-ocr page 1-
UITGAVE VAN HET ZEISTER HISTORISCH GENOOTSCHAP
Jubileumserie
Zeister spDrt in beeld (1)
Jaan-erslag 2000
Cïemecntelijke herindeling
\-an Zeist
Inler\'iew mer
de \-( M irzit ter
.Z-T..Trp .^^^^^.
■£,",':.■'         .-iCOKHXiu'^        \ /' ff.
O
o
CM
*i5K^^E--|
-ocr page 2-
3
Zeister sport inbeeld (1)
              F. Vogelzang en R.RM. Rhoen
Ilpifp; Bulletin ter bevordering
van de kennis
||:| van de geschiedenis van Zeist
ISSN 1383-2867
Verschijnt 4 maal per jaar; 30e jrg., februari
2001, nummer 1. Drukwerk: Gregorius, Zeist.
Ontwerp: Chantal van Wessel / Frédérik Ruys.
REDACTIECOMMISSIE
M. Wortmann, voorzitter, J. A. v/d
Dikkenberg,
hoofdredacteur, F. Ruys, Ndrm-
gever, N. Vlak, J. Verbeek, R. van Weelderen.
REDACTIEADRES VOOR KOPIJ
Postadres:            Nepveulaan 87, 37C5 u, Zeisi
Internetsite:         frephitophe.com/zeisterhistorie
E-niail:               seijstCö'frephitophe.com
POSTADRES
Aanmeldingen van nieuwe donateurs of
adreswijzigingen kunnen enkel schriftelijk
worden gemeld via Postbus 342, 3700 AH
Zeist. Giro 384 03 83
DO C U M E NTATIECENTRUM
Slot Zeist, Zinzendorfln. 1, tel (030) 692 17 04.
Geopend op dinsdag 10 - 12 uur en iedere
eerste zaterdag van de maand 14 - 16 uur.
20
Verslag van het bestuur over 2000
♦ Flora de Vrijer
24.
30.
33.
Gemeentelijke herindeling van Zeist
R.RM. Rhoen
Interview met de voorzitter
M. Wortmann
Inhoudsopgave 2000
En verder...
De berichten uit de Van de Poll-kamer.
-ocr page 3-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
2001-1
Zeister sport in beeld (1)
de middeleeuwse strijdhamer), later
met een groot hockeystickachtig
slaghout, via de wanden en de palen
gespeeld. Misschien hebben we op
deze tekening wel de oudste Zeister
sportaccommodatie te pakken.
Kolven is een van de traditionele
Nederlandse sporten, die, net als
kaatsen en maliën, nauwelijks meer
wordt beoefend. Zij zijn in het
midden van de 19'^''' eeuw verdrongen
door uit Engeland geïmporteerde
sporten als voetbal, hockey en tennis.
Die moderne sporten, aangevuld me i
uit de Verenigde Staten overgewaaidi
zaalsporten als basketbal, zijn niei
Dit jaar viert het Zeister
Historisch Qenootschap Van
de Poll Stichting haar 50-jarig
bestaan. Ter gelegenheid
hiervan publiceert Seijst dit
jaar vier artikelen met als
thema de Zeister sport in
beeld. Deel l: Tot de eerste
wereldoorlog
Op een van de tekeningen
die Daniël Stoopendaal in
het begin van de 18''^
eeuw maakte van de omgeving van
Slot Zeist, staat een kolfbaan
aangegeven. Kolven was een
veelbeoefende sport. Het werd ge-
speeld op een door houten schotten
omgeven veld, met een vlakke
ondergrond. Aan ieder einde stond
een houten paal en de bal werd met
een soort hamer (een afgeleide .van
De kolfbaan ('De graspark of
boelingrin') aan de zuidoost kant'
Slot Zeist omgeven door heggen.
FOTO COLLECTIL OLIvlEEIJTEARCHI[
^^9
-ocr page 4-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.P.M. RHOEN
2001-1
Jachtgezelschap met o.a. leden van de families Labouchere en Blanckenhagen, circa 1900.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST.
meer weg te denken uit onze      sportprogramma's en sport maakt een         En die nationale aandacht voor
maatschappij. Avond aan avond      vast onderdeel uit van het journaal en      sport is maar een kant van de zaak: op
worden we vergast op televisiebeelden      krijgt evenveel aandacht als oorlogen,      lokaal niveau, ook in de gemeente
van sportwedstrijden, er zijn speciale      natuuiTampen en politiek nieuws.            Zeist, bestaan tientallen sport-
-ocr page 5-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F, VOGELZANC, R.RM. RHOEN
verenigingen, er zijn sporthallen,
sportveldcomplexen, tennisbanen,
zwembaden en iedere zichzelf respec-
terende school heeft eigen gymzalen.
Ieder kind groeit op met sport: op
school, in de vrijetijd en soms zelfs
beroepsmatig. Het is aanleiding voor
verbazing als een kind niet 'op' sport
zit. Sport heeft de laatste anderhalve
eeuw een ware triomftocht gemaakt
door onze maatschappij. In een aantal
artikelen willen wij die ontwikkeling
van het verschijnsel sport beschrijven,
met de focus op de gemeente Zeist.
Sportgeschiedenis         is         een
stiefkindje van de historische weten-
schap. Er is, behalve door enkele
sociologen, nog nauwelijks onder-
zoek gedaan naar de geschiedenis
van de sport. Een enkeling heeft
onderzoek gedaan naar de rol van
sport in de maatschappij, de invloed
van de verzuiling op sport, naar sport
in de Tweede Wereldoorlog, naar een
Tennisbaan bij Wulperhorst aan de
Tiendweg, ca. 1905.
specifieke sportbond ot een tak van
sport, maar een goed overzicht
ontbreekt nog altijd. Ook op lokaal
niveau is nog geen complete schets
van het sportleven gegeven. Dit zou
tot aardige inzichten kunnen leiden,
omdat landelijke ontwikkelingen
lang niet altijd overeenkomen met
wat op lokaal niveau plaatsvindt.
Dat is bij het onderzoek naar
verzuiling duidelijk gebleken. Een
probleem bij sporthistorie is het
ontbreken van geschikte bronnen.
Weinig sportverenigingen beschik-
ken over een compleet en toeganke-
lijk archief De oudste ipor
verenigingen in Zeist, die inmiddë
niet meer bestaan, hebben sonrs nie
meer nagelaten dan hun naam. Va
veel activiteiten is niets geboekstaafd
wie lid waren weten we niet, hoe het
dagelijks reilen en zeilen ging is
onbekend. Bij deze serie hebben we
ons dan ook voor een deel moeten
baseren op landelijke beschrijvingen.
Wat is sport?
Onze term sport is afgeleid van het
Latijnse 'disportare', waarin het woord
'port' (haven) te herkennen is. Het
woord duidde de vrije tijd aan, die
zeelieden hadden als hun schip in de
haven lag, dus wat wij tegenwoordig
passagieren noemen. Via het Franse
-ocr page 6-
5eijst„
2001-1
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
Volksspelen en sport
Omdat de term sport zo verbon-
den is aan de opkomst van de
Engelse sporten (voetbal, rugby,
hockey, cricket) die na 1850 ook in
Nederland opdoken en de oude
spelen die hier tot dan toe populair
waren geheel hebben verdreven, is
in veel studies de lijn aangehouden
dat voor die tijd Nederland geen
echte sport kende. De bezigheden
die mensen toen in hun vrijetijd
deden worden als volksvermaken of
volksspelen afgedaan. Toch is dat
een te eenzijdig beeld. Natuurlijk
voldoen veel van de spelletjes, zoals
wij ze kennen van schilderijen als
van Pieter Brueghel niet aan de
strenge definitie van sport, maar
onderzoek naar bijvoorbeeld tennis
(of kaatsen zoals het toen vaak werd
genoemd) in de 16* en 17* eeuw
laat zien, dat we zeker wel kunnen
spreken van een bijna professionele
sport. Tennis (afgeleid van de Franse
term 'tenez', pak hem!) in die tijd
leek meer op onze sport squash. In de
desport (dat ontspanning betekent)
kwam het woord in Engeland terecht,
waar het werd verbasterd tot sport.
Met de Engelse sporten die in de
tweede helft van de 19* eeuw naar
het continent kwamen, kwam ook de
term sport mee. Hun woord sport
betekent hetzelfde als de term
tegenwoordig: oefeningen die vaardig-
heden en kracht vorderen en bevorderen,
en bovendien aan vaste regels zijn
gebonden
(Van Dale).
Daarnaast speelt het wedstrijd-
element een belangrijke rol in ons
begrip van sport. Het onderscheidt
zich van de term spel in de grotere
ernst: waar spel veel incidenteier is,
gericht op het plezier van het moment
en het niet zozeer gaat om het
winnen, is sport veel meer gestructu-
reerd en serieus. Voor sport wordt
getraind en geoefend, er zijn
regelmatig wedstrijden waarbij het
winnen voorop staat, sport kent
duidelijke regels, vaak zijn er
hulpmiddelen en speciale velden of
zalen nodig.
Enkele leden van de familie Labouchere
spelen croquet, omstreeks 1905.
COLLECTIE GEMEENTEflRCHlEE ZEIST.
hogere klassen werden in die tijd bij
landhuizen en paleizen een tenniszaal
of kaatsbaan gebouwd, sommige
edellieden waren zelf verwoede
tennissers of hadden mensen in
dienst, die professioneel tennisser
waren. Er werden grote wedden-
V
-ocr page 7-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
kolfbaan wordt omschreven als de
'boulingrin', een term die wel heel
dicht ligt bij het Engelse
'bowlinggreen', een vast onderdeel
van een Engelse buitenplaats.
De sport tennis of kaatsen, al dan
niet met een reket (racket) werd
later ook populair onder brede lage
van de bevolking. Dit is een
ontwikkeling die we vaak bij sport
zullen tegenkomen: eerst wordt het
populair bij de adel en de bovenlaag
van de maatschappij, dan 'daalt' dit
cultuurgoed af en duikt de sport op
bij de lagere standen. Herbergiers
bouwden aan of binnen hun
etablissement een eigen tennisbaan.
Het succes werd ook de ondergang:
de tenniswedstrijden deden de
gemoederen zo hoog oplopen, dat ze
vaak ontaarden in ruzies en
vechtpartijen. In de loop van de 18*
eeuw werden steeds meer tennisba-
nen gesloten op last van de
kerkenraad, die aan de overlast een
einde wilde maken. Ook de enorme
weddenschappen die met de sport
hand in hand gingen, en zelfs tot
faillissement konden leiden, gaven
tennis een slechte reputatie. Het
kolven ging evenzeer gebukt onder
overlast: mensen speelden het op
straat en sloegen de ballen door de
ramen of tegen voorbijgangers aan
en ook hier werden flinke wedden-
schappen afgesloten.
Herbergiers waren vaker de
initiator van sportevenementen: ze
organiseerden boks- en hardloop-
wedstrijden en in de winter
ijssporten om klandizie te trekken.
De Zeister herbergier Ludwig
Lorentz bouwde in 1800 aan de
Utrechtseweg ter hoogte van het
huidige Ma Retraite een nieuwe
herberg, die hij uitrustte met een
kolfbaan. Kaats- en kolfbanen waren
er vele: de gewesten Utrecht en
Noord-Holland telden er in de 18*
eeuw meer dan 200! Zeist heeft niet
beschikt over een kaatsbaan: het
dorp was waarschijnlijk te klein: nog
geen 2000 inwoners aan het begin van
de 19* eeuw.
schappen afgesloten op de uitslagen.
Sommige van onze stadhouders
waren zo verslingerd aan het spel, dat
buitenlandse ambassadeurs klaagden,
ze nooit dan op het tennisveld te
spreken te krijgen! Ook Willem
Adriaan van Nassau stamde uit een
geslacht van aan tennis verslaafde
edellieden: het is dan ook verwonder-
lijk dat hij bij Slot Zeist geen echte
tennisbaan heeft aangelegd, maar wel
de al eerder genoemde kolfbaan. Die
-ocr page 8-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANC, R.RM. RHOEN
200 l>l
het einde van die eeuw richtten zich
al op burgers, die niet zozeer voor
directe oorlogshandelingen maar
meer algemeen in de wapenkunst
onderwezen wilden worden. In 1705
werd aan de Utrechtse rijschool (die
rond 1640 ook al speciaal voor de
studenten was gesticht) een scherm-
school verbonden, waar wedstrijden
volgens een reglement werden
georganiseerd. Militairen blijven
lange tijdd<een hoofdrol spelen: na
1882 zien we dat ex-militairen
burgerschemiverenigingen opricht-
ten, die ook met internationale
technieken gingen werken. Scher-
men werd toen niet langer gezien als
een middel tot ontwikkeling der
vechtkunst, maar als oefening van
lichaam, en om intellectuele en
morele eigenschappen aan te kwe-
ken.
De overgang van volksspel naar
sport wordt door sommigen wel
verbonden met de maatschappelijke
veranderingen die door de indus-
triële revolutie werden veroorzaakt.
Een andere oude en verbreide sport
in Nederland is kegelen. Het
kegelspel is als gezelschapsspel ont-
staan. Bij herbergen, sociëteiten en
andere ontspanningsgelegenheden
was een kegelbaan; soms zeer
primitief onder een afdakje en op
verharde grond. In Zeist werd in 1863
door enkele notabelen de sociëteit
Unitas opgericht. Het gebouw stond
aan de Emmastraat, dichtbij de 1''
Hogeweg. Bij het sociëteitsgebouw
hoorde een kegelbaan. Die genoot
zo'n goede reputatie dat de Utrechtse
Studentensociëteit een timmerman
stuurde om de maat te nemen.
Unitas heeft tot 1879 bestaan, toen
werd het gebouw verkocht en
verdween de kegelbaan.
Maatschappij en sport
Tennis was niet de enige 'sport' die
al voor 1850 zeer populair was.
Onder studenten was maliën,
waarbij met een slaghout een bal in
zo min mogelijk slagen over een
maliebaan moest worden geslagen.
zeer populair. Toen in Utrecht in
1636 een universiteit werd geopend,
werd al snel een stuk grond
aangekocht net buiten de stadsmuur,
waar een lange maliebaan werd
aangelegd, om studenten te trekken.
Er werd zelfs speciaal een brug over
de stadsbuitengracht gelegd om de
maliebaan goed toegankelijk te
maken. Bij maliën is duidelijk dat
het gaat om een vrijetijdsbesteding.
Jagen, paardrijden en boogschieten,
in onze tijd duidelijk sporten, waren
in vroeger tijden niet alleen
aangename tijdsbestedingen maar
hadden ook een duidelijk nut: een
jonge edelman moest zich kunnen
verplaatsen en verdedigen. Zwaard-
vechten en schermen kwamen voort
uit militaire oefeningen: tijdens de
Opstand kwamen er speciale hand-
leidingen uit om voor 'ionge en
onervaren soldaten de volkome
handelinghe van deze wapenen heter
aen te wijzen'.
Was dat nog gericht op echte
soldaten, schermhandleidingen van
-ocr page 9-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
zelden uitmondde in een massale
vecht- en slemppartij.
Door de mechanisering werd de
arbeid veel meer geregeld: men
werkte een vast aantal uren per dag,
en kreeg dus ook uren die 'vrij'
waren. Competitie, prestatie en
concurrentie deden hun intrede in
het productieproces, precies die
grondbegrippen die ook bij sport een
grote rol spelen. Arbeidsdiscipline-
ring was heel belangrijk in de nieuwe
economische verhoudingen: een
fabrikant kon het niet hebben als
een groot deel van zijn personeel
regelmatig dagenlang niet op het
werk verscheen, omdat er in de
omgeving kemris was. Aan de
andere kant was er angst voor de
vrije tijd: mensen zouden daar niet
mee om kunnen gaan, de kroeg
opzoeken en zo hun eigen onder-
gang bewerkstelligen. Ook de vrije
tijd diende te worden gediscipli-
neerd. Die disciplinering maakte
deel uit van een veel breder
burgerlijk beschavingsoffensief
Die vier zonen van Ernest S. Labouchere op een tandem op het Slotplein, om-
streeks 1900.
                                                                                            COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
tijd voor plezier In die perioden viel
meestal ook de lokale kermis en
jaarmarkt, waar het volk uit de band
mocht springen en 'ruwe' volksver-
maken werden georganiseerd, waar-
bij vaak dierenkwellerij aan de orde
was. Het was een incidentele manier
van afreageren en lol maken, die niet
In een agrarische samenleving is
vrijetijd een veel diffuser begrip,
men werkt zolang dat nodig is en de
omstandigheden het toelaten, maar
tijdens het werk wordt gerust en
plezier gemaakt. In de rustiger tijden
van het jaar, als er niet gezaaid of
geoogst hoeft te worden, is er meer
-ocr page 10-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
2001-1
Burgerlijk
beschavingsoffensief
In 1773 werd de Maatschappij
voor 't Nut van het algemeen
opgericht, die zich inspande om
burgerlijke deugden, in hun ogen de
sleutel voor maatschappelijk succes,
aan het volk te brengen. Die
deugden, vaderlandsliefde, gevoel
voor orde en harmonie, zelfbeheer-
sing en arbeidzaamheid, werden
middels onderwijs, de oprichting van
verenigingen en het organiseren van
volksfeesten uitgedragen. Ook ver-
zette de burgerij zich tegen het ruwe
volksvermaak zoals dat op de
kennissen plaatsvond. Op veel
plaatsen gingen stemmen op om de
kermis te verbieden. Ook in Zeist
werd in 1853 vanwege 'dien dollen
dronkemansboel' de kermis afge-
schaft, hoewel daarna nog regelmatig
werd geklaagd over 'getier en gedans
langs de straten', 't Nut, dat sinds 1865
ook een Zeister afdeling kende,
besefte wel, dat feesten een maat-
schappelijke noodzaak hadden en dat
gezocht moest worden naar een
alternatief Zij propageerde volksfees-
ten, waar beschaafde volksvermaken
werden uitgevoerd. Daar was een
nationaal symbool voor nodig, om
zowel de katholieke als de protes-
tantse vaderlanders omheen te
verzamelen. Zij kozen het koninklijk
huis en poogden feestdagen ter eren
van de koning en de prinses te
organiseren.
In 1886 werd in Zeist
'prinsessedag' georganiseerd, de vie-
ring van de verjaardag van prinses
Wilhelmina. Voor de lokale jeugd
waren wedstrijden georganiseerd in
balgooien, mastklimmen, boeg-
sprietlopen en hardlopen, elemen-
ten die ook al aan het begin van de
19''" eeuw voor de jeugd werden
georganiseerd. Daarbij speelde wel
een ander, oud bezwaar tegen sport
mee: de luchtige kledij. Aan het
einde van de 18'^'' eeuw vonden
hardloopwedstrijden tussen vrouwen
plaats, die opvallend veel mannelijk
publiek trokken: de grootste aantrek-
Sportfeest in het interneringskamp bij
Zeist, 1916.COLLECTIE gemeentearchief ZEIST
kingskracht van de wedstrijd lijkt
meer de sportieve kleding dan de
sportieve prestatie te zijn geweest. Een
gerucht dat de dames naakt zouden
-ocr page 11-
ZEISTER SPORT IN BEELD (1), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
2001-1
meer dan lagere school volgde, was
dit niet erg effectief Het zou nog tot
1920 duren voor het ook werd
ingevoerd op de lagere school. Ook
waren lang niet alle leraren
overtuigd van het nut van het vak:
op school stond orde en tucht hoog
in het vaandel, en gymnastiekles
met zijn potentie voor herrie en
ruwheid bedreigde dat schema. Ook
artsen waren niet overtuigd van de
goede kanten van gymnastiek: een
Amsterdamse arts schreef rond 1920
nog over sporters die hij gezien had:
'de meesten werden prikkelbaar...
Anderen weer werden hinderlijk
aanhalig, weer anderen werden min
of meer toerekenbaar en deden
handelingen, welke zij zeker niet in
gewone omstandigheden zouden
bedreven hebben'. Het duurde lang
voordat gymnastiek meer geaccep-
teerd werd. Aan het einde van de
18''" eeuw gingen er onder de
geleerde stand stemmen op ter
verbetering van het volk. In de ogen
van de Utrechtse hoogleraar
enkele pastoor zich nog ergerde aan
de 'prikkelende' kledij, is sportkleding
voor de meeste mensen een symbool
van het moderne.
Bij latere volksfeesten werd ook
aan ringrijden en wielrennen gedaan.
Voor het eerst maakte in 1886 bij deze
feesten een Zeister sportvereniging
haar opwachting, de in 1883 opge-
richte gymnastiekclub Hercules. Her-
cules was opgericht door Hemran van
Kreel, een onderwijzer die zich net
enkele maanden daarvoor in Zeist
had gevestigd. Hercules kreeg voor
haar optreden een gemeentelijke
subsidie. Men hoopte propaganda te
maken voor de 'stelselmatige
lichaamsoefeningen', die bij Hercules
werden uitgevoerd. Gymnastiek was
met name uit Duitsland overgewaaid,
maar kreeg ondanks steun van
wetenschap en onderwijs, lange tijd
weinig voet aan de grond. In 1863
was het als vrij vak toegevoegd aan
het curriculum van de net ingestelde
hogere burgerschool: aangezien maar
een klein deel van de bevolking
hardlopen, deed bijna een volksoploop
ontstaan. Rond 1900 lijkt dat
veranderd: sport is iets voor een aparte
groep mensen, die een speciale
activiteit uitvoerden en zich door hun
kleding onderscheidden. Hoewel een
-ocr page 12-
ZEISTER SPORT IN BEELD (1), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
2001-1
Matthias van Geuns was daarbij te
lang de nadruk gelegd op de geest:
zonder gezond lichaam geen gezonde
geest. In een lezing in 1783
besteedde hij aandacht aan het nut
van lichamelijke opvoeding. Het
lichaam als voertuig van de ziel
diende ook ontwikkeld worden: hij
dacht daarbij aan 'openbaare spelen'
en voor meer aanzienlijke jongelin-
gen dansen, schermen en paardrij-
den. Zo zou het lichaam geoefend en
beschaafd worden. Bij latere hoogle-
raren kwam ook de positieve invloed
op de gezondheid om de hoek
kijken: van gymnastiek zou genees-
kundige kracht uitgaan. Gym op
school werd voor het eerst in de
eerste decennia van de IP''"' eeuw
gegeven. 'Welgeregelde volksspelen
[zijn] hoogst nuttig om ook in ons
vaderland de verarmde volksklasse
te vermaken, tot matige spaarzaam-
heid te geleiden, geest en lichaam te
versterken en daardoor moed op de
toekomst te behouden, ja de
armoede minder knellend te doen
zijn'. Zo zag D.J. den Beer Portugael
het nut van sport. Uit die
geneeskundige achtergrond kwam
later de heilgymnastiek voort, maar
ook het gebruik van sport en spel bij
de opvang van geestelijk gehandi-
capten, vanaf begin 20'"' eeuw
gebruikelijk. Ook Zeist kende rond
1910 drie gelegenheden voor heil-
gymnastiek, waar onder meer
Hendrik Marsman nog lessen
volgde. Ondanks de langdurige
tegenwerking kreeg gymnastiek
langzaam voet aan de grond en werd
de sport populair bij de Zeister jeugd.
In 1898 werd Hercules gevolgd door
een tweede gymnastiekvereniging,
Simson. De tegenwerking was niet
de enige reden dat Zeist wat later
was om aan te haken bij de nieuwe
mode van sportverenigingen: over
het algemeen was sport een stedelijk
verschijnsel, dat vooral door de
jongeren uit de hogere burgerij werd
gedragen. Zeist was lange tijd een
kleine, agrarische gemeenschap waar
nieuwe, 'stadse' zaken maar lang-
zaam doordrongen. Toen Zeist rond
1900 flink begon te groeien en zich
in de nieuwgebouwde villawijken
een ander soort inwoners vestigde,
groeide ook de belangstelling voor
sport.
Sport en sociale klasse
Er is een merkwaardige tegen-
spraak in de sportgeschiedenis:
hoewel de maatschappij voor 't Nut
van het Algemeen sport zag als een
manier om het volk op te voeden,
was het vooral in de hogere klassen
dat sport populair werd. Onder adel
en de hogere burgerij leefde al een
traditie van sport: zij hadden
tenslotte al eeuwenlang de tijd en de
middelen bezeten om zich in sporten
te bekwamen. Dat beperkte zich
aanvankelijk tot de jacht, paardrij-
den, schermen en boogschieten, die
werden gezien als geschikte vrije-
tijdsbestedingen van mensen op
stand gezien. Bij de verkoop van het
buiten Beek en Royen in 1818
werden dan ook de mogelijkheden
-ocr page 13-
ZEISTER SPORT IN BEELD (1), F. VOGELZANG, R.P.M. RHOEN
seijsl
van de jacht aangeprezen. Veel
buitens beschikten over een 'terrein
van vermaak', waar de bewoners
zich konden verpozen, croquet of
andere beschaafde spelletjes konden
spelen. Diverse buitens en grote
villa's beschikten over een eigen
biljartkamer, waar de heer des huizes
zich met zijn vrinden terugtrok, of
zoals bij Sparrenheuvel en
Eikenstein, over een apart biljart-
gebouwtje!
Ook vrouwen konden aan deze
sporten deelnemen: we zien ze
meegaan op de jacht, een balletje
slaan in een spelletje 'lawn tennis' (de
nieuwe uit Engeland overgewaaide
vorm van het aloude tennis) en
boogschieten.
Gouvernantes uit Zwitserland
hebben misschien een rol gespeeld
in de verspreiding van gymnastiek
onder de hogere klassen. Veel van
hen hadden een opleiding gehad aan
een van de Zwitserse instituten,
waar gymnastiek een ingeburgerde
bezigheid was.
De eerste rijwielvereniging in Zeist, omstreeks 1900. collectie gemeentearchief zeist
zo beheersing, sportiviteit, lichamelijke
harding, doorzettingsvermogen en
teamgeest aan te kweken bij de
toekomstige leiders van het Britse
Op de Engelse public schools
werden enkele sporten, gebaseerd op
oude volksspelen, geïntroduceerd om
I
-ocr page 14-
seijsl
2001-1
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F VOGELZANG, R PM RHOEN
Het eerste elftal van Zeister Voetbal Vereniging ZVV omstreeks 1908.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
-ocr page 15-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANC, R.P.M. RHOEN
Empire. Via leerlingen die ook in
Nederland kwamen, introduceerden
ze deze sporten hier. Ze werden in
korte tijd zeer populair onder hbs-ers
en gymnasiasten. Aan de andere kant
bezochten telgen uit adellijke ge-
slachten Engelse scholen en kwamen
zo in aanraking met de sporten daar.
Ook zwemmen en fietsen waren
sporten die snel ingang vonden bij
de betere standen. In Zeist zien we
rond 1890 al regelmatig fietsende
heren en dames en het duurde niet
lang of er werdeii wielerwedstrijden
georganiseerd. Daarbij ging men zeer
netjes en beschaafd gekleed, een
fiets was trouwens aanvankelijk
onbetaalbaar voor en gewone
arbeider Hoewel lange tijd rust en
beheerstheid ('een heer rent niet')
kenmerken van de hogere klassen
waren geweest, kwam daar aan het
einde van de 19'^'' eeuw verandering
in. Misschien door een vermindering
van standsbesef, in ieder geval door
druk van het Engelse voorbeeld,
gingen ook hier jongelieden uit de
hogere klassen meedoen aan spor-
ten. Juist onder hen sloegen de
nieuwe Engelse sporten als cricket
en voetbal zeer aan. Die sporten zijn
echt van onderaf gegroeid: weinig
leraren op de scholen zagen er wat
in, en ook de kerken hebben zich
lange tijd tegen deze sport verzet.
Sportlieden die terugkeken op die
tijd herinneren zich nog de barre
omstandigheden waaronder moest
worden gesport: er was weinig
materiaal, de velden die men kon
huren waren nat, ongelijk en soms
net ontdaan van koeien en schapen
(niet van hun uitwerpselen), kleed-
hokjes ontbraken. Henk van de
Heuvel schrijft daarover in zijn
memoires: 'Ook bij "Lam" welke op
de hoek Schaerweijdelaan-Bergweg
woonde, konden we voor ƒ!,- per
keer een oud schuurtje gebruiken
voor omkleding. Na afloop konden
de spelers zich wassen bij de
aanwezige pomp met behulp van wat
blikken schalen.'
Onder de gewone mensen sloegen
de nieuwe sporten nog niet erg aan:
pas als er geldprijzen werden
uitgereikt konden ze tot deelname
worden bewogen. Veel vrije tijd
hadden ze ook niet, en het is te
begrijpen dat na een dag zware
lichamelijke arbeid de mensen liever
uitrustten. Daardoor bleef sport
lange tijd een elitebezigheid. De
eerste voetballers en cricketsporters
waren duidelijk uit de betere
standen afkomstig: zonen vaii
industriëlen, edellieden, hogere
ambtenaren.
Ook de contributies waren hoog
terwijl sommige verenigingen
ballotage kenden, die mensen uit
andere milieus buiten de deur
hielden. Alleen zwem- en turn-
scholen kenden soms het verschijn-
sel volksklassen, waarin les werd
gegeven aan mensen die geen lid
waren. Dit paste ook meer in het
opvoedingsideaal van verenigingen
zoals 't Nut: zwemles werd gegeven
-ocr page 16-
2K|i^5P?ïi^j^^^^^2'^^D^'s^D*^!'^3^'s*^3*^!^D^'!*i^y'5^2^'!*^5^s^3^s^^5^^^
Van Delft Geurtsen en Co, Accountants en
Belastingadviseurs, is een Zeister kantoor,
waarin registeraccountants, accountants-
administratieconsulenten en belastingadviseurs
samenwerken, gericht op een persoonlijke
begeleiding van relaties.
ONZE KERNACTIVITEITEN ZIJN:
•   Accountancy
•   Fiscale zaken
•   Advisering
•   Loonadministraties
•   Financiële administraties
•   Automatisering
Prins Hendriklaan 35 - Postbus 20,
3700 AA Zeist.
Telefoon 030-6923024, fax 030-6918205
E-mail accountants@vdgc.nl
Avondje
Figi
Een welkomstdrankje
♦ Driegangendiner met
bijpassend wijnarrangement
Kopje koffie of thee tijdens
de pauze van de voorstelling
♦ Na afloop een drankje met
een hapje in Theatercafé 'Het
Weeshuis'.
f80,-
per persoon
n
Golden TuHp Hotel Figi Het Rond 2
tel. 030 69 27 400 fax 030 692 74 68
HOTEL ■ RESTAURANT - THEATER ■ BIOSCOOP
ESPRESSOBAR - PATISSERIE ■ CONGRESZALEN
www.figi.nl
ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS
^ Van Delft Geurtsen en Co
-ocr page 17-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANC, R.P.M. RHOEN
zijn in verband met de eerste
moderne Olympische spelen die in
1896 in Athene op initiatief van de
Franse baron E de Coubertin
gehouden werden.
In 1904 ontstaan de eerste
voetbalverenigingen ter plaatse, de
Zeister voetbalclub Achilles en de
Zeister voetbalvereniging ZW Deze
laatste vereniging telt omstreeks
1910 vijftig actieve leden. De
contributie bedraagt 30 cent per
maand. ZVV wordt in 1907 lid van
de Utrechtse Provinciale Voetbal-
bond (U.EV.B.) en speelt in de 1"
klas. ZW gaat in 1914 ter ziele.
Misschien hangt dat samen met de
oprichting in dat jaar van de
Voetbalvereniging Zeist. Een grote
stimulans voor de voetbalsport is de
komst van Belgische soldaten in
1914. Ook in het Nederlandse leger,
dat gemobiliseerd is, wordt sport
ingevoerd om de verveling te
bestrijden. Naast Olympia wordt in
1908 de voetbalvereniging Groen
ter bestrijding van verdrinking, gym-
nastiek zou zowel lichamelijk als
geestelijk weldadig werken.
Al in 1873 ijverde jhr F. van de
Poll voor een gemeentelijke bad- en
zweminrichting, maar de hoge
kosten schrokken de gemeenteraad
af. Dertig jaar later werd een nieuwe
poging ondernomen. Gezwommen
werd er in de Blikkenburgervaart,
wat sommige raadsleden onhygië-
nisch vonden. Het gaf bovendien
overlast aan de boeren in de
omgeving. Nu ging de gemeenteraad
wel akkoord, er werd een badmees-
ter aangesteld. In 1906 werd de
Zeister Zwemvereniging opgericht.
Sport werd door de hogere
standen gebruikt om zich te
onderscheiden. Toen vanaf 1900
arbeiderssportverenigingen ontston-
den, kwam er een kentering. De
bovenlaag zocht naar andere sporten
of trok zich terug in een eigen
competitie. Arbeiders voldeden niet
aan het ideaal van sportieve
gentleman: zij speelden ruw, waren
teveel gericht op winnen en niet op
het spel.
