te worden, 't Ver- forden, zoek werdt in den Raad gebragt, daar ee- nige Heeren benoemd werden, om de Pri- vilegien naar te zien, en te onderzoeken, of, en in hoe verre, in de begeerte van den Heere van Beuningen bewilligd kon wor- den , en of het ook tegen den inhoud der Privilegien flreede (r) ? Doch ik vind niet, dat 'er verflag van deeze Commifïie gedaan zy aan den Raad, en gevolgelyk ook niet» dat 'er eenig nader beüuit op genomen zy. Zeker is 'tnogtans, dat hy, die, den eerften Febmary des jaars 1685, als Burgemeefter afgegaan was, federt, niet wederom verkoo- ren werdt. Doch zyneVroedfchapsplaats werdt niet vervuld, dan na zyn overlyden (j). Hy verhaak zelf, in een' zyner ge- drukte Zendbrieven, den agtften January des jaars 1689 gefchreeven (t), dat hy toen drie jaaren van de Regeeringe ontilaagen geweeft was, en zig, in dien tuffchentyd, zeer op de zaaken der Ooflindifche Maat« fchappye, van welke hy Bewindhebber was (u), toegelegd hadt. Hy hadt ook fterk in de Ooftindifche AcYien gehandeld; doch met zulk een' ongelukkigen uitilag,datdezwaa- re
(r) Refol. Vroedfch. Zr. R.. s Jan. i6$6. f. 3«.
(s) Refol. Vioedfch. £'. W. 28 Jan. 1694. ƒ. 2«s, (t) Eladi,. 17. (») Gtoüt-Memor. N. VII. ƒ. 2J- VI. Stuk. I
|
||||
i3o AMSTERDAMS II. Deel.
16B6. re fchade, die hy op deezen handel leedt,
jj hem het verfland krenkte. Men befpeurde wordt hiervan taftelyke blyken, in den Herfft des
zyner jaars 1688, toen hy een Gefchrift ontwierp zinnen 0ver het duizendjaarig Ryk van Chriftus, y welk hy hieldt, in 't kort, te zullen opge- regt worden. Hy fchreef, naderhand, over
deeze ftoffe, donkerlyk en verwardelyk , aan Burgemeefteren en Schepenen, die ligte- ]yk zagen, waar het den ongelqkkigen Hee- - re haperde. Men liet toe, dat hy, in zyn huis, opgeflooten en bewaard werdt, daar men zig van geneesmiddelen bediende, om hem te herftellen. Doch hy beweerde, dat hy gezond was van lighaam en geelt, en nam zeer euvel, dat hem, op den zeven- tienden O&ober des gemelden jaars, met geweld, een ader geopend was. Hy will wel, dat hy geen bewind over zyne midde- len hadt, zynde het zelve, op den twintig- ften der gemelde maand, door Schepenen, aan zyne Huis vrouwe , Joanna Barthoïotü van den Heuvel, en eenige anderen, geduu- rende zyne ongefteldheid, opgedraagen (v). Doch hy verbeeldde zig, dat hy nog zeer ryk was, en zag groote winden te gemoet op zyne beleende Aótien, die hy den ar- men, der Stad, of den Prinfe van Oranje, voor 't Land, aanboodt. Doch hy klaagde, dat niemant dezelven aanvaarden wilde: 't welk hy voor een wonderwerk aanzag. Doch daarvoor hieldt de ongelukkige byna alles wat omtrent hem gebeurde, en onder an- de-
(v) Refol. Viocdfch. L'.S. zq, ziNttu xtisg. ƒ. 181,183.
|
||||
XXI.Ëöek. Geschiedenissen, f31
deren, dat niematit hem aanfprak,of zyne 168&
redenen onderzogt; dat mihioenen, gelyk hy zig uitdrukte, by misrekening, oordeel- den , dat vierduizend guldens in de Ooftin- difche Maatfchappy zesduizend guldens 's jaars winft gaven; en dat, op zyn kloppen, fchreeuwen en weeklaagen by nagt, nie- mant der buureh ten bedde uit gereezen was. Alle deeze en meer andere blyken zyner krankzinnigheid vindt men in zyne eigen gedrukte Brieven (w), die allen, in of kort voor zynen ongelukkigen toeftand, gefchreeven zyn. Door wien, of met welk oogmerk, zy gedrukt en uitgegeven zyn, is my onbekend. De ongelukkige Heer heeft nimmermeer het gebruik van zyn verftand wedergekreegen, en is, op den twintigften Oftober des jaars 1693 , overleeden. In Berigc zyne vroege jeugd (1), hadt hy grooten Va" z¥n trek §edraS»
■
■
(n>) Zendbr. van den Hr. C. v. B. hl. i, j, j 17,8,9, 17, i8. Zendbr. aan C. v. H. bl, 2,4,7, 12. (1) De Heer van Beuningen fchryft, in zynen
Zendbrief aan C. v. H., waarfchynlyk Coenraad van Heemskerk , die den eerften November des jaars 1688 gedagtekend is, dat hy toen zes en zeitig jaaren oud was; hy zou, derhalve, nog geene twintig jaaren moeten bereikt gehad hebben , indien , zyn ftii en afgefcheiden leeven, en zyn bywoonen
der Rynsburgfche Vergaderinge, gelyk Hoogstra- ten fchryft (Leven van Joachim Qudaen , bl. 39.) in of omtrent den jare 16^01 is voorgevallen. Doch ik vermoed, dat Hoogstraten den tyd te vroeg gefteld heeft. Immers, ik lees, in zekere Aante* keningen van den Heere Gerrit Schaep Pietersz,, in 't jaar 1638 Schepen en Raad geworden, dat de Heer van Beuningen, in 'c jaar 1643, Secretaris xan Amfterdam geworden zynde, niet voor 't jaar I 2 iö5<?»
|
||||
132 AMSTERDAMS II. Deel.
'i6B6. trek gevoeld, tot een ingetoogen en afge*
in zyne zonclerd leeven. En weet men, by over- vroege levering, dat hy, toen, beproefde, dat Jeugd, hy zig,voor vyfendertig of veertig guldens in 't jaar, van voedfel voorzien kon. Hy vervoegde zig toen ook in 't gezelfchap der Rynsburgeren , welk ten huize van Frans Joachimszoon Oudaen, Bakker te Rynsburg, en Vader van den beroemden Digter Joa- chim Oudaen, byeen kwam; daar hy eens eene ernftige redevoering deedt, aanwy- zende, hoe een Chriften wandelen moeft, om God, naar bet Boek, zo noemde hy de Schriftuur, te behaagen. Omtrent deezen tyd, kreeg hy ook kennis aan Johan Har- tigvelt, Zoon van Kornelis Hartigvclt, Bur- gemeefter van Rotterdam , voor wien men, zeide hy, infiaan kon, dat hy naar het Boek leefde. Ook aan Daniel de Br een en anderen, van welke'.luiden hy 't gevoelen van het duizendjaarig Ryk overgenomen hadt, welk hém, toen hy, in zynen ouderdom, zyner zinnen byfter geworden was, wederom in den geeft fchynt opgekomen te zyn. Met Joachim Oüdaen, hadt hy ook, federt het bywoonen der Rynsburgfche Vergaderingc, , altoos kennis gehouden {%). Dö
(*) D. v. Hoogstraten Leven van Joachim Oudaen, 6/.
sv» ♦*. so. i6$o, afftand van dit ampc deedt, en tot in 't jaar
1651 een afgezonderd leeven leidde: waarna hy, in 't Iaatilgemelde jaar, tot Fenfionaris zynde aan* gefield , terftond in géwigtige Staatshandelingen gebruikt werdt. Zyn verblyf te Rynsburg fchynt, derhalve, in 't jaar 1650 en 1651, te moeten ge. plaatft worden. • |
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 133
De Regenten van 't Gafthuis deezerStad 1686".
hadden, in den aanvang des jaars 1686 ,DeQaft. waartoe wy nu wederkeeren, verlof gekree huiskerk gen, om de Kerk, die van oudsaan'tGaft worde huis behoord hadt, te vergrooten , en tever" gelyk, om zekere Huizen en Land van 't S100U Gafthuis te verkoopen, en de penningen, daarvan komende, te befteeden aan Obli- gatien, ten lafte van openbaare Comptoi- ren loopende, waarvan zy zig grooter In- treft beloofden (y). Ten zelfden tyde ,'tGafl:- werdt, ten behoeve van allen,die het mögthuis aangaan, door Bnrgemeefteren verklaard,^ dat het Gafthuis alleenlyk een Gafthuis was, kiaara waarin behoeftige kranken ontvangen wer- geenPro den, en geene Proveniers, die iet voor koft veniers" of geryf betaalden (z). j ^s te ■ Henrik Cafimir, Prins van NafTauen Erf-^ c;taci
Stadhouder van Friesland, der Regeeringe(laat Ge- van Amsterdam, op den zeven ent wintigften vadei" July deezes jaars, kennis gegeven hebben-oveJLeeJ de , dat zyne jonggebooren Dogter , den ter va^" volgenden dag, plegtiglyk ftondt gedoopt den Prin- te worden, en dat hy de Stad, als Geva- Te.van der, daarby dagt te doen reprefenteeren;Naffau' zo werdt by den Raad beflooten der jonge Prinfefte, tot eene pillegave , te vereeren een' lyfrentebrief van zeshonderd guldens jaarlyks, leggende in eene gouden doos, en daarenboven vyfhonderd guldens te fchenken in de Kraamkamer (a). De
(y) Refol. Vroedfch. Lr. R. i<$ Jan. \6i6. f. jo, ju
(z.) Handy. H. 271. •
\/j Refol. Vroedfch. Lt. R. ij Aug. 16I6. ƒ. uö.
13
|
|||||
/
|
|||||
134 AMSTERDAMS ILDeeI,
i6S6. De Staaten 's Lands van Utrecht met Bur-
Oflroi gemeefteren vanAmfterdam zyndeovereen-
°P een gekomen, om een' bekwaamen wagenweg
vanden* te maaken tufTchen de twee Steden, mids ■
Wagen- daartegen heiFende eene behoorlyke Ga-
weg op belle, en deeze weg ook moetende loopen
Utrecht. over Slootdyk , door het Geregt van Kroo-
nenburg; zo verzogt en verwierf Antonis
van Lynden, Heer van Kroonenburg, Loenen
enz. Oólroi van de Staaten van Holland ,
gedagtekend den dertigften May, om den
weg over Slootdyk ook te mogen maaken en
onderhouden, waartegen hem, insgelyks,
eene bepaalde Gabelle werdt toegelegd. En
dit Octroi, als de Stad eenigszins betreffen^
de, is, in eene van de Stads Regiflers. (b),
te boek gefield.
De in- De Volkplanting van Suriname, waarin
Jaag in de Stad een derde gedeelte bezat, van tyd
deSode-tot tyd , meerder voordeel beloovende ,
teit van fcnroomdert Burgemeefteren en Raaden niet,
me wordt de Commiflariflen, die, van Stads wege,
ver- 't bewind der Sociëteit of des Genootfchaps
hoogd, hadden, te magtigen , om , nu en dan ,
voor korten tyd , eenige penningen op te
neemen, en zelfs den Heere van Sommels-
dyk, die voor een derde eigenaar en daar-r
benevens Gouverneur der Volkplantinge
was, op goede verzekering, eene aanzien-
lyke fomme te fchieten (V). Op 't einde
deezes jaars, werdt, onder anderen, be-
{looten, de inlaag in 't Genootfchap, voor
ie-
(b) Tir. Privilegieb. f. izi. en Handv. II. 419,
(c) Refal. Vroedfch. Lx, Q_ h «w z J»ty i6ss.fi
171, 310. *
|
||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 135
ieder der drie deelgenooten,met agtentwin- itfgó. tigduizend guldens te verhoogen;by welke gelegenheid, de Stad den Heere van Som- melsdyk, tot voldoening van zyn aandeel in deeze verhooging, wederom veertiendui- zend guldens opfchoot (i). In November deezes jaars , werdt ont- DeWis-
dekt, dat, uitdeWiffelbankdeezer_Stad,feibank federt eenige jaaren,wel drie-enveertigdui- beftoo_ zend zevenhonderd en zeventig guldens ge- lcn. fiolen waren. Burgemeefteren, die, van wegede Stad, voor de fchade ïnltonden, fpaarden geene moeite, om de handdaadi- sen te ontdekken, en te doen ftraffen (<?)• 't welk hun ook, meen ik, ten deele, ge- lukt is. ,0 Omtrent den aanvang des jaars 16^7 , De Stad
ontftondt 'er gefchil tuflchen den Hoogen neemt Raad en 't Hof, waarin de Regeenng van zeker ge. Amfterdam ook eenig deel nam, en welk fchil tus. hooser zou geloopen hebben, zo 't met,fchen by tyds, door 's Lands Staaten zelven , den Hoo bvgelegd geworden was. AdriaanBouwman, fn^Roï Predikant te Alfen, was, over zekere my IÓ8 onbekende misdaad, voor 't Hof m regten betrokken. Eenige Leden der Gemeente hadden zig, federt, vervoegd aan de Clas- fis van Woerden en Neder-Rynland, waar- toe de Predikant van Alfen behoorde, met verzoek, dat zy de zaak tuflchen den Leer- aar en hen, tot de meefte ftigtinge, wilde afdoen. De Claffis verwierf 'er verlof toe van
-■ ■ _
(d) Refol. Vroedfch. L*. R. 3 Dec> ^6%6. f. 292,
te) Grojt-Memor. N. Vil. ƒ. ««o. T j
I 4
|
||||
136* AMSTERDAMS II. Deel.
l68y. van 't Hof; doch zat 'er naauwlyks over,
of daar kwam bevel van den Hoogen Raa- de, om 'er mede flil te fhan. De oude en nieuwe Kerkenraad van Alfen hadt dir be- vel weeten te verwerven. Doch de eerfl- gemelde Leden der Gemeente willen te wege te brengen , dat 'er , op naam van zyne Hoogheid , midsgaders Prefident en Raaden van den Hove , brieven kwamen aan de Claffis, gedagtekend den twintigflen Febmary, om de zaak met den Predikant af te doen, zonder zig aan 't bevel van den Hoogen Raade, ten tegendeele gegeven , eenigszins te kreunen. De Hooge Raad zig, door deeze brieven, ten hoogde bele- * Mande- digd agtende, verleende een nieuw *beve), went van waarby de oude en' nieuVe Kerkenraad her-
Cmflmn- ftdd werden in r£ bezk vm Kerkelyke zaa. ken te mogen afdoen, voor dat dezelven in
de Claffis gebragt mogten worden. De Raads- heeren Cornelis Hop en P7incent van Brenkhorß, beide burgers van Amflerdam, werden, door den Hoogen Raade, gemagtigd,om dit be- vel ter uitvoeringe te brengen. Zy begaven zig naar Alfen, daar zy bevel gaven tot herflelling van alles, wat verkeerdelyk ge- daan was, op eene boete van honderd gou- den Ducaaten, jegens de hooge Overheid te verbeuren; te gelyk de Brieven van den Hove, waarby de Claffis gemagtigd was om over de zaak te zitten, naar zig neemende. Maar 't Hof kreeg zo dra geene kennis van 't gebeurde, öf het dagvaardde de Raads- heeren Hop en van Bronkhoril in perfoon, en beval hun de brieven van aanfehryvinge aan
|
|||||
r
|
|||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 137
aan de Claffis aan eenen der SecretariflTen 1687.
van den Hove te rug te geeven, en de pen te haaien door de woorden , hierop flaande, in de brieven, waarby de Hooge Raad den Kerkenraad van Alfen herfteld hadt in 't regt of bezit, welk denzelven betwiftwerdt. De Hooge Raad, 't bedryf van 'tHof aan- ziende als eene blykbaare inbreuk op hunne waardigheid en gezag, vervoegde zig aan dé Staaten van Holland, met verzoek, dat het Hof in 't ongelyk mögt worden gefield. De Heeren Hop en van Bronkhorft, niet gezind om in perfoon te verfchynen, voor 't Hof, en bedugt voor verderen hoon, be- gaven zig naar Amfterdam, en klaagden der Regeeringe het ongelyk, welk men hun aandeedt. Burgemeefteren trokken zig de zaak hunner burgeren aan; fchreeven, den negenden Juny, in hun voordeel , aan de Staaten, en verzogten „ dat hunne Edele „ Groot - Mogendheden den Provinciaalen „ Raaden wilden beveelen, fchriftelyk aan „ te wyzen, op wat gronden dezelven zig „ zo veel gezags aanmaatigden over Ge« „ magtigden van den Hoogen Raade , in „ zaaken derzelverampt betreffende." Ook begeerden zy „ dat den Procureur - Gene- „ raal mögt gelall worden, voor de Heeren „ Staaten open te leggen , wat hy in te „ brengen hadt tegen de Heeren Hop en „ van Bronkhorft," die , ondertufTchen., verklaard hadden,dat hun het waarneemen van hun beroep niet te vergen was,zo lang zy 't niet, met veiligheid voor hunne per- foonen, doen konden. De verdeeldheid zou I 5 hou-
|
||||
Ï38 AMSTERDAMS II. De*?/
'1687, hooger geloopen hebben, zo niet de Staa- ten , met zyne Hoogheid hebbende geraad- pleegd, eenen middelweg ingeflaagen, en op den zeventienden Jtmy bevolen hadden, „ dat de Hooge Raad de brieven van aan^ 3, fchryvinge aan 't Hof te rug geeven zou, „ de pen haaiende door de woorden in hun „ bevel, die op deezebrieven floegen;dat „ het Hof zou intrekken de dagvaarding in „ perfoon, aan de twee Raadsluiden,Hop „ en van Bronkhorft, gedaan, de aanteke- „ ningen van 't gene daarop gevolgd was, „ doende ligten uit de rolle; en dat, zo 't 3, Hof mögt willen voortgaan,om de Clas- „ üs tot het afdoen der hangende zaake te „ magtigen, de Predikant, of wie 'er zig „ meerder by bezwaard vondt, zig zou mo- „ gen vervoegen aan de Staaten zelven;die „ deswege zulk eenefchikking zouden maa- „ ken, als zy zouden bevinden te behooren „ (ƒ>" De Heeren Hop en van Bronk- horft , hierdoor genoegzaame vergoeding ontvangen hebbende, voor den hoon, hun aangedaan, begaven zig wederom naar den Haage , en tot het waarneemen van hun beroep. Brand te 's Nagts tuflchen den vyfden en zesden Durger- May, was 'er een hevige brand ontftaan in aam* het Dorp Durgerdam, aan de overzyde van 't Y, in 't gezigt van Amfterdam, gelegen. Omtrent driehonderd huizen werden aan kooien gelegd. De Kerk, een Zaagmolen, en weinige huizen aan denZuidooftkant blee- ven
(f) Zie Holl, Merc, van 1687, hi. 162-171.
|
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 139
ven liaan, 't Ongeluk was veroorzaakt, door j 1687,
*t aanglimmen van doove kooien, in een hutje aan den Ooftkant van 't Dorp, en de vlam was, door eenen flyven Ooftenwind, fterk aangeblaazen (g). De Regeering van Amfterdam gaf, in de Lente des volgenden jaars, aan die van Durgerdam verlof, om, hier ter Stede, te mogen bekend maaken, dat zy eene Lotery, ten behoeve der ver- armde ingezetenen, hadden opgeregt (Ä): uit de winft van welke, naderhand, de ver- brandde wooningen wederom werden opge- timmerd. ■
Omtrent deezen tyd, werdt, in de Vroed- Raad-
fchap van Amfterdam, wederom ernftelyk pleegin- geraadpleegd op het weeren of voorkomen RJLSL van den flank, in de wateren deezerStede;ren van waarop, eerlang, een ontwerp gemaakt (j) den flank en in den Raad gebragt en goedgekeurdin de wa- werdt. Burgemeefteren en Thefaurieren wer- ger^n der den, ten zelfden tyde, gemagtigd, om het '' - ter uitvoeringe te brengen, en daartoe, van Stads wege, de noodige penningen te ge- bruiken (£). De Staaten's Lands van Utrecht hadden, Voor*
al federt eenigen tyd, op de Staaten van waarde Holland begeerd, dat de fchans,die, in 't^ ^ jaar 1672, aan de Nieuwerfluis, op Stigt-Van de fchen bodem, aangelegd was, wederom mögt fchans geflegt worden. In dit verzoek werdt, ein-te ^ieu- 00 de wer^uis»
si
(s) Holl. Merc. van I<ï87. hl. 171.
(h) Groot-Me ipor. N. VII. ƒ. 191 verfi. ft'J Munim.-Reg. N. 6. ƒ. J80 & feqq, Thefaur. Laa* d» N. (<) Refol. Vroedfch. £». R. i J»»y i6%j. ƒ. 305. |
||||
.140 AMSTERDAMS -H. Dek;
,1687. delyk, bewilligd. Doch de Stad Amfter-
door de dam hadt verftaan , dat zulks, onder an- wolentieren' °nder deeze voorwaarde, behoor-
wtrpcn. de te gefchjeden: „ dat aan 't oordeel der „ Staaten van Holland Haan zou, te over-
„ weegen, of de nood, t'eenigen tyde, ver- „ eifchenzou, eeneofmeer fchanfen aan „ de Nieuwerfluis of elders op Stigtfchen „ bodem aan te leggen; en dat zy, zulks „ noodig agtende, daartoe, zonder uitftel, .„ in gevolge van de overgifte der Staaten „ 's Lands van Utrecht, zouden mogen ko- „ men (/).** De Stad Het getal der Franfche vlugtelingen, on- Äne dCr Wdkïn ,°0k Vee,e arme ]uiden ware*>
op de nam zo llerk toe in deeze Stad,dat deKer- Tanve kenraad der Walfche Gemeente, wien de en den onderlteuning deezer luiden aanbetrouwd Äe TaS\in ^f#W desjaars 1688,klaag- hoeve de> dat de herhaalde Collecïen, hier ter der Fran-Stede, gedaan, nog niet konden toereiken fche om aan de dringende behoeften te voldoen; *}"&*■ en dat hunne Kas wel vyftienduizend gul- 'S dens ten agteren geraakt was. Men voegde .' hierby,dat 'er jaarlyks veertigduizend gul- dens vereifcht werden , tot onderfleuning. der arme vlugtelingen. En de Vroedfchap beOoot, op den twintigflen May, eene be- lalling van drie ftuivers te leggen op ieder zak tarwe, en van zes ftuivers op ieder an- ker wyns, waarvan, naar men rekende, ruim vier en twintig duizend, en ruim twaalfdui- zend guldens zouden können komen, die, ten
(/) Jlefol. Vrocdfch. £f.R. 3,* Oft, i«g7, ƒ. jj/, 3X6.
|
||||
XXI. Boek. Geschiedenissen. 14t
ten behoeve der arme Franfche vlugtelin- 1688.
gen , zouden bekeerd worden (m). Om 't gene 'er nog te kort kwam te vinden, werdt, ledert, eene belafting gelegd op de Courta- ge der Makelaars in Ooit- en Weftindifche Aftien (k). Doch , met de behoeftigen , kwamen ook veele ryke Franfche huisge- zinnen herwaards over: 't welk toegefchree- yen werdt aan de ftrengheid, waar mede zy, in fommige Steden en Provinciën des Ryks, bejegend werden, die, fchryft d'Avaux, veel verfchilde van degemaatigdheid,wel- ke men, te Parys, te Rouan, en elders, on- der 't oog des Konings, gebruikte (0). De Stad vereerde ook, in de Lente dee-Diaco-
zes jaars, een erf op dePrinfen-graftbydenicbr°u- Weesper-ftraat aan de Nederdukfche Gere-™ery &Q' formeerde Diaconie, tot het opregten eener Brou.werye, ten behoeve der zelve (jf>), wel- ke, federt, getimmerd werdt. De vervolging in Frankryk, die veele in-Aanlei-
gezetenen deezer Landen verbitterd hadt din8 tQt tegen het Franfche Hof, bragt ook niet wei-tle^hei' Big toe, om de Regeering van Amfterdam,^eC|inin' meer dan te vooren, te vervreemden van om drie Frankryk: 't welk den Prinfe van OranjeAmfter- aanleiding gaf, om de Stad te Iigter tedoen^amfche ftemmen in de onderneeming op Engeland, „Sjrs die hem, omtrent deezen tyd, ernfl werdt. in 'sPrin- 't Gedrag van Koning Jakob den II. ftondt fen topt Am-naar ^n'
(m) Refol. VxceJfch. L*. S. i6 Maart, 20 May 1688.
f. 7« • 8°
in) Refol. Vroedfch. t.t. S. 18 Jan. 1689. ƒ. 221. Keuib.
lt. Q.- ƒ. 171 » *?« ■verfo. (o) D?AVAyX Tom: VI. p. loj . 10«.
{f) Refol. Vioedfch. U. S. 25 Maart 1688. ƒ, 7$.
|
||||
Ui AMSTERDAMS II. Deee.
i6S8. Amflerdam ook geweldiglyk tegen. 2ul-
geland te ken » die » door hem * onder ongegronde
doen be- voorwendfels , verdrukt of verjaagd wer- willlgen. den * werden hier met opene armen ontvan- gen. Sommigen, gelyk Do&or tilbertBur- net, met het burgerfchap vereerd(#). Ook befloot men deezen te befchermen, tegen het uitdrukkelyk verzoek des Engelfchen Ambaffadeurs (f). Nogtans, wilde men niet gedoogen, dat 's Konings naam hier open- lyk gefchandvlekt werde Men hadt,op 'c einde des voorleeden jaars, een Gefchrifb verbooden, genaamd Ontdekking van 't ge- vaar der Proteflanten in Engeland, waarin eenige hooge Pedbnaadjen oneerbiediglyk gehandeld werden (x). Doch omtrent den aanvang deezes jaars, hadt zyne Hoogheid* door den Raadpenfionaris Fagel, eenige opening van zynen toeleg op Engeland Jaa- ten doen aan den Oud • Burgemeefter, Ni' colaes Witfen, die toen in 't Collegie van Gecommitteerde Raaden zitting hadt, en op den eerften February, wederom tot Bur- gemeefter verkooren werdt. De Heer van Dykveld fprak 'er hem, wat laater, insge- lyks, over. Zelfs vraagde zyne Hoogheid hem om raad. Doch hy antwoordde alleen- lyk, met algemeene uitdrukkingen. Onder- tufTchen, vondt de Burgemeefter zig be- zwaard met het geheim, welk hem toever- trouwd was, durvende hy de Amflerdam- fche en andere Nederlandfche Schippers, die
(q) Vaderl. Hift. XV. Deel, bl. i$o. .
(r) Refol. Vroedlch. Li. S, 1} Jan, 16%%, f, ji,
(<) Keuib. Q, ƒ, I«, v •
|
||||
i
|
||||
XXI.BoEK. Geschiedenissen. 143
die op Frankryk voeren, niet waarfchuwen, i683. fchoon hy zig verzekerd hielde, dat zy in hun verderf liepen, zo de togt op Engeland voortgang hadt. Omtrent het midden van Tuny , kwam Dykveld de Burgemeefteren Hudde en Witfen , in 't heimelyk , fpree- ken, ten huize van den eerften; hun, na dat zy hem vooraf de fliptfbe geheimhou- ding beloofd hadden, voorhoudende, hoe hy, door zyne Hoogheid, aan hun en aan den derden Burgemeefter, den Heere Cor- nelis Geehinck, Heere van Kaftrikum, af- gezonden was, om hun 't gevaar, welk den Staat uit Engeland dreigde, onder 't ■ oog te brengen. Hy vraagde hun, in 't by- zonder, of zy niet zouden können goedvin- den , dat men aanviele, eer men aangevallen werdt. Doch zy verftonden, dat men 't werk den tyd aanbeveelen moeft , en ten minfte wagten tot in 't voorjaar. Dykveld opende zig , daarna , nog duidelyker aan Witfen alleen, die hem naar de fchuit ge- leidde, hem zoekende te beweegen tot het belooven van byftand, in den togt naar En- geland. Twee dagen laater, werdt Witfen in den Haage ontbooden, daar hy, meer dan eens, fprak met de Heeren van Dyk- veld en van Rhoon , den Raadpenfionaris Fagel, en zyne Hoogheid zelve. Ten laat- fte, deedt hy een' keer naar Amilerdam, en bragt toen voor 't gevoelen der drie Bur- gemeefteren, zynde den vierden, den Hee- re Jean Appelman, verdagt by zyne Hoog- heid, en daarom buiten 't geheim; in den Haage in „ dat zy't groote weïk noch aan „ noch
|
||||||||
■
-
|
||||||||
144 AMSTERDAMS II. DiiU
16S8. M noch afraaden konden; doch zo't, bui-
,, ten hun toedoen , werkflellig gemaakt „ werdt, wilden zy,voor hunne perfoonen, „ wel raaden tot zulk een' onderftand, als „ zy met eed en pligt beflaanbaar zouden „ oordeelen; fchoon zy van gedagten wa- „ ren, dat het, by de Vroedfchap hunner „ Stad, niet doorgaan zou (t).u Moedwil De geboorte van eenen waaren of ge- voor't waanden Prinfe van Walles, die omtrent der? E™ ^eezen tvc* voorviel, maakte geene kleine gelfchen beweeging hier te Lande. De meeften hiel- Conful den den jonggebooren voor een ondergefte« alhier, ken kind. De Engelfche Conful Daniel Pe- tit te Amfterdam (ii) vondt goed, ter ge- legenheid deezer geboorte, op den twee- entwintigften July , vreugdevuuren aan te fleeken voor zyn huis; doch eenige moed- willigen , zulks niet konnende gedoogen , wierpen met fleenen door de glazen , en bedreeven andere baldaadigheden (u). 'c Geregt beloofde, des anderendaags, dui- zend guldens aan die den eerlten fteenfmy- ter aanbragt,en honderd zilverenDucatons aan die een' van de aanvoerders ontdekte(w). Toeleg Eenige weeken te vooren , hadden , naar op'tlee- fommiger verhaal, twee Ieren eenen Duit- ven van fcher te Amfterdarn getragt om te koopen, fe van"""om ^en ^r*ns van Oranje, door vergif, van Oranje, kant te helpen. Doch de Duitfcher weiger- de ft) Verhaal va» Burgerm. WiTSEN , ƒ. Mo MS. Vadeii.
Hift. XV, Deel, bl. +16 enz.
(u) Zie Groot-Memor. N. VU, ƒ. i/g.
(v) Holl. JVferc. van i6s8. bl. 177. <w) Keutb. Q^ ƒ. 160 verfo. |
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 14S
de hun te wille te zyn: waarop zy naar riï^ de Haagfche jaarmarkt getrokken waren, om op dezelve hunnen toeleg uit te voeren (s), zonder nogtans hun oogmerk te heb- ^Xt^wyl, den Heerjd> «
Bflitmfc, Heer van Rhoon, naar DuitfchlandRhoon hebbende gezonden,om met eenige Hovenk0?theI. re hindelen ovef 't leveren van manfchap, mdyk te af naar Amfterdam; daar hy den Heeren
Hudde Geelvinck en Witfen kenn» gaf van zyne verrigtingen. Hy hielde de avond- maaltvd met de twee laatften, die z.g zorg- vuldiglyk wagteden van op den goedenuit. flag der onderneeminge te drinken. Zyn verblyf in de Stad bleef geheim. Hy werde, tïrimddernagt, in ftilte uiegelaaten , heb- bendVgemeefter Witfen zorg gela- gen om fene der Stads poorten te doen ^idSAon-zi^JÄjjjgrt
de door beleid van den l'rinfe van Oranje, (,a fterk toe te ruften, te water en te lande.deonder. Te Amfterdam, werdt de uitrufting MH«„t «yverigvoortge«,d^den^«a|»~*« ie Wiüt, Secretaris der Admiraliteit, üie kenni hädt van 's Prinfen oogmerk. Doch S tot in September aan, eer op de ge- wiètke onderneeming geraadpleegd werd , rn1e6Vroedfchappen der Steden van HoU ' f*) Fu^NBORf de Geöis jederlei CUleOtü £*»
VI. Stuk. kj
|
|||||
s
|
|||||
US AMSTERDAMS II. Deel,
'f' "
Itf88. ^nd. De Raadpenfionaris fchreef, den
negenden, aan de Steden , met verzoek, dat derzelver Afgevaardigden ter Dagvaart gelaft mogten worden, om een befluit te neemen tot verdediging van den Staat. De brief werdt, met eenige bylaagen, te Am« flerdam, gefield in handen van deregeeren- de Burgemeefteren en eenige Gemagtigden uit den Raad (z). In de byeenkomfl dee- zer Gemagtigden, flemde Bürgern eeflerWit- fen „ dat hy de groote zaak noch aan-noch 3> afraaden kon; doch zo men 'er egter me- „ de voort wilde, verftondt hy, dat men „ niet nalaaten kon, den Prins te onder- „ fteunen, mids men den onderfland bepaal« „ de; niet met Engeland brake, en , by ,, goeden uitflag, onderfland van daar „ bedonge." Doch de meerderheid der Gemagtigden en der Vroedfchap zelve be- iloot tot het onderfleunen van zyne Hoog- heid; alzo 't werk, onder de andere Leden van Holland, te ver gebragt was, om te können gefluit worden. Eenige Raaden oor- deelden, dat het flilzwygen der drie Bur« gemeefleren oorzaak geweefl was, dat men deezen gewigtigen toeleg , heimelyk, zo ver hadt können voortzetten. Doch de mees- ten verflonden, dat het ontydig openbaaren van den zelven 't Land in groot gevaar hadt ende können ftorten (a). Hoe, na dat de Leden hfes van Holland en de andere Provinciën be- K flooten hadden , den Prins van Oranje te on-
(z) Refol. Vroedfch. Zf. S. 12 Sept. \6t%, f. 114,
(*) Veihaal van Biugem. WlKEN, ƒ. 1 §-ij MS» ■ ..*
|
||||
/
|
|||||
XXI. Boek. Geschiedenissen. 147
onderfteunen, de togt naar Engeland on- 1689;
dernomen werdt, en, in April des jaars 1689,ning en met de krooning van den Prins en de Prin-K°nin- fefTe, tot Koning en Koningin van Groot- |in se," Britanje, eindigde, hebben wy elders (Z>), roon * omftandiglyk, te boek gefteld. Te Amflerdam, werden, ter gelegenheid Vreugde
deezer Krooninge, op Donderdag den een-hier ter entwintigflen April,ongeraeene blyken vanSte<Jed'ee- vreugde gegeven, 't Gefchut van de wallen zl Kroo- werdt geloft : de klokken driemaalen ge- ninge. luid. De wimpels en vlaggen waaiden in 't Y van alle fchepen. Des avonds, wer- den de voornaamfte tooren« met lantaarens verlicht. Men ftak alom me vuurwerken af. Op veele plaatfen, werden pektonnen ge- brand, hebbende 't Geregt vooraf belaft, dat daartoe flellaadjen in de graften ge- maakt zouden worden, om de boomen langs dezelven niet te zengen (c). De Admiraal Tromp en de Engelfche Koopluiden munt- ten boven anderen uit, in 't affteeken van fraaije vuurwerken (d). Kortom, de vreug- de , die hier ter Stede getoond werdt, fcheen alle maat ontwaflen te zyn. Ondertuilchen, wikkelde de verandering, De Am*
in Engeland voorgevallen , den Staat in fterdam. eenen koftbaaren oorlog in, waarby de Am-fche iterdamfche Koophandel ook veel te lyden ^E* "hadt. Veele Koopvaardyfchepen, die men, den ter oorzaake van het geheim , waarmede zwaars de toeleg op Engeland hadt moeten beleid fchade, «,«- door dca
wor- oorlocr (b) Vadeil. Hift. XV. Diel, hl. 47, tBR. W»Wp
*■ (i) Keuib. Q^ ƒ. 174 wfi-
(d) Huil. Mcïc. van I6i9- M- 3 3,
K 2
|
|||||
14,8 AMSTERDAMS II. Dm;
I6*8o. worden, niet hadt können waarfchuwen ,
werden in Frankryk aangehouden. De oor- logsfchepen van den Staat vertoefden lang in Engeland , waardoor de Koopvaarders wagten moeften naar Convoi, 't welk, zo de Heer Witfen, die toen, nevens ande- ren,, buitengewoon Ambafladeur in Enge- land was, aan Koning Willem zelven ver- Burge- klaarde, de Beurs van Amfterdam alleen meefter wel tien millioenen guldens koftte(f). Men Witfen vergde den Ambafladeuren in Engeland ook weigert Verfcheiden' hardigheden, en het tekenen van Ba- van Verdragen, daar de Heer Witfen noode Ton, en't toe kwam. Men boodt hem, om 't werk Curator- wat te verzagten, den titel van Baron aan. ^haPderDoch hy weigerde dien te aanvaarden, dug« Schoole tende, dat dezelve hem afgunfl: verwekken te Lei- mögt, te Amflerdam. Ook drong Koning den. Willem hem tot het aanneemen der waar- digheid van Curator der Hooge Schoole te Leiden, die Burgemeefler van Beuningen, tot hiertoe, bekleed hadt. Doch hy wees deeze eer, insgelyks, van de hand, alzo hy verflondt, dat men niemant om ziekte van zyn ampt behoorde te ontzetten , en dat de Heer van Beuningen ligtelyk zou kön-
nen beteren (ƒ). De Stad De zes Compagnien Stads foldaaten, in Termeer-'t jaar 1684 geworven, waren nog indienft dert het gebleeven; doch van tweehonderd op een-) haarer non(*erd en vy^"S man verminderd. Maar
de
(*) N. WiTSEN Verbaal in de Vaderl. Hift. XVI. Deelt
hl. 42, 43. (f) N. wiTSBN Verbaal in de Vadetl. Hift, XVI. Oecl*
|
|||||||
|
|||||||
\
|
|||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 149
de naderende oorlog, of eenige bekomme- 16 fo;
ring voor inwendige beroerte deedt denf ,, " Raad, in den aanvang deezes jaars, beflui- tcn.aa" ten, om de verminderde Compagnien weder- om op het oude getal van tweehonderd man te brengen (g). Ook werden Burgemeefte- ren gemagtigd, om de Stad rykelyk te voor- zien van allerlei Krygsbehoeften (fr). De Stad bleef nogtans, het gantfche jaar , in tamelyke ruft. Doch tegen 't einde des-Gerügt zelfs, werdt de Regeering, van verfcheiden'va" kanten, gewaarfchuwd, dat de Koning van voorge,' Frankryk, met wien men nu in openbaaren land- oorlog was, luiden uitgemaakt hadt, om ftigcing. hier ter Stede brand te fligten. 't Geregt beloofde, den veertienden December, twee- duizend guldens aan elk, die zulk een' brand- ftigter aanbragt, en het bevorderen van ftraf- vryheid, zo de aanbrenger een medepligti- ge zyn mögt. Voorts, werdt het aanhou- den van vreemde bedelaars en landloopers, die zig ligtft tot wanbedryven vervoeren laaten, wel fchèrpelyk verbooden (j). Eenige FranfcheOorlogsfchepen, het Ei-De Fran-
land S. Chriftoffel op de Engelfchen vero-fchen verd hebbende, zogten zig, in May deezes JJSSj jaars, meefter te maaken van de Sterktenaaf su<* in de Volkplanting Suriname , die de Stad riname. Amfterdam voor een derde toekwam. De bezetting deezer Sterkte was, in July des voorleeden jaars, aan 't muiten geflaagen, en hadt den Gouverneur, Heere van Som- mels-
(g) Refo'. Vroedfch. Ir. S. u. Jo,n% iS8j>. ĥ "7-
(h) Ktiol. Vroedfch. U.S. is J*n, 1689./. "*» (i) Keutb. Q-ƒ. i»o verft. K 3
|
|||||
—----:---- ■- »■— ■■■ am
|
|||||||||||||
t$o AMSTERDAMS II.Deei;
j%. melsdyk, die haar met flokflagön hadt doen
te keer gaan; en den Commandant Ferboom, die hem byftaan wilde, deerlyk van 't ke- ven beroofd. Doch de muitery was, fe- dert, geftild (*). De Franfehen nu, met tien Oorlogsfchepen, de rivier van Surina- me met den vloed zynde opgedreeven, maak- ten Z]g meefter van 's Lands uitlegger het wapen van Amfierdam, en wierp en, daarna, eenige bomben in de Vefting. Doch zo dra waren zy niet gekomen onder 't bereik van t gefchut der Staatfchen, of zy werden zulks begroet, dat zy genoodzaakt werden, de ankers te kappen, en af te dry ven met de ebbe. De nieuwe Gouverneur , Joan van Scherpenhuizen, hadt zig, in 't afwyzen des vyands, wakkerlyk gekweeten. De Heer Francis van AarJJen, Heer van Chatillon , tweede Zoon van den onlangs vermoorden Gouverneur, by gebrek van volk, zelf het gefchut laadcnde en lolTende, werdt, door het ontydig aangaan van 'c zelve, ongeluk- |
|||||||||||||
bglyk,gekwetft in't aangezigt, en aan bei-
|
|||||||||||||
de üe handen, van welken hy twee en drie
vingers verloor (/). rïe Stad De Stad werdt, in Öaober deezes jaars S verzof? *• JÖoopgetiüge over den Zoon tuigéf van Hemk » Hert0S van Saxen , Gulik , over den
Kleeve, Berg enz. Zy aanvaardde deeze
Prins van eer, en vereerde den jongen Prins een ftuk
Saxen. ziiverwerks, ter waarde van agthonderd guldens (m). De
(O Heil. Merc-iM» 7688. hl. ijl.
(0 'Holl. Merc. van i6t9. bl. i6o, i<ji#
(m) Ixfol. VwedfcJt, U, T. 6 Q£tri, iit9, ƒ. 7<,
|
|||||||||||||
____________________ .....
|
|||||||||||||
XXLBoEK. Geschiedenissen. 15t
De afwezendheid van Koning Willem, x6$9.
