-ocr page 1-
"^^0(l.Q>lé$
Van de Poll-
Stichting
Zeist
7<-' jaargang, maart 1977, nr. 1
-ocr page 2-
- 2 -
Bulletin van de Van de Poll-Stichting
voor de Zeister geschiedenis
7e jaargang, maart 1977, nummer 1
Redacteur;
K. Scharten, Oirschotlaan 11
Dagelijks bestuur der Stichting;
Mr dr A.A.H. Stolk,
voorzitter, Driebergseweg 1
Mr H.L.L. van Hoogenhuyze,
vice-voorzitter, Platolaan 24
Mr dr H. Emmer,
secretaris. Graaf Janlaan 83
Dr J. Meerdink,
tweede secretaris.
Laan van Beek en Royen 2
L. Visser,
penningmeester, Lommerlust 17;
I postgiro 30.549 van de Algemene Bank
I Nederland te Zeist, t.g.v. rekening-
I nummer 55.86.18.049 van de Van de
i            Poll-Stichting
Drs A. Bertoen,
I tweede penningmeester,
ï N. Houdringelaan 28, Bilthoven
Archief;
Het Slot, Zinzendorflaan 1
Het archief der Stichting is geopend op
woensdag van 2-4 uur n.m.
Conservator; Vacature
-ocr page 3-
- 3 -
Jaarverslag van de Secretaris
Periode november 1975 - november 1976
Deze keer zou ik willen afwijken van mijn gewoon-
te in het jaarverslag strikt de hand te houden aan
de chronologische volgorde.
Onze Stichting bestond in 1976 vijfentwintig jaar
en in verband hiermee werd onder het motto "Hoe oud
is Zeist?" op 16 oktober jl. een tentoonstelling
geopend in het Slot. Dit gebeurde in aanwezigheid
van een groot aantal begunstigers en andere belang-
stellenden in de congreszaal.
Onze voorzitter, burgemeester Stolk, sprak de o-
peningsrede uit. Het is in het korte bestek van
het jaarverslag niet mogelijk deze uitvoerige, zeer
verzorgde en belangwekkende toespraak weer te geven.
De voorzitter begon met de Van de Poll-Stichting
geluk te wensen met het bereikte jubileum en zijn
dank uit te spreken voor het vrijwillige werk, dat
de Stichting - bij gebreke van een gemeente-archi-
varis - op het terrein van archief en antiquitei-
ten verricht. In het verdere verloop van zijn rede
behandelde de voorzitter vele aspecten, waaruit
hier een zeer onvolledige greep wordt gedaan: de
instelling van werkgroepen, de archief-bezigheden,
onze publicaties, de wenselijkheid van contact
tussen de Stichting en de Zeister bevolking, de
aantrekkelijkheid van de locale geschiedenis, on-
derwerpen, die nadere studie vragen enz.
Daarna werd nog het woord gevoerd door de heer
drs Th. Ruys, de eigenlijke organisator van de ten-
toonstelling. Vervolgens maakten de aanwezigen een
rondgang door de drie zalen van de expositie-ruimte,
waar zeer veel belangwekkende documenten, kaarten,
foto's en voorwerpen, de Zeister historie betref-
fende, waren bijeengebracht. - De tentoonstelling
is een groot succes geworden. Zij trok niet minder
dan 3800 bezoekers.
Een woord van dank moet hier worden gericht tot
de leden van de tentoonstellingscommissie onder
-ocr page 4-
- 4 -
leiding van de heer Ruys, de heer Galis, en tot me-
juffrouw Oostvogel, van de Zeister Kunststichting.
Zij allen hebben zeer veel werk verzet voor het tot-
standkomen van deze expositie.
Op donderdag 11 december 1975 kwam de Raad van Be-
heer in het Slot ter vergadering bijeen. Enkele van
de voornaamste onderwerpen van bespreking waren: de
vacature ontstaan door het bedanken van dr Galis als
conservator, de wenselijkheid begunstigers van onze
Stichting te activeren door het instellen van werk-
groepen en de organisatie van een tentoonstelling
naar aanleiding van ons vijfentwintig-jarig bestaan.
Op dinsdag 20 januari 1976 vergaderde het dagelijks
bestuur. Verscheidene begunstigers bleken te hebben
gereageerd op het beroep, dat de Stichting op hen had
gedaan zich als gegadigde voor een of meer werkgroe-
pen aan te melden. Zo konden alle werkgroepen met
voldoende leden worden samengesteld, te weten commis-
sies voor archeologie, genealogie, archiefwerk, his-
torisch onderzoek, publicaties, lezingen/excursies
en tentoonstellingen.
Op 4 maart vergaderden de gegadigden met het dage-
lijks bestuur en konden de verschillende commissies
definitief worden gevormd. Het is te hopen, dat in
de toekomst deze decentralisatie van werkzaamheden
goede vruchten zal afwerpen.
Op vrijdag 7 mei sprak voor ons prof. dr J.A. Huis-
man in de Congreszaal over het onderwerp "Plaatsnamen
in Zeist in historisch en taalkundig perspectief".
Deze lezing van een groot deskundige op dit terrein
werd door een goedbezochte zaal met aandacht gevolgd.
Tijdens de bijeenkomst werden door Zeister midden-
standsorganisaties aan de Stichting oude verenigings-
vaandels aangeboden.
Op donderdag 20 mei vond de jaarlijkse excursie
plaats. Ditmaal ging het per boot langs de Vecht in
noordelijke richting. Het was een mooie tocht, waar-
bij men de vele herenhuizen passeerde, die zozeer tot
-ocr page 5-
- 5 -
de schilderachtigheid van deze rivier bijdragen. -
Helaas liet het mooie weer verstek gaan. De terug-
tocht geschiedde per autobus; er werd ook een be-
zoek gebracht aan kasteel Zuylen.
Dit jaar was er nog een tweede excursie en wel
gedurende de gehele dag. Eerst bezichtigden de
deelnemers kasteel Ammersoyen, waar ook een koude
lunch werd gebruikt. Daarop ging het naar de oude
stad Heusden, waar de bezoekers werden rondgeleid
door de heer Chr. Lith, hoofd van de afdeling
stadsontwikkeling en restauraties.
De excursiecommissie kan op twee zeer geslaagde
uitstapjes terugzien.
Woensdag 23 juni woonde de secretaris een verga-
dering bij, die in de collegezaal van de Fundatie
van Renswoude te Utrecht plaatsvond en was uitge-
schreven door de Stichtse Culturele Raad.
De bedoeling was het oprichten van een Provin-
ciaal Historisch Tijdschrift. Een en ander bleek
niet te verwezenlijken, omdat de meeste van de
uitgenodigde vertegenwoordigers van de historische
Verenigingen en Stichtingen weinig voor het plan
voelden. ■ -
Op woensdag 18 augustus vergaderde het dagelijks
bestuur opnieuw in het Slot. Op deze bijeenkomst
legde de heer drs Th. Ruys een schema over met
thema's voor de tentoonstelling. Hij gaf daarbij
een uitvoerige toelichting en tijdens zijn uiteen-
zettingen bleek duidelijk, dat de tentoonstelling
zeer goed te realiseren was. - De vergadering
toonde zich tegenover de heer Ruys dankbaar voor
het vele door de tentoonstellingscommissie ver-
richte werk.
Het vertrek van dr Galis als conservator heeft
dit jaar problemen opgeroepen, omdat de heer
Galis niet alleen op gezette tijden in het Slot be-
schikbaar was, maar ook met grote deskundigheid
de archief-werkzaamheden behartigde, op welk ge-
bied nog zeer veel te doen is.
-ocr page 6-
- 6 -
Er moest in deze leemte worden voorzien. Gelukkiig
heeft de Stichting mevrouw drs J.Ch. Mollen-Hengeveld
uit Zeist bereid gevonden op bepaalde tijden in het
Slot aanwezig te zijn en een deel van de archief-
werkzaamheden op zich te nemen. De Stichting stelt
dit zeer op prijs, temeer daar mevrouw Mollen deskun-
dig is op het terrein van de documentatie. - Ook de
heer K. Scharten, die de heer Galis nu al verscheide-
ne jaren trouw heeft geassisteerd, is bereid op be-
paalde tijden in het Slot aanwezig te zijn en zijn
werk voor de Stichting voort te zetten.
In deze verslagperiode verscheen deel III van het
boek "De Oude Kerk te Zeist" en tevens verschenen
vier nieuwe bulletins.
In de Raad van Beheer deed zich een mutatie voor.
In plaats van de heer Van Mastrigt, die in verband
met zijn aftreden als wethouder ook de Raad van Beheer
verliet, werd benoemd wethouder L.W.L.F, van Heugten.
Het aantal begunstigers is dit jaar toegenomen tot
ongeveer 400. Deze ongekend grote stijging hangt onge-
twijfeld samen met liet succes van de tentoonstelling.
Het jaar 1977 nadert en wij hopen, dat in dit jaar
het derde deel van de "Bronnen voor de Geschiedenis
van Zeist" zal kunnen verschijnen.
mr dr H. Emmer
secretaris
-ocr page 7-
- 7 -
Herkent u dit?
"De groots opgezette aanleg ..., met zijn recht-
lijnig lanenpatroon, dateert uit het midden van
de zeventiende eeuw, toen ... Heer was geworden.
Het was volgens de mode van die dagen". Zo is er
een "kijklaan", gezichtslaan, welke S...laan heet,
een ronde kom of vijver, een Eeuwigelaan, enz.
"Verder kunnen genoemd worden het Rondeel ... waar
de paarden werden "afgereden" en de rechte vijvers,
die gevoed worden door twee sprengen; ...".
Vermoedelijk denkt u, dat het hier gaat om ons
Slot en zijn omgeving. Dat is echter een abuis.
Ik vond het vorenstaande in "Bergen, dorp vol
monumenten" (1). Daarin wordt "Het Hof te Bergen"
alias "Het Oude Hof" beschreven. Omstreeks 1650
liet Anthony Studler van Surck (of: Zurck), toen
hij Heer van Bergen was, deze Hof bouwen en aan-
leggen. Helaas is van de bouw van het eigenlijke
landhuis niets terecht gekomen, o.m. wegens geld-
gebrek. Wel kwamen de beide zijvleugels gereed;
het ontworpen hoofdgebouw dus niet. Er was en is
dus - als in Zeist - een rondeel (nu hier het
Rond geheten); een grote voorlaan, lopende tot de
duinvoet en Sparrelaan genoemd (bij ons de Slot-
laan); er is een "slot"-gracht zoals hier; er
zijn rechte "vijvers" (zoals in Zeist de Karper-
vijver en andere); er zijn komvormige vijvers
(voorheen ook hier, ter plaatse van de huidige
Broedergemeente-pleinen); enz.
Toch is er wel een band tussen Bergen en onze
gemeente. Anthony Studler van Zurck (een verbas-
tering van de plaatsnaam Zürich, waar Studler van-
daan kwam) had in 1641 door koop de heerlijkheid
Bergen verkregen. (In 1685 leefde hij nog (2)).
Hij was gehuwd met Susanna Thibout; en hun doch-
ter Suzanne Cornelia Studler van Zurck, Vrouwe
van Bergen, trouwde in 1701 met Lodewijk Adri-
aan van Nassau, Heer van Odijk, Cortgene, enz.
(1664 - overl. Zeist 4/3-1742).
Zoals wij weten, was zijn vader Willem Adriaan
-ocr page 8-
- 8 -
van Nassau-Odijk (1632 - overl. Den Haag 21/9-1705)
in 1677 begonnen om in Zeist veel grond op te kopert;
tenslotte werd hij Heer van de vrije en hoge heer-
lijkheid Zeist. In 1678 liet hij beginnen met de
bouw van de vleugels van ons Slot, doch eerst in
1685 met het hoofdgebouw, dat in 1686 klaar kwam.
Dit alles was omgeven door fraaie lanen, berceaux,
sterrenbossen, vijvers e.d. (3).
Lodewijk Adriaan voornoemd, begraven in de Oude
Kerk alhier, had twee kinderen, nl. Willem Adriaan
(geb. Zeist 1704 - overl. Bergen 1759) en Alida Cor-
nelia. Deze Willem Adriaan verkocht op 29 augustus
1745 de heerlijkheid Zeist aan de Amsterdamse koop-
man Cornelis Schellinger en vertrok toen naar Bergen.
In een notariële akte van 20 augustus 1759 wordt hij
genoemd de "Hoog Edele Geboore Heer Willem Adriaan
Graave van Nassau, Vrij Heere van Bergen, Cortgeen,
&c, &c" (4).
Willem Adriaan - gehuwd met Adriana Petronella van
der Does, Vrouwe van Alblas (1703-1770) - had drie
kinderen, nl. Louise Susanné (geb. Zeist 1726 - overl.
Wenen 1808), graaf Willem Lodewijk (geb. Zeist 1727 -
overl. Bergen 1792; ongehuwd) en graaf Wigbold Adriaan.
Het tweede kind, de oudste zoon, werd de nieuwe Heer;
officieel: Willem Lodewijk des Heiligen Roomschen Rijks-
graaf van Nassau-Bergen. Diens wapen is afgebeeld op
een grenspaal bij Alkmaar nabij het Groot Noordhollands
Kanaal (ook van zijn vader bestaan enige grenspalen,
o.a. uit 1732) en luidt als volgt: gevierendeeld: a) een
klimmende leeuw tussen blokjes (Nassau), b) een aanzien-
de klimmende, gekroonde leeuw (Katzenelnbogen), c) een
dwarsbalk (Vianden), d) twee gaande aanziende leeuwen,
boven elkaar geplaatst (Dietz) (5). Dan is er in het
midden een hartschild, nl. het wapen van Bergen, te wete
een schild met een schuinbalk met aan iedere kant daar-
van drie "merletten", een soort mereltjes.
Na de dood van Willem Lodewijk en Wigbold Adriaan werd
op 12 september 1815 door de erfgenamen de heerlijkheid
Bergen in veiling gebracht en voor ƒ 120.000,— verkocht
aan jhr Willem Philip Barnaert, wonende te Haarlem (6).
"In de eerste helft van de vorige eeuw werd een groot
-ocr page 9-
- 9 -
deel van de bestaande gebouwen afgebroken door de
toenmalige eigenaar, jhr Barnaert. Ook het deel van
de linkervleugel dat toen is blijven staan,
\<ras
zeer bouwvallig toen J.J.H, van Reenen de heerlijk-
heid in 1851 kocht. Hij restaureerde het huis gron-
dig, waarbij het zijn tegenwoordige gedaante kreeg.
