Editie: 1902, pagina 25 Midden-, West- en Zuid-Europa: Deze economische kaart heeft twee klassen van spoorwegen, veel informatie over de visvangst, aan de hand van arceringen langs de kusten en onderstreping van de voornaamste havens. Voor de industrie zijn steenkool- en bruinkoolbekkens weergegeven, vergelijkbaar met de steenkoolkaart van de Verenigde Staten (blad XXXIX). Daarnaast geeft de kaart informatie over de vegetatie: men onderscheidt steppen, woestijnsteppen en woestijnen, maar die komen vooral voor in de marge van Europa: Anatolië, de Hongaarse Laagvlakte, Oekraïne, het Ebrodal, de Mancha en Zuidoost-Spanje hebben een steppevegetatie; in Afrika zien we woestijnsteppen en woestijnen.
De plattegrond van Londen, die na de zevende editie verviel, is weer terug. Vergelijken we de plattegronden uit de zevende en vijftiende uitgave, dan zien we een enorme toename van de aaneengesloten bebouwing van Londen. Dankzij de grotere schaal kan er meer detail over de binnenstad worden getoond. De verwijzingscijfertjes kloppen niet helemaal: de Tower is niet op de kaart gemarkeerd, het cijfer ‘4’ naast het Parlement verwijst naar de Westminster Abbey, en het cijfer ‘4’ stroomopwaarts noordelijk van de Theems verwijst nergens naar. Omdat de bestemmingen van de spoorlijnen aangegeven zijn, is mooi te zien hoe Londen als een spin in zijn web ligt; de lijnen zijn tot in het centrum van Londen doorgetrokken.
Ook de kaart van de Midlands is een herhaling, die kwam tot en met de vijfde druk voor, maar is nu uitgebreid richting Birmingham. Het is jammer dat slecht te zien is waar de Pennines liggen, maar verder laat de ontsluiting door spoorwegen en kanalen dit industrielandschap – met de Potteries in het centrum – goed zien. Op dezelfde schaal staat naast deze hoofdkaart ook het Ruhrgebied, waar de vroegere industriële ontwikkelingen langs de Wupper (Barmen, Elberfeld, Solingen) nu worden ingehaald door die langs de Ruhr: van Duisburg tot Dortmund.
Een gekleurde band langs de kust laat het type visserij zien: gestreept zwart is ongedifferentieerd, ononderbroken rood voor kabeljauw; ononderbroken zwart of beige voor respectievelijk makreel en tonijn, gestreept rood geeft sardines of ansjovis aan, terwijl rode stippen en y-grecs sponzen en koraal symboliseren; de donkerblauwige zeetint geeft haringvangst aan. De steenkoolvelden komen in Engeland goed uit, in Frankrijk en Duitsland veel minder. Uit de ankertjes naast de rivieren blijkt dat de Rijn bevaarbaar is tot Bazel, de Donau tot Regensburg, de Taag tot aan de Spaanse grens, de Weichsel tot voorbij Krakau, en de Dnjepr tot in de buurt van Minsk.