lan öp poU-^ttrI|ttng 2ptHt
|
||||
IZt laargang, maart 19B2, nummer 1
|
||||
Bulletin van de Van de Poll-Stichting
voor de Zeister geschiedenis
12e jaargang, maart 1982, nummer 1
|
||||||||
Redacteur:
K. Scharten, Oirschotlaan 11
Dagelijks bestuur der Stichting:
Drs H.J. Eijsink,
voorzitter. Oranje Nassaulaan 3
Mr dr A.A.H. Stolk,
vice-voorzitter, Krullelaan 28
Mr dr V.A.M, van der Burg,
secretaris, Griffensteijnselaan 77
Dr J. Meerdink,
tweede secretaris. Laan van Beek en Royen 2
L. Visser,
penningmeester, Lommerlust 17;
postgiro: 3.840.383 t.n.v. de
Van de Poll-Stichting; bank: Algemene Bank Nederland
te Zeist (postgiro 30.549), t.g.v. rekening 55.86.18.049 van de Van de Poll-Stichting Drs Th.G.P.M. Ruijs,
tweede penningmeester. Jufferstraat 36
|
||||||||
Archief: het Slot, Zinzendorflaan 1
Het archief der Stichting is geopend op; dinsdag van 10.30 - 15.00 uur woensdag van 10.00 - 12.00 uur |
||||||||
f
|
||||||||
Jaarverslag november 1980 tot en met november 1981
Vrijdag 19 december 1980 kwam de Raad van Beheer in
het Slot bijeen. In deze vergadering kwamen vooral de activiteiten van de werkgroepen ter sprake, met name van de werkgroep plaatselijke monumentenlijst en de excursiecommissie. Daarnaast werd gesproken over de publikaties en lezingen. Vrijdag 30 januari 1981 kwam het dagelijks bestuur
bijeen ten huize van de vice-voorzitter. De vergade- ring was gewijd aan de opvolging van de secretaris, mr dr H. Emmer, die aankondigde te willen bedanken per 1 juli 1981. Afgesproken werd dat vanaf die datum mr dr V.A.M, van der Burg, de tweede penningmeester, het secretariaat zou waarnemen. Als opvolger van de tweede penningmeester zou drs Th.G.P.M. Ruijs voorgedragen worden. Voorts deden in deze vergadering de dames Mol- len en Bertoen verslag van hun werkzaamheden. De heer Meerdink berichtte over zijn activiteiten als lid van de begeleidingscommissie plaatselijke monumentenlijst. Tenslotte werd besloten tot de reducering van de prij- zen van een aantal publikaties van de Stichting. Op 16 mei vond de excursie plaats naar IJsselstein,
waar het stadhuis met museum, de grote kerk en de kas- teeltoren werden bezocht. Woensdag 3 juni hield de provinciaal archeoloog, drs
W.J. van Tent, in het Slot een lezing over het onder- werp: "Het werk van de provinciaal archeoloog met name in de provincie Utrecht". Op de Historische Dag van de Stichtse Culturele Raad te Rhenen op 30 mei was onze Stichting door de dames Mollen en Bertoen vertegenwoor- digd. Vrijdag 19 juni vergaderde het dagelijks bestuur ten
huize van de vice-voorzitter. In deze vergadering werd afscheid genomen van de eerste secretaris mr dr H. Emmer, die 13 jaar deze functie bekleed heeft. De heer Emmer gaf als zijn wens te kennen lid van de Raad van Beheer te willen blijven. De Stichting is de heer Emmer veel dank verschuldigd voor het in de afgelopen jaren |
||||
verrichte werk. Vanaf 1 juli treedt als waarnemend
eerste secretaris mr dr V.A.M, van der Burg op. Voorts werd besloten tot publikatie van het boek: "De molens van Zeist" van dr K.W. Galis. Tevens kwam aan de orde de kwestie van de voortgang van de uitgave van de "Bronnen voor de Geschiedenis van Zeist", Ten- slotte vond een eerste gedachtenwisseling plaats over de opzet van de "Open dag" op 12 september a.s. Dinsdag 28 juli vergaderde het dagelijks bestuur in
het Slot over de voortzetting van de uitgave van de "Bronnen". Besloten werd de gepensioneerde ambtenaar mr F. Doeleman te Utrecht te benaderen met het ver- zoek dit werk op zich te nemen onder begeleiding van de heren Andries en Graafhuis, beiden verbonden aan de Gemeentelijke Archiefdienst te Utrecht. Tevens werd een afrondende bespreking gehouden m.b.t. de "Open dag" van 12 september a.s. De nadere uitwer- king van deze activiteit werd gedelegeerd aan de he- ren Stolk, Van der Burg, Visser en Ruijs. Zaterdag 5 september vond de dagexcursie plaats
naar Bunschoten en Spakenburg. De "Open dag" op 12 september van 10.30 tot 17.00
uur in het Slot is een succes geworden. Meer dan 500 mensen bezochten het Slot, waar de kamer van de Van de Poll-Stichting voor het publiek was opengesteld. Tevens was een tentoonstellingszaal ingericht met een keur uit de verzameling van de Van de Poll-Stichting: de iconografische atlas, de geografische kaarten, de ansichten, de krantenknipsels en de aanwinsten van de afgelopen jaren, alsmede voorwerpen betrekking heb- bende op de familie Van de Poll. Op deze wijze vierde de Stichting het 30-jarig bestaan. Ook een wandeling door oud-Zeist was georganiseerd, waarin de kerk van de Broedergemeente en de N.H. kerk aan de Eerste Dorpsstraat waren opgenomen. Tevens werden er op die dag in het Slot extra rondleidingen gehouden. Zonder de medewerking van de Zeister Kunststichting en de dames Mollen en Bertoen was deze activiteit van de |
||||
Stichting onmogelijk geweest. Rond de "Open dag"
verschenen in de plaatselijke pers artikelen die de aandacht voor het werk van de Van de Poll-Stichting vroegen. Die dag meldden zich ook nieuwe contribuan- ten. De opening vond plaats om 10.30 uur door de vice-voorzitter, Aan de auteur van "De molens van Zeist" werd toen het eerste exemplaar aangeboden. Op woensdag 4 november vergaderde het dagelijks
bestuur weer in het Slot ter voorbereiding van de vergadering van de Raad van Beheer. De Stichting is de dames Mollen en Bertoen voor hun werkzaamheden grote dank verschuldigd. De iconografische atlas is goeddeels opgezet. De documentatie is bijna geheel bij. Ook de andere archiefwerkzaamheden maken goede vorderingen. Met het opstellen van een toegankelijke catalogus van de bibliotheek is een begin gemaakt. Genoemde dames en de heer K. Scharten ontvangen op dinsdagmorgen en woensdagmorgen in het Slot regel- matig bezoekers. Zij verstrekken aan hen ook de no- dige inlichtingen. Er zijn in de verslagperiode weer vier "Bulletins"
verschenen. Aan de heer K. Scharten is de Stichting voor zijn redactiewerkzaamheden grote dank verschul- digd. Het aantal contribuanten vertoont de zo gewenste
stijging en bedraagt thans 436. V.A.M, van der Burg
wnd eerste secretaris |
|||||
Verslag van de Archeologische Werkgroep over
1980/1981 Reeds werd in het verslag over 1980 - niet gepu-
bliceerd in ons Bulletin - vermeld, dat in dat jaar het terrein-verkennen in onze gemeente - en aangren- zend oostelijk gebied - grotendeels stillag. |
|||||
Het zoeken naar meer grafheuvels dan de al ontdekte
twintig in de buurtschap Austerlitz werd toen be- ëindigd; met toestemming van Staatsbosbeheer en in presentie van de provinciale archeoloog, de heer W.J. van Tent, werden evenwel in 1981 twee van die heuvels onderzocht en hoewel echte vondsten (scherven e.d.) niet werden aangetroffen, was datering in de IJzer- tijd (o.a, door de plaggen-opbouw van êên der tumuli) mogelijk (500 - O v. C). Bovendien werden nog een tweetal hogere grafheuvels - voornoemde heuvels zijn namelijk maximaal 50 cm hoog - gevonden, welke ver- moedelijk uit de oudere Bronstijd (2000 - 500 v. C.) afkomstig zijn. Interessant is - ook van elders be- kend - dat alle heuvels ongeveer op êên lijn liggen; misschien aan een prehistorische weg? 1) . Deze heu- velrij bevindt zich nabij de grens met de Leusderhel, waar reeds eerder prehistorisch materiaal (maalste- nen, tumuli enz.) is ontdekt, dat wil zeggen vooral tussen de 20 en de 30 meter hoogtelijnen in het dek- zandgebied. Op verzoek van de boswachterij werd een onderzoek
ingesteld, in 1980, naar sporen van het franse kampe- ment van generaal Marmont, waarbij men twee redoutes (vooruitgeschoven versterkingen - in dit geval van aarde - om het kamp te beschermen) vond. De boswach- terij wil ze herstellen en opnemen in een wandel- route. In datzelfde jaar had archief- en veldonder- zoek plaats naar de historie van Wallenburg, ook in die omgeving gelegen. In 1981 is de aarden omwalling onderzocht, waarbij werd geconstateerd, dat deze wel drie a vier maal was verhoogd. Ook wat scherven zijn aangetroffen, evenals - binnen het omwalde terrein - fundamenten van gebouwen. De afdeling Utrecht e.o. van de Archeologische Werkgemeenschap voor Nederland (A.W.N.), met name de "zandgronden-werkgroep", welke bovengenoemd speurwerk verrichtte, wil t.z.t. over een en ander een publikatie doen verschijnen. dr K.W. Galis
|
||||
1) zie ons Bulletin X, 1980, pag. 6. En de illustra-
ties in "Verleden Land", Amsterdam, 1981, pag. 51 en 62/63. Verslag excursiecommissie
In 1981 werden twee excursies georganiseerd, te
weten op zaterdag 16 mei een middagtocht naar IJsselstein en op zaterdag 5 september een dagexcur- sie naar Bunschoten en Spakenburg. Financieel overzicht
Saldo per 1 januari 1981 ƒ 36,84
Excursie op 16 mei:
39 deelnemers a ƒ 15,— ƒ 585,—
onkosten " 502.50 voordelig saldo " 82,50
+ ƒ 119,34
Excursie op 5 september: 35 deelnemers a ƒ 29,— ƒ 1.015,—
onkosten " 1.117,50 nadelig saldo - " 102,50
Saldo excursies + " 16,84
Rente excursierekening '^______1,97 Saldo per 1 november 1981 ƒ 18,81
|
|||||
L. Visser
|
|||||
Verslag werkgroep tentoonstellingen 1981
a. Open dag
Ter gelegenheid van het 30-jarig bestaan van de Van
de Poll-Stichting is op 12 september in het Slot een "Open dag" gehouden. In dat kader is een overzichts- tentoonstelling georganiseerd van de verschillende verzamelingen, welke in de loop der jaren door onze Stichting opgebouwd zijn: zo konden de bezoekers van de "Open dag" inzage krijgen in de bibliotheek, de topografische atlas, de kaarten en de krantenknip- sels. Naast deze algemene informatie werd in de expositie
ook ingegaan op drie specifieke thema's, te weten: - "het oudste gedeelte van Zeist" (onder welk thema
ook de bewoners van het huis "Beek en Royen", de familie Van de Poll); - "de zeister molens" (in verband met het dezelfde
dag verschenen boek van dr K.W. Galis); - de zeister muziekverenigingen.
Het eerstgenoemde thema was zodanig opgezet, dat
aan de hand van foto's als het ware een wandeling door het verleden gemaakt werd, beginnend bij het Slot, langs de Brouwerij, over de Karpervijver, door het oude dorp met de Oude Kerk en - via het Broeder- en Zusterplein - weer terug naar het Slot. Om te laten zien wat er nog van dit oude Zeist resteert, was tevens een werkelijke wandeling opgezet, waartoe aan de bezoekers een speciaal voor deze dag geschre- ven routebeschrijving werd uitgereikt. De route en tekst zijn mede ontleend aan de historische wande- ling, welke de V.V.V.-Zeist regelmatig organiseert. Ook van de heer Blijdenstein (kunsthistoricus bij de gemeente Zeist) ontvingen we gegevens ten behoeve van deze routebeschrijving. Gedurende de "Open dag" be- |
||||
stond tevens de mogelijkheid, de Oude Kerk en de
kerk van de Evangelische Broedergemeente te bezich- tigen; de betrokken gemeentes waren zo bereidwillig hieraan hun medewerking te verlenen. Aan deze "Open dag" hebben verschillende sympathi-
santen van de Van de Poll-Stichting meegewerkt. Met name dienen daarbij de dames Bertoen en Mollen ge- noemd te worden, die de selectie van het algemene materiaal voor haar rekening genomen hadden en de heer Halberstadt, die betrokken was bij het voor- bereiden van het thema "het oudste gedeelte van Zeist", evenals bij de beschrijving van de histo- rische wandeling. Bij de inrichting van de expositie dient - naast de inzet van de hiervoor genoemden en van verschillende leden van de Raad van Beheer - niet onvermeld te blijven de medewerking van de Zeis- ter Stichting voor Kunst en Cultuur. b. Expositieruimte in de toren van de Oude Kerk
Door de Van de Poll-Stichting wordt momenteel de
mogelijkheid onderzocht de uit de 12e eeuw daterende toren van de Oude Kerk in te richten als permanente - zij het alleen op aanvraag te bezoeken - exposi- tieruimte. Wij hopen in het volgende verslag hier- over meer te kunnen berichten. Th. Ruijs
Portret ritmeester Jhr E. de Pesters Bij mijn artikel: Zeist en het geslacht de Pes-
ters, Bulletin (II), 1981, blz. 21 e.v. was op blz. 38 een portret van een onbekend lid van het geslacht De Pesters gevoegd. Mr E.J. Wolleswinkel, wetensch. medew, van de Stichting Iconographisch Bureau te 's-Gravenhage heeft mij bij schrijven van 26 juni 1981 bericht dat het portret betreft Jhr Ernestus de Pesters (1808-1895) geschilderd door de Utrechtse schilder Jonxis. Mr Dr V.A.M, van der Burg
|
|||||
SI
|
|||||
Fragment-genealogie van het schoutengeslacht Van Dam
te Zeist I. Inleiding
Zoals Ik reeds eerder opmerkte, behoeft het schou-
tengeslacht Van Dam te Zeist nadere beschouwing (1). Dit geslacht heeft in de Hoge en Vrije Heerlijkheid Zeist en andere Heerlijkheden in de omgeving zoals Driebergen, Cattenbroek en Papedorp tal van ambten bekleed. Bovendien bestaat er een familieband met de eerste burgemeester van Zeist F.N. van Bern (1786- 1851). De eerste twee generaties van dit geslacht Van Dam zijn koster en schoolmeester. Aangezien de koster meestal tevens voorzanger en doodgraver was, bekleed- den deze generaties in Werkhoven en Zeist een cen- trale plaats binnen de N.H. gemeenschap. De derde generatie verwerft veel onroerend goed te Zeist, o.a. dat van het geslacht De Waal. De eerste burgemeester van Zeist kan beschouwd worden als êên van de groot- ste grondbezitters binnen deze gemeente. De genealo- gie van het geslacht Van Bern (2) is gepubliceerd in "De Nederlandsche Leeuw". Ik heb slechts burgemeester Van Bern in de fragment-genealogie Van Dam gepast. II. Genealogie
I. Helmert van Dam, begr. (N.H. kerk) Werkhoven
(graf 16 januari 1758 op andere naam geboekt), koster en schoolmeester te Werkhoven (1700-1744) (3), tr. Geertruij Jans de Bruijn. Uit dit huwelijk 10 kinde- ren, Geref. gedoopt te Werkhoven (4), waaronder: II. Jan van Dam, ged. (Geref.) Werkhoven 11 septem-
ber 1712; koster en schoolmeester (1737-1778) te Zeist; secretaris van de Hoge en Vrije Heerlijkheid Zeist en Driebergen sedert 1740; secretaris en schout van het gerecht Cattenbroek; woonde te Zeist in de |
|||||
lÖ
|
|||||
Zeisterstraat (thans Dorpsstraat); overl. Zeist 26
october 1778, begr. Zeist (Oude Kerk) 2 november 1778 (5), tr. Zeist (Geref.) 18 oktober 1738 Jan- nitje van Mierloo, begr. Zeist (Oude Kerk) 27 maart 1797 (6). Uit dit huwelijk:
1. Wouter van Dam, ged. (Geref.) Zeist 4 october
1739; kerkmeester; schout van de Hoge en Vrije Heer- lijkheid Zeist 1787-1797 en 1802-1810; maire van Zeist 1810-1813; secretaris van de Hoge en Vrije Heerlijkheid Driebergen; schout van het gerecht Stoetwegen; overl. Zeist 12 october 1813. Gehuwd. Uit dit huwelijk: kindje van Wouter van Dam, begr.
