BENAMING der HOUTEN DEELEN van de TRIKEBALS.
Afmetingen in elle-fliaat.
Elk ftuk.
der opgenoemde trikeballen is zamengefteld uit twee tangarmen, eene as met asdek-vooris uit een disfelboom en twee raden.
De
afmetingen der beide trikeballen zijn gelijk, uitgezonderd die der raden met het
beflag, welke afzondeilijk hier ouder worden opgegeven.
fvan esfenhout dik
0,090
Om de verdere afmetingen en conftructie aantegeven, worden derzelver voornaam-fte punten tot eene regte lijn (AB; teriiggebragt, welke men veronderftelt mid-
den tubfchen de tangarmen, deze op de as bevestigd zijnde, gelegen te
wezen.
Lengte
(AB;
1,450
Afftanden der voornaamfte punten
het vooreinde
van de binnenzijde der tangarinen op 0'5'580 (AC; van het vooreinde .
tot de gemelde lijn (Aß; ;
. op 1'5'350 (AD; van het vooreinde .
(Aa;
(Cc;
(Dd;
0,075 o,o58 0,200
Afflanden der voornaamfle punten f vooreinde . nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;.
van de buitenzijde der taiigarmen J op o^'sSo (AC; van het vooreinde • tot de gemelde lijn (AB;i nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gp (AD; van het vooreinde .
(Aa';
(Cc';
(DdO
o,
o,
i55
188
0,330
De twee/ Als men de alzoo bepaalde punten door lijnen vereenigt, heeft men de gedaante tangarmen.\ ^er tangarmen. De vereeniging aan de buitenzijde van de twee regte lijnen j nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;I (a'c' en c'd'; gefchiedt door een cirkelboog, welk de beide lijnen raakt,
I F/ÿ. /. j befchreven met een ftraal van..........
Worden aan den buitenkant boven en onder vóór de tangarmbanden afgerond
De infnijdingen aan den onderkant voor het aslijf zÿn
met een ftraal van
ter lengte
van
0,025
0,550
regthoekig op de gemelde lijn (AB; en het vooreinde van . nbsp;nbsp;nbsp;.
op een affiand van
. . (ae;
167
breed
diep
!in middellijn met het midden in het gemelde lijn (AB;.
f het van het vooreinde ]
1 het
midden der dikte
en loodregt op de
voorfte
achterfte
0,183
0,005
0,020
0,155
0,340
Vervolg. BENAMING der HOUTEN DEELEN van de TRIKEBALS.
Afmetingen in elle-maat.
Vervolg.
De twee tangarmen.
I.
De loodregte gaten voor de fchroefbouten, welke de tangarmen met de as en het asdekftuk verbinden, zijn met het midden in het midden der breedte
en der lengte
aan
aan
van de infnijdingen voor het aslijf en in middellijn .
de vier hoeken van het achtereinde, ter lengte van ï
den binnenkant onder en boven, beginnende op o''58o van
De afkan-tingen
het achtereinde (bij C) tot op o','020 vóór de asinfnijding.
aan den buitenkant op o','o2o vóór deze infnijding, over eene lengte naar voren van........
zijn ter breedte en dikte van .
•lil
0,026
0,080
0,300
0,020
van eikenhout.
.(
Is
gelijk aan de as tot belegerings-affuiten van 24 gg, met uit zondering dat de onderkant der asarmen in het verlengde van den onderkant van het aslijf ligt.
De as.
Fig. II.
De infnijdingen voor de ■ tangarmen zijn
faan
aan de
den achterkant
0,200
den voorkant bepaald naar ligging der tangarmen.
breed gelijk aan de breedte der tangarmen bij voor het aslijf.
de infnijdingen
. diep
aan den bovenkant en in het midden der
lengte
aan den achterkant der as
0,038
0,117
De infnijding voor den dis- lt;nbsp;felboom is
breed lt;nbsp;^en voorkant gelijk aan de I disfelboom.
breedte van den
aan den voorkant .
diep
aan den achterkant
De twee loodregte gaten voor de fchroefbouten, zijn in het midden der breedte en der lengte van de infnijdingen voor de tangarmen en in middellijn ...»••
0,043
0,039
0,026
Vervolg. BENAMING der HOUTEN DEELEN VAN de TRIKEBALS.
Afin«’ tinge» in elle-maat.
/ van eikenhout, lang...........• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
breed.....*.......
hoog.............
