I i i «. I
|
||||||||
BULLETIN UITGEGEVEN DOOR DE VAN DE POLL STICHTING
|
||||||||
♦ Het lager onder wijs in Zeist (2)
♦ Johan Meerdink in nnemoriam
♦ Uitreiking de Monté verlorenpenning
♦ Jaarverslagen over 1998
|
||||||||
Seijst
Bulletin ter bevordering
van de kennis
van de geschiedenis van Zeist
|
|||||||||||||||||||
Openbaar Lageronderwijs in Zeis^ Leo Visser
'♦ Aflevering 2, de schoolgebouwen |
|||||||||||||||||||
ISSN 1383-2867
Vcr.scliijnf 4 maal per jaar; 29e jrg., maart
!9')'i, iiuin!ni..'r 1. Drukwerk: Gregorius, Zeist. Vfirnigevinu/lay-out: Fréphitophe REDACTIECOMMISSIE
M. Wortniann, voorzitter, J. Fluitman, J. A.
v/d Dikkcnberg, eindredacteur, F. Ruys, \ i)rmi!e\ er, A. Bal, M. Roeder, N. Vlak. § REDACTIEADRES VOOR INZENDEN VAN KOPIJ
Po^uidres: i'ourrstraat 75, 3572 HE Utrecht
Telefoon/fax: 030 - 276 04 45 E-mail: f.ruys® PCMuitgevers.nl POSTADRES VAN DE POLL-STICHTING
Aanmeldingen van nieuwe donateurs of
adreswijzigingen kunnen enkel schriftelijk worden gemeld via Postbus 342, 3700 AH Zeist. Giro 384 03 83 |
|||||||||||||||||||
"I "I Johan Meerdink, Mr. Drs. V.A.M, van der Burg
|
|||||||||||||||||||
In memoriam. 17 november 1911 - 7 januari 1999
|
|||||||||||||||||||
Jaarverslagen 1998, Leo Visser
Verslag van het bestuur, de tentoonstellings- commissie, de commissie lezingen en excursies, de commissie beheer collecties en het documentatie- centrum, de commissie audiovisuele collecties en de redactiecommissie. |
|||||||||||||||||||
12.
|
|||||||||||||||||||
24
|
De Monté verLoren, Mr.Drs. V.A.M, van der Burg
♦ Uitreiking van de penning op de vrijwilligersdag. En verder.,.
De berichten uit de Van de Poll Kamer.
|
||||||||||||||||||
BEZOEKADRES DOCUMENTATIECENTRUM
Slot Zeist, Zinzendorftaan 1. Telefoon (030)
692 17 04. Geopend op dinsdag van 10.00 - 12.00 uur en iedere eerste zaterdag van de maand van 14.00 - 16.00 uur. |
|||||||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
Na de inleiding op de scholenserie,
verschijnt hier de eerste aflevering van Leo Visser over de eerste scholen die in Zeist gebouwd werden. |
||||||||||||||
De schoolgebouwen
|
||||||||||||||
1. Het schoolloltaai in
het huis van de schoolmeester
In 1801 werd het huis van de
schoolmeester, P. de Liefde, in de (2e) Dorpsstraat, aan de zijde van het postkantoor, aan- geduid als het schoolhuis van Zeist. Toen de onderprefect van het Arrondissement Amersfoort op 22 maart 1813 een opgave vroeg van schoolgebouwen die ei- gendom waren van de gemeente Zeist, antwoordde de burgemees- ter dat de gemeente geen eigenaar was van de school, maar dat de school gehuurd werd. Het pand, waarin schoolmees-
ter de Liefde woonde, stond op de plaats waar in 1905 voor J.F. Marsman, de vader van de dich- ter Hendrik Marsman (1899-1940), een winkelhuis werd gebouwd, het huidige pand 2e |
||||||||||||||
Locaties
Zeister
school
|
||||||||||||||
A^
|
||||||||||||||
De lokaties van de gebouwen geprojecteerd op de huidge
wegenkaart van Zeist. ,. infographicfrédérikruys
Dorpsstraat 34. Uit de gemeente- 2. Een eigen schoolgebouw
rekeningen van Zeist blijkt, dat in de Tweede Dorpsstraat.
de schoolmeester voor het ge- Toen schoolmeester De Liefde
bruik van het schooUokaal ƒ25,- op 1 januari 1817 met ontslag
per jaar ontving. was gegaan zag de gemeente Zeist
|
||||||||||||||
Seiist
1999-1
|
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||||
uit naar een mogelijkheid om een
eigen schoolgebouw te beheren. Nadat het schoollokaal van De
Liefde nog tot 1 april 1817 was gehuurd voor ƒ6,25, huurde de gemeente met ingang van 1 mei 1817 een pand aan de overzijde van de (2e) Dorpsstraat van de erven Van Laer. Op 23 december 1817 werd het eigendom van de
gemeente Zeist. In de verkoop- akte wordt het perceel als volgt omschreven: "Een hecht en weldoortimmerd huis,
voorheen uitgemaakt hebbende twee woningen onder één dak, nu tot één woonhuis, hebbende gelijkvloers een goed voorhuis, een voorkamer, een binnenkamer, een kelderkamer, voorts een groote schuur of stallinge, waarin een pomp en een gelegenheid om te stoken, boven het huis is een goede zolder, gelegen in de gemeente Zeist, no. 83 en 84". De koopsom bedroeg ƒ700,- In
het veilingboekje van Zeist uit 1818 wordt het perceel op blad-
|
|||||||||||
zijde 7 omschreven als een huis
met schuur, zijnde het school- huis, getekend nr. 83 en 84, waarop een grondrente van ƒ4,- per jaar rustte. Het pand, waarin de school was gevestigd stond op de plaats van het huidige huis 2e Dorpsstraat 51. Op 23 februari 1818 vond de
aanbesteding plaats voor het aan- brengen van verbeteringen en re- paraties aan het woonhuis van de onderwijzer der jeugd en het op- bouwen van een nieuw gebouw tot school geschikt. De bouw werd gegund aan Matthijs Verdonk voor ƒ1.500,-. In zijn jaarverslag van 20 april
1819 schrijft schoolopziener H.G. Schluiter dat het geheel nieuwe schoolgebouw in Zeist zeer goed is ingericht. De school heeft ongetwijfeld
een groot aantal jaren de Zeister schooljeugd kunnen herbergen, maar op den duur ontstond er |
|||||||||||
toch een enorm ruimtegebrek
Dat blijkt uit de rapporten van
de schoolopziener en het wordt nog eens onderstreept in een ver- slag van hoofdinspecteur H. Wijnbeek, die in 1836 Zeist be- zocht en over de dorpsschool het volgende rapporteerde: "De dorpsschool is laag, bedompt en bijna de helft te klein voor de 200 leerlingen. De burgemeester heb ik dit gebrek aangewezen en op vergro- ting en verbetering van hetzelve aan- gedrongen, met dat goed gevolg, dat er sedert een plan en bestek voor een heel nieuw lokaal is gemaakt om in 1837 te worden gebouwd." 3. De school aan de
Hogeweg, hoek Slotlaan Op 28 december 1836 stelde de
gemeenteraad vast, dat het schoolgebouw door de toene- mende bevolking te klein was geworden en dat vergroting van de school en reparatie van de onderwijzersv/oning aller- |
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||
aanzienlijkste kosten zouden ver-
oorzaken. Daarom werd besloten een
nieuwe school en woning te bou- wen op een stuk grond door bur- gemeester Van Bern aangeboden, groot 5 roeden en 55 ellen, gele- gen aan de Hoge of Oude Arnhemseweg "terzijde van de Voorlaan of Woudenbergseweg." In de nabijheid van de Dorps-
straat was daartoe geen gelegen- heid meer, terwijl het stukje grond "zo ten aanzien van het dorp als van Nieuvu Zeijst (Nooit- gedacht, Lv) en de Moscoviterheu-
vel in het midden der gemeente lag". De gemeente kreeg de grond in
eeuwigdurende erfpacht voor een jaarlijkse canon van ƒ15,-. Er zou weer een ontwerptekening worden ontworpen en het oude schoollokaal zou worden ver- kocht. Toen de schoolopziener de
ontwerptekening had gezien voor de school, die aan 260 leerlingen |
|||||||||
plaats kon bieden en waarvan de
kosten begroot waren op ƒ9.000,- was hij aanvankelijk enthousiast. Toen hij later hoorde dat de
school zou worden gebouwd op de hoek van de 2e Hogeweg/ Slotlaan (toen nog Voorlaan of Woudenbergseweg genoemd, lv), was zijn reactie bepaald niet posi- tief. Hij schreef aan het gemeen- tebestuur: "Groot <was mijn verwondering over
de geïsoleerde plaats, vervuijderd van de kom der gemeente in een afgele- gen, onbezochte en onbekwame streek". De kom van de gemeente was
toen nog altijd de Dorpsstraat en daar hoorde het bos voorbij de Hogeweg bepaald niet bij. Hij pleitte nog voor een nieuw
schoollokaal in de tuin van de school aan de Dorpsstraat met een uitgang aan de kant van de Jufferstraat, maar het mocht niet baten. De school kwam op de hoek
|
|||||||||
Slotlaan/Hogeweg, waar later
aan de overkant van de Slotlaan de protestantse bewaarschool werd gebouwd. Op 13 september 1837 vond de
aanbesteding plaats voor de op- bouw van een school en een onderwijzerswoning. De bouw werd gegund aan Gerrit Meerdink voor ƒ9.400,-. De schoolopziener schreef in zijn jaarverslag over 1837: "In Zeist zijn de fondamenten voor een geheel nieuw schoolgebouw en een onderwijzerswoning reeds ge- legd. In het voorjaar van 1838 zal tot verdere opbouw worden overge- gaan, waarna de rechtmatige klach- ten over de dorpsschool zullen zijn vervallen". Ondanks het feit, dat er diverse
adviezen waren ingewonnen over het bouw plan, voldeed het schoollokaal toch al vrij kort na de ingebruikneming niet meer aan de eisen van de tijd. |
|||||||||
Seijst
|
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||||
Vooral het feit, dat alle ±
tweehonderd, leerlingen in één ruimte bij elkaar zaten, werd niet meer geaccepteerd. Op 7 januari 1853 wees de schoolopziener op de wenselijkheid om het school- lokaal door een afscheiding ge- schikt te maken onder meer doel- matig onderwijs te geven. Vol- gens hem zou dat niet meer dan ƒ200,- gaan kosten. De daarna nieuw benoemde
schoolopziener herinnerde de burgemeester op 11 oktober 1853 nog eens aan die brief van 7 januari. Hij had bovendien nog twee ernstige tekortkomingen aan het schoolgebouw geconsta- teerd, te weten de koude en de duisternis. Hij citeerde in zijn brief een
goed opvoeder, die gezegd had "Duisternis in het vertrek geeft duis- ternis in de ziel". Teneinde de leerlingen in staat
te stellen hun werk behoorlijk te verrichten en het kwade te ver- |
|||||||||||
hoeden dat uit gebrek aan licht
voortspruit verzoek ik u hierin met de meeste spoed te voorzien", aldus de schoolopziener. In het begin van het volgend
jaar kwam de oplossing. 4. De eerste school aan
de Eerste Hogeweg. Op 17 januari 1853 boog de
gemeenteraad zich over een voor- stel van burgemeester en wethou- ders om het bestaande school- lokaal in tweeën te verdelen. De raad ging daar niet mee akkoord en besloot tegen het advies van b. en w. in om de school uit te breiden om hiermede het onder- wijs te kunnen verbeteren. Er was blijkbaar niet voldoende
rekening gehouden met de finan- ciële consequenties van dat be- sluit, want op 6 mei 1853 besloot de gemeenteraad met de uitbrei- ding van het schoolgebouw te wachten tot de gemeentekas het zou toelaten en ook in verband |
|||||||||||
met de toeneming van de katho-
lieke bevolking, die wellicht, een eigen school zou willen stichten. Op 21 maart 1854 was er ge-
noeg geld in kas en was ook duidelijk geworden dat er voorlo- pig nog geen katholieke school zou komen. De gemeenteraad be- sloot namelijk op die dag tot verkoop van de oude school aan G. Thesing voor ƒ10.500,- en tot aankoop van 21 roeden en 90 ellen land met een huis aan de Ie Hogeweg van Evert van den Brink voor de bouw van een nieuwe school voor ƒ7.500,-. Vervolgens kwamen er in de raadsvergadering van 23 juni 1854 twee tekeningen ter tafel voor de bouw van een nieuwe school, maar deze werden naar de prullenmand verwezen vanwege de daaraan verbonden aanzien- lijke kosten. Besloten werd architect N.J.
Kamperdijk, de ontwerper van de kerk aan de Ie Dorpsstraat, op- |
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||
de fa. Martin te Zeist ten be-
hoeve van de nieuwe school. Tot een officiële opening van
de nieuwe school is het niet ge- komen. De gemeenteraad besloot op 16 oktober 1854 de school zonder enige feestelijkheden in gebruik te nemen in verband met de grote kosten welke reeds wa- ren gemaakt. Het schoolgebouw stond op
het terrein, waarop het waren- huis van V&D. is gebouwd, maar dan wel aan de kant van de Weeshuislaan. Aan de zijde van de Ie Hoge-
weg stond het in het raadsbesluit genoemde huis. Daarin kwam schoolmeester S. de Meijere te wonen. Hoewel er geen bouwtekening
of bestek van de nieuwe school is bewaard gebleven weten we toch uit het verslag van de schoolopziener van 1 december 1854 dat het ideaal van een school met drie aparte lokalen |
werd verwezenlijkt. Er staat n.L:
"In het nieuwe schoolgebouu) zijn de klassen door glazen schuifdeuren ge- scheiden. De hoofdonderwijzer met de hoogste klasse in het midden geplaatst, heeft het oog op de beide andere klassen. In iedere klasse zijn ruim 80 kinde-
ren, in de laagste zelfs bij de 100. En toch hindert het onderwijs dat in de ene kamer gegeven wordt dat in de andere niet" In zijn jaarverslag over 1855 is
de schoolopziener wat Zeist be- treft kort en krachtig met de volgende woorden: "Te Zeist is een nieuwe school gebouwd. Een der besten en schoonsten uit het hele district." In het jaarverslag van de
Schoolcommissie over 1872 kwam er voor het eerst een min- der positief geluid over de school. In mei had de toenmalige schoolopziener en in oktober had de nieuw benoemde inspecteur de |
||||||||
dracht te geven voor het maken
van een nieuwe tekening en ge- richt op een minder kostbare voet. Dat was hem snel gelukt, want
op 28 juli 1854 vond de aan- besteding plaats voor het afbre- ken van de bestaande en het bouwen van een nieuwe school met hergebruik van het oude ma- teriaal. De bouw werd gegund aan de
Zeister aannemer ChristofFel Timmerman voor ƒ6.690,- met inbegrip van het afbreken van de oude school. Op 4 oktober 1854 besloten
burgemeester en wethouders ƒ25,- ter beschikking te stellen aan de arbeiders van het in aan- bouw zijnde schoolgebouw, te verdelen door de opzichter. Dat gebeurde bij het bereiken
van het hoogste punt van de bouw. In dezelfde vergadering werd besloten tot aanschaffing van drie porseleinen kachels bij |
|||||||||
ï1
|
|||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||||||||
Wanneer we weten dat het aantal
leerlingen in de drie lokalen op januari 1872 306 bedroeg, dan is het duidelijk dat er veel ventila- tie nodig was. |
Alle latere verslagen eindigden
met de wens om vergroting van de school, waarop in vorige ver- slagen was aangedrongen. In 1879 werd bovendien gecon-
|
||||||||||||||
school bezocht. De inspecteur
klaagde over de zeer gebrekkige ventilatie, over het grote aantal leerlingen in het elfde lokaal en over de ontoereikende hulp. |
|||||||||||||||
~m
|
|||||||||||||||
FIST. Ie Hofiiswf»
|
|||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (2), LEO VISSER
|
||||||||||
1999-i
|
||||||||||
stateerd, dat de omgeving van de
school er nogmaals op was ach- teruitgegaan door het bouwen van nieuwe varkenshokken door bewoners in de nabijheid van de school. In het verslag over 1880 werd kort en krachtig vastgesteld dat het schoolgebouw in een hoogst ongunstige toestand ver- keerde en dat de toestand drin- gend verbetering vereiste. Het was het laatste negatieve bericht over de school die ooit als de beste van het hele district was aangeprezen. 5. De tweede school aan
de Eerste Hogeweg. De Schoolcommissie had een
stevige steun in de rug gekregen van het op 30 augustus 1880 in werking getreden 'Bouwbesluit', waarin veel werd voorgeschreven, waaraan scholen moesten vol- doen. De school mocht niet staan in de nabijheid van plaat- sen, die nadelig zouden zijn voor |
de volksgezondheid of belemme-
rend zouden zijn voor het onder- wijs. In één schoolvertrek mochten
hoogstens honderd kinderen zit- ten. Er kwamen voorschriften voor afmetingen van school- lokalen en gangen, voor ramen, verlichting, ventilatie, wc's, ver- warming enz. Op 10 juni 1881 besloot de
gemeenteraad tot het bouwen van een lagere school op het- zelfde terrein aan de Ie Hogeweg, maar nu op de plaats waar de onderwijzerswoning stond en waar later het warenhuis van V&D verrees. De aanbesteding voor de bouw van een school met zes lokalen en een verdekte speel- plaats naar het ontwerp van de gemeentearchitect A. Nijland vond plaats op 3 oktober 1881. Het jaarverslag van de School-
commissie over dat jaar gaf over de nieuwbouw het volgende posi- tieve geluid: |
|||||||||
"De vroegere onderwijzerswoning te
Zeist is afgebroken. Er wordt thans op deze plaats een geheel nieuwe school gebouwd, ingericht naar de eisen van de tegenwoordige tijd. Vermoedelijk zol de school eind 1882 in gebruik worden genomen". De bouw werd gegund aan de
laagste inschrijver, F. Lefering te Nijmegen voor ƒ17.965,-. Door het faillissement van de aanne- mer liep de bouw een aanzienlijke vertraging op. Op 22 juni 1883 was het zover dat het college van gedeputeerde staten en verklaring kon afgeven, waarin stond dat de bouw van een school met zes lokalen aan de Ie Hogeweg te Zeist volgens het bestek was uit- gevoerd. En weer had Zeist een van de
beste en hopelijk ook een van de schoonste scholen van het hele district. Nadat de school in 1897 was
uitgebreid met een opbouw van |
||||||||||
Seijst
1999-1
|
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS (N ZEIST (2), LEO VISSER
|
|||||||||||
vier lokalen was deze drie jaar
later opnieuw te klein geworden. Op 27 maart 1900 besloot de gemeenteraad de school uit te breiden met drie lokalen en wel twee door opbouw en één door bijbouw en tot inrichting van het lokaal voor verschillende doelein- den tot gymnastieklokaal. Uit het voorstel van burge-
meester en wethouders van 24 februari 1900 blijkt, dat er elk half jaar veertig a vijftig leerlin- gen werden toegelaten, zodat twee maal per jaar een lokaal gevuld werd en dat slechts één- maal per jaar een lokaal beschik- baar kwam door kinderen die de school verlieten. Dit zou zo voortgaan totdat de
kinderen van de toenmalige 6" klasse de 12'' klasse zouden heb- ben bereikt. In 1903 zou de in- richting van de school dan zo kunnen zijn, dat de 12 klassen verdeeld zouden zijn over 12 lo- kalen, behalve het lokaal voor |
|||||||||||
handwerkonderwijs. In het jaar-
verslag van de toestand van de gemeente Zeist over 1901 schrij- ven burgemeester en wethouders over het onderwijs o.m.: "Van de drie in 1900 bijgebouwde lokalen aan de l' Hogeweg werden er reeds twee in gebruik genomen. Blijft het aantal leerlingen dat op die school toelating vraagt toenemen, dan zal weldra moeten worden over- gegaan tot de bouw van een nieuwe school, waarvoor reeds een stuk grond aan de Bergweg, tegenover
het Transvaalpark, is aangekocht." In 1903 was de school weer te
klein, maar van nieuwbouw was nog niets gekomen. Op 21 sep- tember 1903 vroeg hoofdonder- wijzer Kruse om uitbreiding van de school met één lokaal. De schoolopziener steunde het ver- zoek op 14 november 1903 van harte. De leerplichtwet drijft de kinderen naar school en dwingt ook velen de school langer te bezoeken. Bovendien breidt de |
|||||||||||
gemeente Zeist zich sterk uit, zo-
dat voortdurend aan vermeerde- ring van schoolruimte moet wor- den gedacht, aldus de schoolopziener. Behalve voor een schoollokaal
pleitte hij ook voor een apart kamertje voor het schoolhoofd, waar hij administratieve werk- zaamheden zou kunnen verrich- ten en leerlingen, ouders en on- derwijzers te woord zou kunnen staan. De gemeenteraad was het hiermee volledig eens en besloot op 1 december 1903 tot uitbrei- ding van de school met één lo- kaal, inclusief het kamertje voor het schoolhoofd en bovendien nog een aparte w.c. voor het onderwijzend personeel. Dat was de laatste verbouwing
vóór 1921. Na verbouwingen in 1921, 1937, 1943 en 1947 is de school in 1967 gesloopt. Leo Visser
Volgende afl.: 'De hoofd- onderwijzers en het onderwijs' |
|||||||||||
IN MEMORIAM MR. DR. JOHAN MEERDINK
|
||||||||||||||
1999-1
|
||||||||||||||
Johan Meerdink heeft veel
bijgedragen aan de groei en ontwikkeling van het Zeis- ter Historisch Genootschap Van de Poll Stichting Vanaf de op- richting in 1951 tot 1996 maakte hij deel- uit van het bestuur. Aan het Bulletin "Seijst" heeft hij ook vele jaren zijn redactionele werk- zaamheden gewijd. Meerdink was bestuurder en auteur. Zijn bijdra- gen verschenen in "Seijst" en als afzonderlijke publicaties. Uit die bijdragen blijkt een grote betrok- kenheid bij de geschiedenis van Zeist en die van de Evangelische Broedergemeente waarvan hij lid was en waar hij zich sterk maakte voor een goed archiefbeheer. Meerdink stamde uit een fami-
lie die zich in 1830 te Zeist van- uit Neerlangbroek gevestigd had. Hij promoveerde als jurist aan de RU Utrecht in 1937 op een on- derwerp dat tot de statistiek be- hoort: "De achteruitgang der ge- |
||||||||||||||
terrein in 1998 aan hem met
enkele andere verdienstelijke per- sonen voor de Zeister Geschiede- nis op de vrijwilligers dag van het genootschap de zojuist ingestelde J. Ph. de Monté ver Loren pen- ning te verlenen. Een medaille, ter herdenking aan de ondervoor- zitter. Prof. Mr. J. Ph. de Monté ver Loren (1901-1974), die na zijn dood onder het verband van vruchtgebruik zijn huis aan de KruUelaan 28 te Zeist en een omvangrijk boekenbezit aan de Van de -Poll Stichting na lieten om die personen te eren die als bestuurder, schrijver of faciliteerder een bijzondere bij-
drage hebben geleverd aan het Zeister Historisch Genootschap Van de Poll Stichting. Op 12 maart j.1. is deze medaille pos- tuum aan zijn drie kinderen door mij uitgereikt. Mr.Dr.VlA.M. van der Burg
Voorzitter
|
||||||||||||||
IN MEMORIAM
|
||||||||||||||
Mr. Dr. Johan
Meerdink (O.O.N.)
17 november 1911 Zeist
7 januari 1999 |
||||||||||||||
boorten", en kwam via het
directie-secretariaat van Oost- hoek's Encyclopedie te werken bij de gemeente Amsterdam, laatselijk als Directeur Bureau van Statistiek van Amsterdam 1957-1977. Na zijn pensionering in 1977 besteedde hij veel tijd aan de lokale historie. Het bestuur van het Zeister
Historisch Genootschap besloot vanwege zijn verdiensten op dit |
||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE SECRETARIS
|
||||||||||||||
DE SECRETARIS
ok in 1998 werd nog
Iruime aandacht besteed aan het uit Amsterdam te-
ruggekomen archief van de Zeister tak van de familie van de Poll. De stukken zijn inmiddels onderge- bracht bij het Zeister Gemeente ar- chief, waar, onder bepaalde voor- waarden raadpleging mogelijk is. Het Anjerfonds Utrecht heeft des- tijds aan zijn subsidieverstrekking de conditie verbonden dat de archiefinventaris in druk beschik- baar moest komen; op 13-3-1998 werd het resultaat, een fraai boek, gepresenteerd. Er blijkt vanuit de archief- en bibliotheekwereld be- langstelling voor te bestaan, terwijl het natuurlijk ook bij ZHG van de Poll Stichting te koop is. In februari 1998 werd in de Vleugelgalerie van het Slot de ten- toonstelling "Een Zeister Freule aan het Hof" geopend ; met name brieven van Freule Henriëtte van de Poll, die een onderdeel vormen van het al eerder genoemde familie-archief, dienden als basis |
||||||||||||||
Tevreden secretaris
|
||||||||||||||
voor de expositie. Voor uitgebrei-
der verslag verwijs ik naar het jaar verslag van de tentoonstellings- commssie. Ook waar het lezingen, excursies
en filmvoorstellingen in 1998 be- treft, kunt u terecht bij de jaarver- slagen van de organiserende com- missies. |
||||||||||||||
werkzaam bij de Federatie Stichts
Cultureel Erfgoed, over deelname aan een door de Provincie Utrecht gefinancierd donateurs/leden- onderzoek onder zeven Utrechtse historische verenigingen en stich- tingen. Omdat al eerder was geconsta-
teerd dat voor het opstellen van een toekomstgericht beleidsplan voor onze stichting méér dan de aanwezige kennis van opbouw en functioneren onmisbaar is, is het bestuur direct op deze onderzoeks- trein gestapt. Onze donateurs hebben voor een
opvallend hoge respons gezorgd, waar we uiteraard heel blij mee zijn. De uitkomsten zijn inmiddels be-
kend en zijn in het vorige Bulletin (Seijst 1998-IV) gepubliceerd. Consequenties, in de vorm van veranderingen/vernieuwingen, wor- den in het voorjaar van 1999 be- |
||||||||||||||
sproken en op geschikte tijdstip-
pen doorgevoerd. Ook hiervan zul- len de lezers via het Bulletin op de hoogte kunnen blijven. Suggesties van respondenten tellen bij de ver- dere planning zeker mee. Wie wel eens in de van de Poll-
kamer is geweest, herinnert zich misschien dat daar twee portretten van de hand van de bekende schil- der Jan Veth plegen te hangen, voorstellende de ouders van de naamgever van onze stichting. Dankzij een subsidie van de ge- meente Zeist konden de schilde- rijen worden "uitbesteed" voor schoonmaken en kleine reparaties. In de komende maanden verwach- ten wij hun volle glorie weer te la- ten zien, in de oorspronkelijke kleuren. Kleurig en zeer succesvol als
wervings- en propagandamiddel |
||||||||||||||
Het financiële jaarverslag 1998 en
de begroting voor 1999 worden deze keer niet in het Bulletin Seyst opgenomen wegens de schaarste aan ons ter beschikking staande publicatieruimte; een geldkwestie helaas! Natuurlijk zijn de cijfers voor belangstellende donateurs beschikbaar; een verzoek aan de secretaris of penningmeester is genoeg. In het voorjaar had het bestuur
een gesprek met drs F Vogelzang, |
||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE SECRETARIS
|
||||||||||||||||
1999-
|
||||||||||||||||
blikt terug
|
||||||||||||||||
Bestuur op 31-12-98
Mr dr V.A.M, van der Burg. voorzitter
J. Verbeek-Stapensea, secretaris
CE.G. ten Houte de Lange, penningmeester
en de comissievoorzitters
C.W. van den Berg-van Barneveld, helieer coliecties en arciiief
J.B.M.P. van Grunsven, lezingen en excursies
drs K. Veenland-Heineman, tentoonstellingen
Mw Fl. de Vrijer, publicaties
Mr M.K.M. Wortann, redactie Bulletin Seyst
J.B. van Zoonen, beheer audiovisuele collectie
|
||||||||||||||||
zijn ook de enige jaren geleden
geïntroduceerde folders, Een gift van de de Monté Verloren Stich- ting stelde ons dit jaar In staat een nieuwe voorraad te laten druk- ken. Op 3-10-1998 werden wij de ge-
lukkige bezitter van het archief van de Zeister afdeling van de Ko- ninklijke IVIaatschappIj voor Tuin- bouw en Plantkunde - Groei en Bloei. Het was voor het eerst dat zo'n
geste werd gedaan vanuit een Zeister organisatie, wat een reden was de overdracht feestelijk te la- ten verlopen, in aanwezigheid van besturen en gasten van beide kan- ten onder wie wethouder Den Heijer en één van zijn ambtenaren. De contacten met de gemeente- bestuurders verliepen sinds het voorjaar weer positiever dan eer- der wel eens het geval was; wij gaan er van uit dat dat zo zal blij- |
ven en dat er In 1999 eindelijk
klaarheid zal komen in de nog steeds brandende huisvestings- kwestie. Aan het eind van leder verstreken
jaar is de van de Pollkamer weer verder "volgelopen" met zaken die bewaard moeten blijven, 1998 is daarop geen uitzondering geweest. Het najaar van 1998 stond, binnen
het bestuur en de commissies, al In het teken van de grote plannen, al dan niet in mllleniumverband, die rond de glasplatencollectie van de Zeister fotograaf Kraal zijn ge- smeed; eindelijk moet dit mooie bezit zichtbaar worden. In januari van dit jaar, is de restauratie, ge- volgd door het afdrukken van de 400 platen, afgerond. Nu wordt er geïnventariseerd en geselecteerd, dank zij giften van de de Monté Verloren Stichting en de van Tellingen-Pul Stichting. Zonder hun |
|||||||||||||||
hulp In de eerste fasen van het
proces hadden de platen verder moeten blijven rusten in hun do- zen. Hulp en steun, daadwerkelijk en fi-
nancieel, ondervond het bestuur van vrijwilligers en donateurs. Wij zijn hen allen zeer erkentelijk daar- voor. Vrijwilligers zijn en blijven steeds welkom, we kunnen niet zonder hen. De Zeister media, kranten en ka-
bels, zijn steeds bereid onze aan- kondigingen te publiceren en, waar relevant, onze verslagen te be- spreken. Ook aan hun medewer- kers onze welgemeende dank. |
Administratiebureau Pronto uit Bilt-
hoven, in de persoon van mevrouw Anja Severs, was in het afgelopen jaar weer onze professionele steunpilaar. De directie van FIgl betoonde zich
In 1998 uiterst coöperatief, even- als de gemeentearchivaris. Zij allen verdienen onze dank. Het bestuur hoopt dat aan deze lijst in 1999 de naam kan worden toegevoegd van de voorzitter van een nieuw In te stellen commissie voor Public Relations; de noodzaak hiertoe is in het verslagjaar alleen maar duidelijker geworden. J. Verbeek-Stapensea |
|||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE SECRETARIS / TENTOOMSTELLINGSCOMMISSIE
'Zeister freule a
|
|||||||||||||||||||
iS99-l
|
|||||||||||||||||||
TENTOONSTELUNGSCOMMISSIE
Op de oproep tot uitbreiding
van de commissie in het vorige jaarverslag rea- geerde de heer A. Smith. Hij is se- dert september lid van onze com- missie. Ondergetekende vertegen- woordigt de commissie in het be- stuur van de Stichting. Het belangrijkste project in 1998 was de organisatie van de ten- toonstelling Henriette van de Poll, een Zeister freule aan het hof, die van 21 februari t/m 4 maart te zien was in Galerie De Vleugel in Slot Zeist. Directe aanleiding voor |
|||||||||||||||||||
Uitstel van alle
activiteiten als gevolg van onderbezetting |
|||||||||||||||||||
deze tentoonstelling vormde de in-
ventarisatie van het archief van de familie Van de Poll (de Zeister tak), die in 1997 zijn beslag kreeg. De commissie maakte als eerste gebruik van de nieuwe inventaris bij haar onderzoek en selectie voor de tentoonstelling. Aangevuld met enige bruiklenen kon een levendig beeld gegeven worden van Henriette, die van 1880 tot 1934 als hofdame van Koningin (Moe- der) Emma en surintendante van |
de opvoedingvan Koningin Wilhel-
mina werkzaam was. Een japon uit het Haags Gemeentemuseum was dé blikvanger van de expositie te- midden van archiefstukken, brie- ven en heel veel foto's. In negen dagen ontvingen wij bijna 700 bezoekers. De pers was ons welgezind; een recensie in Trouw bracht ook bezoekers van buiten Utrecht. We hebben weer een be- roep kunnen doen op mensen van 't Gilde, die bereid waren als Links: Tentoonstelling
Henriette van de Poll, een
Zeister freule aan het hof in Galerie De Vleugel Slot Zeist, 1898. Inzet: Wethou- der Den Heijer (links) in ge- sprek met de heer van Rhijn tijdens de opening op 21 fe- bruari. Rechts: Japon van Henriette van de Poll, 1898. Bruikleen Haags Gemeente- museum. FOTO'S JH HEIMEL
|
||||||||||||||||||
COMMISSIE PUBLICATIES
e activiteiten van de com
I missie publicaties zijn in 1998 minimaal geweest.
Dit heeft met de personele bezet- ting te maken maar ook vangewege het bestuursbesluit alle aandacht te besteden aan het 'Kraal-project' dat in het najaar van het afgelopen jaar is gestart en loopt tot december 1999. Het is de bedoeling dat in 2000 nieuwe activiteiten gestart zullen worden. |
|||||||||||||||||||
Samenstelling
op 31-12-98 Mw Fl. de Vrijer, publicaties
Mr dr V.A.M, van der Burg, voorzitter |
|||||||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE TENTOONSTELLINGSCOMMISSIE
|
||||||||||||||||||
1999-1
|
||||||||||||||||||
an het Hof groot succes
|
||||||||||||||||||
het Nationaal Fotorestauratie Ate-
lier te Rotterdam geconserveerd en gedupliceerd, zodat er nu veilig mee gewerkt kan worden. Sinds oktober 1998 is een werkgroep, waaraan leden van de tentoonstellingscommissie deelne- men, wekelijks bezig met de in- ventarisatie van het beeld- materiaal, waarna een keuze voor de tentoonstelling gemaakt zal worden. Met deze tentoonstelling zet de commissie haar beleid voort om het eigen bezit van de stichting voor het voetlicht te brengen. Karen Veenland-
Heineman |
||||||||||||||||||
toezichthouder aanwezig te zijn.
