Commentaar | De hier gedigitaliseerde incunabel betreft een zogeheten ‘editio princeps’; tot op het moment van publicatie bestond er geen ander exemplaar van de tekst in druk. Die tekst, 'De consideratione ad Eugenium papam', is van de hand van de bekende heilige en Franse abt Bernard of Bernardus van Clairvaux (1090-1153). Destijds toonde Bernardus zich een belangrijke representant van de kloosterorde der Cisterciënzers, die allerlei hervormingen in de kerk doorvoerde en de zogenoemde adelskerk wist te beëindigen. Hij werd de eerste cisterciënzermonnik die de paus opnam in de Heiligenkalender. Door Maarten Luther werd hij bestempeld als ‘de Augustinus van de middeleeuwen’. Bernardus was een groot inspirator voor de Tweede Kruistocht (1145-1149), die jammerlijk faalde. Deze mislukking werd hem destijds goeddeels in de schoenen geschoven.
In 'De consideratione ad Eugenium papam' schreef Bernardus een praktisch advies aan Paus Eugenius III (1145-1153), toen de eerste paus uit de nieuwe orde der Cisterciënzers. Het boek bevat echter enkele passages, waardoor het werk in de geschiedenis onterecht als een politiek traktaat bekend zou worden. Het gaat dan om het idee van de tweezwaardenleer, dat al uit de vroegchristelijke tijd stamt. Volgens deze leer is er op het gebied van het gebruik van geweld een scheiding tussen de wereldlijke en de kerkelijke macht. Hoewel de kerk zelf geen geweld mag gebruiken, zo betoogt Bernardus, kan zij wel de wereldlijke overheid vragen om ter bescherming van de kerk geweld te gebruiken. Het zijn vooral deze passages die veel stof hebben doen opwaaien, maar dit doet geen recht aan het werk in zijn geheel.
Het drukkersbedrijf van Ketelaer en De Leempt leende als kopij voor deze uitgave, die in 1474 van de pers kwam, het handschrift Opuscula van Bernardus van Clairvaux. Dit 15de-eeuwse handschrift stamt uit de bibliotheek van het Regulierenklooster en bevindt zich tegenwoordig in de Universiteitsbibliotheek Utrecht (Hs. 2 C 6). De incunabel vormt een convoluut met de 'Homiliae super evangeliis' van Gregorius I uit 1475. Op het laatste blad van dit werk staat een geradeerd en dus slecht leesbaar stukje tekst ‘Liber monasterii regularium prope harlem’, wat duidt op een herkomst uit het toenmalige Regulierenklooster te Haarlem. | Vertaal
|