Op de geologische kaart van Java is informatie toegevoegd over de vulkanen: zijn hun namen dubbel onderstreept (zoals bij de Merapi en de Smeroe) dan stoten ze geregeld as uit, zijn ze enkel onderstreept (zoals de Lawoe of de Sindoro) dan zijn er uitbarstingen van bekend, en als ze een stippellijn hebben (zoals de Salak of de Karang) dan stoten ze alleen gassen uit.
Aan de natuurkundige kaart van Java zijn gebergtenamen toegevoegd: ‘Serajoe gebergte’, ‘Pembarisan gebergte’. Het Middelste Kalksteengebergte is veranderd in de ‘Goenoeng Kendeng’, en het Zuidelijke Kalksteengebergte in de ‘Goenoeng Kidoel’. Nieuw zijn de vele bevloeiingskanaaltjes die op de kaart zijn opgenomen: in de Brantasdelta, bij Demak en Magelang, in het Serajoedal, bij de Tjiliwoeng en Tjimanoek-delta en de Tjipomali.
Op de staatkundige kaart van Java is de spoorlijn van Batavia naar Krawang doorgetrokken tot Poerwa karta (Purwakarta). De tramlijnen, die Bos er in zijn laatste druk had afgegooid omdat de kaart te druk werd, heeft Niermeyer er weer op laten zetten. De tramlijnen van Soerabaja naar Poerwodadi, Blora en Rembang zijn nieuw, vergeleken met die in de veertiende editie, evenals de lijn die op Madoera van west naar oost loopt. In plaats van de tramlijnen staan nu de hoofdwegen niet langer op de kaart. Het aparte symbool voor spoorwegtunnel komt vijfmaal voor op de kaart.