Zeist (Oude Kerk) 30 october 1780. 2. Helmert van Dam, ged. (Geref.) Zeist 12 november
1741, begr. Zeist (Oude Kerk) 25 augustus 1742. 3. Geertruijd van Dam, ged. (Geref.) Zeist 23 juni
1743; schonk twee avondmaalschalen aan de Oude Kerk te Zeist in 1820; overl.? Ongehuwd (10). 4. Helmert van Dam, ged. (Geref.) Zeist 18 april
1745. 5. Maria van Dam, ged. (Geref.) Zeist 25 juni 1746.
6. Willem van Dam, ged. (Geref.) 4 januari 1750, se-
cretaris van de Hoge en Vrije Heerlijkheid Zeist; schout van het gerecht Cattenbroek; schout en secre- taris van het gerecht Rijsenburg; grondeigenaar te Zeist; begr. Zeist 25 februari 1806 (7), tr. Drie- bergen (Geref.) 2 juni 1789 Dina van Wijck. Kinder- loos? 7. Jannitje van Dam, ged. (Geref.) Zeist 5 maart
1752, overl. Wijk bij Duurstede 1 augustus 1800, tr. Zeist 28 november 1785 Nicolaas van Bern, ged. (Ge- ref.) Wijk bij Duurstede 2 september of 2 november 1742; raad in de vroedschap 1788-1790; burgemeester van Wijk bij Duurstede 1791-1792; kameraar en sche- pen; regent van het Ewoud's en Elisabeth's gasthuis te Wijk bij Duurstede in 1807; overl. Wijk bij Duur- stede 6 october 1819, zoon van Frans en Maria - |
|||||
11
|
|||||
Knijff.
Uit dit huwelijk werden 5 kinderen geboren, waar-
onder : Frans Nicolaas van Bern, geb. 30 september, ged.
(Geref.) Wijk bij Duurstede 8 october 1786; 12 octo- ber 1805 theologisch student te Utrecht (studie verm. onvoltooid) ; 1806 schout van het gerecht Cattenbroek en adjunct-schout van Zeist; 1812 schout van Zeist, Cattenbroek, Sterkenburg, Driebergen en Rijsenburg; maire van Zeist 1811 (tijdelijk); burgemeester van Zeist 1814-1850; lid van provinciale staten van Utrecht; kerkmeester van de Oude Kerk te Zeist; be- woonde sedert 1829 huize "Weltevreden" aan de Utrechtseweg te Zeist; grondeigenaar te Zeist (11); overl. Zeist 16 augustus 1851. tr. I Utrecht (ondertrouw 26 augustus) 1814 Johanna
Maria van Mariënhoff, geb. in 1790, overl. Zeist 11 augustus 1815 (12), dr van ds Jacobus en Anna Maria Wolterbeek. tr. 2 Purmerend 12 juni 1834 Jacoba Anna van Goor
Hinloopen (13), geb. Purmerend (?) in 1796, overl. Zeist 8 februari 1880, dr van Cornelis en Clara Eli- sabeth Walbeek. Uit het eerste huwelijk één dochter.
Uit het tweede huwelijk geen kinderen.
8. Catharina Henrica van Dam, ged. (Geref.) Zeist 2
juni 1754, begr. Zeist (Oude Kerk) 4 november 1791. Ongehuwd. 9. Wijnanda Anna van Dam, ged. (Geref.) Zeist 1 mei
1757, woonde in 1818 nog te Zeist in de Zeisterstraat (thans Dorpsstraat), overl. ? Ongehuwd. mr dr V.A.M, van der Burg
Aantekeningen
1. V.A.M, van der Burg, Zeist en het geslacht De Pes-
ters. Bulletin van de Van de Poll-Stichting voor de |
|||||
12
|
|||||
Zeister geschiedenis (2) 1981, blz. 23-24.
2. H.W.M.J. Nieuwenkamp, Van Bern, De Nederlandsche
Leeuw XLII (1924), kol. 379 (vraag); dezelfde. Bij- drage tot de genealogie van het geslacht Van Bern te Wijk bij Duurstede, De Nederlandsche Leeuw XLIX (1931), kol. 143-146. 3. E.P. de Booy, Lijst van Utrechtse Dorpsschool-
meesters, Gens Nostra XXVII (1972), blz. 310-311. 4. RA Utrecht, Doopboek Geref. Werkhoven. Van mr
P.J. Verdam te Bilthoven ontving ik talrijke gege- vens Van Dam, waarvoor mijn hartelijke dank. 5. H.J. van Eekeren, De Oude Kerk te Zeist, Deel
III, Zeist 1976, blz. 227. Het betreft graf nr 9. Zie ook Lijst van "grafsteeden" (eigen graven) met de namen van hen, die erin begraven zijn, opgemaakt uit de "doodenlijsten" en jaarrekeningen 1728-1805 door H.J. van Eekeren. October 1963 in archief van de Van de Poll-Stichting, collectie persberichten 140. 6. Idem.
7. H.J. van Eekeren, De Oude Kerk te Zeist, Deel I,
Zeist 1974, blz. 58. 8. RA Utrecht, Driebergen, Geref. Huwelijken 1674-
1812. 9. H.J. van Eekeren, De Oude Kerk te Zeist, Deel I,
Zeist 1974, blz. 58. 10. H.J. van Eekeren, De Oude Kerk te Zeist, Deel
11. Zeist 1975; blz. 180-181 vermeldt ten onrechte
als geboortedatum 23 october 1793. 11. Hij bezat onder andere Huize "Schaerweyde" aan
de Utrechtseweg te Zeist. Dit goed had hij verworven als erfgenaam van zijn oom Willem van Dam. Vgl. K.W. Galis, Huize "Schaerweyde" (slot). Bulletin van de Van de Poll-Stichting (3) 1973, blz. 62 en 63. Bij dit artikel is ook het portret van burgemeester F.N. van Bern (1786-1851) afgedrukt op blz. 64. 12. H.J. van Eekeren, De Oude Kerk te Zeist, Deel I,
Zeist 1974; blz. 58 vermeldt haar begrafenis op 18 |
|||||
13
|
|||||
augustus 1815.
13. Zij stichtte in 1864 het Protestantse Weeshuis te
Zeist aan de Slotlaan dat in 1958 werd afgebroken. Vgl. H.L.L. van Hoogenhuyze en W. Grapendaal, Zeist in oude ansichten, 3e druk, Zaltbommel 1975, blz. 93. |
||||||||||||||||
mm
|
||||||||||||||||
"P»^ii!*W-"
|
||||||||||||||||
^
|
||||||||||||||||
s^^- .4^./.^/....
|
||||||||||||||||
Overlijdensakte Wouter van Dam, overl. 12 october 1813
|
||||||||||||||||
14
|
||||||||||||||||
15
|
|||
De Brouwerij
De terzijde van het Slot gelegen zogenaamde Brouwe-
rij is als koetshuis en stalling samen met het Slot verrezen en dateert derhalve uit het laatste kwartaal der 17e eeuw. We vinden haar op de grote gravure met het perspectiefgezicht van het Slot en zijn tuinen (1718) van Stoopendaal-Visscher reeds ingetekend. Ook op een der kleinere gravures uit dit plaatwerk (nr 18: gezigt langs de vijver na de ingang van de Nieuwe Tuyn) staat de "Brouwerij" aangegeven. Na de verkoop door de graaf van Nassau van de Heer-
lijkheid Zeist aan Cornelis Schellinger in 1745, komt ook de "Brouwerij" aan deze Hernhutter. Een eerste gebruik dat dan van de stallingen gemaakt wordt is die van een voorlopig logies voor de ongehuwde broe- ders van deze gemeenschap. Ze vonden daarnaast, tot het Broederhuis voltooid was, ook op het Slot een on- derkomen. Maar de vroegere stallingen van de graaf van Nassau noemden ze "de stal van Christus" geboorte indachtig: "Bethlehem". Tot 1762 mogen we aannemen, dat het gebouw zijn
oorspronkelijke bestemming van stallingen en koets- huis heeft behouden. Dan wordt het anders. Cornelis Schellinger verhuurt zijn stallen aan de Diaconie der Broedergemeente om ingericht te worden tot een brou- werij en ten profij te van die Diaconie te worden geëx- ploiteerd. Het huurcontract van 4 februari 1762 bevindt zich in het archief der Broedergemeente. Er blijkt uit dat er nogal wat verbouwd moet zijn aan de stallen, voor zij tot brouwerij geschikt worden. Er zullen ook enige bouwsels zijn bijgeplaatst, zo- als latere kaarten uitwijzen. Begrijpelijk overi- gens. De huidige vorm van het bestaande gebouw zal dan ook wel grotendeels uit de zestiger jaren der 18e eeuw dateren. |
|||||
16
|
|||||
Onder Diaconie moet men overigens niet alleen de
gebruikelijke "armenzorg", zoals deze bij andere kerkgenootschappen bestaat, begrijpen, al valt deze zorg er ook wel onder. Ze omvat veel meer een groot deel van het economische reilen en zeilen; het "on- dernemen" van de gemeente valt eronder. Als beginkapitaal wordt door acht vooraanstaande
gemeenteleden ƒ 2.500,— geleend. Dat geld is nodig "om de Brouwerij zelf in gehoorlijken stand te bren- gen en ook het nodige Mout en andere behoeftens ter behoorlijke tijd te kunnen koopen". Deze brouwerij is tot even na de franse tijd in
bedrijf geweest, maar moet wel moeilijke tijden be- leefd hebben in het eind der 18e eeuw en het begin der 19e eeuw. In een verslag van 1813 lezen we dat zij twee arbeiders in dienst heeft, die 16 stuivers dagloon verdienen en dat de bruto-jaarproduktie ƒ 1.200,-- bedraagt. Als grondstoffen worden gebruikt: inlandse gerst
ter waarde van ƒ 600,— en gelderse hop, waarde ƒ 80,~. Sinds 1801 is de fabriek buitengewoon sterk terug-
gegaan en in 1815 staat zij stil. Hoe dit ook zij, in 1818 bij de openbare verkoop van de goederen der Heerlijkheid Zeist voor de notarissen Stevens te Utrecht en Karsseboom te Zeist is de brouwerij nog steeds aanwezig en in eigendom van de ambachtsheren van Zeist, de gebroeders Van Laer. In het veilingboek- je staat zij omschreven als: "de gebouvzen, te voren tot stallinge van het Slot geschikt, nu tot eene Mouterij en Bierbrouwerij ingerigt, met annexe groo- te Stallinge en Koetshuis, item kleine Stallinge Loodsen en Daghuurders Wooninge, Bergschuur en ver- der toebehoren, mitsgaders Tuin en Grond daarbij en aangelegen, ter zijde van het Slot van Zeijst, de Blikkenburger Vaart en zoogenoemde Carpervijver, zijnde de Gebouwen tot Wooningen ingericht, in ge- |
|||||
17
|
|||||
deeltens verhuurd aan Johannes van Dijk, Arie van
Rijn en Frans Marsveld, tot 1 november 1818, de klei- ne stallinge aan den Weledel Geboren Heer M.L. Craey- vanger, tot 1 november 1818, en de Lootz aan P.C. van Calker en Comp. tot 1 mei 1819". Koper van dit alles - en van de Heerlijkheid Zeist - werd mr Coenraad
Willem Wijborgh, die intussen de Brouwerij "cum an- nexis" op 15 januari 1819 al weer van de hand deed. In 1818 werd er al geen bier meer gebrouwen - al wa- ren de ketels en verdere apparatuur nog wel aanwezig - P.C. van Calker en Comp. (een Broedergemeentelid
die een lijmkokerij had) heeft de loods (mogelijk de vroegere mouterij) gehuurd. De vier huurders van de (daggelders) woningen en ook van Calker mogen wonin- gen en loods tot 1 mei 1819 blijven gebruiken. De gereedschappen, ketels en verdere goederen tot de bierbrouwerij behoord hebbende, worden door verkoper Wijborgh niet van de hand gedaan. Koper van de ge- bouwen wordt Pieter Hendrik Brouwer, een bekend zeis- ter notabele, Broedergemeentelid, kaarsenmaker en zeepzieder. Hij zal de brouwerij ongetwijfeld voor. zijn bedrijf hebben ingericht en het is zeer goed mo- gelijk dat het schilderij dat het interieur van de zeepziederij voorstelt, betrekking heeft op de voor- malige bierbrouwerij. Het ongeveer uit de twintiger jaren van de vorige eeuw daterende schilderijtje be- vindt zich thans op het rentmeesterkantoor der Broe- dergemeente. >. Brouwer kocht brouwerij, bijgebouwen en grond voor
ƒ 5.200,—. De opbrengst aan huren bedroeg volgens het veilingboekje van 1818 ƒ 176,60, de lasten ƒ 10,55. In de loop der 19e eeuw zijn verschillende panden
op het Broeder- en Zusterplein en omgeving - in eigen- dom van particulieren - door de Broedergemeente aan- gekocht. Daarbij behoorde ook de "Brouwerij" waar de kaarsenmakerij en zeepziederij van P.H. Brouwer het |
||||
18
|
||||
op den duur niet heeft kunnen bolwerken. In onze
eeuw werden de gebouwen gedeeltelijk gebruikt als loodsen voor het tuingereedschap der Broedergemeente en woonde in de daghuurderswoningen - hierboven ge- noemd - een der tuinknechts van die gemeente. In het "hoofdgebouw" was een originele zeistenaar gehuis- vest: Willem Emelaar, een groot dierenvriend en ver- huurder van roeiboten voor vertier op de Slotvijver en de Zeister Grift. |
|||||||||
J. Meerdink
|
|||||||||
•ï .?'-Ö«|f» BiSrêmijwiè
|
|||||||||
De Brouwerij omstreeks 1935.
|
|||||||||
.19
|
|||||||||
20
|
|||
Austerlitz
Inleiding In dit artikel gaat het om het ontstaan van het dorp
Austerlitz, dat in 1811 werd toegevoegd aan de gemeente Zeist. Bij het horen van Austerlitz denken meer mensen aan
schoolreisjes naar de bekende speeltuin dan aan de slag In Zuid-Moravië waarnaar het plaatsje genoemd werd. Plaatsje klinkt al wat denigrerend. De franse gene-
raal, die het stichtte, had een stad voor ogen. Er is een decreet van 17 augustus 1806 van koning Lodewijk Napoleon dat spreekt van de "ville Austerlitz". Ik wilde mijn eigen Austerlitz
Met enige goede wil kan men in de buurt van Zeist een
historisch verband vinden tussen de zeeslag bij Trafal- gar en de Driekeizersslag in Zuid-Moravië. Daar kreeg in 1805 een franse legerplaats de naam Austerlitz. De troepen die er verbleven, waren bestemd voor de (afge- laste) inval in Engeland. Tsjechoslowakije, 2 december 1805 - Een sombere dag
voor het stadje Austerlitz. Het machtige leger van kei- zer Napoleon verslaat de troepen van Alexander I van Rusland en Frans I van Oostenrijk. De veldslag zal later worden beschouwd als de schitte-
rendste overvinning van Napoleon - éên van de markantste uit de krijgsgeschiedenis (1). Het wapenfeit staat bekend als de Driekeizersslag.
Enige jaren eerder had de franse luitenant-generaal
Auguste Frédéric Louis Viesse de Marmont, hertog van Ragusa (2), een nederzetting gesticht onder de rook van Zeist. Ook hij hoorde van het eclatante succes van Napo- leon in Tsjechoslowakije en zocht naar een manier om van zijn hulde blijk te geven. Hij had er ook behoefte aan de keizer te behagen. Napoleon had geen hoge dunk 21
|
||||
van de ijdele edelman uit Sicilië. Hij vertrouwde De Mar-
mont voor geen sou. Misschien niet ten onrechte: De man werd na Waterloo ervan beschuldigd dat hij Bonaparte had verraden (3). Maar in 1805 was Napoleon nog op het hoogtepunt van
zijn roem. Het leek de luitenant-generaal verstandig de keizer met een "geschenk" te verrassen. Om ook in Holland voor altijd de herinnering aan de slag bij Austerlitz te bewaren, noemde hij zijn eigen nederzetting naar het tsjechische plaatsje. Invasietroepen
Hoe was De Marmont ertoe gekomen bij Zeist een leger-
kamp te vormen? Op 20 februari 1803 arriveerden in het dorp Zeyst vier
compagnieën van het 8e regiment franse huzaren. Die be- trekkelijke kleine troepenmacht werd in mei van datzelfde jaar versterkt met een groepje specialisten: een kapitein en 88 sappeurs. De Bataafse Republiek (1795-1806) moest als Frankrijks
bondgenote zowel militairen leveren als toelaten (4). In maart 1804 werd op haar grondgebied het 2e keizerlijke legercorps onder bevel gebracht van eerder genoemde De Marmont. Het bestond uit zes regimenten franse infante- rie en twee regimenten franse cavalerie en soldaten van het bataafse (beroeps)leger. Bij elkaar 36.000 man. Daar- van waren er 22.000 (waaronder de manschappen die waren ingekwartierd in Zeyst) bestemd voor een aanval op Enge- land. Dat had Frankrijk op 18 mei 1803 de oorlog ver- klaard. Napoleon had een origineel plan voor een invasie: van-
uit Bayonne, Oostende, Antwerpen en Texel wilde hij troe- pen laten oversteken. De actie uit Texel was daarbij waarschijnlijk het meest spectaculair: de 22.000 soldaten zouden van dat eiland zee kiezen op vlotten (5). Napoleon durfde het aan na bemoedigende brieven van
zijn militaire adviseur Verhuell. Deze wees erop dat er Hollanders zouden meegaan, Hollanders die geen watervrees kenden. ,„., , . ;.,, „■ ^., ;x,^ • ,; i:jv,i',*.'-, yi; 22
|
||||
Aan Verhuell, een nederlands vlootvoogd, die de Brit-
ten haatte, schreef Napoleon terug: "U hebt me eraan herinnerd dat u het bloed hebt van Tromp en De Ruyter" (6). Maar de invasie ging helemaal niet door, na de neder-
laag die de franse marine leed bij Trafalgar, op 21 ok- tober 1805. Door dat echec wantrouwde Napoleon elke oorlogs-opera-
tie op zee. De invasietroepen in Holland, voorzover niet met de legermacht mee naar Moravië, lummelden wat lande- rig rond. Luitenant-generaal De Marmont kon alleen maar jaloers luisteren naar de avonturen van andere generaals die wel roem oogstten - o.a. bij Austerlitz. "Ik maak mijn eigen Austerlitz", moet hij hebben ge-
dacht . Militair vertoon
De Marmont had in de stad Utrecht zijn hoofdkwartier.
