Der aanmerkelykfte zakctn
Pranlryk, endeffilfsvermo- dieningtnbefchteven.^ó* |
|||||||||||||||||||
3^ & feqq. Pretenfea.
van Franbyk op \Hlanen. 314.315. Ongelooflyk tetal van Ruiters , die het felve fou uitleveren- 3'5- JI<5- Engeland» pnttnfien of Vrahkryh 318. 3' 9 IVankelbare ftaat van nieuw
aangekomene Princen, holt en door wat middelen te bevefligenï I48.i49.&fel Wapenen van een ander fullen
felden heel wel paffen. n9-
120
Wetten en wapenen, devoor-
fjtamfte fondamenten van alle Staten. 100. 101 Wetten en geweld, tweevoar*
name middelen , om de
menfthen te bevegren. 15 7
IJ8
wetgevers, tn der f elven on-
derfchéid. 47. Moeten hare Wetten doen gehoorzamen 47. 48. Merkwaardig voorbeeld diesaangaande van Mofes. 48 Wreedheid , waarom in een
Vtins niet altyd te verag- tenï 146.147. & feqq. |
|||||||||||||||||||
ge» 171. Sc feqq. Reden
van dit groot vermogen.xb'ii £erfle- 272.173. Tweede. 273- 174-Cerrfe. 174 175 Vierde. 175. 176. 177. Vyfde. 277. 178. S/eg«* fiaatvan deffelfs Infanterh 178.279. waarom figvan Switfers, en andere uit- beemfe Vatten bediend ? 279.180, Deugden enge. hrekenvan deffelfs Militie} ^8o.2Si. & teqq. Veffilfs ryhiotn en vrugtbaarheid. x83. 184 Vrankryk , en deffelfs vrefe
voer Engeland. i8&. 289. Heeft niet veel te vrefen voor Nederland. 291.192. Switfers feer redoutabel voor het felve. 192. 193. /ƒ«ƒ> i>oor I/(j//e« niets te vrtjea. 144. Nos» ook aan de -^y de van de Middeland- fe Zee. 195. Heeft geen grote Garnifoenen. 196. Staat der gemene Ingefeie- tien. i<)6. 197. Als mede het getal der Biffeboppen. 297. lnkomflen van bet |
|||||||||||||||||||
f
|
2,
tn beflier van deffelfs Ko- 'y^gtmoedigheid , tot hoe
ttingen. 30c. 301. £c feqq. ^ -verre in een Prins te pry- |
||||||||||||||||||
Hoe -veel eertyds aan den
Koning van Engeland ga- ven. 503 |
|||||||||||||||||||
fen ? 146. 147. Moei met
voorfigtigheid gepaard fyn. |
|||||||||||||||||||
.^
|
|||||||||||||||||||
Ho
|
|||||||||||||||||||
Vrankryk en deffelfs Staten , Ztvitfers, en der.felven hoog-
Parlementen; en andere be- agtingeirt Vrankryk, 120111 |
|||||||||||||||||||
In's Graveuliag-e/, tjr Ejireltrec-tBoucquet^öekverkoper.
|
||||
1 J____
|
||||
D E
|
||||||||||||
P
|
||||||||||||
S
|
||||||||||||
NMACHIAVEL,
|
||||||||||||
de Ky4enteekeningen
Van den Heer A M E L O T
DE LA HOÜSSAIE,
NEVENS
Eenige andere Werken van den
zelven Autheur, Alles in 't Nederduyts gebragt
DOOR D A N I E L G
|
||||||||||||
in 'S gravenhage;
|
||||||||||||
By ENGELBREGT.BOUCQUET, Boekver-
koperindeHalftraat, in de Waerheyt, 1705.
|
||||||||||||
AAN
Syne Alkrdoorlugtigfk Hoogheid,
DEN GROOT HERTOG
VAN
TOSCANEN.
DOORLUGTIGSTE VORST,
£Et is de gewoonte der Schry-
| vers, dewelke haar Boeken | opdragen willen , een Pa- |
|||||||||
troon uit te kiefen, aan wie hun werk
behagen, of over eenkomend zijn mo- ge. Wat my aangaat, hebbe geen over- wegens nodig gehad, aan wie ik den Prins van Machiavel opofferen zou- de : Zo ras als ik voorgenomen had den zelven te vertalen, deed den ty tel van 't boek my aanftonts befluiten, 't zelve aan V Doorlugtigfte Hoogheid op te dra- F 3 gen, |
|||||||||
§..
|
|||||||||
gen,gelijk als Machiavel het oor-
fpronkelijke aan den HereLaurens de IL de Medicis , Vader van ^Akxander , eerfte Hertog van Floren^en, opgedra- gen had : En dat beftuyt fcheen my zo veel te redelyker', als het met de gemeine ordre van de natuur over een- komende is, als dewelke wil, dat alles tot zyn begin wederkere. Maar, Door- lugtige Vorft, dit onderfcheid is'er tut- fchen-'t geen ik nu doe, en 't geen Ma- chiavel eertijds dede , dat deze zyn boek aan Laurens de Medicis, by ma-, niere van onderrigtinge,als een meefter aan zyn leerling doet, opdroeg, en dat ik het mijn aan Ihv Donrlugügbdd op- drage j als aan een Vorft, die volmaakt is in de wetenfchap van Regering (een wetenfchap, die een ieder fegt het oude Vaderlyk goed van 't Doorlugtige Huis van Medecis te zyn ) en als aan een Reg- ter , die volmaaktelyk de ware Regeer- kun-
|
||||||
kunde van de béïfche oridericheidy en
en die 't geheim heeft-van de Weeg- fchaalaltyd^regttufrchen de reden Van Staat, en Godsdienfl,te houden , in weerwil van,de ongelykheid, dewelke ze t' zamen fchynen te hebben. Daar- om vjrees ik niet, Dootkgtige Vorft, van onbedagtheid befchuldigt te werden, wegens het ftellen van de roemrugtige naam Vn>s Doorlugtigfle Hoogheyds aan het hoofd van dit Boek van Machiavel; want het komt niet als aan Vorffcen, gelyk V Hoogbeyd is, toe te oordeelen wegens ftoife van Borgerlyke Regerin- ge, nademaal Staten en Landen zo niet beftiert werden, „als huyshoudin- gen. Eenbyionder man heeft nietab 2ynuytgaaf, en gedrag te reguleren, om zynefamilie te handhaven; maar een Vorft moet om zyn ftaat te beftie- ren, zignaardetyden, perfbnen, en zaken, dewelke van dag tot dag veran- *4 de- |
|||||
deren, fchikken. Behalven dat'er
moeyelyke tyden komeo, waar inde Vorften gedwongen werden veel eer't geen zy kunnen, als't geen zy beho- ren, te doen. En in die zin zeide de Grote Cofmus de Medicis, die voor de wyfte van zyn tyd gehouden is, ter oorzaak van de Borgerlyke verdelin- gevan Floren^en, waar over men zig aan hem beklaagde, dat een onftuymigt Stad beter als een 1*er lor e Tt>as. * Een woord, 't welk naderhand by alle Vorften voor een Staarsregel gehouden is. Het welk klaar aantoont, dat de Vorften vol- gens andere beginfelen, als de byfon- dere redeneren , en handelen. Alzo taoetmenyDoorlugtigeForJl, zig niet ver- wonderen , dat Machiavel van zo veel menfchen berifpt is, om dat 'er zo wei- nig zyn, die weten, wat reden Van Staat is y eo gevolglyk zo weinig, die Wet- tige Regters kunnen zyn van de Leer- * Machiavel 7. Boek vm Fhren^en.
|
||||
leflen die hy geeft, en van dé grondre-
gelen , die hy leert. En ik zal in *t voor by gaan zeggen, dat men vele Staats- dienaren , en Vorflen dezelve heeft zien lezen, * en zelfs ook van ftuk tot ftuk werkftallig maken, dewelke de- zelve veroordeelt, en verfoeit hadden, eerzeaan 't beftier, of tot den Troon cjuamen. Zo waar is het, dat men een Vorft, of ten minften een Staats-bedic- naar zyn moet, om zeg ik, niet alleen de nuttigheit, maar de onwederfpre- kelyke noodzakelykheit van dielefTen van Staat te kennen. Want gelykMa- chiavel defèlve voor het meefte gedeel- te van Tacitus, dien Meefter en ge- mein Orakel der Vorften geleent heeft, zo heb ik de plaatièn van dien Schry ver aangehaald, om als met de vinger aan te wyzen, dat Machiavel niet als zyn leerling, uitlegger, en ver- tolker is, en, indien men reden heeft, * Ziet de twede aantehmnge van V18 • Hooft-ftuh Ofll
|
||||
om^e fchriften van den een zo boog te
agten, dat men noodzakelyk ook eer- bied voor de fchriften van den andere hebben moet, die dezelve voedftappen navolgt ; daar van is getuige zyne Hiftorie van Florence, alle welks ge- fprekken en aanfpraken uy tgefchreven zyn naar die van Tacitus. Het zy hoe het zy, Doorlugti^fle Forft, ik zal gelo- ven mijn tijd welbefteedt te hebben, indien deze vertaling, waar aan ik my n gering, vernuft geheel en al te werk ge- ftelt heb, het geluk heeft van 1)Tt> niet te mishagen,en de eer van op de laatfte rygen van Vïïe Boekfchatkamer ge- plaatft te werden , als een opentlyke getuigeniffc van de diepe eerbiedig- heit, waar mede betuigetezijn, ..-» DOORLUGTIGE VORST ,
Van Vwe cDoorlugfigfte Hoogheid
De zeer Onderdanige, en zeer Gehoorzame
Dienaar, AMELOT de la HOUSSAIE
|
||||
VOOR-REDEN.
|
||||||||
Elyk MachiaVeleen SchryVer is -, die
niet tot het gebruik nog begrip Van Veele menfcben is, moet men ^ig niet Verwonderentdat het Gemeen 15d4d7c tegen hem Voor ingenomen is. Ikfegge, Voor ingenomen; Want Van alle diegene, de Welke hem benf- pen, f almen Vinden y dat de eenebekennen, dat^e hem noit gelefen hebben , en dat de andere , die peggen, dat^e den felven gele- fen hebben, hem noit Ver (laan hebben -y Ge- lijk het ook Welblykt door den letterlyken 0n, die^e aan Verfcheide plaatfengeven, de Wel- ke de ^egeerkundige Wel anders weten uit te leggen. Zoo dat hy , om de Waarheid te peggen , niet berifpt, nog gelaakt is , als om dat hy qualyk Ver/laan is ; en hy is niet qualyk Ver/laan Van de meejle, die bequaam 0jn f ouden om hem beier te Verjlaany als om dat0.000000e+000 hem met Voor ingenomenheid le^en : Daar^e daar-en-tegen indienfe hem , als |
||||||||
VOORREDEN.
fygters , dat is, de Weegfckaalgeljk tegen
hem , en 0jne tegenpartyen houdende, la* fen, 0en zouden, dat de grondregels , die by Voor/lelt, Voor'tmeefte gedeelte, feene- maal nootfakeüjk 0jn Voor Vorften , de "toelke. Volgens het /eggen van den Grooten Co/mus de Medicis haar e Staten niet altyd met den Taternofter in de hand regeren kunnen. i. Men moet onderftellen, 0.000000e+000gt Wie- quefort, * dat hy by na doorgaans zegt 't geen de Vorften doen , en niet 't geenze behoorden te doen. Men Ver- oordeelt dantgeen de Vorften doen, 15d4d7c men 9t fejrven Van MachiaVel Veroordeelt, zoo *t t>aar
i. Che gli ftati non 11 tenevano con pater noftri. M?-
thiavel in 't 7. Bock van zyne Hiftorie. Franfoit , die nadcrhandGrootbertog van Tofcanen gewetfl is, aan 't Spaan- f che Hof zynde , gaf'aan een Edelman , de wtlke niet bil- lik vond 't geen by hem beval, niet als dcj'e woorden van Ezecbiel (Cap.18.) tot antwoord; Numquid via mea non eft xqua, & non magis vix veilt# pravz funt ? urn hem te leren , dat 'er zaken zyu , die arrn byfondere menfehen onbillik voorkomen , om datze de reden niet meten , die de Vorften verpligt baardefelve te bevelen. * 1, Bock van zyn Ambajfadeur 3. afdeling.
|
||||
VOORREDEN.
War is, dat by f egt 't geen Je Vorjlen doen ,
of, om beter te/eggen, 't geënte fomtyds genoot^aah 0jn te doen. Want de menfch | tgt by in 't i j. HoofijlukVan^ijnPrins* !die zynwerk maken wil van volmaak! telykgoed te zyn onder zo veele an- dere , die zodanig niet zyn , zal noit miflen te vergaan. Het is daa eene noodfakelykheid, dat een Vorft Qie zig handhaven wil , lere nki goed te zyn, alshy't niet zyn moet. 2. En m sjjn x8. Hooftftuk, ah bj vu \ht heeft, dat een Vorjl <tjn noord tutt I bonden moet, als 't f tb* <tjn intereft b*. *f<*lt, bekent by openbertig , dat die lefle niet goed te geven zoude *yn, indien alle meofchen goed wa- ren 5 maar dewylze alle quaad , ea |
||||
toe
|
||||
VOORREDEN.
bedrieglyk zyn, het tot de veiligheid
van een Vorft ftrekt, dat hy weete ook zo te zyn. * Sonder 't loelk hy 0jn Staat, en geVolgelyk ^jjne agtinge 'Ver- liepen foude • detvyl 't onmogelyk is, dat een Vorft , die 't een Verloren heeft , 't ander behoude. Maar om dat ik op het\%. Hooft- ftuk, 't "toelk fekerlifk het Kittelagtigfle , en geVaarlijkfte Van alle %yne fchriften is, Ver- Vallen ben, 15d4d7co dunkt het my nodig alhier by gelegenheid te 0.000000e+000ggen, hoe men de onderTty- finge , die hy aldaar aan %jjn Vorft geeft, Verftaan moet. Het is niet nodig, ^egt hy tot hem , datge altijd de hoedanig- heden hebbe, die ik gezegt heb, maar datge alleenlijk fchijnt die te hebben. Gy moet zagtmoedig , getrouw , fpraakzaam, opregt, en godsdienftig fchijnen, zodanig, dat, als men uw zier, en hoort, gelove, datge niet als goed-
* Zietdeaancekeningsnophetij.&iS. Hoofcftuk.
|
||||
VOORREDEN.
goedheid, getrouwheid, opregtigheid,
zagtheid , en Godsdienft zij r. Maar dele laatfte hoedanigheid is degene, daar 't uw meeft aangelegen is, datge ze uitterlijk hebt. Hier 0et men, ~toaar op de meininge Van 't Gemeen , dat Machidvel een godloos menjch, ja f elfeen Atheïfl'Tfras , gegrond is. En "ïïaarlyk is daar de fchyn Voor ftoakke geeften. Maar als men den zjn Van 0jne "boorden Ivellpeegt, 0o ^egtby ganfch niet * 't geen men hem befcbuldïgt te peggen: dat men geen Godsdienft heb- ben moet; maar alleenlijk, dat, ^p de Vor(l 'ergeen heeft, gelijk fomtyds gebeuren kan, hy %jg loei "toagten moetfulx te laten biyken, delvyl de Godsdienft de Jlerkfte band tufjchen hem, en zjjne Onderdanen is, en V ontberen Van Godsdienft het regtVaardigJie ~t of ten minftehet "ftelvoegenfte Voorwenden is , dat men hebben kan , om hem gehoorfaamheid te
|
|||||
VOORREDEN.
te Tteigeren, 5. Want het is onVergelykelyk
beter 3 dateenVorjl [chynhedig, als opentljjk godloos is, delpijl een Verborge quaadveel min- der is, als een dat algemeinltjk bekent is. kAI delwreld %tet de godloosheid, maar Iteinige kunnen defchynhetligheid merken. En dat is% tnyns oordeels, 't geen Macbiawl feggen Tb//, als hy 'er hyVoegt, dat alle men/chea de vryheid hebben om te zien, maar zeer weinige, om aan te raken : dat ider ziet 't geen een Vorft fchijnt te zijn, maar dat niemand bynawect't geen hy inderdaad is. Wy zjen t>el't geen Voor on0.000000e+000 ogen is , 0.000000e+000ide een 0omftb (Ridder tot Tiberius, maar men kan onmoge* ljjk$ien> loat de Vorft in deployenVan^ijn hart
3. Nee toleraturos profani principis imperium zegtTa»
titusAnn'. 14. dat is : Dat wen nooit dulden talgervgeert U toerden dvor een Vorft, die.fonderGodsdienft is. DeCan- ttiter de FHopital zeidt, dat dt Godtdievft meer kragt of den geeft der menfebtn > als alle der zelver Hertstogten » had, en dat de knoop, waar mede zy alle de menfcben te Ja- men bind, onvergelykelyk (ferker was t als alle andere han- den van de Borgerlyke SccreUit. |
|||
VOORREDEN.
hart heeft. 4. Wyders moet men overwegen 9
dat MachiaVel allejtnts als een Staat-kundige redeneert, dat is 0 naar de Aangelegenheid Van den Staat, de Ifrelfa de Vorfien ook rond uit bedeelt, 't geen defe hunne Onderdanen bevelen. 5. Èelfs^ooVerre, dat de Vor- fien , Volgens hel [eggen Van eenfnedig Staats- dienaar ' de^ereeutyy lieVerhaargel^ijJey als haar Staat quetfen billen. En dat is het al'tgeen Jufius Lipfius , die 0o Veel god- Vrugtigheid en Godsdienft , als loeten[chap f en Staatkunde had, te [eggen "toeet tegen de lereVanMachiaVel, Voor loelke hy openher- tig bekent meer agtinge te hebben, als Voor al- le de andere moderne^Politicquen. 6. 'T geen ♦ * hy 4. Speftamus, quse coram habentur, abditos Principis
fenfus exquirere inlicitum , anceps , nee ideo'adfequare» tacit: Anti: 6- <;. Wy gehoorzamen eten Verft, zegt Cicero, en bydefyd.
NosPrincipi fervimus, ipfc temporibus. Epifl.- Lib. 9. * M. de Viileroi Secretaris van Staat onder Henrifc
de IV. 6. Qui nuper , aut heri id tentarunt , non me tenent,
autterrenc, inquos^fivereloquendumeft, CleobuliiJlud |
||||
VOORREDEN.
hy hem loei gelvagt foude hebben tefeggm,
indien MachiaVel 0o Tveinig als 't mogelijk is by hem Van godloosheid , of godsVerhche- rimgVerdagtgeleceftloas. Voegt hier by > dat MachiaVel, die de gwifte Van het Huis Van Medicis Van noden had, nooit 0jn Qrins aan Laurens de Medicis , in 't le^en Van *Paus Leo de X, dejfelfs Oom, foude hebben dur- Ven opdragen, ^po 't eengodloos ^ockgeloeejï had, nog ook Geinige jaren daar na 0jne Hi- ftone Van Vlorennen aan [Vaus ClemensVlL met een Opdragt, Dpaar in hy tot hem ^egt , dathy hoopt, dat hare Heiligheid 't felve befchutten zalmethetfchild van haar Paufelijke goedkeuren , ^oo hy Voor een manjonder Godsdienji gegaan had. En ikfal in 't Voorbygaan feggen , dat die gene , de Ivelke het 12. Hooftftuk Van 't eerfte
conveniat : Infcitia in pkrifque. & fermonum multitudo.
Nifi quod unius tamen Machiavelli ingeniutn non contemno acre fubtile , igneum. Sed nimis fajpe deflexit & dum commottt {dat is,het Intereftvan Staat) ïllas (emitas in- tsnté fequitur, aberravit a regia via. /« de Voorreden van de Staatkundige Leer. |
|||
m
VOORREDEN.
eerfie !Boek Van %yne 0.000000e+000publjjk le^en gul-
len, ahvaar hy toont, hoeveel 7er aangele- gen is den goddelyken dien/} te handhaven; en het eerfie Hooft [luk Van 't derde !Boek , j aldaar hy de Ordren Van Sint Francifcus, enSintDominicus pryft, als HerfleüersVan de Chnflelyke Godsdien/i , dewelke door 't quade leVen der brieft er en haar gedaantege- heelyk Verloren had , erkennen gullen, dat y hoe Tberdd-tyis'. hy ook ~iïas , hy egter feer goede gevoelens Van degens de Godsdienft had ; en dat men geVolgelyk met meer bil- . likheid, als men doet, uitleggen moet fekere Regelen Van Staat , Melkers Tverkjlellig- makingebynat'enemaal noot^akelyk, ter oor- zaak Van der menfchen quaadwlligheid, en ontroulo gemorden is. Waar by men Voegen moet, dat de Vorjien 0 doortrapt gemorden ^ijn , dat die gene , dewelke je^enVooordig ''net 0jne Naburen opregt ^pudeloillenhan- delen , 0g -frelhaajl bedrogen foude Vinden. * * z Ik
|
||||
VOOR.REDFN.
Ik R^oude nog Vele zaken tot Voordeel Van
MadnaVel kunnen zeggen; maargelyk ik een Voorreden, en geen Verantlooordinge maak y Zo laat ik z^x aan diegene, dewelke daar meer gelegentheid aan hebben als ik , of "teel y aan zpdanige^ die daar toe beyuamer zjfni my Vemoegende by't geen ik hier Van hcmge- zert heb te Voeven, 3t "een nutti? is . dat Vö o ■*. eb cd *
de Lefer loete, nopende de Vertalinge Van zijn
Prins. Defelve is zp getroulo, dat ik my foude
hunnen beroemen, dathetmoelyknnoeifou- de kunnen ^y«, om *er eene te maken , die Zodanig meer "^as j En defelve is zo klaar, dat ik nietgeloVe, dat 'er iet gevonden "ïïerd , dat men meer , als eens, lefen moet, om te Verdaan, alhoewel in hu oorfpronkelyk enige plaatzen zjjn, die gants niet Verfïaanbaar z*jn. In de Voorgaande eeult> quam 'er ene Vertalinge in 7t Latyn uit door enen Silveftre Tegli Van Foligno, maar zodanig met looor,4en om- |
||||
VOORREDEN.
rut, dat MachiaVel, die een heldere, en kk
re uitdrukkingeheeft, daarnaulyx in tefon~ nenis. \_Als hy tot %jjn Trim [preekt, ^gt hy
■altycl Gy , en nott Uw liede. Het ~iïelk de manier Van fpreken Van de oude Romeinen is, fn>élke ik, 0e, dat hy heeft "frillen onder- houden, zo mde Prins, als in de Gefprek- AenoVerTttus Livius. Waarom ik hem daar in gelooft heb te moeten navolgen > 't ?y om dat Gy iet kragtiger , en Jelf iet edeler heeft j V ;>j ook om dat de befte SchryVers y als Amiot, en CoëfFeteau, die beter als duif ent Van de^e eetftoe ^ijn, ook al^ogefpro- kenhebben. Waarbymen kan Voegen, dat ik heb kunnen qeloVm, dat het mygeoorloft Tvas Machiaïel Van cenjehreftyl, die hem 15d4d7c Tfrel Voegt, te beroven, nogookaanmyneVer- talmge een Jwier Van Vryheid, die defelve meer naar 't oorfpronkelykedoetgelyken. 'BehalVen Vele aantekeningen uit de andere
* >
|
||||
3 "»er-
|
||||
VOORREDEN.
~ïïerk<enVan MachiaVel, en Van de Hiftoru
Van Nardi, en Van Guïchardingetrokken, heb ik onder den textVerjcheide plaateen 'Van Tachusge(lelt, dewelke tot beDoys, Verfeke- ring , of Voor beeld Van 't geen MachiaVel ge- 0.000000e+000gl heeft , dienen. En 0lx maakt een loort "Van óvereenkomime Van Staats-kunde Van die tloee SchryVers; "ïïaar door men 0en %al, dat men den een [onder den andere noch goedkeuren, nogVeroordelen mag. Zodat , indieuTacitusgoedis Voor degene, die 't nodig is de regeer kun]} te leren , MachiaVeVtriiet "Veel mm is • deloyl de een hert, hoede^pom- fche I^ei^ers geregeert hebben, en d'ander, hoe men nu ter tyd regeren moet. Mogelyk f al iemand, ^oikgeloVe, my Vragen, o/Cce- %ar (Borgia, den kelken MachiaVel^ig Voor- ge/lelt heeft om na te Volgen, een goed Voor- beeld "ïïas ? Ik antlooorde , dat het ^eergoed Voor Nieuwe Vorjlm is, dat is, Voor die gene, dewelke Van Particuliere door geDoelde- narye
|
||||
VOORREDEN.
narye Vorjlen gemorden ^ijn ,• maar dat het
Voor erjfelyke Vorjlen 0.000000e+000er*quaad is. Want het is door twee plaatfen Van 't 7. Hooft-f luk Van dit Boek baarblykelyk, dat MachiaVel\ijn C<z- far Borgia tot geen Voorbeeld Voorflelt, als dan geweldenaars , die den overweldigden Staat Waarlyk niet gouden kunnen behouden, pon- der dat^e Wreed ten min/ie in 't begin Waren; om dat0.000000e+000 alle diegene tot Vyanden hebben, dit by de^e Veranderinge haar rekeninge niet Vin- den, en dat die gene 0.000000e+000tve, dewelke dezelve beforgt hebben , hunne Vrienden niet lang 0jn, om dat^e, 't geënte Verfoeken niet Ver- WerVen -y daar de erjfelyke Vorjlen in tegendeel, als ^ernaar eenigftnts Wel regeren, geen ft r eng-* heid, nog geweld, Van noden hebben, om %jg onder haar Onderdanen te behouden, als de- Welke Van langer hand aan de ^gering Van 't lve bloed gewend 0jn. En Wat den Her- van Vaknimois ( dit is den titel dien Bor* droeg ) aangaat, beken ik, dathy een |
||||
VOORREDEN.
quaadaardig menfch "toas} en die duy^ent doden
Verdiende. 7. Maar men moet ook toejiaan, dat hy eengroot Feitheer en eengrote Staatkundige "toas^Van ~iïien men met regt peggen mag, 'tgeen (paterculus Van Cinna ^egt, dat hy dade dede, die een eerlyk man nok 15d4d7cude durVen doen, maar dat hy ook Ver/cheide ondernemingen te boVenquam, die niet als door een ^eer dapper menfch uytgeVoert konden 'toerden 8 .Wyders fal ik0.000000e+000ggen,dat MachiaVel }die men alle^ints als een Leermeejier Van tyrannye, uytkrijt, de~ ^elve meer als temant Van 0jn tjd Vervloekt heeft, gelyk men ligt zjen kan uit het 10. Hooft-ftuk Van 't eerfte 'Boek Van ^ynne <l{e- publyck, ahpaar hy 0.000000e+000erflerk tegen de tyran- nen [preekt. En Nardi, * die ^yntydge- noocl ge*toeejl is , detoelke de Loftuytingen maakten Van de Vryheit} en Van den Carninal Julius
7.Cefaretn Borgiam vel mille neces tneritum zegt Qnufrhi
Panvinius in 't U-Jtn van den Paus Julius de II. 8. Vellejus Paterculus L.a. Hiftor. * i.Boek vanzyneHiftorie van Floretten. |
||||
VOORREDEN.
Jülius de Medkisj dewelke na de doodvalt Leo de X. zig veinsde j dezelve aan <zyn Vader- land weder te willen geven; en dat hy verdagt is geweeft, van medepligtig te %yn aan de za- menzweering van Jacopo da Diacetto, Za- nobi Buondelmonti, Luigi Alattianni, en Cofimo Rucellai, tegen dien Cardinaal', ter oorzaak van de nauwe verbintenijfe, die 'er tuffchen haar, en de andere Vrygecften was {want alzo noemden de medeft anders van de Medicis de zodanige, die Florenpen in vry- heit behouden wilden.) En dit vermoeden is waarfchynelykde oor zaak geweeft > dathywe- gens zyne Hiftorie van Flor en f en, niet beloont is, fihoon hy dezelve op bevel van dien ze/» ven Cardinaal befchreven had, gelyk hy aan- ftonts in 't begin van zyn opdragt zegt. 'Dit is het al, dat ik noodzakelyk agtede te weten \ nopende zyn per Joon, en zyn fihriftenj waar yvan ik aan een yder laat oordeelen , }t geen hem believen zal. |
||||||
BRIEF
|
||||||
BRIEF 1
VAN I
N: MACHIAVEL, I
AAN DEN HEER
LAÜRENS de MEDICÏS, I
^Ie gene die haar Hof by een Vorft zoeken I
te maken, baanen zig den wegh tot den I zelven, met hem aan te bieden het gene 1 zy het allerwaardigfte hebben; of het " geen zy weetcn dat met zijn genegentheid | het meefte over een komt. Hier van daan die grootc 1 •verfchcidenheid van zoo veel ongemeenc prefenten; | dan van koftelyke Paarden, dan van konftig gewerkte | "Wapenen ; dan van rijke Stoffen, en dierbaare Ge- I fteenten ; en eindelijk van alles wat men geloofd dat de I grootheid van zoodanigen Vorft waardigh is. Dit I gebruik is oorzaak geweeft , dat ik van voornemen I zynde , U H. mijn refpefl: en onderdanigheid te too- nen, gezogt hebbe na het allerdierbaarfte en waardigltc dat ik hadde om U H. te prefenteren , en dat ik on- der dit alles niets gevonden hebbe, dat het zelve beeter meriteerde , als de kennis van het gedrag van Grootc Luyden, dewelke ik door een langdurige ondervin- dinge , van 't geen in onze dagen is voorgevallen, en door een geuadig onderzoek der Oudheden verkre- gen |
||||
BRIE F.
gen heb. Defe Stoffe dan wel overlegd en ter proe-
ve gebragt hebbende , zoo hebbe defelve in een klein Traöaat ontworpen , het welke ik U H. te- genwoordig op offere. Miflchien dat dit werk |U H. niet volkomeu waardig is ; hoewel ik ver- ïzeekerd ben , dat U H. goedheid zig het zelve |aangenaam zal doen voorkomen ; inzonderheid wan- neer U H. zal gelieven te confidereren , dat het jbuiten myn vermogen is , U H. iets te prefen- jteren, dat waardiger was als dit kleine werkje , ■in het welke U H. binnen weinig uren zal kon- jnen leeren , alles wat ik gedurende den tyd van |zoo veel jaren , met duifend moeyelykheden en itegenfpoeden ondervonden heb. Ik en hebbe die Jwerk met geen verdrietige reflexien opgevuld, veel ■ min met hoogdravende woorden, of andere op-
itoifelen van een ge?ffe&eerde welfprckendheid, «volgens het gebruik van veel hedendaagfc Schry* ■ vers, opgefchikt : in tegendeel hebbe ik dit alles
vermyd , verzeekerd zynde , dat een werk ner- gens door moet behagen , als door de waar- heid , door het gefonde oordeel, en door de voor- treffelykheid van zyn voorwerp. Denk evenwel ondertuflen niet, dat het een ver-
metelheid is voor een enkele en particuliere per- foon , als ik ben , te fpreken van het gedrag van Princen , en haar regelen voor te fchryven , hoefc haar Staten moeten beftieren : want U H. weet dat de Schilders , wanneerfe een Landfchap willen ver-
|
||||
1
|
||||||
BRIE F.
verbeelden J op de aarde , en in de laagfte plaats
gaan zitten, om de Bergen , en andere hoogtens, te beter te befchouwen ende te bekennen : wanneer aan de andere zyde dezelve Schilders een vlakte te regt willen bezichtigen , zoo gaanfe op een hoog- te zitten : van gelyken , om wel van den aard van een Volkteoordeelen, zoomoetmen een Vorftwe- fen; maar om Vorften wel te kennen, zoo moetmen een particulier zijn. Ontfangt dan , mijn Heer, dit kleyne gefchenk,
met zoodanigen hert , als ik U Hé het zelve aan- biede: want indien gy het met naarftighcid zult hebben gelezen, en een weynig reflexie daar op maken wilt, zoo zult gy wel haaft gewaar worden , de begeerte die ik hebbe, van U H. tot die hoogte verheven te zien, tot de welke het geluk, en U eigen ver- dienftenU toebereiden: Maarindiengy van bet top- punt van U verhevenheid , U oogen eens in de laagfte plaatzen geliefd neer te flaan, zoo zult gy be- vinden , met hoe veel onregtvaardigheid en hardig- heid , ik die lange en wrecde vervolgingen van mijn ongelukkig lot verdrage. |
||||||
VOOR-
|
||||||
VOOR-REDEN.
VAN DEN
OVERSETTER.
\E Vertaling van den 'Prins van Ma-
chiavel door den Heer Amelot de la „„„- Hauffaie, is zoo wel van de We- I rek ontfangen, ^ ^ geloofde het gemeen > Igmr^rw^r dienji te kunnen doen, als met de zelve in deze onze Overzettinge te volgen > om \ dat die versiert was met de tyJentekenin- \gen van dien gekerdenVertaalder: maar had | het ÏVerk van den Heer Amelot 3 aan de eene kant de voorrang door zyn aanmerkingen, /jet was aan de andere weer achter , om dat de kleyne Werken van onzen Schryver hy het fyne niet te vinden waren y dezefikade heb- ben wy geboedt, en wy hebben tot het nut en "vermaak der Lezers hier by gevoegt > het verhaal der manieren , daar den Hertog van Valentinois, zig van bediende om hem van de Vitelli, van Olivier de Fermo ., van den Heer Pagolo , van den Hertog van Gravina, en van het Huys der Urfy- jnen te ontdaan. Het Fortrait van Vrank- ryk. Het Portrait van Duytfland., en het geene
|
|||
VO OR-REDE N,
geene achter zyn vertaalde ÏVerken nooit ge~
vonden wert j zyn Vermakelijk Nieuws, of Schimpfchrift tegens de Vrouwen; het welke van verftandige oordeelders} als een al te voorname herfenvrugt van onze fchran- dre Italiaan wierd geoor'deelt, als dat die de vergetenijffe niet zoude onttrokken werden; en dewyl wy ons van al de drukken en vertalin- gen i die van CMachiavelvoor handen zyn b dient hebben, hebben wy hetgevonde in de Ita- liaenfè van denjaere ï^ote Venetien gedrukt, die hier om voor de compleetfle en bejie wert gehouden. Het leven van Caftruccio Caf- tracani, hebbe wy achter de Hiflorie van Flo- rencen gevoegt., om dat het al te groote ge- meenfchap met de Italiaan/e Hiftorien heeft, om daar van gefcheyden te zyn. Deze ver- zameling van des Schryvers kleyne Werken derven wy ons heioven dat de meefte Werelt zal bevallen ,zo door des zelfs verfcheydentheyt vanjlojfe3 als om de aardige gedagten des Autheurs j die daar in uytblinken y welke on- der anderen te zien zyn in ^Portraiten van Vrankryk enDuytflant, &c. en wel mee/i/ui- len die voldoen door het onderfcheit dat men vin- |
|||
VO OR-REDEN.
den zal tujfchen de tegenwoordige originelen en
tuffchendie oude copien; alwaar men fommige pajfagien zal ontmoeten > die 3 of verwaar- loojiy ofwel ten eenemaal ongegrondzijn: als by voorbeeld, wanneer hy zegd, dat het Koningrijk van Vrankrijk feventien hondert duifènt Tarochien, of Kar/pels heeft ; het •welke hy nogmaals op een ander plaats her- haald, fpreekende van het gebruik dat men in i/at Koningryk had _, volgens het welke ieder Parochie vcrpligt was 3 een vrye Ruiter te le- veren 3 die een groot befoldinge had : Dit , zegdhy > leverdeen getalvan feventien honderd duifend Ruiters uit 3 volgens het getal van zoo veel "Parochien -y die alle verpligt zyn j den Koning j waar *t hem luft , te volgen. T)it getal, gelyk men ziet, is zoo exceffiefy en zoo onmogelyk 3 dat men zig verwonderen moet 3 dat CMachiavel daar aan geloof gege- ven heeft 3 en het felvefonder eenige correèJie heeft ter neer gefield > of ons flegts te waar- fthouwen dat hy het voor een Traditie van fowmige onweetende luiden hield, die gewend w#ren alle zaken uit onkunde te vergrooten. Want gefit, dat het tratfement van defe Rui- |
|||||
,
|
|||||
r
|
||||||
VOO R-R EDEN.
tersniet grooter was geweeft, als dat van de
Switferfe Lyfwagten „ dewelke hy fegt dat in die tyd honden Ryksdaalders in het jaar had- den gehad, zoo zoude moeten volgen dat de gefeide Tarochien van Vrankryk uyt defen hoof- den alleen vyfhondert en tien milioenen ponden hadden moeten te kofi leggen ■> enmiffchiendat ganfch Europa doen ter tyd zoo veel contant geld niet heeft konnen uytleveren. Dit getal van Tarochien en van Ruiters is ons zedert zo vreemt voorgekomen, dat men voorgenomen hadj het zelve metfiilfwygenvoorbytegaan: maar wanneer menfig te binnen bragt dat het niet en pafte, zo groot en vryheit te gebruyken in 't corrigeren van een Auteur _, diemenflegts voorgenomen had te vertalen ; zoo heeft men het zelve gelaten 3 zoo als men het gevonden had_, ten deele om in 't Vertalen getrouw te zyn> ten deele om aan te toonen , dat groot e luiden ookfomtyds grootc misflagen begaan kon- |
||||||
D E
|
||||||
;
|
||||||
Pag. i
i Hooft-
D E deeU
|
||||||||||||
PRINS
VAN
NiCOLAAS MACHIAVEL*
|
||||||||||||
Eerste Hoofd-deel.
Hve veel foorten van Heerfchappyen
daar zyn, en hoe men daar toe kan komen. Lle Staatén en Heerfchap-
pyen , die over de men- fchen gezag hadden, of noch hebben, zyn geweeft , of zyn noch, Republyken, of Heerfchappyen. (i ) De
AANTEEKENINGEN.
|
||||||||||||
(i ) Deze verdeeling
is gegrond op de leere vanr«c//«/.,diedeHeer- |
||||||||||||
fchappy tegens de Repu«'
blyk aanfteld , als twee ftrydige zaaken. Rit dtj- A fe. X
|
||||||||||||
x De PRINS
>ft- De Heerfchappyen zyn of erffelyk in een huisgezin, die zederd langen tyd heerfchty (x) of nieuwe. De nieuwe zyn of t'eenemaal nieuw, ge- lyk die van Franfois Sforce te Milaan ; of zyn als leeden , ingelyft in den erffelyken Staat van een Prince, die dezelve verkrygt, gelyk als het Ko- ningryk van Napels , in opzigt van den Koning van Spanje. Deze Staaren dus verkregen, zyn gewoon, ofee- nen Prince te hebben, of in vryheid te zyn , en men verkrygt die , of door de wapenen van eenander, of door zyn eigene > door geluk , of door deugd. Twee- foctabiles , Principatum, netien in hare Ediften )
|
||||||||||||||||
deel.
|
||||||||||||||||
§ Ltbtrtatem. InAgri-
cola. Romani a prmctpto Reges babuere, Libertatem L. Brutusmflituit. Annal. I. C. Martut, (&L. Sui/a Ltbtrtatem in dom'watio- nem verttrunt. Hift. l. Haadfactie Liber/as {f?De- tnmt mtjcrntur. Hift. 4. Alle Republyk is wel een Heerfchappy : ( 11 Sere- |
Miar alle Heerfchappye
is geen Republyk. ( 2 ) 't Was in dezen
zin^dat Galba tegens Pifi Zeide: Ingenübm, e/n* re- gnantur, cera domtnorum domus..Tac Hift. i .EnMu- tiaan tegens Vefpafiaan. Non contra Caji, aut Clau- dit, velNeronis ,fundatam longo tmperto domum ex- |
|||||||||||||||
ntffitno Principe fk faper
|
'S"'
|
gtmtu. Hift, %,
|
||||||||||||||
zeid de Republyk vanVc
|
||||||||||||||||
van N. MACHIAYEL. 3
Tweede Hoofd-deel. Van erffclyke Heerfchappyen.
VAn Republyken te fpreeken,
zal ik voorby gaan, dewyl ik dat elders wydloopig heb gedaan. * Ik zegge dan, dat het veel lichter is, erffclyke Staaten te bewaren , dan nieuwlings verkregene, (1) dewyl het genoeg is, de ordre, door den voorouderen vaftgefteld, niet te bui- ten te gaan, (2 ) en naar de tyden A x zig |
||||||||||||||||||
deel.
|
||||||||||||||||||
icituszeid,da.t nigmaal oorzaak, dat
w -- door geweld men die verlieft rW- verkregen , door* mid- den oproer der ÓndTr Jelen van zagrmoedig-'dancn, die het eeduM Jad en zeedighdd nift jverliezen- !*/-"if-ül1 «an behouden worden. Tacitus , |
||||||||||||||||||
ju»t, Annal. i
\ ■ CO Ditkomtdaarop
|
||||||||||||||||||
Nero2eidde,dath
kind meer zynde, i |
regens
|
|||||||||||||||||
men ge-
in een nieuw |
||||||||||||||||||
verkregen ftaat moet in
1 wcrkfteücn, is mee- |
||||||||||||||||||
, ojxi zelfs te regee-
ren, dat hy geen ander |
||||||||||||||||||
Mee.
|
||||||||||||||||||
4 De PRINS
«Hooft- Zig te fchikken. Zoo dat, indien een
Vorft maar middelmatig bekwaam is, die zig altoos in zyne Staten zal handhaven, ten minfte, zoo der geen overgroote macht zy, die hem daar uit dryft;noch zal hy die ook weder- krygen, hoe flerk ook de Ufurpateur zy;
|
|||||||||
turn, nondumattdtbatad
durtora vertere. Annal. I. Dat Vonones veracht, en door den Parthen ver- jaagt wierd , om dat hy een beleid hield, ftrydig met dat hunner oude Ko- ningen. Accendtbat dedt- gnantes CS" iffi > diverjut a Majorum tn/tifn/it. An- nal. 2. En om dat in te- gendeel Italus den Che- rufcen meer behaagde, om dat hy te Romen op- gevoed zynde, niet na- liet zig naar hunnen wel- luft te voegen, als of hy altoos onder hun ver- keerd had. Ldftis Cerma. nts ndvmtus , at que e» tnttgis, quod j&pws -vino- Itnttam ai libidtnes , gra- ta barbarij , ufurparet. Annal. n. |
|||||||||
Mecfter, of Gouverneur
van nooden had, als het voorbeeld zyner voor- zaaten. Ftnttam Neronts putritiam , (ff robur ju- vent& adejje, exuertt Ma ■ giftrum , fittis atnplts Do iionbut mftru3us Majort- busfms. Annal. 14. Ta- citus zeid , dat Tiberius in den aanvang zyner Regeering zig zelven een Wet voorftelde , om in alles het beleid van Auguflus op te volgen, NeijuefaiTibtrio infrtngtrt dièia <■)«/• Annal. i.qui omntajaffa, difl/tquecJHs victlegiiobftrvem. Annal. 4. Dat hy zyne ftreng- heid niet dorft toonen tegenseen volk, 't geen Auguftus zoo zagt ge- handeld had. Populum , ptrtot annos nioUiterkabt- |
|||||||||
van N. MACHIAVEL. $
zy; ten getuyge hier van verftrekt *
ons de Hertog van Ferrare, die het in den Jare i484.tegens den Venetiaanen, en in den Jare i jio. tegens den Paus Julius den II. niet uithüld, dan al- leen om dathy van over langen tyd in dat Hertogdom geveftigt was. (3) Want gelyk een natuurlykPrins min- der gelegentheden, en redenen heeft, om zyne Onderdanen te beledigen, zoo moet hy ook des te meer bemind worden ; en zoo de buitegemeene gebreeken hem niet doen haaten.zoo hebben zy natuurlyk genegenheid voor hem. Behalven dat het oude en onverbrooke bezit der Heerfchap- pye, hun den luft en het gemak be- neemd, om op hem toe re leggen, A 3 (4) |
|||||||||
(?) y p
tegens het Huis van Au-
guftus j 't geen het Ge- bied zoo Jang gehad heeft , zeidde Mutiaan tegens Vefpafiaan, (Tac. |
bewyzen , dat men niet
moeft vreezen, dat het Ryk ooit totVirellius zou wederkeeren , als men hem eens dat benomen had. |
||||||||
Hifi. 2.) om daar door te
(4)
|
|||||||||
6 De PRINS
( 4 ) om dat alle verandering van
Staat .altoos anderen naar zig fleept,
Der.-
|
||||||||||||
sHoofc
deel. |
||||||||||||
rum militum confulare jut
dtu vaiuit. Non Ctnn* , non SrdU longa dominatio; (& Pompejt, Craffiquepo- ttntta cito in Cxjfarem : Leptdi at que Anttnn arm* ïnAugttflum ceffïre.Annal. i. Dat is te zeggen : Bru- tus deed de vryheid en het Confulaat opdeKo- ninglyke waardigheid volgen. Diftwils ftelde men eenen Diftator aan , maarzyn macht eindig- de, zoo haaft het volk buiten gevaar was. De Decemviri duurden maar twee Jaaren. De Tribu- nen der foldaaten namen den plaats der Burger- meefteren, maat behiel- den die niet lang- De Heerfchappye vanCinna, en de Didature van Sulla waren van geen langen duur. De macht van Craflus en Pompejus wierd wel haaft in de per- |
||||||||||||
( 4 ) Want, naar het
ï.eggen van Tacitus, zoo iffer altoos minder onge- mak, om eenen Prince te houden, dien men heeft, als eenen anderen te zoe- ken. Mmott dijertmtne f umi Prmciptm , quam qte&ri.Hiü. r. ( f ) Want, naar het
zeggen van Paterculus, men fteund altoos op de eerfte voorbeelden. N«n tnim tbt tonpfiunt exem- f la, ftnde ccepertmt, fed qaamiibet m tenuem recep- ta tramitem lattjfime iva- pandt fibi viam faciunt. Hift. 2.Dateene verande- ring altoos anderen naar zig fleept, daar van geeft Tacitus fchoone voor- beelden. Libertatem,(t^ Conftdatum L. Brntus in- flituit. DiüatHr* ad tem- pus' fumebantur : neqtte Dtcemviratis poteftai ultra bitnpium, ntqne Trib una |
||||||||||||
van K MACHIAVEL.
|
||||||||||||
perfoon van Csefar ver-
eenigt, en het gezag van Lepidus en Antonius aan Auguftus overgebracht. Zie daar een aaneen-j fchaakeling van verande-, ringen. Zie ook noch I een andere. Sttlla Diéfa- \ tor abolitts vel converfls prioribus, cumplura, addi-1 dtjfet, otium ei rei hand • in longum paravit. Sta- tim turbidts Lepidt roga-' tiombus; neque muit o pofl Tribunis reddita Itcentta tfieoquo -velltnt populum agitandi. Jamqae non modo in commune, fed in fingtdos hommes lat&qu*- fliones.....Exin cortttnua
per vigintiannos difiordia,
|
nonmos, nortjm.Annal. ^
5. Dat is ; De Diöator deel Sulla veranderde of ver- nietigde de Wétten van Gracchus en Saturninus, om den zynen te vefti- gen. Maar die waren van korten duur?" Want Lepidus en de Tribunen begonnen wel haaft broüillerien onder het volk te zaajen , zoo dat men zoo veel reglemen- ten , als menfchen had... En gedurende den tyd van zo Jaaren , dat de oneenigheden tuflehen het volk 3 en den Senaat duurden , wafler noch recht meer, noch ge- woonte. |
|||||||||||
Derde Hoofd-deel.
Van gemengde Heer/chappyen.
MAar alle nieuwe Heerfchap-
pye heeft zyne zwaarighe- den, om boven te komen. Zoo die niet t'eenemaal nieuw , maar door A 4 by- |
||||||||||||
De PRINS
|
|||||||||||
8
|
|||||||||||
d«ï°ft' byvoegingvaneen nieuw Lid alleen
gemengd is, zoo fpruiten haare ver- anderingen eerftelykuiteen natuur- lyke zwaarigheid, die- zig in alle nieuwe Heerfchappyen opdoet>zyn- de , dat demenfchen altoos geern van Vorft veranderen, in hope van een beter te vinden, (i) Deze hope doet'er den wapenen opvatten tegens hem, dieregeerd-, maar ten lyd niet lang, of zy vindender zig kwalyk by. (x) Maar noch iflèr eenandere 41a-
|
|||||||||||
zien , noch wreeder,dan,
devoorige. AvUereaem extrtmuin domtnorumptt- tatts \ Idem crediderant, cjiti Tibeno , qut Cajo fu- petftitesfttemnt : citmi»- terttn tnttflabiUor (j?"/*- viar exortui efl. Hift. 4- Claudius had dan wel re- den , om tegens den Af- gezanten der Parthen te zeggen , die gekomen waren, om een beter Ko- ning, als den hunnen, van hem te verzoeken, dat zoo gedurige veran- deringen niet dochten, dat; |
|||||||||||
( i ) Parthot pr&Jtnti-
htèt mobiles , abfentttem <• quos. Annal. 6. Alle Na- tiën zyn dezelve, fervi- tiïingtni», door een ge- woone drift tot de fla- vernie , zeid Tacitus. Annal. n. ( 2 ) Gelooft gy,zeid-
deeen Roomfch Raads- heer , dat de Tyrannie met Nero geftorven is ? Men had gelooft die door den dood van Ti- berius en Caligula uitge- bluft te zyn, echter heb- ben wy een derde ge- |
|||||||||||
van N. MACHIAVEL. 9
natuurlyke, en gewoone noodzaa- ?Hooft-
kelykheid , die veroorzaakt, dat een Prins altoos gedwongen is, zyne nieuwe Onderdanen te beledigen, 't zy met die door oorlogslieden te be- laften , of door duizend andere on- gevallen , die een nieuwe verkryging naar zig fleept, te drukken (3 ) A f Hier |
|||||||||
dat het beter was , ten
befte zoo men kan, zig naar den aard der. Konin- gen te fchikken. ïtrenda Regum ingenia, Ktque ttfui j crelrt mutatmnes. Annal.' ia» Alle Onderdanen moeten de gevoelens van j dien Roomfchen Raads- heer aannemen, die zei- de, dat hyzig overliet voorledene verwonder- de, zonder het tegen- woordige te veroordee- 'en, en dat fchoon hy om goedePrincen wenfchte^ hy niet naliet geduldig kwaade te verdragen,zig altoos den nood te bin- nen brengende, om vol- gens de tyden , daar men zig in bevond,te moeten kven. Stmemwijjt tempo- |
rum,ij!fil>fts natuifit; ulte-
noramirari, pr/fentiaje- ejttt,bortos hnperatorts voto expetere, qualcfcunque tole- rart. Hift. 4. W oorden , die Machiavel met reden noemd goude fpreuken. In zyn Repub: 3 Boek 6. Hoofd-deel. ( 3 ) Res dura)(§'rtgnt
novitas me talta cogttnt molirt, <& latcfines cnfle- detueri, zeiddeKonin- ginne vanCarthagoVirg. Xó& idT |
||||||||
citus, Annal. 1. Qu& ne-
tjfue paran pojjent, neque habtrt per bonas artes. Dat is te zeggen , dat men den wapenen niet kan aanvaarden, en binnen paaien van zedighei4 blyven. |
|||||||||
ïo De P R I N S
3Hooft- Hierdoor gebeurd het, datgy ein-
delyk die allen tot vyanden ver- krygt, die gy, deze Heerfchappye verkrygende, beledigt hebt, en dat gy de vrindfchap niet weet te bewa- ren der geenen, die u daar toe gehol- pen hebben, om dat gy, by gebrek van macht, derzelver verwachting niet kond voldoen , of ftrengheid tegens 'er oeffenen, ter oorzaak, dat gy aan'er verpligtzyt. Want wat machtig Leger men ook heeft, zoo heeft men altoos den gunft der in- wöonderen van het Land noodig.om ineen Landfchap te komen. Hier- om was het, fax. Louis deXII. Ko- ning van Vrankryk Milaan eenflaags ingenomen hebbende, dat ook aan- j ftonts verloor, omdat het volk, 't geen hem de poorten geopend had, van haare hoopen zig verftooken ziende, van dezen nieuwen Vorft wel haaft eenen afkeer kreeg. ( 4 ) 't Is
( 4 ) Tacitus zeid, dat | de Parthen Tiridates
met
|
||||
van N. MACHIAVEL. n
't Is waar, dat een Land ,naareen ^
opftand wedergekregen , ten twee- demaal zoo licht niet verlooren word, zoo maar een Prins, omzig van die wederfpannigheid te wree- ken, niet lang in twyfel ftaat, om doorliet ftraffen derfchuldigen, in deffèlfs veiligheid te voorzien , en een ftreng waakend ooge houd over het doen en beleid der zulken, daar hy kwaad vermoeden van heeft. ( 5 ) Zoo dan de Hertog Leuis * maar een *oL°"!s groot of£e\'
° na«mtde
•
met opene armen ont- Rhadamiftus , Armenië fingen, verhopende be- hernomen hebbende,
ter van hem, als van Ar- daar hy door zyne Qn- tabanus gehandeld te derdanen uit verdreven worden, en weinig tyd was, hen buiten gemeen daar na haaten zy Tiri-j ftreng handelde , die |
||||||||||||||||
dates zoo zeer , als zy
hem bemind hadden, en |
als wederfpannigen be-
fchouwende, die maar |
|||||||||||||||
herriepen hem, dien zy. naar gelegenheid omza-
zoo geweldig gehaat'gen, om nochmaal te- hadden. Qui Artalanfimigens hem op te ftaan. |
||||||||||||||||
ob (tvittam rxecrati come
Tiridatis ingenium fptra bad Artaba- |
||||||||||||||||
Vacuttm rarfux Armen tam
invafit, trttculenttor qitam antea, tanqutim ad ver fut |
||||||||||||||||
Mum vertere.&c.Annal.ó. defeéiortt, (e? in tempore
( f ) Tacituszeid3 dat rtbellaturot. Annal iz. |
||||||||||||||||
——<»-
|
|||||
ix De PRINS
dfeï°ft groot gerucht op de Grenfen wan Mi-
laan had te maaken, om dat Vrankryk de eerfte reys te doen verliezen, zo had hy maar de gantfche Waereld tegens 'er te verbinden , en haare wapenen uit Italië te verdryven, om 'er ten tweedemaal dat te benemen.. En dit gebeurde door redenen, door ons aangehaald. Tegenwoordig blyft ons maar overig te zeggen, wat hulpmiddelen de Koning van Vrank- ryk had, of een Prins hebben kon, die in zyne plaatze geweeft waare, om dit zyn Conquefl beter te bewa- ren. Ik zegge dan, dat de Staten, die met eenen erffelyken Staat zig vereenigen van zoo een, die dezelve verkrygd, of van het zelfde Land, en dezelve taal zyn, of niet. Zyn zy 'er van , zoo zal men die zeer licht bewaren, vooral, zoo zy van te vooren niet vry waren : en men heeft maar het Huys vanden Prin- ce, die der het gebied had , uit te roejen. Voor het overige, als men maar
|
|||||
van N. MACHIAVEL. i3
maar de oude gewoontens in wezen 3
laat , en datter geen natuurlykedeeI' t^Jntipatie zy , zoo leven de men- fchen geruft en vreedzaam re zamen; tot getuygen daar van verftrekken ons Bourgogne, Bretagne, Gafconie, en Normandie , die zederd langen tyd aan Vrankryk vereenigd zyn. Want alhoewel hunne taaie een wei- nig verfcheide is , zoo zyn hunne Zeeden gelyk , en die komen by- gevolg over een. Hy nu , die de- zelve zou willen bewaren, na die vermeeftert te hebben, moet twee zaaken in 't werk ftellen : eerft het gantfche geflacht van hunnen ouden Vorftuitroeijen- tentWeede, hun- ne oude Wetten niet veranderen, of hunne fchattingen vermeerderen, en doorditmiddelzalde vermeefterde met de erffelyke Staat wel haafteen lichaam zyn. Maar wanneer men Staaten bemachtigt , verfcheiden van taal, zeeden, en gewoontens, dan doen der zig veele zwaarig- he-
|
||||
i4 De PRINS
3 "i!oft" heden op , en men moet al veel
geluk en verftand hebben , om die te bewaren. ( 6 ) Een der befte hulpmiddelen daar toe mi zou zyn , dat hy , die dezelve verkrygt , daar ging woonen / 't geen hem der zelver bezitting meer verzeekerd , en duurzaamer zal maaken, ten getuyge daar van, verftrekt ons de Turk , die, alhoewel hy dat konde doen, Griekenland nooit zou bewaard hebben , zoo hy zyn verblyf daar niet had genomen. Want als men daar ter plaatze is , en wanfchikkelykheden ziet ontftaan, zoo kan men aanftonds daar ordrc op ftellen 5(7) daar men anders af-
(<?) Ex d'tvtrfitaumo- confcdifit. Tacit. Annal.
rumcrtbrabtlla, zeidTa- 14. En 't was in dezen citus. Hift. f. zin dat men tot Tiberius (7) Lichte hulpmid- zeidde, dat hy zig den
delen hebben grootebe- muitelingen maar had te \veegingen gefteld,modt vertoonen, en dat zoo tu remcdiv primes mottulhttü zy hem zagen, wel |
||||
van N. MACHIAVÉl!. iS
afvvezend zynde,.men die niet te,Hooft- weten komt, dan wanneer die zeerdeeL groot zyn, en'er by na geen helpen meer aan is. Dat meer is; het Land word door uwe Bevelhcbberen niet berooft, en de Onderdanen de gele- .gentheid hebbende, om veerdigtot den Prince hunnen toevlucht te nee- men, vinden meer reden, om hem te beminnen , zoo hy goed is } of hem te vreezen, zoo hy zig boos- aardig vertoont» Onderden Vreem- dehngen, die dezen Staat zouden willen befpringen, die worden we- erhouden door de zwaarigheid, die der in fleekt, van dezelve eenen inncete benemen, die daar zyn verblyf geveitigtheeft.^Het andere hulpmiddel is, derwaarts in een of fwee plaatzen Colonien te zenden, die als fleutels van dezen Staat zyn; °r hy moet daar veel krygsvolk hou- den |
|||||
c$ftm vtd,/ff»t..Annal. i.
|
|||||
i6 De P R I N S
3Hooft-den. Deze Colonien, of volkplan-
tingen koflenden Prince weinig, die daar benevens niemand , dan den geenen beledigt, diehy hunne lan- den en huifen beneemd, om die aan nieuwe inwoonderen te geven. Re- halven dat zy, die hy beledigt, maareen zeer kleen gedeelte van den Staat uitmaakende, en arm en ver- flrooyd zynde, hem nooit konnen befchadigen; en dat alle de overige, die niet beledigt zyn, zigdeste ge- williger zullen geruft houden, om dat zy vreezen, dat hun het zelfde lot zal te beurt vallen, als zy, die berooft zyn , zoo zy eenigen mif- ilag begaan. Waar uit ik befluite, dat de Colomen , behalven dat zy niets koften , getrouwer zyn , en minder beledigen; en dat de beledig- den arm en verftrooyd zynde, niet konnen befchadigen. Nu ftaat aan te merken, dat men den menfchen moet vleyen, of zig daar van ont- doen, |
||||
van N. MACHIAVEL. ij
doen, (8) dewyllichte beleedigin-
gen hun het middel overlaten, om zig te wreeken,t' geen de groote niet doen. Dus moet de beleediging op een wyze gefchieden, dat de beleedigde nooit wraake kan oeffenen. Zoo men nu in, plaats van Colonien, Krygsmachten gebruykt, zoo is de kofte veelgroo- ter, en verteert de inkom den van de- fen Staat ten behoeve der bezettingen. Zoo dat deflèlfs verkryging tot fcha- de van den Prince verftrekt, die, be- halven dit, veele menfchen beleedigt, nademaal hyden gantfchen Staatbe- fchadigt, ofhy moet van tyd tot tyd de verblyfplaatzen van zyn Leger veranderen; een ongemak, dat yder een gevoelt, en 't geen veroorzaakt, dat yder een zyn vyand word; deze nu konnen hem meefl befchadigen, B als (8 ) Git kuoyninigra»di,\ moet men den Grooten
Zeid hy in 't vierde Boek verbitteren, of men moei; zyner Hiftorie van Flo- 'er het leven benemen, rence , o non sbanno k na die beledigt te heb- toccart, è tocht a fpegutre, ben. Dat is te zeggen, nooit |
||||
18 De PRINS 1
j ajs 2yne huiflelyke vyanden 2ynde.
