-ocr page 1-
Van de Poll-
Stichting
Zeist
3a Jaargang,1973, nr. i
-ocr page 2-
Bul t e t ii n vairt de Vairt de PoU-sttchtïiriig
VQ<5r de Zeilster gesehïederiiis.
3e jaar§ani§j, naart 19J3» nnüiniMer 1.
Redac t i e-ad res:
Graaf Jan Iaam 83, Zeiist»
BageHjks bestuiUir der stiicbtfmg:
Mr.dr» A,A.H. Stolk, öriebergseweg f, Zeist,
voorzitter.
Prof. dr. J,.Ph, de Mbinttê verLoren-, KruHelaain!
28, Zefst, vice-voorzitter.
Mr.dr. H. Emniier, Graaf Jarftaam 83» Zefst,
secretaris.
Mr, H.L.L. vsn Höogeirthuiyze, Platotaami 2%,
Zeist, peirmmtinigiieester,
L, ¥isser, Lof«ierïiu;st ï/j Zeist, wnd.
secretarts-penningmeester.
Archief: Het Slot, Ztnzertdorflaair* 1, Zeist.
Het Archief der stichting is geopend op %<K>ensdag
en vrijdag van 10-12 uur v.ro. en van 2-4 uur
n.mt.
Conservator: Dr. K.W. GaFss, Boslaan 7, Zeist,
tel. 03^0^-15565.
-ocr page 3-
1 -
y§§EY§!I§l§9_ï§D_^§_§§9II§ï§!rl§_2ï§E„13Z?_iD9ï§[Db§ï;
ï9i_D9vernber) ^
Tot zijn leedwezen moet de secretaris ook dit jaar
zijn verslag beginnen met de mededeling, dat op 31
januari 1972 na een l<ortstond i ge ziel<te overleed
de lieer W. Grapendaal, die de stichting zovele ja-
ren heeft gediend, eerst als secretaris daarna als
archivaris en lid van de Raad van Beheer. De stich-
ting heeft in hem een toegewijd en vriendelijk me-
dewerker verloren en zal hem zeer missen. Verschei-
dene leden van de Raad van Beheer waren aanwezig
bij de crematie iVi'Daelwi jck te Utrecht.
Op 1 maart kwam het dagelijks bestuur van de stich-
ting bijeen in het Slot. De heer Ga 1is was daarbij
ook aanwezig. De voorzitter herdacht allereerst
met enkele woorden het overlijden van de heer Gra-
pendaal .
De heer Gal is bleek bereid de functie van archiva-
ris te combineren met die van conservator, mits de
werkzaamheden zich niet zouden uitbreiden.
Verdere punten van bespreking vormden de folder,
de Bronnen, lezingen en excursies, het instellen
van een jeugdlidmaatschap, het schrappen van het
begrip donateur en het brengen van de contributie
op een minimum van ƒ 10,--.
Op 21 april hield Jhr Drs Van der Wijck uit Doorn
een lezing over het onderwerp "Onbeschermde buiten-
plaatsen in Nederland". Deze interessante bijeen-
komstwerd verduidelijkt door een groot aantal uit-
stekende dia's.
Ook Zeist kwam in deze - door een groot aantal be-
gunstigers van de stichting bezochte - lezing ter
sprake.
De excursie-commissie - bestaande uit de heren
Visser en Van Hoogenhuyze - heeft dit jaar twee
uitstapjes georganiseerd, die door vele leden van
de stichting zijn meegemaakt en alleszins geslaagd
mogen worden genoemd.
-ocr page 4-
Beide excursies werden per bus ondernomen. De eer-
ste (26 mei) had als voornaamste doel een bezoek
aan het kasteel Amerongen, terwijl ook de Andries-
kerk werd bezocht.
De tweede excursie (3 juni) ging naar het kasteel
Hardenbroek, waar de kasteel vrouwe baronesse Van
Hardenbroek-Snouck Hurgronje welwillend als gast-
vrouw optrad.
Daarna werd een tocht gemaakt door de Betuwe en
werden de interessante oude kerken van Ommeren,
Maurik en Lienden bezichtigd.
Op 21 juni was de Raad van Beheer vertegenwoordigd
bij de opening van de tentoonstelling in het
Prinsenhof te Delft. De expositie had tot onder-
werp de bedreigde Nederlandse buitenplaatsen. Zo-
wel de gemeente Zeist als onze stichting hadden
prenten voor deze tentoonstelling afgestaan. De
opening werd verricht door minister Stuyt. De door
Zeist afgestane prenten hadden voornamelijk be-
trekking op het Slot en onze gemeente is op de
expositie wel bijzonder onderscheiden. Een sterk
vergrote prent versierde de ingang, terwijl deze
prent ook'diende ter opluistering van de uitnodi-
gingskaart en als omslag voor de fotografisch uit-
stekend verzorgde gids.
Op 27 februari vroeg de gemeente Zeist in een
brief het oordeel van de stichting over de naam-
geving aan de tweede en derde bouwfase van het
plan Zeist-West en aan het daar te bouwen winkel-
centrum. De vice-voorzitter en secretaris hebben
zich met deze kwestie bezig gehouden en hebben
voor de tweede fase de naam "Couwenhoven" voorge-
steld. Zij achten de naam Roemsterveld, waaraan in
eerste instantie werd gedacht, historisch niet juist,
Wat betreft de financiën van de stichting moet ik
beginnen met de mededel ing, dat de extra-gemeen-
telijke subsidie voor de periode 1972 t/m 1976 be-
houdens goedkeuring van Gedeputeerde Staten door
de gemeente zal worden gecontinueerd. De Bronnen-
uitgave wordt hierdoor weer wat veiliger gesteld
-ocr page 5-
en wij hopen In de loop van 1973 weer een nieuwe
aflevering te kunnen doen verschijnen.
Helaas heeft de provincie Utrecht gemeend haar sub-
sidie met ingang van 1 januari 1973 te moeten be-
ëindigen uit overwegingen van bezuiniging en met
het argument dat onze Bronnen het provinciaal be-
lang niet zouden dienen. De voorzitter en secretaris
hebben tegen deze zienswijze hun bezwaren schrifte-
lijk uiteengezet. Resultaat is, dat de provincie
wel bereid is een incidentele subsidie te overwegen,
als een nieuwe aflevering van de Bronnen is versche-
nen.
Ook de gemeentelijke subsi,die die was aangevraagd
voor het onderzoek naar de fundamenten van het oude
Slot, is niet verleend. Een moeilijkheid daarbij
was trouwens,dat de kosten van het graafwerk zeer
moeilijk te begroten waren.
Op 28 juli nam Drs Bertoen, lid van de Raad van Be-
heer, afscheid in zijn hoedanigheid van adjunct-
directeur der provinciale planologische dienst.
Meerdere leden van de Raad van Beheer hebben tij-
dens de zeer druk bezochte receptie de heer Bertoen
van hun belangstelling blijk gegeven.
Op 8 september trad onze conservator Dr Gal is in
het huwelijk.
De receptie in Heijdepark, Bilthoven, werd bezocht
door drie leden van het dagelijks bestuur en namens
de Raad van Beheer werden door voorzitter Stolk
twee boekwerken aangeboden, als blijk van waardering
voor wat de heer Gal is voor de stichting betekent.
Helaas moest de heer Van Hoogenhuyze bij deze re-
ceptie ontbreken.
In augustus van dit jaar overkwam hem een ernstig
verkeersongeluk en moest hij in het Zeister Zieken-
huis worden opgenomen.
.In het bijzonder heerste bij de leden van het da-
gelijks bestuur, die zo nauw met de heer Van Hoogen-
huyze samenwerken, grote verslagenheid.
Gelukkig is. onze penningmeester op het moment, dat
dit jaarverslag wordt afgesloten, boven verwachting
-ocr page 6-
- h -
zeer goed herstellende.
Op 6 oktober kwam het dagelijks bestuur in het
Slot bijeen.
Het voornaamste doel was het bespreken van de lo-
pende kwesties en het samenstellen van een agenda
voor de komende vergadering van de Raad van Beheer.
Wegens bepaalde technische omstandigheden kon de
lezing van Drs Bertoen dit najaar geen doorgang
vinden en werden de heren Visser en De Klerk bereid
gevonden een lezing te verzorgen.
Tijdens deze verslagperiode heeft de Raad van Be-
heer het verlies betreurd van de heer Grapendaal.
Overigens is de samenstelling van de Raad niet ver-
anderd.
Het aantal contribuanten en donateurs bleef onge-
veer gel ijk.
Drie nieuwe bulletins zijn verschenen. Het is een
verheugend verschijnsel, dat reeds zovele bulletins
konden worden samengesteld en dat de inhoud, zo-
wel kwalitatief als kwantitatief, de aanvankelijke
verwachtingen heeft overtroffen.
Zeist, 15 oktober 1972. H, Emmer.
secretarls.
Uit de Weekbode voor Zeist d.d. 29-3-1873.
De ondergeteekende bericht het
geachte publiek, dat hij het LOGE-
MENT „DE ZWAABTVip^t.^nnexe Uit-
spanning, Stalhouderij
benepens de esped^itie
op
het Station Zeist-Driebergen heeft aanvaard.
Hij neemt de vrijheid zijpe zaak beleefdelijk
aan te bevelen, belovende al het mogelijke aan
te wenden om zich het .vertrouwen zijner be-
gunstigers waardig te maken. '
G. W. VAN MASTBIGT.
Zeist, 29 Maart 1873.                             -
-ocr page 7-
- 5 -
Het onstaan van het Transvaal park (i).
Er zullen maar weinig Zeistenaren zijn, die zich
het ontstaan van de Steynlaan en omgeving nog her-
inneren. Wij moeten immers hiervoor niet minder
dan zeventig jaar terug gaan. En, wat de voorge-
schiedenis betreft, wel honderd jaar.
Dit artikel berust voor een groot gedeelte op mijn
kennis van de topografische kaarten. Door uitgaven
van verschillende jaren met elkaar te vergelijken,
heb ik de geschiedenis van het Transvaal park kunnen
naspeuren. Een systematisch archiefonderzoek naar
het ontstaan van de Zeister straten ligt niet op
mijn weg en zou ook te veel tijd vergen.
Maar ik heb bij dit artikel wel kunnen profiteren
van gegevens, mij verstrekt door onze tweede se-
cretaris, de heer L. Visser, die in de gemeente-
lijke archieven beter thuis is dan ik.
Tenslotte heb ik enkele interessante inlichtingen
gekregen van de heer H. de Klerk, oud-hoofd van de
hervormde school aan de Slotlaan.
Zijn gevorderde leeftijd, gecombineerd met een
grote belangstelling voor het vroegere Zeist en
een uitstekend geheugen, maakt hem tot een waar-
devolle bron voor de geschiedenis van onze woon-
plaats.
De situatie van l87^-
Op de topografische kaart van l87^ is er in wat
wij nu het Transvaal park noemen, nauwelijks een
huis te bekennen. De enige bebouwing zien we langs
de zuidkant van de Jagerlaan, voorzover lopende
tussen Voor- en Achterheuvel. In de richting van
de blotlaan is er alleen maar een enigszins slin-
gerend pad. Trouwens, de bebouwing van de Slotlaan
zelf ging nog niet verder dan het Weeshuis.
De situatie in I885.
De kaart van I085 toont al enkele opmerkelijke ver-
anderingen. Aan de Slotlaan ten noorden van het
Weeshuis zijn enkele gebouwen verrezen, waaronder
-ocr page 8-
- 6 -
Hotel Parkoord, thans nog aanwezig achter de Wijn-
handel Strietman. Ook de Jagerlaan is nu getraceerd
en toont heel wat meer huizen dan in I872. Het
WI1 helmi napark met zijn vijver is in statu nascendi
en ook daar ontdekt men enkele gebouwen, uiteraard
villa'So Boschlust is er nog niet, wel Bethanië,
maar nog niet in de gestalte van het grote kinder-
huis, zoals wij dat kennen van de prentbriefkaarten.
Ik zelf heb Bethanië nooit gezien, maar het gebouw
heett gestaan tegenover het huidige busstation.
De kaart van I805 laat ons verder het ontwerp zien
van een wegenstelsel, dat men kan beschouwen als
de voorloper van het Transvaal park.
Het Lapèrepark.
Die voorloper werd destijds het Lapèrepark genoemd.
De heer Lapère woonde in het grote huis, dat nu
nog staat aan de hoek Jagerlaan en Emmastraat,
naast de verfhandel van Kesler. Tot voor kort had
ik nooit op dat herenhuis gelet, maar toen de heer
De Klerk mijn aandacht erop vestigde, kon ik meteen
zien, dat het hier inderdaad een huis uit de tweede
helft der negentiende eeuw moest betreffen.
Dergelijke huizen worden gekenmerkt door een rus-
tige, massieve en vierkante bouw en zij zijn meestal
witgepleisterd en donkergroen geschilderd.
De woningen van omstreeks lyOO zijn spitser, drukker
en kleuriger. In plaats van pleisterwerk ziet men
hier rode stenen, hier en daar afgewisseld door
ornamenten van meest gele steen.
De heer Lapère was een vermogend man en bezat grond
in de omgeving van zijn huis, die hij aan andere
Zeistenaren verhuurde.
Men sprak van de "eerpelvelden van Lapère".
In 1098 richtten de bewoners van de Achterheuvel
tot het gemeentebestuur het verzoek of hun straat
voortaan Lapèrestraat mocht heten. Burgemeester
en wethouders vonden die naam echter "minder wen-
selijk" en wilden de Achterheuvel met het oog op de
komende jubileumfeesten Oranjestraat dopen. Daar
-ocr page 9-
hadden de bewoners van de Achterheuvel echter be-
zwaar tegen omdat in Utrecht en Amsterdam die naam
voorkwam "in de geringere buurten......".
Toen is het Emmastraat geworden.
Het tracé van I885.
Zoals gezegd, komt op de topografische kaart van
1885 al een wegenstelsel voor op het terrein dat
nu Transvaalpark heet.
Maar dit tracé vertoont minder wegen, anders-lopen-
de verbindingen en nog geen woningen.
De latere Krugerlaan staat hierbij centraal en niets
doet nog een lange en drukke Steynlaan vermoeden !
Een Gasweg ontbreekt ook, geen wonder, want de gas-
fabriek stond aan de Biikkenburgervaart, dichtbij
de brouwerij.
Later is het tracé i ngr ij pent:! veranderd ,
en wel door twee omstandigheden.
In eerste plaats door de aanleg van de Centraal-
spoor.
Het station werd kort na 19OU in gebruik
genomen.
En verder door de verplaatsing van de gasfabriek
"tot ver buiten de bebouwde kom", dat wil zeggen
naar het huidige terrein. Toen ontstond ook de Uas-
weg als verbinding tussen fabriek en station.
Op de kaart van I8ö5 werd met deze gebouwencomplexen,
die uiteraard veel ruimte in beslag namen, nog geen
rekening gehouden.
Uit welke wegen bestond nu het oorspronkelijk tracé
in het LapêreparkY
We beginnen bij de Van Doornweg, die kennelijk al
was aangelegd en waaraan slechts .... één huis stond.
Deze straat was al ontstaan en vernoemd voordat de
Transvaal buurt zijn straatnamen kreeg. Naar de heer
De Klerk mij vertelde was Van Doorn een gemeente-
werkman.
De Krugerlaan was in dit wegenplan de voornaamste
'oost-west-verb i nd 1 ng .
Een tweede oost-westverbinding liep tussen De Wet- ,
laan en bothalaan. De derde oost-westverb1nding
-ocr page 10-
- 8 -
ging van de Kritzinger1 aan over het stationster-
rein richting hervormde kerk.
Alleen de Krugerlaan is in dit gedeelte van het
p lan gerealï seerd.
Er waren vier noord-zuidverbi nd i ngen.
De eerste begon even westelijk van het punt waar
de Krugerlaan de bteynlaan ontmoet, sneed vervolgens
de De Wetlaan om daarna de oost-westverbinding
te ontmoeten.
De tweede liep in het verlengde van de Joubertlaan,
sneed de Steynlaan en volgde verder de Kritzinger-
laan.
üe derde werd gevormd door de Costerlaan en sneed daar-
na de De Wetlaan en Bothaiaan om tenslotte De la
Reylaan te volgen.
De vierde was de Cronjélaan, die de Steynlaan sneed
en verder tot ongeveer de spoorlijn pal noordwaarts
I iep.
U zult wel begrepen hebben, dat ik bij deze uiteen-
zetting telkens namen heb genoemd van straten, ge-
bouwen en dergelijke, die in l8ö5 nog niet beston-
den. Maar er was geen andere manier om u de situ-
atie duidelijk te maken. Voor het overige verwijs
ik naar het kaartje (pagina 11).
ConcIus i es.
Ik wil het eerste deel van dit artikel eindigen
met enkele conclusies.
Het meest opvallend in het tracé van 1885 is het
ontbreken van de bteynlaan.
Het ontstaan van station en gasfabriek is kenne-
lijk de oorzaak geweest niet alleen van de Steyn-
laan zelf,
maar ook van de onderbreking der noord-
zu i dverbi ndi ngai,
die aanvankelijk als ononderbroken
doorlopend waren gepland.
Het zal u nu ook duidelijk zijn, waarom de Cronjé-
laan ophoudt bij de Steynlaan, waarom de Scheepers-
laan is gecreëerd en waarom de De laKeylaan eindigt
met een buiging naar het westen.
-ocr page 11-
- 3 -
Het antwoord ligt voor de hand: de terreinen van de
gasfabriek en het station stonden de realisering
van het oorspronkel i j l<e p^an in de weg.
H. Emmer.
Literatuur over Zeist.
