Logo Universiteit Utrecht
TitleKaart figuratief van den Waal-stroom, van Schenken-schans tot beneeden het Canaal te Pannerden : waar in vertoont werden de oevers of schaaren die meest van den stroom werden geattaqueert; staande langs dezelve aangetekent de dieptens die daar voor zyn gepeilt ... met welke pyls hoogte sigh de rivier vertoonden in 't laast van 7bris en begin van 8bris deses jaars 1751 ... op deeze meede afgetekent inlaagdyk voor Herwen van 1752 en bleeswerk van 1753 ... en wat nog diende verlangt te worden 1754 ... Translate
TypeMapTranslate
Scale Schaal [ca. 1:13.000].Translate
Region Waal.Translate
Imprint[Plaats van uitgave niet vastgesteld] : [uitgever niet vastgesteld]Translate
Year[1754]Translate
Size32 x 72 cm Translate
AnnotationVan den Brink, 'In een opslag van het oog', 174-175, 57-58, (Resolutie 13 en 16 februari 1754) ex. Ackersdijck suppl. 13 (Dk36-9): alleen rechterhelft aanwezig. ex. *VIII*.B.g.26a-c: met manuscriptaanduidingen (26b-c in kleur). ex. *VIII*.B.g.54: met manuscriptaanduidingen. Translate
CommentDeze mooi gegraveerde tweebladige kaart van een gedeelte van de Waal getuigt van de beteugeling van een groot gevaar voor de provincie Holland, namelijk de dreigende samenvloeiing van de Waal met de Neder-Rijn en daarmee de onherroepelijke ondergang van de economische en militaire Nederlandse kernregio. In de winter van 1751 brak de Lekdijk op diverse plaatsen door en kampte men in de Betuwe en in Holland met overstromingen. Volgens Holland lag de oorzaak van deze wateroverlast in drie doorbraken van de Waaldijk in de buurt van Herwen. Vanaf hier had het water over land vrij spel in de richting van de Neder-Rijn. Het dichten van de doorbraken in de Waaldijk alleen zou echter onvoldoende soelaas bieden. Even stroomafwaarts loerde nog een gevaar, dat vele malen groter was. Tegenover de Bijlandsche Waard lag de Waalbocht bij Herwen, een buitenbocht van een meander die zich zeer sterk en met grote snelheid het land insneed. Zelfs dermate rigoureus, dat de Waal met de Neder-Rijn contact dreigde te gaan maken. De enorme watermassa’s, die de Neder-Rijn dan te verwerken zou krijgen, zouden met zekerheid tot grote materiële schade stroomafwaarts leiden. Om deze rampspoed te voorkomen, drong Holland aan op een interprovinciale aanpak van de kwestie. Uiteraard moest op de eerste plaats de Waaldijk bij Herwen hersteld worden, maar ook verstevigd met strekdammen. Daarnaast zou de Waalbocht bij Herwen afgesneden moeten worden door middel van het doorgraven van de Bijlandsche Waard. Daarmee week niet alleen het gevaar voor Herwen, maar kreeg de Waal ook weer een betere richting. Om deze waterstaatkundige plannen ten uitvoer te brengen, waren onderhandelingen met het Duitse Kleef noodzakelijk. Grote delen van het bewuste gebied bevonden zich immers in Kleefse handen. Na aanvankelijk moeizame onderhandelingen ging Kleef akkoord met het gezamenlijk onderzoeken van de haalbaarheid van de plannen. Uiteindelijk werd de Gelderse landmeter Willem Leenen opgedragen om onder meer na te gaan hoe de doorsnijding van de Bijlandsche Waard was te realiseren. Toch verdween de voorgenomen doorsnijding al vrij snel van de onderhandelingstafel en concentreerde men zich louter op een herstel en versteviging van de Waaldijk, in combinatie met de aanleg van rijswerken. Niettemin vervaardigde Leenen een gedetailleerde kaart van de regio, met daarop de geplande doorsnijdingen van de Bijlandsche Waard en ook de Lobithse Waard. Deze vierbladige manuscriptkaart werd, na verkleind te zijn door de Haagse landmeter Pieter van Swieten, aangepast en gegraveerd door Melchior Bolstra. De gedrukte kaart kwam in 1752 gereed, hoewel de onderliggende manuscriptkaart al in december 1751 als bijlage fungeerde bij een resolutie. Het betrof een brief van de riviercommissie van de Staten van Holland met een verslag van de onderhandelingen met Kleef. Hierin wordt geadviseerd om in te stemmen met de bijdrage in de kosten voor de aanleg van de rijswerken bij Herwen en het opnieuw bepleiten van de doorgraving van de Bijlandsche Waard bij Kleef. De kaart van Bolstra toont op treffende wijze de toenmalige problematiek met betrekking tot de waterstaatkundige situatie in het gebied. Stippellijnen tonen de oudere loop van de Waal, terwijl de voorgenomen doorsnijdingen van de Bijlandsche en Lobithse Waard een prominente plaats innemen. Ook zijn allerlei gerealiseerde en geprojecteerde inlaagdijken ingetekend, evenals tal van verwijzingen naar de morfologische gesteldheid en ontwikkelingen (bijvoorbeeld ‘Extra swaare en sterk aanwinnende Grind welle’). De gedrukte kaart van Bolstra beleefde tal van herdrukken, waarbij het kaartbeeld telkens werd aangepast aan de zich wijzigende omstandigheden en inzichten. Soms gebeurde dat door de koperplaat te bewerken en soms tekende men zaken met de hand in op de afdrukken van de kaart. De hier getoonde kaart dateert uit 1754 en onderscheidt zich van de eerste staat uit 1752 in onder andere de toevoeging van een stukje tekst in de titelcartouche rechtsonder: ‘op deeze meede afgetekent inlaagdyk voor Herwen van 1752 en bleeswerk 1753 tot X en wat nog diende verlangt te worden 1754 tot in W en van daar een inlaagdijk tot a’. Deze voorgenomen waterstaatkundige werken staan ook op de kaart ingetekend. Daarnaast staat bij Lobith een inlaagdijk geprojecteerd: ‘Concept inlaag van den Ossenwaardsen dam 1754’. De Bijlandsche Waard werd uiteindelijk pas tussen 1773 en 1776 daadwerkelijk doorgraven en wel via een wat ander tracé dan hier op de kaart is voorgesteld.Translate
LocationUniversiteitsbibliotheek UtrechtTranslate
Call numberKAART: Moll 133 (Dk41-11)Translate
All metadata as Marc21XMLOpen Marc21 XML in new windowTranslate