Deze bewaring is nu zoo onnut, als die der Colonien heilzaam is. De Vorft dan , die een Landfchap ver- ^rySc» 't geengevvoontensheeft, on- derfcheiden van die, van zynen Staat, moet zig als Hoofd en Befchermer der minft machtige gebuuren aanftellen; en toeleggen, om den machtigften te verzwakken , en voor al t'eenemaal beletten, datter geen vreemdeling , 200 machtig als hy, in deze Provincie inkome. Want het gebeurd altoos, dat ymand door den misnoegden in dat Landfchap word ingevoerd, 't zy door eerzugt, of vreeze; de Romeinen verftrekken ons daar van tot een be- wys, die door den Etholierenin Grie- kenland ingebracht wierden , en die overal, waar zy voet fielden, altoos door den inwoonderen en Provincialen ingeroepen fcheenen. 't Geen nu ge- meenlyk gebeurd, is, dat zoo haaft een machtig Uitheemfch'e ineen Pro- vincie komt, zy alle dier Provincie, min-
|
||||
van N. MACHIAVEL. i9
minder machtig als hy , zig gewillig
met hem vereenigen , door een be- weegreden van haat tegens hem, die magtiger was , als zy. Alles dan, daar men zig voor wachten moet, is, datzyniet te magtig worden, en te grooten gezag aannemen. Ten dezen einde moet hy zyne eigen machten, en de hunne gebruykcn, om den mag- tigflen te vernederen , en alleen Scheidsman dergantfche Provincie te blyven. Hynu, die dat niet weetin 't werk te (lellen, zal wel haaft, 't geen hy verkregen heeft, verliezen, en geen rufte hebben, zoo lang hy dat bewaard. De Romeinen bedienden zig wonderlyk van deze grondregelen in de door hun overheerde Laiidfchap- pen. Zy zonden Colonïen derwaarts, zy onderfteunden den minft magtig- ften, zonder hunne macht te laten aanwaiïchen ; zy vernederden , die te veel hadden, en zy gedoogden niet, dat machtige vreemdelingen achting verkregen. Griekenland verfchaft ons B i een |
||||||
■
....
|
||||||
----------------___________jl^ -
*o De PRINS
jHooft- -
«j«i. een fchoon voorbeeJd. Zy onder-
fleundendievan yfchaye, en Etiotie, ■zy verdreven Anüochm uit Macedonië \ en naderhand veragtten zy den CMace- donieren. En war dienften ook die van Ackaye en Etiolie hun beweezen, nim- mer Jieten zy toe , dat hunne Staat aanwies; wat vertoog Philippus hun ook deed, zoo wilden zy hem , als vrind, niet ontfangcn , zonder 'hem eerft te vernederen, en Antiochus, met alle zyne macht, kon'er nooit doen toeftemmen , om hem eenig deel in deze Provincie te laaten. Hierindee- i den de Romeinen, als alle wyze Prin- cenbehoorentedocn, die macht heb- ben , niet alleen in tegenwoordige, I maar ook in toekomende ongevallen! I Want die van verre voorziende, kan ' men die licht verbeteren . in plaats ' zoo men afwacht, dat die naderen het dan geen tyd meer is, daar in te voorzien, om dat die ziekte ongenee- I zelyk geworden is. De Geneeshcc- yen zeggen, dat een heete koortze licht j
|
|||
van N. MACHIAVEL. 2I
licht re geneezen, maar bezwaarlyk 5 hoc*.
te kennen is-, ia plaats, daar zy by ded' gevolg van tyd, licht tekenncn, maar bezwaarlyk te geneezen vald , wan- neer die m haaren aanvang niet bekent, ofwel behandeld word. Zoo is het oo* met zaaken van Staat gefield Zo° me," de kwalen , die van verre ff opdoen, bekend, (zynde recht liet werk van een voorzigtig Man) |
|||||||||||
^diegeneezen.Maar
y gbrek van kennis, dk tot dat Pomt komen aan te wafTchen , dat yder een die kent, zoo iflergeen hulp- ^ei meer voor GeJkdX |
|||||||||||
m
|
|||||||||||
M' ^an 7™ de ongemakken voor-
zagen brachten zy by tyds daar huip- niiddelen toe, nooit hielden zy den oor og fleepend, wetende, dat die uit- «enen,nooitvermydenwas,maarveei
eertenyoordcelevaneen ander ftrek- |
|||||||||||
1/^ Ve°0rl00gdendan Phm?P*sen
Anüochus mGr>eke»Undtom tegens hei! in^^dat n,ettedoen. (^)£nnieÉ
|
|||||||||||
ii De PRINS
tegenftaande zy zoo den eenen als an"
deren oorlog hadden konnen vermy- den , wilden zy dat niet doen , het zeggen der waereldwyzen van onzen tyd niet konnendc goet keuren , dat men het geval van den tyd moet af- vvagten, dewyl die zoo wel het goe- de , als kwaade konnende voortbren- gen, enhetkwaade zoowel, als het goede, zoo geloofden zy het zeeker- fle te zyn, zig van hunne voorzigtig-, heid en dapperheid te bedienen. Maar j laat ons tot Vrankryk wederkeeren, en eens onderzoeken, of zy wel ooit iets j gedaan heeft, van het geen ik gezcid hebbe. Ik zal van Karel den VIII.] |
||||||||
nietl
[ genomen hadden , zy zig
van de wapenen en ryk- dommen des Lants zou- den bediend hebben, dit had den Romeinen ver- \ zwakt. En 't was om | deze reden, dat Hanni- I bal tegens Antiochus I zeidde , dat de Romei-1 nen in Italië niet konden I overwonnen worden. |
||||||||
lare , zeid Cicero. Tibe-
rius onderhield altoos dezen grondregel, dtfli natst rtttntns , con/ilits ($" ajlt rts txttrnas molirt, ar' ma frocul babere. Tacit- Annal. 6. De Romeinen deeden dat mede , om de vryheid en rykdommen van Italië te bewaren; in plaats , dat zoo anders de vreemdelingen daar voet |
||||||||
van N. MACHIAVEL. r%
niet fpreeken, maaralleen van Loujs
den XII., als wiens handelingen \vy beft gezien hebben, om dat hy een tyd lang in Italië gehecrfcht heeft. Gy zult dan zien, dat hy het tegendeel deed, van het geen hy had behooren te doen, om een Staat, onderfchei- den in zeeden, en gewoontens* te bewaren. Door den eerzugtder Fe- netianen wierd Louys in Italië gebracht, die door dit middel , de helft van Lombar Me zogten te winnen. Ik wil hier het befluit, dat de Koning nam, niet lafteren; want willende beginnen voet in Italië te ftellen, en geene vrin- den daar hebbende , bracht hem de nood, om te krygen, die hy konde, te meer dewylalle poorten voor hem geflooten waren, ter oorzaak Van den overlatt zyner Voorzaaten. En deze onderneeming zou hem gelukt zyn, zoo hy geen misflagen begaan had. N&Lombardie vermeefterd te hebben, herwon hy de achting door Karelwet- looren» Genua geraakte onder het Jok B 4 fb |
||||
1114
|
|||||
24 De P R I N S
" Florence, de Marquis van Mantua, de
#Hee- Hertog van f ÉTr^rc, deBentivogles*, Bo"uio" deGravinnevanlWJ, deHeerenvan £ne> fajence, van P<f/^r<7, de Rimini, van Camerin en Piombin , de Luccoifen, Pifanen, Siennoijen, en alle de andere zochten zyn vrindfchap. En 't was doemaals > dat de Venetianen hunne eigen dwaasheid begonnen te begry- pen, van Louys over twee derdendee- lenvznltalien meeftertemaaken, en dat alleen om twee Steden in Lombar- die te verkrygen. Laat ons tegenwoor- dig eens zien , hoe licht het deezen Koning zou geweefl: zyn achting te behouden, zoo hy den regelen, door my voorgefchreven, opgevolgd wa- re , en op de veiligheid zy ner Bontge- nooten had voorzien, die in grooten getale, en allezwak zynde, hebben- de eenige den Paus, andere den Vene- t'unen te vreezen, zouden gedwongen geweefl: zyn met hem vereenigd te blyven, en door dit middel, zou hylichtelyk zigvandie, welke fter- ker
|
|||||
vam N. MACHIAVEL. i?
ker waren, als hy , hebben konnen verzeekeren. Maar ter nauwer nood was hy binnen Milaan gekomen , of hy deed het tegendeel, den Paus Alex- ander hulpe enbyftand verleenende, om Romagne te vermeefteren; zonder te begrypen, dat hy zigzelven ver- zwaktte, zyne vrinden verloor, den geenen bedorf, die zig in zyne armen geworpen hadden, dat hy den Paus vergrootte , hem zoo veel van het waereldlykmethet geeftelyke laten- de winnen, dat zyn gezag daar door reeds meer, als te groot was. , En na deze eerfte misflag» wierd hy ver- plicht daar in te volharden, tot dat hy , om de eerzugt van ^yilexander paaien te ftellen, en te «verhinderen, dat hy meefter van Tofcaanen wierd, genoodzaakt was Italien in te trekken. Geen genoegen nu neemende, met den Paus vergroot, en zyne vrinden van zig vervreemd te hebben, beging hy noch grooter misflag, van het Ko- ningryk van Napels met den Koning B 5- van |
||||
%6 De PRINS
van Spangie te deelen. Zoo dat, daar hy van te vooren alleen Scheidsman van Italië was, hyhem voor Medge- zel nam , ten einde de eerzugtige dier Provincie, en zy, die op hem mis- noegd waren, eenen toevlugthadden; en gedurende, dat hy binnen Napels eenchynsbaar Koning had konnen la- ten , verdreef hy die, om 'er eenen in . deflèlfs plaats te ftellen, die hem zelfs j kon verdry ven. Waarlyk de begeerte van overwinnen, heertenen, en ver- \ krygen, is natuurlyk , en zeer ee- meen, (10) en zoo meenigmaal net | gebeurd.dat de menfchen zig vergroo- l ten, zoo worden zy gepreezen» (11) of
«
|
|||||||||
( i o ) Vetus («rjam pri-
dem infitct mottaiibits po tint i£ cupido. Hift.i. ( II ) 't Is gelyk als
het Mutianus verftond, wanneer hy tot Vefpafi- aan zeidde. Ik roepe u rot het Ryk , gy zyt 'er meefter van , zoo gy wild, en het zou lafher- tigheidzyn, dat aan een |
der wie daar en boven uw
leven in geen veiligheid zouzyn. Zgo te ad im- ptrtumvoco, mtuamami prftumefi.....Torptre ul- tra (s-ptrdmdam Rtm- priltcam rdinqutrt, fiptt & ignavia vtderttur, tti • i/? ttbt , quant inhone- , tam tut» ftfvitul «•/«r.Hiit.i. |
||||||||
ander over te laten, on-
|
|||||||||
vam N. MACHIAVEL. i7
of ten minfte niet gelafterd. Maar 3Hoofï- wanneer zy begeerte hebben om te ded' overwinnen, zonder kragten te bezit- ten , dat dan is een dwaling , en zy lafterens waardig zyn. Zoo dan Vrankryk,Napels met zyn eigene mach- ten kon aantallen, moeft zy dat ge- daan hebben; kon zy dat niet doen, zoo moeft zy het Koningryk niet ver- deeld hebben. De verdeeling die zy van Lombardie met den Venetianen deed, was te ontfchuldigen, dewyl 'er dat diende, om voet in Italië te kry- gen, maar die van Napels was te lafte- ren, om datter niets was, 't geen 'er toe dwong. Louys beging dan vyf misflagen : Hy ruineerde den zwak- ken ; hy vermeerderde den macht van cenen Magtigen in Italië-, hy bracht een zeer machtig vreemdeling daar in ; hykwam daar geen verblyf neemen; hy zond 'er geen Colonien. Had hy het met deze misflagen laten bly ven, maar hy voegdde 'er noch een zesde by, zynde, dat hy den Venetunen b
|
|||||
■
|
|||||
±8 De H1NS
- beroofde, 't Is waar, hadhydenP4#/
niet vergroot , of den Koning vart Spangie in Italië gebracht, zoo zou het /aadzaam geweeft zyn, ja zelfs noo- digdiete verrtcderen; maar die Hap- pen gedaan hebbende, die ik reedts gezeid heb, moefl hy nooit hun be- derf toegeftaan hebben; wantmagtig zynde, als waar is, zouden zyande- fen altoos belet hebben, om Lombar*, die te naderen, ten ware het geweeft was, om 'er te helpen, dat zy mee^ fters van Lombar-die wierden. Andere nu zouden zig wel gewacht hebben, om aan Vrankryk deze Provincie te be- nemen , en die aan haar re geven, of die alle beide aan te taften. Imandzal my zeggen , dat Louys Romagne aam den Paus ^ilexander, en Napels aail Spangie afftond , om den oorlog te vermyden. Maar ik antwoordde, dat men nooit een wanordre moet laten gefchieden, om eeneri oorlog te ont- vlieden, om dat men inderdaad die niet ontvlied > maar deflèlfs fchade uit-
|
||||
vaU N. MACHIAVEL. t?
uitfteld. En zoaandere bybrengen, l£l° dat Louys den Pauszyn woord had ge- geven , om deze onderneeming t'zy- nen voordeele in 't werk te zullen ftel- len, om een difpenfatie vanzyn hu- welykvoorzig zei ven, (ix) en een Kardinaalshoed voor den Aartsbif- fchop van Reuaan te verkrygen, zal ik in het Hoofddeel van de Trouwe der Vorften * daar op antwoorden.*"" ,_ . r 18de
Voor het overige, Louys verloor Lom-' Hooft
bardie, om dat hy niets waarnam van al het geen, dat andere deeden, die Provinciën innamen, en die wilden bewaren, gelykik tegensden Kardi- naal van Rouaan binnen Nantes zeidde, wanneer de Hertog van Vdentinois (dus wierd Ca/ar Eorgia , Zoon van den Paus Alexander genaamd ) Roma- |
|||||||||||||||||||||||
gne
|
|||||||||||||||||||||||
(n) Met Anna Her-
toginne van Bretagne. |
het waereldlyke te ver-
krygen , Alexander , om |
||||||||||||||||||||||
Romagne voor zynen
Zoon te bezorgen ; en Louys om Bretagne aan zyne Kroon te vereeni |
|||||||||||||||||||||||
Hier van zeid Nardi op
een aangename wyze,dat de Prins Alexander, en Koning Li d XII i |
|||||||||||||||||||||||
„„„ . -o—r------
|
Hift,
|
||||||||||||||||||||||
beide gelykelyk van het
|
gen. 4 Boek ;
|
||||||||||||||||||||||
f ceftelyke bedienden.oml van Florence.
|
|||||||||||||||||||||||
3o De PRINS
3 Hooft- gne vermeefterde. Want deze Kardi-
naal my toeduwende, dat de Italianen in hetjiuk van den oorlog niets vcrfton- den, zoo antwoordde ik hem, dat het wel bleek, dat de Franjfcn niets van Staatszaaken verjlonden , ivylzy, den Paus zoo machtig lieten worden. En de ondervinding heeft getoond, dat het Vrankryk was, die den Paus, en den Koning van Spangic in Italië zoo mach- tig gemaakt heeft, en zy het weder- |
|||||||||
r
|
|||||||||
om zyn, die den Tranjjen daar weder
uit gedreven hebben. Hier uit trek ik een algemeen, en byna onfeilbaar befluit, dat een Prins, die een ander machtig maakt, zig zelven bederft; want hy, die machtig geworden is , wantrouwt altoos het vernuft, of kracht van die, die hem zoodanig ge- maakt heeft. |
|||||||||
Vier-
|
|||||||||
van N. MACHIAVEL. 31
4 Hooft-
Vierde Hoofd-deel. <i«i-
Waarom het KoningrykyanDarius, na.
de dood van <^4lexander , die dat overwonnen had, niet opflond. Mits de zwaarigheden, die zig
opdoen , omeenen nieuw ver- regenen Staat te bewaren , zou y- mand zig konnen verwonderen, hoe dat Alexander de Groot in zoo weinig Jaaren meefler van Afie geworden, en aanftonts daar op geftorven zynde, zoo dra hy zig in het bezit daar van gefield had, zyne Opvolgers zig daar in handhaafden, zonder andere zwaa- righeden te boven te komen, dan zul- ken , die hun eigen eerzucht onder hun deed ontflaan, in plaats, dat naar allen fchyn, deze volkeren 'tge- zeide J ok zouden afgeworpen hebben. Hierop zeg ik, dat alle de Staaten, daar ons eenig geheugen, van over- fchiet, zig op twee verfcheide wy- zeri hebben geregeerd bevonden, of door
|
||||
3z De PRINS
4Hooft-door een abfoluit Prins, die door
gunft Minifters gebruykt, die hy wil, om hem in 't regeeren van zynen Staat te helpen; ofwel dooreenen Prince, en door de Grooten van dat Land, die deel in de regeering hebben, niet door gunfl en toeftemming van den Vorft, maar ter oorzaak van hunne oude afkomft. Deze Grooten heb- ben bezondere Staaten, en Onderda- nen , die hun voor hunne ware Heeren erkennen, en een natuurlyke gene- gentheid voor hebben. Inde Staaten, die dooreenen Prince alleen geregeerd worden, heeft die meer gezag, dewy 1 'er in de gantfche uitgebreidheid van zyn land, niemand is, dan hy alleen , die daar voor meefter erkend word, en zoo men daar ymand anders ge- hoorzaamd , zoo is dat niet uit ee- nige bezondere genegenheid ,. dien men voor hem heeft, maar om dat hy Minifter en Bevelhebber van den Vorft is. Ditonderfcheidvan Regee- ring ziet men tegenwoordig inTur^uye, en
|
||||
• van N. MACHIAVEL. 33
en in Vrankryk. Turkycn word door een eenig Heer alleen geregeerd. alle" de andere zyn flaven, en deze Groote Heer, die zyn Monarchie in Provin* cien verdeeld, zend Gouverneuren derwaarts, die hy zoo meenigmaal en dikwils veranderd , als het hem be- haagd. Vrankryk in tegendeel heeft een meenigte van oude Heeren j die hunne eigen onderdanen.hebben, en ' daar bemind worden > en de Koning zou hun deze hooge waardigheden niet derven benemen, Zonder veel ge- Vaar teloopen. Deze twee Staten nu wel aanmerkende, zal men Zien, dat het zeer bezwaarlyk is, die van Tur- kyen te bemachtigen , maar dat het ook zeer licht vald, die te bewaren, als men het eens bemachtigt heeft. De zwaarigheden, o.m dat te overwinnen, beftaan hier in, dat een Overwinnaar door de Grooten van den Staat daar niet kan ingeroepen worden, of ver- hopen , dat de rebellie der geerten, die het Mihifterfchap in handen heb» C ben, .
■ "
|
||||
34 De P R I N S
4Hooft- ben zyn conqueftooit zal bevorde-
ren; want alle te zamen ilaven , en fchepzeien van den Prince zynde, kan men niet, als zeer bezwaarlyk, die omkoopen. Wanneer die zig nu al lieten omkoopen, zoo zou dat wei- nig helpen , om dat , door redenen by ons aangehaald, zy de volkeren tot zig niet zouden konnen trekken. Dus moet \iy , die den Turken zou willen aantallen, alles meer afwach- ten vanzyne vereenigde benden, en verhoopen van zyne eigene magten, als van hunne wanordren. Maar zoo zy eens in een Veldilag t'cenemaal verflagen wierden , dat zy geen leger meer konden op de been brengen , zoo zou'er niets te vreezen zyn, dan van het huis vanden Prince, 't geen men moeft uitroejen > waar na niemand meer overig zou zyn, dien men be- hoefde te vreezen, alle de andere geen achting onder het volk hebbende. En gelyk nu voor de overwinning de Overwinnaar van hunne kant niets te ver-
|
||||
van N. MACHIAVEL. 35
verhoopen heeft, zoo heeft hy ook
daar na niets te vreezen. Gantfch an- ders is het gefield , in Staaten , als Vrankryk geregeerd ; licht kan men daar in komen, metymand der Groo- ten van het Koningryk te winnen, de- wyi 'er altoos misnoegden en wargee- ften gevonden worden. Deze, zeg ik , om redenen reeds by gebracht, konnen u den weg tot dien Staat wel baanen , en derzelver overwinning bevorderen, maar duizend zwaarig- heden zullen u ontmoeten, om die te bewaren, 't zy van de kant , die u geholpen hebben, of vandezyde der geenen, die gy onderdrukt hebt. En 't is niet genoeg, datgyhet geflacht van den Prince uitroeyd , dewyl de Grooten, die overblyven, zig Hoof- den der party maaken; en by gebrek van 'er allen genoegen te konnen ge- ven, of allen uit te roejen, zoo ver- licft gy dezen Staat by de eerfle gele- genheid Zoo men ry.i den Staat van, aanmerkt, men zal bevinden, C x dat |
||||
De P R I N S
dat zy die van den Turk gelyk is.
Hierom was liet noodig, dat Alexander die t'eenemaal befprong, en aan Da- rm het veld benam, na wiens neder- laag en dood, hy vreedzaam bezitter van dien Staat bleef , door redenen boven aangehaald. Enzoozyne Op- volgers wel waren vereenigd ge.blee- ven , zonder moeite zouden zy die hebben konnen bewaren, nademaai'er geen andere oproeren ontftonden, als die zy zelfs verwekten. Maar wegens Staatcn , befb'erd als Vrankryk) 't is onmogelyk die vreedzaam te bezit- ten , ten eetuygen verflrekken daar vail de gedurige oproeren van Spangie, der Gaulen, en van Griekenland tegens den Romeinen, die alle hier van daan kwaamen , datter een meenigte van Heerfchappyen in die Staaten was • want zoo lang deze veelheid van Hee- ren in wezen bleef, was de Heerfchap- pye der Romeinen altoos wankelbaar; in plaats, dat zy vreedzame bezitters wierden, na dat zy , door een mo- gent-
|
||||
van N. MACHIAVEL. 37
11 J 4.Hooft-
gentheid van langen duur, die deze d«».
Heeren t'ondergebracht hadden. En. naderhand onder malkanderen begin- nende te ftryden, vond ydcr het mid- del , om een gedeelte dezer Provin- ciën zig toe te eigenen, naar het ge- zag, 't geen hy daar in verkreeg, en dat zoo lang, tot datter niemand van het bloed der oudeHeeren meer overig zynde, men geene andere, als den Romeinen meer erkenden. Dit alles wel aangemerkt zynde, zal men zig niet verwonderen, dat Alexandcr Az,te zoo licht heeft konnen be varen ; en der zwaarigheden, die Tjrrhus en an- deren ontmoeten, om hunne conque- ften te behouden; 't geen niet afhing van de veel of weinig dapperheid van den Overwinnaar, maar van het on- derfcheid vanden overwonnen Staalt. (O
c 3
|
||||||||||
Boek zyner Republyk.
Zoomin , zeid hy, aan- merkt, Mtlke de gêbumen van Fbrenct, tn Vitlke die |
||||||||||
(1) Machiavel geeft
ons daar van een heerlyk voorbeeld in het ude Hoofd-deel van het derde |
||||||||||
vin
|
||||||||||
38 De PRINS
5Hooft- van Venttitn V/aren , zot> grenfden , waren gewoon en-
deel. palmen zjgntet verwonde \ der eeaen Pnnce te leven, en "rente zjen , dat Florence , \ ty gevolg i^tnder vryheid, met iegenffaanie zy meer Volkeren nu onder dtenft- ko]}entn de oorloogen deed, baarheid g.Vioon , bfbben als Veietien , echter tntndtr geen grooten afkeer , om van geconqueftcert heejt, want. Meefler te veranderen, Vtanl dat kviam nergens andrrsdik\mlsz.tl'erdteltêtibekrM- vandaan, dan van het on pen. Dus ts hit de Repti- derfchetd haarer gebuuren. blyh vanVenetten lichter ge- Florence was omringt -van vallen haregehtmren tt ovtr- •vrye Steden , en by gevolg Winnen , niet tegenfttande hertnekkig, om hunne vry aymagtiger Waren, als dit hal re bejebermen ; in tegen van fïorence. deel, zy , die aan Veneüen | |
||||||||||||
Vïfde Hoofddeel.
Hoedanig men Steden en Vorflendornmen
moet regeeren, die eer z,y overwonnen waren, door hunne eigene Wetten ge- regeerd wierden. |
||||||||||||
Z
|
Oo een overwonne Staat aan de
vryheid , of aan hare Wetten |
|||||||||||
jewend is, zoo zyn der drie midde-
len, om die te bewaren. Deeerfteis» die te bederven, de tweede, daar te *zynde gaan woonen # > tell derde, hare eigene d Wetten te laten , onder voorwaar-
|
||||||||||||
g
|
||||||||||||
Tutken, ■* de
|
||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 39
devaneenTribuittebctaalen, en aan
een klein getal van perfoonen te ge- hoorzaamen , die gy daar aanfteld, om die voor u te bewaren; (i ) hier toe zullen alle deze menfchen hun verftand in 't werk (lellen, als zig niet konnende handhaven, dan door uwe macht en befcherming. En buiten twyffel een Prins zal beter een Stad bewaren, gewoon in vryheid te leven» door hare eigen Burgeren die latende regeeren, als anders te doen; ten ge- tuygen verftrekken ons daar van de Lace demonier s, en Romeinen. De eer (te ftelden eenen Oliarchifchen Raad aan binnenKjithcnenen Theben, eneven- Wel verlooren zy beide deze Steden. ï)e andere bewaarden Capoue, Cartha- go, en Nirmantie, om dat zy deeze C 4 Ste- (i) Dit deed Artaba-jJ»/ tradidit , exfuo *t(h
nus Koning der Parthen j( volgens zyij belang z.eid te Sekeucie ,^ welkers de-jTacitus) Nam populi im- mocratifche regeering hy \pertum juxta êbertatem, in eenOliarchie verander- \pa#corum dsmina/io rtgi* de, als naaft komende hy Itbtdim p roprtor eft. Annsl. |
||||||||||||||
deel. !
|
||||||||||||||
de Ko
|
gy g
. Qut flebem pnmorh
|
'
|
||||||||||||
6.
|
||||||||||||||
4o De PRINS
Steden ruineerden. Integendeel Grie-
kenland willende houden, als Sparta dat gehouden had, dat is te zeggen, met hare Wettenen vryheidte laten, gelukte haar dat niet, en zy wierden gedwongen veele Steden dezer Pro- Vintie te verwoeften, om die te bewa* ren. Waar uit ik befluir , dat het befte middel, om bemachtigde lan- den te bewaren, is, diete ruineeren > en dat hy, die meefter van een vrye Stad word, en die niet bederft, niet anders te wagten heeft, als zelfs be- dorven te worden, om dat zy altoos tot een voorwendzel van oproer den naam haarer vryheid, en oude ge- woontens heefc, die noch de tyd, noch weldaden haar ooit zullen doen vergeeten En zoo men geen onee- nigheid onder den inwoonderen zaaid, ofdie uitroeid, (t) zoo eifcht zy in alle
' * ":,
(i ) Qtuties concordei ,fiii quifque centra ttmulcs
agunt, T-tia. Tacitus ter [fubfidium vacant, accitus zei ver plaats , fperrtitur \tn partem , adverfum omues Paribus,ub'tdtfjettftrttdum\valejcit. En in het elfde |
||||
vam N. MACHIAVEL. 4*
alle gelegentheden hare voorige vry- ge- heid weder, gelykPifi deed, dieze- derd zoo veele Jaaren onder het Jok der Florentynen was. Maar zyn het Steden en Provinciën, gewoon onder eenen Prince te leven, en datter geen perfoon van zyn bloed meer overig is; gelyk dan aan de eene kant zy gemaakt zyn, om te gehoorzaamen , en aan de andere zyde het Huis van haren ou- den Prince is uitgëbluft, zoo zöllen zyniet licht over een komen, om ee- nen anderen aan te ftellen. Daar be- nevens by gebrek van dat zy weten zig vry te maaken , zoo zyn zy veel lang- # zaamer om de wapenen op te vatten,
en by gevolg is het lichter voor eenert Prince, die te vermeefteren. Maar . Republyken hebben meer leven, meer C 5 haat, |
||||||||||
macht der Parthen ge-
houden; alleen om dat hare inwoonders wel ver- eenigt waren. Dit be- toond hoe noodig het zy, die oneenig te maaken. |
||||||||||
Boek zyner Annales, de- <
duur Seleucia, feplimo f off dejeHtonem anno , n*n fint ~2arthorum dedicore, quos nua ctvitas tamditt cln'frat ■ Eene Stad had het zeven Jaar tegens de gantfche |
||||||||||
r De P R I N S
J*" haat i meer gevoelen en wraak, en het
geheugen der oude vryheid kan daar nietfterven. Dus is het befte, die te bederven, ofdaartegaanwoonen. Se s de Hoof d-d e e l.
Van nieuwe Stanten, die de Prins door
zyn dapperheid, en eigen wapenen verkrygt.
•
Niemandvindevreemd, zoo,in
't geen ik kome te zeggen, en van een nieuw Prince, en nieuwe heerfchappye, zeer groote voorbeel- den bybrenge > want gelyk het den menfchen eigen is, den gebaanden weg in te flaan, en de daaden van een ander op te volgen j fchoon men dien - zelven niet t'eenemaal kan houden, of altoos de volmaaktheid der geenen bereyken , die men navolgd , zoo moet echter een voorzigtig man altoos de voetftappen der voortreffelykfte perfonagienna wandelen, teneinde, zoo
|
||||
van N. MACHTAVEL> 43
zoo hy met die niet kan gelyk ftaan,
ten minfte in eenige zaak gelyken, even als goede boogfcht; tters, die ver van het wit zig afgezonderd bevinden- de, hoog toeleggen, niet om zoo hoog te fchieten, maar om al mikken- de het wit te bereyken. ik zegge dan, dat alle nieuwe heerfchappyen , die eenen nieuwen Prince hebben, rrfcer of minder bezwaarlyk zyn, om te be- waren , naar dat die Prins meer of min bekwaam is. Gelyk nu vaneen be- zonder perfoon een Prins te worden, een teeken van dapperheid, of geluk is, zoofchyndhet, dat het een of het ander veel helpt, om vesle zwaarig- hedente boven te komen. Evenwel hy, die van het Geval minft begun- fligd is, word altoos langft gehand- haaft, en dat is noch lichter voor hem, die, by gebrek van andere Staaten te hebben, genoodzaakt is in zyne nieu- we heerfchappye te moeten gaan woo- nen. Wat den zulken aangaat, die door hun eigen dapperheidPrincen ge-. wor-
|
||||
44 De PRINS
«Hooft- WOrden zyn, 200 zyn de voortrefFe-
lykfle Moifes, Cyrus, Romulus, The- feustkc: Enfchoon Moifes niet anders fedaan heeft, alszaaken, die Godt
em gebooden had, uit te voeren, echter verdiend hy, dat men zigover hem verwonderen, alleen door deze genade, die hem, waardig maakte, onfmetGodtte fpreeken. Maar no- pende Cyrus en andere, die Koningry- ken verkregen ofgeftichthebben, zoo ïs alles wonderlyk; en zoo nten hun- ne daaden, en bezondere inftelh'ngen befchouwt , die zullen weinig ver- fchillende van die van Aiofes, die zoo grooten Leermeefler had, bevonden worden. Want zoo men derzelver leven wel onderzoekt, men zal zien, dat het Geval hun niet anders als ge- legenheid verfchaftheeft, die de.re- den gaf, om zoodanig een gedaante van Regeering in te voeren , als zy raadzaam oordeelden, en door gebrek van gelegenheid, zou hunne dapper- heid zonder vrugtgeweeft zyn, en by |
||||||
I
*
|
||||||
van N. MACHIAVEL.
|
||||||||||||||
gebrek van dapperheid moet de gele- «Hoofc-
gentheid verlooren gaan. Mo/ês moefl dan den Ifraeliten (laven in Egypten vin- den, teneinde zyhem volgden, om uitdeflavernietegeraaken. Romulus moe ft xxïtAlba gelicht, en van zyn ge- boorte af te vondeling geleid woorden, om Stichter en Koning van Romen te zyn. Cyrtts moeft den Perjjen mifnoegd over de heerfchappyeder Meden, en dezen dooreen lange Vrede verwyfr vinden. Thefem had zyn Vernuft niet konnen toonen, zoo de K-Athcnienfers niet waren verftrooid geweeft. ( i ) Deze gelegentheden dan maakten de- ze menfehen gelukkig, en hunne wys- heid veroorzaakte , dat zy de gele- genheid aangreepen , waar door hun vaderland zoo gelukkig en aan- merkelyk is geworden. Zy, die door het zelve middel, als de Ouden, Prin- |
||||||||||||||
een
|
||||||||||||||
() DeKrygstucht was
bedorven , zeid de Jonge Plinii% tegens Trajanus, |
||||||||||||||
te herftellen. Corrupt»
efi ca/iorum difcipltna, |
||||||||||||||
\ut tu correBor emendit-
|
||||||||||||||
ten einde gy de gloryi/ar^ contingent. In zyn
zoud hebben , van die'Panegiricus. |
||||||||||||||
46 De P R I N S
«Hooft. cen Worden, ontmoeten wel zwaarig-
heid, om dat te worden , maar zy handhaven zig ook lichtelyk De zwaarigheden , die zy hebben uit te liaan, komen ten deele door de nieu- we gebruy ken, die zy gedwongen zyn in te (lellen, om hunnen Staat te be- veiligen , en hunne perfoonen te be- veiligen ; want daar is geen zwaarder, twyffelachtiger, en gevaarlyker on- derneming , als nieuwe Wetten te wil- len invoeren. Om dat de Invoerder allen den geenen tot vyanden heeft, die by de ouden zig wel bevinden, en flaauwe en koele befchermers zynde zodanigen, die daar voordeel uit trek- ken. . En deze flaauwheid komt ten deele uit vreeze voort, die zy voor hunne tegenllreveren hebben , dat is, voorden zulken, die met de oude te vreede zyn , en uit de ongeloovig- heid der meufchen , die nooit goed gevoelen van nieuwe inllellingen heb- ben , dan na een lange ondervinding. \V aar door het gebeurd, dat zoo'mee- |
||||
van N. MACHIAVEL. 47
nigmaalzy, die vyandenzyn, gele-<>Hooft-
genheid hebben, om zig te beweegen, dat met hitte doen, en de andere maar flaauw tegenftaan , dus'is de Prins van beide kanten in gevaar. Ten dezen einde is het noodig » om dit point wel te verftaan , van te zien, of deze Wetgevers zig zelven welon- derfteunen, dan of zy van een ander afhangen, dat is te zeggen, of zy, om hunne onderneeming te beleiden, moeten bidden en verzoeken, in dit geval, verdwynd die altoos in rook; dan of zy door macht zig konnen doen gehoorzaarnen, en als dan zal het 'er altoos wel gelukken. Hiervandaan komt het, dat alle deze Princen, door iny genoemd, met de wapenen inde hand hebben overwonnen , en onge- wapend zyn verlooren gegaan; want behalven de gezeide redenen, is het gemoed der menfehen zeer wankel - baar. Licht kan men'er van een zaak overreden, maar bezwaarlyk lang in die overreding houden. Men moet dan
|
||||
De PRINS
zoo goede ordre ftellen, dat wan*
neer 7y niet meer gelooven, men'er door geweld doe gelooven. Mofes, (%) Cyrm, Thefeus, enRomulus zou- den hunne Wetten zoo lang niet heb- ben konnen doen gehoorzaamen, zoo zy ongewapend geweeft waren , ge- lyk als by onzen tyd aan den Monnik jeronimo SavanoroU is gebeurd , die verlooren ging , by gebrek, dat hy den macht niet had, om den geenen, die zyne woorden geloofden, in dat geloof te doen volharden, en den ongeloovigen daar toe te noodzaa- ken.
- (2) Hy, die denBy- bende, fp rak tot hende-
bel met bezadigde zin- ze woorden : Alz,o$ zjetd nén leeftj(zegtMachiavel de Heere , de Godt Ifraels, in her 50 Hoofd-deel van Eenyder doe z.yn zAvaardop het .$ Boek zyncr Repu- zsynebeupc : gaat door, en blyk y zal zien , dat Mo-1 keerd V/eder van poorte tot fes, om zyne Wetten on- poorte in 't leger , eenygelyk fchenbaar te maaken, ge- doode zjnen broeder , en elk noodzaakt was, om een z,ynen vrind, en tik lsynett meenigte van menfchen I naaften. E» de z,oontn Le» te doen fterven, die door videeden nu het Vtoord van nydigheid zig tegens zy- Mtfe ; en daar vielen va» ne voornemens aankan- den volke op dien dag ontrent 1 ten. Mofes den Ifrabliten [ 3000 Ma». Exod.32, by een verzameld heb- |
||||
van N. MACHIAVEL. 49
ken. (3) Deze foorten van menfchen ontmoeten aanftontsgroote zwaarig- heden, ja zelfs groote gevaaren op hunnen weg, en eenen grooten moed moeten zy hebben , om die te boven te komen. Maar wanneer zy dat zyn, en door het overlyden hunner benyde- ren eerbied en achting biginnen te ver* krygen, dan worden zy machtig, ge- lukkig, engeeerbied. By deze groore voorbeelden, wil ik
noch een minder voegen , maar die cenigopzigtmetde eerften heeft, en in plaatze van verfcheidde andere zal £yn. Zynde dat van Micron, die van eenbezonderPerfcon,Princevan5/>4- cufe vvierd, zonder aan het Geval iets anders dan degelegentheid verfchul- oigt te zyn, dat die van Siracufe onder- D drukt j (3) Machiavel zddwdat is te ï*ggen, Huil-
dat hy het volk van Flo- ders of GeveLdènT |
|||||||||
ded#
|
|||||||||
die zyner vyanden, Arr't».
bati, dat is, verwoeden, of zonder tucht genaama |
|||||||||
rence had wys gemaaki.,
hy met Godt fprak. "^•iBoekiiHoofd- Nardi |
|||||||||
so DE PRINS
d"joort" drukt zynde, hem tot hunnen Kapi-
tein aanftelden, waar door hy zederd waardig wierd hun Prins te worden. En de Scliry vers, die van hem gefproo- ken hebben, feggen, dat in zyn be- zondere (laat hem niets ontbrak om t,e regeeren , als een Koningryk. Hy verdreef de oude Krygsmacht, ftelde een nieuwe aan ; verliet zyn oude Vrienden , maakte nieuwen, en na dat Vrienden en Soldaaten had ge- maakt , t'eencmaal hem toegedaan, zoo was het hem licht op deze fonda- menten te bouwen. Zoo dat hy wel veel moeite had, om dat te verkrygen, maar weinig om te bevvaaren. |
|||||||
Zevende Hoofd-deel.
Van nieuwe Heerfchappyen, die men deor
de machten van een ander, ofdoor ge- luk verxrygt. Elyk zy, die van bezondere Per-
foonen , Princen alleen door |
|||||||
G
|
|||||||
N. MACHIAVEL. 5i
geluk worden , weinig moeite heb-71*00--'
ben, om daar toe te komen, zo vin-d denzy 'ervcel.om zig daarin te hand- haven. Zy vinden gcenen hinderpaal op den weg, nademaal zy veel eer ten Troon vliegen, als gaan, maar wan- neer zy daar op gezeten zyn; dan zien zyallezwaarighedenop hun losber- ften. Deze Princen nu zyn, zy, aart wieeen Staat, of doorgeld, of door enkele gunfl gegeven word, zodanige' zywaaren, die Bariits, wegens zyne veiligheid en glory in verfcheidde plaatzen van Griekenland en den Helle- /pont maaktte; of wel zulke Keifers, die van befondere Perfoonen , door gunfte van omgekochte Soldaaren, tot net Ryk kwaamen. Deze dan hand- haven zig nier, dan door den willeen het geluk der geenen, die haar verhe- ven hebben. Dit nu zyn twee zaaken, de verandering geweldig onderwor- pen. Daar benevens w7eten of konnen zy defen rang niet bewaren; vvantgeen Man van groot verftand zynd?, hoe D z zal |
||||
~~~
|
|||||
5% DE PRINS
dcd.°ft" zal hy, die altoos in een geringe flaat
geleeft heeft, weten te gebieden? En nu al wetende te gebieden, hoe zal hy dat konnen, geen Krygsmagt, die hem genegen en getrouw is, aan de hand hebbende? Dat meer is, 'tisvandie Staaten, die cenflags wafïchen, gelyk die planten, die fchielyk groeyen, en haaftig vergaan. Zy konnen zo flerke wortelen niet fchieten, of zoo goede correfpon dentien hebben, of de eerfte tegenfpoed moet 'er bederven, zo 2y, die fchielyk Princen geworden zyn, op die wyze als ik gezeid hebbe, niet bekwaam genoeg zyn, om aanftonts middelen te vinden van te bewaaren, 't geen het Geval hun ter hand gefield heeft, en om gronden te leggen , zoo haaft zy Princen geworden zyn , die andere Lieden lyden, alvorens zy dat wierden. Ik wil twee voorbeden van onzen
tydaanhalen, nopende de twee wy- zen van Prins te worden, ofdoorver- dienfle, of door geluk. De eene is Iran-
|
|||||
van N. MACHIAVEL. 53
ffxnfois Sforce , die door zyn groote 7H.ooft-
bekwaamheid, vaneenbezonderpec- foon, Hertog van Milaan wierd, en zonder veel moeite bewaarde, 't geen hem 200 veel koflte, eer hy dat ver- kreeg. Het andere is van Cafir Bor- gt* , gemecnlyk Hertog van Valentinou genoemd, die door het geluk van zy- nen Vader eenen Staat verkreeg, en die ook 200 haalt verloor, 20 dra zyn Vader geftorven was, niet tegenftaan- dehyallesin't werk ftelde, wat een bekwaam en voorfigtig Man doen ^ moeft, om fig in eenen Staat in te wor- telen , die hy van een anders geluk behield. Want hy, die geen gronden geleid heeft, alvorens Prins re zyn, kan door groote behendigheid dat vervullen, na hy dat geworden is,foo als ik gezeid hcbbe ; maar het gebouw en de Bouwmeefter loopen altoos groot gevaar. Zo men alle de voort- gangen van den Hertog van Valentinois aanmerkt, foo fai men fien , dat hy groote Fondamenten voor fijn toeko- D 3 mende |
||||
54 DE PRINS
d"°°ft" mende Mogentheid bereid had. Èn
ik geloove dat het niet overtollig fal fijn * daar van te fpreeken, geen beter voorbeeld voor een nieuw Prince , als de zyne, gevonden wordende> want foo de fchikkingen i die hy nam , hem niet gelukten,foo wasfulks fijn fchuld niet, maar een ongemeene kwaadaar- digheid van het Geval. Zyn Vader ontmoette veel Zwaarigheden, om hem groot te maaken. i. Zag hy, dat hy hem geenen Staat kon geven , j dan die aan de Kerke behoorde, en dat foo hy eenige Sreden daar van kwam af te fnyden.dat de Hertog van Milaan en de Venetianen, die Fajence en Riminï reeds onder hunne befcherming hiel- den, fulks nietföuden gedoogen. 2. Dat de Wapenen van Italien, daar hy ' fig van moed bedienen,- in de handen der fuiken waren, die de grootheid van den Paus moeden vreezen, te wceten der Urjynen znColonnen, nevens hunne aanhangeren, en dat hy dus op die, fig piet kon vertrouwen. Hy moed dan alle
|
||||
van N. MACHIAVEL, 55-
alle defe verhinderingen verbreeken,
den Staaten van ltdien oneenig maa- ken , om zeckerlyk een gedelte te bemagtigen. En dit was hem licht ter oorzaak van den Venetianen, die om andere Redenen den Franfpn noodig- den, om andermaal in ltdien te ko- men ; daar hy zelfs den weg toe baan- den , met het eerfte Huwelyk van den Koning Louis te vernietigen. Defc Koning dan ten verfoeke der
Venetianenin ltdien gekomen 'zynde, en met toeftemming van ^Alexander denVI. was ter nauwer nood teMilaan t gekomen, of hy trad , wegens zyn achting , in de voornemens van den Paus, gaf hem Volk , om Romagne te bemachtigen, 't geen Vdentinok tegens Wille en dank der Colonnen innam. Maar om dat te bewaren, en verder voort te gaan, vondhy twee hinder- paalen, deeenevande kant devUr/i- nen » daar hy zig van bediend had, vreezende, dat fy hem in nood mog- tcn verlaten, en dat zy niet alleen hem D 4 fou- |
||||
56 DE PRINS.
3-Hooft- fouden verhinderen, dat te verkrygen,
maar daar beneffens hem zouden be- nemen , dat hy verkregen had. De andere was van de zyde van Vrankryk v waar van hy ook vreefde verlaten te
worden. Want wat den Vrfinen aan- ging, naar het innemen van Fajence had hy bemerkt, dat zy zich flaeu in't be- leg vmiBologne hadden gedragen, En gelyk, na het Hertogdom \dnVrbin vermeefterd te hebben.de Koning hem. verhinderde in Tofcanen te vallen, fo oordeelde hy foo wel van de voorne- mens van Vrmkryk, dat hy befloot, niet meer van het Geval, of van de » Wapenen van een ander af te hangen. Het eerfte dan, dat hy deed, was
den Vrfinen en Colonnen te verzwak- kende hunner A anhangeren in zynen dienft trekkende, die Edellieden wa- ren, aan welken hy groote penzioe- nen, bedieningen, en Gouvernemen • ten, yder naar zyne hoedanigheid gaf. Zoo dat hy in weinig tyds de genegen- heid , die zy de ftrydige party toe- droe-
|
||||
van N, MACHIAVEL. %j
droegen, tot zig trok. Hier na den g°uoft"
Colomen verftroid hebbende wachtte hy naar gelegentheid, om de Urfinen te bederven, die wel haaft zig opdeed, en gelukkig door hem behandeld wierd. De Urfinen nu te laat bemer- kende , dat de grootheid van denHer- tog, en der Pauflelyke regeering hun bederf was , hielden zy een by een- komft te Magïone, in de landftreek van Peroufe. Defe by eenkomft bracht den oproer van Vrbin, en veel onruf- ten in Romagne voort, die den Hertog voor duizend gevaren bloot (lelden, die hy met hulpe der Franftn gelukkig ontkwam. Maarnazynezaakenher- fteld te hebben,veraf van fig op hun,of andere Vreemdelingen te vertrouwen, van welker befcheidenheid hy niet meer wilde afhangen, zoo {telde hy alles in 't werk, om 'er te bedriegen; 't geen hem by de Urfinen fo wel gelukt- Ite, dat zy met hem verzoenden, door
bemiddeling van den HeeriW, dien hydoor eefchenken won, en zy wa- D 5 ren |
||||
5 De PR I N S
7 Hooft- ren zoo dwaas, van zig binnen Sinigal-
lie in zyne handen te ftellen. Hebbende dan deze Hoofden uitgeroeid, en hun- ne aanhangercn tot zyne Vrinden ge- maaakt, had zyne macht des te beter Fondamenten, om dat hy gantfchifa- ntagne, en het Hertogdom vanUrbin inhield, 'en de Menfchen zich wel by hem bevond§n. Gelyk hy nu hier in verdiend nage-
volgd te worden, foo wil en moet ik iets hier van feggen. Wanneer hy Romagne had ingenomen , bemer- kende , dat het gierige Heeren had gehad 9 die hunne Onderdanen meer hadden berooft, als begunftigd, dat roof, faclien en doodflagen binnen die Provincie den overhand hadden, foo oordeelde hy, dat om die te be- vredigen , en aan den Koninglyken arm die te doen gehoorfamen , het noodig zou zyn een goede regeering daar aan re ftellen. Hier toe verkoor hy liemiro d'Orco, een wreed en woe- lend menfeh, aan wi§n hy volkomen .macht
|
||||
l
|
||||||
van N. MACHIAVEL. S9
macht gaf. Binnen korten tyd her- 7 Hoo ftelde deze Gouverneur alles in een goede ftaat, en verkreeg een feer groo- te achting. Maar naderhand de Her- tog vreezende , dat een zoo boven- matig gezag wel mocht hatelyk wor- den , (1) zoo rechtte hy in 't midden der Provincie een Burgerlyke Recht- bank op, daar yder Stad zyn Advocaat in had; en gelyk hy fag, dat de ftreng- heden van het voorlefdene hem hadden den haat op den hals gehaald, zoo be- floot hy, op eenen morgen, Remiro te laten in {tukken houwen , en de brokken van zyn lichaam, op een ftaak geplant, op de plaats van Cefene ten toon te {lellen, met een bloedig mes aan zyn zyde, om den volkete betoonen, dat de bedreevene wreed- heden niet van hem , maar van het wreed naturel van zyncn Staatsdie- naar van daan kwamen ; ( z ) 't geen wel
(r) Nee unqitam fa/is] (z) 't Is den Princen
fida potentia , ubi nimia gewoon vroeg of laat den tfl, zeid Tacitus Hift. i ■ werktuigen haarer wrecd- W4
|
||||||
60 De P R I N S
5feJoft'wel al de waereld verbaasde, maar
ook tegelyk den gemoederen bevre- digde. Maar laat ons tot ons onderwerp
wederkceren. De Hertog zig feer machtig fiende, en voor alle tegen- woordige'gevaarcn byna bedekt ge- field, om dathy naarzyne wyfe fig gewapend, en van het meerendeel der geenen, die hem van byna konden be- fchadigen, fig ontlaft had, ioo had hy niet meer , dan van de kant van Vrankryk te vreefen, wel wetcnde.dat die Koning, die maar al te laat zynen misflag bemerkt had, niet zou toela- ten, dathy grooter wierd. Hierom begon hy nieuwe vrinden te zoeken , enden Franjfenxn de weeg te leggen, wanneer zy in het Koningryk van Na- pels kwamen , om de Spanjaarden te verdryven , die Cajeta belegerd had- den heid op te offeren. SctU-\($"pr&gravts adflixit. An-
r*m mmiQros , zeid Taci- nal. 4. Levt poft admijjum |
||||||||
tus van Tiberius , nt per-
vtrt't ab aliis nolebat , ita pltrumque Jatmtus vttertt |
||||||||
jcelasgravia , dein gra vtort
odie, Annal. 14. |
||||||||
van N. MACHIAVEL. 61
den. Enhetbefluit, door hem aeno-7 Hooft- men, om zig van er te verleekeren, zou wel haaft hem gelukt 2yn, zoo zyn vader noch maar cenige tyd in 't leven ware gebleven. Dusdanig was zyn beleid in opfigt
der tegenwoordige zaaken; maar laat ons zien, hoedanig hy zig in opzigt der toekomende gedroeg. Gelyk hy nu te vreezen had , of niet wel een nieuwe Paus hem benemen mocht, dat Ale xander hem gegeven had, zoo tragtte hy door vier middelen daar in te voorzien; I. Met het gantfche ge- flagt dier Heercn uitteroejen, diehy berooft had , ( 3 ) om den Paus alle gelegenheid te benemen, van die te her-
|
|||||||||||||||
1
|
|||||||||||||||
Hift. 4. 't Is gevaarlyk
genoeg den geenen in 't even te laten , die nien berooft heeft. Ptrtculum ex mtfericordta.... Vbi Vt- fpa/ianm imperium invafi- rit, non iffi, non amicit f jus, non exfrettthtts juu- ritattm, niftxOtnfla xm#- lutu rtdituram. Hift. 3. |
|||||||||||||||
Mutiaan eerfle
|
|||||||||||||||
M
|
linift<
|
r van Vcfpafiaan
|
|||||||||||||
deed den Zoon van Vitel-
Hus fterven , om alle zaa- denvan den oorlog, 7.00 als hy zeide , uit te bluf- fchen. Muttanus Vtttllii f hum inttrfictjubet, man. f wam dtfctirdiam oblendrns, ntfimtn» btllt |
|||||||||||||||
6i De PRINS
herftellen j II. Met alle Roomfche
Edellieden zig te verzoenen, om door dat middel den Paus in room te hou- den; III. Met zoo veel creatuuren, als hy kon , in het Sacro Collegio re maaken ; VI» Met zig zelven zoo machtigen Heer te maaken , eerfdat de Paus flierf, dat hy deflëlfs eerften aanval mocht komen te wederftaan. Van deze vier zaaken, had hy voor
hetqverlyden van t^sllexander, reeds drie uitgevoerd , en de vierde was byna gedaan. Want van de beroofde Heeren ontfnapten hem 'er weinige, de gantfche RoomfcheAdel was in zyne belangens , en het meerendeel der Kardinaalen, van zynen aanhang. Wat de vermeerdering van zynen Staat be- trof,hy dacht zig meefter van Tofcanen temaken, daar hyPeroufe en Piombino reedts in bezat, behafven Pi/a, 't geen zig onder zyne befcherming had bege- ven, en het maar alleen aan hem flond, dat in te nemen, als den Franf- fin, door den Spanjaarden uit het Ko- |
||||
vaM N. MACHrAVEL. 63
ningryk van Napels verdreven , niet
meer te vreezen hebbende; en daar benevens de andere zyne vrindfchap van nooden hebbende. Waar na Luques en Siena zig het Jok onderwierpen, 't zy uit haat tot den Jrlorentynen, of uit vreeze, en de Tlorentynen konden daar in niet voorzien. En zoo dat ge- lukt had, zoo als buyten twyffèl int dat zelve Jaar, daar Alexander in overleed, zou gebeurd zyn, zoo zou hy foo machtig en groot geworden zyn, dat hy zig zelven had konnen onderfleunen, zonder eeniger wyze van een ander af te hangen. Maar vyf Jaaren, nadathy had begonnen het zwaard uit te trekken, liet Alexander hem tot ftervens»toe ziek, omcingeld van de legeren van twee groote vyand- lyke Koningen , en geenen anderen Staat in der daad hebbende, dan Ro- tntgne , en het overige in de lucht. Hy nu was zoo dapper en bekwaam, om te weten, wanneer hymoeft win- nen, of den menfchen bederven» en de
|
||||
64 De PRINS
7Hooft- cjg fondamenten, die hy in zoo weinig tyd geleid had, waren zoo goed, dat zoo hy gezond gebleven ware» of geen twee magtige legeren had op den nek gehad, hy alle deze zwaarighe- den zou te boven gekomen zyn. 't Geen nu betoond, ciat zyn fonda- menten goed waren, is , dat Romagne meer als een maand naar hem wagtte > en fchoon dat Baglionis ViteUis, en ür- finen te Romen gekomen waren , zy niets tegens hem konden uitrichten, hoe ziek en krank hy ook mocht zyn. Ende kon hy geenen Paus doen verkie- zen, dien hy wilde, ten minfte kon hy uirfluiten, dien hy niet wilde. Maar alles zou hem ligt geweefl zyn, ware hy niet fiek geweeft, als ^Alexan- der ftierf. En in die tyd , wanneer fulius de II. verkooren wierd, zeidde hy tot my : Dat hy op dies had gedacht, 't geen na de dood van Alexander kon ge- fchieden, en op alles had voorzien ; maat dat hy niet had kannen raaden, dat hy ter zelver ■ tyd, als zyn va dar overleed» * in doods gevaar zou zyn. Dil |
|||||
.
|
|||||
van N. MACHIATEL. 6$
Dit alles wel aangemerkt zynde, fo 7dfef weet ik niet, watter in het beleid van den Hertog te berifpen is, 'tfchynd my veel eer, dat zy alleen, die door het Geval, of de Wapenen van een an- der ten Troon ftygen, hem moeten na volgen, te meer, om dat hy een groo- ten moed, en groote voornemens heb- bende , niet anders kon regeeren.Want zyne voorwerpen zyn in geen rook verdweenen, dan door zyne ziekte, en de kortheid der Pauflelyke Regee- ring van ^yilexander. Waarom ee-ri nieuw Prins die zich van zyne Vyan- den wil verzeekeren, Vrienden maa- ken, door geweld, of lift overwinnen, Van de Volkeren wil bemind en ge- vreeftzyn, van zyne Soldaten, ge- eerbied en gehoorzaamd ; zig van die wil ontlaften, die hem zouden konnert of mogen befch-adigen ; nieuwe ge- woontens wil invoeren ; deftig cii ftreng, edelmoedig en mildadig, een óntrouwe Krygsmacht wil t'onder- brengen , en eene naar zyne wyze aan- |
||||
66 De PRINS
d«uoft' fte^en > de Vriendfchap en achting :
met Vorflen wil onderhouden , ten einde zy hem goed doen, of ten min- fte vreezen kwaad te doen; zoo een, zeg ik, zal geen verfcheroffchoon- der voorbeelden konnen vinden, als de Daaden van den Hertog van Vulen- tinoti. Alles wat men hem kan verwyten,
is, de kwq de keure, die hy deed in de Perfoon van Julius den Ii. want kon hy geenen Paus maaken naar zynen zin, echter wras hy Meefter, om al- len den geenen buiten te fluiten, die hy niet wilde. Want nooit moefthy verdaan hebben, om Kardinaalen te verhoogen, die hy beledigt had, die dan Paufen geworden zynde, hy zou hebben moeten vreezen } want de Menfchen beleedigen ons , of door vree ze, (4) of door haat. Hy had be-
( 4 ) Nero zettcde vier ftm non quidtm odiffent, fed.
Tribunen af, nlleen ,om tamtnextimerentur. An-
dathy 'er vreesde. Exmi nal. if. H7deedOftorius
triburtat» , quafi trimt- fterven, dewyl hy vrees-
I de
|
||||
van N. MACHIAVEL. 67
beleedigt den Kardinaalen St. Pieter in ded.
de banden , (5-) Colonne (a) Sant George, f'o!J=an (b) en Afragne ; (c) Alle de andere, uit- nel °"' gezonderd de Kardinaal vart Rouaan i hÏirÜ- en de Spaanfche onderdanen, die aan ™ *£g. hem verbonden, of vermaaedfchapt('?)Af«-
.* _ - j ni S!or*
waren, komende Pauien te worden^e,zoon
hadden hem móeten vreezen. Dus i'ea",He'r-
vereyfchtede voorfigtigheid, dathy' eerft had moeten onderdaan, eenen Spanjaard te doen vetkiefen , en dat niet konnende , had hy den Kardinaal van Rouaan moeten neemen, en niet St. Pieter inde banden, die oorzaak vanïyn bederf was. Dus bedriegen fig de menfchen, dié gelooven < dat nieuwe weldaadenden Grootenoüdö E 1 be^ ie voor de fterkte van iSatit ctdrut rfi apnd tintM-
deffelfs lichaam , en voor {tem, qmjijuis ttmetur. Hifti |
||||||||||
zyn achting. Cau/affp-
|
||||||||||
nandt (cJtdem) ex eo orieba-
tuf , quod OftorWi ingtnti csrports robore, armorum- que fctentia {inttum Seront frcerat, ne tnvadtrtt Jtth- "" '" ' Annal. 16. |
||||||||||
( f ) Alexandro Paritifi.
ie, qu't turn veteres <*«?■ pri- vatas ftmultittes habebat, perpetats decem ann'ts iiibi abjtèitiOntifbf. i J''""" lii.U. |
||||||||||
68 De PRINS
decl '" beleedigingen doen vergeeten. (6)
(6) QuarumaqudprA tot onzen kofte gefchied,
potentes in longum memorta maar de wraake ten kofte »/?. Tacit. Annal. f. Waar van die ons haaten. Tantt by gevoegd, dat de wel- procliviHsefttnJHrt*, quam daden nimmer zoo zeer èetttfcio vteem exlolvere, treffen, als de beleedi- quia gratia onert , ultiotti gingen , om dat de erken-; quaft/tbubetttr. Hift. 4. tenis , en dankbaarheid |
||||||
Achtste Hoofd-deel.
