■
|
|||||||||
E'
|
|||||||||
I
|
|||||||||
r -..: A. 4»
'"iv"—
|
|||||||||
f="
|
|||||||||
AMSTERDAM,
IN Z Y N E
OPKOMST, AANWAS, GESCHIEDENISSEN,
VOORREGTEN,KOOPHANDEL,
GEBOUWEN,
K ER KENSTAAT, SCHOOLEN,
SCHUTTERYE, GILDEN REGEERINGE,
BE.SCHREEVEN,
3 A N IV A°G° Ê NAAR, HISTORIESCHRYVER DER STAD.
TIENDE STUK. |
|||||||||
Te AMSTERDAM,
By TN T E M A en T I EBO E L.
MDCCLXVII.
Met Privilegie van de Edele Groot-Mogende Heeren Staaten vaa
Holland en Weftfrieslaiid, |
|||||||||
KUNSTHISTORISCH INSTITUUT
BEB RIJKSUNIVERSITEIT UTRECHT |
|||||||||
^■v »«■am
|
|||||||||||||||
■
|
|||||||||||||||
Êlack I
V Y F D É D E E L. VOORREGTEN , GEWOON-
TEN , KEUREN en
BEZITTINGEN
VAN
AMSTERDAM.
|
|||||||||||||||
EERSTE BOE IC
PRIVILEGIE JV of VOORREG-
TEN, CQUSTUMEN of GE- WOONTEN en VOOR- NAAME en ALGE- MEENE KEUREN. In 't voorgaande vierde Deel deezes Werks, inhoud
den handel der ingezetenen in 't gemeen v*n h<* befchreeven hebbende; gaan wy, in dit^J VYFDE Deel, over, tot de befchry ving deezer van de Privilegien of Voorregten der StadBefchry* en der ingezetenen, waar door derzelver han* vinSe» del en bezittingen beveiligd ; en van de voornaamfte en algemeenfte Gewoonten en Keuren, naar welken, zy geregeerd worden: waarby wy de befchryving voegen zullen van de Ambagtsheerlykheden en andere bezittin- gen der Stad in 't gemeen, die een gedeelte Kaarer Voorregten können geagt worden uïttemaaken. De Stad Amflerdam heeft, zo dra zy,Optelling
|
|||||||||||||||
door haare Heeren, tot eene Stad verhee-e
|
klaaring
|
||||||||||||||
X. Stuk.
|
|||||||||||||||
ven
|
|||||||||||||||
■ KUNSTHISTORISCH INSTITUUT
jPEK RIJKSUNIVERSITEIT UTRECHT |
|||||||||||||||
» AMSTERDAMS V.Deei.
Privile- ven werdt, even als de andere Steden dee-
GiEN. zes Lands, zekere van de PRIVILEGIEN
voor-
naamfte of
nlSvT- VOORREGTEN
LEGiEN yerkreegen , die , allengskens, vermeer-
fterdaml" ^erd zyn » en te£en welken, volgens ee-
ne Handveft van den jaare 1562, aan Am- fterdam en de andere groote Steden verleend, de hooge Geregtshoven geene Mandementen poenaal, noch anderen, met de Claufulevm inhibitie, of verbod, mogen vaftftellen, of uitgeeven, zonder dat de Requeften, ten dien einde ingeleverd, vooraf, worden ge- field in handen van hun, dien de zaak aan- gaat ; ten ware zy merkelyke redenen ten tegendeele hebben mogten; in welke geval- len, de Requeften, niet door Commiflaris- fen, noch op de Rolle, maar in 't Collegie van den Raade, moeten worden afgevaar- digd (tf). Van de voornaamften deezer Pri- vilegien , zo ver zy de Stad in 't algemeen betreffen, moeten wy hier, beknoptelyk, handelen. Onder de oudfle en merkwaardigfle Voor-
regten der Stad, tel ik de uitgeftrektheid haarer L Jurisdictie, Jurisdic- 0f ffryjjïeyf^ over welke, met naame, voor
Vryheid,20 ver zyte water ^8®*%!^ 1S> meer dan
"eens, gefchil is geweeft; waarom wy te noo- di-
{*) Handv. hl. 97. Zie »o^Grotius Veiantw.XV. C*p.
il, i$i. XiX. Cup. il. 141. |
|||||||
^
|
|||||||
j
c > |
|||||||
1
|
||||||
IBOEK. VoORREGTEN EN KeUREU. $
diger agten, het regt der S$ad, in dit opzigt, Pkïvile*
van deszelfs oorfprong af, te onderzoeken, GI£N? en op de bede gronden te vedigen. Wy zullen, klaarheidshalve, eerfl van de Stads Jurisdictie of Vryheid te Lande, waarover het minde gefchil valt, en daarna, van dezelfde Jurisdictie of t'ryheid te Water handelen. De oudfte Graaflyke Handvefl, by welke te Lande,
der Stede Vryheid te Lande omfchreeven wordt, is den negenden December des jaars 1342 gedagtekend, en bepaalt dezelve bin- nen de Graft, die toen was de Oude- en Nieuwe - zyds - Voorburgwal, gelyk wy, in den aanvang van dit werk (b), reeds, uit- voerig genoeg, getoond hebben. Doch in 't jaar 1386 [1387], werdt de Vryheid der Stad, van de voorige Vryheid> dat is, van de Stads graft, af, tot op eenen afftand van honderd Gaarden toe, uitgebreid. En deeze honderd gaarden moeden, ter goeder fiepe > of, gelyk wy 't, elders (c), verklaard heb- ben , in eene bekwaame ßrekking, rondsom de Stede gaan. Men fchynt deeze bekwaa- me drekking, oudt^rds, zo te hebben be- greepen, dat de fcheidpaalen eikanderen, in den winkelhaak, bedryken moeden. Im- mers , uit zekere Acte van den agtden Juny des jaars 1589 , geregifireerd in 't Schepenen* Regifler, en aangehaald in 't eerfle Privilegie» Boek f. 9. op den kant, blykt dat Schepenen, de plaats der fcheidpaalen hebbende opge- nomen, bevonden hadden, dat die pilairen, 4e-
(b) Zit I. Deelf I. Boe^ bl. jz enx,.
(t) Zit I. De«/, I. ßteliy bl. 41. +Aant. (l*.)
A a
|
||||||
t
|
||||||
4 AMSTERDAMS V.Deei,.
pRiviLE- defignerende de limiten defer Stede, en gefielt
we». buyten de regulierspoort en de haarlemmerpoort, op malcanderen respondeerden, in de winkel- baeck. In 't jaar 1561, ftondt de Paal van honderd Gaarden buiten de S. Antonis-poort, op of aan den S. Antonis-dyk, pas voorby 't Leproozenhuis (d). En eene halve eeuwe vroeger, of nog eerder, fchynen, daar en elders buiten de hoofdpoorten, in de plaats van paaien, draaiboomen gefield geweeft te zyn; gelyk af te neemen is, uit eene be- eedigde verklaaring van den tweeden May desjaars 1554» die, in't Vertrek der The- faurie, (Oude Laade E.) bewaard wordt, en hier agter, onder de Bylaagen (e), geplaatft is. Betekenis Wy hebben het woord Gaarden, reeds el- van de ders (ƒ ), door het woord roeden, verklaard, uitdruk- en ujt een privilegie vanMaximiliaan enFi- bmiercl nPs beweezen, dat het, met het woord roe- Gaarden, den, verwhTeld wordt. En in deeze beteke- nis , is het woord gërden ofjeerden, al van ouds, in Friesland, in gebruik geweeft is (^.Som- migen, 't is waar, zyn van gedagten, dat honderd gaarden twee honderd roeden zyn, zig grondende, voor ecrfi, daarop, dat de tegen- woordige fcheidpaalen van der Stede Vry- heid veel verder van de Stads graft of vefl; flaan, dan honderd roeden, en ten anderen daarop, dat de Vryheids-paal buiten de Haar- lemmer Poort, aan den laagen weg? juift by de twee honderd roeden van 't begin der Haar-
f4) Handv. bl, iz.
(e) Li A.
(f) I. Deelt X. Dock^, bL 41-
(l) Zie G. F. BARON THO SWARTZENBEBG RCgifter •?
't Gcoot-Ciiarictb. van Frifsliywl, bl. 6^tê$, 7°» 81.
|
||||
I. Boek. Voorregten en Keuren. 5
Haarlemmer Trekvaarte, gefield is. Wy er- Privile-
kennen 't eeii en 't ander. Doch daaruit gien, volgt geenszins, dat benderd gaarden twee honderd roeden betekenen zouden. Buiten de Muider - Poorte , flaat de Vryheids^ Paal veel verder dan twee honderd roeden van de veflen; waaruit volgt, dat, uit de plaats dier Paaien, niets, aangaande de bete- kenis van het woord gaarden, te befluiten is. En wat de plaats der fcheidpaal buiten de Haarlemmer Poort betreft; zo de uitgeflrekt- heid van der Scads Vryheid aan deeze zyde, langs de vaart gemeeten moefl worden , en honderd gaarden twee honderd roeden beteken- den , zou men de fcheidpaal, hier, juift op den afftand van tweehonderd roeden, gefield heb- ben ; maar nu flaat die paal eenige roeden binnen deezen affland, waaruit klaarlyk volgt, dat de ukgeflrektheid van der Stede Vry- heid niet langs de vaart gemeeten is, en derhalve, dat de flandplaats der fcheidpaal hier niets, omtrent de betekenis van 't woord gaarden, beflift. Men verflondt 'er, niet al- leen in de vyftiende eeuwe, roeden door; ge- lyk, uit de aangehaalde Handvefl van Ma- ximiliaan en Filips, en uit eenen veel ouder* brief van Hertoge Albrecht, ten behoeve van die van Leiden verleend (Ä), blyken kan; maar men leeft ook, in zekere Commiflie van het Hof van den twee en twintigflen April des jaars 1522, dat de Fr•yheit der Stede flrect hondert roeden verde buyten de Vuyterfle. foir*
(h) Zie MIERIS Charterb. III. Deel, bl. 7I3,
A 3
|
||||||
!
I |
||||||
6 AMSTERDAMS V.Deel,
Privile- 'poirten (i): en, toen de Vroedfchap, in 't
gien. jaar 1554 , bevondt , dat de Privilegien , haars oordeels, niet zeer klaar fpraken van der Stede Limiten, befloot zy, dezelven te Hel- len op 'f vorderlykfl , bonden roeden buten de porten, toernen ende muur en (k), ten blyke, dat zy, doorgaarden, ook niets anders dan en- kele roeden verftondt. Men heeft, al voor't jaar • 1554, verflaan, dat de honderd gaarden moes- ten gerekend worden van de uiterfle graf ten der Stad (/). Die graf ten waren de oudfte veflen of veflingwerken, en in 't jaar 1342, was de eenige graft, die men toen hadt, ook, naar alle waarfchynlykheid, het eenig- fte veftingwerk der Stede, ten zy 'er, mis- fchien, ook eene of twee poorten geweefl zyn. Hieruit nu is ontftaan, dat 's Lands Staa- ten , in 't jaar 1609, hebben vergund, dat de Vryheid der Stad zig zou flrekken, buiten de nieuwe graften der Vergrootinge, die toen begonnen werdt, op gelyke wyze, als zy zig, te vooren, buiten de oude gr aft en, hadl uit- geftrekt (pi). Men rekende, ten dien tyde, dat de Vryheid der Stad aanving van de buyten* fte cant van der Stede gr aft en oft e fin gel fioot en (ra): of, zo als de Stads Regifiers, wat iaater, fpraken, van de Fortificatien der Stede af (0). Maar ftot de Vergrootinge, van welke wy fpreeken, hadt de Stad Oótroi verkreegen op
}
(i) tn 't Vertrek der Therauris Ordinaris. Oude haait
II, /**« )# ,
(kj Kefol. Vroedfch. A'. I. 9 J*j. 7 April 1*54,
* (/> Zie Handv. bl. 1$. (m) Handv. bl. 6. (n) Keurb. I. f. iz. (»} Keiirb. ^. ƒ. $s* |
||||
I.Boek. Voorregten en Keuren, jr
op eene Kaart, waarby de Vryheid der Stad, Privile-
verder dan honderd gaarden óf roeden bui- GIEN« ten de ontworpen' Veften, werdt uitgeftrekt. De paaien werden, federt, naar deeze Kaart gezet (p); doch behielden, desonaangezien, den naam van honderd gaarden, gelyk dezel- ven, ook nog, meefl allen, met de Letters C. G. getekend zyn: even als de uitdrukking binnen de twaalf nagten, zynde den gewoo- nen tyd van de verkooping van vafte goe- deren by Executie, hier ter Stede, niet meer betekent den tyd van Kerfttyd tot Drie-Ko- ningen-dag , gelyk van ouds, maar eenen geheelen tyd van drie maanden, van den eerden November tot den tweeden Februa- ry. Met één woord, de uitdrukking van honderd gaarden betekent, in de omfchry ving van de Vryheid deezer Stad, geenen bepaal- den afftand; maar alleenlyk de plaats, daar de fcheidpaalen ftaan; gelyk zulks, ui tdruk- kelyk, verklaard is, in eene Keure van den zeven en twintigften Juny des jaars 1663 , waarin de Stads Vryheid gefield wordt op bondert gaerden buyten defer Stede uyterfle For- tificatien, het wekk is, ftaat 'er, foo verre, als ten dien eynde alomme gefielt Jyn feeckere Palen, getekent met het wapen van Amfterdaniy hebbende tot Opfchrift C. Gaerden (q). . De Vryheid der Stad te Lande is bepaald We%en,
binnen de Muider- of Diemer-en Haarlem- Paden merdyken, het buitendyks Land, binnen de ^2*,1".^ paaien van honderd gaarden, daar onder be- rjnei * gree-
.(f) Refol. Vroedfch. N. to. 8 ^iug» Wfl. ƒ, i«f.
(<j) Keut'j. O./. 38. Handv. bl. 14.53. , A
|
||||||||
:■
|
||||||||
'•
|
||||||||
8 AMSTERDAMS V.Deel;
Privile- greepen. En 't zal niet ondienflig zyn, hier,
GiEN. kortelyk, aan te wyzen, welke Wegen, Paden, Wateren, Tuinen, Wooningen, Molens enz. Haarlem- in dezelve gevonden worden. In den Haar- mer- of lemmer- of Spaarnedammer-dyk, legt de groo- dammer- te duiker, door welken, 't Stads vuil water dyk. geloosd, en voorts, door middel van twee molens, in 't Y, ukgemaalen wordt. Wy- ders, fïaan hier, binnens dyks, een grootc Zaagmolen enHoutkoopery, en verder ont- v moet men eenige Moestuinen en andere woo- ningen. Buitensdyks, legt, tot aan de eerfte ton, waar der Stede Vryheid eindigt, een Haarlem ruime plek hooiland. Pas buiten de Haar- mer lemmer-Poort, tegen den dyk, loopt de haar- vaarten ^emmer ^ekvaart en ryweg. Vooraan, te- Ryweg, gen deezen weg, eindigt de Ko/herlooren- Koftver- ^aart of nieuwe betering, die by den Over- looren- toom aanvangt. Aan den weg, flaat een Vaart, of Moutmolen, binnen de Vryheid. De paal nieuwe van honderd gaarden flaat, gelyk wy boven ring.6 CO aanmerkten, op eenen afrfand van nog geene twee honderd roeden van 't begin £aagmo- der vaarte. TulTchen de Haarlemmer- en Jenaars- Zaagmolens-Poorten, loopen, van den Bui- paden. ten.singel, drie Paden. Het eerfte en kort- fte eindigt aan de Koftverlooren-Vaart. De twee anderen loopen in eikanderen; doch eindigen aan dezelfde vaart. Vier diergely- ke Paden, van welken verfcheiden' dwars- paden afloopen, door welken, de hoofdpa- den gemeenfchap met eikanderen hebben» beginnen aan cjen Buiten-Singei, tuflchen fa
CO B'«é*» 5. |
||||
LBoek. Voorregten en Keuren. 9
de Zaagmolens« en Raampoorten. De mees- pRivile-
ten deezer Paden en de Stads Singel zyn bezet gibm« met Zaagmolens, uit welken het gezaag- de hout, langs de Polderflooten, naar de Stad gevoerd wordt, terwyl het ongezaag- de , in die flooten, en in de Koflverloo- ren-Vaart leggen blyft. Enkele Paden zyn ook met kleine Tuinen bezet. TufTchen de Raam- en Leidfche-Poorten, ftaan, pas bui- ten de eerfle, aan het Raampad, welk langs Raam. den Singel loopt, verfcheiden' woonïngenpad. en eenige Lakenraamen. De gebruikers der Raamen langs dit Pad hebben zig, by over- eenkomft van den vyftienden Maart des jaars 1675, verpligt, het zelve te onderhouden (j). Aan 't begin van dit Pad, loopt, dwars steenen van het zelve af, het Steenen pad oïdeVerkens- Pad of gang, die niet doorloopt; en aan 't einde, Verkens" het Lange-bleekers-pad, bezet met kleine^ * Kleêren-bleekeryen, en eindigende aan «ie bléekers- Koflverlooren-Vaart. Na het lange, volgt pad. het Korte bleekers-pad, beginnende, aanhetKortc Slyppad, een dwarspad, agter den Singel; bleekers- en eindigende, aan een ander dwarspad^ welk Pad- toegang verleent naar het Jan-Hänfen-Pad, Slyp-Pad. aan welks begin de Paal van honderd gaar- Jan-Han- den ftaat, en der Stede Vryheid eindigt. fen*Pad' De fchoeijing langs°de bleekers^floot moet, door de huurders, ter wederzyde, onderhou- den worden (0- Op het Korte - bleekers- Pekelhi- Pad, is, omtrent in 't midden, de Pekelba-nngs- rings- 8an§*
(s) 't Arcoord beruft in't Vertrek der Thefaurie Nieuwe
£aade L. L* AA, (t) Accoord van z Nov. 1674.. en 4 Dec. i<sgr. in't V$t-
frek der Jliefamie, Nteuwt L*adeL. L'. U. en BB, A 5
|
|||||
»
|
|||||
io AMSTERDAMS V.Deei.
Privile- rings-gang, die niet doorloopt, en met ge-
«»N. ringe wooningen bezet is. Verder naar de Leidfche Poort, loppen , van den Buiten- singel, twee Paden, toegang verleenende Quakers- naar het Quakers -Eiland , rondsom welk, Eiland. Zaagmolens ftaan, van welken, het onge- zaagde hout, in eene breede floot, in 't mid«. den gelegen, bewaard wordt. Voorts, ont- moet men, meer zuidwaards, aan den Bui- ten-Singel, nog een Pad, met Tuinen be- zet , welk niet doorloopt : waarna men Over- komt aan de Heilige - wegs- of Ovcrtoomfche toomfche Vaart: aan welker noordelyke zyde, eenige Vaart en Koorenmolens, en, nog binnen de Vryheid, ê* het Pefihuis flaat. De weg langs de zelfde zyde der vaarte; de Stads Buiten Singel, tus- fchen deeze vaart en den Haarlemmer Trek- weg, en de kaade langs de ooflzyde der Koftverlooren«Vaarte zyn de Polder-dykaad- jen van de Stads- Polder , die, voor ver het grootfte gedeelte, binnen de Vry-, heid gelegen is. TtuTchen de Raam-en Leid- fche-Poorten, ontmoet men verfcheidener- lei molens, raamen en andere Fabriquen. De zuidelyke zyde der Overtoomfche Vaarte, of de eigenlyke Overtoomfche weg, is digt be- zet met wooningen. Ook flaat hier, binnen de Vryheid, het oude Pefihuis. De paal van honderd gaarden is gefield, over den derden koorenmoolen voorby de brug, die naar het tegenwoordige Pefihuis leidt, in 't gemeen de Peflbrug genaamd, op eenen afflandvan een honderd zes en tagtig roeden en negen voeten, Rynlandfche maat, gemeeten uit het gordyn buiten de Leidfche Poort. Tus- fchen
|
||||
I.BOEK. VOORREGTEN EN KeüREN. II
fchen de Leidfche- en Weterings - Poorten, pRmLE-
waar de Buitenvelder - Polder aanvangt, en gib». waar, langs den Singel, verfcheiden' Tuinen, Herbergen en andere wooningen aangelegd zyn, loopen, van den Singel af,ookeenige Tuinpaden ; een , regt over de Leidfche Poort, en wat verder, het Schelppad, 6&Schelp- Zandpad, en het Schaapenborger Pad. Regt pad. tegenover deWeterings-Poort, loopteen Pad zandpad, met Zaagmolens bezet, welks breede floot ge- gchaa- meenfchap heeft met het water van den Stads- penbor- buiten-boezem f dat, door den beer onder degerPad* Weterings poorts brug, van het Amftelwater afgefchut is. Op het Land ten einde deezer iloote, ftaatde paal van honderd gaarden. De gemeenfchap tuffen en de floot en de OudeWe- Oude tering wordt belet, door den dam, die hier Wete- in de Wetering gelegd is, en, op welken,ring' een Overhaal is gemaakt, ten dienfle der groen- en andere fchuiten. TufTchen de We- terings- en Utrechtfche - Poorten, ontmoet men, langs den Singel, een goed getal van Tuinen , eenïgen van welken zig tot aan de Wetering ftrekken. Voorts, het Otters- Octers- pad, ook met nette Tuinen bezet: en, te- Pad. gen over de Utrechtfche Poort, het Zaag- zaagmo- molens-Pad, welk ook eenen ingang op de lens-Ptd. weftzyde des Amftels heeft; tot aan de We- tering doorloopt, en met Zaagmolens, Tui- nen en wooningen bezet is. Ten einde van dit Pad, flaat de vermaarde Herberg van Stadiander , by welke, een hooge houten brug over de Wetering legt, die toegang verleend naar de Schager Laan, nog, voor Schager- een klein gedeelte, binnen de Vryheid ge- iaan. Ie-
|
||||
12 AMSTERDAMS V.Deel.
Privile- legen. Het Zaagmolens-Pad is het eerfte,
GiEN. welk men, aan de weftzyde des Amftels , ontmoet. Het verdeelt zig, op zekeren af- ftand, in twee Paden, die, digt by Scadlan- der, wederom in een loopen. Voorts, komt men, langs den Amftel voortgaande, aan het Hoeden- Hoedenmaakers- Pad, aan het Kuipers- Pad, maakers- en aan het Ruftcnburger- of Ruß- en Werks- Pad: doch de twee laatften leggen maar ge- Kuipers- deeltelyk in de Vryheid. Op het Kuipers- a ' Pad, is, nog binnen de Vryheid, eene Room- burger-" fche Kerk W' De 0fficiers der Buitenwyk
Pad. No. i. doen, federt eenigen tyd, eenen jaar- lykfchen fchouw,in't voorjaar, langs het Hoe- denmaakers-, Kuipers- en Otters Pad. Over de floot van het Ruftenburger- of Ruil- en Werks-Pad, legt een bruggetje, welk, ne- vens de fchutdeuren onder het zelve, door de eigenaars ofdeelgenooten in het gemelde Pad, en in het Kuipers-Pad, moet onder- houden worden, naar eenen omflag derkos-r ten, die , door drie Gecommitteerden uit dezelven, gemaakt wordt (v). De Paal van honderd gaarden ftaat tuflchen het Ruften- burger- en Verders-Pad, op eenen afftand van een honderd zes en negentig roeden vier en een halve voeten, Rynlandfche maat, gemeeten uit het gordyn buiten de Utrecht- fche Poort. Aan-de ooftzyde des Amftels, loopen, door een gedeelte der Outewaaler- of Over-Amftel-Polder, drie Paden, die ge- heellyk binnen de Vryheid leggen : het O/iT
(u) Zit III. Dtcl^ III. Boekj hl, ÏU.
(vj Keuib. U. ƒ. i vtrf«. |
||||
LBoek.VoorrEgten en Keuren. t$
Olifants-oïOutewaakr-Pad^het Oetgens-Pad, Prtvile-
welk, door eene floot in 't midden, in twee giew. Paden verdeeld is, en het Jgter-Oetgens- Oiifants- Pad, even voorby welk, de Paal van hon- of Oute- derd gaarden ftaat. Langs den Buiten-Singel, p*d* tuiïchen den Amftel en Weesper - Poort of 0et* _ Outewaaler Weg , leggen eene reeks van padfCr Raamen en Moes- en andere Tuinen. De .^ ■• eigenaars der Tuinen op het Outewaaler- en oetgens* Oetgens-Pad zyn,in den jaare 1726, met de Pad. eigenaars van zekere drie Kampen Lands, |
|||||||
, '.f
|
|||||||
voor eene fomme van drie duizend vyf hon-
derd guldens, overeengekomen, dat deeze kampen, nooit anders, dan tot wei- of hooi- land, zullen worden gebruikt (w). De Ou- Oute- tewaaler Weg zelf is, binnen de Vryheid, waaier met Tuinen, Herbergen en andere woonin- Wcg* gen, bezet. Deeze weg eindigt aan de Ring- floot van de Diemer - meer. De paal van honderd gaarden ftaat, aan den weg, op om- trent twee derde van deszelfs afftand van den Buiten-Singel. TufTchen de Weesper- en Muider-Poorten, en verder, tot digt aan den Muider- of Diemerdyk , leggen genoeg- zaam niet dan Landeryen, zonder eenige by- gevoegde wooningen, eene enkele herberg uitgenomen. Op den dyk, (laat, vooraan, Minder- een grenspaal van't Heemraadfchap van den of ^ie" Zeeburg, en wat verder, benedensdyks, een merdyk* Luftplaatsje en eenige byeengevoegde woo- ningen, met een gedeelte van het agter ge- legen Land, uit het gewezen braakje Wa- terryk, aangehoogd. De paal van honderd gaar-
(*>) Gxoot-Memor. N, X. ƒ. ji.
|
|||||||
14 AMSTERDAMS V.ÖEEt.
Privile- gaarden ftaat, óp den dyk, twee honderden
ciEN. zeitig roeden en agt voeten, Rynlandfche maat, van de punt van 't ukerfle Bolwerk buiten de Muider-Poort, op de hoogte van de Stads Zaagmolens, die, in 't buitendyks Voorland, geplaatfl zyn. Door dit voor- Zieken- land, loopt het Ziekenwater, welk, met een water, kaadje, waarin een kleine duiker lag, van 't Y plagt afgefcheiden te zyn. Doch 't kaadje en de duiker worden, federt eenigen tyd, niet meer onderhouden. Ten einde van het Paarden- Zieken water, aan den Paardenhoek , plagt hoek. qok een paal van honderd gaarden te ftaan, gelyk klaarlyk te zien is, in de gemeeten Kaart van 't Y van Nicolaas van der Heyde van denjaare 1674.. Doch deeze paalfchynt, met het affly ten van den Paardenhoek, weg- geraakt te zyn. Het Stads-Water, welk, in den grooten buiten-boezem, tufTchen de Weterings-poorts-beer en Haarlemmerdyks- duiker, geloosd wordt, wordt, gelyk wy boven aanmerkten, door den gemelden beer, gefcheiden van het Amflelwater; en, van het water der Buitenvelder-Polder, door de fluis in de Wetering, buiten de Weterings-poort; door een' dam ;inde Singelfloot tegen over de Utrechtfche Poort; door een' anderen dam, in dezelfde floot, even bewefïen de Wete- rings poort, en, eindelyk, door den dam in de Wetering, op welken de Overhaal legt. Doch het Stads - buitenboezem - water heeft, met het water der Stads Polder, en met de Kofl- verlooren-Wetering enOvertoomfcheVaart, . gemeenfchap, onder door een goed getal van bruggen, die in den Buken-Singel leg- gen, |
|||||
1
|
|||||
Ï.BOEK. VOORRËGTEN ENKeVÄEN. ï$
gen, en, voor welken, immers gedeeltelyk, pRiVILE.
eertyds fchutdeuren plagten te zyn, waarvan gikn. men nog, hier en daar, overblyffels ziet. Van deeze bruggen zyn 'er twee, tuflchen de Haarlemmer- en Zaagmolens - Poorten; twee tuflchen de Zaagmolens- en Raam- Poorten ; en vyf, tuflchen de Raam- en Leidfche Poorten. Ter wederzyde van de Weterings-Poort, legt ook wel eene brug in den Buiten-Singel; doch de weftelykfte verftrekt hier, alleentyk, tot eene doorvaart naar eene molenfloot, die geene gemeen- fchap heeft met het water der Buitenvelder- Polder, en de ooftelykfte legt buiten den Weterings-Poorts-beer, die 't Amftelwater van 't Stads-buitenboezem-Water fcheidt. De Bannen, die onmiddelyk grenzen aan
de Vryheid der Stad te Lande, zyn die van Amflerveen of Nieuwer-Amftel en Slooten. Van deeze Bannen waren, met de jongfte Vergrootinge, eenige erven, geheellyk, an- deren , gedeeltelyk, geraakt onder de Vry- heid der Stad: en alzo twyfelagtig was, voor welk Geregt, de laatften, in geval van ver- koop, moeïten opge^draagen, of, anderszins, vervreemd of bezwaard worden , werdt, desaangaande, in 't jaar 1669, eene fchik- king gemaakt, die, den negen en twintigften November, by Oktroi van 's Lands Staaten, bekragtigd werdt (ar). Men maakte nette, gemeten en afgezette Kaarten der Landeryen, aan en onder de rooijinge van de honderd Gaarden gelegen, zo die met Nieuwer-Am- ftel, (*) Handy, hl. sss*
|
|||||
■
|
|||||
i6 AMSTERDAMS V.Deex,
PAiviLE- ^» z\s die met Slooten gemeen lagen; uit
ousN. welke Kaarten bleek , welke Landeryen , fchosn onder Nieuwer - Amftel of Slooten, of buiten de Paaien van honderd Gaarden leggende, voor 't Geregt van Amfterdam; en welken, fchoon binnen de Paaien van honderd Gaarden gelegen, voor de Gereg- ten van Nieuwer-Amftel of Slooten, moes- ten opgedraagen of bezwaard worden. Uitbrei- Binnen de Vryheid der Stad te Lande, ding van welker uitgeftrektheid en gelegenheid wy 't Ban-en nu, kortelyk, befchouwd hebben, mögt zy ^Jg" Excynzen heffen, waarvan wy, beneden, byzonderer handelen zullen, 't Spreekt ook van zelf, dat zy misdaadigen, binnen deeze haare Vryheid, vangen, en buiten dezelve, bannen mögt. Doch dit laatflgemelde Voor- regt werdt, by verfcheiden' Handveften, nog verder uitgebreid, eerft, in 'tjaar 1488 [1489], tot op duizend roeden, buiten de honderd, tot welken de Vryheid zig uit- ftrekte (3/); welk voorregt,in 't jaar 1505, beveiligd werdt (2): en daarna, in 't jaar 1544, tot op eene myl in 't ronde, te be- ginnen van de uiterfte vellen der Stad (0); binnen welke myl, volgens eene Handveft van Keizer Karel den V. van den jaare 1536, ook geene Kalkovens gefteld mogten wor- den (b). Buiten de Hoofdpoorten deezer Stad, ftaan, op den afftand van eene myle, op of aan de gemeene Wegen , Ban- of Myl-
(j) Handv. hl. 14.
(x.) Handv. bl. i+. (a) Handv. bl. is. (k) Handv. bl. iö. |
||||
J.Boêk. VoorReöt en en Keuren, f?
Mylpaalen van hardfleen, op welken hetpniviix»
wapen van Amfterdam uitgehouwen is, enciEN. de woorden Uiterste paalen der Ballingen, in 't Latyn en in 't Neder- duitfch, te leezen zyn. Men vindtze, on- der anderen, aan de weftzyde van den Am - ffcel5 op den Amfterveenfchen weg, by de LuftpIaatsElsryk; aan den Haarlemmerdyk; aan den Slooter weg, by Slooten, en op den Diemer- of Muiderdyk. De misdaadi- gen worden, in gevolge der verkreegen* voorregten, fomtyds, uit de Stad en der- zelver Vryheid , en fomtyds ook, uit de Stad, derzelver Vryheid, en eene myle in 't ronde, gebannen. De uitbreiding van het Ban- en Vangregt der Stede heeft veele ge- fchillen, die, met de naafte Baljuwfchappen van Kennemerland, Amftelland en Water- land, konden ontftaan, voorkomen of af- gefneeden: gelyk ook de gefchillen over de Cimle Jurisdictie, met de Ambagtsheerlyk- heden van Amflerveen en Slooten, die de Stad en derzelver Vryheid, aan deLandzyde, omringen, federt het aankoopen der ge- noemde Ambagtsheerlykheden, in den jaa- re 1529 (c), grootendeels, zyn opgehou- den. Wy agten hiermede genoeg gezeid teAloude
hebben, tot opheldering van de uitgeftrekt-uitse; heid van deezer Stede Vryheid te Lande^k™ Wy gaan nu, tot de uitgeftrektheid dierstede zelfde Vryheid te Water,over. Vryheid Am_ te Water.
(*) Zit II. Dtet, V. Boet, hl. J07.
X. Stuk. B
|
|||||
f
|
|||||
i8 AMSTERDAMS V.Deeiu
Päivili- Amflerdam hadt zig maar pas beginnen
GiEw. uit te leggen op de Scheepvaart, of men Eersten befpeurde,in 's Lands Graaven, eenen blyk- haiven baaren toeleg, om der Stede Vryheid te Wa- ftroom. ter vercjer ujt te ftrekken f <jan haare Vry- heid te Lande uitgeflrekt was. By deHand- vefl van den jaare 1342, die de Vryheid te Lande bepaalde binnen de Stads graft, werde de Vryheid te water niet flegts vyftig roeden ooftwaards, langs den Zeedyk in 't Y; maar zelfs, in de haven , ten halven firoom toe, uitgebreid (ß). 't Welk aan de Vryheid te Water merkelyk meer uitgeflrektheid gaf, dan aan de Vryheid te Lande gegeven was. De Stad flrekte zig, toen reeds, in de leng- te, uit, tot aan de hoogte der oude, of, veelligt, tot aan de hoogte der nieuwe brug- • ge, fehoon zy, vermoedelyk, ten ooflen van het Damrak, nog niet tot aan de nieuwe brugge, betimmerd was (e). In de breedte, was zy bepaald, binnen de twee Voorburg- wallen. De haven der Stad in 't Ykan,der- halve, niet fmaller begreepen worden, dan tuffchen de hoogte dier twee Burgwallen. En in deeze haven, heeft zig der Stede Vry- heid , ten hohen firoom toe, dat is, tot op de helft van den firoom, tufTehen de Stad en den overzydfehen oever, uitgeflrekt. Om nu te weeten, waar de helft van den
Stroom gezogt moet worden, zou men moe- ten weeten, of de Volewyk, een ftuk Voor- land van den Waterlandfchendyk, regt over de
|
||||||
(d) Zit I, Deel, I. B*e!^> hl, 32.
(*; Zit III. Deel, I. £«ei, bl. 250. |
||||||
Ï/Boek. Voorregten en Keuren, ig
de Stad gelegen, en breeder dan de StadpRIVILS.
toen was; in den jaare 1342, reeds in we-oiEw. zen geweeft ware, en omtrent dezelfde ge- daante als tegenwoordig gehad hadt. Indien dit zo niet mögt ge weeft zyn; indien 'erde Volewyk, in 't jaar 1342, of niet geweeft zy, of eene ondiepte in 't Y ware, die, dik- wils, ondef water lag, en daarom onderden ftroom begreepen werdt; dan zal de helft van den ftroom gezogt moeten worden, op den halven afftand tuflchen de Stad en den Waterlandfchen dyk ; en de Vryheid der Stad zig, volgens deeze Handveft, tot op een goed ftuk wegs in de Volewyk hebben üitgeftrekt. Doch alzo van de Volewyk, reeds in eene Handveft van den jaare 1393, gewaagd wordt, en zy toen al zo hoog bo- ven 't water lag, dat men dienftig oordeel- de, haar, met eene zomerkade, te omrin- gen (ƒ); zullen wy onderftellen , dat dit buitendyks Land, in 't jaar 1342, niet flegts in wezen geweeft is; maar omtrent dezelfde gedaante als tegenwoordig gehad heeft; en gevolgelyk, dat de Vryheid der Stad te wa- ter zig, ten dien tyde, niet verder dan tot op den halven afftand tuflchen de Stad en de Volewyk, heeft üitgeftrekt. De afftand nu tuflchen de oude en nieuwe bruggen is om- trent vyf en zeventig roeden , en de af- ftand tuflchen de niéuwe brug en de uiter- fte ry paaien omtrent zeftig roeden. Van de uiterfte ry paaien tot aan de Volewyk, zyn omtrent honderd vyf en veertig roeden ge-
(f) Zit Handv. il. 537,
B %
|
||||
20 AMSTERDAMS V.DeälJ
gemeeten (i). Zo nu de oude brug, in 't jaar
1342, de uiterfte bepaaling der Stad aandee- ze zyde geweeft zy ; dan moet de halve ftroom gefteld worden op honderd en veer- tig roeden buiten dezelve, dat is, tot op de helft van den afftand tuflchen de twee ryen paaien. Doch zo de Stad zig, toen reeds, tot op de hoogte der nieuwe brugge heeft uitgeftrekt, gelyk zeer wel zyn kan , dan moet de Vryheid der Stad te water nog vyf en zeventig roeden verder Y-waards gefteld worden. Doch'tleedt flegts tot in denjaare 1386 [1387], toen deezer Stede Vryheid te water, van nieuws, werdt uitgebreid. Her- tog Albrecht vergunde toen der Stad, dat zy haare Vryheid meerren ende uytfetten mögt, van haer oude Vryheyde, die zy toen hadt, af, tot honderd gaerden of roeden toe, gaende domme die Stede, te Water ende te Lande (g). Om nu te verftaan, hoe ver de Vryheid der Stad te water, by deeze Handveft, vermeer- derd geworden zy, moet men zig herinne- ren, dat zy, in 't jaar 1342, reeds tot op de helft
(g) Zte Handv. hl. 11. O ]
(\) Eigenlyk, heeft men, van de uïtcrfïe ry paa-
ien voor de Rommelhaven, tot aan de galg, gemee- ten een honderd zes en veertig Meetkundige Ryn- landfche roeden: van by de Nieuwenbrugs-boom tot aan het Tolhuis, een honderd vier en veertig roe- den en drie voet, en van by de Waals-boom tot/aan het Schelvifch-hoofd, ook een honderd zes en veer- tig roeden. De meeting is , op den dertienden July" des jaars 1750, gedaan door den Stads Landmeeter, fan Spruytenburg, die aangetekend heeft, dat ieder lyn.wel vyf roeden korter zou gevallen zyn,, zo de meeting, by beflooten water, gefchied ware. |
|||||||
Privile-
gien. |
|||||||
Daarna,
tot op honderd gaarden o?roeden verder. |
|||||||
,
|
|||||
Ï.BoEK. VoORREGTEN EN KEUREN. 21
helft van den ftroom, dat is, ten allerminfte Pbivile-
tot tiuTchen de twee ryen paaien in 't Y uit- gien. geftrekt geweeft is. Van deeze oude Fryhey- de af, werdt zy nog honderd roeden uitge- zet , alomme, of rondsom die Stede, en zo wel te Water als te Lande. Hieruit nu volgt, dat de Vryheid der Stad te Water zig, volgens deeze Handveft, ten minfte tot op omtrent honderd roeden buiten de paaien, en tot op veertig roeden na aan de Volewyk, uitge- ftrekt heeft. Maar zo de Stad zig, ten dee- zen tyde, reeds tot aan de nieuwe brug heeft uitgeftrekt, gelyk ten hoogfte waarfehynlyk js (b), en de halve ftroom, gevolgelyk, vyf en zeventig roeden verder moet geplaatft worden, dan brengt de vermeerdering, door Hertoge Albrecht verleend, der Stede Vry- heid reeds tot een ftuk wegs op de Vole- wyk. En dat het, in der daad, zo met de zaak gelegen geweeft zy, zullen wy, uit eene Handveft van denjaare 1409,nadertoonen. Om te doen zien, dat der Stede Vryheid En einde-
te water zig, na 't jaar 1387, tot aan of o- Meten ver de Volewyk, uitgeftrekt heeft, behoe- minftc» ven wy ons niet te beroepen, op eene Hand- ^gzffiür veft van den jaare 1393, waarby de Stad ro*dm regt krygt, om een' Schout en drie van de over de vyf Heemraaden over de Volewyk aan te ^lwï** ftellen, die, nevens twee Heemraaden uit Waterland, de dykaadjen van de Volewyk zouden fchouwen, en keuren op dezelven leggen (f). Ook zou men, daarop, met re- den, (h) Zie III. Deel, I, Boek,, II. 233.
(fj Handv. kt, 337. |
|||||
22 AMSTERDAMS V.Deel.
. den v können zeggen, dat de Stad deeze foort van Jurisdiétie, alleenlyk als Hoofdingelan- de van de Volewyk, verkreegen hadt; in welke hoedanigheid , zy haar regtsgebied over dit Land, zelfs tot digt aan den Water- landfchen dyk toe, in den jaare 1626, te- gen den Baljuw en Dykgraaf van Waterland, gehandhaafd heeft(F). Wy veftigen ons, voorT naamlyk, op de woorden derHandveftevan Graave Willem den VI. van den vyftienden July des jaars 1409, die wel eene byzondere overweeging waardig zyn, en aldus luiden: Item, dat haer vryhede meere/al we/en, boven haer oude vryhede, die fy nu hebben in 't Te, tot aender Foelwyck toe over in 't Te (2), alfoo langh flickende , als haer oude vryheyde nu firecket te Lande, na der befchreuen mate (/). In de eerfle plaats, merk ik , over deeze woorden, aan, dat de Graaf, met dezelven, beoogt, de Vryheid aan den Waterkant nog verder uit te breiden. De Vryhede der Ste- de Jol, zegt hy, meere wefen, boven haer ou- de vryhede, die fy nu hebben in 't Te. Ten an- deren , moet jnen zig te binnen brengen, 't gene wy, hier voor, getoond hebben, dat der
(O Regïft. itr Schouwen van de Volewyk, berußende
ttr Fhefaarie, f. 23, Verg. f, dj verfe.
(!) Handv. hl. 2. [rj.] (a) In de meefte Uirgaaven der Handveflen van
Amflerdam, leeft men, tot aen der Foelwyck toe in 't Te. De laatfte alleen heeft , tot aender Foelwyck toe over in 't Te. Kn zo heb ik, met eigen oogen, gezien, dat 'er ftaat, in de oorfprongkelyke H3nd- yeft, die, ig de Oude Kerke, Laaie XVI., bewaard wordt. De vérfchillende leezing maakt, nogtans, geen groot verfchil in den zin. |
|||||
\ '
|
|||||
XBoek. Voorregten en Keuren. 23
der Stede Vryheid te water, in 't jaar 1342, PRiviLa-
bepaald geweeft zynde ten halven ftroom, gie«, tuffchen de Stad en de Volewyk, dat is, toen , ten minfte , tot tuffchen de twee ryen paaien, in't jaar 1387, honderd roe- den verder werdt uitgebreid, en, derhal- ve , naar de uitgebreidheid , die de Stad toen verkreegen hadt, tot op ruim dertig roeden over de Volewyk reikte. En dit komt juift overeen met de befchryving van de oude Vryhede, in de woorden der Hand- vefte, welke wy onderzoeken. Die oude Vryheid, leeft men daar, ftrekte zig, toen reeds, tot aender Voelwyck toe over in '* Te: waardoor beveftigd wordt, 't gene wy, ter- ftond, aanmerkten, dat de Stad zig, ten minften in 't jaar 1387, zo niet eerder, reeds tot aan de nieuwe brugge, heeft uitgeftrekt. In de derde plaatfe, komt in overweeging, hoe ver de Vryheid te water, in 't jaar 1409, vermeerderd werdt. En dit zou zyn aljoo langh flreckende als haer oude vryheyde nu ßrecket te Lande, na der befchreven mate. De oude Vryheid te Lande ftrekte zig uit, tot honderd gaarden of roeden buiten de graft. Geene andere befchreeven maat dan deeze vindt men, in de oude Handveften. En zo ver moeft de Vryheid te water zig, boven de tegenwoordige, die, ten nadeeligfte ge- rekend, tot op veertig roeden na, aan de Volewyk ; doch, naar alle waarfchynlyk- heid, tot op ruim dertig roeden over de- zelve , reikte, ook uitftrekken: zy reikte, derhalve , ten minfte , zeftig roeden over de Volewyk. De woorden der liandvefte B 4 kon-
|
||||
H AMSTERDAMS V.Deee.
Privile- können, zo 't ons voorkomt, geenen an-
cijen. deren bekwaamen zin lyden. De Vryheid wordt daarby , klaarlyk, honderd roeden uitgebreid. Deeze was de eenige befchree- ven maat van de oude Vrybeyde te Lande. De vraag is alleenlyk, van waar men, aan den Waterkant, die honderd roeden moet beginnen te tellen? Zegt men, van de paa- ien in 't Y; ik zeg 'er tegen, dat dan de Vryheid te water niet vermeerderd, maar verminderd geworden zou zyn , tegen de uitdrukkelyke woorden der Handvefle. In 't jaar 1342 , was de Vryheid te water reeds ten halven flraom, dat is, tot aan de paaien toe, gebragt , en in 't jaar 1387, nog honderd roeden verder, 't Zou dan eene fchoone vermeerdering deezer Vryheid geweelt zyn, zo zy, in 't jaar 1409, we* derom op honderd roeden buiten de paa- ien gebragt geweeft ware. 't Zou ook ftry- den met de uitdrukkelyke woorden der Handvefte, luidende, dat de oude Vryhede, voor de vermeerdering des jaars 1409, zig reeds ftrekte tot aender Voel-wyck toe over in 't Te. 't Welk alles klaarlyk toont, hoe gantfch ten onregte, fommigen, nog in 't jaar 1750, beweerd hebben, dat de Juris- dictie der Stad zig, zelfs nu, niet tot op een fteenworps lengte aan deeze zyde van de Volewyk; maar alleenlyk ten halven ftroom toe, uitftrekt (m). Pe üegeering vanAmilerdam fchyntook ZQ
(m) Stads tyiïffiven N. XXXI. hl. 3. Groot-Memor, N,
XI. ƒ. ho. Vcivolg «fer Handv. kt. r. , |
|||||
l
|
|||||
LBoek^Voorregten en Keuren. 25
zo wel overtuigd geweeiï te zyn, dat haare pRIVILB,
Jurisdictie zig overeen goed gedeelte van giek. de Volewyk uitftrekte, dat men geene an- dere reden dan deeze overtuiging zal kön- nen vinden, waarom zy, al vroeg, goedge- vonden heeft, de misdaadigen, die, voor 't Stadhuis deezer Stede, met de dood geftraft zyn, derwaards te voeren, en aan eenegalg, aldaar opgeregt, op te hangen, of op ftaa- ken en raden te zetten 1 5t welk ik niet ge- loof, dat ooit, in eens anders Jurisdictie, ge- fchiedt. Ook heeft de Stad het Galgeland, ge- lyk het, van ouds, genoemd werdt, al vroeg, in eigendom bezeten («). De tyd van de eerde opregting der galge is my, nogtans ± nergens, voorgekomen. Doch uit de Schil- dery van Cornelis Anthoniszoon, die in 't jaar 1536 gemaakt is, blykt, dat zy "er toen reeds gedaan heeft. OndertufTchen, hebben de Baljuw en Geregten van Water- land , fomtyds, beweerd, Jurisdictie te heb- ben over de gantfche Volewyk. In 't jaar 1617, hadden Burgemeefteren van Amfter- dam vier paaltjes met Stads wapen doen flaan in de Volewyk, aan de ooft- en weflzyde buiten den kadyk, daar de Volewyk op zyn fmalft, en maar agt en twintig roeden, zes en een halve voeten breed was. Dykgraaf en Heemraaden van Waterland maakten hier over veel beweeging, en hielden ftaan- de, dat men, daarmede, hunne Jurisdictie gekrenkt hadt. De Stad bragt hiertegen in, dat
(n) Regift. der Schouwen van de Volewyk , berußend*
ter" The/aufie, f, iz, 14. -verfaß 2j verft, »5
|
|||||
\
|
|||||
26 AMSTERDAMS V.Deei,
Privilb-dat zy Privilegien hadt, waarby haare Ju-
eiBN. risdiótie tot aan en in de Volewyk uitgebreid werdt. Doch zy vondt niet geraaden, haar regt, ten dien tyde, ten uiterfte te dry ven. En die van Waterland hielden zig te vrede, met eene verklaaring, dat de paaltjes alteen- lyk gefield waren, om te onderzoeken, of en hoeverre de Volewyk aan die zyde afnee- men mögt; geenszins, om daarmede eene nieuwe uitbreiding van Jurisdictie te verkry* gen (o). En federt weet ik niet, dat 'er eenig merkelyk gefchil, wegens de Jurisdictie over de Volewyk, geweeft is. De Schout, dien de Stad over dezelve aanftek, en die te ge- lyk Dykgraaf is, heeft 'er, 't zy met zyne Heemraaden, of alleen, nu en dan, eenige Keuren doen af kondigen. Doch dit fchynt, van wege de Stad, als hoofd- of liever eeni- ge ingelande van de Volewyk, gefchied te zyn. De Verpondingen der Landeryen wor- den 'er, nogtans, aan 't Hoofd - Comptoir van Waterland betaald; gelyk van ouds. Ook flaat 'er, tegenwoordig, op de Volewyk, gee- ne Grenspaal, die het einde van deezerSte-; de Jurisdictie aanwyft. Doch hieruit volgt niet, dat zy 'er, in vroeger' tyd, niet ge- fiaan hebbe. Immers, ik vind deeze woor- den , in eene nafchouw op de Volewyk van den elfden May des jaars 1623: Me dedyc- ken, van Geert Simons Land af, ooflwaerts, tot vier ofte vyff roeden verby *fc Stads pael, teïagbe ghemaeckt wefinde, fyn in den ban ge-, daen
(o) Groot-Memor. N. II. ƒ. 26$, N. XI, f. lis verfe.
|
||||
I.BOEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 27
daen (p). En dat de Stad, reeds in de vyf- pRIVin-
tiende eeuwe, Jurisdictie tots aan de Vole- gien. wyk geoefend heeft, is, veelligt, ook hier- uit af te neemen, dat men, by harde vorft, in zorgelyke tyden, het Y, tot aan de Vo- lewyk toe, heeft doen opbyten. Men leeft, naamlyk, op den rand eener Keure van den zeftienden January des jaars 1475: Men/al byten an beyden fyden van die falingen, tot an t land (#). * De Handveft van den jaare 1409 is de
laatfte geweefl,waarby deVryheid der Stad te water is uitgebreid geworden. Amfter- dam hadt wel, in 't jaar 1574, van de Spaan- fche Regeering deezer Landen, eene ver-, meerdering haarer voorige Vryheid van vierhonderd roeden van dertien voeten ie- der , zo wel te Water als te L,ande, verwor- ven (r). Doch dit Voorregt werdt,tot op , de ukfpraak der algemeene Staaten, opge- fchort, by het XI. Lid der Satisfaftie van den jaare 1578 (s): en de Stad ftondt 'er volftrektelyk van af, by het XVII. Articul van den Afftand van de Satisfactie van den jaare 1581 (0- Zy is, in laater' tyd, wel eens bedagt geweeft, om, by 's Lands Staa- ten , eene nieuwe uitbreiding haarer Juris- dictie van twee honderd of drie honderd gaarden te verzoeken (m). Doch 't is, tot hier-
(p) Regift. der Schouwen van de Volewyk , berußende
ter Tbefanris, f. ï$ verfo, (<]) Keurb. A. f. 8y verfo.
(r) Zie II. Deel, VIII. Boe{, bl. jyi.
(s) Zie II. Deel, IX. Boek^, bl. 4J2.
(t) Zie II. Dtel, X. Boe^, bl. jo.
(u) Refol. Vroedfch. Li. C. ij> J-uly i*<ji. ƒ, i4; verfi.
L*. K. 17. Dec, 1674. f. !$}. |
|||||
t
|
|||||
I
|
|||||||||||||||||||
AMSTERDAMS V.Deel.
|
|||||||||||||||||||
28
|
|||||||||||||||||||
Privile- hiertoe, zo ver my gebleeken is, nog niet
|
|||||||||||||||||||
GIEN.
Onder
zoek, hoe ver |
in 't werk gefield.
Wy hebben, in 't verhandelen van der
Stede Vryheid te water, alleenlyk aange- |
||||||||||||||||||
SerStede weezen» ^oe ver dezelve zig °ver de Vole-
Vryheid wyk» die vlak voor de oude Stad legt, heefc te water uitgebreid. Doch naardemaal de Stad, in zig, ten je voorgaande eeuwe, beide weftwaards en |
|||||||||||||||||||
ten wes
ten van de Vq- lewyk, uitftrek ke. |
-" ooft waards, ver voorby de hoogte van de
Volewyk uitgelegd is; zo valt de vraag, hoe ver men begrypen moet , dat de Vryheid voor de Stad in 't Y zig, tegenwoordig, ter wederzyde van de Volewyk, uitflrekke ? De |
||||||||||||||||||
oude Privilegien omtrent de Vryheid te wa-
ter , die allen gegeven zyn, toen de Stad, aan den Y-kant, fmaller was, dan de Vole- wyk voor dezelve, konden niet fpreeken, en fpreeken ook niet, van de uitgeflrekt- heid haarer Vryheid te water, wanneer zy, t'eenigen tyde, weftwaards en oollwaards, voorby de Volewyk, mögt worden uitgelegd; gelyk, federt, gebeurd is. Men kan dus, alleenlyk by redekaveling, uit' de Privilegien van laater' tyd* die de Vryheid te Lande be- paalen, afleiden, hoe verre haare Vryheid, daar zy niet tegen over de Volewyk legt, zig thans in 't Y uitflrekke. En naardemaal deeze Privilegien de Vryheid te Lande, al- toos, ten minfle zo ver buiten de nieuwe graften en veften, bepaald hebben, als de- zelve , voormaals, buiten de oude graften, bepaald geweefl was; zo volgt, onzes oor- deels, klaarlyk, dat de Vryheid te water zig flrekt, ten wellen naar Buikfloot, en ten ooflen naar Nieuwendam toe, t;en hal- ven |
|||||||||||||||||||
-
|
|||||||||||||||||||
I.BoEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 2p
ven flroom tiuTctien de Stad en den Water- Privilh:
landfchen dyk, en ten minfte nog honderd gien. roeden verder. De Handveft van 't jaar 1342 breidt de Vryheid te water uit, ten halven flroom in 't Y. De Handveft van't jaar 1387 voegt 'er nog honderd roeden by. Geene van beide fpreekt van de Vojewyk. De Hand- veft van 't jaar 14.09, die bepaaldelyk van de uitgeftrektheid van der Stede Vryheid over de Volewyk fpreekt, fchynt hier niet te paffe te können komen: doch zou, zo ze 'er te paffe gebragt werdt, der Stede Vry- heid te water, ter wederzyde van de Vole- wyk , nog vry wat verder uitbreiden. Maar gelyk wy niet voorhebben, het gegrond regt der Stede, in eenig opzigt, te kort te doen; zo hebben wy even weinig voor, der Stad eenig regt toe te fchry ven, dat wy niet ver- ftaan, haar waarlyk te behooren. Ten be- fluite van deeze verhandeling over de uit- geftrektheid der Vryheid deezer Stad te wa- ter , voegen wy hier alleenlyk by, dat den Schout van Amfterdam, by eene Handveft van Keizer Karel den V. van den een en twintigften February des jaars 1544, regt gegeven is, om zulken, die Schepen, zwaar- der dan ter diepte van vyf en een vierde Hollandfche ellen belaaden, van hier zee- waards voerden, of ballaft op het Pampus en andere ondiepten daar omtrent over boord wierpen, te mogen vangen, en ter eerfier aanleg te regt flellen voor Burgemeefteren en Schepenen deezer Stad(t>): 't welk men, als
(v) Handv. bl. jjz.
|
|||||||
» •
|
|||||||
Jo AMSTERDAMS V.Deei,
Privile- als eene zekere uitbreiding van deezer Stede
äiEff. Jurlsdiélie over het Pampus, eene ondiepte, wel zesmylen van deeze Stad, in den mond der Zuiderzee , gelegen, kan aanmerken. Ook heeft het Geregt deezer Stad het wer- pen van ballaft op het Pampus, ten blyke der verworvene Jurisdictie ,by eene Keure, verbooden (w). llm De altoosduurende Vkree- X7 l tt miging Vereeniging met Holland
land. is ook, van ouds, met reden, aangemerkt als
eenVoorregt voor Amfterdam, welk, eertyds, onder 't Bisdom van Utrecht behoord hadt, en door Leenmannen van dat Bisdom beze- ten geweeft was; doch, in 't jaar 1282, voor 't eerffc, aan den Graave van Holland werdt afgeftaan (%). In 't jaar 1300, werdt de Stad, nevens gantfch Amftelland, aan Guy van Henegouwen opgedraagen, die 'er, ïn 't jaar 1311, wederom van afftondt, ten behoeve van Jan den II., Graave van Hol- land (j). De Stad bleef, federt, vereenigd met Holland; doch de Regeering, voor nieuwe vervreemding bedugt, verwierf, op den ze- ven en twintigften May des jaars 134.6,ee- ne belofte van Vrouwe MargareetJ, die, kort te vooren, als Graavinne, ingehuldigd was, dat de Stad, tot eeuwelycken jaren, niet van de Graaflykheid van Holland gefcheiden zou worden (z). Hertog Willem, haar Zoon, be-
{■») Handv. hl. jjï.
(\) Zie II. Deel. I. Boel^t hl. 2f.
(y) Zie II. Deel, I. Boek,, bl. 48 * 19 .
(«J Handy, bl. 1. [4].
|
|||||
/
|
|||||
IBoek. Voorregten en Keuren. 31
beveftigde zulks, in't jaar 1355, belooven- Privile«
de, dat hy zyne liever Stede van Amflelredamy giebt. noch aly noch deel, zou vervreemden; maar altoos geheelyck vereenigd laaten, met zyn Graaffchap van Holland (a). Wy hebben, reeds elders (b), gemeld, wat voordeel, in deeze vereeniging, voor Amfterdam, gele- gen ware, en behoeven 't dus, hier, niet te herhaalen. Een ander oud Voorregt van de Stad, m
waarin haar, zo ver my bekend is, geeneRegt andere Nederlandfche Stad (3) evenaart, is 2m de de Vryheid, om de Roomfch-KoningklykeronS- Kroon, die de zelfde is als de Keizerlyke,lyke te mogen voeren boven haar Kroon,
boven
WAPEN. haar Wa-
pen, te
Wy hebben, in den loop der Gefchiedenïs-voeIen-
fen der Stad, op het jaar 1489, verhaald,
by welke gelegenheid, zy dit Voorregt van
den Roomfch-Koning Maximiliaan, en Fi-
lips, zynen Zoon, Graaven van Holland,
verworven heeft (f). Doch 't zal hier te pas
komen, wat uitvoeriger, ftil te ftaan, op
het Wapen der Stede zelf, waaraan ditVor-
flelyk fieraad is mede-gedeeld, en welk, van
fommigen ten minften, ook voor een Graaf-
lyk
(*) Handv. hl. 13y. [4].
(b) Zie II. Deel, II. B»*K.t &/. I3».
(c) Zie II. Deel, IV. Boet^, bl. 37*.
(3) Kafimir de IV. , Koning van Poolen, heeft
de Stad üantzig , in 't jaar 1457 , met zyne Ko- ningklyke Kroon, boven haar wapen, befchonken. Zie J. L. Schuur Beknopte Befcbryving vm Dantzig, W, 75. |
||||
1
|
~ i imi
|
||||||||
3& AMSTERDAMS V.Dêèl.
lyk gefchenk gehouden is; en op nog een ander, welk, van ouds, op de meefte Ze- gels , is gebruikt. Na 't uitvinden en invoeren der Stam-
wapenen , vermoedelyk , ter gelegenheid van de eerfte togten naar't Heilige Land, in de elfde eeuwe (d)i bleeven de wapens en zegels van Steden, Dorpen, Genoot- fchappen, en zelfs van veele byzondereper- foonen, beide van Adelyken en Burgerly- ken flamme, nog zeer ongemeen (e). De Staaten van Zeeland zelven hadden, in 't jaar 1578 , nog geen gemeen zegel, en moeflen, om eene zegeling voor de Stad Arnfterdam te doen, waarfchynlyk, de be- zegeling der Satisfactie, het zegel van den Gouverneur en Raaden gebruiken (4). Het Zegel der Staaten van Holland is, naar 't fchynt,niet veele jaaren ouder ge weeft (ƒ), Sehe-
(d) Votez. Velly Hift. de France Ttm. II. p. +<sj (r fuiv.
(e) Zie De Riemer Befchryving van 's Gravenhare II.
Deel, bl. zt;. E. Beniwgha Hift, van Ooftvriesl. bl. * Jjg. S. EïKELErJBERG Alkmaar Byl. bl. ii<j. (f) Zie II. Deel, VIII. Eee{, bl. 32t.
(4) Mo*, ftaat 'er , in 't Regiflet ten Raede der
Stad Middelburg, op den 13 Maart 1578. f.322. de Staten van Zeeknt , tot nog toe, geen zegel hebben is gerefilveert, alfoo de Staten van Zeelant een zege'- ling moeten doen voor die van Amfierdam , dat men datr toe gebruiken zal bet zegel, dat by den Gouver- neur en raden gebruyekt wert, met adferiptie op de ploye van den brief, dat de Staten nog geen zegel heb- ben, foo hebben fy dijen gebruyekt by provißs, [onder te trecken in consequentie, en dat oack de SecretarilTen van de Steden van Zeelant reJpeQive Julien teeckenen by hetjelve , en dat geen Segeltocbten van de Staten van Zeelant Julien voejen van waerd* , dan die alfoo getekent Jyn, J |
|||||||||
Privile-
gien. |
|||||||||
Oor-
fprong
der See- delyke Wapens. |
|||||||||
IBÓËK. V O O RR ?. G T É N EN K £ ti R E N. §$
Schepenen van Amflerdam hebben , nog- Prwïl£-
tans, al voor 't midden der veertiende VHMmüs we, 't zy met een wapert j of met een let- termerk, gezegeld (g). Ert de Stad zelve Oudfte heeft, al vroeg, een zegel, en gevolgelyk* zegels der een wapen gehad. In de veertiende, en in ft^damü" 't begin der vyftïende eeuwe, vindt men zelfs van meer dan eenerlei zegel der Stad mel- ding gemaakt. In een' Brief van Schout, Schepenen en Raade, van den twee en twin- tigften April des jaars 1360, wordt gefprór ken van onfer ghemeenre Stede groten Zeghel (h). De benaaming van onfer Stede groot e Zegbelkomt ook voor, in eenendiergelyken Brief van den jaare 1413 (i). Het Groot Ze* gel Wordt bet Zegel van verbande defer Stede genoemd, in eene Keure van den tienden September des jaars 1494; waarby beflooten wordt, het zelve niet te gebruiken, dan met toeftemming van de meerderheid der Vroed- fchap (£). Dit zegel werdt, in groen wafch gedrukt, aan eene dubbele franchynen ftaart, aan de verbandbrieven der Stede gehangen. Men vindt het, in eenen, brief van den jaa- re 1388, genoemd onfer poert e zeghel (/); . in eenen anderen van den jaare 1393, onfer Stede fegele Qn): in nog een' van den jaare 1394, onfer Stede Zegele (») * en in nog ee- nen van den jaare 1413, der Stede Zegele van
(X) Zie III. Deel, IV. Boe^ ByUugC />♦ D.N. i,bl.6ij.
(h) Handv. */. n7.
té) Handv. bl, 7u.
(i_j Handv. bl. iij,
(l) Handv. bl. g7.
\m) Mieris Chaitefb, m. £>ul,bl. js*.
(n) Handv. bl, 140.
X. Stuk. C
|
|||||||
X
|
|||||||
34 AMSTERDAMS V.Deel.
Pmvile- van Amflelredamme (o). In deHandveften van
Gi£W. Haarlem (ƒ>), is een Brief uitgegeven, ne- vens de afbeelding der zegelen van zeven Hollandfche Steden, en daaronder ook een Zegel der Stad Amfterdam, welk daar Si- GiLLUM Secretum Opidi Amstelredammen- sis, dat is, Geheim zegel der Stad Amflerdam, genoemd wordt. En van dit zelfde zegel heb jk een afdrukfel voor my, aan eenen brief -van Scoute, Scepenen ende Rade van den laat- ften January des jaars 1423. Men vindt ee- nig onderfcheid in dit zegel, aan vroegere en laatere brieven; doch het is altoos, zo ik my niet bedriege, te kennen aan de twee mannenbeeiden, die 'er in voorkomen (q). De Stad hadt, behalve dit, nog een zegel, het Zegel ten zaaken of ad Caufas genoemd : welk, van ouds, aan O&roijen, Overeen- komflen en diergelyke Acten, gehegt werdt, en te kennen is, om dat 'er maar één man- nenbeeld in voorkomt (r); fchoon men,op ?het tegenwoordige Zegel ten zaaken (s), ook twee mannenbeeiden ziet. In een Vidi- mus van Schout, Burgemeefteren, Schepe- • nen en Raade, vandenjaare 1456, heet dit oude zegel onfer Stede zegel van, of ten zaa- ken (t). En ik heb eenen oorfprongkelyken -brief van Scout, Burgemeyflers , Scepenen tnde raide van den vier en twintigften April des
ft) Handv. hl. 141.
(p) Bindt.* 70.
. (<?) Zit de Afbeeldingen der Zegels, in de nevensftaan«
de Plaat N 9t i0, lu
(r) Zie de Afbeeld, der Zegels, flf, g.
(1) Zit de Zegels. N. iz, (f) Handr. hl. 364. |
|||
J.Boek. Voo rregte^ Elf Keuren. |j
des jaars 1480 in handen, waaraan dit Zegel ?&muh
gehegt is, en der Stede fighele 'then Jakken gien. genoemd wordt. De zelfde benaaming vindt men ook , in twee brieven van de jaaren 1509 en 1510 (u), om van geene laateren te fpreeken. Doch de Stad hadt, oudtyds, nog een derde Zegel (v), welk, alleenlyk, aan de Tol-brieven gehegt, en in welks om- fchrift, te kennen gegeven werdt, dat Flo- ris, Graaf van Holland, de Stedelingen van zynen tol vry verklaard hadt (w). Eindelyk, was 'er een vierde, zynde het oudfle van de vier, welk, blootelyk, S. Opioide Ame- stelredamme , dat is, Zegel der Stad Atne- flelredamme genoemd wordt (#), en, voor dat de drie andere Zegels gemaakt waren, aan Tol-brieven, en aan allerlei andere Ac- ten, fchynt gehegt geweeft tq zyn. , Op deeze Zegels nu, en aan verfcheiden' Twee-
gebouwen en werken der Stad, yondt men, ^nens van ouds, en nog heden ten dage, tweeder der Stad. lei (lag van wapens, vóór eer ft, een vaartuig, bekend onder den naam van een Koggefchip, op verfcheidenerhande wyze, gemaakt en verlierd, 't welk, in alle de vier gemelde föorten van zegels, gevonden wordt; en ten anderen, drie ftaande paaien, twee rooden ter wederzyde, en een zwarte, in't midden; welke laatfte belaaden is, met drie witte, of liever zilveren S, Andries-kruiiTen, boven el-
(») Handv. bl. 71J.
(v) Zie de Afbeeld, der Zegels. N. j.
(w) Zie DOMSEJLAER UI. Boe{, bl, 20ï. COMMELI»
*/. UI. (*j Zie de Zegels. N. % en 4.
C 2
|
|||||
\ \'
|
|||||
*.
|
||||||
3* AMSTERDAMS V.Deel;
PsrnLs- elkanderen, en geene molenwieken, gelyk «**. fommigen (y), ten onregte, gewaand heb- ben. Doch dit Wapen vindt men alleen, in de twee eerftgemelde foorten van Zegels. Men heeft getwyfeld, welk van deeze tw^e wapens het oudfte zy; doch ik agt, dat men reden heeft, om het eerfte voor het oud- fte te houden; 't welk, niet flegts, met de oude overlevering hier ter Stede, overeen- komt ; maar ook hieruit is af te neemen, dat het Koggefchip, zonder de drie kruifTen , gevonden wordt, aan de oudfte"Aften, die thans voorhanden zyn , en van welken ik 'er eene van den jaare 1389, die in 't Begyn- hof beruft, en eene nette aftekening van 't Zegel van eene andere van den jaare 1371, in handen gehad heb O). ByCoMMELiN («), vindt men 't zelfde zegel afgebeeld, zo als het, aan eenen brief van den jaare 1357, gehegt geweeft is. Hoe de Stad aan deeze twee wapens gekomen zy, ftaat onsnu,kor- telyk, naar te fpooren. Her- De giften van wapens aan Steden , en van het zelfs aan-byzohdere Perfoonen , zyn, van
oudfte, ouds, zo zeldzaam geweeft, dat men veilig waarop mag vaftftellen, dat verre de meeften niet Cefch?g gef*chonken' maar, door de bezitters zelven, verbeeld om ziS te onderfcheiden, aangenomen zyn : wordt, 't welk, npgtans, zo men vermoeden mag, doorgaands, by zekere gelegenheid, gefchied is. De Steden, die zig met de Scheepvaart geneerden, verkoozen, veeltyds, met een Kog-
(y) Dapper voor hl. 49. en anderen.
(z,) Zie de Afbeeld, der Zegels. N. 3 ***.. (a) Eladz.. 175». |
||||||
/
|
||||||
I.Boek. Voorregten en Keuren. 37
Koggefchip, te zegelen. Lubek, het hoofdPrivile-
«der Hanze-Steden (b); Harderwyk, in Gd- gib«* herland, Staveren in Friesland (t), Meden- blik in Wéftfriesland, en verfcheiden' an- dere zeevaarende Steden voerden zulk een fchip, in haare zegels. Amfterdam zal dan, in 't eerfte opkomen zyner Scheepvaart, ook met een Koggefchip hebben willen zegelen, en in zyne vlaggen pronken. De tolvryheid door Holland, aan de Amfterdammers, in 't jaar 1275, vergund, bragt "de Regeering der Plaatfe, terftond, in de noodzaakelykheid, om tolbrieven uit te geeven, waarop de in- gezetenen vry door Holland vaaren, en van anderen onderfcheiden worden konden. En deeze tolbrieven konden, naar 't gebruik dier tyden, geene wettige Aften zyn, zo zy niet bezegeld waren. Amfterdam moeft , der- halven, een wapen en zegel hebben. En welk wapen kon men gereeder kiezen, 't gene, in de eerfle plaats, aan de tolbrieven voegde, dan een Koggefchip, welk de vaart aanduidde; en aan welks maft, het wapen van Holland gehangen werdt, om de vrye vaart door Holland te betekenen ? Het een- voudig maakfel van het Koggefchip, op de oudfte zegels (d), toont wel, dat dit wapen hetoudfte is van allen: en om dat de Plaats, in't jaar 1275, een wapen noodig hadt, is het my ten hoogfte waarfchynlyk, dat het, vooral niet laater, gemaakt en inge- yoerd js: en zo ver 'er 't wapen van Holland °P
(b) Zte de bygevoegde Afbeeldingen van Zegels. N. i.
(«) Zit de Af beeldingen der Zegels. Nti tnHmdv.bt,! )o. {d) Zit de Zegels, N. 3 «»4. C3
|
||||
38 AMSTERDAMS V.Deel.
Pmvile- op ftaat, kan het ook niet eerder ingevoerd
GiEN. zyn: alzo Amflerdam, te vooren, niet tot Holland behoorde, noch eenige byzondere betrekking tot Holland hadt. Het is, federt, in meer dan één opzigt, veranderd,en met by voeging van andere wapens vermeerderd; doch, met veranderingen met al, tot heden toe, in dagelykfch gebruik gebleeven. Men ziet het, onder anderen, nog op het Zegel ten Zaaken, welk, op de Zeebrieven en an- dere Aéten, gedrukt wordt (£). urjder- Wy gaan nu over tot het tweede wapen ^j°e£e"aarder Stad, de drie zilveren kruifTen op een komft van zwarte paal, die tufTchen twee roode paaien het ande-ftaat. Men is 't niet eens, op Welk eene re, welk wvze9 en wanneer,de Stad gekomen zy aan veren1" dit Wapen, welk, vooral aan gebouwen en kruiffen Stads werken, en ook op fommige zegels, draagt, van algemeener gebruik geworden is, dan het voorgaande: fchoon beide de Wapens, naar alle waarfchynlykheid, van ouds, ook in de vlaggen en wimpels der Amfterdam- fche fchepen, gebruikt zyn (ƒ ); wanneer men zig niet, gelyk, nu en dan, om byzon- dere redenen, gebeurde (g), van het wa- pen der Landsheeren bediende. Ter gelegenheid van de herbouwinge der
Nieuwe Kerke, omtrent het midden der voor- gaande eeuwe, werdt, in 't noorder Kruis- pand, een glas geplaatfl, waarin Graaf Wil- lem de IV., de Stad befchenkende met het driekruiflig wapenfchild , kónfliglyk , ge- fchil-
(e) Zie in de Afbeeldingen der Zegels,N. ia.
(f) Zie II. Deel, IX. fëtlfr H. 4*«.
(g) Zie II. Deel, III. #,et^ blt ij\,
|
||||
I.Boek. Voorregten en Keuren. 39
fchilderd was (A): 't zy dat de Schilder, Privile-
waarlyk, gemeend hebbe, dat de Stad dit gum*. Wapen van Willem den IV. ontvangen hadt; Willem 't zy dat hy, alleenfyk, op deeze wyze, heb- j*e IV. be willen vertoonen, dat Amflerdam, in 't jjpf-ft k_et jaar 1342, verfcheiden' Stedelyke voorreg- geveh. ten van gemelden Graave hadt verkreegen. De Stempelfnyder P. van Abeele ver- vaardigde , wat laater', een' gedenkpenning, op welks ééne zyde, het fchenken van het Wapen, eveneens, en als door Willem den IV. gefchied , verbeeld werdt. Men las, onder de afbeelding, Com. Wilh. hoc in- signe Amstelodamo dono dedit 1342. dat is, Graaf Willem heeft dit Wapen aan Am~ fieraam gefchonken, in 't jaar 1342. De Be- fchry ver der Nederlandfcbe Hifloriepenningen, GerardvanLoon, heeft (i), uit deezen penning alleen, want ander bewys vindt men by hem niet, opgemaakt, dat het driekmis- fig Wapenfchild, door Willem den IV., aan Amflerdam vereerd is. Doch wy behoeven niet aan te toonen, hoe zwak deeze grond- flag zy. Ook weet niemant te zeggen, om wat reden, de Graaf juift drie kruifien, aan de Stad, tot een wapen, zou vereerd heb- ben. Want dat hy, daarmede, gelyk ze- ker Digter (k) wil, zou hebben willen aan- duiden, dat hy de Amfterdammers van veel kruis verloft hadt; of dat men 'er , gelyk Pon-
(b) DOMSELAER IV. Boe^ bl. 66. COMMELJN, bl. 4JU
f») I. Deel, bl. *J4. (O P. Dubbels by Bizot Medaül. Hift. van Holland
in t r««r»«r<, */. (jjj. ,„ by LE LONG, */. 211. C 4
1
|
||||||
•
|
||||||
1
|
||||||
49 AMSTERDAMS V.Deel,
PsiyiLE- Pqntanus oordeelt (/), de zugt der Arn^
GiEN. fierdammeren tot heilige zaaken mede zou hebben willen betekenen, heeft te wei^ nig fchyns, dan dat men 't, ernftelyk, zou behoeven te wederleggen. Willem de IV. ^was uit het huis van Henegouwen, welk vier fteigerende Leeuwen tot een wapen voer- de. Immers, was veel eer te verwagten, dat hy deeze Leeuwen, in het Wapen der Stad, zou geplaatft hebben * gelyk wy, be- neden , zullen doen zien, dat-zy , inderdaad, tot een byfieraad, in het Koggefchip ge- voegd zyn. Wy verwerpen dan de gedagten, dat de drie kruifTen van Graave Willem den IV. herkomftig zyn, vrymoediglyk, als on- gegrond en onwaarfchynJyk. 't Is ook Een weinig aanneemlyker komen de ge- deHeeren ^aSten van anderen voor, dat de kruifTen van Am- ontleend zyn, uit het Wapen van Amftel, ftel her- welk beftondt, uit drie zwarte balken, op &ojji%. een' gouden grond, en overdekt met een wit, of rood en wit S. Andries- kruis (in). Doch zo 't al waar mögt zyn, dat Amfterdam, on- der de Regeering der Heeren van Amftel, een byzonder Wapen gehad heeft, welk uit het hunne ontleend was; zal dit Wapen, na 't verdryven der Heeren van Amftel, en het verbeurdverklaaren hunner goederen, door de nieuwe Heeren, naar alle waarfchynlyk- heid , weggenomen, en te niet gedaan zyn. Wy können dan, ook in dit gevoelen, niet beruften. §1) Libr, I. CaO. \X. p„ ig.
(m) Zit VAN LEEUWEN Batav. Wuft. bl. %\i. LELoNGj
\l. 10. en ia de Af beeldt cjer Zegels. N, «,
|
||||||
LBoek. Voorregten en Keuren. 41
De geleerde WillemFrederïk van PRims;
derWilp, Conreótor der Latynfche Schoo- crew. Ie deezer Stad, en, voor weinige jaaren, in Waar- hoogen ouderdom, overleeden , neeft een fchynlyk, ander gevoelen, wegens de herkomfl van"^*^ het driekruiffig Wapenfehild, voorgefleld, uit het welk ons aanneemlykertoegefcheenen heeft, Stamwa- en welk wy, hierom, wat nader, beveiligen jj^n ™n. zullen. Men vindt dit gevoelen, in eene ze van aantekening op den zoetvloeijenden ÄM-Perfyn. STELSTRooM van den begaafden Amfler- damfchen Digter , Nicolaas Simon van Winter, in 't jaar 1755, uitgege- ven ; en 't komt , kortelyk , hierop uit; „ Dat Jan van Perfyn, Heer van Waterland, „ en, voor 't jaar 1282, ook Heer van Am- |
||||||||||
flerdam; die drie gouden en drie blaauwe
balken, de gouden balken, met vier, drie en twee roode kruiffen, belaaden, in zyn |
||||||||||
„ Wapen voerde (»); den middelflenbalk,
„ daar de drie kruifïen op lagen, uit dit zyn „ wapen ontleend, en, nevens twee andere „ balken, allen drie als regtopflaande paa- „ len gefield, en met verandering van kleu- „ ren, gelyk meermaalen, in zulk eene ge- „ legenheid gefchiedt, aan zyne nieuwe j, Heerlykheid Amflerdam, tot een Wapen, „ gefchonken heeft (0)." En de volgende zes aanmerkingen können dienen tot bevesr tiging van dit gevoelen. 1. Vooraf, merk ik aan, dat de kruifTen Aanmer-
gemeen zyn ge weeft, in fommige flamwa-kingen,. penstot be.
(n) Zte de Afbeeldingen der Zegels. N. 7.
(o) Aantek. op den zesden Zang van N, S. TAN WIN- NERS Amftellkoom, bl, 20z e?
|
||||||||||
42 AMSTERDAMS V.Deei.
Privilb- Pens van ou^e Amfterdamfche Regenten, 't
GiEN. Geflagt vanNoort zegelde, onder anderen,
veftiging met drie en twee kruifTen, op balken: dat
deezer van Zaal en Heyn, van gelyken: zo als my,
gedag- ujt Schepenen-brieven van de jaaren 1373 ,
tcn# 1391, 1405 en 1435, gebleeken is. 't Is,
derhalve, te vermoeden, dat de drie kruis-
fen, in 't wapen van Amfterdam, ook uit een
flamwapen, ontleend zyn.
2. 't Is, wyders, geheel zeker, dat de
Amfterdammers gewoon waren, het wapen van fommigen hunner oude Heeren te voe- ren in hunne Zegels. Men vindt het Wa- pen van Henegouwen, in de oude geheime Zegels, en Zegels ten Zaaken van de Stad Cp);gelyk het, nog tegenwoordig, in het Zegel ten Zaaken (q), gevonden wordt. In alle deeze zegels, wordt het wapen van He- negouwen , of door een' Vorftelyk Perfoo- naadje, of door eenen Heraut, vaftgehouden. 3. Maar in alle de gemelde zegels, vindt
men het driekruïflig Wapenfchild, insgelyks. En hieruit volgt klaarlyk, dat het, voorliet Wapen van Henegouwen, of gegeven , of aangenomen moet geweeft zyn; en, zo 't van een' Heer gegeven, of, uit het Wapen van een' Heer, aangenomen geweefl:is, kan 't van niemant, dan van Heere Jan vanPer- fyn afkomftig wezen. Want, na dat het Huis van Henegouwen aan de Heerlykheid van Amfterdam geraakt was, kan men gee- ne Heeren van Amfterdam aanwyzen, uit wel»
I :
(p) Zie de Afbeeld, der Zegels. N. t, 9, 10. 11. (f) Zit de Afbeeld. N, 11. a |
||||
... '"
|
|||||
I.BoEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 43
welker Wapens, de Stad een driekruiffig Wa- Privile-
penfchild zou hebben können ontleenen. En cirar. het te ontleenen, uit het Wapen van eenen voorigen Heere, zo het, te vooren, nog niet aangenomen of ingevoerd geweeft ware, zou een blykbaare hoon voor het Huis van Henegouwen, en door het zelve, waarfchyn- lyk, ook niet gedoogd geweeft zyh. Het is dan, te vooren, in gebruik geweeft: en zo het, even als het Wapen van Henegou- wen, van eenen Heere ontleend is ; van wien kan het ontleend zyn, dan van Heere Jan van Perfyn ? 4. Het Wapen van den Huize van Perfyn
wordt juift zo befchreeven, by van Leeu- wen (r), uit G o u T H o e v e N, als wy het, hiervoor, uit de aantekening van den Hee- re vanderWilp, befchreeven hebben. Het voerde negen roode kruiflen, op drie gouden balken, die tuflchen drie blaauwe balken lagen. En men [vindt het ook zo verbeeld, op een zegel van Nicolaas van Per- fyn , in de Privilegien van Haarlem (j) , be- halve , dat 'er verfchil is in de kleuren, die de Plaatfnyder, vermoedelyk, in 't wafchen afdrukfel, niet heeft können onderfcheiden, naar behooren. Uit dit Wapen nu, is,naar alle waarfchynlykheid, het driekruiffig Wa- pen Tan Amfterdam ontleend: 't welk ge- fchied moet zyn, voor 't jaar 1282,0m dat Jan vanPerfyn toen van de Heerlykheid van Amfterdam afftondt (t). Men veranderde drie
(r) Bntavia illuftr. hl. 1049.
(s) EUdx., jo. Zie e»^de Afbeeld, der Zegels. K. 7.
(t) Zie II. Deel, I. Dot^bl. zs.
|
|||||
44 AMSTERDAMS V.Drac
Privile- drie der balken in paaien, veelligt, om het
GiEN. Wapen van Amflerdam te doen zweem en naar de Wapens van andere Steden deezes Lands, die zig met de Scheepvaart geneer- den , en ook paaien in haar Wapen voerden; gelyk Dordrecht, Delft, Gouda, Briele, Me- denblik en anderen. De kleuren werden ook veranderd. De gouden kleur werdt zwart, de drie kruuTen, van rood, wit of zilverkleur , en de twee zydpaalen, van blaauw, rood. 5. Maar, zal men mogelyk vraagen, van waar hadden de Perfynen de kmiüen in hun wapen gekreegen ? De oude Holland/ehe Chro* nyk (u) zal hier op antwoorden, dat Wouter van Perfyn , een monik uit deezen huize, die, in 't begin der dertiende eeuwe, bloei- de , t'eenigen tyde, zeer inniglyk, en met gevouwen handen, biddende, een gulden kruis tuflehen zyne handen ontvangen; en dat het huis van Perfyn, van dien tyd af, negen roode ,flimme, dat is fchuine, of fcheef- ftaande Cruycen, in deszelfs Wapen , ge- voerd hadt. Doch dit 's een monikenver* digtfel, waarvan, zelfs by den Haarlemmer Karmeliet, die anders, zo veel als de oude Hollandfcbe Chronyk, met Broeder Wouter, opheeft (y), geen woord gevonden wordt. Veel eerder zou ik vermoeden, dat een der Perfynen, in de elfde of twaalfde eeuwe , eenen togt naar 't Heilige Land gedaan, en, by die gelegenheid, de kruifTen in het ftamwapen geplaatft heeft. De nakomelin- ge (ft) Divif. XVI. Caj>. X,
(v) Libr. XXI, Cap, ij, t
|
||||
IBOEK. VOORREGTEN EN KEUREN, fö
gen uit deezen huize, die, te Amfterdam, in pRrviLs:
aanzien en in Regeering ge weeft zyn, hebben giek. het zelfde wapen gevoerd; gelyk my, uit de zegels aan verfcheiden' Schepenen-brieven, en uit een Wapenboek der Regenten van het Oude-zyds-Huiszitten-Huis, gebleeken is. 6. De waarfchynlykheid, dat Amfterdam
zyn driekruifiig Wapen van Heere Jan van Perfyn ontleend heeft, zal toeneemen, als men aanmerkt, op watwyze,dit Wapen, in de oude zegels, nevens het Wapen van He- negouwen , geplaatft zy. Ik kan niet twy- felen, of het Wapen van Henegouwen is in de Zegels gekomen, by gelegenheid, dat Guy van Henegouwen, in den jaare 1300, Heer van Amftel werdt (V). Want zo dit gefchied ware, toen de Heerlykheid van Amftel aan eenen Graave van Holland uit den huize van Henegouwen kwam; dan fchynt men niet te können begrypen, waarom, in laater* tyd, de Wapens der Huizen van Beijeren, Bour- gondie en Ooftenryk ook niet, in deezer Ste- de Zegels, geplaatft geworden zyn: 't welk egter niet gefchied is. Nooit vindt men ee- nige Wapens in deezer Stede zegels, dan dat van Holland, of de fteigerende Leeuw, in de alleroudften (x), en in zulken, die niet dan aan de Tolbrieven gebruikt werden (y); en de drie kruifTen en het Wapen van Henegou- wen, in de overigen. En wat is hiervan an- ders de reden geweeft, dan dat Jan van Per- fyn en Guy van Henegouwen, na den On- der- fw) Zie II. Deel, I. Boe^t hl. 4g. (x) Zie de Af bed. der Zegels. N. um. ij) ZU de Afbeeld. N. y. |
|||||
•■
|
|||||
\
|
|||||||
46* AMSTERDAMS V.ÜEEt.
Phivile- dergang van het oude Huis van Amflel, de
GiEN. eenigfte byzondere Heeren van Amfterdam en Amflelland geweefl zyn ? Maar om dat Guy van Henegouwen laater regeerde, en grooter Heerwas, dan Jan van Perfyn; ook, door eenen Graaf van Henegouwen en Hol- land , in zyne Heerlykheid, opgevolgd werdt, bekleedt het Wapen van Henegouwen, of de vier fteigerende Leeuwen , aïomme , aan- . zienlyker plaats in 't Koggefchip op de Ze- gels , dan het driekruiflig, welk wy voor het Perfynfche houden. In eenigen der oudflen, wordt het Wapen van Henegouwen, door eenen Heraut, met de regterhand, van bo- ven , vaftgehouden; maar op het Perfynfche, welk merkelyk laager flaat, leent hy met den linker' arm (z). In de meefte overige oude Zegels, houdt feen aanzienlyk Perfoo- naadje, die aan 't hooger einde van 't Kogge- fchip flaat, het wapen van Henegouwen voor de linker borfl ; doch een veel minder aanzienlyk geharnafl krygsman, beneden den voorgemelden flaande, voert het Perfynfche, dat ook, in eenen wimpel van de mafl, en in eene vlag van den agterfleven waait, in een vendel, op de fchouder (a). Al 't welke toont, dat het driekruiflig Wapen min aan- zienlyk is gehouden, dan het Henegouwer, en gevolgelyk van eenen minderen Heere, naamlyk, van Jan van Perfyn, ontleend is. Ook wordt het, nog tegenwoordig, alleen- lyk tot een tegenzegel van het Zegel ten Zaa- ken,
(*,) Zie de Afbeeld, der Zegels. N. t.
(a) Zit de Afbeeld. N. yf 10 en il. |
|||||||
LBoek. Voorregten en Keuren. 47
ken, of van het groote Zegel, en tot hetpRiviLE-
Stads Cachet (h), gebruikt. Men zag het eg-ciEN. ter, van ouds, en men vindt het, nog he- den ten dage, meer aan gebouwen en Stads werken, veelligt,om dat de huizen enfierk- tßn of poorten, die Jan van Perfyn, voor 't jaar 1282, in Amfterdam, bezat (c), reeds met dit Wapen verfierd waren: welk voor- beeld men, in de laatere Stedelyke gebou- wen , zal gevolgd hebben, op dat dezelven geene ongelyke merktekenen draagen zou- den, 't Schynt ook, dat deAmbagten van Ouder- en Nieuwer Amftel , fchoon, niet klaarlyk, tot de Heerlykheid van Jan van Perfyn, behoord hebbende, naderhand, in navolging van Amfterdam, de kruiflen in hun Wapen hebben aangenomen, te weeten, Ouderkerk drie en twee , en Amfterveen drie en een. In het Koggefchip, op de ze- gels en elders, is ook, gemeenlyk, een hond verbeeld, veelligt, om te kennen te geeven, dat, volgens de oude gewoonten op de vrye Scheepvaart, de inlaaders het regt van ei- gendom op de Laadinge behielden, zo lang er nog een hond, in 't fchip, in leeven bleeve (d). Eer wy van het Wapen van Amfterdam, Verklaa-
en byzonderlyk van het driekruiflig fchild, £lnS d" geheellyk, affcheiden, moeten wy nog een ^ hit woord zeggen van deszelfs fieraaden. De driekruis- Kroon, die, in de vyftiende eeuwe, vol-% Wa- gens de aantekening van den Hiftoriefchry-^jj „ . , ver *
(ij Ztc de Afbeeld, der Zegels. N. u en n.
C*) Zie IL Deel, I. Boe{, bl. zj.
(d) Vi&t RVMBRi A&a publ. Angl. Tom. V. P, IV. f. «2.
|
||||
48 AMSTERDAMS V.Md
PiiviLE- ver D A N i x l ( e ), nog een zeer ongemeen giek. fieraad boven de wapens was , pafte niet zo wel boven het Koggefchip, en heeft, derhalve, natuurlyk, meeft boven het drie- kruifïïg Wapenfchild, moeten geplaatft wor- den; gelyk, federt het jaar 1489, ook ge- meenlyk gefchied is. My ftaat niet voor, dat ik de Keizerlyke Kroon boven het Kog- gefchip heb afgebeeld gezien, dan in den gevel van 't Stads Excyns-huis, in deOude- brugs-fteeg. Het driekruiffig Wapenfchild wordt, tegenwoordig, veeltyds, van twee fteigerende Leeuwen vaftgehouden. Op het Stads Cachet, ziet men thans maar éénen Leeuw ( ƒ). Van waar deeze Leeuwen her- komftig zyn, is geheel onzeker. De mee- ning van fommigen, dat iemant uit het oud Amfterdamfch geflagt der Boelens verlof om twee Leeuwen by 't Wapen te voegen, van eenen der Graaven verkreegen, of van Kei- zer Karel den V. gekogt zou hebben (g), heeft weinig fchyn van Waarheid. Men vindt naauwlyks voorbeelden van Wapens van Am - fterdam, die, door een' of twee Leeuwen, worden vaftgehouden, voor diep in de zes- tiende eeuwe. In prentverbeeldingen van den jaare 1518, ziet men 't wapen nog, zon- der Leeuwen. In de Houtfneêkaart van CoRNELis Anthoniszoon, die, in't jaar 1544, uitgegeven werdt, wordt het, van eenen Neptunus, vaftgehouden. En ik twyfel zeef, of men de Leeuwen wel veel vroe-
(e) Hift. de France Tom. VI. *. jy9.
(f) Zie de Afbeeld, der Zegels. N. 13.
(S) DOMSEI.4ER III, Bot^bUziz. COMMELIN. W, I*«.
|
||||
I.BOEK. VOOREEGTEN EN KEUREN. $$
vroeger zal können toonen, dan in den ge-Privile-» "
vel van 't Krankzinnigen - Huis op den K1o-gien* veniers-burgwal, waaraan 't jaartal van 1562 gefield is, en in de gevels der oude Waage op den Dam,die,in 't jaar 1565, gebouwd werdt. Aan de ooftzyde van den Oude- zyds-Agterburgwal, even bezuiden de Mo- lenfteeg , ftaat egter , nog tegenwoordig (1766), een oud huis, met het jaartal 1561 in den gevel, en het wapen der Stad, dooif twee Leeuwen vaftgehouden. Ik heb maar ëén huis in de Stad können vinden, waar- aan ouder jaartal ftaat, te weeten, het hoek- huis van't Water en de Texelfche kaai, aan Welks zydgevel, het jaartal 1558 gezien wordt. Vraagt men nu , van waar deeze Leeuwen ontleend zyn? myn antwoord is, dat menze, toen , in de zeftiende eeuwe, de Wapenkunde, allengskeris, tot meerder volkomenheid gefteegen was, en ieder wa- pen zyne Tenanten of vafthouders hebberi moeft, ontleend heeft, of uit het Wapen van Henegouwen, of uit het Wapen van Holland, in de oude Zegels der Stad. Het eerfte is my egter waarfchynlykft. Uit het Wapen van Holland , welk maar éénen Leeuw voert, kon men'er geenen twee ont- kenen ; wel, uit het Wapen van Henegou- wen , welk uit vier fteigerende Leeuwen beftaat. Doch 't meeft, dat wy, over den oorfprong van de wapenen deezer Stad, heb- ben können voordellen, beftaat, uit meer of min waarfchynlyke giffingen, waarover wy den kundigen Leezer gaarne laaten oor- deelen. X. Stuk. D ♦ In |
||||
So AMSTERDAMS V.Deee,
Privile- In 't jaar 138p, fchonk Hertog Albrecht
|
|||||||||||||
GIJGN.
IV.
Regt der Maate. |
van Beijeren het Regt der v
Maate
|
||||||||||||
aan de Stad (T), waaronder, gelyk wy, ei-
ders (§), gegift hebben, ook het Regt der Waage vervat is; fchoon de Import op de Waage, door de Graafiykheid, verpagt werdt (£). Het Regt der Maate begrypt in zig het regt, om allerlei Maaten beide van natte en drooge Waaren,op haare behoorlyke groot- te , te doen houden, en deswege, het ver- eifchte opzigt te doen hebben. In gevolge van dit Regt, Hellen Burgemeefteren niet alleen Koorenmeeters, Wynroeijers, Bran- ders van Bier- Wyn- Olie- Zeep- en ande- re Vaten , en verfcheiden, andere Ampte- naars aan, die zorg draagen,"dat niemant, in zyne maat, verkort worde ; maar men heeft, hier ter Stede, ook Commifïariflen van de groote, en Ykers van de kleine Yk, voor welken, de meefte Maaten, van tyd tot tyd, gebragt, onderzogt en geykt, of, met het jaartal, waarin het onderzoek gefchiedt, gebrand, of op eenige andere wyze, gemerkt moeten worden. DeCoMMISSARlSSENütf« ^GROOTE
Yk zyn drie in getal. Zy worden, door
Burgemeefteren, voor hun leeven, aange- fteld, en zitten, om de driejaaren, op 't Zeeregt aan den Kamperfteiger, om Koo- renfchepels, die twee en dertig kop houden moe-
(h) Handv. hl. 2. ftpj.
(f) II. Deel, If. Boel^, iL I7I.
(4J Handy, van Kennemeil. H, j»s.
|
|||||||||||||
Commis
fariflen van de groote |
|||||||||||||
t \
|
|||||||||||||
,.
|
|||||||||||||
I.BOEK. VoORREGTEN EN KEUREN. $ï
moeten, heelen en halven, Koorenmeeters- Privile-
ftokken, Zoutmaaten, en koperen Kooien- gien. maaten te yken, zynde 't Loon daarvoor, by de Keuren, bepaald (/). De Tkers van Ykers de kleine Tk, zynde de O verluiden van 't Fruit- ™n, de verkoopers-Gilde (m), yken, jaarlyks, dey^ne appeltonnen, de appelmanden en alle fruit-, gort-, meel-, erweten- en boonen-maa- ten , die kleiner zyn, dan een half fchepel; . waartoe hun plaats aan de Engelfche Kerke op 't Begynhof toegeftaan is (V). Wyders, Branders is 'er een Brander van Biervaten , die zorg vanBier-, draagt, dat 'er geene Biervaten gebruikt wor- JX?11" ^n den, dan die, hier ter Stede, gemaakt zyn, ten# en de vereifchte grootte hebben, moetende de tonnen een honderd agt en twintig; de half- vaten vier en zeftig, en de vierdendeels twee en dertig mingelen houden (o). Nog heeft men een' Brander van de Wyn- en Olie- vaten , die ook, jaarlyks, met water, her- meeten,, en van nieuws gebrand moeten worden , houdende een aam wyns en een quarteel olie, ieder zo veel mingelen, als een ton biers (p). Tot het roeijen der Wy- Wyn- nen, Brandewynen en Traan, die, in on-roeiJers» geykte fuft, zyn gevaat, zyn vyf IVynroei- jers aangefteld, die zig, in 't roeijen, ftip- telyk, naarde Keuren, gedraagen moeten (<f). Ook is 'er een Brander van Zeepvaten, Brander moetende eene Zeepton vier, eene halvevan de
tonZeepva-
CO Handv. VI, 918, 9l9f ^ ten.
(m) Zte IV. Deel, I. Boe^ bl. 10«.
(n) Handv. bl. 9z%, 933. Keutb. Cf. 4»j. D. ƒ. it.
(0) Handv. bl. 9,3, 93+.
(p) Handv. bl. 3>z7 , 9Z8 , sï«, 917,939.
(1) Handv. bl, $37, 538,939,940.
D 2
|
||||
5ö AMSTERDAMS V.Deêi:;
Privile- ton twee, en een vierdendeel ééne kan van
giek. drie en twintig mingelen en een half pintje, Ykervan wynmaat, houden Qr). Van de kleine Bier- de Bier- en Melkmaaten is, insgelyks, een Tker, die m"aten.k*ook de Bikfteen"» Schelpzand- en Kalkmaa-
s .. * ten yken moet (s). De Schepen worden, meeter. ^oor een' &ezwooren Schipmeeter, gemeeten, eer zy, in 't openbaar, mogen verkogt wor- den. Men meetze, met Amiterdamfche voe- ten van elf duimen,die overeenkomen moeten met de yzeren Voetmaat, welke,in de zes- tiende eeuwe, op der Stede Schryf kamer of Se- cretarye, en voor de Waage, plagt te hangen (f), en nu op de Thefaurie bewaard wordt, alwaar ook de flanders der overigeMaaten ge- Ellen- plaatft zyn. De Elle, die hier terStede gebruikt Ykfter.' wordt, zynde de Brabantfche, moet ook, jaarryks, geykt worden j waartoe, voormaals, de Stads Zyden-Lakenmeeter aangefteld was ( u ); doch nu eene byzondere Ellen - ïkfler aangefteld is. De Overluiden van het Groot- Kraamers-Gilde zyn bevoegd verklaard, om, van tyd tot tyd, op de behoorlyke gefteld- heid der ellen, onderzoek te doen (v). Wy fpreeken niet van andere Ykers en Meeters, die, voormaals, in wezen waren (w), of nog in wezen zyn. Van de laatften, heb- ben wy, reeds by verfcheiden' andere gele- Onder- genheden, gewag gemaakt. Burgemeefteren fcheiden hebben, uit kragte van het regt der Waa- gewigt. ge> we]jj. fa Stad bezit, al vroeg, zorg ge- draa-
(r) Handv. bl. 937.
(s) Handv. bl. s>i<S, 93«. 1
(t) Handv. bl. 9191 91z.
(u) Handv. bl. $»17, 919, 5132.
(v) Keurb. U. ƒ. 63.
(«j Handv. bl. 9Z6, 919, 9*7, 939, * 93.*;
|
||||
I.BOEK. VoO®TEN ENKEUREN. 53
draagen, dat niemant, in zyn gewigt, ver-pRiViLE-
kort werdt. Twee- of driederlei gewigt heeft gien. men, reeds in de zeftiende eeuwe, of eer- der , hier ter Stede, in den handel, gebruikt: Troifch gewigt, zynde genoegzaam het zelf- de als het Amfierdamfch Waag - gewigt, en Luikfcb of Brabantfch gewigt. Het Troifch gewigt, zo genaamd, naar de Stad Troyes in Champagne, daar men, van ouds, met zwaar gewigt, en zeer naauwkeurig, plagt te wee- gen, is veertig of twee en veertig aazen op •t pond ligter dan het Amfterdamfch Waag- gewigt, welk verfchil hierdoor fchynt ver- oorzaakt te zyn, dat men, al vroeg, om de agting van 't Amfterdamfch Waag-gewigt,, ■t welk het zelfde als het Troifch gewigt plagt te zyn, te beter te bewaaren, op het zelve, boven het Troifch gewigt, nog eeni- ge toebaat heeft willen geeven. Zelfs, vindt men, dat het Franfch Troifch gewigt, tegen- . • woordig, zes en twintig en twee derde aazen op 't mark ligter is dan het Troifch gewigt, welk hier ter Stede in gebruik is. Het Luikfch of Brabantfch gewigt is omtrent vyf ten hon- derd ligter dan het Amfierdamfch, maaken- de vyf en negentig pond Amfterdamfch om- trent honderd pond Luikfch of Brabantfch gewigt. Doch dit gewigt is, niet altoos , hier ter Stede, in even wettig gebruik ge- weeft. In 't jaar 1487, werdt gekeurd, dat de Kraamers,en alle anderen alleen Troifch, eri geen Coelfche [ Keulfch ] gewigt gebrui- ken zouden (x). Doch in't jaar 1494, werdt, daar-
(x) Kemb. A. ƒ. 159, ij9 verf», lös.
D 3
|
|||||
■
|
|||||
54 AMSTERDAMS V.Deel.
Privile- daarentegen, bevolen, dat elk zig van Coelfcb GiEw. [Keulfch] gewigt bedienen zou, uitgeno- men de Zilverfmeden, die zig aan het Troifch gewigt fchynen te hebben moeten houden (y). Maar 't leedt niet langer, dan tot in 't jaar 1502, toen bevolen werdt,datniemant e enige Coepmanfihepen of goeden, die hy ver- kogt, tzywas, vlas, Specerie, Cramerye, of anders , niet vuytgezonden , zou mogen uytwegen,' dan mit zulcke gewichte, als men gebruukt in der Stede waghe, 't welck es Troy- Jche gewichte (z). En in 't jaar 1504, werdt op nieuws belaft, alleen Troifch gewigt te gebruiken; om welk te yken , byzondere perfoonen waren aangefteld (a). Nogtans, moet, hier in, door den tyd, wederom eenig verloop gekomen zyn, om dat het gebrui- ken van Troifch gewigt alleen , aan allen zonder onderfcheid, zelfs aan de Apothekers, en in 't weegen van Katoen en gouden pas- fementen, by eene Keure van den twee en twintigften January des jaars 1600, weder- om, aanbevolen werdt (l). Doch, in't jaar 1630 , werdt het gebruiken van Amfter- damfch gewigt alleenfaan Zydekraamers in 'c klein, Winkeliers, Kruideniers,en alle an- deren gebooden , met deeze uitzondering nogtans, datzulken, die Quikzilver, Cou- chenille en Zyde in 't gros verkogten, Bra- bantfch; en de Spykerkoopers Luikfch ge- wigt, zynde even zwaar als het Brabantfch, |
||||||||
ge-
.»
|
||||||||
(y) Ketub. B. f. 2 verfe.
(x.) Keurb. B. ƒ. «5 verft, (a) Keurb. B. ƒ. 7« verfo, {b) Handy, bl. 916, |
||||||||
IBOEK. VOORREGTEN ENKeüREN. $5
gebruiken mogten (c) : waarmede, volgens Pmvile-
laatere Keuren, ook het getwynd garen en gïen. de kammen mogen worden gewoogen (^). Doch den grooten en kleinen Koffy- en Thee-winkelieren, den Brood- en Koeken- bakkereh en den Vleefehhouweren is, nog by eene Keure van den dertigften January des jaars 1721 , belall, niet dan Arnfter- damfch gewigt te gebruiken Qe). Al dit gewigt moet, eens 's jaars, herykt, Ykers
en, met het jaartal, gemerkt worden (ffyJ*nt waartoe, van Stads-wege, twee Tforx zyne°y^ren aangefteld: een van 't Amflerdamfch koperen, Amfter- m 't Brabantfch ofLuikfch yzeren en koperen damfch Gewigt, en een van 't Amflerdamfch yzeren uLÏjj!" Gewigt, die, te gelyk, de Oliemaaten engewigt. gepegelde kannen ykt (g). De algemeens ykmees- Tkmeefler van het Troifch gewigt over gantfeh ter ge- Holland en Weftfriesland, die, te gelyk, al- neraal gemeene Ykmeefter van dit gewigt is, over TWfch de Vereenigde Provinciën en Generaliteits- gewigt. Landen, houdt ook zyn verblyf in Amfter- dam. Hy wordt, als Ykmeefter van Hol- land , door 's Lands Staaten, aangefteld , op den voorflag of benoeming van Burgemees* teren deezer Stad Qi). Voormaals, plagt het onderzoek der Ellen, Maaten en Gewigten, door
(c) Handv. il. 927.
\d) Handy, bl. 93g, * 9JJ.
(*) Handv. bl. 9?i ( 6U.
(f) Handv.' bl. 917, 5,51#
(>) Handv. bl. 9z6, 9i7, 9l9, 9JI. Keurb. G./. u\
lierfo. Ii. f. J». (fc) Refol. Vroedfch. Lt. C. 17 April i6«o. ƒ. ia. Jt. F.
31 J*n. 1669. ƒ. I40 verfe. Groot-Memor. N. IV. f \e.% D4
|
||||
56 AMSTERDAMS V.Deeiu
Fjrivile- door 't Geregt, te gefchieden (j). Doch, fe* ™f- dert veele jaaren, zyn 'er Stads Ykers toe bevoegd verklaard.
Re« om i ™tRègt om de ingezetenen der Stad en Exctn- oerzelyer Vryheid, met eenen redelyken E X C Y N S,
|
|||||||||||||||
z
|
|||||||||||||||
mogen
heffen. |
|||||||||||||||
te mogen bezwaaren, moet ook onder de
Voorregten der Stede geteld worden. De Stad bezit dit voorregt, uit kragte van ver- fcheiden' Graaflyke Oótroijen , die, in 't eerft, voor eenen .bepaalden tyd, en daarna, zonder bepaaling, verleend werden. Hertog Albrecht gaf Schepenen en Raade, in't jaar 1398, verlof, om enen redeliken excynfi te moghen fetten op alle goede, da er hun op ge- noegen fal te fetten, die binnen der Stede of havenen van Amflelredamme fyn of comen fül- len , tot dat de Stad voldaan zou zyn van ne- genduizend Hollandfche fchilden, die zy, tot den Friefchen oorlog, verfehooten hadt (k). Doch in 't jaar 14.01, kreegen de Raaden der Stede vryheid, om eenen Excyns van zes Hollandfche grooten té leggen op elk vat biers, en voort op andere goeden, gelyck die Raeden redelycke zouden oordcelen (ƒ) zonder dat 'er èenige bepaaling van tyd werdt bygevoegd. Ook is de Bier-Excyns, van dien tyd af, fomtyds, wel eens verhoogd' of verlaagd (m); doch beflendiglyk, tot op dee-
(i) Keuib. B. ƒ. ijo.
(fa) Handy, bl. 171.
(/) Handv. bl. 134.
im) Grpot-Memor. K. l.f.js, 79. Keurb. A. ƒ. Hl
|
|||||||||||||||
ver
|
|||||||||||||||
■rfi» »77. '■ V
|
|||||||||||||||
t
|
|||||||||||||||
_____.......
|
|||||||||||||||
\
I.BOEK. VoORREGTEN EN KEUREN. 57
deezen tyd, geheeven geworden, en, ne- privilï«v
vens andere Excynzen, die al vroeg werden giek. ' ingevoerd, ineene Handveft van Hertoge Jan van Beijeren van den jaare 1420, aan- gemerkt , als der Stede toebehorende («). Her- tog Filips van Bourgondie vergunde de Stad, in 't jaar 1452, dat niemant, geduurende den tyd van tien jaaren, op een vierdendeel myls na aan de Stad, wyn of bier tappen mögt, dan op der Stede Excynzen. DeKar- thuizers- en Reguliers-Kloofters alleen, die even buiten de Stad lagen, mogten zo veel bier en wyn tappen en drinken, als zy be- hoefden , zonder eenigen Excyns fchuldig te zyn (0). Keizer Karel de V. verboodt het tappen buiten de Stad, binnen zekere paa- ien, geheellyk, in 't jaar 1539; doch alzo dit verbod, voornaamlyk, zo niet eeniglyk, gefchied was, om de byeenkomften derLu- therfchen en andere Hervormden te belet- ten (£), hieldt het niet langer ftand, dan tot na de verandering der Regeeringe,in'tjaar 1578» wanneer het tappen binnen de Vry- heid, op der Stede Excynzen, wederom toe- gelaaten werdt. Tot in 't jaar 1492 , fchy- nen 'er geene vafte Excynzen, hier ter Ste- de, geheeven te zyn, dan op bier, wyn en gemaal; doch in 't gemelde jaar, werden 'er verfcheiden' nieuwe Excynzen opgelegd (c/), die, federt, ter oorzaake van de toeneemen- de latten der Stede, van tyd tot tyd, heb- ben («) Handv. hl. ii(j.
(0) Handv. bt, 17 , i*. Verg. hl. 171,
(f) Uandv. bl. ig, 19,
(<j) fceurb. A. ƒ. ut.
E>5
|
|||||
•
|
|||||
)
|
||||||
5S AMSTERDAMS V.Dbïi.