Voor arbeiders was sport een
andere manier om zich maatschap-
pelijk te profileren. Zijn de
maatschappelijke carrièrekansen
klein, via de sport kan men toch
aanzien verwerven.
Ook na invoering van de kortere
werkweek: van 60 uur naar 40 uur, is
er meer vrijetijd. Vanaf met name
1900 zien we een groei van het aantal
sportverenigingen: in 1890 ontstaat de
IJsvereniging Zeist, in 1899 de
wielrijdersclub 'De Adelaar', in 1900
de wielrijdersvereniging Wilhelmina,
en de sportvereniging Olympia. Wat
op die laatste vereniging precies
wordt beoefend, is onduidelijk: ook
al omdat in 1908 een voetbal-
vereniging van dezelfde naam wordt
opgericht en in 1930 een
gymnastiekvereniging Olympia. De
naam Olympia zal door de eerste
vereniging met die naam gekozen
-ocr page 18-
seijst
2001-1
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
Rood opgericht vanuit de Zeister
vereniging voor Volksweerbaarheid,
die ook aan de wieg staat van een
van de Zeister schietverenigingen
die in die tijd het levenslicht zien. In
1906 wordt zowel een schaak-
vereniging als een zwemvereniging
opgericht, in 1907 een paardensport-
vereniging. Jhr C. de Pesters had in
Zeist een eigen renstal: zijn paard
Golden Amor won in 1909 de derby
op Duindigt. De Pesters hield zich
niet alleen bezig met paardensport: hij
was ook bestuurslid van de
golfvereniging.
Werd bij de oprichting van
Hercules nog een oproep gedaan
voor mensen ouder dan 17 jaar, de
leden van de nieuwe verenigingen
zijn beduidend jonger: niet zelden is
de 'president' van de voetbal-
vereniging een HBS-er van 14 jaar.
Zeker in Zeist zijn de meeste
verenigingen in deze tijd nog gericht
op de hogere standen. Een
arbeidersvereniging ontstaat pas na
de Eerste Wereldoorlog, als er
opnieuw een enorme groei optreedt
in het aantal verenigingen. Daarop
zullen we in de volgende aflevering
ingaan.
F. Vogelzang
R.RM. Rhoen
Gymnastiekclub Hercules, omstreeks
1900.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
-t--.
-ocr page 19-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOCELZANG, R.PM. RHOEN
2061-1
LITERATUUR
L, Batenburg, De betekenis uan sport en spel voor de
volksgezondtield naar lichaam en geest
(Den Bosch,
z,j,)
C. de Bondt. 'Heeft yemant lust met bal. of met rekel te
spelen'. Tennis In Nederland tussen 1500 en 1800
(Verloren 1993)
M. van Bottenburg, Verborgen competitie. Over de
uiteenlopende populariteit van sporten
(Amsterdam
1994)
P, Bourdieu, 'Sport and social ciass', in: C, Mukerji en
M, Schudson, Rethlnklng popular culture.
Contemporary perspectives in cultural studies
(Oxford
1991), 357^373
V.fl.M, van der Burg en R,P,M, Rhoen, De
voorgeschiedenis van de Oranjevereniging te Zeist.
Seljst 30 (2000) 39-65
E, van Dieren, De nadeellge Invloed van fel zonlicht en
sport op lichaam en geest
(Amsterdam z.j.)
A, Cuttmann, Women's sport. 7\ hlstory (New Vork
1991)
M, D'Hoker en J, Tolleneer (red,). Het vergeten
lichaam. Qeschledenls uan de lichamelijke opvoeding
In België en Nederland
(Leuven Apeldoorn I 995)
K H.J, van Hulssen, De ontvjlkkellng der scherm.kunst
In Nederland alsmede de techniek en de tactiek van het
schermen
(Utrecht [1934]
K, Koch, Het aankweeken van den moed door
gymnastiek, spel en sport. De geestelijke zijde der
llchaamsoejenlngen
(Rotterdam I 903)
J, Kugel, Qeschiedenis van de gymnastiek (Haarlem
1973)
C, Miermans, Voetbal In Nederland. Maatschappelijke
en sportieve aspecten
(Assen I 955)
R, Stokvis, Strijd over sport. Organisatorische en
ideologische ontwikkelingen
(Deventer 1979)
Th, J.A, Terlouw, De opkomst uan het heilgymnastische
beroep in Nederland in de 19''' eeuw. Over zeldzame
amflbleën In een kikkerland
(Rotterdam I 991)
L. Visser, De gemeentelijke zwemplaats aan de
Blikkenburgerlaan,Seijst25 (1995)62-72
V/eekode voor Zeist, Driebergen en omstreken
-ocr page 20-
beijst
2001-1
JAARVERSLAG 2000 \
Het jaar 2000 stond in
het teken van het naden-
ken over de toekomst en
de voorbereidingen voor
een bijzonder jaar 2001.
Dit verslag over het jaar
2000 zal alleen het
verslag van de secretaris
omvatten, de afzonder-
lijke verslagen van de
commissies komen dit
jaar te vervallen, dit
vanwege tijds- en plaats-
gebrek.
Afscheid V.A.M. van der Buig
Op 6 maart heeft mr.dr. VA.M van
der Burg het voorzittersschap van
het Zeister Historisch Genootschap
van de Poll-Stichting (ZHG) overge-
dragen aan de heer J.B.M.P van
Grunsven. De heer Van der Burg is
sinds 1974 betrokken geweest bij
het ZJ-IG waarvan van 1995-2000
Verslag van bestuur over
als voorzitter. Kernwoorden die
hem omschrijven zijn: toewijding,
kennis van zaken, autoriteit op het
gebied van lokale historie. Hij blijft
als lid van de publicatiecommissie
bij het ZHG betrokken.
Afscheid bestuursleden
en medewerkers
Op de jaarlijkse vrijwilligers-
bijeenkomst werd nogmaals af-
scheid genomen van bestuursleden
en medewerkers die in het afgelo-
pen jaar waren vertrokken. Op 10
maart 2000 hebben we zo afscheid
genomen van de dames C. W. van
den Berg- Barneveld, A. Metz*,
J.C. Mollen-Hengeveld, A.P.H.M.
Speet (commissie archief en collec-
ties), J. Spronk (commissie lezin-
gen en excusies), J. Verbeek-
Stapensea en de heren V.A.M.
van der Burg, Chr. Ten Houte de
Lange, M.M.A. Roeder (commis-
sie archief en collecties) en J.B.
Zoonen (commissie audiovisuele
collecties).
De oud dagelijks-bestuursleden:
Mw. J. Verbeek-Stapensea (se-
cretaris), VA.M. van der Burg
(voorzitter) en Chr. ten Houte de
Lange (penningmeester) ontvingen
uit handen van de voorzitter de
Monté Verloren legpenning voor
hun grote verdienste voor het ZHG,
hun bestuursperiode stond in het
teken van bestuurlijke veranderin-
gen en het ZHG als een moderne
historische vereniging vorm te ge-
ven.
Nieuwe bcstuyrsicden
Twee commissies hebben een
nieuwe voorzitter gekregen die
daarmee tevens lid van het bestuur
zijn geworden. De voorzitter van de
commissie lezingen en excursies is
nu: A. Steensma en de commissie:
beheer audiovisuele collecties is A.
Venema, die helaas per januari
2001 zijn bestuurslidmaatschap
weer heeft moeten opzeggen.
Het bestuur heeft al dankbaar ge-
bruik kunnen maken van de kennis
en kunde van deze beide voorzit-
ters.
Dank
Het bestuur spreekt ook op deze
plaats nogmaals haar dank uit voor
het vele werk dat door de oud-me-
dewerkers en oud-bestuursleden is
verzet. Het bestuur heeft ook kennis
genomen van het overlijden van haar
oud-voorzltter mr. A.A.H. Stolk.
Beleid
Het bestuur heeft diverse malen ver-
gaderd over een beleidsplan voor de
komende jaren, de voorzitter van de
commissies hebben samen met hun
commissieleden hun wensen en
ideeën op papier gezet en al die
* Mw. A. Metz is 19 juli 2000 overle-
den.
-ocr page 21-
JAARVERSLAG 2000
Bestuur
per 31 december 2000
Voorzitter
B.M.R van Grunsven
Secretaris
Mw. Fl. de Vrijer
Penningmeester
J.H. Heimei
Commissievoorzitters
Beheer audiovisuele collecties
A. Venema
Beheer collecties en archief
Mw. Drs. R. Efdée
Lezingen en excursies
A. Steensma
Publicaties
Mw. Fl. de Vrijer
Public relations en sponsoring
Mw. Drs. M.E. van Bellen
Redactie Bulletin Seijst
Mr M.K.M. Wbrtmann
Tentoonstellingen
Mw. Drs. K. Veenland-Heineman
2000
plannen zijn besproken. Het heeft
nog niet geleid tot nieuw uitge-
schreven beleid, wel zijn de eerste
aanzetten voor een nieuw beleid ge-
geven. Een belangrijk punt voor de
komende jaren is huisvesting, goed
beheer en toegankelijkheid van de
collectie, een interessant bulletin
Seijst, bijzondere publicaties, gro-
tere betrokkenheid van donateurs
en Zeistenaren bij de activiteiten
van het ZHG o.a. bij lezingen, ten-
toonstellingen, excursies en film-
voorstellingen.
Verder moet er een grotere groei (in
donateurs en geld) zijn om alle
wensen te kunnen uitvoeren. Er zal
dan ook een nog actiever PR en
sponsorbeleid gevoerd worden.
Donateurs
Het Zeister Historisch Genootschap
telt per I januari 2001 875
donateurs. Er melden ca. 75 nieuwe
donateurs zich aan, maar een gelijk
aantal hebben wij moeten uitschrij-
Huisvesting
De gemeente Zeist heeft de huur
van de Van de Poll-kamer in het Slot
opgezegd, uiterlijk 31 december
2001 moet het ZHG het Slot verla-
ten hebben. Er is een commissie uit
het bestuur benoemd die in overleg
met de gemeente alternatieve huis-
vesting en mogelijke verdere samen-
werking in kaart moet brengen alvo-
rens het bestuur hierover een be-
slissing kan nemen. Uitgangspunt is
natuurlijk een adequate huisvesting,
geschikt voor ons kostbaar bezit,
bereikbaar, ruimte voor het ontvan-
gen van bezoekers.
Oude Begraafplaats
Een aantal verenigingen en instellin-
gen, waaronder het ZHG onder-
zoekt, samen met de gemeente
Zeist, diverse mogelijkheden om de
Oude Begraafplaats aan de Bergweg
te restaureren en zo als cultureel
erfgoed te bewaren. We prijzen ons
gelukkig dat de Rijksdienst voor
Monumentenzorg hiervan een
proefproject heeft willen maken,
waardoor er meer deskundigheid
dat de donateur 4 maal per jaar
ontvangt, een minimumbedrag
om ook de overige activiteiten te
kunnen bekostigen.
Helaas moesten we ook dit jaar
weer constateren dat een aantal
donateurs hun bijdrage niet over-
maken, zij zullen in de toekomst, na
een herinnering, het bulletin Seijst
niet meer ontvangen. Om de
inkomsten te verhogen zijn er
advertenties worden opgenomen.
ven, waarvan ongeveer de helft door
overlijden.
Financiën
Het jaar 2000 was financieel gezien
een moeilijk jaar, de diverse activitei-
ten in 1999 hebben een (te) groot
beslag op de liquide middelen ge-
legd. Er was al besloten de
minimum donateurs bijdrage te
verhogen naar ƒ35,-. Dit is gezien
de kosten die het bulletin Seijst,
k^^im.
-ocr page 22-
beijst
2001-1
JAARVERSLAG 2000
coördineren. Als thema is
gekozen Sport. Alle sport-
verenigingen, die in 1951 in Zeist
al bestonden en nu nog bestaan,
zijn aangeschreven voor mede-
werking, die inmiddels door ieder-
een is toegezegd. Verder zijn er tal
van stichtingen en bedrijven
benaderd voor sponsoring, want
alleen kunnen we de plannen die
er zijn niet bekostigen. Ook zul-
len de donateurs in dit kader spe-
ciaal benaderd worden. Het
bulletin staat het gehele jaar in
het teken van het jubileum.
Geschenk
Het Zeister Historisch Genootschap
van de Poll-Stichting heeft in 2000
een bijzonder geschenk ontvangen,
een zeer kostbaar boek uit 1829
met litho's van Mourot met afbeel-
dingen van buitenplaatsen.
Een bijzondere actie
Het voornemen van de staatssecre-
taris van Cultuur om de subsidie
ten behoeve van Huize Doorn stop
te zetten, waardoor sluiting
mensen herinneringen uit het
Zeist van vroeger losgemaakt
Excursies en Lezingen
Op 27 april 2000 was er een geani-
meerde en interessante excursie
naar Brussel, zoals altijd was het
aantal aanmeldingen veel meer dan
er plaatsen waren.
Er is een tweetal lezingen door het
ZHG verzorgd; een over de Zeister
tram, de vele oude 'plaatjes' zijn
door velen bekeken en gaf de nodige
discussie over plaats en tijd.
Figi
Een bijzonder lezing was die over
Figi op 16 november 2000. Het Figi
theater bestond in 2000 75 jaar en
dat is met allerlei feestelijkheden ge-
vierd waaronder de lezing over Figi,
de lezing werd verzorgd door de 7
van de 8 leden van de familie Ruijs
(een woont in Australië). Een bij-
zonder gebeuren, alle aspecten van
het Figi concern werden belicht.
Het bestuur heeft de belangrijke
positie die de familie Ruijs en het
concern Figi in Zeist al zovele
jaren inneemt willen uitdrukken
door het verlenen van de Monté
verloren legpenning en daarbij
ook de bijzondere betrokkenheid
die familie en concern met het
Zeister Historisch Genootschap
van de Poll-Stichting heeft, willen
honoreren.
Filmvoorstelling
Op 5 mei en 23 oktober 2000 wer-
den er in het Figi theater weer oude
films vertoond, de belangstelling
blijft onverminderd hoog, hetgeen
een uitdaging voor de audiovisuele
commissie is om steeds weer naar
nieuw materiaal op zoek te gaan en
geschikt te maken voor vertoning.
Jubileum ZHC
Het Zeister Historisch Genootschap
van de Poll-Stichting bestaat in
2001 50 jaar en het bestuur wil dat
vieren met zoveel mogelijk
donateurs en Zeistenaren. In 2000
is gestart met het instellen van een
jubileumcommissie die plannen
heeft ontwikkeld en alle
activiteiten in 2001 zal
en geld beschikbaar komt om dit
belangrijke stukje Zeist op ver-
antwoorde wijze voor ons
nageslacht te bewaren.
Voor Monumentenzorg is dit een
goede mogelijkheid om na afloop
ook andere gemeenten in Nededand
te kunnen adviseren.
Kraal
Het succes van de tentoonstelling
van de tachtig foto's uit de Kraal
collectie heeft zich in 2000 voortge-
zet. De collectie is in vier delen te
zien geweest in de woonzorgcentra:
flmandelhof, Mirtehof, Looborgh en
Bovenwegen. Een gedeelte in het
Christelijk Sanatorium te zien (ge-
weest ) en van 6 december 2000 tot
8 februari 200! in zijn geheel in het
verpleeghuis De Wijngaard in Bosch
en Duin. Het heeft bij vele
-ocr page 23-
Seijst
2001-1
JAARVERSLAG 2000
dreigt, heeft veel verzet en zorg
gegeven. Ook het ZHC heeft een
brief aan de staatssecretaris
geschreven met het verzoek om
dit cultureel erfgoed in onze regio
te behouden. De uiteindelijke
beslissing moet nog genomen
worden.
Bekendheid
Het Zeister Historisch Genootschap
van de Poll-Stichting streeft ernaar
om haar kennis en kunde aan allen
die zich betrokken weten bij de his-
torie van Zeist bekend te maken,
door middel van de activiteiten van
alle commissies binnen het ZHG, zo
ook het openstellen van onze kamer
tijdens Monumentendag, de ver-
koop van onze publicaties op de
boekenmarkt en de verkoop van
onze publicaties via een tweetal
boekhandelaren in Zeist. Ook wor-
den de activiteiten via de plaatselijke
media: Nieuwsbode en Slotstad TV
en Radio bekend gemaakt.
Ten slotte
Het bestuur is veel dank ver-
On top of the World:
„:,j
Global Invest is een lijfrentei
programma van DBV Verzekering
in samenwerking met Prudential,
Securities Inc. uit New York. |
Met Global Invest kiest u volF^i
beleggingsstijl die bij u past.
De beleggingen worden uitgevoerd ; i
door de absolute top van 's werelds ,,,,,J
vermogensbeheerders.
                 |
Prudential Securities Inc. hi
deze elite van vermogensbeheerdl
geselecteerd. Daarnaast controleê. , , .,y
Prudential Securities Inc. deze verin«>?y|,
gensbeheerders doorlopend. |
De controle is geheel in lijn i
van de strenge regelgeving M
omtrent vermogensbeheer
die in Amerika geldt.
(rlnh;)] Tnvpiet
schuldigd aan alle medewerkers
die in het jaar 2000 hun
medewerking aan alle werkzaam-
heden en activiteiten weer
belangeloos hebben verricht.
Ook de vele donateurs hebben ons
hun, veelal financiële steun gegeven.
Onze dank gaat ook uit naar de ge-
meente Zeist, voor de subsidie die
het ZHG jaarlijks ontvangt, en de
plezierige samenwerking met de
gemeentearchivaris, naar de directie
van het Figi concern en de plaatse-
lijke media, die ons weer onder-
steunden om onze doelstelling:
"het bevorderen en verbreiden van
de kennis omtrent de geschiedenis
van Zeist en wat daarmede verband
houdt, alsmede het aankweken van
belangstelling daarvoor in ruime
kring", te bereiken. Het bestuur
spreekt de wens uit dat het
jubileumjaar 2001 een succesvol
jaar zal worden en dat wij in dit
jaar vele nieuwe donateurs
mogen begroeten die met ons de
doelstelling willen verwerkelijken.
Namens het bestuur,
. Flora de Vrijer
Met Global Invest
bent u verzekerd van
een lijfrente die bij
u past. Uw vermogen
wordt professioneel
beheerd en objectief
gecontroleerd.
Voor meer informatie
kunt u contact
opnemen met:
DBV Verzekeringen
Utrechtseweg 75
3702 AA Zeist
030-6933166
info@dbv.nl
-ocr page 24-
GEMEENTELIJKE HERINDELING, R.P.M. RHOEN
200 I-i
De gemeentelijke herindeling van
Qemeentelijke herindeling is
een actueel onderwerp in de
provincie Utrecht. Drie
Utrechtse gemeenten zijn per I
januari 2001 opgeheven. De
gemeente Vleuten-De Meern is
bij Utrecht gevoegd en de
gemeente Harmeien bij Woer-
den. De gemeente
Maartensdijk verloor eveneens
haar zelfstandigheid. Zij komt
bij de gemeente De Bilt. De
gemeente Maarssen verloor
een gedeelte van haar grondge-
bied dat grenst aan het indus-
trieterrein Lage Weide aan
Utrecht.
De beweegredenen van de
politiek om gemeenten op
te heffen, staan vaak
lijnrecht tegenover de argumenten
van de dorpsbewoners die gekant zijn
tegen annexatie van hun gemeente
door
          een          buurgemeente.
Tegenstanders benadrukken meestal
het feit dat zij een hechte dorps-
gemeenschap vormen met een eigen
cultuur, die men niet kwijt wil raken.
Bestuurlijke herindeling is echter
een proces dat niet te stoppen valt.
Wie wil weten welke gemeenten
sinds 1830 zijn opgeheven raadplege
hiervoor Vuga's Alfabetische
Plaatsnamengids van
Nederland.
Regionale herindeling is niet iets
van deze tijd. Twee honderd jaar
geleden, rond 1800, ging de
provincie Utrecht voor het eerst
bestuurlijk op de schop. Wie denkt
dat de huidige gemeente Zeist
daaraan is ontkomen, vergist zich.
De gemeente Zeist zoals die nu
bestaat, wordt gevormd door de
vroegere gerechten Zeist, Stoet-
wegen, Kattenbroek en De Breul en
de in 1806 opgerichte gemeente (er
werd ook gesproken over stad en
dorp) Austerlitz. Een gerecht is
enigszins te vergelijken met een
huidige gemeente.
Oorspronkelijk lagen binnen de
grenzen van de huidige gemeente de
voormalige middeleeuwse gerechten
Zeist (ook wel Zeisteroever ge-
noemd). Kroos (De Kroost), Zeister- '
straat, Stoetwegen, Kattenbroek
(soms Kouwenhoven genoemd),
Kokkertshoeve, S. Pieter, Scherp-
weide (verbasterd tot Schaarweide),
Vierhoeven en (De) Breul of
Weerdorp. ersbergen was geen
gerecht, maar vormde sinds 1677
«2^^/«
^
\
-ocr page 25-
^eijst
2001-1
GEMEENTELIJKE HERINDELING, R.P.M. RHOEN
een enclave in de hoge heerlijkheid
Zeist. Het goed Kersbergen was een
allodiaal goed, hetgeen wil zeggen dat
het niet leenroerig was.
Daaronder bevonden zich enkele
mini-gerechten, die later met
betrekking tot de vorming van
de huidige gemeenten niet
meer genoemd werden. Zij
waren verworden tot
archaïsche begrippen.
De bestuurlijke herindeling van het
platteland in de Franse tijd (1795-
1813) had te maken met de politieke
omwenteling die in ons land had
plaats gevonden en waarmee een
einde was gekomen aan de Repu-
bliek. Op 16 januari 1795 trokken de
Fransen Utrecht binnen. Nog in
diezelfde maand werden de Staten
van Utrecht vervangen door de
Provisionele Representanten 's Lands
van Utrecht. De oude gerechtelijke
indeling bleef in het kerspel Zeist
voorlopig bestaan.
De staatsgreep van 22 januari 1798
maakte van Nederland een eenheids-
staat. De heerlijke rechten werden
afgeschaft. De gerechtsheren raakten
hun invloed op de plaatselijke
besturen kwijt. In de provincie
Utrecht bestonden in 1795 tegen de
200 gerechten. Dit aantal werd
teruggebracht tot 69. Van 6
april 1798 tot 22 september
1802 waren Stoetwegen,
Kattenbroek en De
p
feooÓTyJÜK /
-ocr page 26-
5eijst
2001-1
GEMEENTELIJKE HERINDELING. R.P.M. RHOEN
Breiil met Zeist verenigd. In die jaren
spreekt men van de gemeente van
Zeist, Stoetwegen en Kattcnbroek (of
ook wel: Zeist c.s.).
Bij de staatsregeling van 1801
herkregen de plaatselijke besturen
hun zelfstandigheid. In een akte van
5 november 1802 wordt weer
gesproken over het gerecht van Zeist
in de oude betekenis. Zcials zal blijken,
was dat maar voor enkele jaren. In
1805 veranderde de staatsregeling
alweer Een gemeentelijke herinde-
ling van het departement Utrecht
werd door de minister van Eredienst
en Binnenlandse Zaken voorbereid.
In zijn circulaire van 8 november 1809
nodigde de landdrost van Utrecht de
plaatselijke besturen uit hun meriing
kenbaar te maken over de toekom-
stige gemeentelijke indeling. Men
mocht aangeven of men zelfstandig
blijven wilde of dat samenvoeging
met andere gerechten gewenst werd
(' of het belang en het gerief der
Ingezetenen of andere omstandigheden
medebrengen') en zo ja met welke
gerechten. Het antwoord moest voor
of op 20 november binnen zijn!
De gerechten Stoetwegen en
Kattcnbroek maakten aan de
landdrost van het departement
Utrecht in november 1809 in
verband met de plannen voor de
gemeentelijke herindeling, kenbaar
dat men niet met andere gerechten
wilde worden samengevoegd, biet
gerecht van Kattcnbroek schreef
Ter beantwoordingh van LJWHoogu).
missive van den 8 van Slagtmaayid
1809 rakende het geven van
consideratien en advies bij de oplumden
zijnde
              organisatie              der
gemeentebestuuren, dient dat dit
gerecht zedert onheugelijke jaaren
altoos een vrijgerecht heeft
[sic]
geweest, voorts een vrij en allodiaal
goed van den heer van voorz- gerecht
en eijndelijk het grootste verlangen des
ingezetenen, dat het zelve op zich zelve
blijve bestaan en geenzins zoude
verhoopen van dit hun zedert
onheugelijke jaaren vrije recht te
worden verstoten en met andere
gerechten te wordet} gecombmeerl, en
hierrnede 7\iet na alvoorens
verscheijdene in deze het meest
belanghebbende ingezeteiien ie hebben
gehoord en alles derzelve gevoelens in
deeze overeeyistemmende i'ertrinm'en
de berigten voldaan te hebben
/.../'.
Het gerechtsbestuLir van Stoet-
wegen verzond een haast exact
dezelfde brief.
Gerechtsheer van Kattcnbroek
was Mr Willem Nicolaas Pesters
(1754-1831) en van Stoetwegen
Jhr.Mr Gerard Cornelis Wttewaal
van Stoetwegen (1780-1863).
Vreemd genoeg wordt in de brief van
het gerecht Stoetwegen gesproken
over de vrouwe van het gerecht. Het
kan zijn dat men de moeder van
Gerard Corrielis Wttewaal van
Stoetwegen, Catharina Cornelia van
Voorst (1743-1823), sinds 1803
weduwe van de vorige gerechtsheer
Mr Ferdinand Wttewael (1733-1803)
hiermee bedoelde.
Volgens huidige begrippen was het
-ocr page 27-
Victoria
BiLJARTCENTRUM
sw
sociale
werkvoorziening
zeist
een tekort aan mankracht?
SWZ biedt u de oplossing!
SWZ, een betrouwbare partner
voor een betaalbare prijs als het
gaat om:
•    drukwerk en mailingen
•    verpakkingsactiviteiten
•    assemblage
•    hout- en metaalbewerking
•    groenvoorziening en schoonmaak
•    detacheringen
Voor meer informatie of een vrijblijvende
afspraak kunt u bellen met onze afdeling
verkoop. Tel. 030-6959004
thorbeckelaan 3, postbus 164
3700 ad zeist, tel. 030-6959004
internet: www.swzeist.nl
ie Dorpsstraat 7
3701 HA Zeist
Telefoon 030 - 691 67 16
Fax 030 - 693 02 80
Zeven biljarts (drie matchtafels)
-ocr page 28-
5eijs1
2001-1
GEMEENTELIJKE HERINDELING, R.P.M. RHOEN
inwonertal van Stoetwegen en
Kattenbroek niet bijster groot.
Blijkens de volkstelling van 1795
telde Stoetwegen en Kattenbroek
samen 84 inwoners. Bij de volkstelling
van 1829 woonden in Stoetwegen 74
en in Kattenbroek 54 personen. In
Stoetwegen en in Kattenbroek
stonden respectievelijk tien en vijf
huizen, bewoond door twaalf c.q. zes
gezinnen. Een even groot aantal
huizen als in 1759 wordt genoemd in
de Gdieimschrijver van staat kerke der
Vereenigde Nederlanden, van de Provin-
cie Utrecht.
De tegenzin van de beide gerech-
ten om samen met het gerecht Zeist
een gemeente te vormen wekt
bevreemding. De schout en de
schepenen van Stoetwegen en
Kattenbroek kwamen bijeen in het
gerechtshuis van Zeist. Een vermel-
ding die regelmatig onder akten staat
die voor de gerechten gepasseerd
werden. Administratief was het ook
een eenheid. De dorpslasten werden
omgeslagen over deze drie gerechten
gelegen in het kerspel Zeist. Er
bestond een personele unie voor wat
betreft het schoutambt. Kerkelijk
vormden Zeist, Stoetwegen en
Kattenbroek ook een gemeente.
Het plan te komen tot een nieuwe
gemeentelijke indeling werd niet tot
uitvoer gebracht. In oktober 1810
functioneerden de gerechten van
Kattenbroek en Stoetwegen nog
steeds zelfstandig.
Als gevolg van de inlijving bij
Frankrijk in 1811 kreeg het
landsbestuur een geheel andere
opzet. De taak van de gerechten
werd verzwaard door de invoering
van de burgerlijke stand en omdat ze
belast werden met de politiezorg. Er
werd een nieuwe indeling in
mairieën gemaakt. Bij keizerlijk
decreet van 21 oktober 1811 werden
de gemeenten Stoetwegen en
Austerlitz opgeheven en ingedeeld
bij de gemeente Zeist.
De gemeenten Zeist en Stoet-
wegen vormden al een personele
unie, want de prefect van het
departement van de Zuiderzee had
op 17 juli 1811 dezelfde personen tot
maire, adjunct-maire en municipale
raden van Zeist en Stoetwegen
benoemd.
Kattenbroek en De Breul worden
in het keizerlijk besluit van 1811
niet genoemd, terwijl op 4 juni van
dat jaar Wouter van Dam (1739-
1813) nog een brief ondertekent als
'den Provisioneele Maire van Zeyst,
Stoetweegen en Cattenbroeck'
en de
ontvanger der verponding in het
arrondissement Wijk bij Duurstede
op 28 oktober 1811 een brief richt
aan de maire van 'Kattenbroek'.
Kattenbroek moet wel onder de
nieuwe gemeente begrepen worden.
Op 20 november 1811 werden de
dorpslasten en erfdijksgelden door
de maire en municipale raden van
Zeist gequotiseerd en omgeslagen
over de inwoners van Zeist,
Stoetwegen en Kattenbroek.
De positie van het gerecht De
Breul in het kerspel Zeist is moeilijk
Hl
-ocr page 29-
GEMEENTELIJKE HERINDELING, R.P.M. RHOEN
Kattenbroek.
De namen van de voormalige
gerechten werden in de 19" eeuw
nog gebruikt voor het aanduiden
van kadastrale secties (sectie B Zeist;
sectie D Austerlitz; sectie E (De)
Breul; sectie F Stoetwegen en sectie
G Kattenbroek) en als wijk-
aanduiding in het bevolkingsregister.
R.P.M. Rhoen
aan te geven. De belangrijkheid was
geringer: in 1759 stonden er twee
huizen en het aantal inwoners
bedroeg volgens schatting tien (in
1829: twaalf huizen en 68 inwo-
ners). Wat betreft het schoutambt
vormde dit gerecht een personele
unie met het gerecht Zeist.
Austerlitz werd in 1811 bij de
gemeente Zeist gevoegd. Oorspron-
kelijk viel het grondgebied van dit
dorp onder Driebergen. Bij de
scheiding van de hoge heerlijkheid
Zeist-Driebergen in 1768 (Austerlitz
bestond nog niet) hadden de Staten
van Utrecht bepaald dat de
Odijkerweg 'Berg- en Rhijnu/aarts' de
grens zou vormen tussen de beide
hoge heerlijkheden. De burgemees-
ter van Zeist schreef op 29 december
1831 dan ook aan gedeputeerde
staten dat 'de Gemeente Austerlitz niet
onder de Ambachtsheerlijkheid Zeijst
kan worden getrokken, en wel op
grond, dat Austerlitz, bij de vestiging
door Koning Lodewijk tot eene Stad,
grootendeeb van de Jurisdictie van
Driebergen is afgenomen [■■.]'■
Dit
wordt bevestigd in een transportakte
van 31 mei 1806 waarin vermeld
staat 'Kamp te Zeijst onder de gerechte
van Driebergen'.
Onvrijwillige samenvoeging van
gemeenten kan lang voelbaar
blijven. Zeker als een plaats een
eigen identiteit bezit. Rond de
jaarwisseling van 2000 verklaarde
Austerlitz zich voor enkele dagen
onafhankelijk van Zeist. Hetgeen als
een ludieke actie moet worden
gezien. Het Utrechts Nieuwsblad
kopte op 30 december 1999 met:
Austerlitz, al 150 jaar de blindedarm
van Zeist'.
Na het herstel van de Neder-
landse onafhankelijkheid in 1813
stond de gemeentelijke indeling in
de provincie alweer op de agenda.
Op 1 januari 1818 werd Utrecht
opnieuw gemeentelijk heringedeeld.
Onder de gemeente Zeist vielen
Austerlitz, De Breul, Stoetwegen en
BONNEN EN LITERATUUR
Archief der gemeente Zeist. 1599-1905.
inv.nrs. 2. 3. 4 (f. 96. 177 en 209), 40, 139
(f. 10), 297, 301 en 435: Gemeentearchief
Zeist.
Archief van het Huis Zeist, 1677-1953.
inv.nr. 26: C.fl.Z.
A.N. Beets e.a. (redactie). De archieven in
Ulrechl. p. 3-4, Alphen aan den Rijn 1985.
C. Dekker, Het Kromme Rijngebied in de
middeleeuwen. Een instilutioneet-geogralische
studie, p. 453-466, s.1. 1983.
Qeschiedenis van de provincie Utrecht vanaf
1780. biz. 85 e.v., Utrecht 1997.