Van de ruiken , die Vrincen door Jchelm-
jukken geworden z,yn. GElyk nu een bezonder perfoon
noch Prins kan worden op twee W) zen, zonder dat men zulks t'eene- maal aan het Geval, of aan de dap- perheid kan toe eigenen, zoo acht ik raadzaam tegenwoordig daar van te handelen. De eencis, wanneer men door eenig fchelmftuk ten throon fiygt, de andere is, wanneer een be- zonder burger door gun ft zyner mc- deburgeren Prins van zyn vaderland word. Wat
|
||||||
van N. MACHIAVEL. 69
Wat de eerfte aangaat, zon der* an- jeHe"oft'
ders in de waarde der zaak my in te laten , zal ik. twee voorbeelden by- brengen, een oud, en een heden- daags, die volgens myn geveien, genoegzaam zullen zyn, voor den zulken, die noodig hebben, dat op te volgen. Agitocles , een Siciüaan, en zoon van een ellendig pottebakker, wierd Koningvan Siracuje. Hy was een guit in alle de verfcheide Staaten zyns Gevals, maar altoos een man van moed en verftand. Door alle graaden van den Kryg tot de waardig- heid van Prator of Schout van Siracuje gekomen zynde, nam hy het voorne- men om zig Prins daar van te maaken, en onafliankelyk van een ander te houden, 't geen men met goeder wille had toegedaan. Na met Hamtlcar, die het leger der Carthagincnfenin Sici- lië gebood, deze zaak overleid te heb- ben , vergaderde hy op eenen morgqn, het volk, en den Kaad van Siracuje, als of zy over algemeen,e zaaken zqu- £ 3 den |
||||
f o De PRINS
d"i°oft"dcn beraadflaan , en zyne foldaateti
eenteekeii gevende, liet hy alledeze Raadsheeren vermoorden, en zederd bemachtig de hy met veel moeite de heerfchappye der Stad. En niet legenftaande de Carthaginenzen hem tweemaal geflagen» en zederd bele- gerd hadden, befchermde hy niet al- leen zyne Stad , maar een gedeelte zyner foldaaten daar gelaten hebben- de, om die te bewaren, befpronghy K_Afrïc& met het ander , en deed binnen forten tyd de belegering van Siracuft op hreeken, en hy bracht den Cartha- ginenfen in die engte, dat zy genood- zaakt waren met hem over een te ko- |ïjen, en Sïcilien hem over te kten. Die dit alles met aandagtzal aan-
merken , zal daar in niets zien , of ten minfte zeer weinig, 't geen men het Geval kan toeeigenen, nademaal hy tot de Heerfchappye kwam, niet door de gunft van een ander , maar ' dpor zyne Krygsdeugd, en zederd $opr gelykelyk edelmoedige en ge- yaar-
|
||||
van N. MACHIAVEL. 71
vaarlyke raadflagenzigdaar in hand-
haafde. Waarlykmen kan niet zeg- gen , dat het deugd zy, zync burge- ren te vermoorden, zyne vrinden te verraaden, zonder trouwe, Godts- dienft , en menfchelykheid te zyn; middelen, die wel een Gebied, maar geen ware Glory konneri doen verkry- gen. Maar wanneer ik de onverzaagt- heid van JgaPocks in zyne gevaaren aanmerk, zyne onwinnelyke ftand- vaftigheid in tegenfpoeden, zoo zie ik niet, dat hy minder moet geacht worden als een der grootfte Kapitei- nen, niettegenftaande, hy, wegens zyn fchrikkelyke wreedheden , en andere euveldaden, onder groote en doorluchtige mannen geenen rang verdiend. Men kan dan de zaaken, door hem uitgevoerd, noch aan het Geval, noch aan de Deugd toeeige- nen. By onzen tyd Oliverottoda Termo%
van zyn Jonkheid af aan een weeze
gebleven zynde, wierd door zyn moe-
E 4 der-
|
|||||
■
|
|||||
7t De PRINS
|
||||||||||
dee°oï derlyke Oom Jean Fogliani * opge
d dhd f h h |
||||||||||
cbürum
|
jongzynde, aan Paul Vitelu, om het
ambagt van den oorlog te leeren. P4«/zederdgertorven zynde, diende hy onder Fitelloz,zo, dellèlfs broeder, en gelyk hy geeftig , behendig , en wakker was, zoowierd hywelhaaft een der grootfte oorlogsmannen van zynen tyd, Maar dewyl het hem laf- hertig fcheen, zoo als andere te bly- ven, befloothy methulpe vatrVitelH fermo in te nemen, door middel eeni- ger burgeren, die hun vaderland lie- ver in flavernie , als vryheid zagen. Hyfchreef dan aan zynen Oom, dat na eenige Jaren in de legers buiten zyn huys gewceft te zyn, hy wenfchte zyn Vaderland wederom eens te mo- gen zien, en zyn erfdeel te befchou- wen» zich nergens anders mede ge- moeid hebbende, als met achting te verkrygen; en om zyne medeburge- ren te betoonen , dat hy zynen tyd jriet vruchteloos had verquift, hy met praal
|
|||||||||
van N. MACHIAVEL. 73
praal en pompe daar in wilde komen,
vergezeld met hondert zyner vrinden, of dienaaren te paard. Dat hy ten dezen einde hem bad, dat hy den in- woonderen wilde beweegen, om hem eerlyk te ontfangen • een eere, die op hem zelfs zoü nederdaalen , als die zorg wegens zyn opvoeding gedragen had. De Oom deed alles , wat hy be-
geerde. Oliverotto wierd met pleg- telykheid in de Stad ontfangen daar hy eenigedagen doorbracht, met het noodige te overleggen, om zyn boos voorneemen te doen gelukken. Hy rechte een groote maaltyd aan, daar hy ïoglizni, en den voornaamften der Stad, en op het einde der maaltyd, en der gewoone vreugden in zoo een gelegentheid , hield hy een ernftig difcours wegens de grootheid van den Paus k^4'Ie'xander, en de" daaden van zynen Zoon. En wanneer hy zag,^ dat zyn Oom, en de andere genoodig- den met ernft daar over begonnen te E j re- |
|||||
'
|
|||||
74 De PRINS
»Hooft- redeneeren, fprong hy op , zeggen-
de, dattcr een geheimer plaats moeft zyn , om over dufdanige zaken te fpreeken, en ging met hun in een ka- mer , daar foldaaten in verborgen wa- ren , die haar alle, zoojhaaft zy gefee- ten waren, om hals brachten. Olivc- rotto fleeg hier op te paard, en ging den Magiftraat in het Paleys belege- ren , die eindelyk genoodfaakt wierd, hem voor Prince te erkennen ; een waardigheid, daar hyfoo wel fichin wiftte handhaven, 'tzymet hetlee- ven, den fuiken te beneemen, die mifnoegd zynde, hem konden befcha- digen, 't zy met nieuwe burgerlykc en krygswetren te maken ? dat hy niet alleen binnen de Stad in vei- ligheid was» maar zelfs ontzagge- lyk voor alle zyne nabuuren , en het zou alzoo befwaarlyk geweefl: zyn, hem te onttroonen, als Jga- tocles , zoo hy fich ten einde van een Jaar door Valentinois niet had laten bedriegen , die hem met den Ur-
|
||||
van N. MACHÏAVEL. 7$
Vrfmen te Senigallie gevangen nam. «H°°ft-
i daar hy met fitelloz,z,o, zyn Hoofd en I medemakker van den Oorlog, enzy- f nerfchelmftukken, geworgd wierd. Men zou zig konnen verwonderen»
\ hoe ^fgatocles, en meer andere men- ! fchenvandatfoort, na duifend verra- i derien en wreedheden, noch foo lang I in hun Vaderland hebben geleeft,zon- i der ooit eenige t'Zamenzweering te- gen 'er te fien, en hoe zy fteh tegens hunne Vyanden van buiten hebben konnen befchermen; daar andere, ter oorzaak hunner wreedheid , hunnen Staat niet hebben konnen bewaren, felfsineentyd van Vreede, ick laat ftaan in een tyd van Oorlog. Ik geloof dat fulks van daan komt, van het goed of kwaad gebruyk, dat men van de wreedheid maakt. Men kan die wel aangeleid noemen, zo het immers ge- oorloft is het kwaade goed of wel te heeten , wanneer het maar eenmaal gefchied, en dan noch uit noodzaake- 1 ykhcid, om fich in veiligheid te {tel- len, |
||||
76 DE PRINS.
JÏÏ°ft' len, en eindelyk die fich wendde ten
befte der Onderdanen. Zy werd kwa- lyk geoefFend, en in 't werk gefield, wanneer men by gevolg van tyde die vermeerderd , in Plaats , dat men die t'eenemaal moeft doen ophou- den. Zy, die het eerde in 'twerkftel-
len, konnen met hulpe van God en Menfchen eenige hulpmiddelen in hunnezaaken vinden, gelyk Jgatocles; wat den anderen aangaat, 't is onmo- gelyk, dat fy fich handhaven. Hieruit beiluit ik.dat eenUfurpateur
van eenen Staat alle zyne wreedheden te gelyk moet uitvoeren, om niet noo- dig te hebben, die alie dagen wederom te beginnen , maar den gemoederen door weldaden zig te verzeekeren, en te winnen, (i) Een Prins, die anders doet door vreefachtigheid, of kwaa- dcn raad> is altoos gedwongen het mes r r\ in
( i ) Gelyk als Augu Idnlcedme out pMextt An-
ftus deed, qutpofito mum Inal. i. ($•, <j«* tnumvt- populnm annona, cttnéiot I nal. j,
|
||||
van N, MACHIAVEL. 77
in de hand te houden, en die kaïuv ne JJ Onderdanen nimmer vertrouwen, de- wyl de gedurige beleedingen, die hy 'er aan doet, beletten, dat fy hem be- trouwen. Dus moet dat kwaad op eenmaal en
te selyk uitgevoerd worden, ten ein- de zy, die men dat aandoet, geenen tyd hebben, om dat te fmaaken , wel- daden in tegendeel moeten van tyd tot tyd gefchieden, ten einde men die des te beter proeve. Eindelyk moet een Prins op zoodanig een wyze metzyn Onderdanen leven, dat geen voorval, het zy goed , of kwaad, eenige veran- dering daar ontrent kan toebrengen. Want wanneer de nood u preft, zoo hebt gy geen tyd meer, om u te wree- ken , en het goed, dat gy verricht, kan u niet helpen , dewyl men u dat geen dank weet, alloo yder meend, dat gy daar toe gedwongen |
|||||||
,
|
|||||||
( i ) Hierom zcide Ot-1 tho tegens zynen New,
|
|||||||
78 De PRINS
5 Hooit- dat Vitellius zoo boosaar- enim ultima defptrattent,
deel. dig niet zou zfn , van het Jedpofcente prtlium extreftu, leven, en de goederen remtfiffeRepab. novijjimum aan eenen Neve van eenj cafum. Want na tegens Keizer te beneemen, die j den foidaaten gezeid to hem zyn gantfche huisge-; hebben ; quant o plus Jpei zin had bewaard, en net; off endttt s , ft vivere place- Ryk gewillig aan hem af- \ ret, tante pulchrtor mors flond, niet tegengaande erit. Hoe meer yver gy hy dat langer kon inhou-1 toont, om my te dienen, den, en zyn gantfche Ie-1 en alle voor my te ftcr- ger brande , om dat van ven, is de dood voor my Vitellius flag te leveren, des te heerlyker , om zoo Ah vttelhum tam tmmttii vcele brave mannen voor antmtfore, ut pro mcolumi geen nieuwe gevaren totadomo, nebancqutdim bloot te ftellen. Tacit. fibtgrattam redderet ? Non Hiil. I. Negende Hoofddeel.
■ Van de Burgerlyke Heerfchappye. M Aar wanneer een Burger, nocli
door eenig fclielmfluk, noch door geweld, maar door gunftzyner medeburgeren, Prins Van zyn V ader- land word, dat kan dan een Burgerly- ke Heerfchappye geheeren worden: On^ daar toe te komen* is hem noch buitengewoone verdiende, noch bui- ten- |
||||
vah N. MACHIAVEL. 79
tcneemeen geluk noodig, maar alleen 9Hot>ft- 1 1 t • Li i-i -i tt deel,
een gelukkige behendigheid. Hy ge-
raakt 4aar nu toe, of door de goedwil- ligheid van het Volk, of door de gunft der Grooten, want alle Steeden zyn in defe twee Faftien verdeeld, die hier uit voort komen , dat het Volkvreeft daor den Grooten onderdrukt te wor- den , en dat deze inderdaad, dat doen. (1) Een ftrydigheid , die altoos, of de Heerfchappye, ofdeVryheid, of de ongebondenheid doet voortkomen* (x) De Heerfchappye word door het Volk,
|
||||||||
( 1) Want de gierig-
heid en ongebondenheid iynde gewoone gebree- ken der Grooten. Ava- ritiam {$• arrogant tam pr* cifua validtor um vit ia. Tac.Hift.i. Naturalem no brfttatiiJuPerbiam, Paterc. Hift.i. ( 2 ) P»ffquam txm s..
qualitat, (& pro madeflta acpudore ambttio($ivisin' ctdeb.it, provtntre dom/na- tiones. Zie daar de Heer- fchappye. ioftquam Re ptrteJHm, Itgts ma |
||||||||
literttnt. Annal. J. Zie
daar de vryheid. Tribunts reddita licentia , qutqao vettent populum agttandt.....
Exirt conttnua fer vtgintï
annos difiordta , non mot, non jas , deterrtm» iju&quc impune. ï\c daar de on- gebondenheid , die altoos verwarring naar zig fleept. lnter Patres pit- bemquecertamma exarjere , mode turbulente Tribuut, modo Conjnks fr*valtdt. Hift. s- |
||||||||
80 DE PRINS
Volk, of door den Grooten ingevoerd,
naar dat de eene of de andere Party ge- legentheid vind ; want wanjieer de 1 Grooten zigzien buiten ftaat, om het Volk tegen te ftaan, zoo beginnen zy het oog op yemand onder hun te wer-1 pen, en maaken hem Prins, om on- der zynen naam des te beter hunne Iieevigheden te oefFeneti. (3 ) Van gelyken, wanneer het Volk ziet, dat het den Grooten niet kan tegenftaan, ftaat zy haar gezag aan een af,- en maakt hem Prins om belchermd te 1 worden. Hynu, die door gunft der Grooten
ter Heerfchappye ftygt, heeft meer moeite, om zich te handhaven, als hy, die door gunft des Volks Prins word, om dat hy veele menfehen aan zyne zyde heeft , die gelooven zoo veel, als hy, tezyn, en over wien hy
(3) Zoo als die van fchapherriepen,enmaak-
Heraclee deeden, die om ten hem Prins in weerwil zig over het volk te wree- van het volk. Machiavel ken, dat de fterkfte was, 16 Hoofd-deel I Boek def Qarchus uit zyne balling- Republyk. |
|||
van N. MACHIAVEL. *c
hy, naar zyne wyze, niet kan gebie-
den; (4) in plaats dat hy, die door het Volk ter Heerfchappye verheven word, alleen gebied, en niemand vind, die niet gereed zy, hem te gehoorzaa- men, ( f) of ten minfte zeer weinige. Dat meer is, men kan eerlyker wyze, zonder ymand te verongelyken, den Grooten niet wel voldoen, maar wel het Volk , 't geen redelyker als de Grooten is > deze dan willende onder- F druk- (4) 'tGeenClearohusjder een Prms tegens de
bewoog die alle uit te roe- i menigte is, hoe hy zwak- jen, om zig van derzelver ker word. |
|||||||||||
ongebondentheid te ónt-
|
) Cofmus de Medi-
cis haalde de party derE- delen van Florence te bo- ven , om dar, ( zeid Nar- di in het cerfteBoek zyner Hiftorie) deze Edelen, alle even gelyk zynde, met den anderen zoowel niet over een kwamen, als de partifans van Cofmus , die opgeblaazen door den luifter en achting van zyn |
||||||||||
, voor een ge
deefte het volk vanHera- clee genoegen te geven, met zig van dié te wree- ken, die hy haare vryheid benomen had. Machiavel ter zelver plaats: daar hy befluit, dat op wat wyze men Prins word, men vroeg of laat altoos de ge- negenheid van het volk |
|||||||||||
moet tragten te winnen ,!huys, voor geen oneer
buiten welke men in geen j reekenden van hem af te veiligheid kan zvn. Waar 1 hangen , en hem te ge- by gevoegd,dat hoe wree- < hoorzaamen. |
|||||||||||
8> De P R I N S
ffft' bukken, en die dat niet willende ly-
den. Voeg hier noch by; dat een Prins nooit van een Vyandelyk Volk zich kan verzeekeren , hebbende met te veel Hoofden te doen, in plaats, dat by weinig Grooten hebbende, lichter zyn oogmerk kan bereyken.Hetergfte dat een Prins van een Vyandelyk Volk te verwachten heeft, is , van ?er verlaten te worden ; maar de Groo- ten tot Vyanden hebbende, heeft, hy niet alleen dat te vreezen, maar ook, dat zy op hem zullen florten, als met meerder doordringentheid van ver- ftandvoorfien zynde, zoo bezorgen zy altoos zich in veiligheid te ftellen, en tragten de genegenheid van hen* te winnen, dien zy hoopen, dat over- winnen zal. Eindelykishet een noodzaakelykr
heid, dat een Prins altoos met het felf- (de Volk leeft, maar niet met dezelve jGrropten,' die hy kan achten of ver- waarloozen, bewaren, of bederven, zoo als hy wil. Om deze doffe des te be-
|
||||
van N. MACHIAVEL. 83
beteer te ontfwachtelen, moet men het
beleid, dat de Grooten houden, aan- merken. Zy, diezigt'eenemaalaan het geluk van den Prince verbinden, moeren geëerd en bemind worden, mits dat zy geen roofgierige Vogels zyn. Zy, die zig aan den Prince niet verplichte, doen dat door gebrek van moed, of door behendigheid. Is het door vreeze, als dan moetgy u van die bedienen, en voor al van zulken, als zy goeden raad hebben, eerd gy die nu in uwe voorfpoed, zoo hebt gy in uwe tegenfpoed voor die niet te vree- zen. Maar doen zy dat, om hun ei- gen profyt, ofdooreerzugt, 't is een teeken, dat zy meer om zig zelven, als om u denken, by gevolg moet gy u voor die wagten, als of zy uwe ge- flagenVyandenwaren, (6J vermits F 2 zo (O Eene ValeriusFe-ider gaf, en alcoos voor
uus, die in zyne brieven vrind zogt te houden, die ten voordaele van Vitel- Keizer zou blyven, wierd liusfprak, en aan Vefpa- juift aan beiden verdacht, fiaan geheimen berichten, Tacit. Hift. %. z.00 van de een als de an-1 |
||||||
84. De PRINS
zoo gy in tegcnfpoed vervald, zy al-
toos zullen helpen , om u te bc-? derven» Hy nu , die Prins door gunft van
het Volk word', moet dat altoos te vrind houden, en dat is zeer licht, het Volk niet anders eylTchende, als niet onderdrukt te worden. Maar hy, die regens wille en dank van het .volk, door den Grooten Prins word, moet voor alle zaaken, dattragten te win- nen , 't geen hem licht zal vallen, foo hy dat in zyn befcherming neemd. En gelyk de menfehen, wanneer zy ee- nig goed van ymand ontfangen, daar zy niet , dan alles kwaads van ver- wagtten, aan deefen weldoender meer verplicht zyn, foo word die Prins aan den volke aangenaamer, als of hy de Heerfchappye van haar ontfangen had. De goedgunftigheid van het volk nu, kan door verfcheidde mid- delen gewonnen worden, daar ik niet van zal fpreeken, ajs in deefen opfigt geenen zeekeren regel willende voor- * * fchry? |
||||
N. MACHIAVEL. 2
fchryven, ter oorzaake der noodwen
digheid, Van volgens den tyd te moe- ten veranderen. Alleenlyk zal ik zeggen, dat een Prins de genegenheid Van een volk noodig heeft, by gebrek van welke, hy geenen toevlugt in zyrt tegenfpoed hebben kan. Wanneer Nabis Prins van Sparte i
door gantfch Griekenland , en het overwinnend leger der Romeinen wierd aangetaft, hadhy vaneenige Edelen zigmaarte verzeekeren, om zig uit dat gevaar te redden, 't geen hem niec genoegfaam zou geweeft zyn , had Eet volk hem gehaat. Meri werpe dan liet gemeené
Spreekwoord my niet tegen, 't geen 2eid, aflaat op het volk te maaken , is even zoo veely als op/and boutoen j want dat is niet waar , als in opficht vani eenbefonderburger, dieafwagt, daü een volk hem uit de handen zynervy^ anden, of der Magiftraaten fal red- den : daarhy meenigmaal iichfalirt bedroogen vindert , gelyk deri Grac* F 5 h |
||||
DJE PRINS
|
||||||||||||||
s
|
deel.
|
oft* chen ( 7 ) te Romen , en G^j-g* Scali
|
||||||||||||
(8) te Florence gebeurde. Maar wan-
neer het een Prins is, die weet te ge- bieden , die geen moed in tegenheid ontbreekt, en weet wat hem te doen flaat, om de gemoederen van het volk in te nemen, die zal fich nooit kwalyk bevinden, van flaat op def- felfs genegenheid gemaakt te hebben. Gemeenlyk loopen de burgerlyke Heerfchappye gevaar, wanneer 'er gehandeld word , om een abfolute Heerfchappye op te rechten, want deze Princen gebieden door fich zel- ven,
|
||||||||||||||
( 7 ) Tibcrius Gracchus
wierd door het volk be- fprongen, en gedood , alleen op dit enkele i woord van Scipio Nafica,! Qut falvam vellent Remp: Je jeojuerentur. Dat is te zeggen : Dat zy, die het welwezen der «ugemeene vryheid behertigden,hem hadden te volgen. Paterc. Hift. X. En Cajus zyn broeder wierd vervolgens ook vermoord. (8 ) Onthooft ( zegt
|
||||||||||||||
Machiavel in het 3 Boek
zyner Hiftorie ran Flo- rence) voor een volk, dat noch weinig tyd te vooren hem aangebeden had. Daar dit Floren- tynfche fpreekwoord van daan gekomen is, 't geen zeid , fttidar/t comt mejfef Gioreio Scali. De gene- genheid van het volk, voegd hy daar by , word zoo licht verloorenj als gewonnen. |
||||||||||||||
VAtf ft MACHIAVEL, 87
ven , of door Magiftraaten ; is hèt?H« dooreen ander, foo is her gevaar des tegrooter, om datzy, die in bedie- ning zyn, van den wille der burgeren afhangen, die op de eer ft e beweeging, die der voorvald, zeer licht hun hun- nen Staat konnen benemen, 't zy, mét die niet meer te willen gehooffaamen, of tegen'er op te ftaan; en als dan is het vooreen Prince geen tyd meer, om fichabfoluit meefterte maaken, de- wylhy niet weet, aan wie fich te ver- trouwen, en dat de onderdanen, ge- woon den Magiftraaten te gèhoorfa- men, hem niet meer willen onderda- nig zyn. Hier bygevoegtf, dat |
|||||||||||
'fi"u ni
|
, naar het
j, wanneer hy in vreede
de,burgers hem van doeW , Nals dan loopt en draWft t- ^ereblfd^
|
||||||||||
em fterven ; om dat de dood
|
|||||||||||
noch ve
|
foeken is. ^aar als
¥er^n vanno°den hééft,
vvordender dan gevonden, die F 4 m
|
||||||||||
88 De PRINS
ioHooft dienen j (o) en de ondervinding is
deel. j il j ii
des te gevaarlyker , om dat zulks
maar eenmaal kan gefchieden. Dus moet een wys en voor fi chtig Prins al- toos zoodanig handelen, dar zyne onderdanen hem t'aller tyd van noo- den hebben, wanneer zy hem altoos zullen getrouw zyn. (9) Profperis Vitclïttrt- Wi&.Langutnttbus omnium
lus eert at hu ad «bjequium, (ludns , qm prtmo altera adverjam ejns fortunamex fidematqne antmttm aften- tquo detrtBabant , zeid taverant. Hift. I. Tacitus in 't 2, Boek zyner |
||||||
Th 1 end e Hoofd-deel.
Hoedanig men den machten aller Heer-
/chappyen moet afmeeten. Tegenwoordig is het goed de hoe-
danigheid van een Prince te on- derzoeken , dat is te feggen , of hy foo grooten Staat heeft, dat hy fich zelven in nood kan onderfteunen, en dehulpe vaneen anderniet van doen heeft. Om dit point te ontwinden, foo
|
||||||
van N. MACHIAVEL. 8?
foo feg ik, dat gelyk volgens myn ge- j
voelen, die manfchap en gelds genoeg hebben, om een leger op de been te brengen, hen, diehaer willen befprin- gen, flach konnen leveren , die zeg ik, fich zelven genoeg konnen (taan- de houden : in Tegendeel hebben zy t die gedwongen zyn binnen hunne Ste- den fich opgeflooten te houden, by gebrek van macht, om in 't open veld te verfchynen, altoos een ander van nooden. Wy hebben overliet eerfte geval geredeneerd , en zullen in 't vervolg noch meer daar van fpreeken» als het te. pas zal komen. Wat het tweede aan belangt, 't is genoegden Princen te berichten, dat zy de Stad van hun verblyf verfterken, zonder voor het overige andere zorg te dra- gen • want wanneer een Prins zyne Stad wel zal verfterkt, en ontrent zy- ne onderdanen fich zoo zal gedragen hebben, als ik hier vooren heb aan- geweefen , en hier onder noch zeggen fel, foo fal hy nooit goeds moeds aan- F s ge- |
||||
getart worden ,(i) de menfchen ai-
toos vreefende, fichin zware onder- neemingenin te laten, (x) Nu is het nimmer goed êenen Prince aan te taften , d.e zy„ plaats in ftaat van |
|||||||||||||||||
dcei'
|
|||||||||||||||||
het volk met gehaat is.
De Steden van 'BmtJUmL zyn zeer
vry hebben weinig Jand, en die óen Keifer niet, dan op hunne wyze Re- amC? WiCn ^ i
|
|||||||||||||||||
ig nabuur vreezen. Want ge
ï, lY alIC fterke muurcn ' groote
grachten, en zoo veel oorlogsbehoef- |
|||||||||||||||||
ten,
|
|||||||||||||||||
y r
|
een
|
||||||||||||||||
, aut cer/e non ar-
duumftt. Hift.2.,Zy,die een groote onderneeming aanvangen, zeid. Taci- rus, moeten wel onder- Zoeken , of de uitvoering " " Si /Al
|
|||||||||||||||||
van waak, als uit
voorzigtigheid. SatuSe. Ittcenfibus domwatiomm tjtn abnuenttbHs, inquos, *tpatrufat dM |
|||||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. $i
tent als zy noodig oordeclen , heb- >°Hooft
i ■> ■ \ xa deel.
ben, en er in hunne Magazynen voor-
raad van levensmiddelen en hout voor een Jaar is, zoo ziet y der wel, dat de belegering dezer Steden langdurig en moejeJyk zou vallen. Hier byge- voegd, dat om het gemecne volk te voeden, zonder dat het tot Jaft van 't Gemeen zy, zy altoos hebben, om die voor een Jaar aan dat foort van werken te laten arbeiden, die defènu- wen en het onderhoud van de Stad zyn. Behalven dat, houden zy de Krygstucht , en oorlogsoeffèningen in haar volle kracht. Een Prins dan, die een fterke Stad
heeft, en niet gehaat is, kan niet be- fprongen worden, en zy, die hem aan- taften, fullen met fchande daar afko- men , om dat de waereldfche zaaken de verandering foo onderworpen zyn, dat het byna onmogelyk is, een Jaar lang een Plaats belegerd te houden» Maarfal ymand my leggen, foo het Volk zyne Goederen buiten heeft, en ficc
|
||||
9% De P R I N S
i»Hoofi fiet zyne Landen pionderen en ver-
woeften, die het geduld zal verliezen, en de eigen liefde, belial ven de onge- makken van een lange belegering, zal hem den Prince doen verlaten. Ik ant- woorde, dat een machtig en moedig Prince altoos defe fwaarigheden zal te bovenkomen, 'tzy met het Volk te doen hoopen, dat het kwaad niet lang fal duuren, 't zy mettcr vreefe voor de Vyandelyke wreedheid in te boeze- men, 'tzy met behendig van den zul- ken fich te verfeekeren, die hem de op- roerigfte fchynen. Voegd hier by, dat de Vyand, als hy eerft komt, ge- meenlyk alles bederft, dewyl het dan tyd is, dat de gemoederen meeft aan 't fieden fijn, én beft ter befcherming fich bereiden ; foo moet de Prins fich dés te ftandvaftiger houden: want als de eerfte hitte over is, zyne Onder- danen bemerkende , dat het kwaad teedts geleedenis, en 'er geen hulp- middel meer toe overig fchynd, foö vereenigen zy fich te enger met hem» dien
|
||||
van N. MACHIAVEL. p3
dien zy gelooven meer aan hun ver- d«ï,ooft
plicht te fijn, om ter liefde van hem hunne Landen de plondering zyn on- derworpen geweeft. Behalven dit is het de gewoonte derMenfchen,meer te beminnen, om't goed dat zy doen, als voor dat, 't geen zy ontfangen. Dit alles wel aangemerkt zynde, fal het een voorfigtig Prins niet bezwaar- lykzyn, fijne Burgerie te doen beflui- ten een lange belegering uit te (laan, mits dat de Stad geen levensmid- delen , of Oorlogs behoeften ont- breeken. f3) |
|||||||||||||||
( 3 ) Gelykvormig het
|
veranderde, ten einde
een lange belegering te konnen uithouden. In, zyn leven. |
||||||||||||||
zeggen van Tacitus, dat
Agricola alle Jaaren de bezettingen en oorlogs^ behoeften inde plaatzen |
|||||||||||||||
Elfde Hoofd-deel.
Van de Kerkelyke Heerfchappyen.
Y is niet meer overig, dan van
|
|||||||||||||||
M
|
|||||||||||||||
deKerkelykeHecrfchajppyen te
fpree-
|
|||||||||||||||
94 *>c PRINS
|jj|ooftfpreekeni diewelbezwaarlyk tever-
krygen, maar licht te behouden zyn, om dat j foo zy op de oude gewoon- tens van Godtsdienft, die altoos zeer machtig zyn, fleunen, opwatwyze men ook fich daar in beftierd, men al- toos fich daar in fal handhaven, 't Zyn dan defe Princen, die eenen Staat heb- ben ,en den felve niet befchermen-, die Onderdanen hebben, en defelve niet regecren. Zy alleen zyn het, die van hunne Staten niet berooft worden, niet tegenftaande, zy die fonder befcher- minglaten, jen die Onderdanen heb- ben , welke gedachten noch macht hebben, om fich van 'er te vervreem- den. Deze dan zyn dé verzeekerfte en gelukkigfte Heerfchappyen. Maar gelyk die door hooger faaken geregeld en onderfteund worden , daar het Menfchelyke vernuft niet toe ryken kan, foo fou het vocj~ my een laatdun- kentheid.en lichtveerdigheid zyn.daar over te willen redeneeren. Echter , foo ymand my afvraagt |
||||
I van N. MACHIAyEL. pf
I waar het yan daan gekomen is, dat de
I Kerk in 't waereldlyke foo machtig ge- il worden is, dat zy tegenwoordig eencn \ Koning van Vrankryk heeft doen 't zid- deren, hem uit Italië heeft konnen djy- yen, en den Venetianen bederven; ia plaats dat voor liet PauÏÏchap van o/- lexander den Vï., niet alleen de Poten- taten van Itdien, maar felfs de minde Italiaanjche Baronnen en Heeren ia op- figt van het waareldlyke haar Weinig vreefden; foo fal het nietvrugteloos zyn een gedeelte daar van op te ha- len, alhoewel het genoegzaam be- kent is. Eer dat Kar el Koning van Vrankryk
in Italien kwam, was dcfe Provincie onder het gebied van den Paus , der Venetianen,\an den Koning van Nafels, den Hertog van Milaan , en van de Tlorentynen. Defe Vorften hadden twee voorname oogmerken, eer(l,om te verhinderen, dat geen uitheemfche Wapenen in Italien kwamen, ten twee- de , dat geen hunner te groot wierd. |
||||
96 De P R I N S
Zy nu, daar men het meefte vermoe-
den dien aangaande van had, waren de Paus, en Vettetianen. Om dezen in toom te houden, wierd een Ligue van alle de andere vereyfcht, gelyk men gedaan had voor de befcherming van Fcrrare. Om den Paus te vernederen, bedienden men fich van de Roomfche Baronnen, die in de twee Fa&ien der Urfynen, en Colonnen verdeeld zynde, altoos den Wapenen in handen had- den , om hunne twiften te wreeken, felfs tot onder de oogen van den Paus, h geen het Pauffchap ontfenudc. En fchoon der fomtyts een moedig Paus te voorfchyn kwam, als Sixtus de IV. fo kon hy uit deeze belemmering nooit geraaken , ter oorzaak van de korte duur zyner regeering; want een dozyn Jaaren, die een Paus leefde, was ter nauwer nood genoegzaam , om een dezer Fa&ien ter neder te werpen. En zoo, by voorbeeld, die der Colonnen onder een Paus byna uitgebluft was, wierd ondereen ander wederom wak- ker, |
||||
van N. MACHIAVEL. 97
ker, die het op den Urfinen toeleidde.
En dit veroorfaakte, dat de waereld- lyke machten van den Paus in Italië» veracht wierden. Eindelyk kwam 'er eenJlexander de
VI. te voorfchyn, die beter dan eenige zyner Voorzaaten betoonde, wat een Parn, die Geld en Wapenen heeft, verrigten kan; ten getuyge verftrekt hier van, al het geen ik reedts gezeid heb, dat hy deed, door middel van denHertog van Valentinois,zn. de Franf- fen. En alhoewel zyn voornemen niet was de Kerk, maar zynen Zoone te vergrooten, echter deed zy, na zyn dood, en die van den Hertog, voor- deel met het geen hy verkreegen hadde. Julim, Opvolger van Jlexander,
vindende den Kerkelyken Staat, door het byvoegen van gantfch iomagne, aangewaffchen, de Faftien der Room- fche Baronnen, door de ftrengheden van zyn Voorzaat uitgebluft, enhier mede, een open weg gebaand tot mid- G de. |
|||||
-
|
|||||
8 De PRINS
delen, om fchatten en rykdommen te
d"1'8 vergaderen , ( een middel daar geen der Paufen voor ^lexander ooit om gedacht had;) zoo volgde hy niet al- leen deze voetftappen op, maar fich nochhooger trachtende te verheffen, befloot hy Bologne te vermeefteren, den Venetiaanen te bederven, en den Franjpn uit. Italië te verjagen-, 't geen hem met des te grooter glory gelukte, om dat hy dit alles deed, om de Kerk, en niet om fich zei ven, of den zynen te vergrooten. Hy liet den Urfmen en Colonnen in die (laat, daar hy 'er in vond, en niet tegenftaande eenig onderwerp van alteratie of beweeging onder hun zomty ts fcheen te ontftaan, zoo hielden evenwel twee zaken hen binnen de paaien van hunnen plicht, de eene de grootheid van de Kerk, die der ter neder wierp; en de andere, dac zy geen Kardinaalen van hun Huis • meer hadden ; ( i) hier zyn alle hun- ne- (i) De Urfinen en1neder geworpen, door
^ Colonnen wierden ter Ide aanftelUng die Sixtus « de
|
||||
\
|
|||||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 99
ne twiftenen oneenieheden vandaan ilHo°ft
i i- -il i deel,.
gekomen , die nooit 2ullen ophou-
den , 200 lang zy Kardinaalen zullen hebben, dewy 1 zy foo binnen als bui- ten onderwerpen van twiften voeden, diedeHecren zoo van de eene als an- dere Fattïe gedwongen zyn a!s te trou- wen. Zoo dat de oneenigheid tuf- fchen de Baronnen uit de eerzugt der |
|||||||||||||||||
Dus vond Leo de X. het Pauflchap
op den hoogften trap van mogentheit, en men heeft reden, om te verhopen, dat gelyk Alex ander en Julim door wapenen die vergroot hebben, hy door zyne goedheid , en duizend andere groote hoedanigheden, daar hy mede voorfien is, die nochgrooter en eer- waardiger zal maken. G X TWAALF-
|
|||||||||||||||||
<Ie V.deed van veele Her-
togen en Princen , die door dezen nieuwenTitel huns gelyken geworden |
|||||||||||||||||
zynde, ook hunne vyan-
den wierden, door het voorwenden van den. voorrang. |
|||||||||||||||||
■
|
|||||||||||||||||
— —
f
|
||||||
ioo De PRINS
deei. Twaalfde Hoofd-deel.
Van alle foorten van Krygsmachten, en
eerftelyk van Uitheem/ch e Benden ,en Huurlingen. H Ebbende in 't algemeen alle
foorten van Heerfchappyen af- gehandeld, en middelen aangewee- zen, waar doorveele die verkreegen en bewaard hebben; als ook de fwaa- righeden, die fich in 't verkrygen, en fich daar in te handhaven, opaeeden; 200 blyft 'er niet meer overig, als om in 't algemeen te redeneeren, nopen- de het geen deofenjive enDefenJivc be- treft. Wy hebben gezeid , dat een Prins noodig heeft goede fondamen- ten te leggen, by gebrek van welken hy verlooren moet gaan. De voor- naamfte fondamenten die nieuwe, ou- de , of gemengde Staten hebben, zyn goede Wetten, en goede wapenen (i) Ge-
(i) Imperatonam ma- linde voorreden zyncr In-
jeftattm, zcid Juftiniaan I ftituten, non filum armis |
||||||
__________________________: "~
van N. MACHIAVEL. 101
Gelyk nu de goede Wetten niets ver-
mogen, daar geen goede wapenen zyn, en dat daar goede wapenen zyn, ook goede Wetten vereyfcht worden, zoo zal ik maar van de wapenen fpree- ken. Ik zegge dan, dat de wapenen,
daar een Prins zynen Staat mede be- fcliermd, of zyne eigene, of gehuur- de, ofhulpfame, of gemengde zyn. De hulpbenden en gehuurde zyn on- nut, eneevaarlyk, en een Prins, die ftaat op huurlingen maakt, zal nooit in veiligheid zyn, nademaal zy onee- nig, eerzugtig, zonder Krygstucht, ontrouw, dapper onder de vrinden, maar lafhertig onder den vyanden zig vertoonen, geen vreeze voor God, of trouwe voor menfchen hebben, zoo dat ymands bederf niet verder uitge- fteldblyft, dan de aanval. Geduu- rende de Vreedc berooven zy u, daar G 3 vy- dtc»ratam , fed ff'tam Ugi-forum (& f ach refie ftjjit
btts tportet rjfe armatam, ut < gubtinaru »tr*m<iue tempus( bi1 |
||||
1Ox, DEPRI N S. ,
yyanden in den oorlog zulks maar doen; nademaal zy geen andere lief- de, of beweegreden, die der tot uwen dienft verbind, hebben, als de zol- dye, die daar benevens niet genoeg- zaam is , om 'er begeerte te geven, vanvoorutefterven. Zy willen uwe foldaaten wel zyn, zoo lang gygee- nen oorlog voerd, maar zoo haaft die aankomt, vlieden zy , en loopen weg. (2) •
Ik zou weinig moeite vinden, om
dattebewyzen, dewyl het bederf van Italië tegenwoordig nergens anders van daan komt, als om dat zy zoo langen tyd op gehuurde foldaaten ge- ruft heeft, die zoo wel eenigen voort- eank fchynen te maken , en brave & man- |
|||||||||||||
deel.
|
|||||||||||||
d) 'tZelvezeidhyin ftaan, hoe weinig die
het 4/Hoofd-deel van het ook zyn. Gelyker ^ nu |
|||||||||||||
geen genegentheid ot j;
ioufie is, dan onder u eigen onderdanen, zoo is het noodig dat gy u van die bediend , zoo'gy u" wen Staat zoekt te behou- i |
|||||||||||||
i Boek zyner Republyk:
en hy voegd daar by : De Krygsmacht, die geen ge- negentheid hebben voor hen?, die haar gebruykt, xa 1 nooit moed hebben, |
|||||||||||||
omden vyanden tegen te
|
|||||||||||||
H
|
|||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 103
mannen te zyn, maar wanneer de Uit- heemfche verfcheenen , betoonden wie zy waren, zoo dat Karel, Koning van V'rankryk in Italië komende, als Kryd dat weg nam *. En zy, die zeg- gen, dat onze zonden daar oorzaak van waren, hebben de waarheid ge- zeid, fchoon het de zonden niet wa- ren, die zy geloofden , maar die ik 1 1 11 11 1
aangehaald hebben, dat is te zeggen, de eerzucht en begeerlykheid derPrin-
"£n, die ook daar over geftraft zyn. |
||||||||||||||||
van A-
kxander |
||||||||||||||||
Ir.
Mare- te.^ de Logis verge- leek, die |
||||||||||||||||
Maar rca«
|
||||||||||||||||
nctgens
|
||||||||||||||||
Om hem met een te ver-
wyten , dat hy zig onty- dig met Vrankryk had ingewikkek. Maar het gevolg heeft wel geleerdj ^voegd Guichardin daar by, ) dat zy beide den rechten weg verlaten had' den , en wel voornament- 3' rk de Hertog, die roem-
e, leidsman van alle de andere te zyn, doorzy- ne bekwaamheid , en voorzietigheid,otn welke reden zyne ,'pluimftrykers niet |
||||||||||||||||
Guichardin zeid |
in liet i Boek zyner Hi- ftorie van Italië, doe Pie- dro de Medicis, zeggen- de tegens Louys Sforce Hertog van Milaan, dat hy voor hem daar ge- weeft was } nadcmaal Louis den rechten weg had verlaten; de Hertog hem zoodanig antwoord- de : 't Is V/aar , dat een van ons beiden den rechten Xveg verlaten heeft ; maar mijfcbien z.ult gy het zqn |
||||||||||||||||
io4 De PRINS
iiHooft Maar Om tot onze vooriee redenee•
ring weder te keeren, of de Kapitei- nen huurlingen , zyn voortrefFelyke mannen, of niet : zyn zy dappere mannen, gy kond 'er u niet op ver- trouwen , want altoos neygen zy tot hun eigen grootheid, 't zy met u, die hun meefter zyt, te onderdrukken, of met anderen tegensuvoorneemen, te vernederen : Zyn zy die nu niet, zoo bederven zy gemeenlyk uw zaa- ken» Zoo men my antwoord , dat alle andere Kapiteinen, die de wape- nen |
||||||||||||
niet fchaamden te zeg-'een Moor in verbeeld
een, noch hy om dat te wierd , die met een be- nooren : Datter «iemand, zem in de hand een groo- dan Jefiu Chriflus tn dtn ten hoop haanen en klee- Jiemel, en Lohjs de Moor ne kiekenen van allerley op Aarde Vws , die toifi hoe-1 foort fcheen te verjagen, d»nig de oorlog met Vrank- Jen hem daar op vraagde j ryk U>t* eindigen. Nardi Wat zegt gy van dit voorne- jn het 3 Boek zyner Hi- j men. Dat uwe Moor, ant- |
||||||||||||
ftorie van Florence, daar
by byvoegd , dat deze Hertog op zeekere tyd raillieerende met een E- delman vanFloi*ence,hem een groot tafereel van |
woordde de Florentyn,
|
|||||||||||
"Willende Italië fchooit maa'
ken en zuivere» , zjgZjelveif met (lof en flank tM vervul' len , waar door hy voor- zeide, 't geen hem wel |
||||||||||||
Ittlic vertoonde , daar haaft overkwam.
|
||||||||||||
._
|
|||||||
<
|
|||||||
van N. MACHIAVEL. ïo?
nen in handen hebben, het zelfde zul- "e"ooft
kn doen.zo zeg ik dat een Prins of Re- publyk vaerdig moetzyn.om de wape- nen op te vatten. De Prins moet zelfs de bediening vanKapitein waarnemen; een Republyk die aan een haarer bur- geren geven; gebeurd het nu, datter die niet bekwaam toe is , zoo moet zy die veranderen, is hy 'er goed voor, moet zy hem afhankelyk houden, dat hy tegens de Wetten niet kome te fon- digen. En de ondervinding toond, dat ge-
wapende Vorftenen Republyken al- leen groot voortgangen doen, en dat een gehuurde Krygsmacht , nooit anders als fchade veroorzaakt. Voeg hier by , dat een gewapende Repu- blyk met zyn eigen toerufting, zich zelven beter bevryd van de verdruk- king van een haarer burgeren, als wel een, die zig van uitheemfche wapenen bediend. Home» en Sparte hebben zich met
hunne wapenen veele Eeuwen achter
G f een
|
|||||||
■
|
|||||||
DE PRINS
een in vryheid gehandhaaft -, en de
Zrvit&ers met de hunne zyn tegen- woordig noch zeer vry. Tot voor- beelden der oude gehuurde Krygs- macht hebben wy den Carthaginenfen, die niet tegenftaande zy hunne eygene burgeren tot Kapiteinen*hadden; by het eindigen van deneerften oorlog, dien zy tegens den Romeinen voerden, het weinig fcheelden, of zy waren van gehuurde Krygsmachten onderdrukt* Philipptts van Macedonië, na het over- lyden van Epaminondas Kapitein der 'ïhebanen geworden zynde, benam derzelver vryheid, na hunne vyanden overwonnen te hebben. Sforce ver- liet eendaags JohannaAe II. Konin- ginne van Napels, die hy diende, 't geen 'er noodzaakte, om zich in de armen van den Koning van Arragon te werpen, om haaren Staat te bewaren. * Fr anfois Sforce zyn Zoon, den Vene- p ftanen by Caravas geflagen hebbende, In"»6' vereenigde zich met'er, omdenJ^i- derhand Isl-
ver-
wierp, om Louy s Hertog vtn Anjou op nieuw aan te nemen.
|
|||||
___
|
|||||
van N. MACHIAVEL. 107
Uneèzen te onderdrukken, die hem, ^
na de dood van hunnen Hertog Philip- p Vïfconti, tot haaren Kapitein aange- fteld hadden. Zoo men zeid, dat de Vcnetianen,
en Florentynen hun gebied niet dan door dufdanige K rygsmacht vergroot hebben, en evenwel hunne Kapiteinen hunne Princen nooit geworden zyn, maar in tegendeel hun wel befchermt hebben; zoo antwoord ik, dat de ïlo- rentynen veel geluk gehad hebben, om dat van verfcheide Kapiteinen, die zy • Een te vreezen hadden, eenige niet gewon- *"{{ch nen hebben, anderen verhinderingen *■$£ ontmoet zyn, zoo dat zy hunne eer gebied zugt elders hebben moeten wend"^ Jeand'Acut * was zoodanig een, |
|||||||||
niet won, en wiens getrouwheid by ge-, ,
i .111 ° hulPe
volg men niet kon bekennen -, maar y-»»de
der een zal moeten bekennen, dat zo nLU'
hy gewonnen had, de Florentynent'zy- Jf'f. ner befcheidentheid zouden gebiee- |ee*on- ven zyn. Sforce had altoos den Br de* Mach. i chen op den hals, en zy dienden on- n«mft'. der.vanFlO.
|
|||||||||
reace.
|
|||||||||
io8 De PRINS
derling, om een wakend oog over den
anderen te houden. Zyn Zoon wen- de zyneerzugt tegens Lombar die, èn wierd Hertog van Milaan, Bracche te- gens den Kerkelyken Staat, daar in hy Peroufe en Montone veroverde, en het Koningryk van Napels, tegens de ¥i.onmg\nnej ohanna de II. Maar Jaat ons keeren, tot het geen
wy in onze dagen gezien hebben. De Tlorentynen namen voor Kapitein Paul Vitelli, een zeer voorzigtig periona- gie, die vaneen kleen geluk tot een hooge achting geklommen was. Had hy Pifa ingenomen, de Florentynen zouden gedwongen geweeft zyn, hem te moeten gehoorzamen, want zy warert verlooren geweeft, zoo hy in dienft van hunne vyanden was over* gegaan. Zoo men de voortgang der Venet'u-
nen aanmerkt, men zal zien, dat zy wonderen verricht hebben, wanneer zy zelfs den oorlog voerden, ik wil zeggen , wanneer zy genoegen naa- men,
|
||||
van N. MACHIAVEL. 109
men, met alleen ter Zee te ftryden,
maar dat zy hunne dapperheid verloo- ren, zederd dat zy te Land begonden tevegten, en de ItalUanfche gewoon- tens en zeeden aan te neemen. Inden beginne hunner vaftftelling op het vafte Land, hadden zy niet veel ree- den , om hunne Kapiteinen te vree- zen, devvyl zy geen grooten Staat daar bezaten, en daar benevens noch een groote achting behielden; maar zy bemerkten hunnen misflag, wan- neer zy zich uitgebreid, en onder het beleid van Carmignole den Hertog van Oldilaan geflagen hadden. Want aan de eene zyde ziende, dat hy een zeer dapper man was , en aan de andere kant, dat hy zeer langfaam begon te handelen, om den oorlog te doen duu- ren, foo oordeelden zy wel, dat zy niet te wagtcn hadden van meer te overwinnen, om dat deze Generaal zulks niet meer wilde , en zy hem niet konden afdanken, zonder te ver- liefen, 't geen hy voor hun verkregen had;
|
||||
no De PRINS
had -, om fich dan te verfeekeren, wa-
ren zy genoodfaakt hem het leven te benemen. Zederd hadden zy voor Kapiteinen Barthelemi Coleone, Robben de Saint Se ver in, den Grave van Pctil- Un , van het Huis der Urfinen , en meer andere, van welken zy geen overwinningen, maar wel verliefen te vreefen hadden, gelyk 'er zederd te Vaila gebeurde, daar zy ineene Veld- flag verlooren , 't geen zy met zoo veel moeite in 8oö Jaaren gewonnen hadden;devvyl ditfoort van menfchen niet als fwakke en langfaame over- winningen, maar zeer fchielyke en verwonderlyke verliefen doen. Nademaal nu defe voorbeelden my
in ftaat gebracht hebben, om van Ita- lië te fpreeken, dat federd langen tyd van gehuurde Krygsmachten zich be- diend heeft, zoo zal het goed zyn, tot den oorfpronk dezer wapenen op te klimmen, en derzelver voortgan- gen te befchouwen. Men moet dan weten, dat zo haaft
het
|
||||
N. MACHIAVEL. in
hetRyk geen macht in Italië meerbe-IïHooft
gon te hebben.enhet Pauffchap in hoge achting, kwam, Italië in verfcheide Staaten verdeeld wierd. Het meeren- deel der groote Steden nam de wape- nen op tegens den Adel , die door gunft van den Keizer onderfteund, die onder flavernie hield} en de Paus fprong 'er by, om in 't waereldlyke machtig te worden. Eenige andere vervielen onder deHeerfchappye hun- ner burgeren, waar door byna geheel Italië, de Kerk, en eenige Repuolyken onderworpen wierd. Zoo dat zy ee- nige Kerkelyke, andere Burgers zyn- de, die geen wapenen witten te voe- ren , van Uitheemfche en Vreemde- lingen fich begonnen te bedienen. De eerfte, die deze Krygsmacht in ach- ting bracht, waseene KyilberikdaCo- nio, (4) Edelman van Romagne, van wie
(4) Een ander da Co- ftellende een Italiaanfche
nio, die Machiavel Louis Compagnie, genaamd de noemd, herftelde de Ita- £««« wt» S/. GHift liaanfche Krygsmacht in ii Boek. ■ haar oude Uufter, aan-J |
||||
DePRINS
|
|||||||||||
itHooftwje <je
|
en Sforce \^
|
||||||||||
wierden, die in hunne tyd fcheidslie-
den van Italië wierden. Op deezen zyn alle de andere gevolgd, die het gebied over de wapenen in Italië tot onze dagen toe gehad hebben. En alles wat zy uitgevoerd hebben , is hier mede geëindigd, dat men gezien heeft, dat Italië door Karel de VIII. ingenomen , door Louis de XII. ge- plonderd, door Ferdinand onderdrukt, en door de Zwitzeren befprongen is. / Het beleid , dat zy hielden , was eerftelyk, het Voetvolk hunne ach- ting te beneemen, en die tot fich zel- ven over te brengen > want geene Staa- ten hebbende , en niet dan van hun vernuft konnende beftaan, konden zygeen gezag met een kleen getal van Voetvolk verkrygen, ook niet veel onderhouden : Zoo dat zy beter ree- kening by de Ruyterye vonden, waar van een klein getal hun met eere deed leven. En de zaaken waren tot op datpoint gebracht, dat ineen Leger van
|
|||||||||||
van N. MACHIAYEL. tij
van ioooa Mannen, geen 2000 Voet- 'i\
Knechten gevonden wierden. Beha lvcn dit hadden zy heft geherni
gevonden , om zoo zich zelven, als hunne Soldaaten van alle ongemak te bevryden , en alle vreeze te geneè- zen, met een gebruyk ïn te voeren, van niemand in eenige ontmoetingen, of fchermutzeeringen te doodenf, maaralleen gevangenen te maaken, en die zonder randzoen: weder té zen- den. Zy htachten geenen nax:ht op het Veld over, noch ook de inwoori- dersdiér landen onder hunne tenten, zy wiften van geen verfchanffingen- in hun legerplaats, ook legerden zy nooit in de winter in 't Veld ; een tugt uitgevonden, zoo als ik gezeid hebbe; omarbeiden gevaaren te vermyden-, die Italië dienftbaar eiï verachtelyk ' maakte. . |
||||||
U4 De PRINS
t-, Hooit
deeU Darthiende Hoofd-deel.
Van huif benden, gemengde ten eigene,
DE andere onnutte wapenen zyn
de hulpbenden , dat is te zeg- gen , die gy tot uwer hulpe en be- fcherming roept , gelyk over eenige Jaaren de Paus Julius de II. deed, die in de onderneeming op Ferrare het noodlot der gehuurde benden onge- lukkig ondervonden hebbende, hulp- benden gebruikte, dieTerdinund Ko- ningvan Spangie hem toezond. De- ze krygsmacht kan nut zyn voor hem, die ze zend, maar altoos is zy ver* de.rffelyk voor hem , die zich daar van bediend; (i) want heeft zy het ergft , zoo blyft gy verflagen , en heeft zyhet beft, zoo blyft gy haar gevangen. ( i ) De oude Gefcniede* niflen
|
||||||||||
( I ) AmbiguHi
forum aninatt, zeid Ta- citus Hifi. 4. en vervol- gens nocoid hy die, milt- |
||||||||||
p nfftftu.
(z) Et acciti Ctrmani . zeid Tackus 4aar ter plaats; Jnihtar''
|
||||||||||
ttt
|
||||||||||
J
|
||||||||||
"
|
||||||
Ni MACHIAVEL. iiƒ
niflèn zyn vol dezer voorbeelden,
maar ik wil my met dat van Julius den II. ophouden , die Ferrare willende hebben, niet erger kon doen, alsfich in handen van een vreemde Hellen. Maar zyn goed geluk deed een geval voortkomen, dat oorzaak' wast dat hy geen ftraffe zyner kwaade keur droeg. Zynde dat deze zyne hulp- benden by Ravenna, verflagen zynde, de Ztvitzers kwamen, dié, dooreen! geluk, daar noch hy, noch de zyne op dachten, den overwinnaaren tet neder leiden j zoö dat hy niet gevan- gen bleef, noch zyne vyanden, om oatzy gevlucht waren; noch die zy- ner hulpbenden , voor zoo veel zy niet, dan door de wapenen van een ander overwonnen hadden. De Florentynen t'eenemaal zonder
wapenen zynde, riepen 10000 Fran-
fin in hunnen dienft, om de StadPt/a
H % te
ter at/fut hoflibus fervituttm verdrukten gelykelyk
impofuerttnt. De Duit, vrinden} envyanden*' fchen ter hulpe geroepen- |
||||||
-
|
||||||
De UINS
|
|||||||||||||
u6
|
|||||||||||||
dwL**te lierw"inen ' een misflag, die der
meer ongevallen over den hals haal- de, dan noch ooit gefchied was. De Keizer \&n.Conftantinopolent om zyne dtonic gebuuren tegen te (laan , liet 1.0000
Turken in Griekenland komen , die, de oorlog geëindigd zynde , niet we- |
|||||||||||||
der daar uit wilden trekken, * waar
|
|||||||||||||
7enT\u- door de flavernie van Griekenland on-
der den ongeloovigen zyn begin nam. Hy dan, die beflooten heeft nim- mermeer te overwinnen , heeft zich v.inCon- 1 1 1 1 • • " ' •
o- van deze wapenen maar te bedienen,
\. die gevaarlyker zyn als de huurlin- Een°£n gen» a^sa^e vereemgd zynde, enon- jean pa. der de gehoorzaamheid van een an- ve°ioo"sder, als gy ftaande ; daar huurlingen $te£ïb in tegendeel meer tyd en voorzorg eten'l noO(^'g hebben, om ute belecdigen, mum de na dat zy overwonnen zyn, om dat hebben, zy geen een lichaam uitmaaken, en gTidïng gyhetzyt, die der gelicht hebt,-en d«hui- betaalt; zoo dat een derde, diegy, het Hoofd van 'er maakt, zich een- flaags zoo machtig niet kan maken, |
|||||||||||||
:
|
|||||||
vak K. MACHIAVEL. 117
dathyu licht kan, of zal beleedigen._
Éindelyk hebt gy gelykclyk te vree- zen de lafhertigheidder huurlingen, en de dapperheid der hulpbenden Een wys Prins zal fich dan altoos
zoo van de eene , als de andere fich ontladen : Liever willende over- wonnen zyn .vegtende met zyn eigen wapenen ; als overwinnen door die van een ander; en dat te meer, om dat het geen ware overwinning is, dien men door andere wapenen , dan de zynenwind.
Nooit vermoeid het my, het voor-
beeld van CtfirBorgiayöorte ftellen. Hy nam imoU en Forh in met hulp- benden, t'eenemaal Fnnffe» zynde, maar zedercl geen veiligheid daarby vindende, gebruyktehy huurhngen, die hy minder gevaarlyk oordeelde, te weten, die der Vrfinen, en VstelU, en naderhand derfclvcr ontrouwighcit ondervonden hebbende, ontfloeg hy zich daarvan, en bediende fich niet, als van zyn eigene Soldaaten. H3 Om
|
|||||||
n8 Dé PRINS
Om nu het onderfcheid te weeten»
datter tiuTchen deeene:, en de andere Krygsmaclit is, foo heeft men maar te fien » hoe yerfcheide de achting was, die de Hertog verkreeg, terwyl hy in handen der tranjfen , prjinen en fuellh ftond, met die, welke hem , toekwam» gedurende dat hy onaf- hankelyk van een ander ftreed. Want nimmer weet men wat die geld, dan wanneer men t'eenemaal meefterzy- ner wapenen is. Ik wil my aan de hedendaagfche
voorbeelden van Italië houden, maar ^at van Hieron van Siracufe,, daar ik reeds van gefprooken heb, kan ik niet nalaten. Zoo haaft zyne Stad hem het bevel over haar leger gegee- yen had , erkende hy de onnutheid der gehuurde Krygsmacht , wiens hoofden fich doemaals foodanig be- (lierde , als tegenwoordig onze Itn» Haatten. Maar ziende , dat hy die niet kon bewaren, of achter weeg JUten, liet hy die in ftukken hou- |
||||||
van N. MACHIAVEL. 119
wen , en zederd voerde hy den deel
oorlog met zyn eygen wapenen al- leen. Noch moet ik hier j'n gedachten
brengen een voorbeeld uit het Oude Teftament, 't geen tot ons onder- werp diend. David, ^«/aanbieden- de, om met Goliath, dien ontfagge- lyken Philiftyn te ftryden, foo wapen- de hem Saul, om hem aan te moedi- gen, metzynBorftharnas, Kafquet, en Zwaard : maar David zeide tot hem, dat hy defe wapenen niet kon behandelen, en dat hy zynen vyand niet wilde bevegten, als met zyn ♦Ma- Slingeren Staf. ($) * Eindelykgc-SL beurd het altoos, dat de wapenen van *^ld H 4 een.; |
|||||||||||||||||
H:
|
|||||||||||||||||
(3) Ende Saul kleedde
David met zyne kleede- en zette eenen ko- |
Ik ka» in dtz.' niet gaan , Schrift
Vuunt ik hel/te het nooit ver- zcid >dat logt , en David leidefe '^ 'el van zig. Endehy nam^ëg, zynen Staf in de hand, maat dat en koos zig vyf gladde V3" G°- fteenen uit de Beeke en !iath leiddefe in zyn Herders»-'^ taiiche, en zyn fluiger hooft »f was in zyne hand. 1 Sajn. hau^ |
||||||||||||||||
peren helnj op zyn hoofd:
en hy kleedde hem met een pantficr. Ende Da- vid gordde zyn zwaard aan over zyne kleederen , en wilde gaan, want hy nadde het nooit verzogt : doe zeide David tot Saul, |
|||||||||||||||||
wen»,
|
|||||||||||||||||
17.38.3^.40.
|
|||||||||||||||||
De PRINS
een ander, ofte zwaar Reegen, offe
naauw fluiten , of vallen u van de ' fchouders. Kerel <Je VIIf. , naden Bngelfchen ,
verdreeven te hebben, de noodwen- digheid erkennende , van met eigen wapenen fich re befchermen, richte ! door zyn ga.ntfche Koningryk Conv pagnien van ordonnantien van Ruite- rieen Voetvolk op. Z<?«»deXI.zyn ZQonfchafte zederd de Compagnien Voetvolk af, en nam in derzelver plaats Zrvitzers aan. En deze mis- $ag, die zyne opvolgers ook begin- gen , is de oorfpronk aller ongevallen van dit Kpningryk» gelyk men tegen- woordig fiet; want deze Koningoi den Zrritzeren te hoog achtende, heb- ben hunne eigenonderdaanen teveel vernederd, die gewoon Zwitser en ia hun jeger vóór medgezellen te fien, gelooven zonder die niet te konnen ^verwinnen »; 't geen veroorzaakt, dat de Franfftn niet genoegfaam zyn, bm 4en Z\vitz,tren het hoofd té bieden, en
|
||||
N. MACHIAVEL,
endatzy, zonder die, tegens ande- ren, niets dat deugd, konnen ver- richten. De legers van Vrankrykzyn. dan ten deele huurlingen ten deele ei- gene , en deze wapenen te gelyk, zyn noch beter , als enkele huurlingen, 1 of enkele hulpbenden, maar ook veel minder, als eigene wapenen, gelyk ik getoond heb. * En Vrankryk zou onwinnelyk zyn, J
zoo men de ordre , door Karet den b VII. opgerecht, had onderhouden, maar 't is een uitwerking van het ge- brek der menfehelyke voorfichtigheid Vaneen zaak te beginnen, dewyl zy een tegenwoordig voordeel daar by vinden , die der belet het kwaad te fien, 't geen daar onder verborgen leid, gelyk ik hier vooren van de hee- te koortze gezeid hebben. Een Prins dan , die de ongevallen niet kend, voordat diefich opdoen; iswaarlyk l nietwys, maar weinigen gebeurd het, [\ die te voorfien, enaftewenden. Zoo men den eerften oorfpronk van het H.jt ver- |
||||
nz De PRINS
verval van het Roofafche Ryk onder-
foek t, foo zal men fien, dat zulks was, om dat zy de Gotthen inriepen; 't geen den krachten der Romeinen be- gon te ontfenuwen , en derzelver dap- perheid aan den Gotthen over te zet- ten. Ik befluite dan, dat een Prins, dk
geen eigen wapenen heeft, niet veilig is; maar in tegendeel ter befcbeiden- heid van het Geval ftaat, by gebrek . dathy niets heeft, om in tegenfpoed zich te befchermen. En het is altoos het gevoelen der wyzen geweeft, dat- ter niet zoo zwak of broos is, als een macht, door zyn eigene fondamen- ten niet onderfteund.^ ( 4 ) De eigene Krygsmacht is nu dié, die uit uw ei- gen onderdanen, burgeren, of fchep- zelen, van u af hangende, is t'zamen gefield j alle de andere wapenen, zyn of huurlingen, of hulpbenden. Lichc is
|
||||||
(4) Nihil rerum morta jnal. ij. Niet is zoo z,wak
Imm tam ivffabilt acflurum I en onftandvaftig, als een efi, qttam fama pottntt*.. J macht, door geen eigen mn fkivi ntr&. ïac. An-'kracHtonderfteund. |
||||||
van N. MACHIAVEL.
is het ook een huifïèlyke Krygsmacht
op de been te brengen, zoo men fich van die middelen, reeds door my aan- geweezcn, bediend, en wel voor al van zulken , die Fhilippus , Vader van K^ilexander den Groote, en meer andere Princen enRepublyken hebben in't werk gefteld, daar ikmyt'eene- maal aan gedragc. Veerthiende Hoofd-deel.