Hij was niet populair in Utrecht. Dat werd ook mevrouw De Marmont duidelijk. Bij de uitvoering van een Ita- liaanse opera schitterde de utrechtse society door af- wezigheid (7). Een krant die in Utrecht verscheen, aarzelde niet kri-
tiek te leveren op de hoge en langdurige kosten, die het verblijf van de franse troepen met zich mee bracht. De Marmont bestrafte de stad door de legering van een
regiment franse infanterie in alle huizen, zonder aan- zien des persoons. '^ Hij voerde bovendien nogal kostbaar militair vertoon
in: Bereden schildwachten, een opzienbarend nieuwtje, stonden voor de huizen van hoge officieren geposteerd en er werden geregeld parades afgenomen (8). De Marmont kende het verzet dat de voortgaande oorlo-
gen bij de Hollanders opriep, vooral wanneer er geld in het geding was. Hij probeerde, in opdracht van Napoleon persoonlijk, bij amsterdamse kooplieden een bedrag van twaalf miljoen florins te lenen - maar kreeg de kous op de kop (9). 23
|
||||
De verplichtingen die hij via belastingen aan de Ba-
taafse Republiek kon opleggen, wekten in alle lagen van de bevolking weerzin. De kosten van de franse aanwezig- heid werden op het voor die jaren gigantische bedrag geschat van ƒ 70.000.000,— (10). De gewone middelen bedroegen niet meer dan circa ƒ 30.000.000,—. Op straat zongen de mensen spotliederen op de franse
"bondgenoten": "Toen Willem regeerde, die boze guit
kochten we 't brood voor drie en een duit en onder de schelmse municipalen moesten we zes en een oortje betalen Doch nu we "vrije" Bataven heten moeten we soep a la maigre eten!" (11) Iedereen hoopte dat de franse manschappen van het in-
middels overbodig geworden invasieleger spoedig zouden verdwijnen. Liever kamp dan kazerne
Als om het tegendeel aan te tonen, liet De Marmont het
oog vallen op het grondgebied ten zuid-oosten van het dorp Zeyst. Hij bouwde liever een kamp dan een kazerne. Hij koos
een plek op hoge grond (10 tot 17,8 meter +AP), omdat hij uit Frankrijk was gekomen met een ingebouwde vrees voor wat Hollanders met water konden doen tegen een vijande- lijk leger. Op de militaire school te Brienne vertelde men schilderachtige verhalen over de Hollandse Waterlinie die in 1672 het leger van Lodewijk XIV buiten Holland hield (12). Het verzet van officieren tegen zijn plannen, onder
meer op grond van mogelijk gebrek aan drinkwater, werd afgewimpeld door de waterbouwkundige ingenieurs die tot zijn staf behoorden. Zij sloegen terstond een waterput. De luitenant-generaal dronk zelf het eerste glas kristal- heldere water. Hij liet prompt dertig bronnen graven (13). IK
|
||||
De pomp op het Dorpsplein te Austerlitz stond boven
een door de Fransen gegraven putten. |
|||||
25
|
|||||
Het dorp
Om elk van de dertig putten werden de tenten van de
verschillende legerafdelingen geplaatst. De Marmont in- stalleerde zich zelf in een grote witte tent, die de re- gering van de Bataafse Republiek speciaal voor hem had laten maken (14). Op 20 juni 1804 kon hij onder een stra- lende zon zijn 20.758 manschappen inspecteren (15). Maar nog voordat hij aan zijn middag-cognacje toe was,
werden zowel zijn stemming als de hemel verduisterd. Er barstte boven de legerplaats een noodweer los dat het ka- rakter aannam van een zondvloed. Het was een regenbui die dagen duurde. Het kamp veranderde, al lag het op een hoogte en op zand, zienderogen in een modderpoel. Meer dan 400 soldaten, niet gewend aan dergelijke barre
weersomstandigheden, meldden zich ziek. De legerarts liet de hoestende en proestende mannen in het hospitaal van Utrecht opnemen (16). Met enige wroeging herinnerde De Marmont zich de waarschuwing van Napoleon voor een vast legerkamp in het ongezonde "Nederland" - in een brief van 17 april 1804. Samengevat luidde die waarschuwing: Als we toch soldaten moeten verliezen - liever in de strijd tegen de Britten dan in een hollands hospitaal (17). De Marmont hield zijn leger overigens in optimale oor-
logsconditie - mede met oog op de eerder genoemde plan- nen voor een inval in Engeland. Filevorming in 1804
In de nog woeste omgeving werden dagelijks realistische
militaire oefeningen gehouden. In juli hield hij in het kamp, dat 500 meter breed en
drie kilometer lang was (zie pagina 34), een grote parade, waaraan bij toerbeurt de helft van zijn soldaten deelnam, terwijl de andere helft toekeek (18). Die parade was voor herhaling vatbaar. Ze bevielen de luitenant-ge- neraal zo goed, dat hij er een zondagse gewoonte van maakte. Dat was weldra in Utrecht bekend. Van heide en verre
kwamen de mensen naar het kamp van De Marmont (het "camp 26
|
||||
d'Utrecht", zoals het toen nog heette) om de kleurrijke
excercities te bewonderen. Het waren schitterende shows, met telkens ten minste 10.000 man in beweging, waarbij de tegenwoordige taptoes kinderspel zijn. Zoveel volk trok wekelijks naar de legerplaats, dat zich op de smal- le zandwegen rondom grote verkeersopstoppingen voorde- den. De eerste files in Utrecht (19). Kooplieden
Er braken gouden tijden voor handelaren, die goederen
aan het franse leger konden leveren, aan. Dankzij de hoge belastingen beschikte De Marmont over genoeg geld zijn troepen in het nieuw te steken. Veel officieren lieten zich fraaie buitenmodeluniformen aanmeten. Eên van de kooplieden, die kapitalen aan het leger van
De Marmont verdiende, was Petrus Jodocus van Oosthuyze. Hij woonde te Rijsenburg (nu Driebergen-Rijsenburg) en was oorspronkelijk pruikenmaker, later borduurwerker en goudstikker. Hij werd rijk door de levering van textiel- goederen aan de Fransen (20). Hij raakte bevriend met De Marmont en zijn vrouw. Het
echtpaar logeerde dikwijls in het landhuis "Sper en Dal" dat Van Oosthuyze in Rijsenburg had laten bouwen. Hij stelde daar aan De Marmont zijn relatie Jean Maurice d'Amblé voor (21). Deze was tijdens de Franse Revolutie (1789) naar ons land uitgeweken en te Zeist handelaar in wijnen geworden. Hij werd als zodanig ook een belangrij- ke en bevoorrechte "fournisseur des armêes". Van Oosthuyze en d'Amblê staken beiden nogal wat geld
in de ontginning van grote percelen heidegrond ten zuid- oosten van Zeist. Zij deden dat niet, in elk geval niet in de eerste plaats, omdat zij ook in landbouw brood za- gen. De Marmont had hen stellig toevertrouwd dat hij met plannen rondliep in deze contreien een dorp te stichten. En gecultiveerde grond leverde ook in die tijd meer op dan heidevelden. Dat De Marmont ernst maakte met de grondvesting van
een blijvende gemeenschap blijkt ook uit zijn oproep aan tappers en andere neringdoenden. Hij richtte zich tot 27
|
||||
"alle kooplieden, die genegen mogten zijn zich met hun
winkels of kramen naar het camp te begeven" (22). De piramide
De wekelijkse parades en de eindeloze terreinoefeningen
begonnen zelfs De Marmont de keel uit te hangen. Hij zocht naar een goed alternatief. Terugdenkend aan zijn eigen aandeel in de roemruchte veldtocht onder bevel van Napoleon in Egypte (23) , kwam hij op het idee bij de le- gerplaats een reusachtige zandberg op te werpen, die de vorm zou krijgen van een piramide. De Marmont zette zorg- vuldig de afmetingen op papier: De zijden van het grond- vlak elk 47 meter lang, de hoogte van de piramide bijna 19 meter (24). Alle mannen vonden het een prachtig denkbeeld. De Mar-
mont stak op 9 september 1804 zelf de eerste spade in de grond. Van hoog tot laag werkte iedereen er met een enorm enthousiasme aan mee. In 27 dagen was het karwei ge- klaard. Op de punt van het "monument" werd een houten, meer dan
tien meter hoge obelisk opgericht. Er volgde een uitbun- dig feest dat van De Marmont eveneens 27 dagen mocht du- ren. Hij blaakte van trots, vooral toen hij merkte dat zowel zijn soldaten als de bevolking de piramide de "Mar- mont-berg" gingen noemen. Hij hoopte dat ook het dorp die naam zou krijgen. Tot goed begrip: Het was nog geen 2 december 1805, dus
nog v66r de Driekeizersslag bij Austerlitz. Maar voordat ik daaraan toekom, maak ik eerst even de
geschiedenis van de piramide af. Het ding valt door de hoge bomen eromheen nu nauwelijks meer op. Maar in 1804 was het de sensatie van de Lage Landen. De piramide stond met de omhoog priemende obelisk op de nog vrijwel "onbe- boste" vlakte. Zij beheerste de gehele omgeving. Het was de grootste zandheuvel ooit door mensen gemaakt. Tegen het eind van de vorige eeuw was er van deze glo-
rie niet veel meer over. Niemand keek er naar om. De wind had vrij spel; de erosie deed de rest. De toenmalige burgemeester van Woudenberg, jonkheer
28
|
||||
J.B. de Beaufort, sprak van een "armetierige zandhoop".
Maar hij trok zich het lot van de piramide aan. Hij liet haar in 1894 reconstrueren, plaatste een nieuwe stenen obelisk op de top en beplantte de hellingen (25). De eerste huizen
Terug naar De Marmont, naar het najaar van 1804. Of-
schoon zijn gedachten over een nieuw dorp in de buurt van de piramide al enigszins verwezenlijkt werden, dufde hij niet al zijn manschappen in het tentenkamp te laten overwinteren. Het merendeel werd weer in kazernes in de stad Utrecht ondergebracht. In het voorjaar van 1805 was de gehele troepenmacht
opnieuw gelegerd bij de Marmont-berg. De Marmont droomde nog steeds van een eervolle rol in de strijd tegen Enge- land. Opnieuw spande hij zich tot het uiterste in om de gevechtskracht van zijn soldaten op peil te houden. Intussen zag hij tot zijn vreugde dat er inderdaad een
dorpje ontstond in en bij het kamp. Hij liet zelf boe- renhuizen (trois maisons rurales) bouwen. Deze waren be- stemd voor enkele afgekeurde soldaten, die met meisjes uit de omgeving trouwden en zich hier blijvend wilden vestigen. Hij gaf hen bouwland, werktuigen en een toe- lage. Voor anderen wilde hij hetzelfde doen (26). Zijn voldoening over dit alles werd getemperd door de
aarzelende houding van Napoleon in de oorlog met Enge- land. Bonaparte begon afstand te nemen van zijn invasie- plannen, ondanks het optimisme van zijn militaire advi- seur Verhuell. Internationaal waren de kaarten ook anders komen te
liggen. Napoleon verwachtte meer roem in het oosten. Op het
land voelde hij zich onoverwinnelijk. Een duidelijke aanwijzing dat de verovering van
Engeland niet langer het eerste doel was, kreeg De Mar- mont in september 1805. Het grootste deel van zijn troe- pen moest hij afstaan voor de strijd in Oost-Europa. Zelf bleef hij in "zijn" dorp, in de schaduw van de pi- ramide, met een betrekkelijk kleine strijdmacht achter. 29
|
||||
Moravisch monstrum
Op 21 oktober 1805 kon De Marmont de hoop op een veld-
tocht in Engeland definitief laten varen. De britse vloot onder admiraal Nelson bracht de gecombineerde frans/ Spaanse marine een vernietigende nederlaag toe - bij Tra- falgar. Het was de slotactle van een campagne waarin Na- poleon had geprobeerd tijdelijk het Kanaal te beheersen voor een Inval In Engeland. De nederlaag maakte de keizer voorgoed afkerig van elke
onderneming ter zee. In zijn nabijheid mocht het woord "Trafalgar" niet eens worden genoemd! (27). De Marmont zag zich door "Trafalgar" op een zijspoor gezet. Het bericht van de overwinning bij Austerlltz, waarbij nota bene de door hem geoefende soldaten roem verwierven - hoorde hij met gemengde gevoelens aan. Totdat hij eensklaps tot de ontdekking kwam dat hij In
de victorie kon delen, dat het nog mogelijk was aandacht te trekken. Aan iedere autoriteit, die maar wilde luis- teren, stelde hij voor: Noem ons dorp bij Utrecht naar de plaats waar de keizer triomfeerde: Austerlltz. Hij vond gehoor bij Lodewljk Napoleon (28). Stad . , '.:'V^ -.-^ '■^:f '■■ ^ -i' .
Lodewljk Napoleon, broer van de franse keizer, was net
koning van Holland geworden. De verhouding tussen de broers was niet best. Napoleon had niet zo'n hoge dunk van broertje Louis. Hij mocht koning van Holland spelen zolang hij de keizer naar de ogen zag. Evenals De Marmont had Lodewljk reden om de keizer te
vleien. Hij deed er zelfs een schepje bovenop. Van Aus- terlltz, een verzameling van enkele hoerenhofsteden, maakte hij een stad (vllle). Zie bijlage 2. Het was een van de eerste decreten die hij uitvaardigde: nummer 7, gedateerd 17 augustus 1806. Het hollandse Austerlltz, zo hoopte men, zou een grote toekomst tegemoet gaan en Zeist spoedig overvleugelen. De eerste tijd leek het daar ook op. Winkel na winkel, herberg naast herberg openden hun deuren (28). 30
|
|||
Omtrent het getal en het verloop van de bevolking tij-
dens de eerste jaren is niets bekend. Het eerste cijfer dateert uit 1812: Als inwoners van Austerlitz stonden toen 235 burgers geregistreerd (29). Aan Zeist toegevoegd
Maar in 1812 bestond Austerlitz reeds als stad niet
meer. Op 27 december van het voorafgaande jaar werd het bij Zeijst ingelijfd. Zie bijlage 3. Dat is tot op de huidige dag zo gebleven, maar als
buurtschap Austerlitz bleef en blijft het als naam voortleven. Een Napoleontisch Moravisch monstrum, ten zuid-oosten van Zeist. Zo iets als een gehucht in de Wieringermeerpolder, dat door Seyss-Inquart in juli 1941 Minsk zou zijn genoemd als hulde aan de snelle opmars van Hitlers legers in Rusland. Austerlitz is in Tsjechoslowakije als plaatsnaam niet
meer te vinden. Het dorpje, in de nabijheid van Brno, is omgedoopt in Slavkov. In Slavkov herinnert niets meer aan de Driekeizersslag, voor zover ik dat hiervandaan kan nagaan. Wel in het kasteel Orlik, aan de rivier Ota- va, waar een reliëfkaart hangt, die het slagveld bij Austerlitz in beeld brengt. Een geschenk van Napoleon aan Karel van Schwarzenberg die zijn land later als ge- zant te Parijs vertegenwoordigde (30). |
||||||||
C.H. Hilligehekken
|
||||||||
Noten
1) Reeskamp, J: De Utrechtse Heuvelrug: Triangelreeks,
- uitg. Knoop & Niemeyer, Haren (Gr.) 1971, pag. 61 e.v.