Hier is een nieuwe serie titels van publicaties,
Zeist betreffende, als vervolg op het lijstje, dat
in ons Bulletin, li,1972, pag. 79 en 80 verscheen
Damsté, P.H.: De Uithof. Jaarboekje van Oud-Utrecht,
1968;p.143-162.
Heupers,E.: De winterstruycken. Maandblad van Oud-
Utrecht ,32, 1959; p. 76-78.
Raven,Mo: Fornhese, Hees en de Nonnengroepen.Maand-
blad van Oud-Utrecht,30,1957;p.9-11.
Idem : De kooi en de winterstruiken. Maandblad
van Oud-Utrecht,32,1959;p-11'+.
Hoogenhuyze, H.L.L. van + Grapendaal,W.; Zeist in
oude ansichten.Zaltbommel.1968;160 pp.
Damsté, P.H.: Het Huis ter Heide. Maandblad van
Oud-Utrecht,44,1971;p.62-65.
Martin,H.: De ontdekking van een oude rivierschoei-
ing bij het postkantoor te Zeist. Zeist.
1954; 6 pp.
Pleines, Ch.: De zeepindustrie in beeld, .....Den
Dolder. 1914; 46 pp.
Smedes,E.: De pyramide van Austerlitz. Tijds.v.Ge-
schiedenis ,57 , 1 942 ;p. 1 58,31 0.
Frederiks, P.J.: De pyramide van Austerlitz.Amers-
foort. 1895; 55 pp.
Bakker Schut, P.: De stedebouwkundige beteekenis
der groenvoorziening. Gemeentebestuur, mrt.
1942; p. 108-111.
Mignon, J.H.: Het kamp van Zeist. Boon's Magazijn,
5,1901; p.236.
Dr.K.W. Galis.
-ocr page 12-
10 -
1.  eerste oost-westverbinding (Krugerlaan)
2.  tweede oost-westverbinding (niet gerealiseerd)
3.  derde oost-westverbinding (niet gerealiseerd)
k.   eerste noord-zuidverbinding (niet gerealiseerd)
5.  tweede noord-zuidverbinding (begint Joubertlaan)
6.  derde noord-zuidverbinding (begint Costerlaan)
7.  vierde noord-zuidverbinding (bgint Cronjélaan)
8o
    Bergweg
9.
   Jagerlaan
10. Slot laan                                                                        \S
11.  spoor 1ijn
12.  grens van de terreinen van gasfabriek en station
13.  Steynlaan
Het tracé in het Lapêrepari< I885.
-ocr page 13-
_ 12 -
Verslag van de Conservator van de Van der Po I1-
stichting over de periode 1-11-1971 tot 1-11-1972.
Was in vorige verslagperiode het vele ongeordende
materiaal grotendeels in het reine gebracht; na
het overlijden van de heer W. ürapendaal - die als
archivaris zoveel werk verzette voor onze stich-
ting (vooral ook wat de correnspondentie betrof) -
kwamen uit diens mappen met aantekeningen, brieven,
etc. nog diverse publicaties te voorschijn. Deze
zijn thans opgenomen in de bibliotheek, welke ge-
heel genummerd is en waarvan de reeds bestaande ca-
talogus zojuist is voorzien van een eerste supple-
ment. Niettemin toont de knipseI verzameling - wel-
ke dus in de diverse bibliotheek-mappen moet wor-
den ondergebracht - een achterstand van ongeveer
5 jaren; het ligt in mijn bedoeling, deze achter-
stand - met hulp van mijn echtgenote - geheel in
komend verslagjaar weg te werken.
De prentbriefkaarten-collectie is In orde gehouden;
momenteel zijn er I636 van die kaarten in het ar-
chief (in twee nieuwe dozen).
Uok de verkoopvoorraad aan publicaties en dergelij-
ke van onze stichting Is geordend en up to date ge-
teld; in onderwerpelijk tijdvak is voor ruim
ƒ lüO,-- aan stichtingsuitgaven verkocht.
Een deel van het zogenaamde schadus-archief is
reeds overgebracht naar het gebouw van Upenbare
Werken.
Na deze tamelijk gunstige punten volgt een en ander
in mineur,Zo is nog maar weinig gedaan aan het re-
organiseren van de historische en topografische
atlas (vele "nieuwe" foto's bv. liggen op "inpas-
sing" te wachten). Uok het bewerken van de Van de
Pol I-nalatenschap kwam nauwelijks van de grond.
Eén wens uit het vorige jaarverslag, namelijk het
aanschaffen van een metalen kaartenkast ten behoeve
van de kaartenverzameling, ging gelukkig einde
november 1y72 in vervulling. De kaarten zelf, hoe-
wel een begin is gemaakt met de catalogisering, die-
-ocr page 14-
- 13 -
nen echter nog ge- en hernummerd te worden.
Met dankbaarheid moge vermeld worden de schenking
aan de Van de Pol I-stichting van diverse voorwer-
pen, boekjes, boeken, prentbr i ef kaarten, enz,;eenen
ander werd beknopt vernield in ons Bulletin. De ge-
vers/geefsters wordt hierbij nogmaals dank gebracht
Uok informaties, schriftelijk en mondeling, werden
ontvangen; maar eveneens verstrekt. Bijvoorbeeld
aan de heer Laane (Bergen op Zoom) over brandplaat-
jes, de heer Damsté (De Bilt), de heer Bakker
(Zeist) over wandversiering in Oud-London, mevr.
Prins-Schimmel over de Oude Kerk- toren, de heer
Sluyterman van Langeweyde (Essen) over bchaerweijde
c.a.j de "Prinsenhof" ^Delftj over tentoonstellings-
materiaal, het Rijksarchief (utrecht), e.a. en aan
bezoekers aan de Family Fair alhier (,waar wij een
bescheiden stand hadden). En aan in totaal 1U9 be-
zoekers aan onze stichting in het blot (sommigen
kwamen verschei'dene malen, zoals een drietal kweke-
lingen, een achttal leerlingen met onderwijzeres
van "Veldheim";. Veel van deze werkzaamheden werd
voorheen gedaan door wijlen de heer Grapendaai -
zoals deze bijvoorbeeld ook artikeltjes verzorgde
voor het verenigingsblad "ue Kroost". Schrijver
dezes mist de
\^eer Grapendaai zeer, zowel in het
gemeenschappelijk werk als om zijn gezelschap.
Grote hulp, in velerlei opzicht, ondervond rappor-
teur van de heer L. Visser, waarvoor ik hem op de-
ze plaats nog eens wil danken.
Ook ditmaal eiste het redactiewerk ten behoeve van
onze BuIletin-nummers veel werk. Hoewel dit werk
met genoegen werd en wordt gedaan, moet ondergete-
kende toch verzoeken, voor een zekere tijd een an-
der deze functie te laten waarnemen; ai zai hij
gaarne bijdragen ter publicatie blijven leveren.
Zoals het vorig Jaar werd aangekondigd is thans
een doorlopende pagina-nummering ingevoerd, terwijl
ook enige malen foto-pagina's werden toegevoegd
On juni en in december a.s.).
-ocr page 15-
- in -
Tenslotte een persoonlijk woord: ondergetekende
wil gaarne, mede namens zijn echtgenote, nogmaals
de Kaad van Beheer van de Van de Pol 1-stichting
danken voor de prachtige boeken, hem geschonken
ter gelegenheid van zijn huwelijk in september jJ
ür. K.W. Galis,
UItrajectum.
In het voorjaar van ly72 werd enige correspondentie
gevoerd met de heer A.P.C. Laane, woonachtig te
Bergen op Zoom en werkzaam in het verzekeringswezen,
die als hobby zogenaamde brandplaatjes verzamelt.
Uver deze plaatjes en de in zijn bezit zijnde ex-
emplaren schreef de heer Laane onder anderen in de
"Vraagbaak voor het Assurantiewezen", Au,ly70/71,
nr. 52 en 41,1971/72, no. 1 (dec. 19/0 en jan.1971;.
Een fraai geïllustreerd artikel, waaraan we het vol-
gende ontlenen.
In de 18e en 19e eeuw - en soms nog in de 20e - wer-
den op vele woningen brandplaatjes aangebracht, waar-
uit men kon opmaken bij welke maatschappij de be-
woner, of eigenaar was verzekerd. In ons land trof
men vele Belgische plaatjes aan; verklaarbaar, aan-
gezien vóór 1830 vnl. maatschappijen uit de zuide-
lijke Nederlanden op het gebied van schadeverzeke-
ring werkzaam waren. Nadien begonnen ook de Neder-
landers zulke maatschappijen op te richten, bv. de
N.v. 's Hertogenbossche Brandwaarborg Maatschappij
U84I), De üroninger Brandwaarborg Maatschappij
(I09O;, al waren er wel oudere, zoals de N.V. Haag-
sche Assurantie Compagnie U805).
Natuurlijk kende men zulke verzekeringen en bijbe-
horende brandplaatjes ook in andere landen, b.v.
in Zwitserland, België, Engeland idaar waren ze
al in I6ö4 - en daarvoor? - in gebruik;.
Nu was de heer Laane eigenaar geworden van een zin-
ken plaatje, 15i cm hoog en l9i cm breed, waarop
\/ermeld staat: bovenaan: Ultrajectum - onderaan:
-ocr page 16-
- -Js -
Zeijst - met tussen deze woorden een wapen. Dit
brandplaatje is afkomstig van de Algemeene Brand-
waarborg- en Verzekeringsmaatschappij "uitrajectum",
gevestigd in Zeist. Het wapen is het wapen van de
provincie Utrecht (,U 1 trajectum-Utrecht) , zoals dat
vóór 1858 bestond, want toen werd als hartschiid
toegevoegd het wapen van de stad Utrecht. Hier nebben
wij dus een schild, in vieren gedeeld, met (heral-
disch gezien) boven rechts en onder links het kruis
van het bisdom Utrecht, terwijl boven links (bescna-
digd) en onder rechts de leeuw van het graafschap
Holland staat (zie afb.). Wat weten wij van deze
maatschappijï Niet zo veel. Blijkbaar is zij opge-
richt vóór 1858; in 186.2 verkeerde zij in grote fi-
nanciële moeilijkheden, maar in de Staatscourant
van 19 november 1864, no, 275, werd een statuten-
wijziging opgenomen en scheen alles weer normaal,
terwijl op de Beurzen de aandelen weer werden verhan-
deld. In 1865 evenwel werd tot liquidatie van "uitra-
jectum" besloten. Het kantoor van de maatschappij
was gevestigd aan de Ie Dorpsstraat, op de hoek van
de Waterigeweg, waar dus nu het pand van het voorma-
lige hotel Muhzert te vinden is. In het deftige dorp
Zeist wekte in die jaren deze assurantiemaatschappij
echter de nodige beroering. Wat was het geval? De
toenmalige burgemeester van onze gemeente, mr.W.D.F.
Schas (,a1s zodanig benoemd bij Kon.Beibit van 7
rnel
1850, no. 60) was betrokken bij deze maatschappij
en toen de zaak scheef ging, kondigde hij in de ge-
meenteraad^ergader i ng van 9 december 1862 aan, dat
hij "door de omstandigheden, waarin hij door de
Maatschappij "U1trajectum" gekomen is, zien ver-
pi igt gezien heeft, zijn ontslag als Burgemeester
aan Z.M. den Koning te vragen". Door de gemeenteraad
werden een aantal verzoekschriften verzonden om de
heer Scnas niet te ontslaan uit zijn functie (ais
burgervader had hij zeer verdienstelijk werk gedaan;,
waarop inderdaad ,bij Kon, Besluit de burgemeester
opnieuw werd benoemd (januari 1863). Evenwei, tij-
dens de raadszitting van 15 juni I863 deelde de
-ocr page 17-
16 -
heer Schas mee, dat hij wederom ontslag uit zijn
ambt had aangevraagd en hield hij zijn afscheids-
rede. Hetgeen gebeurd was drukte hem te zwaar en
vond hij onverenigbaar met zijn positie als eerste
burger van zijn gemeente. Hij was toen
kZ jaren
oud en 13 jaren burgemeester van Zeist geweest.
Hierna is hij verdwenen uit onze gezichtskring;
evenals kort nadien "Uitrajectum".
Dr. K.W. Galis.
Uit het op de pagina's 17 t/m 20 overgenomen ge-
deelte van het verslag van de toestand der ge-
meente Zeist over I89I blijkt, dat behalve de
nijverheid en de handel, ook de Zeister scheep-
vaart nog een heel bescheiden'rol speelde in onze
gemeente.
.'■'..':                                                       L. Vi sser.
-ocr page 18-
17
1. OiiiCiiaf der fabriukeu binnen
(U'i7.el\or toestand in het jaar 1801.
dl' "■c'iueiMiti' cll viwi
Namen der
"n
1
o
CS
;~
ki-li-ls
Ki-li-ls.
y;
I'S
■g
j =
Soort lier labrieken.
1:
CC
1
—;
i 'S
o;
Aanmerkingen.
eigenaars.
1
■^
1
5
M.
V.
cq
Ci
-5
w
il
Itiorbrouwei'ij . . .
F. M. Ingenhousz.
r
»
>1
»
2
4
»
Jioi'kiln;kkerij . . .
C. .\vi.s Jzn.
u
>1
•fl
il
>)
»
»
2 snelperscn.
Fayi'iuc kachels- en
P. Majliti , ürnia
14
))
y.
»
»
»
2
ornainontciil'abriek .
Maltin & Co.
OasI'abriok ....
(ierneente Zeist-
7
),
)>
).i
)i
»
;i
(tevens tiinniernian)
2()
»
atoom
4
3
•1
3
»
Kina '.vijii on eikel
oacaofaliiiek . . .
Kraepelien S- Holm.
A
»
»
»
)•
»
-1
huüiniiioleii ....
H. D. Scliuiu'inan.
0
fi
wind
»
.1
»
»
»
y stellen stoenon.
Kooniiiiolen on lijn-
kookfiiifiibi'ick. . .
G. van den Brink.
4
)>
stoom
•1
20
1
li
»
3 stellen stconcn.
hoorn- on moutmolen
Deetinan.
2
»
wind
«
't)
»
»
»
4 stellen steenon.
IvUTistniineraalwaterfa-
brifk......
Strietman.
'_)
))
,)
))
»
))
»
1 handdraaiinacliine.
Linnen en kuloenen-
banilfabriek . . .
C. AV. Anten & Co.
48
»
stoom
1
12
2
5l.i
i)
lletaalgieterij . . .
L. W. K. Scliütz.
ao
»
»
)}
):
»
2
id. ...
W. van Dijk Pliz.
4
»
»
»
»
»
1
Siielazijninakerij . .
H. H. Liefrink.
1
»
»
»
»
»
»
2 kuipen, ieder van
HOO en 1 kuip van
-120Ü liter inhoud.
Stooinwasscherij . .
Burger.
'22
3
id.
6
8
•1
14;-
»
ui. . .
A. van Melseii.
,S
1
id.
2
6
2
4,9
»
Zeepziederij ....
A. ,1. de Bruijn ,
lirma gebr. van
der Veer eu van
Klooster
4
»
»
»
2
»
))
1 ketel van 45.48
h.1. en 1 van
112.20 h.1,
Verder bevindt zich nog in deze o-oiiieente:
eene stooinnmclüue van 3 ])aardeu]ira(dit, dienemU.' bjt
het |iorn])en en verwannen van water voor het L'-oljrnik der
baden in de Zeister waseli- en badiin-iehtiu" alhier.
-ocr page 19-
- 18 -
II, Opgaaf van de voornaamste anibachttn, benevens van
het getal der daarbij gebezigde arbeiders:
GETAL ARBEIDERS.
Aantal
van-
iedere
soort.
Soort van
ambachten.
KINDEKEN.
VOLWASSENEN.
V.
M.
V.
M.
7
7
ó
24
4
5
3
22
1
4
7
1
5
(>
5
1
1
Bleekers.........
BloenilvAveekers......
Boekbinder.s.......
Brood-, koek- en banketbakkers
Hands<^h()enniaker.«.....
Horlogemakers......
Huisschilders en glazenmakers.
Huis- en rijtuigschilders. . .
Kamerbehangers en stofleerders
Kleermakers.......
KojKT- en blikslagers....
Kuipers.........
Kunstdraaiers.......
Loodgieters en loodenponipen-
makers........
Mandenmakers......
Metselaars........
Parapluiemakers.......
Photografen.......
Pompenboorders......
Porceleinschilders.....
Rietdekkers en rietmattenrna-
kers.........
Schoenen- en laai-zenmakers .
Schrijnwerkers......
Sigarenmakers......
Slachters, slagers en vleesch-
houwers........
Smeden.........
Steenhouwers.......
Stoffenvervei-s.......
Stncadoors........
Suikerballenmakers.....
Timmerlieden.......
öl
45
2
11
12
10
1
11
43
2
ö
1
1
2
1
1
10
5
2
7
.5
2
1
1
1
8
6
5'
1
5?
ï?
JJ
2
!)
6
>r
»
)t
>j
n
r
JJ
K
JJ
4
n
14
7
8
19
8
54
-ocr page 20-
13
Soort van
ambachten.
Aantal
van
iedere
soort.
(1].]TA]. ARBI']1DER.S.
VOLWASSEN KM.
KI.^'D!;nE^',
M.
V.
M.
V.
Tuiniers voor particulieren , .
Zadelmakers en ]canierl)ehan-
10
1
2
1
7
1?
2
15
1)
)I
JJ
2
4
Omtrent het , invoeren van nieuwe werktuigen of verbete-
ringen bij het fabriek- -of anibachtswezen kunnen geeiu^
mededeelingen gedaan w(n-den.
Tentoonstellingen van fabrieksnijverheid werden in hi't
afgeloopen jaar niet gehouden.