D.T. Koen, Inventaris van de archivalia
afkomstig van de dorpsgerechten in de
provincie Utrecht, ;4S9-/8//: Utrecht 1985.
E.B.F.F, V/ittert van Hoogland, Bijdragen tot
de geschiedenis der Utrechtsche ridder-
hofsteden en heerlijkheden, deel 2, 's-
Cravenhage 1912.
Het Utrechts Nieuwsblad, 30 december
1999,
-ocr page 30-
)eijst
INTERVIEW MET DE VOORZITTER, M. V/ORTMANN
2001-
Interview met de voorzitter
op het genootschap afkomen.
Behoud en verandering
"Met behoud van het goede dat er
nu is, zullen we de komende jaren
op een aantal terreinen moeten
veranderen. De huisvesting in het
Slot loopt ten einde en we weten
nog niet waarheen we zullen gaan
verhuizen. Hoewel het Slot op zich
een prachtige lokatie vormt, zijn de
werkomstandigheden voor met
name de commissie archief en
beheer moeilijk. De Van de Poll-
kamer is te krap en de archiefruimte
volstrekt beneden peil (schimmel!).
Met een nieuwe behuizing zal het
archief toegankelijker moeten wor-
den en beter aansluiten op de
toenemende vraag vanuit de bevol-
king naar archiefonderzoek. Het
bestuur heeft met nadruk uitgespro-
ken te willen integreren met het
bestuur en commissies bevolken. Het
goede behouden en tegelijkertijd
veranderen en vernieuwen is onze
opgave voor de komende jaren", aldus
de voorzitter. "Zonder te willen
concurreren mag gezegd worden dat
het aantal en de kwaliteit van de
publicaties gunstig afsteekt ten
opzichte van vergelijkbare historische
genootschappen. We hebben een
behoorlijk aantal donateurs, ook gelet
op de forse doorstroming in de
bevolking van Zeist."
In de loop van het jubileumjaar zal
een publicatie verschijnen over
vijftig jaar Van de Poll-Stichting
[van de hand van oud-voorzitter
Vincent van der Burg]. Wij kijken
met nieuwe voorzitter, die in maart
1999 aantrad, vooral vooruit naar
het komende jubileumjaar en de
vragen die er in de komende jaren
Bij de start van het jubileum-
jaar, waarin het Zeister
Historisch Qenootschap Van
de Poll-Stichting 50 jaar
bestaat hadden wij een
gesprek met de voorzitter van
het bestuur, Boudewijn van
Qrunsven over verleden, heden
en toekomst van het genoot-
schap.
^ LOp de belangrijkste werkterrei
nen; beheer, educatie,
exposities, publicaties en
onderzoek heeft de stichting in deze
50 jaar een "vette voldoende"
gehaald. De kwaliteit mag er zijn en
er wordt gewerkt met veel inzet van
een groot aantal vrijwilligers, die
-ocr page 31-
seijst
200 I-I
INTERVIEW MET DE VOORZITTER, M. V/ORTMANN
Gemeentearchief Zeist. Kennis en
inzet van de medewerkers van het
historisch genootschap kunnen iets
aan het archiefwerk toevoegen dat
ook aantrekkelijk is voor de
gemeente. Sterker nog: Zeist zou
hiermee het voortouw kunnen
nemen voor wat betreft beheer en
toegankelijkheid van het archief"
Vernieuwing
In de aanloop naar het jubileum
hebben bestuur en commissies zich
in 2000 in een aantal vergaderingen
gebogen over de vraag hoe het
toekomstig beleid eruit moet zien.
Dat levert een aantal accentver-
schuivingen en een aantal actie-
punten op. De voorzitter: "Ten
eerste moeten we op een andere
lokatie de toegankelijkheid en het
gebruik van het archief modernise-
ren. Dat is gemakkelijker gezegd dan
gedaan, want we werken geheel met
vrijwilligers. Tweede belangrijk punt
is het onderwijs. Hoe laten we de
jongere Zeistenaren zien wat we
kunnen doen met de geschiedenis?
Hiervoor zal vooral samenwerking
worden gezocht met de middelbare
scholen in Zeist.
Een derde onderwerp is iets dat je
zou kunnen noemen "het registreren
van het heden". De gebeurtenissen
van vandaag vormen immers de
geschiedenis van morgen. Dit is op
zich een dooddoener, maar over 50
jaar zal men willen weten hoe
bepaald dingen rond 2000 zijn
gegaan. Een willekeurig voorbeeld is
de ontwikkeling van allochtonen in
onze samenleving. We moeten ook
alert zijn op de ontwikkelingen in
Zeist. Wat doen de politiek,
bedrijven en maatschappelijke orga-
nisaties? Hoe houden we bijvoor-
beeld de kwaliteit van monumenten
in stand. Het Zeister Historisch
Genootschap wil hierbij betrokken
zijn om ook het lange termijn
perspectief een plaats te geven."
Interne organisatie
"In de eigen organisatie willen we
meer ruimte bieden aan wat je zou
kunnen noemen deskundigheids-
ontwikkeling. Het flinke corps
vrijwilligers dat we nu hebben moet
daar de mogelijkheid voor krijgen.
Verder zou het goed zijn om meer
geïntegreerd te werken, zodat de
onderwerpen in bijvoorbeeld het
blad en lezingen of excursies meer
aansluiten.
Een absoluut zorgenpunt is nu de
financiën. We houden het hoofd net
boven water, maar de extra dimensie
die wellicht mogelijk zou zijn, stuit
nu op een gebrek aan middelen."
Lustrumjaar
"Het thema Sport dat is gekozen
als lustrumthema is nieuw in
historisch genootschapsland. Het
roept ook enthousiasme op bij de
organisaties die we benaderen.
Sterker nog: ze willen allemaal
meewerken. Het is de bedoeling om
de sportontwikkeling in Zeist in
brede zin te beschrijven in een
viertal publicaties in Seijst. Verder
-ocr page 32-
INTERVIEW MET DE VOORZITTER
zijn alle verenigingen die al
bestonden, toen het ZHG 50 jaar
geleden werd opgericht, benaderd
voor archief- en ander materiaal
(artikelen, documenten, foto en
film).
Omdat het thema nieuw is, is het
niet zo eenvoudig uit te werken. In
ieder geval komen er interviews met
iemand uit elke vereniging. Deze
worden gebundeld in een publicatie.
Verder kunnen we een lezing
verwachten en zo mogelijk ook een
film. Als er mensen in Zeist zijn die
nog interessant materiaal hebben, en
dan bedoel ik meer dan een foto van
het bestuur, dan roep ik hen op dit
zo snel mogelijk te melden bij het
secretariaat. Het gaat ons er vooral
om de aard van de sport uit te
beelden."
Mare Wortmann
I@I4
Bezoekadres: Het Slot Zeist, Zinzendorfln 1, (030) 692 17 04
n
Zeister Historisch
Genootschap
U kunt ook contribuant worden van de Van de Poll
Stichting. Stuur daarvoor een briefkaart in en vermeld
daarbij naam en voorletters, adres, postcode,
woonplaats, uw bijdrage (minimumdonatie ƒ 35,- per
jaar), datum en handtekening. U ontvangt dan elk
kwartaal het tijdschrift 'Seijst'.
Zeister Historisch Genootschap
Van de Poll Stichting
Postbus 342
3700 AH Zeist
Wacht met betalen tot u een acceptgiro heeft ontvangen.
-ocr page 33-
seijst
2001-1
INHOUDSOPGAVE 2000
Inhoudsopgave 2000
3. Boekbespreking
I Artikelen
De Stichtse Lustv/arande, CL. van Groningen,
V.A.M, van der Burg                                              68
Inzenden van kopij
Nepveultum 87 ■ 3705
te ZEIST
E-mail: seijst@freplütophe.com
Nieuwe donateurs________
A. Van Dieten, Zeist
Mw. S. Hardam, Zeist
Mw. H. Koetsier-Rauwerdink,
Veenendaal
Mw. J.P.C. Nieesen-Aardenburg, Geldrop
Mw. E.C.M. Plesman-Bonnike, Zeist
H.K.G. Rietveld, Zeist
Mw. M.A. Romijn, Zeist
R Roozenboom, Zeist
F. Schaake, Zeist
RJ. Strietman, Zeist
Ledenstand
KUNST EN CULTUUR
Archeologische vondsten in perspectief, Th. Clelj 3
75 jaar Theater Figi, Th. en F. Ruljs                        99
ONDERWIJS
De hoofdonderv^ijzers van Austerlitz, L Visser     12
Het schoolgebouvv' aan de Bergv^-eg, L Visser       66
Hoofdonderv/ijzer van 't Hof, L Visser                  8!
POLITIEK EN SAMENLEVING
De nieuvv/e straten van Zeist, L Visser                  33
Voorgeschiedenis van de Oranjevereniging
V./J.M. van der Burg, R.F.M. Rhoen                       39
SOCIAAL-ECONOMISCH
Bierbrouvi/erij "De Leeuv/", R.P.M. Rhoen              71
Het vogelpark Casarca, N.J. Dijkdrenth-Duljzend  85
IVO "Schoonoord" 30 jaar in Zeist, W. Sybesma  93
2. Verenigingsnieuws___________________
Jaarverslagen 1999
Activiteiten en berichten van de Pol
21
98
Seijst III (tot oktober '00)
Seijst I (tot januari '01) ...
.877
.875
■kamer
-ocr page 34-
^eijst
200E-I
Bestuursmededelingen
Het bestuur van het Zeister
Historisch Genootschap van de
Poll Stichting hoopt dat v/ij u
vaak zullen ontmoeten tijdens de
verschillende activiteiten in 2001
ter gelegenheid van ons 50 jarig
bestaan.
Vacatures________________
Er zijn momenteel een tv/ee
vacatures en wel:
VOORZITTER VAN DE
COMMISSIE PR EN SPONSORING
Deze commissie houdt zich
vooral bezig met de externe
communicatie, het ondersteunen
van het bestuur en andere com-
missies, vs/aaronder het verzorgen
van contacten met de pers.
De commissie bestaat momenteel
uit 3 leden, de voorzitter van
deze commissie is tevens be-
stuurslid van het Zeister Histo-
risch Genootschap.
Op 5 april 2001 zal er een lezing
gehouden worden over:
'Passie en Pasen m de beeldende
kunst'.
Deze lezing wordt gegeven door
Mw. Marina Marijnen uit Zeist en
vmdt plaats in de Thomaskerk
aan de Oranje Nassaulaan en
begint om 20.00 uur.
Ter inzage________________
De volgende artikelen kunnen om
verschillende redenen niet ge-
plaatst worden in Seijst, maar
geïnteresseerden kunnen de
artikelen inzien in de Van de Poll-
kamer.
De lustwarande virtueel, nooit
uitgesproken voordracht van
Gatharina L. van Groningen
Een kritische noot n.a.u. tiet
speciale nummer van Het Slot
Zeist,
D.R. Klootwijk
VRIJWILLIGER
Voor het bijhouden van de finan-
ciële administratie ter ondersteu-
ning van de penningmeester.
Gezien het karakter van deze
werkzaamheden staat hier een
kleine vergoeding tegenover.
Uw reactie zien we met belang-
stelling tegemoet. Bel of schrijf
naar het secretariaat, tel 030
695631 I, Postbus 342, 3700 AH
Zeist.
Lezingen_________________
Op 7 maart 2001 zal er een
lezing gehouden worden over;
I. Fransen van de Putte, grondleg-
ger van de Schaerwijde bossen,
en het ontstaan van het Lyceum-
kwartier in Zeist.
De lezing wordt gegeven door de
heer G. Storm de Grave (nazaat
van Fransen van de Putte) uit
Zoelen en vindt plaats in de aula
van het Ghristelijk Lyceum aan de
Lindenlaan en begint om 20.00
uur.
-ocr page 35-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
Zeister sport in beeld (2)
De tijd van de wereldoorlogen (1)
De geschiedenis van de sport
in Zeist in de jaren uan de
wereldoorlogen is er een uan
ups en downs. Nieuwe sporten
en sportverenigingen kwamen,
oude verenigingen verdwenen.
Er waren vele problemen;
financieel en met accommoda-
ties, maar ook stimulansen,
zoals de
9* Olympische Spelen
In /Amsterdam.
Onderzoek naar sport
geschiedenis in Zeist in
deze periode stuit op een
aantal problemen. Er zijn slechts
weinig schriftelijke bronnen overge-
leverd en voor mondelinge geschie-
denis ligt de periode net te ver in het
verleden. In de Zeister Courant
wordt in deze tijd regelmatig over
sport bericht: sterker nog, sport
wordt zo populair dat er een eigen
weekuitgave, De Zeister Sport wordt
uitgegeven. Wat later gaat dit blad
op in De Stichtse Sport. Helaas
hebben we noch De Zeister Sport,
noch De Stichtse Sport tot nog toe
kunnen achterhalen. Mocht u oude
nummers van deze tijdschriften in
huis hebben, dan houden we ons
zeker aanbevolen.
Slechts weinig sportverenigingen
hebben een archief achtergelaten.
Hun gedenkboeken gaan meestal
dieper in op het jubileum zelf dan op
de achterliggende decennia. Inter-
views met oude sporters leveren
voor deze periode slechts weinig op,
omdat zij hooguit als jeugdlid actief
waren en dus weinig weten van het
reilen en zeilen van de vereniging.
De schets hieronder is dan ook
tentatief: aanvullend onderzoek is
zeker nodig.
In dit eerste deel over het
Interbellum gaan we in op voetbal
en gymnastiek, de belangrijkste
sporten in Zeist en besteden we
aandacht aan een aantal sporten die
nieuw opduiken in Zeist. Ook
belichten we de problemen rond de
sportaccommodaties. In het vol-
gende nummer van Seyst bespreken
we de invloed van religie, van de
olympische spelen van Amsterdam
in 1928 en tot slot de sport tijdens
de Tweede Wereldoorlog.
-ocr page 36-
Seiist
2001-11
ZEISTER SPORT IN BEELD (2). E. VOCELZANC
Voetbal en gymnastiek                over de ^r'^^ft*-" neen overdreven      niet meer ilan twee elftallen en een
De gnxilsie Zeister sport-      \iK)rstellinj;en maken. Voetbal-      aspiranteneittal in hel \'ekl brengen.
vereni},'inKi^n in het hiterhellum      verenii,'inf,'en waren in her Interhei-      Sommige eiiihs hehben slechts een
waren de g>'mnastiek\ereni^'injj;en      Inm zelden j,'roter dan enkele      kort bestaan ijehad en trokken :ith
en de \'oetbaleliibs. We moeten ons      tientallen leden, en konden vaak      na enkele jaren tenij^ ot kiseerden
"De Zeister Lyceum gymnastiekvereniging Ernos gaf in de groote concertzaal van Figi aldaar haar jaarlijksche uitvoering. De
laddergroepen. uitgevoerd onder leiding van den heer G. Vermeulen vormden wel een van de meest attractieve nummers van
het weivoorziene programma."
-ocr page 37-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2). F. VOGELZANG
met een andere cluh. Dat hangt
zowel samen met ledenverkxip als
met financiën. Dixir dat leden-
verkxjp ontstonden wel eens relle-
tjes, als cluhs elkaar er van
beschuldigden goede spelers weg te
kapen.
Een goede stamboom op te stellen
van de Zeister voetbalvereniging is
ondoenlijk: van voetbalverenigiiigen
als Olyml)ia en Fonwm, die in 1911
nog meespelen in de Utrechtse
Pnmncutk Voetbalhemel
(UPVB), ho-
ren we na 1925 niets meer. Waar zijn
ze gebleven.' Is Olymlm een
onderafdeling geweest van de
g\mnastiekvereniging van die naam?
Verwarring over de onderlinge
verht)udingen en de naamgeving
komt vaker voor. Zo ging de Zeister
Vot■t/w/tCTt^llgI>lg (ZVV) rt>nd de
Eerste wereldoorlog ten onder,
waarna enkele jongelieden die
elkaar regelmatig op weg naar de
Middelbare Handelsschool in
Amersftwrt tegenkwamen, besloten
'ir ..            . . ■ ■•ï!»<Vta». .-.i'-.., . . .._____».___________
"De kampioen-discuswerper Grootewal van T.O.V. haalde bij zijn versten worp
32,26m tijdens de athletiekwedstrijden, welke op de sintelbaan te Utrecht werden
gehouden.
de Voetbalvererüging Zeist (VVZ) op te
richten. De afkortingen lijken op
elkaar, maar beide noemen zich de
Zeister Vnetbalvereniging. VVZ skxit
zich aan bij de UPVB, ging spelen in
paars-wit tenue en kon in 1917
eindelijk een eigen grasveld in
gebruik nemen. Ze werden prompt
dat jaar kampicion en promox-eerden
naar de Nederlandse Voeibalboiul.
In 1920 werden ze ook in die
competitie kampicx;n. Dcxir het
succes vtJiid een toestroom plaats
van jeugdleden, die vooral afkomstig
waren van de ULO. Een stimulans
was (xik de trainer, de Biltse
minderwijzer 'pappie' Van Os. De
club was zmi succesvol, dat ze een
eigen tribune kon bouwen. Maar
dan werd de naam opnieuw
-ocr page 38-
Seijst
2001-11
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
gewijzigd: door de groeiende popula-
riteit van atletiek werd een
atletiekafdeling toegevoegd. De club
ging toen verder als Voetbal- en
Atletiek vereniging Zeist
(VAVZ).
Ook rond de naam van De
Zeistenaren (1914) is onduidelijk-
heid. Af en toe werd deze vereniging
aangeduid als Z.N.C., ook wel Z.N.C.
De Zeistenaren.
Er is een voetbalclub Z.N.C, die in
1922 is opgericht. Heeft er een fusie
met De Zeistenaren plaatsgevonden?
De informatie ontbreekt. Grappig is,
dat ook Z.N.C, later een adetiek-
afdeling heeft en dat zowel De
Zeistenaren als VV.Z. een onderafde-
ling zijn van de Vereniging
Volksweerbaarheid.
Volksweerbaarheid had al een
eigen voetbalafdeling, D.O.S. Het
verhaal van die club is nog
ingewikkelder. D.O.S. werd in 1907
door een groepje vrienden opgericht
en speelde succesvol in de Onder-
linge Voetbalbond.
De vereniging
sloot zich aan bij Volksweerbaarheid,
want die beschikte over goede
accommodarie. Nu had de club een
speelveld en enkele teams. Maar de
Onderlinge Voetbalhond hield er mee
op, D.O.S. viel buiten de competitie
en veel leden vertrokken. Daarom
sloot DOS zich aan bij de UPVB, maar
daarbij was al een DOS aangesloten.
Men besloot de naam te wijzigen in
Groen-Rood, ingegeven. door de
clubkleuren. Verwarrend genoeg
echter onderhield de vereniging in
de Zeister Courant een eigen
informatiecolumn, die onverdroten
DOS-nieuws bleef heten! In de
kranten duiken regelmatig namen
op van voetbalverenigingen, waar-
van we soms niet meer weten dan de
naam, zoals de Postshotters (de
postale voetbalvereniging, opgericht
1934), voetbalvereniging De Bijen-
korf,
of de internaatsvereniging Z.I.S.
Er is nog een schoolvereniging, de
Voetbalvereniging Jongenskostschool
Zeister Sportclub.
Eigen verenigingen duiken op in
de dorpen in de omgeving zoals
Austerlitz. Huis ter Heide en Den
Dolder, terwijl ook bedrijven hun
eigen teams oprichten: de Gero
(later Zilvervogels geheten), de club
Moubal van de firma Van Mouwerik
en Bal
en de kantoorvereniging
c;.A.z.()..
Los van al deze onduidelijkheid
kunnen we gerust stellen, dat het
aantal voetballers in Zeist flink
toegenomen is. En die toename
zorgde voor problemen met de
accommodaties. Er waren maar
weinig sportvelden in Zeist (om van
kleedruimte te zwijgen: meestal
kleedden de spelers zich om bij een
bevriend gezin nabij het veld, of
thuis), het onderhoud is duur en
grondeigenaren willen nogal eens
het gebruik van het veld terugeisen.
Veel clubs verkassen dan ook
regelmatig van speelveld. Een
voorbeeld van het ruimtegebrek:
ZVV brengt in 1941 vijf elftallen in
het veld voor de zaterdagcompetitie
en drie voor de zondagcompetitie.
De club beschikt echter maar over
-ocr page 39-
vereniging. In 1920 is dat al 2%, in
1938 al bijna 6%!
Het gemiddelde aantal leden van
de verenigingen in die jaren is ook
bekend: in 1910 49, in 1920 80.
Daarna zakt het tot rond de 60, pas
in de Tweede Wereldoorlog bereikt
het de 90. Dat betekent dat, gezien
het stijgend aantal voetballers, er
dus meer kleinere clubs ontstaan.
Dat heeft onder meer te maken met
de verzuiling, als de op levensbe-
schouwelijke grondslag gestichte
verenigingen op de voorgrond
treden. Als we voetbal vergelijken
met andere sporten, dan zien we dat
rond 1900 kaatsen, schaatsen en
tennis een groter aantal beoefenaren
kent, maar in 1920 is dat dramatisch
veranderd. Voetbal is dan bijna drie
keer zo groot als de schaatssport en
vier keer zo groot als kaatsen en
tennis. In 1940 zijn de verschillen
nog groter: schaatsen is flink
gegroeid, maar het aantal voetballers
is verdriedubbeld, turnen is de derde
sport na schaatsen, korfballen en
"Te Zeist werd in hotel Figi door 'tlie school of dancing' en de Zeister hockeyclub
een geslaagd bal masqué gegeven."
één speelveld... Door geldgebrek
moeten ook wel teams uit de
competitie worden teruggetrokken.
Voetbal in opkomst
Het Zeister patroon van veel
kleine verenigingen en een groeiend
aantal voetballers past in de
landelijke tendens.
Voetbal wordt in deze tijd de
populairste sport van Nederland. In
1900 is minder dan een ViJo van de
mannelijke bevolking tussen 10 en
60 jaar lid van een voetbal-
-ocr page 40-
^15t
2001-1!
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
zwemmen zijn in opkomst maar
kennen slechts een iets meer dan
een tiende van het aantal voetbal-
lers. In 1900 zijn 30.000 mensen lid
van een sportvereniging, in 1940 zijn
dat er bijna een half miljoen.
Internationaal slaat Nederland geen
slecht figuur: we staan op de vijfde
plaats wat betreft aantallen voetbal-
lers: we moeten grote landen als
Duitsland, Groot-Brittannië, Frank-
rijk en Italië voor laten gaan, maar
op de rest van Europa hebben we
een aardige voorsprong.
Qymnastiek
Voetbal is zelf een betrekkelijke
nieuweling. We zagen vorige keer al
dat er in Zeist al lang aan
gymnastiek werd gedaan. Ook in die
sector is er een opvallende groei. Er
ontstaan nieuwe verenigingen, met
als opvallende ontwikkeling een
aantal specifiek voor meisjes en
dames bedoelde turnclubs. De
grootste is Hygiea, opgericht in 1921.
Hygiea ontstond uit het samengaan
"Keurig rekwerk op de openlucht-
uitvoering van vereeniging Bato."
van enkele informele gymclubjes
van mej. M.C. Cornelis, mej. RA.J.
Muller en G. Vermeulen. Cornelis
en Vermeulen waren werkzaam op
het lyceum. Hygiea trainde in de
gymlokalen van een school en telde
bij oprichting reeds 110 leden. In
1925 was dat aantal meer dan
verdubbeld, een enorme vereniging
voor Zeister begrippen. Er werden
"Oe Zeister Motorclub organiseerde Zondag een
dominorit naar Ede en Arnhem."
onderlinge wedstrijden georgani-
seerd en vanaf 1923 ook uitvoerin-
gen gegeven voor publiek. Daarbij
werden stukken uit balletten geno-
men en op de eigen piano begeleid.
De club had duidelijk ook een
sociale functie, er werden gezamen-
lijke uitstapjes en fietstochten
georganiseerd, en men trad zelfs in
het buitenland op. Hygiea kreeg
-ocr page 41-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOCELZANG
landse Schaakborui vanaf 1872, maar
die telde slechts weinig leden. De
meeste schakers deden dat thuis in
besloten kring. De sport werd slechts
langzaam populairder en toen
ontstond er behoefte aan verenigin-
gen waarin men met meer tegen-
standers zich kon meten. In Zeist
ontstond een schaakclub in 1906,
Cdissa, die vaak in cafés haar
wedstrijden hield. Dat weerhield
jongere leden om deel te nemen, zij
mochten van hun ouders niet in
zulke gelegenheden komen. Later
ging de club in Figi spelen en diverse
Nederlandse en wereldkampioenen
bezochten Zeist voor simultaan-
wedstrijden.
Bestond de club in de eerste jaren
uit zo'n 20 personen, later
verdubbelde dat. Daarmee was de
schaakvereniging minstens zo groot
als de gemiddelde voetbalclub. Ook
de Schaakclub Zeist draaide mee in
een provinciale competitie. Tijdens
de kampioenschappen van 1933
speelde voor Zeist de oud-Neder-
navolging in de damesgymnastiek-
verenigingen De Cirkel en Athleta
(1933). Hygiea nam het voortouw
bij nieuwe ontwikkelingen in de
damesgymnastiek. De vereniging
demonstreerde in 1925 de nieuwe
technieken. De Zeister Courant
schreef besmuikt:
'of het nut evenredig is aan het
aesthetisch effect? Het geeft eerder
aanleiding tot lachen, de gedachte
wekkend aan dansende elfen'. De
redactie zag liever gewone lint- en
stokoefeningen, en uitvoeringen in
'praktische doch keurige kostuums'.
Hygiea wilde nog al eens iets
toneelachtigs op muziek doen, onder
begeleiding van het Zeister Symfonie
Orkest.
Cornelis en Vemieulen
waren ook aktief in de gymnastiek-
vereniging Emos, de club van de
lyceïsten. Door het sterke verloop
van de leden daar (het is tenslotte
een schoolvereniging) was het
niveau van Emos beduidend minder
dan andere gymnastiekverenigingen.
Bovendien kende Emos een grote
leegloop van meisjes: die sloten zich
liever aan bij de padvinderij.
Andere gymnastiekverenigingen
die in deze tijd het licht zagen waren
de christelijke verenigingen Mars en
Odin. Belangrijker was B.A.T.O., in
1919 opgericht als heren en
jongensvereniging. BATO groeide
snel en gaf net als Hygiea regelmatig
uitvoeringen. Ook gemaskerde bals,
toneeluitvoeringen, tombola's en
andere happenings moeten zorgen
voor geld in de clubkas. Dat soort
activiteiten zien we in alle sporten:
zelfs de zwemvereniging Bükkenburg
doet toneeluitvoeringen rond haar
wedstrijden! De populariteit van
meisjesgymnastiek
           'noodzaakt'
BATO, zoals het jaarverslag zelf
aangeeft, tot oprichting van een
damesafdeling. Blijkbaar ging dat
niet van harte.
Een andere oude sport, die al
langer in Zeist werd beoefend, was
de schaaksport. Er bestond in
Nederland al een Koninklijke Neder-
-ocr page 42-
Seijst
2001-11
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
lands kampioen A.G. OUand. Hij
kreeg tijdens een wedstrijd toen een
hartverlamming en stierf achter het
bord. In 1940 zijn er diverse dam- en
schaakverenigingen in Zeist.
Meer seizoensgebonden waren het
schaatsen en zwemmen. Alleen als
de weersomstandigheden dat toelie-
ten, traden de schaatsvereniging en
de zwemclub naar voren. Wel werd
er regelmatig vergaderd, onder meer
over de aanleg van een zwembad.
De gemeente vond dat niet nodig:
het huidige bad was groot genoeg,
meestal was het er toch niet druk.
Alleen bij mooi weer was het wat
vol... De krant gaf regelmatig weer
hoeveel 'baden' er waren genomen:
dat kon oplopen tot duizenden per
week! Het schort er nog maar aan,
dat B&W afzien van ondersteuning
van de schaatssport, omdat de
mensen er alleen aan doen als het
flink vriest.
hlieuwe sporten
Zeist liep niet vooraan bij de
introductie van nieuwe sporten. In
de Verenigde Staten werden aan het
einde van de 19'''-' eeuw in kringen
rond de YMCA basketbal en
volleybal ontwikkeld, maar het zou
nog meer dan een halve eeuw duren
voordat die sporten hun intrede in
Zeist zouden doen.
Een op Nederlandse bodem
ontwikkelde sport, korfbal, deed er
iets korter over. In 1902 werd door
de Amsterdamse onderwijzer Nico
Broekhuysen een gemengde sport
ontworpen. Een jaar later reeds
werd er een landelijke korfbalbond
voor opgericht. Zulke bonden waren
van belang om regels te uniforme-
ren en competities te organiseren.
In Zeist werden pogingen gedaan
om enthousiasme voor korfbal te
kweken. Op instigatie van de
Zeister afdeling van de Vereniging
voor Volksweerbaarheid
(zie kader
pag. 43) werden tijdens een
voetbaltoernooi in 1911 demon-
stratiewedstrijden door Utrechtse
korfbalverenigingen gegeven.
De         demonstratie         korfbal-
wedstrijden werden door de krant
enthousiast aangekondigd:
'de korfbalweditrijd zal veel belang-
stelling trekken, niet alleen omdat er
dames meedoen, maar ook omdat het
meer om vlugheid en behendigheid
gaat, in plaats van kracht zoals bij
voetbal'.
De Zeister Courant spreekt de hoop
uit dat ook Zeist snel over een eigen
korfbalvereniging kan beschikken.
Ondanks een aantal herhalingen
van de demonstratiewedstrijden
duurt het nog tot 1923, voordat de
korfbalvereniging Tot Ons Vermaak
(TOV)
wordt opgericht. TOV, later
omgedoopt tot de Tovers, omdat er al
een Dordrechtse vereniging met de
naam TOV bestond, kan op een
goede pers rekenen. Zeer regelmatig
verschijnen er wedstrijdverslagen in
de krant en ook de andere
activiteiten van de club worden
belicht. Net zoals de meeste andere
sportverenigingen in Zeist organise-
ren zij toneelavonden, dans-
-ocr page 43-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
bijeenkomsten, tombola's en
propagandawedstrijden. Het doel is
fundraising, want de financiële
toestand is meestal slecht. Er wordt
tot in de Tweede wereldoorlog op
een zandveld gespeeld, met slechte
ballen en nauwelijks kleedruimte.
Gewassen wordt er hij een water-
pomp, die alleen troebel water geeft.
Als men uitspeelt, wordt er
gezamenlijk op de flets geklommen,
zoals dat in deze tijd gewoon is. Men
speelt tot in Hilversum, dus een
middagje sporten bestaat behalve uit
de wedstrijd ook uit een fikse
fietstocht. En als dan de scheids-
rechter het laat afweten, zoals
regelmatig wordt gemeld, dan kan
de hele troep weer onverrichterzake
naar huis.
TOV is net als DOS ontstaan uit het
initiatief van enkele jongelieden, dus
het lijkt erop dat sport een echte
grassrootsbeweging is die zich weinig
aantrekt van overheidsbemoeienis.
Al snel krijgt TOV gezelschap van
nieuwe korfbalverenigingen: D.VV en
R.D.Z.. Op nog een andere wijze
wordt aan de weg getimmerd: TOV
organiseert vanaf 1931 school-
korfbalwedstrijden, zodat de Zeister
jeugd met deze sport in aanraking
komt.
Een andere, wat onverwachte
nieuwe sport voor Zeist is het
kaatsen. Kaatsen associëren we
vooral met Friesland, al weten we
uit de eerdere aflevering dat het een
algemeen in Nederland voorko-
mende volkssport was, die in de loop
van de 19* eeuw wat aan
populariteit heeft ingeboet. In
Friesland blijft het kaatsen lange tijd
een kwijnend bestaan leiden, maar
daarbuiten komt een eigen competi-
tie opgang. Ook in Zeist beginnen
enkele jongelieden in 1924 een
kaatsclub, de Zeister Kaats-
vereniging, die regelmatig in Neder-
land wedstrijden speelt.
Andere nieuwe sporten in Zeist is
boksen. In 1925 komt er een
boksvereniging, met als trainer E
Van Veen, de instructeur van de
Volksweerbaarheid
Volksweerbaarheid was rond 1900 opge-
richt naar aanleiding van de Boerenoorlog.
Het sociaal darwinisme vierde hoogtij: de
strijd van de survival of the fittest was
volgens die doctrine niet alleen een gevecht
tussen individuen, maar ook tussen naties.