Voor de plezierige samenwerking willen wij hen op deze plaats nog eens hartelijk bedanken. Ook de Gemeente Zeist en Mevrouw Klein Kranenbarg willen we bedanken voor het beschikbaar stellen van de expositieruimte. De heer Kleinhans heeft evenals vorige ja- ren verduisteringsgordijnen be- schikbaar gesteld, van Museum Flehite in Amersfoort leenden we weer een luchtontvochtiger en van |
Slot Zeist konden we wissellijsten
gebruiken. Frédérik Ruys verzorgde het affiche en de uitnodiging voor de opening. Tekstborden en bij- schriften konden een professio- neel uiterlijk krijgen door de printmogelijkheden, die OSG Schoonoord ons bood. Tijdens de opening vertolkte mevrouw Antoinette Jiskoot de Henriette Polka, die Frederik van de Poll in 1860 voor zijn dochter compo- neerde. Voor het welslagen van een ten-
toonstelling zijn we steeds afhan- kelijk van de medewerking van ve- len. Maar ook vereist de organisa- tie veel tijd, creativiteit en flexibili- teit van de commissieleden. Bij deze tentoonstelling is gebleken, dat de commissie een goed team is. Eind 1997 werd voor het eerst de
gratis ter beschikking gestelde vi- trine in de lobby van Hotel Figi in- gericht met penningen uit het bezit |
|||||||||||||||||
van het Zeister Historisch Genoot-
schap. In de loop van 1998 werd de inhoud gewisseld. Nelleriek Boucher richtte een kleine exposi- tie in over de inhuldigingsfeesten van 1898, aan de hand van aan- tekeningen uit de dagboeken en agenda's van de freules Van de Poll. Het ziet er thans naar uit dat het vitrine-project maar een kort leven beschoren is, omdat de be- wuste vitrine commercieel ver- huurd zal worden. Met de fototentoonstelling Zeist
terug in de tijd zal onze stichting een bijdrage leveren aan de millenniumviering in Zeist. De ten- toonstelling wordt gehouden in de expositiezalen van Slot Zeist en zal te zien zijn van 27 november 1999 tot 10 januari 2000. De ver- zameling glasnegatieven van de Zeister boekhandel/uitgeverij Kraal - al 30 jaar in bezit van onze stichting - vormt de kern van de tentoonstelling. De collectie is in |
||||||||||||||||||
Samenstelling
op 31-12-98 Mevrouw N. Boucher-Verloop, de
heer JH. Heimei, de heer F. Kus- ter, mevrouw E. Stades-Vischer, A. Smith en mevrouw K.M. Veen- land-Heineman. O |
||||||||||||||||||
\
|
||||||||||||||||||
\ .
|
||||||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE COMMISSIE EXCURSIES EN LEZINGEN
|
|||||||||||||||||||||||||
1999-
|
|||||||||||||||||||||||||
Hoge opkomst dankzij grote belangstelling
|
|||||||||||||||||||||||||
nale tuinbouwtentoonstelling van
1909 op het landgoed "Schoon- oord". De lezing vond plaats in de cantine
van de OSG "Schoonoord". Deze ruimte en het gebruik van moderne presentatiemiddelen was geheel belangeloos ter beschikking ge- steld door de schooldirectie. De genoemde tentoonstelling was destijds georganiseerd ter gelegen- heid van het het vijf en twintig ja- rig bestaan van de "Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde. Ter gelegenheid van dat jubileum werd een attractiepark aangelegd met daarin o.a. een nagebouwd dorpje "Oud Zeist". Dat de tentoon- stelling veel aandacht trok blijkt wel uit het feit dat Koningin-Moeder Emma een be- zoek bracht. Tijdens de lezing werd veel aan-
dacht geschonken aan de gebeur- |
|||||||||||||||||||||||||
tenissen van destijds, de voorbe-
reiding van de tentoonstelling, het attractiepark en de geschiedenis en achtergronden van het land- goed "Schoonoord". De commissie is de heer Heimei zeer erlentelijk voor de gedegen inhoud en presentatie van de le- zing. Uit de grote opkomst blijkt dat er zeer veel belangstelling be- staat voor dit soort onderwerpen. |
|||||||||||||||||||||||||
COMMISSIE EXCURSIES
EN LEZINGEN p 16 mei 1998 vond de
!eerste excursie plaats. De bestemming was de
beeldentuin van Interart te Hees- wijk. Na de Brabantse koffietafel in de
tuinen van deze galerie vertrok men naar s' Hertogenbosch. IVIet een boottocht over de Binnendieze en de mogelijkheid om op eigen wijze nog activiteiten te onderne- men werd het een zeer geslaagde dag. Op 3 september werd een halve
dagtocht naar het kasteel Laag-Keppel georganiseerd. Na de rondleiding door de kasteelvrouwe vond een koffieontvangst plaats in het restaurant "De Gouden Leeuw". Vervolgens was er een ..g toeristische route als terugreis naar Zeist uitgezet. Wegens grote belangstelling is de |
|||||||||||||||||||||||||
dagtocht op 10 september her-
haald. Naar aanleiding van de over-
dracht/schenking van het tuinbouwarchief van de vereniging "Groei en Bloei" afdeling Zeist aan het Zeister Genootschap "van de Poll Stichting" heeft de heer J. H. Heimei op 13 oktober een lezing gehouden over de grote internatio- |
|||||||||||||||||||||||||
lOINIOÜWTlNIOONSrElui
|
|||||||||||||||||||||||||
s*Wft^
|
|||||||||||||||||||||||||
•OPHET l'aKÓGO.|D,..
|
|||||||||||||||||||||||||
•tC?:.' -'."■ !5Au(iliaiSw!tiSEPiE»csl909
|
|||||||||||||||||||||||||
M.. • , ■^"^tM
|
|||||||||||||||||||||||||
Samenstelling
op 31-12-i8 J.B.M.P. van Grunsven,
i'oorz/tter. |
|||||||||||||||||||||||||
S/^t nel"
ClJoL |
||||||||||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE COMMISSIE BEHEER COLLECTIES EN HET DOCUMENTATIECENTRUM
|
||||||||||||||||||||||
'Kamer' trekt meer
en meer bezoekers |
||||||||||||||||||||||
ren) munten t.b.v. onze Munten-
en Penningencollectie, waarvan reeds in 1997 een zeer gedetail- leerde Inventaris werd samenge- steld door de heer Ir. B. van Wijk. In verband met het vertrek van de heer C.J. Bardet, jarenlang een vertrouwd gezicht in de v.d.Poll-kamer en daarbuiten, mochten wij Mw. J. B. Lassche als nieuwe vrijwilligster verwelko- men. Gezien het vele (extra) werk komt
allen een woord van hartelijke dank toe. Uit bovenstaande blijkt, dat aanvulling en versterking nog steeds zeer gewenst is. C.W. van den Berg-
van Barneveld |
||||||||||||||||||||||
COMMISSIE BEHEER
COLLECTIES EN HET DOCUMENTATIECENTRUM Evenals voorgaande jaren
nam ook in 1998 het aantal belangstellenden aan de "van de Poll-kamer" sterk toe. Wij ontvingen ruim 200 bezoekers en verschaften eveneens vele inlich- tingen per telefoon. Het is dan ook verheugend te constateren dat steeds meer geïnteresseerden in de historie van Zeist de v^^eg naar Slot Zeist weten te vinden ten- einde onze uitgebreide documenta- tie en bibliotheek te raadplegen. Wellicht ten overvloede wijzen wij nog eens op de extra openstelling elke eerste zaterdag van de maand tussen 14.00 en 16.00 uur*. Naast de overdracht van het ar-
chief van de Zeister afdeling van de Koninklijke Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde "Groei en Bloei" (zie eveneens het verslag van de secretaris) mag zeker de schenking van Meisjesinternaat |
||||||||||||||||||||||
--,- f» J!<'i;-^-^' .'WHm.'m
|
||||||||||||||||||||||
De voorzitters mevrouw A. Gerritsen (Groei en Bloei) en
mr. dr. V.A.M, van der Burg. |
||||||||||||||||||||||
"Pavia" niet onvermeld blijven. Het
betreft hier diverse jaarboeken en 2 rode blazers met insigne en speld, destijds bij de ontruiming van het pand "gered" van vernieti- ging. Zo werd ons ook een doos met correspondentie vanaf ca. 1900 tussen diverse familieleden "France" overhandigd en kwamen |
||||||||||||||||||||||
wij in het bezit van enige blauw-
drukken van bouwtekeningen, o.a. van een huis op de Herenlaan te Zeist. Het jaar 1998 stond o.m. in het
teken van 350 jaar "Vrede van IVIunster (1648-1998) en "100 jaar Wilhelmina" Ter gelegenheid hiervan ontvingen wij enkele (zilve- |
||||||||||||||||||||||
Bestuur op 31-12-98
Nog steeds "inwonend" in Slot
Zeist, behoorden aan het einde van het verslagjaar tot de vaste medewerkers/sters: de dames: Drs.J.C. Mollen-Hengeveld. J.B.Lassche, A.C.Metz en A. Speet
en de heren: Drs. M.M.A. Roeder, D.A.A. Albrecht en A. Niessen. |
||||||||||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE COMMISSIE AUDIOVISUELE COLLECTIES
|
||||||||||||||||
öClJSi
1999-1
|
||||||||||||||||
COMMISSIE AUDIOVISUELE
COLLECTIES De commissie audiovisueel
heeft in 1998 een bijzonder succesvol jaar gehad. Er zijn maar liefst tien (10!) film- voorstellingen georganiseerd. Er waren veel voorstellingen voor ver- enigingen maar ook veel voorstel- lingen openbaar, in Figi en daarbui- ten. Met name voor de openbare voorstellingen in Figi willen we onze dank uitspreken voor de be- reidwillige medewerking van de |
||||||||||||||||
Record aantal openbare
|
||||||||||||||||
Figidirectie bij het beschikbaar
stellen van de zalen. KASSUCCES
Het uitbrengen van de film
"Austerlitz 1967" in januari op VHS was commercieel en promotioneel gezien een gouden greep. Er zijn gedurende het jaar van deze film meer dan honderd exemplaren ver- kocht, voornamelijk aan mensen uit Austerlitz of die daar gewoond hebben. Na aftrek van de productiekosten bleef een beschei- den winst over die apart werd ge- zet om in de toekomst de aan- schaf van een videoprojector (de vervanging van de filmprojector) te financieren. PUBLIEKSSUCCES
Voor de najaarsvoorstelling kozen
we ervoor twee films in première te laten gaan, "De Kleine Wande- |
vertonen. Belde films zijn uitge-
bracht op VHS en hebben redelijk verkocht. CATALOGUS
De afgelopen twee jaar zijn de me-
dewerkers actief geweest met het schrijven en samenstellen van de filmcatalogus. Dit resulteerde in december 1998 in de Film- catalogus 1999. In deze catalo- gus zijn niet alleen de in bezit zijnde filmrollen van de stichting opgenomen maar ook onze video- banden en geluidsbanden. Met deze catalogus willen we de toegankelijkheid van onze collectie vergroten. De catalogus Is in te zien in de Van de Poll kamer in het Slot, VERWERVING EN
INNOVATIE Er is veel nieuw historisch materi-
|
|||||||||||||||
Piet Goedhart en
JanWillem van Scherpen-
zeel bij een film- voorstelling voor de Rotary in Oud London. laar" van filmer Anton Wisman en
"Familie in Bloemen" van Marjolijn Droog (een budget videofilm in ei- gen beheer gemaakt). De belang- stelling van het publiek voor deze films in Figi was dermate groot dat de zaal tweemaal was uitverkocht. Bovendien moest er een extra voorstelling worden georganiseerd om voor de mensen die niet naar binnen konden de films alsnog te |
||||||||||||||||
De verkoop van video-
banden is een succes ge- bleken voor de stichting. |
||||||||||||||||
JAARVERSLAG 199S VAN DE COMMISSIE AUDIOVISUELE COLLECTIES
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
.1 tiffii\=ivt^»i^a^^U!'itVis^ts(m;ai>(:i*<!Mxsifmm^
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
voorstellingen
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
■a
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
rSl ,llMnUt!<tOftPlCH0FV0ffrstH\ï>-
■ n, ,1, P II ,1, ,n
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
WT'z:'W,.%
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
aal binnengekomen. Van de fami-
lies Methorst, Van Scherpenzeel en Meerdink kregen we vele minu- ten waardevollle 8 mm film ter copiëring aangeboden. Van Leo Visser ontvingen we een stapel langspeelplaten met muziek van vele Zeister verenigingen. Ter gele- genheid van het 25 jarig bestaan van het Austerlitzse dorpshuis ga- ven verschillende Austerlitzse par- |
|||||||||||||||||||||||||||||||
ticulieren 8 mm films in bruikleen
om over te zetten op video. Boven- dien is er met diverse Zeister in- stellingen contact opgebouwd die binnenkort moeten resulteren in het overdragen van films of ander historisch audiovisueel materiaal. Frédérik Ruys en Jaap van Zoonen zijn begonnen met de bouw van een eigen Web-site op het Internet voor de stichting. Met deze site is het de bedoeling in de toekomst een jonger publiek aan ons te bin- den. Jaap van Zoonen
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
a^K^
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
j
Met het aanbieden van in-
formatie over de Zeister historie op het internet, verlaagt de stichting de drempel voor toekom- stige donateurs. Behalve de gebruikelijke informatie die tevens in het bulletin verschijnt, biedt de site extra moge- lijkheden dankzij het ge- bruik van bewegend beeld en geluid. Op dit moment is de testsite te bezichtigen op www.figi.nl/zhgvdpoll. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
hosaan^ i. 71 InZnnw!
alBjdweii- Opdtachlen ïooi
rchn Iboekjt! miai aok wan4>liileii. zoals de historüche fchoo^laatTerWalvischsiKt (1910) Van il ajn ondtiwcipcD maifctc hij diepgaande dudies Hy klom m eeo boom om een ïogcheK ie bttiuderen. keek me als de |
|||||||||||||||||||||||||||||||
Jelses ateher werd dikwijlt bej
door de jonge Willf m Pijpei I lou nch later ontwikkeien lot beroemd compomd Iii 191* verhuisde het geiin Jeües naar Schevenmgen Voor al api ve |
|||||||||||||||||||||||||||||||
rd hlj be
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Samenstelling op
Jaap van Zoonen (voorzitter)
Henk Wels (documentatie)
Piet Goedhart (voorstellingen)
JanWillem. van Scherpenzeel
(voorstellingen)
Aad de Groot (PR)
Alfred Venema (verwerving)
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Jaap van Zoonen over-
handigt de eerste video- band Austerlitz 1969 aan Rutger Loenen. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
■■Hg
Ml
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
JAARVERSLAG 1998 VAN DE REDACTIECOMMISSIE SEIJST
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1999-1
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Fluitman verlaat redactie
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zaken waaraan we in de toekomst
verder willen werken zijn het ver- beteren van de interne en externe communicatie en het bewaken van de tijdsplanning. Het spijt ons dat dat laatste ons niet altijd gelukt is. Voor ingewijden niet geheel onver- wacht, maar toch als een schok, kwam het bericht dat Jos Fluitman heeft aangegeven zijn vleugels te willen uitslaan en op termijn de commissie gaat verlaten. Zijn werk achter de schermen met name als voorzitter van de commissie kan niet hoog genoeg gewaardeerd worden. De vernieuwing en verjon- ging in de commissie is zijn grote |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De redactiecommissie was
ook dit jaar ongewijzigd van samenstelling, wat mis- schien iets zegt over de prettige sfeer en de hechte samenwerking binnen het team. Er werden weer vier nummers van
het blad Seijst geproduceerd, dat blijkens onderzoek zeer gewaar- deerd wordt door de lezers. We hebben ons best gedaan ruimte te creeëren voor nieuwe auteurs, zonder de grote coryfeeën en de eerbiedwaardige traditie te veron- achtzamen. Ook hebben we gepro- beerd de geschiedenis van Zeist zo veelzijdig mogelijk te belichten. |
verdienste geweest. Zijn inne-
mende hartelijkheid en pragma- tisch optimisme hebben op ons al- lemaal inspirerend gewerkt en we zullen hem enorm missen. Met of zonder Jos, er staan weer een aantal lezenswaardige artike- len op de plank, en we maken er volgend jaar weer een kleurrijk jaargang van! |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Samensteiiing
op 31-12-98 M. Wortmann (voorzitter), J. Fluit-
man (hoofdredacteur), J. A. van den Dikkenberg (eindredacteur), A. Bal, M. Roeder, F. Ruys (vorm- gever), N, Vlak. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ZEIST TERUG IN DE TIJD, K. VEENLAND
|
||||||||||||
1999-1
|
||||||||||||
Zeist gaat nog dit millenniuin
terug in de tijd
|
||||||||||||
Het Zeister Historisch Ge
nootschap Van de Poll stichting bewaart sinds 1969 in haar collectie een verza- meling glasnegatieven, die gro- tendeels afkomstig is van de be- kende Zeister boekhandelaar Jan. W. Kraal Wz. Behalve boekhandelaar was
Kraal ook uitgever. Hij verzorgde in de eerste decennia van deze eeuw de toeristische gidsen en kaarten van Zeist en omgeving. Daarnaast vervaardigde en ver- kocht hij ansichtkaarten. Ook kon je bij Kraal terecht voor de dienstregeling van de tram en de trein. Zeist - goed bereikbaar met openbaar vervoer - was met het Zeister Bos en haar uitspannin- gen een toeristisch centrum voor |
dagjesmensen, 's Zomers werden
talloze pensions bevolkt door gas- ten en op de buitenplaatsen ver- bleven de gegoede families. Kortom, Kraal had een brede klantenkring. De collectie glasnegatieven be-
staat uit circa 400 platen, waar- van een deel gebruikt is voor verschillende publicaties en an- sichtkaarten. Met financiële steun van de te Zeist gevestigde De Mont verLoren Stichting is de collectie in 1998 te Rotterdam gerestaureerd en daarmee voor verder verval behoed. Er zijn duplicaatnegatieven gemaakt, waardoor het thans mogelijk is afdrukken te maken zonder de uiterst kwetsbare, originele beeld- dragers te beschadigen. De glas- |
|||||||||||
platen zijn nu veilig onderge-
bracht in het Gemeentearchief van Zeist. Aan de hand van contact-
afdrukken is het beeldmateriaal inmiddels geïnventariseerd. In het kader van de
millenniumviering in Zeist, die als thema Tijd, Taal en Toekomst heeft meegekregen, wil het Zeis- ter Historisch Genootschap een bijdrage leven in de vorm van een fototentoonstelling van ca. zeventig grote afdrukken uit de collectie Kraal. Deze tentoonstelling zal onder
de titel Zeist terug in de tijd ge- houden worden in Slot Zeist van 27 november tot en met 9 januari 2000. De tentoonstelling kan mede dankzij financiële steun van |
||||||||||||
ZEIST TERUG IN DE TIJD, K. VEENLAND
|
||||||||||||||||||
i3sa-i
|
||||||||||||||||||
Pauselijke eer voor
Vincent Van der Burg |
||||||||||||||||||
de te Zeist gevestigde Van Tellin-
gen Pul Stichting georganiseerd worden. Tevens is er een publicatie over
de collectie Kraal in voorberei- ding. V.A.M, van der Burg en K.M. Veenland-Heineman selec- teerden ca. 45 foto's waarvan een groot aantal niet eerder is gepu- bliceerd. Deze worden uitgegeven en toegelicht in een boek dat in november 1999 zal verschijnen. De mooiste foto's zullen tevens
gebruikt worden voor een verjaardagskalender en (ansicht-) kaarten. Karen Veenland
MEER INFORMATIE
Karen M. Veenland-Heineman
Voorzitter tentoonstellingscommissie (030) 695 50 33 ('s avonds) Zie ook pagina 27
Foto van de Tweede Dorps-
straat uit de collectie. |
||||||||||||||||||
Door Bert van Nieuwenhulzen
Utrecht/Zeist. |
diensten van Van der Burg voor
kerk en maatschappij. Zo was hij in de negentien jaar dat hij CDA- lid van de TXveede Kamer was de verbindingsman tussen het CDA en de bisschoppen. Ook maakte hij deel uit van het overleg 'kerk en overheidszaken'. In Zeist ij- verde hij voor de totstandko- ming van één gemeenschappe- lijk kerkelijk centrum van katho- lieken en protestanten in Zeist- West. Ook was hij nauw betrok- ken bij de sluiting van het oor- spronkelijke katholieke kerkhof. Vincent van der Burg toonde zich vooral dankbaar jegens zijn ouders en voorvaderen, die pro- minente functies in de kerk ver- vulden. Zo was zijn heeroom Jan van der
Burg secretaris van drie Aarts- bisschoppen van Utrecht: Van de Wetering, Jansen en De Jong. Vincent van der Burg werd in Utrecht en de regio ook bekend door zijn vele publicaties over de geschiedenis van het katholicis- me in deze contreien. |
|||||||||||||||||
Blij en vooral dankbaar, dat
was de reactie van Zeistenaar Vincent van der Burg (53) toen hij gisteravond uit handen van kardinaal Simonis één van de hoogste Pauselijke onderschei- dingen kreeg die te vergeven zijn. De ceremonie vond plaats in het Aartsbisschoppelijk Pa- leis aan de Utrechtse Malie- baan. Van der Burg werd Com- mandeur in de Orde van Paus Sylvester. „De inzet van katholieken in al-
lerlei geledingen van onze sa- menleving is voor de kerk van het grootste belang. Het is voor de kerk een authentieke en eer- lijke manier om maatschappelijk en politiek aanwezig te zijn en dat is verre te verkiezen boven de institutionele invloed en ver- vlechting van machten van wel- eer, "aldus Simonis. De kardinaal prees de vele ver- |
||||||||||||||||||
Uit het
UN van dinsdag 16 maart. |
||||||||||||||||||
'k
>&£•>
|
||||||||||||||||||
VRIJWILLIGERSAVOND 1999
|
||||||
Vrijdag 12 maart 1999
|
||||||
FOTO J. KERKHOVE
|
||||||
'^Ü*
|
||||||
Seijst
|
||||||||||||||||||||||
DE DE KIONTÉ VERLOREN PENNING, V.A.M. VAN DER BURG
|
||||||||||||||||||||||
1999-
|
||||||||||||||||||||||
De J. Ph. de Monté
ver Loren penning |
||||||||||||||||||||||
Het bestuur van het Zeister
Historisch Genootschap Van de Poll Stichting heeft in 1998 besloten bij de Nederlandse Munt te Utrecht een penning te laten vervaardi- gen, die op de Vrijwilligersdag 12 maart 1999 voor het eerst is uit- gereikt aan drie personen die zich als bestuurder, auteur of faciliteerder in hoge mate ver- dienstelijk hebben gemaakt voor het genootschap. De drie laureaten zijn: de Heer L. Visser, oud-gemeenteambtenaar te Zeist, die zich ook als bestuurder (lang- durig penningmeesterschap) van de Van de Poll Stichting en redactielid van het bulletin 'Seijst' en als auteur bijzonder ver- |
||||||||||||||||||||||
dienstelijk heeft gemaakt; de on-
langs overleden (7 januari 1999) Mr. Dr. J. Meerdink, 45 jaar lang (1951-1996) bestuurder van bet genootschap, vruchtbaar auteur en redactielid van bet Bulletin "Seijst" en de Heer R.P.M. Rhoen, gemeentearchivaris van Zeist, die als bestuurder, bezorger van het Bulletin en auteur in hoge mate heeft bijgedragen tot de uitbouw van ons genootschap. Alle drie hebben zij de lokale geschiedschrijving van Zeist op een uitzonderlijke manier ge- diend. De penning onderstreept hun verdiensten. Het bestuur beeft de penning
naar Prof. Mr. J. Ph. de Monté ver Loren (Zeist 1901-Zeist ge- |
||||||||||||||||||||||
noemd vanwege zijn grote ver-
diensten voor de Van de Poll Stichting als ondervoorzitter / > / (1956-1974) ^Al'
en begelei- ,-^%
der van . / £ ^L"
|
||||||||||||||||||||||
DE DE MONTE VERLOREN PENNING, V.A.M. VAN DER BURG
|
|||||||
Bronnen voor de Geschiedenis
van Zeist vanaf bet begin in 1951. Deze unieke reeks is pas lang na zijn dood afgesloten (1957-1996). Voorts heeft de Monté Ver Loren, de naamgever van de Monté ver Loren- stichting, onder het verband van vruchtgebruik voor zijn huis- houdster zijn huis aan de Krulle- laan 28, waar vanaf de oprichting in 1951 tot de opening van het gerestaureerde Zeister Slot in 1969 het archief van onze stich- ting gehuisvest was een omvang- rijk boekenbezit aan het Zeister Historisch Genootschap Van de Poll Stichting nagelaten. Het be- stuur is de Monté ver Loren- stichting dan ook dank verschul- digd voor de royale bijdrage ver- leend om de penning bij de Ne- Voorzitter Van der Burg omringd door de drie laureaten: rectits de zoon van J. IVleerdinl< en linl<s de heren L. Visser en R. Rhoen op 12 maart in Figi. FOTO KERKHOVE
|
|||||||
derlandse Munt te Utrecht te
kunnen laten ontwerpen en ver- vaardigen. Bij het ontwerp was ook onze penningmeester, de Heer C.E.G. ten Houte de Lange, ten nauwste betrokken, waarvoor mijn dank. Het bestuur hoopt dat de pen-
ning een nieuwe impuls zal geven aan de verdere uitbouw van bet Zeister Historisch Genootschap Van de Poll Stichting. Mr.Dr.V.A.M. van der Burg
Voorzitter
|
|||||||
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
|
|||||||||||||||||||||
1,SS9-"I
|
|||||||||||||||||||||
Geplande activiteiten voor 1999
|
|||||||||||||||||||||
Film
|
|||||||||||||||||||||
pauze aan het buffet van het
theatercafé. Wij heten u alvast van harte welkom. Boel<
Dinsdag 23 november.
'Zeist, terug in de Tijd'. Verschijning boek over de glas- platen Kraal-collectie. Tentoonstelling
Zaterdag 27 november 1999 tot
en met zondag 9 januari 2000. Zeist terug In de Tijd. Foto- tentoonstel I ing in galerie De Vleugel in Het Slot Zeist van ca. 70 grote afdrukken uit de Kraal- collectie. In het kader van de millenniumviering in Zeist met het thema Tijd, Taal en Toekomst. |
|||||||||||||||||||||
Rechts een voorproefje van de
de collectie: De Tweede Dorps- straat, richting Het Rond, vóór 1908. FOTO ZHG VAN DE POLLSTICHTING
|
|||||||||||||||||||||
Vrijdag 30 april.
Koninginnedagvoorstelling. Aanvang 10.15 en 11.00 uur, entree gratis. |
|||||||||||||||||||||
Excursie
|
|||||||||||||||||||||
Donderdag 6 mei.
Dagexcursie naar Buren. |
|||||||||||||||||||||
Aanmeldingen / adreswtfzigingen
Zeister Historisch Genootscliap,
Postlius 342, 3700 AH Zeist
Fax: (030) 692 74 50
Ledenstand
Seijst iV (december '98) ....866
Seijst I (maart '99).............824 |
|||||||||||||||||||||
Film
|
|||||||||||||||||||||
IVIaandag 25 oktober.
Najaars voorstelling. Aanvang 19.30 uur. Entree- kaarten a ƒ2,50 kunnen alleen vooraf worden gereserveerd via het reserveringssysteem van Figi, tel. 0900 - 3444 934. Tegen afgifte van de controle-strook kunt u op deze avonden een kop koffie krijgen, vóór de voorstelling of tijdens de |
|||||||||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||
De hoofdonderwijzers en het
onderwijs van 1797 tot 1863 |
|||||||||||
In deze derde aflevering passeren ver-
schillende hoofdonderwijzers de revue die de gemeente aanstelde. PIETER DE LIEFDE 1772-1857
P ie ter de Liefde, geboren 16
april 1772 te Utrecht, was sedert 1 april 1797 onder- wijzer aan de dorpsschool en kos' ter, voorlezer en voorzanger in de hervormde kerk te Zeist. Boven- dien was hij een aantal jaren ge- meente-secretaris, gemeente-ont- vanger en gerechtsbode. Over zijn functioneren als on-
derwijzer gedurende de eerste tien jaar is weinig bekend, maar uit de verslagen van de schoolopziener over de jaren 1807 tot 1817 klinkt |
|||||||||||
steeds kritiek op de "bijposten"
van de schoolmeester in Zeist. We krijgen een beeld van de si-
tuatie in Zeist uit het verslag van de schoolopziener in het (toen nog) 2e schooldistrict in de pro- vincie Utrecht van 10 april 1808, dat luidt als volgt: "Zeijst, den l O van Grasmaand. Meester P. de Liefde heeft genen rang,doch is niet onbekwaam. Hij heeft daarenboven een vrij goede ondermeester, lsaai< van Giessen, hebbende den derden rang, aan wien de school al veel wordt overgelaten, zo diicwijls de meester door zijne veelvuldige bezigheden verhinderd wordt. Er waren ruim 50 leerlingen tegenwoordig, behoorlijJi in drie klassen verdeeld. De manier van |
onderwijzen bleek uit de vorderin-
gen der kinderen aan eenige gebreken onderhevig te-zijn. Er werd niet genoeg van den inhoud van het gelezene nagevraagd, noch moeite gedaan tot de ontwikkeling des verstands, zo min als aan taalkennis. Overigens las men duidelijk en
meestal op de leestekens acht • gevende.
Op de tweede klasse werd het laatste meer verwaarloosd. Het spellen uit de boekjes, op het bord 1 en uit het hoofd was zser wel. Ik
was voldaan over het leren der ... letters, uitspreken van getallen en
i vorderingen in het schrijven. Het
rekenen was matig en van de ■' gronden dier kunst wist men niet veel. |
||||||||||
beiist
1999-11
|
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERV/IJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||
De meester klaagt over slegte
betaling en wanbetaling der schoolgelden, behalve dat er veele voor niet(s) onderwezen worden, hetwelk gevoegd bij een gering inkomen van f 60,- jaarlijks, oorzaak is dat hij zijn bestaan al veel uit bijkomende posten als die van gaarder, geregtsbode en andere zoeken moet, welke hem nochtans i in zijne bezigheden als schoolmees- ter te veel hinderen. Het schoolvertrek alsmede de kinderen waren rein." Uit de staat van inkomsten van
de onderwijzers in de provincie Utrecht in de jaren 1810 t/m 1812 blijkt, dat hij een salaris had van ƒ90,' per jaar, waarin het Rijk ƒ40,' bijdroeg en de gemeente Zeist ƒ50,'. Daarboven ontving hij ƒ162,- aan schoolgeld. In de toC' lichting staat daarbij: voor spellen 3 stuivers en voor schrijven 7 stui' vers (vermoedelijk per maand, L.V) |
|||||||||||
Ondanks zijn vele werkzaamhc'
den aan de bijbanen kocht De Liefde op 28 november 1814 tij' dens een veiling in het logement 'Het Hof van Holland' de winkel' woning aan de Utrechtseweg nabij de Montaubanstraat van de we- duwe A. du Pree'van Dijk voor ƒ2.650,'. Op 17 oktober 1815 schreef de
schoolopziener, H.G. Schluiter aan de burgemeester van Zeist dat het laatstgehouden, zowel als vroegere bezoeken aan de school te Zeist hem hadden overtuigd van het feit, dat door onderwijzer de Liefde niet datgene werd gepresteerd het- geen met billijkheid van een on- derwijzer der jeugd mocht worden verwacht. Hij verzocht de burgemeester De
Liefde aan te sporen zich evenals tevoren, in het schoolwerk te doen bijstaan voor een bekwaam en geschikte ondermeester. |
|||||||||||
Dat laatste was overigens niet zo
gemakkelijk te bereiken, want de ondermeester moest wel uit de schrale beurs van de meester bc' taald worden. Een jaar later was er nog niet
veel veranderd. De schoolopziener schreef op 15 oktober 1816 in zijn rapport over zijn bezoek aan Zeist in augustus 1816: "De onderwijzer beschouwt m.i. het schoolonderwijs slechts als bijwerk en deszelfs post als ont- vanger van 's-rijks belasting en i winkel in manufacturen als hoofdzaak. Opnieuw heb ik de meester aangemaand meer nauw- gezet zijn plicht te vervullen. Blijft zulks zonder gewenst gevolg, dan zullen er krachtiger middelen in het werk dienen te worden ge- 1 steld". Toen op 18 november 1816 de
gemeentC'Secretaris van Zeist na' mens de burgemeester aan de heer Schluiter advies vroeg over de vraag hoe er moest worden gehan- |
|||||||||||
OPENBAAR LACERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||
koster en voorzanger, welke hij tot
heden toe in de gemeente van Zeist heeft bekleed. Recommandeerende zich en de zijnen in de gunst van Heeren Bestuurderen. E de Liefde.
De kerkenraad verklaarde ge-
noegen te nemen met het vrijwil- lig bedanken van De Liefde als koster en voorzanger en besloot in zijn plaats het lid der gemeente H. Achterbergh te benoemen totdat de plaats van schoolonderwijzer zou zijn vervuld. Ook de gemeente Zeist ging ak-
koord met het bedanken van de Liefde en betaalde hem op 1 maart 1817 zijn jaartractement uit van ƒ50,-, vermeerderd met ƒ 25,- voor huur van het schoolvertrek over 1816. Op 20 augustus 1817 ont- ving de Liefde nog ƒ 6,25 voor 3 maanden huur van "het locaal in het schoolgebouw hem in eigen- dom toebehorende, verschenen ultimo maart 1817". |
Pieter de Liefde overleed te
Zeist op 14 januari 1857, oud 84 jaar, van beroep: winkelier. SIMON DE MEIIERE 1782 - 1862
Na het vertrek van de
Liefde was de nieuwe koster Hendrik Achter- bergh van 1 januari 1817 tot 1 mei 1817 met de waarneming van het onderwijzerschap belast. Op 1 mei 1817 werd Simon de
Meijere, geboren 14 maart 1782 en schoolmeester in de Vuursche de nieuwe onderwijzer der jeugd in Zeist. De schoolopziener, G. Schluiter,
zal hier ongetwijfeld mee inge- stemd hebben. Hij schreef in zijn jaarverslag over 1816 naar aanlei- ding van zijn bezoek aan de school in De Vuursche: "De onderwijzer, Simon de Meijere, bijft zich aanhoudend verdienstelijk maken bij het schoolwezen. In een uitgebreider ^ werkkring en op een voordeliger |
||||||||
deld wanneer een hoofdonderwij-
zer zich aan plichtsverzuim of wangedrag schuldig maakte was de maat vol. Hij kreeg per omme- gaande antwoord onder toe- zending van een uittreksel uit de Schoolwet van 1806 en de daarbij behorende uitvoeringsvoorschrif- ten. Volgens de heer Schluiter was het duidelijk wat er moest gebeu- ren wanneer een onderwijzer zich door wangedrag of door slecht ze- delijk gedrag den dienst van de jeugd onnut maakte. "Het een en ander ten aanzien
van De Liefde plaats vindende vervuacht ik desivegens een be- paalde voordracht van U", aldus ^ de schoolopziener.