A\p onaangezien zyne verheffing op den Gefchli froon van Groot-Brkanje.nog met de Stad- <rchen TudeV waardigheid ta"^^» kleed bleef, gaf, eerlang, gelegen^ tot en de een nieuw gefchil met de Stad Amfterdam, Sud Am. waarvan wy nu den oorfprong en auflag ont- fterdam. V°TDaairr0r dentyd, waarop de No-De^
minatie der Veertienen tot Schepenen hierNomina- ter Stede gemaakt moeft worden, was detie van Raad byefngekomen om te <™^^ *sn wie« deeze Nominatie nu, in arwezena;" heiddes Stadhouders, behoorde gezonden
om daar-
te worden. Men zag, hierop, dePnvile- lit de
eien naar, en bevondt, dat verfcheiden „«*«- fèrzefven Inhielden, dat de Normnatxe m£*.. 7ulk een geval, aan Prefident en Kaaden vanden Hove moeft worden gezonden. On- Ter anderen, fprak hiervan klaarlykhetPn. vUeS van den derden January des jaars
«81, op den naam van Koning Fihps ge- ceven, inhoudende „ Dat de Vroedichap, ^nConformité der voorfz. Stede Privilegien, 5 zou procederen tot electie van de veertien pei- * honen, omme daar uyt % by onfe Stadhou- " der ofte in syn absentie by die van on- " senRaade in Holland, feven tot Scbe- " penen der voorfz. 'Stede gecremt te wo* |
|||||||||||
den (n)" En naardemaal deeze Nomi-
|
. •
|
||||||||||
natie op den agtentwintigften January ge-
fchfeden moeft6, en Schepenen op den tweeden February, moeften worden beee- (n) Hündv. hU 100, [70O
v y K 4
|
|||||||||||
s
|
|||||||||||
15« AMSTERDAMS IL Dbel;
l68p. digd, in welken tufTchentyd, de Nomina-
tie niet naar Engeland kon worden gezon- den; zo werdt beflooten, dezelve te zen- den aan Prefident en Raaden van Holland, met verzoek, dat deezen daaruit de gewoon- lyke verkiezing wilden doen (u). 't Ver- 1 Hof^ zoek gefchiedde. Doch 't Hof maakte zwaa- zwaat- er rïêne^d om aan ^et ze^ve te voldoen, zon-
heidin." ^er dagrop vooraf den raad des Stadhouders te hebben ingenomen. De Vroedfchap kreeg 'er kennis van, door den Pénfionaris der Stad, den Heere Comelis Bors van IVave- ren, die met de Nominatie naar den Haage was gezonden geweeft. Zy befloot, hierop, zig te vervoegen aan de Staaten, met ver- zoek „ dat hunne Edele Groot-Mogendhe* j, den, of het Hof beveelen wilden de ver« a, kiezing te doen; of zelven de verkiezing „ wilden doen; of eindelyk, uit hunne vol- le magt, de tegenwoordige Schepenen |
|||||||||||||||||||||
9i
|
en ondergefchikte Regtbanken in derzel-
|
||||||||||||||||||||
„ ver dienft doen volharden, tot dat 'er eene
wettige verkiezing uit de Nominatie ge- |
|||||||||||||||||||||
5>
3> 5» |
daan zou zyn : onverminderd nogtans,
en buiten benadeelinge van der Stecje Privilegien voor het toekomende (p). J |
||||||||||||||||||||
DeStaa- £)e Staaten beflooten tothetlaatite: waarop
*e" doen de Schepenen en ondergefchikte Regtban- BenTn" ken voor Burgemeefteren ontbooden, en ver- hunnen zogt werden, in hunnen dienft te willen vol- dienft harden, tot dat de verkiezing van Schepenen, |
|||||||||||||||||||||
den.
|
ar" voor deezen jaare, zou zyn ingekomen (q).
|
||||||||||||||||||||
Het
(o) Refo!. Vroedfch. L*. S. 17,itj*n.i6%9, ƒ. 2*2,23 j.
(p) Refol. Vroecifch. ƒ>. S. 30, ji J*n. i«gp. ƒ. 241,242. \(j) Refol. Vtoedfch. O, s, 2, j Feh. 16S9. ƒ- W» aja»
|
|||||||||||||||||||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 153
HetHofzondt, daarna, buiten kennis der 1689. Regeeringe van Amfterdam, een affchnft,t Hof der Nominatie naar Engeland , op welke , zendt de naar gewoonte, de perfoonen, welken men Nomina- gaarne verkooren zag, waren aangeftipt De «e naat AmbafTadeur Witfen, die nog in Engeland^ was, verzogt Koning Willem, dat hy de verkiezing, naar deeze aanftipping, doen wilde. Doch zyne Majefteit toonde zig mis- noegd, dat hem de Nominatie niet regt- ftreeks van Amfterdam toegezonden was. Witfen verdedigde de Regeering. Koning Willem ftelde hem voor „ of hy met zou „ können goedvinden, een' keer naar Hol- „ land te doen, om de luiden te Amfter- „ dam in 't regte fpoor te bewaaren." De Heer van Rhoon voegde 'er by „ dat het , zo met Amfterdam niet gaan kon, en dat * men geene vrienden ten halve kon zyn." Doch Witfen bleef in Engeland. De Heer van Rhoon weigerde hem te zeggen, wie Schepens gemaakt waren, fchoon hy 't wel wift. Koning Willem was twee der aange- ftipten op de Nominatie, met voordagt , voorby gegaan (r).'t Liep aan tot in Maart, Koning eer de Schout een' brief ontving van Ko-Jollen ning Willem , waarin de verkiezing van
eerft in
Schepenen beflooten was. Zy beftondt uit Maart.de
de Heeren Albert Bentes,MT. Jacob ten Groo- verkie- tenhuis, Mr. Dirk Bas, M'. Dirk Vater, M'. **&> gieter Huift,Pieter Reael, Heer van Nigte- vegt, en Daniel Bernard, Heer vanKatten- broek;
* .
(r) N. Witsen Verbaal in de Vadeil. Hift. XVI. flwi,
èl, SU /
|
||||
ï
|
|||||
154 AMSTERDAMS II. Deel.
1689. broek; die, terftond hierna, beëedigd wer-
den , om den gewoonlyken tyd uit te die- nen. De Heer ten Grootenhuis overleedt den negentienden April, en 't leedt tot den ze- venden September, eer de Heer Adriaen Bäc- ker, in zyne plaats,-beëedigd werdt. Doch men maakte hier, in dit lang uitftel, te minder zwaarigheid, om dat de verkiezing en beëediging van Schepenen, die, in de plaats van afgeflorvenen , verkooren wor- den, aan geenen byzonderen tyd bepaald was. De Stad Op deeze wyze, was 't,in 't jaar 16H9, vervoegt met de verkiezinge van Schepenen afgeloo- zigtyde pen. Doch met den aanvang des volgenden met ver- jaars * werdt by Bürge meefteren en Raad zoek, dat beflooten, een ernftig Vertoog in te leveren of het ter Vergaderinge van Holland, waarby be- Bu/ e-f Seerc* wercft » dat Prefident en Raaden van meefte- >» den Hove, door de Staaten, mogten ge- ren de „ laft worden, om, voortaan, de verkiezing verkie- Jy van Schepenen te doen, in gevolge van de zing mo^ Privilegien, tot welkerhandhaavinge,de doen, zo» Regeering van Amfterdam , by duuren lang 'de „ eede, verbonden was : of, zo 't Hof Stadhou-j} zulks, tegen verwagting, niet naarkwa- der z° „ me, ofte lang uitflelde;dat Burgemees- wezig U.n teren wogten gemagtigd worden, tot het 1600.' 5» doen der verkiezinge, in gevolge van het ' „ Octroi van den twee - entwintigflen De- „ cember des jaars 1650, zo lang zyneMa- „ jefteit van Groot - Britanje, de Stadhou- „ der deezer Provincie, zig zo verre afwe- „ zig bevondt, dat, omtrent den tyd der „ beëediging, aan de Privilegien niet kon ,j vol-
|
|||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 155
„ voldaan worden (Y)." Doch de Staaten 1690. verflonden , dat in dit verzoek niet kon |
||||||||||
■
|
||||||||||
worden bewilligd, zonder daarop de gedag-
ten van Koning Willem te hebben ingeno- men. Men zondt het Vertoog dan naar En- De Staa- geland; van waar, eerlang, ongunftig ant-ten z3en~ woord kwam. Koning Willem verklaarde, ÏJlJJi, ,* niet onderregt te zyn van de Privilegien, aan ko* „ waarop die van Amfterdam zig beriepen, nïng „ noch in zyne Commiffie gevonden te heb- Willem; „ ben, dat de verkiezing van Schepenen, „ in zyne afwezendheid, door Preüdenten „ Raaden van den Hove, gefchieden moeft." Doch van wege de Stad werdt hiertegen aangemerkt „ dat men, reeds in 't voorlee- „ den, jaar, hadt aangeweezen, by welke „ Privilegien, de tyd en wyze der verkie- „ zinge van Schepenen bepaald was; en „ dat daar van, door 't Hof, aan Koning 5> Willem kennis was gegeven. Dat het „ geenszins te verwagten was, dat, in de „ Commiffie des Stadhouders, byzonderlyk „ gewaagd zou worden van de verkiezing 3, door 't Hof, in afwezendheid des Stad- 5, houders. Doch dat, door die Commis- „ fie,niet te kort gedaan werdt aan de Pri- „ vilegien, in gevolge- van welken, het Hof, „ dikwils, en onder anderen in't jaar 1564, ,, de verkiezing van Schepenen gedaan hadt, „ zonder dat ooit blyken zou, dat de Stad 5, van de flipte agt er volging der Privilegien „ was afgeftaan. Dat zulks ook niet ftondt De Stad a in 't vermogen van Burgerne e (Ier en en Vroed- verklaart» - (s) Refol. YXOSdTch. p. T. % Jan, 1690.. f. HS mw.
|
||||||||||
-
|
||||||||||
156 AMSTERDAMS II.Deel;
ï6*oo. )»,/cÄap, alzo *fe Privilegien niet en waren
der Pri- „ gegeven aen de Regenten van de Steden, vilegien. $> mÄ^r #gW ^ Steden Zelve." De Ede- Eenige Leden, en byzonderlyk het Lid len we- <jer Edelen, hadden ook iet op de redenen gen*?" van Amfterdam ingebragt, en onder ande- gevoelen^en gezeid „ dat de kennis van zaaken van |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
der Stad.
|
33
33 33
33 ȕ
|
varrRegeeringe, by eene Refolutie van
den jaare 1674, den Hove onttrokken was; dat de verkiezing door Burgemees- teren te laaten doen aanliep tegen de Pri- vilegiën , waarop de Stad zig beriep: en |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
5>
|
dat op deezePrivilegien zelven, veelligt,
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
7.y ver- „ wel iet te zeggen zou zyn." Doch de
ëedigt Stad antwoordde hierop „ dat de Refolutie |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3>
s>
31
3ï |
van 't jaar 1674, in 't punt, waarover nu
verfchil viel, geene verandering altoos gemaakt hadt; alzo, by dezelfde Refo- lutie , gezeid was, dat de Steden blyven |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
zouden by derzelver Privilegien, en ge-
volgelyk ook de Stad Amfterdam bydat, volgens welk, haare Schepenen, in af- wezendheid des Stadhouders, door het Hof, moeften gekooren worden: behal- ve , dat de Staaten ook nog niet bepaald hadden, van welke zaaken van Regeerin- ge zy de kennis den Hove onttrokken hadden. Dat, zo de verkiezing niet aan Burgemeefteren kon komen, om dat zulks met de Privilegien ftreedt; zy niet be- |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3»
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3»
3» 3> 33 53 33 93 3»
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
3»
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
33
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
frypen kon, hoe de Leden dan zwaarig-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eid maaken konden, om dezelve, inge-
volge der Privilegien, te laaten aan den Hove. Dat zy niet kon bedenken, wat men, met grond, tegen het Pr> |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
•
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
53
53
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
XXï.Boek. Geschiedenissen. 157
, vilegie van den jaare 1581, kon inbren-, 1690.
gen; dat wel by provifie gegeven was; doch op die provifioneele , was geene nadere fchikking gevolgd. Dat het ook, te Delft, door Prinfe Willem den I., gegeven was; doch dat het hierom zelfs te kragtiger moeft geoordeeld worden, alzo zyne Doorlugtigheid daarmede toon- de, wel begreepen te hehben,hoe nood- zaakelyk ware, dat Schepenen, op den bepaalden tyd, gezet en beëedigd wer- den. Dat 'er fomtyds ook, op verzoek der Steden zelven, wel eenige verande- ring gemaakt was in de Privilegien; doch dat zulks geene plaats gehad hadt, om- trent het Privilegie van den jaare 1581, 't welk altoos in ftand gebleeven was." Koning Willem hadt zig, ondertufTchen, Zy doet nog niet duidelyk verklaard op den inhoud eene van het Vertoog der Stad. De Leden wil- JJJJ*J den zyne nadere verklaaring afwagten. vergade^ Maar de Stad deedt aantekenen „ dat zy ring van „ onfchuldig wilde gehouden worden aanH°lland* s, de nadeelen, die daaruit zouden können „ ontflaan, dat zy zig niet zou können in- a, laaten in eenige raadpleegingen , noch „ in buitengewoone latten bewilligen , zo „ men haar niet handhaafde, by haare 9> Privilegien; met voorbehoudenis van a, zulk een nader Proteft, als Burgemees- „ teren en Vroedfchap zouden te raada „ worden (f)." Mid-
(f) Rcfol. Vroedfcb. Lr. T. 17 74a 1(9». ƒ. 14J «»%,
|
||||
ï5S AMSTERDAMS II. Deel.
Midlerwyl, was men, den agtentwintig-
ften January, naar gewoonte, getreden toï het maaken eener Nominatie van Veertie- nen, met oogmerk omze wederom aan 't Hof te zenden, tot het doen der verkiezin- ge. Op deeze Nominatie werden gebragt de Heeren Frangois de Ficq, Mr. Dirk Mun- ter , Mr. Frangois de Vroede , Mr. Frederik D ankerts, Mr. Nicolaas Corver ,Mr. Nicolaas Six, Mr. Elias Coymans, Mr. Coenraad Burg, Daniel Hochepied, Mr. Joan Blaauw, Joan van Ooßerwyks Joan Commetyn, Jacob Scott> en Joris de Waert (u). Doch de Vergade- ring van Holland verilondt, dat Burgemees- teren en Vroedfchap deeze Nominatie zen- den zouden aan zyne Koningklyke Majefteit in Engeland. Burgemeefteren kreegen hier- van , den negenentwintigften, kennis;doch zonden, desonaangezien, de Nominatie aan het Hof, met verzoek, dat het zelve geen agt wilde Haan op de gemelde Refolutie ; alzo dezelve, zo ten opzigte van de wyze als inhoud, onwettiglyk genomen, en by- gevolge nietig en van onwaarde was. De Raad keurde goed, 't gene Burgemeefteren gedaan hadden,en men befloot,eenpaarig- lyk, deflefolutie,op den naam der Heeren Staaten genomen, ten kragtigfte te weder- leggen ;gelyk zonder uitflel gefchiedde (v): OndertufTchen, hadt het Hof, by meerder- heid van ftemmerj, beflooten, zig te voe- gen («) Refol. Vroedfch. Lr. T. 28 Jan, 1690. f. \$z.
(v) Refol. Vroecifch. I*. T. ?o Jun. $ Febr, ïéjio, ƒ, 153 > ij;. Miuwm.-Regitt. N. s. ƒ. i^i */»*,. |
||||||||
1690.
De Stad
zendt haare Nomina- tie we- derom aan 't Hof. |
||||||||
Welk ze
'ongeo- pend te rug geeft |
||||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 159
gen naar de Refoiutie der Staaten , en de 1600.
Nominatie .van Schepenen, ongeopend, te ïug gegeven (w). Doch terwyl dit gefchil de Vergadering Amfter«
van Holland bezig hielde, waren 'er tweedam be- anderen ontftaan, waarin Amfterdam ookT^^» eene andere zyde verkoor, dan die , voor vroed- welke Koning Willem en eenige Leden zig fchap verklaard hadden. De Heer Mr. Cornelisv^ Dor« Terefiein van Halewyn, Raadsheer in dendl:e^ht Hove van Holland, was , onlangs , doorgglyk Koning Willem, in wiens gunlt hy altoos Raads- diep geftaan hadt (#), verkooren totSche-heer in pen van Dordrecht, en in deeze hoedanig-den **°" heid gebleeven een Lid van den Oud-Raad^ ^üm dier Stad, door welken , Burgemeefteren benoemd worden. Hy meende, te gelyk met de hoedanigheid van Oud - Raad van Dordrecht, ook de Raadsheersplaats inden Hove te können behouden. Koning Willem verftondt dit eveneens, en de Stad Dor- drecht yverde 'er flerk voor. Maar Ara- iterdam kantte 'er zig tegen, en beweerde, dat de twee Ampten onbeftaanbaar waren met eikanderen, ftrydende het bekleeden derzelven, door een en den zelfden Perfoon, met het tweehonderd eenendertigfte Lid der Inftruclie voor de beide Hoven; behal- ve dat twee Ampten, die't verblyf van hem, die dezelven bekleedde, vorderde op twee byzondere plaatfen, volgens het befchree- ven regt en het agtfte Lid der Crimineele Or-
(») zie Vadetl. Hift. XVI. />«/, II. 7»,
f«) Set PüENÏT V*l. I. f. 3*8 , 31$. |
||||
i<So AMSTERDAMS II. Deel.
1.600. Ordonnantie van den jaar e 1570, niet door
een' en denzelfden Perfoon konden worden bekleed (y). Doch de redenen der Stad Amflerdam vonden weinig ingang. De Heer van Halewyn behieldt beide de Ampten, tot dat hy, wegens Dordrecht, in de Ver- gadering van Holland, en van daar, in die der Staaten Generaal zynde afgevaardigd, eindelyk , geraaden vondt, zyne Raads- heersplaats , vrywilliglyk , neder te leg- gen (z). Zy kant Het ander gefchil, welk, omtrent te ge- zig tegen ]yk met dit, ontftondt, ging Koning Wil- ^ez^n"a8lem nog nader ter herte. Hy hadt zynen ven van boezemvriend, Willem Bentink, Heer van- Port- Rhoon, die, federt het jaar 1676, in 't Lid land,on-der Edelen van Holland befchreeven ge- der de weeft was} m Engeland met eerampten op- van gehoopt, en onder anderen verheeven tot Holland. Graave van Portland; in welke hoedanig- heid , hy in het Huis der Heeren zitting hadt. Met deeze nieuwe eere bekleed,ver- fcheen hy, den twintigften January, in de Vergadering van Holland, daar hy zitting nam, onder de Edelen. De Regeering van Amflerdam, zulks wel voorzien hebbende, hadt, eenige dagen te vooren, reeds over- legd, wat haar, in zulk een geval, te doen ftondt. Men bevondt „ dat, reeds by eene „ Refolutie der Staaten van den zevenden „ Maart des jaars 1586, vaftgefleld was, „ dat iemant, die onder den eed of gaadje „ ftondt
(y) Refol. HoU. uDec iögj. bl. «14. Rofoi,Vwedich,
Li. T. 11, 16 Jan. 1690. ƒ. lij» IJS.
(*,) Zie Vadeil. Hift. XVI. Q*<1 % H. SU |
|||||
/
|
|||||
XXLBoek. Geschiedenissen. n5r
5, ftondt van iemant anders, dan van wien 169©«
„ hy afgezonden was , niet in de Vergade- „ ring der Staaten zou mogen zitten. Dat „ de Staaten ook, in 't jaar 1655, hadden „ beflooten, den Heer Hendrik van der Ka- „ pelle toe Rysfel, die toen gezeid werdt 3, ook onder de Stenden van Kleeve be- „ fchreeven te zyn, te doen weeren uit de „ Vergadering der Staaten Generaal, wer- „ waards hy, wegens Overyflel, afgevaar- „ digd was. Dat men, in 't jaar 1663, ter a, Generaliteit gedrongen hadt, op hetnaar- „ komen derRefolutien van den zeftienden j, January en drie-entwintigften April des „ jaars 1624 , volgens welken, niemant, 3, die in uitheemfchen eed of dienfl was > 9, in de Vergadering van hunne Hoog - Mo- a, gendheden zou mogen afgevaardigd wor- 3, den; gelyk zulks, reeds in't jaar 1643, „ door de Staaten van Holland, was vaft- „ gefield." Men hadt dan, reeds op den En houdt zeftienden, bellooten „ dat, in geval dehjmeAf* 3, Graaf van Portland zitting name in de Hgdea 3, Vergadering van Holland, de Afgevaar- t'huk* „ digden deezer Stad daartegen potefleeren 3, zouden, en zelfs uit de Vergadering ver- „ trekken, laatende daar alleenlykdenPen- 3, fionaris Bors van Waveren om te hooren „ en te zien, zonder ergens op gelaft te j, zyn (0)." 't Een en 't ander was, federt, gefchied. Doch alzo de Afgevaardigden der andere Steden alleenlyk in de toelaatin- ge
{«) Refol. Vroedfch. L', T. u, U, IC J«n. if»«. ƒ.
VI. Stuk. L
|
||||
ito AMSTERDAMS II. Deel.
I690. ge des Graaven van Portland bewilligd had-
den, zonder dat zulks, by de byzondere Vroedfchappen, was goedgekeurd, befloot men, wat laater, den Penfionaris Bors van Waveren te magtigen, om op de dagelyks voorvallende zaaken te mogen helpen raad- pleegen en befluiten; terwyl de Stad bleef by haar voorneemen, om in geene buitengewoo- ne middelen te bewilligen, voor men haar, op haar Vertoog wegens de verkiezing van Schepenen, genoegenhadtgegeven; zonder dat zy afging van haar Proteft, tegen de toelaating des Graaven van Portland (£). Msnoe- Koning Willem, midlerwyl, kennis ge- gen van kreegen hebbende van het voorneemen der Willem Heeren van Amfterdam, om den Graaf van op de Portland te weeren,toonde 'er zigtenhoog- Stad. fte misnoegd over, en fchreef, den twin- iigften, uit Kenfington, aan den Graave, 9i dat de kwelling, die de Heeren van Am- „ flerdam hem wilden aandoen, alleenlylc „ ontftondt uit het kwaad hert, welk zy den „ Koning toedroegen, en hem zeer verdrie- „ tig viel." Hy voegde 'er by „ dat hy 3, begeerde, dat de Graaf begreepen zou „ zyn in de overeenkomft, wegens zynen ,, voorgeflaagen middelweg, om de zaak 9, van de verkiezing der Schepenen af te „ doen; en die de eenigfte was, dien hy j, zou willen gedoogen (c)." En in gevolge der begeerte van zyne Majefteit, werdt, fe- dert, over de zaak des Graaven van Port- land, (b) Refol. Vroedfch. U. T. 24 7-*»« Uvo. ƒ. 141.
(c) Zie Vidimuï van den Hove mn tent Miöwe ranWiJ»
lern den III. &drt 1739. */. 10* ■
- |
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 16*3
Jand, en over die van de verkiezinge van i6qq.
Schepenen, te gelyk gehandeld. 't Vertoog der Stad Amfterdam tot ver* Men be-
lediging haarer Privilegien vondt, hogtans, weert, geenen ingang ter Vergaderinge van Hol*ter v.er" land. De andere Steden maakten geene ^ ^m* zwaarigheid, om haare Nominatien over te Holland, zenden naar Engeland, en oordeelden hier» dat de om, te eerder, dat Amfterdam van gelyken °u<Je behoorden te doen. OndemnTchen, verliep yanej^J.s de tyd , waarop -de Schepenen , naar ge- fterdam woonte, en volgens de Privilegien, in den eed niet wet- genomen moeften worden: 't welk niet ge- '*tfJ* fchied was, om dat'er nog geene nieuweSche- JïïJJJ pens verkooren waren, De oude Schepens dienen, bleeven dan, ook na den tweeden February, [in dienft. Doch de Edelen verftonden, dat zulks niet wettiglyk gefchieden kon,zo lang zy daartoe niet gemagtigd waren, door de Staaten van Holland; uit welker naam, zy 't regt, maar voor een jaar, en tot den twee- den February toe, bedienen konden. Zelf« dreigden zy, dat alles wat thans door de Schepenen verrigt werdt,wel ligt voor nie- tig en van onwaarde verklaard kon worden, • en drongen'er op, dat zulks, zonder uk- flel', gefchiedde. De meefte Steden neig- den tot het gevoelen der Edelen. Delft en eenige anderen verftonden alteenlyk, dat men eerft nog eens met de Heeren van Am- fterdam fpreeken moeft. De Vroedfchap, De Stad! kennis gekreegen hebbende van 't gene ter doet ee- Dagvaart voorgevallen was, befloot, wat yse na% nader by te komen, en deedt, nog voor 't „"orfu. einde van February, vootflaan „ dat zy de gcru La „ No-
|
|||||
',
|
|||||
IÓ4 AMSTERDAMS ILDbèl;
„ Nominatie haaren Ed. Gr. Mogendh. ir*
„ handen wilde Hellen, mids zy vooraf ver- ,, klaarden, zelven daaruit de verkiezing te „ willen doen; of, zo zy hierin zwaarigheid „ maaken mogten, dat het hun dan gehe- 9, ven mögt, op Koning Willem te begee- |
|||||||||||||||
'
|
|||||||||||||||
■
■ . ■
« ■ |
„ ren, dat hy hen verzogt, de verkiezing
|
||||||||||||||
„ te willen doen; o/, zo dit ook nog niec
„ fmaaken mögt, dat zy dan alle de ftuk- „ ken, ditgefchil betreffende, wilden over- „ zenden naar Engeland , om 's Konings „ meehing op alles te verflaan. En indien 3, ook dit geen' ingang vinden mögt, zou 3, men bewilligen in eenen voorflag van den „ Raadpenfionaris Heinfius, hierin beflaan- 3, de, dat de Nominatie gefield zou wor- 3, den in handen van hunne Edele Groot- „ Mogendheden, met verzoek om.daaruic 3, de verkiezing te doen; dat daarop, ter: „ Hond, alle de ftukken, dit gefchil be- „ treffende, uit de Notulen zouden worden 3, geligt, met verzekering ? dat zulks tot 3, geene de minile benadeeling van der Ste- 3, de Privilegien flrekken zou, en dat men 3, zig, in 't vervolg, naar dezelven, en by- .,, zonderlyk naar dat van den jaare 1581, 3, zou gedraagen, de Nominatie, in gevol« „ ge van het zelve, in afwezendheid des 3, Stadhouders, zendende aan Prefident en 3, Raaden in Holland: en zo dan de ver- . „ kiezing, door eenig toeval, boven den „ beftemden tyd, agterbleeve, zouden de „ zeven eeï ft genomineerden voor Schepenen 3, gejiouden worden." Maar, zo alle deeze vóorflagen'niet mogten behaagen, kree. |
|||||||||||||||
.
|
|||||||||||||||
■
|
|||||||||||||||
XXï.Boek. Geschiedenissen. 16*5
gen de Afgevaardigden ook laft „ om we- 1690* „ derom op de buitengewoone middelen van ,5 oorloge te raadpleegen, mids de zaak der „ verkiezinge van Schepenen,te gelykmet „ deeze, afgedaan wierdt (d)" De Afgevaardigden der Stad deeden al- Die van
Ie de gemelde voorflagen; doch kondenze-de hand geen van allen der Vergaderinge van Hol- sewee- land fmaakelyk maaken. Men befloot dan, den.W°r* op nieuws, voor te flaan „ dat de tegen- Zy doet „ woordige Schepenen zouden aanblyven, eene na« „ tot op de naafte verandering der Regee- ??"j.aan" j, ringe; en dat 'er, midlerwyl, over de ie ins' „ zaak der verkiezinge, zo wel als over de „ buitengewoone middelen van oorloge, zou „ geraadpleegd en beflooten worden (e)." Doch deeze voorflag werdt ook niet aan-Dieook genomen. De Staaten beflooten zelfs, op niet be- den agtentwintigften February „ dat Bur- tl*5}?*: „ gemeefteren en Vroedfchap van Amfter- dgr yer<< „ dam zig niet zouden können bedienen van gaderin- „de Refolutie, in 't voorleeden jaar, op se van „ het aanblyven der Schepenen »genomen; Holland? 5, dat, by gevolge, de tegenwoordige Sehe. „ penen werden gehouden ontllaagentezyn „ van hunnen dienft, zullende alles, wat „ zy, na deezen, mogten verrigten, wor- 3, den aangemerkt als nietig en van onwaar- „ de, zonder dat daarop, in 't vervolg, „ eenige agt zou gellaagen worden." Bur- De Stad gemeefteren en Raaden , zig belemmerd bewilligt vindende met deeze Refolutie, vonden,ein- Voorflag de- van
(d) nefbl. vroedfeh. JL*. T. %*, Febr. i6jo. ƒ. n». Heinfius, (*) Refol. VlüCdfch, L*. T. 17 Fcbr. 1490. ƒ. 17t.
|
||||||
\
|
||||||
I
|
||||||
i66 AMSTERDAMS E Deel
jtóoo, delyïc, geraaden, den middelweg,die door den Raadpenfïonaris Heinfius voorgeflaagen was, te omhelzen , volgens welken „ de 0 Nominatie gezonden moeft worden aan „ de Staaten van Holland , met verzoek, |
||||||||||||
•
|
||||||||||||
3, dat dezelven het Hof wilden belaften, de
„ verkiezing te doen, of dat zy zelven de „ verkiezing doen wilden, onder verzeke- „ ring dat deeze daad niet in gevolg ge- „ trokken worden, noch de Privilegien der „ Stede benadeelen zou; mids, te gelyk, „ alle de /lukken en Refolutien dit gefchil „ betreffende geligt werden uit de Notu- „ len (ƒ )." De Leden ontvingen, hierop, de Nominatie; doch zondenze terftond Ko- ning Willem toe, de tegenwoordige Sche- penen houdende in hunnen dienft, tot dat |
||||||||||||
..
|
||||||||||||
de verkiezing gefchied zou zyn, onder ver-
klaaring „ dat de Privilegien van Amfter- „ dam, aan de eene, en de voorregten des „ Stadhouders, aan de anderezyde, hier- „ door, niet zouden geagt worden verkort „ te zyn, alzo zy vaftelyk beflooten had- 5, den, zyne Majefteit van Groot-Britanje, M in de Stadhouderlyke voorregten, en de „ Stad Amfterdam, in tferzelver Privjle* „ gien, volkomenlykjte handhaavenCg-).'* ffoning Terftond hierna, deedt Koning Willem Willem de verkiezing van Schepenen uit de gemaak- verkieft te Nominatie, welken waren de Heeren de nlnflüt Vicq, Munter, de Vroede, Dankerts, Cor- de Nomi-ver, Sis enBlaau, Te gejyk, fchreef hy aan
(f) Reftl. Vroedfch. Lr. T. i Mdart 1690./, 171,
(£) Reiul. iloJJ. n M**rt 1690, bl. loó. |
||||||||||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 16*7
aan de Staaten „ dat hy niet twyfelde, of i69o.
zv zouden goede redenen gehad hebben, natie •
" om hem de Nominatie, niet door deRe-hemdoo« * eeering van Amfterdam, telaatentoeko-dc Staa- ;; gmen?maar zelven over te zenden; dat entoe- hv, derhalve, niet nagelaaten hadt, dej^
'1 verkiezing te doen; fchoon hy anders- |
|||||||||
zins ook gaarne zyn Stadhouderlyk ge
|
,"3C.' "
|
||||||||
" zaK zou gebruikt hebben, om der Staaten
" Refolutie te handhaaven. En gelyk hy * vaftelvk vertrouwde, dat de Staaten de " vereifchte zorg draagen zouden voor de behoudenis zyner Stadhouderlyke voor- " regten, zo wilde hy zig pok een voor- ftander toonen van de Privilegien der Stad " Amfterdam; ten welken einde, hy niets " liever zien zou, dan datze hem allen, zo " verze, niet alleen de Regeering, maar l ook de goede burgery en ingezetenen be- ' troffen, werden toegezonden (ft). Doch dit laatfte gefchiedde niet. 'tVerfchil over de zitting des Graaven van Portland was, te selvk met het verfchil over de verkiezing van Schepenen, vereffend. De Afgevaardig- den van Amfterdam woonden, in gevolge van een beüuit der Vroedfchap (1), op den zevenentwintigften Maart, de Vergadering van Holland by, in de tegenwoordigheid des Graavenvan Portland, die , kort hierop, naar Engeland keerde (*).Ook bewilbgden zy vervolgens in de gemeene laften(/). Op tu\ 7ie de Miffive in Ac Holl, Meic. v*n 1690. hl. <i.
£ icfol vÏSdfch. Lr. T. il M**rt ,69c. ƒ. *».
L 4
|
|||||||||
K*S AMSTERDAMS IL Dm;
X<5oq. den agtentwintigften January des volgenden
Hoe 't, jaars, werdt de Nominatie van Schepenen, nader- volgens gewoonte, gemaakt. Doch alzo net het KoninS Willem, die,den zesentwintigften, verzen- van Gravefand afgeftoken was, toen, alle den der uuren, in Holland verwagt werdt, befloot Nomina, men de Nominatie aan zyne Majefteit te SdJpe1 fchikken> zo hï zofpoedig landen mögt, ren, ge-dat de verkiezing, op den vereifchten tyd, fchikt te rug kon zyn. Anderszins, zou menze, wierdt met gelyk verzoek, als voorleeden jaar ge- fchiedwas, zenden aan de Staaten (m). Koning Willem zette , den dertigften Ja- nuary , voet aan land: en ik meen, dat hy toen de Schepensverkiezing gedaan heeft, uit de Nominatie , die hem , onmiddelyk door de Stad, was toegezonden. Doch alzo niet te wagten was, dat zyne Majefteit, jaar- ]y ks, zo vroeg in Hol land komen zou, moeft, op het verzenden der Nominatie, noodwen- dig, een andere voet beraamd worden. Bürge- meefteren en Raaden beflooten , reeds in Maymaand daarna „ dat de Nominatie al- „ toos op den agtentwintigften January ge- w fchieden zou; dat dezelve den Staaten „ in handen zou worden gefteld, met ver- „ zoek, om de Stad daaruit ten fpoedigfte „ te doen hebben de verkiezing van zeven „ Schepenen; en dat, zo de verkiezing, „ tot na den eerften February, draalen mögt, „ haare Edele Groot-Mogendheden, eens „ vooral, zouden verklaaren, dat de die- „ nende Schepenen en de mindere regtban- » ken
(»; Refol. Vrosdfch. L*. V. ag Jan. 1S91. ƒ. 21, z9%
|
|||
XXLBoek. Geschiedenissen. i6$
„ ken in dienft zouden blyven, tot dat de 1690. „ verkiezing in handen van Burgemeefleren „ zou gekomen zyn , mids dat de Stad „ hiertoe geen verzoek deedt;maar dat de ,', gemelde verklaaring, van wege den Ko- „ ning, als Stadhouder, door den Raad- 1 penfionarisjof op eene andere wyze,be- „ werkt werdt (»)." Doch 't liep tot den agttienden Oftober aan, eer de Staaten be- flooten „ zig te laaten welgevallen, dat, „ wanneer Koning Willem zig buiten de „ Provincie bevondt, de Nominatie van " Schepenen van Amfterdam, jaarlyks , aan „ hunne Edele Groot-Mogendheden zou ", overgebragt, en dan telkens verzonden , worden aan zyne Majefteit, om daaruit *, de verkiezing, als Stadhouder, te doen.'1 De Stad Amfterdam bewilligde in dit befluit. Alleenlyk, werden de Afgevaardigden ga- laft, flegts aan te zien, dat de uitdrukking, dat de Nominatie telkens aan hoogflgedagte zyne Majefieit zou worden overgezonden, ter conclufie ginge (o)- En in gevolge van dit befluit, is, met de Nominatie van Schepe- nen deezer Stad, gehandeld, tot in 't jaar 1702 toe, dat is, zo lang als Koning Wil- lem leefde. Doch't gefchil over't verzenden der No- janHoI,
minatie van Schepenen naar Engeland was gevan- nog op zyn hevigft, toen rugtbaar werdt,gen in dat eenige Amfterdamfche Regenten, door óeQn ™" iemant, die in den Haage gevangen zat, fchuWlgt be- eenige
fn) Refol. Vtoedfch. IJ. V. u M*y 1691. ƒ. sz.
(«j Refol. Vioedfch. L». V. zo Ofab* ïOjji. ƒ. «7. L5
|
||||
\
170 AMSTERDAMS II. Deel.
1690. befchuldigd werden vanongeoorlofdenhan«
Amfter- del met Èrankryk. De befchuldiging, hoe damfche weinig fchyns zy ook hebben mögt, fcheen Regen- ingang te vinden by eenige luiden van aan- ten van zjen: ^je $en Amfterdammeren geen goed j°0nf^01'hert toedroegen. Men verfpreiddeze onder handel 't gemeen, in eenige vinnige fchimpfchrik met ten. En fommigen waren niet zonder be- Frank- kommering, dat men 't gemunt hadt op het Tyk* té wege brengen eener buitengewoone ver- andering in de Regeeringedeezer Stad. Ons is gelegenheid voorgekomen, om een groot getal van Papieren en Brieven te zien, die uit den boedel van den Heere Burgemeefter Johannes Huddeherkomftig zyn;thans onder den Heere Jan Hudde Dedel, Burgemeefter van 's Graavenhaage, berus- ten, en deeze zonderlinge zaak betreffen. En naardemaal van dezelve, onzes weetens, nergens, in gedrukte fchriften, eenig ge- wag gemaakt wordt, meenen wy den Lee« zer geenen onaangenaamen dienft te zullen doen, zo wy hem hier het voorgevallene, beknoptelyk, voordraagen. Wie de In 't begin des jaars 1689, was,omtrent befchul- de Schans Filippine, in hegtenis geraakt »f" Jan Hol) Schoenmaakers gezel, geboortig |
||||||||||
ware.
|
||||||||||
van Heel in den Bommelerwaard. Men
hielde hem,in 't eerft, voor eenen veripie- der: te eerder, om dat hy verzeldwasvan een vrouwmënfch in mans gewaad, welk men, naderhand, bevondt, door hem be- zwangerd te zyn. Het vrouwmënfch zat niet lang, en werdt, met eenig reisgeld voorzien zynde, van de hand gezonden. Maar
|
||||||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 171
Maar Jan Hol, by wien men eenige verdag- 1693,
te papieren gevonden hadt, werdt,eerftte Filippine, en naderhand, door den Graave van Hoorne, te Sluis, ondervraagd. Zyne bekentenis was verward en oneenpaarig. Hoorne fchreef, over 't geval, aan hunne Hoog-Mogendheden, die hem, by fecreete Refolutie van den tweeden Maart des jaars 1689, bevalen, den gevangen over te zen- den aan den Raad van Staate in denHaage. Hol werdt op de Voorpoorte geplaatft: en, op den vyfentwintigften Maart en den der- den en zevenden April, voor Commiflaris- fen van den Raad van Staate,ondervraagd zynde, bekende hy „ dat hy, in de week^yne b* „ van Kersmis des jaars 1688, met eenen kentenis* „ brief van voorfchryvens van den Heere „ van Werkendam, aan de Burgemeefleren „ van Amfterdam gerigt, in deeze Stad ge- „ komen was, om den Heeren voor te flaan „ een middel van zyne uitvinding, waar- „ door men verfch water in of naby de Stad - „ zou können brengen ; dat zyn voorllag „ van de hand geweezen was, en dat hy, „ kort daarna, op eenen avond, ter Stad ,, uit willende vertrekken , op de eerfle „ fteenen brug naar de Utrechtfche Poort „ toe, ontmoet was, door zekeren Heer, 9 die, hem afgevraagd hebbende, of hy de „ rïian niet ware, die den brief aan Burge- „ meefteren gebragt hadt, en ja tot ant- ?, woord hebbende bekomen, hem hadt ver- ,, zogt mede te gaan, en hem gebragt hadt „ in een huis, daar hy nog eenige andere „ tóeeren gevonden hadt. Dat hem hier, N ZO
|
||||||
i72 AMSTERDAMS ÏL Deel:
tffoo. » zö "y ze^e» gevraagd was , of hy wel
,, eenen eed van geheimhoudinge wilde „ doen; wanneer men hem iet van belang „ openbaaren zou. Dat hy zig hiertoe be^ „ reid getoond hadt, zo 't iet goeds ware; 3, en dat men hem daarop gevergd hadt, „ eenen briefte brengen aan den Gouver- „ neur van Rynberk,welk thans indemagt „ van Frankryk was; en eenen anderen aan „ den Heere de Louvois, Staatsdienaar van „ Koning Lodewyk den XIV. Dat die Hee- „ ren drie in getal waren geweefl; dat een „ derzelven (2) Appelman genaamd was; „ dat hy de naamen der anderen twee niec „ wifl; doch dat zy wel zo lang van per- „ foon waren als Appelman. Dat zy hem „ twee brieven hadden medegegeven, eenen 3, aan den Gouverneur van Rynberk, enee- ,, nen aan den Koning van Frankryk, onder „ een' omflag aan den Heer de Louvois. Dat v men hem honderd Ryksdaaldersvrygeld „ beloofd hadt, zo hy deeze brieven be- „ flelde; en dat men hem honderd vyfen- „ twintig guldens op hand gegeven hadt, ,, tot reisgeld. Dat de brieven met eenCa- „ chet, waarop een gekroond cyfer ftondt, „ waren toegemaakt. Dat hy, met dezel- „ ven, op den eerflen January des jaars „ 1689, van Amflerdam gereisd was naar „ Rynberk. Dat de Gouverneur hem j op „ 'tVertoonen van den brief, hadt voort- „ geholpen op Urdingen; en dat hy, voorts, „ over Nuits, Bon3 Rynbach, Montrojal, „ Saar-
(«) Jean appelman was thans regeerend ßurge- meefter. |
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 173
„ Saarlouis, Mets, Verdun, Chalons en xfao.
