BIBLIOTHEEK UNIVERSITEIT UTRECHT

3046 471 7

\aJ 0gt;«z- nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'

d42,r NeTgt;eaLÆW3ùJCHe

GrR£GkOfttti3-V£ReeA/ier/A/lt;^

C utrbc y^

C L OG U S

Äf=igt;eeLZw^ A: m.u'liek.

-ocr page 6-

igt;9â/- nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.lê

ftO;?î S? )

-ocr page 7-

DE MUZIEKBIBLIOTHEEK DER NEDERLANDSCHE

ST. GREGORIUS-VEREENIGING.

In ’t jaar 1902 had de heer A. J. W. Brugman, Am.stcrdam, aan den Iloogeerw. Heer Voorzitter der Nederland.sche St. Gregoriusvereeniging en Hoofdredacteur van het St. Gregoriusblad een voorstel -- met een desbetreffend artikel — ingediend tot het oprichten van een kerkelijk-muzikale Bibliotheek, waaruit men voor eenigen tijd hetzij muziek, hetzij werken over muziek ter leen zou kunnen krijgen voor studie. In de vergadering van het Hoofdbestuur dat jaar werd in beginsel tot de oprichting besloten en ook dat de samenstelling der bibliotheek zou geschieden door geschenken.

De Voorzitter evenwel had het beter gevonden, wat door de leden eenparig werd toegejuicht, om die oprichting in verband te brengen met het feest van het vijf en twintig jarig bestaan der Vereeniging ; daarom stelde Z. H. E. in de vergadering van 1903 voor daartoe thans over te gaan als blijvende herinnering aan deze feestviering en zulks den volgenden dag in de Bijeenkomst ter Feestvergadering aan de Gregorius-leden openlijk mede te deelen.

In de toen juist verschenen Sept, aflev. van het St. Gregorius-Blad was het artikel van Brugman opgenomen , onder den titel ; Een bibliotheek voor de leden der St. Gregoxins-Vereeniging, waarin werd bewezen dat een bibliotheek eerder een dringende behoefte dan een weelde-artikel verdiende genoemd te worden.

En deze conclusie’s werden voorgesteld :

1“ Het is wenschelijk, dat wij door het lezen van brochures, leerboeken en standaardwerken nieuwe kennis vergaren, onzen geest verfrisschen, onzen blik verruimen.
2“ De prijs der boeken is gewoonlijk zóó hoog, dat meeste leden ze niet aanschaffen.
3® Het is wenschelijk, dat het Bestuur der St. Greg. Vereeniging niet alleen de gelegenheid tot ontwikkeling wijze, maar ook aanbiede door het oprichten eener muziek-bibliotheek.

Waarop dan volgt, dat het tot standkomen en in standhouden der bibliotheek niet ten laste zou moeten komen van het Bestuur, doch door den steun der leden, door het schenken van boekwerken, door de belofte van eene jaar-lijksche bijdrage (bijv, per afdeeling).

Deken-pastoor Ch. Le Blanc had de voorbereidende werkzaamheden op zich genomen en was bereid gevonden om de eventueel inkomende werken bij hem te plaatsen. Mgr. Lans zelf begon met verschillende werken, tijd-

-ocr page 8-

‘2

schriften en nnisicalicn

naar Everdingen te

zenden en alles

wat hij hiervan

bezat is vóór en na zijn dood naar de biblioteek opgezonden.

’s Jaars daarop in afl. Augustus-September van het St. Gregorius-Blad deelde de Voorzitter der Vereeniging met opgewektheid en levendige dankbaarheid mede, dat de belangstelling in- en de medewerking aan de bibliotheek , die sinds de oprichting is ondervonden, de verwachting , die toch op veel durfde vertrouwen, verre had overtroffen. Na binnen- en buitenland-sche geestelijken en lecken te hebben opgenoemd, van wien steun was ingekomen, laat Mgr. Lans tot aansporing ter navolging er op volgen; „Onze bedoeling bij de inrichting der Bibliotheek is deze : daar moet in opgenomen worden — om ’t met een enkel woord te zeggen — van alles ; niet alleen gewijde muziek, maar ook ongewijde; niet slechts echte kerkmuziek, maar ook onechte ; muzikale boekwerken van historischen, van aesthetischen , van technischen, van liturgischen aard, groote en kleine leerboeken, handleidingen, enz. enz. Wij strekken namelijk de grenzen zoover mogelijk uit, overtuigd als wij zijn van het nut, ja van de noodzakelijkheid, dat zij, die zich degelijk willen bekwamen in kerkmuziek, gelegenheid moeten hebben om te weten te komen niet alleen hoe men wel, maar ook hoe men niet behoort te schrijven, niet alleen het goede, maar ook het niet-goede, dat de geschiedenis der muziek in den loop der eeuwen heeft aan te wijzen; — om te weten te komen, welke muzikale schoonheden niet slechts een kerkelijke, maar ook de niet-kcrkelijke grootmeesters der toonkunst wisten voort te brengen : — kortom : onze Bibliotheek moet zóó worden, dat zij gelegenheid geeft tot degelijke en veelzijdige ontwikkeling van de gebruikers, die talent en aanleg voor de kunst hebben, en dat zij voor anderen een wegwijzer is om te onderzoeken, wat zij , hetzij voor eigen studie, hetzij voor hunne respectieve zangkoren ge-schiktelijk kunnen aanschafifen”.

Ziedaar doel en algemeenc opzet der bibliotheek aangegeven. Sinds de oprichting zijn er nu ruim 12 jaar verstreken. De catalogus, die in afleveringen verscheen als bijlage van het St. Gregorius-blad , heeft nu volgens het vroegere formaat van het St. Greg. Blad 123 dubbele bladzijden — volgens het tegenwoordige formaat 48 bladzijden — en bevat ver over de 4000 nummers. Dit is de respectabele arbeid van den Hoogeerw. Heer Deken Lc Blanc, die tot uitbreiding, inrichting en ordening der boekerij ontzaggelijk veel heeft gewerkt.

De biblioteek kreeg spoedig zulk een omvang, dat zij in 1907 van de pastorie te Everdingen moest worden overgebracht naar het Aartsbisschoppelijk Klein Seminarie te Culemborg. Ook daar zou wegens plaatsgebrek verandering moeten aangebracht worden.

In de vergadering van het Hoofdbestuur 1915 werd er op de Stichting der R. K. Leergangen gewezen , die sinds ruim drie jaren in verschillende steden van on.s land werkt aan de vorming van deugdelijke wetenschappelijke katholieken en in 't bizonder aan de opleiding van onze toekomstige leeraren

-ocr page 9-

en leeraressen voor de R. K. Lycea, Gymnasia en H. B. Scholen, onder het gezag en de bescherming van Z. D. H. den Bisschop van ’s Hertogenbosch en met instemming van het geheele Doorluchtig Episcopaat in Nederland.

Daar nu de R. K. Leergangen onder de katholieken hoe langer zoo meer een middelpunt worden voor de R. K. Wetenschap en voor de beoefening van de wetenschap in ’t algemeen met en door de Nederlandsche Katholieken en er bijgevolg aan moest verbonden worden eene universeele boekerij, waarin allerlei hoeken van elke soort en hoedanigheid of in welk vak ook van kunst en wetenschap behoorden te zijn, zoo meeijde het Hoofdbestuur niet beter te kunnen doen dan de St. Gregorius-biblioteek in de boekerij der R. K. Leergangen te plaatsen, te meer daar de boekerij der R. K. Leergangen in November zou worden opengesteld voor iedereen.

Het Bestuur van de Stichting der R. K. Leergangen nam dit aanbod gaarne en dankbaar aan en een overeenkomst werd aangegaan tusschen het Bestuur der Nederlandsche St. Gregoriusvereeniging en dat van de Stichting der R. K. Leergangen, waarin o. a, voornamelijk voorkomt, dat de St. Gre-gorius-bibliotheek in bruikleen zou worden afgestaan aan de R. K. Leergangen te den Bosch, terwijl de bibliotheek met catalogus c. a. eigendom zou blijven van de St. Gregoriusvereeniging en dat zij eene afzonderlijke „St. Gregorius-bibliotheek” zou vormen in de algemeene boekerij der R. K. Leergangen.

Aan belanghebbenden zij medegedeeld dat men van nu af zich moet wenden tot de Boekerij der R. K. Leergangen te den Bosch , wanneer men boeken of musicalia uit den St. Gregorius-bibliotheek in gebruik thuis wenscht te ontvangen.

Deze aanvrage moet geschieden op de volgende wijze :

Adres ; Aan de boekerij der R. K. Leergangen

„De Lely”, Markt den Bosch.

Van de boeken of musicalia die men wenscht te ontvangen geeft men titel en schrijver op en de uitgave, zoo men een bijzondere uitgave wenscht.

Bij de ontvangst zendt men aanstonds terug een .bericht -van ontvangst en het geld voor verzending en onkosten in postzegels. Wanneer de termijn verstreken is gedurende welke men de boeken mag hebben, of eerder, dan zend men de boeken goed verpakt, franco terug aan het bovengenoemde adres.

Ook kan men vrij en kosteloos gebruik maken, van de lees- en studiezalen, die zich in dit gebouw bevinden, om daar ter plaatse werken te con-sulteeren enz.

Hier volgt het Reglement van de St. Gregorius-Bibliotheek :

VERORDENING.

Art. I. Iedereen die den leeftijd van 18 jaren heelt bereikt, kan in het gebouw der Boekerij gebruik maken van alle boeken en geschriften, die eigendom zijn of onder het beheer staan van de R. K. Leergangen.

-ocr page 10-

Art. 2. Aan personen , die een geestelijk, wetenschappelijk of ander openbaar ambt bekleeden, of anderszins bekend zijn, worden werken uitgeleend ten gebruike buiten het gebouw van de Boekerij.

Aan andere personen eveneens, na overlegging van schriftelijke aanbeveling door een bekend persoon.

Art. 3. Aan personen als bedoeld in art. 2, die buiten den Bosch wonen, worden op aanvraag werken door de Boekerij toegezonden, op koste van den aanvrager.

Art. 4. Alle aanvragen worden schriftelijk gedaan.

Aanvrage persoonlijk gedaan in het gebouw der Boekerij, geschieden op de daar aanwezige formulieren.

Allen, die boeken ontvangen ten gebruike buiten het gebouw, tcekenen, voor leder werk afzonderlijk, een ontvangbewijs.

Art. 5. Wie volgens art. 3 boeken thuis ontvangt, zendt onmiddellijk na ontvangst de bijgevoegde ontvangbewijzen geteekend en vrachtvrij terug aan de Boekerij, met bijvoeging van de vrachtkosten der boeken, in postzegels. Na gebruik zende men de boeken, behoorlijk in stevig papier gepakt, aan de Boekerij terug.

Aan hen die dit verzuimen, worden geen boeken meer ter leening toegezonden.

Art. 6. Van den dag van afzending af mag mtn de werken drie zveken in bruikleen houden.

Werken, die na afloop van den gebruiktijd niet aan de Boekerij worden teruggezonden, kunnen schriftelijk worden opgevraagd. De kosten van die opvraag komen voor rekening van den gebruiker.

Art. 7. Het is verboden in een werk van de Boekerij te schrijven , daarin teeken.s of vouwen aan te brengen. Het maken van doortrekken of afbeeldingen is zonder uitdrukelijk verlof niet geoorloofd.

Art. 8. Een werk, dat iemand uit de Boekerij in bruikleen heeft, mag door hem in geen geval aan een ander worden uitgeleend.

Art. 9. Wie uit de Boekerij een werk in bruikleen ontvangt, is daarvoor aansprakelijk, totdat het werk op de Boekerij terug is.

Gaat du.s dat werk verloren, of wordt het beschadigd in den tijd dat hij het in bruikleen had, dan is de leener gehouden tot volledige schadevergoeding, volgens schatting van het Bestuur, binnen acht dagen te voldoen.

Wie de schadevergoeding door den Bibliothecaris volgens dit artikel gevorderd, niet voldoet, op hem is van toepassing art. 10 van de verordening, behoudens de rechterlijke uitspraak over het bedrag van de verschuldigde vergoeding.

Art, 10. De Bibliothecaris kan den toegang tot en het gebruik van de

-ocr page 11-

Boekerij voor een daarbij te bepalen tijd ontzeggen, behoudens beroep op het Bestuur van de R. K. Leergangen.

Art. II. Ieder die van de Boekerij gebruik maakt voor de samenstelling van een bock of van een bijdrage in een tijdschrift, is gehouden één exemplaar (of overdruk) daarvan aan de Boekerij ten geschenke te geven.

Art. 12. Allen worden herinnerd aan de Kerkelijke voorschriften omtrent het lezen en gebruiken van boeken ; vooral dat voor vele boekwerken verlof van de Kerkelijke Overheid verplichtend i.s voor iedereen, onvermiiir derd de plicht, die voor ieder persoonlijk het eigen geweten hem voorschrijft.

Zooals ik boven reed.s heb aangetoond, heeft de Bibliotheek reeds een respectabelen inhoud gekregen, dank de vrijgevigheid van de leden der Ver-ceniging en van belangstellende vrienden.

Doch de muziek op muziek-liturgisch, -wetenschappelijk, -geschiedkundig , -acsthctisch gebied omvat zooveel en zoovelerlei, dat er nog veel, heel veel, op. aanvulling wacht. Daarom durf ik de welwillendheid van allen nog een.s inroepen, om die leemten aan te vullen door het toezenden van muziek- en van muziekwetenschappelijke werken, groote en kleine, van buiten- of van binnenland, van mooie en leelijke, of door het toezenden van geldelijken steun ten einde in staat te zijn werken tc kunnen aanschaffen. Wij herhalen de woorden van Mgr. Lans z. g. (St. Greg. Blad'aflev. Aug.-Sept. 1904); „Wij doen een vertrouwvol beroep op de offervaardigheid van allen die belang stellen in de kerkmuziek, en wij bevelen ons bijzonderlijk ook aan voor geldelijke bijdragen , teneinde eenige vrij kostbare werken uit de latere en laatste jaren te kunnen aankoopen”.

God zal ’t U loonen !

Seminarie „Beekvlietquot; St. Michiels-Gestel. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Toon Hansen.

Sint Lncia-dag igiS- nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Commissaris van het Hoofdbestuur.

-ocr page 12-

.iqgjpsJrn, bÿî. risJBqsd'..-'•.hiW.Pi.b ''-.^ -touv t*'i:gt;.Só€f .Hi-.'il ^ÎÀ finV

ah ■-•b^r,' h^tißm îÜMidîi** nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' sh 'bi.’’ ?.lt;•’ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;..n .lT/-.

■ .xfabi.quot;.ifia;ï : : vftnfia^^hn; ns*» ni ' a^ïi-jb^d -'fiaa hfi'j d . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ft.j:.- 'n't!?/ '^nih ƒ

. :', .rtsv'j\gt; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(iiax--’’!! »h ufk ncvicFh fjfrnbTavo lo) ijudqmaxs

.'•■gt;iTió ’:i-'AI.T/ba'rgt;07 aytiiajJhaz!-'’ih ifl'ßß‘■i'ii-''a.ù’(hn nah rriw'

,v','ni(’ft rta}(i5'*gt;^'.gt;'jd-aiav:' r’’ h. rt'JW-idd ''jiv ft‘}^nrti!l Ä fUx'JJ jiri' inot) •

tBÏnrwvnt!,''';'«a3'ïab''i 'vx'’/ gt;.; boaldaitp)'\ Siiari'i'jvi ^y'quot;'

naJu/^a^ HÏJib nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;kjuv sib .JriaÜq ab fnab ; ,-

gt; ■ -.al nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■ ■: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;V i.c;’ -Có -v nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;j,Cf,vWen .■

, -ahà. lt;b‘isv aïa'^lh'b. .'-t -jî, j‘bgt;9fj ■•.'bftnojagfi/»« darf Rbaai ii3r/f)d gt;fî* ^îfîOôS nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' '■ =

r’jT) n-îbpi _i«t ;ù'.7 biyb;gt;iv',7'i_'n7 s.b btn.b .ii'jçjwd-aj}. JjüpfifH

\ •’ '* nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.'l ’i-jativ oixiaiislR'gfMilsfl rr.-/ rta quot;ni^^inaa

. ^y^quiiila-dfiajy, ib-iï^j;,iJil-3i»h;Jï7 -:i lî-jixnfn sb i!?-y (

• AbaT' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘iKb’ , nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'a ijihtüizi -

u«lt;- v.a!h-.'-iit;v'.'bi;dhri-ïNiiv,'.'-îz,' sK^ifb-XUb•,'nio'n'Alt;l nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ajb, i-jä'/ b»H f .

4uia..-ci^iîgt;ï.:=î»!J' ; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.'pttffiÿôi'aîb jdo •,naVpo'ini^'stó»‘gon ' ''''__

j.' f.'fiv , „ajtiwïd^ rî3:rd*tgt;Of,«r- /7'5-gt;br3*r'^'*gt;;ib’‘A!';i‘f!ibr)^i?o’;H’jLwrfi‘’-''A^/''•fië'’'-Satsuni ■ fohra- 'fif')axi looh h' , a-xbî'.'aî p:, jtof-m nr.v'.brtfilnanïiîtllo -fia^iud quot;nbsp;ƒ

[■'i/ . nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;r-'- 'MiU ■• :, Madia-«? eS?“ •■I’îF! )• ; • ■r-'bi’''l’V

•_,■lt;;.vyHb’üßW nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;x RKtiJ’, lyj/ hâv .nabi^'o-v' .' n'/crhod

q'.'-nf'd, nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;«lt;■lt;gt;ƒ’ b V;/ : !|.O(gt;i .' 777

•,^ ( /lç;;gt; gt;!{b ilt; ::7‘.’ «no nalsyàd 'jiw Uv , ^ahaJBîW : , •■ ''lt;• '•r naî:a7e nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;aib/ -?

ah bi; naii'. 1,, nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■■ •■■■*' ■?• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'7 ■:•

.■^ ,’'ir!cqlt;/i'■• r 'ï- na-ryi T jR»jl«stigt;îKBii n;; siabd

ht -7i-i--^-‘:. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■ . '' ' sifà:: xrf.U j' is^i. box) . ,

' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• ■' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;igt;' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;\ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;■gt; ■ .

' .4.1^gt;îa14-Z‘’p'j' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5rvi..;'.AVàta lt;)

, ajibouijoqH iad i’-i'' sô; :;r;rnrr;çij ’ nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;■'

-ocr page 13-

CATALOGUS

DER

ST. GREGORIUS-BIBLIOTHEEK.

Afdeeling I. — Muziek.

Serie 1. — Missen.

1. Allmen diger, Carl. (Opus 28) Missa in honorem S. Cneciliae ad 4 voces iuaequales, F. Pustet, Regensburg, 1900.
2. A n e r i o, J. F. Missa ,,brevis” ad 4 voc. inaequales. Zie ^epertoriwn Mtisicae sacrae I, fasc. I, F. Pustet , Regensburg , 1886.
3. A n e r i o. Missa //or le tue forze adopra^ (zie Mus. Dïv,\
4. A nerio. Missa pro defunctis (zie Mus^ Div,).

'). Arnfelser, Fr. Missa nona ad 3 voces inaequales (S. A. B.) cum organo ad libitum. F. Pustet , Regensburg.
G. Arnfelser, F r. (Opus 97) Missa secunda ad 3 voces inaequales (S. A. B.), org. ad libitum. F. Pustet, Regensburg. Kditio secunda, 1894.

7. Arnfelser, F r. Mis.sa Regina coeli.^ ad 3 voces aequa-les (T. 1, 2. B.) cum organo, Fr. Pustet , Regensburg , 1891.
8. A a o 1 a. Missa pro defunctis (zie Mus. Div.).
9. A s o 1 a. »To. Math. Missa Oetavi Toni, quatuor vocum parium (A. T. 1 et 2, B.) (zie Afzw. Div.).
10. A sola. Missa li Toni, 4 voc. (A. T. 1 et 2, B.) autographic.
11. A s o 1 a. Missa 2i Toni, 4 voc. (A. T. 1 et 2, B.) auto-graphie.
12. Beltieup, J os. ad S. Antonii in civitnte Roteroda-damensi chori magistro. Op. 12.5. Missa „Toni Phrygîi” in honorem Ss. Cordis Jesu. Ad quatuor voces inaequales (S. A. T. B.). Ratisbonae, Fr. Pustet, 1882.
13. Bel tj en s, J o s. Op. 127. Missa secunda in hou. S. Josephi, quatuor vocibus (A. T. B. 1, 2). Regensburg, Jozef Seiling.
14. Belt jen s, Jos. Op. 128. Missa tertia pro defunctis, ad voces aequales (T. et B. unisono) cum organo. Utrecht, Wed. V. Rossum, 1886. Tweede uitgave, 1902.
15. Belt Jens, Jos. Op. 130. Missa quarta, ad unam voceni in scala serica (sine mi et si) cauentem cum organo. Utrecht, Wed. v. Rossum, 1886. Vierde uitgave, 1903.
16. Bernabei, G. A. Missa für 4 St. (zie Lück Sammlung T B).
17. B c r n a b e i. Missa für 4 St. (zie Lück SammUing I, 8). 18. Bernabe i. Missa für 4 St. (zie Lück Sammlung I, 12). 19. Besouwen, W. H. van. Missa in honorem S. Lamberti ad TV voces viriles cum organo. Tilburgi, W. Bergmans.

20. Bill. Joh. (Opus 9) Missa soleinnis ad 4 voces aequales. F. Pustet, Regensburg, 1891,

21. Bill, Joh. (Opus 16) Missa in honorem B. M. V. sub titulo ,,refugium peccatorum” ad 1 vocem (vel 4 voc. inaequal.) cum organo. F. Pustet, Regensburg, 1894.
22. Bill, Hans. Missa in honorem B. M. V. sub titulo ,,auxilium christianorum” una voce cantanda. Für eine Singstimme mit Orgel. Op. 14. Regensburg, F. Pustet, 1893.
23. B i r k 1 e r, W., Professor in Fhingen a/D. Vocal-Messe für 4 Singstimmen, S. A. T. B. Gmünd, G. Schmid.
24. Bischoff, J. Chr. Missa Sancti Spiritus, ad 4 voces inaequales, organum ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1881.
25. B 1 i e d , J a c. (Opus 31) Missa in honorem S. Catharinae. Leichte Messe für dreist. Mannerchor. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1888.
26. Blied, J a c. Missa in honorem S. Gertrudis, ad quatuor voces organo comitante. Op. 40. Ratisbonae, F. Pustet, 1881.
27. Bots, G. L. Missa dominicalis ad tres voces aequales organo comitante. Ultrajeoti, vid. v. Rossum, 1903.
28. Bots, G. L. Missa Irevis ad tres voces inaequales (A. T. B.) cum organo. Tilburgi, W. Bergmans (1903).
29. Bots, G. L. Missa pro defunctis ad tres voces inaequales, cantus , tenor , bassus. Ultrajecti, vid. v. Rossum , 1900.
30. Bots, G. L. Missa in honorem B. M. V. ad quinque voces inaequales (S. A. T. B. I et 11). Bergen-op-Zoom, A. Verlindeu, 1902.
31. Bots, J. Missa in honorem S. Vincentii, ad tres voces aequales organo comitante. ’s Hertogenboseh, Henri Mosmans.
32. Bree, H. J. van. Missa unisono cum organo. Amste-lodami apud A. Roothaan, 1879.
33. Brück Im ay er, F. X. (Opus 8) Missa secunda ad 3 voces aequales comitante organo ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1890.
34. Cal dar a, A. Missa für 4 St. (zie Lück SammUing I, 10).
35. C a n n i c i a r i, P. Missa für 4 St. (zie Lück Sammlung,
36. C a n n i c i a r i. Missa für 4 St. (zie Lück Sammlung , 1,11).
37. Casali, G. B. Missa für 4 St. (zie Lück SamtnUmg, I, 13).
38. Casini, G. M. Missa für 4 St. (zie Lück Sammlung I. 4).
39. Casciolini, CI. Missa pro defunctis ad 4 voces inaequales. Graduale et Tractus von Lud. Grossi da Via-dana (zie Repertorium Musicae Sacrae, I, fasc. 3). F. Pustet, Regensburg.

-ocr page 14-

40. Casciolini, O. Missa für 3 St. (zie Lück Sammlung , I, 14).
41. Cohen, Car. Missa pro defuuctis cum Responsorio ..Libera’* ad 4 voces inacquales, IV trombonis ad libitum concineritibus. Op. 2. Ratisbonae, F. Pustet, 1885.
42. Cohen, C. Missa quarti toni ad tros voces inaequales (A.. T. B.) comitante organo ad libitum. Op. 1. Ratisbonae, F. Pustet, 1884.
43, Cru ce, J o a. Missa prima sexti toni, 5 vocum (zie ÄeperZortMT» Musicae Sacrae^ I, fa.sc. 4). F. Pustet, Regensburg.
44. Cru ce, J. M. Missa tertia octavi toni , 5 vocum (zie 'Repert. Aîus. Sacr, I, fasc. 9.
45. Cru ce, J. M. Missa secunda tertii Toni^ quinque vo-cibus descripta ; 2* Auflage. (Zie ÄejJcrZ. Mus. Sacr. II, fasc, 8).
46. Diebold, Joh. (Op. 14). Missa pro defunctis ad 4 voc. inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1882.
47. Diebold, Joh. (Op. 21). Missa „Ecce panis Angelorum” , ad 4 voces inaequales et organura ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1883.
48. Diebold, Joh. (Op. 66). Missa in hon. S. Joannis Baptistae, ad 4 voces inaequales (C. A. T. B.). F. Pustet, Regensburg, 1896
49. Ebner, Ludov. (Op. 8). Missa Jubilate Deo pro Soprano, Alto, Tenore et Basso comitante troraba iu B alto, tromba in Es, cornu alto et tuba ad libitum. F, Pustet, Regensburg, 1889.
50. Ebner, Ludov. (Op. 14), Missa in hon. S. Josephi ad 2 voces inaequales (Sopranum et Altum vel Tenorem et Bassum) comitante organo. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1897.
51. Ebner, Ludov. (Op. 20). Missa in hon. S. Cordis Jesu. Für Sopr. und Alt oder Tenor und Bas. 2eAufl. F. Pustet, Regensburg, 1899.
52. Ebner, Ludov. (Op. 23), Missa solemnis ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1893.
53. Ebner, Ludov. (Op. 26). Missa „Ave Mater ama-bilis”, ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensb. 1894.
54. Ebner, Ludov. (Op. 44), Missa in hon. Ss. Trini-tatis ad 3 voces aequales. F. Pustet, Regensburg, 1898.
55. Ebner, Lud. (Op. 55). Missa Laeientur coeli ad quinque voces inaequales. F. Pustet, Regensburg , 1899.
56. Eder, P. V i c t o r. (Op. 4), Missa in hon. B. M. V. „Matris ter amabilis”, ad 4 voces impares (S. A. T. B.). F. Pustet, Regensburg.
57. Elsen, J. van den, O. Praem. Mass in honor of St. Joseph , for two equal voices. Publisced by M, L. Nemmers, Milwaukee, Wise. (1903).
58. Eisen, J. van den, O. Praem. Mass in honor of the Blessed Virgin. Mary. For two equal voices. Mil-wankee, M. Nemmers (1904).
59. E 11, 0. Missa in F. VIII vocum in honorem S. Leonis II (S. A. Ï. und B. 2 chörig). Edita a Fr. Witt. F. Pustet, Regensburg.
60. Ett, C. Missa vocibus 4 concinenda. (Flieg. Blatter, 1876). F. Pustet, Regensburg.
61. Ett, C a s p. Modos musicos qui rem divinam comiteu-tur a Gaspare Ett inventos perfecit auxit in lucera pro-fert et Joanni Nepomuceno, Martyri, dedicavit Franciscus Witt. Ratisbonae, F, Pustet, 1900. Missa VTII vocum.
62. Filke, M. (Op. 11). Missa brevis ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1890.

63. Fischer, P. Cl., O.S.B, (Op. 1). Missa brevis pro defuuctis, 4 vocibus imparibus concinenda F. Pustet, Regensburg, 1881.
64. Franssen, E. J. Missa iu honorem 8. Petri, Tilburgi, W. Bergmans. 3-st. mannenkoor met orgel.
65. Franssen, E. J. Missa Te Deum Daudamus^ ad tres voces aequales cum organo ad libitum. Tilburgi, W. Bergmans, 1903.
66. Gabrieli, Andr. Missa : nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(^Drevis). (Zie Mus.

Din.').

67. Gabrieli, Andr. Missa Pater peccani. (Zie Mus. Die.).
68. Galuppi, Bald. Missa für 4 St. (Zie Lück Samih-lung).
69. Greith, C. (Op. 5). Dritte Choral-Messe für 4 gem. Stimmen cum organo. F. Pustet, Regensburg, 1868. (Zie Mus. Sarc^.
70. Greith, C. (Op. 13). Driestimmige Messe für Sopran, Alt und Bass nebst nicht obligatem Tenor mit Begleitung von 2 Violinen, Cello, Kontrabass, 2 Ilörnern und Orgel. F. Pustet, Regensburg, 1871.
71. Greith, C. (Op. 16). Missa in honorem S. Josephi, ad 4 voces impares , comitantibus , 2 Violinis , Viola , Bassis, Organo, Flauto, 2 Oboe, 2 Cornibus , 2 Clarinis et 3 Trombonis cum Tympauis ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1871.
72. G r e i t h , C. (Op. 35). Missa ,.Solemnis” für Sopran, Alt, Tenor und Bass mit Begleitung von 2 Violinen , Viola, Violoncello, Kontrabass, 2 Obven, 2 Hörnern und orgel. F. Pustet, Kegensburg.
73. Griesbach er, P. (Op. 34). Missa in hon. S. Josephi, ad 4 voces aequales. F, Pustet, Regensburg, 1899.
74. Griesbacher, P. (Op. 50). Missa 2 vocibus aequa-libus concinenda comitante organo. F. Puamp;tet, Regensburg, 1901.
75. G ries bâcher, P. (Op. 54). Missa pro defunctis, 2 vocibus inaequalibus concinenda. F. Pustet, Regensburg, 1902.
76. Groiss, Jos. Missa in hon. S. Patris Joseph una cum offertorio pro ejusdem Festo ,,Veritas mea” pro una voce et organo. Dritte Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1900.
77. Gruber, Jos. (Op. 83). Missa in hon. S. Thomae de Aquino ad 7 voces. Cant. I, IT , Alt, Ten. I , II, Bas I, II, comitante organo, F. Pustet, Regensb., 1896.
78. G r ub er sk i , E ug. Missa in honorem S. Sigismundi, ad 4 voces aequales (viriles) comitante organo. F. Pustet, Regensburg , 1898.
79. H a e in e 1, A. (Op. 10). Missa in honorem S. Francisci Xaverii, ad 4 voces viriles. F. Pustet, Regensb., 1896.
80. Haller, Mich. Missa tertia. Für 2 Singstimmen. Uitgave in cijfers. Bozen (Tirol), M. Tratther.
81. Haller, Mich. (Op. ^b). Missa tertia B, ad 4 voces inaequales organo comitante. Vierte Auflage, F. Pustet, Regensburg, 1902.
82. Haller, Mich. (Op. 8ö). Missa quarta B, ad 4 voces inaequales cum organo. F. Pustet, Regensburg, 1896.
83. Haller, Mich. (Op. IX). Missa quinta „Requiem”, ad duas voces aequales cum organo. Ratisbonae, F. Pustet, 1877.
84. Haller, Mich. Responsorium Libera me Domine^ ad duas voces aequales cum organo. Supplemeutum ad Mis-sam quintam (Op. IX). Ratisbonae, F. Pustet, 1900.
85. Haller, Mich. Missa quinta ,,Requiem”, quam ad 4 voces inaequales cum organo accommodavit et Sequentia ,,Dies irae” et Responsorie ,»Libéra me” supplevit J. Jet-tinger. F. Pustet, Regensburg, 1893.

-ocr page 15-

86. Haller. Mich. (Op. G). Missa Assumpta esi^ ad 4 Toces aequales organo vel trombonis comitantibus. Editio tertia. Katisbonae, E. Pustet, 1895.
87. Hailer, Mich. (Op. 13). Missa sexta , ad 3 voces pares cum organo comitante. Ratishonae, J. G-. Boesse-necker.
88. Haller, Mich. (Opus 13ó). Missa sexta ad IV voces inaequales organo comitante, Raiisbonae, Alfred Coppen-rath, 1886.
89. Haller, Mich. (Op. 19). Missa septima in hon. S. Cunegundis, Imp. Virg ad IV voces inaequales. Ratia-bonae, F. Pustet, 1879.
90. Haller, Mich. (Op. 22). Missa nona ,,O quam sua-vis est ad IV voces inaequales. Ratishonae, F, Pustet, 1880.
91. Haller, Mich. (Op. 24). Missa undecima in honorem S. Henrici , Imperatoris Conf., ad quinque voces. Ratishonae, F. Pustet, 1881.
92. Haller, Mich. (Op. 25). Missa solemnis septimi toni ad sex voces. Ratishonae, F. Pustet, 1883.
93. Haller, Mich. (Op. 27a). Missa duodecima. Editio A. ad 4 voces (C. 1 et 2, A. B.). F. Pustet , Regensburg, 1884.
94. Haller, Mich. (Op. 27ö). Missa duodecima. Editio B. ad 4 voces (C. A, Ï. B.). Katisbonae, F. Pustet, 1884. Zweite Auflage, 1897.
95. Haller, Mich. (Op. 41). Missa décima quarta ad IV voces inaequales. Vierzehnte Messe für vierstimmigen gemischten Chor. Regensburg, Alfred Coppenrath. (H. Pawelek).
96. Haller, Mich. (Op. 31). Missa tertia décima quam in hon. S. Ursulae , V. et M., ad IV voces inaequales composuit. Regensburg, Alfred Coppenrath, 1886.
97. Haller, Mich. (Op. 65). Missa septima décima in honorem B. M. V. ad veterem capellam. Ratishonae ad 5 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1896.
98. Haller, Mich. (Op. 69ö). Missa XVIII in honorem S. Maximi, Ep. et Conf., ad 3 voces aequales. Ratis-bonae, F. Pustet, 1898.
99. Haller, Mich. (Op. 71). Missa XIX, 5 vocum in hon. S. Michaelis Arch., für Sopran, Alt, Tenor, Bariton und Bass. F. Pustet, Regensburg, 1898.
100. Hamm, O. Missa tribus vocibus aequalibus concinente organo composita a ..... editio tertia. Ultrajecti vid.

J. V. Rossum, 1900.

101. Hasler, J. Leo. Missa aecunda ad 4 voces inaequales. Ex codicihus originalihus in partitionem redegit Dr. F. X. Witt. Zweite Auflage. F. Pustet , Regensburg, 1882.
102. H a 8 1 e r. Missa Dixit Maria» (Zie Mits^ Dir»),
103. Hasler. Missa octo vocum. (Zie Mus, Dir.).
104. Hasler. Missa quatuor vocum. (Zie Mus. Dir.).
105. Hekking, Raym., Ord. Praem. Missa prima ad 2 voces aequales concinente organo vel harmonio. Amste-lodami, A. Roothaan, 1880. Editio secunda Ultrajecti, vid. V. Rossum, 1898.
106. Jansen, W. P. H. Missa in honorem S. Antonii de Padua, duabus vocibus inaequalibus comitante organo decantanda, Opus 21. I'ltrajecti vid. v. Rossum, 1896.
107. Jaspers, C. Mt^sa I. (brevis) in honorem B. M. V. Consolatricis Afflictorum. Vierstimmige Messe für Cantus, Alt, Tenor und Basa. Dritte Auflage. F. Pustet, Regensburg.

108. Jaspers, C. (Op. 3). Missa II in honorem B. M. V. de perpetuo succurau. Vierstimmige Messe für Sopran, Alt, Tenor und Bass. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1882.
109. Jaspers, C. Missa tertia. Messe zu Ehren des H. Joseph , des Patrons der H. Kirche. Für 4 Männerstimmen (um eine kleine Terz erhöht auch für 3 Männerstimmen und 1 Knabenatimm brauchbar). Op. VII Munstei' i/W. Heinrich Schöningh.
110. Kaim, A. (Op. 5). Missa Jesu Redemptor ad 4 voces inaequales cum organo ad libitum. Achte Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1897.
111. Kaim, A. (Op. 9). Missa in honorem S. Henrici, ad 4 voces inaequales (S. A. T. B.). 3® Auflage. F. Pustet, Regensburg.
112. Kaim, Adolf. (Op. VITI). Missa Sanctae Annae, vocal-Messe für 4 gemischten Stimmen, S. A. T. B. Ravensburg, Verlag der Dorn’schen Buchhandlung, 1875.
113. Kehrer, Jodoc. Missa pro defunctis quatuor vocibus inaequalibus eantanda. F. Pustet, Regensb., 1901.
114. Kehrer, J. Missa secunda pro defunctis cum resp. Libera , 4 vocibus inaequalibus eantanda. F. Pustet, Regensburg , 1902.
115. Ker 11, Jo a. K a s p. Missa pro defunctis, 5 voc. (C, A. T. 1 et 2. B.). Autographie.
116. Koenen, Fr. Missa super O du verwundeter Jesu mein., 4 vocibus iniparibus eantanda. F. Pustet, Regensb.
117. Koenen, Fr. Messe für dreistimmigen Männerchor, Tenor, Bariton, (2 Tenor) und Bass mit obligater Orgel-hegleitung. Coin amp;nbsp;Neuss, L. Schwann, 1876.
118. Koenen, Fr. Missa octavi toni. Vierstimmige Messe für S. A. T. und B. Münster , 1872. Theissing’sche Buchhandlung.
119. Koenen, Fr. Missa in hon. Ss. Trium Regum. Dus-seldorpii, L. Schwann, 1880. (S. A. T. B.).
120. Koenen, Henr. ([• 1865). Missa Tota pulcJira es Maria., 4 voc. imparibus eantanda. F. Pustet, Regensburg.
121. Kohler, Aloys. (Op. 1). Missa prima, für 4 gemischte Stimmen. F. Pustet, Regensburg, 1898.
122. Kohler, Al. (Op. 3). Missa pro defunctis. Ad tres voces aequales cum organo. F. Pustet, Regensb., 1899.
123. Kohler, Al. (Op. 6). Missa quarta. Ad quinque ■ voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1900.
124. Lans, M ich. J. A. Missa in hon. Nativitatis Domini, quatuor vocibus (Alto, Tenori, duobus Bassis) comitante organo concinenda. F. Pustet, Regensburg, 1879,
125. Löbmann, Jos. (Op. 9), Missa in hon. S. Mathil-die, ad 4 voces inaequales cum organo ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1888.
126. L ö h 1 e, A., (Rector chori Biberacensis). Missa solemnis in honorem S. Augustin!, ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1890.
127. Löh le, A. (Op. 4). Missa in honorem S. Caeciliae, ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1893.
128. Löh le, A. Missa in honorem B. M. Virginis, ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1891.
129. Löhle, A. Missa de Requiem, 4 vocibus (S. A. T. ß). cantandum. F. Pustet, Regensburg, 1889.
130. Lotti. Missa Mod. XI, jonieus transpos. (Zie J/ms. Dir.),
131. Lotti. Missa für 3 St, (Zie Lück. Sammlung, I, 1).
132. Lotti. Missa für 4 Stimmen. (Zie Lück. Sammlung, 1,3).

-ocr page 16-

133. Lotti, Missa für 4 St. (Zie Lück. Sammlung^ I, 5).
134. Lotti, Miasa für 4 St. (Zie Lück. Sammlung^ I, 7).
135. Lotti. Miasa pro defunctis, für 4 St. (Zie Lück. Sammlung, T, 16).
136. Lück, Stephan., (Domcapitular in Trier). Sammlung ausgezeichneter Compositionen für die Kirche. Trier, 1859. Leiatenschneidersche Buchdruckerei.

Band I.

1. Lotti, A. Missa für 3 St, (T. 1 et 2. B.),
2. Galuppi, Bald. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
3. Lotti, A. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
4. Casini, G. M. Missa für 4 St. (S. A.T. B.).
5. Lotti, A. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
6. B e 1' 11 a b e i, G. A. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
7. Lotti, A. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
8. B e r n a b e i, G. A. Alissa für 4 St. (S. Ä. T. B.).
9. C a n n i c i a r i, P, nbsp;Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
10. Cal dar a, A. Missa für 4 St. (S. A.T. B.).
11. Canniciari, P. nbsp;Alissa für 4 St. (S. A. T. B.).
12. B e r n a b e i, G. A. Missa für 4 St. (S. A. T. B.).
13. Casali, G. B. Missa für 4 St. (8. A. T. B.).
14. C a 3 c i o 1 i n i , C. Missa für 3 St. (S. 1, 2. A.).
15. Palestrina. Missa Papae Alarcelli, 6 St.
16. Lotti, A. Missa pro defunctis, für 4 St.

(3. A. T. B.)

137. Al a a s, Thom., director chori S. Alphonsi, Busco-duci. Missa brevis ad quatuor voces aequales et orga-num. Op 2. Ratisbonne, F. Pustet, 1888.
138. M e t t e n 1 e i t e r, B. Preis-Messe für Allo, Tenor und zwei Ba.sse mit obligater Orgelbegleitung. Luxemburg, V. Bück, 1867.
139. Mitterer, I g n. (Op. 18). Alissa in laudem et ado-rationem Sa. Nominis Jesu. Ad chorum 2 vocum viri-lium concinente orgnno. Editio quarta, 1882; Editio quinta, 1903. F. Pustet, Regensburg.
140. Al itterer, Ign. (Op. 24). Alissa festiva in honorem S. Caroli Borromaei, 4 vocibus inaequalibus (C. A. T. B.) organo coniilante cantanda. 3e Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1901.
141 Al itterer, Ign. (Op. 25). Alissa dominicalis prima quam ad 3 vel 4 voces inaequales (C. A. B. et T. ad libit.) organo concinente coraposuit. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1894.
142. AI i 11 e r e r , Ign. (Op. 30). Missa de ascensione Domini, ad 5 voeês inaequales composita. F. Pustet, Regensburg , 1884.
143. Mitterer, Ign. Alissa pro defunctis ad 3 voces inaequales (A. T. et B.) cum organo. F. Pustet, Regensburg, 1882.
144. AI itterer, Ign. Alissa octavi toni ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1885.
145. AI itterer, Ign. Alissa primi toni ad 4 voces inaequales. Regensburg, Josef Seiling, (1883).
146. AI itterer, Ign. Missa de Nativitate D. N. J. dir. ad sex voces inaequales. Rafisbonae, F. Pustet, 1882.
147. AI itterer, Ign. Missa in hon. S. Caeciliae, ad IV voces inaequales, cum organo ad libitum. Regensburg, J. G. Bösseneker. Uitgave der Afuaica ecclesiasiica van den Caecilien-Verein der Diözese Brixen. VI Jg.
148. Aloiitor, J. B. (Op. 11). Alissa Tota pulchra es Maria , ad 4 voces inaequales cum organo ad libitum. F. Pustet, Regensburg.
149. Molitor. J. B. (Op. 14). Alissa Jiora^e coeli, ad 1 voc. cum organo. Editio novissima. F. Pustet, Regensburg , 1902.

150. Moli (or, J. B. (Op. 32). Alissa in hon. S. Joannis Baptistae, Praecursoris Domini, ad 4 voces aequales. F. Pustet, Regensburg, 1898.
151. Musica Divina sive thesaurus coucentuum selectissirao-rum omni Cultui Divino totius anni juxta ritum S. Ecclesiae Cath, inservientium, ab excell. superioris aevi Älusicis numeris harmonicis compositorum. Quos e co-dicibus originalibus tum editis quam non editis accur. in partitionem redactos ad instaurandura polyphoniam vere ecclesiasticam publice offert Carolus Proske.

Annus Primus, Harmonias IV vocum continens.

Tomus I. Liber Missarum. Ratisbouae, F. Pustet, 1853.

1. Palestrina. Alissa Prévis,

^2 . nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» nbsp;nbsp;Tste Confessor.
3. — nbsp;nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» nbsp;nbsp;Dies sanctificatus.
4. Orland US Lassus. Missa Octavi Toni.
5. — nbsp;nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;* ad imitationem mo

duli : Puisque fay perdu.

6. Vittoria. Missa C^uarti Toni.
7. Gabrieli. Alissa ( Drevis),
8. II a 8 1 e r. Mis.sa Dixit Maria.
9. Piton i. Missa in Nativitate D. N.
10. Lotti. Alissa (Mod. XT. Jonicus transpos.).
11. A s 0 1 a. Alissa Pro defunctis.
12 P i t o n i. Alissa Pro defunctis.

Tweede Pditie, 1884. Met de volgende veranderingen.

3. Palestrina. Missa Sine nomine,
4. — nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;quot;nbsp;Lauda Sion.
5. — nbsp;nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;J este nostra Redemptio.

9. O r 1 a n d u s Lassus. Missa Q,uinti Toni.
10. — nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;— nbsp;nbsp;nbsp;Missa Laudate Dominum

de coelis.

12. Auctor incertus. Alissa pro defunctis.

Selectus novus Missarum praest. superioris aevi Aucto-rum juxta codices originales tum manuscriptos tum impresses editarum a Carolo Prosko, Ratisbonae, F. Pustet, 1855.

Tomus I. — Pars la.

1. Palestrina. Missa Peni sponsa Cttristi, 4 voc.
2. Anerio Fel. Missa Uor le tue forze adopra 4 vocum.
3. Orlandus Lassus. Alissa Q,ual dona, 5 voc.
4. Palestrina. Missa Assumpta est, 6 vocum.

Pars 2a. 5. Vittoria. Missa Simile est regnum coelo-rum, 4 voc.

6. Vittoria. Missa Pidi speciosam, 6 vocum.
7. Soriano. Alissa Super voces musicales, 6 vocum.
8. Hasler, Leo. Missa octo vocum.

Tomus II. (18()1).

Pars la. 9. Vittoria. Missa O quam gloriositm, 4 voc. 10. Paciotti. Alissa Si bona suscepimus, 5 vocum.

11. Orlandus Lassus. Missa super In die tribu -lationis, 5 vocum.
12, Palestrina. Missa Dum complerentur, 6 voc.

Pars 2a, 13. Soriano. Missa Nos autem gloriari, 4 voc.

14. Vittoria. Missa Trahe me post te, .5 voc.
15. Gabrieli, A n d r. Atissa Pater peccavi,
16. Vecchi, Orazio. Missa Pro defunctis, octo vocum.

Musica Divina etc. Annus secundus. Harmonias IV, V et VI vocum continens. Ratisbonae, F. Pustet.

-ocr page 17-

Tomiis I.

1. A sol a, Jo. Mat til. Missa Octavi Toni, quatuor vocum parium (A. T. 1 et 2, B.) (1865).
2. A 11 erio, îr. Missa Pro defuuctis, quateruis vo-cibus. (C. A. T. B.). (1865).
3. Hasler, J. Leon. Missa o uatuor vocum (C. A.

T. B.) (1865).

4. Palestrina. Missa T’a es Petrus, sex vocum (C. 1 et 2, A. T. Barit. B.) (1869).
5. Vittoria. Missa pro defuuctis, sex vocum (C. 1 et 2, A. T. 1 et 2, B.) (1874).
6. Palestrina. Missa Ascendo ad Patrem, quinque vocum (C. A. T. 1 et 2, B.) (1874).
7. Palestrina. Missa Papae Marcelli, sex vocum (C. A. T. 1 et 2, B. 1 et 2). (1876).
8. Palestrina. Missa Aeterna Christi munera, quatuor vocum. (1877).

152. Nied hammer, Jos. Missa in honorem B. M. V. Patroiiae Bavariae, 4 vocibus inaequalibus cantanda. F. Pustet, Regensburg, 1890.
153. Nied hammer, Jos. Missa in honorem S. Georgii, voo. inaequalibus cantanda (S. A. T. B.) sine organo. F. Pustet, Regensburg, 1891.
154. Nied hammer, Jos. Missa in honorem S. Pirmiuii, 4voc. impar. (S. A. T. B.) cantanda. Op. 6. F. Pustet, Regensburg, 1892.
155. Nied hammer, Jos. (Op. 17). Missa Jubilaei so-lemnis ad 4 voces inaequales a capella. F. Pustet, Regensburg, 1903.
156. Orlandus Lassus. Missa Octavi Toni (zie Mus. Div. en Pepert. Mus. Sacr. Tom. I, fase. 7).
157. Orlandus Lassus. Missa ad imitationem moduli : Puisque fay perdu, (zie Mus. Div.'j.
158. Orlandus Lassus. Missa Puisque j’ai perdu, ad 4 voces inaequales. Usui practice magis accommodavit Ign. Mitterer. (Zie Peperiorium Mus. Sacr. I, fasc. 7).
159. Oriandue Laas u 8. Missa nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Toni (zie

Div,'),

160. Oriandus Lassus. Missa Lauûate Dnm de coelis (zie Mus, Div.).

Kjl. Ori andus Lassus. Missa Q,ual donna (zie Mus, Div.).

162. 0 rlan dus Lassus. Missa super In die tribula-tionis (zie Mus. Div.).

Pacciolti. Missa Si bona accepimus (zie Mus. Div.), 164. Palestrina, Pierluigi. Werke. (32 deelen). Druck u. Verlag von Breitkopf amp;nbsp;Härtel in Leipzig. 1862—1892.

Tom. I—III, liber Motettorum, edidit Theod. de Witt.

- IV—VII, liber Motettorum, edidit Franc. Espagne.
• VIII, liber Hymnorum, edidit F, Espagne.
• IX—XXXII, edidit Dr. F. X. Haberl.
' IX, Offertoria totius anni.
quot; X—XXIV, libri Missarum.
quot; XXV, libri tres Lamentationum.
quot; XXVI, libri tres Litaniarum.
quot; XXVII, libri duo cantici ,,Magnificat”.
quot; XXVIII, libri duo Madrigalium, 4 voc.
quot; XXIX, libri duo Madrigalium, 5 voc.
» XXX, Nachtrag I.
- XXXI, Nachtrag II.
» XXXII, Nachtrag III.

Palestrina. Miasa irevis (zie Mus. Div.).

^*^6. Palestrina. • Iste confessor (zie Mus. Div.).

Palestrina. » Dies sanctificatus (zie Mus. Div.).

168. Palestrina. Missa Sine nomine nbsp;nbsp;nbsp;(zie Mus. Div,).

169. Palestrina. nbsp;nbsp;» Lauda Sion nbsp;nbsp;nbsp;(zie »

170. Palestrina. - Jesu nostra Pedemptio (zie Afas. Div.).

171. Palestrina. Missa Peni sponsa Christi (zie Mus. Div.), 172. Palestrina. nbsp;» nbsp;nbsp;Assumpta est nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(zie « nbsp;nbsp;»

173. Palestrina. nbsp;» nbsp;Dum compUrentur nbsp;nbsp;„ nbsp;.

174. Palestri n a. nbsp;. nbsp;nbsp;Tu es Petrus nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(zie » nbsp;nbsp;»

175. Palestrina. nbsp;- nbsp;Ascendo ad Patrem (zie . nbsp;nbsp;»

176. Palestrina. nbsp;• nbsp;Papae Marcelli nbsp;nbsp;(zie „

en Lück Sammlung, I, 15).

m, Palestrina. Missa Aeterna Christi munera (zie A/«s. Div,),

178. Palestrina. Missa Bodie Christus natus est, octo vocibus concinenda, edidit Fr. Witt, Ratisbonae, F. Pustet, 1871.
179. Palestrina. Missa O rex gloriae, S. A. T. B., manuscript één ters hooger getransponeerd.
180. P alestrina. Missa Ecce ego Joannes, 6 voc. (S. A. T. 1 et 2, Bar. B.). Stimmen nach der Gesamtausgabe. Leipzig , Breitkopf amp;nbsp;Härtel.
181. Palestrina, Pierluigi da, in moderner Notation unter Zusammenziehung auf zwei Liniensysteme. Zehn ausgewählte vierstemmige Messen, bearbeitet von Hermann Baüerle. Op. 25. Im Selbstverlag, Regensburg, 1903.

