• III. Spaarkassen

• 1. Aantal stortingen en deelnemers

• 2. Inleggersrekening

• 3. Winst- en Verliesrekening

Verzamelstaat van 1. Aantal stortingen en deelnemers

„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;2. Inleggersrekening

„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;3. Winst- en Verliesrekening

• IV. Hulpbanken

• 1. Voorschottenrekening

• 2. Kapitaalrekening

• 3. Winst- en Verliesrekening

• 4. Overzicht der verleende voorschotten

Verzamelstaat van 1. Voorschottenrekening

„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ 2. Kapitaalrekening

„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ 3. Winst- en Verliesrekening

• . „ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,, nbsp;4. Aantal verleende Voorschotten

Overzicht van de Hulpbanken 1853—1905

• V. Banken van Leening

• 1. Voorschottenrekening

• 2. Beleeners- en Kapitaalrekening

• 3. Winst- en Verliesrekening

• 4. Verkoopingenrekening

• 5. Overschottenrekening

Overzicht van de Banken van Leening 1883—1905

„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ „ nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;nbsp;nbsp;1830—1905

Samenvatting der Uitkomsten van de Statistiek over 1905 in vergelijking met die over 1904.

I. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;IKT.

Voor den jaargang 1905 zijn gegevens ontvangen van 249 Spaarbanken, die aan het einde van het boekjaar op 1583 620 boekjes ƒ 222123 426,99’ verschuldigd waren, terwijl voor den vorigen jaargang van 252 Spaarbanken inlichtingen ontvangen waren, met een saldo tegoed der inleggers ad ƒ 208 732 308,06 op 1 501 678 boekjes.

Niet ingekomen zijn de opgaven van de volgende 13 Spaarbanken, die voor 1804 wel meewerkten :

Veghelsche Spaarbankvereeniging te Veghel;

Spaarbank te Laren;

Spaarkas en Hulpbank van de Coöperatieve Vereeniging „Dordrechtsche Schildersbond” te Dordrecht;

’s-Gravendeelsche Spaarbank te '»-Gravendeel',

Spaarbank der Vereeniging „Hulp en Voorzorg” te Naaldwijk;

Spaarbank van het Departement Spanbroek der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Spanbroek;

Dorpsspaarbank te Tzum, (gern. Franekeradeel) ;

Spaarbank van het Departement Gorredijk der Maatschappij tot Nut van’t Algemeen te Gorredijk, (gemeente Opsterland);

Coöperatieve Voorschot- en Spaarbank „Trijnwouden” te Oenkerk, (gemeente Tietjerksteradeel);

Dedemvaartsche Coöp. Spaar-, Hypotheek- en Voorschotbank te Dedemsvaart, (gemeente Avereest);

Crediet- en Spaarbank van het Departement Winschoten der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen „de Volksbank” te Winschoten ;

Spaarbank van het Departement Gieten der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Gieten, terwijl de Algemeene Spaarbank te Oost-Graftdijk (gemeente Graft), opgeheven is.

De volgende 10 Spaarbanken, die voor 1904 geen inlichtingen toegezonden hadden, hebben daarentegen voor 1905 wel gegevens verstrekt:

Roomsch Katholieke Spaarbank voor Eindhoven e. o.;

Tilburgsche Spaarbank te Tilburg;

Spaarbank v/h Dept. Elburg der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Elburg ;

Spaarbank v/h Dept. Haastrecht der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Haastrecht;

Coöperatieve Voorschot- en Spaarbank te Rvjnsburg ;

Spaarbank van de Afd. Voorschoten van den R. K. Volksbond te Voorschoten;

Spaarbank van het Dept. Woerden der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Woerden;

Spaar- en Voorschotbank voor de gemeenten Zoetermeer en Zegwaard te Zegwaard; (') Zaanlandsche Spaar- en Voorschotbank te Krommenie',

Spaarbank van het Departement Pekela der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Oudamp;-Pekela.