Die voordracht kwam niett. Wel een brief aan de kerkenraad en aan
het gemeentebestuur luidende als
volgt:
i "De ondergetekende heeft de eer
bij deze te bedanken voor de ^ posten van schoolonderwijzer,
|
|||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
||||||||||
1999-11
|
||||||||||
'■• Standplaats zoude deze bekwame
\ onderwijzer meer nut kunnen 1 stichten en een onbekrompen • bestaan genieten." Zijn eerste verslag over een be-
zoek aan Zeist luidt als volgt: "De Meijere is onlangs van De Vuursche herwaarts beroepen. Aanvankelijk heeft hij reeds veel toegebracht om den vervallene staat van het onderwijs, hetwelk alhier voor den vorige onderwijzer ^ grotelijks verwaarloosd was, te t verbeteren. Spoedig vlij ik mij deze i school onder "zeer goed" te kun- ' nen rangschikken. Er is te Zeijst I geen bepaald schoolgebouw. De ? regering heeft de belofte gedaan I hierin te voorzien." In zijn jaarverslag over 1818
schrijft de schoolopziener dat de gemeente Zeist ook veel belang hecht aan de verbetering van het onderwijs. I "Voor het onderwijs aan behoefti-
l gen en bejaarden wordt hier op t avond' en zondagsscholen gezorgd. |
||||||||||
De onderwijzer munt uit in ijver
en kunde. Het geheel nieuwe schoolgebouw is zeer goed inge- richt. " Uit de gemeenterekeningen van
1817 en volgende jaren blijkt dat de gemeente Zeist jaarlijks ƒ25,' beschikbaar stelde voor aanmoedigingsprijzen voor de
jeugd. Het aantal leerlingen dat tot 1817 meestal rond de vijftig lag ging drastisch stijgen. In 1820 waren er meer dan honderd scho- lieren. Het jaarverslag van de schoolopziener over 1828 meldt een gemiddeld aantal van zestig jongens en vijftig meisjes. Behalve Simon de Meijere, on-
derwijzer van de 4e rang, was ook zijn zoon Simon Gerardus als ondermeester werkzaam in de 4e rang. Het door de schoolopziener gewenste onbekrompen bestaan had De Meijere in 1828 ruim- schoots bereikt. Uit het jaarver- |
slag van de schoolopziener blijkt,
dat het salaris van de schoolmees- ter in Zeist toen ƒ650,- bedroeg, terwijl alle overige salarissen in het district tussen de ƒ180,- en ƒ575,- lagen. Dat hield uiteraard verband met
het grote aantal leerlingen en de daaruit ontvangen schoolgelden, waarvan de schoolmeester 10% ontving. Naast de viermaandelijkse en de
jaarlijkse verslagen van de schoolopziener is er ook een ver- slag uit 1836 van de hoofdinspec- teur mr. H. Wijnbeek dat ons een beeld geeft van zijn indrukken over de dorpsschool in Zeist. Behalve de eerder genoemde be-
zwaren tegen de te kleine school geeft hij de volgende impressie over meester De Meijere: "De onderwijzer, S. de Meijere, is niet vrij te pleiten van pedanterie. Hij is anders een vrij goed onder- wijzer Hij leerde tamelijk goed |
|||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||||
f lezen, logisch en taalkundig ontle-
den, schrijven, zingen en rekenen. Het grootste gebrek bestond hierin, dat hij de kunst niet ver- stond om alle leerlingen gelijktijdig nuttig bezig te houden. Vandaar dat er geen genoegzame stilte heerschte en gevolgelijk de vorde- ringen niet zo groot waren als zij anders zouden zijn." Er waren ongeveer tweehonderd leerlingen weten we uit zijn eerder gedane mededeling over de te kleine school. Met het klimmen der jaren werd
het er niet gemakkelijker op voor de schoolmeester. Op 10 oktober 1842 schreef de schoolopziener: § "De Meijere blijft zich door welle- vendheid en ijver onderscheiden. In jaren toenemende verminderen daarentegen zijn krachten en ' helderheid bij het verkenen van onderwijs begint te ontbreken. De
: leestoon was dromerig. De vorde- ringen in schrijven en lezen vol- i doende" |
|||||||||||||
Toch moest hij nog tien jaar
doorgaan. Op 4 maart 1852 stond er in het rapport van de schoolopziener: "Het onderwijs in de dorpsschool alhier laat nog steeds te wensen over. Schoon het den bejaarden onderwijzer en zijn zoon, die hem als ondermeester behulpzaam is niet aan ijver ontbreekt, schijnen hunne krachten toch niet toerei- kend voor het onderwijs eener zo talrijke jeugd". Op 16 augustus 1852 hield de
gemeenteraad van Zeist zich bezig met een voorstel van de commissie van plaatselijk toezicht op de scholen nopens de toekenning van pensioen aan de dorps- onderwijzer alhier en het hem ver- schaffen van een vrije woning. De notulen geven daarvan het
volgende verslag: "De raad acht het in het belang van de ingezetenen zeer doelmatig dat de onderwijzer een man van f hooge jaren, eervol uit zijn betrek- |
■ king wordt ontslagen en besluit
dat zulks tegen den Ie januari 1853 zal plaatsvinden, doch . verklaart zich bepaald tegen het ., geven van pensioen en vrije wo- i ning; verder wordt bepaald boven- " vermelde commissie aan te schrij- ven een nader voorstel, met $ minder bezwaren voor de ge- meente aan de raad te doen in welk voorstel zal behoren te zijn opgenomen: 1} dat met cijfers blijke dat de
nieuw te benoemen onderwijzer met afzondering van een gedeelte van zijn tractement ten behoeve van de ontslagen meester vol- doende middelen van bestaan heeft; 2) dat de ontslagen onderwijzer in
het genot van een gedeelte van het tractement van de nieuw te be- noemen onderwijzer, met bijvoe- ging van zijne emolumenten als koster, stovenzetter, klokluider en aanspreken een burgerlijk bestaan blijft behouden. |
||||||||||||
ffÊ
|
|||||||||||||
Seijst
1999-11
|
|||||||||||||
OPENBAAR LACERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||||
Het voorstel van de plaatselijke
commissie van toezicht bleef uit, maar wel kwam er een voorstel van de schoolopziener van het Ie district der provincie Utrecht, be- last met de waarneming van een gedeelte van het 3e district van 8 december 1853 betreffende het te geven ontslag aan de heer S. de Meijere met het volgende voorstel: 1. Om aan de onderwijzer een jaar-
lijks pensioen van ƒ200,- toe te kennen; 2. Om te bepalen dat aan de dorps-
school verbonden zouden zijn twee ondermeesters, één van de 2e en één van de 3 e rang, welke beiden van de nieuw te benoe- men onderwijzer kost en inwo- ning moesten ontvangen en waarvande eerste een bezoldi- ging van ƒ100,- van de onder- wijzer en de tweede een bezoldi- ging van ƒ80,- uit de gemeente- kas zou genieten. |
De schoolopziener verklaarde
zich mede bereid om wanneer het gemeentebestuur met dit voorstel akkoord ging, zoveel mogelijk mee te werken om de zoon van de heer De Meijere in de gelegenheid te stellen zich tot de taak van hoofd- onderwijzer te bekwamen. Hij was bereid er mee in te stemmen dat zoon Adriaan gedurende drie maanden met de waarneming zou worden belast ten einde een proef te nemen of hij met behulp van twee bekwame ondermeesters de nodige geschiktheid had om aan het hoofd van deze belangrijke school te staan. Hangende die tijd kon worden onderzocht of er ter- men bestonden om hetzij door een vergelijkend examen hetzij door dispensatie van hetzelve in de va- cature te voorzien. De gemeenteraad besloot op 13
december 1852 het besluit om geen pensioen toe te kennen in te trekken en zich te verenigen met |
||||||||||||
het voorstel van de
schoolopziener Hiermede was het
pensioen voor De Meijere sr gere- geld en de weg voor de benoeming van De Meijere jr. geplaveid. De Meijere overleed te Zeist op 24 januari 1862. De ambtenaar van de burgerlijke stand vermeldde als leeftijd: "oud bijna 79 jaar". ADRIAAN DE ME[|ERE. 1814 - 1863
Nadat zijn proeftijd als
waarnemend hoofd naar wens was verstre- ken kon de voorzitter in de raads- vergadering van 23 juni 1853 me- dedelen, dat de nodige dispensatie was verkregen om Adriaan de Meijere, geboren 19 april 1814 te Vuursche, zonder voorafgaand ver- gelijkend examen tot hoofdonder- wijzer van de Dorpsschool aan te stellen met ingang van 14 juli 1853 met een tractement van ƒ50,- per jaar plus vrije woning plus de gewone schoolgelden. De schoolopziener, die hieraan zijn |
|||||||||||||
Ni
|
|||||||||||||
OPENBAAR LACERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||||||||||
beter rivieren, bergen, steden enz-
op de kaart aan te wijzen dan voorheen. Dit vak gaat hier aanmerkelijk vooruit. In de middelste klasse werd door de gehele klasse geschreven op de maat. De schriften zagen er vrij goed uit. De hoogste klasse telt verscheiden
goede schrijvers. Vervolgens werden er bewijzen gegeven van de vorderingen der leerlingen in de vaderlandsche geschiedenis, het uitspreken van benoemde getallen in het nieuwe stelsel van maten en gewigten, in de taal, de getalleer en de aard- rijkskunde. Marsjal is een goed schoolhouder
Het rekenen geschiedde klassikaal en voldeed mij wel. In de laagste klasse lazen de kinderen reeds vrij duidelijk en in tamelijk goeden toon. Ook waren zij reeds aan het rekenen op het bord. Het verme- nigvuldigen ging wel. |
|||||||||||||||||||
medewerking had toegezegd was
bij zijn bezoek van 1 december 1854 nog niet erg enthousiast over de vcwxieringei^ van de leerlingen. In de middelste en de hoogste
klas kon het rekenonderwijs nog wel wat beter en in de laagste klas was er nog teveel gewoel en bewe- ging onder de kinderen. Het jaarverslag van de
schoolopziener over 1856 van het derde district der provincie Utrecht, ingeleverd bij de provin- ciale commissie van onderwijs in haar zomervergadering van 1857, sprak heel andere taal. Het is de moeite waard het in zijn geheel over te nemen: g Zeijst, 17 april 1857 Openbare school
Hoofdonderwijzer
A. de Meijere van de 2e rang
i e ondermeester
Marsial (Marchal LV) 2e rang
2e ondermeester
Leger 3 e rang
• kweekeling de Geest zonder rang. |
|||||||||||||||||||
Aantal jongens
en meisjes per klas
|
|||||||||||||||||||
250
|
|||||||||||||||||||
200
|
|||||||||||||||||||
Meisjes
''^•vJ5 Jongens |
|||||||||||||||||||
150
|
|||||||||||||||||||
100
|
|||||||||||||||||||
Laagste Middelste hoogste iQ^al
Klas Klas Klas ^. . . , INFOGRAPHIC FREDERIK RUYS
In de hoogste klasse was de
Meijere bezig met het onderwijs in de aardrijkskunde, hij behandelde Europa. De leerlingen wisten veel |
|||||||||||||||||||
beijst
1999-11
|
|||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||||
I De geest onder de schooljeugd is
6 zeer verbeterd ofschoon de school- ^; jeugd alhier niet tot de zachtste en f gemakkelijkste geacht wordt te I behoren. I
I De school is van een der matigste
I in den tijd van vier jaar, een der
beste van het district geworden."
Nadat Adriaan de Meijere in
1853 zijn vader was opgevolgd als hoofdonderwijzer aan de dorps- school bleef deze nog vijfjaar kos- ter en voorzanger in de hervormde kerk. Toen hij in 1858 de 75-jarige leeftijd had bereikt was het mo- ment aangebroken om ook deze werkzaamheden te beëindigen en aan zijn zoon over te dragen. Op 9 juni 1858 besloten burgemeester en wethouders gedeputeerde sta- ten van Utrecht gunstig te advise- ren op een verzoek van Adriaan de Meijere om hem toestemming te verlenen deze betrekkingen aan te nemen. |
|||||||||||||
Met het verzoek van De Meijere
om tussen 12 en 14 uur privaatles te mogen geven hadden burge- meester en wethouders meer moeite. Zij stelden dit op 30 okto- ber 1861 in handen van de ge- meenteraad ter afdoening. De raad besloot op 18 december 1861 hierop afwijzend te beschikken omdat dit nadelig zou werken op het openbaar onderwijs. In zijn jaarverslag over 1862 aan
de Schoolcommissie vroeg De Meijere voor de school een klok of pendule, waarvan de wijzerplaat zo groot was, dat men vanuit alle (drie) klassen daarop de juiste tijd kon zien. Het was hem namelijk gebleken, dat de tijd van een vak van onderwijs soms overschreden werd, omdat b.v. aan een lievelingsvak wel eens te veel tijd werd opgeofferd ten koste van de werkzaamheden van het daarop volgende uur. Het verzoek van de Meijere werd
|
|||||||||||||
door de Schoolcommissie overge-
nomen in het verslag aan de ge- meenteraad. In de vergadering van de gemeenteraad van 24 maart 1863, waarin werd herdacht dat de Meijere op 10 maart 1863 plotse- ling was overleden, werd het ver- slag van de Schoolcommissie be- handeld. Daarbij deelde de voorzitter
mede, dat jhr. Huydecoper van Zeist had toegezegd de gevraagde klok aan de gemeente te zullen schenken. Het is niet in de notu- len vermeld, maar het lijkt een posthuum eerbetoon aan De Meijere. Leo Visser
|
|||||||||||||
In het volgende bulletin, Seijst 1999-III,
verhaalt Leo Visser over de hoofdonderwijzers die van 1863 tot 1921 voor de klas stonden. |
|||||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAt
|
|||||||||||||
De joodse gemeenschap in Zeist
tijdens de donkere jaren |
|||||||||||||
verandering in; de gemeente
breidde zich enorm uit en ook jocidse mensen kwamen omwille van economische omstandighedent naar Zeist. Zo kocht een jonge on- dernemer Joseph Bannet, aange- trokken door de goedkope gron- den in de gemeente, een terrein achter 't Slot. Naarmate de jodenver\\:ilging ir!
Duitsland intensiveerde, kreeg ook de gemeente Zeist medio jaren dertig te maken met joodse 'vluch- telingen'. Hoewel deze groep zo'n 200 personen omvatte, kon men toch niet echt spreken van een joodse gemeenschap. Immers \'an een sociaal opvangnet voor hen in Zeist was geen sprake; bovendien |
|||||||||||||
Na jaren van onderzoek
verschijnt deze maand een bijzonder boek over het verzet in Zeist tijdens de Tweede Wereldoorlog van /]nnemiek Bal. tevens redacteur van '^^ Seyst. Op verzoek van de icf^ redactiecommissie heeft zij speciaal voor dit nummer een artikel samengesteld over de joodse gemeenschap voor en tijdens de oorlog in Zeist. |
|||||||||||||
f VOOU JOl)W
|
|||||||||||||
In het hegin \'an de jaren der
tig kende de gemeente Zeist geen joodse gemeenschap. Er woonden nauwelijks joodse men- sen in Zeist; een enkeling die daar wel W(,x)nde was voor culturele en religieuze aangelegenheden aange- wezen op de joodse gemeente in de stad Utrecht of Amersfoort. In de loop \'an de jaren dertig kwam daar |
|||||||||||||
beipt
If99-Ii
|
|||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
|||||||||||
beheerste het overgrote deel van
hen de Nederlandse taal niet. Zij leefden min of meer geïsoleerd. Door het oorlogsgeweld kwa-
men er in '40 ook joodse mensen uit Den Haag en Rotterdam naar Zeist. Zo verhuisden de Rotterdamse textielhandelaar Elieser Namenwirth met zijn
schoonbroers Max en Jacques Monash en de Haagse textiel- handelaar Hans Jacob Meyer 'naar de provincie' met hun gezinnen. Meyer haalde naast zijn eigen ouders ook vrienden naar de Regentesselaan in Zeist. Zowel Namenwirth als Meyer
kwamen oorspronkelijk uit Ham- burg. Elieser Namenwirth was de zoon van een rabbijn. In Rotter- dam sloot Elieser Namenwirth zich aan bij de zionistische bewe- ging en in Zeist werd hij plaatselijk vertegenwoordiger van de Joodse Raad. Nadat culturele bijeenkom- sten voor joden verboden waren, organiseerden de Namenwirths |
|||||||||||
voor hun vrienden dikwijls muzi-
kale avondjes in huiselijke kring. Een kleine joodse gemeenschap? In '41 woonden er in Zeist dus
zowel joden met een Nederlandse nationaliteit als joden met een Duitse nationaliteit, vluchtelin- gen. Na februari '41 verstrekt de gemeente geen verblijfsvergunnin- gen meer aan hen. In mei '41 ver- schenen in Zeist de eerste zeer discriminerende anti-Semitische leuzen: ^Voor Joden verboden\ en ^Jo- den niet gewenscht'. Ze werden uit het openbare leven gestoten: een joodse leraar Nederlands werd ont- slagen. Dr. Bendien, een arts die in Zeist de allerarmsteri in zijn prak- tijk aan de Boulevard verzorgt, is toevallig van joodse afkomst. Zijn praktijk wordt door een andere arts overgenomen. In november '41 moest de ge-
meente aan Rijksinspectie van be- volkingsregisters in Den Haag op- gave doen van het aantal 'joodse |
|||||||||||
Elieser Namenwirth, vluchtte in 1940
voor het oorlogsgeweld uit Rotterdam en werd in Zeist Plaatselijk vertegenwoor- diger van de Joodse Raad. |
|||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
|||||||||
gezinshoofden' woonachtig in
Zeist, ongeacht hun nationaliteit. Er woonden toen bij benadering 175 personen van joodse bloede in de gemeente. Diezelfde maand ver- loren de joodse vluchtelingen uit Duitsland hun nationaliteit. Zij kregen een aantekening in het be- volkingsregister 'statenloos'. In de periode die daarop volgde, werden hun telefoonaansluitingen opge- heven en de 'Schutzendivisenkom- mando' zag erop toe dat goederen van waarde, aandelen, deviezen en juwelen ingeleverd werden bij de Amsterdamse bank Lipmann & Rosenthal. In mei '42 werden joden ver-
plicht een ster op de overkleding te dragen. Namenwirth, plaatselijk vertegenwoordiger van de Joodse Raad in Zeist had vanuit Amster- dam de boodschap meegekregen de ster 'met trots' te dragen. Zijn kin- deren delen de ster uit tegen beta- ling van 10 cent. Zijn vrouw, opti- mistisch van aard, had de stille |
hoop dat met een aantal maanden
de vervolging voorbij zou zijn. In de zomer van '42 kregen alle
joodse gezinshoofden, nederlan- ders en statenlozen, een brief van de Zentrallstelle om zich aan te melden voor 'vrijwillige emigratie'. Joden kregen in Amsterdam een nieuwe woning aangewezen in een daartoe bestemd stadsdeel. De be- zetter wilde de joodse groep zoveel mogelijk isoleren om de uiteinde- lijk wegvoering, de deportatie, zo onopvallend mogelijk te laten plaatsvinden. Een groot aantal joodse mannen
en vrouwen, bijvoorbeeld alleen- staanden en bejaarden die opzagen tegen een onzekere tijd van onder- duiken, gaven gehoor aan de op- roep. Diegenen in Zeist die geen ge-
hoor gaven aan de oproep, zo ook gezinnen met kinderen, werden op 19 augustus '42 het slachtoffer van een razzia. De dag daarvoor had er een grote razzia plaatsgevonden in |
||||||||
Utrecht. Op 19 augustus werd
huiszoeking gedaan op 49 adressen in Zeist waar joodse mannen en vrouwen ingeschreven stonden. In tegenstelling tot Utrecht werden in Zeist Duits-joodse vluchtelin- gen en Nederlandse joden tegelij- kertijd weggevoerd. De bestem- ming was Amsterdam. De 'Hausraterfassung' ontfermde zich over hun meubilair. Onder de 58 weggevoerden bevonden zich veelal bejaarde mensen en alleen- staanden. 'Evacuatie' staat op de lijst genoteerd: in werkelijkheid werden zij gedeporteerd. Via Amsterdam werden kwa-
men ze terecht in Westerbork en |
|||||||||
jeijst
I §99-11
|
|||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
|||||||||||
vervolgens in de concentratie-
kampen in Duitsland en Polen. Wie de financiële middelen, de
relaties en moed had, koos een andere reisbestemming. Zo verlie- ten de ouders van Hans Jakob Meyer, Zeist op de 19''"; zij reisden via Amsterdam naar België. In '43 trachtten zij naar naar Zwitserland te ontkomen, ze werden aange- houden aan de Zwitserse grens en alsnog naar een concentratiekamp gestuurd. Het reizen was voor joden ver-
boden: dit werd de familie van Joseph Bannet noodlottig. Hoewel hun adres niet op de 'evacuatie- lijst' van 19 augustus stond, waren zij uit voorzorg ondergedoken bij hun vrienden Jurriaan en Kitty Stork aan de Charlotte de Bourbonlaan. Stork had relaties in Zweden; enkele jaren daarvoor wa- ren de Bannets in Zweden met vakantie geweest. De Bannets wil- den naar Zweden onvluchten: in |
|||||||||||
de vroege ochtend van de ZO'""
augustus gingen zij bepakt en bezakt per taxi naar station Amersfoort waar zij de trein naar Groningen namen. Voor de over- tocht naar Zweden moest Bannet 7000 gulden betalen. Op het sta- tion in Groningen, werd de familie opgewacht door een Schutzendivisenkommando. Er-
gens, bij het organiseren van de reis werd de familie verraden. De familie en hun begeleider werden opgepakt en gedeporteerd. De joden die naar Amsterdam
'geëvacueerd' waren, stonden voor de keuze: of de deportatie afwach- ten of maatregelen treffen om on- der te duiken. Joseph Namenwirth, die in september '42 met zijn gezin naar Amsterdam verhuisd was, kon dankzij de be- middeling van onderwijzer Anton Lingeman samen met zijn vrouw en kinderen in Zeist onderduiken. Kinderen laten onderduiken hield |
|||||||||||
een groot risico in; de eigenaresses
van het kindertehuis Zonneschijn aan de Oranje Nassaulaan waren bereid om deze joodse kinderen op te nemen. Terwijl de laatste oproepen van
de Zentrallstelle door de brieven- bussen van 'joodse adressen' in Zeist vielen, zochten de vervolg- den onderduikadressen. De vele pensions die Zeist rijk was, boden vaak een eerste onderkomen voor joden uit de grote steden uit het westen van het land. De Zentrallstelle controleerde
in september '42 opnieuw of alle adressen in Zeist 'geëvacueerd' wa- ren. Ditmaal werd het verzoek van de Zentrallstelle via de Commissa- ris van de Provincie, mr. W.B. Engelbrecht aan burgemeester mr W.A. J. Visser gestuurd. Er moest een lijst opgemaakt worden in de Duitse taal met een opgave van de joodse gezinshoofden, namen van partners en minderjarigen, hun |
|||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
||||||||||
1999-11
|
||||||||||
nationaliteit en geloofsovertui-
ging. De lijst werd enkele dagen na ontvangst opgestuurd aan de Commissaris van Provincie. Een groep van vier medewerkers
op het gemeentehuis, Jan Schep, Peter v.d, WerfF, Guus van Tellin- gen en Wim Walraven trokken zich het lot van deze mensen aan. Zij haalden op verzoek namen van joden van de lijst en voorzagen hen van een nieuwe identiteit. Echter, ook zij konden alleen die mensen helpen, die ook daadwer- kelijk om hulp vroegen. Zij die ófgeen middelen, óf geen
relaties om voor onbepaalde tijd onder te duiken hadden, werden via Amsterdam gedeporteerd. Tot in november stuurde de Zentrallstelle brieven naar de be- wuste adressen, om de bewoners uit 'provincie' weg te krijgen, In Zeist bleven alleen 'legaal' joden achter die gehuwd waren met een zogenaamde 'arische' partner |
||||||||||
In april '43 werd m de kranten
aangekondigd dat het voor joden verboden was zich nog langer op te houden in de provincie Utrecht en dat personen die joden helpen onderduiken zich zouden bloot- stellen aan strafrechterlijke ver- volging, In de periode april '43 tot juli '43 werden in Zeist 14 joden op onderduikadressen verraden. De arrestaties waren het werk van po- litieman Evert Cornelis Drost, een verbitterde NSB'er die voor elk 'succes' een premie ontving van de Sicherheitsdienst in Amsterdam, Eind mei deed Drost huiszoe-
king op een adres aan de Oranje Nassaulaan waar een gezin onder- dak verleende aan een joods gezin en een kindermeisje. Het joodse gezin kon niet op tijd in de schuil- plaats kruipen. De eigenaar van het huis en het joodse kinder- meisje wel, maar de schuilplaats werd door Drost ontdekt. Omdat Drost geen licht bij zich had kon |
||||||||||
De kinderen Bannet in 1937, vijf jaar
voor hun noodlottie deportatie. |
||||||||||
)eij.st
1999-1!
|
|||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
|||||||||||
gearresteerd werden, niet allen in-
geschreven stonden in de ge- meente. De 14 joodse onderduikers die
door Cornelis Evert Drost in de periode van april '43 tot juli '43 in Zeist en omgeving werden gearres- teerd, kwamen allen om in de con- centratiekampen. Huiseigenaren echter, die betrokken waren bij de arrestaties konden na de oorlog tegen hem getuigen. Cornelis Evert Drost werd ter dood veroor- deeld en als één van de weinigen aan wie door de Koningin geen gratie werd verleend, in 1948 te- rechtgesteld voor zijn daden. Annemiek Bal
BRONNEN
Het Zeister verzet, de gemeente Zeist in de
bezettingstijd. Dit boek, uitgegeven door de Historische Uitgeverij Rotterdam, ligt bij uw boekhandel en is verkrijgbaar voor de prijs van ƒ32,50. ISBN nr. 90-73714-37-0 |
|||||||||||
waren beter beschermd. In juni '43
probeerde het politiekorps de ver- rader uit Zeist weg te jagen. In overleg met waarnemend commis- saris van politie, G. Goorhuis, werd er door het verzet een over- val gepleegd om Drost 'zogenaamd' dood te schieten. Ter camouflage werden twee Gero-medewerkers opgepakt. Uiteindelijk werd Drost in juli '43 overgeplaatst naar het korps in Groningen. Bij benadering werden in totaal
175 personen, Nederlandse joden en joodse vluchtelingen uit Duits- land, in Zeist vervolgd. Op basis van de lijst van september '42, waarin 158 namen staan geno- teerd, kwamen volgens de aante- keningen in het In Memoriam 45 personen om in de concentratie- kampen. Dat is meer dan 25% op het totaal aantal ingeschreven. Het werkelijk aantal slachtoffers in Zeist lag echter veel hoger om- dat de personen die op 19 augustus |
|||||||||||
hij niet zien of er mensen in de
schuilplaats zaten. Hij ging weg om een lucifer te halen. De eigenaar van het huis en het joodse kinder- meisje kropen uit de schuilplaats de dakgoot in. Daar lagen ze twee uur lang in de stromende regen terwijl ze lijdzaam moesten toezien hoe het joodse gezin werd wegge- voerd. Op 11 juni deed Drost huiszoe-
king op een pensionadres aan de Wilhelminalaan- Stadhouderslaan. Vijf joodse kinderen konden niet meer op tijd worden gered. Joden die in pensions waren ondergedo- ken en zij die op straat werden aangehouden met een vervalst per- soonsbewijs, waren het meest kwetsbaar. Zij werden alsnog opge- pakt en via Amsterdam gedepor- teerd naar Westerbork en de con- centratiekampen in Duitsland en Polen. Diegenen die een nieuwe identiteit hadden gekregen en een nieuw persoonsbewijs via de afde- ling bevolking van de gemeente |
|||||||||||
„Seijsl
1999-11
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
DE JOODSE GEMEENSCHAP, ANNEMIEK BAL
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
Gewone ambtenaar rots in branding
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
Utrechts Nieuwsblad,
4 mei 1999 |
||||||||||||||||||||||||||||||||
de kerken: pastoor Overmaat was
een rots in de branding. Hij moest dat bekopen met deportatie naar Dachau. Bij de hervormden nam ds. Lugtigheid het voortouw, bij de gereformeerden jonge studenten als Piet Coumou (verspreider van IVouw) en Bert van de Beek (hij plaatste een illegale zender in de nok van de Oosterkerk). Dr. Van Lidth de Jeude (vadervan de huidige burgemeester van De- venter) leidde het artsenverzet in Zeist, dedrogisten Spaarkogel, Ro- by en Van Millingen en juwelier Van Stempvoort het midden- standsverzet. |
||||||||||||||||||||||||||||||||
Door Bert van NIeuwenhuiien
Zeist Vierenvijftig jaar na de bevrijding
ligt een boek persklaar over Zeist in de bezettingstijd. Preciezer over het verzet in Zeist in de oor- logsjaren '40-'45. Was Zeist hel NSB-dorp waarvoor menigeen hetheeftgehouden ?Warendege- nen die zich na de bevrijding op- wierpen als verzetsmensen wel de echte belden ? Anncmiek Bal (34), telg uit een bekend Zeister geslacht van industriëlen, heeft de a^elopen jaren vele tientallen gesprekken met oudere Zelstena- ren gevoerd, en onderzoek ge- pleegd. Het resultaat is hel lijvige boekwerk 'Zeist in verzet'. Het komt volgende week uil. Waarom zet een jonge historica
zich na ruim een halve eeuw nog aan zo'n boek ? „Omdat het in een lacune voorziet.
Er is al wel veel over Zeist geschre- ven, maar de periode van de IWee- de Wereldoorlog is nog een blinde vlek. Er is althans niet in samen- hang overgeschreven, En het intri- geerde me gewoon eils Zetsterse. Via intensieve gesprekken met veel mensen die het zelf nog hebben meegemaakt werd die periode steeds boeiender, en kwamen steeds meer stukjes van de puzzel op z'n plaats." Annemiek Bal wil oordelen noch
veroordelen. „Demensen moeten, na lezing van het boek. hun eigen mening maar vormen." Het algemene beeld dat oprijst uit het boek is dat Zeist zekergeen uit- gesproken NSB-gemeente is ge- weest. Dat etiket kreeg Zeist onder anderedoordat het beruchte NS8- kopstuk Van Geelkerken Zeiste- naar was. Wie het - nauwkeurig beschrij-
vende en inderdaad nergens oor- delende ~ boek leest komt tot de volgende rode draad: bij gemeente en politie handelde de fop dubieus, maar de 'gewone' ambtenaren kweten zicti niet zelden bovennor- |
||||||||||||||||||||||||||||||||
Utrechts Nieuwsblad,
17 april 1999 |
||||||||||||||||||||||||||||||||
Documentairefilm over
Stichtse Lustwarande |
||||||||||||||||||||||||||||||||
Het idee om de Siichtse Lustwa-
rande in de oorspronkelijke staat terug te brengen ontstond in 1997, tijdens de Week van het Land- schap. Het Utrechts Landschap in- ventariseerde hoeveel natuur en cultuur van de historisclie buiten- plaatsen bewaard waren gebleven en \vaar de kansen liggen om hel unieke karakter te hersleücn. Hel Zeister Historisch Genootschap- Van de Poii Stichting sprong hier- op tn mei hel plan lol een docu- mentairefiltnoverdeStichtse Lust- warande. |aap van Zonen, coördi- nator van de audiovisuele collectie van Van de Potl Stichting, kwam mei dit idee. De in Zeist gevestigde verzekeraar
BDV draagt een ton bij aan de pro- ductiekosten van de film. Hel wordt een twintig minuten duren- de documentaire die een aardig sfeerbeeld geeft van de buiten- plaatsen, ver^^Ticht Droog, De buitenhuizen van de Stichtse Lustwarande werden door de rij- ken uitUtrechten Amsterdam aan- gelegd op, zoals Droog het noemt, 'wcekeindeafstand'. In de week- einden trokken de gcfortuneerden de atod uit nuur de buitenhuizen. Droog: „De huizen werden als pronkjuweel in de natuur nceigc- zet, meestal op een heuvel in de tuin, te midden van slingereiide waterpartijen," Droog filmt op lo- catie en laat bewoners plekken aanwijzen. Ook maakt ze gebruik van foto's uit het bezit van bewn- |
cumentaire andere betrokkenen
aan het woord, zoals lundsthaps- architect Michac! van Gesse!, Rijksdienst voor de Monumenten- zorg-deskundige Catharina van Groningen, boswachter AaJt van den Hoorn, waarschijnlijk beheer- der René Waan ders van het Utrechts Landschap en de Biltse wethouder Maria Limboi^h-van der Houven (landschapsbeleid). Droog werkt samen met een came ra- en geluidBman. ,.Een kteiii ploegje, dat is we! prettig voor de bewoners. Ze moeten een beetje in de huiskamersfeer kunien," aldus De renaissance van de Stichtse
Lustwarande moet over een half- jaarklaarzijn, Defilm wordt gepre- senteerd bij het tienjarige bestaan van DBV,in november. DBV spon- sort de Sim omdat het rekent op ecngoedeuilsimïingop belbedrijf. Dat DBV affectie heeft met de his- torie is al gebleken uit de restaura- tie van Huize Scbaerweijde, zegt Droog. In dit wille pand aan de Utrechtseweg in Zeist, een voor- malig buitenhuis, is DBV zelf ge- huisvest. Droog voigde na haar studie cultu-
rele antropologie een opleidingan- tropologische documentaires aan de Universiteit van Amsterdam. Ze maakte eerder ondei' meer films over de leefomstandigheden van lapijtwevers in Nepal, mitieube- CnsiaRlcaen.in |
|||||||||||||||||||||||||||||||
IBen bijdrage aan het herstel van
de Stichtse Lustwarande in deou- de luister. Met dcie gedachte be- gint documcntairemaakslerMar- jolijn Droog uil Zeist aan de 6Ini De renaissance van de SUchtse lustwarande. Morgen onderte- kenen initiaiiefnemers het Zeis- tor Historisch Genootschap en het Utrechts Lundüchap in Slot Zeist het conlract met sponsor DHVVerzekeringen voorde film. Producent e Droog, van het bedrijf
Diepe Gronden, heeft zoveel mo- gelijk bewoners van de buitenhui- zen tussen De Billen Rheneii bena- derd, „Alleen als ze zelf mee wiiien werken aan de opnames op hun landgoed ga ik erheen. Wanneer mensen uil privacy-overwegingen geen fiJmploeg binnenlaten res- pecteer ik dat," zegt ze. Tot nu toe heeft Droog twintig van de zestig buitenplaatsen geselec- teerd voor de film. Bij de keuze speelt ook de staat mee waarin de landgoederen verkeren, ,.We wil- len een idee geven hoe hel is ge- weest," aldus Droog, Van de zestig landgoederen die van eind 17e tot het begin van dezeeeuw zijn aange- legd, resteert Jn hel beste geval de oorspronkelijke situatie. Vee! landgoederen zijn echter net voor, tijdens of na de oorlog veranderd. Door brand, bombardementeïi. |
||||||||||||||||||||||||||||||||
De intocht van de Canadezen in Zeist, op nuandag 7 met 1945. Via de IWeede Dorpsstraat
Rond. De foto is de omslag van het boek. (Foto Van de Poll-Stichting) |
||||||||||||||||||||||||||||||||
maal van hun vaderlandse plicht.
