KORTE BESCHRIJVING
EENER
ELEC TRIZEER - MACHINE,
MET
GEÏZOLEERDE WRIJVERS, &c.
van een nieuwe Conftructie;
ALSMEDE,
EENIGE PROEVEN MET DEZELVE
GENOOMEN. DOOR
H. L U G T.
Te ROTTERDAM,
bij J. HOFIIOUT & ZOON. M D CC C I.
|
||||
KORTE BESCHRIJVING
EENER
ELECTRIZEER-MACHINE*
MET
GEÏZOLEERDE WRIJVERS, &e*
VAN EEN' NIEUWE CONSTRUCTIE»
ALSMEDE, EENIGE PROEVEN MET DEZELVE
GENOOMEN. i oen ik ïn den jaare 1797 een Stukje uit-
gaf, genaamt theorie der electrici- teit, rustende op proefondervindelijke waarhe- den; waarin de meeste proeven pojttief en negatief befchreeven zijn, hadden zommige proeven en verfchijnzels mij al eenigzints aangetoont, dat de gronde putten, rioekn9 het algemeem water9 de dampkring enz., in A 2 eene
|
|||||
1
|
|||||
(4)
eene minder naauwe betrekking Honden met de
aanvoering der Ele&rike ftof, welke wij door wrijving in beweeging brengen, dan men in het algemeen daar wel van vastfteldej doch de Electrike toeftel, op dien tijd, door mij gebezigt, niet volkooraen genoeg zijnde, om er op te kunnen betrouwen, heeft mij weder- houden om er iets van te zeggen, hoewel ik in pr, 31, er doch ter loops eenig gewag van gemaakt hebbe. Eindelijk hebben mij veel™ vuldige proeven daarvan overtuigt, en doen beiluiten, door den Heer Abr. Hopman, Phi- Jisch Inftrumentmaker alhier, eene Ele&rizeer- siiachine te laten maaken, zo als ik oordeelde tot mijn oogmerk nodig te hebben £ waarvan de zamenftelling is als volgt. De wrijven dezer Machine ftaan horifontaai
en rusten op glafen colommen, en zijn voor- zien, ieder paar? van een koopere bol, welke men in allerïeije richtingen gemeenfchap kan geeven met andere lighaamen» Bo-
|
||||
, ■f'
J
(5)
Ëoven over de kant der fchijf, pp een
afftand van 10 duim, gaat een geboogen koo- perdraat, makende een halve circul, waar van ieder einde fteekt in een der bollen, waar aan de wrijvers gehecht zijn, welke 'alle vier de wrijvers, in een geleidende betrekking met malkander verbinden. De fchijf word vast: gehouden tusfchen twee
palmhouten belegftukken, aan welker één e gecimenteert is, een glafen fpü, lang circa \\ voet, welke omgedraait woréüin een houten bol van zes duimen diameter, rustende mede op een glafen colom. 82 !j fjtn De conduUor-heugel ftaat, met zijn ontfang-
ftukken, in een verticaals (land voor de fchijf; en is mede voorzien van een kopere bol, welke ook, in alïerleije rigtingen, met andere lighaamen gemeenfchap kan hebben, en ftaat ook op een glafen voetftuk. Zie daar in 't kort de zamenftelling dezer
Machine, waar van alles op glas rust, en dus met alle derzelver deelen geïzoleert ftaat. A 3 Dat
|
||||
C 6 >
Dat ik deze Ele&rizeer- machine' eenigzfnts
anders heb moeten f oeftellen, als die, welke door den Heer M. van Marum J's zamenge- ftelt, zal nien nit de volgende proeven zien dat noodzakelijk was, om dat geen, 't welk ik wil aantoonen, er mede te kunnen verrig- ten , wijl ik ze met alle derzelver deelerj volftrekt geïzoleert nodig heb; daar die van zijn E. met den éênen conductor - beugel, welke ngter èo. fchijf ftaat (*), in gemeenfchap met êe:&ap i der houten colom, en metaalen fpü &c. is, waardoor-zij in een voortleidende betrekking met den grond ftaat, en dus niet gefchikt is deze-proeven daar mede te doen, •J:Men fchijnt in ?t algemeen voor eerte vast- geftelde waarheid'aangenomen 'te-hebben, dat ie :grond &c. &c, wanneer die in gemeen- er; -<■• fchap (*) Zie de KONST-.EN letterbode van het