„ Parys , naar Verfailles getrokken was. „ Dat hy den brief + aan den Koning gerigt, „ voor den Secretaris van de Louvois, uit „ het Nederduitfch , waarin dezelve ge- „ fchreeven was, in het Hoogduitfch hadt „ overgezet, en dat de Secretaris dien, „ daar uit,in 't Franfch hadt vertaald.Dat „ de brief behelsde een verzoek aan den „ Koning, om hen, tegen half April, met „ een Leger te komen verlolfen van de „ dwingelandy des Prinfen van Oranje, ten „ dien einde, in de eerfte plaatfe, de Ste- „ den Nieuwmegen en Graave in te nee- „ men, en daar na, over de Veluwe enU« „ trecht, aan te trekken op Amfterdam. „ Dat de brief getekend was J. Apesz, Hen- 9, rik de Laat. en dat hy wel hadt können „ merken, dat Louvois diergelyke brieven „ verwagtte. Dat men hem, voorts, met „ eenen ongetekenden brief, zonder op- * ,, fchrift, te rug gezonden hadt, met lafl „ om dien aan Burgemeefter Appelman te „ beflellen." Men hadt deezen brief, die in't Franfch gefchreeven was, by hem ge- vonden , toen hy gevat werdt. In den zelven, las men, behalven eenige fchoone beloften, een verzoek om nader berigt van de magt, die de fchry vers van den brief aan den Ko- ning hadden, om deszelfs onderneemingen wel te doen gelukken. Voorts, hadt hy eene lyft by zig van de plaatfen, die hy doortrekken moeft, en eenen eigenhändigen brief van Louvois aan den Gouverneur van Duin-
|
|||||
r
|
|||||
»74 AMSTERDAMS IL Deel:
1690. Duinkerken, met lad, om hem fpoedig voort
te helpen. Men Iaat De bekentenis van Hol, die ook voor hem lang Commiflariflen van den Raad van Staate zS ^et fenPaarig geweeft was, bleef, onder* hem, 0ptufrchenï geheim. Alleenlyk lekte, hier en nieuws, daar , uit, dat hy eenige Amfterdamfche te hoo- Heeren befchuldigd hadt. In Engeland , *eii. werdt, by fommigen, nadeelig van deezè Heeren gefproken. Doch Koning Willem floeg 'er, naar 't fcheen, luttel geloofsaan, en hieldt alles voor uitvindingen van 't Fran« fche Hof, om argwaan en onluft, hier te Lan- de , te verwekken. OndertufTchen , bleef Hol zitten, zonder dat my gebleekenis, dat hy, op nieuws, gehoord werdt, voor den zevenentwintigften January des jaars 1690; wanneer hy, by zyne voorige bekentenis' voegde „ dat de Heeren, die hem hadden t „ afgezonden, een heimelyk verbond had. „ den ^gemaakt met den Koning van Frank- Hy haalt „ ryk." Maar, op den derden February JWjjf" viel hy» °P enkel voorgeeven, dat 'er een» «ing we- §e Amfterdainmer Heeren voor de deur derotn in
ftonden, tegen welken men hem hooren zou,
don hals. door den mand, uitberftende indeezewoor-
den: O God! ik ken niemant van die Heeren, Ik hebze nooit gezien. Zy zyn onnozel. Men bragt hem toen aan de paleije. Doch hy verklaarde, zo voor als na de pyniginge beide op den derden en zevenden February' „ dat hy geene Amfterdamfche Heeren „ kende; dat alles, wat hy, ten hunnen las- „ te, verhaald hadt, verzierd was;dat hy „ zelf
|
||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 175
„ zelfde brieven aan den Gouverneur van 1600.
„ Rynberk en aan den Koning van Frank- „ ryk hadt opgefleld, toegemaakt, en be- „ field, met oogmerk om te beproeven, of „ de Franfchen wel zo loos waren , als „ voorgegeven werdt; en om hun eenig „ geld afhandig te maaken." Veelen ver- wagtten toen, dat Hol, naar verdienflen , geitraft zou worden. Doch men vondt ge- raaden, hem, op den eenentwintigden Fe- bruary, nog eens te dreigen met de paleije. En toen hernam hy zyne eerfle befchuldi- ging, met byvoeging van eenige omftandig- heden. Al het welke hy, op den derden A; pril, ter fcherper onderzoek gebragt zyn- de, andermaal in den hals haalde, hoog en duur betuigende, dat hy nooit van iemanc afgezonden was tot eenig heimelyk oogmerk, maar alles zelf verzierd hadt : by welke laatfte bekentenis, hy, op der/ zesden April en federt, ook buiten pyn en banden, vol- hardde. De algemeene Staaten nogtans, hoe Veel©
vreemd zulks ook fchynen moge, verfton- LedeJJ den, ten deezen tyde, dat de perfoonen »[andoor« die door Jan Hol befchuldigd waren, te regt deelen, behoorden te worden gefield; en bragten dat de hun gevoelen in de Vergadering van Hol- Jjf^jjjjjt land. Veele Leden dier Vergaderinge wa- ^^t' ren van 't zelfde verftand, en oordeelden, Hof, ta dat men de zaak moeft onderzoeken voor 't hooren Hof. Doch de Vroedfchap der Stad Am-te *efJ flerdam „ fchoon ten hoogflen afkeerig IJ^JJJ, „ van al wat zweemde naar verbooden ver- den. p ftandhoudjng met vyanden van den Staat, ku&et* j „ vondc
|
||||
176 AMSTERDAMS IL Deel;
169©. » vondt groote zwaarigheid in het overval-
«fam ver- » *en van onbefproken luiden, met een kiaartzigïJ Crimineel regtsgeding, zo lang 'er geen hier te- „ blyk altoos van misdaad ware." Jan Hol êen* hadt, zeide men „ zelf zyne befchuldiging „ wederom in den hals gehaald, en niet, op „ nieuws, ftaande gehouden, dan na dat hy „ met de paleije gedreigd geworden was. 9, Ook zouden, in allen geval, de befchuldig- „ den niet voor het Hof, maar voor hunnen 3, dagelykfchen Regter moeten betrokken „ worden. Doch hiertoe behoefde men niet „ te komen, zo lang'er geen meer blyk van j, misdaad ware, dan het bloote zeggen 3, van eenen bekenden verraader. Crimi- „ neek Regtspleegingen, al bleek zelfs de 3, onfchuld van den befchuldigde , lieten 3, altoos eene vlek van fchandelykheid na, „ en moeften danrom, tegen onbefproken „ luiden, niat dan op bewys van fchuld, „ ondernomen worden. Maar Jan Hol be- „ hoorde, als een vyand van den Staat, en „ een lafteraar van eerlyke luiden te wor- „ den geflraft, zonder dat men eenige agt „ floege op het gene hy, ten nadeele van „ anderen, verteld hadt (/>)." Straf ^e rec^enen ^er Vroedfchap van Amfter- ©ver Jan dam hadden, ter Vergaderinge van Holland,
Hol. , niet zo veel ingang, als men zou hebben mogen verwagten. Nogtans fprak men wei- nig meer van de befchuldigden voor 't Hof te willen trekken. De laftering van Jan Hol Week zo klaarlyk, dat de Raad van Staate gee-
(f) Refol. VrMdfch. £t.T, 17» 1»%^/«/ i*<jo,f,io9tziu
|
||||
XXI.'Boek. Geschiedenissen. 177
geene zwaarigheid maakte, om hem te ver- i$qq
oordeelen tot geefleling en brandmerk; tot het tugthuis voor vyftien jaaren , en , na dien tyd, tot ban voor altoos uit de Ver- eenigde Nederlanden, 't Vonnis werdt, op den eenendertigden December des jaars 1690, geveld: doch in het zelve, werdt nie- mant genoemd, die door Jan Hol befchuldigd geweeft was. Zelfs werdt 'er de naam van Amfterdam niet in gefpeld. De misdaadige werdt, eenige dagen laater, te 's Herto- genbofch, gegeeffeld en gebrandmerkt (5). Doch hy moet, na't ontvangen deezer ftraf- fe, niet, of niet lang in een Tugthuis ge- zeten hebben, alzo ik aangetekend vind, dat hy, om eenig ander misdryf in hegtenis geraakt zynde, in February des jaars 1692, te Rotterdam , ter dood gebragt is. De argwaan, dien eenigen, tegen fommige Am* fterdamfehe Regenten , hadden opgevat , verdween geheellyk. Koning Willem en de Graaf van Portiand zelf verklaarden , t'eenen dage, aan den Gezant Jacob Hop 9 dat zy de vertelling van Jan Hol nimmer hadden können gelooven. En niemant rep- te federt van de befchuldigden te regt te willen ftellen. De droogte, het Pampus genaamd, ge- Meeu-
legen voor Amfterdam, aan 'c einde der^es. , Zuiderzee, hadt, al voor eenige eeuwen,J™T' diepgaande fchepen belet, aan en van de Stad ZOon N te komen. Men was, derhalve, op midde-Bakker, ., leneen ^m' , , - . „ fterdara«
{q) Vit de Confeflie en Scntent. -wan ]\M HOL, *n veile mQ-
gt^iert Blieven en Stukkaa. . * |
||||||||
V
|
V
|
I. Stuk, M
|
||||||
17» AMSTERDAMS II. Deee.
1690. len bedagt, om de fchepen te ligten over
vindt de deeze droogte. In 't jaar 1672, hadt men Kamee- zig bediend van zekere groote kiften, die Jen of onder de fchepen gebragt; en door het Ie- ?Ä dig pompen van welken, dezelven over 't ^ig era pampUS geligt werden (r). Doch in 't begin des jaars 1690, vondt Meeuwes Meinderts- zoon Bakker, gebooren burger deezer Stad, de Kameelen of Schipligters uit, door middel van welken, de zwaarfte Oorlogsfchepen van negentig en honderd ftukken, zonder hinder, over 't Pampus en andere ondiepten in de Zuiderzee, van Amfterdam af naar de Vlietertoe, worden geligt. Het Collegie ter Admiraliteit alhier was zo voldaan van deeze uitvindinge, dat het den uitvinder een. daggeld toeleide, by A6te van den zesden Oclober des gemelden jaars (s). De hW De verwoei ling van de Palts hadt zo vee!e tterWa!- Franfche vlugtelingen , die voorheen der- fcheGe- Waards geweeken waren, naar Holland, en hierher byzonderlyk naar Amfterdam gedreeven, Stede dat de VVaifche Gemeente alhier, die met neemt1 het onderhoud derzelven belaft was, zig, fterktoe.jn junv deezes jaars, genoodzaakt zag,om onderfteuning te verzoeken uit Stads CafTe. Zy wees aan „ dat haare jaarlykfche las- „ ten, met het onderhoud der gevlugtte „ Predikanten , omtrent honderd duizend „ guldens beliepen ; daar zy, voorheen, „ niet meer dan veertig- of vyftigduizend „ guldens plagten te bedraagen. Dat haare n in-
|
||||||||
ö
|
COMMELIN , hl. I I9J.
Holl. MetC. van 169Q. bl.lH- COMMELIN, t/. UttfÉ |
|||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 179
„ inkomften daartegen niet meer dan vier- itfoa
,, endertig* of vyfendertigduizend guldens
5, opbragten; zo dat 'er ten minfle vyfen-
„ zeftigduizend guldens 's jaars te kort ko-
,, men zouden." Men begreep ligtelyk,dat
het opbrengen van zulk eenen grooten bui-
tengewoonen onderftand de Stad, door den
tyd, te zwaar vallen zou (f): weshalve men
op middelenbedagt was, om de jaarlykfche
uitgaven der Walfche Gemeente te befhoei-
jen. Men deedt Diakenen eenen ftaat van De
de behoeften der vlugtelingen overleveren j Vroed-
en volgens den zelven, waren 'er thans,on- fchaPbe'
der dezelven, 17QB armen, tot welker on-Jnj^e-
derhoud , men 71905 guldens 15 ftiüversien, om
oordeelde noodig te hebben. Men overwoog, den toe«
wyders. dat het getal der vlugtelingen zo vloed. „
nJ 1 • ö j j 1 • van vlug.« lterk aanwies, om dat aan dezelven eenige tCHngen
vryheden en zulk een aanzienlyk onderhoud te doen
werden toegeftaan. Men voorzag dat de toe-vermin« vloed der armen te groot worden zou, zo deten» menze,op den zelfden voet,bleeveontvan- gen ; dat wel voor een Godsdienftig werk moeft aangezien; doch waardoor Stads Cas- fe, nogtans, niet al te zeer gedrukt moeft worden. Ook hadt de Burgery geklaagd, dat zy, in haare neeringen en handwerken, vry wat leedt van de vryheden, die den Franfchen vlugtelingen vergund waren. Men befloot dan „ de driejaarige vryheid van „ Stads Excynfen, en de ontheffingen van „ de Gilden en de vereifchtèn van dezel- ,, vin, in 't jaar 1681 toegeftaan, voortaan, „ niec
(0 Refol. Vioedfch, L*. T. r« J»nj t6s%. ƒ. z4+é. )
M %
|
||||
iSo AMSTERDAMS II. Deeï,;
1600. »» niet meer te verleenen; maar de vlugte*
„ lingen, in alles , met naame ook in 't
„ bekomen van het Burgerregt, met de an-
„ dere Burgers gelyk te flellen: te meer,
« om dat men bevondt, dat de driejaarige
„ Vryheid, fomtyds, ter kwaader trouwe,
„ van den Vader op den Zoon, en van den
„ eenen Zoon op den anderen, was over-
„ gebragt, en dat ook , fomtyds, meer
„ waaren waren ingeflaagen, dan een huis-
j, gezin behoefde. Men liet nogtans aan
„ Bürgerneefleren, de voorheen verleende
„ vryheden toe te flaan, aan zulke perfoo-
„ nen, die verfch uk Frankryk overkwa-
„ men." Voorts , werdt beraamd „ dat
„ de plaatfen der ftervende en vertrekken-
„ de predikanten niet wederom vervuld
jfn on. „ zouden worden." En eindelyk werdt be-
derfteüntflooten „ de Walfche Diaconie, in deezen
de Wal- „ kommerlyken tyd, met vyftigduizend gul-
fcheDia-^ dens, uit Stads Caiïe, te onderfteunen,
come* j, en haar, daar en boven, haar verfchot goed
„ te doen (u)."
De Raad De Regenten van 'tAalmoelTeniers-Wees- befluit, nujs vielen, in de Lente des volgenden jaars, faeft£gte°°k klaêli& by Burgemeefteren, over het Jeggen toeneemend getal der Weeskinderen, ter- op alle wyl de inkomften van het Huis waren ver- Wynen, niinderd, onder anderen, door het verbod wynenen van den invoer der FranjTcne Wynen, van
Azynen, welken zy een fluiver van 't Oxhoofd, voor ten be-' 't Huis, plagten te trekken; het miflen van hoeve welk inkomen, hun jaarlyks zevenduizend gul.
(») Rcfel. Yioedfch, Lt. T. 31 J«lj i«o. ƒ, i;o.
|
||||||
/
|
|||||||||||||||
XXI Boek. Geschiedenissen. i8i
Brandeten en Azynen gelegd mögt. wor- hüis_
den; gelvk kort hierna gefch.edde (»). •s Hemels zegen te verwerven over de wa-
penen van den Staat, en over den perfoon van zyne Groot-Britannifche Majefte.t;be- |
|||||||||||||||
,
|
|||||||||||||||
valen zesden April, dat dezelven, drie-
S? ter weeke, des ^SaHn
eehouden zouden worden, op Samrdag, in fe Nieuwe-, Zuider- en Amftelkerk op Maandag, in de Oude-, Weiter- et.Noor- |
|||||||||||||||
derkerkfen op Dingsdag, m de Oude- en
|
|||||||||||||||
NieDUeWeÄanatPeAd(^aal CornelU Trompt
overleedt, in deeze Stad, op der, negenen- tenant twintigften Maydeezes jaars,nadathy ,ee- CorneUs „™ t°d lang,gekwynd hadt.Zynlykwerdt,Trorap . den zyesdengJu^y, des »vond^ffchg* over.ydt. en tien uuren, met de gewoonlyke ttaatiie, ?ängS de Heeren-en Keizers graft, gedraa- «n en begeleid naar den Amftel, alwaar fen Tagt geïeed lag, waarmede het naar Delft gevierd werdt. 't Werdt, in de pude Ke keSaldaar, in het graf van des Zeeheld» Vader Maarten Harpertszocn Tromp, by- Jzefw Op den zeftienden Maa« de« rij MftU vtoedfch. f. V. s,*7 *"' '«»'■ f-*°-'!-
8 SS»« W& *-*•
1691, bl. in, W* --
|
|||||||||||||||
x8a AMSTERDAMS II. Deel.
169 i. voorJeeden jaars, hadden Bürgern eefter en
van Amfïerdam den overleeden , op zyn verzoek, toegedaan, eene Grafftede, op zy- ne kollen, in eene der Kerken deezer Stad, te mogen laaten ftigten, en Kerkmeefteren gemagtigd, om deswege met hem, met ken* nifle van hunne Edele Groot-Agtbaarheden, overeen te komen (y). Doch 't fchynt, dat hy, naderhand, veranderd is van gedagten, en verkoor en heeft, te Delft, begraaven te worden. Over- Sommigen hebben aangetekend, dat, in vloed dit jaar 1691, zo veel vifch gevangen werdt, vffch. ^ac een nonderd en negentig SchelvifTchen, aan de Vifchmarkt hier ter Stede , voor niet meer dan tien Huivers, verkogt wer- den (2). De Stads Jn de Lente des volgenden jaars, werdt, Compag- tot verligting van de bezwaarde geldmid- worden delen deezer Stede, geraaden gevonden, de op hon- zes Compagnien Stads foldaaten, tot op derdman honderd man ieder, in ryen en gelederen, •gebragt. te vermjncjeren Qay \ \Vas nogtans niet °2* zo veilig in de Stad, of daar viel, in 't mid-
den van den Zomer, vry wat baldaadigheids voor, voor 't Huis van den Lakenbereider van Gangel, tegen wien 't werkvolk was op- geftaan; waarin, 4oor eene ernflige Waar- fchuwing van den vierden July, voorzien werdt. Aardbee- Op den agttienden September, 's nade- rs- middags omtrent ten half drie uuren, ge- voel-
(y) Groot-Memor. N. VII. ƒ. «2+ verft.
(z.) Peyken Kyp Chron. van Hoorn, bl. t$6.
(a) JEUlbl. Vioedfcji. Z,», V. 7 Mtart 169z. f. »SU
|
||||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 183
voelde men hier te Lande, en in de nabuu- 1692. rige Geweften, eene aardbeevmg, die maar Uitwerk. omtrent twee minuuten duurde, en, gelyk^f doorgaands, by zeer flil weder, voorviel. h}er wc Hier ter Stede, werden alle de huizen en de Stede. zwaarfte gebouwen zelven , het Stadhuis niet uitgezonderd, heen en weder bewoo- een De Tan-Rooden Poorts-tooren fchud- de zo zigtbaar en flerk, dat men voor in- ftorten bedugt was. De Oude- en Zuider- Kerks-toorens werden ook zo*blyke yk heen en weder geüingerd, dat de fpeelklokken aan 't kleppen raakten. De fchepen m t Y en 't kleine vaartuig op den Amftel werden ook, op en neder, bewoogen met het wa. ter In de graften, welde het water van den grond opwaards, en in de huizen hoor- de men een gedruifch, als of al wat' er zwaars od de zolders ftondt, met geweld, heen en weder gefchooven werdt. Doch men ver. nam niet, dat 'er door deeze aardfchud- dins, eenige fchade gedaan was. Ook hiel- den alle de verfchynfels derzelve op, eer meninftaatware,om 'er bedaardelyk op te letten (fc). *:±±__1 nlc Am.Verfchil
Burgemeefteren van Amfterdam, als Am- wegens
bagtsheeren van Slooten, Slooterdyk, Us-hetregt$,
dorp en de Vrye Geer,in 't jaar 1656, Oc gebied troi hebbende verkreegen , om de over- over d. treeders der Plakaaten op het flaaunren bin -gj^ nen de gemelde Ambagtsheerlykheden, >s L6ands voor Schepenen aldaar te regt te doen ftel-piakw vw r len;tenop {h) COMMELIN, «. »«4. Euwp. Merc. ?»lj.Stpttmb.
,*. K «* . M 4 |
||||
/
|
|||||
1*4 AMSTERDAMS II.Deel;
1692. len; oordeelden, federt, dat zy, of hun
het flag- Schout van Slooten, daartoe alleen, ter eer- turven , fier aanleg, geregtigd waren. Doch Dyk- ^mb3ts graaf en Heemraaden van Rynland verfton- heeriyk- den, dat zy, van ouds gewettigd geweefl heden zynde, om kennis te neemen van het over- vanSloo-treeden derPlakaaten op het flagturven, zo sioote ver ^un rm& z,'s UIt^re^te Cc) > hiertoe, zo
dyk enz. we^ a*s de ^tad Amfterdam, geregtigd wa- beflegt. ren binnen de voorgemelde Ambagtsheer- lykheden, die onder den ring van Rynland behoorden, 't Gefchil werdt, onder willige Condemmtie van den Hoogen Raade, ver- bleeven aan de uitfpraak van Mr. Mattheus de Hertoge, Advokaat Fiskaal van Holland en Wefifriesland, die de Stad in 't ongelyk ftelde, en verftondt,, datDykgraaf en Heem- *, raaden van Rynland, zo wel als zy, ge- „ regtigd waren, om kennis te neemen van „ de overtreedingen op het Slagturven , j, binnen de gemelde Ambagtsheerlykhe« „ den." De uitfpraak werdt, den twee-en- twintigften Oclober deezes jaars, door den Hoogen Raade bekragtigd, en Burgemees- teren bevalen Schout en Geregten van Sloo- ten, Slooterdyk, Osdorp en deVrye Geer zig naar dezelve te gedraagen (d). Orde op Het regt van 't op en affcheepen der Bees- het op- ten hier ter Stede, al van den jaare 1539 derTees" a^» aan deHuiszitten aan de oude zy de ge- ten aan "geven zynde, en in 't jaar 1675, door de Zeeburg. Regenten van 't Oude-zyds-Huiszitterj huis, de
(«) Zie Handv. van Rynland, 1>L Jf.
ld) Handv. bl. 52j. |
|||||
XXL Boek. Geschiedenissen. 185
de herberg Zeeburg aan den Muiderdykzyn- tf^ de geftigt ( e ), by welke bekwaame gele- genheid was tot het opfcheepen der Bees- ten, die uit Gelderland , Friesland en O- veryffel herwaards gevoerd werden ; zo werdt, by myne Heeren van den Geregte, op den zesdenFebruary des jaars 1693 »ge- keurd „ dat de Beeilen, uit de gemelde „ Provinciën kamende, nergens anders dan „ aan Zeeburg zouden mogen worden op- „ gefcheept." En om de Schippers hiertoe te houden, werdt, op den agtentwintigften January des volgenden jaars, afgekondigd, „ dat zy, hier ter Stede, nooit vragt zou- „ den mogen aanneemen, of eenige beurt- „ bevaaren, en daarenboven vyfentwintig „ guldens verbeuren, zo dikwils alszyhun- „ ne beeilen niet aan Zeeburg, maar aan Ä jaap Hannes of elders, geloft hadden (ƒ)." En deeze orde was te noodiger, niet flegts om dat de Regenten van'tOudezyds-Huis- zktenhuis aan Zeeburg bekwaame gelegen- heid tot het opfcheepen der beeilen ge- maakt hadden; maar ook, federt eenige jaa- ren , gewoon waren, het regt van Opfchee- pinge aldaar teverpagten. In de Lutherfche Gemeente hier ter Ste-Twee-
de , was, federt eenige jaaren, geen kleine J?*1* in twifl ontitaan; om welken te beilegten, het theerfche gezag der Regeeringe vereifcht werdr. De Gemeen- Beftierders en eenige Leden verfchilden o-te hier ver 't regt tot de verkiezing van Ouderlin-terStede« gen
|
||||||||
(*) COMMELIW, hl, l6i, JJ7-
(f) Handv. */. 17J, x;6-
* J
|
||||||||
186* AMSTERDAMS II. Deel;
1693. gen en Diakenen , en over 't beftier der Kerkengoederen.Men hadt,van de eene en de andere zyde,verfcheiden' ontwerpen ge- maakt , tot onderlinge bevrediging der ge- moeden , die, in den aanvang des jaars 1683, Bürge- voor Burgemeefteren gebragt werden. En meefte- haare Edele Groot Agtbaarheden hadden, ren be- op Jen drie-entwintigften Tanuary des ce-
raamen 1 j • ?>/••• J. ö. een raid- melden jaars, twee Refolutien , by provi-
del, by fie, goedgekeurd en bekragtigd, die, op den
voor- eenendertigften December en op den zesden dien'b°m Januarv te vooren, in eene buitengewoone te leg-y Vergadering van Predikanten, Gedeputeer- den, den, of dienende Ouderlingen en afgegaa- ne Ouderlingen of Oud-Oudften, en dienende en OudDiakenen, genomen waren. Zy be- helsden „ 1. Dat elk, die Lidmaat was, „ en tot onderhoud der Kerke en armen iet „ begeerde te geeven, zynen naam en 't „ gene hy jaarlyks geeven wilde , in een ,, nieuw Kerkenboek, tekenen zou. 2. Dat „ elk, die tot de verkiezing van Ouderlin- „ gen en Diakenen begeerde te Hemmen, „ ten minde twintig guldens 's jaars, tot de „ bovengemelde einden, geeren moeft. 3. „ Dat, uit zulke Lidmaaten, jaarlyks, door „ den voorzittenden Predikant, ten over« „ flaan van de Predikanten, de gedeputeer- „ de Ouderlingen en de dienende Diake« „ neh, tien perfoonen geloot zouden wor* j, den, om, negens den Kerkenraad, de „ Ouderlingen en Diakenen te helpen ver- „ kiezen. 4. Dat zulken, die, boven de „ gemelde twintig guldens, nog tien Duca- „ tons 's jaars gaven, geregtigd zouden zyn, » om
|
|||||
lÉÉËËaKÈÊÈÊÈÊÈËIÊÊm
|
|||||
XXLBoek. Geschiedenissen. 187
„ om de Rekening der Kerken- en armen- ^9$. 2 middelen, jaarlyks, binnen eene maand na May, mede op te neemen,en naar te zien (g)." 't Scheen nogtans , dat deopfchud- ruft, door deeze fchikking, niet volkomen- ding in lyk herfteld werdt. Immers eenigen befton- ™ Ker* den, in Odober des gemelden jaars, openlyk, in de Kerke, uit te vaaren tegen den Predikant Theodorus Dominicus, en terwyl hy predikte: tegen welke baldaadigheid, Burgemeefteren eene ernftige waarfchuwing deeden leezen van de Predikftoelen, in beide de Kerken , (/ƒ). Men bleef nog, voornaamlyk , over twee punten, verfchillen: 1. wie voor Con- tribueerende Lidmaaten moeften gehouden worden ? en 2. of dezelven , hoofd voor hoofd, in de verkiezing van Ouderlingen en Diakenen, ftemmen zouden, dan of zulks, door een bekwaam getal uit dezelven, be- hoorde te gefchieden? Burgemeefteren von- den dan, in May des jaars 1684, geraaden, twee Advokaaten, Joan van den Broek en Joannes Ahbufius, te magtigen,om partyen te hooren, en ware 't mogelyk te bevredi- gen , of anders Burgemeefteren verflag te doen (i). De poogingen der twee Advo- kaaten vrugteloos zynde uitgevallen, ver- klaarde de Kerkenraad,dat zy de befliffing van 't gefchil gaarne aan Burgemeefteren verblyven wilden. Doch de misnoegde Le- den der Gemeente, omtrent zeftig in getal, konden hiertoe niet verftaan, fchoon 'er hun |
||||||||||
ne
|
||||||||||
fr) Groot-Memor. N. VII. ƒ. 7«.
(h) Groot Meinor. N. VII. ƒ. pi verf«.
|
||||||||||
(ij GiootMemox. N. VII. "ƒ. »oJ«
|
||||||||||
'■
|
|||||
i88 AMSTERDAMS II.DEEt;
1693. ne Gemagtigden in bewilligd hadden; en
fchoon zy zei ven verklaarden, hunne zaak te willen ftellen aan den Predikant Joannes Cole- rus alleen, die egter gefchroomd hadt, de be- flifling op zig te neemen; doch zyn gevoe- len wel wilde verklaaren, gelyk hy deedt. Maar hierin nam wederom de Kerkenraad geen genoegen. Burgemeefteren, verpligt om voor de ruft onder de Burgery te zor- gen , beflooten dan, op den agtften April des jaars 1685,partyen te doen aanzeggen, dat zy zig, ftil en vreedzaam,naar depro- vifioneele Refolutie van hunne Edele Groot- Agtbaarheden van den drie-entwintigften January des jaars 1683, zouden hebben te gedraagen, tot dat op de zaak nader be- flooten werdt (k). En dit nader befluit volg- de , op den tienden September des jaars fcu 1685. De provifioneele Refolutien van den meefte- drie-entwintigften January des jaars 1683 ren doen en van den agtften April des jaars 1685 eene ein- werden in eene volftrekte en eindelyke Re- uft'inraak ^olüüc hervormd 9 met deeze veranderingen over den alleenlyk „ I. dat zy, die in de verkiezing twift. „ van Ouderlingen en Diakenen begeerden „ te ftemmen, in de plaats van twintig, „ maar tien guldens 's jaars zouden behoe- „ ven tegeeven: en 2. dat, uit deeze Con- „ tribueerende Lidmaaten, in de plaats van „ tien, vyftien perfoonen zouden geloot „ worden, om 's daags na de looting de „ verkiezing van Ouderlingen en Diakenen »te
(O GiootMemoï. N. VII. ƒ. im verft.
|
|||||
XXI.Eoek. Geschiedenissen. 189
„ te helpen doen (/)." Maar 't bleek, eer- 1693»
lang, dat, ook in deeze fchikking, by allen, geen volkomen genoegen genomen werdt. Ook was 'er gefchil gereezen over eenige punten der Leere, 't welk de verwydering grooter maakte. De misnoegde Ledemaa- Eenige ten vervoegden zig, in 't jaar 1690, met vyf Leden vraagpunten, aan de Hooge Schooien vanvervo.e" Grypswalde, Tubingen en Gieffen, en aan ^n buf. de Predikanten van Frankfort, derzelver uit- tenland- fpraak daarop verzoekende.De meefte punten fche raakten de Leer. Doch in het laatfte, hadt^0^® men zaaken gebragt, die Burgemeefleren len alleen,en derzelver uitfpraak van den tien- Verklaa. den September des jaars 1685 betroffen: ring van waarom zy geenszins voor eenige uitneem- Bur&e" fche Regtbank behoorden gebragt te wor-™„ehig"r. den. Ook kreegen Burgemeefleren zo dra omtrent, geenekennis, dat zulks gefchied was, of zy bevalen , op den derden February des jaars 1691, dat men zig ftiptelyk zou heb- ben te houden aan de uitfpraak van den jaa- re 1685. „ Doch, zo 'er e enig verfchil vie- „ Ie over geloofspointen ter zaligheid, ver« „ klaarden zy, geenszins van meeninge te „ zyn, fig daer in te geven, maer het zelve • „ te zullen laten aen het oordeel der Synodens „ van de Augsburgfe ConfeJJie, hier te Lande ,, te houden {in)." Maar niettegenstaande het herhaald bevel van Burgemeefleren , duurde de onrufl in de Lutherfche Ge- meente , nog eenen geruimen tyd. Zy liep
(/) Groot-Memor. N. VII. ƒ. 130 virfos
lm) GiootMemot, N. VII. ƒ. zj?. |
||||
ïoo AMSTERDAMS II. Deel.
1693. liep zelfs zo hoog, dat 'er, op den twintig-
Moedwilften December des jaars 1693, des avonds omtrent by 't uitgaan derLutherfche nieuwe Kerke, Ouder- !fn f°?te hooP volks voor dezelve flaan
ling. bIee*>die zekeren Ouderling waarnam, den mantel affcheurde, en met fcheld woorden aanviel. Myne Heeren van den Geregte beloofden, federt, driehonderd guldens aan den aanbrenger van eenen der fchuldigen aan deezen moedwil, en gelyke fomme aan hem, die den Geregte van eenige nieuwe famenrotttinge kennis gaf (ri). De hevig- heid bedaarde nogtans, door den tyd, on- der de Lutherfchen, diezig, eerlang, on- derwierpen aan de fchikking van Burge- meefteren;fchoon dezelve niet veele jaaren agtervolgd geworden is. Menbe- Men bevondt, omtrent deezen tyd dat fluit, een de inkonaflen van den Burger - Krygs'raad WagtW .hier, ter ?tede weI vyftienduizend guldens geld te jaarlyks door de laften werden overtroffen leggen en dat de inkomften nog merkelyk Honden i°4ïnf ver™lnderd « worden , doordien Bürge- in. reelleren, onlangs , veele Regenten van 1694. Godshuizen en anderen wagt-vry hadden ** verklaard. Burgemeefteren en Colonellen kwamen , derhalven , overeen, om het Wagtgeld fcherper in te vorderen dan tot hiertoe gefchied was, en, ten opzigte van zulken, die, wegens hunne gezindheid of ongefteldheid, van de moeite, die aan 't waaken, drillen, optrekken enz. vafï was, vry gehouden werden, te verhoogen: en , daar« (n) Keutb. Q; ƒ. *je.
|
|||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 191
daarenboven een wagtgeld te leggen op al- 1694.
Ie onbewoonde pakhuizen, die omtrent zes- honderd in getal waren, en met eikanderen, naar men rekende , omtrent agtenveertig honderd guldens zouden können opbrengen. Van 't een en 't.ander werdt een opflel ge- maakt, welk, den eerften May des jaars 1694» gedagtekend was (o> Burgemeefteren beflooten, in dit zelfde Beter-
jaar, hier ter Stede, aan de Schans by de**l°tp* Weteringspoort, een nieuw Beterhuis op te 8 • tegten, en tot Kafteleinen en Betermeefters aan te ftellen Maximiliaan Augufiïnus Schoor- man en Cornelis Berghman tVuytiers (p) , die, wat laater, door myne Heeren van den Geregte, gemagtigd werden, om kwaad- aartigen, die aan hunne hoede werden aan- vertrouwd, des noods, met geweiden ban- den , te bedwingen (q). I De aanhoudende oorlog en andere laden De Raad
haddenzo groot een verval veroorzaakt m neemt den Haat der geldmiddelen van de Söjd, SJJ-JJJ dat de Raad,reeds in September de3voor-verbete. leeden jaars, op den voorflag van Bürge-ring van meefteren, beflooten hadt „ 1. den onder-den ftaac „ ftand aan de Franfche vlugtelingen, be^Sde* „ halve 't gene aan de gevlugte Predikanten geidmicU » gegeven werdt, te bepaalen op vieren-delen.
' twintigduizend guldens 's jaars , en de °nder* „ onderftand trekkende Predikanten te laa- J^^JJJ „ ten uitflerven. 2. de zes Stads Compag- fche „ nien,op zulk eenen tyd als Burgemeefte-vlugte* » ren
(#) Handy, hl. ifi«.
(p) Groor-Memor. K. VII. ƒ. 8« *#7».
(p Handv. bl. loji.
|
||||
ipa AMSTERDAMS ILÜEEt.
16*94. j» ren zu'ks zouden geraaden vinden , te
lingen » verminderen op zeftig koppen,teweeten vermin« » agtenveertig in ryen en gelederen, drie «ierd. „ Officiers, met derzel ver jongens, ook drie „ in getal, drie Serjanten, en drie Trom- ,, flaagers. En , 3. het Lantaarngeld te >, flellen op een zeftiende van de Verpon« „ dinge der huizen; het emmer- en ftraat- 3, geld op een twee-endertigfte,enhet om- „ leiden en zuiveren der wateren ook op „ een twee - endertigfte, door Huurder en „ Verhuurder, ieder voor de helft, te be- „ taaien (r)." Doch de Walfche Gemeen- te klaagde zo zeer over haare drukkende armoede, dat de vierentwintigduizend gul- dens, die haar, by de gemelde Refolutie, waren toegelegd, voor het eerfte jaar al- leen , met zesduizend guldens verhoogd wer- 16^. den (j). In de Lente des jaars 1695, ver- nieuwde de gemelde Gemeente haare klag- ten, en Bürgemeefteren en Raaden lieten zig beweegen, om haar, nog voor dat jaar, den buitengewoonen onderfland van zesdui- zend guldens toe te Haan (*). Ontwerp De Heer Hille, Commandeur der Stad OIIrfch Huift, verzogt, in O&ober des jaars 1695, water in O&roi om op zyne koften verfch water in de Stad Amfterdam te mogen brengen, en wegens te bren- 't gebruik van het zelve, zig met de brou- ten. wers te m0gen verdraagen. Van Stads wege, werdt gereedelyk in dit verzoek be willigd(w). (r) Refol. Vroedrch. /.*. W. 14 Sept. KS53. ƒ. 224.
(s) Refol. Vroedfch. L". W. \$ Jan. 169*. f. 26i. (t) Refol. Vroedfch. U.U. 17 ^A\>ril i«$j.'ƒ. 204, {«) Refol. Vroedfch. Ir. X. 19 ott, u9i, f, nu |
|||||
■
|
|||||
XXI.Boek. Geschiedenissen. 195
Doch ik vind niet, dat het ontwerp van 1695;
den Heer Hille ter uitvoeringe gebragt is, Burgemeefteren, kennis gekreegen heb- De Re~
bende, dat eenige by zonder e Steden, Lo-§eerInS teryen hebbende opgeregt, tot verzekering ^lt^lm J , lij 1 • óeent'r*
der mleggeren, voorhadden, eene rekening kening
te verzoeken in de WifTelbank deezer Stad; in de vonden geraaden,te beveelen, dat aan nie- Wiflèl- mant, voor naderen laft, eene rekening, VgHee- tot zulk een einde, zou worden toegedaan. nen t ten Zy zagen het opregten van zo veele Lote-behoev« ryen aan als fchandelyk voor het Land in 'tder Lotft* gemeen , en als fchadelyk voor 't Landrbyyez"^. en de ingezetenen beide; en wilden 't, hier re ste- om, op geenerlei wyze, aanmoedigen. Aan den. de Stad Rampen, die eene rekening in de WifTelbank verzogt, was uitftellönd ant- woord ; doch aan de Stad Haarlem, die ge* lyk verzoek deedt , eenige hoop gegeven. Ook beflooten Burgemeefteren en Raad, fe- dert , aan geene Stad, tot het gemelde einde, eene rekening toe te Haan, uitgenomen aan de Stad Haarlem, mids dezelve buiten de ge- woonlyke boeken der Bank gehouden werdt, % en de Stad niet aanfpraakelyk ware,zo van
de penningen iet, door ontrouw of anders- zins , mögt worden vermift. Ook begeerde 't Ge- inen geene rekening toe te ftaan, voor dat fcniedt de Lotery vol ware O) Doch die van Haar-"°gtb*"s» lem, hunne Lotery hebbende uitgefchree- zondere ven, onder voorwaarde, dat hun eene ge-redenen, woonlyke rekening zou vergund worden,!an,de |
|||||||||
^-Haarte]
|
|||||||||
(w) Refol. Vroedfch. Lr.X. 3 Dec. 169 j, ƒ. 3jy.
VI. Stuk. N
|
|||||||||
—--------------------------- ■■
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
'194 AMSTERDAMS Gesch. IL DeeI.
•ïóg?, ftonden 'er ernflelyk op, by Burgemeefte-
ren van Amfterdam, zig verbindende, om de beleefdheid, die hun, in dit opzigt,be« weezen zou worden, by voorvallende gele- genheden, te zullen erkennen, ende Boek- houders van de Wiflelbank, daarenboven , behoorlyk te zullen loonen, voor derzelver |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
moeite. De belofte van erkentenifle, en de
nabuurfchap der Stad woog zo veel by Bur- gemeefteren en Raaden, dat men, einde- lyk, befloot, aan Haarlem eene gewoon- lyke Rekening in de Wiflelbank toe te itaan O). ,nyL (*>) RefoJ. Vroedfch. Lr. X. 3 Jan. 1696. f. 346. q
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
■BPUBPIB"«U.P», .1 «^•mww'* «~ww""
|
|||||||||||||||||
*9S
TWEEDE D E, E L. GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
|
|||||||||||||||||
TWEE-ENTWINTIGSTE BOEK,
■
Amsterdams Geschiedenissen,
van het jaar 1696, M op de Utrecht-
|
|||||||||||||||||
/che Frede in *t jaar 1713.
|
|||||||||||||||||
1
|
den aanvang des jaars '1696, ontftondt, Gewei*
te Amflerdam, een algemeen misnoe- dige op* |
||||||||||||||||
gen onder de geringfte ingezetenen, wejklterStedeh
binnen weinige weeken, tot hevige daade- l6^ lykheden uitborft, die gevaarlyke gevolgen gehad zouden hebben, zo de voorzigtigheid der Wethouderfchap en de moed der Bur- gerye den oproer niet, in de eerfte begin- felen , gefluit hadt. De oorfprong en uit- komft deezes werks ftaat ons hier, met de vereifchté omftandigheid en naauwkeurig* heiijU te vernaaien. De Staaten van Holland hadden,om eenAanlef-
gedeelte van de zwaare kollen des tegen* ^«JJ* woordigen oorlogs te vinden, onlangs, eene ven. . " belafting gelegd op het trouwen en begraa- ven, waarvan het eerfte ontwerp gemaakt was-, door den Engelfchen Agent te Am» iterdatn a den Heer Jozef Ke'rby, wien , N 2 hier-
|
|||||||||||||||||
:io6 AMSTERDAMS II.Deel.
i6$6. hiervoor, eerlang, een jaargeld van vyftien-
honderd guldens, geduurende zyn leeven, Keur op werdt toegelegd (a). De Heeren van den het be- Geregte, hier ter Stede, de Gemeente in graaven. ftaat wjnencje Hellen, om het regt op 'tbe- graaven te gemakkelyker te voldoen, be- Üooten, de pragt in de begraafeniflen, die van tyd tot tyd toegenomen was, te bepaa- len, by eene Keure van den tienden Janua- ry des jaars i6o6,waarby ook het bedienen der begraafeniffen, hier aanfpreeken genaamd, en het draagen der lyken en lantaarnen, tot ampten gemaakt werden, die , voortaan, • door Burgemeefteren, Honden begeeven te worden. De Keur beftondt uit vier en veertig Leden , welker voornaamften hierop uit- ïnhoud kwamen: „ Niemant mögt eenige Lyk- of derzelve. Jf Lantaarndraagers ofAanfpreekers, buiten „ de aangellelden, gebruiken, op zekere „ boete, door de aanftellers en aangeftel- „ den, ten behoeve van deAalmoefleniers- „ armen, te verbeuren. De Magiflraatsper- „ foonen, CommiflarifTen^PenfionarifTenen „ SecretarifTen mogten hunne lyken, en die „ van hunnen huize, door de Stads Boden, „ laaten draagen of uitvoeren. De Gilde- „ broeders zouden de Gildeknegts totAan- „ fpreekers en hunne medebroeders tot draa- „ gers mogen gebruiken. En de Jooden „ werden van deeze Keure uitgezonderd. „ Zulken, die Aften ter Secretarye voor „ den armen verzogten , zouden zïg "van „ geene Aanfpreekers behoeven tebedie* „nen,
(f) Rcfül. Holl. 9 Oti,t>. Iöj>9. hl, 1114.
|
|||||
,'
|
|||||
I
|
||||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 197
„ nen, en de lyken van buuren mogen laa- \6g&.