1. Missa Aeterna Christi munera,
2. » nbsp;nbsp;Brevis,
3. quot;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Dies sanctificatus,
4. » nbsp;nbsp;Emendemus,
5. » nbsp;nbsp;Jesu nostra redemptio,
6. » nbsp;nbsp;Iste Confessor.

1. « nbsp;nbsp;Lauda Sion.
8. quot;nbsp;nbsp;nbsp;Sine nomine Ï (X toni).
9. - nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„ nbsp;nbsp;nbsp;■ - II (IV toni).
10. • Veni sponsa Christi.

182. Palestrina. Messe für die Verstorbenen (Missa de requiem) nebst den Responsorium Libera me. In der heutigen Schreibweise herausgegeben und mit einer erklärenden Einleitung versehen von Joh. Gottfried Ferrenberg. Köln und Bonn , Verlag von J. M. Heberle. (H. Lempertz), 1853.
183. Perosi, Laurentius, in Basilica divi Marei Venetiis Musicae rector. Missa in hon. Beati Ambrosii quam composuit ad 2 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1895.
184. Piel, P. Op. 12. Messe Stella matutina, Ausführbar durch A. T. amp;nbsp;2 Bässe, oder S. A. T. B., oder 2 Tenöre en 2 Bässe. Cöln en Neuss, L. Schann’sohe Verlagshandlung, 1877.
185. Piel, P. Op. 24. Missa in honorem S. Sacramenti. Messe für dreistimmigen Frauen-oder Kinderchor, respective Männenchor. Düsseldorf, L. Schwann.
186. Piel, P. Op. 19. Missa in hon. S. Joannis Bapt. ad quatuor voces acquales. Duesseldorpii, L Schwann.
187. Piel, P. Op. 25. Missa in honorem Ss. Cordis Jesu. Messe für dreistimmigen Frauen-oder Kinderchor resp. Männerchor (mit Orgelbegleitung ad libitum). Düsseldorf, L. Schwann.
188. Piel, P. Messe O quam amabilis es, bone Jesu, für Alt, ilenor und 2 Bässe. Op. 9. Coeln en Neuss, L. Schwann’sche Verlagshandlung, 1875.

-ocr page 18-

189. P i 11 a n d Jos. Leichte Messe für gemischten Chor oder für Sopr. und Alt mit Orgelhegleitung. Op. 16. Eegensburg, Joh Manz, 1883.
190. Pitoni. Missa In Nativitate D. N. (zie Was. Diu.)
191. Pitoni. Missa pro defunctis, (zie Sfus. Div.) Ponten, A. Eccl. S. Willhr. Ultrnj. ohori magistr. Missa in honorem S. Familiae J. M. J. Ultrajeoti, vid. V. Rossum. 1900.

193. Ponten, A. Missa in honorem S. Williirordi ad quatuor voces aequales cum organo. Op. 2, Ultrajeoti, vid. V. Rossum, 1901,
194. Ponten, J. S. in civitate Zwollensi ohori magistr. Missa in honorem S. Silvestri ad tres voces (A. T. B.) comitante organo, Zwollae, J. M. Waanders.
195, Quadflieg, Jao. Missa in honorem S, Jacobi super: c, es, f, g, as, für 4-st gemischten Chor mit obligater Orgelbegleitung, Op, 4, Katisbonae, Fr, Pustet, 1894,
196, Quadflieg, Jac, Missa in hon, S. Laurentii ad 4 voces iuaequales, Op, 7, Ratisbonae, F, Pustet, 1896.
197. Rathgeber, Georg. (Op. 14.) Missa pro defunctis, für vierstimmigen Männerchor, F. Pustet, Regensburg, 1897.
198. Rathgeber, Georg. (Op. 16.) Missa in honorem S. .losephi ad 3 voces aequales vel inaequeles (T. I en II B. vel S. I en II A.) oder A. T. B. F. Pustet, Regensburg, 1897.
199. Renner, Jos. Sen. (Op. 31,) Missa tertia ad 4 voces pares mit nicht obligater Orgel- oder 4-stimmiger Blechbegleitung (Tromba, Alto in C, Flügelhorn, Althorn, Posaune), F. Pustet. Regensburg, 1886.
200. Renner, Jos. Sen., (Op. 32.) Missa quarta ad 4 voces (Oberquartett). Mit nicht obligater Orgel- oder 4-stimmiger Blechmusik, F. Pustet, Regensburg, 1886.
201. Renner Jos. Jun. Missa in hon. S. Petri Apost. ad duas voces organo comitante. Op. 2. Ratisbonae, F. Pustet, 1887.
202. Repertorium Musicae S acr se ex auctoribus saeculi XVI et XVII collectum et redactum a Dr. F. X. Häberl. Regensburg, F. Pustet, 1886 et sequ.

Tom. I, fase. 1. A n e r i o. Missa brevis, 4 vocum.

3. C a s c i 0 1 i n i. Missa pro defunctis, 4 vocum,
4. Cru ce. Missa prima sexti toni, 5 vocum.
5. V i a d a n a. Missa Canfabo Domino, 4 vocum.

7. Orlando di Lasso. Missa VIII toni Puisque j'ai perdu.

9. Croce. Missa tertia octavi toni, 5 vocum.

Tom. II, fase. 2. Palestrina. Missa O admirabile commercium. 5 vocum.

8, C r u c e. Missa secunda tertii toni, 5 vocum.

203. Reyniers, W. J. Organist der parochiekerk van den II. Dionysius te Tilburg. Missa pro defunctis duabus (et tribus) vocibus aequalibus concinente organo com-posuit . . . Tilburgi, W. Bergmaus.
204. S c h a i k , J. A. S. van. (Op. 1). Missa Oloria in excelsis tribus vocibus inaequalibus (Alto, Tenori et Basso) concinente organo, Ultrajeoti, vid. v. Rossum, 1902. Editio secunda, 1903.
205. Schalk, J. A. S. van (Op. 3.) Missa Gaudeamus tribus vocibus aequalibus cum organo Ultrajeoti, vid. T. Rossum, 1895.
206. Schaller, F. (Op. 1.) Missa Hodie Christus natus est pro Cantu vel Tenore, Alto vel Baritone (Basso ad libitum) cum organo. Dritte Auflage, F. Pustet, Regensburg, 1877.

207. Schaller, F. (Op. 12.) Missa solemnis, in tono V transposito, ad 4 voces inaequale.s. F. Pustet, Regensburg, 1877.
208. Schaller F. Missa Jesu corona Pirginum in hon. Beatae Margaritae Mariae Alacoque, 3 vocum parium comitante organo vol harmonic. F. Pustet, Regensburg.
209. Schaller, F. (Op. 47.) Missa in honorem S. Ferdi-nandi, 4 vocibus imparibus concinenda. F. Pustet, Regensburg, 1883.
210. Schildknecht, Jos. (Op. 5.) Missa in laudem et adorationem Ss. Cordis Jesu. Herz-Jesu Messe für Tenor, Bariton und Bass mit Orgelbegleitung, dritte Auflage, 1897. F. Pustet, Regensburg.
211. Schildknecht, Jos. Missa in honorem S. Palris Josephi 2 vocibus virilibus cautanda, comitande organo, 2 Aufl. 1900. F. Pustet, Regensburg.
212. Schildknecht, Jos. (Op. 25). Missa pro defunctis ad 4 voces inaequales organo comitante ad libitum. Requiem mit Libera für 4 stimmigen gemischten Chor mit oder ohne Orgelhegleitung. F. Pustet, Regensburg, 1894.
213. Schmidt, Friedr. Domchordirector zu Münster, Missa brevis in honorem S. Ludgeri. Vierstimmige Messe für Alt, Tenor und zwei Bässe. Zweite Auflage. .Munster, 1880, Theissing’sche Buchhandlung.
214. Schmidtkonz, Max. Missa Veni sponsa Christi für 4 Männerstimmen. F. Pustet, Regensburg, 1898.
215. Schweitzer, Joh. Missa in honorem Ss. Angclorum Custodum. Schutzengel-Messe für Sopran und Alt (Bass und Tenor ad lib). mit Begleitung der Orgel. Op. 27. Freiburg. Br. Herder’sche Verlagshandlung.
216. Schweitzer Joh. Missa in honorem Ss. Infantis Jesu. Kind-Jesu-Messe für Sopr. und Alt (Bass und Tenor ad lib.) mit Begleitung der Orgel. Op. 26. Zweite Auflage. Freiburg i. Br. Herder’sche Verlagshandlung.
217. Singenberger, Joh. Missa in honorem S. Caeci-liae ad 4 voces inaequales cum organo. Dritte Aullage. F. Pustet, Regensburg, 1900.
218. Singenberger, Joh. Missa in honorem Purissimi Cordis B. M. V., pro 2 vel 3 voc. (Basse ad libitum). Organo comitante. 4 Aufl. F. Pustet, 1899.
219. Singenberger, Joh. Missa in honorem S. Familiae Jesu, Mariae, Joseph, Messe zu Ehre der hl, Familie, Ausgabe A, für 3 Männerstimmen (2 Tenöre u, Bass) mit Orgelbegleitung, F, Pustet, Regensburg, 1898,
220, Singenberger, Joh, Missa in honorem S, Familiae Jesu, Mariae, Joseph, Ausgabe B, für 3 Oberstimmen (2 Soprane en Alt) mit Orgelbegleitung, F, Pustet, Regensburg, 1898,
221, Singenberger, Joh, Missa in hon. S. Familiae Jesu, Mariae, Joseph. Ausgabe C, für 4 gemischten Stimmen mit Orgelbegleitung. F. Pustet, Regensburg, 1898.
222. Singenberger, Joh. Missa in honorem S. Spiritus , 2 vocum (Sopr. u. Alt, Tenor oder Bass ad libitum). Sehr leichte Messe zu Ehren des heil. Geistes für 2 Kiuderstimmen (auch für 3 oder 4 gemischte Stimmen ausführbar). 2 Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1898.
223. Singenberger, Joh. Missa brevis in honorem S. Stanislai. Für 2 Tenöre u. 1 Bass. Vierte Auflage, F. Pustet, Regensburg, 1901.
224. Singenberger, Joh. Missa in hon. St. Aloysii for two or three voices (Third voice ad libitum. Dayton, Ohio), J. Fischer amp;nbsp;Bro.

-ocr page 19-

225. Singenberger, J. Missa pro defunetis. (Requiem-Mass) for two voices and organ (or Melodeon), Bas ad libitum. (May also be sung in unison). New-York , J. Fiscber amp;nbsp;Bro. 1876.
226. Sinzig, P. P. O.F.M. Op. 7. Missa in bon. S. Joseph, ad 1res voces aequales. Cum superioruni lieentia. F. Pustet, Regensburg, 1903.
227. Smit, W. A. Missa in honorem S. Mariae vocibus virilibus eomitante organo caneuda. Amstelodami apud A. Roothaan, 1876. Editio 2a, 1879.
228. Smit, W. A. Missa in honorera S. Joseph! in diatonischen stijl geschreven, éénstemmig met orgelbegeleiding door...... A. Roothaan, Amsterdam. (1884).
229. Smit. W. A. Missa u“ 4 unisono comitante orgauo canenda. Amstelodami apud J. Beerdonk,
230. S u r i a n o. Missa super voces musicales (zie Mus. Div.).
231. S u r i a n o. Missa N'as auiem gïoTiari (zie Mus. Div.'j.
232. Stattler, Paul. Missa ad quatuor voces inaequales. Op. 8. Regensburg, Jos. Seiling. (1883).
233. Stehle, J. G. Ed. (Op. 51). Missa Alma lîedempto-ris Mater, in honorem B. M. V. de Lourdes : Leichte Messe für Sopran und Alt mit Orgelbegleitung. (Tenor und Bass nicht obligat). Dritte Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1893.
234. Stehle, J. G. Ed. (Op. 56). Missa Hegina coeli, (kurz und leicht ausführbar) für Sopran und Alt mit Begleitung der Orgel obligat, Tenor und Bass ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1898.
235. Stehle, G. E. Preis-Messe Salve Regina, für Sopr. und Alt (obligat), Tenor und Bass (ad lib.) und Begleitung der Orgel. Zweite Auflage. Regensburg, F. Pustet, 1875.
236. S u r z y n s k i, Jos. (Op. 15). Missa in hon. S. Tere-sine ad 2 voces aequales organo coraitaute. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1892.
237. Tappert, H. Missa in honorem Angelorum custodum ad 2 voces aequales cum organo. F. Pustet, Regensburg, 1899.

2381 Thielen, P. H. (Op. 25.) Missa festiva in honorem Ss. Apostolorum Petri et Pauli 8 vooibus comitante organo contanda, (chor I; C. A. T. und Bass. Ohr. II: C. A. T. 1 und 2.) F. Pustet, Regensburg, 1893.

239. Thielen, P. H. (Op. 40.) Missa brevis octavi Toni 4 vocum. (A. T. B. 1 en 2.) F. Pustet, Regensburg, 1895.
240. T y c h 0 n , S. H. Missa in honorem S. Stephani Protom. ad 4 voces viriles comitante organo. Opus 2. Düsseldorf.
241. Tychon, S. H. Missa in honorem B. M. V. pro cantu, tenore et basso organo comitante. Opus 1, Düsseldorf.
242. Vecehi, Orazio. Missa pro defunetis octo vocum. (Zie Mus. Div.')
243. Viadana, Lud. Grossi da. Missa Caniabo Domino, 4 voe. inaequal. ex codicibus irapressis redegit Dr. F. V. Häberl. (Zie Repertorium Musicae sacrae, I fase. 5.) F. Pustet. Regensburg.
244, Viadana, Lud. Missa L'hora passa quatuor vocum inaequalium , ex codicibus irapressis redegit, Dr. F. v. Häberl, 2 Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1875.
245. Viadana, Lud. Missa Sine nomine 4 voc. ex codicibus impressis redegit Dr. F. v, Häberl Zweite Auflage, F, Pustet, Regensburg, 1883,

246. Viadana, Lud. Zwanzig Choral-Credo über die gregorlan. Melodieen kirchl. Hymnen, Volksausgabe. In Violinschlüssel und weissen Noten. 2 Auflage 1899, 18' IV und 76 Seiten. F. Pustet, Regensburg.
247. Viadana Lud. Zwanzig Choral-Credo etc. Au.sgabe mit Choralnoten unter dem Titel: XX modi cantandi Patrem omnipotentem juxta Cantum Gregorianum Hym-norum aliquot Ecclesiasticorum, 1889, 8' IV u. 48 Seiten. F. Pustet, Regensburg.

— Orgelbegleitung hiezu, 1890, quer-Folio, 100 Seiten. Regensburg, F. Pustet,

248, Vittoria, Th, L, Missa O quam gloriosum est regnum , quatuor vocibus concinenda , hodiernis choris accomraodavit Jacob Quadflieg, F, Pustet, Regensburg, 1901, (Zie ook Mus. 010.}.
249, Vittoria, Th, L, Missa quarti toni (zie Mus. Div.y
250, Vittoria, Missa Simile est regnum coelorum (zie Mus. Div.).
251, Vittoria, Missa Pidi speciosam (zie Mus. Div.}.
252, Vittoria, Missa Trahe me post te (zie Mus. Div.).
253, Vittoria, Missa pro defunetis (zie Mus. Dir.).
254, Vranken. P, J, Jos, Missa in honorem S, Catha-rinae, Korte en gemakkelijke mis voor 3-stemmig mannenkoor (ten, barit, bas) met orgelbegeleiding, tweede druk. Utrecht, 1899, Wed, v, Rossum,
255, Vranken, P, J, Jos, Missa Tn nomine Jesu ad quatuor (et quinque) voces virilibus cumorgano. Opus 2. Ultrajecti, Wed, v, Rossum, 1897,
256, Vranken, P. J, Jos, Missa Lauda Sion in honorem Sanctissimi duabus (et tribus) vocibus aequa-libus concinente organo, Ultrajecti, vid, v, Rossum, 1900,

256æ, Vranken, P, J, J o s, Missa Solemnis ad tres voces inaequales (C, T. B,) cum organo. Opus 12, Ultrajecti, vid, V, Rossum, 1901,

257, Vranken, P, J. Jos. Feestmis: /Laec die« voor 5-st. gemengd koor (S. A. T. Bar. B.) met obligate orgelbe-leiding. Op. 18. Utrecht, Wed. van Rossum, 1903.
258. Weber, G. V. Domkapellmeister. Missa quarts ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1901.
259. Wiltberger, A. (Op. 9). Missa O sacrum convivium , Mass for Sopran, Alto, Tenor and Bass, with organ-accompaniment F. Pustet amp;nbsp;Co. New-York.
260. Wiltberger, Aug. Op. III. Missa in hon. S. Augustin! , für vierstimmigen Mannerchor. Aachen , A. Jacobi amp;nbsp;Co. 1881.
261. W il tb erger, IT. (Op. 23). Missa ad quatuor voces aequales. Messe für 4 Männerstimmen (mittelschwer). F. Pustet, Regensburg. 1887.
262. Wil tb erg er, H. (Op. 18). Missa O sanctissima, für drei Männerstimmen. Düsseldorf, L. Schwann’sche Verlagshandlung.
263. Witt, Dr. F. X. (Op. le.) Missa septimi toni ad 2 voces aequales comitante organo. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1887.
264. Witt, Dr. I\ X. (Op. 2. b. Missa Non est inventus (VII toni) für 2 gleiche Stimmen und Orgel. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1896.
265. Witt, Dr. F. X. (Op. 8 a.) Missa in honorem S. Francisci Xaverii (Preis-Messe) ad quatuor voces aequales comitante organo. Editio tertia. Ratisbonae, F. Pustet, 1877.
266. Witt, Dr. F. X. (Op. 8. b.) Missa in honorem S. Francisci Xaverii ad 4 voces inaequales comitante organo. Fünfte Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1902.

-ocr page 20-

267. Witt, Dr. F. X. (Op. 11 c.) Missa in honorem S. Lnciae ad 4 voces aequales comitante organo. Curavit A.Edenhofer, Mnsicaemagister. Dritte Auflage. F,Pustet, Regensburg.
268. Witt, Dr. F. X. (Op. 19 a.) Missa in memoriam Concilii Oeoumenici Vaticani 6 vooibus (S. 1 en 2, A. Ï. 1 en 2, Bass) concinenda. F. Pustet, Regensburg, 1871.
269. Witt, Dr. F. X. (Op. 29 I.). Missa in honorem S. Ambrosii ad 4 voces inaequales. Zweite Auflage. F. Pustet, Regensburg, 1881.
270. Witt, Dr. F. X. (Op. 33). Missa in honorem S. Ra-phaelis Archangeli 5 vocum. F. Pustet, Regensburg, 1878.
271. Witt, Dr. F. X. (Op. 38). Missa XI (toniei) Toni ad 4 voces inaequales, (S. A. Ï. B.) F. Pustet, Regensburg, zie Flieg. Blätter, 1881.
272, Witt, Dr. F. X. (Op. 46 a.) Missa tertia toni für 5 stimm, chor (0. A. 1 en 2 T. oder Bariton und Bass), F. Pustet, Regensburg, 1886.
273. Witt, Dr. F. X. (Op. 37ó). Missa secundi toni ad 4 voces inaequales. F. Pustet, Regensburg, 1881.
274, Witt, Dr. F. X. (Op. 37o). Missa secundi toni, ad 3 voces aequales. Gum organo ad libitum. F. Pustet, Regensburg, 1881.
275. Wit Z ka, C. B. (Op. 57). Missa in G. ab organo Canto , Alto, Tenori (ad lib. Basso), viol., dar. etc. Augustae Vindel., Ant. Böhm.

Serie II. — Motetten.

276. Ahle, Joh. Nep. XXV Cantica Sacra vocibua aequa-libus concinenda. 1883. Ratisbonae F. Pnstet,
277. Aichinger, Gregor. Domine non sum dignus, 5 vocum. (zie Mus. Div. An. II, Tom. 2).
278. Anerio, Fei. Laudemics Dominum, octo vocum. (zie Mus. Div. An. II, Tom. 2).
279. Anerio, F. Litaniae Lauretanae, 7 vocum. (zie peri. Mus. Saar. Tom. I, faac. 2).
280. Anerio, J. F. Antiph. Christus factus est, quatuor vocum et Ps. Miserere^ quatuor et quinque voc., rede-git F. X. Haberl, (zie Palestrina Ad finem LaU’ dum Tridui Sacri}.
281. Arnfelser, F. Op. 233. Litaniae Lauretanae B.M.V. et Hymnus: Pange lingua, ad tres voces aequales cum Organo. 1897. Ratisbonae, F. Pustet.
282. Auer, Jos. Op. 5. Te Deunt laudamus, quinque vocum comitante organo. 1892. Ratisbonae, F. Pustet.
283. Balen, J. G. van. Venite adoremus, 3 Motetten en Tantum ergo, voor 4 mannenstemmen of voor alt en 3 mannenstemmen. Amsterdam, Albert Roothaan. (1885).
284. Besouwen, W. H. van. Twee Litanieën van O.L. Vr. van Lorette , voor 3 mannenst. en orgel. Tilburg, W. Bergmans.
285. Besouwen, W. IT. van. XVIII Cantica, XII ad III voces aequales cum Organo (ad lib.). VI ad IV voces aequales sine Organo, in hon. SS. Sacrament! et B.M.V. ejusque Sponsi. Tilburgi, Bergmans.
286. B 1 i e d, Jakob. Op. 41. Litaniae Lauretanae, für drei gleiche Stimmen und einstimmigen Chor mit Orgel oder gemischten Chor. Zweite Auflage. 1896. Ratisbonae, F. Pustet.

287. Boeckeier, H. Lateinische Gesänge für vierstimmigen Männerchor. Erste Heft : Für da.s ganze Kirchenjahr. Aachen, 1877. Albert Jacobi amp;nbsp;Co.
288. Boeckeier, II. Processionale sive ordo in Processio-nibus cum Ss. Sacramento servandus necnon Cantiones cantandae. Editio tertia. Fase. III, Cantiones IV paribus vocibus concinendae. Aquisgrani 1882. Albert Jacobi amp;nbsp;Co.
289. Bots , G. L. XII Lofzangen voor de plechtige feesten ter eere van het Allerh. Sacrament en van de tl. Maagd Maria , voor 4 , 5, 6 en 7 stemmen (gemengd koor). Bergen op Zoom. Numa Hasselman.
290. Bots, J. Vijf Ave Marias, voor 2 en 3 gelijke stemmen met Orgel of Harmonium, (no 5 voor vierstemmig mannenkoor à capella), ’s Hertogenbosch, LI. Mosmans. 1900.
291. Casciolini, Cl. Angelus Domini, octo vocum. (zie Mus. Div. A'n. IT, Tom. 2).
292. Cohen, C. H. Op. 3. Te Deum, quinque vocum qni-bus sex Trombonae vel Organum concinunt, 1887. Ra-tigbonae, F. Pustet.
293. Cruce, Jon a. Dies sanctificatus, 5 vocum. Diligam Ie., 5 vocum. (Zie Mus. Div. An. IT, Tom. 2).
294, Cuypers, Hub. Cantiones et Antiphonno Marianne, ad tres voces aequales. Tilburgi, W. Bergmans.
295. Diebold, Job. Opus 5. Psalmus 50 Miserere, für gemischten Chorgesang, 4 und 5 stimmig. Augsburg , A. Böhm amp;nbsp;Sohn.
296. Diebold, Joh. Op. 45. 14 Nothelfer für Kirchliche Männerchöre oder die gebräuchlichsten Katholischen Kirchengesänge für vierstimmigen Mannerchor. Regensburg, F. Pustet, 1894.
297. Eder, P. V i c t o r O. S. B. Litaniae Lauretanae ad quatuor voces inaequales. 1896. Ratisbonae, F. Pustet.
298. Elsen, M. J. van den. O quam suavis, S. A.T. B. Overgedrukt uit Caecilia, Supplement XXIX, n® 11.
299. Eppink, Fr. Quinque Laudes diversae. Negen en twintig gezangen ten gebruike onder het Lof, voor gemengd koor verzameld en gearrangeerd. Utrecht, Wed. V. Rossum, 1885.

3(X). Eppink, Fr. St. Qregorias Magnus. Kerkelijke Gezangen, met en zonder orgel, voor gelijke stemmen bewerkt en verzameld. Wed. J. R. v. Rossnm , Utrecht, 1892.

301. Franssen. Elb. Jos. Tu es Petrus, Motet voor 4-st. gemengd koor en orgel. Bij gelegenheid van het 25-jarig Pontificaat van Z. H. Leo XIII. (Afdruk uit ’t Si. Gregorius-Plad).
302. Franssen, Elb. Jos. Op. 12. Twee gezangen ter gelegenheid van het 25-jarig Jubelfeest der Nederl. St. Gregorius-Vereeniging. (1. O Doctor optime, 2. Can* taniibus organis Caecilia'). Tilburg, W. Bergmans. (1904).
303. Gabrieli. Ps. 129. De profundis, sex vocum. O Sacrum convivium, 5 vocum. (Zie Mus. Div, An. II, Tom. 2).
304. Gaide, Paul. Op. 38. Cantemus Domino! Eine Sammlung lateinischer Gesänge für vierstimmigen Mäu-nerchor. Regensburg, F. Pustet, 1896.
305. Greith, Carl. Ave Maria und Lauretanische Litanei für weibliche Stimmen mit Orgelbegleituug. Einsiedeln, Gebr. C. u. N. Benziger.
306. Sint Gregori 11 s-Bundel. Kerkgezangen van Neder-landsche Toonzetters, uitgegeven door het Bestuur der Nederlandsche St. Gregorius-Vereeniging. Deel I voor mannenstemmen. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis, 1902.

-ocr page 21-

307. St. G-regorius-Vereenigîng. Partituren der ver.^chillende kerkelijke muziekstukken uitgevoerd op de Algemeene Vergaderingen.

1880, 28 September. Eerste Alg. Vergadering te Utrecht met program en tekstboekje.
1881, 27 September. Tweede Alg. Vergadering te Arnhem.
1882, 27 September. Derde Alg. Vergadering te Maastricht.
1883, 20 September. Vierde Alg. Vergadering te Zwolle.
1884, 10 September. Vijfde Alg. Vergadering te Gouda.
1886, 9 September. Zesde Alg. Vergadering te Utrecht.
1888, 26 September. Zevende Alg. Vergadering te Amsterdam.
1891, 22 September. Achtste Alg. Vergadering te Zwolle.
1894, 27 September. Negende Alg. Vergadering te Utrecht, tevens herinnering aan het Derde Eeuwgetijde van den dood van Palestrina en Orlandus Lassus , 1594-1894.
1899, 27 September. Tiende Alg. Vergadering te ’s Gra-venhage.
1903, 10 September. Elfde Alg. Vergadering te Utrecht, ter viering van het 25-jarig bestaan der Ned. St. Gregorius-V ereenigi ng.

308. St. Gregorius-Vereeniging. Partituren van Afdeelingen.

1884, 14 Mei. Verzameling der verschillende kerkelijke muziekstukken , uitgevoerd in de S. Servatius-kerk te Maastricht, door de parochiale Afdeelingen S. Servaas, S. Mathias en S. Martinus.

309. G r i e s b a c h e r , P. Op. 47. Hymnus Veni Creator per VIIT modules diversos V-VII vocibus inaequalibus. 1901. Eatisbonae. F. Pustet.
310. Griesbacher, P. Op. 57. XXXIII Offertoria et Motetta vocibus aequalibus concinenda partim comitante Organo. 1902. Eatisbonae, F. Pustet.
311. Griesbacher, P. Op. 58. XIV 'Magnificat, octo tonorum V vocibus inaequalibus, 1903, Eatisbonae, F, Pustet.
312. Griesbacher, P. Op. 66. Eesponsorium ^Eeee sa-cerdos per quinque modulos diversos IV -VI vocibus inaequalibus. 1903. Eatisbonae, F. Pustet.
313. Griesbacher, P. Op. 36. Improperia de feria VI in Parasceve quatuor vocibus aequalibus. 1899. Eatisbonae, F. Pustet.
314. H a a g h , J. Css. E. Op. 7. Cantus Sacri Diversi, quos ad duas vel tres voces aequales (praesertim femineas) cum Organo composuit. Buscoduci, H. Mosmans.
315. H a a g h , J. Css. E. Op. 10. Novi Cantus Sacri Diversi quos ad duas vel tres voces aequales (praesertim femi-neas) cum Organo composuit. Silvae Ducis. H. Mosmans. 1901.
316. Hacker, F. X. Op. 18. F.cce sacerdos, für vierstimmigen gemischten Chor. 1901. Eegensburg, F. Pustet.
317. Haller. Mich. Op. 1. Hymnus Te Deum Laudamus ad quatuor voces inaequales cum Organo vel quinque Trombonis. Eatisbonae, F. Pustet , 1873. Editio se-cunda 1884.
318. Haller, Mich. Zwölf Motetten zu drei, vier, fünf und sechs Stimmen. Eegensburg, G. J. Manz, 1874.
319. Haller. Mich. Opus 10. Litaniae Ss. Nominis Jesu ad quatuor voces inaequales composuit. Eatisbonae, F. Pustet, 1876.
320. Haller, Mich. Opus 11. Litaniae Lauretanae B.M.V. quas ad quatuor voces inaequales composuit. Eatisbonae, F. Pustet, 1876.

321. Haller, Mich. Opus 12. Litaniae Lauretanae B.M.V. quas ad quatuor voces aequales composuit. Eatisbonae, F. Pustet, 1876.
322. Haller, Mich. Op. 14. Cantica in honorem B.M.V. ad duas voces Organo comitante. 1902. Eatisbonae, F. Pustet.
323. Haller, Mich. Op. 15. XVIII Motetta ad III, IV amp;nbsp;VIII voces. Editio secunda. 1899. Eatisb. F. Pustet.
324. Haller, Mich. Op. 16. Laudes Eucharisticae seu Cantus Sacri cultui Ss. Sacramenti tarn in expositioni-bus quam in processionibus servientes, quos ad IV, V amp;nbsp;VI voces composuit. (Eerste uitgave 1878). Editio tertia. 1899. Eatisbonae, F. Pustet.
325. Haller, Mich. Op. 18. X Motetta pro festis du-plicibus Domini ad duas voces cum Organo. Editio tertia. 1898. Eati.sbonae, F. Pustet.
326. Haller, Mich. Opus 21. Cantiones ad recipiendum processionaliter Episcopum, quas ad III, IV amp;nbsp;VI voces composuit. 1880. Eatisbonae, F. Pustet.
327. Haller, Mich. Opus 37. Harmoniae Selectae de Eesurrectione Dni, IV voeum (inaeq.). Eegensburg, H. Pawelek.
328. Haller, Mich. Opus 38. Harmoniae Selectae de Passione Dni, IV, V amp;nbsp;VIII vocum. Eegensburg, H. Pawelek.
329. Haller, Mich. Opus 39. XI Motetta quatuor vocum aequalium. Eegensburg, H. Pawelek.
330. Haller, Mich. Opus 40. Adoremus. Cantiones Eu-charisticae, IV, V et VIII vocum aequalium. Eegensburg, H. Pawelek.
331. Haller, Mich. Opus 42. 71? Deum Laudamus. III vocum aequalium (Cantus I amp;nbsp;II amp;nbsp;Altus) Organo comitante. Aeeedunt II Fange lingua , II amp;nbsp;III voeum aequalium. Eegensburg. A. Coppenrath.
332. Haller, Mich. Op. 37, jetzt Op. 49. Tu es Fetrus, Motette für vier Männerstimmen. Dritte Auflage.
333. Haller, Mich. Op. 50. Cantiones variae de Ss. Sacramento , ad II voces aequales Organo vel Harmonie comitante. Editio V. 1902. Eatisbonae, F. Pustet.
334. Haller, Mich. Op. 59«. Hymni et Cantus cultui Ss. Sacramenti servientes , quos ad IV et V voces aequales composuit. Editio secunda. 1902. Eatisbonae, F. Pustet.
335. Haller, Mich. Op. 596. Hymni et Cantus cultui Ss. Sacramenti servientes , quos ad IV et V voces aequales composuit. 1896. Eatisbonae, F. Pustet.
336. Haller, Mich. Op. 60. XXV Offertoria ad quatuor voces aequales (Tenorem I et II, Bassum I et II). 1895. Eatisbonae, F. Pustet.
337. Ha Her, Mich. Op. 63. XII Fange lingua et Tantum ergo, IV, V, VI, VII et VIII vocum. 1896. Ea-tisbonae, F. Pustet.
338. Haller, Mich. Op. 686. In Sepultura Adultorum. Liturgische Gesänge beim Begräbnisse Erwachsener für vierstimmigen Männerchor. 1897. Eatisbonae, F. Pustet.
339. Haller, Mich. Op. 75. Tricinia Mariana, ad voces aequales (Cant. I, II , Alt) et Organum. 1899. Eatisbonae, F. Pustet.
340. Haller, Mich. Op. 77. Litaniae de Sacro Corde Jesu, ad II voces aequales Organo comitante. 1899. Eatisbonae, F. Pustet.
341. Haller Mich. Op. 79. Litaniae de Sacro Corde Jesu, ad III voces aequales cum Organo. 1900. Eatisbonae, F. Pustet.

-ocr page 22-

342. H nil er, Mich. Op. 80. XXXV OfTertoria IV et V vocum inaequalium. 1900. Ratisbonne, F. Pustet.
343. 11 am ma, Fr. Op. 23. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;100 Cantica Sacra

ad tres voces aequales. Editio secunda. Metz. Hamma-Friedinger.

344. Handl, J a c. Seatus vir, 5 vooura. (Zie Mas. Div, An. II, Tom. 2.
345. Hanisch, Jos. Antiphonae ad processionem in Dominica Palmarum, 4 vocum, authographie. Regensburg, Obermayer.
340. Hanisch, .los. Opus 12. Adjuva nos sammt Fange lingna, für vier Zingstimmen und Orgel. Regensburg , J. G. Bössenecker.
347. Hanisch, Jos. 30 Fange lingua, pro tribus et quatuor vocibus virilibus. 1886. Ratisbonae, F. Pustet.
348. Heuler, Raimund. Op. 3. Venite adoremns, 5 lateinische Segens-gesänge für vierstimmigen Männerchor. 1900. Würzburg, W. Essmann.
349. Hoogveld, W. M. Ave Maria, una voce canenda , Organo comitante. 1875.
350. Hoogveld, W. M. Musica ecclesiastica Catbolica. Amstelodami, Alb. Roothaan, 1883.

Motettum Im. Tantum ergo, ad tres voces.

» 2m. Ave verum corpus, ad tres voces.
• 3m. O sacrum convivium , ad quatuor voces.
« 4m. Tantum ergo, ad quatuor voces.
» 5m. Ave .Varia, ad tres voces.

351. Janssen, Prof. OcwZi omnium in ie sperani , Domine , voor drie gelijke stemmen. Ten voordeele der weesjes van Roermond.
352. Janssen, N. A. Cantantibus organis Caecilia. Feestzang voor driestemmig mannenkoor met orgelbegeleiding. Nieuwe uitgave. H. Mosmans , ’s Hertogenboseb, 1901.
3,53 . Jaspers, Carl. Op, Na. Hymni Eucharistici, sieben liturgische Hymnen (. . . . in leichter composition). Düsseldorf, L. Schwann’sche Verlagshandlung.
354. J o V a nel li, Roger. (Giovanelli Ruggerius). Motetta ;

1. Benedicta et venerabïlis es, quinque vocum.
2. O quam suavis, 5 vocum. (Zie Mus. Div. A.’o.. II, Tom. 2).

355. Kairn, Adolf. Op. 10. Domine salvum fac Begem. Hymne für siebenstimmigen Chor (2 S., 1 Alt, 2 Ten. und 2 B.1. Regensburg, F. Pustet, 1879.
356. K a i m, A. Op. 6. Te Deum laudamus. Hymne für sechsstimmigen Chor (2 S., 1 Alt, 1 Ten. und 2 B.). Regensburg, F. Pustet, 1873.
357. Kewitsch, Theod. Op. 7. Quatuor Antiphonae de Beata Maria Virgine, quatuor vocibus inaequalibus. 1871. Ratisbonae, F. Pustet.
358. Koenen, Fr. Psalm XLI. Quemadmodum desiderat cervus, zur Verehrung des All. Sakramentes, für gemischten Chor mit Orgelbegleitung. Regensb., F. Pustet, 1879.
359. K o r n m ü 11 e r, P. Utto, O.S.ß. XV Offertorien (aus dem Commune Sanctorum), für Sopran, Alt und Orgel. Dritte Auflage. Regensburg, F. Pustet, 1899.
360. Kors, Aug. Cantate Domino. Verzameling van 25 Liturgische gezangen voor 3 gelijke stemmen, vooral ten gebruike onder het Lof, gedeeltelijk uitvoerbaar door 2 stemmen en Orgel. 1884. G. Mosmans, ’s Bosch.
361. Lambertus, Br. 12 gemakkelijke Lofzangen voor twee gelijke stemmen met orgelbegeleiding, ’s Hertogenbosch, H. Mosmans.

362. Lambillotte, Louis. Salut pour le jour de Noel avec accompagnement d’orche.stre ou de piano.

Contenant n“ 31 O salutaris.

i' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» 32 Oratorio.
« nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;”33 Litanies.
' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;” 34 TantKW ergo. Paris, Graff.

363. Lasso, Orlando de. VII Moduli, 3, 4, 5, 6, 8 amp;nbsp;12 voc. Zum Gedächtnis des 300 ’Todesjahre.s Lassos, bei der 14 Generalversammlung des Caecilienvereins aufgeführt in Regensburg. Redigiert von Dr. F. X. Häberl, 1894. Ratisbonae, F. Pustet.
364. Lassus, Orland us.

Motetta :

1. Justorum Animae, quinque vocum.
2. Ave Maria, sex vocum.
3. Confirma hoc Deus, 6 vocum. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 2).
4. Litaniae Lauretanae, 5 voc. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 3).

365. Linden, Ant. van der. Hymnus Te Deum laudamus , ad duas voces aequales Organo comitante. Ul-trajecti. Vidua v. Rossum. 1898.
366. Litaniae Lauretanae. (Zie Mus. Div. An. I, Tom. 4.
367. Maas. Thomas. Cantica Sacra, ad 4 voces inaequa-les in hon. SS. Sacramenti nec non B. M. V. , 1887, Buseoduci, G. Mosmans filiura.
368. Maas, Th. Op. 7. Landes Sacramentales. IX Motetta ad 4 et 6 voces impares, 1893. Ratisbonae, F. Pustet.
369. Magnificat, Falsibordoni, IV, V et VI vocum, super octo tonos cantici Magnificat , compositi ab auctoribus incertis saeculi XVI. (Zie Bepert. Mus. Sacrae , Tom, II, fase. 1
370. Magnon, Joh. 1577. Magnificat, VIII toni, 4 voc. Beilage zum Oregorius-Blatte, IV, 2.
371. M a r e n t i o , Luca. In festo Nativ. Domini Hodie Christus natus est, 4 vocum. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 2).
372. Marentio, Luca. VII Motecta comp. ad 2 voc. inaeq. hodiernis choris accommodavit. 1900. M. Haller.

(N» 8—14) VII Motecta composita ad 4 voces iuae-quale.s hodiernis choris accommodavit. M. Haller, 1902.

(N» 15—21) VII Motecta composita ad 4 voces inae-quales hodiernis choris accommodavit. M. Haller. 1903. (Zie Bepert. Mus. Sacr. Tom. II, fase. 9-11),

373. Mel, Rinaldo de. Litaniae Lauretanae, 5 vocum. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 3).
374. Mettenleiter, Bern. Ecce sacerdos magnus, zum Gebrauche heim feierlichen Einzuge der Bischöfe , für Sopran. Alt, Tenor, Bass und Orgel Augsburg, Anton Böhm.
375. M e 11 e n 1 e i t e r, Bern. Op. 25. Salve Begina, für Sopr., Alt, Tenor, Bass oder für eine Stimme mit Orgelbegleitung. Augsburg, Ant. Böhm amp;nbsp;Sohn.
376. M e u e r e r, J. Opus 30. VIII Fange lingua et Tantum ergo, für 2- und 3-st. Frauenchor mit Begleitung der Orgel. Regensburg, F. Pustet, 1903.
377. Mitterer, Ign. VIII Responsoria post Lectionea trium Nocturnorum in festo Nativitatis Domini, ad quatuor voces inaequale.s Organo concinente. Editio secunda. 1896. Ratisbonae, F. Pustet.
378. Mitterer, Ign. Op. 32. IV Cautiones in honorem S. Sacramenti ad IV voces concinentibus IV Trombo-nis. Editio secunda. 1901. Ratiabonae, F. Pustet.

-ocr page 23-

379. Mitterer, Ign. Litaniae Louretanae , ad V voces inaequales (super cantum Brixinensem), 1881. Ratis-bonae, F. Pustet.
380. Mitterer, Ign. Op. 12. XXVII Responsoria in matutinis Tridui Sacri ad quatuor voces inaequales. Editio secunda. 1888. Ratisbonae, F. Pustet,
381. Mitterer, Ign. Sequentiae Sumniarum Festivitatum Ç Victufncie Paschali — l^eni S. Spivilus — Lauda Sion^ una cum Cantionibus aliquot pro invocatione S. Spiritus, musicis modulis expressae. N” 1. 2 (Ten. 1, 2, Bas), îfo 3—9 S. A. T. ß. Ratisbonae, 1883, F. Pustet.
382. Molitor, J. B. Op. XVII. Vesperae de Imm. Con-ceptione B. M. V., ad IV voces inaequales. Ratisbonae, 1876. Alfred Coppenrath.
383. Molitor, J. B. Op. 33. Cantus Sacri, ad quatuor voces aequales. 1898. Ratisbonae, F. Pustet.
384. Mu sic a Divina. Zie no 151.

Annus Primus,

Tomus II. Liber Motettorum.

Tomus in. Psalmodiam, Magnificat, Ilymnodiam et An-tiphonas B. M. V. complectens.

Tomus IV. Liber Vespertinus bevat volgende:

1. Passio D.N.J.C. van Suriano.
2. Lamentationes Jeremiae van Palestrina.
3. Responsoria, in de Goede Week.
4. Supplementum Harmoniarum.
5. Selectus Litaniarum.
6. „ Harmoniarum.

Secundus. Harmonias IV , X et VI etc. vocum continens.

Tomus II. Fase. 1. Sex Motetta IV , V , VI et VIII vocum. Auctoribus Casciolini , Anerio, Ori. di Lasso , Jovaneili, Vittoria.

Fase. 2. Decem Motetta IV, V et VI vocum. Auclori-bus C. Porta, Gabrieli, Handl, J. Clodiensi, Palestrina, Verdonck, Marentio, Nnnini, Nenna et Vittoria.

Fase. 3. Octo Motetta V et VI vocum. Auctoribus Vittoria, Croce, Gabrieli, Reiner, Ori. di Lasso, Giova-nelli, Aichinger, Palestrina.

Tomus ITT. Fase. 1. Litaniae Lauretanae , IV amp;nbsp;V vocum. Auctore ignoto, Ori. di Lasso, Rinaldo de Mel et Fileno Cornazzano. Ratisbonae, 1869.

Fase. 2. Veaperae de Communi unius xVlartyris extra tempus Pascbale. IV, V et VI vocum in Falsobordone. Auct. J. Bernabei, F. Andreae, Lud, Viadana, F. Stem-raelio, Incerto et Barth. Rntti. Ratisbonae, 1866.

Tomus IV, Psalmi Vespertini, V et VI vocum in Falso-bordono variorum auctorum unacum cum Cantico Magnificat y VIII vocum. Auctore J. Gabrieli, pro festo Dedicationis B. M. V. ad nives neenon in communi B. M. V. Ratisbonae, 1869.

385. Nikel, Emil. Lauda Sion. Sammlung von bunder-fünfzig 2-, 3-und 4-stimmigen Gradualien, Offertorien, Hymnen und marianichen Antiphonen , nebst fünf 3-stimmigen Messen. 1887. Ratisbonae, F. Pustet.
386. Nikel, Emil. Op. 11. JEece sacerdos magnus. Respons. ad recipiendum Episcopum , VI vocibus conci-nendum. Leobsitae, C. Kothe.
387. Nanini, Bern Resp. I ad Matut. in Nativ. Domini Hodie nobisy 4 vocum. (Zie Mus. l)iv. An. II, Tom. 2).
388. Nanini, J. M. Quinque Lamentationes quatuor vocibus aequalibus. (Zie Repert. Mus. Sacrae , Tom. I, fase, 8).
389. Nenna, Pompon. Hymnus Veni Creator Spiritus, 5 vocum. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 2).

390. Oberhoffer, H. Op. 51. Sechs drei amp;nbsp;vierstimmige Tantum ergoss , theils für gemischten Chor , theils für Männerchor. Regensburg, Alfred Coppenrath.
391. Offertorien, Zweistimmige. Band I amp;nbsp;IL Regensburg, F. Pustet.

Erschienen als Musikbeilagen der Monat-schrift Musiea Sacra (Red. Dr. F. X. Häberl), 1890-1895.

392. Offertorien, zweistimmige mit obligater Orgelbegleitung. Band I, II, III. Original-kompositionen von M. Haller, TJ. Kormüller, Ign. Mitterer, P. Piel , J. Quadflieg und J. Schildknecht. Regensburg, F. Pustet.

Erschienen als Musikbeilagen der Musica Sacra, 1890 à 1891.

393. Ortwein, P. Acht Gradualien (n« 11-18) für fünf Stimmen. Zweite Auflage. 1886. Regensb., F. Pustet.

Zugleich 2 Lieferung der Gradualien-Sammlung (Op. 34) von Fr. Witt.

394. Ortwein, P. Zehn Gradualien (n” 100-109) für fün Stimmen. Zugleich fünfte Lieferung der Gradualien-Sammlung, 1880. Regensburg, F. Pustet.
395. Paeschen, P. Jean van. Rcce panis, pro duetto et choro cum organo.
396. Palestrina. Lamentationes Jeremiae. (Zie N” 164, Opera omnia, Tom. XXV en Mus. Div. An. I, Tom. 4).

Palestrina. Motetta :

1. Vidi iurbam magnam, 6 vocum.
2, Diffusa est gratia, 5 vocum.

(Zie Mus. Din. An. II, Tom. 2).

397. Palestrina. X Offertoria a Dom. in Septuagesima usque ad feriam V in Coena Dni ad quinque voces inaequales. (Zie Repert. l\Dis. Sacr. Tom. I, fase. 10).
398. Palestrina. Ad finem Laudum Tridui Sacri. Can-ticum Renedictus, quatuor et quinque vocum auctore I. Petr. Praeuestino, Antiph. Christus factus est, quatuor vocum et Ps. Miserere, quatuor et quinque vocum auctore Joanne Franc. Anerio, quae ex codicibus origi-nalibus redegit F. X. Häberl. 1886. Ratisbonae, F. Pustet.
399. Ponten, J. S. IX Cantus divers! in hon. Ss, Sacrament! et B.M.V. duabus vocibus (Mezzo, Sopr. et Bar.) comitante Organo concinendi, 1888. Zwolle, J. M. W. Waanders.
400. Ponten, J. S. X Cantus diversi in hon. Ss. Sacrament! et B.M.V., duabus vocibus (Alt. et Bar.) comitante Organo concinendi. Editio tertia. Zwolle, 1899. J. AI. W. Waanders.
401. Ponten, J. S. Laudes diversae ad 3 et 4 voces aequales cum et sine Organo vel Harmonio. Zwolle, J. M. W. Waanders, 1895.
402. Ponten, J S. XII Cantus diversi in hon. S. Sacr. et B. M. V., duabus vocibus aequalibus (C. et A ) vel (T. et B.) comitante Organo concinendi. Editio altera. 1886. Zwolle, .]. Waanders.
403. Ponten, J. S. XV Cantus diversi. Gezangen voor 2 gelijke stemmen, Sopr. en Alt of Ten. en Bas met begeleiding van Orgel. 2® vermeerderde druk van de XIT Cantus. Zwolle, 1901, J. Waanders.
404. Ponten, J. S. O nos omnes. Fer. V in Coena Domini, Ten. 1 amp;nbsp;2, Bas 1 amp;nbsp;2. Zwolle, J. M, W. Waanders.
405. Porta, Constantius. (Zie Mus. Div. An. II, Tom. 2). Resp. Rece sacerdos, 6 vocum.
406. Quadflieg, J. Opus 21a. Passio Dni nostri J. Chr. secundum Matthaeum. Chore zu der Passion nach Math, am Palmsonntag, für drei Männerstimmen. Regensburg, F. Pustet, 1903.

-ocr page 24-

407. Quadflieg, J. Opus 21i. Passio Dni n. J. Chr. see. Matthaeum, Chöre zu der Passion nach Matthaeus am Palmsonntag, für vierstimmigen gemischten Chor. Regensburg, F. Pustet, 1903.
408. Quadflieg, J. Opus 22a. Passio Dni n. J. Chr. secundum Joannem. Chöre zu der Passion nach Joannes am charfreitag. für drei Männerstimmen. Regensburg, F. Pustet, 1903.
409. Quadflieg, J. Passio Dni n. J. Chr. secundum Joannem. Chöre zu der Passion nach Joannes am charfreitag , für vierstimmigen gemischten Chor. Regensburg, F. Pustet, 1903.
410, Quadflieg, T. Op. 5. 7e Deum laudamus, für fünf-stimmigen gemischten Chor (S. A. ï. Bar. B.) mit abwechselnden choralstrophen. Regensburg , F Pustet , 1895.
411. Reiner, J a c. Respons. Cam transisset Sabbaium, sei voenm. (Zie Div. An. II, Tom. 2).
412. Renner, Jos. Fronleichnamslieder. In festo Corporis Christi, für S. A. T. und B, oder für einstimmigen Chor mit vier- oder neunstimmiger Blechbegleitung nebst den treffenden Responsoriën. 1883. Ratisbonae, F. Pustet.
413. Repertorium Musicae Sacrae ex auctoribus saeculi XVI et XVII collectum et redactum a Fr. X. Häberl. Ratisbonae, F. Pustet, 1886 etc.

Tomus I.

Fasciculus 2. An er io, J. F. Litaniae Lauretanae ad septem voces inaequales. 1886.

Fasciculus 6. V i a d a n a , Lud. Cantiones selectae ex operibus ecclesiasticis. 1890.

Fasciculus 8. N a n i n 0, J. M. Quinque lamentationes quatuor vocibus aequalibus. 1891.

Fasciculus 10. Praeneatino, J. Petr. X Offertoria a Dominica in Septuagesima usque ad feriam V in Coena Domini ad quinque voces inaequales, auctore... 1893.

Tomus II.

Fasciculus 1. XXX Falsibordoni, IV, V et VI vocum super octo tonos Cantici Magnificat, compositi ab auctoribus incertis saeculi XVI. 1892.

Fasciculus 3. S u r i a n o, Fr. Responsoria Chori ad cantum Passionis D. N. J. Chr. in Dominica Palmarum et in feria VI in Parasceve quatuor vocum. 1895.

Fasciculus 4-7.V i c t o r i a, Tb. L. de. Officium Heb-domadae Sanctae, continens varias cantiones sacras ex liturgia sacra Dominicae Palmarum, Feriae V in Coena Dni, Feria VI in Parasceve et Sabbati Sancti, IV , V , VI et VIII vocum aequalium et inaequalium. 1898.