jaar 1791. N° 155, °P ^e regter kant van bladz. 189, de'negende regel van boven af; alwaar van de kopere ioog II. gefprooken wordt. |
||||
(7)
fchap met de wrijvers eener ElecTfrizeer-
machine gebragt worden, er eene aanvoering van Electrike Hof zoude plaats hebben; gelijk ons in de befchrijving' eener Eleétrizeer- machine van J. R. Deiman en A. Paets van Troostwijk op bladz. 8 en 9 word. voorgeftekl: doch wanneer de ontvang-knop, waar op de vonk van den pof. cond. affprong, alleen maar in een geleidende geméenfchap met (zie pag. 14*) de- wn)V^ï-geweest was, zonUerMt geméenfchap met- den ^grcnd en het algemewe water ± de vonk even lang jen fterk zou ge- weest j. zijn ;< als met ;;voorn. geméenfchap; waar van de volgende ' proeven ons gullen overtuigen, ui r.. y.-j-AisJ 'wt /.!■;;; 'Kla^s |
||||||
PROEVE I.
Verbind, of fchroef, een koperdraat met
een knop, jn de" zijdey1'van den koperen bol, welke aan de wrijvers'verbonden is; als mede A 4 een
|
||||||
C 8 )
eert föortgelijke draat en knop, in de zijde
'der .bol, • welke aan den pof. cond. vastzit,
zodanig, dat deze twee draaden, met hunne
knoppen, maikanderen kunnen aanraaken, en
de gedaante van een vierhoek uitmaken: dan
verwijdert men deze tWee knoppen (*) zo
verre van malkander, dat er, met rde uiterpe
kragt der Machine, maar even een vonkftraal
tusfchen beiden kan ovérfpringen. -r- Dit ge-
ichied.in een geïzoïeerden ftaat, zonder met
4e- aarde &c. &c* eenige gemeenfchap te
hebben. Wanneer mén dan de wrjjvers met
-den grond &c. &e//gemeenfchap geeft, dan
neemt de vonkftraal wiet toe in lengte noch
kragt; het welk noodzakelijk gefchieden moest,
indien voorn, gemeenfchap met den grond
&e. &c., de "lïachifte Eleétiike ftof aan-
,T .'■( y ;yf < ■ bragtr
.. ,. ..,,,„..',........ r ,, . . -■•', - «> - ■• r ■■» »
....i;t :.,:;,-.- H;/: (-\.!> K itj'j ' '.. . j ,, ".' ;...'J 'it V
(?) De knoppen aan jnalkander gelaten zijnde, gc-
fchied de circulatie ook, doch onmerkbaar — de af- 'fcheiding doet ze-alleen kenbaar worden-,- '<■*■ i. :\
|
||||
C 9 )
fcragt: maar hier fchijnt flegts eene ciiculatie
plaats te hebben van den pof. cond. tot de wrijvers, of aan die plaatfen van de fchijf, welke zig ieder oogenblik tusfchen de wrij- vers bevinden. Deeze proef, toont aan, dat men, bij het
vonken trekken van eene ordinaire Machine, niet genoeg heeft opgemerkt, dat de tafel9 de houten toeflei der Machine &c, onzigtbaare overbrengers zijn der Eleétrike ftof van den pof. cond. tot de wrijvers, die deze circu- latie onmerkbaar bevorderen, gelijk als deze proef dezelve zigtbaar aantoont; want indien men van een vrij geplaatfte ordinaire Mnchine de vonk wil trekken, men dezelve even goed zal bekoomen geïzoleert ftaande, mits men maar met de andere hand dan de houten toeftel der Machine aanraakt, — Hier uit is dan zeer gemakkelijk te begrijpen, waarom men van een geïzoleerde Machine, geen vonk van den pof. cond. kan bekoomen, nog aan den neg. cond. een vonk mededeelon, als A 5 men
|
||||
C io )
men in geen voortleidende betrekking met de
wrijvers ftaat. — De volgende proeven zullen ons daar nog meerder van overtuigen. |
||||||
PROEVE II.