De Spaarbank te Steenbergen ;

de Spaarbank der R.-K. Werkliedenvereeniging „St. Joseph” te Culenhorg ;

de Spaarbank, onderafdeeling van de St. Paulusvereeniging tot bevordering van matigheid te Bussum ;

de Spaarbank van het Westelijk gedeelte van Zuid-Beveland der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Heinkenszand;

de Spaarbank van het Departement Dokkum der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Dokkum;

de Spaarbank, bestuurd door de Vereeniging „voor Hulp in Armoede” te Delfzijl; en

de Vaalser arbeiders Spaar- en bouwvereeniging te Vaals, die ook het vorig jaar geen gegevens verstrekten, zijn opgeheven.

Voorts zijn thans voor het eerst in het Algemeen Register de navolgende instellingen vermeld, die echter nog geen gegevens verstrekt hebben:

de Spaarbank van het patronaat van den H. Joseph te Didam ;

de Vereeniging „Sparen vormt Kapitaal” te 's Gravenhage ;

de Spaarbank van het Depart. Krimpen aan den IJssel der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Krimpen ajd IJssel;

de Naamlooze Vennootschap „Provinciale Crediet- en Spaarbank” te Schiedam;

de Spaarbank „de Voorzorg” onderafdeeling der R.-K. Werkliedenvereeniging „St. Josef” te Hilversum ;

en de Spaarbank van het Departement Menaldumadeel der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Menaldumadeel.

Ook thans zijn ter bevordering eener juiste vergelijking, in deze inleiding doorloopend zoowel bij de Spaarbanken als bij de overige instellingen, in dit werk behandeld, dus ook bij de Boerenleenbanken, Spaarkassen, Hulpbanken en Banken van Leening, alle instellingen geëlimineerd, die niet in beide jaren opgaven verstrekt hebben, voor zoover opheffing of oprichting niet de oorzaak daarvan was.

Bij de overige Spaarbanken bleek het saldo tegoed der inleggers op 1 Januari 1904 en op 1 Januari en 31 December 1905 achtereenvolgens te hebben bedmgen ƒ 194 156 383,— ƒ207195 481,— en ƒ 220 598 999,— en is dit derhalve toegenomen met respectievelijk 6,72 en 6,46 pCt.

In het geheel vertoont de Inleggersrekening voor:

Voor de Kapitaalrekening zijn thans gegevens verstrekt door 229 Spaarbanken tegen 236 in den voorgaanden jaargang. De staatjes 2 en 3 geven een overzicht van de Actieven en Passieven en van de verhoudingen tusschen de desbetreffende cijfers voor 1905 en die voor 1904 bij de in beide jaargangen voorkomende instellingen.

Wijl verschillende instellingen niet altijd de actieven vermelden, geheel gescheiden naar de in die staatjes voorkomende groepeering, stemmen de totaalbedragen niet overeen met de sommen der erboven vermelde bedragen.

Tevens blijkt daaruit, hoe op het einde van het jaar de actieven en passieven percentsgewijze, samengesteld waren :

Voor de Winst- en Verliesrekening zijn in 1905 van 218 Spaarbanken, tegen 223 in 1904, gegevens ingekomen. Uit de Verzamelstaten blijkt, dat de baten en lasten, bij de in beide jaargangen voorkomende met de in 1905 voor het eerst vermelde instellingen en haar percentsgewijze samenstellingen zijn geweest, als in tabellen 4 en 5 aangetoond wordt.

1) Omtrent het verschil tusschen actieven en passieven werd vorig jaar geen opheldering verkregen.

**

Voor de Kapitaalrekening waren in 1905 geen gegevens verstrekt door 21 Spaarbanken, welke die wel voor de Inleggersrekening ingezonden hadden; deze 21 Spaarbanken waren op het einde van 1905 op 5460 boekjes / 1 128 863,86 verschuldigd.

Voor de Winst- en Verliesrekening waren in 1905 geen gegevens verstrekt door 31 instellingen, welke die voor de Inleggersrekening wel ingezonden hadden; deze 31 Spaarbanken waren op het einde van 1905 op 11 513 boekjes f 3 507 009,22 verschuldigd.

229 Spaarbanken met een totaal bedrag tegoed der inleggers op het einde van het jaar ad ƒ 220 994 563,13 hebben voor dezen jaargang opgaven verstrekt nopens den aard der beleggingen barer kapitalen. In den vorigen jaargang waren zulke opgaven ingezonden door 237 Spaarbanken met een saldo tegoed der inleggers op het einde van het jaar ad ƒ 197 780 898,41.