Fasciculus 9. Ma reut io, Luc. VII Motecta composita ad duas voces inaequales hodiernis choris accommendavit M. Haller. 1900.

Fasciculus 10. M a r e n t i o, Luc. VII Motecta (no 8-14) composita ad 4 voces inaequales hodiernis choris accommodavit M. Haller. 1902.

Fasciculus 11. Marentio, Luc. VII Motecta (no 15-21) composita ad 4 voces inaequales hodiernis choris accommodavit M. Haller. 1903.

414. Reijniers, W. J. Hymnus S. Ambrosii et Augustin! Te Deum laudamus, ad tres voces aequales cum Organo comitante. Tilburgi, W. Bergmans.
415. Reijniers, W. J. Cantus sacri duodecim ad duas voces aequales comitante Organo vel Harmonio. Tilburgi, W. Bergmans. (1890).

416. Responsoria in de Goede Week. (Zie Mus. Div. Au. I, Tom. IV).
417. Ruigrok, Jac. J. Cantica Sacra. Ave Maria et Tantum ergo, ad quatuor voces inaequales (C. A. T. B.) Tantum ergo, ad duas voces aequales coraraitante Organo. Arnhemii. Van Mastright en Verhoeven.
418. Salve Regina's (Acht), voor 2 en 3 gelijke stemmen met Orgelbegeleiding. G-ecomponeerd door C. A. Bonten , A. Dobbelsteen, F. van der Heijden, A. Mosmans, S. Tychon, P. Kallenbach en J. Bots. Uitgave van Henri Mosmans, ’s Hertogeiibosch, 1901.
419. Sammlung. Dreistimmiger Gesäuge zum gebrauche beim liturgischen Gottesdienste. Herausgegeben von einem Priester der Diocese Münster. Zweite vermehrte und verbesserte Auflage. Münster i/W. Verlag von Heinrich Schönigh, 1880.
420. Santner, Carl. VIII Motetta ad 2-8 voc. com. Organo. 1878. Regensburg, F. Pustet.
421. Schaik, An th. J. van. Op. 5. Cantica in hon. Ss. Eucharistiae, Ss. Cordis, B. M. V., quatuor vocibus virilibus cum Organo. Amsterdam, Alb. Roothaan, 1879.
422. Schaik, An th. J. van. Op. 6. Veni Creator Spirit tus, Hymnum quatuor vocibus virilibus aduptatum cou-cinentibus Organis. Alb. Roothaan, Amsterdam.
423. Schaik, J. A. S. van. Op. ba.b.c. Rosarium Maria-num ; Salutatio Angelica quindecies concentui vocum aequalium accomniodata. Fasciculi tres. Ultrajecti. Vidua J. R. van Rossum. 1900.
424, Schaik, J. A. S. v a n. (Op. 9). Hymnus Tantum ergo Sacramentum , septies vocum imparium concentui accommodatus. Ultrajecti. Wed. J. R. v. Rossum, 1902.
425, Schaik, J. A. S. van. Hymnus Ambrosianus quem duplicis Chori concentui accedentibus singulorum can-tibus organisque comitantibus digestum Sacris sollemniis semisaecularibus Hierarchiae Episcopalis in Neerlandiae regno faustissime instauratae dignissimo in -J- Patri Henrico, Pont. Ultrajectensium Neerlandiae Metropolitae J. A. S. van Schaik natione et sacerdotio Ultraiectensis pietatis caussa dedicavit IV Non. Mart. MCMIII. Vidua J. R. van Rossum, Ultrajecti.
426. Schellekens, G. Caniemus Domino, XII Cantus diversi ad duas voces aequales cum Organo. Tilburgi , W. Bergmans. (1899).
427. Schellekens, G. In Hymnis et Canticis. XII Cantus diversi ad tres voces aequales cum Organo. Tilburgi , W. Bergmans, 1896.
428. Schellekens, G. Litaniae Lauretanae B. M. V. et Tantum ergo ad tres voces aequales cum Organo. Tilburgi, W. Bergmans, 1896.
429, Schuttky, Fr. Jos. Op. 8 Graduale in Dorn. Pen-tecostes Rlmitte Spiritum tuum , septem vocum, Stuttgart. Ebner’sche Kunst amp;nbsp;Musikalienhandlung.
430. Schmidt, Friedrich. XVI Cantica Sacra, vocibus inaequalibus coiicinenda , für vier, fünf und achtstimmigen gemischten Chor. Zweite Auflage. 1896. Ratisbonae, F. Pustet.
431. Singenberger, J. Te Deum laudamus et Tantum ergo, ad duas voces cum Organo. 1900. Ratisbonae, F. Pustet.
432. Singenberger, J. Cantus Sacri. Acht leichte Legensgesänge mit dem Psalm Laudate Dominum, im VI und VIII Tone für 2 Stimmen (Sopr. und Alt) mit Orgelbegleitung. Zweite Auflage. 1903. Regensburg , F. Pustet.

-ocr page 25-

433. Sitters, Herman. Zes één en meerstemmige Synagogale Gezangen. Brix van Wahlberg. Amsterdam , 1894.
434. Smit, W. A. 6 Cantica (met Hollandache vertaling) voor twee gelijke stemmen en orgel- of harmonium-be-geleiding. Amsterdam, Albert Roothaan, 1881.
435. Smorenburg, A. E. Hymnus Magnificat , decies tarn stylo piano quam composite „false bordoue” ad 5 tones ad hoc aptiores. Adaptati ad Methodum Galin-Paris-Chevé. Doreatadii, 1892.
436. Smorenburg, A. E. Cantica et Hymni in honorem B. M. V., stylo piano et stylo ornato. Duo volumina. Adaptati ad Methodum Galin-Paris-Cheve , instrustria et propriis typis. Doreatadii, 1892.
437. Smorenburg, A. E. IV Antiphonae B. M, V., stylo piano et stylo ornato. Duo volumina. Adaptati ad Methodum Galin-Paris-Chevé, induslria et propriis typis. Doreatadii, 1893.
438. Smorenburg, A. E. Salutatio angelica Ave Maria, stylo piano et stylo ornato. Duo volumina. Adaptati ad Methodum Galin-Paris-Chevé, industrie et propriis typis. Dorestadii, 1895.
439. Smorenburg, A E. Tantum ergo, copiose tarn stylo piano, quam stylo ornato ab aucleribus optime notis ad concentum redactum. Duo volumina. Notatione juxta Methodum Galin-Paris-Chevé, iudustria et propriis typis. Doreatadii, 1896.
440. S m 0 r e n b u rg , A. E. Psalmus 116 : Laudafe Dominum, duodecies tam stylo piano quam composite „false bordoue”. Notatione juxta Methodum Galin-Paris-Chevé , industrie et propriis typis. Dorestadii, 1896.
441. Smorenburg, A. E. Cantica et Hymni in honorem S.S. Eucbaristiae, stylo piano et stylo ornato. Duo volumina. Adaptati ad Methodum Galin-Paris-Chevé, iudustria et propriis typis. Dorestadii, 1900.
442. Smoren burg, A. E. Hymnus Te Deum laudamus, alternatim stylo piano et stylo ornato quatuor vocibus auctore F. Witt. Adaptatus ad Methodum Galin-Paris-Chevé. Dorestadii, 1901.
443. Soubre, E. Ecce panis, 3 vocibus et organo, Sopr., Ten. et Basso, uit eene collectie p. 81—85.
444. Sperling, J. P. G. Concentus Vespertinus , seu Psalmi Minores, per Annum, a IX. Canto, Alto, Tenore, Basso. II Violinis. Ill Violis vel Trombouis et organo. Anno, quo mea organa sumptibus propriis, et superio-rum permissu ConCorDabaM. Budissinae, A. Richter.
445. Staiat Mater, voor A., T. 1, 2 en B., door N. N., R. K.Pr. St. Oregorius-Slad,!?^}.. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
446. Stadt, J. L. Nette en gemakkelijke Lofzangen, Missen, Benedictiën, Elevatiën enz. voor 3 of 4 stemmen.

No. 1. Opus 19. Benedictie en Lofzangen.

» 2. Opus 20. Missa voor 3 st.

• 3. Opus 21. Missa de Requiem.
• 4. Opus 22. Benedictiën en Lofzangen.

Eigendom van den Schrijver.

447. Steffanini, J. B. Christus resurgens, 5 voc. Zie : Commer. Musica Sacra, tom. XV.
448. Stehle, J. G. E. Lauda Sion salvatorem ! Gesänge zur Verehrung des allerh. Altarssakraments, für’ 3 oder 4 st. Fraueuchöre. St. Gallen, G. Moosberger, 1880.
449. Stehle, J. G. E. Opus 66. Die Gradualien und Sequenzen für Ostern , Pfingsten und Fronleichnamsfest, für gemischten Chor (a capolla). Regensburg, F. Pustet, 1894.

450. Stehle, J. G. E. Te Deum, für 8-st. gemischten Chor. Regensburg, F. Pustet, 1898.
451 Stehle, J. G. E. Liber Motettorum. Motettenbuch für 4-st. gemischten Chor für das ganze Kirchenjahr. Vierte Auflage. Regensburg, F. Pustet, 1898.
452. Stein, Bruno. Opus 16. Votiv-Vesper v. d. allerh. Jungfrau Maria, für 4-8timm. gemischten Chor und Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath, 1902.
453. Stein, Bruno. Opus 27. Ave Maria. Acht kirchliche Gesänge für 2, 3 und 4 gleiche Stimmen mit und ohne Orgel. Regensburg, A. Coppenrath, 1905.
454. Stein, Jos. Opus 17. Sehr leichte und kurze Lau-retanische Litanei, für Sopr. und Alt (Ten. und Bass ad lib.) und Orgelbegl. 2' Auflage. Regensb. A. Coppenrath.
455. Stein, Jos. Opus 87. Lauretanische Litanei, für Cantus und Altus mit Orgelbegl. Regensb. A. Coppenrath.
456. Stein, Jos. Opus 96. Lauretanische Litanei, für 3 gleiche Stimmen mit orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath, 1904,
457. Stendick, J. M. Salve JBLegina , à 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, n® 45.
458. Stendick, J. M. Litaniao B. M. V., Soprani, Basso ad lib. Zie; Répertoire des Maîtrises, n® 104.
459. Stendick, J. M. Veni Creator, à 3 voix (in g). Zie : Répertoire des Maîtrises, n® 124.
460. Stollewerk, Jos. Op. 45. Litauiae Lauretanae in honorem Cousolatricis Afflictorum, duobus Choris con-cinendae. Eigenthum des Componisten. Queuleu-Metz, 1901.
461, Stollewerk, Jos. Opus 46. Tota pulchra es, Maria. Edito I ad 4 voces inaequales cum organo. Editio la ad 2 voces aequales cum organo. Queuleu-Metz, 1904.
462. Stollewerk, Jos. Op. 47. Landes Eucharisticae. Cantus Processionales in hon. S.S. Sacrameuti ad quatuor voces inaequales oomitanlibus instrumentis vel organo et sine organo. Queuleu-Metz, 1906. Verlag dos Componisten.
463. Stradella. Siabat Mater, Solo. Zie : Recueil de musigue d'église. Année VI, Livr. 6.
464. Straeten, G. van der. Tantum ergo , à 4 voix d’hommes. Uitgave : Supplément au Courrier de S. Grégoire, 1895.
465. Sweelink, J. P. O Sacrum convivium, voor gemengd koor, 5-st., C. A. Ten. 1 en 2. Bas. Zie: S. Cregor.-Rlad, 1887. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
466. Sweelink, J. P. Regina coeli (5-stem.) 1619. Naar een handschrift uit de Bibliotheek der Maatschappij tot bevordering der Toonkunst. In nieuweren Partituurvorm gebragt door II. A. Viotta, (met bio-bibliographie, door H. Tiedemau). Utrecht, Louis Roothaan, 1869.

Zie : Uitgave Vereeniging voor Nederl. Muziekgeschiedenis I.

467. Sweolinck, J. P. Cantio Sacra Sodie Christus na-tus est, 5-8t. Zie uitgave ; Vereeniging c. Nederl. Muziekgeschiedenis XV. Amsterdam. Algemeene Muziekhandel.
468. Sweelinck, J. P. Te Deum, Cantus 1 et 2, Altus, Tenor, Bassus uit Cantiones n® 37, Tonus I mollari-ter aus G. Eine grosse seconde tiefer transponirt.
469. Sweelinck, J. P. 1613—1619. Acht ö-stemmige Psalmen , bewerkt door R. Eitner. Met nieuwe levensschets van den componist, door F. H. L. Tiedeman. Zie uitgave : Vereeniging van Nederl. Muziekgesch. VI. Amsterdam, L. Roothaan, 1876.

-ocr page 26-

470. S w e e 1 i n c k , J. P. Zes vier-atemmige Psalmen , bewerkt door Robert Eitner. Zie uitgave: Nereemging van Nederl. Muziekgeschiedenis XII. Amsterdam , Brix von Wahlberg.
471. Suriano, P. Passio D. N. J. C., 4 vocibua inaequa-libus, S. A.T. B. Zie : Mwsica divina, Annus I, Tom. 4.
472. Suriano, F. Re.aponsoria Chori ad cantum Passionis D. R.J. C. iu Dom. Palmarum et in feria VI in Para-sceve quatuor vocum. Zie : Repertorium Mas. Sacrae, Tom. II, fase. 3.
473. Suriano, F. Alma Redemptoris en .4»e Regina, ad 4 VOO. inaequal. Uitgegeven door J. Alt, viei’ Marian. Antiphonen.
474. T an gl, F erd. Opus 8. Asperges me et Vidi aquam, für Sopr. I, II, Alt und Bass (Tenor ad lib.). Regensburg, A. Coppenrath.
475. Tangl, Perd. Opus 10. 5 Hymnen zur Frohleich-nams-prozession, für S. A. T. B., vier Blechinstrumente ad lib. Regensburg, .4. Coppenrath, 1902.
476. Tangl. Perd. Opus 12. Zehn Fange lingua und Tantum ergo, für 4—6 gemischte Stimmen. Regensburg, A. Coppenrath, 1903.
477. Tappert, H. Cantus Eucharistici quos ad duas vel tres voces aequales concinente organo composuit. Ratis-bonae. Fr. Pustet, 1906.
478. T e b a 1 d i n i, G. ex Op. 8. Peria VI. In Parasceve 2 Tractus Domine audivi ac Rripe me , ad tres voces viriles ad modum falso-bordone. Torino, M. Capra.
479. Tebaldini, G. Op. 29. No. 6. Sabb. S. Alleluja confitemini l)no ac Tractus Laadate Dnm. ad duas voces viriles comitante organo. Torino, M. Capra.
480. Teeuwisse, M. L'audate Dominum, voor 4 mannenstemmen. St. Oreg.-Blad , 1897. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.
481. TeresiusaSanota Maria, Ord. Carm. Op. 4. Litaniae B. M. V., quas ad 3 voces aequales Organo comitante composuit. Editio secunda. 1893. Ratisbonae, Fr. Pustet.
482. T e r t i a n i. Tantum ergo. Solo et choeur. Zie : La m-billotte. Salut. 10.
483. The r mignon, Delfino. Ill Tantum ergo ad duas voces aequales (pueriles vel viriles) organo comitante. Torino, M. Capra.
484. Thiol, Carl. Opus 16. Acht Marieu-gesänge für 4-st. gomisohten Chor. Düsseldorf, L. Schwann.
485. T h i e 1 e n , P. H. Tu es Petrus, octo vocibus comitante Organo et Troinbonis. B. Patri Leoni XIII, Pont. Max., semisaecularia dignitatis sacerdotalis celobranti. Ratis-bonae, P. Pustet, 1887.
486. Thielen P. H. Opus 5. Zwei Gesänge zum feierl. Empfange des Bischofs.

No. 1. Sacerdos et Pontifex.

quot; 2. Bcce sacerdos magnus, für 6-3timm. geraischteu Chor. Regensburg, A. Coppenrath.

487. Thielen, P. H. Opus 39. Magnificat, octavi toni octo vocibus comit. Organo. Regensburg, A. Coppen-rath, 1904.
488. Thielen, P. H. Opus 57. Te Deum , ad quatuor voces (A. T. B. I, II). Regensburg, A. Coppenrath.
489. Thielen, P. H. Opus 65, Tücce sacerdos magnus, octo vocum. Regensburg, 1903. A. Coppenrath.
490. Thielen, P. H. Opus 66. 5 Hymnen zum Gebrauche bei der Frohleichnams-Prozession, für 5-stimm. gemischten Chor. Regensburg, A. Coppenrath.

491. Thielen, P. H. Opus 67. Te Deum, sex vocum. Regensburg, 1903, A. Coppenrath.
492. Thielen, P. H. Opus 71. Litaniae Lauretanae B. M. V., für Sopr., Alt, Ten, I et II und Bass I et II, Regensburg, 1899, A, Coppenrath,
493, Thielen, P, H, Opus 72, Zwei Gesänge zum feierl, Empf, des Bischofs,

No. 1. Sacerdos et Pontifex.

. 2. Rcce sacerdos magnus, für 4 stimm. Männerchor. Regensburg, 1899, A. Coppenrath.

494. Thielen, P. H. Opus 75. Drei Gesänge vor ausgesetztem hochw. Gute, für 4 stimm, gemischten Chor. Regensburg, 1900, A. Coppenrath.
495. Thielen, P. H. Opus 76. Fünf Hymnen für 4 stimm. Männerchor , zum Gebrauche bei der Frohnleichnams-Prozession. Regensburg, 1899, A, Coppenrath.
496. Thielen, P. H. Opus 77. Fünf Hymnen für Alt, Tenor, Bariton und Bass, zum Gebrauche bei der Frohn-leichnams-Prozession. Regensburg, 1899, A. Coppenrath,
497. Thielen, P. H. Opus 104. Zwei Begräbniss-Gesänge für 4 stimm. Männerchor.

No. 1. In paradisum,

» 2. Jesu, Salvator mandi. Regensb. A. Coppenrath.

498. Thielen, P. H. Opus 114. Zwei Gesänge z. feierl. Empf. des Bischofs.

No. 1. Sacerdos et Pontifex.

- 2. JScce sacerdos magnus, für 4 stimm, gemischten Chor (S. A. T. B.), Regensburg, 1903. A. Coppenrath.

499. Thielen, P. H. Opus 115. Fünf Hymnen für 4 stimm, gemischten Chor, zum Gebrauche bei der Frohn-leichnams-Prozessiou. Regensburg, 1902, A. Coppenrath.
500. Thielen, P. H. Opus 128. Ave Maria, für acht gemischte Stimmen in zwei Chören. Regensburg, 1904, A. Coppenrath.
501. Thielen, P. H. Opus 141. Hymne zum Feste der h. Caecilia, für 6 stimm, gemischten Chor mit Orgelbegl. (Text aus : Graduale Romanum Amstelodami 1763. (,,,Pesta nunc solemnia, celeirat ecclesia. Alleluja”).
502. Thielen, P. H. Opus 142 ajb. Zum Feste der h. Caecilia. Hymne für 5 stimm, gemischten Chor A, und 4 stimm. Männerchor, B. Text aus Graduale Romanum, Amstelodami 1763 , nach Motiven des Choral-Introitus. {Festa nunc solemnia, celeirat ecclesia. Alleluja). Regensburg, 1904, A, Coppenrath.
503. Thielen, P. H. Opus 144. Drei lateinische Gesänge.

1. Jesu dulcis memoria,
2. O salutaris hosiia.
3. Veni Sancte Spiritus, für 4 stimm. Männerchor. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.

504. Thielen, P. H. Opus 146. Vier Ave maris stella, für 4 stimm. Männorchor. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
505. Thielen, P. H. Opus 159. 6 O Ione Jesu, für 4 stimm. Männerchor. Regensburg, A. Coppenrath.
506. Thielen, P. H. Opus 164. Drei Ave Maria's, für 4 stimm. Männerchor. Regensb. 1906, A. Coppenrath.
507. T i X h 0 n , H. Tantum ergo, Solo de Ténor ou Baryt. Zie ; Repertoire des Maîtrises, No. 311.
508. Tix hon, H. Ave verum, Solo. Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 340.
509. T 0 n i z z 0 , A. Dixit Dominus, a due voci eguali con accomp. d'Organo od Harmoninm. Roma. Enr. van den Eerenbeemt.

-ocr page 27-

510. Tonsor, Mich. 1. Ego sum panis, 5 voc.

2. Elisabeth Znrhariae, 5 voc.

Zie ; Gommer. Musica Sacra, Tom. XIX.

511. Tonsor, Mich. 1. Clamavi in toto, 6 voc.

2 O admirabile commercium, 5 voc.
3 . Ave Jllaria, 5 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XV.

.512. Tresch, Joh. B. Opus 3. Litaniae Lauretanae ad 3 voces aequales et chorum unisono respondentem, Organe vel Harmonie comitante. Editie 3ia, 1899. Ratis-bonae, E. Pustet.

513. Tresch, Joh. B. Opus 8. Litaniae Lauretanae (n“ 3) dnobus choris concinendae. Ratisbonae, 1881, E. Pustet.
514. Tresch, Joh. B. Opus 9. Litaniae Lauretanae (n” 5) in hon. Reginae Saer. Rosarii ad chorum, 4 vocum in-aequalium et alterum chorum unisono vel 4 vocibus respondentem una cum organo comitante ad libitum. 1884. Ratisbonae, F. Pustet.
515. Tresch, J o h. B. Opus 10. Enchiridion für Pfarrkirchenchöre, 31 Offertorien und 19 andere oft treffende lateinische Kirchengesänge für 4 gemischten Stimmen. Regensburg, F. Pustet, 1888.
516. T y c h 0 n , S. H. Communio in feste S. Stephani : Video coelos apertos, voor 4 mannenstemmen. Bijlage St. Gregorius-Blad, Haarlem, 1898.
517. T y c h o n , S. H. Opus 4. Cantica sex ad adorationem Ss. Sacr. et in hon. B. M. V., ad 4 voces viriles. Tilburg! , W. Bergmans.
518. Varoti, Mich. O rex gloriae, 5 voc. Zie: Commer. Musica Sacra, Tom. XV.
519. Vendergeinst. Ecce panis. Solo avec accompagnement de Cor. Zie : Lambillolte, Salut. 9e.
520. Vanderginst. Adoro te, Solo avec accompagnement de Cor. Zie ; Lambillotte, Salut. Ile.
521. Van der Velpon, Abbé J. O salutaris, duo pour Ténors. Zie; Répertoire des Maiirises, No. 304.
522. Van der Velpen, Abbé J. Tantum ergo. Solo de Basse. Zie; Répertoire des quot;M^aitrises, No. 305.
523. Van der Velpen, Abbé J. Ave Maria, Solo do Ténor et Choeur à 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 306.
524. Van der Velpen, Abbé J. O salutaris, Duo pour Ténor et Basse. Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 316.
525. Ven, J. A. van de. O sacrum, pour 3 voix d’homme. Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 253.
526. V e n , J. A. V a n d e. O salutaris hostia. Duetto pour Ténors. Zie : Répertoire des Maitrises, No. 254.
527. Ven, J. A. van de. Ave Maria, pour 2 Sopranos ou Ténors. Zie ; Répertoire des Maitrises, No. 255.
528. Ven, W. van de. Adoro te, voor 4 mannenstemmen en orgol. Amsterdam, Alb. Roothaan.
529. Venturini, Franc. Opus 1. Concerti di Camera, A. 4, 5, 6, 7, 8, 9 instromenti. Parte prima e secunda. Amsterdam, Estienne Roger.
530. V erdonck, Corn. Offertorium Ave Maria, 4 voc. Zie; Mus. Biv., An. II, Tom. 2.
531. V ereeniging voor Nederlandsche Muziekgeschiedenis. Uitgave van oudere Noord-Nederlandsche Meesterwerken.

I. Zie Sweelinck : Regina coeli.
II. Zie Valerius : Eederlandtschen OedencTc-clancTc, oud-Nederlandsche liederen.

III. Zie Sweelinck ; Zeven orgelstukken.

V. Zie C. Schuyt en Sweelinck : Madrigalen.
VI. Zie Sweelinck ; Acht 6-stemm. Psalmen.
VII. Zie Sweelinck ; Chanson.
VIII. Zie Wanning; 32 Sententiae,
IX. Zie Obrecbt : Missa Fortuna desperata.
X. Zie Riemsdijk; Oude danswijzen.

XII. Zie Sweelinck ; Zes 4-stemm. Psalmen.
XV. Zie Sweelinck; Hodie Christus natus est.
XVI. Zie J. van Riemsdijk : 24 liederen uit de 15de en 16de eeuw.

532. V e r e 1 s , P. J. Modulamina. Recueil de morceaux religieuses à 2 voix égales avec aooomp. d’Orgue.

No. 1. Ecce panis.

1 2. Adoro te.

• 3. O sacrum.

1 4. O quam.
« 5. O dulcis amor.

533. Vorholst, Fr. Salutation Angelique (Ave Maria) , pour voix d’enfants à Tunisson et orgue. Bruxelles , chez l’auteur.
534. Vorheyën, Joh. Litaniae Lauretanae, für Sopr., Alt und Bass mit Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath.
535. Verhulst, Joh. J. H. Opus 54. Cantica in hon. S. Sacramenti diversis vocibus organis adjunctibus. Sectio la. 1. Ave verum, pour Bar.

2. Adoro te, pour Ten. et B.
3. Jesu dulcis memoria, pour Bar.
4. Jesu Redemptor, pour Bar.
5. O hostia vere digna. Quartette, pour 2 Ten. et 2 B. cura organorum conductione vel Piano forte. Amsterdam, Theune amp;nbsp;Co. G. Alsbach.

536. Vermeulen, C. H. Driestemmige Lofgezangen. Roosendaal, Somers.
537. Verswyvel, F. Haec est praeclarum vas, Antiphone, Solo pour voix de Basse, No. 14. J. B. Katto, Bruxelles.
538. Verzameling van Lofzangen voor 4-stemmig gemengd koor en orgel, van verschillende componisten ;

I. M. Bauer, J. Bibl, C. Bracké, J. M. Bühler, J. M. Dreyer , I. Hackel, Händl , J. Haynd , Hessels, F. Heymans , N. A. Jansen , J. Kerckhove, Kobisch , Labat, Lambillotte , F, Lavainne , P. van Leeuwen , J, B. Marijnen, de Mehul, J. Aimé Mengis, W. Mozart, S. Nenkomm , Th. Nisard, Novello, J. Ohnewald, E. H. Pasta , Pegger, Pleyel, Louis Piket, J. Randau, G. van Rôder, L. Roeus, Rossi, F. H. Schmid, Suchini, von Welden, F. Zimmers.

539. Vesper ae in Festo Pentecostes, Falsi-bordoni, auctore Caec. a Zachariis, Alt, Ten. 1 en 2, Bas. Bijlage vau St. Gregorius-Blad, Haarlem, 1881.
540. V i a d a n a , L. Psalm 116 ; Laudate Dominum, Ton. I, II, III, IV, V, ad 4 voces inaequales, St. Qregor.-Blad, 1882. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
541. Viadana, L. Psalm 50 : Miserere, voor S. A. T. B. St, Gregor.-Blad, 1882. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
542. Viadana, L. Cantiones Selectae ex operibus eccle-siasticis. Zie : Repert. Mus. Sacrae, Tom. I, fasc. 6.
543. Victorious, G. Litaniae de Ss. Nomine Jesu, ad 4 voc. inaequal. Edidit Ph. J. Lenz. Zie uitgave; Cantus divinus. Series I, Heft 9. Leipzig, P. Braun, 1887.
544. Vieuxbois, B. de. Salut solemnel à 3 voix. Zie; Recueil de musique d’église. Année II, Livr. 5.
545. Vieuxbois, B. de. Tantum ergo à 3 voix et Alma Redemptoris. Zie ; Recueil de musique d’église. Année IX ; Livr. 1—2.

-ocr page 28-

546. V i e U X b o i a , B. de Ave Maria ou Ave regina , motet à la S. Vierge à deux voix avec orgue. Gaud , Gevaert.
547. Viotta, J. J. Salve Regina, tribus vocibus aequali-bus plenoque organorum coucentu. Roterodami, G. Alsbach et Soc.
548. Viotta, J. J. 6 Cantica sub elevatione cum organorum conductione.

No. 4. Ave verum, voor Tenor. Amstelodami, Tbeune amp;nbsp;Soc.

No. 6. Adora te, Q,uartetto voor 2 Tenoren en Bassen met orgel. Uitgave: ’s Gravenhage, G. H. v, Eck Jr.

Kerk-Muziek voor 1, 2, 3 en 4 mannenst. met begeleiding van orgel.

549. Viotta, J. J. Sex Cantica B. M. V.

No. 1. Ave Maria, Tenore, Solo con coro.

• 2. Tota pulchra , Antipbonia Quartette pour 2 Ten. et 2 Basso. Amstel. G. Alsbach amp;nbsp;Co.
• 3. Ave Maris stella, Hymnus p. Basso-Solo.
• 5. Race Maria, Antiphonia Duettino pour Tenor et Baritone.
» 6. Salutatio Angelica, Quintette a la capella, pour Alto, 2 Ten. et 2 Bassi.

550. Viotta, J. J. Sex Modulamina sub elevatione diverquot; sis vocibus cum organo.

No. 1. Jesu Redemptor, 2 Ten., 2 B.

1 2. Range lingua, Ten.-Solo.

» 3. O vere digna hostia, Bar.-Solo.
• 4. Panis angelicas, 2 Bassi.
» 5. Jesu mi bone sentiam, Ten.-Solo.
» 6. O salutaris. Quartette, 2 Ten., 2 B.

Amstelodami, Th. Roothaan amp;nbsp;Soc. et G. Alsbach et Soc,

551. Vittoria, Lud, 1. Taedet animam meam, 4 vocum.

2. Ecce Dominus veniet , 5 vocum. 3. Hymnus Range lingua, 4 vocum. Zie j Musiea Divina, Annus II, Ton. 2.

552. Vittoria, L. Officium Hebdomadae Sanctae, conti-nens varias cantiones sacras ex liturgia sacra Dom. Palmarum, Eeria V in Coena Dni, Feria VI in Parasceve et Sabbati Sancti, IV, V, VI et VIII vocum aequalium et inaequalium. Zie : Repertorium Mas. Sacrae, Tom. II, fasc. 4—7.
553. Vliegh, C. 0. A. d e. Tantum ergo, für S. A. T-und B. mit Orgelbegleitung. Mayence, B. Schott fils.
554. Vranken, P. J. Jos. Opus 3. Hymnus Te Deum laudamus, ad qnatuor voces aequales organo comitante. Ultrajecti Vid. v. Rossum, 1899.
555. Vranken, P. J. Jos. Opus 14a. Ave Maria, voor 5-stem. gemengd koor , S. A. T. Bar. eu Bas. Utrecht Wed. V. Rossum, 1901.
556. Vranken. P. J. Jos. Opus 28. Canticum B, M. V-Magnificat, ad quatuor voces viriles. Tilburgi, W. Bergmans, 1906.
557. Vranken, P. J. Jos. Opus 30. Cantate Domino. Zwölf Hymnen und Motetten zum liturgischem Gebrauche für 4 und 5 Stimmen gemischter Chor à capella. Düsseldorf, L. Schwann, 1907.
558. Vranken, P. J. Jos. Opus 32. Hymnus Veni Creator, ad 4 voces viriles cum organo. Ultrajecti, vidua V. Rossum, 1907.
559. Vulder, Jules de. Litanie de B. M. V. à 3 voix égales. Recueil de musique d'église, Année VIII, Livr. 6.
560. Wagner, Jozeph. Opus 1. Litaniae Lauretanae in C-dur , für 4 stimm, gemischten Chor mit Orgelbegl. Regen.sburg, 1904. A. Coppenralh.

561. W agner, Jozeph. Opus 2. Litaniae de S. Corde Jesu und Fange lingua, für zwei gleiche Stimmen und Orgelbegl. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
562. Wanning, Joh. 1584. Bloemlezing uit de 52 Sen-tentiae, bewerkt door Robert Eitner. Zie uitgave : Per-eeniging van dJederlandsche Muziekgeschiedenis VIII. Amsterdam, L. Roothaan, 1878.
563. Wansing. Lofzangen sub elevatione, 3 vocibus cum organo.

1. O dulcis amor Dei, in F.
2. O quam suavis, in G.
3. O salutaris, Duo in C.
4. Panis angelicas, in A.
5. Ascendit Deus, in C.
6. Rcce panis, Duo in Es.

564. Warstade, B. Opus 30. 12 Benedictionen für 3 à 4 Singstimmen mit Begleitung des Orchester, Soprano , Alto, Tenore, Basso, Organo, Violino I en II, Viola, Basso è Violoncello Obae I en II, Flauto 1 en II Tampany, Clarini '/j , Cornu ‘/a , Clarinette 1« en 211» in B.
565. Weinberger, K. Fr. Opus 64. Zehn Range lingua, für 4 Stimm, gemischten Chor. Regensburg, A. Coppenrath, 1905.
566. Weiden, Ludwig von. Maria sine macula con-cepta, à 4 voix et O salutaris. Zie : Recueil de musique d'église. Année VIII, Livr. 2; IX, Livr. 4.
567. W e n t h 0 11, W. L. M. Oremus pro Rontifice nostro, vel una, vel duabus, vel tribus vocibus aequalibus con-cinendum comitante organo. Ultrajecti, vidua v- Rossum, 1901.
568. W i e r t s , J. P. J. Haec dies, voor 4-st. mannenkoor en orgel.
569. Wiltberger, August. Opus 13. Die Offertoriën der Marien-feste, für zwei gleiche Stimmen mit Orgelbegleitung. Regensburg, F. Pustet, 1884.
570. Wiltbergcr, Aug. Opus 18. Fünfzig Choräle für eine Oberstimme und drei Männerst. Münster i/W. 1884, H. Behöningh.
571. Wiltberger, Carol. Opus 1. Septem Offertoria, ad duas voces aequales (Tenor et Bassus) cum organo. Duesseldorf, L. Schwann, 1906.
572. Wiltberger, Heinr. Opus 98a. Neue Sammlung, leicht ausführbarer dreistimmiger lateinischer Gesänge. Düsseldorf, 1906, L. Schwann.
573. Winter, P. von. 1. Tantum ergo, à 3 voix, S. 1-2 B. 2. Regina coeli , ä 3 voix , S. 1-2 B. Zie : Recueil de musique d’église. Année VI, Livr. 6.
574. Winter, P. O Jesu, o pastor ionus, Trio 1st Treble, 2nd Treble , Tenor and Organ, arranged by Vincent Novello, London.
575. Witt, F. Ave verum corpus, voor 4 mannenstemmen. Bijlage van ’t St, QregoriusSlad, 1878.
576. Witt, Dr. F. Cor Jesu, cor purissimam. Aan Jesus’ Allerheiligst Hart , voor 4 mannenst. St. Oreg.-Blad , 1879. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
577. Witt, Dr. F. Opus 5. Cantus Sacri.

Opus 5a. Sectio I, ad 3, 4, 8 voces aequales. Editio 4ta, 1894.

Opus 5i. Sectio II, ad 3 vel 4 voces aequales. Editio altera, 1887.

Opus 5c. Sectio III, ad 3 vel 4 vel 8 voc. aequales, 1888. Ratisbonae, F. Pustet.

-ocr page 29-

578. Witt, F. X. Opus 7. Sequentia Staiat Mater, quatuor Tocibus inaequalibus concinenda comitaute organo. Editio tertia 1882 ; Editio quarta 1896, Ratisbonae, F. Pustet.
579. Witt, F. X. Opus 10. Te Deam laudamus, Hymne für acbtstimmigen Chor, Orgel, Posaunen und Bombardon. 1867. Regensburg, A. Rauschenbach.
580. Witt, F. X. Opus Xo. Hymnus Te Deum, ad quatuor voces inaequales comitante organo. Editio quarta. Ratisbonae, F. Pustet, 1893.
581. Witt, F. X. Opus X. Te Deum laudamus, voor vier Mannenstemmen en Orgel, bewerkt door J. C. van Oors. Zie : van Oers. St. Gregorius-Slad, 1898. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
582. W i 11, F. X. Opus 13i. Litaniae S. Nominis Jesu , ad 2 voces aequales, vel 4 voces inaequales. Editio 2a, 1894. Ratisbonae, P. Pustet.
583. Witt, F. X. Opus 15. Offertoria totius anni. Sammlung mehrstimmiger Offertorien (C. A. T. B.), für das ganze Kirchenjahr. No. 1 —220. Regensburg, F. Pustet, 1892.
584. Witt, F. X. Opus 20a. Litaniae Lauretanae ad quin-que voces. Editio 2a, 1884. Ratisbonae, F. Pustet.
585. Witt, F. X. Opus 20i. Lauretanische Litanei (H.-Moll), für Sopr., Alt, Tenor und Bass mit Orgelbegleitung, herausgegeben von F. H. Engelhart, Regensburg, F. Pustet, 1896.
586. Witt, F. X. Opus 27c. Hymnus Te Deum laudamus, ad 4 voces aequales, 1887. Ratisbonae, F. Pustet.
587. Witt, F. X. Opus 28. Litaniae Lauretanae, 6 voci-bus concinendae, 1874. Regensburg, F. Pustet.
588. Witt, F. X. Opus 28. Litaniae Lauretanae, ad 6 voces, ad 4 voces inaequales, transcriptae a F. H. Engelhardt. Ratisbonae, F. Pustet, 1904.
589. Witt, F. X. Opus 34. Gradualien, Alleluja und Trac-tus, Hymnen, Sequenzen und Motetten.

3e Lieferung No. 19—58.

4e nbsp;nbsp;nbsp;. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;- nbsp;59—99.

7e nbsp;nbsp;nbsp;» nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• 121—149.

Regensburg, F. Pustet, 1897.

590. Witt, F. X. Opus 40i. Litaniae Lauretanae, 8 voci-bus concineudae, 1882. Ratisbonae, F. Pustet.
591. Witt, F. X. Tui sunt coeli. Offert, in Festis Nativ. Domini, naar Musica Sacra 1883, door L. B, St. Qre-gorius-Slad 1898.
592, Za eh arii s , C a e s. de. Vesperae in Festo Pentequot; costes. falsi-bordoni voor Alt, Ten. 1 en 2, Bas. St. Qre' gorius-Slad, 1881. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
593. Zahlfleisoh, Gr. 0. F. M. Sequentia Stabat Mater Solorosa, ad Chorum IV voc. inaequal. Regensburg 1899, A. Coppenrath.
594. Zenger, Max. Opus 3. Salve Segina, für Sopran, Solo und gemischten 4 Stimm. Chor nebst 2 Violinen, Viola, Violoncell, Contrabass, 2 Oboen, oder Clarinet-ten, 2 Horn, 2 Trompeten, Pauken, und Beigabe der ausgesetzten Orgelstimme. Augsburg, Anton Bohm.
595. Zimmers, Th. Tani!«?» ergo, pour 3 voix. Zie : Seeueil de musique d^église, Année III, Livr. 9—10.
596. Zingarelli. Seaius vir, Sop., Alt, Ten., Basse avec Orgue. Zie ; Lambilloite, Salut 4e.
597. Zingarelli. Jesu dulcedo cordium. Solo. Zie : Lam-billotte, Salut 10e,
598. Zingarelli. O Jesu dulcis, Sopr. et Ten. avec Orgue. Zie : Lambilloite, Salut lie.

Serie II. — Missen.

599. Amsterdamsche Missen met zes Elevatiestuk-ken. Zie : Sex Missae Novae a Presbytero quodam Mis-sionis Hollandiae.
600. Anerio, J. Fr. Missa pro defunctis cum sequ. et Respons. Libera, 4 voc. (S. A. T. B.) concinenda quam ad usum hodiernum rediget Ign. Mitterer. Regensburg, A. Coppenrath. Zie ook : Serie I, Missen No. 4 en 151.
601. Anerio, J. Fr. Missa VIII toni. Hor le tue force adopra, ad 4 voe. inaequal. Ad usum hodiernum redigit Ign. Mitterer. Regensburg , A. Coppenrath. Zie : Mitterer, en ook Serie I, Missen No. 3.
602. A r c h a m b e a U , J. M. d'. Ire Messe à 3 voix égales. Zie : Sépertoire des Mailrises, No. 27—-28.
603. A r e h a m b e a U, J. M. d’. Seconde Messe pour 3 voix égales. Amsterdam, H. A. Zweers. Zie : Sepertoire des Maîtrises, No. 67—68.
604. Archambeau, J. M. d’. 3o Messe pour 4 voix d’hommes. Zie ; Sépertoire des Maîtrises, No. 119-120.
605. - Archambeau, J. M. d’, 4e Messe à 3 voix d’Homme Requiem. Zie: Sépertoire des Maîtrises, No. 126-127.
606. Archambeau, J. M. d’. Messe No. 6 pour trois voix d’homme et Orgue. Zie : Sépertoire des Maîtrises, No. 328-329.
607. Assemaeher, F., S. J. Opus 6. Messe en l’honneur de S. Ignace, pour trois voix d’homme et accomp. d’Orgue, (doigté). Bruxelles, F. de Ayussa, 1897.
608. A U e r , J 0 s. Opus 16a. Missa solemnis in bon. S. Joseph! , für 4 Stirn, gemischten Chor. Regensburg, A. Coppenrath.
609. Auer, Jos. Opus 16. Missa solemnis in hon. S. Josephi, für 4 Stirn Männerchor. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
610. Auer, Jos. Opus 17. Missa de Sequiem, 4 vocum virilium. Regensburg, A. Coppenrath.
611. Adler, G. Opus 11. Libera me Domine, für vier Singstimmen, C. A. T. B. Wien, S. A. Steinerund Co.
612. Adolfo, Don. Seconde Messe, brève et facile à 3 voix égales avec accomp. d’Orgue. Bruxelles, Schott frères.
613. Ago, Franc. Messa per due Teuori e Basse con aco. di Organa. Uitgegeven door : Publieazione periodica di Musica Sacra populäre. Anno III. Italia. Biancenza. 1885.
614. Ahle, Nep. Missa Sanctae Crucis ad 4 voces aequal. Ratisbonae, F. Pustet, 1883.
615. Aiblinger, Kaspar. Messa a Canto fermo, Canto et Organo.
616. Aiblinger, Kaspar. Sechs Messen für Sopran-und Alt-Stimmen mit Begleitung der Orgel, Basso nnd Violoncello, ad libitum. Partitur und Stimmen. Regensburg, Fr. Pustet, 1859.
617. Allmendiger, Carl. Opus 13. Missa de Ss. Tri-nitate, für 3 Stirn. Mannerchor. Regensburg, F. Pustet, 1898.
618. Bach. Messe No. 2. A-Dur, Klavier-Auszuge von G. Rösler. Edition Peters, Leipzig.
619. Bach. Messe No. 3. G-Moll, Klavier-Auszug von G. Rösler. Edition Peters, Leipzig.
620. Bach. Messe No. 4. G-Dur, Klavier-Auszug von G. Rösler. Edition Peters, Leipzig.

-ocr page 30-

621. Balen, J. G. van. Opus 4. Miasa pro defunctia, Requiem, ad 4 voces, C. A. T. B., Organo comitante. TJltrajecti, vid. J. R. van Rossum, 1900.
622. Bart, G. Congr. Oratory Presb. Missae et Motetta , III. IV, V vocum oum instrum. Antverpiae, Haeredes P. Phalesii, 1674.
623. Bartholomeus, J. N. Messe à 3 voix égales. Zie : HépertoiTe des MaitriseSi No, 27.
624. Bartholomeus, J. N. Messe solemnelle pour 3 voix d’homme avec accomp. d’Orgue. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 238.
625. Bartholomeus, J. N. Messe Solennelle (in C.), Sopr., Ton., B.
626. Bartholomeus, J. N, Opus 24. Messe solennelle in C, le et 2e voix.
627. Bartholomeus, J. N. Messe Solennelle à trois voix égales , Solos et Choeur avec accomp, d’Orgue (in Es). Bruxelles, J. B. Katlo,
628. Batka, J. N. Opus 30. Lilera, S. A. T. B.
629. Battmann, J. L. Bibliothèque religieuse complète des Paroisses, Communautés relig.. Séminaires etc. facile et chantante.

Deuxieme Serie. Chant avec accomp. d’Orgue.

Volume I. Deux Messes.

Opus 335, Messe en Ut majeur, à deux voix.

Opus 336, Messe eu Sol majeur, à deux voix.

Volume II. Opus 337. 10 Litanies à la S. Vierge , à deux voix.

Volume III. Cinquante Motets à deux voix.

Opus 338. 10 Motets au S. Sacrament.

Opus 339. 10 Motets et Antiènnes à la S. Vierge.

Opus 340. 20 Motets pour les Grands fêtes.

Opus 341. 10 Motets pour les fêtes patronales. Bruxelles, Schott frères.

630. Bauer. Jos. Opus 1. No. 1. Missa pro defunetis’ für eine Singstimme und Orgel, Vierte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
631. Bauer, Mich. Missa prima in hon. Ss. Cordis Jesu. Ad unam vocem cum Organo. Editio quinta. Regensburg, A. Coppenrath.
632. Bauer, Mich. Missa secunda in hon. B. M. V. ad unam vocem cum Organo. Fünfte Auflage. Regensburg, A, Coppenrath.
633. Beethoven, L. van. Opus 86. Messe für vier Singstimmen. Italienisch und deutsch mit Begleitung des Piano-Forte, arrangirt von O. Claudius. Breitkopf amp;nbsp;Härtel in Leipzig.
634. Beethoven, L. van. Opus 86. Messe in C-dur im Clavierauszuge, unter Revision von C. Geissler und Franz Liszt, Wolfenbüttel, L. Holle.
635. Beethoven, L. van. Mia in C, verkort en voor Mannenstemmen gezet, door K. Hille. Zie : Hille. Amsterdam, G. Alsbach amp;nbsp;Co.
636. Beethoven, Lud. van. Opus 123. Missa Ser. ac Em. Dno Rudolpho Joanni, Cardinal! et Arch, olomu-censi dedlcata. Moguntiae, B. Schott fil. 1827. (Partituur voor orchest, orgel en stemmen).
637. Benedictus a S. Josepho, Ord. Carm. Opns 1. Missae, Litaniao et Motetta, IV, V, VI vocibus cum instrumento et ripienis. Antverpiae, Haer. P. Phalesii, 1666.
638. Benoit, Peter. Missa (in D-mineur) tribus vocibus virorum comitante organo. Paris-Bruxelles. Schott frères.

639. B er ch t h a 1 , Hans von. Opus 1. Kurze und leichte Messe für eine Singstimme mit Orgelbegl. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
640. Berckel, H. J. van. Opus 44. Missa in hon. B. M. V., Tonus VIII, S. A. T. B. St. Qregorius-Blad, 1888. Haarlem, St, Jacobs-Godshuis.
641. Berckel, H. J. van. Opus 47. Missa III in hon. S. Cordis Jesu. St. Qregorias-Hlad , 1889. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.
642. Berckel, H. J. van. Opus 52. Missa pro defunctis, voor 4 mannenstemmen en orgel. Bijlage St. Gregorius-Blad, 1893. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
643. Bergerhoff, J. H. Opus 3. Missa tertia quatuor vocibus humanis comit. organo. Elberfeldiae, F.W. Arnold.
644. Bernabii, G. A. Missa ad regias agni dopes, ad 4 voces inaequales. Accommodavit H. Oberhoffer. Zie uitgave : Cantus divinus. Serie I, Heft 2. Leipzig, 1884, P. Braun.
645. Bertelman, I. G. Beguiem (No. 1). Missa pro defunctis , tribus vocibus humanis comitante Organo vel Piano-forte. Amstelodami, Theune et Soc.
646. Biedermann, E. J. Opus 30. Missa in hon. B.M.V. Ad uuam vocem comitante Organo. New-Vork, Fischer’s Edition, No. 2686, A» 1905.
647. Bill, Hans. Op. 11. Missa in hon. B. M. V. „Salus infirmorum” , für eine Singstimme mit Orgelbegleitung (oder Chor). Regensburg, Martin Cohen.
648. Bill, J. Opus 12. Missa in hon. B. M. V. sub titulo Consolatrix Affiictorum, ad duas voces aequales cum Organo. 1893, Ratisbonae, F. Pustet.
649. Bill, J o a. Opus 19, Missa in hon, S, Elisabeth ad unam vocem (vel ad quatuor voces inaequales) cum organo, Regensburg , A, Coppenrath,
650. Bille, P. J, Duodecim Missae et Missa pro defunctis, sequnntur quatuor Antiphonae de B, M. V. et viginti quatuor Modulamina duarum vocum, Pars Ima et 2a , Lovanii, L. J. Urban. Nova Editio. Mechliniae , 1830, P. J. Hauicq.
651. Bisschoff, Joh. Christ. Missa in honorem S. Notkeri, Messe für C. A. T. und B. und Orgel (ad libitum).
652. Bisschoff, Joh. Chr. Missa in hon. Ss. Inno-centium, ad duas aequales vel quatuor voces inaequales et Organum. Einsiedeln, Gebr. C. und N. Benziger.
653. Blied, Jacob, Opus 43. Missa tertii toni in hon. S. Josephi, für zwei gleiche Stimmen mit Orgelbegleitung. Regensburg, J. Seiling. Zweite Auflage.
654. B 0 d 3 0 n , N. Première Messe en ut à 3 voix d’homme. Zie ; Bépertoire des Maîtrises, No. 139—140.
655. B o e k X. Missa 2a Solemnis tribus vocibus , in Bes , oum Partitura.
656. Boekx. Missa tertia, in Bes. Partitura.
657. Bordese, L. Bépertoire des petites chapelles... collection de morceaux de musique religieuse, faciles et chantants , à 1 et 2 voix égales avec accomp. d’orgue ou d’harmonium, No. 14—18. Messe in Fa. Bruxelles-Paris. Schott, frères.
658. Bordese, L. Petite Messe solennelle à deux voix ou Choeur, à 2 Parties et Solos. Schott fr., Mainz.
659. Bordese, L. 2“'® petite Messe Solennelle (in Fa maj.) à 2 Sopranos ou Ténor et Basse ou Soprano et Basse, Soli en Choeur et Soli avec accompagn. de Piano ou d’Orgue. Mayence, Fils B. Schott.