Stevige verzetsmensen als Slem de Man (hij torent als commandanter recht bovenuit). Jan Schep, Peter van der Werff, Wim Walraven en Cor van Rijkom waren recht- streeks afkom stig u it het gemeente- lijk apparaat; ze gingen tol hel ui- terste in hun positie om mensen te waarschuwen en te redden. Cor van Rijkom deed dat samen met zijn broers (os en Wim. Bij de poli- tie stonden mensen ais Goorhuis. Ter Voorde en Vizcc hun mannetje Discutabel
De houding van commissaris Krui-
zinga was discutabel, al werd hij na deoorlog wei gezuiverd. Dalzelfde kan worden gezegd van burge- meester Visser, een 'burgeineesier inoorlogsfijd'indespreekwoord 1.'- |
||||||||||||||||||||||||||||||||
lijke zin. Visser was geen NSB-er
en niet pro-Duits, Getrouwd met een telg uit het geslacht De Geer - familie van de foute oorlogspre- miqr De Geer- ontpopte Visser zich echter ook niet tot opentijk verzetsman. Hij collecteerde met zijn vrouw voor de Duitse organi- satie Winterhulp, woonde feesten met NSB-kopstukken bij, en las hetNSB-dagblad 'Volk en Vader- land'. Achter de schermen pro- beert hij door de bezetter opgeleg- de maatregelen wel te ontwijken, maareen lijst mcl namen en adres- sen van joodse medeburgers levert hij opafroep in vijfvoud bij de Duit- sers in. Visser handelde, zoals zoveel be-
stuurders in die tijd, 'om erger Ie voorkomen'. Hij sicmde in met de benoeming
|
van de NSB-er V:
loco-burgemeeste een soort NSB-e nogwel te praten houder Lammerts onmiddeiijk ont; nietsamentewert raadslid Schepsh gedrongen op hel bestuur in de illi was een van de > ders die hadder Ariër-verklaring t DcZcisterholel;
gi herbergden Uu waren hel toncelv van de bezetter Hoogland respect ren nicl pro-Dui zich aan aan de b( zetter. Duidelijk verhel
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
beijst
1999-1!
|
||||||||||||
DE STICHTING VAN EEN OPTICA-FABRIEK, NICO VLAK
|
||||||||||||
Een Middelburgse
|
||||||||||||
Caroline Bleeker behoort tot een
van de eerste geëmancipeerde vrouwen uit onze plaatselijke geschiedenis. Als jonge fysica startte ze vroeg een eigen ad- viesbureau op om enkele jaren na de WOU een opticafabriek aan de Thorbeckelaan te ope- nen. Een jongste dochter uit een
predikantengezin werd in het begin van deze eeuw niet geacht te studeren. Zij be- hoorde thuis in de huishouding te blijven werken. Caroline Emilie ('Lily') Bleeker
(geb. 1897) wilde echter niets lie- ver dan doorleren. Zij ging daarom naar de HBS en in 1916 'uit verve- ling' in Utrecht wiskunde stude- ren. Later gaf zij les aan een meisjesschool om haar astrono- mie-studie te kunnen betalen. |
||||||||||||
Volgens haarzelf was dat geen suc-
ces, want "ik was geloof ik te jong." Zij stapte daarom over op het geven van bijlessen. Daarnaast werkte zij vanaf 1919 op de sterrenwacht Sonnenburgh en als assistente in het physisch labora- torium aan de Bijlhouwerstraat. Op 5 november 1926 promo-
veerde zij cum laude op het proef- schrift: 'Emissie- en dispersie-metin- gen in de seriesspectra der alkaliën'. Vervolgens begon Lily opnieuw werk te zoeken. Ondanks een aan- beveling van haar promotor Ornstein lukte het haar niet een baan te krijgen bij het KNMI. Daarom nam zij het heft in eigen hand en begon een natuurkundig adviesbureau. In 1930 gaf zij aan bedrijven en wetenschappelijke la- boratoria adviezen op het gebied van fysica en fysische instrumen- |
||||||||||||
ten.
Haar wetenschappelijk advies-
bureau was misschien wel het eer- ste in Nederland en inspireerde de Utrechtse chemicus H.R. Kruyt tot de oprichting van de Neder- landse centrale organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappe- lijk Onderzoek in 1932. In 1933 werd een toeleverings-
bedrijfje voor laboratoria, waar in serie wetenschappelijke apparaten werden vervaardigd, zoals gal- vanometers, precisieweerstanden en schuifweerstanden, gevestigd op de Korte Nieuwstraat 13. Ze had één jongen in dienst. Toch ging het goed met het bedrijf en door uitbreiding ontstond een labyrinth van panden, die door de tuinen met elkaar verbonden wa- ren. Drie jaar later had het bedrijf al 25 werknemers. |
||||||||||||
Seijst
|
|||||||||||||
DE STICHTING VAN EEN OPTICA-FABRIEK, NICO VLAK
|
|||||||||||||
natuurkundige in Zeist
|
|||||||||||||
voort onder de naam
Nerderlandse Optiek- en Instru- menten fabriek Dr. CE. Bleeker (Nedoptifa). In dat zelfde jaar werd begonnen met de produktie van een serie van 6 x 24 prismakij- kers voor het Nederlandse leger. Tijdens de Tweede Wereldoorlog
leverde zij ook kijkers aan het ver- zet en herbergde het bedrijf onder- duikers. Na een inval begin 1944 moest
het echtpaar zelf onderduiken bij een arts, die aan het broederplein woonde. In 1945, toen er geen middelen uit het bedrijf beschik- baar waren, betaalde zij het salaris van het overgebleven personeel uit eigen zak. Waarschijnlijk vanwege haar
standvastige houding tijdens de oorlog kreeg zij van de Neder- landse regering een herstelkrediet |
|||||||||||||
om een nieuwe fabriek te vestigen.
Bovendien plaatste het leger ver- schillende orders. Niettemin kreeg het bedrijf al snel te maken met concurrentie van goedkope Japanse apparatuur. Aan de Thorbeckelaan, toen
nog landelijk gebied, werd een nieuwe fabriek gebouwd. Minister in 't Veld (economische zaken) verrichtte op 18 november 1949 de opening. In Zeist leidde zij net als in
Utrecht zelfhaat personeel op. Zo- doende kon zij de vaardigheden ontwikkelen waaraan in het be- drijf de meeste behoefte bestond. Voor meer algemeen vormend on- derwijs werd later een leraar van het lyceum in Zeist aangetrokken. Zelf doceerde ze onder meer alge- bra en meetkunde. De band tussen werknemers en bedrijf werd op |
|||||||||||||
Caroline Bleeker in haar atelier.
Door haar vriend professor
Zernike gestimuleerd en financieel gesteund, besloot zij in 1937 het bedrijf uit te breiden met een afde- ling waar optische apparatuur werd geproduceerd, een novum voor ons land. In 1939 zette zij het bedrijf met
haar levensgezel Gerard Willemse |
|||||||||||||
Seijst
1999-11
|
|||||||||||||
EEN VERGETEN CABARETLIEDJE, JACK VD DIKKENBERG
|
|||||||||||||
deze manier zeer intensief. Er von-
den met de werknemers ook ontspannings- en culturele activi- teiten plaats. Tegelijkertijd bleef er natuurlijk distantie bestaan, want dr. Bleeker was wel degelijk de baas. Tussen 1945 en 1955 groeide de
personeelsomvang tot ruim 150 mensen. De fabriek van Caroline Bleeker was de eerste ter wereld, die complete asecontrastmicros- copen maakte. Dit was mogelijk door de nauwe samenwerking met professor Frits Zernike, de uitvin- der van dit instrument. Deze hoogleraar te Groningen kreeg in 1953 de Nobelprijs voor Natuur- kunde. Samen met Caroline Bleeker werd aan Zernike in 1962 een octrooi toegewezen. In 1953 werd in het bedrijf ge-
vierd dat Caroline Bleeker 25 jaar tevoren was gepromoveerd. Tij- dens de feestredens werd gerefe- reerd aan de verhouding tussen de sexen die zij enigszins in even- wicht probeerde te brengen door |
|||||||||||||
opleiding en arbeidsplaatsen voor
vrouwen van verschillende ont- wikkeling. Wij zouden haar nu een geëmancipeerde vrouw noemen. Caroline Bleeker hoopte dat de verhouding tussen de mannelijke en vrouwelijke werknemers in de toekomst half om half zou zijn. In de eerste helft van de jaren 60
ging het economisch slecht met de optica-fabriek. De directrice kon slecht overweg met vakbonden. Door het uitblijven bij de tijd pas- sende salarisverhogingen konden specialisten weggekocht worden door grote bedrijven. In 1963 trad Caroline Bleeker af als directrice, mede omdat het werk haar licha- melijk te zwaar werd. Het bedrijf werd uiteindelijk overgenomen door de 'Oude Delft' in Delft. Op 1 maart 1978 werd de fabriek in Zeist gesloten. Haar oprichtster overleed zeven jaar later. Nico Vlak
|
|||||||||||||
Een vergeten
Uit de jaren vijftig herinneren wij ons
nog wel "de grote drie" van het Ne- derlandse cabaret: Wlm Kan. Wlm Sonneveld en Toon Hermans en de tek- sten van /]nnle M.Q. Schmldt, maar er was zoveel meer talent. Waaronder Paul van Wely. |
|||||||||||||
In het Utrechts Studenten
Cabaret bijvoorbeeld dat tus sen 1951 en 1955 actief was. Tekstschrijver, componist en pia- nist bij dit gezelschap was Paul van Wely. Na zijn studententijd werd hij huisarts in Eindhoven en zijn teksten zijn nu vrijwel vergeten, maar er is één gedichtje over Zeist dat ik bij deze graag aan de verge- telheid wil ontrukken. |
|||||||||||||
Seijst
1999-11
|
|||||||||||||||
EEN VERGETEN CABARETLIEDJE, JACK VD DIKKENBERC
|
|||||||||||||||
cabaretliedje
|
|||||||||||||||
'k Zie die meneer met 'n haastig pasje.
Die jaar en dag naar Utrecht reist,
Half negen 's morgens
met zn hoedje en z'n jasje
Vier sneetjes brood
in een papiertje in z'n tasje,
Da's op en top Zeist.
Waar elke taartjeszaak 'maisorï heet,
Waar iedereen de ander kent. Daar waar een kamer nog 'salon heet En waar f al heel gauw iemand bent. Daar aan de Stiehtse lustwarande Waar 'n visboer leurt met zalm en kreeft, - Want mossels zijn er contrabande - Waar rustend Holland zit en leeft! Waar met veel ring- en snoergefkmker
't Publiek zich in de schouwburg zet.
Waar men alleen maar
durft te lachen in het donker
Om 't Hemelbed.
Het dorp waar adellijke stellen
Staan op der kunstkring ledenlijst,
Waar kunst is synoniem
met lakschoenen die knellen
En waar z elkaar de laatste mesalliance
vertellen.
Datheb je inZeist.
|
|||||||||||||||
Paul van Wely, Dal heb je in Zeist
Daar aan de Stiehtse lustwarande
Vindt u de parel van het Sticht. Met veel maatsd-uippelijke standen Heeft men liet knusjes ingericht Elk huisje heeft er een garage, Elk huisje staat op eigen erf. Men lijdt er aan vitrage-rage En alles keurig in de verf. Daar zie je groengeverfde dames
En hier en daar 'n orangerie.
Daar zie je ouwe uit-de-tijdse doxmirières,
Passé définil
'k Heb bij die tuinbaas vaak gekeken,
In jarenlange dienst vergrijsd.
Die veel vertelt nog van zn freule
met Imar streken
En niet geërfd heeft dan
't geaffecteerde spreken.
Dat heb je in Zeist.
Veel lieden hebben daar de banen
Van makelaar en econoom. |
|||||||||||||||
Daar heten alle straten 'lanen',
Al staat er anderhalve boom. Een honderdtal oud-predikanten Rekt er het schamele bestaan. Dat zijn heus geen notansklanten, Maar wonen doen ze in een laan. 'k Zie al die huisjes keurig netjes
'Repos ailleurs'en 'Man abri', 'k Zie die mevrouwen, allemaal een beetje vetjes, Gekleed demier cril |
|||||||||||||||
m
|
|||||||||||||||
Seijst
i 999-11
|
||||||||||||
DE RENAISSANCE VAN DE STICHTSE LUSTWARANDE, JAAP VAN ZOONEN
|
||||||||||||
Nieuwe film in de maak
|
||||||||||||
boorte van de Stichtse Lust-
warande. De Stichtse Lustwarande is een gordel van landgoederen en buitenplaatsen langs de zuidwest- flank van de Utrechtse Heuvelrug, van De Bilt tot Rhenen. De Stichtse Lustwarande is zowel cul- tuur-historisch als landschappelijk een belangrijk onderdeel van de provincie Utrecht. Zeist neemt in de Lustwarande een centrale plaats in en wordt vaak De Parel van de Stichtse Lustwarande ge- noemd. Stichting Het Utrechts |
||||||||||||
Op vrijdag 16 april werden in
de Van de Poll-kamer in het Slot de kontrakten getekend voor de film "De Renaissance van de Stichtse Lustwarande". De Stichting Het
Utrechts Landschap heeft eerder tijdens de week van Het Landschap het start- schot gegeven voor de activiteiten die moeten leiden tot de Wederge- |
||||||||||||
Initiatiefnemer Jaap van Zoonen en
regisseur Marjolein Droog. Landschap heeft geïnventariseerd
hoeveel natuur en cultuur van de historische buitenplaatsen nog bewaard is gebleven en waar de kansen liggen om met een eigen- tijdse opvatting het unieke karak- ter van de Stichtse Lustwarande te herstellen. Inspringend op dit initiatief Links: B. Westra (DBV), V van der Burg
(Van de Poll-Stichting) en H. Lugtmeijer bij het ondertekenen van de contracten. |
||||||||||||
H^QH
|
||||||||||||
Seijst
1999-11
|
||||||||||||
DE RENAISSANCE VAN DE STICHTSE LUSTWARANDE, JAAP VAN ZOONEN
|
||||||||||||
heeft de commissie Audiovisuele
collecties van het Zeister Histo- risch Genootschap onder leiding van Jaap van Zoonen het plan ge- lanceerd om te komen tot een documentairefilm over de Stichtse Lustwarande. Deze videofilm wordt een informatief verhalende documentaire met als belangrijke onderdelen de 'oral history' van de bewoners van de buitenplaatsen in en rond Zeist, en de bijzondere symbiose van cultuur en natuur binnen de Stichtse Lustwarande. Het doel van de film is het bewust- maken van het belang van de Lustwarande bij een breed publiek, het verzamelen van oral history uit deze streek, en het ondersteu- nen van tentoonstellingen en le- zingen over dit onderwerp. Na vele maanden van inhoude-
lijk vooroverleg is er een sponsor gezocht en gevonden in DBV Ver- zekeringen. Dit bedrijf zetelt in de buitenplaats Schaerweijde in Zeist |
||||||||||||
en past daarom prima in het con-
cept van de film. Als regisseur voor het project is aangetrokken Marjolijn Droog, documentaire- maakster te Zeist. Marjolijn heeft al vaker voor de Van de Poll Stich- ting filmprojecten begeleidt. In de film zullen naast de
buitenplaatsen vele personen in beeld komen, o.a. Kitty van Gro- ningen (Rijksdienst Monumen- tenzorg) over de architectuur van de buitens; Michael van Gessel (tuinarchitect) over de tuin- ontwerpen van de buitens; de fa- milies Van Wageningen (Molenbosch) en Van Marwijk- Kooy (Vollenhove) over het leven op een buiten; Aalt van den Hoorn (boswachter) over het be- heer van Beerschoten; en verte- genwoordigers van Stichting Het Utrechts Landschap en Gemeen- tebesturen over het beleid voor de Lustwarande. Op 16 april was het dan zover;
de besturen van Stichting Het |
||||||||||||
Utrechts Landschap, DBV Verze-
keringen en het Zeister Historisch Genootschap kwamen ter gelegen- heid van de film bijelkaar in de Van de Pollkamer. De heren H. Lugtmeijer (rentmeester Utrechts Landschap). B. Westra (directeur DBV) en V van der Burg zetten hun handtekening onder de plannen voor de film en spraken lovende woorden over de samenwerking van onze organisaties en over de inzet van de medewer- kers. De opnames voor de film gebeuren in juni, in het najaar zal worden ge- monteerd. Het is de bedoeling dat
de film in november van dit jaar klaar is en in pre- mière gaat. We houden u op de hoogte.' Jaap van Zoonen
Voorzitter Vin der Burg felici-
teert de heer Westra bij het on- dertekenen van de contracten. |
||||||||||||
Seijst
1999-11
|
|||||||||||||||||||
EXCURSIE BUREN EN OMGEVING, ANNEMIEK BAL
|
|||||||||||||||||||
Excursie Buren en omgeving
|
|||||||||||||||||||
Op 6 mei organiseerde de
excursiecommissie het voorjaarsuitje van de stichting. De commissie koos de omgeving van Geldermalsen in de Betuwe als bestemming. Om 9.00 's ochtends vertrok een volle bus richting Buren. Het vestingstadje Buren heeft een rijke historie. In 1395 kreeg Buren stadsrechten en in 1498 werd Buren verheven tot graafschap. In 1551 trouwde Willem van Oranje |
|||||||||||||||||||
en na 1814 door koningen en ko-
ninginnen. De verbondenheid van de Oranjes met Buren is groot. In het oude raadhuis aan de Markt waar het museum 'Buren en Oranje' is gevestigd wordt mo- menteel een expositie over prinses Juliana gehouden. Topstuk van deze expositie is de in detail nage- maakte rijkskroon die op 30 april door de gemeente Buren aan prin- ses Juliana werd aangeboden. Het is een replica van de kroon die koning Willem II bij zijn inhuldi- ging in 1840 droeg. De echte |
|||||||||||||||||||
Op de boot over De Linge.
|
|||||||||||||||||||
van Egmond, gravin van Buren.
De titel van 'Gravin van Buren' is de vijfde in de reeks van Hare Majesteit en ook de meest- gebruikte ti^el door de stadhouders |
|||||||||||||||||||
i
|
:«' :i
|
met Anna
|
|||||||||||||||||
beijst
19j5.11 |
||||||||||||||||
EXCURSIE BUREN EN OMGEVING, ANNEMIEK BAL
|
||||||||||||||||
inhuldigingskroon wordt in de
zilverkluis op het Paleis Noorde- inde in Den Haag bewaard. Met name de vele tentoongestelde te- geltjes en borduurwerk van prinses Juliana trokken aandacht. Na de koffie kregen de deelne-
mers van deze excursie gelegen- heid om een uurtje vrij door Buren te wandelen. Velen van hen be- zochten de St. Lambertuskerk waar de graftomben van de graven van Buren zijn bijgezet. Het stratenpatroon van Buren stamt |
||||||||||||||||
uit 1500. Achter de kerk ligt het
Jodenkerkplein. Al in de H" eeuw liet de stad
Buren joden toe; ze mochten er echter alleen handel drijven. Velen van hen waren paardenhandelaars. De wandeling voerde langs het oude weeshuis van Buren in 1612 gesticht door de dochter van Willem van Oranje en Anna van Egmond, Maria van Oranje- Nassau. Tegenwoordig is in dit in Hollandse renaissance stijl ge- bouwde pand, het museum van de Koninklijke Marechaussee geves- tigd. Tegen het middaguur werden de
deelnemers per bus naar Gelder- malsen gebracht voor een boot- tocht op de rivier de Linge. On- danks een grijze, betrokken lucht genoot iedereen van het mooie natuurschoon. De Linge voerde Tijdens de Elfstedentocht van 1986 reed
de Prins van Oranje mee onder de schuil- naam 'W.A. van Buren.' |
||||||||||||||||
Voorzitter Thijssen van de Stichting Oud Buren
met de replica van de kroon die koning Willem II bij zijn inhuldiging in 1840 droeg. FOTO DE TELEGRAAF
het gezelschap langs karakteris-
tieke dorpjes zoals Tricht, Deil, Enspeek en Beesd, het eindstation van deze drie uur durende vaar- tocht. Rond vier uur 's middags keerde de bus met een tevreden gezelschap naar Zeist terug. Annemiek Bal
De expositie over prinses Juliana loopt van I mei
tot I oktober '99. |
||||||||||||||||
^i %
|
||||||||||||||||
Seijst
|
|||||||||||||||||||||||||||
ACTIVITEITEN EN BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
|
|||||||||||||||||||||||||||
Excursie
|
Excursie
|
Tentoonstelling
|
|||||||||||||||||||||||||
Juli of aug. Naar Algemene
Begraafplaats Bergv/eg, i.s.m. het Gilde, nadere berichtgeving hierover volgt. |
Dinsdag 7 september naar
Kasteel Heeswijk. Vertrek 13.00 uur vanaf Zinzendorfplein. Aan- melden bij mevr. R. Hofman. Filmvoorstelling__________
Maandag 25 ol<tober.
NajaarsvoorstelUng.
Aanvang I 9.30 uur. Entree- kaarten a /2,50 kunnen alleen vooraf worden gereserveerd via het reserveringssysteem van Figi, tel. 0900 - 3444 934. Tegen afgifte van de controle-strook kunt u op deze avonden een kop koffie krijgen, vóór de voorstelling of tijdens de pauze aan het buffet van het theatercafé. Wij heten u alvast van harte welkom. Boek_____________________
Dinsdag 23 november.
'Zeist, terug in de Tijd'. Verschijning boek over de glas- platen Kraal-collectie. |
||||||||||||||||||||||||||
Zondag 28 november I 999 tot
en met zondag 9 januari 2000. Zeist terug in de Tijd. Fotoexpositie in de tentoonstellingszalen van Het Slot Zeist (hoofdgebouw) van ca. 70 grote afdrukken uit de Kraal-collectie. In het kader van de millenniumviering in Zeist met het thema Tijd. Taal en Toekomst. Officiële opening 27 november. |
|||||||||||||||||||||||||||
Lezing
|
|||||||||||||||||||||||||||
Dinsdag 3 augustus. Van
Laerzaal, Het Slot Zeist. Entree
gratis. Lezing over pelgrims- souvenirs uit christelijke bedevaartsoorden vanaf de eerste eeuv/en tot in de late middeleeu- \f</en. Door mevr. drs. K. Boertjes, Kath. Univ Nijmegen. |
|||||||||||||||||||||||||||
Ledenstand
|
|||||||||||||||||||||||||||
Seijst IV (maart '99)............................ 824
Seijst I üuni '99) ................................829
|
|||||||||||||||||||||||||||
Lezing
|
|||||||||||||||||||||||||||
Sept. of okt. Lezing over het
leven en v/erkvan H. Marsman, ter gelegenheid van diens I 00e geboortedag. Deze lezing v^ordt georganiseerd i.s.m. de gemeente Zeist en culturele instellingen. |
|||||||||||||||||||||||||||
FOTO RECHTS: Bronzen hertengroep op
het landgoed Djimat aan de Woudenbergseweg. Het landgoed is in 1960 verkocht aan de KVNB, die er haar sportcentrum vestigde. Alleen de tuinmanswoning is bewaard gebleven. De herten zijn verhuisd naar de tuin van de boswachterswoning aan de Prins Bernhardlaan I. |
|||||||||||||||||||||||||||
1899 - 1999
rSMAK
|
|||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (4), LEO VISSER
|
||||||||||||||
De hoofdonderwijzers en het
onderwijs van 1863- 1921 |
||||||||||||||
en tuin. In het jaarverslag van de
Schoolcommissie over 1862 staat, dat Oosthoek op 17 november 1862 werd geïnstalleerd als hoofd van de school. Het verslag ver- meldde verder dat Oosthoek de toestand op de school bij zijn aan- treden gunstig vond. Alleen het lezen in de laagste
klassen liet te wensen over, maar dat kwamomdat er te weinig hulp- onderwijzers aan de school ver- bonden waren. De commissie vroeg de gemeenteraad dan ook dringend het aantal hulponder- wijzers met één uit te breiden. In zijn eerste jaarverslag aan de
Schoolcommissie kon Oosthoek melden, dat het aantal leerlingen |
||||||||||||||
lectie werden er 42 sollicitanten
uitgenodigd voor het vergelijkend onderzoek op 14, 15 en 16 sep- tember 1863. Er verschenen 27 sollicitanten
die werden geëxamineerd in 12 vakken - waaronder lezen, schrij- ven en zingen. Uit het overzicht blijkt, dat de 24-jarige Bastiaan Ousthoek, geboren 6 december 1838 te Rotterdam, het hoogste aantal van 35.2 punten had be- haald. Op 7 oktober 1862 benoemde
de gemeenteraad hem tot hoofd van de openbare lagere school aan de Ie Hoge weg op een jaarwedde van ƒ850,- per jaar plus 10% van de schoolgelden plus vrije woning |
||||||||||||||
Na het plotselinge overlijden
van onderwijzer De Meijere in 1863, moest Zeist wederom een nieuwe leraar aanwijzen. In deze vierde aflevering behandelt Leo Visser voor het laatst de Zeister onderwijzers. |
||||||||||||||
BASTiflAN OOSTHOEK 1838- ?
Voor de vacature De
Meijere werden enkele advertenties geplaatst, waarop 73 sollicitanten zich aan- meldden voor de betrekking van hoofdonderwijzer aan de dorps- school te Zeist. Na een eerste se- |
||||||||||||||
r
|
||||||||||||||
Seijst _
|
||||||||||||||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (4). LEO VISSER
|
||||||||||||||||||||||||||
1999-1
|
||||||||||||||||||||||||||
Omdat er geen enkele sanctie
op het schoolverzuim mogelijk was adviseerde hij wekelijks enkele kleine prijsjes beschikbaar te stel- len, die verdeeld of verloot kon- den worden onder die leerlingen die niet verzuimd hadden. Het hoefde z.i. niet meer dan ƒ25,- per jaar te kosten. Ook in het vol- gende jaarverslag deed hij deze suggestie, die ook werd overgeno- men door het Schoolcommissie in haar verslag aan de gemeenteraad, maar zonder succes. In 1865 was er overigens een
andere gebeurtenis, die grote in- vloed had op de gang van zaken op de school, namelijk de opening van de hervormde school in het Weeshuiscomplex aan de Slotlaan op 23 mei 1865, waarbij op één dag 150 leerlingen de school aan de Ie Hogeweg verlieten. Oost- hoek schrijft daarover: "De schok tengevolge van de oprichting van de bijzondere school was te groot om niet van |
||||||||||||||||||||||||||
op 1 januari 1863 370 bedroeg en
op 1 januari 1864 403. Het gedrag der leerlingen gaf geen reden tot ontevredenheid.Onder de ruwe en onbeschaafde vorm, waardoor zij hun gedachten kenbaar maakten verborgen zij in het algemeen een goed hart, aldus de hoofd- onderwijzer. Het enige dat op hen aan te
merken was, was dat zij niet altijd zo rein en zindelijk naar school kwamen als wenselijk was. Hij vroeg tenslotte om in plaats van 4 maal per jaar leerlingen aan te nemen dit maar 2 keer per jaar te doen. In zijn jaarverslag over 1865
stelde Oosthoek een jaarlijks te- rugkerend probleem aan de orde, namelijk dat van het school- verzuim. Het aantal schooltijden in 1865 bedroeg 473. Van alle leerlingen waren er maar 3 met name genoemde kinderen die geen enkele schooltijd verzuimd hadden. |
||||||||||||||||||||||||||
Schoolverzuim 1865
|
||||||||||||||||||||||||||
& a A 1 £, a »
'i A Mi m Ml A Ml Ms Ml Mi
& È » *, M. ****#
&1&SA Ê, & Ê. A È,
A X M k A «AAI*
AAASS & k. it ^ ,
'i. 9 'i S ^ «^**l^
|
||||||||||||||||||||||||||
A 1 A A
S K A ^
mi ^ m Ml
A ^k n A
£ 2 A Jg
|
||||||||||||||||||||||||||
A s a S ft
m M Ml Ml mi
% & È, & A
1 ji t a a
|
||||||||||||||||||||||||||
1 *nï
|
||||||||||||||||||||||||||
3 scholieren altijd aanwezig
17 scholieren spijbelden 1-lOx
33 ... spijbelden ll-25x 35 ... spijbelden 26-50x
32 ... spijbelden 51-75x 27 ... spijbelden 76-lOOx 35 ... spijbelden 101-150x 18 ... spijbelden vaker dan 200x
|
||||||||||||||||||||||||||
iJ
|
||||||||||||||||||||||||||
— Bij gelegenheid van zijne benoeming tot Burge-
meester had de heer Costerman aan de leerlingen dar openbare scholen in deze gemeente een feestje toege- zegd, bestaande voor de hoogste klasse in een uitstapje naar Amsterdam en voor de andere kinderen in een onthaal op krentebrood en chocolade. Wegens Je ten- tounstelliiig kon er verleden jaar van dat uitstapje niets komen, en was het uitgesteld tot de zomervacantie van dit jaar. Gepasseerde Dinsdag was daarvoor de, aange- wezen dag. Drio en vijftig leerlingen, begeleid door den Burge-
meester, het hoofd der school en een onderwijzer, ver- trokken per eersten trein en kwamen reeds te 9 uur Ie Amsterdam aan. Op een enkele uitzondering na, had geen der kinderen die stad ooit gezien ; de meesten hadden zelfs nooit gespoord. Geen wonder, dat er veel te zien en te genieten viel. Al dadelijk trok de Hooge- sluis, zeif een monument, met zijn prachtig uitzicht op den Amstel en do stad aller aandacht. Oo winkelgalerij in den tuin van het Paleis voor Volksvlijt was nieuw en verrassend voor allen en ontlokten menigen kreet van bewondering. Van daar toog de stoet, langs de ütrechtsche straat, waar hier en daar een echt Amster- damsch pothuis werd opgemerkt, naar het Rerabrands- plein, met zijn door frisch groen omgeven standbeeld van den vorst onzer schilders. Ook het Thorbecke-stand- , beeld werd bezichtigd en inmiddels werJ do dorst gelescht aan een in de nabijheid zijnde openbare pomp. Üe Kalverstraat, met hare aschvaalt bestrating en haar keur van winkels, werd slechts halverwege ten einde gewandeld, om gelegenheid te hebben de gebouwen, van de Ned. Bsink, het Trippenhuis, het Binnen gasthuis, de Universiteit en het Museum van der Hoop aan te wijzen en de oude mannenhuispoort met hare bneken- stalletjes te doorloopen. Van vele zijden ondervond de kinderstoet, van wege Amsterdams ingezetenen, ver- scheidene blijken van inschikkelijkheid en sympathie. In de Nes werden de kinderen opmerkzaam gemaakt op de Bank vnn Leening, waar Vondel eenigen tijd werk- zaam was en intusschen naderde men den Dam. Zulk een drukte van af en aankomende trams, rij-
tuigen en voetgangers overtrof ieders verbeelding. Eenige minuten werd halt gehouden om te wyzen op het Mo- nument van 1813, het Paleis, de Beurs en de Nieuwe kerk, in welke laatste de verschillende bezienswaardig- heden in oogenschouw werden genomen. Behalve de graftombe van De Ruijter, Van Speijk en Van Kinsbergen werd de aandacht het meest getrokken door den prachtig gebeeldhouwden preekstoel, waaraan veertig jaar gear- beid is. Langs het. Damrak ging het nu naar den Buitenkant, waar het huis van de Ruijter, naar het Y roet zijn dokken en schepen, waar vooral het oplei- dingsschip de Wassenaer de aandacht trokken. Onderwijl deed de maag hare rechten gelden en werd
de terugtocht aangenomen naar de Volksgaarkeuken van het Nut, waar alles in gereedheid was gebracht om ruim een vijf'jgtal hongerige magen te voeden. Een zeei" smakelijk en voedzaam middagmaal word opgedragen, waaraan dan ook met graagte werd deelgenomen. Na |
|||||||||||||||
vervolgens nog wat uitgerust te hebben, begaf het ge-
zelschap ïich op weg naar Artis. Op weg daarheen pas- seerde men de N'ieuwmaikt, waar de oudste kinderen, door de voorkomendheid van de brandweermannen, in de gelegenheid gesteld werden, dia keurig ingerichte organisatie eenigszins te leeren kennen. Alles werd in geieedheid gebracht, alsof het brandsignaal weerklonken had. In één minuut waren de paarden gereed, de man- nen van hun redding-gordels voorzien on het vuur aan- gestoken. In alle bijzonderheden werd uitgelegd, waartoe eik voorwerp diende; op welke wijze men tot verschil- lende doeleinden een zelfde voorwerp, als bijl, hamer, nijptang, beitel enz. kon gebruiken, en hoe men in den uitersten nood zichzelf kon redden. Vooral voor de oudste jongens was dit een leerzaam t*n aangenaam halfuurtje geweest. Door de Joden-breestraat wandelde men nu naar Arti&-,
do groote aantrekkelijkheid vojr de jeugd, leder voorzien van een gidy, trok men goregeld voort en werd niets overgeslagen. De kornac liet den olifant kunstjes verrichten ; men
zag de voedering der zeeleeuwen en van het nijlpaard ; de luiaard, aan één poot hangende, werd uit zijn rustig(( rust gewekt en te half zeven had men zooveel gezien, was zóó vermoeid en zoo verbijsterd door al de indrukken, dat de uitnoodiging, om in de zalen van het Genoot.schap uit te rusten en zich te verfrisschen, met graagte werd aangenomen. Tegen half acht begon de terugreis en even 9 uur kwam men weer uilgerust te Drieborgen aan. Jubelend en zingend toog men huiswaarts, van vermoeid- heid geen spoor meer ; tu.'.schen de vaderlandsche liede- ren klonk menig ulang zal hij leven !" als blijk van erkentelijkheid. In het Rond gekomen nam de Bur- gemeester, die den gebeelen dag de kinderen begeleid en door zijne bekendheid met Amsterdam menige be- langrijke bijzonderheid aangewezen had, afscheid van het troepje. Echter niet dan na de dankzegging der kinderen beantwoord te hebben met eene betuiging van tevredenheid over de orde en gehoorzaamheid der kin- deren ; waardoor alle gevaar voor ongeval voorkomen was. Vele ouders stonden gereed om hunne kinderen verder naar huis tegeleiden, waar zij in een gezonden .rilaap zeker spoedig de welverdiende rust gevonden hebben. |
|||||||||||||||
I—
n
m
_^ O
Z
O
m |
|||||||||||||||
z
N
|
|||||||||||||||
O
< |
|||||||||||||||
Een hoogtepunt in de carrière van hoofdon-
derwijzer Oosthoek was ongetwijfeld het eerste schoolreisje naar Amsterdam in 1884» aangeboden door de in 1882 benoemde burgemeester G. Costerman, waarvan de Weekbode van 2 augustus 1884 het boven- staande smakelijke verslag geeft. |
|||||||||||||||
5
|
|||||||||||||||
C/3
<i____i.