1) In dit bedrag is een verschil van ƒ 1 170,— wat niet kon worden opgehelderd.

XI

Tabel 6 toont hoe de Spaarbanken de haar toevertrouwde gelden, naar de verschillende groepen van beleggingen verdeeld, belegd hebben en tevens blijkt eruit in percenten, welk aandeel voor rekening van elke groep komt.

Ook hier dient opgemerkt te worden, dat de totalen in tabel 6, evenals die in tabel 7, niet overeenstemmen met de sommen der erboven vermelde bedragen, ten gevolge van de omstandigheid dat niet in de opgaven van alle instellingen de verschillende beleggingen en de daarmede gekweekte renten gerubriceerd waren als gevraagd.

Naar dezelfde groepen verdeeld bedroegen de gekweekte rentebedragen in totaal en in percenten :

XIV

Voor de beroepsstatistiek zijn door 137 Spaarbanken de beroepen aangegeven van 144 617 nieuwe inleggers, waarvan 123 220 nieuw’e inleggers zijn van de Rijkspostspaarbank, en 21 397 van de overige Spaarbanken.

Gaat men de uitkomsten dezer beroepsstatistiek na, dan toont tabel 7 op blz. 155 en volgende de verdeeling van de inleggers, of van de kostwinners der minderjarige inleggers, in de beide jaren naar de hoofdgroepen dezer statistiek aan.

Tabel 12 geeft hiervan een overzicht in totaal en in percenten.

XV

II. BOERENLEEKTB ANKEN.

Van de 355 in het Algemeen Register genoemde lokale Boerenleenbanken waren op 31 December 1905 aangesloten bij de Centrale Bank te Utrecht 169, bij die te Eindhoven 156 en bij die te Alkmaar 11, samen 336.

Bij de Utrechtsche waren aangesloten de lokale banken te;

Aalten, Ter Aar, Akersloot, Alfen, Alkemade, Amstelveen, Andijk, Angerloo, Annerveen, Avenhorn, Azewijn, Bakhuizen, Barneveld, Bathmen, Berkhout, Blaricum, den Bommel, Borculo, Borger, Borne, Boschkapelle, Breedenbroek, Broek op Langendij k, den Burg, Burgerbrug, Clinge, Cloese, Cubaard, Dedemsvaart, Didam, Diemen, Dinxperlo, Dreischor, Driel, Duiven, Edam, Eemnes, Elden, Eist, Etten, Giessendam, Goor, Gouda, Goudriaan, Graauw, Groot-Ammers, Groot-Schermer, Haaksbergen, Haarlemmermeer, Harreveld, Hazerswoude, Heeg, Heemskerk, Heerde, ’s-Heerenberg, Heer-Hugowaard, Hengstdijk, Herwen en Aerdt, Hillegom, Huizen, Hulst, St. Jan Steen, Klooster-veen, Kloosterzande, Knollendam, Koedijk, Koekange, Koewacht, de Krim, Kruiningen, Lamswaarde, Landsmeer, Laren, Leiderdorp, Lekkerkerk, Leusden, Leeuwarden, Leeuwarden (O. Z. K.), Lichtenvoorde, de Lier (kom), de Lier c. a., Limmen, Loenen (Veluwe), Lopik, Maasland, Molenaarsgraaf, Monnikendam, Moordrecht, Mijdrecht, Ketterden, Nibbixwoud, Nieuw-Namen, Nieuwerkerk a/d IJssel, Noordwijkerhout, Nijbroek, Odoorn, Ooltgensplaat, Oostburg, Oosterhesselen, Ossenisse, Oud-Beijerland, Oudendijk, Oudenrijn, Ouderkerk a/d Amstel, Oude-Tonge, Oudewater, Oude Wetering, St. Paneras, Papendrecht, Petten, Rectum-Ypeloo, Rockanje, Roden, Roelofarendsveen, Rolde, Roodhuis, Sassenheim, Schagerbrug, Schalkwijk, Schermerhorn, Schoorl, Sillevolde, Sloten, Sloterdijk, Smilde, Sommelsdijk, Spanbroek, Spierdijk, Stad a/h Haringvliet, Steenderen, Steenwijkerwold, Stompwijk, Stoppeldijk, Stoutenburg, Twello, Uithoorn, Ursem, Utrecht en Achttienhoven, Varsse-veld, Vinkeveen, Vledder, Vleuten, Voorhout. Voorst, Vries, Waddinxveen, Warmond, Wassenaar, Wateringen, W’averveen, Wehl, Werkendam, Wervershoof, Westwoud, Westzaan, Wormer, Wijdenes, Wijk aan Zee en Duin, Wijnbergen, Wijster, Zaandam, Zeddam, Zelhem, Zevenaar, Zieuwent,Zoeter-woude, Zuid-Barge, Zuiddorpe, Zwaag.