Een eeuw lang bleef het Hof in het bezit van de Van
Reenens, tot het tenslotte door de gemeente werd
aangekocht. Deze stond in 1955 het gebouw voor 99
jaar in erfpacht af aan de Volkshogeschool, welke
er al vanaf 1946 in was ondergebracht.........Het
(kunstmatig) eiland waarop het Hof gelegen is,
staat apart op de Rijksmonumentenlijst, omdat zich
daar nog belangrijke funderingsresten van de afge-
broken gedeelten in de grond bevinden" (1).
Een boogbrug geeft toegang tot dit eiland en het
Hof; zeer waarschijnlijk het originele exemplaar
van circa 1650. Het Hof zelf is een witgepleisterd
gebouw met een omlopend schilddak met pannen. Voor-
en achtergevel hebben een vooruitspringend midden-
stuk. Voor de ramen zijn groene luiken. De toe-
gangsdeur zit in een uitbouw met pilasters. De be-
planting bestaat - anders dan hier - voornamelijk
uit loofbomen (linden, beuken e.d.). Verder moge
ik verwijzen naar bijgaand gedeelte van een kaart
van Blaeu van
+^ 1660 (met daarop getekend het in
werkelijkheid nooit voltooide complex) en de foto
van het Hof, waarvan de geschiedenis dus toch ver-
bondenheid toont met die van ons Slot.
dr K.W. Galis
Noten;
(1) Amsterdam, 1975; pag. 50, 51.
(2) Zie "De Speelwagen", 7, 1952; pag. 208.
(3) A.W. van de Bunt: "Willem Adriaan van Nassau,
de stichter van het Slot van Zeist", Zeist,
1955.
(4) J. Belonje: "Grenspalen in Hollands Noorder-
kwartier" in: "De Speelwagen", 6, 1951; pag.
-ocr page 10-
- 10 -
308, 311 .
(5) Idem; pag. 275. Zie ook: H.J. van Eekeren en P.
Kuijper: "De Oude Kerk te Zeist", dl 3, Zeist,
1976; pag. 223 en afb. 77.
(6) Zie: "De Speelwagen", 10, 1955; pag. 298. En: Th,
P. H. Wortel: "Het oude Bergen" in "De Speelwa-
gen", 9, 1954; pag. 40-47. Verder het boekje van
mevrouw M. van Reenen-Völter: "De heerlijkheid
Bergen in woord en beeld", Bergen, 1903. Een her-
druk werd verzorgd in 1948 door haar dochter me-
vrouw M.E. baronesse Taets van Amerongen-van Ree-
nen.
Het Oude Hof te Bergen (N.H.) in 1976
Foto K.W. Galis
-ocr page 11-
- 11 -
4. '
. j J/f
Kaart van Bergen, door J.W. Blaeu, circa 1660
-ocr page 12-
- 12 -
De herberg "De Zwaan"
In deel 4 van "De Oude Kerk te Zeist" wordt
uitvoerig behandeld de geschiedenis van de voorma-
lige herberg "De Zwaan", gelegen in de Ie Dorps-
straat te Zeist, daar waar nu hotel "Victoria" staat.
Over die geschiedenis zal hier dan ook niet worden
uitgewijd, wel over iets anders. Stellig weet u, dat
er in ons land dikwijls cafë's, restaurants of hotels
met de naam "De Zwaan" of "Het Zwaantje" e.d. voor-
komen. Hier volgt er een aantal.
In Zeist heette in 1780 de bedoelde herberg "De
witte Zwaan", later dus "De Zwaan". Te Soesterberg
staat " 't Zwaantje" en in Jutfaas (Nieuwegein) "De
Zwaan". Ook in Schalkwijk is "De Zwaan" te zien, e-
venals in Scherpenzeel. Die in De Bilt (later hotel
Nas) is verdwenen; zo ook in Werkhoven. Ook te Soest
bestond ca 1780 een herberg "De Zwaan". Eveneens in
Rhenen. Ca 1885 was er een logement "De Zwaan" op de
Oosterkade te Utrecht. Terwijl in Driebergen, aan de
Traay, evenzo een café "'t Swaentje" is te vinden.
Verder had bijv. Maarssen in 1823 een logement "De
Zwaan"; nu "'t Zwaantje". Terwijl de Odijkse herberg
"In de Swane" nu "In 't Wapen van Odijk" heet.
Buiten onze provincie kunt u rusten in restaurant
"'t Zwaantje" in De Lutte (gemeente Losser). En in
"De Zwaan" te Monnickendam. Of in Oirschot, of in
Delden. Ook Barneveld heeft een café "De Zwaan", even-
als Enspijk, Maurik, Wadenoyen en Heukelum. Terwijl
er + 1700 ook een herberg "De Zwaan" in Etten stond.
Circa 1800 was er in Bussum eveneens een herberg "De
Zwaan". En in de 18e en 19e eeuw was Amsterdam op de
Nieuwendijk "De witte Zwaan" rijk. Deze naam droeg
ook een restaurant aan het Vierkant te Lisse; nu
verdwenen. In de 16e eeuw kon men in Delft "'t Swaen-
tje" aan de Oude Delft bezoeken. Ca 1800 bestonden
te Zaandam de herbergen "De twee Zwanen" en "De drie
Zwanen". In Amersfoort was omstreeks 1700 "De vergulde
Zwaan" te vinden en in Leiden "De gepluimde Zwaan".
De oudst bekende herberg "De Zwaan" stond in Den Haag,
-ocr page 13-
- 13 -
mogelijk nog ouder zijnde dan 't Binnenhof, de Rid-
derzaal; in 1697 werd dit gebouw - toen "De oude
Zwaan" genoemd - afgebroken. Kortom: ieder van ons
zal uit zijn huidige of vroegere omgeving nog wel
meer voorbeelden kennen.
Waarom zouden voorheen de herbergiers c.s. de •■
zwaan zo dikwijls hebben gekozen als aanduiding:
voor hun logement, herberg, kroeg, e.d.? Tot heden
is daarop geen afdoend antwoord gegeven, tenzij
men dat vindt bij de bekende schrijvers uit de vo-
rige eeuw Van Lennep en Ter Gouw. Deze geven de
volgende verklaringen en ik citeer hen in exten-
so 1) :
                                                                                     -
"Vooreerst, omdat het zulk een vroolijk water-
dier is, dat met zijn langen hals een bijzondere
geschiktheid heeft, diep in 't nat te duiken, een
rechte nathals, en alzoo 't beste symbool, dat men
aan een drinkhuis wenschen kon. En die verklaring
is niet nieuw. Niet slechts de Patriotsche bakker
van 1787 zeide:
Een tapper hangt een Zwaan, die zich met kop en
vlerken
Graag in het nat verbergt;                                  f
maar reeds in de 17e eeuw schreef een poëet op een
glas in een herberg waar de Zwaan uithing:
De Swaen voert ieder kroeg, zo wel in dorp als
stad.
Omdat hij altijt graeg is met de bek in 't nat.
"Ten andere, was de Zwaan een edele vogel, die
in de middeleeuwen in de burgwallen der kasteelen,
vervolgens ook in die der steden, onderhouden werd.
De bewaarders der Zwanen, die daartoe vanwege den
Heer of de Stad werden aangesteld, hielden herberg
en natuurlijk hingen zij de Zwaan uit; - en even-
zeer geschiedde dit later daar, waar een kastelein
er tot vermaak der bezoekers zwanen op nahield.
"Ten derde werkten hier en daar plaatselijke
oorzaken mede om dat uithangteeken te doen kie-
zjen. Waterland b.v. voert den Zwaan in 't Wapen
-ocr page 14-
14
en zoo kwam die vanzelf in de Waterlandsche dorpen
voor de herbergen te hangen; - en evenzoo geschied-
de zulks in die streken waar de sage van den Zwane-
ridder populair was.
"Een vierde reden is wellicht daarin te zoeken,
dat Zwaantje vroeger een zeer geliefkoosde vrouwen-
naam was, ja als synoniem voor "mooi meisje" gebe-
zigd werd:
Datter weer een nuwt kaertje of Swaentjen is geko-
men,
Yewers in een kufje, daer hy hem by vergeet,
lezen wij in Bredero's "Moortje", en Hooft geeft ook
den naam Zwaantje aan de onbekende schoone, die hij
"'t vertrek des Heeren Laurens Reael" laat beschrei-
en. 't Zwaantje op het uithangbord kan dus in menig
geval de mooie herbergierster zelve hebben aangeduid;
- en een mooie herbergierster was ten alle tijde een
aanbeveling voor
de herberg.
"En die naam
Zwaantje, waaruit
was hij, als meis-
jesnaam, ontstaan?
Wel waarschijnlijk
uit de lieftallige
Zwanemaagden; in de
Duitsche overleve-
ringen bekend en die
weder ontleend zijn
aan de Valkyriën.
'tlumnije
de maagden in Walhalla, die niet enkel vliegen konden,
maar ook zwemmen, en zich dan in de gedaante van blan-
ke zwanen op stroomen en meren vermeldden; - waarom
het ook bij onze heidensche voorouders een groote zon-
de was een Zwaan te dooden en zoo bij geval een Val-
kyrie te treffen; - ja zelfs lang nadat men van geen
Valkyriën meer afwist, bleef die onschendbaarheid der
zwanen gehandhaafd en strafte men den moord, aan een
Zwaan gepleegd, zelfs hier en daar even streng als een
-ocr page 15-
- 15 -
.menschenmoord. In die sagen der Germaansche mytho-
logie zien wij een vijfde, en wellicht de oudste
reden der verschijning van den Zwaan als uithang-
teeken".
In het maandblad Antiekwereld las ik kortgeleden
een andere, zesde verklaring, welke mogelijk aan-
sluit bij het hierboven onder ten vierde en ten
vijfde veronderstelde. De anonieme auteur merkt
o.a. op 2):
"Opvallend is, dat veel herbergen in de middel-
eeuwen en ook lang daarna een zwaan als uithang-
teken gebruikten; waarschijnlijk duidde dit symbool
op de mogelijkheid om naast spijs en drank ook van
de aanwezige dames gebruik te maken. Heel vaak ge-
bruikte men immers het symbool van de zwaan om een
mooie jonge vrouw te beschrijven. Op het schilderij
"De Landloper" van Jeroen Bosch, waarin duidelijke
verwijzingen naar de zondigheid van de zwerver
zitten, ziet men aan de gevel van een herberg ook
het zwaansteken. En voor de deur staat een juf-
frouw. . .3).
"Ook voor een legertent, die in de tijd van het
beleg van Den Bosch als geïmproviseerde soldaten-
kroeg dienst deed, hangt naast de gebruikelijke
schenkkan een teken van een zwaantje en ook hier
heeft zich bij de ingang weer een juffrouw gepos-
teerd" .
Indien de laatstvermelde opinie juist zou zijn,
zou dan onze Zeister herbergier oudtijds zulke
oneerbare bijbedoelingen hebben gehad met zijn
zwaan-uithangbord? 't Is voor een dorpje, wat
Zeist toen was, bijna niet te geloven. Drinken en
spelen zullen wel de voornaamste activiteiten in
"De Zwaan" zijn geweest; onder het motto:
Een engel in het hemelrijck
Wort een die soopjes drinckt gelijck.
dr K. W. Galis
-ocr page 16-
- 16 -
i
V'
h
f
#
'i
H
Fragment van het schilderij "De Landloper"
van Jeroen Bosch
Rechtsboven "De Zwaan"-uithangbord;
in de deuropening de "juffrouw"
-ocr page 17-
- 17 -
Noten:
1) J. van Lennep en J. ter Gouw: De Uithangteeker.s
... Leiden, 1868; pag. 203/204.
2) Anonymus: Kruiken, zwaantjes, bijlen en andere
uithangtekens. Antiekwereld, 1, 1976, no 5
(mei); pag. 53/54.
Over het doen en laten in onze vroegere herber-
gen zie men ook G.D.J. Schotel: Het maatschap-
pelijk leven onzer Vaderen in de zeventiende
eeuw. Haarlem, 1869; Ie hoofdstuk. - En A.F.
Manning: Op zoek naar het alledaagse Vaderland.
Amsterdam, 1975; 11e hoofdstuk.
3) Rond paneel van ca 1500 in het museum Bojrmans-
Van Beuningen te Rotterdam.
De Notaris A. VOSMAER te Zeist,
zal op Woensdag 10 Januari 1877
ten 10 ure, in het logement f/de Zwaan^'
aldaar, verkoopen:
ELZEN- ESSCHEN- BERKEN- en EIKEN-
HAKHOUT; EIKP]N- BEUKEN ESSCHEN- en
IEPENBOOMEN-; op „Schoonoord", „RMjnwij/c" en
iide Kleine BreuV
onder Zeist; aan te wijzen door
C. VAN DE WEERD op „Schoonoord" en H.
VAN TELLINGEN op „Rhijnwijk".
-ocr page 18-
- J8 -
Be boerderij "De Blauwe Schorteldoek"
Inleiding
Werd in de tweede jaargang van ons Bulletin een
artikel gewijd aan de in 1829 verdwenen boerderij
"De Preekstoel" aan de oostkant van Zeist, hieron-
der zal aandacht worden geschonken aan een - even-
eens afgebroken - boerderij in het westen van onze
woonplaats. Eigenlijk: vlak over de grens Zeist-
De Bilt, staande op het gebied van laatstgenoemd
dorp, aan de Utrechtseweg. Aangezien echter veel
grond van bedoelde boerderij binnen Zeist was gele-
gen en de eigenaars en bewoners veelal Zeistenaren
waren, is een bespreking in het Bulletin m.i. ze-
ker op zijn plaats.
"De Blauwe Schorteldoek": een merkwaardige naam,
maar zulke zijn er wel meer, bijv. die van "De Gan-
zenkuil" te Amersfoort (vroeger) of van "De Schou-
dermantel" bij Bunnik. Deze laatste naam zou duiden
op de reismantel, welke in vroeger eeuwen als een
"in natura" -betaling moest worden geschonken door
de pachter van die boerderij aan de utrechtse gees-
telijken-eigenaren. Was zoiets ook het geval met
de blauwe boezelaar, het blauwe schort?
Waarschijnlijk ligt het met onze "blauwe schortel-
doek" op wat "lager niveau"; ik moge hier citeren
wat ds E.E. Gewin daarover schreef 1): "..... Reeds
in een acte van omstreeks 1650, vind ik het goed
de Blauwe Schorteldoek vermeld (schorteldoek is
eenvoudig boezelaar). Als overlevering werd mij
eens verteld, dat de naam ontleend is aan 't feit,
dat daar ter plaatse een kind in een blauwe schort
gevonden is. De overlevering, die aldus den naam van
"de Schorteldoek" verklaart, zal zich misschien ver-
gissen met het feit, dat in 1825 aan een vondeling
te De Bilt den naam "Schorteldoek" is gegeven;
"de Schorteldoek" bestond toen reeds 2). Zonderling
genoeg, vond ik in 1786 vermeld, "de Klomp, thans
genaamd de BI. Sch.". Ik ben geneigd hier aan een
Vergissing te denken; in elk geval moet dan het
-ocr page 19-
- 19 -
goed, dat in 1650 reeds "van ouds" de B.S. betiteld
werd, zeer lang geleden de Klomp hebben geheeten" 3).