3, ten draagen. Aan 't lykgevolg zou, na
„ de begraafenis, geen wyn mogen ge-
„ fchonken worden, op eene boete van zes-
„ honderd guldens. Ook zouden, op ge-
„ lyke boete, geeneongehuwde perfoonen,
9i met jongmans nevens het kleed, mogen
„ worden begraaven. De Aanfprèekers,
„ Lyk- en Lantaarndraagers zouden in 't
„ zwart gekleed moeten zyn, met mantels,
3, beffen, lamfers van ééne lengte, en hand-
„ fchoenea. De Lantaarndraagers alleen
„ zouden geene mantels behoeven aan te
„ hebben. De Aanfprèekers , derzelver
„ Hoofdluiden, die twaalf in getal waren,
3, en de Lyk- en Lantaarndraagers zouden
a, geene lamfers of handfchoenen, by ver-
„ eeringe, mogen aanneemen.De draagers
„ zouden, een uur voor 't uitdraagen van
„ 't lyk, voor 't flerf huis moeten verfchy-
„ nen, en diar, door de Hoofdluiden, op-
„ gelezen worden, die, in de plaats der af-
„ wezenden, terftond, anderen zouden ont-
„ bieden, ten welken einde zig, altoos, tien
„ draagers, 's middags van een tot drie, en
„ 's avonds van agt tot negen uuren, aan
a, 't Comptoir der CommüTarifTen, die vier
„ in getal waren, bevinden moeiten. Die
„ te laat kwamen verbeurden zekere boete;
„ die weg bleeven, voor de eerfte reize,
„ vyfentwintig guldens, en voor de tweede
3, reize, hun ampt. De draagers mogten,
„ na de begraafenis, niet wederom in 't
„ flerf huis komen. Zo een van de genoem-
}f de Amptenaars dronken ter begraafeniile
N 3 „ kwa-
|
||||||
[
|
||||||
*
fo8 AMSTERDAMS II. Djeei.
ï6o<5. »» kwame, verbeurde hy zekere boete.
„ Ook mogten zy, aan 't fterf huis, geene „ fpys of drank vorderen, of aanneemen. „ Op beledigingen onder dezelven , met „ woorden of daaden, was ook zekere boe- „ te gefield. De Aanfpreekers moeden, „ zo lang 't lyk boven aarde fïondt, op ze- „ ker uur, aan 't fterfhuis komen; de be- „ wooners van het zelve beleefdelyk beje- „ genen, en niet vertrekken, dan na ver- „ kreegen verlof. De Hoofdluiden, Aan- „ fpreekers, Lyk- en Lantaarndraagers zou- „ den, elke foort afzonderlyk, in ééne beurs „ werken. De CommhTariflen zouden, da- „ gelyks, in hun Comptoir vergaderen, en n zorg draagen, dat de gevorderde Aan- „ fpreekers en draagers, door de Hoofd] ui« „ den, aan de fterf huizen gezonden wer- „ den. Voorts, zouden de CommifTarifren „ het loon der Hoofdluiden, Aarifpreekeren „ en Draageren doen invorderen, door ie- „ der Hoofdman, die de begraafenis be- „ diend hadt, en daarvan twee en een half „ ten honderd korten , ten behoeve der „ Hoofdluiden in 't gemeen. JX'og zou van „ het gemelde loon vier ten honderd, ten ^ behoeve der AalmoefTeniers-armen, wor- „ den ingehouden, door CommiirarifTen, „ die ook voor het naarkomen deezerKeu- „ re zouden zorg draagen, en om de zes „ maanden, nieuwe lamfers en handfchoe- „ nen aan de Hoofd luiden, Aanfpreekers en „ Draagers uitdeelen, 't beloop daarvan in- 5, houdende van derzelver weekloon: ook ?, zorg draagen, dat zy van behoorlyke „ man-
|
||||
XXILBoek. Geschiedenissen. 190
mantels voorzien waren. Die Commis- 16*96-
|
|||||||||
3»
|
fariflen kwalyk bejegende verbeurde ze-
|
||||||||
j, kere boete, of,als 't voor de vierde rei«
„ ze gefchiedde , zyn ampt. Commifïaris- „ fen genobten, met hun vieren, een gul- „ den van ieder Lyk, die van 't loon der „ Lyk- en Lantaarndraageren afgehouden „ werdt. De Hoofdluiden moeiten, op „ den dag der begraafenifTe of uitvaart, aan „ 't fterf huis, en dagelyks, aan 't Comp- „ toir der CommifTariiïen verfchynen, der- „ zelver bevelen naarkomen , en van de „ misflagen der mindere beampten aante- ,, kening houden, alles op zekere boete. „ Ook moeften de Aanfpreekers en Draa- „ gers de Hoofdluiden, op zekere boete, „ niet kwalyk bejegenen. Die boete wei- „ gerde zou , door CommifTarhTen, voor „ Schepenen Extraordinaris gedagvaard, „ en de zaak op de Keurrolle gebragt wor- „ den." Wyders, was, aan 't einde der Keure, eenelyft gevoegd van de loonen der Aanfpreekeren, Hoofdluiden, Lyk-en Lan- taarndraageren , die meerder of minder wa- ren, naar dat een lyk in de Kerk, of op een Kerkhof, en laater of vroeger, begraaven werdt. Men las , eindelyk , aan 't einde deezer Lylle, dat de Keur met den eenen- dertigften January, zynde een Dingsdag, ingaan zou (b). Doch eer zy nog afgekondigd ware, en Misnoe-
vooral kort na de afkondiging, ontftondt 'er &en ,on" een heimelyk gemor onder't gemeen, meeft germeen Ver- overdee-
(t; Kcurb. L*. R, ƒ. 61. zeKeuïe. N 4
|
|||||||||
*
|
|||||||||
2oo AMSTERDAMS IL Deel;
%6q6. verwekt door zulke Aanfpreekers, die, door
de aanftelling van een bepaald getal, van hun beroep ftonden verfteken te worden; en door derzelver vrouwen , zynde deeze Kunne veeltyds gewoon, in geval van bur- gerlyk misnoegen , het hooge woord te voeren, 't Was veelen Aanfpreekeren verre uit de gisfing gegaan , dat het getal der beampten van hunne foorte flegts op zesen- dertig bepaald was, hebbende zy flaat ge- maakt, om allen indienft te blyven, en uit te fterven. Ook hadden zy , met talmen en klaagen, zo veel uitgewerkt, dat 'er, in plaats van zesendertig, twee-enzeventig N Aanfpreekers waren aangefteld, en dat het getal der Lyk- en Lantaarndraageren ook merkelyk vermeerderd geworden was. Doch onaangezien deeze vermeerdering, bleeven 'er nog veelen ontzet van hun beroep. En deezen ontzagen zig niet, den Heeren, aan derzelver huizen, en zelfs op ftraat, aan te loopen en laftig te vallen, ftoutmoediglyk vorderende, dat eene Keur, die hun zo na- deeligwas, mögt worden ingetrokken. Zy leverden zelfs Verzoekfchriften in aanBur- gemeefteren, die, zo men geloofd heeft, reeds beflooten hadden, of op 't punt waren om te belluiten, dat elk,die ooit Aanfpree- ker geweeffc was, by A&e van hunne Edele Groot - Agtbaarheden , zou worden aange- fteld ; toen de oproerigheid zo zeer het hoofd opftak, dat zy met geen toegéeven en zagtheid meer te bedwingen was. Neemt Naar gelang, dat de tyd van het ingaan fterk toe, der Keure naderde, werdt het misnoegen v al-
|
||||
XXïI.Boek. Geschiedenissen. 201
algemeener. Veelen der aangeftelde Aan- 1696,
fpreekeren zelven waren te onvrede, omnaaIge, dat zy, volgens het zesentwintigfteLid deriang,dat Keure, in ééne beurs werken moeften (c), de tyd alzo zy, die voorheen veel werks gehad yan het hadden, nu met de minft bekwaamen enldne^aan minft begunftigden gelyk gefield werden. Keure Men blies der kleine Gemeente in „ dat nadert. „de Keur de geringen meeft drukte, die, „ om Gods wille, als bedelaars, zouden „ moeten komen bidden, om naar hunnen „ zin te mogen begraaven worden; terwyl „ de ryken, voor hun geld, nog eene eer- j, lyke begraafenis zouden können krygen." En dit zag op het zesde Lid der Keure, waarby belaft werdt, dat de onvermogenden een lyk door buuren of anderen zouden mo- gen laaten draagen, en geene Aanfpreekers behoeven te gebruiken, mids zy eene Aftc voor de Armen ter Secretarye lieten haaien. Doch men hadt hier valfchelyk en kwaad- aartiglyk bygehangen, dat de armen, in eene flegte witte kift, met Stads wapen befchil- derd, naar 't Kerkhof zouden worden ge- bragt; 't welk groote verbittering verwekt hadt onder't gemeen, dat doorgaands onbe- kwaam of ongezind is, om met eigen oogen te zien, wat hun van de Overheid bevolen wordt. Onder luiden van meerder vermo- gen, werdt de Keur of voor- of tegenge- sproken, naar dat elk gezind was. Men vondt 'er, die dezelve preezen, vooral om dat 'er 't loon der Aanfpreekeren en Draa- gt , (e) Groot-Mcraor. Jt. VIII. ƒ. ut verf*,
N5
|
||||
tod AMSTERDAMS II. Deel.
1606. geren, dat dikwils veel te hoog plagt te
loopen, by bepaald was. Maar anderen dagten, dat het hard viel, zig te moeten te vrede houden met Aanfpreekers en Draa- gers, door de CommifTariflen en Hoofdlui- den aangefteld; daar rrenze,te vooren, naar zynen zin , hadt mogen verkiezen. Ook meenden veelen, dat het Loon der Kerk- hof-lyken te hoog<gefteld was.- 't Gerügt was zelfs algemeen, dat de Keur nog, in ver- fcheiden' opzigten, ftondt verzagten veran- derd te worden. Een der Ondertuflchen, naderde de tyd van het Hoofd- ingaan der Keure.- De CommifTariflen, van d" Hoofdluiden , Aanfpreekers en Draagers Aan- waren aangefteld. De CommifTariflen na- fpreekers men, den agtentwintigflen January, zitting wordt jn hun Comptoir, welk in een vertrek van rancP" 'l Aalmoefleniershuis geplaatfl was (d). De van 't Hoofdluiden vergaderden aldaar, insgelyks; graauw. doch een derzelven werdt, regt voor't Aal- moefleniershuis, aangerand van 't graauw, en genoodzaakt, zig met de vlugt te redden. De volgende dag, zynde Zondag, werdt met genoegzaame ftilte doorgebragt. 't Vuur der oproerigheid fmeulde nog; doch behoefde flegts wat fterker te worden aangeblaazen, 'tGraauw om ligter laage te ontvlammem. 's Maan- fcheldt dags, den dertigften, vloeide veel volks Hoeren. van a^er^e^e foorte byeen op den Dam, eeni- gen van welken de afgaande Burgemeefle- ren, ftoutelyk, om 't lyf vloogen; morren- de en fcheldende onder de oogen zagen, en, zo
(d) Groot-Me mor. N. VIII. ƒ. rfz wr/ï.
|
||||
XXILBoek. Geschiedenissen. 203
zo fommigen verzekerd hebben, met vui- %&&,
ligheid naar 't hoofd wierpen. De Hoofd- luiden en Draagers, die wederom aan'tAal- moeiTeniershuis gekomen waren, om te ver- neemen, welke Lyken zy, den volgenden dag, zouden moeten bedienen, werden van 't graauw, welk aldaar ook in groote me- nigte famengeloopen was, befchimpt, by de mantels getrokken, en met drek gefmeeten: al 't welke voorfpelde, dat het, 's anderen- daags , wanneer de Keur ftondt in te gaan, niet gemakkelyk afloop en zou. Burgemeefteren/t gevaar van oproer wil- De Stads
lende voorkomen, gaven, nog dien zelfden foldaaten avond, bevel, dat de Stads foldaaten, te-*°JJjf_nia |
||||||||||
t ge-
weer. |
||||||||||
gen den volgenden ogtend, in de wapenen
|
||||||||||
zouden komen, en zig ftellen, ten deele
aan de Hoofdwagt, voor de Waage op den Dam, ten deele voor 't AalmoefTeniershuis> en voor de voornaamfte poorten , om den toeloop van buiten te weeren. Ook werdt eeneWaarfchuwing opgefteld, om 's ande- rendaags te worden afgekondigd, waarby alle oproerigheid, fcherpelyk , verbooden werdt. Met het aanbreeken van den volgenden't Welk
dag, zynde Dingsdag, den eenendertigdenfommi- January, ftondt de Stads bezetting gefchaardj^jj p^y* op haare byzondere poften. Veelen preezen deren de voorzorg van Burgemeefteren, en hiel- veroor- denze noodig, om de gevreesde beroerte deden. te fmooren in de geboorte. Doch anderen fchortten 'er den neus over op. 't Optrekken der foldaaten zou} zeidenze, te veel volks lok- ken naar de loopplaatfen, en 't gevaar van op- roer |
||||||||||
■
|
||||
3o4 AMSTERDAMS IL Deel.
1606. roer doen toeneemen. Eenigen fchroomden
niet, te zeggen „ dat men der Burgerye „ eene haatelyke Keur, door geweld van j, Krygsvolk, zogt te overdringen, 't welk „ geenen regtfchaapen voorftanderen der „ vryheid, gelyk de Amfterdammers waren, Vermoe»,, te gedoogen ftondt." De wy ven roerden, den, dat meer dan de mannen, denmond,enfommi- de °P" gen hebben voorwaarfchynlyk gehouden, dat gefiookt ^enigen derzelven, heimelyk, waren opge- is, om hitft door zulken, die, uit deeze beweegin- verande- gen, eene buitengewoone verandering in de dè a* Regeering verhoopten, waarby zy hunne re- geering kening meenden te zullen können vinden, te wege Doch hiervan is my niets met zekerheid ge- te bren- bleeken. Vaft gaat, dat, ter gelegenheid gen* eener geweldige beroerte te Rotterdam, nog voor weinige jaar en, aldaar, eene ongewoo- ne verandering in de Regeering gemaakt was (e). Ook plakte men, nog deezen zelfden dag, briefjes aan 't Stadhuis, waar- by het zelve te huur gezet werdt, om ter- itond te können betrokken worden: 't welk niet donkerlyk ontdekte een' toeleg, om de Regeering, die, op en na den eerften Fe- bruary, naar gewoonte, ftondt veranderd te worden, wars te maaken van 't bewind: 't gene nogtans niet gevolgd is. oproeri- 's Morgens vroeg, rotte het graauw te ge fa- boop, in de Noorder-en Nieuwe Looijers- dngenC" ^raat en daaromtrent, alwaar veele wee- door de vers woonden. De kreet was algemeen, gantfche dat 'er, dien dag, geen weever op zyn getouw
Stad. gfc. (e) Zh Vaderl. Hlft. XVI. Ditlt il. iu ent.
|
||||
.#
|
|||||
XXlI.BoEK. Geschiedenissen. 205
zitten zou. Men trok, aan hoopen, naarde 169&
plaatfen, daar de foldaaten {tonden , mee naame naar den Dam, die ten negen uuren reeds zo vol volks was,dat de Heeren,be- zwaarlyk, door den drang der menigte, op 't Stadhuis komen konden. De gantfche Stad raakte, in korten tyd , vol gewoels. 't Slegtfle graauw 9 en daaronder veele vreemde bootsgezellen, die met den win- ter aan land gebleeven waren > fchoolde, . uit alle hoeken, famen. 't Vrouwvolk en xle jongens waren met puthaaken , luiwa« gens, heibezems en diergelyk gereedfehap gewapend. Eenigen droegen vendels van fchorteldoeken, aan ftokken gebonden: an- deren biervaten en botertonnen voor trom- mels, waarop zy, met telhouten, den op- togt floegen , en eene geweldige menigte agter zig fleepten. Alomme door de Stad, Schim- en zelfs voor 't Stadhuis en voor 't Aal- Pen^f moefleniershuis, vertoonde men fpottelyke^ftïaï* Lykftaatiien, om de Keure en de maakers derzelve te befchimpen. Men lei een' ka- rel in eene fchaaf bank, en droegze de Stad door , onder een ichamper gejuil en ge- fchreeuw der menigte, die, door zulke ver- tooningen uitgelokt, alomme, de ftraaten vulde. In deezen ftand der dingen, vonden Bur- Bürge,
gemeefteren geraaden, de beraamde waar- meefte- ichuwing tegen oproerigheid niet af te kon-*en digen. Zy deeden, in tegendeel, na 't lui- 5e Keur* den der Stads klok, door een' Secretaris, voor ^l den volke voorleezen , dat de Keur op 't weeken, begraaven, die dien dag ftondt in te gaan,°P- nog
|
|||||
"•
|
|||||||||||
io6 AMSTERDAMS II. Deel;
X696. nog voor zes weeken, opgefchort werdt. Zy beoogden, ongetwyfeld, der woeftheid een weinig fpeelens te geeven, en onder- tuflchen tyd te winnen, om 't gemeen tot bedaaren te brengen, waarna het hun ge- makkelyker vallen moeft, de Keur te doen naarkomen. Doch hunne toegeevendheid 'tGraauw nadt eene verkeerde uitwerking, 't Graauw ftreeft werdt 'er flouter.op. Een ongebonde hoop, naar 't van over de Nieuwe Markt, uit de Jonker- Ênier°seS"en Ridderftraaten, byeen gerukt, kwam, jlu,s> ' met ftokken en handfpaaken gewapend , door de Warmoesflraat, op den Dam,juifl toen $e opfchorting der Keure afgekondigd werdt. Scraks ging 'er gejuich op, onder de woefte menigte. De vendels, fchortel- doeken en neusdoeken werden om 't hoofd gezwaaid, 't Graauw trok het Stadhuis door en weder door, en voorts, door de Kalverflraat, ten deele naar 't Huis van |
|||||||||||
U ü
|
Burgemeefter Jacob Borpel, op de Heeren-
|
||||||||||
graft by de Leidfche ftraat, ten deele naar
't Aalmoéffeniers-huis; daar de baldaadig- heid het eerlt haare rol fpeelde. De Midlerwyl, was de Vroedfchap byeen Vroed- gekomen op 't Stadhuis, daar Burgemees-
itait£e>-C"teren'' naar kenrus gaven van 't opfchorten
weid met der Keure, en van de opfchudding voor 't
geweld huis van den Heere Boreel; haar wyders
te kee- voorhoudende, of 't niet geraaden ware ,
ren* nevens de Stads foldaaten, ook de Burgery
in dé wapenen te brengen, en den Kapitel-
nen van beide laft te geeven, om., zo zy
door 't graauw werden aangevallen, op het
zelve, tot hunne verdediging, met fcherp te
|
|||||||||||
fchie«
|
|||||||||||
—----------
|
||||||
XXILBoek. Geschiedenissen. 207
fchieten : waartoe , terftond , beflooten 1696+
werdt (ƒ). Voor 't Aalmoezeniers - huis, De fol- ftonden de foldaaten, gekeerd ten deele «jjj^ naar de Leidfche graft, ten deele naar devanvoot Leidfche flraat, om de CommifTariffen en'tAal- Hoofdluiden tegen de aandringende menig- moefle^ te te dekken. De hoop was zo dra niet ™^shu[8 vermeerderd, door 't gefpuis dat van den^rec Dam kwam,en tyding bragtvan'topfchor- ten der Keure, of men viel met fleenen aan op de foldaaten , aangemoedigd door een vrouwmenfch, dat een hoepel om 't lyf en een ftok op de fchouder hadt, onder 'troe- pen van val aan, val aan! ßa dood die hon- den, fla dood! Een fchielyke fchrik ver- fpreidde zig door de naafte buurten, daar venfiers en deuren, met groote verbaasd- heid , werden toegeklapt. De foldaaten H verduurden de hagelbui van fleenen, om- trent een halfuur lang, zonder te wyken, of zig te verweeren, toen 'er bevel gege- ven werdt, om aan te leggen, na dat men zulken, die, zonder kwaad oogmerk, der- waards gekomen waren, gewaarfchuwd hadt, om zig voor het dreigend gevaar te hoeden. Door den eerften fchoot, die vermoedelyk met loos kruid gefchied was,werdtniemant gekwetft. 't Graauw, toen ftouter gewor- den , dringt tegen 't geweer der foldaaten in, maakt 'er zig meefler van, en dryftden kleinften hoop van de twee opdevlugt,ten deele naar 't Aalmoeffeniers-huis, ten deele naar de Leidfche poort, welker deuren ge- floo-
(fi RefoL. Vjoeifctu 1*. X. 31 ?*«. iöq*./. 349.
|
||||||
♦ *
|
|||||||
-
|
|||||||
2o8 AMSTERDAMS II. Deel*
róotf. flooten werden. De andere hoop foldaaten,
die ook met fteenen, van wederzyde, en zelfs van den overkant der Prinfen - graft, aangevallen werdt , fchoot met fcherp , waardoor eenjge oproerigen gedood , of gekwetft werden: 't welk ook het lot was van eenige nieuwsgierigen, die, in groote menigte, aan de overzyde (tonden. Doch de woede wies aan, in plaats van te ver- minderen. De glazen van 't Aalmoefïeniers- huis werden uitgefmeeten. Men flormde op de deuren. De foldaaten werden, ein- delyk, allen verdreeven. Ëenigen, die de Leidfche poort hadden ingenomen , floo- ten , eerlang, door tufTchenfpraak van ze- keren karel, eene fbort van een itilftand van wapenen met de oproerigen. IletHuis 'c Graauw, nu geenen tegenftand meer van Bur- ontmoetende, ftreefde naar 't huis van den gemees- Heere Boreel, daar men reeds , met het te^Bo" uitwerpen der glazen en 't bonzen op de wordt deuren, begonnen was. De domme hoop aange- hieldt deezen Heer, ten onregte, voor den vallen, maaker der Keure,om dat zyn naam onder dezelve gefpeld werdt, alzo zy ten zynen overftaan was afgekondigd. Ook was zy, door zynen Zoon, den Secretaris Bahhazar Boreel, in deeze hoedanigheid, onderte- kend. Eenigen uit het graauw waren reeds in 't huis des Burgemeefters geweefl , en hadden eenen aanvang met pionderen ge- maakt. Doch men hadt hen, met zagte Kapitein woorden , doen vertrekken. Wat laater Spaar- was Kapitein Joan Spaaroog, met zyne Com- zoekt pagnie, van den Dam derwaards getrok- ' ken, |
|||||||
XXlLBoEK. Geschiedenissen. 209
ken, om verder geweld te fluiten: en vin- 1696. dende aldaar niet alleen veel liegt volk, vergeefSf ■msarnok een groot getal van meuwsgieri- het ™«& toferye^, hieldt hy hun^auw allen voor „ hoe 't hun pligt ware, elk^^ „ zynswegs te gaan; te meer, naardjenbrengcn, Burgemeefteren de goedheid gehad had- den van de gehaatte Keure in te trekken, met meer andere redenen, gekkende om 't gemeen te doen bedaaren. Doch de ftout- ften uit den hoop druifchten hiertegen aan, roepende, dat men hen bedroog, en doende, op nieuws, een hagelbui van fteenen af- vliegen op het huis en op de foldaaten. On- der't graauw , werdt , vermoedelyk met een kwaadaartig oogmerk, verfpreid, dat drie van den hoop in 's Burgemeefters huis in hegtenis gehouden werden, ün dit ge- niet deedt de woede wakkeren. Men vor- derde de gevangenen te rug, en het zig door de herhaalde verzekeringen , dat er niemant in 't huis vaftgehouden werdt, geenszins te vrede ftellen. Spaaroog beval, Sndelyk, zyne manfehap, aan te leggen, en waarfchuwde de menigte voor t laatft, dat ZY zig ftil naar huis begeeven zou, of dat hv anders genoodzaakt zou zyn , ge- weld te gebruiken. Doch woorden, en een Tchoot met loos kruid die 'er op volgde, hielpen niet. Hy deedt dan met fcherp fchje-Hy doet ten , waardoo/twee nieuwsgierigen, een met Bakker en een Timmerman , by ongeluk ^^ doodelvk, getroffen werden, bp aar oog en onder tr deyr zynen waren , ten%zelfden tyde,aen Het den degen in de vuift, ingedrongen ophoop, VI Stuk. 0 m |
||||||
aio AMSTERDAMS II. Dee£.
16*96. het graauw, en hadden een'jongen, en twee
, of drie andere muiters gedood of gewond, 'tGraamvMaar de menigte, verre van te zwigten,
dóet de Werdt toen als uitgelaaten» Zy drong, met veS-en meffen' ftokken en Reenen, aan op de fol-
gen. ' daaten, fmeet de tromflaagers, met trom met al, in de graft, en noodzaakte veelen van 't Krygsvolk te wyken, en anderen op de knieën om lyfsgenade te bidden, tot dat de gantfche Compagnie veriïrooid en verftooven was. Het Huis De plonderzugt hadt toen de handen ruim» des Bur- omze aan 't huis en 't huisraad te fchenden. gemees- j)e lantaarnpaal, die voor 't huis ftondt, wordt werdt ilraks uit den grond gerukt, en met gepion- dezelve de voordeur opgeloopen. 't Graauw derd. ftreeft, by drommen, ten huize in, en valt woedende aan op het koftbaar huisraad, dat niet hadt können geborgen worden. Zil- verwerk, Porcelein , Spiegels werden op ilraat gefmeeten en verbryzeld. Een Spie- gel onder anderen van groote waarde , en een vorflelyk gefchenk, die een der huis- genooten hadt gezogt te behouden, onder voorwendfel, dat hy hem ergens bergen zou, om hem daarna te verkoopen, en den buit met eenen der plonderaaren je deelen , werdt tegen de leening van den ftoep aan fcherven geflaagen. 't Vernield huisraad werdt in 't water geworpen. Men gedoogde niet, dat 'er iet geroofd werdt. Een der plonderaaren, een ftuk Zilverwerks willende wegdraagen, werdt door zyne mak- kers by den mouw gevat, en gedwongen den buit te flaaken. Doch de jongens vifchten eenige ftukken vernield houtwerk op uit de |
||||||||
graf:
|
||||||||
XXILBoek. Geschiedenissen, au
graften, die aan de omft anders geveild en 169&
verkogt werden , om tot eene gedagtenis bewaard te worden, Burgemeefter Boreel -hadt zig, op 't ernftig verzoek zyner vrien* den, kort voor den aanvang der grootfte woede, het gevaar onttrokken , en was, agter over eene fchutting, by een' der ge* buuren, geweeken. De woede hadt hier haar zat gekreegen, De Bun'
eer de Bujrgery in 't geweer, en voor 't huis gery vet* kwam, daar zy den oproerigen hoop, zon- diyftddö# der moeite , verdreef. Maar 't graauw ,raars.C gebeeten op Kapitein Spaaroog , die eeni- Zy pion- gen der hunnen gegriefd hadt, ftreeft naar deren het 's mans wooning op de Reguliers - graft, gSjS klopt aan, dringt met geweld ter naauw- spaar-' lyks geopende deure in, en plondert en ver- oog. nielt, in weinige oogenblikken, al wat voor de hand was. De konftigfte Schilderyen, waarvan de Kapitein een zonderling lief- hebber was , werden deerlyk gefchonden. Zelfs werden de venfters en kruisraämen aan den voorgevel ten deele afgebroken. Eene of twee Compagnien burgers konden der woede hier geen meelter worden. Zy ruftte niet, voor dat de graft gevuld lag met lynwaat, beddengoed , kleederen , boffen lont, pieken, en al wat 'er meer in huis ge- -vonden was. Het huis van Burgemeefter Jeronimusde Haze de Georgia werdt toen ook gedreigd. Doch alzo de meefte Compag- nien Burgers, in den agtermiddag, op de been gekomen waren, werdt deeze bedrei- ging niet uitgevoerd. De woede verpoosde O 2 zig
|
||||
--------------------------■ '^■^^^^«■^•■■■B
|
||||||||
212 AMSTERDAMS II. Deel.
1696. z'g dan , met het vallen van den avond. De Keur OndertufTchen » was , door myne Heeren wordt van den Geregte, by aangeplakte Waar- vernie- fchuwingen , alomme door de Stad , be- tJ§d- kend gemaakt, dat de Keur op het begraa- ven in 't geheel geen' voortgang hebben zou, maar volftrektelyk vernietigd werdt (g). 'tGraauw De oorzaak der opfchuddinge dus zynde plondert, weggenomen, fcheen men met reden te mo- ^enyo[' gen verwagten , dat de gemeente zig Uil dag.ïet houden zou. Doch 't graauw,nu denfmaak Huis van van 't pionderen weg hebbende, wilde 'er den En- mede voort, en floeg, des anderendaags, pelfchen over,tot nieuwe buitenfpoorigheden. 'sMor- Kerby. Sens voor negen uuren, eer de Burgery nog in de wapenen gekomen was, werdt het Huis van den Engelfchen Agent Kerby, die voor een uitvinder van nieuwe latten ging, aan- gevallen. Dit Huis flondt op de Keizers- graft. De bewooner , 's daags te vooren gewaarfchuwd, dat het hem gelden zou, hadt het waardigfle huisraad in veiligheid gebragt. Het overige flondt der plonder- zugt ten doel. 't Gebouw zelf werdt deer- lyk befchadigd. In anderhalf uur tyds, werdt het van binnen geheellyk gefloopt: de Italiaanfche vloeren, met hakken en beuken, verbryzeld: de gefchilderde pan- neelen van de zolderingen afgerukt en ver- nield , en 't fekreet zelf, ten gronde toe, afgebroken. Tot den tuin en het tuinhuis toe, werdt alles bedorven, 't Gene men van den huisraad magtig kon worden werdt, door
«•v-w«
t' (f) Kemb. R. ƒ. «».
1 ' ■
|
||||||||
t
|
||||||||
XXIÏ.BoEK. Geschiedenissen. 213
door de venfters, op ftraat gefmeeten, met 1696;
zo veel onbezuisdheid, dat een man en eene
vrouw, die voor 't huis fton den, onder een
vleefchkuip verpletterd werden. Men liet
den wyn en 't bier door den kelder loopen,
daar deeze vogt, door de woedende wy ven,
in de muilen getapt of gevangen, en gulzig-
lyk ingezwolgen werdt.
De Raad, voorziende, dat 'er fterker mid- De Bur*
delen, om de woeftheid te doen bedaaren, gery etl
zouden moeten gebruikt worden, vondt goed, bende
het befluit van den voorgaanden dag, om vrywillï-
geweld met geweld te keeren , openlyk af Se Rui-
te kondigen, en elk te waarfchuwenomziglers .ko,*
ö, 7 . , ° men in do naar zyn huis te begeeven , op dat geene wape.
onnozelen in lyden komen mogten (£). De nen.
waarfchuwing gefchiedde, uit den naam der Vroedfchap, die de gantfche Burgery ver- beeldt, op dat dezelve te beter klemmen zou op de menigte. De Burgery kwam, terftond hierop, in't geweer, en eerlang ook eene bende vrywillige Ruitery uit de aanzienlykfle jonge Luiden beftaande, die, voorgegaan door de Heeren Burg, Hinloo- , f en, Huydecoper en Six> met de pallas in de vuift, door de Stad reeden, om alle fa- menrottingen te voorkomen. 't Graauw hadt'zig, midlerwyl, na 't pion- De Bur.
deren van des Agents huis, begeven naarSeryver- 't huis van den Oud-Burgemeefter Joan de p[onde* Vries, op de Heeren-graft, welk ook met raars van plondering gedreigd werdt, om dat deeze vo?r 't Heer, die thans in 't Collegie ter Admira- ]}uis va* {b) Keiub. B.. ƒ. 6t.
O 3
|
||||
214 AMSTERDAMS II. Deel,
„1696. liteit hier ter Stede zitting hadt, zo men meefter ze*de, met na^c belet, dat 'er, onlangs, de Vries, eenige muitende matrooz en waren opgehan- gen. De burgery was reeds, in kleinen ge- tale , voor dit huis byeengekomen. Ook ftonden. daar eenige Zee-Kapiteins in de deur,die eenigen uit het graauw,.ftoutelyk indringende op de burgerye, met geld en goede woorden, paaiden. Anderen kwamen hierop, van de overzyde, met eene fchuit, op het huis aanroeijen, onder hevig fchel- den en dreigen, meer gelds vorderende. De Officiers der burgerye en de Bürgern eefter zelf gebruikten nu minzaame dan harde woorden, om 't volk tot reden te brengen. Doch alles was vergeefs. De burgers ga- ven dan, eindelyk , vuur op de ftoutfte dringers, kwetften 'er eenigen, en fchooten 'er twee onder de voet. De overigen wer- den , door Hagen, op de vlugt gejaagd. Andere 't Huis van den Heere de Vries werde huizen <}us beveiligd, voor de gedreigde plonde^ wo* ?nn_riflg. Aan 't Huis van ßurgemeelter de dering0 Haze, werdt de roofgierige hoop ook af- gedreigd,gefchrikt, door eenigen, die zig, met ont- bloot geweer, op en voor de itoep , ge- plaatft hadden. By den Hoofdofficier Fran- cais de Ficq, hadt het graauw zig, met zag- 1 te woorden, en duure beloften, dat de Keur op het begraaven geenen voortgang hebben zou, laaten afwyzen. Omtrent andere hui- zen , gelyk die van den Heere van Maarfe- veen, van den Onderfchout Filips Engebregt, en zejfs het Rasphuis en de Lomberd, die ook
|
||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 215
ook met plondering gedreigd waren, bleef t696. het by dreigen. Maar de meefte oproeri- gen die van voor 't Huis van den Heere de Vries verdreeven geworden waren, nu alleen bedagt op fteelen en rooven, ftreef- den van daar, naar 't Huis van den Jood- 'tGraauw fchen Heere de Pinto, in 't gemeen den ry- yjtjta ken Jood genaamd, op de S. Antonis - Bree van den ftraat, diejuift, opdientyd, nevens zyne Jood de Huisvrouw, in den Haage was. Elk wilt, pinto. dat dit huis opgevuld was met koftelykhe- den De woefte hoop was 'er zo dra niet voorgekomen, of de vaardigden klommen, als katten,op,tegen de venftertrahen bra- ken de glasroeden en luiken, en vielen in de kamers, daar 't,naar gewoonte, opeen plondcren ging. Maar, in dit oogenbhk, De Bur- rukken eenige Compagnien Burgers, die op gery be- de Nieuwe Markt verzameld waren, aan op '^ het huis, met meening om de plonderaars, raars binnen het zelve, te betrappen. Men zag aldaar. nu klaarlyk, dat de fielen op rooven uit waren, alzo de Jood de Pinto mets met de Keure op het begraaven te doen hadt. De burgert dan, den meeften hoop nieuwsgie- rigen en anderen van voor 't huis verdree- ven hebbende, ftreeven, met den degen in de vuift, ter deure in, en fleeken en liaan zo wakkerlyk onder de fchenders, dat vee- len gekwetft, eenigen gedood werden: en anderen, agteruit, in de graft fprongen, en zig met zwemmen bergden, terwyl eenigen 't gevaar, op eene andere wyze, ontkwa- men. Doch omtrent dertig, die zig meeft O 4 al?
|
||||
'2i6 AMSTERDAMS II.Dee£.
l6c}6. allen met eenige koflelykheden van meer-
der of minder waarde hadden gezogt te verryken, werden gevat en naar de Waage op den Dam gebragt. Zy waren byna allen gewond, en onder dezel ven bevondtzigeen bootsgezel van Boflon in Nieuw Engeland, die een' koflbaaren neusdoek geflolen hadt, welke aan een flip van denzelven, die hem uit den broek hing, ontdekt werdt. De Jooden hadden, nu de plonderzugt op ee- nen hunner broederen aanviel , zig by de burgers gevoegd, om dezelve te fluiten. De woede, aan 't huis van de Pinto, van haa- re uiterfle kragt beroofd geworden zynde, lieten de plonderaars het hoofd hangen, zonder iet meer te durven onderneemen. De vrywillige Ruitery, rydende door de flraa- ten, voorkwam alle famenrotting. En tegen den avond, plaatftezig het Gilde dcrTurf- draageren, door Burgemeefleren met halve pieken voorzien, onder een groot vendel, waarin een turfdraager verbeeld was , en met witte bandjes om de hoeden , voor het Stadhuis, waardoor dit aanzienlyk ge- bouw tegen overlafl beveiligd werdt. Twee uit \n den agtermiddag, flreek het Geregt, wörden>P zon^er de gewoonlyke plegtigheden, op de met de Waage, byeen gekomen zynde, het dood- dood ge- vonnis over twee der gevangenen, die, ten ßraft- zes uuren des avonds, by toortslicht, uit een venfter der Waage, werden opgehan- gen. De bootsgezel, wien men de geflo- len geelen zyden neusdoek om 't lyfgegord hadt, was 'er een van. Zy bleevqn beide han-
|
||||
XXII.BoEK. Geschiedenissen. 217
hangen tot 's anderendaags 's morgens , 1696.
wanneer 'er nog drie anderen, nevens hen,Nogdrie werden opgeknoopt (f)» De Dam was toen, anderen, al vroeg, door de vry willige Ruitery, de Bur- gers en de Soldaaten, bezet geweeft: waar- door de meefte aandrang der nieuwsgieri- gen , die aan de Regtsoefening zou hebben können hinderlyk zyn, geftuit geworden was. 't Gerügt der oproerigheid zig, reeds te vooren, verfpreid hebbende tot in den Haa- ge, hadt men van daar het Regiment blaau- we Lyfwagten herwaards doen trekken; en 't was nu reeds, op twee uuren na, gena- derd aan de Stad, toen 'er , uit naam der Regeeringe,een verzoek aan gedaan werdt, om te rug te keeren; alzo de oproer,door de trouwe der Burgeren en de wakkerheid der vrywillige Ruiterye, volkomenlyk ge- ftild was. 's Lands Krygsvolk trok, hier- op , wederom naar den Haage. Óp Vry dag, den derden February, dee-Men
den de Onderfchouten fcherp onderzoek^oet naar geroofde goederen, 't Geregt beval,JjJjJJ by eene openbaare afkondiging, dat elk,zoek die 'er eenigen onder zig hadt, dezelven,naar de zonder uitflel, zou hebben te brengen inbe'na- handen van den Heere Hoofd - Officier W-^ddü N aar de handdaadigen aan den oproer werdt digen. ook vlytiglyk gezogt. Eenigen werden, op vermoeden van fchuld, in hegtenis geno- men , en by afkondiging van den vierden Fe-
(») Confeflïefcoek van z$ Maart 169$ tot j *At>riL 1696,
ƒ. I»J, 196, 198 verfo. (kj Kewb. L*. R. ƒ, 69. os
|
||||
2i8 AMSTERDAMS II. Deec.
1696. Febmary, zeshonderd guldens beloofd aan
elk , die eenen der opftookeren tot, en voorgangeren in den gepleegden moedwil wift aan tewyzen, zo dat hy van de mis- daad overtuigd werdt; met belofte, dat men den aanbrenger A&e van ftrafvryheid zou tragten te verwerven, zo hy medepligtig mögt geweeft zyn. Voorts, was, in deeze afkondiging, merkwaardig, dat de oproer daar by werdt toegefchreeven aan de vyan- den van 't Vaderland, welker uitgezonde- nen men hieldt de voornaamfte aanleiders Nog ze- der plonderinge geweeft te zyn. 's Maan- ven dags, den zesden , werden , omtrent den handdaa- mjddag , nog zeven plonderaars, zonder 0pSgeenhan.veelplegtigheids, uit de Waage opgehan- gen, gen: alleenlyk werden de misdaadigen, door vier Predikanten, tot de dood bereid. On- der de geftraften was een gewezen foldaat, dien men, om wangedrag in's Lands dienft, in't jaar 1672, neus en ooren afgefneeden hadt; en die, voor 't huis van den Agent Kerby, fterken drank aan 'tgraauw verkogt hadt, en een voorganger in't pionderen ge- weeft was. Men fleepte het Jyk van deezen booswigt, op eene horde, door de Stad; waarna hem, op 't galgeveld, het hoofd werdt afgehouwen : 't welk daar op een' ftaak gezet werdt, boven het rad, waarop de romp werdt vaftgemaakt. Negen van de overige geftraften werden aan de galge op 't Galgeveld vaftgebonden, alwaar ook vier der oproerigen, die, in de hitte der verdediginge, waren doodgefchooten , by de
|
||||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 219
de beenen, opgehangen werden (/). De 1696,
andere gevangenen werden op vrye voeten gefield, op twee of drie na, die in't Rasp- huis opgeflooten werden (w). De makkers van deeze laatflen dreigden of verwekten, wat laater, eenige oproerige beweegingen, om dezelven te verlofTen: waartegen, by eene ernflige waarfchuwing van den der- tienden April, voorzien werdt («). De meeflen, die ter gelegenheid van den
oproer geilraft of gevangen werden, waren vreemdelingen, bootsgezellen of arbeiders, «n daar onder twee Engelfchen en twee Ve- netiaanen. Alleenlyk, was ook in hegtenis geraakt de Konllfchilder Ernfi Stuven of Steuvcn van Hamburg, die befchuldigd werdt, dat hy 't volk tot plondering hadc aangefpoord, aan 't Huis van Burgemeefter Boreel, en tegen wien, twee perfoonen ge- tuigden , dat zy hem, in 't Huis van den Agent Kerby, hand aan 't werk hadden zien Haan. Hy werdt, nogtans, onder handtas- ting en belofte van ten allen tyde weder* om voor Schepenen te zullen verfchynen, ontflaagen (0). Doch in 't volgende jaar, raakte hy, over eene gewelddaadige beje- gening , eenen zyner Leerlingen aangedaan, waaruit eene merkelyke opfchuddmg ont- flondt voor zyn huis op de Blomgraft, an- dermaal in hegtenis, na dat hy zig, eenen tyd
(/) Confeffieboek van is Maart 169J tot 9 *Aprtl 1096,
ƒ. *«7> 3'*- .