-ocr page 31-

660. Botazzo, Alois. Opus 130. Missa in hon. S. He-leonorae, Imp. ad unam vocem comit. Organo vel Harm. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
661. Botazzo, Luigi. Opus 157. Missa in hon. S. Oae-ciliae, ad chorum unius vocis, harmonie vel organo co-mitante. Torino, M. Capra.
662, Bots, G. L. Missa in hon. Sacr. Cordis Jesu , ad duas voces aequales. Bergis-ad-Zonam. Numa Hasselman, 1904.
663. Bottarelli, Emil. Messa funebre per due Tenor! e Basso con acoompagnamento d’Organo. Uitgegeven door : Publicazione periodica di Tüusica Sacra populäre. Anno II, Italia. Piancenza, 1884.
664. Bottigliero, Ed. Opus 52. Missa in hon. B.M.V. de Monte Carmelo , ad tres voces viriles Organo comi-tante. 1906, Ratisbonae, E, Pustet.
665. Bouman, H. P. Messe à 4 voix d’homme. Zie: Répertoire des lliaitrises, No. 217—218.
666. Box. Missa No. 1, duabus vocibus cum Organo, in F. No. 2 in A-mol.
667. Box. Missa de Requiem^ duabus vocibus cum Organo.
668. Boyer, Cypr. Missa pro defunctis, ad chorum unius vocis mediae comitante Organo vel Harmonie. Torino , M. Capra.
669. Boyer, C. Messe brève , à 2 voix égales ou 4 voix mixtes. St. Laurent-sur-Sevrè (Vendée), L. J. Biton.
670. B re e , J. B. van. Missa tribus vocibus humanis , comitante Organo, No. I. Amstelodami, Theune et Soc. 1837.
671. Bree, J. B. van. Missa tribus vocibus humanis, comitante Organo, No. 2.
672. Bree, J. B. van. Missa tribus vocibus humanis, comitante Organo, No. 3. Amstelodami, apud Theune amp;nbsp;Soc. 1837.
673. Bree, J. B. van. Missa tribus vocibus humanis, comitante Organo, No. 5. Amstelodami, Theune amp;nbsp;Soc.
674. Bree, J. B. van. Missa duabus vocibus aequalibus cum Organo concinenda. Amstelodami, G. Alsbach amp;nbsp;Soc.
675. Bree, H. J. J. van. Missa duabus vocibus aequali-bns cum Organo, No. 1. Amstelodami, H. A. Zweers.
676. B r ü e k 1 m a y e r , Fr. X. Opus 6. Missa in hon. B. M. V., nebst einem Äve Hlaria als Offertorium und einem Range lingua , für eine mittlere Siugstimme mit Orgelbegl. Vierte Auflage. Regensburg , 1906 , A. Cop-penratb.
677. Brücklmayer, Fr. X. Opus 25. Missa sexta in hon. Ss. Ignatii et Franzisci Xav., ad chorum duarum Tocum pnerilium (Alt 1 , 2), et duarum virilium (Bass 1, 2), vel ad IV voo. inaequales (S. A. T. B.), Regensburg , 1903, A. Coppenrath.
678. Brunner, Ed. Opus 3. Requiem mit l,ilgt;era, für Sopran und Alt mit Orgelbegl. Vierte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
679. Brunner, Ed. Opus 8. II Requiem, für Sopr., Alt, Ten. und Bass mit Orgel- oder Blechquartett-Bo-gleitung. Regensburg, A. Coppenrath.
680. Brunner, Ed. Opus 187. Requiem mit itiero, für eine mittelhohe Frauen- oder Männerstimme und Orgel. Regensburg, 1903, A. Coppenrath.
681. Buhler, F. Opus 5. Ima Missa de Requiem in Es , 3 à 4 vocibus inaequalibus mit ausgesetzten Orgel.
682. Buhler, F. Opus 10. Sex Missae, 4 voo. inaequalibus, S. A. T. B.

683. Callaerts, Joseph. Opus 24. Messe pour trois voix d’homme avec accomp. d’Orgue. Bruxelles , Schott frères.
684. Canestrari, D. Opus 2. Messa Sine laie concepia, per coro a due voci dissimili con accomp. d’armonio o d’organo. Torino, M. Capra.
685. Canestrari, D. Opus 3. Missa Miserere nostri Domine, ad chorum trium vocum inaequalium organo, vel harmonie comitante. Torino, M. Capra.
686. Canniciari, Pompeo. Missa in A-moll, für S. A. T. B. , mit Vertragsbestimmungen etc., versehen von F. Witt, 1885. Regensburg, F. Pustet.
687. Cantus Divin U s. Serie I.

Heft 1 ; Palestrina, Missa brevis, S. A. T. B.

Heft 2 : G. A. Bernabei, Missa ad regias agni dapes, ad 4 voc. inaequales.

Heft 5 : A. Scarlatti, Missa pro defunctis, ad 4 voces inaequales.

Heft 6,7: Andreas Hofer, Responsoriën ad Matuti-num in feria V, VI et Sabbato M. Hebd. ad 4 voces inaequales.

Heft 9 : Liber Litaniarum.

1. G. Victorinus, Litaniae de Ss. Nomine Jesu, ad 4 voc. inaequales.
2. Orlandus Lassus, Litaniae de omnibus Sanctis , ad 4 voo. inaequales.
3. G. Marchi, Litaniae Lauretanae, ad 4 voc. in-Leipzig, P.^Braun, 1884—1887.

688. Capocci, Filippo. Messa Viro Clemens, per coro a quattro voei dissimili (S. C. T. B), con acoompagnamento d’Organo. Torino, Marc. Capra.
689. Cellini, Emilio. Missa in hon. S. Antouii Pat., tribus voc. aequal. organo comitante. Roma. Emilio van den Eerenbeemt.

69Ö. Ceuppens, Victor. Opus 38. Messe solennelle , No. 5, à 3 voix égales. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 179.

691. Ceuppens, Victor. Opus 38. Messe solennelle, No. 5, à. 3 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 291.
692. O h e r i O n , A. Messe de Squot; Angèle, à 4 voix mixtes avec accompagnement d’Orgue ad libitum. Arras. Procure générale de musique réligieuse.
693. Cherubini. Missa 1“» in F , 4 voc. inaequal. cum instrumentis, Violinol“, Viola 1“, Viola Alto 2“, Violoncello, Obaë, Tympani in F.
694. Cicognani, Ant. Opus 1. Missa Renedicta et ve-nerabilis es, ad duas voces viriles organo comitante. Ratisbonae, F. Pustet, 1897.
695. Choron, Nioou. Messe Simpllcltas justorum diri-get eos. Troisième Prix du concours international de musique religieuse. Bruxelles, Schott, frères, 1868,
696. Cohen, Cari. Opus 4. Missa in hon. S. Ottonis , ad 4 voces inaequales. Düsseldorf, L. Schwann, 1889.
697. Coupé, Henri. Messe solennele, à 3 voix, Ten. 1, 2, Basse. Zie : Recueil de Musique d’églis. Gand, 6e Année, No. 5.
698. Coupée, H. Messe a 3 voix en F. Gand, Mme G. Beyer.
699. Dachs, Mich. Opus 5. Missa in hon. S. Petri, für drei Männerstimmen mit Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath.
700. Dachs, Mich. Opus 15. Missa in hon. S. Josephi, für eine Singstimme mit Orgel- oder Harm.-begleitung. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.

-ocr page 32-

701, Dachs, Mich, Requiem, für eine mittlere Sing-Btimme mit Orgelbegl. Regensburg, 1900, A. Coppenrath.
702. Danjou, F. Messe à trois voix, S. T. B. Zie: Recueil de musique d’église^ Année V, Livr. 1—2.
703. Decharneux, P. Messe pour 3 voix d’homme (et orgue). Zie : Répertoire des Maitrises, No. 134.
704. Deschermeier, Jos. Opus 77. Missa XIX, für 1 Oberstimme und 2 Männerstimmen mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann, 1906.
705. Desmet, Aloys. Mis voor 3 mannenstemmen met orgel. St, Gregorius-Blad, 1895. Haarlem , St. Jacobs-Oodsbuis.
706. Desmet, Aloys. Missa O amaior castitatis, ad tres voces aequales cum organo.
707. Desmet, Aloys. Missa in hou. S. Martini, ad duas voces aequales organo comitante.
708. Desmet, Aloys. Missa in hon. S. Arnoldi, tribus vocibus inaequalibus organo (ped. non obi.) comitante.
709. Diebold, Joh. Opus 18. Missa Adoro te devote , für Sopr. und Alt oder Tenor und Bass, mit nicht obligater Orgelbegleitung. Zweite Auflage. Freiburg i B. Herder, 1890.
710. Diebold, Joh. Opus 37. Missa pro defunctis una voce cum organo. Ratisbonae, F. Pustet, 1890.
711. Diebold, Joh. Opus 38. Missa O sacrum convivium. Kurze und leicht ausführbahre Messe, für eine Singstimme allein, oder für zwei gleiche, oder drei, oder vier gemischte Stimmen , mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.
712. Diebold, Joh. Opus 56. Missa Asperges me , für zwei gleiche Stimmen mit Orgel. Düsseld. L. Schwann.
713. Diebold, Joh. Opus 96. Missa solemnis in F, ad quatuor voces inaequales. 1906, Ratisbonae, F. Pustet.
714. Dobici, Caesar. Missa facillima una tantum voce canenda organo comitante S. Aloysio Gonzaga dicata. Roma, Emilio van den Eerenbeemt.
715. Dols, J. Rt incarnatus est. Ad 3''quot;’ Credo, voo 4 mannenstemmen. St, Gregorius-Blad, 1891. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
716. Dreyer, J. M. Missa prima (in C, genaamd de kleine), 4 voc. inaequal., S. A. T. B. , cum organo obligato.
717. Dreyer, J. M. (.’) Missa No. 1, vocibus in aequali-bus, Cant., .Alt, Ten., Bas et instrumentis , Violino 1 et 2, Alto viola, Violoncello, Oboe 1 et 2, Corno 1 in Des
718. Dreyer, J. M. Missa solemnis, No. 4, quatuor vocibus inaequalibus et instrumentis, Violino 1 et 2, Basso, Cornu 1 et 2 iu Des, Clarinette 1 in C, 2 in B, Oboe 1 et 2, Fluto.
719. Dreyer, J. M. Missa No. 5, quatuor vocibus inaeq. C. A. T. B. cum Organo.
720. Dreyer, J. M. Opus 20. Libera, voor S. A. T. B., met orgel.
721. Durme, Oscar van. Opus 16. Missa iu honorem stae Harlindis, duabus vocibus aequalibus organo comitante. Anvers, G. Faes.
722. Durme, Oscar van. Opus 55. Missa in hon. B. M. V., ad 4 voces inaequales com. organo. Düsseldorf, L. Schwann, 1905.
723. Durme, Oscar van, Missa in hon. S. Barbarae, ad dnas voces aequales organo vel harmonie comitante. Tamise.
724. Ebner, Lu d w. Opus 28. Missa Regina Angelorum. Für die vereinigten Ober- und Unterstimmon mit Begl. d. Orgel. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.

725. Ebner, L u d w. Op. 54. Missa in hon. S. Antonil de Padua, ad quatuor voces aequales. 1899, Ratisbonae, F. Pustet.
726. Edenhofer, A. Mosse in F, für eine Singstimme mit Orgelbegl. Vierte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath, 1905.
727. Edenhofer, A. Messe iu D, für eine Singstimme mit Orgelbegl. 3 Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
728. Edenhofer, A. Drithe Messe, für eine Singstimme mit Orgel oder gemischten Chor. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
729. Edenhofer, A. Requiem und Libera, für eine Sing-stimmo mit oder für 4 Singstimmen ohne Orgelbegl. Dritte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
730. Elsen, M. J. van den. Opus 3. Missa in honorem S. Norberti, ad 4 voces inaequales. Düsseldorf, 1905, L. Schwann.
731. Emmeri g , W. J. Opus 3. Missa Solemnis, Canto, Alto, Tenore, Basso, Viol. I et II, Alto-Viola, Flauto I et II, Cornu et Clarino I et II, Tympanis, Organo et Violoncello. Augustae Vindelicorum, J. J, Lotter amp;nbsp;Filii, 1816.
732. Engel, V. Opus 19. Missa in hon. S. Cordis Josu, ad quatuor voces aequales. Düsseldorf, L. Schwann.
733. Engel, Opus 25. Missa in hon. S. Familiae, ad quatuor voces aequales (viriles). Regensburg, A. Coppenrath, 1906.
734. Est, L. B. Messe solennelle , à 3 voix et Orgue (en Bes). Zie : Recueil de musique d’église, Année II, Livr. 7—8.
735. Est, L. B. Opus 38. Lateinische Soutagmessen, für kleine Kirchen-Chöre, mit Sopran, Alt, Tenor ad lib., Bass und ausgesetzter Orgel. No, 1 in D. No. 2 in A. Augsburg, A. Böhm.
736. Est, L. B. 6 ganz kurze und leichte Land-Messen , für Sopran, Alt, Bass, 2 Violinen, 2 Hörner und Partiturbass.

No. 1 in F. nbsp;nbsp;No. 2 in G. nbsp;nbsp;No. 3 in D.

• 4 in 0. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» 5 in B. • 6 in A.

Augsburg, A. Böhm.

Nebst : 6 kurze und leichte Offertorien zu den 6 lateinischen Messen, für Discent, Alt und Bass, nebst ausgesetzter Orgelstimmc, oder mit Begleitung von 2 Violinen, 2 Hörner und Partiturbass. Augsb. A. Böhm.

737. Est, L. B. 6 kurze und leichte lateinische Messen, für Sopr., Alt, Bass, nebst ausgesetzter Orgel, für kleine Landchöre. Instrumontirtmit 2 Violinen, 2 Hörnerund Partiturbass, von Q. W.

No. 1 in G. nbsp;nbsp;No. 2 in B. nbsp;nbsp;No. 3 in F.

quot; 4 in D. • 5 in C. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• 6 in A.

Augsburg, A. Böhm.

738. Ett, Caspar. Requiem, für 4 Singstiramen. Ergänzt und herausgegeben von Michael Haller. Regensburg, A. Coppenrath. Zie: Haller,
739. Eykens, J. Six Messes à trois voix (Sopr., Ten., Basso), avec accomp. d’Orgue.

No. 4 in A-mineur No. 5 in D.

Mayence, Schott amp;nbsp;tils.

740. Eykens, J. Six Messes à trois voix avec accompagn. d’Orgue. No. 1 in C. Mayence, fils B. Schott,
741, Eykens, J, Mease eu Ré, à trois voix d’homme avec accomp, d’Orgue, Uitgegeven door : Répertoire de musique d'église, 3' Serie, 4o, Livr. Brux, Schott frères.

-ocr page 33-

742. E y k e n s , J. Missa 2a en Sol, à 3 voix , S. T. B. Orgue.

Uitgegeven door ; Répertoire de musique d’église pour plusieurs voix et Orgue en partition publié avec l'approb. de Mgr Sterckx. 3e Serio (d’une composition facile et chantante. 9e Livraison. Bruxelles, Schott, frères.

743. E y k e n s , J. Opus 20. Messe à trois voix , (S. T. B.) avec accompagn. d’Orgue. (Kyrie in F-mol). Mayence, fils de B. Schott.
744. E y k e n s , J. Opus 22. 2me Messe à trois voix, S. T.

B., avec Accomp. d’Orgue. (Kyrie in D). Mayence, fils de B. Schott.

745. E y k e n 8 , J. Messe pour deux tenors et basse, avec accompagnement d’orgue. Bruxelles, Schott frères, (in F).
746. Eykens, J. Missa en Es, pour Ténor 1, 2 et Basso et Orgue,
747, F a U c O n i e r , B. C, Opus 88, Cinq Messes solennels. No, 2. Pâques (Tenors et Basses, Soprano ad lib,), Paris-Bruxelles, Schott,
748, Ferrata, G, Opus 18, Missa in hon, Ss, Rosarii B. M, V,, for Two-Part Male Chorus with Organ Accompaniment, New-York, Fischer's Edition, No, 2747, A« 1905,
749, Fischer, C, Opus 3, Missa in hon, S, Mauri Abb, quam concinendam quatuor vocibus paribus organo co-mitante composuit, Düsseldorf, L, Schwann,
750, Förster, An ton. Opus 2. Missa in hon. S. Suit-berti, für 4 stim. Mannerchor mit Orgelbogl. Regensburg, A. Coppenrath.
751. Foerster, Ant. Opus 21. Missa in hon. S. Jacobi Ap., IV vocum aequalium. Regensburg, J. Seiling.
752. Fleerakkers, P. A. Mis voor vier mannenstemmen, gevolgd door vier Antiphonen (met orgcl-partitie).

Eindhoven, M. F, van Piere, 1858.

753. Foschini, Caj. F. Opus 115. Missa pro dcfunctis cum Sequentie Dies irae^ et Responsorie lÂiera, ad duas voces aequales organo comitante. (Sopranus et Altus vel Tenor et Bassus). Torino, M. Capra.
754. Franssen, Elb. J. Opus 13. Missa cum Bene-dictione in hon. S. Joseph , ad duas voces aequales organo vel harmonie comitante. Roermond 1906. Zelfuit-gave van den schrijver.

754a. Franssen, Elbert. Opus 17. Messe en l’honneur de St. Cécile à deux voix égales avec accompagnement d’Orgue. Tilbourg, W. Bergmans, 1907.

755. Frei, Josef. Opus 4. Missa de Angelis, für S. A. T. und B. a capella. Regensburg 1905, A. Coppenrath.
756. Führer, Robert. Kurzes Requiem, für Sopr. und Alt, Basso ad lib., mit obligater Orgel im leichsten Stihl für Land- und Kloster-Kirchen. Augsburg, A. Böhm. No. 1 in E-mol. No. 2 in F.
757. Führer, Robert. Lateinische kurze Vocal-Messen, für Sopran, Alt, Tenor und Bass, mit oder ohne Orgel-Begleitung. No. 4 in Es. Augsburg, Anton Böhm.
758. Glock, Max. Eeqtnem mit Lilera, für drei Männerstimmen. Regensburg 1907, A. Coppenrath.
759. Glock, Max. Missa in hon. S. Ignatii, für 4 Männerst. Regensburg 1904, A. Coppenrath.
760. Goller Vine. Opus 7. Missa in hon. S. Vincentii Ferrerii , ad 3 voces inaequal. (Ten. ad libit.) comit. Organo. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
761. Goller, V. Opus 8. Missa in hon. S. Stephani Pro-tom., ad quatuor voces inaequales comit. Organo. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.

762. Goller, V. Opus 13. Missa pro defunctis {Requiem) für zwei Männerst, und Orgel. Regensburg 1901. A. Coppenrath.
763. Goller, V. Opus 25. Missa in hon. B. M. V. de Loretto, ad 4 voces inaequal. com. Organo. Zweite Auflage. Regensburg 1905. A. Coppenrath.
764. Goller, V. Opus 25J. Missa in hon. B. M. V. de Loreto, für 3 st. Frauenehor mit Orgelbegl. Regensburg 1905, A. Coppenrath.
765. Goller, V. Opus 26. Requiem und Liiera, für 4 st. gern. Chor mit Orgelbegl. Regensb. 1904. A. Coppenrath.
766. Goller, V. Opus 34. Missa brevis in hon. S. Aloisii Gonz., ad quatuor voces inaequal. com. Organo. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
767. Goller, V. Opus 52. Missa pro defunctis (Requiem) für vereinigte Ober- und Unterstimmeu mit Orgelbegl. Regensburg 1907, A. Coppenrath.
768. Goller, V. Missa in hon. Sanctorum Omnium, ad duas voces inaequales comit. Organo. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
769. Gounod, Ch. Messe cn Ut-mineur No. 1 à 3 voix d’hommes avec accomp. d’orgue non-obligè. Paris , Le Beau.
770. Gr iei b ac h e r , P. Opus 2. Missa in hon. B. Mariae de Lourdes, für 2 gleiche Stimmen mit Orgelbegl. (Tenor und Bass ad lib.). Zweite Auflage. Regensburg, 1903. A. Coppenrath.
771. Griesbachor, P. Opus 17J. Missa Angelica in hon. Ss. Angelorum, IV vocibus acqualibus concinenda. Düsseldorf, L. Schwann.
772. Griesbacher, P. Opus 30. Missa in hon. S. Gabrielis Arch., ad quinque voces inaequales. Regensburg, A. Coppenrath.
773. Griesbachor, P. Opus 31. Requiem, für 3 Oberstimmen mit Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath,
774, Griesbacher, P. Opus 68, Missa aolemnis in hon, S, Francisci Xaverii, IV vocibus inaequalibus concin, comitante Organo. Ratisbonae, F. Pustet, 1893.
775. Griesbacher, P. Opus 70. Missa in hon. Ss. Fa-miliae, II vel ad libitum IV vocibus concinenda comit. Organo. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
776. Griesbacher, P. Opus 73. Missa de Requiem, IV voc. inaequal. concinenda comit. Organo. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
777. Griesbaeher, P. Opus 88. Missa in hon. S. Am-brosii, II vocibus aequal. seu inaequal. concinenda comit. Organo. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
778. Griesbacher, P. Opus 90. Missa in hon. S. Gregori! , II vocum inaequal. cum Organo. Regensburg, 1907, A. Coppeurath.
779. Griesbacher, P. Opus 91. Missa pro defunctis, III vel IV voc. aequal. concinenda comit. Organo (ad lib.). Regensburg, 1907, A. Coppenrath.
780. Griesbaeher, P. Opus 93. Missa in hon. St. Ignatii de Loyola, III voc. aequal. concinenda comit. Organo. Regensburg, 1907. A. Coppenrath.
781. Griesbaeher, P. Opus 95. Missa in hon. S. Caroli Borromaei, V voc. inaequal. concinenda. Regensburg, 1907. A. Coppenrath.
782. Griesbaeher, P. Opus 100. Missa in hon. S. Godo-hardi, IV voc. inaequal. concinenda comit. Organo. Regensburg, 1907. A. Coppenrath.

-ocr page 34-

783. Griesbacher, P. Missa irevis, für S. A. T. B. von G. P. da Palestrina redigiert. Zweite Auflage. Regensburg, A. Ooppenrath. Zie : Palestrina.
784. Griosbacber, P. Missa Irevis, für 4 st. gemischten Chor komponiert von Andrea Gabrieli, herausgegeben mit Kürzungen und Vortragszeichen. Eegensburg, 1904, A. Ooppenrath. Zie : Gtahrieli.

78Ö. Griesbacher, P. VIII Missa super Dixit Maria, addito Motette eodem quatuor vocum, auctore J. L. Hasler. In usum redigit. . .. Eegensburg, 1903. A. Coppen-rath. Zie : Hasler.

786. Gruber, Jos. Opus 76. St. Aloisius-Messe, für S. A. und Bass, Tenor ad lib. mit Orgelbegl. Eegensburg, A. Ooppenrath.
787. Gruber, Jos. Opus 87i. Missa (sine Credo) in hon. Sa. Trinitatis, für 3 Männerstimmen mit obligater Orgel-beglcitung. Eatisbonae, 1898, F. Pustet.
788. Gruber, Jos. Opus 173. Mass in Honor of the Immaculate Conception of the B. V. M. For Four Male Voices with Organ Accompaniment.

New-York, Fischer^s Edition. No. 2720. A® 1905.

789. Grünberger, Theod., Ord. Er. S, Augustini, Prov. Bavariae. Opus. 1. Missae Irenes (sex). Canto, Alto, Ten., Bass, Org. et instrumentis.
790. H a a g h , J., C. Ss. E. Opus 5. Eequiem für vierstimmigen Männer-Chor. Düsseldorf, L. Schwann.
791. Haagh, 3. Ht incarnatus est, voor de 3d' zangwijze van Patrom omnipotentem , voor 4 mannenst. St. Gre-gorius-Blad, 1882. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
792. Hache, Theodore de la. Opus 421. Messe de Ste. Therese, à trois voix d’hommes (deux Ténors et Basse), avec accompagnement d’Orchestre ou d’Orgue. Mayence, fils de B. Schott. (1861).
793. Haller, Mich. Eequiem für 4 Singstimmen, von Caspar Ett. Ergänzt und herausgegeben. Eegensburg, A, Ooppenrath. Zie: Htt.
794. Haller, Mich. Opus 6i. Missa Assumpia est, ad IV voces aequales (Cantum I, II , Altum I, II) cum Organo. Eatisbonae, F. Pustet, 1901.
795. Haller, Mich. Opus 13a. Missa sexta, ad 3 voc. pares Org. comit. Editio nona. Eegensburg, 1907. A. Ooppenrath.
796, Haller, Mich. Opus 136. Missa sexta, ad IV voc. inacqual. Organo comit. Editio IV. Eegensburg, 1905. A. Ooppenrath.
797. Haller, Mich. Opus 316. Missa tertia décima, in hon. S. Ursulae V. et M., ad IV voc. inaequal. Eegensburg. A. Ooppenrath.
798. Haller, Mich. Opus 86, Missa XX, V vocum in hon. S. Caoeiliae. Eatisbonae, F. Pustet, 1903.
799. Haller, Mich. Opus 92. Missa octo vocum inae-qualium. Eatisbonae, F. Pustet, 1906.
800. Haller, Mich. Opus 93. Missa in hon. St. Othi-liae Virginis. Ad 3 voces aequales cum organo. Eatisbonae, F. Pustet, 1906.
801. Häm e 1, A d a 1 b. Opus 10. Missa in hon. S. Fran-cisci Xav. , ad IV voces viriles. Eatisbonae, F. Pustet , 1896.
802. Hanisch, Jos. Opus 20. Missa in hon. B. M. V. , ad duas voces cum Organo vel Harmonie comit. Eegensburg , J. Seiling.
803. Hanisch, Jos. Opus 22. Missa in hon. S. Sophiae, ad duas voces cum Organo vol Harmonio comit. Eegensburg , J. Seiling.

804. Hasler, J. L. Missa super Dixit MaVia, addito Motette codom quatuor vocum. In usum redegit P. Gries -bâcher. Eegensburg, 1903. A. Ooppenrath.

Zie : QriesiacHer.

805. Hasslinger. Missa a 4 voci, due Tenor! e due Bassi. Bonna, N. Simrock.
806. H a s s 1 i n g e r’s Mosse in 0. Orgolpartituur.
807. Haydn, Joseph, Messe à 4 voix avec accompagnement de 2 Violons, Viola et Basse, une Flûte, 2 Hautbois , 2 Bassons, 2 Cors , 3 Trompettes , Timbales et Orgue, No, III, Partition, Leipsig, Breitkopf amp;nbsp;Härtel,
808, Haydn, J, Missae No, 1 , 2, 3 , ad tres voces cum Organo, Cant. 1, 2, B,
809, Haydn, J, De Duitsche Mis, 4-stemmig,
810, Heinze, G, A, Opus 36, Missa tribus vooibus viri-libus eanonda comitante organo. No, 1, Amstelodami, H, A, Zweers,
811, Heinze, G, A, Opus 38, Missa solemnis (Missa n» 2) pro tribus vocibus virilibus cum organo, Amstelodami, A, Eoothaan, 1884,
812, Heinze, G, A, Opus 39, Missa No, 3, tribus vocibus virilibus cum organo, Amstelodami, H, Zweers,
813, Heisser, Ch, Messe à 3 voix et orgue. S, T, B, Zie : Secueil de musique d’église, Année VI, Livr, 1,
814, H i 11 e , K, — W, A, Mozart 12' Mis, verkort en voor mannenstemmen gezet, Amsterdam, G, Alsbach amp;nbsp;Co, Zie : Mozart.
815, Hille, K, — L, van Beethoven Mis in C, verkort en voor mannenstemmen gezet, Amsterdam, G, Alsbach amp;nbsp;C, Zie : Beethoven.
816, Hohnerlein, Max. Opus 40a. Mass in honor of St. Augustin , for Three Male Voices with Organ Accompaniment. New-York. Fischer’s octavo Edition of Catholic Church-Music. No. 2721. A“ 1905.
817. Hohnerlein, Max. Opus 406. Mass in honor of St. Augustin, for Alto, Tenor and Baritone (or Bass), with Organ Accompaniment. New-York, Fischer’s Edition. No. 2722. Ao 1905.
818. Houssiau, E. Opus 25. Mease en l’honneur de S. Paul, pour 3 voix d’hommes et orgue. Arras.
819. Hulse, G. van. Missa in hon. S. Antonii, bewerkt voor tweestemmig koor (Tenor en Bas of Sopraan en Alto) en Orgel of Harmonium. Siut-Niklaas (Waas) Belgie. Van Hulse.
820. Hutschenruyter, W. Missa vocibus virilibus : tenori et bassi cum organoriim conductione. Amsterdam, Theune et Soc.
821. Hutschenruyter, W. Missa tribus vocibus virilibus in festo S. Lanrentii, cum organorum conductione. No. 3. Franequerae, F. Koksma.
822. W., G. Ht incarnatus est, 4 voc. inaequalibus, S. A. T. B. a capella, (l’ in G, 2’ in D). Uitgave: St. Ore-gorius-Blad, 1889. St. Jacobs-Godshuis, Haarlem.
823. Jaegher, Ivon de. Messe solemnelle, à 3 et 4 voix. Zie : Becueil de musique d’église , Année VIII, Livr. 3.
824. Janssen, N. A. Missa in C. Zie Motetten, 2e Serie. Janssen Cantor, Afl. 8, 9, 10.
825. Janssen, N. A. Missa in G. Zie ; Motetten, 2e Serie, Janssen Cantor, Afl. 12, 13, 14.

-ocr page 35-

826a. Janssen, N. A. Missa brevis et faoilis in Do, ad 2 voces cum organo. Zie; Motetten 2e Serie, Janssen Cantor, 1860, Aflev. 25— 26.

826J. Janssen, N. A. Missa festiva in D-mineur, 1863. Zie ; Motetten 2e Serie, Janssen Cantor.

826e. Janssen, N. A. Missa Jezu, Mariae, Jozeplio, 1864. Zie : Motetten 2e Serie, Janssen Cantor.

827. Jaspers, C. Opus 9. Missa quarta in hon. S. Cae-ciliae. Allerleichteste Messe mit Tant, ergo, ohne Credo, zu zwei gleichen Stimmen mit Orgelbegleitung. Münster i. W, H. Schöningh.
828. Joos, Oswald. Opus 13. Zweite kurze und sehr leichte Messe im Tonumfang einer oktave d-d, für einst. Kinder- , Frauen- , Männer- oder gemischten Chor. Zweite Auflage. Eegensburg, A. Coppenrath.
829. Joos, Oswald. Opus 21. Missa pro defunctis. Leichtes Requiem und Libera mit vollst. Texte (F-dur), für S. A. T. und B. Kegensb. 1903, A. Coppenrath.
830. Kalliwoda, J. W. Opus 137. Messe in A-Dur, für 4 solo Singstimmen und Chor mit Begleitung von 2 Violinen , Viola, Violoncell und Contrabass , 2 Flöten, 2 Clarinetten, 2 Fagotten, 2 Hörner, 2 Trompetten und Pauken. Mainz, P. Schott’s Söhnen. (Clavierauszug).
831. Kerle, Jac. de. Sex Missae suavissimis modulatio-nibus refertae partim quatuor, partim quinque vocibus conoinendae. Hodiernis choris aeeommodavit Maphoous Zanon. Fasciculus I. Missa ut, re, mi, fa, soi, quatuor Tocum. Düsseldorf (Germania), L. Schwann, 1906.
832. Klein, Hub. Opus 1. Messe (ohne Credo) zu Ehren der h. Agatha, für 3 Männerstimmen. Düsseldorf, L. Schwann.
833. Kluytmans, A. H. Missa No. 1, tribus vocibus comitante organo. Buscoduci, G. Mosmans. Ten. 1, 2. Basso. Missa in A-mol.
834. Koehler, Paul. Opus 10. Messe zu Ehren des h. Kaspar, für 4 stimm. Männerohor , zum Gebrauch für kleinere, besonders Landkirohenohore. Düsseldorf, L. Schwann.
835. Koenen, Fr. Missa pauis angelicus, für gemischten Chor, zwei- und dreistimmig mit Orgelbegl. Düsseldorf, L. Schwann, 1879.
836. Koenen, Er. Opus 11. Zweistimmige Messe in A, für die vereinigte Ober- und Unterstimmen mit Begl. der Orgel. 4te Auflage. Eegensb. 1902, A. Coppenrath.
837. Koenen, Fr. Opus 22. Missa (secundi toni) in hon. S. Grcgorii, für zwei gemischte Stimmen mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.
838. Koenen, Fr. Opus 43. Missa in hon. S. Ursulae gt;nbsp;für 2 gleiche Stimmen mit Orgel- oder Harmon.-beglei-tung, (in tono myxolydico mixto). Dritte Auflage. Eegensburg, 1907. A. Coppenrath.
839. Koenen, Lr. Opus 39. Missa in hon. S. Heriberti, für zwei gemischte Stimmen mit Orgelbegl. Zweite Auflage. Eegensburg, 1903. A. Coppenrath.
840. Koenen, Fr. Opus 56. Missa Jubilaei. Festgabe zur Feier des 50 jähr Priesterjubiläums o. h. Vaters Leo XIII. Für 4 stimm. Männerchor. Düsseld. L. Schwann.
841. Kohler, Al. Opus 4. Missa tertia. Ad quatuor voces inaequales. Eegensburg, 1900. A. Coppenrath.
842. Kohler, Al. Opus 7. Missa quinta, für drei ungleiche Stimmen (S. A. B.), mit oder ohne Orgelbegl. Eegensburg, 1902. A. Coppenrath.

843. Kohler, Al. Opus 13. Missa pro defunctis {Requiem mit Libera), für eine Singstimme mit Orgel oder Har-moniumbegl. Eegensburg, 1905. A. Coppenrath.
844. Kohler, Al. Opus 17. Missa septima, für zwei gleiche Stimmen und Orgel. Eegensburg, 1906. A. Coppenrath.
845. Kornmüller, Utto. Opus 6. Eequiem in Es, für Sopr., Alt und Orgel. Eegensburg, A. Coppenrath.
846. Kretschmer, Edmond. Messe Laudate Dominum. Premier Prix dos trois Messes, pour 3 voix d’homme avec accomp. d’orgue. Bruxelles, Schott frères, 1868.
847. Kroon, Simon. Mis voor 3 mannenstemmen en orgelbegeleiding. Si. Qregorius-Rlad , 1891. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.
848. Lambillotte, F. Messe solemnelle en mi bémol , pour 3 voix do soprano ou 3 voix de tenure, avec accompagnement d’Orgue ou Orchestre. Paris, Canaux.
849. Lambinet, L., Pr. Eequiem-mis. Eerste Tenoor, tweede Tenoor, Bas. Amsterdam, H. A. Zweers.
850. Laminne, E. Le Jubé des villes et des campagnes. Eocueil de chants d’Eglise pour voix égales avec accompagnement d’orgue. Liège, V' Muraille.

Deuxième volume. No. 1—22.

No. 1. Messe à 1 voix ou en choeur à l’unisson.

• 2—18. Alotets.

» 19. Messe à 3 voix.

. 20—22. Motets.

851. Laminne, B. Messe à trois voix égales.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 221.

852. Laminne, E. Messe solemnelle, A 3 voix d’homme et Orgue. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 413.
853. Lasser. Missa Ima in D, 2da in Dis. C. A. T. en B. met instrumenten ; Violino 1, 2; Alto viola, Oboe, Violoncello, Basso grasso, Corni in D, et Organo.
854. Lasser, J. Missa obligato. Opus 1. in G. Missa prima.
855. Lasser, J. Opus 1. Missa tertia, in Es.
856. Lauchvi, J. A. Missa de Eequiem, 4 vocibus inae-qualibus, S. A. T. B. cum Organo.
857. Leeuwen, M. van. Missa toni mixolydici, voor éénè stem mot orgel. St. Qregorius-Rlad , 1884. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.
858. Lehmann, Franz. Opus 10. Missa in hon. S. Fran-cisci Xav., für 4 st. Männerchor mit Orgel. Eegensburg, 1904. A. Coppenrath.
859. Leibi, O. Missa brevis (in G.) für zwei gleiche Stimmen und Orgel. Mayence, fils B. Schott.
860. L e ij e r , F. de. Messe à Choeur d’hommes avec accomp. d’Orgue, en 2 à 3 voix, T. 1, 2 et B.
861. L e ij e r , F. de. Libera me Domine , 3 voc. viribus T. 1, 2 et B. comitante Organo.
862. Lemmens, J. Messe à trois voix égales avec orgue. Uitgave : Nouveau Journal d’orgue. 3' année. Bruxelles. J. B. Katto.
863. Léonard, F. J. D. Renedietus, A 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 11.

864. Lobmiller, Eaph. Opus 5. Missa O Haupt voll Rlut und Wtmden, quatuor vocibus inaequalibus con-cinenda. Eatisbonae, 1906. F. Pustet.
865. Loebmanu, Joseph. Missa Omnia ad majorem Dei gloriam. Deuxième Prix du concours international de musique religieuse. Bruxelles, Schott frères, 1868.
866. L ö h 1 0 , A. Opus 8. Missa Solemnis, für (4 st.) Männerchor und Orgel. Düsseldorf, L. Schwann.

-ocr page 36-

867. Löser, Joh. H. Op. 6. Missa voor 3 Mannenstemmen, Soli en Orgel. Amsterdam, Brix von Wahlborg, 1894.
868. Löser, Joh. H. Opus 8. Missa TOor 4 Mannenstemmen, Soli en Orgel. Amsterdam, G. Alsbach amp;nbsp;Co., 1894.
869. Löser, Joh. H. Opus 10. Missa voor 2 mannenst. en orgel. Amsterdam, Brix von Wahlberg, 1896.
870. Loots, Ph. Opus 46. Missa festiva in hon. S. An-tonii do Padua, ad quatuor voces viriles cum organo. Hariomi. Sumptibus Chori ,,Bonodicamus Dno”. 1906.
871. Luyton, Carol. Missa Ne timeas Maria , 5 voc. Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XIX.
872. Magri, P. Missa natalicia Puer natus est nobis, ad chorum trium vocum virilium comitante Organo vel Harmonio. Torino, M. Capra.
873. Mandanici. Messe solennelle, à 3 voix égales. Zie : Recueil de musique d'éghse. Année IV, Livr. 9-10.
874. M a r a b i n i, J. B., O. F. M. Opus 24. Missa in hon. S. Joannis Baptistae , quatuor vocibus inaequal. C. A. T. B., cum Organo concinenda. Torino. M. Capra.
875. M a r a b i n i, J. B., O. F. M. Missa S. Antonii Pat., ad quatuor voces inaequales comitante Organo vel Harmonio, A., T. 1, 2, B. Torino, M. Capra.
876. Marinus, E. Missa No. 2 a tre voce e Organo,
877. Marxor, P. Th. Opus 2. Leicht ausführbares Requiem, für S. A. T. und B. Droite Auflage. Regonsb., A. Coppenrath.
878. Marxer, P. Th. Opus 8. Missa in hon. Principum Ap. Petri et Pauli , für 4 gemischte Stimmen. Regensburg, A. Coppenrath.
879. Marxer, P. Th. Kurze und leichte Messe zu Ehren d. allers. Jungfrau Maria, für S. A. und B. (Tenor ad lib.). Sechste Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
880. Maschek. Missa in C, voor Alt, Ten. und Bas.
881. Maschek. Missa comitante organo. Missa 4 voces. 0. A. T. B.
882. M a t e j u , P. T h e 0 p h., C. Ss. R. Missa in hon. B. M. V. For Unison Chorus with Organ Accompaniment. New-York, Fischer’s Edition, A“ 1904.
883. Maupai, C. Opus 20. Missa in hou. S. Caroli Borr. ad 4 voces inaequal. Ratisbonae, F. Pustet, 1901.
884. Mayerbeer, J. Sanctus, Choeur, Sopr. 1, 2, Ten. B. et Orgue. Extrait du Recueil Allemand „Sammlung Religiöser Gesänge” publié in 1826, par Huber.
885. Mercadante. Missa vocibus virilibus, 1, 2 Voc. et Basso cum Organo. Kyrie in E-mineur.
886. Mercadan te. Messe à trois voix (en Bes), Soprano

1, 2, Basse Taille.

887. Mercadante. Missa tribus vocibus cum Organo. la in O. 2a in Bes.
888. Mercadante. Grande Messe solennel en si i? à 3 voix. Zie : Resueil de musique d'église. Année X, Livr. 2.
889. Moszdag, H. B, Missa in G , tribus vocibus T. 1, 2 et B., cum Organo.
890. Mettenleiter, Bern. Opus 74. Missa in honor, omnium Ss. Angëlorum et Archangelorum , ad 4 voces inaequales. Ratisbonae, F. Pustet, 1900.
891. Mettenleiter, Bern. Opus 95. Jubiläums-Messe, für 4 stimm. Männerohor. Düsseldorf, L. Schwann.

892. Mener er , J. Opus 8. Missa in hon. B. M. V. sub titulo Auxilium Christianorum , ad tres voces aequales comit. organo. Düsseldorf, L. Schwann.
893. Meuerer, J. Opus 25. Missa in honor. St. Mart. Kiliani, ad 4 voces inaequales. com. Organo. (1 Horn oder Trompete und 3 Posaunen ad lib.). Ratisbonae, F. Pustet, 1902.
894. Meuerer, J. G. Opus 31. Missa pro defunctis cum Resp. Ribera, für S. A. T. und B. mit Begl. der Orgel (oder Orgel , drei Posaunen und ein Veutilhorn oder Trompete ad lib.) oder auch mit Begl. von Streich-quintett. Regensburg, 1907, A. Coppenrath.
895. Meuerer, Joh. Opus 37. Missa Dominicalis Quinta in hon, S. Georgii, für vereinigte Ober- und ünterstim-men mit Orgelbegl. Regensburg, 1905. A. Coppenrath.
896. Meuerer, Joh. Opus 42. Missa festiva, in honor. Pret. Sanguinis D.N.J.C., für gemischten Chor (4 st.) und Orchester (Orgel ad libitum). Regensburg, 1905. A. Coppenrath.
897. Meurers, Peter. Opus 1. Missa in hon. S. Cae-ciliae, für vierstim. Männerchor mit obligater Orgelbo-gloitung. Düsseldorf, L. Schwann.
898. Mille, F. Messe solennelle, à 3 voix. Cant. 1 et 2, Basse et Orgue. Zie ; Recueil de musique d’église. Année X, Livr. 4.
899. Miller, Julius. Choral Messe, für drei Männerstimmen mit Begl. der Orgel. Amsterd. Theune amp;nbsp;Co.
900. Miné, A. 2e Collection de quarante morceaux religieux , paroles latines. Solos , duos , trios , choeurs et chorals, pour diflerentes voix.

No. 41—45 Messe solennelle, à 3 voix.

• 51—55 Messe brevè, à 2 voix égales. Paris. Schonenberger.

901. Miné, A. Messe solennelle, à 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 43.
902. Mis in C 2/4, voor Canto, Alto, Ten. en Bas , vau een onbekenden, met orgel.
903. Missen, zes Amsterdamsche, met zes eleva-tiestukjos ; zie gedrukt : Sex missae novae, a Presbytero quodam Missionis Hollandiae.
904. Mis, Haagsche, éénstemmig, met Gregoriaansche noten.
905. Mis, de Duitsche, van J. Haydn. Zie: Maydn.
906. Mitterer, Ig n, Missa dominicalis, quam ad tres voces inaequales (Cantum , Altum , Bassum) , Organo concinente composuit. Ratisbonae, F. Pustet, 1883.
907. Mitterer, Ign. Joannis Fr. Anerii, Romani. Missa pro defunctis cum Sequ. et Respons. Libera , 4 voces (inaequal.) concinenda quam ad usum hodiernum redegit. Regensburg, A. Coppenrath.

Zie ; Anerio, Catalogus No. 3 en 151.

908. Mitterer, Ign. Felicis Anerii Romani, Missa VIII toni, Nor Ie tue forse adopra. Ad IV voces inaequal. ad usum hodiernum redegit. Regensb. A. Coppenrath.

909a. Mitterer, Ign. Missa in hon. S. Thomae Aquin., ad IV voc. inaequal., Organo vel Trombonis comitan-tibus ad lib. Vierte Auflage. Regensb. A. Coppenrath. Uitgave: Musica Fcclesiastica, Lief. 9 à 10.

909i. Mitterer, Ign. Missa in hon. S. Caeciliae, ad IV voces inaequal. cum Organo ad lib.

Zie : Musica Fccles. Diöc. Rrixen, Lief. 21—22.

910. Mitterer, Ign. Missa Veni Spensa Christi, ad duas voc. acqual. et Organum. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath. Zie: Musica Fcclesiastica, Lief. 29—30.

-ocr page 37-

911. JI i 11 e r 0 r, Ign. Miasa do S. Cruoe. Leichte Messe für 4 Männerstimmen. Zweite Auflage. Kegensb. A.Cop-penrath. Uitgave : Htusica ücclesiastica. Lief. 35, 36.
912. Mitterer, Ign. Opus 18c. Missa in laudem et adorationem Ss. Kominis Jesu. A choro quatuor vocum mixtarum conoinentibus organo et instrumentis cantanda. Eatisbonae, K. Pustet, 1902.
913. Jlitterer, Ign. Opus 19. Missa in hon S. Caeciliae, ad cborum 4 voc. iuaequal. eouc. Organo. Editio III. Eegensburg, A, Ooppenrath. Uitgave : J/wsica ÆccZesia-siica. Lief. 21, 22.
914. Mitterer, Ign. Opus 41. Mis.-a de S. Martyribus, ad IV voces viriles. Editio 2a. Eegensburg, A. Coppeu-ratb. Uitgave: Musica Ecclesiastica. Lief. 42, 43.
915. Mitterer, Ign. Opus 45. Missa solemnis in hon. B. M. V. Assumptae , 5 voc. inaequal. concinenda. Eegensburg, A. Ooppenrath.
916. Mitterer, Ign. Opus 47. Missa Dominicalis tcrtia, ad 3 voces inaequal., 0. A.B. addita (extra part.) voce „Tenor” ad lib. concinente Organo. Zweite Auflage. Eegensburg , A. Ooppenrath. Uitgave : Musica Ecclesiast. I.ief. 46, 47.
917. Mitterer, Ign. Opus 50. Missa pro defuuclis, für gemischten Ohor (4 voc.) und kleines Orchester nebst nicht obligater Orgelfüllstinime. Eegeusb. A. Ooppenrath.
918. Mitterer, Ign. Opus 53. Missa pro defunctis, ad 4 voces viriles. Eegensburg, A. Ooppenrath.
919. Mitterer, Ign. Opus 62. Joaunis Petraloysii Prae-nestini Missa Celebris J^apae MarcelU, ad 4 inaequales voces nove reducta. Zweite Auflage. Eegensb., A. Ooppenrath.
920. Mitterer, Ign. Opus 66. Missa Dominicalis, quarta ad cborum duarum vocum inaeqnalium eoncin. Organo. 2t eAuflage. Eegensburg, A. Ooppenrath.

Uitgave : Musica Ecclcsiastica. Lief. 65, 66.

921. Mitterer, Ign. Optts 67. Missa Dominicalis quinta, in hon. S. Joseph , ad IV voc. impares cum Organo. Dritte Auflage. Eegensburg, 1903, A. Ooppenrath.
922. Mitterer, Ign. Opus 67i. Missa Dominicalis quinta in hon. S. Joseph, ad IV voces viriles concin. Organo. Eegensburg, 1906, A. Ooppenrath.
923. Mitterer, Ign. Opus 69. Missa pro defunctis, ad cborum IV vocum inaequal. concin. Organo. Zweite Auflage. Eegensburg, A. Ooppenrath. Ditgave; Musica :Ec-clesiastica, Liefer. 67, 68.
924. Mitterer, Ign. Opus 69J. Missa pro defunctis. Leichtes Eequiem für gemischten 4-st. Ohor mit Orgel-begl. Eegensburg, A. Ooppenrath.
925. Mitterer, Ign. Opus 71. Missa Dominicalis sexta, ad chorum IV vocum inaequ. concin. Organo, Editio 2a. Eegensburg, A. Ooppenrath. Uitgave: Musica Hccles. , Liefer. 70, 71.
926. Mitterer, Ign. Opus 71Ó Missa Dominicalis IV (in hon. S. Ignntii, Mart.), ad 3 voces viriles concin. Organo. Eegensburg. 1906, A. Ooppenrath.
927. Mitterer, Ign. Opus 86. Missa in hon. Omnium Sanctorum, ad V voces inaequales. Eegensburg, 1899, A. Ooppenrath.
928. Mitterer, Ign. Opus 98. Missa solemnis in laudem S. Salvatoris ineuute saeculo p. Ohr. nat. XX, für gemischten Chor (4 voc.) und Orchester. Eegensburg, A. Coppeurath.
929. Mitterer, Ign. Opus 113. Missa Dominicalis VII, in hon. S. Oassiaui , Mart., ad 4 voces impares cum Organo. Eegonsburg, 1903, A. Coppeurath.

930. Mitterer, Ign. Opus 123. Missa in hon. S. Gre-gorii Magni, ad duas voces viriles conc. Organo. Eegeus-burg, 1905, A. Ooppenrath.
931. Mitterer, Ign. Opus 130' Missa de Passione Dni, ad 4 voces (Alt, Ten. 1, 2 et B.) concin. Organo. Eegensburg, A. Ooppenrath.
932. Mitterer, Ign. Opus 141. Missa in hon. S. Ko-minis Mariae, ad Chorum duarum vocum virilium cone. Organo. New-York, Fischer's Edition, n« 2888, A“ 1906.
933. Modlmayer, Jos. Opus 4. St. Benedictus-Messe, für dreistimm. Frauenchor und Orgel. Zweite Auflage. Eegensburg, 1906, A. Ooppenrath,
934. Modlmayer, Jos. Eequiem, für vier gemischte Stimmen. Eegensburg, A. Ooppenrath.
935. Modlmayer, Jos. Ludwig Viadana Missa Sine Nomine, für 4 stimm, gemischten Chor transscribirt. Eegensburg, A. Coppeurath. Zio : Viadana.
936. Mont, Carl du. Opus 1. Missae et Motclta cum laudibus B. M. V. , II, III, IV vocibus ac Instrumentis coneertatis decantanda. Antverpiae , Haer. P. Phalesii, 1671.

937a. Moortgat, A 1 p h. Missa prima ad duas voces ao-qualcs organo vel harmonic comitante. Arras , Procure génér. de musique religieuse.

937i. Moortgat, Alph. Missa secunda in hon. S. Al-phonsi de Liguorio, ad tres voces aequales cum Organo. Chez l’auteur à Hal (Belgique).
938. Mozart's Masses with an Accompaniment for the Organ arranged from the full Score, by Vine. Novello. Mass No. 1 in C. London, Jos. Alf. Morotto.
939. Mozart. Messe No. 1, F-Dur. Klavier-Auszug von Hugo Ulrich. Edition Peters, Leipzig,
940. Mozart’s Mass in B (?, No. 7. The Organ Part, by Novello, for Treble, Alto, Tenor 8va lower, Bass. London, Novello.
941. Mozart. Missa brevis or short Masse for the Minor Festivals , C. A. T. B. The Organ accompaniment by V. Novello. (Missa 9 in G).
942. Mozart, W. A. Twaalfde Mis in G, voor Sopr., Alt, Ten., Bas en Orgel.
943. Mozart, W. A. 12« Mis, verkort eu voor Mannenstemmen gezet door K. Hille. Zie : Mille.

Amsterdam, G. Alsbach amp;nbsp;Co.

944. Mozart, W. A. Missa pro defunctis, Clavierauszuge mit lateinisch- und deutschem Texte. Bonn amp;nbsp;Cöln. N. Simrock.
945. Müller, Donat. Seconde Messe solennelle, in Fa à 3 voix. Sop., Ten., Basse et Orgue. Zie : Recueil de musique d'église, Année IX, Livr. 6.
946. Müller, Donat. Missa pro defunctis, à 3 ou 4 voix. Zie : Recueil de musique d’église, Année VI, Livr. 2.
947. N e k e s , Fr. Opus 45. Missa in hon. S. Nicolai, für 4 st. Männerchor. Düsseldorf, L. Schwann, 1906.
948. Neu komm, Sig. Missa de Eequiem , voor 3 mann, stemmen en orgel, T. 1, 2. Bas in F-mol.
949. Neukomm, Sig. Messe sous le titre distinctif de Rax animae , ii 4 parties do voix d’hommes , Solo et Choeur avec ou sans aec. d’Orgue. Mayence, fils de B. Schott. Missa in 0.
950. Neukomm, Sig. Messe à Deux Voix Egales. Mayence, Fils de B. Schott. Missa in C.
951. Ne U komm, Sig. Messe à Trois Voix Egales, in F. avec ou sans acc. d’Orgue. Mayence et Anvers , fils B. Schott.