Onderricht voor een Frince , nopende
den Kryg. ; E En Prins moet zyn gantfche ver-
ftand, zorg en arbeid ontrent het ambagt van den oorlog te koft leggen, zynde het eenige dat hy leeren en we- ten moet; (i ) want 't is door deeze ken-
|
||||||||
C i) Een Koning van
Traciezeide, dat hy van 2yn ftalknegt niet ver- fcheelde, dan wanneer hy oorlog voerde. Nero cen ontwerp van zyn toe- |
||||||||
komende Regeering wil-
lende maaken ,' zeide, met geen andere zaakzig te zullen bemoejen, als met een leger te gebie- den. Tacit. Annaf. i?. Do- |
||||||||
ix4 De PRINS
dt2.ooft kenniflè en wetenfchap, dat geboo-
ren Princen zich handhaven, (x) en die meenigmaal van bezondere per- foonen dat worden. In tegendeel ziet men, dat Princen, die zich meer aan de
|
||||||||||||||||||||||
onderhoudingen in de
waereld maaken een ge- durigen lof daar van, na- demaal het ambagt van den oorlog wat grqoter en heerlyker in zig be- helft, als dat der Vrede. 8 Hoofd-deel van zynen Held. (2) Tiridates,Koning
van Armenien zcide, dat Staaten door wapenen, en niet door lafhertigheid gehandhaafd wierden; lat bezondere perfoonen geen ander oogmerk |
||||||||||||||||||||||
Domitiaan haate "Agrico-
la , ter oorzaak die groo- ter Kapitein was als hy, razend zynde, dat hy in |
||||||||||||||||||||||
?lorie
|
||||||||||||||||||||||
den
|
||||||||||||||||||||||
van
|
||||||||||||||||||||||
wapen-
|
||||||||||||||||||||||
handel door een Onder-
daan overtroffen wierd, 't geen volgens zyn ge- voelen het erfdeel der Princen behoorde te zyn. ld fibi maxime formidoto- fum, (i nulttantn gtoriam aliii occuparet; c&iira «- trumque faciltus dijpmula- rt ; ducio boni Imperato- riam virfutem effe. In |
||||||||||||||||||||||
Agricola. Wat zyn de hebben, dan hun goed te
Princen, zeid Graciaan, bewaren, daar de Prin- welker namen in het Re- een in tegendeel de ydel- gifter der Faam opge- heid hebben, van eenes fchreeven zyn , anders anders te bemachtigen» dan de oorlogshelden ? Non ignavtf magna tmpe Zy zyn het, aan wie ei- na conüneri; ($" fit* ré/t- gentlyk de naam van nere prtvatt, domus ; de Grooten toekomt. t)4 altenis ctrtare, r'egiamlatt' , Gefchied eniflen zyn vol, demefft. Tac. Annal. ij. hunner daaden , en de ^ |
||||||||||||||||||||||
VaN N. MACHIAVEL.
de rufte, als wapenen overgaven, »♦**** hunnen Staat verlooren hebben. En waarlyk de eerfte zaak, die u dezelve doet verliezen, is, dat men dêeze konft verzuymtl, gelyk daar in gcoef- fend te zyn, het befte middel is, om ter Heerfchappye te komen. J^wywSj^ra'wierdvaneen bezon-
der Perzoon, Hertog van CMilaun, om dat hy gewapend was : en zyne Kinderen, om den Wapenhandel ver- zuimt te hebben, wierden van Her- togen bezondere Perfoonen. Want een der ongevallen , die u ongewaperit zynde, overkomen, is, dat gy ver- achtelyk word; (3 ; zynde een der eer-
|
|||||||||||||||||||
vi flabant , zeii Tacitus
Annal. 6. De andere van een Koning der Par- then , die de ftoutheid had, van Afgezanten hera toe te zenden,'om hem ongebonden verzoeken te doen , en met den oor- log te drygen , zoo hy hem die niet toeftondv En de reden } die Tacitus daar |
|||||||||||||||||||
, ( 3 ) Tacitus geeft daari
twee voorbeelden van in |
|||||||||||||||||||
de
|
p
|
oon van
|
T
|
||||||||||||||||
d
|
|||||||||||||||||||
de eene van een Gouver-
neur eener Provincie, die hem wel brieven vol drei- gementen dorft fchryven, van te zullen opftaan, zoo hy hem eenen Op- volger zond. Quia ret Ttktrh mnjrisfama, quam |
|||||||||||||||||||
De P R I N S
|
||||||||||||||||||||
116
|
||||||||||||||||||||
dtii°°ft eerloosheden, die een Prins moet ver-
myden, gelyk ik hier na zeggen zal. En gelyk 'er geen evengely kmatighèid is , tuflehen een die gewapend , en tuiTcheneen, die ongewapend is, 20 laat de reden niet toe, dathy» die ge- wapend is eenen ongewapenden ge- Willig gehoorzaame -, of dat een onge- wapend Heer onder gewapende tHcnftknègten in veiligheid zy > (4) want
<laar van gaf, tvas, dat [mens zynde zig zelven
|
||||||||||||||||||||
deze Koning den ouder-
dom van Tiberius, en deflelfs welluftige leven dat hy leide , verachte, waar door hy onbekwaam waSj om op den oorlog te denken- Se»féïfttem Ttbertt Htinermen dtfpiciens Ibid. (4) Uttrimpottntts(§•
■valtdos falfo qutefcat. Vbt mant* agttnr, modeffia ac probitits nomina fttferiorts Junt.Tnc. in Germ. 2.y, die de fterkfte zyn, zyn altoos de meeft geachtfte. Paterculus zeid, dat Ma- roboduus Koning der Marcomannen, voornc- |
abfoluit Prins te rrtaaken,
t'eenemaal van den R°'
meinen onaf hankelyk, zyne benden in gedurige |
|||||||||||||||||||
beweeging hield, en «fat
onder (ch'yn van zyne na- buuren te beoorloogen, hy zyne ónderdaanen in de-wapenhandel zoo wel oeffende , dat hy het Roomfche Ryk ontzag- gelyk wierd. Cmumirt- perinm , v/mijne rtgtai» complex fis animo..... Irrf' pertum perpetuis exercitie brtv'tinemintnt, (§"neftf quoqut imperto ttmendW d' fftii |
||||||||||||||||||||
f
|
||||||||||||||||||||
a/idias
|
||||||||||||||||||||
txtrcttumqut
|
||||||||||||||||||||
■itr-
|
||||||||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 127
want het is onmogelyk, dat zy den an-
deren wel verftaan, waar vandeeene
veracht, en de andere vol achterdocht
is» by gevolg kan een Prins, die den
Wapenhandel niet verftaat, van zync
Soldaaten nooit geacht worden , of
fich aan die vertrouwen, 't Is dan voor
eenen Prince van de uitterfte nood-
zaakelykheid, fich geheel en al aan
de oeffeningen, van den Oorlog over
te geven, en dat moet zyn gedurige
bezigheid zyn , zoo wel in tyd van
Vreede, als van Oorlog \ (5-) 't geen
op tweederley wyzen kan verricht
wor-
|
|||||||||||||
legionts , erna , froviftil
ftrinde Ogere , ac fi boftis ingréttret. Annal. 12. Se- neca zeid, dat de benden, gedurende den Vrede, in battallie trekken , aan de \ verfchanffingen arbeiden, |
|||||||||||||
vtrfut fïnitimot bellit exer-
ctndo major $ opm pr i-para- U.Hift.8. (5) GelykCaflius Gou-
verneur van Syrië deed, die, alhoewel in Vrede, niet naliet zyne legioenen |
|||||||||||||
te oeffenen, en ide oude I door wapenhandel zich
|
|||||||||||||
Krygstucht met zoo veel
voorzorg te herftellen, als of hy in vollen Oor- log was. Quantum fint i'llo dahatur , revocare rjf(*m mntm, txerrifitre
|
|||||||||||||
vermoejen, die zy anders
konden nalaten 3 om daar toe gewend te zyn , als de nood aan de man komt.Ep.i8, |
|||||||||||||
i
|
|||||||||||||
■~-
|
||||||||||||||||
ïi8
|
||||||||||||||||
De PRI N S
|
||||||||||||||||
Worden, de eene door daadcn >
|
en dfc
|
|||||||||||||||
andere door het verftand.
Wat de eerfte aanbelangt, behal-
ven dé zorg., ont zyne Onderdanen gedurig in arbeid te houden, moeft hy gedurig in de jacht zich oeffènen, (6) om aan ongemak te gewennen, daar benevens , om de gelegenheid der Plaatzen, het hangen der Bergen, de in en uitkomften derValeyen,de bree- ten der Vlaktens, en de natuur der Rivieren en Moeraflèn leeren kennen > (y) en dit kan tot twee zaakendie- 1 nen.
|
||||||||||||||||
(<>) Als de Romeinen
deeden. Romanis foltnne virit opus, ut He fam*, vi- ttcjue {$■ memiris, zeid Horatius in de 18 brief tan het eerfle boekzyner brieven. Vorionus wierd van de Parthen veracht, die groote Oorlogslieden waren , om dat hy de Jagt niet beminde. Accen- debstt dcdtgnaHtes (f ipfè , dtverfus a majorem inftitH- tü , raro vtrtalu. Tacitus An«al.2. • |
||||||||||||||||
(7) Deze kennifTe
zeid Machiavelin het 5? Hoofd-deel van het derde boek zyner Republyk, word beter door de Jagt, dan'door eenige andere oeffening verkregen; bui- ten deze kennis , leerd de Jagt noch duizend andere dingen , die in den oorlog1 nobdig zyri> En Cyrus, naar 1 het verf- haal van Xenophpn, te- gens den Koning van Ar- menië te Velde trekken- de, |
||||||||||||||||
n
|
van N. MACHIAVEL.
hen.I.Om zyn land te kennen.endat te >+hoo« konncn befchermën. II. Om des te bé- ter te weten hoedanig andere plaatzeri gemaakt zyn.die men te kennen nodig heeft. Want de Heuvelen, Valleyen, Vlaktens, Rivieren, en Moera(Tèn,die, by voorbeeld in Tofcanen zyn, hebben een zekere gelykheid met andere; fo dat men van de kennifiè der gelegent- heid eener Provincie , lichtelyk tot de kennifïè van andere kan komen. En' wanneer dit gedeelte eenen Prince ont- breekt , zoo ontbreekt hem de eerjfte Vereyfchté gelegenheid, om een groot Kapitein te zyn; want het is deze, die hem leerd, zynen Vyand te vinden, I tïcli |
||||||||||
«leidde tegens zyn Volk,
dat deeze onderneming- niet anders als een der Jagten was y daar hy 'er nu reeds zoo meenigmaal toe geleid had: vergely- kende den geenen, die hy op de Bergen in een bufcade leidde , by den fculken, die de wilde bee- ften uit hunne hollen joe- gen , om in de netten die |
|||||||||||
toont, naar het zeggen
van Xenophon , dat de Jagt een verbeelding van den Oorlg is; om welke reeden men gemeenlyt zeid, dat een Krygsman, den fprong van een HajK.' en den vlugt van eenWolf moet hebben., die wyk- kende zyn bloedige tan- den toont, en 't zynder befcherming niet minder |
|||||||||||
vangen. 2t Geen be- als een'wild Zwynïs.;
|
|||||||||||
130 De PRINS
i*£"ooft zich wel te legeren , Heirkrachten
te geleiden , Battallien te leveren, en Steden te belegeren. (8) Filopemen, Prins van Achaye word
door de oude S chry veren gepreezen, om dat hy 'm tyd van Vrede altoos om den Oorlog dacht, en dat in de reizen die hy met zyne Vrinden deed , hy dikwils zich ophield, om'er te vraa- gen, zoo onze Vyanden op dien Heuvel waar en t en ons Leger hier, wie dat voor- deelzotthebben? Hoe zouden wy by 'er komen, en in de bejte gedaante aam aften? Zoo wy nu wilden wykken, hoe zouden rvy dat konnen doen ? En zoo zy wee- ken , hoe zouden wy 'er vervolgen ? Alle gevallen, die in den Oorlog zich op doen, op deezewyzevoorftellende, hoorde hy derzelver advyzen, en gaf 'er het zyne, en zyne redenen-, zoo dat,
|
|||||||||||||||
( 8 ) Zynde de hoeda-
|
|||||||||||||||
ctre. En een weinig daar
na. Adnotabant |
|||||||||||||||
ni
|
a -> --- -------•«
|
||||||||||||||
zyn Schoonvader totei- nndwmimnmvumtm*-
gend. Ctcaca/ïraipjeca. tau Ucorum fapi/ntw: k- tere. Jbnt.irin nrliliii, .•,!. „.rf- t_ » • '.
(Vgncq
|
|||||||||||||||
p
|
|||||||||||||||
I
|
|||||||||||||||
N. MACHIAVEL. 131
dat, wanneer hy in den Oorlog \*as» JJJ?°fi
hem nooit iets over kwam, 't geen hy niet voorzien had. Maar wat de oefïèning van het Ver-
ftand aangaat, een Prins moet de Ge- fchiedeniflen leeren , om de xkaden van groote Kapiteinen daar in te be- fchouwen , en de oorzaaken hunner overwinningen , of nederlaag; maar voor al moet hy doen 't geen eenige voortreffelyke Mannen gedaan heb- ben , die getracht hebben ymand op te volgen, wiens leven glorieus en beer- lyk was geweeft, dus word verhaald, dat K^ilexander de Groot , ^yichilles, Ctfar , KyHeyan&er > en Scipio Cyrtts navolgden. Want die het leven van Cyrtis , door Xenophon befchre- ven , leeft , zal zien , dat Scipio van point tot point, alle de deug- den , die deezen Hiftoryfehryver Cyrus toeeigend , heeft opgevolgd ^t hy deflêlfs leeven , zich tot Model heeft voorgefteld , en I % dat |
||||
il% De PRINS
dat altoos in handen had» (y) 7Lk
daar hoedanig een wys Prins zich zel- ven moet beftieren , zonder ooit in tyd van Vreede leedig te zyn, ten eiti' de.zo het Geval kwame te veranderen, hy altoos mag gereed zyn, om dat te wederftaan. |
|||||||||||||
deel.
|
|||||||||||||
(9) Alk de Princen
moeten Scipio denAfri- caner navolgen, die, naar het getuygenis van Pater- culus , zyn garitfehen tyd tuflehen de oeffenin- gen van den oorlog en Vreede verdeelde, altoos bezig in de wapenen , of in de Boeken , zyn lic- haam aan de gevaren, en |
|||||||||||||
zynen geeft aan deweten-
fchappen overgevende. Nee tjHitquam hoc Sctpioi* tltgantius tnttrvalla neg1*- ttornm otto diffunxit, fint' ptrqut aut bdlt , aut pitrn ferviit arithut , femfttept inter ttrtria (&ftud$n verft' lus, aut corpus pericttld > aut antmum difcipitnü txtt- ctttt. Htfl. I. |
|||||||||||||
Vyfthiende Hoofd-deel.
't Geen den tMen/chen , en vóór d
den Princen doet pry&en , of lu- ken, TEgenwoordig ftaat ons noeh
maar te bezien , hoedanig»een Prins zich ontrent zyne Onderda- nen |
|||||||||||||
\ <
|
|||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 133
«enen Vrienden moet bcftieren. En
g lykikweet.dat verfcheide deeze ftofe verhandeld hebben, zoo vrees
ik, voor laatdunkend te zullen ge- houden worden , zoo * die an- ders, als zy gedaan hebben, verhan- dele. j .
Maar myn voornemen zynde, voor
denzoodanigente fchryyen, die we- ten wat dat zy, zoo zal het volgens nynecvoelen, beter zyn, daarvan rolgehs de waarheid der zaak te fpreeken, dan naar het Gemeen zich daar van verbeeld. Vcclc hebben zich Republyken en Heerfchappyen verbeeld, die nooit geweeftzyn, ot zyn zullen. (1) Maar die is zoo • l ^ verre |
||||||||
,zyneroverz.etteren, ver-
handeld niet anders, als „om te verkrygen , en ,, het zyne te bewaaren , „waarinhyhetgafitfche „oogmerk van een Prins, „doet beftaan, dienhy „ons voor oogen fteld; „daar in de overleve- „ring der geenen , die voor |
||||||||
(1) CunBas itationei
(gtwbts populus , aut pri- mores , aut fingult regttnt. Dcleéiatxbis, (§■ confltw- ta Refpub. fettn», laudart \aalins , quant invenme, vil, fi evenit , hand dm- titma tffe poteft. Tac.
Annal. 4. De Schryver
van dit Werk , z,ttd ttn
|
||||||||
De PRINS
|
||||||||||||||||
ifHooftverre af van de wyze , zoo als men
daar leeft, en daar behoorde te leven, dat hy, die nalaat, 't geen hy behoor- de te doen, veel eer zich zelven zoekt te bederven , als te behouden. By gevolg moet hy, die t'eenemaal goed tracht te zyn, onder zoo veele ande- ren, die dat niet zyn, vroeg of laat •ziehet verloorcn gaan. * 't Is dan van de uitterfte noodzaakelykheid, dat een Prins , die zich zelven wil hand- |
||||||||||||||||
tmax in i
het lyde haven
|
||||||||||||||||
ter goeder uure leere.
|
||||||||||||||||
*d' niet al te goed te zyn , om vol-
r gens |
||||||||||||||||
„ fchikken naarde onder*
3, vinding, en de gemeenc „wyze van doen , die ,, voorzichtige Princen „gebruykt hebben. Ach- „ tende het een gantfeh „onnutte zaak te zyn > „eenenwech tetoonenj „die niet begaan word> „ en die te laaten, die van „ al de Waereld becree- „ den word. Gafpar d'^1*' ■vtrgnt ia de tvtttie epdtg* inefz,yner virtalmg Vrtns, |
||||||||||||||||
j,voor hem gefchreven
„ hebben , niét willende
,, opvolgen, en dat vee-
„ gens 200 een bewys, 't
„ geen zy in hunne
, lchriften , ik weet niet
, hoedanige volmaakt-
, heid van een Prins, zy
, afgemaalt hebben, voor
, geeri Menfchen na te
3, volgen, en dat wegens
t, de zwak en brosheid
„ der menfehelyke Na-
„ tuur. In tegendeel heeft
,,hy de gedaante zyner
„ beveekn alleen willen
|
||||||||||||||||
VAtir N. MACHIAVEL. 135-
eens den nood zyner zaaken een
j 1 ij
goed gebruyk daar van te maa- ken.
Dus de zaken , die maar in inbeel-
ding beftaan , aan een zyde latende, en my maar ophoudende, met die waar en wezentlyk zyn , zoo zeg ik, dat alle Menfchen, en bezonder de Princen , daar men meefl van fpreekt, om dat zy hoogft verhe- ven zyn; alle eenige loffelyken , of lafterlyken toe naam hebben. De een word mildadig genoemd , een ander gierig; de een, eengroot Gever, de ander een groot Rover, de een wreed, de ander ,z"agtmoedig; de een een man van zyn woord, de ander zonder trou- we; de een vcrwyft, en zwak , de ander ftout, enmoedich* de een be- leeft en fpraakzaam, de ander hoog- mbedich; deeendertel, en de ander kuifch; de een trouw, de ander een bedrieger; de een ruw en wraakzuch- tig , de ander zachtmoedig ; de een deftig, de ander dom ; de een Gods- I 4 dien- |
||||
De P R i n g
ft dienflig , de ander godloos.1 Ydec
een zal moeten bekennen, dat het een wonder zou zyn , dat een Prins, van alle hoedanigheden , die ik, daar óptelle, niet dan de goede zou nebben. Maar gelyk men die alle niet heb-
ben kan, ofdie alle in't werk (lellen; de Menfchelyke gelegentheid dat met toelatende $ (i) zoo heeft een Prins noodig, zoo voorzichtig te zyn, dat hy de eerlooshêid der gebree- ken , die hem zynen Staat zouden doen verliefen, weete te yermyden, en yan de andere, foo het mogelyk is, fich te bevryden; maar foo daar toe geen middel is, foo moethy zich niet teveel, daar mede belemmeren , of fich bekreunen met de eerloosheid der gebreekengebrandmerkt te worden, buiten welken het voor hem be- zwaarlyk is , zynen Staat te bewaa- T ren. i
de jonge Plinius W
Panegiricus 3 cujttsl |
|||||
II
|
|||||
.N MACHIAVEL. 137
ren. Want alles wel aangemerkt zyn- > f Hooft
de, zoo zal zoo een zaak, die deugd- zaam fcliynd, hem bederven, zoo hy die in 't werk field ; en de andere, fchoon een gebrek , zal *de oor- zaak van zyn geluk bevonden wor- den. (3) ; |
||||||||||||||||
(3 ) Daar zyn gebree-
ken, die niet verhinderen, wel te regeeren , of dat j een Prins, die daar mede j behebtisjgeen goedPrins' zou zyn. Salomon was' tot de Vrouwen , Tra- jaan tot Jongens , en den Wyn genegen. Vtao(§", dehetnbre, no de PriiCfpe , zeide de Graaf van Pene- randa tegens een Afge- zant van den Keifer, die hem zeide, het jammer te zyn, dat Philippus de IV. tot de Vrouwen zo genegen was. Men moet net huilfelyke leeven der IJrincen met het open- bare, en de Koninglyke deugden , met die van bezondere Menfchen on- |
||||||||||||||||
ftaat, wanneer hy zeid ,
Palam latedaret , ficn/a male audtfbant. Hift. I. 't Is altoos loffelyk wel te doen , maar niet altoos goed; iets kan met de rer den gelykvornfig zyn, 't geen met de ondervin- ing niet over een komt; en by gevolg , moet een Prins, die zynen plicht wel waar neemd , zich naar den nood zynerzaa- ken fchikken , en om re- den van Staat doen , 't geen hy , een bezonder Perzoon zvnde, niet be- hoorde te doen Moremac- cemtnadan, front condurat. Annal. 12. 't Is genoeg, dat hy goed zy, wanneer hy uit nood dat zyn moet. \Quoties txpedterat , mag. navirttites. Hift. i. Hy moet |
||||||||||||||||
derfcheiden. En 't
|
is
|
|||||||||||||||
gelyk het Tacitus ver
|
||||||||||||||||
138 De PRINS '
t ƒ Hooft moet al het goed wel we- vuur en Zwaard gebruikt
dee'« ten maar het is niet altoos j te hebben , om 'er tot oerbaar , dar te doen. i hunnen plicht te brengen, Omnt» fcire , non omnta zeide recht te pas , bet /"(»■ tMetfui. In het leven van ! nitigryk van Vrankryk word Agricola. Katarfne de»«/ beflierd , als Aliffttn Medicis, Koninginne van Torèia , ( zynde twee Vrankryk ziende, dat de kleene ftedekens van Ita- Paus en Koning vanSpan- Üe , t'eenemaal woeft en jen haar lafterden, om dat leedig ) en dat in een klein zy Vreede met den Huge- model gelukt, gelukt juift nooten gemaakt had, na niet altoos in een groot. . re vergeefs tcgens diej ____________________________________ '
Sesthiendb Hoofd-deel.
Van de UWildadigheid en Spaarzaam-
heid. MEt de twee eerfle hoedanighe-
den beginnende , zoo feg ik, dat het goed is, dat men gelooft, dat gy mildadig zyt, maar zoo gy uwe - mildadigheid zoodanig oeffend , dat gy gevreeft word, zoo zult gy u kwa- lyk daar by bevinden. Want zyt gy mildadig , foo als het behoord, fal uwe mildadigheid niet bekend zyn, en men fai u van een ftrydie gebrek be- fchul-
|
||||
van N. MACHIAVEL. 139
fchuldigen. Om nu den Naam van i6Hooft .« 1 iV 1 f f d«L
mildadig te hebben, moet men geen
foort van onkoften vermyden , hier door gebeurd het nu , dat een Prins fich zelven komende uit te putten, ge-1 noodzaakt word, ( zoo hy dien naam wil behouden ) zyne Onderdanen buiten gemeen te belaften, (1) en zynen toevlugt tot verbeurtmaakin- gen te nemen , ajs ook tot alle andere middelen , om Geld te ver- krygen , waar door hy zyne On- derdanen begint hatelyk te wor- den , zyn achting .te verliezen , ter oorzaaken zyner armoede ; 't geen veroorfaakt , dat op de eer- fte omwending van het Geval, hy * in gevaar is , van te vergaan , zy- ne mildadigheid hem veele Vyan- den , en weinige Vrinden gemaakt heb-
|
||||||||||
-
|
||||||||||
( 1 ) Zoo wy de alge-
meene fchatkift uitput- ten ?eid Tiberius by Ta- citus , zoo moet men door onrechtveerdigen middelen , die weder- |
||||||||||
om vervulloj. Si dra-
riHtn ambtttone exhattfe- rimft , pcrfcfelera fup- plendum erit. Annal. |
||||||||||
2.
|
||||||||||
140 De PRINS
hebbende, (z) Wil hynu van beleid
veranderen, aanftonts word hy voor gierig uitgekreten. Kan dan een Prins 2yne mildadig-
heid niet doen bekennen, fonder fich felven te verongelyken , foo moet hy , anders voorfichtig zynde niet fchroomen voor een Vrek door te gaan f want wanneer men in 't ge- volg fal fien, dat<fijne inkomften hem |
||||||||||
■deel.
|
||||||||||
{i) Cicero* zeid ,. dat
een mildadig Prins meer herten verlift-, als hy wind , en dat de haat der geenen, die hy berooft grooter is , als de dank- > baarheid der geenen, aan welken hy geeft. Ntctanta fittdta afjccfuuritur eorum , qsttbus dederttnt , qnanta edict eorum , qutbus adtmé- runt. Off. Lib. 2. Laat dan zeid de jonge PliniuSj een Prins niet geven,mits cat hy ook met neeme. Nihil largiatur "Srincept, dum nihil auffrat. Paneg. Tacitus van Ottho {pree- kende, zeid een treffelyk woord. Verdere ifteftief; denare nefiiet. Hift. 1. |
||||||||||
Hy zal weten te verkwif-
ten, maar niet te geven. Faüttntur, voegd hy daar by , qmbus luxurta fpecip liieralitatis imponit. Zy bedriegen lich zclven feer, die de overdaadig- heid voof mildadigheid neemen. De jonge Pli- nius zeid , dat men den zulken niet mildadich zal noemen , die een ander ontnemen, en dat hyde naam van mildadig door een waare gierigheid ver- krygt. Qui qttod huic dnnant , auferunt tilt , famam liberalitatts ava- ntta petunt. Ep: 30. Lib. 9. |
||||||||||
van K MACHIAVEL. i4i
genoegfaam zyn, dathy de Wapenen ««Hooft-
/•• -n 11 « ^ „ * deel,
fijner Vyanden kan tegenftaan , ja
felfs onderneemingen aanvangen, fonder fijn Volk te belaften, fal hy van allen , wien hy niets ontneemd en welker getal oneindig is , voor mildadig gehouden worden • (3) daar in tegendeel zy , die hem gie- rich gelooven te zyn , ter oorfaake, dat hy hun niet geeft, 't geen zy van hem eyfTchen , zy in kleenen getale zyn. In onfe dagen hebben wy niet gefien,
dat imant groote dingen uitvoerden , ^ dan zy , die voor fpaarfaamen door gingen, alle de andere fijn verlooren gegaan. Julius de II. bediende fich van de Naam van mildadig , om tot d
|
|||||||||||||
^GyzytmynGod,
d David tot God , om dat gy het myne niet van nooden hebt. Diri |
|||||||||||||
een, die der hunne Goe-
deren vreedzaam laten genieten , en altoos zyn zy die genegen, zeid Me- zeria in 't leven van Karel den Vl.alszy welgehan- deld worden/en mwhnn niets beneemt. |
|||||||||||||
worum
|
non
|
||||||||||||
ÏÏÏA u*?L AlleOn-
derdanen hebben dezelve gevoelens voor de
|
|||||||||||||
1
|
|||||||||||||
i4x DE PRINS
|
|||||||||||||
i «Hooft
deel. |
|||||||||||||
de Pauilèlyke waardigheid te geraa-
|
|||||||||||||
ken , maar Paus geworden zynde,
bekreunde hy fich niet eens dat te zyn. Zyn lange fpaarfaamheid , was hem in all e fijne Oorlogen foo genoeg- faam , dat hy nooit buite gemeene fchattingen opftelde. De tegen wcor- *.Hy diff reeeerenden Koning van Spanjen, * |
|||||||||||||
van
|
- fou in foo veel onderneemingen zyn
|
||||||||||||
oogmerk niet bereykt hebben , foo
hy m^dadich geweeft ware. Om defe redenen moet een Prins,
die niet arm of verachtelyk wil wor- den, of fich gertoodfaakt fien üjne Onderdanen te pionderen, om tegens zyne Vyanden fich te befchermen, fich weinich bekommeren, of men hem verwyt, dat hy gierig is , dit gebrek een dergeenen zynde, die hem doen regeeren. Maar , zal ymand my zeggen, 't is door mildadigheid, dat Cafar tot het Ryk en meer anderen tot hooge waardigheden zyn ge- komen. Ik antwoorde , of Gy zyt Prins of geeft voor dat te fullen wor- den; |
|||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 143
den : In het eerfle geval is de mil- dadigheidfchandelyki (4) in het twee- dcis het noodig, dat men mildadig ge- acht wordj en Ctfar leide het enkel daar op toe, om voor zoodanig door te gaan, als Toekende tot de Opper- heer-
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
( 4 ) Libtralitas, ui ad.
fit modus , 1 n vitium ver- tttur. Zeid Tacit. Hift. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
'maal alsGalba by hem ten
eeten was, aan yder Sol- daat van yder bende, die daar de wagt had , Geld uitdeelde, als om 'er mid-. dachmaal te betaalen. Maar Prins geworden zynde , foo fpaarzaam idt h |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
L
|
In tegendeel verftrekt
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
'e Spaarzaamheid voor
een Prins een zelÉre in- Komlt, tot alle onkoften genoegzaam. Tam as vtres babet fmgalitas Vrtncipis , ZeiddeJongePlinius, ut *<>ttmpend,tstot erogattoni- f«' fola iuficiat. Paneg. wat het zeggen van Mac- nwvel aan gaat, die zeid, aatom Prins te worden, men mildadig zyn moet, maardatnalaten.alsmen lr.ln,s geworden is, dat is |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
w
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
overlyden aan zyne Huis-
genooten Geld uitdeelde, |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
niet als
zouden |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
of hy fterven
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
j maar als of hy
poch lang te leven had. EoprogreJJustfl, utperfptci. menconvtvii, tjuoties Galb» apud Otthouem epttlaretur |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
coborti excubtas
|
agentt ,
nummos I. Zie |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||
het
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
viritim centenes
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
geen
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
w's
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
mcenig-l
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
::k
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
J44 DE PRÏN S
heerfchappye te komen. Maar zoo hy , na daar toe gekomen te zyn, langer geleefd , en zyne koften niet wat gematicht hadde , zeeker- lyk zou hy het Ryk bedorven heb- ben. Zco men my wyders tegenwerpt,
dat verfcheide leer mildadige Princen groote faaken in den Oorlog hebben uitgevoerd, zoo antwoord ik, dat een Prins, of het zyne, ot«zyner Qn der- da nen, of dat van een ander te koft kid : Wat het zyne aangaat, daar Van moet hy ipaarzaam zyn ; (f) maar van het andere moet hy den inilden fpeelén; anderfins fal hy door géén Soldaten gevolgt worden. Daar benevens kan het geen ongemak baa- ren, van mildelyk te geven van het geen noch u, noch uwe Onderdanen roekomt , gelyk als Cyrus , c<efar , en Kjilexander deeden ,- in tegendeel, dat
|
||||||||
(f ) TacituspryflGal-
ba dat hy. fpaarzaam van
7yn Goedj en gierig van
t ket Algemeen was; Vi-
|
||||||||
cum/t Jut pareus , public*
civmhs, Hift. 1. Henrik de IV. Koning vanVrankryk was van dezen aard ■ |
||||||||
van N. MACHIAVEL. i4s
dat maakt u des te ontzaggelyker »«*ooft
Niets is u zoo fchadelyk, aJs het uwe ueeI> wech te geven, en naar mate dat pv mildadigzyt, verlieft gy het gemak van dat te zyn, (6) en gy maaktu zelven arm en verachrefyk ; of wik gy uvan armoede bevryden, zo word gyeenKover, en by gevolghatelyk. (7) Van alle zaaken nu , daar een Prins zich voor wachten moet, is de eene van gehaat en veracht te wor- den daar de mildadigheid u altoos voor bloot fteld. 't Is dan beter è |
||||||||||
naam
dat zyne pluimftrykers
het geluk zyner regeering zoo groot afgemaalt had- den. Nova ubertate pro- veaire terrat, (j£- obviai opes deftrre Dees... Glifceb.it interim tuxuna fpe ina- nt, confttmebanturque vete- re* tpes, quafiobltttis, quat muitot perannos prodtgent. 8»'» & inde jam largie- batur , (§• divttiamm ex. peBatio imer caufat pauper- tattt public* eraf, Anna. |
||||||||||
A 6 ) Liberttlitas ettim
™™<>profufione,narejctt. P1incpiftlib |
||||||||||
, (7) GdykNero, die
door 2yne weUuft de ichattenvanhetRyk ver-
teerde, op hoope van een verbeelde rykcfom , ge- noegzaam, omallezyne onkoften te dragen. Een verwachting , °die oor- 2aak,der algemeene ar- "Ofde was, en hem voor f de.waereld des te be- ipottelyker maakte, om |
||||||||||
De PRINS
deci°°ft naam te hcbben,vao al te karig te zyn'
een gebrek, dat u niet hatelyk maakt, als dooreen onmatige drift totmilda- digheid in den nood te vervallen, van met beide de fanden te moeten gry- pen; 't geen behalven de oneer, u noch doet haaten. |
||||||
Zeventhiende Hoofd-deel.
Van de wreedheid en z,ngtmoedigheid: en
ef het beter is bemind, als gevreeji te worden. IK. bekenne, dat alle de Princen na
den naam van Zagtmoedigen, be- hoorden te wenfehen, maar ook moe- ten zy, op degebruyken, wel acht geven, die zy van deze Deugd maa- ken. Ca/ar Borgia wierd voor wreed gehouden , echter had zyne wreed- heid ganfeh Romagnc vereeniet, be- vredigt, %en herfteld. Dit alles wel aangemerkt zynde, zal men moeten bekennen, dat hy noch veel genadi- ger |
||||||
vam N. MACHFAVEL. 147
ger is eeweefl:, als het Volk van flo-
° " 1 • , , deel.
rence, die, om net verwyt van wreed
te vermyden Pijioye lieten verlooren gaan. ( 1 ) Wanneer der gehandeld word, om zyne Onderdanen in room re houden , moet een Prins het verwyt van wreedheid zich weinig bekreu- nen, temeer, om dathy eindelykfal bevinden , veel beleefder geweefl te zyn.met eenige wargeeften te iïrarren, alszy, diedoortegroote toegevent- heid wanordren laaren gefchieden, waar uit moorden en plonderingen ontftaan. ( 2 ) Want zoodanige op- roe-
|
|||||||||||
( x ) By gebrek van
twecHuyfen, de Pancia- net en Canctlltrii te willen uitroeyen, die deze Stad in twee Faftien verdeel- den, en door hunne on- derlinge krakeelen in vuur en vlam fielden. Mach: 27. Hoofddeel van het derde boek zyner |
|||||||||||
zich beter bevind by de
ftrengheid , die de Krygs- tucht in wezen houd , als by de toegevenheid der andere Generaals , die met den Orerlooperen vergiffenis te verkenen, hunne legeren bederven. Qttia durttatcm ta.lt, tnili~ tl* que tnttlti abnutbnnt ,de- ferebanlque , remedium Jr- verttate qut/itumefl. . . . Jdcjue vju falubre, (f? mi- |
|||||||||||
y
() Dit komt uit op
nee zeggen van Tacitus |
|||||||||||
van Corbulo 3 dat men \feritorita tntlim af pur uit}
quif.
|
|||||||||||
De PRINS
d74r°ft roeren werpen een Stad 't onderfte bo-
ven , daar anders ftrafFen , die een Prins oefFend', maar op eenigcbezon- dere Menfchen vallen. Voorliet overige, is het onmoge-
lyk, dat een nieuwe Prins fich zou be- vryden van niet wreed te zyn , alle nieuwe Heerfchappye vol gevaaren zynde, (3) go\ykVtrgilim Dido doet zeggen. lies dura , & regni novitas, me
|
||||||||||
cogant
|
||||||||||
Moliri, &latejinescujïodetueri.
|
||||||||||
quippe pauctores illa caflra
deferuere , quant ea , in qutbut tgnojcebatur. An hal. 13. (3 ) YdernicuwPrins,
zcid Tacitus, is wankel- baar , en voor duizend moeyelyke ongevallen bloot gefteld. Novum^ nutanttm Princ/pem. An- nal. r. Adomnèspnncipa- tus novt tventus cafufve. Hifi. ^. Hy voegd daar by , dat men dikwils te- gens een nieuwen Prince |
opftaat, fchoon hy m
nigmaal geen oorzaak daair toegeeft, alken om dat de verandering van Prins een fchoone gek- genheit vari brouillcries geeft, en den wargeeftcn noope verlchaft , om u* een burgerlyken oorlog beter hunne dingen te doen. Seditio incejfit, »"'' lis novis caufis , ntft «J"5* mtitatus Princeps Ucenttaf» turbttrum, (^ exctvili bcüo fpem preemiorum ofttnA&H' An- |
|||||||||
N. MACHIAVEL. 149
Een har de zaak, en de nieuwheid des «tfjooft
Syks dwongen my, dat in 't werk te [tel- len , en de Grenfen wyd en zyd met Sol* daaten te bewaren. Evenwel moet hy K 3 door Annal. i. Hierom zeide,die den zynen maar vyf
|
||||||||||||||||
Maanden genoot , om
dat hy den raad van Pa.'ili en Hirtius , die hem rie- den , de Heerfchappye, door wapenen verkré- , door wapenen itaande te houden , verwaarloosde. Lii«i.i«- dunt . zeid Paterculus. Hift. 2. Experientt* con- (iltHtm e(l Paetfx at que Hir- tii , qut Jemper C&Jari predixerant , ttt prinupè- ttim armis.qutfitMi» , at mis teneret. We diétitans nio- ri fe, quum timen malle , dum dement tam , quant pr&fitterat , expeflat , m. cat'.tHs ab ingratu occupatits tfi. Men moet dan met Salluftius bcfluiten, dat dezelve ïriiddclen , die gediend hebben , om op- pernHeerfchappye te ver- krygeri, dienen moeten, om die te bewaren, lm- benam ütdem wtibtts ritu keit*i-, qutltis partiirti t(t. |
||||||||||||||||
Louys de XI, dat zoo hy
in den beginne zyner Re- geering geen ftrengheid gebruykt had, hy onder net getal der ongelukkige Edelen zou geweeft zyn , daarBocatius v.an fpreekt |
||||||||||||||||
noch meer
|
||||||||||||||||
En 't
doet , |
||||||||||||||||
geen
|
||||||||||||||||
dat een nieuwe
|
||||||||||||||||
Prins moeite heeft van
zich te onthouden wreed te zyn, is, dat zyne On- derdanen gemeenlyk te veelvryheid nemen, om dat zy geiooven hem' nog niet fterk genoeg te zyn , om iets te onderneemen. Ufurpata ftatim libtrtate, hcentiuj, at erga principetn ttovum. Hift. 1. De Her- tog vanValentinois zeide, dat de grondregel, Ode- hut , dam metuant, den zulken t'eenemaal nood- zaakelyk was, die van een geringe gelegentheid ter Heerfchappye opfteyger- den ; t(rn getuyge ver- ft rek* onsCsfar dearvan, |
||||||||||||||||
De PRINS
y fchaduwe {ich nietlaaten
verbaazen, maarhy moet lankzaam zyn, om tegelooven, en fich te be- weegen, en de voorfichtigheid met de. zagtmoedigheid zoo wel weeten te mengen , dat te groote vertrouwen hem niet beletten op zyn hoeden te zyn , of te groote wantrouwen han- delbaar te zyn. Hier is nu gefchil, om te weeten , wat beter is, of be- mind , of gevreeft te worden. Ik antwoordde, dat men het een en het ander moet zyn , maar dewyl dat zeer bezwaarlyk is , en by gevolg, men hier moet kiezen , óf deelen, zoo is het zeekerder gevreeft te zyn. Want het feggen is wraar, dat allemenfchen ondankbaar, onftand- vaftig , geveinft , vreesachtig , en op hunne belangen gefet zyn. Zoo lang gy 'er wel doet, en 'er niet noo- dig hebt, bieden zy u hunne Goede- ren, levens, en Kinderen aan, en al- les is voor u ; maar wanneer het Geval u den nek keert, wenden zy fich . ook,
|
||||
van N. MACHIAVEL. 15^
bok, (4) en gy gaat verlooren, £
om dat gy ftaat op hunne woorden c gemaakt , en geen beter verze- keringen genomen hebt. Want wat den zulken aangaat , die men door kracht van weldaaden, en niet door een ware Grootmoedigheid wint, veel eer verdiend men, die niet, als voor Vrinden te hebben > ( 5 ) by gevolg kan men op die, in tyd van rtoocl, geen ftaat maaken. Behalven , dat de Menfchen minder vreezen hem te be- leedigen, die fich doet beminnen, als hem, die fich doet vreezen; om dat die liefde , niet dan door een zekere band van welvoegentheid wederhóu- K 4 den |
||||||||
(4) Profyeris Vitelïtre-\
lus eer talmt ad obfiqmnm , adverfatn e'jus fortttnam tk aqao detre/iabant. Hift. 2. Langitcntibus omnium ftudi/s, qu't primo alatfes fidem atque an/mmn oflen tnvtrant. Hift. i. ctttris aliena ptrieul* dtferenttbus Annal. 13. ( f ) Amicitias ,
|
||||||||
magn'itud'tnt muntrüm „
non confiantia morum conti- nirtfutat, merait tnagis , isunm habuit. Hift. 3. De vriendfehap door be- lang gebonden , zeid een der Ouden , 'Word door het zelve bc- ' lang weder ontbon- den. |
||||||||
De PRINS
,7Hooft £en WOrd, ( 6 ) dat de menfchen, die
alle booszyn, 't elkcns die verbree- ken , wanneer zy elders hun voor- deel vinden ; (7) in plaats, dat de vreeze door fchroom der ftrafFe, die nooit ophoud , onderhouden word. Een Prins dan moet fich zodanig doen vreezen, dat, foohy niet bemind is, ten minfte niet gehaat word; want zeer licht falhy het een met het ander over een brengen , foo hy fich ont- houd , van de Goederen en vrouwen zyner Onderdaanen aan te taften. Zo hy fomryts nu genoodzaakt wordi ymand te doen fterven , fulks moet niet gefchieden, dan na zyne redenen daar toe gerechtveerdigt te hebben, en voor al , fonder met zynen roof voordeel te doen , om dat de men- fchen veel gewilliger den dood van hun
( 6 ) Infirma vimula ca-1 zyner Brieven.
ritatis. In Agricok. Time-1 (7) Amicos temport, tttraflurAui , ^uodpitruni'Jortmna , cupid'tmbus alt- queforttus amore eff. zeid ' qustndo , imminm , dt(i; de jonge Plinius in de y \ntrt, Hift. 4. brief van het cerfte Boek I |
||||
va* N. MACHIAVEL.
hun Vader , dan het verlies van hun erfdeel vergeten Daar benevens , de redenen, om Goederen te nemen, ontbreeken nooit , en wanneer men een maal begonnen heeft op roof te leeven, zoo vind men gelegentheden genoeg, om het Goed van een ander te neemen $ in plaats > dat die, om Bloed te vergieten, zeldfaam zyn. (8) Maar wanneer eenPrins een goed Leeger gebied, als dan heeft hyfich geenfins te bekommeren , om voor wreed geacht te worden, ( 9 ) dewyl by gebrek van dat, zyn Leeger nooit wel vereenigt zal zyn, of in Üaat, om iets te ondernemen. Onder alle verwonderlyke daaden
K 5 van |
|||||||||
(8) WanneerdePrins
tot roof niet genegen is ('voegd Machiavel daar by in het i9 Hoofd-deel van het derde boek zyner Republyk) want wanneer liy op Geld verhongert is, 200 vind hy altoos gele- gentheid om bloed te, ver- gieten , om vervolgen |
ten.
( 9 ) Voor al zoo hy
een groote achting heeft, zeid Machiavel inhetzi Hoofd-deel van het twee- de Boek zyner Republyk , zoo wifcht deze achting alle gebreeken uit, die zyne ftrengheid " hem doec begaan. |
||||||||
<ie confifcatien te genie
|
|||||||||
if4 De PRINS
dc".°°' van Hannibal verhaalt men, dat hy
een overgroot Leger in een vreemd Land geleid hebbende , uit duizend derley foorten vanMenfchen t'zamen- gefleld, nooit het minfte gerucht daat in ontftond, 't zy onder malkanderen, oftegenshem, foo in zyn goed, als kwaad Geval; 't geen aan niet anders, dan aan zyn uitterfte ftrengheid kan toegeëigend worden, die gevoegd by zyne andere deugden, hem voor den Soldaaten eerwaardig, en ontzagge- lyk maakte, en zonder die, was het overige hem niet genoegzaam , om deze uitwerking te doen. Onderwyle hebben Schryvers van weinig ver- fland , van de eene kant over zyne daaden fich verwonderd, en van de - andere zyde de voornaamfle oorzaak Veroordeeld. 't Geen nu-betoont, dat zyn andere
deugden hem niet genoegzaam fou- den geweeft zyn, is , dat de Legers in Spanje» tegens Scipio opflonden, een Kapitein zoo befaamd , niet alleen ten
|
||||
van N. MACHIAVEL. 175-
tenzynen tyde, maar in het geheugen
aller Eeuwen; 't geen nergens anders van daan kwam, dan door zyn alte groote zagtmoedigheid-, die hy ze- derd genoodzaakt was met wat meer ftrengheid te temperen ,■ waar door hy den Soldaaten meer toe gaf , als de Krygstuchttoe liet, om deeze reden noemde Fabius Maximm hem in den vollen Raad, een Bederver der Koom- fche Krygstucht. ( 10) Die van Locres door een Lieutenant
(n) van Scipio getyrannifeert wor- dende, oeffende hy over die geen flraf- fc, zoo toegevend was hy. Om hem te ontfchuldigen, zeide de Raadsheer J^uintus UWetellus , dat hy veel Men- fchen had, die beter wiften niet te faa- len, als de gebreeken van een ander te Verbeteren, 't Is nu feeker, dat Scipio met-
(lo) Natum tum ad ter oorzaak der klachten
torrumpendam dtfiiflinam tegens dezen Lieutenant, nulitarem argtubat. LivJdatmen Scipio het Gou- Dec. j.Lib. 2. vernement van Sicilië ( 11) Plutachus noemd wilden benemen, en hem
Pkminius. ]c Watf zyn Proces roaakca. |
||||
15<$ De PRINS
mettér tyd zyn achting en glory zou verflenft hebben, zoo hy in de Heer- fchappye het zelve beleid gehouden had ; iri plaats dat zyn gebrek, niet alleen niet üitfcheen, maar hem tot Glory verflrekte, ter oorzaak, dat hy onder de Regeering eener Republyk leefde. Waar uit ik béfluit , dat de Men-
fchen volgens hunne fantafie bemin- nende , en vreezende , naar dat eert Prins wil gevreeft zyn , een wys Vorft altoos ftaat moet maaken op het geen t'eenemaal van hem, en niet Van de koppigheid van een ander af- hangt ; maar hem foo wel wach- ten , dat hy fich zelven van de haat bevryde. (ii) ACH-
|
||||||||||
(iz ) Plutarchus zeid
in het leven vanLycurges, dat Eucition Koning van |
den wierd j' dat het oor-
zaak was , dat eenige zyner Opvolgeren tot der dood toe gehaat wierden , om dat zy het gezach hemeemeh wilden , 't geen Eu- cition had laaten flip- pen. |
|||||||||
Sparte , een weinig van
de Koninglyke waardig- heid af geflapt hebbende, om het Volk te behagen, het Volk dezen breidel los gelaten bevindende, 2.00 ftout en ongebon-. |
||||||||||
N. MACHIAVEL. 157
ACHTHIENDE H O O^D-D E E L. deeL
Of de Vrincen hun woord en beloften moe-
ten houden. Y Der een weet, hoelofFelykhetin
een Prince zy , zyn trouwe te bewaren, en openhertig zonder arg of lift te handelen; maar de ondervin- ding dezer tyd betoont, dat het niet gebeurd is, groote zaaken uit te voe- ren , dan aan Princen , die weinig werk van hunwoord gemaakt, en an- deren hebben weeten te bedriegen,' in plaats , dat anders zy , die q- penhertig en eerlyk handelen , op het einde fich hebben bedroogen bevonden. Twee wyzen zynder dan om den
Menfchen te bevechten, de eene met de Wetten, en de andere met geweld. Deeerfteisdenredelyken Menfchen, en de tweede den beeften gelyk. Maar gelyk de eerfte meenigmaal niet ge- noegzaam is, zoo moet men tot den twee-
|
||||
15-8 De PRINS
tweeden zyji toevlucht neemen. 't Is
dandenPImcen noodig, dat zy.wel weeten, den Menfch , en het Beeft na te botzen. ' En dit hebben de Ou- den voorbeeldelyker wyze geleerd, wanneer zy verhaalen, dat ^chilles, en meer andere Princen aan den Cen- tauru* chiron gegeven wierden , om van hem opgevoed te worden, daar mede willende te kennen geven, dat gelyk deeze Leermeefterhalf Menfch en half Beeft was, zyne Leerlingen dier twee natuuren ook moeften deel- achtig zyn , de eene zonder de an- dere niet lang konnende duuren. / Een Prins dan noodig hebbende , een Beeft wel na te apen , moet hy met het Vofle vel en Leeuwe huid fich bekleeden, om dat de Leeuw tegens netten en ftrikken, en de Vos tegens Wolven fich niet verweerd. Hy moet dan een Vos zyn, om den Netten te kennen, en een Leeuw, om den Wol- ven te vervaaren. Zy verftaan niets» die maar alleen voorden Leeuw fpee- len,
|
||||
van N. MACHIAVEL. 159
len, en by gevolg moet een voorfich-
tig Prins zyn woord niet houden,wan- neer hem dat tot fchade verftrekt, en de gelegentheden , die hem daar in- wikkelden , niet meer in wezen zyn. Deze Grondregel zou t'eenemaal on- deugend, en niet goed zyn, zoo alle Menfchen 'goed waaren, maar gelyk zy alle boos wichten bevonden wor- den , en zy u hun woord niet hou- den , zoo moet dat niet meer by u gedaan worden : En nooit uvoor- wendzelen ontbreeken, omderzelver verbreeking eenen fchoonen fchyn te geven. Duizend hedendaagfche voorbeel-
den zou ik daar toe konnen bybren- gen, enbetoonen, hoe veel beloften, hoeveel Traftaaten door de ontrou- wigheid der Princen verydelt, en in rook verdweenen zyn , daar onder- wyle hy, die beft het Voflè vel heeft Weeten te gebruiken y inzyne zaaken het meefle geluk gehad heeft. Maar men moet dezen Voflèn aard wel wee- ten |
||||
i6o De PRINS
jïï.°oft ten te verbergen, men moet bekwaam
zyn om te veinzen, en te ontveinzen} want de Menfchen zyn zoo eenvou- dig , en gewoon voor de tyd te vvyk- ken, dat hy , die bedriegt, altoos zoodanigen zal vinden, die zich laa- ten bedriegen. Van alle verfche voor- beelden , ifïèr een, dien ik niet kan vergeeten. De Paus Jlexander de VI. dee^ nooit anders als bedriegen, nooit was ymaud overredender, nooit beloofde ymand iets met grooterEeden, maar die minder zyn >voord hield , ( i ) echter gelukten zyne bedriegereien hem altoos; zoo- danig wift hy yder een op zyn zwak ft aan te taften. 't Is
|
|||||||||
(i) Men zeid van
Alexnnder den VI. en den Hertog van Valen- tinois, zyn Zoon , dat de Vader nooit deed, 't geen hy zeide, en dat de Zoon nooit zeidde , 't geen hy deed •, en dat zo de een als de ander voor een algemeene Grondre- gel hield, dat men aan al |
de Waereld zyn woord
|
||||||||
rrioeft geven , maar aan
niemand houden ; zeg- gende , tegens den g«' nen , die hen hunne kwaad e trouwe verwee- ten , dat zywelgezwoo- ren hadden , maar niet belooft hunnen Eed te houden. |
|||||||||
van N. MACHIAVEL. 161
't Is dan niet noodig , dat een ^
Prins alle deeze vereyfchte hoeda* nigheden , door my aangeweezen , heeft , als hy maar alleen fchynd die te hebben. ( z ) Wyders derfik zeg- gen , dat het voor hem gevaarlyk zou zyn, zoo hy die had, en in 't werk ftelde , in plaats dat het hem nut en heilzaam is, dat hy die fchynd te hebben. Gy moet genadig, getrouw, beleefd, oprecht , en Godtsdienflig fchynenj maar met dit alles , moet gy zoodanig van u zelven Meefter L 2yn, (a) Een grondregel , (HeifT. Hifi. vanhctRyk '
«ie eigentlyk zeggen 3 boek , 4 Hoofd-de4) w'lj men moet een eer- Dit word ter dezer oor- |yk Man fchynen, en on- zaak hier aangehaald: derwyle ondeugend zyn. dat een Minifter van den Keifer Karel de V. zwoer Keifer , op een zeekere altoos t* ft de bombrt de tyd , in een vol'gezel- 4«» , en deed altoos het fchap , wilde ftaande hou^ tegendeel van het geen den, onder andere in te^ "J zwoer. Dus had hy genwoordigheid van epn Machiavel wel geleezen, Internuncius van den zynde volgens het zeg- Paus } dat het Huis van gen van een hedendaags Ooftenryk van de leer en J>chryvcr , «» der dm gronden van Machiavel boeien, daar hy naar altoos een afkeer hadbë', tr*g'e , en tqt z.yn onder, toond. tys had laaten everz.(fterj, |
||||||
De PRINS
isHooftZyn, dat gy in tyd van nood het te-
gendeel kond, en weet te doeri. En ik flel vafl: , dat een Prins , en wel bezondereen nieuw Prins, alle zak- ken niet kan waarnemen , die den Menfchen voor goed doen doorgaan, dewyl de belangen van zynen Staat hem meenigmaal noodzaaken zyne trouwe te fchenden , en tegens de liefde , beleeftheid, en Godtsdienfl te handelen Hy moet dan zyn ge- nroed wenden en keeren , naar dat de winden van het Geval waeyen , zonder echter , zoo veel mogelyk is , van den rechten weg af te wyk- |
||||||||||
ken ; maar hy moet ook niet angft-
|
||||||||||
vallig zyn , om fich in het kwaad
in te laten , als het niet anders zyn kan. (3) Voor
(3,) „ Niet tegen-'„ heeft j te beveftigen;
j,ftaande zyn taal wat ruw „zo heeft hy niet anders )} en ongebonden fchynd, | „ konnen fpreeken, wil' „ en hy den weg der l „ lende den aard van zyn ,, deugd niet inflaat, om„ onderwerp opvolgen, /,in cenige ptaatzen , 'tj„ en deeindensbereykefi. J3 geen fchyn <van gebrek „ die hy zich had voorge- J; Held. |
||||||||||
-------
van N. MACHIAVEL. i63
Voor het overige, moet een Prins j
voornamentlyk toeleggen, van nooitdceI' iets te zeggen , dan het geene riekt naar die vyf hoéÜanigheeden , door my aangeweezen ; zoo dat men met die te zien, en te hooren , geloove, dat hy de Goedheid, Getrouwigheid, Oprechtigheid , Beleeftheid , en* Godtsdienftigheid zelfs zy. Maar deze laatfle hoedanigheid is van het L 2 groot- 5, fteld. Want het is be-] „ tyd van nood, mot
|
|||||||||||||||
j het gebrek zich te be-
, helpen, maar die g?- ,lcgentheid overzynde, , moet men aanftonts , tot de Deugd weder- , keeren. ( Zynde dit de |
|||||||||||||||
3, zwaarlyk , dat een)
,) Prins onder zoo veel 3, machtige en eerzuch. 33 tige Nabuuren, zich \ 3y zal handhaven, en on-' d zoo vecle kwaadei |
|||||||||||||||
33 en ontrouwe Onderda.1 woorden van Gafpar van
3» nen bewaren, zoo hy Auvergne , aangehaald 3) niet zomtyds den brei- in de aanmerkingen over 33 del der ftrengheid van het 15 Hoofd-deel , die " ^e r^Se^en der Gewiffe ik heb gelooft hier t© j>wat flippen. En zoo-;moeten aanhaalen , out 3. danig is de wyze der tè toonen dat de leere van 33 waereld , die uit de Machiavel op reden ge- 3; natuur gebrekkelyk is,' grond is, en by gevolg op 33 en men niet lanjg daar het enkele zeggen , en 33 «n kan voorfpoedig 1 fchrecuwen, van een vies "n.vn 3 zelfs in de hoog-', of flegt Hoofd niet mort |
|||||||||||||||
> fte waardigheden, zon-
»der dat men weeten in |
|||||||||||||||
veroordeeld ■worden.)
|
|||||||||||||||
4 E P R I N
J5vR«iftB belang, die hy uitwemto
/ hebben moet te meer , om dat de Menfchenm talgemeen meer naarde oogen als naar de Imnden oordeelen; yder een de vryheid hebbende van te zien, maar weinig die van aanraaken. Yder een ziet, war gy fchy„d te zyn , maar niemand by na weet wat en wie gy zyt , en het kleene getal derft de meenigte niet tegen- fpreeken , die de Majefteit van den Staat voor haarenfchild heeft. Want m de daaden aller Menfchen , en voor al der Princen , tegens wei- Ren geen hooger beroep vald ziet men alleen maar op deuitkomft £en Prins heeft dan maar zyneti
Staat te handhaven; en alle midde- len, daarhyfich van bediend, zul- len |
||||||||||||
(4) Nihil gloriofum ,
'C tutum , <& otnniti d d |
||||||||||||
/Agrippina , Moeder van
Nero , niets vond, dat men voor een Kroon niet moeit opofferen: Deots, pttdortm, cun&a regno caput vitiora bakeren, Al 12,
|
||||||||||||
rettntnda tntanonn
honefla. S.lIIuft. Fira aut
Vrmctpi Urbt , Theucidides nihil juflum quod frt&HofiimJ- Ea Tacicus zeid 3 du{
|
||||||||||||
van K MACHIAVEL. 165
len altoos eerlyk , (4) gevonden worden, en yder zal die pryzenj want het Gemeen word maar door fchyn- baarheden aangedaan, ende oordeeld niet anders, dan volgens de uitkom- ften. De gantfche waereld nu beftaat byna uit het Gemeen,en het kleine ge- tal heeft geen plaats, dan wanneer de Meenigte niet weet wat te befluiten. hen Prins van dezen tyd, dien het
niet raadzaam is te noemen, fpreekt niet anders als van Vreede, en goede trouwe, maar had hy zelfs, zoo den een , als den ander gehouden , ver- fcheiddemaal had hy zyn achting en Staaten verlooren. (y) ( 5 ) Hy wil van Ferdi- ker Prins van Italië, zyn
|
|||||||||||||||
g
gonenKaftillefpreeken,
aie de overwinningen der Koningryken van Na- pels, en Navarre aan 2yn kwaade trouwe en meineed verfchul- |
tydgenoot , niet onaar-
|
||||||||||||||
dig zeidde : Ik wilde Vuel
dal F er di nat? d by eentn Godt z.Vwr , daar by t» geloofde , alvoortm my op z,yne tedc» te verfrtu- |
|||||||||||||||
Men,
|
|||||||||||||||
was. Van wie zee-
- 3 Negen-
|
|||||||||||||||
•
|
|||||||||||||||
166 De PRINS
l»Hooft
deel. NlSENTHlENDË HOOFD DEEL.