Krachtens de wet van 2 Juni 1875 (staatsblad no. 95),
zijn door burgemeester en wethouders de navolgende vergun-
ningen verleend:
Voor eene bakkerij aan Ij. A. van Beusekom, wijk (1 no. 82fl.
Voor eene bewaarplaats van petroleum aan J, Meordink,
wijk B no. 13.
Voor eene brood- en besehuitbakkerij aan M. Spijkhoven,
wijk D no. 408c.
Voor het plaatsen van een 2e stoomketel ten behoeve der
waterleiding aan A. A. H. Boissevain, wijk Cl no. 36.
Voor het verplaatsen der smederij met noodstal aan de
directie der Stichtsehe-trannnaatschappij, wijk B no. 8124.
Voor het wederöprichten zijner bakkerij aan C. A. Stoové,
wijk A no. 05.
Voor het oprichten eener bakkerij aan G. M. Luiting, wijk
DD no. 135a.
Voor het plaatsen eener stoomketel in de wasscherij aaii
A. van Melsen, wijk C no. 44a.
Voor een koffiestroopfabriek aan ü. A. ■). Martaro, wijk D
no. 243a.
-ocr page 21-
- 20
Voor eene chemische ververij en wasscherij van H. Kuhl-
meijer, wijk A 198.
III. Handel en scheepvaart.
a. Handel.
Markten worden alhier niet gehouden.
De groot- en kleinhandel en de winkelnering in deze
gemeente waren bevredigend.
In het afgeloopen jaar waren alhier acht buitenlandsche-
en groothandelaren.
Deze handel werd hoofdzakelijk gedreven met Engelsche
en Duitsche handelshuizen in steenkolen, vlas, wol, garens,
linnenband, passementen, z.g. Zoister knoopen, manufacturen,
kina la Róche, asthmacigaretten, salmiak-pastilles, eikel
cacao, enz.
Er werden in het afgeloopen jaar alhier 128 personen
aangetroffen, die het beroep van binnenlandsch koopman
in het klein uitoefenden, terwijl 26 personen als inlandsch
kramer waren ingeschreven.
De winkelnering werd alhier uitgeoefend door 154 ])er-
sonen, waaronder evenwel verscheidenen, wier eigenlijk hoofd-
beroep een ander is.
b. Scheepvaart,
De scheepvaart is hier zeer gering en dient alleen tot het
vervoer van goederen, brandstoffen en l>ouw-materialen.
De 12 alhier tehuisbehoorende vaartuigen bevatten eenen
gezanienlijken inhoud van 90 tonnen, waaronder 1 van 16
tonnen.
-ocr page 22-
- 21 -
Het ontstaan van het TransvaalparK [2]
1. De situatie omstreeks 1900
In mijn vorige artikel heb ik U een en ander ver-
teld over het Lapèrepark, dus over het gebied,
waarin later het Transvaalpark is ontstaan.
Ik was ongeveer gekomen tot het jaar 1902, toen er
een nieuwe topografische kaart verscheen. Er is
dan heel wat veranderd. Het spoorwegstation komt
erop voor. De gasfabriek staat er ook, maar later
zullen er nog gebouwen bijkomen. Er is nog geen
Boulevard of Schaerweyder Parklaan; de Dalweg
moet nog ontstaan en de Berkenlaan is niet meer
dan een recht pad zonder huizen.
De Jagerlaan vertoont nu een behoorlijke bebou-
wing. Het Transvaalpark heeft zijn naam gekregen
en zijn straten dragen ook reeds de namen, die
ons nu zo vertrouwd zijn geworden. Maar in de
nieuwe wijk zijn nog maar weinig woningen, behal-
ve in de Costerlaan, die al is volgebouwd, maar
dan ook zeer dicht bij de bebouwde kom ligt.
Ook de Van Doornweg heeft nu verscheidene huizen.
Opvallend is tenslotte, dat de-Gasweg op de kaart
voorkomt.
2. Het raadsbesluit van 1901
Op 19 maart 1901 viel het raadsbesluit, waardoor
het Transvaalpark ontstond en zijn straten de na-
men kregen van belangrijke figuren uit de Boeren-
oorlog. De tekst werd mij ter beschikking gesteld
door de heer L. Visser.
De gemeenteraad besloot op voorstel van B. en W.
het Lapèrepark een andere naam te geven. Het werd
Transvaalpark. De daarin aan te leggen wegen zou-
den de volgende namen dragen: Gasweg, Torenlaan,
Costerlaan, Krugerlaan, Steynlaan, De Wetlaan,
Bothalaan, Cronjélaan en Joubertlaan.
De Torenlaan bestond al, maar ook het verlengde
-ocr page 23-
22
zou Torenlaan heten. Dit laatste is niet doorge-
gaan. Dp voorstel van een der raadsleden besloot
men de namen Torenlaan en Gasweg te doen verval-
len en die te vervangen door de namen van nog twee
boerengeneraals: Herzog en Kreusinger. De Herzog-
laan is er nooit gekomen en met Kreusinger werd
kennelijk Kritzinger bedoeld. De naam Gasweg blee'k
niet te verdringen en heeft zich - als ik hiervoor
een beeld mag gebruiken - langs buitenwettelijke
paden een weg gebaand.
De meeste van al deze namen zijn ons ouderen nog
zeer goed bekend.
Dat geldt in de eerste plaats voor de politici
Kruger, president van Transvaal, en Steyn, presi-
dent van de Vrijstaat. De andere namen behoren
alle aan de militaire leiders der Boeren. Cronjé
en Joubert waren al vóór 1899 vermaard, en wel
door de rol die zij hebben gespeeld in de Trans-
vaaloorlog van 1877-1881. Botha, De la Rey en De
Wet kregen grote bekendheid in de Boerenoorlog,
eerst als generaals en daarna als guerrillastrij-
ders. Minder historische bekendheid hebben Coster,
Kritzinger en Scheepers gekregen, ofschoon hun
namen destijds wel veel genoemd zullen zijn. Trou-
wens, Scheepers en De la Rey komen in het raads-
besluit van 1901 nog niet voor.
3. Het ontstaan van de Steynlaan
Wat tegenwoordig Steynlaan heet, bestond vóór
1908 uit drie gedeelten, te weten:
1. de Gasweg, lopende van station tot gasfabriek,
2. de Steynlaan, van de gasfabriek tot het punt,
waar de Krugerlaan uitkwam,
3.  het laatste stuk van de Krugerlaan, zich uit-
strekkende van de toenmalige Steynlaan tot aan
de Bergweg.
In december 1907 stelden B. en W. vóór het laatste
stuk van de Krugerlaan te verbreden en te bestra-
-ocr page 24-
- 23 -
ten en dit Steynlaan te noemen.
De eigenaar van het hoeK~perceel Krugerlaan-Berg-
weg, de heer T. van Ee, vormde voor die verbre-
ding nog een obstakel. Hij bezat namelijk een
schuur, die in de weg stond. In 190B is deze moei-
lijkheid opgelost.
De heer Van Ee kreeg een schadevergoeding van
ƒ 300,--.
De eigenlijke Steynlaan was toen al verbreed.Even-
eens in 1908 werd besloten de naam Gasweg te doen
vervallen en de gehele verbinding van het stations-
plein en de Bergweg Steynlaan te noemen.
Mijn indruk is dat men destijds de Krugerlaan
heeft bedoeld als de hartader van het Transvaal-
park. Die lag ook veel dichter bij de bebouwde
kom dan het duo Gasweg-Steynlaan.
Maar de snelle groei van de bevolking, gepaard '
gaande met de stichting van gasfabriek en spoor-
wegstation, heeft ertoe geleid, dat niet de laan
van de president van Transvaal, maar die van zijn
collega uit de Vrijstaat met de eer is gaan
strijken. De wegen der historie zijn niet altijd
doorgrondelijk.
4. De ontwikkeling sinds 1902
Hiervoor hebben wij de beschikking over de topo-
grafische kaarten van 1906, 1913, 1916 en 1927. u
Ten zuiden van de Steynlaan werd het Transvaal-
park snel volgebouwd.
Ten. noorden van die verbinding ziet men op de
kaart van 1906 al dezelfde strepen als op die van
1913 en 1916. Dat duidt op een aaneengesloten be-
bouwing, zoals men die nog duidelijk kan waarne-
men aan de langgerekte huizenrijen met platte
daken in Bothalaan. en De Wetlaan.
Ik heb echter reden aan te nemen, dat de kaart
van 1906 hier een bebouwing aangeeft, welke nog
niet was gerealiseerd, maar waarvoor wel de plan-
nen reeds vaststonden.
-ocr page 25-
24
In het nevenstaande Kaartje stellen de üngebroKen
lijnen de huidige straten voor. De stippellijnen
duiden de niet-gerealiseerde gedeelten aan van
het tracé-1885. Eventueel kunt U het kaartje van
het vorige bulletin erbij houden.
1.
Krugerlaan
2.
zie kaart vorig bulletin
3.
idem
4.
idem
5.
Joubertlaan
B.
Costerlaan
7.
Crpnjélaan
8.
Bergweg
9.
Jagerlaan
10.
Slotlaan
11.
spoorlijn
12.
grens van de terreinen van
gasfabriek en station
13.
Steynlaan
14.
Dalweg
15.
Berkenlaan
16.
riinckelerslaan
17.
Bothalaan
18.
Kritzingerlaan
19.
De la Reylaan
20.
Scheeperslaan
21.
De Wetlaan '■ "
Het Transvaalpark
De onderbroken lijnen stellen
het niet-gerealiseerde deel •
van het oorspronkelijk tracé
voor.
-ocr page 26-
- 26 -
Na de eerste wereldoorlog is het TransvaalparK vol-
gebouwd. Dit komt duidelijk naar voren op de topo-
grafische kaart van 1927. Toen was ook de Mincklers-
laan gecreëerd, die ruimtelijk tot het Transvaal-
park behoort, maar de naam draagt van een natuur-
kundige.
5. Het ontstaan van de Scheeperslaan en De la Rey-
laan
Gelijk ik in mijn eerste artikel al opmerkte, is
het niet zover gekomen, dat de Steynlaan wordt ge-
sneden door verbindingen noord-zuid.
Wel komen links en rechts zijstraten op de Steyn-
laan uit, maar niet in eikaars verlengde. De be-
langrijkheid van deze drukke straat heeft de loop
der andere wegen als het ware dwingend bepaald.
Zo zou de Cronjélaan, die de Torenlaan voortzet,
aanvankelijk de Gasweg snijden en daarna het ter-
rein van de gasfabriek zelf.
Dit kon uiteraard geen doorgang vinden. Als compro-
mis heeft men toen dichter naar de Kritzingerlaan
de Scheeperslaan aangelegd.
Die is echter maar kort, omdat ook hier het terrein
van de gasfabriek de pas afsneed.
Tot slot nog een enkel woord over De la Reylaan.
De naam komt in het raadsbesluit van 1901 niet voor.
De straat zelf heette jarenlang Bothadwarsstraat.
Die was toen korter en liep nog niet met een boog
naar de Kritzingerlaan. Toen dit in de twintiger
jaren wel het geval werd, vonden de bewoners, dat
hun straat een mooiere naam moest hebben. Zij
stelden aan B. en W. voor: "Pretorialaan", maar dat
vond het gemeentebestuur onlogisch. Het moest weer
een boerengeneraal zijn en toen viel vanzelf de aan-
dacht op de meest bekende figuur, naar wie nog geen
straat was genoemd en die men in 1901 waarschijnlijk
heeft vergeten : De la Rey.
Het besluit viel in 1928.
H. Emmer
-ocr page 27-
27
HONDERD JAAR "BETHANIE"
Het is Ben goede ge-
woonte wat extra aan-
dacht te besteden aan
een honderdjarige en
daarom in dit bulle-
tin het een en ander
over "Bethanië", het
oudste kinderherstel-
lingsQord van ons land.
Het was de heer Willem
van Oosterwijk Bruyn,
die de stoot gaf tot
de oprichting.
W. van Oosterwijk Brayn
Mede-oprichters in 1873 waren: ds en mevrouw Nahuys.
de heer en mevrouw Kuytenbrouwer, mevrouw Voute, de
heer Hoffmann en mevrouw Van Oosterwijk Bruyn.
In de weekbode van 1 maart 1873 vinden we de eerste
berichten over de oprichting van het medisch kinder-
tehuis "Bethanië".
Blijkens de statuten van de nieuwe stichting was het
doel:
"door ziekte, ongezond klimaat of andere oorzaken
verzwakte en tevens behoeftige kinderen van 4 tot 12
jaar, die tot herstel van gezondheid de buitenlucht
en versterkend voedsel nodig hebben op te nemen".
In hetzelfde artikel lezen we, dat reeds alles voor-
handen was wat nodig was, t.w. een droge gezonde
lucht, de versterkende geur. der dennenbossen en een
ruime lokaliteit van het niet gebruikte gedeelte van
het protestantse weeshuis aan de Slotlaan.
(zie pagina 28)
-ocr page 28-
'vmm
-ocr page 29-
29
BETHylLlVIJe.
Bij den ondergeteekeade zijn na de laatste opfirare in
dank ontrnngen de navolgende giften en InsehrqTiHgeo ten.
behoere van Ëethanië.
Voor het fonds ran aanboaw en inrichting:
Van JonkTrouwc F. te 6. ƒ 25.~. M. C. B. te G./IO.—,
Voor verpleging in eens:
Vto Mevr. J. te R. ƒ 10.— N. N. te B. ƒ35.—.
Voor verpleging jaarl^ks;
' V«n H. C. B. te ü./lö,—. Wed, d. B. te Z. / 2.50. M. M. K.
i te 2./2.50. W. C. H. te Z. ƒ 6.—. M. C. B. te 6./3.—. Itemw
: V. d.B. te G./B.—. Wed. J. C. L. v. d. B. te A./B.—. Jonkvr.
T. V. Z. te G./ 6.—. J. B. te E. ƒ 2.B0J«wt; J. H. N.J.te
A./iO.—
N. J. A. C. HOFFMANN,
Penniftffmeester.
Heotifloatie. In het rorlg nammer ^at de handdoeken ea,
droogdoeken zqn van Jnfvr. T., dit moet z^n TanJMtg. E.C.V.S.2.
Uit het bovenstaande bericht in de weekbode van
maart 1873 blijkt, dat een groot aantal mensen
onder de indruk was van de sociale nood van de
kinderen in ons land. In vrijwel elk volgend
nummer van de weekbode komen we dergelijke over-
zichten tegen.
We kunnen ons in 1973 moeilijk voorstellen dat
eens op de Slotlaan koeien gehouden werden, maar
toch wordt in de notulen van 1876 vermeld, dat
de huisbewaarder voor eigen rekening een tweede
koe kocht en voor 8 cent per liter melk aan
"Bethanië" leverde. Uit de notulen van enkele
jaren later blijkt echter, dat de vrouw van de
huisbewaarder de melk "verwatert", waarna de
toenmalige koloniearts dr Ermerius voorstelde de
melk voortaan van de "Utrechtse Melkhandel" te
betrekken.
Later blijken de koeien toch weer hun intrede ge-
daan te hebben, want in 1920 lezen we in het ver-
slag van de secretaris, dat "5 koeien der vereni-
ging moesten worden overgedaan, daar geen goede
-ocr page 30-
- 30 -
weide meer voor ze gehuurd Kon worden. Teneinde
enigszins tegemoet te komen aan de voorziening in
de voor den moestuin noodzakelijke bemesting wer-
den, als voorheen, weder eenige varkens aangekocht,
terwijl overigens kunstmest moest worden aange-
schaft. Een milde geefster schonk zes kippen als
fundament van het tegenwoordige hoenderpark".
Omdat in de jaren na 1873 voortdurend aanvragen
voor de opname van kinderen moesten worden afgewe-
zen, werd in 1882 besloten op een bosterrein buiten
de bebouwde Kom van Zeist een geheel nieuw gebouw
te stichten, dat plaats bood aan 85 kinderen.
Het nieuwe gebouw (zie pagina 31} werd in 1885 op
de plaats van het huidige Bethaniëplein betroKKen
en gedurende
+_ 45 jaar intensief gebruiKt.
Rond 1925 bleeK deze huisvesting niet meer te vol-
doen aan de eisen des tijds, terwijl ooK de gemeen-
te Zeist zich dusdanig had uitgebreid, dat er geen
spraKe meer was van een bosterrein.
In het jaarverslag van 1925 lezen we "bovendien
was het station vlak tegenover "Bethanië" gebouwd
en van den rook der locomotieven hadden we duchtig
last".
Het bestuur besloot iets geheel nieuws te stichten.
Na langdurige onderhandelingen werd in 1930 over-
eenstemming bereikt met het college van burgemees-
ter en wethouders over de verkoop aan de gemeente
van het oude pand met terrein aan de Slotlaan en
over de koop van een uitnemend gelegen bosterrein
(weer) aan het eind van de bebouwde Kom, aan de
Verlengde Slotlaan te Zeist.
Op 5 mei 1931 werd het nieuwe koloniehuis "Bethanië"
(zie pagina 32] feestelijk ingewijd.
Het aantal bedden bedroeg B2.
Haar de geschiedenis herhaalt zich.
In 19B8 besloot het bestuur op korte termijn te
streven naar een geheel nieuwe huisvesting voor de
kinderen.
De nieuwbouwplannen behelzen 2 keer 3 eenheden vam
-ocr page 31-
- 31
geschakelde kinderhuisjes, die loodrecht op elkaar
staan.
Per huis zullen ongeveer 8 kinderen ondergebracht
kunnen worden, waarbij het mogelijk is de moderne
opvattingen omtrent de huisvesting van kinderen
buiten het gezin in praktijk te brengen.