-ocr page 38-

952. Ne U komm, Sig. Mosse à 4 voix d’homme et Orgue. Ténor 2. Basse I (ou Ténor 3) 2.
953. N i e d h a m m e r , J. Opus 19. Missa Pax volis, quatuor vocibus imparibus cantanda (O. A. T, B.) , Düsseldorf, 1906, L. Schwann.
954. Nielou. G. Missa voor solo, koor en orgel in F.
955. Nie li. Requiem, tweestemmig, met Gregor, noten.
956. Novello, Vine. The Organ accompagniment. Zie: Mozart, Missa brevis or short Masse, in G. No. 941.
957. Novello, Vine. The Organ Part, of Mozart’s Mass in B t’) No. 7. Zie : Moza-rt, No. 940.
958. Novello, Vine. Mozart’s Masses (No. 1 in C), arranged from the full score. Zie; Mozart, Masses, No.938.
959. Novialis, Jozoph. Opus 5. Missa in bon. B.M.V. sub titulo Auxiliura Christianorum, ad duas voces aequal. comitaute Organo. Düsseldorf, L. Schwann.
960. Oberh offer, H. Opus 11. Messe für vierstimmig Mannerchor. Zweite gänzlich umgearbeitete Auflage. Regensburg, A. Coppenrath, 1879.
961. Oberstoiner, J. Missa pro defunctis, S. A. T. B-Zio ; Masica Peeles. DiOe. Brixen, Liefer. 13.
962. Obersteiner, J. Missa in hon. S. Ruperti , für S. A. und B. (Tenor ad lid.) mit Orgelbegleitung. Regensburg, A. Coppenrath. Zweite und vierte Auflage.
963. 0 brecht, Jac. 1503. Missa Fortnna desperala, bewerkt door Robert Eitner. Zio : Pereeniging voor Nederl, Muzielcgeseliiedenis, IX. Amsterdam, Loman, 1880.
964. Oers, J. C. van. Missa pro defunctis, a duabus (et tribus) vocibus aequalibus concinente Organo. Tilburgi, W. Bergmans, 1906.
965. O h n e w a 1 d , J. Missa prima in A, 4 voc. inaequa-libus, S. A. T. B. et Organo.
966. Ohnewald, J. Missa sexta in G, 4 voc. inaequali-bus, S. A. T. B. et Organo.
967. Oremus, J. Ä. Opus 7. Missa in hon. B. M. V. , 4 vocibus virilibus, Tenor! et Bassi cum Organi con-ductiono. Rotterdam, J. M. W. Waauders.
968, P ae« sehen, 1’. Jean van. Messe No. 2 , pour trois voix d’hommes avec accompagnement d’Orgue. Partie d’Orgue simplifiée (in D). Bois-le-Duc, G. Mosmans.
969. Palestina. Missa Celebris Papae Marcelli, ad 4 in-aequales voces nove rcducta ah Ign. Mitterer. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.

Zie : Mitterer, Opus 62. No. 919.

970. Palestrina. Missa Iste confessor, quatuor vocum. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
971. Palestrina. Missa Brevis, für S.A.T. B., redigiert von P. Griesbacher. Zweite Auflage. Regensb. A. Cop-ponrath.
972. Palestrina. Missa Brevis, ad 4 voc. inaequales.

Zie uitgave : Cantus divinns, Serie I, Deft 1, Leipzig, P. Braun, 1884.

973. Pausch, Eu g. Opus 4. VI Missae breves ad quatuor voces, C. A. T. B. cum instrumentis.
974. Perosi, Laur. Missa in hon. Beati Caroli, ad duas voces aequalos, comitanto Organo. Ratisbonae, F. Pustet, 1903.
975. P O r r U e h O t, L. L. Missa brevis, ad chorum duarum vocum inaequalium organo eomitante vel ad chorum quatuor vocum inaequalium (C. A. T. B.), Torino , M. Capra.

976. Petro, S t a n i s 1. d e, S. J. Missa l'irfiian«os Be^ri, quam ad ternae vocis concentum exegit. A“ 1873. Uitgegeven door ; Publicazione periodica di Musiea Sacra populäre. Anno . . . Italia. Piancenzo . . .
977. Petro, Stanisl. de, S. J. Missa Papa Pius quam ad ternae vocis concentum exegit, A“ 1872. LTtgegeven door : Publicazione periodica di Musiea Sacra populäre. Anno . . . Italia. Piacenzo . . .
978. Piel, P. Messe Peni Sancie Spiritus, in VII Ton., für 3 gleiche Stimmen. Coin, P. J. Tonger.
979. Piel, P. Opus 51. Mease für vierstimmigen Mannerchor mit Begleitung der Orgel. Düsseld. L. Schwann.
980. Piel, P. Opus 61. Missa in hon. S. Raphael Archan-geli, ad 4 voces aoquales cum Organo. Düsseldorf, L. Schwann.
981. Piel, P, Opus 89. Messe zu Ehren des hl. Bissohofs Severus, für vier Männerstimmen. Düsseld. L. Schwann.
982. Pilland, Jos. Leichte Messe, für drei gleiche Stimmen mit nicht obligater Orgelbegl. Vierte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
983. Piroli, T i t. Benedictus, per Tenore com accomp. d’Organo. Uitgegeven door : Publicazione periodica di Musiea Sacra populäre. Anno III, Italia. Piacenza, 1885.
984. Plag, Joh. Opus 5. Missa in hon. B. M. V. , quatuor vocibus aequalibus cantanda. Ratisbonae , 1893 , F. Pustet.
985. Plag, Joh. Opus 11. Missa in hon. S. Angolorum Custodum , ad duas voces aequales organo comitante. Ratisbonae: 1894, F. Pustet.
986. Plag, Joh. Opus 18. Missa in hon. St. Joseph!, für 4 stimm. Männerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
987. Poll, Jos. Kurzes und leichtes Requiem, für 4 gleiche Stimmen. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
988. Ponten, Anton. Opus 20. Missa in hon. Sanctis-simi, ad tres voces aequales eomitante Organo. Ratisbonae, 1907, F. Pustet.
989. Ponten, Anton. Opus 21. Missa in hon. S. Joan-nis Bapt., für 4 stimm, gemischten Chor mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.
990. P o t h a s t, B. A. Missa in C-mol, 4 voc. cum Organo.
991. Quoynte, Ludov. le, S. J. Opus 3. Missae, Litaniae, Motetta et Tantum ergo, quinque vocibus amp;nbsp;quinque Instrumentis. Missa Prima, 5 voc., 5 Instr. amp;nbsp;5 Rip., Antverpiae, 1702, H. Aertssons.
992. Raspini, Sac. Car. Missa in hon. B. Andreae a Piscaria. Ad chorum duarum vocum virilium, organo comitante. Torino, M. Capra.
993. Rathgeber, G. Opus 15. Missa iu hon. St. Georgii, für 4 stimm. Männerchor. Regensburg, F. Pustet, 1897.
994. Rathgeber, G. Opus 4. Missa (ohne Credo), in hon. S. Ap. Petri et Pauli, für 4 stimm. Mannerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
995. Rathgeber, G. Opus 18. Missa pro defunctis , für 4 stimm. Männerchor mit Orgelbegleitung. Ratisbonae, 1898, F. Pustet.
996. R a u d a u , P. Missa prima , iu F , 4 vocibus et organo, S. A. T. B.
997. Ravanello, Oreste. Opus 49. Missa pro do-functis cum Dies irae ao Lilera , ad chorum duarum vocum aequalium comit. Organo. Editio III. Torino, M. Capra.

-ocr page 39-

998a. Ravanello, Oreste. Opus 71. Missa festiva (deoima prima) in hon. S. Antonii, thaumaturgi ad corum duarum vocum aequalium organo comitante. Torino, M. Capra.

998Ó. Ravanello, Oreste. Opus 72. Missa solemnis (XII) in hon. S. Laurentii Just., trihus vocibus ae-qualibus organo comitante. Torino, Marc. Capra,

999. Reali, Dante. Opus 59. Missa brovis et fccilis Salve Sanela parens^ ad chorum trium vocum inaequa-lium (MS. T. B.) organo vol harmonio comitante, Torino, Marcello Capra.
1000. Recueil de Musique d’église, de divers auteurs renommés d’une execution facile, consistant en Messes, Motets et saints pour tous les temps de l’année à une et plusieurs voix avec accompagnement d’Orgue. Gand, Gevaert.

Année :

II. Livraison 5.

B. Do Viexbois. Salut solennel, à 3 voix.

II. 5—6. Saehini. Salut solennel, à 3 voix et Solo.
II. 7—8. L. B. Est. Messe solennelle, à 3 voix et Orgue.
III. 3 amp;nbsp;4. 3= Salut solennel, il trois voix.

No. 1. L. B. Est. Tantum ergo.

» 2. Mandanici. Salve Regina.
quot; 3. L. B. Est. Ecce quam.
» 4. L. B. Est. Laetamini.
” 5. L. B. Est. Ave Maria.
• G. P. A. Gantes. Litanie de la S. Vierge.

III. 5—6. Sept Motets, à 2 voix.

No. 1. Sacchini. Da pacem.

1 2. Righini. Jesu mi.

’ 3. L. Jadin. O salutaris.
» 4. N. Lorenzo. O salutaris.
« 5. Delafage. Memorare.
quot; 6. Leprevost. Ave verum.
• 7. A. de Folly. Bone pastor.

III. 7—8. Th. Zimmers. Messe solennelle, pour Sopr., Ten. et Basse.
III. 9—10. Quatrième Salut solennel, pour 3 voix. No. 1. Th. Zimmers. Tantum ergo.

« 2. Dietsch. Alma Redemptoris.
» 3. A. de la Page. Ecce panis.
• 4. Ch. Dufort. Ave maris stella.
» 5. Arcadelt. Ave Maria.

IV. 9—10. P. Mandanici. Messe solennelle, à 3 voix égales.
IV. 11—12. A. Miné. Magnificat, à 3 voix, S. T. B.
V. 1—2. F. Danjou. Messe à trois voix, S. T. B.
V. 9—10. Ludwig von Welden. Messe à trois voix, S. T. B.
VI. 1. Ch. Heisser. Messe à trois voix et orgue. S. T B.
VI. 2. Donat Müller. Missa pro defunctis, à 3 ou 4 voix.
VI. 5. H. Coupé. Messe solennelle, è 3 voix , T. 1, 2. B.
VI. 6. Salut Solennel.

No. 1. P. von Winter. Tantum ergo, à trois voix, Sopr. 1, 2. Basse.

» 2. P. von Winter. Regina coeli, S. 1, 2. B.
» 3. ïïaendel. Inviolata, à 3 voix, S. T. B.
* 4. Gabussi. A solis ortu. Duo.
’ 5. Stradella. Stabat mater. Solo.

VII. 1. Salut Solennel.

No. 1. J. Kerchove. Tantum ergo, à 4 voix.

1 2. Robert Führer. Salve Regina, à 4 voix.

No. 3. H. Coupé. Ecce panis. Solo pour Baryton.

» 4. l’Abbé Bourgois. Opus 28. Bone pastor, à trois voix.
» 5. Ch. Choulet. Opus 27. Tota pulchra , Solo pour Tenor.
• ' 6. J. Kerchove. Ave Maria, à 3 voix.

V II. 4. Ch. Teerlinck. Messe des anges, à 3 voix égales
V II. 5. Mercadante. Grande Messe solennelle en Re mineur transcrite à 3 voix égales.
V II. 6. Mercadante. Do profundis, il quatre voix et orgue.
V III. 2. 11» Salut solennel.

No. 1. J. Kerchove. Tantum ergo, à 4 voix.

quot; 2. Ludwig von Welden. Maria sine macula con-cepta, à 4 voix.
” 3. Heynen. Ave verum, à 4 voix.
- 4. Azioli. Laudate Dominum, à 3 voix.
• 5. P. Heynen. Ave Maria, Solo.

VIII. 3. Ivon de Jaegher. Messe solennelle, à 3 et 4 voix.
VIII. 6. Deux Litanies.

No. 1. Jules de Vulder de B. M. V., il 3 voix égales.

» 2. Leon de Burbure. Litanies do la S. Vierge, pour 2 voix.

IX. 1. 13' Salut solennel.

No. 1. De Vieiixbois. Tantum ergo, il 3 voix.

. 2. • nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» Alma Redemptoris.
- 3. Azioli. Credidi, Motet à 3 voix.
quot; 4. Ludwig von IVelden. O salutaris.
» 5. E. Eeckhoutte. Ave Maria, Solo.

IX. 6. Donat. Müller. 2' Messe solennelle en Fa, à 3 voix.
X. 2. Mercadante. Grande Messe solennel en si à 3 voix.
X. 4. F. Mille. Messe solennelle, à 3 voix.

1001. Renner, Jos. Opus 25. I Requiem für eine Stimme und Orgel obligat oder für Sopr., Alt, Bass und Orgel. Vierte Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.

1002a. Renner, Jos., Jun. Opus 37. Messe (B-dur), für vierstimm. Männerchor (leicht ausführbar). Regensburg, J. G. Boessenecker.

1002i. Renner, Jos., Jun. Opus G3. Missa (V) defunc-torum facillima cum Sequentia Dies irae^ ac Respon-sorio Libera, ad chorum unius vocis mediae (ambytus ut-mi), comitante harmonio vel organo. Torino, Marcello Capra.

1003. Renner, Jos. Opus 45. II Requiem, für eine Singstimme und Orgel oder S. A. B. mit oder ohne Orgel. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1004. Renner, Jos. Opus 49. III Requiem, für gemischten Chor. Zweite Auflage. Regensb. A. Coppenrath.
1005. Répertoire des Maîtrises. Recueil de musique d’église à une et plusieurs voix avec accompagnement d’Orgue. Liège. Veuve L. Muraille. No. 1-362.

Zie de afzonderlijke componisten : d’Archambeau , Barwolf, Bartholomeus, Beethoven, Bodson, Bordese, Ceuppens, Cherubini, Cooymans, Conrady, v. Dalem, Decharneux , Deleval, Dethier , de Doss , Dupont, Everaerts, Pick, J. Frans, Haydn, Abbé Hecht, Hen-drickx, Hennen, Henrard, Hermant, Jaspar, Lambinet, Laminne, Leonard, Matthieu, Michel, Mozart, Pièrry, Pirènne, Radoux, Rinck, Schneider, Schoofs, Stondick, Tixhon, van der Velpen, van de Ven.

-ocr page 40-

lOOü. B e P o r t o i r o de musique d’église pour plusieurs voix et orgue en pnrtiiion. Publié avec l’approbation et sous les auspices de Mgr le Card. Sterckx, arcbiv. de Malines, Bruxelles, Schott fieres.

Serie II, No. 60. Jnunaconi : Ht ecce terrae matas, voor zes bassen en orgel. Zie; JaM«acoMi.

Serie III (d’une composition facile et chantante). Livr. 9'. J. Eykons, Messe en Sol, pour S. T. B.

Zie : Eylcens.

1007. Riga, Fr. Opus 42. Mease à trois voix de Femme ou lï quatre voix d’homme , avec accomp. u’Orgue ou d'Orchestre. Bruxelles, J. B. Katto.
1008. R i j c k e n. Missa No. 1 in F , ad 3 voces aequal. et Organum. No. 2 in G.
1009. Roothaan, Th. J. Mis voor twee gelijke stemmen en orgel. Amsterdam, Louis Roothaan.

Kyrie in G-mineur.

1010. Royet, Lamb. Opus 2. Corona Sacra continens Mott. , à voco sola tum etiam à 2 , 3 , 4 voc. et in-strumentis decantanda. Antverpiae, H. Aertsaena, 1690.
1011. Boyet, Lamb. Missa Litaniae et Motetta II, III, IIII , V voc. et duorum instrum. Antvorpiae , Haer. P. Plialesii, 1671.
1012. Butz, Benuo. Opus 4. Missa in hon. S. Thomae do Vdlauova , für 4 stimm. Mannerchor. Begensburg, A. Coppenrath.
1013. Santner, Carl. Vocal-Messe zu Ehren den hl. Franziskus von Paula , für 4 gemischte Stimmen und Orgelbegl. Begensburg, J. Bössenecker.
1014. Scarlatti, A. Missa pro defunctia, für 4 Stimmen mit nicht obligater Orgelbegleitung. Zie uitgave: Cantus Dininas, Serie 1, Heft 5. Leipzig, P. Braun, 1885.
1015. Schellokens, G. Missa Fairem omnipotentem, ad tres voces aequalos cum Orgaiio. Tilburg!, W. Bergmans, 1906.
1016. Schellekens, G. Misaa Asperges me, ad tros voces aequalos cum Organo. Tilburgi, W. Bergmans, 1905.
1017. Schildknecht, J. Opus 32. Bequiem, für vereinigte Ober- und Unterstimmen (2 voc.) mit Orgelbegl. Begensburg, A. Coppenrath.
1018. Schmid, Fr. X. Messe à 3 voix pour Sopr., Alto et Baase avec accomp. d’Orgue.

Its Serie ;

No. 1. in Do. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;No. 4. in La.

• nbsp;nbsp;2. in Sol. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;« nbsp;5. in Fa.
» nbsp;3. in Mi [t. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» nbsp;6. in Bé.

Bruxelles, Schott frères.

1019. Schmid, F r. X. Opus 2. 6 Land-Messen, für S., A. B. und ausgesetzter Orgel. Augsburg, A. Böhm.
1020. Schmid, Fr. X. Opus 3. 6 Lateinische Messen zum Gebrauche der kleinen Stadt- und Land-Chöre, kurz und leicht componirt für Sopran, Alt, Bass und ausgesetzte Orgelstimme obligat; Tenor, 2 Violinen, Viola, Violon, Flöte, Clarinett, 2 Horn, 2 Trompeten und Pauken nicht obligat. Augsburg, Anton Böhm.
1021. Schmid, Fr. X. Opus 2. Jieqaiem mit 3 oder 4 Singstimmen und ausgesetzter Orgel obligat, 2 Violinen, Violon, 2 Clarinetten, 2 Horn, abwechselnd mit Trompeten nicht obligat. Für kleine Sladt- und Laud-Chöre kurz und leicht componirt.

No. 1 in Es.

Aug-burg, Anton Böhm.

1022. Schmid, Fr. X. Requiem, für Laudmusikchöre mit ausgesetzter Orgel, Sopran , Alt und Bass obligat, Tenor nicht obligat.

No. 1. in Es (Bos) 3/4.

• 5. in As. — C.

Augsburg, Anton Böhm.

1023. Schmitz, P. Opus 7, Missa in hon. S. Cordis Jesu, leichte Messe (ohne Credo), für 4 stimm. Männerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
1024. Schölte, J. A. Missa in hon. B. M. V. , ad quatuor voces inaequales, Altum , Tenorum , Barytonum, Bassum, comitante Organo.

Amstelodaini, 1907. Soc. Dagblad De Tijd,

1025. Schutjes, L. II. C. Missa brevis et facilis. Ten.

1, 2. Bas et Organo. ’s Bosch, G. Mosmans.

Missa in C-mol 3 K

1026. Schwarz, Anton. Opus 12. Missa in honorem S. Petri, für vierstimm. Männerchor mit obligater Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.
1027. Sechter, Simon. Opus 67. Dritte kleine Land-Messe, für 4 Singstimmen (S. A. T. B.) mit Begleitung der Orgel, (in A.). Wien, P. Mechetti.
1028. Sex Missae novae, duabus vocibus cantandae a Presbytero quodam Missionis Hollandiae compositae, sequuntur sex Modulamina ejusdem authoris quae post Elevationem cantari possunt, quibus ad perfectiorem Harmonise excellcutiam additus est Bassus generalis cum Arithmeticis neeessarii.s pro Organo.

Derde druk. Amsterdam, Wed. F. J. van Tetroode (genaamd Amsterdamscho Missen).

1029. Seyfried , Ignaz Bitter von. I Messe für 4 Sing,stimmen, 2 Violinen, Viola, 2 Hoboeu (od. Cla-rinelten), 2 Hörner, Trompeten, Pauken, Orgel und Bass. Wien, S. A. Steiner amp;nbsp;Comp.
1030. Seyfried, Ignaz Bitter von. Messe No. 2, für 4 Singst. (S. A. T. B.), 2 Violinen, Viola, 2 Clarinetten , 2 Fagott, 2 Trompeten, Pauken, Orgel und Contrabass. Hochw. H. Marian Zwinger, Abt... zugeeignet. Wien, S. A. Steiner amp;nbsp;Co.
1031. Seyfried, Ignaz Bitter von. Messe No. 3 , für 4 Singst. (S. A, T. B.) , 2 Violen , Viola, Contrabass, 2 clarinetten, 2 Hörner, 2 Trompeten, Pauken und Orgel. Wien, Tobias Haslinger.
1032. Singonberger, J. Missa in hon. Ss. Cordis Jesu, ad 4 voces aequales. Batisbonae, F. Pustet, 1881.
1033. Singonberger, J. Missa in hon. S. Gregorii, ad quatuor voces aequales (viriles) cum Organo. Batis-bonac, 1898, F. Pustet.
1034. Sinzig, P., O. F. M. Opus 12. Missa Jubilate, ad 2 voce.s aequales, organo vol harm. com. Düsseldorf, L. Schwann, 1906.
1035. Sluya, Joh. v. d. Opus 1. Missa in hon. Reginae Sacrat. Rosarii, quatuor vocibus virilibus, organo con-cinentc. Rotterdam, J. M. Waanders (1907).
1036. Smorenburg, A. E. Missa in honor. Ss. Cordis, auctore J. Singeuberger. Quatuor vocibus concinenda. Adaptata ad Methodum Galin-Paris-Cheve, industria et propriis typis. Doresfadii, 1902.
1037. Sm Orenburg, A. E. Missa Sine Ufomine, van G. ■P. da Palestrina, 4 st., iu cijfers gebracht. Wijk bij Duurstede.
1038. Smorenburg, A. E. Missa O Sanctissima, auctore 11. Wiltbergcr, tribus vocibus concinenda, adaptata ad Methodum Galin-Paris-Chevé, industria et propriis typis. Doresfadii, 1903.

-ocr page 41-

1039. Smit, W. A. Missa No. 1, virilibus tribus quatuorre Tooibus canenda organo comit. (in A mol.) Amstelo-dami, Tb. Roothaan, 1860.
1040. Smit, W. A. Missa No. 4, unisono, comitanlo organo canenda (in F). Ainstelodami, I. Boerendonk.
1041. Smits, Wilhelmus, No. 2. Missa tribus vooi-bus decantanda comitaute organo (in Es). Ainstelodami, Theuue et Soc. (in Bs)
1042. Smits, W. Missa tribus vooibiis liumanis comitante organo (in D). Amstelodami, Theuno et Soc.
1043. Stadler, M aiim ilian, Abbé. Libera me Domine, für vier Singstimmen und Orgel. Wien , S. A. Steiner amp;nbsp;Co.
1044. Stadt, J. L. Nette en gemakkelijke Lofzangen, Missen, Benedictiën, Elevatiën enz., voor 3 of 4 stemmen met orgelbegeleiding.

No. 2. Mis in F. Opus 20, voor T. 1 , 2, Bas en Orgel. Steendrukkerij te Gorinchem, eigendom van den schrijver.

1045. Stadt, J. L. Opus 20. Missa voor 3 stemmen. Opus 21. Missa de Requiem.

Zie : Stadt, Nette en gemaklcelijlce Lofzangen.

1046. Stahl, Al. Missa in hon. S. Martini Tur., quatuor vocibus virilibus concinenda, cantantibus organis. Regensburg, A. Coppenrath,
1047. Stehle, J. G. B d. Opus 38. Missa Solemnis JSxul-tate Deo, quatuor vocibus inaequalibus concinenda. Voces instrumentorum. Ratisbonae, F. Pustet, 1903.
1048. Stein, Bruno. Opus 3. Kurze und leichte Messe für eine Siugstimme (im Umfange von d-e) und Or-gelbegl. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1049. Stein, Bruno. Opus 7. Missa brevis ad duas voces organo comitante. Regensburg, A. Coppenrath.
1050. Stein. Bruno. Opus 22. Missa octava, für 2 Singstimmen (im Umfange von b-f) und Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath, 1903,
1051. Stein, Bruno. Opus 35. Missa pro defunctis, für zwei gleiche Stimmen und Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath, 1907,
1052. Stein, Jos. Opus 19. Kurze und sehr leichte Messe für eine Singstimmo, Unisono-Chor mit Orgelbegl. 5te Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1053. Stein, Jos. Opus 39. Kurze und sehr leichte Messe, für eine Singstimmo, Unisono-Chor mit Orgelbegleit. 3 Auflage. Rogensburg, A. Coppenrath.
1054. Stein, Jos. Opus 55. Missa in hon. S. Ignatii. Leicht ausführbar für Sopr. und Alt mit Orgelbegl. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath, 1906.
1055. Stein , Jos. Opus 64. Missa in hon. S. Joannis Evang., für 2 Singstimmen und Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath.

1056o. Stöcklin, P. Z. Missa in F, comitante organo.

1056J. Surzynski, Dr. Jozeph. Opus 21. Missa in hon. Immac. Conceptionis B. M. V. , quinque vocibus inaequalibus (C. A. 1?. B. 1 et 2) concinenda. Ratisbonae, F. Pustet, 1907.

1057. Tamagnone, Jozeph. Facillima Missa campe-stris pro defunctis. Ad chorum trium vocum virilium organo comitante. Torino, M. Capra.
1058. Teorlinck, Charles. Messe des anges à trois voix egales et orgue. Zie ; Recueil de musique d'église. Année VII, Livr. 4,

1059. Thielen, P. H. Opus 8. Missa in hon S. Guilelmî, für 3 Männerstimmen. Freiburg i/Br. 1888.
1060 Thielen, P. H. Opus 36. Missa O quam saaeis est, für Mozzo-Sopran und Bariton mit Orgelbegl. Regensburg, A. Copponralh.
1061. Thielen, Opus 37. Missa in hon. S. Josephi. Für 2 Tenöre und 1 Bass. Regensburg, A. Coppenrath.
1062. Thielen, P. II. Opus 38. Missa in hon. S. Henrici. Für 2 Tenöre und 1 Bass.’ Regensburg, A, Coppenrath.
1063. Thiolen, P. II. Opus 63. Missa Iste confessor, für eine Sopran- und Altstimme mit Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath.
1064. Thielen, P. H. Opus 64. Missa super Jesu corona Virginum , für eine Sopr. und Altstimme mit Orgelbegl. Regensburg, A. Coppenrath.
1065. Thielen, P. H. Opus 73. Missa in hon. Ss. Angolorum Custodum, für 4 Stimm, gemischten Chor. Regensburg, A. Coppenrath.
1066. Thiolen, P. II. Opus 166. Missa brevis in hon. Ss. Virginum, ad 4 voces inaequales. Regensburg, A. Coppenrath, 1906.
1067. Thielen, P. H. Opus 167. Missa in hon. Ss. Ro-sarii B. M. V., ad 4 voces inaequales. Regensburg, A. Coppenrath, 1906.

1068a. Thielen, P. H. Opus 186. Missa pro defunctis, für 4 stimm. Männerchor oder für Alt und 3 Männerstimmen. Regensburg, A. Coppenrath, 1906.

1068s. Thielen, P. H. Opus 192. Missa septimi toni in hon. S. Lamberti Ep. et Mart., für fünfstimmigen gemischten Chor (S. A. T. Bar. B.). Düsseldorf, 1907, L. Schwann.

1069. T her esius a S. Maria, P. Opus 7. Missa seconda. Requiem mit Libera , für eine Singstirame mit Orgelbegl. Ratisbonae, F. Pustet, 1888.
1070. Turton, Rob. Arthur.’ Missa in hon. Ss. Cordis Josu (No. 2), for Chorus of Mixed Voices (S. A. T. B.) with Organ Accompaniment. New-York. 1'ischer’s Edition, No. 2960. A» 1906.
1071. Vauinetti, G. Opus 100. Missa diatonica in ut maj. S. Joachim. Ad chorum 4 vocum virilium. Torino, M. Capra.
1072. Veith, Joh. Jos. Opus 13. Messe zu Ehrendes heil. Apollinaris, für zwei gleiche Stimmen mit Orgel oder Harmouiumhegloitung. Düsseldorf, L. Schwann , 1906.
1073. Verhey, Th. II. II. Opus 32. Missa tribus vocibus virilibus, Tenori et Bassi cum Organl conductioue. Rotterdam, 1. M. W. Waanders, 1883.
1074. Vermeren, Anton. Missae et Motetta I, II, III, IV vocum cum iustrumentis. Antverpiae, Haer. P. Phalesii, 1668.
1075. Verhulst, Joh. J. H. Opus 50. Missa vocibus virilibus Tenori et Bassi cum Organorum conductioue. (Missa in E). Amstelodami, Theune et Soe., et Brix von Wahlberg.
1076. Verhulst, Joh. J. H. Opus 52. Missa vocibus virilibus cum organorum conductione. No. 2. Missa in E-mineur. Amstelod., Theune amp;nbsp;Soe.
1077. Verhulst, Joh. J. H. Opus 55. Missa vocibus virilibus (Tenori e Bassi) cum Organorum conductione. No. 3. Amstelodami, G. Alsbach et S“’.
1078. Verhulst, J o h. J. II. Opas 58. Missa brevis (a Capella) voor jongens- en mannenstemmen. Amsterdam, Louis Roothaan, 1876.

-ocr page 42-

1079. Verhulst, , organist te Berîaer. Solemnsele Mia voor 3 gelijke stemmen voor Orgel of Orkest. Antwerpen, O. Faes.
1080. V i a (3 a n a, L u d w. Missa Sine domine, für 4 Stimm, gemischten Chor, transscribirt von Joseph Modlmayer. Regensburg, A. Goppenralh.
1081. Viotta, H. A. Missa virilibus quatuor vocibus or-gano comitante (in d). Amstelodaini, H. A. Zweers.
1082. Viotta, J. J. Missa No, 3, virilibus tribus qua-tuorve vocibus canenda Organo comitante. Amstelo-dami, Theune amp;nbsp;Co.
1083. Vlam, Louis de. Messe à 3 voix, Ténor 1, 2 et Basse avec Orgue. Messe in O. Bois-le-Duc, G. Mosmans.
1084. Volkmann, Robert. Opus 28. Isie Messe für (4) Männerstimmen (mit Soli). Pest, Gustav Heckenast.
1085. Vra n k en , P. J. Jos. Opu.s 13. Requiem-Mis voor 3 mannenstemmen met orgel. S/. Greg Siad , 1903. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1086. Franken, P. J. Joe. Opus 20. Missa O quam glorioeum esi regnum. Korte en gemakkelijke Mis voor 2 gelijke stemmen (Tenor en Bariton) met orgelbegeleiding. Utrecht, Wed. v. Rossum, 1904.
1087. V r a n k e n , P. J. Jos. Opus 20S. Missa O quam glorioeum est regnum. Korte en gemakkelijke Mis voor â-stemmig gemengd koor (C T. B.) met orgelbegeleiding. Utrecht, Wed, J, R van Rossura, 1906,
1088, Vranken, P, J, Jos, Oeuvre 26, Missa décima Messe à trois voix d’homme (Tenor, Bariton et Basse’ avec accomp, d’Orgue, Tilburgi , W, Bergmans, 1906
1089, Vranken, P, J, Jos, Opus 27, Missa in honor. S. Caeciliae ad tres voces inaequales (C. T. B.) organis concinentibus. Tilburgi, W. Bergmans, 1906,

1090(1. Vyvere, E. K. van de. Messe à 3 parties avec accomp. d’Orgue. Kyrie in D-mineur. Gand, P. et E. Gyselynck, 1844.

10906. Walkiewicz, Eu g. Missa in bon. S. Theresiae, ad quatuor voces aequales (viriles) corn. Organo. Ra-tisbonae, 1907, F. Pustet.

1091. Wansing. Missa prima in C , 3 voe. cum organo. Canto primo, secundo et Basso.
1092. Wansing, F. Missa sexta in F. Orgelpartituur.
1093. W o b e r , G. V. I kurze und leichte Messe (ohne Credo) , für 4 stimm, gemischten Chor. 3te Auflage. Regensburg, 1903, A. Coppenrath.
1094. Weber, G. V. Leichte Messe für zwei gleiche Stimmen mit Orgelbegl. Dritte Auflage. Regensb., A. Coppenrath.
1095. Weiden, Ludwig von. Messe à 3 voix, S. T. B. Zie : Hecueil de musique d’église. Année V, Livr. 9-10.
1096. W ij n e n , Ger. Missa S. Martini, voor 4 mannenst. en orgel. In C.
1097. W ij n e n , G er. Missa No. 2 en 3, voor 4 mannenst, met orgel.
1098. W i 11 e n b o r g , 11. F. Missa (in D) pro S. Domi-nico , vocibus (du abus) aequalibus concinenda comit. organis. Amstelodami, I. Beerendonk.
1099. W i 11 b e r g e r , Aug. Opus 6. Missa in hon. Ss. Cordis Jesu, für 4-st. Männerchor. Regensb., Seiling.
1100. Wiltberger. Aug. Opus 16. Missa Jesu ione pastor, für 2 Männerstimmen mit Orgelbegl. Düsseldorf, L. Schwann, 1884.

1101. Wilt berger, Ang. Opus 59. Missa Cor, area legem continens, für vierstim. Mannerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
1102. Wiltberger, Aug. Opus 67. Missa in honor. S, Francisci Xav., für vierstimmigen Mannerchor mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.
1103. Wiltberger. Aug. Opus 74. Missa in honorem S. Michaelis Arch., für 2 .Männerstimmen mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann.

1104(1. Wiltberger, Aug. Opus 111. Messe zu Ehren der 111. Margaretha, für 4-st. Männerehor mit Orgelbegleitung. Düsseldorf, L. Schwann, 1906.

11046. Wiltberger, .lug. Opus 118 Missa S. Aegidii, ad tres voces aequales, comitante organo. Düsseldorf , 1907, L. Schwann.

1104c. Wiltberger, Carolus. Opus 2. Missa prima ad duas voces viriles (Tenor et Bassus), comitante Organo. Düsseldorf, L. Schwann, 1907.

1105. Wiltberger, H. Opus 9. Missa in hon. S. Cae-ciliae , für 3-3t. Männer- oder Frauenchor. Regensb., J. Seiling.
1106. Witt, Fr. Opus 26. Mis-sa non est inventus (VII Toni), für 2 Singstimmen und Orgel. Editio 2a. Ra-tisbonae, F. Pustet, 1896.
1107. Witt, Fr. Opus 9. Missa Hxultet. für zwei Singst, mit Orgelbegl. , oder für 4 gemischte Stimmen mit Orgel und Orchester ad lib. Siebente Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1108. Witt, Er. Opus Ila. Missa in hon. S. Lueiae. Ad IV voc. inaequales et Organum comit., 2 Trombis etc. 3fe Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1109. Witt, Fr. Opus 22a. Missa in hon. S. Caeciliae, tribus vocibus paribus organo comitante ad libitum concinenda. Ratisbonne, 1872, F. Pustet.
1110. Witt. Fr Opus 25a. Missa pro defunctis Uequiem, duabus vocibus eoncin., comit. Org. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath, 1876.
1111. Witt, Fr. Opus 376. Missa Secundi toni, ad quatuor voce.s inaequales. Ratisbonne, F. Pustet, 1881.
1112. Witt, Fr. Opus 42a. Missa pro defunctis ad unam vocem cum Organo. Editio tertia. Ratisbonae, F. Pustet, 1904. Editio 2a, 1893.
1113. Witt, Fr. Opus 43a. Missa Octavi toni, ad unam vocem Organo comitante. Ratisbonae, F. Pustet. Editio 2a, 1894. Editio 3io, 1895.
1114 Witt, Fr. Opus 466. Missa tertii toni, una voce cum Organo cantanda. Ratisbonae , F. Pustet, 1896. Editio 2a.
1115. Witzke, C. B. Opu.s 62. Lnndmesse in C, für S. A. T. B. 2 Violinen , Viola, Flöte , 2 Clarinetton , 2 Hörner, 2 Trompetten, Pauken, Orgel und Violon.

Augsburg , A. Böhm.

1116. Worp, J. Missa duabus vocibus cum Organo, (in 2 t?.) Amstelodami, A. Roothaan, 1877.
1117. Z a h 1 f 1 e i s c h, P. Greg.. O. F. M. Opus 7. Missa pro defunctis Ila, cum Rosp. Libera, ad 4 voces mixtus. Ratisbonae, F, Pustet, 1903.
1118. Ziegler, A. Repertoire de chants sacrés faciles avec accomp. d’Orgue. No. 20. Messe facile à 3 voix. Arras.
1119. Zimmers, Theod. Missa No. 1, 2, 3. 3 vocibus, T. 1 en 2, B., cum Organo.
1120. Zimmers, Theod. Messe solennelle, pour S. T. B. Zio : Recueil de musique d’église. Année lîl, Livr. 7-8.

-ocr page 43-

1121. Zoller, G. Missa Maria comolafrix Afflctorwn, ad duas voces Organo vel Ilarmonio comitante, Ratis-bonae, F. Pustet, 1893.
1122. Zoller, G. Missa pro defunctis, ad 2 voces Organo vel Harmonie comitante. Batisbonae, F. Pustet, 1893.
1123. Zoller, G. Missa pro defunctis, ad 4 voces aequa-les, Organo comitante ad libitum. Batisbonae, 1895 , F. Pustet.
1124. Zoller, G. Missa Solemuis in hon. St. Georgii, für 4-3t. .Mannerchor mit obligater Orgelbegl Batisbonae, F. Pustet, 1895.
1125. Zoller, G. Opus 38. Missa pro defunctis. Ad 3 voces viriles cum Organo. Kegensburg, A. Coppeu-rath, 1900.
1126. Zoller, G. Opus 30. Missa solemuis Salve Regina* für 4 stimm, ilänncrcbor mit obligater OrgelbegleiP Düsseldorf, L. Schwann.

Serie II. — Motetten.

1127. Ahle, J. N. Opus 10. Q.uatuor Motetta et Pange lingua ad Process, in Festo Ss. Corp. Christi, für 4 Männerst. Begeusburg, A. Coppenrath.
1128. Ahle, J. N. Opus lOi. Quatuor Motetta et Pange lingua , ad Process, in Festo Sa. Corp. Christi, für gemischter Chor. Begensburg, A. Coppenrath.
1129. Alt, J, W. Vespérac do Dominica Besurrectionis, ad IN voces inaequales. Batisbonae, F. Pustet, 1898.
1130. Alt, J. W. Vesporae in feste Pentecostes, ad IV voces inaequales. Begensburg, A. Coppenrath, 1899.
1131. Alt, J. \V. Zwei Votiv-Vespern, für S. A. T. B. Zweite Auflage. Begensburg, A. Coppenrath.
1132. Alt, J. W. Vier Marianische Antiphonen, von Su-riauo, Lotti und Anerio. Begensburg, A. Coppenrath, 1902,

1133, Amatuzzi, Paulus. Ps. 50 Miserere, versiculi impares ad quatuor voces inaequalium (A. T'. 1. T.II, B.), alternatim cum cantu gregoriano canendi. Torino, Marc. Capra.

1134. Anerio, Fel. Tibi laus, 8 voc. Zie : Commer. Mu-sica Sacra, Tom. XV.
1135. Anerio, Fel. Salve Regina, ad 4 voc. inaequal. Zie: uitgegeven door J. Alt, vier Marian. Antiphonen.
1136. A r c a d e 11. Ave Maria, pour 3 voix. Zie: Recueil de musique d’église. Année III, Livr. 9-10.
1137. A r c h a m b e a u , J. M. d*. Ave verum, it 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 1.
1138. Archambeau. J. M. d’. Litanies de la St. Vierge. T. 1, 2, B. el Organo.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 6.

1139. A r c h a m b e a u , J. M. d’. O Sacrum, à deux voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 26.
1140. Archambeau, .T. M. d’. Ave verum , Solo pour Tenor. Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 59.
1141. Archambeau, J. M. d’. Ave verum, à 3 voix d'homme. Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 75.
1142. Archambeau, J. M. d’. Tantum ergo et Geniiori, Choeur à 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 94.

1143. Archambeau, Ed O salutaris hostia, Solo de Bariton. Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 178.

1144. Archambeau, E. d’. Ave Maria, pour 2 Soprani. Zie : Répertoire des Maîtrises, No 227.
1145. Archambeau, J. M. d’. Tantum ergo , Solo do Ténor et Qenitori, à 3 voix d’homme.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 263.

1146. Archambeau. J. M. d’. Ave verum. Choeur à 3 voix. Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 265.
1147. Archambeau, J. M. d’. ThsMi«»! ergo. Choeur à 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises. No. 266.
1148. A r c h a m b e a u , J. M. d’. Ave verum , ;'l 3 voix d'homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 267.
1149. Archambeau, J. M. d’. O salutaris, it 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 318.
1150. .4 r c hi e r i, Fr. Victimae Pascbali , per Tenori e Bassi. Uitgegeven door : Publicazione periodica di Musica Sacra populäre. Anno III. Italia-Piacenza, 1885.

1151«. Arnfelser, F. Opus 80. Fünfzehn Tantum ergo, für 1 , 2 und 3 Oberstimmen mit Begleit, der Orgel oder des Harmoniums. Zweite Auflage. Regensburg , 1905, A. Coppenrath.

1151Z. A rts, Ant. Opus 15. Flores Virginum. XIII Cantus diversi ad duas voces aoquales cum Org.ano. Tilburg! , W. Bergmans, 1907,

1152. Auer, Jos. Opus 3. Lauret anische Litanei, für zwei Singstimmen mit Orgelbegl. Zweite Auflage. Begensburg, A. Coppenrath.
1153. Auer, J. Opus 8. Zwölf Kirchenge.säiige für dreistimmigen Frauenchor und Orgel. Zweite Auflage. Be-gei.sburg, A. Coppenrath.
1154. Auer, J. Opus 10. Fünf Hymnen zur Frohnleich-nams-Procession, für 4-st. gemischten Chor mit willkürlicher oder einstimmigen Chor mit obligater Blechmusikbegleitung. Begensburg, A. Coppenrath.
1155. Auer; J. Opus 11. Sieben Motetten: 3 Ecce sacer-dos, 3 Veritas mea und 1 Ave Maria, für 3, 4, 5 und 6-8t. gemischten Chor. Begensburg, A. Coppenrath.
1156. Auer, Jos. Opus 13«. Te Deum laudamus, für 4-stimm. gemischten Chor. Begensburg, A. Coppenrath.
1157. Auer, Jos. Opus 13amp;. Te Deum laudamus. Für 4-stimm. Männerchor. Begensburg, A. Coppenrath.
1158. Auer. Jos. Opus 14. Lauretanische Litanei, für vierstim. gemischten Chor. Begeusburg, A. Coppenrath.
1159. Auer, Jos. Opus 21. 80 Ofifertorien für das ganze Kirchenjahr. Zweistimmig für die vereinigten Ober-und Unterstimmen mit Orgelbegl. Theil I, II , III. Begensburg, A. Coppenrath.
1160. Auer, Jos. Opus 23. Fünf Vesper-Psalmen nebst Magnificat, zur Aufführung durch eine, zwei oder drei Stimmen. Begensburg, A. Coppenrath.
1161. Auer Jos. Opus 28. Lauretanische Litanei, für die vereinigten Ober- und ünterstimmen mit Begl. der Orgel. Begensburg, 1899, A. Coppenrath.
1162. Auer Jos. Opus 29. Te Deum laudamus, für die vereinigten Ober- und Unterstimmen mit Begl. der Orgel. Begensburg, 1899, A. Coppenrath.
1163. Auer Jos. Opus 30. Litaniae de Sacro Corde Jesu, für 3 ’stim. Frauenchor mit Orgelbegl. Begensburg, 1899 , A. Coppenrath.
1164. Auer Jos. Opus 33. Lauretanische Litanei , ausführbar durch Sopr. und Alt mit Orgelbegl., desgleichen durch Sopr., Alt (Tenor ad lib.) und Bass mit oder ohne Orgelbegl. Begensb., 1900, A. Coppenrath.

-ocr page 44-

1165. Auer, Jos. Opus 35. Zebu Adjuva nos, für 1—5 Btimiu. Chor. Regensburg, 1900, A Copponrath.
1166. Auer, Jos. Opus 37. Psalm 50 : Miserere mei , Deus. Für 3 stira. Frauenchor. Regensburg, A. Cop-penrath.
1167. Auer, Jos. Psalm 50 : Miserere, für vierstimm, gemischten Chor. Rogensburg, A. Coppenrath.

Zie : Mitlerer, Musiea JScclesiast. Lief. 53/54.

1168. Auer, Jos. Opus 38a. Anima Christi, für vierst. Männerohor (Soli und Chor) mit Orgelbegl. Regensburg , A. Coppenrath.
1169. Auer, Jos. Opus 38i. Anima Christi, für Soli, gemischten Chor und Orgel. Regensb. A. Coppenrath.
1170. Auer, Jos. Opus 39. Zehn lateinische Predigtge-sauge , ein, zwei, drei und vierstimmig. Fegensburg, 1903, A. Coppenrath.
1171. Auer, Jos. Opus 43. XII Cantiones eeclesiasticae, III vocuin acqualium organo ad libitum. Ratisbonae , F. Pustet, 1903.
1172. Auer, Jos. Opus 44. Staiat Mater, für vierstiin-Frauonchor mit Orgelbegl. Regensb., A. Coppenrath.

1173 Azioli. Laudate Dominum , à 3 voix en Credidi, motet à 3 voix. Zie: Recueil de musique d'église. Année VIII, Livr. 4, en IX, Livr. 3.

1174. Azioli. Dixit Dominus, Sopr., ïcn.. Basse avec Orgue. Zie : Lamhillotte, Salut 3,
1175. B ai ni. Staiat mater, à 3 voix d'homme, T., 1, 2 B. et Orgue (ad lib.). Bruxelles, Schott, frères.

Uitgave van Repertoire de musique d’église, pour plusieurs voix et orgue en partition, 2' Serie, n« 54.

1176. Bartholomeus, J. N. Tantum ergo, choeur à 3 voix avec Tenor, Solo.

O Salutaris, Choeur à 3 voix.

Alma Redemptoris, Duo pour Tenor et Basse.

Juravit Dominus, Choeur à 4 vsix.

Ave Maria, Choeur à 3 voix.

Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 274.

1177. Bartholomeus, J. N. Sicut lilium inter spinas. Basse solo.

Benedicta tu es Filia , Choeur.

Tota pulchra, Tenor solo.

Tu gloria Jerusalem, Choeur, S. A. T. B’

1178. Bartholomeus, J. N. Fcce panis. Duo pour Baryton et Basse, avec accomp. d’Orgue. Bruxelles, Schott frères et Breda, E. van Wees,
1179. B a r w O 1 f , L. Alma Redemptoris, pour 3 voix égales. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 237.
1180. Bas, Ö. Psalm 50 : Miserere, Modus I. Cassinensis in falso-bordone, ad 4 voces inaequales.

Torino, M. Capra.

1181. Bas, G. Feria V. In Coena Dni Christus factus est, ad 4 voces inaequales. Torino, M. Capra.
1182. Bas, G. Canticuin Zachariae. Benedictus, in tono I, per très modules diverses, ad 4 voces inaequales cura cantu grcgoriano alternate. Torino, M. Capra.
1183. Bas, G, Improperia : Popule meus, ad chorum 4 voc. inaequales, Torino, M. Capra.
1184. Bas, G. In Dom. Palmarum. Ad proe. Ingrediente Domino. Ad chorum 4 voc. inaequ. Torino, M. Capra.
1185. Bas, G. Dom. in Palmis. Ant. Cum appropinquaret. Ad chorum 4 voc. inaequales. Torino, M. Capra.

1186. Bassani, J. B. Opus 8. Metri sacri resi armonici in motetti A voce Sola con Violini.

Bologna, P. M. Monti, 1690.

1187. Bassani, J. B. Opus 11. Melodie moderne lu concert! sacri A una , Due, Trè , e Quattro voci, cou Violini, e seiuza. Anversa, H. Aertssens, 169o.
1188. Bassani, J. B. Acroama missale, complexu suo continens , quatuor voces in concerto et quatuor in ripiendo, associates duobus Violinis et una Viola partim necessariis et partim ad placitum , ncc non III. Trombon : Ripien ; unâ cum duplici Basso generali meditatum et compositum.

Augustac Vindolicorum, J. Chr. Wagner, 1719.

1189. B a 11 m a n n , J. L. Opus 337. 10 Litanies à la S. Vierge, à 2 voix,

Opus 338. 10 Motets au S. Sacrament, è. 2 voix.

Opus 339. 10 Motets et Antiennes à la S. Vierge, à 2 voix.

Opus 340. 20 Motets pour les Grand fêtes, à 2 voix.

Opus 341. 10 Motets pour les fêtes patronales, à 2 voix.

Zie : Baltmann, Billiothèque religieuse. Deuxième Serie.

1190. Bäuerle, Hermann. Opus 19, Litauiae Laure-tanae B, M, V, , mit Tantum ergo, für 4 stim, Männerchor à capella, Regensburg, A. Coppenrath,
1191. Bäuerle, Hermann. Opus 23. Ecce homo! 7 lateinische Gesäiige für die hl. Passionszeit, für 4 gemischte Stimmen. Zweite Auflage. Regensburg, 1904, A. Coppenrath.
1192. Becher, C. Alma Redemptoris, Sopr., Alto, Ten., Bass et Organo. Uitgave : Caecilia , Suppl. XXIX, No. 11, 1902, bij J. Singenberger.
1193. Beethoven, L. von, Ave Maria, Soprano, Solo. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 65.
1194. Beltjens, Jos. Opus 32. Feni Creator, Hymnus pro 4 vocihus virilibus obligatoquo organorum concentu. Amstelodami, Th. J. Roothaan.
1195. Beltjens, Jos. Opus 34. Duo Tantum ergo, quatuor vocihus virilibus canenda organo comitante.

Amsterdam, G. Alsbach amp;nbsp;Co.

1196. Beltjens, Jos. 1. Ave Regina. 2. Alma Redemptoris. 3. Regina coeli. 4. Ave Maria, voor 4 mannen-Bijlage : St. Gregor»ts-Blad, 1878.
1197. Beltjens, Jos. 1. Salve Regina. 2. Pie Jesu.

3. O crux ave. 4. Tantum ergo. 5. Ave verum, voor 4 mannenstemmen.

Bijlage van ’t St. Gregorins-Blad, 1879,

1198. Beltjens, M. J. H. Opus 71. Ave Maria, duabus vocibus aequalibus canenda organo comitante.

Amstelodami, Th. Roothaan.

1199. Beltjens, Jos. Opus 92. Ave verum, Antiphona in lion. S. Sacramenti , pro quatuor vocibus virilibus comitante organo. Roterodami, G. Alsbach amp;nbsp;Sos.
1200. Beltjens, Jos. Opus 93. Ave Maria , pro quatuor vocibus virilibus comitante Organo concineudus.

Roterodami, G. Alsbach amp;nbsp;Sos.

1202. Beltjens, Jos. Opus 94. Magnificat, Canticum B. M. V., pro quatuor vocibus virilibus comitante Organo. Amstelodami, G. yllsbach amp;nbsp;Soc.
1202. Beltjens, Jos. Opus 95. Tu es Pastor, Anti-phoua pro quatuor vocibus virilibus cum Organo.

Roterodami, G. Alsbach amp;nbsp;Sos.