(m) Zie Hift. van den Oproer te Amfterd. gedr. 1701,
(*) Keu:b /Ir. R. 'f. 70,
(«/ ConTeffieboek van zj Maurt 169s *9t 3 i4ftilt€H>
f. zl«, -il. |
|||||||
1
|
|||||||
V
|
||||||
ito AMSTERDAMS ILDeel;
1606, tyd lan8> metfteenen en een' degen, tegen
de Geregtsdienaars en Ratelwagts, ter weer gefield hadt. Hy werdt toen, voor dentyd Van twaalf jaaren , in 't Rasphuis gezet; doch raakte 'er, na zes jaaren ver loops, we- derom uit. Men hadt hem nogtans belaft, de Stad te ruimen. Doch hy bleef 'er bin- nen, en voer voort , kwalyk te fpreeken van de Wethouderfchap, die hy plagt te befchuldigen, dat zy, in 't jaar 1696, on- nozel bloed geïlort hadt. Men zette hem dan op de voorige plaats. Eindelyk,in vry- heid geraakt, begaf hy zig naar Haarlem, en van daar naar Rotterdam, daar hy over- leeden is (ƒ>). Bur„e_ De Vroedfchap, midlerwyl, op den ze- meelter venden February des jaars 1696, byeenge- Boreel komen zynde , belloot, op den voorflag cnKapi- van Bürgerneefleren, Burgemeefler Boreel Spaar- en Kapitein Spaaroog volkomene vergoeding oogwor-te doen van de fchade, byhen, door de den fcha- plondering geleeden, den eerflen, om dajb de'°Jj hy die, in zyne hoedanigheid van regeeren- fi ' den Burgemeefler, geleeden hadt; den an- deren , om dat zy hem, ter oorzaake van het befchermen van des Burgemeeflers huis, was overgekomen (q). De vergoeding van fchade aan den Heere Burgemeefler beliep agtentwintigduizend zevenhonderd en vyfcig guldens (r): aan den Kapitein Spaaroog werden twintigduizend guldens toegelegd , mids
O) A. Houbrakkn Schoub. der Schildert UI. Deel, bU
373 enz,. (<j) Refol. Vroedfch. L*. X. 7 Febr. 1696. f. Iffc (r) Refol. Vroedfch« L*. ï. il Maj 1696. f. ü. |
||||||
■
|
||||||
------------
|
||||||
/
|
||||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 221
mids hy, onder eede verklaarde, dat zyne i6p5. geplonderde goederen zo veel waardig ge- weeft waren; gelyk hy deedt (t). Op den Alge zelfden zevenden February, werdt ook be-meene flooten, ter Vergaderinge van hunne Edele g» Groot-Mogendheden, eene algemeene ver- giffenis te verzoeken, voor allen, die wg aan de geftilde beroerte hadden fchuldig gemaakt, met uitzondering alleenlyk van zulken, vrouwen zo wel als mannen, die bevonden werden, voorgangers en belha- mels onder de overigen geweeft te zyn. Men verftondt, naamlyk, dat veele fcnul- digen, uit vrees voor ftraffe,de Stad ver- lieten; en onder anderen, ook veele boots- gezellen, die men, tegen't aanftaandevoer- faar, ten hoogfte noodig hebben zou: waar- om men de afkondiging van zulk eene alge- meene vergiffenis te dienftiger hieldt (O- Bureemeefteren en Raad waren, wyders,zoDe Bur- voldaan over het beleid en de dapperheid J»Jjj- 4er Officieren en Burgeren, zo te voet als te
zilveren
paarde, dat men geraaden vondt,eenigge-gedenk-
denkteken aan ieder der zelven te vereeren pennia- fu\ Ook werden, eerlang,zilveren pennm-g^bo« een vervaardigd van drieërlei grootte, enken# twee guldens tien ftuivers, vyf guldens en aet guldens waardig (v), die aan de Bur- gers werden uitgedeeld. Op de eene zyde, zag men Neptunus, ftaande m zyne koets > od welker rug, het wapen van Amfterdam fsï Refol. Vroedfch. Lt. Y. tz Jan. 1691. f. i«i.
)t\ Refol. Vroedfch. Lt. X. 7 Febr. '696- /• »*•• ff») Refol. Vroedfch. Iß. X. 7 Febr. 1696. f. Iff. \v) Refol. Vroedfch. U% Y. i ~4p"l iw> ƒ. 3J>. |
||||||
222 AMSTERDAMS IT.Dee£.
1696. uitgebeeld was; en de winden, die de zee
onftuimig hadden gemaakt, beflraffende. Om den rand flondt: Motos prostat componere fluctus (11?).
dat is: volgens Vondels
vertaalinge: ----- <----- Maar beter het ontßelt
En byfter onweer eerfl befleckt in zyne
paaien. Op den voorgrond, zag men twee water-
vogels , hun nefl verlaatende. • Aan de andere zyde, vertoonde zig eene bedaarde zee, die van de opkomende zon bafcheenen werdt, en op welke, de wa- tervogels hun nefl wederom innamen. Bo- ven de zee, las men: HaLCYONIBÜS . REDUCTIS.
Senatus . Amstelod.
ClVIBUS . SUIS . HOC.
Antiqua . virtutis.
Spectatjeque fidei Premium largitür. dat is:
De ruß herfleld zynde , fchenkt de Raad
van Amflerdam deeze erkentenis der al- oude dapperheid en beproefde trouwe aan deszelfs Burgerye. Onderaan ftondt het jaartal MDCXCVI.
Eö
|
||||||||
(«0 Vjrqil, Änead. Uir.i,
|
||||||||
!
XXILBoek. Geschiedenissen. &a3 En zodanig was de uitflag eener beroer- ^jjj
te, die, zonder de kloekmoedige hulp der Burgerye , van verderfelyke gevolgen ge- weeft zou zyn. Zy was, uit geringe oor- zaaken, en grootendeels uit misverftand, , ontftaan : 't gene altoos eenig vermoeden overgelaaten heeft by veelen, dat zy ver- wekt , of ten minften aangeftookt was, om, onder dekfel derzelve, verandering te we- ge te brengen in de Regeeringe: 't welk, zo 't het oogmerk van eenigen geweeft mögt zyn , nogtans, door het vaardiglyk flillen der opfchuddinge, niet gelukt is. In Maymaand hierna, werden eenigeMidde."
|
||||||||||
Raaden gemagtigd, om te overleggen,wat f^J*
|
||||||||||
men beft zou können in 't werk ftellen, omora d/
de Stad in de tegenwoordige ruft te bewaa-stadinde
ren , en toekomende oproeren te dempen tegen-
(a;). Zy deeden, op den agtften Auguftus,^™1^
verflag van hunne raadpleegingen, en ver-|ewaa.
klaarden van gevoelen te zyn; „ i. Dat ren.
„ men het optrekken der Schutterye , in
', ryen en gelederen, 't welk van ouds in
„' gebruik geweeft was, geduurende de drie
„ Zomermaanden, wederom behoorde in
, te voeren, dezelve doende trekken, van
des Vendrigs huis af, naar de byzonde-
',' re hoofdwagten. 2. Dat men goede zorg
„ behoorde te draagen, voor de verze-
„ kering der Magazynen van geweer en
„ krygsbehoeften in de Stad; op dat men
„ 'er, des noods, altoos meefter van zou
„ kon:
.(») Refol. Vioedfdu Lu Y. 17 M*j 1*9$. ƒ. i».
|
||||||||||
.................mmnmmm w' > uPNRmflMlppmmQPPiMa^WM
|
|||||||
2*4 AMSTERDAMS ILDeet,.
■t6p6. j> können zyn. 3. Dat, tot beter verzeke-
„ ring van het Stadhuis, op de minfte be- „ weeging, de agterdeur en de binnendeu- „ ren van de trappen aan de zyden behoor- „ den geflooten te worden, en zelfs akyd „ geflooten te blyven , behalve wanneer „ Burgemeefteren en Schepenen vergaderd „ waren; en dat aldaar, op de Waage en „ op de Wagthuizen, altoos eenige voor- „ raad van kruid , lood en lont behoorde te 3, worden bewaard. 4. Dat, in geval van „ beweeginge, de poorten en boomen, ter- 3, ftond, behoorden geflooten, en de fchot- 3, balken wel verzekerd te worden. 5. Dat, 3, tot ftilling van oproer, twee punten in „ aanmerking kwamen: cerfl, hoe men de 3, Burgery, of het Krygsvolk, fpoedig ge- 3, noeg, in de wapenen zou können doen „ komen ? En ten tweede, wat zy, in de wa- „ penen gekomen zynde, zouden hebben te „ verrigten?" Omtrent het eerfle punt, werde geoordeeld „ dat, wanneer de beweeging j, by dage gebeurde, het teken van allarm, „ 't zy mestrom- ofklokgeflag,oplaftvaa „ Burgemeefteren alleen, behoorde gege- „ ven te worden. En men zag 'er zelfs zo „ veel zwaarigheid in, om het geeven van „ dit teken, by nagt, aan iemant anders te „ vertrouwen, dat men oordeelde, het ook „ dan, aan den voorzittenden Burgemeefter ,* „ of in deszelfs afwezendheid, aan een'der 3, volgende Burgemeefteren te moeten laa« „ ten: die het, naar gelegenheid van zaa- „ ken, door den bevelvoerenden Officier f, van
|
|||||||
X.
V |
|||||||
ft&II.BoEK. Geschiedenissen. *&2$
>, van de Hoofd wagt, zou können doen i<5qq\
i, geeven. Dat, in beantwoordingè van het „ tweede punt, op het geeven van dit teken, j, de vier naait gelegen wykeri van het wit* j, teRegement, Num. 6,7, 23 én24, ter- i, ftond, het Stadhuis en de toegangen def- >, waards moeflen bezetten, en voorts den „ laft volgen van Burgemeefteren, of, in „ derzelver afzyn, van Colonellen, Kapi- „ teinen, of ook mindere Officieren, die zy 5> daar zouden vinden, den voorgang, onder j, ieder derzelven, geevende aan den oud- j, flen. Dat de Ratelwagts zig, op het te- j, ken van allarm * ook naar hunne byzori- » dere Corps de Guarde zouden behooren *, te begeeven. Dat de rendevoüs of zamel- „ plaatfen voor de Burgerye en het Krygs- j, volk, in zulker voege , zouden können „ worden gefchikt, dat vier Compagtiien >, van het Oranje Rege ment, Num. 1,2, 4> 17, en 18, werden geplaatft by de Nieu- j, we Brug en op de Texelfche Kaai, en 4, twee anderen, Num. 15 en i6,bydeKat- », tenburger Brug, of het Werkhuis: vier v j, Compaghien van het blaauweRegemenc» j, Num. 27, 29, 55en56,op hetKonings- „ Plein; vier Compagnien van het geele Re- „ gement, Num. 33, 34, 35 en 36, byde j, nieuwe Waaien Kerk, en vier Compag- ^, nien van het groene Regement, Num, 451 » 46,47 en 48, op de Noorder Markt. Dat M deeze lighaamen, dus verdeeld geplaatft H zynde om te algemeener ontzag te ver- „ oorzaaken, te ligter zouden konden trek- M ken, daar 't de nood vorderde, na dat zy VI. Stuk, P >y eerft 1
|
||||
" ----------------
|
|||||
226 AMSTERDAMS IL Deel.
1606. » eerft de famenrotting, die in hunne by-
„ zondere wyken mögt ontftaan zyn , ver- „ ftrooid hadden. Doch dat de oudfle Ka- „ pitein over dezelven, van tyd tot tyd, „ ronden moeft uitzenden, door de voor- „ naamfle ftraaten der bnurte omtrent de „ zamelplaats; en vooral omtrent de plaat- „ fen, voor welken méeft diende gezorgd „ te worden, gelyk het Kruidhuis, de Ooft- „ en Weftindifche huizen , de Bank van 5, Leeninge en anderen, om dus kondfchap „ te können krygen van 't gene'er omging, „ en daarvan verflag te können dóen aan „ Burgemeefteren en Colonellen , op het „ Stadhuis. Dat de oudfte Kapitein op êl- „ ke zamelplaats ook laft behoorde te heb- „ ben, om, in geval van plondering, of „ ander geweld omtrent dezelve , eenige „ manfchap derwaards te zenden. Dat men „ ook orde behoorde te ftellen op de za- „ melplaatfen voor het Krygsvolk, doch ,, dat het zelve, in tyden van oproer, al- „ toos van de Burgerye afgezonderd behoor- „ de gehouden , en alleen tot bezettinge „ van deWaag, Poorten en boomen gebruikt „ te worden." De Raad voegde zig ge- heellyk naar dit advis der Gemagtigden, en Burgemeefteren werden verzogt, den inhoud van het zelve, met den eerften, werkftellig te willen maaken (y). De Stad De Stad Amflerdam kwam, op den drie- legteene entwintigften July deezes jaars, met de Ge- bannte , intereffeerden van de Ypeflooter fluize over- langsde een> (j) Rcfo!. Vioedfcb. I», T. 3 *At*g. 1696, f, s©«n*.
|
|||||
XXILBoek. Geschiedenissen. £ïf
een, dat zy, aan de binnenzyde van den Die- 160&
mer* of Paalen*zeedyk, eene barmte leggen binnen. zou, ter lengte van tweehonderd negen roe- zyde vait den en agt voeten, beginnende aan Zeeburg, een ge- en zig {trekkende tot aan de Traankooke- t1eel*e rye van Jean Tourton , en dat ter breed- Diemec- te van agttien roeden, mids zy, jaarlyks, dyk. aan de gemelde GeinterefTeerden betaalde, 't gene, by openbaare verpagtinge der Vis- fcherye van 't nieuwe Diep, welk, door 't leggen der barmte, ftondt verkleind te wor- den, voor dezelve minder dan zeshonderd guldens gebooden werdt (2). De Staaten 1697* van Holland, wien het Dominium directum of de regtftreekfche Heerfchappy over het nieuwe Diep toekwam, verleenden der Stad, op den eenentwintigften May des volgen- den jaars , verlof, tot het leggen van deeze barmte (a). Op den dertienden Ju- Zyaeemt ny daarna, nam de Stad het gantfche on- *}et°n~ derhoud van den dyk, tufïchen het Huis, ^ dat genaamd Zeeburg, en de Traankookery , gedeelte alleen op zig, zig verbindende, om daar-dyksop aan alle de werken te doen maaken; mids ziS* de gemeene Waarfchappy haar, jaarlyks, tien guldens van de roede betaalde, en de werken, die, uit hoofde van de grondwaa- le, welke in den dyk vallen mögt, zouden moeten gemaakt worden, mede ten haaren lafte name (b). Burgemeefterenvan Amfterdam, als Am- Over- bagts-eenkoffi*
(*,) Handv. 14 J«9.
(a) Handv. bl. 369. {b) Refol. Viocdfch. ZXT. U funy u9j.f. z+cHaodr. hi. 370.
Pa
|
||||
—
|
||||||||
22% AMSTERDAMS IL ÖeeI,
16*97. bagtsheeren van Sloor en, Slooterdvk, Ooft*
ften op dorp en de Vrye Geer, bekragtigden, op het maa- den drie-ent wintigften Oftober deezes jaars* ken van de övereenkomfl, getroffen tulTchen't Ge- Voetpad,1^ der gemelde Plaatfen en den Kerken- van om- raad van Slooterdvk, wegens het maaken uentde van een voetpad', van den Haarlemmer- Ba'arsies Trekweg af, tot aan de Groen- of Sala-tuinen, tot aan ' ^e Kerkenraad zou hiertoe een' ftrook La ïds de Haar-van twintig Rynlandfche voeten breed fchen- lemmer ken. 't Geregt zou het voetpad, met het vaart Sene 'er toe Denoorde, opmaaken: waarna
"de Kerkenraad het onderhoud op zig nam, en zig den fchouw van't Geregt onderwierp (c). Gemagtigden van den Hove bewerk- ten, in 't jaar 1699, een verdrag met de eigenaars van eenige Moestuinen, aan den: . flrook van 't Groenpad by Slooten , onder Slooterdvk; waarby deezen zig verbonden, om een bekwaam pad te maaken langs hun- ne tuinen, mids hun daartegen, door den Kerkenraad van Slooterdyk, met welken de Stad Amlterdam zig gevoegd hadt , twaalf honderd guldens eens betaald werden. Voorts, verbondt de Kerkenraad zig, om, tot beveiliging van de eigenaars der Moes- tuinen , een geflooten hek te maaken, 't welk *s morgens, met het luiden der poortklok van Amfterdam, geopend, en 's avonds, op gelyken tyd, geflooten zou worden. En dit Verdrag werdt, insgelyks, van wege Bur- gemeefteren der Stad, als Ambagtsheeren, bekragtigd (d). 't Gantfche pad werdt dus een
(c) Handv. bl. jjo.
ld) Handv. bl, m. |
||||||||
-
|
||||||||
XXH.BoEK. Geschiedenissen. 229
een bekwaam Kerkpad, van omtrent de 1697,
Koflverlooren-Vaart by de drie Baarsjes af, tot digt aan Slooterdyk. Terwyl men dus zorgde voor 't gemak «t stad-
en de veiligheid van de opgezetenen ten huis platten Lande, in de nabimrfchap der Stad,worJt werdt, in 't laatft van 't jaar 1697, ookbe-Pekr^"r. flooten, twee voornaame vertrekken van 'tfierd ent Stadhuis, de Raadkamer en 't Burgemees• verbe- ters Vertrek, die tot hiertoe niet deftig ge-terd» noeg waren behangen geweeft, van binnen, . beter te doen verfieren. Ook werdt geraa- den gevonden, de niiïen in 't verwelffel der groote zaale van 't gebouw, met duurzaam fchilderwerk, te doen vullen. De muur tus- fchen de marmeren pilafters, die tot hier- toe ruw gebleeven was, werdt ook alomme met marmeren plaaten gedekt (e). Omtrent drie jaaren hierna, werdt goedgevonden , den gantfchen kap van 't Stadhuis, die op veele plaatfen dreigde in te ftorten, geheel- lyk te vernieuwen, en zig daartoe te bedie- nen van het hout, welk de Stad, ten dien einde, in Ierland, hadt doen koopen (f). De Vrede met Frankryk, 's nagts tuflchen Vreugde
den twintigften en eenentwintigden Septem- hier ter ber des jaars 1697, te Ryswyk getekend, Stede» en federt bekragtigd geworden zynde, werdt y^ede, deswege alomme hier te Lande groote vreugde bedreeven. Hier ter Stede, wer- den , op den zesden November, pektonnen gebrand, en vuurwerken afgefteken; doch de
|
||||||||
.
|
||||||||
(*) Refol. Vioedfch. L*. Y. 2 Nov. 1697. ĥ iJi > 352,
(ƒ) Refol. Vioedfch. Li. AA. 1 Stfu 1700. ƒ. i%% P %
|
||||||||
*$o AMSTERDAMS II. DeuI
1697, de gewoonlyke bevelen, tot voorkominge
. van ongelukken , vooraf, vernieuwd (*\
Gedenk-Voorts , werdt, ten deezen tyde, by den
penmn- Raad befl ^ ^^ ^ J want? ter gedagtemiïe deezer Vrede, te doen mun*
ten, gelyk ook, by diergelyke gelegenhe- den, in de jaaren 1648, 1654 en 1668,ge- De zes fchied was (è% De zes Compagnien Stads cornpag-foidaaten werden, tot vermydinge van kos- Stads te" » °P den vyfentwintigften November, foldaa, afgedankt. Alleenlyk behielden de Kapi- ten afge-temen, Luitenants en Vendrigs hunne wed« 0ankt. den, zo lang zy leefden, of tot eenigen an- deren dienfl gebruikt werden , mids zy in de Stad bleeven woonen,en zig altoos hiel- den ten dienfte van Burgemeefteren (7). DeCzaar Peter dlexowitz, Czaar van Muskovie £*£?"*£ den ??mertdeezes jaars, een aanzienlyk onthoudt™3111^^ hei*waards gezonden hebben, zig.ee- °e, vondt geraaden, zig, onbekend,onder nigen deszelfs gevolg, te vervoegen, en kwam, &ehifin ATlflllS Kin HoIland- Burgemeefteren
^ e'van Amiterdam, wel voorziende, dat hy ook hier ter Stede komen zou, en bezeffen- de, hoe veel der Stad gelegen ware aan zyne vriendfchap, uit hoofde vandenzwaa- ren Koophandel, die van hier op Muskovie gedreeven werdt, fielden den Raade voor, of 't niet dienftig ware, dat men \ Gezant- fchap, uit agtinge voorde tegenwoordig, heid van zyne Czaarfche Majefteit, eenige buitengewoone eer beweeze, met Tooneel- (g) Keuib. R. ƒ. 10} verf,. \
(h) fcefol. Vroedfch. Lt. Y. % Nov. kj«7. ƒ. ,fx
(g ftefel, Vroedfch. Lk. Y, itN,v. i697. f. "tl |
||||
XXII.Boek. Geschiedenissen 231
fpelente doen vertoonen , vuurwerken te 1697.
laaten affteeken, en op andere wyzen. De Raad befloot hiertoe gereedelyk, mids het in geen gevolg getrokken werdt, ten opzig- te van andere gezanten, die hier, in tyden wyle, zouden mogen komen (£). Men be- wees dan den Vorft allerlei eer. Hy hieldt Oefent zig, eenen geruimentyd, hier ter Stede op, zig in nee en alzo hy, federt de verovering vanAzof,'Scheeps-, beflooten hadt, de Scheepvaart in zynRyk™™0" te doen bloeijen, oefende hy zig, met eigen handen,in het Scheepstimmeren,zyne by* zondere liefhebberye, zonder op de Tim- merwerf anders dan Pieter genoemd te wil- len zyn. In 't begin des volgenden jaars, 1698. deedt hy een' keer naar Engeland, vanwaar hy, inMaymaand, in Holland te rug kwam. Hy vertoefde hier toen maar eenige dagen, en nam daarna de te rug reis naar zyne Staaten aan (/). De prys der Graanen was, hier en in de voor-
nabuurige Landen , allengskens , zo hoog zorg der geklommen, dat men, in Holland,en zelfs Resee' in deeze Stad, waar altoos de meeftevoor- ^ene8Zgr raad plagt te zyn, met reden, bezorgd werdt stad, ter voor gebrek. Burgemeefteren hadden, de gelegen- fchaarsheid voorziende, zig, reeds voor 'tneid einde des jaars 1697, zeer in 't heimelyk, j;^e doen onderregten, hoe veel Tarwe en Rog- duurte ge men toen, hier ter Stede , in voorraad in de hadt (w). Doch federt, was die voorraad Graanen, mer-
(^) Refol. Vroedfch. f*. T. 17 Aug. 1697. ƒ. 2ÏJ. (
(/) Vadeil, Hift. XVI. Deel, H. j77 "»*• <» Refol. Vioedich. L*. Z. 7 Dtc. 1497. ƒ. 1. P4
|
||||
^ JPW. *
|
||||||||
»Vr AMSTERDAMS IL 0b«;'
; merkelyk geminderd, doordien 'ér veel meer
uitgevoerd werdt, dan 'er inkwam. Men vondt dan geraaden, eene openlykeropnee« ming der Graanen te laaten doen, in O£to- fcer deezes jaars, door de Kapiteinen der Wyken. De Staaten van Holland hadden den uitvoer van Graanen buiten hun Geweft verbooden, en diergelyk verbod gefchied- de, eerlang, door de algemeene Staaten; waarna 't vervoeren van Graanen uit de VereenigdeNederlanden ongeoorlofd werdt. Maar alzo de uitvoer, uit deezeStad, naar andere Plaatfen in deeze Provincie , nog vryftondt, vreesde men voor gebrek hier ter Stede, en oordeelde het opneemen van den voorraad noodig, op dat men daarna bedagt zyn mögt op middelen, om het ge- vreesde gebrek te voorkomen («). Elk werdt wel fcherpelyk gelaft, de Tarwe, Rogge en Garft, welken hy onder zig hadt, op te geeven aan den Kapitein, of mindere Offi- ciers van zyne Wyk (ö). Men verboodt het verkoopen van Graanen aan zulken,die dezelven niet tot hunne neering of gebruik dagten te bezigen, of die niet door Burge- meefteren, tot het inkoopen van Graanen voor Stads rekening, waren aangefteldQ>). Men hieldt naaqwe toezigt op het vervoeren van Graanen naar buiten: 't welk, door ee- nige baatzugtigen, tegen 's Lands Plakaa« ten, gefchiedde (q). In 't begin van De- een^ (n) Rcfal. Vroedfch. IK Z, zi OÜob. Igjfe ƒ. itfj,
(o) Keiirb. R. ƒ. 120 verfo,
(p) Kflurb. R, ƒ. Ilï verfo, \i) Ketub. R. ƒ. uz$ ai, |
||||||||
1
|
||||||||
■
|
|||||
XXÏLBoEK. Geschiedenissen. 233
cember, gefchiedde eene nieuwe opgave, 1698,
beide van de hoeveelheid en van de deugd en hoedanigheid der Graanen, die elk on- der zig hadt, aan Qemagtigden uit de Vroedfchap, op het Stadhuis (r). Mid- lerwyl, was men bedagt geweeit op mid- delen , om de Stad te voorzien, 't Ontbie- Men den van Graanen uit Muskovie, of van el- £oet ders, werdt van de hand geweezen, om ko"a"enn dat het niet fpoedig genoeg gefchieden kon; voor doch men befloot, eenigen inkoop van al- Stads re- lerlei graanen te laaten doen, voor rekening keninS» der Stad, op zulke plaatfen, daar menze beft en fpoedigft bekomen kon (x). Men hadt bevonden, dat de voorraad van Graa- nen , hier ter Stede, zeer gering was. Men rekende, dat de Stad, in een rond jaar, toe haar eigen gebruik, omtrent tienduizend ze- venhonderd en vyftig laften noodig hadt, en befloot hierom, zorg te draagen,dat'er zevenduizend agthonderd laften in de Stad waren; waarmede zy, voor agt maanden, voorzien zou zyn, binnen welken tyd, men op toevoer uit het nieuwe gewas hoopen mögt (f). Doch deeze peil werdt, wat laater, tot op zevenduizend laften vermin- derd , op dat men de nabuuren zo veel te beter zou können geryven («). De Graanen fteigerden, midlerwyl, van tyd tot tyd, in pry§: en de zetting van 't brood moeft, naar ■
(r) Refol. Vroedfch. Li. %, 29 Nav. 1*9«. ƒ. tij. Keiub,
K. ƒ• hj. (*) Relbl. Vroedfch. Li. Z. 14 a#. i«9g. ƒ. i$g, i^j. (r) Refol. Vroedfch. L*. Z. 31 Oti. 4 Nov. 169%. ƒ.17«, 17I, (*) Refol, Vroedfch. Li, Z. < I>*F, h9%, f, »x*.
p5
|
|||||
234 AMSTERDAMS II. Deel.
1698. gelang , verhoogd worden, tot merkelyke
Menbe- bezwaarnis der kleine Gemeente. Men zorgt der fchroomdenogtans Stads Koorenpakhuizen kleine te openen, alzo zulks veel geroeps veroor- Gej"een' zaaken zou, 't welk men voorkomen wilde; onderde^ocn»tot verligting der kleine Gemeente, zetting, bediende men zig van een middel, welk, te vooren, meermaalen gebruikt was. Van
Stads wege, werden aan 3é onvermogenden Loodjes uitgedeeld, op welken zy een brood van zes pond gewigts twee ftuivers onder de zetting haaien konden; welke twee ftui- vers, aan de Bakkers , op het vertoonen der Loodjes, uit Stads Kafle, werden goed- gedaan (v). j)e De aanhoudende duurte der Leevensmid- Hoog- delen drukte de behoeftigfte ingezetenen
duitfche zeer % fchoon de Regeering niets verzuim- bekomen ^e' om **en ^ ^erzelve draaglyk te
vryEx- maaken. De Staaten van Holland, op den cyns eenentwintigden November, aan de armen voor agt- der Hoogduitfche Jooden hier ter Stede t U1ZTurf vrYne^ van ImP°ft van agtduizend ton turf
' verleend hebbende, mids dezelven op eene openbaare plaats opgeflaagen , en inder- daad aan zulke armen uitgedeeld werdt 1699. O)» fchonk de Stad hun, in February des
volgenden jaars, voor dezelfde Turf, vry- heid van Stads Excyns , onder de zelfde voorwaarden (#). Stad Doch ten deezen tyde, rees de prys der
Kooren- Graa-
(v) Refol. Vroedfch. Lt. Z. s ,»s> **•*. 1691. f. igj,aa«.
Groot-Memor. N. VIII. ƒ. 180 vetfo. (») Handv. bl, 47j. (x) Refol. Vroedfch. Lt. Z. »7 ¥**>*• i«55>. ƒ. xiu |
||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 235
Graanen zo hoog, dat een Roggenbrood 1699.
van twaalf pond , op twee-entwintig ftui- paknui_ vers gezet werdt, en in 't begin van Maart, zen wor. nog hooger gezet moeft worden. De on- den geo- vermogenden konden zulk een brood toen Pend« vyf Huivers onder de zetting krygen. Men oordeelde, derhalve, dat het nu tyd was, om Stads Koorenpakhuizen te openen, en vooreerft, vyf of zes weeken agtereen, zes- tig laden Rogge terweeke af te leveren aan de Bakkers, ten pryze van tweehonderd ne- genenveertig goudguldens, zesentwintig Hui- vers , het laft, om te zien, welk een' invloed zulks hebben zou op de markt (y). In 'c begin van April, werdt ook met de afleve- ring van de Stads Tarwe een aanvang ge- maakt, en toen beflooten, den prys der- zelve en der Rogge altoos een weinig onder de markt te Hellen (z). En naardemaal 'er, Men wat laater, eene party Tarwe uit Barbarye ftaat detl aangekomen was, die men voorhadt, we-van alj0 deromuit te voeren naar eene andere plaats inge- binnen deeze Provincie, werdt beflooten , voerde den uitvoer toe te (taan van alle Graanen,Graanen die, na deezen, in de Stad gebragt zou-toe' den worden, indien zulks begeerd werdt; alzo men bedugt was, dat de Graanhandel ligtelyk naar elders zou verlegd worden, wanneer men zulks weigerde (o). En men bevondt wel haafl, dat dit verjof gelegen- heid gaf, dat 'er meer graanen herwaards gevoerd, en zelfs in de Stad gelaaten wer- den, (y) Refol. Vroedfch. L*. Z. 9 Maa.tt 1699. f. n%.
(*,) Refol. Vroedfch. /,». Z. z April 1699. f. «4. OJ RtfoU Vicscdfch. Is. Z. 16 +April 169». f. z»i» |
||||
2$6 AMSTERDAMS II. Deel.
x6gg. den, dan men anderszins zou hebben kön-
nen verwagten; behalve, dat ook het in* en uitvoeren der Graanen zelven veelerlei arbeidsluiden aan werk hielp (b). Stads Het openen van Stads Koorenpakhuizen Kooren- was, miaüerwy 1, van gewenfchten uitflag
Pakhui- geweeft. De Rogge was zo zeer gedaald den we'" *n Prys» dat'er, te Dordrecht, twintig goud- deróm guldens meer voor bqfteed werden, dan gefloo- hier. Doch hieruit ontftondt wederom een ten' nadeel voor den Koophandel, welk de wys- heid der Regeeringé zogt te voorkomen. Uit de Ooftzee, kwamen geene Graanen hier ter Stede, dan met oogmerk omze we- derom te vervoeren naar hooger markt, werwaards zelfs partyen gebragt waren , zonder hier ontfcheept te zyn geweeft. Vee- Ie Graanen werden ook naar buitenlandfche Markten gevoerd, die anders hier zouden gebragt geweeft zyn. Hieruit nu was, door den tyd, eene fchaarsheid te dugten, die verderfelyker zou zyn voor de Stad, dan dat men de markt een weinig deedt ryzen. En deeze redenen bewoogen de Regeering, om Stads Koorenpakhuizen, nog voor 't einde van May, wederom te fluiten (c). Tegen 't najaar, befloot zy, aan de byzon- dere Godshuizen, de Graanen, die dezel- ven noodig mogten hebben, een weinig on- der de markt te leveren (d). Ondertus- fchen, hadt' het fluiten van Stads Kooren- pakhuizen voor de Bakkers den prys der Graa«
(b) Refol. Vroedfch. L*. Z, 26 May 1699- /• 309.
(t) Refol. Vrocfllch. Lr. Z. ït Maj 1699. ƒ• 307. \i) Refol. Viocdfch. U. Z. 1* o«, u*». ƒ. h*. |
|||||
f
|
|||||
XXn.BoEK. Geschiedenissen. 237
Graanen wederom doen ryzen. De toevoer ifoy.
was hierop zo zeer vermeerderd, dat deDeduur- prys, allengskens, afnam , en zo gemaa- te neemt tigd werdt, dat de duurte kon geagt wor- ^ den, geheellyk, verdweenen te zyn. Een Koopman van Maaslandsfluis, dieMert
zig, in't voorleeden jaar, hier ter Stede, ijjjjjj? hadt nedergezet, om zig met de Haring- vaarrt f' vangft, die hier voordeezen zeer gebloeid hier ter hadt, te geneeren, hadt, ten dien einde,Stede, reeds twee Haringbuizen uitgeruft; doch jJ^JJjjJ1 bevindende, dat het hem ontbrak aan eene bloei jen. bekwaame plaats,om de netten tedroogen, en aan een' koperen ketel om dezelven te taanen, verzogt hy Burgemeefteren, in den aanvang dëezes jaars, om 't een en 't ander; en de Vroedfchap, in aanmerking neemen- de, dat de Stad van bekwaame plaats tot het taanen der netten voorzien was, en dat de koperen ketel en het opflaan van eene Loots, daar dezelve in geplaatft kon wor- den , niet boven de vierentwintig honderd guldens koften zou, bewilligde, terftond, in 't gedaane verzoek (e). De Stuurluiden, die van hier ten Haring voeren, moeften den gewoonlyken eed aan Penningmeefteren der groote Viffcherye afleggen (ƒ). Nog- tans, heeft men de Haringvaart, die zig aan de Maaze en in 't Noorderkwartier ge- veftigd hadt, hier niet wederom in bloei können brengen. Burgemeefteren van Amfterdam, ter ge- De stad
Ie* neemt df«
|
||||||||
O Refol. Vroedfch. Lt. Z. zj Ftbr. 1(99. ƒ, 114,
Gioot-Memoi. N. VIII* ƒ. 177»
|
||||||||
8
|
||||||||
S38 AMSTERDAMS ILDeel.
1600. legenheid van eenen hoogen vloed, waar
2org door de Yperflooterlluis in den Muiderdyk voor de befchadigd geworden was, die fluis heb- Ypefloo- bende doen hermaaken, en in beteren ftaat od zig.S ^e^en»^an zy te vooren geweeft was, wer-
den, op den tweeden December deezes jaars, door de GeinterefTeerden in de ge- melde fluis, verzogt, en des noods ookge- magtigd, om in tyd van nood voor dezelve te blyven zorgen (g). Ook beraamde zy , 1700. 0p ^en Zevenentwintigften Oélober des vol- genden jaars, eene Inftruclie voor den Sluis- wagter (A) , die nog tegenwoordig moet naargekomen worden. De weg De weg door de Plantaadje, van den door de Hortus Medicus of Artfenytuin af, tot aan Plantaad-de Muiderpoort toe, werdt zo fterk beree- beiïraat! ^en en gebruikt, dat dezelve geduuriglyk ' hermaakt moed worden: 't welk, niet zon- der zwaare koften voor de Stad, gefchie- den kon. Men vondt, derhalve , in Sep- tember deezes jaars 1700, geraaden, dien weg te beflraaten: 't welk, als het met en- kelen Brabantfchen fteen, ter breedte van anderhalve roede , gefchiedde, gerekend werdt, ruim agtduizend guldens, en in de eerfte twintig jaaren, honderd guldens 's jaars aan onderhoud, te zullen koften (i). 't Werk werdt, kort hierna,voltrokken,en de ftraatweg wordt nog tegenwoordig on- derhouden. Midde- Ten deezen tyde, werden de wateren der
(g) Handv. hl. 41«.
