In de provinciekaarten zijn de gegevens uit de nieuw uitgekomen geologische kaarten verwerkt: het IJsseldal heeft nu een veel bredere rivierkleistrook, er ligt veen langs het Apeldoorns kanaal; er is meer beekbezinking bij Eibergen en Borculo en langs de Beerze in Noord-Brabant. In tegenstelling tot de verzamelkaart van de grondsoorten (blad 9) blijkt hier dat er in de Peel nog wel degelijk wat hoogveen ligt om af te graven. Een aantal plaatsen is van symbool veranderd vanwege verandering van het inwonertal in verband met de volkstelling van 31 december 1930. Zo is het inwonertal van Kampen onder de 20.000 gekomen, en de rode agglomeratie is daarom door een puntsymbool vervangen.
Het regionale stoomtramverkeer is over zijn hoogtepunt heen, blijkbaar beginnen de autobuslijnen rendabeler te worden dan de trams: de tram van Roermond via Horn naar Meijel en Deurne gaat nu niet verder dan Meijel; ook de tramlijn van Roermond naar Vlodrop is opgeheven. Datzelfde overkwam de tramlijnen van Hattem naar Kampen, van Kleef naar Emmerik, en van Alkmaar naar Purmerend. De lijn van Schagen naar Alkmaar is deels vervallen.
Om Maastricht heen, op Belgisch grondgebied is een nieuw kanaal gegraven, het Albertkanaal dat Luik en de Maas met Antwerpen moet gaan verbinden. Het hele traject kwam in 1940 klaar. Door de versmalling bij Ternaaien tegenover Eijsden is het niet goed toegankelijk voor schepen uit Nederland.
Den Haag is uitgebreid richting Rijswijk en Wassenaar. Er zijn nu plaatsen en plaatsnamen in de Wieringermeer opgenomen: Middenmeer, Wieringerwerf en Slootdorp.