Bij de Centrale Bank te Eindhoven waren 31 December 1905 aangesloten de lokale banken te: Aardenburg, Aarle-Rixtel, Acht, Altforst, Axel, Baardwijk, Baarlo, Baexem, Beesd, Beesel, Berg en Terblijt, Berkel (N.-B.), Berkel (Z.-H ), Berlicum, Best, Beugen, Bladel, Blerick, Bocholz, Boekel, Buggenum, Cuyck, Deurne, Dieden, Dinther, Donk, Dreumel, Drunen, Echt, Eede, Eerde, Eersel, Eijs-Wittem, Eli, Etten, Gassel, Geldrop, Gellicum, Ginneken, Grathem, Groesbeek, Grootebroek, Haaren, Haarle, Haelen, Halsteren, Heel, Heer, ’s-Heerenhoek, Heesch, Heeswijk, Heeten, Heeze, Helden (dorp), Helden-Panningen, Herkenbosch, Hemen, Herten, Heijthuizen, Horn, Houtrakpolder, Huisseling, Hulsberg, Hunsel, Kerk-Driel, Kerkrade, Kessel, Kethel, Lage-Zwaluwe, Leende, Leidschendam, Lierop, Lieshout, Lith, Lithoyen, Loon op Zand, Maasbommel, Maasbracht, Maashees, Maasniel, Made, Mechelen-Wittem, Melick, Meyel, Mierlo, Mierlo-Hout, Milheze, Mill, Montfort, Naaldwijk, Nederweert, Neer, Nieuwkuik, Nistelrode, Noordbroek, Nuenen, Nuth, Nijmegen, St. Odieliënberg, Oirschot, Oostburg, Oosteind, Oploo, Ossendrecht, Oudenbosch, Overloon, Overschie, Oyen, Pey-Echt, St. Pieter, Poeldijk, Posterholt, Puiflijk, Raalte, Roggel, Sambeek, Schayk, Schimmert, Schinnen, Schipluiden, Schoten, Schijndel, Sevenum, Sittard, Someren, Son, Spaarnwoude, Steenbergen, Stevensweert, Stramproy, Swal-men, Swolgen, Teteringen, Thorn, Tungebroy, Udenhout, Veghel, Velden, Venlo, Venray, Vierlingsbeek, Vlodrop, Vorstenbosch, Vortum, Vijlen, Wagenberg, Wamel, Weert, Wessem, Westdorpe, Wester-hoven, Woensel, Wijlre, IJzendijke, Zesgehuchten, Zevenbergschenhoek.

Bij de Centrale Bank te Alkmaar waren 31 December 1905 aangesloten de lokale banken te: Akersloot, Beemster, Bergen, Castricum, Egmond-Binnen, Harenkarspel, fHoogwoud, Obdam, De Rijp, Uitgeest, Wognum.

13. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Balansrekening op

Actieve n.

Aandeelhouders (nog te storten) nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;103010.—

Beleening u/g........... nbsp;1 419 000,—

Jan Blijdesteijn en Zoon....... nbsp;19 839,3ß

Debiteuren............. nbsp;40,75

Effecten.............. nbsp;885,—

Effecten van de belegde Reserve . . . . „ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3 400,—

Interest.............. nbsp;2 503,11

Kassa............... nbsp;85 196,49

Materieel............. nbsp;*37,50

Meubilair............. nbsp;1,“*

Wissels.............. nbsp;2 030,—

Voorschotten............ nbsp;271 010.39

/ 1934 018,60

De Winst- en Verliesrekening over 1905

31 December 1905.

P a s s I e V e n.