Fmvile- ben moeten vermeerderd worden. De Wyn-
(hen, en Bier-Excyns, als de voornaamfte zynde, is, al vroeg, de gtoote Excyns genaamd (r). De Excynzen worden, federt lang, hier ter Stede, opgelegd, of by de Vroedfchap, of by Burgemeefteren , met bewilliging der Vroedfchap (s); 't welk overeenkomt met de Handveft van den jaare 1401, hiervoor aangehaald. Zy worden, of gecollecteerd , of verhuurd. Doch by een Graaflyk Privi- legie van den jaare 1420, is reeds belaft, dat die van den Geregte, noch derzelver die- naars, geen dtel in 't h uuren der Excynzen hebben mogen (i). De Steden in „'t ge- meen hebben, by Plakaat van den negenden Auguftus des jaars 1658, regt van legaal hy* potheek en parate executie verkreegen tegen de huurders haarer Excynzen, en derzelver medeftanders (u). Men heeft egter, hier ter Stede, verftaan, dat byzondere Perfoo- nen, ouder hypotheek hebbende, voor de Stad, ook op de boedels van de huurders van der Stede Excynzen, geprefereerd wa- ren (v): en overeenkomflig hiermede, heb- ben 's Lands Staaten zelven,in 't jaar 1678, verftaan, dat het gemeene Land, op den boedel van eenen te kort komenden fchul- denaar, geen meer regt heeft, dan de ove- rige Schuldeifchers (w). (r) Refol. Vroedfch. N. i. 27 Jan. i%n.
(s) Refol. Vroedfch. N. 19. 27 Novemb. 104?, ƒ. <$g.
Zr. A. 3 Maart I6j6. f. 75 verf». Groot -Memoi. ti. IV. f. 94. verf». (t) HaiKÏv. bl. ii6.
(u) Groot-Plaknatb. II. Deel, fyl, jn<,.
(v) Refol. Vroedfch. Zr A. 17 July iöji. ƒ, 3$,
(w) Groot-Plakaatb. III. Deelt bl, S9U
|
||||||
(
|
||||||
"^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^—
|
|||||
I.BOEK. VOOR REGTEN ENKEUREN. S9
De Excynzen, die, nog tegenwoordig, pRmLE-
door de Stad geheeven worden, zyn die op giek. de Bieren, Wynen, Brandewynen en inko- mende Graanen, welken, onder den naam van grooten Excyns, begreepen zyn: voorts, die op de Waage, het Beeftiaal, de Turf en Kooien, het Brandhout, de Huiden en de Rytuigen. De Stad heeft ook, in 't jaar 1645, 0£troi verkreegen, om een' Excyns van een* tagtigften Penning te heffen van alle de vafte goederen, die binnen de Stad verkogt worden (x); over welk Oétroi, wy, by eene andere gelegenheid, eenige aan- merkingen hebben gemaakt (;y). Van de Koopmanfchappen, die, by de flok, of in't bekken, verkogt worden, wordt een half ten honderd betaald aan de Stad, volgens eene Keure van den zes en twintigflen Ja- nuary des jaars 1649 (z). By eene Keure van den vierden February des jaars 1762, is belafl, dat de betaalde Excyns van ge- zouten of gerookt vleefch of fpek, welk, van buiten, in deeze Stad werdt ingevoerd, wederom zou worden afgefchreeven, wan- neer het hier niet gebruikt, maar naar eï? ders vervoerd werdt (a). Wyders, zyn 'er, voor deezen, nog eenige andere Excynzen geheeven, die, door dentyd, te niet geloo- pen, of afgefchaft zyn. Onder de laatflen, is de Reep-Excyns, zynde eene belafting op Wollen- enLinnen-Lakenen, die, by de elle- maat
(x) Handv. f>l. 2T0.
ij) ZU II. D„l, XV. B„kj hl. s6.
(x.) Handv. bl. xoj,
(*) Kemb. ü, ƒ. j4, , \
|
|||||
6b AMSTERDAMS V.Deei;
Privile- maat, verkogt werden, en, door den Pagter,
oiEtf» of Pagcerfche van deezen Excyns, met de Reep, plagten te worden nagemeeten: wel- ke Excyns al zeer oud was Qb); doch, in 'c jaar 1738, by eene Refolutie van den Oud- Raad van Burgemeefteren, vernietigd is (c). VI. De Stad heeft, al van ouds, nog een an- liegt van der inkomen gehad, uit de vordering van
Exuê. jjet regC v^n E X U E,
JJJue of Uittogtgeld, welk betaald wordt van
alles, wat, uit hoofde van erfenis, of op ee- nige diergelyke wyzte, verkreegen zynde, uit deeze Stad, naar elders, vervoerd wordt. In 't jaar 1682, werdt, by de Vroedfchap, voor waarfchynlyk gehouden, dat de Stad dit voorregt bezat, uit kragte eener Graaf- lyke Gifte (d). En 't is geheel zeker, dat zy, in het zelve, beveftigcj is, by eenen brief van Koning FiÜps van den negentienden Ju» ly des jaars 1561 (e). Maar in dien zelfden brief, wordt erkend, dat men, hier ter Ste- de, dit regt, meer dan honderd jaaren te vooren, emmers foo langhe, dat geen memorie van menfcben en is ter contrarie, hadt bezeten. Doch van zulk eenen vroegen tyd, is my geen ipoor altoos van eenige Graafiyke Gifte voor- gekomen : wel, dat het Uittogtgeld, omtrent derj
(b) Handv. bl. 107.
(e) Refol. van den OudRaad van Burgera. van njtdy
I73 •• ƒ• 93 verfo. (d) Refol. Vroedfch. Lx. O. % Stpt. 16S1. /. z84.Gioot-
Memor. N. V. ƒ. 1 verfo, (e) Handv. bl. «9. 't Oorfprongkelyke beruft in 't VCt-
trek dei Thefaurie, Oude Laade V. Z-r. JM. M. |
||||
;
|
|||||
LBoek. Voorregten en Keuren. 6ï
den aanvang der vyftiende eeuwe, reeds ge- ?tmu£"
vorderd werdt van Poorters, die geene drie gien. . > jaaren Poorters bleeven (ƒ). 't Zou dan zeer wel zyn können,fchoon voornaame mannen geenen grond van dit regt fchynen te ken- nen, dan de Privilegien der hooge Over- heid (g), dat Burgemeefteren , of Schepe- nen en Raad het Uittogtgeld, van ouds, had 4 ' den gevorderd, om dat het redelyk was, dat zulken, die eenige erfeniflen van hier wilden vervoeren, of met hun eigen goed vertrekken, vooraf, hun aandeel droegen van de laften en koften, in welken de Stad, te* oorzaake van de bewaaringe en befcher- minge dier goederen, vervallen was, en om dat een diergelyk regt, ook in veele andere Steden, gevorderd werdt. De Stad Haar- lem , welke men niet weet, ooit Octroi tot het heften van het Regt van Exue gehad te hebben, heeft het, nogtans, in gevolge ee- ner Keure van den jaare 1440, geheeven (h). En 't Hof van Holland heeft, meermaalen, de gegrondheid van dit Regt erkend, niet alleen tenopzigte van Steden, die't, by Oc- troi , verkreegen hadden; maar ook van zul- ken , die alleenlyk in eene langduurige be- zitting van het zelve geweeft waren (ij. Ook wordt, in een Octroi tot heffinge van een Ëxue-geld, in den jaare 1541, aan de zes WaterlandfcheDorpen, verleend, erkend, dat
(f) Keiub. A. ƒ. 9.
(g) Vid. BVNKERSHOEK Qiueft. TlU. piibl. Libr. ll.CaO.
XXV. $. VII. p. J7?.. (h) Zie DE BRUYNS Haarl. I. Deel, bl. 179, 291.
(i) Zie Sentent. van den Hoogen en Provinc, ïUade, *£ »7» 93, s«, 114. |
|||||
" *
|
|||||
& AMSTERDAMS V.Deel.
PftivitE^ dat de vordering van dit Regt, in andere
éisiTi Steden en Plaatfen van Holland, in gemeen gebruik was (T). Op den agttienden April des jaars 1495, werdt, by den heer, dat is, den Schout, ende 't gerecht, den per Jonen van de XXXVI. notable ende ryckdom van der Ste- de van Amfterdam, toegeftaan, tot der Stede behoef, onder andere Jaften, een vyftiende penning Exuegeldvm de goederen, die, door vertrekkende Poorters, waarvan de Quohie- ren nog voorhandenzyn (/), of by wege van erfenis, ter Stad uit gevoerd werden; ten ware dat, in de Plaatfen, werwaards de goe- deren werden vervoerd, door de Poorters deezer Stede, in gelyk geval, meer moeft betaald worden (m). Doch in de Re/olutie, hieromtrent genomen, wordt niet te kennen gegeven, dat dit regt, uit kragte eener Graaf- lyke Gifte, gevorderd werdt. 't Is ook, ongetwyfeld, al veel vroeger, gevorderd ge- weeft, fchoon het, veelligt, niet vroeger, op een' vyftienden penning gefield gewor- den is. Immers, in 't jaar 1476, werdt al, by Burgemeefteren en Raaden, beflooten, Roelof Jacobsz., Burger deezer Stede, die met der woon naar Utrecht vertrokken was, aan te fchryven, dat hy zyn aandeel moeft komen voldoen, in de fchulden, die de Stad, onder anderen zynenthalve, gemaakt hadt, of dat men zulks, anderszins, aan zyrie goe- deren verhaalen zou («). Uit welk befluit, af
(k.) Handy, van Waterl. il. XXXVIJ.
(I) In 't Vertrek der Thefaurie , Oude Laade E. Lt, F. (m) Groor-Memor. N. 1. ƒ. 301< Zie eo^Handy. tl. 229. (n) Groot-Memor, N. I. ƒ. 7; verf». |
|||||
IBOEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 6$
af te neemen is, dat het Regt van'Exue toen Pnivrtu*
reeds gevorderd werdt. En in 't jaar 1453 ,GI£n; werdt het, met Groningen, in't jaar 1464, met Haarlem (5), en in 'tjaar 1470, met Deventer, over en weder, te niet gedaan (0): waaruit klaarlyk blykt, dat het, hier ter Stede ,Jang voor 't jaar 1476, plagt gevorderd te wor- den. Nogtans, fchynt men, in de zeftien- de eeuwe, de invordering van het zelve, fomtyds, verzuimd, of nagelaaten te heb- ben. Immers, ik vind; dat men, in 't jaar 1539, befloot, het zelve , op nieuws , te vorderen, en ten dien einde, twee Ontvan- gers van het Exue, Mr. Cornelis Gerbrandsz. en Gerrit Jacobsz. Couckebacker, aan te Hel- len (p). In 't jaar i5o6,ftondt de Stad het Exuegeld, voor den tyd van twee of drie jaaren, af aan het Mannen - Tugthuis (#). Doch, federt, heeft zy de heffing van dit Regt wederom aan zig gehouden. Zy vor- dert het, egter, tegenwoordig, byna eenig- lyk van uitgaande erfeniflen : wordende, federt veele jaaren , niets gevorderd van Poorters, die, met hunne goederen, ter Stad üit vertrekken. Doch van erfeniflen heft de
(o) Handr. hl. 244, 244, 237.
(p) Groot-Memor. N. I. ƒ. gl< verft.
{q) Zie III. Deel, IV. Boek, bl. 234.
■
(5) De Heer van Oosten dk Bruyn tekent, in
zyn Haarlem (I.Deel,bl. 294.) aan, dat het Exue , met Amfterdam, in 't jaar 1554, vernietigd is, zien- de op de laatite Overeenkomt , deswege gemaakt. Doch men hadt diergelyke overeenkomften , reeds veel vroeger, en, onder anderen, in 't jaar 1464, getroffen; gelyk, zelfs uit eene aantekening op de Privilegien van Haarlem, bl. 258. te zien is. |
||||
tf4 AMSTERDAMS V.Djseix
Pbivile- de Stad, thans, en federt lang, niet den vyf-
eiEN. tienden; maar den tienden Penning, ten ware
men toonen kon, dat, in de Plaatfen, wer-
waards, de goederen vanhier vervoerd wor*
den, minder gevorderd werdt.
Het Regt van Exue brengt egter, tegen-
woordig, zeer weinig op; niet alleen, om dat het, al van de vyftiende eeuwe af, met verfcheiden' Landen, Steden en Plaatfen, o- ver en weder, vernietigd geworden is , maar vooral, om dat Burgemeefteren, op den agttienden April des jaars 1720', ver- klaard hebben, bereidwillig te zyn,om, des verzogt zynde, dit Regt, in het toekomen- de, met eene iegelyke Stad, onder behoor- lyke wederzydfche Jet e van Mortificatie, te willen vernietigen Cr); op welke verklaa- ring , de vernietiging van het Regt van Exue, met verfcheiden^'Landen,Steden en Plaatfen, gevolgd is, en nog, geduuriglyk, volgt. Wy voegen hier eene Lyfl by van alle
de Landen en Plaatfen, tiuTchen welken en deeze Stad , dit Regt, tot nu toe, dat is, tot den vyftienden O&ober des jaars 1766 9 over en weder, 't zy voor een' tyd, of voor al- tyd, vernietigd is. Zy is, ten deele, uit de gedrukte Handveften, en, voor 't ove- rig gedeelte, uit de nog ongedrukte Stads Regiiïers, opgemaakt. Groningen , ïrï 't jaar 1453.
Haarlem ■------- 1464.
Deventer ,------- 1470.
Dor-
(r) Groot-Mcmoi. N. X. f. ;». Handy, il. 2jo,
|
||||
\
|
|||||
I.ßoEK. Voorregten en Keuren. 6$
Dordrecht , in 't jaar 1543. Privili-
Alkmaar -------- 1553. «jln.
Leiden -------- i5---
Delft -------• 1554.
Haage -------^ 1555-
Schoonhoven -------- 1557*
Enkhuizen--------1562.
Hoorn ■ 1J63.
Amersfoort ■ 1569.
Met de agt laatßgemelde Ste-
den , is de vernietiging alleen* lyk gefchied, voor den tyd van
twintig jaar en; doch heeft,
nogtans, federt, fiand gehou"
den.
Br iele-------• 1579»
Antwerpen -------- 1659.
Friesland-------■ 1681.
Stad Utrecht -------- 1682.
Nieuwmegen —— 1682.
Arnhem -------- 1684.
Ootmarfum-------- 1684.
Drente-------- 1685.
Kampen <-------. . ió8<5.
Oudenbofch ■------- 1687.
Stad en Land van Vi ane i 68 8.
Brandenburg, voor tien jaaren. 1688.
Embden -------• 1690.
Medenblik <------- 1691.
Fleurus -------- 1691.
Namen ——— 1691.
Wezel -------- 1692. Bommel -------- 1692.
Londen —-— 1696 en 1757-
X Stuk. E Nor*
|
|||||
AMSTERDAMS V.Deel.
Norden , - in 't jaar 1706.
't Vlek Bent heim ----- 1712.
Graave -------- 1712.
Hardenberg -—■—• 1713.
Harder wyk--------■ 1713.
Lingen --------• 1713.
Nordborn, in''t Graaffchap
Bent heim -------• 1713.
OvERYSSEL --------- 1713.
Zwol —-—■ 1713.
Fredrikßad
Middelburg -------- 1714.
Gorinchem-----— 1715.,
Goes -------• 1716.
OOSTFRIESLAND 1723.
Duur en —~----- 1728.
Zieriksee -------- I73o«
Hildesheim -------- 1732.
Nieuw tork - 1732.
S. Gallen ,— 1734.
Montfoort \------- 1734»
BRUNSWTK en LU>
NENBURG ----- J734.
Maaftricht-------- 1736.
Briflol
Beverwyk ■-----— 1740.
Stad en Graafschap
Kuilenburg —- 1740.
Rotterdam ■ 1740.
Zugtekn *—— 1740.
Weesp -------■ 1741.
Stad Zutfen -------- 1742.
Doornik-------• 1742. •
Hessen -------- 1744.
Leipzig -------- 1744.
|
||||
IBOEK. VOORKEGTEN EN KeUREN. 6*7
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
hertogdom Klee-
ve-------- 1763.
Wyk by Duurftede 1764.
's Hertogenbofch - 1764.
Keur-Paltsische
Landen------■ 1764. G R .0 0 T B RIT A N J E 17 64.
Tot de invordering van 't regt van Exuey
is een der Stads SecretarifTen aangefleld, die daarvan, jaarlyks, verantwoording doet aan de Thefaurie Ordinaris deezer Stede, 't Schynt, dat'er, van ouds , immers in de zeftiende eeuwe, twee Exuemeefters waren aangefteld, die dit regt ontvingen; gelyk my, E 2 on-
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
■
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
■iiliiiiF'ii*''
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
— —
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
,'
|
|||||||||||
63 AMSTERDAMS V.Deeê;
Privile- onder anderen, gebleeken is, uit eene oor-
6IJLN. fprongkelyke Quitant'w van den agttienden Maart des jaars 1569, die ik, om dat'er 00k uit te zien is, dat dit regt, toen nog, door vertrekkende Poorters, betaald werdt, goed- gevonden heb, aan den voet deezer bladzy- de, te plaatfen (6). vu. De Stad heeft, wyders, van ouds, regt Aloud gehad tot de heffinge van een
Regt tot & ö de hef. PaALGELD,
finge van
eenPAAL- we|]c yoor jaet fteiien van baaken en kaapen,
|
|||||||||||
GELD.
|
|||||||||||
en het leggen van zeetonnen, van alle fche-
pen, die, uit zee, voor de Stad, of zelfs maar binnen de zeegaten, kwamen, gevor- derd werdt. En dit is, reeds in de veertien- de eeuwe, gefchied. Immers, Burgemees- teren fchreeven, op den zesden Auguftusdes jaars 1474, an de Vrouwe van Eetnden, [Graavinne van Ooflfriesland], dat de Stad, voor meer dan honderd jaaren, door de Koop- luiden en Zeevaarenden, verzogt zynde, ze- • : ke- (6) W$ Coen Pietersz. en Jan Lambertsz, exu mees-
ters der Steede van Amftelredamme kennen midts dee- fen wel ende duechdelik betaelt te weef en van deefer 'Steede weeghen van Pieter reein [Roding] van't recht van den exu tuelck pieter roein voorsz. en fynen buys- vrou deefer Steede fcbuldicb waren , ende belonen hem ter Cauje van dien niet meer te manen nocbte te ey* fcben in rechte noch daer buyten In kenni[[e der waer- beyt hebben iuy Cnen Pietersz. ende Jan Lambertsz. dit van deefer Steede weegben onder gbeteykent op ten xvnjen; martii Anna X Vc L X IX. • (was getekend)
Coen Pietersz.
J. Lammätsz. |
|||||||||||
1
|
|||||||||||
<
|
|||||||||||
LBOEK. VoORREGTEN EN KEUREN. 6o
kere tonnen te leggen en kaapen te ftellen, Prtvile*
daarvoor 't Paalgdd gevorderd hadt (j). giek. Ook werdt, reeds in 't begin der vyftiende eeuwe , of eerder, gekeurd, dat een yghelic Sciphere , van der Zee komende , zyn ba- kenghelt betaalen zou (f). In eene Handvefl van Hertoge Filips van Bourgondie van den zeftienden May des jaars 1452, waarby het • Paalgeld, ten behoeve der Stad, op eenen goeden Vlaamfchen groot van 'tlaft, gefield werdt, wordt ook erkend, dat de Stad, al van ouds, tonnen gelegd, en kaapen of vuur- tekens gefield, en daarvoor een Paalgeld ontvangen hadt. Ook blykt 'er uit, dat zy toen omtrent zeflig tonnen in de Zuiderzee onderhieldt, en vier kaapen, of vuurtekens, een op Huisduinen, een op Texel, een op Vlieland, en een op ter Schelling («). Op het betaalen van het Paalgeld door de Oos- terlingen , die, in de vyftiende eeuwe, flerk voeren op Amfterdam, werdt, in't jaar 14.74, eene overeenkomft getroffen (v). Op de nieuwe brugge, flondt een Paalhuis, waar 't Paalgeld ontvangen werdt, en welk zy- nen ouden naam behieldt, fchoon het, na- derhand, tot een ander gebruik, werdt ge- fchikt O). In 't jaar 1484, kwam 'er eene nieuwe Ordonnantie op het Paalgeld uit. Im- mers, men vindt 'er eene geregifireerd, tus- fehen de Keuren van het gemelde jaar O). De
(s) Groot- Memor. N. I. ƒ. 4. vergel^f. 49 vcrfo.
(t) Keurb. A. ƒ*, 10.
(u) Hnndv. bl, is.
(v) Gtoot-Memor. N. I. ƒ. ig verft, < y
(w>) Keurb. H. ƒ. 19 verfo , nj verft.
\p) Kcuib. A, ƒ. is o.
|
||||
7o AMSTERDAMS V.Deel.
Pmvilé- De Stad Kampen plagt ook, omtrent dien
otEN. tyd, eenige zeetonnen te leggen: en vindt men, dat de Stad Amlterdam, fomtyds, en onder anderen in 't jaar 1482, de onkoften, daarop gevallen , als voor haare rekening gedaan zynde, aan de Stad Kampen betaald heeft (y). Doch de Stad Kampen onderhieldt, •federt, zelve haare tonnen, en vorderde 'er ook een Paalgeld voor, tot dat de twee Ste- den, in't jaar 1.527, overeenkwamen, dat Amflerdam de zeetonnen, en 't gereedfchap, daartoe behoorende, van Kampen overnee- men, en voortaan alleen 't Paalgeld heffen zou, waarvan egter de goederen, die te Kampen t'huis hoorden, vry zouden zyn (z). De Stad hadt, in 't zelfde jaar, op den ne- genden Maart, Pouwels van Kaern aangeno- men, om alle der Stede zeetonnen enbaakens te leggen en op te regten (a), en ftelde, fe- dert, eenen Ontvanger van \ Paalgeld te Kampen; gelyk zy *er ook eenen hadt te Hoorn, te Medenblik (b), en mogelyk in andere Steden aan de Zuiderzee. Men plagt, hier ter Stede, het regt der Paalkifta, even als andere Excynzen,in 't openbaar, te ver- huuren, of te verpagten (c): 't welk duur- de , tot dat, in 't begin der Spaanfche be- roerten , de Hoilandfche Steden de Staatfche zyde koozen, terwylde Stad Amflerdam al- leen de Spaanfche zyde bleef aankleeven. Vee-
(y) Groot-Memor. N. I. f. 170,
(x.) Handy, bl. 29. (*) Regifter biruflencle ter Thefaurie,geïntitul, +Annemin-
gbe der CUrijJin enz. K^<ts XI. in 't bovinfte Vak,. (b) Refol. Vroedfch. N,t. 18 Nov. IfHé Hittdv.bl, 30.
(t) Refol, Vroedfch. N. 1. 2g Jan, 1363. Handv. bl. 30, |
||||||
/
|
||||||
I.BOEK. VOORREGTEN EN KEUREN, ft
Veele Schepen, die, te vooren, te Amfler- pRTVile-
dam, plagten te ontlaaden, begaven zig toen gien. * naar 't Noorderkwartier van Holland. En Enkhuizen, welk,in dien oord, het eertt de zyde des Prinfen van Oranje gekooren hadt, werdt, door zyne Doorlugtigheid, geftoord op Amfterdam , om dat het zig tegen de gemeyne Staten van Holland ftelde, en be- dugt, dat de tonnen én baaken niet mog- ten onderhouden worden , op den negen- den February des jaars 1573» befchonken, met het regt der Paalkifte , mids dragende defehe laßen van Tonnen , Capen , Baken, Schepen ende andere dingen te houden , ßcl- len , leggen ende onderhouden , als tot noch toe, by die van Amfterdam, gedaan was (d). Amfterdam, dus ontzet van zyn oud Voor- regt, zogt zig in het zelve te doen her- ftellen , by de Satisfactie van den agtften February des jaars 1578. Doch men kon ' meer niet verwerven , dan dat de beide Steden gelaaten werden by haar goed regt (e). OndertufTchen, hadden de Staaten van Holland, op den zesden February , en dus maar twee dagen voor het tekenen der Sa- tisfactie , Enkhuizen beveiligd in 't bezit van 't Paalgeld (ƒ). Sedert, heeft Amfter- dam Enkhuizen betrokken voor 't Hof van Holland, waar 't gefchil over- de Paalkifte, veele jaaren , onafgedaan gehangen heeft. Men heeft ook, fomtyds, met Enkhuizen,, ge-
(d) Handv. van Enkh. hl. g9.
. * (e) Handv. t/. 4j. (ƒ) Handv, van Enkh. tl. $«£,
E 4
1 '-• **.
|
||||
------------------------ —ar.
|
||||||||||
•f
|
||||||||||
72 AMSTERDAMS V.Deee.
pmviLE- gehandeld , over een minzaam vergelyk, «zw. en fomtyds is, by de Vroedfchap van Am- flerdam , in beraad gelegd , om die van Enkhuizen hun regt tot de Paalkifte af te te koopen. Doch alie handelingen en raad- pleegingen zyn vrugteloos afgeloopen. De zaaken zyn gebleeven in den flaat, waarin zy, door 't Oóèroi ten behoeve van Enk- huizen, gebragt waren, en Amflerdam is, om zynen yver voor de Spaanfche Regee- ringe, van 't genot van zyn aloud voorregt ontzet geworden. VIII. Amfterdam hadt, reeds in de vyftiende Regt om eeuwe,ten behoeve derGraaven, Lyfrenten RentIw ver^ogt op een en twee Lyven (g): ook te mogen eeuwelyke jaarrenten; waarvan ik geen ou- ligten. der voorbeeld gevonden heb dan van den jaare 14.16, gereg{ftreerdin den ouden Legger van ds Karthuizers, berußende in 't Wees- huis deezer Stad f. 38., uit welken ik het, om zyne merkwaardigheid, hier agter, on- der de Bylaagen (h), geplaatfl heb. Doch geduurende de beroerten der volgende eeu- we, en terwyl de Stad de Spaanfche zyde hieldt, hadt de Magiftraat Oótroi verkree- gen van de Spaanfche Regeeringe om, ten behoeve der Stede, geld op /Renten,
't zy Los- oï Lyf-renten, te mogen ligten. En
dit O&roi werdt, by het XII. Lid der Sa- tis-
(g) Groot-Memor. N*L I. ƒ. j verfi. Zie »tk^ II. Vul*
III. B**t* hl. x$7. IV. Bne^t hl, 3+j. (b) L*. B. |
||||||||||
II
|
||||||||||
-
—..... |
||||||||||
f
|
|||||
I.Boek. Voorregten en Keuren. 73
tisf actie van den jaare 1578 , verklaard, van pRn/ILE«
kragt en waarde te zullen bly ven (t): welke uien. verklaaring, by eene byzondere Refolutie der Staaten van Holland van den zesentwintig^ (ten September des jaars 1579 (k): en na- derhand , ook by het XVII. Lid van den Afftand van de Satisfactie van den jaare 1581 »bekragtigd werdt (l). Ook werdtdaar- toe, op den elfden May des jaars 1602, by 's Lands Staaten, een uitdrukkelyk Octroi verleend, inhoudende „ dat Burgerrieefte- „ ren en Regeerders de Stad, met zo veel „ Los- of Lyfrenten, mogten bezwaaren, als „ zy zouden bevinden noodig te hebben, en „ de gelegenheid der Stede- vereifchen zou; „ daarvoor verbindende het Lighaam en in- „ komen der Stad, en der Burgeren perfoo- „ nen en goederen (?»)." En van dien tyd af, hebben Burgemeefteren en Raaden, in gevolge van de verworvene Oclroijen, meer- • maaien, penningen, op Los- en Lyfrenten, of op Obligatien of Schuldbrieven, geligt, de gemaakte fchulden afgeloft, en de Inte- reffen verminderd, naar dat zy het,ten nut- te der Stede, dienftig oordeelden. Behalve de algemeene Voorregten der
Stad, van welken wy , in dit Hoofdftuk, gehandeld hebben, heeft zy nog eenige by- zondere Voorregten, die of de Poorters, of de Wethouders betreffen. Van de eerften zullen wy, hierna, in de befchry ving van hec
(t) Handv, bl. 4?.
(^J Handv. bl. j. (I) Handv. bl. 49. \m) Handv. bl. 3. |
|||||
74 AMSTERDAMS V.Deeê;
Coustu. het Poorterfchap, en van de anderen, in de
men of befchryving der Regeeringe, afzonderJyk, Gewoon- gewaagen. EN' Wy gaan nu over tot de
Coustu- j °
mmof COUSrUMEN of GEWOONTEN
Gewoon- j
™ der der Stad, zynde zekere aloude en wel ge-
veftigde gebruiken, die, fchoon zy op gee- ne duidelyke Wet of Keure, noch op ver- kreegene Privilegien, gegrond zyn, even- wel , als Wetten of Privilegien, worden aan- gemerkt ; waarom zy ook, oudtyds, door de Graaven, by derzelver inhuldiging ^ zo wel als de Privilegien, bezwooren werden (n); gelyk zulks ook, door den laatilen Graaf, Filips den II., gefchied is (ö). Doch met de Gewoonten, van welken wy fpreeken, moeten geenszins vermengd worden zekere ïngefloopen misbruiken, die met de Wet- ten , Keuren en Privilegien flryden, en nim- mermeer, gelyk de eerflgemelden, tot een regel verflrekken, naar welken, in de Regt- banken, geoordeeld wordt, 't Zyn deeze zo- genaamde Coufiumen alleen, die het Hof van Holland, volgens het agtfle Lid van deszelfs Inßructie, voor Corruptelen of ondeugdelyk verklaaren mag (p). De eerflgemelden zyn, altoos, met Wetten of Privilegien , gelyk gefield. Ook ruften de voornaamften, hier ter Stede, en in deeze Provincie, niet meer op het geheugen en de overlevering der ingezete- nen, (h) Zie II. Deel, II. Biek_t bl. 16$. III. Jioe^ bl, 260.
(o) Handv. bl. 41.7.
\p) Groot-ïlakaatb. II, Dal, kjl, 705.
|
|||||
-'
|
|||||
I.Boek. Voor regten en Keuren. 75
nen, na dat eenigen, hier, gelyk elders,en Coustu-
met naame in het nabuurig Frankryk (q), voI-men of gens eene geregtely ke verklaaring van veelen, Bewoon- Turbe genaamd; en de meeflen, ter begeer- te des Hertogs van Alva, in 't begin des jaars 1570, ingefchrifte gefield, en, byBur- gemeefteren en Raaden, goedgekeurd ge- worden zyn (r). Zelfs zyn fommigen, al van ouds, by Graaflyke Brieven, die nog voor- handen zyn, of by Keuren van den Gereg- te, beveiligd geworden. Wy zullen dan de voornaamflen en algemeenften, in eene bekwaame orde, optellen, en kortelyk ver- klaaren. I. Te Amflerdam, is, zo wel als door 1. Ge-
gantfch Holland, gebruikelyk, dat de boe- |P5en" del van man en vrouw, zonder HuweJyk-g0eJ> fche Voorwaarden in de Egt getreden zyn- tuflchea de, gemeen wordt: wordende, by 't fchei- Egcge- den van 't bedde, den gemeenen boedel,nooCen* tuffchen den langftleevende en de erfgenaa- men van den vooroverleeden, met fchulden
en onfchulden, gelykelyk gedeeld, zonder aanfchouw te neemen, van wiens zyde, de goederen gekomen zyn (j). II. De man is, terftond na 't aangaan van 2. Staat
't Huweiyk, voogd van zyne Vrouw, en mag van M*n- haare zaaken uitvoeren, en over haare goe- ^n e51 deren befchikken, ten ware hem zulks, by w^" Huwelykfche Voorwaarden, ontzeid ware. De
Cf) Voiez. VELLY & ViLLARET Hift. de France T*m.
XVI. />. 114. (r) Reibl. Vroedfch. Ni z, j, 9 Jan. 1570. ƒ. 131, 133,
Handv. bL 445. {s) Handy, bl, 44*.
|
||||
7<5 AMSTERDAMS V.Deel;
Coustu- De vrouw mag zig, daarentegen, noch in,
men of noch buiten regte, verbinden, noch eenige Gewoon- overeenkomften fluiten, zonder bewilliging van haaren man. Doch openbaare Koop- vrouwen, in zaaken haaren Koophandel aan- gaande , zyn hiervan uitgezonderd. Ook ftaat allen vrouwen het maaken van uiter- fte willen vry (f). 3. Repre* IU. Kinderen zyn erfgenaamen van hunne Jentatie overleedene ouders, Vader en Moeder. Doch voerd kindskinderen, welker Vader en Moeder 0- verleeden zyn, plagten hier niet van hunne Groot-vader en Groot-moeder te erven, zo lang 'er eigen kinderen van dezelven in lee- ven waren, hebbende het Regt van Repre- Jentatie, hier ter Stede, van ouds , geene plaats gehad, zo zulks niet by Teftament of Huwelykfche Voorwaarden, bevolen ware (u). Maar by de Politike Ordonnantie van den jaare 1580 (*>), en by het Plakaat van den agttienden December des jaars 1599, is hierin verandering gemaakt, en de Re- prefentatie, tot den vierden graad ingefloo- ten, alomme in Holland, en ook hier ter Stede, ingevoerd (to). Te Rotterdam al- leen, heeft, volgens Oclroi van den jaare 1604, de Reprefentatie, nog twee graaden verder, plaats (x). AU't IV. Vader en Moeder plagten, hier ter bedde Stede, te erven van hunne kinderen, die gefcheurd ZOn* (t) Zie Rooseboom Recueil, Bl, 113, 114.
(tt) Handv. bl. 44.6. (v) Zie Groor PlakaatS. III. Deel, bl. J02.
(w) Zie Grooi.PJakaatb. I. Deel, kei. 343. III. Deel t bl. i^gj. £x) GjfOOt-Plakaatb. I. Deel, fyt, 347. |
||||
I
|
|||||||
IBoek. Voorregten en Keuren. 77
zonder wettige geboorte overleeden, 't zy Coustu- die kinderen Broeders of Zufters in leeven men of nalieten, of niet (3/); doch het Plakaat van Grwoon- den jaare 1599 Helt de Ouders alleenlyk tot™* erfgenaamen van kinderen, die kinderloos o- ';s 'idee,t verlyden, en Broeders of Zufters nalaaten,feUS* zo lang zy beide nog in leeven zyn; maar eens een van beide geftorven zynde, deelt dekinds langftleevende 's kinds nalaatenfchap, met§oed,^e^ de overgebleeven Broeders en Zufters. broeders * V. Broeders en Zufters van halven beddeen zus-
plagten, hier, in de nalaatenfchap van eenenters- halven Broeder of Zufter, gelykelyk te dee- 5 Hoe len, met Broeders en Zufters van heelen bed- Bro|ders de (z). Doch, volgens het Plakaat van den ten van jaare 1599, trekt een volle Broeder drie vier- halven de, en een halve Broeder een vierde vandesbedde overleedens nalaatenfchap. erven. VLEnkelverband, op eenen erfgenaam ge- 6 K t
legd, inhoudende, dat het goed, niet buiten en onder- den bloede van den Teflateur, ver fierven noch ftbeid vervreemden mag, belet, hier ter Stede, den va',1 en* erfgenaam, of zyne kinderen niet, daarvan, dub bd by uiterften wille, of op eenige andere wy-Verband, ze, andere fchikking te maaken. Doch dub-in uiter- bel verband, inhoudende, dat het goed niet fe wil" mag bezivaard, verkogt, of by uiterßen wille e"' vermaakt worden , belet hem zulks geheel- ■lyk (a). VIï. Ongehuwde Vrouwen, 't zy Wedu- 7. Hoe
wen of Maagden, mogen geene brieven voor onse- Schepenen verlyden , noch aldaar eenige h,uwde ) , F» Vrouwen
(y) Hand*, bl. 44*. ' g" ta re6tC
(%.) Handv. hl. 44<j. , ,'
{*) Handy, bl, $$it JJ3.
|
|||||||
*
|
|||||||
.
|
|||||||
78 AMSTERDAMS V.Deel.
Coustü. Dingtaalenvoeren, danbygeftaan zyndevan aZaL ha3re gekooren boogden en Fierendeelen(7\ teT zo als men die naafi bekomen kan (b). Zy verfehl moet7' ten ™nfte, drie in getale zyn, en nen. voorat'de goedkeuring van Burgerneefleren verKreegen hebben. Doch hunne Voogdy- fchap eindigt, met de geregtelyke daad, welke zy bywoonen. 8. Van de VIII. De geregtelyke uitfpraak over den fySk* eiSendom aan eenen betwiften grond, Wt- fpraak, ventwS genaamd, heeft, hier ter Stede ook, Zeventuig al zeer vroeg, kragt van gewysde gehad, en genaamd, gefchiedde, by de zeven naafte geërfden, die, over 't regt tot den agtften akker of grond, uitfpraak deeden (c). In de Hand- veft van Hertoge Albrecht van den jaare 1387 [1388], aan Amflerdam, met Amftel- land en Gooiland in 't gemeen, gegeven , wordt reeds van deeze ioort van regtsplee- ging gewag gemaakt (d). Ook melden 'er onze oudfte Keuren van, en, onder anderen, eene, die, voor het einde der veertiende eeu-
{h) Rooseboom, C*p, xnil. bl. zit.zn.Vtrr Polfr
Regeer vanden Brie!, bl. «y. ? .* (c) Handv. bl. 44«.
(d) Zie II. Deel, U. Boek, bl. I<fy.
(7) Van ouds, plagt, hier te Lande, de Voo?-
dy, wanneer daarop niet voorzien ware, te worden toevertrouwd aan de naafte Vrienden van 's Vaders Vaders-, van 's Vaders Moeders-, van 's Moeders Vaders- en van 's Moeders Moeders zyde • en deezen leid. LBoek, VIL Deel, bl. 3,. Van hier, is dit
woord overgebragt op zulke Voogden voor eenen tyd die Vrouwen voor't Geregt verzeilen, al fchoon ä:p dc voorêe(leIde !of cenige anderc
|
||||
*
|
|||||
I.BOEK. VoORREGTEN EN KEUREN. 79
eeuwe, fchynt gemaakt te zyn (e). In't jaar Coustu-
.1420, beval Hertog Jan van Beijeren, dat men of men geenen Poorter van Amfterdam tot Ze- Gewoon- ventuig zou mogen daagen,vdan op koflen van hem, die 't geding verloor (ƒ). Her- tog Filips van Bourgondie regelde deeze wy- ze van regtspleeging, die, ook elders, hier te Lande, in gebruik was, nader, by eene Handveft van den negenden Auguftus des jaars 1446, beveelende „ dat de zeven naas- „ te Akkers, ieder ten minfte een morgen „ groot, den agtften beheeren zouden, mids „ dat de eigenaars dezelven, jaar en dag, be- 3, zeten hadden. De Schout, die aanlegger }> van de Zeventuig was, moeft zorg draa- „ gen, dat ieder Zeventuig van zyne koflen „ voldaan werdt (g)." Wyders, vind ik, in de Stads Regiflers der vyftiende eeuwe, ^en merkwaardig gewysde van een Zeventuig aangetekend. Gysbert Janszoon Boemmaker, oud twee en zeventig jaaren, verklaarde, op den zevenden November des jaars 1493, dat hy, omtrent twee en dertig jaaren geleeden, de ßufe van de binnewyker harelemmer poert e, nu de oude Haarlemmer Sluis, hadt helpen maaken en vermaaken, ende dat alle 't gene, t welck nu, aen die zuytzyde .van der pokte, Jpefyden Wouter Oemen huys, lant es9 water was. En op den rand van deeze Verklaa- ring, leeft men, dat, over den eigendom aan dit Land, verfchil gevallen was tufïchen Watergancls kinderen en Burgemeefteren, en dat -
(e) Keurb. A. f. 7.
(f) Handv. bt. iz6. »
\g) Handv. lal. 13«, |
|||||
8o AMSTERDAMS V.DeeE.
Coustu« dat dit gefchil afgedaan werdt, door een Ze-
MEN of ventuig, welke, met vyf Hemmen tegen twee, Gewoon- jen grond aan de Stad toewees (#). In laa- ter' tyd, heeft men zig zeldzaam van deeze wyze van Regtsoefening, in de Stad of in derzelver Vryheid, bediend, fchoon my niet bekend is, dat dezelve immer afgefchaft is geworden: waarom menze, agt ik, te regt, tellen kan onder de goede en wel herbragte Coußumen of Gewoonten der Stede. g.Arrefl IX. 't Is, hier ter Stede, ook een over- veftigt oud gebruik ge weeft, dat men, binnen de- risdiiïie' zelve > de Jurisdictie van den gewoonlyken over ' Regter veftigt, by wege van Arrefl of be- vreemde kommering van vreemde perfoonen, en der- perfoo- zejver goederen (ï). De Regeering heeft goede- zigj in dit gebruik, altoos gehandhaafd,en ren. fomtyds, met veel ernft, tegen eenige Ste- den, met naame tegen Rotterdam en Mid- delburg (k). En Burgemeefteren hebben, op den zesden February desjaars 1,607, ver- klaard „ dat, tot het doen van zulke Arres- „ ten, volgens de Wetten en Coußumen dee- „ zer Stad, vreemdelingen, zo wel als in- „ wooners, bevoegd zyn (l)." Doch pen- ningen, berußende onder den Concherge, mogen niet gearrefieerd worden. Ook mag hy, die eenige penningen heeft moeten namptifeeren, zelf daarop geen arrefl doen. Poorters mogen hunne Medepoorters, noch derzelver goederen, ook niet arrefleercn, dan met
(b) Groot-Memor. N. I. ƒ. 29p.
(i) Hand^. hl. 44tf , 49*» SOI. (t^) Zit II. Dttl.tlU, Boeket bl. }oj. (l) Handv. bl. joz» |
||||
I.BOEK. VOORREGTENEN KEUREN. %I
met verlof van 't Geregt; ten ware dezel- Coustu-
ven verdagt waren van, in perfoon, of met men of hunne goederen, in benadeelinge hunner ÖwódÉi Schuldeifcheren, te willen ontvlugten; of,T£N* wanneer dezel ven, om de eigenaars hunner wooningen te verkorten , hunne goederen van den gehuurden bodem poogden te ver- voeren. In zulke gevallen, hebben Huis- heeren en Schuldeifchers regt, om de per- foonen en goederen hunner fchuldenaaren, al warenze ook Poorters der Stad, te doen arrefleeren, door eenen roedraagende Bode, mids dat deeze, vooraf, van de voorgeno- men vlugt of vervoering van goederen blyk hebbe. Doch alle arreflen moeten, behoor- lyk, ter Vierfchaare, beklaagd worden , en können, na dat zy van waarde verklaard zyn, worden afgedaan, onder borgtogt, niet voor de waarde van 't gearrefleerde; maar voor de waarde van 't gene den Arreflant zal worden toegeweezenv In geval van ar- refl op goederen van vreemdelingen, woo- nende in Plaatfen, waar geene Weetbrieven, by welken de gearrefleerde hier gedaagd wordt , worden aangenomen ; verleenen Schepenen, op verzoek van den Arreflant, eene 'meet by edicte, of open baar plakfchrift, waarby allen, die op de gearrefleerde goe- deren zouden mogen willen aanfpraak maa- ken , tegen zekeren bepaalden dag , ont- booden worden: waarna, zo zy niet ver- fchynen, of zig niet verdedigen naar behoo- ren, het arrefl, of de weet by edicte van waarde verklaard, en op het gearrefleerde voortgepleit wordt, tot de verkooping by X. Stuk. F Exe* |
|||||
,..''■■'■.:■ - -~~~.
|
|||||
82 AMSTERDAMS V.DeiC
Coustü- Executie toe (ra). Doch een Poorter, wien
meni/.. eenig goed ontftolen is, behoeft, zo hy 't
Gewoon- agterhaalt, op het zelve, geen arreft te doen;
maar mag het, vryelyk, naar zig neemen:
mids daarvan kennis geevende aan denHoofd-
Officier (k).
io.Com- ■ X. Twee of meer perfoonen, in Compag-
pagnons nie of Gemeenfchap handel dry vende, zo dat
zyn ieder Zy aj]en ^ 0p ^en naam der Compagnie, koo-
voor cic ♦ i ii
geheele Pen en ontvangen; zo is, volgens het be-
fchuld ftendig gebruik deezer Stede vieder Compag- der Com- nQn f V00r de geheele fchuld , die op den vefbon- naam der Compagnie gemaakt is, verbon- den, den (o). ji. Huur XI. 't Is eene beftendige gewoonte hier
gaat voor ter Stede, die ook by Keuren beveiligd is, Andere dat ^uur Wör K°°P gaat;, dat is, dat dever- Couftu- huurder zorg moet draagen, dat de huur ge- menop 't ftand gedaan worde, al verkoopt hy fchoon ei^ver- ^et nuis» terw7* de nimr nog ïoopt. By ver-
huuren. kooping in Executie, valt hierin alleenlyk eenige verandering, waarvan wy, wat laa- ger, fpreeken zullen. De huurder mag zyn huurhuis aan geen ander overdoen, dan met bewilliging van den verhuurder, die egter gehouden is te bewilligen, zo hy het huis niet wederom aan zig neemen wil. De huis- huur eindigt op May-Avond, of den dertig- ften April (p), wanneer de huurders gehou- den zyn, voor twaalf uuren op den middag, te verhuizen, en de huuren te betaalen. Doch wan^
I (fh) Hindv. hl. 45ȕ,4J*,tSS.
(»/ Handv. bl. SS7- (o) Handv. bl. joj. Q) Handy, bl, Jè;; *5m - - ** •
|
||||
LBoEK, Voorregten en Keuren. 83
wanneer May Avond, op een' Vrydag > Sa- Coustü.
turdag of Maandag valt, van welke drie da- men o/ gen, de eerfle en laatfte Marktdagen zyn, Gfwoon' en de middelfte der Jooden Sabbath is; ook T£N' wanneer de dertigfte April op eenen Zondag komt, wordt de Verhuisdag, gemeenlyk,by eëne byzondere Keure, op Donderdag te yooren, of Dingsdag daarna gefield. Op den Verhuisdag, wordt altoos Vierfchaar ge- houden ; voor welke, gebrekige iiuurflers ge- dagvaard worden. Zy draagt den naam vari May-Avonds-Fierfcbaar, en vangt des mor- gens ten zes uuren aan. Ten negen uuren, wordt de derde Citatie verleend, en vervol- gens, vonnis g;eweezen, 't welk, terftond, ter uitvoeringe gelegd wordt (q). De ver- huurders zyn verpligt, de verhuurde woq- ningen wand- en dakdigt te onderhouden; de heimelyke gemakken te doen ruimen , en verder alles te doen, wat tot noodige reparatie behoort. En zo zy zulks weigeren, mag het, na behoorlyke Proteflatie , ge- fchieden door den huurder, die 't beloop daar- van van de bedongen huur korten mag. De verhuurder mag, zo de huurder hem de huur niet voldoet, zyn verhaal zoeken aan de goe- deren, die hy op zynen bodem heeft, zonder dat hy den eigenaar derzelven behoeft aan te fpreeken (r) / ' XII. De goederen, 't zy Huizen, Erven, 12. Cour
Schepen of Koopmanfchappen, om gereed ftumen geld of Contant verkogt, moeten, volgens y^rkcS de pinge om
(q) zie Handv. hl. 527. Rooseboom Cap. LUfc/.ijj, Gmtant, (rj ROOSEÏOOM Cap. LI. bl, zS7 f jjj».
F %
|
||||
Ü AMSTERDAMS V.Tteu:
Coustu- de Keuren, de Koopmanfchappen en Sche-
jMEN of pen, terftond na de levering, en de Huizen GEwooN-en Erven, terftond na den verfchyndag, be- taald worden. En in geval zulks, binnen veertien dagen daarna, niet gefchiedt, is de kooper gehouden, den verkooper Intereft te betaalen, tegen agt ten honderd in't jaar. Doch van Koopmanfchappen, niet om con- tant , maar op tyd verkogt, mag niet meer dan vier ten honderd Intereft gerekend wor- iden (x). Volgens gebruik nogtans, welk ook, èenigszins, door laatere Keuren, be- Veftigd is, wordt iemant, hier ter Stede, ge- rekend Contant te betaalen, die zes weeken na den verkoopdag betaalt. Iemant, eenige goederen om Contant geld verkogt hebben- de , en daarvan niet betaald geworden zyn- de, mag dezelven, volgens een beftendig ge- bruik hier ter Stede, wederom eifchen, al warenze fchoon in de derde of vierde hand geraakt; en al kon de derde of vierde be- zitter bewyzen, dat hyze, ter goeder trou- we , gekogt, en deugdelyk betaald hadt (*). Doch by eene Keure van den een en dertig- ften January des jaars 1658, is verftaan, dat zulken, die, goederen om contant verkogt hebbende, en daarvan, in zes weeken, niet betaald geworden zynde, de koopers, op den eerften Regtdag daarna, in regte zullen moeten betrekken , of anderszins van het regt om hunne goederen te hereifchen ver- ftee-
...... !.■ , y^
i j ■' ■■■ .... . • ■,-,
, 'j (t) Handr. bl. jzo.
(tj Haiidv. */. joz, i<>ii$*u Zitttk,Vervolg<frrHaßdr,
hl. 21. |
|||||
1
|
|||||
IBoEK. Voorregten en Keuren. 85
fteeken zyn (u). By eene Keure van dencousTU-
tienden February des jaars 1682, is nader*™« of verklaard, dat de Verkoopers de Koopers^OON" om Contant, binnen de zes eerftvolgende da- gen na de zes weeken, tegen den eerflen daar op volgenden Regtdag, zullen moeten dagvaarden, zo zy hun regt van reclame of hereifching niet verliezen willen (1;). Doch de verkoopers zyn, ten dien einde, volgens dezelfde Keure en eene laatere van den agt- tienden September des jaars 1697, ook ge- houden , de betaaling binnen de zes weeken te doen vraagen; in de plaatfe waarvan, ook .een arrefl op de verkogte goederen, of op een gedeelte derzelven, volflaan kan (wj. Voor 't overige, worden de Verkoopingen met eenige maanden rabat, hier ter Stede, aangemerkt, als verkoopingen om contant (.r). Doch goederen, door eenen Commiflionaris verkogt, 't zy hy daartoe lad gehad hebbe. of niet, mogen, volgens een beftendig ge- bruik alhier, door den Principaal, niet gere' clameerd worden (y). XIII. Qp het openbaar verkoopen van vafte r3, qp de
goederen, Schepen, Koopmanfchappen en In-Verkoo • boedel, hebben ook verfcheiden' gebruiken Pinse van plaats, welker meeften, by verfcheiden' Keu- v^L, ren, beveftigd zyn. Volgens het XXVIII. ren. Articul der Ordonnantie op de Secretarye vanden jaare 1655, m°gc men n^et meer dan
|
||||||||
1
|
||||||||
(«) Handy, bl. yoj.
(v) Handv. bl.. 503. (w) Handv. bl. yo+. (*) Handv. bl. 50+. {j) Handv. bl. 505, |
||||||||
F3
|
||||||||
8V AMSTERDAMS V;I)EEt;
Coustu- dan twintig Huizen of Erven, op éénen dag,
mên »f aanflaan (2): 't welk, met het aanwaiTen der Gewoon..gtad, nu al tot vyfen twintig geklommen is. lh alle openbaare verkoopingen van huizen en erven binnen de Vryheid, moet, behalve den Secretaris en Afflaager , een Onder- Schout met zjrne Dienaars tegenwoordig zyn. Vrouwen, minderjaarigen of kinderen mo- gen , in zulkeVeilingen, niet mynen. En ieder kooper is verpligt, borg te Hellen, ten ge- Scboapen, noegen van den verkooper, , Zo hy 't niet doen kan, wordt hy, voor de eerde reize, twee, voor de tweede reize, drie maanden * ■ ■ ' , ,1,- *
ifl 't Rasphuis gezet; en voor de derde rei-
ze, daarenboven , binnens kamers gegees- feld (a). Men is' gewoon, zulke onvermo- gende koopers, hier ter Stede, Schaapen te noemen. En zy worden, zo dra hun onver- mogen blykt, door de aanfchouwers, uitge- jouwd en nageblaat. Veele gemeene luiden plagten, al van ouds, werk te maaken, om, zo wel op Willige Verkoopingen, als op Ver- koopingen by Executie, te bieden boven hun |
|||||||||
.*, ,.
|
|||||||||
vermogen, enkelyk op dat hun dé pluk- of
phkpenmngen, die aan den meeftbiedénde toe- geweezen worden, ten deel mogten vallen; en op hoop, dat hun de huizen, die, ge- meenlyk, boven de gebooden fomme, nog een of meer duizenden guldens in fiag wor- den gelegd, mogten worden afgemynd. En Br e derode heeft 'er al op gezien, als hy, in den Spaanfihen Brabander {Act. III. Sc. IL), ee-
(x) Groot-Memor. N. IV. ƒ, -jj,
(4) fiandv. bt, jos-jio. |
|||||||||
".Ui
|
||||||||||||||||||||||||||||||
*^
|
||||||||||||||||||||||||||||||
I.Boek. Voorregten en Keuren. %y
eenen ouden Amfterdamfchen Praater doet Coustü-
zeggen: men «/ Gfwoon«
Dat kleyne Mannetje, dat op d'execucy loopt,
En de plockjes haalt op d'Erfgoet 'dat men ver- koopt , Bleef gifleravont an een groot buys banghen. Het Rantfoen of de wynkoop van de huizen Rantßen}
en erven, die, by openbaare Opveiling, vry- williglyk of in executie, verkogt worden, wordt, voor 'c gelag, genooten by den Kas- telein, ten wiens huize, de verkooping ge* fchiedt; en gedraagen, voor de helft door den verkoóper, en voor de wederhelft door den kooper. Het is, op den vyftienden Ja- nuary des jaars 1685, bepaald naar de groot- te van den koopprys, zynde het rantfoen van een Perceel van 600 guldens, en daar onder, 6 halve Ryksd. /
|
||||||||||||||||||||||||||||||
8
|
||||||||||||||||||||||||||||||
1200
|
||||||||||||||||||||||||||||||
' 1
|
||||||||||||||||||||||||||||||
1800
2400
3000
5000
6000
12000 |
||||||||||||||||||||||||||||||
16
20
24
.30 36
|
||||||||||||||||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
I 1
|
||||||||||||||||||||||||||||||
18000
24000 30000 36000 |
■40
■
■ ----------'----------50
en daar boven, 60
|
|||||||||||||||||||||||||||||
(b).
|
||||||||||||||||||||||||||||||
De Brieven van quytfcheldinge van verkog-
te huizen moeten, voor Schepenen, verlee- dea
(ij Kemb, Q; ƒ. 77 verft.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
; ±.
|
||||||||||||||||||||||||||||||
t
|
|||||
m AMSTERDAMS V.-D«£;
Coustu- den worden, op den eerften termyndervol«
MEN of doeninge (c). Gewoon- xiV. De openbaare verkoopingen van
Schepen en Scheepsparten gefchieden, van Schepen ^en veertienden Maart tot den een en twin- ' tigften September, des avonds ten zes uu- ren, en op andere tyden van't jaar, met het ophouden van de boomklok. By zulke ver- koopingen , en ook by openbaare verkoopin- gen van koopmanfchappen, moet, behalve den Afflaager of Vendumeefter, ook een Se- cretaris , of gezwooren Klerk in deszelfs plaatfe, tegenwoordig zyn. De Transporten of Opdragten van Schepen en Scheepsparten mogen, na 't betaalen van den veertigften penning ten behoeve van 't Land, welk ter Secretarye gefchiedt, voor Notaris en ge- tuigen , gedaan worden (d). 15. Van XV. De veiling van Koopmanfchappen in Koop- 't openbaar is, by verfcheiden' Keuren, ge- 5?:"1* regeld. Van geweeven' Stoffen, hoe §e- pen Pen -naamd, mogen geene openbaare verkoopin- inboe- gen worden aangelegd, dan wanneer dezel- dels. ven komen uit Sterfhuizen; of uit boedels, die aan de Schuldeifchers vervallen zyn; of wanneer zy befchadïgd of onverkogt te rug zyn gekomen; of wanneer de Maatfchappy van handel in dezelven gefcheiden wordt; of wanneer de verkooper zelf den handel vaa- ren laat; of wanneer de waaren beleend zyn; of, eindelyk, wanneer zy hier niet gemaakt worden. Van zyden- en halfzyden - ftoffen mogen niet minder dan twee; van wollen- ftof-
(c) Hand*. II. cjy.
(d) Handy, bl. 510 5", 5J<#
|
|||||
1
|
|||||||
IBoEK. VoorreGten en Keuren. 8?
floffen, niet minder dan drie; doch van Baai- Coustu-
jen, Karfaaijen "en Flenellen , niet minder men o/ dan vier ftukken te gelyk geveild worden. ^woow* Van Linten, Kanten, Kraamery enz. moet TEN* ' ten minfte voor v.yfcig guldens te gelyk wor- den geveild. De Knegt van 't Groot-Kraa- mers-Gildeen van de Hoofdmannen derLa- kenneeringe is bevoegd verklaard, om hier- op agt te geeven, en ten dien einde, de o- penbaare verkoopingen van deeze foort van waaren, zo wel by avond als by dage, by- te woonen (e). Ooflindifche floffen mo- gen , insgelyks, niet openlyk geveild wor- den, dan by bekwaame koopen, naar de waar- de der floffen gefchikt, ten ware dezelven kwamen uit flerf huizen; of uit boedels, die aan de Schuldeifchers vervallen waren; of van Perfoonen, die uit den handel wilden fcheiden (ƒ). De grootheid van ieder Ka- veling Thee , in openbaare veilingen , is ook, by eene Keure van den een en dertig- flen January des jaars 1749, bepaald (g). De Verkoopingen van Wynen en Brande- wynen, van welken, dikwils, verfcheiden' op eenen tyd worden aangeilaagen, gefchieden by lootinge. 't Getal der Fuflen van elke koop is ook geregeld. En deeze verkoopin- gen beginnen altoos ten zes uuren des avonds, en zyn, federt het jaar 1700, beflendiglyk, ge- houden in de Herberg de Keizers Kroon, in de Kalverflraat (h). De openbaare verkoopin- gen (e) Handv. bl. 514. Keurb. U. ƒ. 41.
(f) Handv. bl. jij.
\g) Vervolg der Handv. bl. 22.
(nj Handv. bl. $16. F 5
|
|||||||
1 1
|
|||||||
/
|
|||||||
00 AMSTERDAMS V.Deil/
CoiTSTu. gen der meefte Houtwaaren moeten, volgens
n£w of de Keuren, van den eerden O&ober tot den ^'00N"eerften Maart, 's nademiddags ten twee, en van den eerften Maart tot den eerften 06to- ber, ten drie uuren beginnen (f), 't Papier moet ook niet, dan by zeker getal van rie- men te gelyk, van de gemeene foorten niet minder dan vyftig, in 't openbaar, verkogt worden, uitgezonderd uit Sterfhuizen; by fcheiding van den handel, of by Executie (£). Doch van nieuwe Spiegels, Spiegelglazen of Spiegelblakers, mogen geene openbaare ver* koopingen worden aangelegd, dan uit Sterf- huizen of infohente boedels (/)• Huisraad mag , zo min als Koopmanfchap , aan de meeftbiedenden geveild worden, zonder dat 'er een Afüaager en Klerk der Secretarye te- genwoordig is. Ook moet het Huisraad en de Inboedel, vooraf, door eene der Stads Schatfters, gewaardeerd worden. Doch de waardeering van Juweelen gefchiedt door den Stads Vïfitateur (?«). De gefchillen over 't mynen, in openbaare Veilingen vallende, worden, door den Secretaris, of door den Klerk, in zyne plaatfe, en door den Afflaa- ger, afgedaan (w). Burgemeefteren hebben, op den drie en twintigften December des jaars 1763, verklaard, dat koopen, van wel- ken een Makelaar, die, als verkooper voor zyn' Meefter, in 't Biljet ftaat, zig als Koo- per opgeeft, voor verkogt gehouden zullen wor-
(i) Handv. bl. 517.
({) Handv. bl. J17.
(I) Handv. fc/. 518.
(m) Handv. bl. $ii,sip»iio.
(»J ROOSOOOM, C*p, XXXVIII. bl. I$j,
|
||||
I.BOEK. VoORREGTEN EN K EUR EN. 91
worden, ten ware hy, uiterlyk ten volgen- Coustu,
den voormiddage, voor twaalf uuren, op zyn men of Makelaars-eed, ter Secretarye,kwame ver- Gfiwo0»- klaaren, dat die Koopen niet door hem ge-T£W' kogt, maar voor den Verkooper opgehou- den waren. Ook zyn de Makelaars verpligt, den beloop der verkogte goederen, opreg- telyk, aan de Afüaagers of Vendumeefters op te geeven (o). XVI Tot hiertoe, in de vier ïaatfte Af- iö.Loos-
deelingen, alieehlyk gefproken hebbende van Panden Verjcoopmgen uit de hand, en van openbaa- SjjJjjjjjJJ*5 re vrywillige Verkoopingen , ftaat ons nu nóg te handelen van de Verkoopingen by Executie, en 't gene daaromtrent gebruike- lyk is. Doch alzo, voor de Executie, al- toos Panding gaat, behalven in gevallen van parate Executie, en in eenige anderen, hier- na te melden; en deeze Panding, hier ter Stede, zeer plegtiglyk gefchiedt, zal 't noo- dig zyn, eerft, de wyze van Panding, af- zonderlyk, te befchryven. Panden is,eenen Schuldeifcher,van'sGe-
regts wege, in ftaat ftellen, om zyn agter- wezen te vinden, uit de roerende of onroe- rende goederen van den Schuldenaar ; op welken hy, als op eene foort van Pand voor de gemaakte fchuld, door den Concberge of Pander, gelyk hy van ouds genoemd werdt, de hand doet leggen, om dezelven, vervol- gens , in 's Heeren Executie, te doen ver- koopen. De gewoonte van te panden is, waarfchynlyk, al zeer oud hier ter Stede, en
(#) Groot-Memer, N. XII. f. 91,
|
||||
9* AMSTERDAMS V.Deez;
Coustu- en heeft, ongetwyfeld,in de veertiende eei*-
km of we y plaats gehad. De Schout krygt, reeds Gewoon-jn eene Handveft van Hertoge Albrecht van den zes en twintigften Juny des jaars 1401, magt om pande te gbeven van der Stede Ex- cynzen, ten allen tyde, als hy daartoe van de Raaden vermaand wordt (ƒ>). Doch by eene Handveft van Hertog Willem, zynen Zoon, van den vierden November des jaars 1411, fchynt, voor 't eerft, bevolen te zyn, dat de Schout, om de veertien dagen, eerfle fände, waarvoor men nu Loospand zegt, en om de tien weeken, eygben pande zou heb- ben te geeven van alle fchulden en andere verplechten, waarvan Schepenen - brieven of Schepenen-KennnTen waren. Doch van Zee- vaerdigben goeden, Erfcuflinge, Huysbuyre, ende Landhuyre, moeft hy eerfle ende cyghen pande geeven, tot allen vyf Dwersnachten, dat is, om de vyf etmaalen (8) , den gewen, die
(p) Handv. hl. tJ4«
* (8) 't Is bekend, en, onder anderen, door S. A.
Gabbema {Verbaal van Leeuwaarden,bl. 38.) bewee- zen. dat men, van ouds, hier te Lande , den tyd, niet by dagen, maar by nagten, plagt te rekenen, zo dat men twaalf, veertien, twintig, een en twintig, dertig nag- ten plagten te zeggen, daar men nu zo veele dagen zegt. De befchry ving der Zeeuwfche Steden ter Dag- vaart , tegen den volgenden dag, wordt, zelfs nog te- genwoordig , in Zeeland, eene ovemagtfcbe weete ge- naamd. Dwersnagt betekende dan etmaal, om dat, in een etmaal, de nagt dwers tuflchen twee dagen in- fch'iet. In zekere Friefche O vereen komft van den ■ jaare 1477 (by Gabbema ah boven bl. 81.) teelt men van iet, dwsts over nagt, dat is, op den naaftvolgen- den dag, of binnen 't etmaal, te beregten. En in de oudfte Keuren van Amfterdam zelven, QKeurb.A.f. 5 Ter-
|
||||
LBOEK. VoORREGTEN EN KEUREN. 93
die des begeerden: en nioefl men de goede- Coustu«
ren, die geëigenpand waren, zig, binnen *^N °f de eerfte agt dagen na de Eigenpanding, toe- T ™°S" eigéneri, nae recht ende coflume der Stede. Ook waren Schout en Schepenen, tot deeze Panding, zo zeer verbonden, dat zy, op verbeurte van lyf en goed, geen regt fpree- ken mogten, voor dat dezelve, op de voor- verhaalde wyze, gefchied ware (#). En dit 's ook de reden, waarom de Panding, groo- tendeels met de aloude plegtigheden , tot heden toe, onderhouden wordt, en altoos de opening der Vierfchaare voorgaat. Volgens de aloude Keuren, gegrond op
de Handvefte des jaars 1411, plagt, om 's Heeren renten , om 'is Heeren boeten, om Stads Excynzen, ten lafte van de Huurders, om halslosfinghe, erfcufiingbe (9), huyshuy- re,
iq) Handv. bl. ui,
5verfo. Verg. Handv. bl. 583.) worden deeze woor-
den gevonden : zo zoudet een dwersnaebt overflaen, dat is, des anderen dagbes voir middacb. ' Zie ook Polit. Regeering van den Briel , bl. 253, Agter de Handveflen van Monikendam (bl. 40.) leeft men kwa- lyk , voor dwersnaebt, diversnaebt. , (9) Erfcufiingbe betekent eene geregtelyke ver-
bindtenis tot voldoening van een gekogt erf s voor welke, dit erf verbonden is: nog tegenwoordig, eeii Kufting en Kuftingbrief genaamd. Halsloßngbe is het Zoengeld, welk, van ouds, aan de maagen van ee- nen hedergeflaagen, plagt betaald te worden; door welke betaaling , de bals van den doodflaager, die verbeurd was , geioft werdt. Men leert dit uit de Politike Regeer ing van den Briel van Jan Matthys- zen, bl. 340, in deeze woorden : Ende dair tenden fal die Rechter mit reebt ende vonnes des onwilligen maecbs goet vercopen , alfo lange als 't dair is , ende leveren ben dat voir die mtecbßen. Ende gebrek dair •n,
|
||||
94 AMSTERDAMS V.Deel.
CoüsTü- re-> tontbuyre ende diergelycke-, terflondnaden
um of betaaldag 4 %ten allen tyde, geloospand, en, Güwoon Vyf dwersnachten of *etmaaleh daarna , ge- T£N. ëigenpand te worden. Maar om alle andere zaaken, werdt, om de veertien dagen, vier- maalen agtereen, geloospand, en om de tien weeken, geè'igenpand (r). Doch tegenwoor- dig , en federt meer dan eene eeuwe, geeft de Schout maar zeftien Loospanden en vier Eigenpanden in 't jaar uit, dat is, vier Loos- panden en één Ëigenpand in 't vierdendeel jaars, en dat, wegens allerlei zaaken, zon- der onderfcheid. De tyd deezer Loos- en Eigenpanden wordt, naar de tufTchenval- lende Vacantien, van ouds beloken, of befloo- ten tyden genaamd (j) , om dat de Regtban- ken dan geflooten waren, door de Procureurs, of door den Secretaris van Schepenen, met kennis van 't Geregt, geregeld, en gefield in zekere gedrukte Memorie, die, in Sche- pens - Kamer, ter Secretarye, en elders, op- gehangen, en in de Heeren- Almanachen ge- plaatffc wordt. En deezë Memorie wordt, jaarlyks, eenigen tyd voor de verandering der Regeeringe, vernieuwd. Men noemt de vier eerfte Panden van ie-
der vierdendeel-jaars Loospanden, om dat de Schuldeifcher, door dezelven, nog geen ei^- gendom verkrygt aan 't goed van den ge- pand-
(r) Keurb. A. f. 6 wfi. Handv. bl. jfij. ,
(j) Keurb. A. ƒ. 6 ferfo.
an, men fal cracbt wyfen an ßnen live: ende dat en
tnacb niemant kerm mit recht , want die fiult behoift betaelt te wejen voir alle ander fcult, want 'et hals- LOSSIKGE iS. 1
|
||||
IxBoEK. Voorregten en Keuren. 95
pandden, die dus, gelyk als om de loos ofCousnr-
leuze, gepand wordt. De vyfde panding van men of ieder vierdendeel-jaars heet Eigenpand, om Gewoon» dat den Schuldeifcher, daardoor, de eigen-TEN* dom aan 't goed des gepandden, ten beloo- pe van zynen geregtelyken eifch , toege- weezen wordt : waarna de gepandde, een . • en andermaal, door een' Geregtsbode, ver-
maand zynde, om binnen vier en twintig uuren te voldoen, en daarvan in gebreke zynde gebleeven, gedoogen moet, dat de Concherge, na 't opmaaken van den Schat- brief, des gepandden goed in arrefl of be- flag neemt; waarna het .,by Executie, ver- kogt wordt. De verfcheiden' Pandingen können, be-
kwaamlyk, worden aangemerkt, als termy- nen van uitftel van betaalinge, die aan den Schuldenaar worden verleend, terwylhy, by herhaalinge, door 't Geregt en door een' roe- draagende Bode, die hem, telkens, van de Pandinge kennis geeft, gewaarfchuwd wordt, om voor 't voldoen zyner Schuld te zorgen. Totvhet doen deezer waarfchuwinge, plagc het Geregt, in de oudfte tyden, de Stad, toen zy, ooft- en weftwaards, binnen de twee Voorburgwallen, en noord- en zuid« waards, tuflehen de Nieuwe en Lange Brug* gen, beflooten was, van het een tot het an- der einde, heen en weder, door te gaan, ongetwyfeld, om dus de gepandden, gelyk als voor hunne deur, te waarfchuwen; zo als, in Waterland, de weet aan den gepand- den gefchieden moeit., in zyn tegbenwoordic- beyt,
|
||||
9<5 AMSTERDAMS V.Deec
Coustü- heyt, off voor zyn voor door (f), f De geweldige
men of uitbreiding der Stad, in laatere tyden, heeft rm°°N'^et doorwandelen derzelve, in den tyd tot de Panding gefchikt, onmogelyk gemaakt. Het Geregt blyft, derhalve, in dit opzigt, nog by de aloude gewoonte, en doorwan- delt, by 't panden, het binnenfte gedeelte der oude Stad, tuflchen de Nieuwe en Lan- ge Bruggen. Zie hier, in welker voege: Op de drie eerfte Loospanden van 't eer-
fie vierdendeel jaars , welker eerfte, ge- meenlyk, valt op den eerden Maandag na de verandering der Regeeringe, treedt de Schout,'van eenigen zyner dienaars voor- gegaan en gevolgd, en van twee Schepenen en eenen Secretaris verzeld , op het uur, door den Schout beraamd, doch altoos tus- fchen negen en twee uuren, ten Stadhuize af, tot op den Dam, voor de Vierfchaar, of eigenlyk,tot op het Plein, met kleine ftee- nen belegd. Een roedraagende Bode, voor uit getreden, plaatfl zig, op zekeren afftand, met het aangezigt gekeerd naar de Heeren, en roept, met luider ftemme: Myn Heer de Schout geeft zyn eerfie, of tweede, of derde Loospand uit van allerlei zaaken. Ieder wagte %ig voorfchade* De Schout,de twee Sche- penen ende Secretaris gaan, hierop, naafl eikanderen, den Nieuwendyk op, de Rams- kooi door, de Texelfche kaai langs, de Nieu- we Brug over, de Warmoesftraat en Nes door: voorts, door de Lange-brugs-fteeg, over
(t) Handv. van Monikend. en Waterl, hl, 40, Verg. Folit,
Regecring van den Biiel, bl. zyu |
||||
LBOEK. VoORREGtEN JLÜ KEUREN, 'ft
over de Lange-brug, door deTakfteeg en Kal- cousttf.
verftraat,tot wederom voor't Stadhuis.En hier men of vermaant de Schout aan Schepenen het von- Gew°on- nis, van 's Heeren wege, of deeze eerfte, T£N' tweede, of derde Loospand niet gegeven zy, naar de oude Couftumen en Privilegien deezer Stede. Den oudften der twee Schepenen het vonnis, in gevolge der vermaaninge van den Schout, hebbende uitgefproken, wordt den Secretaris door dën Schout gelaft, daarvan aantekening te houden: 't welk, in het Pan- ding - Boek, ter Secretarye, gefchiedt. De drie eerfte Loospanden der drie volgende vierdendeelen jaars worden , op dezelfde wyze, uitgegeven. Doch de vierde Loospand, ook de groot e Loospand genaamd, wordt, teK kens, na de drie eerfte Loospanden, in vier deelen verdeeld, en uitgegeven op Maan- dag, Dingsdag , Woensdag en Donderdag* 's Maandags, gaat de Schout, als vooren ver- zeld, van voor de Vierfchaar, tot voor de plaats, daar de Kaak opgeregt wordt, of ten einde het midden-uitftek van'c Stadhuis, waar, voormaals, de Vogelfteeg plagt te loopen* 's Dingsdags, gaan dezelfde Heeren eenige treden verder, tot aan 't begin van den Nieu- wendyk , waaromtrent , voor deezeri, de Wyde-Kerks-fteeg plagt te zyn. 's Woens- dags , treeden zy, den Nieuwendyk op, de Ramskooi door, de Texelfche kaai langs, de Nieuwe Brug over, en door de Warmoes- ftraat; ftilhoudende, tuflchen de Py 1- en Hal- fteeg , regt voor den Vygen- of Middel- dam , op welks hoek , aan dé Warmoes- ftraat, een Huis plagt te ftaan, Ruitenburg X. Stuk. G g,e- |
||||
98 AMSTERDAMS V.Deee;
Coustü- genaamd (i), waarfchynlyk, naar het ge-
MEN of flagt van Ruitenburg, uit welk, Willem van G™00N"Ruitenburg, hier ter Stede, in 't jaar 1639, tot Raad, en in 't jaar 1641, tot Schepen, verkooren is. 's Donderdags, gaan de Hee- ren, van voor den Middeldam, door de Nes en Langebrug - fteeg, langs de Kalverflraat, tot voor 't Stadhuis of de Vierfchaar. By de drie eerfte verdeelingen, terwyl de Hee- ren , voor de Vierfchaar; voor de plaats der Kaak; en aan 't begin van den Nieuwendyk, ftaan, roept de Bode de groote Loospand uit, op de voorgemelde wyze, Myn Heer de Schout geeft zyn groote Loospand uit van allerlei zaaken. Ieder wagte zig voor Jcbade% doch houdt dezelve op, op bevel van den Schout,wanneer de Heeren, op den eerften dag, tot voor de plaats der Kaak; op den tweeden, tot voor aan op den Nieuwendyk, en op den derden, tot voor den Middeldam gekomen zyn, tot den volgenden dag, ten agt uuren, fchoon de Heeren, gemeenlyk, laater afgaan: roepende, Myn Heer de Schout houdt zyn groote Loospand op, tot morgen ten agt uuren. Doch op den vierden dag, ver- maant de Schout het vonnis voor de Vier- fchaar: 't welk, vervolgens, door denoud- ftea der Schepenen , uitgeiproken wordt. Op
(1) De juifte plaats van dit Huis is my bekend ge-
worden, uit een Regifter der inkomften en laften van 't Paulus-Broeders-Kloofter van den jaare 1571, welk, op 't S. Joris-Hof, bewaard wordt, en waar- in ik Ieeze van Jan micbielsz. crudeniers buys Ruy- tenborch genoemjit, bet boeckbuys aen den middeldam aen de Straet, |
||||
- V' ï
\ "■ 'I ■
LBOEK.VOORREGTEN ENKeüREN. 99
Op de vierde of groote Loospand, volgt de CousTÜÄ
Eigenpand, die nog plegtiger toegaat. Des ME^ 0f Zondags, voor den middag, als, den volgen- Gewoon- den Maandag, Eigenpand zyn zal, wordt,TEW« in de oude en nieuwe Kerken, na de preeke, en terftond op 't uitfpreeken van den zegen, door eenen roedraagende Bode , die regt voor 't Choor ftaat, uitgeroepen, dat myn Heer de Schout, den volgenden Maandag, zyn Eigenpand zal uitgeeven van allerlei za*?* ken; en elk vermaand, zig voor fchade te wagten. Voorts, worden alle de Schepene©; tegen 's Maandags, op zeker uur, voormaals, op den Dam, binnen de ketenen, doch ïiu, in hunne Kamer, op 't Stadhuis, ontbooden» om , benevens eenen xler Burgemeefteren van Stads wege, de Eigenpand uit te gee- ven. De President-Burgemeefter woont, gemeenlyk, de Eigenpanding by. En kort na dat hy, ter beftemder uure, in Burge- meefters-Kamergekomen is, laat hy Schout en Schepenen, door een' Bode, vraa- gen, of zy gereed zyn tot het doen der Eigenpange. Schout en Schepenen , van eenen Secretaris verzeld , treeden hier op uit hunne Kamer en ten Stadhuize af, tot voor de Vierfchaar. De Burgerneefter , van twee Ruiterwagts voorgegaan , volgt hen. Zes roedraagende Boden voegen zig voor de Heeren. Een derzelven roept de Eigenpanding uit: waarna de Heeren, aan paaren , voortgaan : de Schout en de Bur- gerneefter in 't eerfte paar , en de Sche- penen vervolgens, naar hunnen rang. De Secretaris gaat, ter linker hand van den G 2 . jong-
|
||||
ioo AMSTERDAMS V.Deë!;
Coustu- jongden Schepen. De Eigenpanding wordt,
men of even ais de groote Loospanding, in vier dee-1 Gehoon-]en gefcheiden* en, de drie eerfte reizen, op dezelfde plaatfen , opgehouden. Doch terwyl de Heeren voortgaan , wordt den: Schout, door éénen zyner Dienaaren, de roede van Juftitie boven 't hoofd ge- gehouden ; die, zo dra de Eigenpanding opgefchort is, weggenomen wordt; en, den Volgenden dag, ook niet boven 't hoofd van den Schout wordt gehouden, voordat de Heeren gekomen zyn op de Plaats, daar de Eigenpanding, den voorgaanden dag, op- gefchort is. Maar, in de derde verdeeling, voor den Nieuwendyk,, leezen de Procu- reurs de naamen op van zuïken, die zy ge- pand hebben; en deezen mogen dan de pan- ding , door eenen,Procureur, doenfibutten, of anders, ózPanding beboven,ge\yk het genoemd wordt; waarvan, terftond, nader. Op de vierde verdeeling, wordt, even als van de groote Loospandinge gezeid is, het vonnis van de Eigenpanding vermaand, en by denPrefident- Schepen uitgefproken. Wanneer de jaarlyk- fche Bededag in de groote Loospanding, of in de Eigenpanding valt, wordt dezelve, fom- tyds, éénen dag verfchooven, en van deeze verfchuiving, in 't uitfpreeken van 't vonnis, gewag gemaakt (w). . De Heeren Schout en Schepenen zyn gehouden, ter beftemder uure, voormaals op den Dam, en nu in Schepens- Kamer, te verfchynen, tot het doen der Ei. genpandinge , of verbeuren , zo zy, na 't flaan der Stadhuisklok, komen, eene maal- tyd,
(»> Ceremonieb. ƒ. s<H ** m*rgmu
* ■ ..
; :■*■'•■ ■ ■ (
|
|||||||
■ , • .". ■
|
|||||||
i
|
|||||||
■*
|
|||||||
Iï BoEK.VoORREGTEN EnKeUREN. lol
tyd, de groote Pofl genaamd, aan myne Hee- cöustu-
ren van den Geregte (t)). De plegtigheid men of van Loos- en Eigenpanding, die, doorgaands, Gewoön: moet voorgaan, eêr eenigé Schepenen-von- nifTen , waarby een Burger of Inwöoner, tot betaaling van zekere ibmme, verwee- zen is, ter uitvoeringe worden gelegd,be- hoeft eg ter niet in agt genomen te worden, in gevallen , waarin parate Executie plaats heeft * noch, wanneer de fchuld niet bo- ven de twaalf guldens beloopt; ook niet, omtrent vreemdelingen ; noch zelfs om- trent Poorters j die, by uïtfpraak van Sche- penen, na dat partyen zig aib dezelven on- derworpen hébben , tot het uïtkeeren vart zekere penningen zyn verweezen; of die \ tot het namptifeeren of' cohfigneerenvm eenï- ge penningen zyn veroordeeld; of die, goe- deren om contant gekogt hebbende, in ge- breke blyven van dezelven te betaalen; of die, ten tyde van hetwyzen van het Von- nis ten hunnen lafte, mfohent waren, of na- derhand infolvent werden (u*), of, einde- lyk, die, gelyk gemeenlyk in de Schepe- nen -KennnTen, eli ook wel voor den Regtér gefchiedt,' van het voorrègt om eerft ge- loospand en geëigenpand te moeten wor; den, hebben afgeftaan. Alle deezen, al zynzë Poorters, mogen, zonder panding, geëxe- cuteerd worden. De Aften van Pandinge wor- den, ter Secretarye, te boek gefield, in het reeds
(i/) Cetemonifeb. ƒ. $t.
(w) Zie Handv.R 6%$. Rooseboom Reciieil Caf>. XXXI.
G3 ,
|
||||
102 AMSTERDAMS V.Defx,
Cöustu. reeds gemelde Regifter,, het Panding - boek
men of genaamd. Het oudfte, welk tegenwoordig ^9m" voorhanden is, begint, in 't jaar 1540. Zo dikwils iemant gepand wordt, moet
hem, daarvan, door een' Bode, kennis gege- ven worden. En ftaat hem dan vry, de pandt tefihutten, dat is, den voortgang der Pan- dinge te beletten :; in welk geval, hy ver- pligt is, de Pandfchuttmgt'of door den Se- cretaris , of ter Secretarye, te doen aante-, kenen, en vervolgens, binnen veertien da- gen , of, zo de Panding gefchied is, uit hoof- de van een vonnis van Schepenen, of van Commiffariflen der Afmrantie-Kamer ender Kamer van kleine Zaaken, binnen drie da- fen daarna , den genen, die hem gepand
eeft, te doen dagvaarden, om reden van de Pandfchuttinge te hooren. De Pander mag den Pandfchutter , nog binnen de veertien dagen, doen roepen * om reden van de Pand- fchuttinge te geeven. Doch zo de Pandfchut- ter, noch voor, nochop't verloop der veer- tien dagen, verfchynt, worit de Panding verklaard, wel gefchied, en kwalyk gefchuc te zyn (x). Iemant , geëigenpand zynde, mag ook ter Secretarye verfehynen , om panding te belooven , gelyk het genoemd wordt, dat is, zynen Schuldeifch^r voldoe- ning toe te zeggen; en verkrygt dan zes wee- gen, de week der Pandinge daaronder be- greepen, uitftel van Executie. Alleenlyk, •wordt, in de laatfte Eigenpanding van 't jaar, die op Koppertjes-Maandag aanvangt» flegts
. (x) Handv. bl. $6U Ro^eeckjm Cap, XXXIII. bl. n % es«,
|
||||
\
|
|||||||||||||
IBOEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 103
flegts agt dagen uitftel van Executie toege- Coustu-
ftaan (y). Doch zo de gepandde, na dat de men of |
|||||||||||||
tyd van 't verkreegen uitftel verloopen is,
|
TEN.
|
ON*
|
|||||||||||
nog in gebreke blyft van te voldoen, dein
heeft, na gedaane Sommatie en Renovatie, die ook door een' Bode gefchiedt, d&Exe- cutie voortgang. Op welk eene wyze, de- zelve, hier ter Stede, gedaan worde, zul- len wy nu, kortelyk, ontvouwen. XVII. Executie gefchiedt hier, op vierder- *7. Vkr-
lei wyze, of, by gevangenis, of by gyzeling, *jjj| van of by pandhaaling, of by verkooping van goe~ Executie, deren. Men neemt iemants perfoon , metbygevan. hulp van 's Heeren dienaars , in hegtenis, genis. wanneer hy,of geene, of geene genoegzaa- me goederen heeft, of wanneer men dezel- ven niet weet te bekomen. In zulk een ge- val , brengt men den geëxecuteerde in 's Heeren (lote, daar hy, op zyne eigene kos- ten , onderhouden wordt, uitgenomen, dat de gene, die hem heeft doen zetten, den Cipier, tot twaalf Huivers 's daags, voor koft en drank, moet inftaan: 't welk, van ouds, te water en te brood zetten genoemd werdt» Item, leeft men, in eene der oudfte Keuren, den ghenen, die men eygbent [eigenpandt] voor Jcoude [fchuld], dien zalmen gbeuen wa- ter ende broet, ende fyn veile niet te quetfene. . Ende hy /al leggben int sheeren Slote,ende dat mater ende broet zal vut gbeuen die ghene, die èe eygbeninghe begheert (z). 't Regt om on- ver- (y) Rooseboom Recueil C*p. XXXII. hl. 157. $, 1$.
êp den J^anr. {%) Keiub. A. f. 6 vtrfe. Handv. hl. jfj, G 4
|
|||||||||||||
i©4 AMSTERDAMS V.Deei,
.Coustu- vermogende fchuldenaars vafl te zetten, toe
men of dat zy zekerheid of voldoening können gee ■ tw°QN~ ven*van oac*s> ^teenr^êt genaamd, is. by een
byzonder Oclroi van Koning Filips den I. van den agtften December des jaars 1505, aan de Stad verleend geworden (a). De Exe- hygyze- cude by gyz,elingegefchiedt, wanneer iemant Jlnge. yeroordeeid is, niet om zekere penningen te betaalen; maar om zekere daad te doen; ,T gelyk is, iet af te breeken, iet te tekenen, eenige papieren over te leveren, en dierge-
Jyken, De Concherge belaftzo iemant, op bevel van 't Geregt, gyzeling te houden, in zekere herberge, alwaar hy, 's middags en 's avonds, de maaltyd houden, en vervolgens, vernagten moet. Doch zo hy geene gyze- ling houdt, of in twee of drie weeken gee- ne poogingen aanwendt, om aan het vonnis te voldoen, mag men hem, in de Boeijen deezer Stede, doen overbrengen , en daar doen handelen, even als, te vooren, van zul- ken, die by apprehenfie geëxecuteerd wor- hypand- ^jeI1} gezeid is. By pandhaalinge, executeert Iwahng. men a]|een tot eene foirjme van twaalf gul- dens toe, de waarde van weJkefomme,door 's Heeren dienaars, aan goed, uit het huis van den geëxecuteerde, gehaald , en den by ver- Jmpetraty van Executie geleverd wordt. De van Pgoe-° Executie by verkoopinge van goederen ge- dereq fchiedt, uit kragte van Schepenen - brieven pf Schepenen- of Commüfarüfen - vonniflen, meer dan twaalf guldens beloopende. Voor- af wordt, hiertoe, een Schatbrief terSecre- tarye opgemaakt, en door deri Schout m twee>
{*) Handv. bt. 1^,
|
||||
"
|
||||||||||||||||||
T »> ITT 'Tl ' '
I.BOEK.VOORREGTEN ENKeüREN. 10^
twee Schepenen bezegeld: waarna dezelve Comrv-
den Concherge-in handen gefteld wordt, die mén of den geëxecuteerde aanwyzing afvordert van Gewoow» genoegzaame goederen, tot voldoening van Tm' het vonnis, en van de onkoften van Execu- tie; welke goederen hy, vervolgens, in bè- flag oïarrefi neemt. Roerende goederen-, roerende fchepen en huisraad mogen, ten allen tyde van het jaar, by openbaare opveiling, door den Concherge , verkogt worden-, ten o- verftaan van eenen Secretaris, of gezwoo- ren Klerk. Doch onroerende goederen , en onroe- huizen of erven, niet dan in de twaalf nag- re"de. ten,ten ware daartoe, by Schepenen,ver- slof verleend ware , of dat de geëxecu- teerde zig, vooraf, verbonden hadt, om ze- kergoed, waarop hy geld geligt heeft, ten allen tyde van het jaar, te laaten verkoopen; in welk geval, 'er, nogtans ook % vooraf, by Schepenen-appointement, verlof gegeven moet worden, tot de verkooping op zekeren be- paalden dag \ welk verlof, tot verkoopingen geduurende de twaalf nagten, niét vereifcht wordt. De twaalf nagten of avonden, die, 's daags na Kerfttyd, aanvingen, en met der! zesden January , van ouds Bertiendag ge- naamd, eindigden, plagten, toen de Stad kleiner was, meer dan genoegzaam te zyn, om, binnen dezelven , de willige verkoo- pingen van vafte goederen te houden; waar- om ook de verkoopingen van vafte goederen by Executie , binnen deezen tyd, werden bepaald. Doch na de vergrootingen der Stad, in de zeftiende en zeventiende eeuwe, is de gewoonlyke üyd tot de verkoopingen by O 5 ' Ëxe,
|
||||||||||||||||||
*t
|
||||||||||||||||||
■
|
||||||||||||||||||
^
|
||||||||||||||||||
/
|
||||||||||||||||||
ÉÉ
-pi |
||||||||||||||||||
___________—^HOH
|
||||||||||||||||||
io6 AMSTERDAMS V.Dêel.
Coüstu- Executie gefield van den eerften November
mên o/ tot den tweeden February ingeflooten (#), Gewoon- Zynde. volle drie maanden; die egter nog den naam van de twaalf nagten behouden. Die eenige Huizen, Erven, Schepen,of
Obligatien in Executie wil doen verkoopen, begeeft zig, met zyne Schatbrieven of Exe- cutorien, en met de befcheiden, op welken hy dezelven verworven heeft, ter Secreta- rye, daar aantekening gehouden wordt van de Perceelen, die verkogt ftaan te worden; „ ;van de perfoonen, ten welker lafte, dezelven zullen worden verkogt, en van den tyd der verkoopinge. Uit deeze aantekening, wordt een Biljet opgemaakt, welk, eene week voor de verkooping, die, van huizen, erven en obligatien , altoos, des Saturdags, en van fchepen, gemeenlyk , des Maandags, ge- fchiedt, aan de Herberg, daar de verkooping ftaat gehouden te worden ; te weeten, van huizen enz. aan 't Oude-, en van fchepen, aan 't Nieuwe-zyds-Heeren-Logement (c), midsgaders, aan de oude en nieuwe Kerken, zynde de oude Kerfpelkerken van de beide zyden der Stad, in kooijen met yzeren tra- liën, aangeflaagen wordt; met dit onder- fcheid nogtans, dat, alleen op de Biljetten aan de Verkoopplaatfen, gemeld ftaat, ten wiens lafte, de Perceelen ftaan verkogt te worden. De Impetranten van Executie draa- gen, midlerwyl, zorg, dat de gelegenheid der Perceelen , door Rooimeéfteren , be- fchreeven, en ter Secretarye bekencl ge- maakt (è) Handv. hl. 44«, $Si , $S?» teS*
(c) Handv» it, 1083. |
||||||
i
|
||||||||
I.Boek.Voorregten en Keuren. 107
maakt wordt; waarna, aldaar, de Vjsil-con- Coustu-
ditien worden opgefteld. De gewoonlyken men "/ in verkoopingen van huizen zyn , dat deGEWOOIf Kooper gehouden zal zyn, te betaalen, inTElN* drie termynen, ieder van zes maanden, op de gewoonlyke huisdagen, zynde den eer- ften van dezelven den eerften May, of eer- den November na de verkooping; doch dat hy de onkoften van Executie zal moeten voldoen in gereeden gelde, waarin hy egter, alleenlyk, het halve^ rantfoen zal draagen, wordende het overige hem, in minderinge zyner kooppenningen, afgefchreeven. Dat hy tot zynen lade zal moeten neemen den tagtigften penning, met de tiende verhoo- ging vanden koopprys vermeerderd met het halve rantfoen, ten behoeve van den Lande; benevens de koften van het zegel en van het fchryven van den Brief van kwytfchel- dinge,en het falaris der Secretarye. Voorts, verfchiet de Kooper ook de verfcheerien en onbetaalde Verpondingen en buitengewoone Laften van 't Perceel; die hem, tot op den eerften huisdag na de verkooping, wanneer de Huur ook, zo 't Perceel verhuurd is, eerfl voor zyne rekening begint te loopen, ïn mindering der kooppenningen, verftrek- ken. Ook komen de rampen, die, voor dien tyd, aan't gekogtehuis komen mogten, ten lafte van den geëxecuteerde , en niet ten lafte van den Kooper. Een Huurder kan , volgens de Keuren, geen langer huur behou- den aan een huis, in Executie verkogt, dan tot May na de Executie een jaar, al kon hy fchoon toonen, dat hy 't, voor langer' tyd, van
|
||||||||
*.
|
||||||||
■
|
||||||||
x
|
||||||||
108 AMSTERDAMS V.DEÉt;
Coustü- van den geëxecuteerde gehuurd hadt (tl).
mên of Doch dit heeft alleenlyk plaats , wanneer Gewoon- jg Executie in de twaalf nagten gefchied is. Omtrent Executie buiten de twaalf nagten, is, by eene Keure van den agtften April des jaars 1751, vaftgefteld, dat men geen lan- ger huur zal mogen vorderen, dan tot den eerden May van 't volgende jaar (*). Wat vroeger, is ook , by eene Keure, vaftge- fteld , dat van ieder Perceel, welk in Execu- tie geveild wordt, fchepen uitgezonderd , maar één Pluk- of Plokpenning gegeven zal worden aan demeeftbiedenden (/),'twt:lk, reeds eenige jaaren te vooren, by willige Verkoopingen, in gemeen gebruik, ge weeft: was. Zo een kooper in Executie in gebre- ke blyft van borgen te ftellen, wordt hy in 't Rasphuis gezet, even als by de willige Verkoopingen, en zo hy, op zynen tyd, niet voldoet , wordt het gekogte Perceel, ten zynen lafte,op nieuws, verkogt, zonder dat hem vryfta, het zelve andermaal te mynen„ De tweede kooper is gehouden, op de ter- mynen van de eerfte Verkooping, en, zo die reeds verftreeken zyn, in gereeden gel- de , te voldoen. Doch 't gene van 't Per- ceel meerder komen mögt, dan in de eerfte Verkooping, kan, op gewoonlyke Huisda^ gen, betaald worden. En 't gene het min- der mögt opbrengen wordt, terftond, aan den eerften kooper en zyne borgen verhaald, 't Gemeen gevoelen is, dat een Kooper zy- ne (d) Handv bl. 1666.
(e) Vervolg der Handv. bl, zj,
{f) Vetyolg der Handv, bl, 23. |
|||||
i
|
|||||
I.Boek.Voorregten en Keuren.rc£
ne uitgeloofde kooppenningen een jaar op Cousra»
renten houden mag, tegen den penning zes- men of tien, mids hy zulks, voor May na degedaa- Gew00»" ne verkooping, ter Secretarye, kome ver- TEN' klaaren (#). Doch dit gefchiedt zeer zeld- zaam. Ook is 't my twyfelagtig voorgeko- men , of de Keur, die zulks fchynt toe te Jaa- ten, niet zie op byzondere gevallen, waarin de verkooping by Executie, onder deeze uit- drukkelyke voorwaarde, gefehied was (#). Wyders, is de kooper gehouden, binnen zes weeken na dat hy den laatffcen termyn der kooppenningen betaald heeft, zyne rekening ter Secretarye te komen vereffenen (i). Doch eer dit gefehied is, hebben de Aflignatien van den Secretaris, zo lang zy, door den kooper, niet betaald zyn, aide kragt der Schepenen-KennhTen, die ten lade der ge- geëxecuteerde Perceelen geloopen hebben , en op welken, zy in betaaling gegeven zyn (£): wordende den kooper wettigen eigenaar van 't geëxecuteerde Perceel, naar gelang van 't beloop der betaalde Aflignatien (/). Zulken ook, die eenige penningen, by af- fchryving, onder borgtogt, ontvangen heb- ben , moetenze, wanneer zig iemant open- baart, die nader regt voorwendt, terftond, wederom opbrengen, eer men hun toelaat, op de praeferende of concurrentie, in gefchil te komen (ra). Wy behoeven niet aan te mer-
(g) Handv. bl fZi> JZ4. RooSEBOOMCVt/?. XXXIV. bl. i7&, ' '
(h) Handv. bl, ji4.
(i) Handv. bl. zn.
({) Handv. bl. j?2,
(t) Handv. bl, j|+.
(m) Handv. bl. $60.
|
||||||
I
iio AMSTERDAMS V.Deel.
Coustu- merken, dat de op veiling der huizen en er-
MEN of ven in Executie ook door den Concherge Gewoon-gefchiedt: doch altoos ten overftaan van T£N' eenen Secretaris, van wege myne Heeren van den Geregte, die 'er ook, wanneer zy 't verkiezen, in perfoon, by tegenwoordig zyn. i8. Wan- XVIII. De huizen en erven, 't zy eens, neer be- of,by onvermogen van den eerften Kooper, nadering tweemaalen, in 's Heeren Executie verkogt, Van ' bv mo§en» mnnen den *yd van zes wecken , executie door zulken, die de oudfte Rentebrieven of verkogt Schepenen-Kenniflen ten lafte van dezelven is plaats hebben,en aan hunne betaaling te kort ko- wanne'er1 men» t>enaderd worden, rriids zy den Koo- niec peren, voor derzel ver moeite en gevaar, den honderdften penning, of een ten honderd van den koopprys goeddoen. De Schepen, Schepenen - Schuldbrieven , en Obligatien, in Executie verkogt, mogen , insgelyks , door zulken, die de oudfte brieven op de- zelven fpreekende hebben , worden bena- derd , mids zulks binnen den tyd van vier en twintig uuren na de verkooping gefchie- de. De benadering gefchiedt ter Secretarye, met kennifle van den Kooper. Inboedel en huisraad mag niet worden benaderd. Ook mag de geëxecuteerde,.in geen geval,zyne verkogte roerende of onroerende goederen benaderen. De fchuld, uit hoofde van wel- ke , eenige benadering gefchiedt, wordt be- greepen, door de benadering, te zyn ver- nietigd (»). xix.
(»; Handv. bl. 446, 525. Rooseboom Cap xxxv. btt
J7Z enx.. |
||||
*
|
|||||||
LBoek.Voorregten en Keuren, ui
XIX. Op Perceelen, by Executie verkogt, coustu-
zyn, voor alle andere fchulden, geprefereerd men of de onkoften tot de Executie gedaan, wor- ^00N" dende dezelven, zelfs zonder dat de genen, TEN* . die dezelven gedaan hebben, borg voor de j^^ herlevering der penningen behoeven te fiel- pra8fe. len, van den Koopprys afgefchreeven, en rentie hun, door den Kooper,betaald. Daarop vol- hebben gen de Schepenen- of Commiflariflen-von- ^teerde* niffen, tot voldoening van noodige Repara- Percee- tie, aan huizen of fchepen gedaan; die ge- len. oordeeld worden, voor alle andere fchulden, te moeten worden betaald, om dat de Per- ceelen , door zulk eene reparatie, in ftaat en waarde gehouden zyn. Hierna, komen de Kuftingbrieven op huizen, en de Bylbrieven op fchepen; doch de eerften moeten, voor Schepenen deezer Stad, verleeden zyn. De anderen genieten hier ook het regt van Pree- ferentie, al zynze fchoon elders verleeden. Vervolgens, hebben Preferentie de Schepe- nen-Kenniflèn , hier ter Stede verleeden, zonder onderfcheid, of dezelven generaal of fpeciaal verband inhouden, dat is , of de Schuldenaar daarby alle zyne goederen , of alleenlyk eenig byzonder huis verbonden heeft. Doch in alle gevallen, hebben ouder brieven of vonnifTen van dezelfde natuur preferentie voor jongeren, tot zo verre zelfs, dat, volgens eene aloude Coufiume deezer Ste- de , die, by Ociroi van 's Lands Staaten van den agtften Maart des jaars i594,beve(ligd is, ouder generaal verband, voor jonger fpe- ciaal, geprefereerd is, mids de houder van de oude brieven, generaal verband inhou- den- / |
|||||||
,■••
|
|||||||
f
|
|||||||
iH AMSTERDAMS V.Deäw
Cöustu- dende , geene betaaling bekome , uit een
men ef geëxecuteerd huis, met jonger fpeciaal ver* Gewoon- ganj bezwaard, dan na dat hy alle de ande- |
||||||||||||
TEN.
|
||||||||||||
re goederen van den fchuldenaar geëxecu-
teerd heeft (o), en dan nog te kort komt. De Couftüme, dat ouder generaale voor jon- ger fpeciaale verbanden geprefereerd zyn, is hier zo beftendig geveftigd, dat, hierom, Volgens Octroi van 's Lands Staaten van den agttienden January des jaars 1608, de ver- koopers van vafte goederen, die, by willig Decreet van den Hove, verkogt worden; of de ontvangers van de penningen, daarvan gekomen, ter Secretarye en voor Schepe- nen , borg voor de herlevering derzelven moeten Hellen, in geval, t'eenigen tyde, blyken mögt, dat iemant anders beter regt, al ware 't ook uit hoofde van ouder generaal verband, hadt op de verkogte goederen (p). Volgens eene oude Couftüme, plagten Sehe- peneh-vonniffen, ge weezen terwyl de ver- oordeelde nog fohent was, voor alle andere perfooneele eifchen , geprefereerd te zyn. Doch deeze Couftüme is, by eene Refolutie van 's Lands Staaten van den dertigften No- vember des jaars 1626, met bewilliging van Burgemeefteren deezer Stad, afgefchaft: blyvende alleenlyk van waarde de vonniflen, voor dien tyd, in gevolge van deeze Cou- ftüme, geweezen (q). Op fchepenzyn, wy- ders, na de vonniflen van noodige Repara- tie en de Bylbrieven, huuren van 't boots- volk,
(o) Handv. bl. $%z,
(p) Handv. bl. 520 enz,, (tf) Handv. bl. lil. Zie de Otiglneele AboHtie in't Vet-
trek dei Thefaurie, Hieuwt Lande K. Lt. q. z. |
||||||||||||
X.BöËK. VoORREG^EN ENKÊIjREN.113
volk, en vervolgens ook BodemerybrievenCoustu-
geprefereerd. Doch notarieele Aéten geeven men of |
||||||||||
geheel geen regt van Prseferentie (r): be-
|
TEN.
|
|||||||||
halve, zo als men 't, ïn 't gemeen, verftaat,
wanneer van de fommen, voor welken men zig, by die Aften, verbonden heeft, de veer- tigfte penning en tiende verhooging, ten behoeve van den Lande, betaald is (2).Voorts, wordt den houder vaneene Schepenen-Ken- nis , waarvoor een geëxecuteerd huis ver- bonden ge weeft is, boven de hoofdfom, geen meerder Intereft toegeweezen, dan van an- derhalf jaar (s). In andere gevallen, wordt den Eiflcher, by Schepenen - vonniffe, In- tereft toegelegd, fomtyds a mora, dat is, van den tyd af, dat de Intereft hadt behooren betaald te zyn; en, zo de fchuld gefprooten is uit de goederen om contant verkogt, van den tyd der leveringe af: en fomtyds ook, ö Ute mota, dat is, van den tyd af, dat de fchuldenaar in regte is aangefproken. Zo de Intereft, by 't vonnis, niet begroot is, wordt dezelve, in de gemelde gevallen, gerekend tegen vyf ten honderd in 't jaar (t). Doch, ïn andere gevallen, wordt de Intereft, fom- tyds, (r) Handv. bl. jjo,53S>J3S.
(s) Handv. bl. 540. (t) Handv. bl. 5 + 1. (2) Men befluit dit, uit het 3tXI. Articul der Jong-
fte Ordonnantie op het middel vän den veertigften Penning van den elfden Maart des jaars 1723, waar- in gefield wordt, dat geen preferentie op eenige nota- rielle of andere Obligatien zal worden gegeven, als al- leen, wanneer bet regt van den veertigiten Penning, ten tyde van bet paj'eeren daarvan, /al weefen ceiaalu Zie Groot-P'lakaatb. VI, Deel, bl. 1032. X. Stuk. H
|
||||||||||
1
|
||||||||||
114 AMSTERDAMS V.Dëel.
Cöüstü- tyds, hooger, fomtyds, laager gefield (a).
men of XX. Schepenen-KennifTen, zynde Schuld-* Gewoon- brieven, verleeden, onder de handtekening, TEN' en, van ouds, ook onder het zegel, van twee penen-C" Schepenen, voor welken de opneemer der Kenniflen penningen, in den fchuldbrief vermeld, ver- en zeker fchynt, hebben regt van parate Executie te- Sche^11 Sen ^en ëfotekigen Schuldenaar; en wordt, nenfvo"n- °P dezelven, gelyk als op andere Schepe- niflen nen-vonnifTen, in judicio contradiäorio, dat is, hebben na dat de zaak voor en tegen bepleit is, ge- Sate311 weezen > voor welke vonnifTen, zy nogtans Executie, geprefereerd zyn; geprocedeerd by pandinge, indien daarvan, by de Schepenen-Kennifïe, niet afgedaan is, en voorts tot verkooping van 't goed van den fchuldenaar (y). Doch zo iemant, buiten den Impetrant van Exe- cutie, brieven heeft, ipreekende ten lafte van eenig Perceel, in de twaalf nagten ge- ëxecuteerd, is hy, by eene Keure van den veertienden January des jaars 1655, gewaar- fchuwd, dezelven, binnen eene maand na den tweeden February , ter Secretarye te laaten aantekenen, op dat de affchry ving, in orde, en te beginnen met de oudfte brie- ven , zou können gefchieden (w). Schepe- nen-KennifTen en Schepenen-vonnifTen ver- jaaren hier ter Stede niet, en mogen ter Executie gelegd worden, onaangezienzyjaar ^.en dag oud zyn (V). Wy
(») Handv. bl. ss9- £»> ««^.Loenius DecifienenObfejy.
Cdf. XXI. p. zio. mit de Aanr.
(v) Handv. bl. 446 , jjg, si9, (») Handv. bl, 5150. (x) Handy, bl. $$7, jjs. |
||||
Ï.BoEK.VoORREGTÈN EN KeÜREN.115
Wy komen nu, tot de aanwyzing van ee-KsuREif.
nige algemeene en voornaame of merkwaar- Aan wy-
dige zing der
rr voor-
Keuren naamfte
der Stad. Doch eer wy hiertoe overgaan,nlläu-"
vereifcht de goede orde, dat wy, vooraf, ietREN dee- aantekenen, over de natuur der Keuren vanzer Sta(i* Amfterdam , en over het regt omze te maa- ken. De naam van Willekeuren, die, van ouds, Betekenis
aan de Keuren deezer Stad gegeven werdt,van het moet niet verkeerdelyk verftaan worden. ÏJ.?/? Men noemt, tegenwoordig, veeltyds, eenereM% Wet willekeurig, die, door den blooten wil van den WetgeeVer, gemaakt en voorge- fchreeven is. Doch men zou zig ten hoog- de bedriegen, zo men de Stedelyke Wille- keur en voor zulkeWetten aanzage. Het woord Willekeuren hadt, van ouds, eene gantfch andere betekenis, en moet, ook tegenwoor- dig , wanneer het op de Stedelyke Keuren wordt gepaft, in eenen gantfch anderen zin, worden opgevat. Verwillekeuren betekende, oudtyds, ergens in bewilligen, of iet toefiem* men (y). In het twee en twintigße Lid der Handvefte van den jaare 1342, volgens on- ze verdeeling, leeft men : voort foo en /al men geenen Poorter campen mogen binnen onfen Lande, hy ne wil hem /elven daer in verwil- coren (z): daar verwilcoren klaarlyk bewilli- gen betekent. In eenen Brief van den jaare *347,
(y) Zie IT. Deeli I. Boc{rbl. ^y.
(*,) Zie II. Deel t II. ßoei^, bl. loj, 2
|
||||||||||||||
'*i
|
\ '
|
|||||||||||||
,..... - ■ tM||||--iÉMifAM.«BSM
|
||||||||||||||
______________-
|
||||||||||||||
'
|
||||||||||||||
ii<5 AMSTERDAMS V.Deé*
*
Keuren. iS47j verklaaren die van Beverwyk, dat zy
zig yerwilkoert, dat is, vryvoilliglyk ver-* bonden hebben mit ter Stede van Amfierdam hare helpers te wefen (a). De Steden en Dor- pen van Amftelland en Gooiland verwil- lecoerden, flonéen toe\ of namen aan, "de regten? die Hertog Albrecht hun, in \ jaar 13^7 [1388], gegeven hadt, te zullen on* derhouden (b). Hierom wordt, in onze oude Stede Keuren, het woord gewiicoirt, dikwils, met het woord ouerdragen, of overeengeko- men,verklaard en verwifleld. Zo leeft men, by voorbeeld, Op ten xxijfte dach in Decembri k ouerdraghen ende gewiicoirt enz. en Item, zo iß ouerdragen ende gewiicoirt enz. (c). En deeze betekenis van 't woord Ferwillekeuren is nog zo niet verouderd, of men vindtze by de Groot, die Venmlkkewen, met een badaard woord, Confenteeren overzet (d). Aanmerkelyk is ook, dat de Wetten en Reg- ten , die de Graaven aan de Steden en Lan- den gaven, in de veertiende eeuwe, en fe- dert, Cborae en Keuren (Y) , nooit, myns weetens, IVilkkeuren genaamd werden, fchoon de Graaven Souverainen van den Lande waren : maar dé Stedelyke Regle- menten en fchikkingen, welken, veeltyds, maar voor een en tyd, en, fomtyds, met on- derlinge bewilliging, gemaakt waren, kree- gen den naam van Willekeuren, die, derhal- ve, (a) Zie II. Deel, II. Bse^t il. 133,
\b) Handv. hl. 71. [9] (c) Keurb. A. ƒ. 47. Verg. f. 6l enz.