Plaatst een gewoone bekleedde flesch, met
beweegbaare knoppen aan derzelver binnen en buiten zijde„ zo als ik in voorn, theo- rie op pag, i3, proeve 3, (zie plaat 2,) befchreeven heb, op een volmaakt droog glafen voetftuk; verwijder dan de knop der binnen zijde \ duim, (of naar goedvinden} van de knop der buiten zijde, en geef de binnen zijde gemeenfchap met de knop en draad van den pof. condu&or, en de buiten zijde der flesch met het knop en draad, het welk aan de bol der wrijvers gefchroeft is9 (het welk volgens deze zamenftelling gemak- kelijk kan gefchieden,) dan zal, met een zeker getal omdraaijingen der fchijf, de knop der
|
||||||
( X2 >
éer binnen zijde zïg op de knop der buiten
zijde herftellen. — Geef dan de wrijyers, (en zo gij wilt de buiten zijde der flesch öok,) gemeenfchap met den grond &ct, en de vonk zal in epen nel omwendingen der fchijf overgaan, als zonder voorn, gemeen- fchap. Hier fchijnt de grond &c. ook geen fpoediger laading aan de flesch te bezorgen: dus zou men hier ook weer moeten zeggen, dat er geen aanvoering was, maar flegts een circulatie plaats had (*). |
||||||||
PROEVE III.
Laat de flesch in alle zijne vorige betrek-
kingen ftaan, en neem de gemeenfchap der wrijvers &c., met den grond &c. weg, maar geef dan den pof, conduBor gemeenfchap met den
|
||||||||
(*) De Galvanifche colom, als mede de proeven met
<3e Ele&rophore &c. duiden ook eene circulatie aan. A 6
|
||||||||
, C 12 )
den pond &c„ en de flesch ^ ^ ^ fa
"" "^ '""^dingen der fchijf, als in proef
«. ** hertellen: dus fchijnt de grond &c. ook met aan te neemen; want indien ze aan- nm, dan kon de flesch, 0f in >t geheel ^ ****» worden, of meerder on]draaiji der fchijf „odig hebben, eer zij zig konda iierftèllen; Wij zien dan in proeve i en ,, dat er
geen aanvoering van Ele&ike ftof door den grond &c. plaats heeft, en fa proef 3, dat de grond ze ook niet aanneemt. - Vee- len zuilen deze proeven vreemt, zo niet on, gelooflijk toefchijnen: doch die het ongeloof ** door blindheid omhelzen, zrfllen door deze, of zodanig eene Machine (*) tot kennisfe der waarheid koomen. Tijd en on- he- et Indien rae„ deze proere„ we, be , fchrpWn n , volkomen als met de voor-
tUïievene Machine.