2) De Marmont enz., zie korte levensbeschrijving in
|
||||||||
bijlage 1
|
||||||||
31
|
||||||||
Noten (vervolg)
3) Grapendaal, W.: De Buurtschap Austerlitz in het licht
der historie, 1954, pag. 49 4) Schama, S.: Patriots and Liberators, Revolution in
the Netherlands, 1780-1813; Alfred A. Knopf, New York 1977, pag. 455-461 Colenbrander, H.T.: Gedenkstukken der Algemeene Ge-
schiedenis van Nederland van 1795-1840, 4e deel: Staatsbewind en Raadspensionaris, 1801-1806; 's-Gra- venhage, Martinus Nijhoff, 1908, pag. 90-113 Legrand, L. : Geschiedenis der Bataafsche Republiek; Arnhem, P. Gouda Quint, 1895, pag. 250, 251 5) Colenbrander, H.T.: Inlijving en Opstand, 2e druk
Ned. Hist. Bibliotheek, uitgegeven te Amsterdam door J.M. Meulenhoff MCMXCI, pag. XXVIII: Brief Napoleon aan De Marmont (3 juli 1804) 6) ib. 5) nu pag. XXVII: Brief Napoleon aan Verhuell
(21 mei 1804) "Vous m'avez fait ressouvenir que vous êtes du sang des Tromp et des Ruyter" 7) Struick, J.E.A.L.: Utrecht door de eeuwen heen;
Utrecht, 1968, pag. 282 8) ib. 7) nu pag. 283
9) Legrand, L. : Geschiedenis der Bataafsche Republiek;
Arnhem, P. Gouda Quint, 1895, pag. 250, 251 10) ib. 9) pag. 250
11) Beemsterboer, W. : (ed) Wereld in Wording; deel 3,
nieuwste geschiedenis, zesde druk, van Goor & Zonen, Den Haag, 1960, pag. 48 12) Kromhout, J.H.: De inundatiën in het algemeen en die
van Nederland in 't Bijzonder, 1870 13) De Marmont, A.F.L.V., Duc de Ragusa: Mémoires du Ma-
rechal Marmont Duc de Ragusa de 1792 a 1841; Deuxiême Edition, Paris, Perrotin, Libraire-êditeur 1857, pag. 230 14) Bins, P.G.: Austerlitz, Neerlands kleinste stad; De
Wandelaar (tijdschrift). Grasmaand 1943, pag. 61 e.v. 15) ib. Grapendaal, pag. 2
16) ib. Memoires, pag. 230, 231 (en vele andere bronnen)
17) ib. Colenbrander (5), pag. XXV
32
|
||||
Noten (vervolg)
18) ib. Mémoires, pag. 232
19) ib. Reeskamp, pag. 64
20) ib. Grapendaal, pag. 2
21) Elias, J.E.: Een raadselachtige Voorvader, Jean Mau-
rice d'Amble (1746-1821); Overdruk uit: "De Neder- landsche Leeuw", 1947 22) ib. Grapendaal, pag. 3
ib. Mémoires, pag. 238 23) zie bijlage 1
24) ib. Mémoires, pag. 235 e.v.
25) ib. Grapendaal, pag. 50
ib. Reeskamp, pag. 65 26) ib. Mémoires, pag. 238
27) Vergers, P.: Napoleon Bonaparte, De Veroveraar der
19e eeuw; 3e druk, Rotterdam, D. Bolle; n.v. Druk- kerij v/h Koch & Knuttel, Gouda, pag. 226, 227 28) Bevolkingsarchieven Gemeente Zeist
29) Kopijboek van Brieven van Zeist, Gemeente-archieven;
bijlage 7, bevolkingsgrafiek Austerlitz, gegevens ontleend afdeling bevolking Gemeente Zeist 30) Valk, J. : Tsjechoslowakije, Het Hart van Europa;
uitg. Jacob van Campen, Amsterdam, 1947, pag. 291 |
|||||
33
|
|||||
QJ O
T3 00
Cl.
O Ö
co >
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
34
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bijlage 1
Korte biografie van Auguste Frêdéric Louis Viesse de
Marmont, hertog van Ragusa, frans maarschalk, geboren te Chatillon-sur-Seine in 1774, overleden te Venetië in 1852. Uit de kleine adel geboren, was De Marmont vol van de
ideeën der franse revolutie, waarin hij zijn toekomst zag. Hij bezocht de officiersschool (êcole militaire) o.a.
in Dyon en daar maakte hij kennis met Bonaparte, die op de school een uitmuntend leerling bleek te zijn. Later diende De Marmont met Bonaparte in Toulon, waardoor de vriendschapsband enigermate werd versterkt. Hierna ver- trekt De Marmont als officier ten strijde, o.m. naar Italië, Egypte, Spanje en Duitsland. De Marmont was zeer bekwaam, zowel als officier als in
andere ambten, waaronder het politiek ambt (zie onder noot 4). In zijn mémoires vraagt De Marmont zich af, waarom hij
bij bevorderingen gepasseerd wordt (pag. 241 e.v.). Tij- dens zijn verblijf in het kamp van Austerlitz was De Mar- mont hierover zeer verstoord. Echter later kreeg hij toch zijn felbegeerde maarschalk-rang en de titel hertog van Ragusa. De Marmont diende zijn keizer tot de laatste de- fensieve campagne van 1814. Later, veel later in Wenen, trof de zoon van Napoleon,
de "Koning van Rome", De Marmont en wilde hij niets van De Marmont weten. Wat was er gebeurd?
In de laatste, beslissende slag voor Parijs hield De
Marmont met zijn troepen de sterkte Essonne bezet. Over deze bezetting zei Napoleon tot zijn generale staf: "Daarheen (Essonne) zal zich alle kuiperij en al het ver- raad richten, dus heb ik er De Marmont gezet, het kind, dat ik in mijn eigen tent heb opgevoed". De Marmont echter liet zich overhalen tot het spelen
van een politieke rol: d.w.z. hij gaf Essonne bij geheim tractaat prijs! Napoleon, die nog gehoopt had de kroon te 35
|
||||
behouden voor zijn zoon, beklaagde zich met de woorden
"Marmont geeft me de genadeslag". In zijn memoires (1856) weerlegt De Marmont dit feit
en geeft hij de schuld aan zijn generaals. Duidelijk is, dat de Fransen hem dit voorval nooit vergeven hebben. Na het herstel van de dynastie van de Bourbons in 1815
werd De Marmont voor zijn diensten (?) door Lodewijk XVIII de rang toegekend van garde-generaal. In 1830 kreeg De Marmont van de opvolger van Lodewijk
XVIII, Karel X (regeerde van 1824-1830) de opdracht de revolutie te onderdrukken. Hij deed zijn best, maar het lukte De Marmont niet en toen hij dit toegaf, antwoordde de hertog d'Angoelême hem: "Wil je ons verraden, zoals je hem (= Napoleon) verraden hebt!" De Marmont verried hem niet en vergezelde Koning Karel
X in ballingschap en keerde Frankrijk voor immer de rug toe. De Marmont stierf in Venetië (1852), nadat hij zijn memoires net voltooid had. In die mémoires o.a. toont hij zich, zoals hij was: een knap officier, maar een querulant, een bittere man, die zijn verdienste nooit voldoende beloond vond en die te zeer verliefd was op zichzelf en op zijn eigen glorie om een echte vriend of een trouw dienaar te zijn. |
||||
36
|
||||
Bijlage 2
17 augustus 1806, no 7
Lodewijk Napoleon bij de gratie Gods en de Constitutie
van het Koninkrijk, Koning van Holland. Wij hebben besloten en besluiten hetgeen hier volgt:
Artikel 1
Het kamp van Zeist zal in stand worden gehouden voort-
durend om het leger te ontvangen met uitzondering van het linker gedeelte; het slechtere, hetwelk zal v/orden ge- sloopt, maar de overige barakken zullen tenminste vol- doende moeten zijn voor 20.000 mannen. Artikel 2
De gehuchten, die gevormd zullen worden achter het
kamp, evenals de kleine colonne, gevestigd door het fran- se leger, zullen bijeengebracht worden in het meest ge- zonde, vruchtba:ar en geschikte gedeelte. Zij zullen een dorp vormen, hetwelk de naam Austerlitz zal krijgen. Artikel 3 v
Er zal altijd een kampgarnizoen zijn, belast met het
in goede staat houden en die van de Pyramide. Artikel 4
Er zal een plaatselijke commandant te Austerlitz worden
benoemd, die er al die tijd zal resideren; hij zal de naam van Gouverneur krijgen. Hij zal de burgerlijke macht (civiele autoriteit) verbonden met het president- schap van de gemeente uitoefenen. Voorlopig zullen deze drie personen het Regiem van de stad vormen en samenstel- len. |
||||
37
|
||||
Artikel 5
De gemeente van Austerlitz zal afhankelijk zijn van
het Arrondissement van Utrecht en van het departement van Utrecht. Artikel 6
Het zal hem vergund zijn de dienst, de bewilliging van
de noodzakelijke privileges om het bestaan en de voor- spoed van zijn bewoners te verzekeren. Wij belasten ons met deze regeringswerking om direct de maatregelen ten voorbeeld te stellen, die zij geschikt zullen achten om dit doel te vervullen. Wij zullen haar eveneens belasten om ons ten voorbeeld te stellen, voor het kortste uit- stel, de nodige maatregelen voor de grondlegging van de Stad en de uitvoering van het tegenwoordige besluit. Artikel 7
|
|||||||||||
Het regentschap van Amsterdam zal aan dat van Auster-
litz de zaken-administratie overdragen aan deze drie soldaten gevestigd dichtbij de Pyramide en zal haar ver- volgens alles geven wat zij nodig hebben voor dit doel van de generaal onder het franse leger. Artikel 8
Onze Minister van financiën, van Binnenlandse Zaken en
van Oorlog zijn elk belast aangaande de uitvoering van het tegenwoordige Besluit dat niet zal worden gepubli- ceerd. |
|||||||||||
de 17e augustus 1806 en van
|
|||||||||||
Gegeven te .........
onze eerste regering,
|
|||||||||||
Louis
|
|||||||||||
38
|
|||||||||||
Bijlage 3
Amersfoort, den 27e December 1811
No 865 - v
De Onderprefect van het Arrondissement Amersfoort
aan
Den Heere Maire van Zeijst
Mijn Heer de Maire
Het Keizerlijke Decreet van den 21 October 1.1. heeft
het getal der Gemeentens van dit Arrondissement bepaald. Ingevolge dit Decreet is Uwe Gemeente vermeerderd met
die van Stoetwegen en Austerlitz Welke bij de Uwe ingelijfd zijn en nu êêne Gemeente
uitmaken onder den naam van Zeijst. Deeze inlijving heeft eene nieuwe organisatie in het
bestuur veroorzaakt ingevolge van dewelke bij besluit van Mijn Heer de Prefect dato den 19e December benoemd zijn. Tot Maire: De Heer Francois Nicolaas van Bern
Tot Adjunct Maire: De Heer Arie Verdonck
Tot Muncipaale Raaden: De Heeren Wouter van Dam
Matthijs Verdonck
Ruth Blanken Teunis Davelaar Arnold Scherpenzeel Jan van Rijn Jan Smoorenburg Jacob van Kreel Cornelis van Dijk Everard van den Brink |
|||||
39
|
|||||
Dit bestuur zal met Ie Januarij aanvang neemen, die dag
zal den Heere aftredende Maire, den Nieuwe Maire En des- zelf s Adjunct insgelijks de Muncipaale Raaden installee- ren, van Ued. vernemen wij Proces verbaal doen van over- zenden. Ik blijve met agting
De Onder Prefect voornoemd,
w.g. Snouckaert.
|
||||
40
|
||||
De namen van en m Zeist
Nu het in 1978 verschenen boekje "De straatnamen van
Zeist" uitverkocht raakt en een tweede druk niet te verwachten is, lijkt het moment aangebroken een over- zicht te geven van noodzakelijke verbeteringen en aan- vullingen. Van deze gelegenheid wil ik gebruik maken enkele ande-
re onderwerpen met betrekking tot de namen van Zeist aan de orde te stellen en wel een overzicht van oude namen van land, huizen en hofsteden in Zeist, zoals die onder andere voorkomen in de delen I, II en III, aflevering I, van de Bronnen voor de geschiedenis van Zeist. Vervolgens een momentopname van denamen van huizen enz. op-
gesomd in het adresboek van Zeist en De Bilt van 1909. Mocht iemand een ouder adresboek van Zeist bezitten
en af willen staan aan onze Stichting, dan houden wij ons van harte aanbevolen. Tenslotte een opgave van een aantal bijnamen van Zeis-
tenaren met het verzoek om medewerking bij een inventa- risatie van deze namen. In de Ie jaargang (1971) nr 3 schreef de toenmalige
conservator van onze Stichting, dr K.W. Galis, over zeister familienamen. Een herhaling van dit artikel m.et een aanvulling vindt u op de pagina's 52 t/ra 54. In de 6e jaargang (1976) nr 1 staat een artikel van
mijn hand over de naam Zeist, met de eindconclusie, dat er een goede kans bestaat, dat de naam Zeist ontstaan is uit "zegge", een soort rietgras, dat hier vroeger veel voorkwam. Een conclusie, die overigens van zeer deskun- dige zijde in twijfel getrokken is. Omdat er in Zeist ongetwijfeld al heel lang geleden
zegge groeide wil ik u toch de volgende toepasselijke zin niet onthouden, die ik na de voorlaatste regenpe- riode las, n.1.: "zo te zeggen is voor de zegge al die regen een zegen", waaruit we kunnen opmaken dat zegge aan de lage, vochtige kant van Zeist groeide. De heer Galis heeft een vervolg geschreven op de ver-
klaring van de naam Zeist die ook zeker het overdenken 41
|
|||
waard is en als volgt luidt:
En nog eens; de naam Zeist
In ons Bulletin, jaargang 6 (.1976) werd uitvoerig ge-
publiceerd over mogelijke verklaringen van de oorsprong of betekenis van de naam Zeist. Geen eenvoudige zaak, zoals bijv. dr J. de Vries (1) opmerkte in zijn boekje over plaatsnamen: "Er zijn zoveel namen die wij niet verklaren kunnen: Soest en Zeist bijvoorbeeld. Misschien zijn ze niet eens uit het Germaans te verklaren. Wij weten, dat de eerste Germanen omstreeks 600 tot 500 zich in onze streken vestigden, maar deze waren toen reeds sedert duizenden jaren bewoond; de hunebedden zijn een door de eeuwen bewaard teken van dat onbekende volk dat zich hier gevestigd had; wij bezitten aanwijzingen dat in latere tijd weer andere volkselementen tot ons ge- bied zijn doorgedrongen. Namen kunnen wij aan hen niet geven; de taal die zij spraken is ons onbekend. Maar het is niet ondenkbaar, dat de namen, die zij aan hun dorpen gegeven hebben nog bewaard bleken, nadat de Germanen die van hen hadden overgenomen", aldus De Vries. Uit de 1976-publikaties van de heren Visser en Knijper
bleek wel, dat waarschijnlijk de slot-t in vele namen - ook in die van Zeist en Soest? - betekende: verzame- ling van meer dan één. Bijvoorbeeld: Eist = elzen-bosje, Hasselt = hazalaar-bosje, enz. De naam van onze gemeente schreef men in 838 en vele eeuwen later vooral als Seist of Seijst (in veel namen is de "z" een vreemd ele- ment; men zie daarop o.a. De Vries' voornoemd boekje). Wie Middelburg kent weet ook dat een deel van de oude
omwalling het Seis-bolwerk heet met daarop staande de Seis-molen. En in de middeleeuwen was er een Seispoort en een Seisambacht. Wat kan daar - en hier - Seis be- duid hebben? In een artikel van T. Stol (2) komt dit ter sprake. Hij meent, dat Seis een aardrijkskundige naam is, maar verwerpt het idee van sommigen, o.m. Verheye van Citters, dat "seine, seys" de benaming was voor een waterloop. Dan schrijft hij: "Het Middelnederlandsch Woordenboek
m
|
||||
geeft twee mogelijkheden wat betreft de betekenis van
seis. Ten eerste kan het slaan op het nederlands zeisen, zeis. Maar waarom nu net dit stuk land genoemd zou moe- ten worden naar een zeis is niet duidelijk. Meer voor de hand ligt dan ook, dat we hier te maken hebben met het middelnederlands seis, seins, afkomstig uit latijns census in de betekenis van schatting, cijns. Seis is dan de benaming voor een vroeger heerlijk land, waar- voor de gebruikers een cijns moesten betalen. Dat we hier met deze betekenis van seis te maken hebben, wordt ondersteund door twee faktoren: 1) het gebied genaamd seis grenst pal aan het "hoghe hof", dit is wellicht de plaats waar vroeger de curtis stond, 2) ook de naam Langeviele kan op een grondheerlijke oorsprong duiden". Einde citaat. Hoewel er te Zeist inderdaad een bisschoppelijk hof,
nabij de Brink, heeft bestaan, waar van heide en ver op bepaalde dagen in 't jaar de pacht of cijns (meestal in natura) moest worden voldaan, wordt dit hof pas voor 't eerst in 1308 - misschien reeds in 1220 - vermeld. Terwijl voor het allereerst in de oudst bekende oorkon- de van 838 melding wordt gemaakt van "Seist". Daarom gaat mijn voorkeur uit naar de naamsverklaring: een aantal waterlopen, armen van de (Kromme) Rijn, die in- derdaad aantoonbaar door westelijk Zeist hebben ge- stroomd. Het artikel van de heer Van Citters (3) heb ik helaas niet kunnen raadplegen, mogelijk staan er meer verduidelijkingen in! - Hoe het zij, de naam van onze gemeente zal wel nooit bevredigend worden verklaard. K.W. Galis
|
|||||||
1. J. de Vries: "Woordenboek der Noord- en Zuid-Neder-
landse plaatsnamen" Utrecht, 1962, pag. 12 2) T. Stol: "De straatnamen van Middelburg". Archief
van het Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1979, pag. 199 |
|||||||
iw3'
|
|||||||
3) J. Verheye van Citters: "Over de vroon-, leen-,
hayman- en vrij landen in Zeeland". Archief van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1866, dl II, pag. 32-75 De straatnamen
(verbeteringen en aanvullingen)
1. Ie en 2e Dorpsstraat (bladz. 14)
In een verkoopakte van 6 augustus 1879, verleden voor
notaris A. Vosmaer, wordt gesproken van de 2e Dorps- straat of Voorstraat. 2. Het Rond (bladz. 19)
De officiële naamgeving vond plaats op 2^ januari 1956.