(d) Inleid, tot de Holl. Rechtsgeleertheyt III. Btek*
XIX. Deel, $. 3. bl. 3}g. (e) Zie de Chora Floientii Tutoiis, gedr, 1752.
|
|||||
f
|
|||||
LBOEK.VoORREGTEN EnKeUREN.II7
ve, oudtyds, van zagter betekenis zelfs dan Kedren.
de bloote naam van Keuren moet geweeft zyn. En dit blykt, duidelyk, uiteenen brief van Guy, Biflchop van Utrecht en Heere van Amitelland, van den jaare 1310, in wel- ken hy verklaart, zeker aangenomen Kamp- gevegt niet te houden voor recht ofte woont e der Stad Utrecht, maer als enen wilkoer (ƒ). Eene Stedelyke Willekeur is dan eenefchik- king ten gemeenen nutte, gemaakt by 't Geregt, als daar toe door den Souverain geoctrojeerd zynde, met kennis en bewilliging van zulken, die daarin behooren gekend te worden. De oudfte Handveft deezer Stede, om- Oor-
trent het maaken van Keuren, is van den fPro"S jaare 1342. Doch in dezelve, wordt nietR<!Le belaft, maar onderfteld, dat het Geregt van om Keu- Amfterdam Keuren maaken mögt. WatWil-mn te lekore, ftaat 'er, dat die Schout.metten Sehe-maaken« penen maeckt, dien moghen Jy houden een jaer (g). 't Is dan te vermoeden, dat de Stad het regt om Keuren te maaken, al vroeger, en waarfchynlyk van Guy van Henegouwen , die haar veel vryhede gaf, daer men die Stede mede regeerde (£), zal verkreegen hebben,. Ook is het regt om Keuren te maaken aan Amfterdam nimmermeer betwift, zelfs niet, na dat Hertog Filips van Bourgondie, in ee- nen Brief van den vierden January des jaars 1433 [H34-]» gerigt aan die van Edam, in 't algemeen verklaard hadt „ dat geene Ste- „ den
(f) ^ipud Mattwêvm Anal. Tom. III. p. 21;.
(g) Zie 11. Deel, II. Boel^, bl. 104.
(h) Zif II. Deet, I. Beek., K 50. H3
|
||||
/
|
|||||||
ii8 AMSTERDAMS V,Deel,
Keuren.,,» den Keuren maaken mogten, dan met 's ,, Graaven bewilliging (?)." Vrouw Jacoba hadt wel, op den een en dertigften January des jaars 1417 [1418], bevolen, dat haar Schout van Amfterdam, in geene Keuren, by 't Geregt gemaakt, bewilligen zou, dan na dat dezelven den Graaflyken Raade aan- gebragt, en by de Graavinne goedgekeurd zouden zyn (k). Doch dit bevel heeft, zo ver ik heb können nafpooren, geen gevolg gehad, en betrof, in allen geval, den Graaf- lyken Schout alleen. SekLri* Maar Tn 'C beSin des Jaars *4«> fcheen
deveran-- frto? Jan ™n ßeijeren eene merkelvke dering, inbreuk op dit regt te hebben willen maa- dieHer- ken; magtigende , by eene Handveft van van rS len aSttle"den Jan^ry 1420 [1421], Schout, jeimin\Bur£hemeeßm' Schepenen ende Raede, toen regt van ten tyd we f ende , dat fy willekeuren moghen keuren op cenen dagb, dat falfyn op Sinte Pauwels- ïcheente avmß, m naeßcomende, ende daerna niet meer, maaken. dat fal ëed^ren tot eeuwighen daghen (/). Wy hebben deeze woorden nog eens (m) aan- gehaald, en toen beloofd, over dezelven, eenige ophelderende aanmerkingen voor te ftell en; van welke belofte wy ons nu zullen tragten te kwyten. 1. By de Handveft van den jaare 1342
was onderfteld, dat Schout en Schepenen alleen Willekeuren mogten maaken. Ook heb- ben de oudfte Keuren der Stad, op perga« ment
(i) I. Memoriaalb. RosR ƒ. 156 verrB
(O Mieris Charterb. iv. Deei u 4JJ# fi) Handv. bt. iz6. [0.] * *"* (m) II. 4?«/, III, Soiif bl, %H,
|
|||||||
j
|
|||||||
•** -■
|
|||||||
■
|
|||||
LBoeicVoorregten en Keuren. 119
ment gefchreeven, dit Opfchrift, Dit fyn Keuren.
die wilcoren die de Scout e ende die Scepem der Stede van Aemfielredamme hebben gheleyt ende ghewilcmrt. Doch de eerffce Keur onder dec- ze Keuren, die, waarfchynlyk, voor het ein- de der veertiende eeuwe, gemaakt is, luidt woordelyk aldus: In t eerfle zo wilcoirt die Scoute mitten Scepene dat die Rade van der Stede voirn. wilcoren moghen ende zullen mitte hem van der Stede wegen ghelike dat fy Jeher moghen («). Door die Rade worden hier, ongctwyfeld, de Burgemeefters verdaan, die meermaalen Raaden genoemd zyn. En fe- dert fchynen Burgemeefteren, nevens Schout en Schepenen, de Keuren gemaakt te hebben. Doch by Schout, Burgemeefteren en Sche- penen , wordt, in de Handveft van Hertoge Jan van Beijeren, welke wy onderzoeken, de Raad gevoegd: waardoor men,in deeze plaats, alleenlyk de Vroedfchap verftaan kan, om dat dezelve van Burgemeefteren onderfchei- den wordt. Ook vindt men, dat de Vroed- fchap , in de vyftiende eeuwe, meermaalen, nevens Schout, Burgemeefteren en Schepe- nen, gewillekeurd heeft (o), De eerfte ver- andering , die Hertog Jan van Beijeren dan, in de wyze van keuren, heeft willen maa- ken, fchynt geweeft te zyn, dat hy het regt daartoe ook aan den Raad heeft willen op- draagen. 2. Doch dit was 't minft. Hy fchynt het
regt om te mogen keuren flegts aan éénen dag,
* • . "f
(n) Keurb. A. f. i-
(/) Kcuib. A. ƒ. 62 , 70.
|
|||||
pjrapi''™-™^ ........ ■ ^W^rt----- ......■•>»■ .»«■ i ni-l. ■■!!' IJ -qppufp«!
|
||||||||||
120 AMSTERDAMS V.Deel.
Keuren, dag , te weeten, aan Sinte Pauweh avond
naeficomende, zynde den vier en twintigften January, dat is, kort voor de jaarlykfche verandering der Regeeringe, omtrent weU ken tyd, al van ouds , de meefte Keuren gemaakt werden, te hebben willen bepaa- len. Doch dit kan bezwaarlyk zo worden opgevat, dat 'er , 't gantfche jaar door , geene Keuren zouden mogen gemaakt wor- den, behalven op den vier en twintigften January. Voorvallende gelegenheden vor-, derden, dikwils, ook op andere tyden, Keu- ren , en ik kan naauwlyks twyfelen, of daar zullen 'er, geduurende den korten tyd, dien Hertog Jan van Beijeren, na 't verleenen deezer Handvefte , geregeerd heeft, ver- fcheiden' gemaakt zyn, op andere tyden van het jaar;fchoon 'er my geenen zyn voorge- komen , waarvan zulks, ontwyfelbaar, blykc. Ik vermoed dan, dat Hertog Jan alleenlyk heeft willen beveelen, dat de Raad, maar éénen dag in 't jaar, zou mogen medekeurens en dat hy onderfteld heeft, dat het regt om te keuren, in den overigen tyd van 't jaar, alleenlyk aan Schout , Burgemeefteren en Schepenen blyven zou, gelyk van ouds. 3. Doch tuffchen de woorden, dat Schout,
Burgemeefteren , Schepenen en Raad, nu ter tyd wefende, maar éénen dag in 't jaar, gezamenlyk, zouden mogen willekeuren ' ende daer na niet meer; en de woorden, die op deeze laatften onmiddelyk volgen, dap f ai gedueren tot eeuwighen daghe, fchynt, in den eerften opflag, eene blykbaare ftrydig- feeid te zyn. Hoe? zal men, vraagen, kan |
||||||||||
>.,■*■ /■:■■
|
||||||||||
ftH
|
||||||||||
■
|
||||||||||
Ï.BOEK.VoORREGTEN EN KeUREN.121
de Regeering van dien tyd gemagtigd wor- Keuren.
den, om alleenlyk op den naaflvolgenden vier en twintigften January, en daerna niet. meer*Keuren te maaken? En hoe kan 'er te' gelyk worden gefield, dat dit duuren zou ten eeuwigen dage ? Hertog Jan kan niet wüh- len zeggen, dat de Keuren, die, op Sint Pauwels avond van ?t jaar 1421, gemaakt werden, meer dan anderen, eeuwige Ediäen zouden zyn. Wat dan? De waarfchynlyk- fte betekenis, die ik aan deeze woorden weet tegeeven, is „ dat de tegenwoordige „ fehikking, volgens welke, de Raad magt „ kreeg, om, éénen dag in 't jaar, nevens „ Schout, Burgemeefleren en Schepenen, „ te keuren, altoos duuren zou,en vanjaar „ tot jaar, op den zelfden vier en twintig- „ flen January, plaats hebben." De woor- den nu ter tyd wefende moeten dan opgevat worden, in den zin van in der tyd. 4. Ondertuffchen, hieldt deeze fehikking
niet lang fland. Twyfelagdg is 't zelfs, of zy wel in 't geheel ingevoerd zy. In de jongfle uitgave der Handvefien (p), leefl men, dat, by een oud affchrift der Hand- vefle, welke wy onderzoeken, aangetekend flaat: Die regenten die in deezen tyd waren, die en wilde deeze gifte of Ordonnantie van willekeuren te maaken niet accepteeren ; maar bleven op haer oude Handvefl, die zy van Graaf JVilletn badden, die in Vrieslant dood bleef, zyn- de deeze de Handvefl van 't jaar 1342,hier voor (q), en meermaalen elders, aangehaald. (f) BUdz,. 114.
1 (9) Blad*,, jij. |
|||||
I
|
|||||
122 AMSTERDAMS V.Deei.
Keuren. Hertog Jan van Beijeren overleedt ook in 't
begin des jaars 1425 (r), en hadt dus niet lang gelegenheid, om de onderhouding zy- ner fchikkinge te wege te brengen. De Doch, fchoon de fchikking van Hertoge Vroed- Jan geenen Hand greep; de Raad of Vroed-
fchap en fcnap werdt egter, van ouds, dikwils, ge- te^yn?' kend *n l maa^en van Keuren; waarvan de vanouds, StadsRegiflers der vyftiendeeeuweverfchei- gekend, den' voorbeelden uitleveren. Eene Keur van in 'c maa- fen derden February des jaars 1492 fpreekt, Keuren. mt: den naam van de XXXVI. perfoonen en goede mannen van den gerechte (Y). In eene andere van den zeven en twintigften Juny des jaars 1477, wilcooren Scout ende t gerecht > by advyfe ende guetdvncken van de- XXXFI. enz (t). Zelfs werden, behalve de Vroed- fchap, ook, toen de Stad kleiner was, de voornaamften uit de Gemeente, en 't gros der Gemeente zelf byeengeroepen en gehoord, over 't maaken van Keuren, en andere zaa- ken van gewigt, de welvaart en goede or- de der Stede betreffende. De Keur van den jaare 1477 , laatftelyk aangehaald , is ge- maakt , by advyfe ende guetdvncken niet flegts van de XXXVI, maar ook van meer andere guede mannen van den gemeente, en verbiedt harnafchy bogen, lange meffen of ander dier- gelycke verboden geweer te draagen. By eene Keur van den agt en twintigften April des jaars 1495, werdt eene nieuwe belading op- gelegd, in welke by den 'heer ende gerecht, den
fr) Zie II. Deel, III. Boek^, hl. z;0.
s) Keurb. A. ƒ. ij. , (t) Keutb. A, ƒ. 9U
|
||||||
<■'
|
||||||
-
|
||||||
wmmmmm
|
||||||||
I.Boek.Voorregten en Keuren. 123
den perfonen van deXXXV'J. notable enderyek- kEUrEn
dom van der Stede bewilligd was («). En op ' den zeven en twintigften Juny des jaars 1508, werde, op de fael van 't gaflhuys, welk reeds, ten minfte gedeeltelyk, tot het Stadhuis be- hoorde , by de beeren van den gerechte en XXXVJ. raden, mitten ryekdoome deferStede, geflooten,de Excynzen,die toen gang had- den , nog voor eenigen tyd, tot der Stede be- hoef', te gebruiken (V). By eene Keure van den tweeden September des jaars 1491, was de Bier-Excyns, by advis van den her e en van den gerechte ende den geheele vroetfihip ende de notabeiße ende rycxße poirteren verminderd (w), die, eenigejaaren tevooren, by den gherechte, by die XXXVJ, ende by die heek ryckdom van der Stede, verhoogd geworden was (ar), 't Gros of de Buik der Gemeente werdt ook, nu en dan, gekend, in zaaken van Regeeringe. Op ten vij. dach in meye Anno Lxix. [ 14Ó9], is gecondicht in beiden pro- chikerken, ende overdraghen mitten gerecht en* de heele gemeente , dat men drapenieren /al groue wolle enz. (y). En op ten xvj. dach in Octobri 1471. is gewilkoert by denjeout, bur» germeefleren, fiepenen, XXIIIJ. ende alinge gemeente van der Stede, ende van der Stede huys afgekondicht, dat men geene vyandelyk- heden pleegen zou, voor dat 'er de Graaf en 't gemeene Land van Holland en Zeeland toe
■F
(tt) Groot-Memor. N, I. ƒ. 300 verf0t
(v) Groot-Meroor. N. I. ƒ. Z}i WfA in m
(w) Keuib. A. ƒ. 177. *
(x) Keurb. A. ƒ. 147 vtrfe,
{y) Kgljlb. A, ƒ, 4$.
|
||||||||
I
|
||||||||||||
124 AMSTERDAMS V.Dew.
%ZVRm, toe bewilligd, en orde op gefield hadden (s).
Wy hebben, reeds op eene andere plaats (a), eene Refolutie van den twee en twin- tigfben December des jaars 1498 te boek ge- field, over welke, de gehele buyck endepoor- terye defer Stede , zoe men die naeflen crygen conde, byeen geroepen was, beloopende het getal der poorteren ruim honderden twintig. Op het af breeken der Laflaadje, werden, ïn 't jaar 1542, ook fommige Genootfchap- pen of Gilden gehoord (b). En dit 's de re- den , waarom de woorden Koeren of Keuren, en Plebifciten, of VolkskenniJJen, van ouds, voor woorden van eene betekenis, gehou- den zyn (c). Voorts, zal men, in ons ver- haal van de gefchiedeniflen der zefliende eeuwe, dikwiïs, hebben opgemerkt, dat de Schutteryen, Reeders en Gilden gekend zyn, over 't maaken van Keuren, en over andere zaaken, de Regeering en welvaart der Ste- de betreffende: al 't welke men, geenszins, vreemd vinden moet, alzo 's Lands Graaven zelven, op hef maaken van Ordonnantien en O verdragten, den Landfland betreffende, niet alleen de Ridderfchap en Steden plagten te hooren; maar ook den raed ende het goet- duncken van den notabilen ende verflandelen perfionen van den Lande in te neemen (d). ,. Doch met den aanwas der Stad, in 't laat-- |
||||||||||||
eene wy>
|
fle der zefliende en in de zeventiende eeu^
|
|||||||||||
we5
(z) KeurK A. f. 70.
(a) IL Deel, IV. ih'Kf fyl, £"* H. bl. 434.
{b) Refol. Vroedfch..N. 1. j July 1542.
» (t) Zie de Inleid, op de Keuren van Haarlem , by VAN Posten de bruyn, in zyn Haail. I. Deel, bl, ïgi. (d) Handv. bh Uff«
|
||||||||||||
<
•
|
||||||||||||
ïiBofeK. VoorregteN én Keuren. ï2$
we, werdt het famenroepen der Gemeente, Kzmm*
over veelezaaken, in welken zy, te vooren, ze, zulks w gekend geworden was, en zelfs het hooren in laater' van de ryken en notablen volftrekt onmoge- ^d»en lyk. De grootheid der Stad, en de menig- genwoór- te zelfs van voornaame en ryke ingezetenen dig, ge. gedoogden zulks niet. 't Vergaderen van zul- fchiede. ke talryke menigten zou meer verwarring en nadeel, dan nut toe gebragt hebben aan de gemeene zaaken. Men moet egter niet waa- nen, dat het hooren der Gemeente, of der voornaamften en kundigften uit de Gemeen- te , over 't maaken van Keuren en fchikkin- , gen op de gemeene welvaart, t'eenemaal, in ongebruik geraakt is. 't Heeft altoos plaats gehad, en 't heeft, nog tegenwoordig, plaats; doch op eene andere wyze, dan van ouds. Burgemeefteren, die mede Hemmen, in het maaken van Keuren, doen zulks niet, dan van der Stede wege {e), dat is, uit naam der gantfche Burgerye, welker belang zy ver- pligt zyn voor te ftaan. De Vroedfehap, die uit de aanzienlykfte burgers beftaat en 't gantfche Lighaam der Burgerye verbeeldt, wordt, over de gewigtigfte belangen der Stede, gekend. Omtrent de fchikkingen, betreffende den Koophandel, daar de wel- vaart der Stad op gebouwd is, wordt ge- raadpleegd met de verfcheiden' Collegien van Directeurs over de voornaamfte takken van den handel, die uit de deftigfte Koopluiden gekooren worden. De Keuren, tot herftel- lingvan misbruiken en handhaaving der goe- de (f) Kemb. A. ƒ, i. ,
|
||||
UÓ AMSTERDAMS V.Deel,
Keuren. df orde in de Gilden worden, genoegzaam nimmer, gemaakt, dan na dat 'er de Over- luiden deezer Gilden, en fomtyds ookvoor- naame Gildebroeders op gehoord zyn. 't Is 'er dan wel ver van af, dat de Gemeente > of de voornaamften uit dezelve, niet zo wel, over 't maaken van Keuren en andere zaa- ken van Regeeringe, zouden gekend wor- den, als van ouds; fchoon zulks, op eene andere wyze, en, met veel minder omflag, gefchiedt, dan weleer. Doch de Keuren, doorgaands kerfnelyk aan de bedreiging van ftraffe op de overtreeding, worden, federt twee eeuwen of langer, vaftgefteld by, en afgekondigd door myne Heeren van den Geregte , zynde Schout , Burgemeesteren en Schepenen , in kennilfe van eenen der Stads SecretarifTen. Zy zyn , volgens de Handveft van Graave Willem den IV. van denjaare 1342, flegts voor een jaar, van kragt (ƒ): 't welk de reden is, waarom zy, jaarlyks, ^op den tweeden February , ter- flond na 't beëedigen der nieuwe Schepe- nen, by eene Keure, die, zonder uitfteï, wordt afgekondigd, allen, in 't algemeen, vernieuwd worden (g). Schets 't Ge°e wy, tot hiertoe, in dit Hoofd- der Keu- ftuk, ter nedergefteld hebben, kan dienen ren« om den Leezer de natuur van deezer Stede Willekeuren in 't gemeen, en het regt om dezelven te maaken, nader te leeren kennen. Wy hebben , in het voorgaande gedeelte van
■ \.
(f) Zie II. Deel, II. ff„^ il, I04>
(g) Handv. bl. h+, 447.
|
|||||
^A__________________________
|
|||||
___—
|
||||||
Ï.BoEK.VoORREGTEN EN Ë EUR EN. I27 .
van dit Werk, reeds van zeer veelebyzon- keure*.
dere Keuren, de Gebouwen, de Markten, de Gilden, den Koophandel, en veele an- dere zaaken betreffende, melding gemaakt; do.ch gaan nu over tot eene fchetswyze ver- tooning van de voornaamfle of merkwaar- digfte, en te gelyk algemeenfte Keuren, en beginnen, met die op het Timmeren en Rooïjen. r.
Op het
De huizen hier terStede hadden, van ouds, timmeren en zelfs tot in de vyftiende enzefHendeeeu-en»"«»;V7i.
we toe, voor een groot gedeelte, houten gevels en wanden , en flroo- en rieten - da- ken. En de Keuren op het timmeren waren, tot zulk flag van huizen, betrekkelyk. In 't begin der vyftiende eeuwe, werdt belafl:, geene huizen binnen de Vryheid met riet te dekken, dan na dat het riet, vooraf, met klei geleemd was (/>). En op den agttienden ApriJ des jaars 1478, werdt gekeurd, dat alle rieten-daken moeften verdekt worden (*). Doch 't liep aan, tot de jaaren 1491 en 1492, eer het dekken van huizen hier ter Stede met ryen- offlroe-daken, volftrektelyk, ver- booden werdt (k). Keizer Karel de V. be- val, in 't jaar 1521, te Amflerdam , geene houten wanden of huizen meer te maaken, en de houten wanden, die 'er nog waren, af te breeken, en van fleen te herbouwen (/). Doch dit bevel werdt zo kwalyk naar- ge- (h) Keurb. A. ƒ. 7 verf«, ij -verf« , 2J verfo.
(i) Keurb. A. ƒ. 96 verfo.
({) Keurb. A. ƒ. 176, 18$ vtrfi.
(I) Handv. bl, 578.
|
||||||
lag AMSTERDAMS V.DéeiL
Beuren, gekomen, dat, nog in't jaar 1536, belaft werdt, eenige huizen met houten wanden, in de oude- en nieuwe-brug-fleegen, van fteen te hermaaken (m). Het zelfde bevel werdt, nog in 't jaar 1547, omtrent eenige huizen in de Warmoesftraat i vernieuwd (»). En federt zyn de houten wanden en gevels allengskens verminderd, met naame ook, na dat zy, laatftelyk, in 't jaar 1681, ver- booden zyn (0); zo dat 'er, tegenwoordig, maar zeer weinigen, in de oude Stad, zyn overgebleeven. Naar gelang, dat de Stad van zwaarder
huizen en gebouwen vervuld geworden is, zyn de Keuren op het bouwen ook verme- nigvuldigd. De weeke en lofTe grond der Stad gedoogt niet, dat men eenig huis op den zelven zette, zonder dat men, vooraf, een behoorlyk geheid fondament voor het Zelve legge. In 't graaven van zulk een fonda- ment , moet men zorg draagen, dat men de naafte huizen niet befchadige. Men moet niet laager dan zyns buurmans grond graa- ven , zonder de diepte, behoorlyk, te fchoei- jen en te flutten: alles met kennhTe van Rooimeefteren, die ook, over de verdeeling der maften of paaien in den heigrond, moe- ten oordeelen, zynde de zwaarte derzelven, ende dikte der planken, met welken de- zelven belegd moeten worden, by eene Keu- re van den negenden February des jaars i7dr,
(w) Groot-Me mor. N. I. ƒ. 309 verf o,
(n) Groot-Memor. N, II, f, n. (0) Handv. bl. 989. |
||||
I.BoÉk. VoorreGten en Keuren. 129
1701, byzonderlyk, geregeld Q>). Op het Keuree
heijen, welk, in de alleroudfte Keuren,be- volen wordt (q), is, in 't jaar 1670, eene uit- voerige Keur gemaakt. Ieder Heimeefter moet drie Heijen hebben, een van drie en vyftig, een van agt en veertig, en een van veertig voeten lang. En zo men in daghuur wil laaten heijen, is de Heihuur ook gere- geld , naar 't getal der arbeideren, die 'er aan te paffe komen; en 't beloopt 's daags, van ééne gülden, wanneer 'er maar tien man aan werken, tot zes guldens, wanneer 'er, door zeftig of meer man, aan gearbeid wordt (>). De boverizyde van de bovenfte fonda- mentplank moet drie voet örider Stads peil leggen (j). Tuflcheü de zydmuuren van twee naaft eikanderen flaande huizen, blyft, gemeenlyk, eeiie fnyding van zeven duim voor een watergang of Oyfendrop (3) open (t); hoewel men ook veele huizen vindt, die, muur tegen muur, of gemeens muurs, • betimmerd zyn. In geval iemant, muur te-
gen muur getimmerd hebbende,zynenmuur ver-
(p) Hawlv. bl. 9%~.
iq) Keurb. A. ƒ. 7 verfg.
(r) Handv. bl. 987. <
(s) Handv. bl. 9**.
{t) Handv. bl. 979.
(3) Zo is dit woord gefield , in de Handveflen
bl. 979 [588]. Rooseboom heeft 'er (Recueil Cap. LXVIII. bl. 233.) Huyfendrop van gemaakt. Doch, in de oudfte Keuren , waarfchynlvk voor 't einde der veertiende^ eeuwe geraamd, (Keurb. A. f. 7 ver- fo), lees ik 7ffendrsp , 't welk , agt ik , zo veel als ysdrop , of bet afdruipen der dooijende yskegelen , zal willen, zeggen. Zie ookPolitike Regeer* van den Briel, bl. 2f>5- X. Stuk. I
*
|
||||||
i^o AMSTERDAMS V.Deel,
Keuren, verder dan zyns buurmans wil voorttrekken,
mag deeze hem niet noodzaaken, een'krimp in den zelven te maaken, onder voorwend- fel, dat hy zynen grond betimmert; maar moet hem den muur, op eene gelyke rooi- jing met den voorgaanden, laaten voltooi- jen («). De muuren moeten van goeden Leid- fchen , Vegtfchen of Woerdenfchen fteen opgemetfeld zyn. Zy moeiten, voormaals, ten minften anderhalven fteens dikte hebben. Doch men kan, federt veele jaaren, zelfs met gemeene muuren van één fteens dikte, voJftaan, mids men, in dezelven, noch van de eene, noch van de andere zyde, eenigen fchoorfteen, trap, kas, bedftede, of iets an- ders uit karnüTe, gelyk veel, in de ander- halven fteens muuren, plagt te gefchieden(ü). Op een* muur, die over des buurmans grond hangt, mag niet gemetfeld worden, dan met deszelfs bewilliging. En zo iemant de her- t ftelling van eenen gemeenen hangenden muur
weigert te bekoftigen, mag hy, die timme-
ren wil, den gemeenen muur af breeken; wederom opmetfelen, en aan zyne zyde be- timmeren , op zyne koften. Doch de ande- re, den muur, van zynen kant, ook willen- de betimmeren, moet, naar gelang van de hoogte, tot op welke hy timmeren wil, draagen in de koften, naar de uitfpraak van . Rooimeefteren (w). Van den laatften Novem- ber tot den eerften Maart, mogen geene ge- meene muuren worden afgebroken, dan met be-
(«) Hnndv. hl. 5g«.
(v) Handv. bl, 9*y. (*>) Handv. bl, 9%9, |
||||||||||
**•<,> .- ; <■!•"-
|
||||||||||
^———------------------------------— •' il—^~mm•>«^
|
|||||||||
I. BOEK. VOOR R E GTE N EN KEU REN. f3f
bewilliging van allen, die 'erbelang by heb- Keüéeï!.
ben (x). Die heijen wil, moet zyns buur- mans huis eerft ftutten; en, voorttimme- rende, herftellen, 't gene hy aan 't huis of dak zyns buurmans mögt befchadigd heb- ben (y). De erven in de nieuwe uitlegging, op de Heeren- en Keizersgraften, mogen niet dieper dan honderd voeten betimmerd worden. De tuinen tuffchen beide, zo wel als de tuinen der dwarsgraften en ftraaten, in dezelfde uitlegging, mogen piet hooger leggen dan de ftraat. De heining - muuren bf fchuttingen, van nieuws gemaakt of her- maakt wordende, mogen, op de graften, ten hoogften, elf voeten, uit den bovenkant van de Stads Peil gemeeten, en in de ftraaten, zes en een halve voet, gemeeten uit het hoogfte van de ftraat, hoog zyn. Doch aan de weftzyde van de Prinfengraft, van de noordzydederLeidfche grafttotaan de Vin - kenftraat ingeflooten , met de graften en ftraaten daar tuffchen leggende, mogen zy tot negen en een halven voet hoog zyn (3). Men mag over niemants erf licht zoeken, laager aan den grond dan agt voeten * te meeten, van binnen, uit het vertrek, daar het licht ftaat gezet te worden (a). Vol- gens eene Keur van den elfden Maart des jaars 1717, mogen de floepen, hekken eri pothuizen, in de nieuwe uitlegging, begin- • nende van de zuidzyde der Leidfche graft, op
|
|||||||||
(x) Handv. hl, 9%6.
(y) Handv. bl. yïo. (t.) Handv. bl. j»ay. (#j Hfcmiv. bl. 9so. |
|||||||||
I %
|
|||||||||
•"-■ A
|
|||||||||
ip, AMSTERDAMS V.Dm;
Keuren, op de Heeren- en Keizersgraft, tot aan de
nieuwe Raapenburger graft toe, niet hoo- ger dan zeven; en in"alle andere deelen der Stad, niet hooger dan vyf voet zyn {b). De wydte der floepen in de oude Stad is, by verfcheiden' Keuren, bepaald, van drie en een halven tot één' voet. In enge fleegen, mogen geheel geene floepen zyn (c), Nie- mant mag Stads grond, tot zyn byzonder gebruik, naar zig neemen; 't welk, nog on- langs , by eene Keure van den agt en twin- tigflen Maart des jaars 1766, op eene hooge boete, ten ïafte van den eigenaar, die't be- volen of gedoogd; van den Meefler Tim- merman of Metfelaar, die 't verrigt, en van de Rooimeefters, die het toegelaaten mog- ten hebben , ernflelyk, verbooden is (d). Vooral, mag men geene holten of fchuinten in de flraaten,tot ingangen voor kelders of koetshuizen, maaken. Die 'er reeds zyn, moeten, met flevige planken, overdekt wor- den. Doch ten overftaan van Rooimeefte- ren, is het gebruik van Stads grond, tot het maaken vanpothuizen, kelders of regenbak- ken , in de floepen, of onder de flraat, ge- oorlofd; mids men, daarvoor, eene jaarlyk- fche Recognitie betaale aan het AalmoefTe- niers-Huis deezer Stad (e), welke Recognitie het regt van Precario genaamd wordt. Het voldoen van dit regt was zeer in ongebruik geraakt, toen, by eene Keure van den zes en
(h) Handv. hl. 98tf.
(c) Hmdv. yi.9%0 «nz. 9*7, 990» J>J»l > 9*1 > 993.
(d) Kcurh. U. f. 61.
(e) Handv. tl. »U , 991. Zie et^Ul. Deel, IV. £»<?<,
*/. 395>. |
||||||
I.BoEK.VoORREGTEN ENKEUREN. I33
en twintigften January des jaars 1736, op de Keuren
invordering van het zelve, eenige nieuwe fchikkingen gemaakt werden, en onder an- deren vaftgefteld „ dat de Secretariffen der „ Stad , en de Klerken der Secretarye gee- „ ne Opdragtbrieven van eenige verkogte „ Perceelen mogten opmaaken, dan na dat ,, hun, by een fchriftelyk blyk van Rooi- „ meefteren, ware getoond, of dat dezel- „ ven geen Precario onderhevig waren; of ,', dat het regt van Precario daarvan ware „ voldaan. Ook zyn Rooimeefteren toen „ gemagtigd, om de grootheid deezer Re- „ cognitie te fchatten (ƒ)." De gooten, op de ftraaten, voor de huizen, leggende, mogen niet verder, dan op zeven voet in de lengte, met vaft leggende planken, worden toegedekt, op dat menze te ligter zou kon« nen reinigen (g). De gooten, die, tuffchen de huizen, tot waterloozinge, worden ge- legd , moeten alleen van blaauwen of Bree- mér Steen gemaakt zyn Q). De rioolen, onder de ftraat doorloopende, moeten ook van fteen, niet van hout, worden gemaakt. Doch volgens eene Keur van den veertien- den Junydesjaars 1663, mag niemant ee- nige rioolen maaken, die uit de Secreeten in de burgwallen loopen, op de verbeurte van honderd guldens. De Secreeten moeten op een anderhalven fteens fondament ge- legd , en een fteen dik daartegen gemetfeld worden, of anderszins moet men, ter zelf- der
(f) Handv. bl. 5 A4.
(g) Handv. bl, 979.
(h) Handv. i/L jgj. I 3
t' '
|
|||||
1
|
|||||
134 AMSTERDAMS V.Deel.
$sy&EN. der dikte, eene laag vafte aarde, of klei %
of favelaarde leggen, en alles wel digt flop- ' pen, om zyne buuren niet te hinderen (f). In de huizen, mogen geene kagchels, ke- tels , ovens, fornuizen of andere flookplaat- fen , waar buitengewoon vuur gebruikt wordt, worden gefield, dan met bewilliging van Schepenen, en na voorgaand onderzoek van Rooimeefleren (£), die zorg draagen, dat dezelven worden gefield, ten minfte vier duim vry van alle muuren ; en derzelver fchoorfleenen ook ten minfle zo ver van dé Travelingen, en allen houtwerk. Ook moe- ten zy toezien, dat de Zydeverwers-, Goud- draadtrekkers-, en Suikerbakkers-kagchels, die, veeltyds, op zolders worden geplaatfl, op fleenen welffels gezet worden (/). By ee- ne Keure van den zeflienden April des jaars 1756,is aan elk belafl, zig te onderwerpen aan de af keuringe van Rooimeefleren, ten ware men daarby meende verongelykt te £yn;in welk geval, het vryflaat,zig te ver- voegen aan Schepenen (iy, Op de wallen voorde huizen, mogen geene lootfen,'of gelfs geene bindten gemaakt worden, dan met bewilliging van Burgemeefleren (b). Boven de duimen der hengfels van pakdèu^- ren en pakvenflers, moeten, tot voorkoming van ongelukken, klampen geflaagen worden. Ook mag men geene goederen, door zulke yenfiers, van de zolders op flraat laaten v/er-;
(i) Handv. bl. 994. '> s"-
(kj Handv. bl. s>9$.
(I) Handv. bl. %>96.
(m) Keurb. T. ƒ. ijj. T
\tt) Hjyidv. bl. 9Ü-
|
||||
Ï.BOEK. VOORREGTEN EN KEUREN. 135
werpen (o). Het timmeren buiten de Stad Keulen.'
binnen de Vryheid is, by herhaalde keuren, verbooden. Maar Molens, Raamen, Blee- keryen en Warmoestuinen mogen aldaar, met verlof van Burgemeefteren, en na voor- gaande rooijinge, worden opgeregt én aan- gelegd. Doch alle deeze en andere Buiten- timmeraadjen ftaan Premrio, en tot weder- opzeggens toe (p). De voorwaarden, op welken 4® erven binnen de Stad zyn uitge- geven , zyn, op den tienden February des jaars 1684, m eene Keure veranderd (#). De Rooimeefters, van welken wy nu zo dik- wils gefproken hebben, zyn vier in getal, en worden, door Burgemeefteren, aangefteld. , Doch twee van hun können rooijingen doen. Zy moeten van alle rooijingen fchriftelyk be- rigt geeven. Byzonderlyk, moeten zy, vol- gens eene orde van Burgemeefteren van den twee en twintigften April des jaars 1751, jaarlyks, voor den eerflen February , aan GommiiTariflen tot het fchatten der verpon- dinge van de nieuwlyks getimmerde en ver- beterde gebouwen , eene Lyft van deeze verbeteringen overleveren, die zy, op den eed, opmaaken, en allen vier ondertekenen moeten (r), Voorts, is hun gewoonlyk fa- laris, by eene Keure van denjaare 1680, geregeld (j). En in 't jaar 1723 , is, by Burge- meefteren en Oud-Burgemeefteren, verftaan, dat
(o) Handv. bl. 99 j.
(p) Handv. bl. iooy -ioli.
(^) Handv. bl. jjgji.
(r) Vervolg der Handv. bl. jj.
(<j Handv. i/t. ion, i6i%.
14
|
|||||
4 '
|
|||||
Ï3j5 AMSTERDAMS V.Deel,
Keuhen. dat zy, noch hunne kinderen of nabeftaan-
den geene burger-timmermans, noch met? felaars mogen zyn (?)• 2. JNTa de Keuren op het timmeren der hui- Straa- zen, ■> k°men in aanmerking dp Keuren op de
|
|||||||
TEN.
|
|||||||
Straaten
voor de huizen. Oudtyds, en zelfs tot in
de zeftiende eeuwe toe, maakte elk hier de ftraat voor zyn eigen huis. En die hierin verzuimig waren, werden 'er, van wege het Geregt, fomtyds ook by openbaare Waar- fchuwinge, toe aangemaand (m). Doch alzo hieruit ontitaan moeit, dat de flraaten zeer ongelyk waren, en voor 't eene huis flegter dan voor 't andere, werdt, op den zevenden July des jaars 1524, zo't fchynt, voor 't eerft, beilooten, eenen Stads Straatenmaa- ker aan te ftellen, die de ftraaten,alornrne, moefl doen maaken, en van de eigenaars of bewooners der huizen betaald werdt (-ü). Doch, 't zy dat deeze fchikking niet door- ging, of niet lang fland hieldt; welk laaxfte waarfchynlykft voorkomt, om dat men vindt, dat, ffl 't jaar 1575, gekeurd werdt,dat elk zyn ßraatgeld, waardoor men, in dien tyd, het geld, door den Stads Straatenmaaker verdiend, of eene zekere fchatting, die de Stad daarvoor vorderde, fchynt te hebben verftaan, raoefl komen betaalen (w)j in 'ê jaar
(t) Refol. van den Oud Raad van Burgemeeft. a$ fon,
17*3, Lt. C. ƒ. jo. i (u) Keurb. B. ƒ. 21 ver fa. (v\ Keurb. D. /. ioi, ijj,
(w) Keiub, G. ƒ. 117. '
|
|||||||
..Ul,..l. .,,,..!.,.,.
|
|||||
LBoek. Voor reg ten en Keuren. 137
jaar 1579, en dus na de verandering der Re- keurem,
geeringe, werdt wederom bevolen, dat elk zyne eigen ftraat maaken moeft (jc). Onder- tufTchen, moeft zulks, volgens de Keuren, altoos, onder 't opzigt van Rooimeefteren, gefchieden (y). Somtyds, was 't ook ge- beurd , dat de Stad, voor eene enkele réis, het hermaaken van zekere ftraat op zig nam, gelyk, in 't jaar 1547, omtrent de ftraat aan de zuidzyde van den Heiligen Weg gefchied was (2). Ook hadt de Stad, nu en dan, het onderhoud der Straaten bekoftigd, en om de koften te vinden, eene belafting gelegd op alle de huizen. En hiertoe werdt, op 't ein- de van 't jaar 1580, wederom beflooten , neemende de Stad toen het onderhoud van alle de Straaten op zig, mids de huizen inde voornaamfte ftraaten daartoe iedereen blank, en de overigen ieder een halven ftuiverin't jaar opbragten (a). 't Is nogtans twyfelag- tig, of dit befluit toen wel ter uitvoeringe gebragt zy. Immers, ik vind, dat, by Bur- gemeefteren en Raaden, in 't begin des jaars , I592, nog wederom beflooten is, de ftraa- ten en burgwallen, voor Stads rekening, te laaten maaken en onderhouden (Z>). Doch mogelyk zag dit befluit alleenlyk op de burg- walden en ftraaten der nieuwe uitlegginge, die toen op handen, of begonnen was. Vaft gaat, dat de Straaten der Stad, federt meer dan
(*) Ke-irb. G. ƒ. 20g.
(y) Handv. bl- 9»?•
lx.) Groot-Metnor N. II. ƒ. «.
(a) Rei*»l. Vroedfch. N, 4. 31 Decemh. ijjo,
tb) ÜUfol. Vroedfch. N. 6. iz Febr. 159a.
I 5 '
|
|||||
138 AMSTERDAMS V.Deel.
dan honderd jaaren, voor Stads rekening,
gemaakt en onderhouden worden, en dat zy de koflen vindt, uit eene fchatting, op de huizen gelegd , waarvan wy, wat laager, fpreeken zullen. Volgens eene Keure van den een en twintigflen September des jaars 1656 , mag niemant zyne flraat , kaai of floep opbreeken, zonder kennis van Rooi- meeileren, mogende, wyders, de herflelling van 't gene opgebroken is niet gefchieden, dan met bewilliging der Heeren Thefaurie- ren (c)- Tegen het belemmeren en befcha- digen der flraaten, en op het beryden van eenigen derzelven, zyn verfcheiden' Keuren gemaakt (d). En by eene Keur van den negentienden Oólober des jaars 1764 , is, laatflelyk, aan elk, met naame aan de Tim- merluiden, verbooden, op de wallen te wer- ken , op eene boete van vyf en twintig gul- dens (e). Men heeft zelfs, op het reinhou- den der Straaten, al zeer oude Keuren, en onder anderen eene van den zeflienden De- cember des jaars 1497, beveelende, dat e lek Jonckwyf [Djenftmaagd] off dient behoort zyne Straat, alle Saturdagen, en alle bcyli- gen avondts, zal hebben fchoon te maaken (ƒ )• ^0^ neefc men ee"e uitvoerige Or- donnantie van Burgemeefteren van den ze- ven en twintigflen O&ober des jaars 1700, op het zuiveren der wateren, en het fchoon- houden der Straaten, van Stads wege (gj. Het
(f) Handy, bl. s5j.
(d) Handv.è/. 731.741, IÄÖ/. Zie se^ hier voor, IV. Deel.
I. Boeket bl. jo, 2 18. (e) Keurb. U. ƒ. 4.9. >.
(f) Keurb B. ƒ. 33 verft.
Q) Groot-Memor. iV. VIII./. Z04.
|
||||
I.BoEK.VoORREGTEN E^ KEUREN.I39
Het diepen der Graften, welk ook van Stads Keurew,
wege gefchiedt, plagt , oudtyds, door de ingezetenen , elk voor zynen wal, tot op drie voet, gedaan te moeten worden (è). Wy komen nu tot de Keuren op de Brandblussching, 3.
in 't gemeen , Brandkeuren genaamd. De brand-
Stad is, oudtyds, meer dan tegenwoordig, blus- aan zwaare en gevaarlyke Branden onderhe- schen» yig geweeft. De meelte huizen hadden hou- ten wanden en ilroo- of rieten-daken, zo dat zy ligt vuur vatteden, en, ontfteken zyn- de, bezwaarlyk te bluflchen waren. En te minder, om dat men gewoon was, veelen derzelven, van buiten, te pekken en te tee- ren : 't welk, by eene der oudfte Keuren, verbooden werdt (i). Daarenboven, lagen, gelyk in eenen Brief van Karel den V. van den jaare 1521 aangemerkt wordt, in di- verfche firaten, plaetfen en quartieren, JVas, Vlas, Peck, Teer , Wagenfchot, Sparren , Klaphout, Solpher ende dierghelycke lichtelick lernende ende onblujfelicke Waren ende Mate- pen (k). Qok hebben wy, in de Hiftorie der Stad, doen zien, dat zy , fomtyds, en, byzonderlyk in de jaaren 1421 en 1452, met branden, bezogt ge weeft is, die een groot gedeelte der huizen en gebouwen 'verteerd hebben, 't Was dan wel noodig, dat 'er Brandkeuren gemaakt werden, zo tot voor- koming , als tot fpoedige bluflching van den brand.
(h) Keuib. C. ƒ. 14.
(i) Keurln C. f. U vtrfo,
(£) Handy, il. s>78« '
|
|||||
/
|
|||||
F
|
-
|
1' ■■
|
||||||||
l
|
||||||||||
' ■
140 AMSTERDAMS V.Deel,
Keuren, brand. De oudfte bekenden zyn van 't be-
gin der vyftiende eeuwe (/). En toen wer- den 'er reeds, jaarlyks, xij. guede knapen gekooren, die te gelyk waecmeifiers, dat is, Hoofdmannen der waakende burgeren, en brandmeiflers waren. De Stad was toen in vier wyken verdeeld. Elke wyk hadt drie Brandmeefters, die élx in horen bedriuen be- waren moeffcen alle, dat den brande behoirt, by nachte ende by daghe. Ende, zegt de Keu- / re, zo wair zy aen doppen, dair zal men him guedertïerlicken die dueren vpdoen, ende laten
him bezien allen dat jsy zien willen (?»). Om- trent honderd jaaren laater, werdt bevolen, dat, in geval van brand, de Dragers , de Cellebroeders, de powmels broeders , en tien of twaalf van de naafle buuren te brande loopen moeflen («). Tot voorkominge en bluflchinge van brand, zyn, wyders, van tyd tot tyd, verfcheiden' byzondere fchikkingen gemaakt. Onder anderen, plagt, by 't ont- liaan van brand en anderen onraad, volgens eene Keure van den zesden November des jaars 1597 , de Schout , Burgemeefleren , Schepenen, Raaden, Penfionariffen, Secre- tariffen, Procureurs, gezwooren Roedraa- gers, en anderen tot het Geregt aanhoo- rig, met hun geweer, op 't Stadhuis, te ver- tfchynen'(o): 't welk noodig geoordeeld
werdt, om, in geval de brand fterk voort- flaan mögt, te vaardiger, orde te können * fte^
(.1) Keurb. A. f. 21, zz.
(m) Keurb. A. ƒ. zi verf». *,
in) Keuib. B. ƒ, j4. '
(e) Handy, bl. 18 f. des drukj van 1613,
|
||||||||||
LBOEK.VOORREGTEN EN Ke UREN. I4I
{lellen. Doch zulks is nagelaaten, federt dat Keure».
de branden, hier ter Stede, minder gevaar- lyk geworden zyn; fchoon de Keur, van welke wy fpreeken, by de groote Èrand- keure van den agtften April des jaars i68$9 nog wederom, grootendeels, vernieuwd is (p). In deeze Keure , zyn de voornaamfte fchikkingen, tot voorkominge en bluiTchin- ge van brand, begreepen. Zy werdt ge- maakt , ter gelegenheid der heilzaame uitvin- dinge van de Slang-Brandspuiten, van welke eenen ingezeten deezer Stede, mee regt, de eer toekomt. Men hadt, naamlyk, tot in 't jaar 1Ó72
toe, zo wel hier als elders, zeer gebrekke- lyke Brandfpuiten en andere blufchgereed- fchappen. In de oudfte tyden, bediende men zig van lederen emmers, die,met water ge- vuld , langs ladders, tegen de brandende ge- bouwen opgeregt, werden aangereikt, en in den brand ükgegooten: voorts, van natte zei- len , waarmede de naafle huizen gedekt wer- den , en van haaken, om de brandende ftof- fen naar zig te rukken, en dus den voort- gang der vlamme te ftuiten (q). By deeze blufchgereedfehappen, voegde men, omtrent het midden der voorgaande eeuwe , eene 'foort van groote en zwaare Brandfpuiten, aan ieder van welken, eene lange kromme koperen pyp gefchroefd werdt, door welke, het water, tot op het dak van 't brandend huis, kon gefpooten worden. £)och men vondt,
(ft) Handy. 1>l. 8+0.
(q) Groot-Meoioi, H. II. ƒ. 24«
|
||||
i4a AMSTERDAMS V.Deel,
Keuren, vondt, in alle deeze blufchgereedfchappen,
groot gebrek. Tot het gebruiken derzelven» werdt veel te veel volks en andere omilag vereifcht. De emmers bragten te weinig waters aan: en de fpuiten zelven konden den brand niet overal bereiken. Jan van der Heide fpitfle dan zyn verftand , op het verbeteren der Brandfpuiten, en voegde 'er, onder anderen, eene lange lederen buis aan, die, flangswyze, door de huizen en ver- trekken , geleid kon worden. Van deeze buis heeft de Brandfpuit, op deeze wyze verbe- terd, den naam van Slang-Brandfpuit gekree- gen. Ën de ondervinding heeft geleerd, dat het gevaar van brand, hier ter Stede, eri elders, daarmenze in gebruik heeft gebragt, ongelyk veel minder geworden is, dan het te vooren was. Van der Heide werdt, in Oftober des jaarsrÖ72,tot algemeenen Brand- meefler, aangefteld j en verwierf, federt, O&roi van Burgemeefleren, om zyne nieu- we verbeterde Brandfpuiten , hier, alleen ^ te mogen maaken en verkoopen (r). De tegenwoordige algemeene Brandmeeflers, WYBRANDen Arend Almenum, Va- der en Zoon, maaken nog de befte Slang- Brandfpuiten, en hebben 'er grooten aftrek van, beide in en buiten Europa. De Slang- fpuit, tot welks invoering, in November des jaars 1672, by de Vroedfchap , beflooteri was (f) , is hier, voor 't eerft, gebruikt, in de Lente des jaars 1673, en van dien " ,f tyd (r) Groot-Memor. N. VI. ƒ. izi.
(s) Rcfol Vroedfch. 2>. I. u Nov. 1671. f. 33.
|
|||||||
•
|
|||||||
I.J3oEK. VOORREGTEN ENKEUREN.143
tyd af, in een beftendig en nuttig gebruik Keuren*
gebleeven : fchoon men dezelve , na wei- nige jaaren verloops, veel kleiner en ligter gemaakt heeft, dan te vooren, en 'er, te* genwoordig , nog tweederlei grootte van Brandfpuiten in gebruik is (f). In 't jaar 1682, werdt, by de Vroedfchap, eene fchikking beraamd, om de onkoften te vanden, die tot het maaken en onderhouden der nieuwe Brandfpuiten vereifcht werden («). In't jaar 1698, werdt de Slangfpuii, dooreene nieu- we uitvindiiig, nog merkelyk verbeterd. Men plagt, naamlyk, tot dien tyd toe, het wa- ter, met lederen emmers, die men eikan- deren, langs ladders, uit de graft, aanreik- te , te fcheppen in de fpuit. Doch, federt, wordt het, meteene Zuigpomp, uit de graft gepompt in eene zeildoekfche buis , door welke, het in de ipuit loopt; waaruit het ge- pompt wordt in de lederen flang, aan wel- ker einde, eene koperen pyp.vaiigefchroefd is, door welke, de Pyp voerders het water brengen, daar 't de nood vereifcht. De algemeeneBrandkeur van den jaare 1685
is in drie deelen verdeeld. Heteerfle, uiteen en dertig Leden beflaande, bevat veele nut- tige fchikkingen , tot voorkominge van brand. Houten gevels en fchoorileenen zyn verbooden te maaken. Het maaken van O- «, vens, Kagchels en andere Stookplaatfen , daar meer dan gemeen vuur gebruikt wordt, moet, gelyk wy, hiervoor (v) , reeds heb- ben HO Zie J. van DER Heids Befchryv. der Slang-Bia,nd-
fpuiten. (») Refol. Vroedfch. L*. V. ^3. Dec. i6%i. f, 2,
\v) Biadx,. 13^. |
||||
144 Amsterdams v.mtir
Kfuren. ben aangetekend, niet gefchïeden, dan met
verlof van 't Geregt. Voorts, wordt by- zondere voorzigtigheid , omtrent alle ligt vuur vattende ftoffèn , aanbevolen.^ Men mag geene takken, of andere brandftof, op of bezyden de Ovens leggen, nader dan op twee voet. De Bakkers in 't byzonder mo- gen geene kooien doovën , dan in fteenen, . koperen of yzeren bakken, of potten, Meft mag geen hooi opdoen, dan in plaatfen* rpndsom met fteenèn muuren beflooten. De Ëeften moeten allen yzeren latten hebben. By beflooten water, moeten , voor alle firäaten, flèegen en flopjes, op graften uit- komende, byten gemaakt worden. In het tweede deel, vindt men de fchikkingen op Hét fpoedig bluffchen van den brand , in negen en twintig Leden begreepen. Die in zyn huis brand verneemt, moet eerft brandt roepen/ De Trompetter van den Tooren , die naaft aan den brand ftaat, is verpligt, zo dra hy dien gewaar wordt, twee Lantaarensnaar den kant van den brand, en een derde, daar regt agter, uit te zetten: waartoe hem kaärfen, door de algemeene Brandmeefters, gegeven worden. De Ra- tel wagts moeten niet alleen brand! roepen i maar ook, waar de brarid is: voorts, de Brandmeefters en Adfiftenteti opkloppen. De plaats, daar de brand is, moet, terftond, bezet worden, door de Burgervendelen def * iiaafte wyken, die niemant in 't brandend huis moeten laaten, dan vrienden of goede bekenden van hun, die in of naby den brand gezeten zyn. De bewooners der huizen om- trent |
||||
&B0ÊK,V00RltÈÓTENÈNKÈtTREN.l45
trent den brand mogen den Brandmeefteren Keuken:
geenen toegang weigeren , noch zelfs het •leiden der (langen door hunne wooningen * ïn geval zulks, by Brandmeefteren, noodig geoordeeld wordt (w). De Spuit, die 't eerft by den brand aan den gang gebragt wordt, geniet, zo 't eene groote fpuit is, eene pre- mie van vyf en twintig, en, eene kleine zyn- de, zeftien guldens: de tweede krygt, zo 't eene groote is, zeftien , en eene kleine zynde, tien guldens: de derde trekt, eene groote zynde, tien, en eene kleine zynde, zes guldens. Doch zo de brand zwaar is, en naar buiten uitflaat, worden alle deeze premien verdubbeld. Zy worden, onder de Brandfpuitluiden, gedeeld. Voormaals, plag- tenze, door den bewooner van 't huis, daar de brand ontftaan was, te worden betaald; doch nu gefehiedt zulks door de Stad. 'c Gebergde goed van zulken, die in of om- trent den brand gezeten zyn, moet, binnen vier en twintig uuren, wederom geleverd worden. By eene Keure van den dertigften January des jaars 1766, is belaft, geene Spui- ten , buiten derzelver DiftricT:, te voeren * of in 't werk te ftellen j dan op uitdrukkely- ke orde van den generaalen Brandmeefter, of van zulken,die daartoe bevoegd zyn(#> Het derde Deel der Ërandkeure, vervat- tende twintig Leden, behelft eenige fchik- kingen op het plaatfen, bewaaren en onder- houden der Spuiten en blufchgereedfchap- Pen*
C») Handv. bl. ï*y.
^ (x) Keurb. ü. ƒ. 57. X. Stuk. K
|
||||
Ï4<5 AMSTERDAMS V.DeeI.
üürën. Pen»en °P ^et aanftellen der Brandmeefteren
en Brandfpuitluiden (y). Op het blufTchen van brand, in de fchepen, voor de Stad leg- gende, is ook eene algemeene Keure ge* • maakt, insgefyks in drie deelen verdeeld, en diergelyke byzonderheden, doch gepaft op het gene, tot voorkoming en bluflching van brand in fchepen, dienftig is, vervattende. De Brandfpuitluiden, tot het blufTchen van den brand in de fchepen byzonderlyk ge- fchikt, zyn de Gildebroeders derLigtermans- en Schuitenvoerders-Gilden._ Voorts , zyn Brandmeefteren bevoegd, om allen, die zy, aan den waterkant, aantreffen, tot bliilTchin- ge van brand in de fchepen, te preiTen (z). Behalve de algemeene Brandkeure, zyn'er, van tyd tot tyd, verfcheiden' byzonderen, tot voorkoming en bluflching van brand, afgekondigd; welker voornaamften, in de nieuwfte Uitgaave der Handveßen, geplaatft zyn (o). In de zeftig wyken der Stad, flaan agt en vyftig Brandfpuiten, genoegzaam al- ' len in houten huisjes, daartoe, van Stads we- ge, opgeregt. De meefte wyken hebben ieder ééne Spuit. Doch de wyken een en twintig en twee en twintig; drie en twintig en vier en twintig; zes en dertig en zeven en dertig; agt en dertig en negen en dertig, en vyf en veertig en zes en veertig hebben maar e'éne Spuit met haar beide. Daartegen zyn, in de veertiende, vyftiende, zeftiende, drie en vyftigfte en vier en vyftigfte wyk,twee fpui-
(y) Handv. hl. «38 enz.,
(%) Hand», hl. S63 tnx.. Zie e*^ Vervolg hl. +y.
(<*) Handv. hl. 84+ enz.. ts9 «»%• Sös, 87a, 873. Ver- volg, llt 4J » ♦«. |
||||
I.Boêk. Voorregten en Keuren. 14?
fpuiten in ieder. En in wyk twee en veer- KeüiÄ'
tig en' agt en veertig, zyn geene fpuiten. Voorts, zyn 'er nog twaalf ipuiten, gefchikt tot bluflchinge van brand in de fchepen, en, in 't Y, omtrent de Boomen of in de Waaien, in fchouwen of fchuiten, geplaatft. Buiten de Stad, in de Vryheid, die in vyf * Wyken verdeeld is, ftaan zeven Brandfpui- ten, twee van welken, aldaar, in 't jaar 1694, en in 't jaar 1732, geplaatft zyn (/;). Het fchoonhouden der ilooten op het Hoeden- maakers- en Kuipers-Pad, buiten de Utrecht- fche Poort, die, dikwils, zo vol vuiligheid lagen, dat men, bezwaarlyk, in geval van brand, by 't water komen kon, is, by eene Keure van den vyftienden September des jaars 1739 , ernftelyk , bevolen (c). Tot ieder Brandfpuit , zyn ten minfte twee Brandmeesters gefteld. Eenigen heb- ben 'er drie. Tot de zeven Spuiten buiten de Stad, in de Vryheid, zyn zeftien of ze- ventien Brandmeefters gefchikt. Voorheen, plagten 'er Brandmeeßers en Brandfpuitmees- ters te zyn. De laatften hadden alleen het opzigt over de Slang-brandfpuiten. Dé eer- ften over de overige blufchgereedfchappen, en 't gene, verder, tot het voorkomen en bluiïchen van den brand, Behoorde. Doch in 't jaar 1685» werden de Commifllen dee- zer tweederlei Opzierïderen tot ééne gebragt (d). Men héeftze, federt, alleenlyk, Brand- meeflers genoemd. Myne Heeren van deiï Ge**
(b) Handy, bl. 8*9.
(c) Handtr. bl. 1673.
(d) Handv. bl. «41. 9
K %
|
|||||
*
|
|||||
M AMSTERDAMS V.DeëiS
Kibrek. Geregte plagten, tot in 't begin der voor-*
gaande eeuwe , Brandmeefters te ftellen» daartoe van de voornaamfte Burgers, zelfs Raaden en Schepenen , verkiezende (e). Doch in 't jaar 1616, werdt beraamd, dat zy , voortaan , door den Krygsraad , met goedkeuring van Burgemeefteren, zouden worden gekooren. En in 't jaar 1659 j den • .'■>'_ zeventienden February, werdt de verkiezing van Brandmeefteren gebragt, op den tegen- woordigen voet (ƒ). Zy worden, naamlyk7 \ nu, door de Kolonellen der Burgerye, uit een drietal, welk de Kapiteinen der Wyken benoemd hebben, verkooren. De Brand- meefters voeren een' Stok van omtrent agt voet, die, met Stads wapen, befchilderd is, ten teken van hun gezag. Elk hunner heeft ook een' fleutel van de plaats der fpuiten. '1 Tot ieder fpuit, behooren een onbepaald getal van Brand/puitluiden, die, door de Ka- piteinen , elk in zyne Wyk, worden aange- fteld. 't Getal derzelven is nu grooter dan , het plagt, en beloopt van omtrent vyftig tot negentig. Men kieft 'er, doorgaands, van de geringde ingezetenen toe, en daarbene- vens, en zelfs voor anderen, de bekwaamfte Gildebroeders van de Waagdraagers-, Koo- renmeeters-, Biêrdraagers-, en Turfdraa- gers - Gilden. De verkiezing gefchiedt, kort na den gewoonlyken verhuistyd in May r wanneer de Kapiteinen, van de Brandmees- ters (e) Keurb. I. f. *% * loo. Zie oo^ Handv. bl. il), des
drttkj van 1(5IJ. (f) R.egjft. der Refol. van den Krygsraad. N. I. ƒ. j*
|
||||
X.Boek.Voorreg'ten en Keuren. 149
ters verzeld, ten deezen einde, omfchry ving Keuken.
door hunne by zondere wyken doen (g). Uit de Brandfpuitluiden van elke Spuit, worden ee- nige AdfijUnten der Brandmeefleren verkoo- ren, die, wanneer 'er brand is, aan den wa- terkant , en aan de Brandfpuit wagt houden, en orde ftellen. De Adfiftenten hebben elk ook een' ileutel van de Brandfpuithuisjes. Ook wordt 'er een bewaard, in 't naalle huis by ieder huisje: alles, om, in geval van nood, te fpoediger by de Brandfpuiten te können komen. Voorts, zyn 'er, ten minfte, vier Pypvoerdm by ieder Spuit, die egter geen gezag over de andere Brandfpuitluiden heb- ben. De Brandmeefters , Adfiftenten en Brandfpuitluiden in 't gemeen worden, jaar- lyks, in den Zomer , des voordemiddags, eenige weeken agtereen, op de Beurs (#), in de behandeling der Brandfpuit onderwee- zen en geoefend, onder 't opzïgt der ge- NERAALEBRANDMEESTEHSjdie, door
Burgemeefteren, aangefteld worden, en wed-*
de trekken van de Stad. Hun pligt is, in 't algemeen, zorg te draagen, dat de Brand- keuren onderhouden worden naar behóorén: ten welken einde, zy ook, vooral, by't ont- ftaan van brand, tegenwoordig zyn moeten, om orde te ftellen, en't werk, onder de Brand- fpuitluiden , naar derzelver by zondere be- kwaamheidjte verdeelen.Zy zyn thans twee in getal, zynde den Zoon des algemeenen Brandt meefters zynen Vader, in 't jaar 1764, toe« ge-
(g),. Handv. bl. 8+ï.
{h) Zu III. Ditl, I. Boek.% bl, jjSt
K 3
|
||||||
■
|
||||||
----------------------- .1..........»,..
|
||||||
(.
|
|||||
150 AMSTERDAMS V.Deeè.
Keuren, gevoegd (i). De jongfte Inftructie voor hun
is, den tienden January des jaars 1765, door den Oud-Raad vanBurgemeefteren, vaftge- fteld. Zy mogen, niet zonder kennis van den Prefident-Burgemeefter, uit de Stad gaan. Ook zyn zy verpligt, om de drie maanden, onderzoek te doen, of 'er, in Stads maga- zyn, genoegzaame voorraad zy van mate- riaalen, vereifcht tot herftellinge der Brand- fpuiten: 't welk, onder hun opzigt, in den Stads Timmertuin , gefchieden moet (£). Ieder der Brandfpuitluiden bekomt, by zyne aanftelling, een' koperen penning, op wel- ken, aan de ééne zyde, Stads wapen, en de ■ nommer van de Wyk, en aan de andere, eene Brandfpuit ftaat uitgebeeld , waarby ook de nommer van hem, dien de penning gegeven wordt, gevoegd is. De Brandfpuit- luiden geeven deeze penningen over aan de Brandmeelters, zo dra zy, by den brand,of op de Beurs, om zig te oefenen, gekomen zyn, ten blyke, dat zy op' hunne poft zyn geweeft, alzo zy, anderszins, in boete ver- vallen. De penningen worden hun te rug gegeven, na dat zy, den brand geblufchc zynde, de Spuiten naar de huisjes gebragt hebben, en afgelezen zyn. Volgens de Keu- re, moeten, by 't ontftaan van brand, al- leenlyk de zeven of agt fpuiten uit het Dis- trict daar de brand is worden aangevoerd, op dat 'er, altoos, genoegzaame voorraad yan fpuiten gereed moge zyn, in geval 'er, ten
(i) Refol. van den Oud-Raad van Bürgern, van 27 Jan»
I7Ö4. L«. D. f. 242. (Ó Refol. als boven, 1* Jan, 17*;. Lt. D. p, 211, |
|||||
/
|
||||||
I.BOEK. VoORREGTEN ENKeüREN.IJI
ten zelfden tyde, aan eenen anderen* oord Reurek*
van de Stad, brand ontftaan mögt: ten wel- ken einde, de Stad, in zekere Dil triften, ver- deeld is, die zeer veel grooter zyn, dan de Wyk van ieder fpuit. Behalve de Brand- fpuiten, zyn ook, door de gantfche Stad, zo in de Stads gebouwen, en Godshuizen, als ïn eenige voornaame Burgerhuizen, een ze- ker getal van lederen Brandenimers geplaatft, die, voormaals, tot bluflching, doch, nader- hand , om 't water uit de graft te fcheppen, en in de Brandfpuit te gieten, gebruikt wer- den. Maar, federt het invoeren der Zuig- pomp, zyn de brandemmers van veel min- der gebruik, dan zy plagten. De brandhaa- ken zyn, geheellyk, afgefchaft: zelfs is het om verre haaien van gevels of houtwerk, by den brand, 't welk, dikwils, ongelukken veroorzaakte, by eene Keure van den eer- ften September des jaars 1691, verbooden (/). Doch de ladders zyn nog, eenigszins, in gebruik. Gemeenlyk, gefchiedt 'er, eens 's jaars, met het begin van September, eene algemeene Brandfchouw, waartoe de Kapi- teinen, Luitenants, Vendrigs en Serjanten, benevens de Brandmeefters van elke Wyk, midsgaders, de Opziender der Stads wate- ren en deigeneraale Brandmeefters gecom- . mitteerd zyn, Men geeft dan, byzonderlyk, agt, of 'er, hier of daar, eenige Ovens, Kagchels, Ketels of andere vuurphatfen ge- field zyn; of eenige gevaarlyke Neeringen geoefend worden, tegen de Keuren: ook, of
* (0 Handy, hl, h+.
K 4
|
||||||
t.
|
||||||
iS% AMSTERDAMS V.Deeï,,
Keuren, pf de brandemmers wel in behoorlyken flaat,
' en op de bezemde plaatfen worden gevon- den. De Stads-Emmers moeten, voor dat de fchouw gefchiedt, door den Stads - Em- mer me eßer, op den kant van den wal, vol water gezet worden. Doch behalve deezen, moeten 'er ook, in Suikerbakkeryen, Brou- weryen en andere plaatfen, daar zwaar vuur geftookt wordt, brandemmers onderhouden worden, ten kofte der bewooneren. En dee- zen moeten ook zorg draagen, dat dezelven, voor de fchouw, vol water ftaan(m). 4- Na de Keuren op de Brandbluffching, ko«. Qp de men jn aanmerking de Keuren op het ver-«
taar- Hchten der Stad, door middel van , L A N T A A R N E N.
In de vyftiende, en in 't begin der zeftïen-
de eeuwe, hädt men geene middelen, om de Stad, by avond en by nagt, te verlichten, dan eenige weinige Lantaarnen, met brandende kaarfen, die, hier en daar, in 't midden der voornaamfte ftraaten, en op de bruggen fton- den; doch weinig licht geeven konden. Hier- om werdtjin 't jaar 1505 ,bevolen,dat nie- > mant, na 't luiden der Boevenklok, 't welk ten negen uuren begint, zonder Lantaarn,' op ftraat zou mogen gaan (n). De Burger- wagt en Ratelwagt plagten zelfs, niet zon- der licht, de ronde te doen: 't welk, tot diep in de voorgaande eeuwe , geduurd heeft (0). Ondertuffchen, was, reeds in 't jaar;
(m) Handv. bl. %<4.
(n) Keutb. B. ƒ. %z verf*. .
(#J Refol. Vroedkh, Lt. J. 19 Nov, 146%. f, 115,
|
||||
LBOEK.VOORREGTEN EN KEUREN. 153
jaar 1579, bevolen, de Lantaarnen, die op Keueeä*
de bruggen Honden, terftond met den don- ker, te ontfteeken; en, om de ftraaten ook eenigszins te verlichten, aan alle herbergiers en tappers, belaft, tot tien uuren toe, licht te branden in hunne voorhuizen (p). Doch deëze Keur, niet onderhouden zynde naar behooren, werdt,in't jaar 1587, vernieuwd. *t Geregt beval toen, in de Lantaarnen, op de bruggen ftaande, alle avonden, na 't lui- den der boomklok, kaarfen te ontlteeken (4). 't Leedt egter naauwlyks agt jaaren, of men bevondt,dat de Stad veel te weinig verlicht was. Menbefloot dan, by eene Keure van den zeventienden November desjaars 1595, te beveelen, dat, aan ieder twaalfde huis, door den bewooner, by avond en by nagt, een' Lantaarn met eene brandende kaars zou gehangen worden (r). Doch de bewooners, of veelen ten minfte, verzuimden het op- volgen deezer Keure. Men moeft, derhal- ve , van Stads wege, luiden aanftellen, die voor 't ontfteeken deezer Lantaarnen zorg droegen, gelyk, in 't jaar 1597 ■> gefchiedde. De koften, die hierop liepen, werden gevon- den, uit eene belafting op de ingezetenen, die zeker Lantaarngeld betaalen moeften, welk , door aangeftelde ColleSteurs , werdt ingevorderd (j). En op deezen voet, is de Stad verlicht geworden, tot in 't jaar 1668. Jan vander Heide, aan wiens heil- zaam (p) Keurb. G. f. 20«.
|
||||||||||
*
|
q) Keurb. G. ƒ, 330 verfo.
tl Keurb. H. ƒ, ïïo i>er/>.
|
|||||||||
(1) Keuib, H, f. ut.
K5
|
||||||||||
154 AMSTERDAMS V.Dew;
Eeuken. zaame uitvinding der Slangbrandfpuiten, wy,
boven, gedagt hebben, hadt, weinige jaaren te vooren, ook een middel voorgeüaagen, om de Stad, door lampen, gehangen in een byzonder maakfel van Lantaarnen, op kleine afftanden van eikanderen, te verlichten. En . zyn voorflag vondt zo veel ingang, dat, by de Vroedfchap, beflooten werdt, dien in 't werk te Hellen (?)• Voor 't einde van't jaar 1669, was de Stad reeds alomme voorzien met de nieuwlings uitgevonden Lantaarnen, die, federt, nog in fommige opzigten, ver- beterd zyn. Van der Heide heeft 'er veel eers mede ingelegd. Men ziet, ter »gedag- teniffe van deezé zyne uitvinding en die der Slangbrandfpuiten, eene zinnebeeldige ver- tooning, op beide flaande, boven de deur van een huis in de Koeftraat, daar hy ge- woond heeft, uitgehouwen. De Lantaarnen, die twee voet hoog, vier-
kant , doch boven wyder zyn dan onder , zyn, van boven, gedekt met een' blikken fnuiver, die den rook van 't Lamppït aan alle zyden uitlaat. De meeften liaan op houten paaien, die omtrent negen en een' halven voet lang, en, federt eenige jaaren, zo wel als de wippen der ophaalbruggen r met eene der kleuren van Stads wapen, wit, in ftede van rood, eene andere kleur uit Stads wapen, geverwdzyn, om, in't donker, te beter af te fteeken. De overigen zyn, op een wit geverwd voetftuk, met een' yzerenhou- vafl, aan de wanden van eenige hoek- en an-
(*) Refol. Vioedfch, Lt, F. 1% jfa 166%, ƒ. nj.
|
||||
J.BOEK.VOORREGTENEN KEUREN. 155
andere huizen , geplaatft. In deeze voet- Keuee».
Hukken, en boven in de paaien, zyn lugtga- ten geboord, om de lampen voor 't uitgaan te bewaaren. In ieder Lantaarn, hangt,ter hoogte van een' voet boven de paal, eene blikken lamp, met een dik gedraaid katoe- nen lemmet of pit, en, op de maat, gevuld met Raapolie, waaronder, des winters, of by vriezend weder, om 't bevriezen te voor- komen , eene zekere hoeveelheid van Lyn- olie gedaan wordt. De Lemmetten zyn in zulker voege gefchikt, dat ieder, ontfteken zynde, in agt en negentig uuren, omtrent - een mingelen olie verteert. Doeh eenige weinige Lampen, gelyk die voor en aan 't Stadhuis ftaan , hebben twee Lemmetten. De Lantaarns worden, federt eenige jaaren, het gantfche jaar door, by donkere maan, en 's avonds, of 's nagts, aangefteken, en lichten, ten kortfte, drie en een half of vier, en ten langfte, veertien uuren. De Vutters krygen nette maaten mede, die juift zo veel olie houden, als zy, dagelyks, in de Lam- pen , moeten doen. In de wintermaanden, January, February, Maart, Oclober, No- vember en December, worden de Lampen, in de Lantaarns, veertien, vyftien, zeftien of zeventien ogtenden in elke maand, ten vyf, vyf en een half, zes, zes en een half, en zeven uuren, uitgeblufcht. Jaarlyks, wordt 'er eene Ordonnantie gedrukt,gefchikt naar den loop en ouderdom der Maane, waarin het juifte uur wordt aangeweezen, wanneer de Lampen ontfteken en geblufcht moeten* worden: midsgaders, de tyd., wanneer de gla-
|
||||
i5<5 AMSTERDAMS V.Deel
keuren, glazen der Lantaarnen, en de fnuivers en
lampen moeten worden fchoon gemaakt en van nieuwe lemmetten voorzien: gefchie- dende dit fchoonmaaken der fnuivers en lam- pen , en 't voorzien der laatften van nieuwe lemrnetten, alleen op zulke dagen, wanneer het, 's avonds en 's nagts, ligte Maan is; 't welk, in elke maand, van vyftot negen rei? zen, voorvalt. De Lantaarns der gantfche Stad, de buitenwyken daaronder begree- pen, zyn verdeeld in zeventien wyken, van A. tot R. , nevens de nommer van elke Lantaarn, op ieder derzelven, gemerkt. In elke wyk, zyn, voormaals, honderd en zeftig Stads Lantaarns ge weeft, behal ven in de wyk A. , waarin 'er nog maar honderd zes en veertig zyn, en daaronder nog de zes Lan? taarnen aan 't Stadhuis, Ook zyn, onder de honderd en zeftig Lantaarns van de wyk R. begreepen zes en twintig, die langs degroo- te, en veertien, die langs de kleine Waal ftaan. Doch, in alle de Wyken, behalve de wyk A., is het getal der Lantaarnen toe-, ■/_ genomen boven de honderd en zeftig. In de
wyk B., zyn 'er wel honderd negen en ze- ventig , en in de wyk O., honderd een en tagtig: zo dat 'er, in alles, twee duizend 3gt honderd en vyftien Stads Lantaarns zyn. Doch aan verfcheiden' voornaame huizen, zyn, voor rekening der eigenaaren of be- wooneren, fierlyker Lantaarns geplaatft, die ook, het gantfche jaar door , ruim twee > maanden in 't midden van den Zomer uit- genomen , door de bedienden der Stads Lan- taarnen , bezorgd en ontfteken worden: wor- den- |
||||||
\
|
||||||
>"-^
|
||||||
LB0EK.Vd0RREGtEHENKËÜ&ËÏI.Ï57
dende, voor ieder derzelven, jaarlyks, twaalf Keüreï^ guldens vier ftuivers aan de Stad betaald. 't Getal derzelven is, federt eenige jaaren, fterk toegenomen, en beloopt thans, [in 1766], reeds omtrent drie honderd. De Bedienden der Stads Lantaarnen, die
allen, door de Heeren Thefaurieren, wor- den aangefteld, zyn een Opziender; een On- der-Opziender ; een Oliemeeter; zeventien Vuiler $ of Bezorgers der Lampen, welken vyf Noodhelpers zyn toegevoegd; honderd vier en dertig Janfleekers en Blujfchers, die ze- ventien Noodhelpers hebben, en zes Nagtroft' den, die, door byzóndere luiden , gewekt worden, en rondgaan, om te zien, of alle de Lampen wel branden. De Lampbezor- gers voorzien de Lampen van lemmetten, en van olie, naar de maat van het Dagre- gifter, hun, door den Opziender, ter hand gefield; het nieuwe Lemmet, onder 't vul- len , doorvogtigende met olie, en, als het gebrand heeft, het zwart met eene fchaar wegfnydende. Zy geeven van de gebreken, die zy, aan de olie, aan het katoen, of aan de Lantaarnpaalen ontdekken , kennis aan den Opziender, en van 't gene aan 't blik der Lantaarnen of Lampen, of aan de glazen ontbreekt, aan den Stads Blikflaager of Gla- zenmaaker, die zorg moeten draagen, dat alles herfteld worde. Zy reinigen, van tyd tot tyd, de glazen, en, by ligten maantyd, de fnuivers, en de rook- en lugtgaten 5 in May, July , Auguftus, September en Oc- tober, byzonderlyk, zorgdraagende, dat de laatften van fpinnewebben gezuiverd bly- veiï.
|
|||||||
%
|
|||||||
*
|
|||||||
I
|
|||||
ï5S AMSTERDAMS V.Dee£.
torn. ven. Wanneer zy jagtfiieeuw tegemoet zien, moeten zyde Lampen niet van nieuwe lem- metten verzorgen, dan op den zelfden dag, dat dezelven, 's avonds, zullen moetenaan- gefleken worden.^ Eindelyk, zyn zy ook verpligt, toe te zien, dat de Lampen, niet te vroeg, worden aangefteken. De Aan- ffceekers zyn gehouden, de Lampen, voor- zïgtiglyk, te ontfteeken, de ladder, zagte* lyk, tegen de paai zettende; de kleine deur der Lantaarn alleenlyk openende, en de kaars , behendiglyk , aan 't lemmet bren- gende , op dat het niet verzet worde; 't welk de Lampen kwalyk zou doen branden. De Vuliers moeten hun eigen gereedfchap be- koftigen, uitgenomen de Oliekruiken en Olie- maaten, die hun, van Stads wege,gegeven worden. De Aanfteekers moeten ook hun-* ne eigene ladders, kaarfen en flonfen hou- den. Beiden verbeurenze boete, wanneer- ze, in 't een [of in 't ander opzigt, hunnen pligt verzuimen. Ieder Lantaarnaanfleeker fteektjgemeenlyk, twintig Lantaamen aan, welker meeften, tegenwoordig, maar agt of tien huizen van eikanderen ftaan, zo dat de Stad , in een vierdendeel uurs, alomme , verlicht kan zyn. De Burgerwagt, de SqI- daaten, de Poortiers en de Ratelwagts zyn ook verpligt, agt te geeven, dat de Lampen behoorlyk branden (u). Tegen het befcha- digen der Stads Lantaarnen, is, reeds by eene Keure van den zes en twintigften Fe- brua-
{«) Handv. hl. ip*7. en inftruéHen voor de Iiampbczor-*
geis tn Aanfleekers der Stads Lantaarnen. |
|||||
I,B0EK.V00RRËGTEN EN KEUREN. 1$$
bruary des jaars 1670, ernitelyk, voorzien KntmSS^
(u). De Amfterdamfche Lantaarnen zyn zo dienftig bevonden , dat menze , door den tyd, alomme hier te Lande, en zelfs, hier en daar, buitens Lands, heeft ingevoerd. By het befluit der Vroedfchap totopreg-
ting der Stads Lantaarnen van den jaare 166%, werdt, te getyk, vaftgefteld, de onkoften, daartoe vereifcht, te vinden uit eene belas- ting op de huizen, gefchikt naar de groot- te der Verpondingen; van welke belaiting, nogtans, de Armenhuisjes of Hofjes zouden vry zyn (10). Uit eene diergelyke belas- ting , werden ook de koften der Brandfpui- ten, Straaten en Waterleidingen gevonden. Doch alle deeze belaftingen werden, in 't jaar 1693 , met eenige verandering , ge- bragt, het Lantaarngeld op een zefliende, het Emmer- of Brandfpuiten- en Straatgeld, op een twee en dertigfie, en het geld voor 't circuleeren of omleiden der wateren ook op een twee en dertigfle, famen een agtfie ge- deelte van de Ordinaris Verpondinge, nu den twaalfden Penning genaamd (x). Ook wordt het, te gelyk met deeze Verponding, ter Thefaurie extraordinaris, betaald. Op het 5.
B Y T E N, Op het
Bytjsw»
in en om de Stad , by ftrenge vorft, zyn, al van ouds, menigten van Keuren gemaakt. Doch, eertyds, met een geheel ander oog- merk, (v) Handy, bl. »«47. o
(w) Refoi. Vroedfch. Lt. G. aj> Sept. 1570. ƒ. 64 ' vtrfi,
(x) Refol, Vroedfch, Lt. W. 1+ Sept. ia9i, f. Z1^.
|
|||||
x
|
|||||
i6o AMSTERDAMS ViVzu;
mjRjm. merk, dan het, tegenwoordig, gemeenlyk,
gefchiedt. Voor drie eeuwen, plagt men, 's winters, het V en de Stads graften open f e houden, om dat men voor vyandelyke invallen over 't Y bedugt was. Men liet, door de gantfche Stad, op eenen hoorn blaa- zen, om elk te waarfchuwen, dat hy byten moefl, daar hy befcheiden was. Op den derden December des jaars 1476, werdt af- gekondigd , dat elk op fyn hoefflach Jol byten als die hoirne omme der Stede gegaen beeft, ah dat van ouds cuflumelic is (y). En op den zeftienden January des volgenden jaars , werdt bevolen, in 't Y te byten an beydefy* de van die palinge tot an 't lant (2). Dierge- Jyke Keuren zyn, naderhand ,* in zorgelyke tyden, meermaalen, vernieuwd (#). Doch in plaats dat, van ouds, de hoorn omging, werdt, in laater' tyd, de Bytklok geluid. En 't Geregt ging, naderhand, fchouwen, of de ingezetenen behoorlyk gebyt hadden (b). Tegenwoordig, en federt veele jaaren, flrekt het byten meeft, op dat men, by ongeval van brand, te ligter, aan 't water zou kön- nen komen: ten welken einde, ieder hoek- huis, volgens herhaalde Keuren, verpligt is, eene byt van twaalf voeten , voor zyne deur, in de graft, te doen maaken. Aan de molens en huizen buiten de Stad, in de Vryheid, moeten, om dezelfde reden, ook by-
(y) Keuib. A. ƒ. «y.
. {£) Keutb. A. ƒ. 8J verf«. (*) Keiub. A. ƒ. iij verf», 131. G. ƒ. 375 verf«. P. d
S7 verfo. Refol. Vroedfch. Lt. t, + Febr. I6J4, ƒ« 31g. (b) Handv. bl. %i».
|
||||||||
i
|
||||||||
1
|
||||||||
•■
|
||||||||
\
|
||||||||
*
|
|||||
OóEK. VoöÜRÉGTÉN ÈN KEÜREN.ltfl
byten gemaakt, en open gehouden worden Keümä
(c). D& byten moeten, volgens eene Keure van den twintigften January des jaars 1763, dagelyks, voor tien uuren des morgens, o- pen zyn (d). Doch in geval men * t'eenigen tyde, voor eenen vyandelyken overval over 't ys te dugten hadt, zouden, ongetwyfeld, de oude waarfchuwingen, om 't Y en de Stads graften op te byten j wederom vernieuwd worden. Voor de reinigheid van deezer Stede wa* <5.
teren, is, van ouds, op meer dan ééne wy- Op het ze, gezorgd j en onder anderen j door het w^keiï. maaken van verfcheiden' Keuren op het Nagtwericen,
waardoor, hief, het reinigen der Privaatert>
of heimelyke gemakken verftaan wordt. O-' ver het Damrak * het Rokin en andere graf- ten binnen de Stad, plagten, van ouds, Pri* vaaten getimmerd te zyn. By eene Keure van den tienden May des jaars 1530, werdt bevolen, deeze Privaaten weg te neemen, en dat wel, om de wateren in de Stad,die> Zegt de Keur , zeer cofielyck zyn , rein te houden (e). Doch deeze Keur fchynt niet naafgekomen te wezen, naar behooren, alzo zy, in 't jaat 1599» wederom vernieuwd werdt (ƒ ). Ook ftonden 'er, in 't jaar 1620, nog eenige zulke Privaaten langs den Burg* wal,
fc) Handv. hl. 840, 870, «71. Vervolg hl. 4«.
(d) Keurb. U. ƒ. 26.
(e) Keurb. D. ƒ. lf| verft.
(f) Keurb. H. ƒ. 169.
X. Stuk, L
|
|||||
•
|
|||||
ifo AMSTERDAMS V.DeeE;
Keuren, wal, van de Zwaanenburgsbrugge tot aan
de S. Antonis-fluis; die toen ook moeften afgebroken worden (g).. De meefte heime- lyke gemakken werden ook in de huizen ge- maakt , en de onreine ftoffe ontvangen in kuilen, die, van tyd tot tyd, moeten gele- digd worden. En dit ledigen wordt nagt- werken genaamd, om dat het, volgens de Keuren, by nagt, gefehieden moet; en ook, genoegzaam altoos, gefchiedt. De tyd, daar toe gefield, is, van den eerften Oótober tot den laatften Maart, van 's avonds ten ne- gen , tot 's morgens ten half twee uuren, en van den eerften April tot den laatften Septem- ber , van 's avonds ten half tien tot 's morgens ten twee uuren, welke tyd, volgens de Keu- ren, voor één' nagt gerekend wordt. De arbei- ders , die dit werk verrigten, moeten, door Burgemeefteren, aangefteld zyn, en by eede belooven, zig naar de Keuren op het Nagt- werken te voegen. Over dezelven zyn Toe- ziendersgezet,door Burgemeefteren, die al- toos by 't werk tegenwoordig moeten zyn, en zprg draagen, dat de kuilen wel geledigd, en de onreine ftoffen niet, tufTchen den wal en de fchuit, in 't water, geworpen worden. De Toezienders moeten, nu en dan, ook 's nagts , de ronde doen, en agtgeeven, of 'er ook Privaaten , door onbeeedigden, of tegen de Keuren, geledigd worden: zynde? daarenboven, de Ratelwagts bevoegd ver- klaard, tot het bekeuren van onbeè'edigde Nagtwerkers. De ftoffe, uit de Privaaten ~ in fchuiten gedraagen en overgeftort zyn- de?
(PgKcurb. I. ƒ, »3* vtrfu
|
|||||
IBOEK.VOORREGTEN EN KeÜR ENMfjjJ
de, plagt, voorheen, buiten de paaien, in't Kêure^
Y, en in vroeger' tyd, ook in den Amftel, buiten de runmolens, geworpen te worden. Doch alzo men, naderhand, begreep, dat daarvan goede meft komen kon, werdt, in 't jaar 1655, gekeurd, dat fnenze nergens dan op de Vuilnisbelten brengen zou (h). Zy wordt, eenigen tyd in de open lugt ge- legen hebbende, door en ten behoeve van het AalmoefTeniers- Weeshuis, verkogt. Wy- ders, is 'er, behalve de Toezienders, van welken wy gefproken hebben, ook een al- gemeene Opziender over de Nagtwerkers, die ook, door Burgemeefteren, aangefteld wordt. Ten zynen huize, wordt, gemeenlyk, het Nagtwerkers - Comptoir gehouden , daar 't werk befteld, en 't werkvolk betaald wordt. Ook verdeelt hy het werk, onder de ar- beiders. ♦ * De Regeering van Amfterdam heeft,
van ouds, ook zorg gedraagen, om de goe- de zeden te bewaaren , door het inflellen van Keuren, tegen zulk een onfchikkelyk gedrag , welk zy hieldt nadeelig te zyn voor den Burgerftaat; fchoon zy ook eeni- ge ongeregeldheden heeft moeten gedoogen, om erger kwaad te voorkomen* . De Keuren, van ouds, op het dobbelen en 7,
of> de Bordeekn gemaakt, bewyzen 't een en Op het 't ander. Het Dobbb- LEN.
Dobbelen,
en valfih fpeelen vooral, is, al vroeg, hier
ter
(h) Handv. t/, 1012-1014.
L 2
|
||||
iöY AMSTERDAMS V.Dée£;
Keuren, ter Stede, verbooden geweeft. Hertog Al~
brecht hadt, al in 't jaar 1395,belaft „ dat „ niemant, binnen de Vryheid van Amfter- „ dam, ooit eenige Quaeckborden [veelligt, „ Tiktakborden~\ of Dobbelfchoolen hantieren „ of houden zou, noch van 's Graaven we- „ ge," [die, dikwils, de Dobbelfchoolen in de Steden plagt te verpagten, of uit gunft weg te fchenken (ff] „ noch van der Stede „ wege. Ende wie daer dobbelde ofquaecke- „ de, by nachte of by daghe, of Quaeckborde „ of Dobbelfchole hielde in zynen huyfe, dat „ waer op een boet van thien ponden {k)" 't Schynt, nogtans, dat men, in gevolge van dit verbod , alleenlyk de fpelen van bloot geval, waarin de Kerk, van ouds, meer on- geoorlofdheid meende te vinden, dan in de fpelen, waarin ook eenige fchranderheid of behendigheid te paffe kwam, voor ongeoor* lofd, gehouden heeft. Immers, in onze oud- fte Keuren, wordt allerlei dobbelen en fpeelen verbooden, uitgenomen fcaken ,fiyffpelenende quairten, dat is, denk ik,het fchaaken, het dammen en het kaartfpeelen (4). Doch men hieldt,
(i) Zie II. Deel , II. Bte^ il. 178. .
(4J Hanrtv. bl. n J. [11.] (4) Het Kaartfpeelen werdt , agt ik , quairten of
vieren geftoemd, om dat een Kaattfpel, uit vierder- lei figuuren, beflaat, ruiten, harten, fcboppen en klat* veren. Het gene wy nu een /pel Kaarten noemen, heette , oudtyds *, een quairtjpel of /pel van vieren. Zie Keurb. D. f. 212 verfo. Men weet, dat dit fpel, eerft op 't einde der veertiende eeuwe, in Frankryk, uitgevonden werdt, om Koning Karel den VI., ia zvne zwaarmoedige vlaagen, te vermaaken. Voiez Velly & ViLLARiT Hifi. de Francs f Tom. XII. P. 155. |
||||
LBOEK.VOORREGTEN EN KEUREN. l6$
hieldt, in; de opkomende Koopftad , ook Keuren,
vooral het grof fpeelen voor nadeelig. De- zelfde Keur verbiedt meer te verfpeelen dan 't geld, dat men by zig, en de kleederen, die men aan heeft (/). In eene laatere Keur, vindt men <mk het Craeybeeken verbooden , (m). tjet hoeden van Quaakborden en Dob- belfchoolen , waarfchynlyk diergelyke fpeel- plaatfen, als de Franfchen, nog heden ten dage, Academies de Jeu noemen, is ook, by eene Keure van den elfden February des jaars 1508, ongeoorlofd verklaard, en te ge- lyk verbooden, meer te verfpeelen dan een onfe zilvers («). Doch 't fchynt, dat men» al vroeg, zo wel als in laater' tyd, zonder zo zeer op de foort van 't fpel te zien, voor- naamly k, bedagt geweeft is, om het valfcb fpeelen en het grof fpeekn te weeren, 't Een én 't ander fchynt, eigenlyk, dobbelen ge- noemd te zyn. In 't jaar 1681, werdt, by de Vroedfchap, geraadpleegd , op de be- kwaamfte middelen, om het 'dobbelen te weeren, en beflooten, by eene Keure, te verbieden, meer dan vyf en twintig guldens, op éénen dag, te verfpeelen (0) ; gëlyk, eerlang, gefchiedde (p). Burgemeefteren beflooten, ten zelfden tyde, geene Officien, Benefieten of Digniteiten, ter hunner begee- vinge ftaande, te zullen opdraagen aan ïe- mant^
(O Keurb. A. f. 12.
(m) Keurb. A. ĥ 78 verfq.
(n) Keutb. B. ƒ. ioi.
(0) Refol. Vroedfch. L'. O. t$t^7Hh »$»!.ƒ. H,*J»
(f) Hapitv. bl, $o6.
|
|||||
v
|
|||||
i66 AMSTERDAMS V.Deel.
XtvREN. mant, die grover fpeelde dan de jongfte Keu- re toeliet (q). Dwaaze weddenfehappen op het leeyen of de dood van eenige Vorften;' op het inneemen van Steden en diergelyke dingen, zyn hier, al in 't jaar ióoi, af- gekeurd, hebbende de Wphouderfchap verklaard , dat zy daarop göë'n regt doen zou O), g. Omtrent het houden van Op het
houden BoRpEELEN,
vanBoa-
PXBLEN. werdt, hier ter Stede, van ouds, en tot op
de verandering des jaars 1578, groote oog- luiking gebruikt. De oudfle Keuren verbie- den wel, met Poytierfiippe om te gaan, dat is, bordeel te houden, binnen de Vryheid, en verklaaren zelfs, dat iemant, die 'er s tot - driemaal toe, vergeefs, van afgemaandis, zyn lyf verbeurt, en mitter mie geregt, dat is, leevende in de aarde gedolven zal wor- den. Doch dit 's maar te verftaan van het bordeel houden op plaatfen, daar 't nietvry- flondt. In die zelfde Keuren , wordt het bordeel houden op der Stede nye grafie vp tie Feflen toegelaaten (s). Doch eenige jaa- x ren laater,-werdt gekeurd , dat openbaare ligte vrouwen, alleen in de Pylfteeg en in de Halftee'g, tottie fiouten knechten huyfen, woonen mogten (?)> Deeze twee fteegen waren zo openlyke woonplaatfen van ligte vrouwen, datzulken, die, elders woonag- M Handv. hl. yc<$. &\
(r). Handv. hl. J07. ■ ,
(s) Keuib. A. ƒ. 4 verfo.
(t) Keurb. A. ƒ. ;j , $1,
|
||||
L Boek. Vo o r re g t e n en K e u r e n. ïÓ?
tig, als zodanig, by 't Geregt, werden aan- Keuren.
gebragt, ter Stad uit gebannen werden, wanneer zy weigerden , in de Halfteeg df Pylfteeg, te gaan woonen (a). De reden * deezer oogluijkinge fchroomde men niet,
openlyk, te geeven, in eene Keure van den zeventienden Maart des jaars 1478, waar men, in de inleiding, leezen kon: Ende eerß> want men den gemeine vrouwen, in goede Ste~ , . den, ende /onderlinge in Ceopfleden, als defe Stede
'~ is, niet ontberen en mactf, ende het beter is dat «zy dair %yny dan off z<y dair niet en waren, gemerct mede dat fy omme Jakß ende redene wille van die heylige kercke geleden werde enz. (v). Doch in 't begin des jaars i495,fcheen 4e Regeering van dien tyd dit ftuk een weinig anders in te zien. Men werdt, naamlyk, te * f aade, eene algemeene fehool op te regten in
de Halfteeg, daar toen, zo fpreekt de Keur, byna niemant dan openbaare gemeen vrou- > wen woonden , daer men der Stede buten- ßandts meer confufie offfpreect dan eer, ende pick eken behagen es voir God almacbtich. De
ligte vrouwen kreegen dan bevel, om, ten iangfte met May-Avond, uit de Halfteeg, uk ds Pylfteeg, en waar zy meer hier ter Stede woonen mogten, te verhuizen (w). Doch de opregting eener Schoole in de Hal- fleeg hadt geen' voortgang, en't leedt niet piet langer dan tot den vier en twintigftea January des jaars 1509, toen openlyk werde afgekondigd, dat de Schouten-Qienaars al- leen (u) Keurb. A. ƒ. 190 verfo, iji,
(■v) Keurb. A. ƒ. 93. (m) Keiub, S. f, 11. L 4
|
|||||
m AMSTERDAMS V/Dekt.
Teuren, leen gemeene vrouwen mogten houden, en
dat die nergens woonen mogten, dan in de Pylfleeg en in de Halfteeg (V). Ondértus- fchen, moet men niet waanen, dat 'er, by de oude Keuren deezer Stad, geen agt ge- flaagen werdt op de eerbaarheid der zeden. In de qudften, was, aan mannen en vrou- wen , verbooden, te gelyk, in denflouen bin- nen der Stede te gaan, of te ilaapen, op eene boete van drie pond Hollandfch. Eene vrouw van lichten kuene, in de Kerk of op 't Kerk- hof, met een' man eetende, drinkende, of byflaapende, verbeurde haar oor (y}. Doch de openlyke toelaating van bekende Bordee- len hielde niet op, dan na de verandering des jaars 1578. Dés Schouts Dienaars kree- gen, toeu,terftond, bevel, om het houden van Bordeelen na te laaten. De Politike Or* donnantie der Heeren Staaten van 't jaar .1580 hadt, wyders, eenige orde gefield tel- gen het pleegen van Over/pel en Hoererye. Doch de Wethouderfchap deezer Stad, oor-? deelende, dat deeze orde niet genoegzaam was, om 't kwaad te fluiten, verboodt,by eene Keure van den twintigften Auguflus {les gemelden jaars „ het verleiden van ge- „ trouwde luiden tot overfpel, onder be- ,, dreiging van fchavotteering; het houden „ van bordeelen, onder gelykè bedreiging „ van fchavotteering en geldboete, voor de „ eerfle, en geefleling en ban, voor de twee- l? de reize." Voorts, werden, by dezelf* (#) Keuib. B. ƒ. 114.
, (j) K$wb. A. ƒ. * verft ^ ( * :' ■ M
|
||||
1. Boek. Voor regten en Keuren. 169
de Keure, de Hoeren, Hoerery oefenende, Keure^.
en andere fnooder foort van ontugtigheden, bedreigd met ftraffen , ter befcheidenheid van den Geregte (2). 's Lands Staaten, by Plakaat van den elfden September des jaars 1677, verklaard hebbende, dat, in 't geval van Overfpel, geene Compofitie plaats heb- ben zou (0); hebben, by nadere Refplütie van den negen en twintigflen July des jaars 1679, dit Plakaat, in zo verre, buiden exe- cutie gefield, dat zy den Officieren het com- pofeeren, met zulken, die zig aan Overfpel fchuldig maaken, wederom hebben toegelaa- Sen (h). De Dansfchoolen, waar mans-.en vrouwsperfoonen byeenkwamen, en dikwils groote ongeregeldheden gepleegd werden, zyn ook, by eene Keure van den agt en twintigflen April des jaars 1629 , verboo den geworden (<:). *
(g.) Handv. bl. 572.
(a) Groot-Plakaatb. III. Deel, hl. 707.
(b) Zie deezje Refolutie »'» van Alphens Papegaay, II,
Deel , bl. SU.
(t) Handv. bl. 572»
|
|||||||
h 5 BT.
|
|||||||
• 17° "AMSTERDAMS V.Deel.
f-- B Y L AA GEN
ÏA A. .
öp het V. Deel, I. Boek.
Lr. A. Qeregfelyke Fer klaar ing van eenigeoude Luiden
'. te 4mfierdam, wegens hetßuan vandraaiboö~_ men buiten de Haarlemmer- en Reguliers- Poorten, en van eene Hameije buiten de S. Antonis-iroorte\ gedagtekend'den tweeden May des jaars 1554. Wy Simon Cops Claesz". enJanHarmesz«.
Scepenen in Aemftelredamme oircon- den ende kennen dat voir ons quamen Heere Lambert Claesz. pricfter oudt lxxv. Goeiïen Jansz. reecalff oud lxxij. Glaes doedenz. oud lxiijj. Comelys Buyck Zybrantsz. oudt lxj. Raiden der voirf. Stede. SimonJansz. harinek oudt lxxv. Geryt Jacobsz. Coeckebacker oudt lxvij. Jan Jacobsz. bygenaempt geeflelaer oudt omtrent t negentich. Jacob Jansz. Cuyper van delft geboren oudt lxxxvj. harjs Craecli oudt lxx jaeren, ofte daer omtrent.; alle gelyck in- woenende poirteren der voirf. Stede, met rech- te verdaechtten verfoucke van den Burgermren der zelver Stede omrne der waerheyt getuych- nifle te geuen. Ende hebben by hoeren behoir- lycken eeden, te weeten die voirn. heer Lam- bert by zyn prieflerfchap zyn handt op zyn bord leggende, die voirn, Goeflen Jansz. Claesdoe- denz. ende Cornelys Buyck by- den eeden by J hen int aenneemen van hoeren officien gedaen. énde die voirn. Simon Jansz. harinek, Geryt Jacobsz. Coeckebacker', Jan Jacobsz. Jacob Jansz. ende hans Craech, volftaefs eedts lyff- Jycken met vpgerechten vingeren aen den hey- IX-
|
|||||||||
<?
|
|||||||||
•
|
|||||||||
* <
|
|||||||||
LBOEK. VOQRREGTEN EN KEUREN. 171
't J ■"-*- \ l '
ligen gedepofeert ende verckirt hoe warachtich Bylaa-
ende henluyden wel kenlyck es ende zy getu- gen * gen wel weeten. dat den drayboem ftaende nu Lr. A, ter tyt buyten de hairiemer poirte der voirf. fte- • de tuffchen de Gathuyfers fluyfe ende het eeri fte huys ftaende weftwaerts vp van de zelve fluyfe aen den dyck daermen nair Sloterdyck gaet. aldaer ouer meenige langen Jaeren ende ibe lange als hen getugen elcx nair relpeét van hoeren ouderdom gedencken mach geftaen heeft. Dat oick in voirtyden buyten de regu- liers poirte der zeluer Stede een drayboom met een vrouwen huysken plachte te ftaen vpten re- guliers dycke zuydwaerts vp tuffchen t eerften huys genaempt holpoirts huys geftaen aen deri zeluen dycke aen de zuydtzyde van den regu- liers laenc ende den zeluen Laene nairder noch- tans aen 't voirfz. huys dan den voirf. laene. Dat mede van gelycken buyten'finte Anthoenys poir- te vpten dyck een hameye plachte te ftaen van barcoenen gemaeckt teynden 't hoyhuys van den leprofen oiftwaerts op van de kercke van den feluen Leprofen. welcke hameije meninty- devan oirloge plachte te fluyten. Dat oick me- de hen getugen wel gedenct ende kenlycken es dat omtrent ouer de dertich jaeren geleden die bailluw van Amfterlant in dèr tyt weefende buy- ten ende omtrent der voirf. hameye jufticie heeft gedaen. Voirts quamen voir Scepenen voirn. Albert Cors oudt lxiij ende pouwels van kaer- , den oudt lxxxv. Jaeren, oick der voirf. Stede
poirteren, mede verdaicht ten verfoucke als voi- ren ende hebben by hoeren foienneelen eeden verclaert. Te wetene die voirn. Albert Cors dat hem wel kenlyck es ende iiy getuge wel weet alle tgene des by den voirn. getugen gedepo- feert es warachtich te wefen. Ende die voirn. pouwels van kairden dat den drayboem buyten de hairlemer poirte voirf. ter plaetfe voirf. altyt foe lange als hem gedencken mach geftaen heelt. |
||||
173 AMSTERDAMS V.Deei,
Dat oick ter plactfe daer nu buten de zelue poir-
te den drayboem ftaet een oude drayboem eer- tyts heeft geftaen, die althans, ouermits den dyck zedert der tyt gehoecht ende gerefen es, onder ofte gelyck der airden leytnairzyn befte gedencken. Soe wairlyck moefte hen getugen Godt almachtich helpen ende alle zyne heyli- gen. Inkenniffe der Wairheyt hebben wy Sce- penen voirn. onfe zegelen hier beneden aen ge- hangen. Gegeuen vpten tweeden dach in nicije a*. XVC. vier ende vyftich. (getekend) Petr. Woits. Lr. B.
Rentelirief van den een en dertigften Maart
' des jaars 1416 ^waarby de Stad Amfterdam anderhaluen goedene goudene vlaemfchen philippLis nobele jaarlykfche rente aan Wi- brich heyn coppe ruicfchen zoens dochter van Dyemen verkoopt , op zeer zonderlinge Voorwaarden.* Wy fcout fcepene ende raide der Stede van
aemftelredame doen cont ende te, wete- ne allen luden dat wy by raede confente ende guetdonckender Wyshede vroetfcippe ende ryc- hede der voirn. ftede van der feluer Stede we- ghen gheliet hebben ende gehen mit defenbrie- ue voir ons ende voir onfen naecomerjngen fcoudich te wefen wibrich heyn coppe ruic;- fchen zoens dochter van dyemen haren naeco- melingen off den houder des briefs bi haeren wille anderhaluen goedene goudene vlaemfchen philippus nobele left. ghcflegen joff paymente dat alfoe guet is jaerlixer renten totten ewelike pachte te betalen alle iair defe renten binnen der Stede van aemftelredamme vry ende onbe- commert op Sinte pouwels dach converfio off binnen zefs weken daerna ombegrepen mar w^irt |
||||||||
Bylaa-
GEN
LvA.
|
||||||||
Lr. B.
|
||||||||
IaBoËK.VooRREGf EN EN KEUREN.'173
fake dat wibrich voirn. haer nacomelingen off ßYLAA
houder des briefs voirf. binnen der voirn. Ste-0EN de niet wefen noch coraen en mochte tot haren j/, &> vredert off en woude foe geloeuen wy haer de- fe renten vry en onbecommert te lcueren ende wail te betalen buten haren hinder cofte ende fcade binnen der Stat van Utrecht off binnen der Stede van Antwerpen in die wiffele dairt de- fe wibrich haren nacomelingen off houder des briefs voirf. fal genuegen fonder enich weder- leggen Indien^ dat Wybrich voirn. haer naco- melingen off h'ouder des briefs voirf. den raden van der voirn. ftede dan in der tyt wefende guets tyts vierden dage lanc voer den termyn der betalinge laet weten in welke ftadt off ftede voirn. haer genuegen defe rente te ontfangen. Ende wairt dat wy niet en deden alze voirf. ftaet foe gelien wy van der voirn.. ftede wegen voir ons ende voir onfe nacomelingen fcoudich te wefen bouen den voirf. renten deler wibri- gen hairen nacomelingen off houder des briefs voirf. alle daghe drye hollantfche groete op- ter voirn. ftede te verterene ter tyt toedathair defe renten mit alfulken dach ghelde als dair wair offverfcenen zyvoldaen ende wail betaelt den lellen pemiinc mitten eerften voirt foe ge- louen wy van der voirn. ftede weghen voir ons ende voir onfen nacomelingen defer Wybrich haren nacomelingen off den houder des briefïs voirf. Alfe wairt dat haer defe loffeniffen en- de vorwairden tot enigher tyt van der voirn. Stede worden gebroken dat fy dan alle hairen hinder fcaden afterftal ende gebreke van der voirf. loffeniffen ende voirwarden roerende fou- de mogen verhalen ende doen verrechten fon- der verbeurniffe jeghens der voirn. Stede an ons ende onfe guede an alle onfe mede poirteren en- de hoire guede foe wair off tot wat ftede fy die beuinde of conde gecrigen Ende ghelien ons ende onfe medepoirteren van dair of verwon- nen te wefen mit allen recht alzo dat wy noch |
|||||
1
|
|||||
174 AMSTERDAMS V.Déei.
Bylaa* oru"e poirteren des mit ghienen rechte het fy
GEN ' geeftlic of waerllc en füllen weren in enigher Lr. B» wys nocn oec ghienrehande lifte ofte nye von- de dair iegen te doen. Voirt foe hebben wy noch gheloeft ende gelouen van der voirn. fte- de wegen voir ons ende voir onfen nacomelin- gen defer Wybrich ende hairen nacomelingen als wanneer dat wybrich voirf. offliuich i's dat wy off die rade van der voirnoemde Stede die dan wefen füllen haeren erfnamen die poerteren fyn der Stede van aemftelredamme elcx eiTen brief füllen bezegelen van fïnenaendeelvan der voirf. renten inhoudende ghelike defe brieue alzo verre als zy des begheren ende zyons off den raden van der Stede voirf. defe iegenwoir- dige brieue dan weder leueren ende ouergeuen ter ftede behoef voirf. behoudeliken dat men defe renten niet en fal mogen vercopen yemandt anders dan onfen medepoirteren ende dat men defe brieue niemant en fal mogen opdragen quytfcelden noch ouergeuen anders dan onfen medepoirteren vorder dan om een jair verfche- tien renten teffens mede te winnen alle dingen fonder arch ende lifte In kenniffe der waerhe- • de foe hebben wy fcout fcepene ende rade voirf. defen brieff befegelt mit onfen zegelen hier an gehangen Gegeuen vpten leften dach in mair- te Int iair ons heren dufent vierhundert ende feftien. |
|||||||
v y F-
|
|||||||
■ <
|
|||||||
^
|
|||||||
*7$ .
V Y F D E DEEL. VOORREGTEN i GEWOON^
TEN, KEUREN en
BEZITTINGEN
VAN
AMSTERDAM.
TWEEDE BOEK.
VOORNAAMSTE BEZITTINGEN
der STAD. De Privilegien of Voorregten, Couflumen Over-"
en Keuren, naar welken, Amllerdam ganS tot geregeerd wordt, in't voorgaande Boek, heb- ^ ^. bende afgehandeld, komen wy nu, tot de van^de befchry ving van de Bezittingen der voor- Stad in 't gemeen, die , onder haare voor- "aamfte naamfte Voorregten, können geteld worden, genader Amllerdam heeft zig, van tyd tot tyd, stad Am-
doorgaands, door aankoop, den eigendom llerdam. verkreegen van verfcheiden' Heerlyke en andere goederen , die, meeft in Holland, en, vooreen groot gedeelte, omtrent de Stad, gelegen zyn. De voornaamflen van deeze goederen, want ons oogmerk is niet, dezel- ven allen op te tellen, zyn eenjge Ambagts- heerlykheden , in en buiten Holland , en eenige regten op Dykaadjen, Wegen, Wa- teren, Polders en Sluizen of Verlaaten, ge- noegzaam allen naby de Stad leggende. Wy
|
|||||
s
|
|||||||||||
fyê AMSTERDAMS V.Deel,
Am- Wy beginnen met de BA GTS* *
HEEKLYK- AMBAGTSHEERLYKHEDEN,
HBDEW.
in alle welken, Burgemeefteren, op den
voorflag van denaangefteldenAmbagtsheer, ook Sterf heer genaamd, Schouten en Secre- tariflen (lellen. De Schepenen, Buurtmees- teren en andere Regenten en Amptenaars worden gekooren of aangefteld, door den geftelden Ambagtsheer, die ook handope- ning verleent, tot het beroepen van Predi- kanten , en 't regt van goed- of afkeuring derzelven oefent. |
|||||||||||
1.
Ambagts -
heerlyk-
heid van
Amster-
veen of
Nieu-
wer-Am-
STEL.
|
Onder de Ambagtsheerlykheden der Stad,
tellen wy , in de eerße plaatfe, die van A M S T E R V E E N,
welke, onder de Amftellandfchen, langft, in
't bezit der Stad geweefl is;alzo zy,nevens die van Slooten, Slooterdyk, Osdorp, de |
||||||||||
Geer en Vrye Ambagten, in 't jaar 1529,
van Reinoud, Heere van Brederode, ge- kogt werdt (a): fchoon, anderszins, aan dé Ambagtsheerlykheid van Ouderkerk, of Ou- der-Amftel, de rang voor die van Amfter- veen toekomen zou, en ook, doorgaands of altoos, gegeven is (b). De Ambagtsheerlyk- heid van Amfterveen wordt ook de Ambagts- heerlykheid van Nieuwer-Amstel ge- noemd ; hoewel, in eenen brief van den jaa- re 1434, het Ambocht van Jmßelreveen van het
, (a) Zie II. Deel» V. Boekj, bl. J07. XI. Boeket bl, 52.