Blijkens mededelingen van de economisch directeur,
de heer A.N. Vroon, is het wachten alleen nog op
de ministriële goedkeuring, terwijl het hele pro-
ject in ruim een jaar gerealiseerd kan worden.
L. Visser
-ocr page 32-
32
..77.
m y
ftj m f
^ ^^;:^c^Jh^ - ^fi'^
'-'*^^m^m^^^^'
Ui lieu-vervuiling
130 jaar geleden,- toen de Hervormden in Zeist
kerk hielden bij de Broedergemeente, was er al het
probleem van de kerkverontreiniging.
Henk de Jong citeert in het Gereformeerd Week-
blad de kerkvoogden van toen : "Kerkvoogden voelen
zich verpligt de predikanten uit te noodigen ten
ernstigste tegen het zoogenaamde pruimen van tabak,
waarvan het uitwerpen dezer vuiligheid meestal het
gevolg is, te waarschuwen. De collectanten worden
verzocht bij het rondgaan hierop een wakend oog te
houden, zullende diegenen, welke zich in het ver-
volg aan deze onwelvoegelijkheid schuldig maken,
openlijk van den predikstoel aan de gemeente wor-
den bekend gemaakt".
(overgenomen uit het blad ELK
der Evangelisch-Lutherse Kerk)
-ocr page 33-
- 33 -
Huize "Schaerweyde"
Inleiding
Dit artikel is ontstaan naar aanleiding van 't be-
zoek, in het voorjaar van 1972, aan onze Stichting
in het Slot door de heer en mevrouw Sluyterman van
Langeweyde - wonende te Hessen-Heisingen in de
Duitse Bondsrepubliek - om inlichtingen in te win-
nen over een voorvader, Bernardus Sluyterman. Deze
was drost van Zeist geweest en zou hebben gewoond
op "Schaerweyde'". Enige correspondentie nadien be-
zorgde ons een foto van het portret van de drost ,
benevens enkele gegevens, welke in dit artikel zijn
verwerkt, tezamen met materiaal uit het Rijks-
archief te Utrecht (recht, archief Zeist, 1261],
uit de Notulen van het Gerecht,, en later van de Gemeen-
te, van Zeist, uit de Notulen van de Gereformeerde
(Ned. Herv.) Kerk alhier, uit het eigen stichtings-
archief (vnl. 20e eeuws), enz.
Aan de noordzijde van de Utrechtseweg, onder no
75, schuin tegenover de Brink, staat de witte
buitenplaats "Schaerweyde". De naam van dit bui-
ten is een belangrijke in de geschiedenis van onze
gemeente. Hij duidt er nl. op, dat ongeveer ter
plaatse op de "weyde" - d.w.z. geen weiland, maar
heide, heetveld - door de Zeister boeren vroeger
het vee werd "geschaard".
De betekenis van dit woord vindt de lezertes] in
ieder goed nederlands woordenboek. Bijvoorbeeld:
"scharen van vee: in een gemene weide, de schaar-
weide, brengen" 1). Het was' een zeer verbreid in
zwang zijnde term, bv. in het Gooi, in Friesland
2] en in Hattem 3].
Opvallend is, dat als pendant van de schaarweide
ten westen van het vroegere dorp er ook een ten
oosten aanwezig was en wel ter hoogte van het la-
ter ontstane Molenbosch-Schoonoord.
-ocr page 34-
- 34 -
Vooruitlopend op datgene wat aanstonds zal worden
geciteerd uit enige akten, moge hier wat nader
worden ingegaan op deze vreemde situatie. Uit be-
doelde akten blijkt dan 4], "....................
dat Schaarweide een goed was (leen van de ridder-
hofstad Beverweerd onder Werkhoven,G.), waaraan
verbonden waren geweest tins, tiend en gerecht.
Dit wijst op bisschoppelijke herkomst.
Alleen de bisschop kon in eerste instantie goede-
ren samen met de genoemde rechten uitgeven, hetzij
in leen, tins of erfpacht, of ze aldus verkopen.
Er had dus t.a.v. Schaarweide de mogelijkheid be-
staan, dat het een zelfstandig laag gerecht zou
zijn geworden. Doch, zoals vaker, is dit hier niet
tot ontwikkeling gekomen doordat de bevolking te
gering in aantal was. Er was geen plaats voor een
dagelijks gerecht bij gebrek aan personen, die als
rechtsprekers konden optreden". Tot zover de aan-
haling van prof. Van Iterson, die nog de veron-
derstelling oppert, dat mogelijk in het verre ver-
leden de beide schaarweide-delen één gebied vorm-
den, waar de grondheerlijkheid van de Zeisterstraat
[= de Dorpsstraten] uitgelicht werd.
Evenals de pastorielanden, de terreinen van het
slot Zeist, van Blikkenburg, Kersbergen, enkele
grote hoeven (bv. De Brink].
Wat de begrenzing van de voormalige schaarweide
betreft, daarover wordt e.e.a. meegedeeld in een
akte van 1799, terwijl wij in Tirion's boekwerkin
eenvoetnoot lezen 5]: "Schaarweide is thans (ca.
1770, G.] een Tiende, toebehoorende den Heer
Luitenant-Generaal Ruisch. Zij strekt zig uit van
voor de poort van Blikkenburg, tot over de Zeister
molen, en van daar tot aan den Stoetwegenschen
Dijk (d.w.z. de Bunsinglaan, G.] toe" B]. Waar-
schijnlijk zal de toestand zo'n 90[] jaren geleden
zo zijn geweest, dat de schaarweide zich uitstrek-
te ten noorden, oosten en zuidoosten van het klei-
ne dorpje Zeist tot de heidegronden van De Bilt,
-ocr page 35-
- 35 -
Amersfoort, Leusden, Soest, Woudenberg en Drie-
bergen (?}, met als oostelijke grens de huidige
Bunsinglaan-Heideweg-HoogKanje-noordwaarts de
hei in. De noordwestelijke grens zou geweest zijn
de Schapendrift (= Sanatoriumlaan] -noordwaarts
de hei in over de oude Woudweg alias Woudenbergse
Zandweg heen. Want ten westen van de Schapendrift
lag de Eng, hef bouwlandgebied, dat doorliep
zuidwestwaarts de Kroost in en waartoe ook behoor-
den de Brink-landen, terwijl men daar verder
aan de zuidkant' veel broekland, dichtslibbende
rivierarmen, boscomplexen, e.d. vond.
Merkwaardig is wel, dat de oeroude, gemeenschap-
pelijk bezeten, "weide" - in tegenstelling bv.
tot de nabijgelegen "eng" en "brink" of "brenk" -
nergens in akten wordt genoemd (men zie er de
"Bronnen voor de geschiedenis van Zeist" maar op
na] en eerst ca 1675 in een handschrift in het
R.A. te Utrecht vermeld staatj aldus 7]: "Onder
de hooge heerlickheit van Seyst ende Driebergen
wert versoght dat begrepen magh werden het ge-
recht van Stoetwegen, behoorende aen den heer
Hamel, ende van Cattenbroeck ende Schaerweyde,
behoorende aen den heer van Moersbergen,......"
Voorgeschiedenis
Op een schetskaart van + 1750, aanwezig in de
kaartenverzameling van onze Stichting, weergeven-
de een aantal percelen langs de tegenwoordige
Utrechtseweg en Oude Arnhemseweg, is o.m. tussen
"Oude Hooge Weg na Drieberge ..." en Utrechtse-
weg geschreven "Bouwland van den Brink" en een
perceel van "Graafman". Deze Graafman was onge-
twijfeld de in die dagen levende schout van
Zeist Jan Graafman (t 1788).
De gronden ten noorden van de "Oude Hooge Weg"
waren toen vnl. eigendom van d^ heer Hendrik
Verbeek [wonend op Beek en Royen}, voorheen van
de familie Taets van Amerongen en door Verbeek
gekocht van Maria Jacoba Pijnse van der Aa tot
-ocr page 36-
- 3B -
Deijl, douairière Leonard Taets van Amerongen.
Deze terreinen liepen door tot de Schapendrift,
het verlengde dus van de huidige Sanatoriumlaan.
Hier en daar stond een schaapskot en meer naar het
westen liepen nog enige schapendreven. Het gaat
ons evenwel om het land ten westen van de Van
Reenenweg (waarschijnlijk in de middeleeuwen
"Molenwegh" geheten en later "Doodweg") tot aan
de Schaerweydelaan, welk areaal op Raarten uit
het begin van deze eeuw nog vermeld staat als
"Oude Schaerweyde".
Zo'n twee eeuwen geleden was langs voormelde we-
gen nauwelijks bebouwing; afgezien van huize De
Brink (een grote boerderij) waren er bierren daar
enkele daglonerswoningen.
Zo had bv. Gijsbert Meyers i-f in 1794 of 1795) tij-
dens zijn leven als gift ontvangen van Willem
Pront, gehuwd met Catharina van der Velden, een
oud huisje met de grond, onder voorwaarde, dat
hij 't huisje zou afbreken en herbouwen als twee
woningen onder .één dak
'.
Waarschijnlijk is dit het huis met erf, dat - met
andere eigendommen - bij het overlijden in 1776
van Gerrit van der Velden onder zijn kinderen
werd verdeeld. Het lag onder Zeist aan de Brenk
aan de Hoge weg (Utrechtseweg), grenzend aan de
"Drift van de Brenk" (= nu Schaerweydelaan) 1 Ter
verduidelijking van de situatie hierbij enige
kaartjes, (zie pagina 39).
Al eerder, op 8 juli 1789, had Meyers, gehuwd met
Magdalena van Hoeflaken, voor ƒ 150,-- van de
Geref. Kerk gekocht een huis met erf in de Zeister-
straat aan de zuidzijde, tussen de pastorie en
het huis van de heer Beuningh en tegenover het
rechthuis. Dit perceel was in 1739 bezit van de
kerk geworden; er woonde toen in Gerrit Hoevelaaken
(de vader van Magdalena ?), die o.a. schepen van
Zeist was van 1747 t/m 1762.
-ocr page 37-
37
Bernardus Sluyterman [1771-1845}
-ocr page 38-
38
Schaerweyde
Een nieuwe fase in de historie vangt aan bij de
intrede in de Zeister gemeenschap van Bernardus
Sluyterman. Wie was hij ? Bernardus, geboren op
25 april 1771 te Utrecht, was de zoon van notaris
Bernardus Sluyterman. Omstreeks 1790 werd hij
procureur bij den Hove van de provincie Utrecht.
In juli 1793 kreeg hij van de Vrijvrouwe van
Zeist algehele volmacht haar zaken te regelen,
d.w.z. hij werd hier drost, als opvolger van
C.W. Kelderman.
In 1794 kocht hij in Utrecht twee huizen aan de
westzijde van de Nieuwe Gracht bij de Paulusbrug
C Gem. Arch. Utr., akte 271-2723. Sluyterman was
op 29 oktober 1793 gehuwd met Christina Albertina
Hillegonda Vossenberg Cgeb. augustus 1773, gest.
Zeist 15/9-1799, begraven in de Utrechtse Jacobi-
kerk]. Op 5 oktober 1800 hertrouwde Sluyterman in
Amsterdam met Katharina Justina van Ewyck van den
Engh en Themaat (geb. Amsterdam 30/4-1777, gest.
19/4-1806 op kasteel Velen in Munsterland]. In
1807 trad Sluyterman in franse militaire dienst;
hij werd ritmeester bij de huzaren van Quaita en
is door keizer Napoleon benoemd tot ridder in
het Legioen van Eer en tot "chevalier de 1'Empire",
Na de geallieerde overwinning in 1812/1813 werd
Sluyterman van Langeweyde krijgsgevangene; later
majoor bij de Königliche Preussische Kavallerie
en nadien brigadier bij de gendarmerie te Munster
CWestfalen). Hij stierf te Herford (bij Munster}
op 17 september 1854, oud 83 jaren. Hierbij zijn
portret.[zie pagina 37).
De Zeister periode van Sluyterman heeft niet lang
geduurd, nl. van 1793 tot 1798 Cin maart 1798
wordt hij gewezen-drost genoemd), al woonde hij
daarna nog in Zeist, waar immers in 1799 zijn eer-
ste vrouw stierf en waar hij ongetwijfeld zijn
tweede vrouw Van Ewyck van den Engh Cin Den Dolder
nog bekende namen) had leren kennen.
Wordt vervolgd                                             Dr K.W. Galis
-ocr page 39-
39
^TT
X
i8z6
Huize "Schaerweijde"en
omgeving
1. Utrechtse- of Hogeweg
2. KroostWBg
3. Schaerweijdelaan of Drift
van de Brink
1801
4.
"Van Reenenweg"
5.
Boven- of Hoge-
Arnhemseweg
of Oude
B.
Vijver
7.
Koepel
8.
Tolhuis
9.
"Welgelegen"
-ocr page 40-
- 40 -
Noten:
(1] M.J. Koenen en J. Endepols: "Verklarend hand-
woordenboek der Nederlandse taal".
Groningen,1960;pag.960,
(2] In de Leeuwarder Courant van 12/3-1872 wer-
den te huur aangeboden "3 scharren in Garijp-
ster Gemeenschar". En in de Leeuwarder Cou-
rant van 12/3-1973 is sprake van de aanleg
van een natuurpad in de Wijnjeterper Schar,
een heidegebied.
(3] K.ter Laan:"Folkloristisch Woordenboek___".
Den Haag,1949;pag.160.
(4] W. van Iterson:"Hoe heeft Zeist zijn vroegere
dorpsgronden verloren?" Zeist,1960;pag.23/24.
(5) I.Tirion:"Tegenwoordige staat der Vereenigde
Nederlanden".Amsterdam,1772;dl 12,pag.347.
[6] Deze Balthazar Constantijn Ruysch was een
zoon uit het eerste huwelijk van Hendrick
Ruysch, die in 1727 Heer van Lunenburg gewor-
den was. Vader Hendrick stond in 1737 Lunen-
burg af aan voornoemde zoon. die het goed
echter in 1750 voor ƒ 6.615,-- verkocht (zie
"Kastelenboek provincie Utrecht".Utrecht,
ig48;pag.104]. •
(7] Bronnen, dl 2,pag. 217.
-ocr page 41-
41 -
Lezing
Voor een gezelschap van ca 80 personen werd,onder
auspiciën van de Van de Poll-Stichting, in de
congreszaal van het Slot op 30 maart j.1. een bij-
eenkomst gehouden, waar voorzitter mr dr StolK
een welkomswoord sprak en despreker van die avond,
drs A. Bertoen, inleidde.
De heer Bertoen, oud-adjunct-directeur van de
Provinciale Planologische Dienst van onze provin-
cie, hield een gevarieerde en interessante cause-
rie over "Leven en werken in Zeist en haar rand-
gemeenten sinds 1800", toegelicht met een uitge-
breide reeks dia's. Ter sprake kwamen o.m. de
woonmogelijkheden voorheen en thans in en om Zeist;
het milieu, de natuur, toen en nu; de groei in de
laatste halve eeuw van onze gemeente en De Bilt;
de functie van de griften en vaarten om Zeist voor
turf- en ander vervoer; de beroepen, veestapel,
e.d. in het oude Zeist (schaapherders, enz. en
later het veelsoortig personeel op de talrijke
buitenplaatsen); enz.
Het op een prettige manier te berde gebrachte vond
een dankbaar gehoor bij de aanwezigen, zodat op
een geslaagde avond kan worden teruggezien.
K.W.G.
Excursies
Op zaterdagmiddag 2 juni j.1. vertrokken per auto-
bus van het raadhuisplein alhier een30-tal belangstel-
lenden voor een excursie, welke vooral "Gunter-
stein" aan de Vecht ten doel had. Helaas werkte
Pluvius niet mee en door een druilerig landschap
toerden wij via Overvecht, de oude Amsterdamse-
straatweg, door Oud-Zuilen en Maarssen, langs de
mooie oostelijke Vechtoever naar ons reisdoel,
waar ons gezelschap hartelijk werd begroet door
mevrouw en jhr Oüarles van Uf f ord. In twee groepen^
-ocr page 42-
- 42 -
gedeeld werden wij resp. door de vrouw en de heer
des huizes beneden rondgeleid.
Hoewel "Gunterstein" een tamelijk klein kasteel
is - in huidige gedaante eerst gebouwd na de ver-
woesting van het middeleeuwse slot in 1672 door de
Fransen - is de historie van het huis en zijn ar-
chief en de vele bezienswaardigheden toch zo inte-
ressant, dat de tijd omvloog.
Voor ons vertrek werd ons ten slotte nog thee
aangeboden door de gastvrouw, waarna mr Van
Hoogenhuyze - die ook deze excursie met de heer
Visser had georganiseerd - met enige welgekozen
woorden en geschenken dankte voor al het gebodene,
stoffelijk zowel als geestelijk van aard.
Te voet ging het vervolgens naar de Ned.Hervormde
Kerk in Breukelen - waar de bus reeds op ons
wachtte -, in welk bedehuis weer de gewenste toe-
lichting werd gegeven door jhr Quarles van Ufford
en waar behalve het fraaie interieur van deze
dorpskerk vooral de vele rouwborden van vroegere
"Gunterstein"-bBWoners (bv. Poulle, Van Collen,
Willink, e.a.) werden bewonderd.
Het zonnetje was intussen gaan schijnen en de •
tocht werd welgemoed voortgezet langs "Nijenrode"
en door mooie lanen om het park van kasteel "De
Haar" te Haarzuilen , waarna, via Harmelen, Vleu-
ten, de snelweg en Bunnik, Zeist weer langs de
Koelaan werd bereikt. Klokke 18 uur stapte ieder
voor het gemeentehuis uit, dankbaar voor het vele
genotene op die middag.