r+
|
|||||||||||||||
^Seïjst
1999-111
|
|||||||||||
OPENBAAR LACERONDERWIJS IN ZEIST (4), LEO VISSER
|
|||||||||||
invloed te zijn op de gang van
zaken van het ondervuijs. Uit de ene klas gingen er velen en uit andere klassen (de laagste) vueinigen, hetgeen toch wel een probleem gaf." Een voordeel was uiteraard dat
er meer ruimte voor de zitplaatsen en paden kwam. Dat zal zeker wel een verbetering geweest zijn, ge- zien het leerlingenaantal van bo- ven de 400 op 1 januari 1865. In latere jaarverslagen wordt
Oosthoek steeds geprezen om de wijze, waarop hij zich van zijn taak kweet en voor de beste pogingen die hij zelf had aangewend om aan zijn moeilijke verplichtingen te voldoen. Uit de laatste regels van zijn jaarverslag over 1879 blijkt, dat Oosthoek de teugels met strakke hand vasthield, want hij schrijft: "De school verblijdt zich steeds in een strenge tucht, die het samen- zijn van ondervuijzers en leerlin- |
|||||||||||
gen aangenaam en het onderwijs
voor beiden aanlokkelijk maakt". Een jaar later herhaalde zich de geschiedenis. Terwijl er op 1 ja- nuari 1880 286 leerlingen op de dorpsschool waren, was het leerlingenaantal op 1 januari 1881 gedaald tot 167, tengevolge van de opening van de n,k. school aan de Voorheuvel. Oosthoek ver- meldde in zijn jaarverslag over 1880 dat er op onderwijsgebied weinig veranderd was, maar dat de school enigszins gedesorganiseerd was, doordat op 26 oktober 1880 veel leerlingen tegelijk de school verlieten, waardoor een nieuwe klasse-indeling noodzakelijk werd. In tegenstelling tot voorafgaande jaren telden de laagste klassen nu de minste leerlingen, aldus de hoofdonderwijzer. In zijn jaarver- slag over 1887 maakte Oosthoek met dankbaarheid melding van de viering van zijn 25-jarig ambts- jubileum in Zeist op 17 november 1887. |
|||||||||||
Op 1 september 1889 kwam een
einde aan een langdurige loopbaan bij het onderwijs. Hij vertrok op 31 oktober 1889 naar zijn geboor- teplaats Rotterdam. BENO SCHELTS VAN KLOOSTERHUIS
Op 1 juli 1889 verscheen
er in het Utrechts Dag blad, De Vacature en De Schoolwereld een advertentie, waarin burgemeester en wethou- ders van Zeist alle bevoegden uit- nodigden, die zich wensten te on- derwerpen aan het vergelijkend onderzoek voor de betrekking van hoofd van de openbare lagere school, zich te melden vóór 19 juli 1889. De jaarwedde bedroeg ƒ1.300,-. Er was veel belangstelling met
135 sollicitanten. Na het eerste vergelijkend onderzoek werden er 7 kandidaten opgeroepen voor het tweede examen op 9 augustus 1889 om 5 uur n.m. |
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (4), LEO VISSER
|
|||||||||||||||
te moedigen. In hetzelfde verslag
drong bij aan op benoeming van een vijfde leerkracht. Het deed hem innig leed, dat hij
in plaats van zijn vroegere dien- sten als leider, nu niet meer kon presteren dan een gewoon klasse-onderwijzer. Mogelijk is dat de reden geweest dat hij op 16 mei 1891 aan de gemeenteraad schreef dat hij m.i.v. 1 juli 1891 was be- noemd tot hoofd ener school Am- sterdam en daarom zijn ontslag aanvroeg. De gemeenteraad verleende
hem op 28 mei 1891 eervol ont- slag m.i.v. de door hem gevraagde datum en daarmee was er weer een vacature in Zeist voor hoofd van de school aan de Ie Hogeweg. |
Jacobus Kraal (43) geboren 8 fe-
bruari 1849 te Abcoude, hoofd van de openbare lagere school in Austerlitz overplaatsing naar de school aan de Ie Hogeweg. De schoolopziener stond er vol-
ledig achter. Hij wilde de over- plaatsing niet alleen aanbevelen uit waardering voor het werk van Kraal in Austerlitz, maar ook en vooral in het belang van de school in Zeist. Ook de Schoolcommissie kon zich na rijp beraad met de overplaatsing verenigen. De gemeenteraad was er ook
voor en besloot op 19 juni 1891 J.J. Kraal met ingang van 1 juli 1891 over te plaatsen van Austerlitz naar Zeist. Hoofdonderwijzer Kraal was uit-
eraard na bijna 10 jaar werkzaam te zijn geweest in Austerlitz geen onbekende in Zeist en hij had ook geen moeite zich aan te passen in zijn nieuwe baan. Alleen over de motivatie van de leerlingen van de herhalingsschool (de vroegere |
||||||||||||||
De 29'jarige Beno Schelts van
Kloosterhuis, geboren 13 april 1860 te Slochteren, behaalde daarbij het hoogste aantal punten. Samen met 4 andere sollicitanten kwam hij op de voordracht aan de gemeenteraad, die hem op 27 au- gustus 1889 met ingang van 15 september d.o.v. met algemene stemmen benoemde tot hoofd van de openbare lagere school. Uit de door hem opgemaakte
jaarverslagen aan de School- commissie blijkt, dat hij zich ook zorgen maakte over het school- verzuim. In het verslag over 1890 schreef hij, dat hij in overleg met de burgemeester besloten had in 1891 een proef te nemen door in plaats van het Sinterklaasfeest te vieren, met de meest trouwe leer- lingen in de zomer een dag naar Artis te gaan. Dat was naar zijn mening ook een uitstekende aardrijkskundeles. Verder wilde hij presentieboekjes invoeren met stempels om het schoolbezoek aan |
|||||||||||||||
LI
|
KRAAL
|
||||||||||||||
Voor de vervulling van de
vacature Schelts van Kloosterhuis was geen vergelijkend onderzoek nodig. Op 30 mei 1891 vroeg Johannes |
|||||||||||||||
P
|
|||||||||||||||
Seijst
1999-111
|
|||||||||||
OPENBAAR LACERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
|||||||||||
avondschool), die in de winter-
maanden werd gehouden voor hen die "g.l.o. hadden genoten en die in de gelegenheid werden ge- steld een aantal vakken te volgen, die in het maatschappelijk leven van grote waarde waren" was hij niet erg te spreken. In zijn jaarver- slag over 1891 schreef hij: "De herhalingsschool werd geo-
pend met 40 leerlingen. Spoedig bleek mij dat er onder de leerlin- gen verscheidenen waren bij wie de ware belangstelling ontbrak. Sommigen bleven dan ook weg, enkelen was ik genoodzaakt weg te zenden, zodat tenslotte 23 leerlin- gen over bleven, die vrij geregeld kwamen en ook belangstelling toonden. Toch was de herhalingsschool
niet geheel wat zij wezen moest. Mocht de volgende winter weer zulks een aantal zich melden dan zou het aanbeveling verdienen ei- sen te stellen, waardoor de school meer ten goede komt aan hen |
|||||||||||
voor wie zij bestemd is, aldus
Kraal. Op 8 juli 1897 was in de
gemeenteraadsvergadering een verzoek aan de orde van J.J. Kraal om ontslag uit zijn betrekking "op grond van ongeschiktheid wegens lichaamsgebreken" m.i.v. 1 sep- tember 1897. De gemeenteraad besloot het gevraagde ontslag op de meest eervolle wijze te verle- nen, onder dankbetuiging voor hetgeen de heer Kraal, zowel te Zeist als te Austerlitz voor het onderwijs gedaan had, daarbij de wens uitsprekende, dat de heer Kraal van zijn ziekte mocht her- stellen en nog eenmaal zijne krachten aan het onderwijs zou kunnen wijden. Die wens is nog in zekere zin in vervulling gegaan toen de heer Kraal in 1901 be- noemd werd tot secretaris van de commissie A tot wering van school- verzuim in Zeist. Hij vervulde deze functie tot 1909. Toen verhuisde hij naar Amsterdam. |
|||||||||||
G.F. KRUSE
Evenals hij de vacature
Schelts van Kloosterhuis was er ook voor de vervul- ling van de vacature Kraal geen vergelijkend onderzoek nodig. En ook nu kwam het nieuwe hoofd uit Austerlitz. Op 31 juli 1897 besloot de gemeenteraad Gerrit Frederik Kruse, geboren 22 november 1861 te Enschede op zijn verzoek over te plaatsen naar de lagere school te Zeist. Zijn jaarwedde werd vastgesteld
op ƒ1.300-, waaronder ƒ250,- voor het geven van herhalings- onderwijs plus vrije woning. Bij zijn indiensttreding op 1 septem- ber 1897 zei het nieuwe school- hoofd, dat hij nu voor de tweede keer de heer Kraal opvolgde als hoofd ener school. De eerste keer in Austerlitz onder blijdere om- standigheden dan nu, na zijn ont- slag om gezondheidsredenen. Evenals zijn voorgangers heeft |
|||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (3), LEO VISSER
|
||||||||||||
daarna de Leerplichtwet van 7 juli
1900, stbl.111 werd vastgesteld en op 1 januari 1901 in werking trad meenden burgemeester en wet- houders dat die post wel kon wor- den geschrapt. De eerste keer lukte dat, toen b.
en w. in de gemeenteraads- vergadering van 18 januari 1901 voorstelden om het bedrag van ƒ150,- te bestemmen om de kin- deren van alle lagere scholen te onthalen ter gelegenheid van het huwelijk van H.M. Koningin Wil- helmina op 7 februari 1901 en daar nog een bedrag van ƒ0,30 per kind aan toe te voegen. Toen b. en w. in de vergadering
van 29 oktober 1901 bij de behan- deling van de begroting voor 1902 voorstelden het bedrag van ƒ150,- voor beloningen en ereblijken van de begroting af te voeren i.v.m. de inwerkinggetreden Leerplichtwet ging dat niet door. Het raadslid jhr. F. van Reenen
vond het niet juist dat de kinderen |
||||||||||||
Een klas van de school aan de I e Hogeweg met geheel links de hoofdonderwijzer
C.F. Kruse, ca. 1910. collectie van de poll-stichting. |
||||||||||||
Kruse zich ook ingezet in de strijd
tegen ongeoorloofd school- verzuim. Met steun van de Schoolcommissie was de gemeen- |
||||||||||||
teraad uiteindelijk bereid op de
begroting een bedrag te ramen van ƒ150,- voor getrouw school be- zoek. Toen betrekkelijk kort |
||||||||||||
1"
|
||||||||||||
Seijst
1999-111
|
||||||||||||||||||
OPENBAAR LAGERONDERWIJS IN ZEIST (4), LEO VISSER
|
||||||||||||||||||
de dupe werden van door de wet
opgelegde dwang en stelde voor het bedrag te handhaven op de begroting. Zijn voorstel werd met 7 stemmen voor en 4 tegen aange- nomen. Kruse heeft in de jaren 1897 tot
1921 een enorme groei van de school meegemaakt. Hij zag het aantal leerlingen van 321 in 1897 groeien tot boven de 600 in 1905 en het aantal klassen van 6 tot 12. Na de opening van de school aan de Bergweg kwam er wat meer ruimte maar leerlingaantallen van boven de 450 waren daarna toch geen uitzondering. Op 17 februari 1921 behandelde de gemeente- raad het verzoek van G.F. Kruse om ontslag op grond van gezond- heidsredenen als hoofd van de openbare lagere school aan de Ie Hogeweg en als hoofd en onder- wijzer van het herhalings- onderwijs. De voorzitter achtte het zijn
plicht daarbij woorden te spreken |
||||||||||||||||||
van grote waardering voor alles
wat de heer Kruse in het belang van het onderwijs had gedaan. Het deed hem leed, dat hij op 59-jarige leeftijd zijn ambt moest neerleggen. Nadat de raad met applaus instemming had betuigd met de woorden van de voorzitter werd het gevraagde ontslag op de meest eervolle wijze verleend met ingang van 1 april 1921 . Na zijn pensionering verhuisde hij naar Nijmegen, waar hij op nog geen drie jaar later, op 3 maart 1924 overleed. Daarmee is de einddatum van
de periode 1810 - 1921 inmiddels overschreden en het moment aan- gebroken voor de behandeling van de 2e openbare lagere school in Zeist, t.w. de school te Austerlitz. Leo Visser |
||||||||||||||||||
De twee
|
||||||||||||||||||
Vanaf het volgende bulletin, Seijst
|
||||||||||||||||||
De onlangs gerestaureerde portretten van Frederik
Harmen van de Poll (1823-1909) en... |
||||||||||||||||||
1999'W, verhaalt Leo Visser
|
over
|
|||||||||||||||||
Austerlitz-
|
||||||||||||||||||
beijst
1999-111
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUCHER
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
modellen van Jan Veth
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
Met behulp van gemeentelijke subsidie
werden onlangs de portretten, die jan Veth in 1904 schilderde van de ouders van Van de Poll gerestaureerd. Naar aan- leiding van deze restauratie werd zowel in het archief van het Zeister Historisch Qenootschap, als in het Qemeentearchief Dordrecht, onderzoek gedaan naar het ontstaan van deze portretten. Dit leverde onverwacht aardige gegevens op, die Nellerieke Boucher u niet wilde onthou- den. Hoe zullen geschiedschrij-
vers over een eeuw ooit nog zulke directe infor- matie krijgen over het ontstaan van een schilderij als wij dat kun- nen over deze werken, die toch al |
||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||
bijnalOO jaar geleden zijn geschil-
derd? Wie schrijft er nog zo regel- matig en uitgebreid aan zijn fami- lie als onze voorouders dat deden? Henriette van de Poll ontving re- gelmatig brieven van haar moeder en haar zusters. Uit hun brieven krijgen wij direct inzicht in het poseren van de beide ouders Van de Poll, en hun vriendschap met de schilder. Maar ook Jan Veth schreef hon-
derden brieven. Wanneer hij voor zijn werk op reis was ging er elke dag een brief naar zijn vrouw Anna in Bussum. Zo is er over zijn drukke schildersbestaan en over zijn vele geportretteerden een schat aan gegevens beschikbaar. Aan de van de Pollportretten heeft Veth veel tijd en moeite be- steed. |
||||||||||||||||||||||||||||||||
.... Henriette Wilhelmine van de Poll-van de
Poll.( 1829- 1909), door Jan Veth (1864- 1925) |
||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUGHER
|
||||||||||||
1999-111
|
||||||||||||
houdt zelfs van hem. Mama's
gezicht begint al goed te worden, en de uitdrukking is lief maar met de japon tobben we nog steeds. Vanmorgen heb ik juf- frouw van Zanten laten komen die gaat de mouwen nu wat veranderen... Papa heeft na die eerste keer niet meer gezeten, en hij is blij dat hij er tot nu toe zoo vanaf komt. Het spijt mij vrese- lijk dat jij nu juist niet in het land bent. (...) Veth heeft zoo graag dat we precies zeggen wat we er van vinden, en is steeds bereid alles te veranderen, daar zijn groote wensch is, dat wij het in alle opzichten goed zullen vinden en het ons veel plezier zal doen. (...) De volgende week komt hij vier dagen achter elkaar en blijft dan hier logeren,..dit is wel een corvee'. (...) Nu lieve beste Jet moet ik eindigen, want ik moet eropuit voor een mutsebal te zoeken, want als Mama's muts gemaakt wordt, behoeft Mama er |
niet onder te zitten. Ik vrees
echter dat ik zo'n ding niet zal kunnen krijgen!(...) |
|||||||||||
ren nu onverwacht gestaakt
moest worden, hij nu al heel blij zou wezen met de schets... Van Louise aan Henriette
5 NOVEMBER 1903
...Ik zit den gehelen dag bij
Mama in Papa's kamer die geheel in atelier veranderd is, en die zittingen zijn ontzettend ver- moeiend; ik begrijp zelf niet hoe het komt, maar na zo'n dag met Veth ben ik altijd dood op en heb dan geen courage meer om s'avonds te gaan schrijven. Gelukkig maakt het Mama niet zo vreselijk moe, maar toch, als hij er twee dagen achter elkaar geweest is, is Mama altijd heel blij als hij weer een paar dagen weg blijft. Hij is er nu acht maal geweest, en in die acht keer heeft Mama 23 uur en een kwartier geposeerd, meestal 's morgens 2 uur en s'middags zoowat ander- half a 2 uur Mama kan gelukkig heel goed met hem opschieten, en |
||||||||||||
Van Veth aan zijn vrouw
12 NOVEMBERI903
(...) Het was vandaag gruwelijk
donker, maar ik schoot toch wel op. (...) Ik wil proberen den kop dezer dagen zoo goed als af te krijgen. Dan is de hoofdzaak alvast verzekerd. Van Mama aan Henriette
19 NOVEMBERI903
(...) Morgen en Zaterdag komt
Veth weer, gelukkig is het een een voudige, makkelijke man die met de huisgenoten nogal opschiet, want hij logeert dan hier op het kleine kamertje. (...) Wat verlang je dat ik doe met de palatine, hij is niet gebruikt en ik hoop zeer dat je hem niet te veel gemist hebt. Ik denk dat Marie Pauw dol blij is dat zij haar mouw weer terug krijgt... |
||||||||||||
Seijst ^^
1999-111
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUCHER
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Van Veth aan Mama
27 NOVEMBER 1903
Veth schrijft dat hij wegens een
keelaandoening niet kan komen. Van Veth aan Mama
4 DECEMBER 1903
(...) Dat Mejonkvrouu) Uwe
oudste dochter zich met mijn nog onvoltooid portret van ü wel ingenomen heeft willen betonen verheugt mij bizonder. Ik spits mij er zser op weldra aan dat schil- derij verder te mogen voortgaan, (...) Gaarne zou ïk dan, met het oog op het barre jaargetijde en mijn nog enigszins zu>akke ge- zondheidstoestand weder van Uw gastvrijheid mogen gebruik maken... Van Veth aan Mama
10 DECEMBER 1903
Vergeef mij mijn wispelturigheid,
maar het was beter dat ik van de week nog wat thuis blijven kon... Verder kreeg ik de lijst voor het |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
schilderij thuis, die mij echter
opeens groter scheen dan ik besteld had (...) veroorloofde ik mij u even om opgave van de maten te telegraferen. Uit Uw antwoord mocht mij blijken dat ik mij vergist had. (...) Van Mama aan Henriette
18 DECEMBER 1903
(...) Na vier dagen achter elkaar
geposeerd te hebben, heb ik vandaag weer eens vacantie tot maandag. Het portret is in de lijst en wordt morgen opgehangen, omdat Veth als hij Maandag komt, wil zien welke indruk het hem maakt aan de muur zoo als hij zegt, omdat dat dikwijls nog veel verschilt met een portret dat op de ezel staat. Ik vrees dat hij dit jaar niet meer aan Papa zal beginnen, dat vind ik heel jam- mer Veth moet weer in Berlijn zijn, de man heeft het heel druk. Hij ziet er nu veel beter uit dan voor zijn ongesteldheid. Lom heeft |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De volledige namen van de briefschrijvers zijn:
Mama Henriette Wilhelmine van de Poll- van de Poll (1829- 1909) Louise Louise van de Poll (1874- 1941) Joo/Zus johanna Margaretha Elisabeth van de Poll (1872- 1970) |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUCHER
|
|||||||||
het vanochtend zeer druk met
allerlei huiselijke bezigheden die blijven liggen als Veth hier is. Dan is het haar grootste pleizier naar zijn schilderen te kijken. (...) Van Veth aan zijn vrouw
22 DECEMBER 1903
(...) Het is nu alleen maar om 's
ochtends frisser aan te komen in Zeist dat ik hier ben (hij logeert in Utrecht bij zijn zuster) en dat is ook heel nodig, maar het is wel een beetje hard, juist omdat ik toch eigenlijk juist zoo dicht bij huis ben. Het schilderij gaat wel aldoor dieper worden, maar ik ben nog lang niet tevree. Het is een heksenwerk en het eischt een geweldige krachtsinspanning zulk een portret tot een echt levend ding te krijgen. Maar weer door, morgen! Van Veth aan zijn vrouw
5 JANUARI 1904
(...) Gisteren nogal donker,
|
|||||||||
vandaag prachtig licht. Het
schilderij schiet nu prachtig op, maar dat moet ook, want ik ben elk ogenblik bang dat de oude dame eens minder wel mocht worden, ze was namelijk gisteren erg moe, maar gelukkig vandaag weer beter. Verder is de strijd aldoor tussen twee neigingen: de ene om het schilderij dat toch al erg lang in de maak is eindelijk af te kunnen verklaren, en de andere om van het mooie model dat zoo rustig zit, zoo lang moge- lijk te profiteren en er iets zoo uitstekend mogelijks van te maken. Van Zus aan Henriette
29 JANUARI 1904
(...) Aan Mama zijn aanmerke-
lijke verbeteringen gebracht en nu is hij met Papa bezig, die gisteren wel een beetje met een martelaarsgezicht zat te poseren. Papa keek een ogenblik zoo ongelukkig, dat Veth vond dat |
|||||||||
zijn schets die hij in Bussum
begonnen was, veel meer op Papa leek dan Papa zelf ! Vandaag gaat het al veel beter Ik denk dat dit portret ook uitstekend zal worden. Hij zeide ons gisteren dat Mama eigenlijk bizonder moeilijk te maken was, afgezien nog van dat een vrouw altijd grootere moeilijkheden oplevert ■: dan een man. Van Veth aan zijn vrouw
3 FEBRUARI 1904
(...) Het speet me erg dat je
morgen niet komt omdat ik er nog wat aan dacht te hebben voor mijn werk, (...) en ook omdat Vrijdag hier juist erg goed uitkwam en Mevrouw het zoo hartelijk en vriendelijk bedoelde. (...) Het artikel van Aïbert [Verweij?] vind ik onbeduidend gedacht en slordig geschreven. Onbeduidend is het den portret- schilder als verklaring te willen opdringen voor iemand wiens |
|||||||||
Seijst
1999-111
|
||||||||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH. NELLERIEKE BOUCHER
|
||||||||||||||||||
Van Veth aan zijn vrouw
19 FEBRUARI 1904
(...) Gisteren in Zeist vond ik de
familie weer kritisch tegenover het portret van Mevrouw gewor- den, ofschoon dat toch stellig beter is dan dat van Meneer. Om het even, de mensen zijn lief en goed, en ik zeil er nog wel weer eens wat aan toveren. Het portret van Meneer vinden ze dan maar prachtig en toch staat dit dichter bij Therese |
||||||||||||||||||
Strijd artikelen men prijst. De
portettist is juist degene die alles in zijn werkelijke verschijning, om het karakter wat er uit spreekt mooi vindt. Hij is als men wil, de verzoenende, maar nooit de strijdende. Van Louise aan Henriette
I I FEBRUARI 1904
(...) Mama begint er nu al tegen
op te zien dat Veth Maandag weer komt... Enfin, als hij er eenmaal is, dan gaat het wel weer, en vindt Mama het wel gezellig. Ik moet zeggen dat ik het ook heerlijk vind als hij een dag of tien wegblijft... Van Zus aan Henriette
13 FEBRUARI 1904
(...) Maandag verwachten wij
Veth weer Als hij er eenmaal is gaat alles weer goed, maar voor zijn komst zien wij er altijd een beetje tegenop. Mama vindt het Broer Frits stuurde nevenstaade
advertentie mee in de brief van Mama van 9 maart 1904 aan Henriette. |
ook maar half dat er zoo naar
haar gezicht zal gekeken worden. Wij zullen hem verbieden om aan Papas gezicht te komen, want beter dan nu kan het niet wor- den, alleen de jas is nog vatbaar voor een paar streekjes. Foef [een vriendin van Zus] was helemaal dodelijk van dit portret. Au fond vinden wij het allemaal mooier dan dat van Mama, maar ik denk dat hij zelf wel zal zien wat daar nog aan ontbreekt... |
|||||||||||||||||
'VÖ C^rll © ©XX.
|
||||||||||||||||||
Tlio^ns.
|
||||||||||||||||||
VOOBÏiKiilï-.'moest ■ men dageiyicB nron
poïeerea; om.een-geBohilderd portret te bekomen. Soms' epn: haU'"jaM langden kwam eindelijk hot portret gereed jnet voel geduld en goeden wil. |
||||||||||||||||||
'i'iilAi^*» bezorgt men zijn brief met photograflo
op do post aan het adres van H.BOGAERT.S & Co. io Boxtel, met opgaaf Tan kleur Tan oogeü, haar on gelaat en H dagen daarna is l\et in olieverf (;8fobildord portret, met •waarborg Tan sprelcondo golijkouis gereed, 5ö52 |
||||||||||||||||||
Seijst
1999-III
|
||||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUCHER
|
||||||||||||
[Schwarze] dan een ding wat ik
in den laatsten tijd maakte. Maar het is fris en vlot en daar- mee pakt men de menschen toch maar eer dan met iets werkelijk verdiepts. Ik hoor alles dan aan, overweeg de opmerkingen kalm, probeer wat ik er mee doen kan, en vergeet niet dat ik toch in hoogste instantie de schilderijen schilder voor mezelf, omdat ik alleen door iets voor mezelf naar mijn lust te doen me van mijn eigenlijke opdracht naar plicht en eer kan kwijten. Van Veth aan zijn vrouw
2 MAART 1904
(...) Het werk gaat goed, maar
het is een koorts om het te krijgen zoals ik wou. Van Zus aan Henriette
4 MAART 1904
(...) en tot mijn grote vreugd
vond ik de beide schilderijen oneindig verbeterd; zoeven is |
heeft er door de hand erg bij
gewonnen en zs zijn er nu ook bizonder tevreden over Nu heb ik Vrijdag en Zaterdag nog over, die ik aan het verfijnen van de twee schilderijen denk te wijden. Misschien schilder ik de achtergrond van Mevrouw nog eens even vlot over. 'sAvonds ben ik niks waard. Het werken overdag is zoo intensief dat ik het liefst 's avonds niets zou doen als zoo maar wat zitten kijken. En toch liggen er hoopen werk... .Men zou van me kunnen zeggen dat ik lui ben op alle dingen, maar gelukkig niet op het nodigste : op mijn werk zdf. Van Veth aan Mama
2 FEBRUARI 1905
(...) Toen ik V in den verleden
nazomer mocht bezoeken, waart u zo vriendelijk, mij Uwe reeds vroeger gedane toezegging om nog eens voor mij te poseren, te bevestigen. Zoals U bekend is. |
|||||||||||
Veth vertrokken. Zijn vrouw is
vanmiddag nog komen kijken [Mevrouw Veth had een oplei- ding aan de kunstacademie gehad, en Veth hechtte aan haar oordeel] en heeft toen nog enige goede wenken gegeven... Hij komt a.s. Woensdag en Donderdag, zodat ik in elk geval de volgende week nog niet in Den Haag arriveer Van Mama aan Henriette
9 MAART 1904
Vandaag is Veth gearriveerd voor
twee dagen. Ik hoop dat het dan afgelopen zal zijn. Ik geloof dat hoe lang men ook blijft kijken er altijd wel iets zal zijn dat men anders zou wensen. Ook hier bestaat de volmaaktheid niet. Van Veth aan zijn vrouw
10 MAART 1904
(...) Deze twee dagen heb ik met
succes aan het portret van Me- neer van de Poll gewerkt. Het |
||||||||||||
beijst _
1999-111
|
|||||||||||
DE TWEE MODELLEN VAN JAN VETH, NELLERIEKE BOUCHER
|
|||||||||||
om weer een nieuwen frischen
indruk te krijgen. Zoo duurde het lang voordat hij ermee klaar was. Voor buitenstaanders was de gelijkenis minder goed, maar voor ons kinderen was het een psycho- logisch prachtige uiting van haar innerlijke [zie de ogen] en uiterlijke [houding] persoonlijk- heid. Mijn vader verveelde het poseren. De gelijkenis is perfect, maar Veth becritiseerde dit portret als oppervlakkig werk. Met al deze woorden van het
gezin van de Poll in onze oren, zien wij thans de portretten in de Van de Poll kamer met andere ogen. Voorlopig zijn ze weer in perfecte staat, en staat, ook in het volgend millennium, het echtpaar van de Poll zoals Veth het ooit zag, ons levendig voor ogen. Nellerieke Boucher
BRONNEN
Gemeentearchief Zeist, archief Van de Poll,
I 765- i 970 / Dordrecht, archief Jan Veth. |
|||||||||||
ZOU het mij bizonder lief zijn, U
nog eens op een andere wijze dan de eerste maal te mogen portret- teren... Door zijn drukke werk ziet Veth daar helaas geen kans toe..: Ik begin hoe langer hoe meer te beseffen, dat dit onver- mijdelijk tot mijn werkkring behoort, maar dat' geleefd wor- den' is er niet altijd de aangenaamste kant van. Dit is dan de laatste bewaard gebleven brief over de portretten van de ouders van de Poll,. De verhouding met de familie was echter dusdanig goed, dat Veth, toen de echtelieden in het begin van het jaar 1909 kort na elkaar kwamen te overlijden, op verzoek van de kinderen, van beide een doodsportret heeft gemaakt. Tenslotte is er nog een aanteke-
ning uit 1952 bewaard van de jongste dochter Jo, die ons het volgende naliet: Toen in 1902 [deze datering berust op een vergissing] Jan |
Veth de portretten van mijn
ouders schilderde, had hij opge- merkt, dat mijn moeder bij ernstig gesjnek aanhoudend met de rechterhand zat te spelen met een goud tweedeelig ringetje aan den vierden vinger van haar linker hand.. Hij vond dit zulk een typische houding, dat hij, die aanvankelijk de portretten zon- der handen had willen maken, besloot het doek, dat gelukkig lang genoeg was, grooter te maken en die houding te vereeu- wigen. Zoo moest het portret van mijn vader natuurlijk ook ver- groot worden. Er ontstond onder het poseren een groote band tusschen mijn moeder en Jan Veth. Hij, een diep denkend mensch, begon langzamerhand haar zeer gereserveerde houding te doorbreken en haar persoon- lijkheid te doorgronden. Dit boeide hem zoo, dat hij de pose - uren verminderde, maar telkens na enkele dagen weer terugkwam |
||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
|
|||||||||||
IW9-III
|
|||||||||||
Voor God en Oranje
|
|||||||||||
Op zoek naar Huize Schoonoord
als zetel van het ^Nationaal Centrum^
|
|||||||||||
In augustus 1938 werd het Zeis-
ter landhuis Schoonoord geo- pend als zetel van de Stichting Nationaal Centrum (SNC). De stichting had tot doel de Neder- landse bevolking te beschermen tegen 'kwade invloeden van bin- nen en van buiten' door middel van voorlichting en leer- programma's. In het archief van het
'Polygoon Hollands Nieuws' ligt vier minuten 35mm film- materiaal van de officiële opening. Het geluid is slecht maar het ma- terieel is keurig op papier beschre- ven. Op het eerste shot zien we Schoonoord, dan nog een indruk- |
|||||||||||
wekkend landhuis, inmiddels ge-
sloopt voor een school. In de tweede scène zien we een groep mensen voor het gebouw. Eén van hen is R.F.C, baron Bentinck, opperstalmeester van hare majes- teit de koningin en voorzitter van de nieuwe stichting. Het zijn twee snelle introductieshots want een paar seconden later verspringt het beeld naar kasteel Hardenbroek. Op de voorgrond staat een pad- vinder met een scoutingvlag. In het kasteel zien we iets van de opzet van de stichting. We lopen langs wandschilderingen, foto's en kleine tentoonstellingen aan de |
|||||||||||
beijst
1999-111
|
|||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
society- nam die ochtend in Zeist
maar liefst 66 prominente aanwe- zigen waar Het gezelschap was uiterst gemêleerd. Politici als Beelaerts van Blokland en Asch van Wijk, maar ook KLM direc- teur Plesman, opperrabijn Tal, voorzitter Tiendhoven van de Vereniging voor Natuur- monumenten), de top van het Ne-
derlandse leger, de oud-gouver- neur van Suriname, de comman- dant van het Leger des Heils en de burgemeester van zo'n beetje ie- dere stad genoten van de late Zeis- ter zomerzon. De opening werd warm onthaald. Vooral het 'open- lucht spel van Nederlandse maag- den' op het gazon gooide hoge ogen. De titel 'Eén en ondeelbaar' refereerde aan het eerste artikel van onze eerste grondwet. Twaalf jongedames beeldden ieder een provincie uit en symboliseerden de geschiedenis en de eenheid van ons land. De twaalfde provincie was nog grotendeels in aanbouw. |
|||||||||
muur, een verzameling tinnen sol-
daatjes, een vliegtuigmodel ('T- 24')) beelden uit Nederlands-Indië en twee poppenhoofden met een gasmasker, één voor het leger en één voor de bevolking. We verla- ten het kasteel en keren terug naar Zeist, waar we inmiddels veel meer gasten kunnen herkennen. Prins Bernhard, heel jong nog, is er en we zien ook Beelaerts van Blok- land, vice-voorzitter van de Raad van State, die luistert naar een toespraak en minister Romme, die bij afwezigheid van minister-presi- dent Colijn de opening van Huize Schoonoord als zetel van de prestigieuze stichting verricht. In het laatste shot volgen we het gezelschap opnieuw naar kasteel Hardenbroek voor een toespraak van Bosch Ridder van Rosenthal, Commissaris van de Koningin in Utrecht. Terwijl het gezelschap via de brug het kasteel binnengaat schiet het beeld op U'IZ" even op zwart en maakt de stichting plaats |
|||||||||
voor ander, inmiddels historisch
Polygoon onderwerp. De stichting Nationaal Centrum
heeft geen geschiedenis kunnen schrijven, maar lonkte in haar korte bestaan succesvol naar de voorpagina's en trok bij haar op- richting dus ook nog 'ns de aan- dacht van het jonge Polygoon. Alle kranten plaatsten grote foto's van feestende gezagsdragers en de Telegraaf ('Bij uitstek nationale plechtigheid. Hulp aan de jeugd.') had bijvoorbeeld een kaartje van de provincie Utrecht afgedrukt, zodat alle lezers het nationale steunpunt gemakkelijk konden be- reiken. In de kolommen van spe- ciale verslaggevers werd geschre- ven over het dansspel van de pro- vincies en het schitterende aan- zicht van 4600 anjers die vanuit een Douglas vliegtuig over het Schoonoord terrein werden ver- spreid. De Telegraaf -toen ook al een krant met oog voor de high |
|||||||||
«<
tO
ïO
T>
o
O o |
||||||||||||||||||||||||||
Nationaal Centrum
|
||||||||||||||||||||||||||
O
|
||||||||||||||||||||||||||
O
1—
<
m
|
||||||||||||||||||||||||||
OFFICIEEL ORQAAN VAN DE STICHTINQ „NATIONAAL CENTRUM"
REDACTiC EN ADHI Ni»THATfE -SCHOONOORD". 2CI«T. — RIJKBOIRONUMMCR St>R7«. — TELEFOON J301
TELEFOON EINDREDACTtE: AMSTERDAM, t37ll iiini)ti!»HiyiuuuEiinitiiiniiniiiitimiii]iiHiiiiHHiiiin)Miuiai!i»iiiiifimttutiBiMHiiHmi[H»)«iim!iuiiiHmjiuiiitimuiuimRmiuiit^
|
||||||||||||||||||||||||||
Nationale eenheid.
|
||||||||||||||||||||||||||
Zelfhandbaving.
|
||||||||||||||||||||||||||
VViJ wiJiea onsiell xijn en
U^'venl" Zoo kloak het eeiUDSaJ oit
Koniakiijkes moad. £x bet werd bet wachtwoord vma het Nedeclandscbe Volk. Natuurlijk U bet een woord
nn «11 e t^dea. Mm/ er Im tocb verschil ü> de xwajurtc cc Vttfi tusschen den ecnca t^d «R des ajiderea. Ea das b^ itoeic niet te worden betoogd. 4*t de kiem er van zich in •nie dagen wd lecr fn bet bitionder doet gevoelen. Het onrustige wereldgebetf
aea van de laatste maanden loept Reoecrittg en Volk bdde •p tot bijzondere Inspanning. Ac krachten der Natie te aü- wulecrcn om den elach tot aelfhart dhaving van woord tot iasd te doen groeien — voor «k Refleering de laak om de Kiddelen te vcrkrljflen voor die ^dfhandhavjng naar bul- ten, voor het Volk dea plicht em de volkskracht. londcr welke de uilcrlijke verdedl- gin<]S[nidde!en niet werkzaam kunnen liin, te versterken. Te versterken In de richting van nauwe annecnsluitmg van allen, die de rijke goe-
deren van het nageslacht willen tien overgedragen. Het pogen van het „Nationaal Centrum" om
daartoe het lijne bij te dragen verdient oict ■lechts bdangstcIHitg, maar ook daad werk cl ijken |
||||||||||||||||||||||||||
Deie diep ernstitje tHd
clschl inspanainn van ailc krachten om teqen de Jick van vcrschilicnde mden baan- brekende vernielende stroo- mingen ome hisiorisch ver- Jtregca goederen, ooie chn»- tclijkc beschaving te doem •tand houden en veilig U atelien. Een eerste vereiscbte om
daarls te stagen ^i het ter band nemen en aangriipea van ailea wat onze nadonale eenheid kas bevorderen en de aatlo- aale gedochte kan versterken. Slapheid en verdeeldheid voe- ten onvermijdelijk naar den ondergang. Alleen wanneer w^i. aan Gods woord gehoof- xameiidc. eikander de hand reiken en ons in gesloten ge- lederen scharen rood om dier- baar Vorstenhuis, kunnen w1) bopen de kracht Ie krijgen om den druk de.: tijds 'r weer- staan en de kwade gccsica te |
||||||||||||||||||||||||||
Het £s bezield door de
overtuiging, dat bet tiestu van ..Nationaal Centrum"' t initiatief heeft jjenomca vc de uitgaaf van een orgaan, bestemd om over o volk den geut van laamhoorighcid te doen vni difl worden en het nationaal bewustzijn waar na dlg op te wekken ca aan te kweeken. Aan het bestunr miioe beste wenachen vo
het weisiagcn van dit ttrevenl |
||||||||||||||||||||||||||
UITSPRAKEN VAN
H.M. DE KONINGIN ,j\is *éjQ en ondeelbaar Volk lullen w^
baodbavcn. de banden ineen aiaandc. lenemdc onze beste krachten Cfl gaven U wijden »»a bet welzijn vaa ons dierbaar Vaderland." „ik weet. dat de wil tot opbouw, uit-
gaande boven alle vcxdceldbeid. b^ kccz velen aanwezig Is." |
||||||||||||||||||||||||||
(U>
|
||||||||||||||||||||||||||
- uo
|
||||||||||||||||||||||||||
w^
|
||||||||||||||||||||||||||
Seijst
1999-111
|
||||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
toond van dezelfde strekking.
