Titel van de beschrijving |
Twee bladen van de 'Bodemkaart van Nederland', Stichting voor Bodemkartering, 1987 en 1994 |
Vertaal
|
Titel |
Bodemkaart van Nederland : schaal 1:50.000 |
Vertaal
|
Materiaalsoort |
Book |
Vertaal
|
Edition |
2e uitgebr. uitg. |
Vertaal
|
Impressum |
Wageningen : Stichting voor Bodemkartering |
Vertaal
|
Jaar |
1983. |
Vertaal
|
Techniek |
tab., ill. |
Vertaal
|
Afmetingen |
28 cm. |
Vertaal
|
Opmerking |
Basis: 'Topografische kaart van Nederland 1:50.000', uitgave 1984 en 1985. |
Vertaal
|
Annotatie |
1e uitg.: 1980. Met lit. opg. |
Vertaal
|
Commentaar |
Van af 1837 produceerden geologen kaarten van de bovenste aardlagen van Nederland, met behulp van een lithologische (gesteentekundige) legenda met beschrijvingen die ons bekend voorkomen: zand-, klei- en veenbodems. Enkele door Staring vervaardigde kaarten, die elders in deze collectie gedigitaliseerde kaarten voorkomen, zijn daar voorbeelden van. In 1945 werd de Stichting voor Bodemkartering (Stiboka) opgericht in Wageningen en die vervaardigde tot 1965 een bodemkaart van Nederland op schaal 1:200.000, gebaseerd op zowel de lithologische eenheden van Staring als de specifieke omstandigheden bij de bodemvorming, beïnvloed door het moedermateriaal, de geomorfologie, vegetatie en grondgebruik. Daarna ging men over op een systeem van karakterisering van de bodems aan de hand van meetbare kenmerken, zoals de zuurgraad, de textuur, en het percentage organisch materiaal en de eigenschappen van de horizonten van het bodemprofiel, om op basis van deze kenmerken te resulteren in een classificatie, die men beter kon gebruiken voor agrarische doeleinden. Deze classificatie werd ook in een nieuwe bodemkaart van Nederland op de schaal 1:50.000 vertaald, die van 1964 tot 1998 werd geproduceerd.
Behalve de bodemclassificatie (meer dan 200 eenheden werden onderscheiden) bevatte deze kaartserie ook gegevens over de hoogte van de grondwaterstand. De bodem- en grondwaterinformatie wordt weergegeven op een ondergrond van de topografische kaart 1:50.000. Die dient ervoor om de bodemkundige informatie te kunnen localiseren; anderszijds mag ze het kunnen aflezen van de bodemgegevens niet bemoeilijken en daarom is de topografische informatie, vergeleken met de topografische kaart sterk uitgedund.
Elk kaartvlak vertegenwoordigt een bepaalde eenheid, waarin binnen zekere grenzen niet alleen de samenstelling van de bovengrond maar ook de verticale opbouw (het profiel) gelijk is. De bodemkaart heeft een agrarische functie; het stedelijk gebied is dus wit gelaten op de kaart. Met de kleuren is nog steeds een beetje vastgehouden aan de oude door Staring gepopulariseerde kleuren: groen voor kleien, geel voor zand en paars voor veen. |
Vertaal
|
Locatie |
Universiteitsbibliotheek Utrecht |
Vertaal
|
Signatuur |
Kaart *VII*.B.a.100 (bladen 19 West en 19 Oost/20 West) |
Vertaal
|
Volledige metadata als Marc21 XML |
Open Marc21 XML in nieuw venster |
Vertaal
|