|
||||
C 13 )
fcevooroordeelt onderzoek, zuïlen doen zien
dat ik gelijk heb. Het laaden van bekleed glas, het welk
voorheen altoos duister te verklaaren was, word nu een der eenvoudigfle proeven, wijl men nu ziet, dat er eerst eene berooving der eene zijde moet plaats hebben, zal de andere zijde kunnen gehden worden: want wanneer de eene zijde in een voortleidende betrekking met de wrijvers geftelt moet wor- den, ondergaan, wanneer de fchijf gedraait word, de wrijvers eene berooving; dus moet volgen, dat deze berooving, zo wel tot de buiten zijde der flesch behoort, als tot de wrijvers, uit hoofde der gemeenfchap; welke beroofde ftof, door middel van de fchijf, aan de andere zijde word aangebragt, dus werkt de pofitive zijde niet door afflooting op de andere zijde, om ze negatief te maken, zo als men dit gemenelijk verklaart: maar is aan te merken, als eene overgieting, van de eene tot de andere zijde; doch men moest A 2 voor-
|
||||
C «4 )
voorheen zijn toevlugt wel neemen, om dife
verfchijnfel zodanig te verklaaren, wilde men het laaden van bekleed glas eenigzins begrij- pelijk maaken. Ik heb het onnodig geoordeelt hier eene
geplaatte aftekening der Machine bij te voe- gen , wijl ieder Eleétriciteitkundige de eon- ümëkie eener Machine wel begrijpen kan 9 uit eene befchrijving der voornaamfte zaraen- geftelde deelen, zonder van fchroefje tot fchroefje dezelve voorgetekent te hebben; even als of men geen zamenftelling konde maaken , die niet even goed voldoen zoude, al was ze in alle onyerfchillige zamenzettingen niet even eens als de voorgetekende. Ik meen voor kundigen genoeg gezegt te
hebben, en al wie (*) mij de Eer gelieft aan te doen, de voorn, proeven, als ook de Ma-
|
||||||
(*) Men verfta hier door alleen kundige liefhebbers*
want voor ieder een zou mi] te moeijelijk zijn. |
||||||
C 15 )
Machine, te koomen zien, en mij hunne
aanmerkingen mede te deelen, zal mij wel- kom zijn; wijl mijn doel is, waarheid te zoe- ken en te verbreiden. Indien men deze proeven wil toepasfelijk
maken op de werking dezer ftoffe in de Na- tuur, dan zal men opgeleid worden tot geheel andere denkbeelden, als men tot nog toe daar van gehad heeft, en het nut der afleiders met minder onverfchilligheid aan- zien, als door veele onkundigen hetzelve tot nog toe befchouwt word. -— Ten anderen zou men moeten vragen: Is de Ele&rike ftoffe, in de Natuur, uit zig zelven altoos in een circulaire beweeging; of word er eene tusfchen koomende oorzaak vereischt, om ze in beweeging te brengen? — Dezelve in be- weeging zijnde; wat gebeurt er in de Na- tuur, dat deze circulatie afbreekt, dat ze niet onmerkbaar haar weg kan vervolgen, maar zomtijds genoodzaakt wordt, om, door overfprong van een blixemftraal, tot de plaats, waar
|
||||
C itf )
waar de oorzaak der beweeging (*) gefchied,
te koomen? — Mogelijk dat tijd en onder- zoek ons gelegenheid verfchaffen deze vragen op te ïosfen. |
||||||||
(*) Wij zien hier door deze proeven, dat de Ele&rike
flof, altoos weer tragt naar dat punt te geraken, waar c}e oorzaak van haar beweeging plaats heeft. |
||||||||
#.
|
||||||||
BIT-
|
||||||||
*\
|
|||||||||||
\.