"'' ' ' ■ . ' \.                                                        K.W.G.
Op vrijdagmiddag, 8 Juni, werd de tweede excursie
gehouden.
De reis ging via Driebergen naar "Lunenburg" aan de
Langbroekerwetering, waar het hele huis, van de
kelder tot de zolder, alsmede de prachtig gerestau-
reerde woontoren voor ons openstond.
-ocr page 43-
- 43 -
Nadat mevrouw Fentener van Vlissingen onze Klim-
tocht naar de top van de toren had beloond met
een heerlijk glas limonade bracht de heer Van
Hoogenhuyze dank voor al hetgeen ons geboden was
en werd de tocht voortgezet naar het restaurant
"Het Groene Woud" in Cothen.
Dankzij het prachtige weer kon de thee zittende
in het zonnetje worden genuttigd.
Hierna ging de reis naar Hardenbroek. Onder de
deskundige leiding van mevrouw Van Hardenbroek
werd het kasteel bezichtigd en werd een wandeling
gemaakt rondom het huis.
Nadat ook hier woorden van dank waren uitgebracht
voor de verleende gastvrijheid ging de terugreis
via Werkhoven en "Beverweerd" naar Zeist, waar we
tegen zes uur arriveerden.
L.V.
De entree van Zeist
Deze keer zou ik U graag eens meenemen naar de
achttiende eeuw en U dan willen laten zien, hoe
de entree van Zeist zich heeft ontwikkeld tot om-
streeks de tijd, die nog vele oude Zeistenaren
zelf hebben beleefd.
Dnder entree van Zeist versta ik het begin van de
Eerste Dorpsstraat en het terrein daarvóór, dus
de toegang aan de Utrechtse kant. Die is, ook
historisch gezien, belangwekkender dan de toegang
tot onze dorpskern aan de Driebergse kant.
In ruimere zin kan men de entree van Zeist ook
laten beginnen bij "Beeklust", waar de Utrechtse-
weg een bocht maakt, die wordt herhaald tegenover
het huidige politiebureau, waar vroeger het huis
"Veelzigt" stond. Deze twee bochten geven aan de
entree van Zeist iets idyllisch en gezelligs, ook
nog in deze tijd, nu er zoveel verkeer doorheen
gaat.'
-ocr page 44-
- 44 -
Voor mij persoonlijk heeft de entree van Zeist
'altijd iets fascinerends gehad, vooral de oude
Kerk met haar ligging op een verhevenheid, die
weer een uitloper is van de Utrechtse heuvelrug
en waarop sinds vele eeuwen een heiligdom moet
hebben gestaan.
Om nog even op mijn eerste zin terug te komen:
mijn gidsen voor dit artikel zijn oude prenten,
voorzover betreft de pre-fotografische tijd,
want dat waren toen onze enige illustratieve
bronnen. Omstreeks 1840 werden er al echte foto's
gemaakt, maar die zijn zeer zeldzaam.
Ik heb een boekje over Den Haag, met foto's uit
de jaren 1860 tot 1870 en zelfs nog van vroeger
datum. Maar dat is Den Haag, daar kan Zeist niet
tegenop. Ik schat de ouderdom van bestaande
foto's, die betrekking hebben op de entree van
Zeist, op omstreeks 100 jaar. Die heb ik dus ge-
bruikt voor de periode van 1870 tot 1900. Daarna
verschijnen de prentbriefkaarten waarvan vele
de entree van Zeist hebben afgebeeld.
Naast prenten, ansichten en foto's heb ik
ook geografische kaarten geraadpleegd en
- last not least - de Zeister Weekbode.
De punten, die ik in dit artikel de voornaamste
plaats zou willen geven, zijn de Oude Kerk,
het logement "Hof van Holland" en het gebouw
daartegenover aan de Waterigeweg. Geen van deze
gebouwen bestaat meer, uitgezonderd de kerktoren
en het oudere gedeelte van het voormalige hotel
Munzert.
De entree van Zeist wordt ons omstreeks 1750
getoond door de bekende tekenaar J. de Beijer.
Er bestaan van zijn gezichten op Zeist verschil-
lende uitvoeringen. Naast de prent van 1748
treffen wij een tekening aan in Kraals Gids uit
•de dertiger jaren, getiteld "De Groote-Wegh bij
-ocr page 45-
45
de Kerck, Anno 174B". Dan is er nog de prent, die
Spilman op de Koperplaat zette voor het standaard-
werk "De Tegenwoordige Staat", die uit ongeveer
dezelfde tijd moet dateren. De drie afbeeldingen
vertonen in hun algemeenheid een treffende ge-
lijkenis, die dezelfde tekenaar doet vermoeden.
Verschil is er alleen in de details, het aantal
mensen, paarden,honden en kippen en het aantal
kleedjes dat over het hek aan de rechterzijde
hangt, üp de prent uit 1746 ontbreekt zelfs ieder
levend wezen en door de lange schaduwen krijgt
men de indruk, dat hier de sfeer van de late zo-
meravond wordt uitgebeeld.
Zo op het eerste gezicht zou men denken, dat men
de kerk nadert vanuit de Eerste Dorpsstraat, maar
dan zou men geen goed zicht hebben op de kerk
en de voorgevel van het "Hof van Holland". Boven-
dien zou dan de Dorpsstraat een te landelijk aan-
zien hebben. Het moet dus anders zijn. Inderdaad
naderen we op beide prenten kerk en logement van-
uit de Waterigeweg 1 We zien dan het grote loge-
ment "Hof van- Holland" naast de kerkheuvel en
daartussen een houten stal. Vanaf de kerkheuvel
loopt een houten trap naar die stal. Dezelfde
situatie bestond nog in de eerste helft van de
negentiende eeuw.
Voor die periode zijn onze bronnen een tekening
uit omstreeks 1820. die in het bezit is van onze
Stichting, en de bekende prent van Mourot uit
1829. Beide afbeeldingen vertonen nog niet de
brede stenen trap, in het verlengde van de kerk.
Mourot geeft ons een amusant beeld van de lande-
lijke rust dier tijden. Het is de periode van
Biedermeier, men ziet hoge hoeden en luifelhoeden.
Het is mooi weer. De zon schijnt en de zonne-
schermen van "Hof van Holland" zijn neergelaten.
De mensen zitten aan tafeltjes voor het logement
en aan de overkant, en zij gebruiken onbekommerd
hun consumpties, met voldoende tussenruimte om
-ocr page 46-
- 46 -
het verkeer door te laten ...... Voor een twee-
wislig- en een vierwielig rijtuig zijn de paarden
uitgespannen. Een dame tokkelt op een instrument,
dat een luit of gitaar moet zijn. Ook op de kerk-
heuvel zitten, aan weerskanten van de ingang,
mensen aan tafeltjes.
Het enige opvallende verschil met de toestand van
omstreeks 1750 is, dat de houten stal niet meer
bestaat, maar is opgenomen in de brede voorgevel
van het logement, dat er overigens een verdieping
bij heeft gekregen.
Er bestaat ook een achttiende-eeuwse prent, die
ons de toegang tot de dorpskern toont vanuit de
Utrechtseweg. Wij zien daarop dezelfde soort
bomen, waarvan sommige vierkant of rechthoekig
geschoren , maar die bomen benemen ons het uitzicht
zodanig, dat wij alleen de bocht in de weg en de
bovenkant van de kerktoren kunnen waarnemen.
Dan komt het jaar 1841. De Oude Kerk wordt ge-
sloopt. Het is de tijd van de "vernieuwing" en
een neo-gotisch bouwsel verrijst. Het is ons ver-
trouwd geworden en toch valt het te betreuren.
De kerk is geheel verdwenen, de toren omgeven door
een nieuwe mantel waar de oorspronkelijke spits
bovenuit steekt.
Wat later moet het logement zijn verdwenen. Immers,
in de Zeister Weekbode der zestiger jaren wordt
nergens gesproken over het "Hof van Holland".
Ook in latere topografische kaarten is het silhou-
et van dit logement niet meer aanwezig. Aan de
zijde van de kerk vertoonde het logement een gro-
te diepte. Kennelijk was dit de stal, die immers
een aanzienlijk aantal paarden kon herbergen.
Heeft misschien het huidige muurtje, dat helemaal
tot de Maurikstraat doorloopt, hiermee nog iets
te maken ?
Tegenwoordig staan op de plaats van het "Hof van
Holland" het huis van dr Van Loghem en het ge-
-ocr page 47-
47
meentelijK voorlichtingsbureau. Beide gebouwen
moeten van omstreeks 1850 dateren en hebben er in
de loop der tijden een verdieping bovenop gekre-
gen. Dat laatste ziet men duidelijk aan foto's
uit de jaren 1870-1880. Blijkens het kadaster zijn
beide huizen in 1857 gebouwd.
Richten wij nu onze aandacht op het tegenoverlig-
gende gebouw, waarin tot voor kort hotel "Munzert"
was gevestigd. Het bestaat uit een ouder gedeelte
met de drie kleine balkonnetjes en een nieuw per-
ceel, dat de plaats heeft ingenomen van het ver-
brande hoekhuis Eerste Dorpsstraat-Waterigeweg.
Dit hoekhuis heeft een hele geschiedenis achter
de rug. In het begin van de vorige eeuw stond hier
een soort boerderij.
Later kwam er een niet zeer aanzienlijk vierkantig
hoekperceel, waarin aanvankelijk de verzekerings-
maatschappij Ultrajectum haar domein had. Na de
déconfiture van Ultrajectum was er tot 1876 de
verzekeringsmaatschappij Kosmos ondergebracht.
Die verhuisde later naar het (oorspronkelijk veel
minder diepe) gebouw, waarin nu Openbare Werken,
is gevestigd.
Toen het hoekperceel in kwestie omstreeks 1880 in
vlammen opging, was de bazar daar al. Er bestaat
een foto, die onmiddellijk na de brand is genomen.
De muren staan nog overeind. Er hangt een zeil
over het dak van het belendende perceel aan de
Dorpsstraat, wellicht daar aangebracht met het
oog op lekkage of wateroverlast. Twee mannen staan
te praten. Boven de ingang prijkt het opschrift
"DE BAZAR".
Aan de voorgevel is een schild bevestigd met de
woorden; Bensdorps Cacao en Chocolade. De grote
boom bij het huis van dr Van Loghem ontbreekt.
Dp die boom kom ik nog terug.
                                    ^ ,
Het verbrande perceel werd vervangen door een ,:
typisch renaissance-achtig bouwwerk van rode
-ocr page 48-
- 48 -
baksteen met twee loodrecht op elkaar staande
trapgeveltjes, echt de stijl van 1890. Pas enkele
jaren geleden werd het gebouw wit gemaakt; de
bovenstukken van de trapgeveltjes zijn gesneuveld.
In dit gebouw en het aangrenzende perceel aan de
Waterigeweg was aanvankelijk de bazar nog geves-
tigd, daarna hotel "Paats" en ten slotte
"Munzert". Op zeer oude prentbriefkaarten ziet
men de bazar nog, ansichten met hotel "Paats"
moeten van jonger datum zijn, misschien van om-
streeks 1905.
Tot zover de drie gebouwen, die de entree van
Zeist het meest markeren.
Ik zou U echter ook een blik willen laten werpen
wat verder de Dorpsstraat in, U vindt dan naast
het huis van dr Van Loghem een gebouw met twee
verdiepingen: café "Victoria". Vroeger stond hier
hotel "De Zwaan". Hierover zijn wij uitvoerig
ingelicht door de Zeister Weekbode. Er werden ge-
regeld verkopingen gehouden, vooral van buitens.
Ook de molen -"De Hoop" aan de hoek van de Jager-
laan en Achterheuvel is er destijds geveild, kort
vóór de brand.
Ook het hotel zelf werd in 1865 binnen zijn eigen
muren geveild en toen beschreven als "een loge-
ment, koffiehuis en stalhouderij-affaire, sedert
omstreeks 60 jaren met het beste gevolg uitgeoe-
fend, grote stalling annex voor 40 paarden".
In 1881 noemde de Weekbode hotel "De Zwaan" één
der oudste gebouwen van de Dorpsstraat. Het is
toen gemoderniseerd en een gebouw geworden "vol-
doende aan de eisen des tijds, met een veranda,
terwijl de stal en het koetshuis naar de tuin
achter het hotel werden verplaatst". De uitge-
spaarde ruimte aan de straat bleef open en werd
met heesters beplant. Dit alles komt goed over-
een met de foto, die is afgedrukt in het boekje
yan mejuffrouw Van de Bunt. "De Zwaan" is hier
-ocr page 49-
- 49 -
.nog een Kleiner gebouw, met slechts één verdie-
ping, de zolder niet meegerekend.
De door mij al gesignaleerde boom bij het huis
van dr Van Loghem Komt op deze foto nog voor:
die moet dus zeer oud zijn.
Hoewel de heesters aan de voorKant natuurlijk
zijn verdwenen, is de uitbreiding nog goed waar
te nemen aan het gebouw met twee verdiepingen,
waar nu café "Victoria" is gevestigd. De naam
"De Zwaan" heeft zich nog lange tijd gehandhaafd.
In 1902 wordt hij nog in de Weekbode genoemd.
Als wij nog wat verder gaan, dan passeren wij
weldra het gebouw van Sociale Zaken, dat in 1877
in gebruik is genomen als het nieuwe (tweede]
Raadhuis van Zeist. Wist U dat daarvoor twee
percelen zijn gesloopt ? Het kwam in de plaats
van het oude Rechthuis en een belendend gebouw,
dat door de gemeente werd aangekocht. De sloping
werd gegund aan de heer Van Dijk, want die deed
het voor niets en gaf nog ƒ 240.-- toe .....
Werpen wij nu nog een blik naar de overkant van
de Dorpsstraat. Voorzover mij bekend, bestaan
hiervan geen pre-fotografische afbeeldingen. Wel
kunnen wij aannemen, dat geen enkel gebouw aan
de Eerste Dorpsstraat ouder is dan het jaar 1800.
Zouden wij dus oude prenten van dit areaal heb-
ben, dan zouden zij een volslagen verdwenen toe-
stand uitbeelden. Maar er bestaan wel foto's
van de Eerste Dorpsstraat uit omstreeks 1875.
Die tonen ons dan het rijtje huizen naast Munzert
met rexpectievelijk twee, zes, drie en vijf ra-
men aan de straatkant.
Dan Komt de open pleK waar nu de showruimte van
garage Renes is. Die open plek is al heel oud
en bestond het grootste deel van de negentiende
eeuw ooK al. In de Franse tijd was er echter een
aaneengesloten bebouwing.
-ocr page 50-
50 -
Die open ruimte wordt tegenwoordig geflankeerd
door twee huizen van omstreeks 1900. Het huis
met de vijf ramen als boven bedoeld heeft plaats
gemaakt voor een gebouw met zes ramen.
Aan de andere kant staat het nog niet zo oude
perceel dat de garage van Broedelet afsluit.
Hier stond vroeger een fors hoekhuis met twee
verdiepingen en vier grote schoorstenen op het
afgeplatte tentdak.
En met venters die uitkeken op de open plaats.
Op oude prentbriefkaarten ziet men nog geboomte
uitsteken uitde huizenrij, als aanduiding dat
er een opening tussen die huizen is.
Ik wil dit artikel besluiten met nog even terug
te komen op de boom bij het huis van dr Van
Loghem. Deze boom stond eertijds op de openbare
weg, maar dichtbij de bocht, welke het hek van
dit huis vertoonde om de hoek naar de Eerste
Dorpsstraat als het ware "te nemen".
Deze boom vertoont zich op oude foto's van de
entree naar Zeist. Er bestaan echter ook
foto's waarop die boom ontbreekt, maar waarop
nog wel het oude gebouw van de "Kosmos" voor-
komt. Die moeten dus van later datum zijn. Het
is toch wel duidelijk, dat men zo'n oude, grote
en eerbiedwaardige boom niet maar eventjes in
de grond kan zetten. Er moet een groeiproces van
vele jaren aan vooraf zijn gegaan. Zo doet deze
boom ons een middel aan de hand om de ouderdom van
de foto's te controleren. Naar mijn mening da-
teren de foto's met boom uit de jaren zeventig.
Hoe die opvallende reus is verdwenen zal wel
een raadsel blijven. Misschien is hij een na-
tuurlijke dood gestorven. Mogelijk stond hij het
verkeer in de weg.
En hiermee ben ik- aan het einde gekomen van deze
terugblik in de letterlijke zin des woords.
H. Emmer
-ocr page 51-
- 51 -
.Huize "Schaerweyde" (2 3
Na de inleiding en voorgeschiedenis, "Schaerweyde"
betreffende en in ons vorige Bulletin behandeld,
thans terug naar de geschiedenis van dit land-
goed, weergegeven in een lange lijst jaartallen.
1796 In een akte van 27 februari verklaart (lagda-
lena van Hoeflaken - weduwe van Gijsbert
Meyers 8) - verkocht te hebben aan B.Sluyter-
man enige percelen, nl. in de Zeisterstraat (zie
hiervoor) voor ƒ 5.400,--; in de Maurikstraat;
benevens "een Huijzinge, Erve en grond, geappro-
prieerd tot twee, woningen onder één dak, staande
en gelegen aan den Brink, mede onder dezen ge-
rechte, ten zuyden het land van de Heer Hendrik
van Hoornenburg en Hendrik Koelman (gehuwd met
Ida van der Velden, G.], ten westen langs de
weg na de Heide, en ten oosten tot aan de alge-
meene Heyde, oft wie anders met recht naast
voorz. Huijzinge .......... gelegen mogte wezen"
(zie pag. 36). De verkoopprijs voor dit perceel
was ƒ 500,--. Op 2 april d.a.v. werd in het
Rechthuis aan de Zeisterstraat de officiële
transportakte getekend. En op deze dag verkocht
buurman (Van) Hoornenburg aan Sluyterman een
stuk grond met huis. geheten de Janekamp (of
Hanekamp ?), gelegen aan de Brink; terwijl Teu-
nis van Tellingen toen een stuk heigrond, gren-
zend aan Sluyterman's land, aan hem verkocht;
en schout Wouter van Dam tezamen met secretaris
Willem van Dam nog een stuk land met 28 beukebomen
(gelegen naast de Janekamp_,d.w.z. ter breedte
van 41 rijnlandse roeden = ca 154^ meter) trans-
porteerden aan de drost. En nog hield het niet op,
want op die 2e april verkocht de R.K.kerk te
Bunnik aan de drost nog een huis met grond, ge-
legen te midden van het land van de koper 9).