(h) Handv. hl. 4>7« (i) Rcfgl, Viocdl'cn. L: AA, l Stft. 1700. ƒ. 71. |
||||
XXII.BoEK. Geschiedenissen. 239
der Stad, in welken zo veele rioolen uit- 170a
loopen, en waarin, fchoon ftrydig met me- len „ nigvuldige Keuren, zo veele vuiligheid ge- bruikt worpen wordt, zo zeer vervuild bevonden, om de dat men op middelen bedagt zyn moeft ,om wateren dezelven te zuiveren, en beter te doen om- J" gjf loopen; en fterker doorfchuuring , in den ren en wintertyd , te veroorzaaken. Ten dien ein- beter te de, werdt, in Oftober deezes jaars , be- doen om- flooten: „ 1. Ebdeuren te maaken aan de looPeu" „ Yfluizen, te weeten, de S. Antonis-fluis, „ de Kolks-fluis, de Dams-fluis en de oude „ en nieuwe Haarlemmer - fluizen, die 'er, „ tot dien tyd toe, niet fchynen geweeft te f, zyn,om, met dezelven ,byebbe, te kon- ,, nen fchutten: voorts, de vloeddeuren en ,, de vloeren der fluizen, behoor lyk, te her- ,, maaken. 2. Twee ebdeurtjes te maaken, 9, aan 't fluisbindt in 't Ziekenwater, by 't v Ooftindifche Hok: en eene fteenen fluis „ met toldeuren , in de plaats der twee „ houten fteekfluisjes , aan den Dam ten „ einde van de nieuwe vaart: nog eenkrab- „ benhoofd,voor den buitenften watermo- „ len aan Zeeburg, om de fchepraden te- „ gen den flag van 't water te bevryden. „ 3. De Brugfecreeten, die tot in 't water doorhingen, of met paalwerk van onde- |
|||||||||||||
s
|
ren belemmerd waren , op te neemen;
|
||||||||||||
en, by hermaaking, de onderkanten der
balken of leggers niet laager te brengen dan gelyk met Stads peil. 4. Alle aan- en uittimmeringen in de burgwallen , waardoor de doorftrooming zou können belemmerd worden, in het; toekomende, |
|||||||||||||
»»
» •>
|
|||||||||||||
»>
|
zo
|
||||||||||||
*4o AMSTERDAMS II. DEEi,
1700. •> z0 vee* mogelyk ware, te vermyden. §*
j, De Modder- en Steigeraard - fchouwen i ,» zo vroeg in den nazomer * als de warmte *., van 't weder eenigszins gedoogen kon, „ en uiterlyk met den eerften Oclober, in 3, de Stad te brengen , en daar in 't werk j, te houden, tot dat alle de vervuilde plaat- „ fen, volkomenlyk, waren opgeredderd en „ uitgediept, of zo lang het, zonder bena- *, deeling van den omloop der wateren, ge* „ fchieden kon; en het diepen buiten da j, Stads fluizen, in den Zomertyd, te laa- ,* ten verrigten ( k ). Ten deezen tyde , werden ook twee Keuren gemaakt, tegen het belemmeren en befchadigen der flui- zen , én vooral tegen het werpen van vui* 1701. ligheid op en in dezelven (/). £n in geval
iemant aan de bekeuringen wegens dit laat- fle niet voldoen wilde, werdt de regtfpraak daarover, in Auguflus des volgenden jaars* gefield aan de Regenten van 't AalmoefTe* niers - Weeshuis (m); aan welk Huis, de eigendom van de Stads vuilnis, al voor vee- Ie jaaren, gefchonken was. In January te vooren, waren ook de oude Keuren , tot voorkoming van belemmering en verfper- ring van de Stads wateren, en weering van flank en ondiepten, met merkelyke ver- anderingen en verbeteringen, vernieuwd geworden (»). I In
(kj Refo!. Vroedfch. Lt. AA. 19 OZloh. 1700./. |o. Groot-
Memor. N. VIII. ƒ. 204. (I) Handv. bU f**t 713» (m) Handv. bl, 72*. (») Handy, bl, 725, |
||||||||
1
|
||||||||
XXlLBoEK. Geschiedenissen. 241
De Walfche Diaconie,die,jaarlyks,met 170».
veertigduizend guldens, van Stads wege,Buiten- ten behoeve der Franfche vlugtelingen,on-gewoo- derfteund werdt, hadt nu, twee jaaren ag- «£nd# tereen, ter oorzaake van de duurte der lee- d de vensmiddelen , nog dertigduizend guldens gud[ aan jaarlyks daarenboven ontvangen, en verzogt, e« in'tbegindes jaars 170»,wederom metge-fcheD* Ivke dertigduizend guldens, boven de ge- gedaan_ woonlyke veertigduizend, te mogen onder- fteund worden. Men bewdhgde in haar verzoek (o) : 't welk, naderhand, nog eens, vernieuwd werdt, met gelyken uitflag (.p). Volgens een Refolutie der Vroedfchap van den jaare 1699 , werden deeze dert^dui- zend guldens, of 't gene men meerder of minde? noodig hebben mögt, voor Stads rekenins, opgenomen, tegen drie ten hon- derd ng' jaPagr: en om denlntreft te vin- den werdt de belading, ten behoeve van de armen, op de Wynen gelegd, met dne ftuivers van het Oxhoofd, verhoogd, en t eene van deeze belading meerder kwam dan de Intreft beliep gebruikt tot aflosfing der H^S§a Staat, die naauw.yks deDeS.a«
vrugten begon te fmaaken van de onlangs «'*• «Qooten Vrede, werdt, * den aanvangnfeuws> Lzer Sä £™££SE~
dam»keld.
il] RcVol. Vroedfch. L*. BB. 9 %». W-* »•*•
\() Rtfol. Vroedfch, L'. Z. V °*- ««»• f' ■** VI. Stuk. Q
|
||||
242 AMSTERDAMS IL Deeu
1702. dam, eenige jaaren, met roem,fchoonniet
zonder zwaare koften van den Lande, ge- voerd werdt. Gelegenheid tot deezen oor- log gaf de twift over de Spaanfche nalaa- tenfchap, houdende Frankryk zig niet aan het Verdrag van Verdeelinge der Spaanfche Heerfchappye, welk met Groot-Britanje en de Staaten geflooten was; maar aan eenen Uiterften wil van Koning Karel den II. , waarby de Hertog van Anjou tot deszelfs Opvolger was verklaard. De Keurvorft van Beieren, Landvoogd der Spaanfche Ne- derlanden, de zyde van Frankryk houden- de, hadt, reeds in February des jaars 1701» Franfch Krygsvolk ontvangen in de fterke Plaatfen van zyn gebied, die, door de Staat- fche bezetting deezer Plaatfen , ontruimd Ophel- werden. Nergens, myns weetens, is aan- dering getekend, wanneer, en by welke gelegen- dulfter11 ^eid» ^ Staatfch Krygsvolk in de Spaan- punt in fche Nederlanden gekomen zy. Ik heb'er de Hifto-ook niets van können melden, in de Fader- ne dee- iandfihe Hißorie, om dat ik 'er, zelfs inde zes tyds. pCegiiters van den Staat, niets van gevon- den had. Doch na 't uitgeeven van dat Werk, is my een affchrift ter hand geko- men van eene Overeenkomft, in 't jaar 1698 geflooten, tuflchen Willem den III. Koningvan Groot-Britanje, en den Keur- vorft van Beieren; waarby de eerfte zig verbondt , om vyfentwintig Bataillons of Regementen, Staatfche manfchap,te bren- gen in de fterke Plaatfen der Spaanfche Ne- derlanden, 't I» ten hoogfte waarfchyn- |
||||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 243
lyk, dat aan deeze Overeenkomft federt i7o*S
voldaan is, en dat Koning Willem over het Staatfche Krygsvolk befchikt heeft, zonder de Staaten te kennen. De Overeenkomft is, eerft na 's Konings dood, bekend ge« worden aan eenigen hier te Lande, en men vindt 'er, onder anderen, van gewaagd, in het VIII. Lid van een Reglement op het huisveften der Staatfche manfchap in de Barriere plaatfen van den dertigften Janua- ry des jaars 1716 (r). Wy hebben 'er , hier, een woord van willen melden, tot " opheldering van een merkwaardig duiftep punt in de Hiftorie deezer eeuwe. Het leg^ gen van Franfch Krygsvolk in de Spaanfche Nederlanden, 't welk eerlang van eenige vyandelykheden op de grenzen gevolgd werdt, baarde zo veel omziens in Engeland en hier te Lande, dat beide de volken zig begonden te bereiden ten oorloge, toen Ko* ning Willem, op den negentienden Maart deezes jaars 1702, overleedt (s). Men toonde, hier te Lande, veele te-Koning
kenen van rouwe over zynen dood. De Willem klokken werden, zes weeken agtereen, drie-fter^ maal's daags, t'eiken reize een half uur, geluid. Ook kleedden alle de Regenten en voornaame Amptenaars zig, op 's Lands koften, in den rouw (t). Doch fommigen Voorval tekenen aan , dat 'er, te Amfterdam, ie-te Am. mant was, die openlyk den fpot dreef met !?jj2? dee-
(r) Zie Groot-Plakaatb. V. Deel, hl. 13«.
(s) Vadetl. Hift. XVII. Deel, bt. 10|. (f) Qrooc-Plakaatb. V. Deel, U. »*, |
||||||||
Q %
|
||||||||
1
|
|||||
*44 AMSTERDAMS II. Deel.
X702. deeze vertooning van treurigheid: 't welk,
zer gele-^oor net volk, zo euvel genomen werdt,
genheid. dat het den fpotter aanviel, envan'tleeven
beroofde («).
Veran- De dood van Koning Willem maakte ver- dering in andering in de beftelling der Wethouder- Itaïde?"fchap' in de Sted?n v?n Holland- DeStad-
Wethou- houderlyke waardigheid werdt niet begeven, derfchap, De Ridderfchap en eenige andere Leden hier,en zouden gaarne gezien hebben, dat de ver- sJgjTere kiezing der jaarlykfche Magiftraaten, die te vooren aan den Stadhouder geftaan hadt, vooreerft, verbleeven werdt aan de Verga« dering van hunne Edele Groot Mogendhe- den, aan welke men de Nominatie wilde overgezonden hebben, met eene byzonde- re aanpryzing der perfoonen , welken de Steden gaarne verkooren zagen. Doch de Stad Amfterdam verftondt, dat de Magi- flraatsbeftellmg in de Steden van Holland behoorde gebragt te worden op den voet, waarop dezelve, in 't jaar 1650 , na de dood van Willem den II., gebragt geweeft was (ü). De andere Leden Hemden, voor 't grootfte gedeelte , met Amfterdam, en de verkiezing van Schepenen uit eene No- minatie , door de Vroedfchap gemaakt, kwam, hier ter Stede, wederom aan Bur- gemeefteren. Amfler- Het Franfche Hof deedt, eer nog de oor- dam log openlyk aangevangen ware, veel moei- bIyfc» te om den Staat over te haaien tot een af- zon-
.
(u) LAMBEBTi Memoir. T«w. II. p. 82.
Cv) Refol, Vioedfclu U'. BB.iy. »s /tprilijoi.f. 13, zi.
|
|||||
XXH.Boek. Geschiedenissen. 245
zonderlyk Verdrag, voornaamlykzynwerk 1702;
maakende, om de Stad Amfterdam, die,de doo(j na de dood des Stadhouders, meer invloeds van Ko- dan te vooren ftondt te hebben in de Re- ning geering van den gantfchen Staat, op zyneJ^1!)6111* zyde te winnen. De poogingen, die hier- ne[gd8e" toe werden aangewend, hadden zelfs, al tot het voor 't affterven van Koning Willem, gele- voort- genheid gegeven tot het verfpreiden van een ^tten gerügt in Engeland, dat de Stad minder y- ws°°r~ verde voor 't gemeen belang dan de andere Leden van den Staat. Doch de Penfionaris Willem Buys fchreef, nog in Maart deezes |
|||||||||||||||
•
|
|||||||||||||||
jaars, eenen brief naar Engeland, die eer-
lang in 't licht gegeven werdt; waarin hy rondelyk verklaarde „ dat Amfterdam, in „ de vermeerderingen van 't Krygsvolk; in „ de verbonden met uitheemfche Mogend- „ heden; in de voorgeflaagen opneemingen 5, van penningen, en in andere middelen „ tot voortzetting van den oorlog, zonder „ aarzelen, bewilligd hadt, en zelfs, voor „ een groot gedeelte, oorzaak was geweeft ,, van de moedige en eenpaafige verklaa- „ ring der Staaten van Holland, na de dood |
|||||||||||||||
van Koning Willem gedaan, om zig ftip*
telyk te houden aan de aangegaane ver- bindteniflen (w)." Zelfs nam de Stad, |
|||||||||||||||
kort na 't afvaardigen van deezen brief,
het moedig befluit, om ter Vergaderinge van Holland te ftemmen tot het verklaaren van den oorlog aan Frankryk, als de eenige weg, om aan de aangegaane verbindtenis- fen
(w) VtftX, LAMBERT! Tam. II. p, %6.
Q3
|
|||||||||||||||
Hó AMSTERDAMS II.Deel*
I?C2. fèn te voldoen; om te geraaken uit de on-
zekerheid , waarin men, een jaar lang, ge- weefl was, en om de Bondgenooten veree- nigd te houden (x). Ook volgde hierop, in 't midden van Maymaand, de Oorlogs- verklaaring der algemeene Staaten (y) : waarna de kryg, genoegzaam jaar op jaar, Marlbo- wakkerlyk, voortgezet werdt. De Hertog rough van Marlborough, die over 't vereenigd houdt Leger der Bondgenooten geboodt, onder- gemeen- hielde naauwe gemeenfehap met de Stad fchap Amflerdam, en kwam dikwils herwaards, |
|||||||||||||
inet de
Stad* |
|||||||||||||
voor 't openen van den veldtogt, om de
|
|||||||||||||
voornaamfle Leden der Regeeringe over te
haaien tot gereede bewilliging in de maat- regels, die hy, tot bevordering van 't ge- meene belang, dienftig oordeelde (s). On- der anderen, kwam hy, op den tienden De- cember des jaars 1704, met een aanzien- lyk gevolg, in twee jagten,te Amflerdam, daar hy , door Burgemeefleren ingehaald zynde , zynen intrek nam in 't huis van Burgemeefler Witfen, en op 't Oude-zyds- Heeren-Logement, pragtigter middagmaal- tyd onthaald werdt. Na twee dagen toe- vens, in welken, hem de voornaamfle ge- bouwen der Stad, en ook den Schouwburg vertoond werden , keerde hy , met een groot gevolg van koetfen, te rug naar den Haage (0). De
(x) Refol. Vroedfch. Lt. BB. 4 ^April ï7oz, ƒ. 1 *ax»
iy) Vaderl. Hift. XVII. Deel, bt. i$3.
(z.) Vaderl. Hift. XVII. Deel, il. 174.
{*) Emop. Meic. Jtnmrj-Jitny J70;. bl, 71»
|
|||||||||||||
J
|
|||||||||||||
\
|
|||||
XXILBoek. Geschiedenissen. 247
De Waarfchappyen van denHoogenZee- 1702.
burg enDiemerdyk ftonden, in April dee-Eenftuk zesjaars, een ftuk Rietland in't Nieuwe Rietland Diep af aan de Stad, zonder dat dezelveint^!eu" iet daar voor behoefde te betaalen , met^n ^? vryheid, om door dat Land flooten te mo- stad af- gen maaken, en de ftofFe, die uit dezelve geftaan. gegraaven werdt, te mogen gebruiken tot het maaken van los wallen of andere noodi- ge werken. Doch na dat het Rietland be« hoorlyk gehoogd was, zouden de Waar- fchappyen de ftofFe uit de flooten mogen ïaaten weghaal en, tot hooginge alleen van den Diemerdyk (&), De dykaadje der Bylemermeer, door eene De Ste-
zwaare doorbraak, in April deezes jaars,|en,Atli^ in zulk een flegten ftaat geraakt zynde , enWeefa dat de eigenaars geene kans zagen,om de-aanvaar- zelve te herftellen; beflooten de Steden den de Amfterdam en Weesp, op den twintigftenJ"5e,J0j November deezes jaars, die Meer te aan- {jf£eJ ƒ * vaarden, in den ftaat, waarin dezelve te- meer, genwoordig was; en den dyk, voor gemee*en her- ne rekening der beide Steden,te herftellen, *Jellende en te onderhouden: waartegen de twee Ste-^zelve. den ook de voordeelen van de Gabelle, de Vogelkooi en de VüTchery in de Meer, het gras- en rietgewas van den dyk, en wat 'er meer van de Meer komen mögt, gelykelyk, deelen zouden (<). In 't volgende jaar, bedongen de Steden van de Ingelanden, dat
(b) Handv. hl. |TJ.
(c) RefoL Vioedfch. Z>.BB. i+Nov. 1702. ƒ,90.Handv,
*/. HJ. ^
Q4
|
|||||
H* AMSTERDAMS II. Deel;
1702. datzy, tot behoudenis van den dyk, bin-
nen aan den zelven, modder of andere Hof- fe zouden mogen laaten brengen , zonder onderfcheid, of dezelve over de oude of nieuwe Landen gebragt werdt. Zulks is, federt, gefchied, en men heeft, daardoor, allengskens, meer lands in deeze Meer aan- gewonnen. In September des jaars 1703, hebben de Ingelanden der Bylemermeer hunne twee ftryk - water - molens, aan de Stad Amilerdam alleen, voor vyfendertig honderd guldens verkogt (d). De Re- De ftorm, die de doorbraak in den ring- geering ^yk vall fe Bylemermeer hadt veroorzaakt, fterdanT ^a<^c °°k verfcheiden' gaten geflaagen in den zorgt Muiderdyk, voor een van welken, terflond, voor de een kifldam gelegd werdt. Doch alzo de- herftel- zelve niet flerk genoeg was, om het win- det? Mi? terwater te keeren, werden Burgemeefteren dgrdyk. "van Amilerdam, in Auguftus des jaars 1702, door de Vroedfchap, gemagtigd, om, ne« vens het Hoogheemraadfchap van den Zee« burg, voor het verzekeren van den Dyk te zorgen (*); waartoe, van Stads wege, ee* ne aanzienlyke fomme opgefchooten werdt (ƒ), alzo de dyk, op drie byzondere plaat- fen , doorgebroken , op anderen , zwaar befchadigd zynde, herftelling noodig hadt. De dyk werdt ook herfleld. Doch men be- vondt, eerlang, dat dezelve flegter onder- houden werdt, om dat hy, niet uit ééner- hand, maar door byzondere dykpligtigen , werdt
(d) Handv. bl. 344.
(e) Refol. Vrocdfch. Ir. BB. 4 Aug, I702. f. 6i.
(fj Reibl, Vioedfch. Lr. BB. 27 Sepu 170z. f. »1. |
||||
*
|
|||||
XXII.Boek. Geschiedenissen. 249
werdt gemaakt. Hierom werdt, in 't vol- 1703.
gende jaar, ter Vergaderinge der Staaten van Holland, van Stads wege, voorgeflaa- gen, of men den Muiderdyk niet tot een gemeenen Landsdyk zou können maaken. Doch alzo zulks niet gefchieden kon, zon- der bewilliging der Staaten 's Lands van Utrecht, die ook eenige roeden dyks te on- derhouden hadden, tradt men, eerlang, in onderhandeling met eenige Utrechtfche Ge- magtigden, die geenszins neigden, om den dyk tot eenen gemeenen Landsdyk te maa- ken; maar liever zouden gezien hebben, dat de Stad Amfterdam het onderhoud van het gedeelte dyks, welk het Stigt bekofti- gen moeft, tegen betaalinge eener jaarlyk- fche fomme, op zig nam. De Stadt beriedt zig hierop; doch men kon eikanderen over de begrootinge deezer fomme niet verflaan (g), weshalve, de onderhandelingen, vrug- teloos, werden afgebroken. Ondertuflchen, liet de Regeering van Amfterdam zig, van tyd tot tyd , veel gelegen leggen aan hec wel onderhouden van den Muider -zeedyk, het doorbreeken van welken onbefchryflyke fchade aan veelerlei Koopmanlchappen in de Stad veroorzaaken kon (A). Men hadt zelfs, hier ter Stede, te waaken tegen booswigten, die den dyk zogten door te fleeken. En vind ik, dat, op den twintigften January deezes jaars 1703 , Kempe Pauluszoon Duyf van Jiarlingen, om voorgenomen doorfteeking van
(l) Refo!. Vroedfch. L*. EB. 14 Sipt. 1703./. i<sg.
\b) keföl. VrocdfcL L'. CC. * Sept. if06. f, isl. Qs
|
|||||
t$o AMSTERDAMS ILDeei.
1703. van den dyk by Zeeburg , hier gerad-
braakt is. Klagten In den aanvang des jaars 1703, hadden
over de de Scheepstimmerluiden aan de nieuwe of ondiepte Kattenburger Vaart hier ter Stede geklaagd,
der nieu- 1 fc u ^- ° ö ' we Vaart. "at nunne * imrnerwerven genoegzaam on-
" bruikbaar werden gemaakt , door de on- diepte van die Vaart, welke zy meenden veroorzaakt te worden, door het affpoelen der wallen van Kattenburg en Wittenberg, welken niet befchoeid, en niet beheid wa- ren. De Vroedfchap , kennis gekreegen hebbende van deeze klagten, magtigde Burgemeefteren en Thefaurieren, om daar- in zulks te voorzien, als zy zouden oordee- len te behooren («). De Ga- £>e Steden Amfterdam en Weesp , het «Sehen Trekpacl en den Ryweg tuflehen de twee Amfter- Steden, inzonderheid daar dezelven langs dim en de Bylemermeer loopen, niet zonder zwaa- Weesp, re koften hebbende können herflellen,zyn- metde » on(^er ant^eren > een gat in den weg ge-
helft ver- broken geweeft, ter lengte van zes en tra*
hoogd. tig roeden en ter diepte van vyf en vyftig 1704. voeten; verwierven, op den zevenden Ju-
ny des jaars 1704 O&roi, van 's Lands Staa- ten , om de Gabellen tuflehen de twee Ste- den met de helft te mogen verhoogen (£). Eenige De overwinning by Hochftett, die op den
dm(fche dertienden Auguftus des gemelden jaars burgers voorviel, hadt den roem des Hertogs van kiaagen,Marlborough, grootelyks, doen ryzen, en hem
(i) Refol. Vr^dfch. LU CC. 9 J**. 1703. ƒ. ioi,
{kj Handv. bl. 4jj. |
||||
XXILBoek. Geschiedenissen. 251
hem de hoogagting verworven van 't ge- ^o^ meen, en van veele Grooten hier te Lande, dat Marl» De ingezetenen van Amfterdam muntten borough hierin boven anderen uit, en eenigen hun-§een 6e" ner gaven 'er een duidelyk bewys van, in|^** 't volgende jaar. Marlborough was toen heeft, van gevoelen, dat men den vyand behoor- de aan te taften in Brabant; doch der Staa- ten Afgevaardigden te Velde ontrieden 't, en deeden Marlborough, zeer zyns ondanks, bewilligen in hunne meening. Hy klaagde hierover, eerlang, in eenen brief aan de Staaten, fchryvende, onder anderen „ dat „ zyn gezag in 't Leger thans veel minder „ goldt, dan het, voorleeden jaar, in.Duitfch« „ land, gedaan hadt (/)." De Engelfche Gezant by de Staaten bragt te wege, dat deeze brief fpoedig gedrukt, en alomme verfpreid werdt (tri): en hierdoor werdt zo groot eene gifting verwekt in de gemoeden van fommige Amfterdammers, dat zig een hoop burgers naar 't Stadhuis begaf, om over de Afgevaardigden te Velde teklaagen, die, zeidenze, den Hertoge van Marlbo- rough geen gezags genoeg lieten (n). Men zette hen af, met goede woorden. Ook kwam 'er, wat laater, een brief van de Af- gevaardigden te Velde aan den Raadpen- sionaris Heinftus in 't licht (0), die de he- vigheid een weinig deedt bedaaren. Het
(l) Voiex. LAMBERT! Tom. IIT. f. 47«.
(>w)LAMBERTI Tom. III. p. 479. r(») Vadetl. Hift. XVII. Deel, bt. i<5i. {•) Vaitx. LAMBERT1 Tom. 111. p, 47J. |
|||||
1
|
|||||
" ......■■»"»■PI. "™--------------------—— ■
|
|||||
252 AM S T E R D A M S IL Deel.
1705. Het Franfche Hof, in den nazomer dee-
Burge- zes jaars 1705 , eenige opening willende meefte- doen tot eene Vredehandeling, gaf'er hei- een ken- metyk kennis van aan de voornaamfte Le- nis van den der Regeeringe, byzonderlyk aan Bur- Frank- gemeefteren van Amfterdam , op welker ryks ge- jaft? de Penfionaris Buys een Ontwerp ee- heid^t" ner a^gemeene Vrede maakte , welk door Vrede, hen goedgekeurd , en aan de Engelfche Staatsdienaars medegedeeld werdt. Doch men was, aan 't Engelfche Hof, zo fterk gefield op 't voortzetten des oorlogs, dat de heimelyke handeling, die , nog eenen geruimen tyd, altoos met kenniffe van Bur- gemeefleren van Amfterdam , agtervolgd werdt, eindelyk , meer agterwaards dan voorwaards begon te gaan; waarom zy, in 't jaar 1707, zo goed als afgebroken werdt(p). Beden- De laft des oorlogs viel, midlerwyl,den kingen Lande zo zwaar, dat men, in de Lente des Amfter- Jaars '7°^» ter Vergaderinge van Holland, dam,overin beraad leide, om eenige Domeinen der 't ver- Graafelykheid te verkoopen. De Vroed- koopen fchappen der Steden raadpleegden hiero- Graaf- ver» fe(*ert» insgelyks. Te Amfterdam, lykheids werdt, onder anderen , overwoogen , of Domei- men, in geval van verkoopinge van eenige nen. Graaflykheids Domeinen, ook eenige nieu- 1706. we Ambagtsheerlykheden of andere Domei- nen voor de Stad moeft tragten te verkry- gen. Doch men verftondt, ten deezen ty- de, dat verfcheiden' Ambagtsheerly kneden, VOOr-
fr} Vaderl. Hift. XVII. Dtd, bh *«p-ij>+, 3 H. |
|||||
XXÏÏ.Boek. Geschiedenissen. 253
voorheen door de Stad aangekogt,metnaa- 1706. me die van Urk en Emmeloord , zeer kolt- baar vielen; en dat het gezag, welk men in de overigen oefende, veel ligt, door de kos- ten , welken men aldaar hadt moeten maa- ken, geëvenaard, zo niet overtroffen was. Men befloot, derhalve, geene meerAmbagts- heerlykheden voor de Stad te verkrygen, dan Diemen en Ouderkerk en weinige ande- ren , die naby de Stad gelegen waren. Voorts, waren 'er, nog eenige Domeinen van eene andere natuur, die men hier wel wilde koo- pen, en onder anderen, het regt om zwaa- nen te mogen houden, waarvoor de Stad nu jaarlyks twee guldens aan de Rekenka- mer verfchuldigd was. Eindelyk, was men hier van gevoelen, dat eenige Domeinen in *t geheel niet behoorden te worden verkogt (g). De overige Leden van Holland hadden ook hunne byzondere bedenkingen over 't verkoopen der Domeinen. Men kwam tot geen befluit. En daar verliepen nog eenige jaaren, eer men tot verkoopen kwam. De Diakenen der Lutherfche Gemeente Oftroi
deezer Stad verwierven, op den vierentwin-te" be- tigften December deezes jaars i7o6,Ocl:roihoe^ van 's Lands Staaten, om de nakatenfchap ^erfchS" van de ouders der kinderen, die in hun Wees- Wees- huis werden opgevoed, tot onderhoud van huis, en die kinderen, te mogen naar zig neemen, ° udi" xnidsgaders, de vrugten derHoofdfommen, u4nhuis die aan de kinderen, geduurende hun ver- hier ter blyf in het huis, verfterven mogten. Ook Stede. werdt
(q) Rcfol. Vroedfch. Lc.CC.3, ixüfajX7o6. /.ao7,ao*.
|
||||
254 AMSTERDAMS II.Deei.
1706. werdt het Weeshuis erfgenaam verklaard
van zulken, die in het zelve waren opge- voed; ten ware zy het regt van erfvolginge hadden afgekogt. 't Gene de oude Vrouwen in 't Lutherfche Oude - Vrouwenhuis nalie- ten verviel, volgens ditOchoi,ook aan het gemelde Huis (r). De Wal- De Walfche Diaconie klaagde wederom % fthe op het einde deezes jaars, dat de armoede wordtnie°nder deFranfche vlugtelingen, by gebrek wederom van werk in den tegenwoordigen oorlogs- door de tyd, zo fterk toegenomen was, dat zy, in Stad on-dit jaar, boven de gewoonlyke veertigdui- ftgru"nd zend guldens, met welken zy, van Stads we- ge, onderfteund werdt, wel negentiendui- zend guldens ten agteren was geraakt; en verzogt, op nieuws, om buitengewoonen on- 3707. derfland O). Burgemeefteren en Raaden voldeeden aan dit verzoek, in de Lente des volgenden jaars. De vereifchte penningen werden, volgens gewoonte, opgenomen, en de laft, dien de Stad hiervan hadt, gevon- den uit de verhoogde huur der Banken in de Vleefchhallen, en uit eene belading van vyf- honderd guldens op allen, die, voortaan, met verlof van Burgemeefteren, de neering van KofFyfchenken, hier ter Stede, begin- nen, of overneemen zouden (£). In 'tjaar 1707, gaf de Walfche Diaconie, boven den gewoonlyken onderftandvan veertigduizend guldens, agtduizend driehonderd vyfenzes- tig guldens uit, die haar wederom, van Stads we-
(r) Handv. bl. 4<f?.
(s) Refol. Vroedfch. L*t. CC. 21 Dec. 170«. ƒ. 2*1.
(t) Refol. Vipedich. Lt%, DD, 12 Maart 1797. ƒ, 1$,
|
||||||
I
|
||||||
XXII. Boek. Geschiedenissen. 255
wege, werden goed gedaan («). Doch op 1707.
den negenentwintigften January des jaars 1709, werdt beflooten, haar met niet meer dan veertigduizend guldens 's jaars te on- derfleunen (v). De Ridder de Forbin, na 't eindigen van De RU-
den veldtogt deezes jaars, aan 't Franfche <ter de Hof, met den Heere de Pontchartrain, in ge- j0r^m » fprek geraakt zynde, over het onderneemen voornag' eener landinge in Schotlatid, met zesduizend aan 't man, die onder zyn bevel gefield zouden Franfche worden, maakte veel zwaarigheid _ in den**0^» om togt; doch floeg den Franfchen Staatsdie- ^am te~ naar voor, dat hy herts genoeg hadt, om verdel- met dezelfde zesduizend man Amflerdam gen, te overmeefleren, zo dra de aanflaande veld« |
|||||||||||||||
togt in de Nederlanden geopend zou zyn.
Hy onderflelde, dat hy de Stad dan ontbloot zou vinden van bezetting; dat zy door de burgery niet zou können befchermd wor- den , en dat hy, dezelve bemagtigd hebben- de , meer dan duizend fchepen, die aldaar lagen, zou können vernielen, en de Stad zelve aan kooien leggen; waarna Frankryk in vier dagen vrede hebben zou „ alzo," zeide hy „ al derykdom en magt der Ver- „ eenigde Provinciën in deeze Stad alleen |
|||||||||||||||
9»
|
beftondt, en de Staaten geenen moed
|
||||||||||||||
„ zouden hebben, om den oorlog voort te
„ zetten, na dat Amflerdam bedorven zou „ zyn." Voorts, zou hy zig, met zyne marüchap, op de kleine vaartuigen, met wel*
(*) Refol. Vroedfch. Ln, DD. s Jan. 170J. ƒ. 100.
(v) Gioot-Mcmw. N, iX. ĥ 8$. |
|||||||||||||||
•
|
|||||
25<5 AMSTERDAMS ILOeel.
1y0yt welken hy dezelve herwaards gevoerd zou
hebben, en onder de befcherming van eeni- ge galeien, naar Texel en zeewaards begee- ven, en in deezer voege de Engelfche en Staatfche Oorlogsfchepen tragten te ontwy- ken. Doch zyn voorflag vondt geenen ingang aan 't Franfche Hof (w). Ook heeft men groote reden om te twyfelen, of dezelve, van zyne zyde, wel ernflelyk gemeend werdt. Orde op Buiten de Haarlemmer - Poort, tuflfchen •t fchut- de Stads vefl en de Haarlemmer vaart, was ten, door een klein Schutfluisje gelegd , waardoor buken de TurfPonten» Tentfchuitjes, Jagten, Melk- Haaf- fchuiten en diergelyke vaartuigen uit en in lemmer de Vaart konden gefchut worden. Burge- poort, meefleren vonden geraaden, op den eerften Auguflus des jaars 1708 , een Reglement valï te ftellen voor den Sluiswagter, waar- by het fchutgeld op een fluiver en een hal- ven fluiver, naarde grootte en foorte der vaartuigen , bepaald , en elk toegelaaten werdt, zig , voor tien guldens in 't jaar , van 't fchutgeld vry te koopen (s). In rt jaar 1714 , werdt , tot nader verklaaring van dit Reglement, gefield, dat van de Praamen en Melkfchuiten der Huisluiden, die de Haarlemmer vaart langs moeflen, telkens een halve fluiver zou moeten be- taald worden (y). Voort- De heimelyke Vredehandeling met het zetting Franfche Hof, die eenen tyd lang opge* der hei-. fchort (») Memoir. du Comte DE lORBW Tom. II. J>. 281.
(*•) Handv. hl. 357. (/) Handv, bl. 3S7» /
|
|||||
XXII. Boek. Geschiedenissen. 257
|
||||||||
&
|
||||||||
fchort geweefl was, werdt wederom voort- 1700;
gezet, in den aanvang des jaan 1709. Demelyke Regeering van Amfterdam hadt 'er de voor- Vrede- / naamfte hand in. De PenfionarisBuysendeJ1.110^^ Heer Bruno van der DuJJen, Bufgemeefter prank- van Gouda, begaven zig, in 't midden van ryk,door Maart, naar het Stryenfche Sas, en hielden, beleid in het Dorp Stfyen, een mondgefprek metder ?-ee denPrefidentRouiüé, die uit Frankryk af- ^/Am- gezonden was. Bürgemeefteren van Am- fterdam. fterdam kreegen terftond kennis van 't gene 'er gehandeld was, waarvan wel haafl iet uitlekte. De Stad neigde thans zo fterk tot vrede, dat Prins Eugenius, nog voor 't ope- nen van den veldtogt, een' keer herwaards deedt, om haar tot andere gedagten te bren- gen. Rotterdam haakte even zeer naar't ein- de van den oorlog, die, fchoon voordeelig voor de Bondgenooteo uitgevallen, veel bloeds en geweldige fchatten gekoft hadt. De handeling werdt, eindelyk , openbaar. Men ontwierp eenige voorafgaande punten; doch vorderde zo veel van Frankryk, dat de Koning, toen reeds hoopende op eene gunftige verandering aan 't Èngelfche Hof, zwaarigheid maakte orrize te tekenen (z)< Hynamzeegter,inFebruarydesjaars 1710, !^io; allen op één na aan. Men tradt hierop te Geertruidenberg in openlyke onderhande- ling , waartoe de Heeren Buys en van der DulTen, van wege de Staaten, gemagtigd werden. Doch deeze onderhandeling liep vrug'
('*,)" Vadcil; Hift. XVII. Deel, bl. 528.3+1,
Vï. Stuk* R
|
||||||||
----------------------------■
|
||||||
■
t$2 AMSTERDAMS IIDeel.
17Ï0. vrugteloos af, alzo de Staatfchen vorderden,-
dat de Franfchen zig verbonden, om den Hertog van Anjou Spanje en de Indien te te doen ruimen; waartoe de Franfchen on- magtig of ongenegen waren (#). De oorlog werdt dan wederom voortgezet. Doch het afzetten van verfcheiden'Staatsdienaars aan 't Engelfche Hof gaf den Franfchen, in 't jaar 1711, gelegenheid om met het zelve in afzonderlyke onderhandeling te treeden r waarin zy beter Haagden. Lotery Het onderhoud van 't Eiland Urk, waarvan ten be- de Stad, in't jaar 1660, de Ambagtsheer- hoeve lykheid gekogt hadt, hadt haar dikwils vjjind zwaare fommen, enfomtydswel agttiendui- Urk op- zend guldens,in één jaar, gekoftO). Een geregt, geweldige ftorm, op den agtften January des jaars 1710 opgelïeken, hadt dit Eiland ook zo veel fchade toegebragt, dat het wel haaft geheel onbewoonbaar flondt te worden, zo 'er geene nieuwe en kragtige middelen in 't werk gefield werden, om het te verbeteren, en in goeden flaat te onderhouden. De ge- legenheid van het Eiland en de vuurbaak op het zelve waren, ondertuflchen, van zo veel dienft, tot beveiliging van de vaarte door de f Zuiderzee, dat Burgemeefteren van Amfler- dam niet konden nalaaten,de zorg voor het zelve den Staaten van Holland,ten kragtig- flen, aan te beveelen. En hunne Edele Groot- Mogendheden gaven, op den vyfden Juny des jaars 1710, Burgemeefteren Ottroi om, tot
(*) Vadeil. Hift. XVII. Deel% bl. jjo-3»i.
(i) Rciöl. Vrucdich. Lr«. CC. II M*j »706. ƒ. 199,
|
||||||
•
|
||||||
ixiLBoEK. Geschiedenissen. 259
tot behoudenifle van het Eiland Urk,inhun- 1710.
ne Stad, eene Lotery op te regten, ter fom- me van zesmaal honderdduizend guldens (<*fc gelyk, eerlang, gefchiedde. Het voordeel, welk hiervan kwam, werdt ook befleed, tot verbetering van het Eiland. Op den dertien-Anker- den Juny des volgenden jaars, kreeg de Stad^ |eJ^°{! daarenboven, 0£troi van 's Lands Staaten, 0ord. om een Ankergeld te heffen van dertig ftui- ^ 1 f. »vers van elk fchip, dat voor Emmeloord, welks Ambagtsheerlykheid ook aan Amfter- dam behoorde, het anker werpen zou (d)> De Franfche Kapitein CaJJart, in Auguftus Surina-
des jaars 1712, met een Esquader, van Mar- ™£rdt tinique gezeild zynde, kwam, op den tien*door de den Oétober, in de Rivier van Suriname gran- en maakte zig , terftond, meefter van defchenv gantfche Volkplanting, behalve van de Stad fcehbartand* en de Vefting Paramaribo, diehy belegerd *2t hieldt, en met eene bombardeering dreig- de: 't welk die van binnen noodzaakte tot een Verdrag, waarby hem eene brandfchat- ting van agtmaal honderdduizend guldens beloofd werdt. Hy keerde niet naar Marti-* . i nique te rug, voor dat hem deeze fomme, in geld, in koopmanfchappen, en in Negers, betaald was «)• De Volkplanting, die de Stad Amfterdam voor een derde toebehoort* leedt by deezen aanval zo veel, dat zy, in lang, niet wederom op haar verhaal ko- inen kon.
De
(c) Groot-Memor. N. IX. ƒ. nï. Handy, bl. |$i.
(d) Handv. bl. jjfi.
(e) Earop. Mac. v*n J7U. bl. Mo, 31*.
R %
|
|||||
f
|
|||||
V
|
|||||
s6*o AMSTERDAMS Gesch. IL Deel.
i 7 i 2. De afzonderlyke Vredehandeling tuflcheti
Amfter- Engeland en Frankryk werdt, midlerwyl, da.1" be." i zo vlytiglyk voortgezet, dat 'er, in den zo* cen ftil1" ^* ^es Jaars *712» een fti^30^ van wape-
ftandvannen tuflbhen de twee ryken getroffen werdt, wape/ die tot een gevolg hadt, dat de Engelfche nea. troepen, onder den Hertog van Ormond, zig fcheidden van het Leger der Bondgenooten* i De Regeering van Amfterdam, hiervan ken- nis bekomen hebbende > en bedugt voor» verwydering tufTchen Engeland en den Staat, bewilligde van de eerften in de getroffen Wapenfchorfinge, voor den tyd van twee maanden (ƒ). Ook ftemde zy, federt, ge- reedelyk in de voorwaarden van Vrede, die door het Engelfche Hof beraamd waren (g)* 1713. De Vrede werdt, hierop , in 't volgends jaar, te Utrecht geflooten; doch op veel na- deeliger voet, dan dezelve voorheen zou en in't hebben können getroffen worden. De Stad bekragci- Amfterdam ftemde, zonder uitftel, tot hec gen der bekragtigen derzelve (b): en deedt, federt, fche° £" £ot gedagtenis derzelve, eenige gouden ge* Vrede, denkpenningen munten en uitdeelen (/'). (f) Refol. Vroedfch. Lt. EE. 3» 7«ny I7H. f. i$U
(g) Refol. Vroedfch. L'. EE. iz Dcc. \j\z. f. 190.
(h) Refol. Vroedfch. Ir. EE. 27 ^ipril 1715. ƒ. zzu • (i) Refol. Vroedfch. Lr. fiE. 5 7ul3 l7H* ƒ< »7J«
-
•
... TWEE-
|
|||||
I6i
TWEEDE DEEL. 'SW GESCHIEDENISSEN
|
|||||||||
VAN
|
|||||||||
AMSTERDAM.
|
|||||||||
DRIE-ENTWINTIGSTE BOEK.
» i'
-
Amsterdams Geschiedenissen,
van het jaar 1713, tpt het jaar 1740. ■
De Landen in de Bovenkerker-Polder Ont-
onder Amiterveen meeflallen,federt ¥?n". ëenige jaaren, ingefleken en verturfd zyn- dl"|e'^e" de, was men nu ook begonnen, de Landen Amfter- in de Buitendykfche Polder bezuiden Am.« veen, fierveen in te fleeken: 't welk, voortgang verboo- hebbende, zeer nadeelig ftondt te zyn voor den' het gemelde dorp, dat, met een harden I7I3* zuidweften wind, veel te lydenzou hebben van den flag van 't water. De ingezetenen van Amfterveen vertoonden dit gevaar aan de Ambagtsheeren,de Burgemeefteren van Amflerdam, die, op den vierden April, _ bevalen „ dat geen Land in de Buitendyk- „ fche Polder, agter de huizen van Am- „ fterveen gelegen, zou mogen wprden ver- „ turfd." Ook deedt zy? om hun bevel te beter te doen verilaan, op zekere plaats be- zuiden het dorp, een' paal flellen, binnen wel- ben , geen land ontgrond of verturfd worden R 3 mögt
|
|||||||||
flfe AMSTERDAMS II. Deel
!713. mögt (a): gelyk ook, meen ik, federt, zeld-
zaam gefchied is. De Stad De dyk beooften Muiden, die, dikwils, neemt de door zwaar en florm en hoogen vloed, be- voor de fcnac*igd geworden was, leedt, in 't begin herfiel, van Maart des jaars 1714, wederom zo ling van veel van diergelyke rampen , dat de Stad den dyk Amfterdam, welke veel belang hadt by de Mulden" behoudenis van deezen dyk , niet alleen ; op zig, maar °°k de Leden van Holland in 't ge- ten lafte meen verftonden, dat men, zonder uitftel, va" 't aan 't herftellen van den zelven arbeiden geraeene m01e^ JVJeri leide in beraad, om den dyk, 1714. zo we* beooften als bewerten Muiden, tot eenen gemeenen Dyk te maaken (b): en de |
||||||||
• ■
- u..
|
||||||||
Staaten beflooten hiertoe, op den dertigften
Juny, betrekkende ook den dyk tuflehen Muiderberg en Naarden tot de gemeené dykaadje. Voorts, fielden zy vafl „ dat j, alle de Landen, die door den Muiderdyk j, befchermd werden, tot het onderhoud „van den zelven, zouden moeten draagen, j, en dat men 't werk van de herftelling des „ dyks, met de Stigtfche Waardsluiden, en „ des noods ook met de Heeren Staaten van „ Utrecht, overleggen zou." Burgemees-, teren van Amfterdam werden verzogt, de befchaaving van 't werk op zig te neemen; de noodige penningen, ter fomme vaïi hon- derdduizend guldens toe, tegen drie ten honderd in 't jaar, te verfchieten , en van alles verflag te doen aan de Vergadering (a) Handv. bl 314.