3. Laantje zonder Eind (bladz. 23)
Het gedeelte van het Laantje zonder Eind tussen de
Jagersingel en de Oude Woudenbergse Zandweg heette blijkens de wegenlegger van 12 januari 1906: Komlaantje. 4. Pauw van WieIdrechtlaan (bladz. 27) ^ '
Het gedeelte van de Pauw van Wieldrechtlaan tussen de
Stationslaan en de Boschlaan heette vóór 1925 "Bosch- laan". 5. Breullaan (bladz. 29)
II, J. Uitman moet worden gewijzigd in G. J. Uitman.
6. Prinses Beatrixlaan (bladz. 34)
31 januari 193^ moet worden gewijzigd in 31 januari
1938^. ~ 7. Prinses Irenelaan (bladz. 37)
|
|||||
De Prinses Irenelaan heette vroeger Dopheidelaan.
|
|||||
44
|
|||||
8. Dijnselweg (bladz. 45)
De Dijnselweg werd in 1853 Grafweg genoemd.
9. Johan de Wittlaan (bladz. 60)
Uit de woorden "werden beide op het schavot terecht-
gesteld" zou kunnen worden geconcludeerd dat hier sprake is van de uitvoering van een vonnis. Dat is niet juist. Cornelis en Johan de Witt werden beiden vermoord. 10. Dolderseweg (bladz. 91) :, -
In de voorlaatste regel moet Workun^ worden gewijzigd
in Workum. 11. In het alfabetisch register ontbreekt het Willem
Pijperplein (bladz. 24). Na het verschijnen van "De straatnamen van Zeist"
heeft de gemeenteraad de volgende straatnamen vastge- A steld: Op 2 oktober 1978 is aan het wooncomplex, gelegen aan
De Dreef, hoek Oude Arnhemseweg de naam "Warande" gege- ven. De naamgeving werd als volgt gemotiveerd:
"Aangezien rondom het bouwplan veel groen en enige
voetpaden worden aangelegd, het Eikensteinselaantje voor een groot deel als voetpad binnen het gebied gehandhaafd wordt en de bestaande houtopstand zoveel mogelijk wordt gespaard kan dit gebied als een toekomstig wandelpark c.q. een "Warande" worden aangemerkt. In verband hierme- de en gelet op de ligging van het wooncomplex en de in- terne wegen naar de ingangen daarvan, zou daaraan over- eenkomstig de wijknaamgeving in Zeist-West, één naam kunnen worden gegeven. Hiervoor komt, gezien het karak- teristieke van dit gebied, naar onze mening in aanmer- king de naam "Warande". Op 6 november 1978 is aan de verbindingsweg tussen de
Kroostweg en de Utrechtseweg de naam "Nieuweroordweg" ge- |
|||||
45
|
|||||
geven naar de oorspronkelijke benaming van de villa Len-
televen. In dezelfde vergadering heeft de gemeenteraad op ver-
zoek van de justitie de expeditieweg achter het waren- huis van V & D de naam "Emmadwarsstraat" gegeven, het parkeerterrein werd "Weeshuisplein" genoemd en het markt- terrein tussen de Emmastraat en de Torenlaan "Emmaplein", Op 6 maart 1981 besloot de gemeenteraad het gedeelte
van de Kroostweg tussen de Kromme-Rijnlaan en de Utrechtseweg, Kroostweg-Noord te noemen. Op 11 januari 1982 is aan het weggedeelte, gelegen te
Austerlitz, tussen de Austerlitzseweg en de gemeente- grens met Driebergen-Rijsenburg, de naam "Grensweg" ge- geven . |
||||||||||||||||||||||
Oude namen van land, huizen en hofsteden in Zeist
(tussen haakjes: oudste vermelding) |
||||||||||||||||||||||
gelegen in de parochie Zeist
(1529) |
||||||||||||||||||||||
Ackershoeff
|
||||||||||||||||||||||
Aderwinkel (Aldenwinkel) gelegen te Driebergen in het
kerspel Zeist (1309)
|
||||||||||||||||||||||
gebouwen en boomgaarden in
de parochie Zeist (1316) |
||||||||||||||||||||||
Berghe, Ten
|
||||||||||||||||||||||
een stuk land in het kerspel
Zeist (1442) ;> . =' ,;. (waarschijnlijk gelegen aan de Noordkant van de Slotlaan) |
||||||||||||||||||||||
Birct, De
|
||||||||||||||||||||||
Bisschopshof
|
hoeve in het kerspel Zeist
(nabij de Brink) (1453) |
|||||||||||||||||||||
Blickenburg (Bliekenburg) huis en hofstede (1368)
|
||||||||||||||||||||||
Biom(men)heuvel
46 |
||||||||||||||||||||||
hofstede bij de grens met de
gemeente Soest (1615) |
||||||||||||||||||||||
land onder Zeist (1580)
|
||||||||||||||||||
Block, De
|
||||||||||||||||||
huis nabij de Kerkweg (later
Boogaartslust, Veel-Zigt) (1359) land onder Zeist (1580) i
hofstede onder Driebergen (1601)
hofstede nabij de weg naar
Bunnik (1406) Koelaan land onder Zeist (1545) bij de
Koppelweg huis aan de Driebergseweg (1413)
bij de Breullaan (gerecht) land(goed) (1409) bij de
Brinkweg land nabij de Koppelweg (1480)
hofstede in Stoetwegen aan de
Bunsinglaan > land onder Zeist (1442) r
hofstede (1361)
(gerecht) hofstede (1451)
land onder Zeist (1564)
hofstede in Cattenbroeck (1382)
bij Waterigeweg/Groeneweg/Koe- laan |
||||||||||||||||||
Boghertscamp
(Boemgaertscamp)
|
||||||||||||||||||
Boomcamp
Braemdolen |
||||||||||||||||||
Brakel, De
|
||||||||||||||||||
Bree, De (Het Breegje)
|
||||||||||||||||||
Breul, De
(Broyel, Bruedell)
Brink, De
|
||||||||||||||||||
Brugakker of de Del
Bunsing Cannemaeckersland
Cattenbroeck Cleyvoert
Cluytenbergh
Cockert shoeve
(Cockaertshoeve)
|
||||||||||||||||||
47
|
||||||||||||||||||
Conenkamp (Coenenkamp, land nabij Bunnik in het Zeis-
Coynenkamp) ter kerspel (1382) bij de We- teringlaan
|
|||||||||||
land aan de Koppelweg (1347)
|
|||||||||||
Coppel
|
|||||||||||
Couwenhoven (Gouwenhoven, land(goed) (1469)
Goudenhoef) (in het gerecht Cattenbroeck)
Crosa (ten Kroese, Croest) land(goed) (1259)
(gerecht)
Dinslo (Dingslo, Dijnsel, land(goed) (1277)
|
|||||||||||
Dysseloe)
Dolreberch
Eemskerckenland
Eygen Elscam, De
Goer (de Goor)
Goudakker
Haecxlant (Haex virdel)
Hare
Hardenboll
Hedeweghen (Heerewegen)
m
|
(uithof van het Vrouwenkloos-
ter) hofstede in Cattenbroeck
(1388) aan de Wersweg land onder Zeist (bij de Vin-
kenbuurt) (1259) land onder Zeist (1630)
land in de Kroost (1310) bij
de Koppelweg land onder Zeist (1442) bij de
Utrechtseweg/Sanatoriumlaan land (op de Zeisteroever)
(1529) bij de Hackwetering? land in de parochie Zeist
(1265) land (op de Zeisteroever)
(1580) land(goed) (1368) aan de
Driebergseweg |
||||||||||
heide onder Zeist (1556) idem
land onder Zeist (1580)
land in de Vierhoeven in
kerspel Zeist (1388) land onder Zeist (1409)
huis (1377)
land onder Zeist (1442)
land onder Zeist (1580)
hofstede in de Kroost
land onder Zeist (1580)
land onder Zeist (1580) de Lage
Grond? land onder Zeist (1580)
land in Couwenhoven (1580) bij
de Hackwetering? land onder Zeist (1545)
land(huis) onder Zeist (1477)
a. aan de Koppeldijk, thans
winkelcentrum De Clomp b. aan het begin van de Amers-
foortseweg land onder Driebergen (1382)
bij de Loolaan land onder Zeist (1556)
|
||||||||||
Heetveld
Hoeff (Hoefft) Hogeland Hoge Geer
Kersbergen (Karsbergen,
Catsbergen) Kip
Lange Engh
Landlust
Langhen Huge
Leeghe Ackeren
Leeghe Birck
Leegher Haeck Leen, 't
KIomp, De |
||||||||||
Loo, het (Loe)
|
||||||||||
Meent, De
|
||||||||||
49
|
||||||||||
land onder Zeist bij De Klomp
(1529) hofstede onder Zeist (1414) in
het gerecht Cattenbroeck land onder Driebergen (1607)
land onder Zeist (1562) nabij
de Oirschotlaan hofstede onder Zeist (1310)
land en hofstede nabij de
grens met de gemeente Soest (1615) herberg aan de Amersfoortse-
straatweg (1685) land onder Driebergen (1628)
hofstede aan de Waterigeweg
(1580) |
|||||||||||||||||
Meer, Ter
Middelbroeck Molacker, De
Ooievaarsnest
(Cyevaersnest) Oude Gerthoef
Overhees
Panhuis
Papencamp, De
St. Petronellenhofstede
|
|||||||||||||||||
Philips Jansz hoefje. Het hofstede in het gerecht
Stoetwegen (1630)
|
|||||||||||||||||
hofstede nabij Schoonoord
(1566) veen onder Zeist (1446)
land onder Zeist (Dijnsel-
burg) (1277) |
|||||||||||||||||
Preekstoel, De
|
|||||||||||||||||
Rydderveen
Rintveld |
|||||||||||||||||
Roemst (Rumst, Roemster- landgoed onder Cattenbroeck
|
|||||||||||||||||
(1455) bij de Kromme Rijn,
Koelaan |
|||||||||||||||||
veld)
|
|||||||||||||||||
50
|
|||||||||||||||||
land onder Zeist (1442)
landgoed (gerecht) onder
Zeist (1600) aan de Utrecht- seweg land onder Zeist (1554) tus-
sen Cattenbroeck en Stoetwe- gen, nabij de "Pan" aan de Amersfoortseweg bosch nabij Blikkenburg (1368)
|
||||||||||||||||||
Sandeken, Het
Schaerweijde ScheeIheynkens camp
|
||||||||||||||||||
Schorrenbosch, (Schoer.
Schor) Sebeeck (Seebeek)
|
||||||||||||||||||
land (1603) en hofstede (1615)
in Overhees gerecht en hofstede (1279) bij
de Tiendweg land nabij de Kroostweg/Koppel-
weg land op "Seysteroever" (1616)
land onder Zeist (1349)
land onder Zeist nabij Rijnwijk
land onder Zeist (1489)
|
||||||||||||||||||
Stoetwegen
Stuifnestje
Tolacker, De
Vierhoeven, De
Weerdorp (Werdorp,
Wairdorp) Woerdt, De
Wulvenrehorst (Wulper-
horst) Zeisteroever
|
||||||||||||||||||
hofstede in het gerecht Catten-
broeck (1601) hofgoed van de St. Paulusabdij
(1400) |
||||||||||||||||||
Zeisterschoor (Zeister-
scoer) |
||||||||||||||||||
land onder Zeist (1432)
|
||||||||||||||||||
51
|
||||||||||||||||||
Familienamen
(uit: Bulletin Van de Poll-Stichting, 1971-3) In 1967 verscheen te Assen als deel IV in de serie
"Nederlands Repertorium van Familienamen" het deel, ge- wijd aan de provincie Utrecht (andere delen betreffen Friesland, Groningen, Arasterdam, enz.). In dit lijvige boekwerk staan interessante zaken, ook
voor ons Zeistenaren; een en ander moge hieronder volgen, Het is opvallend dat een aantal personen met dezelfde
naam in grote getale alhier woonachtig is; volgens de Repertoriumsamenstellers zou dit er op wijzen dat zulke families reeds zeer lang in Zeist ingezeten moeten zijn. Dit behoeft mijns inziens niet per se zo te zijn; een snel-groeiende familie bijv. welke zich ca 1900 hier vestigde kan in voornoemde groep vallen, terwijl omge- keerd een familie die al eeuwen hier woonachtig is (o.a. Enk(e)laar, (Van) Smo(o)renburg, Verdonk) thans - door vertrek naar elders en/of uitsterven - nog maar weinig leden telt. Eerst het lijstje met "grote" families. N.B.: de gege-
vens zijn ontleend aan de volkstelling van 1947!! Naam Aalten 96 x in prov. Utrecht, waarin 55 x in Zeist " Bleyerveld 92 x in prov. Utrecht, waarvan 53 x in Zeist
" Van Denderen 153 x in prov. Utrecht, waarvan 117 x in Zeist
" Van den Dolder 96 x in prov. Utrecht, waarvan 52 x in Zeist
" V. Doleweerd 50 x in prov. Utrecht, waarvan 27 x in Zeist
" Donath 52 x in prov. Utrecht, waarvan 34 x in Zeist " Doornkamp 107 x in prov. Utrecht, waarvan 67 x in Zeist
" Gadella 60 x in prov. Utrecht, waarvan 33 xin Zeist " Greeven 88 x in prov. Utrecht, waarvan 55 xin Zeist " Van Grondelle 90 x in prov. Utrecht, waarvan 57 x in Zeist
" Ten Haaft 56 x in prov. Utrecht, waarvan 45 x in Zeist 52
|
||||
Naam Van 't Hoenderdaal 70 x in prov. Utrecht, waarvan
36 X in Zeist
" Mens 54 x in prov. Utrecht, waarvan 42 x in Zeist " Overhorst 60 x in prov. Utrecht, waarvan 31 x in Zeist
" Ruyssenaars 116 x in prov. Utrecht, waarvan 87 x in Zeist
" Van Tellingen 209 x in prov. Utrecht, waarvan 108 X in Zeist
" Van Veldhuyzen 105 x in prov. Utrecht, waarvan 89 x in Zeist.