|
|||||||||||
X : \
|
|||||||||||
( 17 )
|
|||||||||||
BIJVOEGSEL,
|
|||||||||||
oen dk ftukje reeds ter^ drukpers -was
overgegeven, verzochten mij eenïge goede vrienden , om het.. onderfcheïd , tusfeheri <$e Ele&rizeer - Macliine "van. den Heef; yan Marum (welke Machine alle lof verdient) en de mijne, wat omftandiger te befdirijvefi* op dat minkundigen in dit vak, 'er ook eenig denkbeeld van mogten krijgen: aan welfcyer? zoek ik door dit bijvoegfel dan tragt te vo3U doen. :A :..._ *Jj De Ele&rizeer- Machine van F. M is*
buiten eenige onverfchilMge zamenzettingen , die niets tot de hoofdzaak doen, genoegzaam als de mijne, uitgenomen in ééne zaak. Die van zijn E. heeft aan de agter kant der
ichijf
|
|||||||||||
C 18 )
fchijf een halfrond gebooge draad, of beu-
gel, het welk in gemeenfchap is met de kap van de houten colom &c.3 waarop de fchijf word omgedraait — daar voor heb ik in de plaats een gebooge koperdraat (*), dat met ieder einde in de bollen fteekt waar aan de wrijvers gehegt, en daar door de vier wrijvers in een mej:aale verbinding gebragt zijn •—« welke wrijvers ook,... tér ; plaatze: daar zulks behoort* met: metaal voorzien zijn —? en mijne fchijf nist op een glafm colom, en wordt ge- draait.ndoorjeen "glafen /pil, -— daar die van zijn E., aan een fpil van gebakken «n ver* lakt-hout vast zit, en op een mahonie-houten colom" rust'— dus b'eftaat hier in alleen het ©hderïcheid, dat zïj#- beugel, welke agteï de fchijf ftaat, het zij ze verticaal of'ho- rizontaal -gezet word", ï altoos in een voortlei- dende gemeenfchap met den grond is -— daar |
|||||||
.(*)Zie bladz. 5; :'-
'Iv'J..'*:
|
|||||||
i
|
|||||||
C 19 )
tnïjn Machine, met alle derzelver deeleti'ge-
ïzoleert ftaat, en met geen eenige, betrek- king met den grond heeft — dus mijne is geheel geïzoleert, en die van zijn E. maar half. — Wanneer men nu proeven met die van zijn E. doet, bevordeit ze de circulatie onmerkbaar, even als alle ordinaire Machines; want wanneer de agterfte beugel de wrijvers aanraakt, dan gaat de ftoffe der vonk, welke men van den voorften beugel afneemt, onmerk- baar ,■■' door de houten colom &c. tot I de wrijvers over — ftaat ze verticaal, en de voor- de beugel is in aanraking met de wrijvers, dan circuleert de Eleörike ftof van de ag- terfte beugel <— die dan pof. is, door' dé voorfte beugel tot de wrijvers; mede door middel van de houten colom &c. — Bus be- ftaat hier het verbeterde iny dat men door mijn Machine, het- misleidende der algemeen veronder/lelde aanvoering van den grond' &C, ont* dekt, en kan aantoonen dat 'er geen aanvoering, maar flegts een circulatie plaats heeft. — In- "> dien |
||||
( io )
dieft van voorn. Machine (van F. M.) de
agterfte beugel wierd weggenomen, en de bollen, waaraan de wrijvers gehegt zijn, door een geboogen koperdraat, op een genoegzamen afftand, over den kant der fchijf heen, te zamen verbonden wierden, dan kan men niet alleen . dezelfde proeven er mede doen als voorheen, (doch op een andere wijze J als men maar de wrijvers daar bij in betrekking neemt r—, gelijk de proeven met mijne Machine te kennen geeven, maar ook de proeven wel- ke hier beièhreeven zijn — de conliruétie van mijne Machine is daarom beter gefchikt als tot nog toe eenig zamenftelfel, om niet al- leen alle proeven er even goed mede te kun- nen doen als met alle anderen Machines, maar ook, om dat zij een geheim in de loopftreek der Electrike ftof duidelijk ontdekt, 't welk ons de vorige Machines niet hebben kunnen aantoonen. Mingeoefende zo wel, als doorleerde Eïeétri-
dteitkundigen ? zullen het onderfcheid der |
||||
C ai )
beide Machines wel bevatten, als mede dé
meerdere volkomenheid en gefchiktheid be- grijpen van de eene boven de andere, om de werking dezer ftof te kunnen ontdekken. De grond &c., wanneer zij in gemeen- schap met een Electrizeer- Machine gefteld word, is dan flegts aan te merken als over- brenger, maar niet als aanbrenger. — Vraagt men nu, waar komt dan de Electrike ftof van daan? dan kan mijn Machine aantoonen, dat alle Electrike ftof, welke wij door wrij- ving in beweging brengen, alleen de Natuur- lijke Elecfrïke ftof is, welke tot het gewree* vene en de wrijver behoort, en ieder vonk, die wij afneemen, direct weer overgaat tot de plaats waar de eerfte oorzaak der beweging gefchied, maar niet eene telkens nieuwe aan- gevoerde ftof van elders is. — Dat dit eene verbazende verandering in de befchouwing der plaats hebbende denkbeelden moet veroor- zaaken, bevat ik zo wel als alle anderen, maar, wijl men verpligt is de waarheid te zoe«< .