(b) Zie, ender anderen, Refol. Cu Keiul). teïOader-Amt- ftel, ƒ. 48, 72t |
|||||||||||
iL Boek. Voornaamste bezittingen. 177
het Ambocht van der Nieuwer - Amflel fchynt Am-
onderfcheiden te worden. (V). Doch, veel- bagts- ligt, heeft men, in dien brief, door het Am-HEERLTÄ* bocht van Amßelreveen, het Dorp Amfierveen in 't byzonder, en door het Ambocht van der Nieuwer-Amflel, de Landeryen, onder 't gebied van Amfterveen leggende, ver- ftaan. Het een en 't ander wordt, tegen- woordig , onder den algemeenen naam van Nieuwer-Amfiei of Amfierveen, begreepen. De naam van Amfierveen, dat is, Amfle- Naams,*
lerveen, is, ongetwyfeld, ontleend van de reden. Veenen, die, in de ftreek langs de weftzyde des Amfiels, in overvloed, gevonden wor- den. Denaam van Nieuwer- Amflel is my niet vroeger voorgekomen , dan in twee brieven van den jaare 1334, reeds by eene andere gelegenheid, te boek gefield (d). In deeze brieven, wordt van de Kerk van No- va Aemfiel of Nieuwe Aemfielle gewaagd; waarmede, ongetwyfeld, gezien wordt op de Kerk van Amfterveen, zo genaamd, om haar te onderfcheiden van de Kerk van Ou* de Aemfielle of Ouderkerk, die eerder gefligt was. Gantfch Amftelland, na de dood van Bis- Hiftorie,
fchop Guy, aan de Graaven van Holland gekomen zynde,bleef, geheellyk, onder dé Graaflyke beheering , tot dat Hertog Al- brecht van Beijeren, by eenen brief vaa den vyf en twintigflen May des jaars 1399, te Haarlem gegeven, dat Ambocht van Atnftel- re-
(c) Handv, bl, joi.
(d\ Zie III. Deel, II, B«e^r bl. 3*4, 305,
X. Stuk. M
|
|||||
11
|
|||||
f/ß AMSTERDAMS V.Deex.
Am- re veen, ten onverfterflyken erfleen, opdroeg
BAGTS- aan Heere Koen van Ooßerwyk, Zoon van hEERLYK- if?Mem Cufer, 's Graaven Hofmeefter, die. * 'er hem een en dertig honderd fchiJden voor betaald hadt. Hy kreeg, by deeze opdragt, regt „ om Schout en Schepenen in dit Am- „ bocht te fetten en te ontfetten. De halve „ breuken, op den voet als de Ambagtshee- „ ren in Kennemerland dezelven bezaten, „ en de geheele boeten werden hem afge- „ Haan. De Baljuw van Amftelland mögt, „ in het Ambagt, riiet te regt zitten, noch „ eenige breuken beregten, dan met zyne „ bewilliging. De gifte der Kerke van Am- „ fterveen zou, voortaan, aan hem ftaan:" gelyk dezelve, nevens die der Koflerye en Scholafterye , by vonnis van den grooten Raade van Mechelen van den zeven en twin- tigften Maart desjaars 1562, [1563], ook erkend is, aan de Stad Amflerdam, als be- zittende toen de Ambagtsheerlykheid van Amfterveen, toe te behooren(e). „Voorts, „ werden hem de Zwaanen van het Ara- „ bagt, benevens de weder- of Lammeren- „ bede, zwynbede, turf bede, eenige tienden,'* waartoe , in laater' tyd, ook de Hennip- en Raaptienden begreepen werden te behoo- ren (ƒ); „ en eenige Landen, Veenen, „.Wateren en VifFcheryen, binnen en bui« „ ten het Ambagt, opgedraagen (^."Her- tog Albrecht beval zelfs, by eenen Brief van den vyfden Auguftus des gemelden jaars, aan
(e) Handv, b!. 314,
(f) Handv. blt ju.
Qr) Handy, bl, 25,9, |
||||
ILBoEit. Voornaamste bezittingen. 179
aan het Geregt van Amfterdam, dat het Heer Am*
Arend van Leyenberg, kort te vooren, totBAGTS- Baljuw van Amftelland, aangefteld, niet inHEEB*J°k die hoedanigheid ontvangen, noch beëedi-HEDEN* gen zou, dan na dat hy Heere Koen fchrif- telyke verzekering gedaan hadt, dathy hem, in 't geruft bezit der gekogte Ambagtsheer* lykheid, zou laaten (h). Doch Koen van Oofterwyk bleef niet lang Heer vanAmfter- veen. Hy verkogt de Ambagtsheerlykheid, in 't begin des jaars 1403, aan Vrouwe Mar* gareet van Kleeve, Gemaalin van Hertoge Albrecht, die 'er haar, terftond,mede ver« lydde (i). Zyoverleedt, zonder kinderen. Haare Moeder, ook Mar gareet van Kleeve genaamd, die haare erfgenaame werdt, ver- kogt , met toeftemming van haaren Zoon, Gerard van Kleeve, in 't jaar 1411, de erfe- nis aan haare andere Dogter, Catharina van Kleeve, die de Ambagtsheerlykheid van Ara« fterveen, benevens die van Slooten en Ooft- dorp, in 't jaar 1434, ook verkogt aan Heere Henrik van Borfelen, Heere van Veere, Zan- denburg en Vliffingen (k). Mar gar eet, Dog- ter van Wolfen van Borfelen , Heere van Veere en Zoon van Henrik (i), met fValra- ven van Br ederode, in de egt getreden zyn- de, bragt hem de Ambagtsheerlykheid van Amfterveen en de andere goederen mede ten
(b) Hand/, hl. 3 co.
\%y Handv. bU 300.
(i-j zie de Aften geregiftr. ter Leenkamer van Holland,
üWPhilippus A. H3J-H4°'ƒ• «1 *■? rjo, it.li. Handr, iL 30t. (t) Zit BOXHORN of REIGERSB. I. Qttl, bh ïll.
'M »
|
|||||
;
|
|||||
igo * AMSTERDAMS V.Üee4
Am- ten Huwelyk; die, gelyk wy reeds gemeld
BAGTs- hebben, in 't jaar 1529, door Reinoud, Zoon HtfBRLXK- ym Walraven van Brederode, aan de Stad Amfterdam verkogt werden: waarmede een pleit over de grensfcheiding der Stad en der v Ambagtsheerïykheid, welk, meer dan dertig jaaren lang, voorden Ho ve van Holland, ge-
, hangen hadt, te niet gedaan werdt(w). De Heer van Brederode hadt, naamlyk, beweerd, dat die van Amfterdam, by de jongde uit- legging der Stad van den jaare 1480,"de muuren, veften en poorten derzeïve hadden durven ftellen, en leiden, op, door, en in Zyne Ambagtsheerïykheid; en dat zy den fchouw over wegen, watergangen, dyken en kaaden, in dezelve, aan zig getrokken hadden («). En fchoon 'er, tegen deeze befchuldiging, vry wat, met reden, in te brengen ware; blykende, ten minfte, dat de muuren en poorten, niet boven de hon- derd gaarden van de oude graft af, gefield waren, tot op welken affland, de Vryheid van Amfterdam, by Graarlyke brieven", was uitgebreid (0); de Stad wilde de Am- bagtsheerïykheid liever koopen, dan langer een laftig pleit voeren, over de grensfchei- ding. Keizer Karel de V. beveftigde den koop, by brieven van den derden Auguftus des jaars 1531; doch beval, dat Burgemees- teren , altoos, eenen uit de Vroedfchap tot Ambagtsheer zouden aanftellen, die deii Leeneed aan de Graaßykheid afleggen, en da
(m) Handv. bl. 304.
(nj Hantlv. bl. 304. (e) Zie l, Detl, I, Bk{, bl. 14» |
||||
3£BoEK. Voornaamste bezittingen. i8i
de vereifchte Heergewaaden voldoen zou, AM-
van der Stede wege. Ook behieldt de Vorft bagts- de helft der crimineek boeten, of zulk een ^deisT gedeelte derzelven, als de voorige Ambagts- heeren plagten te heffen, voortaan, aan zig (p), 't welk geduurd heeft, tot in 't jaar 1557, wanneer de Stad de gemelde helft der crimi- neele boeten van de Graaflykheid gekogt heeft (q). Voorts, moeft de Stad, voor dee- ze beveiliging van den koop, jaarlyks, vyf en twintig gouden Karels guldens voldoen aan de Graaflykheid, die zig het regt voor- behieldt, om de gekogte Ambagtsheerlyk- heid, tegen voldoening van den koopprys, ten allen tyde, te mogen naaften (r). Doch men heeft nimmer geraaden gevonden, zig van dit regt te bedienen. Van een nader Verdrag, tmTchen de Stad en den Huize van Brederode, wegens den koopprys der Am- bagtsheerlykheid, in den jaare 1594, ge- troffen, hebben wy reeds eenig berigt ge- geven (j). De Ambagtsheerlykheid van Amfterveen, Verdee-
tot welker byzondere befchryving wy nu linS« overgaan, legt, voor het grootfte gedeelte, aan de weftzydedesAmftelftrooms, hebben- de den Slooter-ban , Ryker- of Rietwyker- oord en Aalsmeer ten wellen, en zig (trek- kende , van de Vryheid der Stad Amfterdam, in 't noorden, af, tot aan het Dorp Tarnen of den Uithoorn, in de Provincie van U- trechtj
(/») Handv. bl. joj,
(q) Handv. bl. ju. (r) Handv. bl. jofi. (f) Zie II. Deel, XI. Boe^ bl. 9z. M3
|
||||
i'8a AMSTERDAMS V.Deek.
^M. trecht, in 't zuiden, toe. En deeze ftreek
BAGTs* Lands beftaat uit drie Polders, de Buitenvel- hejsrls-k- der-Polder ,die zig van de Stads veftenftrekt ' tot aan het kleine Loopveld, en dus, ge- deeltelyk, onder de Vryheid der Stad be- hoort ; de dmfterveenfihe of Middel- Polder% gelegen tuffchen het kleine en het groote Loopveld, en de Bovenkerker - Polder? die, voor een groot gedeelte, uitgeveendis,doch, tegenwoordig, droog gemaakt wordt, en, tuffchen het groote Loopveld en den Uit- hoorn legt. De 'Stads-Polder, tuffchen de Overtoomfche en Koftverlooren vaart leg- gende , behoort ook , gedeeltelyk, tot de Ambagtsheeriykheid van Nieuwer - Amflel, en voor 't overige en grootfte gedeelte, on- der de Vryheid der Stad. Voorts, ftrekt zig deeze Ambagtsheeriykheid ook, ten oos- ten van den Amftel, uit, over een gedeelte van de Outewaaler of Over - Amflel - Polder, welk gedeelte, tuffchen de Diemer-meer en de Vryheid der Stad, bepaald is. Buiten- Inde BUITEN VELDER-P0LDER,die,
jfeffr volgens een Oélroi van 's Lands Staaten van
9 er' den zesden May des jaars 1634, aangelegd; veertien honderd twee en negentig mor- gen groot is, en, voor een groot gedeelte, uit vet Weiland beftaat, zyn meeft opmer- kelyk de fraaije Bukenplaatfen, die, langs de weftzyde des Amftels, en langs de ooft- zyde van den Amfterveenfchen weg, gele- , gen zyn. De Oude IVetering loopt, in de lengte, door deeze en door de Middel-Pol- der, van buiten de Weterings-poort af, tot aan het groote Loopveld, van waar zy zig ver*
|
||||
M.B0EK. Voornaamste bezittingen*. 1S3
verder, ook door de Bovenkerker - Polder, Am- •
plagt te verfpreiden : 't welk , federt het bagts- droograaaken dier Polder, ophoudt. Om- **■«**• trent in 't midden der Buitenvelder-Polder, E£DÊIV aan de ooftzyde van den Veendyk of Am- flerveenfchen weg , ftaat eene Roomfche Kerk, die thans, door eenen Weereldfchen Priefter, bediend wordt. En een weinig be- werten den Amflerveenfchen weg^ op de hoogte van 't kleine Loop veld; welk zig, van den Amflel tot aan den Amfterveen- fchen weg, uitftrekt; en dus buiten de Pol- der, is een water, het Karnemelks• gat ge- naamd, aan welk, tegen de nieuwe Meer, een fluisje of verlaat legt, van ouds Jan- Koenen-fluisje geheeten, welk hetAmftellands- water, dat, buiten de Polders, gemeenlyk, hooger is dan het Rynlands- of Meerwater, fchut uit de,Meer. By 't verlaat, flaat een Watermolen, die 't Amftellandfch buitenwa- ter uitmaak op de Meer. Door 't verlaat, welk op twaalf voet twee duim Rynlandfche maat wydte gehouden wordt, worden de vaartuigen, van deeze zyde komende, door de Karfenbrug, op de fcheiding van Amftel- land en Rietwyker-oord gelegen, en weinig wyder dan 't verlaat, gefchut, naar de Meer. De Molen r*t verlaat, de brug, en de wegen en paden derwaards leidende, fchoon in 't Baljuwfchap van Amftelland gelegen, flaan onder de beheering en fchouw van 't Hoog- heemraadfchap van Rynland. Voorts, loopt, meer noordwaards, van 't begin van den Amflerveenfchen weg aan den Overtoom af, M 4 voor-
|
||||
184 AMSTERDAMS V.Deel.
AM. voorby den Slooter-weg, tot in de nieuwe
BAGTs- Meer, een water , de Schinkel genaamd, ÏÜÏÏf1" welk de Baljuwfchappen van Kennemerland |
|||||||||
HEDEN,
|
|||||||||
en Amftelland van eikanderen fcheidt; doch
onder den fchouw van 't Hoogheemraad- fchap van Rynland behoort. De zuidoofl- zyde van den Heiligen- of Overtoomfchen weg, genoegzaam van 't een tot het ander einde, dat is, van den Stads Singel af, tot aan den Overtoom toe, bezet met huizen en tuinen, legt ook tegen de Buitenvelder- Polder. En deeze weg is thans eene aan- zienlyke Voorflad voor Amfterdam , waar verfcheidenerlei fabryken en neeringen ge- daan , en de gemeenfte handwerken geoe- fend worden. Men heeft 'er, onder ande- ren, verfcheiden'Katoendrukkeryen, eene Pottenbakkery, eene Zwavelraiineerdery en eene Vingerhoedenmaakery. Drie Water- molens maaien het overtollig landwater uit de Buitenvelder - Polder, en loozen 't in den Amftel. De eerfle ftaat, even buiten de Vryheid der Stad, een weinig landwaards in, by Bergenvaarders - kamer: de tweede, op de hoogte van drie honderd roeden van de Stad, by het Plaatsje Overmeer: en de der- de , ook in 't veld, tiuTchen de negen hon- derd en duizend roeden. Vier Poldermees* ters, die , door Burgemeefteren , als Am- bagtsheeren, worden aangefteld, hebben het opzigt over deeze Polder. De dyk langs de weftzyde des Amftels; de Stads Buitenfin- gel , van den Amftel tot aan den Overtoom- fchen weg; die Weg zelf, de Amfterveen- fche
|
|||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 185
fche weg of Veendyk, tot aan het kleine Am-
Loopveld, en dit Loopveld maaken den ring bagts- deezer Polder uit. • hekblyk- De AMSTERVEENSCHE ofMlDDEL- 5£Sr-
P o L D e i, die zig, van het kleine, tot aan venfcbe
het groote Loopveld, of de Kerklaan; loo- oiMiddel* pende, van den Amflel, voorby de buurt, polder* tegen over Ouderkerk, af, tot aan Amfter- veen toe; uitftrekt, en , ooftwaards, door den Amfteldyk, en weftwaards, door den Amfterveenfchen weg, bepaald wordt, ver- vat ook eenige aanzienlyke Buitenplaatfen, zo wel langs den Amflel, als langs den Am- fterveenfchen weg, of Veendyk, gelegen. Ook ftaan, in deeze Polder, twee Mylpaa- len; een aan den Amflel, by de Hofflede Tulpenburg , en een aan den Amfterveen- fchen weg, by eene kleine braak, die om de Hofftede Elsryk loopt; aanduidende den afftand van Amfterdam, binnen welken, de Stad het Ban- en Vangregt oefent. Nog legt, in deeze Polder, tufïchen den Amftel en de Wetering, de Bankras- Meer, in den Op- dragtbrief van het Ambagt aan Koen van Oofterwyk van den jaare 1399, bekend on- der den naam van Banckenmeer (f). En langs het groote Loopveld, digt aan den Amftel, (laat eene groote Kruidmolen, waartoe ver- fcheiden' gebouwen, verder weftwaards ge- legen, behooren. De aanzienlyke buurt te- gen over Ouderkerk, die, gemeenlyk, met Ouderkerk verward, en, ten onregte, Ou- derkerk genoemd wordt, legt ook aan en in dee-
(t) Handv. i/.s*J>S>.
M 5
|
|||||
.(
|
|||||
\
|
|||||
186 AMSTERDAMS V,Deel.
Am- deeze Polder, en behoort tot de Ambagts- BAGTs- heerlykheid van Nieuwer-Amftel, of Am- mawT fterveen- D.Qch 'c gene de Middel-Polder
meefl doet uitmunten, is het Dorp Het Dorp Amsterveen, aan den Amfterveen-
Amster- fchen weg en 't groote Loopveld , mid- V££W* den in 't geboomte , omtrent anderhalf uur gaans ten zuiden van Amfterdam, ge- legen. De Kerk is een net, ruim en lug- tig kruis - gebouw. Het Choor agter den Predikftoel is, met een hek, van den buik der Kerke afgefcheiden, en dient tot eene Kerkenkamer. Men heeft, in de Kerke, een geftoelte voor den Baljuw van Amftel- laad en voor den Ambagtsheer. Het Kerk- hof is met boomen bezet, en met eenen muur omringd. Agter het zelve, is de woo- ning van den Predikant, die een fraai uit- zigt,en een' tuin voor en agter heeft. Wy hebben »hiervoor (V), aangemerkt, dat van de Kerk van Amfterveen, reeds in 't jaar 1334 j gewag gemaakt wordt. Uit eenen Schepenen-Brief van den eerden December des jaars 1430 (V), is my, daarenboven, ge- bleeken, dat de Kerk, te Amfterveen, in den oorlog, die, weinige jaaren te vooren, tuflchen de Hoekfchen en Kabbeljaauwfchen, voorgevallen was, door de Kennemers, of door de Stigtfchen , was afgebrand. De Goidshuus-beraaders, of Kerkmeefters moes- ten toen, om de koften, tot het herbouwen der Kerke, te vinden, eenige Kerkengoede- ren verkoopen. De tegenwoordige Kerk is van
(u) EUdz.. 177-
(v) In 't Gafthuis. Latde LXVII.
|
|||||
I
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. iS?
van eenen fpitfen tooren, met uur- en (lag- AM-
werk , voorzien. Voor den tooren, is het bagts- jaartal 1641 gefield. De Digter Joan van hee*lyk- Broekhuizen is, op den twintigften Decem-H?DEN* ber des jaars 1707, in deeze Kerke, begraa- ven, in het zevende graf van den zevenden regel. De Kerk werdt, na de Hervorming, met de Kerke van Ouderkerk, door éénen Predikant, bediend, van 't jaar 1586 tot het jaar 1595, wanneer Amfterveen ,in 't Ker- kelyke, van Ouderkerk gefcheiden werdt, en een' Predikant op zig zelf kreeg. De die- nende Kerkenraad, waarby een afgegaane Ouderling en een afgegaane Diaken gevoegd wordt, en een der naaftgelegen Predikan- ten , als confulent of raadgeever, verkiefl een* nieuwen Predikant. Het Regthuis van Am- ilerveen plagt, tot eene wooning voor den Schout, gefchikt te zyn, die 'er nog huur van betaalt aan de Stad; doch 'er nu iemant in laat woonen. DeRegtkamer, tegen over welke, de gewoonlyke Straf plaats is, wordt egter, door 't Geregt van Nieuwer - Amftel, ge- bruikt. Wyders, is 'er een gemeen Armhuis, waarin bejaarden en kinderen van opgeze- tenen van Nieuwer-Amftel van allerlei ge- zindheid geplaatft worden. De Armmeefte- ren hebben altoos beweerd, regt te hebben op de nalaatenfchap van zulken, die zy on- derhouden hadden. En in dit regt, zyn zy, door 's Lands Staaten, by eene Refolutie van den eerften July des jaars 1735, beves- tigd geworden (w). Doch, in 't jaar 1765, is, met Octroi van 's Lands Staaten, in 't mid-
M Han<Jv. bl, jitf.
|
|||||
tU AMSTERDAMS V.Deei;,
Aw. midden van 't Dorp, uit eenen verzamel-
baöts- den voorraad, die, door eene milde gifte jiEERLYK- van Jen laatftoverleedenAmbagtsheer, MR. litDtN. QERARD AaRNOUT HASSELAER,mer-
kelyk, vermeerderd is, een nieuw Diaconie-
Huis geftigt,voor GereformeerdeLedemaa- ten en derzelver kinderen. De jonge Lieve Geelvinck, Zoon van wylen denHeere Lieve Geelvinck, Schepen der Stad Amfter- dam,envanVrouweCATHARiNA Eliza- beth Hasselaer, Dogter van den ge- melden Heere Burgemeester Gerard Aarnout Hasselaer, Ambagtsheer van Nieuwer-Amftel, heeft den eerden Steen aan 't gebouw gelegd. Behalven eene Re- genten-Kamer, een' Kooken en eene Kamer voor de Binnenmoeder, zyn 'er, in dit Huis, verfcheiden' vertrekken, voor oude vrou- wen en kinderen, jongens en meisjes, allen met behangen bedfteden voorzien. Op den veertienden Juny des Jaars 1766, vond ik, in het zelve, vier oude Vrouwen, en vyf- tien kinderen. In het Dorp, zo ver het be- flraat is, telde men toen vier en tagtig huis- gezinnen. Amfterveen is, in 't jaar 1523, door Keizer Karel den V., met een vrye Paar- denmtirkt, begiftigd (#). Doch zy is, of nimmer gehouden, of reeds, voor meer dan twee eeuwen, te niet geloopen. Men is, tegenwoordig, in overleg, omze we- derom te herftellen. Door Amflerveen is , inzonderheid des Zomers, veel door- togt van rytuigen van en naar 't zuide- lyk gedeelte van Holland; die hunnen weg
(*) Haadv, hl, t*lt |
||||
II. Boek. Voornaamste BEzn-ffttéEtf. igp
weg dan door de Veenen neemen, om de Am- ,\
gulle zandwegen te myden. Te Amfterveen, bagts- zyn twee Brandfpuiten geplaatft, ten diende «•■*** van het Ambagt. Aan den Overtoom, ftaan HEDSN* 'er ook twee, die, door de Ambagten van Nieuwer - Amftel en Slooten , in gemeen- fchap, onderhouden en gebruikt worden. In de Middel Polder, leggen een duizend twee en zeventig morgen goed Weiland. Zy wordt, door twee Watermolens, die beide op den Amftel uitmaalen, van overtollig wa- ter ontledigd. De eerfte ftäat, op de hoog* - te der zeventien honderd roeden van de Stad af, in 't veld : de andere, voorby de twee en twintig honderd roeden , aan de Bankras«meer. Over de Polder en Polder- molens , hebben, insgelyks, vier Poldermees- ters het opzigt. De BoVENKERKER-PoLDER, ZOgt* Bmen-
naamd, om dat zy hooger, of meer zuid- **r*ef-
waards, dan de Kerk van Amfterveen gele- sr' gen is, werdt, in gevolge van een O&roï van 's Lands Staaten van den negentienden December des jaars 1629 (j),door het leg- gen van den nieuwen dyk of Tamer-Laan, loopende, van den Amfteldyk af, tot aan den Veen- of Bovenkerkerker - weg, by de Kerk van Tarnen, gemaakt; en plagt, vol- gens de Regifters, vyftien honderd en veer- tig morgen, meeft Veen- en weinig )Vei- land, te vervatten. Doch ver het grootfte gedeelte der Polder, al voor veele jaaren, zynde uitgeveend, hebben eenige ingelan- den, met bewilliging van Burgemeefteren, als
(j) Zit II, Deel, XIV* ü*tk., Bylaage L', A. */. 4M«
|
||||
100 AMSTERDAMS V.Deel.
Am_ i als Ambagtsheeren (2), verzogt, de Polder
BACTs- droog en tot land te mogen rhaaken: waar- HEERLYK-toe hun, op den zevenden September des HBDEN' jaars 1764 i Odroi verleend is, By dit Oo troi,,is, aan de onderneemers der Droog- maakerye, voor den tyd van veertig jaaren, te beginnen met het eerftejaar,dat'ervrug- ten van de drooggemaakte Polder genooten , worden, toegedaan Vrydom van gewoone en buitengewoone Verpondingen, honderd ■ ften, twee honderdflien en meerdere of min- dere Penningen : ook van den veertigflen Penning van alle geregtelyke vervreemdin- gen en beladingen, en van de Importen van t Oor- en Hoorngeld, bezaaide Landen, grove Waaren en 't Koehouders - Zout, zo ver het de fchatting der Koeijen, en niet de Huisgezinnen betreft: nog van den honderd- ften en twee honderdften Penning der fom- men, die, ten lafte der bedykinge, zullen worden opgenomen; van de nowk tienden, en van de Graaflykheids- en andere gemee- ne Lands Tollen der bouwftóffen, die, aan de bedykinge, en aan dé werken en werk- tuigen, daartoe vereïfcht, zullen worden ge- bruikt. Tot verval der koften, aan de vaart langs het groote Loopveld, is, door 's Lands Staaten, eindelyk, eene redelyke Gabelle toegedaan. De gantfche Droogmaakery zal omtrent zeventien honderd een en veer- tig morgen vier honderd roeden groot zyn. Zy zal, in Kavelingen van dertig morgen ieder, worden verdeeld, en elk, die eene Kaveling bezit, zal, als Hoofdingeland, wor- den {*•) Gioot-Mcmor. N, X. ƒ. nj.
|
|||||
I
|
|||||
;* '. ■ ■
II. Boek, Voornaamste bezittingen. 191
den aangemerkt, en ééna flem hebben. Die Am*
twee Kavelingen heeft, heeft twee flemmen, bagts- en zo vervolgens. Na 't beraamen van dee- feerlyk:- zeen andere fchikkingen, heeft men eenenHSDEN* aanvang gemaakt van 't werk, welk, bin- , nen tienjaaren na 't verleenen van 't Oc- troi, voltrokken moet zyn, zo de ondernee- mers de vrugt van het zelve niet verliezen willen (0). Men is, thans, in den Zomer des jaars 1766, fterk bezig, met het voort- zetten der Droogmaakerye: de ringdyk, die reeds legt, wordt aangehoogd ; de ringfloot gegraaven. Een gedeelte derzelve, ter breed* te van omtrent veertig voeten, loopt, .van Amflerveen, langs het groote Loopveld, naar den Amflel: doch op een derde haarer leng- te, van het Dorp af gerekend, is zy, door een' dam, tot op agt voet tien duim, ver- naauwd. Zy zal dienen tot eene vaart naar en van Amflerveen, onder anderen, voor den Marktfchipper op Amflerdam. Het Veer op Bovenkerk aan de hand van Leiden, welk , in de voorgaande eeuwe, in fland was (b), is, al federt veele jaaren, te niet geloopen. Aan de Ringfloot by Amfler- veen , is, in de plaats der fluis aan de band van Leiden, de Bovenkerker Sluis genaamd* eene flevige houten Schutfluis, met drie paar deuren, en eene fraaije brug ge- legd. De Schutfluis is agt voet tien duim wyd, even als de Duivels brugge; en, ter hoogte van negen voet boven het tegen* woor-
(*) Vit het 0£hoi, gedagtekend j Septemb, 1764, hier
*per in de Bylaagen, Li. A. (b) Groot-Mem«. W. VI. ƒ• ijo vtrf»^ |
||||
192 AMSTERDAMS V.Deéé.
fax* woordige Zomerpeil der Polder, overgalgd.
bagts- Voorts, .wordt, in dezelfde Ringfloot, aan HLbKLVK- fan Amftel, even boven 't groote Loopveld, eene fchoone fleenen fluis, met twee paar deuren, en eene houten brug gemaakt. En deeze Huis, die veertien voet negen duim . wyd; vyf en zeftig voet lang, en, ter hoog- , te van tien voet negen duim boven 't Zo- merpeil , overgalgd zal zyn, zal komen in de plaats der even wyde fchutfluis aan de We- terings-brug, die ook in den Amftel plagt uit te wateren. De bepaalingen van de wyd- te der Vaarte en der Sluizen , en van de hoogte der galgen boven de laatflen, ge- fchiedt, om de Stad Haarlem, die het ge- duurig toezigt over de fluizen bedongen heeft, wegens de doorvaart naar de Haar- lemmer Meer, met groote vaartuigen, langs eenen anderen weg dan door 't Spaarne, ge- ruft te ftellen. De ßovenkerker-Polder plagt, voormaals, van overtollig water ontlafl te worden, door middel van twee Watermolens. De eerfte flondt by de drie duizend twee honderd roeden van Amfterdam: de andere pas voorby de vier duizend drie honderd roe- den. Doch in den ring der Droogmaakerye, zullen nu wel agt, of negen molens geplaatfl worden. Een ftuk wegs boven't groote Loop- veld, langs den Amftel, ontmoet men de buurt Waardhuizen, op welke, meer zuid- waards, de Zwaluwen buurt volgt ^ alwaar ee- ne Roomfche Kerk is, En nog meer zuid- waards, legt de buurt de Nes, die zig, tot digt aan d§ Roopaal, zynde de grensfchei- 4ing uuTchen Nieuwer - Amftel en Tarnen, of
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. ïf)3
of den Uithoorn, in 't Stigt, uitftrekt. Dee- Am-
2e drie buurten worden meefl van ViiFchers bagts |
||||||||
LYK>
|
||||||||
bewoond. Ook plagten de Amflerdamfche HEE'L
Liefhebbers van ;'t vifTchen, zig, door 't verlaat van den eerften Watermolen by Waardhuizen, te laaten fchutten, om in de VeenplaiTen, die allen verpagt, of, door de eigenaars, bevifcht werden, met den angel, te vifTchen: 't welk nu, door de droogmaa- kerye, zal belet zyn. De Weg, waaraan Am* fierveen legt, verdeelt zig, een fluk wegs boven het Dorp, aan de buurt, de hand van Leiden genaamd, in twee wegen. De oofle- lykfle, of Bovenkerker-weg, op de helft van welken, men eene Roomfche Kerk ontmoet, flrekt zig tot aan 't gewezen dorp Tarnen uit. De weflelykfle, de Legmeerfche Dyk genaamd; aan welken ook eene Roomfche Kerk flaat, die, met de Kerk aan den Bo ven- kerker-weg , door éénen weereldlyken Pries- ter , bediend wordt; en in welken weg, twee Huisjes leggen, het Schinkels ßuisje en het Legmeers ßuisje ; loopt , voorby de Buurt aan de Noorddammer brug, en de Geregts- plaats van Nieuwer - Amftel, langs de Leg- meer, naar Kudelftaart. Doch wordt, om- trent op de hoogte van de Horn-meer, ter lengte van twee honderd roeden, afgefnee- den door het Stigtfche regtsgebied der Proofldye van S. Jan, waarop 't gebied van Nieuwer-Amflel wederom volgt, langs eene meefl uitgeveënde plas, de vrye Noordveen genaamd, die nog tot Nieuwer-Amflel be- hoort , en alwaar eene Roomfche Kerk is, d'e, door eenen Weereldfchen Priefler, bediend X. Stuk. N wordt. |
||||||||
/'
|
||||||||
X94 AMSTERDAMS V.0EE1W
wordt. De Stad Haarlem, in 't jaar 1665,
ondernomen hebbende, de Noorddammer- ' brug te verfperren, en dus de doorvaart al* daar te belemmeren, befloot de Vroedfchap van Amfterdam, zulks, met de fterke hand, te beletten (c). De Bovenkerker-Polder ftaat ook onder 't opzigt van vier Polder-meefters, die, nevens vier Gecommitteerden , door 's Lands Staaten aangefteld, het bewind over de tegenwoordige Droogmaakerye hebben. |
|||||||||||
Am-
bagts- HEERLYK-
HEDEN. |
|||||||||||
Heem-
raad- schap van NlEU-
wer-Am-
STEL Of
Amster-
VEEW.
|
|||||||||||
De drie Polders, van welken wy gehan-
deld hebben, flaan, ten opzigte haarer dy- kaadjen en wateren, onder het algemeen be- wind vanD'YK gr aavectHe e mr a ad en van Nieuwer-Amstel of Amster- veen, benevens het Geregf der Ambagts- |
|||||||||||
heerlykheid. Men bevondt, omtrent den
aanvang der zefliende eeuwe, dat de Landen van Amflerveen veel o verlad van water had- den (d), ten deele, door het hooger waffen van den vloed der Zuider-Zee, ten deel©, doordien die van 't Stigt hun water, met molens en andere werktuigen, over deAm- fterveenfche Landen , loosden. De voor- naamfte ingelanden, met naame Heer Si- mon, Prioor der Regulieren buiten Amfler- dam, de Gafthuismeeflers van S. Pieters- Gafthuis in de Stad, Jan Bennink, Raad in Holland,Claas Gerrit szoon, en derzelverme- deftanders verwierven, derhalve, by Oótroi van Keizer Karel den V., gedagtekend den een en dertigilen December des jaars 1520, „ dat, van de vyf Landrykften van denLan- - de en Dorpe van Amfterveen, de oudfte ,., ai"
(f) Refol. Vroedfch. &, D, 2 July \66$ ƒ. iSt verf«.
(d) Handy, bl, jig, |
|||||||||||
ÏL Boek. Voornaamste bezittingen. 195T
„ altoos Dykgraaf, en de vier overigen Am-
„ Heemraaden zouden zyn , zo lang zy bagts? „ leefden, en regt hebben, om Keuren te SfiWHBii „ maaken op Dyken, Bruggen, Zylen, Sloo- m^' -* j, ten, Waterloozingen, Molens, Kaaden en „ andere noodwendigheden; mids daarover „ roepende den Schout en de Schepenen „ van Amfterveen, die ook, agt dagen voor „ Dykgraave en Heemraaden, zouden mo- 5, gen fchouwen ; waarna deezen den na- 4, fchouw hebben zouden (e)" Het Hof van Holland fielt nog, gelyk van ouds, Dyfe- graaf en Heemraaden van Nieuwer - Amftel aan, op de benoeming van Burgemeeftèren van Amfterdam (ƒ). o Een der Stads Secre- tariftèn is ook Secretaris van het Heemraad- fchap van Nieuwer-Amftel, welk zynen byr zonderen Bode heeft. In 't jaar 1635, zyn, volgens eeneOver-
eenkomft tuflchen Amfterveen, Aalsmeer, Jüidelftaart, Kal (lagen en den Uithoorn, de Landen, buiten den Veendyk of Amfterveen- fchen weg, onder Amfterveen, en onderde vier overige Ambagten gelegen, ook onder eene algemeene bepoldering begreepen, na dat men, daaromtrent, vooraf, met Haar- lem, welk voor de behoudenis der Scheep- vaart op Utrecht Zorgde, overeengekomen was. En ingevolge van deeze Qvereenkomft, is, in 't jaar 1637, door 'sLands Staaten, Oélroi tot de bepolderinge verleend (g). Óoch ver het -
(e) Handv. bl. $t/.
(f) Groot-Memor. N. 11. f. 2y3 >verf«. stads Miffiven
2*. XXfX. ƒ. 56 vcrfo. ' (g) Piivil. van Haarlem bl. 4ti.«»Bylaagent Z«. B.
N 2
|
||||
rotf AMSTERDAMS V.Deee:
Am- het grootfte gedeelte deezer gemeene Polder
BAGTs- behoort niet tot het Ambagt van Amfterveen. HEERLYK- Behalve de drie Polders, van welken wy, ÄEMW' eerft, gefproken hebben, behoort nog tot de Ambagtsheerlykheid van Nieuwer -Am- ftel of Amfterveen, een klein gedeelte van de Stads-Polder, en de helft omtrent van de Outewaaler of Óver-Amftel-Polder. Stads> De Stads-Poxder ftrekt zig , langs Polder, de weftzyde der Stad, tufTchen den Buiten-
singel en de Koftverlooren. vaart, van de vaart naar den Overtoom, tot aan de Haar- lemmer Trekvaart toe, uit. Doch het ge- deelte deezer Polder, welk zig , van de noordweftzyde der Overtoomfche vaarte, agter 't Pefthuis om, tot aan de drie Baars- jes ftrekt, en waaronder 't Jan-Hanfen-Pad begreepen is , behoort alleenlyk onder de Ambagtsheerlykheid van Nieuwer -Amftel: het overig gedeelte legt onder de Vryheid der Stad. Het gedeelte deezer Polder, welk onder Nieuwer-Amfte! legt, beftaat meeft uit Weiland, geringe wooningen en eenïge Luftplaatfen en tuinen. Ook heeft men 'er eenige Fabrieken. De Rasphuis-molen ftaat in dèeze Polder, onder Nieuwer-Amftel. De Stads Polder ftaat, ingevolge van een Oc- troi van den een en twintigften May des jaars 1752, onder 't opzigt van zes Poldermeefters, een' van# wege de Thefaurie Of dinaris deezer Stad, een' van wege 't Burger - Weeshuis, ■ een' vanwege 't Gafthuis, een' van wegQ 't Leproozenhuisen twee uit de Ingelanden (fi). Doch alzo 't Leproozenhuïs geen land meer in
(h) &e *t Oftioi in dt Jylwgen L*. C.
|
||||
<
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 19?
in de Polder heeft, zyn 'er thans niet meer AM-
dan vyf Poldermeeflers. bagts- De Outewaaler-0/Over-Amstel-heerlyb-*
Polder , tot welke 's Lands Staaten, op o^Ji- den negentienden December des jaars 1631, ier of O£lroi verleend hebben (*),ftrekt zig uit, van Over. de ooftzyde des Amflels, tuflchen den Stads- p"^ Buitenfingel, den Diemerdyk,en den Ring- ° er' dyk der Diemermeer, tot aan het nieuwe Diep» De Outewaakr-weg, voormaals, de Meer weg genaamd, die, uit een' beflraatten ryweg en een bekwaam voetpad, met boo- men bezet, beflaat, loopt, van den Stads • Singel, tot aan de tolbrug der Diemermeer, dwars door deeze Polder, die, zo ver zy tot Nieuwer - Amftel behoort , meeft Weiland en eenige Luftplaatfen bevat. Ook leggen» langs den Amftel, aan deeze Polder, eenige Katoendrukkeryen en andere Fabrieken, 't Schynt, dat de Ambagtsheerlykheid over dit gedeelte Lands, welk, als aan de ooftzyde des Amflels gelegen, eigenlyker, tot Ouder- Amflel zou fchynen te behooren, al by de eerfle opdragt van Amfterveen, in den jaare 1399 > aan Koen van Ooflerwyk afgeflaan is. Immers, men vindt, dat hem de Ztvynbede, een heerlyk regt, totQutewaal, is opgedraagen (i). Ook was de Outewaaier-Polder, van ouds, door de Diemermeer, die ook aan Koen van Ooflerwyk opgedraagen werdt, genoeg- zaam afgefcheiden van Ouder-Amftel. Oute- waal ofOtfftf«waa/is,vermoedelyk,zo genaamd naar eene Waal of Wel, in overoude tyden, door
(*) zie Bylaagen , L1. D.
(i) Handy, bi. 19$. |
|||||
I98 AMSTERDAMS V.Deel.
ku< door eene doorbraak in den S. Antonis- oï
BAGTS Diemerdyk, veroorzaakt (1), en, door ze- |
|||||||||
HEËRL7K
|
|||||||||
keren Uut e of Oete, bepolderd en droog ge-
maakt. Het heeft zig, tot op de laatfte Vergrooting der Stad, tot digt onder dezel- ve, uitgeftrekt, en beftondt daar, uit eene buurte, beneden den S. Antonis-dyk, en, gelyk wy, elders (k), gegift hebben, om- trent de plaats, daar thans de middellaan der Plantaadjé loopt, niet verre van 't einde, gelegen. De erven deezer buurte, met de laatfte vergrooting , binnen geraakt, wer- den, in 't jaar 1658, door de Stad , overge- nomen (/). Over deeze Polder, heeft een Collegie, van Thefaurieren der Stad, als Dyk- graaf, twee Heemraaden, en twee Polder- meefleren, het opzigt. Een der Regenten van 't Gafthuis, en de oudfle Regent van 't Leproozenhuis, welke twee Godshuizen een goed gedeelte Lands in deeze Polder bezit- ten , zyn Heemraaden , en worden, door Burgemeefteren van Arnfterdam, verkooren (m). De Stad plagt, voormaals, wel om- trent vyftig morgen Lands, in deeze Polder te hebben (») De Poldermèefters van deeze, en de andere Polders in Nieu wer-Amftel doen Jiuunen fchouw, ten overïlaan van den Schout van Amflerveen. In. f^) Zie l. Deel, I. B«t^, hl. 103. Verg. Il, Deel, Vlij
Btek^i hl. i.f*. (I) Groot-Memot. N. IV. f. löy verfo. enzekeieICttßing
Tan zï Ju'y 16Ö4. (m) Grooï-Memor. N. IX. f. 167.
(n) Oud RegififvanSecrét3i;"fren,^r«y?fn^terThefaune,
*p 't jäAr I660.
(ï) Dat het woord Waal, in deezen zin, geno-
men wordt, blykt, onder anderen, uit de Handves- ten van Ryntand, bl. 12, 31, 32. Zie ook Handves- ten van Jtnßerd. bl. 324, 325. |
|||||||||
II. Bock. Voornaamste bezittingen. 199
In de Lyftjjder Verpondingen van den am-
jaare 1632, ftonden, in de Ambagtsheer- bagts- lykheid van Nieuwer - Amltel, maar twee !i&E^YK# honderd een en vyftig huizen aangetekend; * doch in de nieuwe vandenjaare i732,ftaan elf honderd zeven en zeilig huizen en vyf molens, en volgens eene andere opgaave, wel veertien honderd huizen bekend: welke aan- merkelyke vermeerdering mén,voornaamlyk, aan het fterk timmeren, ter wederzyde van den Amftel, en van de vaarte naar den O- vertoom, rrioet toefchryven. De Vierfchaar van Nieuwer-Amftel wordt, Regee-
in 't Crimineele, gefpannen door den Baljuw ™ g6tg "e, van Amftelland, en Schepenen van Amlter- fe„fng in veen, die, door den Ambagtsheer, van we- Nieuwer- ge de Stad Amfterdam, gefteld, en, door den Amfte' Baljuw van Amftelland , beëedigd worden. De gevangenen onder Nieuwer - Amftel en onder 'tgantfcheBaljuwfchap worden,veel- tyds, in de Boeijen te Amfterdam, bewaard en vernoord. In 't Civile, beftaat de Regt- bank uit den Schout van Amfterveen, die, door Burgemeefteren van Amfterdam, wordt aangefteld (0), endezelfde Schepenen, die,in deeze hoedanigheid, eed doen aan den Schout. Zy zyn zeven in getal. Jaarlyks, op Vrouwen? dag of den tweeden February, gaan 'er vyf af, in welker plaatfe, vyf anderen, door den Ambagtsheer, gekooren worden, uit een dubbel getal, Welk, door de dienende Sche- penen , benoemd is. De nieuwe Schepenen kiezen, vervolgens, twee uit de dienenden, om
(e) Groot-Memor. N. VII. ƒ. 34., j«, x<se.
N4
|
||||
200 AMSTERDAMS V.Deez..
Am< om nog een jaar te dienen. Van de zeven
BACJTs- Schepenen, komt 'er een van den Overtoom, HtERLYK-0f" Buitenvelder - Veendyk, en een van den Buitenvelder - Amfteldyk : en deezen twee zyn, om 't andere jaar, Prefïdenten, voorts, een van het Dorp Amfterveen, en een van Bovenkerk-Amfteldyk, die, beurtelings, Vi ce- Prefidenten zyn; een van Outewaal; een van Boven kerk-Veendyk, en een van de Leg- meer. De gewoonlyke regtdag wordt, nu, om de drie weeken, gehouden. De Secretaris van Nieuwer -Amflel , die zyn verblyf te Amflerdam heeft, wordt, door Burgemees- teren der Stad, als Ambagtsheeren, aangefleld (py Voorts , zyn 'er vier Buurtmeefters te Amfterveen, die de omflagen gaderen, wel- ken , door Schout en Schepenen , gedaan wórden ; twee Kerkmeeflers, twee Arm- meeflers,en, doorgaands, een Geregtsbode. Voor den Schout, die ook te Amflerdam woont, is, by Burgemeefleren van Amfler- dam, in 't jaar 1681, eene Inftruclie be- raamd; waarby hem de Civile boeten, de Hennip en Raaptien den, de Turfmaat, en de Kooren- en Smaltienden worden toege* legd. Voorts, moet hy aantekening houden van de hooge Civile en Crimineele boeten, die, in het Ambagt, voorvallen, en waarvan de Stad haar aandeel heeft. Het Regthuis van Amflerveen werdt hem, in 't gemelde jaar, tot zyn gebruik, afgeflaan, mids daar- voor, jaarlyks, een honderd en vyftig gul* dens, ter Thefaurie Ordinaris van Amfler- dam , betaalende (q). Toen (p) Gioot-Metnor. jy. X. ƒ, 163,
(7) Uwdv. bt. }16. |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 201
Toen de Arabagtsheerlykheden vanAmfter- AM-
veen, Slooten, en Slooterdyk, met het gene bagts- 'er toe behoort, eerfl, in 't jaar 1529, ge heer*-yk> kogt waren, werdt 'er, over dezelven, maar HEDEN* één Ambagtsheer gefield: 't welk geduurd heeft, tot in 't jaar 1664, wanneer, over Amflerveen , een byzondere Ambagtsheer gefield is. Naderhand, is de Ambagtsheer van Amflerveen, ook eene enkele reis, tot Ambagtsheer van Slooten enz. aangefleld geworden. Doch veeltyds zyn 'er, over deeze Ambagtsheerlykheden , twee byzon- dere Ambagtsheeren geweeft. Zy worden , Am- door Burgemeefleren van Amflerdam, ge-BAors- fteld. Zie hier eene Lyft der AmbagtsheerenHEEREW» van Amflerveen: vanwege den Stad.
1531. Heyman Jacobsz. van Ou-
d e r-a mstel. 1541. CornelisSybrandsz. Buik.
1560. Simon Maarten Dirksz.
van de Rüwiel. !574- Jacob Gerrit Teeuwsz.
1579. M'. Willem Bardesius.
1604. Gerrit Bicker.
—«—— Jacob de Graef.
1624. Andries Bicker.
165a. CoRNELIS DE GrAEF.
De negen voorgaanden zyn, te ge-
lyk , Ambagtsheeren van Slooten enz. ge weeft. 1664, Mr. Simon van Hoorn. 1667, M'. Lambert Reynst. 1669. Johannes Hudde. Hy werdt, in 't zelfde jaar, ook Ambagtsheer van Slooten enz. V 5 . 1704.
|
||||
202 AMSTERDAMS V.Deeï:.
Am-- 17°4' Mr. Nicolaas Witsen.
baots- 1717. Mr. Hendrik Bicker*
IIEERLYK- I?ri8i W JAN VAN DE p0LLj
***? 1746. M'. Jan Sautyn.
1748. Mr. Gerard Aarnout Has-
sel a er. 1766. M'.GerritHooftGerritsz . II. Schoon de Ambagtsheerlykheden van Ou-
Ambagkts" derkerk en Diemen, twee eeuwen na de
hefd van Ambagtsheerlykheid van Amfterveen, in 't
Ouder* bezit der Stad Amfterdam gekomen zyn,
Amstel zullen wy, nogtans, derzelver Befchryving
o/OuDER-0p ^jg van Amfterveen laaten volgen, om
de Ambagtsheerlykheden , die de Stad in
in Amftelland bezit, agtereen af te handelen,
eer wy tot de anderen, die eiders gelegen
zyn, overgaan.
Wy beginnen met de Ambagtsheerlyk?
heid yan Ouderkerk,
of Ouder-Amßel, gelyk het grootfte gedeel-
te van Amftelland, zo ver het aan de ooft-^ zyde des Amftels legt, beide in oudeenlaa- tere tyden, genoemd is (r), en nog tegen- Naams- woordig genoemd wordt. De naam van tsden. Ouderkerk is, vermoedelyk, aan deezen Ban gegeven, om dat de Kerk, in den zei ven ge- fügt , ouder was, dan die van Amfterveen: waarom ook, aan Ouderkerk of Ouder-Am- ftel, de rang voor Amfterveen of Nieuwer« Amftel, te regt, fchynt gegeven te wor- den, (r) Handv. Bi. 31;. Gropt-Meraor. N. III. ƒ. 277 verfa.
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 203
den (.f). De r>erk van Ouderkerk draagt, AM-
in eenen brief van den jaare 1323, reeds bagts- den naam van Kerfpelkerk van Oude ^w. «E£Rlyk« fiele (t), die mede, in de brieven van den ™J* jaare 1334, hier voor O) vermeld, voor- komt. Voor dat de Oude Kerk te Amfter- dam geftigt, of tot eene Kerfpelkerk ver- heevenwas, dat is, voor den jaare 1300, gingen de ingezetenen van Amfterdam, tè Ouderkerk,ter Kerke (V).De Ambagtsheer- lykheid van Ouderkerk is, na dat Araftel- land aan Holland gehegt was, tot in deeze eeuwe toe, in den boezem der Graaflykheid verbleeven, zonder ooit, te vooren , ter Leen uitgegeven«, verkogt, of verpand ge- weeft te zyn. De Stad Amfterdam, in't jaar 1529, de Ambagtsheerlykheid vanNieuwer- Amftel gekogt hebbende, bezat, als aanhang«- fels van dezelve, verfcheiden' Veeren over den Amftel, die al aan Koen van Oofterwyk waren opgedraagen geweeft (11?), en onder anderen, het Veer tegen over Ouderkerk, waar, in de oudfte tyden, eene brug, en fe- dert eene fchouw gelegen hadt; doch, nader- hand , wederom eene brug gelegd is (V), die nog onderhouden wordt. Men hadt dus, uit eene Ambagtsheerlykheid, die Amfter- dam toekwam, en, door middel van eene fchouw, of over eene brug, welke door de Stad
(s) Zie bier voor, bl. 176.
(t) Zie Mieris chartcib. II. Deel, bl. }©+.
(u) Bladx.. 177.
(v) Zie III. Deel, II. Boek^, bl. 310.
(w) Handv. bl. 299. (x) Refol. Vroedfch. N. 11» itjtmy, 21 Sept, ïóiy. ƒ.
SI, 8<S Ver/b. |
||||
404 AMSTERDAMS V.Deeê;
£m- Stad onderhouden werdt, toegang tot het JSi» ^mba§c van Ouderkerk, waarvan de Stad, rara. S Te?' deiï eiSendom zogt te verkrygen. Doch byzonderlyk werdt hiertoe gearbeid, m 't jaar 1658, toen de Heeren Gecommit- teerde Raaden van Holland dienftig gevon- den hadden, eenigen der Graaflykheids Do- meinen te gelde te maaken. De Vroedfchap befloot toen, onder anderen, de Ambagts- heerlykheden van Ouderkerk en Diemen, voor de Stad, te koopen (j). Doch 't ge- lukte niet, ten dien tyde. By gelegenheid, dat de Stad Delft, in 't jaar 1674, de hooge Heerlykheid vanRyswyk, tuffchen'die Stad en den Haage gelegen, in pandfchap zogt te verkrygen; werdt ook, by de Vroedfchap van Amfterdam,beflooten, voor deezeStad eene vermeerdering van Jurisdiäievmtwee honderd of drie honderd gaarden, en de hooge Heerlykheid van Ouderkerk en Die- men, voor eene redelyke fomme, in pand- fchap te verzoeken (2). Doch dit verzoek is, of niet gedaan, of ten minfte niet inge- willigd, 's Lands Staaten hebben zig, federt ook, doorgaands, ongenegen getoond, om hooge Heerlykheden te verkoopen , of in pandfchap uit te geeven. En de Stad heeft zig moeten te vrede houden, met zig, aï- leenlyk, de Ambagtsheerlykheden van 'Ou- derkerk en Diemen , by aankoop , eigen te maaken; 't welk nogtans, niet voor 't jaar
(y) Refol. Vroedfch. Lr, B. 27 N»v. i«jg. ƒ. 66
(z) Rcfpl, Vroedfch. L'. X. 17 Decemb. 1674», f. ,J?#
|
||||
IL BoeK. Voornaamste bezittingen. S05
jaar 1731, gelukt is; gelyk wy, elders (V),Aai, omftandiger hebben aangetekend. bagts- De Ambagtsheerlykheid van Ouderkerk HEERLys>
of Ouder-Amftel, ten ooflen langs den Am-HJÏDEW* ftel gelegen ,ftrekt zig, van de DiemermeerPrett- in 't noorden af, langs 't gebied van Diemen, verde? de Bylemer-Meer en Bylemer-landen , deling. Abkouder-Meer, Aasdom en Waveren, tot aan Waverveen in 't zuiden toe uit. Het gantfche Ambagt bevat, in deezen omtrek, vyf voornaame Polders, de groote Duiven- drechtfche Polder, de kleine Duivendrecht-' fche Polder, de Holendrechter-Polder, de Bullewyk en de Hoep - Polder , of Ronde Hoep. De GROOTE DtJIVENDRECHTSCHECföOtó
Polder, die meeft uit Weiland beftaat, z>*te«*
doch waarin ook eenige Buitenplaatfen, langs drecbtfcbe de ooftzyde des Amftels, gelegen zyn, wordtPolder' op agt honderd drie en negentig morgen en drie honderd roeden gerekend. Pas buiten Buurt deeze Polder,aan de Ringfloot der Diemer-aan den meer, legt eene fraaije buurt, die, naar een^mva^* Huis en Buitenplaats, op den hoek van den -Amftel gelegen,en,voormaals, den Omval, en nu Fryzigt genaamd, de Buurt aan den Omvalheet. In deeze buurt,leggen eenige aan- genaame Luftplaatfen, en verfcheiden' Fabrie- ken , waaronder zyn twee Schuitenmaakers- ,werven, eenKatoen-ftampmolen,eene'Wol-
waflchery, eene Loodafchbrandery, en een Snuiftabaksmolen. Binnen de Polder aan de- zelfde Ringfloot, is ook eene Loodwitmaake- - * ■ ry >
• (*) II. Dttl, XXIII. Bce^t tl. 3PJ, :
|
||||
2o<5 AMSTERDAMS V.Deeê;
Am- ry, waartoe twee molens behooren. Ook ftaat
BAGTs- hier, wat meer Landwaards in, een Oliemolen sbbklyk- en n0g eÉn Snuiftabaksmolen. Wyders, heeft heden. men ^ aan ^en ^jjj^gi ^ eene ^atoendrukkery, Duiven- voormaak<» bei Molentje genaamd. De buurt
drecht, Duivendrecht, in welke eene Roomfche Kerk is, die, tegenwoordig, dooreenen Weereld* fchen Priefter, bediend wordt, legt, ten oos- ten, in deeze Polder, langs de Duivendrecht- Jche Laan, die, van de Ringfloot der Die- mermeer en Duivendrechtfcbe brug af, tot aan de Ouderkerker Laan toe loopt. In deeze buutt is eene School, waarvan de School- meefter, door 't Geregt van Ouder-Amftel, wordt aangefteld. Ook heeft men 'er eene Brandfpuit, ten dienfte van de Polder en van de omleggende buurten. Twee Pol- 1 dermolens ontladen de Polder van overtol- lig water, en loozen 't in den Amftel. Een
ftaat aan de Ringfloot der Diemermeer; de andereaan den Amftel, een weinig benoorden de Luftplaats Strandvliet. Zes Poldermees- ters hebben het opzigt over de Polder. Zy worden uit de ingelanden gekooren , en thans zyn drie derzelven ingezetenen van Am- fterdam, waaronder een Regent van't Gaft- liuis is, en drie opgezetenen van de Polder. Kleine De kleine D ui vend r ec hts che Duiven- Polder, door welke, de Ouderkerker
drecbtjche Laailj jn je lengte, heenen loopt, wordt, 0 er' nevens een gedeelte van de Binnen-Bulle wyk, op vier honderd zes en dertig morgen gere- kend , en vervat ook eenige Buitenplaatfen langs den Amftel, voor 't overige, meeft uit Weiland beftaande. Zy ftaat onder't op-
|
||||||
ïl Boek. Voornaamste bezittingen. 207
opzigt van vier Poldermeefters uit de inge- am-
landen, thans allen ingezetenen van Amfter- bagts- dam. Doch 't merkwaardiefte, welk om- *ieeklYK* trent deeze Polder gevonden wordt, is het Dorp Ouderkerk, omtrent een en een half Het Dorp
uur gaans, of vier eii twintig honderd roe- Ouder* den, zuidwaards van Amfterdam gelegen, KERK* en, waarfchynlyk, het oudfte Kerkdorp van Amftelland. Het legt, zeer vermaakelyk, langs de ooftzyde des Amftels, behoorende de huizen der weitzyde, gelyk wy reeds (#) hebben aangemerkt , niet tot Ouderkerk\_ maar onder Nieuwer-Amftel. De brug, over welke men, uit Nie uwer-Amftel, in Ouder-, kerk komt,.behoorde ook, al van ouds, tot de Ambagtsheerlykheid van Nieuwer-Amftel * en derhalve, federt het jaar 1529, aan de Stad Amfterdam, die 't Bruggeld, van tyd tot tyd, verpagt, en uit de penningen ■, die 'er van komen, de brug en de ftraat, aan den vleugel derzelve gelegen, onderhoudt. De Stad heeft, in 't jaar 1623, Oclroi van 's Lands Staaten verkreegen, om tweemaal zo S veel bruggeld tg, Ouderkerk te vorderen als
zy plagt, ter gelegenheid, dat zy dienftig geoordeeld hadt, den Amfteldyk, bewerten den ftrootn,zo verre als de fchouw vanDyk- graave en Heemraaden van Nieuwer-Amftel zig ftrekte, te zanden, en daardoor bekwaam te maaken, om 's winters, zo wel als 's zo- mers , te können gebruikt worden (ƒ)• En van
(b) Hier voor, bl. i$j.
(t) Handv. bl. 35J, [iw.] |
||||
m AMSTERDAMS V.DeeE;
^M. van dien tyd af, is het bruggeld zeer veel
BAGTs- hooger verpagt, dan te vooren. Het brengt, HEERLYK- tegenwoordig, omtrent drie duizend guldens HEDEN. » v P r r i • i
s jaars op: fomtyds meer, fomtyds minder.
De huurder houdt twee knegts, van welken de een, by dag, en de ander, by nagt, paft op het ophaalen der brugge, ten dienfte der doorvaarende fchepen en fchuiten, en op het ontvangen van 't bruggeld van voetgangers, paarden en rytuigen. Burgemeefteren van Amfterdam hebben, by eene fchikking van den dertigften O&ober des jaars 1711, de öpgezetenen van Ouderkerk, boven en be- neden de tolbrug, klein Duivendrecht daar onder begreepen, tot aan de Plaats van Ja- cob van Nuys, nu [in 1766] GooJJen van Bemmel behoorende, toe, doch verder nier, benevens die van de Bullewyk en Hoep- polder of Ronde Hoep, voor hun en hunne huisgezinnen, vry verklaard van het brug- geld te Ouderkerk, zo als zy, van ouds, ge- weeft waren , rriids zy , alleenlyk, twaalf ftuivers ?s jaars betaalen. Doch deeze vry- heid kan, ten opzigte van de fchepen en fchuiten, niet genooten worden, dan na dat men dezelven by den Pagter heeft aangege- ven (d). Te Ouderkerk, is zeer fterke door- togt van veelerlei vaartuigen, met naame van Jaagfchuiten, naar en van veele Steden en Dorpen van het zuidelyk gedeelte van Holland: ook van rytuigen en wandelaars: al 't welke veel leeven en vertiering brengt in het Dorp, welk, daarenboven, lugtig en v net (d) Handv. hl. $$6.
|
|||||
\
|
|||||
ïl. Boek-, Voornaamste bezittingen. 200
net betimmerd is, en drie en tagtig huizen AM-
en honderd en twee huisgezinnen vervat, bauts- Het Regthuis plagt, voormaals, de wooning HJJEKLYKi van den *Schout te zyn (e); doch wordt nu | grootendeels, verhuurd. Voor het zelve, ftaan de wapens van Amffcerdam en Ouder- kerk , op twee houten pilaaren. In de Regt- kamer, ftaat een armftoel voor den Baljuw. De küfTens voor de Schepenen en Buurt- meefteren zyn, met het wapen van het Dorp, beftikt. Beneden in 't Regthuis, is eene ge- 4 vangenkelder. De Kerk is, in den jaare 1756^ langs de zuidzyde, daar zy begon te zakken, van den grond af, herbouwd. Ter deezer. gelegenheid, ontdekte men , in den grond, eene oude Doopvont van gehouwen graau- wen (leen , van vooren, verfierd met de • beeldteniften van Apoftelen of Heiligen; en eenige oude doodkiften, zynde uitgehoolde flammen van boomen, met ronde dekfels. De Doopvont, en ééne der doodkiften, voor een kind gefchikt, heb ik, den elfden Juny des jaars 1766, hier nog gezien. Voorts, is de . Kerk tamelyk ruim en licht, en voorzien, agter den Predikftoel, van een Choor, welks dak ver boven het dak der Kerke uitfteekt. Het hek, waarmede het zelve van den buik der Kerke afgefcheiden was , is egter , al voor lang, weggenomen. 't Geftoelte van den. Ambagtsheer, waarvoor 't wapen van Anl- flerdam vaflgehegt is, ftaat, in 't noorden, ter regterzyde van den Predikftoel. De Kerktoorenis vierkant,en plagt eene hooge fpks
(e) Refol. en Keutb, «1 Ouilet-Amftel, ƒ. 19» Stf*
X. Stuk, O
|
||||
aio AMSTERDAMS V.Deel.
Am- fpits te voeren, die, door den geweldigen
BAGTs- ftormwind van deneerftenAuguftusdesjaars HEERLYK- n^^tot aan het muurwerk toe, w£ggeflaa- iiEDEN. gen Werdt, en, federt, watlaager, opge- trokken is. De Kerk,in 't jaar 1586, aan de Gereformeerden zynde ingeruimd, werdt, tot in 't jaar i595,metdeKerkvan Amfter- veen, door éénen Predikant, bediend, en toen, met die van Diemen, vereenigd, van welke zy, in 't jaar 1606, gefcheiden werdt: na welken tyd, zy haaren afzonderlyken Pre-, dikant gehad heeft. Hy wordt, na verkree- gene handopening van den Ambagtsheer, die ook het regt van goed- of afkeuring heeft, verkooren, door den Kerkenraad, en door allen, die Ouderlingen en Diakenen ge- weeft zyn. In het Dorp, ftaat eene Brand- fpuit , ten dienfte van het zelve. De opgezetenen van Ouderkerk zyn meeft win- keliers en handwerksluiden: ook eenige Renteniers, en enkele viiTchers. Een wei- nig beooften de Kerke van Ouderkerk, heb- ben de Portugeefche Jooden van Amfterdam een fraai Kerkhof, welk reeds omtrent agt morgen Lands beflaat, en zig, langs het wa- . ter de Buüewyk, uitftrekü. Aan dit Kerkhof, heeft de Gravenmaaker of Oppafler , die, door de Parnaflïm der Natie, aangefteld wordt, eene vrye wooning. De graven zyn met zerken gedekt: fommigen uit marmer gehouwen, en allen, met Hebreeuwfche en Portugeefche, of Spaanfche graffchriften voorzien. Eenigen zyn , met beeldwerk , en enkelen, met de ftamwapens van aanzien« lyke Lyken, verfierd. Het Kerkhof is om- ringd |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 2ir
ringd van eene fmalle Laan, die, door zul» AM-
ken , welken van 't Priefterlyk geflagt zyn, baüts- betreden wordt, wanneer dezelven de be-HEERLlrK~ graafenis hunner vrienden of nabeftaanden HEDEIÏ" verzeilen. Ägter 't Kerkhof, legt nog een groot Huk Lands, de Natie toebehoorende, waarmede de begraafplaats, des noods, zou können vergroot worden. Men rekent,dat hier, jaarlyks, omtrent honderd Lyken be- graaven worden. ., De H O L E N D II E C H T ER-P OLDE R, Zuid" Holen- ,
ooftwaards van .de kleine Duivendrechtfche dnebtq.
Polder gelegen, wordt, ten zuiden, befpoeld pBlder' van het watert Holendrecht, welk inde Ab- kouder-Meer loopt : doch 't water deezer Meer wordt, door een klein Sluisje of Ver- laat, welk, door de Holendrechter - Polder, de kleine Duivendrechtfche Polder en de Binnen-Bullewyk , onderhouden wordt, uit de Holendrecht, gekeerd. Diergelyk een Verlaat legt 'er ook aan den Voetangel > om °t Stigtfch water van de Winkel te keeren. De Holendrechter-Polder bevat vier honderd twee en twintig morgen, twee honderd en agt roeden goed Weiland. De eenige Pol- dermolen ftaat aan de Holendrecht, een wei- nig beweften de Abkouder-Meer. t)e Stad Amfterdam bezat vry wat lands in deeze Pol- der, lang voor dat zy de Ambagtsheerlyk;- heid van Ouder -Amftel in eigendom ver- kreeg , en was, in 't jaar 1633 , met de ove- rige ingelanden > wegens de beheering der Polder, overeengekomen. De overeenkomft werdt beveiligd, by Oólroi van 's Lands "Staaten van den drie entwintigftenNovem- O 2 bei
|
|||||
r
|
|||||
sfcte AMSTERDAMS V.DeE£.
Am- ber des jaars 1637. Sedert, werdt de Polder
J5AGTS- bekadykt, en op Stads land een Watermolen HEERLYK- gezet. Ook was men overeengekomen, om HEB£N. jaar]yjjS vjer perfoonen uit de ingelanden te kiezen, drie van welken de regtfpraak heb- " ben zouden over de breuken , die, door den vierden, zynde den oudften in dienft, naar dykregt, zouden Worden ingevorderd. Het maaken van Keuren en het fchouwen der Polder -dykaadje werdt ook aan deeze vier Perfoonen gefield (ƒ). Doch na dat de Stad haare Landeryen in deeze Polder, van tyd tot tyd, verkogt heeft (g), is 'er verande- ring gekomen in 't bewind over de Holen- drecht, welk nu, met de Binnen-Bullewyk, in 't gemeen de Bullewyk genaamd, flaat aan zes Poldef meeflèrs, zynde thans vier ingezetenen , Van Amlterdam, en twee opgezetenen der -Polders. Bullewyk, De.Bullewyk, zuid weil waards van de Holendrechter-Polder, aan een water, ook de Bullewyk genaamd, welk uit de Holen- drecht in den Amftel loopt, gelegen, en in Binnen-Bullewyk en Buiten* Bullewyk, welk ■.'» laatfte, eigenlyk, in den ring der Hoep polder legt, onderfcheiden, wordt, zo ver zy af- zonderlyk bepolderd, en Binnen-Bullewyk ge- naamd is, op niet meer dan tweehonderden dertig morgen vyf honderd twee en negen- tig roeden gerekend, en bellaat uit Weiland en eenige aangenaame Luflplaatfen , die, langs het water de Bullewyk, zyn aangelegd. On-
(f) Handv. il. 439.
i&J Regift. der verkogte Erven ter Thefaurie, N. X. ƒ,
ïö*, 157 verf«, N. XI. f, SS verfo, 89 vtrf». |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 213
Onder dezelven, munt, in grootte, uit het Am- |
|||||||||||
Rcigersbofch > welk zig, met zyne Landeryen, bagts-
door de Holendrechter-Polder, tot aan den HEERLYK* Broeker-weg toe, uitflrekt. Wy hebben, elders (/;), reden gegeven, waarom fommi- gen, hier, ten onregte, onzes agtens, een Lufthuis der Heeren van Amftel gezogt heb- ben. De eenige Poldermolen van de Bulle- wyk {laat,aan't begin van 't water van dien naam,een weinig beweflen ?t verlaat by den Voetangel. De H o e p - P o L D Eil of R ondeHoep, Hoeppok
die tuiïchen den Amftel, het water de Bul- der of lewyk, en het water de oude IVamr, belloo- gjjJJ1 ten is, is de grootfte Polder van 'Ouder-Am- flel, en wordt gerekend vyftien honderd zes <en twintig morgen , vier honderd drie en zeventig roeden, meeft fchoon Weiland, te bevatten. In dezelve, leggen verfcheiden' buurten, als de Ooflzyde van Waardhuizen en van de Zwaluwen-buurt langs deii Amftel, en de ryke tVaveren langs het water de oude Waver. Ook ftaat, in deeze Polder, eene Roomfche Kerk, aan het water de Bullewyk, die thans, door eenen Weereldfchen Pries- ter, bediend wordt. In de Ronde Hoep, ftaan drie Poldermolens, een aan de oude Waver, een ftuk wegs ten noorden van de buurt aan de Stokkelaars - brug, by welke, men eene Bierfteekery heeft; een aan den Amftel en de ooftzyde der Zwaluwenbuurt, en een aan de Bullewyk, digt by de Begraafplaats der 1 Portugeefche Jooden. Over de Molenwa* |
|||||||||||
V
|
|||||||||||
te-
|
|||||||||||
(Ä) II. Deel, I. Boe{, bl. iz.
O3
|
|||||||||||
J
|
|||||||||||
/
|
|||||
114 AMSTERDAMS V.Deel.
Am- tering of Molenvliet van deezen laatften,
bagts- legt eene kleine houten brug, die, omtrent fiËERLYK- fen jaare. 1649, door de Stad Amllerdam, gemaakt is, onder voorwaarde,dat dezelve, door de Hoep-Polder, zou onderhouden wor- den (i). In deeze Polder, is,niet verre van den Amftel» de Kruidmaakery Solknburg verplaatft, die, in 't jaar 1758, op den O- vertoomfchen Weg, gefprongen was (k). By de Stokkelaars-bfug, ftaat eene Brandfpuit, ten dienfte van het Ambagt. De Ronde Hoep ftaatonder 't bewind van vyf Poldermeeflers, zynde thans drie ingezetenen van Amfterdam en twee opgezetenen van de Polder. Volgens deLyfl der Verpondingen van den
jaare 1632, ftonden, in Ouder-Amftel of Ou- derkerk, niet meer dan een honderd twee e» zedig huizen: welk getal, volgens de Ly ft van . den jaare 1732, tot twee honderd negen en veertig huizen en vier molens vermeerderd is. Doch thans ffcaan in het Dorp drie en tagtig, in de Ronde Hoep vier en zeventig huizen, waaronder een Koorenmolen, en in de overige Polders honderd zeven en twintig huizen, waaronder vyf molens; famen twee honderd vier en tagtig huizen »waaronder zes molens] Regee- De Regtbank van Ouder-Amftd wordt, te o"gJan Ouderkerk, even als te Amfterveen, in *p Amftel*. Crimineele, waarin, ook Waverveen, te Ou* derkerk, te regt ftaat, door den Baljuw van Amftelland en zevert Schepenen, gefpannen; en in 't Chile, door den Schout, die, door ' Purgemeefteren van Amllerdam, als Am« • bagts-
(i) Groot-Metnor. N. Hl. f. 377 verft» « ;
({) Zie IV. Deel% I. Bêel^ bU 268.
|
|||||
I "
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 215
bagtsheeren, wordt aangefteld, en dezelfde ze-AM-
yen Schepenen. De laatften werden, eertyds, uagts- jaarlyks, op den tweeden February; doch,IIEßRLYK" federt eenige jaaren, in 't begin van Maart,IIEDEN* door den aangefteldenAmbagtsheer,gekoo- ren, uit een dubbel getal, door de dienende Schepenen, benoemd. Voorts, heeft het Ge- regt van Ouder-Amftel eenen Secretaris, die ook, door Burgemeefteren van Amfterdam, in dezelfde hoedanigheid, wordt aangefleld, en te Amflerdam woont. De gewoonlyke regtdag is, te Ouderkerk, op den eerften Dingsdag in elke maand. Over de gemeene zaaken van'het Ambagt, hebben, wyders, vier Buurtmseflers, nevens Schout en Sche- penen , het bewind. Zy gaderen niet alleen, gelyk onder Nieuwer-Amïlel; maarmaaken ook, nevens Schout en Schepenen, de om- me flagen. Jaarlyks, gaan 'er drie van de vier af, wordende derzelver plaatfen vervuld, door den aangefteldenAmbagtsheer, uit een agttal, voor de helft, door Schepenen, en voor de helft, door Buurtmeeileren, be- noemd. De benoeming beide van Schepe- nen en Buurtmeeileren gefchiedt ten over- flaan van den Schout. Wyders, zyn 'er drie Armmecfiers , van welken , jaarlyks , twee afgaan, welker plaatfen, door den Ambagts- heer , uit een drietal, door den aanbly venden ' . en de afgaanden benoemd, vervuld worden. Het eene jaar, dienen twee Gereformeerde en een Roomfchgezinde, en het andere jaar, een Gereformeerde en twee Roomfchgezin- de Armmeefters. Ook heeft men 'er twee Kerkmeeßers, van welken 'er, jaarlyks, een O 4 ] af-
|
|||||
*i6 AMSTERDAMS V.Deeä.
Am- afgaat, in wiens plaats, de Ambagtsheer,'
"AGTS- uit een tweetal, door den aanbly venden en heden™" a%aanden benoemd , een' ander' kieft": en twee Broodweegers, die, door den Ambagts- heer , Schout en Schepenen, aangefteld wor- den, en een jaar of langer dienen, naar wel- gevallen. De Kofler, door 't Geregt, gehoord zynde, wordt, door den Ambagtsheer, ge- kooren. De Ambagtsheer (lelt ook een' Gra- venmaaker en een'ïker aan; en vier Markt/chip- fers op Amfterdam, een van het Dorp, een van de ryke Waveren en twee van de Nes. De Dorps-rekening wordt, jaarlyks, op den eerften Regtdag in Maart, wanneer ook de gewoonlyke verandering der Regeeringe gefchiedt,door Buurcrneefteren,gedaan aan den Ambagtsheer en Schout en Schepenen; en daarna, door den Secretaris, den volke| van de puije van 't Regthuis, voorgelezen. De Kerk- en Armmeefteren doen, ten zelf- den tyde, rekening. De volgende Heeren zyn, federt het,aan-
koopen deezer Heerïykheid , door Bürge- meefteren van Amfterdam, tot Ambagtshee- ren aangefteld: 173^ Egidius vanden Bempden.
1738. Mr. Jan Six. 1749. Willem Gideon Deutz. J757'-JAN Calkoen. UI. f \ l Wy komen, nu tqt de Ambagtsheerlykh,eid Ambagts- vaU
few; Diemen,
heid van '
Pïe^ejs. die, op den zelfden tyd als die van'Ouder-
kerk, in 't jaar 1731, door de Stad, werdt ' aan» |
||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 217
aangekogt (7). Zy legt, tufichen de Wa- Abc*
tergrafts-of üiemermeer, ten weften, en baöts- den Ban van Muiden, ten ooftefi, en grenft, H;';•' YK- ten zuiden of zuidweftenf, aan de Bylemer-mmN' meer en groote Duivendrechtfche Polder , ^äen" en ten Noorden, tot over den Zeedyk, aan 't Y. Het Ambagt heeft zynen naam naar het Naams-
water dßn Diem^ welk, uit de. Ringfloot der reden, Bylemermeer komende, door de Diemerdam mer-fluis, gemeenfchap met het Yheeft,en den Ban van Diemen in twee deelen fcheidt. Het Geregt van Diemen, of Dsmen, gelyk Oudheid, het, oudtyds, genoemd werde, wordt reeds vermeld, in eenen brief van Otto van der Lippe, Biflchop van Utrecht, vandenjaare 1225, en plagt, door de Heeren van Arn- (lel, voor de helft, in pandfehap gehouden ' te worden van het Stigt (/»). De opgezete- nen van deezen Ban fchynen, in onze oude Chronyken, ook op het jaar 1170, gedagt te worden, leezendc men, in ééiie derzelven, dat de Kennemers, in 't gemelde jaar, van eenen zwaaren watervloed overvallen zynde, door die van Diemen, met fchuiten \_navibus JDimenfibus], geholpen werden («). Zy plag- ten , van ouds, den Graave, in zyne krygs« togten te water, met zeftien riemen te die- nen ; doch werden, om hun onvermogen, in 't jaar 1389, op dertien en een halve, en in 't jaar
(/) Zie II. Deel, XXIII. Boek., hl.z^.
{m) Vide MATTH. de Jure Gkdii. Cap. XXV. p. 424.
£n biervoer, II. Deel, t. Boel^f hl. te, 24. , (n) Wilhfxm. PROCURAT. ad ttnmm 1I70. in MaTTH,
£nale&. Tun. II. p, *H- * O 5
|
||||
218 AMSTERDAMS V.Dm.
jaar 1390, op agt riemen gefield (0). De Arnbagtsheerlykheid van Diemen , met de " andere goederen van den Huize van Jim- fiel, aan Guy van Henegouwen, en,nader- hand , aan de Graaven van Holland geko- men zynde, is in de Graaflykheids Domei- nen gebleeven, tot dat zy» in 't jaar 1731, aan de Stad Amfterdam verkogt geworden is. Het Geregt of de Ban van Diemen is, van
ouds, onderfcheiden geweeft, in vier Buur- ten , Over-Diemen, Bovenkerk, Buitenkerk en Outersdorp: en deeze verdeeling wordt, nog tegenwoordig, gevolgd, in 't gaderen der Dorps -laften; om welke laften, die, jaarlyks, zes of zeven honderd guldens be- loopen, over de opgezetenen van het Am- bagt, en over zulken, die, buiten 't Ambagt woonagtig, hunne eigene vafle goederen binnen 't Ambagt gebruiken, om te flaan, Schout, Schepenen en Buurtmeefleren, by Oétroi van 's Lands Staaten van den dertig- flen Oétober des jaars 1755, gemagtïgd zyn. In OveR-DUMEN, gelegen, ten zuid-
ooflen van 't water den Diem, en ter weder- zyde van de Trekvaart naar Muiden, leg- gen, behalve de buurt van dien naam, ver- fcheiden' Polders, als deDiemer dammer-Pol- der, de Hopmans-Palder en de School-Polder, welke twee laatflen , op honderd vyf en negentig morgen, vyf honderd roeden be- groot zyn, ten noorden, en de Oude-Stam- mer-Polder , de Oude Kicken-Polder , en de Oude Gaasper-Polder, ten zuiden van de Mui- der (0) Zie Mieris Charteib. III, Deeltbl, ji«, jöj,
|
||||||||||
Am-
ba öts- HEERLYK
HEBEN. |
||||||||||
Verdee-
Kog, |
||||||||||
Over-
Diemen, |
||||||||||
■ ____________________
|
||||||||||
MPP
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 219
clér Trek vaart. De laatftgemelde Polder legt, am-
gedeeltelyk, onder 't Geregt van Weesper- baüü* karfpel, en de drie laatftgemelde Polders heerltk- maaken, met vier anderen , ook onder 'tI1EDEN* Geregt van Weesperkarfpel leggende, eene gemeene Polder uit, de Gemeenjchaps-Polder genaamd, die, in 't geheel, zeven honderd zes en twintig morgen, vier honderd agt en veertig roeden groot gerekend wofdt. In Over- Diemen, ftaat ook de eenige Room- fche Kerk van den gantfchen Diemer-Ban, naar welke men, van Diemen en Diemer- brug, over de Vinkenhrug, den naaften toe- gang heeft. Zy is, Omtrent den jaare 1630, geftigt, en lang, met de Roomfche Kerk van Durgerdarn , vereenigd ge weeft. Te- genwoordig, wordt zy, door eenen Wee- reldfchen Priefter, bediend De Diemerdam, by welken, maar één huis (laat, legt ook in Over Diemen, aan den Diemerdyk en 't water den Diem, in welk water , een der twee uitwaterende Huizen van den Diemerdyk (de andere is de Ypeilooter - fl'uis) legt, die, hierom, den naam van Diemerdammer Sluis draagt. Wy zullen 'er , beneden , in de Befchryving van het HoogeHeemraadfchap van den Zeeburg en Diemerdyk, nader van handelen. By Diemerdam, ruim honderd roeden boven eenen kleinen inham van't Y, de Mullem genaamd , ftaat de gewoonlyke fteenen mylpaal, die de uitgeftrektheid van 't Ban- en Vangregt der Stad Amfterdam aanwyft. De Diemerdammer Polder , die> zuidooflwaards van Diemerdam, tegen den Muiderban legt, en thans maar negen en twin^
|
|||||
220 AMSTERDAMS V.Deel.
Am- twintig morgen drie honderd vyftig roeden
BAGTs- groot gerekend wordt, is, gedeeltelyk, tot he-I'Rlyk- ^betering van den Diemerdyk, verdolven, waarom derzelver Ringdyk niet meer on- derhouden wprdt. De Molen van de Schooi- en Hopmans-Polder ontlaft de Diemerdam- mer-Polder van het overtollig water. jBovsn- De Buurt Bovenkerk legt, tennoor- * kerk' den en ten zuiden van eene oude vaart, de Rykerßoot genaamd, die, van de Hardveld- fche, tot by de Vinkenbrug, in den korten Diem loopt, en een gedeelte der Muider- Trekvaarte uitmaakt. Bovenkerk wordt, in Boven-Rykerfloot en Beneden-Rykeriloot, onderfcheiden. Beven-Rykerßoot beflaat uit een gedeelte van de Fenfer-Polder, welks ove- rig* en zuidelyk gedeelte tot Ouder-kerk en tot deHoog-Bylemer behoort. DeLanden dee- zer Polder zyn, volgens Oólroi van den vyfden May des jaars 1638, met eene zwaarder Kaa- de, omringd geworden (*). Beneden-Rykerßoot vervat de Diemer Polder, aan den Landweg en Kerkvaart, die, volgens O&roi van den vyf- tienden July d@s jaars 1641, bepolderd is (f), en thans drie honderd zeven en dertig mor-, , gen, drie honderd twee en veertig roeden groot gerekend wordt; en een gedeelte van de Polder de Peentjes, langs deRingflootder Diemermeer, welks overig gedeelte onder De buurt Buitenkerk legt. De aanzienlyke buurt Die- Diemer- merbrug legt aan den Diemerweg en Ryker- iru&' floot, uit welke, de vaart van Amfterdam naar Muiden voortgegraaven is. In deeze buurt,
(*) Zie Eylaagcn, L*. E.
i\)Zie Bylaagen, L', f. |
||||
H.Boek. Voornaamste bezittingen. 221
buurt j ftaan veel meer en veel beter huizen, AM-
dan in het Dorp Diemen. Ook zyn hier ver- bagts-. fcheiden' neeringryke herbergen. De brug', ^^YK' naar welke, de buurt haaren naam, en die de Stad Amfterdam in pagt heeft van de Graaflykheid , legt over de Rykerfloot, loopende in de gemelde vaart, federt het graaven van welke, omtrent den jaare 1640, de buurt, in getal van huizen, fterk toegenomen is. Ook moeten alle fchui- ten en rytuigen, die, van Amfterdam, langs den naaften weg, naar Muiden, Naarden en Weesp willen, de Diemerbrug voorby: 't welk veel leevens en gewoels , in deeze buurte, veroorzaakt. De Trekvaarten van Muiden en Weesp loopen, aan de Diemer- brug , famen, en tufTchen de twee vaarten, legt hier een driehoekig ftuk Lands, welk der Stad Amfterdam toekomt, en het Werkens- Eiland genaamd wordt. Het is een overge- bleeven gedeelte van het land, welk, tot h;t graaven der Weesper Trek vaar ce, uit de Venfer-Polder, aangekogt was. Het is vyf- tien morgen, honderd vyf en vyftig en drie vierde roeden Amfterdamfche maat groot. Onder de Buurt Buitenkerk, behoort Buiten-
de Buit endykf che Polder, buiten den Zeedyk kerkm tegen 't Y gelegen, en beftaande uit zeer goed hooiland, op welks etgroen vee geweid wordt. De kaade deezer Polder is, ter oor- zaake van 't wegfpoelen der Landen, dikwils, enlaatftelyk in t jaar 1763, binnenwaards, gelegd. De Polder wordt een en zeftig mor- gen , zes honderd zeventig roeden groot ge- rekend. Voorts, leggen hier, binnenwaards,, |
||||||||
t
|
te-
|
|||||||
^^^^
|
||||||||
£22 AMSTERDAMS V.Deel.
m. tegen den dyk, twee kleine Braakjes, Van
bäöts- Van Tydens Waade en Akkers Waade genaamd. •HEERLYK- j)^ 't voomaamfte van de Buurt Buiten- HSDEN. jp^i js jiet porp D j E M E N zejf s wejk ^ aan ^tT]°rpden Diemer weg, en aan eene vaart,'die
naar de Ringfloot der Diemermeer loopt, en de Kerkvaart genaamd wordt, gelegen is. De Kerk van Diemen, die, in 't jaar 1572, door het Staatfeh Krygsvolk onder den Graa- ve van der Mark, verbrand werdt, is een öad, doch tamelyk wel gefchikt gebouw, welk, in den jaare 1744, merkelyk, verbe- terd is. 't Gewelf is, van binnen, befchil- derd met de verbeelding van eenige aloude Voorzeggingen, en van de vervulling der zelven , in den perfoon des Zaligmaakers. Doeh het fchilderwerk is, gedeeltelyk, ver- gaan , door ouderdom. Agter den Predik- Itoel, die, voor eenige jaaren, verzet is, ftaat het oud geftoelte van den Baljuw- van Amftelland. 't Geftoelte van den Ambagts- heer, voor welk, het wapen van Amfterdam gefield is, flaat ter regter zyde van den Pre- - dikftoel. De Tooren der Kerke heeft eene flerlyke fpits, die, meer dan eens, vernieuwd is; doch eenigszins fcheef ftaat. De Pre- dikant wordt, door den Kerkenraad , ver- kooren, na verkreegene handopening van den Ambagtsheer, die 't regt van goed- en afkeuring heeft. Het zogenaamde Regthuis van den Diemerban, zynde eene herberg, ftaat omtrent de Kerk ; doch behoort het Ambagt niet in eigendom toe. Ook komt het Geregt hier, tegenwoordig, alleenlyk des Zomers, byeen. Des Winters, vergadert het,
|
||||
.' v ■■ '
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 223
het, gemeenlyk, in eene herberg aan de am-
Diemerbrug. Voorts, flaan de meefte huizen bagts- van Diemen niet digt by de Kerk; maar heerlyk« hier en daar, door 't Land verTpreid. Van HEDEN* de gefchiedeniffen van Diemen weeten wy, behalve 't gemelde, niets byzonders aan te tekenen, dan dat 'er, op den elfden Juny des jaars 1652, in eens Bakkers huis, brand ontftaan is * waardoor tien huizen, en daar onder het Regthuis verteerd werden. Tot voorkoming van diergelyken ramp, heeft het Ambagt, tegenwoordig, twee Brandfpuiten, waar van de eene, in de Kerk te Diemen (laat, en de andere, in een huisje aan de Diemerbrug. De Buurt O ütersdorp legt weflwaards Ouurir
van hét Nieuwe Diep, binnen den Diemer- dorp. dyk ,en paalt aan de Vryheid der Stad Amfler- dam. By deeze buurt, beneden tegen den dyk binnenwaards, hebben de Hoogduitfchëjoo- den van Amfterdam een Kerkhof aangelegd, waar de ger^ngften onder hen begraaven wor- den. Men vindt 'er geene zerken; maar al- leenlyk flaande platte paaien, met opfchrif- ten, op de graven. De aanzienlykflen heb- ben eene Begraafplaats by Muiderberg, tus- fchen Muiden en Naarden. Een gedeelte van Outersdorp, ter grootte van omtrent vyf en zedig morgen, legt binnen den ring der Outewaaler- of Over-Amflel-Polder. Ooft- waards van Outersdorp, lagen, van ouds, de buurten Jaap-Hannes en Tpeßoot, die, door het doorbreeken van den Diemerdyk, welk het Nieuwe Diep veroorzaakt heeft, geheel- Jyk y zyn weggeraakt, 't Gemeene-Lands-Huis * 'i...... N' van |
||||
,*H AMSTERDAMS V.Deeh,
£U_ van den Diemerdyk , en de Buitenplaats
BAOTs- Ruimzigt, voormaals de Traankookery van .BEERLYK- jeap Tourton, ftaan nog op Jaap -Hannes. HßPßw. f^Qch 0p YpeOoot, flaat maar één huis, het ViJJchcrshuis genaamd. De herberg Zeeburg, aan den Diemerdyk, cuflchen Outersdorp en Jaap - Hannes, die 't Oude-zyds-Huiszitten- Huis toekomt, is, in 't jaar 1766, grooten- deels , vertimmerd. Ten zuidooften van 't Nieuwe Diep, legt een ftuk Rietland, welk aan de gemeene Waarfchappy van den Die- merdyk toebehoort. Van ouds, hebben, door den Diemer-
ban , tw&e Heeren wegen geloopen , die nog in wezen zyn: de een , van den Af- loop naar Diemen, door Diernen en Diemer- brug, naar Ouderkerk, en -de andere, van Diemerdam, langs den Diem, en over de Vinkenbrug, die, eerft na 't graaven der Mui- der Trekvaarte, gelegd is, langs de Bylerner- meer en de Gaasp, naar Weesp. Beide deeze Wegen zyn, reeds voor de bepoldering der Landen, in wezen geweeft; gelyk klaarlyk . te zien is, uit de oude Kaarte van Joofi Jansz. van den jaare 1575, van welke een gedeelte, voor de Handvefien van Am fier dam, geplaatft is. Schout en Schepenen van Die- men hebben, zo ver men geheugen mag, deeze twee wegen, als zynde Heerenwe- gen, gefchouwd. Ook zyn zy, in 't be- zit van 't regt hiertoe, ten opzigte van den eerftgemelden weg, tegen de meening van Poldermeefteren van de Venfer-Polder, be- veiligd geworden , by eene Sententie van den Hoogen-Raadevan den agt en twintig- Jfterj
|
||||
H. Boek. Voornaamste bezittingen. 225
ften September des jaars 1755. Ten opzig- AM-
te van het zelfde rege over den anderen weg, bagts- daar dezelve langs de Gaasp loopt en deHEEBLYK- Stammerdyk genaamd wordt, hangt het ge-HEDPH* i ding, tegenwoordig [1766] , nog onafge- daan , voor den zelfden Hoogen Raade. In de Lyft der Verpondingen van den
jaare 1632 , werdt Diemen met de Die- mermeer gerekend op een duizend twee en zeventig morgen Lands. Doch de Diemer- meer, federt, een byzondere Geregtsban geworden zynde, is Diemen alleen, in de Lyft van den jaare 1732, aängeflaagen voor een duizend negen en zefdg morgen, ze- ven honderd zeven en zeftig en een halve roeden Lands, van agt honderd roeden ie- der morgen. In de éerftgemelde Lyft, wer- den , in Diemen en de Diemermeer, een en negentig, en in de andere, voor Diemen en Diemerdam, honderd en dertien huizen ge- field. In 't Crimineek, fpant de Baljuw van Am- Regt-
ftelland, met zeven Schepenen, de Vierfchaar Jank en over den Ban van Diemen, in 't zogenaam-^|ee" de Regthuis van het Dorp, of aan de Die- merbrug. De Schout zit, met dezelfde Sche- penen , ter zelfder plaatfen , over C'voik ' zaaken, gewoonlyk, op den eerften Satur- dag in elke maand, te regt. Vyf van de zeven Schepenen worden, jaarlyks, tegen den tweeden February, op welken dag, zy in dienft treeden , gekooren , door den aangeftelden Ambagtsheer. De twee oud- ite Schepenen blyvsn, gemeenlyk , nog een jaar, in dienft; fchoon *t aan den X. Stuk. P . Am-
|
|||||||
i -—..
|
|||||||
^*JMk
|
|||||||
U6 AMSTERDAMS V.Deei.
Au- Arnbagtsheer ftaat, dezelven allen zeven te
BAGTs- doen afgaan. Burgemeefleren van Amfterdam Jj^jj^'ftelten, als Ambagtsheeren, federt het jaar 1731, den Schout en eenen Secretaris, wel- ke twee ampten, federt het jaar 1728, door dezelfde perfoonen, bekleed zyn. De Schout heeft regt om heeften te fchutten, ook op den Zeedyk , in gevolge der Handvefte var* Hertoge Albrecht van den jaare 1387 [1388] ' (p). Het fchuthok ftaac aan de ooftzyde , Van den Afloop naar Diemen; binnensdyks. j Voorts, zyn 'er zes Buurt meeßers, die, ne- vens Schepenen, Item hebben in alle Dorps- ïaflen. Zy dienen maar één jaar, en worden, door den aangeftelden Arnbagtsheer, gekoo- ren, uit een dubbel getal, door de afgaanden . benoemd. Schepenen ftellen, wyders, drie Armmeefters, die drie jaaren dienen; doch van welken, jaarlyks, één afgaat. De drie Kerkmeeflers dienen , van gelyken , drie jaaren, gaande 'er ook, jaarlyks, één van af. De Arnbagtsheer vervult de plaats van den afgaanden, uit een drietal , door Kerk- meefteren benoemd. De Arm- en Kerk- meeflers doen, jaarlyks, rekening aan den Arnbagtsheer, teiï overftaan van Schout en Schepenen. De Ambagtsrekenifig en die der Verpondingen gefchiedt ook aan den Arnbagtsheer, en in 't openbaar, door Schout, Schepenen en Buurtmeefleren. Sehout en Schepenen ftellen, op voorflag van den Schout, twee Broodweegers, die een jaar die- nen. De Arnbagtsheer fielt; wyders, den C er egt s bode, een' Gtavéfimadker, een' Tker, een*
• {/>) Handv. */. 73.
|
||||
\
|
|||||||||
IE. Boek. Voornaamste bezittingen. 227
een' Marktfihippcr van Diemen en Die- a**-
merbrag op Amtterdam en twee Verken-mots- t fchouwers. De Koiler wordt, even als onder111 |
|||||||||
HEDüW.
|
|||||||||
Ouderkerk, aangefleld. De gemeene Dorps
Armen worden onderhouden, uit de maan- delykfche Collecte, die, door de Armmees- .teren, gefchiedt. Ook deelenzy, met de Diaconie-Armen, 't gene, onder 't hegraa- ven, en in de Boffen, die in de herbergen hangen, gecollecteerd wordt. Wyders, heb- ben zy hun aandeel van de rantfoenen der mid- delen op de verteeringe, die, voormaals, verpagt werden, en van de rantfoenen der vafte goederen en-beeilen, die in 't openbaar worden verkogt. Eindelyk, wordt 'er, ten hunnen behoeve, ook een Armengeld betaald van de Turf, die in 't Ambagt wordt op- gedaan. De Diaconie en Armineefieren van Diemen hebben, op den twaalfden January des jaars 1745, te gelyk met die van Ouder- Amftel, Waveren, Waverveen en Nieuw- koop , Octroi verkreegen, om te mogen er- ven van zulken, die, door hen, onderhou- den geweefl zyn, en zonder nakomelingen overlyden; mids geen' uitkoop gedaan heb- bende. Zie hier de naamen der Ambagtsheeren
van Diemen, die, van 't jaar 1731 af,doof Burgemeefleren van Amflerdam, zyn aan* gefield. 1731. Gerrit Corver.
1750. Mr. Pieter Rendorp. 1761, Mr. GualterusPetrusBoü- DAAN.
Pa De
|
|||||||||
f223 AMSTERDAMS V.Deel;
Am- De Dorpen van Amftelland en Gooiland
jjAGTs- hebben , by eene Handveft van Hertoge
^&LYK"Albrecht van den vyftienden Maart des jaars ' 1387 [1388], verkreegen, dat een der twee partyen, die gefchil met eikanderen hadden, op koften van hem, die in 't öngelyk gefteld zou worden, by Schepenen van Amfterdam, vonnis zou mogen doen haaien: welke ge- woonte, tot op deezen tyd toe, ftand ge- houden heeft {([). Zie hier de woorden der Handvefte , waaraan zy haaren oorfprong verfchuldigd is: Voort foo en f al men geen von* nijfen beroepen, in gheene Dorpen in onfen Lan- de voorfchreven: maer waer eenigh man van der eener party e, die dat vonniffe aenginghe , ende des begeerde, foo /ouden die Schepenen dat Vonniffe halen tot Amßekedamme, op der geenrekofi, die in den onrecht beviele. Ende foo wes die Schepenen van Amflelredamme voor recht uytgaven, dat foude voortgaen (r). By een / Advys van Haagfche Regtsgeleerden van den zeftienden April des jaars 1604, is verftaan, dat dit Privilegie zig ook tot Crimineekzza.- ken uitftrekt (s). Ook is niet zonder voor- beeld , dat de Baljuwen van Amftelland, in Crimineek zaaken , vonnis by Schepe- nen van Amfterdam gehaald hebben {t). D&
(q) Zie*tVonn;flen.RegißerterSecretarye,<f»StadsMiffivea
N. X. /. »f* vtrfof XI. ï verft, IA Handv, bl. 71. [7.3
(s) Regifter van diverfe Sentent. terSecreurye beruflende%
ƒ.• ii6. (t) zie't Vonniflen-Regift, op 24. Aug> 1Ä67 » H *Apnl
166* en 31 Jamary i«6», , ' - • ß *f '
v r
- )
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. S2>
De Ambagtsheerlykheden, die de Stad in Am- •
Amftelland bezit, hebbende afgehandeld , bagt»- gaan wy nu over, tot de eenige Ambagts- HEER*^K* heerlykheid, Amfterdam in Kennemerland H£^N' toekomende* zynde die van Ambagts. Slooten, heid vaa
met het gene 'er, van ouds, onder begree- ten ,
pengeweeft is,te weeten, Slooterdyk, Sloo- Osdorp of Öofldorp, de G e e r , of Vrye J*8DT* i Geer, ende Vrye Amb agten. Zy legt ^vryê'
ten wetten van deVryheid der Stad, en van Geer en het water de Schinkel, en ftrekt zig, zuid- de Vryb waards en weftwaards, tot aan de Nieuwe *™™G~ en Haarlemmer - Meer , en over halfwege Haarlem , en Noordwaards, tot aan den Haarlemmer- of Spaarnedamrner-dyk en 't Y toe, uit. Het Ambagt van Slooten is, Hiflorie, reeds in 't jaar 1303, door Graave Jan den II. , voor drie honderd en tagtig ponden Hollandfch, verpand geweeft aan Dirk van Haarlem Simonszoon, onder beding, dat hy het, ten regten Leen, van de Graaflykheid houden zou, zo 't, in den tyd van driejaa- ren, niet wederom geloft werdt («). 't Zy dat dit gefchied, of dat het Ambagt, an- derszins , door het Zoonloos overlyden van Dirk van Haarlem , of van eénen zyner mannelyke nazaaten, wederom aan de Graaf- lykheid vervallen zy; 't is ten hoogde waar- fchynlyk, dat Vrouw Mar gar e et van Kleeve, in laater' tyd, gelyk met andere Heerlyke goe-
Ca) B. VAN Santen Hanrlv. van Kenneraerl. bt. z$$.
P 3 *
|
|||||
\
|
|||||
*3° AMSTERDAMS V.Deel;
Am- goederen, door haaren Egtgenoot, Hertoge
ÜZw^S^' met heC ze,ve' ver]yd geworden
»eden, 1S- to^rs, men vindt haar, in 't jaar i4oy, en haare Zufter, Catharina van Kkeve, in 't jaar 1411, in 't bezit van dit Anibagt (v\ Hoe't, federt, te gelyk met het Arnbagc van Amfterveeri., in bezit van 't Huis van Brederode geraakt zy , hebben wy, hier- voor (w), aangetekend: ook hoe zig de Stad Arnderdam, ïn \t jaar 1.529, de Am- bagtsheerlykheden van Sloo.ten en Amfter- veen, door aankoopi heeft eigen gemaakt. Beide deeze Ambagtsheerlykheden omrin- gen de Stad en derzelver Vryheid aan de Landzyde: zo dat, door het aankoopen der- selven, de gefchillen, die, anderszins, Jig- telyk, over de grensfcheiding ondfcaan kon- den, voortaan* of niet konden voorvallen of gemakkelyk konden bygelegd worden* De Amïlerdammers bezaten, al vroeg in de veertiende eeuwe, -Land in het Ambagt van Slooten. Wy.hebben, elders (x), gewas gemaakt <van eea gefcail, welk, tuflchen henendeopgezetenen van kt Arnbagt,ont- gaan was,en, in 't jaar 1339,door Graave Willem den IV., bygelegd werdt. Het regt pm eerie Waage te-mogen hangen, werdt m> 't. jaar 1466, door Hertog Filips van Bour' gondie, aan die van Slooten emOsdorp v&c- $*&($, De Waag werdt, federt, te Stoa, ter-
(»J L.LHAX, 1 79, .
(x) II. Deel , II. ßoc{r hl. 91.
(y) Lams Hari3v." vari Kcnnemeil. bl, 7SU VAn Santé»
Jfandv. van Kennemerl, ïh i76. ' vansant*» |
||||
II. Boek, Voornaamste bezittingen. 23*
terd'yk, aan den Dyk geplaatft. Doch zy is, AM-
al voor veelejaaren, wederom weggenomen, bagts- ••*» In de Ambagtsheerlykheid, van welke wy ™^YK> fpreeken, komen ons voor de Slooter-Ban, met de Dorpen Slooten en Slooterdyk, de |E*jee* Osdorper-Ban, met de buurt Osdorp, de Geer- Ban by Slooten, en de Vrye Ambagten. De S L o o T e R - B A N, die verre de groot- siooter-
fle is van het Ambagt, beftaat, voornaam- Ban. . lyk, uit vyf Polders, de Binnen-Polder, door J ) welke, de Slooter-Vaart. loopt, van den O-
--vertoorn af tot aan de Kerkvaart; de Bo~ venwegs-Polder, bezuiden den, Slooter weg, die,. een fluk wegs boven den Overtoom, by de Hofftede 't Huis de Vraag, aanvangt, en regt op Slooten aanloopt; de Middehelds- Polder, tinTäien*den Groenen,-Weg en den Uitweg , die beide aan den Haarlemmer- ^ Trekweg beginnen , en op den Osdorper- ßimmen-weg uidoopen; en twee Polders be- noorden de Haarlemmer Trekvaart, de Over- Braaks-Polder y zo genaamd, om dat zy, ten ooHen van de Braak de Slachter, gelegen is, - en de Agter-Slooterdyker-Polder, beweften het zelfde water leggende. Buiten den Haarlem- merdyk, ten noorden van het Dorp Slooter- dyk , legt nog eene bekadykte Polder, de Slooter dyker - Buiten - Polder genaamd. Doch 't land , in deeze Polder , is van geringe waarde. Wyders, legt, tuffchen Slooterdyk en Slooten, een drooggemaakt en bedykt •Meertje, de 'Slooter- of Slooterdyker • Meer genaamd. Het is, voor 't eerfl, in 't jaar 1644, bedykt., en tot Hoffteden, Tuinen P 4 en
|
||||
±$2 AMSTERDAMS V.Deei,
Am-. en Bouwhuizen aangelegd: doch, federt,
13AOTS- meer dan eens, doorgebroken , en telkens ^eerls-k- wec|erom beverfcht (2). Het ftaat onder 't beffier van eenen Dykgraaf en twee Heem- raaden, die den Ringdyk*, Wegen en Wate- ren van het zelve fchouwen. Over- In den Ban van Slooten, langs de weftzyde toom. van de Schinkel en Kofi veriooren-Vaart, en elders, z.yn verfcheiden' Luftplaatfen, en ook eenige Katoendrukkeryen en Afkookeryen van Katoenen Lynwaaten aangelegd. Zy be- hooren, zo wel als de huizen en herbergen aan dèeze zyde, tot de buurt van den Over- toom, zo genaamd naar den Overflag of ,0- verhaal (in eenen brief van HertogeAlbrechc van denjaare 1364, lees ik Overtboon (#)), door welken , kleine fchuiten en praamen gehaald worden over eenen dam , in de Koftverlooren-Vaart gelegd. By welke ge- legenheid , zulks gefchied 9 en hoe veel ge- fchils 'er, weleer, met de Stad Haarlem, en met het Hoog-Heemraadfchap van Ryn- land, over ontdaan zy, hebben wy, elders (b), omftandiglyk, te boek gefield. In 't jaar 1655, is, byBurgemeefleren van Am« flerdam, eene Ordonnantie gemaakt, op het overhaalen derVeerfchepenvan Leiden naar deeze Stad, over den Overtoom (c). Doch alzo de Leidfche Kaagen, federt veele jaa- ren, niet worden overgehaald, maar voor den Overtoom blyven leggen, wordt deeze Or- don-
(z,) COMMZim, hl. fje,
(ai tjandv, van Rynl bl. tg.
\h) Zie II. De l, XI. B»e^t bl. 13* tn%%
^() Gioot-Memox. N. IV. ƒ, 71.
|
|||||
X
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 233
donnantie niet meer agtervolgd. Het Hoog- Am- '
Heemraadfchap van Rynland heeft, altoos, bagts-' naauwkeuriglyk toegezien, dat de dam van iieerlyk- den Overtoom, en de Overtoom zelf, op HfBEIf# eene bekwaame hoogte, gehouden werden, om te voorkomen, dat het Am(tel!ands-wa- ter, welk, doorgaands, hooger dan het Ryn- lands-water is, behalve by aanhoudende wes- ten-winden, in den boezem van Rynland vloeije. Men heeft den Overtoom, in 'c jaar 1705, naauwkeuriglyk gemeeten, en de hoogte van 't middenvak zes en een hal- ve duim laager dan Stads peil bevonden (d): en naar deeze meeting, wordt dezelve, nog tegenwoordig, op den voet der oude over- eenkomften, onderhouden. Langs den Sloo- terweg, ontmoet men ook eenige Luftplaat- fen. Wyders leggen , in deezen Ban, de Dorpen Slooten en Slooterdyk, tot welker by zondere Befchry ving wy nu overgaan. Slooten, vermoedelyk, zo genaamd, Het Dor»
naar de Slooten , die den Ban doorfnyden, Sloo- is, ongetwyfeld, een van de oudfte Dorpen T£N* in deezen oord , wordende van deszelfs Ka- pelle reeds gewaagd, in eene overeenkomfl tuflchen IVillem den I., Biflchop van Utrecht, en Regimbert, Abt van Epternach, die, in 't jaar 1063, getroffen werdt O). Het legt, een groot uur gaans ten zuidweflen van Ara- fterdam, midden in 't geboomte, aan den Slopter-weg, en ten einde eener vaarte, de Kerk'
(d) Groot-Memor. N, IX. ƒ. 4j. zie ««^Privileg, van
Haatl. bl. S9S {e) „ipttd HEDAM , p. ij*.
P 5
|
||||
234 AMSTERDAMS V. Deel.
Am- Kerkvaart ganaamd, die gemeenfchap met
eedek, Meerheeft. De Kerk en een gedeelte van
het Dorp zyn gelegen in den Ban der % Gwr, van welke wy , beneden, handelen zullen. Byde Kerk, itaat eeneMylpaal,die de mtgeftrektheid van het Ban-en Vangregt der Stad Amfterdam aanwyft. De K^rk van Slooten plagt, van ouds, aan S. Pancras m& wyd te zyn. Ook willen ibmmigen, dat het Dorp zelr S. Pancras plagt genoemd te woi> den. En verhaalt men, dat de Priefter, op den Feeftdag van S. Pancras , zynde den twaalfden May, den volke een doodshoofd plagt te vertoonen, welk hy'zeide te zyn dat van S. Pancras, die gehouden werdt, ten tyde van Diocletiaan, om het geloof/den marteldood geleeden te hebben. Men wil zelfs, dat zekere Paftoor van Slooten, zyne kudde van de egtheid van dit heilig over- blyffel, met luider fïemme en deeze woorden plagt te verzekeren : ten is gheen Qßenhooft l ten is gheen Paardenhooft; maer t is het heylhhe hoofd van Sinte Pancras (f). OndertuiTchen gelooft men, te Rome, dat het hoofd van 5. Pancras, die aldaar onthalsd zou zyn, met den romp, in de Lateraanfche Kerke, be- graaven is. De Kerk te Slooten, fchoon nog tamelyk ruim, naar de gelegenheid der Plaatfe, plagt zeer veel grooter te zyn, dan zy tegenwoordig is. Zy is, ten tyde van Keizer Karel den V., door ouderdom, zeer vervallen zynde, uit de inkomften derSloo- ter-
(f) W. SYVAEßTs Roomfche Myfier. ontdekt. JW.è/.n.
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 235
ter-Meer, ten djen einde, door den Vorfl, Am-
gefchonken, wederom opgeümmerd. Ge-ßAGTs- duurende 't beleg van Amfterdam, in 't jaar «"W-toi 1572 \ werdt zy, door 't Staatich Krygsvolk,mmN' in den brand geffeken. Doch zy is, nader- v hand, wederom herbouwd. Tegenwoordig, pronkt zy met een vierkant Toorentje, \yelk eene agtkante fpits heeft. De Predikftoel * is netjes, en, nevens het hek van het Doop-
huis, van gebruind eekenhont gemaakt. Ter regterzyde van den Predikftoel, Haat een geftoeke voor den Ambagtsneer. De Kerken te Slooten en te Slooterdyk zyn, na 't invoeren der Hervorminge, omtrent den jaare 1584, tot in 't jaar 1613, door eénen Predikant, bediend geworden. Doch toen werde, te Slooterdyk, een byzondere Predi- kant aangefteld: en federt heeft elk Dorp zy- nen Predikant gehad. Men rekent, dat, in het Dorp Slooten , waar verfcheiden' huizen, door twee huisgezinnen, bewoond worden, omtrent vyftig wooningen zyn. Slooterdyk , zo genaamd , om dat HetDorp
het in den Ban van Slooten, aan den Dyk is Slo° aangelegd, en niet, agt ik, naar het waterT£&DT& de slechter, gelyic ibmmigen (g) willen, legt «jaar een half uur gaans weftwaards van Am- sterdam , tufTchen de Haarlemmer Trekvaart •en den Haarlemmer-Dyk, tegen over het Tolhek aan de vaart, over welke, men zig, met eene fehouw, laat overzetten, om, van deezezyde, in het Dorp te komen. Het •Dorp is net bebouwd, en van een goed ge- tal (g) C, Eeudekek Aantek. e/> cj-. Bruins Zoeten. |
||||
236* AMSTERDAMS V.Dm.