Crediteuren............f nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;890,966

Kapitaal Ie Aandeel nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;90 600,—

„ nbsp;nbsp;2e „ nbsp;nbsp;nbsp;........... 17 000,-

„ 3e „ nbsp;nbsp;nbsp;........ . . „ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4 500,—

,, 4e ,........... 500,—

Deposito o/g............ nbsp;1814 613,16

Reserve.........f 3 651,03

Winst......... nbsp;2 459.466

--------------- „ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;6 010,495

Verliezen.

Effectenfonds (voor koersverschil)......f 10 611.87

Onkostenrekening (voor het saldo)..... nbsp;3 684,346

Winst................ nbsp;1 403,14

f 16 699,355

Winsten.

Renterekening (voor het Saldo)......f 10 016,885

Effectenrekening (voor het Saldo)......130,46

Safehuur...............„

Provisierekening (voor het Saldo)...... nbsp;2 664,32

Uitkeering î^oord-Brabantsche Bank

Rijkssubsidie.............,, nbsp;2 280,—

Subsidie v/d Limburgschen Landbouwbond . . „

f 16 699,355

Verliezen.

Administratie en Inspectie . f 9 661,27

§ j Recherches....... nbsp;241,435

o ( Reis- en Verblijfkosten (Be-

(B I stuur. Raad van Toezicht en

I Provinciale commissiën) . „ 493,24

-------------- f 10 295,946

( nbsp;nbsp;meubilair . nbsp;. nbsp;. nbsp;f nbsp;nbsp;166,625

Afschrijven j nbsp;nbsp;Materieel nbsp;. nbsp;. nbsp;. nbsp;; nbsp;nbsp;549,016

—---------- „ nbsp;nbsp;nbsp;715,64

Winst................. 2 469,465

ƒ 13 471,05

Betaling hij toetreding.........f

Jaarlijksche bijdrage der aangesloten banken, ingevolge art. 23 der Statuten...... nbsp;3

Interest............... nbsp;261,05

Rijkssubsidie............. nbsp;3

Actieve n.

Kassa................f nbsp;8 121.495

Voorschotten............. nbsp;8

Tegoed loopende rekening........ nbsp;33

Hypotheken............. nbsp;16

Effecten................, 24 925,—

Waarde materieel............. 195.01

Nog tegoed rente........... nbsp;1 336.21

/ 93 321.715

Passieve u.

Depots...............f 67 092,20

Crediteuren............... 24100,—

Nog verschuldigde rente........... 2 096,67

Winst................ nbsp;32,945

De rente in rekening-courant bedroeg :

• a. 3,25 pCt. ’s jaars door de Centrale Bank te vergoeden voor alle stortingen van- en te berekenen voor alle betalingen aan de lokale banken, zoolang deze van de Centrale Bank te vorderen hadden ;

• b. 4,25 pCt. ’s j aars, door de Centrale Bank te berekenen voor alle betalingen aan-en te vergoeden voor alle stortingen door de lokale banken, zoolang deze bij de Centrale Bank in voorschot waren. Provisie, promessezegels, porto’s en assurantiekosten werden niet in rekening gebracht.

De Coöperatieve Centrale te Eindhoven zag het aantal lokale banken, dat zich bij haar aangesloten heeft, met 24 toenemen en dientengevolge bedroeg dit aantal, aan het einde van 1905,156.

Het kapitaal bedroeg op 1 Januari 1905................ƒ 132 000,—

Het vermeerderde in den loop van het jaar door toetreding van 24 lokale banken met „ 24 000,— einde 1905 . . . ƒ 156 000,—

Op 25 Nov. traden de nieuwe statuten in werking, waaardoor 155 banken (die te

Sittard was voor dien datum uitgetreden) verplicht waren haar tweede aandeel ad ƒ 1000 te nemen —................. nbsp;nbsp;„ 155 (XDO,—

zoodat op einde 1905 het kapitaal bedroeg ................ƒ 311 000,—

In 1905 werd, evenals in voorafgaande boekjaren eene rente berekend van 3,25 en 3,75 pCt. resp. voor crediteuren en debiteuren.