Vermoedelijk liet de drost meteen beginnen met
-ocr page 52-
- 52 -
afbraak en opbouw op zijn juist vsrworven bezit-
"tingen, want in een akte van 15 december laat
hij een estimatie, een taxatie, van de waarde
van zijn eigendommen verrichten en lezen we o.m.^
dat de buitenplaats, genaamd "Brinkbergen", met
toebehoren, gelegen onder Zeist op de Brink, van
de Hoge Utrechtse weg tot aan de Oude Arnhemse
weg zich uitstrekkende en in gebruik bij de ei-
genaar, gewaardeerd wordt op ƒ 11000,--.
1797 Dp 7 september laat Sluyterman opnieuw zijn
bezit taxeren; ook van "de Buyteplaats ge-
naamd 't Huijs Scharweijde'met zijne Heere
Huijzinge, Tuynmanswoningh, Stallinge voor 8
Paarden, Koetshuijs. Coepel
& Moestuijnen,
Broeyerijen, Plantagiën, Vijvers en Bosschen,
staande en gelegen op den Brink onder den Ge-
rechte van Zeyst, strekkende voor van de Utrechtse
wegh tot agter aan de zogenaamde Oude Arnhemse
weg, belend ten Zuydoosten de Heeren van Dam,
ten Noordwesten de algemeene Heyde en Zeijster
Drift, mitsgaders omtrent drie Mergen Heijveld,
bekwaam gemaakt wordende ter bebouwing, leggende
agter dezelve Plaats aan de andere zijde der
Oude Arnhemse wegh, .......".
Sluyterman bewoonde het huis zelf; de taxatie
bedroeg ƒ 14000,--. Uit vorenstaande blijkt, dat
ter plaatse van "Veldheim" en "Ma Retraite" toen
de hei nog groeide en dat omtrent de Johan de
Meesterstraat de hei werd ontgonnen.
Bij akte van 7 november van dat jaar stelt Sluy-
terman o.a. als waarborg zijn buitenplaats, ge-
naamd Scharweyde, met stallen, koetshuis, enz.
De naam "Brinkbergen" was dus veranderd in
"Scharweyde". De reden, dat de drost zijn buiten
ca. als waarborg opgaf, lag in het volgende
[in extenso overgenomen, 10):
'^Bernardus Sluyterman, door het Commité van Al-
gemeen Welzijn in 1797 gecommiteerd tot den ont-
-ocr page 53-
- 53 -
vangvan den XX en XL penning, offereert tot borg-
"tocht voor zijre goede administratie, op ƒ 40000,--
gesteld:
"EerstelijK: Een huyzinge, erve en grond, staande
in den dorpe Zyst (nl. in de Dorpsstraat, G.] en
by de gerechte geëestimeerd blijkens acte van
eestimatie op de somme van
                         ƒ 6000,--
"Item een stallinge en Koetshuis, staande als
voren (nl. aan 't eind van de MauriKstraat, G.)
en geëestimeerd op
                                          ƒ 1000,--
"Voorts de buitenplaats genaamd het huijs Schar-
weyde, breder by acte van eestimatie geëestimeerd
op
                                                                           ƒ 22500.--
"Item het Gerecht Scharweyde, gelegen by Zyst
en zijndeleenroerig aan de huyze Bevenwaerd
ƒ 8000,--
"Alsmede een capitale hofstede, genaamd de Grote
Ringelpoel, gelegen te Woudenberg, breder by de
acte van eestimatie omschreven, en geëestimeerd
op
                                                                           ƒ 9800,--
"Eindelijk zes morgen lands, genaamd de Klijne
Regelpoel, gelegen als voren, en geëestimeerd op
ƒ 800,--
"Makende te zamen een kapitaal'van
omtrent ƒ 43000,--
Notulen Comité van Algemeen Welzijn
dd. 20 Qctober 1797"
1798 Opnieuw stelde Sluyterman op 27 juli, als
ontvanger van de 20e en 40e penning, zijn
buiten Scharweide, met het gerecht, als waar-
borg. Hij was toen al geen drost meer. want bij
akte van 23 maart had hij, als gewezen drost,
voor ƒ 1950,-- gekocht van Lucas Bols van Groene-
woude 35 morgen bos, gelegen in de Lage Grond
en aan de zuidkant grenzend aan de Brugfekker. En
op 5 juni verkocht hij, als oud-drost, voor
'ƒ 150,-- aan Willem Ebeling 4 morgen 542 roeden
-ocr page 54-
- 54 -
.omgeploegd heiveld aan de Woudenbergse weg
[= Oude Woudenbergse Zandweg, dus tussen deze
weg en de Oude Arnhemse weg; zie ooK de beschrij-
ving in de akte van 7/9 1797, G.]. Laatstgenoemde
verkoop werd definitief bij de transportakte van
9 juli 1799.
1799 Of Sluyterman op te grote voet heeft geleefd,
of dat hij politieke moeilijkheden - of
allebei - heeft gehad, weten wij niet. In elk
geval had hij het zeker financieel niet gemakke-
lijk. Verkocht hij in 1798 zijn omgeploegde per-
ceel heide, in 1799 staat het volgende te lezen
in een akte van 3 mei: Sluyterman, als ontvanger,
verzoekt dan als borgstelling - in plaats van een
schuldbrief van ƒ 40000,--, gevestigd op zijn
buiten "Schaerweyde" en ten laste van J.H.
Kappelhof (echtgenote vanA.G. Blasius] - enige
obligaties en bezittingen tot dezelfde waarde
daarvoor in de plaats te mogen stellen. Of dit
verzoek geaccepteerd is weten we niet, maar op-
merkelijk is'wel de akte van 10 juni d.a.v.. nl.
de registratie van de Memorie van handstelling
voor het gemeentebestuur van Zeist, van 5 juni,
waarbij verboden wordt tot verkoop van "het ge-
recht, gelegen by Zeyst, genaamd Scharweyde,
zuydwaards regt doorgaande de weetering langs
(d.i. de boswetering welke nabij de Hertenkamp,
langs Pavia, langs Hoog Beek en Royen en langs
de Karpervijver [?) loopt, G.) tusschen het
gerecht, voorheen behoord hebbende den heer
Gerrit van Oostrom, heere van Moersbergen, aan de
overzijde [d.i. de Zeisterstraat, G.) en die
pastorie van Zeyst, of nu het recht van dien
competeerende, aan de nederzijde (deze pastorie-
landen lagen om het huidige Slot,- G.] met de
thienden, grof ende small, mitsgaders de thinssen
met allen zijnen toebehoren, als het voorschreeve
-ocr page 55-
55 -
goed van ouds aldaar gelegen is, in dier voegen
het zelve by den Welgeb. heer Balthazar Constahtijn
Ruysch gehouden en hij daarmeede op den 11 Maart
1738 is verlijd geworden". Benevens het buiten
Scharweyde met toebehoren, strekkende van de
Utrechtseweg tot de zgn. Arnhemseweg, en van over
de (Oude) Arnhemseweg tot aan de Woudenbergseweg
en ten noorden tot aan de gemene Schapendrift 11].
1300 Bij akte van 13 mei [geregistreerd op 12
augustus) verkoopt Sluyterman voor ƒ 600,--
aan de Vrijvrouwe van Zeist Cornelia Johanna
Verbeek, douairière Johannes Renatus van Laer, het
huis aan het einde van de Van Mauriksgang. Op die-
zelfde dag verkoopt hij verder, voor ƒ 6400,--,
aan Lodewijk Cornelis van Laer het huis met tuin
in de Zeisterstraat (naast het pastoriehuis en
het huis van heer Beuningh). Hierna wordt Sluyter-
man' s naam - bv. i.v.m. de verkoop van "Schaer-
weyde" - niet meer aangetroffen.
1801 De Vrijvrouwe van Zeist transporteert op 18
augustus aan Willem van Dam en Hendrik de Roo
een bos, gelegen aan de Brink aan de Hoge weg
(=L)trechtseweg) , strekkende van de Schapendrift
(=Schaerweydelaan) tussen Scharweyde en dit bos
tot aan het logement "In de Hoop" - vorig jaar ge-
bouwd door Johan Ludwich Lorentz - (ergens aan de
Oude Arnhemseweg, G.) en voorwaarts het hofstedeke
"Konijnenberg", 12). Dus ongeveer ter hoogte van
de tegenwoordige P.C. Hooftlaan, achter "Veldheim".
Waarschijnlijk is nog wel meer getransporteerd,
want op 27 november van dat jaar laten de erfge-
namen van mevrouw Maria Anthonia de Roo - van Wijk
een taxatie verrichten van
l van het goed Scharr
weyde, met bossen, eikewallen, tiend en 3^ morgen
land. Dit kwart-gedeelte werd toen op ƒ 5000,--
geraamd. Kennelijk waren de heren De Roo en Van Dam
-ocr page 56-
- 5 6 -
eigenaars geworden van Schaerweyde ca. Zij tracht-
ten hun bezit uit te breiden -zoals al bleek- en
Kochten b.v. in 1804 een huis met hof op de Brink,
tussen Scharweyde en Konijnenbergh gelegen.
1806 Dan sterft Willem van Dam -in leven secretaris
van Zeist- en zijn erfgenamen laten diens be-
zittingen taxeren, o.a., zo meldt een akte van
ca. 12 juni 1806,
l van 't goed Scharweyde, met de
tiend en 3^ morgen weiland. Goed voor f. 2.500,--.
1810 Er komen nu hiaten in onze kennis. Het volgen-
de feit, uit april 1810, is wederom een taxa-
tie, ten verzoeke van de erfgenamen van wijlen
Hendrik de Roo (overleden in Amsterdam op 2 februari
van dat jaar], van o.m. de helft van de buitenplaats
Scharweyde met nieuw gebouwd herenhuis, stallen en
boerenwoning; de taxatie bedroeg f. 6.500,--. N.B.
Er is dus een nieuw huis gebouwd, zo omstreeks 1807.
Van Sluyterman's buiten is geen afbeelding bekend,
maar dit. tweede, herenhuis zien wij-naar Ikvermoed
en helaas ten dele- weergegeven op een gravure van
Mourot van
+_ 1829 13). Op bedoelde gravure is. be-
halve het ronde koepeltje aan de weg, door het ge-
boomte zichtbaar een bepleisterde bakstenen villa,
blijkbaar in de trant van het -verdwenen- huis
"Veelzigt", naast de Oude Kerk. Gezien de situatie
kijken we tegen de zijgevel aan, als tenminste dit
gebouw op dezelfde plaats heeft gestaan als het
huidige Schaerweyde. Zie afbeelding op blz. 57.
1811 Blijkens een akte van 22 juni, waarin een
overeenkomst wordt vermeld over de scheiding
van de nagelaten boedel van H. de Roo, bezat
deze o.a. de helft in de buitenplaats Scharweyde
met het herenhuis, enz., gelegen onder Zeist op de
Brink, van de Utrechtseweg tot de Woudenbergseweg
zich uitstrekkend. En de helft in de tiend Schar-
weyde, grof en smal, gelegen onder Stoetwegen en
leenroerig aan Beverweerd.
Wordt vervolgd.                                        Dr. K.W. Galis
-ocr page 57-
- 57
-ocr page 58-
- 58 -
Noten:
(8) In het notulenboek van het Gerecht en in het
Recht, archief lezen wij nog, dat op 26
februari 1796 een akte van indemniteit was
afgegeven, wegens vertrek naar elders, aan
Machtel
['.) Hoevelaken, weduwe van Gijs
Meyer, en haar kinderen Geertruy, Catharina
(oud 16 jaar}, Gosewina (14 jaar), Tlaria
(12 jaar), Ida of Jetje ( 65 jaar}, Hendrikus
(35 jaar} en Gerardus of Gerrit(25 jaar}. Zij
waren allen geboren te Zeist en R.K. gedoopt
te Bunnik. In 1797 ontving het Zeister ge-
recht rekwesten over de opvoeding - en de
kosten daarvan - van deze minderjarige Kin-
deren, toen verblijvend bij Willem Meyers,
mr timmerman te Hoorn.
(9} Genoemde opsomming van grondaankopen toont
wel aan, hoe de Brink daar al verkaveld was
in privé-terreinen. En tevens, dat Sluyter-
man bezig was een groot aaneensluitend
grondbezit rond zijn buitenplaats te creëren'.
Bovendien: dat de naam "Schaerweyde" hier -
op de Brink nb. - helemaal niet thuis hoorde.
Over enkele percelen nog de volgende opmer-
kingen:
a} De "Janekamp", nl. I5 morgen bouwland^, was
in juli 1768 gehuurd door Seeger Schouten,
Eigenaar was toen mogelijk Jan van Dam. Op
10 mei 1770 transporteert Schouten het aan
Jan van Erken (Erkum} en die draagt een huis
met schuurtje en I5 morgen bouwland op 5
augustus 1786 weer over aan mr Rijkloff Cor-
nelis van Goens, kanunnik van St Marie te
Utrecht. Deze kanunnik koopt op 6 juni 1788
van Barend en Pieter van der A/elden een huis
en erf, gelegen tussen de "Janekamp" en de
Schapendrift van de Brink.
Van de "Janekamp" is nadien dus H. van Hoornen-
-ocr page 59-
59
burg eigenaar geworden.
b} Hendrik Koelman, een gewezen schaapherder,
had een daghuurderswoning met 4 morgen aan de
Brink. Vóór 1720 was dit perceel eigendom van
Johanna Verkroost; in 1722 lieten haar erfge-
namen het taxeren.
De waarde van dit perceel werd in 1750 op
ƒ 100,-- geschat. Door de erfgenamen van
Jacoba Verkroost werd in 1754 het bezit op-
nieuw getaxeerd; ons grondstuk kwam toen op
ƒ 160,--. Blijkbaar werd mej. Geertruyd Ver-
kroost eigenaresse, want op 11 februari 1754
verhuurt zij voor B jaren aan Koelman "een
huys met ca 4 morgen boomgaard, bouw- en
driestland". Evenwel blijkt bij akte van
4 december 1755, dat alles slechts voor 4 ja-
ren is verhuurd a raison van ƒ 42,-- 's jaars.
In 1756 is mej. Geertruy gestorven en de
grondtaxatie, namens de erven, bedroeg toen
ƒ 300,--. Ergenaam werd - althans in 1758 -
Cornelis Voogd en zo was in 1796 dit perceel,
mogelijk via Van der Velden aan Koelman ge-
komen.
c] Wat het perceel van Gijsbert Meyers en
Magdalena van Hoeflaken aangaat: op 20 Juli
1734 droeg Catharina van Baade, weduwe van Jan
van der Velden, al haar bezit, waaronder een
daghuurdershuis met i morgen land aan de Brink,
over aan haar zoon Gerrit van der Velden. Deze
stierf in 1776 en zijn dochter Catharina, ge-
huwd met Willem Pront, schonk nadien de grond
met het huisje aan Meyers. Daarna Kwam het dus
aan drost Sluyterman.
Hierbij de proeve van een percelenkaartje van
dit deel van de Brink ca 1795.
-ocr page 60-
60 -
Utrechtseweg.
Schapendrift v/d
Brink
0. Arnhemseweg.
Zandpad.
"Janekamp".
Meyers.
Van Tellingen.
Koelman.
R.k. kerk Bunnik.
Van Dam's.
(10) "Utrechtsche Provinciale en Stads Almanak
voor het jaar 1886". Utrecht. 1885; pag.
302/303.
C11) Zie ook Bulletin 2. 1972; pag. 71. 72.
(12) Deze hofstede bestond nog in 1830 en was
gelegen aan de westkant van de Schaerweyde-
laan aan de Boven- alias Heren- alias
Arnhemseweg. Reeds in 1794 staat het ver-
meld als daghuurderswoning met bakhuis. - In
1812 wordt genoemd de herberg "De Hoop",
gelegen op de heide.
(13) M. Mourot: " Gezigten van Buitenplaatsen en
Gebouwen, gelegen tusschen de Stad Utrecht
en de Grebbe......". Utrecht, 1829; 4e afl.
-ocr page 61-
61
HulzB "SchaerwByds" (slot)
Was In de vorige Bulletins sprake van het gerecht en
de bewoners van "Schaerweyde" tot 1612, hieronder
vangen wij het relaas weer aan met het jaar 1613.