Am- tal van luftige fpeelhoven voorzien, die, voor HEERLYK 'r grootfte gedeeke, van agteren uitkomen heden. aan het water de Slochter, welk zig, tot aan den dyk toe ftrekt, en, oudtyds, in't Y liep, door eene fluis, die, al voor veele jaaren, is weggenomen. Het grootfte gedeelte der huizen ftaat, binnenwaards, in eenen halven kring, tegen eenen bogt van den dyk: 't welk, aan het Dorp, van deeze zyde, eene bevallige gedaante geeft. De Kerk te Sloo- terdyk is zekerlyk veel jonger dan de Kerk te Slooten, en, veelligt, niet lang na't mid- den der vyftiende eeuwe, geftigt, toen Sloo- terdyk, welk, in de Verlybrieven van den jaa- re 1434 (h), nog niet genoemd wordt, in getal van huizen, genoegzaam, toegenomen was. Immers, fommigen hebben, uit eeni- ge aantekeningen in een oud misboek, welk, in deeze Kerke, plagt gebruikt te worden, beweezen, dat, in dezelve, in 't jaar 1479, eene nieuwe Doopvont, en in 't jaar 1488,' de eerfte pïlaaren in 't Choor geplaatft zyn (i). In 't jaar 1572, werdt deKerkvanSioo- terdyk, geduurende het kort beleg van Am- fterdam, door het Staatfch Krygsvolk onder den Graave van der Mark , in den brand gefteken ; doch , naderhand , eenigszins, herfteld, en in 't jaar 1664, in de tegen- woordige gedaante, van den grond af, op- gebouwd, gelyk, uit dit tydfchrift, aan den tooren boven den ingang: j CurU-
(h) Zie Handv. hl. 303.
(i) Lh long, bi, i$t. |
|||||
\
|
|||||
I
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 237 "
ChrIstIano VIgILakDVM, Am' \
' BAGTS*
dat iV HEERLTBi
't Voegt een' Chriflen te waaken:
en uit een Latynfch opfchrift, boven den
Predikiloel, in eene zwarte tafel, gefield, blyken kan. Het luidt aldus: Ad
Majorem Dei Gloriam
Vere Reform, Christ, relig.
E XE R Cl TI UM.
TeMPLUM HOC , INCENDIO VASTATUM» VeTUSTATE COLLAPSUMj
AB IMIS FüNDAMENTIS INSTAURARI, AMPLIFICARI
C U R A V I T
Cornelius de Graaf,
Liber Dominus in Suytpolseroek etc, Amstel. reipub. Cos. ac Senator, pagi hujus etc. toparcha; Pastore
Engelberto Sloot,
Üïdilibus
Johanne Inicolai van Dyk
Martino Petri Lyst: '
JS PRI-
|
|||||
233 AMSTERDAMS V.Deer.
Am- PRIMUM LAPIDEM PONENTE
HEEKLYK- Johanne van Noort.
n*Dm' A°.mrm Christiane MDCLXfV. dat is;
Tot
meerder ferheerltking fan god,
-en oefening
fan den waarvtk herformden
Godsdienst,
heeft
cornelis de graaf,
Vrteeer in Zuidpolsbroek enz.
Burgemeester en Raad der Stad
amsterdam, Ambagtsheer fan dit en andere
Dorpen, deeze Kerk, door den brand
ferivoest, en door ouderdom
ferfallen ztnde, fan den i
grond af, doen berbou'
wen en fergrooten:
toen Predikant was
Engelbert Sloot,
en Kerkmeesters Jan Klaaszoon fan Drx MN
|
|||||||
Maar*
|
|||||||
«
|
|||||||
/ ♦
|
|||||||
)
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 239
Maarten Pieterszoon Ltst.am- m ,._ BAGTS'
Jan van Nogrt . heerlyk-
heeft den eersten steen gelegd, heߣw.
IN'T JAAR DES HEEREN MDCLXLV.
■
De Kerk is niet groot, doch net en wel ge-
timmerd , en heeft een' vierkanten tooren, met eene laage fpits. Regt over den Pre- dikftoel en het Doophuis , is eene galery gèfteld. Het Kerkhof is, gedeekelyk, met blaauwe zerken, belegd, en tegen de Kerk van buiten, ftaan agt Graftomben; in eene van welken , begraaven is Jan Claas- zoon van DYK,die, in een opfchrift op dezelve,Stigterder Kerke genoemd wordt. Wy hebben reeds gemeld, dat de Kerk van Slooterdyk, te vooren, met de Kerke van Slooten, door éénen Predikant, bediend geweeft zynde, in 't jaar 1613 , eenen afzonderlyken Predikant gekreegen heeft. De Predikanten van Slooten en Sloo- terdyk worden verkooren door den Kerken- raad, na verkreegene handopening van den Ambagtsheer, die 't regt van goed- en af- keuring heeft. Het Regthuis van Slooter- dyk, zynde eene herberg, ftaat digt aan de Trekvaart op Haarlem. De opgezetenen van het Dorp zyn meed handwerkslieden, ar- beiders en winkeliers. Ook ftaat, in het zelve, eene Salpeter-rafineerdery. Tegen over Slooterdyk, ten zuiden van voetpaa
den Haarlemmer-Trekweg, werdt, in 't laatft naar de ' der voorgaande eeuwe, en ingevolge eener Groen-of overeenkomft- tuflchen 't Gereizt van Sloo- Najade- ten, tuinen* '
|
|||||||
54o AMSTERDAMS V.Deel.
Au- ten, Slooterdyk, Osdorp en de Vrye Geer
iiSTv* en Perkenraad en KerJcmeefteren van SJbo- hed£n. ^crdyk' va'n den drie en twintigften Oftober des jaars 1697, een nieuw Voetpad aange- legd; waartoe de Kerk het land gaf, en 't Geregt de koften deedt. Doch de Kerk nam het onderhoud op zig (*): vanwaar het pad ook wel het Kerkpad genoemd is. Het loopt, van den Haarlemmer Trekweg, tot aan het Groenpad, welk zig , langs de Groente- of Saladetüinen ,ftrekt tot aan de Koft verlooren- Vaart, by de Buurt aan de drie Baarsjes. Op de verbetering van dit Groenpad, welk, met een hek, dat, met het luiden der Am- fterdamfche Boomklok, 's morgens, geopend, en 's avonds geflooten moet worden, van het eerftgemelde Voetpad afgefcheiden is, heb- ben de geinterefleerden, in 't jaar 1699, ook een minnelyk Verdrag getroffen, welk, door purgemeefteren van Amfterdam, beveftigd is (/). Wy hebben den tyd van het leggen van dit voetpad hier te liever willen aante- kenen , op dat men, met fommigen (m) , niet waanen zou, dat het, reeds in de veer- ., tiende eeuwe, gediend hebbe tot een pad naar den Heiligen weg, en vervolgens naar de Kapel der Heilige Stede in Amfterdam, voor de Slooterdykers , die, immers, langs den hoogen dyk, veel eerder in Amfterdam konden komen; zo zy al, 't welk egter niet te vermoedenis, voor 't maaken van den Haarlemmer-Trekweg, geen toepad der- 'M ■ waards, (k) Handv. hl. 330.
(1) Handv. hl. 331, (m) JLR IiONG , hl. 400« , |
||||
H.BÖÈK. Voornaamste bezittïngen. 24t
waards, door 't Weiland, gehad hebben. AM-
In den Osdorper-Ban, bewerten den bagts-» Slooter-Ban gelegen , leggen vier Polders,HEERLYK- de Binnen-wegs Polder in 't midden, ten zui- den van de Haarlemmer-Trekvaart, in welke ßSan°' Polder, een klein Meertje legt, de Ookmeer genaamd; de Boven-wegs-Polder, ten zuid- , weden, tufïchen den Osdorper - weg, en de Luttik of Lutkemeer en Raasdorp; de daker- of Middefoelder- Aaker-Polder, in 't zuiden * tuiTchen den Summen- en Aaker-weg, aan de Haarlemmer-Meer, en de Spiering-Horns- Polder, benoorden deHaarlemmer-Trekvaart, tot aan den dyk. De Aakef-Polder is thans [in 1766] in eenen liegten flaat, zynde den Aaker-weg, al voor eenige jaaren, doorge- broken * en 't gat niet wederom geflopt, naar behooren. Alleenlyk, heeft men, bin- nenwaards, door de Polder, eenen nieuwen weg begonnen te leggen, die nog niet vol- trokken is. In de Spiering-Horns-Polder, zyn drie Braakjes: de groote Braak , ter we- derzyde van de Trekvaart op Haarlem, te- gen over de paal van halfwege; de Jan- Louwen-Braak, ter wederzyde van dezelfde Trekvaart , aan de twaalf honderd roeden van Amflerdam, en de Doggenaars Braak, omtrent twee honderd roeden noordwefl- waards van Jan*Lou wen-Braak, digt aan den dyk. Voor den dyk, leggen ook twee lïuk- jes bekadykt buitenland , Spiering - Horns- buit en- Polder en de Heining genaamd. 't Gene, in deezen Ban, de meefle aan- De Buurt
merking verdient, is de groote en oudc Osdorp, X. Stuk. Q Buurt |
||||
Ut AMSTERDAMS V.Deel,
&M- Buurt Osdorp, ook dik wils Oftdorp en
BAGTs- Oüfidorp genaamd, gelegen aan den Osdor- |
||||||||
HEEKLYK-
|
||||||||
per-meg, die, ten zuiden van den Haarlem -
mer-Trekweg, op de hoogte der paal van halfwege Haarlem, aanvangt, en, voorby de Roomfche Kerk van Osdorp, thans door ee- nen weereldfchen Priefter bediend, daar hy den naam van Summen weg aanneemt, tot aan Siooten toe loopt. Langs deezen weg, leggen eenige aangenaame Luftplaatfèn en ruime bouwhuizen. Wy hebben, te regt, Osdorp eene oude buurt genoemd, zo men agtenmag, dat Melis Stojce, op het jaar 1155 («), door die Gebure van Okesdorp, welken de Friezen hielpen verllaan , onze Osdorpers verllaan heeft; gelyk my ten hoog- fte waarfchynlyk voorkomt. Okjèn en OJJen zyn dezelfde dieren. Okesdorp en Okfedorp is ook het zelfde, en zegt zo veel als Osdorp; welke naam aan de buurte en ban gegeven fchynt te zyn, om dat de opgezetenen zig, van ouds al, met de weidery T plagten te ge- neeren (0). Zy plagten, weleer, denGraa- re, met twintig man, in den kryg te dienen. Doch dit getal werdt, om hun onvermogen, in 't jaar 1398, tot op de helft, verminderd (p). Om dezelfde reden, werdt hun, in 't jaar 1414, ook een gedeelte der koften, die zy tot het graaven der Koitverlooren-vaarte moeften opbrengen , kwytgefchoiden (q)0 - Tot (n) In Dirk VI. hl. 4g.
io) Zie Van Sante-n' Handv, van Kennemerl. bl, 17«,
(p) Zit MlfeRls iCtearterb. III. Desl%H% MS*
{{) Handy, van ftynl« bU $1*
|
||||||||
if. Boek. Voornaamste bezittingen. 243
Tot den Osdorper - Ban , behooren nogAw—
twee kleine Eilandjes in he,t Y, genaamd bagts-
de Hoekenesm Buitenheining. Zy geeven flegts jj*wwi*
een weinig hooïgewas, en zyn, voor't ove-^,!fEN'
4. • *. u ♦. Eilandjes
nge, met net bezet, ■ Hoekmes
De Geer of Vrye Geer is een klein en Bui-
driehoekig ftuk lands, in den Ban van Sloo- tmbei- ten, -op welk, gelyk wy reeds gemeld heb-mw£* ben (r), de Kerk en eenige huizen van het &* of Dorp gebouwd zyn. Men wil, dat de lan- q^u den in de Vrye Geer laager gelegen zyn, dan ïn het overige gedeelte van den Ban van Slooten, om dat de grond van de Kerke en het Kerkhof, uit deeze landen, meerrnaakn, aangehoogd geworden is. HetRegthuis van het Ambagt, zynde eene herberg, ftaat in de Vrye Geer. Zy is vry genaamd, om dat de opgezetenen, van o.uds, niet verpligt waren, eenige Graaüyke Bede of fchot te betaalën. Ik twyfel niet, of de Vrye Geer wordt, in den Verly brief voor Henrik van Borfelen van den jaare 1434, genaamd "dat Vroengers, alfo groit en alfo cleyne als 't gelegen is an VVGraven" damme (s). ßers, Geers of Gors betekende, oudtyds, laag Land: en Vroen of Vroon en Vry was ook het zelfde. Vroengers en Vrye Ge^rs of Geer zyn, derhalve, woorden van ééne betekenis. De Vrye Ambagten, met naameTrye^»!«
HOUTRYK, P'OLAN.EÜjr en RAASDORP,&a£te^
|
||||||||||
met naa-
|
||||||||||
zyn niet zo duidely k vermeld, in de oude Ver* JJJ
ly brieven^doch moeten geagt worden begree- pen
(f) Hier voor, bl. 234.
(s) Handv. bl, joj. Q2
|
||||||||||
1
|
||||||||||
244 AMSTERDAMS V.DeéI,
Au- pen te zyn, onder't Ambocht vanShoten ende
BAóTs- van Oosdorp, mit viffcberien ende allen zynen toe- hedenYK'^or€n*zo a^s Heer Reinoud van Brederode
het zelve van de Graaflykheid te Leene bilt: in welke uitgebreidheid, Keizer Karel de V. de Stad Ämfterdam, met deeze Ambagts- heerlykheid , verlyd heeft (f). Ook wordt Polanen, als tot deeze Ambagtsheerlykheid behoorende , reeds uitdrukkelyk vermeld, in eenen brief van Vrouwe Margareet van Kleeve van den jaare 1404 (u). En in eenen doorgefteken brief der Regeeringe van Am- fterdam, van den negentienden February des jaars 1545, wordt Henrik Pieterz genoemd Schout van Sloot en, Sloot er dyk , Oifldorp, de Geer, Houtrick ende Pelanen (y): ten duide- lyken bewyze, dat ten minfte twee der drie vrye Ambagten tot de Ambagtsheerlykheid van Slooten behoorden. Raasdorp, het derde, is, veelligt, toen onder Osdorp begreepen geweeft. De drie Ambagten fchynen ook Vrye dmbagten genoemd te zyn, om dat zy, Teven als de Geer, van ouds, niet in de Graaf- lyke Beden plagten te draagen. Houtryk, HouTRYK,of Houtrick, gelyk het,oud-
tyds, genoemd werdt, is eene kleine Polder, gelegen tuflchen den Spaarnedammer - dyk en Spierings-Meer, bewerten Polanen , of halfwege Haarlem, aan eenen inham van 'c Y,'t Houtrak genaamd, 't Hof-Ambagt grenft , ten wellen, aan Houtryk , en de Haarlemmer-Trekvaart loopt 'er door: waar- * om (t) Handv. bl. 307.
{u) Handv. bl. si/j. (v) Handv. bl. J28. |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 245
om het in Noord - Houtryk en Zuid - Houtryk Am-
onderfcheiden is. In het eerfhe gedeelte, BAGTS |
|||||||||||
legt eene Luflplaats en eenige bouwhuizen:r
|
EERL
|
||||||||||
HEDEN.
|
|||||||||||
het ander gedeelte, welk genoegzaam open
legt voor de overflroomingen der Spierings- Meer, is verlaaten Land. In het Houtrak, voor de Spaarnedammer Sluizen op halfwe- ge, legt een Eilandje , Ruigoord genaamd, welk, voor een groot gedeelte, onder Hout- ryk behoort. Het overige gedeelte behoort onder Weflzaanen. In het gedeelte onder Houtryk behoorende, is eene Vogelkooi. Pölanen, meer bekend onder den naam Poianen
van Halfwege Haarlem, legt ten ooflen van en Houtryk , tegen den Osdorper Ban. Het Gemeene-Lands-Huis van Rynland, Zwaa- nenburg genaamd , en de Spaarnedammer- of Rynlandfche (luizen hier omtrent zyn in 't geregt van Poianen gefügt. De huizen, die, ter wederzyde van de vaart, aan Half- wege Haarlem Haan, en de Luflplaats, hier, weleer, door Nikolaas Kalfvm Weftzaandam, aangelegd, en ook Poianen genaamd , be- hooren allen onder 't Geregt van Poianen, welk zig, ooft- en weflwaards, ter wederzyde van de Trekvaart, zo ver uitftrekt, als de buurt huizen. Raasdorp is eene kleine Polder, ge- Raasdorp.
legen tuflehen de Bannen van Osdorp en Nieuwerkerk, en ooflwaards, door de Lut- kemeer, en weflwaards, door de Spierings- meer, befpoeld. In dezelve, plagt een ta- melyk Dorp te leggen, welk, al voor lang, door de Meer, weggefpoeld is, of onder wa- water legt. 9.3 In
|
|||||||||||
i#6 AMSTERDAMS V.Deeï,
^M. In de Lyfl der Verpondingen van denjaa-
jtAGTs- re 1632, ftaan de Ambagten van Slooten,
JIEERLYK*Slooteridyk en de Vrye Geer, op vier dui-» heden. zencj 0^ honderd drie en veertig morgen, drie honderd vier en negentig roeden Lands, gerekend. Doch in de Lyfl: van den jaare 1732, worden de drie gemelde Ambagten, benevens het Ambagt van Osdorp, op niet meer dan vier duizend vier honderd zes en vyftig morgen zes honderd twee en vyftig roeden gefield, na dat 'er een honderd vyf* tien morgen vief hónderd en tagtig roeden, wegens Landen, die, door de Haarlemmer- Meer , waren ingezwolgen, afgetrokken wa- ren. Volgens de oude Lyfl flonden, in de drie Ambagten , maar een hónderd zeven en zeflig ; doch volgens de nieuwe, in allen vier, vier honderd vyf en vyftig huizen en zeven molens: welke vermeerdering, voor- naamlyk, veroorzaakt is geworden, door het aanleggen van veele luflplaatfen, tuinen en huizen, langs de Haarlemmer-vaart; in de Slooter-Meer; omtrent Slooterdyk, en elders. In de Lyfl van 't jaar 1632, werden, in het Hof-Ambagt, Houtryk en Polanen, drie en zeflig, en in die van 't jaar 1732, in Houtryk en Polanen alleen, zeven en twintig huizen gefield. Doch 't getal der Huizen onder Polanen is, federt, toegenomen. Onder Raasdorp, werden, in 't jaar 163 2, een non* derd dertien morgen twee honderd vyf en zeventig roeden Lands, en agt huizen in de Lyfl der Verpondingen aangetekend, 't Getal der huizen is niet byzonderlyk vermeld, in de kyfl van 't jaar 1732, om dat dezel ven toen 00' .
' ' ■ '. * K-. - '"1
|
|||
£L Boek. Voornaamste bezittingen. 247
onder Slooten gebragt werden, of reeds ver-Am- dweenen waren. Wegens de Ambagtsheer-*^ lykheid van Slooten, met het gene er «££* .. behoort, fpant de Baljuw van hennemerland, in Crimineel* zaaken, de Vierfchaar , met Zyne Leenmannen» te Haarlem. In Chile zaaken, gefchïedt zulks door den Schout, die, door Burgemeefteren van Amfterdam, als Ambagtsheeren, wordt aangefteld (». De Ambagtsheerlykheid heeft, federt het Geregten
jaar 1654, ■*» drie Geregten. Voor dien tyd, ^^ maakten Slooten, Slooterdyk, Osdorp endeheeriyk- Vrye Geer ieder een byzonder Geregt uit. heid van Doch men kwam toen overeen, om deeze Sta*« vier Geregten tot één te brengen j 't welk be- ftaan zou, uit den Schout en zeven Sche- penen: van welke laatften 'er, jaarlyks, vyf afgaan, en twee twee jaaren dienen zouden. De Staaten van Holland bekragtigden deeze overeenkomft, op den elfden December des gemelden jaars. Het Geregt zit nog , in gevolge der gemelde overeenkomft,vanden eerften May tot S. Pieter, dat is, den eerften Auguftus, te Slooten, op de Vrye Geer; ■ van S, Pieter tot Allerheiligen, of den eer- ften November, te Slooterdyk; van Aller- heiligen tot den eerften February, te Osdorp, of liever, gemakshalve, te Slooterdyk; en van den eerften February tot den eerften May, aan den Overtoom (ar)»Voorts, maaken Houtryk en Polanen famen een byzonder Geregt uit drie Schepenen beftaande. Van & Raas- |
||||||
(■») zie Groot Memor. N. VII. f. »ij,
(#) Zit hieiagtei, IiyU*s,en ir* <•• 0.4
|
||||||
248 AMSTERDAMS V.Dêeü.
Am- Raasdorp , is ook een byzonder Geregt, h!eTS' Welk' thans' maar uit twee SchePenen be-
Sw!K"fta.at» die » buiten.Raasdorp , waar geene huizen meer zyn, woonen: zo dat 'er, in de gantfche Ambagtsheerlykheid, thans drie byzondere Geregten zyn. Tot Schepenen moeten, volgens de oude Privilegien, goede ryke Knaapen genomen worden (y). De Am- bagtsheerlykheid heeft maar ééne algemeene Weeskamer, die zigfchikt naar de Keuren voor de Weeskamer te Amfterdam, en waar. onder ook de vrye Ambagten behooren. De Weeskamer wordt waargenomen, door drie Weesvaders, veeltyds, een' uit Slooten, een* uit Slooterdyk, en een' uit Osdorp. Zy die. nen voor hun leeven , en houden, viermaal 's jaars, in het Regthuis te Slooten, of el- ders, Weesdag, op den eerden Vrydag.,na den eerffcenMay; na S, Pjeter; na Allerhei. ligen, en na den eerflen February. Ook zit- ten zy wel, op andere tyden, en in de by- zondere Bannen, mids zy daartoe verzogt worden. Zy genieten, voor zulke buiten- gewoone zittingen , ieder een Kennemer- pond, dat is, zes en twintig ftuivers. De verkiezing van Schepenen, Ambagtsbe- waarders , Kerkmeefters en Armmeefters gefchiedt, in de week voor Paafchen, door den aangeftelden Ambagtsheer, uit een be- noemd dubbel getal van elke foorte. Zy treeden, op Goeden Vrydag, in dienft. De Secretaris van Slooten met het gene 'er on- der behoort wordt, door Burgemeefteren va.q
0) Qaijdv. ?ap Kennemcil. bl. %$,
)
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 249
van Amflerdam, aangefteld , en heeft, ge- am.
meenlyk, zyn verblyf te Amflerdam. De bagts- Schout betaalt, tegenwoordig, jaarlyks, ter HEERLyK> Thefaurie van Amflerdam, dertig guldens ,en HiiBllK* geniet, daartegen, 's Heeren tynfen en tien- den door 't gantfche Ambagt, en de Viflche- ry in 't Ook-meertje. De byzondere Bannen der Ambagtsheerlykheid betaalen ook, jaar- lyks, zekere fchotpenningen aan de Stad, als Ambagtsheer. Ook brengen zy een hoen- dergeld van een en een vierde Huiver's jaars van elke haardflede op, 't welk, door den Schout, die daarvan vier penningen voor "izyne moeite geniet, wordt ingevorderd. Voor 't overige, wordt het, tuffchen den Baljuw van Kennemerland en de Stad Amflerdam, als Ambagtsheer, gedeeld. De Geregten van Kennemerland in 't gemeen zyn, dikwils, ook door de hooge Geregtshoven, bevoegd verklaard, om Keuren te maaken tegen 't vegten en mestrekken , zonder den Baljuw , van Kennemerland te kennen, en de vegt- boeten, tot een Kennemer-pond toe, in te vorderen (2). Men heeft zelfs nog oude Keuren van Schout en Schepenen van Sloo- ten, tegen 't flaan , mestrekken en kwet- fen (tf). De opgezetenen van Slooten, Polanen en overeen-;
Oofldorp en van de andere Ambagten, tus- komften
fchen Amflerdam en Spaarnedam gelegen, met Ryn*
waren, al by eenen brief van den jaare 1404, fc^'JJf
. door Vrouwe Margareet van Kieeve, belafl derhoud
met der dy.
(2.) Handv. van Kennemetl. bl. 16$ enz,. ?zj enz,, kaadjö.
i#j Handv. van Kennenierl bl. 260,
|
||||
250 AMSTERDAMS V.Deec.
Am- met de herftelling van den Spaarnedammer
BAGTs- dyk, indien 'er eenige doorbraak in komen *F^TyK~mogt (b). Hertog Willem van Beijeren be- |
|||||||||
WlipRlfr
|
|||||||||
val hun het zelfde, by eenen brief van den
vyfden Oótober des volgenden jaars (c). Se- dert , wêrdt 'er eene verdeeling gemaakt .op het herftellen des dyks, die in drie deelen gekaveld werdt. Het eerfte deel, beginnen- de van Amfterdam, ftondt ter bezorginge van die vanSlootenenSlooterdyk; het twee- de , van die van Osdorp, en het derde van die van Spaarnewoude, Houtryk en Polanen, Die van Spaarnewoude een gat, welk, in 'c begin der zeftiende eeuwe,in hun deel dyks gevallen was, verzuimende te ftoppen; wa- ren de andere dykpligtigen, deswege, in 't jaar 1508 , klagtig gevallen voor 't Hof. Dykgraaf en Heemraaden van Rynland na- men kwalyk , dat men hunne Regtbank voorby gegaan was, en voegden zig met Spaarnewoude. 't Gefchil hing nog onaf- daan, toen 'er, op nieuws, twee gaten vie- len in den dyk; om welken te ftoppen, Dyk* graaf en Heemraaden voornoemd alle de Dorpen, tuflchen Amfterdam en Spaarnedam gelegen * opontbooden. Doch Slooten en SIO0- terdyk bleevenagter. De koften van 't herftel- len des dyks werden, onder anderen, over de Landeryen in den Ban van Slooten leggende, omgeflaagen ; doch de voldoening volgde niet. Men verftondt, naamlyk, dat die van Rynland niet bevoegd waren3 tot het doen dee-
(b) Handv. hl. jz*.
{c) Handv. bl. 32J. |
|||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 251
deezer omflagen. Doch 't werdt, by 't Hof AM-
van Holland, anders begreepen; en zelfs by baqts- den grooten Raad te Mechelen, voor wel- ^^È" ken, die van Slooten en Slootérdyk 't ge- fchil getrokken hadden, en waar het > den vier en twintigften December des jaars 1511$ in hun nadeel, uitgeweezen werdt (J), De ingelanden van Rynland in 't gemeen, die zeer veel nuts trokken van de bezorginge des dyks tmTchen Amftefdam èrt Spaarnedam, kwamen, nogtans, die van Slooten en der- zelver mede-dykpligtigen te baate in de kos* ten, met vief, en naderhand met drie ftui* vers, op ieder morgen. Doch die väri Sloo- ten en de hunnen, oordeelende nog te veel bezwaard te zyn, vorderden, eenige jaarefi laater, dat de ingelanden van Rynland den dyk nevens hen, morgen morgens gelyk, zouden onderhouden. De groote Raad te Mechelen, voor welken, 't gefchil hierover,- en over andere punten, wederom gebragt was, verftondt dit egter anders, in 't jaar 1539. Doch die van Slooten vonden zig,- by deszelfs uitfpräak, zo zeer bezwaard, dat zy Revifie van dezelve verzogten en verkree- gen. Partyen kwamen, nogtans, eer 't ge* ding verder voortgezet wlefdt,in der minne overeen , wegens drie punten , Waarmede alle verfchil gehouden werdt, te niet gedaan te zyn, te weeten „ 1. Dat die van Rynland „ alle Bolwerken, die aan den dyk tufTchen „ Amflerdam en Spaarnedam waren, of ko- „ men zouden, zouden bekofligen, en on<- ,» der-
(d) Handv. van Rynl. bU 131 <**»
|
|||||||
S
|
|||||||
<i$% AMSTERDAMS V.Deei.
Am- „ derhouden. 2. Dat zy alle fpagefteken
3UGTS. n gedeelten dyks zouden naar zig neemen, HW*jr!%** maaken> en onderhouden. 3. Dat zy , „ met dk van Slooten en de hunnen , de „ grondwaalen, in den dyk vallende, zou- „ den helpen floppen, morgen morgens ge- „• lyk." Het Verdrag, deswege gemaakt, werdt bekragtigd , door Burgemeefteren , Schepenen en Raad der Stad Amfïerdam, en met Stads zegel ter zaaken bezegeld, op den negentienden February des jaars 1545 (e). Het oorfprongkelyke wordt, nog te* genwoordig, by de Handveflen der Stede, in de Oude Kerke, bewaard (ƒ). En van deezen tyd af, zyn die van Slooten, met het gene 'er toe behoort, in't iïuk van dykaad- je, aan de Keuren en fchouw van het Hoog- heemraadfchap van Rynland onderworpen geweeft. Zelfs heeft dit Hoogheemraadfchap, by eene overeenkom!! van den agt en twin- tigftenMay des jaars 1593, aangenomen, den dyk van Slooten en Slooterdyk, geheellyk, te onderhouden; gelyk het, te vooren reeds, het onderhoud van het overig gedeelte van den dyk tuflchen Amilerdam en Spaarnedam op zig genomen hadt, mids Slooten en Sloo- terdyk, in de omflagen, droegen, op ge- lyken voet met de overige dykpligtigen , zonder eenigen vrydom te genieten (g). De beheering van den Spaarnedammer dyk blyft dus aan 't Hoogheemraadfchap van Rynland, AUeenlyk, werdt de beheering, over het ge»
(e) Handv. bl, 3zj.
(f) Hand», bl, 3Z9.
(g) Handy, bl, 325,
|
||||
IÏ.BoeK. Voornaamste bezittingen* 253
gedeelte deszelfs, welk, met de derde uit- am„- ,
legging, binnen Amfterdam of deszelfsVry- bagts- heid, getrokken was, in 't jaar ióii , aan de HEKBL*** Stad afgeftaan (Ä> HE0¥* Burgemeefteren van Amfterdam, als Am- verbod
bagtsheeren van Amfterveen en Slooten, in van het aanmerking neemende, dat, onaangezien het flagtur- grooter worden der Haarlemmer-Meer, die, vfnj.n de van tyd tottyd, geweldige brokken Lands, he^riyk-8" ïn en omtrent de gemelde Ambagtsheerlyk- heden heden, inzwolg; veelen zig niet ontzagen, v'an Äm' tot op vyf en twinêig roeden na aan de Meer, en sioo" te veenen of te flagturven, en 't land eerfï ten. aan riemen te fnyden, en den Veengrond daarna, tot agttien of twintig voet diep, weg te haaien; verwierven, op den elfden Au- guftus des jaars 1656, Oélroi van 's Lands Staaten, dat niemant, voortaan, in deeze Ambagtsheerlykheden , flagturven mögt , zonder hun byzonder verlof , als Ambagts- heeren (t). Dykgraaf en hooge Heemraaden van Rynland neemen, in de Ambagtsheer- lykheid van Slooten, en Schouten en Ge- regten van Amfterveen en Slooten, elk in hunne Ambagtsheerlykheid, ter eerfter aan- leg , kennis van de overtreedingen der Pla,- kaaten, Oólrojen en Keuren, op het flag- turven gemaakt (£). En in de Ambagtsheer- lykheid van Slooten, mogen Schout en Sche- penen" fchouwen , zonder kennis van den Baljuw van Kennemerland (/). In
(b) Handv. hl. ».
(i) Handv. hl. 3*3. \kj Handi'. hl. jzj , 32J. Zie eo^ II. Deel, XXI, Boek^
hl. Iti» (l) Hamïv, van Ke«ncme~i. hl. 60.
|
||||
'fg4 ■£ MS TE E DA MS V.Deei.
fa In deAmbagtsheerlykheid van Amfterveen, BA6TS- hebben Dykgraaf en Heemraaden van Nieu-
•HEERLYK-wer-AmfteJ ook, meermaalen, Keuren ge- HEDEN, maakr i en fchouwen gedaan op het jQagtur- Qvereen-veri (m). Doch in 't jaar 1719, zyn Burge- koraften meefteren van Amfterdam, als Ambagtshee- Balj wenren yan Am&Qrveen > met Jacob van der van Ara- DuJT?ni Baljuw en Dykgraaf van Amflelland, Heiland overeengekomen „ dat Dykgraaf en Heem- enKeflne-s) raacien van Amtielland, ook, om hunne Äej-Iand, ^ bewilliging in 't verlof om te ilagturven, „ van den Ambagtsheer verkreegen, zouden j, moeten verzogt worden: dat de recognitie, „ die voor dit verlof betaald werdt, vooï „ de helft, ter befchikkinge vanden Am* „ bagtsheer; en voorde wederhelft, ter be- „ fchikkioge van den Dykgraaf, zou gelaa- t, ten worden. Dat beide de Dykgraaf en „ de Schout van Atnfterveen, of eenige an- „ dere Gemagtigde van den Ambagtsheer, *?rwvm-9> by * voorkominge , de calange hebben tie. „ zouden, over de overtreedingen in 't (luk >, van het Ilagturven, en dat de Dykgraaf „ zyne calange brengen en vervolgen zou „■ voor deHeemraaden ter Nieuwer-Amftei; $, terwyl het aan den Schout van Amfler- s, veen of anderen Gemagtigde van den Am- bagtsheer vry zou Haan, hunne calange te doen beregten, door Schepenen van Am- |
||||||||||
'il
|
ilerveen." Ten zelfden tyde, kwam men
|
|||||||||
ook overeen „ dat Schout en Schepenen van
„ Am fier veen, in den naam of met kennis „ van den Ambagtsheer, geenehooger boe - „een
(m) Groot-Memor. N, IV. ƒ. «4 verft. Nt IX. f, 168 verft.
|
||||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 2|| .
„ ten of breuken opleggen zouden, dan van am.
„ tien ponden van veertig grooten ieder, bagt<?- #, en dat de hooger boeten of breuken, door 1B»i*p „ den Baljuw, midsgaders Schout en Sehe- ******* „ penen ter Nieuwer-Amftel, met kennis en „ goedkeuring van den Ambagtsheer, ten „ opzigte der gemelde Schepenen, zouden „ worden gekeurd. Dat het regt van den j, Yk zou gelaaten worden aan den Ambagts- „ heer: en dat geene drenkelingen, ofande- „ re verongelukte Perfoonen, onder Am- „ fterveen, zouden mogen worden begraa- „ ven, dan na dat daarvan vooraf aan den „ Baljuw kermis gegeven was." En deeze overeenkomft is, op den drie entwintigften January des gemelden jaars 1719, door de Rekenkamer der Graaflykheids-Dotneinen, goedgekeurd en foekragtigd (»). Veele jaaren te vooren, te weeten op den
vyfden September en den twaalfden .Oétöber des jaars 1662, was 'er ook eene overeen- komft getekend, tuflehen Jmn van Jjderode, Baljuw van Kennemerland, en Burgemees- teren van Amfterdarn , als Ambagtsheeren van Slooten en Slooterdyk (0), waar by, aan de laatften, by proviße, werdt toegeftaan het genot van 't gene, by twee Sententien der hooge Geregtshoven van dejaaren 1597 en 1606, aan eenige Kennemerlandfche Dor- pen toegeweezen was; beftaande, voornaam- lyk, in he£ regt, om, ten overftaan van den Am-
f«) 't Appointement en de Conventie berußen in 't . ;
Vertrek der Thefauiie , Nieuwe Laaie Y. L'. ZZZ.
(») 't Oorfprongkelyke beruß tn 't Vertrek der The*
fautie, Kieuw» Laade T, i'.IÄIi |
||||
2s6 AMSTERDAMS V.Dée£,
Ambagtsheer of Schout, Keuren te mogen
maaken op het zetten van gelagen, het kaat- fen, de maat en 't gewigt, het baggeren, het bezien van gekwetften, en andere Arn^ bagtsheerlyke zaaken; en op deovertreedin- ge dier Keuren, boeten te mogen flellen, tot twee en veertig Kennemer fchellingen toe, zonder den Baljuw daarin te kennen Q>). De negen eerfte Ambagtsheeren van Amfterveen, zyn te gelyk Ambagtsheeren geweeft van Slooten, met het gene 'er toe behoort (q). Doch in 't jaar 1664, werdt de eerfte byzondere Ambagtsheer van Sloo- ten enz. aangefteld. Zie hier de naamen van |
||||||||||||||||||||
Am-
ba GTS- HEERLYK'
HEDEN. |
||||||||||||||||||||
Am-
bagts- heeren van Slooten,
Slooter- dyk enz. |
||||||||||||||||||||
hem en van zyne Opvolgers:
|
||||||||||||||||||||
1664. Henrik Hooft.
1679. Johannes Hüdde. Hy was
ook Ambagtsheer van Amfterveen.
|
||||||||||||||||||||
1704
1709
1717. |
DT. Dirk Bas.
Mr. Gerrit Hooft.
Gerbrand Pancras Mi-
|
|||||||||||||||||||
c H1 e t s z.
1721. Mr. Jan Trip. 1733. Mr. MattheusLestevenon, 1744. Mr. Pieter Six. 1756. Mr. Gerrit Hooft. v# Onder het Baljuwfchap van Rynland, be-
'Ambagts- zit de Stad Amfterdam twee Ambagtsheer-
heerlyk- lykheden , te weeten, die van Kudelflaart
heid yan ZQ V£r dit Ambagt tot Holland behoort, en
STAART. Oie
|
||||||||||||||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 257
die van Leimuiden en Vriezekoop, onder Am-
welke laatfle, de buurt Billerdam behoort, bagts- zo ver dezelve beweften de BHlerdammer *"*p" Laan gelegen is. Het Dorp en Ambagt van
K U D E L S T A A R T,
welk, ten noorden en ten weften, door
de uitgeveende plaffen van Aalsmeer ; ten zuiden , door die van Kalflagen, omvan- gen wordt, legt, tegenwoordig, gemeen met het water van de Haarlemmer - Meer, ter wederzyde van den gewoonlykenïtyweg van Amflerdam, door de Veenen, naar den Ryn- kant en naar Leiden. Deeze ry weg begint, een weinig boven Amflerveen , aan de Noorddammer brug, en wordt hier de Leg- meerfcbe, en, by en boven Kudelftaart, de Kudelflaartfche Dyk genaamt. 't Gene, in dit Ambagt, beooften den dyk of ry weg, ge- legen is, behoort, onder 't Stigt van U- trechr, en aan de Proofldye van S. Jan al- daar : fchoon het, voor een groot gedeelte, Hollandfche laften draagt. De weg zelf, en 't gene ten weften van den zelven legt be- hoort onder Holland, en is een Heeren- weg. De Kerk van het Dorp flaat op Srigtfchen bodem, en onder de Claffis van Utrecht. De Gemeente beftaat , uit om- trent dertig Ledemaaten. De Predikant ge- niet zyne wedde van de Provincie Utrecht. Doch de Kerk wordt, in gemeenfchap, ge- regeerd , door twee Kerkmeefters, een' van de Hollandfche, en een' van de Stigtfche zy- de. Volgens eene Ordonnantie van den ne- %. Stuk. R gen |
||||
258 AMSTERDAMS V.DeêUI
Am- • gen en twintigften Maart des jaarsió^i ou-
BAüTs- Jen ftyl K dienen zy twee jaaren; doch, jaar- »fiSuifc*''y^s"» moet 'er één afgaan. Zy worden ge-
kooren, door de Schouten van Kudelftaart en den Uithoorn, benevens den .Predikant. De Kerkklok, in 't jaar 1747, ter gelegen- heid der'verhëffiege vän Prinfé Willem Ka- rel Henrik Frifo tot Stadhouder, aan (lukken geluid zynde, werdt'er, in 't volgende jaar, een nieuwe klok in den tooren gehangen ,, waarop te leezen (laat: In 't Jubeljaar der Vryheyd 1748,
|
||||||||
"
|
||||||||
ALS DE VrEEDEMAKER Ó. A. HASSELAAR
Heer /wierd ,
en D. Slob Schout v. Cudelstaart
en F. Prince Schout v. d. Besworen kerf
waren,
i BEN IK, DOOR J. V. DER PaUWERT ,
Adm. Burg. , bezorgt te maken.
Het Arabagt van Kudelftaart is, ter weder*
zyde van den weg, genoegzaam geheellykj uitgeveend. In de Lyft der Verpondingen van den jaare 163 2 ,:(laan, in het zelve, maar agt en vyftig, en in die van den jaare 1732, niet meer dan vier en veertig^ huizen onder Holland aangetekend. En federt vyftien jaaren , zyn 'er onder Holland vyf of zes huizen vervallen, en weggeraakt. • De op- gezetenen geneeren zig, met vilTchen. Wy hebben , in de GefchiedenifTen der Stad, ge- wag gemaakt van zekere verongelyking , door die van Amftèrdam, omtrent het mid- den der veertiende eeuwe, den buuren van Kudelftaart toegebragt j welke veröngely- 0§ B , J&si king |
||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. &S9
king in 't jaar 135K ,met zes honderd Brus- Am- felfctïe fchilden , die aan de Graaflykheid J££* betaald werden, geboet werdt (r). De Stad HE0E^ - heeft de Ambagtsheerlykheid van het ge- deelte van Kudelftaart, welk onder Holland gelegen is, in den jaare 1724, uit de Graaf- lykheids Domeinen, aangekogt ( s) , met oogmerk , om te zorgvuldiger te waaken , tegen 't verder ilagturven of veenen , en voor 't onderhoud van den weg of dykindit Ambagt, zynde den naaften ryweg naar Lei- den , Gouda en Rotterdam: de doortogt naar welke Steden verhinderd zou worden, zo deeze weg bedorven werdt, door 't veenen. digt aan denzelven» Zelfs is dit veenen, 't welk , door 't indringen der Haarlemmer- Meer , ten uiterfte gevaarlyk zou worden , tegenwoordig, volftrektelyk verbooden. Het kolven en klootfchieten, in het. Hollandfch gedeelte van Kudelftaart, is, by eeneKeure van Rynland, ook ongeoorlofd verklaard (t). Opmerkely k is, dat een groot gedeelte van Grondea
Stigtfch Kudelftaart , van de dertiende en™^ veertiende eeuwe af, in t fchot, de Bede- H*IIand> penningen en diergelyke fchattmgen, onder om Ver- Holland, aangeilaagen geweeft is, en, nog pondin- tegenwoordig, Verpondingen en andere ge- f™*« meene Laften aan Holland opbrengt. Doen laften te alzo hierover , van 't begin der zeftiende doen eeuwe af, tot voor omtrent twintig jaaren |jeff*™ toe, meermaalen, gefchil ontftaan is, tus-^^c fchenIhart;en
(r) Zie TI. Deel, TT. liael^ hL 14»«
• (s) Zte U. Deel, XXIll. lloe^bl. 2«5. \t) s. VAM Ï.EEUWEN Coftmn. en Keuren van Rynland« I'. 5 »7« „
i R %
|
||||
2ÓÖ AMSTERDAMS V.DEEt;
Am- fchen de Provinciën van Holland en Utrecht,
BAüTs- zal 't, agt ik, niet ondienftig zyn, degron-
:" den van het regt van Holland, en den af-
' loop der gereezen gefchillen, hier, kortelyk,
nfng der aan te te]<enen.
gefchil- Hollandfch Kudelflaart fchynt, oudtyds,
len, des- alleen en vplftrektelyk, Kudelflaart genoemd,
va!?en8t> en 'C &ene men nu &£$* Kudelflaart keet 9
of ten minden een groot gedeelte van het zelve, onder den naam van Swoorenkerve, gezwooren Kerf en bezwooren Kerf, begree- pen geweeft te zyn. Ook is Stigtfch Kudel- flaart , nog tegenwoordig, onderfcheiden in den bezwooren Kerf, het Ge er land, en Steen* föyk en Steenwyker-veld. De bezwooren Kerf, . die, voor een groot gedeelte , uitgeveend is, legt, ten ooften van den Kudelftaartfchen dyk, ten wetten van de Drecht, ten noor- den van het Geerland, en ten zuiden van de bedykte Hornmeer en Vrye Noord - Veen. De Kerk van Kudelflaart flaat, op den grond van den bezwooren Kerf, en in denzelven, legt eene aanzienlyke buurt, die , aan de Drecht, de Vrouwen-Akker, en meer noord- waards , de Quakel genaamd wordt. De gantfche bezwooren Kerf draagt, in de Ver- pondingen of 't Schot, de Riemtalen, het Damgeld, en eenige andere laden , onder Holland, fchoon 't, in alle andere opzigten, tot de Provincie van Utrecht, en de Landen der Proofldye van S. Jan, behoort. Het Geerland , tuilchen den bezwooren Kerf, Kalflagenen de Drecht gelegen, behoort on- der 't Geregt van den Uithoorn in 't Stigt; dpch draagt, nevens Hollandfch Kudelflaart i 3 en
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 261
en den bezwooren Kerf, drie deelen van elf AM-
en een half in 't Waarfchappygeld , iiier bagts- Damgeld genaamd, welk-, tot onderhoud van HEERLYK* de Ypeflooter fluis in den Diemerdyk, wordtHEDtN* opgebragt. Steenw*yk en Steenwyker-veld, welken ook behooren onder 't Geregt van den Uithoorn, tot in welk Dorp , eenige huizen van Steenwyker-veld zig uitftrekken, leggen, van de Hornmeer in 't noorden, tot aan de Drecht en den Amftel in 't zuiden, en paaien aan de Legmeer enZydmeer,ia't noordooften, en aan den bezwooren Kerf en 'cVrye Noord-Veen, in't zuidweften. Beide deeze Streeken draagen famen een vierde in d2 kofleri van de Kerk, Paftoorye en Schoo- le van Kudelftaart. Van waar nu Holland het regt bekomen
hebbe, om Stigtfche Plaatfen te doen draa- gen in Hollandfche laften, en vooral, om den bezwooren Kerf aan te flaan in de Verpon- dingen onder Holland, is bezwaarlyk te zeg- gen. Men weet alleenlyk, dat Willem de II., Graaf van Holland en Roomfch Koning ? federt dat hy Henrik van Vianden, in of omtrent het jaar 1250, op den BifTchoppe- lyken zetel van Utrecht hadt doen verhef- fen , vry wat gezags geoefend heeft, in 't Stigt. Gozewyn van Amftel hadt, ter be- geerte van Koning Willem, van de Biflbhop- pelyke waardigheid moeten af (laan. Hy was, te vooren, Prooft van S. Jan geweeft (u), en in die hoedanigheid, Heer van Stigtfch Kudelftaart. Veelligt, heeft zyn afftand ge- le-
(«) BEKA f. tl. HEDA p. lij , ZI4.
A3 |
|||||
■»
|
|||||
stfs AMSTERDAMS V.Dee£.
Am- legenheid gegeven, dat Koning Willem, als
BACTS- Graaf van Holland, eenig gezag in de Prooffc- |
||||||||
BEERLYK-
|
||||||||
dy-Landen verkreegen, en eenigen derzelven,
op zekere jaarlykfche Kerven, in 't Schot, gefield heeft, naar 't drnflaan van welke Kerven door gezwoorens, een .gedeelte van 't Proofbdy*Land, vermoedelyk, den naam van gézwooren Kerf geljreegen heeft, die , in laater' tyd, in bezwuOren Kerf veranderd is. Doch wy geeven dit alles flegts voor gifün- gen op. Vafler gaat, dat Koning Willem, en Graaf Floris de V. na hem fchot uit den be- zwoeren Kerf geheeven hebben. Het wordt, met ronde woorden, gefield, in eenen brief van Graave Willem den Ilf. van den jaare 1309, die, geheellyk, ingevoegd is, in ee- nen anderen van Hertoge Aibrecht van den elfden May des jaars 1396 , welken wy, hier agter, onder de Bykagen (V), geplaatfl hebben. By beide deeze Brieven, wordt de bezwooren Kerf fchotbaar aan Holland ver- klaard: en't blyktniet, dat hierover eenig gefchil gevallen is, voor 't begin der zeflien- de eeuwe ; om welk gefchil te beilegten, naar alle waarfchynlykheid , gediend heeft cene verklaaring van den Pafloor en Am- bagtsbewaarders van Kudelflaart van den jaare 1514 , inhoudende, onder anderen, „ dat aldaar, van wege Holland, de beden, „ by Kerven , gegaderd werden ; dat 'er „ van Kudelflaart omtrent honderd morgen „ Lands in Holland lagen; dat het Land in „ 'tStigt onbekend was; doch datgantfeh „ Ku-
(v) Lr. H.
|
||||||||
\
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 263
„ Kudelftaart op zes en twintig Kerven Am-
„ ftondt , waarvan het Stigtfch Land drie bagts- y„ vierde, en het HoUandfch een vierde op-"£ERLY*?f ' „ bragt (vu)" Sedert, vindt men niet, datmmh' 'er zwaarigheid gemaakt is, door die van den bezwooren Kerf, om de gewoone lallen aan Holland te voldoen , voor den jaare 1577. Zy werden toen gefterkt, door den Prooft van S. Jan en zynen Baljuw. Doch de Bal- - juw van Rynland bewees het regt en de veel- .jaarige bezitting van Holland zo klaar, dat , de Prooft van zyne onderneeming afzag. " Zelfs üooten die van Kudelftaart en den be- zwooren Kerf, op den twee en twintigften Odober des jaars 1586, eene overeenkom!!:, waarby zy beloofden, eikanderen de Ver- pondingen , waarop zy, uit kragte der oude , Privilegien, onder Holland, waren aange- ; flaagen , te zullen helpen draagen. Ook .vindt men, dat de bezwooren Kerf, in de Provincie van Utrecht, niet met Verpon- dingen, aldaar Oud fchildgeld genaamd, be<- zwaard geweell: is, voor 't jaar ióÓ2:'twelk, s. toen en federt, wederom gelegenheid gaf, dat eenige opgezetenen van den bezwooren Kerf de gewoonlyke laden onder Holland weigerden te voldoen, 't Gefchil hierover tuiTchen de twee Provinciën, die 'er ver- fcheiden Brieven over wiffelden, duurde, tot in 't jaar 1678, wanneer die van Utrecht, eindelyk, toegaven, en Holland lieten iri de
- (w) Vit bet Privilegie- ende Refolutieboek van Kudel-
ftaert ende den betwoien Kerff. R 4 s*
|
|||||||
erfft
HP-
|
|||||||
&H AMSTERDAMS V.Deex,.
Am- de bezitting, om de gewoonlyke laden in
BAGTs- Stigtfch Kudeldaart te heffen. Eennieuw HJSERLYK- gefchil tuflchen Hollandfch Kudeldaart en> den bezwooren Kerf, over 't berekenen ee- niger buitengewoone kollen werde, in 'tjaar 1690, door gekooren Zegsluiden, vereffend. Laatdelyk, hebben die van den bezwooren Kerf, in 'tjaar 1739, wederom geweigerd, de rekening van 't Schot en Damgeld, op den ouden voet, goed te keuren, voorgee- vende, ongehouden te zyn, om Verpondin- gen en andere HoIJandfche laden te draa- gen. Doch dit gefchil is, voornaamlyk, door bewerking van den Heere Jan Sautyn, Burgerneeder van Amderdam, en, wegens de Stad, Ambagtsheer van Kudeldaart, ins- > gelyks, afgedaan ; en, op den eerden Juny des jaars 1747, by minnelyke fchikking, al- les herlteld op den ouden voet (x). Ten befluite, merken wy nog aan, dat de bezwoo- ren Kerf, zekerlyk , van ouds, merkelyke betrekking tot Holland gehad moet hebben, naardien aldaar, even als in de HoIJandfche Dorpen, zo ver men geheugen mag, al- toos , Ambagtsbewaarders gedeld geweeflt zyn, welke hoedanigheid, in de Stigtfche Dorpen, niet gevonden wordt, wordende diergelyke Regenten aldaarBuiirtmeefiersge- naamd. Ook wordt de Schout van HolJandfch Kudélftaart, in 't bewind over de Kerk,die op Stigtfchen grond ftaat, als eerde Regent aangemerkt, en de Rekening der Kerke , door
f*) "Vit Stukken, berußende ter Secretarye van Kudel-
ftaart. |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 265
door denHollandfchen Secretaris, opgemaakt, Am- " • op eene jaarlykfche wedde van vyf guldens, bagts- Zelfs worden alle de Rekeningen der gemee- JjJJ^* nebeftieringe,op't Hóllandfch klein Zegel, ' gefchreeven. 't Geregt van Hóllandfch Kudelftaart be- Regee-
ftaat uiteenen Schout, die, door Burgemees- ring. teren van Amfterdam, als Ambagtsheeren, wordt aangefteld, en vyf Schepenen, die, te gelyk, Ambagtsbewaarders zyn ; doch, welker getal, by gebrek van bekwaame voor- werpen , nu tot op drie verminderd is. Zy worden, door den Ambagtsheer van wege de Stad, verkoopen, en plagten tweejaaren te dienen, terwyl 'er, jaarlyks, een afging. Doch thans blyven zy, gemeenlyk, eenige jaaren, of voor hun "leeven, in dienft. De Schout is, tegenwoordig en doorgaands, ook Secretaris, en wordt, in deeze hoedanig- heid , insgelyks, door Burgemeefteren van Amfterdam, aangefteld. Wyders, zyn 'er, ook twee Huis - armmeefters in Kudelftaart, een van de Hollandfche zyde, die, door dep Schout aldaar, en een van de Stigtfche zyde, die, door den Schout van den Uithoorn , aangefteld wordt. Voor deeze Huis-arm- meefters, is, in 't jaar 1637, eene Ordon- nantie gemaakt (y). De volgende Heeren Naamen
zyn, van wege de Stad Amfterdam,met de der Am-
Ambagtsheeriykheid van Kudelftaart, ver- BAGTS- Jyd geworden. 1728.
{y) S. tas Leeuwen Coftam. en Keuren van Rynlt
K. 537. ■ ^5
|
||||
266 AMSTERDAMS V.DeeL
/M. I728. Mr. JOAN VAN DE PoLL
BAGTs- 1746. Jan Sautyn.
825"" ^48. M'- GerardAarnout Has-
se la er.' • ■ 1766. Mr. GèrritHooftGerritsz. |
|||||||
■ .f
|
|||||||
vi. De Ambagtsheerlykheid van
Ambagts- heerlyk- . LEIMUIDEN etl VRIEZEKOOP
heid van LEiMur- legt ook, ter wederzyde van den voorge-
DEw en melden ry weg, naar den Ryn en Leiden ; xoopZE" we^e weS ^oor Kaiflagen loopt, en hier de
Heerenweg genaamd wordt. Leimuiden legt, met zyne Kerk en Ban, meeft weftwaards, digt aan de Haarlemmer of Leidfche Meer. Vriezekoop legt, ooftwaards, tegen de Bil- lerdammer Laan en de Ambagtsheerlykheid van Kalflagen, die zig, van Kudelflaart af, tot hier toe, en nog verder, tot over de Drecht, uitftrekt. De Landen*bnder Lei- muiden en Vriezekoop werden, in de jaaren 1550 en 1553, reeds zo gering bevonden, dat zy geoordeeld werden, merkelyk min- der, in de omflagen der Dykslaften van Rynland, te moeten draagen dan zy plagten. Leimuiden werdt toen op zes honderd vyf en twintig, en Vriezekoop op zes honderd 0 dykpligtige morgens gerekend (z). Eigen-
lyk,bevat thans het Ambagt van Leimuiden
vyf honderd een en tagtig morgen , vier honderd zeven en veertig roeden; en dat van Vriezekoop drie honderd drie en negentig morgen, vyf honderd negen en zeventig roe- .deu
(z,) Handy, van Rynland, tl, 24$, x«i, 345».
|
|||||||
ÏLBoek. Voornaamste bezittingen. 267
den gronds. 't Getal der huizen, in beide de Am-
Ambagten, is, in den tyd van honderd jaa- bagts- ren, merkelyk afgenomen. In deLyft der hiJirlyk- Verpondingen van den jaare 1632,(tonden, voor Leimuiden, twee honderd en zes, en voor Vriezekoop , een honderd en zeven huizen aangetekend. Doch in die van den jaare 1732, flaan, in Leimuiden, maar een honderd vier en veertig huizen en een mo- len, en in Vriezekoop, niet meer dan negen en vyftig huizen geboekt. In beide de Am- bagten , is zeer veel lands uitgevèend. Doch een gedeelte van het zelve is, in de voor- gaande en in deeze eeuwe, wederom droog, en tot land gemaakt. Zodanig is de B. Geefi- Polder onder Lcimuiden, bezuiden het water de Drecht, tot welks clroogmaakinge, na dat men zig, eerft, met Haarlem verdraagen hadt (a), 's Lands Staaten, op den zeftien- den April desjaars 16691, Octroi verleend hadden. Een gedeelte der Grietpolder onder Leïmuiden , en de Vriezekoop f che Polder on- der Vriezekoop, is, volgens twee diergely- ke Oclroijen van den negenden February des jaars 174.1 en van den negentienden Decem- • ber desjaars 1742, voor omtrent twintig jaa- ren, drooggemaakt: te gelyk met de Veen- plas , tuflfchen de Drecht, den Heerenweg en de Billerdammer Laan (¥) , welke Laan eene Waterkeering is tuflehen Rynland en Amftelland, aan welke veele koften gefpild waren; in alles, eene uitgebreidheid van zes hon-
(a) Zie Privileg, van Haarlem, hl. j+y.
(b) Kefol. Vroedfch. Lt. MM. j Januury 1741. f. I5Ä.
Gïoot-Memor, .N. X. ƒ. 17s f er/i, 200 virfo, top -uerfa. "é
|
||||
/ 268 AMSTERDAMS V.Deel;
£U. honderd en vyftig morgen beflaande. In bei-
BAGTs- de de Ambagten, zyn, van tyd tot tyd, ver- HEERLYK- fcheiden' bevallige Luftplaatfen aangelegd, heden. >t wej]^ vermoedelyk, toeneemen zal, zo de beteugeling van de woede der Haarlem- mer - Meer, waarvoor Leimuiden en Aals- meer , onmiddelyk, blootftaan, gelyk men vertrouwen mag, voortgang heeft. Men hadt, naamlyk, in Maymaand des voorlee- den jaars 1766, bevonden, dat de oever der Meer onder »Leimuiden, van de oude Wete- ring af tot aan de Kerkvaart toe, in een en twintig jaaren tyds, tien, twintig en dertig roeden, en, op enkele plaatfen, federt het jaar 1740, vyftig enzeftig roeden, afgeflee- ten was; en dat de afgefleeten oever, groo- tendeels , Hegts uit fudzig of driftig rietland beftondt, welk geenen wederfland bieden kon. Van de Kerkvaart tot aan den weft- hoek van Burgerveen , daar 't Ambagt van Leimuiden aan dat van Aalsmeer paalt, was de oever, federt het jaar 1745, van vyf en vyftig tot zeitig roeden, afgenomen, en be- ftondt meeft uit verveend land, welk , door den tyd, met riet, liezen en biezen, in den bagger en 't flyk, begroeid zynde, tegen- woordig, begangbaar was; doch zo los, dat men 'er, met een' ftok, tot op den klei- grond, ter diepte van tien, twaalf of veer- tien voet, kon doorfteeken. Men heeft drie der gevaarlykfte Plaatfen, boven de Kerk- vaart , langs de Griet - Polder, reeds van 't jaar 1744 af, op Polders koften, met paal- werk , beheid. Doch dit werk is te zwak, en de koften te zwaar, om door de Polder lan-
|
||||||
*
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 269
langer gedraagen te worden; behalve, dat Am.
'er nog andere en gevaarlyker plaatfen, zo bagts- onder Leimuiden als onder Aalsmeer, te be- heerlyk- zorgen zyn: waarmede het Hoogheemraad- HEDEW* fchap van Rynland, op lalt van 's Lands Staa- ten, in den zomer des jaars 1766, eenen aanvang gemaakt heeft. Men heeft een gat van dertig roeden, bewerten de Rysbrugge in den Wefteinder dyk, gedopt, met eene dubbele gording paalwerk, behoorlyk, ver- bonden , en, van agteren, op een' vloer van rys en bladriet, met puin en keifleen, be- ftort: en een gedeelte van den zwakken oe- ver , ooftwaards van 't gemelde gat gelegen, ter lengte van honderd roeden, door zand- plempinge , tot een bekwaam flrand ge- maakt : beide met oogmerk om te beproe- ven , of de woede der Meer, op deeze wyze, op andere diergelyke en nog gevaarlyker plaatfen, te beteugelen ware; en 'er, zo 't werk aan de verwagting beantwoordt, van jaar tot jaar, mede voort te vaaren. Onder- tuffchen, zal deeze aanvang, zo wel voor Leimuiden als voor Aalsmeer , van dienft können zyn (c). De Ambagtsheerlykheid van Leimuiden
en Vriezekoop, nevens die van Rynfater- woude, in den jaare 1599» aan Jonkheere Pkter van der Does, ter Leen zynde uitge- geven (d), werdt, in 't midden der voor- gaande eeuwe, bezeten, door den Huize van Was-
(c) Uit het Rapport vanGecomm. Raadenen T/*«Dykgr,
<jl Hoosheetnr. van Rynland van 4- Juny 176$. [d) Uit dm Veilybrief, gedagtekend 4 Maart i;pjU
|
|||||
*7o AMSTERDAMS V.Deel.
Am_ WafTenaer en Warmond (e); doch is, daar- BAGTs- na, door erfenis en buweiyk, geraakt in be- fSS^ rk Van heC huis van 0ültre™°™ en Warfu-
fe. De Stad kogt dezelve, in 't jaar 1727, van dit Huis, of eigenlyk van FrangoisPaul Emile, Graave van Öultremont en Warfufé- en Vrouwe Maria Izabelk van Bcijeren van Schagen, zyne Gsmaalin, die de Ambagts- heeriykheid van Vrouwe Anna Henrietta van Wajjenacr van Warmond \ Graavinne van Berio, geërfd hadt; met alle haare gevol- gen en aankleeven, en byzonderlyk, met het regt, om Schout, Ambagtbewaarders,Sehe- penen en andere Amptenaars te mogen (tel- len ; en met de pagten, inkomften en binnen- wateren, zo tegenwoordige als toekomende, van welken geene andere Steden, Dorpen of Ingezetenen, tot nog toe, bezit genomen hadden; ook met het regt van den wind en de turfmaat (ƒ). En 't bezit deezer Am- bagtsheerlykheid geeft der Regeeringe van Arnfterdam gelegenheid, om van naby agt te doen geeven op de gefteldheid der ge- duurigly k afllytende oevers der Haarlemmer of Leidfche Meer; der Poelen of Veenplas- fen; der Waterkeeringen, en der BilJerdam- fche Verlaaten; aan al 't welke het befte gedeelte van Amftelland , en de Stad en derzelver Binnenlandfche fcheepvaart, zo wel als de doortogt te lande van hier naar Lei- deji, Gouda, Rotterdam enz. zeer veel ge- legen is. Lei: t*J S. van Leeuwen Coftum. en Keuren van Rvn. s
Jand, hl. 17. J
!f) Handv. hl. sa. en kier voor II. Deel. XXlil. Boei'.
bl, 28ƒ. - - F**
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 271
Leimuiden, tot welks by zondere be- Am-
fchryving wy nu overgaan , is eene van de bagts- de oudfte Dorpen hier te Lande. De Ka- »^rlys» pelle van Lieihemuthen of Leytbemuthe wordt E ' . reeds vermeld, in het Verdrag van BhTchop lhmui? Willem van Utrecht, met Regimbert, Abt DEJS. van Epternach, van den jaare 1063 (g), en in het Verdrag van Dirk den VI., Graavevan Holland, met Gerard, Abt derzelfde Abtdye, van den jaare 1156 (h). De Kerk van Lei- muiden werdt, met verlof van Georgiusvan Egmond, BifTchop van Utrecht, vergroot, in't jaar 1555; ten welken einde, eenige Landeryen, der Kerke toebehoorende, ver- kogt werden (i). De tegenwoordige is een ruim, doch oud gebouw. In't jaar 1737, Zyn 'er vier nieuwe houten pilaaren in gezet. De overige oude fteenen pilaaren en het onderfte gedeelte van den Tooren ftaan fcheef, door 't zakken der grondflagen. De Predikant, die, na bekomene handopenïng, door den Kerkenraad beroepen, en, door den Ambagtsheer, goed- of afgekeurd wordt, be- hoort tot de Claffis van Woerden en Over- Rynland. Volgens de Keuren van Rynland, mag niemant, op het Kerkhof, of in het Dorp kolven, of met de kloot fchieten, op eene boete van twee en veertig fluivers- (£). Het Dorp Leimuiden is fraai betimmerd. Ook is 'er zeer veel doortogt* te lande en te water. De
(g) ^*pttA HEDAM />. I3Z.
(h) MiERIS Chartert). T. Deel, il, 101, - , (*') VAN H8USSEN en VAN RYN Kerk, Oudh. III. Deel, iL SSO. (IQ S. van Leeuwen Coftum. tn Keuren van Rynlantf, |
||||
S}1 AMSTERDAMS V.Deel.
Am- D«J naafle weg te lande, van Amflerdam naar
»Ad-s- Gouda en Rotterdam, of van daar herwaards, HEERLYK- ]00pt ^oor Leimuiden. Het water de Drecbt, welk, van de oude Wetering af, door hec Dorp loopt, en tuffchen de Vriezekoopfche - . en Waflenaerfche Polder, voorby het Tol- huis onder KaUlagen, zig,een weinig boven den Uithoorn, met de Kromme My drecht ver- eenigt, en 't begin aan den Amjtel geeft, is ook veel korter vaart, voor zuike Schepen, die hunne maften können flryken, en klein genoeg zyn om door de Billero^mmer-fluizen en Leimuider-brug te komen; en die, anders- zins , uit den Ryn naar Amflerdam willende, door Haarlem en Spaarnedam, zouden moe- ten vaaren. De brug, van welke wy fpree- ken, legt te Leimuiden, over de Drecht, en werdt, op verzoek van Schout en Ambagts- bewaarders van Vriezekoop, in't jaariói f, in eene wipbrug veranderd. Doch Haarlem leedt hier by zo veel in zyns vaart, alzo 'er nu veel grooter fchepen, zelfs met flaande maften, door de Drecht konden ; dat die Stad, by welke, Dordrecht en Goudazig voegden, te wege bragt, dat die van Rynland 't ver- leende verlof wederom introkken , en de wipbrug in eene vafte brug deeden veran- deren (/3. De Ambagtsheeren van Leimuï- den uit den huize van Warmond, federt, het onderhoud en de beheering deezer brug- ge van het Ambagt hebbende overgenomen, hebben al hun regt op dezelve, op den eer- ften Oclober des jaars 1665, afgeflaan aan de
(I) Privileg, van Haarl, bl, «hu
|
||||
ÏLBöek, Voornaamste bezittingen. 273
de Stad Haarlem (*»), die, op den vyftien AM-
den Juny des jaars 1668, met de Stad Am- bagts- fterdam, wegens de wydte en de hoogte HEERLTK- derzelve overeengekomen is. De wydte werdt toen op vyftien en een halve voeten* Rynlandfche maat, en de hoogte, volgens zeker teken aldaar, bepaald. Doch deeze wydte zou, des zomers, door middel van een fchot of balk, tot op dertien voeten * ver- fperd of vernaauwd; en alleehlyk, van deri eerften December tot den 4aatften Maart, op de volle wydte, mogen bevaaren worden, door zulke Amfterdamfche of andere Schip- pers , die blyk van 't Groot-Binnenlandfch- vaarders-Gilde alhier medebragten, dat zy* in dat jaargetyde, niet zonder groot gevaar* door Spaarnedam en over de Haarlemmer- Meer , komen konden. Ook zouden de Hout- vlotten en Groente- en Fruitfchuiten , het gantfche jaar door,op de volle wydte,door , de brug mogen vaaren; Voorts, zou 'er , van wege elk der twee Steden, een beëe- digde oppaflfer aan de brug gefield worden, om zorg te draagen, dat aan deeze Overeen- komt!: voldaan werdt («). De overeenkomfl: werdt, ilegts by voorraad, gemaakt. Doch hieldt, onaangezien Amfterdam, nu en dan, klaagde, dat het fchot of de fchuif * des zo- mers , de vaart te zeer belemmerde (o ) , ftand, tot in 't jaar 1765, wanneer de twee Steden, na veel handelens, op den vyfden Sep*
C»»)Privileg, van Haarl. bl. %$i.
(n) Groot-Memor. N. V. ƒ. ïi» verf«. Privileg, van
Haarl II, jjï. (o) Stads Miffiveti H. IV. ƒ. tu
X. Stuk. . S
|
||||
m AMSTERDAMS V.tM^
Am- September, overeen kwamen, dat de briïg^
BAGTs- op de wydte van veertien .voet, tien duim, S^YK"Rynlandfche maat, gemeeten van paal tot paal , zou hermaakt werden. De hoogte bleef, gelyk zy ge weeft was, te weeten,iiï 't midden van den onderkant der Leggers gemeeten, elf voet twee en een vierde duim boven den voorften flagdrempel der nieuwe ffceenen Dorpsfluis, en zes voet zeven duim boven 't Amfterdamfche peil, welk v door den Landmeetefc van Rynland, aan die fluk werdt overgebragt. Haarlem heeft zig ver- bonden, om de brug, op deeze wydte en hoogte, te onderhouden; en de doorvaart door dezelve is, ten allen tyde, voor allerlei ichepen en houtvlotten, vry bedongen. De gefchillen, die, onverhoopt, over de voldoe- ning aan de gemaakte overeenkomft, mog- ten vallen, moeten, ter eerfter aanleg, voor den Hoogen Raade, gebragt en afgedaan worden (pj. In den zomer des jaars 1766, toen ik Leimuiden bezag, was men, met het hermaaken der brugge, reeds verre gevor- derd ; en ik verneem, dat zy, federt, over- een komflig met het gemaakte Verdrag, vol- trokken is. Oude Wt- De ooftzyde der fraaije buurte langs de tering, oude Wetering behoort, voor 't grootfte ge- deelte , ook onder Leimuiden, en voor 't kleinfte gedeelte, naar 't zuideinde, onder Rynfaterwoude. Men heeft, derwaards, ' twee wegen van Leimuiden: een', door de Griet-Polder, en een', door de H. Geeft- Polder. De Landfcheiding wordt, op den Hee-
(p) Gioot-Memor, N. Kit, ƒ. io>.
|
||||
ïï. Boek. Voornaamste bezittingen, f$f
Heeren-weg, aangeweezen door een' paal, Ast-
waarop , aan de eene zyde, het wapen van bagts- Amfterdam, en aan de andere, dat van Was- £J^ fenaer, aan een' Heer uit welk Huis, de Ambagtsheerlykheid van Rynfaterwoude toekomt, gefteld is. De weftzyde der buur- te aan de oude Wetering behoort, insge- lyks, naar 't zuideinde, voor een klein ge- deelte , onder Rynfaterwoude, en, voor het grootfte gedeelte , onder Alkemadet Aan deeze zyde, is eene Buurtkerk getimmerd, die, uit giften, onder de preeke verzameld, onderhouden wordt* De buuren van Al-, kemade behooren , anderszins , onder het Kerfpel van Leimuiden. Ook draagen zynogj in het onderhoud der Leimuider-ÏCerke. De oude Wetering, die de groote Haarlemmer- of Leidfche Meer aan- de BraafTemer - Meer hegt, is de gewoonlyke doortogt van alle Binnenlandfche vaartuigen, die , van Am- fterdam, naar 't zuiden van Holland en ver- der ; of, van daar, naar Amfterdam te rug willen. De groorften van deezen neemeii hunnen weg door 't Spaarne. De anderen komen, door de Drecht, in den Amftel, of uit den Amftel, door de Drecht,in de oude Wetering. En deeze doortogt doet de buurt aan de oude Wetering bloeijen. Men heeft 'er verfcheiden' Zaagmolens en Scheepstim- merwerven: ook eenige Zeilenmaakers, Blo- kenmaakers, en andere handwerken, tot de fcheepvaart vereifcht, behalven een goed getal van winkeliers. Tot beveiliging der fcheepvaart, ftaat, aan den kant der groote Meer, eene hooge houten Vuurbaak. S 2 In
|
|||||
Hf
|
|||||
276 AMSTERDAMS V.DéèjU
Am- In het Ambagt van Vriezekoop?
BAots- verdient de meefte opmerking het gedeel*
HEERtYK- te jgj. buurte van Billerdam, Waarin de flui- N* zen of verlaaten leggen. Zy zyn twee in S//<?r-UUrt &eta* > en leggen beide in het water de Brecht, dam. E)e buurt Billerdam is tamelyk wel betim- merd. Doch het kleinfte gedeelte derzelve legtalleenlyk in het Ambagt van Vriezekoop; Het grootfte behoort tot de Ambagtsheer- lykheid van Kaiflagen, van welke de Stad Haarlem zig, omtrent den jaare 1700,door aankoop, den eigendom verkreegen heeft; en onder welke, een weinig ooftwaards van de Verlaaten , het Tolhuis aan de Drecht ftaa£, alwaar de Trekfchuiten van Amfter- dam op Gouda, en de Pak- en Nagtfchuiten, van hier op Delft, Leiden, Rotterdam en 's JPJJjjP'. Graavenhaage, aanleggen. Het weftelykfte Verlaad ^er twee Verlaaten, welk twee paar deuren ten of 'en boven ieder paar een bind heeft, om het Sluizen, doorvaaren met ftaande maften te beletten, wordt, door het Heemraadfchap varr> Ryn- Tand; het ooftelykfte, welk maar een paar deuren en een bind boven dezelven heeft, doordat van Amftelland, onderhouden en beheerd. Het eerftgemelde dient om het Am- ftellandfch water uit Rynland, het andere om het Rynlandfch water, wanneer het, t'eenigen tyde, hooger is dan hetAmftellandfch, uit Am- ftelland te keeren. Ook wordt het Rynlandfch verlaat inzonderheid op eene zekere engte gehouden (q), op dat 'er geene groote vaar- tuigen zouden doorkonnen; 't welk, tot mer- ke-
(q) Stads Miffivcn N. IV. ƒ. 16, 17, 3*# }S» 4»» 73«
|
||||
fe
|
||||
XU Boek. Voornaamste bezittingen. 277
kelyke benadeeling van de vaart door 't Am-
Spaarne, ftrekken zou. In de Trekvaart, eagts- een weinig boven het Tolhuis, by de Dui- HEERLY*- wlsbrugge, leggen twee diergelyke verlaa- HEDEN" ten, een Rynlandfch en een Amftellandfch. De dam in de Dreeht, waarin de Billerdam- fche verlaaten leggen, is, vermoedelyk, reeds ïn de dertiende eeuwe, in wezen geweeft. Zo dra de Huizen, in den Middeldam hier ter Stede, tot eene uitwateringvoorAmftel- hnd, gelegd waren, werdt het keeren van het vreemd , en onder anderen van het Rynlandfch water uit Amftelland noodzaa- kelyk. Hiertoe diende ook het leggen van den dam in de Dreeht, federt den Billerdam genaamd. Men vindt 'er het eerfte gewag van, ïn twee Verklaaringen van den jaare 1364, onder den naam van den Bilresdam; en van de Billerdammer-Laan, onder dien van des Bilredams weer. Beide de verklaaringen ftrekken ten bewyze, dat die van Kalflagen en Nieuwveen , lang voor dien tyd, en , waarfchyniyk, reeds in de dertiende eeuwe, het regt om, dyk en fiuisvry, door Amfter- dam, uit te wateren, van den Huize van Amftel gekogt hadden, onder voorwaarden, dat zy den Bilresdam en des Bilredams ineer^ van agteren, voor het doorzygend Ryn- landfch water , zouden digt houden (r): 't welk ook de reden geweeft is, waarom die van Kalflagen zig verbonden hebben, om, by het droogmaaken der Vriezekoopfche Plas,
(r) zie Handv. van Ryijl. hl. jjj e»hiet voor, U.Dett,
II. B»e{, K 153, S 3
|
|||||
*
|
|||||
i7S AMSTERDAMS V.Deei,
/M. Plas, op en langs de Billerdammer Laan ,
BAGTs- eene bekwaame Kaade te leggen, die, aan HEESLYK- dg ooftzyde der Droogmaakerye, tot eene Polderkaade verftrekt, en over welke, die van Vriezekoop en Kalflagen den fchouw dry ven (7). 't Blykt ook, van elders (t)» dat de Billerdam opgemaakt was, uit een weer Lands, de Billerweer genaamd, en tot eene waterfchutting diende, tufTchen Ryn- land en Amftelland. Doch omtrent den jaare T500, ondernam Jacob Coppier, Heer van Kalflagen, op eigen gezag, den Billerdam door te fïeeken; met een verlaat en fchót- deuren te voorzien, en daardoor wel het Rynlandfch water te laaten loopen in Am- fleiland; maar, daarentegen, ook, aan alle vaartuigen van Leiden, Delft en den Haage, onder 't betaalen van zekeren tol, welken , hy arbeidsloon noemde, doortogt te verlee- nen naar Amfterdam. Men bevondt, wel haaft, dat zulks flrekte tot benadeeling van de vaart door 't Spaarne, en van de Graaf- lykheïds tollen, te Haarlem en te Spaarne- dam. De Amfterdamfche fchippers, uit Bra* bant en Zuidholland komende, gebruikten, ten deezen tyde, nog andere ongewoone vaarten, om de tollen te ontgaan; hunnen weg neemende , behalve door Billerdam , door Zevenhoven, en door den Heiligen Weg. Doch 't een en 't ander werdt, van 's Graaven wege, verboodèn, in 't jaar 1519 (#). De vaart door Billerdam hieldt nog«? (s) Conventie van 7 Sept. 173p.
(i) Privileg, van Haarlem, hl. zif., fa) Ptfvileg. tan Haaien?, hl. *if* |
|||||
o
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 279
tans aan, tot dat Jan Bennink, Raad in den Am-
Hove van Holland, door bewerking, naar 't bagts- fchynt, van die van Haarlem, in Tuly desIIEERLYK* jaars 1524 , den dam deedt floppen. De Heer van Kalilagen opende hem, terflond, wederom, en daagde Bennink voor 't Hof; welk, eindelyk, by uitfpraak van den een- endertigden January des jaars 1529 [1530J» Coppier in 't ongelyk ftelde, hem beveelen- ie, de fchotdeuren en 't verlaat uit den dam weg te neemen$ den dam digt te maaken, en 'er noch fchuiten , noch water door te laaten (v). 't Schynt, nogtans, dat men aan deeze uitfpraak niet voldaan heeft. De Billerdam bleef open. De Stad Haarlem, altoos zorgvuldig, om de vaart door 't Spaar- ne te handhaaven (iy) , bekoftigde gewa- , pende vaartuigen , om de vaart door den Billerdam, den Heiligen Weg en elders, ge- weldigerhand, te beletten; en bewoog, in 't jaar 1552, de Graaflykheids-Rekenkamer, om de helft te draagen in de koften (V). Doch de ongewoone vaart bleef ftand hou- den. Het Heemraadfchap van Amftelland boodt dat van Rynland, in 't jaar 1621, aan het digthotiden van den gantfchen ring tus- fchen de twee Heemraadfchappen, mids dan ook, te Zevenhoven, en aan den Billerdam, geene Verlaaten gemaakt, noch gabellen ge* heeven werden (y). Men feheen, derhal- ve j (v) Privileg, van Haatl. hl, 224.
\w) Zie Privileg, vaa Haarl. bi. 190,250,365,465,4?«»
4*8, 45>6 ,551 «»*■• (x) Privileg, van Haarl. hl. 250. (y) Privileg, van Haarl. hl. 462, S4
|
||||
ä8o AMSTERDAMS V-Deei;
am- ve, van de ongewoqne vaart te willen aft
BAGTs- zien, om 't Rynlandfch water te zekerer te H£D£WYK ^eeren u*c Amftelland. Doch deeze aanbie- ding hadt geen gevolg ; fchoon zy , door Haarlem, aangenomen was. De gefchillen tuflchen de twee Heemraadfchappen en de belanghebbende Steden werden , omtrent denjaare ió'/o, gebragt voor den Hoogen Raade. En terwyl zy daar onafgedaan hin- gen , kwam Rynland met Haarlem en Leiden overeen, dat men eenige provißoneele Verlaar ten fleeken zou in de Drecht, dat is, te Biller- dam, en in de Aar, of nieuwe Vaart van Am- ffcerdam op Gouda, aan de Duivels-brugge, ter wydte van vyftien voet twee duim Rynland- fche maat (s). Over 't fluiten van den ring tuflchen de twee Heemraadfchappen, werdt, vervolgens, gehandeld met de Steden Amfter- dam en Gouda, zonder dat men eikanderen verflaan kon. De provißoneele Verhaten blee- ven, derhalve, leggen (#);gelyk zy, nog tegenwoordig, in wezen zyn. Omtrent de beheering en het onderhoud der twee Ver- daten in den Billerdam, zyn de Heemraad- fchappen van Rynland en Amftelland, op den vporgemelden voet, overeengekomen. Regt- De Hooge Vierfchaar wordt, wegens Cri- bank en m'weele zaaken ,in de Ambagtsheerlykheden Kegee- yan Leimuiden en Vriezeköop en Kudelftaart "ng* voorvallende, gefpannen door den Hoog? Baljuw en welgebooren mannen van Ryn- land , op het Stadhuis, te Leiden. De Civite tlegtbank van Leimuiden en Vriezeköop be- (x.) Privileg, van Haarl, II. itfr.
(*) Privileg, van Jiaail, bU $6^ |
||||
jS. Boek. Voornaamste bezittingen. 281
flaat uit den Schout, die, door Burgemees- Am-
teren van Amfterdam, als Ambagtsheeren, bagts? aangefleld wordt, en vyf Schepenen, drie HEERLY1?* uit Leimuiden, en twee uit Vriezekoop. On- der de drie Ouderlingen, de drie Armmees- ters en de drie Kerkmeefters van Leimuiden, * zyn 'er ook , gemeenlyk , drie uit Vrieze- koop , een van ieder foorte. Doch onder de Kerkmeefters, is 'er ook een uit Alke - made, welks Polder aan Leimuiden grenfl, en welks opgezetenen, van ouds, onder de Kerfpelkerk van Leimuiden, behoord heb- ben. Zy worden, zo wel als de Schepenen, tegen den negentienden July, zo dezelve niet op Saturdag of Zondag valt, gekooren, door den aangeflelden Ambagtsheer, van wege de Stad. Zie hier de naamen deezer aangeflelde Naamen
Ambagtsheeren: der Am- BAGTS-
1728. Mr. Lieve Geelvin, CK. heeren.
1745. M'. Ferdinand van Collen.
1754. Mr. Egbert de Vry Tem- MINCK.
De Stad bezit, wyders, een heerlyk regt VIL'
over de Ambagts. TT heerlyk-
V O L E W Y K, heid van
welk wy niet bekwaamlyker , dan tot het lewyk.
regt van Ambagtsheerlykheid, weeten te betrekken. DeVoLEwYK, van fommigen, de Foor-
wyk, doch oudtyds de Foelwyk (b), dat is, Ik) Handy, bl. i.
35
|
||||
2É2 AMSTERDAMS V.Deei,
Am- Fogefayk, genaamd, is een ftuk Voorland
J3AGTS- van den Waterlandfchen dyk,in 't Y, tegen SSYK"over ^&^tad gelegen. Het plagt, van ouds, onbedykt, en met het Y gemeen, te leggen, ' Doch op den zevenden Auguflus des jaars .1393 , gaf Hertog Albrecht van Beijeren den ingelanden, die, voor 't grootflegedeel- te , in Amflerdam, en voor 't overige, in Waterland woonden, Oclroi, om de Vq\q- wyk, met eenen Zomerdyk, te mogen be- dyken, Te gelyk, beval hy, dat de Raa- den of Burgemeefleren van Amflerdam, uit de Ingelanden in hunne Stad, drie Heem- raaden zouden ffcellen, waarby, uit de Wa- terlandfche ingelanden , nog twee Heem- raaden zouden gevoegd worden, te kiezen uit en door de voornaamfle Waterlandfche ingelanden. Burgemeefleren van Amfler- dam kreegen, daarenboven % regt, om, jaar- lyks, eenen der vyf Heemraaden aan te ffcel- len tot Schout, die, nevens twee Heemraa- den ten minfle, den Dyk, de Dykslanden en Watering fchouwen, en keuren op dezelven maaken zou: ook alles beregtende, wat, in de Volewyk, te doen viel, en van de boe- ten rekening doende aan den Baljuw van Waterland (c), die, tot dien tyd toe, nog de hooge Jurisdiélie hadt over't grootfle ge- deelte van, of over de geheele Volewyk; over een gedeelte van welke, in, of voor 't jaar 1409, de Jurisdiélie der Stad werdt uitgebreid £ gelyk wy, hiervoor (d), mee- nen
te) Handv. BI. 337.
(4) V. Dttl,ltBukj bl, zu
|
||||
ÏÏ.BCEK. Voornaamste bezittingen. 283
nen beweezen te hebben. Het Oclroï van Am-'
den jaare 1393 is dus de grondflag van het bagts« regt van ' Ambagtsheerlykheid , welk der h^^Tk- Stad, over de gantfche Volewyk, toekomt. Het hoog geregt bezit zy, onzes agtens, ten minfte tot zeitig roeden in de Volewyk; doch haar Ban- en Vangregt ftrekt zig veel verder, en tot in Waterland,op de hoogte van het Dorp Landsmeer, uit; alwaar, van OLids y eene mylpaal fchynt geftaan te heb- ben (e). De Regeering der Stad vondt, zo , 't fchynt, eerlang, geraaden, de Galg, waar- aan de geftrafte misdaadigen gehangen, en de raden en ftaaken, op welken, derzelver rompen en hoofden gefield werden , te plaatfen in de Volewyk, op eenen grond, die haar toekwam , of, waarover zy ten minfte Jurisdiólie hadt: 't welk, vroeg in de zeftiende (ƒ), zo niet reeds in de vyftiende eeuwe, gefchied is. De galg en de put on- _ der dezelve, die van gebakken fteen is op- gehaald , is meermaalen vernieuwd gewor** , den. Hoe 't met de Volewyk gefield ge* weeft zy, terwyl Amfterdam de Spaanfche zyde hieldt, en de Staatfchen meefter van Waterland waren, in en na 't jaar 1572, vind ik nergens aangetekend. Doch't is zeer te vermoeden, dat de Stad toen veel af- breuk in haar regt aldaar geleeden zal hebben. En vind ik, dat zy 't Veer op de Volewyk en op Waterland, welk zy, in de zeftiende eeuwe, bezat, tot in't najaar van 1568, ver- huurd (e) zie, onder anderen, de oude Kaart van AmfteUand en
Wutetlatid, voBK de fcfandveften. (f) Zie hiei vpoij kt, af.
|
||||
284 AMSTERDAMS V.Dek;
Am- huurd heeft, doch, na dien tyd, niet meer muts- (g). Na de verandering der Regeeringe, J^ERLYK" heeft zyzig, in dit haar regt, wederom be- gonnen te handhaaven. Uit een Regifler der Schouwen van de Folewyk, welk ter The- 'faurie bewaard wordt, en van 't jaar 1620 tot het jaar 1665 loopt, zie ik, dat Burge- meefteren van Amfterdam, van 't jaar 1620 af, jaarJyks, eenen Schout en twee Heem- raaden over de Volewyk, uit de Stad,aan- gefield, of gecontinueerd hebben. Ook wer- den de twee Waterlandfche Heemraadep, in dien tyd , door Burgemeefteren deezer Stad, gekooren, uit een dubbel getal, welk, door Regenten van Buikfloot, genoemd was. En deeze verkiezing gefchiedde , op ver- zoek van die Regenten zelven; gelyk my, uit een egt affchrift van hun Requeft, ge- • bleeken is (Ij). De Stad hadt,wyders,van 't jaar 1617 af, begonnen te zorgen tegen , het afneemen der Volewyk, ten weiten en ten ooften.Zy verkreeg zig ook, toen reeds, door aankoop, den eigendom van eenige Landeryen, die, voorheen, door byzondere perfoonen, hier of in Waterland, bezeten waren (z). Onder anderen, vind ik, dat het Moniken- Rietland buiten den Kadyk, in 't begin der voorgaande eeuwe, aan het Bur- ger-Weeshuis deezer Stede heeft toebehoord (k). 't Onderhouden en befchoeijen van 't zui-
(g) Regift. der Ambagtsh, van Amfterveen, berußende tv$
< Thef*urit) f. ss. (h) Regift. der Schouwen van de Volewyk, berußende ten-
5Thefqurut f. 3.
0') Refol. Vioedfch. *r. ii, + Aprilt ujuljuij, f% 10,
Ï7 verft.
(Q Groot-Mcmor. tf, XI, ƒ. 13«,
|
||||
ll.BóÈté. Voornaamste bèzittinöèn. i$$
zuidelyk einde der Volewyk werdt, inzon- As*-
derheid, noodig geoordeeld, om fchuuring bagtj- en diepte te houden voor de Stad; waarom »»«MfiE* 'er, van tyd tot tyd, in voorzien werdt (/); HEWiK' gelyk, tot heden toe, gefchiedt. En heeft hiertoe ook gediend het leggen van een paalen-hoofd, aan den zuidoofthoek van de Volewyk, het Schelmfchhoofd genaamd, welk nog i zorgvuldiglyk , onderhouden wordt. In 't jaar 1631, werdt, by de Vroedfchap, in beraad gelegd,om een'ryweg te maaken door de Volewyk, tot aan den Waterland- fchen dyk, en, van daar af, verder, tot aan de Beemfter en de Purmer (m). Doch 't werk hadt toen gëenen voortgang. In't jaar 1662, werdt niet alleen een ryweg, maar ook eene Trekvaart gemaakt door de Vole* wyk, tot aan den dyk te Buikfloot toe: van waar, vervolgens, eene Trekvaart gefchoo- ten is, over Monikendam en Edam,enover Purmerende, naar Hoorn. Tot de vaart en ry weg door de Volewyk, werden meer dan zeftien Pereeelen Lands, die der Stad toe- kwamen , vergraaven ( « ). Het Veer op Buikfloot komt alleen aan de Stad toe. En Tolhuis, de weg en vaart door de Volewyk wordt on- derhouden , uit eene gabelle; om welke te heffen, een Tolhuis, aan 't zuidwefl - einde der Volewyk, door de Stad, gebouwd is. Dit Tolhuis is de eenigfte wooning in de Volewyk. De Stad heeft, van tyd tot tyd, alle
(l) Refol. Vroedfch. N. 21. 16 Jaly itfjj. ƒ. 267.
(m) Refol. Vroedfch. N. 16. 7 Maart 1031. ƒ. 193.' (n) Aantekeningen van Secretaiiffei», berußende $ er The. faurie, op 't jaat 16$9% • |
||||
&É6 AMSTERDAMS V.Deei.
'jdfrm alle de Landeryen van de Volewyk ingekogt9<
BAGTS. en bezatze reeds, in 't jaar 1663, na wel- iiEERLYK- ken tyd, de geregelde fchouw en nafchouw üeden. over den Volewykfchen Zomerdyk opge- houden is (0). De Volewyks-Landen zyn, tegenwoordig > in veel beter flaat dan zy plagten ,en worden, door de Thefaurie, ver- huurd. De Volewyk werdt, in 't begin der voorgaande eeuwe, gerekend, een honderd en twintig deimpten, of tagtïg morgen Lands* groot te zyn (p). De aanftelling van eenen Schout of Dykgraaf, gelyk hy, federt, ge- noemd is, en van drie Heemraaden van de Volewyk, door Burgemeefteren van Amfter- dam f waarvan my, beide in de zeftiende en zeventiende eeuwe , blyken voorgekomen Zyn (<?) , fchynt, niet altoos, geregeld ge- fchied te wezen. Tegenwoordig, is 'er eg- ter nog een Dykgraaf van de Volewyk, zyn- de de Heer en Mu. Gerrit Hoopt, Burgemeefler. De Burgemeefter Joon van de Poll is de eerfte geweeft, aan wien deeze titel, in de plaats van dien van Schout, die, te vooren, gevoerd was, inden jaare 1660, opgedraagen werdt (r). De Schouten van de Volewyk plagten, als daartoe, op dentne- gendenjuly desjaars 1621, byzonderlyk, door Burgemeefteren, gemagtigd zynde, eenen Subftituit - Schout onder zig aan te flellen * daartoe , gemeenlyk, verkiezende eenen ill-
fo) RCgift. der Schouwen van de Volewyk ƒ. 79 verft. (p) Groot-Memor. N. XI. ƒ. 136. (q) Groot-Memor. N. I. ƒ. 246. Refol. van den Oud-
Raad van Bürgern. 20 M*y i6io, f. 42. (r) Regifter dei Schouwen yan de Volewyk ƒ. 79 verft. |
||||
Ü.ËoÈK. Voornaamste bezittingen. 28ƒ
ingelande, die te Buikfloot woonagtig was^M-
(s). Doch tegenwoordig draagt de Ontvan-BAGTs- ger der gabelle, die in het Tolhuis woont ,heerlYÈ" den naam van Schout van de P'olewyk , en handhaaft de Keuren, die, nu en dan > we- gens de Volewyk, gemaakt worden. Het Tolhuis is, te gelyk, eene herberg, vari waar men een bevallig uitzigt heeft op de Stad, en op de breede Laag fchepen in 't Y. Sedert het afbreeken der Oude-Stadsherberge, is, aan dit huis, een vertrek gebouwd, tot geryf vanzulken, die, na 't fluiten der boom, voor de Stad komen (f), en, voor deezen, hunnen intrek in de Oude-Stads-herberg plagten te neemen. Weftwaards van de Volewyk, tuffchen Nes oi
de Buikflooter - Kerk en den Ooftzaaner» Kaals Overtoom, buiten de Vryheid van Am- w* fterdam, legt een flukje buitendyks Land van niet meer dan vier morgen , de Kaa- k Nes, of blootelyk de Nes genaamd. Amfterdam kogt dit ftukje Lands, in 't jaar . 1618 («), om dat het, behoorlyk befchoeid zynde, even als de Volewyk, dienen kon, óm fchuuring en diepte te houden voor de Stad. De Waterlandfche Dorpen onderna- men , in de voorgaande eeuwe , tot twee Teizen toe, in 't jaar 1655 en in 't jaar 1661, eene doorvaart te graaven, in 't Rietland tuiTchen den dyk en de Nes; 't welk dit Land, t'eenemaal, onbekwaam gemaakt zou heb- ben, (1) Regiftet als vooren ƒ. 4, ig verfo, 79.
O) Reib!, van den Oud-Raad van Iiurgemeèft, z+^April
l?S5. hl. 16. (u) Refol, Vroedfch. N. iz. 4 <April, ij Jnly 1617, f%
lo, 17 verfo* GlOOt-Memor, N, II, f. Z77 verfo. |
||||
288 AMSTERDAMS V.Üüfc
i&M* ben, tot het einde , waartoe de Stad het
BAGïs- hadt aangekogt. De eerfte reize werdt de öEERLtfK- doorgraaving, van wege de Stad, geweldi- 'DEW' gerhand, belet (ü). Doch de tweede reize, kwamen Burgemeefteren met Dykgraave en Heemraaden van Waterland overeen, dat die van Waterland het Rietland nimmer door- graaven zouden: en, zo 't, by ongeluk, af- fpoelen mögt j gedoogen, dat het, door de Stad, befchoeid en bepaald werdt, mids dee* ze hun daartegen twee duizend vyf honderd guldens uitkeerde, 't Verdrag werdt, den «dertienden February des jaars 1662, gefloo- ten, en, federt, ter wederzyde, bekragtigd (w). Het houdt nog tegenwoordig ftand. De Schout van de Volewyk doet, by gelegen- heid , den fchouw over de Nes. Vlïï. In de Zuiderzee, tuffchen Enkhuizen en Heerlyk- Kampen, leggen twee Eilandjes, het klein-' Urk en1 ^e en weßetykfte Urk 9 het grootfte enoos- Emmel- telykfte Schokland genaamd. Urk is, van de < f»oRD. dertiende eeuwe af, geagt tot Holland te behooren. Doch Schokland, waarop twee Dorpen leggen, Emmekord in 't noorden , en Ens'm 't zuiden, behoort, gedeeltelyk, tot Holland, gedeeltelyk, tot O veryffel. Em- meloord legt in 't Hollandfch ; Ens in 't I Overyffelfch gedeelte van Schokland. De Stad Arnfterdam heeft de Ambagtsheerlyk-
heid van (v) Refol. Vroedfch. Lr. C. 21 T>ec. \66l. f. 17j verfo.
{w) Refol, Vioedich. L'. C, »7 Febr. i66z. f. xS6. Hand?. |
||||
il: Boek. Voornaamste bezittingen. 299'
Am*
Urk f» Emmeloord, baots-, HEERLYK/*
in de voorgaande eeuwe, gekogt, waarom heden;
wy noodig agten, beide deeze Plaatfen, hier, kortelyk, te befchryven. U R K is, zo men wil, van ouds, veel gróö- Eilandje
ter geweeft *, doch kan nu naauwlyks een Urk. uur gaarids in den omtrek haaien (h)i 'tïsj Gelegen- öpzyn langft, vierhonderd en vyftigroeden heid* lang, en, op zyn breedft, twee honderd roe- den breed. De Zuiderzee heeft, in vroeger* tyd, een goed gedeelte van het Eiland afge- fpoeld. Men plagt, nog in de voorgaande eeuwe, ooftwaards en zuidwaards van Urk, twee plaatfen aan te wyzen , waar weleer Kerken en huizen geftaan hadden. De vaar- tuigen, die tuflchen Urk eil Schokland aan' den grond raakten, plagten, dikwils, op over- blyf&ls van fteenen huizen te ftöoten. Ook fdieuren 'er de VhTchers, nog fomtyds, hun- ne netten aan. De grond van 't Eilandje ' is ten deele zandagtig, fchoon met fteengruis bezet: ten deele fteena'gtig, en, op fommigë plaatfen, vooral nöordooftwaards, zo laag, dat het water, fomtyds, in of voor de hui- zen ftaat. In de laagte, wordt hooi gewon- nen. TufTchen Urk en 't. Enkhuizer zand, loopt een diep, het Val van Urk genaamd, waar de zee, fomtyds,zeer hol ftaat, enge- weldiglyk klotft tegen 't Eiland. Öp Ürk, zyn omtrent twintig waterputten, die vier of vyf vademen diep, en rondsom met flee- neö
(x) Verbaal van den jaare 1661. in 't GlOOt-Memot. Jtf.'
V. ƒ. 63 verfo. Xi Stuk. T
|
||||
£
|
|||||
AMSTERDAMS V.Dee£.
Am- nen opgehaald zyn. Het water, in deeze
BAGfs- putten, is- bruin, of geelagtig, en eenigszins BEBRLYK- brak. Doch een derzelven heeft zeer blank mDÊN, water 9 wej]c men gemeen(j neefc te ryzen of te daalen, naar dat de YiFel, die by Kampen
in de Zuiderzee valt, hoog of laag was. Doch my is verzekerd, dat het water dee- zer put regenwater is, welk van de hoog- te afzypelt, en toe- of afneemt, naar dat'er veel of weinig regen valt. Op Urk is, te- genwoordig , niet meer dan ééne Kerk. De Predikant, die dezelve bedient, behoort on- der de CJafïïs van Enkhuizen. De Ledemaa- ten der Gemeente verkiezen den Predikant, ten overftaan van eenen afgezonden uit de Claflïs. Doch de Ambagtsheer heeft het regt van goed- of afkeuring. De Kerk van Urk, door zwaaren ftorm, zynde ingeflort, is, in 't jaar. 1716, herbouwd, 't Huis van den Predikant werdt, in 't jaar 1736, van nieuws, opgetimmerd. Men vindt een goed getai van fleenen huizen op het Eiland, 't Getal der 1 huizen in't geheel was, volgens de Lyfl van den jaare 1632, zeven en veertig. In't jaar 1749, werden 'er drie en zeftig geteld: dat der opgezetenen beloopt omtrent vier hon- derd. Zy zyn, tegenwoordig, allen Gere- formeerd j geneeren zig, voor 't grootfle gedeelte, met viflchen, en brengen of Both, of ook wel Kabbeljaauw, Schelvifch, Tar- both, Schol en Tongen, te Amfterdarn en elders, ter markt. Men heeft eene Zellen- rftaakery en Taanery op 't Eiland, 't Land van Urk is vol groote fleenen, die, voor- maals, ten behoeve van den Heer, plagten ver-
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 291
vetkogt te worden: doch, federt veele jaa- AM-
ren , tot zeeweering dienen. Voor 't ove- bagts- rige, heeft men 'er bouw- en hooiland. Men gj^ÏÏf1* heeft weinige boomen op Urk, en eenege- meene weide,~ waar veertig of vyftig koei- jen geweid worden. Men plagt'er, vanouds, de gewoonte te hebben van, eens 's jaars, naar de Papegaai te fchieten: doch zulks is, na 't jaar 1655, niet meer gefchied. De man« gaan in vifTchers gewaad: de vrouwen, even als die van de Streek, tuflchen Hoorn en Enkhuizen. Urk wordt, zo wel als Schök- land, met veel moeite en koften, befchermd tegen de aanvallen der zee, om dat beide deeze Eilandjes, dik wils, eene fchuïlplaats verflrekken, voorzulken, die de Zuiderzee bevaaren , en van eenen ftorm beloopen worden. Ook zyn 'er, op Urk, vier per- foonen door 't Geregt gefield, die byzon- derlyk verpligt zyn, den verlegenen zeelui- den byftand te bewyzen. In 't jaar 1617, werdt, aan 't zuidweft-einde van Urk, onder 't opzigt van den Heere Gerrit Jacob Witfen, Burgemeefter van Amfterdam, een Vuurtoo- ren gefteld, die , federt, meer dan eens, Landwaards in, heeft moeten verzet wor- den ; doch van de uiterfte noodzaakelykheid is, tot beveiliging der vaarte langs de Zui- , derzee. Het ftrand omtrent den Vuurtooren is fterkft befchoeid. Emmeloord, oudtyds Emmeïwaarde HetDorp
genaamd, beflaat het noord-ooftelyke ge-EMMEL' deelte van het Eilandje Schokland , en isOORD met een dykje, de Landfcheiding genaamd, T % ge-
|
||||
2& AMSTERDAMS V.DèeC;
Am- gefcheiden van Ens. 't Eilandje is,rondsom-
IÏ^yk^^ k^k omrin^d^ waarop en aan,
heden. de huizen ftaan, en voor welken, eene zwaa- re gording van paal- of kiftwerk legt. Bui- ten de gording, aan de noordweftzyde,legt eenig rietland, welk zeer veel toebrengt, om den ilag van 't water te breeken. De '• gefteldheid van Schokland, en van Emmel- oord in 't byzonder is t'eenemaal onderfchei- den van die van Urk. 't Land is hier moe- raffig en gebroken. Het ftaat, met naame aan de weftzyde, waar, in 't jaar 1766,on- der Ens, nog vier en twintig roeden paal- werk geheid zyn, zeer bloot voor overftroo- ming. 't Water plagt 'er, by laag getyde, door duikers, geloosd te worden: doch dee- ze duikers zyn vervallen. In 't jaar 1632, werden, voor Emmeloord, zeven en veer- tig huizen , in de Lyfl der Verpondingen, gebragt. Eenigen zyn, in 't midden, af- gefchooten, en worden, door twee huis- gezinnen , bewoond, 't Getal derzel ven is * federt, merkelyk , toegenomen. Doch in 't jaar 1749, zyn de Kerk, die, in een bo- venvertrek van 't huis des Sehoolmeefters gehouden werdt, en wei vier en dertig hui^ zen, door den brand, verteerd geworden. De meefte huizen zyn, federt,. wederom" opgebouwd. Ook het huis des Schoolmees- . ters, voor rekening van de Stad Amfterdam e De Predikant van Ens, die tot de Glaflis van Kampen in OveryiTel behoort,is ook Predi-
kant van Emmeloord. Doch toen, in't jaar 1672, Kampen in de magt der Franfehen ge- , raakt |
||||
IJ. Boek. Voornaamste bezittjngen. 293
;raak,t was, werdt hy, voor eenen tyd, on- Ar-
ider de Claffis van Amfterdam gebragt (y). bagts- Hy geniet, als Predikant van Emmeloord , H£e1{LYk- gaadje van de Stad Amfterdam, en is ge- woon , om de twee of drie weeleen, de School aldaar te bezoeken; doch hy predikt 'er te- genwoordig [in 1766] niet. Ook zyn 'er, in Emmeloord, maar zeer weinige Gerefor- meerden. Men heeft 'er eene Roomfche Kerk, waar de dienft, voor de meefte op- gezetenen der Plaatfe, door eenen weereld j fchen Priefter, wordt waargenomen. Deeze Kerk en 't Huis des Schoolmeefters zyn de eenigfte fteenen gebouwen in Emmeloord. De meefte huizen ftaan, op eene ry, langs den befchoeiden kadyk, en voor dezelven, legt eene ftraat. Het getal der opgezetenen kan' omtrent twee honderd haaien. Zy ge- neeren zig, zo wel als die van Ens enUrk, ' genoegzaam allen met viflehen. Voormaals, plagten fommigen, met hunne eigene kaa- gen , of koffen, door 't land te vaaren, en graanen en andere waaren in 't Noorder- kwartier t£ flyten. Doch dit heeft, federe lang, byna geene plaats meer. Dedragtder yrouwen op Schokland is ongemeen. Zy hebben rokken aan, die haar maar even aan of op de kuiten komen,endemelkftersdraa- genze nog korter. De meefte vrouwen zyn gewoon, haar hoofdhair, dikwerf, met Loog of Zeep, te wallenen, om 'er dus eene geele verw op te brengen; waartoe de heete Zo- mer-zon ook veel medewerkt. Qpk hebben do
(j) Refol. Vroedfch. U. I. 9 Oüob. isji. ƒ, i+7.
T3
|
|||||
\
|
|||||
èp4 AMSTERDAMS V.Deei.
Am- de meefte dogters en vrouwen geel hair,
BAGTs- welk haar, aartiglyk, met gekrulde lokjes, HEERLYK-voor »t voorhoofd, en in den nek hangt. HEDEN. jj^ ^ reecjs -n ^e t|en£je eeuwe> 5e- van Urk kenc* gewee^» indien 'er, gelyk ten hoog-
enEm-~ fte waarfchynlyk is, van gewaagd worde, weioord. in eenen Gift brief van Keizer Otto den Groo« ten van den jaare 968; waarby Urch in pago Sak, nevens Nardinclant, dat is, Gooiland, en andere goederen, aan de Abtdye van El- ten, door Wichman, Graave van Zutfen, geftigt, wordt opgedraagen (z). In eenen anderen brief van Otto den III. van den jaa- re 996, en tot beveiliging van den voor- gaanden ftrekkende, wordt Urck, insgelyks, vermeld. Ook blykt, uit den zei ven, niet donkerlyk, dat men, door Pagus Sak, waar* in Urch geplaatft wordt, de LandftreekSal- land in OveryiTel verllaan moet (a): 't zy dat Urk toen nog aan 't vafte Land gehegt ware; 't zy, gelyk my waarfchynlyker voor- komt , dat het gebied van Salland zig over het Eiland hebbe uitgeflrekt. De Abtdis van Elten ftondt, in 't jaar 1280, Nardinger- lant met zyn toebehooren af aan Floris den V., Graave van Holland (b): en, by deeze gelegenheid, is Urk, agt ik, ook aan Hol- land gekomen, fchoon het, in den Opdragt- brief, niet byzonderlyk genoemd wordt. In 't jaar 1309, ter gelegenheid van eenige on- lus* (z.) Vide Funciat. S^crar. aliq. Aedium in MkTtnmi Anal.
Tom. III, ƒ>. 4*4. (a) Vid. PONTANT Hlftor. Geil. Libr. V. p. 72. 'nfö
Lihr. VI. p, loj. {b) F«ndat. Sacr. Aedium in Matth#i AnaJ, 7tm,l\U
/>» ist» |
||||||||
j
|
||||||||
•
|
||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 205
lüften tuflchen de Stigtfchen en Friezen, Am- waarin zig ook de Hollanders gefteken had-sAOTs- den, droegen die van Stellingwerf, de Lern- J£££ * mer en de Kuinder de inkomften der Kerke van Urk op aan de Abtdye van Staveren (c). Doch of deeze opdragt van kragt geweeft zy, en hoe lang zy ftand gehouden nebbe, vind ik nergens gemeld. In 't jaar 1368 , werdt Roderik van Foerfl, door Hertoge Al- brecht, Ruwaard van Holland, met Urk, verlyd.' Het fchynt, federt, eenen gerui- men tyd , door den huize van Voorft en Keppel, bezeten te zyn (d). In eenen brief van Graave Willem den VI. van den agt- ftenFebruary des jaars 1407 £1408] , leeft men, dat beide Urk en Emmeloord, toen Emetoairde genaamd, altoos, ter leen ge- houden waren van de Graaven van Holland. Urk, aan de zuidzyde van de Kerk, toen die De/Jf genaamd* en half Emelwairde, welk in bezit was van Dirk van Zwieten, werdt toen aan Joanna, Vrouwe van Voorft^ en Keppel, toegeweezen (<?). Doch in 't jaar 1412, werdt Herman van Kuinder, door den zelfden Graave, verlyd met deHeerlykheid van Urck ende van Emelwairde, die zyn Va- der, ook Herman van Kuinder genaamd, voor- maals, bezeten, en aan Dirk van Zwieten opgedraagen hadt (ƒ). Otto van dsperen, Heer van Voorft, en Joanna, zyne egtge- noo-
(cl Zie WINSEMIUS Chron. van Friesl. bl,- igg.
(/) Zie G. F. BARON THOE SCHWARTZENBERGRegiflet
„p 't Groot Chaiteib. van Friesl. bl. 19, z+.
(e) Mieris Charterb. IV. Deel, bl. $t. (ƒ) Mieris Chaiterb. IV. Deel, bl. ijifi. |
||||
»o6 AMSTERDAMS V.Dee&.
^M< noote, ftonden toen af van het regt, well?