Beide instellingen genieten een jaarlijksch subsidie van het Rijk; die te Utrecht ontving in 1905 ƒ 3 400,— die te Eindhoven ƒ 2 280,—, terwijl laatstgenoemde nog een subsidie van den Lim-burgschen Landbouwbond ontving van ƒ500,—.

Bij de Coöp. Centrale Christelijke Boerenleenbank te Alkmaar werd in 1905 belegd ƒ 236 621,40 en door haar uitgeleend ƒ 143 939,02 terwijl aan spaargelden werd terugbetaald ƒ 161 228,33® en ƒ 93 477,90' van voorschotten werd terugontvangen.

Voor den jaargang 1905 zijn gegevens ontvangen van 192 lokale Boerenleenbanken, terwijl dit aantal voor den vorigen jaargang 135 was.

Niet ingekomen zijn de opgaven van de volgende 20 Boerenleenbanken, die voor 1904 wel meewerkten :

de Boerenleenbank te Berkel, Beugen, Heeze, Teteringen, Zes-Gehuchten, Deijl, Herwen en Aerdt, Zelhem, Wassenaar, Bovenkarspel, Ouder-Amstel, Westwoud, Zaandam, Oostburg (503), St. Jan Steen, Assen, Buggenum, Melick en Herkenbosch (776), Montfort, en Venlo.

De volgende 44 Boerenleenbanken, die voor 1904 geen inlichtingen toegezonden hadden, hebben daarentegen voor 1905 wel gegevens verstrekt :

de Boerenleenbanken te Bakel, Bladel, Deurne, Halsteren, Oosterhout, Oploo, Oss, Bergh (123), Borculo, Lichtenvoorde (166), Lichtenvoorde (167), Berkel enRodenrijs, Giessendam, Goudriaan, Groot-Ammers, Molenaarsgraaf. Veur, Voorhout, Wateringen, Castricum, Haarlemmerliede (385), Monnikendam, St. Paneras, Schoten, Sloten (444), Texel, Wijk aan Zee en Duin (471), Dreischor, Graauw, Zuiddorpe, Hellendoorn, Anloo, Oosterhesselen, Rolde, Bocholtz, Echt (752), Haelen, Heel en Panheel, Horn, Hunsel (766), Maasniel, Melick en Herkenbosch (775), Neer en Wessem.

Voorts zijn thans de navolgende instellingen voor het eerst in het Algemeen Register vermeld, die echter nog geen opgaven hebben ingezonden, nl. de banken te :

Bergeijk, Mierlo, Nieuwkuik, Oyen, Apeldoorn (113), Barneveld (117), Bemmel, Bergharen, Druten (139), Laren (164), Nijmegen (173), Voorst (184), Voorst (185), Beijerland (Oud), Lier (de) (260), Monster (268), Monster (269), Overschie, Papendrecht, Stad aan ’t Haringvliet, Akersloot (350), Akersloot (351), Bergen (365), Blaricum (369), Edam (377), Koedijk, Sloten (443), Uitgeest (451), Wijk aan Zee en Duin (472), Kruiningen, Oostburg (504), Leeuwarden (544a), Leeuwarden (545), Avereest (615), Losser, Noordbroek, Emmen, Odoorn, Schoonebeek, Smilde (736), Vledder, Berg en Terblijt, Echt (753), Helden (760), Maasbree (772), Schimmert, Sevenum, Stevensweert, Thorn, Vaals.

Opgeheven zijn de banken te Haarle (Gemeente Tubbergen), Swolgen (Gemeente Meerloo); tevens is gebleken dat te Ter Aar geen Boerenleenbank bestaat.

Onderstaande Boerenleenbanken, welke dit jaar voor het eerst in het Algemeen Register voorkomen, hebben inlichtingen verstrekt n.1. de banken te:

Cuijk, Gassel, Lithoijen, Den Bommgl, De Lier, Oude-Tonge, Waddinxveen, Andijk, Broek op Langendijk, Hoogwoud, Huizen, Landsmeer, Oudendijk, Vinkeveen c. a., Hennaarderadeel, W’ijmbrit-seradeel, Bathmen, Gramsbergen, Raalte, Wierden, Roden, De Wijk, Heijthuizen en St. Pieter.