Is / f nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f ter lengte van
I ingefne-
aan de einden van onderen J jen nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;diepte Çgemeten aan de kan
naar het beloop der naven A nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ten) van ....
( over de breedte uitgehold met een ftraal van
1,090
0,1^3
0,255
0,07»
o,°l°
!De ligplaatfen aan den onderkant voor de tangarmen zijn bepaald naar die in het aslijf en diep............
De ligplaats aan den onderkant voor den disfelboom is bepaald naar die in het III. aslijf en diep.............
r aan de einden, over de geheele breedte en op o’'o7o van de einden 1 te niet loopende, met een ftraal van......
Is gerond /
' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 aan den bovenvoor- en den bovenachter - kant, ter lengte van 0'5'400
t naar weerskanten uit het midden, met een ftraal van .
De loodregte gaten voor de twee fchroefbouten tot verbinding met de as zijn gelijk en gelijkelijk geplaatst als die voor dezelfde bouten in de as, voorts aan den bovenkant naar het beloop der koppen van de onderbefchreven bou-
I ten, welke geheel inzinken, uitgehakt.
0,043
o,oö3
o,»85 0,05“
/ De bovenkant is in
eene règte lijn gelegen.
De disfelboom. I Fig- IF en FII.
/ van eikenhout.
I lang.......
faan het achtereinde
op i','449 van het achtereinde op 0^'700 van het vooreinde .
aan het achtereinde
op i','449 van het achtereinde op 05'700 van het vooreinde . aan het vooreinde .
4,43° o,* *7 0,15“ 0,1«“ 0,1»^ o,ï5“ 0,1«“ 0,07»
Het vooreinde is ter lengte van 05'700 naar het beloop der veren van het oog, hier onder omfchreven, fchuins bijgewerkt.
-ocr page 5-Vervolg. BENàMLNQ dèr HOUTEN DEELEN van de TRIKEBALS.
Afmetingen in elle-maat.
|
' de vier hoeken j van het gedeel- 1 |
die, welke op o','2oo voor het vooreinde der tangarmen begint, gefchiedt met een ftraal van . | ||
|
te tusfchen de ' |
die bij de veren of op 0’^700 van het vooreinde | ||
|
tangarmen J |
begint, met een ftraal van..... | ||
|
De afrondingen |
(iFig. ende veren van I het oog; |
moeten verloopender wijze in eene regte lijn vereenigd worden en bij het vooreinde der tangarmen in de hoeken te niet loopen. | |
|
aan |
1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f die |
aan den bovenkant over de geheele breedte heeft | |
|
fhet gedeelte 1 eene pijl van...... | |||
|
waartegen 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;nbsp;.. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■ lt;nbsp;nbsp;nbsp;, f , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;r heelt bii het vooreinde der tangarmen de tangai- / nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;den nn- 1 j UIL aan aen on- 1 ge^g pyj nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;..... men rus- j jerkant over de J | |||
|
ten nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 ggheele breedte ) doop*: I's nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;fgt;P nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;affland van het | |||
|
achtereinde van den disfelboom van . | |||
|
1 |
De afkantinçen aan den bovenkant nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ni. van |
ƒ beginnen op een afftand van het vooreinde der 1 tangarmen van....... | |
|
Vervolg. |
dat gedeelte hetwelk ver- |
/ eindigen op een afftand van het achtereinde van den | |
|
der tusfchen de tangarmen |
1 disfelboom van | ||
|
De 'disfelboom. |
1 gelegen is ; |
zijn over eene breedte en dikte van . nbsp;nbsp;nbsp;. | |
|
IK. |
/ begint op een afftand van het achtereinde van nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;. | ||
|
De ligplaats voor 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;nbsp;lang......... | |||
|
de ijzeren plaat nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f achteraan ........ aan den onder- 1 jg ) bj-ged J | |||
|
kant |
[ vooraan........ | ||
|
V \ diep.......... | |||
0,050
0,030
Het loodregte gat voor den fchroefbout J nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;utidden van het achtereinde .
ter bevestiging van de plaat is | middellijn . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
De vier loodregte gaten voor klinkbouten zijn gelijk aan die in de veren van het oog, en zoodanig geplaatst, dat de disfelboom tusfchen de veren liggende, er mede kan worden vereenigd.
De twee waterpasfe gaten voor de disfelboom-fehroefbouten zijn
met het midden van den bovenkant . nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;.
gelijk en zoodanig geplaatst, dat den disfelboom tusfchen de tangarmen liggende, door gemelde bouten kan worden opgefloten.
