'
Editie: 1936, pagina 50
De provinciekaarten van Nederland worden nu, net als bij het aardrijkskundeonderwijs gebruikelijk is, in een andere volgorde gepresenteerd: ze beginnen bij Groningen en eindigen bij Limburg. Bij die nieuwe indeling zijn Limburg en Noord-Brabant niet meer gesplitst. De kaarten zijn opnieuw getekend. Volgens Kwast heeft als grondslag gediend ‘de nieuwe kaart 1:200 000 van de Topografische Dienst, in de projectie van Bonne, met als middenmeridiaan de lijn Amsterdam-Chaam.’

Voor het eerst staat er bij de provinciekaarten een volledige legenda, meteen op de eerste provinciekaart. Nieuw zijn daarin de driehoekjes, die staan voor kastelen of monumenten, zoals crematorium Westerveld, Paleis Soestdijk of Bronbeek. Voor tramlijnen en kanalen zijn de gekozen signaturen veel minder zwaar geworden. Er heeft een ware kaalslag gewoed onder de tramlijnen. Heel Noord-Brabant is bijvoorbeeld tramvrij, en ook elders is het bestand gehalveerd. In het oosten is bijvoorbeeld de lijn Zwolle-Coevorden met de zijtak van Balkbrug naar Meppel verdwenen.

De grondsoorten blijven aangepast worden, bij Hoogeveen en Hollandse Veld is alle hoogveen bijvoorbeeld afgegraven.

De rivierkaart van de Neder-Rijn is onder de kaart van Gelderland geplaatst, en gebaseerd op een nieuwe uitgave van de rivierkaart van Rijkswaterstaat.

In Zuid-Limburg is over de grens de plaats Ternaaien opgenomen maar op de verkeerde plek. Het moet liggen tegenover Eijsden. Er is wat meer systeem gebracht in de landschapsnamen, die wel alle schreefloos, niet meer onderkast of cursief zijn.