BAOTs- zy op Urk en Emmeloord hadden (g), en HEERLYK- hun 9 nog in 't jaar 1408 »opgedraagen was, myiLN. q-en Meezen tyde, was 'er een Slot op't Ei- land Urk. En Herman van Kuinder beloof- de , by eenen Brief van den agtften February desjaars 1415 [1416], berußende ter Re- giflerkamer van Holland, dit Slot, altoos, tot een open huis voor den Graave van Hol- land , te zullen houden, en 's Graaven on- derzaaten , nimmer, uit het zelve, te zullen befchadigen ( b). De zelfde Herman van Kuinder deedt, wegens die Heerlkhede van Oerck ende van Emelwerde, mit allen hoeren, toebehoeren, hulde aan Vrouwe Jacoba,in \ jaar 1417 (/). In fommige Aantekeningen, wordt gemeld, dat Hertog Karel van Bour- gondie de Heerlykbeid van Urk en Emmel- oord, omtrent den jaare 1470, aan Gerrit Entszoon , Burgemeefler van Enkhuïzen , die hem merkelyke dienften gedaan hadt ? gefchonken heeft (k). Na hem, is de Heer- lykheid Van Urk en Emmeloord geraakt in het oude Ucrechtfche Huis van Zoudenbakh,. En vind ik , dat Even Zoudenbakh deeze Heerlykheid, nog voor 't einde der vyftien- de eeuwe, bezeten heeft. Ook was Gerard Zoudenbakh Heer tot Urk en Etnetoord, tot omtrent het einde der zeftiende eeuwe. Zy waren beide Dykgraaven van den Lekkerj- dyk bovensdams. Onder de Schepenen van . '' v-
(g) Mieris Chatteib. IV. Deet,- bl. 210.
(h) Vit Aanren, van Bürgern. N. WitsïN,
(i) Mieris Chanerb. IV. Deel, bl, 418.
t\) BaifNDt1 Enkh. bl, 30. . * 1
|
||||
•
|
||||
IL Boek. Voounaamste bezittingen. 297
Utrecht van 't jaar 1576, vind ik ookeenen Am-\
Gerrit Zoudenbakh tot Urck (/}, waarfchyn • bagts- lyk, den zelfden met den laatftgemelden. HEERLrK^ Zyne Weduwe , Barbara van Abkoude, is, na hem, Vrouw van Urk en Emmeloord geweeft; gelyk blykt, uit zekere beeldtenis, die in de Kerke van Urk plagt te zien té zyn. Vervolgens, is de Heerlykheid ge- raakt in 't huis van van der Werve, van welk de Stad Amfterdam dezelve, in 't jaar 1660, gekogt heeft (wz); gelyk wy, reeds elders (») , hebben aangetekend. Zy onderhoudt de Vuurboet, op het Eiland Urk(o)„ Doch 't Eiland zelf wordt, tegen 't afneemen, met paal-en fleen werk, befchermd, op kollen van Holland en van de Stad Amfterdam ; welke Stad, fomtyds, een derde gedeelte, in dezelven, gedraagen heeft (pj. Ens, moet, volgens eene fchikking, in 't jaar 1710, gemaakt, door Holland, Friesland en Overyffel, onderhouden worden. Hol- land draagt agttien, Friesland tien, en O- veryffel twee en dertig in de zeitig. Doch 't ouderhoud van Emmeloord komt ten las- te van Holland alleen. In 't jaar 1737, zogt Holland deszelfs aandeel in het onderhoud van Ens te doen verminderen, te meer, om dat de twee andere Provinciën niets betaa- len wilden, tot het onderhoud van Emmel- oord (/) Van de Water Utr. Placaatb, li.Deel^l. w.ni.
Deel, bl. 17+. (m) Koop Contraft van 4 oft. i66o. in 't Veitrek deiThe,
faurie, Nieuwe Laade V. Lr. A. (n) II. Diel, XVII. AwJLi bl. 14*.
(<»; Handv. bl. ï!5.
(p) Refol. Vioedfch. Ir. V. 6, iïS.ept. Un.f. 1*2, itfz.
|
||||
"V
|
||||||||||
2p8 AMSTERDAMS V.Deei.
Am- oord (q). Doch zulks gelukte niet. Onder-
BAGTs tuffchen, loopen de koften op het onder- «EERLYK- ^Qmj van ^eide jjg Eiiandjes zo no0g ( en HEOEw. amfterdam neeft >er zuijj. een» zwaaren Iaft van, dat 's Lands Staaten aan de Stad, reeds tot tweemaalen toe, OcTxoi verleend heb- ben , om eene Lotery, ten behoeve van Urk en Emmeloord, op te regten; eens in den jaare 1710 (r),eneensindenjaare 1752(1-). Ook is Amfterdam, in 't jaar 1711, gereg- tigd verklaard, om, wegens 't ankeren aan Emmeloord, zo veel ankergeld te heffen, als Friesland en Overyflel vorderen, wegens 't ankeren aan Ens, te weeten, dertig Sul- vers van ieder fchip, welk, in geene der drie Provinciën, t'huis hoort (t). Regee- 't Geregt van Urk beftaat uit den Schout, ring. die te gelyk Secretaris is, en door Burge- meefteren van Amfterdam wordt aangefteld, en vyf Burgemeefters. De Burgemeefters, die ook Schepens zyn, plagten, by hunne aanftelling, geenen eed te doen. Doch de Heer Nicolaas Witfen , Burgemeefter van Amfterdam, Ambagtsheer van Urk en Em- meloord zynde, heeft, in 't jaar 1709, den gewoonlyken Schepens-eed, op Urk, in ge- bruik gebragt (u). In 't jaar 1668, ver- oordeelde het Geregt van Urk een vrouws- perfoon tot het Vrouwen-Tugthuis of Spin- huis : * -. . f ij) Refol. Vroedfch. L*. LL. 10 Sept. 1737. ƒ, n6 <•»*,
Munimenc Regift, N. zi. f. 2ij. (r) Gtoot-Memor. N. IX. ƒ. II1 verfo.
(s) Groot Memor. N. XI. ƒ. 165 ■ I6j verfo, |
||||||||||
E
|
) Handv. hl. ï3<j.
) Uit Aantek, van Bürgern. N. Witsen, |
|||||||||
II, Boek. Voornaamste bezittingen. 29p
huis deezer Stad, die 'er, tot in 't jaar 1679, AM-
zat , en toen, door Burgemeefteren , ont- bagts- flaagen werdt (y). 't Geregt van Emmel- heem-t<- oord beftaat, insgelyks, uit een' Schout en vyf Burgemeefters: van welken het eene jaar drie en 't andere jaar twee afgaan. De verandering der Regeeringe gefchiedt om- trent Paafchen. De dienende Burgemeefte- ren maaken de nieuwe Keur, die, door den Ambagtsheer, beveftigd wordt. Het hoog Geregt over Urk en Emmeloord ftaat ook aan den Ambagtsheer, met wien, Schout en Bur* gemeefteren, in Crimineele zaaken, komen raadpleegen. Op Urk en Emmeloord, wor- den geene Verpondingen, noch Importen op de verteeringe geheeven. Doch Em- meloord betaalt zeker jaarlykfch regt, on- der den naam van ProcJamatiegeld, aan de Droften van Salland en Vollenhoven, inO- veryflel. De volgende Heeren zyn, federt het jaar Naamen
1660, van wege de Stad, tot Ambagtshee- der AM- ren van Urk en Emmeloord aangefteld: bagts-, HEEREN.
1660. Andries de Graef.
I672. Mr. CoENRAAD VANBeUNIN-
GEM.
1679. JOAN HüYDECOPER. 16 . Jacob Jacobsz. Hinlopen.
1705. M'. NlCOLAAS WlTSEN.
1718. Gerbrand Pancras Mi-
ch ie lsz. 1721, Mr. Jan van de Poll. 1744»
(v) Groot-Mem««. N, VI. ƒ. »H vtrfo.
|
||||
Soo AMSTERDAMS V.Dew.
Aandeel 1746.'Mr. Willem Munter.
inSuri. 1749. Willem Gideon Deutz. W-E' 1757. Mr. Daniel de Dieu. 1766. Mr. Jonas Witsen.
Aandeel De Stad bezit _ verfcheiden' Leengoede-
der Stad ren, in Holland, in 't Stigt en elders. Doch ™ de onder de voornaamften , moet gerekend wor- tlax- den haar aandeel in de Cqlonie of Volkplan* TiNG van ting Van SUKLNA-
ME. Suriname,
Gelegen- in Zuid • America , die van de algemeene
heid- Staaten der Vereenigde Nederlanden ter Leen gehouden, of onderde oppermagt der- zel^en bezeten wordt. Suriname, in 't Landfchap Guiana ,
tuflchen de zès en zeven graaden Noorder- breedte, aan eene rivier van den zelfden naam, gelegen, ftrekt zig, zo men wil,wel dertig myien boven den mond dier Riviere uit. Twee mylen opwaards , ftaat eene fterkte, Zelandia genaamd, die 't Vlek Pa- ramaribo dekt, welk omtrent vier honderd huizen groot is. Nog hooger, legt het klei- ne Dorp Zandpunt: en meer Landwaardsin, het Dorp de Savane, welk meeft door Joo- den bewoond wordt. De Labadiften heb- ben , nog hooger op , eenige PJantaadjen aangelegd. Aan de famenvloeijingen der verfcheiden' Rivieren , die de Landftreek doorfnyden, zyn nog eenige fterkten ge- ftigt: en langs de menigvuldige takken der ftroomen, zyn alomme Suikermolens ge- bouwd j en KofFy- en Suiker-Plantaadjen aan- |
|||||
i
|
|||||
ILBbEit. Voornaamste bezittinóen. 301
gelegd Het getal deezer Plantaadjen wordt, Aandeeï, tegenwoordig, op meer dan vier honderd ™j£*^ begroot.
Wy hebben elders gemeld, by welke ge-
legenheid, Suriname, door de Zeeuwen,op de Engelfchen veroverd, en federt aan de Weftindifche Maatfchappye verkogt zynde, jn 't jaar 1683 , voor een derde gedeelte, door de Stad, en, voor een derde gedeelte, door Cornelis van JerJJen, Heere van Sommels- dyk, overgenomen is; terwyl de Weftindi- fche Maatfchappy het overige derde gedeel- te aan zig behieldt O). Deeze drie Leden maaken de Sociëteit of het Genoot- schap van Suriname uit.. De ingezete- nen der Vereenigde Nederlanden mogen, vryelyk, op Suriname handelen, en zig in de Volkplanting nederzetten. Doch ieder ingezeten mdet,jaarlyks, een hoofdgeld van vyftig ponden fuikers opbrengen, ten behoe- ve van de Sociëteit, die,daarenboven,drie guldens van 't laft vordert van alle de fche- pen, die in de Rivier van Suriname komen, en een Waaggeld van twee en een halve guldens van de honderd der waarde van alle Koopmanfchappen, die daar verkogt, of van daar herwaards gezonden worden. De beftiering der Sociëteit ftaat, hierteRegee-
Lande, aan eenige Directeur en, die, rinS- door ieder Lid, worden aangefteld, m zulk een getal, als elk Lid goedvindt : alzo 'er, in de Vergaderingen der Dire&euren, die, op den eerften Woensdag van elke maand, in
(»J ZU II. Dtel, XX. £0*4., hl, su Handy. */. *«s.
|
||||
f
|
|||||||
302 AMSTERDAMS V.DsEt.
Aandeel in het Weftindifche Huis, gehouden worden,
ïnSuri- niet by hoofden, maar by Leden geftemd käme. worcJi; ( zo dat 'er in 't geheel maar drie ftem- men zyn. De Directeurs trekken geene wedden ten lafte der gemeene Maatfchap- pye. Elk Lid beloont dezelven, naar zyn welgevallen. De Stad heeft thans vier Di- recteurs in de Sociëteit van Suriname, die door Burgemeefteren worden aangefteld, en met eikanderen een tiende gedeelte genie- ten van de zuivere uitdeeling, die de Stad trekt uit de Sociëteit, mids dit tiende, jaar- lyks, niet meer dan vyf duizend guldens be- loope (a). De Weftindifche Maatfchappy heeft ook vier Directeurs in de Sociëteit. Doch het Huis van Sommelsdyk niet meer dan drie. Den Directeuren is een Secreta- ris toegevoegd. Voorts, zyn 'er verfchef* den' Boekhouders en andere Bedienden der Sociëteit. - De Regeering der Volkplantinge in Ame-
rica ftaat aan eenen Gouverneuren twee Raa* den, een' Raad van Politie en Crimineele Ju* fliüe, uit tien Raadsheeren beftaande, en een'Raad van Civile Jttflitie, die uit zes Raads- heeren beftaat. De Gouverneur is aan 't hoofd van beide de Raaden. leder Raad heeft zynen Secretaris. Voorts, is 'er een Fiskaal, die tot den Raad van Politie en Cri- mineele Juftitie behoort. De Gouverneur, Raaderi en andere hooge Amptenaars hou- den hun verblyf en Vergaderingen aan het Vlek Paramaribo, alwaar ook eene Kamer van
(x) RefpL Vroedfeh, L*. LX. 6 Ntvtmb, lji%tf, fif.
|
|||||||
-
|
|||||||
*
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 303
van CommiJJariJjen van kleine Zaaken en eene Aandeel
Wees- en onbeheerde Boedelkamer haare zittin- in Suri- gen houden. In de Sterkten der Volkplan-KAME* tinge, leggen , gemeenlyk, vïer Compag- nien voetvolk. Voorts, zyn de Burgers in agt vendelen verdeeld, van welken 'er twee uit Paramaribo, en de overigen, uit de ande- re deelen der Volkplantinge, byeen verza- meld zyn. Onder deeze Burgervendelen , is 'er ook een van de Joodfche Natie. In Suriname, zyn drie Gereformeerde Kerken, die, door drie Nederduitfche, en eenen Franfchen Predikant, bediend worden. Zy worden, door de ingezetenen der Volkplan- tinge, betaald. Ook is, onlangs, aan Para- maribo , eene Lutherfche Kerk geftigt,die, door éénen Predikant, bediend wordt. Jaar- lyks, wordt 'er eene Kerkelyke Vergade- dering der Gereformeerden aan Paramaribo gehouden , waarin een Raadsheer uit den Raad van Politie , als CommiJJaris politicq, voorzit (y). De Planters in Suriname, voor eenige jaa-
ren, eenige merkelyke onderfleuning noo- dig hebbende, om hunne Plantaadjen be- hoorlyk te bebouwen, en 'er rykelyker ïn- komften van te trekken dan zy plagten , werdt 'er, hier te Lande, en voornaamlyk in deeze Stad,eene aanzienlyke fomme,ten hunnen behoeve, van byzondere perfoonen opgenomen. De Stad zelve, byzonder be- lang hebbende by de welvaart der Plante- ren, (y) Zie wyder, Tegenw. Staat der Vereen. Nederl. I.
Dtel, bl, J3-J. #»*,. |
||||
go* AMSTERDAMS V.D^Ét.
Bolders,ren, nam voor dertig duizend guldens deel
Wate- in deeze geld-ligting (z).
|
||||||||||||||||
REN , DY
een en
Wegen. Regt der
|
||||||||||||||||
Wy komen nu tot het regt, welk de Stad
heeft in. of over verfcheiden' Meeren, Pol- ders , Dyken, Wegen en Vaarten : welk,- |
||||||||||||||||
Stad over ten deele, in den eigendom, ten deele, in
Meeren, eene beheering, of toezigt over dezelveny
|
||||||||||||||||
Polders,
Dyken, Wegen en Vaar- ten: als 1.
Water- grafts- of Die- mer MEER.
Gelegen'
heid. |
||||||||||||||||
gelegen is. Wy beginnen met de
Watergrafts- of Diemer-Meer,
tegenwoordig, eene bedykte Polder, aan de
ooftzyde van den Amftel, een viefdendeel uur gaands, of wat minder, van de Stad Am- sterdam, weft-en noordwaards van den Die- mer ban en grooteDuivendrechtfche Polder, en zuidwaards van de Outewaaler- of Over- Amftel-Polder gelegen. Twee wegen zyri |
||||||||||||||||
'er, van Amflerdam naar de Diemer-Meer:
de kortfte, langs den Outewaaler-weg, bui- ten de Muider-poort, en de langfte, buiten de Weesper-poort, langs de ooftzyde des1 Amftels. Naams- ' Zy heeft den naam van Diemer • Meer ge- reden, kreegen, naar het nabygelegen Dorp Die- men ; en dien van Watergrafts-Meer, die de oudfte is van de twee (a), en waarvoor nu, in 't gemeen, Water graafs - Meer gefchree- ven wordt, zo 't fchynt, naar eene gr aft of gegraaven vaart, die, van ouds, tot in de Meer plagt teloopen, en, vermoedelyk, naar de Ryker-floot, zynde de vaart, die zig, langs Diemerbrug, tot de Meer toe uitflrekt, era
(z.) Refol. Vroedfch. Zr. Q.0^- * July 1751, f. m,
(*j Zie Handk bl, 13 s. |
||||||||||||||||
ïl. BöÈK. VodRNAÄMSTE BE^ITtlNjSEN. $0$
en reeds in de zeftiende eeuwe in wezen was; Polders,
gelyk, uit de oude Kaart van Joofi Janszoon, Watjs- van welke een gedeelte voor de meefte uit-REN>D** gaaven der Handveflen deezerStadgeplaatftVv£GEN«;
is, blyken kan. De Watergrafts-Meer behoorde, eer zy Hiftoriej
bedykt was, der Stad Amfterdam in eigen- dom toe. Zy was, ongetwyfeld, een aan- hangfel der Ambagtsheerlykheid van Am- fterveen of Nieuwer-Amftel, die de Stad, in 't jaar 1529, van den Heere van Brede- rode gekogt hadt. In den Verlybrief van Hertoge Albrecht van den jaare 1399, ten behoeve van Koen van Oofterwyk verleend, \ wordt 'er, in deeze woorden, gewag van ge- maakt: Item dat Veer en de Viffcherye ter Meer$ vier pondt: en klaarlyk , in deezen, die Water gr aeu meer, twinticb pondt (b). Dat Veer en de Viffcherye ter Meer heeft men, agt ik, naderhand, bet Veer en de ViJJihery te Meerhuizen genoemd, onder welken naam, ik vind, dat het, in 't jaar 1542 , door de Stad, als Ambagtsheer van Nieuwer-Am- flel , verpagt is: gelyk het , nog tegen- woordig , van tyd tot tyd, verhuurd wordt. De Viflchery van de Diemertneer, genoempt 't Watergraeffmeer > i$, in 't jaar 1543 en fe- dert , ook van Stads wege verhuurd Qc). De Meer hadt, van ouds,door eenenwyden mond, gemeenfchap met den Araftel, en 't water ftondt, omtrent deezen mond, yeel- tyds,
(b) Handv. w. 209.
(c) Regift. van de Ambagtsh. tan Amflerveen enz, **-
rufiende ter Thefamie, f, Jé, +0. X. Stuk« V
|
||||
3oö AMSTERDAMS V,Deel.
Polders, tyds, vooral by ooftely ke of noordelyke win- Watb- den, zo hol, daü 'er de voorbyvaarende fche- KEN^Y'Penenfchuiten zeer door belemmerd, en,
WfiGßH. Tomtyds, in merkelyk gevaar gebragt wer- den; waarom niet vreemd fchynen moet, t« - dat S pi eg hel gewaagt van het èruyzen der Diemer zê (d). De Vroedfchap leide, derhalve, reeds in 't jaar 1569, in beraad, om eene vaart te graaven, binnen den Zee- dyk, langs en om de Meer, tot in den Amftel; door welke men, van de Stad af, boven in den Amftel, zou können komen, zonder denMond der Meer voorby te zeilen (e). Doch men kwam tot geenbefluit. Dezelfde zaak werdt, 11a de verandering der Regeeringe, in 't jaar 1583, andermaal in beraad gelegd. Men be- floot toen, te ondertaften, of, en hoe veel die van Utrecht zouden willen draagen tot de koften (ƒ). Doch 't werk kreeg, ook toen ,zyn beflag niet. In 't jaar i<5oi, werdt, om 't gevaar, in 't voorbyzeilen der Diemer- meer , langs den Amftel, te voorkomen, be- flooten, den Amfteldyk door te graaven, en twee bruggen in den zelven te leggen {g): door welk middel, men, naar 't fchynt, be- oogde , aan 't water der Meere ruimer door- togt te verleenen, en dus de kragt van het zelve te breeken. Maar men fchynt,zo ver my bekend is, ook dit befluit niet ter uit- voeringe te hebben gebragt. In 't jaar 1605, werdt belaft, eene binnenvaart te maaken, door
(d) Hertfpiegliel, IV. Boe{, vers J0. II. «p.
O) Retol. Vroedfch. N. z. it JHiy ss69t ƒ, I22. (f) Refol. Vroedfch. N. 4. 20 Dec. ijgj. ► (i) Rdol. Vroedfch. N. j 19 Junj «oi. /. m verfu
|
||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen* 307
door den Amfteldyk, omtrent den mond der Polders,
Meere (£): 't welk ik nogtans ook niet vind Wate- fi-efchied te zyn. Omtrent den aanvang; des ™',?*" jaars io22,deeden de Advokaat Cornehs van Wegbn, Davelaar en eenigen zyner medeftanderen een verzoek aan Burgemeefteren , om de Die- mermeer te mogen bedyken en droogmaa- ken (i). Doch 't liep aan, tot den veertien- den May des jaars 1624, eer Burgemeefte- ren van Amfterdam daartoe Oéfroi verwier- ven van 's Lands Staaten. By dit O&roi, werdt de bedykte grond aan de Stad of derzelver regt verkrygenden, ten eeuwigen dage, in eigendom afgedaan, onder een jaarlykfche Recognitie ten behoeve der Graaflykheid, die nogtans, in 't jaar 1626, te niet gedaan werdt. Voorts, verkreeg de Stad vrydom van Verpondingen en andere Impoften voor de Meer, geduurende den tyd van vyfcien jaaren, die, naderhand, tot op dertig jaa- ren, verlengd werdt: midsgaders, vryheid van de Graaflykheids tollen , voor altoos : ook regt, om de bedykte Meer te doen re- geeren, by eenen Dykgraave,op de benoe- ming der Hoofd-ingelanden , door of van wege 's Lands Staaten te kiezen, en by eeni- ge Heemraaden en andere gé woonlyke Amp * tenaars. Dykgraaf en Heemraaden zouden magt hebben, om Keuren op de bedykinge te maaken. Doch het hoog, middelbaar en laag Geregt over alle andere zaaken zoa verblyven aan de Graaflykheid, en aan de Amp*
-(h) Groot-Memor. N. ïï.'f. JH7-
(*j R«foJ. Vioedfcb, N. u. 27 7*»* int, f. %z v«r/»..
Va
|
||||
3o8 AMSTERDAMS f V.Dëe£,
Polders, Amptenaars, door de Graaflykheid, te (bei-
y Wjsts- len (£). Äen'^Y ^e bedyking werdt hierop ondernomen,
Wegen. en ^n ?* Jaar I^29 voltrokken. Burgemees- teren van Amfterdam, als, van wege de Stad, eigenaars van den bedykten grond, verkog- ten denzelven, by kavelingen van tien mor- gen , aan byzondere Perfoonen, alleenlyk, dertig morgen behoudende voor rekening van de Stad, uit hoofde van welken, zy altoos Hoofdingelanden blyven zouden van de be- kdytePolder(/).Men heeft ook eeneRecognitie van een gulden van 't morgen 's jaars bedon- gen,ten behoeve van deStad.Eenigen verkog- ten, kort hierna, den gekogten grond aan anderen, zonder daarvan wettige opdragt te doenj't welk gelegenheid gaf tot een bevel van 7s Lands Staaten van den negen en twintigften November des jaars 1629, volgens welk, alle Transporten, en Hypotbecatien, of gereg- telyke belaflingen van huizen en landen, in de Diemermeer gelegen, voortaan, zouden moe- ten gefchieden voor Dykgraave en Heen> raaden (m), die, omtrent dien tyd, voor 't eerft, waren aangefteld. 't Liep aan tot in 't jaar 1640, eer 'er, op oefening der hoo- ge en laage Jurisdictie in de Meer , eene nieuwe fchikkiflg by de Graaflykheids Re- k.enkamer gemaakt werdt. De. Meer lag rondsom in Amftelland. De hooge Jurisdic- tie over dezelve fcheen, derhalve, natuur- lykft, tot het Baljuwfchap van Amftelland te behooren. Doch wie de laage Jurisdictie toe-
Xk} Handv. bh ?jg, 340.
(l) Groot-Metnor. N. IV. f. Iju vtrJV.
(m) Handr. bl. 34z,
|
||||||
/
|
||||||
•
|
||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 309
loekwame, was moeilyker te bepaalen. De Polders,
Geregten van Amfterveen, Diemen en Ou- Wate- derkerk omringden de Meer. Elk van hun ^'jBT' fcheen , derhalve , zulk een gedeelte der wege*. laage Jurisdiéüe over de Meer te moeten hebben, als naaft aan zynen Ban gelegen ware. Doch waar zig deeze gedeelten, in de Meer, behoorden ,te fcheiden, was be- zwaarlyker te zeggen, en viel daarover, dik- 1 wils, gefchil tuffchen de Geregten. De Re- kenkamer deedt deeze zwaarigheden af, op den tienden May des gemelden jaars, be- veelende „ dat de Baljuw van Amftelland, 9, die toen was Pieter Boudewynsz, van Lok- „ horfi, het hoog, middelbaar en laag Ge- „ regt, met Heemraaden der Diemermeer, j, aldaar, oefenen zou. Doch dat, na zyn „ overlyden , het ampt van Baljuw over „ de Diemermeer aan het Dykgraaffchap „ der gemelde Meer. zou gehegt wor- „ den." Burgemeefteren van Amfterdam gaven, als Ambagtsheeren van Amfterveen, hunne toeflemming tot deeze fchikking («): en, na 't overlyden van den Baljuw, Pieter Boudewynsz. , welk eerft in 't jaar 1651 voorviel, werdt de Dykgraaf ook Baljuw van de Watergrafts - Meer, en de Heemraaden blèeven, als Schepenen, dienen. De Meer liep, tuffchen den vyfden en
zesden Maart des jaars 1651, onder, ter gele- , genheid eener doorbraake in den Zeedyk bo- yen Outewaal, niet verre van Jaap Hannes, by de Herberg het Paradys. 't Zeewater Hort- te, In) Handv. hl. 34j,
y 3
|
||||
----- -
|
|||||
3ïö AMSTERDAMS V.Dee&.
Polders, te, omtrent den Molen aan het nieuwe Diep,
Wate- over den Ringdyk der Meer, en ftondt, in »en , Dy- dezelve, wel zeftien voet hoog. Een groot Wegen, gedeelte van den Ringdyk werdt, tot aan den kleigrond toe, ter hoogte van dertig voe- ten , weggefpoeld: veele huizen werden van hunne grondflagen afgedrongen : anderen deerlyk befchadigd. Doch tegen 't einde des volgenden jaars, verwierven de ingelan- den , tot het beverfchen der Meer en 't her- ftellen der dykaadje, O&roi van 's Lands Staa- ten , waarby hun de voorige vryheden wer- den toegeftaan, voor den tyd van tien jaa- ren, ingaande na 't eindigen van 't Oétroi van den jaare 1626, welk»voor den tyd van dertig jaaren, verleend was (0). Doch in 't jaar 1672, werdt de Ringdyk der Diemer- meer doorgefteken, om de Stad te beter te dekken tegen den naderenden vyand. En 't liep aan tot in 't jaar 1678, eer de Hoofd» ingelanden, Dykgraaf en Heemraaden ver- nieuwing van Oclroi verwierven; waarby hun de voorige vryheden en ontlailingen, voor den tyd van vyftien jaaren, vergund werden (p). De Meer werdt toen in beter* flaat gebragt, dan zy geweeft was. De door- braak van den Zeedyk in 't jaar 1702 bragt haar wel in nieuw gevaar; doch zy werdt toen, gelukkiglyk, behouden. Byzonde- De Watergrafts- of Diemermeer legt be* ie be- flooten in eenen ringdyk, die vyf en twin* ^rzye^ing tig honderd roeden in den omtrek beflaat, Äleer. eß (a) Handv. bh 340.
lp) Hand?- bi. 3*'» |
|||||
*
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 311
en alomme, behalve langs den Auiftelenaan Polders,
't Nieuwe ükp, eene braak tuffchen de Meer Wate- en^den Zeedyk, ter plaatfe waar, weleer,de rrn,Dr- buurt Ypefloot gedaan heeft, omringd is van wegen. eene breede. ringfloot. De Stad, die, van ouds, de Viffchery der gantfche Meer be- zat , behoudt nog het regt tot de Viflchery in deeze ringfloot; doch geeft het, voor ze- ker getal van jaaren, in erfpagt aanDykgraa- ve en Heemraaden, die t, by kleine ge- deelten, aan byzondere perfoonen verhuu- ren. De Viflchery binnen de Polder wordt, door Dykgraave en Heemraaden, aan de ingelanden, die ten minfte vyf morgen lands in dezelve bezitten, onder zekere jaarlykfche Recognitie, toegeftaan: en 't geld, dat van deeze Recognitie komt, alle jaaren, hefteed* ." tot het planten van vifch in de Polder; om welke vifchplantinge by te woonen, de in- gelanden , op zekeren befremden dag, uit- genodigd worden. De Meer is zeven hon- derd en vyf morgen groot: van welken , nogtans, maar zes honderd twee en zeftig morgen, drie honderd een en drie vierde roe- den , in de gemeene Laften behoeven te draa- gen, In 't jaar 1730, zyn 'er, in de Meer, twee honderd zeven en twintig huizen ge- teld , onder welken, eenige zeer aanzienly- ke Land wooningen zyn. De grond der Meer, die veenagdg is, en in welken, hier en daar, wellen van zoet en helder water gevonden worden, is aangelegd tot Lufthoven, Wei- en Warmoeslanden. De Warmoeziers bren- gen hunne meefte' groente, op drie plaatfèn, te Arnfterdam, ter markte, op de Prinfen- V 4 graft,
|
|||||
3*2 AMSTERDAMS .V.Dek;
Polders, graft, aan de Oude Kerke, en op de Hout-
Wate- graft, of Jooden - Groenmarkt. De Meer ken'w Y" worcfr doorfneeden van twee groote wegen, W£g£*n. <te Middelweg, die van de Outewaaler brug tot aan de Hartsvelder brug loopt, en de Kruisweg, die de langfte is van de twee; den Middelweg, op de helft, doorfnydt; aan 't zandpad over de groote Duivendrechtfche Polder aanvangt, en aan 't Nieuwe Diep .eindigt. Beide deeze Wegen zyn, voor 't grootfte gedeelte}, ter wederzyde, bezet met hooge Ypen- en Lindenboomen. De voor- naamfte Luftplaatfen leggen langs deeze twee wegen, met naame langs den Middelweg, die, voor weinige jaaren, van't een tot aan /t ander einde, beftraatis. Ook ftaan,langs deezen weg, verfchéiden' Lantaarns, die, by donkere maane, des avonds, omfteken worden. Längs den middelweg, is, vooral des Zomers, zeer flerke doortogt van rytui- gen, over Diemerbrug, naar envanWeesp, Muiden, Naarden en de Provincie van U- trecht. De Qut e waaier-brug is, in 't jaar 1762, fraai van fteen herbouwd, en op dezelve, een fierlyk yzeren Tolhek geplaatft, tuflchen twee hardfteenen zuilen, waarop, aan de ééne Zyde, de wapens van Amfterdam en van de Watergrafts-Meer uitgehouwen zyn. Het laatfte beftaat uit de letters WGM. op een wit fchild, welk, door een' Zwaan, met uit- gefpreiden vleugels in de biezen ftaande, van agteren, onderfteund wordt. Aan de andere Zyde, ftaat het wapen van den tegenwoor- jdigen Heere Baljuw en Dykgraaf, Wil- &§# YAwHEE^sjcEiqK? Qud-Schepen |
||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 313 ,
en Raad deezer Stad, en het jaartal der Polbeeji
bouwinge 1762. De berbergen aan deeze Wate- ' brug, en de vier bevoorregte Herbergen in ren>Dy- de Meer, fchoon buiten de Vryheid van Am- weg™ fterdam leggende, betaalen, nogtans, Ex- cyns aan de Stad (<?), in gevolge van het Privilegie van Hertoge Filips van Bourgon- -die, van den jaare 1452, volgens welk, nie- mant, op een vierdendeel myls na aan de Stad, wyn of bier tappen mögt, dan op der Stede Excynzen (r). Even over deeze brug, op den zuidweftelyken hoek van den middel- weg, ftaat hetRegthuis der Meer, tegen welk, het Schavot wordt opgeregt, waarop de lyf- ftraffen worden uitgevoerd. Ter zydevanhet Regthuis, aan den middel weg, ftaat ook een huisje, waarin de Brandfpuit der Diemermeer bewaard wordt. Het opzigt over de brandblus- fehinge is aan drie Brandmeefters aanbevo* len. Doch de Geregtsbode is generaale Brand- meefter. Behalve de Middel- en Kruisweg, loopen 'er verfcheiden' Laanen in de Meer, eenigen van welken geenen doortogt heb- ben. De voornaamften zyn de Paauwenlaan, de groene of Burghorftslaan, de Kloofler- of Schelpslaan, en de Schagerlaan. De laatfte is de fraaifte. Zy heeft eenen ryweg naar den Middel- en Kruisweg; begint aan den Ringdyk, niet verre van de Schelp-, of, ge- lyk men Hier fpreekt, Schulpbrug, die, over de ringfloot, aan den Amftel, legt; en loopt, piet verfcheiden' kromten, tot aan 't einde der
($) Groot-Memor. iV. UI. f. m, 140,
\rj Zif Handy. U, :;, 18, *7i. |
||||
314 AMSTERDAMS V.Dell.
Folder», der Maliebaan, die, omtrent vyftig roeden
ïfn'v -aan deeze zydevanden Kruisweg, aangelegd
ken m J.s >en aan,.den Middelweg begint. De Ma. Wegen, hebaan, die, voormaals, grootermtfpannzDg Malie. voor de Amfterdamfche jeugd plagt te zyn, ham. dan federt eenigen tyd, is een honderd drie en zeventig roeden lang, Aan 't zuidweft- einde van dezelve, flaat eene herberg, het Maliehuis genaamd, die, met digt geboom- te , omringd is. Ook flaat 'er eene ry hoo- ge boomen ter wederzyde van de Maliebaan, die , binnenwaards , plat gefchooren zyn> Baljuw en Schepenen hebben, in 't jaar 1759, eene uitvoerige Keur gemaakt op het fpee- len in de Maliebaan (s). Behalve het Ma- liehuis, zyn 'er nog drie herbergen in de Meer, eene van welken het Regthuisis. Aan de toegangen tot de Meer, zyn vyf Wagt- huizen geplaatft, tot verblyf van tienNagt- waakers. Doordien de Landen in de Meer veertien
voet laager leggen, dan het buitenwater, is men verpligt, het overtollige Polderwater, ter hoogte van vyftien voet, op te maaien.' Hiertoe bediende men zig, tot in 't jaar 1743, van vier Watermolens,met fchepraden voor- ^ zien, die eikanderen het water toemaalden: doch na dien tyd, van niet meer dan twee; in welken, in plaats van fchepraden, zekere waterfchyven, kort te vooren, door Antoni de Jong, Inwooner van Amfterdam, uitge- vonden ; doch, naderhand, door de Heeren Burgemeefler M'.PieterRendorp, Bal- juw en Dykgraaf, en Mr. J a n J a c o b H a r t- , ' , siNCK»
{>) Kemea van de Watcjfr. Me«, bh * i©7.
|
|||||
<L
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen, 315
siNCK, Heemraad en Schepen der Meer, Poeder*,
merkelyk, verbeterd, geplaatll zyn. En van Wate- deeze twee fchyfmolens heeft men, metREN,Dy" minder koften, ruim zo veel nut, als van de wegejL voorigen vier. Zy können, zelfs in harde vorft, blyven doormaalen. Ook is de grond der Meer, federt het gebruik deezer molens, veel verbeterd. Zy ftaan beide, op zekeren afftand van eikanderen, in eene kolk, die gemeenfchap met de molen-wateringen der Polder heeft, niet verre van 't Nieuwe Diep, waarin zy, door een ïluisje van één© deur in den Ringdyk, het Polderwater flor- ten: welk, vervolgens, door de Ypellooter- Huis, in 't Y geloosd wordt. De Watergrafts - Meer wordt geregeerd Regee-
door eenen Dykgraaf, die te gelyk Baljuw ring. is, en vyf Heemraaden, die ook Schepenen zyn. En dit Collegie maakt, als een Heem- raadfchap, keuren, en voert fchouw over de dykaadje, wegen en wateren van de Meer; en oefent, als een Geregt, allerlei hooge, mid- delbaare en laage Jurisdictie. Voorts, is 'er een Secretaris, een Penningmeefter en een Geregtsbode van de Watergrafts-Meen. De Baljuw en Dykgraaf wordt, by de Staaten der Provincie, verkooren, uit een drietal, welk, door Burgemeefteren van Am- sterdam, als Hoofd - ingelanden , benoemd wordt. Van de Heemraaden en Schepenen, moeten 'er, het eene jaar drie, en het an- dere jaar twee afgaan: en Dykgraaf en Heem- raaden benoemen, jaarlyks, in het begin van May, het eene jaar zes, en het andere jaar vier ingelanden, uit welken, Burgemeefte- |
||||
$i6 AMSTERDAMS V.Deel.
^oli>ers, ren van Amflerdam, als Hoofd-ingelanden,
Wate- drie en twee Heemraaden kiezen, in de plaats 53!«rT der a%aandenC0. De Nominatie wordt,in 'Wmm. Burgemeefters-Kamer, overgeleverd,door den Secretaris, die, na dat de verkiezing ge- daan is, verzoekt,datBurgemeefleren eenen uit hen gelieve te benoemen, om, van wege de Stad, als Hoofd-ingelande, de jaarlykfche rekening der Meer, in de Regtkamer, te komen hooren, en om in den nieuwen om- flag te bewilligen: gelyk, doorgaands of altoos, gefchiedt. De nieuw-verkooren Heemraaden worden, twee dagen daarna,in 't vol Colle- gie, als Schepenen, erkend, en. door den Baljuw beè'edigd.De Secretaris wordt, door Burgemeeileren van Amflerdam, als Hoofd- ingelanden , aangefleld 0). Alle de overige ampten en bedieningen in de Meer flaan ter begeevinge van Dykgraave en Heem- raaden. Het Collegie van Dykgraave en Heem-
raaden, of Baljuw en Schepenen der Water- grafts- of Diemermeer houdt zyne gewoon« lyke Zit- en Regtdagen , op den eerflen Maandag in elke maand. Het plagt, in 't eerfl, in 't Regthuis in de Meer, byeen te komen; doch, op het einde des jaars 1645, werdt het naar Amflerdam overgebragt, en geplaatft in het Wagthuis nevens de Regu- Uers-Poort, tegenwoordig, een gedeelte van de herberg de Munt. In 't jaar 1693, werdt de Regtkamer der Diemermeer verplaatfl in een beneden-vertrek van 't Stadhuis, inden noord-.
(t) Refol. Vroedfch. N. x$. • July 1619. f. 9?.
(»j Gsoomemor. N. VIII. ƒ. 41. N, X f. i»-t verft,
|
||||
\
|
||||||
%
|
||||||
IL Boek* Voornaamste bezittingen. 517
noordooflelyken hoek der eerfte Verdiepin- Polder,
ge, waar, federt, het Comptoir der Direc- wAk- teuren over de Admodiatie der Wynen ge- *™'e^Y* weeft; nog laater, de Stads - Excyns van 't w&o£m Beefliaal ontvangen is, en welk nu, door de Leden der Teken - Schoole , gebruikt wordt; tot dat zy, in 't jaar 1716, op de derde Verdieping van 't gebouw, boven de Kamer van CommilTariiTen van Zeezaaken, werdt overgebragt, daar zy , nog tegen- woordig, gehouden wordt. De Keuren van de Watergrafts-Meer, zeef Keureü*
vermenigvuldigd, en daar door duifter ge- worden zynde, werden, in 't jaar 1757 , voornaamlyk , door beleid van den Heere Baljuw en Dykgraaf, Mr. Pieter Ren- dorp, Heere van Marquette, en Burgemees* ter ,der Stad Amflerdam, op negen na, ak len te niet gedaan (v). De tegenwoordige^ hebben, in veele opzigten, merkelyke over- eenkomfl met de Keuren der Stad Amfler- dam, en , zo verre de dykaadje aangaat, ook met de Keuren van andere Polders ia Holland. Die in de Meer wil woonen, moet vooraf borg flellen, dat hy niet ten laïleder Armmeefleren zal komen, en vervolgens, by geregtelyke Aóle , worden toegelaaten* Niemant mag eenig huis in de Meer ver- huuren of verkoopen, met het regt, om de Neering, die aldaar gedaan wordt, te bly ven oefenen. De Wegen in de Meer mogen niec bereeden worden, door HefTënkarren, of an- dere rytuigen, op vreemd fpoor gaande, of ltfioes-
(v) Keuren de* Wat er gr. Meer, hl, xd
|
||||||
$ig AMSTERDAMS V.Deel,
Polders, knoeften, knoppen of banden aan de wie-
Wate- Jen hebbende. Ook mogen 'er geene ver- ken'êDY" ^ens ^oor de Meer worden gedreeven. Vol- WtGEN. gens Oélroi van 's Lands Staaten, wordt, aan de Outewaaler-brug, en aan een* flagboom aan de Schagerlaan, eene gabelle ontvangen van twee Huivers van een rytuig met vier wielen, een ftuivervan een rytuig met twee wielen, agt penningen van een man te paard, en vier penningen van een paard, os of koe. Doch de inwooners en ingelanden zyn vry. Niemant mag goederen, voor anderen, óf te vragt, naar en uit de Meer voeren, dan de gewoonlyke Veerfchipper. Alleenlyk, mogen de Schuitenvoerders van den Amftel- fteiger aan de Oflenmarkt de goederen van ingezetenen van Amfterdam naar de Meer, en van daar te rug brengen. In 't gewigt en den prys van't brood, fchikt men zig, in de Meer, naar de zetting van Amfler- dam («). Wy ontleenen deeze byzonder- heden uit eene nette uitgaave van de Keuren der Meer, voor weinige jaaren, in 't licht gekomen. ,j De Stad Amfterdam bezat ook, voorheen, Byle- de ViiTchery en 't Riet- en Grasgewas, in en
her- langs de MWR.x . Bylemer-Meer, in eigendom. Deeze Meer legt niet meer dan
een vierdendeel uur gaands zuidooftwaards van de Diemer- of Watergrafts-Meer, en heeft de Bylemer-Landen ten zuidooften en ten
(») Keuren der~Watergr, Meer, U, 10,37,66, 86,»*.
|
|||||
I
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 319
ten ooflen; en den Ban van Diemen ten noor- Polders
den. Ik twyfel niet, of zy is, oudtyds, ne- Wate- vens het naafte Land, onder den naam van REr» Dy" Paks of Poel Bendelmerbruc, bekend (#)> en weöe* onder de goederen, die de Heeren van Am- flel van den Utrechtfchen Stoel ter leen^M?* hielden, gerekend geweefl (y). Het bujfche, torie, * daer die reygers inne broeden , korter , het Reygerbofcb genaamd, behoorde ook aan de Heeren van Amflel, en lag in Bindelmerbroec; gelyk, uit eenen brief van Hertoge Albrecht vandenjaare 1386, blykt («): om welke reden, dit bofch, fomtyds, Bindehnerebofch genoemd wordt (a). En deeze gelegenheid van het Reigerbofch doet ons te meer den- ken , dat de Bylemermeer en de naafte Lan- den, voor het oude Bindelmerbroec\ moeten gehouden worden; alzo, nog in 't begin dee- zer eeuwe, een of meer Vogelkooijen in de Bylemermeer waren, die egter nu niet meer in wezen zyn. De Graaf van Holland wees-, na de verbeurdverklaaring der goederen van den Huize van Amflel, Bindelmaerbroec zïg zelven en zynen nakomelingen toe, in 't jaar 1298 (h). En van dien.tyd af, fchynen de Bylemermeer, die, beide in oude brieven en laatere fchriften, de Bindelmeer en Bydelmeer genoemd wordt (c); 't gehugt de Bylemer, de Broek en de Bylemer-Landen, die allen, veel-
(x) BUCHEL. ad HEDAM p. I7J.
(y) Zie hier voor II. Deel, I. Boel^, bl. «,24, IS.
(x) Zie MIERIS Charterb, III. Deel ,11.446*»hier V90ï» II. Deel, I. B»ek^, bl. ?2. (a) IZie MIERIS Charterb. I. Deel, bl, 401. ,
(b) Mieris Chatterb. I. Deel, bl. %$%,
(c) Handv. bl. jfio. HOOFT« Brieven K. ijy, bl. ïit*
|
||||
%%& AMSTERDAMS V.Dée&
Bolders, veelligt, van ouds, onder den naam van Bin*
Wate- delmerbroec, begreepen geweefl zyn;fehoon ren , Dy- men t 'm laater' tyd, de benaaming van ByU Wegen merbroec^» m bepaalder betekenis , voor de Broeker-Landen, gebruikt vindt (d); met Hol- land vereenigd te zyn gebleeVen^ De Byle- mer, de Gaasp, 't Gein, de Noorder- en de Broeker-landen, zo als zy, federt meer dan eene eeuw, genoemd zyn, leggen on- der Weesper-karfpel, en zyn, in't jaar 1641, agt honderd zes en twintig morgen, vier hon- derd een en tagtig roeden, Weesper maat, van agt honderd vierkante roeden de mor- gen, groot bevonden (Y). Doch de Byle- mermeer alleen behoort tot het beffcek onzer Befchryvinge. Jbel Matthyszoon Burch, Burger en Koop-
man te Amfterdam, en zyne medeftanders verwierven, op 't einde desjaars 1622, Oc- troi van 's Lands Staaten, om de Bylerner- meer, die toen gerekend werdt zes honderd morgen te beflaan, ten hunnen kofte, te be- dyken en droog te maaken; met magt om, over de drooggemaakte Polder, Dykgraaf, Heemraaden , Penningmeefler en andere Amptenaars aan te ftellen. Daar benevens, werdt hun het regt van Ambagtsheerlykheid afgeftaan. Doch de hooge Jurisdi&ie be- hielden de Staaten aan zig (ƒ). De Meer was, in 't jaar 1627, reeds droog, zynde ee- nige
(d) Schepenen-Regifter van de Bydejmeet of 20 Janu*.
rj 162J.
(e) vit de Origineele njeeting van Steven Pauw an Lucas
de Hoy van 10 Jnny I64I.
(ƒ> Gioot-Flakaatt). II, X)eelt kol, 172;,
|
||||
ILBoEK. Voornaamste bezittingen. 321
nige huizen van 't gehugt de Bylemer be- Polders,
greepen binnen de dykaadje (g). Ook ziet Wate- men, in de Meer, nog overblyffels eener ren>Dy* oude Kapelle, die, voormaals, tot het ge- wegeiL melde gehugt, behoord heeft (h), en, in 't jaar 1634., nog in wezen was, en haare Ka- pelmeefters hadt (i). De ingelanden verzog- ten, terftond na't droogmaaken der Meer, ook om de oefening der hooge Jurisdictie, aan de Graaflykheids-Rekenkamer.DeDroiTaardvan Muiden, Piet er Corneliszoon Hooft, wiensjuris- dictie, als Baljuw van Gooiland en Schout van Weesperkarfpel, hierdoor, ftondt ver- minderd te worden, ftelde zig, nogtans, niet tegen het bewilligen in dit verzoek; alzo hy verftondt, dat hierdoor verfcheiden' zwaa- righeden zouden voorkomen, en de goede orde, op 't beft, bewaard worden (£). De Rekenkamer ftondt dan den ingelanden der Bylemermeer hun verzoek toe. En federt zyn de Dykgraaf hier ook Baljuw, en de ' Heemraaden Schepenen geweefl (/), even als in de Watergraftsmeer. De Bylemer- meer werdt, tot beveiliging der Stad Am- fterdam, te gelyk met andere Polders, doorge- fteken, in 't jaar 1672. Docheenige jaaren laater, wederom beverfcht en drooggemaakt. TufTchen den vyfden en zesden April des jaars 1702, bezweek de ringdyk der Meer, voor eenen geweldigen ftorm. Den inge- landen begaf toen de luft, om ten derde maa- le
(g) Zie HooFTS Brieven N. s6o. hl. 419.
(h) Zie de Kaart van Jooft jatisz. van'tjaar IJ7J.
(i) Schepenen.Regifter van de Bydelmeer, of> liMay léjf»
(kj HOOFT8 Brieven N, 155. bl. izs,
(/) zie hoofts Blieven N. <«o. bl. 419,
X. Stuk. X
|
||||
322 AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, Ie hand aan werk te flaan. De Meer werdt
Wate- verlaaten. OndertulTchen, lei den Steden Am- ken'm ^'fterdam en Weesp veel gelegen aan 't her- WfioaN. ftellen van den Ringdyk der ßylemermeer, waar langs het Zandpad en de Trekvaart tuflchen de twee Steden liep. Zy kwamen, derhalve, op den twintigften November des gemelden jaars, overeen ,, clat zy de Byle- „ mermeer, in dien ftaat als dezelve toen ,j was, voorgemeene rekening, en op zul- i, ke voorwaarden, als zy, naderhand, met „ de eigenaars zouden overeenkomen, aan- „ vaarden zouden. Dat zy den ringdyk „zouden herftellen,endeMeer zelve droog „ of dras maaken. Dat zy 't jaarlykfch on- „ derhoud der bedykinge , ieder voor de „ helft, zouden bekoftigen. En dat de voor- „ deelen, die van de Meer komen mogten, „ met naame de Gabelle, de VifTchery,de „ Vogelkooi of Vogelkooijen en 't Riet- en ,, Grssgewas, ook op gelyken voet, zou- „ den worden genooten (ra)" 't Liep aan tot den vier en twintigften Auguftus des jaars 1703 , eer de twee Steden overeenkwamen met de ingelanden „ dat de Steden regt zou- „ den hebben, om den dyk der Meere te „ herflellen; modder te brengen binnen aan „ den zelven, en dien, over de oude of o- „ ver de nieuwe landen, te doen werpen, „ naar haar welgevallen. Dat de Steden en ,-, de ingelanden, ieder voor de helft, het ge- „ not zouden hebben van het gewas op den „ dyk, mids men 'er geene beeilen op Hete „ loo-
(m) Handv. hl* HJ.
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 323
„ loopen, en van het riet- en grasgewas over Polders*
„ de geheele Meer. De vifTchery bleef aan de Wate- „ Steden; doch de ingelanden zouden, voor REN» Dy" „ zig zelven, vryelyk, mogen vhTchen." Een \Vegen. weinig laater, verkogten de ingelanden de twee Stryk-Watermolens, de Oofter-enWes- ter-gangmolens genaamd, aan de Stad Am- fterdam alleen, voor drie duizend vyf hon- derd guldens («). Van dien tyd af, begonden de twee Ste-
den den dyk te doen herftellen. Doch Weesp, een' weerzin krygende in de koften, heeft, op den vyfden December des jaars 1710,al de baate en fchade der Bylemermeer, voor rekening van Amfterdam alleen, gelaaten. En * deeze Stad onderhoudt, federt dien tyd, den Ringdyk en de Molens. De Meer is, nog- tans, nimmer wederom geheel drooggemaakt. Men heeft, in dezelve, alleenlyk door het plempen of inftorten van modder, welke, voor een groot gedeelte, uit de Amfterdam- fche graften gebaggerd, en derwaards ge- voerd werdt, en op eenige andere wyzen, land aangewonnen. Op dit nieuwe land, wordt zeer goede groente geteeld, die, voor verre het grootfte gedeelte, te Amfterdam, ter markt wordt gebragt. De VifTchery in de Bylemermeer wordt, voor rekening der ingelanden, verhuurd, die nogtans het regt behouden, om, voor zig zelven, in de Meer te vhTchen. De beheering der Bylemer- meer ftaat aan eenen Baljuw en Dykgraaf» en vyf Heemraaden, die te gelyk Schepenen zyn.
(n) Haildv. bU 344<
X ft
|
||||
324 AMSTERDAMS V.Dsfit.
Polders, zyn. Zy hebben eenen Secretaris, die ook
Wate- Schout is, en eenen Penningmeefter onder HEN,Dy- 2ïg. De Baljuw en Dykgraaf wordt,op den Wegen. voorflag der Heemraaden en Hoofd - inge- landen , door 's Lands Staaten, aangefteld. De Heemraaden en Schepenen worden, uit de Hoofd-ingelanden, door het Collegie van Heemraaden, voor hun leeven, gekooren, gemeenlyk, op den voorflag van den Dyk- graaf. Ook fielt het Collegie den Secretaris en den Penningmeefter. Het houdt zyne Vergaderingen, gewoonlyk, te Amfterdam in de herberg de Munt; doch, enkele rei- zen , des zomers, ook in het Regthuis van de Bylemer-meer. III. In 't Stigt van Utrecht, tuflchen de Ho- Abkou- lendrechter- en Broeker-Polder, digt by het Meer. ^orP Abkoude, legt een klein Meertje, de Abkouder-Meer
genaamd, welk de Stad Amfterdam, federt
het jaar 1630, om negentig guldens 's jaars, in erfpagt houdt van het Kapittel van S.Pie- ter, te Utrecht (V). De Erfpagtbrief is, den agt en twintigften April des jaars 1631, ge- dagtekend , en wordt ter Thefaurie bewaard (p). Op den vyftienden Juny des jaars 1619, hadt de Stad reeds eene orereenkomft ge- floöten, met het Kapittel van S. Pieter, over 't gebruik van het rietgewas aan de Meer (#). Burgemeefteren der Stad ftellen eenen Sterf.
, {0} Groot-Memor. N. III. f. 9% verfo.
\f) In 't Vertrek, Nieuwe Laade M. Lr, C. (?j in 't Vertrefe dei Thefamie, Ottdt Lande Z. /,*. N, M* |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 325
Sterf heer aan over de Abkouder Meer, zo Polders,
wel als over eenigê andere goederen, dié de Wate- Stad van 't Srigt ter Leen houdt-, en eeniffen REN» Dy" 1 KRIST ëfl
van welken onder Nigtevegt gelegen zyn (r). wegen.
Da Vifïchery in de Abkouder-Meer wordt, van tyd tot tyd, Van Stads wege, verpagt. Zie hier de naamen van eenigen der Heeren, die, van wege de Stad, met de Abkouder- Meer verlyd geweeft zyn: 1630. VOLKERT OVERLANDER.
1Ó31. AnthoniOetgens vanWa-
VEREN.
j ------ Mr. JOAN HüYDECOPER. 1705. Mr. Gerbrand Pancras.
1716. M'. Jan Trip. I
1733- JAN Trip.
De Stad Amfterdam heeft ook een aan- IV.
zienlvk deel in 't bewind over den Zeebur» J of Die-
ZeEBURG i)f DlEMERDYK, MERD?K.
die zig, langs het Y en de Zuiderzee, van Naams-
buiten de Muider-poort der Stad Amfterdam reden. af, tot aan de Kykuits«,- zynde de weftely- ke poort der Stad Muiden toe, uitftrekt, en drie duizend twee honderd agt en zedig roeden, vyf voeten, zes en een halve duim, Diemerdyks maat,lang is. Hy wordt ook, dikwils, de Muiderdyk, en enkele reizen de Dykaadje van Tpeßoot (f) genoemd. «En men begrypt, ligtelyk, dat de dyk deeze benaa- tnin-
(r) Groot-Memor. N, IX. ƒ. 40 verfot 44,
is) Handy. 4/. 361. X 3
|
||||
32<5 AMSTERDAMS V.DiEt.
•Polders,mingen gekreegen heeft, naar de Stad.Mui-
Wate- den, het Dorp Diemen en de gewezen buurt ren,Dy-xpeßoot,langs, en tot aan welken, hy loopt. Wégen. Digter naar, en zelfs tot binnen Amflerdam, droeg hy, weleer, den naam van S. Antoms- dyky naar S. Antonie aan wien het Leproo- zen-hüis, aan deezen dyk gelegen, en nog in wezen, toegewyd was. In de Stad, daar hy, ten ooften van den Amftel of het Damrak, op de hoogte der nieuwe brugge, aanving, werdt hy, al van ouds, de Zeedyk genaamd, dien hy, aldaar, tot heden toe, behouden heeft. De naam van Zeeburg, dat is, Burg of Sterkte tegen de zee, werdt, hier te lande, oudtyds, aan alle Zeedyken gegeven. De Haarlemmer- of Spaarnedammer-dyk, die, .. ten weiten van den Amitel, of het Damrak, insgelyks, omtrent op de hoogte der nieu- we brugge, aanvangt, en tot Spaarnedam toe, loopt, wordt, onder anderen,ineenen Schepenen brief van den jaare 1418 , ge- naamd de Zeeborcb buten der wintmolen zyde poirthuys (t). Oudheid Beide deeze dyken zyn, reeds in de der* en His- tiende eeuwe, en, vermóedelyk, al eerder, tone. jn WÊzen ge weeft, en dekten het grootfte ge- deelte van Holland, tegen den hoogen vloed der Zuiderzee; terwyl het, tegen de Noord- zee , door de hooge ftranden en duinen, be- fchermd werdt. 't Is ten hoogde waarfchyn- lyk, dat zy, door de naafte Landen, en op der- zelver koften, zyn aangelegd; alzo men blyk heeft, dat zy, door dezelven,elk voor zulk -een
(t) Gioot-Meraor. N. I. ƒ. %, /
|
||||
/
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen, 327
een gedeelte dyks, als hem, onmiddelyk,Polders,
befchermde, in de oudfte tyden, en voor het Wate- opregten der hooge Heemraadfchappen, on-REN» ^ derhouden geworden zyn («). De Haarlem-Wegen. mer- of Spaarnedammerdyk is, federt, ge- raakt, en altoos gebleeven, onder de behee- ring van het hooge Heemraadfchap van Ryn* land, uitgenomen een klein gedeelte van den zelven, welk binnen Amfterdam en deszelfs Vryheid gelegen is; waarom het onderhoud en de beheering van dit gedeelte , in den . jaare ion, aan de Stad is afgedaan (V). Zelfs heeft de Stad de Braaken en VilTche- ryen, die, buiten haare tegenwoordige of toe- komende Vryheid , tot aan het einde der Am* bagtsheerlykheid van Slooten , langs den Haarlemmerdyk, gelegen waren, voor vyf- tig guldens 'sjaars, afgeftaan aan hetHoog- heemraadfchap van Rynland, welk haar, in 't jaar 1650, het leggen van tweeduikersin dien dyk toegelaaten, en haar, in 't jaar 1679, van het onderhoud van zeker end dyks, by de duikers, ontheeven heeft (w). Wy be- hoeven , derhalve, van deezen dyk hier niet byzonderlyk te fpreeken. Doch wat den Diemer- of Muiderdyk aangaat, men vindt van den zelven, zo ver my bekend is, niet vroeger gewaagd, dan in eenen Brief van Guy, BiiTchop van Utrecht, en Heere van Amflelland, van den tweeden February des jaars
(») Regift. van 't Hoogheemr. van Amftell. Z>, A. ƒ. f
verfo. en hier voor, bl? 149 , 250. (v) Zie l. Deel, II. Bvek^t bl. ijg.
(m) Vit Stukken in 't Vertrek der Thefaurie, Nieuwe
Laade Z, Lt. HHH. XXXX. en L. A 4
|
|||||
328 AMSTERDAMS V.Deel,
Polders, jaars 1307, waarby bevolen wordt, alle Dyk-
Wate- regt op ten Zeedyk, dat is, buiten twyfe], op ren , Dy- ^en Diemerdyk, te beregten, gelyk van ouds Wegen. 00- ^aar uit Meezen ^riQ^ zelven, blykt,
dat de Diemerdyk, toen, reeds lang te voo- ren, gelegd geweefl was, alzo daarby alleen- lyk een oud regt vernieuwd wordt. De Die- merdyk keerde niet flegts het zeewater uit Amflelland, den Ban van Muiden, Wees- perkarlpel en een gedeelte van Gooiland, al- len onder Holland gelegen; maar ook, uit het laage gedeelte der Provincie van Utrecht. En 't bïykt, dat elk het gedeelte dyks, welk naaft onder zyn Regtsgebied gelegen was, beheerd en onderhouden heeft. TuiTchen Amfterdam en Ypefloot, gelegen omtrent twee honderd roeden voorby de plaats, waar nu't Gemeene Lands huis ftaat, liep de dyk, of Zceburgh (y), die daar, volgens eene Handvefr, van Hertoge Al brecht van den jaare 1387 [1388], door drie Schepenen tot Nieuwer-Am- jiel) twee Schepenen tot Amfieln^amme, een Schepen tot Ouder-Amflel; ende een Schepen tot Oetenwael, gefchouwd werdt (z) , van ouds, minft gevaar; alzo men aldaar, voor den zelven, veel voorlands aanwon, gelyk nog, binnen de Stad, aan de gantfche Las- taadje , Uilenburg, Marken , het nieuwe Waals-Eiland, Raapenburg, den Kadyk, Kat- ' tenburg, Ooflenburg en Witten burg; en bui- ten de Stad, aan al 't buitendyks Land tot aan de herberg Zeeburg toe, te befpeuren is. Zelfs
(x) Groot-ütr. Plakaatb, II, Deel, tl. 1.
- (y) Zie Haildv. bU J. (z) Hahdv. bl. 73.
|
||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 329
Zelfs is het Kamperhoofd binnen de Stad, on- Polders,
der den naam van aengewerfde hnt„ op den Wate- een en dertigften December des jaars 1549, REN»p** door haar, aan de buyriuyden ten noorden de WMöSr4 Nieuwebrugsfleeg, opgedraagen (0). En heeft dit aanwinnen van buitendyks land Koen van Oofterwyk, Heere, van Nieuwer- Amftel, in den jaare 1401, gelegenheid ge- geven , om den eigenaaren van het zelve te veroorlooven, om het niet alleen te bezo- merkaaden, en 'er laanen, flooten en wate- ringen door te leggen; maar ook, om den Kadyk te doen fchouwen door drie Schepe- nen uit Anifterdam, die, door Biirgemeefte- ren, en drie Schepenen uit Outewaal, die, door den Schout van Nieuwer-Amflel, ge- field zouden worden, en een van welke Iaat- ften, als Schout, dienen zou. En fchoon dee- ze fchikkïng, nicttegenflaande dezelve, door Hertoge Albrecht, beveiligd werdt (b), niet lang ftand hieldt; ziet men 'er, nogtans, myns oordeels, klaarlyk uit, wat de eerde aanlei- ding gegeven hebbe, tot het aanhoogen en bekaaden der Laftaadje, en andere buiten- dykfche Landen, die, federt lang, binnen de Stad getrokken zyn. Doch hooger op, daar de dyk, van ouds, onder 't bewind van Schout en Schepenen van Diemen ftondt, liep hy meer gevaar, en werdt zo wel niet onderhouden. Eene doorbraak by Ypefloot in den jaare 1422, waardoor eene groote Waal
(*) Oud Regifter ter Thefiurie, genaamd ^Annemingbe
•van de Clarißeny Copien van' Renttbrieven enz. Kas XI. 't bovenfte Vak. tb) Hanüv. bl. 3;«.
X5
|
||||
33o AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, Waal veroorzaakt werdt (c) , gaf, naar 't
Wate- fchynt, gelegenheid tot de fchikkinge van •BEN'DY"Hertoge Jan van Beijeren van den jaare Wegen. *423 00»en van ^US° mn Lanoy, Stadhou-
der van Holland, van den jaare 1436 (e), by welke laatfle, 'Schout en Schepenen van Diemen, onder anderen, in moeilyke dyks- zaaken, aan het hooge Heemraadfchap van Rynland geweezen werden. Doch in 't jaar 1440, maakte Hertog Filips van Bourgon- die, ter gelegenheid van het aanleggen eener zwaare befchoeijinge van yzer en paalwerk, voor den dyk, op verzoek van die van Am- fterdam en andere dykpÜgtigen, de fchik* king op de beheering van den dyk, die nog, voor een groot gedeelte, ftand houdt; be- veelende, naamlyk , dat de nieuwe befchoei- jing j tweemaal 's jaars, zou gefchouwd wor- den door den Baljuw van Amftelland, met vyf Waardsluiden uit Holland, een uit Mui- den, een uit Weesp, een uit Weesperkar- fpel, een uit Loosdrecht en uit Loenen Kroo- nenburgs-Geregt, met den jongden Burge- rneefter van Amffcerdam; en met vier Waards- luiden uit het Stigt van Utrecht, die 'er, te vooren reeds, bewind over gehad hadden (ƒ); een uit Kortehoef, een uit Breukelen, ghefeten in Johans Gher echte van Nienrode, een uit Abkoude, en een uit Nigtevegt. By afwezendheid van den Baljuw, werdt de jong- fte Burgemeeflervan Amiterdamgemagtigd, om
(c) Mieris Chartetb. IV. Deel t II. 6ij.
. (d) Handv. hl. 358. " (e) Handv. bi: 3>$>.
(f) Zie Handv. bl„ 35g.
|
||||
I
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 331
om zyne plaats te bekleeden. Midlerwyl, Polders,
bleef de fchouw over den Diemerdyk nog Wate- aan den Baljuw van Amftelland, en SchoutREN>DY* en Schepenen van Diemen en van Muiden, wegen. zo ver zy die, yoormaals, gehad hadden (g). Doch de Stad Amfterdam, zig, allengskens, vindende gebragt in de noodzaakelykheid, om, meer dan voorheen, te draagen tot het onderhoud van den Diemerdyk (h ), ver- wierf, in 't jaar 1485 [i486] ,by een Privi- legie van Maximiliaan en Filips, ook meer bewind over den zelven; wordende haar toe*- geflaan, dat haar jongfteBurgemeefter, voort- aan, de befchoeijingen van den dyk, heel tot Muiden toe, m^t de gemeene Waardslui- den, zou mogen fchouwen (i). Die van Die- men behielden den fchouw overdenaarden- dyk, gelyk voorheen; doch deeden 't zo agteloos, dat Burgemeefteren en drie Sche- penen van Amfterdam, by eene Haftdveft van Maximiliaan en Karel van den een en twintigften Juny des jaars 1509, nevens den Baljuw van Amftelland, tot het doen van eenen nafchouw over den gantfchen aarden dyk, tot aan Muiden toe, gemagtïgd wer- den (k). Ter gelegenheid eener nieuwe fchik- kinge, in 't begin des jaars 1591, by rs Lands Staaten, gemaakt, op de herftelling en het onderhoud van den Diemerdyk, werdt de opregting van een nieuw Collegie van Heem- raaden over den zelven en over de fluizen, dam-
1 f^) Handv. bl. 361. Gmot-Utr. Plakaatb, VI.Deel,bL *.
(h) Handv. bl. *6i. Groot-J7tr. Plakaatb II. Deel, bl. g.
1 (i) Handv. bl. 364. üioot Uu,Plakaatb. U,Dtilt bl, 5,
(^; Handv. bl, 366.
|
|||||
532 AMSTERDAMS V.DEEt.*
Polder?,dammen, wacertogten, en waterloozingen,
Wate- tot den zeLven behooreiide, vaflgefteld. Het ren,Dy-zou Lljt den Baljuw van Amftelland, alsDyk- Wjsgen, graa^ > en tien Heemraaden beftaan; die, even als, by de oude Handveften, bepaald was (/), federt, gekooren werden üit Holland, en uit de Provincie van Utrecht. De jongfte Burgemeefter van Amflerdam was de eerfïe in rang onder deeze Heemraaden. Doch alzo hy niet altoos tegenwoordig zyn kon, verwierf de Stad, in 't jaar 1612, Oótroi om, nevens hem, of alleen, een ander be- voegd perfoon te magtigen, om de gewoo- ne en buitengewoone Vergaderingen van het Heemraadfchap by te woonen, midszy, wan- « neer zy beide tegenwoordig waren, niet meer dan ééne ftem zouden hebben (m). En fe- dert hebben Burgemeefteren, hiertoe, ge- meenlyk, eenen hunner SecretarüTen gemag« tigd. ï)e GeinterefTeerden by de uitwatering door de Ypeflooter fluis, zo wel in de Pro- vincie van Utrecht als in Holland woonag- tig, in 't jaar 1696, met de StadAmfterdam, zynde overeengekomen, dat dezelve eene barmte binnen den dyk zou doen leggen, te beginnen aan de herberg Zeeburg, en te eindigen aan de Traankookery van Jean lourton, federt, door de volgende eigenaars, tot ander gebruik gefchikt, en thans eene .Luftplaats, Ruimzigt genaamd; verwierf zy, daartoe, op den een en twintig/ten May des volgenden jaars, verlof van 's Lands Staaten. Men beoogde, door 't leggen deezer barm- • te,
(7) Handy, bt. 3S7.
\tn) Handy, bl. jög» |
|||||||
1
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 333
te, ter lengte van twee honderd negen roe-p0LDERg
den en agt voeten, en ter breedce van agt- Wat*.* ' tien roeden, den dyk, die, inzonderheid om-ren>Dy* trenj: het nieuwe Diep, groot gevaar van^ JJ^ doorbraak liep, te verfterken.. De Stad vey- bondt zig, om aan de ingelanden te voldoen, 't gene van de Viflchery in ?t nieuwe Diep, die hun overgelaaten werdt, jaarlyks, by verpagtinge, minder dan zes honderd gul- dens komen zou (m); 't welk, door het ver- val deezerViflcherye, federt eenige jaaren, wel vyf honderd guldens bedraagt; gelyk, by de openlyke verpagting, die, door de Geinterefleerden in de Ypeflooter fluis, van tyd tot tyd, in 't Stadhuis, in de Burger- wagt-kamer, gefchiedt, blyken kan. Kort hierna, nam de Stad, die, voor dien tyd, den Dyk , van den draaiboom buiten de Muiderpoort af, tot aan Zeeburg toe, reeds onderhield t, het onderhoud van het gedeelte van den dyk tuffchen Zeeburg en de Traankookery, geheellyk, op zig, het her- ftellen van grondwaalen alleenlyk uitgeno- men; mids de dykpligtigen haar, voor ieder roede dyks, jaarlyks, tien guldens betaalden («)t In 't jaar 1702, heeft de Stad ook een ftuk rietland in 't nieuwe Diep overgenomen van de eigenaars, met oogmerk, om het met modder aan tehoogen, en daarna den aange- bragten modder te laaten weghaalen, tot hoo- ging van den Zeedyk en van den Ringdyk derDiemermeer(o). DeDiemerdyk wordt, fe-
(n) Groot-Memoi. N. VIII. ƒ. i6j. Handy, hl, }«$.
(n) Handv. hl. 370. (e)J Handy, bl. 371. |
||||
^ '■■.-;
334 AMSTERDAMS V.Deel»
Polders, federt, zeer wel onderhouden. Van het by-"
Wate- leggen van eenige gefchillen, over de ver- ÏÏJj?*ï deeling der dykslaften, onder de dykpligti- W£G£N. gen in beide de Provinciën, in laater' tyd, voorgevallen,- hebben wy, elders (p), ver- flag gedaan. De Diemerdyk is, in de vyftiende, zes-
tiende en zeventiende eeuwe,dikwils,door- gebroken (#), waardoor niet alleen het plat- te Land van Holland, tot aan en over den Ryn, maar ook het laage gedeelte der Pro- vincie van Utrecht, tot bovenBreukelenen Portengen toe; met één woord, al wat be- weften de Vegt gelegen is onder water ge- zet is. Zelfs, loopen Kortehoef, Breuke- lenveen, Maarfeveen en de overige Stigt- fche Veenen beooften de Vegt, tot voor Utrecht toe, gevaar van overftroominge, zo de Ooiter - Vegtdyk niet kan gehouden worden. De jongfte doorbraak viel, uuTchen den vyfden en-zesden April des jaars 1702, en maakte, een ftuk wegs boven Diemerdam, een gat in den dyk van een en dertig roeden en twee voeten (ƒ)• In den Kersvloed des jaars 1717, ftondt het water, tot op zeven duim, aan den kruin van den dyk, die, eg- ter, toen nog, gelukkiglyk, behouden bleef. In 't jaar 1678, hadden 's Lands Staaten or- de gefield, zo wel op de verzwaaringe en het onderhoud, als op de beheeringevan den dyk. De hoogte was toen bepaald, op twee voet onder den bovenkant van den dekfteen aan
(p) Zit II. öeel, XXIII. Boek,, 'bl. 271 e»S.
(tf) Zie Handv. bl. 365 » 366, (r) Zie Handv, bl, 40j. |
||||
••
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen, 335
aan de ooflzyde van de groote fluis te Mui- Polders,
den; de breedte van den Aardendyk, op agt- Wate- tien voeten, op den kruin, en van den Paaien- ^™'^ dyk, voor den aardendyk leggende, en zo wegen* genaamd, om dat dezelve met paalwerk ge- fchoord was, op vier en twintig voeten, en zes voeten rietdyk, daarenboven, famen der- tig voeten op den kruin. De aardendyk zou, buitenwaards, vier, en binnenwaards,twee; en de paalendyk, binnenwaards, ook twee voet op den voet glooijen moeten. Agter den dyk, moeft eene barmte van vier en twintig voet,en agter deeze*eene bekwaa- me floot gelegd worden (j). De dyk is, omtrent volgens deeze fchikking , onder- houden, tot in 't jaar 1735; wanneer men bevondt, dat het paalwerk en de balken, die den paalendyk fchoorden, door een vreemd zeegewormte, t'eenemaal doorknaagd, en genoegzaam nutteloos gemaakt waren. Dyk- graaf en Heemraaden werden, derhalve, ge- magtigd, door 's Lands Staaten, om den dyk tuffchen Muiden en Diemerdam, daar hy 't meefte gevaar liep, met zwaare keifteenen, in de plaats van paaien en balken, te be- fchutten: 't welk, in 't gemelde* jaar 1735, begonnen; in 't jaar 1737, voltrokken werdt, en vyf honderd negen en dertig duizend vier honderd agt en negentig guldens gekoft heeft. De vernieuwde dyk is, onder, in zynen aanleg, elf roeden breed; waar van zeven roeden tot de buitenglooijing, twee tot
(t) Refol. Holl. 7 May itf%, il* Wl tnx,, e» hier agter,
in ds Bylaägen, Z.*« I« |
|||||
; 33°* AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, tot den kruin, en twee tot de binnenglooi-
Wate- jing verflrekken. De buitenglooijing is be- REN,Dy-^orC met pUjnj op welken, zwaare keiflee- ■KEN 6tl i/il* *
W£üew. nen geplaa"t zyn, die egter, onaangezien
hunne zwaarte, fomtyds, door den geweldi- gen aandrang van 't water, zyn weggeflaa- gen. De kollen, die, hierdoor, en door't zakken van den dyk, veroorzaakt worden, zyn evenwel veel draaglyker,dande koflen, die, voormaals, tot onderhoud Van 't paal- werk, moeflen worden befleed. Zy wor- den , gelyk alle de overige dykslaften, ge- draagen, by hoef (lagen over de Landerycn, die onder den dyk gelegen zyn. De Stad Amfterdarn bekoftigde, volgens het Dykre- gifter van den jaare 1598 en de meeting van den jaare 1678, vyf honderd agt en veertig roeden, elf voeten, zes duimen dyks, die, van den draaiboom buiten de Muiderpoort af, aanvangen, en zig, tot aan de herberg Zeeburg toe, flrekken: waarby, in 't jaar 1697, nog een honderd een en dertig roe- den en drie voet gekomen zyn, die, van de gemelde herberg, tot aan de gewezen Traankookerye toe loopen ; zo dat de Stad, in 't geheel ,'zes honderd tagtig roeden, twee voet en zes duim dyks onderhoudt (*). Van de Traankookerye, nu de Luflplaats Ruim- zigt, af, tot aan Muiden toe , is de dyk door paaltjes, die ieder hun byzonder merk hebben, in bonnen verdeeld, gelyk, uit het Dy kr e gißer van den jaare 1742, herdrukt, in de Handvefien van de Stad (u) geplaatft, te be-
(t) Zie bet Dykregifter »'» de Haridv, hl, 377 f 378«
j (v) Btadz,, 377 e»A.
|
||||
ifcBoEk. Voornaamste bezittingen. 337
befpeuren is. De merken wyzen aan, door Polders,
wie, elk gedeelte dyks moet onderhouden Wate- worden. De Waardfchappy of het Hoog- ren»Dy~ Heemraadfchap onderhieldt,volgens ditDyk- wegen. regifter, wel twaalf honderd zeven en tagtig roeden, vier voet en zes duim dyks, voor meer dan negen honderd morgen dykpligti- ge, doch fpagefteken Landen; van welken ruim een honderd een en vyftig morgen* tot verhooginge van den dyk, vergraaven zyn. De overige zeven honderd en vyftig mor- gen werden verhuurd. De huur beliep eg- ter zo veel niet als de dykslaften; waarom het kort, over de andere dykpligtigen, moeft worden omgeflaagen. Doch alle, of de meefte fpagefteken Landen zyn, federt einige jaaren, verkogt, en nu zeer wel in ftaat, om de dykslaften,. die, na 't invoeren der zeewee- ringe met fteen,fterk afgenomen zyn, op te brengen. In het onderhouden van den dyk., van de gewezen Traankookerye af, tot Mui- den toe, draagen Muiden en Weesp famen een negende, Weesperkarfpel een negende, Loosdreclït een negende, Loenen en Breu- kelen famen een zesde, Kortehoef een ne- gende, Abkoude een zesde, Nigtevegt eenne* gende, en Diemen en O verdiemen famen een negende. De Landen, die, tot het onderhoud des dyks, draagen, worden in Dykpligtigen en IVaalpUgtigen onderfcheiden. Onder den dykpligtigen ring, behooren de Landen van Outersdorp, Buitenkerk en Overdiemen, de Landen benoorden de Gaasp en Smal-Weesp, of tuflchen de Weesper-Vaart en den Zee- X. Stuk. Y dyk, |
||||||
f
|
||||||
;
|
||||||
fgg AMSTERDAMS V.Deee.
Polders,dyk, tot aan Weesp, en van daar,langs de
Wate- weflzyde van de Vegt, door Muiden, tot *^>^y"aandenhoogen dyk toe. Allede overige Wegen. Landen, die de laften van den Diemerdyk helpen draagen, en, zo wel in de Provincie van Utrecht, als in Holland (v), gelegen zyn, heeten Waalpligtigen; vermoedelyk, om dat zy, van ouds, den dyk plagten te moeten helpen hermaaken, wanneer 'er eehe door- braak gefchied, of eene grond-waal geval- len was. Coixe- Het Collegie van Dykgraaf fß «e van hoog e Heemraaden van den Zee- graaf« burg of Diemerdyk beftaat uit den HooGE Dykgraaf en tien Heemraaden. De Dykgraaf, Heem- zynde de Baljuw van Amftelland, wordt, in RAADEN, deeze hoedanigheid, door de Staaten van Holland, aangefteld. De Heemraaden, die voor hun leeven dienen, zyn nog,gelykby de Handvefl: van den jaare 1440 bepaald was, de jongfte Burgemeefter van Amfter- dam, in wiens plaats, gemeenlyk, een der Secretariflen van Burgemeefteren gemagtigd wordt (w) ; eenHeemraad van Muiden, een uit Weesp, een uit Weesperkarfpel, een uit Loosdrecht, en een uitLoenenKroonenburgs- Geregt; dus zes, wegens Holland; benevens vier anderen, wegens Utrecht, te weeten, een uit Kortehoef, een uit Breukelen, een uit Abkoude, en een uit Nigtevegt. De ne- gen laatftgemelde Heemraaden, die ieder, binnen den ring der bedykinge , twintig mor-
(v) Zie Handv. bl. 371., 373, 374.
1 (») Gioot-Meraiw. H. X. ƒ. 97 vtrft. |
|||||
>
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 339
morgen lands bezitten, of tot tien duizend Polder?,
guldens gegoed zyn moeten, worden aange- Wate- iteld door de Steden, Bannen of Ambagts* REN Dï' heerlykheden, wegens welken,zy afgevaar- wejen. digd zyn, uitgenomen de Heemraad van Ab- koude, die aangefteld wordt, door de Staa- ten 's Lands van Utrecht, welken, by 't ver- koopen der Ambagtsheerlykheid , het regt hiertoe aan zig behouden hebben. Wegens Kortehoef, wordt ook , federt dat deeze Heerlykheid aan 't Gafthuis hier ter Stede gekomen is (x), altoos, een Regent van dit Godshuis, als Hoogheemraad, afgevaardigd. De Geregten van Muiden en Diemen heb- ben , elk in zynen Ban, het regt om keuren en uitgiften te maaken op de dykaadje, die zy egter, terflond, moeten overbrengen aan Dykgraave en Heemraaden, aan welken, - het regt der nakeure, by Refolutie van 's
Lands Staaten van den zevenden May des jaars 1678, verbleeven is (y). Het Collegie van Dykgraave en hooge Heemraaden heeft eenen Secretaris, eenen Penningmeefler, en èenen Boekhouder onder zig. Het Hooge Heemraadfchap van den Zee- Uitwate-
burg en Diemerdyk heeft ook, uit kragte J^"^ van het Oclroi van denjaare 1591 (z), ee- van den nen aïgemeenen fchouw, over twee uitwa- Zeeburg terende fluizen in dien Dyk, de Ypefloo- en D»e- ter-fluis, en de Dïemerdammer-fluis; het on-mer y middelyk bewind over welken, aan twee by-
(jc) Zie III. Deel, IV. Bot(, bl. 116.
(y) Refol. Holl. 7 M*J 167g. bl. 24,1 en hier agter By- taagen Lv. I» f») Handy, bl. 167. Y 2
|
||||
$40 AMSTERDAMS V.Deeè.
Polders, byzondere Collegien gefield is, welker Le-
Wate- den afgevaardigd zyn uit, of bewind hebben KEN'e?Y" *n ^e byzondere Bannen, die het onderhoud Wegen, deezer twee ftuizen bekoftigen. In de be- heeringe der Ypeflooter-fluis, heeft de Stad Amfterdam haar aandeel, onder anderen, als Ambagtsheer van Ouderkerk en Amfterveen, welke twee Bannen de koften, die op het onderhoud deezer fluis vallen, helpen draa- gen. Doch in de beheeringe der Diemer- dammer-fluis heeft zy geen ander deel, dan voor zo ver zy een Lid is van het Hooge Heemraadfchap van den Zeeburg en Die- merdyk, welk den fchouw over dezelve heeft. Wy zullen van ieder deezer twee Huizen af- zönderlyk handelen. Ypefloo-- Dé Tpeßooterßuis, een duiker van twee tér-Sluis. paar vloeddeuren en een valdeur, gelegen tuffchen het Gemeene-Lands-huis en den Af- loop naar Diemen, wordt, voor de helft, dat is, elk voor een vierde, onderhouden, door Ouderkerk en Amfterveen, Ambagtsheer- lykheden der Stad, die, nevens Waveren en Waverveen , welker laften zy gemeenlyk draagen; fchoon Waverveen, nog tot diep in deeze eeuwe , tot zyn aandeel betaald heeft (a); door deeze fluis uitwateren; en, voor de wederhelft, insgelyks, ieder voor een vierde, door die van de Byïeveld, zynde de Landen van Reyefskoop, Byïeveld, Agt- hoven, Maftwyk en Harmelerweerd; en die van de Prooftdye van S. Jan, te weeten, Ze-
(a) Rcgift. tet Ouder-Amftcl N, %,f, lof» til* N. u
ƒ• *> 3. „
|
||||
r
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 341 \
Zevenhoven, Mydrecht, Willis, Weflveen^ Polders,
den Uithoorn , Kudelflaart en Oudhuizen, Wate^ in de Provincie van Utrecht (b)i die , van REN»Dï_ r 4. KEN €9t
ouds, het regt gehad hebben, orn door Am- wegen,
fleiland uit te wateren. De fluis te Ypefloot lag 'er reeds in 't jaar 1413, en flrekte, toen al, tot eene uitwatering voor die van de By- leveld (c). De VilTchery beide van de Y- peflooter- en Diemerdammer-fluis, die, van wege de Graaflykheid , plagt verhuurd t$ worden, werdj:, jn den jaare 1603, in eeu- wige erfpagt, uitgegeven aan de gezamen- lyke ingelanden, die , ten zelfden tyde, we- gens de verdeeling der voordeelen van elke fluis, tegens de betaaiing van een evenredig gedeelte der Erfpagt, met eikanderen, o- vereen kwamen. En federt , bezitten de '4 Ingelanden der Diemerdammer-fluis deVis- fchery aldaar en |n den Diem, en die van de Ypeflooter - fluis de VilTchery derzelve, en van het nieuwe Diep. De eerflen betaalen èen vierde, de anderen drie vierden van de jaarlykfche Erfpagt, die vier honderd en negentig ponden van veertig grooten be- loopt (3). De Stad Amfterdam heeft, niet alleen, als bezittende de Ambagtsheerlykhe- den van Ouderkerk en Amfterveen, veel belang by het onderhoud en de goede waar- neeminge der Ypeflooter - fluis h maar ook, voor zo ver, door dezelve, de Outewaa- ler-Polder, Kgtelyk, zou können worden on-
(i) Stads Miifiven N. XXVI. ƒ. %9. ;/]' •
(c) Handv. bl, 710.
(d) Handy, bl. 415, <\i6.
y?
|
|||||||
\
t |
|||||||
34* AMSTERDAMS V.Deeju
Polders, onder water gezet. Burgemeefteren hebben
Wate- 'zig, hierom, altoos, beviytigd, om deeze ren , Dy- flujs wej ce onderhouden, en, fomtyds, ook Wegen. ^n^m^Q gegeven aan den fluiswagter, ge- lyk, onder anderen, in 't jaar 1700, gefchied is (V). Ook vaardigen zy, op de gewooné jaarlykfche Vergadering, die, wegens deeze 'fluis, op Maandag na belooken Pinkfleren, in 't Gemeene-Lands-huis aan den Diemer- dyk, gehouden wordt, en op de algemeene rekening van ontvangft en uitgaave, die, om de vier jaaren, in 't Gafthuis hier ter Stede, gefchiedt, eenen hunner Secretariflen af. De overige Leden ópr Vergaderinge zyn de Schouten van Amfterveen en Ouderkerk, een Gecommitteerde wegens de Proöftdyë van S. Jan, en een Gecommitteerde wegens de Byleveld; welke twee laatften, fomtyds, een' Gedeputeerde wegens de Staaten 's Lands van Utrecht aan hun hoofd hebben. Diemer- De Diemer-dämmet-fluis is een duiker met dammer- een paar vloeddeuren en een valdeur , en Slqis. jegtj jn Jen Diemerdyk, tegen't water den Diem. In zeker pleit voorden Hove van Hol- land, gevoerd in 't begin der voorgaande eeuwe, tüiïchen die van den hoek van 't Gein in Weesperkarfpel, en die van Overdiemen, welken beide, in 't onderhoud der fluize, droegen, werdt, van de zyde der eerflen, onderfleld, dat de Noordzee, oudtyds, een { binnenwater veroorzaakt hadt, flrekk'ende tot aan de Stede van Amfterdam; maar zo fmal, dat men, van buiten Diemen, met een*
|
||||||
(e) Handv. bl. 416, 417,
|
||||||
1
|
||||||
f
|
||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 343
een' pols of ftok, hadt können komen in Wa- Polders,
terland. Doch voor de waarheid deezer on- Wate- / derftellinge, die, vermoedelyk, alleen op eene REN> Dy" onzekere overlevering ruft , zou ik geenszins wegen durven inftaan. Vafter gaat, dat de dyk, te- gen dit binnenwater, de Zuiderzee en het Y, opgeworpen, by deszelfs eerften aanleg, on- derhouden is, door den Ban, die 'er onmid- delyk door gedekt werdt, en dat dezelve, allengskens, verzwaard zynde, ingevolge van zekere overeenkomften, werdt onderhouden door zulke Diftrióien, die 'er nut van had- den : behoudende nogtans den dyk den naam van Diemer dyk, om dat hy, gelyk de over- levering wil, door die van Diemen , eerft aangelegd en bekoftigdwas. In deezen dyk, was, reeds in de veertiende ëeuwe, eene fluis gelegd: alzo men vindt, dat de Stad Amfterdam, in 't jaar 1402, niet alleen de pynfe of tynfe te Diemen; maar ook het Veer en de Sluis te Diemerdam van de Graaflyk- heid in pandfchap bekomen; en in den jaa- re 1409, tegen andere goederen, weder- om afgeftaan heeft (ƒ). Doch in 't jaar 1549, werdt 'er eene nieuwe houten fluis gelegd op den Diemerdam, de Sluis by Claas jacobsz,o.n, federt, de Diemerdammer fluis genaamd. Wat laater, vondt men geraaden, eene diergelyke fluis te leggen in den dyk, die, eerft, de Abkouder-, en, naderhand^ om dat zy kleinen dienft deedt, de Koßverloorenr' "" fluis genaamd werdt. De Diemerdammer- fluis werdt, in 't jaar 1567, vernieuwd: en, in
(f) Zie II.Deel, UI. Boekj hl. \96, 197, jot,
Y4
|
||||||
\
|
||||||
1
|
||||||||
344 AMSTERDAMS V.Deee.
Polders, in 't jaar 1599, befloot rnen, dezelve wy-
Wate- der, en van fteen te hermaaken, en te gelyk
KEN'if"de Koftverlooren-fluis, die van byna geen
Wegen, gebruik was, te floppen; gelyk gefchiedde.
Over 't draagen der koflen, viel toen ver-
fchil, -tufTchen die van 't Gein onder Wees-
perkarfpel en die van Overdiemen, welk,
door Dykgraave en Heemraaden van Amflel-
land, als goede mannen, op den dertienden
Julydesjaars 160 r, beflegt werdt. Der-
zelver uitfpraak werdt, den zesden April des
jaars 1604, door den Hove van Holland,
bekragtigd (g): en, federt, wordt de Die-
merdammer-lluis onderhouden, door Weesp,
Weesperkarfpel, waaronder 't Gein , de'
Gaasp en de Bylemer behooren, Abkoude,
Nigtevegt en Overdiemen met Bovenkerk,
die allen hun overtollig water, door den
Diem en deeze fluis, in 't Y loozen, en
Geïnteresseerden in de Die-
merdammer-Sluis genaamd worden.
Ook hebben zy het onmiddelyk bewind over
de fluis, welk, jaarJyks, by beurte, aan
twee deezer vyf Diflridten opgedraagen
wordt.
De gewoonlyke Vergaderingen van het
ne~ hooge Heemraadfchap van den Zeeburg en Huis Diemerdyk worden, des Zomers, gehou- den op het Gemeene-Lands-huis, even voorby de gewezen Traankookery, op Jaap-Hannes, en met verre van de Ypeflooter-fluis, aan den dyk gelegen, en bewoond, door eenenKas- te-
(g) Vit de Sententie van den Hove van Holland va» «
|
||||||||
DüïK.
)
|
^** *"«»*'• "■ '* L1V. Reg. van de» Griffie*4.
|
|||||||
ÏLBoek. Voornaamste bezittingen. 345
telein, die ook Opzigter over de dykaadje Polders,
is. Het is een deftig vierkant gebouw, met Wate- ' twee vleugels,en werdt, in den jaare 1726, RFN>D*- van den grond op, in den tegenwoordigen wegen» fland, herbouwd; gelyk, uit dit tydfchrift, • welk in den voorgevel uitgehouwen ftaat,
is af teneemen: hIC De fretI bataVI furore
arCenDo agrIs tVenDIs
agItVr.
't welk zal willen zeggen:
j Hier wordt gehandeld, over 't beveiligen
der Lander yen, door 't betemmen van de woede der Zuiderzee, 't Voorhuis van 't gebouw is, van boven en
,ter wederzyde, met een' Neptuin op zynen wagen, en met de wapens der Provinciën Holland en Utrecht, en der tien Steden en, Plaatfen, uit welken, de hooge Heemraaden afgevaardigd zyn, fierlyk, bepleifterd. Aan elke zyde, is een ruim vierkant vertrek; ten dienfte van het Hoog - Heemraadfchap. 't Vertrek of de Kamer ter regterzyde, die, met zes groote lichten, naar drie zydenuitr ziet, en waarin , agter, eene balie gefield is,dient tot de gewoonlyke befoignesderLe- • den. De andere Kamer, die twee groote
lichten naar vooren heeft, wordt tot een eet- vertrek gebruikt. Ook is hier, in een afzon- derlyk vertrekje, de Secretary van 't Hoog- Heemraadfchap geplaatfl, benevens eene kleine flaapkamer voor één der Leden. De overigen hebben hunne flaapvertrekken,op Y.5 <tè
|
||||
34<5 AMSTERDAMS V.Dêel.
Polders, de tweede en derde verdieping van 't ge-
Wate- bouw. De fchoorfteenmantels der twee REN,DY-groote vertrekken zyn verfierd met de wa- wÏgSL Pens vm de ^aat^e Dykgraaven en hooge
Heemraaden. De Wooning van den Kafle- lein, de Kooken en Kelders zyn beneden. Agter 't huis, is eene Laan tot aan 't nieu- we Diep, en ter wederzyde van dezelve, een moestuin, een bofchje en eenig weiland. Des Winters, wanneer de dyk niet ge-
bruikt kan worden, vergadert het Collegie, te Amflerdam, Jn eene voornaame herberg, tegenwoordig, gemeenlyk, in de Munt, aan den Reguliers - Tooren. De gewoonlyke Vergaderingen worden
gehouden , op den eerflen Woensdag en Donderdag na den tweeden February, op den twaalfden en dertienden May, op den vier en twintigften en vyf en twintigften July, op den zeventienden Auguflus, en op den eerflen Dingsdag en Woensdag in No- vember. De Vergaderdagen in May, July én Auguflus zyn de Schouwdagen, waar* toe, by de Handvefl van den jaare 1440, S. Odulphus'dag en S. Lamberts-dag, zynde den twaalfden Juny en den zeventienden September, bepaald waren (h). Doch hierin ïs, by 't Oétroi van den jaare 1704, veran- dering gemaakt, en de Schouwtyd der by- zondere Geregten bepaald, op den twaalf- den May en den vier en twintigften July. De nafchouw van Dykgraave en Heemraa- den over den gantfchen Dyk gefchiedt, op den zeventienden Auguflus, en de belaa- (h) Handv. bl. 361,
|
|||||
/
|
|||||
ÏL Boek. Voornaamste bezittingen. 347
king, op den eerften September. De eerfte Polders,
Dingsdag en Woensdag in November zyn Wate. Reken-, en de eerfte Woensdag en Don- ra<DïJ derdag na den tweeden February, betaal- w&<mr. dagen. Nu en dan, worden 'er ook buïten- gewoone Vergaderingen belegd. De Re- folutien van het Hoog-H@emraadfchap wor- den , door drie Gecommitteerden uit de Heemraaden, die jaarlyks benoemd worden, en den Secretaris, uitgevoerd. De Polder- zaaken werden, voormaals, en zouden, wan- neer de Waardfchappy wederom deel in de Polders verkrygen mögt, nog, aan eenen Ge- committeerden Heemraad en den Secretaris aanbevolen worden. Het zegel van het Hoog-Heemraadfchap
draagt de wapens der tien Steden of Dis- tricten en Plaatfen, uit welken, de Heem- raaden afgezonden zyn, in derzelver rang, van boven, door de Zon beftraald, en van onderen, van de Zee befpoeld. Amfterdam heeft ook eenig deel, in de v.
freheering over den Zeedyk BEOOS-
Zeedyk beoosten Muiden, ten
MuiDEisr.
die zig, van den mond der Vegt by 't Muï-
der-flot af, ftrekt tot aan Muiderberg, en voorts, van daar, tot niet verre van Naar- den toe (i). En deeze dyk plagt, van de Hameije van 't Muiderflot af, tot digt aan Muiderberg toe, ter lengte van agt honderd en vyftig roeden, een Paalendyk te zyn; doch is, na 't jaar 1735, even als de Die- mer- (/') Stads Miffiven N. X. ƒ. 140 verfi.
|
||||
'< 34» AMSTERDAMS V.Deel,
PpLßERs, merdyk met eene glooijing van keifteenen
Wate- befchut. Doch van hier af, tot aan de fchei- ren9Dy- ^jjjg ^er ßannen van Muiderberg en Naar- Wegen. den» ter lengte van een honderd drie en vyf-
tig roeden en twee voeten, en van deeze Banfcheiding, tot aan den beer der Stad Naarden, ter lengte van een duizend zes en twintig roeden en zes voeten, daar hy, ter oorzaake van het uitgeftrekte voorland, wei- nig te jyden heeft, is hy ilegts een Land- of Aardendyk, die, zo ver hy door den Naar- der - Ban legt, op koften van de ingelanden onderhouden wordt , naar gelang dat de breedte van ieders Land, agter en langs den dyk, geftrekt legt. Oudheid. De Dyk beooften Muiden is, waarfchyn-
lyk, al zeer oud ; doch omtrent de aloude beheerjnge van den zelven, vindt men wei- nig befcheids. Hertog Albrecht maakt, in eene Handveft van den jaare 1399, gewag van eerien dyk in denBan vanMuiden, dien hy den Houdyck noemt, het Rietland voor welken, hy erkent, ten onregte, aan Hertelyn, zynei? Bottelier, gefchonken te hebben; waarom hy het den opgezetenen van den Muider- Ban , die deezen dyk onderhouden moeften, wederom geeft. Met deezen Houdyck, fchynt op den Dyk beooften Muiden gezien te wor- den , alzo dezelve van den Zeeburch in Die- mer~ban onderfcheiden wordt (k). Ook agt ik', dat de Aartshertog Filips 'er 't oog op heeft, als hy, in eene Handveft van den jaa- re 1501, aan de Stad Muiden gegeven, be- veelt , (4) Handv. van Weesj>, Muiden en Naaiden^ hl. lij.
|
|||||
/
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 349
veelt, geen Dyck te fchouwen, dan te rechte Polders^
fchouw daghe, ten ware dat die fchepenen ken- Wate-, tien tot Lands noode (/). Het Reglement op REN»D*" het fchouwen van dykaadjen, in zekere Keu- wioSr, ren van Naarden van denjaare 1518 (m), be- treft , ongetwyfeld, het fchouwen van een gedeelte van den Dyk beooflen Muiden, 't Is ten hoogfle waarfchynlyk, dat de behee- rïng over deezen dyk, van ouds, zalgeflaan hebben aan de byzondere Geregtsbannen j onder welken de Landen, die door den dyk gedekt werden, gelegen waren; zonder dat 'er een algemeen Collegie van Dykgraave en Heemraaden over gefield was. In 't jaar 1550, Helde het Hof van Holland eerfl ee- nen Dykgraaf over deeze Dykaadje (n). Doch op den twaalfden Auguflus des jaars 1577, en dus kort na dat Weesp en Muiden vol- doening ontvangen hadden van Willem den L, Prinfe van Oranje, in gevolge derGend- fche Vrede (0), verleende zyne Doorlug- tigheid, op den naam van Koning Filips, den ingezetenen beooflen de Vegt dezelfde dyk- regten, die, beweflen dien flroom, dat is, onder den Diemerdyk, bezeten en geoefend werden (p). En in gevolge van deeze ver- gunning , is de Dyk beooflen Muiden onder de beheering der byzondere Bannen geblee- ven, tot dat de geweldige doorbraak van den Vvyfden November des jaars 1675, wanneer \ wel
\
(/) Haivdv. als boven, bl. XXIX.
{«yHaiidv. als beven, bl. XXXX. <-•■*-*
(n) m. Memoriaal van VAN DAM ƒ. 140,
(o) Vadeil. Hift. VII. Deel, bl. 133.
(p) Gioot Uu, Flacaatb. II. Deel, bl, 13.
|
||||
35o AMSTERDAMS V.DeeiU
Polders, wel elf zeer groote en diepe waaien in den
Wate- dyk vielen,gelegenheid gaf, dat 'er nieuwe mm' or^e °P ^e beheering van den zei ven gefield Wegen, werdt. En zulks gefchiedde, by eene Re- folutie van 's Lands Staaten van den zeven- den May des jaars 1678 (q). Dyk~ Het bewind over den Zeedyk beooflen graaf en Muiden werdt toen gefield aan een Collegie
Heem- van^ YKGRAAVEen zeven hoogeHeem- saaden. RAADEN, welken een Secretaris toegevoegd werdt. Dykgraaf en Heemraaden moeten, volgens deeze Refolutie, binnen den ring van deezenDyk, voor zes duizend guldens, of tot twaalf morgen lands, gegoed zyn. De Droffaard van Muiden in der tyd is altoos Dykgraaf. Drie der Heemraaden worden aangefleld, door Burgemeefteren van Am- fterdam, Muiden en Naarden; de vierde, door Schout en Schepenen van Weesper- karfpel; en de Dykgraaf en dienende Heem- raaden kiezen de drie overigen, een' uit Muiden, een' uit Naarden, en een uit Weesp of uit den Weesper-Ban. De Secretaris wordt» door het Collegie, aangefleld. De Schout en 't Geregt van Muiden hadden, voormaals, den fchouw over den dyk in den Muider- Ban , en de Schout en 't Geregt van Naar- den fchouwden den dyk, inden Naarder- Ban. En Dykgraaf en hooge Heemraaden deeden den nafchouw. Doch, tegenwoordig, wordt de fchouw, eeniglyk, aan het Hoog- heemraadfchap verbleeven. Dykgraaf en hooge Heemraaden, van welken wy ipree- ken,
(7) Rcfol. Holl. 7 May i«7g, hlt Z41 en%, tn Bylaagen Li. I.
|
||||
\
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 351
ken, beheeren niet alleen den dyk beooften Pottó Muiden; maar inzonderheid ooïc de groote Wate^ * Sluis, in 't jaar 1674, in de Vegt, te Mui- ren,Dr- den, gelegd: door middel van welke, by^NWL gelegenheid van eenen vyandelyken inval, WESEIf* het Land beweften en beooften de Vegt on- der water gezet, en de toegang naar Am- sterdam belemmerd kan worden. De Stad hadt, hierom, fterk geyverd voor het leg- gen deezer fluis (f), en 'er zelfs eene aan« zienlyke fomme toe verfchooten. En fchynt dit eene der redenen geweeft te zyn, waar- om haar, in 't jaar 1678, eenig deel gegeven werdt in de beheering der dykaadje beoos- ten Muiden, waarin ik niet vind, dat zy, in vroeger' tyd, iet te zeggen gehad heeft! Sedert, heeft de Stad, meermaalen, een Lid der Regeeringe gemagtigd,om de Vergade- ringen van het Heemraadfchap over deezen Dyk by te woonen (#> Het hooge Heem- raadfchap van den Zeedyk beooften Muiden houdt zyne Vergaderingen, in de Steden Amfterdam, Muiden of Naarden, alwaar het, door den Dykgraaf, befchreeven wordt. In April, is 'er eene byeenkomft tot fchouwin- ge van den gantfchen dyk, en in January daarna, wederom , tot het opneemen der rekeningen, en het fluiten der boeken. Op deeze Vergadering, worden twee Heemraa- den gecommitteerd, om de befluiten van 't Collegie uit te voeren, en voorvallende zaa- ken
(V) Refol. Vtoedfch. L*. G. 28 Jan, 3 Febr. 1671. f.n
■verfoy 5,0. Lt. H. j, +, 13 July y 30 ^iug. 1671. f, 1I0, M4» iJ+,27ï. Lt. I. z^ April IS73. ƒ. 171. (*) Groot-Memor. N. IX. ƒ. 2« , 2ji, 254.
|
|||||
/
|
|||||
352 AMSTERDAMS V.Dmi
Polders, ken af te doen, terwyl het Collegie niet ver- Wate- gaderd is; 't welk egter, by gewigtige gele- ken^Y genne£*eïl > nu en dan.» buitengewoonlyk be^ Wkgen* fchreeven wordt. Van de Sluis te Muiden, die, jaarlyks, omtrent vyftienduizend gul- dens opbrengt, en zeer wel onderhouden wordt, wordt een afzonderlyke ftaat en re- kening gehouden. Bezuiden de fluis, legt eene brug over de Vegt, die, door de Stad Muiden, bekoftigÜ is, en uit eene gabelle | of bruggeld, welk aldaar wordt geheeven, onderhouden wordt. Doch de Regeering
van Muiden heeft, by Refolutie van den der- tigften December des jaars 1681, de Bur- gemeefteren, Schepenen, Raaden, Commis- fariiTen en de verdere Regeering van Am- sterdam niet aljeen; maar ook de eigenaars .of ingelanden aan de ooft- en weftzyde van Muiden, in Amfterdam woonagrig, uit aan- merking der menigvuldige dienften , haar door deeze Stad gedaan, ten eeuwigen dage, van dit Bruggeld vry verklaard (f). VL Nu komen wy tot het uitgeftrekte Heem- Hoog-Heemraadschap van Am-
raad- STELLAKD, schap van Amstel- welk, inzonderheid * gemagtigd is, tot het
lAND. doen van een' algemeenen fchouw, over ee- nen grooten ring, begrypende de Landen, beide in en buiten Amllelland gelegen, die, met eikanderen , over Amftelland, uitwa- teren, in 't Y en in de Zuiderzee. De
(*) Handv. bl. 44*.
|
|||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 3^3
De Landen van Amftelland, en anderen, Polders,
welker wateren met de Amftellandfchen ge- Waté-
meenfchap hadden, plasten, in overoude ?EW'Dï*
, * .r ° » 7 , , . ken en
tyden, eene vrye uitwatering te hebben , wegen.
door den Amftel, in 't Y. Doch 't leggen 0or
van eenen dam en fluïs in den Amftel, welk fprong den naam aan Amilerdam gaf, in de der- en His« tiende eeuwe, verhinderde deeze uitwate-torie. ring. De Heeren van Amftel ftonden de- zelve wel toe aan de opgezetenen hunner Heerlykheid; doch vreemden, die, voor- heen , over Amftelland plagten uit te wate- ren, moeften deeze vryheid koopen. Die van Nieuwveen en Kalflagen deeden 't, voor *t einde der dertiende eeuwe, toen de Hee- ren van Amftel nog Heeren van Amfterdam waren, en werden, in 't jaar 1364, door Hertoge Albrecht van Beijeren, in 'tgekog- te regt, beveiligd («), Ten zynen tyde, waren 'er reeds een Heemraad en eeriige Sluismeefters in Amftelland, gelyk, uit eenen zyner Brieven van den zeven en twintigften, Oftober des jaars 1387, ten overftaan van twee Heemraders, Peter Allen en Godevaert Trudensz., gegeven, af te neemen is. By denzelven, wordt, ter begeerte der Poorte- ren van Amfterdam , op den Middeldam woonagtig, en der goede luyden in Amfler landt, en die met hen , door de Amfterdamfche fluizen, uitwaterden, de prys bepaald van * de huizen op den Middeldam, die, t'eenigen tyde, ter gelegenheid van 't verleggen der ftui-
(u) Hnndv. van Rynl, bl, 3j$.
X. Stuk. . Z
|
|||||
-w.
|
|||||
■•:.;,
|
||||||
354 AMSTERDAMS V.Deei.
Polders, fluizen, zouden moeten afgebroken worden.