Terwijl de navolgende banken die in 1904 opgericht zijn, doch eerst in 1905 in werking traden, ook gegevens ingezonden hebben, n.1. de banken te :

Diemen, Schoorl, Westzaan, Wijdenes, Westdorpe, Vleuten (635), Vleuten (636), Gaasterland en Nuth.

Ook voor de Boerenleenbanken volgt hier een Overzicht, dat een vergelijking toelaat tusschen de werkzaamheid dezer banken in 1904 en die in 1905; evenals bij de Spaarbanken zijn ter bevordering van eene juiste vergelijking alle instellingen buiten rekening gelaten, die niet in beide jaren opgaven verstrekt hebben, voor zoover opheffing of oprichting niet de oorzaak daarvan was.

De Inleggersrekening vertoont voor:

Uit de Voorechottenrekening blijkt:

De beide volgende staatjes geven een overzicht van de Actieven en Passie ven der Boerenleenbanken in de jaren 1904 en 1905 zoowel de percentsgewijze samenstelling als de betrekkelijke toe-of afneming van elk der samenstellende deelen.

Omtrent de wijze van belegging der gelden zijn de gegevens van de Boerenleenbanken niet zoo ruim als van de gewone Spaarbanken, wat vermoedelijk verband houdt met de omstandigheid, dat de boekhouding der Boerenleenbanken zoo eenvoudig mogelijk aangelegd is en bij vele dier instellingen in de balans nog geen onderscheiding ie gemaakt naar de verschillende groepen van effecten, waarin de waarden belegd zijn. Toch zijn de ontvangen inlichtingen reeds belangrijk genoeg om ze hier te vermelden en tevens ruim genoeg om reeds vergelijkingen te trekken tusschen de beide jaren 1904 en 1905. Uit het hier volgende overzicht blijkt, voor zoover de ingekomen formulieren hieromtrent inlichtingen gaven, hoe de gelden der Boerenleenbanken door deze belegd waren, welk aandeel elk der groepen van belegging in het geheel had en de toe- resp. afneming van een en ander van 1904 op 1905.

Ook hier dient wederom opgemerkt te worden, dat de totalen der voorgaande tabel evenals die in de hieronder volgende, niet overeenstemmen met de sommen der erboven vermelde bedragen, tengevolge van de omstandigheid, dat niet in de opgaven van alle instellingen de verschillende beleggingen en de daaruit gekweekte renten .gerubriceerd waren overeenkomstig de in de formulieren gestelde vragen.

Wat de gekweekte rente betreft, bleek het bij de eenvoudige wijze van boekhouding, door de Boerenleenbanken gevoerd, niet doenlijk deze naar dezelfde groepen, ook voor effecten, te verdeden; voor de hoofdgroepen van beleggingswijzen geeft tabel 22 intusschen een overzicht:

XXII

Voor de Winst- en Verliesrekening zijn voor 1905 van 187 banken gegevens ingekomen tegen 134 in 1904. Uit den Verzamelstaat blijkt, dat de baten en lasten bij de voor de vergelijking tusschen beide jaren in aanmerking komende Boerenleenbanken, en haar procentische samenstellingen zijn geweest als in de beide hier volgende tabellen 23 en 24 aangetoond wordt.

Hoe de aantallen spaarboekjes, bij de Boerenleenbanken in omloop aan het einde vanhetjaar, naar de grootte van het bedrag verdeeld waren, blijkt uit de volgende tabel, welke tevens doet zien de percentsgewijze verdeeling dier boekjes naar de grootte van het tegoed en de toeneming der aantallen boekjes, in percenten, in elke groep sedert 1904.

Ten slotte geeft tabel 26 een overzicht van de aantallen der verleende voorschotten, de verdeeling dezer in percenten naar de grootte van het bedrag en de toe- resp. afneming sedert 1904.

Het aantal Spaarkassen, dat gegevens ingezonden heeft voor dezen jaargang is 19 tegen 21 in 1904.

Door de Spaarkas der Gastelsche beetwortelsuikerfabriek te Gastel, de Spaarl^s „St. Martinus” te Maastricht en de Spaarkas van het Departement Doesburg der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Doesburg (welke opgeheven is) werden dit jaar geen gegevens ingezonden echter wel in 1904, terwijl de Spaarkas „Werkmanswelvaren” ten behoeve der leden Textielarbeiders, Bond Leo XIII en Textielarbeidsters te Goirle, welke in 1905 wel gegevens inzond, dit het vorig jaar achterwege liet.

