Editie: 1897, pagina 113 Afrika staatkundig: Nog steeds is de Mahdi aan het bewind in de Soedan, ook al staat er ‘Egyptische Soedan’ in het gebied vermeld. Dzjiboeti aan de zuidkant van de baai van Tadzjoera is nu de hoofdplaats van Frans Somaliland in plaats van Obok of Tadzjoera. Hoewel er, ten oosten van Frans Somaliland, Brits Somaliland staat was het binnenland daar nog tot 1920 bezit van het rijk van de Derwischen. De havenplaats Akaba aan een noordelijke uitloper van de Rode Zee is per abuis in ‘Ikaba’ veranderd. Het zal pas weer terug veranderd worden in de 28ste druk van 1923. De staatkundige kaart van Afrika bevat nu ook spoorlijnen, zoals men in Algerije, Zuid- en Oost-Afrika kan zien. De Spaanse kolonie Rio de Oro – de latere Spaanse Sahara – begint vorm te krijgen en Spanje had al in 1860 de Marokkaanse vissersplaats Ifni geclaimd, die nu pas in de atlas als Spaans wordt aangemerkt. Effectief werd deze plaats pas in 1934 in bezit genomen. Samory, overgrootvader van de Guineese president Sekou Touré, wiens rijk op de kaart staat in het huidige Guinee, was de meest geduchte tegenstander van de Franse expansie in West-Afrika; hij zou in 1898 door de Fransen gevangen worden genomen, hetzelfde jaar waarin ook Tieba’s hoofdstad Sikasso door de Franse artillerie zou worden platgeschoten.
In het achterland van Goudkust en Togo is een onzijdig gebied ingesteld door Duitsers, Britten en Fransen. Die drie landen lijken ook de grenzen van Brits Nigeria en Duits Kameroen vastgelegd te hebben. De havenplaats Viktoria in Kameroen was oorspronkelijk een Britse zendingspost, die in 1886 tegen Duitse aanspraken op de St. Luciabaai in Zuid-Afrika uitgeruild werd. In Midden-Afrika krijgt het Franse Oebangi-gebied vorm, later Oubangi-Chari en nog later de Centraal-Afrikaanse Republiek geheten. De grenzen van de Kongostaat zijn nu aan alle kanten vastgelegd, de spoorlijn van de haven Matadi naar Léopoldville is aangelegd om de stroomversnellingen aan de beneden-Kongo te omzeilen. In Angola verbindt een spoorlijn de haven van (St. Paulo de ) Loanda (Luanda) met Ambaca. In Zuid-Afrika is de spoorlijn noordwaarts vanuit Kimberley doorgetrokken tot Mafeking. Tongaland is nu ook Brits op de kaart; de laatste mogelijkheid van Transvaal een eigen toegang tot de kust te verkrijgen is daarmee verkeken. Beetsjoeanaland is nu als Brits protectoraat ingericht, en hetzelfde geldt voor Rhodesia en het Brits Centraal Afrikaans protectoraat, dat later Nyassaland en nog later Malawi zal heten. Het is de eerste kaart in de Bosatlas waarop de naam Rhodesia staat, genoemd naar de Engelsman Cecil Rhodes, mijnmagnaat en voorstander van de politiek om het gehele gebied van de Kaap tot Kaïro in Britse handen te krijgen. Zowel Duitsers als Britten maakten plannen om in Oost-Afrika spoorlijnen aan te leggen; de Duitsers van Tanga via Moshi naar Mwanza aan het Victoriameer, de Britten van Mombasa via Nairobi naar Victoria Station aan het Victoriameer. Die eerste lijn zou niet verder komen dan Moshi (1911). Dat de Ethiopiërs de Italiaanse legers in 1896 bij Adoea vernietigend verslagen hebben is nog niet in de grenzen tot uiting gekomen, dat zal de veertiende editie van de Bosatlas pas tonen.
In Matabeleland zien we de ruïnes van Zimbabwe, de hoofdstad van het Sjona-rijk van die naam uit de 11de tot 15de eeuw, met geweldige muren.
De inzetkaart van Algerije en Tunesië laat de inmiddels tot stand gebrachte uitgebreide Franse spoorweginfrastructuur zien, tot over het Atlasgebergte heen (Aïn Sefra en Biskra en de lijn naar Gabes in aanleg). Algerije was al eerder op een detailkaart te zien, namelijk in de tweede tot en met de zesde druk.