|
||||
C 21 )
|
|||||
moeken, en die te behouden, winnen wij er
altoos bij, als wij een e dwaling ontdekt heb* ben, hoe ftrijdig dezelve ook met voorgaande begrippen zijn mag, en zijn verpligt, het oude te laaten vaaren, wanneer het nieuwe ons van onze dwaling kan overtuigen, -— doch dit is eene zwaare zaak, die altoos ftrijd ontmoet. — Indien dit llukje behaagen mag, mogelijk
onderneem ik dan nog, de Ele&rike Ver- fehijnzels, op de grondflelling van een circu- latie, of, met andere woorden, op de neiging die de Ek&rike fiof fchijnt te bezitten, om tot dat punt weder te keeren daar zij in beweeging gebragt word, te verklaaren. Eene ondernee- ming, die ik wel bekennen wil, aan veele tegenbedenkingen zal onderhevig zijn. Maar wat fwarigheid het Elecfr'ike doolhof nog eens langs een ander pad te betreeden als wij tot nog toe gedaan hebben. Verdoolt zijn wij ten minften nog. Mogelijk vind men langs dien
|
|||||
( 23 )
dien weg een uitkomst, welke men op het
gewoone pad nog niet heeft kunnen ont- dekken. Ik kan niet nalaten hier nog melding van
ééne proef te doen, welke het voorgezegde ook duidelijk aantoont. .— Hang aan den bol der pof. cond. een paar pit-balletjes, aan linnen draaden gereegen: als mede zodanig paar, aan een der bollen, waar aan de wrij. vers gehecht zijn: wanneer dan de fchijf ge- draait word, dan zal ieder paar onderling afwijken; en deze afwijking zal blijven aan- houden, al raakt men ieder der voornoemde bollen afzonderlijk aan. Alle Eleéhike proeven, ("ten minften zo
veele mij bekend zijn,) gelukken even goed, wanneer men de wrijvers alken daarbij in be- trekking neemt, als dat men den grond &c in gemeenfchap met de wrijvers fielt. Het woord circulatie, het welk ik hier ge-
bruik, gelieve men niet anders aan te mer- ken, dan flegts als eene komt-term. Mogelijk dat
|
||||
'
|
||||||||||||
*fe**
|
||||||||||||
dat $%% fttf <fö //^^5 a/waar de eerfle k-
weging in de Ek&rike ftof veroorzaakt word, beter gezegt was: maar dewijl dat zo omflag- tig is, heb ik van dit woord maar gebruik gemaakt, om dat ik, tot nog toe, geen beter heb kunnen uitdenken om de zaak voor "te ftellen. De fchijf van deze Machine heeft üegts i8|
duim diameter, en de lengte der vonk kan men brengen tusfehen de 5 en 6 duimen; dus behoeft ze voor andere Machines, wegens haar betrekkelijke groote, in werking en kragt niet onder te doen. H. L U G T,
ffaartem, den 1 Julij,
i8or. |
||||||||||||
■f
|
||||||||||||
#
|
||||||||||||