Wate- Ook wordt 'er eenig opzigt over deeze flui- ken'c» "zen geSeven aan Heemraaden uit Amilel- Wegen. l^nd, in de volgende woorden; Itemfoofal men defeßuyfen, by der meerren manne van onfen Gherechte van Amfielredamme, ons Heem" rades ende Sluysmeeßers in Aßchdoem , ons Landts voorfchreeven, dat is, in Nieuwer- Amftel (v), op ende toe doen, als hen nut en- de oorboorlyck dunckt (w). Ea hierin ontdekt zig het oudfte fpoor der beheeringe van den ring van Amftelland. Het regt van uitwa- teringe werdt, in den jaare 1413, ook ge- kogt door die van Reijerskoop, Byleveld, Agthoven en Maflwyk, allen op Stigtfchen bodem, ten zuiden van den ouden Ryn of Leidfche Vaart gelegen; die, federt, eene watering gegraaven hebben, de Byleveld genaamd, enloopende, uit den Ryn, door Harmelenwaard, voorby 't Huis te Harme- ien, en door Kokenge, Willis en Waver- veen, in den Amftel; gelyk, in de groote Heemraads'Kaart van Rynland, en in de groo- te gemeten Kaart der Provincie van Utrecht, klaarft, te zien is. Over deeze watering, werdt, in 't volgende jaar, door den BifTchop Van Utrecht, een byzonder Heemraadfchap ópgeregt, welk nog in wezen is. Het moet zorg draagen, dat 'er, tuflchen den eerden April en den elfden November, geen Hei- kooper water kome in de Byleveld, dan by hoogen vloed, 't zy uit zee, of uit deftroo* men,
(v) zie de Oude Kaart van AmftelJ. vttr dt Handreften«
(tv) Handv. bl, 709, |
||||||
ii- —
|
||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 355
men, de Lek of den YiTel; of ook, by droo. Polbers,
ge zomers, tot drank voor 't vee. 't ßlykt, Wate- uit den Brief van Hertoge Willem van Beiie- REN •DY" „ m *-^ J KPN fift
ren, dit regt van uitwatennge betreffende, dat wEOem.
de ring van Arnflelland toen reeds gefchouwd werdt ( x ): waaruit volgt, dat het Heem- raadfchap reeds in ftand geweeft moet zyn. Die van de Byleveld hadden een en Waards- man, om mede te fchouwen. De fchouw ging s ook over de (luizen in den Middeldam al- hier , 't welk geduurd heeft, tot dat de Stad het onderhoud van deeze en andere fluizen, binnen en by de muuren gelegen, geheellyk, op zig nam: gelyk, op 't einde der vyfcien- de en in 't begin der zefliende eeuwe, ge* fchiedde (y). En uit de brieven, deswege verleend, blykt, dat de Proostie van Myert of Mydrecht, in 't gemeen, de Proofldy van S. Jan genaamd, en derzelver aanhoorigen omtrent Ouder- en Nieuwer-Arnltel, begry- pende Mydrecht, Tarnen, Uithoorn, Wil- ' ' fis, Weftveen , Blokland, Stigtfch Kudel-
ftaart en Agttienhoven, zig toen ook reedi het regt, om over Amftelland uit te wate- ren , verkreegen hadden. Doch, niet lang hierna, bevondt men,
dat de Stigtfche Landen, die door de Vegt in de Zuiderzee uitwaterden, wanneer zy, hierin, door de vloeden, die langs hoe hoo- ger gingen, belet werden, dikwils, eenige dammen opnamen, en hun overvloedig wa- ter (*) Hand/. H. 709, 711. Groot ütt. Flacaatb, II. Detl9
J/. 138, 141» 147» Uit *$*« U) Handv. bl, 711, 71*, 71J, 7u, *
|
||||
35<5 AMSTERDAMS V.Deel;
Folders, ter bragten over Amftelland. Byzonderlyk,
Wate- vindt men, dat de Dam ter Aa; de oude dam, hen , Dy- geigen ter plaatfe, daar, federt, het Woerd- Wegen. *"cne Verlaat gelegd is, en de Billerdam,om- trent den jaare 1520, waren weggenomen, Ook lieten die van de Byleveld, dikwils , Heikooper en ander vreemd water in hun Waterfchap: 't welk tot merkeJyken over- laft ftrekte van Amftelland en Amflerdam; vooral, wanneer de (luizen, by hoogen vloed , én aanhoudende weftelyke en noordweftely- ke winden, niet konden uittappen, naar be- hooren. Amfterdam befchreef, derhalve , de Amfiellanden, tegen den zevenden July* des jaars 1520; en Jan Bennink, Raad in den Hove van Holland, die, reeds te vooren, gemagtigd geweeft was, om, by de Land- voogdeffe, hérftelling van 't geleeden onge- lyk te verwerven, deedt, op deeze byeen- komft, verilagvan 't gene hy verrigt hadt. Onder anderen, hadt hy 't leggen van 't Woerder-Verlaat, onder beding, dat men ?er nooit water door laaten zou op Amftelland, en het läaten leggen van den Dam ter Aa te wege gebragt. Doch in plaats van 't Woer- der-Verlaat, kwam, federt, een dam, die 'er, tot in de zeventiende eeuwe, gelegen heeft. Bennink hadt, daarenboven, een Oélroi ver- worven voor Dykgraave en Heemraaden, om den Ring van Amftelland en dien van de Byleveld te mogen fchouwen. Hy hadt van deezen fchouw eene Kaart doen maaken (z\ die,
(x.) Regfft. van 't Hooghcemraadfchap van Amfielhad
U. A. ƒ. §o eng.. |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 357
die, federe, in de Rekenkamer van Holland polders,
bewaard, en, naderhand, in de Rekenka-Wate- mer te Utrecht, overgebragt is, alwaar zy,REN»Öv- door Dirk Malburch ,Glasfchry ver te Utrecht, wegen, nagetekend, gefneeden, en, vervolgens,in 't licht gebragt is, met eene bygevoegde uitvoerige befchryving van den Ring («). OndertufTchen, verliepen 'er nogeenigejaa- ren, eer 't verworven OÊlroi uitkwam. Kei-. zer Karel beval, eindelyk, by brieven van den vyf en twintigften September des jaars 1525, dat de Baljuw van Amftelland , als Dykgraaf, jaarlyks, zes Heemraaden zou kiezen, uit de Geregten van Amfterdam, Weesp, Ouderkerk, Amfterveen, Diemen ei Wa ver veen, en, met twee of drie der7 z .lven, den gantfehen ring van AmftelJanct fchouwen, op gelyke boeten, als in Ryn- land gevorderd werden ; doende van den ainftaanden fchouw aan die van de Byleveld kennis geeven, by afkondiging in de Kerke van Harmeien, gelyk, van ouds, gebruike- lyk geweeft was, Doch deeze fchouw zou gefchieden, onverminderd de fchouwen, die de Ambagtsheeren en Schouten, elk in zy- nen bedryve, doen mogten (b). En deeze fchikking heeft den eigenlyken oorfprong gegeven aan het Hoog-Heemraad- schap van Amstelland , welk nog in wezen is. Het beftaat uit een' Dykgraaf, zynde den
Baljuw van Amftelland, en eenige Heem-. raa-
(4) Regift. van 't Hoogheemraadfchap van AnafteilaiyJ
Lr. B. ĥ 3 tnx,. Cb) Handv. bt, 34J, Z3
|
||||
358 AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, raaden, die allen door, of op lad van den
Wate- Dykgraaf, uit de bovengemelde zes Gereg- »EN,DY-ten befchreeven worden. Ook ontvingen Wegen. zv a^en ' voormaals, hunne * Laftbrie- mr ' ven van den Dykgraaf, uitgenomen die fien?™*'van Am^er^am en Weesp , welken van
* Burgemeefteren dier Steden, en die van
Amfterveen , welken van Burgemeefteren
van Amfterdam, als Ambagtsheeren, aan-
fefteld werden , en hunne Commiffien
reegen (c); 't welk , nog tegenwoor- dig , plaats heeft. Doch, volgens de voor- waarden , op welken, de Ambagtsheerlyk- heden van Ouderkerk, Diemen en Waver- veen verkogt zyn, is het ftellen van Heem- raaden wegens deeze Ambagten ook gebragt aan den Ambagtsheer, dat is, ten opzigte van Ouderkerk en Diemen, aan Burgemees- teren van Amfterdam, mids zy dezelven kiezen uit de Geregten dier twee Plaatfen. Het Collegie vergadert egter , zo om te fchouwen, als tot andere einden , op aan- zegging , of aanfchryving van wege den Dyk- graaf. De zes genoemde Geregten draagcn allen tot de koften van den ringfchouw : doch Waverveen heeft zig , federt veele jaaren, dien laft onttrokken. Voorts, heeft het Collegie zynen byzonderen Secretarie Het zit, volgens eene Refolutie van Dyk- graave enHeemraaden van den agtftenjuny des jaars 1716 (d)'7 doorgaands, op de eer- fte
(9) Regift. van 'tHoogheerar. vanAmftelI. I*. E. ƒ. ijo,
197 vtrfe.
(d) Regift. van 't Hoogheemiaadfchap van Amftelland
4>. E. ƒ. IJ7 verft* |
||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 359
fte Maandagen in Maart, May, Juïy, Sep- Polders,
tember en Oktober, of, zo dikwils, als de Wate- Dykgraaf dienftig oordeelt, het zelve te be-JJJJ'jJJ*" fchryven, op het Gemeene-Lands-Huis van wEgen. den Zeeburg of Diemerdyk, of ook wel op het Stadhuis te Amfterdam, in Burgemees- ters-Vertrek. De waterboezem van Amftelland, op wel- Groote
ken ten minfle vier en tagtig molens uitmaa- Ring van len, is zes honderd, of, volgens eene ande- jj!!?"1' -»re berekening, zes honderd en vyftig of ze- :ven honderd vierkante morgens groot (e). De ring of omloop van deezen boezem,die, doorgaands, jaarlyks, in Juny, Juïy of Au- guftus, 't zy geheel, of by gedeelten, ge- fchouwd wordt,begon, naar 't fchynt,oud- tyds, aan de weftzyde der fluizen in den mid- deldam alhier; ging voort, langs de Kalver- ftraat en Heiligen Weg; kwam, de Landen, die op Amftelland uitwaterden, omvangen- de , by Muiden , aan den Zeedyk; liep', langs denzelven, voort tot in Amfterdam, en eindigde, aan de groote of ooftelyke fluis in den middeldam, aan welks weftzyde, hy begonnen was. Doch, na tlat de beheering der Sluizen en Waterkeeringen, die, voor- maals, tot den ring van Amftelland behoor- den,, aan de Stad, en aan andere Water- fchappyen verbleeven zyn; en na de laatfte uitlegging, begint die ring, welke, in de Stad, door de Reguliers-toldeuren, en in de Stads buitengraft, door denWeteringspoorts- beer,
(O Re gift. van 't Heemraadfchap van Araftdl. Z,*. C*
|
||||
*s
|
|||||
360 AMSTERDAMS V.Deek.
Polders, beer, geflooten wordt, nu, van buiten de
Watb- Leidfche Poort alhier; voortgaande, langs 1EN'^DT"den Heiligen of Overtoomfchen weg, den Wägen. Veendyk of Amtterveenfchen weg, in wel- ke twee duikers leggen, een by de paal 55., en een by dè paal 181.; voorts, door Am- flerveen, over de nieuwe Sluis in de Boven- kerker-Polder, langs den Bovenkerker-dyk, tot aan de Buurt, de Hand van Leiden. Van hier, loopt hy, de Legmeer-laan op, tot aan de Noorddamtnerbrug ; en dan , langs den ■Legmeer-dyk, waarin twee Verlaaten leggen, het Schinkel- Verlaat en 't Legmeer -Verlaat, door Kudelftaart, over 't Heeren brugs-, en, •door Kalflagen , over 't Ka/ßdger Verlaat, naar en door de Bitter dammer Laan, van wel- ke het Hoog-Heemraadfchap zig, ter gele- genheid van het droogmaaken der Vrieze- koopfche Plaffen, den fchouw heeft voor- behouden (ƒ) : en voorts, over de Bitter* dammer Verlaaten, die in het water de Drecht Jeggen, langs den WalTenaerfchen Polderdyk, ;en den Geerlof Nieuwveenfchcn weg, in wel- ken , ook een Verlaat legt, aan de Duivels- * brugge, naar en*door Nieuwveen; alwaar de ring gebroken wordt, door eene brug, on-
*der of aan welke, voormaals, fchutdeuren • plagten te leggen, in welker plaats, federe, een-Verlaat gelegd is in de Bregge- of Nieuw- •veenfihe Vaart, langs welke, ter wederzyde, de ring vervolgt; en welk verlaat het Ryn- landfch water, uit Amftelland, fchut. Wy- ders, loopt de ring voort over den Nieuw- veen- (f) Miflïvcn ter Dagvaart 17 Jan, 1741. ƒ. 55.
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 361
veenfchei*, en draait dan over den Zevenho- Polders,
venfchcn weg , naar Zevenhoven, over het Wate- Zevenhovenjcbe , en naar Noorden , over R£N' Dy~ ir ï? "KT &&J
het Noorder Verlaat: voorts, naar Slikkendam; wegen.
en over 't Verlaat aldaar, langs de Holland- fche Meent, naar het Wocrder-Verlaat, welk, in of omtrent den jaare 1666, wederom ge- legd was (g); van waar, de ring zig verder ftrekt, langs de Holland/ehe Kaade, die, tot aan den Oudendam, en voorts, met verfcheiden keeren, door Tekkoop en langs Gerwerskoop, loopt, tot aan de weftzyde van de Watering de By leve ld, langs welke, de ring voortgaat, tot aan den Broe* of Breuidyk, zig, van dien dyk, over een voetpad, keerende, door 't Oude Land, naar Harmeien, en voorts, tot aan en over \Haanwyker-Sluisje,gelegd in den Haan- wyker-dam, van welken, reeds in eenen Brief van den jaare 1399,gewaagd wordt(è),tot over den Ryn, naar de gemeene Lands kaade; langs welke , en de Kattenbroeker - Kaade , hy zig, ter zyde der Landen van Haanwyk, Byleveld, Reyerskoop, Kattenbroek en Maß* wy£,uitftrekt,totaan denYfleldyk, digt by de Stad Montfoort, toe. Van hier, keert de ring, ooftwaards, langs dien dyk, en ter zyde van het zuidelykfte van Maftwyk en Agthoven, tot aan den Meerendyk, en noord- waards, langs den zelven, tot aan de Leid- fche Vaart of Ouden Ryn. Langs de zuidzy- de deezer vaarte, loopt de ring voort, tot aan
(g) Groot Utr. Placaatb. II. titel, bl. ztj,
{h) Gioot Utr. Placaatb. II. Deel, bl, 270, z 5'
|
||||
362 AMSTERDAMS V.Deee.
Polders; aan den Heldam («}., over 't Verlaat in wel-
Wate- ken, hy zig noord weflwaards keert; loo- ^EN,Dï* pende ten wellen van de Heikooper Watering, Wegen, of Lange Vliet, die, in gevolge van een Oc- troi van Floris van Wevelikhoven, Biffchop van Utrecht, van den jaare 1385 (£), gegraa- ven is, door Kokenge, tot aan Joostendam, en verder langs de Portengenfche Kaade, tot aan de Doodenjluis, in de Rondeveenfcbe Polder* Kaade, die, volgensOótroi en Overeenkomfl , van den jaare 1674, gelegd zynde (/), de Landen van Wa veren, Botshol, ruige Wil- nis, Waverveen , Mydrecht, Willis, een gedeelte van Oudhuizen en Demmerik, Vin- keveen en een gedeelte van de Prooftdye van S. Jan en Aasdom in't Veen befiuit; en van- waar de ring zig, door het agterfle en worfle Bofch, flrekt tot over den Dam ter Ja, over welken, de Stad, reeds in de zeftiende een- we, overeenkomften getroffen heeft Qin), en welke dam, by het Dorp ter Aa, legt, in den krommen Angjiel Voorts,loopt de ring, langs de ooflzyde van den krommen Angftel, tot aan en langs de zuidweflzyde der nieuwe Vaatte by Nieuwerlluis; en, over de Sluis in deeze Vaart, langs derzelver noordooftzyde, wederom naar den krommen Angftel; langs denzelven, noordwaards, tot aan den Jndyi; en, langs deezen, door Velters-Laan, tot aan de weftzyde van de Vegt: voorts , door Nig-
|
||||||||||
g
|
) 'Zie Groot Urr. Placaatb. II.' Deel, bl. z$6.
J Groot ütr. Placaatb. II. Deel, bl. 129. |
|||||||||
(/) Groot Ütr. Placaatb. II. Deel, bl. zus,2.96. Zie «#^
bl. I63, i<?4. (m) stukken in't Veitiek det ThcfaaxieMeu»tli4«dtE,
Lt. C. i« 2. en R |
||||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 363
Nigtevegt, tot aan Weesp, alwaar het Vegt- Polder^
water van het Amftellands water gefcheiden Wate- wordt, door verfcheiden' duikers, die ookREN»D5f* gefchouwd worden. Van Weesp, ftrekt de {JJ0J£ ring zig, langs eene hooge kaade, bewerten de Vegt, over de Luftplaats van den Heere Gerrit Hooft, Burgemeefter van Am- fterdam , en over nog eene andere, tot aan en door Muiden, naar den hoogen Zeeburg of Diemerdyk, die, tot aan Amfterdam toe, loopt. De twee Huizen in deezen dyk, de Ypeflooter- en Diemerdammer-fluis, en de Y-fluizen in Amfterdam zyn de uitwaterende Huizen van den ring van Amftelland (n). Ook is 'er blyk, dat de twee Sluizen in den Die- merdyk , al van de zeftiende eeuwe af, on- der den fchouw van 'tHoog-Heemraadfchap geftaan hebben(0).En in 't-jaar 1732,heb- ben Dykgraaf en Heemraaden den Diemer- paalendyk nog gefchouwd (p). Wy hebben den grooten Ring van Amftel-
land befchreeven, zo als hy, tegenwoordig, loopt, en federt veele jaaren, geloopen heeft. Doch al van de zeftiende eeuwe af, is 'er verandering in gekomen. Op eene byeen- komft, tuffchen Rynland en Amfterdam, den zevenden Juny des jaars 1569, gehouden , bevondt men de oude Waterfchutting tus- fchen Amftelland en Rynland, zoonherftel- - baar, doordolven en gebroken, dat Amfter- dam verklaarde, te vrede te zullen zyn, dat men,
(n) Regift. van 't Hoogheemraadfchap van Amftelland
/,*. B. aan 't einde.
(e) Regift. alt bevtntLt, D. ƒ. 98 verft,
If) Regift. éls boven, L*. F./. Jlfi, |
||||||
i
m
|
||||||
30*4 AMSTERDAMS V.Deel.
Polders,men» voortaan, den voornaamen Rydyk of
Wate- ' Heeren weg ,ftrekkende, van de Stad af, door Eim,DY^mfterveen en Kudelftaart, tot aanKalfla- Wegen Sen * ^eedt ftrekken tot eene Waterfchutting, waarin men alle de gaten moeft floppen, uitgenomen 't gat aan de Noorddammer-brug, waarby Amfteliand en Rynland weinig nadeel te dugten hadden, en welk, daarom, flegts met een fchotdeurtje, totgeryfvoordie van Amfterveen, zou behoeven geflooten te wor- den (<?). De Noorddammer-brug is, federt, doorgaands , open gebleeven. Alleenlyk , vind ik, dat zy, waarfchynlyk door bewer- king van Haarlem, in 't jaar 1639,met aar- de , toegedamd geweeft is: doch in 't jaar 1642, was zy reeds wederom open (r). De bepoldering der Landen, buiten den Veen- dyk, onder Amfterveen, en onder eenige andere Ambagten, gelegen, waartoe, in 't jaar ió37,Oclroi verkreegen was (j), maak- te het floppen van de Noordammer - brug, waardoor toen geen Meerwater op Amflel- Jand komen kon, te minder noodzaakelyk, inzonderheid, na dat Amfterveen, Uithoorn en „Kalflagen, befpeurende, dat Aalsmeer zig niet geflooten hieldt naar behooren, in't jaar 1674, te raade geworden waren,hunne Landen, buiten denVeendyk gelegen, in eene byzondere bepoldering tebegrypen(f):gelyk, terftond, gefchiedde; loopende denieuwePol- der-
(q) Regift. alt beven, L*. D. ƒ. 57,
(r) Regilt, als boven, Zr B. ƒ. 8, »6. Lr. A. ƒ. I2Z, 149.
L'. Cf. 38, Si, 69. (s) Zie hieï voor, bl. ipy.
(f) Regift. *an 't Hoogheemr. ran Amftell. I*. A. ƒ,
I72, 17J verf»% 174 verfa ,,.' |
|||||
'
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 365
derkaade, van de Billerdammer Laan af, langs p0LDERS
den Heeren weg van Kalflagen en Kudelftaart, Wate- den Legmeer- en Schinkeldyk op, langs den REN > Dy- Oofteinder dyk, en door de Noorderpolder ^egen en Ryker-oord, naar het Karnemelks gat en * ' den Molen aldaar , toen Éndriesmolen en
Kommmolen genaamd: van daar, naar den Buitenvelder Veendyk, en, langs den zei ven, door Amllerveen , over den Bovenkerker weg, naar den Uithoorn, ende Drecht langs, wederom tot aan de Billerdammer Laan: wel- ke kaade, dus maar gedeeltelyk, valt onder den fchouw van 't Hoog-Heemraadfchap van Amflelland. Doeh toen, na 't voltrekken derzelve, de groote ring, in 't jaar 1675, gefchouwd, en de Noorddammer brug, gelyk ^ voorheen, open gevonden werdt, verltondt Wß
men, dat het water, door dezelve komende,
geen gemeenfchap met het buitenwater of met de Meer hadt, maar alleenlyk als bin- nenwater kon en moeft worden aangemerkt («). Voorts, valt de ring deezer gemeene Polder of Amfterveenfche Buiten-polder, zo ver zy niet dezelfde is met den grootenring van Amflelland, niet onder den fchouw van dit Hoog Heernraadfchap; maar wordt, door het Hoog-Heemraadfchap van Rynland, ge- fchouwd. Ook heeft men, al in 't jaar 1640, • verftaan , dat zeker Mandement poenadl, waarmede de Stad Haarlem het herftellen der Kaade in 't Karnemelks-gat dagt te beletten, hetCollegie vanDykgraave en hoogeHeem- raa»
(») Rcgift. */; boven, L». C» ƒ. n J«
|
||||
266 AMSTERDAMS V;Deii;
Polders, raa(*en van Amftelland niet aanging O), AI
Wate- ' 't welk wy hier wel zo byzonderlyk hebben ren,Dy.willen aantekenen, om de uitgeftrektheid |
|||||||||||||
ken en
Wegen.
|
van het Regtsgebied van dit Hoog-Heem-
|
||||||||||||
raadfchap, te nader, te doen kennen. By
hetzelve, is, reeds in 't jaar i725,beflooten, paaien te zetten langs den gantfchen ring van Amftelland,endezelvenR. Amstelland te merken (w). Doch dit befluit is, tot nog toe, niet uitgevoerd. In 't jaar 1675, is de grootte der Polders, op Amftelland uitwate- rende; de grootte van den Amftellandfchen Waterboezem , en 't getal der Sluizen en Watermolens binnen den grooten ring, ten maften doenlyk, opgenomen. Wy voegen de Lyften, die toen van 't een en 't ander gemaakt werden , gelyk wyze, in de Re- gißers van 'f Hoog- Heemraadfcbap (x), te boek gefield gevonden hebben, hier agter, onder de Bylaagen (y). VIL In den Stroom den |
|||||||||||||
Amstel-
«TROOM,
|
|||||||||||||
A M s T e L,
|
|||||||||||||
die Amftelland, in de lengte, in twee dee-
len, doorfnydt, heeft de Stad Amfterdam, als bezittende de Ambagtsheerlykheid van Nieuwer-Amftel, al van ouds, verfcheiden* Voorregten gehad, behalve, dat haare Juris* diótie over den ftroom zig, tot op de hoogte der Paaien van honderd gaarden, uitbreidt; waar-
(v) Regift. alt boven, L'. A. ƒ, 157 verfo. L*. C. ƒ. 61,
6$ wrfo. (w) Regift. Alt boven, Lt. F. ƒ. II ver/i*
(x) Lt. C. ft I6j Tftrfo eng, O) L" K-
|
|||||||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. $6?
waarom myne Heeren van den Geregte ook, polders,
fbmtyds, Keuren op het diepen van den Am- Wate- ftel,door de aangeërfden binnen deeze Paa- Ren>Dt- len, op een voet beneden't Zomerwater aan wegSL den wal, en op drie voet, ter lengte van tien voet, naar 't midden van den Stroom toe; en tegen 't breeken van 't ys by ftrenge vorft, behalve door den Ysbreeker, gemaakt heb- ben (s). De ViiTchery in den Amftel was, reeds in 't jaar 1399, met de Ambagtsheer- lykheid van Nieuwer-Amftel, aan Koen van Oofterwyk opgedraagen (V), en is, door de Stad,te gelyk met dieAmbagtsheerlykheïd, in denjaare 1529» by aankoop, verkreegen. Ook wordt dezelve, tot heel aan Ouderkerk toe, van tyd tot tyd, van Stads wege ver- huurd. De Stad en de opgezetenen van Ouder- en Nieuwer-Amftel hebben ook al- leen regt, tot den vetten modder, flyk en klei, die de Amftel, tot mefting, uitlevert, en die, volgens een Plakaat van 't Hof van den dertienden Juny des jaars 1554, niet buiten de Bannen van Ouder- en Nieuwer- Amftel, veel min buiten Holland, vervoerd mag worden; gelyk, voor dien tyd, meer? maaien, door opgezetenen van 't Stigt, plagt te gefchieden (b). Wyders, heeft de Stad, in 't jaar 1631, een' wandel weg gemaakt, tangs de ooftzyde des Amftels, van deStadï wallen af, tot aan de Diemermeer toe, de Landen, daartoe vereifcht, volgens de waar- deering van Schepenen, overneemende van de
C*) Handv. bl, 348.
(*) Handy, il, 259. \jf) Handy. bU 34c. |
||||
#58 AMSTERDAMS V.Deel.
PoLDiRs, de eigenaars (c). De Landen ter wederzy-
Wate- de van den Amflel lagen, in 't begin der ben» Dy- zeventiende eeuwe, nog t'eenemaal onbe- VYeq£n. po^erd, of waren, federt omtrent honderd jaaren, flegtsmetZomerkaaden omringd (d); zy leeden, derhalve, veel overlafl van het Winterwater, welk zy,ook by gebrek van molens, niet loozen konden, naar behooren. Aan de weflzyde zelve, daar de Landende- gen 't hooge Amflelwater, befchut werden door den Amfteldyk, en daar, het oude of kleine Loopveld, en de Kerklaan, of 't groo- te Loopveld, reeds in de veertiende eeuwe, of eerder (e) > de Landen tot Kaaden ver« ftrekten, lagen zy, nogtans , des winters, en zelfs tot aan Maymaand toe, onder; 't zy dat zy zig van 't regenwater, dat, by vogtige zomers, of in den natyd, yiel, niet konden ontladen; 't zy dat het water der Haarlemmer - Meer hun reeds overlafl aan- deedt. S p i e g h e l , wiens Lullhof bewes- ten den Amftel lag, befchreef de gefiel d- heid van 't Land daaromtrent, in den win- ter, zeer leevendig, in den Hert - Spieghel (ƒ), met deeze woorden: Taal-kije leid ons uyt langs d'Amßerlandfche
firómen,
fjdnfchouwen 't nieuwe kleed, van 't natte veld en bomen: Diens
(c) Handv. hl. 341Ï.
(d) Regift. van 't Hoogheetniaadfchap vanAmftell. L'. At
f. 10 verfo.
(e) Handv. bl, 71. [7.]
l/j iu /*«<, bi. 17, ;
■ f
|
||||
IL Boek, Voornaamste bezittingen. 36*9
Diens vrolik-bleke-lof drong plotfelycken uyt Polders,
(Met fwanger knoppen bol) der takken dorre Wate- huyd: ren,Dï- En 't gras dat onder *$ ys in iherreffi was wegew.
gheweken,
Begon zynfpichticb hoofd door 't water op te fielen :
Het veld, dat korts noch/ebeen een waterryke meer,
De ruighe kanten toond', en kreegh zyn verwe weer,
Daar lang de fpertel-vis na lufi hadt ghaan vermaijen,
Daar zoumen alle daagh melkryke beeflen waijen. Doch weinige jaaren na dat Spieghel dit
fchreef, begonden de Landen, ten werten en ten ooften van den Amftel, vervat te wor- den , in grooter of kleiner Polders, die, met zwaarder Kaaden, werden voorzien, en haar overtollig water loosden, of in den Amftel, of in 't Y, door de Ypeflooter- en Diemer- dammer Sluizen. Wy hebben, hier voor, den tyd der bepolderinge van eenigen dee- zer Landen, by meer dan ééne gelegenheid (g), aangetekend. Op het onderhoud van den Amfteldyk, langs de weftzyde van den Stroom, is, den twaalfden May des jaars 1756 , eene overeenkomft getroffen, tus- fchen de Stad en de Ingelanden, volgens welke , de dyk, glooijende fchuins, onder de lyn van het voetpad, naar den Amftel toe, by
,(g) zie II. Deel, XIV. Botkj ByU Lr, A. bl. 4J>J. «»
hier voor, bl. is», iyj, 197, 2*0. X. Stuk» Aa
|
||||
370 AMSTERDAMS V.Deel*
Folders, by promfie, voor den tyd van twee jaaren,
Wate- van den fteenen ftraatweg af, tot aan de brug ben , pY- van Ouderkerk, onderhouden moeft worden, Wägen, Voor de ne^c»°P koften der Ingelanden, en
voor de wederhelft, op koften der Stad, die,
daarenboven, aannam, den vereifchten puin
aan den dyk te leveren (h).
VIII. * Amfterdam heeft, van ouds, ook eenig
West- bewind gehad over den
FRIESCHE
DvK* Westfrieschen Dyk,
met naame over het Noordooftelyk gedeelte
van den zei ven, den Vier - Noor der - Koggen' Dyk genaamd, by Medenblik; alzo der Stad veel gelegen is,aan de behoudenis van dee- zen Dyk, het doorgaan van welken Kenne- merland, gedeeltelyk, onder water zetten zou; 't welk ook het land om Amfterdam zou overftroomen. By het zes en dertigfle Lid van 't Groot-Privilegie van Vrouwe Ma- ria, waren, nevens den Stadhouder en Raa- den en Dykgraaf en Heemraaden van Ryn- land, zes Steden,, en daaronder ook Amfter- dam benoemd , om eene Ordonnantie op het bewaaren van denFriefchen Dyk te hel- pen beraamen (i). Doch by eene Handveft van Maximiliaan en Filips van den veertien- den February des jäars 1492 [1493J, werdt nader bepaald, dat de jaarlykfche rekening van den Friefchen Dyk, in 't Oofterdyk- graaffchap by Medenblik, zou worden op- ge- 1
(h) 't Accootd bemft in't Vexmk dei Thefauxié, Nieuwe
Jjaadc E. L*. A A A,
(i) Hand,-. bU si» |
||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen» 371
genomen, door Gedeputeerden van Haar- PoldeeS,
lern, Amfterdam, Alkmaar, Hoorn, Enk- Wate- huizen en Medenblik, twee uit elke Stad, ren'Dy- die ook den omflag der koften zouden hel- wegeL pen doen, en uit ieder Dorp der vier Noor- der-Koggen , zynde de Medenblikker-Koggef de Hoogfwouder - Kogge , de fVognummer- Kogge , en de Middel- Kogge, vier Perfoo* nen kiezen, die 't opzigt over 't gene aan den dyk te maaken viel zouden hebben, en aantekening houden van 't gene de dykplig* tigen moeiten opbrengen (k). De Stad Am- fterdam heeft, van dien tyd af, altoos, het oog gehouden over den toeftand van den Vier-Noorder-Koggen-Dyk. Doch in laater tyd, heeft zy, zo wel als de andere vyfSte- den , hiertoe, maar één' Gedeputeerde ge- field , welke gezamenlyke Gedeputeerden nu, tweemaal 's jaars, in 't begin van May, vier, en in den nazomer, twee dagen byeen komen, om' het dyk werk te bezigtigen, en de rekeningen op te neemen, en te fluiten. De zes Gedeputeerden draagen den naam vanS u P e R1N T e N D e N T^ N, én bekleeden deeze poft voor hun leeyen, federt het jaar 1732 (7), toen de dyk veel zorg en koften ver- oorzaakte , doordien het paalwerk, voor den ^ zelven, van het Zeegewormte doorknaagd, en byna geheellyk weggeflaagen was. Doch, na dien tyd, heeft men hem ook met zwaa- ren keifteen voorzien, en daardoor in veel veiliger ftaat gefteld,dan hy te vooren was. In
(Q Handv, bl, 419.
' \l) Zit Piïvil. van Haarlem, bl. <Jif, Aa &
|
||||||
37^ AMSTERDAMS . V.Dm;
Polders, In .'t jaar 1529, kwamen Amflerdam
Wate- en Alkmaar, met de Dorpen Wormer en ben, Dr- jisp 9 overeen , wegens het onderhoud Wegen. eener 0lJde Sluis in den Beemflerdyk , te Knollendam (nï), 't welk de twee Steden op zig name.n, om de doorvaart naar de Beem- fter,toen nog niet drooggemaakt, voor haa- re ingezetenen , te verzekeren («). Ook bedongen de twee Steden, twee jaaren laa- ter, dat de Sluis, van boven, open blyven zou (0). Ik vind, dat Amflerdam en Alk- maar, in 't jaar 1559, nog een' Sluiswagter over deeze Sluis hebben aangefleld (p% Doch, na't droogmaaken van deBeemfter, welk, in 't jaar 1608, begonnen werdt, was de Sluis van kleinen dienit voor de Steden: waarom zy, in 't jaar 1630, werdt uitge- broken (q). IX. De Stad Amflerdam heeft, al van ouds, Honds- nevens de Steden Haarlem, Alkmaar, Hoorn, sosscHE. Enkhuizen en Medenblik, deel gehad in de beheering der Dykaadje van den HONDSBOSSCHE,
gelegen bezuiden Petten, en, vroeg in de vyf-
tiende eeuwe, beflaande uit drie ryenzwaare eeken paaien, die aan eikanderen verbonden waren, en, tuflchen welken , zwaare kei- fteenen lagen. Doch deeze wyze van zee- wee-
(m) Zit Handv. van Kennemerl. bl. ist.
(ti) Conventie van 14. May 152p. in 't Vertrek der The«
faurie, Oude Laadt I. L*. M. Handv. van Alkm. bl. 33, (o) Handv. van Alkm. bl. 36.
(p) Boomkamp Alkmaar, bl. 13g.
(q) Tegenw. Staat dei Vereen. Nederlanden VIII. Deel,
kU 34J. |
||||||
'r
0
|
||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 373
weering is, federt veele jaaren, .buiten ge-Polders,
bruik geweeft. De dykaadje van den Honds- Wate- bofTche beftaat thans, uit drie dyken, denR£N,Dr" JVaakerdyk^dÏQ digtft aan 't ftrand lege,den\vgGENt Droomerdyk, en den Slaaperdyk, beide meer Landwaards in gelegen. De Waakerdyk, de voornaamfte van de drie, die zig, van Pet- ten , tot aan Kamperduin toe , uitftrekt , wordt, federt eenige jaaren , fchuins zee- waards af glooijende, onderhouden, en op ■ de glooijinge, met zwaare keifteenen, be- legd; waardoor 't gevaar van doorbraak, aan deezen oord, zeer veel afgenomen is. Het opzigt over de gantfche dykaadje van den Hondsboflche flaat aan een' Dykgraaf en zes hooge Heemraaden. Voorts , zyn 'er vier eri twintig Hoofd - ingelanden , twee uit ieder der zes gemelde Steden, en twee uit ieder der zes kavels, waarin het groot- fte gedeelte van 't Noorderkwartier, welk tot het onderhoud van de dykaadje draagt, verdeeld is. Het hooge Heemraadfchap vergadert,driemaal 's jaars, op het Gemee- ne-Lands Huis te Petten , alwaar, eens 's jaars, de groote rekening gedaan wordt; om welke op te neemen, de Stad Amfterdam ook gemagtigden plagt te zenden (r). De Stad heeft, by meer dan één Verdrag X..
met het hooge Heemraadfchap vanRynland, Slaaper- dok het regt verkreegen, om den DYK* Slaaperdyk,
die, omtrent den jaare 1624, tuflehen Spaar-
ne-
(rj Stads Mifiiven , 2$, XXVI. ƒ. 12 verfo, 13, 16 verft,
Aa 3
|
||||
374- AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, nedam en d.e Zandpoort, gelegd werdt, op
Wate- eene bepaalde hoogte, te doen houden. Het rmi, Dy- 00gmerk5 waarmede deeze dyk werdt ge- vvegex. legd» was, een voornaam gedeelte vanKen- nemerland, welk onder het Heemraadfchap van Rynland behoort, en, door den laagen Velzerdyk, buiten den ring van 't gemelde Heemraadfchap gelegen, niet genoeg be- fchut is, te dekken tegen de hooge Y-vloe* den. Doch alzo het hoogleggen van deez -n dyk veroorzaaken moefl, dat de vloed, voor den zelven geftuit wordende, hooger ryzen en langer liaan moefl voor Amflerdam; droeg de Stad, al by den eerften aanleg van dee- zen dyk, zorg , dat dezelve niet te hoog werdt gelegd, op dat hy, by zeer hooge vloeden, overloopende, Amflerdam voor't hooge water bevryden zou, en de Stad in geen' grooter nood laaten, dan zy, voor- heen , geweefl was. Wy hebben, reeds el- ders , gewaagd van de Overeenkomflen , die, deswege, indejaaren 1626 en 1659, met Dykgraave en hooge Heemraaden van Rynland , geflooten wejden (Y). Volgens deeze overeenkomflen, moefl de Slaaper* dyk niet hooger leggen dan twee voet en tien duim boven de peilen , die, toen, te Amflerdam en te Spaarnedam , geflaagen werden. Doch hy legt wel vier voet en zes duim, of vier en vyftig duim (1), boven de
(s) Zie II. Deel, XIII. Baek, bl. 371. XVII. Boe^j hl.
24*> *7*. (1) De Landmeeter Coknülis Vjelsen fielt (Re-
Vierk. Verband. IV. Hoofdft. II, Afi. %. lo.bl. U 7) dpn Sl^aperdylv twee duim laager. |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 375
de eigenlyke Amfterdarafche peil, die ge- Folders,
noegzaam overeenkomt met eenen gemee- Wate* nen vloed in 't Y, en aan alle de Y-fluizen RE«»DY- der Stad getekend ftaat. Over de ongemeene wegen* hoogte van den Slaaperdyk, is, nu en dan, ge- klaagd door de Stad (t); 't welk, tot het ver- laagen van den zei ven, gelegenheid heeft ge- geven. De algemeene Opziender der Stads werken wordt, van tyd tot tyd, afgezonden, om dehoogce van den Slaaperdyk op te nee- men, en toe te zien, dat dezelve niet te zéér boven de Stads peil worde aangehoogd, noch meer dan twee voet tien duim ryze boven de oude peil, die', federt het jaar 1624,aan den Oofter-vleugel der groote fluize te Spaarnedam, geflaagen geweeft is. De Slaa- perdyk is zes honderd en zeven roeden lang, vry breed, en, ter wederzyde, zagtelyk af- glooijende. Hy loopt, noordweft- en weft- waards, van Spaarnedam af, door de Spaar- nedammer-, Noord-Aken-dammer-, en Vel- zer-bannen, tot aan de Zandpoort toe, daar hy, aan 't hooge Land, tegen de duinen, eindigt. By ongemeenen hoogen Y-vloed, loopt hy, terflond, over, waardoor't water, te Amfterdam, belet wordt, hooger te ryzen; doch 't land om Haarlem, veeltyds, onder- loopt. Wy hebben reeds, by eene anderegele- XL
genheid (u), verhaald, hoe het oudfte Gafl ïiEILIGS huis deezer Stede, in 't jaar 1371, den ' Hei-
CO Stads Miffiven. N. XXIX. ƒ. jj vtrfo. (ft) Zie II. Dcelt II. Boekj, hl. Ui, Aa 4 *
|
||||
#'
|
|||||
$76 AMSTERDAMS V.Deei,.
Polders, HEILIGEN W E G,
Wate-
ken, Dy-die, van den Amftel af, omtrent welken , *^N en een gedeelte van den zelven, binnen de Stad leggende, nog den naam van Heiligen Weg draagt, tot heel aan Slooten toe, liep, aan- genomen hadt, te onderhouden; doch zyne verbindtenis, vermoedelyk uit onvermogen, niet hebbende können naarkomen , zien . moeft, dat die weg, meer en meer, verviel. Hy werdt, derhalve, in't jaar 1415, door 't Kapittel der Lieve-Vrouwe inden Haage, die de begeeving hadt van de Kapelle der Heilige Stede, nu de Nieuwe-zyds-Kapelle, alhier, aan welke de Heilige weg, voor- maals, behoord hadt,nevens deeze Kapelle, opgedraagen aan de Stad (ü). Doch 't is niet klaar, of deeze opdragt ftand gegreepen hebbe. Immers, ik vind , dat de Vroed- fchap, in 't jaar 1562, met die van de Hei- lige Stede , overeengekomen is , om den Heiligen Weg te doen onderhouden door de Stad; waartegen, de Kapelle een ftuk erfs, ten behoeve van het Weeshuis, afftondt (V). De Stad heeft, federt, zo ver my bekend is,den Heiligen Weg, altoos, bezeten, en, doorgaands, zeer wel onderhouden. Een gedeelte van den Heiligen Weg is, by ge- legenheid van de verfcheiden' vergrootingen der Stad, binnen dezelve, getrokken. Een ander gedeelte, welk , buiten de Leidfche Poort, aanvangt, en gemeenlyk de Over- . toom-
(v) Handv. hl. 4ïi.
{w) Refol. VieedfcJj, «V, u tf Fthtt 29 ^April tgëit,
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 377
toomjche Weg genaamd wordt, is , tot aan Poldeks,
den Overtoom toe, beftraat, en, ter weder- Wate- zyde, met boomen bezet. Van den Over- ren»Dy- toom, tot aan Slooten toe, daar hy, alleen- wegsn. lyk vooraan, beftraat is, draagt hy thans, gemeenlyk , den naam van Slooter-Weg, Langs den Heiligen- ofOvertoomfchenweg, plagten verfcheiden' Kruidmaakeryen te ftaan, die allen verplaatft, of verdweenen zyn O). Wy komen , eindelyk, tot de Wegen , xil.
Zandpaden en Trekvaarten, volgens ver-Vaart, fcheiden' Overeenkomften, tuflchen de Stad Trj^.fA,d en de naafte Steden geflooten, om den toe- G" NWEG gang naar dezelven, en van dezelven her- op Haar- waards,veiljg en gemakkelyk te maaken,in l^ de voorgaande eeuwe, op gemeene koften, aangelegd; de eigendom en beheering van welken, gedeeltelyk, der Stad toekomt. De voornaamften zyn die op Haarlem, op Weesp, op Muiden en Naarden, op Gouda, en op vier Steden in 't Noorderkwartier, Moni- kendam , Edam , Purmerende en Hoorn. Wy zullenze, in deeze orde, kortelyk, be- fchryven. Wy beginnen met de Vaart, bet Trek pad en den Wa-
genweg op Haarlem. Voor 't jaar 1631, was 'er, tuflchen Haarlem
enAmfterdam, geen andere weg, dan te lande, langs den hoogen Haarlemmer dyk, tot aan ' Spaarnewoude, of Spaarnedam, en verder, langs de binnenwegen, totHaarlem toe; en, te wa~
(x) Handv. bl. 411, Xtf6f. en hier voor, IV. Deil, U
Betk^, bl. z68, t6$, Aaj
|
||||
378 AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, water, langs het Y en het Spaarne. Doch dee-
Wate- 'ze Wegen waren, vooral by wintertyd en *EN»DY-onftuimig weder, verdrietig en gevaarlyk. W£G£K. ^e twee Stec*en verwierven, derhalve, op
' den vierden April des gemelden jaars, Oc- troi van 's Lands Staaten, tot het maaken van eene nieuwe Vaart en Weg (y), die, terftond daarna, gegraaven en voltrokken werdt. Midlerwyl, hadden de Steden eene overeenkom!! getroffen, hierop uitkomen- de „ dat de Vaart, het Trekpad en de Wa- „ genweg tufTchen de twee Steden, op ge- |
||||||||||
meene kollen, gemaakt zouden worden,
en beginnen, aan den Singel, voor de Spaarnewouder - Poort, te Haarlem , en |
||||||||||
„ ooltwaards aan voortloopen, tot aan of
„ omtrent het Gemeene - Lands - Huis van „ Rynland: van waar, de reizigers te voet „ zouden gaan, over de Sluizen van Rynland, „ aldaar 'm den Dyk gelegd, ter lengte van r, zeventig roeden, om, vervolgens, in eene „ andere fchuit over te treeden. Dat deeze „ overgang, tot geryf der rytuigen, ten we- „ dereïnde, zagtelyk af hellende gemaakt, en „ behoorlyk beftraat zou worden. Dat de „ vaart wederom beginnen zou, aan de ooft- „ zyde van de Braak, omtrent het Gemeene- „ Lands-Huis, en lynregt voortloopen tot „ voor de hameije der Haarlemmer-Poorte, „ te Amfterdam. Dat zy vyf roeden wyd, „ en zes voet, Rynlandfche maat, diep zou „ zyn, en~dat, langs de vaart en het trek- „ pad, eene barmte zou blyven, ter breedte „ van
(y) Handy, t/. 42 u , , " . *.
|
||||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 379
„ van eene halve roede, om, tegen 't af- Polders,
„ fpoelen eninkolken, met riet beplant te Wate. „ worden. Dat het trekpad en de wagen- *en,Dy. „ weg ten zuiden der vaarte leggen, en- wï^. „ famen drie roeden, vier voeten breedzyn „ zouden , en behoorlyk bezand worden. „ Dat, tuffchen den wagenweg en 't naafle „ Land, eene floot zou worden gegraaven, ,» ter breedte van tien voeten, waarvan de „ eigenaars vier, en de Steden zes voeten „ draagen zouden. Dat men, ten noorden „ der vaarte, daar 't vereifcht werdt, eene „ kaade van eene roede breed leggen, en „ onderhouden zou. Dat men, inden weg, „ nergens eenige opening maaken, en de „ openingen, die 'er, by ongeluk,in komen „ mogten,terftond, wederom (toppen zou. „ Dat de vaart, alomme, uitgezonderd aan „ de Haarlemmer Liede, altoos geflooten „ zou blyven, zonder dat men, uit de zelve, „ in de Meer, of uit de Meer, in dezelve |
||||||||||||||||
57
>5
|
zou mogen komen: zullende 'er, alleenlyk,
ten wedereinde der vaarte, digt aan de beide Steden mogen gelegd worden een |
|||||||||||||||
„ fluisje, tot doorlaating van fchuiten, niet
„ langer dan zes en twintig en een halve, „ en niet wyder dan zes en een halve voet, „ en twee voet vier duim hoog in 't hol. „ Dat de koften, tot alles vereifcht, en de |
||||||||||||||||
3>
|
baaten, komende van de gabelle of het
|
|||||||||||||||
weggeld, by de twee Steden,ieder, voor
de helft, gedraagen en genooten zouden worden, zullende ook de Schuitenvoerders „ en Wagenaars, die 't Veer bevaaren en „ be-
|
||||||||||||||||
38o AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, „ beryden zouden , by de twee Steden, ie-
Wate- it der voor de helft, worden aangefteld." 2'^T'Op deeze overeenkomft, werdt willige Con- Wugen. demnatie van den Hoogen Raade verzogt, en verkreegen (s). En 't werk werdt, eer- lang , op den voet derzelve, voltrokken. De Weg en Trekvaart zyn vier duizend twee honderd vyf en negentig roeden lang. Het Gemeene*Lands-Huis van Rynland, by welk de Vaart, door den Spaarnedammerdyk, en de Sluizen in den zei ven, geftopt of afge- broken wordt, ftaat, een ftuk wegs voorby halfwege , van Amfterdam af te rekenen. Ten einde van de Vaart der Amftèrdamfche zyde, aan halfwege, is, met goedvinden der beide Steden, een duikertje gelegd, door welk, men de Vaart, als zy, by drooge Zomers, gebrek aan water heeft, uit de Meer, van water voorzien kan. De Vaart aan de Haarlemfche zyde heeft , door de Liede > gemeenfchap met de Meer, en dus, naauw- lyks ooit, gebrek aan water. Het Trekpad langs de Vaart is, met paaltjes, die, door- gaands, vyf roeden van eikanderen ftaan* afgeperkt. Elke twintigfte paal is, met het getal der honderden roeden afftands van elke Stad, getekend. Op dea affland van omtrent zeven honderd roeden van elke Stad, ftaat een Tolhuis en Hek, daar de gabelle , tot onderhoud van den weg, ontvangen wordt. Zy wordt, van tyd tot tyd, verhuurd. Die, met de gewoonlyke Trekfchuiten, welken, alle uuren, van de eene en de andere Stad :'y. af- (a) Zie Privileg, van Haarl. bl, 470.
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 3&1
afvaaren, reizen, betaalen ook deeze gabel- Polders,
Ie, welke, onder de vragt, ontvangen, en Wate- door de Schippers, aan den Huurder van de ""'j^** gabelle der Vaarte, verrekend wordt. Die weöen. omtrent de Tolhekken woonen , zyn vry van deeze gabelle: doch zulken, die aldaar alleenlyk buitenplaatfen hebben, worden ge- oordeeld , dezelve fchuldig te zyn (a). Tot verbetering van den Wagenweg, die, hier en daar, groot gevaar van doorbraak liep, zyn de twee Steden, in 't jaar 1762, be- gonnen , met dien te beflraaten, waarmede men, terwyl wy dit fchryven, reeds verre gevorderd is. Men begon deezen flraatweg, van beide de Steden af, aan den Haarlem- fchen kant, metklinkerds, en aan den Am- flerdamfchen, daarhy, in 't jaar 1766, vol- trokken is, met Brabantfché ftraatfteenen. Men heeft nog eenen bekwaamen zandweg laaten leggen, ten zuiden van den flraatweg, die, by yogtig weder, met meer gemak , bereeden kan worden. Burgemeefleren van beide de Steden komen, van tyd tot tyd, gemeenlyk op den voorflag van die van Haarlem, op het Gemeene-Lands-Huis van Rynland, byeen, om op het onderhoud der Vaarte te raadpleegen, en de rekening der fchade en baate, op dezelve gevallen, op te neemen en te fluiten. Naar Weesp en Muiden, plagt de Vaart XIIL
ook onzeker en moeilyjc te zyn, moetende WAGm' dezelve, met zeilfchuiten, over 't Y en de trekpad Zui- epWEcsr.
(a) Miflïve van Bürgern, van Haarlem v*n $ Dec, 1704.
iert*ßend$ ter Charteik^mer;
i |
||||
382 AMSTERDAMS V.Deei.
Polders, Zuiderzee, en voorts, door deVegt,die by
Wate Muiden in de Zuiderzee valt, gefchieden.
ren Dy. Te lande, moeft men, langs den Muiderdyk
Wegen. en ^oor ^en Diemer-ban reizen. Het droog.
maaken der Diemermeer, omtrent den jaare
1630, en het aanleggen van eenen wandel-
weglangs de ooftzyde des Amftels, tot aan
de Diemermeer-bnigge, door de Stad Am-
fterdam, gaf de eerfte aanleiding, om op
het maaken van eenen
Wagenweg en Trek pad op
Weesp bedagt te zyn, waartoe de beide Steden, op
den vyftiendén Oétober des jaars 1637, het gewoonlyk Oótroi verwierven (T). In 't volgende jaar, trof men twee overeenkom- ften, eene met de geërfden aan de ooftzy- de van den Amftel, tuflchen de Stad Am- fterdam en de Diemermeer - brugge, die aannamen, de bruggen, in dien weg gele- gen , te onderhouden, mids de twee Steden de buitenvleugels dier bruggen; de fchoei- jing langs den Amftel, en twaalf voeten wegs daar nevens, tot een Trekpad, onderhielden. Het overig gedeelte van den weg, die in 't geheel vyftig voeten" breed moeft zyn, zou ten lafte der ingelanden blyven (c). De an- dere overeenkomft werdt gemaakt met die van de Bylemer-Meer, welken toeftonden, dat de twee Steden hunne nieuwe vaart en weg, beginnende van omtrent de Diemer- meer-
(b) Handv, */. 43 t.
(e) Handv. bt, 347. |
|||||
f
|
|||||
XL Boek. Voornaamste bezittingen. 383
meer-brugge af, mogten gebruiken, mids bei- Poldexs.
de vaart en weg, den laatften, die v.eertig voe- Wate. • ten in 't geheel breed moeft zyn, ter breedte REN>E>Y~ van agt en twintig voeten,onderhoudende, wLSr. naar behooren. Voorts, moeften de Steden het " Trekpad doen leggen boven op den Ringdyk van de Bylemer-Meer (d). Vervolgens, viel men aan 't leggen van het Trekpad, welk * langs het water de Gaasp , tot aan Weesp toe, voortliep, en waar , naderhand, een wagenweg, van Diemerbrug af, werdt by- gevoegd; om welken te onderhouden, den twee Steden, in 't jaar 1655, vergund werdt,. eenen Tol te heffen. De tol, die tot on- derhoud der vaarte wordt betaald, werdt, in'tjaar 1679, verhoogd: ook de gabelle op den ryweg, in 't jaar 1704 (e). De weg en vaart kan, 'niet dan met zwaare koften, onderhouden worden. De Burgemeeftereii van beide de Steden komen, ais Commifla- riflen van het Zandpad tuflchen Amfterdam en Weesp, van tyd tot tyd, byeen, om op het onderhoud van het zelve en van de vaar- te te raadpleegen en te befluiten, en de re- keningen der koften op te neemen. De Vaart op Weesp, die, langs den Am- Xïy#
ftel, de Ringflooten der Diemer- en Byle- Trek- " mer-Meer , en het water de Gaasp loopt, vaart en hadt, voor ver het grootfte gedeelte, met jjjj^j behoeven gegraaven te worden. De weg^N^. zelfwas, gedeeltelyk, te vooren, aangelegd -dect. geweeft. Doch anders was 't gelegen, met dö Trek-
(d) Handv. bl, 431.
\e) Handy, hl, 431, 4)3. |
||||||
\
|
||||||
-,,.
|
||||||
^■ÜPWrfR
|
|||||
384 AMSTERDAMS V.Deel.
Polders, Trek va art en Weg op Muiden en
Wate" * Naarden
hen,Dy- j.\aakijün,
WfioSr. die» byna geheellyk, van nieuws, gemaakt
moeften worden. De drie Steden verwier- ven , hiertoe, het gewoonlyk OÓtroi, op den vyf en twintigften O&ober des jaars 1640, en werden, te gelyk, gemagtigd, tot het heffen eener redelyke gabelle. Wat laater, I werdt haar gegund, de Landen, die zy, by waardeeringe der byzondere Geregten ,
moeften overneemen, te mogen overnee- men, zonder dat 'er dykslaften by zou- den worden gevoegd. Doch werdt haar, wel uitdrukkelyk, gelaft, de vaart niet te verbreeden , noch tot het vervoeren van koopmanfchappen bekwaam te maaken, al- zo het oogmerk was, dezelve alleenlyk voor den reizenden man te doen dienen (ƒ). De vaart en weg zyn, terftond hierna, op dee- zen voet, voltrokken. Zy ftrekken zig, van Diemerbrug af, langs en door de Bannen van Diemen, Overdiemen en Muiden, tot aan de Stede Muiden toe; daar men, ten ooften dier Stede, in eene andere fchuit o- vergaat, (trekkende de vaart en weg zig, van hier, door de Polders,onder Muidenen Naarden behoorende, regt toe regt aan, naar de laatftgemelde Stad. XV. Tuffchen Amfterdam en Gouda, was wel, wRv!AKTVan ouds' eene vaart' doch Seene Trek"
cp Gou- vaart ge weeft j 't welk het reizen van de eene ba. naar de andere Stad zeer ongemakkelyk
maak-
(f) Handr. K *3o, 4J1.
|
|||||
•
|
|||||
il, Boek. rVoorgaAMSTë bezittinöen. g $£
maakte. De twee Steden kwamen , der- Polder^,
halve, in 't jaar 1656 , overeen , om deW-ATE- vaart tot eene Trekvaart te maaken, en een REW> Dy* Trekpad, van de eene tot de afidere Stad,' weoen; nevens dezelve , aan te leggen. Tot het maaken van zulk een ! Trekpad en Vaart op Gouda,
werdt, op den zesden April des jaars 16*56*,'
van de Staaten van Holland, en öp den zes- tienden July des jaars 1657 , van de Staaten 's Lands van Utrecht, Octroi verworven (g). 't Oólroi dei* laatften werdt vereifcht ; om dat het Trekpad ,- gedeèltelyk , over Stigtfchen bodem loopen rrioeft. En dit' èedeelte begon, aan 't begin dei huizen vati den Uithoorn , by de roode Paal, daar de ryn.def Trekpaarden moet worden af ge-* flaagen, en de Schuiten van paarden wis- felen ; ten welken einde , op Stigtfchen grond, eene ftalling is opgeregt. Het zand- pad aldaar blyft, zo ver het, door de Ge- meente van den Uithoorn , aangelegd is g aan dezelve toëbehooren , te gelyk, met den tol , dien zy plagt te heffen. Doch! het wordt, met het overig gedeelte vari den Trekweg, onderhouden doof Arnfter- dam en Gouda, die , deswege , eene Ga- belle genieten, van welke, nbgtans, de • ingezetenen van het Stigt vry zyn, zo lang zy op Stigtfchen bodem blyven. De Trek* weg loopt, van daar, voort langs deDrechf^ tot
f. (^VHand/. bl, 45§, 417. Groot Cti. Placaatb» II, Dte(t
iL 235. X, Stu& Bk
|
|||||
r^TwwPISPP
|
|||||
0* AMSTERDAMS V.Deeü.
Folders, tot aan het Tolhuis, onder Kalflagen. Van
Wate- waar hy, langs eene gegraaven vaart, voort^ KEN'e«T"&aat tot aan °*e duivels-brug, en Abbe-
Wegen. watering,die in de Aar loopt.^De Trekweg ftrekt zig , nevens de Aar; langs welke , daar zy zig met de kromme Aar vereenigt, een bruggetje legt, en wat hooger, nog een, by welk laatfte, de Trekweg, we- derom , langs eene gegraave vaart, voort- loopt tot aan den laagen Ryndyk, regt te- gen over de Goudfche Sluis. In deezea dyk, hebben de twee Steden eene brug gelegd, die, volgens 't Oélroi, waarin Haarlem , anderszins, niet zou bewilligd hebben,maar agt voet en tien duim, Rynlandfche maat, wyd zyn moet, welke ook de wydte is van de opening in de Drecht, by het Tolhuis onder Kalflagen. In 't Oétroi is, wyders, voorbehouden het belang, welk de Stad Paarlem verftondt te hebben, by de wydte cieezer brugge, waaromtrent die Stad, nog- tans, met de Steden Amfterdam en Gouda, overeengekomen is (£). Voorts, loopt het Trekpad langs de Gouwe, boven de Goud- fche fluis, voort, tot aan de Stad Gouda toe. De Vaart op Gouda mag, eindelyk, vol- gens het Oétroi, niet dan tot het overbren- gen van reizigers, geenszins tot het ver- voeren van koopmanfchappen, gebruikt worden. De twee Steden draagen de koften van den Trekweg, van den Uithoorn af, gelykelyk, en genieten ook het voordeel 3er Gabelle, ieder voor de helft. Men
(h) Zit Privileg, van Baarl. H, ji+, 515,
|
|||||
il. Boek. Voornaamste bezittingen. 3$f~
Men hadt, federt eenige jaaren , ver« Pmmstf
feheiden' Wegen en Vaarten aangelegd * w&te- naar het Zuidelyk gedeelte van Holland, 't RF'**'*J** Werdt tyd, dat men ook op het aanleggen yJéóaw. van zulke vaarten en wegen,naar het noor- XVIp delyk gedeelte deezer Provincie, bedagt Trek-* was. Te Amfterdam , werdt, hierop, al paden eti ten tyde van het verbeteren der vaarte op 'VaarJJS! Gouda, geraadpleegd, Men handelde 'er KIKEN. ook over, met de Steden Hoorn, Edam,DAMf7i Monikendam en Purmerende (i), en, opEDAM, den vyfden Juny des jaars 16604 verwief*^^, ven de vyf Steden OÓtroi van's Lands Stafr ENDE> ten (k), tot het rnaaken van twee ! naar
, • .,.■'. . ■ • Hoonfflf.
Trekp*ade°n en Vaarten , over Mo-
nikendam en E dam , en over PuR' \ merende, naar Hoorn. . De Vaarten en Trekpaden, nevens5 eértèrr!
Wagenweg, werden, kort hierna, aangelégtf en voltrokken, vanHoorri af4, tot aan Buikfloot toe, op gemeene kollen der vyf Steden. Doch' de Vaart en de Ry- en Trekweg, door de Volewyk, tot aan den Waterlandfchen dyk, te Buikfloot, werden alleen bekoftigd door;' de Stad Amfterdam , dié dok alleen het Veer op Buikfloot begeeft, en de gabelle, Voor het onderhoud van de vaart éii weg door de Volewyk, geniet. Van buiten de Wefterpborte der Stad Hoorn, ftfekt zïg de de vaart en weg, binnenwaards langs de# ftoogen dyk, tot aan de Aam-floot: voorts, rnee^
(ï) Zie II. Deel,XVII. B$e\, hl. 2jz,
■ (>;) HahdK U. 4Z8. J'J -,.. ....... £ > Bb 9
|
||||
■-^T^*w^**m\m*imtfw*yw*w>>vmmiwwm ii^uiiiiijiippwMPnTV'wiqv-pm^HipHii
|
|||||
AMSTERDAMS V.Deeu
ï>lders, meer binnenwaards, door Scharwoude, tot
Wat?: aan den ouden dyk, over welken, men inv 2n m 'eene anc^ere Ichuit treedt. De Vaart en het Wjegem. Trekpad loopen, tuflchen Beets en Schar- dam , voort, tot aan den Oofthuizer - Meel- molen, daar zy zig in f: weeën deelen. Het weftelyk gedeelte, eigenlyk de Ringfloot der Beemfter,ftrekt zig tot aan Purmerende: vanwaar , eene gegraaven Vaart en Trek- pad , agter llpendam en Watergang, langs de Broeker-Meer, voortloopen, en het Trekpad, wyders,langs de Slogter en Buik- flooter - Meers ringfloot, tot aan Buikfloot. Het ooftelyk gedeelte der Vaarte, die hier gegraaven is, loopt, met het Trekpad, van Obflhuizen, door Zeevang, legt toe regt aan, op de Stad Edam. Van hier loopt het Trekpad, gedeeltelyk langs de ringfloot der Purrner, en voorts, nevens eenê gegraaven vaart, door de Katwouder-Ban, naar de Stad Monikendam. Van daar, ftrekte zig, vari ouds, eene vaart, voorby Broek, tot aan de Broeker-Meer, nevens welke Vaart, het Trekpad gelegd werdt, welk, langs de noord- zyde der ringfloot van de Broeker-Meer,eii voorts, langs de Slogter en Ringfloot der Buikflooter-Meer , tot aan Buikfloot toe, voortloopt. De Wagenweg legt langs de Trekvaart van Hoorn, tot aan den oudeiï dyk: van daar, tot aan den Oofthuizer-Meel- molen : wyders, door Zeevang, tot aan Edam: van daar, door de Katwouder-Ban, tot aan Monikendam, en verder, langs den ouden weg, tot aan den Waterlandfchen dyk. De Wagen- en Trek weg wórden, door s dl de
|
|||||
I
|
||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 389
de vyf Steden, onderhouden; ook de brug over Polders,
de Aamfloot, en de andere bruggen, die over Wate- eenige wateringen onder weg gelegd zyn,*^»0** uit eene gabelle, die, van tyd tot tyd, ver- wegeh^ pagt wordt. Doch de reizigers, van Alkmaar op Hoorn en te rug vaarende, en onder weg in deTrekfchuiten naarEdam,Monikendam of Purmerende komende, zyn van deeze ga- belle vry. Het bewind over de Wegen en Vaarten tufTchen de vyf Steden ftaat aan Gemagtigden uit de Regeeringen dier Ste- den, Commissarissen van het Zand- pad der vyf Steden genaamd, die, in de Steden , beurtelings, ten dien einde t vergaderen. Ter bekortinge der Vaarte op Utrecht, XVII.
is, reeds in 't jaar 1626, Oóiroi verworven Z^°PAD van de „Staaten van Holland tot het maaken^^ van een KErk en „ rri r\ Breuke-
Zandpad ?#to Ouderkerk ^ len.
Breukelen, langs de gewoone Vaart aldaar, zynde de
Bullewyk, de Holendrecht, en den krom* men Angftel (/). Doch het Zandpad loopt niet meer tot aan Breukelen; maar langs de nieuwe watering , eene gegsaaven Vaart, tot aan Nieuwerfluis. De vaart vereenigt zig hier met de Vegt, die, langs Breukelen en door Maarfen , tot aan Utrecht toe, .,' voortloopt. Te gelyk met dit Zandpad, werdt
'er een Wagenweg gemaakt, langs de Ho- léndrecht, van tegen over den Voetangel, tot
(l) H»ndv? bl, 437. '
Pb 3
|
||||||||
*
|
||||||||
f$$ , AMSTERDAMS V.Deel.
Folders, tot aan het Dorp Abkoude. Qp de gabelle.
Wate- tot onderhoud van het Zandpad tuflcheri
REN'Dï'* Ouderkerk en Nieuwerlluis , en van den
ken en ,j T3rr . . '. • , 0 : Wégen, gemelden Wagenweg, is, in t jaar 1648,
eene Ordonnantie gemaakt (in). Doch om-
trent den jaare 16S6, werden de twee Ste- den te raade, den Wagenweg, van de eene tot de andere Stad, verder bekwaam te maa- ken. Hy loopt voort, over Baambrugge, tot aan 't Huis te LoenerOoot, en vandaar, langs eene brug over den Angftel, en langs den Slootdyk, tot aan het Dorp Loenen; van waar hy zig, langs de Vegt, tot aaq Utrecht toe, uitftrekt. De Slootdyk loopt, door Loenen - Kroonenburgs - Geregt , er* wordt, door den Heer deezer Heerlykheid, pnderhouden, tegen 't genot eener redely- ke gabelle, by Ocïroi der Staaten van Hol- land van den dertigften May des jaars* 168Ö, aan Antonis van Lynden, Heer van Kroonen- burg, Loenen enz., toegeftaan («). Voor *t overige, ftaat het bewind over den Waf genweg, zo wel als over het Zandpad en de Trekvaart , aan Commiflariffen uit de Regeeringen van Amflerdam en Utrecht. xvm. j)e Steden Amflerdam en Weesp zyn, ïr| tanmADc Jaar I(^5°» overeengekomen , niet alleen
Weesp om den Vegtdyk tufïchen Weesp en den naar 's Hinderdam te herllellen en te onderhou- Graa- ^en. maar OQk om den zelven, nevens den Iakd. Broedyk, by de Uitermeerfche Sluis, te maa-
ien tot een Zand-
« lm) Handy, bl, 437.
(a) Handv. IL, -5.3«. ,
O i \ < 't
|
||||
JLBoek. Voornaamste bezittingen. 391
Zandpad ca« We esp naar's Poldess,
Graavenland. Wate-
ren , Dï*
De twee Steden verwierven,op denvyf-^5*,*1
tienden July des jaars 1675, O&roi tot het heffen eener redelyke Gabelle van alle per- {bonen, met Jaagfghuiten vaarende van Weesp naar de Uitermeer, en van daar , of naar den Hinderdam, of door de vaart langs den Broedyk , naar 's Graavenland : ook van de rytuigen, paarden en ander vee, die deezen weg langs kwamen (0). De Vegtdyk, van Weesp tot aan den Hinder* dam , befloeg eene lengte van twee dui* zend roeden. De Broedyk, gedeeltelyk, ook de Lodyk of Loyendyk genaamd , was negentien honderd roeden lang. De Stad , Weesp hadt, in 't jaar 1619, reeds OcTxoi verkreegen, om deezen Lodyk, tot eenen bekwaamen weg, te maaken, voor de wa- gens, die, van Amfterdam naar Utrecht, of van daar te rug wilden (p). Doch zy fchynt zig van dit Oótroi niet bediend te hebben. Het Zandpad tuflchen Weesp en 's Graavenland ftaat, volgens gewoonte , onder t bewind van CommhTarifTen uit de Regèeringen van Amfterdam en Weesp. Burgemeefteren der Stad Amfterdam , XIX
toen nog geene eigenaars van de Ambagts- Weg van heerlykheid van Ouder - Amftel, waar in Duiven- Duivendrecht gelegen is, yerzogten enver-DRE°HT wier- koude.
(«) Handv. hl. 4+1. <p hier voor, II, Dtelt XX. Boekt
}t.j JZ.
(f) Handy, il. 43*.
Bb 4 •
|
||||
$pz AMSTERDAMS ' V.Dee&
Foldeks, wierven, in 't jaar ió~85, Oétroi van 's Lands
y^ATB- Staaten, om den zeer vervallen
XEN Dr-
KEN m Weg ïfl» DyivENDREciiT cp
Abkoude
te mogen herflellen en verbeteren, en, tot
het vinden der kofteri , eenen draaglykeri tol té mogen heffen (q). De koften liepen hooger, doordien 'er eene val brug gelegd moeft worden, over dé ringfloot der Die- mermeer, omtrent twee roeden ten werten, of aan deeze zyde van de Hards veldfche brug« De weg werdt, federt, voJtrokken. Men bediende zig daartoe van de Duivendrecht- fche Laan, die aan de niéuwe valbrug, fe- dert , de Duivendrechtfche brug genaamd , begint, ter lengte van omtrent vier honderd roeden. De ingelanden der groote Duiven- drechtfche Polder, welker Landen, tot ver- betering van den weg, gebruikt werden, vei- kreegen, daartegen, vryheid om zo veele hoofde« of bruggen, als zy' goedvonden , yan hun Land op den 'weg te nïqgen leggen, mids dèzelven ten minfte zo wyd niaaken*- de, als de Polderfluis aan de Diemermeers- ringfloot. Ook werdt hun het vry gebruik van den weg , tot de Ouderkerker - Laan tx>e en te rug, toegeftaan, zonder eenigen tol te betaalen. En de Stad nam aan, den weg, altoos, op de hoogte van eene be- kwaame Polderkade, waartoe dezelve, voor- heen ,* gediend hadt, te zullen .onderhou- den (r\ U) Handv. II. *3;.
(r) Haadr. tl. étfs, J |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. #$$
De weg loopt, wyders, van de Ouder- poider«;
kerker-Laan af, naar en langs de Ring-WATE- floot der Bylemer-Meer, en voorts, dwars ■SFawS door de Bylemer-Landen, voorby de Ab-^NSg^t kouder-Meer, daar hy den Broeker-weg heet, naar het Dorp Abkoude. De Stad Amfterdam heft twee Gabellen, tot onder- houd van deezen weg, een aan de Duiven? drechtfche brug, en een aan het Tolhek, niet verre van de Ringfloot der Bylemer- Meer ( s ). (t) Zit Handv. hl, 4jtf.
|
|||||
Bb$ BY-
|
|||||
30* AMSTERDAMS V.Dee£.
£* B Y L A A G E N
I/éAA.
öp het V. Deel, II. Boek.
Lr. AA,
Octroi van den zesden May des jaars 1634,
voor de Buitenvelder-Polder , tot aan 't Lange Loopveld, waarby Poldermeeßeren, on- der anderen, gemagtigd worden, oifl, ten over' flaan van Burgemeejïeren van Amßerdam, Keuren te mogen maaken» De Ridderfchap, Edelen en Steden van Hol-
lant ende Weftvrieslant,. repraefenteeren- de de Staten van den zelven Lande , doen te ^veten , dat ons vertoont is by de Poldermees- teren van de Buytenvelderfche Polder, vervat- tende de diftantie van Landen gelegen tiuTchen de Stadt Amfterdam ende het lange Loopvelt, hoe dat, met approbatie van de Heeren Thre- ibrieren der voorsz. Stede, by de gemeene in- gelanden gerefolveert was geweeft, in den yoor- leeden jaare 1633, te belleden ende op te rech? ten twee nieuwe achtkante Watermolens, ter plaetfe naer 't goetvinden van de Gecommit-^ teerdens nevens Molcnmeefteren, daartoe ver- koren ; in gevolge van welcke refolutien, foo verre geprocedeert was, dat beyde de voorsz. molens gangbaar waren, ende alhoewel fommi- ge Landen, foo tot de aengangen als uytwer- pen van de molens, by de eygenaars aan de pol? der vereert waren, foo was nogtans andere in- gelanden fulx niet gelegen geweeft mede te doen, ende alzoo het redelyk was, dat aan een ieder fyne vergraven Landen , als mede de gron-
ft si ■ r ■ ■ ' c> :'
|
||||
WJHP:.. JÜ»W«fJW
|
"Bf^PWBP^WflP"
|
||||||
$.Boek. Voornaamste bezittingen. 395
gronden van de opftallen, die het buytenwater B?LA .
keeren, waarop de kaden ten wederzyden ge- GEN Jegt waren, in alle billikheyt,vergoet werden; L'.AiU l dat mede dienftig was de toegangen ende uyt- werpen van de niolens, alsmede de gronden, daar zo molens als Kaden op leggen, voor dé gemeene Polder te behouden, op dat de wate- ren onbelemmert van vaertuygh, ende alle ver- fparringen , ende de Kaden onbeweyd en in haar volkomen wezen, ten dienfte van de polderin: ge, mogten gehouden worden, foo verzogteij de vertoonders, dat ons geliefde haar te ver- leenen Octroy, daar by de gemeene buytenvel- derfe ingelanden wierde vergunt aan te mogeji nemen ende te betalen, tot tauxatie van 't Ge- rechte van Amfterveen , als vrye eygen.? alle de vergraven gronden, foo tot de aangangen a|s uytwerpeii van hare molens , mitsgaders de landen, daar de Kaden van opftal op ge- maakt, ende de molens pp getimmert waren ; Jtem Keuren te maaken ten qverftaan ende by goetvinden van de Heeren Burgemeefteren der Stede Amfterdam, als haare Ambachtsheeren, ten dienfte ende onderhout van de voorsz. polder nodig; boeten daar toe te ftellen, ende de onwillige, naar ouder gewoonte, door Of- ficieren van Amfterdam ende van Amfterveen, te doen executeeren paar dykregt; Soo is t, (Jat wy de laake ende verfoeke voorsz. over- merkt, de voorsz. gemeene buytenvelderfe in- gelanden , uyt onfe Souvereyne authoriteyt ende magt, geconfenteert, geoctroyeert ende toegeftaan hebben, confenteeren, oclroyeeren ende dezelve toeftaan by dezen, dat zy füllen A mogen aannemen, als vrye eygen, alle de ver- graven gronden, tot de aangangen ende uyt- werpen van hare voorsz. twee molens nodigh, mitsgaders, de Landen daar de Kadens van op- ftal op gemaakt ende dezelve molens op ge- tim-
|
|||||||
ggf AMSTERDAMS V.DeeU
B5TLAA- timmert zvn ? mifs dezelve aan de eygenaars
CEN van dien voldoende tot taxatie van de Geregte fXAA. van Amfterveen voorsz., oorlovende dezelve ingelanden mede, ten ovërftaan van de Heeren Burgemeefteren der Stad Amfterdam , als haar . Ambagtsheeren, Keuren te maaken , ten dien- den ende onderhout van de voorsz. polder no? dig, ende namentlyk, volgens de nader ver- klaaring van de voorsz. vertoonders, om de- zelve polder digt gefloten, ende van alle buy- tenwateren afgefondert te houden , ende van verdere openingen te bevryden, met magt, om- me boeten daarover te ordonneereen of Hellen, ende de contraventeurs ende onwilligen, door de Officieren van Amfterdam ende Amfterveen, in hatire refpeétive jurisdiélien, te mogen doeri executeeren naar dykregt, ende ten eynde de voorsz. gemeene ingelanden h effect van de- zen onzen Confente en Oclroye mogen ge- nieten als naar behooren , laden ende or- donneeren wy alle ende een ygelyken defen aangaande hun hier naar te reguleeren, fon- der de voorsz. gemene ingelanden te doen of- te gehengen gedaan te worden eenig hinder , letfel ofte moeyenifle ter contrarie. Gegeven in den Hage den 6 Mey 1634 , onder on- fen grooten fegele, hier onder aangehangen, (was getekend) J D Wassenaer V*. (Op de plicque ftondt) Ter Ordonnantie van dé Staten (getekend)
C. VAN DER WOLFF»
|
||||||
•
|
||||||
L'.A.
|
||||||
ÏL Boek. Voornaamste bezittingen. 307
GE»
Octroi tot hedykinge en droogmaakinge van de Lr. Ä.
meefl uitgeleende Bovenkerker- Polder ,
in Nieuwer-Amfiel', verleend op den zevenden
„ September des jaars 1764. De STAATEN van HOLLAND ende
WESTVRIESLAND,doentewee- ten: alzo ons te kennen is gegeven by Fran- cais Hendrik van Hoorn , Mattheus A- lewyn , Oud - Schepen der Stad Amfterdam , en Pieter Gyse Bont, als ten overliaan van, Mi. Joan van der Voort , Schout, en Mr. Willem de Dieu, Secretaris van Amftelveeh,, by de voornaamfte Ingelanden der Bovenkerker Polder, geleegen by Amftelveen,tot het bera- men der middelen, om de voorsz. Polder droog te maken, gecommitteerd, en met fpeciaale per- miflie, en toeftemminge van de Heeren Burger- meefteren en Regeerders der Stad Amfterdam, als Ambachtsheeren van Amftelveen en Nieu- wer-Amftel : , Dat de gemelde Bovenkerker Polder genoeg-
faam 't eenemaal, en fulks meeft voor de heyl- faame order van ftuiver-geld, was uitgeveend, waar door het Ambagt belaft was geworden riiet een confiderable party Water. Dat de voornoemde Polder in zyn geheel ,
groot was twee duyzend en neegentig Maaden* . Dat aan dezelve Polder reeds was en waren vervallen neegen hondert Maaden Water , bly- yende alzo elf hondert en negentig Maaden ,. welke voor als nog contribueerden, in het be- talen der laften , onder welke elf honderd ne- fentig Maaden nog maar drie honderd vyftig i ïaaden heel Land gevonden wierd.
, Dat van de voorsz. Wateren van tyd tot tyd, jdborliunne eygenaars al omtrent de agt honderd Maa-
|
|||||
—
|
|||||
"1
|
|||||
J|É AMSTERDAMS V.DEii.
Bylaa- Maaden waren geabandonneert, met vreefe dat
GE$: de nog contribueerende eygenaars fulks meede Lr. A. m.ogten komen te doen , voornamentlyk inge- valle van extraordinaire onkoften, zoo by het afbranden als ander verval van Moolens enan- derfmts , efr dus dezelve Polder in 't geheel zoude komen te raaken in verval en onvermo- gen. , ' Dat al meenigmaal dé gedagten waren ge-
weeft , om het zelve voor te koomen, door 't droogmaaken derzelve Wateren, maar aangefieri de exceffive fcoftcn j zoo tot het ftigten, als on- derhouden van Moolens, maken van Dyken , de klyne pryzcn der Landen, en de Onzeëker- heyd van fucces , zoo had men zoo een hafar- deufe ohderneeming nooyt durven werkflellig maken. Egter dé tegenwoordige nog contribueeren-
de eygenaars, ziende het verval van dag tot dag vermeerderen, de hier en daar nog leggende Akkers door flag van Water weg fpoelen, èrt bevreefi: van by langen uytftel zig in 't geheel te vinden beroofd van de nodige fpecien tot het maken der Dyken, zouden dit heylfaam werk (nu het nog doenlyk was,) willen ondernee- men , indien wy (welker Finantie tegenswoor- dig zeer weinig van deze Polder kwam te ge- nieten ,) het zelve werk met een gunftig Oélroy geliefden te favorifeeren. Waarom de Supplianten ootmoèdiglyk ver-
zogten , dat het ons mogte behagen, het werk van deze bedykinge volgens het geannexeerde Reglement te approberen en te Öciroyeren, en aan alle Landen, gronden, en Wateren, bin- nen den geheelen Ringdyfc van deeze Droog- makerye te fluyten, en aan alle Huyzen en Ge- bouwen, binnen' of op dezelve tegenwoordig zynde , of by vervolg tot bewooning, of cul- ture van dezelve nóg te zetten of te bouwen: Mitsgaders aan alle Landen, Gronden, Wa^" Off
|
|||||
il. BojsK. 'Voornaamste bezettingen. 399
teren, en Gebouwen tot het flaan van den Ring- g-,
dyk, het fchieten der Ring- en andere Slooten, GEj als meede tot de Water-togten, uitwateringen, l*. en boezems, en generalyk aan alle werken, en werktuygen van de gantfehe Bedykinge e» Droogmakery, met de gevolgen en aankleven van dien, gunftig te verkenen, vrydom van alle zoo Ordinaire als Extraordinaire Verpon- dingen , iooe. en aooe. meerder of mindere Pen- ningen ; van den ao«. Penning, en tiende Ver- hooging wegens 't Collateraal, en de 40". en 8o». Penning en tiende Verhooging van alle aliena- tien en hypothecatien; van de ioo«. en 200*. Penning over de. Capitalen , welke tot het ma- ken der Dykagie, of e enige andere werken van deze Bedykinge zouden werden genegotieerd'; en van de Oirgelden, Horengelden, bezaayde Landen, Koehouders-Zoutgelden > Fruyten, grove Waren , en alle andere diergelyke Ge« meene Lands Lallen, en Importen, zo tegen- woordige , als toekomende, alles voor den tyd van feftig eerftkomende jaaren, ingang nemen- de met den aanvang van de voorsz. Droogma- kery, ende na het expireeren der felve feftig jaaren nog vrydom van gelyke feftigjaarenvoor de helft,, van al het geen voorsz. was. Wyders vrydom van de nevale tiende en van
de Graaifelykheyds en andere Tollen , voor alle Materialen, die tot het maken, leggen, her- maken , herleggen van Dyken, Moolens, Sluy- fen, Verlaaten, Duikers en Weegen, tot den aanbouw van Huyzen, en andere Gebouwen, en generalyk tot alle werken en werktuygen van, en tot deze Bedykinge en Droogmakerye, en van alle Huyzen ,. en andere Gebouwen, op, of binnen defelvc, alles met de gevolgen en aankleven van dien ,. gebruykt zouden wor- den. Als meede Authorifatïe om van den Geregte
ie njogen vorderen, zoodanige Penningen als on-
|
|||||
/■
|
|||||
1 f , , ' • : . V'~- -
(öd AMSTERDAMS V;DêHÜ
Byêaa- 'ontter dezelve weegens deze Polder per Cafla
GEN waren.
Lr.«A. 1 Voorts bevel aan de gefamentlyke Droogma-*
kers, om alle de geabandonneerde Landen y Gronden, en Wateren, zo die geene, die by eenige refolutien verftaan mogten zyn, aan de Graaffelykheyd te zyn vervallen, als die geen, die naderhand door hunne eygenaars waren ge- abandonneert, ende nog geabandonneert mog- ten worden, voor haare Rekening, en ten naa- ren behoeven te moeten aanneemen, en droog- maken; zoo wy met dezelve in deze Droog- makery niet geliefde- te participeeren. 1 Gelyk meede Permiffie om in de gem. Boven- kerker Polder, op taxatie van den Geregte vart Amftelveen ,te mogen aanflaan zoodanige Gron- den , Landen, en Gebouwen, als zy tot leg- gen , maken , en onderhouden van Dyken , Vaarten, Weegen, of anderfmts ncrodig zou- den oordeelen te hebben. S Vorders de Supplianten te Authoriferen (aan*' gezien tot groot voordeel van 't Dorp van Am-' ftelveen, ten koften van defe Droogmakery we- der gemaakt zoude werden, een Vaart van Am- ftelveen , tot in den Amftel,) om de tegenwoor- dige Gabelle of Schutgelden te mogen verdubt beien. Ende laaftelyk magt aan de Gecómmitteer-*
dens en aan die geene die fucceiïivelyk zullen aankoomen, om fodanige Moolens, Sluyfen ,' Verlaten, Watertogten, Üytwateringen, Boe-' fems, Wegen , Kaden , Dammen, Duykers ,• Hoofden, Heulen en Bruggen, of foodanige andere werken of werktuygen- mét de gevolge, en aankleeven van alle het zelve te mogen be- ramen, ftellen, leggen, maken,en des noods veranderen, herftellen, herleggen, hermaken, als zy ten meefte nutte van deze Bedykinge-, en Droogmakery van tydtot tyd zouden goed- vinden, mitsgaders om met advis, en concur* -i ä ren* |
||||
( ■
ILBofiK. VOORNAAMSTE BEZITTINGEN. 4<3*
currentie van Hoofd - Ingelanden te beramen, ßyi,ÄA«
doen, en maken zoodanige Keuren en Ordon- GKN nantien, tot, en op 't ftuk van de voorsz. Dy- Lr. A, kagïc, en Droogmakery cum anne-as; en des noods dezelve Keuren en Ordonnantien, zoo- danig te hermakeri, als zy zouden oordeelente behooren. Dan nadien de Supplianten te gemoet zaa-
gen, dat eenige Steeden mogten in bedenkinge vallen, ofte de intentie der Supplianten was, om de doorvaart te maken, voor fulke fchee- pen, die thans om de naauwboid, der Sliiyfen een andere Vaart moeiten verkiefen, zoo be- tuigden de Supplianten volkomen te vreeden te zullen zyn, wanneer het ons geliefde te ordon- neeren, dat nicmant eenige doorvaart door de-, ze Polder zoude mogen hebben, dan alleen het Dorp van Amftelveen, om daar door viceverfa in den Amftel te kunnen vaaren, zo als fuïks in vroeger tyd was geweefl;, bevorens deze Pol- der tot een Veen-Polder was ingedoken, zynde als doen de doorvaart gé weeft aan denUythoorn, als ooks aan clen Overtoom, gelyk zulks nog gevoeglyk konde worden gedaan; zullende het ielve llrekken tot merkelyke befpaaringe van Koftcn der Droogmakers; als me ede om over de onderhoLidinge der voorsz. Keuren, en Or-, ■ \ donnantien met alle het geene daar aan depen- - deerde en de Executie van alle het felve, teftel- len fodanige ordres, alsDykregten in Nieuwer- Amft.el coltumier meède bragteiï , en aan de Supplianten daar van te verleenen onze Brieven van Oétroy in forma. ZOO IS 'T dat wy de zaake en het verfoek
voorsz. overgernerkt hebbende, en na ingeno- men confideratien en advis van onze Gecom- mitteerde Raaden en van Dykgraaf en Heem- raaden van Arnfldland, geneegen wefende ter' beede van d£ Supplianten, uit onze regte we- tenfehap, fouveraine magt ende Äuthoritey t, X. STuk. Cc aan"
|
||||
je» AMSTERDAMS V.Dm.
nan de Supplianten en derzelver meede partici-
panten , haare Succefleurs , Erfgenamen of Regtverkrygende hebben verleent, zoo als wy aan dezelve verleenen, by defe, Octroy tot het Bedyken en Droogmaken van de voorsz. Polder, en hebben geapprobeerd,zoo als wy approbee- ren by deze, het Projeclr-Reglement van Droog- makinge en Bedyking, zoodanig en indier voe- gen als het zelve hier agter is gevoegt, met laft en bevel, dat het felve van nu aan zal moeten dienen tot eert Perpetueel-Reglement en Rigt- ihoer, voor de Bedykers en meede Participanten of Geinterefleerdens, wie die ook zouden mo- gen zyn. * Wyders aan alle uitgeveende Landen, Gron-
den, Wateren, ingevolge van het voorsz. Re- glement in den te leggen Ringdyk te fluyten , en aan alle Huyzen en Gebouwen binnen of op defelve te ftellen of te bouwen, mitsgaders aan alle Landen, Gronden , Wateren en Gebou- wen, tot het (laan van de Ringdyk, hetfchie- ten der Ring- en andere Slooten, als meede tot de Watertogten , Uitwateringen en Boe- zems, en generalyk aan alle werken en werk- tuigen van de gantfche Droogmakery, en fulks zonder daar onder te begrypen de jegenwoor- dige en nog ongeveende Landen en Huyzen , dewelke in de voorsz. Ringdyk niet zullen werden getrokken, en tot de voorsz. Droogma- kery nietgebruykt ofgedemolieerd zullen wor- den , van welke ongeveende Landen en niet te dcmolieeren Huyzen, zoo ras doenlyk, zullen werden gemaakt, en ter onze Finantie, mits- ders ter Secretarye van Amftelveen o vergebragt pertinente Lyften, vervattende dezelve mergen- taaien en Huyzen en het beloop van de Ver- pondingen derzelver, om dezelve dien conform te doen invorderen, en aan het gemeene Land te betalen op den voet, zoo als tot hier toe is gefchied9met de voorsz.uitzondering,hebben ver-
|
||||
■ . . >■•'■'''
i
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 403
verleend, zoo als wy verkenen by deze, vry- o7rkk
dom van alle zoo ordinaire als extraordinaire 0E£ Verpondingen , honderfte en tweehonderfte, i/ A minder of meerdere Penningen, des dat voor het ingaan van dezelve Vrydom zal moeten werden geformeerd , en ter Finantie van ons overgegeven fpecifique en behoörlyke gecerti- ficeerde Lyften van de Landen, Gronden, Huy~ zen en Gebouwen, dewelke de voorsz. Vrydom zullen genieten, mitsgaders van het beloop der Verponding van alle dezelve, en wyders ook hebben geaccordeert, zoo als wy accordeereu by deze, Vrydom van de 4oe. Penning en 10«. Verhoging van alle Aiienatien en Hypotheca* tien de voorsz. Dfoogmakinge concerneeren- de , mitsgaders van de Importen van Oor- eu Hoorngeld, bezaaide Landen, Grove Waaren, mitsgaders ook van het Koehouders-Zoutgeld * voor zoo veel de Taux van de Koeyen aangaat, en niet van de Familien of Huyshoudingen, alles voor de tyd van veertig Jaaren, aanvang neemende met het eerfte Jaar, dat de Vrugten van de Drooggemaakte Landen getrokken en genooten zyn; mits dat daar van'msgelyks be- hoorlyke Certificatie ter Finantie van ons zal moeten werden overgeleverd , en behoudens ook dat unvermindert den vrydom van de Col- leólive middelen, den inhoudVan de Generaale en Particuliere Ordonnantien op die middelen gemaakt, zoo ten opzigten van het haaien van Biljetten, en het laatea doen van aanteekening, als andere Precautien, precifelyk zullen moeten werden naagekomen, op de Pcenalityten daar inne gemeld. En dat over zulks de befchryvingen van de
befchreeven middelen over de Landen, in de Bedyking begreepen, zullen moeten gefchieden even als of geen vrydom kwamen te genieten, en betaalt het regt van de ongezeegelde Biljet- ten daar toe nodig,dat ook de af- en aanfchry- Cc 2 vim*
|
||||
4C4 AMSTERDAMS V.DéeéJ
Bylaa- ym& prccifelyk zal moeten werden nagekomen.
gen En dat om verder alle misbruyk voor te ko- L». A. nien jaarlyks in de Maand Mey zal werden ge-
daan een Publicatie door Schout en Geregte van Amftelveen, en alomme in den Ring der Bedykinge geaffigeerd, waar by ten laften der nieuwe Bedykinge beloofd werd een Praemie van drie hondert guldens , te betaalen aan die geene, welke weet aan te toonen eenPerfoon, die misbruyk van de voorfchreeven vrydom in den Ring der Bedykinge over het loopendefai- foen heeft gemaakt, des meede dat van het Koehouders-Zoutgeld geen vrydom zal werde» genoten, ten zy by het groot Biljet kome te blyken, dat de Taux van de Familie ten volle i$ afbetaald. Voorts nog voor gelyke veertig jaaren heb-
ben geaccordeerd, zo als wy accordeeren by deze, vrydom van de honderfte en tweehon- fle Penningen van de Capitalen, welke tot het rnaakenderDykagieof eenige werken van deze Bedyking zullen werden genegotieerd, des dat van die Capitalen ter Finantie van ons zal moe- \ ten werden oVergegeeven een pertinente Lyffc met een daar onder gefielde verklaring van de Gecommitteerden tot deze Droogmakerye, dat de Capitalen in dezelve Lyft vervat, effektive- lyk tot Droogmaking en Bedyking van de voor- fchreeven Polder en Werken daar toe nodig, alleen zyn genegotieerd ; voorts nog gelyke veertig jaaren vrydom van de novaletiende,en van de Graaflykheyds en andere Gemeene Lands Tollen, voor alle de Materialen, die tot het maken, leggen , hermaken en herleggen van Dyken, Molens, Sluyfen, Verlaaten, Duykers en Weegen, tot den aanbouw van Huyzen en andere Gebouwen, en generalyk tot alle werken en werktuygen van en tot de Bedyking en Droogmaking gehoorende , of op en binnen dezelve gebruykt zullen worden. Voorts
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 495
Voorts den Supplianten hebben geauthori- bylaa»
feerd , zoo als wy dezelve Authorifeeren by gen deze, om van den Geregte" van Amftelveen te Lr. 4. vorderen, zoodanige Penningen als wegens Stuyyer-geld onder dezelve wegens deze Polder in .Cas zyn, mits dat dezelve Penningen tot deze Droogmakerye, Werden geëmployeerd, eu gevolglyk behoorlyk verantwoord, en daar van vervolgens aan onze Gecommitteerde Raaden 9 en het Collegie van Amltelland kenniffe werden gegeven. , Wyders aan de gezamentlykc Droogmakers
hebben geordonneert, zoo als wy aan dezelve ordonneeren by deze, alle de geabandonneerde Landen, Gronden en Wateren, zoo die geenen, die by eenige Refolutie yerilaan mogten zyn aan de Graaffelykhcyd te zyn vervallen, als die geene die door hunne eygenaars zyn geaban- donneerd , en nog geabandonneerd mogten wor- den, voor haar Rekening te moeten aanneemen en Droogmaken , als meede de Droogmakers hebben gepermitteerd, zoo als wy aan dezelve permitteeren by deze om in de gemelde Boven- kerker-Polder, op Tauxatie van den Geregte van Amftelveen te mogen aanflaan zoodanige Gronden, Landen en Gebouwen, als zy tot het leggen, maaken en onderhouden van Dyken5 Vaarten, Weegen qf anderzints nodig zullen hebben. Verders den Supplianten en haare Succcfieu-
ren hebben geauthorifeerd, zoo als wy dezelve Authorifeeren by deze om tot verval van de koften van de Vaart, door haar te maken lang§ het groote Loopvelt tot in den Amftel , by forme van Gabellen te mogen heffen aan de te maken verlaaten van ieder Turf-Pont of dïer- gelvk Vaartuyg , een ingeland of inWoonder toebehorende, in het uyt- en invoeren telkens een en een halve Stuyver, en een vreemd man toefrehqorende drie Stuyyers; van een Pra,arn,, ' ' ' Cc 3' een |
||||
\o6 AMSTERDAM3 V.Deeïv,
Byjlaa- een ingeland of inwoonder toebchoorende een
gen Stuyver, en een vreemd toebehoorende twee
U.' A. Stuyyers, en van een Boeren- of Stygerfchuyt,
een ingeland of inwoonder toebehorende een
Blank, en een vreemde een en een halve Stuy-
-§ver , en van een Speeljagt , Weyfchuyt of
vreemde Viflchuyt drie Stuyvers.
En laaftelyk den Gecommitteerden van voor-
fchreeven Droogmaking en Polder , en die geenen die fucceffivelyk zullen aankomen heb- ben geauthorifeerd,zooals wy dezelve Autho- rifeeren by deze , om zoodanige Moolens , Sluyfen, Verlaaren, Watertogten-, Uitwaterin- gen, Boezems, Weegen, Kaaden , Dammen, Duykers, Hoofden , Heulen en Bruggen, of " zoodanig ander werk en werktuygen te mogen beraamen, Hellen, leggen , maken en desnoods veranderen, herttellen, herleggen , hermaken , als zy ten meeden nutte van deze Bcdykinge en Droogmakerye van tyd tot tyd zullen goed- vinden , mits niet contrarieerende aan den in- houde van het twintigfre Artikel van het Re-r glement, mitsgaders om met advis en concur- rentie van Hoofd-Ingelanden, te beraamen , doen en maaken zoodanige Keuren en Ordonnan- tien tot en op het (luk van de voorfchreeven Dykagie en Droogmakery cum annexis, en des noods dezelve Keuren en Ordonnantien zoo- danig te hermaken, als zy zullen oordeelcn te bchooren, als meede om over de onderhouding van dezelve Keuren en Ordonnantien, met al het geen daar aan dependeert, in de Executie -wan alle het zelve, te (lellen zoodanige ordres, als Dykregten in Nieuwer-Am del coftumicr meede brengen , des dat door alle het geene voorfchreeven is , Dykgraaf en Heemraaden van Amflelland, mitsgaders Dykgraaf en Heem- raaden van Nieuwer-Amftel, en verder niemant -wie het ook zoude wezen , eem'ge prejuditie of nadeel in zyn Regt ? directie of intendence wer- den |
|||||
<" i_
|
|||||
I|.Boek. Voornaamste bezittingen. 407
den toegebragt, en dit alles onder deze expres- Bylaa«
fe Conditien, dat voor dit door ons geconce- GEN • «deert Oclroy , jaarlyks van ieder Bedykte en Lr, 4. Drooggemaakte Morgen, ten Comptoire van Noord-Holland &c. zal moeten werden betaalt drie Schellingen van twee grooten vlaams het (luk, in te gaan zeeven Jaaren na de voltrek- king der voorfchreven Dykagie , en dat deze Droogmakerye ook zal moeten werden begon- nen en voltrokken binnen den tyd van thien Jaaren na de conceffie van het OcTroy, mitsga- - ders met 'er daad, en zoo ras doenlyk geëxhi- beerd en overgegeven alle de Lyilen en Certi- ficatien hier voren gemeld, en fpeciaal op Con- ditien van het leggen der voorfchreeven Vaart in gevolge het twintigfte Artikel van het Re- glement , en dat het verleend Oélroy aan onze Gecommitteerde Raaden zal moeten werden geprefenteerd, om by dezelve gevifiteerd, ge- interrineerd en geregiftreerd te worden, alles op Poene van te verliezen het effect van dit Oclroy. REGLEMENT tot het Droogmaaken der Bo-
venkerker-Polder, gekegm by Amflelveen. Artikel I. .
De gronden volgens dit Reglement te bedy- fcen, zullen bedragen omtrent twee duyzend neegentig maaden of feventhien hondert een en veertig Morgen, vier hondert Roeden, met het Land dat nog verveent kan worden. II.
Ten Ooflen zal de Dyk geleyd worden op de Landen van den Amfleldyk, in dier voegen als het convenabelfte zal gevonden werden. III.
Ten Wellen teegen de Boovenkerker Weg. IV.
Ten Zuyden tegené en op de Taamerlaan of Jvfieuwendyk. Cc 4 V, |
||||
4b8 AMSTERDAMS V.Deel.
GEN Ten Noorden langs het Loopvelt tot aan de
IA A. Ringfloot, ' ' ' '-'
!- C * ' , VI.
Alle de voorfchreeveii'Dyken zoodanig breed,
hoog, met zoo veel glooying enbèrmte als het Werk zal kómen te vereylch'ën.' ' '•' * ' VIL Het zal aan de Gecommitteerdens van deze
Droogmakery vry zyn , in de Boovenkerker Polder op Tauxatie van het Geregte van Am- flelveen, tè mogen aanflaan zoodanige Gron- den, Landen, Speciën en Gebouwen, als zy tot de Dyken, Weegen en Vaarten nodig zullen ^ bordeelen. VIII.
Inmediaat na het Octroy by haar Edele Groot
Mogende te obtineeren, zullen alle de Landen en Gronden, nodig tot, als hier boven gczegt is, afgepaalt en afäebaakt worden. IX. ■• '
Alle eygcnaars van Gronden , Landen en
Waateren, in deze Bedykinge, zullen in deze Droogmakery mogen partkipeeren , dog niet minder als rhet dertig Morgens , zynde een Caveling. X.
Die geene die minder hebben als een Caveling
zullen mogen combineeren. ,, v' " ' XI. Die geene die niet geueegcn zyn op de voet
van dit Reglement m deze Droogmakery tè participeren, zullen gehouden zyn , om het zel- ve binnen vier Maanden nä dat de verkr^ging Van dit Oclroy hy Publicque Arïixie van Bill- jetten Publicq gemaakt zal zyn, aan de Ge- committeerdens te declareeren, en haar Gron- den die zy in deze Bedyking hebben te ver- koopen, of wel aan de Bedykers af te (laan by Tauxatie. Edog alvoreh gehouden zyn hunn? * '' " . ■■ ' ag- |
||||
«II. Boek. Voornaamste bezittingen. 409
agterftallige Lallen van Verpondingen enMoo- Bylaa-
lengeld tot de tyd van haare afïland ofverkoo- GEN *" ping te voldoen ? op poene van paratelyk daari/. A. voor te werden geëxecuteert. All.
Edog, by aldien eenige van de afgellaane
Partyen meerder mogten zyn bezwaard als de valeur, zal dït meerder by den ouden eigenaar als een particuliere ichuld moeten voldaan Werden. En zoo djén ouden eygenaar hier toe iliet folvent mogten zyn, zal de fchuldeifTcher, die eenig Hypoteecq op die party heeft, in zyn keuze hebben om in deze Droogmakery op den voet van dit Reglement deel te neemen, dog wegens zyn Hypoteecq van deze Bedyking nietS moogen vorderen booven de fomme waar op het zelve zal zyn getaxeert. XIII.
Die gcene die binnen de gefielde tyd ver-
fuymt zullen hebben zich te declareeren, ofzy meede ra deeze Droogmakery willen partici- peeren , zullen gehouden werden hunne Ak- kers , Waaters en Gronden aan de gemeene Bedykers te hebben afgellaan en gecedeert, zonder ooit hier voor iets te kunnen pretendee- reri óf eenig regt hier op te behouden , téii waare dezelve toe quaamen aan uitlandige of minder jaarige, tén reguarde van dewelke de Penningen, waar op hun partyen 'zyn getaxèeft, gebragt zullen werden ter Secretarye van Am- ilelveen in confignatie. XIV. !
Tot vervordering van deze Droogmakery ,
zullen eerlt gebruykt werden alle de gelden dié per Kaffa zyn, de verdere nodige Penningen zullen moeten werden opgebragt door ieder eigenaar pro rato van de mergentaalen , waar meede hy in deeze Droogmakery participeert t*f- participeeren zal. Cc 5 XV.
|
||||
410 AMSTERDAMS V.Deei;
Bylaa» XV.
CEN Iemand der Geinterefleerdens in deeze Droog-
1/, A. makery binnen den tyd van drie Maanden, na
den dag van de betaling van eenig fournifie- ment gefteld, zyn quote niet voldoende, zal tot het doen van het zelve paratelyk werden geëxecuteert. Dog zal aan de gebreekige, die door onver-
moogen buyten ftaat zyn om het gerequireerde fourniilement te doen , werden gereftitueert alle' zodanige Penningen, die na aftrek van de Executie-koften zuilen overfchieten. Dog die geene, die haar fournijTement of
quote zullen komen te betalen binnen fes wee- ken na den dag tot eenig fourniiïement gefteldx zullen hier voor genieten de korting van vyf per Cento, *
XVI.
Eer men zal gaan aan het uytmaalen van het Waatcr, zal al de vifch, die in deze Bedyking zal zyn, voor gemeene profyte van de Droog- makers werden verkogt of verpagt. XVII.
Als wanneer de Waatercn zullen zyn uytge- malen, Weeteriug en Togt-Slootengegraaven, zoo zullen de Gronden af gemeeten , en in Cavelingen van dertig Morgens met Slooten afT / geftooken werden, of inCavels van zoodanige groote als convenabelfl geoordeelt zal werden. XVIII.
Deeze Cavels zullen door kundige lieden
werden getauxeert, en de minder waardige
zulleu van de meerder waardige haar Equivalent
ontfangen, of by publicque opveylinge werden
Verkogt. — '
XIX.
Äangefien ten tyde van de uytmaalinge der Wateren meer flytagie en reparatie zal zyn, als * voor deeze, aan de twee Molens, ftaande op de
|
|||||||
4 {
|
|||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 411
,de landen langs den Amfteldyk, zo lang die niet Bylaa-
verveent zullen zyn: welke Molens nevens de gen Schutfluyfen, meede zullen blyven onder de di- Lr. A« reétie der Gecommitteerdens ., zoo zullen nog- tans de Eigenaars van de landen voorfchreeven voor Molengeld niet meerder betaalen dan tegen Vyf-en-twintig Stuyvers per Morgen, dog in Cas van afbranding of vernieuwing der zelven Moolens, Sluyfen en Bruggen, zoo aan den ■■" Amftel- als Veendyk, zullen als dan de onkoften geflagen werden over de landen langs den Am- ftel-Dyk, en o ver de landen in de Droogmakery, Morgen Morgens gelyk. XX.
De Schutfluy« , die thans geleegen is aan de
Weteringsbrug, in den Amftel uitwaterende, zal werden verftooken en gelegd aan het einde van het groote Loopveld, en zyn uitwatering behouden in den Amftel, op dezelfde wydtc en lengte, als dezelve thans is , namentlyk de . wydte van 14 voeten en 9 duym, en de lengte van 65 voeten. De Schutfluys aan de hand van Leyden ofte
Bovenkerker Sluys, zyn uitwaiering hebbende jn de Buytenvelderfche Buyten Polder, zal mee- de verftooken werden, en gelegd aan het Zuyd- eynde van het Dorp van Amflelveen, en zyne uitwatering behouden in dezelve Buytenvelder- fche Polder, en zulks op de wydte van agt voe- ten en tien duym, zoo als de tegenwoordige Duyvelsbrug, en op de lengte van fertig voe^ ten. En zullen beide de voorfchreeven Sluyfen
moeten overgalgt worden, de eerde namentlyk jiie aan den Amftel op de hoogte van tien voe-? ten en elf duymcn boven 't Somerpyl van de Polder, zoo als dezelve thans is, en de tweede op de hoogte van neegen voeten boven het zel- ve Somerpyl, zonder dat dezelve Sluyfen ooit gf ten eeuwige dagen wyder .of langer zullen • - raoQhr
/
|
|||||
X
|
|||||
"T"..... '
|
|||||
412 AMSTERDAMS V.Deel.
Bylaa- moo^cn gemaakt worden, en onder deze ex-
gen prelle Conditie, dat aan de Stad Haarlem altoos 1/. A. za* werden gelaaten de infpedie over de voor- gemelde Sluyfen, om by verloop van dezelve door de Bedykers en Ingelanden in der tyd,op de eerite aanmaaning te worden herfteld, en op (de voorfchreeve wydte en lengte te worden onderhouden. Voorts zal, in Cas dat door de woede van
de Haarlemmer-Meer, 't eeniger tyd een door- ♦ braak kwame voor te vallen, ten dien effecte, , dat de Scheepen direct uit de Meer zouden
kunnen komen tot voor de gemelde Sluys in de Bovenkerker Weg, dezelVe Sluys als dan moe- ten worden geflopt, en ten eeuwigen dage ge- ftópt moeten blyven. " Wyders zai-de doorvaart, die thans midden
door de Polder is gelegen, verlegd worden langs het groote Loopveld voornoemd tuflehen de gemelde twee Sluyfen, tér breedte van fes- endertig of uiterlyk veertig voeten, als wanneer twee geladene Schuyten den anderen gevoeglyk kunnen paffeeren , dog zal op een derde van de lengte van dezelve Vaart, te rekenen van het Dorp Amftelveen , moeten worden gefield qf •gelegt en ten allen tyden onderhouden een Dam of belemmering, waar door de wydte van de Vaart tot acht voeten en tien duymen werd ver- naauwt, zullende geene verdere Sluyfen of Openingen, die tot- een Doorvaart hoe genaamd ■kunnen dienen, in deze Bedyking ooit of tefr eeuwigen dagen mogen worden gemaakt , al- les op Pcene van het verliezen van de voordee- len van dit Oclroy. XXÏ.
By de Generale Liquidatie zal aan een ie- der , wiens Caveling of Cavelingen minder Mergentaalen mogten koomen in te houden, als waar voor hy betaalt heeft, het meerder betaalde werden gereftitueert, en vice verfa* XXII.
|
|||||
ILBÓtK. VooRÜÄAMStE BEZITÏlKÖEN. 413;
ILylka* '
Poldermeefteren zullen gehouden zyn, zoo GEN
dra zy van haar Edele Groot Mogende permis- \j, A. »j
fie tot Droogmaking bekoomen hebben , Con- vocatie van alle de Ingelanden te beleggen , om daaruit te werden verkooren vier Perfoonen wel van de kundigfte, tot Gecommitteerdens, om nevens Poldermeefteren het generaale inte- refl te behartigen, aan welke dan gezaamentlyk zal flaan het gantfehe opzigt over deze Droog- *£ makery met alle het gunt daar toe behoord, het V*
omflaan van alle rioodige fourniflementen, het
beramen en ordineren van alle nodige Werken, het maaken, vermaaken , veranderen, vermeer- / deren of verminderen van dezelve, het aangaan of fluyten van alle .nodige Contracten, Con- ventien, TransacTien, het bcfteeden dergemeéhe Werken, engeneralyk alles tot deeze eenigzinis behorende ; alles ongeprejudiceert zoodanige prEeeminentien, Regten en Geregtigheden, als aan haar Edele Groot Achtbaarheeden , de Heeren Burgermeefteren en Regeerders der Stad Amfterdam in qualiteit als Ambagt Heeren van Amftelveen en Nieuwer-Amflel, of der- zelver Reprefentanten of regt verkrygende zyn competeerende. Edog zullen de Gecommitteerdens gehouden
zyn, alvorens eenig nieuw Extraordinair Werk te laten maken , de Hoofd Ingelanden behocrlyk te convoceeren , en aan dezelve het gunt nodig is eommuniceeren, en hetfeenby meerderheid van Stemmen der prefente Ingelanden gearres- teertïs, te doen nakoomen. Ook zullen dezelve Gecommitteerdens 's jaarlyks gehouden zyn, aan Hoofd-Ingelanden behoorlyke Reekening van hunne adminiftratie te doen. XXIII.
Iemand zal een ander met Procuratie mogen
zenden ,* deeze zal voor zyn Principaal mogen Stemmend XXIV.
|
||||
4H AMSTERDAMS V.Dee&.
Bylaa* XXIV.
CEN Hoofd-Ingeland is, die een Caveling van
L'. A» dertig Morgen heeft, en heeft een Stem.
XXV.
Die twee Cavels heeft, heeft twee Stemmen, en zoo voorts. XXVL
De Schouw over de Slooten, Weeteringen en Dyken van deze Droogmakery, en over de Weegen, zoo in als om in de zelve te komen, zullen zyn aan de Gecommitteerdens , dog ongeprejudiceert de Schouwen aan de Wel Edele Heeren Dykgraaf en Heemraaden ter Nieuwer-Amfrel, en aan het Geregt van Am- flelveen competeerende. XXVII.
By verfterf van een der Gecommitteerdens zal door Hoofd-Ingelanden een ander in des- zelfs plaatfe verkooren worden. XXVIII. Niemand in deze Droogmakery eenige di- rectie hebbende , zal eenige daggeld, falaris of vacatie mogen reekenen, dog zal de Schout en Secretaris van Amftelveen blyven trekken zoodanig falaris als haar Edele van ouds uyt de Polder hebben genooten. Aldus gereguleert by ons ondergetekenden.Eu
gclaften een ieder dien het aangaan zal, zig na deeze te regulieren. Gedaan in den Hage onder onzen grooten Ze-
gele hier aan doen hangen, den fevende September in't Jaar onzesHeeren enZaligma- kers duyzend feven hondert vier-en-feftig. P. STEYNvt,
Ter Ordonnantie van de Staaten ARIS v. D. MIEDEN.
Naai
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 41 ƒ
Naar dat deeze opene Brieven van O&rov, aan »~
de Edele Moogende Heeren Gecommitteerde^"" Raaden waaren geprefenteert, geleezen en . « geèxamineert, zyn dezelve na haare forme ' ende inhoude geinterrineert en geregiftreert m 't tiende Regifter met de Roode Leeuw, de Domeinen concerneerende , beginnende met den Jaare 1757 folio 77 verfo en ultra. Gedaan in den Hage den 25 September 1764. Ter Ordonnantie van de Gecom-
mitteerde Raden C: CLOTTERBOOKE.
Lr. B.
