Commentaar | Hoe men paarden moet voeàen en beryden
pag. î
2. B.Ineâtykbeid, en de manier van hct laten, - 7
3. Purgerai en ciisteren. - - 12
4. l'ergadering van etteragtigc flof in cens hoiiigbeid
van V ct/aglig weefzet. {alcesj etterbuii. «s
5. Vtrfcbe ivcnden met uitvloejinge van et ter, zweer.
35
6. Verzamcilng van etieragtige ftof op t bovenfle van
V boofd. Patent, - 40
7. Beenbederf. - - 43
8. Zweer aan de Scbôtider , //a?e/ aan de Schouder,
openryden qfdrukking op de [cheft. 48
9. Kivctfing van eene Zenww , Jïeken in eene Zenuw.
50
io. Kwetfïng ofbezering van een Pees, dooreen fcherp
qf fnydsnd infiniment. - 51
11 Wbhde aan de 'Fong. - » 53
12. B'oeden uit den Neus. - 53
13. Délie Kollen, ofeen Paard dat koldert. 54
14.''OntfieOng der Amandeien^ verworging. 56
15 On'fiekïfig der Oorklieren. - - 59
16. / etkottdbeid. • - 61.
17, Droes. - 63
18 . Ûitloping van vheibare en beftnette fiofi'e vit de
Neusgaten van bet Paard: kivade droes derpciat*
den. - - 66
19. Ontlasting van eene Etferagtige flof door de neus-
gaten, komenâe uit de longen ; Longziekte , Te»
ring. 74
s.o, Iioestett, zqnder Ontlasting van fr.ot: Drogehoest,
75
41. Bezwaariyke Ademhaling zondtr Koorts: Dampig'
beid. - 76
aa /. Zoort. Dampigbeid uit de JSiatuur, 82
23. II. Zoort. Droge Dampigbeid. - 83
34, III. Ztort, VogtigeDampigbeid, - 84
25* iy*
25. IV. Zoort. Dampigheid, veroorzaakt door eene
Bontziekte. S$
2.6. V. Zoort. Dampigheid dieuitvetheid ofzwaarly-
vigheid ontftaat. - - 86
27. Opboading vm Drek : Vtrftopping. - 87
28. Loop. 8S
29. Overvloedige ontlasting van darmfiym met den drek.
Smehing van vet in h et lyfder paafden. - 89
30 Ontfteking iv de Maag. • - 91
31. Buikpyn, door ontfteking der ingevoanden. 93
32. Onifteking der ingewanden, uit oorzaak van ivor-
men. ■- - 94
33. Ontfteking in de Blaas. • '- 95
34. Ontlasting van etter door de water ivegen ; Etter-
pisfen. . - -97
35. Ophouding van ivater in de blaas : Een paard dat
niet pis/en kan. 99
36. Bloedpisfen. - - 100
37. Moeyelyke Verlosfmgen. - 101
3 S. /. Zoort, van bezwaarlyke verlosfing , door dg
zwakbeid der moeder. - 102.
39. //. Zoort, van moeyelyke Verlosfing , door de fier-
ke famentrekking van den Hais der Lyfmoeder. 104
40. III Zoort, Van bezwaarlyke verlosfing , door de
kwade natuurlyke gefteldheid der moeder. 105""
41. IV. Zoort, van bezzvaarlyke verlosfing, door de
onmatigs grootheid van fommige delen van hst lie •
haam. ... ÎOq
42. V. Zoort, van beztvaarlyke verlosfing , door de
kwade legging van bet lichaam. - m
43. VI Zoort, van bezivaarlyke verlosfing, door d en
Navelftreng. - - - 114'
44. Ah een paard met den Ham, ofde JNageboorte y
ftaan blyft. - - - 114
45. Vervangenheid. - ■ 116
46- Kramptrekking. - - 119
47. Vaarnen, by ons genaamd uitvuendîge vuorin. 12.0,
48. Krauvuagie, fchurft. - 124
49. Ontftekende knobbels, zig vertonende door roven,
febubben, vunge jchurftbeià, mok, Rasp, Egeh-
voeten, of Mokpoten. ' ■ « - 127
50. Wrattetu « « - 130
51. Maaft'51 Maanogîg paard, een paard dat Maanogen heeft.
131
5a. Vlek op bet Eoornagtig Plies van bet Oog. 133
53. Verduifleringvanbet Wateragtig vogt des Oogap-
pels. (WblkA - - . I34
54. Hangende Oren. . - 135
55. Hetbangen der Tonge uit den Bek. - 137
56. Uitwasjtng van V Gebemehe^ bet Hangen des Roos •
ters. - I3§
57. Puisten in den Bek. ... 1^
58. Kiezen, die te hoog uitfîeken , by ons baken ge-
naamd. « - - 140
59. Kzvetfîng der Lagen, - . 140
60. Ferkeerde plaatfing der Ballon. . 141
61. Verlamming van den Koker. . - 144
6a. Zweren aan de Benen. ... 243
63. ZiMOT ofLigger. - - . 145
(64. Bloeycn. ■ 146
€5. Ferftuikingen. » . 146
«56. Gallen in den Hiel. - • 148
<57« Steengal. - - « 150
«58. «S/>^. - ■> 151
69. Qntfteking van den Foet. - j^2
70. FerzameUng van etterin den HieiofdéKroon ,Mok.
- 154
71. Dikke Hiekn of Hakken, • 1^
72. Steek, ofprik in den Foet, een fiuk Nagel in den
Voet. r ■ • 160
73. Fernageien. - . 161
74. Fleescbagtig uitwas, Fyt, Ferrottingindezool met
ftank. - - l6a
75. Barflen in de Hoef, Kwartiervoeten. 163
76. Natuurlyke Nauwvoetigbeid. iÇg
77. Toevallige Nauivvoeîigbeid. « 165
78. Opzwelling van de Jelt, . 166
79. Overboef. 167'
So, Kribbebyten. 167 | Vertaal
|