-ocr page 45-

1203. Beltjens, Jos. Opus 106. Ave verum^ Antipliona in hon. S. Sacrament!, pro quatuor vocibus virilibus. Roterodami, G-. Alsbach amp;nbsp;Soc.
1204. Beltjens, Jos. Opus 117. ^cce sacerdos, voor Tenor 1, 2 en Bas 1, 2. Bijlage : Si, Gregorius-Slad,, 1887.
1205. Beltjens, Jos. Opus 118. Te Deum laudatnus, Ten. I®, II®, Basso I®, II®. Roterodami, G. Alsbach amp;nbsp;Soc.
1206. B e 11 j e n 8 , Jos. Opus 135. Tues Pastor vqqv S. A. T. B. met orgelbegeleiding. Bijlage : St, Grego-rius-Plad, 1887.
1207. Beltjens, Jos. Opus 138, n® 2. jElegit te Pomi^ nus, -vQQv C. A. T. B. met orgelbegeleiding. Bijlage: St, GregoriusSlad, 1887.
1208. Beltjens, Jos. Opus 140. Canticum : Magnificat^ octo modorum quod vocibus aequalibus concinendum. Regensburg, A. Coppenrath.
1209. Beltjens, Jos. 1. O ione Jesu ; 2. Salve Pegina,, à 4 voix d’homme. Uitgave : Supplément du Courrier de S. Grégoire, 1895.
1210. Benedictus a Sto Jozepho, Ord. Carm. Box-meranii Supprior. Opus 3. Flosculi Musici A. I, II, III, IV, tam vocibus quam instrum, concertati. Ant-verpiae, Haer. P. Phalesii, 1672.
1211. Benedictus a S. Jozepho, Ord. Carm. Box-meranii Suppriore. Corona stellarum duodecim serta I, II, III, IV, vocibus et instrumentis , edit. 2a. Ant-verpiae, Haer. P. Phalesii, 1673.
1212. Benedictus a S, Jozepho, Ord. Carm. Op. 4. Musica Montana in Monte Carmelo composita, cantata in Monte Domini, 1, 2, 3 vocibus, et unum Tantum ergOy 4 voc. et 2, 3. vel 5 , instrumentis. Antverpiae , L. de Potter, 1677.
1213. Benedictus a S. Jozepho, Ord. Carm. subprior. Opus 5. Completoriale melos musicum, II , III et IV vocibus , II , HI vel V Instrumentis decanta n-dum. Antverpiae, L. de Potter, 1678.
1214. Benedictus a S. Jozepho, Ord. Carm. Box-raeranii Suppriore. Opus 6. Eucoraia sacra musice decantanda , 1, 2, 3 voc. et 2, 3, 4, 5 instrumentis. Ultrajecti, Arnoldus ab Eynden, 1683.
1215. Benedictus a S. Jozepho, alias Buns Gelrien-sis. Opus 7. Orpheus gaudens ac ludens sive cantica gaudij., ac luctus A. 1 , 2 , 3, 4 et 5 vocibus , ac Instrumentis composita. Antverpiae, Haer. P. Phalesii, 1693.
1216. Benoit, Pierre. Vingt Motets pour voix égales avec accomp. d’Orgue.

Ko. 9. Ave Pegina,^ Solo et Choeur.

« 10. Pegina coeli, •• nbsp;nbsp;nbsp;quot;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;quot;
» 11. Salve Pegina, » nbsp;nbsp;nbsp;•gt; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gt;•

Bruxelles, Schott frères.

1217. Berckel, H. J. van. Tota pulchra es Maria^ voor ééne stem met orgel. Bijlage : St. GregoriuS‘Plad, 1902. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1218. Berckel, H. J, van. Opus 55, No. 1. Cantica in hon. B. M. V., Ave Maria, voor twee gelijke stemmen met orgel. Bijlage: St. Gregoriu^-Plad, 1897. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1219. Berckel, H. J. van. Hymnus : Ave Maris stella^ voor drie gelijke stemmen en orgel. Bijlage; St.^ Gre-gorius-Plad., 1897. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis,

1220, B e r g e i j k, A n t. J. van. Vier gezangen voor het Lof; 1. Ave verum., voor 4 mannenstemmen. 2. Ave Maria, voor 4 mannenstemmen. 3. Magni^icai, VII“ toon , voor 4 mannenstemmen. Si. Gregorius-Plad 1902. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1221. Bergmans, W. 30 Cantus Liturgici, ad tres voces aequales cura organo. (Auctoribus diversis). Tilburgi,

(1905) W. Bergmans. Zie : 30 Cantus Liturgici,

1222. Bernabei, G. A. Canticum B. M. V. , super octo tonos Psalraodiae. Lipsiae, P. Braun.

(Cantus Divinus, Serie I, Heft 3—4).

1223. Besouwen, W. H. van. Autiphonae Marianae.

1. Alma Redemptoris,
2. Ave Pegina coelorum.
3. Regina coeli,
4. Salve Pegina.

Voor 3 mannenstemmen. Gregorius-Plad, 1891, Haarlem, St. Jacobs-Godshuis

1224. Blanc, O. F. Ie. Offertorium in festis Nativ. Dni , Missa 3da et Circumcisionis.'

Tui sunt coeli, naar Fr. Witt. Mus. Sacr, 1883.

Voor 4 mannenstemmen. Bijlage: St. Greg.-Pl, 1098.

1225. Bodson, N. Mi Jesu, pour 2 voix.

Zie : Répertoire des Maitrises, No. 143.

1226a. Bonten, C. A, Opus 7. Adoro te., voor 4 gelijke stemmen. Gregorius-Plad^ 1897. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.

1226amp;. Bonten, C. A. Litanie van het H. Hart van Jesus. Tonus I, Gregoriaansch. St. Gregorius-Plad., 1899, Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1227. Bordese, L. Tantum ergo. Solo de Basse. Zie ; Répertoire des Maitrises, No. 288.
1228. Bordese, L. Sub tuum, à deux voix. Zie : Répertoire des Maitrises, No. 302.
1229. Bossaers, L. 7'aw^MW er^o, voor Sopr., Tenore en Basso met orgel, in F.

Hierbij: J, Pglcens: Pange lingua, voor S., T., B. en orgel.

Salve Pegina, voor S., T., B. en orgel. Uit eene verzameling gezangen, bl, 63—80.

1230. B o s s i, M. C. Opus 96. Tota pulchra., Motetto per Coro, Soprani, Contralti, Tenori et Bassi, con accom-paguamento d’Organo. Mare. Capra, No. 17, Torino.
1231. Botazzo, L. Opus 141. Salmo 109: Pixit Pns , a due voci simili con accompagnamento d’organo o d’armonio. Torino, M. Capra.
1232. B o t 8 , G. L. O Sacrum convivium, ad septem voces inaequales , C., A. 1 en 2, Ten. 1 en 2, Bar., Bas, St. Gregorius-Plad, 1899. Haarlem, St. Jacobs-Godsh.
1233. Bots, G. L. Ego sum panis vitae, S. A. T. 1 en 2, Bas. St. Gregorius-Plad, 1901. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.
1234. Bouraan, Leon. C. Opus 3, No. 2. Alma Redemptoris Mater, driestemmig mannenkoor met Barit, (of Mezzo Tenor), Solo en orgel, 's Hertogeubosch , H. Mosmans.
1235. Bouraan, H. P. Te Deum, à 4 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maitrises, No. 189.
1236. Bourgois, Abbé. Opus 28. P one pastor, à 3 voix. Zie: Recueil de musique d'église. Année VII, Livr. 1.
1237. Branchia, Petrus. Opus 9. Salve Pegina, ad chorum trium vocum inaequalium, harmonio ad Hb» comit, Torino, M. Capra.

-ocr page 46-

1238. Breitonbaoh, K- J- Graduale et Sequentia do g. Spiritu. Kogonsburg, 1900, A. Coppenrath.
1239. Breitenbach. F. J- Opus 14. Itnproperia pro foria sexta in Pnrasceve, ad quatuor voces inaequales. Begonsburg, 1903, A. Coppenrath,
1240, Breitenbach, F. J. Opus 14«, Improperia pro feria sexta in Parasceve, voc, virilihus cantanda, Regensburg, 1904, A, Coppenrath,
1241, Bruguoli, Sa cquot;. Vino, Veni sponsa Christi, Motetto per destizioni di raonache per soprano e contralto, Roma, Fur, van den Eereuheemt,
1242, Brunner, Bd, Opus 74, Antiphonae Marianae nebst 2 Fange lingua, für Sopr, , Alt und Bass mit Orgcl-begl, Regensburg. 1906, A, Coppenrath.
1243. Brunner. Ed. Opus 158. Zehn Fange lingua, für 2, 3 und 4 Oberstimmen und Orgel. Regensburg, A. Coppenrath.
1244. Bühler. O cor amoris , Sopr., Alto, Ten. et Basse avec Orgue. Zie : Ijamhillotte, Salut l^r,
1245. Bühler. Jesum omnes agnosciie, Canon à quatre voix. Zie : LamiUlotte, Salut 11’.
1246. Burbure, Leon de. Litanies de la S. Vierge, pour 2 voix. Zie : Recueil de musique d’église, Année VIII, Livr. 6.
1247. Buys, M. Te Deum laudamus. Trio met orgel, in Bes.
1248. Cantus L i t u r g i c i, 30. Ad tres voces aequales cum organo , diversis auctoribus. Tilburgi , W. Bergmans, 1905. (Zio n» 1221).
1249. Casati, Gaspar. Sacri concentus III et IV vocum cum Basso continuo. Antverpiae , Ilaer. P. Phalesii, 1656.
1250. Caaciolini, Cl. Sonntägliche Vesper für ein- und vieratim. gemischten Chor. Herausgegeben von Adolf Kaim. Leipzig, P. Braun.

(^Cantus Dioinus, Erste Serie, lieft 8).

1251a. Casimiri, Raffaele. Opus 5. Vespro complete a due voci virili con accompagnamento d’organo.

Torino, Marc. Capra.

12515. Casimiri, Presb. Raphael. Opus 22. Cantus varii in Quadragesima et in Hebdomada saucta. (Voci-bus imparibus A. T. 1 en 2, B.).

No. 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7.

M. Capra, Torino (1907).

1252. Cazzatti, Maur. Opus 23. Tributo di sacri con-certi a II , III, IV voci. Anversa , Her. P. Phalesii , 1663.
1253. Cazzatti, Maur. Opus 51. Motetti a voce Sola con due violini. Antverpiae, L. de Potter, 1676.
1254. Ceuppens, V. Raudate Dominum, Choeur à 4 voix d’homme. Zie: Répertoire des dtfaitrises, No. 257.
1255. Châtrer, W. O cere digna hostia, Duo voor T. en Bar. met Orgel. Uitgave : Raudate Dominum, No. 6. ’s Hertogenbosch, H. Mosmans.
1256. Cherici, Sab. Opus 4. Motetti Sagri A due, è trè voci, con Violini, è aenza, Anversa, H. Aertssens, 1689.
1257. Cherny, C. Ave Ufaria, Soprano solo. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 84,
1258. Cherubini, L. Ave verum, Solo.

Zie : Répertoire des Maitrises, No. 333.

1259. Cherubini, L, Ave Maria, Solo et Orgue. Mainz, Schott, frères.

1260. Chopin, F. Racrymosa, Solo.

Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 378.

1261. Choulet, Ch. Opus 27. Tota pulchra, Solo pour Tenor.

Zie: Recueil de musique d’église. Année VII, Livr, 1.

1262a. Clemens, H. O esca viaforum. Zie: A. Lhoumoau, Petit Salut.

12625. Clemens, H. O gloriosa Firginum.

Zie : A. Lhoumeau, Petit Salut.

1263. Co ex, J o a. Ferculum muslcum Dei, Deiparaeque Virg. ac Sanctorum laudibus conditum, coctum et ex-cogitatum. Antverpiae, Haer. P. Phalesii, 1673.
1264. Cohen, Carl. Opus 9. Quatuor Antiphonae B. M. V., ad duas et tros voces aequales organo comit.

Düsseldorf: L. Schwann.

1265. Cohen, Carl. Opus 10. Litauiae Lauretanae et Hymnus Pange lingua , ad 4 voces aequales. Düsseldorf, L. Schwann.
1266. Cohen, Carl. Opus Ila. Fronleichnams-Hymnen. Ausgabe A , für vierstimmigen gemischten Chor mit Begleitung eines vier- oder achtstimmigen Posaunenchores. Düsseldorf, L. Schwann, 1898.
1267. Cohen, Carl. Opus 115. Fronleichnams-Hymnen. Ausgabe B, für vierstimm. Männerchor mit Begleitung eines vier- oder achtslimmigen Posaunenchores : Partitur. Düsseldorf, L. Schwann, 1898.
1268. Cohen, Carl. Opus 12a. Mehrstimmige Gesänge für höhere Lehranstalten , Sominaricn und Kirchen-chöre. Ausgabe A , für gemischten Chor. Zweite Auflage. Düsseldorf, L. Schwann, 1901.
1269. Cohen, Carl. Opus 125. Mehrstimmige Gesänge für höhere Lehranstalten, Seminarien und Kirohen-chöre. Ausgabe B , für Männerchor. Zweite Auflage’ Düsseldorf, L, Schwann.
1270. Cohen, Carl. Opus 17. Complctorii Psalmi quos ad quatuor voces viriles composuit.

A, in tono VII. B, in tono VIII.

Duesseldorf, L. Schwann.

1271. Collet, E. O quam suaois, Duo pour Ténor ou Basse et Baryton. Arras. Répertoire de Musique Religieuse.
1272. Commer, Franz. Musica Sacra cantiones XVI, XVII saeculorum, quatuor pluribusque vocibus ac-eommod.

Tomua VIII. Seloctio Modorum ab Orlando di Lasso compositorum, continens modos 4, 5, 6, 7, 8 vocibus concinendos. Borolini, T. Trautwein, 1863.

Tomus IX. Seleclio Modorum ah Orlando di Lasso compositorum , continens modos 4, 5, 6, 7 et 8 vocibus concinendo«. Beroliui, 1863.

Tomus XV. Sacrae Harmoniae sivc Motetae collectae e diversis authoribus, Berolini, M. Balin, 1874.

Index: 1. Croce, 2. Molinari, 3. Sieffanini, 4, Ton-sor, 5. Varoti, 6, Nuceti, 7. Gabrieli, 8. Anerio, 9. Gallus, 10, Ingigneri.

Tomus XIX, Cantiones piae, Regensburg, 1878, G, J, Manz,

Index: 1, Knoefol, 2. Lange, 3, Luyton , 4, Mei-land, 5, Riccio, 6. Tensor,

1273. Conrardy, J. Douze Litanies, à une voix.

Zie : Répertoire des Alaitrises, No. 3.

1274. Conrardy, J. Salve Regina, à 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 14.

1275. Conrardy, J. Alma, Duo et Choeur.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 25.

-ocr page 47-

1276. Conrardy, J. Homo quidam, Oboeur à 3 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises^ No. 138.
1277. Co nr nrdy , J. O Sacrum, Choeur à, 3 voix égales. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 157.
1278. Conrardy, J. Panis angelicus, Choeur à 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises^ No. 160.
1279. Cooymans, Henri. Tantum ergo à trois voix, Tenor 1, 2, Basse et Orgue.
1280. Cooymans, H. Ave Maria, Solo de Baryton et Choeur à 4 voix d’homme.

Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 233.

1281. Cooymans, H. Salve Regina, Solo et Choeur, à 3 voix d’homme.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 234.

1282. Cooymans, H. Ave Maria, Solo de Baryton et Choeur, à 4 voix d’homme.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 239.

1283. Cornnzzano, Fileno. Litaniae Lauretanae, 4 vocum. Zie: Mus. Dîv., Kn. II, Tom, 3.
1284. Coupé, H. 5 Motets: 1® Ave Maria, à 3 voix égales; 2® Ave verum, Duo pour Sopr. ou Ténor et Basse; 3® Adoro te, pour Sopr., Ténor et Basse avec accomp. d’Orgue. Bruxelles, Paris, Schott frères.
1285. C o U p é , H. Te Deum , à 3 voix et orgue.
1286. Coupé, H. Rcce panis, Solo pour Baryton.

Zie : Recueil de musique d^église. Année VII, Livr. 1.

1287. Couwenbergh, H. v. Cantiones sacrae ad usum liturgicum pluribus vocibus (3-4) coraitante organo.

Fasciculus I. Opus 44. 1® O salutaris. 2® Inviolata. 3® Magnificat, fais, burdone. 4® Tnntum ergo.

Fasciculus II. Opus 48. 1® Ave verum, 2® Haec est praeclarum vas, 3® Magnificat, fais, burdone. 4® Tantum ergo,

G. Vaes , Anvers.

1288. Crespin, Simon. Opus 1. Chorus Musicalis Igt; III, IV, V, et sex voc. cum instrum. ac replentibus ad libitum. Antverpiae, Luc. de Potter, 1681.
1289. Croce, Joan. Renedicta sit, 5 vocum.

Zie: Commer. Musica Sacra, torn. XV.

1290. Cuerens, Nicol. Opus 1. Felix coucordia, 1,2» 3, 4, voc. cum Instrum., modulata.

Antverpiae, H. Aertssens, 1693.

1291. Cuypers, Hub. Opus 4. Te Deum laudamus, pro duobus choris aequalium vocum cum organo.

Amsterdam, Algemeene Muziekhandel, 1906.

1292. Czerny, C. Ave Maria, Soprano Solo.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 84.

1293. Dabin, Ant. Hymnes Sacrées, à 1, 2, 3, et 4 voix avec accomp. d’Orgue. Liège, Vve Muraille.

No. 22. O Salutaris, Renedictus', Adoro te, à 2 voix.

« 21. verum, O Salutaris, Renedictus, à 2 voix. » nbsp;nbsp;9. ylue Maria, Duo, Sopr. 1, 2.

« 19. Alma Redemptoris, Tenore, Solo et Choeur, à 3 voix.

1294. Dabin, A. 6 Motets pour deux voix égales avec accomp. d’orgue. Liège, L. Muraille, 1856.
1295. Dabin A. Hymnes sacrées, à 1, 2, 3 et 4 voix. Liège, L. Muraille, 1856.
1296. Dalem, V. van. O salutaris. Duo.

Zie: 'Répertoire des Maîtrises, No. 169.

1297. Danzi, F. Salve Regina, à 4 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 9.

1298. Dccharneux, P. Ave Regina, Choeur à. 3 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 152.
1299. Decharneux, P. Opus 9. Alma Redemptoris, Solo, Tenore et Basso et Choeur, S. T. B.

Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 161.

1300. Decharneux, P. Salve Regina, Solo et Choeur à 3 voix. Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 164.
1301. Decharneux, P. Regina coeli. Choeur à 3 voix. S. T. B. Zie; Répertoire des Maîtrises, No. 167.
1302. Deigendesch, Karl. Opus 89. Stabat Mater , für 4 stim. Männerchor und Orgel. Regensburg, 1907, A. Copponrath.
1303. D e 1 a f a g e. Memorare , motet à 2 voix.

Zie : Recueil de musique d'église. Année III, Livr. 5-6.

1304. Delafage. Rcce panîs, pour 3 voix.

Zie : Recueil, Année III, Livr. 9-10.

1305. Deleval,R P. Tanttim ergo et Genitorî, à 2 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 270.
1306. D e 1 e V a 1. O quam suavi.s, Duo pour Tenors.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 281.

1307. D e 1 e V a 1. Monstra te esse matrem. Duo pour Sopran. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 293.
1308. D e 1 e v a 1, R. P. Te Joseph celebrent, Duo Soprani. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 294.
1309. Dolev al. Prêtre Congr. S. Red, 40 Lilnnies de la très Sainte Vierge, composées en l’Honneur de l’Immaculée Conception, à une, deux et trois voix égales avec Accompagnement d’Orgue ou d’Harmonium.

Paris, S. Richault.

1310. Demattia, A. Verschiedene Gesänge für die h. Functionen am Lichtmess-Feste und in der Char-woche. (S. A. T. B.). Regensburg, A. Coppenrath.
1311. Demattia, A. Cantica Eucharistica , Gesänge zu Ehren des All. Sakramentes , für 4 Männerstimmen. Regensburg, A. Coppenrath.

Zie : Mitterer, Musica Reel, Lief. 55.

1312. Demattia, A. Opus 5. Cantica Eucharistica, Sectio II , ad 4, 5 et 8 voces aequales. Regensburg , 1900 , A. Coppenrath.
1313. Demattia, A. X Cantiones servientes procession! sol. in f. Corporis Christi, quas ad IV voces iraparcs comit., IV trombonis composuit.

Regensburg, A. Copponrath.

1314. Deprès Josquin. Jodocus Pratensis (1440-1521). Eine Sammlung ausgewählter Kompositionen zu 4, 5 und 6 Stimmen, bestehend in 1 Messe, Motetten, Psalmen und Chansons, in Partitur gesetzt, und Mitwirkung von R. Schlecht und R. Eitner, veröffentlicht von Franz Commer. Zie : Commer, VI Rand der Publication, älterer prakt, ünd theor. Musikwerke.

Berlin, Leo Liepmannsohn, 1877.

1315. Depuydt, 0. Adoremus. Collection de Motets à l’honneur du Fr. S. Sacrament. En vente chez fauteur. Malines (à 3 voix et orgue).

Inhoud : Homo quidam, Ave verum. Tantum ergo, Adoro te, O salutaris, Rgo sum panîs, Coenantibus , Panîs angelicus, Accepit Jesus, Respexit Elias.

1316. Depuydt, O. Quatre motets en l’honneur du S. Sacrament et de la S. Vierge. Malines, Melle Loret. Inhoud : 1. O salutaris, S. A.

2. Tantiim ergo, S. 1, 2 , A.
3, Tantum ergo, T. 1, 2, B. 1, 2, a capella.
4. Ave Maria, S. A. T. B.

-ocr page 48-

1317. Desraet, Aloys. Los quatre Antiennes de la S. Vierge; pour deux voix égales et orgue.
1318. Dcsraet, Aloys, Quatre Motets pour trois voix égales et orgue.

1. O sacrum. 2. Ave Maria. 3. Laudate Dominum, 4. Tantum ergo,

1319. Desmet, Aloys. Trois Motets pour quatre voix mixtes et orgue.

1. Jesu dulcis memoria, 2. Haec est praeclarum, 3. Tantum ergo.

1320. Desmet, Aloys. Quatre chants pour le salut pour deux voix égales et orgue.

1. O salutaris. 2. Ave Maria. 3. Te Joseph célèbrent. 4. Tanitim ergo.

1321. Des met, Aloys. Tu es sacerdos, pour 3 voix égales avec accompagnement d’Orgue. Malines.
1322. Desmet, Aloys. Homo quidam. Motet en l’honneur du T. St. Sacrement, pour 3 voix égales avec accompagoement d’Orgue. Malines.
1323. Des met, Aloys. Trois Motets en l’honneur du St. Sacrement et de la S^e Vierge, pour 3 voix mixtes (S. T. B) avec accompagnement d’Orgue. Malines.

No. 1. O salutaris,

•gt; 2. Sub tnum praesidium,
» 3. Tantum ergo,

1324. Desmet, Aloys. Quinque Motetta in honorem Ss. Sacramouti ad duas voces aequalos organo vel har-rnonio comitante.

No. 1. O salutaris,

» 2. Panis angelicus.
n 3. O quam suavis.
» 4. Ave verum.
» 5. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ergo.

Editio nova et emendafa. Malines.

1325. D e s V i g n e s. Tu es Petrus, S. A. T. B. avec Orgue. Zie : Lambillotte, Salut 5e.

1326a. Dethier. E. O saUctaris, Choeur à 3 ou 4 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 376.

1326Ä. Dethier, E., organist van ’t Groot Seminarie te Luik. Keus van kerkmuziek, bevattende gezangen voor hot Lof, van 1, 2 en 3 stemmen , getrokken uit de werken onzer beste schrijvers van kerkmuziek. Te bekomen bij Jan van Straeten-Coune, drukker Cortessem. Uitgave dor St. Lambrechtsgilde van Limburg.

Met bijvoegsel : Laudatum Dominum, gezangen voor het Lof, voor onderwijs-gestichten en parochiën, door Er. Melancy, te Carlsburg.

1327. D ’ E v e , A 1 p h. Opus 3. Philomela delcctans sou Missa et Motetta, una 2, 3, 4 tam Vocibus quam In-strumentis, decantanda. Antverpiae, II Aertssens, 1708.
1328. Di ah el li. Salve Regina^ Solo et Choeur, S. A.Ï.B. avec Orgue. Zier Lambillotte, Salut 6e.
1329. Diepenbrock, Alph, Sequentia Stabat Mater dolorosa. Auctore Jacopone Da Todi. Quattuor vocibus inaequalibus. Amsterdam , De algemeene Muziekhandel Stumpff amp;nbsp;Koning.
1330. Dietsch. Alma ou Ave Regina, Solo do Tenor ou Soprano. Uitgave : Recueil de musique d'église.
1331. Dietsch. Ave Maria, Choral Cl°. 02° Basse. Uitgave ; Recueil de musique d’église,
1332. Dietsch. Alma Redemptoris., pour 3 voix.

Zie : Recueil de musique d’église, Année III, Livr. 9-10.

1333. Dobler, Jos. Opus 3. Magnificat in den 8 Kirchentönen mit Orgelbegl. und 4 stim. Zwisschensätzen (falsi-bord.) für Männerst.

Regensburg, 1901, A. Coppenrath.

1334. Dobler, Jos. Opus 8a. Adoremus, VI leicht ausführbare, lateinische Motetten, für 4 stim. Männerchor. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
1335. Dobler, Jos. Zwei Antiphonen : Haec dies und Veni S, Spiritus , für 4 stim. gemischten Chor mit oblig. Orgelbegl. Zweite Auflage. Regensburg, 1900, A. Coppenrath.
1336. Dols, J. Regina coeli., S. A. T. B. St. G-reg,~Slad , 1889. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1337. Dols, J. Magnificat^ Imi toni, ad 4 voces inaequales. Magnificat, 6» toni, ad 4 voces inaequales.

St. Qreg.-Rlad, 1891. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.

1338. Donizetti, C. Miserere, à plusieurs Voix et avec Choeurs, Sopranos, Cantraltos, Ténors, Basses, Piano, lateinische nnd deutsche Texte.

Mayence, fils de B. Schott.

1339. Doré, Gist Moteta et Psalmi , a III, IV vocibus cum instrumentis. Antverpiae, Ilaer. P. Phalesii, 1673.
1340. Doré, Gisl. Opus 3. Philomela aurea, 1, 2,3,4 vocibus cum instrumentis modulata.

Antverpiae, Luc. do Potter, 1684.

1341. Doss, A. de. Ave Maria, pour 3 voix égales.

Z e : Répertoire des Maîtrises, No. 92.

1342. D 0 B 8 , A. de. Diligam te Domine , Choeur à quatre voix. S. 1, 2, T. B.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 99.

1343. Dos 8, A. de, S. J. Adoro te, à 4 voix d'homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 190.
1344. D O 8 s, A. d e, 3. J. Ave verum, à quatre voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 192.
1345. Doss, A. de, S. J. Ave Maria, à 4 voix d’homme. Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 194.
1346. Doss, A. do. Ave Maria, à 3 voix d’homme avec Solo de Ténor.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 346.

1347. Doss, A. de. Alma Redemptoris, Choeur à 4 voix. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 379.
1348. Doss, A. de, S. J. Lux orta est. Solo et Choeur, pour 2 Tenors et 2 Bassos.

Bruxelles, J. B. Katto.

1349. Dre ij ers, Joann Melchior. Opus 3. VI Mi~ serere, cum instrumentis.
1350. Dries, Jan van den. Ave Maria , pour voix, S. A. T. B. et quatuor, Violons, Alto, Violoncelle, Contrebasse. Anvers, II. Possoz.
1351. Dufort, Ch. Ave maris stella, pour 3 voix.

Zie: Recueil de musique d’église, Année III, Livr. 9-10.

1352. D u g U e t, D. D. Oeuvre posth. No. 2, Salve Regina, à 4 voix Liège, L. Muraille.
1353. Duguet, D. D. Oeuvre posth. No. 9. Regina coeli, Basso Solo et Choeur, S. A. T, B.

Liège, L. Muraille.

1354. Duguet, D. D. Oeuvre posth. No. 24. Regina coeli, à 3 voix. Liège, L. Muraille.
1355. Dupont, J. O salutaris hostia, Solo de Baryton. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 79.

-ocr page 49-

1355« Braham, H. Opus 3. Lauda Sion, choeur à 4 voix d’homme. Répertoire de» Maîtrises^ No. 353. Liège, Vve Muraille.

13556 Braham, H. Opus 4. Lauda Jerusalem , choeur à 4 voix d’homme. Répertoire des Maîtrises, No. 354. Liège, Vve Muraille.

1356. Durme, Oscar van. Iste confessor, Hymne pour quatre voix mixtes. O quam suavis, Motet pour quatre voix mixtes. Suppl, à la Mus. Sacr., 1894-95. No. 4.
1357. Durme, Oscar van. Teni Sponsa Christi. Ave verum, pour trois voix égales et orgue. Tantum ergo , pour une voix d’enfant, trois voix d’hommes et orgue. O salutaris hostia, pour 2 voix d’enfant et une voix d’homme. Supplément à la Musica Sacra, 1904-1905. No. 4, 5, 6.
1358. Durme, Oscar van. Tantum ergo en mi^, pour trois voix égales et orgue. Tantum ergo en fa , pour trois voix égales et orgue. Supplément à la Musica Sacra, 1895.
1359. Durme, Oscar van. Ave regina coelorum , pour quatre voix mixtes et orgue. Suppl, à la Mus. Sacr., 1896-1897, No. 7 en 8.
1360. Durme, O s c a r v a n. O salutaris hostia, pour trois voix égales avec acc. d’orgue. Suppl à la Mus. Sacr., 1899-1900, No. 11.
1361. Durme, Oscar van. O gloriosa Virginum. Hymne pour quatre voix mixtes et orgue ad lib. Suppl, à la Mus. Sacr., 1899-1900.
1362. Durme, Oscar van. Q,uid reiribuam. Motet pour 3 voix égales et orgue. Alma Redemptoris., pour 3 voix et orgue. Offertoire Aferentur^ pour 4 voix d’hommes.

Suppl, à la Mus. Sacr. , 1902, No. 3.

1363. Durme, Oscar vau. Tantum ergo en fa, pour (rois voix égales et orgue.

Société do S. Gregoire, 1905. Supplement No. 6.

1364« . Durmo, Oscar van. Tantum ergo en pour trois voix égales et orgue.

Société de S. Gregoire, 1905. Suppl. No. 7.

13646. Durme, Oscar van. Quatre motets pour le salut, pour deux voix égales et orgue.

1, Inviolata, '2. Si quaeris. 3. Adoro te. 4. Tantum ergo.

En vente chez l’Auteur à Tamise.

1365. Duval, E. O gloriosa Virginum , Solo et Choeur à trois voix égales avec accomp. d’Orgue.

Bruxelles, J. B. Katto.

1366. Edenhofer, Aloys. Vier Marienlieder für 9 Stirn. Blechmusik, bearbeilet von F. X. Engelhart.

Begensburg, A. Coppenrath.

1367. Edenhofer, Aloys. 50 Neue Offertorien für die Feste des kath. Kirchenjahres , für eine Singstimme mit oder für 4 Stimmen ohne Orgelbegl. Vierte Auf-lage. Begensburg , A. Coppenrath.
1368. Edenhofer, Aloys. 12 Predigtgesäuge, 10 Veni Creator Spiritus, 2 ^eni Sande Spiritus, No. 1—9 für eine Singstimme mit Orgel: No. 10 — 12 für 4 Männerst. Begensburg , A. Coppenrath.
1369. Eeckhoutte, E. Ave Maria, Solo.

Zie : Recueil de musique d'église. Année IX, Livr. 5.

1370. Eitner, Robert. Acht 6-stcmmige Psalmen, van J. P. Sweelinck bewerkt.

Zie : Vereeniging van Nederl. Muziekgeschiedenis , Deel VI.

1371. Eitner, Robert. Bloemlezing uit de 52 Sententiae van Joh. Wanning.

Zie : Tereeniging van LLederl. Muziekgeschiedenis , Deel Vlir.

1372. Eisen, J. v. d. Motetten : 1. Ave Regina. 2. Regina coeli^ S. A. ï. B. St. Qregorius-Rlad, 1897. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1373. Engelhart, F. X. IX Responsoria ad Matutiuum officii defunctorum. Auct. C. Ett..... supplevit et edidit, 1906. Zie : C. Rtt.
1374. Engelhart, F. X. Litaniae Lauretanae, auctore F. X. Witt (Op. 28, VI voc.), ad quatuor voces in-aequales transcriptae. Ratisbonae, F. Pustet.

Zie: ITitt.

1375. Engelhart, F. X. I und II Vesper für das h. Weihnachtsfest, (S. A. T. B.). Eegensb. A. Coppenrath,
1376. Engelhart, F. X. Vier Marienlieder von A. Edenhofer, für 9 stim. Blechmusik bearbeitet. Regensburg, A. Coppenralh.

Zie : Rdenhofer.

1377. En gelb art, F. X. I und II Vesper für das h. Frohnleichnamsfest, (S. A.T. B.). Regensburg, A. Coppenrath.
1378. En gelb art, F. X. 4 Märsche zum Gebrauche bei Frohnleichuams-processionen. Nach Fastlinger, für 9 Blechinstrumente bearbeitet. Regensb. A. Coppenrath.
1379. E p p i n k , F r. In Paradisum , 4 vocibus inaequali-bus, S. A. T. B. a capella.
1380. E p p i n k , Fr. Antiphona Rgo sum et Canticum Renedictus , 4 vocibus inaequalibus , S. A. T. B. a capella. (in A.).
1381. Est, L. B. Tantum ergo; Rcce quam; Laetamini ; Ave Maria.^ ä 3 voix.

Zie : Recueil de musiqtie d'église , Année III, Livr. 3—4.

1382. Est, L. B. IV Antiphonae Marianae, für Sopr., Alt und Bass, nebst ausgesetzter Orgelstimme oder mit 2 Violinen, 2 Hörner und Partiturbass.

Augsburg , A. Böhm.

1383. Ett, C. IX Responsoria ad Matutinum Officii defunctorum ad quatuor voces inaequales. Appendix: Responsorium Sul)venUe ad Absolutioues. Supplevit et edidit F. X. Engelhart.

Ratisbonae, F. Pustet, 1906.

1384. E V 0 r a e r t 8 , F. Reatus vir, à 3 voix.

Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 83.

1385. Everaerts, F. Panis angelicus, duo et choeur pour voix égales.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No, 252.

1386« . E y k e n , J. Salve Regina, in Bes, ad 3 voces. Ten.,

1, 2 Basso et Organo.

Uit een Collectio, p. 96—102,

13866. E y ken s, I. Lit eene verzameling gezangen; biz. 63—80 : Range lingua, in G, Salve Regina, in B, en Ave Maria, in F, voor S. T. B. cn Orgel.
1387. Feil, Ch. Litaniae in hon. S. Cordis Jesu, ad duas voces aequales cum harmonio.
1388. Fick, L. Rcce panis, Choeur ä 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 9.

1389. Fick, L. Ave verum, Solo et Choeui’ à 4 voix d’homme. Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 39.
1390. Fick, L. Ave Maria, à deux voix égales.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 62.

-ocr page 50-

Fick, L. Ave Maria, Duo pour Soprano et Ténor. Zie: Répertoire des ^[aitrises^ No. 110.

1391Ô. Fiesel, Gustav, Opus 3. Leichte lateinische Kirchengesänge zum Gebrauche beim Vormittags-got-tesdienstc , für Sopr., Alt, Tenor und Bass. Zweite Auflage. Regensburg, J. Seiling.

1392. Fiocco Veneto, P. Ant. Opus I. Saori con-ccrti, A, Una , è più voci, con Instrumenti, é senza. Anveraa, H, Aertssens, 1691.
1393. Flegior, A. O Salutaris^ Basse, Solo et Orgue. Zie: La Lyre Sacrée, Ir« Collection. Paris, Emile Gallet.
1394. Folly, A. de. Bone pastor^ motet à 2 voix.

Zie : Recueil de musique d’église , Année III, Livr. 5—6.

1395. Foschi ni, G. F. Opus 112. Responsorium: Lcce sacerdos magnus, a Quattro voci dispari con accom-pagnamento d’Organo.

Torino, Marc. Capra , 1898.

1396. Foachini, G. F, Opus 116. Deus in adjuiorium e Salrno 109. Dixit Dominus^ a 4 voci dispari, Soprano, Contralto, Tenore e Basso eon accompagnamento d’Organo o d’Harmonium ad libitum.

Torino, Marc. Capra, 1898.

1397. Frans, J. Tantiim ergo, Choeur à 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 126

1398. Franssen, Elb. Opus 15. Sex laudes diversae ad duaa et tres voces nequales, (Cant. I et TI et Alt) vel (Ton. I et IT et Bass) comitante Orgauo seu Har-monio. Roermond, E. J. Franssen, 1906.
1399. Franssen, Elb. Jos. Opus 18. Pia Cantica, XVI Cantus Diversi ad duas voces aequalet cum Organe. Tilburgi, W. Bergmaus, 1907.
1400. Frei, Jozef. Die Introiten der Advent- und Fasten-Sonntage, in Falso-bordone-Form, für 4 gemischte Stimme. Regensburg, A. Coppenrath.
1401. Führer, Robert. Salve Regina^ à 4 voix.

Zie: Recueil de musique d'église. Année VII, Livr. 1.

1402. G a b r i e 1 i . J o a n. O quam suavis , 7 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XV.

1403. Gab u 9 si. A solis ortu^ Duo.

Zie: Recueil de musique d'église, Année VI, Livr. 6.

1404. Gaide, Paul. Opus 73. Vierzig ausgcwählte katholische Kirchenlieder für alle Zeiten des Kirchenjahres, nebst einem Anhänge religiöser Gesänge. Für drei gleiche Stimmen (Kinder-, Frauen- oder Männerstimmen). Regensburg, F. Pustet, 1906.
1405. Gallus, Jac. 1. Filiae Jerusalem., 8 voc.

2. Dominus Jesus, 8 voc.
3. Veniet tempus, 8 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XV.

1406. Gantes, F. A. Litanie de la S. Vierge, à 3 voix.

Zie : Recueil de musique d’église, Année III, Livr. 6.

1407a. Geich, Arnold von. Opus 3. Latida Sion sal-vatorem, Sammlung religiöser Gesäuge für dreistimmigen Frauenchor. Aachen, Alb. Jacobi amp;nbsp;Co., 1882.

1407J. Geierlechner, K. Offertorien für die höchsten Feste. Zie : Musica Eccles. Diöc. Brixen^ Liefer. 15.

1408a. Gessner, A. Cantus ecclesiastici ex auctoribus saeculorum XVI et XVIT, ad 4 voces inaequales (IV motetta ad 3 voces aequales) collegit et redegit.

Duesseldorf, L. Schwann, 1906.

1408J. Gessner, A. Opus 3. Quinque Hymiii de Ss. Sacramento ad processionem solemnissimam in Festo Ss.

Corporis Christi, ad IV voces viriles concinontibus Trombonis vel Organo.

Düsseldorf, L. Schwann, 1907.

1409. Gessner, Adolph. Opus 10. Hymnus Te Deum laudamus, No. 2. Für Mannerchor (4 st.) und Orchester. Regensburg, 1905. A. Coppenrath.
1410. Giesen, A. Domine salvam fac Reginam Nostrum, 4 vocibus aequalibus organo comitante.

Don Haag, ’s Gravenhaagsche Boekhandel.

1411. Giesen, 2I. Tu es Petrus, quatuor vocibus virilibus Organo comitante.

Hagae-Comitis, G. 11. van Eck, 1903.

1412. Goller, Vinzenz. Opus 2. Sieben Predigtgesnnge für 4 st. gemischten Chor und Orgel. Zweite Autlage. Regensburg, A. Coppenrath.

Zie : Mitterer, Musica Fcclesiastica, Lief. 72.

1413. Goller, V. Opus 5. 12 Fange lingua, für 4 stim. gern. Chor und teilweise mit Orge’.. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1414. Goller, V. Opus 12. Lauretanischo Litanei, fur 4 st. gemischten Chor und Orgel.

Regensburg, 1901, A. Coppenrath.

1415. Goller, V. Opus 15. Lauda Sion, 15 wichtige Gesänge für jeden kathol. Kirohenebor: 4 Asperges me 2 ridi a quam y 5 Leni Creator und 4 Fange lingua, für 1—4 st. gern. Chor und Orgel.

Regensburg, 1902, A. Coppenrath.

1416. Goller, V. Opus 32. Prozessionsgesäuge (Hymni do Ss. Sacramento), für das h.h. Fronleichnamsfest, ausführbar :

A. durch 4 st. gern. Chor.
B. durch 4 st. gern. Chor mit Blechbegl.
C. durch 1 st. Chor mit Blechbegl.
D. als Blasmusik.

Regensburg, 1904, A. Coppenrath.

1417. Goller, V. Opus 33. Offertorien für das ganze Kirchenjahr. Heft I, II, III, IV, V, Regensburg, 1905, A. Coppenrath.
1418. Goller, V. Opus 37. Tu es Petrus. Motett für 4 st. Männerchor mit 4 st. Posaunenbcgloitung.

Regensburg, A. Coppenrath.

1419. Goller, V. Opus 42. Responsorium: Fcce sacerdos magnus, ad VI voces et Offertorium: Veritas mea, ad V voces. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
1420. Goller, V. Opus 46. 5 Kommunions-lieder, für 3-und 4 st. Frauenchor, mit und ohne Orgel (od. Harm.).

Regensburg, 1905, A. Coppenrath.

1421, Goller, V. Opus 50. Hymnus Te Deum laudamus, für 4 st. gern. Chor mit Orgel, oder 4 st. Blechbegleitung. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
1422. Griesbacher, P. Opus 12. Hymnus Te Deum, ad V voces inaequales. Regensburg, A. Coppenrath.
1423. Griesbacher. P. Opus 19. Sämtliche Frohnleich-nams-gosänge , für 4 st. gemischten Chor mit Blech-oder Orgelbegl. ad lib. Regensburg, A. Coppenrath.
1424. Griosbacher, P. Opus 22. Vesperae de Ss. Sacramento in f. Corporis Christi et in officio votivo per annum ad IV voces aequales.

Regensburg, A. Coppenrath.

1425. Griesbach er, P, Opus 27, Hymnus Veni Creator, per modules diversoa IV-VII vocibus coucinen-dus addito uno Veni Sancte Spiritus, VIII voc. nec-non Graduali in Dom, Pent., VIII voc.

Regensburg, A. Coppenrath.

-ocr page 51-

1426. Griesbacher, P. Opus 39. Vesperae in festis B. M. V. , per auniim ad IV voces aequales.

Kegonsburg , 1899, A. Coppenratli.

1427. Griesbacher, P. Opus 40. Dio vier Marianische Antiphonen, für vier- und mehrstimmigen gemischten Chor, mit und ohne Orgelbegleitung.

Begensburg, K. Pustet, 1901.

1428. G r i e s b a c h e r , P. Opus 42. Hymnus Fange lingua. XII modulis diversis, vocibus aequalibus concinendus comit. Organe (ad lib.), nddito Hymno S. Thomae Adoro te. Regensburg, 1900, A. Coppenrath.
1429. G ries bâcher, P. Opus 46. Hymnus Feni Creator, per XII modulos diverses , IV vocibus inaequali-bus concinendus. Ratisbonae, F. Pustet, 1901.
1430, G r i e s b a 0 h e r , P. Opus 74. Lauretanische Litanei, für zwei gleiche Chor- und Solostimmen.

Regensburg, 1904, A. Coppenrath.

1431. Grossi, Carlo. Opus 8. Moderne Melodie a voce Soin , Con due , trè , quattro , è cinque stromenti, è Partiturn per 1’Organo.

Anversa Luca de Potter, 1680.

1432. Gruber. Jos. Opus 72. Vier Offertorien aus dem Commune Sanctorum, für S. A. T. B. und Orgelbegl. Regensburg, 1904, A. Coppenrath.
1433. Gruber, Jos. Opus 82. Asperges me et Vidi aquam, für 4 gemischte Sing-Stimmen.

Regensburg, A. Coppenrath.

1434. Gruber, Jos. Opus 123. Vier Gesänge (3 lat., 1 deutscher), zum Leichenbegängnisse eines Erwachsenen. No. 1. Miserere. 2. Sub nenite. 3. In Paradi-sum. 4. O heiligste Dreif, für S. A. T. B. mit will-kürl. Begl. von vier Blechinstrumenten.

Regensburg, 1901, A. Coppenrath.

143,5 . Gruber, Jos. Opus 161«. Twenty Offertories (Commune Sanctorum), for Four, Male, Voices (Ten. 1,2, Bass 1, 2), with Organ for rehearsal only.

New-York, Fischer’s Edition, u° 2748. A® 1905.

1436 Gruber, Jos. Opus 183«. Four Tantum ergo, for four female voices , Sopr. 1,2, Alto 1 , 2 amp;nbsp;Accomp.

New-York , Fischer’s Octavo Edition of Catholic Church Music, n» 2972, A» 1906.

1437. Gruber, Jos. Opus 183J. Four Tantum ergo, for Four Male Voices and Accomp.

New-York , Fischer’s Octavo Edition of Catholic Church Music, n” 2973, A“ 1906.

1438. H a a g h, J., C.Ss.R. Antiphoua Ü Doctor optime, quam occurente Jubilaeo a beata S. Alphonsi morte primo saeculari ad duplicem chorum aequalium vocum com-posuit. Ratisbonae, F. Pustet, 1887.
1439. II a a g h , J. , C. Ss. R. VIII Hymni Eucharistici ad quatuor voces aequales. Ratisbonae, F. Pustet, 1887.
1440. Haagh, J. C. Ss. R. Opus 3. Litaniae Lauretanae B. M. V., ad tres voee.s aequales cum organo.

Ratisbonae, F. Pustet, 1888.

1441«. Haagh, J., C. Ss R. Opus 4. Litaniae Lauretanae B. M. V., ad duas voces aequales cum organo.

Ratisbonae, F. Pustet, 1888.

1441i. Haagh, M: Salve Regina, S.A.T. B. Regensburg, A. Coppenrath.

Zie : Mxisica Rcclesiasfica, Liefer. 48.

1442. H a b e r 1, F. X. Tria Motetta trium nuctornm (Or-landi La.ssi, I. Mar. Nauini, J. Petraloysii Praenestini), quae e codicibus originalibus collegit et edidit, für fünf und sechs Stimmen. Regensburg. F. Pustet, 1891.

1443. Häberl, Fquot;. X. Litanie van het H. Hart van Jesus. I. Modus 1. II. Modus 6. Gregoriaansch.

St. Gregorius-Blad , 1899. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.

1444«. Häberl, F. X. Offertoria totius anni. Modos mu-sicos 3 et 4 vocum aequalium cum et sine Organo quos eomposuerunt auctores hodierni societatis germa-nicae S. Caeciliae, collegit et edidit.

Tomus I. Sectio I, II, III. A. Commune Sanctorum. Ratisbonae, F. Pustet, 1906.

1444i. Habert, Joh. E v. Magnificat. Sammlung katholischer Kirchenmusik.

No. 1. Laur. Litanei in F. No. 1 (Op, 23).

'! 2. Laur. Litanei in A-Dur. No. 2 (Op. 25).
” 3. Orgelcompositionen, 2 Heft (Op. 26).
» 4. Introïtus , Grad., Offert, und Comm., zur Missa pro sponso et sponsa (Op. 28).
■ 5. Zwei Choral-Litaneien (Op. 30).

Freiburg im Breisgau, Herder, 1879,

1445. Haendel. Tnviolata, i 3 voix, S. T. B.

Zie ; Reciieil de musique d'église. Année VI, Livr. 6.

1446. Hamel, Adalbert. Opus 9. XIII Offertorien für hohe und höchste Feste des Jahres.

Regensburg, F. Pustet, 1897,

1447«. Haller, Michael. Opus 17«. Maien-Grüsse. Zehn Gesänge zur sei. Jungfrau und Gotter Mutter Maria. Vierte Auflage, Regensburg, F. Pustet, 1894.

1447i. Haller, M. Hymni de vener. Sacramento, S. A. T. B. Zie : Musica Peeles. Diöc. Brixen, Liefer. 14.

1448«. Haller) M. Offertorium für d. Feste der Sieben Schmerzen Mariens, 2 st.

Zie : Musica Peeles. Diöc. Brixen, Liefer. 32.

1448i. Haller, M. Opus 43, Cantionos Ecclesiasticae ad voces aequales. Fase. 1. Kirchliche Gesänge, für Sopran-und Altstimmen. Heft 1.

Regensburg, Alfred Coppenrath.

1449. Haller, M. Opus 89. Cantus Eucharistici, ad III vel IV voces aequales.

Regensburg , 1905, A. Coppenrath.

1450«. Hamm, Car. Opus 12. VIII Moduli ad bene-dietionem Ss. Sacramenti, quos 4 vocibus imparibus concinendos composuit.

Ratisbonae, F. Pustet, 1895.

1450é. Hamm a. Fr. Opus 24. Aula Cantorum. 80 Can-tiea Sacra. ad quatuor voce.s aequales (T. 1, 2, B. 1, 2). Pro totius anni Temporibus.

Regensburg, Martin Coben, 1907.

1451. Hanisch, Jos. Tantum ergo, voor 4 mannenst. Bijlage van ’t St. Gregorius-Blad, 1878.
1452. Hanisch, Jos. XII Hymni Pange lingua, ad IV et V voces impares. Editio secunda.

Ratisbonae, F. Pustet.

1453. Hartmann, Dr. P. O. F, M. O salutaris hostia , for Four, Parts, Ten. 1, 2, Bass 1, 2 and Organ for rehearsal only. New-York, Fischer’s Octavo Edition of Catholic Church Music, No. 2990, A’ 1907.
1454. Hasse, Job. Adolf. Miserere , für zwei Soprau-und zwei Alt-Stimmen. Kiavicrauszug von Ludwig Hellwig. Berlin, J. Trautwein.
1455. Haydn, J. O Salutaris, à 3 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 55.
1456. Haydn, J. Te Deum, für vier Singstimmen und Orchester. Clavierauszug.

Leipzig, Breitkopf amp;nbsp;Härtel.

-ocr page 52-

1457. Haydn, J. Stabai Mater^ für vier Singetimmen mit Chören. Clavierauszug von C. Zulchuer. Mit lateinischem und deutschem Texte. Bonn, N. Simrock.
1458. Hecht, Abbe. Memorare, Tenore et Basse. Zie : Repertoire des Maîtrises^ No. 15.
1459. Heinze, G-. A. üpus 37. Vier Hymnen mit latei» nischeu Text, für eine Singstimme mit Begleitung der Orgel.

No. 1. 1'ota pûlcbra, Bass.
// 2; Adoro ie, Tenore.
* 3. G hostia vere digna, Bariton.
« 4. Jesu dulcis memoria, Alt.

Amsterdam-Utrecht, Louis Eoothaan. G. Alsbach , 1862 ...

1460. Heinze, G. A. Opus 98. Laudaie Dominum. Feestzang voor 3 st. Mannenkoor en Orgel.

Amsterdam, G. Alsbach amp;nbsp;Co., 1900.

1461. Hendrickx. Ave Maria., à 3 voix.

Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 309.

1462. Hennen, M. Ave Maria, Solo de Ténor.

Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 2.

1463. Hennen, M. G salutaris hostia, à trois voix, Zie: Répertoire des Maîtrises, No. 41.
1464. Henrard, J. J. Alma Redemptoris., Solo et Choeur à 3 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No 75.

1465. II e r m a n t, A 1 b. Ave Maria., pour Soprano ou Ténor. Zie: Répertoire des Maîtrises., No. 326.

1466a. Heynen. Ave verum, à 4 voix en Ave Maria, Solo, Zie : Recueil de miisique d'église, Année VIII, Livr. 3 en 3.

14666. Hoeveîer, P. Musikalisch-ästhetische Erklärung des Stabat Mater, von Fr, Witt. .Vertrag, gehalten, Kcgeusburg, F. Pustet, 1881.

1467. Hofer, Andreas. Responsoria ad Matutinum in feria V, VI et Sabb. Maj. Hebd. ad 4 voces inaequ.

Zie uitgave: Cantus divinus, Serie I, Heft 6, 7. Leipzig, P. Braun, 1885.