Tot besluit volgt een aantal namen van Zeistenaren (met tussen haakjes het oudste jaar van vermelding), te vinden in de "Bronnen voor de geschiedenis van Zeist", dl I en II. Of de huidige naamgenoten alhier van hen af- stammen, zal nader onderzoek moeten aantonen. Mogelijk kan te zijner tijd dit boeiende onderwerp nog eens na- der worden behandeld. Inmiddels houdt schrijver dezes zich voor inzage van oude familie-papieren e.d. aanbevo- len. (van)Amerongen (1529), Bloc(k) (1336), (van) Brakel
(1328), Couwenhoven (1597), Cremer (1685), Cruyff (1529), (van) Dam (1426), van Dort (1427), van Da(a)tselaar (1685), van Dompselaar (1600), van Doorn (1685), van Dorresteyn (1685), van Ee (1529), van Garderen (1685), Loef (1398), van Oosten (1685), van Oort (1559), Overeem (1685), van Rijn, Rhijn (1576), van Rijnsoever (1685), Spaen (1426), Sas (1427), Stael (1685), van Soest (1685), Spruyt (1600) van Schay(c)k (1534), (van) Smo(o)renburg (1745), Voskuyl (1409), van Vulpen (1685), de Wilde (1403), Wingelaar (1677), Wolfswinkel (1745), van Wijck (1389), van Zijll (1597), (van) Achterberg(h), enz. Tot zover de tekst van 1971. Enige opmerkingen wil ik
daar nog bijvoegen. 1) Het is mij opgevallen dat in Zeist bij "oude" fami-
lies dikwijls een naam met "Ver" (een samentrekking van "van der") wordt aangetroffen. Verhoudingsgewijs meer dan elders? Ik noem hier bijv.: Verbeek, Verhoekend, Verboom, Verburg, Verdonk, Verduijn, Vergeer, Verhagen, Verheul, Verhoef en Verhoeff. Verhoek, Verkade(?), Ver- 53
|
|||
kaik(?). Verkerk, Verkroost, Verkuil, Verloop, Vermeer,
Vermeulen, VermeijC?), Verploegh(?), Verschuur, Versluis, Versteeg, Verweij, Verwoerd(?), Verzij1(?). 2) Opvallend is ook, hoeveel familienamen hier duiden
op een afkomst uit Gelderland en dat soms al van eeuwen geleden. Ook daarvan weer een aantal voorbeelden: Aalten, Apeldoorn, en Appeldoorn, Van Arnhem, Avezaat(h), Van Ballegooyen, Van Barneveld, Van Beék(?), Van Bemmel, Van Bennekom, Van Beusekom, Van Brakel, Bronkhorst, Van Brummelen(?), Van Bueren, Van Diermen, Van Doesburg, Van Drie, Van Driel, Van Dijkhuizen, Van Echtelt, Van Ede en Van Ee, Ederveen, Van Eist, Van Eek, Van Esschoten, Van Etten, Van Ewijk, Van Gameren, Van Garderen, Van Gelder(?), Van Ginkel, Van Gortel, Ten Haaf(t) en Ten Have, Van Haaften. Van Hall, Harreveld, (Van) Harskamp, Van Heerde, Van Hell(?), Van Hernen, Van Herwijnen, Van Hien, Ter Hoeve(?), Hoeflaken en Van Hoevelaak, Homoet, Hoonte, Van der Horst en Ter Horst(?), Van Ingen, Van Kesteren, Klarenbeek, Van der Kraats, Van der Lee en Van der Lede(?), Van Leeuwen, Van Lent, Van Lienden, Van Logchem, Van Lunteren, Van Maurik en Van Mourik, Van Milligen, Van Ma(a)nen, Van Nee (Neede? of Ede?), Neomagus(?), Nifterik, Van Nimwegen, Van Ommeren, Oos- terwijk, Van Otterlo, Van der Poel, Pouderoyen, (Van) Rand(e)wijk, Van Ravenswaaij, Ravestein, Van Rossum, Van Scherpenzeel, Van Setten en Van Zetten, Van Stroe, Van Tricht en Van Trigt, Van Tuil en Van Tuyl, Van Uchelen, Vaessen, (Van) Veldhuizen, Van Veluw, Van Voorst, Van Voorthuizen, Van Vossen, Van Vuuren, Van Wageningen, Van Welie, Van Well, Westeneng en Westening, Van der Woerd(?), Van Wijnbergen, Van IJzendoorn, Van Zelm (= Zelhem?), Van Zoelen en Van Zutphen. Hoe lang genoemde families in Zeist woonachtig zijn
zou onder andere uitgezocht kunnen worden in onze bur- gerlijke stand. Zouden economische redenen - bijvoor- beeld in de franse tijd - oorzaak kunnen zijn geweest om uit het "arme" Gelderland naar de "rijke" randstad te verhuizen? Trouwens, het omringende utrechtse land leverde ons
vele families, zoals: Agterberg, Van Amersfoort, Van |
||||
Van Soest,
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Baren, Van Doorn, Van Reenen, Van Renswou,
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
maar dat is een hoofdstuk apart.
K.W. Galis
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Van Woudenberg, enz.
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Namen van huizingen, villa's, buitenverblijven, hotels,
vergaderlokalen, enz. Voor we de postcode hadden was het voldoende wanneer
behalve de naam en de woonplaats de straat en het huis- nummer werden vermeld. Toch werd hier niet altijd aan voldaan, omdat in
plaats van de straat en het huisnummer vaak alleen de naam van het huis werd opgegeven. Dat is dan ook de reden, dat we in oude adresboeken
behalve een alfabetische opsomming van de bewoners en een naamlijst van ingezetenen, gerangschikt naar stra- ten en wegen, ook een lijst met namen van huizen vinden, met daarbij vermeld de namen van de woners met straat en huisnummer. Een dergelijke lijst uit het adresboek van Zeist en De
Bilt van 1909 is hierna afgedrukt. Namen van Huizingen, Villa's, BuitenverbliJTen,
Hotels, Vergaderlokalen, enz. enz. |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
55
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
56
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
NAAM.
|
No.
|
|||||||||||||||||||||||||||
BEWOOND DOOR:
|
||||||||||||||||||||||||||||
Carollna
Casa Bianca Casa Nova Catharina Cattenbroek Caza Nostra Centraal Bazar Charlotte Choi-Sy Citadel, de
Coburg
Concurent, de
Cornelia
Delta
Dennewoud
Dennewoud
Dennezicht
Dependance (Boschlust)
Dulca-Mara
Duinau
Duinkerken (Nieuw)
Dijnselburg
Eben Haëzer
Eikenhoff
Eikenoord
Eikenstein
Elisabeth
Elisabeth Johanna
Elisabeth Johanna
Elli
Eng, den
Erica
Erica
Erica
Esch-Heuvel
l'Espérance
Eudia
Ewijkshoeve
Favorita
Flora
Flora (Bloemisterij)
Florissant
Foris
Fortuin, 't
Frederika
Frisia
Frovato
Galluna
Genista
Gerda
Geuvertje
|
||||||||||||||||||||||||||||
Boschlaan
Parklaan
Utr.weg
Wilhelm.iaan
Koppeldijk
Boschlaan
Steinlaan
Mooielaantje
Slotlaan
Amersf.weg
Dold.weg
Voorheuvel
Wilhelm.iaan
Ostadelaan
Dold.weg
Boschlaan
Boschlaan
Mooie laantje 19a
Bergweg
Duinweg
Amersf.weg
Amersf.weg
Laan v. Rijnwijk
Drieb.weg
Utr.weg
Utr.weg
Prins Hendrikl.
Amersf.weg
Drieb.weg
Slotlaan
Dold.weg
Boschlaan
Slotlaan
Utr.weg
Utr.weg
Dold.weg
Prins Hendrikl.
Soestd.weg
Woudenb.weg
Montaub.straat
Montaub.straat
Wilhelm.iaan
Stationslaan
Rijnsoever
Wilhelm.iaan
Dold.weg
Woudenb.weg
Utr.weg
Duinweg
Boschlaan
Wilhelm.iaan
|
5
2
20 20 22 27 11 10 2
•46
9
67 38 8
11 19 30-32 -196 49 26 15 10 1
13 4
5
26 35 22 22 20 16 12 la
7
46 20 10 12 1
4
22 8
3
37 3.
17Ö 2g
12 17Ö 36 |
J. Tromp.
Mej. ten Have. jhr. O. A. Repelaer.
M. Dolman.
W. H. Souman.
J. A. van der Vliet.
C. Eggink.
Mr. M. E. C. Bijleveld van
Serooskerke.
B. Lammertse. J. van Stolk. (zomers). F. Melles. • |
||||||||||||||||||||||||||
I. Schuit.
J. van Ede.
W. D. van de Bund.
Mej. Monté en Wed. Monté.
|
||||||||||||||||||||||||||||
L. Meilink.
A. F. van Leeuwen.
Dr. J.' Versteeg.
|
||||||||||||||||||||||||||||
H. M. van der Mersch.
Wed. B. Materman.
Tuchtschool voor meisjes.
P. van Nooijen.
D. Droogendijk.
Jhr. J. C. Strick van Linschoten.
Wed. G. van den Brink.
van Spanje, (zomers).
Mej, A. Venhuizen.
Mevr. de wed. Driessen.
M. j. de Jongh.
Mevr. de wed. L. Feits.
Hoenderpark.
Mej. S. j. James.
|
||||||||||||||||||||||||||||
H. J. Murray Bakker.
D. Koudijs. D. Meeuwenberg. Dr. S. Heeg. |
||||||||||||||||||||||||||||
J. de Ridder.
Dames van der Pot. |
||||||||||||||||||||||||||||
A. J. A. Dammerman.
D. W. J. Winsheijm.
Mevr. de wed. Mr. H. M. Kuiper
H. IJ. Gatsonides. [(zomers).
J. Voorsteegh.
|
||||||||||||||||||||||||||||
57
|
||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
58
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
STRAAT
|
||||||||||||||||||||
No.
|
BEWOOND DOOR:
|
|||||||||||||||||||
NAAM.
|
||||||||||||||||||||
Boschlaan
Kroostweg
Rozenstraat
Laan v. B. enR.
Duinweg
Boschlaan
Boschlaan
Donkerelaan
Vijverlaan
Drieb.weg
Boschlaan
Utr.weg
Wilhelm.laan^
Wilhelm.laan'
Drieb.weg
Antonlaan
2e Dorpsstraat
Voorheuvel
Utr.weg
Utr.weg
Jagerlaan
Drieb.weg
Utr.weg
Kroostweg
Drieb.weg
2e Dorpsstraat
Utr.weg
Wilhelm.laan
Bosch en Duin
Rijnsoever
Dold.weg
Dold.weg
Amersf.weg
Huydec.weg
Krullelaan
Huydec.weg
Slotlaan
Bergweg
Siberieweg
Utr.weg
Duinweg
Woudenb.weg.
Woudenb.weg
Soestd.weg
Soesd.weg
Dold.weg
Ie Hoogeweg Kroostweg |
H. E. Beuker.
N. Brenkman.
M. Th. Mozar.
H. Strietman.
H. H. Groenewegen.
J. W. Verloop.
Mr. J. H. Valckenier Kips.
J. J. Montagne.
Mejuffr. J. A. Coster.
Mr. J. F. de Beaufort (zomers).
C. Bakker.
I. Korver. D. Kolff.
Mej. C. van Duin.
R. H. van Dorsser.
G. Becker.
J. H. W. Geelkerken.
wed. C. J. Hoogstraten.
M. Duijs.
Mr. W. R. J. M. Snoekc.
A. W. Maree.
Mej. van Gelder (zomers).
{hr. C. A. de Pesters.
)ames Grothe. Barsse Schimmelpenninck. A. H. G. de Bruijn. P. W. Scholten (zomers). H. Masselink
T. van Dijk. E. Hottinga.
Stichting Paters Weijers.
wed. E. van Amerongen. S. G. T. Bendien. Dames Spruijt en Fabius. Jhr. G. E. de Geer M. J. P. van der Wel.
|
|||||||||||||||||||
Maria
Maria
Maria
Mariënburg
Mary Cottage
Mauricette
Mein Traum
Middenhoeve (Hotel)
Mimosa
Molenbosch
Mon Desir
Mon Repos
Nassau
Nelly
Nieuw Beerschoten
Nieuw Middenhoeve
Nieuwe Bazar
Nieuwe Kroon, de
Nieuweroord
Nikandra
Nimrod (Zeepfabriek)
Noordberg
Nuova
Nijenheim
Nijewilp
N ijverheid
Oirschot
Oranje
Oversteeg
Oever, 't
Padua
Padua
Pan, de
Park Hill
Parkhof
Parklust
Parkoord (Hotel)
Parkzicht
Pavia
Paviljoen
Peterhof Piekenini Prima Vista Prins Hendrikoord Prins Hendrikoord Hoeve van
Prins Hendrikoord Jagerhuis van
Repos Ailleurs Rosé Cottage |
29
64 39 11 9
30 21 26 7
7
15 2/
32 16 14 29 38 10a 18 1
35 24 8
11 16c 35 10 30 2
11a 1
13
35 17 49 1
31o
47 3
1
17 1
95
14 66 |
|||||||||||||||||||
Mevr. de Douairiere M. C. H.
Ridder Pauw van Wieldrecht. J. C. Lakerveld. L. Dupper. H. P. Huls. |
||||||||||||||||||||
A. A. H. Boissevain.
W. B. Schouten.
H. Kamerbeek.
H. A. van Baak. Mejuffr. M. J. A. Faure. |
||||||||||||||||||||
59
|
||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
60
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
.61
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De bijnamen
Evenals in de meeste andere plaatsen had Zeist in het
verleden ook een aantal inwoners waarvan de bijnaam gro- tere bekendheid genoot dan de eigenlijke familienaam. Wat is eigenlijk een bijnaam?
Van Dale's Groot Woordenboek der Nederlandse Taal
geeft de volgende verklaring: "naam die voor de eigen- lijke of doopnaam in de plaats gegeven wordt, op grond van een kenmerkende eigenschap, veelal als spotnaam" met als voorbeeld: "hij droeg de bijnaam van Buikje". Juist die kenmerkende eigenschap kan de bijnaam het
karakter geven van spot- of scheldnaam, waardoor publi- katie voor betrokkene of zijn/haar familie kwetsend zou kunnen zijn en dat is natuurlijk geenszins de bedoeling. Nu evenwel blijkt, dat het gebruik van bijnamen de
laatste jaren steeds minder wordt en er nauwelijks nieuwe bijkomen, lijkt het nuttig de zeister bijnamen vast te leggen, zo mogelijk met familienaam, adres en verklaring van de bijnaam. Een voorlopige inventarisatie leverde ongeveer 225 bij-
namen op. Daarbij bleek, dat een aantal bijnamen zo in- geburgerd is, dat de werkelijke naam slechts met moeite kon worden achterhaald. De nauwe relatie met de dierenwereld komt tot uiting
uit de volgende bijnamen van Zeistenaren, waarbij ik de familienaam van de dragers van deze namen maar in het midden wil laten. De beer, de bok, de duizendpoot, de geit, het kalf, de kikker, de koei, de kraai, de mug, de olifant, de pier, de poedel, de raaf, de reiger, de stier, de veldmuis, de vlooi, de waterkip en de zieke kip. Een aantal andere namen met toelichting en familienaam
zijn hierna vermeld: De "Balleman" of "Ballekees" was koopman C. van Rijnbergen, die op Nooitgedacht woonde en met zijn trommel (stroop)ballen langs de huizen ging. De Duit was koetsier Penning, die vaak geplaagd werd
met de opmerking "De Penning is geen Duit waard". Een andere, mijns inziens meer erenaam was "De geleerde
ezel" voor D.W. Jansen, barbier, wonende in de Maurik- straat, die met zijn ezelin naar t.b.c.-patiënten ging, 62 .