1813 In ons archief bevindt zich de copie van een,
in het frans gestelde, akte van 22 mei 1813,
waarin verklaard wordt, dat van de "Dime, dite
"de Scharreweydsche Tiend" ", 4 behoort aan Geertruyd
de Roo (dochter van H. de Roo), è aan Dina van Wijck
(weduwe van Willem van Dam) en J aan Bernardus Daniël
Weyland en mej. Martha Ida Weyland* Zij allen verkopen
de Tiend aan Johannes Van Laer, heer van Zeist, voor
1500 francs of ƒ 500,— plus de kosten. De begrenzing
van de Tiend staat als volgt omschreven: de landen
langs de "Carpervyver" -beginnend bij de brug (naar
de Lage Weg, G.) - en vandaar langs de landen in rech-
te lijn langs de sloten aan de zuidkant van het bos
achter het Slot van Zeist tot de hoek van de wegen,
geheten Blikkenburger Dwarsstesg en de Hoefschendijk
(= Tiendweg, G.). Vandaar in bijna rechte lijn langs
de sloten tot de Bunzingsteeg (d.w.z. langs de Tiend-
weg, G.) en vandaar zich voortzettend langs die steeg
tot het pad van de boerderij "de Bunzing" en dan ver-
volgens naar.de brug over de Karpervijver.
N.B.1. Deze.Tiend betreft blijkbaar slechts de helft
van de vroeger beschreven Schaerweyder Tiend.
2. Zou de Tiendweg zo heten in verband met de
voormalige Schaerweyder Tiend.} of naar de Stoet-
wegense Tiend?
ca. 1829 Bij de gravure van "Scharreweyde", van Mourot,
wordt vermeld, dat het huis toen werd bewoond
door Jan Willem van Loon (die daar echter al
in 1823 woonde (oud-archief gemeente Zeist)).Deze jhr
Van Loon -kanunnik van Oudmunster te Utrecht, gehuwd
met jkvr.Philippina-Constantla Isabëlla van Waede-
had reeds eerder relatie met onze woonplaats) in 1800
bijvoorbeeld had hij vergunning gekregen om te jagen
-ocr page 62-
- 62 -
in de bossen en op de landerijen van Willem van
Dam, dus misschien ooK op "Schaerweyde". Van 1810
tot de verkoop in 1815 was hij eigenaar van het ,
landgoed "Vollenhove". Kwam hij daarna op "Schaer-
weyde" wonen? Met hem begon, in de vorige eeuw, de
vestiging alhier van vele telgen Van Loon. Jhr J.W.
van Loon, geboren in 1767, leefde dus nog in 1829j
waar hij -in 1839- is gestorven is mij niet bekend.
Wat het herenhuis ca. betreft: het htiis stond met
de voorgevel naar de huidige Schaerweydelaan gericht
(zie kaartje, van 1826), de ronde theekoepel aan de
Utrechtseweg had sinds kort moderne roedevensters ge-
kregen, want op een tekening van ca. 1820, vervaar-
digd door J.A. Knip en hangend in de zijvleugel van
het Slot (gemeente-eigendom) ziet men nog een soort
glas-in-lood ramen.
ca. 1836 woonde jhr Van Loon op de villa "Welgele-
gen". Want "Schaerweyde" was toen in han-
den van F.N. van Bern; en was dat blijk-
baar al van ca.1815 af. Want jhr Van Loon woonde
wel op "Schaerweyde", maar was er -volgens gemeen-
telijke kadastrale gegevens- kennelijk niet de ei-
genaar van. Het is dus mogelijk, dat Van Bern het
buiten ca. heeft gekocht van de erven van De Roo
en Van Dam (vermeld in 1813).
Was in de historie van ons landgoed.Sluyterman de
eerste belangrijke figuur, Frans TJicolaas van Bern
kan men de tweede noemen. Van Bern werd geboren op
30 september 1787 te Wijk bij Duurstede als zoon
van Nicolaas van Bern en van Jannetje van Dam (uit
Zeist). Hij huwde te Utrecht in 1814 met Johanna
Maria van Mariënhoff. Na haar overlijden te Zeist
op 11-8-1815, oud 24 jaren, hertrouwde hij in Pur-
merend pp 12 juni 1834 met Jacoba Anna van Goor
Hinloopen (gestorven te Zeist op 8-2-1880, oud 83
jaren).
In 1806 was Van Bern Schout van Cattenbroeck en op
20 september 1806 werd hij adjunct-schout van de
ambachtsheerlijkheid Zeist. Later was hij mairej
-ocr page 63-
B3 -
in 1812 weer schout en secretaris van die heerlijk-
heid. Tevens was hij schout en secretaris van de
heerlijkheden Cattenbroeck, Sterkenburg, Driebergen
en Rijsenburg (van 1839-1850). Op 30 november 1813
legde hij als schout de eed van trouw af aan Vader-
land en Prins van Oranje.
Per 1 januari 1850 beëindigde hij zijn werk als bur-
gemeester van Zeist. Door de ingezetenen werd hem
een zilveren presenteerblad aangeboden, waarop het
wapen van Zeist staat aangebracht met de inscriptie:
Frans Nicolaas van Bern,
Hoofd van het bestuur van de gemeente Zeist,
20 Septr. 1806 - 1 Janr. 1850 14)
Van Bern was verder onder meer kerkmeester van de
Gereformeerde (Ned. Herv.) kerk te Zeist van 1813
t/m 1823. -In de raadszaal alhier hangt een schilde-
rij, waarop deze burgervader staat geconterfeit.
Hierbij zijn portret (zie pagina 64).
Van Bern stierf te Zeist op 16 augustus 1851, nala-
tende een dochter uit zijn eerste huwelijk, namelijk
Johanna Maria Clasina (geb. Zeist 4-8-1815, gest.
Weesp 2-10-1871), die op 23-11-1843 te Zeist was ge-
trouwd met Jan \/an der Muelen, een wijnhandelaar in
Weesp. Bij akte van scheiding van 15 februari 1853
werden Van Bern's vele bezittingen verdeeld. Zo is
zijn vrouw tot haar dood blijven wonen op "Weltevre-
den" (al in 1829 eigendom van Van Bern)» in 1881
verbouwd en geopend als logement, het latere hotel
Du Croix. Van Bern's enig kleinkind, Frans Nicolaas
van der Muelen, was ca 1671 niet de eigenaar van
"Schaerweyde", maar wel van de overtuin en van veel
land in "De Kroost".
1837/39 Nu had Van Bern in 1837 het buiten verkocht
aan jhr Van Loon, maar na diens overlijden
verkocht mevr. Van Weede, douairiere Van Loon-
"Schaerweyde" reeds in 1839 aan de heer Hendrik Doeff.
1854 Zijn weduwe, Henriette Doeff - géb. Jacobs (geb.
1802), heeft het landgoed in 1654 weer verkocht
-ocr page 64-
- 64
Frans Nicolaas van Bern (1787 - 1851)
-ocr page 65-
- 65
aan jkvr.Johanna (genaamd Nancy) Pols, die zich toen
in Zeist kwam vestigen. Mej. Pols (geb. Nunspeet
5-11-1813, gest. Utrecht 11-4-1900) liet zeer waar-
schijnlijk het oude huis in 1862 of 1863 vervangen
door het tegenwoordige (al is dit gewijzigd), want
kadastraal blijkt er dan opeens een stijging van de
belastbare waarde van het huis te zijn van ƒ 525,—
naar ƒ 2.000,--.
Doch ook de tuin liet deze bewoonster onder handen
nemen. Heeft een 'wandelaar in 1636 het nog over
"de donkere tioschverschieten van ........ Schar-
weijde" 15), in de volgende jaren is de omgeving
geheel aangepast aan "de eisen des tijds" door de
bekende tuinarchitect J.D. Zocher (1791 - 1870),
die heuveltjes, boompartijen, een grote vijver, en
dergelijke liet aanleggen (al was voordien daarvan
ook wel een sn ander aanwezig). Zeer waarschijnlijk
is toen eveneens aan de Utrechtseweg de achtkante
theekoepel, welke de oude ronde koepel verving, neer-
gezet.
Als intermezzo: om een indruk te geven van de grond-
prijzen in de jaren rond 1853 diene, dat de gemeen-
te toen in erfpacht land achter het buiten "Schaer-
weyde" uitgaf è ƒ 0,05 per roede (= ca 15 m2).
Uit die tijd, namelijk uit 1869, hebben wij een af-
beelding van het nieuwe gebouw, dat wil zeggen van
de voortuin en de voorgevel met uitbouw, gezien van
de Utrechtseweg afj zie afbeelding op pag. 67. 16).
In de gemeenteraad van 27 mei 1870 wordt besproken
het verzoek van mej. Pols, om een deel van de weg
no 17 (sectie B, 163 bis), ter lengte van 133 meter,
te mogen omleggen en wel 59 meter westelijker, ook
uitkomende op de Utrechtseweg (over de percelen
van sectie B 1080, 1081, 949 en 950). Dit, goedge-
keurde, verzoek betrof de zogenaamde Schaerweyde-
laan, welke voorheen vrijwel rechtdoor liep, maar
sedert 1870 de westelijk verlopende bocht kreeg na-
bij de Utrechtseweg. Reeds op de kaart van ca 1750
staat hij aangegeven, maar de richting -bijvoor-
beeld goed zichtbaar op een kaart uit 1787- was
-ocr page 66-
B6 -
toen wel anders dan nu. De weg liep toen ongeveer
van een punt tegenover de BrinKweg naar het hui-
dige J. van Lennepplein, waar ooK de verlengde
Schapendrift C=Sanatoriumlaan) terecht kwam. Doch
op een Kaart van 1867 (atlas Kuiper) lieper^ Scha-
pendrift en "Burg. Patijnlaan" welhaast zoals nu,
evenals Schaerweydelaan plus Bergweg.
1875 is het jaar, dat mej. Pols in het openbaar
-in het logement van de Evangelische Broe-
dergemeente (nu "Hermitage", G.]- het land-
goed en een aantal huizen en landerijen in "De
Kroost" verkoopt, namelijk op 29 september. Men
zie de advertentie in de Weekbode voor Zeist, 12,
1675, no 35 (28-8-18753. Gelukkig bezit onze Stich-
ting het verkoopboekJB en de bijbehorende perce-
len-plattegrond, zodat van "Schaerweyde" proper
een kaartje kan worden overgenomen. Tezamen met
het huis werd ook het gerecht te koop aangeboden,
in dezelfde rmaar gemoderniseerde- bewoordingen
als in de akte van 1799 stonden vermeld. Daar de,
beschrijving van het buitengoed wat wijdlopig is,
dunkt het mij beter de tekst niet in extenso
over te nemen, doch slechts de aanhe-f^ hier te
vermelden:
"Het bij uitstek gunstig aen den straatweg van
Utrecht naar Arnhem gelegen buitengoed, "Schaer-
weyde", bestaande in een hecht en sterk, bizonder
fraai en kapitaal, voor Zomer- én Winterverblljf
ingericht dubbel Heerenhuis, Wijk A, no 9. Eenë
hardsteenen trap van acht treden brengt in .teehB
geplafoneerde en met wit marmer beVloerde vesti-
bule, waarvan rechts: eene dessert- en daarin uit-
komende provisiekamer met communicatie in eene
eetkamer met twee ramen, een vast buffet met op-
schuivend raam van spiegelglas, benevens toegang
tot eene prachtige serre met uitzicht op,den
straatweg} naast, de serre een salon met marmei^en
schoorsteenmantel, toegang gevende tot eene groote
keurig ingerichte, fraai geplafoneerde en behangen
-ocr page 67-
67 -
1__S «
-Ii|
•f". IJ-
J*.-,--?»'^-'-*- ,*■»
II
-ocr page 68-
68 -
Zaal met drie groote ramen sn wit marmeren «f'hoor-
steenmantel, vóór die zaal eene groote warande van
gegoten Ijzer met mozaïken vloerj deze zaal heeft
uitgang In de vestibule tegenover de voordeur; aan
de linkerzijde der vestibule eene groote kamer
met stookplaats, één raam en twee diepe kasten,
rechts dito kamer met marmeren schoorsteenmantel
en raam, en coirniunlcerehde met de zaal. Al deze
vertrekken en de zaal komen uit In de vestibule
en leveren een reeks van vertrekken op, geschikt
om een groot aantal personen te bevatten. In de
vestibule heeft men een marmer fontein, benevens
een bergkamertje onder de trap." enz. enz.
De grondbelasting voor gebouwd en ongebouwd ge-
deelte bedroef In totaal per jaar ƒ 120,915.
Blijkens een"lijst der goederen, over te nemen
door den kooper ........", bevond zich onder an-
dere In de eetkamer "een porcelelnen kachel met
beeld", welke ƒ 60,— moest opbrengen, In de
zaal "een schoorsteensplegel" a ƒ 2DQ,— en "twee
penantsplegels", eveneens voor ƒ 200,—, terwijl
"twee gebeeldhouwde penanttafeltjes" ƒ 80,-- kost"
ten. In de kinderkamer stond "een eikenhouten
kantoqrkast met 3 beelden", prijs ƒ 60,—en el-
ders In het huls nog enlgé eikenhouten kasten,
rolgordijnen, etc. Voor "een gaslamp In de keuken,
een dito In de gang-onderhuls, een dito aan de
voordeur" werd tezamen ƒ 16,-- gevraagd. Verder
was er onder meer nog "een vloerkleed In den
koepel" (ƒ 15,—) en "een houten tulnbank om de
boom" (ƒ 20,--).
De buitenplaats -in totaal 8 ha, 8 are en 52 ca
groot en te aanvaarden per 1 december van dat
jaar- werd eerst opgehouden voor ƒ 85.850,—,
maar later uit de hand verkocht aan de lakenfa-
brlkant Daniël Cornelis Anient, vroeger gewoond
hebbend in Ned. Oost-Indië, maar In 1875 wonend
te Brussel . 17).
Tegelijk met voornoemde verkoop werden ook enke-
le percelen weiland aan de overzijde van de
-ocr page 69-
69
UtrechtsBWBg verkocht. Tulnbaas op het landgoed
was In die jaren A. Smitskamp.
1860 Volgens akten in ons archief kocht op 15 maart
1880 Isaac Dignus Fransen van de Putte voor
ƒ 85.000,— een tiental percelen aan de Utrecht-
sBweg, waaronder het "SchaerweydB"-complBX. Deze
nieuwe eigenaar, gehuwd metLucie Henriëtte Cornets de Groot,
was op 12 maart 1822 te Goes geboren. In 1838 trad
hij in dienst bij' de koopvaardij; waar hij opklom
tot Ie stuurman) in 1849 werd hij administrateur
van de suikerfabriek "Pandji" op Java, daarna tabaks-
planter op Oost-Java, waarna hij in 1859 naar Neder-
land terugkeBrde. In 1862 wsrd Fransen van de Putte
twBBde kamerlid voor Rotterdam, in 1863 minister van
koloniën in hst twaedB kabinet-Thorbecke, waarin hij
een fabuleuse werkzaamheid ontwikkelde (onder anders
de intrekking van de WBt op ds verplichte cultures,
enz.). In mei 1866 trad hij af als minister, maar
werd dit in 1.872 opnieuw, tot hij in 1873 definitief
uit de landsregering verdween. Maar lid van de eer-
ste kamer blesf hij van 1860 tot zijn overlijden.
VerblsBf Franssn van de Putte in den beginnB.veal
in Dsn Haag, later werd dat Zeist. Hij stisrf op 3
maart 1902. 18).
FransBn van. de PuttB, Bvenals zijn famiÜBlid mr Jo-
han H. Fransen van de Putte, begon op uitgebreide
schaal in Zeist gronden aan tB kopBn, voornamBlijk
ten noorden van de Oude Arnhemseweg-Hogeweg-Arnhemse
Bovenweg. Zo bijvoorbeBld in 1868 sen stuk ongebruikt
gasfabriek-terrein van ca 100 ha., van de gsmesntB,
voor ƒ 7.000,--. In 1894 een driBtal percBlen voor
ƒ 19.000,— en later weer twee psrcBlen è ƒ 4.125,—;
Ook zijn nakomelingen kochten veel grond op, in 1892,
1695, 1902, 1903, 1907, enz. Alles het begin van de
N.V. SchaerweyderBosschen.
ca 1903 Na het overlijden van I.D. Fransen van de
Putte -de derds grots man die ons landgoed
bewoond heeftj hierbij zijn portret- werden
-ocr page 70-
70
Isaac Dignus Fransen van de Putte (1822 - 1902)
-ocr page 71-
71
zijn dochter Jeanne Loulse Cgeb. 1857 en gest. 1932)
en haar echtgenoot Jhr Frederik van Reenen (gsb.
1650 en gsst. 1916] -waarmee zijn in Den Haag op 18
mei 1878 was gehuwd- bewoners van "Schaerweyde".
Van Reenen was tevens directeur van de verzekerings-
maatschappij "Cosmos". Het dichtbij liggende "Welge-
legen" had als bewoner Johan H. Fransen van de
Putte en later diens zuster mevr. Digna van Tets, geb.
Fransen van de Putte (geb. 1852 en gest. 1923} als
bewoonster. In het begin van deze eeuw werd het huis
verbbuwdi blijkens de muurankers Waarschijnlijk in
1908.
Hoe "Schaerweyde" ca. er in die jaren uitzag tonen
de toen al: bestaande prentbriefkaarten, waarop thee-
koepel, vijver, de tuin, de witte villa en dergelij-
ke te zien zijn. 19]. Terwijl een enthousiast wande-
laar schreef 20] : "Uit den Kroostweg keerend,
treft U weer 't majestueuze van de boomrijke omge-
ving, als ge aan den Utrechtscheweg op den hoogen
wal tusschen 't geboomte 't sierlijk tuinhuisje van
Schaerweyde ontdekt. Door 't ijzeren hek wat verder,
gaat de breede oprit onder 't hoog gewelf der beu-
ken naar den huize Schaerweyde, waar gij de heerlij-
ke schoonheid van Zochers kunst kunt bewonderen. De
mooie waterpartijen, de grootsche doorzichten, be-
vallige heuVels en bekoorlijke plekjes, al die won-
deren door dien groeten tuinarchitect gewrocht, bren-
gen verrukking te weeg bij elkeen die 't voorrecht
heeft er te mogen wandelen. Maar ook de moestuin,
waar ge naast een drietal plantenkassen, een reeks
van vruchtenkassen en nog tallooze fraai gevormde,
rijk beladen vruchtboomen kunt vinden, heeft den
besten naam". Die beste naam dankte de tuin, etc.
aan tuinbaas J.A. Kors, die onder andere in 1902 op
de Groots Nationale Tuinbouwtentoonstelling op het
landgoed "Kersbergen" voor zijn inzending een zil-
veren medaille, beschikbaar gesteld door Z.K.H, de
Prins der Nederlanden, won.