De sterkste en gezondste naties zouden
overleven, en het was dus van belang om
het volk zo weerbaar en gezond mogelijk te
maken. Weerbaarheid deed dat onder meer,
zo melden hun statuten, door het bevorde-
ren van de lichaamsoefening. In Zeist
stond Volksweerbaarheid aan de wieg van
schietverenigingen als Zeist (1906) en De
Vriendschap en voetbalverenigingen zoals
Qroen-Rood en De Zeistenaren. Meer pas-
send in de wat militaire opvattingvan sport
die bij Volksweerbaarheid leefde was de
oprichting van de schermvereniging ju/iana,
die echter veel minder succesvol bleek en
opgeheven werd. Af en toe nam
Volksweerbaarheid nieuwe initiatieven om
tot een schermafdeling te komen, maar er
duikt geen nieuwe schermclub in de bron-
nen op.
-ocr page 44-
Seijst
208I-P
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
Utrechtse boksschool. Dat is vrij
zeldzaam, want tot aan de Tweede
Wereldoorlog is boksen vaak verbo-
den.
Ook nieuw in Zeist, maar al langer
in de provincie Utrecht, was de
golfsport. Golf, een Engelse sport die
vooral erg aansloeg bij de rijken en
de aristocraten, was aan het eind
van de 19'*" eeuw naar Nederland
overgewaaid. In 1894 werd op
landgoed Bomia bij Driebergen een
kleine golfbaan ingericht, maar na
problemen met de grondeigenaar
verhuisde de golfvereniging naar
Zeist, waar in het Panbos van de
N.V Schaerweijder Bosschen een
terrein gekocht kon worden. Daar
werd een prachtige 9-holes baan
aangelegd, die later werd uitgebreid
tot een 18-holes baan. De golfclub
ging nu De Pan heten. Golfbanen
werden bij voorkeur op zandgrond
aangelegd, dat draineerde goed en
de grondprijzen waren niet hoog. In
de jaren dertig werd een eigen
clubgebouw neergezet. Haar leden
trok zij vooral uit de aristocratie (het
aantal bestuursleden met een
adellijke titel was bijna 100%) maar
ook uit de studentenpopulatie van
de Utrechtse universiteit.
Er zijn nog diverse verenigingen
en sporten, die in deze tijd voor het
eerst opduiken. Er is de mixed
hockeyclub Grasshoppers, vanaf
1925 Sprinkhanen genoemd, de
hockeyvereniging Schaerweijde en
tennisverenigingen Shot, D.T.O. en
Fit, die af en toe open tennis-
wedstrijden organiseren op de
velden aan de Franssen van de
Puttelaan. Conform het landelijk
patroon hebben deze sporten vooral
een achterban uit de betere standen.
Ook leren we van handbal-
verenigingen, pingpongclubs die
meedraaien in de provinciale com-
petitie en de kanovereniging Njord,
die in de slotgracht propaganda-
demonstraties geeft. Heel modern
zijn de motor- en autosport. Er is een
Zeister Motorclub onder leiding van
J. Renes, die ritten door het hele
land organiseert. De Zeister auto-
bezitters moeten zich aansluiten bij
de Stichtse Automobiel Club. Deze
verenigingen krijgen relatief weinig
aandacht in de media.
Doodlopende weg naar een
Zeister sportpark
Sommige gemeentebesturen voe-
ren een actief beleid op sportgebied,
zo niet de gemeente Zeist. Al in
1915 sturen enkele verenigingen en
vooraanstaande burgers brieven
naar B&W om tot een verbetering
van de sportaccommodaties te
komen. De verenigingen zijn te
armlastig om zelf velden te kunnen
aankopen en huur is duur. Ook het
onderhoud laat te wensen over. Veel
van de in gebruik zijnde velden
worden voor een seizoen gehuurd en
doen in de winter dienst als
koeienwei. In het begin van de jaren
20 blijken er drie sportvelden in de
gemeente te liggen, waarvan dat aan
de Bergweg in het bezit is van de
gemeente en met zand is bedekt.
-ocr page 45-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
Het enige grasveld ligt aan de
Driebergseweg, maar dat ligt zo laag
dat na regenval een deel blank staat.
De gemeente geeft geen subsidie
voor het onderhoud van de velden
en er is ook geen toezicht. Het
comité dat in 1915 de gemeente
benadert, stelt in haar verzoek, 'dat
het een erkend feit is dat er in deze
gemeente dringend behoefte is aan
sportterreinen'.
Het comité heeft weinig hoop op
particuliere initiatieven vanwege de
slechte financiën der verenigingen
en stelt bovendien dat het aanleg-
gen van sportvelden een mooie
werkverschaffing is. De raad vraagt
B&W om snel met een voorstel te
komen. Er wordt inderdaad een plan
gemaakt voor aanleg van voetbal-
velden, tenniscourts en een korfbal-
veld (opvallend, want er bestaat nog
geen korfbalvereniging!) bij Het
]agershuis.
Later worden die plannen uitge-
breid met atletiekbanen en een
gelegenheid voor paardensport.
Door de Eerste Wereldoorlog en de
hoge prijzen komt het niet tot
aanleg. De in deze tijd opgericht
Bond voor Lichamelijke Opvoeding
Zeist,
die zich ontpopt als een
pressiegroep voor de sport, dringt
diverse malen aan op de aanleg van
een sportpark.
Er is nog een tweede probleem: de
aanleg van een sportpark betekent
in de ogen van velen, dat het
onvermijdelijk is dat er ook op
zondag zal worden gesport. Voor een
dag in de week kan zo'n grote
uitgave tenslotte niet gelegitimeerd
worden. De zondagsheiliging is in
het geding. Kerkenraden spreken
zich uit tegen een sportpark, maar
ook de Christelijke Politiehond: sport
op zondag betekent ook politie-
toezicht op zondag! De mensen
laten zich de sport niet ontnemen en
de kerken laten oogluikend toe dat
er op zondag na 12.00 uur mag
worden gesport, zodat er gelegen-
heid is tot kerkbezoek. Dit stuitte al
snel op praktische problemen; er zijn
zo weinig sportaccommodaties, dat
het wedstrijdschema niet kan
worden afgewerkt. Er is te weinig
tijd om alle partijen te spelen.
Schoorvoetend past men zich aan,
maar pas in 1970 werd het aan de
verenigingen overgelaten hoe laat ze
op zondag sporten!
In 1920 wordt dan een nieuw
comité gevonnd dat een n.v. wil
oprichten met als doel een sportpark
en wie weet een eigen stadion. Zij
hebben een stuk grond nabij de
Gero-fabriek in de Schaerweijder
bossen op het oog. Dat blijkt te duur
dus wordt alsnog het oog gericht op
het terrein bij het Jagersbuis. De
gemeente wil wel financiële steun
geven. Het korfbalveld is inmiddels
geschrapt, wel is er een uitgebreid
parcours voor paardensport
ingetekend. Dan komt er onder de
burgerij een handtekeningenactie
los: de bossen bij het Jagersbuis
staan bekend om hun stilte, er
komen wandelaars en natuur-
-ocr page 46-
Jeijst
2001-1
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOCELZANG
genieters en de rust zou ruw
verstoord worden door de komst van
sporters en hun toeschouwers. Zij
hebben niets tegen een sportpark,
maar dan wel bij de Gerofabriek.
Ook Staatsbosbeheer laat weten de
plannen niet goed te keuren, omdat
er geen kapvergunning zal worden
gegeven om de nodige ruimte te
creëren. Deze obstakels zijn te groot
voor het comité en van de plannen
wordt niets meer gehoord. Vijf jaar
later wordt voor de derde maal een
comité opgericht, dat velden bij de
Oude Woudenbergse Zandweg wil
aanleggen, in de buurt van de
Bergweg.
Nu blijkt het waterleidingsbedrijf
roet in het eten te gooien: de
uitgekozen terreinen zijn hun eigen-
dom en nodig voor de waterhuis-
houding. Even wordt nog gedacht
aan het oude Bizonpark. De
gemeente beschikte over een collec-
tie bizons, die hun eigen park
hadden. In 1939 overlijdt de laatste
bizon en komt het park vrij. Meteen
gaan er stemmen op om er een
sportlocatie van te maken. We
horen daar verder niets over,
behalve dat het veld zo ongelijk is
dat het een kapitaal zou kosten om
het geschikt te maken. Wel wordt in
-ocr page 47-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOGELZANG
overtuiging is, dat sport vooral in de
gezonde buitenlucht beoefend moet
worden, betekent dat automatisch
de aanleg van sportvelden. De
gemeente Zeist bouwt er 6, op
verschillende locaties bij de Bergweg
en de prof. Lorentzlaan. Tot een
sportpark komt het nog steeds niet.
Pas tijdens de Duitse bezetting
worden enkele velden bij het slot
aangewezen als noodsportpark. Dit
gebied, stond op de nominatie om
een woonwijk te worden, maar door
de crisisjaren en de oorlog was dat er
niet van gekomen. Daar moeten
voetbalvelden, korfbalvelden en een
atletiek baan komen. Opnieuw stuit
dat op problemen. De gemeente is
het niet eens met de aanleg van
voetbalvelden, omdat die veel grond
nodig hebben en slechts door 22
mensen tegelijk te gebruiken zijn.
Voor korfbal gaat die redenering
blijkbaar niet op. Ook wil met de
atletiekbaan in gras aanleggen.
Daaruit komt een onvriendelijke
correspondentie met de KNAU voort,
die stelt dat grasbanen absoluut
ongeschikt zijn voor atletiek en dat
een sintelbaan noodzakelijk is. De
KNAU biedt de gemeente haar
expertise aan, maar daar is Zeist niet
van gediend. De gemeente houdt ze
aanvankelijk aan het lijntje en
wordt dan gered door de Duitse
Wehrmacht: die spit het hele terrein
om om er groente te poten voor de
voedselvoorziening van het leger.
Wanneer de KNAU in augustus nog
een poging waagt met de boodschap,
dat er dan wel geoogst zal zijn dus
het veld weer vrij is, meldt de
gemeente met voelbaar leedvermaak
dat de Duitsers ook het volgend jaar
de velden weer zullen beplanten. Zo
zijn deze velden gedurende de
oorlog buiten gebruik. Een echt
sportpark wil de gemeente er niet
van maken: het terrein zou te klein
zijn, bovendien zijn de sportvelden
esthetisch niet verantwoord.
F. Vogelzang
fOTO'S GEMEENTEARCHIEF ZEIST
1943 de oude stal van de beesten
omgebouwd tot kleedruimte voor de
turnvereniging Fit.
Inmiddels beschikte de gemeente
over 13 sportvelden en 7 gym-
lokalen. Twee gymlokalen worden
door de gemeente bekostigd, omdat
ze vanwege de onderwijswet ver-
plicht is gelegenheid te geven voor
gymnastiekonderwijs. De velden
bevinden zich nabij scholen en zijn
particulier bezit. Veel sport-
verenigingen moeten gebruik maken
van de gemeentelijke velden. Een
enkele club ontvangt van een
weldoener voldoende geld om een
eigen veld te kunnen aanschaffen.
Het onderhoud drukt zwaar op de
clubkas. De 'veldennood' wordt een
beetje gelenigd, als de gemeente
onder druk van de wet nieuwe
accommodaties aanlegt. In 1920 is
afgesproken dat per 1 januari 1941
gymnastiek een wettelijk verplicht
vak zal zijn in het lager onderwijs.
Omdat inmiddels het de algemene
-ocr page 48-
Van Delft Geurtsen en Co, Accountants en
Belastingadviseurs, is een Zeister kantoor,
waarin registeraccountants, accountants-
administratieconsulenten en belastingadviseurs
samenwerken, gericht op een persoonlijke
begeleiding van relaties.
ONZE KERNACTIVITEITEN ZIJN:
•   Accountancy
•   Fiscale zaken
•   Advisering
•   Loonadministraties
•   Financiële administraties
•   Automatisering
Prins Hendriklaan 35 - Postbus 20,
3700 AA Zeist.
Telefoon 030-6923024, fax 030-6918205
E-mail accountants@vdgc.nl
Avondje
Figi
♦ Een welkomstdrankje
♦ Driegangendiner met
bijpassend wijnarrangement
♦ Kopje koffie of thee tijdens
de pauze van de voorstelling
♦ Na afloop een drankje met
een hapje in Theatercafé 'Het
Weeshuis'.
f80,-
per persoon
ZEIST
® Golden Tulip Hotel Figi Het Rond 2
tel. 030 69 27 400 fax 030 692 74 68
HOTEL - RESTAURANT - THEATER - BIOSCOOP
ESPRESSOBAR - PATISSERIE - CONGRESZALEN
www.figi.nl
n
ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS
▼ Van Delft Geurtsen en Co
-ocr page 49-
ZE|ST£R SPORT IN BEELD (2), F. VOCELZANG
»-i
Recensie
^e Utrei
HeuveÖ
De twee delen van Catharina
L. van Qroningen over de
Utrechtse Heuvelrug zijn in een
recordtijd afgerond en vormen
voor een reeks van jaren het
standaardwerk over dit
gebied. De auteur heeft daar
veel eer mee ingelegd.
Te hopen valt dat de
benoemde bestuurders, de
gekozen volksvertegenwoor-
digers en de ambtenaren bij de
toekomstige beleidsbepaling het
twee delen omvattende standaard-
werk veelvuldig zullen raadplegen
om de voorgenomen beleids-
beslissingen te toetsen en zo nodig
bij te sturen. De Maartenskerk in
Doorn was op vrijdag 20 oktober
2000 de sfeervolle en indrukwek-
kende plaats van handeling om deel
2 ten doop te houden. Deel 2
behandelt de dorpen en het
landelijk gebied. Gezien vanuit het
Zeister perspectief wil ik ook bij deel
2 een aantal kanttekeningen en
opmerkingen maken.
Bij deze bespreking van de
overheidsgebouwen (blz. 31-33)
begint de auteur bij Zeist pas met
het rechthuis in de Dorpsstraat in
1677, het jaar waarop Zeist, een
hoge heerlijkheid, werd uitgegeven
door de Staten van Utrecht aan
graaf W.A. van Nassau-Odijk. Dit
wekt de suggestie dat de geschiede-
nis van Zeist vóór 1677 anders
verliep dan in de andere dorpen op
de Utrechtse Heuvelrug. Niets in
Catharina L. van Groningen, De Utrechtse
Heuvelrug. Deel 2. De dorpen en het landelijk
gebied, De Nederlandse Monumenten van
Geschiedenis en Kunst, Waanders, Zwolle en
Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist
2000. Prijs fl 95,00. 384 pagina's (600 zwart-
witfoto's) ISBN 90 400 9429 2
-ocr page 50-
Seijst
208 i-PI
ZEISTER SPORT IN BEELD (2), F. VOCELZANG
minder waar! Het overheidsgezag
(de heerlijkheid) bleef in handen
van de landsheer tot 1677; tot 1528
de bisschop van Utrecht, tot 1581
Karel V en Philips II van Spanje en
tot 1677 de Staten van Utrecht als
soeverein.
De sauveren benoemde de schout.
Deze vergaderde met de schepenen
in de aanvankelijk naamloze, later
geheten 'De Prins' (18e eeuw) en
nog later 'Het Hof van Holland'
(19e eeuw) genoemde oudste en
eerste herberg rechts naast de Oude
Kerk aan de Dorpsstraat (Vgl. H.J.
van Eekeren, De Oude Kerk te
Zeist, deel 4, Uitgave van de Van de
Poll-Stichting, Zeist 1978, blz. 331
e.v.). De combinatie herbergier-
schout deed zich dus ook te Zeist
voor. Pas met schout (periode 1655-
1667) Louis la Haey (a.w., blz. 397
e.v.) is sprake van een verhuizing:
deze schout woonde in het eerste
huis links van de kerk, het latere
Veekigt).
Op deze plaats staat sedert 1939
het politiebureau van Zeist. Het
'Hof van Holland' aan de eerste
Dorpsstraat is onlangs gerestaureerd.
De eerste drost van Zeist vanaf
1677 tot 1699 was de Utrechtse Mr
Johan Beijer (a.w., blz. 404 e.v.), die
2 oktober 1699 als opvolger van zijn
vader tot raad in de vroedschap van
Utrecht werd aangesteld (a.w., blz.
470).
Het verwondert mij dat bij de
bespreking van de kloosters (blz. 60)
te Zeist het klooster Mariaoord aan
de Rozenstraat niet genoemd wordt.
Dit klooster van de kleine Zusters
van Joseph uit Heerlen werd in 1927
ingewijd onder het pastoraat van
G.J. Reinders en leverde onderwijs-
krachten voor de daarin opgenomen
bewaarschool, de meisjesschool
'Mariaschool' aan de Voorheuvel en
functioneerde als opvolger van de
Zusters van Liefde (Tilburg), die aan
de Utrechtseweg ter hoogte van het
thans daar gelegen Shellstation
'Renes' van 1906-1921 het rK.
Liefdegesticht en meisjesschool run-
den maar na een ruzie niet de
pastoor weer vertrokken. Deze
zuster zaten al sedert 1855 in
Rijsenburg.
Het klooster 'Mariaoord' wordt
thans omgebouwd tot een
appartementencomplex met huur-
en koopwoningen voor jong en oud
in het centrum van Zeist.
Met betrekking tot de kerkelijke
gebouwen een aantal correcties. Het
bijschrift op blz. 100 bij foto nr 150
moet ten rechte luiden: R.K.
Parochie van de H. Familie J.M.J. en
pastorie aan de Utrechtseweg 58 en
60 te Zeist in 1972. Op blz. 186 staat
als mede-architect van de restaura-
tie van de kerk aan de Utrechtseweg
in 1950 genoemd W.PV Hartog, dit
moet zijn Dijkman. P den Hartog
de
aannemer!
was
Onder het kopje kerk-
inventarissen (blz. 189) wordt als
-ocr page 51-
Van Rhijn
notarissen
Woudenbergseweg 5
Postbus 70
3700 AB Zeist
Telefoon (030)692 08 66
Telefax (030) 692 51 76
NOTARISSEN:
mr W.H.M. Fransen
mr F.G. Bakker
mr M.M. Elings-van Hooidonk
Als de notaris met u meekijkt
ziet u meer!
--------------------------------------------. —
On top of the World:
Global Invest is een lijfrente-
programma van DBV Verzekeringen,
in samenwerking met Prudential
Securities Inc. uit New York.
Met Global Invest kiest u voor een
beleggingsstijl die bij u past.
De beleggingen worden uitgevoerd
door de absolute top van 's werelds
vermogensbeheerders.
Prudential Securities Inc. heeft
deze elite van vermogensbeheerders
geselecteerd. Daarnaast controleert
Prudential Securities Inc. deze vermo-
gensbeheerders doorlopend.
De controle is geheel in lijn
van de strenge regelgeving
omtrent vermogensbeheer
die in Amerika geldt. ,
Met Global Invest
bent u verzekerd van
een lijfrente die bij
u past. Uw vermogen
wordt professioneel
beheerd en objectief
gecontroleerd.
Voor meer informatie
kunt u contact
opnemen met:
DBV Verzekeringen
Utrechtseweg 75
3702 AA Zeist
030-6933166
info@dbv.nl
-ocr page 52-
ZEISTER SPORT IN BEELD (I), F. VOGELZANG, R.RM. RHOEN
schenker van de kelk aan pastoor
Overmaat van de St. Joseph-
parochie te Zeist in 1935 vanwege
zijn verdiensten voor de houw van
het Klein-Seminarie te Apeldoorn
vermeld: Aartsbisschop de Jong. Dit
moet zijn: Mgr. J.H.G. Jansen van
1930-1936 aartsbisschop van
Utrecht, die in 1936 door Jan de
Joiig werd opgevolgd. Het sterfjaar
van de eerste Pastoor van de H.
Familie J.M.J. te Zeist is niet 1952
(blz. 190) maar 1953.
Heel merkwaardig is dat oiider
kerkelijke gebouwen te Zeist niet de
laatst gebouwde R.K.Kerk op de
Heuvelrug genoemd wordt. Dit is de
in de wijk Kerckebosch gelegen
'Christus' Verrijzeniskerk', in 1968
door Kardinaal Alfrink ingewijd en
de eerste tijd bediend door de paters
Jezuïeten, die ook voor het fraaie
kerkinterieur en de inventaris
getekend hebben.
Deze paters heb ik ook gemist in
de beschrijving van de internaten op
Meelezers, zoals ik ook bij de
bespreking van Deel 1 als suggestie
heb aangegeven, zouden ook bij
Deel 2 hun nut hebben kunnen
bewijzen.
Ik hoop dat beitle (.leien hun weg
naar bibliotheken en particulieren
weten te vinden. Bestudering van
dit standaardwerk verrijkt in hoge
mate onze kennis over dit fraaie en
kwetsbare gedeelte van de provincie
Utrecht, waar nauwgezet keuzes
gemaakt zullen moeten worden
omtrent toekomstig gebruik, wil van
geen ernstige aantasting sprake zijn.
Voor het maken van die moeilijke
keuzes heeft Catharina L. van
Groningen ons een historische
richtingaanwijzer uitgereikt, waar-
voor onze dank!
Mr. Dr. V.A.IVI. van der Burg
de Heuvelrug (blz. 212 e.v.). De
Jeztiietenkostschool hij uitstek in
Nederland was van 1946 tot 1982
op het landgoed 'De Breul' te Zeist
gevestigd
        en        heette:        St.
Willibrorduscollege Katwijk 'L^e
Breul' te Zeist. In Deel 1, blz. 154-
156 en passim is hierover ook niets
vermeld.
Het Huis 'De Breul' had in die tijd
een kapel, de "grote" kapel en het
patershuis waren gevestigd in het
koetshuis en ook elders op het terre
waren kapellen en bouwsels voor de
leerlingen zoals "De Boshut". Het
nieuwe patershuis aan de Arnhemse
Boveiiweg is thans kantoor. De
school, oorspronkelijk een gymna-
sium, is zelfstandig ei"i staat op 13 ha
van het oorspronkelijk 33 ha grote
terrein van "De Breul".
Zie over dit alles: Vernieuwing in
traditie. De Breul: vijftig jaar
onderwijs ii"i Zeist (1946-1996),
Robbert Roosenboom (red.). Katho-
lieke Scholengemeenschap De
Breul, Zeist 1996.
-ocr page 53-
sociale
werkvoorziening
zeist
Victoria
BiLJARTCENTRUM
een tekort aan mankracht?
SWZ biedt u de oplossing!
SW2, een betrouwbare partner
voor een betaalbare prijs als het
gaat om:
•    drukwerk en mailingen
•    verpakkingsactiviteiten
•    assemblage
•    hout- en metaalbewerking
•    groenvoorziening en schoonmaak
•    detacheringen
Voor meer informatie of een vrijblijvende
afspraak kunt u bellen met onze afdeling
verkoop. Tel. 030-6959004
thorbeckelaan 3, postbus 164
3700 ad zeist, tel. 030-6959004
internet: www.swzeist.nl
ie Dorpsstraat 7
370.1 HA Zeist
Telefoon 030 - 691 67 16
Fax 030 - 693 02 80
Zeven büjarts (drie maichtafels)
-ocr page 54-
Seijst
2001-11
EEN RECLAMECAMPAGNE IN DE LENTE VAN 1940, J.A. VAN DEN DIKKENBERG
Een reclamecampagne in de
D
eze zaak heet de Klop
Mode
en werd rond 1924,
de precieze
                 da-
tum is niet bekend, dt)or Hendrik
Methorst (Utrecht 24 mei 1896 -
Zeist 10 januari 1969) opgericht.
Over hem hopen we in. 2002 een
artikel van de kunsthistoricus Rob
Driessen te publiceren, die op dit
moment nog aan het onderzoek
iiaar de kunstenaar Methorst werkt
in het kader van zijn afstudeer-
project.
H. Methorst, vele oudere Zei-
sternaren zullen hem misschien nog
herinneren als wethouder voor de
PvdA in de jaren zestig, was zijn
carrière begonnen als edelsmid, met
name als ciseleur. De naam de Klop
herinnert nog altijd aan die tijd. Hij
behoorde tot de Amsterdamse
school en zijn werk mag zich de
laatste tijd in een stijgende
belangstelling bij kunstkenners
verheugen. Hij maakte niet
alleen zelf, maar liet ook
Dat een middenstandszaak
meer dan 75 jaar aan de
Slotlaan in Zeist is gevestigd,
mag bijzonder
heten. Dat die zaak
nog steeds in de
familie is en inmiddels
door de derde genera-
tie wordt geleid, is ook
bijzonder. Dat van die
zaak het complete
bedrijfsarchief is be-
waard; alle kasboeken,
correspondentie, adverten-
tie-ontwerpen en wat al
niet. is bijna uniek.
ifïtA'l'.i^
b A-brff
fJrtpKU^ '
N
-ocr page 55-
EEN RECLAMECAMPAGNE IN DE LENTE VAN 1940, J.A. VAN DEN DIKKENBERG
ontwerpen door anderen uitvoeren.
In de jaren vijftig, ontwikkelde de
Klop
zich als een "goed wonen"
winkel en verdwenen het ontwerpen
van lampen, klokken, vazen, asbak-
ken, lepels en dergelijke naar de
achtergrond. Weer later voltrok zich
een derde metamorfose: de Klop
specialiseerde zich in Scandinavi-
sche mode.
1940
In het familiearchief bevind zich
een groen schoolschriftje waarin alle
advertentie-ontwerpen, de zorgvul-
dig uitgeknipte bewijsexemplaren en
een chronologische beschrijving van
waar welke advertentie tegen welke
prijs werd geplaatst. Ook werd
genoteerd of een advertentie zichzelf
terugbetaalde door een aankoop van
een klant. De advertenties werden
geplaatst in de Stichtsche Uitkijk en
de Zeister Courant.
De kleine advertenties, tekstjes
zonder illustraties, verwijzen naar de
actuele politieke situatie waarin
lente van 1940
HET              f
IS NIET MOEILIJK
Om Uw wonitig amaalivoi m
(8 rtchSen «ijts u sieohta Mw
overtaal, tile «flttiouwen in-
twK^emi. Zo'iE Ejail ia ns^-
— de KLOP— a methorst
SLOTLAAt41B . Tel. 3202 -ZöiT
van W-jda^ff/^aacf i9i.o
ot^zg >-.aa'*% bedi-yitlr^ «"-^ »»r> ;<ecle.- spart- <f cadr-esieend.
1 f\ cl*-,^'Zei5-i-e r Cou»-cirii-
1 'R«>jiu^.V"                                            - . ^
interieur gw.t cïcfièt ssa 1>*w
ua .loj^t WoQlfl^&nebtingt „de
'»i^<
i-'H-iai 31.
„de Plotg"
fa de T^Kiia «nn öa we»e.-(J, iI-p
IbM^tjëa" »» sï«d|^!)toff«i ver-
,»De Kto»'*
(ir« 0^^ Wifi08<ti wg Uw ^-e-
lüdK ''1 irf-we t'fitt».
M^ Ufl
Ljctil en tachtfg
\ 3,>
I      {wil mout
■ I        iïiftdi U tö „(te£lcp'. Wglwb'
I      ^- HU at* rMü^ v»»al t i(.^
. i.............a_______.
Ltttetiijk voor
Woödïgii-.tciitKfg ..li? Sloo"
____ \ou 8'g«
-ocr page 56-
Seijst
2001-11
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
Nederland zich bevond. Nederland
was gemobiliseerd en er stonden
donkere tijden voor de deur. Toch
zijn de teksten overwegend opbeu-
rend: En als üui man met verlof komt,
ontvangt u hem in een nieuwe,
verjongde kamer
(uit een advertentie
van 25 regels voor ƒ 3,75).
Sommige teksten lijken onschul-
dig op de lente te slaan, maar ik kan
ze niet los zien van wat we nu over
die tijd en wat daarna kwam weten:
Licht en luchtig wordt Uw hek huis
door onze vrolijke gordijnstoffen van de
Ploeg
en Haal optimisme Uw huis
binnen door onze zonnige gordijn-
stoffen.
Dan volgt de aantekening:
"Na 5 April is in de maand April
niet meer geadverteerd wegens
verscherpte intern, toestand."
Niettemin verschijnen nog twee
advertenties, één op vrijdag 3 mei in
de Stichtsche Uitkijk en één op
zaterdag 4 mei in de Zeister
Courantg.
De rest van het schrift is
leeggebleven en pas na de oorlog
verschijnen weer de eer-
ste advertenties.
In het archief, dat toch
zeer compleet lijkt te
zijn, vinden we geen
advertenties uit de oor-
logsjaren. Lou de Jong
beweerde in zijn stan-
daardwerk dat na de
eerste schrik van de
invasie het gewone eco-
nomische leven weer
min of meer op gang
kwam. Mocht dit in
zijn algemeenheid waar
zijn, dan zien we hier
toch van meet af aan '
een algehele versobe-
ring.
J.A. van den
Dikkenberg
het gei.,-,, üat iti-iif in de tiu...
FRISCH
ALS DE LENTEWIND
wordt tiw hsela huis door
onz6 kiour-, Zón- en wasch-
eohte gordijnstoffen van
„De Pioeg".
AII«enverkoop voor Zaist;
ook van d« b(skoncla>o»renbonijes
WONINGINRICHTING:
H. MfiTHORST        „(Jc KLOP"
S/r'jdc^^ ^ Mei i9A ^
„0, enig zegt"
die nieuwo zomerjurk t Ja dte
heb iit iwlf Bcmaakt van die
leuke bosroiiboiititB. iJ!öen„fle
Klop" heelt ï6, JB weet wel; bH
<!e Hogcwepr, Siotiaan la,
Tel. S202
xLT^"^' ^«" het
VOORJAAR
*'l 90«„ ,7 ' "" """"3.
"fBElfK "'
v-S-.. St\.J
n-^^ h f.y,
fy?
'■*' •^^.. Zeiden C          f
f->'5 f 2,15-
-ocr page 57-
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
2601-11
deels in Zeist, in huize
Schaerweyde aan de Utrechtse-
weg. Door enorme grondaankopen
tussen de huidige Bergweg en
Lorentzlaan is hij zeer bepalend
geweest voor de ontwikkeling van
deze woonomgevingen, waaronder
het Lyceumkwartier.
De inleider illustreerde zijn verhaal
met behulp van dia's van afbeeldin-
gen uit het het familie-archief en
het archief van het Z.H.G. De
aanwezigen, waaronder tevens de
kleindochter van de familie Fransen
van de Putte en enkele familiele-
den, hebben zichtbaar genoten van
deze boeiende en leerzame avond.
Passie en Pasen___________
Donderdag 5 april verzorgde de
commissie 'lezingen en excursies'
van het Z.H.G. in deThomaskerk
een dia-lezing over het thema
'Passie en Pasen' in de beeldende
kunst.
Mevrouw Marina Marijnen uit
Zeist, als kunsthistorica verbonden
aan het Museum
Catherijneconvent in Utrecht,
legde tijdens haar lezing het accent
op de beeldtraditie van het lijden
en sterven van Jezus van Nazareth
zoals dat is weergegeven door
ambachtslieden en kunstenaars uit
de vijftiende eeuw tot heden.
De kruisiging stond daarbij cen-
traal, maar ook episodes die aan de
kruisiging voorafgingen en die er
op volgden.
Naast diverse afbeeldingen van
kunstwerken uit de rijke collectie
van het Museum
Catherijneconvent besteedde zij
ook aandacht aan een tweetal
kruiswegstaties die in de voorma-
lige R.K. Kweekschool aan de
Kroostweg (nu PGGM-gebouw)
door de Zuid-Nederlandse schilder
Charles Eyck en in de St. Jozefkerk
aan de Rozenstraat door Jan
Dunselman zijn vervaardigd. Te-
vens werd de bijzondere
Paasviering van de Evangelische
Broedergemeente in Zeist ge-
Fransen van de Putte_____
Op woensdag 7 maart kwamen
veel Zeistenaren (± 80 personen)
hun belangstelling tonen voor een
lezing van Het Z.H.G., die dit keer
plaatsvond in de aula van het
Christelijk College aan de Linden-
laan.
De heer Gerlach Storm de Grave
verzorgde een dia-lezing over
Fransen van de Putte (1822-
I 902), de grondlegger van N.V
Schaerweyderbossen. Fransen van
de Putte, als ondernemende jonge
man naar Indië gegaan en op Java
groot en rijk geworden in de thee.
Door zijn voortvarende en succes-
volle wijze van zaken doen en zijn
belangstelling voor de politiek, is
hij een aantal jaren ministervan
koloniën in Indië geweest en na
zijn terugkomst in Nederland tot
zijn dood lid van de Staten
Genaraal, als prominent liberaal
politicus.
De laatste jaren van zijn leven
woonde hij deels in Den Haag en
-ocr page 58-
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
noemd.
Wij hebben kunnen genieten van
een boeiende voordracht en van
prachtige dia's van diverse kunst-
werken en schilderijen. Wij kijken
terug op een bijzondere avond op
een passend moment gehouden, in
de week voorafgaand aan de 'goede
week, die eindigt met het Paas-
feest.
Bestuursmededelingen
Het bestuur van het Zeister Histo-
risch Genootschap van de Poll
Stichting hoopt dat wij u vaak
zullen ontmoeten tijdens de ver-
schillende activiteiten in 2001 ter
gelegenheid van ons 50 jarig
bestaan.