Verder schrijft ds Gewin nog - het zij curiositeits-
halve overgenomen: "In het oude volksgeloof, de po-
pulaire tradities, speelt de schort (ook de schort
van bepaalde kleur) een rol. Uit Tyrol b.v. vindt
men het volksgeloof vermeld, dat een heks in een
blauwe schorteldoek (schort) elke processie volgt.
Ik bezit een afbeelding van een uit 1489 dateerend
huis in Thorn aan de Weichsel, waarop men in den ge-
vel en relief een schort vindt afgebeeld en daar-
boven de woorden "Gasthaus zur blauen Schürze".
Geschiedenis
In het nu volgende relaas - chronologisch opge-
steld, hier en daar in de oude schrijfwijze - zal
worden getracht, de geschiedenis van de boerderij
te reconstrueren. Helaas is mij geen afbeelding
van de Blauwe Schorteldoek (in 't vervolg afgekort
tot B.S.) bekend; navraag leverde niets op. Wel kun-
nen enige plattegronden bij deze publicatie worden
overgelegd, evenals enkele afbeeldingen van het
nog bestaande voormalige inrijhek 4) en van het,
tot een villa verbouwde, hoofdgebouw, nu Utrechtse-
weg no 17.
Het tekstmateriaal is voornamelijk ontleend aan de Rech-
terlijke Archieven van Zeist en van Oostbroek en
De Bilt, no 1261 en 1351, in het Rijksarchief te
Utrecht; het Oud-ar'chief van de gemeente Zeist;
het archief van de Herv. Gemeente te Zeist en aan
brieven van mr P.H. Damstë te Utrecht (dd. 5-8-1972)
en van mevrouw A.K. Jongman-Hoedeman te Zutftn
(dd. 10-8-1971). Aan hen beiden hier nogmaals dank
voor de verstrekte informaties.
wordt vervolgd
K.W. Galis
-ocr page 20-
- 20 -
Inrijhek en villa "De Blaauwe Schorteldoek"
(foto's Galis, juni 1973)
-ocr page 21-
- 21 -
De boerderij "De Blauwe Schorteldoek" (II)
25 november 1648; de oudste vermelding
De kindskinderen van Zar (= zaliger, G.) Marichgen
Jansdr., laatst huisvrouw geweest zijnde van Zar An-
thonis Hendricks, verkopen aan Gerrit Reijers een
erf en hofstede met een boomgaard, bepotinge en ge-
boomte daarop staande, "van outs genaempt de Blauwe
Schorteldoeck, daer de heeren Gemeente boven en het
convent van Oostbroek beneden naest gelant zijn.
Mitsgaders nog een huijsinge, berch en schuyr staen-
de op de gront van Oostbroeck, welcke huijsinge
voorz. Gerrit Reijers jegenwoordich bewoont".
Let wel: "van outs genaempt de Blauwe Schortel-
doeck". En de boerderij en de naam waren dus toen al
behoorlijk oud. Het is verleidelijk, de in de "Bron-
nen voor de geschiedenis van Zeist" vermelde Antho-
nis Heyndrickss. - in 1556 en 1564 een erfje op de
Zeister Brink in pacht hebbend - te vereenzelvigen
met de overleden grootvader van 1648 5).
18 april 1650
Het convent van Oostbroek - de buren van Gerrit
Reijers - verkopen aan hem 6 morgen en 158 roeden
land, strekkende van de B.S. tot de Noordweg.
Thans dient even een zijsprong te worden gemaakt.
Het zal namelijk verderop blijken, dat de Kroost
nauxj verbonden is geweest met de B.S.; speciaal de
familie De Waal - met typerende voornamen als Wou-
ter, Jan, Hendrik, Cornelis, Abraham, e.d. - speelt
hierbij een rol. Nu worden in 1624, 1631, 1637 en
1640 Wouter Janss en Cornelis Janss, "gerechtslie-
den" te Zeist, vermeld als grondbezitters in de
Kroost 6). In 1626 wordt Cornelis Wouterss, in 1627
Bart Wouterss en in 1639 Jacob Wouterss genoemd
(zonen van Wouter Janss?) en van laatstgenoemde le-
zen we, dat hij woonde in de Kroost en er in 1647
bouwland kocht, strekkende van de Kroostweg over de
Noordweg (d.w.z. doorgaande aan de andere zijde van
-ocr page 22-
- 22 -
deze weg, G.) tot de Oostakker toe.
Dat wij hier te doen hebben met De Waals wordt in
ieder geval aangenomen in "Nederlandsch Patriciaat"
(no 14, 1924, pag. 387 e.v.)» waar bijvoorbeeld uit-
voerig over Comelis Jansz wordt geschreven. Deze
was in 1650 te Zeist diaken van de Gereformeerde
(= Hervormde) Kerk; in 1656, 1658, 1665 en 1667 is
hij ouderling. Hij was gehuwd met Wi Hemt je Corne-
lis en later, na zijn verhuizing omstreeks 1672 naar
De Bilt, aldaar opnieuw met Jacoba Ernst (deze leef-
de nog in 1700). Genoemde Comelis heeft een broeder
Gerrit Jansz gehad; deze was bakker in Zeist en na
1664 in De Bilt 7).
De volgende generatie - wij zullen niet alle per-
sonen hiervan noemen - telde onder andere als kin-
deren van Comelis ene Neeltje (gehuwd met Jan van
Eede), Aalbertie (gehuwd met Teunis Agterberg), Ever-
tie (gehuwd met Jan van den Berg), Annegie (gehuwd
met Huybert Beerentje), Abraham, Claas en Jan.
Laatstgenoemde is voor ons van belang en over hem
volgt thans wat meer.
Jan Cornelisz. de Waal, wonend in de Kroost, wordt,
tegelijk met zijn vrouw Jannetje Gerrits, op 24-12-
1676 lidmaat van de Gereformeerde Kerk. Hij was dia-
ken in 1678, 1679 en 1681; in 1688/89, 1692/93 en ^
1698/99 was hij ouderling.
Van zijn acht (bekende) kinderen noem ik slechts
zoon Hendrik, op 13-6-1723 te De Bilt gehuwd met
Grietje Klaasd. van 't Wijkerbroek (ook wel: Bus- , ,
broek). Hendrik was schepen te Zeist van 1737 t/m.
1760. Op 16-4-1730 had hij al een "grafsteede" ge-
kocht in de Oude Kerk te Zeist (no 13), waar hij
op 29-4-1761 werd begraven. Andere familieleden wa-
ren daar al voordien te ruste gelegd. Hendrik's
weduwe, nu Grietje (van) Haxvoort genoemd, begroef
men er op 28-1-1780 8).
In 1755 huurde Hendrik - die van 1756-1758 ook
nog ouderling was - voor zes jaren, a ƒ 70,— 's
jaars, 3$ morgen weiland bij de Koppelsluis van me-
vrouw douairiëre Van der Capellen, Vrouwe van Mij-
-ocr page 23-
- 23 -
drecht; in 1761 huurt zijn weduwe dit perceel op de-
zelfde condities en in 1773 (waarschijnlijk dus ook
in 1767) doet zij dat opnieuw. En volgens een akte
van 17-9-1760 huurde Hendrik van Nicolaas van Harden-
bergh, te Amsterdam, 8 morgen bouwland, "van outs ge-
naemt De Kroost". Uit het vorenstaande blijkt wel,
dat destijds de familie De Waal een gegoede - en
blijkens de functies geziene - boerenfamilie was, ge-
worteld in deze streek en met vele relaties met dito
families, waarvan men de namen thans nog hier tegen-
komt. Hun landerijen lagen in de Kroost en grensden
waarschijnlijk aan die van de B.S. Bij gebrek aan ka-
dastrale kaarten is dat (nog) niet te reconstrueren.
Toegangshek van de "Blaauwe Schorteldoek"
(afbeelding in maandblad "Oud Utrecht", 39, 1966; pag. 24)
-ocr page 24-
- 24 -
Terug nu naar onze boerderij; er is een hiaat in
de gegevens, zodat de volgende akte dateert van
18 januari 1692
"Jan Gerrits van de Blouweschorteldoeck, weduw-
naar van Jannichien Aerts van Scherpenseel, sijn
huijsvrou za:, verkoopt aan Jannichien Gerrits van
den Dijstel, weduwe van Willem Willems de Goijer,
bij de wonende in desen gerechte van de Bilt, eer-
stelijck alle sijns compts schapen, sijnde hamels
ende lammerdragende oijen, ruym ten getale van 58
waermee hij jegenwoordich op de hofstee de Blouwe-
schorteldoeck onder desen gerechte gelegen is leg-
gende ende weijdende, ofte aldaer is houdende, en-
de daertoe noch ongeveerlijck twe voeder hoij mede
op de voors. hofstee de Blouweschorteldoeck berus-
tende, omme bij de genoemde weduwe van Willem
Willems aenstonts te aenveerden en te gebruijcken
als haer vrij eijgen goet. Dat te saemen voor off
tegens een somme van ƒ 213,— alsse de voors.
schapen tegens ƒ 200,— en 't gemelte hoij voor
ƒ 13,--".
We kunnen redelijkerwijs aannemen, dat Jan Ger-
rits de zoon is geweest van Gerrit Reijers (van
1648 en 1650).
Weer moeten wij een zijsprong maken. Omstreeks
1720 was de hofstede "Croosesteyn", met bijbeho-
rende landerijen in de Kroost, in het bezit van de
familie De Leeuw. Op 4 maart 1695 namelijk had Eg-
bertus de Leeuw, kanunnik van St Pieter te
Utrecht, van de Ridderschap van Utrecht voor ƒ 630,-
gekocht (en ik vermeld dit enigszins uitvoerig,
daar de percelen nadien dikwijls weer een rol spe-
len) 9): a) 35 morgen bouwland, gelegen te Zeist in
de Kroost, tussen de Noord- of Hereweg en de Kroost-
weg b) 2 morgen bouwland gelegen als voren c) 2
morgen land, strekkende uit de Bisschopswetering
tot aan de Brugakker d) 7 akkers land aan de Bre-
desteeg (= Koppelweg). In 1728 werd op verzoek van
de erven dit, en ander, bezit getaxeerd op
ƒ 20.190,—; een groot bedrag voor die tijd. Een akte
-ocr page 25-
- 25
van 16/17-10-1748 deelt dan mee, dat Vrouwe Cornelia
Henriëtte van Weede (douairiêre Daniel de Leeuw, als
moeder voor haar vier kinderen), Gerlach Frederik van
der Capellen (Heer van Mijdrecht, gehuwd met Cathari-
na de Leeuw), Egbert Anthony de Leeuw en Maximiliaan
Yvoy (gehuwd met Anthonia Louisa de Leeuw) overeen
komen, dat in eigendom zal worden overgedragen aan
G.F. van der Capellen vnd. 12 morgen 200 roeden land
aan de Breestetgen de Bisschopswetering. Het overige
bezit in de Kroost bleef - althans voorlopig - in
handen van de familie De Leeuw.
In 1758 blijkt Heer Gerlach Frederik te zijn over-
leden 10); van zijn weduwe huurde Hendrik de Waal
in 1760 een weiland (zie boven) en huurt in 1759 van
Arien Claassen van Wijkerbroek - wonend op de B.S. -
ook grond. In de akte van 12-1-1759 staat namelijk,
dat Arien (die een broer was van Grietje, de vrouw
van Hendrik de Waal) verklaart te hebben gehuurd voor
6 jaren van mevrouw douairiêre Gerlach F. van der
Capellen 3 morgen bouwland tussen Noord- en Croost-
weg, al in gebruik bij hem, voor ƒ 30,— 's jaars en
1 1/3 morgen weiland, gelegen onder Cattenbroeck,
voor ƒ 20,— 's jaars.
Zo zijn we weer bij de B.S. terecht gekomen. Hoe
Arien daar kwam (via zijn huwelijk?) is niet bekend.
In 1762 ontmoeten wij hem weer, in een akte van 14-4;
Arien, wonende onder De Bilt op de B.S., verklaart
dan gehuurd te hebben voor 3 jaren van Hendrik Ver-
beek (n.b. deze kocht toen veel grond op in de Kroost
en woonde op "Beek en Royen", G,)35 morgen weiland,
gelegen in de Lage Grond bij de Coppels, al in gebruik
bij hem, voor ƒ 70,— 's jaars. Kort nadien wordt een
akte opgemaakt met de volgende inhoud:
4 mei 1764
Arie Claassen van Wijkerbroek, wonend op de hofstede
de B.S., en Gijsbert van Haksvoort, mede wonende aldaar,
zijn het volgende overeengekomen: Arie zal aan Gijsbert
geven 4 melkkoeien, 2 veerssen, 3 paarden, het koorn te
velde en in de bergen op de voorz. hofstede, zijn in-
boedel en "huijscieraad", bouw- en melkgereedschap.
-ocr page 26-
- 26 -
27 -
Coi^ ua juu% iU )wac x'-U' •^f>l<- H^^"^^ (t^ '^'V
?
X
X
7
7?"
*^ea/i
*t>cSJt JfZ^/iijlSo
^^^                 AöV            , ,. ^<i^'^. ^ ?                    TÏIn                 ~ Jmmöjt           Coi/Aïiu/J)           CMyW/S)         Woutt^              ACLni'5) Wt«H^^
r
X
?
CyL-J:. /(fnvccit
*VlcuMnbf/i{i
fZca/Wo          r          /
IflcAlfbi,
lOM
>
Z xS/iiBii
'j'^'^ffztic. ^z^^f^S'^-i^
it HvÜiMUiMti
laAunlaJ
tZ'fjSfz^/iiiSi^ *Z/êoi fZiSéi? wZi8ozfZ'yixiS6o
4
*Z/8o8 fZm/inSti
Zx'»4/«é6
i) KtuuvmeJax
^ ü<. an.ijio
X oJuuwd
2 =2ti^t
üt ifli'j'79
-ocr page 27-
- 28 -
Gijsbert zal Arie zijn leven lang alimenteren en on-
derhouden, van behoorlijke kleding en huisvesting
voorzien en na zijn overlijden "een eerlijke begraef-
fenisse" aandoen. - Gijsbert (van) Haksvoort (of Hax-
voort, Hasvoort; zou er verband bestaan met de Hakwe-
tering, een oude Rijnloop, in het zuiden van Gatten-
broek?) was een aangetrouwde neef van Arie(n).