\b) Relbl. Vrocdlch. L\ EE. z9 May 1714. ƒ. 2tfi.
|
||||||||
XXIlI.BoEK. Geschiedenissen. 263
der Staaten (c). De Regeering der Stad nam 1714;
aan, te zullen voldoen aan het verzoek van haare Edele Groot - Mogendheden, en ver- koor zes Raad en, om voor de dykaadje te zorgen (d). Ook leedt het niet lang, of de Muiderdyk werdt herfteld. De Stad hadt, tot deeze herftelling, een honderd vyftien- duizend vierhonderd vierenzeftig guldens en veertien ftuivers gefchooten , welken men, eerlang, befloot , in vyftien jaaren tyds, door de dertienhonderd morgen,die onder deeze dykaadje behoorden, te doen afleggen (e). De grond van de Diemer- of Watergrafts- De Stad
meer bleef, na de jongfte droogmaaking,bewilligt zomoeraflig, dat men zwaare koften ^^oftrcJ moefl, om den zelven te verbeteren. Dyk- voor graaf en Heemraaden, zig met deeze kos- Dykgraaf ten bezwaard vindende, verzogten, in deenHeem-« Lente des jaars 1715, ter Vergaderinge van JJJJ^ Holland, Oóiroi , om eene redelyke Gabelle Diemcr- te mogen heffen van alle wagens, paarden meer tot en offen of koeijen, in of door de Meer trek- hethef- kende, mids de ingelanden en opgezetenenfen v!|? van dezelve bevryd bleeven. Hun Verzoek- bene> fchrift kwam, onder anderen, naar gewoon- 1715. te, in handen der Regeeringe van Amfter- dam (ƒ), die verftondt, dat men in de be- geerde Gabelle zou können bewilligen, on- der de volgende voorwaarden: „ 1. Dat de j, Outewaaler-weg, op eene bekwaame „ breed-
|
||||||||||
(c) Groot-Plakaatb. V. Deel, bl. i<ïj4-
(d) Refol. Vroedfch. L*. EE. $ July 1714./. 171.
|
||||||||||
I
|
||||||||||
e) Refol. Vroedfch. £T. GG. 3 Sept. 1710. ƒ. 50.
f) Refol. Vioedfch. Z-'. FF. x Maart 17is. f. »7,
|
||||||||||
R 4
|
||||||||||
2t*4 AMSTERDAMS IL Dee£,
X7r5« ?» bfeedte,en met een voetpad daarnevens,
J „ ten genoegen van Burgemeefteren, door ,, Dykgraaf en Heemraaden, zou moeten „ onderhouden worden. 2. Dat voetgan- „ gers en allerlei vee, uitgenomen paar- ,, den, offen en koeijen, van de Gabelle „ zouden vry zyn. 3. Dat Burgemeefteren |
|||||||||||||||
9>
5»
5» J» 3»
|
de Gabelle, ten allen tyde, zouden mo-
gen afkoopen, mids voldoende 't gene, tot het maaken van den Outewaaler-weg, verftrekt was ; en mids dat Dykgraaf en Heemraaden , ook dan , bleeven by hun oud regt, om de Meer te fluiten, of |
||||||||||||||
5, open te laaten. Doch zo lang de Gabelle
„ geheeven werdt, moefr. de Meer open ,, blyven, zonder dat 'er egter driften van ,, fchaapen of verkens mogten doorgedree- ven worden , dan met bewilliging van Dykgraave en Heemraaden ; en geene |
|||||||||||||||
9»
|
Heffenkarren altoos (g).?' Ook is het
|
||||||||||||||
Oëtroi, federt, op deezen voet verleend,
betaalende een rytuig met vier wielen twee ftuivers; een rytuig met twee wielen een ftuiver; een man te paard een halven Hui- ver , en een paard aan de hand, os of koe twee duiten. Doch de ingelanden en opge- zetenen zyn vry. yerblyf Peter de I., Czaar van Muskovie, die van Peter zig, gelyk wy in 't voorgaande Boek (h), den I., verhaald hebben, op 't einde der voorgaan- vanMus-cte eeuwe, eenen geruimen tyd, hier ter Ste- liovie, te de opgehouden hadt; deedt, in 't jaar 17 itf, vaij
(g) F.efol. Vroedfch. Lr. FF. 12 Maart 1715. ƒ. 31.
(h) Wadz,.'i}o. |
|||||||||||||||
XXIH.BoEK. Geschiedenissen. 265
yan zyne Gemaalinne verzeld,eene tweede 1716.
reis herwaards. Hy kwam, vooraf,eneerft,AmfteN over Utrecht, te Amfterdam, daar hy, den dara. zeventienden December, des avonds, voor 't huis van den Muskovifchen handelaar Chrifloffel Brantz, op de Keizersgraft over den Schouwburg, uittradt en vernagtte. Doch den volgenden dag, nam hy zynen intrek in 't huis van den Muskovifchen Hee- re Soloffihoff, op de Heerengraft, by de Vyzelftraat. De Staaten van Holland had- den den Graaf van Albemarie uit de Rid- derfchap, en eenige Heeren uit de Steden, onder anderen, den Heer enM'. Gerrit Hooft, Burgemeefter van Amfterdam , benoemd, om den Ruflifchen Vorft, geduurende zyn verblyf in de Provincie, te verzeilen, en eere aan te doen. De Wethouderfchap ont- haalde hem > den eenentwintigften Decem- ber , op eene nanoensververfching, in den Schouwburg. Voorts, werdt hem het merk- waardigfle, hier ter Stede, vertoond. Doch, 1717. in de volgende maand, overviel hem hier • eene ziekte, van welke hy egter fpoediglyk herflelde. Vroeg in 't voorjaar, kwam zy- Zyne Ge«. ne Gemaalin herwaards, die hem, eerlang, maalin verzelde naar den tïaage; doch op den een- k°mt» entwintigften April, in deeze Stad, te rug {y^ffbier kwam, daarmen haar op't Y ver maakt e, ter Stede, met een fpiegelgevegt, tufTchen twee Es- quaders Jagten en mindere vaartuigen, van welken het eene door den Schout by Nagt, Matthias Boudaan, en het andere, door den Jtapiteinüfewi£ Grave, gebooden werdt. Tus- fchen I^ieuwpndani en Schellingwoucje, vlak E j voor
|
||||||
266 AMSTERDAMS II. Deel.
j-j- voor de Admiraliteits-enOoftindifche Wer-
ven , raakten de Esquaders hevigft aan el? kanderen, in 't gezigt der Czaarinne, die zig bevondt aan boord van een der groot- fte Jagten, voerende eene Ruffifche vlag- ge: doch tegen den avond, voegden de Esquaders zig byeen,en geleidden het Jagt der Czaarinne naar de Stad. Dé Czaar, midlerwyl eene reis naar Frankryk en naar 't Spa gedaan hebbende, keerde,in Augus- tus , hier ter Stede te rug. En toen werdt f op zyn verzoek, een nieuw Spiegelgevegt gehouden, in den mond der Zuiderzee. De Prinfeiïe Weduwe van Jan Willem Frifo% Prinfe van Oranje en NafTau , vereerde de Stad toen ook met haare tegenwoordig- heid, en nam deel aan deeze vertooning. Zy kee- De Czaar en Czaarin vertoefden tot den ren naar tweeden September inAmflerdam,en ver- hun Ryk. trokken toen , onder 't losbranden van 't gefchut van de wallen, naarBerlyn: van waar zy, eerlang, naar Petersburg te rug keerden. De Czaar hadt den Heer Brantz hier tot den Ridderftand verheeven, en tot zynen Refident en Hofraad aangefteld. De Heer Joan van der Burgh was zyn Agent en Commercie - Raad geworden, en de Heer Soloffihof met hem naar Peters burg gekeerd. Men hadt, hier te Lande, byzonderlyk te Amfterdam, hoop gefchept, om een Ver- drag van Koophandel te zullen können flui- ten met den Czaar, waarvan reeds een Ont- werp gemaakt was. De Stad beloofde zig veel voordeels, uit zulk een Verdrag. Doch de Czaar, die zeer gefield was, om den Koop«?
|
||||
XXni.BoEK. Geschiedenissen 267
Koophandel in zyn Ryk, met de fchepen 1717,
zyner eigene onderdaanen, te doen dry- ven , was niet te beweegen tot fluiten (t). Op het timmeren en rooijen in de Stad Keur cp
waren, van ouds, verfcheiden' Keuren ge- het tim- maakt en vernieuwd. Doch men bevondt, jjjf^11 en omtrent deezen tyd, dat eenigen derzelven van niet werden naargekomen naar behooren. Stook- Myne Heeren van den Geregte fielden, plaatfen, hierom, by eene Keure van den elfden Maart deezes jaars, verfcheiden' heilzaame or- dres op het maaken van heiningmuuren, fchuttingen, floepen, hekken en pothuizen: ook tegen 't gebruiken van Stads grond tot dorpels, holten of fchuinten: op het flel- Jen van Ketels, Pannen, Ovens van Brou- , wers, Zeepzieders , Suikerbakkers, Ver- wers en diergelyken: en op het maaken der Kagchels van Zydeverwers , Gouddraad- trekkers, Suiker bakkers en anderen, die op zolders werden geplaatft (&): alles tot voorkominge van brand, die anderszins, by zulken, die meer dan gemeen flerk vuur gebruiken, ligtelyk, ontflaan kan. De aanhoudende ftormwinden, die, in Hooge
?t najaar, en byzonderlyk in de maand De- Water- cember, waaiden, hadden het zeewater zo Xl0ad °/ hoog, tegen de kuflen van Holland en van ty ' de nabuurige Provinciën, opgejaagd , dat men, alomme,en ook hier ter Stede,voor eene doorbraak der Zeedyken bekommerd werdt. Op den vyfentwintigflen en zesen- twin-
(*) LAMBEUTI Memoir. Tom. IX. f. «19, 760. Tom.
X. f. 1°+, 116. ïi$». Vadeil. Hift. XVIJI. Dtel. bl. is*. {{,) HandY. K ftt. |
||||
26% AMSTERDAMS II. Deer,
1717. twintigften, liep de Waterkeering langs de
de oude Teertuinen en by 't Kamper hoofd, en de Haarlemmerdyk, binnen de Haar,- - lemmer-Poort, gevaar van door te bree^ ken. Doch de goede voorzorg van Bur- gemeefteren , die zig , in perfoon, derr |
||||||||||
waards begaven, voorkwam dit gevaar. De
dykaadjen werden behouden, fchoon, door |
||||||||||
den hoogen watervloed, de Eilanden, ten
ooften en ten weften van de Stad, t'eene- maal, overitroomd werden. Het overloo- pen van den Slaaperdyk tiuTchen Spaarne- dam en de Zandpoort deedt het water, voor en in de Stad, eenigszins, zakken. Defcha- de was niet groot, in Amflerdam. Doch het doorbreeken van den AfTendelverdyk op zes plaatfen, en het bezwyken van den S. Aagtendyk, by de Beverwyk, zette het gantfche Noorderkwartier, behalve het Schermer-Eiland en de groote droogge- maakte Meeren, tot aan Avenhorn toe,on- der water. Aan andere oorden in Holland, werdt ook vry wat geleeden. Doch de meefle fchade aan menfchen en vee viel, in Friesland, en vooral in Groningerland; gelyk, by anderen, uitvoeriglyk , is aan- » getekend. Regts- De regtspleeging, die, omtrent deezen
pleeging tyd, hier ter Stede, gehouden was, over over ee- eenen berugten booswigt, genaamd Jacob nen be- fr^ß Muller, anders Jaco, gaf 's Lands rugten 0 • » ' 1 j * ö 1 >S booswigt Staaten, m t volgende jaar, aanleiding,
hier ter tpt het maaken eener nieuwe Wet, ter be-
stede kordnge der Regtspleegingen, in diergely- Lands'8 ke gelegenheden- De misdaadige, zynde het
|
||||||||||
iXIILBoEK. Geschiedenissen. 269
het hoofd van eene eantfche bende ftraat- 1717.
fchenders, huisbreekers en moordenaars, Staaten
was, in 't begin des jaars 1716, gevat * en gelegen-
vervolgens te regt gefield. De Hoafdoffi- heid tot
cier hadt menigvuldige geregtelyke befehlt!- he* maa*
dieineen ten zynen lafte in handen, zelfs JS^Hj
o o , wf Ti , 1 ner nieu«
van zyne makkers, die hem bezwaard, en we ^et:
'er den dood op geleeden hadden. Doch
hy ontkende alles, wat hem den hals zou hebben können koften. Men bragt hem aan de paleije, die hy doorflondt, zonder te bekennen. Hy werdt dan in het Rasphuis gezet: doch vondt middel , om, op den derden September des gemelden jaars, te öntfnappen. Maar 't leedt maar weinige ,: uuren, of hy werdt, pas buiten de Leidfche _ Poort, in eene herberg op den Overtoom- fchen weg , andermaal, gevat door den Onderfchout, Joan Foetknegt, Men ont- ving hem, vervolgens, in een gewoonlyk Proces ,'t welk tot in 't begin des volgenden, jaars duurde. Toen werdt hy veroordeeld, om leevende geradbraakt te worden. Doch hy hadt de floutheid van zig, van het von- nis van Schepenen, op het Hof van Hol- land te beroepen. Men voerde hem dan naar den Haage, daar hy , op de Voor- pootte , werdt vaftgezet. Het Hof beves- tigde , eerlang , het vonnis van Schepenen. Doch de booswigt beriep zig andermaal op den Hoogen Raade, 't Liep tot den twee- 171 & entwintigften July des jaars 1718 aan, eer dit hoog Geregtshof verklaarde, dat hy, by de twee voorgaande vonniflen, niet be- zwaajrd was. Men bragt hem, vervolgens, te
|
|||||
•
|
|||||
270 AMSTERDAMS II.DEEt;
1718. te rug naar deeze Stad, alwaar het beftem-
de vonnis, op den zeftienden Auguftus, aan hem werdt uitgevoerd, waarby 's Lands Staaten, bevroedende, hoezeer het ap- de byzondere Schepensbanken, en de hoo- piitcren £e Geregtshoven zelven konden opgehou- hooge den worden, door het appelkeren vanopen« Geregts- baare misdaadigen , die , hardvogtig ge- hoven, noeggeweeft zynde, om de paleije door aan£" te ftaan, in een gewoonlyk Proces, ontvan- Êoosaaregen waren ; hadden, midlerwyl, op den wigten, zeventienden Juny te vooren, reeds voor verboo. eene altoosduurende Wet vaftgefteld „ dat £en, ,, geene dieven, landloopers en ftraatfchen- ' 5, ders, die, over gepleegde dieveryen of 5, geweldenaaryen, eens in 't openbaar ge- „ ftraft geweeft, en naderhand, over dier- „ gelyke misdaaden, andermaal, terftraf- „ fe veroordeeld waren, zig op eene hoo- i9 ger Regtbank zouden mogen beroepen, „ al ware 't fchoon, dat zy, niet op be- rt kentenis, maar op bewyzen en getuige- „ nilTen, en zelfs in een ordinaris Proces, „ gevonnift waren," En deeze wet heeft, onder anderen, federt, niet weinig mede- gewerkt, om de boozen, die, te vooren, meer kans zagen om de verdiende ftraf te verwylen, af te fchrikken van het kwaade. Stigting De Nederduitfche Gereformeerde Dia- van een conie, eene aanzienlyke erfenis bekomen Oude- hebbende, die haar, door wylen Jan van hSs^er' <dken, nagelaaten was, belloot, in deezen Diaco- jaare 1718, haar Oude • Vrouwen - Huis te nie. vergrooten met een gebouw, voor honderd oude mannen, welk geftigt werdt, onder de
|
|||||
XXIII.BoEK. Geschiedenissen. 271
de Ziekenkamer der oude Vrouwen , die 1713.
ook merkelyk werdt uitgezet. Aan den voet Amftel" van de Amftelbrug ten weilen, werdt, in Jagtha- dit zelfde jaar, ook eene Jagthaven aange- venaan- legd, alwaar een bekwaam aantal van boei-gc eg jers, jagten en fpeelfchuiten geplaatft kön- nen worden. De Diemerdyk was, laatftelyk in 't jaar Gefchll
1711, van den draaiboom buiten Amfter-over het dam af, tot aan de Kykuit-poort der Stad ?ndf' Muiden, gemeeten, en verdeeld in zekere jen Die? Bonnen of perken, volgens welke verdeeling, merdyk. de dykpligtige Landen, met het onderhoud van zekere roeden of voeten dyks, waren aangeflaagen. Amilerdam bekofïigde, vol- gens voorige overeenkomften, zeshonderd en tagtig roeden, twee voet en zes duim dyks, loopende van den draaiboom af, tot aan de Traankookerye of herberg Zeeburg toe, behalve dat de Stad nog ruim twee roeden dyks onderhieldt, die verder gele- gen waren. De gemeene Waardfchappy, beftaande uit Muiden en Weesp, Wees- perkarfpel, Loosdrecht. Loenen en Breu- kelen, Kortehoef, Abkoude , Nigtevegt, en Diemen met Overdiemen, ten deele on- der Holland, ten deele onder 't Stigt be- hoorende, moeft, volgens deezen aanflag, omtrent dertien honderd roeden dyks be- koftigen. Het overige gedeelte van den dyk, die in 't geheel op drieduizend tweehonderd agtenzeftig roeden, vyf voet en zesendertig duim gemeeten was, moeft, door byzon« dere Steden, Dorpen, Genootfchappen of Perfoonen, onderhouden worden. Onder dee- zen |
|||||
'i
|
|||||
£72 AMSTERDAMS & Dee£v
ijrf. zen waren 'er, die, niet te vrede met hun-*
nen aanflag, het Hoogheemraadfchap, des^ wege, in regte betrokken hadden, voor derf Hove van Holland; daar 't geding, eenigö 171p. jaaren, onafgedaan hing. Doch in Juny des jaars 1719, werden de PenfionarhTen van Haarlem, Leiden en Hoorn, door de Staa- ten van Holland, gemagtigd, om met Ge- magtigdèn der Staaten 's Lands van Utrecht |
|||||||||
n
|
|||||||||
in minzaame onderhandeling te treeden tot
afdoening van 't gereezen gefchil. Men ver- i720. gaderde meer dan eens. Doch ten laatften kwamen de wederzydfche Afgevaardigden, op den vyfden Juny des jaars 1720 , te Over- Weesp, overeen ,, dat de meeting des jaars een- „ 1711, door de Staaten van Holland en komft £j van Utrecht, zou wórden goedgekeurd; eswege. ^ ^ ^Q dykpligtigen zjg naar dezelve ,, zouden moeten fcnikken;- dat de tegen - „ kantingen daartegen en alle gedingen, in • „ de eene of de andere Provincie aangevat „ gen, zouden Ophouden; dat het Hoog- ,, heemräadfchap , door de Staaten van „ beide de Provinciën , behoorlyk , zou „ worden geo&rojeerd ; dat dit alles zou „ ftand houden, tot dat dé Staaten terwe- „ derzyde het anders zouden verdaan, bui- „ ten benadeeling nogtans van het regt van j, uitboezeming, der Waardfchappye van „ den Diemerdyk toekomende , over de „ landen onder den dykpligtigen ring, te ,-, weeten, die van Oütersdorp, Buitenkerk „ en Overdiemen, allen onder den Ban van 3, Diemen; de Landen benoorden de Gaasp H en Smalweesp, en dus tuffchen de Weesv per
|
|||||||||
XXIÏI.Boek. Geschiedenissen. 273
^ per vaart en den Zeedyk, tot aan de Stad iftó* „ Weesp toe, en van Weesp langs de Vegt - ,. tot aan Muiden, oflie ver," gelyk het na- derhand verklaard werdt „ öok langs de, ; „ weftzyde van de Vegt, doof Muiden, „ tot aan den hoogen Zeedyk toe; allen in j, Holland gelegen, behoudehds de verde- » dedigingder belanghebbenden hiertegen; „ die nogtans , volgens eene nadere ver- „ klaaring, alteenlyk betrekkelyk zou mo- gen zyn, tot de wyze van oefenen van * het rege van uitboezeming, niet tot het " regt zelf: zullende, onder het regt dee- 5, zer ukboezeminge, niet zyn begreepen „ zulke landen . die, buiten den ring, in de eene of de andere Provincie, gelegen, wel ', niet dykpligtig waren, doch egter tot de ' dykslaften betaalen moeiten." Met deeze overeenkomft, werden alle voorgaande ge* fchillen vereffend gerekend. Zy werdt,den zevenentwintigften Juny, door de Staaten van Holland, bekragtigd (/): en in Octo^ ber en Novemb'er, door beiderlei Staaten, nader verklaard; waarna de overeenkomft en verklaaring , insgelyks door beiderlei Staaten, nader goedgekeurd en beveftigd* en Dykgraaf en Heemraaden, met een ge* paft Q&roi van de eene en de andere Pro- vincie , voorzien werden (*}. In gevolge vart deeze Oftrojen, houdt men zig nog aan dé meeting des jaars i7ii>die,in'tjaar^74ii op
' (l\ Groot-Plakaatb. V. Detl, bl. «9- . <
. (4)Handv. KJ7i,37i>>7J,ï74.375. GrO0t-Plaka*tü,
y. Deel, bl. 9*. VI. SiV% §
|
||||
I
|
|||||||||
274 AMSTERDAMS IL Deel.
172o. op laft van Dykgraave en Hoog-Heemraa-
den, herdrukt is (V). ; Aftie- De windhandel in Aftien , in Frankryk
handel begonnen en van daar naar Engeland over- Ner ter gewaaid, werdt, van den aanvang deezes Stedc' jaars af» ook fterk gedreeven hier te Lan- de , byzonderlyk te Amfterdam, daar men, al vroeg, de opregting eener Maatfchap- pye van Koophandel voorfloeg , diergely- ken, federt, in zeer veele Steden »zelfs in de kleinften en ongelegenften, werden opge- regt. Doch Burgemeefteren weezen, hier, 't ontwerp deezer nieuwigheid, wyflelyk, van de hand. Ook verboodt het Geregt -9 eerlang, allen Makelaaren zig met deezen windhandel te moeijen. Doch de zugt tot winft wies aan tegen 't verbod. Elk, zelfs geringe hand wer ksluiden ftaken zig in den A&iehandel, die, in 't eerft, met weinig geld, kon gedreeven worden, en fomtyds grove winften gaf. De gewoonlyke beurs- tyd duurde niet lang genoeg, om deezen handel volkomenlyk te dryven. Men ver- gaderde, des ogtends en des avonds, in fommigeKoffyhuizen, en zelfs tot diep in den nagt, op den Dam, daar, onder een luid gefchreeuw , geveild , gebooden, ge- kogt en verkogt werdt. De Jooden, niet vandeminfte yveraars in dit werk, trok- ken, midden in den nagt, aan groote hoo- pen, met veel gedruifch, naar hunne buurt te rug. Doch toen, tegen den nazomer, de daaling der Aclien in Engeland, ook,in Hol-
■jf'
(n\ Zit dezelve in dt Handr. */• *77->si«
* * •-. ■ /
|
|||||||||
tfXItl.BoEK. GÈScrttËöÊNtsSEfc. 275
Holland, en vooral hier ter Stede, eene 1720^
geweldige daaling veroorzaakte , werden de Actiehandel en Actiehandelaars het voorwerp der algemeene befchimpinge. 't Regende , dagelyks , Pasquillen en Spot-* prenten, waarin 't een en 't ander fcham- perlyk werdt afgemaaid. Men voerde hier twee fchouwfpelen ten tooneele, gedigt door Pieter Langendyk : het ééne Quincampoix of de Windhandelaars, het andere Arkquyti Aftionifi genaamd, en regelregt (trekken- de tot befchimpinge van den Actiehandel, en van zulken, die 'er hunne welvaart aan hadden opgeofferd. De naam van Quin* campoix was die van eene ftraat te Parys, waar deeze handel meelt gedreeven werdt; en werdt, ten deezen tyde *, ook hier ter MoedVft Stede , gegeven aan een Koffyhuis in de aan een Kalverftraat aan de weflzyde by den Dam, Koffy. daar de meeite Actioniften byeen kwamen, ^'deö* *t Gemeen, misnoegd over den Actiehandel, ze han- die den meeften wezenlyken Koophandel del fterfe deedt ftüftaan, op den vyfden Oétober een gedree- ftroopop draagende naar den Dam, tot be- ™t^ fpotting der Actiehandelaaren , fommigen * van welken aangevallen, en van paruiken en hoeden beroofd werden , rotte, laat in den avond, byeen voor dit Koffyhuis;wierp *er de glazen uit; liep de deur open , en zou, zekerlyk, nog meer moedwil bedree* ven hebben,zo deOnderfchouten,Geregts- dienaars en Nagtwagts den woeften hoop niet hadden doen verftuiven: 't welk egter niet gelukte, zonder dat 'er, vooraf, fter- ke wederstand gebooden ware. Tegen dee- S % 20
|
||||
27<5 AMSTERDAMS II. Deei;
1720. ze baldaadigheid , kwam, den volgenden
dag, eene ernftige Waarfchuwing uit, waar- by zeshonderd guldens beloofd werden aan zulken, die de eerfte aanvallers Ontdekten, met belofte,dat men ftrafvryheid voor hun zou tragten te verwerven, zo zy medeplig- tigen mogten geweeft zyn (o). Sedert, werdt 'er geen nieuwe moedwil gepleegd, ter deezer gelegenheid. De windhandel in Aftien nam ook een einde, tot onherilek baare fchade van veelen , die met zwaar verlies hadden moeten verkoopen , of met Papieren > die niets waardig waren, zitten bleeven. 2org te- Het woeden van de Peffc te Marfeille gaf gen 't gelegenheid, dat, hier te Lande, en ook Inkomen jn deeze Stad ,* de vereifchte zorg gedraa* Seite" Sen wercto, tegen het inkomen van goede* goede- ren> die in of aan befmette Plaatfen gelaa« fen/ den waren (f). In 't begin van November, werden vyftig man uit de bezetting deezer Stede gezonden naar het Eiland ter Schel- ling, om tegen het inbrengen van goede» ren, die geoordeeld werden der befmettin- ge onderworpen te zyn, te waaken. Keur te- Op den tienden December, werdt, hier gen 't ter Stede, eene Keur beraamd , tegen \ moedwil moedwillig fligten van brand. Men hadt, ten'van naamtyk, bevonden, dat, op versheiden' brand, tyden, in November en December , koo- ien , turf, hout, zwavelftokken en andere brandftoffen gelegd waren in de ronde gaten, m
*
(t) Keurb. S. ƒ. ut. (/,) Zit Vadeil. Hift. XVII, Dal, bU-i\%l |
||||
1 ■
|
|||||||
- I
|
|||||||
XXIII.B0EK. Geschiedenissen. 27?
die ,tot het uit- en inloopen der Katten, in de 1720«
buitendeuren der Pakhuizen, op de Brou- wersgraft, in 't Kattegat en elders, gemaakt "waren; en dat'er, op verfcheiden' plaat- fen, reeds brand ontdaan was , eer men *de deuren open krygen kon. 't Geregt be- loofde, derhalve, tweeduizend guldens aan .. hem, die eenen Brandftigter aanbragt,zig, gelyk meermaalen gefchiedwas, wederom verbindende tot het bevorderen eener Acle van flrafvryheid, zo de aanbrenger een me- depligtige zyn mögt (5). De Vrede tuflchen Rusland en Zweeden, Vuur-,
die op den dertigflen Auguftus, Ouden ftyl, werk, in't jaar 1721, geflooten werdt, gaf den J?ie* ter Ruflifchen Refident, Chrißoffelmn Brantz, Jgfjfo, gelegenheid tot het houden van een Vreug- ken, ter ■defeeft hier ter Stede, op de Kloveniers- gelegen-* Doele, welk twee dagen duurde. Hy hadt* hddder. onder anderen , in den burgwal voor de tu^chen Doele, een pragtig vuurwerk doen opreg- Rusland ten, den geflooten Tempel van Janus ver- en Zwee- beeldende. Op den top, ftondt een ver-den* gulde dubbele Arend- 't Gebouw was zes- 172r« tig voeten hoog; in vier verdiepingen on- derfcheiden, enrondsom met Latynfcheop- fchriften en zinnebeelden verfterd. De on- derde verdieping werdt, na 't vallen van den avond van den negenden December, met een groot getal van lampen, van bin- nen , verlicht. Ten half negen uuren, be- gonnen de vuurwerken te fpeelen, 't welk rtwee uuren duurde. De maaltyd werdt, .■.•'■. na*
(fl) Kemb, S. f. ij*«
S 3
|
|||||||
<,
|
|||||||
878 AMSTERDAMS II. Deel;
J72i. naderhand, in de Doele gehouden, en des anderendaags hervat, wanneer 'er wederom eenige vuurwerken afgefteken werden. pe Prins Willem Karel Henrik Frifo, Prins van O van O- ranje en Naflau en Erfftadhouder van Fries* J"ji land, reeds voor eenige jaaren, tot Stad* verkoo- houder van Groningen verkooren zynde, ren tot werdt, in 't jaar 1722, fchoon naauwlyks Stadhou^ elf jaaren bereikende, tot Stadhouder van fade"1 'c ^an^^cnaP Drente aangefteld. En federt i^ei arbeidde men, onder de hand, en zeer hei* 4732. melyk, om hem ook de Stadhouderlyke waardigheid van Gelderland te doen op- draagen. 't Werk werdt, eindelyk , zo verre in banden gelegd, eer 'er iet van uit- lekte, dat men 'er, openlyk, op de Land-» fchaps-Vergadering, die in Oétober zou ge- houden worden , van ftondt te handelen, toen'er de Staaten der vier Provinciën, die, federt de dood van Koning Willem, geenen Stadhouder gehad hadden, de eerfte kennis van kreegen. Op den tienden Oftober, werdt 'er 't eerfl over gehandeld , in de Vroedfchap van Amfterdam. Men befloot aldaar zyn heft te doen, om de verkiezing van den Prinfe van Oranje tot Stadhouder van Gelderland, ware 't mogelyk,te voor-, komen (r). De Staaten van Holland von- den, eerlang, geraaden, eene bezending te doen naar Zeeland, Utrecht en Overyilel, om deeze drie Provinciën, tot het neemen van maatregels, tendeezen zelfden einde, f ■ Hl
(r) Refol, Vioedf^, L», GG, I», 14 Qfttb^ *7«. f,
|
||||||
^ I
|
||||||
' -'
|
|||||
XXIII.Boek. Geschiedenissen. 279
te beweegen. Onder de Afgevaardigden 1.7 22«. naar Utrecht en Overyflel, wasbok de Heer Willem Buysy Penfionaris der Stad Arnfter- dam. Doch de bezendingen waren vrug- teloos. In Utrecht en Overyflel, will: men reeds, dat het werk op den Landdag zo goed als afgedaan was. De Prins van O- ranje werdt, den tweeden November, ver- kooren tot Stadhouder van Gelderland. De vier Provinciën, Holland , Zeeland , U- trecht en Overyflel, namen,federt, een be- fluit, om zig, by de tegenwoordige Regee- ring zonder Stadhouder , te handhaaven: waartoe Amfterdam, in gevolge van ver- fcheiden' Refolutien van Burgemeefteren en Raaden O),ter Dagvaart van Holland, ge- reedelyk, zyne ftem gegeven hadt. De Tooren der Oude Kerke, welks Veratide«
grondflagen, federt eenigen tyd, peer df ringen min,begondente zakken, werdt, m t vol- oude eR gende jaar 1723» wederom nerltelct. Uok
nieuwe
werdt de Kamer der Broederen Diakenen Kerken.
jn de Nieuwe Kerke vernieuwd, 't Getal 1723. der Predikanten in de Nederduitfche^Gere- formeerde Gemeente werdt ook', in 't zelf- de jaar, met twee, vermeerderd. Een Amlterdamfch Koopvaardyfchip, de papper-
Koning van Spanje genaamd , en gevoerd *£. «* door Pieter Vally raakte, den vierden Ju- van ee. ny op de hoogte van Gibraltar, daags met nen Am- twee Algierfche Kaapers. 't Gevegt hadc «tart«* omtrent een uur geduurd, toen het dood £^ "*1 vaardy-
(s) Refol. Vrocdrch. Lt. GG. i« Oäoh. ifi Nov. t Dtvt fcbJpper.
!7ii ƒ. •»« » *°4» *••• Munim. - Regift. N. zo. f. *>|j. s4
|
|||||
280 AMSTERDAMS II. Deel;
I723. {lil werdt. De Kaapers kwamen toen het
Koopvaardyfchip op zyde, en een derzelven klampte het aan boord. De Kaaper hadtreeds vyf en veertig man op V Koopvaardyfchip overgezet, toen hy, door hevig fchieten, genoodzaakt werdt, af te houden , en te krengen. De andere Kaaper enterde toen jiet Koopvaardyfchip, tot tweemaalen toe; doch werdt telkens afgeflaagen, en deins^ de, eindelyk, zo verre af, dat hy 't Koop* vaardyfehip, met geen agt ponds kogel, befchieteft kon. Ongelukkiglyk, ontdekte men toen brand in 't Koopvaardyfchip. De floep werdt, terftond,- uitgezet, om de ge- jonde manfchap, maar dertien in getal, te bergen. En zy was flegts twee fcheepsleng- r.en yan 't fchip af, toen het in de lugt vloog. De Kaapers zonden drie Barkaffen af op de {loep, die 't gevaar, gelukkiglyk, ontkwam* en zig in de haven vanMarbellabergde(f). De moed en 't beleid van den Amfterdamr fchen Schipper werdt, hooglyk, geroemd by zyne Reeders, en by allen, die 'er ken- nis van gekreegen hadden. Keuren Het fbraatfchenden, de dieveryen en de t^gen huisbraaken hadden , hier ter Stede , zo ftraat- fterk in zwang gegaan , dat het Geregt, ryenen" reec*s ty ^ene ^eure van ^en twintigften
dieve- November des jaars 1721, honderd guldens
r/en, beloofd hebbende aan elk, die eenenitraar>
fchender aanbragt (u) , op den tweeden der
I72Ä. zelfde maand, in 't jaar 1724, beval „ dac
+M „elk,
•• •
(t) Zie Europ. Merc. Jitij*Dtc<mh. 172J, bl, 34, h
(uj Handv. bl. 104^ |
||||
XXIII.BoEK. Geschiedenissen. 281
,, elk, wien iet op 's Heeren ftraatenafge- 1724*'
„ dwongen was, of dien men 't zyne, door „ 't opbreeken van huizen, pakhuizen, fche- ,, pen of fchuiten, ontroofd hadt, zulks, ter- „ ftond, en ten langften op den volgenden „ dag, zou moeten aanbrengen aan myne i, Heeren van den Geregte, die den Cipier „ van de Boeijen gemagtigd hadden, om „ daarvan naauwkeurige aantekening te hou- „ den (*>)." Doch na dien tyd, werden, hier ter Stede, veel minder moedwillighe- den gepleegd, dan te vooren. Een hevige ftorm, die op den vierden Geweld!;
December ontftak , deedt geweldig veelge. ft°rm* fchade aan de fchepen, die in 't Y voorde wm " Stad lagen. TulTchen drie en vyf uuren na den middag, woedde de wind hier op'c felft, fchoon dezelve, met geduurige ver- -heffingen, tot agt of negen uuren aanhieldt. , Verfcheiden' fchepen werden zo vreeflelyk geflingerd van den wind, dat zy, de zoge- naamde Dukd'alven, zynde boffen van zwaar paalwerk, met yzeren bouten aan een ge- klonken, waaraan zy vaft lagen > uit den grond rukkende, van hunne ankers dreeveri; tegen eikanderen ftieten, en wyd en zyd verftrooid werden. Tuflchen Durgerdam en Schellingwoude, raakten 'er twee aan ■den grond, die eikanderen zo fterk prang- den, dat de overloopsbalken, uit het zwak* :{le van de twee, gedrongen werden. Een driemaftfchip , by Nieuwendam vaft ge- raakt , verloor twee van zyne maften- Vee- Ie - {v\ Handy, i/.io+j, ,
tb S $
|
||||
ü82 AMSTERDAMS IL Deei,.
1724. le manfchen verdronken in 't Y. Een
Veerfchuit van Purmerland floeg, met al 't}volk, om by de Nes. In Texel werdt ook veel fchade geleeden. Kortom , de ftorm, die veelen het leeven koflte, trof ook, ter oorzaake van het verlies, welk aan Schepen en Koopmanfchappen geleeden werdt, de Amfterdamfche Beurs zo zeer, dat zy 'er lang gevoel van hadt. Ia de Stad, werden ook veele gevels en fchoor- fteenen om verre gerukt, en groote ftuk* ken loods, van de daken van 't Stadhuis en de Beurs, opgerold en weggevoerd. Het kruis van den Tooren "der Noorder-Kerke werdt geheel krom geboogen. Doch de fcha- de aan de huizen en gebouwen was veel min- der , dan die, in 'c Y, aan de fchepen, ge* leeden werdt. Gevegt Wy hebben, op het voorgaande jaar , tuffcheo gewag gemaakt van de dapperheid van den een' Am- Amfterdamfchen Koopvaardyfchipper Pie- £"edn m~ ter Valk, in een gevegt tegen twee Algier- Koop- fche Kaapers. ■ Doch geene mindere dap- vaarder perheid hadt, in deezen jaare, getoond de en drie 'K00pvaardyfchipper Alben Schaap, op eene Algiery- fe-ze van deezo Stad naar Smirna. Hy voerde agtentwintig of dertig ftukken ge- fchuts, en werdt, op den agtften Novem- ber, in de Middellandfche Zee aangetaft, door twee der voorn aamfteAlgierfcheOor- logsfchepen, die beide zeer lïerk bemand waren, 't Gevegt duurde twee geheele da- gen, zonder dat Schaap wift van wyken, of afhouden. De Algierynen werden, ein- delyk, zo reddeloos gefchooten, dat zy bei- de |
||||
XXIII.Boek. Geschiedenissen. 283
de genoodzaakt werden, den flryd te ver- 1721.
laaten Doch den volgenden dag, liep Schaap een derde Algierfch Oorlogsfchip op fte- ven, welk vyftig ftukken op hadt. Terftond, raakten de twee fchepen aan eikanderen. Schaap weerde zig zo wakkerlyk, dat de ftlgieryn afhieldt. 's Daags daarna, werdt het gevegt hervat. Doch Schaap hadtzy- nen vyand, naauwlyks, de tweede laag ge- geven , toen de brand ongelukkiglyk in zyn buskruid floeg, waardoor 't fchip, met al 't volk en den dapperen Schipper zelven, in de lugt vloog (w). In't jaar 1725, kwam, hier ter Stede, De Uur-
iemant, die de konïl van 't vergulden zoenWeêr- wel verftondt, dat hem 't vergulden van de wYzers Weer- en Uurwyzers en andere uitwendige ™ ß"rcaea". fieraaden van de toorens deezer Stede: ook den der dat van de Adelaars op den top der fchoor- toorens. fteenen van het Stadhuis werdt aanbefteed en Se* Ook heeft hy 't zo wel uitgevoerd^dat het $£*££ verguldfel, veele jaaren, in de open lugt, verguld, ffcand gehouden heeft. Zonderling behen- 1725. dig was hy, in 't maaken van fleigeringen rondsom de fpitfen der toorens , die 'hy, met geringe koflen en moeite, vaardiglyk, will toe te Hellen: 't welk oorzaak was, dat het vergulden, fchoon van veel omflag, fpoe- diger afliep, dan men zou hebben können verwagten. Tuflchen den zesden en zevenden Janua- Toeleg
ry deezes jaars 1725, vondt men aan den °m aan 't trap van 't Comptoir der Convooijen, aan Pri?fea" • t
(») Zit Bwop. Merc. Jan^Junj 17*5. U. su
|
||||||
\
|
||||||
4
|
||||||
i§4 AMSTERDAMS n. Deel;
£725. 't Prinfenhof, eenig vuur, vermoedelyk aï-
brand te daar, met voordagt, gelegd, om brand te
ftigten. ftigten. *t Geregt deedt veel moeite, om
den aanlegger deezer boosaartige ondernee-
minge te ontdekken (x). Doch men heeft
|
|||||||||||||||
.
|
|||||||||||||||
'er nimmer können agterkomen.
Brand in In't volgende jaar 1726, op den twee-
't.Diaco- den*February, onftondt 'er, by ongeluk,
y*j>? brand in het Diaconie-oude-Vrouwen-Huis,
wen. die egter, fpoediglyk, geblufcht werdt, en
Huis. niet veel fchade veroorzaakt hadt.
1726. Het opregten eener Ooftindifche Maat-
je fchappye te Ooflende, in 't jaar 1722 , fcrteïin«waar U'C **e ^ Amfterdam , welker in-
baflkdeur gezetenen zo veel deel hadden in de Ne- Marquis derlandfche Ooftindifche Maatfchappye 9 ^de St. veel nadeels te dugten hadt, hadt, federt r Thiltppe gelegenheid gegeven |tot verfcheiden* on- Arofter^ derhandelingen tuflchen ukheemfche Mo- to, gendheden; aan de eene zyde, flrekkende, om de Maatfchappy te Ooflende te doen ftandhouden; en aan de andere, omze te doen vernietigen. Uit deeze onderhande- lingen, waren, in*t jaar 1725,de Verdra- gen van Weenen en Hanover gefprooten, en men arbeidde flerk, om de Staaten te doen treeden in het laatfte. Doch het Hof van Spanje, een der Bondgenooten van het Weener Verdrag, zogt 'er de Staaten van af te raaanen, en zondt den Markgraaf de S. Philippe herwaardSjOm hun zyne bemid- deling, tuffchen Keizer Karel den VI. t van |
|||||||||||||||
'I
|
|||||||||||||||
wien de Maatfchappy te Ooflende Octroi
i ver* (x) KCTlb. S. ƒ. 174. \ ' -.
|
|||||||||||||||
V
|
|||||||||||||||
XXIII. Boek. Geschiedenissen. $85
verkreegen hadc, en hen , aan te bieden. 172.6.