Zij zochten Tidullam in
Zeist
_____________________
Op 23 april 2001 werd een Joods
herdenkingsteken in het Walkart-
park officieel onthuld door de
burgemeester van Zeist, de heer
R.G. Boekhoven.
Ter gelegenheid daarvan heeft het
Zeister Historisch Genootschap
van de Poll Stichting een boek
uitgegeven en het eerste exemplaar
is aan de heer Boekhoven overhan-
digd en tevens aan de auteur. De
auteur van het boek is de heer
R.RM. Rhoen, gemeentearchivaris,
het boek geeft een overzicht van
de joodse inwoners van de ge-
meente Zeist, 1940-1945. Het
belang van deze uitgave is dat het
een blijvend appel op ons allen
doet om niet te vergeten, om te
leren uit het verleden voor de
ontwikkelingen in het heden en
toekomst. Het boek te koop bij het
ZHG en kost 20 gulden voor
donateurs en 25 gulden voor niet
donateurs (exclusief verzend-
kosten).
hlieuw bestuurslid________
De heer RC.M. (Pieter) den Bieman
is in de bestuursvergadering van 6
maart 2001 benoemd tot voorzit-
tervan de PR en
Sponsoringcommissie en daarmee
tot lid van het bestuur. Hij is de
opvolger van Mw. M. E. van Bellen,
die twee jaar geleden de commissie
heeft opgezet. Het bestuur be-
dankt ook vanaf deze plaats marjo-
lein van Bellen voor haar inzet voor
het ZHG gedurende haar
bestuurslidmaatschap.
Nieuwe donateurs________
Dhr. drs R.H. Aalten, Zeist
Dhr. F. van Barneveld, Leerdam
Dhr. en Mw. Beijersbergen-van Bosveld
Heinsiusj, Zeist
Mw. J. Beemer-van Rijkom, Odijk
Mw. G.M. Broek, Zeist
Dhr. J. van Ede, Zeist
Dhr. D. van de Kamp, Zeist
Mw. M.H. Klumpenaar-Bijlsma, Zeist
Mw. W. van Raalte-Venema, Driebergen
Mw. E.C.M. Reijnders-Welschen, Zeist
Mw. E.C.M, van Straten-van der Have, Zeist
Mw. M.W. von Weiier- van Hall, Zeist
Ledenstand_______________
Seijst I (tot januari 'O!)..................
Seijst II (tot mei 'O!).....................
,875
.868
-ocr page 59-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANC
Zeister sport in beeld (3)
De tijd van de wereldoorlogen (2)
De heer A.C. Nijenhuis
reageerde op onze oproep in
het sportartikel in de vorige
aflevering van Seijst door zijn
jaargangen van De Zeister
Sport ter beschikking te
stellen. Dat blad ging na ruim
een jaar op in een provinciale
uitgave, die helaas nog niet
boven water is gekomen.
Duidelijk wordt wel uit de
bruikleen van de heer
Nijenhuis. dat De Zeister
Sport een mooi inzicht geeft in
de sportbeoefening van de
Zeistenaren.
Sport en religie
In 1920 dook de eerste katho
lieke voetbalclub in Zeist op,
Concordia. Enkele jaren later
kwam uit de rooms-katholieke vereni-
ging St. Joseph de voetbalclub
Vriendschap Op De Eerste Plaats
(voDEP) voort. Toen echter het
lidmaatschap van deze vereniging
werd gekoppeld aan dat van St.
Joseph (een brede vereniging, bedoeld
om de katholieke jongeren meer aan
de kerk te binden), verliet een aantal
jongeren de club en richtte ZEO {Zeist
en Omstreken)
op. Het was meteen
haat en nijd tussen deze twee clubs.
Deze broederstrijd werd door kape-
laan H. Wieggers met lede ogen
aangezien. Hij verzoende de clubs en
deed hen fuseren tot de rooms-
katholieke sportvereniging Saestum.
Saestum werd een totaalvereniging,
met een voetbal-, wandel-, atletiek-
en gymnastiekafdeling. Alleen voor
jongens uiteraard, voor de katholieke
meisjes was er de gymnastiek-
vereniging Rapiditas. Dit ontstaan van
sportclubs op godsdienstige grondslag
past in de verzuiling; de splitsing van
de samenleving in zuilen, waarbinnen
een complete minimaatschappij werd
aangeboden. Verzuiling in de sport
zien we vooral in de populaire
volkssporten zoals voetbal en gymnas-
tiek. Bij sporten die vooral hun
beoefenaren recruteerden uit de
hogere klassen zoals cricket, tennis en
golf komt het niet voor. De elite
onderscheidde zich niet naar levens-
overtuiging.
-ocr page 60-
Seiist
200I-III
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOCELZANG
" ni**SiS4ifiS«J-'-;?»J?fl|W-
Het was niet vanzelfsprekend dat
de veizuilmg zich zo duidelijk deed
voelen in de sport. Sport werd lange
tijd met ambivalente gevoelens
benaderd, door zowel de katholieke
als de protestante geestelijken. De
Zeister pastoor G.J. Reinders had geen
hoge pet op van sport, maar zijn
kapelaan was daarin heel actief. Dat
past in het landelijke patroon, waarbij
vooral de jongere geestelijken en met
name de katholieke het voortouw
namen bij het stichten van eigen,
katholieke verenigingen en scholen.
De kerk vond dit lange tijd maar
niets: dat hoorde niet bij het
katholieke denken van opoffering en
samenwerking: in sport werd gespro-
ken over winnen en tegenstanders.
Bovendien zouden de 'fijnere' senti-
menten verdwijnen door de jacht op
succes en de nadruk op krachts-
ontplooiing. De jongere geestelijken
echter zagen in, dat de jeugd zich
niet liet weerhouden door de kerk: zij
wilde sporten. En het gevaar dat
jongelieden op een neutrale vereni-
ging kennis zouden krijgen aan
iemand van het andere geloof was
niet denkbeeldig. Dat moest koste
wat het kost voorkomen worden.
Daarom werden er confessionele
verenigingen opgericht. Sport-
verenigingen zijn tenslotte ook be-
langrijke sociale ontmoetingsplaatsen,
waar velen hun toekomstige levens-
partner ontmoeten. Om die gevaren
te bezweren kregen de kapelaans als
geestelijk adviseur de taak de
sportende jongelui in het gareel te
houden.
■'"'''lil
-ocr page 61-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
Rond 1910 ontstonden in Neder-
land de eerste voetbalclubs van vooral
katholieke signatuur Veel verenigin-
gen kwamen voort uit de katholieke
jeugdbeweging, de patronaats-
verenigingen.
Regelmatig werden wedstrijden
met niet-katholieken georganiseerd,
in de hoop die zo de kerk binnen te
lokken. Bij de gemeentebesturen
werd gelobbyd om de beschikking
over sportvelden. De kapelaans keken
er streng op toe dat de jongens na de
wedstrijd niet bleven hangen en dat
er op zondag bij voorkeur niet werd
gespeeld of pas na 12.00 uur, zodat het
kerkbezoek niet in de knel kwam.
De katholieke sport ging bijna aan
haar eigen succes ten onder: de clubs
sloegen enorm aan bij de jongeren
maar door de vele contacten met
niet-katholieken dreigden de jongens
teveel met de verkeerde mensen om
te gaan. Oplossingen werden gezocht
in het samenstellen van puur
katholieke competities, zoals de
RoomS'Katholieke Utrechtse Voetbal-
bond
(al vanaf 1916), onder de leus:
'in alles roomsch en steeds bijeen'.
Maar daardoor beperkte men het
aantal tegenstanders en het aantal
wedstrijden. Het niveau daalde en
daarmee het aantal toeschouwers.
Bovendien werd lidmaatschap van
een patronaatsvereniging verplicht
gesteld voordat met lid kon worden
van een voetbalclub. Daardoor liepen
diverse leden weg naar de neutrale
verenigingen.
Niet alle geestelijken waren echter
overtuigd van de goede kanten van
sport. De grootste tegenwerking
kregen vrouwelijke sporters: alleen
gymnastiek mocht voor meisjes,
omdat het niet competetief en ruw
was. Er heerste wantrouwen jegens
het lichaam: sport betekende
"De ijsvereeniging Zeist hield op haar banen een zeer geslaagden gecostumeerden wedstrijd, waaraan door honderden werd
deelgenomen. Een groepsfoto van de deelnemers(sters) met het hooggehoede bestuur als jury."
-ocr page 62-
Seijst
2001-III
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
Ondanks die restricties groeide de
vrouwensport enorm. Opnieuw
haalde de kerk bakzeil en richtte zij
vrouwenverenigingen op op religieuze
grondslag, uit angst dat de vrouwen
en meisjes massaal naar neutrale
verenigingen zouden vertrekken. Tot
dan toe hadden vrouwen in de
sportvereniginen een zeer onderda-
nige rol: zij mochten het vaandel van
de club borduren.
Toen de r.k. meisjesvereniging
Rapiditas werd opgericht, luidde de
doelstelling: 'volgens de r.k.
beginselen de godsdienstig-zedige,
lichamelijke en maatschappelijke
belangen van vrouwelijke gymnasten
te behartigen en de r.k. gymnastiek in
den ruimsten zin te bevorderen'.
Opvallend is dat de godsdienst eerder
wordt genoemd dan de lichamelijke
belangen. Duidelijk bleef de angst
voor het fysieke. Een dominee zag
weliswaar:
'Wat is er veel moois en goeds in een
gezonde lichamelijke opvoeding:
Bestuur Hygiea in 1926,
lichamelijkheid en dat zat angstig
dicht bij emotionaliteit en seksualiteit.
Vrouwen moesten onderdanige, ge-
duldige moeders worden, geen
wedstrijdvrouwen. In de pauselijke
encycliek Divini' Illius Magistri van
1929 werd schoorvoetend gymnastiek
voor vrouwen toegelaten, mits zij
decent gekleed gingen en
uitvoeringen niet in openbaar plaats-
vonden. De aanwezigheid van man-
nelijk publiek was uit den boze.
Vrouwen mochten ook beslist geen lid
zijn van een gemengde vereniging.
-ocr page 63-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
Seijst,
200i-ill
sport en spel, trektocht, bivak en
kamp',
maar hij waarschuwde
even verderop: 'Juist in het
zomersche buitenleven maken
zoovelen de gulden vrijheid tot
losbandigheid...De kerk laat de
menschen hun vrije gang gaan...
men kan sportterreinen aanleggen en
zwemgelegenheden bouwen, maar
als men daar gebruiken invoert die
de zedelijkheid bedreigen, dan zal de
kerk protesteren.'
Die bedreigingen bestonden vol-
gens hem vooral uit de zogenaamde
naaktcultuur, het zwemmen in het
openbaar aan drukke kaden en
grachten en het gemengde zwem-
men. Want 'die geraffineerde kleding
verstikt het schaamtegevoel en geeft
alle aanleiding minstens tot onkuische
gedachten en begeerten'. Maar aan
de andere kant waren er geluiden,
die stelden, dat meisjes in plaats van
na hun huiswerk hun tijd doorbrach-
ten met theedrinken en romannetjes
lezen, beter aan lichamelijke oefening
"De Zeister athletiekkampioenschappen. De start voor de finale van het nummer 100
m. hardloopen voor dames, gewonnen in 11 seconden door mej. N. v. Rijkom (Hygea
Zeist), eerste van links."
"Hieronder een foto van de Damesploeg der Korfbal- en Athletiekvereen. De
T.O.V.'ers Zeist, die met een groot aantal punten boven de andere deelnemende
damesploegen het kampioenschap van de U.P.A.B. competitie behaalde."
■É
-ocr page 64-
Seijst
2001-111
ZEISTER SPORT IN BEELD (3). F. VOCELZANG
I f
in de buitenlucht konden doen: sport
is gezond en mits met verstand
beoefend, alleen maar goed. Sleutel-
woord was harmonische ontwikke-
ling, opgepast moet er worden voor
overdreven fanatisme.
Een andere dominee stelde:
'in onze omgeving zijn Christendom
en sportwereld er twee, ze zijn
vreemd aan elkaar, zelfs zijn ze
eïkaars anti's'.
Een compromis kan natuurlijk altijd
gevonden worden: een typisch
Nederlandse oplossing is om te
spreken over goede en slechte
sporten. In de bijbel komen tenslotte
ook sporten voor: dominees verwijzen
naar de lange wandelingen, die
Paulus ondernam. Het gevaar zit in
eenzijdigheid en overdrijving, waarbij
sport een doel op zich wordt en het
lichaam wordt ontsierd. De
sportlieden die door dat fanatisme
ontstaan werden gezien als een
gevaar: het grote publiek zou in de
ban raken van de 'walgelijke
heroeencultus'. Het lichaam is
tenslotte de tempel gods, die goed
verzorgd moet worden. Echte sport
zorgt voor sportieve spirit, karakter-
vastheid, evenwichtigheid, dus ter
versterking van de persoonlijkheid.
Misschien wat pijnlijk dat als
voorbeeld voor de ideale sportman
een op dat ogenblik nog bevriend
staatshoofd wordt aangehaald, die
dagelijks bokst, schermt en paardrijdt:
Mussolini.
Sport was goed voor de geestelijke
ontwikkeling: het 'bevordert ten
sterkste het saamhorigheidsgevoel,
het scherpt de aandacht, bevordert de
snelheid van besluit, kweekt moed en
zelfvertrouwen, leert over kleine
moeilijkheden heenkomen, vormt
een juist eergevoel, leert dat een
overwinning met trucjes veel minder
waard is dan een fatsoenlijke
nederlaag en voedt op tot zelfbeheer-
sing en tegenwoordigheid van geest.'
Voor arbeiders, vaak slachtoffer van
geestdodend en eentonig werk,
"De ijsvereeniging "Zeist" te Zeist organiseerde een
wedstrijd om het provinciaalkampioenschap in Utrecht
van schoonrijden voor dames. Elf dames uit het geheele
land schreven in; kampioene werd mevr. Stuurman uit
Gouda (tweede van links)."
waarin zij geen vreugde beleven aan
de eigen verrichtingen, was sport een
goede manier om weer geestelijk en
lichamelijk in evenwicht te komen.
Net als de katholieke clubs werden
ingebed in de patronaatsverenigingen,
waren veel christelijke sportclubs
onderdeel van of voortgekomen uit
de jongelingsverenigingen. In Zeist
was dat bijvoorbeeld de voetbalclub
-ocr page 65-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
hardloopwedstrijd om de GERO-beker
stond in het teken van de Olympiade.
Zeist mocht zelfs enkele sporters
afvaardigen naar de spelen. Een
Zeister sporter kwam van een koude
kermis thuis. De kogelslingeraar W
de Heus werd uitgenodigd om mee te
doen aan de selectiewedstrijden voor
de spelen. Hij had met kogelslingeren
al enkele keren de vastgestelde limiet
gehaald. Bij de selectiewedstrijden
had hij echter zijn dag niet: twee
verre
             worpen             werden
gediskwalificeerd omdat hij buiten de
werpplaats stapte, een goede worp
kwam meters te kort. Toch werd hij
niet onmiddellijk afgeschreven en
uitgenodigd voor een tweede selectie.
Die liep blijkbaar beter, want De Heus
kreeg van het NOC een uitnodiging
om mee te doen. Voor het défilé
waarmee de spelen traditioneel
beginnen mocht hij op eigen kosten
een kostuum laten maken. Nadat hij
de optocht achter de rug had, werd
hij echter door enkele Nederlandse
officials benaderd met de boodschap,
van alle sporten, zou een grote rol
spelen bij de spelen: in een tijd waarin
bovendien nauwelijks wereldkampi-
oenschappen bestonden waren de
spelen de gelegenheid om zich als
land internationaal te meten. De
organisatie van de spelen zou de
internationale
         aandacht        op
Nederland vestigen, maar daarvan
was de Tweede kamer niet onder de
indruk; zij wees een regeringsvoorstel
om de spelen met een miljoen gulden
te ondersteunen, van de hand.
Er kwam toen een volksbeweging
op om geld in te zamelen voor de
spelen. Ook in Zeist sloeg dat aan. In
de aanloopjaren van Amsterdam 1928
zien we dat diverse propaganda-
bijeenkomsten van Zeister sport-
verenigingen, die vroeger dienden om
de eigen clubkas te spekken, in het
teken van de olympische spelen
werden gezet en de opbrengst naar
het NOC werd overgemaakt. Er
werden avonden georganiseerd met
toverlantaamplaatjes over de Olympi-
sche spelen. Ook de traditionele
Oefening doet Overwinnen (ODO),
voortgekomen uit de ZJG Samuel. En
de socialistische zuil liet zich ook niet
onbetuigd. Zij richtte Na Arbeid Sport
(n.a.s.) op met ook afdelingen in Zeist
(1917), waarin werd gevoetbald,
gekorfbald en aan atletiek gedaan.
De olympische spelen
en atletiek
Toen vanaf 1925 duidelijk werd dat
Nederland gastland zou zijn bij de
Olympische spelen, wierp dit zijn
schaduw vooruit. Atletiek, moeder
-ocr page 66-
Van Delft Geurtsen en Co, Accountants en
Belastingadviseurs, is een Zeister kantoor,
w^aarin registeraccountants, accountants-
administratieconsulenten en belastingadviseurs
samenwerken, gericht op een persoonlijke
begeleiding van relaties.
ONZE KERNACTIVITEITEN ZIJN:
•   Accountancy
•   Fiscale zaken
•   Advisering
•   Loonadministraties
•   Financiële administraties
•   Automatisering
Prins Hendriklaan 35 - Postbus 20,
3700 AA Zeist.
Telefoon 030-6923024, fax 030-6918205
E-mail accountants@vdgc.nl
n
ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS
^ Van Delft Geurtsen en Co
-ocr page 67-
Seijst
200!-lil
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
heffen de Tovers hun atletiekafdeling
op, de atleten verhuizen naar de
Utrechtse vereniging Hellas. Toch is
het enthousiasme niet helemaal
verdwenen. In 1940 worden wedstrij-
den georganiseerd om opnieuw tot
een eigen Zeister atletiekvereniging te
komen. Zo'n 60 mensen blijken
enthousiast en een jaar later wordt fit
opgericht, die zich in 1942 aansluit bij
de Kaninkliike Atletiek Unie.
Sport, politiek en oorlog
Dat olympische spelen politiek
kunnen worden uitgebuit, had Adolf
Hitler goed in de gaten en de spelen
van 1936 waren dan ook een
demonstratie in propaganda. Zeist
kwam indirect in aanraking met deze
olympische spelen. Regelmatig wer-
den trainingskampen georganiseerd
voor de olympische sporters, die op de
velden van TOV trainden en wedstrij-
den hielden tegen Zeister sporters.
Dat trok veel publiek en stimuleerde
de belangstelling voor sport.
Veel sporters zagen de relatie tussen
atletiekverenigingen, in de tweede
helft van de jaren 20 zien we dat
verschillende Zeister verenigingen
een atletiekafdeling startten: niet
alleen de voetballers, maar ook de
korfballers en de gymnasten breidden
hun club uit. Gymnastiekvereniging
BATO begon een atletiekafdeling, waar
werd gedaan aan speerwerpen, hoog-
en verspringen en hardlopen. Ook
Saestum en vvz volgden. Bato zag
'zichzelf genoodzaakt', zoals het
vergaderverslag vermeldt, om een
aparte damesafdeling op te richten.
Erg welkom waren de vrouwen
blijkbaar niet. Grote openlucht-
manifestaties moesten de aandacht
van het brede publiek op de sportclubs
richten. De verschillende Zeister
verenigingen organiseerden met hun
zusterverenigingen uit de provincie
onderlinge wedstrijden in de Stkhtse
Tumkring.
Aan het einde van de jaren dertig
was het effect van de Spelen weer
weggeëbt, veel atletiekafdelingen
werden toen opgeheven. In 1938
dat men alsnog geen gebruik wenste
te maken van zijn diensten. De
verbouwereerde De Heus wilde toen
de spelen als toeschouwer bijwonen,
maar ciaarvoor diende hij nog wel
toegangskaartjes aan te schaffen. De
Zeister Courant was hoogst veront-
waardigd en hintte naar duistere
machinaties, waarbij verenigingen
officials zouden hebben omgekocht
om eigen atleten voorrang te
verlenen.
Op de spelen in Amsterdam van
1928 werd in meer dan 40 sporten
door 4000 atleten meegedaan. Er
waren na afloop ook negatieve
geluiden: sommige commentatoren
vonden de wedstrijden weinig
getuigen van de olympische geest, de
toeschouwers gingen hier en daar met
dkaar op de vuist, en christenen
noesten ernstig gewaarschuwd
mrdtn voor de zedenverruwing die
£t gevolg was van de wedstrijden.
Ondanks dat lijken de spelen
ïpaalde sporten te hebben gestimu-
erd: waren er daarvoor nauwelijks
_^.
-ocr page 68-
Seijst
2001-111
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
sport en politiek niet: slechts weinigen
zagen af van deelname aan de Spelen
vanwege het politieke klimaat in
Duitsland. Toch had ook Zeist
onaangename ervaringen met
de sterke politieke invulling
die nazi-Duitsland aan de
sport gaf Een voorbeeld
daarvan is V.A.v. Zeist. In
1933 bezochten de leden
van de atletiekafdeling
Duitsland om daar te
sporten. Toen echter
de Duitsers Zeist een
tegenbezoek brachten,
bleken de buitenlandse
sportlieden gekleed te
gaan in uniformen van de
NSDAP en de hitlergroet te
brengen. Dat zette nog;
kwaad bloed bij de Zeistenaren,
die afzagen van verdere
uitwisselingsprogramma's.
Ook tijdens de Tweede Wereldoor-
log poogde men sport los te zien van
de politiek. Na de capitulatie was
sport voor veel mensen een manier om
de problemen in het dagelijks leven te
vergeten. 'Sport zorgt voor de
noodzakelijke verfrissing van de
levenskracht, juist een volk in nood
heeft alle energie nodig voor herstel'
was het officiële standpunt. De
sporters en de sportverenigingen
toonden grote meegaandheid met de
bezetter Neutralisme en opportu-
nisme waren de sleutelwoorden. De
sportcompetities in de oorlogsjaren,
op een noodcompetitie in 1940
na, vonden normale doorgang.
Nederlandse atleten trainden
gewoon door en wisten in
1944 zelfs beslag te leggen
op 6 van de 13 atletiek-
wereldrecords. Ook elf-
steden-tochten gingen ge-
woon door
De voetbal-, schaats-, turn-
en zwembonden bleven groot,
onder druk van de Duitsers
kwamen zelfs diverse fusies tot
stand. De oorlog had een positieve
invloed op de bokssport, omdat het op
veel plaatsen ingestelde verbod op
deze sport werd opgeheven. Ironisch,
omdat de boksers een van de
"Het 2e twaalftal van de Chr. Korfbal-
vereeniging D.W. te Zeist, behaalde (...)
het kampioenschap 2e klasse C.K.B."
-ocr page 69-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3). F. VOCELZANG
Seijs
2001 -Il
weinigen waren die geweigerd had-
den in 1936 naar Berlijn te
vertrekken. De Utrechter Ben Brill,
Nederlands kampioen, trok zich in
1940 uit de bokssport terug: als jood
voelde hij de bui hangen. Ook de
paardensport voer wel bij de oorlog,
door de invoering van de totalisator
(de paardentoto). Dat werkte goklust
in de hand. De druk om te winnen en
vooral het vooruitzicht van veel geld
was er de oorzaak van, dat nu voor
het eerst doping bij de paardensport
moest worden geconstateerd.
Omdat de bezetter zich
aanvankelijk terughoudend opstelde
jegens de sport, kon aan de vraag naar
de morele juistheid om in oorlogstijd
door te gaan met sport, voorbij worden
gegaan. Ook toen joodse sporters
werden uitgesloten en zwembaden en
sportvelden tot voor hen verboden
terrein werden verklaard, bleef het
stil. In Zeist besloot alleen de
schaakclub geen wedstrijden meer te
organiseren, om niet gedwongen te
hoeven zijn hun joodse leden te
•^ïKpT*^ -~^ ■St'^ .^m '-
i^-^*"i* j^ -„ **■ >• «-^^^
^...:^ ■^^"' ■-
'^
'De Z.Z.V 'Blikkenburg" en de Zeister Reddingsbrigade te Zeist organiseerden volks-
zwemwedstrijden. Een der nummers van een polowedstrijd, waarin een militair team
met 6-1 won van Blikkenburg."
moeten weigeren. Toch gebruikten de
Duitsers sport intensief als
propagandamiddel en werden zeer
regelmatig landenwedstrijden tussen
Duitsland en Nederland georgani-
seerd, die vele toeschouwers trokken.
Er was wat sporadisch verzet tegen
NSB-ers in de verenigingen en in
sommige sporten werd het gebruik
van Engelse termen verboden. Zo
werd bij tennis game 'spel' en set werd
'deelserie'. Ook cricket en roeien
vielen onder deze taalzuivering, maar
voetbaltermen als penalty bleven
gehandhaafd.
In 1943 reed de oorlogstoestand de
sport in de wielen. Er was tekort aan
leer voor ballen en schoeisel, er werd
-ocr page 70-
ZEISTER SPORT IN BEELD (3), F. VOGELZANG
2001-III
veel ingebroken in sportcomplexen en
vele velden werden gevorderd door
de bezetter of onbruikbaar gemaakt,
uit angst voor landingen van
geallieerde vliegtuigen. Diverse Zeis-
ter sportvelden deden dienst als
parkeerplaats voor de voertuigen van
de Wehrmacht. De beperking van de
bewegingsvrijheid maakte de organi-
satie van wielerwedstrijden onmoge-
lijk.
Toch was 1943 ook het jaar van
nieuwe initiatieven, zoals de hardloop-
wedstrijd De Ronde van Zeist. In de
oorlog ontstonden zelfs nieuwe sport-
verenigingen. In 1941 werd Patria
opgericht, een fusie van z.N.C. en de
Zïlvervogels, de bedrijfsvereniging van
de Gero. Aanvankelijk had men deze
voetbalvereniging Pro Patria willen
noemen, maar dat leek op bezwaren
van de Duitse bezetter te stuiten. Als
compromis veranderde men de naam
in Patria, maar adopteerde een rood-
wit-blauw kostuum. Saestum, dat in
het oranje gekleed ging, kon
halverwege de oorlog geen oranje stof
meer krijgen en moest nood-
gedwongen in het rood gaan spelen.
Sportwedstrijden bleken goede
gelegenheden om razzia's te houden.
Ook bij wedstrijden van Zeister clubs
werden mensen gearresteerd. Vooral
vanaf 1943 werden veel wedstrijden
afgelast, ook al omdat veel
jongemannen
         elders         waren
tewerkgesteld of ondergedoken
zaten. Er sneuvelden ook sporters,
zoals de WZ-doelman Frans Viola.
Omdat er steeds minder gesport kon
worden, organiseerden verenigingen
uitjes en toneelstukken, teneinde hun
leden niet kwijt te raken.
Meteen na de bevrijding pakte
men de draad weer op: er vonden
wedstrijden plaats met de hier
gelegerde Canadese, Schotse en
Engelse soldaten. In oktober 1945
begon er een zuivering van sport-
bonden en verenigingen, die niet
altijd even zorgvuldig werd uitge-
voerd.
         Mensen         die         te
Deutschfreundlich of lid van de nsb
waren geweest of al te opvallend in
Duitsland hadden gesport, werden
aangepakt. Hoor en wederhoor
werden niet altijd toegepast, soms
waren kisse aantijgingen voldoende
om geroyeerd te worden en als altijd
werd geklaagd dat de groten de dans
ontsprongen. Joodse sporters die
terugkeerden werden niet met open
armen ontvangen. Naar deze periode
is nog veel onderzoek nodig, ook in
Zeist.
F. Vogelzang
ARCHIVALIA
Archief der Gemeente Zeist I 906-1 945, diverse stukken
LITERATUUR
L, Batenburg. De betekenis van sport en spel uoor de
volksgezondheid naor lichaam en geest (Den Bosch 1935)
L.B.. Het zomersche buitenleven: katholieke jongemannen
weren zich legen het naturalistisch streven in sport-, spel- en
kampleven {z.pl. 1939)
M. van Bottenburg, Verborgen competitie. Over de
uiteenlopende popularileit van sporten (Amsterdam 1994)
Contactorgaan Zeister Sportclub Patria. jubileumultgave 45
jaar 1941-1986 [Zeist 1986]
M. Derks en M. Budel, Sportief en katholiek. Qeschiedenis van
de katholieke sportbeweging in Nederland in de twintigste
eeuLü (Nijmegen 1990)
CA. Ikema, Qedenkboek ter gelegenheid van het 75-jarig
bestaan der Schaakclub Zeist [Zeist 1981]
-ocr page 71-
ZEISTER SPORT IN BEELD (2). F. VOGELZANG
H, Kleuver, J. Van den Top en J.J.M, Truyens. Qedenkboek 45 jaar
Voetbalvereniging Zeist 1914-1959 [Zeist 1959]
H. Lieve en J.H.C, Thomasse (sam.). 100 jaar golf in Nederland.
Een uitgave ter gelegenheid van het lOO-jorig bestaan van de
Utrechtse golfclub De Pan (Bosch en Duin 1994)
C. Miermans, Voetbal in Nederland. Maatschappelijke en
sportieve aspecten (Assen 1955)
Paars-Wil jubileumnummer ter gelegenheid van het 35-jarig
bestaan der Voetbalvereniging Zeist [Zeist 1949]
L.D. Poot, Sport en spel (Amsterdam I 928)
R.P.M, Rhoen, 'De geschiedenis van de ijsvereniging Zeist', Seijst
(1993) nr. 4. 77-87
R.K.S.V. Saestum 60 jaar {Zeist 1986]
Schaakclub Zeist Caïssa. jubileumnummer 1906-1976 [Zeist
1976]
Schaakclub Zeist Caïssa. jubileumnummer ter gelegenheid van het
60-jarig bestaan der Schaakclub Zeist [Zeist 1966]
T. Schlichting, Floris en Peter of de lichamelijke opvoeding
(Heemstede 1939)
R. Stokvis, Strijd over sport. Organisatorische en ideologische
ontwikkelingen (Deventer 1979)
A. Swijtink, In de pas. Sport en lichamelijke opvoeding m
Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog (Haarlem 1992)
Tovers. jubileumnummer 1923-1963 40 jaar (Zeist 1963)
75-jarig jubileum De Tovers (Zeist 1998)
Tussen start en finish. Zeisier dames en heren atletiekvereniging Fit
[Zeist 1966]
M.H.A.van der Valk, De Olympische Spelen (Rotterdam 1928)
L, Visser, 'De gemeentelijke zwemplaats aan de Bllkkenburger-
!33n'.S?(|5( (1995), nr. 3. 62-72
Z.D.Q.V. Hygiea 50 jaar [Zeist 1971]
Zeister Courant, jaargangen i 911 -1944
Z.Q.V. Bato. jubileumnummer 1919-17 november- 1959 [Zeist
1959]
On top of the World:
Global Invest is een lijfrente-
programma van DBV Verzekeringen,
in samenwerking met Prudential
Securities Inc. uit New York.
Met Global Invest kiest u voor e
beleggingsstijl die bij «, past.
De beleggingen worden uitgevoerd
door de absolute top van 's werelds
vermogensbeheerders.
Prudential Securities Inc. heeft
deze elite van vermogensbeheerders
geselecteerd. Daarnaast controleert
Prudential Securities Inc. deze vermo-
gensbeheerders doorlopend.
De controle is geheel in lijn i
van de strenge regelgeving Ê
omtrent vermogensbeheer
die in Amerika geldt.
            s
Met Global Invest
bent u verzekerd van
een lijfrente die bij
u past. Uw vermogen
wordt professioneel
beheerd en objectief
gecontroleerd.
Voor meer informatie
kunt u contact
opnemen met:
DBV Verzekerineen
030-6933166
info@dbv.nl
-ocr page 72-
Seijst
2001-III
DE PAARDENSTOETERIJ VAN DE GEBR, VAN DER HAAR, L. VISSER
De paardenstoetenj van de gebroederj
Tijdens een bezoek
aan Zeist beloofde de
naar Australië
geëmigreerde Hendrik
van der Haar aan Leo
Visser gegevens te
zullen opsturen over
de paardenhandel en
paardenverhuur van
zijn vader en grootva-
der op Qroenoord
aan de
Driebergseweg. Deze
belofte is inmiddels
nagekomen en aanlei-
ding voor een kleine
bijdrage.
BEI
w
* 4
■1!
»^
*lKïf!t:~
•^**
;*
f'
r
\
■,r'r'^r',^-^'^i^'^(S'^^'tit^ê¥>^'W^*P^'^^?^n^''
-ocr page 73-
DE PAARDENSTOETERIJ VAN DE CEBR. VAN DER HAAR, L. VISSER
beijst
2001-111
Van der Haar
Een span paarden bestemd voor
het huwelijk van een van de
beste zakenrelaties n.l. De
Boliviaanse tinkoning en
milliardair Antenor R. Patino.