Dat men moet vermyden veracht en ge-
haat te zyn. NA afzonderlyk van de aange-
legenfte hoedanigheden van een Prins gefprooken te hebben, zo wil ik, om kort te zyn, alle de ande- re onder dezen algemeenen Titel be- grypen ; dat een Prins , voor alle zaaken zich wachten moet , die hem gehaat , of veracht konnen maaken ; waar door hy voor alle gevaaren zal bedekt ftaan. Niet iflër nu, dat hem hatelyker maakt , gelyk ik gezeid heb, als dat hy het goed, en de trouwe zyner Onderdaanen neme; in tegendeel leven zy , zon- #» der op hem misnoegd te zyn, zoohy fich zelven daar van onthoud : Als dan heeft hy niet meer te flryden, dan tegens den eerzugt eeniger onruftige wargeeftcn, die hy lichtelyk kan te bovenkomen. Hy
|
||||
van N. MACHIAVEL. i67
Hy word verachrelyk , wanneer ■']{oofi
liy voor wankelbaar lichtveerdig , verwyft, kieinmoedig , en zonder befluit door gaat , ( i ) gebreeken, daar hy fich voor wachten moet , als voor zoo veel klippen , maarhy moet fich beneerftigen , om in alle zynedaaden,grootmoedigheid,moed, kracht, en deftigheid te toonen. Wanneer hy van de bezondere zaa- ken zyner Onderdaanen kennis neemd , zoo moet hy zoodanig daar van oordeele,n , dat het von- nis , door hem uitgefprooken, on- wederroepelyk zy , ten einde nie- mand onderneme, of verhopehem te bedriegen , of van advys te doen ver- anderen. De Prins , die fich op dezen voet
field, is altoos zeer geacht, en deze
achting veroorzaakt, dat men niet
licht tegens hem t'Zamenzweert r en
L 4 vreem-
i
(i) VinUium fuiititef.-.iant, met neb ant que. Tac,
ftnfïs, aut ttnpefttvis Uandt- Hift. i. tilt mutabilem conumntX . |
||||
De PRINS*
vreemdelingen niet licht zullen waa-* gen * hem aan te taften , voor al , zoo zy weeten , dat hy by zyne Onderdanen in eerbied is. Want een Prins heeft altoos twee vreezen, de eene van de kant zyner Onderdaanen, en de andere van de zyde der Vreemden j tegens dezen befchermd hy fig met goede Wapenen , en goede Vrinden , en wanneer hy goede Wapenen heeft , zal hy al- toos goede Vrinden hebben. Voeg hier by , dat zoo de zaaken van binnen altoos in ftilte zyn , ten minfte, zoo geen t'Zamenzweering die ontruft , die van buiten zoo lang zullen geruft zyn. Wanneer zelfs Vreemden fich nu al bewoo- geri , zoo een Prins fich beftierd , zoo als ik gezeid heb , en hy niet komt af te wykken , zoo zal hy altoos die konnen tegenftaan , ge- lyk ik getoond heb , dat Nabis |
|||||||
" Maar wat den Onderdanen aan-
gaat, |
|||||||
1.
|
|||||||
1
van N. MACH1AVEL. 169
aaat, wanneer hy van buiten niet jg wankeld, gelyk'er te vreezen is, dat zy niet heimelyk tegens hem aan- fpannen, zoo kan een Prins genoeg- faam daar in voorzien , met te ont- vlieden , 't geen hem hatelyk, of ver- achtelyk kan maaken ■, een zaake , t'eenemaai noodig, gelyk in 't breede reedts aangewezen is. Een der befte hulpmiddelen , die een Prins tegens t'Zamenzweeringen hebben kan, is, dathy van zyn Volk niet gehaat, of veracht word ; want zy gemecnlyk die tegens hem t'Zamenfpannen, ge- looven, dat het Volk over zyn Dood wel in zyn fchik fal zyn, in plaats , dat foo zy geloofden , dat het daar over moejelyk fich zou betoonen , nooit zouden zy foo een gevaarlyk befluit neemen. Wy fien , dat van foo veel t'Zamenzweeringen , maar weinige een goede uitkomft gehad hebben ; want een t'Zamenzweer- der kan niet alleen zyn , neemd-hy nu medemakkers, foo zyn het altoos L k men* |
||||||
ï7o De PRIN S
menfclien, diehy geloofd misnoegd
te zyn. Ontdekt gy nu uwe gedachte aan eenen misnoegden , gy geeft hem , waar mede hy fich genoegd, ik wil zeggen , het middel om een groote vergelding te trekken, (i) Zoo dat hy aan de eenc kant ziende een groot geluk te verkrygen, en aan de andere zyde alle gevaar , zoo moet lty al een onverzoenlyk vyand van den Prince zyn , of wel uw buitegemeene Vrind , om dat ge- heim |
|||||||||||||||
décl.
|
|||||||||||||||
rit, adjecifqüc cjaxftas, ($
dt(ltnntionem vindiéfa , /! iacuitas onretur, fpetn dt- dn pojfe imfrlli. Erga Efic- hans amntafceleraVrtneipti orditur , acetngentur modi, navaret, operam , ($" tntlt- turn accernmos dttceret t« partes , ac digna pttt$aex- |
|||||||||||||||
( i ) Tacitus geeft ons
daar van een fchoon voorbeeld in het ifde zyner Jaarboeken , daar hy fpreekt van eenen Vo- lufius Proculus, die aan Nero een Vrouwe aan- bracht , die hem verzogt, Xkh van den Prins te wil- |
|||||||||||||||
len wrecken, waar over jpeéiaret. . . Proculus e*
%y wift, dat hy gantfeh qux audierat, ad Nero» im |
|||||||||||||||
misnoegd was , om dat
men hem over het ver- moorden van Agrippina •Weinig vergolden had. ts ntulieri , dam merita trga Neronem \nct, ($• quant -tnmitttm coctdtjftnt, apé. |
detultt. Hyaan wien gy
uw geheim openbaard, word Meefter van uwe vryheid, zeiddeHeerde Rochefoucaud xeer wel in zyne Memorien. |
||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 171
hcim te willen bewaareh. ('% ) Maar om kort te zyn , foo zeg
ik datter van de kant der t'Zamen- iweerderen niet anders is , als on- zeekerheid, jaloufie , achterdocht , en vreeze van geflraft te worden; 't peen 'er allen moed beneemd : ( 4) in tegendeel heeft de Prins \ ^ J ° aan |
||||||||||||
•Jbet ac mans. 3. De
• langzaamheid, decendtrt
conjmrtttos , lemitttdims eorum pert&la. 4. De I vreeze van verraaden te worden. Mnus praditio- \*>is. 5. De jaloufie , want j hy zeid, dat Fifo ■weiger- de Nero in zyn Land- huis om te brengen j daar Nero dikwils kwam j uit vrees , dat Silanus mocht op den Throon gezet worden j of wel, dat de Burgermeefter Veftinus | de vryheid mocht willen I herftellen, of een Keiler naar zyn zinnelykheid maaken. é.Vrodtiio, het verraad, 't geen dikwils op het point der uitvoe- ring gebeurd j fridk irf- |
||||||||||||
(3) De genegentheid
van den medepligtige moet wel groot zyn , 200 het gevaaar , daar hy zich voor bloot fteld, hem niet noch grooter fchynd. Zeid Machiavel in't £ Hoofd-deel zyner Republyk. (4 ) Tacitus teekenin het 15 de Boek zyneAnnales aan, al het geen
een t'Zamenzwecring oeen ftorting doet uitvalen. 1. De hoop vaonftraf baarheid , altootegens groote voornmens aangekant. Impumt.%tis cupidu ,magnafem'per ctnatibus adverfet, (premifa impumitUDe noopc en vreexe |
||||||||||||
DE PRINS
i5Hoott aan 2yne zyde de Majefteit van den
Staat, de Wetten , zyne Vrinden en Bondgenooten. ( f ) Heeft hy nu
|
||||||||
juffit; 't geen 'er achter-
'docht kan veroorzaaken,
arrtptis fHffictonibus dt conjequenttbHs. y> Het zien der tormenten, Tormentorum afjxtiu , & mi»*. 10. De inbeel- ding, dien men heeft, dat een der Medgezellen wel alles mocht geklapt hebben j en dat het vrug- teloosis, langer tczwy- gcn. Cunclit jam patejafla credens , tiec ullutn ftlenttt tmolnmetttum, edtdit c*te- ros. Voeg hier by het Geval , 't geen meert in alle deze zaaken heerfcht. ;De Graaf van Licefter
mifte zynen toeleg op ! Leiden , om dat een der
Medeplichtigen , om fchulden by de kop gevat zynde , bet meerendeel ! der anderen vlooden ,
meenende , dat ymand uit hun , 'er verraaden had. (f) Ulam Qutdem ,
zeid |
||||||||
dtarum. 7. Pratnia perfi
dit,, immenfa pecunia , CS" fotent'm- De hoop van vergelding , en de vree- ze , dat een ander voor- komende , men die zal verliezen. Mul/01 adflt tiffe, cjttt tadem vtdertnt; nthtl profuturttm untus fi- lenttum ; at prAtnia f mes ttnum fore , qui indicto pr/tvcntjfet. Noch iffer een ander foort van ver- raad , zynde dat van het wezen en gelaat, die mee- nigmaal ontdekt, 't geen in het hert van een t'Za- menzweerder verborgen is. fpfetmtt/tt, ($" magn* cogitationts manïfeflm erat. 8. De onvoorzigtigheid, by voorbeeld , zeekere voorbereidzelen in te- genwoordigheid zyner Dienftknechten te maa- ken , die een poinjaard laaten toebereiden j pa- gionem offernart faro , & tn mucronem ardefctre |
||||||||
' ■ . --
|
||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 175
nu noch daar en boven de genegent-
heid des Volks , zoo is het onmo- gelyk. , dat ymand zoo lichtveerdig zy, om tegens hem t'Zamen te zwee- ren, want in plaats, dat gemeenelyk de t'Zamenzweerders alles te vreezen hebeen, eer zy tot de daad komen , zoo hebben zy daar na noch meer te fchroomen, om dat zy liet Volk op den hals krygen , en by gevolg gee- nen toevlugt hebben. Duizend voorbeelden zou ik daar
van konnen geven, maar met een zal ik genoegen nemen , in onze dagen voorgevallen. Hanmbal Bentivoglio , Grootvader
van den tegenwoordigen , die Prins van Bologne was , door den Cannef- quen, een huisgezin nydig over den Ben-
|
||||||||||||
2eid Germanicus tot de
oproerige Legioenen re- gens Tiberius , fua m» jttias, imperium Romnnttm cMeri txerutut defendtat. Na hun van te vooren vertoond te hebben, dat Jtalie en de Gaulen Ti- |
berius getrouw waaren,
en het overige van hec gantfche Ryk ftil en ge- |
|||||||||||
ruft. Itali* cottfenfum
GaÜiarum fidem extol- lis , nihil nlquam tur- btdum nut dijcors. An- nal. 1. |
||||||||||||
._._.- _ ___
|
||||||||||||
—------------
|
|||||||||||
I74 De P R I NS
i9Hooft Bentivoglien in den Jaaren 1445*. ver-
moord zynde, Hond het Volk aan- ftonds op, en bracht het gantfchc huis der Moorderen om hals , foo zeer waaren de Bentivoglien doenmaals binnen Bolongne bemind. En gelyk 'er niemand overig was, die den Staat konregeeren, de Zoon, dieHannibd naliet, noch maar een Kind in de wieg zynde, zoo zond Bologne naar eenen die zy vernomen had te Florence te zyn, en rot noch toe gehouden wierd, den Zoon van en Ambagtsman te zyn ,,(6)en gaf hem het belïier der zaaken»tot dat de Zoon van Hannibd den ouderdom zou bereykt hebben, om felfs te regeeren. Waar uit ik befluit, dat een Prins
voor
■ |
|||||||||||
() y
tuurlyke Zoon van Her-
cules Bentivoglio , een NeefvanHannibal, Santi genaamd , en ging bin- nen Florence door voor 4en Zoone van een Ag- nolo de Lafcefc , Karde- maaker. Machiavel voegd |
daar by , dat het beleid
|
||||||||||
van Santi zoo voorzich-
tig was, dat in plaats dat allo zyn Voorouders ver- moord door hunne vyan- den waren, hy in Vrede leefde , en zeer glorieus ftkrf. Machiav. Hift. van Florence z. deel.pag.n8. |
|||||||||||
......_____
|
|||||||||||
van N. MACHfAVEL.
voor t'Zamenzweeringen weinig te vreezen heeft , wanneer het V olk hem genegen is , maar alles ftaat 1 hem ook te wachten , als het Volk hem haat. En altoos was het oogmerk van wyze Vorften , en wel ge- ftelde Staaten het Volk genoegen te geven, en den Grooten tot geen wan- hoop te brengen. Onder alle welgefchikte Koning-
[ ryken , is Vrankryk de eerfte, zynde een Koningryk meer aan de Wet- ten gehoorzaam, dan eenig ander, en van duizend voortrefFelyke zaaken , die daar gevonden worden , vaftge- fteld , tot veiligheid van den Koning, en de vryheid der Onderdanen, is bui- ten twyffel het gezag der Parlemen- ten , en bezonder dat van Parys, die de beweeging aan alle anderen geefc en de onfehendbare uitvoerfter der Wetten is • waar door hy , die dit Koningryk gefchikt heeft , den eer- zucht der Grooten, en derzelveron- gebondenheid kennende i en by ge- volg |
||||
176 De PRINS
deei vo*8 ^e noodzaakelykheid , om dat
te brei del en,ook met een ge wilt heeft, die voor den haat van 't Volk dat haar vreesde, bedekt ftellen, ennietgoed vond, dat de Koning zich daarmede 2ou moejen, uit vrees van hem voor den haat der Grooten bloot te ftellen, 200 hy het Volk begunftigde, of aan die van het Volk, zoo hy den Groo- ten voordeel bewees. Tot dezen ein- de ftelde hy eenen derden Rechter vaft, om den Grooten in te binden, en den kleenen te befchermen , zonder dat de Prins met den nyd, zoo van de eene als de andere belaft wierd, 't Geen allen Princen leerd, de uitdee- ling aller gunften en genade aan zig te . behouden , en aan den Magiftraaten het beftel der ftrafïe over te laa- ten, mitsgaders van allé andere zaaken , die den Nyd onderworpen (7) . ik
|
||||||
(7 ) V'troVrincipi, t'tbi,aut munerum, ipfi ol>tw
fpenarum resel}, aliu td*U.\dam. Xenophon, Irgandum , til/ipr*mtotum„.\ |
||||||
van N. MACHIAVEL. 177
Ik zegge dan noch, dat een Prins, den Gropten moet achten , maar zonder zich van het Volk te doen haa- ten. Veele zullen milfchien zeggen, dat de toevallen verfcheide Roomfche Keizeren gebeurd, voorbeelden zyn, die myn gevoelen verzwakken , eenige onder die zynde , die het Ryk verlooren hebben , niet tegen- flaande zy altoos fich wel gedragen hadden. Om defe tegenwerping te beant-
woorden , zal ik de hoedanigheden der Keiferen CM.nrcm den Wysgeer, Commodus, zynen Zoon , Pertinax* Juliaan, Severus, i^Antonin CaracaU /*, zynen Zoon, CMacrin, Helïoga,' halus, K^ikx&n&er i en xJMaximin onderzoeken; waar door men fal ficn dat myn feggen met het voorgeval- lene genoegzaam over eenkomt. En by deze gelegentheid zal ik aanmer- kingen maaken , over de zaakea , die in hunne daaden aan te merken zyn. M Eer-
|
||||
17* De PRINS
é«i.°oft -Ecrflelyk moet men aanmerken,
dat in plaats , dat andere Princen maar hadden te flryden met den eer- fugt der Grooten, en de ongebonden- heid van het gemecne Voik , dcfe Roomfche Keyfers noch een derde zwaarigheid moeiten te boven ko- men , namentlyk , de wreedheid en gierigheid der Soldaaten , daar het bederf veeier Princen van daan komt, zeer befwaarlyk zynde, den Krygs- lieden , en Burgeren gelykelyk ge- noegen te geven. Want de iaatfte beminnen den ruft, en willen ten de- zen einde een zeedig Vorft : Maar de Soldaaten begeeren een Krygsmanj die ongebonden, wreed, en genegen tot roof zy. ( 8 ) Zoodanig een nu wil-
|
|||||||||
( 8 ) Emnt , quos me-
motiit Ntronis , ac de/ide- nam ptioris Uctntit, accen- dcret. Hift. i. Heqttttx- tratus, stut Itgattti ac du- ets , mttgna ex part e luxus , tgeflHÜs, fctlerum fiki c«n- fcios, niftpalltttHtn tbfti |
|||||||||
tttmque meritit fmsprinii-
ptm paffuros. Hift. *• Galba verloor zyn leven en het Ryfc , om dat hy gefceid had , dat hy nipt voorgaf de gencgentheid der Soldaaten te willen kJopen- Legtaji |
|||||||||
n,r.
|
|||||||||
N. MACHIAVëL. tf
wilden de Roomfche Legioenen heb-
ben, om dubbelde belblding te heb- ben , en hunne gierigheid en wreed- heid te verzadigen -, dit nu was de oor- zaak , dat de Keifers, die geen ach- ting , of behendigheid genoeg hadden, om foo den eenen als anderen in toom te houden , alle om hals geraakten. Engelyk het meerendeel dezer Prin- cen, en voornamentlyk zy, die vatt een geringe flaat ten Troone ge- flegen waren, deze zwaarigheid wel kenden, zoo namen zy de Party det Soldaten, fonder fich veel te bekreu- nen , of zy het Volk beledigdetiu Noodwendig nu moeften zy zoo han- delen , want gelyk het nooit gebeurd, M x of |
|||||||||
?
|
|||||||||
non mi. Hift. i. En om
dat te veel ftrengheid ge- bruykte , tegens Men- lcheh, die de oude Krygs- tucht vergeeten hadden , en door ,Nero alle onge- bond entheid gewend wa- ren. Ntcuit anttgutis ri- gor » (ff mmi» ftvtritat , cm jam parts non jumtts. |
En op een andere plaats*'
Severtt/U ejus angebat cent- fperrtantes vettrem dtfctfli~ nam , at que ttaiq nnms a Nerone ajfuefaéiot , ut hand. minus vitia frtu~ cipttm amitrtnt , qnam «Itm -virtuttt vtttiim* |
||||||||
180 De PRINS
dcei.°°r of de Princen worden van ymand ge-
haat, zoo moeten zy trachten , dat van de meenigte niet te zyn ; en wan- neer dat niet zyn kan, zoo moet men, toe wat pry ze zulks zy, den haat der fterkfte party vermyden. De nieuwe Keifers nu, een buitegemeene gunft van nooden hebbende , om fich te handhaven , wilden liever van de Krygsbenden, als van het Volk afhan- gen, dit evenwel flrekre tot haar voor- deel of fchade, naar dat zy achting by die verkregen. Pertinax en K^lexander wierden
beide vermoord, om dat te bezadigt, Goedertiern, Liefhebbers der Gereg- tigheid, en Vyanden van alle geweld waren. Marctts leefde en flierf zeer geëerd, om dat hy door opvolging tot het Ryk gekomen zynde, geen erken- tenis daar over aan den Soldaten, of het Volk had. Behalvendat, deug- den bezittende, die hem eerwaardig maakten , wilt hy fich zoodanig te gedragen , dat hy zoo de cene als an- dere |
||||
-"~~
|
||||||||||||||
van N. MACHJAVEL. ï8i
dere Party altoos binnen haaren plicht hield , en nooit gehaat of veracht was. MaarPf rtimx kwam om ;in de derde
Maand zyner regeering , om dat de Kryksbenden gewoon ongebonden onder CommoAns te leven , aan een geregeld leven, 't geen hy wilde in- voeren, fich niet konden onderwerpen. Daar benevens , Keifer tegens haa- ren dank geworden, en oud zynde,' verachtenzyhem, (9)te meer, om M 3 dat |
||||||||||||||
( 9 ) De ouderdom
maakt den Princen ver- achtelyk. Jpfit Mas Gdb*. (§" ernfiu <*fP falhdto nat afjuetit juventa Neronis. Hift. 1. 't Zy, om dat Zy weinig ondernemend zyn; reputantt Ttberio ex- tremam Atatem ; Annal. <>• Of , om dat hunne Vyanden gelooven , dat zy in geen ftaat zyn, om zich te verweeren. At- tabanusfeneélatem Tiberii, ut mermecm defpictens, |
ftarid afneemd ; fiuxatn
fento mextem objeüando. Ibid. Of dat de Ouder- dom dikwils oorzaak is, dat zy zich laaten regee- ren ; Invaltdum fentm , odto flagitiorutn oneratum, contemptu inent», deflrue- bant. Hift. I. En dac zy, die op het einde hun- ner Regeering , in het Minifterfchap komende , door allerhande foort van roof en plondering zich haaftenteverryken. Ad- |
|||||||||||||
Annal. 6. Of, om dat fertbant venalia cunft* pr/t-
men meend dat hnn\ci-\fritntet liberti; fervoram |
||||||||||||||
De PRINS
9 fat iy nem haaten. Nu (laat hier aan
te merken , dat men zoo wel met goed, als kwaad doen , in haat kan vervallen. ( ioj Om deze reden, is een Prins , die zynen Staat wil hand- haven , dikwils genoodzaakt niet goed te zyn, want wanneer de party, die gy gelooft van nooden te hebben, bedorven is , 't zy het Volk , Krygsbenden , of Grooten , zoq moet men genoegen nemen , en gy hebt de vryheid niet , om wel te doen. Maar fpreekenwy van i^Alexander,
van wie, onder andere loftuitingen, die men hem geeft, verhaald word, dathyindetyd van veerthien Jaaren zyner Regeering, niemand deed fter- ven , dan by volle forme van Jufti- tie, evenwel verviel hy in verachting, on-
|
|||||||||
tnaitus fubitis avida , ($
tanquam ctpud, fenemfeftt- na»tei. En dat 4es te meer om dat men voqr een zwakken Meefter niet veel vreeft. Cum apud inprmum , (§" crcdulum |
|||||||||
minart mtttt,
|
|||||||||
mtopeccxrctur, Hift. I«
(10) Et quta tnori*
tas iffarum aliena , ferinde odium pravlS ' C hontftis. Ali |
|||||||||
N. MACHIAVEL. J83
onder fchyn van verwyft te zyn, en
dat hy fich van zyn Moeder liet re- geeren> en naderhand wierd hy met zyn Moeder te Mentz, door de Soldaa- ten gedood. In tegendeel Commodtts, Severus,
CaracaÜa , en Macrinus waren zeer wreed , en deeden , om den Solda- ten te behaagen het Volk allerlty geweldenarien, en bedenkkelykebe- leedigingen aan , echter geraakten zy alle ongelukkig om hals , uitge- zonderd Severw, wiens regeering ge- lukkig was, niet tegenflaande hyhec Volk verdrukte , om dat hy voor- treifelyke hoedanigheden had , die hem by zyne Onderdanen , deeden verwonderen , en by den Soldaten geëerbied, en bemind maakten. Ge- lyk nu zynedaaden, voor een nieuw Prins groot waren, met weinig woor- den wil ik zeggen , dat hy voor den Leeuw en Vos wift te fpee- Jen , zynde de twee rollen , die ik gezeid hebben , en noch zegge M 4 d |
||||
iS4 De PRINS
9Hooftdie de Princen nodig hebben waar te
|
||||||||||
deel.
nemen.
|
||||||||||
Severus dan de lafhertigheid van
den Keifer Juliaan bekend hebben- de , bewoog het Leger, 't geen hy in Italien gebood , om naar Romen te gaan , en den dood van Pertinax te wreeken , die door de Pretoriaanfche Soldaten vermoord was, en onder de- zen fchyn, fonder te betoonen, dat hy naar het Ryk Hond, il oeg hy met zoo veel fpoed en neerftigheid den weg op naar Romen , dat hy metzyn Leeger in Itdien was, eer men van zyn vertrek wilt. Wanneer hy te Romen kwam , deed hy Juliaan fterven» (11 )en gewapenderhand fich tot Kei- fcr verkiezen. Maar noch twee hinderpaalen ont-
moeten hem, om het gantfche Ryk te be-
|
||||||||||
(n) Set lus , tui ut ui-\ dit o print ipibftt more mit-
fer efl , qutsquis jucceflit., ntiwntum ad prtfetis , '" Hift. I. Omnes conquirt\po^erttm ulttonem. Ibid. <^ tnttrfici jujpt , nonW Is de gewoonte der t>onert^Calbt , Jed tra-1 Princen , den dood van bun-
|
||||||||||
van N. MACHIAVEL. 185-
bemachtigen , de eene 'mJfie, daari9H°°ft
Tefcenniui Niger , het bevel hebbende over de daar zynde Legioenen, den Titel vanKeifer had aangenomen ; de andere in het Wellen, daar hy eenen Mede ftre ver had, Clodim ^ylibinm ge- naamd. MaargevaarlykzyauQ, die beiden te gelyk aan te taften, befloot hy den een te bedriegen en den ande- ren te bevechten. Hy fchreef dan aan Albinus, dat de Senaat hem Kei- fer gemaakt hebbende, hyhem voor Amptgenoot begeerde, 't geen hy ook deed, hem den Titel va.n Keifer ge* M 5 Ven-
hunnen Voorzaat teiditus ftervcn , om dat
wreeken ; niet ter lief- hy Nero geholpen had', de van hem , maar om zich zelvcn om te 'er eigen leven te ver- brengen , niet tegen- zeckeren. Claudius lietlftaande Nero doorVon- Chereas en Lupus doo-inis van den Raad verbor- den , die Caligula ver- deeld was. Ferdinand moord hadden, niet te-,Groot Hertog van Tof- genftaande deze toeleg canen nam wraak over ncm op den Throon de Dood van Bianca Ka- deed ftygen ; Vitellius pellis, zynfehoon Sufter, ftrafte allen den fchuldi- die den Groot Hertog gen aan de moord van Franfois , haar Gemaal Galba en Pifo ; en Do- vergiftigt had. mitiaan dee4 Epaphro-[ |
||||
De PRINS
vende ; en de ander zoo maar aan-
nam. Maar na dat Severus Niger over- wonnen en gedood, en gantfch Oo- ften bevredigt had, te Komen weder- gekomen zynde, klaagde hy over de ondankbaarheid van K_Albïnus , die , volgens zyn zeggen, op zyn leevcn toegeleid had $ 't geen hem verplichte naar Vrankryk te reizen , om hem te flrafFen , gelyk hy vervolgens deed, hem zynen Staat, en het leven benee- mende. • Zoo men dit beleid van naby on-
derzoekt, foo zal men de woede van een Leeuw, en de lift van een Vos, daar in vinden; en zien, dat Severus van het Volk gevreeft:, en geëerbied, wierd, zonder van de Soldzten gehaat re worden : En men zal fich niet meer verwonderen , hoe dat een nieuw Prins zoo groot een Gebied heeft konnen bewaren , om dat zyn hooge achting hem altoos een fchild tegens den haat verftrekren, die zyne beroovingen en plunderingen hem
|
||||
van N. MACHIAVEL. 187
hem hadden konnen op den hals
haaien. Caracalk zyn Zoon bezat ook •
voortreffelyke hoedanigheden , die hem voor het Volk verwonder- lyk , en den Soldaaten aangenaam maakten. Hy was een Krygsman , onvermoeid , vyahd van alle ver- wyftheid , en goede chier i het geen hem door alle de Legeren deed beminnen. Maar hy was zoowoeft en wreed, dat hy van het Volk van Alexandrie , en van Romen als een Vleefch en flachthuis maakte i waar door hy aan al de waereld, tot zyn eigen Bevelhebberen toe , haatelyk wierd ; zoo dat eindelyk een Hoofd- man over honderd in 't midden zyns Legers hem doode. Hier uit flaat aan te merken, dat
dit foort van aanflagen , uit een ge- harde moed voortkomende , door Princen niet kan vermyd worden , zy allen , die fich hunnes levens niet bekreunen , Meefters van een an-
|
||||
ï88 De PRINS
i9Hooft anders zynde. (12) Maar gelyk
-dusdanige aanvallen feer zeldzaam ♦zyn , zoo moet een Prins fïcli daar over niet veel bekommeren. Al- leenlyk moet hy fich wachten, ymand zyner Huysgenooten , en Staatsbe- dienaaren zwaarlyk te beleed/gen; en dit was de misflag van CaracalU , die een Hoofdman onder zyne Lyf- wachten hield , wiens Broeder liy een fchandeiyke Dood hadde doen fterven , en die hy noch dage- lyks dreigde j 't geen hem zyn leven kwam te koften , en even foo
(11) Quisquis vitam* Ider Soldaat is te vree-
fttttm contempfit , /«x'zenj want waar toe zul- dommtts (ft Ep. 4. Pe- len my de Legioenen die- rtcttlum ex (tngulis, (zei- nen, tegens een of twee |
|||||||||||||||||
de Vefpafiaan tegens den
|
|||||||||||||||||
overgegevenc Menfchen,
|
|||||||||||||||||
geenen , die hem aan- die men een groote ver
|
|||||||||||||||||
1 *lTf/"l
|
gelding za{ aanbieden,
om my op flaandevoec om hals te brengen ? Zee- kerlyk men kan lichter een gantfeh Leger doen opftaan , als den /lag, van een Verraader ojit' |
||||||||||||||||
maanden, zich Meefter
van het Ryk te maaken ) Qnid tntm profututets co- horpes , fïumis alterqae fr?~ fenti fttcmore, paratttm ex dtverfo proemiumpetat ? fa- tiltus untverfos ttrtpellt, |
|||||||||||||||||
qHamjïngttlos vitari. Hift. j wyken.
1 Dat is te zeggen :j |
|||||||||||||||||
»—
|
|||||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. 189
200 veel was , als of hy hem felfs
Wapenen tegens zyn leven in han- den gaf. Wat Commodus aangaat, om liet
Ryk te behouden , tot genoegen van het Volk , en Soldaaten , had hy maar de Voetftappen van zyn Vader op te volgen ; maar gelyk hy wreed en beeftachtig was , en van roof en plonderingen wilde lee- ven , gaf hy zyne Soldaaten alle foort van ongebondenheid. Daar benevens, 2ynen rang en weerdigheid vergetende , met zelfs in het ftryd perk te treeden , en duizend andere geringe dingen , der Majefteit on- waardig , te pleegen , wierd hy den Soldaten verachtelyk , en deze ver- achting , gevoegd by den haat des Volks , was oorzaak der t'Zamen- zweering , daar hy zyn leven in verloor. Ons blyft dan niet meer overig , als om van iMaximin te fpreeken. De Krygsbcnden ^lexander dan
|
||||
ipö De PRINS
IX"* g^ood hebbende , dien zy verwyft
bevonden, gelyk ik reeds gezeid heb, fielden Maximinus in zyn plaats' die een groot Krygsman was , maar het Ryk niet langer als tweejaaren be- hield , om dat hy hatelyk en verach- relyk wierd. De geringheid zyner geboorte ftelde hem voor de alge- meene verachting bloot , yder een wetende , dat hy een Vee-Hoeder in Thracie geweeft was. De wreed- heden , door zyne Lieutenanten binnen Romen gepleegt , en in an- dere plaatzen van het Ryk , eer hy het bezit daar van nam , deed hem voor zeer wreed door gaan. Zoo dat van de. vrees en verachting gantfeh <^ffrica , Romen , en ge- heel Itatie tot de t'Zamenzweering overgingen, door zyne eigene Sol- daten daar in geholpen , die afgemat door de langdurige belegering van i^iqtfiUa , en vermoeid door zyne wreedheden , hem des re ftouter om hals brachten, om dat zy zagen, dat hy
|
||||
van N. MACHIAVEL. 191
hy van al de waereld gehaat was; zy vermoorden ook zynen Zoon, noch een Kind zynde, zeggende, dat men van foo kwaden Geflachte niets moeft verfchoonen. Ik zal van Heliogabalus , Macrin,
of Juliaan niet fpreeken , die niet anders hebbende , dan het geen ver- achtelyk was , veerdig zyn afge- maakt. Maar töt befluit, zoo zeg ik, dat de Princen van onzen tyd zoo grooten nood niet hebben , om den Soldaten naar de oogen te zien, niet een hunner Legeren hebbende , die in de Provinciën ingeworteld zyn, ge- lyk deze 'm die der Romeinen, die der meer aan gelegen was den Soldaten genoegen te geven, als het volk, om dat die zoo veel macht niet hadden, als de anderen. ( 13 ) Maar tegen- woor-
( 13 ) Tot getuygen, hadden. Saa in maa*
verftrekken hier van de/ïtam rem Romanam , Legioenen van Duitflandj/«« viHeriit augerï Rem- aieroemden, dat zy het pub , in fimm cogntmtn* Ry* in hunne handen turn adjeifiti Imftrttortt» |
||||
T92. De PRINS
i9Hooft woordig hebben alle Princen meet
noodig het Volk genoegen te geven, als den Soldaten , om dat zy nu dé ftcrkftezyn. Ik zondere den Groeten Heer , en
den Sultan van Egyptenuit» den eer- ften , ter oorzaak , dat hy altoos ontrent nooo Voetknechten , en ifooo Ruiteren onderhoud , van welken de veiiigheid en kracht van zynen Staat van afhangt , en wel- kers genegentheid hy noodwendig behouden moeft. Den tweeden, om dat zyn Staat t'eenemaal in handen der Soldaten zynde , hy die nood- zaakelyk tot zyneVrinden moet heb- ben , zonder fich met het Volk te bekommeren. Nu zult gy aanmer-' ken , dat de Sultan verfcheide is vaö alle andere Heerfchappyen , en ge- lyk met den Room/chen Stoel j want het zyn de Kinderen van den overle- den Annal. i. Evulgato im-ifieti. Hift. i. Et ptft
fint arcano, poffe Brinct- Uk txercitu frinerpemfitri- pan-alibi > qttam /Jum*'Hift. 2. |
||||
r----
|
|||||
van N. MACHIAVEL. 193
den Vorft niet, die opvolgen, maar
hy, die door den Grooten verkooren word. En deze gewoonte zeer oud zynde , kan deze Heerfchappye niet nieuw genaamd worden, niet meer als het Pauflchap , dewyl fich daar geen der zwaarigheden op doen , die in nieuwe Staaten gevonden worden. Want fchoon de Prins nieuw is , zoo word hy als erffelyk ontfangen , voor zo veel de gedaante der Regecring oud is. Maar om tot myn onderwerp we-
der te keeren , zoo zeg ik , dat zoo men alle deeze Redeneeringea overweegt , men fien zal , dat het bederf van alle deze Keifers , door my aangehaald , nergens an- ders is van daan gekomen , dan door den haat , of verachting ; en men zal bekennen , waarom , dat de een dus , en de ander zoo handelende , Zommige een geluk- kig , andere een ongelukkig ein- de gehad hebben. Want het was N vruch. ...
|
|||||
104 De P RINS
|
|||||||||||||
y
voor Pcrtinax , en k_s4Ie x ander, die
nieuwe Princen waaren , Mar cm te willen navolgen , die erffelyk was ; zoo was het ook voor Caracalla , Commodus , en Maximin, den voet- flappen van Severus na te wande- len , om dat zy zyhe bekwaam- heid niet hadden. Een Prins dan , op nieuw in eene Staat beveiligd , zal de daaden van UVLarcm niet we- ten op te volgen , insgelyks heeft hy niet van nooden die_ van Severus na te wandelen, maar moet van yder de noodige hoedanigheden öntlee- nen , om Prins te worden ; en we- derom van andere . om met eere fich in een Staat te handhaven , daar in hy fich reedts geveftigd be- vind. |
|||||||||||||
s
|
|||||||||||||
É
|
|||||||||||||
. V -
|
|||||||||||||
.
|
||||||||||
van N. MACHIAVEL.
loHooft
Twintigste Hoofddeel/"1'
Of de Fortrejfen , en vecle andere Z4A-
ken , die de Princen meenigmaal doen , voordeelig , of fchadelyk |
||||||||||
z.\
|
||||||||||
E Enige Princen , om hunnen
Staat te verzeekeren , hebben hunne Onderdanen ontwapent; an- dere verdeeltheid in hunne Steeden gevoed ; zömmige met voordacht Vyanden gemaakt ; eenige daar op toegeieid , om zulken te winnen , die in den beginne hunner Regee- ring , hun verdacht waaren. Eeni- ge hebben Fortreiïèn opgebouwd , andere die geflecht ■, en niet tegen- flaande men , wegens alle deze za- ken , niets kan befluiten , zoo men niet afzonderlyk den aard van yder Staat aanmerkt, daar men zoo- danige befluiten uit te neemen heeft; zoo zal ik evenwel vati dit alles in 't algemeen fpree- N x ken, |
||||||||||
I9<5 De PRINS
ken , zoo veel de floffè zal toe-
laten» Nooit is*, liet gebeurd , dat een
nieuw Prins zyne Onderdanen heeft ontwapend i in tegendeel , wan- neer hy die ontwapend vond , heeft hy altoos getracht die te wape- nen , want wanneer hy die wa- pend , zyn deze wapenen altoos voor hem , zy , die hem ver- dacht waren , worden getrouw , en zy , die dat waren , volhar- den zoo te zyn , en zyne On- derdanen worden zyne afhange- Jingen. 't Is waar , dat alle On- derdanen fich niet konnen wapenen, maar doet gy wel aan den geenen, die gy wapend , zoo zyt gy , nopen- de de andere in beter veiligheid. Bshaifendat zy , die gy gebruykt, aan u , ter oorzaake van den voor- rang , (i) dien gy haar vergunt, ver-
|
|||||||||||||||
(i) Gelyk als het
____~u:____i~t___• i |
|||||||||||||||
zyne gedachtenis gene-
|
|||||||||||||||
veerthiende Legioen , dat gen was , uit erkentenis
Nero altoos getrouw , en | der «r , hun aangedaan, dat
|
|||||||||||||||
i
|
|||||||||||||||
_
|
|||||||||||||||
N. MACHIAVEL, ïp7
verplicht zyn ; en de andere u pnt- Schuldigen, vaftftellende , dat zy, die het meefte gevaar loopen, de mee- fte verdienden hebben. Maar ontwapend gy 'er , zoo be-
ledigt gy die , hun reden gevende ran te gelooven , dat gy 'erniet be- trouwt j 't geen 'er eenen haat tegens u doet opvatten. En gelyk gy niet ongewapend kond verblyven , zoo moet gy tot een gehuurde Krygs- macht uwen toevlugt nemen, wiens kracht en zwakheid ik hier boven heb aangewezen. Als die nu al goed was, zoo zal die nooit genoegzaam zyfi , om u tegens machtige Vyan- den, en verdachte Onderdanen te be- jchermen. Hierom nam een nieuw Pnns in een nieuwe Heerfchap- pye altoos huiflelyke Benden , |
||||||||||||||
*'■
|
||||||||||||||
ge'
!potifftmos ; XJndeionga Mis
ertéfa tn Qtthovem fludi.t
(Om dat Ottho naar Nero fcheen tegelyken) |
||||||||||||||
«lathy'eralsdedapperfte
£erkooS, om Engeland te herwinnen, dat oproenV geworden was. Addtdt 1*art«dtcumanis ) Ntro, tligendt ut |
||||||||||||||
<s
|
||||||||||||||
io8 De PRINS
*°5°oftgelyk de Gefchiedenis ons dui-
zend voorbeelden daar van ver- fchaft. ... Maar wanneer gy eenen nieuwen
Staat verkrygt, en die met eenerfFe- l^ken Staat vereenigt , als dan moet gy uwe nieuwe Onderdanen ontwa- penen , behalven den zoodaqigen , die, eer gy die verkreegt, fichvooru verklaarden. Noch moet hy , by vervolg van tyd, die zoodanig ver- zwakken , en ontfenuwen.dat de gant- fche kracht der Wapenen in zyn eigen Benden beftaat, die gy binnen uwen erffelyken Staat gewoonzyt te onder- houden. Onze Vooroaders, en wel bezon-
der zy, die voor de wy fte van hunnen tyd doorgingen , hielden voor een Grondregel, datter HuuTelyke Fac- tien en verdeeldheden moeden zyn, om Piftoyen te bewaren, en Fortreflen, om Pifa re behouden, en volgens dit beginzel voeden zy de verdeelt heden in. eenige fleden , om die des te iich*
|
||||
-----
I
|
||||||||||
van N. MACHIAVEL. 199
lichter te bewaren $ 't Geen in der *°j*ooft
daad in die tyd wel goed was, wan- neer gantfeh Italië als in balans wierd gehouden. Maar ik geloof niec, dat zulks tegenwoordig, zou goed zyn, want behalven, dat de verdeeldheden nooit iets goed voortbrengen , zoo moeten verdeelde Steeden vergaan, wanneer de Vyand die naderd, nade- maal de zwakfte party fich altoos by die zal vervoegen , en de andere daar door niet lang zal konnentegen- ftaan. De Venetianen voeden den Gticlfen
en Gibelynen in hunne Steeden , en fchoon zy die nooit lieten handge- meen worden , zoo ftookten zy het vuur van twift en oneenigheid onder hun aan, om'er bezig te houden, en naar myn gevoelen hunne Onderda- nen ftofïe te verfchaffen , om over deze gefchillen te redeneeren, enföo den tyd te doen verfly ten, zonder op oproer te denken; 't Geen naderhand tot haar fchade verftrekte. Want na |
||||||||||
N 4 dat
|
||||||||||
loo D E
|
|||||||||
dat zy fcy VaiU * geflagen war en r'
*"ynde l*chte een dezer Faftien het Móm- aanzicht af, en beroofde der van hun- nen gantfchen Staat. Ik zegge dan, Ja'nddc_ dat zoo een beleid de zwakheid van vinchi- een Prins betoont , en dat een, die «m machtig is , nooit zoodanige ver- a' deeldheden zal lyden, ( -l ) die waar- lyk in tyd van Vrede nergens anders toe dienen , als om zyne Onderda- nen te mifleiden, en in tyd van Oorlog te befchadigen. Buiten twyffel de Princen werden
f root, wanneer zy alle dezwarighe-
en, en hinderpalen, die men der aan doet , te boven komen. Insgelyks het Geval , wanneer zy een nieuw Prince wil verheffen, die meer achting van nooden heeft, als een erfFelyk Vorft,
■ ~ ■"• «* A'
) Tot getuygehier kenen , als of 'er noch
|
|||||||||
van verftrekt de Konin
van Vrankryk , zeic
Machiavel, aie niet zou! ning geen partyfehap-
lyden , dat ymand lïchj pen begeerd. In heti7
xeide , van de party des! Hoofd-deel zyner Repu>
Konings te zyn , d^wyl blyk.
|
|||||||||
datzoufchyncn te betce
|
|||||||||
■ihir _____■__.
|
|||||||||
van K MACHIAVEL. 201
Vorft, zoo verwekt zy hem Vyan- den, ligues, enverbintenifïèn > om zynen moed en vernuft te oefFenen, en door dit middel doet zy hem op den hoogden trap van mogentheid ftygen. (3 ) Dit is de reden , dat veele gelooven dat een wys Prins.door lift fich eenige Vyanden moet verwek- ken , naar dat hy gelegentheid daar toe vind, om meer geacht, en machti- ger te worden, wanneer hy die zal on' Herdrukt hebben. ( 4 ) De
|
||||||||||
( 3 ) Gelyk aan Tibc-j
rius gebeurde , wiens leven , alvoorens hytotl het Ryk kwam , vol ge-1 'vaaren, en zwaarignc- den was. Ctifus prima ab mfantm ancipita. . . . VU Aomum Augujli privi- guut tutroiit, muit is umulis confliSittas tü , dunt Mar- cellus C$r Agrtppa, mox ca* jus l.Hctufijue Ctfates vïgu- f re. . . . Sed maxime in Itthrno (git, acetpea m ma- trimontum JnliA , impudi- (itiam uxoris tolerant, attt dtclinans. Tacit. Anna. t. En van Caraftacus, |
||||||||||
qu.xm tnulttt ambigua, tnul-
tct profpera extulerant, ut c&teros Brttannorum ducet pr*.mimres. Annal. ii. Enby dezen Roomfchen Kapitein, die onverzaagt wierd , om dat hy voor« en tegenfpoed had be- proeft. Cecin» Jicunda- rum ambiguttrumtfue rerum fiieas, eoeftte interrtlHs. An- nal. 1. ( 4 ) 't Was in dezen
zin, dat Diogenes zeide, het noodig te zyn , dat men ruwe vyanden moeffc hebben. |
||||||||||
tot De PRINS
£)e princen, en bezonder niemve
Princeti, hebben meer nuttigheid en , getrouwigheidgevonden inMenfchen, die in den aanvang hunner Kegeering hun verdacht waren, dan inzulken, daar zy doemaals fich meed op be- trouwden. Pandolfo Petrucci Prins van Siena, bediende zich liever van zaa- ken, die hem van te vooren verdacht waren, dan van anderen. Maargeiyk dit volgens de ftonden en gelegenthe- den der tyden veranderd, ^zai ik alleen zeggen, dat zoo de Menfchen, die de Prins in den beginne voor Vyanden had, zoodanig zyn, dat zy hulpe en byftand van nooden hebben, om fich te handhaven , zoo zal de Prins die akooslichtelyk konncn winnen; en 'zy zullen hem des te getrouwer zyn, omdatzy, door hunne dienften, het kwaad gevoelen, dat hy van 'er had, zullen willen uitwiflehen in plaats • dat zy , die niet voor hem te vree- zen hebben, minder zorg zullen dra- ge"' |
||||
van N. MACHTAVEL. zo3
gen, om zyne goedwilligheid aante-
kweeken. (5) Ter gelegentheid dezer Redenee-
ring kan ik niet nalaten eenPrins te be- richten j die eenen Staat doorgunft van derzelver Inwoonderen verkrygt, van de beweegredenen wel aan te mer- ken , die zy gehad hebben, om hem te begunftigen, en of zy dat niet uit haat tegens de voorige Regeering, veel eer dan uit genegenheid tot hem. (6) ge- daan hebben; in welken geval het voor hem zeer bezwaarlyk zal zyn, die al Ie voor zyn Vrinden te bewaren, dewy l het hem onmogelyk isj die allen ge- noegen te geven. En zoo hy alle de oude en nieuwe voorbeelden wil door- |
||||||||||||||||||||||
X
|
||||||||||||||||||||||
1
|
||||||||||||||||||||||
(5) Totgetuygehier
vanverftrektCclfus , die Ottho zeer getrouw was, niet tegenitaandc by een onfchendbaar Vrind van G.ibawasgeweeft. Ma tlttm Celjum Conj. Galb* njque in extreme t'S amt- |
||||||||||||||||||||||
buit.
|
Manfttqu
|
|||||||||||||||||||||
Celho velut fataliter ettam
pro Otthnne fidts intevra. Ibid. ( 6) Mult't odia prAJitt-
üttm, <& ittptdtnc muta- t'iinu. Annal.3. Prn>a/at [pet agitnntes, fine publict* cm». Hift. 1. |
||||||||||||||||||||||
(Hm
|
Hiit.
|
|||||||||||||||||||||
I.
|
||||||||||||||||||||||
iattr* intimot ba
|
||||||||||||||||||||||
4 De PRINS
ft Joopen, zal by zien , dat het hem
veel lichter is, de vriendfchap der gee- nen te winnen, die genoegen namen met het voorige bewind, en die by ge- volg zyne vyanden waren , dan den zullten, die by gebrek van genoegd te zyn , zyne V rienden geworden zyn, en hem den Staat hebben helpen be- machtigen. *; Het was de gewoonte der Princcn
Fortreflèn te bouwen, om den muite- Jingen in toom te houden, en den eer- 'ftgn aanval van een oproer te weder- flaan. Jkpryzedezewyze, vermits die by den Ouden gebruikelyk was; maar in onze dagen hebben wy gezien, dat Nicolas Vitelli twee flerktens van de Stad Caftello flegte, om die plaats te behouden. Guiband , Hertog van Urbin zyn Hertogdom herwonnen hebbende, daar C#far Borgia hem uit gedreven had, wierp alle de Fortref- fen dier Provincie ónder den voet, (7) *■ ■■: over- |
|||||||
(1) In het i4 Hoofd-1 deel van het a Boek zyner
I Re- |
|||||||
M
|
|||||||
—--------------------------------n---------------------------
van N. MACHrAVEL. 205-
overtuyed zynde, dat hy die zo licht met weder verhezen zou , als er geen Citadellen meer in waren. De Venthoglien deeden het zelven bin- nznBologne wedergekeerd zynde. (8) De Fortreflèn zyn dan heilzaam,
of niet, naar den tyd, en dienen zy van de eene kant , zoo fchaden zy * aan de andere zyde , by voorbeeld, een Prins, die zyneOnderdanen meer vreeft, als den Vreemden, die moet Fortreflên bouwen •, maar hy, die Vreemden meer vreeft, als zyne On- derdanen , moet die laten varen. Het Kafteel, dat Franfois Sforce te h, heeft het Huis der Sjor- Republyk zeid hy, dat de Leger in 't Veld had.
|
||||||||||||||||
Hertog van Urbin die
flechte j om dat hy van zyneOnderdanen bemind zynde, vreefde zich van 'er te doen haaten, ofte betoonen, dathy'eree- nigzins wantroude; daar |
||||||||||||||||
8) De Bentivoglen
wierden wyzer tenkofte van Paus Julius den II.die een Citadelle te Bologne opgericht,en eenGouver- neur daar in gefield heb- bende, die den Burgeren |
||||||||||||||||
en boven kon hy deze'liet om hals brengen, defc
Fortreffen tegens zyne I Citadelle en Stad verloor, vyanden niet verdeedi-lzoo haaft zy maar op- gen^tcn ware hy een goed jonden. Ibid. |
||||||||||||||||
-.._.
|
||||||||||||||||
to6 De PRINS
forcenreeds meer kwaad gedaan, en
zal her noch doen, dan eenige andere wanordre van dezen Staat, (y} Daar is dan geen berer (lerkte, dan van het Volk niet gehaat te zyn; wantzytgy gehaat, wat fterkte gy hebt, zoozyt gynietvejlig, vermits het Volk den Wapenen zo haaft niet zal aangrypen, of
|
||||||||||
■ (9) Om dat de Sfor-
cen maar te ftoucer wier- den , en des te meer ge- weld gebruykten* Hebt gy dan Fortreflen , zeid ' nyin'tzelfdcHoofddeel, Zoo dienen die u in tyd van Vrede, om datzyu ftoutermaaken, omuwe Onderdanen te mishan- delen ; maar in tyd van Oorlog , verftrekken zy «tot fchadc , om dat zy door uwe Vyanden, en Onderdaanen aangetaft worden; en bet onmoge- lyk is , dat zy tegens die beiden zullen houden. Wilt gy nu een verloo- ren Staat herwinnen , foo zal het niet door Fortref- fcnzyn } dat gy die zult |
'.andersgeen Leger hebt,
jom hem te bevechten, [ die u daar van beroof: heeft. Hebt gy nu een j Leger , zoo kond gy die weder krygen , zelfs als gy al geen Fóf treffen had. Wat aangaat het Kafteel van Milaan , Machiavel voegd daar by, dat het, noch den Sforcen , noch den Franflen , in hunne tegenfpoed diende, maar in tegendeel khadelyk was. De Hoogmoed, en groote gedachte van dit Kafteel , den eer- ften het Volk hebben' de doen verwaarloo- zen j en den anderen» dat eerlyker te hande- len. |
|||||||||
wederkrjrgen , zoo gy
|
||||||||||
- "
|
||||||||||
van N. MACHIAVEL. 207
of het zal van Vreemden geholpen
1 ° deel.
worden.
Men heeft niet gezien , dat de
fterktens eenige andere Vprften van onzen tyd dienfl: gedaan hebben, als alleen aan de Gravinne van lourli , * *Kateri- aanwiehet hare, na den moord van "ce,oog- den Grave Jeronimo Riario , haasQc-yVanfó'is. maal, Neef van Paus Sixtus den 1V. «^uttct eeleeentheid gaf, om hulpe van Mi- lou^i 7 ° r S" IC de Mooi
laan af te wachten, en liaaren Staat te Hen»,
herwinnen, en dat, in een toeftand van tyd, enzaaken, daar vreemden het Volk niet konden byfpringen. Maar zederd; dat zy van Cefar Borgia. |
||||||||||||
wierd aangetaft, en hare Onderdanen
|
||||||||||||
met cenen vreemden fich voegden,
ondervond zy wel, dat het beter zou geweeft zyn , dat zy haar van het Volk had doen beminnen, als Fortref- fen te hebben. Ik pryze dan den zulken, die de-
zelve bouwen, enden geenen, diefc niet hebben; maar altoos zal ik den zoodanigen lafleren, die te veel daar op
|
||||||||||||
______ A.........
|
||||||||||||
De PRINS
|
|||||||||||||
°P vertrouwende, fich weinig bekom-
meren , of zy van hunne Onderdanen gehaat zyn. |
|||||||||||||
Een-en-twintigste Hoofd-deel.
Hoedanig een Vorjl zig gedragen moet,
om achting in de Waereld te verkry. gen. |
|||||||||||||
N
|
Iet doet een Prince 20 veel ach-
ten , als groote onderneemin- |
||||||||||||
gen, en buitegemeene daaden. Te-
genwoordig hebben en zien wy Ter- dinand, Koning van Spanje, dien wy byna een nieuwen Prince mogen noe- men, mits hy van kleen Koning van Arragon, 't geen hy was , door zyn achting en Glory, de eerfle Koning van het Chriftenryk geworden is. Zoo wy alle zyneDaaden eens aanmerken, men zal bevinden, dat die zeer groot, en eenige buitegemeen geweeft zyn. In den aanvang zyner Regeering, wen- de hy zyne Wapenen regens het Ko-
|
|||||||||||||
van N. MACHIAVEL. zo9
Koningryk van Grenada, en deze Oor- *'Hooft log was de grondflag van zyn groot- heid , om dat de Grooten van Caftille, niet denkende, als om te vechten, hy wegens die niet te vreezen had, die zelfs niet bemerkten het gezag , 't geen hy 't hunner kofte op 'er ver- kreeg , met het Geld van de Kerk,' en het Volk , den Legeren voeden- de , die hem zederd zoo befaamd maakten. Behalven dit, om noch grooter din-
gen te onderneemen, bediende hy fich van den dekmantel van Godsdienft, en door een wreede Godvruchtigheid verdreef hy den Maraanen uit zyne Staaten. Zeldzaamer voorbeeld kon der niet gevonden worden. Onder dat zelve voorwendzel tafte hy Kyifrica, en zederd Itdien, en einde- lyk Vrankryk aan, altoos nieuwe voor- nemens aanvangende, die de gemoe- deren, nopende de uitkomft, in ver- wachting fielden, en geenen tydlie- ten , om over een andere zaak te den- O ken, |
|||||||
___
|
|||||||
RINS j
fich tegens hem te |
|
||||||
De P
dèd,ooft ken» en by gevolg
|
||||||
verzetten.
