[Duitsland natuurkundig: Behalve de nu nog gebruikelijke exoniemen Aken, Berlijn, Eems, Keulen en Straatsburg, en omschrijvingen als Oostfriesche Waddeneilanden, Noordfriesche Waddeneilanden, Noordduitsche laagvlakte, Pruisische meervlakte, Bovenrijnsche laagvlakte en Oost-Friesland, waren – afgezien van allerlei kanalen, bochten, wouden en gebergtes – toen ook de volgende exoniemen nog in gebruik: Brunswijk, Darmstad, Dusseldorp, Emmerik, Frankfort (2x), Hoog-Elten, IJselburg, Kleef, Lubeck, Maagdeburg, Munsterland, Sleeswijk, Straalsond, Zwarte Elster en Wezel. Het Noord-Oostzeekanaal is herdoopt in het Keizer Wilhelmkanaal.]