|
||||
de ezelin ter plekke molk en de melk als medicijn gratis
beschikbaar stelde- De eerbiedwaardige politieagent J. Cloo, met een baard
waar Sinterklaas jaloers op zou zijn, heette "De Kinder- diender". Mocht u bijnamen weten met eigen naam en eventueel toe-
lichting over het ontstaan van de bijnaam dan houd ik me van harte aanbevolen voor enig bericht. |
||||||||||
L. Visser
|
||||||||||
De bijnaam van L.C. Dudok de Wit (1843-1913) wonende op
Slangevecht te Breukelen was zo bekend, dat hij als Kees de Tippelaar staat vermeld in de beknopte Nederlandse encyclopedie van K. ter Laan met de toelichting "ver- maard om zijn wandeltochten door heel de wereld". |
||||||||||
63
|
||||||||||
Nieuwe aanwinsten
Over de jaren 1981/1982 ontving onze Stichting de vol-
gende schenkingen, waarvoor onze hartelijke dank. De col- lectie van de Van de Poll-Stichting is erdoor verrijkt. 1. Wijlen de heer L.W. Burger te Zeist: foto van de Zeis-
ter tram en foto's van het gezin Burger-Havens. 2. Mevrouw Huber-geb. jonkvrouwe de Pesters te Beekbergen
bij Apeldoorn: oude groepsfoto en bescheiden betref- fende "de Christelijke vrouwenvereeniging tot heil der armen te Zeist", opgericht 1870. 3. De heer W. van der Weide te Driebergen: stukken afkom-
stig uit het Huis "Schoonoord" aan de Driebergseweg (gesloopt 1955) en het huis "Finspong". 4. De heer W.F. Mijnhardt te Zeist: ménoires van A. Mijn-
hardt Sr. 5. Mevrouw A. Boxman te Zeist: oude briefkaarten van
Zeist. 6. Drs. P.W. van der Heide te Zeist: jubileumboekje 50
jaar Woudschoten. 7. De heer W. Klomp te Amstelveen: stukken afkomstig uit
de nalatenschap van G.J. Uitman te Zeist. Mr dr V.A.M, van der Burg
|
|||||
64
|
|||||
SAMENVATTING
van de toespraak van dr A.A.H. Stolk, ondervoorzitter van de Van de Poll-Stichting, ter gelegenheid van de "Open Dag" op 18 september 1982 Na een woord van welkom tot de aanwezigen, die de con-
greszaal van het Slot praktisch geheel vullen, wijst spreker erop, dat de organisatie van een "Open Dag" een nieuw initiatief is van de Stichting. De bedoeling is, dat de Stichting zich op die dag als-het-ware presen- teert aan een breder publiek dan waarmee zij gewoonlijk te maken krijgt. De "Open Dag" is daarom toegankelijk voor ieder belangstellende en het succes van het vorig jaar leidde ertoe er zo mogelijk een jaarlijks terugke- rend evenement van te maken. De "Open Dag" van dit jaar is opgezet rondom het cen-
trale thema "Grepen uit de Nederzettingsgeschiedenis van Zeist". Wij konden beschikken over foto's en materiaal, verzameld door drs R. Blijdenstein in het kader van zijn opdracht basismateriaal te verzamelen voor een gemeente- lijke monumentenlijst. Spreker betuigt de heer Blijden- stein mét het gemeentebestuur én de gemeente-ambtenaren, die hulp hebben verleend, erkentelijkheid voor de gege- ven medewerking. Te zien is een verzameling van voor een bepaalde bouw-
wijze typerende bouwwerken, natuurlijk niet alle type- rende bouwwerken in de gemeente - Huis ter Heide, Den Dolder en Austerlitz bleven erbuiten - maar iedere af- beelding betreft een bouwwerk, dat karakteristiek is naar bouwperiode en stijl. Er is een onderverdeling ge- maakt naar negen sub-thema's, die afzonderlijk zijn ten- toongesteld, elk aangevuld met foto's en kaarten uit eigen verzameling. V66r de opening van de tentoonstellingszaal zal een
film worden vertoond over de intocht van de geallieerde troepen in Zeist begin mei 1945. Het was aanvankelijk de bedoeling nog een, recent aangekochte, film te vertonen, die in 1930 is opgenomen door "Polygoon" om de aantrek- kelijkheid van Zeist in die jaren uit te doen komen, maar dit bleek door een technisch gebrek op het laatste 65
|
||||
moment niet mogelijk. Er zal ongetwijfeld later gelegen-
heid toe zijn. Spreker zegt de heer Wels dank voor zijn bijzondere hulp bij de filmvertoning. Voorts wijst hij op de publikaties van de Stichting,
die ten verkoop zijn neergelegd en op de mogelijkheid van bezoek aan de werkkamer; de nieuwste aanwinsten zijn daar aanwezig. Voor kennismaken met de verzamelingen van de Stichting is vandaag geen gelegenheid; daarvoor kome men op dinsdagmorgen. Men verzuime echter niet om vandaag het portret van Willem Adriaan van Nassau, dat door de ge- meente recent verworven is en dat in de zogenaamde zil- verzaal hangt, te bezichtigen. Het werk van de Stichting, aldus spreker, is de laatste
jaren in een soort stroomversnelling terecht gekomen, ook al zijn wij nog lang niet waar wij zouden willen zijn. Het aantal publikaties - monografieën, artikelen in het Bulletin - is zeer veel groter dan vroeger. Het zou van belang zijn te komen tot een zekere systematisering, uit- gaande van de "witte plekken" in de zeister geschied- schrijving, waarop Van der Burg doelt in zijn nieuwe bi- bliografie. Het zou ook van belang zijn indien er meer onderzoekers beschikbaar waren. Voor de bewerking van het laatste deel van de Bronnen (tot 1680) schijnt een oplos- sing in zicht; ook zal binnenkort een monografie ver- schijnen over de ontwikkeling van de moderne arbeiders.be- weging in Zeist. Buitengewoon veel werk is verzet aan het documentatiewerk, de iconografische atlas, het kaartmate- riaal, de knipselverzameling, de bibliotheek; bijna alles is geordend en toegankelijk. Er is een bibliografie ge- reed gekomen met de namen van 129 auteurs. Spreker dankt allen, die, gering in aantal, zoveel tot stand konden brengen. Tenslotte drie opmerkingen. In de eerste plaats het
feit, dat de Stichting er bij lange na niet is. Veel mo- gelijkheden blijven liggen wegens te geringe armslag. Dit is ook wel het gevolg van een gebrek aan financiële mid- delen. Enerzijds verricht de Stichting werk, dat elders voor gemeenterekening komt; anderzijds is het geringe gemeentelijke subsidietotaal onvoldoende. Overigens ware |
||||
het niet terecht de gemeente in zo moeilijke tijd nog
bijzondere eisen te stellen. De tweede opmerking betreft de betekenis van de locale
geschiedenis voor, wat genoemd kan worden, de "grote" geschiedenis. Jtiist door de studie van de kleinschalige gebeurtenissen in een kleinschalige samenleving, wordt de samenhang tussen de gewone mensen en de grote gebeur- tenissen duidelijk. De grote geschiedenis kan niet zon- der die van de locale samenlevingen; de beschrijving van de onderlinge aanraking is voor die geschiedenis onmis- baar. Onze Stichting mag zich gelukkig prijzen daar her- haaldelijk toe te hebben bijgedragen, in het kader van de kerkelijke, politieke, economische, industriële, be- stuurlijke en kunstgeschiedenis. Wij hopen daarmee door te gaan. Tenslotte dankt spreker, als derde opmerking, al de-
genen, die tot het welzijn van de Stichting het afgelo- pen jaar hebben bijgedragen. Hij beveelt de Stichting met nadruk aan in de belangstelling van de aanwezigen. Zij is dat tenvolle waard. |
|||||||
Een nieuwe publikatie
Op vrijdag 26 november 1982 verscheen een nieuwe publi-
katie van onze stichting, geschreven door de heer G. van Nieuwenhuizen en getiteld: "En die stroom rees al meer en meer". Een historische
schets van de opkomst en de ontwikkeling van de sociaal- democratische arbeidersbeweging in Zeist van 1907-1982. De verkoopprijs bedraagt ƒ 10,—. Toezending per post is
mogelijk na overmaking van ƒ 12,50 op postrekening nr. 3.840.383 t.n.v. de Van de Poll-Stichting te Zeist. |
|||||||
m
|
|||||||
DE BEVRIJDING
Met de beelden van de tijdens de open dag vertoonde
film van de bevrijding nog vers in het geheugen werd mijn aandacht gevestigd op het nummer van de Zeister Post van 9 mei 1945 met een uitvoerig verslag van de intocht van onze bevrijders. Het wordt hierna volledig overgenomen. Enkele dagen later bood iemand onze Stichting een aan-
tal foto's van deze intocht aan, waarvoor onze dank. Voor foto's en ander documentatiemateriaal houden wij ons van harte aanbevolen.. L. Visser
|
||||||
INTOCHT ONZER BEVRIJDERS!
GEDULD OP DE UITERSTE PROEF GESTELD
Eindelijk zijn ze Maandagmorgen, 9.35 uur precies,
Zeist binnengekomen om het gezag over te nemen, dat op Duitse wijze uitgeoefend, zo onverwacht lang moest worden verdragen, bedreigd door wapengeweld. Wel werd het geduld tot het uiterste beproefd. Vanaf
Vrijdagavond werd onze uitslaande blijdschap telkens weer onderbroken door depressies. Als krijgsgevangenen waren de eerste "Tommies" reeds ruim een week geleden door Zeist gekomen, maar Vrijdagavond doorkliefde de vreugde- kreet alle lanen en straten: "Ook West-Holland was weer vrij!" Edoch, de vurige wens was ook hierbij vader van de gedachte. Men was in de omroep voorbarig geweest, daar pas sprake was van wapenstilstand en capitulatie, die echter eerst nog moest worden geratificeerd wat betreft de door onze bevrijders gestelde voorwaarden. Dit alles werd pas geleidelijk bekend en zo ging Zeist met glorieu- ze gedachten ten aanzien van Zaterdagmorgen ter ruste. Om 8 uur toch zou de overgave officieel zijn en waren de Britten en/of Canadezen hier te verwachten. Zo heette het althans en de "ze zeggen"-berichten volgden elkaar op 68
|
||||||
den voet, toen heel de Zaterdagmorgen niet één der zo
vurig verbeide Tonmiies gezien werden. Wel waren te zien de enthousiaste menigte, de vele vlaggen en het algemene Oranje op de borst. Dat ze tegen elf uur zouden komen, bleek alweer niet waar, maar 's middags kreeg men dan toch een tweetal auto's, gevolgd door motorrijders in de welkome uniformen te begroeten en laaide de feestvreugde hoog op als voorteken van wat nog volgen zou, als de bevriende bezetting van Zeist zou worden verwezenlijkt en geen gevaar van Duitse machtswellust en verbetenheid meer was te duchten. Want de feestvreugde na vijf jaren oorlog en nijpende
honger ten laatste werd niet gegund. Nog deed de Wehr- macht zich gelden door het vlaggedoek en het Oranje te doen verwijderen of zonder meer af te rukken, waarbij zelfs kinderen niet werden ontzien. Andermaal zakte de stemming tot nabij het nulpunt, al
bleef over het toejuichen van de V.V.O.-auto's en de ge- dachte, dat ze tenminste 's avonds wel zouden arriveren of anders 's nachts. Maar ze bleven maar weg en zelfs 's Zondags heel den dag, al werden opnieuw tijden van aankomst genoemd. Hoop en teleurstelling wisselden elkaar af en er bleven optimisten en pessimisten onder het publiek, dat toch node huiswaarts keerde. Men had al leden van het K.Z.H.M, in het Politiebureau zien bijeen- komen, maar wist niet, dat dit slechts een voorbereiden- de maatregel betrof. Officieel werd echter bekend, dat 's middags om 4 uur de ratificatie zou plaatsvinden en.... dus zouden ze 's avonds toch zeker wel komen om ook hier de Wehrmacht te ontwapenen en daarmee Zeist practisch weer vrij te maken. Want eerst moesten de overweldigers worden uitgeschakeld, wilde men zich vol- komen kunnen uitleven in alles overheersende feestroes, waarbij zelfs van de wrevel over het lange wachten op de uitreiking der voedselpakketten niets meer zou worden gehoord. Boltini's vrachtauto, volgeladen met jongeren, brak
even de eentonigheid ingevolge het lange wachten en te- recht zong een talrijke jeugdschare de rijen langs het advies: "Houdt er de moed maar in!" 69
|
||||
Maandagmorgen was men getuige van de exodus der zich
noemende "beschermers", waarop ook het rumoer in de nacht had gewezen en ja waarlijk! deze Maandag- morgen zijn Onze Bevrijders in- derdaad verschenen al was het om tussen de dichte drommen feestgangers door verder te rijden ter bezetting van onze westelijke Provincies. Steeds algemener werd de feesttooi en geregeld groeiden
de dichte rijen tot om 9.35 uur precies de eerste tank- colonne doorkwam, heel den dag opgevolgd door allerlei gemotoriseerde wagens en motorrijwielen, waarvan de in- en opzittenden met enthousiasme werden begroet. Zeist, Canada en Engeland reikten elkaar de hand. 't
Werd een ware zegetocht voor de Tommies en Canadezen. Om 10 uur werd ook van de toren van het Raadhuis de vlag uitgestoken, waarbij de burgemeester. Mr. W.A.J. Visser, hersteld van zijn "ziekte" op het balcon verscheen en alvast een ovatie'kon aanhoren van wie Zijn EdelAchtbare opmerkten, die inmiddels in de Burgemeesterskamer ook Wethouder Lammerts van Bueren weer had begroet. Vervol- gens kwamen Officieren ten gemeentehuize hun opwachting maken. Bij de ontvangst waren tegenwoordig de heeren Burg. Mr. W.A.J. Visser, Baron Mackay, Lingeman (Dis- tricts-Commandant), de Marie (mil. Districts-Commandant) Bart, en verder de illegale pers. Na begroeting en toe- spraak door den burgemeester verschenen de Local Comman- der Mat. Gen. Galloway en de verbindingsofficier Quarles van Ufford, de nieuwe gezaghebbers, op het balcon, waar hun door de menigte een ovatie werd gebracht, die vervol- gens kon luisteren en instemmen met de passende muziek van het K.Z.H.M. , gedirigeerd door zijn voorzitter, den heer Adriaans. Dat het rond het Rond feestelijk bleef laat zich begrijpen, terwijl de zeer zeker ook passende diepe ernst 's avonds tot uiting kwam in de dankstonden, welke in alle kerken geen plaats onbezet lieten. Want dankbaarheid aan God mag vooral ook in Zeist de harten vervullen, bedenkende hoezeer onze gemeente bevoorrecht bleef en gevrijwaard was van evacuatie en oorlogsgeweld in betekenende omvang. Zeist is gespaard en heeft daarom onder ons volk temeer redenen om te jubelen. Nederland is weer vrij! 70
|
||||
Al mag niemand vergeten of terzijdestellen, hoeveel
smartelijke offers daarvoor werden gebracht, nog afge- zien van de materiële schade, welke ons land werd toege- bracht. Maar nogmaals: Nederland is weer vrij en dies zijn wij
blij! Vijf jaren geleden kenden wij ook een intocht van
vreemde strijdkrachten. Hoe tegengesteld was de ont- vangst toen en nu, sombere stemming toen, uitgelaten vreugde thans. Maar genoeg, het schrikbewind is ten einde! In de namiddag gaf "Oefening baart Kunst" aan het Rond
vrolijke muziek ten beste, terwijl in het perk vooraan de Nassaulaan de sierlijke vlaggenmast werd opgericht. Langs den weg zag men telkens de arrestanten van de
N.S.B, passeren, zowel degenen die om gewin heulden met den vijand als de N.S.B.-ers, die de Duitsers hun kame- raden noemden. Duidelijk gaf het publiek zijn voldoening te kennen betreffende deze verzameling in het Slot. Na afloop van de Kerkdiensten werd ten besluite van
deze historische nimmer te vergeten in alle opzichten stralende Meidag een feestconcert gegeven door een Schots muziekcorps, dat de belangstelling en waardering genoot van een duizendkoppige menigte, die in 't bijzon- der de klanken van ons oude Wilhelmus op prijs stelde. Een Engels officier hield een toespraak en het publiek
vernam, dat deze exinternist van ons Zeister Lyceum was, nl. de Heer B. Wirth. Dat er nog feestvertoon van de jongeren volgde hoeft nauwelijks te worden opgemerkt. Het schrikbewind is voorbij!
|
|||||||
Op de volgende pagina's staan beelden van de intocht der
bevrijders op maandag 7 mei 1945. |
|||||||
71
|
|||||||
72
|
|||||
73
|
|||
Een stukje apothekershistorie uit het dorp Zeist*
In het midden der 19e eeuw, onder het burgemeesterschap
van burgemeester Van Bern, verwoestte een brandje het gemeente-archief. Dat is voor alle nakomelingen, die belang stellen in de geschiedenis van onze plaats, een niet genoeg te betreuren feit. Een lichtzijde mag het genoemd worden, dat we ten on-
zent een soort gemeente in de gemeente bezitten in de Evangelische Broedergemeente (de z.g. Hernhutters), die sedert ongeveer 1767 in ons dorp zijn en er zeer behoor- lijke archieven en dagboeken op na houden, en door hun zeer intensieve samenleving soms allerlei kleinigheden in hun "Aeltesten-Conferenz" - plaatselijk bestuur - behan- delen en daarvan in hun "Diarium" aanteekening hielden. Dr. F. H. H o 1 m, voormalig lid van de fa K r a e-
pelien en Holm, mede geholpen door Pastor Muller , den predikant der Broedergemeente, ver- schafte mij tal van feiten en afschriften uit de Diaria. Hierbij gevoegd een aantal familiepapieren, als acten van koop, vennootschap, ontbinding, enz. maakten het mo- gelijk, een vrij geregeld verhaal van een der oudste apotheken samen te stellen. Het vroegste bericht, dat we aantroffen over een apo-
theek, is uit 1792. Op den 12den Aug. van dat jaar stierf volgens het Diarium Gerrit van Wees, in leven apotheker. Van dezen staat wel niet vast, dat hij een apotheek heeft gedreven, maar een volgend bericht maakt dit toch wel hoogstwaarschijnlijk. Op 3 Juli 1793 ver- meldt namelijk het dagboek, dat Broeder Christian Gottlieb Hentschel als aanstaande provi- sor der gemeentelijke (lees: Broedergemeentelijke) apo- theek van Herrnhut "behouden is aangekomen". We mogen dus hieruit zonder al te veel fantasie vast-
stellen, dat sedert pl.m. 1780 de Broedergemeente een eigen apotheek bezat, waarover eerst G. van Wees |
||||||
* Met toestemming overgenomen uit het Pharmaceutisch
Weekblad, 1931 74
|
||||||
en daarna C. G. Hent schel als beheerende apo-
thekers werden aangesteld. Zes jaar later wordt het eenigszins anders. Dr. W u 1-
1 e n komt als arts naar Zeist, weder uit Duitschland. Van hem lezen we, dat Doctor DanielRenatus W u 1 1 e n den lOden Febr. 1777 in Gnadenfrei werd ge- boren en dat hij in Berlijn en Jena "vlijtig had gestu- deerd". Hij was chirurg met goede practische scholing en als Doctor gepromoveerd, wat zeker een kranige prestatie genoemd mag worden voor iemand van 22-jarigen leeftijd. Hij zal in de Broedergemeente als chirurg en huisarts
fungeeren, mag ook andere particuliere patiënten te Zeist behandelen, maar moet tevens toezicht houden over de apotheek. Dit was dus, van ons standpunt bezien, een achteruit-
gang, daar de pharmaceutische belangen hier weer werden gelegd "in manu medici". De kroniek merkt echter fijntjes op, dat het Bestuur
het niet raadzaam acht, hem procenten toe te staan van den apotheek-omzet, maar liever een vaste vergoeding geeft voor het provisoraat! Zelfs onder de Broeders schijnt men het dus niet onmo-
gelijk te hebben geacht, dat de veelvuldigheid van het voorschrijven wel eens gelijken tred kon houden met per- soonlijk, geldelijk gewin. Een goed jaar later komt daar reeds verandering in.