Noch is het voor eencn Prince zeer
heilzaam , bezondere voorbeelden van ftrafFen , en belooriingen te ge- ven, daar men langen tyd van mach fpreeken , als de zulke waren, die men ons van Barnabe, Heerevan.M- kan verhaald. ( i ) Maar voor al moet een Prins daar op toeleggen , om voortrefFelyk in alle zyne daden te fchynen. (z) Noch doet hy fich 2elven achten,
wanneer hy groot Vrind , of groot Vyand-is, dat Is te zeggen, wanneer hy
( i ) En zulken , die hetgatttfche'K.oningryk.meer
Philips de Commines van hem fpreeken , dan ooit i verhaald van Louys den eentg Rpning voor hem. In XI. zyn meefter. Hy zyn Mem. <S Boek. 8.cap.
oeffende, zeid hy , flrenge (i) Pr*eipu» rerum ad ftritffen , om gevreefl te famam dirtgenda , zeid Vtorden , en mt [chroom Tacit. Annal.4. Hywas van de gehoorzaamheid te even als Mutiaan, die al verlieten. Hy zond Bevel- zyn zeggen en doen met hebberen Mederom, verdreef \ aangenaamheid wift te Soldaaten,fnetdpenaiotnen fouten. Omnium qntdi- , af, en bracht zynen nd\ceret, atque ageretarteqmf door, met Menjchen afen'idamofftntator. Hifi. i. aan te (ttllen, en dttd door |
||||||
VAN N. MACHIAVEL. iit
hyfichduydelyk verklaard ten voor- deele van ymand tegens een ander; 'c geen altoos een beter party is, alson- zydig te blyven. Want zoo twee machtige Gebuu-
ren van uwen Staat aan den anderert raaken , 'tzy, dat gy van hem, die Overwinnaar blyft te vreezen hebt* of niet , zoo in het eene als het an- dere Geval zal het u altoos voor- deeliger zyn u te verklaaren , en ee- nengoeden Oorlog te voeren. Ver- klaard gy u niet , zoo blyft gy al- toos ten proye van den Overwinnaar, tot groot genoegen van den Overwon-5 nen, en niemand zal der zyn, die U beklaagt , of befchermt ; want de Overwinnaar wil geen verdachte Vrinden , of onbekwaame , om itl tegenfpoe'den hem by te fpringen; en hy, die verlieft, begeerd u niet j öm dat gy geen Medgezel van zyn geluk in den Oorlog hebt wil- len zyn. Wanneer Kjinüochm naar Grieken-
|
||||||
ii2 De P R I N S
t .«ooft /^ overftak, derwaarts de Bthioliers
deeI' hem riepen, om den Romeinen te ver- dryven, baaden zyne Afgezanten die van Achaie, die Vrinden der Romeinen waren , van onzydig te willen blyvcii; in tegendeel verzochten de Romeinen, dat zyfïch voor hun wilden vcrklaa- ren * in den Raad vafi Achaie wierd daar over geraadpleegt : En gelyk de A fgezanten v&nAntiochus haar aan- maande tot de onzydigheid, zoo zei- de die der Romeinen dit > Men zeid u, dat de befte party , die gy kiezen kond, is, tt in onzen Oorlog met in te laaten i maar ik zegge u,datgygeen arger neernen kond, want houdgyuonzydig, zoobfyft ?y ter befch ei denheid van den Overwin- naar, zonder dat ymand aan u zal ver- plicht zyn. ( 3 ) Nu zal het altoos gebeuren, dathy, die uw Vrind niet is >
. |
|||||||||||
;■ ■
|
|||||||||||
(3 ) Q&W* f'"* diglt"a*t'\
prtrnium vtóiorh trWs.Liv. Lib.35. De onzydigheid |
wil■-, der zelver Scheids-
man cnRegter 5 in tegen- deel altoos fchapd zy |
||||||||||
iï n,iet goed , dan voor kleenen Pnncen. Derhai
eenVorft, dieftcrkeris,|ven moet gy defterkite. want hy maakt zig, als hy of mcr den fte rklten xyn- |
|||||||||||
-------
van N. MACHIAVEL.
is, uzal verzoeken , om onzydie te*llJooft « c7 deel.
blyven, en de andere, om dat niet te
doen. De Princen nu van flecht be- leid, omhelzen gemeenlyk de onzy- digheid , om uit een tegenwoordige belemmering fich te redden , en de meefte verliezen gemeenlyk daar hy. Maar wanneer gy u opentlyk ver- klaard ten voordeeie van een der par- tyen, blyft uw Vrind Overwinnaar, zoo is aan u verplicht, ja zelfs gene- gen, niet tegenflaande gy't zyner be- fcheidenheid ftaat ; want nooit zyn de Menfchen zoo boofaardig, dat zy hem, aan wien zy verplicht zyn, met zoo veel ondankbaarheid zouden wil- len verdrukken. Behalven dat de overwinningen niet altoos zoo vol- 4 maakt zyn, of de Overwinnaar heeft wei eenige fchikkingén van welvoe- gentheid te onderhouden. Maar word uw Vrind overwonnen, zoo word gy de Medgezel van een Geval, dat fich Weder kan verheffen, en gy hebt eenen Yrinc!, die u zal dienen als hy kan., O 3 Wan-
|
||||||
4 De PRINS I
lèli.ooft Wanneer dat zy, die t'Zamcn veg-
ttn, zoodanig zyn, datgy van hem i die overwind, niets te vreezen hebt, zoo doet gy des te wyfïèlyker, datgy u verklaard, om dat gy toeloopt tot het bederf van een Gebuur, met hem, die, zoohy wys ware, moeft bewa- ren , om dat hy 't uwer befcheident- heid overblyft.fo gy overwinnaar zyt, gelyk het niet anders mogelyk is.of gy moet dat zyn. Hier moet ik een Prins berichten,
dat hy fich nooit met een, die mach- tiger is als hy, moet verzeilen, om anderen te beledigen , ten ware dat de nood hem daar toe drong, gelyk ik
... -jii o'&y hier boven gezeid heb; want zoo hy
komt te overwinnen, flaat gy 't zyner
befcheidenheid, zynde, 'tgeenj^rin- cen altoos vermyden moeten. De Venetianen vereenjgden fich,
buiten nood, met Vrankryk, tegens den Hertog van Milaan, waar uit het bederf van hunnen Staat volgde. Maar TOineermenvandat Gcfelfchap flch niet
|
||||
vast N. MACHIAVEL.
niet kan bevryden, gelyk den
tynengebeurde, als de Paus, en K.0-' ning van Spanje, Lombardie befpron- gen ; 200 moet de Prins fich met de andere voegen, om redenen, door my by gebracht. Verbeeld u nu niet dat dit de zeekerfte party is; in tegendeel» zyt verzeekerd, dat gy de haggelyk- * fte neemd , want zoodanig zy de waereld gefteld , dat men , om uit een ongemak te geraaken, in een an- der vervald. De voorfichtigheid nu beftaat hier in , van de natuur der ongemakken , wel te onderkennen , en het minfte voor het meefte kwaad te kiezen. (4) Noch moet een Prins allen den gee-
O 4 nen (4) Hy , die alle de zichtig waargenomen ,
gemakken verwacht (zeid dat niet eer ten gevaar |
|||||||||||||
1
| |
|||||||||||||
neygt, dan de al te groo-
te zorg, van zig daar afte |
|||||||||||||
Machiavel in 't iBoek zy-
|
|||||||||||||
nerHiftorie) of die onder-
|
|||||||||||||
neemd nooit iets , of 't Zonderen, en dat de al te
geen hy onderneemd,valt groote voorzichtigheid dikwils tot zyn nadeel uit. gemeenelyk in onvoor- Ik heb in alle waereldfché zichtigheid veranderd, zaaken , zeid een ander! ( Fra Paolo.) Staatkundig Italiaan, om-1 "" ) |
|||||||||||||
De PRINS
|
||||||||||||||
II
|
||||||||||||||
*iHooftnen vereeren, die in hunne kunft uit-
munten , en boven al in den Koophan- del, of Land-bouw; en door beloo- ningen opwekken, om alles uit te vin- den , 't geen zyne Stad of Staat kan verryken, ten einde eenige niet weder- houden worden , den weg tot eenen goeden Koophandel te openen, bui- ten vrees , van door zware laden gedrukt te worden ; noch de ande- re hunne Landen te bouwen , uit vreeze , naar die verbeterd te heb- ben , daar van te zullen berooft worden. ($) Ein-
|
||||||||||||||
der Monarchie is,om den
Koophandel aan te fok- ken , en in wezen te houden. Ten getuyge daar van vertrekken , Tyrus , Carthago , At- henen , Siracufe, Rho- des , daar zy kwamen te vervallen, 700 h.aaft deze fteden onder den macht van een Prins vervielen. 6 Hoofd-deel zyner aan- merkingen over Hoi- land. |
||||||||||||||
( f ) De Heer Ridder
Tem] Ie, heeft ze:r wel aangemerkt , dat de Koophandel in een Mo- narchale Regeering nooit bloeid; om dat niemand verzeekerd is , lang te zullen genieten , 't geen hy bezit. Daar men in Republyken niet voor te vreezen heeft. Hier uit befluit hy , dat derzel- ver regeering hier toe cc), bckwaatner , als die |
||||||||||||||
.
|
||||||||||||||
van N. MACHÏAVEL. n7
Eindelyk moet hy op zeekere ty-
den van het Jaar , het Volk doo* rennen, Tournoyenen Schoufpeelen inblydfchaphouden. (6) En gelyk yder Stad in verfcheide Gildens en Ambachten is verdeeld, zoo moet hy meenigmaal derzelver vergaderingen bywoonen ,(7) en daar parade de zy- O 5: ner |
|||||||||||||||||||||
..
|
|||||||||||||||||||||
(6) Gelyk de Romei-
nen deeden, die, gelyk Tacitus aanmerkt , de Volkeren meer door wel- luften, als wapenen tem- den. Voluptatibus , qtu- bus Romam plus advtrfus |
|||||||||||||||||||||
fitr , atm f ars fervituti/
tjftnt. ( 7 ) Gelyk Auguftus
deed ; lndulferat et ludt- cro AttgnÜus......
mqt*e ipfi abhorrtbat tdsbus,
(§• civile rebatur mifcerivo- |
|||||||||||||||||||||
fubjtélos, qtinm ttrmts v*-\lnptattbut vulgi. Annal.
|
|||||||||||||||||||||
/«/.Hift.4. EnAgdcola
die den woeften moed |
|||||||||||||||||||||
1. Want het Volk, dat
zyn Vermaak bemind , |
|||||||||||||||||||||
der Engelfchen door wel- ftaat als opgetoogen
|
|||||||||||||||||||||
luft zoodanig wift te ver
wyven, dat zy zachtmoe- digheid en bezadigheid in hem noemden } 't geen een gedeelte hunner fla- vernie uitmaakte. Vt ho- mmes difperfiac cudei, e** que bello ftrottt, quttti (gr Qtio per vtluptatts a(j*tjfe- nnt. , . . ldtjtte atudim |
|||||||||||||||||||||
den Prince voor Medge-
zei daar in te hebben. Vttft vmlgtti cupitns volup- talent , Öf fi todem Prtn- ctps nahat , UtMtn. An- nal. 14- En Vitellius , die in de verkiezing der Burgermeefteren zonder onderfcheid onder den pretendenten zig liet vin- |
|||||||||||||||||||||
yttmt bumcwitts vntAa- j den , en daar door traite
|
|||||||||||||||||||||
De PRINS
heerlykheid en goedheid doen,
maar zonaer ooit de Majefteit van den Prince te vergeeten, (8) die hem over al moet vergefelfchappen.
i
de genegenheid en ftcm-l atro , *t JftÜator ; in
men van het Volk te ver- \(irco, ut fan tor ajfeéhvit. |
||||||||||||||
krygen , in de Schouw-
ipeelen en loop enren- baanen voorzittende. Ce- tïHttit Conjulum etim tandt, dut is aviliter , oiriiem itt- fim* plebts rumorem in the- |
Hift.
( 8 ) h* Kt ntcilli ,
aut facilitas , auBoittt tem, aut fiverttas amt- rem demtnuat. In Agri- cola. |
|||||||||||||
Tweeëntwintigste Hoofddeel.
Van de Geheim-fchryvers der Prince». 't T S geen zaak van weinig belang,
X Staatsbedienaaren te verkiezen, want het is door den Menfchen, dk de Prins by zyn Perfoon houd, dat men van zyn verftand en voorHtig- heid oordeeld. (i) Wanneer die al- le |
||||||||||||||
(i) Tacituszeid, dat
men tot een goed voorbè- 4uifcl der Regeering van |
||||||||||||||
Nero nam, dat hy Cor-
bulo tot Hoqfd zyner
Legeren vetkoor 3 deeze
keu-
|
||||||||||||||
van N. MACHIAVEL. aip
Ie bekwaam en getrouw zyn , zoo deel.
moet men altoos gelooven , dat hy wysis, om dat hy derzelver waarde heeft weten te kennen. ( x ) Maar zyn zy dat niet, nooit kan men gunftig van
|
||||||||||||||||||||
keure toonende , dat de zoodanigen gelyk te
deur voor de verdiende ftaan , die dichtft by hem geopend was, en dat hy zyn. Hier uitbeflootde fich door goeden Raad Prins van Oranje, wan- liet leiden. Daturum p/a- neer hy zeide , dat men |
||||||||||||||||||||
van de wreedheid van
Philipus den II. Koning van Spanje moeft oordee- len, door die, welken de Hertog van Alba onftraf- baar in de Nederlanden bedreef. |
||||||||||||||||||||
»e document urn , ho»eftts>
anjccus, amias uteretur , fi dttccm egrtgium , qttum fi pecuniofum (§" gratia fttb ntxum deligeret , en eenige Regulen daar na, |
||||||||||||||||||||
lati, qno.i Dontittum Cor-
bulonem prtfofuerat, vide- k»turqme loctts virtutibus pattfd&us. Annal. 13. En hetlchynd my toe, zeid Commines in het 3 cap. van het 1 Boek zyner Me- morie, dat het van een der grootfte bewyzen is, die een Heer kan vertoo- nen, van fich te voegen , en eerlyke Luiden tot fich te doen naderen, want volgens het gevoelen der Menfchen zal hy geoor- deeld worden, met den |
||||||||||||||||||||
1) Want gelyk men
|
||||||||||||||||||||
van
|
de ftatue , of fchil-
|
|||||||||||||||||||
derie van een Beeldhou-
wer , of Schilder niet kan oordeelen , zonder van de Konft te zyn, £00 kan men nooit van een anders wysheid oordee- en., zonder zelfs wys te zyn. Ut enitn de piëfore , Icalpttre , fiiïore nijt arttft* indjeare , tta nifi faptens non foteft perjpkere fapim- tem. Pli.Ep. io.lib. 1. |
||||||||||||||||||||
De PRINS
dcd.°oft van nem oordcelen , na dat hy een
kwaade keur gedaan heeft. Allen, die K_Antomo daVenafro ken-
tien, weeten , dat Pandolfo Petrucci , Prince van Siena , een zeer voorfig- tigrhan was, om dat hy zoo bekwaa- . men Man tot een Staats bedrenaar had / aangenomen. Daar zyn nudrieder- / ley foorten van verftanden : Eenige verftaan alles door fich zelven; ande- re begrypen alles, wat men 'er ver- toond , (3) zommige nu verftaan niets, of door fich fel ven , of door een ander. De eerfte zyn zeer voor- trefïèlyk, de tweede zyn goed. maar de laatfte onnut. Was Pandolfus niet van de eerfte, ten minfte was hy van de tweede rang, wantfoo dikwils een Vorft het verftand heeft, om het goe- de van het kwaade te onderfcheiden, wat hy doet of wat hy zeid, fchoort hy uit fich zelven dat niet kan door- gron-
(3 ) Een oud "PoeétiSed lattdandtu (§• is, qui
zcid. Laudatijfimus f ft ,lpartt r(éia manend, qui pw ft cuitüa videhtJ |
||||||
van N. MACHIAVEL.
gronden , maar de goede en kwaade ^
daaden van zyn Minifter kend, en met het eene goed te keuren, en het andere telaaken, foo (leid hy hem in nood- » zaakelykheid, om eencerlyk Man te moeten zyn (4) Maar hoe zultgy • eenen Staatsbedienaar wel beken- nen ? Zie hier de preuve en toet- ftecn daar van. Wanneer gy ziet, dat uw Minifter
mceromfichzelven als om u denkt, en wanneer alle zyne daaden, alleen ftrekken tot zyn voordeel, zoo moet gy nooit hem vertrouwen, (5) want hy
( 4) 't Was om deze;behouden, zoo zeidTa-
reden,, dat Sejanus, die1 citus , dat Tiberius een de bekwaamheid, en het j volkome vertrouwen op doordringend oordeel hem ftelde, als op eea van Tiberius kende , in Man., die meer zorg |
|||||||||
den beginne alles aanwen-
de, om hem goede raaden te geven. Sejanus , inci- pitnteadhucpotentia, bottis con%ts HOteJctrc voltbat. Annal. 4. ( 5 ) Na dat Sejanus
Tiberius in de grotteder Spelonke het levea had |
|||||||||
droeg voor het leven van
zynen Vorft , als voor zyn eigen. Major ex eo , £«?■ ut non fut , anxius, cumjide mndiebatür. An- nal. 4. EnTigelin, om zyne Medeftreveren on- der den voet te werpen , zeide tegens Nero , dac ■ |
|||||||||
________________i___________
|
|||||||||
.
|
||||||||||||||||||||||
±tx De PRINS
hy, die de zaaken van Genen Staat iri
handen heeft, moet nooit om den zy- nen denken, of van anderen met den Prince fpreeken, dan die zynen Staat betreffen. .( 6 ) Nu moet ook de Prins op zynen Mini fier denken, om hem tot weldoen te verplichten, (y) hy moet
hy niet deed als Burrchus, onbezonnen verzoeken
|
||||||||||||||||||||||
van bczondefe Perzoo-
nen aan te hooren. Nee tdeo a tnajortbus coMceffum t(l, egredt attefttando rela- tionem , (§• quod tn com- mune coniurat loca /enten- ti& proferrt, ut frrvata ne- gotia, rtsfamtlttires nofiras htc angeamufi Efflagttatto |
||||||||||||||||||||||
die roorwendzelen en
Verwachtingen had; maar
dat al zyn eerzugt bc-
ftond j om op de veilig-
. heid van den Prince te
waaken. Non fe , ut
T5nrrchum , dtvtrfas (pet,
fedjblam tncolumtatem Ne-
tovhs fpcBare. Annal.
|
||||||||||||||||||||||
Alle Staatsbedienaars voe- j intempefltva <& improvij»,
|
||||||||||||||||||||||
cum alus de rebus convtne-
rtnt Patres , coajurgere. Annal. z. (7) Zoo verftondhet
Tiberius , als hy tegens Sejanus zeide. ïpje, quod intra antmum volutaverim, qutbus abhuc neceffitttdtni - |
||||||||||||||||||||||
ren deze taal, maar hun-
ne daaden, en herte be- liegen meenigmaal hun- hen mond. (6) Hierom belachte
Tibcrius eens eenen Raadsheer } 'die in den Vollen Raad van de belan- |
||||||||||||||||||||||
gen van zyn Huis dorü:^ln/tmmt/ceretem"btparem,
|
||||||||||||||||||||||
omittam ad pr/tfen referre.
ld turnen apertam, nihilejfe tam cxcelfum , qnad nea virtutesifft, tHu.Jqne tn me |
||||||||||||||||||||||
ibreeken , zeggende dat
de Raad was opgerecht, om over openbare zaken te raad liaan j en niet om |
||||||||||||||||||||||
dnt-
|
||||||||||||||||||||||
van N. MACHIAVEL.
moet hem met cercn, bedieningen, en ^c
Rykdommen opvullen , foo dat hy geen andcce eeren , of Rykdommen mag of kan verhopen, en hy bcgrype moge, dat het hem onmogelyk zou zyti, om door een ander Mcefter fich te handhaven. Een Prins en een Minifter , die onderling zoodanig handelen, konnen den anderen ver- trouwen j maar beftieren zy fich anders , zoo zal altoos den Prin- cen , of zynen Minifter kwaad o- ver komen. animus', mneantttr, da- plaats, uweverdienften,'
|
|||||||||
die gy my beweezen
hebt, niet zal verzwy- gen. Philips de II. Ko- ning van Spanje zeide te- gens Rui Gomes, zynen eerften Staatsbedienaar j Doe myuezaakm. tn tkz*al de ttVit bevorderen, |
|||||||||
t»quetemporo,vclf» Senattt,
velmconcione non rtttrebo. Annal. 4. Als of hy zeggen wilde. Hebt geen bekommering voor de zaaken van u Huys , ik denk om u.en meer zeg ik u ter deezer uur niet, als dac ik op zync tyd en |
|||||||||
Drie-
|
|||||||||
xt4 DE PRINS
dlS°°ft Dr ie en twintigste Hoofd-deël. Hoe men den Vleyeren moet 'vlieden.
|
|||||||||||||||
I
|
K kan niet nalaten alhier van een
kwaad te fpreeken, dat de Princen |
||||||||||||||
naulyks konnen ontvlieden, ten min-
fte, zoo zy geen voorzigtig en groot oordeel hebben * en dit kwaad is de V leyerie, die in alle Hoven in zwang gaat. ( i ) Want de Menfchen heb- ben zoo v®el eygen liefde , en be- driegen fich foodanig in opficht van het groot gevoelen , dat zy van 'er zelven hebben, dat het zeer befwaar- lykis, fich voor deze befmetting te wachten ; daar benevens, die fich daar van trachten te bevryden, loo- pen gevaar van verachtelyk te wor- den. Want gelyk 'er nu geen ander middel is, om u voor Vleyeren te wag- ten, als te doen gelooven, dat gy niet verftoord word de waarheid te hoo- ren;
|
|||||||||||||||
(i) Tacitus zeid.dat de
vleyeriealzoooudis, als deHccrfchappy. Ml |
tïonts \ ,'",'. . VttHs ü
in Repui: malftm. An- nalus. i. |
||||||||||||||
N. MACHIAVEL, 225*
*en ; heeft nu yder een devryheid^ ^ om die u te zeggen.; zoo verlieft gy welhaaftde eerbied, en het ontzag: (%) Hierom" moet een voorzichtig Prins den middelweg houden,' wyzc Mannen verkiezende1, aaii welken hy alleen toelaat de waarheid nopende allezaaken, die hy'er zal afvragen, te zeggen, zonder met de overige zig te bemoejen. Maar hy moet 'et op al- les ondervragen, hunne advyfen op- neemen, èn naderhand zynen zin op- volgen, zoodanig ontrent die Men- fchen fich gedragende, dat yder weet en geloove, dat hoe vry 'er men toe hem fpreekt, hoe meer hem dat be- haagd. (3) Na dezen moet hy geen P |
||||||||
(i)Hierom was het.dat
Tiberius die de vleyerie haate , echter de vryheid van fpreeken niet kon verdragen;' zoo dat men naulyks wift ., hoedanig voor hem te fpreeken. Augnfitt CS" lubncajttèprin- iipe oratie, qut Itbertattm |
||||||||
metuebttt , aduLxtionem «•-'
derat. Ann.il. z. (3 )' Naar het voor»
beeld van Jean den IL Koning van Portugaal, die door een zyner hoye- lingeri gebeeden , iac hy hem een bediening die leedig gevallen was, wil- dé.
|
||||||||
De PRINS
**2°oft anderen hooren, maar volftandig ïrl
zynbefluitblyven. Doet een Prins nu anders , zoo bederven hem de Pluimftrykers, of hy veranderd dikwils, naardeverfcheidentheidder advyfenj (4) 't geen hemverachte- lyk maakt. Maar recht ter fnee, moet ik hier
aanhalen, 't geen zeeker Priefter Luc op zeekerén tyd eens zeide, van den tegenwoordig regeerenden Keifer Maximiliaa», zyn Meefter. Dat hy nooit metymand zig beraade , en echter nooit iets ntor zyn eigen z,innelykhciè> deed. En dit kwam daar van daan, dat hy eenen ftrydigen weg, als, dien ik aangewezen heb , infloeg ; want gelyk hy niemand zyne geheimen me- de deeld, wanneer men zyne voorne- mens komt te ontdekken, zoo fprce- ken
devergBnnen, antwoor-ƒ«adentium audierat ,
|
||||||||||
de 5 /* bewaar die v»w
ymand, die my nooit gevleid heeft. (4) Gelyk zwakke
Prïncen zyn. Ipfe mtdo hmc tllue , Ht |
promptus , zeid Taftitus
Cldi Al
|
|||||||||
Hmc illuc dreunt agt, tpH
jitfferatvetare,qit*vetucrai juiere, Hift. 3. |
||||||||||
N. MACHIAVEL.
ken zyne Raadsheeren hem tegen, en hy, die goed van aard is , zich aan hunne advyferi overgeeft.- Zoo dat- ter op zyn raadllagen geenflaattè ma- ken is» en 't geen hy den eenen dag doet , op den anderen wederom na- |
|||||||||
k
|
(?) ..... „
Een Prins dan moet met alle raad- pleegen, maar uitkiezen dat hem be- haagt , en niet dat anderen gevald 3 zoo dat niemand hem derve raa- den , dan daar toe verzogt zynde. Hy moet een groot vraager zyn , en geduldig aanhopren , alles wat men hem antwoord; merkt hy, dat ymand dè waarheid zoekt te ver- drayen , moet hy zyn gevoelen daar over toonen. En zy bedriegen fielt geweldig , die gelooveri , dat een Prins, die raad opvolgt, uit fich zei- ven niet voorzichtig is , maiaf al- leen door de Raden , die men P sfi hem |
||||||||
fer Leopoldus de I. van
Maximilinan den L heeft overgeerft, |
|||||||||
( f ) Een gebrefo, 't geen
men zeid, dat de tegen- woordig regeerende Kei- |
|||||||||
De PRIN S
~^öofthem geeft. {6)
Want het is een algemeene en on-
feilbare regel, doft een Prins, die uit fich zelven niet wys is, niet wel kan geraaden worden, ten ware ten min- • fte by geval hy fich van een zeer voor- fichtig man liet leiden y en in dit geval kan hy wel geregeerd wor- den , maar fich zelven niet hand- haven , om dat zoodanig een Mi- ni {let hem wel haafl: van zynen Staat zotf berooVen. Maar zo een Prins , die niet wys is , veele Raadsheeren heeft , zoo zal hy niet bekwaam zyn, om hunne ver- fcheide advyfen over een te bren- gen, |
||||||||
(s) De Voortreffelyk-
heid van een Minifter, tz.cid een bekwaam Span- jaard 3 heeft de glory van zyn Meefter nooit ver- minderd y maav in tegen- deel de gantfche eer der goede uitkomft , keerd weder tot haar voor- naamfte oorzaak, insge- lyks de lafter. De Faam d zich altoos tot de |
||||||||
eerfte oorzaaken , nooit
zeid zy. Dei* ma» htéj geede , of ktoaade Minifteri gehad, maar is eeagoedofï (legt Arbtider geVteeft. Men moet dan trachten goede Minifters te kiezen, de- wylvanhunde onfterffe- lykheid van ymants ach- ting afhangt. Graciaan in zyn Orakel. |
||||||||
van N. MACHIAVEL. 225»
gen, ( 7 ) en allen denken zy op hun eigen belangen, zonder dat hy zulks *bemerkt. (8) En gelyk gemeenlyk, de menfchen altoos boos zyn , zoo men'er geenen nood opleki, om goed te moeten zyn, zoo zal een Prins, die de menfchen niet kent, nooit wel ge- diend zyn. Ik befluite dan , dat het de voorfichtigheid van een Vorftis, die goede raadilagen voortbrengt, en niet de goede raadgevingen , die de voorzichtigheid van .den Prince uit* maaken. |
|||||||||||||
(7) Nequealienis tonfl
lus rep', netjuefua expedtre. |
|||||||||||||
dtntes. Hift. I. Qtita
apud infirmum wette, (^* mayire fr*mta peccatur. ibid |
|||||||||||||
Hift.
|
|||||||||||||
( 8 ) Sièi quisqut ten- l
|
|||||||||||||
VlER,-EJ*-TWINTIt3STE
Waarom de Princen van Italië hunne Sta-
ten 'uerloeren hebben. E En nieu Prins, die voorzichtig de
zaaken , door my aangehaald, zal waarnemen, zal wel oud fchynen P 3 en |
|||||||||||||
2,3ó De PRINS
en binnen zynen Staat in beter veilig-
heid zyn, dan of hy een erffelyk Prins^ ware ; want gelyk men de daaden van' een nieuw Prins nader uitpluift, als' van een erfïêhyk Vorfl, wanneer men komt te bekennen, dathywysis, zo geeven zyne verdiende hem grooter genegentheid by ZyneOnderdarlen,als de opvolging vanyaderopZopn zou- den doen konnen, te meer, om dat de menfchen fich eer ophouden met het tegenwoordige , als hfct voorlede- ne, en niet zoeken te veranderen, als z'y fich wel bevinden. ( i) in tegen- deel, zy befchermen hem metter gant- fche macht, mits dat hy in de andere zaakenvanzynenpligt niet afwyke. En als dan zal de Vorfl; een dubbele glory genieten , van het begin aan een nieuwe Heerfchappye gegeven te heb- ben , en goede Wapenen, goede Wet- ten , goede Vrinden; en goede Voor- beel-
(i) Tut(K&fmftnüa,\(>o»unt prtfentU dttbits.
|
|||||||
qutm vttera {§• periculofa
mklunt. Annal. i. Aaft- |
|||||||
Hift.
|
|||||||
__
|
|||||||
van N. MACHIAVEL. xji
beelden ingefteld en beveiligt te heb-
ben i daar in tegendeel dubbeld eer- loos zal zyn , die Prins gebooren zynde , door zyne weinig voorfich- tigheid, zyncn Staat zal verlooren hebben. • Zoo wy den Koning van Napels,
den Hertog van Milaan, en meer an- dere befchouwen, die den hunne by onzen tyd verlooren hebben, zoo zal men eerftelyk in die een algemeen ge- brek vinden, in opficht van de geftel- tenis hunner Wapenen, gelyk ik hier boven in 't breede hebbe getoond; en zederd zal men zien dat zy verlooren zyn gegaan, om dat zy 'er van het Volk deeden haaten , of van den Groorenfich niet willen te verzeeke- ren. Want men verlieft zoo geen Staaten , zonder ten minfte in een dezer misflagen te vervallen , die een goed Leger konnen in 't Veld houden. Philips van LMacedonien, niet de Va-
der van usfkxandcr denGroote, maar P 4 van |
||||
De PRINS
ft yan perjèus.ha.t&e Koning van tM&ce-
donien, die door Titits Jguintius over- wonnen is, had geenen groprenStaar, in vergelyking der Romeinen en Grie- ken , die hem aantaften ; en evenwel gelyk hy een Krygsman was , by het Volk (ich'wtft re houden, en van den1* Grooten fich te verzeekeren , zoo hield hv dezen OorlogeenigeJaaren uit; en verloor hy eindelyk eenige Steden , evenwel bewaarde hy zyn Koningryk, Men moet het dan het Geval niet
wyten , dat onze Princen hunne Staaten verlooren nebben, maar aan hun eigen lafhertigheid ƒ want by gebrek van op verandering te den- ken die kon voorvallen , (zynde de menfehen gewoon het onweer niet te vreezen, terwylhet moy we- der is) wanneer zy den Vyand za- gen naderen , in plaats van fich te yerweeren , namen zy den vlugt, op hoop , dat hunne Onderdanen , de ongebondenheid van den Over- win- |
||||
van N. MACHIAVEL. 2,33
winnaar wars, niet zouden nalaten, \ hun te herroepen. Een party, <üe goed is, als 'er geen anderen te nee- men vald ; maar die pneerlyk is, wanneer men eerlyker aan de hand heeft, 't Is voor u een dwaasheid, te willen vallen, #m dat gy gelooft, ymand te zullen yinden, die u zal pp- helpen; want, of dat gebeurd niet, of zoo het gebeurd , 't is tot uwen kofte, nademaal gy ter befcheiden- heid van hem {laat , die u ophelpt. Daar zyn nu geen goede of zeekere befchermingen, dan die van u eigen zelven, en van uwe eigen moed voort- komen. VyF-EN-TWINTlGSTE HooFD-DEEL.
Hoe veelmacht het Geval, en de dingen*
der Waereld heeft, en hoe men die kan tegenfiaan. |
|||||||||
I
|
K weet, dat veele gelooft hebben,
en noch gelooven, dat de zaaken |
||||||||
P 5 der
|
|||||||||
1,34 De PRINS
s f Hooft der Waereld zoodanig geregeerd
dceI" worden, 't zy door eene Goddelyke
voorzienigheid, of door het Geval,
dat de menfchelyke voorzigtigheid
daar geen deel in heeft > waar uit
volgt t dat men die maar zynen gank
moet laten gaan, zender fich ergens
mede te bekommeren. ( i ) Dit ge-
voe-
|
|||||||||
•zenftaat opdoen. Fatum
| quidem congruere rtbus pn- \ tnnt, fed non i vagtsficllts, | verttm apud frtmipi» ($ i nexus naturalmm caujH' rum 5 ac tamen eltüionem vit* nobts relintjuunt i tjuam ftit eUgerit, certum tmmtnentium ordinem. Wat aangaat, datMachi- avel zeidjdat de menfche- lyke voorzichtigheid in de zaaken der waereld geen deel heeft , of ten minftezeer weinig, Ta- citus geeft ons daar van een lchqon voorbeeld, {preckende van Claudius, dat het Geval hem tot het Ryk fchikte , terwyl de menfchen , om gantfeh wat anders dachten. Mihi zeid |
|||||||||
(i) Tacitus, die een
Epicurift was, zeid iets diergelyks in he"t 6 Boek zyncr Annal. In inctrto judicium efi , jatotte res tnor/altum. £§" necejfitate tmtnutabili , artftrte vel- •uantur. En wyders voegd hydaarby : cenige gelo- ven , dateer een onver- mydelykc noodfehikke- lykheidis, epdezenood- Ichikkelykheid niet an- ders is, als een verband 4er natuurlyke oorzaaken met hunne uitwerkingen, 't geen veroorzaakt, na dat wy een zeekcre foort van leven rerkooren heb- ben, wy nimmer derzel- ver toev allen können ver- j die zich indee- |
|||||||||
.. /
|
|||||||||
van N. MACHIAVEL. 23 f
yoelen heeft eenen grooten aanhang ^oof? ter defer tyd, ter oorzaak der vreem- de revoluticn , daar in yoorgeval- len, en die tegens alle menfchelykc gedachte noch dagelyks daar in voor- vallen ; en zo menigmaal ik myne ge- dachte daar over laat gaan, zou ik tot dat gevoelen wel over hellen. Maar gelyk qnfe vrye wille noch
niet t'eenemaal vcrlooren is , zoo fchynd het, dat men zou konnen feg- gen, dat het Geval voor de helft rnee* fier
|
||||||||
zeidhy, quante pluta re\
ce»tium,Jcuveterum revel \ vo tanto magh ludibria re-I rum mortalfum cunflij in negotïts obvtrfarttur, quippe fama , fpe , vetter ai tont, pottus omnes deflmabantur imperio , qu*m ({Htm \uttt* rum Trinciptm fertuua in ucculto tenebat. Annal. 3. Het Geval,zeid Graciaan; 200 zeer befaamd, en zo weinig bekent, is niet an- ders als deze groote moe- der der toevallen , en de- ze groote Dochter der Goddelyke Voorzienig- heid die in alle twee oc |
||||||||
oorzaaken toeloopt, 't zy
met die te beweegen, of toe te laten, dat zy haat ,werk doen. Deeze Ko- ninginne zoo' abfoluit^ 200 ondoorgrondelyk, zoo onverbiddclyk , die den eenen toelacht, den anderen den nekke keerd, dan een Moeder dan een ftief moeder , niet zoo zeer door uitwerking vdn drift, maar door een on- begrypelyk geheim van Godts oordeelen. In het ïo Boek van zynen held. |
||||||||
De PRINS
Sed,°oft ^-er on^er daaden is, en byna de an-
dere helft on? laat regeeren. (zj Wat my aangaat ik vergelyke die, by een ftcrk loppende Rivier, die over zyne Oevers loopende, liet platte land o- verftroomd, den Boomen ontworteld, Huizen met fich fleept, het Land van de eene plaats naar de andere ver- voerd , zonder dat ymand tegens def- felfs woede, fich derft of kan aankan- ten: Dit evenwel belet niet, wanneer het weder (til geworden is, dykken en clammen daar tegens te maaken, óic op een ander tyd deflelfs oyer- ltroomingen fluiten, of ten minften den drift van haaren loop vertrage. Zoo gaat het ook met het Geval,
zy oeffènt haare gantfche macht, wanneer zy niet ontmoet, gereed om haar tegen te ftaan -, zy werpt haar ge- weld over alle plaatfen, daar zy weet noch dyk,, noch flaketfel te zyn, om er
|
||||||||
"~ ( z ) Pe uitkomft, zeid
Senéca , ftaat niet onder het bewind van een wys |
||||||||
man t wy beginnen de
zaaken, het Geval volein^ digddie. |
||||||||
van N. MACHIAVEL. %37
'er te wederhouden. En zo gy Italië»'
aanmerkt, zynde het Schouw-tooneel
dezer revolütiert. en dieder heeft doen
Wankelen, foo fult gy zien, dat het
is een Land fonder befcherming j daar
foo zy anders op haar hoede geweeft
"ware , gelyk Duitjland, Spanje , en
Vrankryk, door den Vreemdelingen
niet zou overftroomd zyn , of ten
minfte zou deefe inbreuk foo groo-
të voortgangen niet gedaan hebben.
Meer fal ik tegenwoordig niet zeggen,
om het Geval in het algemeen tegen te
Haan.
Maar om in 't bezonder my in te
lateii, waar komt het vandaan, dat een Prins , dien men tegenwooréig ziet voorfpoedig zyn,morgert verloo- rengaat, zonder dat hy van gemoed, of van beleid veranderd is ? 't Is myns oordeels, gelyk ik reeds aangewezen heb', om dat een Prins nergens anders op ftaat maakt, dan op het Geval, en zoo haaft vald , als 2y veranderd. Ook geloof ik, dat hy gelukkig is, die
|
||||
x38 De PR TN $
j fa Zyn beleid naar den tyd regeld, eii
by gevolg geen ongeval, als aan hem overkomt j die fich naar den tyd niet weet te voegen; Want men ziet, dat de Menfchen , om het oogmerk, 't geen zy ftch voordellen, ( zynde al- toos om glory en rykdommen te ver- krygen) tebereyken, een vcrfchei- den weginflaan. Deeenehoudfchik- kingen , de andere niet, de een ge- bruykt geweld, de ander lift; de een geduld, de ander drift; middelen waar door het den eenen en den anderen &ari gelukken. Ook ziet men, dat twee, die eenen
weg inflaan, de een het einde bekomt, e* Se andere niet; en dat twee andere, die vaji een ftrydig humeur zyn, de een bezadig, en de ander driftig, bei - de zullen voorfpoédig zyn ; 't geen nergens anders kan van daan komen, als van de verfcheidenhèden der ty- den, die hun beleid voordeelig of na- deelig zyn. Zo gebeurd dan, 't geen ik gezeid heb,dat twee die verfcheident- Jyk
|
||||
van N. MACHIAVEL. 139
lyk wandelen.eenen defelve uitkomft
hebben, en dat twee, die gclykelyk wandelen tot een einde, een gantfeh ftrydige uitkomft erlangen. Hiervan hangt af, alle goed en kwaad; want zoo der een is, die metgeduld en om- zigtigheid fich gedraagd, en de ty- den en zaaken, daar mede over een komen, zoo zal zyn regeering goed zyn, en hy geluk hebben \ maar zoo de tyden en zaaken veranderen, gaat hy verlöoren, zoo hy ook van beleid niet veranderd. ( 3 ) Geen Menfch is dan voorficlitig, ten zy by wete, zyne zaaken naar de tyd te voegen , 't zy,
|
||||||||||||
zyn bederf, en dat van
zyn Vaderland ontftond. 3. Boek zyner Republyk. pen 3 Hoofd-deel. Zoo hy zich va» bet gantjehc ?«- Zi«g , dat het Gonjalonter- febap voor t,y» leven hem gaf, bad Vftllen bedienen , bjutu alle de Medicts gerai- netrt htbben , e» by gevolg |
||||||||||||
(3 ) Piedro Soderini
id Machiavcl, ging in alle dingen met zagtmoe- digheid en geduld te werk; hy., en zyn Va- derland vond zich daar welby, zoo lang zyn be- leid, met den tyd over- eenkwam. Maar wan- neer de tyd kwam , dat |
||||||||||||
hy ftrengheid moeit ge- zyn Vaderland ia Vryhtut
bruiken , kon hy daar toe \htbbe» gebandbaaft. niet bcfluitea , waar lüt |
||||||||||||
-----------,---------------------,
De PRINS
deei?oft zy, om dat men zyn eigen genegent-
hid i k ftf it liht |
||||||||||||
befluiteri eènen weg te verlaten daar
men altoos een goèdc haven mede be- zeild heeft. Eri dit is de reden, dat een bezadigt man niet kan driftig zyn, wanneer hy dat wezen moet, 'tgeeri hem doet verlooren gaan ; in.plaats, zoo hy volgens tyden.en plaatzen van beleid veranderde, het Geval niet zou veranderen. (4) Paus Julius de II. was altoos een
uitzinnig dryver, en dat gelukte hem altoos, om dat de tyden, en zaaken dat zoo yereyfchten ; ten getuyge ver* fkekt
|
||||||||||||
ren. 't Geen betoond,
dat men zich naar den tyd moet voegen. Morttn accommodart front itndtt cat. Annaï, n. |
||||||||||||
(4) 't Geen dat ver-
oorzaakt, (voegd Mac- hiavel ter ïelver plaats daar by ) dat het Geval |
||||||||||||
ymand verlaat, is', ma' -. —........-.......v
dat den tyd verandef d , \jutn aiiqüid (§■ mitigatum,
. enhy zyne fchikkingeft, qüi'ttexpediertt. Annal. ^ eri kuiperieii nieï véfan- Altoos heeft men zulken ,
derJ. Gelyk men een voor' wyzen gehouden, Koning van Spar»" be-|diedetyd wiften tewyk- fchuldigde, dat hy ver-(ken. zeid Cicero.' Tem. anderlykwas; /* ten niet port ctdere , idefl, necefi- verander Ijk , zeide hy.,/«// partre, femperr' üinar de waken wandt-ltft babftttm, ■ .:#
|
||||||||||||
van R MACHIAVEL. 24f
flfekt ons zyn ecrfte onderneming^00*
o^Bologne, by het leven van Jean Ben- tivoglio. De Venet'unemfchéptendaar over achterdocht, de Koningen vafl Vrankryk en Spdnjen flonden daar over verflagen, en waren op allerley mid- delen bedagt , echter ging hy zelfs na Bologne , zonder dat f enetien of Spanjen zich dorften roeren, de eètfte' bevreeft zynde, en de tweede ner- gens anders om denkende , als om hetKoningryk van Napels te herwin- nen , de Koning va tl Vrankryk , die Julita zogt aan de hand te k.fygen# om de VenetUnen te vernederen» dorft hem geen hulp weigeren , üié Vreeze van hem te beledigen. Zoo dat Julius met zyn driftige*
woede , en oribezorinen aard , te weeg bracht, 't geen een ander Paus met alle mogelyke menfehelyke wys- heid niet zou hebben uitgevoerd; 200 dat, indien hy gewacht had, om van Romen te vertrekken , tot dat hy alle nóodfgè toebereidzelenhad, ge* q. fyk |
||||||||
De PRINS
r ly|c een ander Paus zou eedaan heb-
ben j zyn voorneemen in rook ver- dweenen ware ; want Vrankryk zou duizend ontfchuldigingen gevonden hebben , en de andere zouden hem duizend angften veroorzaakt hebjben. Ik zal van zyn andere daaden niet fpreeken, die alle van dien zelven aard, en gelykelyk gelukkig waren, de dood hem geen tyd gegeven heb- bende , om verandering te zien} (5-) want zoo der een tyd gekomen was, dat hy met meer voor en om- zigtigheid had moeten handelen, hy ware verloorc gegaan , om dat hy van zyn natuuriyke dolle en onbe- zontae drift zig nooit zou hebben konnen ontdoen. Ik befluite dan, dat de menfchen,
die
|
||||||||
(f) Nardi zeid , dat
feem alles gelukte , veel eer door zyn goed geval, dan voorzigtigheid , en dat hy nooit in een. geluk- kiger tvd kon fterven, of heerlyker voor zyn Paus- |
||||||||
fchap. <? Boek ayner Hi-
ftorie, van hem mag met waarheid het woord van Paterculus gezeid wor- den. Virtnqmet, (§• «/« trtjatmumtrarhs. |
||||||||
van N. MACHIAVEL.
die altoos ftyfzinnig den zelven weg *fhoor willen wandelen, gelukkig zyn, zo-deel" dartig hun beleid met het Geval over een komt , maar ongelukkig zyn, wanneer zy komt te veranderen , en zy insgelyks niet willen veranderen. Voor het overige, ikhoudeflaande, dat het beter is driftig , dan al te omzigtig te zyn; om dat het Geval een Vrouwe is , met wie men niet kan te recht raaken, ten zy dat men 'er fla, en pynige; en men ziet by ondervinding , dat zy 'er eer laat temmen door hartvogtige, als koele menfehen; dat zy altoos jonge Lui- den bemind, om dat zy minder om- zigtig , maar geweldiger en ftouter zyn. (6) Q_ z S e s-
|
||||||||||||
eventu darits ; aierat for~
tuna etiam , ubt artes de- fuifient. Hift. f. Datistc zeggen , Cerralis gaf zig weinig tyd , om zyne be- veelen te doen uitvoeren; niet tegenftaande zync |
||||||||||||
(6) Tengetuygehier
van verftrekt het zeggen van Tacitus van Cerralis , een der bloedvrinden, en Generalen van Vefpa- fiaan. Cerralis pammtem- foris ad exjequtnda imperia |
||||||||||||
dabat, Jufatut conflliitftd onderneemingen altoos
ha*8
|
||||||||||||
*
|
||||||||||||
244 De P R I NS
»<kaoft haaftig waren, echter ge- de. De Marquls de Mar-
deel. lukten zy hem altoos. Hec gnan zcide tegens Karel geval begunftigde hem den V. dat zy niet alleen tot in zaaken daar in de onftandvaftig was, al» een ondervinding hem ont- Vrouwe, maar ookdwaas brak. Om deze reden had en welluftig als de Jeugd. Hannibal gelyk , dat hy Gracian.II.Cap. vanzyn het Geval 5e Stiefmoede- iHeldi. derVoorfigtigheid |
|||||||
Ses en twintigste Hoofd-deel.
|
|||||||
g Princen van Italië,
cm dat van de Barbaren te verlojfen.
WEderom in myn gemoed te
binnen b rehgende, 't geen ik in de voorige Hoofd-deelen heb voor- gebracht, en herdenkende of niet wel de tegenwoordige toefland van tyd voor een nieuw Prince zou gunftig zyn, die in Italten een foort van Re- geering zou willen invoeren , glo- rieus voor zynPerfoon, envoordee- lig voor de gantfche Natie; zoo vin- de ik zoo veel zaaken, die ten voor- deelc dezer onderneeming t'zamen loopen, dat ik niet weet, of'er wel ooit
|
|||||||
vam N. MACHIAVEL.
ooit een tyd zou konnen komen,
bekwamer zou zyn , om dat uit te voeren. Zoo het Volk van i/rael in Egypte»
dienftbaar moeft worden, om te we- ten , wat (JMoifes haar waard was; dat de Ptrfen door den Meden onder- drukt wierden , om van dan moed van Cyrus te oordeelen > en die van Athenen landloopers werden, om de voortrefTelykheid van Thefeus * te kennen. Tegenwoordig iffer ftoffe, om een Ttdlüatt/ch HeU doorluchtig te maaken , daar Haken tegenwoor- < dig zoo ellendig gefteld is , kwaly fp'CefktB ker gehandeld, dan de Per jen, meer verftroyd , als die van ^thenen, zon- der Hoofd, zonder Wetten, veracht, verfchcurd, geplonderd , en onder den vreemdelingen neder geboogen. En niet tegenftaande men van tyd tot tyd eenigc grootcn moed gezien , heeft, die men geloofde van Godt gezonden te zyn , om 'er te vcrlof- fen i zoo heeft het Geval altoos dat fchoone
|
||||
De PRINS
i«Hooft fchoone voorwerp in zynen loop gc- ftuyt. Zoo dat Italien, ophetuyter- lle leggende , afwagt, dat 'er maar een komt, die een einde maake van het lyden van Lombar djen (i) Napels en Tofcanen, Qz) en haare wonden, en zweeren geneze, die de tydbyna ongenceflyk gemaakt heeft » zy bid Godt, dat Hy haar yemand wil af- zenden, die der van hetondraagely- ke jok der uythcemfchen bevryde; men ziet 'er t'eenemaal gereed, om een flandaard te volgen , als die maar een dapper man iri de hand neemd. Maar niemand ifler tegenwoordig,
daar zy meer ftaat op kan maaken, als op uw Doorluchtig Huys, 't geen te-
(i)'tlsaanmerkelyk., dat | Napels zou worden, en
|
|||||||||||
Machiavel alhier totzyn
Patroon Laurehs deMe- dicisfpreekt, volgens zy- |
|||||||||||
Laurens zynNeef,Hertog
van Nardi, in het 6 Boek zyner Hifi. van Flor. |
|||||||||||
yie voorzeggingen , door) (2) Deze zelve Schry-
de Starrckykers hem ge- ver zeid noch op twee daan in de eerfte maan- plaatzen van zyne Hift. den van het Pauifchap j dat Laurens zig Souver- yan Leo de X. dat Juliaan j rain van Florence Zocht icvn bfocder Koning van ' te maken* |
|||||||||||
van N. MACfrlAVEL. 147
tegenwoordig het Pauflchap in han-
' den hebbende, en zoo zigcbaar van Godt begunftigt zynde , met zyne voorzigtighcid, en goed geluk hoofd dezer glorieufe onderneeming kan maaken. En wat u belangt, dat zal u niet befwaarlyk zyn, zoo gy het voorbeeld der geenen befchoüwt , daar ik van gefprooken heb ; want fchoon dat buitengemeene' Mannen waren, zoo waren zy echter maar menfehen, en geen hunner had ©oir. 200 fchoonen gelegenheid, als te-' gemvoordig. Behalven dit hunne za- ke was niet beter, als de uwe, noch Godt meer voor hun , als voor u. Niet meer, als de Gerechtigheid komt '•er noch-te pas. Alle oorlog nu , die noodigis, isrechtvaerdig, en de wa- penen , die ter befcherming van een Volk, dat verlooren gaat, opgeno- men worden, zyn alle mededoogeii waardig. Ailes loopt toe tot deze onderne-
ming. De gefteiteniflèn zyn hier zo- Q danig, |
||||
i4S De P R ï N S
SS.°°ft danig, als wy die wenfchen; en daar
zy groot zyn , zyn, de zwaarighe- den kleen , als men maar van dien weg niet afwykt, dien ik voorgefteld heb, om na re wandelen. Dat meer is, men ziet buiten gemeene teekenen, het Meer ttaat open j een Wolke wyft den weg, een fteenrotfe heeft water gegeven, het Manna is van boven ge- vallen; eindelyk alles loopt toe tot uw vergrooting. Het overige (laat om te doen, Godt niet alles willen- de doen, om onzen vrye wille nies te benemen , of het deel der glory, dat ons toebehoord- En 't was geen wonder, zoo niet een van de Jtalia- ncn, door my genoemd, heeft ken- nen doen , 't geen men hoopt, dat uw Doorluchtig Huis noch eens zal uitvoeren} noch, dat//*//<?#, die zo ongelukkig is geweeft in haare oorlo- gen, dat het fcheen, dat de Krygs- deugd daar uitgebannen was, altodfc zoo zal zyn ; want dat kwam ner- gens van' 4aan , als dat de. rechte Krygs-
|
||||||
-
|
||||||
VAN ft MACMIAVEÈ
Krygsdcugd niet meer in gebruyk **Jooft
was, en niemand cen nieuwe wift uit te vinden. Niets doet ymand, die ten Prins-
domme ftygt, zoo veel eer aan, als nieuwe Wetten temaaken, eennieu- we Krygstucht uit te vinden , wan- neer die nu wel gevefligd zyn, maa- ken zy hem te eerwaardiger, en ver- fpreiden een denkbeeld van grootheid. In Itdien nu is ftof genoeg tot zoo- danige gedaante bekwaam, als men wil. Den leeden ontbreekt daar geen dapperheid, maar den Hoofden; ten getuygen verftrekken daar van de duellen en andere byzondere gevee- ten , waar in men ziet, dat zy de behendigfte , en fterkfte zyn, daar zy in de Legers niet zyn; dit komt van de fwakheid hunner Hoofden, aan welken zyj, in dit hun ambagt niet willen gehoorzaamen. Yder vleië zig dat te weten , en daar is noeh geen Perfoon gezien, aan wie de an- dere hebben willen wyken, hoe groot |
||||
zSo DE PRINS
**|Joofthy ook van verdienfte was, Hierom
is het, dat in alle oorlogen, dk wy zederd 0 Jaaren gevoerd hebben, die Legers uit Italianen te zamen ge- field, nooit iets gedaan hebben, dat docht, by voorbeeld aan de Tar, A- lexandrie, Capoue, Genua, Vuila ,Bt- hgne, Meflre. Zoo dan het Huis van Medicis, dé
voetftappen dier voortreffèlyke hel- den , die hun Vaderland van uithecm- fchc verdrukking verloft hebben, wil opvolgen, zoo moet zy voor alle zaa- ken, als de ware grondflag aller on- derneemingen, een eigen Krygsmack aan de handjiebben, zynde geen be- ter , noch getrouwer. En niet tegea- flaande yder foldaat goed is, zullen zy alle gelykelyk noch beter worden, wanneer zy zullen zien, dat hun ei- gen Prins, haar gebied, eerd en ver- geld, 't Isdaneennoodzaakelykheid van huillèlyke Benden zig te voor- zien, om in ftaat te zyn, den vreem- den tewederftaan. Het Zwit&trs en |
||||||
I
|
||||||
van N. MACHIAVEL.
Spaans voetvolk word voor fchrikke-
lyk geacht, maar d'ecn , en de an- der heeft zyne gebreeken, by gevolg zou een middelmatige Krygsmachc die niet alleen konnen wederftaan, maar ook overwinnen, de Spanjaarden de ruiterie niet konnende tegen ftaan, en de Zwïtfers bevreeft zynde voor de voetknechten, wanneer zy'er ont- moeten , zoo halsfterrig om te veg- ten als zy .Waarly k men heeft gezien, en men zal het goch zien , dat de Spanjaarden het tegens de Franje Rui- terie niet konnen houden, endat de Znitfers door het Spaanjche Voetvolk geflagen zyn. En fchoon men in op- zbt der Zwttfiren noch geen volko- men ondervinding daar van heeft, evenwel zag men een vonkje daar van in de Veldflag van Ravenne , wanneer het Spaan/cbe Voetvolk mee den Duitfchen handgemeen raakte, die dezelve ordres , als de Zwiifets. houden, zoo dat de Spanjaarden door middel hunner behendigheid, en fchil- den,
|
||||
.De PRINS
dSi.°ofi den, zig werpende in 't midden van de,perken der Duit/chen zoo werden deze geflagen , zonder zig te kon- nen verweeren , en zy zouden t'ce- nemeal capot gemaakt zyn, zoo de Ruiterie op den Spanjaarden niet had konnen ftorten. Wetende dan het gebrek, zoo van
het eene als andere Voetvolk, zou men een nieuwe konnen uitvinden, die met de Kuirerie voet hield , en het Voetvolk niet ^rreefden, en hier toe had men maar alleen de wyze van vegten te veranderen. En deze foorten van uitvindingen die geven achting en gezag aan een nieuw Prin- ce. Men moet zig dan deze gele- gentheid niet laten ontflippen > 't is eindelyk tyd , dat Italten, na zoo veel lyden, zynen verloffer eens zie. Ik kan my niet uitdrukken, met wat teederheid , en wat erkentenis hy in alle Provinciën zou ontfangen wor- 9 den, die door den vloed der uitheem- fche wapenen overftroomt zyn , en zeder4
|
||||
van N. MACHÏAVEL.
zederd zoo veel jaaren, niet als naar
weerwraak zugten; wat fteden zou- den der zyn , die hem hunne poor- ten zou doen fluiten ? En wat Vol- keren , die hem zouden weigeren te gehoorzaamen? Wat nyd ftondhem te boven te komen? Zou'er wel een Italiaan zyrt, die weigeren zou hem manfchap te doen, yderis vermoeid door deze barbarifche heerfchappye. Dat Uw Doorluchtig Huys clan de- ze zaake ter hand neme , met alle de hoopen, die men verwachten kan. van zoo rechtvaerdige onderneeming, ten einde onze Natie herblocje on- der zynen Standaard , en dat onder der zelver beginzelcn, men met Pc~ trareba zeggen mach. |
|||||||
y contra 'l f'arore
Trendra, L'arme, &Jia ilcombatter coBo\ Che antico Falore
Ne/l' luim Quor non c ancor morto. Als
|
|||||||
1
|
|||||||
De PRIN S, &c.
Ais of hy zeggen wilde.
De Dapperheid (Irydende tegens de
Barbaren, zal ons van alle haar e ra- fernien eens verlojfcn. Want tot dit groot 'voorwerp , houd\ Italië, geljk eertps, noch edelmoedige zielen in zig bepo- ten. |
||||||||
•IHooft
|
||||||||
EINDE.
|
||||||||
(VERHAAL
*
|
||||||||
VERHAAL,
Van de maniere daar den HertogVan
Valentinois hem Van bediendeyom 0g Van de Vitelli, Olivier de Fermo, Van den HeerePagolo , Hertogbvan GraVina, en Van bet Huys der Urzynen te ontflaan i door Nicolaas Machiavel. |A dat Arezzo 3 en de an-
dere plaatfen in het Da van Guiane j tegens dén Florentynen waren opge- ftaan, brachten zy groote klagten voor Louys den XII. ^ doemaals itt Lombardie zynde j en by deze gele- genheid lafterden zy den Hertog van Valentinois niet weinig by dezen Mo- narch i' die in perfoon verplicht wierdzignaar <iat Hof te begeven, en aldaar zijn doen te verantwoor- den. Zijnde in Intola wederge- R keerd.. |
||||
■ 256 Verhaal van den Hertog 3
keerdj nam hy het belïuit, om Ben*
tivoglio van Bologne te berooven, om die tot de Hoof-ftad zyner Staten, die hy in Romagm bezat te maaken, binti MaarAt Vit elks „ ó.&'Vrfinen, en tegels hunne vrinden de wind van dit voor- nemen gekregen hebbende, oordeel- den zy, dat zo den Hertog te magtig ■\vierd_, dat het te vreezen was, dat na de overwinning van Bologne „ hy niet zou nalaten hun allen onder de voet te werpen j ten einde de eenig- , ite Italiaan/che Prins te zijn ., die de Wapenen in handen had. Hier op roepen zy een vergadering by een} op een plaats Magzane genaamt, in het territoir van Perouze; op de- ze byeenkomrt bevonden zig de Kardinaal 'Pagolo a de Hertog Gra- vinades•'cl)rzymv Vitelü% Olivierde FermOj Jemi Paul Baillom 3 tyran van Terouze , en Antoifie Venafre , afgezonden van Tandolfo Tetrucci, Sbuverain van Siena. Men fprak daar van de grootheyt van den Her- tog |
||||
van VALENTINOIS. 257
rog van Valentinoïs, van zyn moed,
en dé nood, dieder was om zyneéiv zugt te bepaalen } die haar met alle de andere kon doen verlooren gaan. Zy befiootendan Bentivoglio niette verlaten „ en naar middelen om té zien , om den Florentynen-in hunne belangen te brengen. Dus zonden zy over al Afgefanteri, a^an eenigè hulpe beloovende; anderen v^erfoe- kende tegens den gemèenen vyandl zig by hun te willen voëgeii. Italië was wel haaft metfde'niew
mare dezer vergadering veïvült} éfi de Onderdanen van den Hertog5 die met hertzeer hem óhdérworpeA waren, begonnen op eenige vefatf» dering, voor hun gunftig^ te höó^ pen: Gedüurende dan dat de g deren dus in verwagting w'areri 3 floten eenige befonderé perfónen ftad Vrbin, f%vaneehpkats^. genaamt, meefter te mafccil, in handen vanden Hertogv-'è^ op wat wyze zy dit dedev'Dfe Góü- R. z ver- |
||||||||
I
|
||||||||
^58 Verhaal van dên Hertog,
verneur verilerkf e die plaats / en
gelijk hy tinimermans gcreedfchap liet derwaarts voeren , wonnen die t'zamenfweerders drie dezer men- fchenjom de balken op de VKegende- brug over dwars te leggen, ten einde met deze betimmering men lig niet mocht konnen roeren : Dus van de gelegentheit fis bedienende y kwa- men zy in de plaats j welkers inne- men, ruchtbaar geworden zynde,de Staataanftontsovcreinde ftond} den Hertog v^.n Drbin herriep, vertrou- wende dat de Bondgenooten , te Idagiope by een verzameltjhun hulpe zoude^ overzenden : Eninder daad3 zoo draazydefe tyding vernamen-3 oordeelden zy 3 datmen zijn voor- deel daar mede moeft doen. Aan- ftonds vergaderden zy benden, be- ; gaven iig te veld , om de overige plaatfen, die nog in handen van den Hertog van Valentïnois mochten zijn, te vermeefteren: Ter zelver tijd fonden zy ook naar Florence, |
||||
VALENTINOIS.
om nieuwe en kragtige 'beweegingen
by deze Republijk in't werk te Hel- len : T)at <zfer dog in dit Verbond be* gaf;[en haarwildeti helpen > dezen vy and van het menfchelyk gejlagt uyt te roey- en , dat het als gewonnen werk was > dat menfig nooit moejt verbeelden fchoon- der gelegéntheit in handen te zullen krygen, zoo men zoo onachtzaam was _, die te verwaarloozen. Maar de Florentynen^ die altoos te-
gens de Vitellis en Urzynen eenen haat j behielden , door verfcheyde rede- Y?or den" , , . ■ ' r Hertog
nen gaande gemaakt, ver ar ., van
|
|||||||||
kntinOiS,
|
|||||||||
fig by deze Ligue te voegen , zon-
den Nicolaas> CMachiavel aan den Hertog van Valenttnois, om hem hulpe aan te bieden , en een wijk- plaats te geven jtegens alle deze zy- ne nieuwe vyanden. De Hertog was binnen Imola, vervuld met vre- ze j door den opftand zyner benr den; zoo dat hy fig zonder leger bevond, met een fwaare oorlog op den hals. R 3 Om
|
|||||||||
perJyaalyan den Hertog,
Die % , Onder wyle hernam hy moet; op,
T* cteaanbiedingen der Fkrqn{ynen>i en befloot den oorlogjn lahgwyligheyt te trekken, zoo door onderhande- lingen , als door het middel der wei- nige benden, die hem by bleeven: Ondertuflchen arbeide hy om ver- fcheide onderftaanden t€ erlangen •> het geen hy op tweederley wyze uitvoerden; de eerfte was hulpben- den by den Koning van Vrankryk te |
||||||||||
,
|
verfoeken; d'andere was. alk krijgs-
|
|||||||||
lieden , en ruiters , .die hy kon vin-
den in zyne befolding te neaien, Dit alles niet tegenftaande nader-
fen zyne Vyanden , en zynde te Fojjembruno gekomen , vonden zy daar eenige benden j van den Her- tog , die zy in de vlugt floegen. Pefe Schok deed hem t'eenemaal tot dezyde der onderhandeling ke- ren „ om daar door het krygsheyr zyner Vyanden op te houden : en gelyk hy tot het uitterfie punt geveinft was ^ zoo liet hy echter niet
|
||||||||||
vajI VALENTINOIS. 261
niet naj haar te doen verftaan j dat
fchoon zy in dezen Oorlog aanlei- ders waren _, hy echter wel wilde} dat zy bezaten, 't geen zy veroverd hadden} dat wat hem aanging3 hy genoegen nam met de enkele titel van Prince, willende dat Het Prins- dom aan haar zou verblyven. Ein- delyk wift hy zig zoodanig te wen- den , dat zy den Heere sPaq>olo aan hem afzonden, en eenen ftildftand van Wapenen maakte. Onderwylefliepde Hertog niet,
op alle dezetoerullingen j allemo^j^ gelijke naarftigheid eebruykende , delingen om zig van manfchap en peerden te verfterken -y maar ten einde , die niet mochten te voorfchyn komen, verftrooyde hy die in de plaatzen van Romagne. Gedurende die tyd waren hem noch 600. Franflen te hulpe gekomen. En alhoewel hy zederd zig in ftand bevond , om met openbaar geweld zig over zyne Vyanden te wreeken } zoo R 4 ge- |
||||
'f 6p Verhaal van den Hertog ]
gelopfde hy echter , dat het voor
Jiera zeeker zou zijn 3 en voordee- liger haar te bedriegen , dus vol- harde hy altoos in zyne onderhan- delingen. au ook V Eindelijk bracht hy de zaaken der
wooSn. Vrede zoo verre ; Dat hy aan haar
v... hunne oude bedieningen / en vier duizend
1)ucaten in gereed Jilver gaf; dat hyden
Bentivoglios niet zou beoor logen zijnde
zelfs met dat1 Hitys verbonden j einde-
delyk y datjy niet verplicht Jouden zyfi,
hem te komen vinden , dan voor zoo
veele j Jy dat raadzaam fouden oor-
deelen. :■? -
stenen Cg Zj van de andere kant, verbonden
m"T" zig j aan den Hertog het Hertogdom bi *van el)rl;ift ww ^ geven, mitsgaders alles 9 wat zy van hem hadden geno- men } in alle Jijne veldtochten hem te zullen dienen j\- zonder Jyne toejiem- ming hem nooit den Oorlog te zullen aandoen -t nooit in een ander dienft zon- der Jijn toejiemming te zullen over gaan. Na
|
||||
-van VALENTINOIS;
Na het fluiten van dit Tra&aat,
ylood Guïdo *l)rbaldo noch ander- maals naar Venetïen , maar ae rens te vertrekken ., liet hy alle de «"«»■ plaatfen van fynen Staat verwoé- ften j om dat hy fyne Onderdanen genoeg vertron wende j hy niet wil- de j dat plaatzen , die hy niet kon befchermen , in de handen van een ander fouden fijn , en dienen om fijn trouwfte Vrinden te onder- drukken. Maar na dat de Hertog van Fa-»em wet-
lentinois defe Vrede geflooten had , nade"och verliet hy Sinola , om naar Lejène*^*^ te gaan , hebbende fyne Troepen , gedaan.' en fyn gantfche Franflche Ruiteriè door Romagné verdeeld. Hy bleef dan véele dagen te Lejène , om met den Afgezanten der Vitelli en 1)r- Jynen té beraadflaan, wat te ónder- nemenen. De Hoofdèïi waren met hunne Benden, in het Hertogdom van ^rbiUi en ha'verfcheidè onder- handelingen , wierd niets befloo- R 5 teq. |
|||
2,(^4 Verhaal van den Hertog ,
ten j zoo d&tzyOlivier du Ferme naar den Hertog afionden , om hem aan7 biedingen te doen ., om in Tofcanm te komen ? of wel Senigallia weg te nemen. De Hertog antwoorde^ dat hy Tojcanen wilden in ruft laren j dewyl de Florehtynen jfyne Vrin- den waren; maar dat hy hun voor- nemen pp Senigallia goed keurde. Weinig tyd daar na , ontfinghy
tydin&j' ^at de Stad ingenomen was, en het Kafteei noch hield ; de Gouverneur feggcnde , dat hy die, in fanden van den* Hertog zelfs wilde over geven 3 en aan geenan- detj 't geen verooirzaakte dat de Hoofden van het Leger verfochtah _, dat hy in perfoon derwaarts kwam. De Hertog vond de gelegentheid gunftig dewyl hem die geen ombra- ge kon geven , zijnde door haar zelfs daar geroepen, fonder fig in- gewikkek te hebben , om daar uit fijn eigen Hoofde te gaan. Einde- lijk om 'erdes temeer yerfeekering te
|
||||
van VALENTINOIS. 26?
te geven , gaf hy fyn Franfle Rui-
terye j die hy by hem had affeheit, uitgenomen aan 100. welgewapen- de , van Monfr. Randde 5 fijn fchoon Broeder. |
||||||||||||||
y j p
|
||||||||||||||
iger
|
ü
|
|||||||||||||
December, en kwam teFano
|
,
|
|||||||||||||
by met alle mogelijke lift arbeicle,voerin?-
om den Viteltï en rOrJynen te bewee- gen , dat fy hem te Senigallïa af- wagten 3 hun te kennen gevende , dat zoo veel wantrouwen, niet lang een Tra&aat kon in 't wezen laten 3 dat zy even geilooten hadden. Dat wat hem aanging , hy van aard was , zig van goede Vrinden en raaden te bedienen. En fchoon Vitellï ftryd genoeg had , zig fe- derd de dood van fynen Broeder te binnen brengende., datmen nooit Prince moet Beleedigen} en vervol- gens hen vertrouwen. Echter wiert hy dooi'Pagolo Urfini overreed,die de Hertog door gefchenken en belof- ten gewonnen had 3 ftemde hy ein- lijk
|
||||||||||||||
Verhaal van den Hertog >
delijk toe/ daar te wachten. Wan-
jneer de Hertog de zaak beflooten had , deelde hy dié maar aan acht fyner boezemvrinden mede 3 hen beladende , dat fy fig twee aan tween hadden te houden ^ ontrent yder defer vier Generaals, die voor hem moeftén komen ; hen yder een aanwyfende, by welken fy haar had- den te plaatfen, als om rer eer aan te doen , met haar in 't midden teftel- len 9 en tot binnen SenigaUia } hen onderhoudende 3 tot dat fy ter beftemder plaats gekomen waren } voor haar verblyf gefchikt , daar •Tg«n hyfe wilde doen vaft houden. Na- tftewte1 defe voorzorg y vertrok de Hertog do«. van Lefëne den 20 December 1512. Hier op gafhyordre , dat alle fyne Benden , bedragende meer , als 10000 voetknechten \ en zooo paar- den j hem op het pöin£t van den dag hadden te vinden, op de kleine Riviere ^Matauro > ónrrent vyf my- kn ran Fano gelegen 3 en hem daar had=
|
||||
van VALENTINOIS. 7.67
hadden af te wachten. Hy kwam daar eindelijk den laatften Decem- ber , deed daar op twee hondert paarden voortrekken , vervolgens het voetvolk j en daar op het ove- rige der Ruiterie , in welker midden hyinperfoonwas. . Fanoen Senigallia fijn twee Ste-
den van het Marquifaat van Auro- JSU na y aen den oever der Adriatifche Golf gelegen ., en 15. mylen van den anderen af} zoo dat men van Fano naar Senigallia gaande , men de bergen ter rechter zyde heeft; met hunne punten de Zee zo dicht naderende, dat 'er weinig tufichen Wydte is} en ter plaatze _, daar fy meed van een leggen ., behelfl: het geen twee mylen. . . De Stad 'Senigallia 3- is van den
voet defer bergen niet afgezonderd., dan ontrent een musketfchoot : en daar is geen myl tuflchen de Zeeën haar. Van de kant der Stad trek- kende naar Fano , ifler een kleine Ri-
|
||||
z68 Verhaal van den Hertog _,
Rivier. Voor de poort iflèr een Voorftad, met een openbare plaats, die door het opwellen der Rivier van de eene kant bepaalt wort. De ViteUi en 'Vrjynen de noodige
voorbereydzelen gemaakt hebbende, om den Hertog in perfoon te ont- fangen , deeden hunne Benden naar verfcheide afgezondere plaatzen afwykken , ontrent 6000 naar Se~ mga lia „ om plaats voor die van den Hertog re maaken. Zy hadden by haar niet gelaten 3 dan de bende van Olivier Fermo, die maar 2500. mogten uitmaken} en inde voorftad gelogeert waren. Wanneerde Hertog van Valenti-
noh zyn beveelen gegeven had, mar- cheerde hy na Senïgalita _, en als het Hoofd zyner ruyterye , in plaats van die te laten overtrekken j ftel- de hy fig in reyen, om het volk te doen voortrekken, zonder alle in de Stad te houden. Reedts waren de Vitellty de Heer Tagola> en de Her-
|
||||
van VALENTINOIS.