Deze steunpunten zullen gratis de gelegenheid bieden aan alle organisaties en vereenigingen om hun leden daar te brengen. De schooljeugd en bevolking uit den omtrek zullen tot de vaste bezoe- kers moeten behooren en daar elkaar ontmoeten, opdat zij deze steunpunten aanvoelen als middelpunt van het Nationale leven. Voor deze steunpunten worden |
||||||||||||
Voor een beschrijving van het
ongewone doel en de werking van de stichting offerden de meeste persafgezanten een groot deel van hun verslag op aan de, ongetwij- feld keurig uitgeschreven, toe- spraak van secretaris Evert Raams: We moeten bouwen aan een
muur, die rotsvast staat rond den troon van Oranje. Groote onwe- tendheid van hetgeen het eigen land ons biedt en in welke op- |
||||||||||||
zichten ons volk groote prestaties
heeft verricht wordt schier overal opgemerkt. Om te komen tot meer inzicht in deze is in die steunpunten alles ondergebracht wat betrekking heeft op: het huis van Oranje en onze Geschiede- nis, Koloniën, Luchtvaart, Scheepvaart, Leger en Vloot en Luchtbescherming. Verder zullen er jaarlijks bij de steunpunten opgevoerd worden historische tafereelen en films worden ver- |
||||||||||||
Het Utrechts Dagblad
schreef onder deze foto: Een groep autoriteiten bij de opening. Ter linkerzijde de Commissaris der Konin- gin in deze Provincie, in het midden Z.K.H. Prins Bernhard en rechts van hem minister Romme, ter rechterzijde o.m. de Commandant van het Veldleger, generaal van Voorst tot Voorst. |
||||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
|
||||||||||
gebruikt oude kasteelen, die
thans onbewoond zijn en door de eigenaren met groote welwillend' heid in bruikleen zijn afgestaan. De kasteelen, die restauratie behoeven, zullen worden hersteld door jeugdige werkloozen, onder goede leiding en tucht, alvorens zij in gebruik worden genomen. Dat laatste plan van de stichting
was niet helemaal onomstreden. In het eerste nummer van de 'Na- tionaal Centrum' krant stelt het bestuur geïrriteerd vast dat er een vervelend misverstand de ronde doet: 'Deze gebouwen zijn sinds jaren onbewoond en gedurende die jaren ook vrij van belasting geweest. Dat door tusschenkomst van
"Nationaal Centrum" de bezitters van dergelijke goederen voordelen zouden genieten, hetzij door hier- door vrijgesteld te worden van be- lasting, hetzij door gratis hun ge- bouwen gerestaureerd te krijgen, is |
||||||||||
onjuist. Deze eigenaren stellen
"Nationaal Centrum" in staat haar werk te doen zonder éénig voor- deel hunnerzijds'. Door een wel heel onbaatzuch-
tige eigenaresse was huize Schoon- oord al voor de oprichting tot zenuwcentrum van de stichting bestemd. 'In warme sympathie met de doelstellingen' zo heette het op de eerste persconferentie 'stond Mevrouw J.D. van Romondt Vis - Baronesse Quarles de Quarles haar ruim dertig hectaren omvat- tende buitenplaats "Schoonoord" te Zeist aan de stichting af, als zetel en middelpunt van het werk'. De baronesse, dan al zestien jaar weduwe van Mr C.C.W van Romondt Vis en presidente van de Nederlandse Vereniging ter Behar- tiging van de belangen van Jonge Meisjes, is tijdens haar leven met een bijzondere hoffelijke onder- scheiding geëerd. Als vice- presidente was ze erg betrokken bij |
||||||||||
de stichting. Met voorzitter baron
Bentinck, secretaris Evert Raams en mevrouw J.C.A. van Asch van Wijck - Baronesse van Hogendorp vormde ze het dagelijks bestuur Secretaris Raams staat in de Zeis- ter Archieven opmerkelijk genoeg al in 1937, ruim voor de eerste SNC berichten, als mede-bewoner van huize Schoonoord op de Driebergse Weg 10 genoteerd. Hij was begin dertig en liep de 'zeer energieke niet al te gemakkelijke' huiseigenaresse kennelijk niet in de weg. De beschrijving van de baronesse komt van de heer Meerdink, jaren terug in dit blad. Door het toedoen van deze bijzon- dere vrouw werd Zeist even het centrum van het Oranje Vader- land en de bouwkeet bij de 'rots- vaste muur' rond de troon. Het Nationaal Centrum was in
de jaren dertig niet het enige spraakmakende Eendrachts-initia- tief in Zeist. Na een aantal gezamelijke conferenties in Woud- |
||||||||||
P
|
||||||||||
Seijst
19 w-m
|
|||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
|
|||||||||||
schoten hadden jongeren uit ver-
schillende zuilen zich in '38 geor- ganiseerd in 'De Beweging verster- king der Nederlandse Gemeen- schap'. De beweging, al spoedig aangeduid met 'de Nederlandse Gemeenschap' gaf een tijdschrift uit ('Het Gemenebest') en zocht in juni '39 landelijke publiciteit met een 'Manifest tot eendracht'. Tot de ondertekenaars behoorde o.a. de latere minister Lieftinck. De Nederlandse Gemeenschap heeft geschiedenisboeken gehaald dan het meer koningsgezinde Natio- nale Centrum. Dr. L. de Jong be- schrijft het initiatief uitgebreid in zijn standaardwerk over de oorlog en in 'Opkomst en ondergang van de Nederlandse Volksbeweging (nvb)' ziet historicus Jan Bank het Woudschoten-overleg als een van de belangrijkste wortels van de naoorlogse pogingen op de poli- tieke verzuiling te doorbreken met de NVB. Het sjieke Zeist was ken- nelijk een vruchtbare bodem voor |
|||||||||||
bezorgde elite-ideeën. Beide bewe-
gingen hadden echter nogal te kampen met een gebrek aan mas- sale steun vanuit de Nederlandse bevolking. Teleurstellingen?
In een redactioneel commentaar
naar aanleiding van de berichten jubelde de Haagsche Post de op- richting van het centrum toch voorzichtig toe. 'Het idee lijkt ons goed [..], doch bij de uitvoering harer voornemers, zullen "Nationaal Centrum" teleurstellingen waar- schijnlijk niet hespaard blijven! De practijk heeft toch uitgewe- zen, dat het buitengemeen moei- lijk is, de werklooze jeugd in goede banen te leiden: allerlei problemen, waarvan de stichting de oplossing ook niet in haar hand heeft, doen zich hierbij als een vaak remmende factor gelden. Doch hoe het ook zij, hier wordt in elk geval een goed- |
|||||||||||
Nederlandsch geluid vernomen,
dat waard is, er aandacht aan te
schenken'.
De medewerking van minister-
president Colijn werd door de HP redactie als belangrijkste waarborg voor de plannen beschouwd. In de hoop dat behalve de 'uitersten van links en rechts' alle 'andere schakeeringen onzer bevolking bij dit uitnemend werk betrokken' zouden worden, sloot de Haagsche Post haar felicitatie af Blij dat ik
Nederlander ben Omdat de aandacht voor het
prestigieuze Centrum in de laatste spannende maanden voor de oor- log wellicht toch wat verslapte ging het bestuur in juni '39 over tot overweldigend huis aan huis initiatief Er moest een betaalbare twee-wekelijkse 'Nationaal Cen- trum' krant komen. Het proef- nummer werd in een oplage van één miljoen gratis verspreid. Ook |
|||||||||||
Seijsi
1999-111
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
HenWij.datikNEDERLANDEfiben
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
voor de verdere ledenwerving
keek men vanuit hoofdkantoor Schoonoord niet op een dubbeltje. De enthousiaste lezer die voor 1 augustus 1939 de meeste mede- abonnees had aangebracht kreeg een auto, een Chevrolet de Luxe - 1939. Voor het afgebeelde exem- plaar zou ook nu nog menigeen weken leurend langs de deuren gaan. De opzet van het krantje werd
in een fraai pamflet getiteld 'Ik ben blij, dat Nederlander ben' ambiti- eus uiteengezet .In de 24 pagina's zinderende Eenheidspropaganda is alles rond Nederland en Oranje ook opvallend superieur, maar moet de Nederlandse bevolking het merkwaardig genoeg massaal ontgelden. Halverwege de krant
krijgt 'de vrouw' ervan van langs onder de misleidende titel 'Eeresaluut aan de Nederlandsche Moeder'. Anders dan de groot af- gebeelde regentes Emma begrijpen vele moeders 'niet wat kinderen |
|||||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDERS
▼oor V fcldc titafu bctfccn tu /anfcn «trijd vcrkrcfcji
werd te brvfftifCB en t» Jiandbarcii. DE NATIONALE EENHEIDSGEDACHTE
tot wcrkclijkbcid cc aaakra, in sll< krinfcn onzer
bevolking, is de plicbc raa lederen NEDERtANOER, NEDERLANDERS
GIJ HEBT AU.EN DIT ECHT NEDERLANDSCHE
BLAD nJtuurliJk ucc alle aandacht doorbelazen. CU HEBT DUS HET STREVEN VAN „NATIONAAL CENTRUM" 1 btoogtadt all« land|[ciioofcn. xoowcl in eigen land als in den rrecmde, te doen beseffen dat bet schede Nederlandsche Volk trotsch maf zijn op xijn historiscben naam, MET BEGRIJPELIJKE GEEST- DRIFT TOEGEJUICHT. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDERS
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
In Nederland zetelt de oerkem van oni Tolkebeftaao,
belichaamd in bet «ymbool der nationale eenbeidsccdacfate naar bet koninkUjk woord v«n onze Land<vor«tin. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDERS
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Iaat deze oorkonde roor U een «anfporlnc zijn in den
zin der KONINKLIJKE BOODSCHAP, V zeU te door- dringen v»n bet groott voorrecht i NEDERLANDER te zi;n. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDERS
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
"' all, schroon, op m ., _
"" ""'""•"'■ ".e. deo ui'^or;:" * ""'•'*•«'" «.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
IK
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
BEN
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
BLIJ.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
DAT
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
IK
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
NEDERLANDER
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
P
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
BEN.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
beijst
1999-11!
|
||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
Sickzes voor een onmiddellijke uit-
breiding van de handel met het Duitse Rijk. Zijn pro-Duitse hou- ding lijkt achteraf nogal scherp te botsen met de uitspraken van ko- ningin Wilhelmina en minister- president Colijn. 'Wij willen ons- zelf zijn en blijven' preekt de ko- ningin strijdbaar op het voorblad. In de andere kolom zet Colijn het een en ander over verdedigings- middel en de noodzaak tot zelf- handhaving uiteen. Nationaal Instituut
Het is onduidelijk hoe lang het
Nationaal Centrum de promotie van God en Oranje tijdens de bezetting nog heeft voortgezet. Schoonoord werd in ieder geval door de Duitsers opgeëist en Evert Raams trok er in 1941 uit. In het ZHG Van der Poll archief ligt nog een kleine foto van het bezette landhuis. Na de oorlog heeft niemand
meer iets van het Nationaal Gen- |
||||||||||
zijn' en vergeten ze 'maar al te
vaak, dat het feit van kinderen te hebben, nog geen moeders maakt'. Ook in de Vaderlandse Geschie- denis is de auteur met een nauwe- lijks bedekte bedoeling aan de slag gegaan: 'Was het niet een Oranje, die in 1813 te Scheveningen voet aan wal zette, om het Nederland- sche volk te redden van algeheelen ondergang?'. Het hoge doel is overal duidelijk
maar over de te volgen weg naar die geprezen eenheid staan de aanbevelingen van de gast- schrijvers vaak verfrissend recht tegen over elkaar. Vooral de op- merkelijke ideeën van de heer Sickzes springen in 't oog. De economische goeroe Sickesz was de man achter de toverformule van de levensduur's verkorting methode, waar hij naar eigen zeg- gen 20 jaar 'schier onafgebroken' op had gebroed. Zo was hij er langzaam en 'zelfs met groote stel- |
||||||||||
ligheid' van overtuigd geraakt dat
hij met zijn nieuwe stelsel een op- lossing had gevonden voor de organisatiefout die de wereldeco- nomie in de jaren dertig zo hard- nekkig had verpest. Ieder product doorgaat vier levensstadia, dic- teerde de originele econonoom: productie, distributie, bezit en 'slooping'. De economie en dus de samenleving profiteerde van fase 1, 2 en 4. Aan fase 3, het bezit, beleefde alleen de bezitter plezier. De conclusie ligt voor de hand, maar iedereen was 'm vergeten te trekken. Er moest massaal worden gesloopt en heraangeschaft door de gelukkige bezitters. 'Draalt niet, redekavelt niet, doch doet het voor het te laat is!'. Sickzes echter, had nog een belangrijke aanbeve- ling waarvan de redactie zich in een naschrift gedeeltelijk heeft ge- distantieerd. Ontzet over de 'dwaasheid' achter de negatieve aanbevelingen van de Neder- landse Handelsdelegatie pleit |
||||||||||
beijst
1999-111
|
|||||||||||||
VOOR GOD EN ORANJE, OLIVIER HEIMEL
|
|||||||||||||
trum gehoord. Misschien waren
autoriteiten als prins Bernhard de gezellige elite barbecues tijdens de oorlog ook langzaam ontgroeid. Hoewel. Wie de Polygoonfilmpjes jaar na jaar blijft doorspoelen loopt in oktober '45 tegen een opvallend herkenbare serie toespraken aan. In de Raadzaal van het Amster- damse gemeentehuis heeft de Ne- derlandse elite zich dan sober ver- zameld voor de oprichtingsverga- dering van het Nationaal Insti- tuut. 'Deze uit het verzet voortgekomen
organisatie heeft als doel en streven: verdieping van het nationaal besef en versterking van de nationale samen- horigheid' lezen we in de papieren van het Audiovisueel archief. Op het korte filmpje staan toespraken van prof dr. G. van der Leeuw, minister van Onderwijs, en J. in 't Veld, dan nog voorzitter van het Instituut. Geen anjers meer, geen kastelen en geen tuinfeest, maar één rode draad keert terug: voor- |
|||||||||||||
zitter In 't Veld maakt al snel
plaats voor een bekende naam rond het koninklijke hof In 'Een tevreden Natie' beschrijft de 'to- taal historicus' Maarten van Rossem hoe de geschiedenis van het Nationaal Instituut onder lei- ding van Prins Bernhard von Lippe Biesterfeld verder verliep: De initiatiefnemers van deze merkwaardige instelling waren mensen die in het verzet tot de conclusie waren gekomen, geheel in de lijn van het voïksideaal van de jaren dertig, dat het in Neder- land ontbrak aan voldoende nationaal besef. De 'massale geestelijke capitulatie' tijdens de bezettingsjaren zou volgens hen veroorzaakt zijn door het feit dat het Nederlands volk niet dacht en zich gedroeg als één volk, maar als een samenraapsel van belangenorganisaties. Voor een passend moreel en zedelijk herstel was nationale saamhorigheid vereist, in het besef dat er zoiets |
|||||||||||||
was als een vitale volkscultuur
Binnen het Nationaal Instituut maakte men zich ernstige zorgen over de corrumperende en ver- vlakkende werking van de com- merciële massacultuur uit het buitenland. Als tegenwicht daartegen wilde het Instituut de volkscultuur inventariseren, coördineren en organiseren. Als de volksdans en de volksliedjes nieuw leven in kon worden geblazen, zou de bevolking vanzelf afstand nemen van haar ziekelijke hang naar jazzmuziek en Hollywoodfilms'. Als voorbeelden van minder ge-
lukkige initiatieven haalt Van Rossem de Actie voor de Natio- nale Feestrok en het congres van 'de Toekomst van de Nederlandse Beschaving' aan. Nadat het con- gres in grote onenigheid uit elkaar viel was ook het einde van het Nationaal Instituut nabij. Eind 1946 raakte het in grote financiële |
|||||||||||||
r
|
|||||||||||||
Seijst
1999-111
|
|||||||||||||||||
VERRASSENDE PEtCRIMSSOUVENIRS, MARC WORTMANN
|
|||||||||||||||||
moeilijkheden omdat de regering
niet langer tot subsidie bereid was. In 1947 volgde de officiële ophef- fing en het einde van het typische culturele Doorbraak idee. Georga- niseerde eenheidsjubel was Neder- land in de twintigste eeuw aldus niet gegeven. Maar Zeist was toch even het centrum van de Natie |
|||||||||||||||||
Verrassende pelgrims
|
|||||||||||||||||
Evenals de hedendaagse toerist
graag met souvenirs thuiskomt, namen de vroegere pelgrims voor- werpen mee van hun bedevaart. Zo veel, dat er zelfs in de eerste eeuwen van onze jaartelling al be- hoefte was aan massaproductie. In die tijd namen de bedevaartgangers vooral ampullen
(gevuld met olie of water uit de heilige plaatsen), beeldjes of me- daillons mee. In de latere middel- eeuwen kwamen vooral de pelgrimsinsignes in zwang, die op de kleding of hoofddeksels werden bevestigd. Daarnaast werden na- tuurlijke materialen verzameld, met de schelpen uit Santiago de Compostella als meest bekende voorbeeld. De motieven van de pelgrims
gingen verder dan alleen de herin- |
|||||||||||||||||
Mare Wortmann bezocht maan-
dag 23 augustus de lezing van Katja Boertjes over de eerste vormen van toerisme. Diegenen die zich afvroe
gen of er wel iets inte ressants te melden zou zijn over "pelgrims souvenirs uit Christelijke bedevaartsoorden" kregen bij de lezing van het ZHG ongelijk. In een vlot en goed ge- documenteerd betoog voerde historica Katja Boertjes de 40 aan- wezigen langs vele bedevaart- plaatsen in Europa en het Mid- den-Oosten. De vraag welke voor- werpen werden meegenomen en waarom werd in vogelvlucht door de eeuwen heen beantwoord. |
|||||||||||||||||
geweest.
|
|||||||||||||||||
Olivier Heimei
|
|||||||||||||||||
BRONNEN
Keesings Historisch Arcliief No. 370, p. 3345
Nationaal Centrum. Officieel orgaan van de stichting "Nationaal Centrum, proefnummer, juni 1938 (archief Oorlogsdocumentatie Gouda), 'Opening van de constituerende vergadering van het Nationaal Instituut', online archief van het Nederlands Audiovisueel Archief Bank, Jan, Opkomst en ondergang van de Nederlandse Volksbeweging (NVB) (Deventer 1978). Jong, Dr. L. de. Het Konink- rijk der Nederlanden in de Tweede Wereld- oorlog, deel 4, mei '40 - maart '41, tvi/eede helft (Den Haag 1972) 460-472. Rossum, |
|||||||||||||||||
Seijst
|
|||||||||||||||||
VERRASSENDE PELGRIMSSOUVENIRS, MARC WORTMANN
|
|||||||||||||||||
1999-
|
|||||||||||||||||
Nieuwe leden
|
|||||||||||||||||
Drs. A. Meijer, Wijk bij Duurstede
De heer J. Meijer, Zeist
De heer A. van der Mersch, Baarn
Fam. Polman-Lensink, Soesterberg
De heer E. Post, Bosch en Duin
Mevrouw A.J.M. Okhuijsen-Grundmeijer,
Zeist
Mevrouw A. van Oortmerssen, Zeist
De heer N. de Raaij, Zeist
De heer H. Reekum, Zeist
De heer L. Roep, Zeist
Mevrouw M. Rossen, Zeist
De heer RVJ. van Rossem, Leiden
De heer R. van Schuppen, Zeist
De heer A. Smith, Zeist
De heer A. Steensma, Zeist
De heer R Tol, Zeist
Mevrouw Waesberge van de Haar, Zeist
Bart en Sabine Witzier-Nijland, Zeist
MevrouwJ.H. van Zeyl-Sikkens, Zeist
/Aanmeldingen / adreswijzigingen
Zeister Historisch Qenootselutp,
Postbus 342, 3700 AH Zeist
Ledenstand_______________
Seijst II (juni'99).................................. 829
Seijst lil (september'99)....................... 849
|
|||||||||||||||||
Fam. Van den Akker, Zeist
Mevrouw Th.M. Adema, Zeist
De heer en mevr. Bannink-Loss
De heer A.M. Becker, Zeist
Mevrouw Berends-van Loon, Zeist
De heer V/ van den Broek, Zeist
De heer H. Dieteren, Zeist
De heer G.T. Dijkhuizen, Zeist
De heer H. Duetz, Bosch en Duin
De heer E. van Ee, Zeist
Drs. R. Efdée, Den Dolder
De heer J.E. Engelsman, Austerlitz
De heer R. van Gangelen, Zeist
Mevrouw drs. A.M. Gommers-Dekker,
Bosch en Duin
Gemeentearchief Zeist
De heer B. de Haan, Zeist
Mevrouw M. van de Kamp, Zeist
De heer C.R van Kleef, Zeist
Mevrouw J.G. Kollenveld-Buitenhuis,
Zeist
Mevrouw W. Kuite, Zeist
De heer A. Langelaar, Zeist
De heer N. van der Lee, Driebergen
De heer H. Manessen, Zeist
De heer M. Meerdink, Amsterdam
|
|||||||||||||||||
souvenirs
|
|||||||||||||||||
nering aan een moeizame tocht.
Velen zagen de meegebrachte voorwerpen als amulet dat be- scherming kon bieden, of als be- wijs van werkelijke aanwezigheid. Dat hing samen met de redenen om een pelgrimstocht te maken: dankbaarheid, hulp zoeken of dichter bij God komen. Maar een pelgrimstocht kon ook een vorm van alternatieve straf betekenen! De ruimte ontbreekt hier om in
te gaan op de vele voorbeelden, zoals de afbeeldingen over het mi- rakel van Amsterdam uit 1345. Wie belangstelling heeft wachtte het proefschrift van mevrouw Boertjes over deze eenvoudige maar bijzondere religieuze voor- werpen af Voor vele aanwezigen smaakte deze avond in ieder geval naar meer! Mare Wortmann |
|||||||||||||||||
r
|
|||||||||||||||||
ACTIVITEITEN EN BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
|
||||||||||||||||||||||
een verjaardagkalender te koop.
De tentoonstelling is de bijdrage van onze stichting aan de millenniumviering in Zeist met het thema Tijd. Taai en Toekomst. Officiële opening 27 november. |
Project Wersehuit_________
Oktober. 51 gezeefdrukte illus-
tratie bij cyclus Tempel en Kruis' ; voor een bundel ansichtkaarten. Vertelvoorstelling________ <
Eerste week november. Een j
aantal eerste generatie Neder- ■
landse Marokkanen over 'Den- kend aan Holland...' Uitvoering I bijSKVofSMSO. l Inzenden van kopij
Poortstraat 75a ■ 3572 m UTRECHT
E-mait seiist@frephitophe.eom
Fax: (030) 276 04 45
FOTO: Een voorproefje van de tentoonstelling Zeist
terug in de Tijd, fototentoonstelling in Slot Zeist van 28 november 1999 tot en met 9 januari 2000. Kraal's Boek Muziek en Kunsthandel aan de Slotlaan, hoek Weeshuislaan (thans het pand met de winkel 'Steps'). Jan W. Kraal opende hier zijn boekhandel in 1907, nadat hij het woonhuis had verbouwd tot een moderne winkel met grote etalages. In 1914 vond een tweede verbouwing plaats, waarbij het aantal etalages werd verdubbeld. Rechts de pastorie en de Gereformeerde Oosterkerk. FOTO COLLECTIE GRAAL. CA 1930
|
|||||||||||||||||||||
FUmvoorsteUing
|
||||||||||||||||||||||
Maandag 25 oktober. Aanvang
19.30 uur. Entreekaarten a ƒ2,50 kunnen alleen vooraf worden gereserveerd via het reserverings- systeem van Figi, tel. 0900 - 3444 934. Tegen afgifte van uv^ ticket kunt u op deze avond een kop koffie krijgen, vóór de voor- stelling of tijdens de pauze aan het buffet van het theatercafé. |
||||||||||||||||||||||
1899 - 1999
rSTfUK
|
||||||||||||||||||||||
Zeister activiteiten in het Marsmanjaar
Lezing___________________
Donderdag 28 oktober. Lezing
en korte balletuitvoering in De Klinker over zijn leven en zijn werk, doorj. Goedegebuure. Uitreiking biografie aan burge- meester Boekhoven en uitslag dichtwedstrijd Zeister scholieren. Tentoonstelling___________
Vrijdag 29 oktober tot eind
november in Zeister Openbare Bibliotheek. Materiaal van de heer H. Bierens, aangevuld met materiaal letterkundig museum. |
||||||||||||||||||||||
Boek
|
||||||||||||||||||||||
Dinsdag 23 november. 'Zeist,
terug in de Tijd'. Verschijning boek over glasplaten van Kraal. |
||||||||||||||||||||||
Fotoexpositie
|
||||||||||||||||||||||
Zondag 28 november 1999 tot
en met zondag 9 januari 2000. Zeist terug in de Tijd in de tentoonstellingszalen van Het Slot (hoofdgebouw) van ca. 70 grote afdrukken uit de glas- platencollectie van Kraal. Tijdens de tentoonstelling zijn behalve het boek, ook ansichtkaarten en |
||||||||||||||||||||||
I
|
||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||
", mW^'WK^
|
|||||||||||||||||||||||||||
^^^irn^
|
|||||||||||||||||||||||||||
Seijst
19f9-IV
|
||||||||||||||||||||||
TOEKOMSTVERKENNING UIT HET VERLEDEN, MARC V/ORTMANN
|
||||||||||||||||||||||
Tbekomstverkenning uit het
verleden biedt stof tot nadenken |
||||||||||||||||||||||
Daarmee wordt een pe
riode van 50 jaar over brugd. En hoewel wat hachelijk in een historisch tijd- schrift, aan het slot wil ik in het verlengde van deze terugblik en evaluatie nog enige ballonnetjes oplaten over de volgende 50 jaar Bevolking, huisvesting en ge-
meente. De schrijver van het hier- bij afgedrukte artikel veronder- stelde een groei van de Zeister bevolking van toen 42.500 naar 100.000. Het zijn er 60.000 gewor- den. Ook is Bilthoven niet bij Zeist gevoegd, zoals toen werd ver- ondersteld. Waar die 100.000 in- woners zouden moeten wonen was blijkbaar moeilijk te voorzien: |
||||||||||||||||||||||
In 1950 publiceerde de Nieuwe Zeister Courant een aantal artike-
len waarin werd vooruitgeblikt naar het jaar 2000. Een serieuze prognose kwam van de hand van W. Qrapendaai. die zijn licht liet schijnen over uiteenlopende zaken als de bevolking, wonen, verkeer onderwijs, werk en kerkelijk en verenigingsleven. Op de drem- pel van het jaar 2000 is het aardig om eens na te gaan wat er van de verwachtingen van toen is uitgekomen. Zeist over 50 jaar
|
||||||||||||||||||||||
moeeenseriemeprognose
i ^ UK ^^ ^^„ en daaraan
verwachte "6"^'= °„In indien "P^.^T rtpr prognoses.. Onder dt
'„Ses.omver kan werpen. ^^ '^«V^* ndefg te» de le^ - geboden, dan "? "behoud, verzoekt onaerg
Sitdrukkelijke voorDen ^^^^^ |
||||||||||||||||||||||
w5
JVog- éém
|
||||||||||||||||||||||
H->
|
||||||||||||||||||||||
zijn.bescb
H^t Gemeentebestuur
|
||||||||||||||||||||||
'BOS en mm. % -^^ios -. .■; ,i
|
||||||||||||||||||||||
Seiist
1999-IV
|
||||||||||||
TOEKOMSTVERKENNING UIT HET VERLEDEN, MARC V/ORTMANN
|
||||||||||||
niet op de cultuurgronden aan de
kant van Bunnik, volgens Grap- endaal, maar wel op de zandgron- den richting Huis ter Heide, Bosch en Duin, Den Dolder, langs de Arnhemse Bovenweg en ter plaatse van de sportvelden achter het Slot. Achteraf kunnen we con- stateren dat de enorme efficiency-verbetering in de land- bouw, waardoor de opbrengst per hectare sterk is toegenomen, heeft meegeholpen aan het oplossen van ruimtelijke ordenings- dilemma's: aan de ene kant heeft de landbouw daardoor het milieu zwaar belast maar anderzijds de natuur weer ontlast. De Zeister bossen zijn daardoor voor een groot deel onaangetast gebleven en de grootste uitbreiding - Zeist-West, heeft wel degelijk aan de Bunnikse kant plaatsgevonden. Op een ander punt is de voor- spelling van Grapendaal beter uit- gekomen. De positie van de wet- houders binnen de gemeente is |
aanzienlijk versterkt ten opzichte
van 1950. Hij voorspelde ook de invoering van wijkraden voor de buurtschappen en de delen van Zeist buiten het centrum. Deze zijn er niet gekomen (alleen het wijkgericht werken deed in 1998 zijn intrede als onderdeel van de portefeuille van wethouder Swart), evenmin als er in de wij- ken hulpsecretariën met brand- weer- en politieposten zijn ont- staan. De bestuurlijke inbedding van de politie is zelfs de andere kant op gegaan met regionalisering en dus schaalvergroting in plaats van schaalverkleining. De politie beschikt wel over tal van techni- sche middelen, zelfs veel meer dan in 1950 was te voorzien. Verkeer en economie
De gevolgen van de toename
van het gemotoriseerd verkeer hebben ten dele een geheel ander effect gehad dan in 1950 was te voorzien. Wie verwachtte dat de |
fiets zou verdwijnen ten gunste
van lichte motorvoertuigen en scooters, dat de Slotlaan alleen nog toegankelijk zou zijn voor ge- motoriseerd verkeer, met parkeer- plaatsen voor auto's en motoren, dat het station Driebergen-Zeist zou worden uitgebreid met een klein vliegveldje (!) en een hotel en dat er comfortabele bussen zou- den rijden in de hele regio, wie dat verwachtte moet in het jaar 2000 zwaar teleurgesteld zijn. De eer- lijkheid gebiedt te zeggen dat de schrijver zijn verwachtingen ba- seerde op een vóóronderstelling, namelijk van technologische ver- betering door de overgang op een hetelucht- of electrische motor. De voorspellingen over de grotere plaats van telefoon en televisie in het dagelijks leven zijn beter uitge- komen. Ten aanzien van de werkgele-
genheid zijn de ontwikkelingen in de land- en tuinbouw nog veel harder gegaan dan 50 jaar geleden |
||||||||||
'™
|
||||||||||||
luangs de ong-ebouwde gedeel-
ten van de Arnhemse Bovenwee, Laan van Beek en Roven, Mo- lenweg, Heideweg, achter „Het biot . waar nu de sportvelden zyn, zullen woningen verrijzen _ Etteiyke flatgebouwen zuUen in het jaar 2000 in hei. oAntmrn vdii ijtiisL Komen, waardoor oude huizen zuilen verdwynen. Het in goede banen leiden van
een stelselmatige en aesthetische Wtbi-eiding van Zeist zal dï Overheid in de komende 50 ia- wn heel wat hoofdbrekens kos- ten. Verkeer en vervoer
Vele wegen in deze gemeente
zuUen in dit jaar 2000 een heel aJider aanzien hebben dan nu |
|||||||||||||||||||||||||||||||
^rricht *'^'^^^«' ^e-^" ^verk
Volksontwikkeling en
opvoeding (_Het onderwijs za! in het i^^n
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
s
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
TOEKOMSTVERKENNING UIT HET VERLEDEN, MARC WORTMANN
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
en 5
999-1'
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Izijn dan nu. Be on,.c ulj.ni ó
den zullen meer op de prakUjk gerjc-iit zijn. m deze gemee ite Zullen er twee Hogere^ luT. 5 scholen bijgekomen zijn. He' l,e- staande H.H S-gebouw z,l ■ o?k h Tf*" '"" Uitgebreid, zo ook het Lyceum. Jn de nieiiwo woonwyken zuüen scholen voor uitgebreid lager onderwijs, la- ger onderwijs en kleuteronder- WTjs worden gebouwd. De school voor voortgezet gewoon la^er <>^'i<^1■^^n3s zai een grote vJufht nemen daar dit onderwijs aan |
|||||||||||||||||||||||||||||||
gedacht werd. Zozeer, dat momen-
teel het primaire karakter van de voedselvoorziening nauwelijks nog aandacht krijgt, maar juist het af- remmen van de groei en de inten- siteit van de landbouw voorop staat. Voorzag men in 1950 nog een bescheiden groei van het aaii- tal fabrieken, nu moeten we con- stateren dat de nijverheid vrijwel helemaal uit Zeist verdwenen is en dat de dienstensector het over- grote deel van de werkgelegenheid uitmaakt. De vrees voor grote werkloosheid door verbeteringen in de techniek heeft lang bestaan maar was onterecht. Het verdwij- nen van de 8-urige werkdag werd ook dot^r Grapendaal voorspeld. De arbeidstijd is wel korter gewor- den, maar op een andere manier: door verkorting van de werkweek, meer vakanties en eerdere pensio- nering. Onderwijs en sport
De toename van onderwijs en
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
sportvoorzieningen zijn goed voor-
speld, zij het dat grootschaligheid van het huidige voortgezet onder- wijs de Zeistenaar van 1950 zeker zou verbijsteren. Wat betreft de groei van de recreatieve voorzie- ningen moeten we constateren dat Zeist daarin in tegenstelling tot de verwachting toch iets is achterge- bleven bij de andere delen van ons land. Het Slot Zeist heeft daaren- tegen wél aan de verwachtingen voldaan, terwijl het verenigingsle- ven nog steeds bloeit op allerlei terreinen (mede dankzij vroegere pensioiiering?). Een Zeister mu- seum is daarentegen nog niet ge- realiseerd. Kerkelijk leven
Voor wat het kerkelijk leven be-
treft was in 1950 blijkbaar nog geen spoor van secularisatie zicht- baar. Volgens de voorspelling van Grapendaal zou 80% van de be- volking bij een (christelijke) kerk zijn aangesloten. Ondanks de |
|||||||||||||||||||||||||||||||
^.^ ....uu iiju tjorzaas in de (oe-
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
neming van het gemotoriseerde ^« ,J*Tr'"€?" "P^'^khjk .._
verkeer. Rijwielen met trapbe- Seeit. Voorts zai er naby de
weging zullen er bijna niet meer ^^^If^l^^^,^''^^^..^ Nijverlieids-
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
schooi worden gebouwd.