De AmbafTadeur zig, ten dien einde, in de Lente des jaars 1726, eenigen tyd, in den Haage hebbende opgehouden, begaf zig , op den agtften Juny, naar Amfterdam,om -. •'- de Regeering deezer Stad, tot bewilliging in zynen voorflag, over te haaien. Doch. hy werdt hier onpalTelyk, en , met veel moeite, na twee dagen toevens, te rug ge* voerd naar den Haage, daar hy, den elf- den, des morgens ten vyfuuren, over- leedt (y). De Staaten namen, federt, het Verdrag van Hanover aan: waardoor, na ■eenige jaaren verloops, en veele verande- ringen in den fïaat der zaaken van Europa, eindelyk, de vernietiging der Ooftendefche Maatfchappye te wege gebragt werdt. De Staaten van Holland, in 't jaar 1724, De Stad
beflooten hebbende, eenige Domeinen der kooPt ds Graaflykheid te gelde te maaken; was, on- ^ed'^!" der anderen , op den twintigften October heden w" des gemelden jaars, opgeveild en voor ee* van Ku- rie fomme van drieduizend guldens, door de delftaait, Stad Amfterdam, gekogt de Ambagtsheer- lykheid van Kudelftaart, voor zo ver het zelve in de Provincie van Holland gelegen is. En op den negentienden April deezes jaars 1726, werdt de regeerende Burge- meefler, Mr. Joan van de Poll, van wege de Stad, voor 't eerlt,met deezeAmbagts- .heerlykheid verlyd (2). In 't volgende jaar 1727, kogt de Stad.En vaa
de
|
|||||||
.
|
|||||||
fv) Europ. Merc. July-DtctmK 17*«' *f Ü»
(*J Handv. &/, jjz.' |
|||||||
*8<5 AMSTERDAMS II. Dm;
1727. de veeï voornaamer Ambagtsheerlykheid
Leimui- van Leimuiden en Vriezekoop, die, weit- eten en waards van Kudelftaart, digt aan de Haar- Vnezen- lemmer- of Leidfche Meer gelegen is* Zy 00p' behoorde weleer aan den Huize van Was- fenaer van Warmond, en was nu, by erf* opvolginge, in 't bezit geraakt van Fran- ciscus Paulus Emilius, Graave van Oukre- mont en Warfufé, en Maria Izabella van Beycren van Schagen, Graavinne van War* fufé, Vrouwe van Schagen, Schagerkogge enz., die beflooten hadden , zig dezelve, by verkoop, kwyt te maaken. De Regee- ring hadt 'er kennis van gekreegen, en be- diende zig van den Predikant Petrus Elze- vier , om 'er over te handelen. Hy kogt de Ambagtsheerlykheid, kort hierna, voor rekening van de Stad, vooreene fommevan drie-enveertigduizend guldens (a). En op den dertienden Maart des jaars i728,werdt 'er de Heer en M'. Lieve Geelvinck, Oud- Burgemeefler en Raad, van Stads wege, voor de eerfte reize, mede verlyd (b). Heete In den Zomer en Herfït des jaars 1727, koortfen regeerden in de Nederlanden, in 't byzon- hier ter der jn Holland, en met naame te Amfter- Stede# dam, eene foort van heete koortfen, die van veelen voor befmettelyk gehouden wer- den. Weinige huisgezinnen waren 'er, welken geheel geen deel hadden aan deezen alge- meenen ramp , die , verfcheiden' weeken agtereen , tivflchen de zeshonderd en ze- ven-
(a) Rcfol. Vroedfch. L*. HH. il Hfv, 17*7. ƒ« 27»»
(b) Handv. W, iji.
|
|||||||
. r
|
|||||||
s
|
|||||
XXIILBoek. Geschiedenissen. 287
venhonderd menfchen in 't graf fleepte; daar 1727,
*er anderszins, by gewoone tyden , in den Herffl, op zyn hoogft, tweehonderd men- fchen ter weeke fierven. Men hadt, ter algemeerie Staats verga-Burge-
deringe, en ter Vergaderinge van Holland, meefte- al federt eenige jaaren, gehandeld overeen ^"a|"„ bekwaam middel, om de verfchillen, che,geeven tuffchen de Provinciën, en tuffchen de Le- hunne den van Holland onderling, voornaamlyk toeftem- Over zaaken , waaraan belafting verknogt.™elJsJ** was, ontftaan mogten, te vereffenen. De.werp toc ontwerpen, hierover gemaakt , waren , inbefliflïng de Vroedfchappen der Steden van Holland, der ge- en ook in die van Amflerdam, overwoogen fchilleIJ (c). Doch in den Haage, was men, tot Leden' nog toe, tot geen befluit gekomen. Een van Hol- nieuw Ontwerp, op het ftuk der Overflem- land. minge onder de Leden van Holland, in 't 1728. jaar 1728, door de Steden, zynde overge- nomen, werdt, hier ter Stede,in July,ge- field aan eeneCommiffieiikdeVroedfchap, (i),die 'er, na eenige weeken, verflag van deedt, welk hierop uitkwam: „ Dat, in „ zaaken de verandering van Regeering of „ Godsdienfl betreffende, midsgaders, in „ 't fluk van aanvallende of verweerende ■„ Verbonden, niet zou mogen worden be- „ flooten, dan met eenpaarigheid van alle „ de Leden. Dat, in zaaken van andere „ Verbonden uit hoofde der Unie; in zaa- „ ken van vrede en oorlog, en van confen- „ ten,
. (e) RefoJ. Vroedfch. L*. QG. lo Ottoh. 1724. ƒ. jit.
>Iunim.-B.egift. N. to. ƒ. m. H) Refol, Yroe4fch. ir, HH. 9 J*ty »7»». ƒ. |M« |
|||||
ü83 AMSTERDAMS n. ÜÊEt;
1728» jj ten> zou mogen'worden beflooten, met
„ vyftien ftemmen, mids dat, in zaaken „ vanconfenten,onder dezelven waren ten „ minfte vyf van de agt eerftftemmende; „ fleden uit het Zuiderkwartier , en twee 5, van de drie voorftemmende Steden uit „ het Noorderkwartier. Dat, in zaaken „ van belaftinge of ander bezwaar van den „ Koophandel en Scheepvaart , niet zou „ mogen worden beflooten tegen het een- „ paarig advis van twee der drie Steden ,, Amfterdam, Rotterdam en Hoorn ; in 3, zaaken , de weeveryen betreffende, niet „ tegen diergelyk advis van twee der drie . „ Steden, Haarlem, Leiden en Amfterdam^ „ in zaaken , de Ooft- en Weftindifche
„ Maatfchappyen raakende, niet tégen het ,, advis van Amfterdam en eene of twee i9 der andere Steden, alwaar Kämers zyn; 5, en in zaaken, de groote VifTchery raa- „ kende, niet tegen het advis van twee of ,, drie der vyf Steden, die VifTchery ver- „ toonende. Doch op het verbieden van den „ Koophandel, by gelegenheid van eene „ befmettelyke ziekte of anderszins, en op „ het verbieden van den in- of uitvoer van „ eenige waaren in tyden van oorlog, zou „ niet mogen worden beflooten dan by een- „ paarigheid van alle de Leden , tot zo „ lang, deswege, iet naders zou zyn vafi> „ gefteld. Dat over het verleenen van Oc- j, troijen, Vrydommen, Gunften enz. zou „ mogen worden beflooten met vyftien „ ftemmen, mids dat, onder dezelven, wa- „ ren ten minfte vyf van de agt voorzitten« „ de
|
||||
XXIII.Boek. Geschiedenissen. 289
„ de Steden van het Zuiderkwartier, en 1728,
„ twee van de drie voorzittende Steden van „ het Noorderkwartier. Dochzo'ergefchil „ vallen mögt over hetverleenenvanvoor- „ regten, weiken eenig Lid mögt oordee- j, len aan te loopen tegen zyne Privilegien^ „ en hierom niet te behooren tot de raad- „ pleegingen der Vergaderinge van Hol- „ land, zou zulk een gejc^iil moeten wor- „ den beilegt, door vyf of zeven * Zegs- * Arbï> „ luiden, by bajlotteerjng Of lootjng, te kie-ters* „ zen uit de twee Geregtshoven, die, voor^ „ af, by eede,aan haare Kd. Groot;Mog. „ Vergadering zouden moeten 1 belooven, „ dat zy goed regt zouden fpreeken. Dat, „ eindelyk, het Reglement, op; de Qver- $ ftemming te maaken, alleenlyk zoQ die* „ nen tot eene proeve, eö niet langer duo* „ ren dan tot het einde vin het/jaar 1730." Burgemeefteren en Raaden bewilligden in het verflag van Commiflariffen (e); doch men kon het den Leden van Holland niet fmaakelyk maaken, en het vaftftcllen van een Reglement op de Overstemming ter Vergaderinge van Holland is, tot hiertoe, agterwege gebleeven. Sedert het invoeren van een nieuw Pia- Beden,
kaat op den ophef van 's Lands gemeenekingen» middelen te water, in denjaare 1725, had-.'lie^ ter den de Magiftraateii der Steden van Hol- ^ktgÖ' land, en ook die van Amfterdam, in ge-over het volge eener Refolutie van 's Lands 'Staa-Regtsge- #•««, bied def
ten . , , f e) Refol. Vroedfch. Lt. HH. 10 *iug. muf, »f. ltóit
VI. Stuk. T
|
||||||
2$o AMSTERDAMS II. Deeu
1728. ten van den eenendertigden July des ge-
melden jaars (ƒ) , op den eed , by den aanvang hunner bedieninge gedaan , be- loofd , den Coïlegien ter Admiraliteit en derzelver bedienden, in zaaken-, de betaa- ling van 's Lands regt te water, en de uit- voering der Plakaaten, deswege gemaakt, betreffende, geene de minfte verhindering toe te brengen; maar hun, in tegendeel, 1729. de behulpzaame hand te bieden. Men zag,
in de Lente des jaars 1729, hier ter Stede, de uitwerking deezer belofte. Twee of drie Schuitevoerders hadden eene party Thee, die niet, of niet behoorlyk was aan- gegeven, met geweld, ter Stad ingevoerd, zonder dat het, door de bedienden der Ad- miraliteit , welken zy tegenftand gebooden en gekwetft hadtien , hadt können belet worden. VolgeÉs het jongfte Plakaat op den ophef van de middelen te water, moes- ten zulken, die 's Lands regt verkort, en daartoe de hand geleend hadden, te regt ftaan voor de Coïlegien ter Admiraliteit. Doch over het regt, om burgers, die zig tegen 't Plakaat op den ophef van 's Lands middelen te water vergreepen hadden,bin- nen de Steden te mogen vervolgen, en voor de Admiraliteiten te dagvaarden, was, dikwils, gefchii ontftaan met de Wethou- ders der Kooplieden. Te Amfterdam, ver« ftondt men, ten deezen tyde, dat de fchui- ten, met goederen, die door de boomen waren gevaaren, zonder bezogt te zyn, tot bin-
m Zie Groor-Plaka«*, VI. Dttlt hl. ijjl,
X
|
||||
XXIIÏ.BoEK. Geschiedenissen. 291
binnen de Stad, mogten vervolgd en agter- 1729»
haald worden, mids die vervolging onaf- gebroken gefchiedde, en dat men de goe- deren niet aantaftte, na dat zy, in de kel- ders of pakhuizen der Koopluiden, zouden zyn opgeflaagen. Het dagvaarden van bur- gers voor het Collegie ter Admiraliteit be- hoorde , meende men, niet te gefchieden, dan na dat daartoe de bewilliging van Bur- gemeefleren of Schepenen verzogt en ver- kreegen was. De regtfpraak over gewel- digen wederfland verftondt men aan de Admiraliteit te behooren, zo ver dezelve uitliep op het verwyzen tot geldboeten; doch wanneer de wederfland zo ver gegaan was, dat de misdaadige daarover aan den ]yve zou moeten worden geftraft, oordeel- de men, dat de Schepenen deezer Stad de regtfpraak daarover behoorden te hebben (g). En, hiermede overeenkomflig, wer- den de Schuitevoerders, die den geweldi- gen wederfland gedaan hadden , in twee waarfchuwingen, die alomme werden aan- geplakt, met naame , omfchreeven , en eene fomme gelds beloofd aan zulken, die een' hunner den Geregte aanbragten (/>); 't welk ik egter niet vind géfchied te zyn* , De raadpleegingen in den. Haage over xeur te*
het toelaaten van eenén Paufelyken Vica-.gen ris hier te Lande, die, in 't jaar 1730, ge- fchimp. houden werden, gaven gelegenheid tot ee- fchnften; nig misnoegen, onder fornmige Predikan- gêtegen- ten,heidd«
(ƒ) Refol. Vioodfch. Lt. II. i« H**rt 1729. ƒ, *3.
[}<) Keuib. S. ƒ. xoóf zoo'verf«, T 2
|
|||||||
t
|
|||||||
•
|
|||||||
T.:W»*>
|
|||||
292 AMSTERDAMS II. Deel.
,1730. ten, diej onkundig van het oogmerk dee-
Raad- zer raadpleegmgen , niet f chroomden, de- pleegio- zelven te bedillen van den Predikftoel (i). ^g" t°pfr Te Amfterdam,'werden ook fchimpfchrif- laaten teri- en fporJprdEcen gedrukt en verïpreid , van ee- waarin gefmßald werdt op zulke Leden en nenPaus- hooge Amptenaars van Holland, welken vicaris mefl n'fe^t te neigen tot het gedoogen var* ver. eenèn Vicaris. Én cfeeze ongeregeldheid fpreid. gaf aanleiding tot eene Keure van den ne- gentienden Oé&öbetf;, waarby. vyfhonderd guldens beloofd werden aan hem, die een* of'ïfieèr maakèrs:,. fchryvers J) drukkers , aanplakkers of aitgöwsrs van iurke laftcr- fyke en oproerige fchriften aanbragt; en te yiykljdat mendenmedepligtigen ilrafvry- hbiä zou trsgtén te bezorgen (ky De don. ";Op den zevenden May 'deezes jaars, was der (laat ^e donder getogen in de Weiter- Kerke, Werter- zönc*er -e^ter «enige merkelyke fchade ver- Kerke." oonzaakt te hebben. Gtzan t - Dé Keizer van Marokko hadt > in Vnajaar, van Ma- eefleïrA^bailadeur ^i^nez, genaamd , her- rokko te ^g^g gezofiden^ omtover een Verdrag daai.er ^® Vrede en Koophandel te handetert mee dé Stauten» De Gezant Eieldt zig, ten dien einlfe^, inj (Mtöber^en November,-ook ee. rrrgèïi tyd op te Amfterdara, v'an waar hy, dé$'\tyftï«n 'def-fsiatftgemelde maand', we- xreft>rR< keerde ïiaarJdtfn iHaage. »Drie dagen laat er, werdt hét-Verdrag met Marokko - getekend. Pêrezv'irr April des volgenden tb blarT«f»J jaars, (i)'èie viderl. Hift. ihVDctl, bLi* «ix. .
(^) Handv. hl. 104J. _ i 1
|
|||||
XXIÏI.Boek. Geschiedenissen. «93
jaars, andermaal hier ter Stede gekomen 1730.
zynde , vertrok wederom naar zyn Ryk. Doch de Keizer, zyn Mêefter, weigerd» het getroffen Verdrag te bekragtigen (/). De Prins van Oranje , zig, op de Hoo-De Prins
ge - Schoole van Utrecht , in de weeten- Hfr. o- (chappen geoefend, en naderhand, eenigen ra"je tyd, zyn verblyf in den Haage gehouden joor j0 hebbende, keerde , tegen 't einde deezesStad. jaars ,. naar Friesland , en trok , op den vierden December, door Amilerdam. 's Nagts aa den veertienden April, zyri- Brand in
de Paafchmaandag des jaars 1731 ,. ont-'t Peft- flondt 'er, ongelukkigjyk , brand in hethuls' Pefthuis, buiten de Leidfche Poort alhier; l73l* welk, doordien 'er de Brandspuiten uit de Stad niet fpoedig genoeg konden bykomen, '. alzo de poorten geflooten waren, van bin- nen, voor een groot gedeelte, in de afJche gelegd werdt. Het werdt, terftond, om- trent in dezelfde gedaante, wederom op- gebouwd. De Gecommitteerde Ra-aden veilden,op De Stad
den tienden Auguftus des gemelden jaars, k00Pt Je wederom eenige Ambagtsheerlykheden uk ?mbaSts* 's Lands Domeinen. De Stad Amilerdam heden " kogt 'er twee van, te weeten Ouderkerk van Ou- aan den Amftel, waaronder ook de buurt oerkerk Duivendrecht begreepen was, voor vyfen- en Die" twintigduizend een honderd guldens ; enmen* Diemen met Diemerbrug voor tienduizend driehonderd guldens. Op den tienden Oc- tober, werden twee regeerende Burgemees- te-
(0 Vadcrl. Hift. XIX Deel, hl. 31.
T 3
|
||||
294 H AMSTERDAMS II. Deel.
173i. teren, van Stads wege, met deeze Am-
bagtsheerlykheden verlyd, de Heer Egïdius van den Bempden met Ouderkerk , en de Heer Gerrit Coner , Heere van Velzen , met Diemen (m). De Prins De Prins van Oranje, nu den ouderdom van O- van twintig jaaren bereikt hebbende , en trek?we. ^aanc^e te worden ingehuldigd, als Erfftad- derom houder van Friesland, trok, op den zesen- doorAm- twintigften Auguflus, wederom derwaards fterdam. door deeze Stad. De inhuldiging gefchied- de, vervolgens, te Leeuwaarden, op den vierden September («). De Her- Frangois de III., Hertog van Lotharin- tog van gen^ die, in't jaar 1745, tot de Keizerly- ringen, ^e ^vaardigheid verheeven werdt, kwam, nader-' op den agtften 06tober,ook in deeze Stad, hand daar hy vyf dagen vertoefde en al het Keizer, ^ merkwaardige bezag; waarna hy, zeer vol- keer her-^311 0ver ^e eer* ^e ^em *"er Deweezen waards. was, over Utrecht, naar Rotterdam , en voorts naar Engeland reisde. In Decem-
ber, nam hy, van daar, over Holland, de te rug reize aan naar Duitfchland (V). Moed- in den Zomer des jaars 1732, was,hier wil, aan ter gtede, eene Dienltmeid, om Huisdie-
een Huis . , o L
on de verye, m gevolge van een Schepenen von-
Heeren- nis , in 't openbaar , gegeefleld , en in 'c
graft ge- Spinhuis gezet. Doch eenigen tyd hierna,
pleegd. verfpreidde zig, onder de hand, een on-
J732- gegrond gerügt, dat het zilverwerk of de
kleinoodien, die zy gehouden werdt geflo-
len
(m) Handv. hl. 334, 11*.
(n) Europ. MCIC. July-Dtcemb. 17}!. bt. Ij»,
(e) Europ. Meic. Julj -Detemb. J731. bl, 17$, 141. |
||||
XXIII.Boek. Geschiedenissen. 295
len te hebben, in 't huis,daar zy gewoond 1732,
hadt, en welk op de Heerengraft, zuid- waards van 't Koningsplein, ftondt, gevon- den waren, 't Gemeen , doorgaands ge- neigd , om aan diergelyke gerügten geloof te flaan, fchoolt, hierop, in groote menig- te , famen voor dit huis , dreigt het met plondering , en bedryft 'er zelfs eenigen moedwil, die egter nog gelukkiglyk gefluit werdt. Op den drie-ent wintigften Oftober, kwam 'er eene waarfchuwing van myne Heeren van den Geregte uit, waarby duizend guldens beloofd werden aan hem, die de eerfte aanvoerders van den gepleegden moedwil wilt aan te wyzen (p). Van wege den Prinfe van Oranje, werdt, De Prins
omtrent deezen tyd , gehandeld over eenvan. °~ Huwelyk met Anna, Kroon - PrinfeiTe van™^vt Groot - Britanje. In den Herfil des jaars de 1733, werdt men eens over de voorwaar-Kroon» den: en in November, ftak de Prins over Prinfes naar Engeland. Doch 'x liep, tot in Maart ™*ootm des volgenden jaars i734> aan, eer het Britanje. Huwelyk voltrokken werdt. In May, nam 1734. het Vorftelyk Paar de reize herwaards aan. Komt, Te Rotterdam, werden hunne Hoogheden, nevens door Burgemeefleren der Stad, in 't Jagé, JJJJSiJ?e" begroet. Zy vertrokken, den eerften Juny,te Am/ des morgens,met rytuig, naar Amfterdam, fterdam. daar zy, ten zes uuren des avonds, aankwa- men , en terftond overgingen in 't Jagt, welk hen naar Friesland ftondt te voeren. Een
(/>) Kemb. s. ƒ. 21« vtrf«.
T4
|
||||
soo" AMSTERDAMS II. Deel.
1^34. Een der Stads Penfionariflen kwam hen,
kort hierna, uit naame van Burgemeefte- ren, begroeten, en afvraagen, wanneer die Heeren, in perfoon,de eer zouden können hehhen, om hunne Hooglieden te komen op wagt en. Doch de Prins en Prinfes ver- ontfchuldigden zig van het ontvangen van dit bezoek, ter oorzaake van den kortentyd, dien zy aan de Stad zouden können vertoe- ven. Ook verliep 'er namiwlyks een uur, toen het Jagt onder zeil ging. Het door- ïugtig Paar keerde, nog voor 't einde van Juny, naar den Haage,en werdt daar, van wege de Staaten van Holland, begroet, onder anderen door den Heer Lieve Geel- vinck. Heer van Kaiïrikum,regeerendBur- gemeefter van Amfterdam (q). Nieuwe In April deezes jaars, werdt, by Burge- fteenen meefteren en Raaden, beflooten, eene nieu- Kerk, we fteenen Kerk te bouwen op het Bic* kers-Eu" ^ers" E^anc*» m ^e P^aats van <*e houten
land ge- Loots (f), die aldaar, in 't jaar 1650., ten ftigt, dienite der Nederduitfche Gereformeerde Gemeente , getimmerd was. De nieuwe Kerk was, niet voor 't jaar 1737, vol^ bouwd. n De gerügten van eenen aanftaanden op- gronde ftand onder de Roomfchgezinden, ter ge-
gerügten legenheid , dat de Sacramentsdag thans van ee- ftondt famen te loopen met den S. Jansdag, nen op- ^e aitoos 0p den vierentwintigften Juny valt, der'de" z'g door't gantfche Land verfpreid hebben- de (<jr) Fjirop. Merc. J*n. -Juny I73V IL 142 enz.. 292,
(r; Refol. Viocdfch. Lf. KK. 29 ^tfril 173^. ƒ. 34«* |
||||
XXIILBoek. Geschiedenissen. "297
de, hadden ook te Arnfterdam eenige on- 1734.
geruflheid verwekt by fommigen, die, zon- Roomfch- der eenige gegronde reden , waanden, en gezinden, voort vertel den, dat de gevreesde opftand te;'jp^ gepaard zou gaan met eenegeheele omkee- van den ring der Regeeringe, en dat de Roomfch- famen- gezinden, hier ter Stede, reeds, heimelyk, loopen- Schout, Burgemeefteren en Schepenen had- den Sa* den benoemd, die terftond het bewind zou- ments-en den aanvaarden, zo dra men de tegenwoor-s. Jans- dige Wethouderfchap , op den noodlotti- ^s- gen dag, van al haar gezag ontzet zou heb- ben. Doch die dag liep, hier en alomme, ten avond, zonder dat men iet vernam, dat naar eenen opftand zweemde. Van fom- miger giffing, dat de gerügten, welken al de ongeruftheid veroorzaakt hadden, ver- wekt of gevoed werden, door zulken, die op gelegenheid hoopten, om, zo dra 'er ee- nige merkelyke beweeging ontftondt, den Prins van Oranje, die zig, nevens zyne Ge- maalin, ten deezen tyde, hier te Lande be- vondt, te doen uitroepen tot Stadhouder van Holland , hebben wy , in een ander werk, reeds gewag gemaakt (j) , zonder dat wy ons egter, voor de gegrondheid dee- zer giffinge, hebben durven verklaaren. Doch omtrent deezen tyd, of wat laater, De by-
werden, in verfcheiden' Steden van Hol- eenkom* land, met naame te Arnfterdam, te Rot- ?Se. terdam en in den Haage, heimelyke Byeen- naamde Jcomften gehouden van luiden, die voorga- VryeMet- ven te behooren tot een aloud Genootfchap/^C™
r worden,
van
(0 %ie Vaderl. flift. XIX. Deel, bl. i«S.
T5 \
|
||||
joS AMSTERDAMS II. Deel;
*734- van ^rye Mctfelaars, gelykze genoemd wer-
hier ter den; welke Byeenkomften, voornaamlyk, Stede, om dat men daarin, ten deezen tyde, 'per- verboo- foonen ontving, die de misdaad van mui- tery begaan hadden; en om dat alles, in dezelven, zeer bedektelyk behandeld werdt, gehouden werden, gevaarlyk te zyn voor I7«* den Staat. In den Haage werdt, op den vierentwintigilen Oktober des jaars 1735, zulk eene Byeenkomft of Loge> gelykze ge- noemd werdt, geopend; aan welker hoofd zig bevondt Joan Cornelis Radcrmacher, The- faurier - Generaal van zyne Hoogheid, den Prinfe van Oranje, die den titel voerde van Groot-Meefler der Broederfchap. Doch deeze Byeenkomft werdt, op laft der Staaten van Holland, door 't Hof verbooden. De Wet- houders der Steden ook aanfchryving ge- kreegen hebbende, om diergelyke Byeen- komften te fluiten, werdt 'er, te Amfter- dam, eenegeftoord, die, in de Stilfteeg, aan de zuidzyde, gehouden werdt. 't Ge- regt verboodt, daarenboven, by eene Waar- fchuwing van den tweeden December „ het 5, houden en bywoonen van diergelyke on- „ betaamlyke Byeenkomften, 't zy onder „ den naam van Vrye Metfelaars, of van ,, eenigen anderen, in de Stad of in der- „ zelver Jurisdiótie : ook het verhuuren, „ leenen of laaten gebruiken van huizen, „ kamers, zolders, kelders , fchuuren of „ open plaatfen, tot het gemelde einde , „ onder bedreiging van , als verftoorders „ der gemeene rufte, anderen ten voor- „ beeide, zwaarlyk en naar vereifch van ,, Z33,-
|
|||||
I
|
|||||
XXIII.Boek. Geschiedenissen. 299
„ zaaken, te zullen worden geftraft (*)." 1735.
Na 't uitkomen deezer Waarfchuwinge, vernam men, hier ter Stede, in eenen ge- ruimen tyd, niets van de Byeenkomften der Vrye Metfelaaren. Doch my is berigt, dat 'er, naderhand, zo wel in den Haage als in deeze Stad en elders, wederom verfchei« den' zyn opgeregt: en dat zy thans meer aangemerkt worden als vrolyke gezelfchap- pen, welker geheim flegts in eenige ydele plegtigheden beftaat, dan dat 'er eenig by- zonder nadeel, voor Kerk of Staat, van zou te dugten zyn. Men verzekert zelfs, dat Perfoonen van den hoogden rang, beide in den Burgerftaat en in de Kerke, thans Leden zyn van de Broederfchap der Vrye Metfe- laaren. Van ouds was, te Amfterveen, verpon- Over«
ding betaald, en opdragt gefchied van ee-eetl* nige Landeryen, die onder Amfterdam ge- JJjjyL- legen waren; gelyk, daarentegen, zekere & stad andere Landeryen, te Amfterdam,verpon- en Am- ding betaald hadden, en opgedraagen ge-fterveen, weeft waren, die eigenlyk onder Amfter-^c?e"s veen behoorden. Burgemeefteren van Am- \m^ der" fterdam en Schout en Geregte van Amfter- Verpon- veen , dit verloop willende herftellen, wa- dinSe ren, den elfden December des jaars 1687, yzn^e^ overeengekomen, wegens twee byzondere fcen u " Lyften, inhoudende de Perceelen , die , Lands, voortaan, door Amfterveen aan Amfterdam, 1736. en, door Amfterdam aan Amfterveen, zou- den worden overgedaan. Doch alzo de Ver« pon-
CO Keurt). S. ƒ. atj. |
||||
- s>
|
|||||||||
"""----
|
im&m
|
||||||||
300 AMSTERDAMS IL Deel.
I73& pondingen der eerften driehonderd zeven-
envyftig guldens vyftienftuivers en vier pen- ningen meer beliepen»dan die der laatiten, zou deeze fomme, jaarlyks, door de The- faurie extraordinaris der Stad Amfterdam, aan het Geregt van Amfterveen worden goedgedaan. Deeze overeenkomft was tot nu toe agtervolgd. Doch by de invoering van het nieuwe Quohier der Verpondinge, in den jaare 1732, waren de Landeryen, die de twee Geregten tegen eikanderen ver- wiiTeld hadden, zo veel laagcr belaft, dat Amfterdam, in de plaats der voorgemelde fomme, maar een honderd zevenentagtig » guldens én dertien ftuivers aan Amfterveen goeddoen moeft. En op den vyftienden ]uny des jaars 1736, kwamen Burgemees- teren van Amfterdam en Schout en Gereg- te van Amfterveen overeen, dat de uitkee- ring, voortaan, op deezen voet, gefchie- den zou. De Landeryen, wegens welken deeze uitkeering gefchiedt, leggen, ten dee- le in de Outewaaler-, ten deele in de Bui» ten-Velder-Polder, onder de Stad (»). De Blik- Op den derden February des jaars 1737, fem flaat floeg de Blikfem, onder de preeke, wederom in de in de Wefter Kerke : doch veroorzaakte weiter- veeimeer fchrik dan fchade. j* Burgemeefteren en Raad en, in September
Nftuwe des voorleeden jaars , beflooten hebben- vicefch- de, eene nieuwe Vleefchhal te zetten op haiopdi de Boterrnarkt (v), werdt dezelve, in dit Boter- jaar» markt. J *
(u) Handv. hl. %tm»
{v) **("•!. Vroedfck. lt. LL, 12 Sept. 173«. ƒ. jz.
|
|||||||||
XXIII. BOEKGESCHIEDENISSEN. 3OT
jaar, volbouwd, en terftond tot gebruik ijtf.
gefchikt. Sedert- het begin des jaars 1736, was De Lo.
reeds by de Vroédfchap in beraad gelegd, gemta- en, eenige maanden laater, beflooten, de stadia twee huizen, die de Stad in den Haage be- <jcn Haa- zat, het Logement der Gedeputeerden ter ge wor- Dagvaart en de wooning voor den Afge-Jen het* vaardigde in de Gecommitteerde Raaden»bouwd* |
|||||||||||
af te breeken èn te vertimmeren (iü).
|
|||||||||||
Men maakte, in 't> jaar 1737» eenen aan-
vang van 'c werk: de Heer Jan Sixde Jon- ge , Zoon van den regeerenden Burgemees- ter Mr. Jan Six-i Heer van Hillegom en Vromade, leide, op den eerflen April , den eerften Heen aan 'f. Logement der Ge- deputeerden: en in de Lente des jaars 1741, waren beide de huizen volbouwd. De Corfen, federt eenige jaaren, zynde DeBaron
öpgèflaan tegen den Staat van Genua, had- van Ne«. dën den Baron van Neuhoff verkooren tot hoff> vi- ntinnen Koning, onder den naam van Theo- HS!* dorus den I.; die, om zig in t nieuw ge-vanCor- bied te beveiligen, onderfland zogt by by- fica, zondere perfoonen in Engeland, in Holland,wordt» in Zeeland, en ook te Amiterdam. Zelfs, gjejter was hy,met zeker bekend fchip, naar Cor-Om ö' fica gezeild; doch zig aldaar niet können-ichuij; de handhaaven naar behooren, hadt hy 't Scsy- Ryk moeten verlaaten, en was herwaards zcld* gekeerd. In April deezes jaars , bevondt hy zig in Amfterdam, daar hy, op 't ver- zoek .(«.) Kcfol. Vtoedfch. Lt. KK. 24 7*n. i7i«. ƒ. fiofi. L'.
iL. ix Stft. ijiS.f. 7«. ' |
|||||||||||
302 AMSTERDAMS ILDeel.
1737, zoek van eenige byzondere Perfoonen, ter
oorzaake van eenige te vooren gemaakte fchulden, in 't Stadhuis in gyzeling gezet werdt. Doch hy zat 'er niet lang. Men vondt middel, om zyne fchuldeifchers te voldoen: waarna hyontflaagen werdt uit de hegtenis. Hy vertrok, kort daarna, uit de Stad; doch is altoos van 't gebied over Cor- fica verfteken gebleeven. Eeuw- Op den zevenden January des jaars 1738, feeft van werdt, op den Schouwburg deezer Stede, tin« de ^et eeuwgetyde der opregtinge van dit ge- Schouw-8 bouw gevierd, met een gepaft Zinnefpel, burgs. door den Digter Jan de Marre opgefteld. J73&\ De Regeering der Stad vereerde het fpel met haare tegenwoordigheid. Het werdt, federt, eenige reizen na eikanderen, onder eenengrooten toevloed van aanfchouweren, 1 vertoond. Oproeri- Een groot getal van matroozen en ander
ge fa- volk, verflaande, dat men de Ooftindifch- menrot- vaarders, die laatftelyk in 't Vaderland wa- in"ln om-ren te ru8 gekeerd, met minder gaadje trentbet wilde afzetten, dan zy oordeelden hun ge- Ooftin- regtelyk toe te komen, rotte, op den agt- gß* tienden Auguftus, voor en in het Ooftindi- "U1S* fche huis, te hoop, drong in hetSlagthuis, dreigende zulken, die hun wederftonden, met ftraatfleenen, welken reeds waren uit- gegraaven, te keer te gaan, en daadelyk belettende, dat iemant uit het Huis kon komen. De oproer werdt egter nog geluk- kiglyk geftild. En op den vyfden Septem- ber, beloofde het Geregt duizend guldens, «au
|
||||
XXÏÏLBoek. Geschiedenissen. 303
aan hun , die de belhamels der beroerte 17 ao.
aanbragt (#). In November des jaars 1739, befpeurde men andermaal eene oproerige famenrotting omtrent het Ooftindifch Huis, waartegen, insgelyks, by eenernftigewaar- fchuwing, voorzien werdt (y). En in de jaaren 1742 en 1743» kwamen de Ooflin- difchvaarders wederom op de been (&). Doch na dien tyd, heeft men 'er, omtrent het Ooftindifche Huis, geenen merkelyken overlaft van gehad. De ftrenge Winter des jaars 1740, ver- Strenge
oorzaakte, hier ter Stede, zo wel als el- Winter, ders, veel ongemaks. 't Begon op den x74o. vierden January te vriezen, en op Satur- dag, Zondag en Maandag , den negen- den , tienden en elfden , was de koude op zyn felft. De Thermometer van Fab~ renheit ftondt, op den laatftgemelden dag, des ogtends ten agt uuren, een, en een en een halve graad onder het teken van o, In deezen tyd, bevondt men, dat twee of drie fteenen bruggen, door de vorft, ge- borflen waren. Ook zyn 'er eenige men- fchen, bynagt, op de ftraaten, dood ge- vrooren. De vorit hieldt aan tot op het einde van February; fchoon de felfte kou- de niet lang duurde. Doch daar verliepen nog eenige weeken, eer de graften, in en om de Stad, en het Y voor dezelve, van ys ontledigd werden. Men
(x) Keurh. S. ƒ. 259 verfo.
(y) Keiub. S. ƒ. i$o verfo. |
||||||
y
|
||||||
•
|
||||||||||||||||
$04 AMSTERDAMS IL
1740. Men hadt, in *t felffc van den Winter,
De toe- zo groot een gebrek gehad aan regen- of leg om ander verfch water, dat veelen het ys, aan vangst §eneeIe brokken , in huis haalden , fmol- water te ten en gebruikten. En dit gebrek gaf we- graaven deroin aanleiding, om te denken op het mislukt, graaven van eene put, op eene plaats bin- nen de Stad , waar men oordeelde een ftrook te loopen van 't Muider zand. Gil- les Hobus en eenigén zyner medeftanderen , ondernamen het werk, op het Amftelveld,' op hunne eigene koflen,nadat Burgemees- teren hun, den negenentwintigften April, OêYroi , voor den tyd van vyftig jaaren, verleend hadden (a). De put werdt ge- graaven. Doch men kon de wanden der- zelve niet digt genoeg houden. Men kreeg zo veel toevloed van onzuiver water in de put, dat men, na 't fpillen van veele ver- geeffchè koften , de onderneeming moefl: laaten fteeken. |
||||||||||||||||
Korte
fchets der ge |
Keizer Karel de VI. overleedt, op den
twintigften Oclober deezes jaars. En zyn |
|||||||||||||||
ïhiede dood gaf gelegenheid tot eenen agtjaarigen
niflen oorlog, tulTchen de voornaamfte Mogend- van Am- heden van Europa, betwiftende fommigen fterdam, derzelven's Keizers Dogter, Maria Therefia, na't jaar get regt tot jjet grootfte gedeelte van 's Va- I74°' ders nalaatenfchap , terwyl anderen haar
in 't bezit van dezelve zogten te handhaa- ven. Onze Staat werdt ook, eenigszins, in deezen oorlog ingewikkeld. Men onder- fteun-
|
||||||||||||||||
-
|
||||||||||||||||
(«) Groot-Meinor. 2V. X. ƒ. il».
|
||||||||||||||||
ftXIIÏ.BöEK. Geschiedenissen. 305
fteunde het Huis van Ooflenryk, eerftmet 174c*
geld, en daarna met manfchap ; waartoe de Stad Amfterdam fterk geyverd heeft. Frankryk de Ooftenrykfche Nederlanden, en zelfs gantfch Staatfch Vlaanderen over- meefterd hebbende ; gaf zulks aanleiding tot de merkwaardige verandering des jaars 1747. WillemKarelHenrikFriso, * Prins van Oranje en Naffau, die reeds van drie Provinciën Stadhouder was , werdt, in de Lente des gemelden jaars, eefft tot Stadhouder van Zeeland ; toen , met be- williging van Amfterdam , tot Stadhou* der van Holland, en weinig laater , ook tot Stadhouder van Utrecht en Overyflel Verkooren. Doch op deeze verkiezing , volgden, even als in 't jaar 1672, bewee- gingen in veele Steden, en ook te Amfter- dam , die, eerlang, aanleiding gaven, tot buitengewoone verandering in de Regee- ring der Steden. In September des jaars 1748 , gefchiedde deeze verandering, al- iereerft, te Amfterdam , däar de Regee- ring beflooten hadt, haare ampten te ftel- len ter befcheidenheid van den Prinfe-Stad- rioudef. Daarop volgden diergelyke ver- anderingen , in de andere Steden. Mid- lerwyl, was ook de algemeene Vrede té Aken geflooten ; by welke, fchoon 'er , federt, op nieuws, een felle kryg , tus- fchen de magtigfte Vorften van Europa, ontfteken is geweeft, de Staat egter, niet zonder de ernftige en onbezweeken poo- gingen der Regeeringe van Amfterdam, tot heden toe, gelukkiglyk, bewaard is. VI. Stuk. V Wy |
||||
f
|
|||||||
jcö AMSTERDAMS Gesch. II. Deel,
Wy roeren 't gebeurde na 't jaar 1740
flegts ter loops aan, zonder te treeden in 't gene , van dien tyd af, byzonders, in Amfterdam is voorgevallen. De zaaken zyn nog te verfch gefchied, dan dat zy, met de vereifchte gegrondheid , omftan- digheid en naauwkeurigheid, zouden kont nen verhaald worden. Om welke reden, wy, met het jaar 1740, van het openleg- gen der Geschiedenissen van A M- STERDAM, en van het tweede Peel van ons Werk een einde rnaaken. |
|||||||
VERBETERING.
Jn bet II. Deel XVIII. Boek, bl. 329. Reg. is.v.ond.
fiaat daar aan volgende , de Officiers en Reg- ters der plaatfe , daar de misdaad begaan wasf lees, des volgenden jaars, de Officiers en Reg- lers over het territoir, waaronder de misdaadi- gen woonagtig waren , met uitfluiting van de Officiers en Regters der plaatfe , daar de mis- daad begaan was. De misfleliing is veroorzaakt, door eene drukfeil in 'c
Groot-Plakaatboek, IV. Deel, bl. 500. die ik, op de gunßige aanwyzing van een' kundig' Heer, noodig geagt heb, uit de Refol. van Holland, ió üecemli I678. W. 630. te verbeteren. |
|||||||
Berigt van Isaak Tirion^
wegens de Nieuwe Beschryving van
AMSTERDAM,
Waarvan thans het Eerste en Tweede
DEEL, vervattende de Opkomfl, Aanwas en GefchiedenifTen der Stad, is afgedrukt in zes Stukken of Banden in Groot Qttavo. - ■
Het I. Stuk vervat het gantfche EERSTE DEEL van dit
Werk, en behelft, in 2 Boeken, den Oorfprong, Aan- was en Gelegenheid der Stad AMSTERDAM, tot omtrent den aanvang der zeftiende Eeuwe: De Vergrooting der Stad, in de zeftiende en zeven- tiende Eeuwe ; en derzelver Tegenwoordige Ge- legenheid. •
Het II. Stuk vervat de vyf eerfte Boeken van het
TWEEDE DEEL, en behelft de Gefchiede- niffen van Amsterdam van de Opkomfl: der Stad af tot het jaar 1534. HetIII.Stuk vervat het 6, 7, 8 en 9 Boek, en vervolgt
de Gefchiedeniffen van 't jaar 1534,10t op de Ver- andering der Regeeringe van 't jaar 1578. Het IV. Stuk vervat bet 10 , n, 12 , 13 en 14 Boek,
en vervolgt de Gefchiedeniffen federt de Veran« dering der Regeeringe van het jaar 1578 tot op het jaar 1632. HetV. Stuk vervat het 15, 16, 17, 18 en 19 Boek, en
vervolgt de Gefchiedeniffen van het jaar 1632 tot het einde van het jaar 1672. HetVI.Stuk vervat het 20, 21, 22 en 23 Boek , en ver-
volgt de Gefchiedeniffen van het jaar 1673, tot op het jaar 1740 en kortelyk tot op den Tegenwoor- digen Tyd. |
||||
Het gemelde Werk wordt niet alleen gedrukt iri
GtoQtOGkavófOp het zelfde Formaat als de Vader- landsche Historie vanden zelfden Auteur; maar ook in Folio op klein en jgroot papier, om te voldoen aan de begeerte der Liefhebberen, die ze gaarne by andere Befibryvingen, zo van Amjter- dam, als andere Steden , en by de Handveflen van Amfierdam en meer dergelyke Werken, zouden wil4 len voegen. In den OStavo Druk komen maar wéinige Plaaten om
1 denzelven niet al te koftbaar te maaken: maar iri de Folio Drukken zyu 'er meerder en grooter ge-
plaatft.
Het Eer (Ie en Timede Deel deezer Befchryving , in
Zes Stukken of Banden in Groot OSew vervat, maaken het Eerße Stuk of den Eerden Band in ioho uit. Men heeft de Kleine zo wel als de Groot Folio Druk9
om aan de begeerte der Liefhebberen te voldoen, Wclvks uitgegeven by kleine gedeelten: ieder zd veel als een Stuk in ÖStuvö behelzende, en deze- ve met 1. ii. in. IV. V. VI. onderfcheiden Wel- ke onderfcheidingen , als het Stuk in een Band in- cenaait of ingebSnden wordt , moeten weg geno- men worden. Ègter wordt elk verzogt de Oäavö zo wel als de Folio Druk niet te laaten binden, voor dat te Werk geheel en al afgedrukt is; waar mede »o veel fpoedlal gemaakt worden, als met de *t* eifohte nauwkeurigheid beftaaabaar is. |
|||||||
r
|
|||||||