Patino trouwde op 8 april 1931
prinses Maria Christina de
Bourbon, een nicht van de
vroegere Spaanse koning Alfons
XIII. Volgens Henk van der Haar
werden de paarden te Parijs
bezorgd en aldaar gereden door
de op de foto afgebeelde Arie
Gerritsen uit Zeist,
(partcollectie)
Over het bedrijf van de gebroeders
Van der Haar schreef de Zeister
Courant van 14 maart 1931, na het
overlijden van Teunis van der Haar
ondermeer:
"In de glorietijd van het paard vuas
zijn zaak zeker de bekeiidste in ons
Driebergseweg 12, villa Groenoord.
land en ver buiten onze grenzen had
zijn naam op dit gebied een goede
klank".
Het           huis           Groenoord,
Driebergseweg 12 werd in 1890
gebouwd in opdracht van Teunis van
der Haar (27-094854) op een perceel
GEMEENTEARCHIEF ZEIST.
grond dat hij in 1889 had gekocht van
J.A. van der Mersch te Zeist. Teunis
was een zoon van Gerardus van der
Haar (06-09-1811) en van Jacoba de
Kruyf(f) (05-02-1821), wonende op
de (pacht) boerderij Zomerdijk,
Tiendweg 1.
-ocr page 74-
DE PAARDENSTOETERIJ VAN DE GEBR. VAN DER HAAR. L. VISSER
Zomerdijk woonachtige broer
Cierardiis (11-02-1860) medevennoot.
Begonnen als verkopers van vooral
luxe paarden was het bedrij! \'an ele
gebroeders Van der Haar vooral
bekend om het bij elkaar zoeken van
passende spannen voor de ec)uipages
van de buitenplaatsbewoners. Onder
ecjuipage verstond men het volledig
gerei: rijttiigen, paarden, tuigen met
toebehoren en zelfs het bijbehorende
personeel zoals koetsier en palfrenier.
Velen vonden even.wel een ec]ui-
page eerder een last dan een lust,
In de Gids voor Zeist, uitgegeven
door de Vereniging voor
Vreemdelingenverkeer in 1894 wordt
Groenoord als volgt getypeerd:
"Met genoegen rust ons oog op het
tafereeltje ter linkerzijde. Groen-
oord. Eenvoudig en toch smaakvol,
niet waar?"
In de serie 'Zeist, Groei en Bouw',
Utrechtseweg en Driebergseweg staat
over het eenvoudige huis het vol-
gende:
"Een verklaring voor het feit dat
deze villa slechts één verdieping
heeft ligt in het beroep en de dactr-
aan gekoppelde status van de
bewoner.
De paardenhandelaar Van der Haar,
die voor zijn broodwinning afhanke-
lijk was van de buitenplaatshezitters
durfde het niet aan om een buiten-
plaats te laten bouwen met het-
zelfde aanzien als dat van z.ijn
klanten. Daarom liet hij een klein en
lager - nederiger- woonhuis voor
zichzelf neerzetten."
In 1906 werd de toen nog op
AR - ZEIST (Holland)
GEBR. VAN
IMPORT EN EXPORT
VAN
CONCOURS HACKNEVS
o A. :
KNlGHT COMMANDER
NEWTON VICTOR
^■AI^•^VIEUW LEADER
FOUT PRINT
GLEIJAVON SALUTE
HIRTON LEOPARO
FATA MORGANA
DONNYBHOOK SQUIRE
HOCKWALO ROOERT
OAINTY LADY
ENZ.
STAL „GROENOORD"
DRIEBERGSCHEWEG15
ZEIST
TELCF. If^T 3-137
-ocr page 75-
Seijstj
2001-iii
DE PAARDENSTOETERIJ VAN DE CEBR. VAN DER HAAR, L. VISSER
Gerardus y- Jacoba
6-9-1811                  5-2-1821
X Teunis
27-9-1854
12-3-1931
Gerardus
11-02-1860
22-10-1928
Gerardus jr.
17-12-1883
25-08-1945
■^s
Equipages voor de Oude Kerk te Zeist.
Z^,^"
-ocr page 76-
Seijst
2081-111
omdat zij vaak ondeskundig waren op
paardengebied en dus afhankelijk
van hun personeel en dan vooral van
de koetsiers.
Het was dan ook een uitkomst voor
de buitenplaatsbezitters toen het
systeem van maandpaarden van de
grond kwam.
Dit had grote voordelen voor de
gebruikers omdat de verhuurder bij
een kreupel of ziek paard voor
vervanging moest zorgen.
Wat dat betreft is er met de huidige
lease-auto's niets nieuws onder de
zon.
In het boek 'De glorietijd van het
paard'
van Wouter Slob worden vier
eerste-klasse handelaren genoemd die
maandpaarden verhuurden. Dat wa-
ren baron van Brakel van Doorwerth,
de gebrs. Van der Haar, de
Amsterdamse Rijtuigmaatschappij en
de gebrs. Van der Kuylen in Den
Haag.
In het begin van de vorige eeuw
stonden er op Groenoord altijd wel 40
paarden op stal die bijvoorbeeld rust
nodig hadden of ingeruild moesten
worden voor nieuwe maandpaarden,
terwijl er steeds 60 paarden voorbereid
werden voor de maanddienst. Verder
liepen er ruim 300 paarden in de
maandhuur zodat er ongeveer 400
luxe paarden beschikbaar waren.
Het is dan ook begrijpelijk dat er
altijd veel bekijks was aan de
Bunsinglaan waar Gerardus (Gradus)
van der Haar jr en zijn helper Arie
-ocr page 77-
DE PAARDENSTOETERIJ VAN DE GEB,li..^^JB£BJjaaiUL^I5iEi
1925 betrokken door de familie J.M.
van der Grift.
Gerardus van der Haar veronge-
lukte op 22 oktober 1928 toen hij
lopend, vermoedelijk verblind door de
lichten van de tram, de
Driebergseweg overstak.
Toen op 12 maart 1931 Teunis van
der Haar overleed werd de zaak
voortgezet door Gerardus jr (17-12-
1883). Het bedrijf was toen geheel
gebaseerd op de concoursen en op de
handel van concourspaarden. Op 25
augustus 1945 kwam door het
overlijden van Gerardus jr. definitief
een eind aan het bedrijf dat ook op
het gebied van paardenfokkerij
bijzonder veel heeft gepresteerd.
L Visser
De firma Van der Haar onder-
kende deze verandering en zocht
andere wegen. Die werden gevonden
in de opkomst van de concourssport.
Door de belangrijke invoer van de
Hackneys groeiden de tuignummers
op de concoursen-hippique in ons
land.
Juist in die nummers speelden de
gebrs. van der Haar jarenlang een
eerste viool. Het briefpapier uit die tijd
draagt daar een duidelijk stempel
van. De bovenaan genoemde "Knight
Commander", in Engeland aange-
kocht voor ƒ45.000.— werd wereld-
kampioen en werd voor een veelvoud
van dit bedrag verkocht.
Gerardus van der Haar sr. was
inmiddels bekend geworden als een
uitstekend kenner van concours-
paarden en zijn ambitie om nog langer
boer te blijven op Zomerdijk werd
steeds kleiner. In 1924 bouwde hij aan
de Bunsinglaan nr. 4 de villa-achtige
boerderij "Zeldzaam".
De boerderij Zomerdijk werd in
Gerritsen de hele dag bezig waren
met het aanrijden van luxe paarden.
In de paardenhandel kwam in de
jaren 1908-1910 een grote verande-
ring. Voordien werden vrijwel uitslui-
tend Nederlandse paarden gebruikt
voor de equipages. Toen in 1909 de
Haagse handelaar Jack Washington
in Engeland 24 paarden kocht,
waaronder een mooi span bruine
Hackneys kwam daarin plotseling
verandering. De allerbeste Neder-
landse paarden moesten het afleggen
tegen de Hackneys die een soort
statussymbool geworden waren voor
de buitenplaatsbezitters.
Er zat voor de gebroeders Van der
Haar niets anders op dan ook naar
Engeland te gaan om daar tuig-
paarden te kopen.
Toch kwam in die tijd het einde
van de equipages al in zicht.
De eerste auto's verschenen op de
Nederlandse wegen en de rijke
families schakelden geleidelijk over
op gemotoriseerd verkeer.
BRONNEN:
Blijdenstein, R. Zeist, Groei en Bouw, deel 3. Zeist, 1984.
Slob, W, De glorietijd van liet paard, Amsterdam 1987,
Paardensport en fol<l<erij d.d. 2 november 1939.
In de strengen d.d. 22 maart 1990, Zeister Courant d.d. 14
maart 1931. Gids voor Zeist. Zeist. 1894.
-ocr page 78-
DE TUINEN VAN SCHOONOORD, JH HEIMEL
Wie ontwierp de tuinen van
In 1819 liet Otto van Romondt
in Zeist de buitenplaats
Schoonoord bouwen.
Van het huis en het
omringende landgoed
is heden ten dage nog
veel bekend.
Van de tuin is een niet
gesigneerde ontwerp-
tekening bewaard
gebleven. Lange tijd is
Zocher jr als mogelijke
tuinarchitect genoemd.
Onlangs viel echter de
naam Hendrik van
Lunteren. In dit artikel
wordt hier nader op
ingegaan. De datering op
het ontwerp is vermoede-
lijk onjuist.
^^3^-»,',
-ocr page 79-
Seijst
2001-111
DE TUINEN VAN SCHOONOORD, JH HEIMEL
Catharina van Groningen^ geeft
aan dat het niet onmogelijk is dat het
tuinontwerp van Schoonoord te Zeist
afkomstig is van Hendrik van
Lunteren. Zij geeft de volgende
redenen:
De aard van de aanleg, een sterk
gebogen, krakelingachtig paden-
patroon binnen de rechthoek van
middeleeuwse verkaveling, het
betrekken van open weiden en
akkers in zijn compositie, een
doorlopende waterpartij die zich
verbreedt en versmalt om de indruk
van natuurlijkheid te wekken en de
verschillende wandelingen, één rond
het huis en één langs de buitenkant
van het terrein met zicht op het huis
zijn kenmerken die men regelmatig
ziet terug komen in het werk van
van Lunteren.
Bovendien kan de lijnvoering, de
tekenstijl van de bomen en het
kleurgebruik in de tekening heel
goed van zijn hand zijn.
bewoonster/ eigenaarster was in mei
1821 overleden.
Op een topografische kaart^ uit
1827 (pag. 81) is de serpentine vijver
aanwezig maar van het verdere
tuinontwerp is niets terug te vinden.
Integendeel, er is nog een brug tussen
het huis en de Driebergseweg. De
litho^ van Mourot uit 1829 geeft geen
uitsluitsel (pag. 82). Op een kadastrale
kaart'* uit 1832 is deze brug niet
aangegeven. Klein Schoonoord werd
verkocht in 1841.
Diverse         auteurs          (Roland
Blijdenstein', Erik Blok*) geven aan
dat dit ontwerp van de hand van J.D.
Zocherjr is.
                                     '
Deze Jan David Zocher heeft in die
tijd een aantal tuinen aangelegd/
gewijzigd in Zeist: in 1825 de Breid
(niet zeker), in 1831 Zeister Slot, in
1836 Hoog Beek en Rayen, in 1837 Het
Molenbosch;
de tuin van Heerenweege
(1848) is vermoedelijk ook van zijn
hand.
Schoonoord?
Er is een grote, ingekleurde
ontwerptekening' bewaard gebleven
van de tuinaanleg (zie illustratie
links). De tekening is niet voorzien
van een naam maar wel voorzien van
een jaartal.
Het jaartal is vermeld in een
afwijkend handschrift en ook de
zwarting verschilt met die van de
andere geschreven tekst. Dit jaartal is
moet later zijn aangebracht; in het
ontwerp is namelijk het huis KZein
Schoonoord opgenomen.
Dit huis werd echter pas in
november 1821 aangekocht en tot
klein Schoonoord hernoemd; de
-ocr page 80-
DE TUINEN VAN SCHOONOORD, JH HEIMEL
Van Zocher jr is bekend dat hij een
nieuwe firaaie wijze van vormgeven
ontwikkelde die duidelijk op de
presentatie gericht was, anders dan
bijvoorbeeld de tekenstijl van
Hendrik van Lunteren.
Volgens Pien Lammertse-Tjalma,
een Van Lunteren-deskundige bij
uitstek, is de mooie strakke lijnvoering
en de grote zorgvuldigheid waarmee
verschillende boomsoorten zijn uitge-
beeld (zie pag. 82) kenmerkend voor
van Lunteren. Van Lunteren was
duidelijk een geoefend tekenaar die
tekenlessen heeft genoterf. Zij ziet
duidelijke herkenningspunten bij het
tuinontwerp van Schoonoord'.
Verder, eigen, onderzoek toont aan
dat de eigenaar van Schoonoord,
Otto van Romondt, Hendrik van
Lunteren waarschijnlijk ontmoet
heeft en op zijn minst van zijn bestaan
afwist. Wat is namelijk het geval:
Mr Adriaan van Romondt (21-5-
1738 / 29-3-1818) had twee zonen.
Uit zijn eerste huwelijk met Claudina
Constantia Swellengrebel werd op 2
september 1767 Johan Cornelis gebo-
ren. Enkele weken later sterft
Claudina. Op 4 april 1769 trouwt
Adriaan met Maria Buck. Uit dit
huwelijk wordt op 3 augustus 1870
Otto geboren.
Johan Cornelis van Romondt wordt
in 1760 eigenaar van de buitenplaats
Schoonoord in Doom.
Deze bezitting, een voortzetting
van de reeds in 1348 genoemde
hofstede Scoenoorde, was in 1751 in
handen gekomen van Hendrik
Swellengrebel. Na de dood van
Hendrik erft zijn zoon Hendrik jr
(geb. 1737) het buiten. Deze Hendrik
is een botanisch verzamelaar en
geïnteresseerd in tuinarchitectuur
Eén van de tuinjongens op Schoon-
oord is Hendrik van Lunteren; ook
zijn vader Gijsbert en zijn oudere broer
Dirk werken er als dagloner Kenne-
lijk ontdekt Hendrik Swellengrebel
talenten voor het tuinvak bij zijn
naamgenoot van Lunteren. Hij wordt
als leerling en beschermeling opgeno-
men op Schoonoord''.
Na de dood van Swellengrebel (18-
2-1803) ontvangt hij een legaat om
hem in staat te stellen "ak bloemist een
ordentelijk bestaan te vinden".
Boven-
dien wordt de hele botanische
verzameling aan hem vermaakt en
mag hij van alle vaste gewassen
"zoveel stekken en uitlopers nemen als de
planten kunnen lijden".
Ten slotte wordt
in het testament melding gemaakt
van het feit dat ook de kleding en
een aantal boeken, tekeningen en
platen van Swellengrebel aan van
Lunteren worden vemiaakt.
Hendrik van Lunteren beheert
Schoonoord tot de overdracht op 27
juli 1804 aan de nieuwe eigenaar, mr
J.C. van Romondt, een volle neef van
de vorige eigenaar Hendrik van
Lunteren heeft op 4 mei 1803 in de
stad Utrecht nabij de domtoren een
-ocr page 81-
Seijst
2001-111
DE TUINEN VAN SCHOONOORD, JH HEIMEL
mm
terrein gekocht alsmede twee huizen
aan de Servetstraat. In 1806 wordt hij
gepatenteerd als boomkweker en
bloemist.
Otto van Romondt'" koopt in mei
1818, 2 maanden na het overlijden
van zijn vader, tijdens een veiling in
Utrecht "Een Huizinge onder een dak,
in
5 Wooningen, verdeeld, genaamd den
Predikstoel, genummerd 12. met deszelfs
Tuinen en Moesland,....".
Op het terrein van enkele tiental-
len hectare wordt een buitenplaats
gebouwd.
In 1819 wordt het door de
Utrechtse gemeentearchitect F.C.E.
van Embden ontworpen huis door de
eigeiiaar betrokken. Hij noemt het
huis Schoon-oord. Aldus bezitten in
1819 beide broers een buitenplaats
Schoonoord, zij het dat Johan
Cornelis de ziji"ie in dat zelfde jaar
verkoopt.
Op grond van bovenstaande gege-
vens lijkt de tijd gekomen om de
'--ril bi
<^ '
ï*^
^ f
< ■ <^- f
«1 <*.
-ocr page 82-
DE TUINEN VAN SCHOONOORD, JH HEIMEL
%'
A vfe
■^;<•■'■ •"■^lit ii-^'tt.iiSi^^, -' --.
stelling dat Zocher jr. de tuin van
Schoonoord heeft ontworpen te
verlaten en voortaan Hendrik van
Lunteren als vermoedelijke tuin-
architect te benoemen.
JH Heimei
BRONNEN
1      Archief ZHG van de Poll stichting, Zeist
2     Topographische kaart van het dorp Zeyst, opgenomen
en geteekend door J.A. van de Monde, 1827, prov Archief
Utrecht
3      M. Mourot. Gezichten van buitenplaatsen. Utrecht
1829
4      Kadastrale Atlas Zeist in 1832. ZHG van de Pol!
stichting, Zeist 1996
5      R. Blijdenstein, Zeist, Groei en bouv/, Kerkebosch. Zeist
1983, en Tuin en Park. Matrijs, Utrecht 1992
6      Erik Blok, De famÜie Zocher en de verfraaiing van de
Stichtse Lustwarande, Mijn Landschap. 24-2 Het Utrechts
Landschap, De Bilt 1998
7      Catharina van Groningen. De Utrechtse Heuvelrug,
1999, Waanders, Zwolle
8       Pien Lammerstse-Tjalma, Hendrik van Lunteren, in
Tuinkunst 3, Architectura & Natura, Amsterdam 1998
9      Mondelinge mededeling, voorjaar 2000
10    Olivier Heimei, Van Preeckstoel tot Openbaar
onderv/ijs, OSG Schoonoord, Zeist 1997
-ocr page 83-
^^^i^'^^^^''^:^'^^:'^^^^^^^
Avondje
Figi
Een welkomstdrankje
Driegangendiner met
bijpassend wijnarrangement
Kopje koffie of thee tijdens
de pauze van de voorstelling
♦ Na afloop een drankje met
een hapje in Theatercafé 'Het
Weeshuis'.
Van Rhijn
notarissen
Woudenbergseweg 5
Postbus 70
3700 AB Zeist
Telefoon (030)692 08 66
Telefax (030) 692 51 76
f80,-
perpersoon
NOTARISSEN:
- . — --h .
l -"'"-1 .JieJl
PP5| - ^ .
kKij^ £,
^^;1^^pl':
'ï^^^f-
mr W.H.M. Fransen
mr F.G. Bakker
mr M.M. Elings-van Hooidonk
ZEIST
® Golden Tulip Hotel Figi Het Rond 2
tel. 030 69 27 400 fax 030 692 74 68
HOTEL - RESTAURANT - THEATER - BIOSCOOP
ESPRESSOBAR - PATISSERIE - CONGRESZALEN
www.figi.nl
Als de notaris met u meekijkt
ziet u meer!
cVw CV«r cV(r cV«r ciff-eirr Ciw Ci.i»'dir cii»-ci«r eVn'el<»-e<«»-eVff-ei«»-ei.«-e*.
-ocr page 84-
sociale
werkvoorziening
zeist
Victoria
BiLJARTCENTRUM
een tekort aan mankracht?
SWZ biedt u de oplossing!
SWZ, een betrouwbare partner
voor een betaalbare prijs als het
gaat om:
•    drukwerk en mallingen
•    verpakkingsactiviteiten
•    assemblage
•    inout- en metaalbewerking
•    groenvoorziening en schoonmaak
•    detacheringen
Voor meer informatie of een vrijblijvende
afspraak kunt u bellen met onze afdeling
verkoop. Tel. 030-6959004
thorbeckelaan 3, postbus 164
3700 ad zeist, tel. 030-6959004
internet: www.swzeist.nl
n
ie Dorpsstraat 7
3701 ]iA Zeist
Telefoon 030 - 691 67 16
Fax 030 - 693 02 80
.. /.ƒ..;.....
Zeven hiljar
latchtafels)
-ocr page 85-
Seijst
ZOOi-ill
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
Het jubileum
Het 50 jarig jubileum van ons
genootschap zal op 22 en 25
september 2001 gevierd worden.
U bent als donateur hierbij van
harte uitgenodigd om deze viering
bij te wonen.
Het programma van zaterdag 22
september 2001:
10.00 - 15.00 uur een (historische)
wandeling of fietstocht.
14.00- 16.00 uur een
demonstratie van een
kaatswedstrijd
16.00 start van een receptie in het
Slot Zeist.
Op dinsdag 25 september 2001 in
Figi
50 jaar sportontwikkeling in
Nederland, lezing door Dr. W. de
Heer, Driebergen.
Premiere van een historische film
over sport in Zeist.
-ocr page 86-
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
2001-11!
Het bestuur is op zoek
naar een bestuurslid PR
.
Juist in deze tijd is het van groot
belang dat onze activiteiten bekend
worden bij u, bij de Zeister
bevolking, bij onze sponsors en bij
allen die interesse hebben in
(plaatselijke) historie. Het bestuur
zoekt iemand die interesse heeft
om het PR beleid van het ZHG
verder vorm te geven.
Bent u dat misschien? Of kent u
iemand die hiervoor interesse
heeft?
Zo ja, neem dan contact op met
de secretaris.
historische foto's over de Steynlaan
te zien geweest.
Excursie Naarden-Vesting
Op donderdag 28 juni vond de
laatste dagexcursie in 200! plaats
en wel naar de oudste stad in het
Gooi: Naarden-Vesting,. Met deze
plaats met ca I 700 inwoners werd
door bijna 60 mensen onder leiding
van 3 gidsen kennis gemaakt. Het
unieke van deze vestingstad is de
dubbele grachtengordel, de enige in
Europa. Verder zijn een groot aantal
historische aspecten en
bouwwerken belicht en bekeken.
Na de lunch bestond er
gelegenheid om uitgebreid
geinformeerd en rondgeleid te
worden in de St Vituskerk, die
vooral bekend is vanwege de
jaarlijkse uitvoering van de
Mattheus Passion op Goede
Vrijdag.
Agenda
22 september 2001:
jubileumviering, zie onder
bestuursmededelingen
25 september 2001: Figi: Lezing
Sportontwikkeling in Nederland:
prmiere film
22 oktober 2001: Figi:
filmvoorsteling
14 november 2001: Schoonoord:
lezing Zilver in Zeist.
Van Qasweg en Steinlaan
tot Steynlaan
____________
Onder dit thema heeft de
tentoonstellingscommissie een
etalage-fototentoonstelling ter
gelegenheid van de renovatie en
heropening van de Steynlaan
georganiseerd.
In veel etalages zijn vanaf 25 mei
-ocr page 87-
^^iFs^ ™».«s?
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOGELZA^^JI^M. RHOEN
Zeister spprt in
Na de Tweede
Wereldoorlog
Na de Tweede Wereldoorlog
zijn er enkele duidelijke
ontwikkelingen in de sport
zichtbaar: er is een groeiend
aanbod van sporten (die we
lang niet allemaal in het
onderstaande zullen kunnen
behandelen), het aantal
accommodaties is beduidend
groter geworden en toch lijkt
er een soort verzadiging in het
aantal sporters te constateren.
Het gemeentelijke zwembad Blikkenburg, 1956
eld (41
!?^j&.}iefe^l^ §i
f^^ff^
-ocr page 88-
Seijst
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOGELZANC, R.P.M. RHOEN
Werd sport lange tijd een belang-
rijke sociale functie toegeschreven, tot
in de sportnota van de gemeente Zeist
van 1999 toe, in de werkelijkheid lijkt
sport steeds meer voor de gezondheid
te worden bedreven en is er een grote
toename van het aantal individuele
sporten. Sport is ook van karakter
veranderd: de professionals, die er
(soms dik) voor betaald worden staan
ver af van de recreanten, een verschil
dat in Nederland voor 1940 nauwe-
lijks bestond. Het lijkt geaccepteerd
dat professionele sport gaat om het
winnen en voor de prestaties, terwijl
bij de recreanten sportiviteit en een
leuke wedstrijd hoog in het vaandel
staan. Toch zijn ook de recreanten
geprofessionaliseerd: de uitrusting van
de gemiddelde sporter nu is stukken
beter dan die van 50 jaar geleden. We
stellen ook hogere eisen: aan onszelf,
aan de accommodatie en aan het
materiaal.
Wederopbouw
Dat de Tweede Wereldoorlog
De overdekte tribune van v.v. Zeist op De Koeburg aan de Driebeigseweg, 1957.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
weinig invloed had op de ontwikke-
ling van de sport is in het vorige artikel
(Seijst 2001-III) al naar voren
gekomen. Door de stimulerende
maatregelen van de bezetter en de a-
politieke houding van de meeste
sporters gingen trainingen en
wedstrijden
         gedurende          de
oorlogsjaren gewoon door Pas in 1944
begon het tekort aan materialen
voelbaar te worden en verdwenen
sporters in de Duitse werkkampen,
moesten onderduiken of kwamen om
bij acties van de illegaliteit. Tijdens de
oorlog ontstonden er zelfs nieuwe
verenigingen. Daar waren twee
wandelclubs bij: om de wandelsport
uit te oefenen, was weinig materiaal
-ocr page 89-
beijst
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
a^«!S™OTi!S!*(M!i0^i«M»i^B!^»Ka^»14!S>!^.-!Sï?;S*j!^ï*^S^^'^«WM»ii*W^mf«S«
nodig. Aan de andere kant vroeg het
om enige politieke ongevoeligheid:
diezelfde wandelsport werd erg
enthousiast beoefend door duidelijk
minder frisse organisaties als de WA.
en de Jeugdstorm, die in Zeist 'gcoote
Herfstmarschen
organiseerden.
Het is daarom niet verwonderlijk,
dat meteen na de bevrijding de draad
weer werd opgepakt. Eventuele
schuldgevoelens werden weg-
gemasseerd met de opmerking dat
onze sporten toch echt niet uit het
oosten, maar uit het westen stamden.
ledere mogelijke smet van het
nazisme moest worden weggewassen.
Dat men daarbij inzake turnen de
waarheid flink geweld moest aan-
doen, was allemaal voor de goede
zaak.
Al in juni 1945 gingen de eerste
voetbalwedstrijden van start. Saestum
voetbalde een vriendschappelijk potje
tegen 'buitenlanders' en ook de uu
Zeist speelde tegen een team van
Engelse soldaten. De knvb organi-
seerde een herstelcompetitie, onder
protest van diverse voetbalclubs die
weer gewoon aan de slag wilden. Om
de rond Zeist gelegerde buitenlandse
militairen bezig te houden namen
enkele Zeister notabelen plaats in het
Entertainment Comité, dat onder meer
sportwedstrijden organiseerde. De
opzet was om daaraan voor de helft
militairen en voor de helft burgers te
laten meedoen. Waar dat toe kon
leiden, laten de diverse
huwelijksannonces in het Zeister
Weekblad
van Canadeze militairen en
hun Zeister bruidjes zien. Toch gingen
er al ongeduldige stemmen op
wanneer die soldaten nu eens naar
huis zouden terugkeren: de geallieer-
den hadden de door de Duitsers
gevorderde gebouwen overgenomen.
Daardoor konden vele sportclubs
geen gebruik maken van hun
vertrouwde vergaderruimte.
In de loop van 1945 en 1946 werd
door de meeste verenigingen een
nieuwe start gemaakt. De Tovers
gingen weer korfballen. Fit organi-
seerde atletiekwedstrijden en een
Ronde van Zeist voor hardlopers, het
zwembad werd opengesteld en
turnvereniging Mars, 'waarvan enkele
jaren niets is vernomen', dook ook
weer op. De wandelverenigingen,
zoals Nooit te Ver en Recht door Zee
(die laatste had ook een korfbal-
afdeling) deden mee aan 'nationale
hevrijdingstochten', de voetballers
organiseerden een jeugdwereldvrede-
toernooi. De schaakvereniging Zeist
speelde een eerste toernooi tegen
Doom, waar ze even stil stonden bij
de vele internationale vedettes die
door de oorlog hadden moeten
vluchten of zelfs het leven hadden
verloren. Op de eerste vergadering
van BATO sprak een lid van zijn
ervaringen in de Duitse werkkampen,
Recht door Zee herdacht een
clubgenoot die als lid van een
knokploeg door de Duitsers was
opgepakt en was omgekomen in een
concentratiekamp. De voetbal-
vereniging Zeist onthulde op 1 juni
1946 een monument ter herinnering
aan drie omgekomen spelers. De
■n
-ocr page 90-
beyst
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
^sï^«raï;as^sas»»iK!«^ajB™aK-mg;ism^;^'^^^S!«»«E''s^'*s*5'
een nabij gelegen begraafplaats, de
omwonenden waren bang voor heme
en benzinestanken en diverse inge-
zonden brievenschrijvers vonden een
racecircuit niet passen bij de natuur-
lijke rust van Zeist. Voorstanders
weerlegden deze argumenten met de
opmerking, dat het maar om enkele
wedstrijden per jaar zou gaan en dat
'benzinegassen voor een groot deel
reukloos' waren. De minister stak er
een stokje voor: de benodigde
bouwmaterialen waren elders harder
nodig en er was onvoldoende
mankracht. Zeist reageerde geprik-
keld: men had niets nodig dat niet in
de directe omgeving te krijgen was en
er waren voldoende werklozen in
Zeist om dit karwei te kunnen
aanpakken. Het circuit is niet
doorgegaan, hoewel onduidelijk is
waarom niet. Wel voelde Assen de
hete adem van Zeist in haar nek en
besloot men daar 140.000 gulden uit
te trekken om de oude TT-baan
geheel te vernieuwen. Misschien als
troostprijs boekte de motorclub een
succesje: ondanks het verbod van de
minister op motorwedstrijden wist
men aan genoeg touwtjes te trekken
om in de zomer van 1946 enkele
crosswedstrijden te organiseren, waar
5000 toeschouwers op afkwamen. Een
andere gemotoriseerde club in Zeist,
de automobielclub van Zeist, de
Slotridders,
organiseerde toertochten
en kaartleeswedstrijden, waarbij de
deelnemers van ANWB-paddestoel tot
Vissen in het voormalig zwembad
Blikkenburg, 1959.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
bridgeclub hield drives in Het
]agershuis en ook de handbaldames
gingen weer aan de slag. Toch liep
niet alles vlekkeloos: hockeyclub De
Sprinkhanen nam aarzelend de
training weer ter hand, maar moest
zichzelf opheffen wegens 'onoverko-
melijke terrreinmoeilijkheden'. De
leden stapten en bloc over naar
Schaerweyde.
Een bijzonder verhaal is dat van de
Zeister motorclub. Benzine was een
schaars goed en wegwedstrijden
werden door de overheid niet
toegestaan. Toch poogde de motor-
club tochten te organiseren. Zij kwam
met een ambitieus plan: aan de weg
tussen Huis ter Heide en Woudenberg
moest een heus grandprix circuit
worden aangelegd. De plannen
waren in een zodanig definitief
stadium, dat men verwachtte in 1946
de eerste wedstrijd te kunnen
verrijden. Internationale coureurs
hadden zich al ingeschreven. Niet
iedereen was echter even gelukkig
met dit plan. Overlast dreigde voor
-ocr page 91-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOGELZANC, R.P.M. RHOEN
paddestoel reden. De gemiddelde
snelheid oversteeg de 30 km/u niet.
Niet veel sneller zal het gegaan zijn bij
een derde gemotoriseerde Zeister
vereniging: de Sokxclub.
Sportstichtingen
In 1933 was er mede door de op
sportgebied alomvertegenwoordigde
G. Vermeulen (oprichter van Emos,
BATO
en Patria) de Bond voor
Lichamelijke Oefening Zeist
opgericht.
De BLOZ hield zich bezig met alle sport
buiten schoolverband en fungeerde
als een soort pressiegroep van de
Zeister sportverenigingen. In 1946
organiseerde zij de Zeister Sportweek,
een soort tableau de la troupe van het
Zeister sportleven.
Zeven turnverenigingen, vijf voet-
balclubs en drie wandelverenigingen
deden mee, terwijl van vele sporten
demonstraties worden gegeven.
Welke sporten werden toen zoal in
Zeist beoefend: schermen (door
vereniging D'Artagnan), tafeltennis,
tennis, zwemmen, korfbal, voetbal.
handbal, boksen, kaatsen, hockey,
wandelen en turnen. Het weer viel
tegen, maar de bloz bleef ieder jaar
een dergelijk evenement organiseren.