Voor de derde maal begeven we ons op een zijweg -
het artikel begint op een "Rahmenerzahlung" te lij-
ken - om , hopelijk, ditmaal vooral de genealogen
onder ons een plezier te doen. Er zij op gewezen,
dat het een voorlopige stamboom betreft; voor vol-
ledigheid moet nog meer speurwerk worden verricht
(zie pag. 26/27).
Reeds bij het vermelden van Hendrik de Waal wezen
wij op de belangrijke positie van deze familie in
die tijd; mede door de uitgebreide huwelijksrelaties.
Hendrik's zoon Jan is voor deze stelling ook een be-
vestiging. Hij was diaken van de Zeister kerk van
1758/60 en 1765/67; en ouderling van 1771/73, 1774/
76, 1780/82, 1795/97 en 1799/1802. Voor ons dorp was
vooral van gewicht, dat hij vrijwel onafgebroken
schepen is geweest van 1761 t/m. 1804'. Als oudste
schepen werd hij - bij akte van 3-9-1787 - door de
Heer van Zeist tot drost benoemd, wegens absentie
van de toenmalige drost mr C.W. Kelderman. Jan de
Waal had zelfs, blijkens een schetskaart van ca
1750 van ons dorp (in de Van de Poll-verzameling)
een eigen schapendrift, uit de Kroost over de
Utrechtseweg en de Oude Arnhemseweg de hei op (het
huidige Eikensteynse Laantje?). In 1759 verhuurde
hij aan Arris van Ee een huis met 1 morgen land in
de Kroost voor 6 jaren. Hij had in die dagen in
huur in de Eng 2 morgen 350 roeden land, in de Del
(= Brugakkcr,G.) 500 roeden, aan het "Bosland" 2
morgen 150 roeden, in de Kroost nog 1 morgen 370
roeden en daar ook nog 4 morgen (de zgn. "Kromak-
kers"). In 1781 bezat Jan het huis plus 22 morgen
4 hond land, genaamd "De Kroost" en getaxeerd op
ƒ 1.500,— (hij woonde daar in 1799 nog, maar als
-ocr page 28-
- 29 -
pachter). In 1790 verkoopt Anthony Godardus Schade
van Westrum voor ƒ 1.100,— aan Jan, Klaas, Cornelis
en Gerrigje 8 morgen land, van ouds genaamd "De Kroost",
strekkende van de Kroostweg over de Noordweg heen
tot aan de Zeistervaart. Wij lazen hierboven reeds,
dat vader Hendrik dit zelfde perceel als pachter had
gebruikt. Jan bezat of huurde zowel wel- als bouw-
land; ca 1802 had hij bij de Koppeldijk in huur 2
morgen 400 roeden land (in 1804 was dit terrein in huur
bij een achterneef van Jan). Hij heeft twee zonen ge-
had, nl. Wouter en Cornelis, die nakomelingen kregen,
tot op de huidige dag in Zeist wonend 11). Omstreeks
1800, de periode van de Bataafse Republiek, begon de
welstand van de familie te tanen - wat hierna zal
blijken - zoals bij vele anderen ook het geval was
(men denke bijvoorbeeld aan de verkoop van Kersbergen,
Wulperhorst en Rijnwijk in 1801).
In voorgaand genealogisch schema is vooral Wille-
mijntje en familie van belang, gelet op de B.S.
3 juli 1764
Grietje van Wijkerbroek, wed. van Hendrik de Waal,
maakt een minnelijke schikking met haar schoonzoon
Gijsbert van Haxvoort, gehuwd met Willemijntje, wo-
nend te De Bilt, betreffende de boedelverdeling in
verband met de bij haar inwonende Aaltje de Waal.
2 oktober 1764
Gijsbert van Haxvoort, te De Bilt, verklaart gehuurd
te hebben voor 6 jaren van Geerlach Theodorus van der
Capellen, Heer van Schonauwen, enz., 3 morgen bouwland,
gelegen onder Zeist tussen de Croost- en de Noordweg,
reeds in gebruik bij hem, voor ƒ 30,— 's jaars, be-
nevens nog 1 1/3 morgen land, gelegen onder Gatten-
broek voor ƒ 20,— 's jaars (zie hiervoor de akte van
12-1-1759).
25 september 1765
Akte van uitkoop tussen Grietje Wijkerbroek, wed. van
Hendrik de Waal, wonende te Zeist, en Jannigje de Waal,
gehuwd met Splinter Kornelissen Spelt en wonend te
Oostveen (= Oostbroek).
-ocr page 29-
- 30 -
1 mei 1767
Mr Henderik Herman van den Heuvel, executeur van
de nalatenschap van wijlen Vrouwe Louisa Soreau (dou-
airière mr Anthony de Leeuw, 1679-1729), transpor-
teert aan Jan Jacob de Geer van Rijnhuysen: a) 50
roeden land, gelegen tussen de B.S. en de Croost-
en Hoogeweg (= Utrechtseweg, G.) onder Zeist, b)
enz.
24 augustus 1769
Registratie van de leenakte van 18 augustus 1769,
waarbij de Staten van Utrecht Jan Jacob de Geer,
Heer van Rijnhuyzen, belenen met het goed "De
Kroost" met het dagelijks gerecht - gelegen onder
Zeist tussen de Croost- en de Noordweg - en 8 mor-
gen land, met het huis genaamd de B.S., gelegen
onder De Bilt.
Tot goed begrip zij vermeld, dat "De Kroost" een
miniatuur ambachtsheerlijkheid was met lage rechts-
macht; het was een leen van het Sticht, voorheen
van de bisschop, later van keizer Karel V en daar-
na van de Utrechtse Staten. Al in 1395 wordt "het
goed de Croost" genoemd.
24 augustus 1769
Op dezelfde dag vindt de registratie plaats van
een andere akte van 18 augustus van het leenhof
der Staten van Utrecht, waarbij op verzoek van Jan
Jacob de Geer en Jacob Adriaan van den Heuvel 7
morgen land van het goed De Kroost, onder Zeist, .;
uit het leenverband wordt genomen en het allodiale
goed van 8 morgen met het huis de Blauwe Schortel-
doek, gelegen onder De Bilt, als leengoed daarvoor
in de plaats wordt gesteld. Aldus was de B.S. een
deel geworden van het zojuist genoemde ambachts-
heerlijkheidje De Kroost.
                                                           »
13 november 1770
Willemijntje de Waal, wed. van Gijsbert van Hax-
voort, te De Bilt, verklaart gehuurd te hebben
voor 6 jaren van Gerlach Theodorus van der Capel-
len de op 2-10-1764 genoemde 3 morgen, a ƒ 30,—
-ocr page 30-
-si-
's jaars, en 1 1/3 morgen, a ƒ 20,— 's jaars.
24 februari 1776
Als boven: voor 6 jaren 3 morgen bouwland a ƒ 30,—
's jaars. Maar niet de 1 l/3"orgen weiland.
In deze tijd wordt in het lidmatenregister van de
Zeister kerk genoteerd Jacobus de Greef, "dienst-
knegt van de wed. De Waal"; in 1780 vertrok hij naar
De Bilt.
15 januari 1779
Gerlach Theodorus van der Capellen transporteert
aan Jan Jacob baron de Geer, Heer van Rijnhuyzen:
a) ....., b) ..... , c) 3 morgen bouwland onder
Zeist van de Noordweg tot de Croostweg.
12 juli 1782                                                   />f
Schout en schepenen van Zeist en van Oostbroek en
De Bilt taxeren op verzoek van Theodora Anna barones-
se van Haeften, douairiêre Jan Jacob baron de Geer,
Heer van Rijnhuizen, Oudegein en 't Gein: a) een
hofstede, bestaande uit een huis, twee bergen, een
schapenhok, wagenschuur, bakhuis en karnmolen met
omtrent 8 morgen land ..... alwaar ten N. en W. de
Lageweg naar Zeist (= Kroostweg? G.). Het land
wordt in huur gebruikt door Steven Stam. Ten 0.
mevrouw de Wed. Jacob van Dorssen en de Croostweg;
ten Z. de Noord(er)weg ....... op ƒ 2.500,—. b)
... c) ... d) ... e) ... f) ... g) ... h) ... i)
Item nog 18 morgen, van ouds behoord hebbende aan
het goed ten Kroost, waarvan 13 morgen gelegen bo-
ven de Hogeweg, met een eikewal bewald, deels bouw-
land en deels hei of plagveld. De overige 5 morgen
daar het Huis ten Kroost op gestaan heeft, strek-
kende van de Noordweg tot de Kroostweg, daar ten Z.0.
de Heer van Schonauwen en ten N.W. de hiervoor ge-
melde hofstede naast gelegen zijn. De 13 morgen met
zijn schaaphok en wallen ....... ƒ 1.000,—. De 5
morgen daar het Huijs de Kroost etc........ƒ 1.000,—
Voorschreven hofstede en landen in huur bij de Wed.
Haksfort met nog 8 morgen onder Zeist, vroeger be-
hoord hebbende tot de hofstede de Klomp, nu gevoegd
-ocr page 31-
32
10CTlu«\jtut
De Blauwe Schorteldoek en omgeving
-ocr page 32-
- 33 -
bij de voorz. hofstede de Schorteldoek, alles leen-
roerig aan de Staten van Utrecht.
19 november 1782
Boedelscheiding wegens het overlijden van Jan Jacob
baron de Geer: a) 34 morgen 276 roeden land zijn vooraf
al gelegateerd aan jhr Barthold de Geer. -b) Aan jhr
Daniel Arnold Alexander Mackaij en Jean Louis Mackaij,
als enige kinderen van wijlen Isabella Constantia
baronesse de Geer (als 1/8 van hun grootvaders nala-
tenschap) wordt toegescheiden een hofstede, bestaande
uit een huis, twee bergen, een schaaphok, wagenschuur,
bakhuis en karnmolen met omtrent 8 morgen land onder
De Bilt, daaronder een erfje van 50 roeden tussen de
huizinge en de Kroostweg, gelegen onder Zeist; alwaar
ten N. en W. de Lageweg naar Zeist en het land in
huur bij Steven Stam, ten 0. mevr. de Wed. Jacob van
Dorssen en de Croostweg, ten*Z. de Noord(er)weg. -c)
Nog diverse percelen in die buurt, onder andere waar
het huis de Kroost op gestaan heeft. Alles in huur
bij de Wed. Haksvoort. -d) Met nog 8 morgen land,
vroeger behoord hebbende bij de hofstede de Klomp en
door Jan Jacob de Geer daar afgenomen en gevoegd bij
de hofstede thans genaamd de B.S.
30 oktober 1783
Jan, Aaltje, Klaas en Willemijntje de Waal (laatst-
genoemde weduwe van Gijsbert van Haxvoort), broers
en zuster, maken een overeenkomst omtrent de verde-
ling van de boedel van hun overleden ouders.
4 november 1790
Registratie van de verkoopakte van 8-10-1790, waar-
bij Jan, Klaas, Cornelis en Gerrigje de Waal 8 morgen
bouwland, van ouds genaamd "De Kroost", kopen voor
ƒ 1.100,— (zie hiervoor pag. 29).
15 december 1796
Op verzoek van de erfgenamen van Daniel Arnold Alex-
ander Mackay worden de volgende goederen getaxeerd:
a) de helft van een huis met 22 morgen 170 roeden
land, gelegen onder Zeist en De Bilt, genaamd de B.S.,
in huur bij de Wed. Haxvoort; de Zeister landen geta-
-ocr page 33-
- 34 -
xeerd op ƒ 1.400,— -b) de helft van 11 morgen 150
roeden land met de bomen, gelegen onder Zeist aan
de Breesteeg; getaxeerd op ƒ 2.500,— -c) de helft
van 3 morgen land, gelegen naast voorgaand perceel
strekkende uit de Noordweg tot in de Kroostweg;
getaxeerd op ƒ 250,—.
Circa 1804 kocht de familie Van Dam veel gronden
op van de De Waal's; evenals trouwens elders in
Zeist. Als voorbeeld dienen de volgende akten.
5 december 1804
Jan, Nicolaas, Cornelis en Gerrigje de Waal trans-
porteren aan Wouter en Willem van Dam voor ƒ 1.900,—
8 morgen land, gelegen onder Zeist in de Kroost,
strekkende van de Kroostweg over de Noordweg tot
de Zeistervaart toe (officieel transport 12-2-1805).
5 december 1804
Op dezelfde dag transporteren dezelfde De Waal's
aan Wouter en Willem van Dam voor ƒ 1.000,— 4
morgen en 3 hond bouwland, gelegen in de Kroost,
strekkende van de Kroostweg tot aan de Hogeweg
(officieel transport 12-2-1805).
21 december 1805
Jean Louis Mackay, te Londen, verkoopt aan Wil-
lem van Dam een hofstede genaamd de B.S., met
huis, twee bergen, een schapenhok, wagenhuis, bak-
huis en karnmolen, met ruim 60 morgen land, gele-
gen onder De Bilt en Zeist. Onder De Bilt behoort
de huizinge en verder getimmer met omtrent 8 mor-
gen lands, daaronder een erfje van 50 roeden ...
enz.
                                                                                                   :
9 juni 1806
Schout en schepenen hebben op verzoek van de
collaterale erfgenamen van de Heer Willen van Dam,
in leven secretaris van Zeist, getaxeerd de vol-
gende goederen, met den dood ontruimd en nagela-
ten door Willem van Dam voornoemd: a) de helft in
een hofstede met berg en schuur en bakhuis, genaamd
de B.S., met omtrent 4 morgen 150 roeden bouwland.
-ocr page 34-
- 35 -
gelegen tussen de gemene Amersfoorderweg en de
Noordweg naar Zeist, in huur gebruikt wordende bij
Gijsbert van Woudenberg; getaxeerd op ƒ 1.250,—
-b) de helft in 29 1/2 morgen land, behorende tot
de hofstede de B.S., gelegen aan beide zijden van de
Oude Arnhemse Rijweg; getaxeerd op ƒ 1.500,—. c)
Er komen nu hiaten in onze kennis. Toen in De Bilt
het kadaster werd opgezet, tussen 1825 en 1830,
stond als eigenaar van de B.S. genoteerd Hendricus
van Wijk c.s., rentenier en wonend te Amsterdam; aldus
de Heer Damstê (n.b. De in 1806 overleden Willem van
Dam was gehuwd met ene Dina van Wijk). De boerderij
was toen 5.17.50 ha groot, waarvan ruim 5 ha bouwland
en strekte zich uit tot de Noordweg. De boerderij had
toen nog twee (hooi-)bergen. Wie toen pachter was is
onbekend.