1468. Hol, Richard. Opus 31 No. 2. Rcce panis, Iste en 2te Stimme und Orgel.
1469. H ö 11 e w a r t h , Joh. Hymni de vener. Sacramento. Zie : Musica Rccles. Diöc. Rrixen, Liefer, 14.
1470. Ingigneri, Marc. Ant. Duo Seraphim, 8 voc. Zie: Commer., Musica Sacra, Tom, XV.
1471. Ingigneri, M. A. 1. Tamquam ad latronem. Responsorium IV in Parasc. ad Matutinum. S. A. T. B.

2. Kelum iempli, Resp. II in Parasc. ad Matut., voor 4 mannenstemmen, verzet door C. L. B.
3. Vinea mea. Resp. IlT in Parasc. ad Matut., voor 4 mannenstemmen, verzet door C. L. B.
4. Tenebrae factae sunt. Respons. V in Parasc. ad Matut., S. A, T. B.

St. Greg.-Rlad, 1898, Haarlem. St. Jacobs-Godshuis.

1472. Jadin, L. G Salutaris, motet à, 2 voix.

Zie : Recueil de musique d'église, Année III, Livr. 5-6.

1473a. Jannaconi, Joseph. Et ecce terrae motus, 6 voc. cum Organo, Basso 1, 2, 3, 4, 5, 6.

Uitgave : Répertoire de musique d’église pour plusieurs voix et Orgue en Partition.

Publié avec l’approb. de Mgr, Sterckx , 2« Serie , No. 60. Bruxelles, Schott frères.

14736. Jansen, W. P. II. Opus 13. Duo Responsoria ad Matut. in Resurrectione Domini, voor Altus , Tenor , Bas en Orgel. Uitgegeven als Muziek-Bijlage, No. 2, vau bet St. Qregorius-Blad, 1908.

1474. Janssen, N. A, Pr, Ter verbreiding van ware kerkmuziek. De Cantor.

Verzameling van kerkelijke muziekstukken, als: Missen, Hymnen, Antiphonen, Litaniöu , Elevatiestukken enz. enz. In Partituur en losse zangpartijen met obli-gato-Orgelbegeleiding. ’s Hertogenbosch, bij den schrijver ; Amsterdam, C. L. v. Langenhuyzen; Brussel, Gebr. Schott.

Voor Primo, Secundo, Basso, Organo of voor deux voix. A. Cantor, Aflevering 1. Tantum ergo, Ave verum , Litaniae R. M. V., Ave Maria.

Aflevering 2. Tantum ergo, G quam suavis, Regina coeli en Ave Maria.

Aflevering 5. Tantum ergo, G salutaris, Alma Re^ demptoris, Ave Maria.

Aflevering 6. Iste confessor, Jesu corona virginum.

gt;• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;7. Adoro te , Laudate Dominum, Ave Re^

gîna. Tantum er^o.

Aflevering 8, 9 on 10. Missa in C.

quot; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;11. Anima Christi, Ave maris stella, Sub

tuum prae.sidium.

Aflevering 12, 13 en 14. Missa in G.

B. 18Ö8. O Sacrum in A, Salve Regina in D. Lîia’ niae R.M. V. in G, Tantum ergo in F.
C. 1858. G salutaris in G, Alma Redemptoris in A, Ave Maria in G, Tantum ergo in D.
D. 1861. Te Deum, No. II, in D.
E. 1863. Missa festiva in D-mineur,
F. 1864. Missa Jesu, Mariae, Jozepho in F.
G. Cantor. 1867. Zes Tantum ergo’s.

II. Cantor. 1868. Zes Ave Marïa',s in F , Bes , Es , As, F. en Es.

I. Cantor, 2de Serie.

Aflev. 23, 24. Ave verum in C, Alma RedemptO' ris in G , Regina coeli in Bes , Salve Regina in C, Ave Maria in G, Tantum ergo in G.

J. Cantor, 2de Serie.

Aflev. 25, 26. Missa brevis et facilis in Do

K. 1875. Tweestemmige Lofgezangen voor mezzo-soprano en alto. Dus en vooral voor eenvoudige kloos-terzuster-kapelleu en voor knapen, ook voor Bariton en Bas met Orgelbegeleiding. Zij bevat :

1. Ave verum, in C.
2. G sacrum, in C.
3. Ecce panis., in C.
4. O quam .stiavis^ in D-mol.
5. G salutaris, in A.
6. Adoro te, in C.
7. Q,uid corde Jesu mitius, in Es,
8. G cor Jesu, in Bes
9. Alma Redemptoris, in F.
10. Ave Regina, in D.
11. Regîn i coeli, in A.
12. Salve Regina, in C. en 13. in Es.
14. Ave Maria, in C, 15. in D, 16. in Es. 17. iu C-mol, 18. Tantum ergo, in 0, en 19. in G.

L. Tantum ergo, in G en in As. Maria-lied; Wees gegroet, in As.
M. Tenebrae factae sunt, A., Ten., Bas 1 en 2. Roermond, J. J. Romen. Zie Motetten, Serie 2.
N. Magnificat, für 3 gleiche Stimmen. Zie Motetten, Serie 2. Düsseldorf, L, Schwann.

1476. Jansson, N. A. Tweestemmige Lofzangen voor Mezzo-Sopr. en Alto, voor eenvoudige kloosterzusters-kapellen en voor knapen, ook voor Bariton en Bas met orgelbegeleiding. 1875. Zie : Janssen Cantor.

-ocr page 53-

1477. Janssen, N. A. Verschillende gezongen geschreven : 1» Adoro te, no. 2 in Es, voor S. Ä. T. 1, 2, B. met orgel.

2. Ave verum (altera editio) in D , voor S. T. 1. 2. B. met orgel.
3. Jesu dulcis memoria, in E. voor primo en secondo met orgel.
4. Justus ut palma^ in A, voor primo en secondo met orgel.
5. O Sacrum, in G, voor primo en secondo met orgel.
6. Homo quidam , in E , voor primo en secondo met orgel.
7. Ivviolata, in B, voor primo en secondo met orgel.
8. Salve Pater (S. Joseph) in Bes , voor primo en secondo met orgel.
9. Tantum ergo , in C , voor S. T. 1. 2. B. 1. 2. met orgel.
10. O Zoete Moeder, in E?, voor Tenori en Bassi.
11. Kerstlied Glorie rij aan God , in F , voor S. A. T. 1. 2. B. met orgel.

of in E, voor primo en secondo met orgel.

en Marialied Wees gegroet Alaria voor primo en secondo met orgel.

1478a. Janssen, N. A. Pr. Geschied- en oordeelkundige Beschouwingen over de Wereldsche en Kerkelijke Muzijk, bijeengebragt en bearbeid.

’s Hertogenboach, Gebr. Verhoeven, 1850.

1478i. Janssen, N. A. Pr. Pour orgue, 45 petits morceaux courts et faciles dans les tons les plus usités avec pédale ad libitum.

Bois-le-Duc, chez l’auteur, 1860.

1478c. Janssen, N. A. Pr. De ware Gregoriaansche organist. Grondig onderrigt tot het zuiver begeleiden van den Gregoriaanschen zang.

's Hertogenbosch, bij den schrijver, 1861.

1478d. Janssen, N. A. , Pr. 1864. Missa alla Palestrina (Primo, Secondo, Basso 1, 2, orgue).

Uitgave : Musique nouvelle pour le service divin avec accomp. d’orgue.

Bruxelles, Schott fr.

1479. Janssen, N. A. , Pr. Bijlage tot het Graduale en Antiphonarium ßomanum, of verzameling van Missen, elevatiën, Antiphonen, hymnen, enz. ten gebruike onder de H. Mis en hel Lof, meerendeels getoonzet door ...

G. Mosmans, ’s Bosch 1873.

1480. Janssen, N. A. Gennep 1887. Voor orgel of Harmonium met pedaal ad libitum. Elf nommers niet streng, vloeiend, zoetluidend, niet moeielijk.

Gent, G. van Gysel.

1481. Janssen, N. J. Six petits morceaux pour orgue ou harmonium, 1875.
1482. Janssen, N. A. Les vingt quatre échelles tonales (gammes) Didactiquement, Harmonieusement, Mélodieusement illustrées. Voor Orgel, Harmonium, Piano. Gennep, G. v. Gysel, 1880.
1483. Janssen, N. J. Six Morceaux Caractéristiques (pour orgue ou harmonium) 1881.

Gennep, chez l’auteur.

1484. Janssen, N. A. Vingt-quatre gentils petits morceaux faisant suite aux vingt-quatre Echelles Tonales. 1882. 2e edition.

Gennep, chez l’auteur.

1485 lannacconi, Joseph, lût ecce terrae motus, 6 voc. aequ. cum organo Basso 1. 2. 3. 4. 5. 6.

Uitgegeven door Répertoire de musique d’église pour plusieurs voix et orgue. 2e Serie no. 60 Bruxelles. Schott, fr.

1486. Jansen, W. P. H. Hymnus Te Oeum , S. A. T. B. St. Qreg.-Jîlad,\'Sÿi. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis, 1487. Jansen, W. P. H. Litanie van het H. Hart van Jesus. Volkszangwijze eu orgelpartij. Amsterdam. Vereeniging ,,Sint Bavo”.
1488. Jansen, W. P. H. Opus 13. Responsoria duo ad Matutinum in Resurrectione Domini , A. '1'. B. cum Organo, ad tres voces inaequales. St. Gregor.-Blad1908, Muziekbijlage No. 2. Haarlem, St. Ja-cobs-Qodshuis.
1489. J a 6 P a r , A. Tantum ergo, Solo de Basse et Genifori à 3 voix d’homme.

Z e ; Répertoire des Maîtrises, No. 64.

1490. Jaspar, A. O salutaris, Duo.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 203.

1491. Jaspar, A. 12 Motets pour une et deux voix égales, avec accomp, d’Orgue. Liège, L. Muraille, 1856.
1492. Jaspera, Cari. Opus Vi. Hymui Eucharistie! Sieben Liturg. Hymnen, in leichter compositionen. Düsseldorf, L. Schwann.
1493. Joos, Oswald. Opus 1. Vesperae de B. M. V., ad quatuor voces irapares. Editio tertia.

Regensburg, 1904, A, Coppenrath.

1494. Joos, Oswald. Opus 14. Vesperae de Confessori-bus non Pontificibus, für S. A. T. B. und Orgel.

Regensburg, A. Coppenrath

1495. Kaim, Adolf. Opus 4. Lateinische Vesperhyranen nebst IV Schlussantiphonen für S. A. T. B. mit oder ohne orgelbegleitung.

Regensburg, Jos. Seiling.

1496. Kaim, Adolf. Sonntägliche Vesper von C. Cascio-lini. Zie no. 1250, Casciolini.
1497. Kerchove, J. Tantum ergo, à 4 voix.

Zie : Recueil de musigue d’église. Année VII, Livr. 1 en VIII, Livr. 1.

1498. Kerchove, J. Are Maria, à 3 voix.

Zie ; Recueil, Année VII, 1.

1499. Kerer, J. B. Lamentationes Jeremiae Prophetae, in concentu IV vocum quas nunc primum in publ. lucem profert Ign. Mitterer. Regensburg, A. Coppenrath.

1500a. Kerl. Dominus regnavit. à 4 Bassen.

Zie no. 1272 Commer Musica Sacra, tonus II.

1500Ä. K 1 u ij t m a n s, P. J. VI Litaniae B. M. V., 3 voc. aequ. (ï. 1. 2. B.) cum Organo.

1501. Knoefel, Joh. Jlaec est dies, 5 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XIX.

1502. Koenen, Fr. Opus 23. Die Gradualien, Sequenzen und Offertorien der höchsten Feste dos Kirchenjahres, für Männerchor. Heft I. II. III. Regensburg. J. Seiling.
1503. Koenen, Fr. Opus 24. Hymnen Ss. Ambrosü et Augustin! Te Deum ad voces inaequales (C. A. T. B.) cum organo (et tubarum choro ad lib.) Regensburg, Jos. Seiling.
1504. Koenen, Friedrich. Opus 27. Litaniae Laure-tanae, für 4 stimmig Mannerchor. Regensburg, J. Seiling.
1505. Koenen, Pr. Opus 46a. Rcce sacerdos. Beim Empfange eines Bischofs , für 4 gemischten Chor mit Orgolbegl. Zweite Auflage. Regensb, A. Coppenrath.

-ocr page 54-

1506. Koenen, K r. Cantiones Sacrae variorum auctorum XVI, XVII, ct nostri saeculi. Coloniae. P. J. Tonger.

1507. Koenen, Fred. Litaniae do sacro Corde Josu.

Zie : Leon. Melcher.^,

1508. Kohler, Aloisius. Opus 5, Litaniae de S. Corde Jesu. Ad quatuor too. viriles cum Org.

Eogensburg, A. Coppenrath.

1509. Kohler, Al. Opus 8. Vesperae in festo Nativitatis Dni.- Ad quatuor voces viriles. Eegensburg, 1904, A. Coppenrath.

1510. Krauzhoff, W. Opus 4. Offertorien für die Haupt-feste des Kirchenjahres , für zwei gleiche Stimmen mit ohlig. Orgelbegleitung. Eegensb. A. Coppenrath.

Zie : Musica JScclesiastica^ Lief. 49, 50.

1511. Kraus, Car. Psalmodia Vespertine, continens se-lectas antiquorum auctorum harmonias, quibus psal-morum versus accommodavit. Fase. 1—8. (C. A. T. B.). Eatisbonae, F. Pustet, 1890—1894.

1512. Kretsohner, Edn. Opus 33. Quatuor Antiphonae B. M. V. ad 4 et 5 voces a capella. (S. A. T. 1. 2. B.) Eegensburg J. G. Bössenooker.

1513. Krüger, H. A. J. IScce panis quatuor vocibus cou-cinenda (T. 1. 2. B, 1. 2.) Leiden 1880.

1514. Krüger, H. A. J. Ave Ilaria in hon. Imm. Cone. B. M. V. quatuor vocibus concinendum (T. 1. 2. B. 1. 2.) Leiden 1881.

1515. Krüger, H. A. J. Benedictie in hon. Eesurr. Domini quatuor vocibus coneinenda (T. 1. 2. B. 1.2.) Leiden 1882.

1516. Krüger. H. A. J. Magnificat, canticum in hon. B. M. V. (T. 1. 2. B. 1. 2.) Leiden 1884.
1517. K r ü g e r , H. A. J. 71s Ijeum landamus. Hymnus S. Ambrosii et Augustin!. (T. 1. 2. B. 1. 2.). Leiden 1885.
1518. Krüger, H. A. J. Litaniae Lauretanae pro Laudibus vespertinis. Leiden 1886.

1519. Kühne, Bonifaz. Lauda Sion , Hymnen , Lieder und Eesponsorien, bei der Prozession am hohen Fronleichnams-Feste, für S. A. T. B. und nicht oblig. Begleitung von Blechinstr. Eegensburg, 1900, A. Coppenrath. VII Auflage.

1520. Kühne, Bonifaz. Veni Creator, Spiritus, für 4 stimm, gemischten Chor mit belieb. Begl. der Orgel oder von Blechinstr. Zweite Auflage. Eegensburg, A. Coppenrath.

1521. Kühne, Bonif. JScce Sacerdos Fest-Motett.. . für 4 st. gemischten Chor (S. A. T. B.) a capella oder mit Begleitung von Blechinstrumenten. Zweite Aufl. Eegensburg, A. Coppenrath.

1522, Kung, Aloys. Litanies de la trós-Sainte Vierge, à 1, 2 ou 3 voix et choral, avec accompagnement d’orgue. Deuxième edition. Paris, H. Casterman, 1861.

1523. K U n g, .11 O y s. Te Deum ïaudamus ad 4 voces in-aequales cum organo (S. A. T. B.) ad libitum Canto gregoriano alternante. Toulouse, Direction de la Musica Sacra.

1524 Kung. Aloys. Tantum ergo. Choral à l’unisson ou bien à 4 voix mixtes avec aecomp. d'orgue. Toulouse.

1525. K U ne, Aloys. Nouveau recueil de Faux-Bourdons et autres chants liturgiques à quatre voix (Soprani, contralti, Tenori e Barytoni, Bassi) à l'usage de tous les Diocèses, Paris, P, M, Laroche,

1526, Lambillotte, L,, S, J, Trente Litanies de la ,9. Vierge, à 3 et 4 voix, (S. A. T, ad libitum Bas). pour être chantées alternativement entre le plain chant et la musique, avec accomp. d’orgue. Paris, Poussielguerusand.

1527, Lambillotte, L,, Oeuvres de musique religieuse, composées par le E, P, Lambillotte, S, J. publiées par Pérégalli et Parvy flls. Editeurs , Paris, le Collection de grands Saluts pour tous les fêtes , avec accomp. d'orchestre , formant douze livraisons.

1528. Lambillotte, L., S. J. Musique Eoligieuse. Collection de douze Saluts pour toutes les Fêtes de l'Année avec accompagnement d’Orgue ou d’Harmonium. Paris. Eegnier-Canaux.

Salut 1—12, bevat composities van Lambillotte, S. J., Azioli, Bühler, Desvignes, Diabelli . Mortiam S. J., Tertiani, Schiedermayer, Vanderginst. Vendergeinst, Zingarelli.

1529. Lamhinet, L. O salutaris , Solo de Ténor ou de Soprane. Zie : Hépertoire des Maiirise.s, No. 209.
1530. L a m i n n e , Emile. Le Jubé des villes et dos campagnes. Eocueil do chant d'église pour voix égales avec accompagnement d'orgue.

l'r volume no. 1—15. Liège 1863

2' volnmo no. 1 — 22. Liège. V. Maraille.

3' volume no. 1—10. Liège 1865.

1531. Lange, G r e g. 1. lût respondens Jesus, 5 voc.

2. Domine ne longe, 5 voc.
3. Mgo dormio, 6 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra. Tom. XIX.

1532. Lans, M. J. A. Adora te , voor Alt, Tenor, Bas 1 en 2. St. Gregor.-Dlad , Haarlem 1878.

1533. Lans, M. J. A. O sacrum convivium, voor S. A. T. E. St. Gregorius-Blad, 1882. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.

1534. L a u d a t e Dominum. Elevatiën, Benedictiën, Ave Maria’s, Hymnen, Antiphonen, enz. Voor Mannenstemmen mot Orgelbegeleiding.

no. 2 , F. V. d. Heijden , Ave verum , 3 mannenst. en orgel.

no. 4. Fr. . . Tanhim ergo, 4 mannenst. en orgel.

no. 5. Henri Cooijmans , Tantum ergo, 3 mannenst. en orgel.

no. 6. W. Châtrer , O vere digna hostia. Duo T. en Bar. met orgel.

’s Hertogenbosoh, H. Mosmans.

1535. Leclercq, Th. Six morceaux religieux pouvant servir de Salut solennel, avec accomp. d'orgue.

Gand, Gevaert.

1536. Leeuwen, Joh. van. Cantiones variae cum aut sine organo.

No. 1. Tantum ergo, ad 3 voces acquales cum Organo.

I. M. W. Waanders, Botterdam (1907).

No. 2. Laadate Dominum ad 4 voces aequalos cum Organo. I. M. W. Waanders, Botterdam (1907)

1537. L e g r e n Z i. Nisi Dominus a 2 T. B., 2 Viol e B. C. Zie no. 1272, Commer, Musica Sacra torn II.
1537i. Leijer, P. de. orgelbegeleiding. T.
- 1. Tantum ergo.
- 2. Protector nosier,
- 3. Alma Bedemptoris,
- 4. Ave Maria,
- 5. Tantum ergo,
- 6. liegina coeli,
- 7. Salve Begina.

Lofzangen voor 3 stemmen mot 1. 2. B.

8. Adoro ie,
9. Ave Maria.
10. Tantum ergo.
11. O Jesu mi.
12. Ave Maria.
13. Ave Begina.
14. Ave Maria, van H, J. J. V. Bree.

-ocr page 55-

1538. Lemmens, J. N. Oeuvres inédites.

tom. I. musique d’orgue.

tom. II. Chants liturgiques.

tom. III. Messes et motets.

tom. IV. Varia.

Leipzig et Bruxelles, Breitkopf en Hartel. 1883-1887.

1539. Lenz, Ph. J. Die Kirchlichen Litaneien (vom hl. Namen Josu , von allen Heiligen , lauretanische Litanei) für 4 st. gemischten Chor von G. Victorinus. Ori. Lassus, G. Marchi. Leipzig, P. Braun. Zie : Canius Divinus, Serie I Heft 9.
1540. Leprevost. Ave verum^ motet à 2 voix.

Zie : Recueil de musique ä'eglise» Année III, Livr. 5 6.

1541. Leslie. Tantum ergo à 2 voix égales avec accompagnement d’Orgue.

Zie : Lhoumeau, Petit Salut.

1542. Lhoumeau, A. Tantum Rrgo à 3 voix égales. Choral haimonisé.

St. Laurent-sur-Scvre (Vendée) L. J. Biton.

1543. Lhoumeau, A. Petit Salut.

1. O esca viator um, Melodie arrangée pour 2 voix egales avec accomp. d’Orgue par H. Clemens.
2. O Qloriosa virginum , Choeur à l’unisson avec accomp. d’Orgue par H. Clemens.
3. Tantum ergo de Leslie à 2 voix égales avec accomp. d’Orgue.

St. Laurent-Sur-Sèvre (Vendée) L. J- Biton.

1544 Liber Modulorum (in 32o alleen Tenor; zeldzaam) Primus, quatuor et quinque vocum, (quos vulgus Mo-tetta vocat) a quibusuis celeberrimis authoribus ex-cerptus. Tenor. Apud Jacobum Arbillium.

Secundus. . . quatuor et quinque vocum, (quos vulgus Motetta vocat) à Clemente non Papa exellentissimo mu.sico, excerptus. Tenor, Apud Jacobum Arbillium.

Tertius... quatuor et quinque vocum, (quos vulgus Motteia vocat) a quibusuis celeberrimis authoribus excerptus. Tenor. Michaelis Sylvuij Typis.

Quartus. . . quatuor et quinque vocum , (quos vulgus Motteta vocat) à quibusuis celeberrimis authoribus excerptus. Tenor, Michaelis Sylvuij Typis.

Q,uintus. , . quinque vocum, (quos vulgus moteta vocat) ab excellontissimo musico Clemente non Papa nunc primum omni studio ao diligentia in lucem aedita. Tenor. Ex officina Simonis à Bosco. 1556.

Scxtus. . . quatuor, quinque et sex vocum, (quos vulgus Moteta vocat) a quibusuis celeberrimus authoribus excerptus, amp;nbsp;nunc primum in lucem aeditus. Tenor. Ex officina Simonis à Borco. 1556.

Septimus. .. quatuor, quinque et sex vocum, (quos vulgus Moteta vocat) a quibusuis celeberrimis authoribus excerptus, amp;nbsp;nunc primum in lucem aeditus. Tenor. Ex officina Simonis à Bosco. 1556.

1545. L i t a n i a e Lauretanae ad 3 voces, Sopr. Ten. et Boss. Organo comitante.

Uit eone Collectie p. 33-44.

1546. Litanie van het H. Hart van Jesus, gregoriaansch.

I. F. X. Haberl, Modus 1.
II. F. X, Haberl, Monus 6.
III. C. A. Bonten, Tonus 1.

St, Gregorius-Plad 1899, Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.

1547. Lofzangen van verschillende componisten, van Paeschen, Burgmuller, Mechelaero, Dr. H. Marcher, Kalliwoda, C. Belcke, C. Weber, W. Mozart, Eisen-hofer, R. Holl, J. Haydn.

1548. Löser, Joh. H. Op. 7. Te Peum laudamus voor 4 mannenstemmen, Soli on Orgel.

Amsterdam. Brix von Wahlberg. 1894.

1549. Löser, Joh. H. Op. 14. O Salutaris hostia. Gewijde zang voor hooge mannen- of vrouwenstemmen met Orgelbegeleiding. Amsterdam. G. Alsbach amp;nbsp;Co,

1550 Loots, Philip. Opus 45. Penedicamus Domino, 12 latijrische gezangen ter eere van het Allerh. Sacrament voor 4-stemmig mannenkoor. Haarlem, H. Kerkhoff. 1907.

1551 Lorenzo, N. O Salutaris, motet à 2 voix.

Zie: Recueil de musique d'^êglise. Année III, Lur 5-6.

1552rt. Lotti. Regina coeli ad 4 voc. inaequ.

Zie : uitgegeven door J. Alt, 4 Marian-Antiphonen.

15526. Lotti. Vere languores nostros, a 2 T. e B. Laudate pueri., a T. e B.

Zie no. 1272 Gommer Musica sacra, tom. II.

1553. Lust, César. Opus 41, no. 2. Ave Maria à 2 voix égales.

Zie : Repertoire des Maîtrises, No. 368.

1554. Lyre Sacrée. Musique réligieuse. Solos, duos, trios, Choeurs etc. le Collection.

Zi' Flegier : O Salutaris., Basse. Paris E. Gallet.

1555. Maas, Thom. Opus 4 Te Deum latidamus ad quatuor voces aequales cum organo.

Ratisbonne. F. Pustet 1900.

1556. iMagri, P. Op 49. Hymnus Jesu oorona virginum ad choruin duarum vocum inaequalium comit. organo vel harm.

Torino, M. Capra.

1557. Magri, Pietro. Opus 70. VIII Responsoria in Nativitate Domini ad chorum duarum vocura in aequalium (S. et Bar.) organo comitante.

Torino. M. Capra.

1558. Maier, Anton. Opus 81. Pcce Sacerdos magnus für (4 st.) Mannerchor mit oder ohne Begleitung der Orgel und 5 st. Blechmusik. Regensburg 1900. A. Coppenrath.
1559. Mayer, J. G. Die Vespcrpsalmen und Magnificat auf das Weinachts-, Oster-, Pfingst- und Frohnleich-namsfest sowie auf das Fest Maria Himmelfahrt. (Einstimra. Choral und Falso bordoni für vier Männerstimmen. Ratisbonae. F. Pustet. 1883.
1560. Maiscocque, Nicol. Opus 2. Concordia Mon-tensis A. I. II. III. IV. V. Voc. et Instrum. Antverpiae, L. de Potter. 1676
1561. Majocchi, A. Regina coeli a due voci ed organo. Uitgegeven door : Publicazione periodica di Musica Sacra populäre. Anno III Italia. Piacenza. 1885.
1562. Maleghoer, Ang. Musica Angelica Angelorum Rigi et Reginae nec non Angelici Ordinis Fundatorj Norberto 1. 2. 4. 5. vocibus 4 semper Instru, mentis decentanda. Antverpiae, H. Aertssens. 1710

1568. Maldeghem, R, J. Opus 94 no. 1. Ave Maria à 3 voix égales ou 2 Sopr. Ten. et orgue.

Extrait de la Cécilia 1856. Bruxelles.

1564. Maldeghem, R. J. van. Opus 170. Trésor Musical. Collection authentique de musique sacrée amp;nbsp;profane des anciens maitres Belges recueillie et transcrite en notation moderne. Musique Religieuse 18(6. douzième année. Bruxelles. C. Muquardt.
1565. M a n d a n i c i. Salve Regina a 3 voix.

Zie : Recueil de musique J'eglise Année III, Livr. 3-4,

-ocr page 56-

1566. Mandl, Job. Opus 9. Sehr leichte Lauretanische Litanei für Sopran und Alt, Rass ad libitum , mit Begleitung der Orgel oder des Harmoniums. Regensburg. F. Pustet. 1897.
1567. Manuale concentuum, per diversos authores concinnatum I. II. IIT. vocibus cum instrumentas. Antverpiae. Haeredes P. Phalesii 1666.
1568, Marchi, G. Litaniae Lauretauae ad 4 voces in-aequ. cdidit Ph. J Lenz. Leipzig P. Braun. 1887.

1569a. Marentio, Luca. VI Moteeta (n^ 22-27) composita ad 4 voces inaequales hodiernis choris ac-commodavit M. Haller.

Zie : Repertorium Musicae sacrae, Tom. IL Fase. XII. Batisbonae, F. Pustet 1903.

Inhoud : 1. quot;Eaiote fortes.

2. Tradeni enim ros.
3. Isle Sanctus.
4. Gaudent in coelis.
5. T^eni sponsa Chri, O quam metuendus,

1569Ô. Mastioletti. Terribilis est locus a 2 T. e B. Zie no. 1272, Commer, Musica sacra, tom. II.

1570. Mathieu, Aug. Ave Maria, à deux voix égales ou Tenor et Baryton ad libitum.

Zie : Répertoire des Maitrises, No. 7.

1571 M a r y n e n , W. B. Benedictio (^Tantum ergo) dedicata Ill. Dno Henrico den Dubbelden . .. cum soll, con-secraretur in Episc. Emansem, 10 Apr. 1842, 5 voc. in aequ. concin. organo et orchestr.

Proprietas Editoris 1842.

1572. Mary non, W. B. Opus 2. Canticum sacrum {Ju^ bilate Deo omnis terra} in piam Missionis memoriam a R. P. Congr. S. Redempt, 1843 Sylvae dulcis habitae. (4 voc. in aequ. S A. T. B. organo et orchest). Hagae Comitis. Weygand et Beuster.
1573. Mayer, J. G. Die Vesperpsalmen u Magnificat auf der WeihnaehtS“ Oster- Pfingst u Frobnleichnams-fest sowie auf das Fest Maria Himmelfahrt , (einst. Choral u Falsi bordoni für u Männerst. Ratisbonae F. Pustet. 1883.
1574. Mechelaere, Ed. Philophone religieux. No. 1-31. Bruges. E. J. Petyt. 1882.
1575. Meiland, J ac.

1. Veni dilecte mi^ 5 voc.
2. Deleciare in Domino., 5 voc.
3. THomas qui dicitur, 5 voc.
4. Haec est vita, 5 voc.
5. Facius est repente, 5 voc.
6. In exitu Israel, 5 voc.

Zie : Commer, Musica sacra Tora. XIX.

1576. Melancy, Fr. te Carlsburg. Laudate Dominum* Gezangen voor het Lof voor onderwij-sgestichton en parochiën, Tournai. H. amp;nbsp;L. Castermen.

Zie : Dethier, Keus van kerkmuziek Dijooegsel.

1577. Melchers, Leon. Litaniae de Sacro Corde Jesu ad tres voces aequales a Fred. Koenen composites atque novo textui a S. S.R. C. approbate adaptatas denuo edidit. Dusseldorf, L. Schwann.

1578a. Mendelsohn Bartholdy. Opus 73 , Lauda Sion für Chor und Orchester, componirt zur Feier 11 Juni 1846. Clavierauszug. Mainz. Schalt’s Söhnen.

15782*. Menegali. Ave Regina a 2 T. e B.

Zie no. 1272, Commer, Musica sacra, tom. II.

1579. Mercadante. De Drofundis à quatre voix et orgue. Uitgave; Recueil de musique d^êglise. Année VIT, Livr. 6.
1580. More anti, G. Op. 6. O Salutaris hostia per coro a due voci dissimili con accomp. d’organo. Torino, M. Capra.
1581. Mercanti, Gius. Opus 4, Tantum ergo a quattro voci dissimili con accomp. d’organo.

Torino, M. Capra.

1582. Mercanti, G. Opus 8. Magnificat per coro a tre voci dissiniili (Mezzopr. T. B.) con accomp. d’organo. Torino. M. Capra.
1583. Mertiam, H. S. J. Tantum ergo. Ten. Basse avec orgue.

Zie Lambillatte Salut 9e.

1584a. Mestdagh, K. en A. Reyns. Harmoniae sacrae. Maandelijksche uitgave van kerkmuziek onder het bestuur van ... Aflevering 1. Brugge, W. J. Petyt. 1877.

1584Ó. Methodius, Fr. O. F. M. St quaeris Responsorium in honorem S. Anionii de Padua, ad 4 voces aequales. Tilburgi, Antoon Bergmans.

1585. M euerer, J. Opus 32. Litaniae SS. Cordis Jesu, für S. A. B. (Tenor ad lib.) met oblig. orgel. Ratisbonae. F. Pustet. 1902,
1586. Meuerer, .To h. Opus 30. VIH Fange lingua et Tantum ergo, für 2- und 3 st. Frauenchor mit Begleitung der Orgel. Regensburg, F. Pustet. 1903.
1587. Mettenleiter, Bernard. Trauscriptionen vorzüglicher Tonwerke von Kirchengesängen etc. der grössten Meister älterer und neuerer Zeit namentlich aus dem Gebiete des sogenannten strengen Kirchenstylos für Harmonium leicht Spielbar bearbeitet. Heft 1-12. Regensburg, J. Seiling.
1588. Mettenleiter, Born. Op. 16. Sequentia Stabat mater dolorosa. Composita ad voces inaequales (C. A. T. B.) sive organo comitante sivo comitantibus violinis, viola, cello, et violone (clarinettis et trom-bonis ad libitum). Ratisbonae, F. Pustet, 1878.
1589. Miné, A. Magnificat à 3 voix, S. T. B.

Zi© : Recueil de musique f église , Année IV, Livr. 11-12.

1590. Mitterer, Ign. Zie: Musica ecclesiastica. Sammlung leichter Kirchenmusicalien herausgegeben von Cacilien-Vereine der Diocese Brixen.

1591 Mitterer, Ign. Opus 3. Ave Maria ad IV voces in aequales. Regensburg 1903. A, Coppenrath.

1592. Mitterer, Ign. Opus 42. Jubilus Kucharisticus sive octo moduli super hymnum Fange lingua ad IV, V, VI et VIII voces. Regensburg, H. Pawelik (A. Coppenrath)
1593. Mitterer, Ign. Opus 44. Jubilus eucharisticus (fasciculus II) sive IX Hymni et Motetta in hou. Ssmi Sacramenti ad 4. 5. 6. et 8 voces, Regensburg. A. Coppenrath.
1594. Mitterer, Ign, Opus 46. Hymnus S. Ambrosii et Augustini Te Deum laudamus für gemischten Chor (S. A. T. B.) und kleines Orchester mit nicht obligater Orgel-Füllstimme. Regensburg. A. Coppenrath.
1595. Mitterer, Ign. Opus 55. Litaniae für gemischten Chor (4 voc.) und kleines Orchester nebst Orgel-Füllstimme. Regensburg. A. Coppenrath.

-ocr page 57-

1596, Mit lerer, I g n. Opus 57. Sequcntia Sfabat mater dolorosa quam ad chorum IV voc. inaequ. concin. Organo composuit. Regensburg. A. Coppenratli.
1597. Mitterer, Ign. Opus 58. Zwanzig sehr leichte Gradualien für die Feste der Heiligen (Commune Sanctorum) für 4 st. gemischten Chor. Regensburg. A. Coppenrath.
1598. Mitterer, Ign. Op. 59. Cantus divers! in usum per hebdom. Sanotam ad 4 vel 5 voces inaequales. Regensburg. A. Coppenrath.
1599. Mitterer, Ign. Op. 60. Responsorium Ecce sacer-dos magnus zum feierl. Empfanges eines Bischofs für 4 Männerst, leicht ausführbar. Zweite Auflage. Regensburg, 1907. A. Coppenrath.
1600. Mitterer, Ign. Opus 63. OiTertorien (21) für sämmliche Festtage des Jahres für 4 st, Männerchor. Regensburg, A, Coppenrath.
1601. Mitterer, Ign. Opus 72. Gradualien (22) für sämtliche Festtage des Jahres für 4 st. Männerchor. Regensburg, A. Coppenrath.
1602. Mitterer, Ign. Opus 83. Paalmi Veapertini pro solemn! feste Pentocostes in 4- und 5-stiram. Falsi bordoni für gemischten Chor. Regensburg, 1899, A. Coppenrath.
1603. Mitterer, Ign. Opus 84. Psalmi Vespertini in festo Immac. Coneeptionis B. M.V. ad chorum 4-6 vocum alternantem cum cantu choral!. Regensburg, 1899, A. Coppenrath,
1604, Mitterer, Ign, Op, 87, Litaniae de Ss, Corde Jesu ad IV voces inaequales concin, Organo, Regensburg, 1899, A, Coppenrath,
1605. Mitterer, Ign. Opus 88. Psalm! Vespertini pro solemn! festo Pascbae in 4- und 5-stimm. Falsi-bordoni für gemischten Chor. Regensburg, 1900, A. Coppenrath.
1606. Mitterer, Ign. Festoffertorien für gemischten Chor (4 voc ) und Orgel.

Heft I opus 89.

II nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;-

Ill nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.

IV nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;»

V nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.

VI nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;-

VII nbsp;nbsp;nbsp;•

Regensburg, A. Coppenrath.

1607. M ! 11 e r er , Ign. Opus 99. Psalmi Vespertini in festo Epiphaniae Domini, in 4-5 stimm. Falsibordoni. Regensburg, A. Coppenrath.
1608. Mitterer, Ign. Opus 100. Vesperae in festo Na-tivitatis Domini. (4 voc. inaequ.). Regensburg, A. Coppenrath.
1609. Mitterer. Ign. Opus. 101. Psalm! Vespertiui in festo dedicationis ecclesiae, in 4-5 stimm. Falsibordoni. Regensburg, 1902. A. Coppenrath.
1610. Mitterer, Ign. Opus 102. Vesperae in festo Ascensionis Dni in 4 bis 5 stimm. Falsi bordoni. Regensburg. 1902. A. Coppenrath.
1611. Mitterer, Ign. Opus 103. Psalm! Vespertin! in festo Ss. Apost. Petri et Pauli (in II Vesperis) in 4 stimm. Falsibordoni. Regensb. 1902. A. Coppenrath.
1612. Mitterer, Ign. Opus 105. Psalmi Vespertini pro festo Assumptionis B. M. V. in 4 stimm. Falsibordoni. Regensburg, A. Coppenrath.

1613. Mitterer, Ign. Opus 106. Praeconiiim Eucbaris-ticum. Sammlung von Gesänges zu Ehren des allerh. Sakramenten für 2 bis 3 oberstimmen mit Begl. der Orgel. Regensburg. 1903. A. Coppenrath.
1614. Mitterer, Ign. Opus 107. Sequentiae festivae ( Eictimae pasch, Eeai S. Spiritus, Lauda Sion, Stalat Mater) ad 3 voces viriles concin. Org. Regensburg, 1903. Ä. Coppenrath.
1615. Mitterer, Ign. Opus 108. Are Maria für Chor unisono mit Begl. von Blechinstrumenten. Regens, burg, 1903. A. Coppenratli.
1616. Mitterer, Ign. Opus 109. No. 3. Tu es Petrus-Festehor für Papstfeiorlichteiten, für gemischten Chor (4 voc.) und Orgel oder Harmonium. Regensburg 1903, A. Coppenrath.
1617. Mitterer, Ign. Opus 114. Hymnus Te Deum laudamus ad 4 voc. inaequ. concin. Organo. Regensburg, 1903. A. Coppenrath.
1618. Mitterer, Ign. Opus 114i. Te Deum laudamus für gemischten (4 voc.) Chor und Orchester. Regensburg 1904, A. Coppenrath.
1619. Mitterer, Ign. Opus 115. Die Offertorien der Advent- und Fasten Sonntage für 4 stimm, gemischten Chor aus Jos. Schildknechts Nachlasse. Redigiert und mit vier Nummern ergänzt. Regensburg, A. Coppenrath.
1620. Mitterer, Ign, Opus 120, Respons, Libera me Domine pro exequiis solemn, ad chorum 4 voc, inaequ, comit, 4 trombonis, Regensb,, 1904, A, Coppenrath,

1621 Mitterer, Ign, Opus 122, Virgin! Immac, Fest-Graduale u, Offertorium zur Feier des 50 jährigen Immaculata-Jubiläums am 8 Dez, 1904, für gemischten Chor (4 voc,) und Orchester, Regensburg, A. Coppenrath,

1622, M i 11 e rer , Ign, Opus 127. Cantus Euobaristici. Gesänge zum allerh. Sakramente für 2-4 Männerst, mit und ohne Orgelbegleitung. Regensburg , 1905 , A. Coppenrath.
1623. Mitterer, Ign. Opus 127i. Fünf Hymnen Tür 4 st. Männerchor zum Gebrauche bei der Fronleichnams-Prozession. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
1624. M i 11 er er , Ign. Opus 129. Festoffertorien für Männerchor und Orgel. Regensburg, A. Coppenrath.

Heft 1. Opus

2. .

3. «

4. «

1625. Mitterer, Ign. Opus 135. Hymnus Sa. Ambrosii et Augustin! Te Deum laztdamus ad chorum 5 voc. in aequal. alternatim cum cantu chorali. Regensburg. 1906. A. Coppenrath.
1626. Mitterer, Ign. Opus 136. Hymnus Ss. Ambrosii et Augustin! Te Deum laudamus ad chorum 4 voc. virilium alternatim enm cantu chorali. Regensburg, 1906. A. Coppenrath.
1627. M ! 11 e r e r , Ign. Opus 137. Festoffertorien für (4) Männerstimmen und Orgel. V Heft. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.

1628, Mitterer, Ign, Opus 137. Tu es Petrus. Festmotette für (4) Männerstimmen u. Orgel. Regensb. A. Coppenrath.

-ocr page 58-

1629. Mitterer, Tgn. Opus 140. Cantus in liebdomada Sancta ad quatuor voces viriles. Fase. I opus 140 fase. II opus 142. Regensburg, 1906, A. Coppenrath.
1630. Mitterer, I g n. Zwei IScce sacerdos magnus zum feierl. Empfanges eines Bischofs komponiert von J. Schildknecht. (Aus dessen Nachlasse neu ediert. Regensburg, 1905, A. Coppenrath.

Zie : Schildknechi.

1631. Mitterer, Ign. Lamentationos Jeremiae Prophetao in concontu IV vocum auct. Joan. Bapt, Kercr , quas nunc prim um in publicara iucem profert . . . Regensburg, A. Coppenrath.
1632. M o d 1 m a y e r , Jos. Opus 5. Sehr leicht ausführbare Gesänge zum Lobpreise des hochl. Altarsakra-mentes für 4 stimm. Männerchor. Zweite Auflage. Regensburg, A. Coppenrath.
1633. Moldmayor, Jos. Opus 16. Katholische Kirchengesänge. VI Heft. IX Eucharistische Hymnen für 2. 3. u. 4 Knaben- oder Frauenstimmen, teils mit, teils ohne Orgel. 2. Auflage, Regensburg, 1902, A. Coppenrath.
1634. Modlmayor, Jos. Opus 23. Litaniae lauretanae nebst Pange lingua für 4 stimm. Mannerchor. Regensburg, A. Coppenrath.
1635. Modlmayer, Jos. 4 Processions-Hymnen und 3 Pange lingua^ für 4 stimm, gemischten Chor. Regensburg, A. Coppenrath.
1636. Modlmayer, Jos. Sequontia Stalat ^ater für dreistimm. Frauenchor und Orgel. Regensburg , A. Coppenrath.
1637. Molinari, Sim.

1. Duq Seraphim^ 5 voc.
2. llodie Chr. natus^ 5 voc.
3. Pere langxtores nostros^ 5 voc.
4. quot;M-agi videntes stellam, 5 voc.
5. Eravi sicut ovis, 5 voc.
6. Miser factus stim, 5 voc.
7. O sacrum eoncivium, 5 voc.

Zie ; Commer^ Musica Sacra, Tom. XV.

1638. Moll, Franz. Graduale am Feste Maria Geburt, S. A. T. B.

Zie : Musica Ecclesiastica, Liefer. 48. Regensburg. A. Coppenrath.

1639. Mondo, M. Opus 4. Tantum ergo ad chorum trium vocum virilium (T. 1. 2. B.) comitante organo. Torino, Marcello Capra.
1640. Mo n t fe rr ato , Natal. Opus 3. Motetti concer« tati a due e tre voci. Libro primo. Anversa. Heredi di P. Phalesio. 1668.
1641. Montanelli, Archimede. Responsorie di Santa Margherita da Cortona, transcritto in notazione moderna con accorap^o d’organ. 22 Febr. 1897. Firenze. Roma. Genesio Venturini.
1642. Montignies-van Lode. Recueil de motets à une, deux, trois et quatre voix.

Zie: Recueil de Musiqîie église. Année X Livr. 6.

1643. Montignies van Lede. 8 Motets à 3 voix. Ten. 1. 2. B.
1644. Montignies van Lede. Douze motets au S. Sacr. et à la S. Vierge à 1. 2. 3 et 4 voix avec orgue. No. 4. Renedictus, duo, Tenor 1. 2.

Gand, Gevaert.

1645. Moortgat, A. Pie Jesu. Solo et choeur à 2 voix égales avec accomp. d’orgue. Arras.

1646. Moortgat, A. Litaniae Lauretanae ad 2 voces aequales organo comitante.

Arras. Procure génér. de Musiq Religieuse.

1647. Moreau, W. Catalogue des Oeuvres Complètes. Compositions musicales. Salut solennel pour les fêtes du Sacré Coeur.

1. Ace verum , Solo pour tenor, ou Soprano par F. L. Camere S. J.
2. Cor Jesu sacratissimum , Solo et Chorum. W. M.
3. O Cor amoris victima, trio concertant, par Comère.
4. Improperium. Solo, avec choeur F. L. C. et W. Al.
5. Tantum ergo., Duo concertant I. Haydn. Michelet et Cie. St. Denis Poitiers (Vienne).

1648a. Mote tten. Verschillende geschreven gezangen van Kobrich J. Haydn, Bühler, Pleycl, Mozart, Dreijor, Lambillote enz. enz.

16486. Mozart, W. A. Pe profundis für Sopr. Alt, Ton, u Bass mit Begl. des Pianoforte.

Berlin, F. Trautwein.

1649. Moza rt, W. A. Ave verum, Soprano, Alto, Tenore e Basso, violino Imo et 2(io viola, basso et organo.
1650. Mozart. Ave verum. Solo.

Zie : Répertoire des Maiirises, No. 34.

1651. Mozart, W. Adoro te à 3 voix. Tonori, Basso, Organo.
1652. Mozart. O sacrum connivium à 3 voix.

Zie ; Répertoire des Maîtrises, No. 82.

1653. Mozart, W. Ave verum., Soprano Solo.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 1Ü8.

1654. Mozart W. O quam suavis est. Soprani duo.

Zie : Repertoire des Maîtrises., No. 113.

1655. Müller, Ign. Select Chants (Solesmes Version) Motets Hymns for Benediction and Antiphons to the B. V. M. New York. J, Fischer amp;nbsp;Bro.
1656. Müller, I. Complete Vespers for the feasts of the B. V. M. (Solemnes Version) Edited and organ Accomp. transcri.ed by ... New York, Fischer amp;nbsp;Bro.
1657. The Musical Notation of the Middle Ages exemplified by facaimilés of monuscripts written between the Tenth and Sixteenth Centevries inclusive. Prepared for the members of tlie plainsong and mediaeval music society. London. J. Masters amp;nbsp;Co. 1890.

1658a. Musica Sacra, quae cantatur quotannis per hebdomadam Sanctam Romae in sacello Pontificio.

1. Stabat mater, Palestrina.
2. Fratres ego enim, Palestrina.
3. Miserere, Bai.
4. Improperia, Palestrina.
5. Miserere, Allegri.

Lipsiae, C. F. Peters.

13586. Musica Sacra. Cantiones XVI. XVII. XVIII saeculorum praestantissimas virilibus vocibus accommodates collegit et edidit Franciscus Commer. Tomus secundus.

Zie: Commer, No. 1272.

Berlin, E. Bote amp;nbsp;G. Bock’

1358e. Musica Sacra populäre. (Publicazione periodica di) Italia Piancenza. Anno II 1884 etc.

Zie : Rottarelli, Ago, Majocchi, Piroli., Archieri.

-ocr page 59-

1659, Mu sien ecclesiastic a. Sammlung leichter Kir-chenmusilînlien herausgegebon vom Cäeilien-Vereino der Diocese Brixen.

Lieferung

1. Offertorien für die Fasten Sonntage von A. Rieder, J. Obersteiner, F. Schöpf, J. Zengl, I. Mitterer , A. Sebenh, (S. A. T. B.)
4. Offertoria de Comm. Sanctorum (S. A. 1'. B.) von J. Mitterer, Ars, Niedrist, J, Obesteiner, I, Mitterer, A, Rieder,
7, Te Deum S, A, T, B, von I, Mitterer,

13, Missa pro defunctis von I, Obersteiner, 8. A,T, B,
14, Hymni de von, Sacramento. S, A, T, B, von M. Haller, I, Höllwarth, J, Slitteror,
15, Offertorien für die höchsten Feste für S, A, T, B, von J, Obersteiner, I, Mitterer, K, Goierlechner,
17, Offertorien für die höchsten Feste, S, A, T, B, von I, Mitterer, K, Goierlechner, J, Obersteiner,
18, Offertorien für hohe Feste, S, A, T, B, von A, Schenk, I, Mitterer,
21- 22, Missa in hon, S, Caeciliae ad 4 voces in acquales c, o, au et, I, Mitterer,

23, Offertorien für die Sonntage im Advent, van Ign, Mitterer, S, A, T. B,

25-26, Vosperpsalmcn für die Marienfesto für S, A, T, B, von I, Mitterer,

27, 5 deutsche und lateinische Predigtgesänge für S, A, T, B, von Ig, Mitterer,
34. II Responsoria ad Matut, in Festo Resurr. Dni ad 4 voc, inaequ, C, 0. auct, I, Mitterer,
37, Drei Motetten und ein Lied für das Fest Mariä-Empfängniss und die hl. Weinachtszeit für Männerchor (T. 1. 2, B, 1. 2.) vsn 1. Mitterer.
41. Vier Offertorien für die Feste . . . für 4 st. gemischten Chor, von I. Mitterer.
46- 47. Missa Dominicalis tertia ad 3 voc. inaequ. (C. A. B.) concinente organo auctore. I. Mitterer, Opus 47.
48. No. 1. Fr. Moll, Graduale ; No. 2. Mitterer, Offert, am F. Maria Geburt; No. 3. Mitterer, Off. a. F. d. h. Rosenkranzes ; No. 4. M. Haag, Salve Regina.
49- 50. Offertorien für die Hauptfeste des K irchenjahres für 2 gleiche stimmen m. obl. Org. von W. Kranzhoff. Opus 4.
56- 57. Zwölf sehr leichte Gradualien für die höchsten Festo des Kirchenjahres für (4 st.) gemischten Chor, von Ign. Mitterer. Opus 49. le u 2e Ausgabe.
58- 30. Achtzehn sehr leichte Gradualien für höhere Festo des Kirchenjahres für (4 st.) gern. Chor, von I. Mitterer. Opus 52.
61- 63. Zwanzig sehr leichte Gradualien für höhere Feste des Kirchenjahres , für 4 st. gern. Chor, von I. Mitterer. Opus. 56.

Regensburg. A. Coppenrath.

1660. N a n i n i, G. M. Saec dies, 5 voc. C. A. T. 1, 2. B. Zie : Häberl, Tria Motetta.
1661. Nekes, Fr. Opus 19. Litaniae Laurctanao. Erste Laur. Litanei.

Op. 19a. für (4) gleiche Stimmen mit Orgel ad lib.

Op. 19i. für (4) gemischte Stimmen mit Orgel ad lib. Düsseldorf, L. Schwann.

1662. Nekes, Fr. Opus 20. Litaniae Lauretanac. Zweite I.auretanische Litanei.

Opus 20a. für (4) gleiche Stimmen.

Opus 20i. für (4) gemischte Stimmen.

Düsseldorf, L. Schwann.

