Logo Universiteit Utrecht
TitleKaart van de landen van Heusden en Althena, met derzelver aangrenzende polders, buiten-landen en aanpaalende rivieren : behoorende by het generaale plan tot het aftappen der inundatiewateren van de voornoemde landen door den inspecteur generaal van 's lands rivieren C. Brunings en ... C.R.T. Kraayenhoff, voorgedragen en ... in dato 3 February 1798 vastgesteld Translate
TypeMapTranslate
Scale Schaal [ca. 1:31.500].Translate
Region Land van Heusden en Altena.Translate
Imprint[Plaats van uitgave niet vastgesteld] : [uitgever niet vastgesteld]Translate
Year1798.Translate
Techniquekopergrav. Translate
Size64 x 100 cm Translate
AnnotationMet schaalstok (1000 Rhynlandsche roeden). Koeman (Handleiding) 92 Ex. *VIII*.B.m.1: met in handschrift een gepland tracé van een weg tussen Geertruidenberg en Gorinchem. Ex. *VIII*.B.m.1: met bijl. "Plans en profils, van de geprojecteerde hulpgaten in de landen van Heusden en Althena ... " Translate
CommentDeze schitterend gegraveerde kaart toont een gebied, dat in het verleden meermalen te kampen had met wateroverlast, het Land van Heusden en Altena. Het kaartbeeld steunt op het werk van de landmeters Jacob Engelman en Frederik Willem Conrad (1769-1808). De koperdiepdruk is van de hand van Daniel Veelwaard. Conrad had de supervisie bij de totstandkoming van de kaart. Conrad was bedreven in de wiskunde en werd in 1787 bij de genie aangesteld om toezicht te houden op allerlei waterstaatkundige werken in de buurt van Sluis. Een jaar later ging hij werken bij het Hoogheemraadschap Rijnland. In de Franse Tijd werd hij een inspecteur-generaal van de Waterstaat, de voorloper van Rijkswaterstaat en kwam onder zijn leiding onder andere de fraaie kaart van het Land van Heusden en Altena tot stand. De kaart geeft een bijzonder fraai inzicht in de toenmalige waterstaatkundige situatie. Bij Heusden is bijvoorbeeld goed te zien dat de stad aan een dode Maasarm is komen te liggen. Het restant van de Maasloop naar het Hollandsch Diep – het Oude Maasje – is hier verworden tot een nietszeggend riviertje. Goed zichtbaar zijn tevens de vele verzandingen in de Merwede, die de nodige hinder voor de scheepvaart opleverden. Met een arcering zijn de gebieden aangegeven, die in tijden van inundatie of hoog water overstroomden. Hierdoor lijkt het Land van Heusden en Altena een groot eiland, omringd door inundatiegebieden. De kaart biedt tevens een verhelderende kijk op de werking van de zogeheten Baardwijkse Overlaat, die toen net – in 1766 – was aangelegd. Deze overlaat behelsde een vrije doortocht van het Maaswater bij Bokhoven via een plaatselijk verlaagde dijk. Langs de Hoge Maasdijk en de Heidijk werd het water dan via de nieuwe overlaat bij Baardwijk op het Oude Maasje geloosd. Deze gecontroleerde overstromingen werden begrensd door de hogere zandgronden in het zuiden en dijken in het noorden. De Baardwijkse Overlaat vervulde ook een functie in het systeem van de Brabantse waterlinie. Met behulp van inundatiesluizen kon men Maaswater in het dijkenstelsel laten stromen en gebieden inunderen, ter verhindering van de opmars van vijandelijke legers. Aan het Maaswater alleen had men echter niet voldoende voor het opzetten van de inundatielinie. Zoals de tekst in de titelcartouche rechtsboven memoreert, toont de kaart hoe men ook aan het Land van Heusden en Altena inundatiewater kon onttrekken. Tal van voorzieningen, zoals watermolens, sluizen en hulpgaten, worden daarom in een zwaardere graveerstijl benadrukt. Bij de hier beschreven kaart behoort een blad getiteld: ‘Plans en Profils van de Geprojecteerde Hulpgaten in de Landen van Heusden en Althena [...] Gemeeten door de Landmeeters J. Engelman en F.W. Conrad [...], 1798. Dl. Veelwaard sculpsit 1799’. Dit blad is onder meer in het bezit van de Universiteitsbibliotheek Utrecht (Kaart: Moll 253).Translate
LocationUniversiteitsbibliotheek UtrechtTranslate
Call numberKAART: Moll 254a (Dk42-9)Translate
All metadata as Marc21XMLOpen Marc21 XML in new windowTranslate