Naderhand is eigenaar geworden de toenmalige burge-
meester van Zeist Frans Nicolaas van Bern, gestorven
in 1853. Ook hij kocht in onze gemeente op grote schaal
gronden op. Bij akte van boedelscheiding van 15-2-1853
kreeg Van Bern's dochter Johanna Maria Clasina (enig
kind) de B.S. en vele landerijen. Zij - gehuwd met Jan
van de Muelen - stierf op 2-10-1871 te Weesp, waarna
haar zoon Frans Nicolaas van der Muelen (eveneens enig
kind) alles erfde. De vader was al eerder overleden.
Frans Nicolaas van der Muelen stierf in Weesp op 21
augustus 1911; zijn echtgenote, Willemina Vastwijk,
overleed eveneens te Weesp, doch eerst op 21 februari
1922, waarna een openbare verkoping volgde van de B.S.,
enz. Hierover aanstonds meer.
Wat weten wij van de pachters van de B.S. in de 19e
eeuw. Wij komen thans bij een interessante episode in
de geschiedenis van de boerderij 12). Zo men weet vond
in 1834 binnen de Hervormde Kerk de zogenaamde "Afschei-
ding" plaats, onder leiding van de predikanten H. de
Cock en H.P. Scholte. Daaruit is onder andere de huidi-
ge Christelijke Gereformeerde Kerk voortgekomen. Aan-
vankelijk werd deze afscheiding door de regering niet
-ocr page 35-
- 36 -
erkend en vervolgd. Zelfs in het kleine Zeist (ca
1840 zo'n 3000 inwoners) waren ongeveer 20 afge-
scheidenen; over een en ander is copie-correspon-
dentie tussen burgemeester Van Bern en de Gouver-
neur (= Commissaris des Konings) te Utrecht. Uit
een burgemeestersbrief van 2 december 1842 citeer
ik: "Wat de Separatisten betreft - de ouderling
Cornelis van den Berg heeft op mijne hofstede ge-
naamd Den Blaauwen Schorteldoek, onder de gemeente
De Bilt gewoond en, niettegenstaande hij nimmer
daartoe mijne toestemming had gevraagd, heb ik
hem aldaar meer dan twee Jaren ongestoord zijne
godsdienstige vergaderingen laten houden; een
blijk, dat ik niet zo6 onverdraagzaam ben, als men
mij in het adres wil doen voorkomen".
Uit het schrijven blijkt verder, dat de afge-
scheiden groep een kerkgebouw had gebouwd op de
Voorheuvel, daar zonder vergunning godsdienstoe-
feningen hield (later erkend), dat de burgemees-
ter hen persoonlijk dat enige malen had verbo-
den en dat Van den Berg de leider van alle acti-
viteiten was en al voor 1842 de B.S. had verla-
ten en op Zeist was gaan wonen. Derhalve zal om-
streeks 1836/38 Van den Berg op de boerderij heb-
ben gewoond.
                                                                 ^ v»;.
In mei 1843 vestigde zich op de B.S. Helmert
van Maanen. Hij was geboren in Woudenberg op20-8-1804
en gehuv/d op 8-5-1846 met Steventje van Meer-
veld (geb. Rijsenburg 8-5-1823 en overl. Zeist
19-12-1893). Het echtpaar kreeg elf kinderen,
allen geboren op de B.S. in de jaren tussen 1846
en 1868; de laatstgeborene, Evert op 14-4-1868,
stierf te Zeist op 7-12-1936. Vader Helmert is
overleden op de B.S. op 25-7-1887 13).
In 1899 werd de boerderij geheel verbouwd en
met het front naar de Utrechtseweg gezet. Om-
streeks die tijd was Rijk van Ettikhoven huurder
van de B.S.;van 1918 tot 1923 vind ik zijn weduwe
Willemijntje van Ettikhoven - van Dam als "land-
bouwster" vermeld op de B.S., Utrechtseweg 1,
De Bilt. Met haar zoon Geurt, vee-houder; deze
-ocr page 36-
- 37 -
verhuisde echter al in 1922 naar de boerderij "Nieuw
Transvaal" in Den Dolder 14). In die jaren, namelijk
omstreeks 1906, werd het hoofdgebouw van de B.S.
verbouwd tot villa; het gebouw bleef intact maar
werd van buiten gewit, e.d. Zo is het tegenwoordig ■'
nog te zien 15).
Het einde van de B.S. ving aan met de openbare
veiling in de herberg "De Zwaan" te Zeist op dinsdag
11 juli 1922 16). In het verkoopboekje lezen we: ,
'"Eferceel No. 1 . - De Hofstede "de Blauwe Schortel-
doek", bestaande in Boerenwoonhuis met stalling voor
31 koeien en 4 paarden, 2 vijfroedige hooibergen, bakhuis
wagenschuur en groote schuur met stalling voor klein
vee en varkens, met weiland en bouwland, gelegen
onder de Gemeenten de Bilt en Zeist aan den Straatweg
van de Bilt naar Zeist, aan den Kroostweg, aan den
Bisschopsweg en aan den Noordweg Kadastraal bekend
als Gemeente de Bildt Sectie C nommers 1157 en 1158,
samen groot 5.71.50 H.A. en als Gemeente Zeist Sectie
N nommer 181, groot 10.10.00 H.A.; tezamen groot
15.81.50 H.A. De boomen, staande aan de Zuidzijde van
den Rijksstraatweg, aan de Oostzijde van den Bisschops-
weg, aan de Zuidzijde van den Kroostweg en aan de Noord-
zijde van den Noordweg, behooren bij dit perceel. De
Heiningen op dit perceel en eenige vruchtboomen zijn
eigendom van de huurster. Grondlasten ƒ 81,50".
In de "Bijzondere Bepalingen" staat nog meegedeeld,
dat de hofstede is verhuurd aan de weduwe Rijk van
Ettikhoven voor ƒ 700,— 's jaars, tot 1-11-1923,
betaalbaar per 1 mei en 1 november. Een deel van per-
ceel 1 (en de percelen 2, 9, 10, 11, 17, 18, 19 plus
delen van 12 en 13) was verhuurd aan zoon Geurt voor
ƒ 739,-- 's jaars, tot 1-11-1923. Dit alles nu be-
hoorde tot de nalatenschap van mevrouw W. van der
Muelen - Vastwijk; de erfgenamen verkochten alles,
behalve het recht om te jagen in de Kroost.
Koper van perceel 1 (en van andere percelen) was
Rijk Rijksen, te Zeist, die voor dit perceel betaal-
de ƒ 37.700,— plus ƒ 440,— voor de bomen, plus
ƒ 250,— voor de aanwezige electrische leidingen in
het huis plus de kosten. - In 1924 werd de voormalige
-ocr page 37-
- 38 -
B.S. bewoond door de bouwkundige H. Rijksen; toen
werden op het perceel, langs de Utrechtseweg, de
villa's neergezet, genummerd la, Ib, enz.
De boerderij "De Blauwe Schorteldoek" was verleden
tijd geworden'.
Dr K.W. Galis
Noten;
(1)  E.E. Gewin: "De Bilt, een Utrechtsch dorp in
vroeger eeuwen"; Utrecht, 1916; pag. 62 (2e dr.
De Bilt, 1944; pag. 47).
(2)  Deze baby, gevonden nabij de boerderij, werd
daarom door de Biltse kerkeraad gedoopt met de
naam Mina van de Schorteldoek. Merkwaardig is,
dat in een Amersfoortse akte van 11-7-1548 de
verver Geryt Gerytse Schoerteldoeck voorkomt.
(3)  Dit is een abuis van de heer Gewin; zie ter ver-
duidelijking onder het jaar 1782.
(4)  Zie het maandblad "Oud-Utrecht"; 39, 1966, no
3; pag. 24.
                            ■ ,
(5)  Dl II; pag. 94 en 124.
(6)  Waren zij weer zoons van Jan Woutersz, die in
1556 nog leefde, doch wiens weduwe Hendrickgen
in 1559 en 1562 in de Kroost 3 hont land in
pacht had? Zie "Bronnen ...", dl II; pag. 96,
102 en 111.
(7)  Vele De Waal-gegevens ontleende ik aan een
getypte genealogie, aanwezig in het archief
van de Van de Poll-Stichting, samengesteld (en
ergens gepubliceerd?) door ... Enkelaar. Maar
met aanvullingen mijnerzijds uit het kerkelijk
archief van de Gereformeerde (= Hervormde)
Kerk van Zeist en het Qohier van het Haardstede-
geld ...
                                                                                     '
(8)  Het grafsteden-overzicht is opgemaakt door wij-
len H.J. van Eekeren, oud-president-kerkvoogd
van de Ned. Herv. Gemeente te Zeist.
(9)  R.A. Utrecht; resolutiën van de Ridderschap van
Utrecht, inv. Staten-archief no 731. - Over de
invloedrijke familie De Leeuw, o.a. vv?onend op
het Janskerkhof in Utrecht, verwijs ik naar G.AP.
-ocr page 38-
- 39 -
van Ilelbergen: "N.V. Slavenburg's bank, Utrecht,
oud en nieuw" in Jaarboek Oud-Utrecht, 1976; pag.
80/81.
(10) Gerlach Frederik van der Capellen, geboren ca
1698, was de zoon van Steven Frederik van der
Capellen, Heer van Schalkwijk en Mijdrecht (1663-
1707), die in 1696 was gehuwd met Digna Elisa-
beth Booth.
(11) Waarom worden in onze gemeente eigenlijk niet
meer wegen of lanen vernoemd naar belangrijke
personen uit onze lokale historie, zoals Jan de
Waal, Sluyterman, Damhoff, Van Dam e.a.?
(12) Op dit voorval, vermeld in het Oud-archief Zeist,
maakte de Heer L. Visser mij attent, waarvoor
mijn hartelijke dank.
(13) Enige genealogische notities: op 15-12-1737 krij-
gen van de kerkeraad van Driebergen een verkla-
ring van indemniteit, wegens verhuizing naar
Zeist, Jan Dirks . van Maanen en zijn vrouw Grie-
tie Frans (van) Voskuyl met hun kinderen Hendrina
en Johannes Claudius. - Voor schout, schepenen en
secretaris van Zeist machtigen op 29-9-1749, Pie-
ter, Heyndereyntie en de minderjarige Johannes
van Maanen Huybert Voskuyl, timmerman te Utrecht,
om voor hen de nalatenschap van Margaretha van
Maenen af te wikkelen (R.A., U., recht, archief
Zeist, no 1261).- Op 29-10-1836 huwt te Zeist
Gerrit van Maanen (geb. Woudenberg 1807, landbou-
wer, zoon van Hermanus Johannes en Dirkjen Vos-
kuyl, te Woudenberg) met Jannigje Dorresteyn
(geb. De Bilt 1811, wonend in Zeist, dochter van
Steven D. - 63 jaren, landman - en Willemijntje
Koudijs, te Zeist).
(14) Ook de Van Ettikhoven's woonden reeds lang in
Zeist. In ons Oud-archief lezen we: op 5-2-1744
krijgt Gerrigie van Ettikhoven (geb. De Bilt,
huisvrouw van Jan de Bree) een verklaring van
indemniteit wegens vertrek naar Zeist van 't ge-
recht van Oostbroek en De Bilt. Jan Anthonisz.
de Bree zelf krijgt op 20-2-1744 zo'n verklaring
van het gerecht van Woudenberg wegens vertrek
-ocr page 39-
- 40 -
naar Zeist.- Op 3-4-1753 geeft het gerecht
van Zeist zo'n verklaring aan Jan de Bree
en zijn kinderen Toon (Anthony?), Karel,
Gerrit, Elizabeth en Frans; de laatste was
8-3-1750 geboren; zou toen de moeder Gerri-
gie zijn gestorven? - Reeds in 1785 en op-
nieuw op 6-1-1803 gaf De Bilt zulk 'n ver-
klaring af wegens vertrek naar Zeist aan
Anthony de Bree, zijn vrouw ... van Ginkel
en hun drie kinderen.- In 1823 wordt Elbert
van Ettikhoven vermeld als wonende aan de
Utrechtseweg of in de Kroost; van 1791/93
was hij diaken te Zeist.
(15) W.L. van Nieuwenhuysen in maandblad Oud-
Utrecht; 39, 1966; pag. 31.
(16) Het boekje "Openbare Verkooping van a) de
hofstede "De Blauwe Schorteldoek", ....."
is in het R.A. Utrecht (fotocopie in het
archief van de Van de Poll-Stichting).
De belangstellende lezer(es) moge nog ge-
attendeerd worden op het boek van P.V. van
Wijk: "Boerderijnamen, over hun oorsprong,
geschiedenis en beteekenis"; Oldenzaal, 1927.
-ocr page 40-
- 41 -
Inleiding
In dit bulletin zou ik u gaarne willen meenemen op
een historische tocht door Zeist-West aan de hand
van foto's, die ik in 1969 en volgende jaren van dit
toen nog agrarisch gebied heb gemaakt.
Zeist is een oude plaats, die al in een acte uit
het jaar 838 wordt genoemd. Er wordt daarin geen aan-
duiding gegeven van een bepaald gedeelte van Zeist,
maar er is alle reden aan te nemen, dat het agrari-
sche Zeist-West even oud is als het Zeist rond de
Dorpsstraten.
In de middeleeuwse geschiedbronnen vanaf de dertien-
de eeuw weerklinken veelvuldig namen, die voor Zeist-
West tot een begrip zijn geworden, zoals Brugakker
(een lang en smal perceel grond), Couwenhoven (een
grote hoeve), Cattenbroeck (een ambachtsheerlijkheid),
de Coppel (een grote hoeve), de Clomp (lange tijd een
herberg), de Zeister Brug (tot voor kort Koppelbrug),
de Croost (een grote hoeve), de Croostweg, de Noord-
weg en de Brink.
Tot ongeveer 1970 is dit Zeist-West een agrarisch
gebied gebleven, dat - afgezien van een wat dichtere
bebouwing - niet zo erg verschilde van de toestand in
de middeleeuwen.
De plotselinge overgang tot stedelijk gebied zal
wel tot gevolg hebben gehad, dat er niet zoveel af-
beeldingen van de oude situatie over zijn. Daarom hoop
ik, dat u dit bulletin met belangstelling zult door-
kijken. Ik heb bij de foto's een toelichting gemaakt
en een kaart getekend, waarop de nieuwe situatie ge-
projecteerd staat tegen de historische achtergrond en
waarbij geschiedkundige kanttekeningen zijn gevoegd.
Niet alle foto's in dit bulletin zijn van mij; de num-
mers 2, 6, 7, 8, II, 13 en 24 werden genomen door de
heer W. Vlietstra.
H. Emmer
BIBLIOTHEEK DER
RIJKSUNIVERSITEIT
fTRECHT
-ocr page 41-
- 42 -
Toelichting bij de foto's
We beginnen bij de bomenpartij, die stond op de
plaats, waar vroeger de Griffensteynselaan ophield.