De sport zal in cjtwiivke-injï
zeer vooruitgegaan zijn. Vooral' de voetbalsport za' sterk zün boegenomen. De andere spOrten zulten zich in verhouding tot de toename der hevolking uit- breid en. Er zai in deze gemeente over
50 jaren een sporLpark vcrry- zen waar verschillende sporten beoefend zullen \vordden. Dit sportpark zal m.i. worden aan- gelegd op de zandgrond; ver- moedelijk aan het einde van dé Prof. Lorentzla^n. In deze gemeente zuUen in het
Jaar 2000 meerdere recreatie-oor- den nabij dde bossen zijn. Vooral Bos en Duin. Den Doldor, Biltï- hoven en ook Auslfr'lilz '/.idlon Deze recreatieoorden zullcil
's zomers «en toevlucht 'zijn voor de stedelingen. Het Zeister bos zal altijd voor de vreemdelin- gen zijn aantrekking blijven be- houden. „Het Slot" zal voor de volks-
ontwikkeling en opvoeding een centrum voor Zeist, maar ook voor Nederland zijn. Landolijke congres.sen, tentoonslclliugeii e d. zullen hierin worden gclioLiden, Een museum waar <ie plaiiLse- lijke ontwikkeling der gemee ite Zeist zal kunnen worden aan- schouwd, zal hier tevens worden ondergebracht. Het Vereniginpsieven zaj uver
50 jaren een ander aanzien heb- ben dan nu. Sportverenigingen, padvinderij, muziek-, zang- en toneelverenigingen zu.'Ien er on- tegenzeggelijk blijven- Samen- smelting van gelijksoortige vet- I enigingen zal alhier hebben ' plaats gehad. De krachten zul- len daardoor niet verdeeld zijn. Het dce! dat de verenigingen zich hebben gesteld za' beier tot zijn recht komen. Hel aantal ne- stuurslerien za' sterk dalen, iiet zal variëren van 3 lol .'). 'v^n |
|||||||||||||||||||||||||||||||
bestaan, alleen kinderen zuilze nog beryden.
GeperfecÜonneerde autobus.seautomobielen, motorrijwiele
(zware, tussenklasse en lichten scooters beWnden zich daalleen nog op de rywegen.
Over 50 jaren zal het gemotriseerde vervoer lang niet zveel kosten met zich brengeals thans liet gevat is, daar dheteluohtmxitOT of de electronsche motöT dan 2yn intredezal hebben gedaan.
Tengevolge van het gemotorseerde vervoer zullen de- primaire straten In deze gemeentvoor ander verkeer verbodeztjn. Zo zal de rybaan van de
Slotlaan alleen mogen worden b«Dodèn.. door motorische vötkeersmiddelefn- Langs d'eze rijweg zullen parkeerplaatsen voor automobielen en motorrywiel'en ztjn aangebracht. Naast de parkeerpla atsen bevi n den zich d an paden voor lichte motorrywielen en voetgangers. De treinlyn — waarvan de
rails gerfeelteiyk zyn opg^ebrokeii — van het Station Zeist ai naar Huis ter Heide en I>6n Dolder zal een verkeersweg z^jn g^ewor- den. D« Utrechts-ewög van De Bilt naar Zeist en de Drlebergse- wec van Drieberg^en naar Zeist zulléii aan weerszijden een pad voor lichte motorrywlelen heb- ben. In de nabijheid van iiet sta-
tion Driebergen-----Zeist zal e&n klein vliegveld voor particuliere
vliegtuigen z^jn aangelegd. Het station zal ten opzichte van Zeist een belangrijke plaats gaan innemen. Naby het station zal een hotel staan. De verbindingen van Zeist
met; Utrecht. Amerstoort, Vee- nendaal, Wageningen, Drieber- gen-RiJsenburg. Rhenen en Arn- hem zullen over 50 jaren onder- houden worden met rneer com- Sort biedende autobussen. Zoge- naamde stads-autobussen zulIen dioor de city en buurtschappen ryden. Bunnik zal hier ook in worden betrokken. |
|||||||||||||||||||||||||||||||
d© Besturen zal meei'
heid zyn gegeven. Een ; doening van zaken z;il |
-■-■ •■',d-
■■! af- ?T-(ltjor |
||||||||||||||||||||||||||||||
worden bereikt.
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Op verschillende punten van
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Seijst
l99f-IV
|
|||||||||||||
TOEKOMSTVERKENNING UIT HET VERLEDEN, MARC WORTMANN
|
|||||||||||||
grote verscheidenheid die Zeist nu
kenmerkt is dat aantal hooguit nog 50%. Een andere niet voor- ziene opmerkelijke ontwikkeling is de opkomst van de moslims als groeiende kerkelijke groepering, ook in Zeist. |
|||||||||||||
Een blik in de toekomst
Al met al blijkt het voorspellen
van de toekomst (gelukkig maar!) geen eenvoudige zaak. Het ver- baast mij wel dat het verschijnsel als zodanig - het ontwikkelen van toekomstvisies - hedentendage minder in de belangstelling staat dat 50 jaar geleden. Het einde van het millennium nodigt wel uit tot een eindeloze stroom terugblikken in kranten, tijdschriften en op te- levisie, maar vooruitblikken ziet men zelden. In de literatuur van destijds waren de toekomst- verhalen sterk realistisch, bijvoor- beeld bij schrijvers als Orwell of Asimov. Nu aan het einde van de eeuw ontbreken deze gedachten |
|||||||||||||
en voert de imaginaire wereld van
Star Wars de boventoon als het gaat om doorkijken naar de toe- komst. Voor wat betreft de toekomst
van Zeist lijkt het mij toch wel aardig een poging te wagen. Ik ga er daarbij vanuit dat het niet te voorzien is of er tussen nu en 2050 een oorlog zal woeden of dat Ne- derland door een grote natuur- ramp wordt getroffen. Een greep uit mogelijke ontwikkelingen is |
|||||||||||||
het volgende:
• Een bescheiden groei van de be-
volking als gevolg van nieuwe woningbouw. De druk op midden-Nederland zal blijven bestaan, met name voor huis- vesting voor ouderen in de vorm van flats en seniorenwoningen in en rond het centrum. Ook het stuk tussen de A28 en de Amersfoortseweg zal op den duur voorbebouwing gebruikt worden. |
|||||||||||||
TOEKOMSTVERKENNING UIT HET VERLEDEN, MARC WORTMANN
|
|||||||||
Ik voorzie dat er over 50 jaar
een rondweg om Zeist zal liggen en dat er meer parkeer- gelegenheid aan de randen van het centrum komt in combinatie met light-railverbindingen met een hoge frequentie. Het cen- trum zal wel wat groter zijn ge- worden dan nu denkbaar is. Buiten de bebouwde kom zullen de natuurgebieden sterker afge- bakend worden, met meer be- perkingen aan het gebruik. Toch nemen de recreatieve voorzie- ningen nog verder toe, ook in de openlucht. Deze worden meer gericht op individuele sportbeoefening minder op
teamsporten. Er komt een Zeister museum,
waarschijnlijk al ruim vóór 2050. Het verenigingsleven blijft
boeien, maar meer met behulp van betaalde krachten en min- der vrijwilligers en minder op vaste tijdstippen. Daartoe ont- |
staan grotere verbanden met
veel keuzevrijheid voor de le- den. Communicatie tussen gemeente
en individuele burgers gaat plaatsvinden langs electronische weg, met behulp van peilingen en referenda. De politieke par- tijen treden daarbij als een soort makelaars op. De gemeente zal zich ontwikke-
len tot een verzameling relatief zelfstandige, dienstverlenende bedrijven op gebied van infra- structuur, natuuronderhoud, zorg, informatie en veiligheid met lagere algemene belastingen en hogere retributies. Zeist krijgt een eigen Hoge- school als dependance van el- ders (Utrecht) voor korte stu- dies en bijscholing van de be- staande beroepsbevolking. Het winkelbestand zal verder groeien met filialen van natio- nale en internationale ketens en formules, terwijl de kleinschalige |
||||||||
detailhandel sterker ingevuld
wordt door wat nu nog allochto- nen heten. ■ Er komen steeds meer
horeca-gelegenheid met combi- natie van eten en drinken met ontspanning en wellicht ook kinderopvang, al zal dat laatste ook steeds meer door de grotere scholengemeenschappen wor- den opgepakt. Bij dit alles blijft het gezin de belangrijkste leef- eenheid. In 2050 zal de werk- week en de schoolweek nog maar 3 a 4 dagen beslaan met veel meer thuiswerk (telewerken) en in de dienst-
verlenende beroepen een losse en flexibele verhouding tussen werkgever en werknemer op ba- sis van meer gelijkwaardigheid dan thans. • Voor het kerkelijk leven ver-
wacht ik in de 2" eeuw een renaissance, vooral in de katho- lieke en evangelische hoek! Mare Wortmann
|
|||||||||
Seijst
1999-IY
|
|||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||||
Twee zeepziederijen in Zeist
|
|||||||||||
Wie de geschiedenis van een be-
drijf op papier wilt zetten, zal in eerste instantie op zoek gaan naar een bedrijfsarchief. Bij het niet aanwezig zijn van een der- gelijk archief- meer niet dan wel - zal teruggrepen worden op overheidarchieven. Een onder- zoek van Van Maanen, streek- archivaris in Qeldermalsen. Om een bedrijf op te
kunnen richten, was van de plaatselijke en de provinciale overheid toestem- ming vereist. Daarnaast kunnen we correspondentie aantreffen als er overlast werd veroorzaakt en in |
|||||||||||
gemeenteverslagen gegevens als
het aantal werknemers e.d. Zelden zal er gedacht worden aan belastingarchieven, toch kunnen deze een aanvullende en soms een belangrijke rol spelen. Nu zijn de Utrechtse belasting-
archieven nagenoeg geheel verlo- ren gegaan, maar in het archief van de afdeling accijnzen van het ministerie van Financiën zijn beide Zeistse zeepziederijen een aantal keren ter sprake gekomen. Het zijn deze gegevens die ik op een rijtje heb gezet, aangevuld met gegevens voor de "Het Anker" uit het "bedrijfsarchiefje" in het ar- chief van de Evangelische Broedergemeente. Wellicht is een en ander aanleiding tot een uitge- breider artikel over beide Zeistse zeepziederijen |
|||||||||||
fN-D.^
|
|||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||
Fiscus
Door de rijksoverheid werd in
de gedaante van de dienst accijn- zen en in- en uitvoerrechten nauwlettend toezicht gehouden op de verrichtingen van zeepzie- derijen. Telkens wanneer een zeepziederij het productieproces opstarte, moest dit van te voren worden aangegeven en werd door een of meer ambtenaren daadwer- kelijk toegekeken. De archief- stukken die dan ook aanwezig zijn, hebben betrekking op dit toezicht en dan met name in gevallen dat iets mis ging en het ministerie van financiën benaderd werd. Hier werd naar aanleiding van uitge- brachte adviezen en toetsing aan de bestaande wetgeving een be- sluit genomen. Produetieproees
Zeep werd in de negentiende
eeuw vervaardigd van weedas, potas, kalk en raap-, hennep- en lijnolie. De weedas werd allereerst |
|||||||||
fijngeklopt, waarna ze in een vat
gemengd werd met potas en kalk onder bijvoeging van water. Dit mengsel liet men vervolgens 24 uur staan, waarna men het vocht uit het vat in een grondbak liet weglopen. Vervolgens werd op- nieuw water bijgegoten en het mengsel weer 24 uur onberoerd gelaten. Het eerder opgevangen vocht werd overgegoten in een ketel nadat vooraf was nagegaan of het looggehalte sterk genoeg was; hiervoor gebruikte men een "coraal van barensteen". Na toe- voeging van olie, en zo nodig loog, bracht men de inhoud aan de kook totdat een deel van het wa- ter was verdampt en olie en loog- zout een verbinding waren aange- gaan. Vervolgens controleerde men of de zeep goed was. Dit deed men door een kleine hoeveelheid uit de ketel te halen en te laten stollen. Bij het breken van de zeep moest dit in stukken zijn en niet draadvormig; daarnaast moest de |
|||||||||
Morsen van zeep bij de open vaten waarin de zeep
ziedde (kookte) was heel gebruikelijk. De vloer was dan ook bedekt met een spekgladde laag. BRON L, FIGUIER, LES MERVEILLES DE IINDUSTRIE, PARIJS 1875
|
|||||||||
Seijst
IW9-IV
|
||||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C VAN MAANEN
|
||||||||||||
zeep doorschijnend zijn. Wanneer
de zeep aan deze voorwaarden voldeed, werden vaatjes gevuld waarin de zeep kon stollen en ver- zending kon plaatsvinden. "De Balans"
Zeepziederij van Gebrs.
Van der Veer & Klooster
hl september 1849 kreeg de
firma opdracht de gemeenschap tussen de fabriek en de daar aan belendende gebouwen weg te ne- men. Om eventuele wrijvingen te voorkomen was met Van der Veer vooraf afgesproken aan het besluit te voldoen. Deze zaak speelde al enige tijd
want in augustus dat jaar was hun aangeraden enige dagen in beraad te gaan omdat "ongetwijfelde groot ongerief voor hen" te ver- wachten was. Deze ziederij werd een aantal
keren door Brouwer en Zoon in diskrediet gebracht met als gevolg dat de dienst accijnzen extra aan- |
||||||||||||
dacht aan haar reilen en zeilen
besteedde. Op 18 november 1852 bereikte
de minister een ambtelijk schrij- ven waarin gesproken werd over geruchten dat de gebroeders Van der Veer zich op grote schade aan fraude schuldig maakte. De arrondissementsdirecteur der be- lastingen, terugblikkend op vroe- gere rapporten, hechtte hier wei- nig waarde aan. De firma had nog nooit vermeerdering (overmaat) aangegeven, tot op dat moment hoogst zelden bedorven zeep terugontvangen en zeer zelden waren ziedsels in deze ziederij zelf bedorven.' De directeur vertrouwde daar-
entegen Brouwer niet ondanks de gunstige voorspraak van anderen. Bij hem bleef twijfel en achter- docht bestaan, aangezien het deze firma was die de laster verspreidde. Opvallend is hierbij de volgende zinsnede uit zijn brief: "Men heeft zich zelfs geoorloofd om door het |
||||||||||||
kanaal van een geheim
Protestantsch genootschap bij m<.)nde van den heer Beeldsnijder van Voshol en de Vrije Nes mij ten hunnen voordeel te stemmen en de andere zieders in verdenking te brengen". Brouwer zelf was op dat moment een boete opgelegd van ƒ 200 voor overmaat (zie verder in het artikel). - Totale productie in 1856:
468.068 kilo, bedorven 17.835 kilo. - Totale productie in 1858:
516.933 kilo, 5 1/10% opnieuw ingestoken. Net als in 1852 ontstond in
1859 weer een geruchtenstroom over Van der Veen Weer werd men beticht van kwalijke praktijken. De Zeistse ontvanger was gemach- tigd om de aftekening van de geleibiljetten aan de gemeente- grens van Utrecht te "beperken" indien hij fraude vermoedde. De zeep werd overigens met de beurt- |
||||||||||||
4
|
||||||||||||
J Seijst
|
|||||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||||||
schipper vervoerd. Ondanks de
verscherpte controle hieven de ge- ruchten aanhouden. De Utrechtse controleur verklaarde dat een niet met naam genoemde linnenbleker al geruime tijd geen zeep nieer had gekocht bij de firma Schuunnan. Desgevraagd verklaarde hij de zeep voor veel lagere prijs bij Van der Veer aan te kopen en dit te blijven doen zolang het in zijn voordeel was. Toch werd hieraan geen waarde gehecht door de arrondissementsdirecteur, maar sprak hij van broodnijd. Hoe streng ook de controle was ge- weest, men had geen misbruiken geconstateerd. Wel wees hij er op dat de ambtenaren die eerst te Zeist maar nu te Utrecht werkten wilden pochen over hoe goed zij vroeger werkten. Het gevolg was wel dat zij fabrikanten en collega's in een ongunstig daglicht zetten. Overigens was hij nog steeds beter te spreken over Van der Veer dan over Brouwer. Van der Veer was de |
meest solide, Biouwei bereidde
dankzij allerlei kunstmiddelen slechte zeep. Het vervoer tot aan de Ridderschapsevaart wilde hij voor de aftekening alleen behou- den wanneer de tijd voor het ove- rige vervoer verlengd werd tot 3 uur Totale productie in 1859 : 515.399 kilo zachte zeep, bedor- ven 13.892 kilo. "Het Anker''
Zeepziederij van Brouwer & Zn
Volgens bestaande literatuur werd al in de achttiende eeuw zeep gemaakt in Zeist. In 1754 nam de Broedergemeente de kaarsenmakerij van Johan Chris- tian Römelt over. Vier jaar werd het Broederhuis eigenaar. Bedrijfs- leider werd de in 1772 geboren Jacob Skangel. In de in het Kleine Broederhuis gevestigde kaarsenmakerij werd een keer per
jaar het kaarsenafval tot zeep ver- werkt ondanks dat hier een ver- bod op stond. Ook zusters vonden |
||||||||||||
GRAVURE THE BOOK OF ENCLISH TRAEDES 1821
werk in het bedrijf met het draaien
van "seifenkugel". In 1819 werd het gemeentelid Pieter Hendrik Brouwer de nieuwe eigenaar van de kaarsenmakerij annex zeepziederij die achter het huidige
Broederplein 35A stond. Als we de gegevens checken aan |
|||||||||||||
■SJKiÉ^
BIB' |
|||||||||||||
Seijbt
1995.1v |
|||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R H C VAN MAANEN
|
|||||||||||
beschikbare archiefstukken dan
zien we dat in 1754 Johann Christian Remelt in de kaarsenmakerij te werk werd ge- steld. Deze werd voor rekening van de gemeentewinkel op naam van Gerrit van Wees gedreven. Rond 1767-1768 werd een
nieuwe werkplaats voor de zeepziederij en de kaarsenmakerij van Jacob Skangel aan het Broederplein ingericht. Skangel stond in de daaropvolgende jaren aan het hoofd van beide bedrijven. In 1778 nam Martin Brouwer ech- ter de kaarsenmakerij over, Skangel bleef echter de zeepziederij beheren. Na 1801 heeft Brouwer ook de zeepziederij overgenomen en in de daaropvol- gende jaren waren beide bedrijven in het bezit van de familie Brou- wer. Hetzelfde geldt trouwens ook voor de bierbrouwerij en de mouterij. De zeep werd tot in de negentiende eeuw verkocht in de (zeep) winkel verbonden aan de |
broedergemeente.^ Brouwer was
ook eigenaar van de bierbrouwerij en mouterij. Dit is juist al betwijfel ik ten zeerste of de brouwerij na 1819 nog in bedrijf is geweest. In de statistiek van 1815 wordt ver- meld dat de brouwerij buiten be- drijf was. Bij de aankoop in 1819 was de bedrijfsinventaris buiten de verkoop gehouden. In de boek- houding werden de brouwerij en de mouterij wel steeds opgevoerd. De zeepziederij en de kaarsenmakerij maakten echter gebruik van de ruimten van de brouwerij, waarvoor steeds een jaar huur werd opgevoerd. Ook het ontbreken van een post voor herstelwerkzaamheden aan de in- ventaris van de brouwerij geeft mij reden om te veronderstellen dat deze na 1819 stilstond. Geregeld komen in de bewaard
gebleven journalen en het groot- boek posten voor waarbij uitgaven voor de zeepziederij werden ver- antwoord. Het gaat naast de beta- |
ling van de huur van de bedrijfs-
ruimten vooral om uitgaven aan de gereedschappen. Deze laatste uitgaven geven ons onverwachte informatie over het Zeistse onder- nemers in die jaren. Veelal werden kleine (re) reparaties en leveran- ties uitbesteed aan plaatselijke ondernemers. Ging het om repa- raties aan de ketels dan werd veelal uitgeweken naar de firma van de weduwe van J.R. Welling- huijsAXfellinghuizen en Zonen te Amsterdam. De nieuwe ketels daarentegen werden vanuit het buitenland geleverd. In 1839 le- verde C. Verloop te Utrecht voor ƒ 56,- twee gegoten ijzeren veren voor onder de grote ketel, gewicht 355 kilo. In hetzelfde jaar werd ondermeer een nieuwe ijzeren loogbak voor ƒ 400,80 en een moscovische oliepijp voor ƒ 2,00 aangekocht. C. Fries in Zeist mocht in mei voor ƒ 380.08 een 544 kilo wegende ijzeren loogbak leveren. Een nieuwe ijzeren |
|||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||
indigopot, van 19 kilo, met heng-
sel kostte het daaropvolgende jaar ƒ 4,-. De weduwe Wellinghuijzen maakte voor ƒ 129,05 een nieuwe Engelse pot onder de grote zeep- ketel. Deze zeepketel was overi- gens geleverd door de Zweedse firma Carl R. Roth uit Stockholm. In november dat jaar betaalde men deze firma voor een gegoten ijzeren zeeppot ƒ 383,-. Ook an- dere plaatselijke ondernemers als de koperslager en loodgieter L. Schütz en Fred. Kraan kregen op- drachten. De inventaris van de zeepziederij werd in de jaren 1831-1839 geboekt voor bedragen tussen de ƒ 2.000 en de ƒ 4.000. Compagnieschap
Op 21 september 1839 werd
voor de Utrechtse notaris Hendrik Adriaan Reinier Vosmaer tussen Pieter Hendrik Brouwer en Willem Brouwer een akte van compagnieschap opgericht. Bei- den beoogden hiermee hun |
handelszaken tot dan toe gedre-
ven onder de firma Brouwer en Zoon als solidaire compagnons in- gaande 1 februari 1839 te willen voortzetten. Naast het fabriceren van harde en zachte zeep, het maken van savonetballen en kaar- sen wilden men handel in olie, was en waskaarsen drijven. Door de gemeente Zeist was in het dienst- jaar 1839-1840 op 19 september 1839 (nrs. 31 en 32) hiervoor een akte van patent verstrekt. Het gemeenschappelijke kan-
toor was gevestigd aan het Ooster- plein nr. 40 waar ook de kas, boe- ken etc. aanwezig waren. Beide vennoten waren gerechtigd om alle brieven, wissels etc. te onder- tekenen handelende in naam van hun tweeën. Alleen met schrifte- lijke toestemming van de andere vennoot mocht echter geld wor- den opgenomen, de goederen hypothecair worden bezwaard of op welke wijze dan ook de vaste goederen worden vervreemd. Om |
||||||||
concurrentievervalsing te voorko-
men mocht geen van de vennoten voor zich zelf handel drijven in een van de producten die ook de firma leverde. De compagnieschap werd voor onbepaalde termijn op- gericht. In 1854 werd de vennoot- schap ontboden. Watertoevoer
Voor een zeepziederijen en bier-
brouwerijen is de aanvoer van vers water en de afvoer van afvalwater van het hoogste belang. Met de eigenaars van de ambachts- heerlijkheid was dan ook geregeld dat men het water uit de Karper- vijver mocht gebruiken. In 1818 werd opnieuw tussen de grond- eigenaars Cornelis Renatus en Jacob van Laer, eigenaars van de ambachtsheerlijkheid, wonende op het Wester- of Zusterplein nr. 21, en de kaarsenmaker en zeep- zieder Pieter Hendrik Brouwer, wonende op het Oosterplein nr. 41, vastgelegd dat de laatste onder |
|||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
||||||||||
i99f-rV
|
||||||||||
de Achterlaan een goot mocht
aanleggen die aangesloten was op de pomp van de ziederij en uitko- mende op de zogenaamde karper- vijver Tot dan toe was dit water- gebruik jaarlijks goedgekeurd, nu voor zolang de ziederij bleef be- staan. De zeepziederij stond achter het Ooster- of Broederplein aan de Achterlaan achter het huis op hetzelfde plein. Voorwaarde was dat Brouwer het water schoon hield zodat een goede onafgebro- ken afloop op de grote vijver plaatsvond waardoor het water zuiver bleef Verder mochten ook geen afleidingen of afsluitingen worden gemaakt die de afloop zouden kunnen benadelen. Brou- wer kreeg toestemming om zo dik- wijls als nodig werd geacht de karpervijver gelegen tussen de bui- tenmuur van de ziederij aan de westzijde tot aan de stenen beer in de scheisloot, tussen de buiten- plaats Beek en Royen en het erf- pachtsland van de Evangelische |
Broedergemeente uit te baggeren.
Vanaf 1 januari 1818 was voor deze rechten een canon of erf- pacht van ƒ 10,50 verschuldigd. Bedrijfsresultaten
In 1815 werd in een statistiek
voor de provincie Utrecht vermeld dat in het bedrijf zes mensen werk vonden. Dat jaar waren er ook drie kaarsenmakers in Zeist werk- zaam. De jaarproductie van de zeepziederij was circa 2.000 ton, van de kaarssenmakerij 18.000 kilo. Vier jaar later werd in een statis-
tiek voor de provincie Utrecht vermeld dat in het bedrijf vijf mensen werk vonden tegen een dagloon van ƒ 0,14. Het bedrijf bestond volgens de opgave al en- kele jaren en produceerde met name voor de binnenlandse markt. Uit "Zeist ten tijde..." blijkt dat rond 1830 twee zeepzieders (waarvan tevens kaarsenmaker), vijf zeepziedersknechten en vijf |
kaarsenmakersknechten in Zeist
werkzaam waren. Op 20 april 1830 verklaarde
Brouwer dat in de voorafgaande jaren kampte met een afnemende vraag naar zijn producten en weet dit aan de hand over hand toene- mende concurrentie. In de kaarsenmakerij werkte op dat mo- ment zeven en in de zeepziederij zes werklieden. De slechtere resul- taten van de kaarsenmakerij res- pectievelijk zeepziederij werden veroorzaakt door het "schier alge- meen gebruik der lampen" en het misbruik dat (veel) andere zeepziederijen van Brouwers merknaam (B & Z) maakten. Deze ondernemers plaatsten niet alleen Brouwers merk op hun fus- ten, maar lieten zelfs speciale brandijzers hiertoe vervaardigen om zo de kopers te misleiden. Op deze wijze, aldus Brouwer, ver- kochten zij zeep uit hun eigen fabrieken "doorgaans van zeer |
||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||
middelmatige en zoms van aller-
gemeenste kwaliteit" als de in het algemeen zeer geroemde Zeister- zeep. Volgens een verklaring van de
gemeente Zeist d.d. 16-11-1833 exporteerde Brouwer zijn "Zeister savonnetballen" ook naar Neder- lands Oost-Indië, te weten een kist inhoudende zestig blikken doosjes, elk met twaalf stuks, ofte- wel in totaal zestig dozijn (720 stuks) Zeister Savonnetballen). Brouwer en Zoon kwamen
meerdere keren met de dienst ac- cijnzen in botsing. Op 6 november 1852 werd een
overmaat van 5% boven het toegestaan maximum geconsta- teerd tijdens het wegen van het ziedsel dat 5.202 kilo zachte zeep woog. Brouwer protesteerde hevig tegen de opgelegde boete van ƒ 200 voor de 311 kilo overmaat. Volgens hem was de overmaat te |
|||||||||
wijten aan het niet opletten door
het werkvolk tijdens het vullen van de ketel met een vat olie teveel en wat niet tijdig genoeg was bemerkt. Daarnaast had men oliën van andere loog dan norma- liter gebruikt. Verder verweerde hij zich door er op te wijzen nooit gefraudeerd te hebben en de opge- legde boete - een zo kapitale som - buiten proporties was. De arron- dissementdirecteur der belastingen schreef aan de minister dat door het toezicht van de dienst accijn- zen geen gelegenheid tot fraude- ren was geweest. Het was echter onmogelijk te bewijzen dat her hier om een vergissing is, iets waar de wet overigens niet naar vroeg. Hij hechtte ook weinig geloof aan Brouwers bewering daar de meesterknecht een "zeer knap werkman" was, die zeer goed wist wat hij deed. De houding van de heer Voullaire, firmant en direc- teur van de ziederij, bevestigde zijn vermoeden dat alleen de gelegen- |
heid tot een stiekeme uitslag ont-
broken had. Bij de directeur leefde de gedachte dat de afwisseling van koude en warmte het personeel in onzekerheid had gebracht voor wat betreft het vaten van de zeep en om het stijven te bevorderen extra grondstof had toegevoegd. Hier was echter niet van gerept en bij zijn reis naar Zeist om het ziedsel te bekijken was het al ge- heel uitgeslagen zodat de vochtige warmte geen nadelige invloed kon hebben uitgeoefend. De minister had dan ook op 29 november "zwarigheid" op de boete terug te komen. Gedurende 1852 moest Brou-
wer 10 3/5 % van haar totaal productie opnieuw insteken. Van de 47.831 kilo werd maar liefst 18.927 kilo opnieuw ingeslagen omdat zij niet voldeed aan de ge- wenste kwaliteit (bedorven). Dat betekende dat jaar maar liefst 28.904 kilo opnieuw herzoden moest worden. Van der Veer daar- |
||||||||
Seiist
l999-iV
|
||||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
||||||||||||
entegen kreeg slechts 1.825 kilo
bedorven zeep terug en herzoodde 13.1510 kilo, oftewel 4% van de totale productie. De ziederijen lagen ongeveer op
een kwartier afstand van elkaar Doordat zij veelal op dezelfde da- gen werkzaam waren en dus vating en afweging ook tegelijker- tijd plaatsvonden, was het voor de dienst accijnzen niet mogelijk een goed toezicht uit te oefenen. Door de laster (zie boven) had men zich vooral op Van der Veer geconcen- treerd en was Brouwer nagenoeg buiten het toezicht gebleven. Meerdere keren was op deze on- gewenste situatie de aandacht ge- vestigd, maar wegens een tekort aan ambtenaren was hierin geen verbetering opgekomen. Nu was de maat voor de directeur echter vol en de commies Schuijtema was naar Zeist overgeplaatst. Dit had direct resultaten opgeleverd en de commies Coops was naar Veen- endaal voor onderzoek afgereisd. |
||||||||||||
De zeepziederij van P.J. Kasteleijn, anno 179
|
||||||||||||
Dit om een gerucht te onderzoe- ^aamd "molwater" en die vooral
ken dat "een der talrijke" Van in de wolwasserijen gebruikt werd
Schuppens van zogenaamde ^^ ^^^ ^n^^^ ^^^^ ^^^ nawassen
traanolie door Brouwer rond- ^og zachte zeep nodig had. Brou-
gevent een zeep bereidde ge- wer zou namelijk ook het procédé
|
||||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||||||||||
\'oor de vervaardiging van dat
u y. U "molwater" hebben gegeven. In de marge van de brief stond met pot- lood geschreven dat in het verle- den vanuit Amsterdam al klach- ten tegen Brouwer waren inge- |
in totaal 6.330 kilo. Twee dagen
later woog men om elf uur 6.240 kilo zachte zeep en 330 kilo schuim af De 24e gaf de firma een ziedsel aan waarbij dezelfde 330 kilo schuimzeep zou worden inge- stoken. Toen de ketel geschikt was voor de insteking, werd tot twee keer toe tevergeefs getracht de belastingambtenaar thuis te waar- schuwen. Omdat langer uitstel in- hield dat de insteking zou misluk- ken, werd deze verricht zonder ambtelijk toezicht. Er werd aan de firma dan ook afschrijving van haar rekening geweigerd. Aan de minister van financiën werd ge- vraagd dit alsnog te mogen doen. Desgevraagd verklaarde de verantwoordelijke commies op de bewuste dag naar Driebergen te zijn afgereisd om aanwezig bij het slachten van vee te zijn. Vooraf had hij echter zijn beide collega's Coops en Dürge met het toezicht op de beide Zeistse zeepziederijen belast. Beiden verklaarden 's och- |
tends naar "De Balans" te zijn
vertrokken om toezicht te houden op de zieding daar en de afweging van de rode zachte zeep, waarmee zij even over 10 uur gereed waren. Op verzoek hielden beide ambte- naren zich vervolgens bezig met de verificatie van de uitslagen met vrijdom van accijns. Door de sla- ger E. Busbroek te Zeist was in- middels twee keer gevraagd om bij een slachting aanwezig te zijn, om- dat het vlees hiervan te krijgen iiodig was. In overleg met Dürge ging Coops naar de slager om na afloop naar de ziepziederij terug te keren. Toen Coops thuiskwam, vroeg de knecht van der Veer een door zijn meester aangegeven rund te controleren. Hij ging dan ook naar het huis van zijn chef voor de preseertang, van plan van hier naar de zeepziederij te gaan en vervolgens met Dürge naar het bewuste rund te gaan. Aangezien Brouwer gewoonlijk tussen half twee en drie uur de insteking ver- |
|||||||||||||||
■(■!
|
diend, dus de bewering was niet
|
||||||||||||||||
ongegrond.