0,020
0,040
0,190
ir 0,580
0,190
0,020
0,783
3,220
0,070
0,060
0,008
o,8i8
0,020
0,065
|
____________- ..... ' .............................................................. Vervolg. BENAMING der HOUTEN DEELEN van de TRIKEBALS. |
Afmetingen in ellemaat van den | |
|
grooten |
kleinen ______________/ | |
|
trikebal. ______________________________ I | ||
|
f van eikenhout. Zijn ] ( hoog ............ De naaf is gelijk aan die der belegerings - affuiten tot kanon van 24 fê, met uitzondering, dat er in plaats van twaalf, veertien fpeekgaten in zijn. |
2,090 |
1,884 ' |
De twee raderen.
Fig. Fen F2/.
De veertien fpeeken.
F.
{lang . breed dik .
gemeten bij de naafpin .
borst van de
Zijn be-J breed 1
, \ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;I op
werkt I nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;I
De borden
1,000
o»o95
0,072
0,900
0,095
0,072
velgpin .
(bc) (ag)
0’^200 ] . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
1 van de borst der velgpin
0^'180 J.....
j-, v j f naafpin dik by de -J
I velgpin
maken over de breedte der fpeek met het regte gedeelte van den voorkant een hoek van .
ftaan van elkander
blijft regt tot op naafpin van .
een afftand van de borst der
0,087
0,085
0,081
0,072
0,065
0,697
0,550
0,087
0,085
0,082
0,072
0,065
99
0,593
0,470
Ve
ö laci
De voor- J nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;j-Qt
I cirkelboog, I punt raakt
aan
die
de borst van de velgpin een den voorkant in het bepaalde
en door het einde van de borst
(g)
gaat.
De voorkant van van de borst en
de velgpin, begint aan het fnijdingspunt den cirkelboog en ftaat loodregt op de borst.
i*
Ki
II
De
ƒ breed, gemeten tegen de borst naafpin is j
1 dik......
0,087
0,033
0,087
0,033
De
r breed dik
0,065
0,045
0,065
0,045
Vervolg. BENAMING der HOUTEN DEELEN van de TRIKEBALS.
Afmetingen in elle maat van den
grooten kleinen
lt;_---
trikebal.
|
Vervolg, f De veer- 1 tienfpee-lt; ken. 1 |
verder tot aan de borst van de velgpin een cirkelboog, die den achterkant in. het bepaalde punt raakt en door het einde van de borst Qa) gaat. Lengte, de fpanning gemeten aan de buitenhoeken |
» 0,906 |
0,817 | |||
|
Hoogte |
» |
• «••••••• |
0,145 |
0,140 | ||
|
1 bij den |
f buitenomtrek nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. ( binnenomtrek..... |
0,110 0,125 |
0, tio 0,125 | |||
|
Vervolg. De twee raderen. |
Dikte \ wordt aan den buiten- en binnen-kant van den 1 nbsp;nbsp;binnen omtrek afgerond met'een ftraal van * . . 1 nbsp;nbsp;welke afrondingen, bij de gedeelten waartegen \ de borst der fpeeken rust, te niet loopen. « » |
0,033 |
0,033 | |||
|
Fig, r ni. |
De zeven ''eigen. |
Straal van den |
buitenomtrek...... binnenomtrek...... |
1,045 0,900 |
0,942 o,8oi2 | |
|
• |
Ç breed , (de breedte volgens de lengte 1 der velgen)..... Zijn J , 1 wijd....... |
0,065 0,045 |
0,065 0,045 | |||
|
1 » |
De gaten voor de fpeek-pinnen. » ’ t |
V van den binnenkant der velgen . f zijn gelijk aan 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;j , IV 1 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;van de De gaten voor de velgklink- 1 , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;j velgen der bouten nbsp;nbsp;... nbsp;. r^ j 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;j . , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;nbsp;belegerings- De drevelgaten aan de einden l „ , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;affuiten tot De drevels . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. 1 , 1 kanon van lt; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 24 Êg, |
0,040 |
0,040 | ||
BENAMING der IJZEREN DEELEN van de TRIKEBzVLS.
Is lang
flang...........
asfcheen.