Dan gaan we langs Nijenheim naar de Koppelweg, hou-
den ons enige tijd op in de omgeving van de Koppel-
brug en de Lage Grond en passeren daarna de Koppel-
dijk endeGodfried van Seystlaan om via de Waterige-
weg onze tocht
c-m de Koelaan te beëindigen.
1. De Grift op het punt waar de Griffensteynselaan
vroeger eindigde. De bomen zijn verdwenen en de
flauwe bocht in het water heeft plaats gemaakt
voor een loodrechte knik. Achter de bomen in de
verte de Koppelweg (foto 1971).
2. Het bouwrijp gemaakte terrein van Nijenheim, ge-
zien vanaf de Koppelweg.
3. Het terrein achter Nijenheim in de richting van
de wijk Griffensteyn. In de verte de huizen van
de Filips van Bourgondiëlaan. Hier is nu de wijk
Nijenheim.
4. Verdwenen boerderij aan de Koppelweg (foto 197 2),
5. De Koppelweg gezien naar de Zeister Brug en de
Lage Grond. Rechts het verdv/enen huis Bouwlust
(foto 1969).
6. De weg door de Lage Grond, Hier is nu de woon-
wijk Brugakker.
7. De weg door de Lage Grond. Rechts het huis Bouw-
lust.
8. Gezicht op de Grift en het Clompje achter de
beide sluisdeuren.
9. De korenmolen aan de Koppeldijk, gezien vanaf
de Lage Grond. Daartussen het noordelijk gedeel-
te van de historische smalle strook Brugakker.
Hier is nu de gelijknamige woonwijk (foto 1971).
10. Andere foto van de korenmolen vanaf de Lage
Grond.
-ocr page 42-
43
11. De Koppeldijk, gezien van de Zeister Brug raet
in de verte de Koppelsluis en het Clonipjo.
12. De sluis 'eh het Cloiopje wat dichterbij (foto
1969).
13. Dichtbij de knik in de Grift bij het Clompje
en voorbij de sluis.
14. Nog iets dichter bij de knik in de Grift (foto
1971).
15. Het terrein ten noorden van tiet Cloinpje (foLo
1971).
16. Het Clompje var. opzij (foto 1969).
17. De Koppeldijk met de piek waarop hot CHompje
eeuwenlang stond (foto 1971),
18. De korenmolen vanaf de Koppeldijk (foto 1969).
19. De Koppeldijk in de richting van de Zeister
Brug (foto 1971).
20. De Koppeldijk met op de achtergrond het begin
van de Kouwenhovenselaan. Hier is nu de wijk
Brugakker.
21. De Kouwenhovenselaan,
22. Het begin van de Koppeldijk gezien van de God-
fried van Seystlaan.
23. De verdwenen boerderij Veldbuyzen,   ger'ien van de
Godfried van Seystlaan, Hier is nu
  de, wijk Cou-
wenhoven. Achter de bomen de hoeve
  Ni.euw-Grifferr
steyn.
24. De toegangsweg naar de boerderij Veldhuyzen.
25. De nog bestaande boerderij Nieuw-Grif f eristeyn,
gefotografeerd in het open veld omatrsekH !967,
en met het hek van de oude hoeve Griffenstcyn.
26. Het terrein aan het einde van de Wateiigeweg, nu
het begin van de Weteiinglaan.
27. Gezicht van de Koelaan op de Coöper.';t ieve Woonver-
eniging Cattenbroeck en omgeving. Hiertur.sen ligt
nu de wijk Couwenhoven.
-ocr page 43-
- 44 -
1.
-ocr page 44-
- 45 -
-ocr page 45-
46 -
O-«4
4.
-ocr page 46-
- 47 -
-ocr page 47-
- 48 -
-ocr page 48-
- 49 -
-ocr page 49-
- 50 -
**-• -«.:#^
-ocr page 50-
- 51 -
-ocr page 51-
- 52 -
-ocr page 52-
- 53 -
-ocr page 53-
- 54
17.
-ocr page 54-
- 55 -
19,
-ocr page 55-
- 56 -
21.
.4* H
t .
22.
-ocr page 56-
- 57 -
-ocr page 57-
- 58 -
-ocr page 58-
- 59 -
25,
26.
-ocr page 59-
- 60 -
- 61 -
/
I
c
•n
•H
0)
-M
W
•p
il)
<D
5
■c
1
c
V
o
0)
l.
■i~i
U)
dJ
!_
N
OJ
4J
c
x;
c
o
>
o
c
Q)
o;
sz
ji
o
■r—)
in
•f-l
•H
'S
i_
c
o
o
+j
o
in
5
■H
ü
Q)
?
CU
D
"C
<D
•iH
c
c
a-
Cl
Q)
o:
Cj
-P
en
O
o 1/1
O en
Q;           C rH C
•c D ü! -H
o C D C !-
o
o; i- c L
E c j<: q; c
o^ccinuEo-ö-PL-i-'
i:(DC)a;r-iO'-H_iM-a;o
«v<
p 5
C 5 3 l/; Q)
{L;DL.0-^(J (LCtLCUM-
.^
> 1/5 CD
O CE 1- C
■H U
2
u
X! o T3
> --1
CSq 9
Cl
•VI
«V
Vrt
O) /^
v^
bV)
ri.
O
>
fti
H
\
lo
\
01
vM
\
r+~
X)
\
\
\
\
\
M
«^
E
O Q
-ocr page 60-
- 62 -
Toelichting bij de kaart
1. De Blauwe Schorteldoek, een onder De Bilt res-
sorterende hoeve, die tot het begin van de
20ste eeuw bestond.
2. De Bisschopsweg, een der beide "droge" ver-
keerswegen tussen de Bovenweg en Utrecht.
3. Agter het Bos, een hoeve voorkomende op de
kaart van het Campement van Zeist daterende
van 1787, de oudste uitvoerige kaart van Zeist-
VJest en omgeving.
4. De Kroostweg liep van Zeist naar de hoeve
Crosesteyn door het gebied van die hoeve heen.
5. De hoeve Crosesteyn zoals die voorkomt op de
bekende kaart van de landmeter en ingenieur
Bernard de Roy uit omstreeks 1690.
6. De boerderij De Kroost volgens de kaarten van
1787 en later.
7. De hoeve Zydewegh volgens de kaart van 1787
(thans hoeve Seyde).
8. Ten noorden van het kruispunt Noordweg-Kroost-
weg-Koppelweg lag in 1787 de hoeve De Brink,
naar men uit de kaart van 1787 zou kunnen op-
maken. De veldminuut van 1849 duidt het gebied
ten noorden van het kruispunt aan met de naam
Landlust. De belangwekkende kaart van Van Gies-
sen, daterend van 1861, waarop alle Zeister
percelen vermeld staan, toont ons hier het goed
Rozengaarden, grenzend aan het huis Oirschot.
Tegenwoordig ligt op deze plaats het oude huis
Rozenhoeve.
9. Het huis Nijenheim, dat ik het eerst aantrof op
de kaart van Van Giessen, met een vrij uitge-
strekt terrein tussen twee vletsloten.
10. Hier stond in de 18e eeuw de boerderij Kleine
Koppel. Later heet deze hoeve De Snep, wellicht
-ocr page 61-
- 63 -
omdat hij uitkeek op het eeuwenoude snavelvor-
mige snijpunt van de Noordweg en de Koppelweg.
Waarschijnlijk staat er nog wat van overeind.
11. De Koppelweg heette vroeger Breesteegh.
12. Hier lag vroeger de hoeve Grote Koppel (kaart
van 1787).
13. De duiventoren, die zich tot in onze eeuw hand-
haafde en misschien hoorde bij de Grote Koppel.
14. De voormalige lijmfabriek, die in de 19e eeuw
ontstond op het terrein van de Grote Koppel
evenals
15. De voormalige blekerij.
16. De korenmolen daterend uit de 19e eeuw, die in
de laatste periode van zijn bestaan zijn wieken
moest missen.
17. De voormalige herberg het Clompje, reeds vermeld
in 1451 en tot omstreeks 1900 als herberg ge-
bruikt. Niet te verwarren met de gelijknamige
herberg aan het begin van de oude Amersfoortse
Bergweg.
18. De Koppelbrug, in middeleeuwse acten frequent
vermeld als Zeister Brug.
19. De Lage Grond, een eeuwenoude naam. Door dit ge-
bied liep tot voor kort een doodlopende weg.
20. De Brugakker, een eigenaardig lang en smal per-
ceel grond, dat zich vanaf de middeleeuwen uit-
strekte tussen de Koppelbrug en de nog tot Zeist
behorende Vinkenbuurt dichtbij de dorpskern van
Bunnik. In vroeger tijden was de Brugakker de
tweede "droge" verbinding tussen Bovenweg en
Utrecht; later is deze weg voor het verkeer ge-
sloten.
21. De hoeve Couwenhoven aan de gelijknamige laan,
die vroeger Beltes- of Baltessteegh heette.
-ocr page 62-
- 64 -
22. De boerderij Veldhuyzen, reeds voorkomend op
een kaart van Zeist van omstreeks 1790.
23. De hoeve Nieuw Griffensteyn.
24. Cattenbroeck, in oude tijden ambachtsheerlijk-
heid, tot omstreeks 1950 herenhuis en nu een
coöperatieve woonvereniging.
25. De oude hoeve Griffensteyn, die in de dertiger
jaren verdween om plaats te maken voor de ge-
lijknamige woonwijk. Men vindt deze hoeve al
op een zeventiende-eeuwse kaart, maar- hoogst-
waarschijnlijk ten onrechte - getekend aan de
oostzijde van de Waterigeweg.
26. Hier hield tot voor kort de Griffensteynselaan
op en maakte de Grift een flauwe bocht.
27. De Biltse Grift vroeger ook Zeister Vaart ge-
noemd en aangelegd in de bedding van de voorma-
lige Kromme-Rijnarm.
-ocr page 63-
- 65 -
De ambachtsheerlijkheid "De Breul" te Zeist - zijn
eigenaars en bewoners 1413-1977 x).
Op de grens van de gemeenten Driebergen en Zeist
ligt een landgoed van ruim 30 ha, dat in de loop
der geschiedenis beurtelings Broyel, Bruekel, Broe-
del, Bruel, Bruedel, Bruijell, Breudell, Breundel
(1), enz., en tenslotte vanaf het midden der negen-
tiende eeuw definitief de Breul geheten is. Het
ontleent ziin naam aan zijn oorspronkeli.ike hoeda-
nigheid van broekland (moerassig, met gras of hout-
gewas begroeid land), zoals dat ook het geval is
met bijv. Brielle (2). De oudste vermelding van
dit goed dateert van 15.4.1413, wanneer Johan, Heer
van Egmond en IJsselstein, zijn bastaardbroeder
Willem, beleent met gerecht en tienden daarvan (3).
De ambachtsheerlijkheid de Breul behoorde derhalve
toe aan de Heer van IJsselstein en wel als allodiale
lage heerlijkheid, hetgeen wel als exceptioneel op-
gevat moet worden, daar dit van geen enkel goed in
deze gebieden bekend is. Zulks hield in, dat de am-
bachtsheer het recht had om een dagelijkse schout
aan te stellen en om uit de ingelanden van het be-
trokken gebied de leden van het gerecht (de schepe-
nen) aan te stellen (4). Toen op 28.2.1677 Willem
van Nassau, Heer van Odijk, door de Staten van
Utrecht beleend werd met de hoge en lage jurisdictie
van de dorpen Driebergen en Zeist, behielden de
reeds bestaande lage gerechten, zoals de Breul, hun
eigen ambachtsheren (5).
Omtrent de oppervlakte van de heerlijkheid in
vroeger tijden worden we voor het eerst ingelicht in
1680; zij bedraagt dan 100 morgen (ca 86 ha) (6).
Betreffende bewoning en bebouwing van de Breul zijn
slechts schaarse berichten overgeleverd, waarvan het
eerste pas eveneens uit 1680 stamt, dat het bestaan
* Met toestemming van de schrijver overgenomen uit
het maandblad van de Nederlandse Genealogische Ver-
eniging "Gens Nostra", (28) maart 1973, no 3.
-ocr page 64-
- 66 -
M. Mourot, oudst bekende afbeelding,begin 19e eeuw
Huize De Breul
van drie hofsteden vermeldt (7). Toch werd het
landgoed voordien ook bewoond - zij het niet door
de ambachtsheren, die elders plachten te reside-
ren - want een zekere Dirck Willems, wiens merrie
gestolen was, deelde in 1472 mee "opten goede
genaempt ten Broedel" te wonen (8). Huize de
Nieuwe Breul bestond reeds in 1772 (9) en dient
onderscheiden te worden van de thans nog bestaan-
de Groote Breul, die kort voor 1840 gebouwd werd
door Mr Jan Kol (1789-1848) uit Utrecht. In 1840
telde de ambachtsheerlijkheid 13 huizen en 70
inwoners (10). Genoemde Jan Kol had tevens een
"schilderachtig park met deszelfs fraaije water-
partijen" (11) laten aanleggen in de stijl van de
befaamde tuinarchitect J.D. Zocher (12). Rond
1850 liet Jan Kol jr (1828-1892) de Kleine
Breul bouwen en werd het goed in tweeën gedeeld.
Het fraaie hoofdgebouw de Groote Breul (later
=JL
-ocr page 65-
- 67 -
zonder meer de Breul), dat in de loop der jaren
nog menige verandering heeft ondergaan (13), ver-
keerde tegen het einde van de negentiende eeuw in
zodanige staat van verval dat zelfs vrijdom van
belasting werd gegeven (14). Latere eigenaars
herstelden het huis echter weer, bijv. in 1932
door toedoen van de Zeister architect W. Hanrath,
zodat het thans weer in uitstekende staat ver-
keert, geheel ingericht voor zijn huidige bestem-
ming.
Keren wij terug tot de eigenaars van de Breul.
Wij zagen reeds, dat van meet af aan leden van
het Huis Egmond de ambachtsheerlijkheid in eigen-
dom bezaten en te leen hielden. Zodoende was de
heerlijkheid ook lange tijd in bezit van de Oran-
je 's, aan wie immers door het huwelijk van Willem
van Oranje met Anna van Buren sinds 1551 de baro-
nie IJsselstein toebehoorde, waaraan de Breul
leenroerig was (15). In 1795 gedurende de Franse
Revolutie werd de baronie geconfisceerd. Het ge-
recht de Breul werd drie jaar later vermoedelijk
met Zeist verenigd; in 1802 werd de oude toestand
evenwel hersteld (16), welke tenminste tot 1808
voortduurde blijkens het bewaard gebleven "Proto-
col van den Breuil 1728-1808" (17). Als domeingoed
was het landgoed in 1798 nationaal eigendom gewor-
den.