1663. Neudegger, J. B. Sequentia Stalai mater, quatuor vocibus inaequ. conc. com. organo. Ratisbonae, F. Pustet, 1899.

1664. Neudegger, J. B. Psalm Miserere, ad quatuor voces inaequales com. Org.

Ratisbonne, F. Pustet, 1899,

1665, Neukomm, S. Te Deam, una voce cum organo.
1666, Ni el en. G, Litaniae E, M. V, No, 1 in E. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;No, 3 in C

« 2 in Bes. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;quot;nbsp;4 in G

Zie onder No. 904 ,,Haagse Mis”.

1667, Nied hammer, Jos, Opus 3, Sieben Gesänge mit liturgischem Texte für gem, Chor (S, A,T. B,), Düsseldorf, L, Schwann,

1668. Nik el, Emil. Opus 16. 120 leicht ausführbare Vesper-Hymnen für sämtliche Sonn- und Festtage S. A. T. B. Mit Beiträgen von I, N. Ahle etc., herausgegeben von .... Regensburg, F. Pustet, 1887.

Zie ; Motetten, Serie I, No. 385.

1699. Nikel, Emil. Opus 25. Te Deum laudamws, ad 4 voces inaequales cum organo ad lib.

Düsseldorf, L. Schwann.

1670. Nikel. Emil. Opus 49. Litaniae Laurctanae , für 4 st. gemischten Chor oder für eine Singstimmo mit Orgel- oder Harmoniumbegleitung.

Ratisbonae, F. Pustet, 1900.

1671. Novello, Vincent. O Jesu, o pastor bonus, Trio arranged from Winter.

Zie : Winter.

1672. Nuceti, Flam. O suavitas , 6 voc.

Zie : Commer. Musica Sacra, Tom. XV.

1673. Ober h offer, H. Opus 29. Tantum ergo, von denen zwei für Alt und 3 Männerst. , zwei für (4 st.) Männerehor und vier für (4 st.) gemisehten Chor nebst einem latein. Grabgosänge fur (4 st.) Männerehor. Zweite vermehrte Auflage.

Regensburg, J. Seiling.

1674a. Obersteiner, Joh. Offertorien für die höchsten Feste.

Zie : Musica Eccles, Diöc. Srixen, Liefer. 15, 17.

1674Ó. Obrecht, Jacob. Passio D. N. J. C. secundum Matthaeum (C. A. T B ).

LTifgave : Vereen, v. Noord-Nederl. Muzielcgeschie-denis XVIII. Amsterdam.

1675. Oers, J. C, van. Te Deum laudamus, Opus X van Pr. Witt, voor 4 mannenst. en orgel bewerkl.

Oregorius-Dlad, 1898. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.

1676. Ohnewald, Jos. Opus 14. Tantum ergo, 4 vocibus inaequalibus, C. A. T. B.
1677. Oremus, F. J, Antiphona ad Magnificat in Festo S. Martini. O beatum Pontifleem. voor 4 mannenst. St. Gregoriiis-Blad , 1898, Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1678. Orlando di Lasso. Sämmtliche Werken, Theil I und folgende. Leipzig, Breitkopf amp;nbsp;Härtel.
1679. Orlandus Lassus. Litaniae B. M. V., voor S. A. T. B. — Sl. Oregorius-Blad , 1884, Haarlem, St. Jacobs-Godshuis,
1680. Orlandus Lassus, j- 1594. Dreizehn kurze Motetten für 4-st. gemischten Chor (Text aus dem 64 Psalm) redigirt u. mit Vortragsbestimmungen versehen von F. Witt. Zweite Auflage.

Regensburg, F, Pustet, 1886. Hauptvereinsgabe.

1681a. Orlandus Lassus. Psalmos VII poenitentiales modis musicis adaptavit, public! juris fecit S. W. Dehn. Besolini, G, Crantzu.

-ocr page 60-

1681 ô. O r 1 a n d U 3 L a « s u ?. Selectio modorum 4, 5, 6 , 1, 8 vocibua. Berlin, ï. Trautwein, 1863-64.

Zie: CoTwwer, Musicn Sacra, Tom. VIII en IX.

1682. O r 1 a n d U 8 Lassus. Litaniae de omnibus Sanctis , ad 4 voces inaequ. Edidit Ph. I. Lenz.

Zie uitgave: Cantus divinus, Series I, Heft 9. Leipzig, P, Braun, 1887.

1683«. 0 1’1 and US Lassus. In monte Oliveti^ 6 voc. , C. A. 1, 2 T., Barit., Bassus.

Zie : Baberlt Tria Motetta.

1683amp;. Orlandi de Lasso. Vît Moduli, 3, 4, 5, 6, 8, 12 voc. Zum Gedächtnis der 300 Todesjahres Lassos, redigirt von Dr. F. X. Häberl.

Batisbonao, F. Pustet, 1894.

1684. Orth, Tb. J. Opus 6. Ave Maria, vocibus virili-bus (Ten. et Bassi), organo comit.

Roterodami, W. F. Lichtenauer.

1685. Otano, N., S. J. Christus factus est, ad Majoris hebdomadae triduum Antiphons tribus eolis vocibus (S. T. ß.) accomodata. Miserere , Psalm L , ad chorum 3 vocum (S. T. B.) inaequ. facillimis mo-dulis ductus organo vel harmouio ad lib. comit.

Bilbao, Lazcano y Mar.

1686. Paesschen, P. J. van. Saluts solennels pour trois voix d’homme , soli et choeurs , avec accomp. d’orgue. Première Serie. Salut n® 1, 2, 3, 4, Liège, Vve Muraille. Bois-le Duc, G. Mosmans.

1687ez. Paesschen, P. J. van. Dcce panis, Soli et Choeur pour voix d’homme, avec accompagn. d’Orgne. Bois-le-Duc, G. Mosmans.

16876. Pagella, J. Opus 37. Psalmodia Vespertina totius communis Sanctorum , dedicationis ecclesiae et B. M. V. sive responsoria, toni psalmorum antiphonae et hymni in cantu gregoriano traditional! notatione hodierna transcripti et harmonico ornati, cum psal-mis in falso bordone (ex auct. saec. XVI partixn collectis) et hymnis, 4 et 3 vocibus inaequalibus, 4 et 2 vocibus aequalibus. Torino, M. Capra.

1688a. Palestri n a e. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;a 2 T. e 2 B.

Zie No. 1272, Commer, Musica Sacra, torn. II.

16886. P r a e n e s t i n U s , J. P. JEcce sacerdos magnus , Motettum adhuc ineditum , 6 vocum, C. A. 1 , 2 Bar. Bas. Leipzig, Breitkopf amp;nbsp;Härtel.
1689. Palestrina. Stabat Mater. Motette für zwei Chöre à capella, mit Vortrage-Bezuchnungen für Kirchen-und Concert-Aufführungen eingerichtet, von Richard Wagner. Leipzig, C. F. Kahnt.
1690. Palestrina. Offert, in Dom. I Aventus : Ad te levavi, 5 voc. C. A. T. 1, 2, B.

Zie : Häberl, Tria Motetta

1691«. Palestrina, J. P. X Offertoria a Dom. in Septuag. usque ad fer. V in Coena Dni. ad 5 voces inaequ. Ratisbonae, F. Pustet, 1893.

Uitgave: Repertorùim Musicae Sacrae a F. X. Häberl, Band I, fase. X.

16916. Palestrina, J. P. VI Moduli , 3, 4 , 5 , 6 , 8 , 12 voc. Zum Gedächtnis des 300 Todesjahres .... redigiert von Michael Haller.

Ratisbonae, F. Pustet, 1894.

1692. Perez, David. Mattutino de Morti composite per .... Londra, R. Bremmer.

Latijnsche tekst, zes en meerstem. met orchest.

1693. Berosi, Lor. Eucharistica Gesäuge zur Verehrung des allerh. Altarssakrameutes. Für ungleiche Stimmen. Düsseldorf, L Schwann.

1694. Perosi, Lor. Melodie Sacre. Jubilate Deo. per duc voci dispari ed Organo. Milano.
1695. Perosi, Lor. Raccolta di Canti a due, tre a quattro voci per uso del Pellegrinaggio Italiano a Lourdes compilata da .... 1901.
1696. Perosi, Lor. Opus 19. Te Deum , a 4 voci (A. » T. 1. 2, B.), con accomp. d’organo.

Düsseldorf, L. Schwann.

1697. Perruchot, L. L. Ave vernm corpus^ ad chorum duarum vocum aequalium vel quatuor vocum in-aequalium organo comitante. Torino, M. Capra.
1698. Perruchot, L. L. Ave Maria (cum Sancta Maria) ad chorum duarum vocum aequalium vel quatuor vocum inaequalium. organo comitante. Torino, M. Capra.
1699. Perruchot, L. L, Tantum ergo, ad chorum quatuor vocum inaequnlinm, organo comitante. Torino, M. Capra.
1700. Perruchot, L. L. Tu es Petrus. Motettus ad chorum duarum vocum inaequalium organo comitante. Torino, M. Capra.
1701. Pez, J. C h r. Coloniensis mag. cap. Opus 1. Duplex genius sive Gallo-Italus instrumentorum concentus 12 Constans Symphouiis, 2 Violinis cum Archiviola amp;nbsp;Basso continuo.

Augustae Vindelicorum. Jac. Köppmayer, 1696.

1702. Piel, P. Opus 17. Te Deum laudamus, für vierat. Mannerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
1703. Piel, P. Opus 49«. Antiphoua O doctor optime, ad 2 voces cum organo. Düsseldorf, L. Schwann.
1704. Piel , P. Opus 496. Antiphoua O Doctor optime, ad VI voces. Düsseldorf, L. Schwann.
1705. Piel, P. Opus 53. Litanei vom süssen Namen Jesu. Für 4 stim. Männerchor. Düsseldorf, L. Schwann.
1706. Piel, P. Opus 546. Litanei zum h. Herzen Jesu. Für 4 stim. gemischten Chor.

Düsseldorf, L. Schwann.

1707. Piel, P. Opus 66. Vesperae et completorium officii parvi B.M.V., juxta cantum Antiph. Rom., organo com. additisquo Psalmis et Cnnticia trium vocum in falso bordone. Düsseldorf, L. Schwann. (1890).
1708. Piel, P. Opus 77, Litanei zu Ehren des H. Joseph, für 2 oder 3 gleiche Stimme mit Orgel- oder Har-moniumbegleitung, Düsseldorf, L. Schwann.
1709, Piel, P. Opus 86. XIV Offertoria in featis B.M.V., ad tres voces aequales cum organo. Heft 1 amp;nbsp;2, Düsseldorf, L. Schwann.
1710. Piel, P. Opus 87. Drei Hymnen zur Verehrung der h. Familie J M J.

Ausgabe A. für 4 st. gern. Chor (S. A. T. B ).

* nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;B. für 4 st. Älännerchor.
• nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;C. für 2 gleiche St.

Düsseldorf, L, Schwann.

1711. Piel, P. Opus 90. Litanei zum h. Herzen Jesu, Choralweise mit Orgelbegleitung

Düsseldorf, L. Schwann.

1712. Pierry, J. Tantum ergo, tenor et basse.

Zie; Repertoire des Maitrises, No. 297.

1713. Pietro, Stanislaus di. JEx altari tuo Domine (Tenor! ovvero Sopran!).

Rex Christe clementissime (Basso).

Motetti A® 1864. Roma.

-ocr page 61-

1714, Pietro, Stanislaus di, S. J. Mottetti ; SaluHs humanae Saior, Soprani ovvero ïenori, Basso e Organo. Discite a me, Soprano e Organo. Roma, 1864.

1715. Pietro, Stan, di. Tantum ergo, a Tenore e ba^’so con accomp. di cori a quattro voci, Roma 1866,

1716, Pietro, Stan. di. Tantum ergo, a Solo Tenore con accompagno di cori a quattro voci. Roma, 1866.
1717. Pietro, Stan. di. La vergine invitta. Inno Popolare. Roma, 1866. Litogr. Ferriui.
1718. Pietro, Stan, di. Dio sia t)enedetto, Coro di Soproni - coutralti - Teuori e Bassi, posto in musica. 1868, Roma.
1719. Pietro, Stan. di. Done Pastor. Mottetto Pastorale a Coro di Soprani e Contralti. — Lux alma Jesu , Mottetto a Solo Tenore con aecompagn. d’Organo.

Roma, Litografia Tiberina.

1720. Pietro, Stan. di. O quam sttavis est, Mottetto a Tenore o Basso. — Jesu quern velatum , Mottettum a Coro per quattro voci. — Inveni quern diligit anima mea , Mottetto a Solo Tenore, Cori aecompagn. d’Organo. Roma, Lithogr. Tiberina.
1721. Pietro, Stan. di. Litanie a tre voci con accompagno d’Organo, Fascieolo I®. 1868, Roma. Litografia Tiberina.
1722. Pietro, Stan. di. Il Mese di Maria, cauzonette porte in musica. Fascieolo 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8.

Roma (1869). Litogr. Tiberina

1723. Pietro, Stan. di. Due Mottetti. — O salutaris hostia, per Basso. — Cibavit nos, per Soprano e contralto, con accompagnamento d’Organo.

Roma, 1870. Litogr. Luciani.

1724. Pietro, Stan. di. Oremus pro Pontifice nostro Pio. Motetta a tenore solo , con eoro a quattro composto. 1871, Roma. G. Marietti.
1725. Pietro, Stan. di. Dio sia benedetta, per Tenore e Cori, a quattro. Roma, 1872. Litogr. Luciani.

2« Edizione.

1726. Pietro. Stan. di. Oremus pro Pontifice nostro Pio, in tre melodie a Solo Tenore, a Tenore e BasSo, a due Tenori e Basso composte. A“ 1873, Roma.
1727. Pilland, Jos. Opus 53. Litaniae Lauretanae, für gemischten Chor (4 voc.) mit Ürgelbegl. Regensburg, 1906. A. Coppenralh,
1728. Pirenue, Jean. O salutaris, Solo et Choeur, à 3 voix.

Zie : Pépertoire des Maitrises, No. 283.

1729. Plag, Joh. Opus 40. Die complet für vierstim. Männerchor. Düsseldorf, L. Schwann, 1904.
1730. Planque, Abbé. Recueil de Faux-Bourdons suivant l’édition de Reims et Cambrai et autres chants à l’usage des Diocèses qui suivent la liturgie Romaine, et du Diocèse d’Arras.

Arras, Planque amp;nbsp;Co. 1873.

1731. P 1 h a k , G. Opus 3. Responsoria ad lectiones I. Noct. Ofl‘. Defunct., 4 vocibus imparibus cant.

Düsseldorf, L. Schwann.

1732. P 0 n t e n , J. S. Qiiem dicunt homines, voor S. A. T. B. met orgel. St. Oregorius-Plad, 1887. Haarlem, St. Jacobs-Godshuis.
1733. Ponten, J. S. Hymnus Te Deum laudamus , ad 2 voces aequales cum Organo vel Harmonie sine Pedale. Zwollae, J. M. W. Waanders, 1907,

1734. Ponten, A. Opus 18. Hymnus Te Dezim laudamus, ad V voces inaequales comit. Organo.

Düsseldorf, L. Schwann, 1906.

1735. Pozzolo, Bartolomeo. Pange lingua, Tantum ergo, per Contralti, Tenori e Bassi sul canto Grego-riano con accomp. d’Organo.

Torino, M. Capra, 1898.

1736. Pozzolo, B. 4 Cori popolari sacri a tre voci sole eguali (anche per processioni).

1. Ace maris stella. 3. Pange lingua.

'2. Requiem. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4. Vexilla régis.

Torino, M. Capra, 1898.

1737. Pozzolo, Eusebio. Tre Tantum ergo, per coro ad una voce con accomp. di organo.

Torino, M. Capra.

1738. P r a t e 11 a , F. B a 1 i 11 a. Opus 25. Pcce sacerdos magnus , ad chorum duarum vocum virilium (T. B.), organo comitante.

Torino , M. Capra.

1739. P r i n 8 , F. P. d e. O gloriosa, à 2 voix avec, accomp. d’orgue de Ch. H. Rinck, arrangée.

Zie ; Répertoire des Maîtrises, No, 43.

1740a. Prins, F. P. de. Verlfum siipernum. Choeur à 4 voix d’homme de Ch. H. Rinck, arrangée.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 58.

1740Ô. Prius, F. P. de. O salutaris. Choeur à 4 voix de Ch. H. Rinck, arrangée.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 98.

1741. Procureur, Nicol. Lux in Tenebris seu Festiva Cordis Jucunditas in concentu hoc Musico proposita, unà, duabus amp;nbsp;Tribus vocibus cum Instrumentis.

Antverpiae, H. Aertssens, 1609.

1742. Publication aelterer praktischer und theoretischer Musik-Werke vorzugsweise des XV und XVI Jahr-hundert’s. Herausgegeben von der Gesellschaft für Musikforschung. Verlag von M. Bahn. Berlin, 1873 a. f.

I Band. Ein Hundert fünfzehn weltliche u. einige geistliche Lieder mit deutschem, lateinischem, französischem u. italienischem Text zu 4, 5 und 6 Stimmen gesetzt von den bedeutendsten Meistern des XV u. XVI Jhts gesammelt u. in 1544 zu Nürnberg herausgegeben von Johann Ott. Neue Ausgabe in Partitur..... nebst eine Einleitung von Rob. Eitner, L. Erk und Otto Kade. Berlin, M. Bahn, 1883

IV Baud. Einleitung, Biographieen, Melodieen und Gedichte zu Johann Ott’s Liedersammlung van 1544, betitelt : Hundert und fünfzehn guter neuer Liedlein mit vier, fünf, sechs Stimmen etc., von den berühmtesten dieser Kunstgewrocht. Neue Ausgabe in Partitur, 3 Baude in gr. Folio, hergostellt von R. Eitner, L. Erk und 0. Kade.

Berlin, W. 1876. Liepmannssohn.

V Band. Musikalische Spicilegien über das liturgische Drama, Orgelbau und Orgelspiel das ausserliturgische Lied und die Instruuiental-musik des Mittelalters, von P. Anselm Schubiger.

Berlin W. 1876. Liepmannssohn.

VI Band. Joaquin Depres. (Jodocus Pratensis) 1440 oder 50 bis 1521. Eine Sammlung ausgewähter Kompositionen zu 4, 5 und 6 Stimmen bestehend in 1 Messe, (missa Vhomme armé super voces musicales}. Motetten , Psalmen und Chansons in Partitur gesetzt u. mit einem Klavierauszuge verzehen unter Mitwirkung von Raymund Schlecht und Rob. Eitner, veröffentlich von Fr. Commer.

Berlin, Leo Liepmannssohn, 1877.

-ocr page 62-

VII Band. Johann Walther (149G—1570) Wit-tembergisch Geistlich Gosangbnoh von 1524, zu 3 , 4 n. 5 Stimmen. Neue Partitur-Ausgabe nebst Klavier-auazug von Otto Kade. Berlin. T. Trautwein, 1878.

VIII Band. Heinrich Finck, (15 Jahrhundert). Eine Sammlung ausgewählter Kompositionen zu 4 und 5 Stimmen, bestehend in deutschen geistlichen und weltlichen Liedern, Hymnen und Motetten, nebst sechs Tonsätzen von seinem Grossneffen Herman F i n c k (1537—1558). In Partitur gesetzt und mit Klavierauszuge versehen von Rob. Eitner.

Berlin, T. Trautwein, 1879.

IX Band. Echart Oegli n’s Liederbuch, zu 4 Stimmen Augsburg, 1512. Neue Partitur-ausgabe Text u. Musik nach den Quellen hergestellt von R Eitner u. J. J. Maier. Berlin, T. Trautwein, 1880.
X , XII, XIII Band. Die Oper von ihren ersten Anfängen bis zur Mitte des 18 Jahrhunderts. Nach den Quellen hergestellt u. mit einem ausgesetzten Generalbass versehen von R Eitner.

Berlin, T. Trautwein. Theil I: 1881. Theil II: 1883. Theil III : 1885.

XI Baud. Sebastiann Virdung. Musica ge-tutscht und ausgezogen durch S. Virdung, Priesters von Amberg und alles gesnng ausz den noten in die Tabulaturen diser benanten dryer Instrumenten der Orgeln, der Lauten und der Flöten transferieren zu lernen. Kurtzlich gemacht zu eren den hochw. Fürsten und herren hen* Wilhalmen. Bischowe zu Strasz-burg, 1511. Autographirten Umdruck.

Berlin, Robert Eitner, 1882.

XTII Band. Michael Praetorius’ Syntagma. Tomus secundus de organographia, Darinnen Aller Musicalischen Alten und Newen, sowol Auszländischeu, Barbarischen , Bäwrischen und unbekandten, als Einheimischen , kunstreiclien , Lieblichen und bekandten Instrumenten Nomenclatur, Intonation unnd Eigenschafft, sampt deroselben lusten Abrisz und eigentlicher Conterfeying. Dann auch der Alten und Newen Orgeln gewisse Beschreibung etc. Wolffenbüttel bey Elias Holwein, 1618.

Neuer Abdruck. Berlin, 1884, Trautwein.

XV Band. Hans Leo Hassler. 1601. Lustgarten. Eine Sammlung deutsche Lieder , zu 4 , 5 , 6 und 8 Stimmen, nebst elf Instrumenfalsätzen. Neue Ausgabe in kleiner Partitur aus den Quellen hergestellt von Fr. Zelle.

Leipzig , Breitkopf amp;nbsp;Härtel, 1887.

XVI Band. Glare a ni Dodecachordon. Basileae MDXLVII. Uebersetzt und üebertragen von Peter Bohn.

Leipzig, Breitkopf amp;nbsp;Härtel, 1888.

1743. Quadflieg, Jak. Opus 15. Drei lateinische O.ster-motetten : 1. Victimae paschali 2. Terra tremuit 3. Angelu-i Domini; nebst einem Lange ïinguaixve 4-8t. Männerchor mit oblig, Orgelbegleitung.

Ratisbonae, F. Pustet, 1900.

1744. Quadflieg, Jak Opus 17. Hymnus Ss. Ambrosii et Augustini Te Deum ïnudamus^ für 4-st. gemischten Chor, abwechselnd mit Choralstrophen.

Ratisbonae, F. Pustet, 1902,

1745. Quadflieg, Jak. Opus 24. Sieben Offertorien zu den llauptfesten der Muttergottes nebst einem Lange lingua, für eine Ober- und eine Unterstimme mit obligater Orgelbegleitung.

Regensburg, F. Pustel, 1904.

1746. Quante, Bern. Caecilia. Sacri Cantus quatuor paribus vocîbus concinendi.

Monasteriî. A. Coppenralh, 1860.

1747. Quoynte, Lud. le, S. J. Opus 6. Psalmi coucer-tnti, à 1, 2, 3, 4, 5 voci con 4, ô .5 itromenti.

Anversa, H. Aertssens, 1104.

1748. Randhartinger, B. Gesänge der heil. Liturgie mit Beibehaltung der von dem Vorsänger der griechischen Kirche zur heiligen Dreifaltigkeit Johann Ch. N. Chaviara, angegebenen Original-Melodien (mit willkührlicher Begleitung des Piano-Forte) (met griek-schen tekst). Wien, M. Lell.
1749. R a s p i n i , S a c. Carlo. Ave maris stella nbsp;nbsp;per

coro ad una voce con accomp. d Organo.

Torino, M. Capra.

1750. Ravanello, O. Opus 33 n» I. Tantum ergo, ad chorum duarum vocum virilium (T. B.) , organo co-mitante. Torino. M. Capra
1751. Ravanello, O. Opus 33 n® 2 Tantum ergo, ad chorum duarum vocum virilium (T. B.) , organo co-mitante. Torino, M. Capra.
1752. Ravanello, O. Opus 35 n® 1. Ps. 115. Credidi propter quod, ad chorum duarum vocum aequalium organo comitante. Torino, M. Capra.
1753. Ravanello, O. Opus 35 n® 2. Ps 121. Laetatus sum, ad chorum trium vocum virilium organo comit. Torino. M. Capra.
1754. Ravanello, O. Opus 37. Otto Motletti ad una ed a due voci con accomp. d organo.

Milano. Calcogr. Mus. Sacra.

1755. R a V a n e 11 o , 0. Opus 66. Secunda Anthologia vocalis (liturgica). 122 Cantica sacrä tribus vocibus aequal (C. 1 2A. vel T. 2B ) ex auetoribus anti-quis ac modernis

Torino, M. Capra.

1756. Ravanello, O. Opus 73. Quatuor faciles hymni de SS. Euch. Sacramento ad chorum uniiis vocis mediae vel quatuor vocum inaequalium (C. A. T. B.) organo vel harmonio ad lib. comitante.

Torino, M. Capra.

1757. Ravanello, O. Opus 74. Quatuor faciles hymn-de SS. Euch. Sacr. ad chorum duarum vocum aequai lium organo vel harm, comitante.

Torino. M. Capra.

1758. Ravanello, O. Opus 84. Vespers in honor of the blessed Virgin Mary; with Antiphons and Psalms, tor 3 male voices with organ accomp.

New-York. J. Fischer amp;nbsp;Bro.

1759. Ravanello, 0. Opus 846. Four Antiphons to the B. V. M., for Tree Male voices, Ten. 1 , 2. Bass, Organ (ad lib.).

New-Vork , Fischer’s octavo Edition of Catholic Church Music, n® 2970. A® 1906.

1760, Rathgeber, Valentino, Ord. S. Ben. Opus 1. Octa va Musica clavium octo musicarum in missis octo musicalibus, à 4 vocibus C. A. T. B., II Violinis amp;nbsp;duplici Basso continuo.

Augustae Vindelicorum, Jac. Lotteri. 1721.

1761. Recueil de Motets à trois voix notes en plain-chant mesuré pour l’usage des églises de la campagne. Par un doyen du Diocèse de Namur.

Liège, V. Verlioven-Debeur, 1859,

1762. Recueil de Litanies, à 1, 2, 3 et 4 voix, pour les Fêtes de la S. Vierge, les saints et autres offices de l'Eglise

Liège, L. Grandmont-Donders.

-ocr page 63-

1763. Recueil de musique d’église, de divers auteurs ré- i nommés d’une exécution facile , consistant en messes , motets et saluts à une et plusieurs voix , avec acc. d’orgue. Gand, Gevaert.

Zie No. 1000, Afissen.

1764, Remondi, Rob. Opus 53. Tantu.m ergo, a due voci pari con accomp. d’organo.

Torino, M. Capra, 1898,

1765. Remondi, Rob. Opus 55. Litanie della B. V. Maria, a due voci eguali con organo ad lib.

Torino, M. Capra, 1897.

1766. Renner, Jos. Opus 35. Auferstebungslieder, 8ur-rexit pastor bonus — Aurora caelum purpurat — Tantum ergo^ für S. 1, 2. A. (oder Tenor) , B. (obligat) mit 4 stim. Blecbbegl. oder Orgel (nicht obligat).

Ratisbonae, F. Pustet, 1886 en 2*’ Auflage, 1900.

1767. Ronner, Jos. Zwei Miserere und zwei Stabat mater, für S. A. T. und B., mit oder ohne Orgel, oder für eine Singstimme mit Orgel.

Regensburg, A. Coppenrath.

1768. Renardy, J. D D. Da pacem, Choeur à 3 voix. Zie : Repertoire des Maîtrises^ No. 128.

1769a. Repertorio Economieo di Musica sacra compi-lato dalle opere dei più eelebri autori antichi e mo-derni.

Anno III 1879, vol. 2» Musica per canto. Vol. 3« Musica per organo solo. Milnno.

1769Ä. Répertoire des Maîtrises. Collection de musique d’église avec accomp. d’Orgue.

Liège, V*. Muraille.

No. 1 en volgende zie de afzonderlijke namen der componisten.

1769c. Repertorium Musicae sacrae ex auctoribus sae-culi XVI et XVII collectum et red actum a Dr. F X. Häberl. Regensburg, Pustet, 1886 et sequ.

Zie de K»« 202, 413.

1770. Reyniers, W. J. Cantica Sacra decera tribus vo-cibus aequalibus cantanda coraitaute Organo vel Harmonie.

Amstelodami, A. Roothaan, 1878.

1771. Reyniers, W. J. Cantus Sacri duodecim ad duas voces aequales comit. Organo vel Harmonie.

Tilburgi ; W. Bergmans

1772. Reyniers, W.J. Graduale, Offertorium, Communie | Missae pro Sponso et Sponsa; ad tres voces aeqna- !

los comitante Organo vel Harmonio.

Tilburgi, W. Bergmans, 1905.

1773a. Riccio, Tbeod. Ribera me Domine, 5 voc.

Zie: Cowmer., Musica Sacra. Tom. XIX.

17736. Rieder, Al. Offertorien.

Zie: Musica Eccles. Diöc. Rrixen. Lief. 1. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;!

1774. Riga, Fr. nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;coeZi, Choeur à 4 voix d’hommes

avec accomp. d’Orgue ou d’Orchestre.

Paris, J. B. Katto,

1775. Riga, Fr. Musique d'église. Salve Regina., pour Tenor, Baryton et Basse ou 3 voix égales, Bruxelles, J. B, Katto.
1776, R i g h i n i. Jesu mi, a 2 voix.

Zie : Recueil de musique d’église. Année III, Livr. 5-6.

1777. Rochet. F. Ave Maria, pour Tenor avec accomp, d’Orgue, iège. V^e L. Muraille.

1778. Rôder, G. V. Vesperpsalmen für alle Feste des Jahres, nebst den Antiphonen der vier Kircheuzei-ten, für Chor und Soloätimmen mit Begleitung von Violinen , Altviolen , obligater Orgel und Bässen , dann einer Flöte, Clarinetten, Hörnern, Trompeten und Pauken, als Füllstimmen.

Würzburg. Verlag der Verfassers.

1779. Roeraele, G. J. D. Ave Maria, Solo met orgel of piano.

Zutphen : D. H. Koning.

1780. Röwer, Basil., O, F. M. Opus 4. Litaniae de Ss. Corde Je»u , ad 3 voces aequales, concom. Organo vel Harmonio.

Düsseldorf, L. Schwann, 1906.

1781. Romberg. A n d r. Opus 55. Te Deum laudamus , Francisco I. Auslriae Imperator! dcdic., ad 4 voc. inaequ. cum organo et instrumentis.

Bonae et Coloniae. N. Simrock.

1782. Rossi, J. Opus 65. III Tantum ergo., (Tertia series), ad Chorum duarum vocum acqualiuin, Organo vel Harmonio comitante.

Torino, M. Capra.

1783. Rossini, G- Stabat Mater., pour deux Soprani, Tenore et Basso et Choeur , à 4 ou 5 voix , avec accomp. de Piano, par T. Labarrc, Mayence, fils B Schott.
1784. Rot el la, Pasquale La. Range lingua e Tantum ergo, ad Chorum duaruni vocum aequaliurn (puerorum vel virilium), Organo comitante.

Torino, M. Capra.

1785. Roy et. Lamb. Opus 2. Corona sacra contiuens Mott., à voce Sola tum ctiam à 2 , 3, 4 voc. amp;nbsp;iuslrum.

Antverpiae, H. Aertssen, 1690.

1786. Rupes. Georges. Ave Maria, Duo.

J. B. Katto, Paris.

1787. Rupés, Georges. O Salataris (Solo et Orgue).

J. B Katto, Paris

1788a. Sacchini. Da pacem, 2 voix.

Zie : No. lOOO. Recueil de musique d'église. Année in. Livr. 5-6.

17886. Sacchini. Salut Solennel, à 3 voix et Solo.

Zie : No. 1000. Recueil de musique d'église. Année II, Livr. 5-6.

1789. Sait er io Sacr o-H i s p a u o. Publicaciou continua de obras do musica religiosn. Fdiciones seix.

Entr. 6, Seccion 3, dirigida por D. Felipe Pedrell.

Barcelona, 1883.

1790. Santner, Cari. Sammlung leicht ausführbarer katb. Kirchenmusik, herausgegeben von Salzburger Caecilien-Vereine. VII Jahrgang,

Lieferung 1 , 2. Range lingua und IV Motetten zum Gebrauche bei der Prozession am h. Fronlieh-namsfeste, für 4 Singstimmeii (Orchest), 2 Tromp, in Es, 2 Hörner in Es , 3 Pos. und willkührlicher Orgelbegleitung.

Lieferung 3, 4. IV Gradualien und Offertorien, für 2 Singstimmen mit Orgelbegleitung.

Regensburg , J. Seiling.

1791. S c h a e k e n , J. H. Musique Sacrée, à 1, 2, 3 et 4 voix d’homme avec acc. d’Orgue ou Harmonium.

No. 22. Ecce panis, Solo de Tenor ou mezzo Soprano.

No. 23 Sub tuum praesidium, à 4 voix, Liège, V®. Muraille,

-ocr page 64-

1792. Schacken, J. H. ßeata es, Virgo ^[aria , Anti-phoon voor Magn. in de 1* Vesp. van bet Rozen-kransfee^t, voor 8 stemmen, inhoudende een 4-st. canon, opgelost door onderkwint en onderoctaaf.

St. Gregorius-Rlad, 1901. Haarlem , St. Jacobs-Godshuis.

1793. Schaeken, J H. To Deum laudamus, à 4 voix d’homme avec accomp. d’Orgue.
1794. S c h a i k , A n t b. J. van. Opus 2. 7b^a pulcHra es Maria, caiiticiim quatuor vocibus aequalibus adapt, concinentibus Organis.

Ultrajecti, L. Roothaan, 1869.

1795. Schaik, J. A, S. van. Suffragium B. M.V. Sancta Maria, ad 4 voc. inaequ. S. A. T. B.

Uitgave St. Gregorius-Rlad, 1891.

1796. Schaik, J. A. S. van. 3 Cantica ad 4 voc. inae-quales, S A. T. B.

1. Range lingua.
2. Vexilla regis.
3. O vos omnes.

Uitgave «S'/. Gregorius-Glad, 1891

1797. Schaik, J. i\, S. van. multos annos, Cantus Jubilaris. C. A. T. B.

Uitgave St. Gregorius-Rlad, 1892.

1798. Schaik, J. A. S. van. Hymnus Te Joseph celebrent. lo. voor 3 mannenst. met orgel.

2°. voor 3 jongens (vrouwen) stemmen met orgel. Uitgave St. Grcgorius-Rlad, 1895.

1799. Schaik, J. A. S. van. Cantioncs ad Processionem in festo Purification^ B. M. V., Cantus, Tenor, Baryton et Bassus

Uitgave St. Gregorius-Rlad, 1907.

1800. Scarlatti, Ales. Tu es Petrus , für 2 Sop. , 2 Alt. und Bass.

Uitgave Musica Sacra , tom. III. Sammlung der besten Meisterwerke des 16 , 17 und 18’'* Jhts. für 4—8 Singst., herausgegeben von Fr. Commer.

Berlin, Ed. Bote amp;nbsp;C. Bock

1801. Seiler, Jozef. Chorus ecclesinsticus, d. i. Sammlung gediegener 3 — 8 Stimmiger Kirchengesänge aus alter und neuer Zeit.

Erste Lieferung Trier, 1871. Fr. Lintz,

1802. S ch click en 8 , G. Tn te speravi, Offertorium van de Mis voor Bruidegom en Bruid, voor 4 mannenstemmen en orgel.

Uitgave St. Gregorius-Rlad, 1897.

1803. Schenk, H. D. Offertorien für die höchsten Festen. Zie : Musica Eccles. ])iöc. Rrixen, Liefer. 18
1804. Schenk, A. D. Litaniae lauretanae, quatuor vocura (S. A. T. B.) Orgnno comitante.

Regensburg. Jozef Seiling

1805a. Schenk, A. D. Te Deum laudamus, choral abwechselnd mit zweist. Frnuenchor (Bass ad lib.) und Orgel.

Regensburg , J. Seiling

1805J. Schenk, Johan. Scherzi musicali per la Viola da Gamba con Bas'^o, continuo ad libitum.

Opnieuw uitgegeven door Dr. Hugo Leichtentritt. Uitgave XXVII der Vereen, voor TT.-Nederl. Mu-zielcgeschiedenis, Amsterdam, J. Müller, 1907.

1806. Scherer, Cbr. Opus 4, Laudetur SS. Sacramen-tum. Neun Gesänge zum allerh. Sakrament für gemischten Chor.

L. Schwann, Düsseldorf, 1906,

1807. Schiedermayer. Domine exaudi, Violon, Solo et Sopr. Zie : Dambillotte, Salut 11«.

i 1808. S c b î ff el s, J o 3. Opus 18. Votiv-Vesper von nllerh. ' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Altnrs-Sakramentc für 4 Männerstimmen.

Düsseldorf, L Sebwann.

1809. Schildknecht, Jos. Dio Offertorien der Advent-; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;und Fastensonntage, für 4 stimm, gemischten Chor,

i nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Aus dem Nachlasse.

i nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Zie : MittereT^ Opus 115.

i 1810. Schildknecht. J. Zwei :Ecce sacerdos magnus zum feiert Empfange eines Bischofs.

No. 1. für 3 Männerst, und Orgel ad lib.

No. 2. für 2 gemischten Chor u. Orgel ad lib.

(Aus desem Nachlasse neu ediert von I. Mitterer).

Regensburg. 1905, A Coppenrath.

: 1811. Schmeils , Pascal. Salve Regina , voor 4 man

nenstemmen

Uitgave 3'^. Gregoriun-Rlad, 1896

1812. Schmei ts , Pascal. Jesu, dulcis memoria , voor ' nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4 mannenstemmen.

: nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Uitgave St. Gregorizts-Rlad.^ 1896.

1813. Schmid, F r. X. Vier Litaneien, für 4 gemischten Stimmen, S. A. T. B. und Orgel.

Zie onder l\îissen, No. 1018—1022.

1814. Schmid, F X Sechs Tantum ergo, für Land-Musikchöre, mit ausgesetzter orgel , Sopran, Alt u. Bass obligat ; Tenor nicht obligat. I u II Heft.

Augsburg. Anton Böhn.

Zie onder Missen, No. 1020.

1815. Schmid, F. X. Offerterien zu den Landmessen, Opus 2, mit 4 Singstimmen und ausgesetzter Orgel.

Augsburg, Anton Böhm.

Zie onder Missen, No. 1018.

1816. Schmidt, Fr. Cantuarium Sacrum Kirchliche Gesänge für eine Oberstimme und drei Männerstimme ; gesammelt und coraponirt von Mitgliedern des Cae-cilien-Vereina des Diözese Münster.

Münster, H. Schöningh.

1817. S c h m i d t, F r. Te Deum, abwechselnd choral- und mehrstimmige Satze , letztere für eine Oberstimme und drei Männerstimmen.

Munster i/W., H. Schöningh, 1882.

1818. Schmidt, Fr. X Cantica Eucharistica.

5 Hymnen bei der Fronleichnamsprozession , für 4 gern. Stimmen.
3 Tantum ergoss, für 4 gern. St.
1 Tantum ergo, für 4 Männerst.
1 O Saluiaris, für 5 gern. St.

Münster i/W., Asebendorf, 1901.

1819. Schmidtkonz, Max, Litaniae lauretanae, ad 4 voces aequales (sine organo).

Ratisbonae, F. Pustet, 1896.

1820. Schneider, F, Ave Maria, à 3 voix.

Zie: Repertoire des ^^aitrises, No. 142.

1821. Schöllgen, W. Opus 7, Complet für 4 st. gemischten Chor.

Düsseldorf, L. Schwann.

1822. Schöllgen, W. Opus 10. Canticum B. M. V. Magnificat (tonus VÎII).

Ausgabe A. für 2 gleiche St. mit orgel.

* nbsp;nbsp;nbsp;B. für 4 st. gemischten Chor.
quot; nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;C. für 4 st. Männerchor.

Düsseldorf, L. Schwann, 1902.

1823. Schöllgen, W. Opus 11, Complet für zw’oi gleiche Stimmen (Frauen-oder Kindcratimmen) mit Begleitung der Orgel oder des Harmoniums.

Düsseldorf, L. Schwann, 1903.

-ocr page 65-

1824. Sch öligen, W. Opus 13. Completorii Paalrni ad 2 voces inaequales organo vel harrnonio comitante.

Düsseldorf , L. Schwann, 1907.

1825. Schoofs, F. O Salutaris^ à 2 voix.

Zie : Répertoire des Maîtrises^ No. 21.

182ß. Schoofs, F. Maria, h. 3 voix.

Zie : Répertoire des Maitrises, No. 50.

1827, Schoofs, F. O Cor, amoris, Solo et Choeur à 3 voix d’homme.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 349.

1828. Schoofs, F. Ave rerum, à 3 voix d’homme.

Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 350.

1829. Schoofs, F. Ave Maria^ Solo et Choeur à 3 voix. Zie : Répertoire des Maitrises,^ No. 351.
1830. S c h U 1 iî, J O s. Opus 1. Quatuor Antiphonae B. M. V. , nebst Ave Maria, für S. A. T. B.

Regensburg, Jos Seiling.

1831. Seiler, Jozef. Chorus ecclesiasticus, d. i. Sammlung gediegener 3—8 stimmiger Kirchengesänge aus alter und neuer Zeit, 1« Lieferung.

Trier. Fr. Lintz, 1871.

1832. Simon, H. Motetten uit eene verzameling : bladz.

1—16. nbsp;nbsp;nbsp;No. 1. Tantum ergo.

'• Quam dilecta.
'' 3. Ave Maria.
quot; 4. Alma Redemptoris, vqov 3 gern, stemmen en orgel, Sopr., Ten., Bas.

Bladz. 86—95, No, 1. Tide humilitatem. meam, - ‘2. yune dimiiiis, voor 3 gemengde stemmen en orgel, Sopr., Ten., Ba.^.

1833. Singenberger, J. Cantus in hon. Ss. Cordis ot Nominis Josu et pur. Cordis B. M. V.

Mit einem Vorworte von Fr. Witt, für 4 st. gemischten en 4 st. Männerstimmen.

Regensburg , F. Pustet, 1876.

1834. Singenberger, J. Oremus pro Pontifice Nostro. Festgesang bei kirchl. und weltl. Feierlichkeiten für 4 st. gemischtsn Chor mit Orgelbegl. Zweite Auflage.

Regensburg, K. Pustet. 1897.

1835. Singenberger, J. Responsorium Rcce sacerdos magnus, ad 4 voces mixtas organo comit.

Rntisbonae, F. Pustet, 1897.

1836. Singenberger, J. Die Kirchlichen Oesänge beim Begräbniss von Erwachsenen und von Kindern nach der Rit. Rom. , mit 2, 3 oder 4 st. Falsi-bordoni , für Kinder- resp. gemischten oder Mannerchor.

Regensburg, F. Pustet, 1899.

1837. Singenberger, J. Two Veni Creator. Four Mixed voices.

New-York , Fischer’s octavo edition of Catholic Church Music, No. 2873. A® 1906.

1838. Sinzig, P , O.F. M. Opus 6. Litoniae Ss. Cordis Jesu, ad 2 voces aequales Organo vel Harmonio , comitante ad libitum.

Düsseldorf, L. Schwann. 1902.

1839. Smits, w. Magnificat in Es , Ten. 1,2, Basso et Organo.
1840. Speier, Wilh. Opu.s 11. Religiöse Gesänge für vier Singstiramen mit Begleitung der Piano-Forte, (S. A. B. 1, 2). 2^«® Werk der 4 st. Gesäuge.

Offenbach a/M., Joh. Andre.

1841. Spiess, M e i n r., O. S. B. Opus 6. Hyperdulia musica „Hoc est”; VTII Lytaniae Lauretanae de B. V. M., suaviter ac graviter decantandae à 4 vocibus, C. A. T. B. , 2 Violinis, 2 Violis, Violono, Basso , 4 Ripienis : quibus ultimo Loco ädjungun-tur Lytaniae de ven. Sacramento.

Augustae Vindelicorum, 1726.

1842. Stadler, Max. Abbe. Zwölf Psalmen David’s nach Mendelsohn’s Ueber.setzung, für eine und mehr Singstimmen mit Begleitung der Piano-Forte in Musik gesetzt. Wien, P. Mechetti.

1843' Stehle, J. G. E. Opus 68. Respons. Si quaeris miracula (vom hl. Bonaventura) , für 3 gleiche St.

Düsseldorf, L. Schwann.

1844- Stehle, J. G. E. Opus 69. O gloriosa Domina. Lieblings-Hymnus des hl, Antonius, für 3 gleiche Stimmen. Düsseldorf, L. Schwann.
1845- Stehle, J G. E. Zwei Hymnen: a} zu Ehren des hl. Ignatius; J) zu Ehren des hl. Xaverius , für vierstim. Chor, Ausgabe für Männerchor (T. 1,2. B. 1, 2). Regensburg, J. Seiling.

1846lt;ï. Stehle, J. G. E. Floren paradisi. Sammlung von Gesängen zu Ehren des h. Aloysius v. Gonz., in original-compositionen von Jaspers, Koenen, Schmidt, Stehle, A. Wiltberger und F. Witt.

Regensburg, Jos. Seiling.

1846J. Stehle, J. G. E. yiagnificat.^ ad 3 voces aequales com Organo

Düsseldorf, L. Schwann, 1908.

1847. Stein, Josef. Opus 79. Litaniae Ss. Nominis Jesu (leicht ausführbar) , für S. A. T. B. und Orgelbegl.

Düsseldorf, L. Schwann.

1848. Stollewerk, Joseph. Litanei zum h. Herzen Jesu, für 5 gleiche Stimmen (drei und zweistimmigen Chor) mit Orgel- oder Harmoniumbegl.

Queulen-Metz, 1899.

1849- Stollewerk, Jos. Magnificat. 22 lateinische und deutsche Kirchliche Gesänge , für gleiche Stimmen mit und ohne Orgelbegl.

Queulen-Metz, 1899.

1850. Strubel, Jac. Opus 39. Litaniae latirelanae , für S. A. T. B. mit obligater Orgelbogleitung.

Düsseldorf, L. Schwann.

1851. Strubel, Jac. Opus 40. Vesperae votivae de B. M. V. per annum, für 4 st. gemischten Chor.

Dü.sscldorf, L. Schwann.

1852. Strubel, Jac. Opus 47. Responsoria ad Ï. Noc-turnum matutini in Triduo Hebd. majoris, 4 vocum aequalium.

Ratisbonae, F. Pustet, 1899.

1853. Surs um Corda. XVIII Cantus variae ad tres voces inaequalea (Altum, Tenorum et Bassum) cum Organo a divorsis auctoribus Neerlandicis compositi.

Tilburgi, W. Bergmans, 1907.

1854. Sweelinck. Jan Pieterszn. Werken uitgegeven door de Vereeniging voor Noord-Nederlands Muziekgeschiedenis. Deel I en volgende.

'z Gravenhage, M. NijhofT, 1894.

1855. Toresius a S. Maria. Opus 3. Litaniae S. Nominis Jesu, ad 4 voces inaequ. Organo com.

Ratiabonae, F. Pustet, 1885.

1856. Tinei, E. Musique d’église.

No. 1. Christum Regem adoremus, de Casali (A. T. B. amp;nbsp;Org.).

No. 2. Salve Regina, de Martini (T. T. B. amp;nbsp;Org.). - 3. Opus 31. Trois Motets à la S. Vierge.

(S. A. T. B. amp;nbsp;Org.).

No. I«’ Ave Maria, No. 2« Regina coeli. No. 3° Avc Regina coelorum. Bruxelles, Schott fr.

-ocr page 66-

1857a. Tinei, Edgar. Ojjus 26. Te Deutn laudamns, S. A. T. B. et Organe Hommage à notre S. Perè Leon XIII à 1’occ. de ses noces d’or sacerd 1837— 1887. Société de S. Grégoire eu Belgique.

18576. Tinei, Edgar. Opus 46. Te Dewm pour Choeur mixte à 6 voix, Orgue et Orchestre. Composé pour le.lt; Fêtes Jubilaire.s du 75* Anniversaire de de l’Iu-dependance de la Belgique 1830—1905.

Breitkopf amp;nbsp;Härtel, Leipzig.

1858. Türcke, Carl Opus 8. Zwei Hymnen zu Ehren der allers. Jungfrau Maria: Alma, Redemptoris Mater und Ave Regina coelorum , für 4 stim. gemischten Chor. Fulda, Alois Maier.

1859a. Uy lings, H u b. J. 1er Salut solennel.

1. Jesu dulcis memoria^ T. 1, 2. B. 1, 2.
2. Adoro te^ S. A. T. B.
3. Ave Maria^ S. A. T. B.
4. Tantiim erga^ T. 1, 2 ß. 1, 2.

A nderlecht-Bruxelles.

18596. Van Damme, P. J. Te Reum, ad quatuor voces inoequules Orgario comitanto. 1905.

1860a. Vater, Fr. Ant. Opus 3. Cantiones Sacrae Kirchl. Gesänge, ad voces aequales et iuaequales.

Regensburg, Jos Seiling.

18606. Ven, J. A, van de. Q Sacrum pour 3 voix d’homme. Zie : Répertoire des Maîtrises, No. 253.

1861. Vereenigiug voor Noord-Nederlands Muziek-geschiedenis. (Zie No. 531).

Deel I. P. J. Sweelinek. Regina coeVi^ 5 stem.» in partituur gebracht door H. Viotta met biobibliographie door H. Tiedeman. Zie No. 466.

Htrecht, Louis Roothaan, 1869.

Deel II. Oud-Nederlandsche Liederen uit den Neder' lantschen Gedenck-clanck van Adr. Valerius (1626) met toelichting en klavierbegeleiding van Dr. A. D. Loman.

Utrecht, Louis Roothaan, 1871.

Deel III. Jan P. 8 weelinck (1561—1621). Zeven orgelstukken.,. . bewerkt en toegelicht door Rob. Eitner. Utrecht, L. Roothaan, 1875.

Deel IV. Twaalf Geuzenliedjes met de oorspronkelijke wijzen op welke ze in den Spaanschen tijd door onze vaderen gezongen werden ; voor zang en klavier bewerkt door Dr. A. D. Loman.

Amsterdam, J. C. Loman, Jnr. , 1872.

Deel V. Drie Madrigalen van Cornelis Schuijt (1600) , twee chansons van J. P. Sweelinck (1598) ; bewerkt door R, Eitner.

Amsterdam, L. Roothaan, 1873.

Deel VI. Acht zes«stemrnige psalmen van J. P. Sweelinck (1613—1619) , bewerkt door Rob, Eitner , met nieuwe levensschets van den componist, door F. H. L. Tiedeman. Zie No. 469.

Amsterdam, L. Roothaan, 1876.

Deel VII. Chanson van J. P. Sweelinck, 1601. Amsterdam, L. Roothaan, 1877.

Deel Vin. Bloemlezing uit de 52 Sententiae van J. Wanning, 1584, bewerkt door Rob. Eitner.

Amsterdam, L. Roothaan, 1878. Zie No. 562.

Deel IX. Missa Fortuna desperata,, v. J. O b r e c h t, 1503, bewerkt door Rob. Eitner. Zie No. 963.

Amsterdam, Loman, 1880.

Deel X. Oud-Nederlandsche danswijzen,, bewerkt voor vierhandig klavier, door I. C. M. v. Riemsdijk.

Amsterdam, Brix v. Wahlberg.

Deel XÎ. Constantin Huygens. Patliodia sacra et profana en muzikale briefwisseling, bewerkt door prof. Dr. W. J. A. lonckbloet en prof. Dr J. P. N. Land

Leyde, E. .1. Brill, 1882.

Deel XII. Zes vier-stemmige psalmen, van J. P. Sweelinck, bewerkt door Rob. Eitner.

Amsterdam, Brix v. Wahlberg. Zie No. 470.

Deel XIII. Hortus Musicus van Jean Adam Reinken, uitgegeven door J. C. M. v. Riemsdijk. Amsterdam, Algemeene Muziekhandel.

Deel XÎV. Partite diverse Sopra Varia : Schweiget mir von Weiber nehmen, van J. A. Reinken.