Steeds meer clubs sloten zich aan
bij de bloz, die ook als lobby
fungeerde om bij de gemeente aan te
dringen op meer en betere sport-
voorzieningen. In 1948 ijverde de bloz
voor een nieuw zwembad en
probeerde ze de aloude plannen voor
een sportpark nieuw leven in te
blazen. De gemeente had daar wel
oren naar, maar moest vanwege de
wederopbouw en een behoorlijk gat in
de begroting de plannen uitstellen.
Vanaf 1954 kreeg de bloz de
coördinatie voor de gemeentelijke
sportkeuringen onder zich en organi-
seerde zij cursussen voor trainers en
sportbegeleiders. Dat bleef een van de
hoofdtaken van de BLOZ, maar haar
functie als luis in de pels van de
gemeente was duidelijk minder
succesvol: de klachten over slechte
accommodaties verdwenen niet. In
1959 waaide er een nieuwe wind door
de BLOZ, het bestuur werd verjongd en
kleiner gemaakt, misschien in de
hoop daadkrachtiger te worden.
Jammer genoeg werkte dit averechts.
De accommodaties, die over het
algemeen in handen waren van de
gemeente Zeist, werden geëxploiteerd
door de Zeister Sportstichting. In die
stichting had de bloz een bestuurs-
zetel, om op die wijze de belangen
van de verenigingen te behartigen.
Die post ging verloren door de
bestuurswisseling. De sport-
verenigingen keerden zich af van de
BLOZ: men vond dat de BLOZ niet meer
representatief was voor de Zeister
sport. De katholieke clubs vertrokken
als eerste. De activiteiten van de BLOZ
boetten in aan populariteit: de
Sportolympiade van 1962, een
voortzetting van de Sportweek, moest
voor een deel worden afgeblazen
omdat de verenigingen hun
medewerking weigerden.
De clubs hadden het gevoel, dat ze
hun belangen beter konden verdedi-
gen door direct zitting te nemen in de
-ocr page 92-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOGELZANC, R.RM. RHOEN
2001-IV
Zeister Sportstichting; het belangrijk-
ste probleem was tenslotte het
accommodatiegebrek. Daardoor werd
dat orgaan veel meer een afspiegeling
van het Zeister sportleven en verloor
de BLOZ haar bestaansrecht. In 1964
ging de bloz ter ziele en kwam er een
nieuw sportorgaan, aanvankelijk
Stichting voor Sport en Lichamelijke
Oefening
buiten schoolverband gehe-
ten, vanaf 1970 de Zeister Stichting
voor Sport en Recreatie.
De vroegste
plannen gaven de sportverenigingen
een grote stem in het bestuur van de
stichting, die een doorslaggevende
invloed zou krijgen op het gemeente-
lijk sportbeleid. De gemeenteraad
stak daar echter een stokje voor: tien
van de negentien zetels werden bezet
door gemeenteraadsleden, de overige
waren voor de verenigingen. Dat
betekende feitelijk dat niet iedere
vereniging, maar slechts ieder seg-
ment van het sportleven een zetel
kreeg. Uiteindelijk was daarmee de
lobbykracht van de individuele
vereniging niet toegenomen.
Op 1 januari 1987 werd de
Sportstichting ook opgeheven. In de
politiek was privatisering het nieuwe
toverwoord en dus kwam er een door
particulieren gedragen Sportfederatie
Zeist, in feite dus een soort /!L(3Z.
Belangrijkste taak van die Sport-
federatie
was de belangenbehartiging
van de veertig aangesloten verenigin-
gen. In de nieuwste sportnota van de
gemeente Zeist (eind 1999) wordt
gesproken over een sportservice-
bureau, waar ook de Sportfederatie bij
betrokken zou kunnen worden en
dat praktische ondersteuning moet
bieden aan de sportverenigingen. In
december 2000 hief de Sportfederatie
zichzelf op. Inmiddels zijn de leden
van het nieuwe Adviesorgaan voor
Sport&Recreatie
geïnstalleerd.
Verenigingen
Meteen na bevrijdingsdag leefde bij
velen in Nederland de hoop dat de
eensgezindheid die men voelde ten
aanzien van de strijd tegen de nazi's
een einde zou maken aan de
verzuilde maatschappij. Al snel bleek
dat een ijdele hoop. Ook op
sportgebied kwam aan die verzuiling
voorlopig nog geen einde. In 1946
besloot een elftal jongens uit de
christelijke jongemannenvereniging
jonatimn een voetbalclub van die
naam te stichten. Jonathan werd al
datzelfde jaar kampioen in haar
klasse. De club groeide snel en na een
jaar telde zij honderd leden en ging
men naar de zaterdagmiddag-
competitie van de knvb. De houding
van: 'Sport is goedkoop vermaak voor
de maatschappelijk minder bedeelden,
mensen die niets heter te doen hadden
dan voor een kwartje een hele middag op
de sportvelden rond te lutngen
was nu
voorbij. Ook bij Jonathan voelde men
nu dat 'geestelijke en lichamelijke
ontwikkeling een harmonieus geheet
vormden.
Onder de christelijke wandel-
verenigingen vond ook een scheiding
der geesten plaats: in 1946 ijverde
men voor een nieuwe christelijke
wandelclub: dat werd zeer betreurd:
-ocr page 93-
F. VOCELZANG, R.P.M. RHOEN
ZEISTER SPORT IN BEELD (4),
had de oorlog niet geleerd dat
eendracht macht maakte? Zo'n
oproep was aan weinigen besteed, in
de jaren die volgden ontstonden vele
nieuwe clubs op religieuze grondslag.
Naast tafeltennisvereniging 't Slot
ontstond er de Katholieke Tafeltennis-
vereyiiging ktv, er kwam een
katholieke atletiekvereniging, de
katholieken stichtten zwem-
vereniging Jonas. Dat ging gepaard
met de uitdrukkelijke waarschuwing,
dat gemengd zwemmen uit den boze
was. Jonas was de tweede katholieke
zwemvereniging, naast het eveneens
in 1949 gestichte Laga. De echte
ontzuiling begon pas midden jaren
'60. Weliswaar organiseerde Saestum,
dat zich toen volledig op voetbal had
gericht, toen nog een lezing voor
ouders van aanstaande pupillen
waarin sport werd omschreven als
goed voor de opvoeding, maar dan
wel binnen katholiek verband, het
lijkt toch om een achterhoedegevecht
te gaan. Sportverenigingen die na de
tijd werden opgericht, afficheren zich
Op 14 augustus 1971 werd op de sportvelden Achter het Slot en op Blikkenburg het
Poliotoernool voor jonge voetballertjes gehouden. 94 wedstrijden werden er gespeeld.
Burgemeester A.A.H. Stolk gaf de aftrap. Scheidsrechter was R. IJzendoorn.
richten. Het bestuur van die z-v- Zeist
i.o.
kreeg meteen onenigheid: de
helft wilde graag zwemmen in
zwembad Blikkenburg, de andere
helft in het natuurbad Mooi Zeist.
Met die zwembaden bleef het
ellende. In 1959 werd het oude bad
Blikkenburg (waarin bij slecht zwem-
weer gevist mocht worden) gesloten
vanwege het vervuilde water. Er
niet meer met een levensbeschouwe-
lijke grondslag. Sterker nog, in een
boekje uit 1964 werd door de schrijver
zelfs getracht het geloofdichter bij de
jeugd te brengen door geloven net zo
leuk voor te stellen als sport! In de
sport beleeft men zijn menszijn, en het
geloof hoort daar bij.
In 1947 nam de knzb het initiatief
om in Zeist een zwemvereniging op te
-ocr page 94-
Van Delft Geurtsen en Co, Accountants en
Belastingadviseurs, is een Zeister kantoor,
waarin registeraccountants, accountants-
administratieconsulenten en belastingadviseurs
samenwerken, gericht op een persoonlijke
begeleiding van relaties.
ONZE KERNACTIVITEITEN ZIJN:
•   Accountancy
•   Fiscale zaken
•   Advisering
•   Loonadministraties
•   Financiële administraties
•   Automatisering
Prins Hendriklaan 35 - Postbus 20,
3700 AA Zeist.
Telefoon 030-6923024, fax 030-6918205
E-mail accountants@vdgc.nl
SKI
TENNIS
OUTDOOR
SPORT-ALLROUND
SPORTHUIS
CSUNNYCAMP
Slotlaan 178
3701 GT Zeist
Tel.:030-6916737
Fax: 030 - 6920969
c
Skiwerkplaats:
Aalscholverlaan 18 -Tel.:030 - 6958548
ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS
^ Van Delft Geurtsen en Co
-ocr page 95-
Seijst_
200!-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
waren plannen voor de aanleg van
een nieuw buitenbad Dijnselburg. De
voor de hand liggende veronderstel-
ling dat met sluiting van het oude bad
werd gewacht tot het nieuwe in
gebruik kon worden, ging niet op.
Omdat toestemming voor de bouw-
plannen van hogerhand op zich liet
wachten, moest voorlopig in natuur-
bad Mooi Zeist worden gezwommen.
Dat kon problemen geven, omdat er
een minimumtemperatuur was vast-
gesteld voor zwem- en polo-
wedstrijden. Daarmee werd wel een
beetje gesjoemeld, maar als de spelers
blauw van de kou zagen, viel dat
wedstrijdofFicials op en werden
wedstrijden afgelast. Bovendien
m.oesten nu dus alle zwem-
verenigingen één zwembad delen. De
leden van Laga brachten wat lampen
aan, zodat 's avonds langer kon
worden doorgetraind, maar toestem-
ming voor de nieuwbouw kwam
voorlopig niet. Sterker nog, het
duurde tot 1964 voordat Dijnselburg
feestelijk geopend kon worden. Ruim
tien jaar nadat de bloz daar zich al
hard voor maakte, werd in 1972 het
eerste overdekte zwembad, De Geiser,
in Zeist in gebruik genomen. Toen
kon eindelijk ook in de winter
worden gezwommen. De Geiser is
inmiddels door een nieuw zwembad
vervangen.
Nieuwe verenigingen blijven in de
bronnen opduiken: zo waren er
bedrijfsvoetbalclubs van Sola en van
de gasfabriek K.O.G. Dat laatste staat
voor Kookt Op Gas. Veteranen
stichtten hun eigen clubjes of sloten
zich aan bij bestaande verenigingen:
zo werden veel oudere spelers van
Saestum en v.v. Zeist lid van de
Postshotters. Bij voetbal kwam ook een
nieuwe doelgroep in beeld: vanaf
1981 begon Saestum met dames-
voetbal: vijfjaar later waren er al vier
damesteams. Ook Patria had vanaf
1980 vrouwelijke voetballers, al
hadden die nog het gevoel tegen
vooroordelen te moeten opboksen.
Vrouwen zouden niet sterk genoeg
zijn voor voetbal en bovendien was
het erg 'onelegant'. En hoewel
damesvoetbal nooit die vlucht heeft
genomen als de mannelijke variant,
zijn er toch tientallen vrouwelijke
voetballers in Zeist. Nieuw op
voetbalgebied is het betaalde voetbal.
Meteen na de oorlog al werd er
geklaagd over de 'zogenaamde'
amateurs. Vele clubs gaven hun
sterspelers
        flinke        onkosten-
vergoedingen of goed betaalde
baantjes. Andere waren echter bang
dat door spelers te betalen het
sportieve element op de achtergrond
zou komen. In ieder geval ging de v.v.
Zeist
ook over naar het betaalde
voetbal.
De ruitersport was vertegenwoor-
digd door de Schaerweyde Ruiters, die
regelmatig spring- en cross country
wedstrijden organiseerde. Gestreden
werd er tegen de bereden politie, de
landmacht en lokale jacht-
verenigingen. In 1975 bleek er een
ruitervereniging Blïkkenburg te be-
staan, maar vele Zeister paarden-
sporters waren lid van clubs elders.
-ocr page 96-
beijst _
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
jaren van de opkomst van volleybal.
Deze sport was in 1900 in de
Verenigde Staten dot)r de ymca
ontwikkeld. De YMCA had vele
sporthallen gebouwd maar dreigde de
slag met buitensporten als honkbal te
verliezen. Sportinstructeurs werden
gestimuleerd om nieuwe, de jeugd
aansprekende zaalsporten te beden-
ken, zodat de sporthallen weer
gebruikt werden. Daaruit kwam eerst
basketbal voort, maar al snel bleek dat
voor ouderen dat te inspannend was.
Voor hen ontwikkelde men volleybal.
Lange tijd sloegen noch basketbal
noch volleybal aan in Nederland,
maar de Amerikaanse soldaten
namen deze sporten mee naar Europa.
In Nederland werd het toen opgepikt
door gymnastiekleraren. Gymnastiek
was een verplicht vak op school
geworden. Alleen turnoefeningen
waren te eenzijdig. Men ging op zoek
naar spannende zaalsporten en
volleybal was voor schoolgymlokalen
een zeer goed uitvoerbare sport. Het is
niet voor niets dat de vele volleybal-
Een geheel nieuwe vereniging
kwam mee met het jezuïeten-
internaat dat zich in 1955 in De Breul
vestigde. Dat internaat beschikte over
een eigen sportvereniging Phoenix.
Phoenix
hield zich bezig met cricket,
maar breidde haar activiteiten snel
uit. Eerst werd er een hockeyafdeling
gesticht, die snel werd uitgebreid met
een dameshockeyelftal. De dames
daarvoor werden gerecruteerd uit de
leerlingen van een Amersfoorts
meisjesinternaat. Phoenix opende in
1965 haar eigen clubhuis (dat in 1978
door een spaaractie van de leden
volledig kon worden vernieuwd),
omdat ze zich had verzelfstandigd
van de school. De hockeyers kregen
een welkome injectie door de komst
van een groep Bunnikse stickfanaten,
die in eigen gemeente geen velden
konden krijgen. In 1975 tenslotte
vond er een fusie plaats met de honk-
en softbalvereniging Zeist Flyers (op
hun beurt weer voortgesproten uit de
v.v. Zeist), die graag dat nieuwe
clubhuis met Phoenix wilde delen. Een
samengaan bleek daarvoor de beste
optie. Honkbal was geïmporteerd door
de Amerikaanse soldaten op de
vliegbasis Soesterberg. Dat honk- en
softbal populair waren in Zeist blijkt
wel uit de cijfers: in 1984 waren er vijf
honkbalteams en acht softbalteams.
Een team van de Phoenix Flyers werd
zelfs Nederlands kampioen in 1983.
Wel bleek men daarmee een adder
aan de borst te hebben gedrukt: de
cricketafdeling van Phoenix liep leeg,
omdat de leden liever aan hockey en
honkbal meededen.
        Alleen
Schaerweyde durfde het in 1965 nog
aan om een nieuwe cricketafdeling te
starten.
Nieuwe verenigingen ontstonden
rond nieuwe sporten, of bestaande
verenigingen incorporeerden een
nieuwe sport door een eigen afdeling
te starten. Zo kreeg de socialistische
turnvereniging arma een eigen
handbal- en later een volleybal-
afdeling. Ktv begon een volleybal-
afdeling, gevolgd door turnvereniging
Mars. Eigenlijk zijn de jaren '50 de
-ocr page 97-
Seiist
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.RM. RHOEN
verenigingen in Zeist die in de jaren
'50 en '60 ontstonden, vaak voortkwa-
men uit schoolteams. Clubs als Cito,
.SNS, Olympia doken tip in de lokale
kranten. Toch was de groei van
volleyhal onverwacht: eind jaren '40
dacht men nog dat vooral honkbal en
baskethal Nederland zouden verove-
ren. Dat is nauwelijks gebeurd. In
1980 startte er weliswaar een tweede
softbalvereniging in Zeist, de
D.Runners, maar een massale sport is
het niet geworden, evenmin als
basketbal. Opvallend is wel dat in
Nederland volleybal vooral een
vrouwensport is geworden.
Ook aangeslagen is het uit
Engeland overgewaaide badminton.
Gezien ons klimaat is het logisch dat
zaalsporten het goed doen, omdat die
onafhankelijk van de weersomstan-
digheden kunnen worden uitgeoe-
fend. Een schrijnend voorbeeld van
die weersinvloeden in Zeist waren de
jaren 1959-60. Door langdurige
droogte waren de voetbal- en
korfbalvelden onbespeelbaar gewor-
1 *iS&A»<»-.
De ponyclub Schaerweijde o.l.v. W.A. Storm de Grave. Vierde van rechts prinses
Margriet, 1957.
COLLECTIE GEMEENTEARCHIEF ZEIST
■n»!
-ocr page 98-
Seijst
2001-IV
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANG, R.P.M. RHOEN
aanvankelijk minder als spt)rt dan als
'the noble art of selfdefeitse
aangekondigd)
           vooral           in
verenigingsverband worden beoefend,
hangen vechtsporten vooral aan
dojo's, vechtscholen. De structuur van
deze tak van sport was verschillend:
in plaats van een trainer kende een
sportschool een meester, die volledig
geoefend was in een oosterse
vechtsport. Hij leidde leerlingen op in
die technieken. Omdat vele
opgeleide vechters zelf een sport-
school wilden beginnen, maar niet in
de schaduw wensten te blijven van
hun oude meester, ontwikkelden zij
hun eigen stijl. Zo konden ze - nu ze
meester waren in hun eigen techniek
- meer leerlingen trekken. Ook in de
herkomstlanden van deze sporten
waren er dergelijke ontwikkelingen.
Naast jiu jiutsu was er judo. In Zeist
werd er in 1956 een sportschool
Vandervlugt opgericht, waar judoles
werd gegeven. Voor veel ouders was
judo een manier om hun kinderen
weerbaar te maken. Een goed
den. Nieuw graszaad werd gewoon
van de velden geblazen en twee jaar
lang kon er nauwelijks gesport
worden. Dat betekende ook weinig
inkomsten van toeschouwers.
Sporten als tafeltennis, waarvan er
diverse verenigingen waren in Zeist
en het al genoemde badminton,
hadden daarvan geen last. In 1961
begon er een eerste badmintonclub, in
1972 werd BZ'72 opgericht, terwijl
tafeltennisvereniging 't Slot ook een
badmintonploeg in het veld bracht.
De zaalsporten leken zelfs de
traditionele sporten te overvleugelen.
Midden jaren '70 had zaalhandbal de
veldvariant al geheel overvleugeld en
men sprak het bange vermoeden uit,
dat zaalvoetbal datzelfde zou doen
met veldvoetbal. Zover is het niet
gekomen, maar zaalvoetbal is wel heel
populair geworden.
Zeist importeerde niet alleen spor-
ten: korfbal werd naar Engeland
geëxporteerd. Al eerder waren Ne-
derlandse en Zeister korfballers naar
Engeland vertrokken om daar hun
sport te promoten, wat geleid had tot
de oprichting van een Engelse
korflbalbond. Vlak na de oorlog kwam
een groep Engelsen een korfbalcursus
in Zeist volgen. Dat waren niet de
enige buitenlandse gasten: een groep
sporters uit Curagao ontmoette in een
tweekamp sporters uit de provincie
Utrecht op het Zeister Bisonpark.
Een heel andere ontwikkeling
kenmerkte de oosterse vechtsporten.
Al op de eerste sportweek van de BLOZ
in 1946 waren er demonstraties van
wat toen werd omschreven als Japans
worstelen (het bleek om jiu jiutsiu te
gaan). Over het algemeen wordt de
introductie van oosterse vechtsporten
toegeschreven als onderdeel van een
algemene bewondering voor Japan,
met name na het economisch wonder
in het Verre Oosten. Het feit dat in
1946, lang voor dat wonder en luttele
maanden na de ondertekening van
de Japanse capitulatie, al jiu jiutsu
wordt gedemonstreerd, lijkt dat niet
te ondersteunen. Daar waar andere
sporten (de vechtsporten werden
-ocr page 99-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4). F. VOCELZANC, R.RM. RHOEN
De gemeente en de
sportaeeommodaties
In december 1946 richtte Den
Haag de Rijksdienst voor Sport en
Lichamelijke Oefening op. In een
serie redactionele commentaren
juichten de Zeister kranten dit
initiatief toe. Weliswaar constateerden
zij dat sportverenigingen van onderop
ontstonden en dat daar dus geen
overheidsstimulans voor nodig was,
maar lichamelijke oefening was een
goede en belangrijke zaak. Steun was
er vooral nodig bij accommodaties. Er
werden wat kanttekeningen gezet bij
sport: dat was veel eenzijdiger dan
lichamelijke oefening en hoewel
competitie een menselijke drijfveer
was, kon het door sport tot excessen
leiden. Maar er werden ook geeste-
lijke waarden als zelfbeheersing en
sportiviteit door aangekweekt, dus
uiteindelijk waardeerde men sport
positief Sterker nog, de redactie
vergeleek de moderne sporter met het
oude ridderideaal.
Andere overheidsrapporten over de
voorbeeld is Guusje van Maurik (de
latere wereldkampioen karate), die
judo als zelfverdediging ging beoefe-
nen. Zij moest door 'enge bosjes' naar
de manege waar ze paardreed. Dat
imago van kinderzelfverdediging
tastte, ondanks het olympisch kam-
pioenschap van provinciegenoot
Anton Geesink, de populariteit van
judo als sport aan. himiddels was uit
Korea het hardere karate overge-
waaid en in 1965 gaf Vandervlugt de
eerste karatedemonstraties. Er ont-
stond een geweldspiraal: steeds
nieuwe, hardere varianten van
vechtsporten kwamen naar Neder-
land. Toen in een onderlinge
wedstrijd twee bekende Japanse
karate-ka's het onderspit delfden
tegen twee Thaise kickboxers, werd
die sport populair onder bepaalde
groepen jongeren. Nadeel was dat de
sport niet in hoog aanzien stond en
diverse kickboxers als lijfwacht in
dienst kwamen van onderwereld-
figuren. Zo kregen de vechtsporten
een crimineel stigma.
door de oorlog losgeslagen jeugd
zagen in sport ook een manier tot
disciplinering, en wel een die door de
jeugd zelf werd nagestreefd. Zulke
rapporten over de problemen rond de
moderne jeugd bleven ook in de jaren
'50 verschijnen en telkens werd sport
als oplossing opgevoerd.
Het is dan ook niet verwonderlijk
dat de gemeente Zeist zich positief
uitliet over sport en meteen na de
Tweede Wereldoorlog toezegde werk
te maken van het lang gevraagde en
steeds uitgestelde sportpark. Daarvoor
was aanvankelijk geen geld, maar wel
werden enkele noodvelden bij het
Slot aangelegd. Er was een nijpend
tekort aan accommodaties. In af-
wachting van een bestemming voor
het slot besloot de gemeenteraad een
deel in te richten als gymzaal.
Daarvan mochten ook enkele
tafeltennisverenigingen zoals Union
en 't Slot gebruik maken. De kranten
gaven de gemeente er duchtig van
langs: wilde men de jeugd redden,
dan waren er goed uitgeruste
-ocr page 100-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.RM. RHOEN
2001-IV
sportverenigingen nodig, die beschik-
ten over voldoende accommodatie.
Waar bleef dat sportpark? Wat er aan
nieuwe accommodaties verscheen,
kwam voort uit acties van de clubs
zelf. De v.v. Zeist opende in 1946 aan
de Koeburg een betonnen tribune, die
plaats kon bieden aan duizend
toeschouwers. Aan het einde van de
jaren '50 werden eindelijk stappen
ondernomen. De gemeente nam een
adviseur in dienst voor sportzaken en
zij gelastte een onderzoek naar de
behoeften aan sportaccommodaties.
Dat onderzoek, in 1960 opgeleverd,
diende als uitgangspunt voor een
heuse sportnota, die in 1961 ver-
scheen. De nota is niet hoopgevend:
uitgaande van een flinke bevolkings-
groei voor Zeist, bleek dat er eigenlijk
overal tekorten waren. Niet alleen
was het beloofde zwembad nog steeds
niet gebouwd, maar Zeist beschikte
niet over een goedgekeurde atletiek-
baan. Dat betekende dat alle
wedstrijden en de daarbij behaalde
records van Fit niet door de bond
werden erkend. Ook de ruim
tweehonderd volleyballers in de
gemeente beschikten niet over een
door de bond goedgekeurde zaal,
zodat zij altijd met dispensatie
dienden te spelen. Voor de handbal-
clubs waren er geen geschikte
velden, de voetballers, korfballers en
hockeyers hadden tekort aan speci-
ën trainingsvelden, de tennissers
hadden weliswaar genoeg banen,
maar alleen maar omdat er een
ledenstop was ingevoerd. ,Voor de
badmintonners ontbrak een goede
accommodatie en de achttien gym-
zalen konden geen onderdak bieden
aan de meer dan tweeduizend
turners in de gemeente.
In de jaren die volgden werden
diverse sportvelden door de gemeente
aangelegd. In 1969 kwam er een
ambtenaar voor sportzaken, een jaar
later zelfs een apart bureau voor Sport
en recreatie. Als reden werd onder
meer gegeven, dat door afschaffing
van de zesdaagse werkweek er meer
vrije tijd was. Bovendien werd sport
relatief belangrijker omdat steeds
minder mensen met hun handen
werkten en dus minder lichaamsbe-
weging kregen. Uit de eerste
sportnota van 1961 bleek dat Zeist
afweek van het landelijke beeld:
relatief veel minder voetballers, meer
tennissers, hockeyers, atleten en
korfballers. De oorzaak lag volgens de
gemeente in de opbouw van de
beroepsbevolking: meer forenzen,
nauwelijks industrie. Opvallend is ook
dat er weinig senioren voetballers
waren. Met een jaar of veertien stapte
de Zeister jeugd massaal over van
voetbal naar andere sporten, waaron-
der vooral de schoolsporten populair
waren.
In 1973 voerde de gemeente
opnieuw een behoefteonderzoek uit
naar sportaccommodaties. Er bleken
13.000 Zeistenaren lid te zijn van een
sportclub of georganiseerd verband
(daar waren er 63 van). Dat was
22,5% van de bevolking, waarmee
Zeist boven het landelijke gemiddelde
lag. Gymnastiek trok met 2600
[•lu
-ocr page 101-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
deel gaan uitmaken van het welzijns-
beleid en vooral op de wijken gericht
worden, zodat iedereen kon
participiëren. Vanuit die wijken was al
eigen initiatief gekomen: in 1964 was
FZO (Flats Zeist Oost) opgericht, die
in 1989 200 leden telde. Na enkele
jaren te hebben ingewoond bij Patria
en Fit, betrokken ze in 1970 hun
eigen home. Al veel langer gaande
dan deze wijkinitiatieven was het
ontstaan van sportverenigingen in de
omliggende kernen. Al meteen na de
oorlog doken er clubs op in Den
Dolder en Austerlitz. En dat terwijl
Zeister sportverenigingen speciale
contactcommissies hadden voor hun
leden in die 'buitengewesten'.
Met de clubs ging het blijkbaar in
deze jaren ook beter: diverse
verenigingen knapten hun kleed-
lokalen op en rond 1965 werden er
vele clubgebouwen gebouwd, com-
pleet met bar en prijzenkast. Dat ging
vaak met grote inspanning van de
leden gepaard, die op allerlei wijze
geld ophaalden. Belangrijk was wel.
mensen de meeste sporters, boven
voetbal met 2300, zwemmen met
1900, tennis met 1600. Daarachter
kwamen sporten als volleybal (1000),
handbal (700) en badminton (630).
Men beschikte in Zeist inmiddels over
een overdekt zwembad en twee
openluchtbaden, 23 voetbalvelden, 21
tennisbanen, 2 sporthallen en 28
gymnastiekzalen. Het budget van de
Sportstichting was tussen 1964 en
1974 toegenomen van 145.000 gulden
tot 2,1 miljoen. Waar de gemeente in
de jaren '60 vooral veel sportvelden
aanlegde, richtte de gemeente zich
nu op de aanleg van zalen en een
atletiekbaan.
De gemeente zag het vooral als
haar taak, de verenigingen te
ondersteunen bij de vaak kostbare
exploitatie van de sport-
accommodaties. Ook het ondersteu-
nen van het particulier initiatief op
sportgebied rekende zij zich aan,
omdat zij als gemeente door de 'goede
contacten' met de bevolking precies
zou weten wat er speelde. Sport moest
dat de club goed presteerde. Toen
Saestum degradeerde in 1951, was
dat onmiddellijk merkbaar door een
achteruitgang van het aantal leden.
Ook toen zij na 1970 uit het midden
leken weg te zakken, had dat
negatieve gevolgen voor het aantal
jeugdleden. Andere clubs, zoals
Schaerweyde, zochten de oplossing
voor de financiële problemen in
sponsoring.
In 1979 trad een echte sport-
consulent aan bij de Zeister sport-
stichting, maar de nieuwe wethouder
sportzaken waarschuwde dat nu het
economisch tij wat tegen zat,
bezuinigingen niet te vermijden
waren. Midden jaren '80 begon een
nieuwe crisis bij de verenigingen: het
aantal jeugdleden nam af, steeds
minder mensen waren bereid om als
vrijwilliger actief te zijn binnen de
club en individuele sporten werden
steeds populairder. Een overheids-
rapport dat waarschuwde voor de
verslechterende conditie van de
Nederlander (een deja vu voor de
-ocr page 102-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
mensen die de troonrede van 2001
hebben gevolgd) kon daarin geen
ommekeer brengen. Fit sprong welis-
waar in op deze dreigende boodschap
met het aanbieden van fitness, terwijl
BATO een nieuwe doelgroep aan-
boorde door turnlessen te organiseren
voor moeder en kind, maar de
traditionele verenigingen kunnen niet
tegemoetkomen aan de behoefte
individueel te sporten.
De laatste jaren is de doorbraak van
individuele sporten als joggen, aerobic,
skeeleren een feit. De gemeente kan
aan die behoefte tegemoetkomen
door het aanleggen van padeni, banien
en looproutes. En dan spreken we nog
niet eens van de invloed van televisie:
al in 1973 klaagden Zeister sport-
verenigingen dat het verzuim op de
trainingen vooral onder invloed van
de beeldbuis steeds groter werd. Sport
is misschien meer iets aan het worden
om naar te kijken dan om te doen. En
als men sport, dan individueel, op een
tijd die men zelf kiest, zonder
verplichtingen aan een vereniging.
Aan de andere kant bestaan er nog
steeds tientallen verenigingen die
duizenden sporters een nuttige vrije-
tijdsbesteding bieden. Misschien is de
golfsport (naast De Pan kan men nu
ook bij Schaerweytle golfen) wel de
kwintessens van deze nieuwe hou-
ding: om met Freek de Jonge te
spreken, golfen doe je in je eentje,
met een club.
F. Vogelzang
R.P.M. Rhoen
ARCHIVALIA
Archiel der Gemeente Zeist I 945-1 965. Archief van de BLOZ,
krantencollectie
AANVULLENDE LITERATUUR
Veel literatuur waarop dit artikel is gebaseerd staat al
genoemd bij het vorige artike
100 jaar Phoenix. Cricket, hockey, softbali baseball (z; zp]
Beleidsstruciuren in de sport (Utrecht 1973)
[Gemeente Zeist] Spoftnota gemeente Zeis/ I96t Prognose
inzake de toekomstige behoefte aan sportaccommodaties
(Zeist 1961)
[Gemeente Zeist] Sportnota 1974. Enkele aspecten van het
sportbeleid (Zeist 1974)
Herhalingsonderzoek Utrechtse sportwereld. Rapport van het
bureau sport en openluchtrecreatie van de gemeente Utrecht
(Utrecht 1977)
]ubileumuitgave Zeister Sportclub Patria 45 jaar [zj zp]
Kerk en sport (Heemstede 1964)
Schaerweyde 82. [en boekje vol wetenswaardigheden [Zeist
1982]
K.H, van Schagen en H.Th. Rooswinkel. red.. Doel. weg en
middelen van de lichamelijke opvoeding, de sport en de vrije
Op 9 juli 1962 speelde het eerste elftal van v.v. Zeist tegen
elftal samengesteld uit ambtenaren van de gemeente Zeist:
voor v.v. Zeist.
-ocr page 103-
ZEISTER SPORT IN BEELD (4), F. VOCELZANC, R.P.M. RHOEN
2001-IV
:m i
"
Wi
,C
Tijdens de door de BLOZ georganiseerde
sportweek in 1957, werd op het Slotpiein
korfbalwedstrijden gespeeld.
M
^'^,r|*.^'
S^P-
\j •, <»:
X
f ^ . '       Il        --A M     „;J " i
Wielerwerdstrijd in het Lyceumkwartier, 1955. Rechts boven:
In het Slottuintheater had in 1952 een gymnastiekuitvoering
plaatst welke door de BLOZ was georganiseerd.
ir uii^'^BI
m
^'nik'1 t/f
-ocr page 104-
sociale
werkvoorziening
zeist
Victoria
BiLJARTCENTRUM
een tekort aan mankracht?
SWZ biedt u de oplossing!