De
overigens gelijk aan het aslijf tot belegerings-affuiten van 24 gg, met uitzondering dat zich in het zelve twee gaten , gelijk aan die in het houten aslijf zoodanig geplaatst bevinden, dat de asfcheen met het houten aslijf en dekftuk door middel van de fchroefbouten kan worden opgefloten. •
|
De asarmen zijn gelijk aan die tot I nbsp;nbsp;nbsp;uitzondering, dat de onderkanten \ van het aslijf ligt. |
belegerings - affuiten van 24 met in het verlengde van den onderkant |
De De De De De De
asarm mutfen . nbsp;nbsp;nbsp;• nbsp;nbsp;nbsp;.
muilbanden met mutfen .
lunzen ...... naafbanden . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. * nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. • •
zijn van
dezelfde afmetingen als
legerings - affuiten van 24 fig
die van de be-met uitzonde-
ring dat de asftroppen , de fchroefeinden niet mede gerekend, lang zijn . nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;.
De ijzereji naafbusfen met krammen .
lang .
aan het eene einde
breed
aan het andere einde
A nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f in het midden der
I nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;( aan de kanten
breedte
De plaat aan den onderkant van den disfelboom , de fchroefbout en de banden.
cn aan de buitenzijde over van den disfelboom gerond.
de
aan de binnenzijde plat breedte naar het beloop
De plaat,
Ir 1 • ... nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, f ter lengte van
fchuins bugewerkt j nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;...
° I tot op een dikte van
liCL VVUICIUUCJO X
Fig.
a.
Fig. I, II. en
over de breedte naar het beloop van den disfelboom rondgezet.
De twee gaten voor veren van het oog geplaatst, dat deze
de klinkboiiten zijn gelijk aan die in de met fleepfluk en in de plaat zoodanig in de ligplaats en lusfchen den disfelbooin
en de onderfte der
en de onderfte der gemelde veren gelegt zijnde, met de twee ' achterfte bouten zaraen kan worden vastgeklonken.
-ocr page 9-Vervolg. BENAMING der IJZEREN DEELEN va» de TRIKEBALS.
Vervolg, f nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f niet het midden in het midden der
np «looi- ) Het vierkante gat voor j breedte en van het achtereinde . ue piaat. lt;nbsp;fchroefbout is )
Fig. I. L nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;( wijd .......
De fchroef-bont met riioer en opfluit-fchijf.
Slang zonder den kop i ..... overigens van dezelfde gedaante en afmetingen als de klapmutsfchroefbout tot belegerings-alFuiten van 24 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘
Dc moer is gelijk aan die voor gemelden klapmutsfchroefbout.
Vervolg.
Fig. FIF
De opfliiitfchijf is gelijk aan die der trekhoutfchroefbouten van den belegetingsvoorwagen.
Afmetingen in elle-maat.
0,035
0,020
0,163
De plaat van den onderkant van den dist leiboom, de (chroefbout tn de drie banden.
breed
Zijn J dik .
afgekant ter breedte en dikte van
0,050
0,006
0,003
Fig. I. II. en
FII.
Po drie, banden
De inwendige wijdte en de gedaanten worden bepaald naar het
beloop van den disfelboom deze banden worden gelegd.
met de plaat ter plaatfe waar
Worden op gelijke verdeelingen band en het einde der veren
tusfehen den voorden tangarm-van het oog gelegd en elk met
een puntfpijker, welke tegen den voorkant van den band wordt geflagen, vastgehouden. (*).
Is inwendig in middellijn . De ring.
0,100
0,020
0,055
0,015
0,015
De
ring
Het ijzer is in middellijn .
met oog aan den voorden band.
Fig. II,
ir Is uitwendig in middellijn Het oog. j .....
I Het Ijzer is in middellijn
De^ift is inmiddellijn bij den ring
Door het indroogen van het hout des disfelhoonis de handen losgeraalct zijnde, zal men alvorens het werktuig te bezigen, de banden moeten aandrÿven, en dezelveo op nieuw door een puntfpüker bevestigen.