Hertog van Gravïna óp hunne muy-
len gedegen, en voor den nieuwen Hertog gegaan, met een klein getal krijgslieden vergefelfchapt zijnde. Vitelli was zonder wapenen , met een weerflagtig wezen, als of, hem zyn ongeluk levendig was voor oogen gefteld, en zy, die hem za- gen brachten fig zyner moed en grootheit te binnen 3 en konden hem zonder verwondering niet be- fchouwen. Men verzekerd zelfs, dat hy den
zynen verlatende 3 om naar Senigal- lia te gaan , haar het laatfte vaar wel zyde: Hy beval aan de voornaam-, fle Bevelhebbers van zyn bettden j bitys, en alles wat hem lief en waard was ; en zyn kleine kinderen maande hy taraan^ dat zy eer wilden denken op de dapperheit hunner vooroude- ren, als op derfelver geval. Eindelijk kwamen zy tot cTen uitende
[hertog 3 en groeten hem met veel l^tli- beleeftheiti hy van zijn kant toon-werk den
|
||||||
lyq t^erhaal van den Hertog*
den een goet wezen >• zoo dra g yderin het midden van hun vond, die de ordre daar van hadden. Maar de Hertog bemerkt hebbende, dat Olivier de Fermo ontbrak 3 om dat hy in fle Voorftadt gebleven was, daar zijn foldaaten gebleven waren, die hy oeffende, zoo deet hy een jee- ken aan ïDpn Mjchiel, die den hft op hem genomen had, van hem niet te laten ontflippen j en deze Olivier de Fermo naderende, zeidedat het te- genwoordig geen tijd meer was,om foldaten te öefFen 3 dat hy die veel eer in yeiligheit had te ftellen, uit vreeze, dat den Hertog die niet ver- meefterden. Dat hy moefl: aflaten., en te gelijk met hem voor den Prin- ce komen. ,, , , Zoo haaft men in 't logis voor
den Hertog gefchikt ^ gekomen was, ftelde men voet op aarde, en kwam in een heimelyke kamer, daar den Hertog de vier gevangenen in ophield. Aanftonds fteeg hy te paart
|
||||
van VALENTINOIS. 271
Here van St. Kanaix verfekert hadde:
Maar dat zo dra hy tijding daar van kreeg, liet hy die even als de voo- rige} met meer andere hoofden worgen 3 en d'uitvoering gefchie- den in het Kafteel van "Diene, den l8.January. |
|||||
T 2
|
|||||
2 "porTrait
Van Vyanktyk*
DOOR
Nicölaas Miachiavel'.
|
|||||||||
Vermo-
|
|||||||||
gen van 1f TEt Koningrijk , en de Konin-
Vrankiijk. I-----1 J} J , ... ■
X Jl genvan VranknjkjZyn tegen-
woordig veel ryker en magti- ger j alfTe Van te vooren oit geweeft Zyn, en dat om de navolgende reden. Reden Vooreerftj dè: Kroon van Vrank- vant rüfc erfFelijck zvnde, heeft fie mer- voor- J , > J J fc>
gaande, kelijk hier door verrykt ■, om dat
zo wanneer den Koning geen E rfge- namen had j de goederen van zyn eigen patrimonie , met die van de Kroon vereenigr wierden. En na- demaal dit verfcheiden Koningen is te beurt gevallen , zo is de Mo- narchie daar door ifierkelyk ver- meerdert -, nameritlyk door de me- nigvuldige Staten, die op deze wy - ze met defelve vereenigt zyn. Op zodanige wyze is het Hertogdom van
|
|||||||||
door N. MACHIAVEL. 275
van Anjou met de Kroon vereenigt: zynde het zelve gebeurd ten opfigc van het Hertogdom Orkans 3 en van Milanen 3 het welke Lodewyk de XII. tegenwoordig regeerende, na zyn oyerlyden aan de Kroon zal moeten laten 3 om dat hy geen. kinderen heeft : invoegen dat al het gene , dat van eenig belang in het Koningryk is } niet aan particulieren _, maar de Koningly- ke Domainen toebehoord. Een andere kragtïge reden 3 dieTwcede'
het pouvoir van den Koning uit- fteekend vermeerdert is 3 dat in voorleden tyden hef Koningryk niet ten eenmaal van hem depen- deerde , ten opilgte van het ver- mogen van grootheit van de Ba- rons van het zelve Koningryk 3 die ftout en 'aflurant genoeg wa- ren , om tegen het intereft van den Monarch aan te gaan -, zodanige waren in voorleden tyden de Her- togen van Guetme y van Bourbon 3 &e. T 3 die |
||||
a74 'Portret van Frankryk,
clie tegenwoordig onderwerpeiyk genoeg zyn, al \ welke den Koning tegenwoordig veel magtiger maakt, als hy voor dezen geweeftis. Siet daar een andere of wel een
derde reden j hier in beftaande, dat meeft alle de gebuuren van Vrank- ryk , heel ligt een oorlog tegen het zelve ondernamen : zynde verze- kert., datfe gedurig dooreenige van deflelfs Onderdanen onderfchraagt zouden worden : hoedanige by voorbeeld } de Hertogen van Bre- tagne, van Guenne , van Bourgon- dien j en de Graven van Vlaanderen > waren. Dit was het, waar van de Ingefeten , t'elkens een goed ge- bruyk Wiften te maken. Want zo dikwils als zy den Koning een oor- log fogten aan te doen „ zo maak- tenfe door middel van zyn On- derdanen, hem veel moeyelykhe- den. En den Hertog vnn Bourgon- dien dede van gelyken door den Hertog van Bourbcn. Maar tegen- wóor-
|
||||
door N. MACHIAVEL. 275
woordig nu Bretagne , Guienue,
het Hertogdom van Bourbon 3 en een groot gedeelte yan Bourgon- dien j als Provinciën met de Kroon vreeenigt worden aangemerkt, zo en hebben de vreemdelingen niet al- leen het middel niet om Vrankryk te ruineren; maar deze zyn als zo veel nieuwe kragten van Vrankryk tegen defelve aan re merken , zoo dat hy zelve daar door te fterker _, en zy in tegendeel dies te fwakker zyn. Men kan hier defe redenbyvoe-
gen : te weete , dat de voornaam-
fte Barons van het Koningryk van
Koninglyken bloede zynde , en
hoope hebbende van tot de Kroon
te komen 3 zoo wanneer de Ko-
ninglyke Stam quam uit te gaan _,
verpligt zyn , de grootheid van
het Koningryk te conferveren, het
welke zy j or haar Nakomelingen,
t'eeniger tyd fouden konneh befit-
ten j immers moetenfe forge dra-
T 4 gen,
|
||||
Portrait van Vrankryk,
gen, datfe., door defe of genereb-
£>ellie aan te regten j fig het felve niet onwaardig maken , of voor zoodanige gedeclareert worden : Staande dit op het point , om aan den tegenwoordigen Koning te ge- beuren , öm dat hy de part van den Hertog van Bretagne tegen de Fran- fen verkooren had ; de welke hem floegen 3 en tot Krygsgevangen maakten. En na de dood van Gz- rel de K_Achtfte _, was een groot verfchil onder de Staten van het Koningryk , van de welke het grootfte gedeelte fuftineerde 3 de- zen Vorft van zyn natuurlyke regt vervallen te zyn _, om dat hy de ligtvaardigheid gehad hadde } van fyn eigen -JSfatie den Oorlog aan te doen. En 't quam hem wel tefta- de dat hy feer ryk was-, hebbende een groote^uantiteit filverwerk j het welke hem in flaat ftelde, groo- te liberaliteiten aan andere te bewy- f Aan de andere zyde was den ;. •;-: Her- |
||||
door N. MACHIAVEL. 277
Hertog van Angauléme, die volgens
de wet van de natuur in fyn plaats had moeten komen 3 een volkomen Kind : en , indien behalven defe reden, den Hertog van Orleans niet veel faveur genoten had , de Sta- ten fouden hem nooit op den Troon gefield hebben. Delaatfte reden 3 die dit Koning- En
ryk zoo matig maakt, is , dat de groote Landeryen van 't Koningryk niet onder de Cadets , of jongere Broeders, verdeeld worden, gelyk gèfchied in Duitsfland , en in ver- fcheide plaatfen van Italien : in plaats dat in Vrankryk alle zoo- danige Landen de Oudfte toebe- hooren j èn de jongere ftellen het zoo goed alsfe konrien: wordende door het Hoofd van haar Familie onderhouden. Gemeènlyk bege- ven de zoodanige zig alle ia den Oorlog , en foeken daar door haar fortuin te maken' _, zig voedende met die hoope , Van heden of mor- S 5 gen |
||||
2,7S cPortrait van Vrankryk 3
gen ook eenige eigen Landerien t? verkrygen. En dit is de reden , dat de Franfe Gendarmerie tegen- woordig de befte van de wereld is: wordende alle den gemelten Adel ten voorfchreven einde opge- bragt. £)e Infanterie die men in Vrank-
ryk werrt , kan niet goed zyn ; om dat dit Koningryk langen tyd in Vrede is geweeft > en dat dit Volk bygevolge geen ondervindin- ge van den Oorlog heeft. Voorts beftaat haar ganfche Infanterie uit handwerks luiden , of uit Boeren, die men op de Dorpen ligt : ende- fe elendige menfehen worden zoo- danig door de Edelluiden mishan^ deld ende veragt , dat 'er de cou- ragie ten eenemaal van overgaat. Ookfiet men dat'er de Koning feer weinig van in fyn Legers heeft, en dat om dat hy 'er geen ftaat op ma- ken kan ? 'T is waar hy bediend iïg van de Gafconjers , de welke '9 als
|
|||||
VanViank-
|
|||||
door N. MACHIAVEL. 479
als naaft by de Spanjaarden wonen- de _, ook iets van haar glorieufen imborft hebben. Egter hebben ook defe , eenige jaren herwaarts meer als Rovers , dan als Soldaten ge- leeft. Nochtans houdenfe fig wel a wanneer ^er een plaats te attaque- ren j of te befchermen is ; maar in het open velt is het heel anders daar mee gelegen : doende ten defen opfigt het ganfche tegendeel van de Duitfers en de Switfers; die in een Batallie haars gélyken niet hebben, maar niets doen dat deugt in een belegerde plaatfe. Dit onderfcheit komt, volgens myn oordeel daar van daan ., dat defe luiden in een belegerde plaatfe niet in die felve ordre konnen vegten x als in het open velt. Ziet daar de reden waarom waarom den Koning van Vrank- %avïnryk ryk zig altyd ïn het Velt bediend £* van Switfers en Duitfe Soldaten ; te weeten om dat de Franfe Caval- lerie fig op de Gafconjers niet durft ver-
|
||||
2,.8o ?Bortrait van Vrankryk,
vertrouwen. En indien de Franfe
Infanterie zoo goed was als defe Cavallerie , men moet niettwyfe- len , of den Koning was in ftaat het Hoofd te bieden aan wie^tfoü mogen wefen. Deugden 0e pranfen hebben van natu-
en gebre- . . ,, , knder ren meer cottragie, als lterkte t en
als men haar eerfte geweld kan tegenftaan 3 zoo Verliefenfe aan- itonds haar moed , en fyn ge- lyk de Vrouwen. Daar en boven zoo konnenfe geen fatigues _, nog armoede uitftaan -y ook zynfe zoó onagtfaam , dat indien menfe in haar disordre overrompelen kan; zy gemakkelyk te overwinnen fyn. Dit is een zaak j waarvan menver fchei- den exempelen, in het Koningryk van Napels gefien heeft, en nog on- langs tot Farigliane , aiwaarfe eens zoo veel in getal waren als de Span- jaarden , die men oordeelde datfe fouden verflonden hebben : onder- tufïchen vermits het in den begin- ne |
||||
■
|
|||||
doctr N. MACHIAVEL. 2S1
ne van de Winter was 3 en dat 'er
feer veel regen viel > zoo liepen de Franfe Soldaten met ganfche Ben- den na de Steden , qnr daar te grooter gemak te hebben > invoe- gen dat 'er zoo weinig iri het Veld bleven 3 en dat in fuiken difordre, dat de Spanjaarden , tegen de ge- dagten van de ganfche Werelt, de overwinninge op haar behaalden. Het felve fou fyn gebeurd in de Bataille van Voïla , indieri métt de Franfen nog flegts tien dagen gea- mufeert hadde. Maar Barthoh- meus d'Alviano 3 hoe furieus hy ook fou mogen wefen , vond nogtans een furie veel grooter „ als de zy- ne. Ook foude men het felve ge- ilen hebben in de Bataillie van Ra- venne-, want indien de Spanjaarden riiet onder het bereilc der Franfen gekomen waren, zyfouden feeker- lyk tot haar oogmerk gekomen Hebben , zoo wel ten opfigte van der felver' onagtfaamheid\, als van wè1-
|
|||||
'Portrail van Vrankryk,
wegen het gebrek van levens mid-
delen j die de Venetianen haar aan de zyde van Ferrare 3 en de Spanjaaaden haar aan de zyde van Roulogne ,' hadden afgefneden ■■, maar om dat de eene parti qua- lyk geraden was , en het de an- dere aan oordeel ontbrak ; zoo behaalden de Franfen die bloedi- ge vi&orie. En niet tegengaande het gevégt feer fcherp was j zoo foude het fulks nog te meer ge- weeft zyn j indien het fpits van ieder Leger van de felve foorte van Militie was geweeft. Maar de Franfen waren fterk in Cavalle- ryej en de Spanjaarden in Infante- rye; en dit was de reden j dat de flagtinge te kleinder was. 'T is dan een bekende zaak, dat men _, om' zyn oogmerk met de Franfen te bereiken / men haar eerile furie moet pntwyken^ en fig laten genoegen, met haar af te matten A en de zaak orj de lange bank te brengen. Want C*efar
|
||||
n.machiavel: *%
Oefar zelfs verzekert ons % datze
•in den eerften aanval de gemeene courage der menfchen te boven gaan, maar datfe op het eynde klein*- hertiger als de vrouwen zyn. Vrankryk is ter occahe van£Xa
Zyn groote uitgeftrektheit, en vanen 'tk- ,J ~°. „ V . «. . , dom van
de Ichoone Rivieren die het zei- v«nkryk.
ve befproeyen > feer ryk en vrugt* baar : en de inkomften zoo wel ^ als de Manufafturen j gelden daar feer weinig ; zynde het geld daar. zoo fchaars •, dat men naauwlyks genoeg by den anderen weet te fchrapen > om'er deri Heer zyn regt van te betalen , hoewel het felve daar feer klein is. Defe ar- moede van geld komt daar van daan 3 datfe haar inkomften niet konnen verkoopen ; zynde het Land zoo goed en vrugtbaar, dat een iedef genoeg heeft om te verkoapen, in- dien 'er maar koopers gevonden wierden : invoegen dat by aldien icïDandeen maat Koorn in fyn Dorp T zou |
||||
zou willen verkoopen, een ieder de
gek methemftekenfou , om dat'er niemand is a die 'er geen overvloed van heeft om te verkoopen. Aan- gaande de Edelluiden _, de felve en verdoen niets van haar geit, dat- fe van? haar Vaflalen trekken , als om'er het noodzakelyke habit, en kleedinge voor te koopen : want voor de leeftogt, vindenfe op haar Landeryen een genoegzame quan- titeyt van Befliaal, Gevogelte j Wildbraad^, Vifch, &c. en alle de gene die eenige Landeryen hebben , hebben de zelve avaritagie : zoo dat alle het geld in handen van deze Heeren is , die 'er tegenwoordigh een goede voorraad van hebben } maar belangende het gemeene Volk, wanneer de zelve eene gulden heb- ben , zoo zynze rijk ., om dat haar van een ander kant niemendal ont- Gt6öte breekt. ,ykdom- De Geeftelijkheid van Vrankriik men vin . .. j j
e- is zeer rijk s want van vvf deelen
V van |
|||
q Ni MACBIAVEL.
Van de Inkomfteri van-hetHKomng* %£?"**■
rijk trekt de zelve twee : En veel Bifïchoppén zyn te gedijk meefter van het tfereldlyke eri Van hztGeefle- lyke. En vermits de zoo genaamde Kerkelyke, overvloed van alles heb- ben, om zig zelven wel temeften j zoo blijft alk het geld , dat zy boven dien ontfangen in haar han- den > ingevolge van de gewoone gierigheid Van dit ïlag van luyden: Van gelyken, wort het geld dat de Kerken toebehoort 3 geconverteert tot Juweelen > Kerk - cieraden , en; andere daaden , of onnodige rijk- dommen -, In voegen _, dat indien men alle het Silver > en andere fchatten van de Kerken, beneffens de con- tanten die de Priefters in haar koffers hebben, by malkanderen vergader- de > men onnoemelyke fchatten vinden zoude. öeeftd Een goet getal van de Geeftelijk- 7
heit van Vrankrijk moeit zig met de Regeringe , en heeft deel in de af- T % fi |
||||
IPortrait van Frankryk;
faires van den Staat van 't Koning-
rijk j en de Wereldlyke Heeren zyn'er niet jalours van} want niets kan zonder haar toeftemminge ter executie worden geftelt: zoo dat de eene van de zaken difponeert, en de ander de zelve uitvoert- Even- wel komen'er Luyden vanden De- gen genoeg in den Raad, infonder- heid van die gene, die zig lange in deze affaires geoeffent hebben., om het oordeel van de Prelaten te verbe- teren „ zoo wanneer de zelve van zaken fpreken in de welke zy niet ervaren zijn. Daar is in Vrankrijk een oude
'Pragmatique , t'zedert onbedenke- -lyke tyden door de Paufen geau- thorifeert, waar door de Collegiale Kerken by het regt van haareygen Biflchoppen te benoemen, behou- den worden : Invoegen dat wan- neer deze fterven , de Canoniken vergaderen , en een ander in zyn plaats verkiezen : Somtijds vallen hier
|
||||
boor N. MACHIAVEL 187
hier difputen over; want fommige
zoeken de ftemmen op fig te doen vallen > andere zoeken'er door haar verdienden en merites toe te ka- men. De Monniken hebben het zelve regt, van haar Apten te ma- ken. Andere mindere Benefieten , worden vergeven door de Biffchopw pen, van de welke zy dependeren. Wanneer den Koning fomtyds aan deze Pragmatique wil derogeren., ftellende een Biffchop naa zyn wel- gevallen., zoo dient hy daar toe wel gewelt tegebruykenj alzo de Mon- niken weigeren, hem te erkennen^ en by aldienze genoodzaakt zyn , voor het geweld te wyken, zo ver* jagenze den Biflchop , die tegens haar zin is opgedrongen, zo ras den Koning overleden is „ om den eer- ften, dieze verkooren hadden weer- om te roepen. De Franfe Soldaten zijn. feerbe*. £„?£]-
geerig na het goed van een ander j frH^
maar zoo ras als fy dat bekomen spanre "
f 3 heb- Soldatcn*
|
||||
388 TöftHk vait Vrankryk,
hebben, zoo verquiiten zy het be- neffens haar eigen, invoegen datze roven om te eeten ■, om te verquif- ten j en om het te verteeren met die gene, van de welke zy het geroofd hebben; zoo doende deelgenoot van zyn eygen goed makende. Maar een Spanjaard is hier in heel ver- fchillende van een Fransman: want noit fiet men iets weerom , van 't geen deze Natie u ontroofd heeft. Vrankryk apprehendeerd heel v°unla" zeer ^e Engelfe j ter occafie van
de menigvuldige excurfien en rava- gien, die de zelve voor dezen in Vrankryk gedaan hebben : zoo dat die gene, die de tyden niet welon- derfcheiden., ten hoogften voor de- ze Natie, en deffelfs troupen^ be- vreeft zyn. Maar tegenwoordig zyn deze dingen merkelyk van ge- daante verandert: Want Vrankryk is wel gewapent, vereenigt, en in den Wapenhandel geoeffendj heb-, bende boven dien de i rovintien in hau-
|
||||
door N. MACHIAVEL. 289
handen, die in voorleden tyden de
grootfte kragt der Engelfen maak- ten j als Normandie ., Guienne > Bretagne 3 en Bourgondien. Aan deanderezyde, zoozyndeEngelfe tegenwoordigh zoo wel inde Wa- penen niet geoeffent , om datze in zoo langen tijd geen oorlog gehad hebben, dat men nauwelyks een menfch in dat Koningrijk vinden zal , die den vyand gezien heeft. Eindelijk den Aarts-Hertogh van Ooftenrijk uytgezondert ., zoo en hebbenze geen een Opper - Vorft, waar op zy ftaat zouden konnen maken , om haar in een defcente in Vrankrijk by te ftaan. De Franfen zouden reden heb-
ben, de Spanjaarden te vrezen,ter occafie van de fchranderheit en vi- gilantie van deze Natie : Maar zoo dikwils als den Koning van Spanjen Vrankrijk den oorlog wil aan doen, vind by zoo veel obftaculen omtrent dit voornemen , dat 'er niets be- T 4 fwaar- |
||||
Tortraitvan VrankryU-,
f waarlij ker, als het uitvoeren
ditdeffeinis j om dat uyt het herte van de Staten van den Koning van Spanjen j tot aan het Pyreneefe Gebergte, ('t welk deze twee Ko- ningryken van malkander fcheyt ., ) zoo grooten en onvrugtbaren weg is af te leggen., datzoodikwils als de Franfen haar vyanden aan den door- togt van dit Gebergte willen af- wagten, 't zy aan de zyde van Pe- rignanj ^tzy aan die van Guienne, zoo vindenze den zelven als half verflagen > is het niet ten opzigt van zijnkragten, ten minden is het ten- opfigt van de kvens-middelen, de- welke men zeer befwaarlyk foo ver- re met fig voeren kan. En inder- daad de weg die tuffen beiden is, is zoo onvrugtbaar, datfe op ver- fcheide plaatzen verwoeft is 3 en dat'er in fommige nauwelyks zoo veel gevonden word „ dat 'er deln- ■woonders zelfs van konnen onder- |kouden worden : Deze reden dan,, maakt
|
||||
door N. MACHIAVEL: 29*
maakt dat'er van de zyde van Span-
jen weynig voor Vrankryk >te vre- Fen is. Vrankryk heeft niet meer te vre- ...v.rai>k-
r J , ri)k heeft
ïen , aan de zyde van de zeventien met veei
Provinciën van de Nederlanden} vCanVdeefea komende het zelve van wegen de dl koude van het climaat , en van de onvrugtbaarheid in Koornen Wijn van deze Landen, En om dat men daar nauwelyks zo veel in oegft , dat'er de Inwoonders van beftaan konnen , zoo zynze genootzaakt haar onderhout uit Bourgondïen , 'Pk ar dien, en andere Franfe Provin- ciën te halen. Daar en boven be- ftaan de Inwoonders van de Neder- landen voor een groot gedeelte uyt de Manufacturen en koopmanfchap- penj dieze in Vrankrijk debiteren , op de marktenvan Parijs en Lions : Want van de zyde van de Zee , fouden fy de felve niet meer ver- koopen konnen , als aan de zyde van Duitflandj daar meer van defe T f din- |
|||
2,9* Tortrail van Vranhryk,
dingen gemaakt worden als in de
Nederlanden. Indien dan de Ne- derlanden zig zelfs berooven van de Commercie met Vrankryk, zoo en konnenfe haar Koopmanfchap- pen niet debiteren , nog ook de middelen van haar noodige fubfi- flentie hebben; zoo datfe uit defen Hoofde niet ligt Oorlog met Vrank- ryk voeren zullen, ten waarfe daar toe genoodfaakt wierden. Een Staat is 'er die feer redouta-
bel voor Vrankryk is ; te weeten } |
|||||||||
voor
|
abel die van ^e Switfers , en dat ter
|
||||||||
oorzaak van haar nabuurfchap > en
datfe zoo ligt konnen in de Wa- penen komen } zynde defe vaar- digheit zoo groot j dathetonmoge- lyk is haar daar in te prevenieren. Evenwel en zyn defelve maar ten principale te vrefen wegens een fchielyken inval j en een roofdiefe by zoodanigen occafie zouden mo- gen halen : want nog Artillerie _, nog Cavallerie hebbende 3 en de Fron-
|
|||||||||
door N. MACHIAVEL. 293
Frontierplaatfen van Vrankryk,
tegen over Switferland., wel voor- zien zynde > zoo is het haar on- mogelyk Conqueften op het zelve te maken. Daar-en-boven zyn de Switfers , veel bequamer tot een Batallie , als tot een Belegeringe : in tegendeel zyn haar geburen de Onderdanen van Vrankryk aan den Oorlog niet gewend zynde ., feer weinig bequaam , haar luiden een opentlyke Veldflag te leveren } en zulks te minder, om datdeFranfe Cavallerie felden door een goede Infanterie onderfteund word. Daar- en-boven is het Land niet feer be- quaam , om 'er de Cavallerie ge- makkelyk in te doen ftibfifteren } en de Switfers verlaten niet ligt zoodanig haar frontieren > datfe eenige vafte plaatfen agter fig fou- den laten j, uit vreefe dat men haar de noodige levensmiddel af fou mo- gen fnyden , of dat haar felfs de pafïage fou werden afgefneden , wan-
|
||||
9 Portrait van Vrankryk »
wanneerfé al te verre in het Land geavanceert fouden mogen wefen ., en datfe zoo doende geen middel fouden vinden , om weer by de ha- re te komen. yk Van de zyde van Italien heeft
Vrankryk niets te vrefen , en dat ter oorzaak van het Gebergte } en van de fterke plaatfen die dit Ko- ningryk aan den voet van de felve heeft. Al de gene dan die Vrank- ryk van die zyde zou willen atta- queren , fou genoodzaakt zyn, de Alpes te pafleren} en een onvrugt- baar Land agter zig'hebbende j zoo zoude hy gevaar loopen , gebrek van levensmiddelen te hebben -y het zy dat hy fle fterke plaatfen agter zig liet (het welke een notoiredol- ligheid fou zyn ) of dat hy refol- veerde , van de felve te belegeren. Vrankryk dan heeft van defe kanc niet te vrefen , om dat 'er geen Staat in Italien 3 bequaam tot fui- ken voornemen is : ook en is dit Land
|
||||
boor N. MACHIAVEL
Land geenfins op zoodanigenwyfc
nu, als het ten tyde van de Romei- nen was. Vrankryk heeft van gelyken vanNóg*6k
|
||||||||
de kant van de middellandfe Zee*yded
|
y»n
|
|||||||
niets te vrefen } want de Havens ^
die Vrankryk aan defe zyde heeft 9 zyn altyd met genoegfame Sche- pen voorfïen 3 zoo wel die den Ko- ning , als particuliere toekomen , die bequaam genoeg fouden zyn, om het Koningryk tegen een on- voorfiene aanval van die kant te befchermen : en belangende een aanval die met voorbedagten rade fou mogen gefchieden _, tegen de felve kan men fig in tyds genoeg in ftaat ftellen. Want nademaal de felve niet kan gefchieden j fonder groote toebereidfelen daar toe te maken , zoo is 'er een ieder van gewaarfchouwd , eer dat de felve komt uitte berden. Daar-en-boven heeft den Koning altyd een feeker getal Volk aan die kant op de been, ora
|
||||||||
<Portrait van Vrankryk,
om in allen gevalle zoo veel te vei-
liger te zyn. Defen Monarch doed geen groo-
te koften aan t'onderhouden van zyn Garnifcenen > om dat zyn Onderdanen hem feer genegen zyn: invoegen dat hy in het herte van het Koningryk geen Citadellen van noden heeft : en belangende de frontieren , op de felve heeft hy eenigen uitfchot _, het welke hem de koften van het houden van Gar- nifoenen doed befparen. En zoo wanneer hy met den een of ande* ren grooten inval gedreygt word t 200 heeft hy tijdom daarin te voor- zien j om dat den vyand zelve tyd van noden heeft, om alles wat tot zo- danigen voornemen vereifcht word -, by den anderen te brengen. Het gemeene Volk in Vfankryk
is zeer fubmisen onderdanig, heb- bende een groot ontfag en eerbied voor haar Koning. Dit ilag van Volk,doet by na geen depenfe, ter oor-
|
||||||
doo* N. MACHIAVEL.
oorfaakevan den grooten overvloet
van alles wat tot onderhoud van 3t leven van noden is j het welke het Land voor.tbrengt, en nauwlyks ziet men 'er een die zoo arm is, die niet de ecne of andere brok van een ey- gen erfFenis heeft. Sy kleeden zig met Graveftoffen die weinig koften > en nog zy 3 nog haar Vrou wens dra- gen noit eenige Zyde 3 by wat ge- legentheit het ook zou mogen we- zen : want de Edelluyden, van de welke zy dependeren, en zouden het zelve niet gedogen. Daarzynin't geheel hondert fes
en veertig Bifdommen in het Ko- JjJ^jJg ningrijk 3 agtien Aarts-Bifdommenten»&cv daar onder begrepen zijnde. Ook zyn' er zeventien hondert
duyfent Parochien j zeven hondert en veertig Abdyen daar onder be- grepen zynde. Aangaande de Prioren, daar van
heeft men tot hier toe geen zeker ge- tal van gehad. Noit
|
||||
----
|
|||||
spft ¥ortrait 'van Vrmkryk ,
Nok heeft men te regt geweten»
hoe groot dé ordinaire en extraordi* iiaire Inkomften van de Kroon wa- ren > want alle die gene aan de welke ik dit gevraagt hebbe> hebben my gedurig geantwoort, dat de zelve zoo Verre gingen als 't den Ko- ning behaagde. Ondertuffchen heeft my iemantgezegt, dat een gedeel- te van de ordinaire inkomften, zo Van de pagtén als andere revenuen, feventien hondert duifent Ryks* daalders quam te bedragen. Be- langende ae extraordinaire inkom* flen, die den Koning uit de fchat- tingen trekt} de zelve ftelt hy zoo hoog eh laag als hem wel gevalt. En als dat niet kan toereiken , zo neemt men geit op intreffe , het welke heel zelden word weerom ge- geven. Siet daar op hoedanigen Vyze den Koning dit geit op neemt. Hy addrefleert aan de Steden en an* dere pïaatfen zeekere brieven * in deze termen : Den Koning , onzen Heer
|
|||||
F
|
||||||
do-or N. MACHIAVEL. i99
Heer recommandeert zigaanu-, en na-
demaal hy geit van noden heeft, zoo verfoekt hy w>, dat gy hem de Jomme wilt geven die in dezen brief begrepeti is j, &-c. Deze fomme word in handen van
den Ontfanger geftelt, hebbende yder Stad een byfondere voor de Pagten 3 fchattingen ,en voorgemel- te penningen. Het vermogen dat de Barons op verg
haar Vafaikn hebben, beftaat hierdetBaiöns in, datfe van ieder fchoorfteeneen zekere fomme trekken} voor alle haar inkomften , en deze zomrae gaat niet boven de agt ftuyvers van ieder huis. Zy en kunnen geen fchattingen op de zelve leggen } of haar eenigh geit op intrefle af- eif- fchen j zonder de toeftemminge van den Koning 3 het welke nogtans Zelden komt te gebeuren. Den Koning trekt van de Edei-
lnyden niet anders als de Pagt, en hy leyd de zelve noit fchattingeopj V als |
||||||
30° 'Portrait van Vrankryk l
als in een groote noodzakelyk- heyt, De ordre die den Koning onder-
iSring" houd in een extraordinaire geval van SjdóVt. oorlog,of van andere uitgaven , is dat hy aan deTreforiers Generaal lalt geeft, wegens 't betalen der troupen 3 en deze betalen de zelve door de hand van de CommiffarifTen die de monfteringe doen. Alle de gene die eenig penfioèn hebben} die op den Staat geafligneert zyn } gaan van gelyken by!de Treforiers Ge- neraal, die haat een Ordonnantie geven j volgens welke zy betaalt worden. De Edel-luyden van de Garde worde alle maanden betaalt, en de Penfionariffen alle vierendeel jaars j mits haar ordres brengende aan de Provinciale Treforiers van de plaatfen daar fy woonen , en als dan wordenze aanftonts be- taalt. Den Koning heeft twee hondert
E<Jelluyden van de Garde, die ieder twin-
|
|||||
bqor-N. MACBIAVEL. 301
twintig ryksdaalders ter maant heb-
ben, Deze twee hondert maken twee Compagnien, die ieder haar Capi- tein hebben. Het getal van die genen die pen-
fio.enen trekken, is zo weinig vaft ge- gefteit, als het penfioen zelve dat men aan haar geeft: hebbende d^eene meer, de andere min _, na dat den Koning wel gevald. Veeltyts pa- yen zy zig met dehoopevan hoger te fuilen komen, maar hier ontrent is geen gewiflen regel. De bedieninge van Surintendan- sa»»»».
, rr • ■ • 1 danten.
ten van de t inancien j is zoo veel
van ieder Haardftede} en zoo veel wegens de fchattingen te ontfangen; dog alles met toeftemminge van den Koning. Ook moeten zy zorge dragen , dat de uitgaven van den Koning zoo wel extraordinarie als ordinarie, op haar tijd betaalt wor- den, ingevolge van de ordres diefe <laar van geven. De Treïoriers hebben het geld
V % het |
||||
502 Pcrtrait van Vrankryk,
het welke zy moeten uitdeelen, in- gevolge van de ordresvande Surin- tendanten. Daar is maar eeneenige Cancelier,
en deze kan veroordeelen en vry- fpreken , zelfs ten opzigt van het leven , ook zonder toeftemminge van den Koning } ook kan hy die gene die al te hartnekkig in het pley- ten zijn , uyt eygen authoriteyt j buyten proces, en buyten het Hof ftellen. Hy kan ook Beneficien vergeven 3 maar met toeftmminge van den Koning. De Gratiën en Be- neficien werden toegeftaan door brieven van den Koning, gezegelt met het groote Zegel, het welk by den Cancelier bewaard word. Zyn inkomfteis ioooo guldens jaarlyks, en 11 ooo gulden om tafel te houden} want tafel te houden in 't frans 3 is in onze taal te zeggen, 's middags en 's avonts eeten te geven j het welke den Cancelier doet aan alle de ge- ne die hem uyt den Raad volgen > als
|
||||
rDOOR N. MACHIAVEL. 303
als by voorbeelt de Advocaten en andere, die ^00 dikwils aan zyn ta- fel eeten als haar welgevak : en de- deze mode is zeer gebruykelyk door ganfch Vrankrijk. Het penfioen dat den Koningvan HOe veei
Vrankrijk aan den Koning van F,n-jjf£ *°- gelant plag te geven , bedroeg v yftig vrankryk j i 1 • 1 • DJ o aan die
auyzent gulden in het jaar ; ten eyn- van Enge-
de om hem te recompenferen., we-UntSilf' gens zeekere onkoften, die den over- leden Koning van Engelant, Vader van den tegenwoordigen , in Bre- tagne gedaan had -, maar dit pen- fioen, is tegenwoordig vernietigt. Daar is maar eengroot Senefchal endeddf*
in Vrankryk, en de Senefchalen gczas- van de Provinciën, die men op veel plaatfen Balliuwen noemt, zyn die gene die den uytfchot of het Volk van Ordonnantie 3 commanderen, zo wel de ordinaire als extraordi- nairej zelfs indien gy wilt den Ban en Arriere-ban _, at de gene die de zelve uytmaken j zyn hem onderworpen-,. V $ ea |
||||
304 Tortrmt VM Vrankrykj
en moeten den Senefchal > of den Balliuw j als diaar Caf>iteyn ge- hoorzamen. Daar zyn zo veel Gouverneurs
van de Provintien en Plaatfcn, als ^en K.oning wel gevalt : ook zyn haar penfiöenen al mede na het wel- gevallen van den Koning geregu- leert, zo wel als den tyd, dieze in haar bedieningen zyn : en alle de Gouverneurs, als ook de Stede-hou- ders van de allerkleinfte plaatfen, worden door den Koning aangeftelt. Wat meer is _, alle de bedieningen van het Koningryk worden door den Koning vcrkogt} of vergeven , en door niemant anders. De Staten Generaal vergaderen
alle jaar in de maant van Atiguftus, o£ jn ^ maant van Odober, fom- tyts in January, alles na het goet
vinden van den Koning. In deze vergaderinge tonen de Intendanten en Financiers den Staat van de in- komfte en d'uytgave van dat jaar, ver-
|
||||||||
vincien.
|
||||||||
g
staten. |
||||||||
door N. MACHIAVEL. 305-
vervolgens reguleert men daar de
inkomften na proportie van de uyt- gave ; ook verhoogt of verlaagt men daar de penfioenen , volgens des Konings ordre. Daar en is geen zeeker getal, van
Gegageerde Edelluiden en Penfio- nariflen : en dit alleen komt niet in de kamer van Reekeninge; maar 't 't -is haar genoeg , datfe tot haar ver- zeekeringe de autoriteyt van den Koning hebben. |
|||||||||||||||
Ka met
van Ree- |
|||||||||||||||
De Kamer van Reekeninge be-
|
|||||||||||||||
moeit zig met alle de Reekeningen keningen
te ontfangen van die gene die de inkomften van de Kroon manieren, van den Surintendant der Finan- tien tot de Ontfangers toe. ^DeUnïverfïteyt oïHooge Schoole tot
Tarys., word betaalt uyt de inkom- ften van de fondatien der Colle- gien, maar deze fomme is klein. Daar zyn vy'f Parlementen, als een
|
|||||||||||||||
tot Tarys 3 een tot Rotten, een tot
Thoulouje, een tot Bourdemtx, en een
V 4 tot
|
|||||||||||||||
Tortrait van Vrankryk _,
tot Grenoble 3 en deze zyn alle Sou* verain in haar Jurifdïëtie. ï)aar zvn vier voorname Univer^
fiteyten j als tot Tarys , Orleans > Bourges, enToitiers: en vervolgens tot Tours, en Angers 5 maar deze laatïle hebben weynig te beduyden» De Koning leid zoo veel Garni-
^oeW en op zodanige plaatfen als hem welgevalt j van gelyken ook de Artillerye. Ondertuflchen zyn 'er geen Steden, die niet fommige Stukken hebben j diehaarineygen- dom toe-behooren -y en zedert twee jaaren herwaarts zyn'er veel inver- fcheyden plaatfen van het Koning- ryk gegoten , en zulks ten koften van die Steden, in dewelke zy ge-, goten worden j zynde het zelve ge- ichiet, mits een kleyne verhoogin- ge van yd^rlmpoftmakende .Daar xyn gemeenlijk vier Garnifoenen y namentlijk in Guïenne * "Ticardien j Boargondien j en 'Provence 3 en vol- gens het gene men daar van kan weten
|
||||
door N. MACHIAVEL. 307
weten , zoo verandert of vermeert
men de zelve, in deeeneplaatfemeer en in de andere minder. Ik hebbe my geinformeert., hoe wat de
veel de Staten Generaal den Koning Koni"gde jaarlijx toeleggen , voor de uitga- toelese«- ven van zyn-Huys en Perfoon, en hebbe bevonden, dat men hem ge- meenlijk zoo veel toeleyt ais hy begeert. Daar zvn vier hondert Trawan- Trawan--
,. * , .. . ten, &c.
ten j die geordonneert zijn tot de
bewaringe van de Perfoon des Ko- nings, van de welke het eene hon- dert Schotten zijn> fy hebben drie hondert gulden in het jaar , benef- fens een Rok van het Livreye des Konings. De Guardes du Corps, die geduerigh aan zijn zyde zyn, zyn vier-en-twintigh } hebbende ieder vier hondert gulden jaarlijks: Den Heer de CurfoL, en den Capi- teyn Gabrïel commanderen de zelve. Behalven deze , zoo heeft den GMrde
Koning nog een Gaarde Svvirfers re s»'itf"s' V 5 voet |
||||
<Portra.it vm Vmnkryk,
voet} die men de Hoitdert Swïtfers
noemt 3 deze hebben twaalf gulden ter maand voor haar Soldycj gedue- rende de R-egeringe v&nCareidePrIII. warenfe in het Zyde gekleed. Nog zyn'er drie hondert andere, die niet meer als tien gulden Tra&ement hebben, entwee pakken klederen ia 't jaar, met de Livreye van den Koning. , De Fouriers van het Hof , zijn
Luyden die zorge dragen om het wel te doen logeren , wanneer het zelve op reyfe is ; zy zijn ten ge- taale van twee-en-dertigh, hebben- de drie hondert gulden 's jaars tot falaris _, en ieder een Rok met de couleur des Konings. Sy hebben over haar vier Marefchallen des Logis., ieder met fes hondert gulden inkom- ften jaarlijks : Ziet daar de ordre die zy houden. Alle defen hoop verdeelt zig in vier benden; De eer- fte van deze benden heeft zyn Mar- fchal des Logis ., 'of des zelfs Luy-
|
||||
door N. MACHIAVEL. 309
Luytenant om haar te commande-
ren, blyft in de plaatze daar het Hof van daankomt, teneinde om alles te vereffenen, en de particu- lieren te betalen , by de welke men gelogeert heeft. De tweede bende., gaat met den Koning ; de derde gaat voor af , ter plaatze daar het Hof verwagt word : Eyndelyk maakt de laatfte bende te zyn ter plaatze daar den Koningh den anderen dagh meent te flapen , om daar de noodige logementen voor hem toe te bereyden : haaf ordre is admirabel j want in het oogenblik dat men aankomt} vind yder fijn Logis volkomen gereed, zelfs tot de minfte die aan het Hof is. De Provoöft van het Hotel is een Groot
Officier van de Kroon , die den Pi°vooft, Perfoon des Konings noit quiteert: zyn authoriteyt is zeer groot, en in alle plaatzen daarhy gaat, heeft zijn jurifdiftie altijd plaats , tot zoo
|
||||||
'Portrail van Vrankrykf
zoo verre , dat hy die van dat Land
kan vonniflen : In het crimineel vonnift hy zonder appel de gene die hem onder de handen komen > Sijn ordinaris Traktement bedraagt fes duyfent guldens : Voor het Civile is hy geduurig met twee Reg- ters vergezelfchapt 3 die ieder een jaarlijks tra&ement van fes hondert gulden van den Koning hebben: Voor de Criminele zaken heeft hy een Luytenant, die weder Bediende onder zig heeft, die door den Ko- ning betaalt word : Zoo dat den Groot Provooft, te gelijk de Civile en Criminele zaken waarneemt j en zoo ras als den aanklager met den beklager geconfronteert is, zoo en heeft hy niet meer van nooden om een pofitijf vonnis te ftrijken. Daar zijn agt Meefters van het
Hotel by den Koningh; maar haar- luyder tra&ement ftaat niet vaft, hebbende den eenen duyfent gulden, den anderen meer, en den anderen min-
|
||||||
door N. MACHIAVEL. 311
minder» na 't welgevallen van den
Koning : Sy hebben over haar de Grootmeefter, die tegenwoordig die gene is , die Monft.de Chaumout, en Monfr. de la Talijfe gefuccedeert is ., waar van de eerfte de zelve Bedieninge gehad heeft} fijn ap- pointement is elf duyfent gulden jaarlijks _, en fijn ganfche Bedieninge is op de Meefters van het Hotel in- fpe£tie te nemen. Den Admiraal van Vrankrijk is Admiraal
een Officier van de Kroon., wiens Jy£,Vunk Bedieninge zig over alle de Scheeps- ruftinge uitftrekt, en over alle de Havens van het Koningrijk , en hy kan naar zyn wei-gevallen difpone- i"en over alle de Schepen van den Koningh 3 zyn traktement is tien duyfent gulden jaarlijks. Het getal van de Ridders van de Ridders
Ordre ftaatnietvaft, want den Ko- 1 ning maakt' er zoo veel als 't hem welgevalt: Wanneerze tot Ridders gemaakt worden , zoo fweerenfe het
|
||||
3ia yPortrait van Vrankrykx
het Koningrijk te zullen bescher- men., en nooit de Wapenen tot des zelfs praejuditie te dragen : Me» kan haar die graad niet afnemen, de welke duurd zoo lange zy leven: Daar zyn onder haar,, weJJkers p.eür fiojen jaarlijks op vier duyfent gulden komt i maar men geert dezje eer- tytel niet, als aan luyden die zig zeer gediftingueert hebben. De bedieninge van Chambellanj
beftaat in den Koningh te onder- ti,o,viden , voor den Koning heen te gaan wanneer hy na den Raad gaatj en zelfs met hem daar in te gaan ■, met een woord, zy hebben een zeer conücterabelen rangh aan het Hof 3 en haar penfioen is zeer groot, als van fes jïigt en tien duyfent guldens, fomtijds hebbenfe niemendal , om dateer de Koning gefchenken van doet} aan deze of gene perfoon van merite 5 zelfs ook aan vremdelingen .* haar voorregt is? het gan(che Ko- ningrijk door yry te zyn van aller- hande |
||||
door N. MACHIAVEL 313
hande foort van Pagten, en zy eeten
aan de tweede tafel van het Hof. De Groot Stalmeefter verwydert c 9
zig noit van de Perioon des Konings: ft«. hy heeft ingevolge van fijn bedie- ninge twaalf ordinaire Stalmeefters onder zig, hebbende het zelve pou- voir op haar,3t welke de Groot Sene- fchal en de Grootmeefter hebben,den eenen over de Senefchallen en Balliu- wen der Provinciën, en den anderen over de ordinaire Meefters van het Hotel} zyn bedieninge beftaat in opzigt te hebben over de Stalmee- fters, en over alle de Equipagevan den Koning} hem te paarde te hel- pen j en 'er weer af, hem zijn degen voor te dragen , wanneer hy in Ceremonie gaat. Heerea Alle de Heeren van den Raad van den
hebben yder een penfioen van fes R*ad" of agt duyfent guldens , na des Konings goetvinden : De voornaam- fte van de zelve zyn den Bifïchop van "ParjSj den Biffchop van Beau- |
||||||
*Portrait van Vrankryk,
den Balliuw van ty4n.
Monfr. de Bujffi, en dien Cancelier -, maar Rohert, en Monfr. de Taris regeeren het alles. De pretenfien van den Koning
van Vrankrijk op het Hertogdom «en. Van Milanen 3 komen daar van daan, dat den Hertogh van Örleans , zyn Grootvader 3 een Dogter van den Hertogh van Milanen trouwde, waar van de mannelyke en wettige Spruyt is uytgegaan : ziet daar, hoe die zaak zig toedroeg : Jan Galeas, Hertog van Milanen 3 had twee Dogters , en ik weet niet hoe veel Zoonenj een van deze Dogters was Valenüne genaamt, de welke trouwde met Lodewjjk, Hertog van Orleans, Grootvader van den rege- renden Koningh : dezen Hertogh daalde in een regte linie van Hugo Capetzï. Na dedootvanden Hertog Jan Galeas, fuccedeerde hem zyn Zoon cPhilippus , en ftierf zonder andere kinderen , als een natuurlyke Dog-
|
|||
door N. MACHIAVEL 31;
Dogter na te laten. Deze Souve-
feiniteyt wiert dan vervolgens ge- ufurpeert door het Huys van Sfor- ce- de'Hertogen van Orleans fufti- neerde ., dat de kinderen van Ma- dame Valentine _, deeenigeen wetti- ge Erfgenamen van het Milanées waren : En inderdaad, zoo ras als den Hertog van Orleans deze allian- tie gemaakt had } zo vermeerderde hy fijn Sehildmetde Wapenen van Vrankrijk, Orleans en Milanen 3 het welcke zy tegenwoordigh nog doen. GrOót Alle de Parochien van Vrankrijk &uu**
iii-i x n J Vrye Ruf onderhouden iedereen Man meteen tcis.
groot traélement _, den welken men
een Franc Archer , of Vrywillige Ruyter noemt. Dendefenisverpligt een goet Paard te onderhouden 3 toe- geruft ende gewapend te zyn , met alles wat^er van nooden isj gereed te zyn, om op het eerfte bevel van den Koning te konnen marcheren _, en den oorlog binnen of buyten X bec |
||||
316 Tortrak vm Vrankryk ,
het Koningrijk te voeren j en eyn-
delijk om alles te doen, waar toe zijn JVlajefteyt hem zou gelieven te era- ployeren : zelfs zijn deze Luyden yerpligtj om inde Winter na zoo- danige Provinciën te gaan3 die, of effe£tive aangetaft, of met een inval gedreigt worden : En ingevolge van het getal der Parochien, van dewelke wy zoo even fpraken , zoo zoude Vrankryk zeventien hondert duy- fent zoodanige Vrye Ruyters moe- ten uytleveren. De Fouriers, ingevolge van haar
bedieninge , maken de Logementen klaar onVer 't Hof te doen blyven, en gemeenlijk ziet men, dat de Luyden van 't Hof, by de confiderabelfte van zodanige plaatzen haarquartier ne- men : maar om alle klagten van d'een of d'anderen voor te komen j zo is'er geordonneert, dat men alle dagen een ftuyver voor een kamer geven zal, in dewelke als dan een bed met zijn toebehooren moet zijn., en waar |
||||||
I
|
||||||
N.MACHÏA VEL. 31^
by de meefter als dan nog de lakens
en ander linden goet, ten minften eens in een week moet verzorgen. Iemand by een ander logerende,
moet hem alle dagen twee déniers geven, voor het gereedfchap , de fervetten, azijn > zout en verjuis, en men moet hem ten minften twee- maal ter week fchoon linden op de de tafel geven. Maar nademaal'ec overvloedig linden in Vrankrijkis, zoo verandert men'er het zelve daar zoodikwils als 't u welgevaltj nog moet de meefter zorge dragen j dat de kamer zindelijk onderhouden, eit het bedde op zijn tijd gemaakt wordt. Van gelijken geeft men twee dé-
niers 's daags voor een ftal, en de meefter van den huyfe is nergens an- ders toe verpligt 3 als de ftal reyn te houden. Daar zyn'er veel die zoo veel niet
en betalen, ter oorzaak van het meê-
X t gaan-
|
||||
Portret van Vrankryk?
gaande humeur van deze Natie ^
ondertuflen is het voorfzde gezette tax van het Hof. siet hier de pretenfien die de En-
van Enge- ir * T, . . , il.
land op gelfen zeggen op Vrankrijk te heb-
naniayk ben ? Kardde V1 KoningvanVrank- rijk 3 gaf zijn Dogter, Madame Ca-
tharina van Vrankrijk,aan YnnsHen- drik van Engelant ten hou welijk y en by het Houwelijks-Contradt infti- tueerde den Koning, den Prins Hen- der ik tot univerfele Erfgenaam, zon- der van den Dauphin te fpreken., die tegenwoordigh regeerd onder den naam van Carelde VII. By dit Con- tract wierd nog gevoegt, dat by al- dien Prins Henderick voor den Ko- ning } zijn Schoon-Vader quam te fterven , en dat hy wettige Kinderen, van fijn ftam naliet j de gezeyde Kinderen als dan , door regt van reprefentatie , tot de Kroon van Vrankrijk fouden fuccederen : maar deze donatie heeft geen plaats ge- had. |
||||||
. ~ r
|
||||||
;
|
||||||
door N. MACHIAVEL;
had , om datze ftrydigh tegen de
fondamentele Wetten van de Mo- narchie van Vranckrijk is. Aan de andere zyde , zeggen de Engelfe > dat Carel de VIL niet wettigh was. Daar zijn twee Aarts-Bisdommen
in Engelandt, en tvvintighBifdom- men , benefFens vijftigh duyfent Parochien. Einde van het Tortrait vanVrankrijk.
|
|||||
X 3 POR-
|
|||||
31 o
PORTRAIT
V<m 'Duytjland,
DOOR
Nicolaas Machiavel.
"TNUitfland is zondert wyfFei zeer
jLJ magtig, om dat het overvloed van Volk 3 van Rykdommen, en van Wapenen heeft : Ten opfïgt van de Rykdommen, zoo en is 'er geen Keyierlyke Stad , die niet veel Finantien in de publique Schatkift heeft; en men gelooft dat Straats- bourg alleen tegenwoordig eenige milioenen guldens in zyn koffers heeft. Deze Rykdom komt daar van daan 3 dat deze Steden geen an- dere laften te dragen hebben , als <iieze tot de noodzakelykhede*nvan den Oorlog j en tot haar eygen on- derhoud van nooden heeft , en als aer de onkoften eens van gedragen zyn,
|
||||
door N. MACHIAVEL.
y zo koft het weinig omze te
onderhouden. Deordre diezehier in onderhonden is zeer fraay. Want het algemeen heeft altoos in haar Magazynen, waar doorze de gan- fche Stad een heel jaar door kan on- derhouden. Ookiszeinftaat} om het ganfche gepeupel gedurende dien tyd de koft te doen winnen. Men leid niet veel te koft voor den Soldaat, om dat de Inwoon- ders bequaam tot den Oorlog , en wel gedillipiineert en gewapent zyn. EnopdeFeeft-dagen, in plaats van te fpeelenj zoo oeffenenzezig, om met't mufquet te fc nieten , of om de piek te handelen; op dat een ieder zou mogen vinden, waarmêhyzig bezig kan houden ; de eeneop deze, de andere op een andere wyze. Zy wedden onder malkanderen „ en zelfs is 'er een prys geftek voor die $e bequaamfte is. Siet daar haar grootfte depenfeszyndevoorde reft zeer zuinig in haar huis houdinge, X 4 üp |
||||
3 2 % "Portrait van 'DuytJIand,
Op zoodanige wyze hebben alle Keiferlyke Steden _, een bequame publiqbe inkomfte. 'T geen dezen Landaard Rykby
zig zelven maakt, is om datze op een armelyke wyze leven. Sy en doen geen overvloedige onkoiten, nog in gebouwen , nog in kleede- en 3 nog in meubilen , nog in zil- ver gereedfchap; zy zyn wel te vre- den, alsze brood en vleefch genoeg hebbenden een warme kachel om daer tegen de koude haar toevlugt in te nemen Die gene die niets behal- ven deze noodzakelykheeden heb- ben zyn 'er meê te vreden, en agten het de moeite niet waardig , zig om iets anders te bekommeren. In tien jaaren befteedenze geen twee gulden voor haar klcedinge , en een ieder voegd 'er zig na zyn ftandin. Tsliemant heeft agtinge, of begeer- te voor het gene hy niet en heeft > ze bekommeren zig over geen dingj, als
|
||||
N. MACHIAVEL:
als het gene van een abfolute nood-
zakelykheidisi ook zynze hier veel fpaarzamerin , als \vy, of andere * deze gematigtheit is oorzaak, dat 'er geen gek uyt haar land gaat, om datze te vreden zyn met het geen het zelve voortbrengt: ter contra- rie komt 'er veel geld van buiten in, en dat uyt de hoofde van de Ma- nufa&uren , en verfcheyde dingen die zy maken, en waarmee zy Ita- lien als vervullen. De winften die zy daar meê doen zyn te grooter, om dat zy 'er zoo kleinen capitaal toe van nooden hebben. Siet daar hoe datze met plaifir leven in haar na- tuurlyke eenvoudigheit3en in de vry- heit dieze genieten ? 'T is om deze reden, datze niet in den oorlog be- geren te gaan, ten waarze heel wel betaalt wierden -, en behalven dit, zoo en zoudenze niet marcheren _, ten waarze door haar eigen Opper- hoofd gecommandeert wierden. Hier van daan is het dat den Keifer X 5 ver- |
||||
32,4
verpligt is grooter onkoften te doen
als eenig ander Prins -, om dat, hoe
meer de menfchen op haar gemak
konnen leven j hoe minder begeerte
datze hebben van in den oorlog te
gaan.