Hierna volgt thans de lijst van hen, die de
ambachtsheerlijkheid de Breul in leen (1413-1798)
en in eigendom (1798-1972) bezaten, waarbij dient
opgemerkt te worden, dat we ons ten aanzien van
de gegevens bewust beperkt hebben, tot wat de leenre-
gisters en diverse akten bevatten.
I. 1413-1798
1413 April 15. Willem van Egmond (18).
1462 December 13. Derick van den Waell, burger te
Utrecht (19).
-ocr page 66-
68 -
1470 April 29. Bij successie: Bertelmeus van den
Wael, zoon van Derick voornoemd (20). Bij zijn
overlijden in 1493 ging de Breul over op zijn
echtgenote Steven de Coninck (21).
1509 Mei 22. Bij successie: Dirc van den Waell,
zoon van Bertelmeus voornoemd (22).
1553 Februari 22. Bij successie: Bartholomeus van
den Wael Johansz, neef van Dirc voornoemd
(23). Als pachter 3.8.1559 genoemd: Henrick
Henricksz. ter Bruggen (24). Na overlijden van
Bartholomeus ging de Breul over op zijn zoon
Adolph de Wael van Moersbergen en na diens
overlijden in 1636 op zijn erfdochter Catharina
Maria (25).
Huize De Breul, + 1900
1640 September 20. Bij successie: Jonker Johan van
Oostrum, heer van Moersbergen, Gerverscop, etc,
ritmeester ten dienste der Verenigde Nederlan-
den, echtgenoot van Catharina Maria voornoemd
(26).
1647 September 10 (2 7). Bij successie: Jonker Adolph
van Oostrum, heer van Gerverscop, Breudijck,
etc, onmondige zoon van Johan voornoemd (28).
-ocr page 67-
- 69 -
1680 Januari 28. Bij successie: Jonker Johan Gerard
van Oostrum, heer van Moersbergen, etc, zoon
van Johan voornoemd (29).
1680 Januari 28. Bij transport: Vrouwe Johanna vanGrave
Johansdr., weduwe van Cornelis van Meerendonck,
in leven schepen van 's-Hertogenbosch (30).
1728 April 3. Bij successie: Jonker Arnoldus Everar-
dus van Grave, wonende te Utrecht, erfgenaam en
neef van Johanna voornoemd (31).
173A Februari 23. Bij successie: Jonker Jan van Grave,
mede-erfgenaam van Arnold Everard voornoemd; we-
gens zijn "innocentie" werd het beheer gevoerd
door Jacobus de Roode en Willem Trees, geassu-
meerde administrateurs over de nalatenschap van
Arnold Everard van Grave (32).
1744 October 21. Bij successie: Wouter de Roode,
wonende te Amsterdam, zoon van Jacobus voornoemd
en van Elisabeth van der Hoog; erfgenaam van
Arnold Everard van Grave (33).
1746 Augustus 27. Bij successie: David ten Hove, heer
van Nieuwaal, minderjarige zoon van Mr Melchior
ten Hove, heer van Rhynauwen en Sleburg, etc;
11.9.1746 legt David ten Hove, meerderjarig ge-
worden, de eed af (34) en vernieuwt deze met de
ledige hand 2.9.1768 (35).
1788 Juni 2. Bij successie: Mr Matthaeus Graswinckel,
commissaris der stad Amsterdam, Mr Aelbrecht van
Slingeland, secretaris derzelver stad en Nicolaes
Tersmitten, als executeurs testamentairs van David
ten Hove voornoemd (36).
1788 Juni 2. Bij transport: Mr Johannes Sebastiaan van
Naamen (37).
1793 Mei 6. Bij transport: Jan van Eyck en Maria Vin-
kenbrink, echtelieden (38).
II. 1798-1973
1811 Jan Kol, koopman te Utrecht (39). Op welke wijze
hij de Breul verworven heeft, is niet gebleken
-ocr page 68-
- 70
(40); vermoedelijk erfde hij van zijn vader
Everard Kol (1753-1824). Na het overlijden
van Jan Kol in 1848 kwam de Breul aan zijn
weduwe Jeannette Theodore Reitz (41).
1849 April 2. Bij transport: Jonker Fran^ois van
den Bosch, rentenier, wonende op huize
Rhynwyk onder Zeist (42).
1881 October 31. Bij transport: Joan Christoph
Satnuel Rente Linsen, grondeigenaar te Am-
sterdam (43). .
1883 October 11. Bij transport: Vrouwe Ludovica
J. Manuel, weduwe van Georgius Leonardus
Dorrepaal (44).
1892 Maart 28. Bij transport: Paul M.I.L.F.X.
Vercruyssen, grondeigenaar te Kortrijk
(België) (45).
1912 December 27. Bij transport: Pieter Reineke,
directeur van een handelsvereniging 'te Hil-
versum (46) .
1916 Juli 4. Bij transport: Siegfried Paul Daniel
May, bankier te Amsterdam (47). Door het
overlijden van hem en zijn echtgenote Rosina
Mariane Fuld te Amsterdam 15.5.1940 kwam de
Breul aan hun dochter, die voor de oorlogs-
dreiging naar de Verenigde Staten was ge-
vlucht. Eind mei 1940 werden gebouwen en ter-
rein gevorderd door de Duitse Wehrmacht, die
haar telefooncentrale in het hoofdgebouw on-
derbracht en verder vluchtbunkers en militaire
barakken aanlegde. Eind mei 1945 werd het huis
de Breul gevorderd voor Canadese officieren.
1946 Bij transport: St. Willibrordusstichting te
Amsterdam. Gebouwen en terrein werden bestemd
voor het door jezuieten geleide jongensinter-
naat, dat in 1831 gesticht was door Cornelius
Ludovicus Baron van Wykersloot van Schalkwijk
(1786-1851) op een van zijn persoonlijke land-
goederen Het Huis te Katwijk aan den Rhijn en
definitief te Zeist gevestigd werd na jaren-
lange omzwervingen via 's-Gravenhage (1928-
-ocr page 69-
- 71 -
1940), kasteel Leeuwenhorst te Noordwijkerhout
(1940-1943) en kasteel Neubourg te Gulpen
(1943-1946). Thans biedt het tot ca 30 ha ge-
krompen terrein van de Breul plaats aan de
"R.K. Scholengemeenschap de Breul", aan het
"Katholiek Internaat Katwijk de Breul" en
aan een woonhuis voor jezuieten, die in school
en internaat of elders werkzaam zijn.
bijlage
Huwelijken ontleend aan het "Protocol van den Breuil
1728-1808"
2.10.1735 Publicatie nopens het Huwlijk van
Gysbert Willems van den Haan J.M. en
Cornelia Aartsz van Zwezering J.D. (no 5)
13. 4.1743 Acte van Huwlijksrenuntiatie van Elbert
Otten en Gerritje van Zoest (no 5x)
8. 8.1744 Aanteken, der Huwelyksgeboden van Antony
van Colenberg J.M. onder de Bilt en
Johanna Philips van Kippersluize onder
den Breuil (no 7)
6. 5.1745 Aanteken, der Huwelyksgeboden van Elbert
Otten en Gerritje Jansz beide alhier
(no 9)
29. 5.1745 Publicatie en voltrekking van 't voorsz
Huwelyk mitsgaders betoon gegeven (no 10)'
9.11.1748 Aantekening der Huwelykse geboden van
Antony van Scherpenzeel wedr. aan de
. Bild en Elizabeth van Broekhuizen jongedr
alhier (no 13)
10.11.1748 Idem (no 14)
9.10.1751 Aant. der huwelyksgeb. van Elbert Scherm-
berg wedr. alhier en Cornelia van Reeken
J.D. aan de Bilt (no 15)
15. 2.1778 Huwelykscertificaat betr. Joannes Scherren-
berg en Trijntje Claarenbeek (zonder no)
P.J. Begheyn
-ocr page 70-
- 72 -
1  De verschillende schrijfwijzen zijn alle ontleend aan de geraadpleegde
archivalia, behalve Breundel, dat vermeld staat op een landkaart van C.
Specht, in R.A. Utrecht, Topografische Atlas G 59.
2  J.W. Muller & A. Kluyver, Woordenboek der Nederlandsche Taal, III/l,
's-Gravenhage 1892, p. 1340-1341.
3  Ph, J.G.C, van Hinsbergen, Bronnen voor de geschiedenis van Zeist, I,
Assen 1962, p. 150-151.
4  J.Ph. de Montë verLoren, De rechterlijke organisatie ten platten lande in
het gebied langs den Krommen Rijn, gedurende de middeleeuwen, Utrecht
1948, p. 93-96.
5  W. van Iterson, Heerlijke rechten in het algemeen en de heerlijkheid
Zeist in het bijzonder, Zeist 1958, p. 33-34, 37.
6  R.A. Utrecht, Arch. Leenkamer van IJsselstein, 10 f.n9r.
7  Idem 10, f.l20r.
8  Van Hinsbergen, a.w., p. 294.
9  R.A. Utrecht, Recht. Arch., 1267, f.24.- Op 16.6.1772 wordt de Nieuwe
Breul verkocht. De helft van deze hofstede werd 29.11.1791 toegewezen
aan Jan Willem Barchman Wuytiers, die het gehele goed, tezamen met huize
Rynwyk, 16.11.1779 kocht. Zijn erven verkochten beide huizen 23.9.1802
aan Everard Kol; vgl. R.A. Utrecht, Recht. Arch., 1267, ongefol.
10 A.J. van der Aa, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, II,
Gorinchem 1840, p. 731.
11 J.B. Christemeijer, Het lustoord tusschen Amstel en Grebbe en elders
in het Sticht van Utrecht, II, Leiden z.j., p. 131.
12 R. van Luttervelt, De Stichtsche Lustwarande, Amsterdam 1949, p. 146.
13 Gegevens over verbouwingen e.d. in Zeist, Archief Van de Poll-Stichting,
de Breul; Nijmegen, Arch. Ned. Prov. S.J., Arch. Katwijk de Breul,
Stukken betreffende de Breul, Inv. nrs. 10, 11.
14 Nijmegen, Arch. Ned. Prov. S.J., Idem, nrs. 9b, 14, 17.
15 J.R. Clifford Kocq van Breugel & J.D.M. Bardet, Kastelenboek Provincie
Utrecht, Utrecht 1966, p. 339.
16 R. Fruin, Catalogus van de Archieven der Collegiën, die voor 1811 binnen
de tegenwoordige Provincie Utrecht rechterlijke functiën uitgeoefend
hebben, Utrecht 1893, p. 164-166.
17 R.A. Utrecht, Recht. Arch., 1267. — De in dit Protocol vermelde
huwelijkspublikaties e.d. vindt men als bijlage in dit artikel. -'
18 Van Hinsbergen, a.w., p. 150-151.
19 Idem 265-266. — Voor de geslachten Van den Wael en Van Oostrum, zie
E.B.F.F. Hittert van Hoogland, Bijdragen tot de Geschiedenis der
Utrechtsche Ridderhofsteden en Heerlijkheden I, 's-Gravenhage 1909, p.
278-289.
20 Van Hinsbergen, a.w., p. 282-283.
21 Geen akte voorhanden.
22 Van Hinsbergen, a.w., p. 387-388.
23 Ph.J.C.G. van Hinsbergen, J.C. Andries & A. Graafhuis, Bronnen voor de
geschiedenis van Zeist, II, Assen 1967, p. 74-75.
24 Idem 105.                                                                                                                       ,
25 Geen akten voorhanden.
26 R.A. Utrecht, Arch. Leenkamer van IJsselstein, 9, ff.37r-v; vgl. Recht.
Arch. 1260. ff.91r-v.
27 Voor de gegevens over de periode 1647-1892 werd met vrucht geraadpleegd
een ca. 1900 opgemaakte lijst met feiten betreffende de "Ambachts
Heerlijkheid de Breul", die thans gecalligrafeerd en ingelijst hangt in
het hoofdgebouw van het "Katoliek Internaat Katwijk de Breul",
Driebergseweg 17, Zeist.
28 R.A. Utrecht, Arch. Leenkamer van IJsselstein, 9, f.60r.
29 Idem 10, ff.I19r-v.
30 Idem 10, ff.l20r-v.
31 Idem 12, ff.32v-33v.
32 Idem 12, ff.73v-74r.                                                                                          '
-ocr page 71-
- 73
33 Idem 12, f f. 198v-199r.                                                                                                      . ,.
34 Idem 12, ff.213v-216r.
35 Idem 14, f.52v. — David ten Hove, heer van Rhynauwen, Heiburg en
NieuMaal, geb. Utrecht 8.3.1724, overl. Amsterdam 27.5.1787, raad te
Amsterdam; tr. (1) Cornelia Adriana Sautijn; tr. (2) Sophia Adriana
Kerckrinck.
                                                                                                                                                ■.
36 Idem 15, ff.26v-28v.
37 Idem 15, ff.26v-27r. Voor het geslacht Van Naamen, zie Ned. Patr. 5
(1914), p. 298-300; 19 (1930), p. 162-164.
38 Idem 15, f.57v. — J. van Eijk, overl. Kampen 3.2.1805.
39 Voor het geslacht Kol, zie Ned. Patr. 44 (1958), p. 154-162, alwaar ook
een afbeelding van de Breul door P.J. Lutgers, begin I9e eeuw.
40 Blijkens akte van 23.9.1802 was de heer van Zeist eigenaar van de Groote
Breul; vgl. R.A. Utrecht, Recht. Arch., 1267, ongefol.
41 Geen akte voorhanden.
42 Nijmegen, Arch. Ned. Prov. S.J., Arch. Katwijk de Breul, Stukken
betreffende de Breul, Inv. nrs. 7, 8 — Voor het geslacht Van den Bosch,
zie Ned. Adelsboek 38 (1940), p. 443-456 — Op de Breul werden geboren
Jkvr. Ida Aleida van den Bosch, 20.2.1850 en Jkhr. Franijois van den
Bosch jr., 26.2.1852.
43 Idem, Inv. nr. 9a — J.C.S. Rente Linsen, geb. Amsterdam 16.8.1832,
overl, ald. 23.8.1883, zv Frederik Ludolph Rente Linsen en Susanna
Antoinetta Carolina Backer; tr. 8.7.1869 Agnetha Gabrielle Van Notten.
44 Idem, Inv. nrs. 12, 13 — L.J. Manuel, geb. Semarang 24.6.1817, tr. (1)
30.5.1831 Jkhr. Mr. Antonie Frederik van Alphen; tr. (2) 25.5.1854 G.L.
Dorrepaal.
45 Idem, Inv. nrs. 15, 16 — P.M.l.L.F.X. Vercruyssen, geb. Kortrijk
(België) 9.9.1855, zv Leopold Vercruyssen en Adelaide Goethals; tr.