SWZ, een betrouwbare partner
voor een betaalbare prijs als het
gaat om:
•    drukwerk en mailingen
•    verpakkingsactiviteiten
•    assemblage
•    hout- en metaalbewerking
•    groenvoorziening en schoonmaak
•    detacheringen
Voor meer informatie of een vrijblijvende
afspraak kunt u bellen met onze afdeling
verkoop. Tel. 030-6959004
thorbeckelaan 3, postbus 164
3700 ad zeist, tel. 030-6959004
internet: www.swzeist.nl
ie Dorpsstraat 7
3701 HA Zeist
Telefoon 030 - 691 67 16
Fax 030 - 693 02 80
Zeven hüjarts (drie matchtafels)
-ocr page 105-
.Seijst
2091-IV
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
Hoe Zeist zijn glans verloor
Zonder wrijving geen glans. Dat is
bijna een eeuw lang van toepassing
geweest op de Gerritsens. Een tijdperk
van drie generaties bijzondere lieden
die Zeist gemaakt hebben tot de
zilverstad van Nederland. De geschie-
denis ook van drie generaties van
eigenzinnige en gedreven vakmensen
die tussen twee oorlogen en de jaren
daarna met hun producten de
eettafels van miljoenen Nederlanders
hebben veroverd, maar die de strijd
tegen de harde wetten van de tijd
tenslotte moesten verliezen. Maar die
ook in belangrijke mate hebben
bijgedragen aan de groei en bloei van
de gemeente. Zij vormen een deel
van de historie van Zeist, en zij
hebben daarom recht op erkenning
van die verdienste.
Johannes was de stamvader, de
De geschiedenis van een eeuw vol zilver
adellijke en minder adellijke vrienden
tot ver in het buitenland. Het werk
van hun ontwerpers en hun ciseleurs
trekt op tentoonstellingen nog steeds
grote aantallen bezoekers.
Johannes, Jan als roepnaam, flo-
reerde niet alleen in zijn bedrijf, maar
ook in zijn huwelijk. Hij gewon vijf
dochters en vijf zonen. De dochters
Jo, Marie en Cor bleven ongehuwd.
Tine trouwde met Johan Steenbeek,
die later in dit verhaal een rol speelt.
Zij kregen vijf kinderen. De vijfde
dochter van Johannes, Mien, trouwde
op latere leeftijd en bleef kinderloos.
Zoon Nico werd de uitvinder van de
Mobaco bouwdoos, een begeerd
Sinterklaascadeau in die jaren, Johan
eerste generatie. Een zilversmid met
gouden handen, ontwerper en uit'
voerder tegelijk van schitterende
kunststukken. Zoals het zilveren
stoom/zeilschip dat op een Parijs'
concours een onderscheiding kreeg.
Hij was begonnen in 1866, in een
bescheiden juwelierszaak met atelier
aan de Looiersgracht in Amsterdam.
Een eenvoudig, maar uiterst degelijk
vakman, die het aandurfde een
markt te betreden waar de zilver-
smeden van Van Kempen in
Voorschoten al sinds 1800 bijna
alleenheersers waren. De klandizie
van de Voorschoters was gering in
aantal, maar groot in vermogen.
Voorop het prinselijk en daarna
koninklijk huis, en in hun kielzog de
u
-ocr page 106-
Seijst
2001-IV
die nu niemand zou verzinnen, maar
die in die tijd een indruk moest
wekken van grote betrouwbaarheid.
En dat boden de Gerritsens ook; ze
hadden oprechte idealen, ze waren
als ondernemers liberaal in hun beleid
en ze durfden het aan om een
nieuwe markt te scheppen in een
samenleving die in de jaren van
snelle industrialisatie rijp was voor
vernieuwing.
Albert had geen opleiding gehad
als zilversmid, maar hij had de liefde
voor het vak als het ware geërfd.
Toen hij 16 was, trok hij al door België
om zilverwerk te verkopen. Een
gedreven mens, maar ook met een
grote ondememingsdrift, die de
kansen zag en ze greep, en met een
gezond commercieel inzicht. Kortom,
een leider En daardoor aantrekkelijk
voor private beleggers. Marius was
meer de productieman, met een
pragmatische aanpak. Hij had eigen
ideeën over de manier waarop de
markt voor tafelbestek moest worden
bieden. Hij besloot Albert alle steun
en vertrouwen te geven die nodig was
om de groei tot stand te brengen. Die
werd daarbij terzijde gestaan door zijn
broer Marius.
Dat was in 1901; een jaar later
richten ze samen de n.v. Nederlandse
Fabriek van Gouden en Zilveren
Werken, voorheen J.A.A. Gerritsen
op. Een wat breed uitgemeten naam
ging in de effectenhandel, Ko werd
een ambachtsman die boten bouwde,
en Albert en Marius kwamen al op
jeugdige leeftijd bij vader Jan in de
zaak.
Met het volwassen worden kwa-
men de ambities die Jan in zijn
kinderen herkende, en hij besefte dat
de zaak moest groeien om zijn zonen
een goede toekomst te kunnen
-ocr page 107-
Seijst
2001-IV
benaderd. Met die twee aan de
leiding kwam er vaart in het nieuwe
bedrijf.
Albert kocht in 1903 met familie-
geld en een forse lening een
juwelierszaak in Zeist van de familie
Calker, vooraanstaande kooplieden,
steun van de Hernhutters. Maar hij
kocht ook het lege pand van de
failliete rijwielfabriek Wilhelmina aan
de Karpervijver nummer 17, met een
fraai woonhuis erbij. De zilverfabriek
heette het bedrijf in de wandeling, en
hij groeide voorspoedig. De naam
Gerritsen kreeg maatschappelijk aan-
zien dankzij het zilveren bestek, niet
alleen bij de gebruikers, maar ook bij
de juweliers.
Voor Marius was dat niet genoeg.
Hij wilde een nieuwe, een grotere
markt op. Tafelgerei met een lagere
prijs waar meer aan te verdienen was.
Hij zag veel in het galvanisch proces
dat in opkomst was. Daarmee was het
mogelijk om lepels en vorken te
maken uit onedel metaal door het
langs electrolytische weg met een dun
laagje nikkel of zuiver zilver te
overtrekken. Daar zag hij zijn kans,
ook om eigen baas te zijn in een eigen
bedrijf Hij moest dan wel wat
smokkelen met het begrip zilver, maar
dat moest dan maar. In 1910 stapte hij
uit de 'zilverfabriek' en begon voor
zichzelf
En zo begon een nieuw hoofdstuk
van de Gerritsens. Marius richt zijn
bedrijf op onder de uitdagende naam
Eerste Nederlandsche Fabriek van
Nieuwzilveren Werken M.J.Gerritsen.
Ook gevestigd in Zeist, aan de Prins
Alexanderweg. De naam was ten-
minste zo langgerekt als die zijn broer
gekozen had, en let ook op dat Eerste,
en het gebruik van de naam Gerritsen
die vertrouwen moest wekken bij de
afnemers.
Het bedrijf begint voorspoedig en
na twee jaar is er reden voor verdere
uitbreiding. Marius zoekt kapitaal en
vindt het bij de financier Simonis. Die
zag er wel wat in, maar hij bedong in
ruil voor zijn investering een directie-
plaats voor zijn zoon. Marius gaat
akkoord en Simonis jr krijgt een
spoedopleiding in het vak. De
omstandige bedrijfsnaam wordt gewij-
zigd in het kort-en-krachtige Gero.
De slimme lezer vindt daarin de naam
Gerritsen en de o van compagnon.
Nu kon Marius zijn droom
waarmaken. Kopers bleken er genoeg
voor bestek dat op echt zilver leek
maar het niet was. Het heette Gero
Zilver, maar het was metaal met een
flinterdun laagje zilver, gemaakt
volgens het nieuwe procédé. Voor de
wat minder eisende klant was er het
-ocr page 108-
Gero Zilmeta, gemaakt uit een
roestvrij metaal dat tot hoogglans was
gepolijst.
Het Gero sloeg aan en werd
verkocht aan de detailhandel, aan
hotelbedrijven en aan grote klanten
als de scheepvaartmaatschappijen die
grote partijen afnamen. De cassettes
kwamen en voor hele generaties
bruiden was dit het mooiste geschenk
op de huwelijksdag.
Alles ging goed, tot ergens in 1920,
toen Marius onenigheid kreeg met
zijn compagnon Simonis. Het geschil
ging over de jaarstukken. Marius
weigerde zijn handtekening er onder
te zetten en stapte op. Hij begon een
nieuw avontuur onder de naam Sola.
De derde zilverfabriek die zich in
Zeist vestigde, in een pand aan de
Van Reenenweg.
Marius was vastbesloten het nu
alleen te doen. Geen compagnons
meer, geen pottenkijkers. Opnieuw
moest hij een markt opbouwen en hij
richtte zich op de brede basis van de
bestekkopers. Snel, veel en goedkoop
leveren was zijn motto, en ook zijn
credo en hij gebruikte het om stap
voor stap met ijzeren vasthoudend-
heid zijn doel te bereiken: een sterke
plaats in de Nederlandse bestek-
industrie. En dat is hem gelukt, tot op
de dag van vandaag. In z'n eentje,
ondanks de felle concurrentie van
Gero. Zijn Sola is de enige die het
heeft gered. Zijn zoon Bert volgde
hem op en nu is de leiding in handen
van diens zoon, weer een Bert.
Na het vertrek van Marius ging
Gero verder met een nieuwe directie
van drie man: Simonis voor de
verkoop aan hotels en schepen.
Vermeer zorgde voor de contacten
met de detailhandel, en ir Kortland
-ocr page 109-
.Seijst^
200 i-IV
deden met de groten in de
juwelierswereld. Koning Willem III
kwam er af en toe langs om een
bijzondere opdracht te bespreken, dus
het was een bedrijf van standing, en
daar leefden de Van Kempens ook
naar. Ze zagen te laat in dat de wereld
veranderde, kwamen in financiële
problemen en moesten in 1909
fuseren met Begeer en Vos, tot dan
toe een concurrent. Begeer zou later,
tijdens de Eerste Wereldoorlog, net als
Albert Gerritsen veel geld verdienen
met de zilverhandel.
Het boterde niet in de directie van
de Koninklijke Nederlandse Edel-
metaal Bedrijven, zoals het bedrijf in
Voorschoten toen voluit heette, de
zaken liepen terug en de Van
Kempens worden in 1924 na een
knallende ruzie tussen Begeer en Van
Kempen de deur uitgewerkt, en ook
uit hun aangrenzende villa Berbice.
Begeer is nu alleen de baas. Hij
probeert het een stapje lager op de
markt, bij de wat minder luxueuze
juweliers, maar het bleek te laat. Die
Japanners mores leren. Gero blaakt
van strijdlust en zelfgenoegzaamheid.
De afloop kennen we. Noch de
directie, noch het netwerk van
overheid en vakbonden kon het tij
kereii. Het bedrijf brokkelde af en in
1975 stortte de toren naar beneden.
Hoe waren intussen de zaken
gegaan met de zilverfabriek van
Albert? In en na de Eerste
Wereldoorlog had hij flinke winsten
gemaakt met de handel in zilver met
de Duitsers. Nederland was neutraal
gebleven en werd door de Gerritsens
een centrum dat met beide oorlog-
spartijen zaken kon doen. Zo kon het
bedrijf met een gezonde financiële
basis het naoorlogse tijdperk in.
Zienderogen haalde het de achter-
stand op zijn grote concurrent, de
Voorschotense zilverfabriek van de
Van Kempens, in. De Van Kempens
die het bedrijf hadden opgericht,
waren al drie generaties eigenaars van
het bedrijf Ze zaten in een luxueus
bastion, vanwaar uit ze vooral zaken
leidde de fabricage. Dat was een goed
team, dat groot vertrouwen genoot bij
het personeel en bij de klanten. Het
beschikte en koesterde bovendien
een nuttig maatschappelijk netwerk.
Gero was een begrip en het bedrijf
floreerde.
Tot 1960. Toen kwam er een
dramatisch keerpunt. Er was een
nieuwe directie aangetreden: drs
Hendriks, de heer Zeiler en ir Van
Beek. Intussen kwamen de lage-
Ionen-landen met goedkoop bestek
de wereld veroveren, de Japanners
voorop, en de Nederlandse bedrijven
kwamen onder grote druk te staan.
Het antwoord van Gero kwam neer
op uitbreiding van de productie-
capaciteit in Nederland, België en
Duitsland. In Zeist komt een gieterij
voor roestvrijstaal en een precisie-
gieterij voor het maken van knoppen
en handvaten voor het keukengerei.
De eigen afdeling die onder meer de
slijpmachines ontwikkelde, wordt
uitgebreid, de directie met drie
adjunct-directeuren. Ze zullen die
-ocr page 110-
Seijst
2001-IV
markt was intussen al veroverd door
de Gerritsens.
Met de KNEB in Voorschoten is het
nooit meer echt goed gekomen. Aan
het eind van de jaren vijftig is er in de
directiekamer van Gerritsen en Van
Kempen in Zeist nog weleens gepraat
over overname van de KNEB, maar
daar is het bij gebleven.
Anton van Kempen had net op tijd
onderdak gevonden bij zijn vroegere
concurrent Albert Gerritsen. Hij had
bij zijn oude bedrijf een uitstekende
naam zowel bij het personeel als bij de
klanten. Albert haalde hem binnen
als lid van de directie, met als derde
man Johan Steenbeek, echtgenoot
van aartsvader Johannes' dochter
Albertine. Een zwager dus van Albert.
Hij had vanwege zijn familietraditie
eigenlijk dominee moeten worden,
maar hij bleek een scherp commer-
cieel inzicht te hebben en een
speurneus voor details. Hij lette op de
centjes van het bedrijf en hij had
groot respect voor het vakmanschap
van de ontwerpers en de ciseleurs en
de graveurs en de stempelmakers, die
met grote precisie hun dagelijkse
wonderen verrichtten. Dat was voor
hem een nieuwe en opwindende
wereld.
De nieuwe leiding ging er flink
tegenaan. Het was dan ook een sterk
driemanschap. Albert bleef de onbe-
twiste leider, Anton van Kempen was
verantwoordelijk voor de vormgeving
en hij verzorgde de contacten, vooral
met de vooraanstaande juweliers.
Johan Steenbeek was verantwoorde-
lijk voor de adminstratie en voor een
belangrijk onderdeel van de verkoop,
namelijk de theelepels en de
sportartikelen, zoals penningen en
bekers. In 1926 kreeg het bedrijf het
eervolle predikaat Koninklijk. Het
aantal medewerkers steeg gestaag en
in 1927 vond de directie de tijd rijp
om Nederlands-Indië te veroveren
met juwelierswinkels in Batavia en
Soerabaja. Een avontuur dat duurde
tot 1941.
In 1931 werd de riante woning vóór
de fabriek, toen het woonhuis van het
echtpaar Steenbeek en hun vijf
kinderen, afgebroken ten behoeve
van een flinke uitbreiding, en nog een
paar jaar later volgde de inlijving van
de Stichtse Fabriek van Zilveren
Werken J.L. Begeer. Dat was in 1931
en in hetzelfde jaar kwam er een
begaafde ontwerper binnen. Dat was
Gustav Beran die zijn opleiding had
genoten aan de Kunstacademie in
Wenen. Hij zou vele zilver-
kunstwerken op zijn naam krijgen.
De crisisjaren waren al aangebro-
ken en de verkoop van echt zilver
stagneert. De directie besluit ook
verzilverd bestek te gaan maken dat
alleen verkocht zou worden door de
juweliers, onder de naam Keltum
Juweliers Pleet. Beran moest een
ontwerp maken voor een totaal
nieuwe collectie bestekken. Dat
wordt een sierlijk eetgerei dat in vele
gezinnen en vooraanstaande
horecabedrijven te pronk lag bij
feestelijke maaltijden. En vrijwel
-ocr page 111-
2001-IV
beek en Anton van Kempen blijven
directeur. Tlvee jaar later, op 26 juli
1940, verlaat Albert zijn zilverfabriek.
X'erschil van inzicht, zegt men, maar
dat was het niet. Het was bittere
teleurstelling omdat zijn zoon Hans
die hij bestemd had als zijn opvolger,
een andere weg verkoos.
In hetzelfde jaar komen de Duitsers
bij Lobith en vele andere plaatsen ons
land binnen. Het metaal, edel of niet,
gaat naar de kanonnen en de erfenis
van Johannes Gerritsen dreigt te
verpieteren. Vlak na de Duitse invasie
was Joop Steenbeek, een kunstzinnige
zoon van directeur Johan Steenbeek,
nog benoemd tot assistent-bedrijfslei-
der. Een kleinzoon dus van aartsvader
Johannes, en dus een halve Gerritsen.
Hij zou er meer dan 25 jaar
verschillende functies vervullen, be-
drijfsleider, adjunct-directeur, direc-
teur en lid van de raad van bestuur.
Hij werd het laatste lid van de familie
in de oude fabriek.
De oorlogsperiode was moeilijk. De
niemand wist hoe die naam ontstaan
was: kei was de laatste lettergeep van
nikkel, en de turn was het laatste deel
van het Latijnse woord argentum dat
zilver betekent. En Pleet was een
verbastering van het Engelse plated
ofwel bedekt met een laagje metaal.
Hoe kom je d'r Cip! Maar na de oorlog
liep het als een trein.
De fabriek is nu uitgegroeid tot het
belangrijkste bedrijf op haar gebied in
Nederland, en het staat aan de top
wat betreft kwaliteit en vormgeving.
In opdracht van de sultan van Koetei
wordt een gouden theeservies ge-
maakt dat hij als huwelijksgeschenk
aanbiedt aan prinses Juliana en prins
Bernhard. De prins is trouwens een
regelmatige bezoeker; hij laat zijn
leeuwentanden in goud vatten, als
kostbare jachttrofeeën. Verscheidene
zilveren bestekken hebben hun weg
naar de koninklijke familie gevonden.
De fabriek heeft haar grote concur-
rent uit Voorschoten ver achter zich
gelaten.
In 1938 maakt Albert zichzelf
president-commissaris. Johan Steen-
-ocr page 112-
veelzijdigheid van de zilversmid werd
ingezet voor het maken van
wijzerplaten voor klokken, banden
voor kuipbladen, metalen lijsten voor
spiegels, deksels voor aardewerken
tabakspotten, en in de hongerwinter
voor duizenden noodkacheltjes. Stie-
kem werd er ook met zilver gewerkt
en als de Duitsers kwamen controle-
ren ging er een waarschuwingsbel en
kwam het ijzer tevoorschijn waarvan
strijksijzers werden gemaakt, een
order van Inventum, bestemd voor
Turkije. Van lieverlee verdween er
steeds meer personeel voor de
Arbeitseinsatz naar Duitsland. Toch
werden er plannen gemaakt voor een
nieuwe fabriek na de oorlog. De
kantine moest een belangrijke ro
gaan spelen, want de juweliers
moesten worden onthaald op een
maaltijd om de onderhandelingen
gunstig te beïnvloeden. Typisch een
gedachte die in een periode van
schaars voedsel kon ontstaan.
Na de oorlog begon een nieuwe
periode van de zilverfabriek. Er was
behoefte aan alles, en iedereen wilde
graag weer wat nieuws op tafel. Daar
eerste jaren kon er nog wel wat
worden geproduceerd, maar later
raakten de grondstoffen op. Van de
Duitse Wehrmacht/Rüstungsinspektion
kwam er een opdracht binnen voor
het produceren van munitie. Het
kostte veel tijd om het juiste
gereedschap te ontwikkelen en er is
nooit een kogel van de band
gekomen. De vakbekwaamheid en
-ocr page 113-
beijst
200i-!V
Begeer zitten. Joop Steenbeek krijgt
onder sterke druk van buitenaf ook
een zetel in de raad. Ton van Kempen
wordt directeur van de vier winkel-
bedrijven in Den Haag, Rotterdam,
Amsterdam en Utrecht, Joop Steen-
beek krijgt de productiebedrijven in
Voorburg, Voorschoten, Zeist en
Coevorden onder zijn beheer. De
commerciële en administratieve ver-
antwoordelijkheden zijn voor Begeer.
Dat bewind duurt vier jaar. Dan
verlaten Van Kempen en Vos de zaak.
De bestuursraad bestaat voortaan uit
Begeer, Joop Steenbeek en De Vries.
In die jaren begint de omzet terug te
lopen. De goedkope producten uit het
Verre Oosten komen in steeds
groeiende aantallen binnen, ook
bestekken. Dat had ook invloed op de
omzet
           van           Nederlandse
kwaliteitsproducten zoals Van
Kempen en Begeer die maakte. Na
vier jaar neemt Begeer het beheer van
de winkelzaken over en Ton van
Kempen stapt op.
De samenwerking en integratie
deden ze wat aan in Zeist, want het
Keltum Pleet lag klaar om de markt te
veroveren. Dat ging voorspoedig en
einde 1946 besloot de directie daarom
het bedrijf uit te breiden. Het oog viel
op Coevorden, daar waren arbeids-
krachten en de medewerking van
gemeente en handelsverenigingen
was groot. Joop Steenbeek moest dat
karwei klaren, en hij deed dat met
veel succes.
In 1949 gaat in Zeist Johan
Steenbeek met pensioen. Jan Steen-
beek, oudste zoon van Johan, komt in
de zilverfabriek, samen met Ton van
Kempen, zoon van Anton. Jan
Steenbeek krijgt de verkoop van
Keltum Pleet onder zijn hoede, Ton
krijgt de leiding van een nieuwe
precisie-gieterij in Londen. Na vier
jaar wordt die overgedaan aan Ab
Nooteboom, de assistent van Ton. Die
gieterij draait nog steeds. Ton Van
Kempen krijgt in Zeist een commer-
ciële functie, de verkoop aan grote
instellingen.
Er breekt nu een tijd van
bestedingsbeperking aan. De glans
wordt wat minder, de directie besluit
om ook roestvrijstalen bestekken te
gaan maken, onder de naam Durfine.
In de raad van commissarissen en in
de directie gaan stemmen op om te
komen tot een zekere concentratie in
de bestekindustrie. De jonge Begeer
en Anton van Kempen kiezen voor
een fusie van de zilverfabrieken Zeist
en Voorschoten. Dat is het begin van
een bijna voorspelbare ontwikkeling.
De twee voormalige concurrenten,
elk met zijn eigen belangen, slaan de
handen ineen, en niet uit sterkte. Jan
Steenbeek ervaart het als een slag in
het gezicht en verlaat het bedrijf Zijn
broer Joop ziet de fusie als onont-
koombaar
In 1960 is de zaak beklonken. Het
bedrijf gaat verder onder de naam
Koninklijke Van Kempen en Begeer
De naam Gerritsen, van de oude
oprichter Johannes, is verdwenen.
Aan het hoofd staat nu een raad van
bestuur waarin Van Kempen, Vos en
im'"
-ocr page 114-
Seijst
2001-IV
De emoties van het echte
De betekenis van het zilver zit dieper dan de omzet en
het bijzondere vakmanschap. De glans wekt emoties op.
De man vervoert zijn vrouw met zilveren sieraden, de
wijnkelk bij het avondmaal wijst naar zuiverheid van
het geloof, de Maltheser ridders brachten in hun hospi-
taal de reinheid met hun zilveren lepels en schalen, wij
sieren de tafel met zilver en scheppen de sfeer van een
feest.
Dat is het handwerk van de echte zilversmid die zijn
vak liefheeft, voor wie echt ook echt is, en die geen
genoegen neemt met namaak. Die overtuiging had Albert
Gerritsen met zijn werk aan de Karpervijver Hij verzette
zich tegen benamingen als Gerozilver als vlag op ver-
keerde lading. Pas na de oorlog kwam er een nieuwe
warenwet die de zaken zuiverde. Gero heeft het daarna
nog geprobeerd met echt zilver, maar de geur van die
zuiverheid hing niet in het bedrijf de juweliers zagen er
niets in, de productie werd gestaakt.
Sela is nu het enige restant van de erfenis van de oude
Johannes Gerritsen. Zijn kleinzoon Bert de enige erfge-
naam, en ook hij heeft de verleiding niet kunnen weer-
staan om naast het stalen bestek toch ook het zilver in
ere te herstellen.
van de productie-afdelingen verloopt
voorspoedig en er wordt met vaart, en
met succes, gewerkt aan een nieuwe
collectie. In 1969 verlaat De Vries de
zaak, hij gaat voor eigen risico het
poetsmiddel Hagerty verkopen. In de
raad van bestuur blijven nu Begeer en
Steenbeek over. Dat gaat niet goed,
strategische beslissingen lopen stuk op
persoonlijke overwegingen en in het
voorjaar van 1970 constateert Begeer
officieel dat er sprake is van
'incompatibilité d' humeur'. Hij
rapporteert dat aan commissarissen en
Joop Steenbeek moet vertrekken.
Twee jaar later begint de aftakeling
van de hele onderneming. Er wordt
nog gepraat met Gero over een fusie,
maar dat loopt stuk op de persoonlijk-
heden van de aanvoerders. Nomen
est omen. Aan het eind van de jaren
zeventig is de onttakeling in volle
gang. De glans van het zilver was
verdwenen, net als die van het
nikkel. Wrijven hielp niet meer.
Zo kwam er een triest einde aan
een eens zo bloeiend bedrijf, dat bijna
een eeuw werk en welvaart in Zeist
heeft gebracht, en een deel van zijn
geschiedenis is geworden. Het voor-
gebouw van Van Kempen en Begeer
aan de Karpervijver is een beschermd
-ocr page 115-
2001-IV
monument geworden, waar nu
andere bedrijven achter zitten, het
pand van Gero aan de Prins
Alexanderweg is gesloopt. Het bedrijf
in Coevorden werd overgedaan aan
een bedrijf dat auto-accessoires
maakt.
Het is bijna een axioma dat de
geschiedenis van een familiebedrijf
wordt bepaald door de opvolging.
Johannes was de stichter, meer
edelsmid dan zakenman, zijn zoon
Albert was de geboren leider, die het
bedrijf groot maakte. Diens zoon
Hans was in de wieg al voorbestemd
om de zilverfabriek later te gaan
leiden. Hij was de enige zoon van
Albert, en hij had heel andere
aspiraties. Toen dit Albert duidelijk
was geworden, werd dat het hoofd-
motief voor zijn vertrek uit de
zilverfabriek in 1939. De fabriek
verloor haar leider.
Anton van Kempen had zijn zoon
Ton ook gezien als directeur, maar dat
bleek in de praktijk niet haalbaar.
Toen Begeer met de fusie binnen-
kwam, werd de naam Gerritsen en
Van Kempen veranderd in Van
Kempen en Begeer. De naam
Gerritsen verdween. Het huwelijk
van Begeer bleef kinderloos, hij miste
een opvolger.
In het beeld dat Begeer en Van
Kempen hadden van de directie van
de zilverfabriek, paste geen Gerritsen.
Joop Steenbeek was een halve
Gerritsen en moest in 1970 vertrek-
ken. Hij werd beeldhouwer/schilder
en maakt sindsdien bronzen beelden,
mozaïeken en portretten.
De geschiedenis is dus verteld,
maar het zou jammer zijn als Zeist het
daar bij laat. Een bronzen maquette
brengt ons de volgende boodschap
'Tientallen jaren waren Zeist en de
zilverindustrie syrvmiem. Een eeuw terug
vestigde de zilversmid J.A.A.Gerritsen
zich aan de Zeister Karpervijver Het zou
het begin zijn van drie bloeiende
:j:ilver-
en bestekfabrieken in Zeist: Gerritsen/
Gerritsen en Van Kempen, Gero en Sola.
Op hun hoogtepunt, eind jaren vijftig,
boden deze fabrieken werk aan bijna
2500 mensen. Nu glanst in Zeist enkel
het Sola-zilver nog maar Zeist, zilver en
bestekfabrieken, loten van één stam
'
Het begon in 1903. In 2003 is het
honderd jaar geleden dat de
Gerritsens zich in Zeist vestigden. Een
jaartal dat glans kan krijgen door aan
dat zilver terug te denken en het een
plaats te geven in de geschiedenis van
de stad.
Het zou goed zijn, en waardevol, als
er een initiatief van de grond kan
komen om de betekenis van het
Zeister zilver vast te leggen in een
blijvende expositie.
PJ. Prins
BRONNEN
Dr. W,D. Voorthuysen, Het Zilveren Feest
Mensen in Zilver, Van Kempen en Begeer
J. C. Steenbeek, oud-lid van de Raad van bestuur van Van
Kempen en Begeer en oud-directeur van de vestiging in
Coevorden
-ocr page 116-
jïJih-Str <f^'
Van Rhijn
notarissen
Woudenbergseweg 5
Postbus 70
3700 AB Zeist
Telefoon (030)692 08 66
Telefax (030) 692 51 76
NOTARISSEN:
mr W.H.M. Fransen
mr F.G. Bakker
mr M.M. Elings-van Hooidonk
Als de notaris met u meekijkt
ziet u meer!
-ocr page 117-
stuk korter, maar ook daarbij gold
dat de bezochte plaatsen nauw
betrokken waren (en, naar we
hopen, zijn) bij het werk van het
ZHG.
Sport was nooit een sterk punt van
aandacht bij onze historische
vorsers, maar dit jubileum heeft de
aandacht gevestigd op de grote
betekenis die er aan gehecht moet
worden, gezien de zeer grote
aantallen Zeistenaren die door de
jaren heen hierbij waren betrokken.
Om dit nog eens te accentueren
was er tijdens rit en wandeling (of
gewoon zomaar) de mogelijkheid
om kennis te maken met een sport
die zich in Zeist niet op enige
histohe kan beroepen: het kaatsen.
Deze Friese sport werd gedemon-
streerd door Hiiversummers waar-
van we alleen maar kunnen vast-
stellen dat ze, gezien hun enthou-
siasme, ten minste één druppel
Fries bloed de man moeten heb-
ben.
Dit deel van het programma werd
afgesloten met een bezoek aan het
oude buiten Schoonoord, waar het
Openbaar Zeister Lyceum en VBO/
Mavo "Schoonoord" zijn gevestigd.
De fraaie kantine van de
scho(o)l(en) fungeerde als de plaats
waar de vermoeide deelnemers
weer op krachten konden komen
en tegelijkertijd een onofficiële
voor-vertoning (sneak preview
zeiden sommigen omdat het
eigenlijk nog niet mocht) van de
sportfilm. Wel op klein formaat,
zodat er voor de dinsdag nog .
genoeg te genieten overbleef
De dag werd besloten met een
uitermate levendige receptie waar
alle lagen van de Zeister samenle-
ving, dus vooral ook de sport-
minnaars, acte de présence gaven.
Het hoogtepunt was daarbij de
officiële presentatie van het boekje
met sportinterviews dat ter gele-
genheid van het thema van de
jubileumviering was samengesteld.
Jubileumviering
De viering van het 50-jarig bestaan
van het ZHG vond plaats op zater-
dag 22 september, met diverse
activiteiten en de receptie, en op
de daarop volgende dinsdag, met
de première van de sportfilm.
Wat menigeen had gevreesd,
gebeurde niet; zaterdag was over-
wegend droog, zodat er zonder al
te veel bezwaren kon worden
gefietst en gewandeld. De datum
zat het ZHG niet helemaal mee,
want diezelfde zaterdag was het
Nationale Fietsdag, die ongetwij-
feld een aantal potentiële deelne-
mers wegkaapte. Maar niettemin
was het een geslaagde rit langs
diverse historische plaatsen die u
voor het overgrote deel wel zult
kennen, maar die voor deze
jubileumviehng toch symbolisch
waren als de hoofdrolspelers in de
50 jaren van het koesteren van de
lokale historie.
De wandeling was uiteraard een
-ocr page 118-
BERICHTEN UIT DE VAN DE POLL-KAMER
Vermoeid en voldaan togen be-
stuur en medewerkers van het ZHG
vervolgens, alweer symbolisch,
naar het clubgebouw van Golfclub
"De Pan" om daar in een puur
sportieve en exclusieve omgeving
hun jaarsalaris, zijnde een prima
maaltijd in ontvangst te nemen.
Tenslotte bleek de dinsdagavond in
Figi, met de première van de film
een boeiende voordracht van de
heer De Heer over de sport-
ontwikkeling in ons land van de
afgelopen 50 jaar, drukker bezet
dan aanvankelijk werd gevreesd.
Het ZHG kan terugzien op een
geslaagde jubileumviering die door
een grote groep mensen was
voorbereid.
staat vast, evenals dat dat allemaal
inderdaad succesvol werd afge-
werkt.
J.L. Verbeek
Reetifieatie_______________
Na verschijning van het september-
nummer (Seijst 2001 -III) bleek dat
in het artikel van de
paardenstoeterij (door Leo Visser)
aan de Driebergseweg in navolging
van vier door hem geciteerde
bronnen de naam Van de Haar ten
onrechte geschreven werd als Van
der Haar.
Iedereen is al ergens met naam en
toenaam genoemd, dus wij achten
het niet onze taak dat allemaal hier
te herhalen. Maar dat er met
overgave en inzet van veel energie
gewerkt v/erd naar een mooi feest