Indien de Keyferlijke Rijks-Ste-
InSjL den zig met de Vorften vereenig- steden. den } of datze zonder deze met zig zelven vereenigt waren, zy zouden tot de verheffinge van den Keyfer merkelijk konnen contribueren j maar dit is iets _, dat geen van bey- den oit zal wenfchen> want indien den Keyfer al te magtig was, om dat hy de Princen tot zoodanigen fubmiflle zou brengen j dat hy na fijn eygen wei-gevallen van de zelve difponeren zou, en niet verpligt zij n haar toeftemmingeaf te wagten _, om hulp of byftant van de zelve te heb- ben : meteen woortjhy zoude haar op den zei ven voet brengen, op de welke men tegenwoordig in Vrank- rijkis, en waar toe Lodewijk de Elfde haar
|
||||
door N. MACHIAVEL; 3,5-
haar door kragt van fijn Wapenen
gebragt heeft j de hoofden van die gene afflaande , die hem in zijn voornemen van een deffotïque Re- geringe op te regten hinderlijk wa- ren : Ook zouden de Rijks-Steden niet minder voor het groot vermo- gen van den Keyfer , als deze j te vrezen hebben -, die niet in gebreke zou blyven , na zijn eygen wel- gevallen van haar te difponeren^ en niet na }t gene zytot welwezen van het Rijk zouden goetvinden : maar 't geen dit misverlïant tuffen de Prin- cen en de Rij ks-Steden veroorzaakt, is verfchillende intereft , dat twee groote partyen in Duytflandt heb- ben ; die de eene zoo wel als de an- dere , de Switfers als haargemeene vyanden aanzien. De Vorften aan de andere kant., worden in 'tbyfon- der als zo veel vyanden van den Key- fer aangemerkt : Men zal buyten t wij ffel vreemd vinden, dat de S wit- fers en de Rijks-Steden, zig onder mal-
|
||||
TortraH van *Duytflant,
malkander als vyanden aanmerken _,
om datze alle een en 't zelfde oog- merk hebben, in 't verdedigen van haarluyder vryheyd^ en tegens de ambitie der Princen op haar hoede te zijn : maar men moet weten, dat de Switfers het niet alleen tegen de Vorften hebben 3 gelijk de Rijks- Stedenj maar dat zy op den Adel ook geen grooten flrijd hebben. Hebbende dan in haar land geen Souvereyn, nog geen Opperheer, zoo gauderenze van die volmaakte vryheid , en van *die aangebooren egaliteyt, die God _, als de grond- leggervan de natuur, onderde men- fchen geftigt heeft y en zy maken geen ander onderfcheid onder mal- kander _, of onder die gene die haar gebieden , als voor die tijd datze in haar bedieningen zijn. Ziet daar het gene de Edelluyden die in de Rijks-Steden gebleven zijn doet vrezen, en 't geen haar verpligt^ alle bedenkelijke praktijken in het werk
|
||||
door N. MACHIAVEL.
werk te ftellen 3 om altijd een groote
averfïe tuffen haar Landaard en de Switfers te verwekken : Behalven dit intereffe zoo zyn alle de Inwoon- ders van de Ryks-Steden 3 die werk van den oorlogh maken _, vyanden van de Switfers, en dat uyt jaloufie, om dat men haar kloekmoediger als de Duitfersaanmerkt> invoegen dat het onmogelyk is , deze twee Natiën in een Leger te hebben, zonder dat men dagelijks verfchil onder de zelve ziet ryzen. Ten opzigt van den aangeboren
haat der Princen tegen de Rijks-Ste- y den _, en de Switfers, daar van is het ftén, en1 onnodig te fpreken; want de oorzaak f daar van is de ganfche werelt bekeat, zoo wel als de jaloufie, die tuffen den Keyfer en de Princen zelfs regeerd. Men moet dan weten _, dat den
grootften afkeer des Keyfers tegen de Princen van het Rijk is* en om dat hy voor zig zelfs niet magtigh genoeghisj haart'onder te brengen, zoo
|
|||||
■
|
|||||
Tortrait van eDt^tJlandJ
Zoo zoekt hy de gunft van de Rijks-
Steden te gewinnen -, en zelfs heeft hy t'zedert eenigen tijd de Switfers zeer gemenageert, welkers confi- dentie hy fchijnt wederom gewon- nen te nebben. Indien men dan agtinge geeft op alle dit misverftant in 't algemeen , en daar by voegt de byzondere jaloufie die onder de meefte Princen van het Rijk gevon- den word5 ja zelfs onder de Rijks- Steden, zoo is het zeer befwaarlijk van oit tot zoodanigen vereeniginge te komen j waar uytden Keyfereen merkelijk fecours tot het bereyken van zyn oogmerk trekken kan : Want of wel die gene die de onder- nemingevan den Keyfer als al tevi- goureus aanmerken} en die miflchien wel t' eeniger tijd van een goed fuc- ces zouden mogen zijn, reden voor dit alles fchynen te hebben ,, om datze de zelve hier op fonderen ., dat 'er in ganfch Duytfland geen Vorft van zoo grooten vermogen is, die
|
|||
door N, MACHIAVÈL. 329
die hem den oorlog zoude konnen
aandoen ., en zig dire£telijk tegen zijn defTeinen aan kanten, als wel voor dezen gefchiede : Daar-en- boven moet men aanmerken j dat het voor den Keyfer niet genoeg is, geen obftaculen tegen zijn onder- nemingen te ontmoeten 3 om dat, al is het dat zodanigen Vorft niet in ftaat is hem een openbaren oor- logh aan te doen, hem in allen ge- valle zijn affiftentie wey geren kan; en indien hy het zelve niet opent- lijk durft doen, zoo is hy evemvel in ftaat, het zelve onder dit of dat pretext te rugge te houden} En by aldien hy zijn beloften niet t'eene- maal kan retra&eren , zoo kan hy zoo veel difficulteyten en beletze- len te voorfchijn brengen,, dat zijn Troupen niet eer in Campaghe ko- men, als wanneer het tyd is om in de Winter-quartieren te gaan ; het wel- ke als dan genoeg zal zyn om de def- feinen van den Keyzer te doen ver- ydelen.
|
||||
3 5 ° Tortrait van Duytfland,
ydelen. Men zag' er een evidente
preuve van , wanneer dezen V^ rft voor het eerftemaal na Italien wilde gaan, tegen de wille van de Vene- tianen en de Franfen: want in de Vergaderinge van het Rijk , die tot Conftants gehouden wierd, beloof- den hem alle de Rijks-Steden een groot getal Voet-volk , en drie duyfent Ruyters ; maar 't was ge- dnerig onmogelijk , om'er flegts een Corps van vijf duyfent man van te formeren -, om dat wanneer de Troupen van de eeneStad arriveer- den j die van een andere 3 haar tijd voldaan hebbende ., weder na huys gingen ; Andere gaven geld , om van het leveren van Manfchap be- vryt te zijn ; zoo dat het dan om deze, dan om een andere reden on- mogelijk was, degezeide Troupen by den anderen te krygen, en dat de onderneminge van den Keyfer verydeld wierd. Men is geperfuadeert, dat de
magt
|
||||
~~
|
|||||
dook N. MACHIAVEL. 331
niagt van Duitfland , meer beftaat
in de Keyferlyke Ryksfteden, als in de Vorften , de welke van tweeder- hande foorten zyn} foramige We- reldlyke _, andere Geeftelyke. De eerfte zyn feer onvermogende: waar van de eerfte reden defe is, dat haar Staten in verfcheyden portien ver-> deeld zyn , ter oorfake van de ega- liteyt j die men aldaar in de fuccef- Jfie van Broederen waarneemt. De tweede reden , waar door de We- xeldlyke Princen foodanig verfwakt zyn, is, dat denKeyferhaar, door middel van de Keyferlyke Ryksfte- den , vernederd heeft : Invoegen dat het onvermogende Vrienden , of Bondgenoten , geworden zyn ; en dat by gevolge de alliantie met de- felve niet feer aanmerkelyk is. Be- langende de Geeftelyke Vorften , indien de verdeelinge van haar Sta- ten , defelve niet reeds genoeg ver- fwakt heeft , zoo heeft de ambitie Van haar voornaamfte Steden _, die Y door |
|||||
332- Tortrait van'DuytJland j
door den Keyfer merkelyk word angeftockt, haar tot het uiterfte on- vermogen gebragt. Want de Gee- ftelyke Keurvorften , en andere Biflchoppen , zyn geenfins meefter in de grote Steden _, die in hare Sta- ten leggen : Het welke een verdeelt- heyd en een jalouiie tuffen haar , en tuffen haar onderdanen makende 3 foo zynze niet in ftaat om den Key- fer groten dienft te doen, al was het datfehet zelve al doen wilden. Maar; laat ons nu een weynig van de Key- ferlyke Ryksfteden fpreken ., die _, gelyk wy gefegt hebben} de groot- fte kracht van Duytfland maken a om datfe goede financiën hebben , en goede wetten en ordonnantien waarnemen. Alle defe Steden genie- ten een volkomen vryheyd , en be- kommeren fig in geenen deele , om andere Staten te verkrygen : En ver- mits zy hier toe geen genegendheid uit fig zelven hebben ., zoo fullenfe nog veel minder de begeerte , of ambif
|
||||
door N. MACHIAVEL.
ambitie van anderen , hier omtrent tragten te voldoen. Wat meer is 3 nademaalfe in een groot getal zyn , en dat een ieder meefter by fig fel- ven is 3 indien het haar dan alge- lufte j iemand te willen byftaan ., zoo fou foodanigen fecours dog al- tyd geweldig laatkomen 3 en het voordeel dat men fig daar van beloof- de verre te zoeken zyn. Ten is nog niet lange geleden , dat men daar van een exempel fag 3 wanneer de Switfers Swaben., en den Staat van Keyfer Maximiliaan aan talren , en dat den Keyfer met de Ryksfteden trakteerde ., om defen vyand af te ke- ren , zoo beloofden zy hem , een Leger van veertien duyfend man op de been te brengen, het welke nooit tot feven duyfend man gebragt wierd : Om dat , zoo wanneer die van de eene Stad aan quamen _, zoo vertrokken die van de andere $ het welke den Keyfer wel dede zien dat defen Oorlog van geen gelukkige Y 2 UYt- |
||||
334 'Portraït van Uwytjland,
uytkomft wefen zou : Invoegen dat hy met de Switfers trakteerde,, en met defelve over eenquam, dat hy haar het Canton van Bafel zou laten hou- den. Aldus fiendedelangfaamheid der gefeyd Ryksfteden, in faken } aan de welke haar felven gelegen is; zoo kan men daar uyt befluyten 3 hoe dat de felve gedifponeert moeten zyn, om iets voor het blote intereft van andere te doen of ondernemen. Indien men dan alle defe redenen by den anderen voegd , zoo zal men ligtelyk fien, dat alle dit vermogen van weynig belang, en van geringe nuttigheyd voor den Keyfer is. Hier van daan is het, dat de Venetianen, die beter als eenige andere van alle defedingen onderregt zyn, terocca- fie van de gedurige Commercie diefe met defe Steden onderhouden, zig te vreden houden 3 den Keyfer met grote uyterlyke beleeftheden te trafteren , zoodickwils als zy iet wes met denzelvenuyt (taande hadden? wanf
|
||||
door N. MACHIAVEL
Want indien zy zyn vermogen ge- vreeft hadden 3 zoo zouden zy ge- makkelyk middelen van accommo- dement gevonden hebben , of met hem eenig geld te geven, of eenige Plaatfen aan hem at te ftaan : want indien zy ooit geloofd hadden , dat het mogelyk ofte prefumeren was 3 dat fuiken groten lichaam , als dat van het Duytfe Keyferryk, volko- men met malkander kon vereenigd worden, zy en zouden zig het zelve nooit op den hals hebben gehaald; maar wetende dat deze vereeniginge onmogelyk was, zoohehbenfefig al- tyd hard gehouden , ftaat makende op duyfend gunftige gelegenthe- den j die zy by tyd en wylenuyt de- zen hoofde hadden te verwagten ; En inderdaad wanneer men fietj dat in eenige gemeenfehap _, dat gene het welke tot de Gemeene zaak behoord., altyd word verwaarlooft , zoo en moet men fig niet verwonderen} dat fret zelve van gel yken gebeurd in een Y 3 |
||||
336 Tortralt van cDuytJland,
groten Staat, die uyt zoo veel ver- fchillende delen is tezamen gefteld. Wat meer is , de Ryksfteden weten feerwel, dat deconqueften die men in Italien of elders zou mogen ma- ken , niet t'haren voordeele fouden zyn, maar alleen voor zoodanigen Vorft, diefigin eygen perfoon der- waarts zou konnen tranfporteren j het welke immers geen Republique gebeuren mag : En zoo wanneer de beloniiige maar voor eenige weyni- ge in 't byfonderis 3 zoo en zal een ieder geen vermaak fcheppen , om zig met de zelve laft te beladen s of met de onkoften die noodzake- lykaangewend moeten worden, om diergelyken voordeel te behalen. Wy befluyten dan , dat de magt van het Duytfe Ryk wel groot is_,maar datfe egter weynig te vrefen is ; en zoo wanneer die gene j die daar voor fouden mogen vrezen.,behoorlyke re- flexie maakten, op de redenen die wy nog zoo even geallegeett hebben 3 en
|
||||
door N. MACHIAVEL 337
en op de weynig zaken die het felve zedert eenige jaren heeft uytgeregt, zy zouden wel haaft bemerken , dat- 'er geen groten ftaat op dit grote lichaam te maken was. De Infanterie van Duytiland is
zeer goed, en uytfchone grote man- nen gecompofeert $ daar in veel ver- fchillende van die van de Switfers , die kleyn van perfoon., flordig en leelyk zyn. Maar het grootfte ge- deelte van de Duytfe Voetknegten , heeft gemeenlyk niet anders als een piek en een degen voor al zyn wa- penen j om zoo veel te lugtiger en te vaardiger te zyn 5 voorreden ge- vende y 'dat zy geen ander Vyand als het Canon erkennen 3 voor het welke haar geen harnas , of wapen bevryden kan. Voor de ove- rige wapenen hebbenfe geen vrefe , feggende , datfe zoo goeden ordre^ en zig zoo wel gelloten houden , dat het ommogelyk is die te verbre- ken, offelfs daaromtrent te komen j Y 4 rui- |
||||
338 Tortrait van 'DuytJIand,
nader als zy met haar piek bereyken konnen. Dit zyn zeer goede Trour pen in }t Veld, en voor een batail- lc ■, maar wanneer'er een Plaats is aan te taften 3 zoo fult gy een tegen-? fin by de zelve vinden , en zeer weynig genegendheyd omfe te be^ fchermen. En om in Jt algemeen daar van te fpreken , het zyn feer flegte Troupen, in alle zoodanige occa- fien j daar zy niet konnen vegten, in zoodanigenordre, als zy gewend zyn te onderhouden. Dit is een zake die klaar genoeg in Italien gebleken is j boven al wanneer zy eenige plaat- fen hebben aangetaft , als in de be- legeringe van Padua, en andere plaat- fen, waar in zy niets en deden dat deugde : Maar in tegendeel hebben zy in het open Veld zeer wel gedaan : Invoegen dat by aldien inde batal- Jie van Ravenne , de Franfen geen Duy tfe Soldaten in haar Leger gehad hadden , zy fekerlyk de nederlage zouden gehad hebben : om dat ter- wyl
|
||||
doo* N. MACHIAVEL 339
wyl de Ruyterye aan alle kanten be-
flg was , de Spanjaarden het Franfe en Gafconfe Voetvolk al hadden af- gefneden, die zy alle fouden ver- flagen en gevangen genomen hebben, indien het Duy tfeVoetvolk met haar vierkante Bataillons 3 het welke haar gemeene maniere van doen in het Veld is 3 dezelve niet onderfchraagd hadden. Eyndelyk wanneer den Kor ning van Spanjen in Guienne trok , om Vrankryk den Oorlog aan te doen., zoo remarqueerde men3 dat de Spanjaarden meer vrefe voor een hoop van tien duyfend Duytfe Sol- daten hadden j dié in het Leger van den Koning waren , als voor al de- reft der Infanterie, en dat zy zoo veel alsmogelykwasvermyden, om daarmee hand gemeen te worden. |
|||||
Seer
|
|||||
34° Vermakelijk Verhaal;
Seer Vermakelijk VERHAAL,
VAN
NICOLAAS MACHIAVEL,
7)en aarts-Duyvel'Belfagor y Inert Van
tfrluto in deze wereld gezonden > met verplïgtïngevan een Vrouw te trouwen: Hy komt dan en trout 'er een } dog haar hovaardy niet kun- nende verdragen, wilde liever we- der naar de hel keeren } dan z,ig met de zelve weder vereenigen. MEn leeft in de oude Memorien
van de Florentynfe zaaken, zo als men verftaat, uy t het ver- haal van een zeker heylig Man., wiens leven in die tijd by ieder een beroemt was ; dat hy in zyne Gebe- den geheel opgetogen zynde 3 ge- fien heeft 3 dat ontelbaare zielen a van
|
||||
door N. MACHIAVEL. 341
vanaldieelendigemenfchen., welke
in de ongenade Godts geftorven waren, naar de hel varende , zigh alle., of het groot fte gedeelte daarvan beklaagde, door geen andere oorzaak tot zul ken ongelukzaligheit gebragt te zyn , dan dat zy een Vrouw geno- men hadden. Waar over Minos en Rhadamant, benevens de andere hel- fche Rechters zig ten hoogften ver- wonderde, en niet konnende gelo- ven j dat zodanige befchulding tegen de Vrouwen waar konde zijn y en diergelyke klagten dagelyks toene- mende j en van alles aen 'P/uto be- hoorlyk kennifle gegeven hebben- de , wierd van alle de helfche Vor- ften beflooten, naukeurig onderfoek over dit geval te doeiij en dat men het gene verkiefen zoude, 't geen het beft geoordeelt zoude werden j om dit bedrog te ontdecken , en de waarheyd in alles gewaar te werden. Den Raad vergadert zynde, fprack 'Pluto defelve in de volgende woor- den |
||||
Vermakelijk Verhaal
den aan. Al hoewel ik, tnyne zeer geb-
liefde , door de hemelfche fchicking, en door een ongelukkig en onwederroe- pelyk lot j dit Ryck bezitte , en daar door geen ander oordeel, nog Hemels , nog aards, onderworpen kan zyn 5 en niet te min naardien het een groot e voor- zigtigheydis j van zoodanige 3 die zig meer de wetten konnen onderwerpen j en een anders oordeel hooren _, zoo heb rek bejloten 3 van u Liedent geraden te worden y in een gevalt daar uyt voor ons Ryk eenige fchande zoude konnen ont- fiaan 3 hoe ik my hier in te gedragen heb, naar dien alle de zielen der menfehen die in ons Rijk komen s voorgeven door de Vrouwen daar toegebragt te zijn 3 en dit ons als onmogelijk voorkomende y twijfelen wy 3 wat voor oordeel wy op zoodanigh verhaalgeven zullen ,j op dat wy met befchuldigt konnen werden als al te ligtgelovige} nog al te zagte enjiegte beminnaars van dfi geregtigheydt'e zijn. En naar dien het eene} een teken is van een los menfeh, en het andere van een on-
|
||||
door N. MACHIAVEL. 34;
onregtvaardige , en willende ontgaan de
befchuldingejdie van 't een en }t andere zoude konnen volgen, en niet wetende op ivat wyfe -y hebben wy 1) Lieden beroe- pen j op dat gy met uwe raad ons zoude byjiaan> en oorzaak zijn dat dit Rijk, zoo als in 't voorgaande , zonder fchandvlek befiaan heeft, alzoo ook in 't toekomende blyven mag. Dit geval quam aan alle de Vorften zeer ge- wigtig en van groot belang voor , en alle befluytende., dat het noodig wasjde waarheyd daar van te ontdeo ken, z o warenze egter verfchillende, op wat wyze dit gefchieden zoude., dewyl eenige meenden^dat men enen zoude in de wereld fenden, andere egter,dat men'er meer zoude ftuuren, dewelke onder de gedaante van een Jnenfch j daar van de waarheyt per- fonelijk onderzoeken zouden} vele anderen oordeelden weder, dat men de waarheyt konde ontdecken, zon- der zoo veel moeyte., door hetpyni- gen van verfcheyde zielen, op aller- hande |
||||
344 Vermakelyk Verhaal
hande wyzen. Nogtans het grootfte gedeelte radende, dat men iemand ftuuren zoude , zo begaven zy zig tot defe meeninge> en zig niemand vindende ,. die deze onderneminge gaarn uytvoeren wilde y zoo over- leydenzy, dat men het lot daar over werpen zoude , het welk dan viel op den aarts-Duy vel t (voor den val egter aarts - Engel.) Belfagor > den welke, al hoewel hy ongaarne dit bevel op zigh nam 3 niet te min , verbonden zynde aan de be- velen van Tinto 3 bereyde zig om te volvoeren het geen in den Raad beiloten was, en beloofde te zullen volgen; het vergelyk 't welk pleg- telyk onder hen befloten was, beftond hierin^dat zoo aanftonds aan de geene dieper gefonden zouden werden 3 met dit bevel , met een getelt zouden werden, hondert duyfend dukaten , met dewelke hy in de wereld komen zoude, en onder de gedaante van een Menfch, mer een a Vrouw trouwen , en
|
||||
door N. MACHIAVEL. 345-
en met de zelve tien jaren kng leven, en naderhand , zig veynfende te fterven , wederom keren ■, om door ervarenheyd te beveiligen aan zyne Opperften , de ongemakken j en ge- makken van den Huwelyken Staat : N og daar en boven wierd verklaart j dat hy gedurende de boven gemel- de tyd j onderworpen zoude zyn $ alle ongemakken, en al het quaad , 't geen de Mannen onderworpen zyn j en wat het ook zoude mogen zyn, te weten, armoede, gevancke- niffe , fiekte , en alle andere onge- lucken die de menfchen overkomenj uytgenomen wanneer hy zig door bedrigery of liftigheyd , daar van konde bevryden. Belfagor nam defe voorwaarden als ook de penningen aan, komt daar mede in de Wereld j en zyn Volk, paarden en bedienden'., geordonneert hebbende, komt feer pragtiglykin Florencen; welke Stad hy voor alle andere tot zyn woon- plaats verkoor., als de geene, die hem het
|
||||
Vermakelijk Verhaal
het beqwaamfte fcheen , om met
woeker zyne penningen aan te leg- gen, en latende zig noemen Roderi- go van Ca/tiHenjhuurde een huys in de Voorftad der Heylige, en niet kon- nende noemen zyne af kom ft, zeyde hy, in zynjeugt heel kleynuyt Span- jen vertrokkenj en in Sirien gegaen te zyn, en alle zyn goed té Aleppo gewonnen te hebben j van waar hy daar na vertrocken was, om in Ita- lien te komen , om een Vrouw te trouwen , in een plaats daar men onder de menfehen meerder beleeft- heyd vond., en 3z geen beter met zyn manieren over een quam. Roderigo was een zeer fchoon menfch, en ver- toonde zig omtrent 30 jaar oud, en hebbende in weynig dagen de grote rykdommen die hy by zig had., be- kent gemaakt, en gevende tekens van zyne beleeftheyd., en mildheyd , waar over vele der voornaemfte Bur- gers die veel dogters, maar weynig geld hadden , methemvriendfchap |
|||||
dóór N. MACHIAVEL. 347
zogten te makenj.uyt welke alle Roderigo een zeer fchoone Dogter koos , genaamt Honefta , Dogter Van Jmingo T)onati, dewelcke drie Dogters benevens drie Zonen hadde, alle Mannen} en de Dogters in ftaat van te trouwen , hoewel zy waren van een zeer goede familie en een goede naam in Florencen hadden _, niettemin ten opzigte haar groote vriendfchap met de dogters zoo was zy zeer arm _, Roderigo maakte een voortreffelyke en zeer aanfienelyke Ikuyloft, niets vergetende , van al het gene dat op diergelyke feeften vereyft wierd , zynde onderwor- pen ( door het beding 't geen hem op gelegt is by 't uytgaan der helle ) aen alle de menfchelyke driften. Hy begon aanftorits vermaak te fcheppen, in de wereldlyke pragt, én eer, én verheugde zig als hy on- der de menfchen geprefen wierd , het welk geen kleyne onkoften maak- te , buyten dat zoo woonde hy niet Z lang |
||||
348 Tortrait van cDuytJland *
lang by zyn Vrouw Honefta} of hy verliefde zig boven maten, en konde niet leven ., zoo dickmaals als hy zag , dat dezelve bedroeft was, of eenig mifgenoegen toon- de. Defe Vrouw Honefla hadde in 't
huys van RoderigO) met haar adeldom en fchoonheyd zoo veel hovaardy gebragt, dat Lucifer nooyt dierge- lyke gehad heeft. En Roderigo, die 't eene en het andere geproeft had- de j oordeelde , dat de hoovaardy van de Vrouwen die van Lucifer overtrefte, maar fy door delankheyt van tydj gewaar geworden zynde de groote liefde, die hy tot haar had, en haar verbeeldende } dat zy over hem in alle dingen konde gebieden, zoo heerfte zy over hem fondereeni- ge medelyden of agting, zy ontzag zig niet, hem met quaade, en fcheld- woorden te bejegenen , zoo dick- maals als hy aan haar maar het ge- ringfte weygerde, het welke Roderï^o een
|
||||
door N. MACHIAVEL. 349
een ongelooflyk verdriet veroor- zaakte j dog niet te min, de Schoon- vader, de Broeders en Vrienden _, en de egte pligt des huwelyks, en bo- ven al de groote liefde die hy voor haar hadde , deden hem gedult heb- ben , ik laat ftaan de groote onkoften de welke hy dede _, in haar te kleeden haarde nieuwe manier 3 om haar te bevredigen j dewelke in onze Stad, door een aangebooren aard gedurig- lyk veranderdej dathy genootzaakt waSj indien hy in ruft met haar wil- de leven , te helpen zyn Schoon- Vader de andere Dogters uytte hu- welyken , waar mede hy zeer veel geld verfpildeidaarnajOmmethaar wel te leven, zoo ftond hy toe., deii eenen Broeder met Lakens naar het Ooiten j en den anderen, naar het Weften te ft uuren, en den derden een Goudflagers winkel in Florencen op te rechten, in welke zaken hy het grootfte gedeelte van zynerykdom- men befteede ■, boven dat het een Z 2 oude |
||||
3 5 o Vermakelijk Verhaal,
oude gewoonte zynde} in de gant-
fche Stadt^Gaftmalenaan te rechten, op Vaftenavonds, en St. Jans dag, en de voornaamfte en rykfte Burgers, fig beroemt makende door treffe- lyke onthalen 3 zoo begeerde Honejta om niet minder dan andere te zyn, dat Roderigo met diergelyke Gaft- malen alle andere overtreffen zoude : Alle welke dingen hy gaarne om de voorgemelte reden zoude verdragen hebben, ten zy het voor hem niet geweeft was heel fwaarlyk te doen _, indien hy daar door maar ruft in zyn huys verworven had, en maar vreed- faam den tyd zynes ondergangshad mogen afwachten; maar daar kwam iets anders tuffen, naar dien de on- verdraagelyke verkwiftingen , en haar trotfen aard, ontelbaare onge- makken by bragten ., en waaren Meyd nog Knecht in huys 3 die haat maar voor weynige dagen konden verdragen > waar door Roderigo feer fwaare ongemakken overkwamen , dac
|
||||
door N. MACHIAVEL
dat hy geen Knecht houden konde, die zyne zaken waarnam > ja zelfs met de Duyvels 3 dewelke hy als fyne Dienftboden medegebragt had, die liever naar het helfche vuur wilden te rug keeren, dan op de wereld on- der haar gebied te leven. Roderigo dan aldus ongeruft levende, en heb- bende door de onordentelyke ver- kwiftingen , alle zyne tilbaare Goe- deren j die hy nog weynig had, ver- teert , begon op hoop te leven, van de voordeden, die hy uyt Ooft en Weft verwagtende was 3 en hebben- de nog goed credit 3 en om zyn ftaat niet te verminderen, zoo bezorgde hy zig geld door Wiflels, maar als veel quade gerugten achter hem be- gonden teloopen > wierd hy haaft be- kent, onder de gene de welke indier- gelyke zaaken handelden , enzynde zyn zaaken alreets op het uytterfte gekomen , kwamen zeer onverwaght tydingen uyt het Ooften en Weilen^ als dat een van de Vrouws Broeders Z 3 al |
||||
35 2- Vermakelyk Verhaal
al het goed van Roderigo verfpeelt hadde, en de andere wederkerende, met een Schip beladen van fijne Koopm anfchappen j zonder zig ver- zekert te hebben _, te gelijck met de geheele Lading vergaan was. Deze tyding wierd zoo haaft niet rugtbaar, of de fchuldeyfchers van Rodrigo fpanden te famen , en oordeelende dat het liegt met hem gefchapen wasjen zig niet dervende ontdekken., om dat de vervaldag nog niet geko- men was j beflootcn dat het noodig was j naukeurig op hem te letten, op dat hy , by deze flegte toeftand hen niet mogteontfnappen : Roderigo aan de andere kant} geen herftellen voor zijn zaak ziende _, en wei we- tende ,, ^t geen hem van de helfche Magten was opgelegt, bedagt mid- delen, om op de befte wyze weg te raaken, en op een morgen te paard gezeten zynde, reed de poort Alpa- ratouyt, naaft de welke hy woondej zijn vertrek wierd zoo haaft niet rugt-
|
||||
door N. MACHIAVEL. 33
rugtbaar , of zyne fchuldeyfchers kwamen zulks te hooren ; dewelke dan tot de Magiftraat liepen 3 en lie- ten hem niet alleen door Gerechts- Boden, maar mede door veel ander volk vervolgen, Roderigo nog geen myl van de Stad zynde, hoorde een groot gedruys agter hem ; zoo dat ziende dat hy niet te rechter tijd vertrokken was > befloot om het beft te ontkomen, van zig van de rechte wegh af te begeven , en zyn geluk dwars over de Velden te zoeken $ maar door de menigte van gragten, die in dit Veld waren ., zulcks niet te paard konnende doen, zoo begaf hyzigte voet, en gelaten hebbende zyn paard op de wegh, liep van het eene veld tot het andere , die be- deckt waren met wijngaarden en riet, 't geen in dat land zeer over- vloedig is -, kwam over Teretola aan het huys van Johannes Mattheus'Del Brica, een Wijntuynier, van Johan Bene, en vond by geval Johan Z 4 Mat- |
|||||
354 Vermakelijk Verhaal
Mattheus , die de beeften bezorgde, ende zig hem aanbevelende } met belofte j dat als hy hem uyt de han- den des Vyands konde redden, die hem zogten in de gevankeniffe te werpen , dat hy hem wilde ryk maa- ken , en dat hy hem eer dathy ver- trock j daar van geloofwaardige blyken zoude geven _, en als hydat niet voldeed , dat het hem als dan vryftont hem in de handen zyner vyanden over te leveren. Johan Mattheus, al hoewel een Boer , was een.ftout man, en oordelende, dat hy hier by geen fchaade konde ly- den , ftonthem zulks toe, en bren- gende hem op een mefthoop _, de- welke hy voor zyn huys had , be- deckte hy hem met riet, en andere vuyligheyd , die hy te famen had gebragt , om te verbranden : Rode~ rigo was nauwelyks verborgen , of zyne vervolgers kwamen daar aan a en waar over Johan CMattheus heel pnftelt wordende altyd deoogea pp hem
|
||||
door N. MACHIAVEL. ^
hem had. De' Vyanden voor by zynde 3 die hem vergeefs den eenen dag naar den ander gefogt hadden j keerden heel afgemat weeder naar Florencen. Johan CHattheus 3 nu van vreefe ontllagen zynde, en hem uyt de mifthoop uyt getrocken heb- bende verlangde van hem -'t geen hy belooft had , waar op Roder'igp antwoorde , myn waarde vriend, ick ben u zeer hoog verpligt , en zal u in alles genoegen geven > en dewyl gy gelooft, dat ick het doen kan, zoo zal ick uw zeggen 3 wie ick ben 3 en verhaalde hem zyn heele gelegendheyd, ende laft , die zy hem inde hel opgelegt hadden , en wat hy van de Vrouw geleden had , en boven dat zoo zeyde hy hem 3 op wat manier hy hem wil- de ryck maakjen, gelykdanopdeze wyze gefchie'^en zoude ; dat wan- neer hy zoude koomea hooren dat een zekere Vrouw van de duy velen befeten was , hy dan geloöven zou Zf dé |
||||
356 Vermakelijk Verhaal
dè dat hy die geene was die de Vrouw befat j en dat hy de Vrouw niet zon- der hem verlaaten zoude, waar door hy gelegendheyd zoude hebben 5 om geld van haare vrienden te win- nen waar over eens geworden zynde wierd hy onfigtbaar. Het duurde weynig dagen , of het wierd rugt- baar in Florencen , dat een Dogter van Meefter Ambrofius Amadu de- welke getrout was 5 aan Bonajuto de Tabalduci met de duyvel befeten was. De vrienden , deden alles wat men in diergelyke gelegentheyd doen kan j om haar daar van te be- vryden 3 leggende haar op het hooft van den Heyligen Zanobius en de mantel van den heyligen Joan- nes Gualbertus v dewelke dingen van Roderigo befpot wierden. En om ieder een te kennen te geven , dat de ziekte van defe Dogters geene in- beelding maar geeften waren, fprack hy door haar latyn _, en redeneerde over Phitofophiche zaaken., en ont- deckte,
|
||||
door N. MACHIAVEL.
deckte de zonden van veelen , onder andere mede van een Mun- nick > dewelke een Vrouws perfoon in Munnicks-klederen gekleet, meer dan vier jaarenin zyne celle gehou- den had, als een medebroeder , over welke zaaken zig ieder ten hoogften verwonderde. Gndertuflen leefde de tJMeefler t^/Imhrofius zeer kwalyk vergenoegt, en hebbende al de mid- delen te vergeefs gebruykt, hadde alle hoop , van haar te geneefen verloren , als Johan CMattheus hem kwam befoeken , en hem beloofde zyne Dogter te zullen herftellen , mits hem gevende vyf hondert gul- dens om een zeeker poeder in Te~ retola te koopen. Meefter t^Ambro- fias nam defe voorwaarde aan, waar- op Johan Mattheus zekere mifle heb- bende laten lefen , en zyne ceremo- niën gedaan hebbende _, om de zaak te verbloemen , fprack hy de dog- ter in de ooren : zeggende Roderigo ick ben gekomen > om uw aan te feggen dat
|
||||
Vermakelyk Verhaal 3
dat gy uw beloften zult hebben naar te
komen, waar op /fo^rcgö-antwoorde, enzeyde., ick ben te vreeden ,maar dit is niet genoeg om uw ryk te maa-! ken , en daarom zoo haalt ick van hier zal vertrocken zyn , zoo zal ick gaan, in de Dogter van den Koning Carel van Napels , en zal fonder U E; uyt de zelve niet ver- huyfen -, en fal maaken 3 dat gy een goede fomme gelds in de hand zult krygen, maar met beding , dat gy my in't toekomende zult ongemoeit laten. Dit gezegt zynde, vertrok hy aanftonts totverwonderingh, en vreugde van alle die in Florcncea waren : Kort daar aan gingh door gantfch ïtalïen een geroep 3 van een gewelt \ geen gebeurt was aan de Dogter van Koning Carel, en geen hulp van de wettige Munnicken konnende krygen , wierde den Ko- ning voorgedragen \znJohannesMat- theus, de welke hem van Florenceu liet ontbieden, die gekomen zynde tot
|
|||
door N, MACHIAVEL. ^
tot Napels 3 naar de gewoonelyke
Ceremoniën haar bevryde j dog Ro- derigo 3 eer hy verhuyfde , zeyde, ziet Johannes Mattheus, ick hebbe myne beloften naargekomen, om uw rijck te maken , en derhalven ben ik niet gehouden yets meerders voor uw te doen, waar mede gy dan te vreden moet zyn > want daar ick uw nu veel goets hebbe gedaan, zoude ick uw in 't toekomende konnen kwaad doen j Johannes Mattheus dan weder naar Florencen gekeert zynde * die van Jen Kouingh zoo veel als vijftig duyfent dukaten ontfan- gen had, dagt met zodanigen ryk- dom geruftely k te leven 3 niet denc- kende dat Roderigo 'm de zin had hem eenig kwaat te doen; maarhy wiert in zyn gedagten fchielijk verftoort j door een tydingh 3 die mede bragt dat de Dogter van Lodewjjk de VII, Koninghvan Frankrijk metdenDuy- vel bezeten was , welke tydinge Johannes Mattheus tenhoogftenont- flelde,
|
||||
0 Vermakelijk Verhaal,
ftel.de _, overdenkende het gezag van die Koning, en de laatfte woorden van Roderigo. De Koning dan vin- dende geen raad voor zyn Dogter en gehoort hebbende j van de wee- tenfchap van Johan Mattheus liet hem eerftelyk door een Coürier ont- bieden, maar hy zig ontfchuldigen- de j wegens een zekere (lekte, wierd de Koning genootzaakt hem door de bevelen des Hertogs te laten dwin- gen _, om te koomen , dewelke dan Johan Mattheus, dede gehoorfamen, waar op hy heel bedroeft naar cParys vertrocken zynde , vertoonde eer- itelyk aan den Koning dat het waar was , dat hy eertyds eenige bezete- nen genefen haddewyl, eenige gee- ften , zoo hertneckig waarert 3 de- welke nog dreigingen nog befwee- ringen , nog eenige Gods dienften vreefden , dog boven dat zoo wilde hy gaarn zyn pligt voldoen 3 en zoo het niet mogte gelucken ., dat hy dan om vergiffenis bad , waar CP
|
|||||
_.....
|
|||||
door N. MACHIAVEL. 361
op de Koning geheel verftoort ant- woorde , dat by aldien hy defelvc niet genas 3 men hem zulks wel zoude leeren, waar over Joban Mat- theus zeer bedroeft wierd _, edog moed vattende , liet hy de befete- ne voorkomen ; en zig zeer de- moediglyk tothaare ooren genadert hebbende., beval hy zig aan Roderïgo, hem indagtigh makende , het goed dat hy hem eertyds bewezen had , en wat ontdankbaarheyd het zoude zyn , indien hy hem in dezeuyter- fte nood verliet. Waar op Roderïgo antwoorde jou boofwigt, derft gy nog zoo ftout by my komen , ge- looft gy j dat gy uw nog wel be- roemen meugt j op de rykdom , die gy door my bekomen hebt, ick wil uw en ieder een vertoonen „ dat ick geven en nemen kan naar myn welgevallen ., en derhalven maakt u van hier ■, of ick zal uaan de galg helpen, waarop Joban Mat- tbeus geen ander raad vindende be- dagt i
|
||||
$6z Vermakeïyk Verhaal j
dagt, het door een andere liftig-
heyd te onderneemen, en hebbende de be bezetene te rug geftuurt 3 zeyde hy tot den Koning. Sire zoo als ick gezegt heb > daar zyn veelgee- fien die zoo kwaadaardig zyn s dat men met dezelve niets kan uytregten > en deze is een van de zoodanige 3 daar- om zoo wil ick het uyterfte doen , het inelke helpen kan 3 en indien dit niet en geluckt j zoo hoop ick dat uwe Ma/e- fieyt medelyden met myne onfchuldigheyd zal hebben } daarofn zoo wil lek op de plaats van onze Lieve-vrouw een groot Jiellagie opngten laaten } daar op het geheele Adeldom , en de Geeftelykheyd van deze Stad j kan opkoomen , deze jiellagie zal ick laten bekleeden , met zyde j en goud laken 3 op het midden zal ick een Autaar laten zetten , en begeer dat op aanllaande Sondag uw Majefteyt met al de Vorften , Adel en Geeftelykheyd} met de Koninklyk pragt en Koftelyke , en ryke Kleedingen daar op verfihynen zullen > alwaar naar dat eer-
|
||||
üoo'r N. MACHIAVEL
eerjïélykenfeeftelyke mis gelefen zynde,
de Befetene te voorfchyn komen zoude, ver ders zoo begeer ick, dat op een hoek van deplaats, tenmïnjlentwintighper- Joonen, met trompetten, horens j trom- mels , zakpypen, fchalmeyen en aller- hande zoodanig gedruys makende inftru- menten verfchynen, de welke als ick hen •een teken met myn hced zal geven, alle gelyk Jpelende , deze plaats naderen zullen j dewelke zaaken met andere middelen} ( zoo ick geloove ) den T>uy~ vel zullen doen verhuyfen. Dit wierd alles fchierlyk door den Koning be- ibrgt _, en de morgen van deSondag aangekomen zynde , en het volk op de plaats verzamelt, endeperfonen op 't ftellagie vergadert, en de mille gelefen zynde, komt de Bezetene door twee Bi0choppen,en Vele voor- name Heeren geleytj te voorfchyn. Als nu Roderigozo veel volk by een, en zo groote toerufting zag, wiert hy gants ontftelt, en zeyde by hem felfs, wat mag dien boofwigt willen doen , meent hy my met deze pragt te ver- A a fchric- |
||||
364 Vermakelijk Verhaal
fchricken , weet hy niet dat ick ge- woon ben j de pragt des hemels., en de rafernye der helle te zien? ik zal hem op allerhande wyfen plagen ; en^- Mattheus zigtot hem genadert heb- bende j en hem verzoekende, dat hy wilde vertreckenj zo zeyde hy ywelke fchoone dingen hebtgyuytgevonden', wat meent gy met alle deze toebereydzelen te doen ? gelooft gy ? dat gy daar door myne mavt , en de vramfchap desKo- nmgs ontgaan zult , jou botten booj' wigtj ick zal uw doen ophangen 9 en den eenen nogmaals biddende 5 te ver- trecken 3 en den anderen wederom met feheldwoorden antwoordende , dagte Johan ^Mattheus dat hy geen tyd meer had te verlieten ., en het teeken met zyn hoed gegeven heb- bende , aan de geene , die geftelt waaren om een groot geraas met haar fpeeltuyg te maaken , zoo begon- den zy met een fchrickelyk gedruys de ftellagie te naderen,, waar op Rode- rigo de ooren opftekende _, en niet wetende wat dit zoude beduyden , en
|
||||
door N. MACHIAVEL. 365-
en daar over ten hoogften verwon-
dert zynde _, vraagde gants ont- ftelt aan Johan CMattheus, wat hier van zoude werden, waar op Johan Mattheus gants verftoort _, antwoor- dende., O myn ! lieve Roderigo} daar is uw Vrouw , die komt uw zoe- ken j het was te verwonderen met welke onfteltenifie Roderigo de naam van zyne Vrouw hoorde, dewelke zoo groot was 3 dat hy niet beden- kende , of het waar fchynelykwas, zonder eens te antwoorden , gants verfchrickt weg liep , latende die Dogter bevryd _, en wilde liever naar de helle keeren, om aldaar een ver- haal van zynen handel te doen,, als op 't nieuw met zoveel verdriet „fanaat en gevaar, zig de huwelyks laft te onderwerpen. En dus keerde Belfa- gor weder in de hel _, en beveiligde al 't kwaad dat door een Vrouw in een huyshouden komt, waar naar J.Maf- theus den Dwy vel niet meer vermer- kende j heel verheugt weder na huys keerde. Aa 2 RE- |
||||
REGISTER
|
||||||||||
DER
|
||||||||||
Aanmerkelykfte zaaken
In dit Werk begrepen.
|
||||||||||
A.
ALexander , eèn
Rooms Keyfer , een voorbeeld van otigemeene goed nardigheyd, 1S2 waar door by evenwel in ver- *gtinge , en in baat vervalt. l8a 183 An- dere , die het tegen- deelprafiifeerden, wor- den evenwel omhak ge - tragt. ibid. Alexander de VI. ver-
meerderd den Kerkely- ken Staat. 97. Waar in zyn nazaat, Julius de 11. hem evenwel iioorby fireeft 97. 98. Deede nooit anders als bedriegen. ICO. Agatocles r een Zoon van
ee» Pottebakker, rvord Koning van Siracu/è. Ü9. Syn gedrag en im- borfi. 69. 70. 71. |
||||||||||
BArons van Vrankryk,
en derfelve» vermo- gen. i99' Begeerte van overwinnen
én heerfchen zeer na- tuur ly ken gemten. 16. 27. maar ydel zonder kragten. 27. Bemind , of gevreefi te
worden , welk bejt zy ? 149. 150.
Bentivoglio , Prins van
Bologne , vermoord, en flraf over de daders. 173- 174.
Burgerlyke heerfchappye,
hoe dezelve verkregen word., 78. 79. J'eqq. wanneer gevaar lopen. %6. 87. c
CAracaUaas deugd en
ondeugd. 187'. voord door een Hoofdman , in |
||||||||||
REGISTER
|
|||||||||
in *t midden van zyn
Leger gedood, ibid.
Oor/aak van dit lant-
fie. 188.
Carel de V, een groot
liefhebber , en navol- ger van Machiavel. 161. Cafar Borgia verkrygt
door bet geluk van zyn. Vader een anjieii'yken Staat. 53. Kan Jig in dezelve niet maintiue- ren , wat devoiren by daar toe anwend. ibid. Dede alles , wat men ' in zoodanigen gelegen- heid vau een vcorjtg- tig Prins verwagtcn kan. 54. ïï.feqq. De dood van Paus Akx- ander , m zyn eigen ziekte ; als mede bet verheffen van 'Julitts de II. oorpiak van zyn ondergang. 65. 66. & |
agtig. 189- zyn andere
ondeugd.11. ibid. waar door by eindelyk zyn leven verliejf. ibid. D.
T\Uitpnd, tndefulfs
■*■-' vermogen. 320. 321. & feqq. Grote eenvou- digheid van defen Land aard. 322. 323. ja- loufie tujlen dejfelfs Vorjlen en R\kffteden. 224. 22f. & feqq- Als mede tuffen den Keyzer , de Vorjlen en degezeide Steden. 22/. 228. & feqq. F
"CAélien en verdeeldhe-
-^- den, waarom injiim-
viige Staten onderhou- den wierden. 198. 199. Schad lykheid van de- Jelve. 199. Hoe Vrank- ryk zig daar omtrent gedratgd. 10 o. Fano > f« dejfelfs gelegen-
heid 167, Terdinand , Koning va»
Aragonien en Cajtilien,
een zeer ontrouw en
meencdig Vorfl, 16%.
Aa 3 Word
|
||||||||
Colonien te fligten , hoe
tjood/akelyk tot bet be- vefiigen vaneen Staat ? 15. 16. Waarom bo- ven de Krygsmngtente prefereren? 17. 18. Cotnmodus wreed eu beeji-
|
|||||||||
Der aanmcrkelykfte zakeni
Word van een kleyne /laan kunnen.
Koning de magtigfte van Geburcn , en der/elven oa- betChri/lenryk.ZoB- Op derfcheid , van hoe gro- watwyjeby tot dte groot- ten aangelegenheid. $7. beid gekomen is ? 20S. 3^- 209. Bediend zig van Geeftelykjieid van Vrank- het voorwend] el van god- ryk , en grote inkom 'len |
|||||||||||||||||||||||||||||
van defelve. 2S4.
Haar grote gezag in Staats zaken. 2S5. zS<S. Pragmatatica , een no-
|
|||||||||||||||||||||||||||||
vriigtighiid. zog.Vangt
onder dit pretext al- tyd nieuwe ondernemin- gen aan. ibid- |
|||||||||||||||||||||||||||||
Fitopamen , een Prins van
Achayen , waar door |
tabel voorregt van de
zelve. 2S<J. 287. |
||||||||||||||||||||||||||||
voornaamelyck geprejen GeheimJ'chryvers , 'en der
wierd ? 130. zelven hcdieninge. 218 Fortreflen , en derzehen • 219. & feqq.
dienft en ondienfl. 19$. Geval , en dejj'elfs vermo-
e feqq. Waartoe gen omtrent wereldlyke |
|||||||||||||||||||||||||||||
zaken. 233. & feqq.
Goddelyke voorzienigheid en voorjigtigheid der menfehen , wat plaats omtrent het zelve heb- ben? 234. &feqq. Hoe verre meefter van onze daden is , en boe verre |
|||||||||||||||||||||||||||||
in den beginne gebovwd
wierden ? 204. Moeten fomtyds om goede redenen ge/legt worden. 204. 205. Syn dien/lig, ofon- dienftig , na tyds gele- genheid. 205. Doen jom- tyds meer quaad , als |
|||||||||||||||||||||||||||||
ons het zelve laat rege-
ren ? 235. 230. Aardig by een over(Iromenderie- viere vergeleken. 2j<J. 2 S.7;
Godsdienstigheid in een
Prins , van hoe grooten
belang ? 163. IÓ4. |
|||||||||||||||||||||||||||||
goed. 205. 20(J.
Franje en SpaanJ'e Solda-
■ ten, waar in van den an- deren verfcbillen ? 2 87. zSS. |
|||||||||||||||||||||||||||||
o
|
|||||||||||||||||||||||||||||
die met een
|
|||||||||||||||||||||||||||||
poede regering* vcelbe- Grooten noit te beleed'gen ,
|
|||||||||||||||||||||||||||||
of
|
|||||||||||||||||||||||||||||
R E G I
tf men moetfe meefler
fyn. 16, 17. Tot geen
wanhoop te brengen. 17%
Grooten Heer, waarom fyn
Soldaten foo Jeer moet
menagtren! 192
H.
TJAnnibal , en defelfs
"*• -*■ wonderbaarlyk beleid
en krygstugt. 154 Heerjbhappyen > of Regee~
ringen , en der /elven foorten. I} 2, &feqq. Hoe men, tot defelve ko- nten kan ? ibid. Hoe van Hepublyken te onderfebei- den ? ibid. Erfelyke* 3 ) 4. & feqq. Worden ligter bewaard , als nieuw verkregene, ibid. Vermengde. 7, 8, & feqq. Door magt van een ander , of door ei- gen geluk verkregen. 5 o. Die nieuw fyn, waarom finder wreedheid niet te befchermen ? 14S. 149. Moeten door defelve mid- delen bewaard worden , waar door/e verkregen fyn. 149 Halpbenden , en derfehen
dienft, en ondienft. 114. |
|||||||||||
T E R ;
. & feqq. Notabele
bld d |
|||||||||||
vo
|
|||||||||||
de. ibid.
Huurlingen mindergevaar-
lyk » als Hulpbenden. 117. Dienflen on dievft van de felve. 11S, ï 19 I.
JAgt is een verbeeldwge
van den Oorlog. 129 Italien , en dejfelfs gelegen-
heid , voorde komflvan Carel » Koning van Vrankryk , in het felve. 9Ï. 96. Wanneer , en by wat gelegenheid in verfcheiden Staten ver- deeld wierd ? 111. n 2. Shgte krygstugt in bet felve. IIJ Italien , hoe van de Barba-
ren te vevlojfen > 244. & feqq. Elendigenjlaat van het felve'. 245. 2 4 6 Italianen > goede krygsltti-
den , indien maar goe- de Hoofden hebben. 249 |
|||||||||||
5
Julius de Tweede , Paus
van die naam , en fyn bedryf. 240. & feqq. Was van een driftigen en woeften aard , het Aa 4 geen |
|||||||||||
elykfte zaken.
netianen en Florentynen,
bier tegen worden inge- • bragt > opgelofi. 107.
108. Krygstugt, , boe noodfake-
lyk ? >47- 14S L.
f Andjlreken te kennen „
*-J van boe groten aeuge-
legenheid ï 12 9. 130 Landen die naa een opftand
herwonnen wordentwaar- omfoo ligt niet weer ver- horen worden ? il. 12 Laurens de Medicis, als een
Verlojfer van Ita/ien aangemerkt. 246• 247. Die daar toe door ver- ftheide redenen word aan* gefit. 247. 248. Mid- delen daartoe voor ge (la- gen. 2^0. & feqq. Legioenen hadden voor de-
Jên bet Roomfche Ryk in handen. 191.192 Leo de X. Vind bet Paus-
febap op den hoogflen
t trap van mogendheid.
99
Leven van een ander in u
handen , indien gy voor
u eigen niet bevrecjl fyd.
J87.
|
|||||||
Der aanmerk
geen ben: egtcr wel ge-
hikte j ra waarom ? ibid. K
TT* Erkelyke Heerfchap-
-*-^- pyeu befwaarlyk te
verkrygen ■> maar ligt te behouden. 9j. 94 Kerkelyke Staat, waardoor
in het wereldlyke Joo
magtig geworden is ?
9$. 9<ï. & feqq.
Keiferen van Romen kiej'en
de partye der Soldaten , J'onder jig over het Volk veel te bekreunen , en waarom ? 179.180 Koophandel , waarom in
een Monarchale Regee- . ringe niet kan bloeyen ?
216 Krygsniagtcn van uitbecm-
fe benden, en huurlin- gen < wat voor en nadeel van de felve is te wag- tenï IOO. IOI. & feqq. Hoe weinig flaat 'er op de felve te /naken is ? IOr. IC2. & feqq. mei verjibeidene exmpelen op- gehelderd, 104,105. & , feqq. Tegenwerpingen , éie tin ofjigt van de Ve- |
|||||||
Lief-
|
|||||||
•
|
|||||||
R E G I
Liefde van het Volk , de
voornaam/te flerkte. 207 LouisdeXII. %\. Syn Con-
queflen in Italien. ibid. en tnijjlagen , in defelve te bewaren. 23 j 24. & feqq. Vyf afes mijjlagen van den J'elven , diej'eer confiderabelfyn. 27. 28. Verliefi tombardien. 29 M.
\J[dgtett der Heerfcbap-
•*-"-*• pyen, hoedanig af te
meten? SS. 89.8cfeqq.
Magtigen boe, en waarom
te vernederen ? 18. 19-
Hoe de Romeinen Jig
daar omtrent gedroegen ?
!?• 2O
Marcus, een Rooms Key-
fer , waarom foo feer
ge-eerd wierd ? l8o.
ISI
Maximinus tot Rooms Kei-
fer verheven. 190.- De geringheid van zyn ge- boorte maakt hem ver- agtelyk. ibid. Dit ge- voegd by zyne wreedhe- den t was oor/aak dat hy van de fyne vermoord wierd, I90.191 Metifchcn , hoe onjtand-
|
STER,
vaflig ? 150.15
den meer door vreji, als door weldaden in den toom gehouden , 15L If2. Zien gemecnlyk meer na den fcbyn > als na de za- ke. IÖ4. 165. Mildadigheid en fpaar- faamheit , wat voor deugden ? 138. 139. Hoe de felve geoefend moeten wordent ibid. en 143.144
Mofes , waar door geluk-
kig 3 en verwonderens waardig. 44.45 O.
f~\Liverotto da Vermo.
^"^ 71. Syn gedrag en
cfrkomft. 72. 73. Syn
Jcbandelyken ondergang»
74.7?
Onderdanen > hoe in toom
te honden ? 147. 148. Wanneer , en waarom men die moet wapenen ? 196. 197. wat het te-
gendeel van dien voor ongemak na Jig (leept ? 197. 19S. In nat gele-
genheid men de felve even cvel ving , en moet ont- wapenen ? 19 S A a 5 Oor-
|
||||
Der aanmerkelykfte zakeni
Oorlog hit voornaamfle , heven, weeten ftg heter
|
||||||||
waaraan een Prins alk
zyn zorgen aan moet wenden. 123, 114. & feqq. Notabele voor- leelde hierop (laande. \%^ I2<S. & feqq. Ouderdom maakt een Print
veragtelyk. iSl. iSa. Als blykt uit verfcheiden voorbeelden. ibid. P.
~T)Arlament van Vrank-
•■* ryk , oorfaak van def-
Jelfs welgejleldheid. 17 f
176
Pertinax en Alexander ,
waarom vermoord wier- den ? 1S0. 181.1S2 Philippus van Macedouien,
en dejfelfs kloekmoedig- heid. 231.232 Princen door verdietijle te
worden, of door geluk. 52. Twee merkwaardige voorbeelden diesaangaan- de. 52. 55. & feqq. Doorjche/mftukken , <ƒ door gunft , geworden. 6S. Voorbeelden van het eerfte öp. 70. & feqq. Door gunft van hetVolk tot die veaardigbeit ver- |
als andere te handha-
ven , en waarom ? 80. Si. & feqq. Moeten het Volk altijd te vriend hon- den. 84. 8?. Voorbeeld daarvan in Nabis, Prins van Sparte. Se?. Door rvat middelen Jig moeten ftaande houden. S9. 90. Moeten haar voornaam- Jle werk van den oorlog maken. 123. 124. & feqq. 'Tweik op tweeder- bande maniere verftaan moet worden. 127.128. & feqq. Moetenfeg aan de jagt gewennen , en waarom ? I2S. 129. Moeten de gefchiede- nijfen en hiftorien van groote luiden , en navol- gen, 131. 132. Waar- door voornameutlyk vcr- agt } of geprefen wor- de»* 132.133. & feqq. Mseten niet al te goed zyn , en waarom. 134. 135. Hebben alle een loflyken > of lafterlykcit toenaam , en waar het felve van daan komt. I3f. 136. Wankelbare ftaat van diegeene, die nicu • |
|||||||
TER,
zyn. 161.16%. &feqq.
Merkwaardig voorbeeld
hier van in Carel de V. Worden dikwils genoot- zaakt haar trouwe te febenden. 161. Hoe fig in zoodanige?! gevalle te dragen. 16Z. Itf J. Moe- ten haren Staat door al- le bedenkelyke middelen handhaven. 164. Dieal- tydeerlyk fttUenfchynen, indietijè [maar voorfpoe- dig zyn. 164,. Ióf. Moeten fig wagten van veragt en gehaat te wor- den. 166.1-6 7. &feqq. Waardoor veragtelyk worden ? 107. Hoe fig daar tegen te wapenen ? 167. 16S. Hebbenaltyd voor twee zaken te vre- fen. IóS. Hoe fig tegen t'famenfweringen hebben te wagten. I69. 170. Voordeelen die zy tegen de felve hebben. 172. I73. Notabel Voorbeeld diesaangaande-173.174. Moeten het uitdeelen van gunft aen fig behouden , en het oefeven derflraffe aan anderen over later,. Ij6, Hoe fig omtrent het |
||||||
REGIS
nieuwelyk fyn aangeko-
men. 14S. 149. Veran- dcrïnge van defelve geeft gelegenheid tot brouiÜe- rien. ibid. Moeten fig door geen fchaduwe la- ten verbafen. 149. I5O> Hoe fig in het oefenen der ftraffen moeten dragen ? 152. Vindaltydgelegen- heid , om de goederen van andere aan fig te trekken. 153. Moeten niet al te toegevendejyn. I$(S. Hoe verre haar woord en beloften moeten houden ? 157. 15S. & feqq. Moeten menfehen een heeften weeten na te bot jen , en waarom. 158* Moeten fig met VofJ'enen Leeuwen buiden bekleden. 158. 1^9. Moeten baar vooordniet houden , wan- neer haar dat tot fchade flrekt. 1^9. Wat febyn daar aan te geven is ? ibid. Ais met ver/chei- den voorbeelden voord be- vefiigd. 159.KJ0. Moe- ten genadig , getrouw , godtsdienjlig, &c.fchy- ncn j al is het dat zy jhlks in der daad niet |
||||||