Juni 1853 mislukte het gehele
ziedsel bij de firma Brouwer & \ Zoon. Op 17 oktober gaf men aan \ zachte zeep te willen maken. Men wilde het vuur onder ketel nr. 1 (groot 12.089 liter) op de 18e om vijf uur voormiddag te willen aan- leggen, de 19e om half twee met de vating te willen beginnen, ein- digende op de 21e om 9 uur voor- middag. Men schatte de opbrengst op 6.353 kilo zeep, waarvan 203 kilo schuim en 600 kilo kwade ("bedorven") zeep. Deze laatste zeep zou opnieuw worden ingesto- ken. De 19e om 4 uur telde men bij de vating 34 halve, 119 kwart en 48 achtste toiinen zachte zeep. |
|||||||||||||||||
Seijst
l99f-IV
|
|||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
|||||||||||
richtte, zou er tijd genoeg zijn.
Toen men om even half twaalf bij Brouwer arriveerde, zei een van de knechten dat men om elf uur had ingestoken. Men had tevergeefs getracht een van de ambtenaren te waarschuwen, maar men had niet langer kunnen wachten. De vrouw van de commies zei dat even voor elf uur iemand aan de deur had geroepen, maar geen antwoord had afgewacht. De knechten beweerden daarentegen meer dan twee uur eerder te heb- ben gewaarschuwd. Uiteindelijk stemde de minister in de afschrij- ving toe. Op 24 januari 1856 vroeg de
firma Brouwer & Zoon toestem- ming tot plaatsing en gebruik van een kleine ketel van ± 6 vat (600 liter) inhoud. Men wilde deze door stoom verwarmde ketel gebruiken voor het vervaardigen van gepar- fumeerde gekleurde en ongekleurde zeep. De toestem- |
|||||||||||
ming voor de vervaardiging van
toiletzeep werd gegeven, mits het fabrieksgedeelte waarin de ketel geplaatst werd, gescheiden werd van de rest van het fabrieks- complex. Daarnaast mocht nooit zachte
zeep worden aangetroffen in het fabrieksgedeelte waar harde zeep werd vervaardigd en omgekeerd. Dat jaar werd in totaal geprodu- ceerd 478.647'/z kilo waarvan 20.535'/z kilo als bedorven werd aangegeven. Er werd geen grauw van zeep ingestoken. Op 15 mei 1857 had de firma
Brouwer & Zoon rode zachte zeep gestookt. In plaats van de vooraf aangegeven geschatte ruwe op- brengst van 2.060 kilo verkreeg men 2.510 kilo. Het teveel was dus 450 kilo, het wettelijke toege- stane maximum verschil werd met 347 kilo overschreden. De hier- voor vastgestelde boete bedroeg ƒ200,00, in de praktijk werd ech- |
|||||||||||
ter ƒ10,00 geëist indien geen opzet
in het spel was. In het geval van de Zeistsc firma was echter enige twij- fel. Weliswaar was dit de eerste foutieve aangifte sinds de vestiging in 1855 (?), maar reeds voor het vaten van de zeep was al opge- merkt dat er een grotere hoeveel- heid was gezoden dan aangegeven. De commiezen der accijnzen had- den pas na de vating, dus 24 uur later, de zeep bewaakt. De zieding was namelijk op maandag 15 mei om negen uur namiddag afgelo- pen, de vating de 16e om vier uur Op advies van de provinciaal di- recteur der belastingen verminder- de de minister van financiën de boete tot ƒ25,00. Totale productie in 1858:
521.5021/2 kilo, in totaal 6 3/10% opnieuw ingestoken. Ter vergelij- king de Utrechtse ziederij Schuur- man & Co. produceerde 1.066.498 kilo, met slechts 2'/2 % opnieuw ingestoken. |
|||||||||||
Seijst
!9f94V
|
||||||||||||
TWEE ZEEPZIEDERIJEN IN ZEIST, R.H.C. VAN MAANEN
|
||||||||||||
De totale productie in 1859 be-
droeg 455.773 kilo (3634 kilo harde en 452.139 kilo zachte zeep) waarvan bedorven 43.707 kilo zachte zeep. Dat naast de zeepziederij Brou-
wer en Zoon de vennoten ook handelaars in zachte zeep waren, blijkt uit een rapport van de belas- tingcontroleur d.d. 29 september 1859. Hierin is sprake dat de handelaars in genot zijnde van een doorlopend krediet in november 1858 uit dit doorlopend krediet op geleidebiljet 960 kilo zachte zeep naar de Zeistse ziederij hadden uitgeslagen en dezelfde hoe- veelheid, nu goede zeep, hadden teruggekregen. Dat jaar tradei"! Mare Voullaire en Gustaaf Adolph Croockewit handelende onder de naam Firma Brouwer en Zoon op toen de verplaatsing van de kaarsenmakerij aan de orde was. In de akte van compagnieschap uit 1839 was het handeldrijven |
overigens al opgenomen.
Dezelfde Mare Voullaire ging in
1869 met de Amsterdamse bier- brouwer en azijnmaker Willem Hovy een commanditaire vennootschap aan voor drie jaar waarbij ondermeer tot het handeldrijven in alle soorten van zeep en kaarsen, bieren en azijnen werd besloten. In de jaren 1896-1897 werd de
voormalige zeepziederij in op- dracht van de firma H.H. Schütz en Co. geheel verbouwd. R.H.C, van Maanen
NOTEN
1. De dienst accijnzen berekende aan de hand
van vooraf bekende gegevens de te verwachten opbrengst uitgaande van een bepaalde hoeveel- heid grondstof het toegepaste procédé en het gemaakte product. Bij ondermaat is sprake dat 2. Artikelen over de geschiedenis van de brou-
vi/erij en de kaarsenmakerij en verder de zeepziederij van voor 1815 van mijn hand zijn in voorbereiding. |
|||||||||||
BRONNEN
Archief van het ministerie van Financiën,
afdeling accijnzen (Algemeen Rijksarchief te 's- Gravenhage) invnrs. 25.41,46,53,57,62,64.75 en 77. - Collectie Goldberg invnr. 45 (ARA).
Archief Provincie Utrecht (Utrechts Archief). Archief van de Voorstander en het Aufseher Collegium van de Evangelische Broedergemeente
te Zeist I 747-1 948 (HUA) invnrs. 736-758. - Archief gemeente Zeist na 1813 invnrs. 137
en 151. Met dank aan mijn college R Rhoen. Boon. J.C.M. De Utrechtse gemeenten in
1815. Utrecht. 1972. Brugmans, dr I.J. Statistieken van de Neder-
landse Nijverheid uit de eerste helft der 19e eeuvv'. Martinus Nijhoff's-Cravenhage, 1956, Ie stuk. A. de Groot en R Peucker. red. De Zeister
Broedergemeente 1746/1996. Bijdragen tot de geschiedenis van de hernhutters in Nederland. Walburg Pers, Zutphen. 1996. Leeuwenberg. L.L. Rh. "Hernhutters in Neder-
land in de 18de eeuw" in : Spiegel Historiael. I 7e jaargang, nr.3. maart 1983, biz. 122-133. Rhoen, R "Zeist ten tijde van de invoering
van het kadaster (1816-1835)". ■' ■.' |
||||||||||||
Seijst
1999-W
|
||||||||||||||||
HET LAGER ONDERWIJS IN ZEIST (5), LEO VISSER
|
||||||||||||||||
De eerste plannen voor de
bouw van een school in Austerlitz dateren uit 1832, toen EA. Hubert, eigenaar van de buitenplaats Heidelanden, aan de gemeente Zeist grond aan- bood voor de bouw van een "schoolhuis", waarin behalve woonruimte voor de onderwijzer ook een leslokaal zou worden on- dergebracht. Eerder had Hubert de helft van de benodigde materi- alen voor de bouw van het school- huis beschikbaar gesteld. Ook hadden particulieren financieel bijgedragen om tot verwezelijking van de school in Austerlitz te ko- men. De burgemeester van Zeist
steunde deze plannen, zoals blijkt uit de volgende brief-van 15 okto- ber 1833 aan het college van ge- deputeerde staten van Utrecht: "Ik heb gemeend U Ed. Groot Achtb. te moeten kennisgeven, dat eenige ingezetenen van |
||||||||||||||||
De openbare lagere school in Austerlitz.
|
||||||||||||||||
PARTICULIERE COLLECTIE
|
||||||||||||||||
onderwijzen. Zij hebben mij dit
plan kennelijk gemaakt, met het verzoek hun hierin de behulp- zame hand te bieden. Ik heb mij daaraan niet kunnen noch willen |
||||||||||||||||
Austerlitz, gemeente Zeist, het
voornemen hebben een school- huis te bouwen, om daarin hunnen kinderen door een be- voegden schoolmeester te laten |
||||||||||||||||
ka
|
||||||||||||||||
Seijst
|
||||||||||||
HET LAGER ONDERWIJS IN ZEIST (5), LEO VISSER
|
||||||||||||
De school in Austerlitz
|
||||||||||||
beroepen onderwijzer, om aan-
vankelijk tejiminste eenig vooruitzigt te hebben. Het belang dat V Ed. Groot Achtb. stellen in alles wat de beschaving en de verlichting bevorderlijk kan zijn, doet mij de vrijheid nemen Li Ed. Groot Achtb. te verzoeken, de bewoners van Austerlitz ook eenigszins de behulpzame hand te verkenen, teneinde zij zich in staat gesteld zien, hun zo nuttig ontwerp ten uitvoer te brengen." De mededeling over de "bevoeg-
den onderwijzer" hield kennelijk verband met een in 1829 door Hubert aangestelde onbevoegde schoolmeester, Z. Gilles, die in overleg de de gouverneur van de provincie Utrecht, een verbod op- gelegd kreeg om nog langer les te geven. Het pleidooi van de burge- |
||||||||||||
onttrekkeyi. Vooreerst omdat de
kinderen van dit gehucht van allen onderwijs geheel zijn ver- stoken, door den verren afstarid van Zeijst, liggende Driebergen nog dichter dan Zeijst, en Ten tweede, omdat het getal kinderen met degenen, welke onder de gemeente Woudenberg op gron- den van den heer Stoop c.s. wonen, honderddertig bedraagt. Het is mitsdien van genoegzaam belang, in die buurt een school te hebben, en ik acht mij alzoo verplicht hunne zaak voor te staan. Zij komen met hun bou- wen thans nog f700.- tekort. Zouden zij ook op eenige onder- steuning uit de provinciale fond- sen mogen rekenen? In de eerste plaats om hun gebouw te voltooi- jen en vervolgens op een kleine jaarlijkse toelage voor den te |
meester had succes. Op 22 okto-
ber 1833 besloten gedeputeerde staten de plannen goed te keuren en ƒ300.- beschikbaar te stellen wanneer het schoolgebouw zou zijn afgewerkt en behoorlijk in orde zou zijn opgeleverd. Aan het verzoek om een jaarlijkse bijdrage konden zij niet voldoen. Toch wilde het nog niet erg vlot-
ten met de bouw. Op 5 februari 1834 vroeg Hubert de burgemees- ter om de zaak wat te bespoedigen, aar dat hielp ook niet. De burge- meester schreef hem op 11 fe- bruari 1834 terug dat hij al veel moeite gedaan had ten opzichte van de school in Austerlitz en dat de vrijwillige inschrijvingen op de lijst merendeels door zijn invloed hadden plaats gehad. Hij wees er op, dat er ƒ300.- van de provincie |
|||||||||||
Seijst
1999.p/
|
|||||||||||
HET LAGER ONDERWIJS IN ZEIST (5), LEO VISSER
|
|||||||||||
beschikbaar was, maar dat daar-
over niet kon worden beschikt voor de school geheel klaar was en er behoorlijk bewijs zou zijn dat de school op het eigendom van de gemeente stond. "Hiervoür dient alzoo vooraf een
acte van cessie te worden gepasseerd. Het is eerst dan, dat ik mij als burge- meester met de zaak kan inlaten. Intussen wil ik gaarne, zonder qualiteit, het gebouw eens komen bezigtigen en er ook met de belang- hebbenden over spreken en alzoo van mijn zijde opnieuw beginnen daar ik toen heb geëindigd, zullende het mij mede aangenaam wezen dat de zaak derzelver beslag krijgt.", aldus burge- meester Van Bern. Vervolgens had Hubert de
schoolopziener uitgenodigd eens te komen kijken in Austerlitz. Die schreef op 9 mei 1834 aan de burgemeester dat hij het school- lokaal de onderwijzerswoning al- daar had opgenomen en dat hij |
beiden doelmatig ingericht had
bevonden. Hij stelde de burge- meester voor eens samen in Austerlitz te gaan kijken. Daar is waarschijnlijk nooit iets van geko- men. Nadat Hubert in 1836 al zijn bezittingen in Austerlitz aan J.B. Stoop had verkocht duurde het nog vijf jaar voor de draad weer werd opgepakt. Op 15 oktober 1841 herinnerde
de burgemeester het college van gedeputeerde staten van Utrecht aan hun toezegging van 22 okto- ber 1833 om ƒ300 beschikbaar te stellen voor de bouw van een school in Austerlitz. Hij had niet om uitbetaling van het geld kun- nen vragen omdat: "het gebouw hetwelk de toenmalige eigenaar EA. Hubert bezig was daar te stel- len niet aan het doel zou beant- woord hebben en Hubert daaren- boven niet bij machte was het- zelve aan de gemeente af te staan" Nu door de heer J.B. Stoop een zeer doelmatig schoolgebouw aan |
de gemeente was geschonken
vroeg hij het bedrag van ƒ300.- alsnog uit te betalen om met het- zelve in de kosten van een huis vt)or de schoolmeester en verdere nodige schoolmeubelen tegemoet te komen. De opvattingen van de
schoolopziener in 1834 en van de burgemeester in 1841 over de doelmatigheid van de school klin- ken tegenstrijdig, maar in 1841 was de tijd van het schoolhuis voorbij. Daarom had de heer Stoop ook een afzonderlijk schoolgebouw opgericht en het nog steeds in aanbouw zijnde schoolhuis verbouwd tot onderwijzers woning. De nieuwe
school was gebouwd tegenover deze onderwijzers woning, ook aan de Schooldwarsweg/Schoolweg, op de plaats waar nu het Dorps- huis staat. Gedeputeerde Staten besloten op 16 november 1841 het geld beschikbaar te stellen en daarmee leek er schot in de zaak |
|||||||||
aeijst
1999-W
|
|||||||||||
HET LAGER ONDERWIJS IN ZEIST (5), LEO VISSER
|
|||||||||||
te komen. Vervolgens werd er op
20 november 1841 een overeen- komst gesloten tussen Johannes Bernardus Stoop en de burge- meester van Zeist, waarbij Stoop ten eeuwigen dage het door hem nieuw gestichte schoolgebouw aan de gemeente Zeist in gebruik af- stond, terwijl het tevens afstand deed van de grond met daarop het door hem verbeterde en voltooide schoolhuis en waarbij de burge- meester ten behoeve van de ge- meente Zeist verklaarde deze schenking te aanvaarden. Inmiddels was er contact opge-
nomen met de schoolopziener over de voorziening in de vacature van onderwijzer voor de nieuwe school. Op 29 november 1841 stuurde deze een nota aan de bur- gemeester, waarin werd vermeld hetgeen toen volgens de geldende verordeningen moest worden ge- daan bij het benoemen van een onderwijzen Er volgden nog meer |
brieven en adviezen, er werden
besprekingen gevoerd over de sa- lariëring, over de te verwachten schoolgelden, die ook van invloed waren op de hoogte van het trak- tement enz. enz. Er gingen weer enkele jaren
overheen en uit de notulen van de gemeenteraad van 6 mei 1844 we- ten we dat het van belang geacht werd, dat te benoemen onderwij- zer met de stand van zaken in de buurtschap enigszins bekend was en dat de te benoemen meester Gramser toen al geruime tijd bij proefneming vanuit Driebergen les gaf in Austerlitz. Nadat de no- dige formaliteiten over de benoe- ming waren vervuld, kon de school op 1 augustus 1844 in ge- bruik worden genomen. Zes jaar later besloot de heer
Stoop het schoolgebouw en de onderwijzerswoning aaii de ge- meente Zeist over te dragen. De schenking werd op 8 juli 1850 |
door de gemeenteraad aanvaard.
De overdracht vond plaats ten overstaan van notaris J.C. Schade op 21 september 1850. Daarmee werd alsnog tegemoetgekomen aan de eis van de burgemeester, gesteld in 1834 aan Hubert, dat de school op het eigendom der ge- meente moest staan. Dit schoolgebouw, waarin alle
leerlingen in één lokaal bij elkaar zaten heeft dienst gedaan tot 1883. Al aan het eind van de jaren zeventig wees hoofdonderwijzer Gramser met regelmaat op het feit, dat de school te klein werd voor het aantal leerlingen. Zijn laatste jaarverslag aan de School- commissie eindigde hij met de woorden: "Met het oog op de nieuwe wet op het lager-onderwijs mag ik mij niet onthouden de wens uit te spreken dat mijn school spoedig in drie lokalen worde veranderd. Deze behoefte zal zich meer en meer doen gelden bij het weldra |
|||||||||
Seijst
l9f9-IV
|
|||||||||||
HET LAGER ONDERWIJS IN ZEIST (5). LEO VISSER
|
|||||||||||
te geven onderwijs in het nuttige
handwerken aan meisjes.". Het eerste jaarverslag van de opvolger Van Gramser, J.J. Kraal, over 1881, maakt melding van het uitzicht dat bestaat op spoedige verbetering van de school. Dat was juist, want op 1 augustus 1882 besloot de gemeenteraad tot ver- bouw van de school in Austerlitz. Op 21 september 1882 vond de aanbesteding plaats van het "Ver- delen van de bestaande school in Austerlitz in twee lokalen en de bouw van een nieuw lokaal en een overdekte speelplaats.". De bouw werd gegund aan F. Geijtenbeek te Zeist voor ƒ8.220.- Dankzij de nauwkeurige jaarver-
slagen van de hoofdonderwijzers aan de Schoolcommissie weten we hoe een ander werd opgelost tij- dens de verbouwing van de school. J.J. Kraal schrijft in zijn jaarverslag over 1882 o.m.: "Door de verbouw van het
|
schoollokaal wordt sedert 23
oktober 1882 onderwijs gegeven in de consistoriekamer van de hervormde kerk alhier De be- perkte ruimte laat niet toe dat alle leerlingen tegelijk onderwijs krijgen. Ze genieten om beurten onderwijs, 's-morgens de groten en 's-middags de kleinen. Het schoolgebouw nadert zijn voltooi- ing. Naar het mij voorkomt wordt het een uitmuntend ge- bouw, dat ongetwijfeld het onder- wijs ten goede zal komen. Om- trent de woning kan ik niet zo gunstig getuigen.' Het huis is zo vochtig dat dit voor mij en mijn gezin wel nadelig zal zijn. Ik hoop dat mettertijd hierin verbe- tering zal worden gebracht." Op 9 april 1883 kon hij burge- meester en wethouders melden dat hij de catechisatiekamer had verlaten en de nieuwe school had betrokken. Op zijn nieuwe woning heeft
Kraal nog even moeten wachten. |
||||||||||
maar in zijn jaarverslag over
1885.kon hij mededelen, dat hij in het voorjaar van 1885 de nieuwe onderwijzerswoning had betrok- ken. Het is een degelijk en goed huis, dat steeds het hier zijn van de onderwijzer zal veraangena- men, aldus een gelukkige hoofd- onderwijzer Hij heeft daarna nog maar en-
kele jaren gebruik gemaakt van de verbouwde school, want op 1 juni 1891 werd hij hoofd van de open- bare lagere school aan de Ie Hoge- weg te Zeist. In verband met de invoering van het 7e leerjaar op grond van artikel 3 van de Lager-onderwijswet 1920 besloot de gemeenteraad op 2 juni 1921 de school uit te breiden met één lokaal. De school is in 1972 afge- broken. Leo Visser
In de z&sde aflevering behandelt
Leo Visser alle hoofdonderwijzers van Austerlitz |
|||||||||||
beijst
1999.1v |
||||||||||||
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
|
||||||||||||
en E. Lamberts, 'Qeschiedenis
van de Nederlanden' Rotterdam en Rijswijk 199,3. I i. R.RM. Rhoen, In de voetstap- pen van Hendrik Marsman (1899-1940) door het dorp Zeist. Een route langs plaatsen waar Hendrik Marsman in Zeist ge- woond. Qewerkt, gewandeld, kortom geleefd heeft. Zeist I 999. 12. Mr. Dr. VA.M. van der Burg en
Drs. K.M. Veenland-Heineman, 'Zeist terug in de tijd.' Foto's uit de collectie Kraal van het Zeister Historisch Genootschap Van de Poll-Stichting Rotterdam en Zeist 1999. 13. Katarina L Van Groningen, 'De
Utrechtse Heuvelrug. De Stichtse Lustwarande buitens 'm het groen' Zwolle en Zeist, 1999 14. Dr. Elisabeth Stades-Visser, Ka-
ren Veenland-Heinemann, 'Mo- numenten-lnventar'isat'ie prov'm- c'ie Utrecht. Woudenberg-geschie- denis en arch'itectuur.' Zeist en Utrecht 1999 |
||||||||||||
I.Drs. Annemiek Bal, 'Het Ze'ister
verzet. De gesch'iedenis uan Zeist in bezettingstijd'. Rotterdam 1999. 2.Henk Wels, 'Herrnhutters in Zeist,
wonen, werken, geloven' Abc- oude 1999. 3.Dr. GIjsbert van Ginkel, 'Dr
Caroline Emilie Bleeker en de Ne- derlandse Optiek- en Instrumentenfabr'iek Dr. CE. BleekerN.V.', Utrecht 1997. 4. 'Dr Caroiine Emil'ie Bleeker 1897 -
1985', Uitgave van de Instrumentele Groep Fysica, Fa- culteit Natuur- en Sterrenkunde, Universiteit Utrecht, Utrecht z.j. S.Marianne I.C. Offereins., ' Dr
Caroline Emilie Bleeker 1897 1985 ): Een bijna vergeten Middelburgse Natuurkundige ' in : Zeeland, Tijdschrift van het Ko- ninklijk Zeeuv^s Genootschap der Wetenschappen, 7e jaargang, nr I, maart 1998, biz 16-23. 6. 'Brons, hout en steen. Werk van
hedendaagse Nederlandse Beeld- |
||||||||||||
Nieirv^e
aanw^insten
van het archief
houwers in het Zeister Slot', Cata-
logus van een expositie gehou- den in 1976 in het Zeister Slot. Uitgave van de Zeister Stichting voor Kunst & Cultuur. Z.Froukje B. Hardam- van Omme,
'Door de Nederlanden' Potlood- krabbels onderweg, opgetekend tussen 1945 én 1980', -pi. 1999. S.'Hygiea 50 jaar', Ie Jubileum-
boekje Zeister Dames Gymnastiekvereeniging Hygiea, Zeist 1971. 9.'Ter herinnering aan het gedwon-
gen verbÜjf te /]rnhem, winter 1944 - 1945. Niet kan ons schei- den ', vier godsdienstige toespra- ken door Dr. J.G. van der-Valk, Zeist 1945. 10. Onder redactie van J.C.H. Blom
|
||||||||||||
Seijst
i9W-IV
|
LEZING MARSMAN - JACKY VAN DEN DIKKENBERC
|
|||||||||||||
j Zee, berg, rivier
|
||||||||||||||
De honderdste geboortedag van Hendrik Marsman is in Zeist niet
onopgemerkt gebleven dankzij de inzet van een groot aantal per- sonen en instellingen, waaronder het Zeister Historisch Qenootschap Van de Poll-Stichting. |
||||||||||||||
Een lezing over
H. Marsman |
||||||||||||||
Een van de activiteiten
vormde een gevarieerde avond in theater De Klin- ker op 28 oktober jl. Er was ballet, er was muziek, er was de prijs- uitreiking van een poëziewedstrijd voor middelbare scholieren. Er waren vriendelijke woorden van de scheidende voorzitter eni van de -Coming man", de wethouder nam een exemplaar van de nieuw- Jaap Coedegebuure (links) in gesprek met een neef van Marsman. FOTO MARC WORTMANN
|
||||||||||||||
ste kloeke biografie over het leven
van Marsman in ontvangst en er was ruimte voor geanimeerde con- versatie. Maar bovenal was er de lezing
van Jaap Goedegebuure, de man die zich al enkele decennia bezig- houdt met het leven van Mars- man. In 1980 was al het prachtige Op zoek naar een bezidd verbaTid |
||||||||||||||
iSeijst
It9§-IV
|
|||||||||||||||
LEZING MARSMAN
van hem verschenen en nu dan de
min of meer definitieve biografie Zee, hcr^r, rivier. Het leven van H. Marsrrum Voor de pauze was zijn lezing gebaseerd op een artikel dat bij voor een special van het lite- raire tijdschrift Maatstaf had ge- schreven: 'Souffleur op zoek naar een personage.' Centraal hierin staat de relatie tussen object en subject, tussen de biograaf en zijn onderwerp. Is Marsmans gespleten persoonlijkheid al moeilijk te be- grijpen, zijn levensdrift en doods- verlangen, zijn afkeer van het kleinburgelijke, terwijl hij met een kleine tussenpoos min of meer tot zijn huwelijk bij zijn ouders thuis bleef wonen. De relatie van Goedegebuure tot zijn subject is zo mogelijk nog ingewikkelder. De landschappen waar ze in verschil- lende periodes van hun leven ver- blijven vertonen grote gelijkenis- sen, er zijn een paar prachtige leitmotiven in heide levens aan te wijzen, maar er is meer en om dat |
|||||||||||||||
y*>v
|
|||||||||||||||
//t'/i/'
|
|||||||||||||||
Op een 9 meter hoog spandoek aan de voorgevel van de bibliotheek, prijkte een
vers van Marsman. |
|||||||||||||||
FOTO FREDERIK RUYS
voelde zich bij tijd en wijle ver-
want met deze souffieur Hij souffleert als het ware waar au- thentieke teksten zwijgen. Zee, berg en rivier zijn voorbeel-
den van zowel werkelijke als sym- bolische landschappen in het le- ven van Marsman. Om met de zee te beginnen. Op zijn veertiende |
|||||||||||||||
te beschrijven roept hij de hulp
van de romancier Brakman in. In De biograaf beschrijft Brakman hoe een souffleur een biografie schrijft over de grote overleden acteur die hij jarenlang teksten in de mond heeft gelegd. Zijn bijzon- dere positie tussen de coulissen brengt ook een bijzonder point of view met zich mee. Goedegebuure |
|||||||||||||||
Seijst
1999-IV
|
|||||||||||||
LEZING MARSMAN - JACKY VAN DEN DIKKENBERG
|
|||||||||||||
weet hij dat hij met naar de zee-
vaartschool zal kunnen wegens zijn zwakke gezondheid. In zijn gedichten symboliseert de zee de onsterfelijke geliefde ('Paradise regained'), maar werkelijke mari- tieme kennis ontbreekt geheel. Pas in 1940 zou hij de zee in haar ware gedaante leren kennen. Het rivierenlandschap tussen Culemborg en Wijk bij Duurstede
kennen we uit bekende gedichten als 'Denkend aan Holland', die in het buitenland geconcipieerd wer- den. De bossen en heidevelden van de Utrechtse heuvelrug zijn als zielslandschap vooral terug te vinden in zijn gedichten in de periode van 1919-1921. In het tweede deel van de lezing
ging Goedegebuure op een wat meer interactieve wijze in op Marsmans relatie tot Zeist. Een vergelijking met De zonde in het deftige dorp van Johan de Meester dringt zich natuurlijk op, maar |
|||||||||||||
laan 3. Dit alles moet bij de dich-
terlijke zoon wel tot gevoelens van rancune leiden, onder andere geuit in de woorden -alles beter dan Zeist." Maar Zeist betekende voor
Marsman natuurlijk meer: vriend- schappen met Lehning, met wie hij het Duits expressionisme ont- dekt, Houwink, met wie hij De Vrije Bladen redigeert, Wichman, Van Klinkenberg, en Minderaa, toen nog docent op het Christelijk Lyceum, later hoogleraar in Lei- den. Vaiiuit het publiek worden nog enkele vragen gesteld naar de uitgever van de eerste bundel Ver- zen, het zogenaamde rode boekje dat hem op slag beroemd maakte en het gedicht 'Afscheid van het dorp', geschreven door zijn alter- ego J(acques) F(ontijn). En toen was de avond al weer om. Maar de biografie is gelukkig nog steeds verkrijgbaar bij de betere boek- handel. Jacky van den Dikkenberg
|
|||||||||||||
1899 - 1999
rrmAK
|
|||||||||||||
Goedegebuure ging dieper in op
de sociale structuur van dit dorp. In De Meesters roman wordt een dienstmaagd door de zoon van een dominee bezwangert en dit leidt tot even heftige als onwaarachtige reacties in alle lagen van de bevol- king. Goedegebuure signaleert die onwaarachtigheid ook, maar plaatst het duidelijker in de sociale context. Er was veel oud en nieuw geld in Zeist. Toch floreerde de boekhandel niet, omdat vader Marsman steeds op krediet moest leveren. Zijn moeder verafgoodde de plaatselijke adel, terwijl zijzelf door diezelfde adel minzaam werd aangesproken met 'juffrouw." Uit- eindelijk moest de boekhandel verkocht worden en wordt ze een pensionhoudster op Wilhelmina- |
|||||||||||||
DE RENAISSANCE VAN DE STICHTS£LUSTWARANDE - JAAP VAN ZOONEN
|
||||||||||||||
•^eijst
Ifff-IV
|
||||||||||||||
U heeft het al eerder in het
zomernummer van ons bulletin kunnen lezen: onze stichting zet zich in voor het behoud van de Stichtse Lustwarande door het produceren van een professio- nele videofilm. Deze film, die ontstaan is in
samenwerking met de Stichting Het Utrechts Landschap en spon- sor DBV Verzekeringen, laat de stand van zaken zien in het gebied van de Stichtse Lustwarande in 1999, in historisch en cultureel perspectief. Regisseur Marjolijn Droog heeft
de opnames voor de film in de maand juni afgerond. Marjolijn Droog en Catharina van
Groningen draaien een interview op de buitenplaats Sandwijck. FOTOJAflP VAN ZOONEN
|
||||||||||||||
De Renaissance van de
Stichtse Lustwarande |
||||||||||||||
De montage van de gedraaide
beelden gebeurde in oktober zodat er in november een fantastisch eindresultaat gepresenteerd kon worden in Slot Zeist. Li de film |
||||||||||||||
zijn o.a. interviews opgenomen
met Coos van Wageningen van Buitenplaats Molenbosch in Zeist en met Marinus Van Marwijk Kooy van Buitenplaats |
||||||||||||||
DE RENAISSANCE VAN DE STICHTSE LUSTWARANDE - JAAP VAN ZOOMEN
|
||||||||||||||||||||||
VoUenhoven in De Bilt. Daarnaast
komt aan het woord Catharina van Groningen van Monumen- tenzorg over de architectuur en landschapsarchitect Michael van Gessel over het ontwerp van de parkbossen in de Lustwarande. De zorg voor het behoud van het ka- rakter van de Lustwarande wordt in de film verwoord door René Waanders en Henk Lugtmeijer van de Stichting Het Utrechts |
||||||||||||||||||||||
Landschap. Wethouder Maria
Limborg van De Bilt licht het be- lang van regionaal beleid van de gemeentes en de provincie op het gebied van de Lustwarande toe. Boswachter Aalt van den Hoorn vertelt over het beheer van de flora en fauna op Beerschoten. Verder zien we in de film veel fraaie buitenplaatsen van de Lust- warande uitgebeeld in relatie tot hun omgeving. |
||||||||||||||||||||||
De contribuanten van de stich-
ting kunnen de cassette door mid- del van bijgaande bestelbon bestel- len voor de prijs van ƒ35,-. Jaap van Zoonen
hlieuwe leden_____________
De lieer RH.J.F van den Boogert, Zeist
Mevrouw J. Brinl<haus, Zeist
De heer A. Ceelen, Zeist
Mevrouw J.E. Engeringh-Mesper, Zeist
Mevrouw A.M. Geutjes-van Gend, Zeist
J.E.B, van Hasselt, Zeist
De heer L. van 't Hoenderdaal, Zeist
De heer J.R Huisman, Zeist
De heer J.E. Jansen, Zeist
FamJ. Kerckhaert-van Rooyen, Zeist
Mevrouw Anth. Meier, Zeist
De heer S.A.G. Mets-Spijers, Zeist
Mevrouw M. van Otichem-Meier,
Hilversum
Mevrouw M. Peterse, Zeist
Familie .J. van Sijdenborgh, Zeist
De heer J.H. Steenbeek, Zeist
De heer J.L Zeeman, Zeist
Ledenstand_______________
Seijst III (september '99).........................849
Seijst IV (december '99) .........................850
|
||||||||||||||||||||||
van de SticEtse Lustwarande
|
||||||||||||||||||||||
NAAM
|
||||||||||||||||||||||
ADRES
|
||||||||||||||||||||||
POSTCODE WOONPLAATS
|
||||||||||||||||||||||
TELEFOON
|
||||||||||||||||||||||
AANTAL GEWENSTE CASSETTES (è ƒ35,-/st.)
Stuur dez': bon in een een gefrankeerde envelop rwar: Zeister Historisch Genootschap
Van de Pull Stichcing Postbus 342, 3700 AH Zeist. Ter atteiuie van Audiovisuele Collecties U krijgt dan zo snel mogelijk bericht. |
||||||||||||||||||||||