Amsterdam 27.4.1880 Anna Maria Bonnike, geb. Amsterdam 29.8.1857, dv
Joannes Emmanuel Bonnike en Maria Cornelia Huberta Vermeulen.
46 Idem, Inv. nrs. 22, 23. — P. Reineke was gehuwd met Johanna G. Gerlach.
47 Idem, Inv. nr. 24.
Jaarverslag van de Secretaris
Periode november 1976 - november 1977
Op 16 november 1976 kwam de Raad van Beheer in
het Slot bijeen voor zijn jaarlijkse vergadering.
Hierin kwamen enkele belangrijke onderwerpen ter
sprake, zoals de succesvolle tentoonstelling, de
archiefwerkzaamheden, de activiteiten der werkgroe-
pen en de wenselijkheid een plaatselijke monumen-
tenlijst samen te stellen.
Mevrouw L.R.M, van Everdingen-Meyer uit Velp
hield voor onze Stichting een lezing op 2 december
-ocr page 72-
74 -
Haar onderwerp: "De lusthof en tuin van het Loo"
en de prachtige dia's, die zij met grote kennis van
zaken toelichtte, maakten deze lezing tot een groot
succes.
Het dagelijks bestuur vergaderde op 17 januari
1977. Er werd onder andere gesproken over het
beheer van het pand Krullelaan 28 en over de kwes-
tie dat het aanbeveling verdiende een gedeelte van
de boekerij van wijlen prof. verLoren te verkopen.
Verder kwam ter sprake de wijze waarop de ver-
schillende onderdelen van het archief moeten worden
geordend en voor het publiek toegankelijk gemaakt.
Tijdens de bijeenkomst kwam mejuffrouw drs A.L.
Jordens, de onlangs benoemde museumconsulente voor
de provincie Utrecht, met het bestuur kennis maken.
Er volgde een prettig gesprek en mejuffrouw Jordens
verklaarde zich bereid de archiefcommissie van ad-
vies te dienen bij het ordenen van de bezittingen
van onze Stichting.
Op 2 februari kwam de Raad van Beheer in een
speciale zitting bijeen. Aanleiding hiertoe was
het voorstel van het dagelijks bestuur een gedeelte
van de bibliotheek van wijlen prof. verLoren te
doen veilen door het Antiquariaat Beijers te
Utrecht. Het gaat hier om de boeken, die aan onze
Stichting zijn gelegateerd, maar buiten ons speci-
fieke terrein vallen. De Raad van Beheer ging met
dit voorstel akkoord.
Op 28 april sprak voor ons drs T.J. Hoekstra,
stads-archeoloog van Utrecht, over de opgravin-
gen op het Vreeburg, die in 1976 plaatsvonden in
verband met de bouwwerkzaamheden voor het Muziek-
centrum. De aanwezigen volgden het boeiende en
door dia's begeleide betoog van de heer Hoekstra
met grote belangstelling.
Er waren contacten met andere organisaties op
historisch gebied. Zo woonde mevrouw Mollen namens
onze Stichting een historische dag bij, die op 14
-ocr page 73-
- 75 -
mei in het Slot werd gehouden onder auspiciën van
de Stichtse Culturele Raad.
Verder was de Van de Poll-Stichting door de heer
Emmer vertegenwoordigd op de regionale contactdag,
gehouden op 3 september in het museum Flehite te
Amersfoort. Deze bijeenkomst was te danken aan een
initiatief van vereniging en museum Flehite en werd
bijgewoond door vertegenwoordigers van vele histo-
rische verenigingen in het oostelijk deel van onze
provincie. __
Op 21 september vergaderde het dagelijks bestuur
weer in het Slot. Een belangrijk gedeelte van de
besprekingen was gewijd aan de archiefwerkzaamheden
en publicaties, die de Stichting bezig is voor te
bereiden. Tijdens de bijeenkomst werd door voorzit-
ter Stolk de plaatselijke monumentencommissie geïn-
stalleerd in tegenwoordigheid van drs Th. Ruys, die
het initiatief nam om deze commissie in het leven
te roepen.
Op zaterdag 22 oktober werd een excursie gehouden
naar de oude stad Montfoort. Het aantal deelnemers
was zeer groot, ruim 80. Bezichtigd werden de Com-
manderij van de Johanniter Orde, de restanten van de
toegang tot het verdwenen kasteel en de Nederlands
Hervormde Kerk.
Ondanks het feit, dat nog niet is voorzien in de
vacature van conservator, zijn dit jaar de archief-
werkzaamheden goed verlopen. Dankzij de regelmatige
aanwezigheid van mevrouw Mollen-Hengeveld en de
heer Scharten zijn er grote vorderingen gemaakt.
Mevrouw Mollen heeft de ordening van de persver-
slagen, waarbij een grote achterstand was ontstaan,
onlangs tot een goed einde gebracht, daarbij ijverig
geassisteerd door de heer Donselaar. De heer Schar-
ten heeft de topografische atlas onder handen. De
heer Galis houdt zich bezig met het ordenen van de
uitgebreide bibliotheek. De heer Emmer heeft op
zich genomen orde te scheppen in de verzameling van
geografisch-historische kaarten en hoopt dit werk
-ocr page 74-
- 76 -
binnen enkele maanden te voltooien.
In de samenstelling van de Raad van Beheer heeft
zich een mutatie voorgedaan, omdat prof. G.A.M.
Abbink, reeds vele jaren lid, zijn zetel ter be-
schikking stelde wegens zeer drukke werkzaamheden
op kerkelijk terrein. De Raad van Beheer toonde
hier begrip voor en heeft de heer Abbink dank be-
tuigd voor wat hij in de vele jaren van zijn lid-
maatschap voor de Stichting heeft gedaan.
In zijn plaats werd tot lid van de Raad van Be-
heer benoemd mr dr V.A.M, van der Burg te Zeist.
Ook dit jaar zijn weer vier nieuwe bulletins
verschenen. Het bulletin van september was in
zoverre een novum, dat het geheel gewijd was aan
de nieuwe wijk Zeist-West en grotendeels uit
foto's bestond.
Het aantal contribuanten bedraagt ongeveer 400.
In tegenstelling tot wat werd verwacht moet in
dit verslag helaas worden geconstateerd, dat in
1977 het detde deel van de Bronnen nog niet zal
kunnen verschijnen. De deskundigen die dit werk
verzorgen, de heren Graafhuis en Andries, hebben
niet voldoende tijd kunnen vinden. Wel is de Van
de Poll-Stichting bezig met de voorbereiding van
andere publicaties, zoals het vierde deel van het
boek over de Oude Kerk te Zeist, waarmee dit
omvangrijke werd dan voltooid zal zijn.
H. Emmer
VERSLAGEN WERKGROEPEN
Archeologische Werkgroep
Evenals in het vorig verslagjaar bestond in
1977 deze groep uit de heren H. Fokkens, W. Donse-
laar en rapporteur, terwijl de heer B. Swagerman
ook enige malen acte de prêsence heeft gegeven.
Voornamelijk echter heeft de heer Donselaar "de
-ocr page 75-
- 77 -
werkgroep" belichaamd. Te meer, daar sedert enkele ■.,
maanden de heer Fokkens tot lid van het hoofdbestuur
van de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland
is gekozen en minder tijd zal kunnen vrijmaken voor
veldonderzoek alhier. Het ligt wel in zijn voornemen
een artikel te publiceren over oude (prehistorische)
wegen in en ten noorden van onze gemeente.
Einde juli is de heer Donselaar ten huize van
rapporteur een aantal scherven komen tonen, waaron-
der een bodemscherf van een zogenaamde Hilversum-urn
(bronstijd; 1500 - 500 v. Chr.) en een klein - helaas
niet gaaf - geel/rood, hardgebakken, dun- en glad-
wandig urntje uit de late ijzertijd (ca 500 v. Chr).
Begin augustus heb ik bij hem thuis het gevonden mate-
riaal nog eens doorgezien waarna wij het A 28-tracee
door Dijnselburg zijn gaan bekijken. Een of twee
tumuli liggen nog onaangeroerd in de nabijheid. De
vondsten zijn gedaan - dit voorjaar dus - in de boven-
laag van de weg welke toen daar werd aangelegd. Aange-
zien sedertdien de werkzaamheden ten oosten van de
Ericaweg zijn gestaakt, heeft de heer Donselaar na
augustus zijn speurwerk beëindigd.
In september/oktober is, in verband met riolerings-
werk, veel graafwerk verricht op de hoek Waterigeweg-
le Dorpsstraat en aan de westkant van de Oude Kerk.
Enige keren is schrijver dezes daar poolshoogte gaan
nemen; het bodemprofiel is echter door ettelijke
malen vergraven geheel verstoord en bijzondere zaken
werden dan ook niet gevonden.
Met klem moge evenwel worden verzocht - als tot
werkzaamheden op het terrein tussen Zinzendorflaan en
Blikkenburgervaart, tegenover de Broedergemeentescholen,
wordt overgaan, bodemonderzoek tot ca 2 meter diepte
te doen verrichten, omdat deze omgeving voor de oudste
historie van Zeist zeer belangrijk kan zijnl
K.W. Galis
-ocr page 76-
- 78 -
Werkgroep historisch onderzoek
De werkgroep bestaat uit mevrouw E.P.J. Blanken-
stijn-van der Eijk en de heren J.C. van Oeveren,
drs Th.G.P.M. Ruys, G. Smilda en J. Meerdink. He-
laas bleek de heer Smilda moeilijk bereikbaar te
zijn. Mevrouw J.C. Mollen-Hengeveld werd uitgenodigd
mede van de groep deel uit te maken. De groep kwam
in het afgelopen jaar tweemaal bijeen.
Verschillende leden van de groep zijn bezig met
bepaalde onderzoekingen. Ten gevolge daarvan is een
gecoördineerde aanpak van de geschiedenis van de
stichting en de verdere ontwikkeling van de zeister
buitenplaatsen 1818-1920, een onmisbaar uitgangspunt
voor de economische en sociale geschiedenis van
Zeist in die eeuw, nog niet tot stand gekomen. Wel
is hiervoor al materiaal aangedragen en is er aan
historisch onderzoek het een en ander verzet.
Zo is de heer Van Oeveren bezig met een studie
van het oude Rijnwijk; zijn onderzoek strekt zich
uit tot de gehele ambachtsheerlijkheid Stoetwegen,
waarin Rijnwijk is gelegen. De uitkomsten zullen zich
zonder twijfel in de buitenplaatsen-historie laten
inpassen.
Dit geldt trouwens eveneens voor de artikelen van
dr Galis over Heerewegen in ons bulletin. We willen
evenwel trachten die 19e eeuwse zeister samenleving
van daggelder tot baron, van rijtuigmaker tot pal-
frenier en van Hernhutter bakker tot tuinbaas te ana-
lyseren. Daarvoor is ook erg nuttig het werk dat de
dames Blankenstijn en Mollen gaan ondernemen: syste-
matisch de zeister kranten op advertenties doornemen
(aanbod en vraag naar personeel, advertenties van
dagelijkse gebruiksgoederen, enz.).
De heer drs Ruys voltooide een studie over katho-
liek Zeist sinds de Reformatie en raadpleegde daar-
bij de archieven van de St Jozefparochie en de
gemeente. De emancipatie der katholieken in de 19e
eeuw heeft daarbij veel aandacht en past zo goed in
het kader van onze sociale geschiedenis van Zeist.
-ocr page 77-
- 79 -
; ■ V.. ■
Het is de bedoeling dat hij zich thans gaat bezig-
houden met de 19e eeuwse ontwikkeling van de Dorps-
straten, waarbij de diverse daar gevestigde fami-
lies, winkel- en ambachtsbedrijven zullen worden
beschreven.
De samensteller van dit overzicht maakte een klein
boekje gereed over de nederlandse inslag in de
Broedergemeente Zeist in de 18e eeuw. Verder werkt
hij aan een studie over de tekenaar Joannes de Bosch
(1713-1785), die de ons zo goed bekende serie teke-
ningen van dorp en slottuinen vervaardigde.
Materiaal werd verzameld op het Rijksarchief Utrecht
(Broedergemeente-archief), het Gemeente-archief te
Amsterdam, het Rijksbureau voor Kunsthistorische
documentatie te Den Haag en het Rijksprentenkabinet
te Amsterdam.
De door de dames Mollen en Blankenstijn verzamelde
advertenties zal hij nader analyseren, als bouwste-
nen voor de zeister sociale en economische historie.
Naast de werkzaamheden van de heer Ruys ten aanzien
van de Dorpsstraten en de grote taak, die ons ten
aanzien van de buitenplaatsen nog wacht, hopen we zo
meer licht op de zeister geschiedenis in de 19e eeuw
te kunnen werpen.
J. Meerdink
Werkgroep publicaties
Deze werkgroep bestond oorspronkelijk uit mevrouw
drs A. Schippers en de heren H.W.J. Jonker en K.
Scharten.
In de vergadering van de Raad Van Beheer op 20 oktober
werd de heer mr dr V.A.M, van der Burg als lid toegevoegd
Vergaderd werd er niet, omdat er niets te bespre-
ken was.
K. Scharten
-ocr page 78-
- 80 -
Werkgroep plaatselijke monumentenlijst                      -;
De werkgroep plaatselijke monumentenlijst is 21
september jl. geïnstalleerd door de voorzitter
van de Van de Poll-Stichting.
                                         . . a
Van de werkgroep maken deel uit de heren D.
Abbing, C.J. Bardet, drs A. Bertoen, B. van
Nieuwenhuizen, ir A.J. Starreveld (arch. BNA) en
drs Th.G.P.M. Ruys.
                                      .
De werkgroep is nog niet bijeen geweest.
Th.G.P.M. Ruys
Nieuwe uitgave
Eind december a.s. verschijnt een 36 pagina's
tellend, geïllustreerd boekje, getiteld: "De neder-
landse inslag in de Evangelische Broedergemeente
te Zeist gedurende de 18e eeuw", door dr J. Meer-
dink.
Het is een op schrift gestelde voordracht, die de
heer Meerdink in de vijftiger jaren hield voor de
Van de Poll-Stichting en die nu voor publikatie is
geschikt gemaakt.
Het boekje kan door begunstigers van de Stichting
elke woensdagmiddag tussen 2 en 4 uur tegen beta-
ling van ƒ 2,50 in Het Slot worden afgehaald.
Toezending per post is mogelijk na storting van
ƒ 3,70 op de rekening van de Van de Poll-Stichting
bij de Algemene Bank Nederland te Zeist, rekeningnr
55.86.18.049, dan wel na overmaking op postrekening
30549 van genoemde bankinstelling met vermelding
"ten gunste van de rekening van de Van de Poll-
Stichting".
De prijs voor niet-begunstigers bedraagt resp.
ƒ 3,50 en ƒ 4,70.
Een voorspoedig 1978