-ocr page 10-|
Vervolg. |
BENAMING |
y DER IJZEREN DEELEN van de TRIKEBALS. |
Afine-ringel’ in elle-maaL | ||||
|
Vervolg. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ De plaat van den on- 1 derkant van den dis- J felboom, de fchroef- 1 bout en de drie banden. 1 /fg. I. II. en nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 |
Vervolg. r nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;r wordt door het gat van den Beringmethet | Vervolg. 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, | band, hetwelk zich in het oog aan den 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;IVervog.l midden der breedte van den voorften band, ) nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;) De ftift. j ring bevindt geftoken en Fig. II. 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 nbsp;nbsp;nan de binnenzijde ontgeld nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;t nbsp;nbsp;klonken. | ||||||
|
f |
js in middellijn inwendig ....... |
0,090 | |||||
|
Het ijzer is |
r voor aan . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. dik in middellijn ] ( achter aan |
o,oSS 0,045 | |||||
|
Het oog.^ |
s zoodanig opwaarts gezet, dat hetzelve met de as van den disfelboom een hoek maakt van 165® | ||||||
|
gt; |
-De vereeniging van het oog met het gedeelte achter hetzelve over de breedte, gefchiedt door een cirkelboog, lt;nbsp;welke beiden raakt, befchreven met een ftraal van . |
0,0^^ | |||||
|
z r lang . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;-....... |
0,2°^ | ||||||
|
Het oog met veren en klink-bouten. Fig. III. |
1 Het met ren. |
oog ve- 1 |
1 nbsp;nbsp;) nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f bij het oog .... 1 Is lt;.....1 Het gedeel- 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 in middellijn lt;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;rbreedte tP wnar 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 i’ij '^^ren over de J 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;( nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(dikte . onder het 1 fleepftuk nbsp;nbsp;) nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f Heeft de gedaante van het fegment van is geplaatst \ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;| nbsp;nbsp;een cirkel en waarvan de koord ligt mid- en oog met nbsp;j nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 nbsp;den tegen dit gedeelte , beginnende voorts veren ver- j Het Heep- 1 nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;het achtereinde van het oog. eenigd. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 ftuk. j ßg koord is lang..... |
o,o4S o.oii o,olt;^^ 0,130 | |||
|
1 De pijl is lang..... |
0,050 | ||||||
|
• |
Is dik....... |
0,040 | |||||
|
* |
• |
•» |
lt; lang | ||||
|
» |
« |
■a |
breed regt |
bij het fleepftuks-gedeelte .... |
0,1$^ | ||
|
uitgelegd |
op 0^’300 van dit gedeelte nbsp;nbsp;nbsp;... | ||||||
|
/ |
De veren zijn nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' |
aan de einden afgerond met een ftraal, gelijk aan de halve breedte........ r bij het fteepftuk s gedeelte 1 dik in het midden J der breedte nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 bij hét middelpunt der afronding aan ( de einden . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. |
0,0^^ 0,015 o,oo7 | ||||
|
■ |
verloopender wijze naar de kanten fcherp bijgewerkt. | ||||||
Vervolg. BENAMING der IJZEREN DEELEN van de TRIKEBALS.
ÎI
Afmetingen in elle-maat.
Vervolg.
Vervolg.
Het oog met veren .. en klinlÿ bout.
Het oog met veren.
Ir zijn met het midden in het midden der I breedte en in middellijn . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
De vier klink-j
boutgaten | voorde is met het midden in het middel-I punt der afronding aan het einde, de overige I van elkander ......
V zijn naar het beloop van den disfelboom rondgezet.
is, met het fleepftuk naar onderen gekeerd, aan den disfelboom vastgeklonken.
0,015
0,180
Fig. III.
!in middellijn ..........
lang, de lengte bepaald zich naar de dikte van den disfelboom en de veren.
regt uitgelegd lan:
0,015
0,290
De haak
is
|
in middellijn |
| ||||||||||||||||||||
|
dikte; de meerdere dikte loopt over de plaat te niet. | |||||||||||||||||||||
0,025
0,025
0,003
De haak met plaat.
Fig. IK
omgezet in eene met het verlengde det plaat evenwijdige rigting, zoodanig (zie Fig. Fin van de houten deelen)
dat de buiging aldaar befchreven is met eene » ftraal van.......
dat de haak bij het begin der punt wijd is
dat de punt nagenoeg gelijk ftaat met de ver-eeniging van haak en plaat en een weinig opwaarts gebogen is.
lang
Tq 7
)f bij den haak breed |
( op o','220 van den haak
Deplaat.lt;
De afronding aan het vooreinde over de breedte gefchiedt met eene ftraal van............
welke afronding met de plaat vereenigd is, door cirkelbogen , die den buitenkant der plaat raken op den genoemden afftand (0^220).
0,040
0,055
0,340
0,110
0,100
0,020
Vervolg. BENAMING der IJZEREN DEELEN tan de TRIKEBALS.
AffflC' tingelt in elle-maat.