De Spaarbouwvereeniging „St. Servatius” te Maastricht, die ook het vorig jaar geen gegevens verstrekte, is opgeheven.

Voorts verschijnt thans voor het eerst in het Algemeen Register de Bussumsche R.-K. Spaarkas te Bussum, welke echter nog geen gegevens kon verstrekken.

De staatjes 28 en 29 geven een overzicht van de Winst- en Verliesrekening betreffende de jaren 1904 en 1905; evenals vorig jaar hebben 15 instellingen voor deze rekening gegevens ingezonden.

Voor den jaargang 1905 zijn van 72 instellingen gegevens ingekomenj terwijl voor den vorigen jaargang door 76 instellingen inlichtingen werden verschaft.

Niet ingekomen zijn de opgaven van de volgende 10 Hulpbanken, die voor 1904 wel meewerkten : Spaarkas en Hulpbank van de Coöp Vereeniging „Dordrechtsche Schildersbond” te Dordrecht; Hulpbank van het Dept. Oudshoorn der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Oudshoorn; Hulpbank van het Dept. Alkmaar der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Alkmaar;

Hulpbank der Vereeniging tot Plaatselijk Nut te Zaandam;

Hulpbank van het Dept. Leeuwarden der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Leeuwarden;

Hulpbank van het Dept. Stiens der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Stiens, (gemeente Leeuwarderadeel) ;

Coöp. Voorschot- en Spaarbank „Trijnwouden” te Oenkerk, (gemeente Tietjerksteradeel);

Dedemsvaartsche Coöp. Spaar-, Hypotheek- en Voorschotbank te Dedemsvaart, (gemeente Avereest);

Hulpbank van het Dept. Groningen der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen te Groningen; Crediet- en Spaarbank van het Dept Winschoten der Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen „de Volksbank” te Winschoten.

De volgende 6 Hulpbanken, die voor 1904 geen inlichtingen hadden toegezonden, hebben daarentegen vooi 1905 wel gegevens verstrekt:

Coöperatieve Voorschot- en Spaarbank te Rijnsburg ;

Spaar- en Voorschotbank voor de gemeenten Zoetermeer en Zegwaard te Zegwaard ;

Hulpbank voor de stad Haarlem en de omliggende gemeenten binnen het kanton te Haarlem ;

Zaanlandsche Spaar- en Voorschotbank te Krommenie;

De Volksbank te Murmerwoude, (gemeente Dantumadeel) ;

Drentsche Landbouwcredietbank te Hoogamp;oeen.

De Hulpbank van het Dept. Hallum der Maatschappij tot nut van ’t Algemeen te Hallam, (gemeente Ferwerderadeel), die ook vorig jaar geen gegevens verstrekte, is opgeheven.

In de hier volgende recapitulatieve overzichten zijn, op overeenkomstige wijze als hiervoren met betrekking tot de Spaarbanken, Boerenleenbanken en Spaarkassen vermeld, de jaren 1904 en 1905 vergelijkbaar gemaakt.

Het volgende staatje geeft een overzicht van de aantallen voorschotten:

Door het volgende staatje wordt aangeduid hoeveel van het op voorschotten afgeschreven bedrag per ƒ 1 000,— door leeners en borgen is terugbetaald en hoeveel als oninbaar op de voorschotten afgeschreven is, met de verhoudingsgetallen dier bedragen in de beide jaren.

Niet door alle Hulpbanken zijn voor de Kapitaalrekening en die van Winst-en Verlies gegevens verstrekt: in 1904 resp. door 62 en 58, in 1905 resp. door 64 en 59 instellingen.

De beide volgende staatjes geven een blik op de Actieven en Passieven der Hulpbanken op het einde van het jaar.

Tabellen 35 en 36 geven een overzicht van de Baten en Lasten volgens de Winst- en Verliesrekening.

Voorts blijken uit de Kapitaal- en de Winst- en Verliesrekening de volgende Passieven:

De in 1904 en 1905 verleende voorschotten waren naar de grootte der bedragen als volgt verdeeld :