Uit de koopacte blijkt "dasz seine bisherige Praxis als Doctor und Chirurgus alhier, nicht hinreichend sei um davon seinen ordentlichen Unterhalt zu haben, viel weniger in der Folge davon eine Familie ernahren zu können, so hat er zu dem Ende vorgeschlagen und ersucht zu seinem besseren Durchkommen sowohl als zu mehrerer Beschaftigung, ihm die hiesige Gemein-Apotheke für seine eigene Rechnung und Risico zu überlassen". Na vele dingen "reiflich erwogen" te hebben, geschiedt
zulks op allerlei uitvoerig beschreven voorwaarden. 1. Koopsom van zaak en inventaris met voorraden, etc. ƒ 4316.14, het bedrag waarvoor alles op 1 Jan. op de balans stond. 2. De helft van het bedrag contant, de rest zoo gauw mogelijk, met 4 procent rente verhoogd. ^5
|
||||
3. Tot alles betaald zal zijn, blijft zijn geheele vermo-
gen en de heele inventaris als hypotheek. 4. Alles ge- schiedt alleen, om Br. W u 1 1 e n te helpen, dus zoodra die hulp niet meer noodig is, vervalt de apotheek weer aan de gemeente terug, ook bij sterfgeval, etc. 5. Br. W u 1 1 e n belooft, zich naar de verordeningen en re- gelingen der Gemeente te gedragen en voor het aanschaffen van goede medicamenten te zorgen en deze voor den laagst mogelijken prijs te verkoopen "so dasz alles zur Ehre Gottes und zur Zufriedenheit der Geschwister gereiche und allen Klagen und Unannehmlichkeiten vorgebeugd werde". Lang heeft Dr. W u 1 1 e n geen plezier gehad van zijn
gecombineerde praktijk. Hij was n.1. lijdende aan "tering" en stierf reeds 26 Febr. 1803, ruim 26 jaar oud. Voor de gemeente schijnt de combinatie medicus-apo-
theker wel aanlokkelijk geweest te zijn, want zij zoekt een ander. 26 Mei 1803 komt Doctor Johannes Chris-
tiaan Kaulfusz, die zij "beroepen" hebben, uit Neuwied, om de plaats eens te zien en besprekingen te houden. Of hij de betrekking van gemeente-arts-apotheker krijgen zal, wordt in een plechtige bestuurszitting op 2 Juni door het lot beslist. Hij wordt door deze "hoogere leiding" aangewezen en heeft er zich dan ook aan te hou- den, maar....... 15 Juni schrijft hij uit Neuwied, dat hij zijn huis en praktijk aldaar niet kwijt kan raken en
dat hij niet wil overkomen, voor hij al zijn schulden kan afdoen. Nu volgt er weer een voor ons merkwaardige uiting. De
Aeltesten-Conferenz biedt hem n.1. een voorschot aan "om- dat men met het oog op de apotheek in verlegenheid zou kunnen komen". Hieruit blijkt, dat ook in die rumoerige dagen na de
Revolutie het "Toevoorzigt" aan zijn eischen vasthield! en bovendien, dat de menschen beter een jaartje zonder dokter konden, dan zonder apotheker! Wanneer Kaulfusz precies is gearriveerd, blijkt
weer niet, wel dat hij er in 1804 is, want d.d. 1 Maart 1804 onderteekent hij met een uitvoerig onderschrift de boven gememoreerde koopacte van Dr. W u 1 1 e n en ver- 76
|
||||
klaart, dat contract punt voor punt te zullen nakomen.
Daarna vinden we zijn naam eenige malen bij het zoeken
van een meer geschikte woning voor zijn gecombineerde praktijk, tot hij naar het dubbel-pand op het Broeder- plein verhuist, waar de apotheek van pl.m. 1805 tot 1921, gevestigd zou blijven. Dr. Kaulfusz was wel gehuwd, maar had geen kin-
deren en daarom richtte hij zich eenige malen tot het bestuur met het verzoek, zijn halfzuster, mevr. de wed. Kraepelien-Böhlo met haar 10-jarig zoon- tje bij zich in huis te mogen opnemen, met de bedoeling, dit jongetje dan in de apotheek op te leiden. 16 Febr. 1805 wordt dit verzoek toegestaan. Carl Friedrich Kraepelien
doet zijn intree in de apotheek en we bezitten een di- ploma, uitgereikt door "De provinciale Commissie van ge- neeskundig Onderzoek en Toevoorzicht", resideerende te Utrecht, dat aldus luidt: "Alzoo bij ons, in de hoedanigheid van Apothekersleer-
ling is ingeschreven Carl Frederik Krae- pelien bij den heer Med. Dr. Kaulfusz te Zeist, zoo wordt daarvan bij deze aan denzelven dit, met ons gewoon zegel bekrachtigd, getuigschrift afgegeven, in onze vergadering, gehouden te Utrecht den 5den Oct. 1821. Namens de Comm. voorn.: N. C. deFremerij, President, Ter ordonnantie van dezelve: S u e r m a n, Secr. De jonge Kraepelien (geb. 22 Febr. 1795 te
Hernnhut) was toen ruim 26 jaar; had van zijn 12e jaar af in de apotheek gewerkt en deed volgens een andere bron (geen acte van gevonden!) in den herfst 1822 apo- thekersexamen, om de apotheek in plaats van zijn oom Dr. Kaulfuszte kunnen besturen. Oom Kaulfusz was reeds 27 juni 1822 overleden en de zaak stond dus op naam zijner weduwe. , ' ' " De Directie der Gemeente geeft weer haar fiat in een
uitvoerige acte. Hij mag de apotheek overnemen onder vijf voorwaarden, die in een uitvoerige acte zijn neergelegd, die ik verkort weergeef. |
||||
77
|
||||
1°. Onverminderd de gewone jaarlijksche lasten en bij-
dragen, zal Br. Kraepelien een jaarlijksche Recognitie betalen van ƒ 350,—, Hollandsch Courant (er- kenning eigendomsrecht der gemeente). 2°. Daarentegen zal de Gemeentedirectie zorgen, dat
door den hier praktiseerenden Arts geen Apotheek opge- richt wordt, noch geneesmiddelen worden geleverd. Bij- aldien de Directie in dit voornemen niet slaagt, zal de verdere betaling der Recognitie ophouden, etc. 3°. Voorschreven accoorden moeten twaalf maanden voor
den verschijndag worden opgezegd ......waaronder ook de
beloften der Gemeente ten opzichte van geneesmiddelle-
verantie van den arts buiten "alle kracht en waarde wor- den gesteld". 4°. Alle rechten zijn slechts personeel, niet vatbaar
voor verkoop of vererving, etc. 5°. Winst en verlies loopt geheel en al uitsluitend
voor rekening van Br. Kraepelien. Deze acte werd 1 Mei 1823 geteekend.
Kraepelien huwde in '24 op 9 Maart met
Friedericke Holm, welk huwelijk weer kin- derloos bleef, zoodat hij vele jaren later weer moet gaan uitzien naar een opvolger. De eenige broer van Mevr. Kraepelien is Dr. Peter Holm, wiens oudste zoon Waldemar Cornelis Holm op 13 Maart 1835 te Christiansfeld in Denemarken geboren wordt. Kraepelien laat zijn neef bij zich komen, om
hem in de apotheek op te leiden. Reeds pl.m. 1855 heeft de jonge Holm een leidende functie in de apotheek. Op 16 Sept. 1864 wordt een vennootschap aangegaan tus-
schen C. F. Kraepelien en W. C. Holm, waarbij wordt vastgesteld, dat Mevrouw Kraepelien na overlijden van haar man de zaak onder den firmanaam Kraepelien en Holm mag voortzetten met den heer W. C. Holm als hoofd. Intusschen heeft de apotheek een grootere reputatie
gekregen. Weliswaar is er intusschen reeds lang een tweede apotheek in Zeist (Guldensteeden E g e 1 i n g ) en is de gemeente niet noemenswaardig 78
|
||||
gegroeid, maar de oude heer Kraepelien is
kaufmannisch aangelegd en fabriceert in den tot labora- torium gemetamorfoseerden stal van Dr. Kaulfusz mondwater en vruchtensappen. Eau de Botot gaat over de grenzen der gemeente en van uit de omliggende gemeenten zenden de landgoedbezitters 's zomers hun frambozen en kersen bij honderden kilo's naar de apotheek, om die in vruchtensappen en stropen om te zetten. L'appêtit vient en mangeant. Het laboratorium groeit
langzaam uit tot fabriek. 23 Maart 1871 is Kraepelien overleden. De
vennootschap van H o 1 m met mevr. de wed. Kraepe- lien blijft bestaan tot 1876, toen zij blijkens een acte, verleden op 27 Oct. '76 voor Notaris V o s- m a a r, werd ontbonden. Twee jaar later stierf mevr. Kraepelien. W. C. Holmisde eenige firmant en eigenaar en blijkens fabrieksgegevens een zeer vlij- tige. Hij legt zich vooral op fabricage toe van nieuwe spe-
cialitê's. In 1877 brengt hij de Quina La Roche in den handel, met en zonder staal, in 1882 de Asthma-Cigaret- ten en de zoo beroemd geworden Salmiak-Pastilles, in 1884 komen er de Tamarinde-Bonbons bij en in 1886 de Eikelcacao. Het fabrieksbedrijf overvleugelt verre de apotheek.
Maar bij alles wil de heer H o 1 m geen kwakzalverij. Hij blijft sober in zijn reclame en bereidt alleen zorg- vuldig deze speciale artikelen, die nooit als Janusje- voor-alles worden aanbevolen. Als hij in den influenza-winter van 1890 het hoofd ne-
derlegt, zit mevr. de wed. H o 1 m voor groote moeilijk- heden. Apotheker P o n t i e r is korten tijd haar provisor,
maar dan gaat zij scheiding maken tusschen fabriek en apotheek. De fabriek wordt onder de firmanaam Kraepe-
lien en Holm voortgezet door Mevr. de wed. H o 1 m, tot haar oudste zoon in 1902 er de directie van overneemt. Chem. Dr. F. H. Holm associeert zich in 1908 met Dr. J. F e 1 d h a u s. Eerst 31 Maart 1924 19
|
||||
treedt mevr. H o 1 m geheel uit de vennootschap, Intus-
schen worden steeds meer verschillende praeparaten gefa- briceerd of verhandeld en de richting van dien handel bevalt op den duur Dr. H o 1 m weinig, zoodat hij op 31 Maart 1930 ook als vennoot en deelnemer uittreedt. Dr. J. F e 1 dh a u s is sinds kort dus de eenige besturende vennoot. Was al lang de fabriek zeker het meest bloeiende deel
van de firma Kraepelien en Holm geweest, de apotheek werd toch in hetzelfde pand op het Broederplein nog vele jaren voortgezet. Zij werd verkocht aan den Nederl. Apotheker J.H. Broedelet, die haar na enkele jaren overdeed aan apotheker J. G. Milius. Deze was reeds den middelbaren leeftijd genaderd, toen hij in Zeist zijn intree deed. Toen hij in 1915 overleed, had zijn zoon, de tegen-
woordige dirigeerende apotheker van de fa. R a t h- k a m p in Indië, geen lust, op het stille Broederplein te Zeist verder zijn leven te slijten en na eenige pro- visoraten van korten duur werd op 1 Juli 1916 de toenma- lige provisor apotheker U. J. H u b e r eigenaar. De apotheek, die in de wandeling nog altijd "de apo-
theek van Kraepelien" heette, maar dien naam feitelijk niet meer dragen mocht, verplaatste H u b e r in 1921 naar de drukkere 2e Dorpsstraat. Hiermede zijn we in onzen tijd aangeland, die nog his-
torie worden moet en dus voor een geschiedkundig over- zicht geen waarde heeft. Het oudere gedeelte leek me intusschen belangrijk ge-
noeg om eens aan de vergetelheid te ontrukken en in een historisch verband bijeen te brengen. D. van Zanten
Aan het artikel van de heer D. van Zanten uit 1931 kan
nog een en ander worden toegevoegd.
1, De ijver van de heer W.C. Holm voor een goede dienst-
verlening aan zijn klanten komt ook tot uitdrukking in de volgende advertentie in de Weekbode voor Zeist, Driebergen en omstreken van 12 juni 1886. |
||||
80
|
||||
Wegens den verren afstand van onze Apotheek van
eenige gedeelten dezer gemeente, hebben wij, op ver- zoek van velen, besloten van heden af 2 bussen te plaatsen en wel een op den Utrechtschen straatweg bij de Tramremise, de andere Hoogenweg aan de Bewaar- school, met het doel daarin recepten en andere be- stellingen in ontvangst te nemen. De lichting zal ge- schieden voormiddags 9.30, namiddags 1.30 en 5.30. Op Zon- en feestdagen 11.30. KRAEPELIEN & HOLM,
Apothekers, Broederplein. Zeist, 12 Juni 1886.
Uit de hierna afgedrukte brief en advertentie uit
de Weekbode van 19 juni d.o.v. blijkt dat collega Guldensteeden Egeling niet erg gelukkig was met deze gang van zaken. De beide heren konden elkaar in elk geval enkele
malen per dag ontmoeten bij het lichten van de recep- tenbussen op precies dezelfde tijden en plaatsen. INGEZONDEN
Mijnheer de Redacteur!
Vergun mij, in verband met achterstaande advertentie
de volgende opmerking te maken: Slechts noode ga ik over tot het plaatsen van recep-
tenbussen, een maatregel die in de Pharmacie als min- der gepast wordt beschouwd en die, in enkele groote steden van ons Vaderland toegepast, meestal tot de grootste onaangenaamheden tusschen collega's heeft aanleiding gegeven. Nu echter de heer Holm hiermede is begonnen, meen
ik verplicht te zijn, zijn voorbeeld in dezen te moeten volgen. Hoogachtend, UEd. Dr. dienaar.
Guldensteeden Egeling
Zeist, 19 Juni 1886. 83
|
||||
Verwijzende naar het ingezonden stukje in het No. van
heden, hebben de ondergeteekenden de eer te berichten dat zij Dinsdag, 22 Juni ook twee RECEPTENBUSSEN
zullen plaatsen, eene op den Utrechtschen straatweg
bij de Tramremise en eene aan de Bewaarschool op den Hoogenweg. De lichting zal geschieden des voormiddags 9.30, 's na-
middags 1.30 en 5.30. Op Zon- en Feestdagen 11.30. CULDENSTEEDEN EGELING & ZOON,
Apotheker. Dorpsstraat.
, Na 1931 zijn de apotheek aan de 2e Dorpsstraat en de
fabriek aan de Karpervijver geschiedenis geworden. Op 23 maart 1960 schreef de heer J.A.J. van Hulsen aan het gemeentebestuur van Zeist dat de ten name van de Pharmaceutisch-Chemische Fabriek "Kraepelien en Holm" staande hinderwetvergunningen konden worden ingetrok- ken omdat het bedrijf dat was gevestigd in de percelen achter het pand Karpervijver 5, welke percelen tot 1 januari 1960 gehuurd werden van de Evangelische Broedergemeente, inmiddels waren ontruimd. De apotheek van Huber werd in 1968 door drs J.H.
Versteeg (eigenaar van apotheek Oldeman, voorheen Gul- densteeden Egeling) overgenomen met de bedoeling deze te verplaatsen naar de wijk "Hoge Dennen- Kercke- bosch". Toen realisering van deze verplaatsing aan- vankelijk niet mogelijk bleek, kreeg apotheek Huber voorlopig onderdak bij apotheek Oldeman aan de Ie Dorpsstraat. Na tien jaar kwam de vestiging "Hoge Den- nen-Kerckebosch" tot stand in het pand Ernst Casimir- laan 72. De in 1830 opgerichte apotheek aan de Ie Dorpsstraat is inmiddels ook opgeheven en verplaatst naar Zeist-West in het pand De Clomp 3144. % , . . - L. Visser
|
|||||
82
|
|||||