Het bezit van jhr Van Reenen bestond toen, blijkens
akten en dergelijke uit de "hofstede Schaerweide" en
de "hofstede Welgelegen", boomgaarden, moestuinen.
-ocr page 72-
72 -
4=J^=^aIhL£_Ju
N
Jü»
/""^M^
•1—t^—r
1875
HuizB "Schaerweyde" en
omgeving.
1. UtrechtseWeg
2. KroostwBg
3. SchaerwelJdBlaan
4. Van Reenenweg
5. Ouds Arnhemseweg
B.
   Vijver
7.   Koepel
9.   "Welgelegen"
10. Overplaats
11. Veldheimlaan
12. Jan Meerdinklaan
13. "Brinkhove"
4                                       •^
1972
-ocr page 73-
- 73
terrein Van vermaak, stal, schuur* enige huizen, een
steeg en een "overplaats", d.w.z. een terrein aan
de overzij van de Utrechtseweg dat deels moestuin
en deels weiland was (totaal 1,23 ha ) en dat gele-
gen was tussen de huizen "Casa NoVa" (gesloopt april
1972) en "Niewerobrd" over een straatbreedte van ca
65 meter en doorlopend tot de Kroostwegi Het weiland-
gedeelte (0,81 ha) was toen gepacht door de vlees-
hoüwerij G.Jé Scherpenzeel te Zeist voor ƒ B2,50è
In deze jaren werd het park c^a. rond het bulten opnieuw
aangelegd door de firma H. Copijrï eh Zoon ts Groene-
kan. ^■',..;■-■ '.                                                                      .''v' '■-''•'-;'■-■;■■■. ,.
Mogelijk was al eerder de péristyle aan de straatweg-.
kant Verbouwd en vergroot» zie afbé öp pögiiZA. Ook
verdwenen hét tolhuis met de böörn> eeh daarnaast ge-
bouwd huiéjë Bn'>zoals we zëgéh- *'Welgeiegën'' [ver-
vangen door het thans daar* gevestigde aütomoblelbe*- ■
drijf WssëBl)^
1917 Gedurende de Eerste Wereldoorlog werd in ons
I land van .talrijke particulieren door de zoge-
naamde Teeltcommissie grond gevorderd om daar^
op voedselgewassen te doen VerbouwBhs Zo werd in
genoemd jaar de overplaats van) Schaerweyde door de
Zeister commissie gevorderd vah mevr^ Van Reenen
(haar echtgenoot was immers overleden) tegen een
huurprijs van ƒ 70»— 's jaarst Na de oorlog werd
het terrein weer aan particulieren verpacht.
1922 was een belangrijk jaar voor het buiten, daar
-als in 1875- ook nu weer een openbare verko-
ping- in "De Zwaan"- plaats Vond op 2 oktober,
(niet op 21 eh 26 septepber, zoals werd aangekohdlgdji
Ook van deze, verkoping bezit onze Stichting het Vet**
koopboekje. Daaruit blijkt* dat de theekoepel hög-
bestondr dat de driehoekige "Brink*' toen bij "Schöerf
weyde" behoorde* dat de garage/óhaüffeurswoning na-"
bij de Van Reehehweg en een strook grond daarachter
tot aan de DUdeArnhemseWegonVerkOöht bezit bleef
van meVr. de douairlere Van .Reerieh. Met het doel*
het buiten o.a» door te verkopen* kochten voor
ƒ iaSiOOO,*-'' de heren B.T.ëooye* Ji Van den Toorn
-ocr page 74-
"Schaerweyde" omstrseks 3903 (boven) en in 1973 (onder)
-ocr page 75-
- 75 -
BH H.W. van Rissen in combinatie het merendeel van
de gronden; bedongen was, dat op 1 maart 1923 de
kooppenningen moesten worden voldaan. (In 1925 kocht
mevr. Van Reenen, via de heer H. Nieuwenhuysen, van
de combinatie weer 32 aren grond, gelegen naast ds
garage, terug).
De omschrijving in het verkoopboekje van 1922 luidt
ditmaal: "De aanzienlijke, riant gelegen Buitenplaats
"Schaerweijde" te Zeist, aan den straatweg van Zeist
naar Utrecht, aan den "Van'Reensnweg", aan den "Oude
Arnhemsche Weg" en aan de "Schasrweijdelaan", bestaan-
de in een in uitmuntenden staat van onderhoud ver-
keerend* in alle opzichten geheel naar de eischen des
tij ds ingericht Hserenhuis, met afzonderlijke
kleine Villa, Tuinmanswoning, Chauffeurswoning, paar-
denstal, rijtuig^remise, autogarage, oranjerie,kdeien-
stal met varkenshokken, schuren en bergplaatsen, hooi-
berg. Kippenhokken, warenhuis, druivenkas, rozsnkas
en verdere getimmerten, sier- en moestuin met vele
vruchtboomen, warme en koude kassen, sn broeibakken
en lessenaars, wandelpark, zwaar hoog opgaand geboom-
te, vijver en waterpartijen, kadastraal bekend als
Gemeente. Zeist, Sectie (1, nummers 203, 204, ,205 en
206, tezamen groot 9 Hectaren 11 aren 20 centiaren."
En zo voorti
Aangezien de gehele bezitting in 17 percelen werd ge-
veild, was perceel 1 [het voornaamste, hierboven ge-
noemd) slechts ca 7 ha., 50 aren BO centiaren groot;
de grondlasten beliepen ƒ 556,^- 's jaars. Tot de in-
ventaris van het herenhuis -apart aan te kopen- be-
hoorden nog twee lampen in het trappenhuis, marmeren
schoorsteenmantels, invouwbare raamhskken en verder
een zonnewijzer* een beeld in de tuin, etc.
Bovenstaande gegevsns konden vooral worden geput uit
een aantal akten en notities, welwillend aan ons
Stichtingsarchief afgestaan door het lid van de Raad
van Beheer, de heer WiA. Storm de Grave, alhier.
1923 Nog was in die dagen Zeist "een deftig dorp",
,, al begon die situatie ,?ich al geleidelijk aah
-ocr page 76-
- 76
£b wijzigen. De combinatie v/Sh kopers, hiervoren
reeds vermeld, verkoopt het buiten, Utrechtseweg
75 dus, al spoedig, maar jarenlang blijven perce^
len als bijvoorbeeld 71 en 73 of 77-83 als "^ter-
rein" open liggen. De nieuwe bewoner van het land-^
huls wordt próf. dr Charles Henri Hubert Spronck
(geb. Beek in 1858, gest. Zeist 3-12-1932). In
deze tijd wordt de Utrechtseweg een steeds bre-
dere en drukkere VBrkeèrswegj de Van Reenenweg
Cwelke sinds 1915 officieel zo heet) raakt de
schuttingen, welke het begrensde, kwijt en er
komt bebouwing. Het oude landgoed wordt dus ver--
kaveldj in 1927 is er een oost-west-straat, de
huidige Veldheimlaan, met reeds enkele woningen
daaraan, op de kaarten afgebeeld en omstreeks
1930 was daar ook de Jan tleerdinklaan bij
gekomen. Wel mocht toen de oud-Zelstenaar J.W.
Kraal klagen over "Schaerv/eyde, thans slechts nog maar
een deel van wat Zocher er aanlegde...."" 21).
1933 Na het overlijden van prof. Spronck bleef
mevr. de weduwe Maria R.R.F.J.. Spronck-'Neve
op "Schaerweyde" wonen. Doch al spoedig werd
de helft van de villa verhuurd aan de arts mej.
Wilhelmina Hamburger, terwijl na het sterven van
mevr. de wed. Spronck haar beide kinderen haar
villa-helft gebruiken gingen. Het waren mej..-Eli-
sabeth Anna Maria Augusta Felicité Spronck, een
schilderes, en mr Paul Henri Herman Sprohük, ad-
vocaat. Wijle» prof. Spronck had op zijn terrein
-toen nog maar ca 2 ha. groot- medische proeven
genomen met schapen en daartoe zelfs achter het
herenhuis een gebouwtje met torentje laten bouwen.
Mogelijk is een en ander er de oorzaak van ge-
weest, dat in de bezettingsjaren, namelijk sedert
1941 in het buiten een bactériologisch-therapeu-
tisch laboratorium was ondergebracht. Dat
dit alles de normale bewoning en -mede ge-
zien de tijdsomstandigheden- een behoorlijk onder-
houd niet ten goede kwam zal duidelijk zijn. Na
-ocr page 77-
77 -
1944 is ook de bskende koepel verdwenen. 22).
1950 In dat jaar verschenen er in de dagbladen be-
richten als het hierbij als voorbeeld aange-
haalde: "De verbouwing van de oude buitenplaats
"Schaerweyde" tot rusthuis van de Doopsgezinde Ge-
meente te Utrecht, welke reeds gedurende de afgelo-
pen zomermaanden zou plaats vinden, doch wegens fi-
nanciële moeilijkheden moest worden uitgesteld, zal
nu op 27 September a.s. worden aanbesteed.
"Zoals wij in Februari j.1.reeds uitvoerig bericht-
ten, wordt de villa, die thans in een deplorable
staat verkeert, gemetemorphoseerd in een riant hoofd-
gebouw, terwijl in het tegenwoordige koetshuis een
en twintig woonvertrekken zijn geprojecteerd.
"Het tegenwoordige karakter van het herenhuis wordt
evenwel onaangetast gelaten, omdat het stichtings-
bestuur wil vermijden, dat op het rusthuis een stem-
pel van "inrichting" wordt gelegd.
"De financiële bezwaren, welke uitstel van de ver-
bouwing noodzakelijk maakten, zijn thans van de baan.
Het gehele project zal komen te vallen onder de sub-
sidieregeling voor woningsplitsing, waarvan de kos-
ten voor 25% voor rekening van de gemeente komen en
voor de rest door het Rijk worden gedragen. De be-
sprekingen dienaangaande hebben kortelings tot over-
eenstemming geleid, zodat thans de aanbesteding kan
plaats vinden.
"Het rusthuis zal volgens de plannen op 24 Mei 1951
moeten worden opgeleverd.
"Wij vernamen nog, dat een deel van het nieuwe te-
huis beschikbaar komt voor inwoners uit Zeist."
1951 Een gedenkplaat in de gang van het rusthuis van
de Doopsgezinde Gemeente -welke functie "Schaer-
weyde" ook nu nog heeft- vermeldt als datum van
ingebruikneming: 13 October 1ö51é-De directrice was
toen zr JkH. Kooy. Na haar traden in die functie op
zr Van' Haeften* zr Veenstra, zr Hut en de huidige
zr T. Bobn. Tuinbaas is reeds al die jaren de heör
Van der Linden.
-ocr page 78-
7B
Het hoofdgebouw, de oude buitenplaats dus, be-
slaat ruwweg een grondoppervlaK (zonder waran-
da's en dergelijke] van l6è bij 22 meter» Er zijn
nog altijd parketvloeren, hier en daar is stuc-
werk enz. Bij de verbouwing Van 1950/51 is ook
de bovenste etage verrezen en kreeg het buiten
dus zijn huidige aanzien. Maar de glorietijd van
het "deftige dorp" is ook voor deze behuizing
voorbij, al is haar nuttigheidstaak vüorteen
deel van) de gemeenschap stellig groter gewor-
den. Vermeld zij nog, dat "Schaèrweyde" niet ,
op de Monumentenlijst staat.
Genaderd tot het heden moge de auteur, wijzend .
op de onvolkomëndhödèn welke aari vorenstaand ar-
tikel zullen kleven, eindigen met een citaat uit
een rederijkersgedicht van Anthonis de Roovere
23):
"Elck weet dat. niëmant .is volmaeckt
Dan Godt alleene, ick scheid' er af.
Ben ick in eenich stuck misraeckt,
T'en is gheen coorhe sonder caf".
- Dr K.W. Galis
Noten;
(14) Zie "De Nederlandsche Leeuw", maandblad van
het Kon. Ned. Genootschap voor Geslacht- eri
Wapenkunde, 48, 1931 (mei).
(15) J.B. Christemeyer: ''Het lustoord tusschen
Amstel en Grebbe....", Leiden,1836j dl 2,
pag. 121.
Over H. Doeff het volgende, ontliBèhd aan A.J. ^k-
man en F.Wk Stapel: "Leerboek der Geschiedenis
van NederlandschOost-Indiëü Groningen* 1924; pag.
134: "Een afzonderlijke vermelding verdient zeker
wel de geschiedenis van de! Nederlandsche factorij
op Decima in Japan, die sedert 1BQ0 ohdör leiding
stond vari het opperhoofd Hehdrik Doeff. Öobr dap-
-ocr page 79-
- 79
perheld en list wist deze de verschillende pogingen
der Engelschen, om ook deze factorij te bezetten, te
verijdelen. Jarenlang bleef hij zonder berichten uit
Europa en wist niets van de belangrijke gebeurtenissen,
die daar intusschen waren voorgevallen. De Japansche
regeering wist hij over het uitblijven van Hollandsche
schepen gerust te stellen en handhaafde zich zoo, tot
hij in het jaar 1817 werd afgelost. Decima is de eeni-
ge plaats geweest, waar tijdens de Fransche inlijving
de Nederlandsche vlag is blijven wapperen".
(16) P.J. Lutgers: "Gezigten in de omstreken van
Utrecht....". Utrecht,- 1869.
(17) Weekbode voor Zeist,___, 12, 1875, no 40 (2/10)
en no 43 (9/10-1875).
(181 Vnl, ontleend aan H.T, Cplenbrander: "Koloniale
Geschiedenis'', Den Haag, J926; dl 3, pag. 49^52.
(19) Zie bv. H.LiL. van Hoogenhuyze en W. Grapendaal:
"Zeist in oude ansichten". Zaltbommel, 1968; pag,
87 eri 89.
(20) J.W. Kbaal: "Nieuwe groote gids van Zeist".
Zeist, 1907; pag. 76 en 80.
(21) J.W. Kraal: "Zeist en de Stichtsche Lustwarande".
Zeist, ca. 1934; pag. 42.
(22) Een rapportje in ons archief deelt mee, dat de
onderaardse gang welke vroeger van de achtkante
koepel haar het herenhuis liefD ca. 2 meter hoog,
1 meter breed en 150 meter lang zou zijn geweest.
(23) J.J. Mak: " Rhetoricaal Glossarium". Assen, 1959;
pag. 257.
Aanvullingen;                         
(1)  In Van Dalé's "Groot Woordenboek der Nederlandsche
Taal". Den Haag, 1904; pag. 1458, lezen we:
"Schaar, v. (scharen), gew. eenheid voor grazende
runderen; eene koe rekent men gewoonlijk op 1
schaar, een vaars op ! schaar en een pink op a
schaar; een weiland verhuurd op conditie van 20-
scharen, mag dus slechts begraasd worden door
20 koeien, 26 vaarzen of 40 pinken"»
(2)  In Friesland kent men bv. nog de St. Johannesgas-
-ocr page 80-
80
tsr Schari vroeger een veen- en moerasgebied.
-En voor het Gooi zie men I. Tirion, dl 5.
(4) Men zie ook nog W. van Iterson: "De historische
ontwikkeling van de rechten op de grond in de
provincie Utrecht". Leiden, 1932j dl 1, band 2)
pag. 523-540.
Over de levensloop van B. Sluyterman (zie pag. 38)
vernam ik nog het volgende: In 1801 e.v. woonden
Sluyterman en zijn vrouw Katharina (Christina ?) Jus-
tina van Ewijck op kasteel Vleuten (hun eigendom ?).
Op 26 augustus 1801 kocht onze ex-drost de allodiale
ambtsheerlijkheid Lange en Ruige Weide, totaal 1172
morgen (waaronder Driebruggen, hhgebrug en Korten-
hoven of Kortenhoef), voor f. 5.500,--* Nadien noem-
de hij zich Sluyterman van Langeweide. In 1801 was
hij ook advocaat aan het Hof van Utrecht. Een oom
van zijn vrouw was mr Wouter Valckenier, burgemeester
van Amsterdam (t 1802).
(9) Ad a) H. (van) Hoornenburg was gehuwd met Anna
Bitter, familie van de Zeister drost Damhoff*
Ad b) H. Koelman komt in een opgave van 1754
(oud archief gemeente Zeist) voor onder de
drankverkopers alhier. Zie ook A.J. Servaas van
Royen in de "Navorscher" van 1918, dl 68i pag...
(12) Van Dam en De Roo hadden ook in Rijsenburg be-
langen. In 1796 werd het gelijknamige kasteel
verkocht "aan Justus Hendrik Wiedeman, die het
huis op zijn beurt over deed aan Willem van Dam
ten behoeve van Hendrik de Roo. Deze laatste
schijnt er van te hebben afgezien, zodat Willem
van Dam Rijsenburg, na het kasteel te hebben la-
ten slopen, in 1800 verkocht aan Pieter Jodocus
van Dosthuyse" (zie J;R. Clifford Kocq van Breu-
gel: "Kasteleriboek provincie Utrecht", 38 druki
Utrecht, 1948i pag. 172).
EEN GELUKKIG EN.VOORSPOEDIG 1974