Titel van de beschrijving | Hoogtekaart gemeente Utrecht, A. van der Zweep, 1931 | Vertaal
|
Titel | Gemeente Utrecht : algemeen hoogteplan : geteekend volgens een plattegrond van de gemeente Utrecht van 1881 met ingeteekende hoogtelijnen | Vertaal
|
Auteur | Zweep, A. van der. | Vertaal
|
Materiaalsoort | Map | Vertaal
|
Schaal | Schaal 1:5.000. | Vertaal
|
Gebied | Utrecht (stad) | Vertaal
|
Impressum | Utrecht : Gemeentewerken Utrecht [etc.] | Vertaal
|
Jaar | 1931. | Vertaal
|
Techniek | ms., gekleurd op een gedrukte basiskaart | Vertaal
|
Afmetingen | 118 x 80 cm + | Vertaal
|
Opmerking | Met vermelding dat de kaart zowel eigendom is van Gemeentewerken Utrecht als van het Geografisch Instituut der Rijksuniversiteit Utrecht, waar destijds A. van der Zweep als tekenaar werkzaam was. | Vertaal
|
Annotatie | Manuscriptkaart geteekend oct. 1931. 'Eigendom van het Geografisch Instituut der Rijksuniversiteit te Utrecht'. Zie: Donkersloot-de Vrij, M., 'Kaarten van Utrecht : topografische en thematische kartografie van de stad uit vijf eeuwen', 1989, Kaart 119(1); Vuuren, L. van, ‘Bij de hoogtekaart van de stad Utrecht’, Jaarboekje ‘Oud-Utrecht’ 1932, p. 48-50. | Vertaal
|
Commentaar | Dit is een isolijnenkaart, waarop punten van gelijke hoogte met elkaar verbonden zijn. De hoogtemeting is in het jaar 1897 verricht door de stadslandmeter M.P. Schellekens; zijn kaart was in het ongerede geraakt, maar de waarnemingen waren behouden en die vormden de basis voor de nieuwe kaart: de hoogtelijnen zijn in 1931 ingetekend op een gedrukte plattegrond van de gemeente Utrecht op de schaal 1:5.000 door A. van der Zweep, de kartografisch tekenaar van het toenmalige Geografisch Instituut. Om het verloop van de hoogtelijnen te verduidelijken is de ruimte ertussen met verschillende tinten ingevuld. De hoogtelijneninterval bedraagt 25 centimeter, het is een uiterst gedetailleerd hoogtebeeld van de stad geworden, waar het microreliëf goed uit naar voren komt. Om de nauwkeurigheid van de kaart te kunnen duiden zijn de waarnemingspunten, waarvan de hoogte door waterpassing bepaald was, ook in de kaart opgenomen en onderaan de kaart is in de tabel hun waarde vermeld. De donkerste kleur geeft het hoogste punt aan; dat is het Domplein met 5,75 meter boven N.A.P. Het grillige verloop van de hoogtelijnen is een gevolg van de rivierafzettingen in dit gebied, met oeverwallen en stroomruggen. Maar het reliëf is daarnaast kunstmatig opgehoogd door de eeuwenoude, telkens terugkerende bouwactiviteiten.
De tekenaar zag zich voor het probleem gesteld dat hij 21 verschillende hoogtezones van elkaar moest onderscheiden; idealiter moest dat met steeds oplopende tinten, maar bij zoveel klassen zou men naast elkaar gelegen hoogtezones niet van elkaar hebben kunnen onderscheiden. Hij heeft daardoor gekozen voor het een aantal malen herhalen van een cyclus van tinten van licht naar donker; daardoor zijn de individuele hoogtezones wel beter te herkennen, maar is het verloop van de hoogte van de stad als geheel wel veel moeilijker te duiden.
Een vereenvoudigde versie van deze hoogtelijnenkaart is opgenomen in het jaarboek ‘Oud Utrecht’ van 1932. | Vertaal
|
Locatie | Universiteitsbibliotheek Utrecht | Vertaal
|
Signatuur | Kaart *VII*.B.h.7 | Vertaal
|
Volledige metadata als Marc21 XML | Open Marc21 XML in nieuw venster | Vertaal
|