Is
aan de hoeken afgerond met een ftraal van .
afgekant ter breedte en dikte van .
Ibij den haak
aan het einde
aan weerskanten
Vervolg.
De haak met plaat.
Vervolg.
Fig. IF,
De plaat,
De vier fpijker-gaten.
0,035
0,00®
o,oi5
0,003
0,00®
Zijn van gelijke afmetingen als die voor de lijfplaatfpij-kers der belegerings - affuiten tot kanon van 24 nbsp;nbsp;nbsp;, de
lengte volgens de breedte der plaat genomen.
Het midden van het der breedte, en op
eerde fpijkergat is in het midden een afdand van het vooreinde van
0,10°
Een daat ter wederzijde met het midden
uit het midden der breedte van de plaat ......
van het midden van het voorde gat
Het vierde daat met het midden in het midden der bréedte en van de twee laatstgemelde gaten . nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;.
0,03®
0,10°
fel bo rei fel
De twee tangarm- ■ banden zijn
wordt naar het beloop van den disfelboom over de breedte omgebogen en er zoodanig op geplaatst, dat het vooreinde der plaat met den voorkant der tangarmen gelijk is.
regt uitgelegd lang;
breed .
dik
afgekant ter breedte
■ de
de
van
voorfte
achterfle
de halve dikte.
, nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;omgezet naar het beloop der tangarmen op een
l nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;I afdand van het vooreinde der tangarmen voor den
op beide plaatfen in het midden der dikte van de fpijker bevestigd.
00c
Zijn lang zonder den kop
voorden band van
achterden band van .
tangarmen met een punt-'
0,890
0,924
0,045
o,oi3
0,010
0,440
De twee, fchroef-houten met moeren tot verbinding van het asdekdukmet de as.
Fig. y en IX.
, nbsp;nbsp;nbsp;- I De
De fchroef- j,
/ kop IS bouten. \
boven breed in het vierkant
onder
hoog
Zijn voorts van gelijke afmetingen als de lijfhouten der belegerings-affuiten van 24 ffi.
De moeren zijn gelijk aan die van gemelde lijfhouten
o,o5’ 0,043 o,oi5
Vervolg. BENAMING der IJZEREN DEELEN van de TRIKEBALS.
Afmetingen in elle-maat.
f de voorde
Zijn lang zonder den kop { I de achterfte
°»3^5
OjSSo
fbolvorming en in middellijn .
hoog.....
°gt;O4S
— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;- I De koppen.
De twee disfel- I
boom fchroef- / bouten. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,
De onderkant maakt een hoek met bouten van 92®.
de
0,010
De twee dis-felboomfchroef-bouten met moeren en opfluit- 5 fchijven.
Zijn voorts van gelijke afmetingen als die van belegerings voorwagen.
den
De voorfle wordt aan de regter- en de achterfte aan de linker-zijde ingettoken.
Fig. rh en IX.
De moeren zijn gelijk aan die van de disfelbooin fchroef bouten van dien voorwagen.
in middellÿn
0,055
De vier opfluit-fchÿven.
Zijn lt;nbsp;dik
afgekant ter breedte van de halve dikte.
0,007
Twee hebben vierkante en twee ronde boutgaten, wijd .
0,020
Vervolg. BENAMING der IJZEREN DEELEN van de TRIKEBALS. »
f lang 05'007 minder dan het eenzevende gedeelte van I den buiten omtrek des rads, namelijk
1 breed...........
dik
De zeven velgplaten.
Fig. nil.
De tien fpijkergaten zijn gelijk en op gelijke wijze geplaatst, als die van de velgplaten tot belegerings-affuiten van 24 fg, met uitzondering dat het midden van
het derde gat van dat van het eerde is . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
het vierde van dat van het derde .
het vijfde van dat van het vierde • nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;•
De velgplaatfpijkers zijn gelijk aan die der belegerings - affuiten van 24 {g.
De velgklinkbouten met klinkboutfchijven zijn gelijk aan die der belegerings-affuiten van 24 nbsp;nbsp;, met uitzondering, dat de klinkbouten zonder den kop lang zijn .
|
Afmetingen in ellemaat van den grootenJkleineD trikebal. | |
|
0,930 |
0,83^ |
|
0, IIO |
0,11° |
|
0,015 |
0,015 |
|
0,070 |
0,065 |
|
0,070 |
0,065 |
|
0,130 |
0,12° |
0,117
F* «1