Octroi, voor de buitendyksche Landen in 't L' B
Ambagt van Amsterveen , tot opregtinee ' * eener gemeene Polder met Aalsmeer, Kudel- flaart, Kalflagen en den Uithoorn, gedagte- kend den negentienden September des iaars 1637. J De Ridderfchap Edelen en Steden van
Holland en Weftvriesland , reprefente- rende de Staten van den zelven Landen doen te weeten, hoe dat ons vertoont is by de ge- mene Ingelanden van de buytendykfe Landen 111 buyten Velder, itrekkende van omtrent den grooten Overtoom af, langs de nieuwe Meer over het Karnemelksgat tot aan de Polder van Ryker Oort toe, als mede de gelandens gelee- gen tuflchen denoord.er en noorddammer bruo- midsgaders die van Bovenkerk en van de Le«-' meer alle tezamen gelegen ten werten van den Veendyk, in de Junsdiftie van Amftelveen « dat zy Supplianten merkten, dat hunne Landen* aldaar, dagelyks, hoe langer hoe meer, met het ordmans water van de Haarlemmer Meer, wier-
|
|||||
't
|
|||||
4i6 AMSTERDAMS V.Dm-,1
Bh,aa- .wierden, geinundeert en overlopen, zulks dat
gen Uezelven, niet alleenlyk by winter, maar ook Lr. B. het meerendeel van de fomer bykans onvrugt- baar bleeven leggen , tot groot nadeel niet alleen van de eygenaars, maar ook by gevolg tot prejuditie van de Verpondingen , die de- zelve Landen niet langer koften opbrengen , ten ware dezelve gebragt wierden in eene gemeene Polder met de Ambaehten van Aals- meer , Cudelftaart, Calflagen , den Uythoorn en andere Landen als nog daarin te begrypen, met dewelke de fupplianten alreeds verdragen waren, dat alle de Watermolens , op de ge- melde groote Polder nodig zynde,by alle de gemeene ingelanden , in den zelven ring be- greepen, betaalt en onderhouden zullen wer. den , mergen mergens gelyk ; maar dat de koften, die elk. tot af kaden en dicht maken ^van zyn eygen ambacht, met het leggen van fluyfen , plemp werken te maken en anders , van nooden zullen zyn, betaalt en ommegefla- gen zullen worden over dat ambacht alleen, dat dezelve koften zal hebben gedaan, zulks en in maniere als de gemeene ingelanden , onder een Jurisdictie ofte ambacht forterende, daarin met malkanderen fouden mogen verdra- gen: dan alfo fy Supplianten niet wel vermogen zouden, ten behoeve van hunne kaden parti- culiere Landen te gebruiken, het Karnemelks- gat over te plempen, en hunne werken vaft te maken en heelen aan de voorfchr. Polder van 't Ryker Oort, mits leggende daaromtrent eene bequame Sluys, t®t gerief van de deur-' vaart; dat ook in de macht niet en was, Dyk- graaf en Heemraaden te Hellen, noch Keuren te maaken, veel min executie daarvan te doen, zonder daartoe te hebben onze fpeciaale Con- tent en Oclroy; zo keerden zy zich daarom- me tot ons, ootmoedelyk biddende, dat ons geliefde hunluyden te authoriferen, om te mo- , gen
|
|||||
(
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 417
gen komen en begreepen worden in de gemee- ßyx,AA-
ne groote bepolderinge met de gemeene Am- oen bachten van Aalsmeer, Cudelftaart, Calflagen L'. B. en den Uythoorn en andere Landen, als nog daar in te begrypen, mits , voor zo veel de aanheefinge en befluytinge met de Ambachten van Rhynlant aangaat, gefchieden zoude met voorgaande confent van Dykgraaf en Hooge Heemraaden van Rhynlant, Item, ten behoe- ve van hunne Kaden, particuliere Landen, in den ring der bepolderinge leggende, te mogen gebruiken, mits dezelve betalende tot taxatie van den Ambachtsheere en die van den Gerech- te van Amftelveen, het Karnemelksgat over te plempen, hunne werken, met confent van de Heeren van Rhynlant als vooren, vaft te maken en te hegten aan de voorn. Polder van Ryker Ooit, ofte anders in te (luvten, zulks als zy Supplianten beft geraden zouden vinden, en eene bequame fluys, tot gerief van de deurvaart, daar- omtrent te leggen, ook, met advys en goed- vinden van den Ambachtsheer, Dykgraaf, Heemraden, Penningmeefter en andere Officie- ren dé dykagie concerneerende te mogen (lel- len en committeeren , met voorder authorifatie om allerhande Keuren en Ordonnantien te maken, tot dienft van de polderinge van no- den , en dit alles voor zo veel Amftelveen, en de Landen in Amftelveen gelegen zoude mogen aangaan, en verder niet, en wes, met Confent van de voorfchr. gemeene Ingelanden , ofte meerder ftemmen van dien , naar voorgaande advys van den Ambachtsheere, tot makinge en onderhoudinge van de voorfchreeven werken, ommegeflagen zoude worden, dat het zelve zal hebben parate Executie en geinnet worden met dubbelt gewin na dykrecht , niettegenstaande oppofitie ofte appcllatie, en zonder prejuditie van dien, gelyk ook alle boeten en vonniflen van Dykgraave en Heemraden, ter caufe van X. Stuk. Dd de |
||||
m * AMSTERDAMS V.Deei.
Bylaa- ^e voorsz' werken, met den gevolgen en aan-
GgN kleven van dien , by parate Executie, haar L^ g% effect zullen forteeren; en gemerkt de gemelde Sluys, te leggen omtrent het Karnemelks gat, de Supplianten zoude (trekken tot groote en |
|||||||||
-t
|
xceflïve keften ; dat mede alle Schuyten en
|
||||||||
Turfponten, daar door varende, groote fchade
zullen doen, door 't infchuttende water, aan dé voorsz. Polder, behalven dat de Supplianten genoodzaakt zullen zyn, een Sluyswachter té ftelleh en te onderhouden, tot gerief van de deurvaardefs, als mede omme te letten dat, door dezelve Sluys, niet onbehoorlyk en wer- de gefchut, en de fchutdeuren niet opengelaa* ten, ende Sluys niet opengehouden en worde, door onagtzaamen of kwaadwilligen, om haar profyt met de viffery daaromtrent onbehoorlyk te pleegen; verzoeken de Supplianten,'een ïol ofte Gabel, door onze authoriteyt, hunliiydeii vergunt te worden, op de deurvaarende Schuy- ten en Turfponten, door de gemelde Sluys, als volgt namentlyk op yder fchuyt of turfpont , niet geladen zynde in de gemelde Polder onder de Jurisdictie van Amftelveen, en geen Roey- fchuyt zynde, 2 ftuyvers, en een roeyfchuyt van buyten zynde, 1 ftuyver, de geladene on- der de gemelde Jurisdictie in de voorfchr. pol- der , Schip ofte Roeyfchuyt reipecHvelyk half geld, een praam en kleyne roeyfchuyt , geert zeil hebbende, den buyteman 8 penningen em b'innengeland 4 penningen, en een Speeljacht ofte Waayfchuyt van buyten komende yder 4 ftuyvers. So is 't , dat wy de voorfchreven zaken erï
Verzoeken OvCrgemerkt , alvorens hier over gehadt het advys van die van onze Kamere van Rekeninge van de voorsz. Landen , de Supplianten, uyt onze rechte wetenfcbap, volkomen en fouveraine macht en authoriteyt, ^eoctroyëert, geaccordeert en geauthorifeert ., * * heb- |
|||||||||
i
|
|||||||
%
|
|||||||
II: Boek, Voornaamste bezïttingén. 419
hebben, ocïroyeeren, accördeeren en authori- Byima*
feeren defelve mits deezen, te mogen komen QEW en begreepen te worden in de gemeene groote 1/. B. bepolderinge met de Ambachten van Aalsmeer, Cudelftaart, Calflagen, Uythoorn en andere Landen als nog daarinne te'begrypen, mits,, voor zo veel de aanheelinge ende lluytinge met de ambachten onder Rhynlandt aangaat , ge- fchieden zal met voorgaande confent van Dyk- graaf en Hooge Heemraden van Rhynlandt voorsz. gelyk wy die zelve ook verder autho- rifeeren, omme ten behoeve van haare Kaden, particuliere Landen inden Ring van de voorsz-' aanflaandebepolderinge geleegen te mogen aan- vaarden en daartoe gebruyken tot taxatie van* die van den Gerechte van Amftelveen; het Kar-* nemelks gat over te plempen, en haare werken, met confent van Dykgraaf en Hooge Heemraaden van Rhynlant voornoemt, aan de voorsz. Pol- der van Ryker Ooit te fluyten, zulks als de Supplianten beft geraden zullen vinden, mits- gaders ook dat zy een bequame Sluys, tot ge- rief van de deurvaart, daaromtrent zullen mo- gen leggen, ende dat de Supplianten ; met advys van den Ambagtsheer van Amftelveen , een Dykgraaf, Heemraden, Penningmeefter en an- dere Officieren, de voorsz. bepolderinge con- cernecrende, zullen mogen Hellen en commit- teeren met verdere authorifatie om allerhande Keuren en Ordonnantien, tot bevorderinge en dienfte van de voorsz. bepolderinge van noden, te mogen maken, alles zo veel Amftelveen en de Landen in den Ambachte van Amftelveen gelegen aangaat, en verder niet; en dat het geene wes met confent van de voorsz. gemeene ingelanden ofte meerder femme van dien, met advys van dcnAmbachtsheere, tot makingeen onderhoudinge van de voorsz. werken omme- geflagen zalworden, zal hebben parate execu- tie, en geinnet werden met dubbelt gewin naar ,,. i Dd 2 - dyk- |
|||||||
t
|
|||||||
42ö AMSTERDAMS V.Deê£;
Bylaa« dykregt, niettegenftaande oppofitie of appel-
GEN latie, en zonder praejuditie van dien, en dat Lr. B. van gelyken alle boeten en vonniflen van Dyk- graaf m Heemraden, ter caufe van de voorsz. werken, gevolge en aankleeven van dien, by parate executie, haar effeér, zullen forteeren, als vooren. Gelyk wy de Supplianten ook toeftaan, dat
zy zullen vermogen, tot foulagement van de koften, by henluyden aan te wenden, in 't leg- gen en wachten van de voorsz. Sluys omtrent het Karnemelks gat, mitsgaders, tot verbete- ringe van de fchaden, te lyden door het door- . vaaren van alle de Schuyten of Turfponten, die de voorsz. fluyze pafleeren zullen, te mo- gen ontfangen en doen ontfangen van yder Schuyt ofte Turfpont, geen roeyfchuyt zynde, een ftuyver, en van een roeyfchuyt een halven ftuyver, van een praam ofte kleyne roeyfchuyt, geen zeil hebbende, vier penningen en van een> Speeljagt ofte Wayfchuyt a ftuyvers. Ende ten eynde de Supplianten deezen onzen confente, accorde en O&roije mogen genieten als na be- hooren, laften wy allen en eenen ygelyken , deezen aangaande, hen hiernaar te reguleeren, zonder denzelven te doen, of te gehengen ge- daan te werden eenig hinder jletfel ofte moeye- nifle ter contrarie. Gegeeven in den Hage onder onzen grootenr
zegel hier aan gehangen, op den 19 Sep- tember in het jaar ons Heeren 1637. (En- de is getykent) D. Wassenaer. (Laager (londt)
Ter Ordonnantie van de Staaten *
(getekend)
Van der Wolff.
*• T ï 'C
|
|||||||
\
|
|||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 421
T j. p Bylaa-
30 Li , \s, GEN
Lr. C.
Octroi tot het bewind en de beheering der
Stads- en Godshuis - Polder. , by de Stad
Amflerdam , van den zeven en twintigften May des jaars 1752. De Staaten van Holland en Weftvriesland
doen te weeten: Alfoo ons te kennen is gegeeven by de Ingelanden van de Stads en Godshuys Polder, gelëegen tinTchen de Blee- kerfloot en de Heilige of Overtoomfche weg, itrekkende van de Stads Gragten der Stad Am- fterdam tot de Weeteiïng koft verlooren, ver- -foekende ons Oftroy op het geen in een Con- vocatie van de Ingelanden tot beetere direétie en beheering van defelve Polder was beflooten; Soo ist dat wy, de faak en het verfoek voorf: overgemerkt hebbende en geneegen weefende ter bede van de Supplte», na ingenomen Con- fideratien ende Advis van onfe Gecommitteerde Raaden, uit onfe regte weetenfchap, fouvereine magt ende aucloritcit de Suppl: hebben geoc- troyeerd en gequalificeerd, geiyk wy defelve Dclroyceren en qualificecren by deefe , om over de voorf. Polder aan te ftellen fes Polder Mees- ters , een te committeeren by Burgemeeflreren en Regeerders der Stad Amfterdam, een Re- gent van het Weeshuys , een Regent van het Gafthuys, en een Regent van het Leprofen- huys binnen de voorf: Stad, en twee uit de verdere Ingelanden met naame Cornelis van Eyk en Benedictus Block, en by overlyden van een der laatftgem: weder een ander Ingeland indes- . zelfs plaatfe, met auctorifatie op defelve Pol- dermeeftereli om met de Schout van Amftelveen te doen en te dryven alle Schouwen, foo over kaaden als over flootcn en wateringe binnen de voorf: Polder en voorts de molen te doen maaken, 'repareere'n, onderhouden en vernieu- Dd 3 wen,
|
|||||
Ét
|
|||||
#m AMSTERDAMS V.DEEt.
wen, mitsgaders tot verval der onkoften daarop
vallende de noodige omflaagen te doen , de onwilligen. op dykregt en dubbeld gewin tot . betaalinge van defelve omflaagen te cönftrin- geer.en, en verder alles te doen met dat regt en auctoriteit als Poldermeefleren op andere plaatfen gewoon en gequalificeerd fyn te doen; des; dat de felve Poldermeefleren gehouden ei? verpligt füllen fyn om jaarlyks op een bepaalde dag, daar toe onderling te beraamen envaft te flellen, te doen behoorelyke. en pertinente reekening en verantwoording van den gedaanen ömflag , en daarnevens een notitie van de werken en reparatien in het volgende jaar te doen , benevens een cieringe van de koften over te geeven aan Burgemeefteren der gern; Stad , of wel aan Thefaurieren ordinair ten overllaan van fodanige Ingelanden als na voor- gaande advertentie, dewelke de Poldermeeflers van het doen der reekening gehouden füllen weefen te doen, by het opneemen en fluiten der voorf: reekening, prefent lullen willen komen; En eindelyk dat de voorf: Poldermeefleren ge- houden en verpligt füllen fyn, om alle nieuwe werken en reparatien , dewelke van eenige confideratïe füllen fyn, aan de minfl aannee- mende publicqueiyk te befleeclen.' Lallende een ieder dien het aangaan fal fig hier na tq reguleeren. Gedaan in den Hage onder onfen froote Zegelc hier aan doen hangen op den 27%
ley in 't jaar onfes Heeren ende Saligmakers een duifend feven honderd twee en vyftig. (was. getekend)
A: VAN DER' DUYN V,
.■•,.-. (Laager flondt:)
Ter Ordonnantie van de Staaten«
(was getekend:) C, Boev. |
|||||
f
|
|||||
, IL Boek. Voornaamste bezittingen. -423
Lr. D. BrLAA-
GRN
Octroi, tot bepoldering der Landen van Oute- ~'
3 waal en Outersdorp, tbansde Oütewaaler- of Over - Amstel - Polder , gedagtekend, den • negentienden December desjaars 1631. De Ridderfchap, Edelen ende Steden van
Holland en Weftvriesland, reprefenteren- de de Staten van den felven Landen, doen te weeten, hoe dat ons vertoont is, by de ge«- meene Eygenaars der Landen in de Banne van Outewaal ende Outersdorp , voor een groot gedeelte leggende binrien de Jurisdictie derStad Amftelredamme, gelegen aan de Ooftzyde van den Amftel, tuflchen de voorsz. Stad en Ring- floot van de Diemermeer , groot omtrent te famen drie honderd morgen, dat haar voorn. Landen, door het bedyken van de Diemermeer en verfcheyde andere berjolderiiigen en droog- hoüdingen van Landen, in Amftelland en daair buyten geleegen, hoe langer hoe meer, met water wierden befwaart, en gefchapen ten ee- nemaal met water te zullen moeten bevloeijeiii, ten fy daartegens wierde voorfien, en dat zy fupplianten daaromme te raade gevonden had* den , by eenpaarig goedvinden van alle de ingelanden , haare voorsz. Landen , jegeris- woordig beflootcii in drie kleyne Polderkens, te maaken tot eene gemecne bepoldering, en te fluiten, van S*. Antonis dyk af by de Outewaal, met een goede kaade , tot aan den Amftel■; voorts langs den Amftel en de voorn, ringfloot yan de Diemermeer, wederom tot aan'de &. Anthonisdyk of Diemerdyk*toe, en dezelve te •verzorgen met een goede Molen, voorts met Molentogten en Wateringen, daar en foo ff beft geraden füllen vinden ; ' omme alle het welke tCi bêquamer en, met goede directie te D d 4 werk
•
|
|||||
*
|
|||||
424 AMSTERDAMS V.DEEt:
werk te leggen, en voor toekomende in goede
L orde te houden , waaren fy Supplianten hen aan ons keerende, veribekende dat onfe goede geliefte ibude weefen de Supplianten te verlee- nen behoorlyke brieven van Oétroy in der befte forme, omme de voorn, bepolderinge in manie- ren voorn1, te moogen doen, en daartoe ge- bruyken foodanïge gronden en Landen, als fy füllen agten van doen te hebben, mits doende <le geinterelfeerdens behoorlyke Vergoedinge ende Contentemant, tot tauxatie van de Ge- hechte der Steéde Amftelredamme, ofte derfel- ver Gecommitteerden, en dat zy, by meerder- heyd van Stemmen, uyt de ingelanden zullen vermoogen te kiefen een Dykgraaf en Heemraa- den met een Secretaris , welke Dykgraaf en Heemraaden magt füllen hebben niet alleen omme 't geene voorsz. is, en verders by de Ingelanden geacht zal werden van nooden te weefen, in 't werk te (tellen ende uyt te voeren, maar ook om Keuren en Ordonnantien te maa- ken , Kaden , Wegen , Wateringen, Molen- togten, heynllooten, ende gevolgen van dien te befchouwen, ommeflagen tot betalinge van de gemeene werken te doen invorderen , en alles ordonneeren en executeren by parate exe- cutie, op dykregtmet dobbel gewin, niet je- genftaande oppofitie ofte appellatie. Zoo is't, dat wy, de zaak en 't verzoek voorsz. over- gemerkt, alvoorens hierop gehad hetadvysvan onfe Gecommitteerde Raaden, ,die voor haar ontbooden en gehoort hebben de Supplianten en de geenen die pretendecren eenigfins by de voorsz. gemeene polderinge geinterefleert te weefen, uyt onfe abfolute en fouvereine magt, de Supplianten geconfenteert, geaccordeert, en geoerroyeert hebben, confenteeren , accordee- ren en oclroyeeren defelve mits defen, de voorsz. bepolderinge, in maniere als boven, te mogen doen, en daartoe te mogen gebruyken ibodani- . ; ge ( ■ - . ■
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 425
ge gronden ende Landen, als de Supplianten Bylaa*
lullen agten van doen te hebben, mits doende gen de geinterefleerden behoorlyke Vergoedinge Lr. D. ofte Contentement, tot tauxatie ofte arbitrage van de Gerechte der Steede van Amfterdam , ofte der felver Gecommitteerden, haar vorder accordeerende , dat fy by meerderheyd van #emmen, Uyt de Ingelanden zuilen vermogen te kiefen een Dykgraaf en Heemraaden en Se- cretaris , welke Dykgraaf en Heemraaden magt füllen hebben, niet alleen omme 't geene voorsz« is , en vorders by de Ingelanden geagt zal worden van nooden te weefen, in 't werk te leggen en uyt te voeren, maar ook omme Keu- ren en Ordonnantien te maken, Kaden, Wegen en Wateringen, Molentogten, heynflooten eil gevolgen van dien te befchouwen, ommeflagen, tot betalinge van de gemene werken, te doen invorderen, en alles ordonneeren en executee- ren by parate executie op dykregt met dobbel gewin, niet jegenftaande de oppofitie ofte ap- pellatie, mits dat de voorsz. gemeene bepolde- ringen de Ingelanden, hare bezwaarniflen voor de Gecommitteerde Raden voornt. vertoont hebbende, niet fal befwaaren ofte prayudiceeren ■ in haar queftie tegen de Stad van Amfterdam, noopende het maaken en onderhouden van den wandelweg, leggende aan den Amftel. -En ten eynde de Supplianten deefeu onfenConfente en Öclroye mogen genieten als naar behooren , lallen wy allen en eenen yegelyk deefen aan- gaande hen hier na-te reguleeren, fonder den felven te doen eenige hinder ofte moeyeniffe ter contrarie. Gedaan in den Hage, onder onfen grooten Zegel, hier aan gehangen,op den 19 December 1631. (was geparapheerd) J. D. Wassenaer.
C°nder ftondt:) Ter Ordonnantie van de Staaten.
. ..(was.getekend) .; C. van der Wolpf. Dd 5 L<. E.
|
|||||
1
|
|||||
42<ï AMSTERDAMS V]
) Lr. E# I . ,,..„.,,-■....
Octroi , /o/ verzwaaringe der Kaade om eenige
Landen, gelegen in den Ban van Diemen in Bovenkerk, en onder Ouder- Amflel en Wees- per - Karfpel, federt, genaamd de Venser. Polder , gedagtekend, den vyfden May des jaars 1638. ... De Ridderfchap, Edelen ende Steden van
Holland en Weftvriesland, reprefentee- rende de Staaten van den felven Lande, doen te weten, hoe dat ons met behoorlyke reve- rentie vertoont is, by de gemeene Ingelanden ende eygenaars van de Landen ftrekkende van de Duyvendrechtfche wegh ende beginnende by Pieter Willemsz. de Ringfloot langs nae 't dicmerbrnggetje, ende voort van 't diemerbrug- getje tot de ringfloot van de Bylemermeer, de- felve ringfloot langs, tot de zoodwegh toe. Item dezoodwegh nederwaerts tot dehuyfinge van Willem Cornelisz en Jonge Claes, van daar tot aan de duyvendrechtfe wegh, en die langs tot aan Pieter Willemsz voornoemt; dat fy, fupplianten, fekerlyk bevonden, dat het water, van tyt tot tyt, door de bedyking van de Bylemer- ende Diemermeer, mitsgaders ver- fcheyde Polders, die airede gemaakt waren ende nog dagelycx gemaakt wierden, foo befwaart ende verhoogd werdt, dat zy, Supplianten , met hare ordinaris Kaadingen het gemeene win^ terwater uit de voorsz. Landen niet en konden weeren., noch haare opgeftelde molens daarte-r gens maken, en dat zy Supplianten dienvolgens goedgevonden hadden een bequame Waterkee* ringe ofteKaade te maaken,langs de bovengemel- de Plaatfen, als mede goede orde te beraamen pp Weteringen, flooten ende molens, om alle de voorsz. Landen , foo wel by■ Winter ;als ,,. ,!J So* |
|||||||||||
BïLAA.
GEN
LVE.
|
|||||||||||
s..
|
|||||||||||
- ■ ■•__________________________
|
|||||||||||
______________________________________■______________________
|
|||||||||||
I
|
|||||
ILBöek. Voornaamste eezittincïen. 427
Somerdaags,bequaamlyk droog te houden, totRvrA4 welken eyndc,foo uyt de fteed-alshuysluyden GEi van elcx twee perfoonen by hen Supplianten Lr E aireede gekooren waren, ende nog geëligeert gouden werden, om met den anderen de voorsz. Kade ofte Waterkeering van foodanige hoogte ende breedte te doen maken als meede ordre van molens, waterkeeringen, ilooten ende anders te (lellen als zylieden tot nut en dicnftevande voorsz. landen geraden zullen vinden, alles in conformite van de acte, by hen Supplianten ondertekent, ons vertoont; dan alfoo eenige dog weimch van voorsz. ingelanden, nergens na het vyfde part van dien uytbrengendc, niet- tegenitaande alle deuoiren ende iadö&ien, met goede ende deuchdclyke redenen daartoe aau- gewent, tot de voorsz. kadinge aiiet en waren te disponeren, zo waren zy Supplianten hen tot ons kerende, verlockende feer Eerbiedelyck dat ons geliefde hen fupplianten, met behoor^ lyke brieven van Oftroi, in de befte forme, te verfien, op dat fylieden de voorsz. wereken mogten doen maacken, ende daartoe gebruyken foodanige gronden en landen als zylieden zou* den agten daartoe van nooden te wefen, mits doende de geinterefleerdens behoorlyke ver- goeding ende contentement tot tauxatie van onpartydige iuyden, authorifeerende mede de voorsz. geeligeerde ende nog te eligeeren per- foonen, onlme Kaden, weteringen, molentog- ten, heynftooten en 't gevolg van dien te mo- gen fchouwen, ommcflagen tot betalinge van de gemeene wereken te doen invorderen ende alles ordonneeren ende executeeren,' by parate executie volgens 't dykregt met dobbel gewin, mettegenitaandc eenige oppofitic ofte appella- tie, daar jegens te gefchieden; -Soo is 't dat wy de faecke ende verfoeke
voorsz. overgemerkt, dewylc 't verfoek van de Supplianten is ftrekkende ten befte van de • - • J voorsz. |
|||||
* /
|
||||||
428 AMSTERDAMS V.Deel.
Bylaa- voorsz. Landen , ende omme 't winterwater
gen daar uyt te weeren: ende de voorsz. Landen, L'. E. zo wel 's winters als fomers droog te houden , de Supplianten uyt onfe rechte wetenfchap, volkomen ende Souveraine magtgeaccordeert, v geoctroyeert en geconfenteert hebben, accor- deren , ofrrojeeren en confenteren defelve mits defen, de voorfchreve waterkeering of kade ende andere wercken te maken, ende daartoe te mogen gebruyken fodanige gronden ende Lan- den , als zy zullen achten daartoe van noden te weelen, mits doende de geinterelTeerdens be- hoorlyke vergoeding en contentement , tot taxatie van onpartydige Luyden, hen des ver- ftaande, authorifeerende meede de voorfchree- ve geëligeerdfc en noch te eligeeren perfoonen, omme Kaden, Wateringen, molentogten, heyn- flooten ende't gevolg van dien te mogen fchou- wen, ommeflagen tot betalinge van degemeene wercken te doen innevorderen, ende alles te ordonneeren ende executeeren by parate execu- tie volgende dykregt met dobbel gewin, niette- genftaande eenige oppofitie ofte appellatie daar jegens te gefchieden. Ende ten eynde de Sup- plianten deefen accorde, oftroije ende confente mogen genieten als naar behooren, lallen wy allen ende eenen iegelyken deefen aangaande, dat fe de Supplianten den inhoude van defen doen, laten ende gedogen, ruftelyk, vredelyk ende volkomentlyk genieten ende gebruyken , cefleerende alle belet, hinder ende wederfeggen ter contrarie. Gegeeven in den Hage onder onfen grooten
Seghele hier aan gehangen op den 5 May in 't jaar onfcs heeren düyfend fes honderd agt en dertien, (was getekend; J. D. Wassenaer, (Op de plicque flondt:) Ter ordonnantie van de Staten. A By abfentie van Secretaris (getekend) Jf, van der Camer.
L'. F.
*v< ■
1 .
|
||||||
*
|
||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 429
|
||||||||
T r ü BylAA".
**''• *'* GEN
L'. F.
|
||||||||
Octroi tot hedyking van de Diemer-Polder ,
gelegen in den Ban van Diemen in Bovenkerk, gedagtekend den vyftienden July des jaars
1641. De Ridderfchap, Edelen en Steden van Hol-
land ew Weftvriesland, reprefenteerende de Staten van dezelve Landen doen te weeten hoe dat de gemeene Buuren ende eygenaars der Landen in de Banne van Diemen ons vertoont hebbei], dat alle de Landen rontom de Stadt Amfterdam gelegen, als ook verfeheyden Dor- pen en Quartieren in Amftelland, Rynland en Sticht van Utrecht, op den Amftel uytwate- rende , haar van tyt tot tyt hoe langer hoc meerder bepolderen , en dat ook , door het droogmaken van vericheyde Meeren de boefems heel kleyn geworden waren, waardoor de bin- nenwateren lülcx fyn verhogende, dat by natte Somers , als wanneer ieder Polder fich felis door iyne molens ontlaft, der Supplianten Lan- den niet langer bequamelyk füllen können ge- bruykt worden, ten ware daar inne werde ver- fien, tot wekken eynde, fy Supplianten, by eenparigh goetvinden van, buuren en ingelan- den , te rade geworden waren, hunne Landen meede te befluyten in feekere Kade ofte bepol- deringe, beginnende van den hoogen dyk by den Diem tot aan het diemerbruggetje toe; en voorts van 'tfelve bruggetje af tot aan de ring- floot van de piemermeer, en by dezelve tems tot aen de Kerkfloot , alwaer de Kade , aen weerzyden Van de Kerkfloot innewaards zoude werden geleyd, tot aan 't Dorp, en dan voorts weer, by de ringfloot langs, tot aendeWaers- luyden haer rietland toe, en foo voorts by 't rietland neer tot aen de Laan toe, en dat men dit
|
||||||||
.-
|
||||||||
43Ö AMSTERDAMS V.Deeê*
dit werck Ibude voorden met een goede be»
quame agtkante Watermolen, en goede tochten en Wetering, uyt het gemeen of molenkoften, foude opmaken en onderhouden , voorts, dat vóór de gene die door dit werck belet zyn een gemeene uytvaert te hebben ofte benomen fou- de werden, geleyd fouden werden twee Over- toomkens, het cenc tot geryf van Bovenkerk, en het andere voor Buytenkerk, alles volgens't accoort daer over tuffen de Supplianten gemaekt en opgereght in dato den 5 febr. i64i.enalfoo om 't gene voorfchreven is te bequamerenmet goede directie te leggen, en voor het toeko- mende in goede order te onderhouden , van nooden was ons Oétxoy van content; zoo keer- den daerom de Supplianten hen tot ons, oot- moedelyck verföekende, dat wy, 't ghene voor- fchreven is goedertierlyken ingcdeu; en inzou- derheyd gelet op den hoogen noot, die de Supplianten tot de voorfchreeven bepolderingh is dringende , het ons gelieven mochte hun Supplianten te verkenen behoorlyke Brieven van Odroy in de belle forme, omme de voor- noemde bepoldering, in manieren als vooren, te mogen doen, en daer toe te ^ebruyeken fo- danighe gronden en Landen als fy zouden ach- ten van doen te hebben, mids doende de ge- interefleerden behoorlycke Vergoedinge en contentement, tot taxatie van de gereghtevan Diemen; en dat fy Supplianten , by meerder- hcyd van Stemmen, uyt de gemeene ingelan- den foude mogen kielen eenige Poldermeefters ofte Molemeellers, die macht fouden hebben niet alleen om 't gheene voorfchreven is; en vorder by de ingelanden geacht foude wefea van noden te fyn, in 't werck te leggen en uyt- tevoeren, maar ook omme Keuren en Ordon- nantien te maaken, Kaden, Wegen en Waterin- gen, molentochten , heynflooten en gevolgh van dien te befchouwen, ommeflageu tot be-, taa-
|
|||||
■.■'
|
|||||
H.BÖËK« Voornaamste bezittingen. 431
taalinge van. gcméene wercken te doen en in- bylaa-
vorderen, en alles ordonneeren en executeren GEN by parate executie op dykregt en dubbelt gewin, Lr. F. niettegenftaande oppolitie ofte appellatie,' en fonder prejuditie van dien: Soo is T, dat wy de voorsz. (aecke en 't
verfoeck overgemerkt hebbende , en genegen wefende ter bede van de Supplianten, uyt onfe reghte weetenfchap, lbuvereine macht en au- thoriteyt , geconfenteert, geaccordeert en geoétroyeert hebben, confenteeren, accordee- ren en oélroyeeren delelven by deeièn, dat fy de Landen in de Banne van Diemen gelegen füllen mogen omringen en befluyten in een Rade ofte bepolderinge, beginnende van den hoogen dyk, by den Diem langs, tot aen het Diemer- bruggetje toe, en van het felfde bruggetje tot nen de ringfloot van deDiemermeer,en by de- zelve langs, tot aen de "Kerkfloot : leggende gemelde Kade aldaer ter wederzyde van de Kerckfloot innewaards; tot aen t dorp, en dat voorts, weer de ringlloot langs tot aen de Waersluyden haer rietlant, en foo voorts by het rietlant neder tot aan de Laan toe; en dat de Supplianten het felfde werek füllen mogen ver- fien met een goede bequame agtkante water- molen , mitsgaders goede tochten en wateringen füllen mogen doen opmaecken en onderhouden , uyt gemeene molenskoflen, en voorts ten dien- fte en geryf van den ghene die door 't felfde werek lullen werden belet een gemene uytvaert te hébben, ofte die defelve uytvaert fal wer- den benomen, maecken twee Overtoomkens, het eene tot geryf van Bovenkerk en het andere voor Buytenkerk ; authorifeeren de gemelde Supplianten, omme daer toe te mogen gebruyc- ken alle fodamge gronden en Landen als fy achten lullen van doen te hebben, mits doende de Geinterefleerden behoorlycke vergoedingen contentement, tot taxatie van de Gereghte van Die-
|
||||
432 AMSTERDAMS V.Deei,
Diemen voornoemt: mitsgaders, omme by meer-
derheyd van Hemmen, uit de gemeene ingelan- den , te mogen kielen eenige Polder- of Molen- meefters, die volkomen macht füllen hebben niet alleen om de voorgenoemde bepolderinghe invoegen voorfchreeven is en 't ghene dienaen- gaende verder by de ingelanden noodig fal werden geoordeelt in 't werck te leggen en uyt te voeren, maer oock omme Keuren enOrdon- nantien daer over te maecken, Kaden, Wegen, Wateringen, Molentogten en Heynflooten, en gevolg van dien te befchouwen, omflagen tot betaalinge van gemeene wereken te doen en invorderen, en alles te ordonneeren en execu- teren , by parate executie , op dykreght en dubbelt gewin, niettegenftaande oppofitie ofte appellatie en fonder prejuditie van dien.Enten eynde de Supplianten defeonfe accorde,oclroi- je en confente moogen genieten als na behoo- ren, laden wy allen en een ygelycken defen aengaende dat zy den Supplianten den inhoud van defen doen, laaten en gedogen, ruftelyck, vredelyck ende volkomenlyk genieten en ge- bruyeken , ceffeerende alle belet, hinder en weêrfeggen ter contrarie. Gegeven in den Haege onder ons groot fegel
alhier aengehangen op" den 15 July in 't Jaer ons Heeren, eenigen heylant eii Salighinaker duyfetu: fes honden een en veertigli. (getekend)
J. de Wassenaer \r*.
(Op de plicque ftondt)
Ter Ordonnantie van de Staten,
(getekend)
Herbert v. Beaumont. 1641.
|
||||||
Lr. G.
|
||||||
1
|
||||||
ïï. Boek. Voornaamste bezittingen. 43$
Lr. G.
Octb-OI , tot bet vereenigen der Kegtbanken van
Slooten , Slooïerdyk , Osdorp ende Vrye Geer , en op de verkiezinge van Schepenen Maar , gedagtekend den elfden December des jaars 1654. De Staten van Hollarit ert Weftvrieslantdoeii
te weten: Alfoo ons vertoont is, by Schout en Schepenen van Sloten, Slöterdyk, Oftdorp én de Vrye Geer, hoe dat fy Supplianten on- der den anderen over een gecomen waeren, en vervolgens gefamentlyk gerefolveert hadden; de refpettive regtbancken van Sloten, Slöter- dyk , de Vrye Geer en Oftdorp te vereenigen , en daer van te maken een regtbanck , welckc regtbank bedient foude werden by feven Sche- penen, waer van jaeflycX vyf foude afgaen, en twe aénbiyven jen dat de eleétie foo van de vyf nieuwe' Schepenen als de tweaenblyvendejaer- lyx foude gefchiederi by den ambachtsheer, be- houdelyk dat de twee aenblyvende geëligeert Jtbuden moeten werden uyt dé vyf Schepenen, die in het uytgaende jaer gedient föüden heb- ben , ende confequentelyk, dat de oude aen» blyvende niet ..langer foude mogen dienen als twe jaeren in 't geheel, en achter den anderen,, fonder dat oock , ofte in de nieuwe electie , ofte int aenblyven van twee oude, reguard en aenfchouw genomen foüden werden, of defelve fyn van Sloten, Slöterdyk, of door of van de Vrye Geer; Wyders dat het felve Collegie, alle Veertien dagen precys, regtdagh foude houden.» ènde fitten, van Mey tot St: Pïetér, tot Sloten pp de Vrye Geer, van St: Pieter tot alderhey- Ühen,tot Slöterdyk, van älderheyligen tot den 1 February , tot Oftdorp , én van den i Fe- bruary tot primo Mey aen den Overtoom', én de X. Stuk* E e dit |
||||
434- AMSTERDAMS V.DÈEt-.
BVlaa- dit alles met goetvinden en bewilligingevande
CEfr Heeren Burgemeefteren en Regeerders der Stadt 1/. G. . Amfterdarn, als ambachtsheeren van de voorsz. dorpen>, Sloten, Sloterdykj de Vrye Geer en Oftdorp; dat vorders fy Supplianten, tot het neemen van de voorsz. refolutie gemoveert waren geworden, niet alleen om dat de juftitie voor de opgefetenen in de voorsz. dorpen , volgens de ordre voorsz. geadmïniftreert foude cunnen werden, met gelycke commoditeit en cgter minder omflagh en koften, maer oock om dat te deele abfoluyt nootfakelyk was, aenge- fien een van de voorsz. dorpen, door het af- fpoelen van de haerlcmmer meer, foodanig was vermindert, dat boven 5 a 6 huyfen niet res- teerden , invougen dat, by continuatie van een particuliere Regtbank aldaer , de Schepenen geen regt fouden cunnen doen, dan over die van haer eygen familie, behalven dat, fonder de voorsz. gerefolveerde combinatie, geen fuf- flfant getal van bequaame perfoonen tot de be- dieninge van de Juftitie uytgevonden foude cunnen werden, int duck van de Religie foo- danigh gequalificeert, als by de bewufte onfe refolutie dienthalve onlangh was geftatueert; dat alfoo fy Supplianten wel willen , dat het voorsz. nodigh en oorbaer werk van geen vol- comen effeét. en cragt foude fyn, fonder onfe approbatie en beveftinge,foo keerden derhalve fy Supplianten haer onderdaniglyk tot ons,ver- foekende, dat het ons beliefde het voorsz. haer Supplianten gerefolveerde over de voorsz. Ver- eeninge van de respective Regtbancken en de fucceÜive feffien van defelve , als in maniere hier vooren geëxtendeert , te ratificeeren en eonfirmeeren, ende ten dien eyhde hun Sup- plianten goetgunftelyk te verkenen onfe brieven van Gétroi, in Communi et optima forma. Soo ist, dat wy de faeken en 't verfoek voorsz.
overgemerkt hebbende, ende genegen wefende tot
|
||||
tli'BÓBK. VoOÉNAAMSTE BEZITTINGEN. 435
ter bede van de Supplianten *, uyt onfe regte Bylaa*
wetenfchap én Souveraine magt: en authoriteyt, ge» het gerelblveerde over de Vereeninge van der Lr. H* ieluer respedtive Regtbancken > mitsgaders de eleétie van Schepenen, en de fticceffive fefllen van defelve 4 naer de forme en inhoude, vooJ ren gefpecificeert, hebben goet gevonden, ge- äpprobeert en geratificeert, vinden goet, ap- pröberen en ratificeeren by defen, lallende allen en een yegelyk hen daer naer te reguleren. Gedaen in den Hage, onder onfen grootefc
Segel hier aen gehangen,op den 11 December^ L in 't jaer onfes Heeren ende Saligmakers 1654. (PPas getekend) J. Cats VV
(Op de plicque ßondt)
Ter Ordonnantie van Statea
(en daar ander)
Herbt. van Beaumónt* V. Et,
Brief van Hertoge Albrecht van Beyerèn L*. Ui
Van den elfden May des jaars 1396, vervat- tende eenen anderen van Graave Willem den lil* van den drie en twintigften November des jaars 1309: by welke beide Brieven, de bezwooren Kerf en Stigtfch Kudelftaart fèbot* baar onder Holland verklaard wordt. Aelbrecht by Godts genade- Palensgravé op-
ten Rhyn, hertoge zu beyerèn grave van henegou, van hollant,* van zeelant, ende heep van Vrieslant doen kont allen luyden, dat wy gefien hebben goede haritveften ende brieve toe- behoorende onfen luyden ende onderfaten , wonende in onfen vryen Ambochte te Gudek ftaart, wel 'befegelt mit Segel ter zaliger ge- E d a dacfo*
|
|||||
1
|
|||||
•,
|
||||||
43tS AMSTERDAMS V.Deeï..
Bylaa. dachten, heer Willems, by tyden, Grave ende
gen " neer der Landen voorgenoemt, ons oude Vaders, 1/. 0» fpreeckende van woorde te woorde,als hierna befchreeven ftact, Willem, Grave van Henegou, van Hollant *
van Seelant, ende Heer van Vrieslant, gebie- den alle den geenen die woonachtich fyn, in onfe vry Ambacht van Cudelftaert, ende geerft zyn binnen der fwoorenkerve, dat all dat erve daer leggende t wtlandt denoplande volgen fall dan dit voorgenoemt lant willen wy dat ons gelde fchodt, gelyck dattet deede by t's Conings Willems tyden, ende t'f Grave floiris Rade, hier by willen wy dat niemant en vare buyten den voorf. Ambacht mitter wone, Ende waer yemant diere buyten vare mitter wone , foo fouden wy al zyn erven aenvaen, dat hy daer binnen hadden leggen t'onfen vryen. eygen. Gegeven in 't Jare ons heeren duyfent drie hun- dert ende negen op S'e. dementen dach, in die hage. Op welcke brieven voorf. onfe luyden van
Cudelftaert ons getoont hebben dat alrehande luyden, wonende buyten den Ambocht voorf. • ende gelandt ende geerft zyn binnen der Swoo- rén kerve, ende oock erve leggende hebben in den vuytlande mit.hunluyder fchodt, beedepenn. ende andere onraet niet gelden en willen na inhouden der brieve voorf., daer zy grootelic- fcë by befwaert ende vercort worden, waerom wy volgende onfe voorn, brieuen ende goede wille, gebieden ende willen dat alle lant, gele- gen binnen der Swooren kerve, het zy inder Oplande, off in de uytlande gelden fall, foo beedepenn. ende alle ander onraet die opte riemtael comen mach, in alre manieren als t voortyts byConing Willems ende Grave Floris onfe voorvaders tyden dier Godt genadich moet zyn te gelden plach. Ende ontbieden ende be* vekn allen den genen die gelaadt ende geerft zyiï
|
||||||
,
|
||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 437
zyn in den gefwooren kerve voorf. , dat zy gy^«
mitten buyeren vän Cudelftaert gelden ende GEN betalen fcbodt beedepenn. ende ander onraet ut £ als voorf. is Ende waer daer yemant onwillieh in, foo ontbieden wy onfen Bailiïu van Rhyn- lant, die nu ter tyt is of namaels weien zall, 4at hy onfe geit opten onwilligen uytlegge , ende dat weder inne na recht ende coftume van onfen Lande, ende des niet te laten. ïn oir- conde defe brieve befegelt mit onfe fegele , ge-r geven in den hage elff dagen in may int jaer óns heeren M. CCC fes ende tnegentich. La- ger ftondt, Gecollationeert Jegens den origir nelen brieff, hebbende eenen uythangenden zegel in groenen waifche is defe Copie daer- mede van woorde [te woorde] bevonden te ac- corderen. Opten xix february xv.e xcvi. By my Ende is onderteykent De Rechtere 1596. Getrokken uit em oud Bofk, getiteld
Privilegie- ende Refolutie-boeck van Cudelftaert ende den Befwo- ren kerif, berußende Qnder de Ar- chiven VW KupELSTAART. T r r
1 f • x» .
t" .
Resolutie der Heeren Staaten van Holland en
PPefifriesland van den zevenden May des Jaars 1678 , tot berftellinge en bebeeringe der Zeedij- ken beweßen en beooßen Muiden. .■■.■«' F> _.
De Heer Penfionaris. Ten Hove heeft ter
Vergaderinghe gherapporteert, dat de Mee- ren haer Edele Groot Mo. Gecommitteerden, hebbende in ghevolghe ende tot voldoeninghe yan der felver Refolutie ComraifToriael van da- te den feventhienden July festhien^bondert fes en tfeventich gebefoigneert, om de Zee-Dycken ghelegen uuTchen Amfterdam ende l>4uyta, ^e 3 eiïde
|
||||
43$ AMSTERDAMS V.Dèeu
Btiaa- e^^e tWchen Muyden ende Naerden respeéliye,
CEN te keuren ende te doen opmtecken tot foodani- L\ L gen hooghte, breette ende met ibodanige gloijin- ge ende verdere wercken van Aerde, Hout ofte andere, als waer door defelve, naer ingenomen bericht vanLuyden hun des verftaende, fouden ©ordeelcn de voorfehreve Zee-D.ycken beftant te füllen zyn, om de Landen, menfchelyker^ wyfe gefprooeken, tegens alle gevrees.de inun- datien te können befchermen; hadden bevon- den , dat de voorfchreve Zee-Dycken door de fware ftormen, eéée de hooge ende machtige •Watervloeden in de maendt van November van den Jare feftien hondert vyf en tfeventich op verfcheyde plaetfen foo beooften als bewerten de Stadt van Muyden, met feer groote ende diepe open walen, aen de ooftzyde ten getale van elf, ende aen de weftzyde ten getale van vier, .waren doorgeflagen ende ingeloopen geweeft, behalven verfchëyde fchel-gaten ende andere groote fchaden aen de voorfchreve respeeÜve Zee-Dycken ten felvigen tyde gefchiedt; Dat obck'wel de Heeren haer Edele Groot -Mog. Gecomrriitteerdens, in ghevolghè ende tqt vol- doeninge van derfelver respecttve Refolutien Commiflbriael van datis den derthienden No- vember ende festen December feftbienhondert Vyf en tfeventich, de voorfchreve ingeloopen open Walen ende Schelgaten hadden gedaen floppen, ende de verdere fchadén aen de voor- fchreve Zeedycken gevallen, foo verre repare- ren , dat defelve weder eenichfmts in ftate wa- hren' gebracht\\ nm met eenige verfeeckerin- ghe het Water te Tonnen refisfteren, ende de Landen voor ovcrvltfeyinge bevrydcn, maer dat echter de voorfchreve Zee-Dycken als doen in dien ftant nieten wäeren gebracht, dat haer E- dele Groot-Mog. op derzeiverconffitutie,raen- fchelyker-wyfe gefproocken, geruft kónden £yn \ dat over fulcks de Heeren haqr Edele 'd Groot-
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 439
Groot-Mog. Gecommitteerden, met veele ende Bylaa«
verfcheyden Perfoonen , haer het ftuck van GEN Dyckagie verflaende, hebbende geconfereert, 1/. I* ende derfelver confideratien ende advifen ge- hoort ; geoordeelt hadden , dat haere Edele Groot Mo. de gedefidereerde geruftheydt niet en konden hebben,al was het dat devoorsz.Zee» Dycken weder volkomen wierden herfleldt in foodanigen ftaet, als defelve voor date van de voorfchreve inbraecken ende ongemacken wa- ren gheweefl:, maer dat de voorfchreve Zee- dycken nootfaeckelyck verhoogt, verbreedt, verfcheyde Paelwercken vernieuwt, op eenige plaetfen, daer noyt Paelwercken waren geween:, nieuwe Paelwercken gemaeckt, ende doorgaens met goede ende fuffifante buyten-ende binnen- gloyingen voorfien ende door het plempen van Sant,in de voor defen doorgebroockenWalen, ende voornamentlyck in het Nieuwe Diep, ver- fterckt ende onderfteunt fouden moeten worden; Dat vervolgens de Heeren haer Edele Groot Mog. Gecommitteerden , op alle het felviga naeder ende particulierder het berichtende ad- vis van de Perfoonen haer het ftuck van Dycka- gie verflaende, ingenomen ende overwoogen hebbende, hadden gekernt ende geordonneert, als volght. Dat de hooghte van de voorfchreve Zee-Dyck
van Amfterdam af, tot deSluys in de Stadt van Muyden toe, esgalyck foude moeten werden gebracht tot de hooghte van twee voet onder de boven-kant van de Deckfteen, leggende aen de ooftzyde van de Sluys tot Muyden nae de Y-kant aen de ftraet, ende de breette van den felven Dyck, voor lbo veel den Aerden Dyck aengaet, van achticn voet op de kruyn, ende den Palen-dyck van vier en twintich voet, ende noch fes voet Riet daer en boven, zynde tefa-^ men den Palen-dyck dertich voet op de kruyn; dat de Bnyten-gloyinge van den Aerden - dycfë E e 4 róu«
|
|||||
)
|
|||||
440 AMSTERDAMS V.Dw.
. foude moeten zyn van vier voet op den voet,
ende de Binnen-gloyinge van twee voet op den voet, ende de binnengloyinge van den Palen- dyck van drie voet op den voet, voorts achter den voorfchreven Dyck een barmte van vier en, tvvintich voet, ende achter de barmte een be- quame floot, langs dewelcke men in het toe- komende alles wat tot reparatie noodich kan zyn, aen den felvenDyck foude können brengen. Dat de hooghte van den Zee-Dyck beoofïen de Stadt van Muyden van de fluys van Muyden af totNaerden toe, foude moeten ghebracht werden tot een ypet boven de bovenkant van de voor- fchreve Deck-ftcen van de Sluys tot Muyden, de breette als bewerten, namentlyck den Aer- dendyck tot achtien voeten op den kruyn, ende de Palendyck tot vier én twiritlch voeten endè noch fes voet Riet, zynde te famen den Palen- dyck dertich voeten op de kruyn; de buyten- gloyinge van den Aerden-dyck van drie voet op - den voet, ende de binnengloyinge vah twee voet op den voet,ende de binnen-gloyinge van derj Palendyck als aen de weftzyde, van drie voet op den voet, ende voorts mede als aen de weftzyde een barmte van vier *en twintich voet ende daer achter mede een Sloot, bequaem om alle noodi- ge faecken aen den Dyck te können brengen. Ende voorts verfcheyde wercken van Sant
ende plempinge , nieuwe Paelwércken ende nieuwe Rietvoet y mitsgaders verfwaringe van de oude Paelwércken ende Rietvoqt,Krabben- hoofden,ende andere wercken,die ten hoogh* fïen nootfaeckelyck gheoordeelt zyn: Dat ook fiefelve Heeren haer EdVle Grpot-Mog. Ge- committeerden alle de voorfchreye wercken hebbende doen ppmaecken, vermeynden, daar door de voorfchreye Dycken in foodanigen ftaei: té hebben gebracht, dat naer het oordeel van de Perfponen haer des verftaende, geen beter iïocfi andere voorforge konde gedragen wer- ' ' ten,
|
|||||
t.
|
|||||
|Ï.Bojek. Voornaamste bezittingen. 441
den, om de voorfchreve Zee-Dycken in fooda- BruLt«
nigen ftant te ftellen , dat haer Edele Groot- gen Mog. op der felver Conftitutie, Menfchelyc- Lr, I. ker-wyfe gefproocken , geruft mochten zyn, uytgefondert dat in de maentvanOctoberlaetft- leden, wederom een feer hevigen ende fwaren ftorm ontftaen, ende daerdoor de Buyten-glo- ying vari den Aerden-Dyck, als doen noch niet genoeg zynde befturven, aen de Weftzyde vant de Stadt Muyden ? ter lengte van tweehondert, ende aen de Ooftzyde ter lenghte van vierhon- dert Roeden t'eenemael wechgenomen, ende äen den Dyck felfs oock al eenige fchade ge- fchiedt zynde, de Heeren haer Edele Groot- Mog. Gecommitteerden de voorfchreve nieu> we opgekome fchade, wel ten beften met be- fchoeyinge ende anderfints hebben gedaen re- pareren, edoch foo fuffifant niet, dat men op den toeftant van de voorfchreve Zee-Dycken, ter plaetfe, alwaer de voorfchreve laetftefcha- den zyn gefchiet foodanigc geruftheydt foude können hebben als wel van te vooren; Dat de voorfchreve Heeren haer Edele Gropt-Mog. Gecommitteerden een begrootinghe van de kos- ten aen de voorfchreve Zee-Dycken, van den beginne af tot nu toe aengeleydt zynde, heb- bende opgemaekt, hadden bevonden , dat de felvc aen de weftzyde yan Muyden, voor foo veel de Dyckagie van Amfterveen belanght, komen te beloopen twee duyfent vyf hondert veertigh guldens feventien ftuyvers twee pen- ningen , ende voor foo veel den Diemer-Zee- Dyck, onder de Waerfchappyen gelegen is twee Jiondert drie en dertich duyfent en twee gul- dens elf ftuyvers twee penningen; ende aan de ooftzyde van de Stadt Muyden, voor foo veel het Heemraedtfchap yan Muyden aengaet twee hondert acht en twintigh duyfent twee hondert fes en t negentien guldens twaelf ftuyvers twaelf penningen $ Ende vopr foo veel het E e 5 Heem?
|
||||
442 AMSTERDAMS V.Dêee;
Bymv Heemraedtfchap van Naerden aengaet, vy£
pen tienduyfent feven hondert twee en tfeventich Lr. ï« , guldens feventhien ftuyvers ende fulcks te fa- men ende in hetghehceloverderespe&iveZee- t)ycken van Amlterdam af tat Naerden toe, de ibmme van vier hondert negen en tfeventich duyfent fes_ hondert twaelf gulclens achttien ftuyvers thien penningen alles hoven ende be- Jialven de kollen die de Waerfchappyen tot het floppen van de Walen als andernnts, aen de' weftzyde van de Stadt Muyden, in de maendt van, November festhien hondert vyf en tfeventich» ingheloopen, byhaerfelfs gedaen opmaecken, hebben moeten (importeren, als mede de kollen gedaen aen fommige Bonnen dycks,, die by de G ehoefflaegdens felfs zyn opgemaeckt tot fooda-r rügen forma als by de Heeren haer£deleGroot- Mog. Gecommitteerden was geordonneert. Dat verder by de felve Heeren Gecommitteerd
den overlydt ende overwogen zynde, eerftelyck, wie tot het rernbourfement van de voorfchreve kollen, vermogens de Privilegien, Handtveften, Dyck-rechten oude Cofluymen op de voorfchre- yen Zee-Dycken gebruyckelyck, exempelen van yoorgaende doorbraecken, groote fchaden ende extraordinaris verfwaringen, mitsgaders, vol- gens het prefeript van haer Edele Groot-Mo. voorfchreve refpeétive Refolutieu van datis den derthienden November , feilen December l^stien hondert vyf en tfeventich, ende fe- ventienden July lestien hondert fes en tfeveiw tich, fouden ghehoud,en zyn, ende'ten dien eynde ooek fpecialyck hebbende gheëxami-, neert ende reflexie genomen op de Requelle en- de de verdere informatien by ofte van wegen de gemeene Geintereffeerdens in de Landen ghe- legen aen de oollzyde van de Vecht, ontrent de Steden van Muyden ende Weesp, in gefchrifte aen de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecom- mitteerden ter handen gefield; Ende ten twee den,
|
||||
ÏIfBoEK. Voornaamste bezittingen. 44$
den, of eenigh ende hoedanich reglement foude Ryj,AA-
konnen ende behooren gemaeckt te worden , GEN naer het welcke., ende door wat Perfoonen, de \/t J, voorfchreve Dycken hier naer foude. können ende behooren beheert te worden; op het voor* ichreye eerfte ppint yan advife fouden zyn. Pat alle de open Walen, die door het geweldt
van de Stormwinden ende de'kracht van de hooge ende machtige Watervloeden , in de maend November festhien hondert vyf en tfe- ventich, in de respedlive Zee-Dycken, foo be- ooften als beweiten Muyden, zyn ingebroocr ken, mitsgaders de Schel- ende andere Gaten , die foo diep inge-loopen zyn, dat het geene, 't welck, ter plaetfe daer de openinge ingcbrooc-r ken is, van den Dyck was blyven ftaen , de hoogte van een Ton boven een dagelycks water niet en konde bereycken , hebben moeten toe-? geflopt ende opgemaeckt werden, tot een ton hoogh boven een dagelycks Water toe, tot kosr te énde lafte van de gemeenc Ingelanden, elck voor foo veel de voorfchreve open Walen, Schel- ofte andere Gaten , onder desfelfs refpeétive Pyckagien ende Heemraedtfchappen mochten ingheloopen ende ingebroocken zyn, ende dat vervolgens ter dier oorfaecke by de ghemcene • Waerdtfchappen van den Diemer-Zesbiirgh in het voorfchreve generale beloop van onkoflen lal moeten betaeldt worden de fomme van twae duyfent drie hpndert negenthien guldens fes- thien fhryvers veertien penningen, ende door die geene die aen de ooftzyde van de Stadt Muyden Waelplichtigh zyn, tot den Naerder» Ban toe, de fomme van derthienduyfent vyf- •s hondert vyf en dertich guldens dertien ftuyvers. Dat voorts alle de ordinaris reparatien op de voorfchreve Zee-D;ycken gevallen, tot voldoe- ninge van de Keurennende Uytgiften die by den geenen die de beheeringe over den Zee-Dyck van Amltefveen Competeert in den Panne va,n Am-
|
||||
444- AMSTERDAMS V.Dee£,
Bïlaa* Amfterveen, ende by den Schout ende Schepe-
<i£N nen van Diemen in den Diemer Ban, ende Schout Lr. -I. ende Schepenen van Muyden in den Muyder Ban, ten refpe&e van het Aerdewerck, ende by den Bailliuw van Amllellandt, als Dyckgraef ende de Waertsluyden van den voovfchrev,en Diemer Zeedyck, alsHooge Dyek-Heemraden op de naer-keure, naerfchouwe, ende bekvec- kinge van het voorfchreve Aerdewerck, mits- gaders by den voorichreveri Dyckgraef ende Waertsluyden op hetPael- ende Yfer-werck op den vqorfehreven Efiemer-Zeedyck tot Muyden toe , ende dan noch by den Schout van Muyden, als Subftituyt-Dyckgracf ende drie Schepenen Van Muyden, ende voor Schepenen van Wees- per-Carfpel, als Hoogh-Dyck-Heemraden van den Zeedyck beooften Muyden, op den voor-' fchreven Zeedyck van Muyden af, tot den Ban- ne van Naerden toe, ende by Schout, Burghe- meefteren ende Schepenen van Naerden op den voorfchreven Zeedyck van Naerden af tot Muy- der Ban toe, mogte zyri uytgegeven ofte gekernt, mitsgaders foodanige reparatien als de Heeren haerEdeleGrqot-Mog.Gecomrnitteerden,boven
ende behalven de voorfchreve refpective Keu- reu , Uytgiften, Naerkeuren, Schouwen, Naer- Schouwen ende Belacckingen ,als ordinaris re- paratien op de voorfchreve refpe&ive Zeedyc- ken hebben geordonneert , ende gedaen op- maecken, füllen moeten gedraghen endebetaelt worden by de refpeétive Dyckplichtige alleen, die in de voorfchreve refpeétive Zeedycken zyri gehoefflaeght ofte verftoelt, voor foo veel elck. zyn Hoefuaegh ofte Bon Dycks heeft gekort, om naer de voorfchreve Uytgiften, Keuren, Naerkeuren, Schouwen, Naerfchouwen, Be- laecktnghen, ende ordre van de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecommitteerden opghe- maeckt te worden alles volgens de Lyften by de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecpmimt- teer-
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 445
teerden daervan, voor foo veel yeder Dycka- RYLA; |
|||||||||||||
gie acngaet, perfecl ende fpedfiquelyck gefor-
meert. |
OEN
Ah» • <&•
|
||||||||||||
Dat de verdere verhoogiuge verfwaringe en-
de verbeteringe van de voorfchreve refpeélive £ee-Dycken, door Aerde- Hout- ende andere wercken, die tot voldöeninge van haer Edele Groot-Mo. Refolutie Commiflbriael Van date den feventhienden July festhienhondert vyf en tfeventich, door de Heeren der felver Gecom- mitteerden , naer ingenomen omftandigh be- richt van Luyden hun desverftaende,aenende op de voorfchreve Dycken zyn geordonneert, ten refpede van hare importantie, niet füllen moeten aengefien werden als een gewoonlycke reparatie, maer als een extraordinaris verfwa- ringe ende verbeteriiige , die niet wel met den naem van reparatie ofte onderhoudt foude kön- nen benaemt worden, ende tot welcke de res- peélive Gefloeldens ofte Gehoefflaegdens in de voorfchreve Zee-Dycken, uit de refpeciive Pri- vilegien , Handtveiten , Dykrechten, oude Cofluymen , op de voorfchreve Dyckrechten gebruyckelyk, ende voorgaende Exempelen niet wel precifelyk foude können werden gheobli- geert, maer dat defelve verfwaringe ende ver- beteringhe genei'alyck lal moeten gereputeert worden van defelve nature te zyn als het maecken van de Dycken, foo wanneer defelve door ingeloopen Walen ingeflagen zyn ofte als nieuwe inlagen ende nieuwe Paelwercken * dewekke tot lade van die geene die onder de voorsz. refpeftive Dyckagien gehooren , elcks "m den fynen refpeétivelyk van allen ouden tyden af als gemeene wercken in het gheheelofte ten deele zyn ghemaeckt, foo wanneer ende foo- danigh als menfulcks in billyckheydt heeft be- vonden te behooren, ende wel particulierlyck van die foorten van gemeene wercken, welkers Lallen tuffchen de refpeäive Geftoeldens of Ge*
|
|||||||||||||
'.
|
|||||||||||||
,
|
|||||||||||||
.
|
|||||||||||||
^^M
|
|||||||||||||
/
|
||||||
44ö AMSTERDAMS V.Deél.
Gehoeffiaeghdens in de voorfchreve Zeedycken
aen de eene ende de gemeene Ingelanden elcks onder fyn Heemraettchap refpedtive , aen de andere zyde, met een redelycke proportie zyu ghedeelt, ende verbolgens dat in alle de on- koften van de verfwaringe, verhooginge ende Verbeteringe, die door de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecommitteerden alsvoorenopdë Voorfchreve Dyckeii , buyten ende boven de voldoeninge van de ordtnaris Keuren, Uytgiften j Naerkeuren, Schouwen, Naerfchouwen, Be- laeckinge ende de ordres vail de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecommitteerden hiervöo- ren gemelt, bewerten Muyden in de Dyckagié van Amfterveeri z-yfi gheordonfieert ende gedaeri opmaecken, de gemeene Ingelanden onder de Voorfchreve Dyckagie gehoorende, füllen heb- ben te contribueren twee duyfent twee hondert tnegentich guldens twaelf ftuyvers twee pen- ningen , ende dat de refterende twee hondert vyftigh guldens vyf ftuyvers füllen moeten be- taeldt werden by die geene die in de voorsz. Banne van Amfterveen gehoefflaeght ofte ge- ftoelt zyn, maeckende alfoo defe repartitie de geheele hier vooren gefeyde Somme, die aeïi den Amftelveenfchen Ban te kofte geleyt is * iiamentlyck 2540 guld. 17 ftuyv. 2 penn. Dat in defelve foorte van extraordinaire on-
koften, voor foo veel denDyck gelegen onder de Waert.fchappyen belanght, de felve Waert- lchappyen füllen hebben te contribueeren een hondert feven en tfeftigh duyfent negen honderC dertigh guldens negenthien ftuyvers vier pen- ningen; boven de twee duïfent drie hondert negenthien guldens festhien ftuyvers veertien penningen, die defelve ter faecke van het flop- pen der Walen ende Schelgaten, als hier voren zyn gehouden te betalen, ende fulcks te famen hondert tfeventigh duyfent twee hondert vyftigh guldens festhien ftuyvers twee penningen, ende |
||||||
1
|
||||||
ÏÏ.Böfctf. VoOkftAAMäTE BEZITfïNÖEN. 447
dat de refterende twee en tfeffig duyfent feven BYLtÄ&rf -
hondert een en vyftigh guldens vyfthien ftuy- GEN vers, foo ter faecke van de ordinaris reparatie jjt \4 als van de portie op de welcke de Gehoefflaegh- dens ofte Geftoeldens in de extraordinaris ver- fwaringe by de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecommitteerden zyn gheftelt* by de Gehoef- flaegdens ofte Gefloeldens onderde voorfchreve Waerdfchappye füllen moeten werden betaeldt» maeckende alfoo defelve repartitie de( geheele hier vooren gefeyde fomme, die aen den Dyclt onder de voorfchreve Waertfchappye gelegen, te kofte gheleydt is, namentlyck twee hondert drie en dertich duyfent en twee guldens elf ftuy vers twee penningen, en dat de voorfchre* ve Waertfchappye in de* fomme die defelve als vooren füllen moeten opbrengen, füllen Con- tribueren naer foodanighen proportie als de- felve onder den andereu in alle gemeene werc- ken zyn contribuerende. Des dat aen die geene die haer Bonnen Üyck
felfs tot foodanigen hoogte, breette, verfwarin- ge van gloyinge ende andere wereken hebben gebracht als by de Heeren haer Edele Groot- Mog* Gecommitteerden over den geheelen Dyck was geordonneert, ende over fulks felfs de voorfchreve extraordinaris verfwaringe ende verbeteringhe hebben bekoftight de negen thien- de deelen van defelve verbeteringe ende ver- fwaringe , voor foo veel die extraordinaris ghe- weeft is, door de voorfchreve Waerfchappyen füllen moeten werden gereftitueert ende gerem- bourfeert. Dat in de felve foorte van extraordinaris ori-
koften beooften Muyden , onder het Heem- raedtfehap van Muyden, de gemeene Ingelan- den onder defelve Dyckagie gehoorende, füllen hebben te contribueren hondert negentien duy- fent drie hondert feven en veertien guldens negentien ftuyvers yeerthien penningen ? boven de
|
|||||
*
|
|||||
448 AMSTERDAMS V.Dee£.
|
||||||||||
j&TLAk«
|
de derthien duyfent vyf hondert vyf en dertich
|
|||||||||
r„w guldens , derthien ftuyvers die de felve ter
ï/ t faecke van het Hoppen der Walen ende Schel- gaten als vooren fyn gehouden te betalen, ende fulks te famen hondert twee en dertich duyfent acht hondert drie én tachtich guldens twaelf ftuyvers'Veertien pennigen, en dat de refteerende vyf en tnegenticli duyient vier hondert twaelf guldens negenthien ftuyvers veertien pennin- gen foo ter faecke van de ordinaris reparatie als van de portie opdewétckedeGehoefflaegdens, Ofte Geftoeldens in de extraordinaris verfwannge door deHeeren haer Ed.Groot-Mog. Gecommit- teerden zyn geftelt, by de Gehoefflaeghdens ofte Geftoeldens in de Zee-Dyck onder het voor- fchreve Heemraedtfcftap gehoorende , füllen moeten werden betaeldt,maeckendealfoo defe repartitie de geheele hier vooren gefeyde fomme, die aen den Dyck onder het felvige Heemraedt- fchap gelegen te koft is geleydt hamentlyck twee hondert acht en twintich duyfent twee hondert fes en tnegentich guldens twaelf ftuy- vers twaelf penningen. Dateyntelyk in defelve föorte van extraordn
naris onkoften gevallen aen den Zee-Dyck in het Heemraedtfchap van Naerden, de ghemene Inghelanden onder de felvige Dyckagie gehoo- rende füllen hebben te contribueren veerthien duyfent een hondert vyf en tnegentich guldens twaelf ftuyvers, ende dat de refterende vyfthien hondert leven en tfeventich guldens vyf ftuy- vers thien penningen , füllen moeten betaeldt werden by die geene die onder het voorfchrevè Heemraedtfchap in de Zee-Dycken gehoefflaegt ofte «eftoelt zyn, maeckende alfoo defê repar- titie de geheele hier vooren ghefeyde fomme van vyfthien duyfent fevert hondert tWee en tfeventich guldens feventien ftuyvers thiên pen- ningen , ende bedragende alle de felve fommen. gefamerttlyck vier hondert hegeii en tfeventich |
||||||||||
'
|
||||||||||
iL ÉOEK. VobRNAAMSTÈ BKZfTTINGEN. 44$
duyfent fes hondert twaelf guldens achtten ftuy- Byïjaa-
vers thien penningen, ende fulcks foo veel als gei* "de Heeren haerEd. Groot-Mog. Gecomitiitteer- L».I, den bevinden, dat in het geheel alle de onkos- ten tot voldoeninge van de vóorfchreve Refo- lutie Commiflbriael van den feventienden July Festhieh-hondert vyf cii tfeventich, aen de vóor- fchreve Zee-Dyeken, door de Heeren häerEdi Groot-Mog. Gecommitteerden aengeleydt,-ko- men te monteren. Dat de betalirighe van de vóorfchreve onkos-
ten , by allen den geéneri hier voören ghenieldt, precifelyck fal moeten werden ghedaen voor den eerileri Juiiy festhien-horidert acht en tfe- ventich toekomende , ofte dat by faüte van' dien het felve by dë refpeétive Dyckgniven en- de Heemraden elcks in den fynen , gelyck alle andere Dycklaften, op de gebreeckigefalgheni- iiet ende ge-executeert worden by Dyck-recbt. Dat voorts ter plaetfe alwaer foo be'ooften als bewerten de Stadt Muyden in de maendt van Oélober 1677,de vier hondert ende twee hondert Roeden refpeétive van de Buytenglöyinge van de vóorfchreve Zee-Dyeken zyn wechgëflagen ghe- . Weeft, ende waerop by de Heeren häcr Edele5 Groot-Mog. Gecommitteerden, by provifie ;. naer tydts gelegehtheydt eenige voofforge is, ghedaen , de felve wechgeflagert gloyinge we- der fal moeten werden gerepareert, ende op- gemaeckt, tot foodanighen forma ende fvvaer- te, als het refterende van deDyck is geördon- neert, ende dat daer toe goede ende vafte fpe-' cie van kley uyt de Rivïere de Vecht, dóór het middelvan een Modder-Meulen, tot Amfter- dam zynde, fal können bekomen, ende daer- toe gebruyekt worden ,: ofte anderfints , dat door die geene die de beheeringe Competeert.,* foodanighe andere middelen tot verfeeckerin- £he van den felvefi Dyck ter plaetfe daer die »iet volkomen opgemaeckt is, ter handt füllen1 X; Stuk; Ff ghë- |
||||
45o AMSTERDAMS V.Deel.
Bylaa- ghenomen moeten worden als defelve beter ,
6EN onkoftelycker, ende met eenen verfeeckerder L*. I. mochten oordeelen te zyn, ende dat een der- de van de onkoften,die tot het opmaeckenvan de voorfchreve afgeflagene gloyinge ende her- flellinghe van denlelven Dyck, ofte anderfints ghedaen füllen moeten worden, by die geene füllen moeten werden gedragen, die ter felver plaetfe geftoelt ofte ghehoefflaegt zyn, ende de twee derde parten by de ghemeene Waer- fchappye aen de weftzyde, ende by de ghemeene Ingelanden aen de ooftzyde,onder het District alwaer de voorfchreve Dycken ter faecke als vooren gerepareert moeten worden; ende dat de- felve füllen moeten voldaen ende betaeldt wor- den op foodanige termynen als den Dyckgraef ende Heemraden tot welkers beforginge het op- maecken van defelve Dycken refpeclivelyk fal ftaen, naer gelegentheydt van tyden ende faec- ken füllen oordeelen bellende dienftigh te zyn. Dat de voorfchreve Zee-Dyck inde voor- fchreven ftaet zynde gebracht, het onderhou- den , repareren ende opmaecken van defelve voor het toekomende fal moeten ghedraghen ende bekoftight werden by de refpeäive Ge- ftoeldens of Gehoefilaeghdens in den voor- fchreven Zee-Dyck, elck voor fo veel fyne portie Dycks aengaet, foo dat de voorfchreve Dycken by de Gehoefflaeghdens ofte Geftoel- dens füllen moeten onderhouden worden, tot foodanige Uitgiften ende keuren als de refpec- tive Dyckgraven ende Heemraden elck in fyn Diftrict. daer op füllen geleydt, gekcurt ende uytgegeven hebben, fonder dat het Gemeene Landt, volgens de Uytfpraecke van Heer Hu- go van Lanoy van date den een en twintichften Maert veerthien hondert fes en dertigh, ende opgevolghde confirmatie van Hertogh Philips van Bourgondien, als Grave van Hollandt, van den twee en twintichllen der felver maendr. Maert,
|
|||||
/
|
|||||
II. Boek.' Voornaamste bezittingen. 45T
Maert, in -.het reguard van de weftzyde, endefiyT...
het Oftroy van Koningh Philips van Spaigne, GEi als Grave van Hollandt , van den twaelfden Lr I Augufti vyftienhondert feven en tfeventich , ten refpefte van de ooftzyde, als noch eènigen Dyck, anders' als by content van den Dyck» graef ende Hoöge Heemraden, ofte anderfints by fpadé-fteeckinge opkomen lal mogen , maer oock dies aengaende alle voorgaende Privile- gien , Hantveften, Coftumen ende Dyckrechtert blyven in haer geheel. Dat verders de executie van alle het gundt
Voorfchreven is, aen de weftzyde van de Stadt Muyden, voor foo veel den Banne van Am- fterveen aengaet, aen die geené die de behee- ringe over den Dyck in denielven Ban gelegen competeert , ende voorts voor foo veel den Verderen Dyck bewerten Muyden belanght aen den Bailliuw van Amftellandt * als Dyckofaef Énde de Waertsluydert,alsHoogeDyck-Heem- raden * ende beooften Muyden aen het provi- fioneel Collegie van Dyckgraef ende Hoo^e Heemraden hier naer vermeit, fal aeribevolen ende defelve vervolgens gelafl Worde«, dat fy? ïuyden elck in den fynen füllen hebben te be- forghen, dat het geéne als noch aen het Riet- werek völtrocken moet worden , naer ende volgens de Conditien van de befteedinghen , door de Heeren haer Edele Groot Mog. Ge- committeerden hier bevoorens gedaen > opge- levert werden £ Dat fyluyden oock den Dyck, daer de félve, in de maendt van O&ober laetn> leden, op nieuws befchadight, ende niet We- der volkomen opgemaeckt is, ten alderfpoe- dichften füllen doen herftellen, ende de kofteri ibodanigh omflaen ende innen, als hier vöoren reets ter neder gefteldt is; Dat fyluyden Oock met alle exaétitude ende yigilantie füllen in- vorderen ende executeren de p'enningen die ye-' der Gen volgens het géene by defen vaft ghe- Ffa fteldt
|
|||||
1
|
|||||
45* AMSTERDAMS V.Deei..
Bylaa- fteldt ende gearrefteert is, fal moeten opbren-
GEN gen en^e betalen, ende dat defelvige Dyckgra- 1/. I, ven ende Heemraden refpective uyt de felve penningen weder aen het Gemeene Lant fül- len reftitueren het geene by het felve tot het opmaecken van de voorfchreve Dycken ge~ debourfeert is, beloopende tc famen de fom- me van vier hondert negenthien duyfent vyf hondert negen en dertigh guldens fes pennin* gen, volgens de Memorie aen het eynde de- fes geinfereert. Dat verder defelve refpective Dyckgra-
yen ende Heemraden prompte ende pfeeife betalinge füllen doen aen die geene die ter faecke van hare vergrave Landen noch onbe- taeldt zyn , als oock aen de ■aennemers van het Rietwerck , als den tyd fal ge - expireert zyn 9 op de welcke defelve , volgens de be- lreedingen , lullen moeten werden voldaen. Ende dat ten eynde de voornoemde Collegieri van Dyckgraven ende Heemraden alle 't geen voorfchreve is perfeclelyk fouden können naer- komen , aen defelve Collegien refpeftive ter handen gefteldt füllen worden alle foodanighe Lyllen ende Befcheyden, als de Heeren haer Edele Groot Mo. Gecommitteerden tot hare Inflruclie , om de voorfchreve penningen te innen , ende anderfints hebben geformeert , ende dat de Heeren haer Edele Groot Mog. Gecommitteerde Raden fouden behooren ghe- laft te werden de voorsz. penninghen die aen het Gemeene Landt moeten ghereltitueert wor- den , van de voorsz. Dyckgraven ende Heem- raden refpeétive te innen, ende by faute van betalinge, precife te executeren. Dat ten tweeden ten reguarde van de be-
hecringe van de voorfchreve Zee-Dycken 9 voor lbo veel de weftzyde aengaet,defelve als noch foude können gelaten worden aen foo- danige beheeringe als tegenwoordich over den fel-
|
||||||
t
_ '■-: ' ■ ■#■
|
||||||
'II. Boek. Voornaamste bezittingen. 453
felven Zeedyck ge-éxerceert werdt, edoch dat Bylaa-
tot voorkominge van veele ende vericheyde gen 1 inconvenicnten , die de Heeren haer Edele l/. l* Groot Mog, Gecommitteerden aen den felven Dyck geremarqueert hebben, foude behooren vaftgefteldt ende gearrefteert te worden. Dat eerftelyck die geene aen wie de .beheer
iringe van de voorfchreve Zee-Dycken tuflchen Amfterdam en Muyden competeert de felve Dycken op het minfle fouden moeten houden tot foodanigen hoochte , fvvaerte , breette , gloyingh ende verder met foodanige wercken voorfien, als by de Heeren haer Edele Groot Mog. Gecommitteerden daer aen geordonncert zyn , fonder daer inne iets te verminderen, ofte te laten verminderen, ende dat defelve ter* contrarie alle hare Uytgifteii daer naer lullen hebben te dirigeren, "dat den toefhnt van de voorsz. Zee-Dycken. van tyt tot tyt hoch meer ende meer verbetert'mag worden. Ten tweeden, dat, ten eynde den Baillimv
van Amftellandt, als Dyckgraef, ende de Waertsïuyden van den Diemer-Zec-Dyck, als Hooge Dyck-Heemraden, oock door hun ey~* gen interefl; geporteert moghen worden ten bes- ten van de felve Dyckagie, ende tot preferva- tie van de Dycken van dien, by alle occaïien te vigileren; Ende op dat de Ingelanden haer met des te meerder gerullheydt en betrouwen,, op haer direclie ende conduite, mogen verla- ten , voortaen niemandt tot Dyckgraef ofte' Waertsman lal mogen aengcfteldt worden, of dat de felve gegoedt füllen moeten wefen hin* neu den ring van de voorfchreve Dyckagie ten minlten tot twintkh mergen Lands , ofte in andere notable vafte Goederen , Hecrlyckhe- den endo Jurisdictien daer onder gereekent, welverftaendc , dat de voorfchreve vafte ofte Heerlycke Goederen füllen moeten egaleren ofte excederen de fomme van tien duyfent Ca-" Ff 3 to-
|
|||||
■
|
|||||
454 AMSTERDAMS V.Deel.
roli guldens , ende dat vervolgens naer het
overiyden van den tegenwoordigen Bailliuw van Amftellandt, een ander in deflelfs plaetfe aengelteldt werdende, defelve behoorlyck lal moeten gequalificeert zyn , ofte fich fooda- nich fal moeten qualificeren, voor ende aleer hy in lyne bedieninge als Dyckgraef zal mo- gen treden, gelyk oock den tyd tot de welc- ke de tegenwoordige Waertsluyden zyn ge- committeert, ghe-expireert wetende ? defelve haer behoorlyck füllen moeten qualificeren V ofte dat defelve in de voorsz. bedieninge niet füllen mogen gecontinueert worden. Dat voortaen alle Waertsluyden füllen moe-
ten ghekooren ende ad vitam aengefteldt wor- den. • Doch dat beyde de voorfchreve Articulen
geen plaetfe füllen hebben ten reguarde van {len jongnften Burgemeefter van de Stadt vaq Amfterdam , die als jonghfte Burgemeefter , volgens het Privilegie van Hertogh Philips van Bourgondien, als Grave van Hollandt, van den drie en twintichflen July veertien- hondert veertich, als Waertsman in het voortz. Gollegie compareert, devvyle de bedieninghe van de voorsz. Waerfchappye aen des felfs Perfoon ghecircumfcribeert zynde de voorsz. Articulen daerop niet wel lauden können ge- appliceert worden. Dat Schout en Schepenen van Diemen, vol-
ghens haer recht ende oude gewoonte, mits- gaders den Schout eri^e Schepenen van Muy- $en, hare Keuren ende Uytgifren füllen blyven» doen, elck in deifelfs refpeétive Bannen, ten ty- de. ende in maniere als -defelve altydts gewoon, zyn geweeftte doen, ende dat fyluyden defelve Keuren ende Uytgifte aenftonts füllen hebben over te brengen in handen van den Bailluw van Amftellandt , als Dyckgraef, ende de Waertsluyden als Hooge Dyck-Jrïeemraden, en* |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 455
de dat den felveiiDyckgraef ende HoogeDyck-UjLjji
Heemradeu binnen den tydt van fes daghes gen daernaer haere Nae-keure over den voorfchre-L'. L Ven Zee-Dyck mede füllen doen. Dat defelve Voor- ende Naer-keuren ende
Uytgiften gedaen zynde, voortaen niét yeder Gehoefflaeghde of Gedoelde particulier des felfs Bon Dycx tot voldoeninge van de voor- fchreve Keuren ende Uytgifte als tot noch toe gebruyckelyck is geweeft, fal doen repareren ende opmaecken, maer dat den voorfchreveu Dyckgraef ende Hooge Heemraden het felve ten kofte van de voorfchreve Gehoefflaegh- dens ofte Geftoeldens füllen laten doen, en- de dat de koften , by de voorfchreve Dyck- graef ende Heemraden daertoe ghedaen, over de refpective Gehoefflaeghdens ende Geftoel- ■dens omgeflaghen , ende daerinne by de fel- ve geobferveert fal worden, dat yeder van de voorfchreve Gehoefflaeghdens ofte Geftoel- dens komt te betalen , fo.o veel als desfelfs Bon Dy'ck particulierlyck van opmaecken fal gekoft hebben , fonder den een wiens Dyck minder gekoft mochte hebben , met de kos- ten van een ander wiens Dyck meerder ge- koft mochte hebben , eenighfints te moghen befwaeren. Dat den Schout ende Schepenen van Die-
men in den Diemer Ban , ende Schout ende Schepenen van Muyden in den Muyder Ban , wederom op hare gewoone tyden haer ge- woone Schouwen füllen doen , ende vervol- gens alle de refpective Handtvcften , Privile- gien , oude Goftumen ende Dyckregten bly-r ven in haer geheel, fonder dat in de felve ee- nige veraiideringe gemaeckt, maer de felven alleen, met het gunt voorsz. is füllen verbe» tert ende verfterckt worden. Ende wat belanght de beheeringe van de
voorfchreve Zee-Dycken beooften Muyden, Ff 4 dat,
|
||||||
456, AMSTERDAMS V.Dbek»
, . dat, blyvende op de felve de beheeringhe,die
aldaer tcghenw.oordich, is, lbo van Schout als ßubihiyt Dyckgraef, ende drie Schepenen var; Muyden ende twee Schepenen van Wcesper- carfpel in de Muyder Ban, als van Schout, Burgeineefteren ende Scheperren van Naerden in de Naerder Ban, by pr.ovifie , ende nae het exempel van de weftzyde, tot een proef fou- de können ende behopren, aenghefteldt te wor- den een Collegie van een Dyckgraef en fe- yen Hooge Öyck-Héernraden ad vitam aenge- fleldt, aen de welcke de opperbeheeringe van cle voorfchreve Zee-Dycken van Muyden af tot Naerden toe, over. de Muyder. ende Naerder Ban r.efpectivelyk foude aenbevolen werden , gclyck defelve "opperbeheeringe aen den Bail- li.uw van Anifïcllandt, als Dyckgraef, ende aen de Wacrtsluyden als Hooge Dyck^Heem-. raden aen de weftzyde over de Banne van picmen ende Muyden refpecHvelyk aenbevoi len is. ' Dat het felve Collegie ibudc behooren tebe-
ftaen uyt den Droit van Muyden ende Bailliu, ■yan GoyUndt, als Dyckgraef. " „Een ïlecmraedt' van wegen de Stadt van Am» Iterdam, by de felve daertoe te committeren. Een ïlecmraedt van wegen de Stadt Muy-
den , by de felve Stadt "daertoe te commit- teren. Een Ïlecmraedt van wegen de Stadt Naer-
^len , by de felve Stadt daertoe,te commit- teren'. Een ïlecmraedt by die van Weeper-Carfpel
^e committeren. Ende dan nog drie Heemraden uyt de ge-
incene Ingelanden, onder de voorfchreve res- pective Dyckagiéh gchoorende, by den Dyck- gracf en' Hooge Heemraden te committeren, des dat de voorfchreve Dyckgraef ende Hoo- ge Heemraden onder de voorfchreve. drie Heem-, % "ra-
i ...
■ i
|
||||
„,.,„,,„... *.*."..---------~-
|
||||||||||||||
\L Boek, Voornaamste bezittingen. 457
raden uyt de gemeene Ingelanden füllen moe- ßYL1A,
ten committeren 'een ingezeten 'van de Stadt GEN JVkiydcn, een Ingezeten van de Stadt Weesp, l\ \t ende een Ingezeten van de Stadt Naerden,foo lange onder de ingezetenen van de voorfchre- ve refpeclive Plaetlen yemandt gevonden werdt die daertoe gequalificeert mochte zyn , ende dat die gebrpeckende , in plaetfe van de ge- breeckige, yemant uyt de andere gemeene In- gelanden , die gequalificeert zyn, by den Dyck- graef ende Heemraden fal moeten gecommit- teert worden, ende dat by de Steden van Am- fterdam, Muyden ende Naerden, mitsgaders by die vanWeesper-Carfpel, desfelfs Heemraden zynde aengeftcldt defelve beneffens den Dyck- graef de voorfchreve drie Heemraden uyt de ingelanden voor de eerflemael aenflellen fül- len , ende dat yemandt van de Heemraden by de voorfchreve refpecYive Steden, ofte die van Wcesper-Carfpel aenghefteldt, komende afly- vigh ofte van fyn dienft verlaten te worden, de .felve Steden refpeclive ofte die van Wees- pcr-Carfpel yemandt anders , die bchoorlyck gequalificeert is in desfelfs plaetfe füllen mögen committeeren , ende foo wanneer êen van dé drie Heemraden uyt de Ingelanden mochte ko- men te overlyden , ofte van fyne bedieninge overlaten te worden , dat des felfs plaetfe by den voorsz. Dykgraef ende andere Heemraden gelamcntlyck met een ander gequalificeert Per» Toon fal werden gefuppleert. , Dat den voorfchreven Dyckgraef ende Heem-
raden mede op het exempel van die van de |
||||||||||||||
weftzyde, in den Ringh van hare Dykade ,
|
:
|
|||||||||||||
fallen moeten gegoedt zyn ten minften tot fes
duyfent guldens aen vafte goederen, van defel- ve Nature als hier vooren ten refpeltve van do Weftzyde ter neder gefteldt is. Dat de felve Dyckgraef en Heemraden haer.
-in alles fulien dragen naer de Dyckrechten van Ff 5 de -
|
||||||||||||||
J ■
|
||||||||||||||
458 AMSTERDAMS V.Deel.
Btlaa' de weftzyde, ende dat fyluyden ten refpe&e
gen van den Schout als Subftituyt Dyckgraef ende L". I. de drie Schepenen van Muyden , ende twee van Weesper-Carfpel als Heemraden over den Muyder Ban , ende Schout, Burgemeefteren ende Regeerders der Stede Naerden als Heem- raden over den Naerder-Ban , füllen exerceren liet felvige recht dat den Bailliuw van Amftel- landt als Dyckgraef, ende Waertsluyden als Heemraden aen de weftzyde, ten reguarde van Schout ende Schepenen van Diemen in den Diemer-Ban, ende Schout ende Schepenen van Muyden in den Muyder-Ban is competerende. fl t)at vervolgens onder andere de voorfchre- ven Schout van Muyden, als fubftituyt Dyck- 'graef, met de drie Schepenen van Muyden , ende twee van Weesper-Carfpel, midsgaders Schout, Burgemeefteren ende Schepenen van Naerden, haer gewoonlycke Keuren ende Uyt- giften füllen blyven doen, clck in delfelfs ref- peéHve Bannen, ten tyde ende in maniere als fyluyden gewoon zyn ghewcell te doen; ende dat fyluyden dcfelve haere Keuren ende Uyt- giften aenftondts füllen hebben over te brengen m handen van de voorfchreven Dyckgraef ende Hooge Dyck-Heemraden, ende dat de voor- fchreven Dyckgraef ende Hooge Dyck-Heem- raden fes dagen daer naer haer Naekeuren over Hen voorsz. Zeedyck füllen doen. Dat de felve Voor- ende Naer-Keure mits-
gaders Uytgiftc gedaen zynde, voortaen niet yeder Gehoefflaeghde ofte Gedoelde , parti- culier desfelfs Bon Dycks tot voldoeninge van de voorfch'reve Keuren ende Uytgiften , als tot noch toe gebruyckelyk geweeft is , lal dóen repareren ende opmaken, maer dat den voorfchreven Dyckgraef ende Hooge Heem- . raden het felve tot kofte van de voorfchreve ' Gehoefflaeghden ofte Gefloeldens füllen laten doen , ende dat de koften by den Dyckgraef e»
|
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 4.59
en de Hooge Dyck-Heemraden daer toe over de reipechve Gehoefilaeghdens ende Gciloel- dens omgeflaghen, ende daerinne by de felve geobferveertM worden, dat yeder van de voorichreve Gehoefilaeghdens ofte Geftoeldens komt te betalen, foo. veel als deifelfs Bon Dvck particulier van opmaeckcn fal ghekofl hebben , ionder den een wiens Dvck minder gekort mochte hebben, met de kollen van een ander wiens Dyck meerder gekolt mochte hebben , eenichfints te mogen befwareni fli£iï n fb/Ve S;h0Ut ,van Muydcn., als fub-
ftituyt Dyckgraef, ende drie Schepenen van Muyden, ende twee Schepenen van Weesper- j Po', als Heemraden in den Muyder-Ban ende Schout, Burgemeefteren ende Schepe- nen van Naerden, in den Naerder-Ban od hare gewoone tyden haer gewoone Schouwen iullen Tdoen , ende de voorichreve Dyekffraef ende Hooge-Heemraden de Naerfchouw, en- de dat voorts alle de refpeeüve Rechten Pri- vilegien , Couftumen ende Dyckre^hten die op den voorfchreven Zee-dyck mochten fyn iullen blyvcii m haer geheel fonder dat defelvi- ge vernietight, ofte daerinne eehige verande- rlnge gemaeckt, maer alleen met het voor- ichreve^ verbetert ende verfterekt worden en- de particulierlyck dat de Bannen van Muvden ende Naerdén, voor foo veel als de felve in het ftuck van Contribiitien zyn• gefepareert , aock 111 de felve gefepareert füllen bïyven, ende den voorfchreven Dyckgraef ende Heemraden füllen hebben te beforgen, dat &f wel de op- perheennge.der voorichreve Bannen aen haer werdt gedefereert, echter in het verdere in al- les t welck buyten de voorsz. generale behee- ringe mach zyn , de veorsz. Bannen blyven geicpareert, gelyck de felve tot nu toe ende altoos geicpareert geweeft zyn. Waerop gedelibereert zynde, hebben haer Ed.
|
|||||
--•
|
|||||
4<5o AMSTERDAMS V.Deel.
Bylaa- Ed. Groot-Mog. haer met het voorfchreve ad-
r.EH vis in alle fyne Poinéfcen ende Deelen ghecon- Lr. I. formeert,ende voort goedtgevonden ende ver- ftaen , dat alle ende een yedervan de Poinéten ende Articulen daerinne vervat, lal moeten werden naergekomen ende ge-executeert by ende tot lafte van den geenen die het behoort, fonder daer van in gebreecke te blyven, ende dat voorts de reeckeningen van den oiitfang ende uytgave van de penningen hier vooren gemeldt lal werden ghedaen voor de Heeren haer Edele Groot-Mog. Gecommitteerden ter Auditie van des Gemeene Landts Reeckenin- gen, die de voorfchreve reeckeningen füllen naerfien ende opnemen als naer behooren,- En- de dat de Mucken ende Papieren die de ge- melde Heeren haer Edele Groot-Mog. Ge- committeerden over ende van de voorsz. faec- ken zyn hebbende , füllen werden gebracht, ende gelaten onder de ghemelte Heeren Gecom- mitteerden tot de voorfchreve Auditie. Memorie van foodanigen fomme
van penningen , als tot het op- maecken van de Zee-Dycken ge-. legen tuflehen Ajnfterdam ende *■ Naerden, by de Heeren haer E- dele Groot-Mog. gecommitteer-
den ,_ in ghevolge ende tot vol- doeninge van derfelver refpeétive Refolutien Commiflbriael van da- tis den dertienden November , feften December feftien hondert vyf en tfeventich , ,ende feven- • , tienden July festhien hondert fes en tfeventich zyn gedebourfeert,.
crade waervan aen het gemeene Landt reftitutie gedaen moet worden by de refpe&ive Heem- raedtfehappen in het voorfchre- ve |
||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 46*1
ve Diftriét gelegen , mitsgaders Bïlaa-
van het geene yeder Heemraedt- oem ' fchap daer toe fal moeten Con- Lr. J* tribüeren. ■ '■ '. i " *'"' ■ * ' ' '■'■ '■'■',. I
Den Dyckgraef ende, de Heent-
raden in de Banne van Am- fterveen -. - - 1792 : 7 :19 Het Heemraedtfchap van den
Diemer Zeedyck van de Am- flerveenfche Ban af tot Muy- den toe , zynde den Bailliu van Amflellandt als Dyck- graef ,, ende de Waertsluy- <ien, als Hooge Dyck-Heem- raden, de fomme van - 196715 : 7 : £ De proviiionelen Dyckgraef en
Hooge Heemraden aen de ooftzyde van Muyden , voor den Banne of Heemraetfchap van Muyden aen de ooftzy- de van de Vecht de fomme van - * - 209006 : 2.: ia Den felven proviiionelen Dyck-
graef en de Hooge Heemra- den voor den Banne ofte . Heemraedtfchap van Naerden, de fomme van - 12025 : 2 : 14 ■ 1 -
Somma totalis 419539 : - : 6
|
|||||||
«
|
|||||||
; »
|
|||||||
JL'. K*
|
|||||||
■ ....." — -'--------v». ,Juu.»iyi'.W','P'.'-------- —-
|
—
|
|||||||||||||||||||||
462 AMSTERDAMS V.Deee*
|
||||||||||||||||||||||
Lr TT
|
||||||||||||||||||||||
«EN
|
||||||||||||||||||||||
, :j "
|
S &♦>] '-.'.7
|
|||||||||||||||||||||
Grootte der Polderen, getal der Schutfluizen en
Watermolens, en oppervlakkige inhoud der Wateren, begreepen onder den Ring vaH Amstelland, woprdelyk ontleend,uit het Re gifier van het Hoog-Heemraadfihap van Amflelland. Lr. C. f. 165 vfo enz* R 1.
De Grootte van de Polders die hare uyt*
wateringh hebhen binnen den Ringh van Amfiellandt, alles op alfulke maet als de plaetfen waer onder de refpeäive Polders forteren, fyn heb- bende , ondervraegt en opgenomen door den Landmeter Cornelis : >Cqel, Inden jare 1675 in jfuly.
|
||||||||||||||||||||||
Morgens*
|
||||||||||||||||||||||
De bolders van Bylevelt, Achtho
ve n en Maftwyck.
Harmelêrwaert, zynde veel Bouw landt leyt met het Bylevelt ge
meen
Kockenger Polder Speniger Polder Outhuifen en Demmerick Vinekeveen Aesdom en Proosdye Waver en Waverveen Mydregt benoorden de Zuwe on der Hollandt
|
||||||||||||||||||||||
2200
|
||||||||||||||||||||||
200 -
360 -
400 -1
1600 -
IOOO ■*
600 -
1600 -
447 -
My- |
||||||||||||||||||||||
Mm wÊÊÊm
|
||||||||||||||||||||||
■ ■ liifi'Üifiii
|
||||||||||||||||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 463
Morgens. Bïlaas,
Mydregt benoorden de Zuwe on- - «* der'tStigt . . ; .353 - :
Mydregt bezuiden de Züwe .' , 1736 -
Wilnis tot aan Heynoorn^ Vaert . 1286 - Wilnis en Óuthuifen , . 600 - De Hollantfe meent met't Bylevelt
gemeen . . . .' 80 -
De Weftveenfche polder groot . 125 -
Noorder polder groot . . 339 ,- Sevenhoven . v . , 1160 -
Blocklandt . V "V . 840 - 't Oofteynde van Nieuweveen . . 440 .•
\ Wefteynde ter wederzyde de Goutfche Vaert ■ . . . 320 •
De Kalflager polder is wel 200 mor-
gen , maer maelt met Amfterveen en den Uythoorn gemeen ., . 200 - De Uythoornfe polder 900 morg. maelt mede met Amfterveen ge- meen, ..;.;'>- . . 900 .- De Tamer Polder . . , 30a - De Bo venkerker Polder . . 1062 f De Middel polder . . . . 1229 - De Buiten velderfche Polder ■,..■ . 1660 - Outewaler polder by de Stadt . 257 - De Diemermeer groot . .600 - De Over Diemer Polder ofte de be- polderinge tuflcheri' den Hogen- dyck, de Vegt, Smal Weespen Gaesp . . . I45o - De Bylemer - Meer . , , 570 _ Nigtevegter Polder . . 600 - d'Ooftzyde Polder aan den Sloot- dyck . ... ufo* . 'tHoen-
|
||||||
\
|
||||||
"L'.i.li-^iiai.in~^.»....^v.'—*-■ '"^■■-■-t.i ui 1 ■ ■ -j«>,Tt>i
|
||||||
4<54 AMSTERDAMS V-Üeeê,
Ötlaa. Morgens»
GE» *t Hoendert polder aen de Nieuwer-
L»K* fluis . . ,." . 250 * d'Oukoper polder . . 680 -
Baenbrugger polder en achter Loe-
nerfloot . * . ; 650 -
De Staten polder 94 morgen is
daeronder begrepen Winkel Pol- der . ; . 80 - 't Poldertje om 't Abkouder Slot . 10 - 't Poldertje tufTchen het Slot en Ab« koude . . . .15-
Waerd of Aesjacker polder . 360 -
De Holendrechter aen de zuyt zyde 284 -
De ronde hoeps polder . - -. 1550 - De holendrechtfche polder aert de noortzyde * . . 419 -
t)e Ëullewyck * , . 230 -
Kleyn Deuvendregt . . 432 *
Groot Duyvendregt . . 885 -
BoVenrycker Sloter polder . . 332 -
De weft bylemer . i i 340 - De ooft bylemer ; * . 440 - De Gaesper polder < * 430 - D'Abkouder poldef 4* . 366 -
De diemer polder. * *•■ . 333 -
—— —---------------------
Komt in 't geheel 34607 morgen!
|
||||||
& SU
|
||||||
1.
|
||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 4.65
|
|||||||
TVT BVLJtó-
|
|||||||
Lyfle van de Schutfluyfen, waermede
het Water van den Amfteï, mitsga- 'ders het water met den Amfteï ge- meen zynde in de Ringh van Am- fiellandt wort afgefloten ende ge- fcheyden van andere wateren zoo buyten als binnen den Ringh. 1
OpgenomendoorCornei,is Cqel
Lantm. in July 1675. Aen den Amfteï d'ooflzyde, Sluyfen.
In outewaler polder . .- 1 In groot Duy vendregt . .1 In de boven rycker Sioter polder f In mydregt benoorden de zuwe . 2 ' In mydregt bezuiden de zuwe . 1 Aan de weftzyde.
* In de Stads graft by de wetering 1
* In de achtergraft by de ofTemart 2
In de middel polder . • 1 In de Bovenkerker polder :... 2 In de Tamer polder . .1 En een is daer noch gedamt.
In de Uythoornfe polder . , 1 Aen de quakel ' r. . r 1 In kudelftaert . .1
Inkalflagen . . .2
Aen de Billerdam . , 1
Aen de Dregt.
By de Billerdam, in nieuweveen 1
In de Goutfche Vaert* . -- ". i X. Stuk. Gg Ten |
|||||||
t
|
|||||||
466 AMSTERDAMS V.Deeu
B^laa- Sluyfen,
gen Ten wederzyde in defelve . 2
kr« K* In de nieuweveenfche Vaert . 1
Nae de Uyterbuurt . 1
In blocklandt . 1
Aen de krom mydregt.
In de mydregtfche polder de blos-
wegh ... 1
In de kerkvaert fal geleyt worden 1
In meyert op den hoef . .1 In 't fcheyt van meyert en Wilnis 1
In wilnis . . .1 Aen't Woerfche verlaet 1
In de collevaert . . 1
In weflveen . . 1
In noorden .. . .". . 1
In fevenhoven . . . 4
In blocklant . . . %
In heynooms vaert . . 1
Aen de Uyterfche Treckvaert.
I De nieuweriluys . ., 1
* Den fchotdeur in de beer aldaer 1
In den anxtel, , . r , 1
In de Geufe floot . f, . ',.4- %
. Aen de Winkel. ,
In Vinkeveen is gedamt.
In Aesdom en proosdye . . I
Aen de' Waver.
In de waver polder , . 1
Aen 't Bylevelt.
Aen denarnftel. . . ' i
Aen wilnis ',. ;.; ,$ 1
f1*
|
||||
*
|
|||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 467
Sluyfen. btlaa-
In de hanickerdam ♦ . 1 gen
In de helzendam . - •■'■ 1 L'. R.
In de Joostendam . . 1
Verders in Amfterdam . . 2
In Muyden 1
In Weesp 1
* Aen Diemerdam . . 1
* Aen 't nieuwe diep . . 1
In't geheel 59 ,
, Somma komt in 't geheel 59 Sluyfen waer-
van 53 daer men door Schutten kan, ende 6 [5] daer men niet door varen kan, maer alleen dienen om het Water te keeren, en by gelegentheyt af te tappen, zynde dQf& getekent met *. N. 3.
Lyfle van de Watermolens die hare
uytwatering hebben op den Amßel, en op de Wateren, die met den Am" fiel gemeen zyn leggende, binnen den Kingh van Amfiellandt,opgenomen door den Lantmeter Cornelis Coel, in de maent July 1675. Aen den amftel op Molens
d'ooftzydè 8 kant. 4kaHt.
Op d'Outewaeler polder . l
Diemermeer . .2 Groot deuvendregt . 1 kleyn deuvendregt 1
Rondehoep . . 1 -
Gg 2 Wa-
|
|||||
■'
|
^nnn—■■-'.■■-■■.. ™
|
||||||||||||
■PW-
|
|||||||||||||
11 ■
|
|||||||||||||
4<58 AMSTERDAMS V.Dew,
Bylaa- Molens.
gen . 8 kant. 4 kant,
Lr. K. Waverveen ■ •. . .1
meyert benoorden de Zuwe 1 -
meyert bezuyen de Zuwe . 1
Aen de weflzyde
Op Buytenveldert . . 3
Middelpolder ... 2
Boverkerk . . 2 ■?
Tarnen . . . 1 1
den Uythoorn . . . 1
Aen de Dregt
Op Kudelftaert . .1 -
Kälflagen . , . 1
JYieuweveen . • . - 2
Aen de krom mydregt
Op Blocklandt . 1
Op Sevenhove . - r
Noprden ... - 1
Weflveen !. '. 1
Mydregt aen de kerkvaert . - 1
Mydregt aen Bos- en hove . 1
Wiinis . . i
Heynoomsvaert . . - %
Aen 't Bylevelt
Op Spenge ... - 1
Kokenge . . . - 1
aén de hanïckerdam . - 1
by harmeien . . - 1
by de heldam ley t noch om verre -
Aen de Waver
pp d'aesacker polder . I de Waver polder . i 2 "*r Aes-
|
|||||||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 469
Molens. Bylaa-*
8 kant. 4 kant. fEN Aesdom en proosdye .1 - Lr* * Vinckeveen . 1
Winkel polder . 1
Ronde hoep 1
Aen de Uyterfche treckvaert
Van Ouderkerk op de ronde
hoep . • . 1 i
de bullewyck •. .1 «
Aesdoem . . .1
holendregt . . 1
de waert aen abkou ftaet nu ftil - 1
tuuchen 't slot en abkoude i - i
ten zuyden 't flot legt om verre -
de (taten polder . i baembrugger polder . 1 3
In de geufe floot . i
Oucöóp .... j
't hoendert j .1
d' ooftzyde polder . 2
Aen de Muyder en Weesper Vaert
Op groot Deuvendrecht 1 t
Boven rycker (loter polder . 1
Diemer polder . .1 Een kleyn poldertje aen't nieu-
we Diep i . - t De weft-Bylemer . .1 De ooft-Bylemer - < j „ De Gaesp . 3 Over diemen aen den Diem 1 By Muyden aen de noortzyde - 3 v> Og 3 _ Aen |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
86
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
N. 4.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
!
|
|||||||||||
IL Boek. Voornaamste bezittingen. 471
■N' 4« OEN
Lr K
Calculatie van den Superficielen inhoud
van den Amftel ende alle 'wateren,
die met defelve gemeen fyn leggende binnen den ringb van Amfiellant, derwelkers brete op verfcheyde plaet- fen gemeten zyn, en desfelfs lengte uyt de Caerte gepafi , en aïfo ten nauwflen gecalculeert, door de Lantmeeter Cornelis Coel, den 15 July 1675. Synde desfelfs lengte ende doorgaende
brete mitsgaders baren Superficielen inhoudt bevonden in Rynlants mate, als volgt Langh Wyt Inhout
Roeden. Roeden, □ Roeden. De Ryn van hermeien tot den helfendam 560. 6. 3360. van hermeien |
|||||||||||
tot den hanickerdam 180. 4. 720.
't Bylevelt van herme-
ien tot kokenge 2250. 2 f. 5625. vandaertot |
|||||||||||
Jooftendam . 2<5o. 3,-. 910.
vandaertot
|
|||||||||||
Wilnis . 1280. 5*. 6720.
De Spenger weteringh
van 'tBylevelt tot aen heynoomsvaert . 800. 2 \. ipoo. «— van heynooms-
vaert tot Crom my- dregt . . 430. 2I. 102 r.
Gg 4 — de |
|||||||||||
472 AMSTERDAMS VwDèéê,
Byeaa- Langh. Wyt Inhout
oen Roeden. Roeden. GRoeden.
Lf. K. —- dekollenvaertaen
't Woertfche verlaet 220. 4. 880.
De krommydrecht van
't Woertfche verlaet tot aen 't fcheyt van |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wilnis . . 1100. 5
|
6050.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
— Van 't fcheyd van
Wilnis en mydregt aen den amflel . 1750. 9 De dregt van daer tot
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
16625.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
24792.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aen de billerdam 2110. 11
|
f
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DeGoutfche vaert van
de dregt tot het ver- |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
laet . . 400« 4
|
1800.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De nieuwveenfche
vaert van de Dregt |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
tot het verlaet . 170. 4.
|
680.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
den am (lel van de
dregt en Crommy- drecht tot ouderkerk 2870. 16 \, 47355. Van daer tot het mo-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
lentje . . 1650. 18.
Van daer tot de Stadt
amfterdam . . 700. 32. |
2970a-
22400. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het wintrak buyten de
wyte van den amftel De ringfloot rontom
de diemermeer . 2350. 5 Het nieuwe diep is net
gemeten ende bevon- den . De diemer kerkvaert 210. 3.
Van de meer door de
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1500.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
12925,
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
48161.
630.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
die-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
II. Boek. Voornaamste bezittingen. 473
Langh Wyt Inhout bylaat
Roeden, Roeden. Q Roeden, gen diemerbrugh tot Vin- L'. K/
kenborch . . 500. 5^. 2750.
Van daer de muyder vaert tot muyden 1500. 5!. 8580,
Den diem van de By- lemer tot aen de die-
merdam . . 840. 32. 26880.
Van diemerbrugh tot aen de bylemermeer 310. 5^. 1705.
De treckringh van de Bylemermeer . 650. 5*. 3575.
De vordere ringh van de Bylemermeer . 1800. 3 £. 6750.
De Gaesp . . 450. 19. g550. Smal weesp . . 500. 4}. 2375, 't Geyn van de Gaesp tot Abkoude . . 1580. 6$. 9875.
De nieuwe vaert van de nieuwerfluys tot
den anxtel . 420. 5;. 2310.
Van daer tot Loener-
floot . . 750. H 5gI2.
De geufe floot van den
anxtel tot het verlaet 520. 3'. 169p.
't Geyn van de Loe- nerfloottot d'abkou- dermeer . . 2330. 4*. 9642.
D'Abkouder Meer - - I2oqq. De holendregt van daer
tot de voetangel . 725. 10. 7250. De bullewyck van daer tot ouderkerk . 800. 13;, 10800.
De ringh om deStaten- Gg 5 ten>
|
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Somma in 't geheel 388001.
Dat is 646 morgens 410 roeden Rhynlantze
maet, 600 Q Roeden voor 't morgen ge- rekent, Syn„
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
II. Boek. Vooknaamste bezittingen. 475.
Synde nog bevonden eenigh buytenlanc 'tg^LAA-
welk by hoog water komc onder te loopen gen ende als dan mede tot een boefem foo1^* & wel als de amftel ofte het Byievelt is ver- ftreckende is omtrent groot als volgt. D roeden,
het buytenlant leggende tus- fchen kockenge en Ger-
werskoop omtrent . . 2471.
het rietlant gelegen in de hol- lantfche meent aen de
zuydezyde foo veel als
niet bekaad of bepoldert
zal worden magh omtrent
zyn . . 18000.
het rietlant by d'omval door
diemerbrug tot vincken-
borgh en wederzyds den
diem naer giffing famen 6000.
het rietlant leggende ront- om het nieuwe diep door
Jacob bos Lantmeter ge-
meten en groot bevonden 10554. komt 37125.0 roeden
dat is 61 morgens 525 roe-
den 't welk by hoog wa- |
||||||||||||
ter de boezem van de
|
■> ■
|
|||||||||||
ringh vanAmftellant komc
te vergroten. Vorders is nogh de hollant-
fche meent van fpenge tot aen de hollantfche kade omtrent groot , |
||||||||||||
". ■* ('
Item |
||||||||||||
/
|
||||||||||||
47ö AMSTERDAMS V.Deee,
Roeden.
Btlaä- Item van daer tot aen den IA*K. Oudendatn omtrent . 1246. noch het refteerende van de hoilantfche meent leggen- de aen de zuydzyde van heynoomsvaert omtrent 30000. komt 31667.
dat is 52 morgen 467 roeden
't welk tot noch toe heeft gedient by hoog water tot de boefem van de ringh van Amftellandt maer .wort gefeyt dat nu be- kaad fal worden. |
||||||
BERIGT voorden BOEKBINDER.
1
De Afbeelding der Oude Zegels,
moet flaan tegen over BI. 33
De Kaart der Arnbagtsheerlykheden. — 175
Beide moetenze naar de linkerzyde uitßaan. |
||||||